X?
"**->»_
""*"-rtV'
^^8Z.? <-'K^^~~~~~^ ^ r^——^ «^£ °'{---
Aold Ho -1-
•*&.,
ORGAAN VAN DE HISTORISCHE KRING HAAKSBERGEN 33e jaargang nr. 2 juni 2000 verschijnt 4x per jaar
Aold Hoksebarge ARCHIEF:
Souterrain gemeentehuis Markt 3 tel. 053-5742374
Openingstijden: Maandag Dinsdag Donderdag Vrijdag
19.00-22.00 uur 14.00-17.00 uur 19.00-22.00 uur (alléén na afspraak) 09.30-11.30 uur
LEDENADMINISTRATIE: B.F. Leferink, M.A. de Ruyterstraat 34,7482 BZ Haaksbergen Postbankrekening nr. 2547699 Bankrekening Rabobank nr. 32.42.29.917 beide t.n.v. Penningmeester Historische Kring Haaksbergen "Aold Hoksebarge" wordt vier keer per jaar toegezonden aan de leden van de "Historische Kring Haaksbergen". Zij betalen voor lidmaatschap en abonnement fl. 35,- per jaar. Publikatie of overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk, is alleen toegestaan met toestemming van de auteur(s) en bronvermelding. REDAKTIEADRES: Blekerstraat 5,7481 JT Haaksbergen
Bestuur van de Historische Kring Haaksbergen G.J. Leppink L.P.F.M.C. Leeters J.G. Hofste op Bruinink B.F. Leferink G.P.Wes J.H. Scholten E.J.H. Ooink
ISSN:
Uiterhoevestraat 11,7481 DH Haaksbergen voorzitter Spoorstraat 32,7481 HZ Haaksbergen secretaris Blekerstraat 5,7481 JT Haaksbergen vice voorzitter, voorz. wg. hist. onderzoek M.A. de Ruyterstraat 34,7482 BZ Haaksbergen penningmeester Wiedenbroeksingel 88, 7482 BD Haaksbergen voorz. wg. archief/genealogie Bizetstraat 31,7482 AM Haaksbergen algemeen bestuurslid Enschedesestraat 153,7481 CN Haaksbergen algemeen bestuurslid
1384-76
tel. 5721728 tel 5725757 tel. 5723553 tel. 5740625 tel. 5722814 tel. 5722937 tel. 5726989
2209 VAN HET BESTUUR: Op het moment dat uw secretaris zijn gebruikelijke kwartaalbericht schrijft, dringt de verschrikkelijke omvang van de ramp te Enschede zich aan ons op. De zon straalt, het lijkt ook hartje zomer, maar het wordt langzaam ijzig kil in Enschede en omgeving, in de eerste plaats voor de vele mensen die door deze verwoestende ramp zo vreselijk lijken te worden getroffen. De ramp van 13 mei 2000 zal het leven van veel inwoners van Enschede ingrijpend veranderen. Ook zal de stad Enschede nooit meer zijn zoals zij was. Laten we echter hopen dat de nabestaanden van de slachtoffers, de vele gewonden en alle andere personen die door deze ramp zijn/worden getroffen, in staat zullen zijn op de nu nog nauwelijks te bevatten puinhopen van menselijk leed, een nieuw leven op te bouwen. De Historische Kring Haaksbergen wenst hen alle kracht en sterkte die hiervoor nodig is. Tegen de achtergrond van deze ramp is datgene waarmee uw bestuur zich recent heeft beziggehouden, van uiterst betrekkelijke betekenis. Daarom slechts de hoofdzaken. In de eerste plaats de jaarlijks terugkerende en dus ook traditionele jaarvergadering: dit jaar gehouden in De Bron op 13 april 2000. Een redelijke belangstelling voor de jaarlijkse terugblik op datgene, wat zich in het voorbije jaar heeft voorgedaan, op de financiële gang van zaken en op de plannen voor het nieuwe verenigingsjaar, waarvan een gedeelte inmiddels al weer is gerealiseerd. Een hoogtepunt was de aan de jaarvergadering gekoppelde onthulling van het naar de Braak verhuisde monument van Dr. Ariëns, onmiddellijk gevolgd door de uitreiking van het eerste exemplaar van het boek De Eendracht. De organisatie van de onthulling van het monument van Dr. Ariëns was in handen gelegd van uw bestuur. Het was verheugend te kunnen constateren, dat de onthulling van dit monument door velen als een belangrijke gebeurtenis werd beschouwd. In groten getale waren genodigden en andere belangstellenden aanwezig, hetgeen niet minder het geval was bij de al even feestelijke uitreiking van het eerste exemplaar van het boek De Eendracht, een uitgave van de Historische Kring Haaksbergen, geschreven door Jan Heerink. Het eerste exemplaar, door de schrijver opgedragen aan wijlen Herman Schuiten, werd op deze avond uitgereikt aan zijn weduwe, mevrouw Gerda Schuiten. Het bestuur is mevrouw Schuiten dankbaar dat zij dit eerste exemplaar van het boek De Eendracht, waaraan Herman Schuiten een belangrijke bijdrage heeft geleverd, in ontvangst heeft willen nemen. Het was een geslaagde en vooral ook gedenkwaardige avond. Het bestuur is van plan, naast de gebruikelijke activiteiten, dit jaar bijzondere aandacht te schenken aan de begraafplaatsen in Haaksbergen. De begraafplaatsen verdienen meer aandacht, vooral vanwege hun historische en maatschappelijke betekenis. L. Leeters, secretaris.
