Verslag van de OPENBARE BESLUITRONDE POLITIEKE AVOND van de gemeenteraad van Nijmegen d.d. 11 februari 2015 Aanwezig zijn: de leden: mw. A van den Berg, dhr. B.K. van Berkel, dhr. P.H.J. Boekhorst, mw. R.M.G. Brouwer, dhr. M.T. Buck, mw. C.M.H Daemen, dhr. J.V.J. van Deurzen, mw. I.M. van Dijk, dhr. P.A. Eigenhuijsen, dhr. T.F.A. van Elferen, dhr. B.G. Friesen, dhr. R. El Hafi, dhr. M. Groothuizen, mw. W. Grutters, dhr. A.H.W. Hillen, dhr. J.W.H. van Hooft, dhr. P. Huliselan, dhr. M.J.I. Hulskorte, dhr. J.L.J. Janssen, dhr. R.A.A. Jetten, dhr. R.A.P. Klein Hemmink, mw. M.F. Kossen, mw. C.B.M. Lamers, mw. P.J. Molenaar, dhr. M.J.M. van Nijnatten, dhr. C. van Norel, dhr. P.R. Oomen, mw. T. Postema, mw. A.B. Ranshuijsen, dhr. J.F. Reinhoudt, mw. J.M. Rotink, mw. G.M.M. Schellekens. dhr. A. Selman, dhr. M.A.L. Sweep, dhr. S. Vat, dhr. N.P. Vergunst, mw. G. Visser, mw. E.M. Westerveld en dhr. R.S. Zwart Voorzitter:
dhr. H.M.F. Bruls
Griffier:
mw. T. Mientjes
Wethouder:
dhr. L.C.M. Frings, mw. R.D. Helmer-Englebert, dhr. T. Tankir, mw. H. Tiemens en dhr. B.J.H.M. Velthuis
Bericht van verhindering van: dhr. H.B.W. van Hees Notulist:
1.
dhr. J.P.P.A. Wijnen
Opening en mededelingen
De voorzitter: De vergadering van de raad is geopend (21.30 uur). Ik wil het woord tot u richten naar aanleiding van het trieste bericht dat ons op woensdag 4 februari bereikte dat de heer Nol Smit op 76-jarige leeftijd is overleden. De heer Smit was van 1970 tot 1974 raadslid namens de Katholieke Volkspartij, dat kan ik hier dan ook nog een keer zeggen. Ik denk dat de meesten van u, indien u hem hebt gekend en ik kan me voorstellen dat dit voor velen geldt, hem kennen als actief en betrokken Nijmegenaar. Niet alleen in het politieke veld dat hij ook na 1974 niet heeft losgelaten ook al was hij geen raadslid meer, maar zeker als betrokken Nijmegenaar – in zijn geval moet je echt zeggen Nimwegenaer – en ondernemer die verwant is met het wel en wee van ondernemers in onze stad. Ik noem een aantal zaken uit vele geweldige inzetten die hij heeft gepleegd. Ik wijs op de inzet om het winkelcentrum Dukenburg op de kaart te zetten en hij was een van de oprichters van de Vereniging Binnenstad Ondernemers, een vereniging die nog steeds zeer actief is. Ook op tal van andere terreinen zagen we zijn betrokkenheid. Hij was bijvoorbeeld van 1987 tot 1996 bestuurslid van NEC en een van de bedenkers en oprichters van de Stichting Nijmegen Blijft in Beeld. In deze dagen moest ik ook aan hem denken toen ik het nieuws over Blokker vernam waar hij natuurlijk vele jaren de drager en trekker was van de Nijmeegse vestiging alsmede van andere vestigingen van Blokker in onze omgeving.
1 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dames en heren, hij ontving in 1999 dan ook niet voor niets een koninklijke onderscheiding en ook het stadsbestuur heeft hem in 2009 onderscheiden met de Zilveren Waalbrug speld. Ik hoop dat zijn vrouw, zijn kinderen, zijn familie en iedereen die hem na is dit verlies kan dragen en veel sterkte heeft voor de toekomst. Ik wil u verzoeken te gaan staan om een minuut stilte in acht te nemen. Dank u wel. Dames en heren ik heb geen afmeldingen ontvangen en volgens mij zijn we compleet. Ik moet wel melden dat wethouder Van Hees is afgemeld. Ik zie dat we genoeg bezoek hebben op de publieke tribune. Ik werd in de hal al toegezongen en dat spreekt me altijd aan, dames. Verder zijn er geen mededelingen.
2.
Agendavaststelling inclusief de orde van de vergadering
De voorzitter: U hebt via de vergadermappen van de raadsapplicatie het volgende stuk gezien: − Het overzicht van de nagekomen ingekomen stukken. Gezien het aantal debatten werken we vanavond met een spreektijdenverdeling. Er wordt vanaf agendapunt 7 met spreektijden gewerkt. De fractie van Gewoon Nijmegen verzoekt om brief B1 inzake ‘Ontwikkeling Parkweg-Pijkestraat behoud ateliers’ in een volgende kamerronde te agenderen. De fractie van het CDA verzoekt om brief D9 inzake ‘Fietsparkeren bewoners binnenstad’ in een volgende kamerronde te agenderen. Wat de orde van de vergadering betreft: − De fractie van de SP heeft verzocht een extra onderwerp toe te voegen aan de agenda dat gaat over de kwestie Vérian en de SP is voornemens daarbij een motie in te dienen. Ik stel voor dit onderwerp te behandelen als agendapunt 7a. Stemt u daarmee in? Dat is het geval. De volgende punten zijn niet in de raadskamer behandeld en voorgesteld wordt om deze als hamerstuk te behandelen: 3, 4 en 13 tot en met 21. Stemt u daarmee in? Dat is het geval.
5.
Besluitvorming behandeladviezen van de raadskamers
De voorzitter: Behandeladviezen Politieke Avond 11 februari 2015: − Raadsvoorstel Gewijzigde vaststelling bestemmingsplan Nijmegen Mercuriuspark en vaststelling beeldkwaliteitsplan Mercuriuspark: dat is een debatstuk op 4 maart. − Raadsvoorstel Bezuiniging cultuuractiviteiten: dat is een debatstuk op 4 maart. − Brief Bezwaar vervolg snelfietsroute: dat is een debatstuk op 4 maart. Stemt u daarmee in? Dat is het geval.
6.
Vaststellen van de voorstellen waarover geen spreektijd gevraagd is
De voorzitter: Over de punten 3, 4 en 13 tot en met 21 is geen spreektijd gevraagd en daarmee is ingestemd met de voorstellen.
2 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
7.
Vragen van raadsleden aan het college
De voorzitter: Er zijn geen vragen gesteld.
7a.
Kwestie Vérian
De voorzitter: Ik denk dat de heer Van Norel een motie wil aankondigen. Ik stel voor dat de heer Van Norel eerst het woord voert, waarna alle fracties kunnen reageren. Wethouder Frings schuift ook al aan; hij kan daarna reageren. Desgewenst volgt er nog een tweede ronde. De heer Van Norel, SP. Dhr. Van Norel: Dank u wel, voorzitter. Ik zie dat de motie gekopieerd is en die kan wat mij betreft worden uitgedeeld. Even een opmerking vooraf. De motie is na rijp beraad en overleg enigszins aangepast. Laat er echter geen misverstand over bestaan: de argumenten zijn wat ons betreft niet veranderd. Ik zal daar een aantal van noemen. Al twee maanden lang strijden de thuiszorgmedewerkers voor behoud van hun loon. Het lijkt tegenwoordig een trend te worden bij organisaties die in de problemen te komen om de problemen af te wentelen op de werknemers. We horen dit allemaal, we zien dit allemaal, maar laten we alsjeblieft niet blijven zwijgen. We moeten als gemeente Nijmegen niet zwijgen maar hierin vooral actie ondernemen. De medewerkers werden eind november/begin december overvallen door een brief waarin ze geïnformeerd werden over een loonkorting van 20% tot 25% ingaande 1 januari 2015. Het is natuurlijk te triest voor woorden om op die manier de kerst in te moeten. Vérian heeft immers twee jaar geleden, mag ik aannemen, welbewust ingestemd met de overname van het personeel onder de huidige arbeidsomstandigheden en heeft daarmee bewust de keuze gemaakt om dit te doen. Nu eenzijdig die arbeidscontracten wijzigen, want het gaat niet alleen om korting op loon maar het gaat ook om een wijziging in de functie van de medewerkers, is onacceptabel en dat kunnen wij eigenlijk niet toestaan. Als sociale gemeente Nijmegen betalen we namelijk een fatsoenlijke prijs en dus willen we ook dat er fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en salaris tegenover staan. We hebben ook niet gekort op de thuiszorg. De korting van het personeel die mogelijk doorgevoerd gaat worden op de medewerkers van Vérian betekent eigenlijk dat we gaan meebetalen aan die gemeenten die wel de bezuiniging op de thuiszorg onverkort hebben doorgevoerd. Ook dit is natuurlijk nooit de bedoeling geweest van onze wijze van oplossen van de problemen met de korting van 40%, overigens te danken aan het landelijk beleid. We hebben ervoor gekozen om dat niet een-op-een door te zetten naar de gemeente. Via een achterdeur begint het daar nu op te lijken, zij het dat nu het personeel – wie anders – de dupe gaat worden. Deze eenzijdige actie van Vérian is onacceptabel wat ons betreft en we vinden dat er een krachtig signaal uit moet gaan naar de directie van Vérian om deze loondump – anders kan ik het niet noemen – te stoppen. Ook al zijn we als gemeente juridisch gezien en formeel gezien misschien geen partij in dit conflict – daarin moeten we eerlijk zijn – we moeten Vérian wel duidelijk maken dat we zo niet met onze mensen om willen gaan in ons sociale Nijmegen. De thuiszorgmedewerkers verdienen onze morele steun in dit conflict. We roepen het college daarom op het dringend signaal van de raad aan de directie van Vérian over te brengen om de loonkorting te stoppen. Daarnaast willen we ook dat de gemeenten in het werkgebied van Vérian die de bezuinigingen wel hebben doorgevoerd, nog eens worden opgeroepen om deze bezuinigen te heroverwegen. Dank u wel, voorzitter. Motie Horen, zien maar niet zwijgen e 1 indiener: C. van Norel (SP) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, overwegende dat: • Ruim 600 thuiszorgmedewerkers van Vérian eind november 2014 een brief hebben gekregen waarin een korting op het salaris van 20 tot 25 % werd aangekondigd. 3 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
•
In dezelfde brief eveneens werd aangekondigd dat de functie van de medewerkers zou wijzigen naar dat van basishulp huishoudelijke hulp. • De thuiszorgmedewerkers per 1 januari 2015 in schaal 10 worden geplaatst in plaats van de huidige schaal 15. • Vérian in een verklaring aan de pers aangeeft dat dit nodig is om de salarissen binnen Vérian gelijk te trekken. • Vérian op herhaaldelijk verzoek van de vakbond FNV Zorg en Welzijn geen inzage in de financiën wil geven. • Vérian ten tijde van de aanbesteding in 2013 van plan was, om als gegunde partij, de medewerkers van het toenmalige Axxicom tegen een lager salaris over te nemen. • Door massaal protest van de thuiszorgmedewerkers en bemiddeling van wethouder Frings Vérian alsnog akkoord is gegaan met het overnemen van het personeel met behoud van dezelfde rechten en arbeidsvoorwaarden. • Vérian akkoord is gegaan met de overname van de thuiszorgmedewerkers van Axxicom met behoud van dezelfde rechten en arbeidsvoorwaarden. • Vérian nu anderhalf jaar later alsnog de rechten en arbeidsvoorwaarden van de overgenomen thuiszorgmedewerkers aantast en de medewerkers in een lagere functieschaal wil zetten. • Vérian hiermee eenzijdig de arbeidscontracten van de thuiszorgmedewerkers heeft gewijzigd. • De getroffen thuiszorgmedewerkers “onze” thuiszorgmedewerkers zijn die het werk vooral in Nijmegen uitvoeren. • Door deze actie van Vérian is er veel onrust is ontstaan onder de thuiszorgmedewerkers en de cliënten. • De thuiszorgmedewerkers veel taken van hun werkgever ineens niet meer mogen uitvoeren, zoals boodschappen doen voor alleenstaande ouderen. Constaterende dat: • Juridisch gezien de Gemeente Nijmegen geen partij is in dit conflict, maar de gunning is niet alleen gebaseerd op het betalen van zorg maar eveneens op het betalen van een fatsoenlijk salaris. • De Gemeente in het programma van eisen de signaleringsfunctie van de thuiszorgmedewerkers heeft opgenomen. • Vérian door het eenzijdig wijzigen van de functie en bijbehorende salaris binnen de aanbestedingstermijn van 2 jaar zich niet houdt aan de afspraken die bij het ingaan van de aanbestedingstermijn zijn gemaakt. • Vérian zich door deze actie als een minder betrouwbare partner heeft laten zien. • Vérian wel de thuiszorgmedewerkers 20 tot 25% kort op het salaris, maar de directie niet van plan is om als signaal voor de eventuele financiële nood bij Vérian zelf ook 20% van het salaris in te leveren. • De voorzitter van de raad van bestuur een jaarsalaris heeft van 187.000 euro. • De aanbestedingstermijn tot 1 juni 2015 loopt met de mogelijkheid om deze 4 x met een jaar te verlengen. • Deze eventuele verlenging 3 maanden van te voren schriftelijk gegeven moet worden aan Vérian, wat betekent dat per 1 maart 2015 de gegunde partijen bericht van de Gemeente moeten ontvangen over het wel of niet verlengen het contract. • Door invoering van de salariskorting de Gemeente Nijmegen bijdraagt aan de thuiszorg in gemeenten die wel op de thuiszorg hebben bezuinigd. • De Gemeente Nijmegen niet heeft gekort op de thuiszorg, dus Vérian niet wordt gekort op de inzet in Nijmegen. • De thuiszorgmedewerkers uit Nijmegen dus niet gekort hoeven te worden op het salaris. Roept het college op: 1. Het dringende signaal van de raad aan de directie van Vérian over te brengen om de loonkorting te stoppen. 2. Gemeenten in het werkgebied van Vérian die de bezuinigingen hebben doorgevoerd op de thuiszorg op te roepen om deze bezuinigingen te heroverwegen. De voorzitter: Ik dank u. Wie kan ik verder het woord geven? De heer Boekhorst, GroenLinks.
