Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg jaarverslag 2009 & jaarplan 2010
‘Als ik dans, vergeet ik de intense pijn.’ Riet Kooring (patiënt pijnbestrijding Erasmus MC)
‘Dansen is zoiets geweldigs! Ik deed het vroeger al. Mijn hele familie danste. Elke danstent in Rotterdam kende ik. Op een dag, 19 jaar geleden, herontdekte ik het plezier. Iedere keer is het alsof ik beide benen nog heb en kan bewegen. Ik heb zelfs prijzen gewonnen. Maar het belangrijkste is: dansen helpt me om de fantoompijn af te reageren.’ Tijdens de ‘Pressure Cooker 2009’ tekenden zich de contouren af van het fundament van de zorg anno 2029. Belangrijk daarin zijn de begrippen: de mens centraal, authenticiteit, vertrouwen en verantwoordelijkheid, zelfbeschikking en het sociaal netwerk als basis voor eigen regie.
4
5
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
inhoud
Voorwoord
6
Inleiding
10
De Basis: innovatie en ondernemerschap
24
Jaarverslag 2010 Kennisallianties en kennisvalorisatie Arbeidsmarkt en scholing Gebiedsontwikkeling Zelfredzaamheid van burgers
32 34 50 62 78
Jaarplan 2010
90
6
7
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
voorwoord Als wij naar de cijfers in de gezondheidszorgeconomie kijken en de ontwikkelingen op hun beloop laten, dan ziet de toekomst er somber uit. Immers al in 2011 zal de exodus van ‘babyboomers’ uit de arbeidsmarkt op gang komen. Met als gevolg een daling van de beschikbare arbeids krachten en een te verwachten stijging van de vraag naar zorgproducten in de jaren daarna. Gevolg is een onevenwichtige balans tussen vraag en aanbod in de zorgmarkt. Bovendien brengt de jaarlijkse stijging van de zorgvraag enorme maatschappelijke kosten met zich mee, waarmee de zorg onbetaalbaar dreigt te worden. Het roer moet dus echt om. Vooral in Rotterdam. Omdat uit onderzoek blijkt dat de gezondheidstoestand van de Rotterdammers op tal van punten slechter is in vergelijking met de rest van Nederland. Wat heel ‘gezond’ is aan Rotterdam, is dat wij gewend zijn de handen uit de mouwen te steken en liever denken in kansen dan bedreigingen. Dat heeft Rotterdam laten zien in de haven, op het gebied van de klimaat problematiek en op vele andere terreinen. Wij vertrouwen erop dat wij hetzelfde kunnen doen voor de gezondheidszorgeconomie en zijn daarom in 2008 gestart met het programma Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg, kortweg programma ER. De centrale doelstelling van het programma is: De Rotterdamse zorg economie is een gezonde economische sector met veel bedrijvigheid
en werkgelegenheid. Om dat te realiseren is het noodzakelijk om te werken aan innovatie en ondernemerschap. Belangrijke thema’s daarbij zijn: stimuleren van kennisallianties en kennisvalorisatie, arbeidsmarkt en scholing, gebiedsontwikkeling en vergroten van zelfredzaamheid van burgers. Die ontwikkelingen op gang krijgen is niet eenvoudig, vooral niet nu de effecten van de kredietcrisis nog merkbaar zijn. Aan de andere kant biedt het juist ook kansen, omdat zich een enorme groeimarkt aandient, ook voor bedrijven uit andere sectoren. Als extra steuntje in de rug heeft de gemeente het afgelopen jaar 1 miljoen euro in het plan van aanpak Kredietcrisis vrijgemaakt voor het aanjagen van de gezond heidszorgeconomie. Op dit moment is de gezondheidszorg de op één na grootste econo mische sector van Rotterdam en de belangrijkste banenmotor van de stad met steeds meer marktinitiatieven. Volop kansen dus. Laten wij samen met alle partijen die daarvan willen en kunnen meeprofiteren, die kansen pakken en doen waar wij in deze stad prat op gaan: Rotterdam Durft! Januari 2010 College van Burgemeester en Wethouders
‘Eerlijk is eerlijk, de zorg is zwaar.’ Jan Smits (65+)
‘Hier gaan duizend heipalen geluidsarm de grond in.’ Rien Rijsdijk (hoofduitvoerder Bouwcombinatie Erasmus MC)
‘Mijn vrouw was 44 jaar toen ze een hersenbloeding kreeg. Sindsdien kan ze niet meer spreken en nauwelijks bewegen. Een verzorgingshuis is voor haar geen oplossing. Hoe ik dat weet? Ze vertelt het met haar ogen. Als ze iets niet wil, sluit ze zich volledig af. Mijn moeder van 80 helpt met koken en wassen. Kinderen hebben we niet. Elke week gaat een vrijwilliger een middag met haar op pad, al tien jaar lang. Hij doet geweldig werk. Net als de mantelzorgcoördinator. Maar eerlijk is eerlijk, de zorg is zwaar.’ De toegankelijkheid en betaalbaar heid van de zorg komt onder druk te staan. De Nederlandse zorgkosten – 68,5 miljard in 2005 – stijgen naar verwachting tot bijna 70 miljard euro in 2025. Om de zorgkosten beheers baar te houden zit de gezondheidszorg in een transitie van het klassieke aanbodgestuurde stelsel naar een vraaggestuurd model.
‘Het bouwen midden in een drukke stadswijk is wel wat anders als bouwen in een open zandvlakte waar je met niemand rekening hoeft te houden. Grote transporten voeren we alleen uit op verkeersluwe momenten. ’s Middags tijdens de rusttijd van de patiënten leggen we het heien stil. Met geluids- en trillingsmeters houden we continu de maximaal aanvaardbare effecten van het heien in de gaten.’ In december 2009 werd de eerste paal geslagen voor de nieuwbouw van het Erasmus MC. De nieuwbouw heeft als doel een ‘healing environment’ te bieden: een comfortabele, veilige en gezonde omgeving die bijdraagt aan het herstel van de patiënt.
10
11
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
inleiding De Rotterdamse gezondheidszorgeconomie is van grote betekenis voor de Rotterdamse arbeidsmarkt. Op 1 januari 2009 waren 56.645 mensen werkzaam in de sector die daarmee 17,7 procent van de werkgelegenheid in Rotterdam vertegenwoordigt, in 2001 was dit nog maar 13,8 procent. De zorg is daarmee de op één na grootste sector, na de zakelijke dienstverlening met 58.004 werkplaatsen. De geschatte omzet bedraagt circa 2,5 miljard. In 20009 steeg het aantal bedrijfsvestigingen in de zorg met 175, terwijl in de meeste andere bedrijfstakken het aantal vestigingen daalde. In de top 25 van grootste werkgevers in de Rotterdamse regio staan negen zorginstellingen. Het belang van de medische en zorgsector zit niet alleen in de huidige absolute omvang, maar ook in de ontwikkeling van de sector. In de periode 2001 – 2009 steeg de werkgelegenheid er met 27,3 procent terwijl de totale werkgelegenheid in Rotterdam nagenoeg gelijk bleef (-0,4 procent). Voor de periode 2010 – 2014 is de verwachting een toename van 2,8 procent terwijl heel Rotterdam met 0,2 procent groeit. De gezondheidszorgeconomie is daarmee de snelst groeiende sector en een van de belangrijkste banenmotoren voor de Rotterdamse economie. De gemeente Rotterdam maakt zich sterk voor een verdere stimulering van de Rotterdamse gezondheidszorgeconomie. Daarmee speelt de gemeente in op een belangrijk knelpunt voor de toekomst: Namelijk de toenemende zorgvraag in combinatie met een afnemende groei van het aantal benodigde arbeidskrachten die deze zorg kunnen leveren en een navenante stijging van de maatschappelijke kosten voor zorg en welzijn.
Om de zorg toegankelijk, kwalitatief goed en betaalbaar te houden is het noodzakelijk om te werken aan innovatie en ondernemerschap in de zorg. Tegelijkertijd kan Rotterdam zich hiermee profileren als een innovatieve zorgstad. Om dit proces te ondersteunen is de gemeente in 2008 gestart met het programma Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg, kortweg programma ER. In dit jaarverslag geven wij u een kort overzicht van de belangrijkste behaalde resultaten in 2009. De resultaten zijn bereikt in nauwe samenwerking met de gemeentelijke diensten Jeugd Onderwijs en Samenleving (JOS), Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe), Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam-Rijnmond (GGD), Stedenbouw en Volkshuisvesting (dS+V) en diverse deel gemeenten. Verder is actief samengewerkt met zorgaanbieders, kennis instellingen en bedrijven.
Toekomstbeeld In 2011 komt de exodus van babyboomers uit de arbeidsmarkt op gang. Gevolg is een daling van het aantal beschikbare arbeidskrachten. Daarnaast ontstaat in de jaren daarna een te verwachten explosieve stijging van de vraag naar zorg. Dit toekomstbeeld schetst Pricewater houseCoopers in december 2009 in het visiedocument gezondheidszorg getiteld ‘Vergrijzing vandaag, innovatie van morgen’. Het aantal van 2,4 miljoen 65-plussers in 2009 verdubbelt tot 4,3 miljoen in 2038 volgens hen. Niet alleen komen er demografisch meer ouderen, ook leven ouderen langer, waardoor een ‘dubbele vergrijzing’ ontstaat. De toegenomen welvaart zorgt ervoor dat de vraag van de ‘nouveau âgée’
12
13
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
niet strookt met het huidige zorgaanbod; zij willen meer luxe, aandacht en vermaak. In de zorgsector raken vraag en aanbod verder uit balans: de vraag neemt toe én verandert terwijl het arbeidspotentieel verder verschraalt. Innovatieve oplossingen zijn nodig om aan de zorgvraag te kunnen voldoen. De verwachting is dat door de digitale vaardigheden van de nieuwe ouderen, steeds meer op afstand gezorgd kan worden. Ook neemt de vraag naar preventieve screening in de toekomst toe en zijn mensen bereid meer te investeren in gezond zijn en blijven.
Uitdaging programma Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Om de effecten van de verschraling op de arbeidsmarkt betaalbaar te houden, moet werkend Nederland langer doorwerken. Dat vraagt om gezonde werknemers die langer vitaal zijn. Anderzijds moeten werk gevers anders kijken naar oudere werknemers en hen langer actief houden in het arbeidsproces. Bijvoorbeeld in een andere functie gericht op taakvelden passend bij wat men nog wel kan op latere leeftijd. Een andere kijk op de oudere werknemer is enerzijds om het productievolume op peil te houden, anderzijds om de kennis en ervaring in de organisatie vast te houden. Ook dit probleem geldt voor de zorg: hoe kunnen oudere werknemers in een lichamelijk zwaar en soms stressvol beroep met wisselende werktijden – zoals de verpleging – behouden blijven voor het arbeidsproces?
De hiervoor geschetste problematiek van een toenemende zorgvraag en een achterblijvend zorgaanbod is vergelijkbaar met een weegschaal die uit balans raakt. Die onbalans vraagt om nieuwe benaderingen in de zorg en biedt kansen voor ondernemerschap en innovatie. De gemeente en de medische en zorgpartners in de stad ondernemen al diverse activiteiten om de balans te herstellen, maar tegelijkertijd ontbreekt het overzicht en is niet geheel duidelijk hoe het bestaande beleid van de verschillende gemeentelijke en private partijen elkaar aanvult of overlapt. Hier meer zicht op krijgen en mogelijk maken dat de balans zich herstelt, is een kerntaak van het programma ER en de betrokken gemeentelijke diensten.
De gezondheidszorgsector is een cruciale sector voor de versterking van de economische structuur van Rotterdam. Dit vanwege de reeds bestaande betekenis voor de Rotterdamse werkgelegenheid en de verwachte agglomeratie-effecten van de sector (groei in de medische en zorgsector leidt tot groei in andere, afgeleide bedrijfstakken). Rotterdam wil daarom het economische medische en zorgcluster verder uitbouwen.
Nieuw evenwicht vinden Duidelijk is dat de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg onder druk komt te staan. De Nederlandse zorgkosten – 68,5 miljard in 2005 – stijgen naar verwachting tot bijna 70 miljard euro in 2025. In de samen leving die steeds individueler is, wordt het moeilijker om draagvlak te vinden om collectief deze kostenstijging op te vangen. De solidariteit tussen generaties komt onder druk te staan. Om de zorgkosten beheers baar te houden, zit de gezondheidszorg in een transitie van het klassieke aanbodgestuurde stelsel naar een vraaggestuurd model. De overheid hoopt dat door marktwerking de kosten van de gezondheidszorg beter beheersbaar worden. Van de zorginstellingen vraagt dit een omslag naar een meer bedrijfsmatige aansturing. Dit stelt organisaties voor uitdagingen, maar biedt hen tegelijkertijd ook kansen.
Een goede weegschaal heeft een stevige basis die voorkomt dat de weegschaal bij het beladen van de schalen omvalt. Voor het programma ER is die basis innovatie en ondernemerschap binnen de cure-, care-, preventie- en welzijnsector. Op een weegschaal kunnen gewichten worden geplaatst of weggenomen om de balans te herstellen. Voor het programma ER zijn de volgende vier kernthema’s (vier gewichten) gedefinieerd:
www.pwc.com/nl
Deze vier thema’s interacteren met elkaar, versterken de basis en/of dragen individueel hun gewicht bij aan het bewaren van het evenwicht tussen zorgvraag en zorgaanbod. Indien de zorgmarkt en Rotterdamse ondernemers de kansen rondom deze thema’s grijpen, komt en blijft de weegschaal in balans.
– – – –
stimuleren van kennisallianties en kennisvalorisatie arbeidsmarkt en scholing gebiedsontwikkeling voor de gezondheidszorgeconomie vergroten van de zelfredzaamheid van burgers.
14
15
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
mismatch arbeidkrachten toenemende zorgvraag
kennisallianties en kennisvalorisatie
arbeidsmarkt en scholing
gebiedsontwikkeling
zelfredzaamheid van burgers
16
17
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
De thema’s dragen bovendien bij aan een economische spin-off voor Rotterdam: groeiende werkgelegenheid en meer ondernemerschap op het gebied van nieuwe zorgproducten en het leveren van diensten.
Aanpak programma ER Uitgangspunt voor de werkwijze is programmamanagement. De letters ER in de naam van het programma verwijzen naar het in de medische wereld en bij een breder publiek bekende begrip ‘ER’ (Emergency Room). Het programma streeft naar een ER-aanpak met korte interventies gericht op het oplossen van knelpunten die ontstaan rondom de ambities. De bedoeling is dat zorgaanbieders, zorgverzekeraars of ondernemers de ambities zelf omzetten in acties. Het programmateam ER ondersteunt hen bij de contacten met de (deel)gemeente of het makelen tussen zorgaanbieders. Soms jaagt het programmateam ER initiatieven aan door het organiseren van bijeenkomsten. Daar waar meer begeleiding nodig is, worden projecten – in samenwerking met private partners of andere gemeentelijke diensten – opgezet. Indien nodig wordt aanvullende financiering gezocht bij gemeente, provincie, het Rijk, Europese fondsen en/of private financiers. Echt programmamanagement voeren over een thema als medische en zorgeconomie vraagt om inzicht krijgen in de stand van zaken in de regio Rijnmond en soms de Medical Delta. Zien waar de ontwikkelingen stoppen en waar gaten vallen. Op basis hiervan activiteiten aanjagen en samenwerking stimuleren. Afgelopen twee jaar is steeds meer inzicht gekregen in het functioneren van deze sector en de verhoudingen tussen partijen (in de regio). Ook werd duidelijk dat het voeren van regie en doen van korte interventies met de verwachting dat de ander activiteiten gaat ontplooien soms niet voldoende is. Het programmateam ving afgelopen jaar gaten op die tussen de gemeentelijke diensten vallen, zocht oplos singen voor tegenstrijdige belangen en doelen en trad vooral heel vaak als intermediair op. Soms speelt de gemeente een goede rol als onaf hankelijke partij om ontwikkelingen te stimuleren, die niet primair onze verantwoordelijkheid zijn, maar wel belangrijk voor de Rotterdamse burgers. Deze aanpak vraagt om substantiële inzet van mankracht met voldoende expertise over de sector en het Rotterdamse speelveld. Zo’n inzet betekent ook een forse aanslag op de beschikbare mankracht voor de geplande programmatische activiteiten.
Programma ER in 2009 Algemeen In januari 2009 verscheen de populaire versie van het beleidsdocument ‘Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg en het uit voeringsprogramma’ van programma ER. Enkele weken later volgden het jaarverslag 2008 en het jaarplan 2009 die beide goed ontvangen werden. Het programmateam werd bij diverse zorgaanbieders en private bedrijven uitgenodigd voor een toelichting op het programma. Mooi resultaat hiervan is dat partners aanhaken bij elkaars activiteiten en vaker naar mogelijkheden zoeken om samen te werken. Als stimuleringsmaatregel tijdens de kredietcrisis stelde het Rotterdamse College van Burgemeester en Wethouders 1 miljoen euro beschikbaar voor innovaties in de gezondheidszorg, met name op het gebied van e-health. Dit geld is onderdeel van een pakket economische stimule ringsmaatregelen dat het college presenteerde in het plan ‘Rotterdam biedt perspectief’. Een belangrijk deel van dit bedrag is geïnvesteerd in de ontwikkeling van het zorgportaalrijnmond.nl. Eind 2009 gaf het programma ER adviesbureau M&I/Partners opdracht een effectiviteitsmeting te houden. Doel hiervan is om duidelijk te krijgen wat de inspanningen tot nu toe hebben opgeleverd en wat de nood zakelijke koers voor de komende jaren moet zijn. In 2010 worden de uitkomsten van dit onderzoek gebruikt voor het maken van een vervolg op het programma ER. Ook in het jaarplan 2010 is een aantal van de aanbevelingen verwerkt. Belangrijkste aanbeveling is dat aan het imago van Rotterdam als innovatieve zorgstad nog niet voldoende aandacht is besteed. In 2009 heeft het programma ER een PR-desk gestart, met als insteek meer de relevante (vak)media te benaderen met goede Rotter damse initiatieven. In november 2009 is een bijeenkomst georganiseerd met alle communicatie- en PR-medewerkers van de zorginstellingen in de regio Rijnmond. In dit overleg is het programma toegelicht en met elkaar verkend op welke manier Rotterdamse zorginstellingen hun communicatie beter op elkaar kunnen afstemmen zodat de boodschap Rotterdam is een innovatieve zorgstad wordt versterkt. Deze bijeen komst krijgt een vervolg in 2010.