2210
JAARVERSLAG 1999 De jaarverslagen van de Historische Kring Haaksbergen vermelden steeds nauwgezet de samenstelling van het bestuur, de keren dat het bestuur heeft vergaderd, de groei van het aantal leden en de excursies, lezingen en andere activiteiten. Over dit alles zal uw secretaris deze keer kort zijn. Het bestuur is in 1999 van samenstelling veranderd, uitsluitend doordat wij op 16 oktober 1999 afscheid hebben moeten nemen van Herman Schuiten. Hoewel al eerder werd stilgestaan bij het overlijden van Herman Schuiten wil het bestuur daaraan in dit jaarverslag toch niet voorbijgaan. Nog dagelijks is merkbaar wat zijn heengaan betekent voor historie-minnend Haaksbergen. Ook vandaag gaan we in gedachten terug naar zijn persoon, als over enkele momenten het boek De Eendracht het licht ziet, waaraan hij zo'n belangrijke bijdrage heeft geleverd. 1999 was bepaald geen gewoon jaar, ook al zijn tijdens dit jaar uiteraard wel weer de gebruikelijke excursies, lezingen en andere activiteiten, wederom verzorgd door met name Gerard Hofste op Bruinink. Op 4 februari 1999 gaf Herman Schuiten een lezing met als onderwerp 'Wat 'n dorp'. Dat Herman Schuiten voor deze lezing niet minder dan 70 toehoorders aan zijn gehoor wist te binden, geeft aan hoe zijn visie op de historie van Haaksbergen werd gewaardeerd. De monumentendag op 11 september 1999, met als thema: 'monumentaal groen', trok zoals gebruikelijk veel belangstelling met wellicht als hoogtepunt de uitreiking van de monumentenprijs 1999 aan de heer en mevrouw Lohuis. Ook de excursie op 16 oktober 1999 naar Heek en Nienborg, waaraan niet minder dan het maximale aantal van 50 personen deelnamen, het maximum, was een groot succes. 1999 zal de historie ingaan als het jaar waarin de Historische Kring Haaksbergen eindelijk haar thuishaven, en inmiddels voor velen vooral een vertrouwde en gewaardeerde thuishaven, heeft gekregen. Nadat de medewerkers van met name de werkgroep Archief in maart 1999 de verhuizing van de Veldkampstraat tot in de puntjes hadden geregeld en de gigantische klus op 25 maart 1999 hadden geklaard, vond op 25 september de officiële opening plaats van het Historisch Centrum Achterom, gevolgd door de open dag op 26 september. Voor deze open dag hebben vele medewerkers van onze vereniging zich ingespannen en zonder overdrijving kan worden gesteld, dat de officiële opening en de door veel belangstellenden bezochte open dag vooral ook daardoor een groot succes zijn geworden. Het jaar 1999 is ook het jaar van de bijzondere giften. De Rabobank bedacht ons met een gift van ƒ2.500,— , besteed aan verdere automatisering van ons archief. Ook de anonieme en intussen al traditionele gift
2211 van wederom ƒ500,— mag niet onvermeld blijven, evenmin als de zeer aanzienlijke financiële bijdrage van Rotaryclub Haaksbergen ten behoeve van de restauratie van het Jordaan-archief. Naast deze wellicht wat meer tot de verbeelding sprekende giften moeten zeker de vele schenkingen van andere personen en instellingen. Zo schonk Dick Bouwman ons ter gelegenheid van de opening van het historisch centrum Achterom, een bierkruik, maatflesjes en andere zaken, die door hem gevonden zijn op het terrein van de voormalige fabriek De Eendracht. Ofwel de schenking van kantoormeubilair door Leferink Haaksbergen eveneens ter gelegenheid van de opening, het schilderij op basis van de prent Pronk van de kunstschilder Johan Leppink, de vele oude foto's, een vaandel van de RK-jongeren boerenbond, oude krantenartikelen, jaarboeken, historische boeken, kortom, zoveel zaken, dat daarmee alleen al een boekerij of museum zou kunnen worden gevuld. Het bestuur dankt alle gulle gevers nogmaals hartelijk. Over bijzondere giften gesproken. In december 1999 werd het bestuur benaderd door de familie Van Dijk te Haarlem na de door hen gedane vondst van een tweetal bijzondere portretten, naar achteraf bleek de portretten van Schaepmann en zijn echtgenote. Schaepmann, geboren op 8 januari 1780, was burgemeester van Haaksbergen van 1829 tot 1844. De portretten zijn door de familie Van Dijk geschonken aan de Historische Kring Haaksbergen. Inmiddels heeft het bestuur afspraken gemaakt met het gemeentebestuur. Het gemeentebestuur wordt eigenaar van de portretten en zal voor de restauratie daarvan zorgdragen. Kortom, het jaar 1999 verdwijnt in de annalen van onze vereniging als een keerpunt voor de vereniging Historische Kring Haaksbergen en vooral als een jaar waarin is gebleken dat de vereniging en vooral de inzet van de vele vrijwilligers steeds meer waardering vindt, niet alleen binnen, maar ook al buiten de gemeenschap van Haaksbergen. Het bestuur wil dan ook in het bijzonder deze vrijwilligers bedanken voor alles wat ze in 1999 voor de vereniging hebben gedaan. 13 april 2000
L.P.F.M.C. Leeters secretaris.
