E-zine Provinciale Bibliotheek Westflandrica AANWINSTENLIJSTEN
Aanwinsten maanden juni, juli en augustus 2012
UIT HET NIEUWS
Tentoonstelling: Jules Fonteyne - tekenaar, portrettist en boekillustrator Muziek Woord Beeld: Open Monumentendagen 8 en 9 september 2012 500 personen bezochten Provinciale Bibliotheek Tentoonstelling: De indiaan in Gezelle - Longfellows Song of Hiawatha 50 jaar archeologie op de Kemmelberg Themanummer West-Vlaams erfgoedmagazine In de Steigers Provincie brengt gids uit over industriële periode Midden- en Zuid-West-Vlaanderen Forten en linies in West-Vlaanderen ontdekken via recreatieve kaarten Ex situ: nieuw archeologiemagazine in de collectie van de Provinciale Bibliotheek Tentoonstelling: Westhoek XL - De Oude Kaasmakerij - Passendale Tentoonstelling: Onze BV's BakkersVrouwen - Bakkerijmuseum - Veurne Tentoonstelling: Oranje boven - Nationaal Tabaksmuseum - Wervik Tentoonstelling: Victor Servranckx - Mu.ZEE - Oostende
PUBLICATIE IN DE KIJKER
Stijn Streuvels en 'Avelghem'. Met staf en schelp. Sint-Jacob, Sint-Rochus en andere pelgrims in Kortrijk. De Sint-Sixtusabdij van Westvleteren. Het vergeten offer - Veurne van Belle Epoque naar Wereldoorlog I. Brugge verandert. Roger Danneels. De zilveren man met de gouden vingers. De Grote OOrlog voor kleine kinderen. Belgium's Best Buildings. Schuilkelders en paleizen. Theaterteksten van Piet Arfeuille. Overboord. Gedichten. Land/tong Stormen, olielekken, motetten Wijvenheide. Gedichten. Scheepsjournaal 2007-2011.
AANWINSTENLIJSTEN Aanwinsten maanden juni, juli en augustus 2012 De boeken en tijdschriftartikels die in de afgelopen maanden in de catalogus van de Provinciale Bibliotheek werden opgenomen kunt u raadplegen via de website.
UIT HET NIEUWS Tentoonstelling: Jules Fonteyne - tekenaar, portrettist en boekillustrator 8.09.2012 – 9.10.2012 In een tentoonstelling naar aanleiding van de Open Monumentendag 2012 richt de Provinciale Bibliotheek de schijnwerpers op de Brugse schilder en tekenaar Jules Fonteyne (1878-1964).
Jules Fonteyne geniet de meeste bekendheid door zijn tekeningen en etsen waarin hij figuren en taferelen uit het verpauperde Brugge van zijn jeugd afbeeldt: vis- of groenteverkoopsters, kantklossters, koetsiers, volksvrouwen die een praatje maken, processies... Als achtergrond is de stad nadrukkelijk aanwezig. Het gaat niet om een fotografisch juiste weergave van een concrete straat of een bestaand plein. Hij toont een imaginair Brugge, dat toch onmiddellijk herkenbaar is. Minder bekend is dat Jules Fonteyne ook een begaafd portrettist was. Hij tekende portretten van schrijver Stijn Streuvels en taalkundige Karel De Flou. Meerdere portretten van zijn familieleden, waaronder zijn vader, en een zelfportret zijn bekend. In de reeks presidenten (rectoren) in het Grootseminarie van Brugge zijn drie portretten van zijn hand zijn bewaard. Jules Fonteyne was ook een veelgevraagd boekillustrator. Vanaf 1910 vroeg de Nederlandse uitgever L.J. Veen in Amsterdam hem werken van Stijn Streuvels te illustreren. Hij leverde tekeningen voor acht boeken van Streuvels, waaronder Het Kerstekind, De schone en stichtelijke historie van Genoveva van Brabant en De Drie Koningen aan de Kust. Met de auteur voerde Fonteyne een jarenlange en intensieve correspondentie. De prenten en tekeningen van Jules Fonteyne sierden ook werk van Felix Timmermans, Maurits Sabbe en de Brugse volkskundige Karel De Wolf. Als graficus ontwierp hij affiches, medailles, exlibrissen en zelfs kunstvlaggen, die door het Brugse atelier English uitgevoerd werden. Aan de hand van waardevolle stukken uit de collectie van de Provinciale Bibliotheek en privécollecties belicht de expositie deze bijzondere kunstenaar. U kunt de tentoonstelling bezoeken in de Provinciale Bibliotheek Tolhuis, Jan van Eyckplein 1 in Brugge. De toegang is gratis. Tijdens de Open Monumentendagen open : Zaterdag 8/09 van 9 tot 12u en van 14 tot 18u Zondag 9/09 van 10 tot 18u De tentoonstelling loopt van 8/09/2012 tot en met 6/10/2012 en is open: Maandag tot vrijdag: 9-12.30u en 13.30-17u Zaterdag : 9-12u Voor meer informatie: Provinciale Bibliotheek Tolhuis Jan van Eyckplein 1, 8000 Brugge T: 050 40 74 61 E:
[email protected] www.west-vlaanderen.be/bibliotheek Muziek Woord Beeld: Open Monumentendagen 8 en 9 september 2012 500 personen bezochten Provinciale Bibliotheek Op donderdag 6 september opende gedeputeerde Bart Naeyaert in het Provinciehuis Tolhuis de tentoonstelling Jules Foteyne – Tekenaar, portrettist en boekillustrator. Onder de genodigden bevonden zich onder meer ook enkele familieleden van de kunstenaar: onder meer zijn dochter was die avond aanwezig. Tijdens de opening, die op een ruime belangstelling mocht rekenen, hield ereconservator van de Brugse Stedelijke Musea Willy De Zutter een toespraak. Hieronder alvast een kleine impressie van de avond.