4 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dhr. Boekhorst: Dank u wel, voorzitter. Het blijkt dat je met slechte voorstellen maken volle zalen kunt trekken, want onze publieke tribune zit vol, niet omdat wij als gemeente iets doen maar omdat de directie van Vérian besloten heeft de medewerkers 20% te korten op hun salaris. Dat is niet de bedoeling; dat is niet het uitgangspunt waarom wij een tijd geleden met Vérian in zee zijn gegaan om de thuiszorg in Nijmegen te organiseren. Wij staan voor onze thuiszorg omdat de mensen in de stad dat belangrijk vinden en omdat de mensen die het werk uitvoeren belangrijk en waardevol werk doen en daarvoor een fatsoenlijk salaris behoren te krijgen. We vinden het dan ook heel erg goed dat de SP dit punt op de kaart heeft gezet en samen met ons – en hopelijk heel veel andere raadsleden hier in de zaal – dat signaal over kan brengen aan de directie van Vérian. Het is namelijk de directie die dit bepaalt en het is dus ook de directie die dit anders kan besluiten. Dat kan zij morgen doen als zij wil. Het is ook Nijmegen die bewust ervoor gekozen heeft – GroenLinks is daar trots op – dat we geen euro bezuinigen op de thuiszorg, ondanks dat dit kabinet dat ons wel oplegt. Daarom is het ook goed dat we al die andere gemeenten waar Vérian werkt, vragen nog eens een keer goed te bekijken of het wel zo’n verstandig idee was om wel te bezuinigen op de thuiszorg. Al die andere gemeenten hebben daar namelijk wel voor gekozen. Als zij ook besluiten om het anders te doen, dan kunnen deze medewerkers, die vandaag hier op de tribune zitten, misschien hun goede salaris wel behouden. Ik hoop van harte dat die signalen én in de bestuurskamer van Vérian én in de raadzalen van al die andere gemeenten goed overkomen en daarom zullen wij deze motie van harte steunen. De voorzitter: Dank u wel. De heer Hulskorte, VSP. Dames en ik zie ook enkele heren, ik moet u verzoeken zich van elke vorm van commentaar te onthouden. Dat zijn de spelregels in dit huis en al heel lang. Het spijt me. De heer Hulskorte. Dhr. Hulskorte: Dank u wel, voorzitter. De Verenigde Senioren Partij is geschrokken over wat hier gebeurt in Nijmegen. Besparen op de thuiszorg. De coalitiepartijen hebben juist ervoor gezorgd dat op de thuiszorg niet geknibbeld zou worden, vier jaar lang niet. Nu hebben deze mensen gehoord dat ze 20% tot 25% loon moeten inleveren. Het is te gek voor woorden dat dit mogelijk is. De SP heeft zojuist al gezegd dat we juridisch niets kunnen doen, maar het is natuurlijk wel zo – dat heeft de heer Boekhorst zojuist gezegd – dat er in het begin afspraken zijn gemaakt. Er zijn afspraken gemaakt dat we niet zouden bezuinigen op de thuiszorg en er zijn afspraken gemaakt dat de mensen geen loon zouden hoeven in te leveren. Voorzitter, het is al gezegd. We moeten als raad en college een heel sterke vuist maken dat dit geen doorgang vindt. Dank u wel. De voorzitter: Ik dank u. Ik kijk of er nog andere woordmeldingen zijn. De heer Selman, PvdA. Dhr. Selman: Dank u wel, voorzitter. Tijdens een wedstrijd spelregels veranderen, is onmogelijk. Wat hier gebeurt, is dat het onmogelijke mogelijk wordt. De thuiszorgmedewerkers zijn onder bepaalde voorwaarden overgenomen, er zijn afspraken over gemaakt en Vérian heeft tijdens de wedstrijd de spelregels veranderd. Er is al veel gezegd door mijn collega’s van de SP en van GroenLinks. Voor de PvdA staat als een paal boven water dat we er alles aan moeten doen om deze medewerkers te ondersteunen. Daarom hebben wij de motie medeondertekend. Wij vragen aan de wethouder om intensieve gesprekken te voeren met Vérian om de schade voor de medewerkers te beperken. Dank u wel, voorzitter. De voorzitter: Dank u wel. De heer Hillen, De Nijmeegse Fractie. Dhr. Hillen: Dank u wel, voorzitter. Ook De Nijmeegse Fractie vindt het erg ongepast dat de arbeidsvoorwaarden eenzijdig worden gewijzigd. Mijn collega’s hebben al aangegeven dat de gemeente Nijmegen juridisch gezien misschien geen partij is, maar dat het heel gepast zou zijn als wij nu onze morele steun geven aan de mensen die ook hier op de publieke tribune zo massaal aanwezig zijn. Wij steunen dus het dringende signaal dat wij als raad in dezen willen afgeven. Dank u wel. De voorzitter: Ik dank u. Mevrouw Brouwer, D66. 5 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Mw. Brouwer: Dank u wel, voorzitter. We hebben de motie niet ondertekend en dat heeft ermee te maken dat wij het niet eens waren met alle argumenten die werden genoemd. Wij zullen de motie wel steunen omdat het voor deze mensen echt een hard gelag is. Je wordt niet alleen in salaris gekort, maar je wordt ook teruggezet in functie. Waar je voorheen nog zorgverlener was, ben je nu gewoon schoonmaker. Ik denk dat dit ook heel veel met deze mensen doet. Vandaar onze steun. Wij hopen dat deze motie geen valse hoop wekt, want zij is wat ons betreft wel aan de magere kant. Het is ‘een oproep tot’ en meer staat er niet in. Deze motie krijgt onze steun. Dank u wel. De voorzitter: De heer Klein Hemmink, Gewoon Nijmegen. Dhr. Klein Hemmink: Dank u wel, voorzitter. Wij van Gewoon Nijmegen vinden ook dat dit eigenlijk niet kan. Ik vind het vanuit de werkgever een heel grote motie van onderwaardering van het personeel, zeker als we over 2% praten. Ik vind dat gewoon niet kunnen. Ik vind dat wij als gemeente daarover best een signaal mogen afgeven omdat wij zaken doen met die werkgever. Ik denk ook dat, als in de toekomst de verlenging van het contract wordt besproken, we ons dan goed moeten realiseren dat we daar dan ook maar eens consequenties aan moeten verbinden. Wat de motie betreft ben ik het ook niet helemaal eens met alle argumenten, maar wij zullen haar wel steunen in dit geval. Dank u wel. De voorzitter: Dank u wel. Mevrouw Van Dijk, VVD. Mw. Van Dijk: Dank u wel, voorzitter. Ik heb een vraag aan de wethouder in dezen. In de argumentatie staat dat wij geen juridische partij zijn in dezen. Het is een werknemers-werkgeversconflict. Ik zou toch graag van de wethouder horen hoe hij aankijkt tegen de juridische positie van de gemeente, de rol die wij daarin hebben en hoe hij aankijkt tegen de uitvoering van deze motie, alvorens wij besluiten wat wij doen. Dank u wel. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Dat is het geval. Mevrouw Rotink, CDA. Mw. Rotink: Dank u wel, voorzitter. We kunnen ons heel erg vinden in alle emoties die zijn geuit en daar kunnen we ons ook bij aansluiten, maar we zijn wel erg benieuwd – daarom sluiten we ons aan bij de VVD – wat de wethouder eigenlijk nog kan doen in dezen. De voorzitter: Dank u wel. Dan geef ik het woord aan wethouder Frings voor een reactie op de vragen. Wethouder Frings: Dank u, voorzitter. Uiteraard vindt het college deze motie sympathiek omdat die een situatie schetst waarin je nooit terecht zou willen komen. Een korting van thuiszorgmedewerkers in hun loon met dit percentage moet je niet willen. Tegelijkertijd, dat is de vraag van de VVD, is de vraag: wat kan de gemeente? Dat is zeer beperkt. Ik roep u in herinnering dat er twee jaar geleden bij de aanbesteding een conflict ontstond over de arbeidsvoorwaarden waaronder het personeel zou worden overgenomen. Daarvan heeft de rechter toen gezegd dat een gemeente tussen de voorlopige aanbesteding en de definitieve gunning de mogelijkheid heeft om te bemiddelen over de vorm waarin het personeel wordt overgedragen en onder welke voorwaarden. Dat is echter het enige moment waarop een gemeente partij kan zijn in een dreigend arbeidsconflict. Het arbeidsconflict dat nu ontstaat, is tussen werkgever en werknemer. Daarin is de gemeente geen partij. Wij zijn geen partij. Op het moment dat wij – zoals de heer Klein Hemmink suggereert – de discussie zouden moeten beginnen met de directie met in de achterzak een dreigement – als u niet doet wat wij willen, dan houden we met u op – leidt dit ertoe dat we van de regen in de drup komen. Ook nu roep ik u nogmaals in herinnering dat twee jaar geleden bij de aanbesteding de andere aanbieders een nog veel lager loonoffer boden aan mensen om ze over te nemen. Op het moment dat wij nu Vérian uitsluiten, komen de mensen dus echt voor de keuze te staan of werkloos te worden of nog verder in de problemen te komen. Dat leidt echt tot een groot probleem. 6 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: De heer Klein Hemmink. U hebt een vraag? Dhr. Klein Hemmink: Ja, ik heb een vraag. Ik heb namelijk niet gezegd dat we nu dat conflict aan moeten gaan, maar dat we bij een eventuele verlenging in de toekomst daaraan eventueel consequenties moeten verbinden. U geeft aan dat u van mij het idee hebt dat u nu het conflict aan moet gaan, maar dat heb ik niet gezegd. Wethouder Frings: Ik vrees dat ik dat toch wel moet, want we moeten vóór 1 maart a.s. laten weten of we gaan verlengen ja of nee. Over drie weken, of nog veel eerder zelfs, is het 1 maart. Dhr. Klein Hemmink: Dan hebt u dus keurig netjes een drukmiddel. Wethouder Frings: Nee, dat is dus geen drukmiddel, feitelijk niet. Dan staat er in de overwegingen een aantal zaken waarop ik kort wil ingaan. De getroffen thuiszorgmedewerkers zijn onze thuiszorgmedewerkers. Even voor uw beeld. Het betreft 600 van de 2700 personeelsleden van Vérian en die werken niet allemaal in Nijmegen. Het betreft personeelsleden in het werkgebied Nijmegen, Apeldoorn, Doetinchem die hierdoor getroffen worden. In zijn totaliteit gaat het in Nijmegen om 90 medewerkers. Dat wist u ook al uit de aanbesteding van 2 jaar geleden. De thuiszorgmedewerkers zouden opeens veel taken niet meer mogen uitvoeren. Ons zijn daar geen berichten van bekend. Integendeel. In de uitvraag die twee keer per jaar plaatsvindt waarbij we een fictief klassement opmaken wie de beste aanbieder is, staat Vérian al anderhalfjaar bovenaan ten opzichte van de andere aanbieders. Als je kijkt naar het aantal klachten, dan is dat niet substantieel anders dan van andere aanbieders. In die zin is er voor het college geen enkele aanleiding om ervan uit te gaan dat Vérian een slechte aanbieder van zorg zou zijn. Dan wat de bezuiniging in Nijmegen betreft. Er wordt niet bezuinigd in Nijmegen. Dat betekent dat onze burgers recht houden op hun thuiszorg. Het aantal burgers dat daarvoor eventueel in aanmerking komt en er gebruik van maakt, is aan de voorkant nooit afgesproken in welk contract dan ook. Het gaat namelijk op basis van indicatie of mensen zorg nodig hebben ja of nee. De omvang hebben wij niet bepaald. Ook de verdeling tussen HH1 en HH2 is aan de voorkant niet bepaald. Dat is puur afhankelijk van wat er gebeurt bij mensen thuis. Het enige wat wij garanderen, is dat het budget dat op uw begroting staat, overeind is gebleven en dat dus iedereen die in zorg zit in zorg kan blijven zitten en dat we ook nog ruimte hebben om nieuwe mensen op te nemen. We hebben dus geen werkgaranties afgegeven, nooit. Dat is onze juridische positie. Dan het dictum van deze motie. Willen wij een dringend signaal van de raad aan de directie overbrengen? Uiteraard zal ik met alle liefde en plezier en met volle toewijding dat gesprek aangaan. Ik moet echter uw verwachting temperen, want of de uitkomst daarvan heel positief zal zijn, betwijfel ik. Bij het tweede dictum om de gemeenten in het werkgebied van Vérian die de bezuinigingen hebben doorgevoerd op te roepen om die bezuiniging te heroverwegen, is een wedervraag van het college aan u op zijn plaats. Wat doet u om uw collega-raadsleden van uw partijen in die gemeenten op te roepen om dit zelf te heroverwegen en deze motie in hun overwegingen mee te nemen in hun raden? Dat zou ik als college een enorme steun in de rug vinden. Dank u. De voorzitter: Dank u wel, wethouder. Ik kijk of er nog behoefte is aan een tweede termijn. De heer Van Norel. Dhr. Van Norel: Dank u wel, voorzitter. Om meteen even met het laatste te beginnen. U kent waarschijnlijk de SP ook als een partij die hier wel bovenop zit. Gaat u er dus maar van uit dat waar wij in de raad vertegenwoordigd zijn, we dit zeker aan de orde hebben gehad en zeker als het gaat om de bezuinigingen rondom de thuiszorg. Het is in ieder geval een goed signaal en we zullen dat ook zeker proberen door te geven, mogelijk ook naar de rest van de fracties. Nee, we hebben ook wel door dat we er juridisch niet zo veel mee kunnen. We weten ook dat er geen werkgarantie is afgesproken, maar wat we met name met deze motie willen bereiken, is dat we als sociale stad – dat roepen we elke keer en ik vind ook dat we een sociale stad zijn – niet moeten ac7 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