2212 NIEUWE LEDEN Wij heten de volgende leden van harte welkom: E. Roelink-Slager, Haagwinde 16,7483 AD Haaksbergen H. Nijkamp, Klaashuisstraat 22 a, 7481 EP Haaksbergen T.J. Schouten, Bilderdijkstraat 15,7471 XZ Goor H.J. Diepemaat, Kwekerijweg 26,7481 PH Haaksbergen H.J.B. Embsen, Kroonprins 21,7481 CG Haaksbergen J.A .M. van der Zanden, Goorsestraat 31,7482 CB Haaksbergen R. Vossebeld, Bentelerweg 22,7554 RB Hengelo (Overijssel) G.J.B. Bosch, Schubertstraat 14,7482 AR Haaksbergen A.E. te Lintelo, De Braak 14,7481 JG Haaksbergen J. Scholten, De Braak 24,7481 JG Haaksbergen G. Camstra, De Braak 26,7481 JG Haaksbergen G. Blanken, De Braak 12,7481 JG Haaksbergen H.G.J. Grefte, Kerkstraat l a, 7496 PC Hengevelde F.L. Swart, Richterstraat 11,7482 ZT Haaksbergen
SCHENKINGEN In de afgelopen periode mochten we de volgende schenkingen ontvangen, waarvoor we de gevers van harte dank willen zeggen: Ir. G.H.H. Schoolkate uit St. Michielsgestel: Twee computer schijven met een index van alle 6874 persoonsnamen op bladzijdennummer uit de boeken Historie van Haaksbergen delen II en IV en van ruim 1300 boerderijnamen met sectie en nummers. Met deze uit te printen lijsten kan zeer snel de gewenste informatie gevonden worden. 13 transcripties van processtukken, die betrekking hebben op Hendrik ten Schoolkate tussen 1745 en 1759 John. Buursink, U.S.A.: 3 boeken genealogie: Buursink en Buerse G.J. Leppink: 2 boeken: Wandelingen door Nederland Jaarboek Overijssel 1967 H. J. Leferink: Boek: Kort en duidelijk
2213 J.H. Scholten: Diverse boeken o.a. 60 jaar Twentsche Kabel, Krimineel wat "n dorp, 10 jaar ETrit sjaloom, Beckum bezet en bevrijd, De Marke Duider
Fam. B.J. Nijhof: Portret Gerh. Jordaan en 5 foto's Huize "De Bleek" mevrouw Janszen-Spenkelink: 2 boeken: Stoom op het Spoor Huisvrouwen vreugd 1935 H. Klein Breteler: 2 x Familie Kroniek Klein Breteler G. Brefeld: Scriptie De stedelijke elite van Enschede 1875 - 1900 B.J. Groot Obbink: boek Haaksbergen van Platteland naar Industrie G. Hannink: boek Genealogie Bouwhuis
Nieuwe aanwinsten: Genealogie: Van Mast - Velthuis - Veldhuis / fam. Diepemaat / Wienk / Noordink / Van Lochem Boeken: Oost Nederlandse Familienamen Kroniek van Johannes van Lochem De Kerk te Lage 800 jaar Olminkhof Vier eeuwen Harbers
2214 VERSLAG LEZING MET DIA'S OVER FOLKLORE EN OUDE GEBRUIKEN IN OOST EN NOORD-NEDERLAND Op dinsdagavond 29 februari 2000 waren ongeveer 80 belangstellenden aanwezig in de "Richtershof'voor bovengenoemde lezing door het echtpaar Grootjans-Turksma. De heer Grootjans vertelde op duidelijke wijze over gewoontes en gebruiken, die het jaar door steeds weer opnieuw plaatsvinden in de diverse genoemde regio's, waaronder dus ook Twente. Hij leidde het publiek van de verschillende gebruiken op nieuwjaarsdag via steeds wisselende buurtschappen naar die op oudejaarsdag. Vele van de besproken gewoontes bleken wel bekend bij de meeste toehoorders. Ook Haaksbergen kwam uiteraard ter sprake, toen de heer Grootjans vertelde over de hoogste paasvuren, die achtereenvolgens in aanmerking kwamen voor het Guiness Book of Records. Gerrit Wes. RICHT UW BLIK OMHOOG
Weet u waar dit bouwfragment zich bevindt? De oplossing vindt u op blz. 2222 BERICHTEN UIT HET HISTORISCH CENTRUM "ACHTEROM" Het aantal bezoekers neemt toe en daarmee ook de kosten. Sinds l april betalen bezoekers, die geen lid zijn van de Historische Kring Haaksbergen, ƒ. 5,— per bezoek; een echtpaar betaalt ƒ. 7,50. Voor ƒ 25,— kan men een bezoekerspas kopen, die een jaar geldig is. Deze pas geeft onbeperkt toegang. Het eerste bezoek wordt gezien als een kennismaking en is gratis. Er zijn al betalende bezoekers geweest. Sommigen kiezen met een tientje meer voor het lidmaatschap. De 25 medewerk(st)ers zijn enthousiast bezig met de verschillende taken. Het aantal hobby-overuren groeit gestaag. Vooral in de maanden maart en april zijn de dames zo nu en dan hele dagen bezig geweest om de ongeveer 12000 foto's in de juiste mappen te herplaatsen. Ze hebben voor deze enorme klus wel een stevige pluim verdiend. Bij deze!. Gerrit Wes, coördinator Hist. Centrum "Achterom"
2215
VOORJAARSEXCURSIE NAAR OSNABRUCK EN IBURG Samen met de Heimatverein Ahaus organiseerde de Historische Kring Haaksbergen een ééndagsexcursie naar Osnabrück en Iburg op donderdag 18 mei 2000. Onder leiding van Gerard Hofste op Bruinink vertrokken 36 Haaksbergenaren naar Ahaus om van daaruit verder te reizen samen met nog 18 duitse Heimatfreunde. De voortreffelijke begeleider Bernhard Heying liet op rustige en deskundige manier ons van zijn kennis meegenieten. In Osnabrück werd na de koffie eerst kennis gemaakt met het Felix Nussbaum museum van de wereldbekende architect Daniel Liebeskind. Indrukwekkend is de vormgeving van het museum dat het in Auschwitz beëindigde leven van de in Osnabrück geboren joodse schilder Nussbaum symboliseert. Daarna werd een bezoek gebracht aan het Rathaus met zijn bekende vredeszaal, waar de Westfaalse vrede een einde maakte aan de 30 jarige oorlog, in vele opzichten vergelijkbaar met de bekende vredeszaal in Munster. Na een bezoek aan de prachtige gotische St. Marienkirche en de Romaanse Dom St. Peter kon eenieder voorzich de middagpauze doorbrengen. In de namiddag werd een bezoek gebracht aan slot Iburg in het gelijknamige idyllische stadje Iburg, om van daaruit 's avonds om precies half acht voldaan in Haaksbergen terug te keren.