18
19
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
De basis: innovatie en ondernemerschap Het programma ER stimuleert en monitort de economische ontwikkeling in de Rotterdamse gezondheidszorg op verschillende manieren. Zo ontmoette het programmateam in juni zorgondernemers op het diner dat georganiseerd was als afsluiting van de training ‘Dienstverlening en klantgerichtheid’ voor Rotterdamse ambtenaren die werken met (zorg)ondernemers. De dienstverlening van de ondernemersdesk is in 2009 verder geoptimaliseerd. Een hoogtepunt was de lancering van de ontwikkeling van zorgportaalrijnmond.nl. Met dit platform voor zorgcommunicatie zet de Rotterdamse regio een belangrijke stap op weg naar patiëntvriendelijkere en efficiëntere zorg. Het initiatief en draagvlak voor het zorgportaalrijmond.nl is ontstaan na het advies ‘Rotterdam: Op Kop in Zorg’ van de Economic Development Board Rotterdam (EDBR). In het najaar gaf het programmateam ER de opdracht om te onderzoeken wat de bevorderende en belemmerende factoren zijn voor ict-ontwikkelingen rondom dit zorgportaal. Tenslotte droeg ER mede bij aan het mogelijk maken van een implementatiepilot waarbij in 2010 een digitale zorgcommunity wordt gemaakt in een van de deelgemeenten. Kennisallianties en kennisvalorisatie In 2009 zijn binnen dit thema belangrijke resultaten geboekt. – De gemeente Rotterdam trad toe tot Medical Delta, een samen werkingsverband dat onderzoek en de gezamenlijke ontwikkeling van nieuwe technologie stimuleert; – Het programma ER startte een onderzoek naar de stimuleringskansen van de zorginnovatie buiten kennisinstellingen zoals universiteiten, hogescholen én academische instellingen; – Studenten dachten mee over de zorg. Onder naam Pressure Cooker gingen topstudenten en docenten van de Hogeschool Rotterdam en instituut Beleid en Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit in juli een week lang aan de slag om slimme oplossingen te bedenken voor toekomstige problemen in de zorg; – De gemeente Rotterdam en het Erasmus MC organiseerden in september het symposium ‘Gezonder Rotterdam’ als eerste stap in de aanpak van de gezondheidsachterstand van Rotterdammers; – Uit onderzoek bleek dat de Erasmus MC Incubator de afgelopen jaren succesvolle resultaten heeft behaald. Deze incubator stimuleert ondernemerschap en jonge biomedische bedrijven in het Erasmus MC. Het Erasmus MC Biomedical Fund stimuleert kennisvalorisatie
door te investeren in spin-off bedrijven van het Erasmus MC. Dit fonds heeft de afgelopen jaren eveneens goede resultaten geboekt, maar merkte dat het in 2009 lastiger was om externe gelden aan te trekken als gevolg van de kredietcrisis; – In 2009 vond ook een boeiende uitwisseling plaats over logistiek en veiligheid tussen kwaliteitsmanagers van ziekenhuizen en de Rotterdamse Haven. Hier kwamen verrassende resultaten uit. Arbeidsmarkt en scholing De zorgsector was in 2009 bijna de grootste werkgever in Rotterdam met 56.645 banen. Een groei van 2,8% ten opzichte van 2008 (1.544 extra banen). In de periode van 2010 tot 2014 wordt verwacht dat jaarlijks in de zorg 4.000 baanopeningen zijn. (Werkgelegenheids monitor Rotterdam, najaar 2009). Met het rapport ‘Zorg voor mensen, mensen voor de zorg’, waarschuwde het Zorginnovatieplatform (ZIP) eind 2009 dat in 2025 een tekort van 450.000 zorgwerknemers zal zijn. Alle betrokken partijen moeten nú actie ondernemen, zo stelt het ZIP. Dit advies van het platform komt overeen met de uitgangspunten van het programma ER. In samen werking met de gemeentelijke diensten JOS, SoZaWe, Bureau Arbeids marktmeester en OBR en andere partijen is ingezet op het wegwerken van de huidige mismatch tussen zorgonderwijs en de zorgsector. Onder meer door het verhogen van de arbeidsproductiviteit, het vergroten van het aantal werkenden en het verbeteren van de transparantie van de arbeidsmarkt. Voor jongeren is in opdracht van de dienst JOS een arbeidsmarktbijsluiter gemaakt die uitleg geeft over kans op werk, onder andere in de zorg. Verder startte in 2009 de ontwikkeling van de flexibele banenpool voor life sciences en is door de Expat Desk Rotterdam de eerste IND verblijfsvergunning volgens de vereenvoudigde procedure uitgereikt. De Expat Desk moet mede bevorderen dat buiten landse kenniswerkers in de zorgsector zich sneller en gemakkelijker in Rotterdam kunnen vestigen Gebiedsontwikkeling Rotterdam positioneert zich al op de thema’s medisch en zorg, maar wil dat nog meer medische en zorgbedrijven in Rotterdam blijven of zich hier vestigen. Het in november 2009 opgerichte Rotterdam Investment Agency (RIA) speelt hierbij een belangrijke rol. Rotterdam heeft vier
20
21
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
ontwikkelgebieden aangewezen die een strategische positie hebben in de versterking van de gezondheidszorgeconomie. Hoboken bij het Erasmus MC, Zorgboulevard in Lombardijen, Rotterdam Science Tower op het Marconiplein en Science Port Holland nabij Rotterdam Airport. In februari 2009 is de gebiedsvisie voor Hoboken vastgesteld en in december is de eerste paal geslagen voor de nieuwbouw van het Erasmus MC. Ook de bouw van de Zorgboulevard en het nieuwe Maasstad Ziekenhuis is in 2009 gestaag gevorderd en is een start gemaakt met het benutten van de economische spin-off. Het Rotterdamse college stelde in juli de ‘Bestuursopdracht Zorgboulevard’ vast met een bijgaande investering van 4,4 miljoen euro. In 2009 startten ook de werkzaamheden voor de ontwikkeling van het Science Port Holland. Verder zijn wijkscans eerstelijnszorg door Zorgimpuls uitgevoerd voor een aantal deelgemeenten. Het programmateam ER ging aan de slag met uitkomsten daarvan. Ook nam het programma ER het initiatief om een plan voor kleinschalige woonvoorzieningen voor dementerenden voor Rotterdam te ontwikkelen. Zelfredzaamheid van burgers Een belangrijke stap om de zelfredzaamheid te bevorderen is gezet met de lancering in 2009 van de ontwikkeling van zorgportaalrijnmond.nl. Dit portaal gaat zorgen voor een sterke verbetering van de zorgcom municatie. Hierdoor wordt de zorg patiëntvriendelijker en efficiënter, en de patiënt meer zelfredzaam. In 2009, waarin Rotterdam European Youth Capital is, werd de Dr. Donor-game ontwikkeld. Dit spel is finan cieel mede mogelijk gemaakt door de GGD Rotterdam Rijnmond en het programma ER. Jongeren worden door dit spel op een bij hen passende manier voorgelicht over orgaandonatie. Het programma ER staat ook voor geïntegreerde zorg en welzijn in de eigen woonomgeving. Het is daarom een mooi resultaat dat in oktober 2009 de gemeente Rotterdam vijftien woonservicegebieden heeft aangewezen waarin dit gerealiseerd kan worden. Om dit goed te laten functioneren zijn zogeheten slimme verbindingen nodig tussen wonen, welzijn en zorg. In oktober 2009 vond hierover een conferentie plaats waaraan het programma ER heeft meegewerkt.
Leeswijzer ER jaarverslag ’09 en jaarplan ’10 De voorafgaande samenvatting van de ontwikkelingen en resultaten in 2009 wordt in de volgende vijf hoofdstukken nader toegelicht per thema. Elk hoofdstuk begint met een korte introductie. Het tweede deel van deze uitgave beschrijft de plannen en doelstellingen voor 2010.
Meer informatie over de verschillende onderwerpen is te vinden op de aangegeven website(s) of op de site van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam: www.rotterdam.nl/ontwikkelingsbedrijfrotterdam
‘Een patiënt die begrijpt hoe een medicijn werkt, blijft trouw aan de therapie.’ Nilza Fortes (apothekersassistent Mediq Apotheek)
‘Ik heb verschillende taken. Niet alleen medicijnen maken, maar ook interacties tussen medicijnen registreren. Een belangrijk onderdeel van mijn werk is verder het contact met klanten. Deze wijk is een mengelmoes van culturen en talen. Wij kunnen hier in wel tien talen uitleg geven bij de medicijnen. Dat is belangrijk. Dat maakt mensen gezond.’ Per wijk zijn verschillende factoren van invloed op de gezondheidsvragen en het benodigde aanbod van zorg verleners. In opdracht van de GGD RotterdamRijnmond brengt ZorgImpuls in 2009 en 2010 alle deelgemeenten op zorgvraag en aanbod in kaart. In 2009 zijn de scans van de deelgemeenten Delfshaven, Centrum en Noord opgeleverd.
24
25
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
de basis: innovatie en on dernemerschap Innovatie en ondernemerschap in zowel de cure-, care-, preventie- als welzijnssector is de basis van het programma ER. Zorginnovatie biedt kansen voor de traditionele zorgaanbieders en zorgverzekeraars en voor nieuwe partijen in deze sectoren. Programma ER speelt in op de trend dat zorgondernemers en andere partijen elkaar opzoeken en gaan samenwerken. Dit leidt tot nieuwe zorgconcepten, innovatieve oplossingen en nieuwe producten en diensten.
Ondernemersdesk Het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam ondersteunt de Rotterdamse ondernemers. Het doet dit vanuit de Ondernemerswinkel bij de Kamer van Koophandel en het Ondernemershuis Zuid. Na de start ervan eind 2008, is deze dienstverlening aan medische ondernemers in 2009 verder geoptimaliseerd. Waar mogelijk wijst de desk ook ondernemers uit andere sectoren – bijvoorbeeld de ICT en de creatieve sector – op de kansen die de sector gezondheidszorg hen kan bieden. Daarnaast kunnen MKB-ondernemers subsidie krijgen voor de kosten van advies-, ondersteunings- en scholingsactiviteiten op grond van de subsidie regeling Ondersteuning Ondernemers Rotterdam (OOR). Ook zijn enkele specifieke subsidies op het gebied van bedrijfshuisvesting waar zorgondernemers ook gebruik van kunnen maken. www.ondernemerswinkel.rotterdam.nl
Ondernemersdiner Om de dienstverlening en servicegerichtheid te verbeteren en de regeldruk en administratieve lasten te verminderen, krijgen werknemers
26
27
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
van de gemeente die contact hebben met ondernemers regelmatig trainingen. In juni 2009 was een speciale training ‘Dienstverlening en klantgerichtheid ondernemers’. Het resultaat hiervan was ‘te proeven’ tijdens een afsluitend diner waarvoor verschillende ondernemers werden uitgenodigd. Bij dit ondernemersdiners was een grote groep zorgondernemers present.
Kennisvalorisatie breder stimuleren In 2009 startte het instituut Beleid en Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit op initiatief van programma ER een onder zoek om te leren hoe innovatie en met name kennisvalorisatie bij zorgprofessionals het beste is te stimuleren. De resultaten van dit onderzoek worden in 2010 verwacht. Kennisvalorisatie houdt in dat ontwikkelde kennis een effectieve vertaling krijgt in economische bedrijvigheid en dat patenten of innovaties uit andere bedrijfstakken toegepast worden in de medische sector. Dit leidt tot een toename van samenwerking tussen de verschillende sectoren met als doel het starten van nieuwe bedrijvigheid. Naast onderwijs en onderzoek behoort kennisvalorisatie in toenemende mate tot de kerntaken van de universiteiten en dus ook academische ziekenhuizen. Het Erasmus MC is al zeer actief op het terrein van kennisvalorisatie. Het doel van het genoemde onderzoek is te leren wat voor (wetenschappelijke) zorg professionals de bevorderende en belemmerende factoren zijn rondom innovatie. Daarnaast hoe kennisvalorisatie is te verbreden naar andere zorgaanbieders in de stad. Bedoeling is om met de uitkomsten van dit onderzoek de stimulering en ondersteuning van innovatie en kennisvalorisatie te verbeteren.
Rijnmond. De deelnemers aan het project verwachten kwaliteitswinst te behalen door betere zorgcommunicatie. Binnen het zorgportaal lopen drie pilotprojecten die als ze succesvol blijken te zijn, in de toekomst als diensten worden aangeboden: – Digitale vragenwijzer voor gebruikers en aanbieders van voor zieningen in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning; – CCR Tolven CCR staat voor Continuity of Care Record en is een methode om meerdere dossiers uit ziekenhuizen inzichtelijk te krijgen, Tolven is de softwarenaam waarmee iedere burger in Rotterdam in de toekomst zijn eigen electronische patiëntendossier kan inzien en beheren; – Webpep Dit project richt zich op online-voorlichting tool voor groepen mensen, een pilot wordt komende jaren gedaan met mensen met de taaislijmziekte (Cystic Fibrosis). Meer informatie over de ontwikkeling van het zorgportaal staat beschreven in het hoofdstuk zelfredzaamheid. Onderzoek Aanjagen zorgeconomie rond Zorgportaal Na de lancering van Zorgportaal Rijnmond heeft het programma ER in het najaar van 2009 de Stichting RijnmondNet gevraagd een onder zoek te startten naar de bevorderende en belemmerende factoren voor ICT-ontwikkelingen rondom het Zorgportaal. De uitkomst hiervan is bekend in het eerste kwartaal van 2010. www.zorgportaalrijnmond.nl
Glazen Maas en Digitale Zorg op Maat Zorgportaal Rijnmond: nieuw platform voor zorgcommunicatie Op 23 juni werd de ontwikkeling van het Zorgportaal Rijnmond gelan ceerd, mede dankzij subsidie van het ministerie van Economische Zaken en de gemeente Rotterdam. Met dit nieuwe platform voor zorg communicatie is een belangrijke stap gezet naar patiëntvriendelijkere en efficiëntere zorg. Het portaal biedt een stabiele infrastructuur en een veilig communicatie- en uitwisselingsplatform voor zorgverleners en inwoners van de regio Rijnmond. Het is de eerste keer dat in Nederland op deze schaal een dergelijk portaal wordt ingericht. www.zorgportaalrijnmond.nl moet in drie jaar uitgroeien tot hét informatie- en communicatieknooppunt voor de zorg in de regio
Door de Algemene Rekenkamer is een onderzoek gedaan naar belemmeringen voor zorginnovaties. Belangrijke conclusie in het rapport is dat zorg op afstand voor de langdurige zorg nog niet goed van de grond komt. Oorzaken hiervoor zijn onzekerheid over de continuïteit van de financiering van dit soort initiatieven, onvoldoende eenduidige ICT standaarden en belemmeringen in wet en regelgeving (privacy, beveiliging). Het oplossen van deze oorzaken wordt in de zorg weinig gestructureerd aangepakt, met als gevolg dat iedere zorgaanbieder opnieuw ‘het wiel moet uitvinden’. De Algemene Reken kamer gaf het advies om grotere pilots te starten waarbij aandacht wordt besteed aan de (maatschappelijke) effecten, kosten en baten.
28
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Binnen de thematiek van ‘zorg op afstand’ werkt programma ER in de regio mee aan een implementatiepilot van digitale zorg op maat in de huiskamer, voor alle bewoners van twee nader te bepalen wijken in Rotterdam. Dit gebeurt in samenwerking met het project Glazen Maas. Met het project Glazen Maas stimuleert de gemeente Rotterdam de aanleg van een stedelijk glasvezelnetwerk. Dit biedt extra kansen voor business-to-business, bindt kenniswerkers aan de stad, verbindt stad en haven nog beter met elkaar en verbetert de dienstverlening van onderwijs, zorg en de gemeente zelf. Daarnaast stimuleert de Glazen Maas de totstandkoming van innovatieve dienstverlening op deze glasvezelinfrastructuur. Met het project ‘Digitale Zorg op Maat’ start een zorgcommunity waarin de burger toegang krijgt tot een buurtplatform waarin diensten en producten op het gebied van welzijn en zorg worden aangeboden. Dit project is niet bedoeld om soft- of hardware te ontwikkelen, want bewezen technologie wordt aangeboden via bestaande kanalen. Het project is bedoeld om te leren hoe men dit soort technologische ontwikkelingen over de stad Rotterdam kan uitrollen.
29
30
31
ER jaarverslag 2009
‘We verwachten dat dit product binnen een half jaar op de markt komt.’ Linda de Quartel (onderzoekstechnicus Skyline Diagnostics)
‘Laboratoriumonderzoeken, protocollen en rapporten opstellen. Dat is mijn werk. Een uitdagende combinatie. Bijdragen aan praktische medische vooruitgang is geweldig. De AML Profiler is bijvoor beeld een sprong voorwaarts. Met deze techniek krijgen artsen in vier dagen een betrouwbaar en gedetailleerd inzicht in het type leukemie van een patiënt. Dankzij de gedetailleerde informatie kan de arts de behandeling nauwkeuriger afstemmen op de individuele ziektesituatie.’ Behalve onderwijs en onderzoek behoort kennisvalorisatie in toenemende mate tot de kerntaken van universiteiten en academische ziekenhuizen. Het betekent dat ontwikkelde kennis wordt omgezet in economische bedrijvigheid. Het Erasmus MC is al enige tijd zeer actief op het terrein van kennis valorisatie.
34
jaarverslag 2009
EconomischE ontwikkEling RottERdamsE gEzondhEidszoRg
JaaRVERslag 2009
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
kennisallianties en kennisvalorisatie Nieuwe kennisallianties en netwerken tussen kennisinstituten, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en het bedrijfsleven bevorderen de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten. Zo wordt innovatie en ondernemerschap gestimuleerd. Nieuwe producten en diensten die hieruit voortkomen, dragen bij aan het bewaren van de gewenste balans tussen zorgvraag en zorgaanbod. Daarnaast is binnen dit thema aandacht voor het stimuleren van kennisvalorisatie vanuit de zorgaanbieders in de stad. Bij kennisvalorisatie gaat het om het proces waarin ontwikkelde patenten en innovaties worden aangegrepen voor het starten van nieuwe bedrijvigheid en om het vertalen van patenten of innovaties uit andere bedrijfstakken naar de medische sector (bijvoorbeeld vanuit de TU Delft). Betrokkenheid van Hogescholen en de creatieve sector hierbij is zeer gewenst. Kennisvalorisatie draagt bij aan de vergroting van de zelfredzaamheid van burgers en het efficiënter benutten van het arbeidspotentieel. Met name op het gebied van innovaties voor de caresector zijn groeimarkten beschikbaar, te denken valt aan de ontwikkeling van nieuwe thuishulpmiddelen. Daarnaast leidt kennis valorisatie tot een toename van samenwerking tussen de verschillende sectoren met als doel het starten van nieuwe bedrijvigheid.
Rotterdam treedt toe tot Medical Delta Sinds 2006 werken zorgprofessionals en (technische) wetenschappers binnen Medical Delta samen aan het creëren van een innovatief zorg klimaat. Partners van het eerste uur zijn de Technische Universiteit Delft, Erasmus Universiteit Rotterdam, Erasmus Medisch Centrum,
35
36
jaarverslag 2009
37
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
ondertekening Medical Delta
Universiteit Leiden en Leids Universitair Medisch Centrum. Per 24 juni 2009is dit samenwerkingsverband uitgebreid met de gemeenten Rotterdam, Leiden, Delft en de provincie Zuid-Holland. De missie van Medical Delta is het stimuleren van onderzoek en de gezamenlijke ontwikkeling van nieuwe medische technologieën. Uiteindelijk doel is verhoging van de kwaliteit en effectiviteit van de gezondheidszorg en het stimuleren van de daarmee samenhangende economische kansen in de Randstad. Leidraad bij de samenwerking tussen de Medical Delta-partners is de overtuiging dat deze samenwerking en de synergie tussen techniek en zorg essentieel zijn voor voldoende slagkracht en voor het kunnen verwerven van een (inter)nationale concurrentiepositie binnen de medische en zorgsector.