cepteren dat medewerkers continu problemen ondervinden op het moment dat organisaties in de problemen zitten. Vérian maakt niet duidelijk waar het financieel probleem zit. Is er überhaupt een financieel probleem? Ik weet het niet. Vérian maakt de boeken niet openbaar, ook niet op verzoek van de vakbond. Het is dus maar de vraag. De voorzitter van de raad van bestuur zegt namelijk in een interview in de Volkskrant: Het wordt tijd dat we de lonen eens gelijk gaan trekken binnen Vérian. Dat is een heel ander argument dan dat het water tot de lippen zou staan. Ik weet niet hoe Vérian ervoor staat. Het gaat dus om het signaal dat je afgeeft: dit moeten we niet meer willen accepteren. Medewerkers, die het al heel moeilijk hebben en zeker ook in dit segment van de arbeidsmarkt, moeten we ondersteunen. De voorzitter: Nog andere woordmeldingen? De heer Hulskorte. Dhr. Hulskorte: Als ik de wethouder goed beluisterd heb, dan zegt hij: Vérian is degene die het beste betaalt. Omdat er nieuwe afspraken gemaakt moeten worden per 1 maart en de mensen 20% minder gaan verdienen, is de eerste vraag aan de wethouder: betekent dit dat Vérian dan toch nog de beste betaler is of moeten we kijken naar andere aanbieders die beter betalen? Ik hoor wat u zegt en omdat er op 1 maart nieuwe afspraken moeten worden gemaakt, vraag ik me toch wel af of u kunt bekijken of er toch nog iets aan te doen is en of u nog met anderen in contact kunt komen om dit te bekijken. Als het zo is dat de mensen bij allerlei organisaties zo veel minder gaan verdienen, dan is het wel een heel hard gelag voor die mensen in de toekomst. We komen dan in een heel andere situatie terecht. De mensen hebben gerekend op deze salarissen. Zij gaan dus allemaal erop achteruit, ook in de toekomst, en mijn vraag is of u er nog iets anders aan kunt doen dan wat u zojuist hebt gezegd. De voorzitter: Nog andere woordmeldingen wellicht in tweede termijn? Zo niet, dan geef ik wethouder Frings nog een keer het woord. Wethouder Frings: Dank u, voorzitter. Wat de vraag van de VSP betreft, roep ik u nogmaals in herinnering dat twee jaar geleden bij de aanbesteding alle andere aanbieders lager inschreven en een lager overnamebod deden voor het personeel, namelijk overnemen zonder behoud van rechten op loonschaal 10 met salarisschaal 1. Dat is nog veel lager dan wat Vérian nu biedt. Ik vrees dat er geen aanbieder in Nederland te vinden is, die in de huidige marktomstandigheden – met een korting van 32% vanuit het Rijk – bereid is om een hoger salaris te betalen dan het cao-loon, want het is nog steeds cao-loon fg 10. Uw vraag om bij andere aanbieders iets te gaan uitzoeken, kan alleen bij de aanbieders die mee hebben gedaan in de gunning. Die waren daartoe twee jaar geleden al niet bereid. Het was alleen Vérian die tot overname met behoud van rechten bereid was. Nu een nieuwe aanbesteding starten, kost gewoon te veel geld voor 1 juni a.s., want op 1 juni loopt het contract af. Het voornemen is dus om het contract een jaar te verlengen en dan opnieuw de aanbesteding te gaan regelen. Dat doen we in samenwerking met de regiogemeenten. Dank u. De voorzitter: Dank u wel. Ik stel voor dat we gaan stemmen over de motie, want nog niet elke fractie had zich expliciet erover uitgesproken. Graag uw stemmen over de motie Horen, zien maar niet zwijgen. Met 38 stemmen voor en 0 stemmen tegen is de motie daarmee aanvaard. Ik dacht dat er 39 raadsleden zijn. Dhr. Boekhorst: Voorzitter, mijn buurman was te laat met stemmen, maar hij was ook voor hoor. De voorzitter: Dat vermoeden had ik al. Oké. Weest u maar blij, meneer Friesen dat er niet een 1 stond, want dan hadden we er eeuwig naar moeten gissen of u dat toch niet was geweest. Dat is daarmee in ieder geval wel duidelijk. Daarmee is dit agendapunt behandeld. Er gaat een aantal mensen weg en misschien is het handig om even te wachten met het volgende agendapunt.
8 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
8.
Raadsvoorstel Vaststellen van het strategisch arbeidsmarktbeleid Werk is de uitkomst! Van de regio Rijk van Nijmegen en het vaststellen van het Nijmeegs maat- en meetwerk
De voorzitter: Wie kan ik als eerste het woord geven, wie voelt zich geroepen? De heer Sweep, SP. Dhr. Sweep: Voorzitter, op dit punt gaan wij als SP twee moties indienen. In verband met mijn spreektijd die maar vrij beperkt is, geef ik een toelichting op de eerste motie, Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! Wij willen daarin dat een bepaalde invloed van de gemeenteraad op het reilen en zeilen van het werkbedrijf, hoe beperkt ook, wordt gegarandeerd. In het dictum omschrijven wij welke zaken wij daaronder willen laten vallen en hoe we dat willen regelen. Het is volgens ons een uiterst minimale betrokkenheid van de raad, maar helaas is iets veel beters niet haalbaar. Daar wil ik het bij laten. Motie Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! e 1 indiener: M. Sweep (SP) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: De begroting van het werkbedrijf zonder al te grote bemoeienis van de gemeenteraad is gepasseerd, de dienstverleningsovereenkomst (samenwerkingsovereenkomst) nog niet is vastgesteld en de nota werk is de uitkomst nog niet is vastgesteld. De raad in een wensen en bedenkingenprocedure uitgesproken heeft de juridisch maximaal mogelijke betrokkenheid bij de totstandkoming van de samenwerkingsovereenkomst te willen hebben. Overwegende dat: − Het werkbedrijf 1 januari 2015 van start gegaan is. − Er door de gemeente circa 15 miljoen van de middelen aan besteed wordt. − De beleidsaspecten werk en arbeidsmarktbeleid politiek van aard zijn. − De raad ook op dit terrein zijn volksvertegenwoordigende taken goed moet uitvoeren. − De gemeenteraad op dit terrein het budgetrecht toekomt. Roept het college op: 1. Begroting en financiële verantwoording Werkbedrijf beide jaarlijks te agenderen met wensen en bedenkingen. 2. Samenwerkingsovereenkomst werkbedrijf te agenderen met wensen en bedenkingen. 3. Verordeningen altijd te agenderen met wensen en bedenkingen en indien mogelijk als raadsvoorstel. Motie Houd social return on investment ook echt social e 1 indiener: M. Sweep (SP) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: − op een aantal plaatsen in een aantal branches bij aanbestedingen eisen inzake social return on investment gesteld worden die feitelijk reguliere banen met normale arbeidsvoorwaarden vernietigen; − het werkbedrijf een “plan voor de arbeid” gaat opstellen waarbij aangegeven wordt dat een en ander gevolgen gaat hebben voor de huidige arbeidsplaatsen in de markt. Overwegende dat: − social return on investment geen verkapte bezuiniging op reguliere banen met normale arbeidsvoorwaarden mag betekenen; − er een groot tekort is aan vacatures van reguliere banen met normale arbeidsvoorwaarden: Roept het college op: 1. Er op toe te zien dat het mechanisme van verdringing van reguliere bestaande banen, bij aanbestedingen waarbij sprake is van eisen inzake social return on investment, niet plaats zal vinden. 2. Bij aanbestedingen een zogenaamde verdringingstoets van reguliere banen met normale arbeidsvoorwaarden te hanteren. En gaat over tot de orde van de dag. 9 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: Dank u wel. Nog andere woordmeldingen? De moties zijn nog niet rondgedeeld. De heer Van Deurzen, VSP. Dhr. Van Deurzen: Voorzitter, ik wil hierover ook even iets zeggen. Ik werd vanmiddag ook verrast door het feit dat we spreektijden hebben. Dat is een beetje lastig. Ik heb dus alles heel snel opgeschreven, maar ik wil hierover wel iets melden. We lezen dat de Participatiewet de regelingen voor Wajong, Wsw en WWB vervangt. De huidige Wajong’ers behouden hun uitkering en mensen met een SW-regeling behouden hun oude rechten en plichten. Nu even de realiteit. Alle Wajong’ers hebben eind 2014 een brief gekregen dat er vanaf 2015 herkeuringen komen voor iedereen met een AWBZ-gerelateerde uitkering. We kunnen dus op onze klompen aanvoelen wat dit gaat betekenen. De ellende die dit gaat veroorzaken hebben we eerder gezien, 20 jaar, 25 jaar geleden bij de herziening van het WAO-stelsel. Toen was het credo: de regels zo streng maken, dat alleen de mensen waarvoor die wet bedoeld was daarvoor nog in aanmerking kwamen. Dit zijn dus onder andere de huidige Wajong’ers. Waarvoor is dan die herkeuring nodig? Dan de mensen met een SW-regeling die hun oude rechten en plichten zouden behouden. Leuk geprobeerd, maar ik hoor toch echt andere geluiden uit de praktijk. Deze mensen worden namelijk onder zware druk gezet om toch vooral hun contract te beëindigen en een baan te zoeken in de vrije markt. Veel mensen kunnen die druk niet aan, zwichten ervoor en de gevolgen laten zich raden. Voorzitter, gezien de tijd nog een rekenvoorbeeld. Er zitten ongeveer 6500 mensen in de bijstand, hoewel ik ook cijfers heb gezien van 8000 mensen, maar laten we uitgaan van 6500. 30% daarvan heeft geen arbeidsplicht of sollicitatieplicht. Dan blijft over 4500. Voor ca. 15% daarvan zijn banen beschikbaar. Dat zijn er zeker 700. Dit betekent dat er een structureel banentekort is van ongeveer 3500. Toch kunnen deze mensen worden verplicht om tot 5 sollicitatiebrieven per dag te schrijven, op straffe van een forse korting op hun uitkering bij verzuim. Dat zijn dus 17.500 per dag of 87.500 sollicitatiebrieven per week die naar virtuele banen worden geschreven. Over energieverspilling gesproken. Het zou me niet verbazen dat mensen hier een dwangneurose aan overhouden en ziek worden. Voorzitter, ik ga afronden gezien de tijd. Ik zou graag van de wethouder willen weten hoeveel bedrijven hij per week benadert om voor deze mensen een baan te regelen. Dank u wel. De voorzitter: Dank u wel. Andere woordmeldingen in de eerste termijn? De heer Zwart, PvdA. Dhr. Zwart: Dank u wel, voorzitter. De Partij van de Arbeid-fractie ziet de komst van de Participatiewet als een enorme kans voor onze stad en onze regio. Een oude wens van ons wordt hiermee gerealiseerd, namelijk dat we één beleid kunnen voeren waarbij de sociale werkvoorziening en het gemeentelijk beleid bij elkaar worden gevoegd, dus één regionaal arbeidsmarktbeleid. We zijn ontzettend blij dat we dat nu eindelijk kunnen uitvoeren hier in de regio. Het strategisch arbeidsmarktbeleid dat nu hier voorligt, kan onze volledige steun hebben omdat het simpel en goed is. Het is belangrijk dat er wordt gekozen voor een uniforme aanpak voor de hele regio. Het is met name voor de werkgevers heel erg prettig dat er één werkwijze is die in de hele regio wordt gehanteerd. Uiteindelijk zal het ook goed zijn voor de werkzoekenden. We zijn ook heel blij met de aanpak omdat het een heel ambitieus plan is. De ambitie is namelijk dat er voor iedereen een plek is om te participeren in de maatschappij. Dat is dus een heel ambitieuze aanpak. Voor alle bewoners van de regio is er een plek om te participeren in de maatschappij. Dhr. Groothuizen: Voorzitter? De voorzitter: Een interruptie van de heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Mag ik de heer Zwart een vraag stellen? Het strategisch arbeidsmarktbeleid zegt volgens mij ook dat het streven is om in dit jaar de uitstroom gelijk te houden aan de optelsom van alle afzonderlijke gemeenten vorig jaar. Vindt u dat ook een ambitieuze doelstelling? Dhr. Zwart: Omdat Nijmegen het relatief zeer goed doet, is dat inderdaad een ambitieuze doelstelling. Als u het ambitieuzer wilt, als u nog meer wilt, dan sta ik aan uw kant. Mijn ambities zijn grenzeloos. Kom met voorstellen en dan doen wij graag mee. 10 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dhr. Groothuizen: Ik hoor het graag. Misschien moet u iets meer zetels hebben, maar … Dhr. Zwart: We maken hier beleid als gemeenteraad, dus dat doen we met 39 zetels. Wij steunen dus het arbeidsmarktbeleid dat hier aan ons wordt voorgelegd voor 100%. We vinden het ook goed dat wordt gesteld dat er in het bijzonder wordt ingezet op de groep die een grote afstand heeft tot de arbeidsmarkt. Daar gaat de meeste energie naartoe. Daarbij wordt volop ingezet op het gebruik van leerwerkplekken. Dat is precies wat in het coalitieakkoord is gezegd: reintegratie op de werkplek. Op de werkvloer vindt de re-integratie plaats en niet in het spreekhokje bij de sociale dienst. Wij steunen dit arbeidsmarktbeleid dus echt voor 100%. Er is veel werk te doen. De wethouder heeft een enorme klus. Gelukkig kan hij daarin zijn functies van wethouder Economische zaken, wethouder Werk en wethouder Onderwijs, voor zover het gaat over voortijdig schoolverlaten, prima met elkaar combineren. Onze oproep is dus: wethouder, ga aan de slag. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Mevrouw Westerveld, GroenLinks. Mw. Westerveld: Dank u wel, voorzitter. We hebben vorige week bij de bespreking in de kamerronde aangegeven dat wij blij zijn met de uitgangspunten van het raadsvoorstel. We hebben nog wel een aanvullende vraag aan de wethouder en dat gaat over de Prestatieladder Sociale Onderneming (PSO). Wij gebruiken nu heel veel het middel social return on investment. De gemeente zou er ook voor kunnen kiezen om de PSO te gebruiken. Dat wil zeggen dat bedrijven die hoger scoren een gunningsvoordeel kunnen krijgen. Bedrijven komen dus hoog op die ladder als ze meer doen met mensen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Het is een redelijk nieuw instrument. Vandaar dat wij nu ook geen voorstel doen om dat als gemeente per se in te zetten, maar wij vragen ons af of de wethouder misschien eens een onderzoek wil doen om te bekijken of dit instrument door de gemeente zou kunnen worden gebruikt. Daarnaast heb ik twee vragen. Ik denk dat ik die vragen maar aan de wethouder moet stellen, want ik ben waarschijnlijk wat te laat om de SP vragen te stellen over haar motie. In de motie van de SP over social return on investment wordt gesproken over een verdringingstoets. Ik weet niet goed of ik die vraag aan de wethouder moet stellen of aan de SP, maar wij vragen ons af wat voor soort instrument die verdringingstoets is; of dat een heel zwaar instrument is of dat het licht kan worden ingezet. We hebben ook nog een vraag over het inzetten van de standaard wensen- en bedenkingenprocedure. We hoorden collega Sweep van de SP zeggen dat het erom gaat als raad een bepaalde invloed te hebben. Wij hebben de indruk dat we dan zaken dubbel gaan doen omdat de raad al invloed heeft op de kaders die worden gesteld. Graag willen we van de wethouder horen of het nu een aanvulling is of dat we dan zaken dubbel gaan doen. De voorzitter: Dank u wel. De wethouder zal reageren en wellicht in tweede termijn ook nog de indiener van de motie. Ik kijk of er nog andere woordmeldingen zijn op dit moment, ik bedoel nu in de eerste termijn, meneer Sweep. Ik kijk even naar uw mederaadsleden. Mevrouw Rotink, CDA. Mw. Rotink: Dank u wel, voorzitter. We hebben een vraag aan de wethouder. Ook wat ons betreft is het heel belangrijk dat wij als raad sturing houden, juist bij zo’n groot iets wat wij regionaal aanpakken en wat heel nieuw is. Echter, met voor iedere stap die het werkbedrijf maakt een wensen- en bedenkingenprocedure te maken, weten wij niet zeker of we het proces van regionale samenwerking bevorderen. Daarom vinden wij de vraag van mevrouw Westerveld ook interessant. Wij vinden sturing ook heel erg belangrijk en nodig, maar wij zien dat liever op een andere manier en wij vroegen ons af of het mogelijk is om ieder kwartaal een update te krijgen over de inhoudelijke en financiële voortgang van het werkbedrijf. De voorzitter: Een interruptie? Dhr. Sweep: Ja, dank u. Een vraag aan mevrouw Rotink. Er wordt gezegd om nu bij iedere stap die het werkbedrijf zet een wensen- en bedenkingenprocedure te gaan hanteren. Dat is natuurlijk niet de 11 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
strekking van de motie. Mijn vraag aan u is de volgende. Wij geven ongeveer 15 miljoen euro van ons budget uit aan dat werkbedrijf. Vindt u niet dat de stappen die hier gezet worden, waar wij wensen en bedenkingen op zouden willen toepassen, eigenlijk al een minimaal pakket behelzen? Als je ergens 15 miljoen euro aan geeft, dan wil je toch weten waar dat blijft en hoe dat besteed wordt en dan toch minimaal via een begroting waar je iets over kunt zeggen en via een financiële verantwoording op het moment dat het jaar bijna is afgesloten? Ik snap niet goed dat u het zo stelt dat we iedere stap willen volgen. De voorzitter: Mevrouw Rotink. Mw. Rotink: Dank u wel. Wat ik al zei: wij vinden sturing ook heel erg belangrijk. We vinden het heel belangrijk om sturing te houden op het werkbedrijf. Laat dat in ieder geval duidelijk zijn. Ook mijn voorstel was om de financiële voortgang en de inhoudelijke voortgang van het werkbedrijf te monitoren door ieder kwartaal een overzicht te krijgen. We wilden vragen of dat mogelijk is. Daarnaast zijn we inderdaad heel benieuwd naar het antwoord op de vraag van mevrouw Westerveld of die wensenen bedenkingenprocedure niet dingen bemoeilijkt. Het gaat inderdaad om drie dingen, maar er zijn ook heel veel raden. Het wordt dus wel een ingewikkelde regionale samenwerking op die manier. Daarom zijn we heel benieuwd wat daarvan de haalbaarheid is. De voorzitter: Dank u wel. Nog een keer, ter interruptie. Dhr. Sweep: Ik snap best dat dit een uitdaging is, maar er zitten nu eenmaal negen gemeenten in die samenwerkingsovereenkomst. Wij zijn hier de gemeenteraad van Nijmegen en wij geven daaraan 15 miljoen euro uit. Dat het een wat ingewikkelde constructie is dat zij zo, maar het lijkt mij toch dat je als gemeenteraad je volksvertegenwoordigende rol goed op moet pakken en dat is toch te gaan over die 15 miljoen euro, voor zover je er invloed op kunt hebben. De voorzitter: Wilt u daar nog op reageren? Neen. Dan kijk ik naar andere woordmeldingen in deze eerste termijn. Zijn die er nog? Dat is niet het geval. Dan geef ik het woord aan wethouder Tankir voor een reactie namens het college. Wethouder Tankir: Dank u wel, voorzitter. Om met iets praktisch te beginnen. Er werd gevraagd hoeveel bedrijven worden bezocht. Het is mij niet helemaal duidelijk of ik word bedoeld of onze medewerkers, maar ik kan over allebei antwoord geven. In ieder geval weet ik van mijzelf dat ik er gemiddeld twee per week bezoek en als de agenda het toelaat nog meer. U kunt in het strategisch beleidsplan, maar ook in de eerdere begroting lezen dat wij veel van de formatie hebben vrijgemaakt om heel veel bedrijvenbezoeken te doen. Wij laten het ook niet bij bezoeken, maar wij gaan ook echt relaties opbouwen met bedrijven waarbij we samen naar die banen zoeken en banen creëren. Er gebeurt dus heel veel. Ik kan zesduizend zeggen en misschien zit ik er dan naast, maar het is heel veel. Voorzitter, ik denk dat het ook heel belangrijk is dat mensen die een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben, zodanig werkfit worden gemaakt en gehouden dat, als we vacatures tegenkomen – die komen we echt tegen – we ook in staat zijn om deze mensen te bemiddelen en matchen met een vacature. Dit plan voorziet daarin. Dan over de Prestatieladder Sociale Onderneming, zoals door GroenLinks is gesteld. Wij zijn zelf ook bezig met dit onderwerp. Het is zo dat bedrijven die het heel goed doen, bijna opnieuw moeten concurreren met bedrijven die in dat kader eigenlijk niets doen als ze meedoen met een aanbesteding. Of bedrijven heel veel investeringen doen, telt nu niet echt mee met de aanbestedingen of wat dan ook. Wij zijn dus bezig om daarin een goede vorm te kiezen die ook juridisch goed is dichtgespijkerd. Ik kan u in ieder geval toezeggen dat we daarmee bezig zijn en daaruit zullen ook voorstellen voorkomen. Er is ook een vraag gesteld over wat wij nu al doen om de verdringing bij social return te voorkomen. Ik heb al eerder gezegd: zonder een beetje verdringing bij social return, kunnen we mensen die we met ons allen willen helpen niet helpen. Dat moet wel allemaal verantwoord gebeuren. Om dat verantwoord te laten gebeuren, hebben wij in ieder geval heel veel stappen ontwikkeld die wij in de praktijk altijd toetsen. Wij zullen bijvoorbeeld bij een bedrijf dat een halfjaar eerder allerlei mensen heeft ontslagen omdat het bedrijf het zo moeilijk heeft, geen nieuwe mensen plaatsen voor de verdwenen 12 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
banen. Bij de Wmo-aanbesteding bijvoorbeeld hanteren wij normaal gesproken 5% social return. Maar omdat de thuiszorginstellingen het moeilijk hadden, hebben wij besloten maar 2,5% toe te passen. Wij kijken dus altijd naar heel veel elementen om te voorkomen dat er allerlei negatieve neveneffecten ontstaan. De voorzitter: Een interruptie. Dhr. Sweep: Naar de wethouder, via de voorzitter uiteraard. Een van de redenen dat wij de tweede motie ingediend hebben over de verdringing, is dat in het plan voor de arbeid dat hier voorligt als beslissingspunt, op pagina 104 of 106 – dat kan ik me niet precies herinneren – letterlijk staat dat het plan voor de arbeid dat wordt opgesteld, gevolgen zal hebben voor de huidige banen in de arbeidsmarkt. Als de wethouder nu zegt: natuurlijk letten wij op en een beetje verdringing is er altijd. U hebt de baan burgemeester en daarom heb ik die niet. Dat is logisch, dat is verdringing. Dat valt niemand kwalijk te nemen, denk ik. Dat wordt echter heel anders … De voorzitter: Ik had ook graag op uw stoel gezeten. Dhr. Sweep: Hij zit lekker. Ik kan het u aanraden. De voorzitter: Het mag niet volgens de wet. Anders zou het misschien een goede combinatie zijn. Gaat u door. Dhr. Sweep: Met deze motie gaat het er ons vooral om dat mensen die al vier, zes, acht, tien, twaalf jaar een baan hebben niet vanuit een reguliere baan kunnen verhuizen naar het UWV, dan naar de bijstand en vervolgens wordt er iemand uit de bijstand via een luxe bijstandsuitkering op die werkplek gezet. Dat gebeurt nu bij verschillende aanbestedingen; niet hier in Nijmegen maar elders in het land. Daar gaat het ons om. Wij zijn dus aangeslagen op de passage die in de nota Werk is de Uitkomst staat over het plan voor de arbeid dat wordt opgesteld en dat gevolgen zal hebben voor huidige arbeidsplaatsen. Vandaar de motie. De voorzitter: De heer Tankir. Wethouder Tankir: De voorzitter is heel streng en ik zal het dus maar kort houden. Ik geef in ieder geval antwoord op uw bezorgdheid. De Participatiewet, die wij in alle gemeenten gaan uitvoeren, zal zeker gevolgen hebben voor de huidige arbeidsmarkt. Zo moet u dat lezen. Ik heb eerder gezegd dat wij heel zorgvuldig omgaan met de aanbestedingen. Wij kijken altijd samen met de bedrijven naar wat wel kan en wat niet kan. Daarom vind ik deze motie ook overbodig en daarom ontraden we die motie als college. Als het gaat om de andere motie waarover ook vragen zijn gesteld, het bieden van de mogelijkheid voor wensen en bedenkingen, kunnen wij als college leven met punt 1. Het lijkt ons heel logisch om bij de financiële verantwoording van de begroting aan de raad deze procedure te volgen. Wat de punten 2 en 3 betreft die sommigen van u hebben aangegeven, maken we de procedures zo zwaar dat dit de effectieve werking van de werkbedrijven dreigt lam te leggen. Dat willen wij natuurlijk voorkomen. Uw raad heeft aangegeven dat wij flexibele en efficiënt werkende werkbedrijven willen hebben. Als wij, om ieder regeltje te veranderen, een heel zware raadsprocedure moeten volgen, dan kan ik u verzekeren dat het heel weinig flexibiliteit biedt. De punten 2 en 3 ontraden wij hierbij. Punt 1 kunnen wij omarmen. Dhr. Sweep: Voorzitter? De voorzitter: De tweede termijn. De heer Sweep. Dhr. Sweep: Dit was eigenlijk nog een interruptie. De voorzitter: Als u dit nu combineert, ook gelet op uw eigen tijd, dan is het gratis van de zaak. 13 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dhr. Sweep: Daar hebt u misschien een punt. Bedankt voor de tip. De wethouder zegt, net zoals het CDA, dat het allemaal veel te moeilijk wordt om de raad daar allemaal maar invloed op te geven via wensen en bedenkingen; dat is toch wel een erg zware procedure. Iedereen kent mij als een gematigd mens en ik heb juist het idee dat het een ontzettend lichte procedure is. Eigenlijk zou die procedure veel zwaarder moeten zijn. Nogmaals, er wordt 15 miljoen euro gegeven aan dat werkbedrijf, mensen. Ik vind het dus niet helemaal correct om te zeggen dat deze procedure dan te zwaar zou zijn. Dan met betrekking tot punt 3. De verordende bevoegdheid ligt op een aantal punten bij de gemeenteraad. We beseffen dat die op een aantal punten is overgedragen, daarom is de motie ook zo geformuleerd zoals ze is geformuleerd. Wij waren daar geen voorstander van, maar zo zij het. Het lijkt mij dat je als raad de bevoegdheid over de overige punten niet moet laten afnemen, want ik denk dat je dan je taak niet goed uitvoert. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Mevrouw Westerveld. Mw. Westerveld: Ik zou nog heel graag kort van de wethouder willen horen of hij de motie over social return ziet als aanvulling op het beleid of dat hij die motie ontraadt. Over de motie Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! zou ik willen vragen, zoals de wethouder zegt, de motie gescheiden in stemming te brengen. Ik begrijp dat ik aan de SP moet vragen of dat kan, excuses. Dhr. Sweep: Ik ben niet de wethouder inderdaad. De voorzitter: Nee, meneer Sweep, nogmaals, het gaat echt van uw tijd af als u nu gaat reageren. U komt zo aan de orde. Dan hebt u tijd gewonnen, ook nog voor uw collega’s zo meteen. Misschien bent u zelf wel spreker bij het volgende agendapunt. Ik kijk nog even rond of er nog andere woordmeldingen zijn. Dat is het geval. De heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Voorzitter, ik heb slechts een vraag. Ik zou ook aan de heer Sweep willen vragen om de beslispunten van zijn motie Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! de punten 1 en 3 gezamenlijk en punt 2 apart in stemming te brengen. De voorzitter: Dat is een ander verzoek dan uw collega zojuist deed. Het kan allemaal. Dan moeten we gaan stemmen welk ordevoorstel het gaat winnen. Ik zou dan bijna voorstellen om ze alle drie apart in stemming te brengen. Ik corrigeerde mijzelf, meneer Boekhorst. Ik dacht: hier kun je je rol als voorzitter bewijzen. Daarom moet je hier ook zitten. Ik bekijk of er nog meer vragen zijn. De heer Hillen. Dhr. Hillen: Dank u wel, voorzitter. Mijn fractie ondersteunt de SP wel degelijk in haar verhaal wat de verantwoording via de wensen en bedenkingen betreft. Ook wij vinden dat maar een lichte variant. Als het om een financiële verantwoording gaat, is het sowieso een begrotingsrecht als raad. De samenwerkingsovereenkomst zien wij toch vooral als kader dat we vanuit Nijmegen stellen, zeker over het geld dat we vanuit Nijmegen extra inbrengen. De verordening was een wetgevende taak. Die hebben we maar beperkt gedelegeerd. Ook daarin blijven we onze taak houden. Wij zullen deze motie dus volledig steunen. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Dat is niet het geval. Dan kijk ik nog even naar de wethouder en dan kan de heer Sweep aangeven of hij bereid is alle punten gescheiden in stemming te brengen. Wethouder Tankir nog voor een korte reactie. Mevrouw Westerveld, laten we eerst de wethouder de gelegenheid geven om te antwoorden en dan kijken we wel verder. Wethouder Tankir: Voorzitter, ik ben nog het antwoord op twee vragen schuldig. Een in de richting van het CDA, mevrouw Rotink. Ze heeft gevraagd of het mogelijk is om per kwartaal een soort rapportage te geven, een financiële en prestatierapportage. Dat hebben we ook afgesproken. In overleg met de verschillende raden wordt nog …
14 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: Een moment. Ik doe de microfoon even uit, want dat gaat allemaal van de spreektijd van uw collega-wethouders af. Het wordt nu erg onrustig. Dat gaat het niet gemakkelijker maken. Dank u wel. De wethouder wederom. Wethouder Tankir: Dan gaan we weer rustig beginnen. We hebben ook met de raden afgesproken dat wij in overleg met hen een vorm vinden waarvan de raden het wenselijk achten dat ze geïnformeerd worden en dat gaat ook per kwartaal gebeuren. U kunt dat een beetje vergelijken met de manier waarop we dat sinds kort ook met Breed doen. Dat komt dus helemaal goed. Dan nog de vraag van mevrouw Westerveld. Ik ontraad de motie over social return omdat wij vinden dat, als we die accepteren, we geen social return meer kunnen toepassen. De voorzitter: Ik kijk even naar de heer Sweep. Er was een vraag aan u gesteld over het in gescheiden in stemming brengen van de punten. Dhr. Sweep: Wat ons betreft is dit echt het minimumpakket waarover een raad zijn invloed moet willen uitoefenen. Wij vinden het ridicuul als je een samenwerkingsovereenkomst … De voorzitter: Nee, meneer Sweep. We gaan geen derde termijn houden. Er is een vraag gesteld door enkele collega’s van u om bij de motie met de welluidende titel Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! eigenlijk alle drie de punten apart in stemming te brengen. Bent u daartoe bereid? Ja of nee. Dhr. Sweep: Nee. De voorzitter: U wilt het als één pakket zien. Oké, dat is helder. Nog een vraag voor de orde, mevrouw Westerveld? Mw. Westerveld: Ik zou heel graag een minuut schorsing willen aanvragen. De voorzitter: Dan schorsen we even een minuut. Bij dezen is de vergadering geschorst. (Schorsing van 22.25 uur tot 22.30 uur.) De voorzitter: Dames en heren, ik heb de indruk dat de schorsing lang genoeg heeft geduurd, dus ik heropen de vergadering. Kunnen we tot stemming overgaan, mevrouw Westerveld? Graag even uw aandacht, dames en heren. Mevrouw Westerveld heeft het woord. Mw. Westerveld: Ik zou graag na de stemmingen een stemverklaring willen afgeven. De voorzitter: Verder geen stemverklaringen? Dan gaan we stemmen over de beide moties die zijn ingediend en daarna uiteraard over het raadsvoorstel. Allereerst de motie Houd social return on investment ook echt social. Uw stemmen graag over die motie. Met 20 stemmen voor en 19 stemmen tegen is die motie aanvaard. Dan komt de tweede motie in stemming: Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! Uw stemmen graag over die tweede motie. Met 16 stemmen voor en 23 stemmen tegen is die motie verworpen. Wilt u nu een stemverklaring geven of eerst stemmen over het raadsvoorstel, mevrouw Westerveld? Dat had ik eerder moeten vragen. Mw. Westerveld: Een korte stemverklaring. We hebben voor de motie over social return on investment gestemd omdat wij het zien als een bevestiging van het huidige beleid. We hebben tegen de motie Gemeenteraad, houd de handen aan het stuur! gestemd, omdat de gemeenteraad de financiële stukken al krijgt. We zien het als extra bureaucratie. We denken dat, als er echt een keer iets niet 15 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
klopt, we het liever dan agenderen dan dat we dat standaard iedere keer door middel van een wensen- en bedenkingenprocedure gaan doen. De voorzitter: Dank u wel. Dat brengt me bij de stemming over het raadsvoorstel. Laten we dat niet vergeten, want anders gaan we hier weg zonder raadsvoorstel. Uw stemmen graag over het raadsvoorstel. Het leidt tot een unanieme uitslag. Met 39 stemmen voor is het raadsvoorstel aangenomen. Dank u wel.
9.
Raadsvoorstel Invoering Participatiewet, onderdeel Inkomen en Armoedebestrijding: vaststellen van verordeningen
De voorzitter: Wie kan ik het woord geven, wie voelt zich geroepen? De heer Sweep wederom. Dhr. Sweep: In de weinige tijd die me nog rest. De eerste motie is Armoede bestrijden, ook net boven de bijstandsnorm. Er zijn meer steden die overgaan om de toets te zetten op 110%. Wij vinden die 105% veel te mager. De dekking die we hebben, is hogere ambities met betrekking tot de uitstroom. De andere motie is Beperk de ongewenste effecten van opgelegde geüniformeerde arbeidsverplichtingen. We zij bereid om punt 2 … Dhr. Groothuizen: Voorzitter? De voorzitter: De heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Ik moet dan toch even zijn tijd een beetje opmaken. Kan de heer Sweep misschien aangeven hoeveel geld hij uit die hogere ambitie wil halen? Dhr. Sweep: Meer dan 50.000 euro. Met betrekking tot de andere motie zijn wij bang dat met name de wet op het gebied van de geüniformeerde arbeidsverplichtingen tot veel te grote schadelijke gevolgen voor mensen persoonlijk gaat leiden. Wij zijn bang dat het hele vangnet van de bijstand kapot wordt geschoten. Het tweede dictum is wat ons betreft iets minder belangrijk. Mocht er een voorstel komen om dat gescheiden in stemming te brengen, dan willen we dat wel doen. Dhr. Groothuizen: Voorzitter? Ik heb een vraag aan de heer Sweep. Bij die geüniformeerde arbeidsverplichtingen gaat het onder andere om mensen die passende arbeid weigeren. Legt u het mij nu eens uit. Als mensen bijvoorbeeld stukadoor zijn en een passende baan als stukadoor wordt gevonden en zij weigeren dat vervolgens te doen, wat is er dan sociaal aan dat u zegt: je moet maximale soepelheid betrachten bij het eventueel opleggen van een maatregel? Dat ontgaat mij. Dhr. Sweep: Ik zal u uitleggen wat asociaal is. Asociaal is als je iemand uit Groningen naar Nijmegen stuurt voor een baantje van rond de 1000 euro per maand en dat hij dus een verhuisplicht heeft en iemand uit Nijmegen naar Groningen stuurt voor zo’n zelfde baantje voor 1000 euro per maand. Dat vinden wij asociaal. Dat is in de wet vervat in die geüniformeerde arbeidsverplichting. Met name op dat punt willen wij een zo groot mogelijk soepelheid. Het college heeft die mogelijkheid op grond van dringende redenen. Dhr. Groothuizen: Dat schrijft u niet in uw motie. In uw motie richt u zich op alle geüniformeerde arbeidsverplichtingen. Dhr. Sweep: Natuurlijk, maar aangezien ik nog 16 seconden heb, heb ik er de hoofdzaak uit gepakt. De voorzitter: Oké. Zijn er nog andere woordmeldingen? De heer Groothuizen.
16 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dhr. Groothuizen: Ik wachtte even op de definitieve tekst van de andere motie. De heer Eigenhuijsen vroeg eerder al naar de dekking. Wat mij opvalt, meneer Sweep, is dat het een motie is en geen amendement. We stellen dadelijk een verordening vast. Daarin staat 105%. U zegt: wij zouden dat willen optrekken naar 110%. Ligt het dan niet voor de hand dat u een amendement indient om dat zodanig te wijzigen? De voorzitter: Was dit nu een interruptie? Dhr. Sweep: Ik begrijp dat dit voor de hand had gelegen, maar wij willen op deze manier de wethouder ook de mogelijkheid bieden om die verhoging naar 110% op een andere manier te dekken. Vandaar dat het een motie is. Motie Armoede bestrijden, ook net boven de bijstandsnorm e 1 indiener: M. Sweep (SP) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: 1. vandaag de verordening individuele inkomenstoeslag als voorstel voorligt; 2. daarin omschreven is dat de individuele inkomenstoeslag verleend wordt bij een inkomenssituatie van 105 van de toepasselijke bijstandsnorm gedurende langer dan drie jaar. Overwegende dat: 1. door het klantgroepoverleg aangegeven is dat men 105% van de toepasselijke bijstandsnorm wat aan de magere kant vindt en een verhoging naar 110% wat hun betreft in de rede ligt; 2. wettelijk de toets gesteld kan worden op 130% van de toepasselijke bijstandsnorm. Roept het college op: • De toets om de individuele inkomenstoeslag te verlenen op een norm te stellen van 110% van de toepasselijke bijstandsnorm gedurende een periode langer dan drie jaar. • De kosten hiervoor (€ 50.000) te dekken uit een taakstelling voor het werkbedrijf om jaarlijks 5 extra personen uit te laten stromen door betere inzet van het instrument loonkostensubsidie. En gaat over tot de orde van de dag. Motie
Beperk de ongewenste effecten van opgelegde geüniformeerde arbeidsverplichtingen e 1 indiener: M. Sweep (SP) De gemeenteraad van Nijmegen, bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: • Landelijk de Participatiewet met daarin opgenomen de geüniformeerde arbeidsverplichtingen vanaf 1 januari een feit is. • Een voorstel tot een nieuwe maatregelenverordening afgestemd op die Participatiewet hier voor ons ligt. Overwegende dat: • De sancties voortkomend uit de geüniformeerde arbeidsverplichtingen voor betrokkenen ongewenst zware gevolgen kunnen hebben; • Het college in deze enige mate van beleidsvrijheid toekomt, geformuleerd in de mogelijkheid af te zien van sancties om dringende redenen, en om de ernst van sancties bij recidive zelf te bepalen; • De raad graag inzicht wil hebben in de gevolgen van in deze wet opgelegde verplichtingen voor de bijstandsgerechtigden. Dit zowel in aantal als ernst van de opgelegde maatregel; Roept het college op; 1. Dat het college de maximale soepelheid zal betrachten bij het opleggen van maatregelen inzake de geüniformeerde arbeidsverplichtingen. 2. Dat het college de raad 1 maal per kwartaal zal informeren over het aantal opgelegde maatregelen en over de casussen die het betrof. 3. Dat het college bij recidive niet overgaat tot het korten van meteen twee maanden uitkering, maar vijf weken, en bij de tweede recidive een korting van zes weken oplegt. En gaat over tot de orde van de dag.
