Gemeente Baarn Bijeenkomst "Informatie in de Raad" Verslag van de openbare bijeenkomst, gehouden op woensdag 8 januari 2014 in de raadszaal
Gespreksleider:
de heer R. van Hardeveld
Raadsgriffier:
mevrouw N . Both
Aanwezig:
de heer P. Blokker (PvdA), de heer A . Ennahachi ( G A E ) , de heer W . Genuit ( G L ) , de heer H . Geurtsen ( C D A ) , de heer W . Hazeu (BOP), de heer J. Hoogendoorn ( C D A ) , de heer K . Koudstaal (BOP), de heer T. van der Linden (PvdA), de heer F. Luiten ( V V D ) , de heer A . van der M e i j ( V V D ) , mevrouw S. Oortman Gerlings-van Hal ( V V D ) , mevrouw H . van Otten ( G L ) , de heer A . van Roshum (CU), de heer T. Snyders (LTS), de heer A . Stolk ( V V D ) en de heer Th. Stroo (D66)
Overige aanwezigen:
mevrouw P. Laseur (wethouder) en de heer J. de Wilde (wethouder)
Publieke tribune:
60
Pers:
2
1. Opening, vaststelling agenda en mededelingen De G E S P R E K S L E I D E R heet iedereen om 20.00 uur van harte welkom. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2. Oude smederij Dorpsstraat 15 Lage Vuursche Wethouder L A S E U R geeft aan dat er een plan is ingediend voor het restaureren van de smederij in de Lage Vuursche. Er is sprake van verpaupering en een aantal raadsleden heeft gevraagd o f daar wat aan te doen is. N a veel overleg heeft de eigenaar een plan ingediend. De raad heeft hierover een informatiebrief ontvangen en er is overleg over geweest met de Contactcommissie Lage Vuursche en de omwonenden. Dit onderwerp komt volgende week niet in de debatavond aan de orde omdat het plan niet vraagt om een wijziging van het bestemmingsplan. Straks zal een grote procedure moeten
1
worden gevoerd omdat het een rijksmonument is. In de formele procedure is ruimte voor het indienen van zienswijzen, bezwaar en beroep. De heer D E K O N I N G (Van Asbeck Architecten) meldt dat een gedeelte van de smederij dat niet monumentaal is in 1980 is verbouwd. Het voorste stuk is i n 1920 aangebouwd. De uitbreiding wordt verbouwd en het monumentaal gedeelte achter wordt gerestaureerd. In de tuin komen zes garages. Dit worden houten gebouwen met een pannendak. De voorgevel wordt geheel gerestaureerd. Dat betekent een nieuwe kap en nieuwe kozijnen in de stijl van het gebouw. Er komt een dakkapel bij om de nieuwe functie mogelijk te maken. A a n de kant van de achtergevel wordt op diverse plekken wat aangebouwd. Op de begane grond komt een appartement met een kelder en op de verdieping komt ook een appartement. A a n de linker zijgevel wordt de aanbouw er afgehaald en er komt een nieuwe aanbouw die past binnen de lijnen van het bestemmingsplan. A a n de rechter zijgevel wordt ook een stuk aangebouwd. De bestaande smederij wordt niet veranderd. De woning wordt een beetje aangepast aan de eisen van de tijd. V o o r de uitbreiding aan de achterkant die valt buiten de lijnen van het bestemmingsplan w i l het college een kruimelprocedure toepassen. De heer S N Y D E R S vraagt o f hij goed begrijpt dat aan de achterkant de grijze vlakken gemetselde muren zijn. De heer D E K O N I N G legt uit dat dit een pannendak betreft. De heer L U I T E N vraagt wat de kans is om van S B B toestemming te krijgen om de garages aan de achterkant te ontsluiten. De heer D E K O N I N G heeft goede hoop dat dit gaat lukken. De wethouder helpt hier ook aan mee. De S B B komt er nog deze maand op terug. De heer S N Y D E R S vraagt o f de garages alleen zijn bedoeld voor de gebruikers van de appartementen. De heer D E K O N I N G antwoordt dat die inderdaad zijn bedoeld voor de gebruikers en niet voor overigen. De heer K O U D S T A A L vraagt o f bij de ruimte van 100 m wordt gedacht aan het weer 2
vestigen van een smederij. De heer D E K O N I N G verwacht dit niet. Volgens het bestemmingsplan kunnen er oude ambachten in. Het zou ook een winkel kunnen zijn maar er zijn maximaal twee winkels mogelijk in Lage Vuursche en die zijn er al.
2
De heer K O U D S T A A L vraagt of er zich al iemand heeft aangediend die daar iets zou willen ondernemen. De heer D E K O N I N G zegt dat op het gebied van oude ambachten zich nog niemand heeft aangediend maar op andere gebieden wel. Wethouder L A S E U R legt uit dat Dorpsstraat 13 een woning blijft en dat Dorpsstraat 15 de oude smederij is. Dat worden twee woningen en 100 m kleinschalige ambachtelijke 2
activiteiten. Dit sluit aan op het bestemmingsplan. De oppervlakte van de garages passen precies in de bijgebouwenregeling. Hier is van toepassing het bestemmingsplan Lage Vuursche 2008. Het bouwplan met aanbouw is vergunbaar. Op de aanbouw van de 2,64 m bij 12m fungeert de bovenkant ervan als balkon voor de woning op de eerste verdieping. Daarop is van toepassing de buitenplanse afwijking. Dit is binnen acht weken te regelen maar omdat het een rijksmonument is, moet er ook overleg plaatsvinden met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en dat gebeurt op 21 januari aanstaande. Vervolgens start de officiële procedure van de omgevingsvergunning. SBB staat er positief tegenover en is in nauw contact gebracht met de eigenaar om te kijken of er goede afspraken over kunnen worden gemaakt. De heer B L O K K E R vraagt of al een mogelijke pachter bekend is omdat die werd genoemd in de Baarnsche Courant. Wethouder L A S E U R zegt dat het de bedoeling is dat op de 100 m kleinschalige ambachten komen en geen horeca. 2
De heer H O O G E N D O O R N vraagt of lopende het traject duidelijk wordt aangegeven wat wordt verstaan onder ambachtelijk. Wethouder L A S E U R zegt dat de definitie van wat wordt bedoeld met ambachtelijk staat in het bestemmingsplan. Mevrouw V A N S T R A T E N (Dorpsstraat 17) staat er op dat voordat de werkzaamheden beginnen een nulmeting heeft plaatsgevonden. Het huis is namelijk meer dan 100 jaar oud en zij hoopt dat het huis geen schade ondervindt van de bouw. De heer D E K O N I N G geeft aan dat in het aannemerscontract komt te staan dat betrokkene zich hiervoor moet verzekeren. De verzekeringsmaatschappij zal dan een nulmeting eisen. Dat houdt in dat er een meetpunt wordt gezet en als er verzakkingen of scheuren komen, kan aan de lijn worden gezien dat dit door de bouw is gekomen. Dan moet de schade worden hersteld. Mevrouw V A N S T R A T E N constateert dat de garageboxen worden gebouwd vlak naast haar schuur waarin paarden staan en zij hoopt daarvan geen schade te ondervinden. 3