Ook tijdens de het Open Monumentenweekend kon de Provinciale Bibliotheek rekenen op een ruime belangstelling. Niet minder dan 500 personen bezochten dat weekend de tentoonstelling in de Provinciale Bibliotheek Tolhuis en vele onder hen maakten van de gelegenheid gebruik om ook een geleid bezoek mee te maken aan het historische Tolhuis. Zoals u hoger al kon lezen, kunnen geïnteresseerden die de tentoonstelling tijdens de Open Monumentendagen niet konden bezoeken nog tot 6 oktober terecht in de Provinciale Bibliotheek. Tentoonstelling: 'De indiaan in Gezelle. Longfellows Song of Hiawatha' Guido Gezellemuseum - Brugge 30.06.2012 – 11.11.2012
Buste van Guido Gezelle, Lijsternest, Beeldbank West-Vlaanderen
Titelpagina : The Song of Hiawatha
In 1855 publiceerde Henry Longfellow (US) het Indianenepos ‘The Song of Hiawatha’. Dit heldendicht kende al snel een enorm succes. Guido Gezelle, toen leraar in Roeselare, hanteerde vrijwel meteen dit werk in zijn Engelse lessen. Na zijn overplaatsing naar Kortrijk bracht Gezelle zijn eigen Vlaamse versie van het epos uit, waarmee hij wou aantonen dat ook zijn moedertaal een volwaardige literaire taal was. Volgens sommigen werd ‘Hiawada’s lied’ zelfs beter bevonden dan Longfellow’s versie. De tentoonstelling in het Guido Gezellemuseum in Brugge leidt je binnen in de wereld van de Indianen van Noord-Amerika, met het verhaal van Hiawatha en Gezelles vertaling. Voor deze tentoonstelling selecteerden de samenstellers ook enkele stukken uit de collectie van de Provinciale Bibliotheek. In het tentoonstellingsgedeelte dat ingaat op de bronnen van Gezelles ‘indianenkennis’ wordt aandacht besteed aan de boeken hierover in Gezelles bibliotheek en aan brieven van missionarissen in Noord-Amerika. Hiervoor deed men een beroep op de Provinciale bibliotheek.
In een brief uit 1861 van Theo van de Moortele aan een oom schrijft hij over zijn aankomst in New York en zijn tocht door het Amerikaanse binnenland. Hij beschrijft onder meer een Sioux-indiaan (2 AB 51 nr. 32). De Provinciale bibliotheek is in het bezit van zowel de originele brief als een exemplaar overgeschreven door Jozef Gezelle en afgetekend door Guido Gezelle. Dit gebeurde waarschijnlijk met het oog op publicatie in een van de tijdschriften waarvan Gezelle redacteur was. Deze laatste is te zien op de tentoonstelling. Een tweede brief is van Karel Seghers. Aan een oom schrijft hij over zijn barre tocht door de sneeuw en een door zusters opgericht schooltje voor de ‘dochters der Indianen’ (2 AB 51 nr. 35).Karel Seghers was een van de missionarissen van wie Gezelle brieven liet verschijnen in ’t Jaer 30. Ook deze brief werd door hem gepubliceerd. Meer weten over Guido Gezelle? Surf naar www.gezelle.be of breng een bezoekje aan zijn geboortehuis in Brugge. Voor info over Gezelle in de Provinciale Bibliotheek raadpleeg de online catalogus of de Beeldbank West-Vlaanderen. De tentoonstelling 'De indiaan in Gezelle - Longfellows Song of Hiawatha' is open dagelijks van 9:30 tot 12:30 en van 13:30 tot 17:00. Op maandag gesloten. Tickets: € 2 (indiv.), € 1 (red. en jongeren 6-25 jaar), gratis t/m 5 jaar. 50 jaar archeologie op de Kemmelberg Themanummer West-Vlaams erfgoedmagazine In de Steigers In 2012 is het ongeveer een halve eeuw geleden dat het archeologische erfgoed van de Kemmelberg en haar omgeving voor het eerst grondig werd onderzocht. Sindsdien werd er alleen maar intensiever en op grote schaal archeologisch onderzoek gevoerd op en rond deze waardevolle erfgoedsite. Dit themanummer van In de Steigers werpt een terugblik op 50 jaar archeologie op de Kemmelberg. De Kemmelberg is met zijn 154 meter de hoogste heuveltop van WestVlaanderen en maakt deel uit van een reeks getuigenheuvels van het zogenaamde West-Vlaamse heuvelland. Uit het archeologisch onderzoek dat gebeurde tussen de jaren ’60 en ’80 blijkt dat de Kemmelberg een belangrijke vestiging was van de Keltische aristocratie. Hierdoor heeft de Kemmelberg een groot archeologisch belang, niet alleen voor West-Vlaanderen maar ook op nationaal en internationaal vlak.Met steun van de provincie heeft het Ename Expertisecentrum de afgelopen jaren in samenwerking met de universiteit Gent en de gemeente Heuvelland alle verspreide resultaten van dit archeologisch onderzoek verzameld met de uiteindelijke bedoeling ze te ontsluiten voor het brede publiek. In de bijdragen in dit themanummer van In de Steigers wordt er ruimschoots aandacht besteed aan deze resultaten en aan de Kemmelberg als waardevolle erfgoedsite in zijn geheel. Sinds 1994 geeft de dienst Cultuur van de Provincie West-Vlaanderen het erfgoedmagazine 'In de Steigers' uit. Je leest er nieuws over provinciale initiatieven maar ook over het cultureel erfgoed binnen de Provincie in het algemeen. De inhoud is gevarieerd, de vormgeving is sober en aantrekkelijk met veel aandacht voor de illustraties. Het tijdschrift richt zich zowel tot de specialist als de geïnteresseerde leek. Een jaarabonnement op 'In de Steigers' (vier nummers) kost slechts 7,50 euro. Een losse nummer kost 2,50 euro. Wil je een gratis proefnummer of een abonnement? Stuur een berichtje naar
[email protected]. Vergeet niet om je adres op te geven! Ook via de e-shop van het Provinciaal Informatiecentrum kun je hier rechtstreeks een nummer bestellen. Provincie brengt gids uit over industriële periode Midden- en Zuid-West-Vlaanderen In 2011 maakte het Centrum voor Agrarische Geschiedenis (CAG) een uitgebreide studie van de socio-economische evolutie van Midden- en Zuid-WestVlaanderen tussen 1840 en 1970. Het project was een initiatief van de Provincie West-Vlaanderen, in samenwerking met Erfgoedcel TERF, Erfgoedcel Kortrijk, Resoc Zuid-West-Vlaanderen, Resoc Midden-West-Vlaanderen, Overleg Cultuur Regio Kortrijk, Toerisme Leiestreek.