– Opzetten van ‘living labs’ waarin bedrijven, kennisinstellingen, overheden én gebruikers gezamenlijk nieuwe producten, diensten en zorgmodellen ontwikkelen voor met name zelfstandig wonende ouderen en mensen met een beperking. www.medicaldelta.nl
Regions of Knowledge Eind 2009 hebben de Medical Delta-partners een aanvraag voorbereid voor een zogenaamde Regions of Knowledge-status. De Medical Delta partijen werken daarin samen met andere Europese clusters op het gebied van zorginnovatie.
Onderzoek stimuleringskansen zorginnovatie Wetenschap, patiëntenzorg en economische spin-off Kort samengevat zijn de drijfveren van Medical Delta: wetenschap, patiëntenzorg en economische spin-off. Meer concreet betekent dit dat de partners van Medical Delta werken aan de volgende punten: – Aantrekken en behouden van voldoende en goed opgeleide arbeidskrachten binnen de zorg; – Ondersteunen van start-ups bij de ontwikkeling van nieuwe producten en services op het gebied van preventie, diagnose en behandeling en stimuleren dat deze zich (blijvend) vestigen in de Medical Delta-regio; – Bevorderen van de vestiging van kennisinstituten, research programma’s en onderzoeksfaciliteiten; – Ontwikkeling van een aantrekkelijk ondernemers- en investerings klimaat voor (inter)nationale bedrijven die onderzoek of investeringen doen in de diverse gebieden binnen de zorg;
‘Welke condities kunnen de gemeente Rotterdam en haar partners veranderen of creëren om de ontwikkeling, implementatie en verspreiding van innovaties in de zorg te stimuleren?’ Deze vraag ligt ten grondslag aan het onderzoek dat in 2009 in opdracht van het programma ER is voorbereid door het Instituut Beleid en Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit. Het onderzoek is van belang omdat de gemeente Rotterdam zich wil profileren als stad voor zorginnovatie en -ondernemers. Met een groot Academisch ziekenhuis, een topklinisch ziekenhuis, het enige gespecialiseerde oogziekenhuis in Nederland en sterkte partners in de care sector zoals Humanitas, Laurens en De Stromen Opmaat Groep is in potentie een grote inno vatiekracht in de stad aanwezig. Dat leverde in het verleden ook al de nodige innovaties op, waarvan verschillende zijn doorgevoerd of zelfs in patenten/octrooien zijn vastgelegd. Rotterdam wil deze potentie nog
38
jaarverslag 2009
39
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
beter gaan benutten. Het streven is om een dusdanig klimaat te creëren dat zorgondernemers en zorgprofessionals met een goed idee dit ook kunnen verwezenlijken en zo mogelijk verspreiden. Voorbeelden van succes en falen Het onderzoek bestaat uit een literatuurstudie en een aantal casestudies naar geslaagde en mislukte voorbeelden van innovaties in de zorg. Omdat het streven is de resultaten van het onderzoek te gebruiken voor verbetering van het ‘instrumentarium’ om innovatie en kennisvalorisatie te stimuleren, wordt een begeleidingscommissie van experts ingesteld. Experts op het gebied van innovatie worden benaderd om te reflecteren op de bevindingen van het onderzoek en bij te dragen aan concrete adviezen.
Gemeente en Erasmus MC pakken gezondheidsachterstand Rotterdammers aan 14 september 2009 organiseerden de gemeente Rotterdam en het Erasmus MC het minisymposium ‘Gezonder Rotterdam’. Die dag werd ook de gelijknamige brochure gepresenteerd en werd duidelijk dat de gemeente en het Erasmus MC een nieuwe coalitie vormen in de aanpak van de Rotterdamse gezondheidsachterstand. Die gezondheids verbetering in Rotterdam is hard nodig. Onderzoeken wijzen uit dat Rotterdam in vergelijking met Nederland een hoger sterftecijfer heeft, met als belangrijkste oorzaken hart- en vaatziekten, kanker, adem halingswegen, diabetes en dementie. Onder de Rotterdamse bevolking zijn er jaarlijks zes procent meer ziekenhuisopnamen en is het aantal inwoners dat hun gezondheid als matig of slecht beoordeelt dertig procent hoger dan in Nederland. De academische coalitie tussen de gemeentelijke diensten en het Erasmus MC heeft twee doelen. Het Erasmus MC kan wetenschappelijk onderzoek verbinden aan concrete activiteiten om de gezondheidsachterstand aan te pakken. De gemeente Rotterdam kan beschikken over de nieuwste wetenschappelijke inzichten die ondersteuning bieden aan de integrale aanpak tot de gezondheids verbetering. Speerpunten van beleid zijn: preventieve gezondheidszorg voor ouderen, versterking van de huisartsenzorg (eerstelijnsgezondheidszorg) en wijkgerichte aanpak van de gezondheidsachterstanden. Een voor beeld van het laatste punt is de aanpak van perinatale sterfte. Van
perinatale sterfte is sprake als een baby in de periode van 22 weken zwangerschap tot in de eerste week na de geboorte overlijdt. In Rotterdam komen perinatale sterfte en een slechte start van baby’s meer voor dan in de rest van Nederland. Afgelopen jaar is gebleken dat er ook verschillen zijn per wijk. Het aanvalsplan Klaar voor een Kind bevat een reeks van maatregelen om perinatale sterfte te verminderen en de start van baby’s te verbeteren. Zorgverleners zoals verloskun digen, huisartsen en gynaecologen, de (deel)gemeenten en wijk organisaties werken samen om bewoners met een kinderwens tot en met de jeugdgezondheidszorg beter te bedienen. In het kader van het aanvalsplan is een geboortec entrum bij het Erasmus MC gerealiseerd en wordt in 2011 bij het Maasstad Ziekenhuis een geboortecentrum geopend.
Pressure Cooker Rotterdam telt een groot aantal kennisinstellingen en (creatieve) bedrijven dat kan bijdragen aan de ontwikkeling van een innovatieve medische en zorgsector. In de praktijk komt gezamenlijk optrekken zelden voor. Het project Pressure Cooker biedt een innovatieve oplossing voor deze problematiek door het organiseren van een intensieve projectweek met dertig topstudenten en twintig docenten en creatieve en zorgprofessionals. Pressure Cooker is een samen werkingsverband van de Hogeschool Rotterdam, Nieuwe Garde en het programma ER. De Pressure Cooker werd inhoudelijk en financieel ondersteund vanuit het programma. Ook JOS stelde een bedrag ter beschikking voor dit initiatief. In de week van 6 tot en met 10 juli (vijf dagen en vijf nachten) gingen de deelnemers aan de slag met één doel: slimme, nieuwe oplossingen bedenken voor toekomstige problemen in de zorg. De resultaten uit de Pressure Cooker 2009 geven één duidelijk beeld. Innovatie van de zorg op basis van de huidige uitgangspunten is ingewikkeld en niet optimaal. In de eindpresentaties werden de contouren van het fundament van de zorg anno 2029 duidelijk zichtbaar. Centraal daarin staan begrippen als: de mens centraal, authenticiteit, het sociaal netwerk als basis voor eigen regie, zelfbeschikking, vertrou wen en verantwoordelijkheid. In 2029 heeft men het model van ziek versus gezond verlaten en worden ziekten beschouwd als onderdeel van ons unieke zijn. Er is geen reden tot paniek voor de groei van het
40
jaarverslag 2009
41
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
aantal chronisch zieken. Door de verschuiving in het denken over het lichaam accepteren we in 2029 dat er soms een (tijdelijk) mankement is en concentreren we ons op wat we wel kunnen. Uit de leerzame en inspannende week kwam een aantal mooie ideeën voort voor de zorg anno 2029. Hieronder enkele voorbeelden. Slim EPD Het EPD (Elektronisch Patiënten Dossier) ontwikkelt zich tot een handig hulpje van de mens, die zelf zijn dossier bestuurt en beheert. Dit dossier ‘linkt’ hem aan zijn artsen, maakt zijn afspraken en regelt het bezoek. Het vertaalt het artsenjargon naar gewone-mensentaal en kuist deze informatie voor de buitenwacht. Niet iedereen hoeft immers alle details van iemands ziekte te kennen. Natuurlijk vormt het dossier ook een naslagwerk en legt het contact met relevante andere partijen. Heeft men een zeldzame ziekte en weet alleen een arts aan de andere kant van de wereld daar meer van, dan wordt de patiënt – indien gewenst – direct ‘gelinkt’ aan deze arts en aan lotgenoten. Marktwerking versus merkwerking Marktwerking wordt vervangen door merkwerking. Omdat mensen verschillen en in verschillende situaties en levensfasen ook verschillende behoeften hebben, toont de zorg een meer divers aanbod. Net zoals dit gebeurt in het onderwijs met stromingen zoals Montessori, Dalton of Iederwijs. Op dezelfde wijze vermerkt ook de zorg met verschillende sferen en belevingen voor verschillende mensen in verschillende situaties. Voor de senior die hecht aan thuiswonen komen er care stations, units die aan het huis kunnen worden gekoppeld. En bij fast foodketens kan men medicijnen kopen tegen brandend maagzuur. Deze ketens zien trouwens in dat zorg en gezondheid een hogere ‘meerwaarde’ hebben dan fastfood en maken de omslag naar slowfood. Bedrijven die ongezonde voeding produceren betalen hiervoor een ‘vet-tax’. Zorg in het lespakket In 2029 is zorg ook een vast onderdeel van het lespakket. Ieder kind vanaf twaalf jaar leert de basisbeginselen voor het geven van een injectie of reanimatie. In datzelfde jaar start ook het programma PC2 waarin Preventie, Cure en Care uiteengerafeld worden. Preventie vertaalt zich naar een zelfvoorzienend systeem waarin gedrag dat het
maatschappelijk nut ten goede komt, wordt beloond, terwijl gedrag dat het maatschappelijk nut niet dient juist geld gaat kosten. Happy zorgwerker De zorgprofessional is in 2009 ongelukkig, gevangen in een web van bureaucratie waarbij regels en invulformulieren bepalen wat hij moet doen. De zorgprofessional in 2020 wordt gematcht aan een zorgvrager op basis van specifieke kennis, karaktereigenschappen en wens voor werktijden-zorgbehoefte. Zorgorganisaties zijn ondersteunend aan de zorgprofessionals die een belangrijke taak hebben bij het empoweren van patiënten door hen te voorzien van adequate informatie. www.hogeschool-rotterdam.nl Instituut voor Communicatie, Media & Informatietechnologie, Bureau Externe Betrekkingen
Erasmus Medisch Centrum Incubator De Erasmus Medisch Centrum (Life Science) Incubator is opgericht in 2003 om ondernemerschap en jonge biomedisch technologische bedrijven in het Erasmus Medisch Centrum (Erasmus MC) te stimuleren en te ondersteunen. De Incubator is opgericht door het Erasmus MC met financiële steun van de gemeente Rotterdam, de Erasmus Uni versiteit Rotterdam (EUR) en het ministerie van Economische Zaken. Een belangrijke eerste stap voor het succesvol transformeren van wetenschappelijke kennis in maatschappelijke toepassingen is het beschermen van die kennis. Vervolgens kan door middel van het afsluiten van licentiecontracten met de industrie de kennis ook daad werkelijk worden overgedragen. In de praktijk blijkt echter dat een licentiecontract vaak nog niet haalbaar is of niet de meest optimale manier is. In die gevallen zijn door de Erasmus MC Holding eigen dochtermaatschappijen opgericht waarin de beschermde kennis werd ondergebracht. De Erasmus MC Incubator biedt (potentiële) ondernemers advies, coaching, training, toegang tot een netwerk van professionals, een documentatiecentrum, financieringsmogelijkheden en natuurlijk laben kantoorruimte. De Erasmus MC Incubator heeft de beschikking over ongeveer 850 m2 in het hart van de medische faculteit van het Erasmus MC. De Incubator bood tot 2009 bijna 30 bedrijven de mogelijkheid voor het starten van een spin-off bedrijf gebaseerd op intellectueel eigendom van het Erasmus MC. Fortress en Parc Makelaars ontwikkelen op het
42
jaarverslag 2009
43
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Marconiplein de Rotterdam Science Tower met faciliteiten voor (bio) medische bedrijvigheid waaronder Incubator bedrijven. Succesvolle resultaten Uit een evaluatieonderzoek naar zes jaar Erasmus MC Incubator blijkt dat de echte groeifase van de Incubator voorbij is en de situatie zich stabiliseert. De eerste bedrijven hebben de fysieke ruimte van de Incubator verlaten en zijn elders in de stad gehuisvest. Nieuwe (en kwalitatief betere) starters dienen zich met enige regelmaat aan, waarmee tevens de behoefte aan goed geütiliseerde laboratoriumruimte toeneemt. Volstond de Incubator in de beginfase nog met voornamelijk kantoorruimte, inmiddels ligt de verhouding labruimte versus kantoor ruimte nagenoeg gelijk. Terugkijkend kan gesteld worden dat de Incu bator succesvolle resultaten heeft behaald. Highlights uit de rapportage zijn: – De Incubator heeft 29 bedrijven en initiatieven ondersteund met subsidies; – Geen van deze bedrijven is failliet gegaan; – Eén bedrijf is overgenomen door een beursgenoteerde onderneming, diverse andere bedrijven zijn verkocht en bij enkele bedrijven lopen serieuze gesprekken over overnames; – Enkele bedrijven zijn reeds cashflow-positief; – Diverse bedrijven hebben een product op de markt, of zijn daar dichtbij; – Gezamenlijk zijn de bedrijven goed voor zo’n 175 arbeidsplaatsen, waarvan het merendeel in de regio Rotterdam; – Het valorisatieproces binnen het Erasmus MC is professioneel opgezet; – De aandacht binnen de organisatie voor het belang van het beschermen van kennis is vergroot. www.erasmusmc.nl/tto
Rotterdam Werkt Ter verbetering van haar huidige valorisatiepraktijk startte het Erasmus MC in januari 2008 het project Rotterdam Werkt. Gemeente Rotterdam is één van de partners. Dit project loopt tot en met december 2011 en richt zich op startende ondernemingen in de life sciences. Rotterdam Werkt biedt scouting en screening van commercieel interessante
ontwikkelingen, licenseren van octrooien, gebruik van apparatuur, coaching en financiering. Dit project is tot stand gekomen met subsidie van het ministerie van EZ. B2P Rotterdam is via het programma ER sinds 2008 ook co-financier van Business to Science Portal (B2SP). B2SP brengt ondernemers en wetenschappers in Leiden, Delft en Rotterdam bij elkaar met als doel de innovatie in het bedrijfsleven te vergroten. Vervolg Incubator In 2009 ontving het programmateam ER opnieuw een verzoek van de afdeling Kennistransfer van de Holding van het Erasmus MC tot cofinanciering op een EFRO subsidieaanvraag. Met de cofinanciering worden nieuwe en reeds bestaande Incubator bedrijven ondersteund in de Rotterdam Science Tower. Deze aanvraag leidde tot een onderzoek uitgevoerd door Deloitte naar de verhouding tussen de maatschappe lijke kosten betaald in subsidies en maatschappelijke opbrengsten zoals groei van economie, nieuwe bedrijvigheid en creëren van arbeids plaatsen.
Erasmus Medisch Centrum Biomedical Fund Het Erasmus MC Biomedical Fund werd in 2007 opgericht op initiatief van de gemeente Rotterdam, Erasmus MC en de Rabobank ter stimulering van kennisvalorisatie. Dit fonds heeft een capaciteit van 11 miljoen euro en investeert in start-ups in de (bio)medische sector, vaak Erasmus MC spin-off bedrijven. De doelstellingen van het fonds zijn: – Het verstrekken van risicodragend kapitaal aan kansrijke, hoog waardige, vernieuwende bedrijfsactiviteiten binnen het medischen zorgcluster in de regio Rijnmond; – Het stimuleren van ondernemerschap in het medisch- en zorgcluster in de regio Rijnmond om daarmee een aanzuigende werking te realiseren op wetenschappers en (startende) ondernemers en daarmee hoogwaardige werkgelegenheid te creëren in de regio; – Het realiseren van een rendement op het geïnvesteerde vermogen, met daarbij het besef dat er een reëel risico is dat de investering zonder rendement blijft en afgeschreven moet worden. De verwachting is dat tot en met medio 2010 in tien startende bedrijven geparticipeerd kan worden.
44
jaarverslag 2009
45
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Resultaten In het jaar van oprichting 2007 realiseerde het fonds drie participaties. In 2008 waren er twee participaties, waarmee het totaal op vijf kwam. In 2009 is het fonds geen nieuwe participatie aangegaan, maar heeft zij wel in alle vijf bestaande participaties vervolginvesteringen gedaan. Voor 2010 verwacht het fonds één of twee participatie. Dit betekent dat 10 participaties in 2010 naar alle waarschijnlijkheid niet worden gehaald. Voor het niet behalen van de doelstelling zijn twee redenen te noemen. De eerste is dat een fonds in de biomedische sector voor het aangaan van participaties afhankelijk is van kwalitatief goede en te vermarkten initiatieven. Het Erasmus MC is een van de meest productieve universitair medische centra op dit gebied. Toch kan het zo zijn dat er het ene jaar meer voor valorisatie geschikte uitvindingen worden gedaan, dan het andere jaar. Een tweede reden is dat het Erasmus MC Biomedical Fund met een omvang van 11 miljoen euro in maximaal zeven of acht goede bedrijven of producten kan participeren. Nu het fonds een aantal jaren draait, blijkt dat per participatie niet 1 miljoen, maar 1,5 miljoen euro nodig is. Invloed economische crisis Indirect had de economische crisis invloed op het beschikbare kapitaal in de markt. Dit betekent voor het Erasmus MC Biomedical Fund dat het moeilijker is om extern geld aan te trekken. Twee bedrijven van het fonds kregen in 2009 een vervolgfinanciering tegen een gelijke of betere waardering dan de voorgaande financieringsronde. www.erasmusmc.nl
In deze presentatie werd in heldere cijfers de economische kant van de medische en zorgsector toegelicht volgens de symboliek van de ‘ER-weegschaal’. Ook werd duidelijk gemaakt wat daarbij de rol is van het programma ER en wat gedaan moet worden om de weegschaal weer in balans te brengen. Resultaat van het bezoek is dat belangrijke beleidsmakers meer inzicht kregen in de visie van Rotterdam dat de toekomst van de medische en zorgsector meer is dan alleen het oplossen van volksgezondheidsvraagstukken en dat juist ook het economische aspect een belangrijke rol speelt.
Kennisuitwisseling tussen Haven en zorgsector Netwerk III, en netwerk van kwaliteitsmanagers die in ziekenhuizen werken, bracht tijdens een tweedaagse sessie op 8 en 9 oktober op uitnodiging van het programma ER en het gemeentelijk programma Haven Industrieel Complex (HIC) een werkbezoek aan de Rotterdamse Haven. Dit werkbezoek stond in het teken van de oriëntatie op overeen komsten en verschillen tussen de toepassing van logistiek en risico management in de Rotterdamse haven en de gezondheidszorg (in het bijzonder de ziekenhuizen). Op de eerste dag stonden er bezoeken op het programma aan Kloosterboer (een groot overslagbedrijf dat zich richt op de logistiek van bevroren producten), het Loodswezen en de Broekman-group (shipping, logistics, automotive, special products). Dag twee stond in het teken van uitwisseling van ervaringen en delen van ideeën tussen mensen van het havenbedrijf en de gezondheidszorg in de Port of Holland. Daarbij sloten een lector van de Hogeschool Rotterdam op het gebied van logistiek en een expert van TNO op het gebied van logistiek risicomanagement aan.