Een deel van het gezelschap tijdens de rondgang door Osnabrück. ( foto: J.G. Hofste op Bruinink)
2216 CAREL DELIN (1756-1818) SCHILDER VAN DE "SCHAEPMAN" PORTRETTEN? Onze zoektocht naar de schilder van de in januari ontdekte en ongesigneerde portretten van Haaksbergens 2e burgemeester H.A P. Schaepman (1780-1850) en zijn vrouw heeft vrijwel zeker al resultaat opgeleverd. Na de publicatie over deze portretten nam ons lid, de heer J. de Vos van Nederveen Cappel uit Rekken, contact met ons op en vertelde, dat deze portretten in stijl zeer veel weg hadden van een 8-tal in zijn bezit zijnde familieportretten. Deze portretten waren van de hand van de schilder Carel Delin, die van 1800 tot zijn dood in 1818 in Amsterdam gewoond en gewerkt heeft. De heer de Vos bleek ook in het bezit van een in 1985 verschenen catalogus van een tentoonstelling van portretten van Amerikaanse scheepskapiteins, geschilderd door deze Carel of Charles Delin, gehouden in het Cushing House, Newburyport-Massachusetts (VS). Bij de vergelijking van de "de Vos"-familieportretten en de in de catalogus aangegeven specifieke stijlkenmerken van portretten door Delin geschilderd én door het gegeven, dat bekend was, dat Delin zijn schilderijen slechts zeer zelden signeerde, konden we met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid vaststellen, dat de "Schaepman"-portretten ook van de hand van deze schilder moesten zijn. Een mening, die gedeeld wordt door de bekende Bornse restaurateur van schilderijen, de heer J.A. Polder. In Neder-land zijn 48 portretten (nu dus waarschijnlijk 50) van Delin bekend; op een enkele na, alle ongesigneerd. Het gaat om een aantal officiersportretten uit Maastricht en om Amsterdamse en ook Rotterdamse patriciërsportretten. Een groot deel van Delins oeuvre bevindt zich in Noord-Amerika. Deze werken zijn in het bezit of afkomstig van nakomelingen van Amerikaanse zeekapiteins en hun staf, die zich bij hun verblijf in de Amsterdamse haven door Carel Delin moeten hebben laten portretteren.
(foto: archief Hist. Kr. Haaksbergen ) Dit portret van de Amerikaanse kapitein van het zeeschip Neptune, Taylor Jeffries, werd in 1804 /l805 in Amsterdam geschilderd door Carel Delin (1756-1818). Daarnaast ter vergelijking het waarschijnlijk in 1809 geschilderde portret van de 29 jarige H.A.P. Schaepman.
2217 Deze Carel Delin en zijn nog meer getalenteerde oudere broer Nicolaas Joseph Delin (1741-1803) waren zoons van de in Doornik (Zuid-België) gevestigde klavecimbelbouwer Albert Delin en zijn vrouw Anna Josepha Marte.Carel werd op 10 oktober 1756 te Doornik gedoopt met de namen Carolus Bruno Donatus de Lin. Van 16 februari 1771 tot 1775 stond hij ingeschreven bij de Koninklijke Kunstacademie te Antwerpen. Hij trouwde daar op 4 december 1775 met de Maastrichtse Carolina Gertrudis van den Broeck. Het paar vestigde zich in Maastricht. Daar schilderde hij met name officiersportretten. Na de dood van zijn eerste vrouw hertrouwde hij met Johanna Geertrui Engering en vestigde zich in het bovenhuis van Keizersgracht 307 in Amsterdam, waar hij als koffiehuishouder stond ingeschreven. Het echtpaar verhuisde van daar naar het adres Rokin 29. Charles en Johanna Delin kregen 3 kinderen, geboren resp. in 1803, 1807 en 1808. Delin stierf in 1818. Zijn zoon Gaspar gaf als zijn vaders beroep op: fijnschilder. De portretten van Hermannes Schaepman en zijn vrouw Johanna van den Biesen zijn praktisch zeker in Amsterdam geschilderd in het jaar van hun huwelijk 1809. Na de restauratie van de portretten door de heer Polder zullen we trachten onze mening bevestigd te krijgen bij het Iconografisch Bureau te Den Haag. G.J. Leppink
(foto: archief Hist. Kr. Haaksbergen )
VOLKSVERHALEN UIT HAAKSBERGEN Henk Krosenbrink was actief in de Gelderse Achterhoek. Het was een geluk voor Haaksbergen dat Henk Krosenbrink in het kader van zijn onderzoek de Achterhoek voor Twente verruilde en op 22 februari 1965 een gesprek heeft gehad met Joh. A. Lubberdink (1). Deze bejaarde man woonde aan de Oude Rietmolenweg 10 in Haaksbergen. De heer Lubberdink was geboren in 1882 in Buurse en van beroep landbouwer. Hieronder geef ik de volledige tekst weer van het in dialect geschreven verslag van Krosenbrink. Dan volgt een korte interpretatie van deze verhalen, die ons wat zeggen over opvattingen inzake toverij en volksverhalen. Wie zich verder wil verdiepen in toverij en volksverhalen in Twente, raad ik aan om mijn boek over dit onderwerp te lezen (2). 1. Witte Wiefkes 'In Buurse b'j Meier, ha'n ze de witte wiefkes eploagd. Toen gingen dee eur achternao en zee mosten maken dat ze weg kwammen. An ut leste smetten ze eur ut haarspit nao en dat hè'j nog lange in de deure können zeen, want daor bleef ut in staeken.'