Deze studie leverde een schat aan cijfermateriaal over de (deel)gemeenten van de arrondissementen Roeselare, Kortrijk en Tielt en de gemeente Wervik. Zo werden per arrondissement onder andere cijfers van diverse volkstellingen en van de tewerkstelling per sector (landbouw, kleding, hout, leder, metaal enz.) gebundeld. Streekstudie van de socio-economische evolutie tussen 1840 en 1970 De streek van Kortrijk en Roeselare evolueerde de afgelopen twee eeuwen van een uitgesproken landbouwstreek tot een heuse industrieregio. De verschillende nijverheden die er zich in de loop van de laatste twee eeuwen vestigden vertekenden het landschap: er werden bedrijven gebouwd, kanalen gegraven en de streek werd ontsloten door een dicht (spoor)wegennet. De nieuwe infrastructuur zorgde voor nog meer groei en nog meer bedrijven. Het succes van de industrialisatie vertaalde zich ook in de stijgende bevolkingscijfers. Anno 2011 bepaalt het industriële karakter het uitzicht van de streek: industriële panden worden herbestemd en omgevormd van stadskankers tot potentiële publiekstrekkers of trendy lofts. Meer en meer bepaalt het industriële karakter van de streek ook het toeristische profiel ervan. De studie dient als voeding voor erfgoedsites zoals Eperon d’Or (Izegem), het Vlasmuseum (Kortrijk) en Transfo (Zwevegem) of voor projecten zoals het TERFproject rond Odiel Defraeye of de 150ste verjaardag van het kanaal RoeselareLeie. Wie zich vroeger wilde verdiepen in het industriële verleden stootte steevast op onbetrouwbaar of ontoegankelijk cijfermateriaal dat onvolledig of te technisch was, of gebruik maakte van Franstalige termen. Erfgoedgids met gegevens uit streekstudie Op basis van de belangrijkste vaststellingen en cijfers uit deze uitgebreide studie liet de Provincie een erfgoedgids ontwikkelen. De publicatie kreeg de titel ‘Over werk en mensen. Een sociaaleconomische streekgeschiedenis van Midden- en Zuid-West-Vlaanderen’. De erfgoedgids is van de hand van Brecht Demasure (Roeselare, 1987). Hij studeerde in 2009 af als Master in de Geschiedenis aan de KU Leuven. In datzelfde jaar ging hij als projectcoördinator aan de slag bij het Centrum Agrarische Geschiedenis (vzw CAG), het Vlaams expertisecentrum voor het erfgoed van landbouw, platteland en voeding. Hij werkte voor CAG onder meer aan de socio-economische streekgeschiedenis van Midden- en Zuid-WestVlaanderen, die de basis vormt van de erfgoedgids ‘Over werk en mensen’, de reconstructie van de nationale landbouwrekeningen en een studie omtrent landbouw, voeding en Wereldoorlog I. Omtrent de regionale en lokale geschiedenis van West-Vlaanderen en de landbouwgeschiedenis verschenen van zijn hand ondertussen al een aantal bijdragen. Ze zijn te raadplegen in de Provinciale Bibliotheek. Heel wat van het schitterende illustratiemateriaal voor de erfgoedginds vond de auteur trouwens in de iconografische collectie van de Provinciale Bibliotheek. ‘Over werk en mensen. Een sociaaleconomische streekgeschiedenis van Middenen Zuid-West-Vlaanderen’ is verkrijgbaar in het Provinciaal Informatiecentrum Tolhuis (Jan Van Eyckplein 2 in Brugge) en kan eveneens via de website, via
[email protected] en via 0800 20 021 besteld worden. De erfgoedgids kost 12,5 euro. Deze publicatie is de vierde in de reeks Erfgoedgidsen uitgegeven door het provinciebestuur West-Vlaanderen. De reeks brengt het West-Vlaams regionaal erfgoed onder de aandacht. Hierbij wordt er veel aandacht besteed aan de illustraties die het aanwezige West-Vlaamse erfgoed zo goed en gevarieerd mogelijk in beeld probeert te brengen. Eerder verschenen volgende erfgoedgidsen: z z
z
Vakwerkbouw in West-Vlaanderen (Johan Van Steenkiste, 2005) De Graanfluisteraars. Boeren, bakkers en brouwers in de Westhoek (Toon Toelen, 2006) Modern bouwen tussen strand en duin. Bouwen aan de Belgische kust in de periode 1945-1975 (Jeroen Cornilly, 2007)
De erfgoedgidsen kosten 12,5€/stuk en zijn verkrijgbaar in het provinciaal Informatiecentrum Tolhuis en via de webshop: http://apps.west-vlaanderen.be/aspx/informatiecentrum/default.aspx Forten en linies in West-Vlaanderen ontdekken via recreatieve kaarten
De partners van het Interreg IV a-project ‘Forten en Linies in Grensbreed Perspectief’ ontwikkelden recreatieve kaarten waarmee fietsers, wandelaars, ruiters en automobilisten kennis kunnen maken met het door de natuur heroverde decor van vroegere verdedigingswerken in West-Vlaanderen: forten en linies die dateren uit de turbulente tijd van de Spaanse bezetting, de Nederlandse Opstand en de Successieoorlogen (1568-1748). Deze elementen liggen aan de oorsprong van de huidige grensafbakening. De kaarten zijn tijdelijk (en gratis) verkrijgbaar, onder andere bij de toeristische diensten van Damme, Knokke-Heist en Brugge (In&Uit-kantoor). Er is een themakaart die de elementen van de Staats-Spaanse Linies in de grensregio tussen Knokke en Antwerpen belicht, nl. ‘Staats en Spaans in de clinch, 180 jaar wapengekletter’ en er is een kaart die de blikvangers van de drie Vlaams-Nederlandse linies (Staats-Spaanse Linies, Fortengordels Antwerpen en de Zuiderwaterlinie Noord-Brabant) aanduidt, nl. ‘Tijdreis tussen Noord en Zuid, een turbulent verleden onder een vredig landschap’. Daarnaast zijn er ook themakaarten van de Fortengordels van Antwerpen en van de Zuiderwaterlinie van Noord-Brabant beschikbaar bij de toeristische diensten van respectievelijk Antwerpen en Vlaams-Brabant. De kaarten kaderen in ‘Forten en Linies in Grensbreed Perspectief’, een project rond forten, versterkte steden en linies in de grensstreek van Vlaanderen met Nederland. Het project wil de aandacht vestigen op deze versterkingen, als elementen van cultuurhistorische, landschappelijke en toeristisch-recreatieve waarde. Praktisch De kaarten ‘Staats en Spaans in de clinch, 180 jaar wapengekletter’ en ‘Tijdreis tussen Noord en Zuid, een turbulent verleden onder een vredig landschap’ zijn tijdelijk (en gratis) beschikbaar bij Westtoer, in het provinciaal domein Raversijde (Oostende), in Fort Napoleon (Oostende), in Fort van Beieren (Koolkerke-Brugge), in het kasteel van Beauvoorde (Veurne), bij de toeristische diensten van Damme, Knokke-Heist en Brugge (In&Uit-kantoor) en in het Provinciaal Informatiecentrum Tolhuis, Jan Van Eyckplein 2 in Brugge, telefonisch via 0800 20 021 of via mail naar