17 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: Daarmee is de tijd op voor u. Zijn er andere woordmeldingen in deze eerste termijn? Helemaal niemand? Dat is compact. De heer Groothuizen, D66. Dhr. Groothuizen: Dank u wel, voorzitter. Er zijn veel verordeningen en andere technische wijzigingen van de Participatiewet. Ik kijk even naar rechts, want daar is het wat rumoerig, maar ik ga ongestoord door, voorzitter. Mijn fractie is een groot voorstander van die Participatiewet. Die wet voegt een aantal regelingen van de onderkant van de arbeidsmarkt samen en legt in het algemeen veel meer nadruk op wat mensen wel kunnen dan op wat hun beperkingen zijn. Dat zijn goede ontwikkelingen. De verordeningen die vandaag voorliggen en de financieel-technische voorstellen werken die wet in principe uit en daarmee kunnen wij dan ook grotendeels instemmen. Bijzonder tevreden, voorzitter, zijn wij over de verordening met betrekking tot de individuele studietoelage. Het is een uitstekend idee dat jonge mensen met een arbeidshandicap een tegemoetkoming krijgen in hun studiekosten zodat de drempel voor hen om een studie te gaan volgen lager wordt. Die studie vormt namelijk voor deze mensen – en voor heel veel mensen – de beste kans naar een zelfredzaam bestaan. Het is een buitengewoon goed idee. Minder tevreden, voorzitter, is mijn fractie over de verordening over de tegenprestatie. Op dat punt dien ik dan ook een amendement in. Wat mij betreft kan dat nu worden rondgedeeld. Ik zal uitleggen wat mijn bezwaren zijn. De Participatiewet biedt een aantal gereedschappen. De tegenprestatie is er eigenlijk een van. Het is misschien niet de belangrijkste – dat denk ik zelf – maar het is wel een instrumentje. Het college ziet er duidelijk niets in en vult het buitengewoon minimaal in. Eenmalig vier uur. Ik hoorde leden van deze coalitie in de wandelgangen zeggen: we vinden het niets, dus we doen het niet. Dat was eigenlijk precies wat het college hier ook doet. De vraag is of dat een wijze benadering is. Mijn fractie ziet de tegenprestatie niet als iets van voor wat hoort wat, maar als een instrument dat sommige mensen kan helpen. Het gaat dan in het bijzonder om het activeren van mensen met een grote tot zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt. Het zijn mensen die vaak een aansporing nodig hebben om wat actiever te worden, om wat geprikkeld te worden. Toen ik dit debat voorbereidde, voorzitter, stuitte ik op een artikel over een mevrouw in Rotterdam die niets zag in de tegenprestatie maar toen ze uiteindelijk toch verplicht bij een instelling aan de slag ging en daar uiteindelijk zelfs een baan vond, keek ze een stuk positiever terug op die tegenprestatie. Voorzitter, ik ben daarin realistisch. Ik verwacht niet dat dit zal gaan om vele honderden mensen, maar we kunnen het in ieder geval proberen. We moeten iets constructiefs maken van die tegenprestatie. We hebben een stuk gereedschap gekregen en laten we daar dan vervolgens ook iets mee doen. Wat mij betreft is de benadering van het college in deze verordening behalve niet constructief ook niet zuiver. Niet voldoen aan deze buitengewoon minimale tegenprestatie, voorzitter, is namelijk nog steeds wel een gedrag waar op grond van de maatregel en de verordening een sanctie op staat. Enerzijds zegt het college – en ook de raadsleden die de verordeningen zouden steunen – op deze manier: ja, we vullen het minimaal in en belangrijk vinden we het niet. Maar anderzijds zegt u: als u die vier uur niet vervult, dan loopt u wel het risico dat we een maatregel opleggen en dat kost u dan wel 5% van uw uitkering. Ik vind dat een buitengewoon merkwaardige consequentie van dit gedrag. Ik laat het daarbij, voorzitter. Dank u wel. Amendement Serieus werk maken van de tegenprestatie e 1 indiener: M. Groothuizen (D66) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: De Verordening Tegenprestatiewet Gemeente Nijmegen de tegenprestatie zo minimaal invult dat zij in de praktijk niets bijdraagt aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de tegenprestatie. Overwegende dat: een tegenprestatie een middel kan zijn om mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt te activeren en maatschappelijk zinvolle taken te laten vervullen. Besluit: aan beslispunt 1 van het raadsvoorstel “Invoering Participatieweg, onderdeel Inkomen & Armoedebestrijding: vaststellen verordeningen” toe te voegen: “met dien verstande dat lid 1 en lid 2 van artikel 5 18 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
van de Verordening Tegenprestatie Gemeente Nijmegen worden geschrapt en artikel 5 van deze verordening als volgt wordt gewijzigd: 1. Lid 1 “De tegenprestatie wordt opgedragen voor minimaal 4 uur per week.” 2. Lid 2 “De tegenprestatie wordt opgedragen voor een maximale periode van twee maanden.” 3. Lid 3 “De tegenprestatie wordt binnen een periode van 12 maanden slechts eenmaal opgedragen.” Toelichting De Participatiewet die per 1 januari 2015 in werking is getreden introduceert de tegenprestatie, een verplichting om naar vermogen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. De Verordening Tegenprestatiewet Gemeente Nijmegen (hierna: de Verordening) werkt de tegenprestatie nader uit voor Nijmegen. De verordening legt de tegenprestatie, in beginsel, op aan een beperkte groep uitkeringsgerechtigden, namelijk mensen op treden 1 en 2 van de participatieladder. Dit zijn mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt die baat kunnen hebben bij activering. Bij het opdragen van een tegenprestatie houdt het college rekening met de mogelijkheden, wensen, kwaliteiten en andere relevante omstandigheden van de uitkeringsgerechtigde (artikel 4). De Verordening geeft een minimale invulling aan de omvang van de tegenprestatie. Zij kan immers slechts eenmalig voor maximaal vier uur worden opgedragen. Hierdoor kan geen significante invulling worden gegeven aan de doelstelling om mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt te laten participeren in de samenleving door het opdoen van een dagritme en sociaal netwerk. Bovendien is het de vraag of een eenmalige tegenprestatie van vier uur uitvoerbaar is. Voor veel organisaties en instellingen voegt een dergelijke tegenprestatie weinig toe en de inspanningen voor de gemeente zijn onevenredig groot. De voorgestelde wijzigingen uit dit amendement beogen serieus aan de slag te gaan met de tegenprestatie, zonder dat er sprake is van een onevenredig zware belasting voor de uitkeringsgerechtigde en zonder dat er sprake is van verdringing. De voorzitter: Ik geef het woord aan mevrouw Van Dijk, VVD. Mw. Van Dijk: Dank u wel, voorzitter. Het zal u allen niet verbazen dat wij als VVD voorstander zijn van de Participatiewet. Net als mijn collega van D66 hebben wij vraagtekens bij de invulling die dit college geeft aan de tegenprestatie. Met name artikel 3 sub a waarin staat dat de tegenprestatie niet direct mag leiden tot werk. Daar hebben wij veel moeite mee en daar willen we ook een amendement voor indienen. Dat kan nu worden rondgedeeld. We hebben er namelijk allemaal belang bij dat mensen die ongewild langs de kant staan, of aan de kant zijn komen te staan, betrokken blijven bij de samenleving. De wetgever voorziet hierin met de invulling van het begrip tegenprestatie. Dat kan en mag in verschillende vormen zijn, bijvoorbeeld mantelzorg, vrijwilligerswerk of zelfs een oriëntatie op maatschappelijke activiteiten. Ik denk dat we het van links tot rechts erover eens zijn dat mensen die onderdeel blijven vormen van de samenleving, in welke vorm dan ook, minder risico lopen op sociaal isolement. Tegelijkertijd kan het positief werken voor de persoon zelf in termen van zelfvertrouwen en het zich gewaardeerd voelen door anderen. De tegenprestatie mag volgens de wetgever niet leiden tot verdringen op de arbeidsmarkt en dat is begrijpelijk. In de verordening die nu voorligt, wordt echter gesteld dat de tegenprestatie niet mag bestaan uit werkzaamheden die naar hun aard gericht zijn op toeleiding tot werk. Vanuit de kansen die wij allemaal aan mensen willen bieden, is deze formulering volgens ons niet wenselijk. Hier staat namelijk dat mensen in een vrijwillige situatie geen werkzaamheden zouden mogen verrichten waarmee ze ooit hun kansen op werk zouden kunnen vergroten. Hier staat eigenlijk dat iemand die vrijwillig helpt met koffieschenken of met het verzorgen van een persoon dat op een gegeven moment niet in een bepaalde functie zou mogen doen. De ontplooiing en de kansen van een individu, ook in een bijstandssituatie, moeten centraal staan. We moeten als politiek niet de indruk wekken dat wij hierin beperkend of verbiedend gaan optreden. Het zijn juist de vaardigheden die mensen opdoen in een betaalde of een vrijwillige situatie die ze sterker maken om een gewenste terugkeer in een betaalde functie te realiseren. Het verdringingscriterium biedt voldoende bescherming om ongewenste effecten te voorkomen. De toeleiding naar de arbeidsmarkt is geen instrument voor re-integratie, maar kan naar onze mening wel een waardevol nevendoel van de tegenprestatie zijn. Artikel 3 sub a wekt de 19 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
indruk dat de tegenprestatie niet zou kunnen of mogen leiden tot een betaalde baan. Die indruk zouden wij graag weg willen nemen richting de personen die het betreft. We stellen daarom in ons amendement voor om artikel 3 sub a te schrappen waarmee we aangeven dat mensen worden beschermd, maar tegelijkertijd worden gestimuleerd om zichzelf te ontplooien. Dank u wel. Amendement Werk niet tegen e 1 indiener: I.M. van Dijk (VVD) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, gelezen de voorgestelde ‘Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 Nijmegen’, constaterende dat: − de tegenprestatie op grond van artikel 9 lid 1 sub c Participatiewet niet tot verdringing op de arbeidsmarkt mag leiden, hetgeen tevens is opgenomen in artikel 3 sub d van de verordening; − de verordening vanwege het daarin voorkomende artikel 3 sub a belet dat de tegenprestatie kan bestaan uit werkzaamheden die naar hun aard zijn gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt. Overwegende dat: − de tegenprestatie weliswaar geen re-integratie-instrument is en niet hoeft toe te leiden tot de arbeidsmarkt; − die toeleiding tot de arbeidsmarkt evenwel een waardevol nevendoel van de tegenprestatie kan zijn; − het voorgestelde artikel 3 sub a de indruk wekt dat de tegenprestatie niet zou kunnen of mogen leiden tot een betaalde baan. Besluit: In de Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 Nijmegen artikel 3 sub a te schrappen, zodat artikel 3 komt te luiden: “Artikel 3. Inhoud van een tegenprestatie Het college kan onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, die additioneel van aard zijn, inzetten als tegenprestatie voor zover die werkzaamheden: a. niet zijn bedoeld als re-integratie-instrument; b. worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waarin ze worden verricht; c. niet leiden tot verdringing.” En gaat over tot de orde van de dag. De voorzitter: Dank u. Zijn er verdere woordmeldingen? Ik kijk even rond. Allereerst mevrouw Rotink, CDA. Mw. Rotink: Dank u wel, voorzitter. De tegenprestatie is volgens het CDA niet alleen een uitwerking van het principe dat iedereen mee mag en kan doen in de samenleving, maar het is juist een kans. Een kans om je te ontwikkelen en te ontplooien en dus een kans om mee te doen en actief te worden. Ik denk dat juist het actief worden een kans is om weer aan werk te komen. Een tegenprestatie van vier uur draagt er niet aan bij, maar een tegenprestatie die wat concreter is en meer is afgebakend, kan wel bijdragen aan dat doel en is dan veel meetbaarder en concreter. Om deze twee redenen kunnen we de amendementen van de VVD en van D66 mede indienen. Dan over de motie van de SP. Daar zijn we niet heel erg over te spreken. We hebben net het voorstel van het werkbedrijf aangenomen en dan gaan we daar eigenlijk nu direct weer op bezuinigen. Dat lijkt ons geen goed idee. Bovendien is de dekking, wat ons betreft, ook niet zo heel erg realistisch. De motie kunnen wij dus niet steunen. Dank u wel. De voorzitter: Dank u wel. Mevrouw Westerveld mag dan eerst, meneer Eigenhuijsen? Hij knikt bevestigend. Mevrouw Westerveld, GroenLinks. Mw. Westerveld: Dank u wel, voorzitter. In tegenstelling tot de vorige sprekers zijn wij niet tevreden over de Participatiewet maar wel met de manier waarop we in Nijmegen die Participatiewet invoeren 20 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
en toch sociaal omgaan met de wat scherpe randjes die de Participatiewet heeft. Nijmegen gaat niet mee in het regime van straffen om te straffen en wij houden zo veel mogelijk rekening met de menselijke maat en daar is GroenLinks heel erg blij mee. Vorige week heeft de wethouder ons al toegezegd dat hij ons op de hoogte houdt van de opgelegde maatregelen en wij zijn ook erg tevreden over de studietoeslag voor jongeren. Op vragen van GroenLinks heeft de wethouder ook gezegd dat hij nog eens beter gaat kijken naar die studietoeslag voor jongeren van wie de studiefinanciering is afgeschaft en die wellicht een extra steuntje in de rug nodig hebben. We hebben nog wel een aantal vragen over de motie en amendementen die zijn ingediend. Allereerst over de motie van de SP over die dekking van 50.000 euro. We horen graag van de wethouder hoe reëel hij het acht dat dit een dekking is die uitkomt en of het een dekking is die klopt. We hebben een vraag over het amendement van de VVD. Allereerst complimenten aan de VVD over de manier waarop ze wel heel nauwkeurig de verordeningen heeft doorgelezen. Het betreft een artikel uit de verordening dat wij ook heel onduidelijk vinden. Het is op verschillende manieren te lezen, namelijk op de manier van de VVD dat een tegenprestatie niet zou kunnen of mogen leiden naar betaald werk. Dat lijkt ons ook onwenselijk. Het is ook te lezen op een manier die wij uitgelegd hebben gekregen, namelijk dat bijvoorbeeld vrijwilligerswerk prima kan werken als tegenprestatie. Dat is dus op een heel andere manier. Hoe dan ook, wij horen graag van de wethouder op welke manier wij artikel 3 moeten lezen. De voorzitter: De heer Eigenhuijsen, Fractie Eigenhuijsen. Dhr. Eigenhuijsen: Dank u wel, voorzitter. Als eerste de motie van de SP. Ik meen dat ik in de kamerbehandeling al heb gezegd dat ik heel erg benieuwd was naar de dekking. U hebt helaas geen tijd meer, maar ik ga het onthouden voor de volgende dekking en dan kunnen we met een voorstel komen waar u het dan misschien niet mee eens bent. Ik ga deze motie in ieder geval niet steunen. De tweede motie ga ik ook niet steunen om dezelfde reden die de heer Groothuizen aangaf. Als je een stukadoor passende arbeid aanbiedt voor een stukadoor en hij weigert dat, dan lijkt me dat een sanctie op zijn plaats is. Het amendement van de VVD zal ik uiteraard steunen. Het amendement van D66 dien ik mede in, met name omdat het amendement van D66 beoogt serieus aan de slag te gaan met de tegenprestatie. Als je een aantal voorwaarden hebt en je voldoet daar allemaal niet aan en het laatste is dan een tegenprestatie van vier uur – niet vier uur per week maar gewoon vier uur – dan beoogt dat niet om mensen echt te helpen. Dank u wel. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? De heer Zwart, PvdA. Dhr. Zwart: Dank u wel, voorzitter. Twee opmerkingen. Eerst over die tegenprestatie. Ik ben blij dat veel fracties in deze raad de ambitie delen dat alle inwoners van Nijmegen participeren in de samenleving. Wij vinden echter niet dat deze tegenprestatie daaraan een nuttige bijdrage levert. Wij kiezen ervoor om het op een positieve manier te doen, mensen uit te nodigen om mee te doen, te stimuleren en een duwtje te geven en daarvoor is wat ons betreft geen Tegenprestatieverordening nodig. Zij moet er komen, wettelijk, dus daarom ligt zij er ook maar we zien daar verder geen meerwaarde in. Dhr. Groothuizen: Voorzitter? De voorzitter: De heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Als u hier dan zo tegen bent en u bevestigt eigenlijk wat ik in de eerste termijn al zei, waarom dient u dan niet een amendement in om het aantal uren op nul te zetten? Dhr. Zwart: Dit soort discussies is een beetje verspilde moeite. Wij zien geen meerwaarde in die maatregel en daarom doen wij dat niet.