Witte wiefkes (uit Twente, onze streek in prenten en verhalen. Tekening Chris Velthuis)
2. Spookkonijn 'Bi'j Zinbargen zat ne streuper op de loer naor un paar knientjes. Hee zat vlak bi'j ne brugge en toen tikken um der opeens ene op de kop. Ut was midden in den nacht. En toen had e neet maer können scheten, want ut gewaer wol neet maer afgaon.'
3. Heemennekes 'De Heemennekes gingen o w vrogger achternao en dan gingen ze ow op den scholder zitten, da'j haoste neet maer lopen können.' 4. Hunnen 'Tussen Buurse en Hoksebargen hebt de Hunnen buitens emaakt. Allemaole heuveltjes, want daor hebt ze eure schuppen afeklopt.' 5. Spookhond 'Bi'j den boer van Langele was ne knecht an ut bouwen ewest. Toen was der ne groten hond anekommen en den was naost um egaone. Dat was den duvel ewest en hee had evraogd of hee met um worsteln wol. Dan zol e umme zo en zo late an ut ende van de hof wezzen. No, dat was good. Maer aerste ging de knech naor de pastaor hen en den vertellen um, dat e mos zeg-
gen: Ene, twi'j, dri'j, met God en Mari'j, slao den duvel ovverni'j. Ton was hee der op de afgesprokken tied met de grepe hen egaone en toen hef den duvel der wat o v ver haer ekreggene.' 6. Geestverschijning bij markesteen 'In Steenbargen onder Hoksebargen had der ene ezene, dat der 's nachens ene gengs was de scheidstene te verleggen. Hee had um good können kennen, maor ut was der ene ewest, den al jaorn dood was. En den man den ut vertellen loog neet.' 7. Spookgeschiedenis over de grens bij Buurse 'Net ovver de grenze bi'j Buurse, onder Wüllen, was elk kaere zon gedoote op zolder. Un geweldug lawaai. Dat hebt ze leggen ne paoter ezegd en den is naor bovven ekroppene en hef ut spook wegebanne. Hee hef ut in un loek edrevvene veur op daele en daor mot ut nog zitten.' 8. Weerwolf/spookhond 'Teggen nu man ha'n ze is ne kaere ezegd, dat der ne vrömden hond deur ut bos leep, ne waerwolf. Ton had e ezegd: Dat gleuf ik neet. Ton had e zich opeslottene in de schoppe, want dat wol e ok zeen. Umme twaalf uur had hee ovver den enddeure ekkene en toen had daor ne groten hond estaone. Den was al maor groter ewordene, net zolange tot den ok ovver den enddeure keek. Hee had ezegd van: Ksst, ksst, umme den hond nog wat an te hessen en hee was nog groter ewordene. Toen was e bange ewordene en krop den balken op, maor ton e deur ut loek naor boeten keek, was den hond al net zo groot ewest as den kapbarg.' 9. Lichtverschijnsel 'In den veurugen aorlog smokkeln wij nog wal is paerde naor Duutsland. Wi'j wazzen ne kaere met uns dreen en ton kump der in den donkern was anveurn. Wi'j zogen niks. Ut kwam recht op uns an en de bokse ging uns stief teggen de bene an staon. Ton vloog ut opins met un gebraatskete op zied van uns in den bos. Wi'j hebt gin ene van dreen esprokkene en wi'j hebt ok neet ekekkene wat of ut was. En ok den andern dag bu'w neet waerumme ewest.' INTERPRETATIE Voor zover ze te dateren zijn, hebben de verhalen betrekking op gebeurtenissen waarover tijdens de jeugd van de verteller werd gesproken. De verhalen stam-
2220 men dus uit de periode 1890 - 1918 maar de kern van sommige is veel ouder.(2) Uit het onderzoek door het P.J. Meertens Instituut is naar voren gekomen, dat veel mensen in die tijd nog geloofden in geestverschijningen en toverij. Het was dus geen "bijgeloof' maar een normaal verschijnsel op het platteland en in de dorpen om over witte wieven, hunnen, weerwolven, spookkonijnen en spookhonden te praten. Via de aantekeningen van Henk Krosenbrink mogen wij dus nog een blik werpen op"gespreksstof tussen mensen van ongeveer een eeuw geleden in Haaksbergen en omgeving. Getuige de inhoud gaat het om verhalen die zich afspelen in de directe leefomgeving. Lubberdink noemt buurschappen rond Haaksbergen en net over de grens bij Buurse richting Wüllen. Het gaat bij acht van de negen verhalen om horen zeggen, maar bij één verhaal wordt benadrukt, dat het om een betrouwbare bron gaat en tevens heeft Lubberdink ook zelf wat meegemaakt, wat hij niet kan verklaren. Het is verder onduidelijk in hoeverre Lubberdink in 1965 nog meende, dat de spookverhalen die hij vertelde werkelijkheid waren of zijn geweest. Uit het verhaal over wat hij zelf heeft meegemaakt lijkt naar voren te komen, dat hij in ieder geval in die tijd in het bestaan van spokerij geloofde en daarom bang was om te controleren wat hij in het donker had gezien. Uit het landelijk onderzoek kwam naar voren, dat er in de 19de en 20ste eeuw vele gradaties van geloof moeten hebben bestaan van vaste overtuiging tot en met scepsis en ongeloof.