[email protected]. [ www.staatsspaanselinies.eu ] Meer info: Coördinator Interreg VI a-project ‘Forten en Linies in Grensbreed Perspectief’
[email protected] of 050 40 70 28 Ex situ: nieuw archeologiemagazine in de collectie van de Provinciale Bibliotheek Het nieuwe magazine Ex situ wil archeologie op een boeiende en vooral toegankelijke manier presenteren aan een breed publiek. De laatste jaren voeren archeologen meer en meer onderzoek uit in Vlaanderen maar de nieuw verworven kennis kwam slechts met mondjesmaat bij het publiek terecht. Ex situ heeft zich voorgenomen daar wat aan doen. Met een waaier van korte en lange reportages, opiniestukken, interviews en fotoverslagen, hoopt Ex situ een schakel te vormen tussen de onderzoekers en alle geïnteresseerden. Via toegankelijke teksten, kwaliteitsfotografie én een mooie verpakking. Kortom, een glossy blad, met inhoud. De focus ligt op archeologisch onderzoek in Vlaanderen. Maar ook aan Vlaamse vorsers in het buitenland besteedt Ex situ aandacht. Ex situ is een uitgave van het Forum Vlaamse Archeologie en zal halfjaarlijks verschijnen. In het eerste nummer komt ook de West-Vlaamse archeologie aan bod. Bieke Hillewaert en Johan Hoorne verzorgen een bijdrage over het Hallenhuisproject van Raakvlak, de Intergemeentelijke Dienst voor Archeologie in Brugge en Ommeland. Sinds eind 2010 prijkt in de binnentuin van het woonzorgcentrum te Brugge Sint-Andries een schijnbaar eeuwenoud gebouw. Een vroegmiddeleeuwse boerderij is er heropgebouwd zoals het ooit geweest moet zijn. Het Hallenhuisproject is een originele manier om de resultaten van archeologisch
onderzoek te tonen aan het publiek. Tentoonstelling: Westhoek XL De Oude Kaasmakerij - Passendale 01.09.2012 – 31.10.2012 In de fototentoonstelling ‘Westhoek XL’ hangt auteur-fotograaf Jan Yperman een gevarieerd beeld op van de Westhoek. Erfgoed, architectuur, kunst, tradities en folklore van deze grensoverschrijdende streek spelen vanzelfsprekend een hoofdrol, maar er is meer. De tentoonstelling zoomt niet alleen in op het rijke verleden, maar ook op het boeiende heden. Deze tentoonstelling was eind 2010 ook al te zien in de Provinciale Bibliotheek en trekt sindsdien doorheen West- en Frans-Vlaanderen. Bij elke nieuwe tentoonstellingslocatie wordt de tentoonstelling uitgebreid met een beeld van een kwaliteitsvolle nieuwe ontwikkeling in de streek. Beelden van traditie en innovatie leveren boeiende contrasten op… Meer info kun je vinden op de webpagina van Westhoek XL. Tentoonstelling: Onze BV’s BakkersVrouwen Bakkerijmuseum - Veurne 15.06.2012 – 30.11.2012 Het Bakkerijmuseum zet nog tot eind november de bakkersvrouwen – “bv’s” - in de spotlights. De vrouwen van de bakkers verdienen veel respect voor de manier waarop ze het werk van de winkel en het werk in het huishouden naadloos in elkaar laten overlopen zonder ooit hun goed humeur te verliezen. Waarom borgen die vrouwen hun eigen carrièreplannen op om met de man van hun dromen te huwen? Hoe is de eerste dag in de winkel verlopen? Hoe slagen ze er dagelijks in om het werk op twee fronten gedaan te krijgen? Wanneer zien ze hun man nog eens en wie is nu die lastige klant? Ontdek het op deze tentoonstelling! Alle praktische info vind je terug op de webpagina van het Bakkerijmuseum. Tentoonstelling: Oranje boven Nationaal Tabaksmuseum - Wervik 15.09.2012 – 30.11.2012 Elke Hollandse pijproker had in de 17de en 18de eeuw zijn eigen geelkoperen tabaksdoos. De doos ging echt decennia lang mee: je grifte er je naam op, of verhaaltjes van alledag. De gegraveerde voorstellingen verraden nog steeds het beroep van de eigenaars (landbouwer, knecht, monnik,…) maar spreken soms ook ongeneerd over diepmenselijke gevoelens. De Oranje dynastie maakte gretig gebruik van die graveergewoonte om zichzelf bij de onderdanen geliefd te maken. De Vrienden van het Tabaksmuseum verworven in de loop der jaren talrijke van deze tabaksdozen en gunnen je nu een blik in de hoofden en harten van de pijprokende Oranje-aanhangers… Alle praktische info vind je terug op de webpagina van het museum.
Tentoonstelling: Victor Servranckx Mu.ZEE - Oostende 15.09.2012 – 06.01.2013 Dit najaar loopt in Mu.ZEE, vanaf 15 september tot 6 januari 2013 de tentoonstelling Victor Servranckx. De tentoonstelling wil de nadruk leggen op Servranckx’ werk uit de jaren 1920 met een focus op het begin van zijn abstract-geometrische periode. Ze toont hoe Servranckx een fascinatie voor het mechanische en de fabriek, zijn werkplaats, omzet in een artistiek denken dat veel verder gaat dan het schildersdoek en de
vermenging van verschillende kunstdisciplines omvat. De tentoongestelde werken illustreren de veelzijdigheid van de kunstenaar: Servranckx als schilder, schrijver van manifesten, ontwerper van behangpapier, architect, meubelmaker, etc… of hoe modernisme uit de jaren 1920 doordrong in alle niveaus van het dagdagelijkse leven! Heel wat privécollecties alsook nationale en internationale musea verleenden hun medewerking aan deze tentoonstelling waaronder MoMa in New York, Centre Pompidou in Parijs, het Museum Moderner Kunst Stiftung Ludwig in Wenen, Lehmbruckmuseum in Duisberg, Museum van Elsene … Meer info: Mu.ZEE, Kunstmuseum aan zee, Romestraat 11, 8400 Oostende, www.muzee.be. Reserveringen via T 059 24 21 91 of via
[email protected]. Tickets: €9 : individueel, €7,50 : 55+, groepen vanaf 15 personen, €1 : 13-26 jaar. Gratis voor kinderen tot 12 jaar.