De heer D E K O N I N G zegt dat nog in overleg met de gemeente wordt bekeken waar de garages precies worden neergezet. De 8 m is dus niet een heilige maat en 6 m is misschien wel voldoende maar daar zal nog overleg over worden gevoerd met mevrouw Van Straten. De juiste maten van de situering van de garageboxen komen in de bouwtekening. De heer K O U W E N H O V E N (eigenaar restaurant Het Jagershuis) vraagt of het volgens het bestemmingsplan is uitgesloten dat voor de smederij een terras kan worden gesitueerd. Wethouder L A S E U R geeft aan dat dit bij de definitie ambachten is uitgesloten omdat er geen horeca of detailhandel mag plaatsvinden. Mevrouw WINTERS (overbuurvrouw smederij) memoreert dat de omwonenden bij de gemeente een aantal vragen en zorgpunten schriftelijk hebben ingediend en dat is toegezegd dat die worden behandeld. Het plan ziet er overigens nu goed uit. Wethouder L A S E U R meldt dat de antwoorden op de vragen gisteren zijn verstuurd. Mevrouw WINTERS zegt dat nog niet alle vragen van de omwonenden zijn beantwoord maar zij hoopt dat er snel duidelijkheid komt. Eén van de vragen hangt ook nog af van het overleg met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. De heer D E K O N I N G geeft tot slot nog aan dat de dakkapel kan worden verplaatst. PAUZE 3. Presentatie plannen Vasthouw en Bastion De G E S P R E K S L E I D E R meldt dat de heer De Ranitz en mevrouw De Ruyter zich wegens ziekte hebben afgemeld en dat wethouder Baerends wegens verplichtingen elders afwezig is. Wethouder L A S E U R memoreert dat in de raad van juli 2013 een motie is ingediend met de strekking om te proberen toch weer een ontwikkeling te krijgen met betrekking tot het parkeerterrein aan de Laanstraat en om daarin ook het centrum mee te nemen. Daarvoor zijn een aantal gesprekken gevoerd en door de dorpsmanager is een discussienota gemaakt met veel feiten en cijfers omtrent het functioneren van het centrum. Inmiddels zijn er twee plannen ingediend door eigenaren met bezit aansluitend aan het parkeerterrein. Over een en ander is een peilnota geschreven om de raad gelegenheid te geven om haar mening te uiten of deze plannen van toegevoegde waarde zijn voor het centrum. De heer Z E I L M A N S (Van Wijnen Projectontwikkeling) zegt dat de heer Naafs vanavond helaas is verhinderd. Het hoofdkantoor van Van Wijnen staat in Baarn en het bedrijf heeft 1500 medewerkers. A l twee jaar wordt met de heer Naafs gesproken om te proberen op zijn locatie invulling te geven aan de plannen voor het centrum. Het doel van de gesprekken was 4
om ervoor te zorgen dat de bedrijven van de heer Naafs verder konden op een andere locatie. Deze locatie is echt aan vervanging toe en daarom is gekeken of voldoende waarde kan worden gegeven aan die locatie om ervoor te zorgen dat het bedrijf kan worden uitgeplaatst naar een locatie met toekomstperspectief. In mei 2013 is overeenstemming bereikt over de uitplaatsing en de aankoop van de locatie. De locatie behelst aanbouw op uitbouw en is echt aan vervanging toe. Een aantal goede panden maken hiervan onderdeel uit zoals Eemnesserweg 21 waar een glasatelier in zat en Eemnesserweg 25 waar een kantoor in zit. Het schuilkerkje is voor de helft eigendom van de heer Naafs en maakte deel uit van de ontwikkeling. Er is goed contact met de andere twee eigenaren/bewoners. De karakteristieke gevels vormen de charme van de Laanstraat en dat is de aanleiding geweest om naar de plannen te kijken. Er waren een aantal uitgangspunten voor de planvorming: met het plan een verbinding maken van het plein met de Laanstraat. Er moet een levendige wand op het Laanplein komen. De invulling van het gat aan de Laanstraat waar de bebouwing terugwijkt. Een kleinschalige ontwikkeling wordt voorgestaan met een pandsgewijze invulling. Vandaar ook het behoud van de bestaande panden aan de Eemnesserweg 21 en 25. Herstel en inpassing van de schuilkerk. Een winkel met bruto 1500 m vloeroppervlakte dat een publiekstrekker is voor het kernwinkelgebied. Daarnaast zijn 20 woningen toegevoegd voor de levendigheid en de 2
wandwerking waaronder een aantal sociale woningen. De winkel legt een verbinding naar het parkeerterrein. In de schuilkerk wordt een gat van glas in het dak gemaakt zodat de mooie gevel kan worden beleefd vanuit de winkel. Aan de achterkant wordt kwaliteit gemaakt met een aantal woningen rondom een besloten hofje. Er komen twee lagen met sociale woningen boven de winkel. Voorts een pand dat de hoek invult van de Eemnesserweg met de Teding van Berkhoutstraat. Het parkeren voor de woningbouw kan worden opgelost op locatie maar voor de toevoeging van de winkelruimte kan binnen de normen niet op eigen locatie worden voorzien. De uitplaatswaarde voor de heer Naafs om zijn bedrijf voort te zetten maakt het niet mogelijk om een deel van de locatie leeg te laten om het voor parkeren te bestemmen. Hierbij is de hulp van de gemeente nodig om te kijken of het op de eigen locatie kan worden opgelost door bijvoorbeeld een deel van de acht woningen niet te maken en daar parkeren toe te voegen. Er kunnen daar met een goede ontsluiting 68 parkeerplaatsen op maaiveld worden toegevoegd. De bijdrage van de gemeente zou dan 800.000 tot 6 1.000.000 moeten zijn. Dat is nog geen 6 15.000 per parkeerplaats en dat is vele malen goedkoper dan ondergronds parkeren. Hier is de gemeente voor nodig: of om het op het eigen terrein op te lossen of in de zin van blauwe zones. Er is overeenstemming met de grondeigenaren en in principe met winkelondernemers. Het plan kan op draagvlak rekenen vanuit de omgeving. De meest belanghebbenden zijn erg enthousiast. Het plan biedt de mogelijkheid om parkeren op maaiveld toe te voegen en er wordt een relatief beperkte investeringsbijdrage van de gemeente gevraagd. De heer L U I T E N begrijpt dat er niet de mogelijkheid is om extra parkeerplaatsen toe te voegen en dat hiermee wordt gedoeld op de situatie dat de 60 plus parkeerplaatsen worden gerealiseerd en niet het hofje en dat de heer Zeilmans plan Bastion B als het meest ideale ziet. 5