(3) Uit de verhalen van Lubberdink blijkt dat katholieke geestelijken de macht werd toegedicht om de toverij - veelal duivelswerk - te beteugelen of ongedaan te maken. Dit spoort met de uitkomsten van het landelijk onderzoek. Lubberdink kende naast verhalen over de oude sagefiguren Witte Wie ven, Heemennekes en het reuzenvolk van de Hunnen ook verhalen over spookdieren. De eerste categorie sagefiguren lijkt vooral te dienen om greep te krijgen op onverklaarbare zaken zoals de aanwezigheid van grafheuvels of urnenvelden (woonplekken van Witte Wieven) en rivierduinen (gemaakt door reuzen) en het zich plotseling moe voelen (kwade invloed van een Heemenneke). De verhalen over de spookkonijnen en spookhonden dienden waarschijnlijk als waarschuwing tegen illegaal op jacht gaan of loslopende honden die hondsdol konden zijn. Hetzelfde waarschuwende, om niet te zeggen opvoedkundige element, treffen we aan in de sage over de spookverschijning bij de markesteen. Hierin zit duidelijk de boodschap dat men niet stiekem eigendomsgrenzen moet verleggen, want de straf was dat men eeuwig bleef rondspoken op de plek van de misdaad. De sagen waren vroeger ook niet alleen een zaak van volwassenen; kinderen kwamen al jong met deze volksverhalen in aanraking. De verhalen, zoals Lubberdink die nog aan Krosenbrink wist te vertellen, hangen samen met een "magisch universum' waarin veel mensen met name op het platteland in de eerste helft van de vorige eeuw nog geloofden. De afname van het geloof in witte wie ven, spookdieren, hunnen, heemennekes en heksen kan niet los worden gezien van de maatschappelijke ontwikkelingen die zich in de vorige eeuw hebben voltrokken op het gebied van onderwijs, medische verzorging, hygiëne en wetenschap. Maar zo-
2221 lang wij in onze samenleving nog niet in staat zijn om alles te verklaren, blijft er ruimte voor magisch gekleurde antwoorden. De verhalen in onze tijd zijn anders geworden dan die uit de jeugd van Lubberdink, maar ook verhalen uit de twintigste eeuw over de crisisperiode, de Tweede Wereldoorlog, zonderlingen, stropers, boeren, burgers en buitenlui zijn het waard om te worden opgeschreven. Wie waagt zich daar eens aan en voorziet zo tevens dit blad van interessante kopy? Dick Schlüter
Noten 1. Krosenbrink, Henk., Verslag no. 125. Gesprek op 22 februari 1965 met Joh. A. Lubberdink, Oude Rietmolenweg 10 te Haaksbergen. In het P.J. Meertensinstituut heeft het verslag de code M13-125 gekregen. 2. Schlüter, Dick., Betovering en vervolging. Over toverij in Oost-Nederland tussen de 16de en 20ste eeuw, Uitgeverij Broekhuis, Hengelo (1991). 3. Dekker, Ton., ^Heksen en tovenaars in twintigste-eeuwse sagen', in: Nederland Betoverd, Toverij en Hekserij van de veertiende tot in de twintigste eeuw, De Bataafsche Leeuw, Amsterdam (1987), pag. 243-255.
HEDEN EN VERLEDEN Op de hierbij afgebeelde foto's het pand Spoorstraat 21 voor en na 1968. Het hier gelegen pand heeft tot het jaar 1968 altijd een voorname plaats in het dorpsbeeld ingenomen. In de 17e eeuw (voor 1670) werd er een huis gebouwd door de toen vooraanstaande burger Derck te Lintelo, wiens nazaten er tot 1781 gewoond hebben. In dat jaar werd het geveild en gekocht door de rijke winkelier Wilhelmus Hermanus Wiedenbroek. Zijn weduwe verkocht het in 1850 aan Hendrik Jordaan, de oudste zoon van de stichter van D. Jordaan en Zonen's textielfabrieken, die toen nog winkelier was en er in 1912 overleed. Hendriks neef, D. Jordaan FJ.zn., begon er in dat jaar zijn kassierskantoor, de latere bank Jordaan, de oorsprong van de Haaksbergse vestiging van de ABN/AMRO. In 1923 werd het gerenoveerd en tot 1938 woonhuis van het echtpaar H.W. Jordaan-Ebbinge. Tot 1948 woonde er de bedrijfsleider van de textielfabriek D. Jordaan en Zn. Johan W. Leppink. De laatste bewoner was de heer G.J.L. Ebbinge. In 1968 werd het door de firma Jordaan verkocht aan de gemeente Haaksbergen en afgebroken om de Spoorstraat te kunnen verbreden. Op het vrijgekomen perceel werd in het volgende jaar de textielsupermarkt Ter Stal gebouwd. Het oorspronkelijke, zo stijlvolle pand viel op door zijn goed en evenwichtig geproportioneerde 18e eeuwse gevel en door de fraaie deurpartij met een bovenlicht, waarin het Mercurius-teken (pijl met slang
2222 erom geslingerd) was aangebracht. Achter het huis bevond zich een prachtige lange tuin, die doorliep tot aan de Braak. Het was een groot verlies, dat dit zo mooie huis in de tijd, dat schijnbaar alles wat in de weg stond maar afgebroken moest worden, zo verloren is gegaan; te meer daar het vervangen is door een nietszeggend winkelpand zonder een eigen stijl. GJL
Pand Spoorstraat 21 in c.a. 1960 ( foto: archief Hist. Kr. Haaksbergen )
Pand Spoorstraat 21 in 1999 (foto: A.B.M. Leferink) RICHT UW BLIK OMHOOG Oplossing van blz. 2214 Dit bouwfragment bevindt zich in de gevel van de in 1887 door D.B.H. Jordaan gebouwde villa aan de Spoorstraat 32.