Werkbezoek ministerie aan programma ER Het ministerie van Economische Zaken heeft jaarlijks een retraite met vijftig personen uit de ambtelijke top van haar organisatie. In 2009 was de retraitedag op 1 oktober in Rotterdam en luidde het thema: ‘Zien en gezien worden, hoe kijken bedrijven naar het ministerie en hoe wil het ministerie door het bedrijfsleven worden gezien?’ Het Ontwikkelings bedrijf Rotterdam vulde op verzoek van het ministerie het onderdeel bedrijfsbezoeken in. Programma ER was een van de acht projecten waar zo’n bedrijfsbezoek werd afgelegd. ER verzorgde een presentatie over stimulering van de gezondheidseconomie in samenwerking met Marianne Ketting van Ketting & Partners, Henk Vietor van Skyline Diagnostics en Machteld Braunius en Paul Smits van de Zorgboulevard.
Overeenkomsten tijdens Bedrijfsbezoeken Uit de eerste reacties na de bedrijfsbezoeken bleek dat de zorg vertegenwoordigers verbaasd waren over het professionele karakter van de zelfstandig gevestigde loodsen, die werken in een samenhang die vergelijkbaar is met medisch specialisten. Een echte ‘eye opener’ was dat ook in andere sectoren dan de zorg vrijgevestigden met elkaar samenwerken om een klus te klaren. Opvallend was verder dat voor de diverse actoren in de haven de logistieke grondpatronen zo verschillend zijn: loodsen, reders, roeiers en slepers verdienen hun ‘brood’ ergens anders mee. Dat leidt dus tot verschillende uitgangspunten en stuur indicatoren, maar ondanks dat blijkt het mogelijk om met elkaar samen
46
jaarverslag 2009
47
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
bezoek wethouder Vervat, Kriens aan oogbus
te werken in een totaalproces. Dit is herkenbaar in de zorg, waar verpleegkundigen, medisch specialisten en paramedici soms andere professionele uitgangspunten hebben over de beste zorg voor de patiënt. Gediscussieerd werd over de mogelijkheden van centrale regie voor logistiek in zowel de haven als een ziekenhuis. Beide sectoren worstelen met een netwerkplanning waarbij alle actoren eigen plan- en regelmogelijkheden hebben. Gevaar is dat eigen belangen van de verschillende units/professionals prevaleren boven algemeen belang. Benodigd is een ingewikkeld samenspel tussen enerzijds doelmatige capaciteitsbenutting en aan de andere kant servicekwaliteit zoals wacht- en doorlooptijden voor de patiënten en schepen. Ook zag men mogelijkheden voor de slimme ICT-gestuurde logistieke toepassingen die Broekman en Kloosterboer gebruiken. Met dergelijke oplossingen kan bijvoorbeeld OK-instrumentarium worden gemerkt, waardoor het uitgesloten is dat een patiënt nog met instrumenten of verbandmiddelen in het lijf de operatiekamer verlaat. De leden van netwerk III waren van mening dat de Rotterdamse haven wat kan leren van de wijze waarop in de zorg veiligheidsmanagement en rolling forecast logistieke planning wordt uitgevoerd.
OOGbus innovatief en succesvol Op World Sight day, 8 oktober 2009, lieten de Rotterdamse wethouders Kriens (Welzijn en Volksgezondheid) en Vervat (Economie, Verkeer en Vervoer) hun ogen onderzoeken in een OOGbus. Dit onderzoek was onderdeel van de lancering van vier nieuwe OOGbussen van het Oogzorgnetwerk. De wethouders wilden ermee benadrukken dat de gemeente Rotterdam de OOGbus ziet als goed voorbeeld van de innovatieve en economische kracht van de Rotterdamse gezond heidszorg. OOGbussen zijn ingericht met moderne oogheelkundige
apparatuur waarmee metingen van oogboldruk, oogsterkte en controle van de binnenzijde van het oog vakkundig kunnen worden uitgevoerd door een optometrist. Voor veel oudere mensen is een bezoek aan de oogarts een (te) grote stap. De OOGbus komt op afspraak langs bij verzorgingshuizen om bewoners en buurtbewoners te onderzoeken op mogelijke oogafwijkingen. Na het onderzoek wordt de patiënt als dat nodig is verwezen naar opticien, optometrist of huisarts. Op 5 februari 2009 ontving de OOGbus de zorginnovatie prijs, omdat het een belangrijke, laagdrempelige voorziening is voor het terugdringen van onnodige slechtziendheid en blindheid. www.oogzorgnetwerk.nl
‘Verzorgende, verpleegkundige en daarna specialiseren. Dat is wat ik wil.’ DemiShari Davies (leerling Albeda College)
‘In november ben ik gestart met mijn eerste stage. Twee dagen in het ziekenhuis, twee dagen op school. Een half jaar lang. Een patiënt wassen leek me eng. Eerst heb ik toegekeken hoe dat in het echt gaat. Toen deed ik het zelf. Het viel mee. Wat ik het leukste vind in mijn stage? Tijd maken voor gesprekjes met patiënten.’ Het Zorginnovatieplatform (ZIP) waar schuwt voor een tekort van 450.000 zorgwerknemers in 2025. Het tekort spitst zich toe op verzorgenden en verpleegkundigen op MBO niveau drie en vier en HBOniveau. De ‘arbeidsmarktbijsluiter’ geeft leerlingen inzicht in baankansen en salarismogelijkheden na een opleiding. Deze bijsluiter werd in 2009 ingezet om eindexamenkandidaten van de ROC’s (MBO) te stimuleren om langer door te leren, bijvoorbeeld in de zorg.
50
jaarverslag 2009
EconomischE ontwikkEling RottERdamsE gEzondhEidszoRg
JaaRVERslag 2009
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
arbeidsmarkt en scholing De zorgsector was in 2009, na de zakelijke dienstverlening, de grootste werkgever in Rotterdam met 56.645 banen. Een groei van 2,8% ten opzichte van 2008 (1.544 extra banen). Daarmee groeit deze sector in Rotterdam én in de regio Rijnmond (2,6%) sneller als in de overige grote steden van Nederland (2,0%). De zorgsector wordt samen met de uitzendbranche en transportsector de grootste banenmotor in Rotterdam. In de periode van 2010 tot 2014 wordt verwacht dat jaarlijks in de zorg 4000 baanopeningen zijn. (Werkgelegenheidsmonitor Rotterdam, najaar 2009). Het achterblijvende aanbod op de arbeidsmarkt en de toenemende zorgvraag daagt de zorgsector, betrokken opleidingsinstituten en bedrijven uit tot een andere inzet en opleiding van het arbeidspotentieel. Met het thema Arbeidsmarkt en scholing stimuleert het programma ER een betere aansluiting tussen de opleidingscurricula, de wensen van zorgaanbieders en bedrijfsleven en de behoeften van patiënten zodat de weegschaal beter in balans komt. Het gaat hier onder meer om het stimuleren van voldoende stageplaatsen, nieuwe scholingsmogelijk heden, aanboren van nieuwe arbeidskrachten (o.a. allochtone vrouwen), de ontwikkeling van elearning tools en het stimuleren van functie differentiatie.
Arbeidsmarktontwikkelingen in de zorg Het Zorginnovatieplatform (ZIP) luidde eind 2009 de noodklok over een dreigend personeelstekort van 450.000 zorgwerknemers in 2025. Zij stelt dit vast in het rapport ‘Zorg voor mensen, mensen voor de zorg’.
51
52
jaarverslag 2009
53
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Oorzaak voor het tekort is een groeiende vraag naar zorg en een afname van het aantal arbeidskrachten. Om de goede Nederlandse zorg voor de toekomst te behouden is het volgens het ZIP nodig dat alle betrokken partijen nu extra maatregelen nemen. Het advies van het ZIP sluit daarmee naadloos aan op de uitgangspunten van het programma ER van de gemeente Rotterdam op het thema arbeidsmarkt en scholing. Het ZIP stelt: Door de economische crisis lijkt voldoende personeel in te stromen in de zorg, maar dat geldt alleen voor lager opgeleiden. Op de lange termijn dreigen vooral tekorten voor verzorgenden en verpleegkundigen op MBO 3 en 4- en HBO-niveau. Deze tekorten zijn bij ongewijzigd beleid al over enkele jaren te voelen omdat de bevolking vergrijst. De levensverwachting stijgt en daarmee ook de zorgvraag. De beroepsbevolking daarentegen groeit steeds minder hard en krimpt zelfs vanaf 2020. In 2025 is het leveren van zorg dan ook niet primair een kwestie van geld. Alleen wie in de toekomst personeel heeft, kan de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg garanderen. Bovendien kunnen personeelstekorten een loon-prijsspiraal in werking zetten en daarmee de betaalbaarheid van de zorg in het geding brengen. Vrije prijzen op de arbeidsmarkt vragen ook om vrije prijzen in de zorgmarkt. Gevolg hiervan is dat in de (nabije) toekomst burgers meer keuzes krijgen: hoeveel zorg willen ze en waarvoor willen ze zich verzekeren? In theorie kan het prijsmechanisme de personeelstekorten in de zorg oplossen: – Door de tekorten stijgen de lonen. De loonstijging maakt werken in de zorg relatief meer aantrekkelijk dan werken in andere sectoren. Dit heeft een positieve invloed op het aanbod van arbeidskrachten voor de zorgsector. Meer studenten zullen kiezen voor een beroep in de zorg en meer werknemers uit andere sectoren stromen in; – De stijging in de lonen leidt tot hogere zorgkosten en daardoor tot prijsstijgingen in de zorg. Hierdoor daalt de vraag naar zorg en daardoor ook de vraag naar arbeid in de zorg. De lonen stijgen tot een evenwicht is bereikt tussen vraag en aanbod van zorgpersoneel.
-premies en tot een grotere druk op de collectieve middelen zonder dat meer zorg wordt geleverd. Aanbevelingen Het ZIP adviseert een breed pakket van maatregelen rondom achttien aanbevelingen. De maatregelen richten zich op vier aspecten die tezamen het personeel binden, boeien en zo efficiënt mogelijk inzetten. Allereerst kan de zorgsector haar aandeel op de arbeidsmarkt vergroten als de werving zich nadrukkelijker richt op groepen die momenteel onder vertegenwoordigd zijn in de zorg. Als tweede aspect is het van belang om met arbeidsvoorwaarden nog beter in te spelen op de veranderende behoeften van werknemers. Hiertoe helpt ook het derde aspect, een meer op het individu toegesneden arbeidsorganisatie. Tot slot is het cruciaal dat mensen hun leven lang blijven leren. Actie ondernemen vanuit een gezamenlijke visie Het ZIP roept alle betrokken partijen op om het arbeidsmarktbeleid op een hoger plan te brengen, maatregelen te intensiveren en vanuit een gezamenlijke visie actie te ondernemen. Zorginstellingen zullen de HRM-afdelingen strategisch moeten inbedden in hun organisatie. Het is nodig het HRM-beleid te verbinden aan financiële- en zorg doelstellingen van de organisatie. Maar dan nog is het tij niet gekeerd. Alle betrokken partijen moeten de handen ineen slaan om de zorg instellingen te ondersteunen bij het werven en behouden van voldoende mensen voor de zorg. Hiertoe moeten zij gezamenlijk een agenda opstellen, gericht op de volgende kabinetsperiode en verder. De gemeente Rotterdam heeft deze handschoen met het programma ER al opgepakt. Samen met DAAD, bureau Arbeidsmarktmeester, JOS, SoZaWe en de afdeling Beleid van het Ontwikkelingsbedrijf is een gezamenlijke agenda opgesteld waarin de aanbevelingen van het ZIP zijn verwerkt. Het kenniscentrum voor leren in de praktijk in Zorg, Welzijn en Sport: Calibris adviseerde daarvoor. www.zorginnovatieplatform.nl
Strategieën om dreigend personeelstekort op te lossen Bij beide mechanismen kunnen macro-economische vraagtekens worden geplaatst en bieden een doemscenario voor een toegankelijk, kwalitatief goed en betaalbaar zorgaanbod, zeker voor de minder draagkrachtigen. In beide scenario’s leiden stijgende lonen tot stijgende zorgprijzen en
De werkgelegenheid in de medische en zorgsector is divers. Er is werk voor werknemers op alle opleidingsniveaus, van schoonmakers tot hersenchirurgen. Wel is het zo dat het opleidingsniveau in de sector relatief hoog is: 46 procent is middelbaar en 41 procent hoogopgeleid,
54
jaarverslag 2009
55
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
tegen 46 procent en 32 procent voor de totale werkgelegenheid. De verwachting is dat in de periode tot aan 2014 de groei van werkgelegen heid op middelbaar niveau met 3% het grootst zal zijn (lager onderwijs 2,2% en hoger onderwijs 2,7%). Op dit moment ronden veel studenten/leerlingen een studie af waarmee zij niet de benodigde competenties hebben waar de zorgarbeidsmarkt om vraagt. We hebben in Rotterdam relatief veel niveau 2 opgeleide studenten/leerlingen, terwijl de vraag om arbeidskrachten vooral op niveau 3 en hoger ligt. De vraag om niveau 3 en hoger komt mede door de snelle technologische ontwikkelingen in de zorg. Daarnaast schiet de instroom van bepaalde beroepsopleidingen binnen de regio tekort, waardoor het aantal vacatures voor die beroepen stijgt. Uit onderzoek van het kenniscentrum Calibris blijkt dat met name aan laboratorium personeel en verpleegkundigen vanaf MBO 3 niveau en hoger nu al een tekort in de regio Rijnmond bestaat. Op de lagere niveaus ontstaat komende jaren een sterk tekort aan niveau 3 (verzorgenden) en vooral niveau 4 (verpleegkundigen). Deze tekorten nemen de komende vier jaar sterk toe, ze zullen respectievelijk verdubbelen en verviervoudigen. De kwantitatieve mismatch tussen onderwijs en zorgsector heeft alle aandacht van de gemeentelijke diensten JOS en SoZaWe. Onder meer in het programma ‘Beroepsonderwijs Werkt! 2006 – 2010’ en in het onderdeel ‘Arbeidsmarktgericht Opleiden’ van het ‘Rotterdams Offensief VMBO-MBO’. Er is een vijftal strategieën om de te verwachte tekorten op de arbeidsmarkt in de medische en zorgsector tegen te gaan: verhogen van de arbeidsproductiviteit, vergroten van het aantal werkenden, vergroten van de transparantie van de arbeidsmarkt, vergroten van de aantrekkelijkheid van werken in de zorg, verminderen van de vraag naar zorg Het beleid van de gemeente richt zich primair op de eerste drie oplossingsrichtingen. 1. Verhogen van de arbeidsproductiviteit Het werk van zorgverleners kan anders en slimmer worden ingedeeld zodat het beter aansluit bij het totale aanbod van de arbeidsmarkt. Te denken valt aan functiedifferentiatie, het aanbieden van alternatieve zorgvoorzieningen en de inzet van hulpmiddelen waardoor lager opgeleide zorgverleners meer zorgtaken kunnen vervullen en hun werk interessanter wordt gemaakt. Functiedifferentiatie biedt mogelijkheden om tekorten tegen te gaan op de niveaus 3 en 4, mits gecombineerd
met goed en voldoende aanbod van arbeid op niveau 1 en 2. Bureau Arbeidsmarktmeester ontwikkelde twee succesvolle pilots functie differentiatie met grote zorginstellingen: Laurens en De Stromen. Met behulp van een themabijeenkomst zijn de best practices onder de aandacht gebracht van een groot aantal zorginstellingen. Een punt van aandacht is dat functiedifferentiatie een negatieve invloed kan hebben op de kwaliteit(sbeleving) van de zorg. Bijvoorbeeld omdat de patiënt met teveel verschillende zorgaanbieders te maken krijgt, die allemaal hun werkzaamheden op elkaar moeten afstemmen. Op 17 november organiseerde het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam samen met het Albeda, Bureau Arbeidsmarktmeester, Calibris, Conforte, DAAD, de GGD en Zadkine een goedbezochte bijeenkomst over functiedifferentiatie, om het potentieel voor de zorgsector van een herinrichting van het bedrijfsproces verder te verkennen en bespreken. Een andere interessante ontwikkeling is het Zorgportaal Rijnmond, waarbij het mogelijk is dat door een betere communicatie, tussen zorgprofessionals onderling en met de patiënt, de arbeidsproductiviteit kan toenemen. 2. Vergroten van het aantal werkenden In Rotterdam zijn meerdere instanties bezig met het vergroten van het aantal werkenden door het toeleiden van niet-werkende werkzoekenden naar een baan in de zorg. Het gaat hier vaak om mensen met een kwalificatie op niveau 2 of lager. Echter de actuele tekorten in de zorg concentreren zich op niveau 3 en 4. De vraag is dus in hoeverre het aanbod kwalitatief aansluit op de vraag uit de markt en of deze inspan ningen een oplossing zijn voor de disbalans op de arbeidsmarkt. Dit laatste kan, mits gezorgd wordt voor voldoende doorstroming van niveau 1 en 2 naar hogere niveaus. Bureau Arbeidsmarktmeester (voorheen DaadBeraad) bekijkt in samenwerking met de diensten SoZaWe, Jeugd Onderwijs en Samenleving (JOS) en Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam hoe de doorstroom aan de onderkant van de arbeidsmarkt is te verbeteren door voorschakeltrajecten te ontwikkelen en scherper te testen en selecteren op werk- en denkniveau. Ook de ontwikkeling van een vakschool Zorg in het kader van Rotterdams offensief VMBo-MBO draagt daar aan bij. Werkgeverservicepunt DAAD plaatst jaarlijks ongeveer 200 werkzoekenden in zorginstellingen, meestal in beroeps begeleidende leerweg trajecten. Een ander aandachtspunt is het vasthouden van zorgverleners voor de sector (verlagen van de uitstroom).