De heer B L O K K E R vraagt of al iets kan worden gezegd over de publiekstrekker die in de winkel zou komen. De heer Z E I L M A N S legt uit dat met partijen wordt gesproken waaronder de H E M A . Mevrouw V A N O T T E N vraagt hoe de bevoorrading van de winkel gaat plaatsvinden. De heer Z E I L M A N S zegt dat de ervaring leert dat de bevoorrading via de voorzijde aan het Laanplein kan. Hier kunnen venstertijden voor worden afgesproken. De heer K O U D S T A A L constateert dat op de schets staat dat de bevoorrading plaatsvindt via de ingang aan de Teding van Berkhoutstraat. De heer Z E I L M A N S legt uit dat dit geen optie is en dat dit een oude schets betreft. De heer V A N R O S H U M vraagt hoe het draagvlak is gepeild en wie de belanghebbenden zijn. De heer Z E I L M A N S zegt dat dit de twee bewoners in de schuilkerk zijn en dat de buren van de locatie ook erg positief zijn. De heer H O O G E N D O O R N vraagt hoe noodzakelijk de winkel als kostendrager is. Is die ook te vervangen door woningbouw? De heer Z E I L M A N S legt uit dat het plan financieel is uitgerekend met de winkel. Er zijn alternatieven bekeken waarbij alleen wordt uitgegaan van woningbouw maar dat is niet de optie van de ontwikkelaar en de heer Naafs. De heer STROO constateert dat op de schets een deel van het parkeerterrein wordt ingenomen dat momenteel grond van de gemeente is. Het kopen van de parkeerplaatsen zou 800.000 tot 6 1.000.000 bedragen maar betaalt de ontwikkelaar dan die grond aan de gemeente? De heer Z E I L M A N S gaat daar niet van uit. Het gaat om ongeveer 400 m dat nodig is om een efficiënte winkel te kunnen maken maar daarnaast is het belangrijk om de pleinwand te kunnen maken. Dat zou betekenen dat wellicht uitruil zou moeten plaatsvinden met gronden. 2
De heer S T R O O begrijpt dat de kosten voor de gemeente dan hoger zijn dan 800.000 of 6 1.000.000. De grond heeft een waarde voor de gemeente en die zou dan worden verloren. De heer E N N A H A C H I vraagt wat hier wordt verstaan onder sociale woningen. De heer Z E I L M A N S legt uit dat het dan gaat om acht woningen boven de winkel met een sociale huurgrens van ongeveer 6 680. Het is mogelijk om hier ook sociale koopwoningen van te maken maar dat moet nog nader worden uitgewerkt. 6
De heer D E VRIES vraagt of de 68 parkeerplaatsen openbaar zijn of dat die alleen voor de woningen en de winkel zijn. De heer Z E I L M A N S legt uit dat in dit plan de parkeerplaatsen openbaar zijn en dat er voor de woningen conform de normen een aantal parkeerplaatsen er af zullen gaan. De heer T E N D E L O vraagt hoeveel bouwlagen de winkelruimte heeft en waar de ingang van de winkel is. De heer Z E I L M A N S geeft aan dat de winkelruimte één bouwlaag heeft en dat de winkel een ingang krijgt aan de Laanstraat en aan het plein. De heer VRIES constateert dat de winkel komt op een aantal parkeerplaatsen die nu worden weggehaald. Door de winkel en de acht appartementen worden gauw 15-20 parkeerplaatsen gemist terwijl wordt gesuggereerd dat er 68 parkeerplaatsen bij komen. Bovendien krijgt het parkeerterrein een raar hapje naast het kerkje en het wordt een enorm hoog bouwwerk terwijl de bebouwing aan de Laanstraat vrij laag is. De heer Z E I L M A N S geeft aan dat voor sociale koop- of huurappartementen de parkeernorm 0,8 is. Bovendien vervallen er een aantal parkeerplaatsen en die moeten ook van de 68 worden afgetrokken. Als er bijvoorbeeld een H E M A komt, kan de bedoelde hoek mooi worden ingevuld met bijvoorbeeld een terras bij een koffieshop in de H E M A . De heer B L O K K E R is van mening dat de parkeernorm voor sociale woningen 1,4 is en niet 0,8. De heer V A N D E R MEIJ vraagt of de andere winkels aan de Laanstraat ook het recht krijgen om een ingang te hebben aan het parkeerplein. De heer Z E I L M A N S beperkt zich tot het eigen plan. Duidelijk is dat er levendigheid moet komen want nu zijn het alleen maar dichte wanden. Bij een grote formule is het ideaal om een soort doorgang te hebben. De heer S N Y D E R S constateert dat er nu een winkel wordt geplaatst maar dat aan de randen van het plein verder geen vorm wordt gegeven. De heer Z E I L M A N S stelt dat er ergens moet worden begonnen om het plein meer levendigheid te geven. De ervaring leert dat dit vaak een olievlekwerking heeft. Het mooie van Baarn is dat het allemaal geleidelijk is ontwikkeld en straks komt het verhaal van Vasthouw voor een andere wand. De heer S N Y D E R S vraagt of er nog andere modellen zijn bekeken voor invulling van deze locatie. 7
De heer Z E I L M A N S zegt dat er inderdaad meerdere modellen zijn bekeken en dat dit een schematische invulling is. Los van de eigendomposities kan nog wel worden gekneed in de vormen. In nader overleg met de buurt en de gemeente kan worden bekeken hoe dit het beste kan worden ingepast. De heer STROO constateert dat met dit plan de totale winkeloppervlakte in het kernwinkelgebied wordt uitgebreid terwijl er al sprake is van wat leegstand in de Laanstraat. De heer Z E I L M A N S merkt op dat het nu in het winkelgebied van Baarn aan een heldere structuur ontbreekt. Met dit plan wordt het kernwinkelgebied ingedikt door publiekstrekkende functies bij elkaar te zetten. Er worden nu ook metrages toegevoegd die niet leeg staan want er staan veel kleine winkels leeg. Door het indikken is het mogelijk dat de randen op den duur een andere functie krijgen. Pauze De heer V E R S T E E G (Vasthouw) legt uit dat het uitgangspunt is dat een C l 0 0 0 en een Aldi worden gerealiseerd. Dit sluit aan bij de wensen van de ondernemers in Baarn en het versterkt het centrum. Hierbij is uitgegaan van de Baarnse maat en er is gekeken naar de verkeersafwikkeling op de Eemnesserweg en de Nieuwstraat. Het plan betekent een toevoeging van 3500 m commerciële ruimte en/of dienstverlening. Er vindt een toevoeging 2