PUBLICATIE IN DE KIJKER Stijn Streuvels en Avelghem. Weeral en nog eens: voor mijn plezier. onder redactie van Marcel De Smedt Kortrijk, Stijn Streuvelsgenootschap, 2012 [Jaarboek XVII van het Stijn Streuvelsgenootschap 2011] In dit zeventiende jaarboek van het Stijn Streuvelsgenootschap komen enkele autobiografische geschriften van Stijn Streuvels aan bod. Avelghem (1946) staat hierbij centraal. Het is het relaas van Streuvels’ jaren in Avelgem, waar hij in het ouderlijke huis woont tot hij in 1905 zijn intrek neemt in het Lijsternest. Als vertrekpunt biedt het jaarboek een facsimile van enkele fragmenten uit het boek. Paul Thiers stelt de bibliografie van Avelghem samen. Peter Theunynck beschrijft het ‘Rijke Roomse leven’ zoals dat in Avelghem nadrukkelijk aanwezig is. Eind negentiende eeuw had de religie een enorme impact op het persoonlijk leven. Taboe op seksualiteit leidde bovendien tot scrupuleus zondebesef. Terugblikkend schrikt Streuvels er niet voor terug stevige kritiek te leveren op de pedagogische kwaliteiten van de collegeleraren uit zijn studietijd. Paul Thiers schetst in zijn bijdrage over Avelghem Frank Lateur / Stijn Streuvels als schooljongen, als bakker in Avelgem, vooral ook de debuterende auteur. Heel wat van de Avelgemse ervaringen hebben trouwens de verhalen van de schrijver gestoffeerd. De vijf stukken in het boek Stille avonden (1905) ziet Toon Breës als creatieve mijmerteksten met een autobiografisch karakter, gekoppeld aan een zelfbewuste bezinning van de auteur over de opdracht van de schrijver. Johan Van Iseghem staat stil bij de ‘hebbelijkheden en onhebbelijkheden’ van de familie Gezelle zoals de bijna negentigjarige Streuvels die beschrijft in zijn Kroniek van de familie Gezelle uit 1960. Romain John van de Maele richt het zoeklicht op Blanche (1900) van Cyriel Buysse, De oogst (1901) van Stijn Streuvels en Hooidag (1901) van Lode Baekelmans, verhalen waarin telkens de strijd van de landarbeider met de zon als natuurelement centraal staat. Onder de titel ‘Der Flachsacker. Schauspiel in vier Akten’ gaat Paul Thiers dieper in op de twee types van de Duitse toneelbewerking van De vlaschaard die zijn overgeleverd. Ook geeft hij in een aparte ‘Rectificatie’ een aanvulling op de biografie van De vlaschaard. Marcel De Smedt grasduint in de briefwisseling tussen Streuvels en zijn Duitse uitgevers. De Streuvelskroniek en – bibliografie worden zoals steeds verzorgd door Jozef Vandemaele. Met staf en schelp. Sint-Jakob, Sint-Rochus en ander pelgrims in Kortrijk door Christian De Paepe Kortrijk, De Leiegouw, 2012 [Verhandelingen uitgegeven door de Leiegouw, XIV] Iconografische studies van heiligen en hun attributen zijn meer en meer nodig, want de kennis van dit christelijk patrimonium gaat zienderogen achteruit. Wie
Beeld : Victor Servranckx, Opus 2, Rotative rouge, 1922 © Centre Pompidou, Dist. RMNGP | SABAM Belgium 2012
weet nog dat Sint-Laurentius een rooster bij zich houdt en dat de heilige Barbara altijd bij een toren afgebeeld staat? Zelfs de drie broden – in sommige gevallen drie kinderen in een ton – van de erg populaire Sinterklaas zijn niet overal bekend. In dit boek buigt auteur Christian De Paepe (°1938) zich over de heiligen met schelp en staf in Kortrijk. Van deze pelgrimsheiligen is Sint-Jakob de Meerdere de bekendste. Voor hem worden nog altijd talrijke bedevaarten ondernomen naar het Spaanse Compostela. Maar ook Sint-Rochus, beter bekend in Kortrijk door de Sint-Rochuskerk, draagt schelpen op zijn kleed of hoed. De auteur is goed vertrouwd met deze materie: als emeritus professor in de literatuur en de cultuurgeschiedenis van Spanje (KU Leuven), als priester én als Kortrijkzaan. Hij ondernam een zoektocht naar alle mogelijke afbeeldingen van de Kortrijkse heiligen met staf en schelp. Deze opsporingen brachten hem langs gevelbeelden, in kerken en kapellen, archieven, stedelijke en privéverzamelingen. Dat resulteerde in een rijk geïllustreerd naslagwerk, wat de lezer toelaat de iconografische naspeuringen op de voet te volgen. Dit boek is een uitgave van De Leiegouw, de vereniging voor geschied-, taal- en volkskundig onderzoek in het Kortrijkse en kwam tot stand met steun van de Erfgoedcel Stad Kortrijk. Het is een uitloper van het erfgoedproject ‘Ongelooflijk’ uit 2010-2011. De Sint-Sixtusabdij van Westvleteren. [Deel 1], Geschiedenis door Johannes Lootens Leuven, Davidsfonds, 2012 De Sint-Sixtusabdij van Westvleteren. [Deel 2], Spiritualiteit door Manu Van Hecke Leuven, Davidsfonds, 2012 De Sint-Sixtusabdij van Westvleteren. [Deel 3], Bouwen aan de toekomst door Geert Bekaert Leuven, Davidsfonds, 2012 De abdij van Westvleteren is al eeuwen een bijzondere plek van rust en bezinning. Dit boekproject brengt het complete verhaal van de Sint-Sixtusabdij en de monniken die er wonen. Het geheel biedt een unieke blik op het leven van alle dag van de trappisten, bun verleden en de plannen voor de toekomst. In het eerste deel komt de geschiedenis van het klooster vanaf de stichting in 1831 tot vandaag aan de orde. Verhalen over de koster, de brouwer, de klompenmaker, de schoolmeester… schetsen het abdijleven door bijna twee eeuwen heen. De lezer kan zich laten verrassen door onbekende maar boeiende verhalen. Wist u bijvoorbeeld dat de monniken ei zo na chocolade gingen maken in plaats van bier? Of dat er tijdens de Tweede Wereldoorlog joden geholpen werden onder de neus van de Duitse bezetter? Deel twee legt de klemtoon op het spirituele leven van de broeders. Wat houdt het in om vandaag monnik te zijn? Hoe verloopt hun zoektocht naar God? En hoe houden ze het monastieke vuur dag na dag brandend? In 2008 werd gestart met