2223 BOEKBESPREKING Klaas Bernink (1913-1996) De Universiteit Twente en de stichting Kunstcollectie Haaksbergen hebben samen het initiatief genomen om bij de Universiteitspers een prachtige monografie, gewijd aan de bekende Glanerbrugger schilder Klaas Bernink, uit te geven. Bernink, tot zijn vijftigste arbeider in de textielindustrie, heeft in zijn artistieke loopbaan een heel eigen strakke, herkenbare stijl ontwikkeld. Zijn onderwerpen vond hij in zijn directe omgeving. Eerst in de industrie en later vooral in Enschede. Maar ook in Haaksbergen schilderde hij. Met name gebouwen, die onder de slopershamer dreigden te vallen hadden zijn aandacht. Zijn grote bekendheid verwierf hij door de intieme schilderijen, die hij maakte van het Twentse landschap met zijn boerderijen en watermolens, vaak in de sneeuw. Ook in de kop van Overijssel, de streek waar zijn vrouw vandaan kwam, vond hij zijn onderwerpen in het waterlandschap, de molens en bebouwing, afgebeeld in heel mooi afgestemde kleuren. Bernink heeft tot zijn dood m in lyyo 1996 meer De Oostendorper watermolen te Haaksbergen 1984 dan 1000 schilderijen ge- Klaas Bernink maakt, die zich vooral in particulier bezit bevinden. Maar ook in de Twentse musea, bij bedrijven en gemeentes zijn ze te vinden. In Haaksbergen bezit de gemeente een mooie collectie van zijn werken, die in de zeventiger jaren in ons dorp zijn gemaakt, terwijl de stichting Kunstcollectie Haaksbergen vooral vroeg werk, via het Rijk, ter beschikking heeft gekregen. Dit werk wordt in villa-restaurant "de Blanckenborgh" geëxposeerd. Onder de ruim 100 reproducties in het boek troffen we ook aan het door Bernink in 1974, juist voor de afbraak, geschilderde kantoor van de Koninklijke Textielfabrieken D. Jordaan & Zonen N.V., dat bij het station lag, de villa Jordaan aan de Spoorstraat en de Oostendorper watermolen. Het boek bevat een heel informatief en interessant door de kunsthistorica Peggie Breitbarth geschreven levensbeschrijving van de schilder, een analyse van zijn werk en een beschouwing over de plaats van zijn werk in zijn tijd en omgeving. Het boek is prachtig vorm gegeven door Karen Polder en gedrukt door Hassink Drukkers, Haaksbergen. GJL
2224 DRIE MILLENNIUMBOMEN IN DE GEMEENTE HAAKSBERGEN "Ik begrijp er helemaal niets van" zei de Marktlinde tegen de oude Haaksbergenaar, die onder zijn kruin uitrustte van z'n dagelijkse wandeling door het dorp. "Die Millenniumbomen zijn nog maar net geplant en staan nu al in Aold Hoksebarge. Dat was in mijn tijd wel anders!" "Dat is waar" zei de oude man. "Die bomen markeren wel elke dag het verleden, maar nog lang geen historie. Maar dat zal eens veranderen, maatje. Maar dan ben ik er niet meer en jij misschien ook wel niet". "Je hebt gelijk" zei de Marktlinde. "Toch goed dat er Millenniumlinden zijn.Laat maar gewoon staan". Een bijdrage van Eric Ooink. Zoals u waarschijnlijk in de krant hebt gelezen, heeft het College van Burgemeester en Wethouders van Haaksbergen maandagmiddag 3 januari j.l. drie Millenniumbomen geplant in Haaksbergen, Buurse en Sint Isidorushoeve. De aangeplante gedenkbomen zijn Winterlinden, ook wel Kleinbladige linde genoemd. De gemeente heeft gekozen voor een lindesoort vanwege haar inheemse en cultuurhistorische karakter. Al eeuwenlang worden linden als herdenkingsboom aangeplant op markante plekken. Ze kunnen mede dankzij hun enorme herstellingsvermogen onder optimale omstandigheden 800 tot 1500 jaar oud worden. Bij de bomen is een plaquette geplaatst met daarop: 'Millennium Geschenk' (een geschenk aan de gemeenschap) en de soortnaam van de boom. De bedoeling is, dat er dit voorjaar rond elke boom een authentiek sierhekwerk wordt geplaatst, zodat de bomen goed beschermd en herkenbaar blijven. In Buurse is de boom geplant aan het 'Mestweggetje', het cultuurhistorische verbindingsweggetje tussen de twee kernen van het dorp. In St. Isidorushoeve staat de boom op het terrein van gemeenschapshuis "t Meuke' aan de Beckummerweg. In het plantsoen tegenover de MBS aan de Stationsstraat staat de Haaksbergse Millenniumboom. Bij het planten van deze boom droeg Henk Oosterholt het bekende gedicht 'de Mark(t)-Linde' van de in Haaksbergen geboren dichter Herman Berghege (1864-1937) voor. Zoals we dat van hem gewend zijn, gaf hij er een eigen tintje aan door te vervolgen met een eigen gedicht. Dit fraaie gedicht wil ik u zeker niet onthouden en ik hoop dat mede hierdoor Haaksbergen nog lang mag genieten van de 'Millenniumbomen'. Eerst volgt nu de laatste strofe van het gedicht van Berghege, waarop het gedicht van
2225