plaats van 140 parkeerplaatsen die op het dak zijn te realiseren. Dit betekent vanuit de commerciële ruimte ongeveer 90 parkeerplaatsen voor het plan en 50 toe te voegen parkeerplaatsen voor het centrum. Er komen ongeveer 10 woningen. Aan de achterzijde komt een oprit en afrit om op het dak te komen van de supermarkt. De Aldi krijgt een uitstraling aan de Eemnesserweg. De entrees van beide winkels bevinden zich aan de voorkant. Aan de onderzijde en de zijde van de Eemnesserweg komen afzoomwinkels waardoor er geen directe achterkanten ontstaan. Hierdoor wordt ook de uitstraling naar het plein verbeterd. Het laden en lossen is aan de Nieuwstraat geprojecteerd. De voordelen zijn dat de C l 0 0 0 en de Aldi worden behouden voor Baarn, dat een upgrading van het centrum plaatsvindt, dat er sprake is van een opwaardering van de pleinranden en dat het plan een bijdrage levert aan het parkeervraagstuk in Baarn. De A l d i en de C l 0 0 0 willen er graag naar toe. Het risico van de appartementen is nu marginaal ten opzichte van het vorige plan. Hier zou bijvoorbeeld ook gedeeltelijk een commerciële ruimte kunnen komen. De heer H A Z E U vraagt of het parkeren op het dak gratis is. Is gepeild hoe groot de behoefte is aan de zogenaamde afzoomwinkels en wat gebeurt er met het pand van Witteveen? De heer V E R S T E E G legt uit dat er overeenstemming is met de huidige grondeigenaren om het te verwerven en te integreren in dit plan. De opstallen worden gesloopt en dit wordt nieuw gerealiseerd. Er is niet van uitgegaan om het pakhuis te laten bestaan maar als die wens er is, moet worden bekeken hoe dit kan worden ingepast in het plan. 8
Er is een makelaarskantoor en een reprocentrum dat door moet gaan en er zijn gesprekken over om dat in te vullen. Aan de kant van de Eemnesserweg wordt gesproken over nog geen 300 m en schuin tegenover Mitra wordt gesproken over ongeveer 250 m dat wordt 2
2
toegevoegd. Dit plan heeft de flexibiliteit om met de gemeente te praten over een invulling van het parkeren. De wens bestaat om parkeerplaatsen toe te voegen en er zal naar parkeerregulering moeten worden toegegaan voor de mensen die hier werken, wonen en winkelen. In het verleden is bijvoorbeeld ook een discussie gevoerd over het dubbel gebruik van parkeerplaatsen voor mensen die overdag werken en bewoners die 's avonds hun auto willen parkeren. Met dit plan wordt getoond dat er een optimale oplossing is voor de parkeerdruk. De heer E N N A H A C H I vraagt hoeveel parkeerplaatsen van de gemeente verdwijnen in het plan. De heer V E R S T E E G geeft aan dat er op dit moment op het plein 220 parkeerplaatsen zijn. Er verdwijnen nagenoeg nul parkeerplaatsen. Daarnaast zijn er parkeerplaatsen op eigen terrein die niet worden meegeteld in dit getal. Daar zullen parkeerplaatsen worden weggehaald. De heer STROO vraagt of het juist is dat geen fmanciële bijdrage wordt gevraagd van de gemeente. De heer V E R S T E E G zegt dat hij daar nu niet over spreekt omdat is gezocht naar een optimaal plan. Er kunnen meer parkeerplaatsen worden gemaakt dan feitelijk nodig is maar daar moet met elkaar over worden gesproken hoe dit kan worden ingevuld, mede door parkeerregulering. De heer STROO vraagt of het plan budgettair neutraal kan worden uitgevoerd zonder bijdrage van de gemeente. De heer V E R S T E E G vindt dit een moeilijke vraag als nog met de gemeente een discussie wordt gevoerd over de parkeernorm. De heer K O U D S T A A L memoreert dat bij de presentatie van het parkeren op het dak in het plan in maart jongstleden in een brief een tekort van 6 5.000.000 is genoemd. Is dat tekort nu van tafel? De heer V E R S T E E G noemt nu geen bedragen. Er wordt een optimaal plan gemaakt waar optimaal parkeren aan kan worden toegevoegd. In het verleden is gezocht naar een optimaal regime van toevoeging voor de ondernemers. De heer K O U D S T A A L constateert dat eerder in het jaar bij hetzelfde plan een tekort lag van 6 5.000.000. Ligt dat bedrag er nog steeds? 9
De heer V E R S T E E G zegt dat de gemeente een plan heeft ontvangen maar dat hij daar nooit eerder een toelichting op heeft gegeven. De heer B L O K K E R heeft begrepen dat er in het plan een toevoeging is van 50 parkeerplaatsen. Voor de besluitvorming is het wel relevant hoe de heer Versteeg over die 50 parkeerplaatsen denkt. Worden die 50 parkeerplaatsen nu meegenomen bij de definitieve indiening van het plan? De heer V E R S T E E G zegt dat hij op deze vraag niet anders kan reageren dan wat hij al heeft gezegd. Mevrouw V A N O T T E N vraagt wanneer niet wordt uitgegaan van de extra 50 parkeerplaatsen ervan kan worden uitgegaan dat van de gemeente geen extra bijdrage wordt gevraagd. Is het plan financieel rendabel wanneer alleen parkeerplaatsen worden gerealiseerd volgens de normen? De heer V E R S T E E G geeft aan dat is ingezet op de optimalisering van de plannen. Uit de krant blijkt dat er vragen zijn over de parkeerdruk en daarom w i l spreker met de gemeente in discussie over optimalisering van het plan. De heer S N Y D E R S stelt dat de raad over dit plan geen besluit kan nemen omdat de randvoorwaarden niet bekend zijn. Wat kost dit de gemeenschap en wat levert het voor hen op? De raad moet die afweging kunnen maken. De heer V E R S T E E G zegt dat hij in herhaling valt wanneer hij antwoord geeft op deze vraag. De heer V A N D E R H E I D E (Stichting M o o i Baarn) constateert dat wanneer de supermarkten worden gebouwd er 90 parkeerplaatsen zijn op het dak die er anders waren op het maaiveld wanneer de supermarkten niet worden gebouwd. Hopelijk kan het pakhuis op een goede wijze worden geïntegreerd. Waarom is bioscoop Flora niet in het plan opgenomen, wetende dat het binnenin helemaal verloedert? Zo'n prachtig gemeentelijk monument zou voor de toekomst moeten worden bewaard en het zou een prachtige voorziening zijn voor de jeugd waaraan zo'n enorm tekort is. De heer V E R S T E E G zegt dat de Florabioscoop niet in het plan zit. Het pakhuis zou een inzet kunnen zijn maar het is niet het uitgangspunt geweest om het te behouden. Het plan heeft als uitgangspunt dat dit voor de supermarkten wordt gerealiseerd en als bestrating plaatsvindt blijven de achterkanten zoals ze zijn. Pauze 4. Principeverzoek voor het realiseren van een bijgebouw op het perceel Javalaan 7 10