56
jaarverslag 2009
57
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
3. Vergroten van de transparantie van de arbeidsmarkt Om voldoende arbeidskrachten voor de zorg te werven en te behouden, is het nodig dat meer mensen geïnteresseerd raken in het werken in de medische of zorgsector (zowel hoog- als laag opgeleiden). Kenniscentrum Calibris communiceert direct met (potentiële) leerlingen in de zorg over stagemogelijkheden en baan kansen. DAAD en Bureau Arbeidsmarktmeester en ook het Branche servicepunt Zorg in oprichting, brengen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt bij elkaar, waardoor de transparantie toeneemt. Beroeps oriëntatie is nodig vanaf het eind van de basisschool. Alleen wanneer jongeren daadwerkelijk in aanraking komen met de beroepen lukt het om hun interesse te wekken. In de beroepsoriëntatie hebben de zorginstellingen, Kenniscentrum Calibris en de scholen een belangrijke rol en verantwoordelijkheid. Daarnaast zet Beroepsonderwijs Werkt! in op samenwerking tussen de onderwijsinstellingen en zorginstellingen. Bijvoorbeeld door de financiering van het project Pressure Cooker. Een ander voorbeeld hiervan vanuit het stagebeleid is de samen werking met de Zorgboulevard, inclusief de nieuwbouw van het Maasstad Ziekenhuis. Deze Zorgboulevard zal een substantieel aantal stage-, leer- en werkplekken bieden voor bewoners van Rotterdam-Zuid. www.daadwerkt.nl www.calibris.nl
Arbeidsmarktbijsluiter voor jongeren Jongeren hebben vaak geen realistisch beeld van de beroepen waarvoor zij leren. Zij weten bijvoorbeeld niet hoe groot de kans is op een baan of wat ze straks met een bepaald beroep gaan verdienen. Om te voorkomen dat ze een middelbare beroepsopleiding kiezen waarmee ze geen werk kunnen vinden, ontvangen zij via hun decaan de arbeidsmarktbijsluiter. Deze geeft inzicht in de baankansen en salarismogelijkheden van een opleiding. Zo ook voor banen in de gezondheidszorg. In het voorjaar van 2009 werd de arbeidsmarkt bijsluiter ingezet om alle eindexamenkandidaten van de ROC’s (MBO) te stimuleren langer door te leren. Dit is voor de zorg relevant omdat veel deelnemers een opleiding afmaken op niveau 2 maar de vraag op de arbeidsmarkt met name ligt op niveau 3 en 4. In het najaar verscheen een arbeidsmarktbijsluiter ter ondersteuning van VMBO-ers bij hun studiekeuze. De arbeidsmarktbijsluiter is gemaakt door COLO
Samenwerkende Kenniscentra voor Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven, in opdracht van JOS. Ook in 2010 wordt de bijsluiter verstrekt. www.colo.nl www.jos.rotterdam.nl
Instroom allochtone vrouwen Allochtone vrouwen, die nog niet aan het arbeidsproces deelnemen, zijn een onbenut arbeidspotentieel. Afgelopen jaar werden diverse groepen allochtone vrouwen – waaronder (ex)inburgeraars – toegeleid naar banen, onder andere in de zorg. ‘Ontmoet en doe goed’ Een voorbeeld van een geslaagd project is ‘Ontmoet en doe goed’ van het Platform Buitenlanders Rijnmond, waarbij allochtone vrouwen werden bemiddeld naar (vrijwilligers)werk in de zorg. ‘Ontmoet en doe goed’ (2008 – 2009) is een simpele en doeltreffende methode gebleken om allochtone vrouwen te motiveren meer te participeren. Omdat de vrouwen in eerste instantie in veilige groepen konden kennis maken met vrijwilligerswerk, zijn vrouwen bereikt die er anders nooit mee in aanraking zouden zijn gekomen. Ruim tachtig – vooral Turkse en Marokkaanse – migrantenvrouwen deden een half jaar vrijwilligerswerk in de zorg. De belangrijkste doelen waren de vrouwen de mogelijkheid bieden om Nederlands te spreken en hen kennis laten maken met vrijwilligerswerk in de zorg. Van de 84 deelneemsters maakte iets meer dan een kwart afspraken met de zorginstellingen om vrijwilligers werk te blijven doen. Ongeveer tien procent wil een opleiding gaan volgen binnen de zorg. Een groep vrouwen van zelforganisatie SAJ uit Noord blijft het project voortzetten samen met de zorginstelling. Het project leert dat het belangrijk is om veel tijd te investeren in het werven en informeren van mogelijke deelnemers. Ook goede informatie om thuis met de familie te bespreken is belangrijk. Omdat de vrouwen vaak niet bekend zijn met Nederlandse zorginstellingen bleek het ook noodzakelijk om eerst een kennismakingsbezoek te organiseren voordat ze beslissen om mee te doen. Verder gaven de vrouwen de ouderen veel persoonlijke aandacht, wat door de ouderen en de zorginstellingen uiteraard zeer werd gewaardeerd. www.pbr.nu
58
jaarverslag 2009
59
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Flexibele banenpool voor Life Sciences In 2009 is een start gemaakt naar de mogelijkheden om een Flexibele banenpool (Flexpool) op te richten voor de Life en Bio Sciences. In eerste instantie betreft het hier de steden die in Medical Delta (Delft, Leiden en Rotterdam) participeren, later voor de gehele Randstad. Bedrijven en instellingen in de sectoren Life Sciences, Bio Sciences en Pharma blijken een sterke behoefte te hebben aan flexibilisering van arbeid. Helaas werd in het voorjaar 2009 de hiervoor ingediende subsidieaanvraag bij Pieken in de Delta afgewezen. Doel van de Flexpool was om een flexibele inzet van Research en Development-medewerkers en hoogwaardige labo ratorium-medewerkers mogelijk te maken. Ondanks de subsidieafwijzing zijn vier partijen doorgegaan met het realiseren van de Flexpool: gemeente Leiden, gemeente Delft, Leiden Bio Science Park en het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam. Producten en diensten Het hoofddoel van de Flexpool is een complete ‘personeelsservice’ gericht op arbeidsflexibiliteit, arbeidskwaliteit, arbeidsbeschikbaarheid en arbeidsbehoud. De producten en diensten die de Flexpool wil leveren, zijn onder meer: – Werving en selectie (nieuwe medewerkers, herplaatsing, reïntegratie, transfer, carrière); – Ontwikkelen van superspecialisten waar alle Flexpool-participanten gebruik van kunnen maken; – Pool van mensen die het leuk vinden om op verschillende plaatsen te werken (soort havenpool) en daarmee de pieken binnen de bedrijven opvangen; – Ontwikkelen van scholings- en bijscholingsprogramma’s waardoor de ‘employability’ van de Flexpool-deelnemers optimaal blijft. Eind 2009 werd duidelijk dat tien bedrijven willen participeren in de startfase van de Flexpool en dat in een later stadium nog eens vier bedrijven zullen instappen. De kennisinstellingen die willen participeren zijn het Leids Universitair Medisch Centrum en de Technische Universiteit Delft. Het Erasmus Medisch Centrum gaf aan op een later tijdstip waarschijnlijk te zullen aanhaken.
Betere voorzieningen voor medische- en zorgstudenten en expats Het programma ER stimuleert dat scholieren en studenten bewust kiezen voor een loopbaan bij Rotterdamse zorgaanbieders en medische bedrijven, en in Rotterdam een passende baan vinden. Dat lukt alleen als de stad aantrekkelijk is voor HBO- en WOafgestudeerden en zij na hun opleiding in Rotterdam blijven wonen en werken. Om dit te realiseren waren ook in 2009 intensieve contacten met het gemeentelijk programma RotterdamLife (voorheen Student City) en vond afstemming plaats tussen beide programma’s. Om het mogelijk te maken dat in de toekomst expats een (tijdelijke) rol vervullen om de stijgende vraag naar arbeidskrachten op te lossen, moeten de faciliteiten om zich hier te vestigen zo optimaal mogelijk zijn. Om deze ontwikkeling te ondersteunen is het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam gestart met de zogeheten Expat Desk Rotterdam. Deze Expat Desk helpt buitenlandse werknemers op weg in Rotterdam met onder andere hulp bij het aanvragen van een verblijfsvergunning, huisvesting en onderwijs. Dankzij de Expat Desk is het mogelijk de nieuwe buitenlandse werknemers eenvoudiger door verblijfs vergunningsprocedures te loodsen, waardoor zij sneller aan het werk kunnen. De eerste IND verblijfsvergunning volgens de vereenvoudigde procedure werd op 11 februari 2009 uitgereikt.
‘Wij vertalen ziekenhuistermen en -wensen naar bouwtaal en omgekeerd.’ Willem Kolk (bouwkundig ingenieur Maasstad Ziekenhuis)
‘De nieuwbouw van het Maasstad Ziekenhuis is behoorlijk dynamisch. De zorg verandert zó snel. De wensen voor de zieken huisinrichting veranderen daarin steeds mee. De communicatie daarover begeleiden we met een team van twaalf mensen. Mooi werk! Je zou kunnen zeggen: wij vertalen voortdurend ziekenhuistaal of -wensen naar bouwtaal of -mogelijkheden. En omgekeerd.’ In juli 2009 stelde het Rotterdamse college van B&W de ‘Bestuursopdracht Zorgboulevard’ vast, met een inves tering van 4,4 miljoen euro. Behalve voor artsen en verpleegkundigen, is er in dit deel van Rotterdam Zuid straks ook werk voor beveiligings, winkel en horeca, ict en technisch personeel. In totaal zo’n 3.500 arbeidsplaatsen. Zorgboulevard Rotterdam voerde in 2009 gesprekken met opleidingscentra als ROC Zadkine en Albeda over scholingstrajecten en stageplaatsen.
62
jaarverslag 2009
EconomischE ontwikkEling RottERdamsE gEzondhEidszoRg
JaaRVERslag 2009
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
gebieds ontwikkeling Naast woongebieden is bij gebiedsontwikkeling het benutten van de vele bezoekers aan de zorgaanbieders in de stad een kans. Dit geldt in het bijzonder voor ziekenhuizen. Het langer laten verblijven van deze bezoekers in het omliggende gebied is een uitdaging. Actief wordt nagedacht over gebiedsontwikkeling rondom het Erasmus Medisch Centrum en rond de Zorgboulevard inclusief de nieuwbouw van het Maasstad Ziekenhuis. Het stimuleren van economische spin-off in de eromheen liggende wijken Hoboken en Lombardijen/Hordijk is een belangrijk aandachtspunt. Het thema gebiedsontwikkeling betekent ook nadenken over toekomstige ruimtelijke voorzieningen als antwoord op de stijgende zorgvraag en de kwalitatief en kwantitatief ontoereikende arbeidsmarkt. Te denken valt aan gezondheidscentra in de eerste lijn en het creëren van zorgvoorzieningen waarin vooral laag-opgeleide zorgverleners kunnen werken. Al met al ontwikkelingen die er voor zorgen dat de weegschaal beter in balans komt. In november 2009 werd Rotterdam Investment Agency (RIA) gelan ceerd. Het RIA wil bestaande internationale ondernemingen voor de stad behouden en nieuwe bedrijven aantrekken. Onderdeel van de strategie is dat Rotterdam zich sterker gaat positioneren op de aspecten medisch en zorg. In de stad zijn de zogeheten science based research & development bedrijven al meer dan gemiddeld aanwezig. Daarnaast onderscheidt Rotterdam zich met sterk ontwikkelde disciplines in de curesector: pharmacie, virologie en (pre)clinical research. Gekozen is voor een profilering van Rotterdam als een stad waarin veel aandacht
63
64
jaarverslag 2009
65
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
wordt besteed aan e-health. Binnen het thema medisch en zorg krijgen een viertal fysieke gebieden een apart accent, waardoor ze herkenbaar zijn voor de verschillende doelgroepen. Het gaat om Hoboken (Erasmus MC), Lombardijen (Maasstad Ziekenhuis/Zorgboulevard), Rotterdam Science Tower en Science Port Holland. Om de gebiedsontwikkeling te stimuleren wil Rotterdam nieuwe bedrijven aantrekken, RIA helpt daarbij. Afgelopen jaar werkte RIA samen met het programmateam ER bij het bezoek van de directie van General Electric en Shanghai Parmacy aan de stad Rotterdam en een congresbezoek aan Life Science Beurs in Amerika.
Gebiedsontwikkeltrajecten Een aantal gebiedsontwikkelingsprojecten in Rotterdam neemt een strategische positie in bij de versterking van de gezondheidszorg economie in Rotterdam. Vier gebieden wil de gemeente voor het medisch cluster het eerst ontwikkelen: – Rotterdam Hoboken: R&D en technologische innovaties gericht op medische economie o.a. Incubator bedrijven, KNAW instituten (Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen); – Lombardijen (Maasstad Ziekenhuis, Zorgboulevard): Business to Consumer en MKB Business to Business bedrijvigheid (kleinschalige vernieuwing gedreven vanuit zorgaanbieders die participeren, en bewezen niet verzekerbare zorgondernemingen); – Rotterdam Science Tower: in Europoint IV op het Marconiplein is ruimte gefaciliteerd voor Biotech en Labfuncties; – Science Port Holland: een nieuw bedrijvenpark nabij vliegveld Rotterdam Airport met bedrijfsruimte voor onder meer zorggeoriënteerde economie (langer termijn perspectief). Rotterdam ontwikkelt dit terrein in samenwerking met Delft. De kansen voor economische spin-off in en rond de gebieden zijn groot. De locaties zijn of worden grote werkverschaffers, trekken ondernemers aan en bij de twee eerstgenoemde locaties zijn er tal van mogelijkheden voor synergie met andere functies (innovatie, onderwijs, wonen).
Rotterdam Hoboken Het gebied Hoboken met als medisch middelpunt het Erasmus MC wordt in het noorden begrensd door de Nieuwe Binnenweg, in het zuiden door
de Maas, in het westen door de Heemraadsingel/Pieter de Hoochweg/ Sint-Jobskade en in het oosten door de Westersingel. Vanuit de overtuiging dat het gebied veel mogelijkheden biedt, werkten diverse partijen sinds het voorjaar van 2008 samen aan een plan voor de toekomst: een gebiedsvisie waar het hele gebied én de omgeving beter van worden. Op 12 februari 2009 hebben alle betrokken partijen hun afspraken op papier vastgelegd, met als titel: ‘Rotterdam Hoboken 2030’. Betrokkenen zijn de medische, culturele, zorg- en educatieve instellingen, bewoners, ondernemers, woningcorporaties, projectontwikkelaars en de gemeente Rotterdam. Medisch gerelateerde economie versterken Een speerpunt van de gebiedsvisie is om de Rotterdamse medisch gerelateerde economie te versterken. Met het Erasmus MC als voorname partner biedt Hoboken talrijke kansen voor het versterken van de economie op het gebied van zorg, e-health en Research & Development. Coolhaven Twijnstra en Gudde heeft in opdracht van de Coolhavenpartners een businessconcept opgesteld voor de ontwikkeling van het zogenaamde Science Cluster op Coolhaven. Er ontstaat ruimte voor een science cluster als de ’s Gravendijkwal overkluisd wordt. Volgens Twijnstra Gudde moet de Science Boulevard zich positioneren op het groeiende gebied van e-health, waaronder wordt verstaan alle medische research en development waarbij ICT een belangrijke rol speelt. E-health is een unieke en nog niet geclaimde positionering waarmee de Science Boulevard een unieke plek kan innemen, zowel nationaal als inter nationaal. Als de Science Boulevard zich richt op medische research en development voor zowel cure als care, wordt de Science Boulevard een samenwerkingspartner voor andere science parken in plaats van een concurrent. De e-health Science Boulevard moet dé locatie worden waar mensen uit de gezondheidszorg, wetenschap, onderwijs, onder zoek, bedrijfsleven en overheden bij elkaar komen rondom e-health, met grote kennisinstituten en zorgaanbieders aanwezig. Deze e-health-positionering versterkt de biomedische R&D die al plaats vindt op Hoboken in het Erasmus MC op gebieden als infrastructuur, branding, innovatieve cultuur, doelgroepen en verbinding met de
66
jaarverslag 2009
67
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
omgeving. Dit opent ook mogelijkheden om samenwerking met Medical Delta en andere initiatieven naar Coolhaven te halen. In de Nota van uitgangspunten Coolhaven (vastgesteld door Stuugroep Coolhaven en Stuurgroep Centrum in november 2009) is de fasering van de ontwikkeling van de Science Boulevard als volgt opgenomen: – 2010 – 2011: Herontwikkelen Enecogebouw. – 2011 – 2015: Ontwikkeling Provisoriumlocatie. – 2015 – 2030: Overige ruimte voor medische en zorg bedrijvigheid (nieuwbouw). In 2010 wordt onderzocht of het mogelijk is een business development organisatie op te richten, die alvast de eerste marktbewerking kan doen. Dit proces kan vrijwel gelijk oplopen met de nadere uitwerken van het businessconcept. Eerste paal nieuwbouw op 1 december Op 1 december 2009 werd de eerste paal geslagen voor de nieuwbouw van het Erasmus MC. De aanneemsom voor de bouwwerkzaamheden bedraagt 449 miljoen. De oplevering van het gebouw met een bruto vloeroppervlakte van 185.000 m2 is gepland in het voorjaar van 2017. Het nieuwe gebouw wordt zo ingericht dat het zorgproces van de patiënt prominent is. In plaats van een klassieke indeling naar specialismen wordt het nieuwe universitaire ziekenhuis ingericht naar herkenbare patiëntenthema’s, bijvoorbeeld hersenen & zintuigen, oncologie en circulatie. Zorgverleners en bij de behandeling benodigde faciliteiten worden binnen elk thema met een menselijke maat samengebracht. Het Erasmus MC kiest voor een toekomstbestendig en energiezuinig gebouw, dat moet leiden tot een zogenaamde ‘healing environment’, een comfortabele, veilige en gezonde omgeving die bijdraagt aan het herstel van de patiënt. De verpleegafdelingen krijgen bovendien eenpersoons patiëntenkamers. Bestuurlijk werkbezoek De vrijwel voltallige besturen van de gemeente Rotterdam en het Erasmus MC hadden op 18 september het Natuurhistorisch museum in het Museumpark uitgekozen als decor voor hun jaarlijkse ontmoeting. Vorig jaar tijdens de eerste ontmoeting werd besloten dat de twee grootste werkgevers van Rotterdam elkaar jaarlijks treffen om met
elkaar van gedachten te wisselen over actuele ontwikkelingen en om knelpunten rond gemeenschappelijke projecten op te lossen. Tijdens de ontmoeting kwamen onder andere de nieuwbouw van Erasmus MC, de maatschappelijke inspanningen van het medisch centrum en de economisch spin-off van de Rotterdamse gezondheidszorg ter sprake. www.rotterdam-hoboken.nl
Lombardijen (Maasstad Ziekenhuis) Er zijn drie projecten, zogenaamde Kanskaarten, die een essentiële positie innemen in de ontwikkelingen van Rotterdam Zuid. De Zorg boulevard, het Hart van Zuid en het Stadionpark zijn gebiedsontwikke lingen die kansen bieden voor de economische, fysieke en de sociale groei van Zuid. Bij deze kanskaarten is het de kunst om economische groei en nieuwe voorzieningen te koppelen aan kansen voor bewoners en ondernemers van Zuid. Een van de Kanskaarten – in deelgemeente IJsselmonde – is de ontwikkelingslocatie Zorgboulevard Rotterdam, direct gelegen naast NS-station Lombardijen en bedrijventerrein Hordijk. Begin 2011 kunnen hier de inwoners van Rotterdam en omstreken gebruik maken van complete, geïntegreerde zorgverlening die uniek is in Nederland. Uniek omdat zowel de nieuwbouw van het Maasstad Ziekenhuis als een zogeheten ‘Medimall’, een zorgverzamelgebouw, zich op dit terrein vestigen. Samen vormen zij de Zorgboulevard Rotterdam. In de Medimall komen vijf grote zorgpartijen. Zij zijn al vanaf het begin betrokken bij de ontwikkeling van de Zorgboulevard en willen met een nauwe onderlinge samenwerking meerwaarde bieden aan patiënten, bezoekers, medewerkers en bovenal de bevolking in Rotterdam Zuid. In de Medimall komt een dependance van het Delta Psychiatrisch Centrum, de afdeling Revalidatie van het Maasstad Ziekenhuis, een zorghotel van De Stromen Opmaat Groep, een geboortehotel van Kraamzorg Rotterdam e.o. en een locatie van de Centrale Huisartsen post Rijnmond. Daarnaast wordt in de Medimall een breed aanbod van voorzieningen geboden: van babywinkel tot een orthopedisch schoenen maker. Andere diensten zijn bijvoorbeeld een centrum voor voedings voorlichting of een boekenwinkel gespecialiseerd in uitgaven over gezondheid, een fitnesscentrum, een hoorstudio, een fysiotherapeut en een cadeauwinkel. Met het NS-station Lombardijen op loopafstand is de bereikbaarheid uitstekend. Naar verwachting gaan jaarlijks twee miljoen mensen gebruik maken van de Zorgboulevard.