grondige verbouwingen van de abdij. Deel drie gaat dieper in op dit architecturaal avontuur. Professor Geert Bekaert kadert het bouwproject van bOb Van Reeth in de brede en lange traditie van de cisterciënzerarchitectuur. Het bouwverhaal wordt aangevuld met interviews van mensen die nauw betrokken zijn bij het reilen en zeilen van de (klooster) gemeenschap. Michel Vanneuville dook regelmatig op in de abdij om op belangrijke momenten foto’s te nemen. Maar ook de broeders zelf namen uit de losse hand foto’s en volgden het bouwproces op de voet. Het vergeten offer - Veurne van Belle Epoque naar Wereldoorlog I door Albert Gesquiere Veurne, Eigen beheer, 2011 Albert Gesquiere uit Veurne heeft zijn vierde boek uit: “Het vergeten offer – Veurne van Belle Epoque naar Wereldoorlog I”, luidt de titel. “Omdat slechts zeer weinigen zich momenteel nog kunnen herinneren hoe het
indertijd verlopen is, heeft de jongste generatie het nu moeilijk om zich voor te stellen hoe dit ooit kon gebeuren”, zo geeft de auteur bij aanvang de reden van zijn jaren opzoekwerk mee. “Het vergeten offer” schetst hoe de kiem van Wereldoorlog I in Europa ontstond tijdens de Belle Epoque al. Het was een schijnbaar vredige, voortvarende periode, maar het is wel in deze zogezegde vredige periode dat het ontstaan van Wereldoorlog I moet gezocht worden. Het was de tijd van de kolonies en landen zoals Duitsland waren op zoek naar uitbreiding van hun grondgebied. In zijn boek waar Albert Gesquiere 4 jaar aan werkte, schetst hij historisch correct en waarheidsgetrouw hoe de Veurnse samenleving ontwikkelde tijdens de Belle Epoque gevolgd door wat de inwoners van de stad doorgemaakt hebben tijdens Wereldoorlog I en hoe die Wereldoorlog hun kijk op de wereld op de samenleving heeft veranderd. Achteraan het boek is ook de namenlijst opgenomen van de inwoners van Veurne die omkwamen tijdens Wereldoorlog I. Brugge verandert door Bob Warnier Brugge, Uitgaven West-Vlaamse Gidsenkring, 2012 ‘Tot voor enige jaren had Brugge, meer dan welke andere stad ook in België, zijn middeleeuwse uitzicht bewaard, maar sinds kort heeft de stad veel verloren in dat opzicht. De oude schilderachtige huizen met hun trapgevels, bas-reliëfs en gebeeldhouwde ornamentenruimen de plaats voor nieuwe gebouwenwaarvan de gevels haast zonder uitzondering bestaan uit een muur met meer of minder grote rechthoekige openingen, hetgeen het gebrek aan smaak van de hedendaagse Bruggelingen aantoont.’ Het zou de verzuchting kunnen zijn van een ontmoedigde monumentenzorger anno 2012, maar ze komen uit het gidsboekje Bruges et ses environs dat de Britse kunsthistoricus James Weale in 1864 publiceerde. Anderhalve eeuw later lijkt er echter niet zoveel verandert… Brugge wordt nog altijd geprezen en massaal bezocht omwille van de vele bewaarde sporen uit de middeleeuwen, en nog steeds wordt betreurd dat er soms onzorgvuldig met het monumentale erfgoed van de stad wordt omgesprongen. Het toont aan dat Brugge ten allen tijde een levende stad is geweest, waar voortdurend gebouwd, verbouwd en afgebroken is. Tot ver in de 19de eeuw had men daarbij weinig of geen oog voor het waardevolle bouwkundig erfgoed. Vandaag is monumentenzorg wel een belangrijk element van het stedelijk beleid, maar die zorg voor grote en kleine monumenten verhindert ook nu niet dat er veel nieuw gebouwd wordt. Dat mag blijken uit het recent verschenen wandelgidsje van de hand van Bob Warnier. Als ervaren toeristische gids en oplettend toeschouwer volgt hij al jaren de ontwikkelingen in het Brugse stadsbeeld. Hij neemt de lezer mee door heel de stad. Zijn wandeling door Brugge voert langs bekende en veelal onbekende stadsgezichten en vertelt vaak vergeten lokale geschiedenissen. De nadruk in deze publicatie ligt op de voortdurende veranderingen in het stadsbeeld, die er altijd al geweest zijn en waarvan er de laatste jaren ook enkele gecontesteerde werden uitgevoerd. Op een genuanceerde manier probeert de auteur zijn lezers hierin wegwijs te maken. Hij maalt er echter niet om daarnaast ook nu en dan flink uit te halen naar die recente ingrepen in het bouwweefsel van de stad zoals de ‘Roeste Buuzze’ (de Jurgen Conzettbrug), de ‘Salamizwemmer’ (het kunstwerk naast de Coupurebrug), de opgeborgen maquette van de verdwenen Sint-Donaaskerk op de Burg (‘een zoveelste doofpotoperatie’) en uiteraard het Paviljoen van Toyo Ito (‘Nog nooit meegemaakt dat een Bruggebezoeker het mooi vond’). Met Brugge verandert schreef Bob Warnier een interessante aanvulling op de vele stadsgidsen voor Brugge, waarmee hij misschien wel de discussie op gang kan brengen over de inbreng van hedendaagse architectuur in de binnenstad. Roger Danneels. De zilveren man met de gouden vingers. door Nico Blontrock Brugge, Comité voor Initiatief, 2012 Van de hand van Nico Blontrock verscheen onlangs de publicatie Roger Danneels – De zilveren man met de gouden vingers. Met dit boek wil de auteur naar eigen zeggen een eerbetoon schrijven aan deze veel te vroeg gestorven Brugse muzikant. Het feit dat het in 2012 exact dertig jaar geleden is dat Roger Danneels overleed, leek de passende aanleiding. Dertig jaar geleden overleed de Brugse accordeonist, componist en leraar Roger