Wethouder L A S E U R zegt dat voor dit plan een wijziging van het bestemmingsplan nodig is. Dat betekent dat de raad volgende week moet debatteren over het al dan niet afgeven van een verklaring van geen bedenkingen. Als er geen zienswijzen worden ingediend en er is een goede ruimtelijke onderbouwing, is de verklaring van geen bedenkingen definitief. Als er geen verklaring van geen bedenkingen wordt afgegeven, hoeft de procedure niet te worden opgestart. De heer H E N N Y (directeur Conservatrixgroep) meldt dat het bedrijf al bijna 100 jaar in Baarn is gevestigd. Het bestaat uit drie verzekeraars, namelijk Conservatrix levensverzekeringen, Nuvema uitvaartverzekeringen en Hooghenraed levensverzekeringen. Er is sprake van een krimpende markt voor levensverzekeraars maar de afgelopen jaren is het toch gelukt om met zo'n 107o per jaar te groeien. Dit leidt tot ruimtegebrek. De villa was voor 0
een deel bewoond en is nu geheel kantoor. De gemeente heeft de gelegenheid gegeven om vooruitlopend op een eventuele uitbreiding een voorlopige voorziening te treffen op het terrein. Dat bleek na enkele jaren niet genoeg en inmiddels is uitgeweken naar een gebouw op de Tolweg. Dat is voor het bedrijf heel ongelukkig omdat de mensen veel contact met elkaar hebben. Het bedrijf heeft landelijk gezien 350 werknemers en in Baarn zitten er 130. De heer M A T U L E S S Y (architect) legt uit dat het gaat om een uitbreiding van het kantoor met ongeveer 60 zitplaatsen en 60 parkeerplaatsen. Het is een karakteristieke locatie en geprobeerd is om de prima donna zoveel mogelijk tot uiting te laten komen. Villa Canton is een mooi barokgebouw met een park eromheen. Van oudsher is er een restgebied dat werd gebruikt als moestuin, manege en er waren tennisvelden. Geprobeerd is om de uitbreiding en het parkeren in het restgebied te realiseren. In het restgebied staan nu noodunits om de groei van het bedrijf op te vangen. Daarnaast is er extra ruimte gehuurd op het bedrijventerrein van Baarn. De verbinding met villa Canton wordt ondergronds gemaakt waardoor de persoonlijke contacten in het bedrijf gerealiseerd kunnen worden. Het was niet makkelijk om een gebouw neer te zetten dat de prima donna ondersteunt. Het mocht niet op een kantoorgebouw lijken maar het moest wel stijlvol zijn. Dit is gevonden in het samenspel van drie kleinschalige afzonderlijke paviljoens die met elkaar worden verbonden door glazen vides. Geprobeerd is om zoveel mogelijk de opbouw van het park en de ontsluiting te handhaven. Oorspronkelijke elementen die verloren zijn gegaan, worden teruggebracht zoals het vervallen prieel en de oude wandelroutes. Voorts is geprobeerd om het park meer open te maken voor de omgeving. Het gebouw is ontstaan uit alle gesprekken met de gemeente, commissies en de directie van de Conservatrixgroep. De heer STROO vraagt waar de extra parkeerruimte komt. De heer M A T U L E S S Y legt uit dat de parkeerruimte een herinrichting is van de bestaande parkeerruimte. In de oostelijke hoek van het park is er ruimte voor ongeveer 60 parkeerplaatsen en dat is in de huidige situatie ook zo. Dit is uitgebreid in de zone waar nu de berging en de opslag zijn met ongeveer 30 parkeerplaatsen voor het personeel. Die komen via 11
de Cantonlaan binnen zoals nu ook al het geval is. De bezoekers komen binnen via de Javalaan en daar worden vier parkeerplaatsen gerealiseerd. De heer H O O G E N D O O R N vraagt of het de bedoeling is om de randen van het park met meer groen te beplanten om de nieuwbouw aan het zicht te onttrekken. De heer M A T U L E S S Y geeft aan dat er afschermdend groen komt naast de kantooruitbreiding. De heer E I J B A A R D (bewoner Javastraat) merkt op dat de kantooruitbreiding meer verkeersbewegingen met zich mee zal brengen terwijl er op de openbare weg geen voetpaden zijn. Op de tekening van de bestaande situatie staan een aantal monumentale bomen die niet meer voorkomen op de tekening van de nieuwe situatie. Hiervoor is een kapvergunning nodig. Hoe wordt de afscheiding van het parkeerterrein met de woningen daarachter? Het kantorenpark op de Drie Eiken staat voor driekwart leeg. Waarom wordt er dan meer kantoorruimte ontwikkeld in een woonwijk? De heer M A T U L E S S Y zegt dat er nieuwe bomen voor in de plaats komen. V a n de monumentale bomenrij verdwijnen er twee bomen. Eén boom is dood en daarvoor is al een kapvergunning verleend. De monumentale kastanje is aangetast door een virus maar er komen in ieder geval 10 nieuwe bomen voor in de plaats vanuit het oorspronkelijke parkontwerp voor villa Canton. Geprobeerd wordt zoveel mogelijk de overgang tussen het park en de aangrenzende percelen in groen op te lossen. Dat geldt ook voor de plek waar het nieuwe parkeerterrein zou komen. De heer E I J B A A R D wijst erop dat op de tekening van de bestaande situatie een monumentale eik staat die niet meer voorkomt op de tekening van de nieuwe situatie. De heer H E N N Y zegt dat die eik er blijft staan. Aan de kant van de Javastraat staan een aantal beuken die al zijn gesneuveld door een zwam en verwacht wordt dat daar nog meer bomen dood zullen gaan. De representativiteit van het park kan worden behouden door zorg voor de groenvoorzieningen aldaar. De heer V E R L E D E (bewoner Javastraat) vindt het jammer dat de bewoners niet zijn betrokken in de voorbereiding van het plan. Waarom is de uitbreiding op deze plek gesitueerd en niet gekozen voor de andere kant waar geen last is voor omwonenden? De heer M A T U L E S S Y legt uit dat de zuidwest- en de westgevel van villa Canton het mooist zijn. Wanneer aan die kant de uitbreiding zou plaatsvinden, zou villa Canton te veel worden aangetast. Bovendien moet villa Canton vrijstaan zodat het kan schitteren. Daarom is het niet mogelijk om de uitbreiding aan de kant van de Cantonlaan te laten plaatsvinden. Wanneer het zover mogelijk naar de Javastraat wordt gelegd, worden de afstanden te groot om de verbinding te leggen met villa Canton zelf wat heel belangrijk is voor de bedrijfsvoering. 12