68
jaarverslag 2009
69
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
bezoek College B en W en Raad van Bestuur Erasmus MC
De Zorgboulevard wordt ook van grote betekenis voor de werkgelegen heid in Rotterdam-Zuid. Er zijn straks niet alleen artsen en verpleeg kundigen werkzaam, maar ook beveiligers, winkel- en horecapersoneel, ict’ers, technici en zorgondersteunend personeel. In totaal gaat het om zo’n 3500 arbeidsplaatsen. Zorgboulevard Rotterdam voerde in 2009 met opleidingscentra als ROC Zadkine en Albeda gesprekken over scholingstrajecten en stageplaatsen. Bestuurlijk werkbezoek en bestuursopdracht Op 26 juni bracht het College van Burgemeester en Wethouders een werkbezoek aan de bouwlocatie van Zorgboulevard Rotterdam. Het programmateam ER verzorgde de uitleg over de zorgvisie en zorg economische spin-off kansen die de Zorgboulevard biedt. Op 7 juli 2009 behandelde het College van B en W de Bestuursopdracht Zorgboulevard.In dit plan staan de belangrijkste maatregelen om de bereikbaarheid van de Zorgboulevard op 1 januari 2011 te garanderen en de sociaal economische spin-off te maximaliseren. De vijf punten zijn: 1. Optimaliseren van de ontsluiting en een betere inrichting van de openbare ruimte, waaronder het optimaliseren van het parkeren en het verbeteren van de aansluiting op het openbaar vervoer. 2. Versterken van het zorgprofiel van de Zorgboulevard en een gezamenlijke inspanning van de Zorgboulevard en de (deel-) gemeente inzake promotie en marketing. 3. Uitwerken van de economische spin-off van de Zorgboulevard op bedrijventerrein Hordijk.
4. Opstellen van een gezamenlijk programma voor spin-off voor bewoners op Zuid in de vorm van opleidingen, werkgelegenheid en stages. De uitvoering van de bestuursopdracht is een gezamenlijk traject van gemeente Rotterdam (OBR, dS+V, SoZaWe, GGD), deelgemeente IJsselmonde , Pact op Zuid, Zorgboulevard Rotterdam BV en Vereniging Zorgboulevard Rotterdam. De samenwerking heeft vorm gekregen in een Bestuurlijk Overleg Zorgboulevard Rotterdam (BOZ), een Kernteam en vier Tempoteams. Elk Tempoteam is gekoppeld aan één van de vier speerpunten van de Bestuursopdracht. Het program mateam ER schreef actief mee aan de bestuursopdracht en is de trekker van tempoteam 3. In 2009 werd een quick scan uitgevoerd naar bedrijvigheid op Zorgboulevards elders in Nederland en is gesproken met de ontwikkelaar van twee grote Zorgboulevards in Nederland over hun aanpak. Daarnaast werd een overzicht gemaakt van de reeds uitgevoerde onderzoeken en geformuleerde visies voor het gebied rondom de Zorgboulevard. www.zorgboulevardrotterdam.nl www.maasstadziekenhuis.nl
Rotterdam Science Tower Erasmus MC ondersteunt het kennisvalorisatieproces door middel van de zogeheten Incubator, Biomedical Fund (zie ook het hoofdstuk Kennisallianties en kennisvalorisatie). Deze voorzieningen bieden wetenschappers de kans een idee/patent een stap verder te brengen. Erasmus MC Incubator ondersteunt nu een dertigtal spin-out initia
70
jaarverslag 2009
71
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
tieven. Voor bedrijven die al door de opstartfase heen zijn en gaan uitbreiden, zijn sinds 2008 laboratoriumfaciliteiten gerealiseerd in Europoint IV op het Marconiplein. Initiatiefnemers – in samenwerking met de gemeente – zijn het Erasmus MC, Fortress en Parc Makelaars. Het project met 8.000 m2 geconditioneerde bedrijfsruimte wordt vermarkt onder de naam Rotterdam Science Tower. Regionaal opleidingsc entrum Zadkine zit onderin de toren met de opleiding laboratoriumtechniek. River Diagnostics is het eerste bedrijf uit de Incubator dat zich in de Rotterdam Science Tower vestigde. Dit bedrijf ontwikkelt en brengt innovatieve oplossingen voor klinische diagnose en life-sciences R&D naar de markt. In 2009 zijn onderhandelingen gevoerd met diverse bedrijven die ook willen verhuizen naar de Rotterdam Science Tower. Een van deze bedrijven is van de virologen Osterhaus en Claassens. Verder zijn er bij Erasmus MC plannen om een nieuwe incubator in de toren te vestigen. www.fortress.nl
Science Port Holland Op het nog braakliggende terrein langs de A13 werd op 1 december 2008 door de burgemeesters van Delft en Rotterdam het Science Port Holland (SPH) gelanceerd. De doelstelling is om in de toekomst een hoogwaardig science park te ontwikkelen met twee locaties aan weers zijden van de A13. Schieveen is het Rotterdamse deel, Technopolis het Delftse deel, samen vormen zij Science Port Holland. Kennisintensieve bedrijven uit binnen- en buitenland kunnen hier hun Reseach & Develop ment-activiteiten huisvesten. Science Port Holland richt zich in het bijzonder op de clusters Clean Technology en Life Sciences, die bij de TU Delft en het Erasmus MC sterk zijn ontwikkeld en inmiddels een internationale reputatie hebben verworven. Specifiek ligt de focus binnen Science Port Holland op industriële biotechnologie, medische techno logie, duurzame energie, waterkennis, nano-technologie en mobiliteit. In dit verband is de oprichting van Clean Delta en Medical Delta van groot belang voor de ontwikkeling van Science Port Holland. In 2009 startten de werkzaamheden voor de ontwikkeling van het science park dat van bovenregionaal belang is. Straks zal de gehele economie van de zuidvleugel van de Randstad profiteren van de toon aangevende kennisinfrastructuur. Daarom schaart een groot aantal
partijen zich achter dit project en hebben de gemeenten Rotterdam en Delft, de Technische Universiteit Delft, Erasmus Universiteit en het Erasmus MC de handen ineen geslagen. Een sterk punt is bijvoorbeeld de nabijheid van toonaangevende kenniscentra zoals WL Hydraulics, Kavli Institute of Nanoscience, GeoDelft, TNO TPD, Kluyver Centre for Life Science en Technology, TNO Scheidingstechnologie, IRI Reactor Institute, European Space Research & Technology Centre, Delfts Instituut voor Micro Electronica en Submicron Technologie (DIMES). Andere pluspunten zijn het regionale aanbod van laboratoria en R&D- faciliteiten, de uitgebreide en geavanceerde infrastructuur van het wegennet, de ICT-infrastructuur en twee internationale luchthavens in de directe nabijheid. In 2009 is in samenwerking met de aandeelhouders een regionale ontwikkelingsstrategie opgesteld om de samenhang tussen de beide te realiseren locaties te benadrukken en de internationale ambities te onderstrepen. Ambitie is om een hoogwaardig, inspirerend en internationaal aansprekend campus concept te realiseren, dat wordt gekenmerkt door een aantrekkelijke, landschappelijke inrichting en de aanwezigheid van voorzieningen. Beide locaties krijgen ieder een eigen onderscheidend profiel, zodat ze in de praktijk complementair zijn.Tegelijkertijd is begonnen met internationale marketing, promotie en acquisitie. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met Netherlands Foreign Investment Agency, Rotterdam Investment Agency, Stads havens, TU Delft, Erasmus MC, TNO en bedrijven zoals DSM/Delft Noord. De eerste grondaanbiedingen op Technopolis zijn inmiddels gedaan. De verwachting is dat die binnen afzienbare termijn worden omgezet in grondtransacties. Eind 2009 werd besloten om de ontwik keling van Schieveen, het Rotterdamse deel uit te stellen. Eerst wordt een ‘Kennisboulevard’ vlak bij het Erasmus MC op Hoboken ontwikkeld. www.scienceportholland.nl
Wijkscans eerstelijnszorg Een kinderrijke buurt, een hoog percentage eenoudergezinnen, veel sociale binding of een relatief laag besteedbaar inkomen. Per wijk zijn verschillende factoren van invloed op de gezondheidsvragen en daarmee op het benodigde aanbod aan zorgverleners. In opdracht van de GGD Rotterdam-Rijnmond brengt ZorgImpuls in 2009 en 2010 alle deelgemeenten op zorgvraag en -aanbod in kaart. Deze wijkscans
72
jaarverslag 2009
73
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
voorzien duidelijk in een behoefte. De wijkscans, die gemaakt worden in het kader van wijkgericht werken, brengen de lokale situatie in kaart en laten zien waar er op het gebied van eerstelijns zorg knelpunten zijn of in de toekomst kunnen ontstaan. Dankzij de scans ontstaat een goed zicht op wie waar zit en wat doet. Daarna wordt de informatie in het veld getoetst door in gesprek te gaan met de betrokken partijen. Voor het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam geven de scans inzicht in de te ontwik kelen fysieke voorzieningen op het gebied van eerstelijnszorg. Het programmateam ER onderzocht in 2009 samen met de gebieds managers en collega’s van OBR fysiek naar oplossingen voor de knel punten die op fysiek gebied ontstaan voor geïntegreerde eerstelijns centra. Zeker in het Centrum is dit een groot probleem voor een groep zorgprofessionals die een gezondheidsc entrum willen starten. Uit de verkenning bleek dat verschillende knelpunten zijn voor de fysieke uitdagingen in de eerstelijn. Enerzijds de huur en/of ontwikkelkosten voor een locatie, anderzijds het vinden van geschikte locatie die voldoende ruimte en goed toegankelijk is. Wijkbijeenkomsten met eerstelijns zorgverleners Die toetsing gebeurt tijdens wijkbijeenkomsten die ZorgImpuls organiseert voor alle eerstelijns zorgverleners (huisartsen, tandartsen, paramedici, apothekers, maatschappelijk werkers, etc.). De vraag is allereerst of zij zich in de informatie uit de wijkscan herkennen en wat zij ervan vinden. Vervolgens is het zaak ontwikkelingen concreter te maken, knelpunten te benoemen, met elkaar conclusies te trekken en mogelijke oplossingen aan te reiken. Het kan zijn dat de eerstelijns zorgverleners in een wijk elkaar niet kennen, dan zijn de cijfers uit de wijkscan een prima aanleiding om bij elkaar te komen en de gesprekken op gang te brengen. De bijeenkomst is dan de start van mogelijk een goede samenwerking op alle fronten. Vaak blijkt dat er al wordt samengewerkt, soms beperkt, soms al intensief. Per wijk verschillende zorgvragen In de wijkscans komt een breed scala aan aandachtspunten naar boven. Er zijn bijvoorbeeld wijken met relatief veel huisartsen die ouder zijn dan 55 jaar waarbij hun praktijkruimte deel uitmaakt van hun eigen woning. Dat kan het overdragen van de praktijk bemoeilijken. In andere wijken speelt veel psychische problematiek of zijn er leefstijlproblemen. Om daar aan de zorgvraag te voldoen, zijn andere eerstelijns disciplines
nodig zoals wijkverpleegkundigen of lifestyle adviseurs. Maar er kan ook behoefte zijn aan multidisciplinaire samenwerking op bepaalde thema’s zoals diabeteszorg, COPD en hartfalen of op de thema’s huiselijk geweld en alcoholmisbruik. Ook dat zijn verantwoordelijkheden van de eerstelijns zorg. ZorgImpuls is in al deze processen aanjager en ondersteuner, maar de gekozen rol hangt ook af van wat de eerstelijns zorgverleners nodig hebben. Oplevering wijkscans In 2009 zijn de scans van de deelgemeenten Delfshaven, Centrum en Noord opgeleverd. In januari 2010 volgen Prins Alexander, Hillegers berg-Schiebroek, Kralingen-Crooswijk, Hoogvliet en Overschie. Voor juni 2010 staan Charlois, IJsselmonde en Feijenoord gepland. www.zorgimpuls.nl www.rotterdam.nl/ggd
Kleinschalige woonvoorzieningen dementerenden Het proces van beginnende dementie naar geestelijke invaliditeit en ten slotte volledige afhankelijkheid, vraagt om een afgestemd pakket van ondersteuning dat aansluit bij de taal en cultuur van de dementerende en de mantelzorger(s). Wonen met zorg, in welke vorm dan ook, is een belangrijke schakel in de totale ketenzorg dementie. Met kleinschalige voorzieningen kunnen dementerenden blijven wonen in hun eigen wijk. Binnen hun eigen sociaal netwerk en met voldoende zorg en dienst verlening in de buurt. De meest ideale situatie is dat de dementerende met een afgestemd pakket van ondersteuning blijft wonen in zijn eigen woning. Alternatieven zijn beschermde woonvoorzieningen waarbij men beschikt over een eigen appartement, maar ook een gezamenlijke huiskamer heeft en deelneemt aan gezamenlijke activiteiten. Dit zorgt voor structuur, veiligheid en sociaal contact. Belangrijk voordeel van kleinschalig wonen ten opzichte van wonen in een grote instelling, is dat het normale gezinsleven zo goed mogelijk kan worden nagebootst en mantelzorgers actiever betrokken worden bij het leven van de dementerende. Stimuleringsregeling ministerie VWS Dergelijke kleinschalige woonvoorzieningen leveren een bijdrage aan verschillende doelen van het programma ER. Op 8 juli zijn door de gezamenlijke zorgaanbieders, onderwijsinstituten en gemeentelijke
74
jaarverslag 2009
75
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
diensten de mogelijkheden besproken voor een Rotterdams plan voor kleinschalige voorzieningen voor dementerenden. Het initiatief kwam vanuit het programmateam ER, de aanleiding was de stimulerings regeling ‘Kleinschalig wonen voor dementerenden’ van het ministerie van VWS. Programma ER ziet de stimuleringsregeling van VWS als een belangrijk instrument om te komen tot planvorming en ontwikkeling in wonen, welzijn en zorg (care). Door samenwerking ontstaan duurzame en toekomstbestendige banden die nodig zijn voor het vormen van netwerken. Bovendien bieden kleinschalige woonvoorzieningen voor dementerenden ook arbeidsplaatsen voor vooral niveau 1 en 2 in de zorg. Het doel is om de stimuleringsregeling optimaal te gebruiken voor Rotterdammers. Het beoogde resultaat is het uitbreiden van de diversiteit van woonvormen voor dementerenden met indicatie voor verblijf. De mogelijkheid om te blijven wonen in de eigen wijk wordt hiermee vergroot. Op dit moment zijn er meerdere wijken waar geen voorzieningen zijn of worden ontwikkeld. Hier ligt een interessante opdracht voor de zogeheten ontwikkelwijken. Bovendien ligt er een belangrijke relatie met de Woonservicegebieden, vooral de vijftien geselecteerde gebieden. Omdat ook daar wordt gestreefd naar slimme verbindingen tussen wonen, zorg en welzijn zodat inwoners zo lang mogelijk de regie over het eigen leven behouden (zie ook het hoofdstuk Zelfredzaamheid van burgers). Wanneer locaties ontwikkeld moeten worden is samenwerking met geïntegreerde eerstelijnsvoorzieningen mogelijk. Door samen de ontwikkelkosten te delen, ontstaan interessante bouwplannen of herontwikkelingstrajecten voor de gemeente Rotterdam. Masterplan Rond de zomer van 2009 zijn de gezamenlijke zorgaanbieders in Rotterdam en de gemeente Rotterdam gestart met het ontwikkelen van een plan ‘Kleinschalige woonvoorzieningen voor dementerenden’. Het plan is een kader voor projectplannen. De vertegenwoordigers van zorgaanbieders, cliënten, mantelzorgers, wooncorporaties, welzijn aanbieders, het CIZ, het Zorgkantoor en Zorgverzekeraar, onderwijs instellingen, SoZaWe, GGD, en het OBR waren betrokken bij het ontwikkelen en toetsen van het plan. Voor gebiedsplannen kan men in het kader van de hiervoor genoemde stimuleringsregeling van ministerie van VWS een haalbaarheidstudie aanvragen.
Dit plan is inmiddels zo ver dat begin januari 2010 een bijeenkomst met directie/bestuur van zorgaanbieders is georganiseerd om de laatste zaken vast te leggen. Belangrijkste punten voor de gemeente zijn hierbij de spreiding van kleinschalige woonvoorzieningen over heel Rotterdam en het invullen van de nu bestaande witte vlekken. Bij deze bijeenkomst ligt de nadruk op het bespreken van de onderlinge verhoudingen en de rol van de gemeente hierin. Het programmateam verwacht na deze bijeenkomst nog eenmaal samen te komen voor de afspraken over de aanvragen van de zorgaanbieders bij het Zorgkantoor en voor de ondertekening van het plan. Aansluitend worden afspraken gemaakt met marktpartijen zoals woningcorporaties en projectontwikkelaars.
‘Geef me acht tellen. Dan maak ik dertig ronde broodjes.’ Remko Egt (cliënt Pameijer & bakkersassistent werkcentrum De Kapel)
‘Ik woon samen met nog twee andere mensen. Om tien voor zeven gaat mijn wekker af. Ik ontbijt en ga met de RandstadRail naar het Hofplein. Daar stap ik over op tram 25. Je ziet heel Rotterdam. Ik stap uit hier voor de deur. We bakken koekjes, broodjes, bruin-, wit- en suikerbrood. Reint vertelt het ons. Lekkere recepten, ja. Nee, ik verklap ze niet.’ Goede zelfredzaamheid verlaagt de zorgvraag. Op 15 oktober 2009 wees de gemeente Rotterdam daarom vijftien woonservicegebieden aan. Gemeente, woningcorporaties plus instellingen in de zorg en welzijn stemmen samen woningen, buitenruimte, zorgverlening en activiteiten in deze wijken beter af op de behoeften van ouderen en mensen met een beperking.
78
jaarverslag 2009
EconomischE ontwikkEling RottERdamsE gEzondhEidszoRg
JaaRVERslag 2009
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
zelfredzaamheid van burgers Het vergroten van de zelfredzaamheid van burgers verlaagt hun zorgvraag. Om die zelfredzaamheid te bevorderen en de mogelijkheden voor zelfregie te vergroten, zijn nieuwe hulpmiddelen nodig en nieuwe producten die hen minder hulpafhankelijk maken van professionele zorgverleners. De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) hanteert dit ook als uitgangspunt. Ook de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) draagt bij door het vergoeden van bijzondere ziektekosten (zoals langdurige zorg thuis). Vanuit het programma ER wordt met behulp van kennisontwikkeling en kennisvalorisatie de ontwikkeling van deze producten en diensten gestimuleerd. Te denken valt aan de mogelijkheden om internet beter te benutten door bijvoorbeeld het nieuwe Zorgportaal Rijnmond en door domotica (integratie van technologie en diensten in de woonsituatie). Daarnaast vraagt het vergroten van zelfredzaamheid ook om aangepaste of nieuwe woonvoorzieningen voor zorgbehoeftige burgers en om woongebieden voor ouderen (woon servicegebieden). Ook hiermee komt de weegschaal beter in balans.