Danneels (1927 – 1982). Roger Danneels was decennialang de centrale spilfiguur van het accordeonleven in Brugge en West-Vlaanderen, maar ook ver daarbuiten. Hij was niet alleen accordeonist en orkestleider, maar ook componist die naast eigen nummers ook heel wat eigen bewerkingen en arrangementen van bekende klassiekers schreef. Roger Danneels bouwde ook zijn eigen accordeonschool uit, en leidde honderden jonge accordeonisten op, onder wie sommigen nog steeds actief accordeon spelen. Duizenden muziekliefhebbers kenden ook maar al te goed zijn winkel in de Brugse binnenstad, waar hij een kleurrijke collectie instrumenten en de hippe platencollectie aanbood. De figuur van Roger Danneels lag mee aan de basis van het ontstaan van het Brugse Airbag Festival in 2004. Redenen te over dus om bij de vijfde editie een waardige hommage te brengen aan deze stamvader van het accordeonleven in Brugge. In het Cultuurcafé Biekorf, werd gedurende de periode van Airbag V al een overzichtelijke retrospectieve gehouden. In samenwerking met het Comité voor Initiatief verscheen aanvullend de publicatie rond leven en werk van Roger Danneels. Auteur Nico Blontrock verzamelde er voor heel wat gegevens, anekdotes en archieffoto’s. De Grote Oorlog voor kleine kinderen. door Anthony Langley en Nicky Langley Leuven, Davidsfonds, 2012 Van 1914 tot 1918 werd het dagelijkse leven volledig beheerst door de oorlog. Ook kinderen ontsnapten er niet aan het. Zo sloop de Grote Oorlog binnen in de literatuur voor kinderen. School en leesboeken bevatten oorlogsverhalen, schriften kregen oorlogsillustraties op de cover, strips, tijdschriften, en zelfs kleurboeken toonden de oorlog in woord en vooral in beeld. Van kindvriendelijke prenten over dappere dieren die ingezet werden in de gevechten tot gruwelijke taferelen over kinderen die met de bajonet de vijand te lijf gaan. Tekeningen van jonge kinderen die zelf geëxecuteerd werden tot heroïsche afbeeldingen van vechtende soldaten. Gevarieerd en kleurrijk spraken deze afbeeldingen ongetwijfeld tot de verbeelding van kinderen. Anthony Langley heeft een immense verzameling tijdschriften en boeken uit de periode van de Grote Oorlog. Hij is socioloog en redacteur van enkele online tijdschriften over WO I en heeft meerdere publicaties van beeldmateriaal voorzien. In dit boek gaat hij na waarin de uitgaven voor kinderen verschillen in België, Duitsland, Groot-Brittannië en Frankrijk, welk onderliggend gedachtegoed ze meegeven en welke invloed ze uitoefenden op kinderen na het einde van de oorlog. Een originele en verrassende kijk op de Eerste Wereldoorlog. Actrice en auteur Nicky Langley schreef al eerder non fictie boeken o.a. Elfde Gebod en schreef in samenwerking met broer Anthony aan dit werk. Belgium’s Best Buildings. door Hadewijch Ceulemans Antwerpen, Luster, 2012 Op basis van top-tienlijstjes van gerenommeerde Belgische architecten en architectuurkenners werden voor dit boek 75 gebouwen geselecteerd die voltooid zijn na 1900. Het resultaat is een verrassende mix van bekende hedendaagse projecten zoals het Antwerpse MAS, over historische must sees, tot minder voor de hand liggende parels zoals een modernistische kapel of architectenwoningen. Elk gebouw wordt uitgebreid beschreven (in zowel het Engels als in het Nederlands) en geïllustreerd aan de hand van 1 of 2 beelden. Een stijlvolle en toegankelijke gids voor architectuurfans en voor iedereen met interesse in architectuur in België. Uit West-Vlaanderen werden 10 gebouwen geselecteerd. Achtereenvolgens komen aan bod: de woning van architect Peter Callebout (1919-1970) uit 1956 in Nieuwpoort, het Fort Napoleon en het voormalige PTT-gebouw van Gaston Eysselinck (1907-1953) in Oostende, de woning De Beir van architect Huib Hoste (1881-1957) uit 1924 en de voetgangersbrug uit 2007 over de Koningin Elisabethlaan in Knokke, het concertgebouw van de architecten Robbrecht en Daem op ’t Zand en het paviljoen van architect Toyo Ito op de Burg in Brugge, de kunstenaarswoning De Vier Winden van Constant Permeke (1886-1952) in Jabbeke, onder andere door hemzelf gebouwd tussen 1929 en 1930, de woning Arteconomy (2004-2009) in Sint-Eloois-Winkel en de kantoren Concordia (19982000) in Waregem.
Schuilkelders en paleizen. Theaterteksten van Piet Arfeuille. Tielt, Lannoo, 2012 Piet Arfeuille, artistiek leider van theater Malpertuis in Tielt, is als regisseur en toneelschrijver zowel in Vlaanderen als in Nederland actief. Bij uitgeverij Lannoo verscheen onlangs het boek Schuilkelders en Paleizen met vier theaterteksten van Piet Arfeuille, een uitgebreid essay van publicist Mark Cloostermans over Arfeuilles werk en een fotokatern van 32 bladzijden. Deze uitgave bundelt voor het eerst vier volledige theaterteksten van Piet Arfeuille: De zaak, Hamlet, Raadseltjes en De storm, stuk voor stuk mijlpalen in de Nederlandstalige theaterwereld. De stukken zijn bewerkingen: van Shakespeare, van Sofokles' Koning Oedipus en van de Orpheusmythe. Arfeuille bleef steeds trouw aan de geest van het werk, maar hij voorzag het van hedendaagse, soms ook heel persoonlijke thema's. Recensent Mark Cloostermans portretteert de theatermaker in een uitgebreid essay, waarin hij de verschillende thema's en teksten ontleedt en ingaat op de ontstaansgeschiedenis van de bewerkingen. De 32 pagina's vol schitterende kleurenfoto's die het leven op en achter de scène vastleggen, uit het archief van Piet Arfeuille, zijn een prachtige aanvulling op het werk. Overboord. Gedichten. door Jozef Deleu Leuven, Van Halewyck, 2012 Intimiteit is het domein van de poëzie en van de liefde. Dat weet als geen ander de dichter Jozef Deleu. Hij kijkt de geliefden maar ook de dood in het gezicht. Hij spreekt met hen en ons over verwarring, eros, het verleden en het leven dat niemand aankan. Hij doet dat met woorden die de rand van de stilte raken, waarin alles overboord is gegooid wat overbodig is. Tot er niets nutteloos meer is en we alleen nog geconfronteerd worden met onze eindigheid, onze woorden en onze drift om te leven in een tomeloze natuur.’ Hans Vandevoorde De bundel Overboord werd uigegeven met steun van de Provincie WestVlaanderen. Jozef Deleu (1937) publiceerde zes dichtbundels. In Hoe het licht wandelt (2002) maakte Hugo Brems een keuze uit zijn poëzie. Dirk De Geest stelde onder de titel Het gaat voorbij (2007) een bloemlezing samen uit zijn hele oeuvre. Hij stichtte de tijdschriften Ons Erfdeel en Septentrion en was er tot 2002 hoofdredacteur van. Hij is ook de samensteller van het Groot Verzenboek en hoofdredacteur van Het Liegend Konijn, tijdschrift voor hedendaagse Nederlandstalige poëzie. Land/tong. door Ivan Ollevier Gent, Poëziecentrum, 2012 Land/tong is een bundel over het terugkeren, en over de onmogelijkheid daartoe; over de herinnering en nostalgie, en over het gevaar daarvan; over verraad, liefde en zelfbedrog; over de lichamelijkheid van het landschap en de lichamelijkheid van de taal die dat landschap benoemt. Op de IJzervlakte staat de hoofdpersoon oog in oog met de heuvels op de grens met Noord-Frankrijk. De Westhoek heeft hij lang geleden achter zich gelaten, maar waar de stedeling die hij geworden is ook heen reist, hij is ertoe veroordeeld om telkens weer terug te keren naar die oude, bescheiden getuigenheuvels. Of het nu in Noord-Amerika is, Ethiopië, of op de Hebriden, elk landschap meet hij af aan de zee, de heuvels en de vlakte uit zijn jeugd. Pratend definieert hij zijn kindertijd en het landschap waaraan hij zich probeert te ontworstelen. ‘Als je de bergen kunt zien,’ zegt de volksmond, ‘is er regen op komst.’ De geografische grensgebieden die hij opzoekt, drijven hem onvermijdelijk naar de grensgebieden van de taal, naar het spanningsveld tussen transparantie en dichtheid. Voor de dichter is de taal een zintuig waarmee hij de werkelijkheid betast en besnuffelt.
De bundel Land/tong werd uigegeven met steun van de Provincie WestVlaanderen. Ivan Ollevier (Veurne, 1960) is journalist bij de VRT-nieuwsdienst, waar hij onder meer de Britse politiek volgt. Hij publiceerde volgende dichtbundels: Passionaria (1984), Een ruime tijd (1985), Residu (1988) en Efemeriden (1994). Gedichten van Ivan Ollevier verschenen o.a. in de literaire tijdschriften De Brakke Hond, Dietsche Warande & Belfort, Poëziekrant, De Vlaamse Gids en Yang. Zijn werk werd onder meer bekroond met de Literaire Prijs van de Stad Brussel (1987). Stormen, olielekken, motetten. Over de twee hoofdbestanddelen van de mens: water en relaties. door Xavier Roelens Amsterdam, Contact, 2012 Stormen, olielekken, motetten is een bundel over de twee hoofdbestanddelen van de mens: water en relaties. In voortrazende, aftastende gedichten toont Xavier Roelens betrokkenheid bij taal en wereld en zoekt hij uit of poëzie de inzet van milieubewustzijn kan vormen. Na een particuliere openingscyclus openen zich stilaan de ogen in de middencyclus, om te eindigen in een apocalyptisch slot: 'men moet ‘s avonds eten op tafel hebben / staan en als de ogen groter dan de buik dan past de buik zich aan.' De bundel Stormen, olielekken, motetten werd uigegeven met steun van de Provincie West-Vlaanderen. Xavier Roelens is één brok poëzie-enthousiasme. Hij was hoofdredacteur van het literaire tijdschrift En er is, stelde met Maarten De Pourq de bloemlezing Op het oog. 21 dichters voor de 21ste eeuw (UItgeverij P) samen en organiseerde 'Het Uitzaaiend Kaf - poëziefestival voor jong talent'. Eigen gedichten verschenen in o.a. DWB, NRC Handelsblad, De Revisor, Het liegend konijn en Poëziekrant of waren te horen op Crossing Border en De Nachten. Hij is redacteur van In Letterland. Wijvenheide. Gedichten. door Luuk Gruwez Utrecht, De Arbeiderspers, 2012 In Wijvenheide vindt Vlaanderens sierlijkste dichter - geraffineerd en welsprekend als altijd - zichzelf opnieuw uit. Zijn thematiek is bekend maar de uitwerking is weer volstrekt origineel. Weemoed verdwaalt er in digitale tijden, vrouwen zijn er op talloze manieren superieure wezens, het lichaam wordt er verkend van kruin tot aars, de liefde bezongen in al haar schakeringen van verheven tot laag bij de grond. Steeds meer komt de mens die in al zijn lamentabele vleselijkheid bedreigd wordt door een almaar wreedaardiger wereld centraal te staan in Gruwez' poëzie. En dat alles is gedrenkt in een idioom dat uitbundig maar ook ondergangszwanger geurt naar gordijnen van purperfluweel. De bundel Wijvenheide werd uigegeven met steun van de Provincie WestVlaanderen. Scheepsjournaal 2007-2011. door Antoon Vandamme Torhout: Vriendenkring Kunst Houtland, 2012 Aan de vooravond van de jaarlijkse folkloristische havenfeesten werd dit voorjaar in Blankenberge de nieuwste dichtbundel van Antoon Vandamme (°1935) boven de doopvont gehouden. 'Scheepsjournaal' bevat een verzameling gedichten door de auteur geschreven tussen 2007 en 2011. Het is als een logboek van de zee. "Ik hoop dat de lezers het zout zullen proeven in elk gedicht, ook als het over de vrouw gaat, over de polder, over de wilde kracht van een passie of over een onvervulde liefde... alles is immers verbonden door de zee en alle gevoelens hangen aan elkaar...", zo beschrijft de auteur zijn jongste boekje. Het nieuwste boek van Antoon Vandamme is uitgebracht door de Vriendenkring Kunst Houtland uit Torhout.
CONTACT Provinciale Bibliotheek Tolhuis Jan van Eyckplein 1 8000 Brugge T 050 40 74 61 E
[email protected] W www.west-vlaanderen.be/bibliotheek Meer cultuurnieuws krijgt u via Cultuur Cocktail, het e-zine van de Provinciale Dienst voor Cultuur. Surf naar www.west-vlaanderen.be/ezine en schrijf u daar in.
Wil je je niet langer abonneren op dit e-zine, schrijf je hier uit. Wil je meer informatie over de e-zines van de Provincie West-Vlaanderen, surf dan naar www.westvlaanderen.be/ezine.