De heer V E R L E D E zou een uitbreiding in de noordwesthoek heel logisch vinden want dan blijft de prima donna schitteren en dat geldt ook voor het park. De ontsluiting van het parkeerterrein kan dan ook plaatsvinden aan de kant waar nu al de ontsluiting is. De heer M A T U L E S S Y zegt dat de suggestie van de heer Verlede ook aan de orde is geweest maar dit zou betekenen dat er een paar belangrijke bomen moeten sneuvelen en daarmee zou ook vanuit de Cantonlaan het zicht op de prima donna worden belemmerd. De heer V E R L E D E vraagt wat de maximale hoogte wordt voor de uitbreiding. De heer M A T U L E S S Y geeft aan dat de maximale hoogte 8 meter wordt en dat het in twee bouwlagen wordt gebouwd. De heer V E R L E D E merkt op dat op de tekening in het midden een bouwhoogte van 9.20 m wordt aangegeven. Hoeveel werkplekken worden er gesitueerd in de uitbreiding en wat is het maximale aantal werkplekken dat mogelijk is? De heer M A T U L E S S Y geeft aan dat de uitbreiding is bedoeld voor 60 werkplekken. Met een marge van 157o is dat maximaal 75 werkplekken. 0
De heer V E R L E D E vraagt wat de vervolgprocedure is en in welk tijdsbestek dit plaatsvindt. Wethouder L A S E U R meldt dat als de raad de verklaring van geen bedenkingen geeft het plan in procedure wordt genomen en dat de initiatiefnemer dan een ruimtelijke onderbouwing moet inleveren. Als dat wordt goed bevonden, wordt het ter inzage gelegd en kunnen er zienswijzen op worden ingediend en die worden vervolgens door de gemeente van commentaar voorzien. Als er geen zienswijzen worden ingediend, gaat een tussenstand naar de raad en wordt de verklaring van geen bedenkingen definitief. Deze procedure zal ongeveer 26 weken bedragen. De periode van ter inzage ligging is zes weken en dat wordt altijd gepubliceerd. De heer V E R L A A N (bewoner Javastraat) vraagt of voor de vorige plannen met betrekking tot uitbreiding ook een wijziging van het bestemmingsplan nodig was. Vindt de bijeenkomst voor omwonenden plaats voor de debatsavond volgende week? Wethouder L A S E U R merkt op dat de raad is geïnformeerd over de voorgeschiedenis van het plan met een raadsinformatiebrief. Omdat hier sprake is van een rijksmonument en ook de samenhang met het park heel belangrijk is, heeft de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed goed mee gekeken met wat de beste plaats is voor de uitbreiding. Met inachtneming van het behoud van monumentale bomen en zichtlijnen is uiteindelijk de plek aangewezen waar deze uitbreiding mogelijk is. Voor alle voorgaande plannen was een wijziging van het bestemmingsplan nodig. 13
De heer H E N N Y zegt dat het de bedoeling is om zo snel mogelijk de bewoners van met name de Javastraat en de Cantonlaan uit te nodigen om het gesprek aan te gaan over punten die voor hen van belang zijn. Pauze 5. Presentatie vrijkomende gronden Wethouder L A S E U R zegt dat nu moet worden begonnen met de voorbereiding van de verkoop van de gronden om daar inkomsten uit te genereren die nodig zijn om de scholen en het scheidingstation te bouwen. Er zijn twee bundels in de meervoudig onderhandse aanbesteding werk en een bundel en een enkelvoudige onderhandse aanbesteding. Over de laatste aanbesteding wordt de raad in februari aanstaande geïnformeerd. Vanavond wordt de raad geïnformeerd over de meervoudig onderhandse aanbesteding omdat die vanaf het begin goed moet worden gevolgd om niet aan het eind van de procedure tot de conclusie te komen dat er een fout is gemaakt en dat in vervelende procedures wordt terechtgekomen. Voorts wordt uitvoering gegeven aan de woon- en structuurvisie. De Visie wonen zegt dat vooral wordt gebouwd met een accent op jonge gezinnen, ouderen en zorg. Dat betreft zowel sociale als vrije sector en huur en koop door elkaar heen. De Smutslaan wordt een aparte bundel en de Montini, de Gaspard en de Loef wordt ook een aparte bundel. Er is nu de mogelijkheid om de Visie wonen over de drie bundels heen te leggen. Dat betekent dat bijvoorbeeld 30 7o sociale woningbouw niet op alle drie bundels apart hoeft te worden georganiseerd maar dat het hele programma over de drie bundels wordt 0
gelegd en dat aan elke locatie een apart programma kan worden toegevoegd. De heer V A N D E N B I G G E L A A R (extern projectmanager) legt uit dat de gemeente vrijwillig heeft gekozen voor een aanbesteding. De verkoop van grond is namelijk niet aanbestedingsplichtig. Voorts is gekozen voor een meervoudig onderhands aanbesteding. Dat betekent dat een beperkt aantal inschrijvers wordt gekozen en dat aan hen wordt gevraagd om een plan te maken en een grondbod te doen. Een alternatief is om het openbaar aan te besteden en dat aan alle mogelijke partijen de gelegenheid wordt geboden om in te schrijven. Een ander alternatief is enkelvoudig onderhands aanbesteden en dat is gekozen bij de gemeentewerf. Het doel van de meervoudig onderhandse aanbesteding is het organiseren van een stuk concurrentie en het biedt de mogelijkheid om de marktkennis goed in te zetten. Daarmee wordt de kans vergroot dat het een goed en exploitabel plan gaat worden. Er is gekozen om een offerteaanvraag uit te zetten. De gemeente geeft helder en transparant aan de partijen die meedoen uitleg over waar ze aan moeten voldoen om de inschrijvingen goed met elkaar te kunnen vergelijken. Voorts worden de spelregels uitgelegd, bijvoorbeeld hoeveel tijd ze hebben om een plan te maken, hoe vaak ze de mogelijkheid hebben om vragen te stellen en wat het ruimtelijk kader is. De partijen die inschrijven moeten een goed inzicht hebben in waar de gemeente naar gaat kijken. De offerteaanvraag sluit daarom af met een toetsingskader waarin staat wat de criteria 14