Zorgportaalrijnmond.nl Op 23 juni 2009 ging de ontwikkeling van zorgportaalrijnmond.nl van start. Wethouder Vervat (Economie) overhandigde de initiatiefnemers een cheque van 1,3 miljoen euro; subsidiegeld dat door de gemeente Rotterdam en het ministerie van Economische Zaken beschikbaar is gesteld. Vervat sprak van een ‘historische dag voor de burgers van Rotterdam’. Terecht, want Zorgportaal Rijnmond groeit in drie jaar uit tot dé startplek voor zorgcommunicatie voor alle inwoners en
79
80
jaarverslag 2009
81
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
overhandiging subsidie en lancering Zorgportaal.
zorgaanbieders in de regio. Het bevorderen en realiseren van een dergelijke multifunctionele, centrale online communicatieplek is één van de doelen van het programma ER. De ontwikkeling van dit zorgportaal vloeit voort uit het advies Rotterdam: Op kop met Zorg van de Economic Development Board Rotterdam. Nieuwste technieken Initiatiefnemers van Zorgportaalrijnmond.nl zijn Erasmus MC, Sint Franciscus Gasthuis, The Health Agency, Ketting & Partners, Brink&, Intermax Managed Hosting, Zorgimpuls, Stichting RijnmondNet, StarMDC en Leene.txt. De deelnemers in dit consortium verwachten kwali teitswinst te behalen door betere zorgcommunicatie. Die bestaat uit hoogwaardige en actuele patiënteninformatie die fouten door onjuiste, onvolledige en gedateerde informatie voorkomt. Vooral voor chronische patiënten heeft dit grote voordelen. Het zorgportaal bevat zowel voor iedereen toegankelijke informatie als informatie waarvoor de patiënt of de zorgverlener moet inloggen. Denk aan artsen die via internet snel en veilig uitslagen van bloedtesten, scans en röntgenfoto’s met elkaar delen. Of chronisch zieken die via een beveiligde verbinding vanuit huis een arts kunnen consulteren of met lotgenoten discussiëren. Het doel is de zorg patiëntvriendelijker en efficiënter te maken door gebruik te maken van de nieuwste technieken. Nu gebeurt het nog geregeld dat patiënten tweemaal dezelfde onderzoeken moeten ondergaan. Bijvoor beeld omdat de specialist uit het academisch ziekenhuis onvoldoende informatie krijgt uit het algemene ziekenhuis waar de patiënt aanvankelijk onder behandeling was. Met een betere digitale informatieuitwisseling worden dit soort situaties voorkomen.
Naast de daadwerkelijke ontwikkeling van Zorgportaal Rijnmond is het de bedoeling dat het project via een doorlopend onderzoek meer inzicht geeft in de vraag op welke manier zorgverleners en burgers/ zorgvragers gebruikmaken van een dergelijk platform. De bevindingen worden gebruikt om het platform te verbeteren en komen ook ter beschikking van andere regionale portals. Ontwikkeling zorgportaal Binnen het zorgportaal lopen drie pilotprojecten die, als ze succesvol blijken te zijn, in de toekomst als diensten worden aangeboden: 1 Digitale vragenwijzer voor gebruikers en aanbieders van voorzieningen in het kader van de Wet Maatschappelijke Onder steuning (WMO). In de digitale vragenwijzer staat de vraag van de burger centraal bij het formuleren van een zorgaanbod. 2 CCR Tolven CCR staat voor Continuity of Care Record. Dit is een methode om meerdere dossiers uit ziekenhuizen voor patiënt én zorgverlener inzichtelijk te krijgen. Tolven is de software waarmee deze dossiers weergegeven worden. De bedoeling is om in de toekomst elke inwoner van de regio een kerndossier te geven waarin hij inzage en beheer heeft over zijn elektronisch patiëntendossier. De pilot die nu loopt omvat drie groepen van in totaal 2000 patiënten. Dit zijn groepen patiënten met chronische klachten. Deze patiënten moeten nu regelmatig voor controle naar het ziekenhuis wat een zware belasting is. Straks kunnen zij zelf hun conditie in een dossier bijhouden en hun artsen hierin online inzage geven. Dit zorgt voor een actueler beeld en ontlast zowel de arts als de patiënt.
82
jaarverslag 2009
83
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
3 Webpep Dit project richt zich op online voorlichting van specifieke doelgroepen. Komende jaren vindt een pilot plaats met een groep patiënten met taaislijmziekte Cystic Fibrosis. Naast de genoemde pilots en toepassingen wil het zorgportaal func tioneren als een veelzijdige en omvangrijke ‘stekkerdoos’ waarop steeds meer bewezen functionaliteiten en diensten van e-health worden aangesloten. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat Zorgportaalrijnmond.nl voldoet aan de landelijke standaarden voor veiligheid van websites en bescherming van de persoonsgegevens. De veiligheid is onder meer gegarandeerd doordat medisch specialisten moeten inloggen met een zogeheten UZI-pas, waarbij speciale software registreert wie wanneer welke gegevens opvraagt.
gesteld van maximaal 350.000 euro. Dit bedrag resteerde na de cofinanciering van de ontwikkeling van zorgportaalrijnmond.nl. In totaal was door de gemeente een miljoen euro beschikbaar gesteld voor het bestrijden van kredietcrisis-effecten in de zorgeconomie. Belangrijke vragen waarop het onderzoek antwoord moet geven, zijn: – Welke partijen spelen een belangrijke rol bij het aanjagen van de zorgeconomie met behulp van Zorgportaal Rijnmond? – Welke innovatie of welk plan hebben bedrijven en instellingen voor ogen om de Rotterdamse zorgeconomie rondom Zorgportaal Rijnmond op gang te brengen? De uitkomsten van dit onderzoek komen in het eerste kwartaal van 2010 beschikbaar. www.zorgportaalrijnmond.nl
Promotiefilm Om nieuwe investeerders, zorgverleners en toekomstige gebruikers een indruk te geven van de toekomstige mogelijkheden van Zorgportaal Rijnmond is met financiering vanuit het programma ER een korte promotiefilm gemaakt. Hierin zien we Eva die na kantoortijd in haar vrije tijd fanatiek aan voetbal doet. Helaas raakt zij behoorlijk geblesseerd aan haar knie. Eva moet geopereerd worden en gebruikt tijdens haar behandeling en succesvolle revalidatie zorgportaalrijnmond. nl tot haar volle tevredenheid. Het filmpje is te zien op de homepage van zorgportaalrijnmond.nl en you tube. Onderzoek ‘Aanjagen zorgeconomie rond Zorgportaal Rijnmond’ RijnmondNet startte eind 2009 een onderzoek naar de bevorderende en belemmerende factoren voor ict-ontwikkelingen rondom het zorg portaal. Het programma ER financiert dit onderzoek. Doel ervan is om duidelijk te krijgen wat de beste aanpak is om de Rotterdamse zorgeconomie rondom het zorgportaal te stimuleren. Het zorgportaal is een ontmoetingsplaats die interessant is voor innovatieve zorgverleners en nieuwe toetreders om producten en diensten te ontwikkelen en aan te bieden. In het projectplan voor de ontwikkeling van het zorgportaal werd verondersteld dat bestaande en nieuwe zorgondernemers zelf hun businessplan voor de innovaties maken en deze zelf financieren. Helaas heeft de kredietcrisis ook deze groep geraakt: de kredietfaciliteiten zijn afgenomen, waardoor het lastiger is om de eerste stap te zetten. Daarom heeft de gemeente Rotterdam voor 2010 een bedrag ter beschikking
www.rijnmondnet.nl
Dr. Donor the game informeert jongeren over orgaan donatie Uit onderzoek blijkt dat weinig jongeren hun donorcodicil invullen en daarnaast weinig kennis hebben over de organen die gedoneerd kunnen worden. Met name jongeren met een lagere sociaal econo mische status – waarvan er veel in de regio Rijnmond wonen – zijn slecht geïnformeerd over zorg- en welzijnsvraagstukken. Om hierin verandering te brengen is met financiële steun van het programma ER en ‘Gezond in de Stad’ (een programma van GGD Rotterdam Rijnmond) Dr. Donor the game ontwikkeld. Dr. Donor is een groot spel in de vorm van een levensgrote dokter. Een speciaal team komt hiermee langs op locatie. Op het getekende lichaam van Dr. Donor zijn op de plekken van de te transplanteren organen grote gaten gemaakt. Met ballen in de vorm van harten kunnen deelnemers naar de gaten in de dokter gooien. Het spel wordt geleid door een verpleegkundige en een sporter met getransplanteerde organen die alles vertellen over orgaandonatie. Met voldoende punten kunnen de jongeren een donor (goody)-bag winnen met daarin gesponsorde artikelen en informatie over donatie. Dr. Donor ging op tournee langs een aantal events van YOUR WORLD, de merknaam voor Rotterdam Europan Youth Capital 2009. In 2009 kregen Rotterdamse jongeren in hun Europese Jongerenhoofdstad de kans om echt iets te veranderen in hun stad, en natuurlijk om mee te doen aan alle evenementen en activiteiten voor, door en met
84
jaarverslag 2009
85
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
dr. Donor the game
jongeren. Echt iets te veranderen voor een ander kan door het doneren van organen. Informatie over orgaandonatie aan jongeren stimuleert hun eigen verantwoordelijkheid hierin, zorgt voor meer donororganen en betrekt jongeren bij de toekomstige problemen in de zorg. Ook in 2010 gaat dr. Donor nog op tournee langs diverse evenementen.
wethouders Kriens en Karakus tijdens de conferentie ‘Slimme Verbindingen’ in de Schiecentrale. De start werd gemarkeerd door de ondertekening van de eerste twee convenanten voor de woon servicegebieden in deelgemeente IJsselmonde en Kralingen-Crooswijk.
www.drdonor.nl
Kansen benutten en slimme verbindingen Per woonservicegebied is bepaald wat al aanwezig is en waar de kansen tot verbetering liggen. Daarom zal de aanpak om verbeteringen aan te brengen per gebied verschillen. Bij wonen valt bijvoorbeeld te denken aan voldoende aangepaste woningen en multifunctionele accommodaties voor zowel zorg- als welzijnsactiviteiten. Ook aantrek kelijke winkelgebieden in de nabijheid van de woning waar ook medi sche en zorgproducten worden aangeboden, kunnen een woonservice gebied aanvullen. In de gebiedsontwikkeling spelen voorzieningen en de inrichting van straten en buurt een belangrijke rol bij de mobiliteits bevordering. Daarnaast kan er in de zorg gedacht worden aan één alarmeringsfunctie voor één gebied waarbij binnen tien minuten zorg wordt geleverd. Ook meer kleinschalige woonvormen voor complexe zorgvragen, toegankelijke en laagdrempelige informatiepunten en versterking van de buurtnetwerken behoort tot de slimme verbindingen.
Rotterdam wijst vijftien woonservicegebieden aan In woonservicegebieden (de bredere definitie van woonzorgzones) worden welzijn, wonen en zorg geïntegreerd volgens een Rotterdamse aanpak. Doel van deze aanpak is dat zorg en welzijn in de eigen woonomgeving beschikbaar zijn voor inwoners. De eigen regie kan hiermee worden behouden en het vergroot de mogelijkheid om in de eigen woning of buurt te kunnen blijven functioneren. Zelfredzaamheid en zelfoplos send vermogen voor senioren en mensen met een beperking heeft daarbij extra aandacht. Op 15 oktober 2009 wees de gemeente Rotterdam vijftien woon servicegebieden aan. De voorzieningen voor ouderen en mensen met een beperking worden hier de komende jaren op een optimaal niveau gebracht. Met deze voorbeeldgebieden kunnen Rotterdammers zo lang mogelijk blijven wonen in het huis of de buurt waar ze zich thuis voelen. Door meer samenwerking tussen de gemeente en marktpartijen (woningc orporaties, instellingen in de zorg en welzijn) kunnen woningen, zorgverlening, activiteiten in de wijk en de buitenruimte beter worden afgestemd op de behoeften van burgers. Het startsein voor de ontwik keling van deze vijftien woonservicegebieden werd gegeven door de
Een belangrijk uitgangspunt is dat welzijn als een samenhangend aanbod van diensten wordt gezien en innovatief ondernemerschap hierin versterkt kan worden naar zorg- en woonproducten. Verder is het een uitdaging om binnen deze gebieden problemen en aandachts punten voor de kwetsbare groepen gemeenschappelijk te signaleren. Evenals het actief oppakken van de kansen die zich voordoen om dit te
86
jaarverslag 2009
87
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
voorkomen. De samenwerking tussen alle partners wordt bekrachtigd in een convenant waarna de partijen aan de slag gaan. De wensen van bewoners en het eigen initiatief staan hierbij voorop. De vijftien woonservicegebieden die zijn aangewezen, zijn: Stadcentrum Oost, Oude Westen, Schiebroek Noord, Boomgaardshoek en Tussenwater (Hoogvliet), Bospolder-Tussendijken, Delfshaven, De Esch, Lage Land, Prinsenland, Vreewijk/Lombardijen, overlappend gebied Hillesluis en Vreewijk, Tuinenhoven/Groenenhagen, Oud-Charlois, Zuidwijk, Blijdorp, Blijvenburg. Conferentie Slimme Verbindingen Om de aangewezen woonservicegebieden een goed voorbeeld te kunnen laten zijn voor heel de stad zijn er meer slimme verbindingen nodig tussen wonen, zorg en welzijn. De gemeente kan dit niet alleen, maar heeft hier de woon-, zorg-, en welzijnsorganisaties in de stad bij nodig. De ruim tweehonderd deelnemers aan de op 15 oktober gehou den conferentie ‘Slimme Verbindingen’ bewezen dat het belang van de woonservicegebieden zeker wordt ingezien. Van ouderenplatform, naar deelgemeente tot architectenbureau, ze waren aanwezig om elkaar te ontmoeten, slimme verbindingen te leggen en vervolgafspraken te maken. Kansen voor Zorgportaal Rijnmond Bij de dialoog ‘Kansen voor Zorgportaal Rijnmond’ georganiseerd vanuit het programmateam ER in samenwerking met Zorgportaal vonden de aanwezigen het noodzakelijk dat naast het kunnen inzien van eigen patiënteninformatie ook aanvullende functies mogelijk zijn rondom wonen en welzijn. Hierbij kan gedacht worden aan domotica-toepassingen in huis met slimme technologie voor het signaleren van problemen of met ondersteuning bij verminderde zelfredzaamheid. Onder meer de volgende ideeën kwamen naar voren: – Een online agendabeheer voor de wijkverpleegkundige, zodat patiënten een inschatting kunnen maken wanneer de ‘zuster’ komt en niet uren hoeven te wachten; – Een meldingsysteem van dingen die niet goed gaan – bijvoorbeeld problemen in de buitenruimte – voor mensen die hulpbehoevend zijn; – Directe terugkoppeling via de mobiele telefoon van beschikbare mensen in de omgeving, die bereid zijn hand- en spandiensten te leveren buitenshuis, denk aan hulp bij het passen van kleding in een winkel of het meenemen van een paar boodschappen;
– Een elektronische huissleutel via de mobiele telefoon, deze geeft codes door om deuren te openen. Het ontwikkelen van woonservicegebieden biedt kansen voor onder nemers. Om deze kansen nog meer onder de aandacht te brengen wordt begin januari een ondernemersbijeenkomst georganiseerd vanuit het programmateam ER.
Specifieke ouderenwoningen Op het gebied van de specifieke ouderenwoningen heeft de gemeente Rotterdam zich voorgenomen om in de periode van 2006 tot en met 2009 te starten met het bouwen van 1500 van dit type woningen. De gemeente werkt daarbij samen met corporaties en ontwikkelaars. In de periode 2006 tot en met 2008 is de bouw begonnen van in totaal 613 ouderenwoningen. In 2009 is de bouw van nog eens 379 ouderen woningen gestart. In de huidige collegeperiode startte dus de bouw van in totaal 992 specifieke ouderenwoningen. De bouw van minder woningen dan gepland, kan verklaard worden door vertraging van een groot project aan de Veranda. Naast de bouw van specifieke ouderenwoningen stimuleert programma ER ook de bouw van middeldure en dure koopwoningen en sluit daarmee aan bij het programma ‘Aantrekkelijke Woonstad’. Dure en middeldure woningen maken Rotterdam aantrekkelijk voor koop krachtige senioren. De bouw van (middel)dure koopwoningen is geen collegetarget en wordt niet als zodanig gemonitord. Omdat Rotterdam een tekort heeft aan (middel)dure koopwoningen richt de gemeente zich vooral op het bouwen van die woningen, waarmee gezegd kan worden dat alle woningen in die categorie vallen. In de collegeperiode 2006 t/m 2009 waren dat 11.380 woningen.
88
jaarplan 2010
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
ER jaarplan 2010
89
‘Ik hoef maar een knopje in te drukken als er iets met me is.’ Meneer en mevrouw Koenderman (bewoners Oude Westen)
‘We zijn pas verhuisd naar deze prachtige flat. Zo’n fijne plek, hier willen we lang blijven wonen. We doen via de huisbaas mee aan een testproject. Daarvoor dragen we ieder een polsbandje met een knopje. Als je hulp nodig hebt, druk je erop. Zo krijg je direct contact met iemand van de zorgcentrale. We zijn nog bezig om het systeem helemaal uit te proberen.’ In 2009 bedroeg het aantal 65plussers in Nederland 2,4 miljoen. In 2038 zal dit zijn verdubbeld tot 4,3 miljoen. Ook leven ouderen langer, waardoor ‘dubbele vergrijzing’ ontstaat. Inno vatieve oplossingen zijn nodig om aan de zorgvraag van de oudere bevolkings groep te blijven voldoen. Een voorbeeld zijn oplossingen die de zelfredzaamheid van zorgbehoevende burgers onder steunen.
92
jaarplan 2010
93
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
inleiding In de Economische Visie 2020 van de gemeente Rotterdam is de economische ontwikkeling van de Rotterdamse gezondheidszorg één van de drie speerpunten. Dit aandachtspuntpunt komt terug in zowel in het Uitvoeringsprogramma Economie als in de Stadsvisie. In 2006 en 2007 is door de sector Economie van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam de visie Zorgeconomie Rotterdam 2015 opgesteld. In de tweede helft van 2007 is het bijbehorende uitvoeringsprogramma voorbereid. In de eerste helft van 2008 vond besluitvorming plaats over de visie en het uitvoeringsprogramma.
Begin 2009 is een eerste jaarverslag gemaakt over de belangrijkste resultaten van 2008 en een jaarplan voor 2009 waarin de voor dat jaar relevante doelen en activiteiten waren geformuleerd. Het uitvoerings programma zoals beschreven in het ER beleidsdocument ‘Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg en het uitvoerings programma’ krijgt in 2010 vorm op basis van de beschreven doelen in het jaarplan 2010. Voor de uitvoering van dit jaarplan is het enthou siasme en de inzet nodig van de verschillende gemeentelijke diensten, deelgemeenten én de partijen in de stad en de regio (zorgaanbieders, kennisinstituten, bedrijven en zorgverzekeraars).