21 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Dhr. Groothuizen: Als je niet voldoet aan die vier uur en het college dat ook vaststelt, bent u dan ook van mening dat het dan mogelijk moet zijn voor het college om een maatregel van 5% van de uitkering op te leggen? Dat staat ook in de verordening die u vandaag gaat vaststellen. Dhr. Zwart: We moeten de verordening vaststellen en daarom doen we dat zo. Dhr. Groothuizen: U had dit natuurlijk anders kunnen regelen. Dhr. Zwart: Ja. Het tweede punt, voorzitter, gaat over de dekking van de motie van de SP. Die vinden wij een beetje teleurstellend. Je kunt altijd zeggen: je moet iets meer je best doen, werkbedrijf; zorg ervoor dat tien mensen extra uitstromen of twintig mensen. Dat levert steeds meer geld op. Maar de SP weet wellicht ook, dat staat namelijk ook in dit stuk, dat we voor dit jaar al afkoersen op een verlies van meer dan 4 miljoen euro als het gaat om de uitkeringen. Zelfs als we bijvoorbeeld vijf mensen extra aan het werk helpen, dan hebben we een tekort van 3.950.000 euro en we hebben niet 50.000 euro gewonnen. Daarom zullen wij die motie niet steunen, maar het idee erachter vinden we wel sympathiek en we roepen de wethouder op om daarvoor een goede dekking te vinden. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Dat is niet het geval. Dan geef ik wethouder Tankir het woord. Wethouder Tankir: Voorzitter, ik begin meteen met de moties. Armoede bestrijden, ook net boven de bijstandsnorm. Wij vinden het voorstel sympathiek, zeker gezien de inspraak afgelopen week waarbij heel erg een beroep werd gedaan om mensen in langdurige armoede wat meer tegemoet te komen. Wij kunnen echter niet leven met de dekking. Mijn voorstel zou zijn dat wij deze wens van de raad meenemen bij de vaststelling van het Aanvalsplan Armoede en Schulden en dat ik mij daarbij inspan om daarvoor dekking te vinden. Dan de andere motie. De voorzitter: Ik moet u teleurstellen. De tijd is op. Het spijt me. Ik vind het ook heel vervelend, maar het is nu eenmaal zo. Dhr. Sweep: Voorzitter? De voorzitter: Nee, u hebt geen spreektijd meer. U kan in de tweede termijn alleen naar anderen kijken. Het is niet anders. Dhr. Boekhorst: Toch een klein puntje van orde, als het even mag. Spreektijden hebben als doel om niet tot 01.00 uur ’s nachts te vergaderen. Omdat het 22.50 uur is, en we nog een echt gerichte vraag hebben gesteld aan de wethouder over een motie, vind ik dat we dat antwoord als raad wel mogen krijgen. De voorzitter: Ik kijk even naar u want dan zou ik alleen aan de wethouder extra tijd gunnen. Ik begrijp dat het zeer onbevredigend verloopt zo, want anders zegt de heer Sweep: dan heb ik ook nog wel een paar vragen. Dhr. Sweep: Ik wil een motie intrekken. De voorzitter: Dat kan zo meteen. De heer Boekhorst doet het voorstel om het college even wat meer tijd hier te geven temeer omdat er ook nog een ander punt is. Ik had de wethouder al een paar keer een seintje gegeven van let nu op. Ik zou dan zeggen: 1 minuut. Dat dwingt ook tot een compacte beantwoording van de resterende motie en de twee amendementen. Volgens mij moet dat ook kunnen. Is het goed dat het college er nog een minuut bij pakt? Mag dat? De griffier is heel gul. Zij zegt zelfs: vijf minuten. Dan weet ik wel waar het eindigt. Ik geef de wethouder de gelegenheid om op de resterende motie en amendementen in te gaan en dan hou ik het zo wel in de gaten. Het komt wel goed. Wethouder Tankir. 22 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Wethouder Tankir: Ik ben gekomen bij de geüniformeerde arbeidsverplichtingen. Wij kunnen punt 1 omarmen, dat heb ik al eerder gezegd, maar de punten 2 en 3 kunnen we vanwege de wet niet anders maken dan zoals is geformuleerd. Mw. Westerveld: Voorzitter, ik heb een … De voorzitter: Nu gaat het dus gebeuren. Eerlijk gezegd wil ik de vraag niet toelaten. Er is een aantal vragen gesteld. De heer Boekhorst heeft voorgesteld: laat het college even de beantwoording afmaken. Ik vind dat ook reëel omdat het anders in het honderd gaat lopen voor de raadsleden die geen tijd meer hebben. Daar moet ik streng in zijn. Dat vind ik consequent, mevrouw Westerveld. Mw. Westerveld: Wij houden ons aan de tijd en dat heeft er ook mee te maken. Ik heb een technische vraag over deze motie en die zou ik toch heel graag aan de wethouder willen stellen. De voorzitter: Dat begrijp ik, maar los van de tijd … Mw. Westerveld: Ik zal de vraag zo formuleren dat hij ja of nee kan zeggen of kan knikken, dat scheelt weer in de tijd. De voorzitter: Oké. Stelt u de vraag dan maar. Mw. Westerveld: Dan ga ik even mijn best doen. In de motie staat bij beslispunt 3 dat het college bij recidive niet overgaat tot het korten van meteen twee maanden, maar vijf weken. Mijn vraag is: mag dat wettelijk gezien, die vijf weken? Wethouder Tankir: Nee. De voorzitter: Dan nog de amendementen. Wethouder Tankir: De amendementen gaan over de tegenprestatie. Ik heb in de kamerronde uitvoerig gezegd waarom wij als college voor deze vorm hebben gekozen. Dus wij ontraden deze twee amendementen. De voorzitter: Ik kijk nog even rond naar degenen die nog tijd hebben in tweede termijn. De heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Dank u wel, voorzitter. Een korte reactie op de ingediende moties en amendementen. Het amendement van de VVD zullen wij steunen. Ik ben het met mevrouw Westerveld erover eens dat je het op verschillende manieren kunt lezen, maar ik begrijp de lezing van de VVD wel en volgens mij maakt het op zich de strekking niet wezenlijk anders als we onderdeel a eruit halen en de verordening verder blijft staan. Dat maakt de zaak alleen maar leesbaarder. De motie van de SP over armoedebestrijding gaan wij niet steunen. Wij vinden haar wel sympathiek en op zich had de heer Sweep mijn fractie best wel mee kunnen krijgen in zijn idee, maar dan had dit ten eerste een amendement moeten zijn. Daar had ik nog wel overheen kunnen stappen, maar ook de dekking is wel mager. Ik denk dat, als mensen een voorstel indienen, dit dan ook zorgvuldig op formele en op inhoudelijke wijze moet worden onderbouwd. Ik kan wat dat betreft wel leven met het voorstel van de wethouder om daarover na te denken. De andere motie van de SP zullen wij ook niet steunen. Ik heb in de eerste termijn al uitgelegd waarom. Ik moet eerlijk zeggen, voorzitter, dat ik een beetje verbaasd ben dat ik de wethouder hier hoor zeggen dat hij beslispunt 1 omarmt. Volgens mij is deze wethouder belast met het handhaven van de uitvoering van die verordening, de handhaving van de uitvoering van de Participatiewet. Een wethouder die dan in een raadsvergadering zegt “Als u dat overtreedt, dan gaan wij maximaal soepelheid betrachten” heeft volgens mij wel een handhavingsprobleem. Ik begrijp dat echt niet. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen in tweede termijn? Mevrouw Van Dijk. 23 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Mw. Van Dijk: Dank u wel, voorzitter. Ons amendement is absoluut bedoeld om duidelijkheid te verschaffen. Zoals het nu in de verordening staat, zou het de indruk kunnen wekken dat wij als raad er niet voor kiezen dat een tegenprestatie tot werk zou kunnen leiden. Die onduidelijkheid willen wij eenieder ontnemen en zo moet ons amendement ook gelezen worden. Dank u wel. De voorzitter: Dat is helder. Nog andere woordmeldingen? Nee. Zullen we dan overgaan tot de stemming? Ja. Allereerst de moties. De eerste motie, ingediend door de SP, heet Armoede bestrijden, ook net boven de bijstandsnorm. Nog even de heer Sweep. Dhr. Sweep: Ik krijg nog een kleine mogelijkheid, genadebrood. Gezien de toezegging van de wethouder dat hij het idee omarmt en dat hij het op een andere manier wil regelen via de armoedebestrijding kortweg gezegd, kunnen wij op grond van die toezegging deze motie intrekken. De voorzitter: Dank u wel. Dan is die motie ingetrokken. Dat brengt me bij de andere motie Beperk de ongewenste effecten van opgelegde geüniformeerde arbeidsverplichtingen. Dhr. Sweep: Voorzitter, wij zijn bereid om deze motie gescheiden in stemming te brengen. De voorzitter: U bedoelt dan alle drie beslispunten gescheiden? Of …. Dhr. Sweep: Wat ons betreft kan punt 1 apart en kunnen de punten 2 en 3 gezamenlijk. De voorzitter: Dan breng ik allereerst beslispunt 1 in stemming van de motie Beperk de ongewenste effecten van opgelegde geüniformeerde arbeidsverplichtingen. Uw stemmen graag. Met 10 stemmen voor en 29 stemmen tegen is dat beslispunt verworpen. Dan komen de beslispunten 2 en 3 gezamenlijk in stemming van dezelfde motie. Uw stemmen graag. Met 9 stemmen voor en 30 stemmen tegen zijn die punten ook verworpen. Dan komen we bij de amendementen. Allereerst het amendement Serieus werk maken van de tegenprestatie, ingediend door D66 en een aantal andere partijen. Graag nog even uw concentratie, beste mensen, dan komt het allemaal goed. Uw stemmen graag. Met 15 stemmen voor en 24 stemmen tegen is het amendement verworpen. Dat brengt me bij het tweede amendement, ingediend door de VVD en het CDA, onder de titel Werk niet tegen. Uw stemmen graag. Met 15 stemmen voor en 24 stemmen tegen is het amendement verworpen. We zijn er nog niet helemaal want het raadsvoorstel brengen we ook nog in stemming, laten we het niet vergeten. Het raadvoorstel invoering Participatiewet etc. Uw stemmen graag. Dhr. Groothuizen: Voorzitter? De voorzitter: De heer Groothuizen. Dhr. Groothuizen: Kunnen we beslispunt 1 gescheiden in stemming brengen en de rest mag wat mij betreft gezamenlijk. Ik kijk even of ik dat goed zeg. De voorzitter: U wilt dus punt 1 apart in stemming hebben en dan de punten 2 tot en met 8 gezamenlijk? Dhr. Groothuizen: Dat is correct. De voorzitter: Dat kan uiteraard. Er lijkt me weinig bezwaar tegen. 24 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Mw. Van Dijk: Voorzitter? De voorzitter: Soms komen de stemmingen nog langs. Nog meer gescheiden stemmingen? Mw. Van Dijk: Wij scrollen nu heel snel door het document om de punten 1 tot en met 8 te lezen. Hebt u een momentje? De voorzitter: U had het thuis toch al gelezen? Mw. Van Dijk: Ik ken ze niet alle acht uit mijn hoofd. De voorzitter: Ik wel, want ik heb ze hier voor mij staan. Ik begrijp het. Ik moet nog even wachten, maar we gaan dus zo meteen eerst stemmen over het dictum onder 1 van het raadsvoorstel en daarna over 2 tot en met 8. Dictum 1 luidt: in te stemmen met de verordening Tegenprestatie participatie in 2015 en ter vaststelling doorsturen naar het ab van de MGR. Kunnen we stemmen? Dat gaan we doen. Uw stemmen graag over beslispunt 1. Met 26 stemmen voor en 13 stemmen tegen is dat aanvaard. Dan stemmen we over de andere beslispunten, dus 2 tot en met 8 van het raadsvoorstel. Uw stemmen graag. Dat is unaniem. Met 39 stemmen voor en 0 stemmen tegen is dat aanvaard. Daarmee is het gehele raadsvoorstel aanvaard. Dank u wel.