zijn waarnaar wordt gekeken. In dit geval is gekozen voor de economisch meest voordelige inschrijving waardoor zowel het grondbod als de kwaliteit van het plan kunnen worden getoetst. Voor de planning na de gunning is van belang wanneer de gronden beschikbaar komen. Als de scholen weg aan, is het moment om te slopen en bouwrijp maken. Als de grond beschikbaar komt, is het noodzakelijk dat de gemeente een bestemmingsplan heeft liggen omdat dit nodig is om het plan te realiseren. Dat kost ongeveer een jaar maar er kan niet eerder worden gestart met het bestemmingsplan voordat er is gegund omdat niet eerder bekend is wat voor plan erop komt te liggen. In de offerteaanvraag is aangegeven dat de ontwikkelaars die meedoen met de inschrijving de verplichting hebben om de grond af te nemen. Die verplichting ontstaat een jaar nadat het bestemmingsplan is vastgesteld. De raad besluit over het vaststellen van het bestemmingsplan en wordt geïnformeerd over de gunning. De verwachting is dat in september 2015 de gronden op de Smutslaan beschikbaar komen en een jaar later de gronden in de bundel van de scholen en de Loef. Dit betekent voor de Smutslaan dat op korte termijn moet worden gestart met de aanbesteding en dat het bestemmingsplan op tijd klaar is. Voor de andere locatie zal naar verwachting aan het eind van 2014 worden gestart met de aanbesteding. De offerteaanvraag is vertrouwelijk omdat een proces wordt ingegaan met een beperkt aantal partijen en dit proces niet kan worden verstoord door allerlei vragen van andere partijen. Aan de partij die inschrijft wordt ook gevraagd om er vertrouwelijk mee om te gaan. De offerteaanvraag is vertrouwelijk tot het moment dat de gunning heeft plaatsgevonden. De heer L U I T E N vraagt of het aantal partijen dat wordt aangeschreven een afspiegeling van de markt is en of hieruit voldoende biedingen zullen komen. Zitten er nog voorwaarden aan de sloop van de oude N B S want dit is een karakteristiek pand met een stuk historie? Mag daar zomaar alles? De heer V A N D E N B I G G E L A A R legt uit dat vijf partijen zullen worden uitgenodigd. Die partijen zullen vooraf informeel worden benaderd waardoor wordt voorkomen dat wanneer de aanvraag officieel wordt verstuurd een aantal partijen geen bieding zullen doen. Wethouder L A S E U R zegt dat is opgenomen in de randvoorwaarden die horen bij het ruimtelijk kader dat daar niet alles mag. De heer L U I T E N vraagt of de offerteaanvraag vertrouwelijk voor de raadsleden ter inzage komt te liggen. Wethouder L A S E U R zegt dat het college volgende week eerst een besluit neemt over de geheimhouding. Vervolgens kan de raad dit bekrachtigen en daarna kunnen de raadsleden de offerteaanvraag vertrouwelijk inzien bij de griffier.
15
De heer H O O G E N D O O R N memoreert dat recent een plan in de Hoofdstraat niet is doorgegaan vanwege de verdichting. Wordt in deze gevallen ook van tevoren aangegeven hoeveel procent bebouwing gewenst is? Anders krijgt de raad de zwartepiet als een bouwplan wordt afgeschoten omdat er te veel woningen op voorkomen. Wethouder L A S E U R zegt dat er zal worden bekeken of in de randvoorwaarden voldoende is opgenomen over de gewenste dichtheid van de bebouwing. De heer D E Z W A R T memoreert dat de gemeente een hypotheek van 11 miljoen heeft afgesloten om de bouw van de scholen te kunnen bekostigen. Betekent dit dat deze aanbesteding tenminste 6 11.000.000 moet opbrengen? Als dat niet lukt, is er dan een bepaalde ondergrens waarbij de aanbesteding als mislukt moet worden beschouwd? Wethouder L A S E U R meldt dat het college ondergrenzen heeft genoteerd voor de aanbestedingen. Van te voren is een kader gemaakt met de verwachting wat de gronden zouden moeten opbrengen. Die analyses zijn ook gecheckt en daarover is de raad geïnformeerd. Voorts is in de offerteaanvraag opgenomen dat het college een bieding kan weigeren. Zo wordt voorkomen dat de gemeente verplicht is om een bieding te accepteren wanneer ze allemaal te laag zijn. De heer E N N A H A C H I vraagt of de vertrouwelijkheid gaat over de financiën of over het totale plaatje. Wethouder L A S E U R zegt dat alle partijen evenveel informatie moeten hebben. Als er informatie naar buiten komt, kunnen andere partijen vinden dat ze zijn benadeeld omdat ze bepaalde informatie niet hebben. Dit betekent dat de gemeente hier strikt vertrouwelijk mee moet omgaan zodat het speelveld gelijk wordt gehouden. Als de gunning heeft plaatsgevonden, is de vertrouwelijkheid opgeheven. De heer S N Y D E R S vindt het wenselijk dat de ruimtelijke randvoorwaarden voor de diverse locaties openbaar zijn omdat omwonenden zich zorgen zullen maken over wat er gaat gebeuren. Na de gunning is het bijzonder moeilijk wanneer de burgers het plan niet willen om tegen de ontwikkelaar te zeggen dat hij het plan moet aanpassen. Derhalve moet er vooraf een besluit zijn van de raad met de mogelijkheid van inspraak voor de burger. De provincies zijn bezig om gemeenten te verlossen van grondposities die in feite onverkoopbaar zijn vanwege de opbrengst die er in moet zitten. De gemeente moet er daarom zicht op hebben of de 6 11.000.000 opbrengst ook wordt gehaald. Wethouder L A S E U R merkt op dat de bewoners bij het vaststellen van het bestemmingsplan een zienswijze kunnen indienen maar er is eerst een plan nodig om een bestemmingsplan te kunnen maken.