Vanaf januari 2008 is gestart met de uitvoering van het programma Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg, kortweg programma ER.
Leeswijzer
De centrale doelstelling van het programma is: De Rotterdamse zorgeconomie is een gezonde economische sector met veel bedrijvigheid en werkgelegenheid.
Het programma Economische ontwikkeling Rotterdamse Gezondheids zorg (ER) draagt bij aan de balans tussen zorgvraag en zorgaanbod door te investeren in innovatie en ondernemerschap. De gemeente Rotterdam streeft naar toegankelijke, kwalitatief goede en betaalbare zorg door kennis, arbeid, gebiedsontwikkeling en zelfredzaamheid te stimuleren.
Na deze inleiding volgen drie hoofdstukken. ‘Programma ER’ geeft inzicht in de aanleiding en doel van programma ER, met onder meer een korte inleiding op de vier belangrijkste thema’s. ‘Taak en rol van het OBR: de regierol’ geeft duidelijkheid over de werkwijze van het programma ER als onderdeel van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam en de samenwerking met andere gemeentelijke diensten en zorgpartijen in de stad en de regio. ‘Doelen 2010’ toont puntsgewijs de belangrijkste doelstellingen en activiteiten voor 2010.
‘Eerlijk is eerlijk, de zorg is zwaar.’ Hennie en Jan Smits (mantelzorger)
‘Mijn vrouw was 44 jaar toen ze een hersenbloeding kreeg. Sindsdien kan ze niet meer spreken en nauwelijks bewegen. Een verzorgingshuis is voor haar geen oplossing. Hoe ik dat weet? Ze vertelt het met haar ogen. Als ze iets niet wil, sluit ze zich volledig af. Mijn moeder van 80 helpt met koken en wassen. Kinderen hebben we niet. Elke week gaat een vrijwilliger een middag met haar op pad, al tien jaar lang. Hij doet geweldig werk. Net als de mantelzorgcoördinator. Maar eerlijk is eerlijk, de zorg is zwaar.’ De toegankelijkheid en betaalbaar heid van de zorg komt onder druk te staan. De Nederlandse zorgkosten – 68,5 miljard in 2005 – stijgen naar verwachting tot bijna 70 miljard euro in 2025. Om de zorgkosten beheers baar te houden zit de gezondheidszorg in een transitie van het klassieke aanbodgestuurde stelsel naar een vraaggestuurd model.
96
jaarplan 2010
97
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
taak en rol van het OBR: de regierol Rondom de in het vorige hoofdstuk beschreven vier thema’s heeft het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR) in het programma ER een regisserende rol ten opzichte van ver schillende externe partijen en overige gemeentelijke diensten. Nauw wordt samengewerkt met:
JOS
OBR
dS+V
GGD
SoZaWe
– De dienst Jeugd Onderwijs en Samenleving (JOS) op het gebied van onderwijs- en arbeidsmarktvraagstukken (Arbeids marktgericht Opleiden, Rotterdams Offensief VMBO-MBO); – Bureau Arbeidsmarktmeester voor programma Onderkant Arbeidsmarkt, Doorbraakdossier breekijzers en ijsbrekers; – De dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe) rondom woonservicegebieden met concentraties van zorg in woonzorggebieden, uitvoering van de stedelijke aanpak Wet Maatschappelijke Opvang en (her)intreders voor de zorg; – De Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam-Rijnmond (GGD) rondom het vergroten van zelfredzaamheid van burgers (WMO), adequate gezondheidsvoorzieningen in iedere wijk en verbetering van de gezondheid van burgers in wijk, school en stad (programma Gezond in de Stad); – De dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting (dS+V) ten aanzien van ruimtelijke ordening rondom zorgaanbieders (Hoboken, Lombardijen), nieuwe vormen van volkshuisvesting (woonservice gebieden) en benodigde infrastructuur voor de groei van de zorg economie (Rotterdam Science Tower en Science Port Holland).
98
jaarplan 2010
99
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Daarnaast wordt actief samengewerkt met diverse zorgaanbieders in de stad, kennisinstellingen, samenwerkingsverbanden en bedrijven. Ook wordt sinds 2008 actief samengewerkt met de gemeenten Leiden en Delft in Medical Delta. Veel van de dwarsverbanden tussen de verschillende programma´s worden zichtbaar in de wijken. Zo is er een actieve samenwerking met deelgemeenten om de programma´s en projecten naadloos op elkaar te laten aansluiten. Een voorbeeld van een locatie waar dit goed lukt, is Rotterdam Zuid. Hier is vanuit de doelen van Pact op Zuid een intensieve samenwerking met alle diensten rondom de ontwikkeling van de Zorgboulevard inclusief de nieuwbouw van het Maasstad Ziekenhuis. Daar waar de activiteiten gericht zijn op de economische ontwikkeling heeft het programma ER een actieve rol in het stimuleren en onder steunen van nieuwe initiatieven. Hiervoor wordt instrumentarium ingezet zoals acquisitie, ondersteuning in bedrijfshuisvesting, net werken, kennisdeling en communicatie over ‘Rotterdam als zorgstad’. Gestreefd wordt naar synergie-effecten tussen de thema’s, zodat dit de economische spin-off van de Rotterdamse gezondheidszorg maximaal benut en stimuleert.
diensten – programma’s – projecten – beleidskaders
gebieden/deelgemeenten – Hoboken – Lombardijen – Schieveen
bedrijven/ zorgaanbieders – netwerken – innovatie
Programma ER = Emergency Room De letters ER in de naam van het programma verwijzen naar het in de medische wereld en bij een breder publiek bekende begrip ‘ER’ (Emergency Room). Het programma streeft een ER-aanpak na met korte interventies gericht op het oplossen van knelpunten die ontstaan rondom de ambities. Kortom een echte Emergency Room voor de zorgeconomie. Het programmamanagement bestaat voor een belangrijk deel uit het monitoren van de ontwikkelingen in de stad, het vervullen van een gemeentelijke accountmanagersfunctie voor de zorgaanbieders en zorggerelateerde bedrijven en het zoeken naar samenwerking en dwarsverbanden tussen initiatieven. Daarnaast is een belangrijk onderdeel van de werkzaamheden het genereren van (derde) geld stromen voor de realisering van onderdelen uit het programma. Het programmateam heeft vooral een makelende en schakelende rol. Daar waar zij ziet dat de ontwikkeling in de markt en binnen diensten stokt, probeert zij actief en kort te interveniëren. Daar waar nieuwe ontwikkelingen nodig zijn die niet door de markt of diensten worden opgepakt, probeert programma ER de noodzakelijke samenwerking te bevorderen. Het is niet de bedoeling dat onder het programma veel projecten gaan starten. Het programmateam stimuleert juist dat diensten en (markt)partijen zelf projecten oppakken. Afgelopen jaren bleek dit niet altijd genoeg en vervulde het programmateam ER ook een rol in het opvullen van gaten op die tussen de gemeentelijke diensten vallen. Gezocht werd naar oplossingen voor tegenstrijdige belangen en doelen en trad het programmateam vooral heel vaak als intermediair op. Soms speelt de gemeente een goede rol als onaf hankelijke partij om ontwikkelingen te stimuleren, die niet primair onze verantwoordelijkheid zijn, maar wel belangrijk voor de Rotterdamse burgers. Deze aanpak vraagt om substantiële inzet van mankracht met voldoende expertise over de sector en het Rotterdamse speelveld.
‘Betere voorspelling van de diagnose leidt tot afname wachtlijsten.’ Wouter Sjoerdsma (elektrotechnisch ingenieur Luminostix B.V.)
‘Met onze vinding kunnen we de doorbloeding in lichaamsweefsels meten. We verzamelen informatie over de zuurstofverzadiging, gemiddelde vaatdiameter en hoeveelheid bloed in het weefsel. Zo kan bijvoorbeeld de tandarts al vaststellen of een ‘verdachte plek’ een uiting is van mondkanker. Bij het nemen van biopten om borstkanker te bepalen biedt ons instrument zekerheid dat men een biopt afneemt op de juiste plaats.’ Erasmus Medisch Centrum Incubator stimuleert ondernemerschap en jonge biomedische bedrijven. In zes jaar tijd ontvingen 29 bedrijven en initiatieven subsidie langs deze weg. Gezamenlijk bieden de Incubatorbedrijven 175 arbeidsplaatsen.
102
jaarplan 2010
103
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
doelen 2010
In dit hoofdstuk staan de doelstellingen en activiteiten beschreven waaraan in 2010 wordt gewerkt. De clustering van de doelenrondom de vier kernthema’s van het programma is soms arbitrair.Sommige doelen dragen bij aan meerdere kernthema’s. Ook kunnen niet alle doelen in 2010 worden behaald, sommige vragen een langere doorlooptijd.
– Het verkennen van de mogelijkheden om mee te doen aan een bestaand gemeentelijk imago-onderzoek dat aantoont hoe bekend zorgondernemers zijn met de vestigingsmogelijkheden in Rotterdam.
Centrale doelstelling van het programma
Kennisallianties en kennisvalorisatie Thema-doelstelling: In de regio Rijnmond wordt door de koppeling van kennis van kennisinstellingen aan het (regionale) bedrijfsleven een innovatiever ondernemingsklimaat gestimuleerd, dit resulteert in een toename van het aantal nieuwe zorgbedrijven en groei van bestaande bedrijven.
De Rotterdamse zorgeconomie is een gezonde economische sector met veel bedrijvigheid en werkgelegenheid. Het in 2009 uitgevoerde effectiviteitsonderzoek maakt duidelijk wat de geleverde inspanningen tot nu toe hebben opgeleverd en wat de nood zakelijke koers voor de komende jaren is. Het onderzoek laat zien wat geleerd kan worden van de behaalde resultaten, hoe ver het programma ER op weg is met het behalen van de gestelde doelen, wat goed gaat en wat verbetering behoeft. Belangrijkste aanbeveling is dat aan het imago van Rotterdam als innovatieve zorgstad nog niet voldoende aandacht is besteed. In 2009 heeft het programma ER een PR desk gestart, met als doel nog meer de pers te benaderen met goede initiatieven. Daarnaast is een overlegstructuur met alle communicatie en PR medewerkers van de zorginstellingen in de regio Rijnmond ingericht. Doelen in 2010 hiervoor zijn: – Het opstellen van een communicatieplan voor het vergroten van de bekendheid van Rotterdam als innovatieve zorgstad;
Doelen per kernthema
– Bijdrage van de gemeente van € 4.000.000,- aan het Erasmus MC Biomedical Fund BV ter stimulering van de kennisvalorisatie van zeven participaties tot 2011; – Ontwikkelen van een stimuleringsregeling in afstemming met het Erasmus MC voor Incubator bedrijven in de medische en zorgsector; – Samen met gemeente Leiden, Delft en Leids Universitair Medisch Centrum, Erasmus Medisch Centrum, Leiden Universiteit, Erasmus Universiteit Rotterdam, TU Delft en provincie Zuid Holland maken van een beleidsplan voor de ontwikkeling van de Medical Delta;
104
jaarplan 2010
105
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
– Het ondersteunen van de realisering van een Living Lab in Rotterdam als onderdeel van een project samen met de gemeente Leiden en Delft (Medical Delta), gesubsidieerd vanuit Pieken in de Delta en met € 50.000,- cofinanciering vanuit de gemeente Rotterdam; – Het ondersteunen van de realisering van NeCEN, een centrum voor nanotechnologie en Protonenkliniek, een behandelingcentrum voor kanker, in de Medical Delta; – Het ondersteunen van een Regions of Knowlegde subsidie aanvraag waarin de samenwerking met andere Europese clusters op het gebied van zorginnovatie kan worden stimuleert; – Het evalueren en bijstellen van het groeidocument dat gebruikt wordt in de ondernemersdesk voor gezondheidszorgeconomie als onderdeel van de ondernemersbalie, in samenwerking met de Kamer van Koophandel; – Uitvoering van de actiepunten uit het plan van aanpak voor het stimuleren van bedrijven die zich richten op e-health-voorzieningen binnen het Zorgportaal Rijnmond; – Stimuleren dat vooral rond de thema’s E-Health en E-Learning nieuwe kennisallianties ontstaan.
Arbeidsmarkt en scholing Thema-doelstelling: De opleiding van de Rotterdamse arbeidskrachten sluit beter aan bij de kwantitatieve en kwalitatieve vraag in de gezond heids- en welzijnssector.
– Uitvoering van het actieprogramma voor arbeidsmarktvraagstukken en randvoorwaarden voor werkenden in de zorg; samen met Medical Delta, Bureau Arbeidsmarktmeester, SoZaWe, DAAD, Calibris, en betrokken onderwijs- en opleidingscentra. – Een plan van aanpak voor instroom en doorstroom van MBO-niveau 2 werknemers in de zorgsector; in samenwerking met, Bureau Arbeids marktmeester, Zadkine en Calibris; – Het verspreiden van de arbeidsmarktbijsluiter onder leerlingen van Mbo en VMBO; – Stimuleren van de ontwikkeling van e-learning voor zorgprofessionals door de commerciële partijen;
– Stimuleren van de ontwikkeling van curricula voor allochtone nietuitkeringsgerechtigden in combinatie met een vervolgopleiding Nederlandse taal; – Stimuleren van de ontwikkeling van curricula voor nieuwe zorg opleidingen (zorg en ICT), passend bij de zorgvraag van de toekomst; – In samenwerking met JOS, SoZaWe en Medical Delta een actieplan opstellen voor de bovenkant van de zorg-arbeidsmarkt, met name gericht op gespecialiseerde verpleegkundigen (niveau 4 en hoger), Research & Development-medewerkers en hoogwaardige labora torium-medewerkers.
Gebiedsontwikkeling Thema-doelstelling: Door goede investerings- en vestigingsvoorwaarden kent Rotterdam meer en kwalitatief beter ondernemerschap in de zorg- en welzijnssector waardoor bepaalde gebieden verder worden ontwikkeld.
– Het verleiden van de markt om tot en met 2017 25.000 m2 gecondi tioneerde bedrijfsruimte te realiseren voor de medische en zorg economie; – De verschillende gebieden in de stad Rotterdam op het gebied van medische en zorgeconomie positioneren ten opzichte van elkaar (Hoboken, Hordijk/Lombardijen, Science Port Holland, Rotterdam Science Tower); – Opstellen en uitvoeren van een marketingplan op basis van die positionering van de verschillende gebieden; – Uitvoering van de pijler zorgeconomische spin-off van de bestuurs opdracht voor de Zorgboulevard (inclusief Maasstad Ziekenhuis, NS-station Lombardijen en bedrijventerrein Hordijk); – In samenwerking met de Coolhavenpartners (o.a. Erasmus MC en Hogeschool Rotterdam) propositie voor de ontwikkeling van het Science Cluster op Coolhaven uitwerken; – Een bijdrage leveren aan de acquisitie van pharma en laboratorium bedijven voor de Rotterdam Science Tower; – Een bijdrage leveren aan de acquisitie voor Science Port Holland;
106
jaarplan 2010
107
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
– Opstellen van een acquisitie- en marketingplan voor Medical Delta in overleg met de partners; – Samen met Zorgimpuls en de GGD de wijkscans opleveren voor de deelgemeenten Prins Alexander, Hillegersberg-Schiebroek, Kralingen-Crooswijk, Hoogvliet, Overschie, Charlois, IJsselmonde en Feijenoord en het stimuleren en regisseren van de benodigde activiteiten voor het oplossen van de knelpunten en het benutten van de kansen; – Oplossen van de grootste knelpunten - samen met OBR Vastgoed en Gebiedsontwikkeling – voor het op langere termijn realiseren van voldoende gebouwen voor de eerstelijns zorgsector en kleinschalige woonvoorzieningen; – Stimuleren dat de doelstelling van de bouw van 1500 specifieke ouderenwoningen in de gemeente Rotterdam - in de periode 20062009 - alsnog in 2010 wordt gerealiseerd; – Aanvullen van de Nota Werklocaties 2030, onderdeel Voorzieningen met zorglocaties; – Maken van een trendanalyse (voor de komende jaren) van de bedrijvigheid en de groei van de werkgelegenheid in de gezondheids zorgsector.
Zelfredzaamheid van burgers Thema-doelstelling: De basisvoorzieningen in de zorg zijn in Rotterdam beter afgestemd op de veranderende maatschappelijke vraag om meer zelfstandigheid en meer mogelijkheden tot sturing, keuze en zelfredzaamheid.
– Vervullen van de opdrachtgeversrol en sturing geven aan de ontwik keling van het Zorgportaal Rijnmond; – Ondersteuning geven aan de uitvoering van het plan van aanpak ‘Aanjagen zorg- en e-health economie’ in het kader van de aanpak van de kredietcrisis;
– Het vormen van een netwerk van bedrijven dat zich richt op innovaties in de zorg, in het bijzonder in de caresector als onderdeel van de ontwikkeling van een Living Lab (bijvoorbeeld domotica, inzet van sensoren en overige telematica oplossingen in combinatie met de woonsituatie); – Op basis van het plan van aanpak Woonservicegebieden van SoZaWe: het stimuleren van een innovatief zorg- en welzijnsaanbod door ondernemers, dit om het langer thuis blijven wonen voor zorgbehoeftige burgers mogelijk te kunnen maken.
‘Béter voor de patiënt, goed voor het ziekenhuis.’ Sjoerd Klaver (uroloog Maasstad Ziekenhuis)
‘Dankzij de Da Vinci robot kunnen we met nog meer precisie opereren dan voorheen. Een prostaattumor verwijderen, bijvoorbeeld, zónder zenuwen te raken. Zo kunnen we de kans op impotentie bij de patiënt verminderen. Beginnende niertumoren kunnen we met behoud van de nier wegsnijden. In 2009 kochten we de robot aan voor het Maasstadziekenhuis. Inmiddels hebben we al er al 200 ingrepen mee uitgevoerd.’ Het Maasstadziekenhuis maakt deel uit van de Zorgboulevard Rotterdam. Naast goede oplossingen voor gezondheidsvraagstukken spelen strategische economische keuzes meer en meer een rol in de toekomst van de medische en zorgsector.
110
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg
Jaarverslag 2009 en jaarplan 2010 programma ER in één brochure Deze uitgave van het programma Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg – kortweg programma ER – bestaat uit twee delen. Deel 1 is het Jaarverslag 2009 met de belangrijkste ontwikkelingen en resultaten van 2009. Deel 2 is het Jaarplan 2010 met daarin de doelen voor 2010 en een aantal belangrijke activiteiten om deze doelen te behalen.
Contact Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam sector Economie Postbus 6575 3002 AN Rotterdam 010 205 28 85
[email protected] www.rotterdam.nl/ontwikkelingsbedrijfrotterdam
Colofon uitgave Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam, januari 2010 redactie programmateam ER, Associé adviseurs in communicatie ontwerp studio Lonne Wennekendonk fotografie Sanne Donders drukwerk Thieme Media Center Rotterdam oplage 1000 exemplaren Bij de keuze van het beeldmateriaal is zoveel mogelijk getracht de daarop rustende auteursrechten te honoreren of te ontzien. Wie meent auteursrechtelijke aanspraken te kunnen maken wordt verzocht contact op te nemen. © 2010 Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam, niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam.
111
112
Economische ontwikkeling Rotterdamse gezondheidszorg