Oosterholt zo passend aansluit. Noe'w is den boom 'evallen Noe is Hoksebarge um kwiet En met um is vervallen Dee goeie aole tied. (Herman Berghege, de Mark-Linde) Mer noew - in 't jaor tweedoezend hef de gemeente prakkiseerd Is oons zo'n aolde linde toch wier een pleksken weerd. 't Kan neet meer op het marktplein daor steet 't van beume vol En d'r nog een' bie'j te potten dat wordt oons toch te dol. Dan kö'j duur al dee beume neet eens de loch meer zeen Laot staon den aolden toren en den blif nummer één... Wie'j hebt 'ezoch' noar een plekske waor 't historisch nog wal kon En dat hebbe wie'j 'evoonden tegenoaver het station. Dat station hef meer dan honderd jaor oons Hoksbarge zeen wassen. Mie'j duch dat hee (as wie'j d'r neet meer bunt) toch wal good op den boom zal passen. (Henk Oosterholt
2226 UIT HET ARCHIEF EXTRACT uit het Prothocol van Criminele zaken, dienende voor Landdrost en Assessoren' in het Departement Overijssel Vrijdag den 4 November 1808. IN NAAM DES KONINGS In zake Crimineel van den Advocaat Fiscaal des Konings voor de Middelen te Lande, Mr. C.G. van Baerle R.O. Eischer, alwaar dezelve bij Requeste2 van den 3 dezer per expresse van Delden ingezonden dede voordragen, dat hij zich, overeenkomstig des Landdrost Dispositie van den 1. dezer No. 2 naar Delden begeven hebbende, ten einde omtrent de op den 30 October 11. tegen de te Haaksbergen gestationeerde Grensjagers gepleegde geweldadigheden vergezeld van moord, de noodige inquisitien3 te doen en omtrent de Lijken de vereischte schikkingen te beramen, bevonden had dat de van de zijde der Boeren doodgeschotene Gerrit Knoef, medepligtig was aan de op dien dag ten aanzien van de Grensjagers gepleegde feitelijkheeden, gelijk vertrouwde dat zulks mede aan den Landdrost uit de successivelijk deswege ingekomene Rapporten zoude zijn gebleken, en nog nader uit het bijgevoegde Rapport sub. B. van den Sergeant P. van Erkel zoude confieren4. Verzoekende hij dien ten gevolge dat door Landdrost en Assessoren moge worden verstaan, dat het Lijk van den voormelden G. Knoef, daar hij zich schuldig hadde gemaakt aan publiek geweld gequalificeerd door moord, door den Scherpregter met de beenen zoude worden opgehangen aan ene daar toe inde Buurschap Stapele5, onder het Gerigt van Haaksbergen, opterigtene Galg, en dat aan de gemelde Galg een gepast opschrift, houdende de misdaad van de overledene, wierd aangeslagen. Heeren Landdrost en Assessoren, gezien, gelezen en met vereischten aandacht overwogen zoo wel voorschrevene Requeste en daar annexe Document, als de stukken bij het vorig Adres van genoemden Advocaat Fiscaal van den l dezer, als mede van den Onderinspecteur voor de Middelen te Lande Ressort Almelo van den 31 October overgelegd; voorts gelettet op alles waarop in dezen te lezen stonde en wel speciaal in aanmerking genomen, dat de verregaande en ge weldadige oppositie tegen de LandsBedienden, en die geene zoo tot maintien6 van de Lands Middelen gesteld zijn, welke van tijd tot tijd in Twenthe voorvallen en ondervonden worden, het stellen van een eclatant voorbeeld tot voorkoming van verder onheilen volstrekt noodzakelijk doet zijn, Zoo is het, dat Heeren Landdrost en Assessoren voornoemd, in naam en vanwege Zijne Majesteit den Koning van Holland, regt doende verstaan. Dat ter zake Gerrit Knoef, zich heeft schuldig gemaakt en medepligtig is geweest aan de geweldadigheden op den 30sten October 11. gepleegd tegen een Detachement Grensjagers en een Soldaat van de Armee des Konings tot adsistentie mede genomen, welke twee Wagens met aangehaalde
2227 Goederen convooijeerden, waarbij de genoemde Gerrit Knoef is bevonden gelegen te hebben agter een Wal met een geweer in de hand, en hetzelve willende lossen op gemelde Grensjagers, doch toen door een dier Grensjagers is getroffen door een schot waar aan is gestorven; alzo het Lijk van genoemde Gerrit Knoef, door den Scherprigter met de beenen zal worden gehangen aan eene Galg daartoe op te rigten in de Buurschap Stapele, Gerigts Haaksbergen, en daarbij aan die Galge een Opschrift, houdende de misdaad van den overleden Gerrit Knoef, zal worden aangeslagen, dat voorts dit Vonnis worden gedrukt en aan alle Gerigten in Twenthe aangeplakt. Accordeert met voorsz. Prothocol GEORG ROIJER. 1
J
2
5
toegevoegde bestuursleden verzoek(schrift) 3 strafrechtelijk onderzoek
vertrouwelijk mededelen 't Stepelo 6 handhaving
J.G. Hofste op Bruinink
DIJKSTRA PLASTICS BV Fabrikant van kunststof verpakkingsemmers en -potten
DIJKSTRA PLASTICS BV
Industriestraat 30-34 7482 EZ Haaksbergen, Holland Tel. 053-5723884 Fax 053-5727845
Dactylo Uitzendburo koploper in tijdelijk werk
De winnende opstelling voor kantoor en bedriji
HAAKSBERGEN Eibergsestraat 17 - 7481 HE Haaksbergen tel. 053 572 55 00 - fax 053 572 91 38
H A A K S B E R G E N •^aia:):«iyj.'.>v»:«i:«:yjTj»»:»i:«3an3.i:iii3i
Tolstraat 35,7482 DC Haaksbergen. Tel. 053 - 573 30 00. Fax 053 - 572 70 75. Internetadres www.Ieferink.nl
Reken op méér. Reken op Leferink.