10.
Brief Resultaten onderzoeksopdracht Onderwijs & Ondersteuning jeugd
De voorzitter: Ik heb begrepen dat de PvdA een motie in gedachten had. De heer Selman. Dhr. Selman: Dank u wel, voorzitter. Ik zou bijna zeggen dat we wat van onze tijd aan het college willen geven. Wij hebben het in de kamerronde ook over de brief gehad over de taakstelling onderwijs en jeugd. We hebben daar gemengde gevoelens over omdat het ging over kwetsbare jongeren die ondersteuning nodig hebben. We waren blij dat de scholen hun verantwoordelijkheid hebben genomen en zeggen dat ze voor 2015 die functies, die ondersteuning, willen behouden, maar in de jaren daarna niet. We hebben een motie aangekondigd – en de motie mag wat ons betreft worden uitgedeeld – om tot een structurele afspraak te komen met de scholen, het onderwijsveld, om de ondersteuning voor de jongeren niet alleen voor 2015 te garanderen maar ook voor de jaren daarna, dus 2016 en daarna. Een structurele inzet met behoud van de kwaliteit. Als dat lukt en de scholen daarvoor de verantwoordelijkheid nemen, dan willen we ook de bezuiniging structureel met 1,5 miljoen euro verminderen. Waarom? Omdat wij ervan overtuigd zijn dat, als we die 3 miljoen euro bezuiniging doorzetten, dit er ongetwijfeld toe zal leiden dat de kwetsbare jongeren in het Flex College en het onderwijsachterstandenbeleid onder druk komen te staan en dat willen we niet in Nijmegen. Dat wil ook mijn partij niet. Dank u wel. Motie Extra geld voor onderwijs e 1 indiener: A. Selman (PvdA) De gemeenteraad van Nijmegen, in vergadering bijeen op 11 februari 2015, constaterende dat: − de schoolbesturen en het college voor 2015 overeenstemming hebben bereikt over de invulling van een bezuiniging van circa 1,6 miljoen op het beleidsterrein Onderwijs & Ondersteuning jeugd; − er hiermee van de oorspronkelijke onderzoeksopdracht nog ongeveer 1,5 miljoen resteert; − verdere bezuinigingen ertoe zullen leiden dat de ondersteuning voor jongeren onverantwoord onder druk komt te staan; − er voor de periode vanaf 2016 nog geen structurele afspraken zijn gemaakt over de invulling van de bezuinigingen. 25 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
Overwegende dat: − wij het van belang vinden dat we kwetsbare jongeren structureel blijven ondersteunen; − hierover structurele afspraken over gemaakt moeten worden zodat de extra inzet op onderwijs gegarandeerd blijft. Roept het college op: om afspraken te maken met de schoolbesturen over de structurele invulling van de voor 2015 voorgestelde bezuinigingen voor de periode vanaf 2016, zodanig dat de functies die door de schoolbesturen worden overgenomen, zoals coördinatie brede scholen, onderwijsachterstandenbeleid en het flexcollege, geheel en structureel worden overgenomen zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit. − De raad jaarlijks te rapporteren over hoe de functies worden ingevuld en welke resultaten bereikt zijn. − Bij een positief onderhandelingsresultaat de oorspronkelijke onderzoeksopdracht Onderwijs & Ondersteuning Jeugd met een bedrag van 1,5 miljoen euro structureel te verlagen. − Bij de Zomernota 2016 hiervoor voorstellen aan de Raad te doen waarbij gebruikgemaakt kan worden van de structurele ruimte die beschikbaar is op de post ‘Voeding saldireserve’ Dhr. Huliselan: Voorzitter, mag ik de heer Selman een vraag stellen? De voorzitter: U hebt een vraag. De heer Huliselan. Dhr. Huliselan: Ik wil de heer Selman de vraag stellen over zijn motie, het derde dictum, wat hij van die dekking vindt, wat hij van die formulering vindt. Vindt u dat nu een valide dekking die u met elkaar hebt afgesproken zoals het hier geformuleerd staat? Dhr. Selman: Ja, dat vind ik. Dhr. Huliselan: Voorzitter, als ik dan toch nog even mag? Er staat: ‘waarbij gebruikgemaakt kan worden van de structurele ruimte’. Dat is nogal vaag. Vindt u niet? Dhr. Selman: Nee, dat is niet vaag. Als u het stuk leest en ook ons coalitieakkoord goed hebt gelezen, dan ziet u ook dat er structureel ruimte bestaat en die willen we inzetten om de scholen tegemoet te komen. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Mevrouw Daemen, GroenLinks. Mw. Daemen: Dank voor het woord. GroenLinks vindt dat kinderen en jongeren hun talenten maximaal moeten kunnen ontwikkelen en elke jongere heeft daarom ook recht op goed onderwijs. Voor degenen die ondersteuning nodig hebben, moeten wij dat regelen. Wij hebben de vorige keer in de kamerronde erover gesproken dat er binnen de onderzoeksopdracht slimme combinaties waren gemaakt om een oplossing te zoeken, maar de wethouder gaf toen aan: Dit is wel het maximale; dus als we nu nog verdergaan met die onderzoeksopdracht, als u mij verplicht om dat te doen, dan gaan we de kwaliteit aantasten van het onderwijs, het achterstandenbeleid en het schoolmaatschappelijk werk. Dat moeten we niet willen. Wij hebben ons dus van harte aangesloten bij deze motie van de PvdA om dat op deze manier te regelen. Op die manier hebben we de ondersteuning voor de jeugd goed geregeld. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Mevrouw Visser, D66. Mw. Visser: Ook wij zijn het eens met de vorige spreker en met de motie. Wij vinden ook dat de kwaliteit van onderwijs niet nog verder onder druk mag worden gezet. Daarom zullen wij ook instemmen. We zijn het echter ook eens met de eerdere opmerking dat we een grote kanttekening plaatsen bij deze motie omdat die 1,5 miljoen euro uit de saldireserve zou moeten komen. Over dat woordje ‘kan’ hebben wij vragen. D66 heeft daarvoor vorig jaar al financieringsvoorstellen gedaan. Wij zullen dat dit jaar weer doen op het moment dat de zomernota in zicht is. Dank u wel. 26 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? De heer Huliselan, VVD. Dhr. Huliselan: Voorzitter, dank u wel. We hebben de brief van het college goed gelezen en we begrijpen dat de onderwijsopdracht ongeveer voor de helft is ingevuld en dat de andere helft niet gerealiseerd kan worden. We hebben daar wel begrip voor. Er ligt nu een motie voor en wij vinden het een beetje een rare motie. We vinden het een beetje een gekke dekking. Ik heb het zojuist al een keer gezegd in een vraag, maar u vindt dit blijkbaar een goede manier om een dekking te vinden. Ik zal dat onthouden voor andere moties en amendementen die wij als VVD indienen. Ik ga heel goed bekijken welke partijen deze motie steunen en dan verwacht ik geen vragen meer van de heer Boekhorst over allerlei moties van ons van: hoe zit het met uw dekking? Deze motie zegt eigenlijk dat een greep van 1,5 miljoen euro uit de kas wordt gedaan. Dat is wat u doet. Dat staat er feitelijk. In uw coalitieakkoord staat op pagina 30 en in de toelichting op pagina 31 dat er wat ruimte is in de ambities. Vervolgens doet u daar bovenop ook nog eens 1,5 miljoen euro voor onderwijs. Ik kan dat niet anders interpreteren dan een greep uit de kas. Daar wil ik het bij laten, voorzitter. De voorzitter: Dank u wel. Zijn er nog andere woordmeldingen? U hebt nog een interruptie, meneer Selman? Dhr. Selman: Ik heb een vraag aan de VVD. Is de VVD het met ons erover eens dat, als de bezuiniging van in totaal 3 miljoen euro doorgaat, de steun voor de kinderen onder druk komt te staan? Dhr. Huliselan: Ik heb dat volgens mij in mijn eerste vier zinnen aan u uitgelegd. Ik heb volgens mij al antwoord gegeven op deze vraag. De voorzitter: Ik bekijk of er nog andere woordmeldingen zijn. Mevrouw Rotink, CDA. Mw. Rotink: Dank u wel, voorzitter. Ook wij vinden het erg vervelend dat de bezuinigingen op het onderwijs juist moeten plaatsvinden op zaken als de brede school en de onderwijsachterstanden. Daarom zijn we blij dat er nu wordt gekeken naar de doorcentralisaties en dat er opnieuw afspraken kunnen worden gemaakt. Daar hebben we op dit moment natuurlijk niet zo heel veel aan. Er ligt al geruime tijd een bezuinigingsopdracht voor onderwijs op de plank. Het is dus ook niet zo dat het college het probleem niet had kunnen zien aankomen. De collegepartijen zeggen wel zo mooi dat ze kiezen voor onderwijs, maar een keuze is toch vaak iets die je maakt tussen twee alternatieven. Je kunt wel voor het ene kiezen, maar dan moet je ook zeggen waar het pijn gaat doen. Nu gaat het in het algemeen ergens in de stad 1,5 miljoen euro pijn doen, terwijl we nog niet weten hoe of wat. Linksom of rechtsom heb je 1,5 miljoen euro minder geld. Dat vinden wij geen verantwoorde keuze. Hoewel we er ook niet voor zijn om te gaan bezuinigen op de brede school en op andere onderwijszaken, kunnen wij niet voor een motie zonder dekking zijn. Wij vinden dat er keuzes gemaakt moeten worden en liever vandaag dan morgen. De voorzitter: Zijn er nog andere woordmeldingen? Dat is niet het geval. Het college heeft geen tijd meer. Mag de wethouder wellicht volgens de vanavond geldende ‘Boekhorstdoctrine’ in ieder geval iets zeggen over de motie in een of twee zinnen? Zou dat mogen? Dat mag. Ik vraag het in alle nederigheid. Wethouder Helmer. Wethouder Helmer: Dank u wel, voorzitter. De motie zie ik als ondersteuning voor de zoektocht die we hebben gehad met het onderwijs om wel te bezuinigen maar geen kwaliteit van onderwijs aan te tasten. Ik ga dan ook akkoord met de motie en zal bij de zomernota komen met de dekking. We zullen wel naar de schoolbesturen communiceren dat dit alleen structureel is als zij prestatieafspraken met ons maken en dat de kwaliteit van onderwijs niet onderuitgaat. Dit zal dus een structurele afspraak zijn.
27 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015
De voorzitter: Ik stel voor om te gaan stemmen over de motie, want volgens mij is alles wel gezegd wat te zeggen viel. Uw stemmen graag over de motie. Met 31 stemmen voor en 8 stemmen tegen is de motie aanvaard. Dank u wel.
22.
Sluiting
De voorzitter: Ik kan u melden dat er vanavond geen borrel is. Dat is even niet anders, maar er is misschien wel gelegenheid genoeg in de komende dagen. Zeventig jaar geleden trokken vanuit deze stad en de streek ontzettend veel militairen het Rijnland in om, wat naderhand bleek, een einde te maken aan een vreselijke oorlog. Heden ten dage kunt u, zeg ik zeventig jaar later, met veel vrolijkheid het Rijnland intrekken. Of u nu naar Kleef gaat op carnavalszaterdag of vervolgens op zondag verder trekt via Duisburg naar dé carnavalshoofdstad van WestEuropa, Keulen – dat kan ik ook niet beter maken – u zult er veel plezier beleven. Mocht dat nu voor de niet-carnavalisten onder u te ver zijn, dan kunt u ook in Nijmegen volop vertier vinden. Ik zou het als uw burgemeester geweldig vinden als ik bij de derde sleuteloverdracht die ik als burgemeester van Nijmegen zaterdag mag doen, raadsleden voor mijn aangezicht zou aantreffen. Ik wil niet zeggen dat, als u met elf raadsleden komt, ik dan ook een grap kan maken over de Raad van Elf, want ik moet u bekennen dat ik die grap nu ook wel eens maak, maar dan moet ik enige vrijwilligers aanwijzen. Dat zou toch wat zijn. Mag ik deze bescheiden wens aan het eind van deze vergadering meegeven? Voor het overige, als u denkt: hij kan me nog veel meer vragen maar ik ga andere dingen doen, wens ik u uiteraard ook goede dagen. De vergadering is gesloten (23.10 uur).
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Nijmegen d.d. 18 maart 2015.
De voorzitter,
De raadsgriffier,
drs. H.M.F. Bruls
drs. M.A.H. Heffels
28 Verslag raadsvergadering gemeente Nijmegen d.d. 11 februari 2015