16
De heer S N Y D E R S blijft van mening dat het wenselijk is dat de raad eerst de kaders vaststelt en dat de aanbieder vervolgens daarbinnen kan komen met een plan omdat het anders na de gunning moeilijk wordt om het plan te wijzigen. De heer V A N D E N B I G G E L A A R legt uit dat op het moment dat er wordt gegund het bestemmingsplan nog moet worden gemaakt. In de contracten die bij de offerteaanvraag horen is opgenomen dat wanneer het bestemmingsplan niet onherroepelijk wordt het hele feest niet doorgaat. De heer S N Y D E R S vraagt zich af of de markt ermee akkoord gaat om eerst te investeren met de kans dat het plan daarna wordt afgewezen omdat bijvoorbeeld het volume te groot is. Mevrouw V A N O T T E N begrijpt dat de raad weer aan zet is als de wijziging van het bestemmingsplan voorligt. Het is dan lastig om daarna nog het plan bij te sturen. Hoe wordt er mee omgegaan wanneer een plan wordt gegund en daarna bij de wijziging van het bestemmingsplan een kink in de kabel komt? De heer V A N D E N B I G G E L A A R legt uit dat na de gunning aan het bestemmingsplan wordt gewerkt en dat het plan vervolgens in de inspraak komt. Het kan dan zo zijn dat de rechter uiteindelijk een uitspraak doet dat het plan op deze wijze niet kan en daarmee stopt het geheel. Dat is niet anders dan bij andere plannen die worden ontwikkeld. Mevrouw V A N O T T E N vraagt of wanneer het bestemmingsplan niet onherroepelijk wordt de gunning vervalt of dat die partij dan een nieuw plan mag indienen. De heer V A N D E N B I G G E L A A R zegt dat in die situatie overleg zal plaatsvinden met de indiener van het plan over een wijziging ervan. Mevrouw V A N O T T E N vraagt of het zo is dat de andere inschrijvers dan niet meer meedoen omdat uit de onderhandelingen namelijk een plan kan komen dat erg lijkt op wat eerst is afgewezen bij de gunning. De heer V A N D E N B I G G E L A A R zegt dat wanneer de situatie zich voordoet dat na bijstelling van het plan dit lijkt op wat een andere partij heeft ingediend bekeken moet worden hoe het verder moet. De heer STROO vraagt of een andere procedure mogelijk is waarbij de criteria helderder zijn waardoor het risico dat er iets misgaat en de gemeente renteverlies lijdt kan worden voorkomen door meer tijd te investeren aan de voorkant van het proces. Dan is er ook meer kans dat het bestemmingsplan in één keer wordt goedgekeurd.
17
De heer V A N D E N B I G G E L A A R legt uit dat de criteria die in de offerteaanvraag staan zoals het ruimtelijk kader zijn gebaseerd op bestaand beleid. Er kan natuurlijk aan één partij worden gevraagd om een plan te maken maar het risico in de bestemmingsplanprocedure blijft. Wethouder L A S E U R zegt dat de zorg niet zozeer ligt in een andere procedure. De heer Stroo vraagt of de raad eerst de criteria kan vaststellen en dat op basis daarvan de offerteaanvraag wordt gedaan maar dit proces kan niet van tevoren helemaal openbaar zijn. Nu wordt aan de partijen gevraagd om met een plan te komen maar als de criteria zo worden vastgelegd dat er bijna geen plan mogelijk is, moet je je afvragen wat handig is. Als de criteria ruimer worden, komen er meer plannen en zal het plan dat wordt gegund in een bestemmingsplan worden vervat. In de procedure van aanbesteding moet de gemeente heel goed omgaan met de vertrouwelijkheid. In ieder geval zal het college goed bestuderen waar de raad in de criteria tegemoet kan worden gekomen. De heer K O U D S T A A L begrijpt dat voor alle inschrijvers dezelfde criteria gelden. Het is van belang voor de omwonenden op grond van welke criteria kan worden ingeschreven. Als een en ander wordt gedeeld met de raad en de omwonenden wordt voorkomen wat is gebeurd in de Hoofdstraat waar een plan is gesneuveld op de dichtheid van de bebouwing. De G E S P R E K S L E I D E R constateert dat de wethouder de toezegging heeft gedaan dat wordt overlegd hoe op de zorg van de raad een antwoord kan worden gegeven en dat de raad hierover wordt geïnformeerd. De heer V R I E S (eigenaar Bos Makelaardij) gaat ervan uit dat er best wat weerstand zal komen wanneer er een plan komt dat niet goed valt bij de omwonenden en daardoor is het beter om dat van te voren met hen te kortsluiten. Door het aanschrijven van vijf partijen krijgt de gemeente zeker niet de beste prijs. Als openbaar is wat er mag en er sprake is van een openbare aanbesteding komt er een veel betere prijs tot stand want het gaat hier om gemeenschapsgeld. Wethouder L A S E U R herhaalt dat over de positionering van de criteria nog eens zal worden nagedacht. Het gaat erom dat de gemeente een goede prijs krijgt en in de procedure niet verzandt in 20 aanvragen. Drie leek te weinig en tien leek te veel en toen is uitgekomen op vijf aanbieders. Als zou blijken uit een nadere informatie dat vijf aanbieders te weinig is in het huidige tijdsgewricht, kan ook naar bijvoorbeeld tien worden gegaan maar dan moeten ook tien plannen worden beoordeeld en dat kost meer tijd. Wanneer uiteindelijk blijkt dat dit van invloed is op het bod wat er uitkomt, zal zeker overwogen worden om meer bedrijven aan te schrijven. De heer V R I E S is er zeker van dat een openbare aanbesteding een veel hogere opbrengst zal genereren waarbij het verschil in de tonnen zal lopen.
18
De heer H I J T K A M P vraagt hoe de gemeente zich ervan gaat vergewissen dat de realisering van het plan ook daadwerkelijk plaats zal vinden. De financiële gegoedheid van een aanbieder kan in de loop der jaren veranderen en dan zit de gemeente met braakliggende terreinen. Wethouder L A S E U R zegt dat in de offerteaanvraag ook zit dat de gemeente gaat bekijken of de aanbieder financieel daadkrachtig is om de afnameplicht na te komen. 6. Notulen van de Informatie voor de raad van 4 december 2013 De notulen worden conform het voorliggende concept vastgesteld. 7. Sluiting De G E S P R E K S L E I D E R sluit de vergadering om 23.04 uur. Aldus vastgesteld in de openbare bijeenkomst "Informatie voor de R Raad^Tan 5 februari 2014. j De gespreksleider,
n \
19