de Vliegende Hollander Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht 64e jaargang - nummer 7 - juli / augustus 2008
ZONNIGE OPEN DAGEN Draaiboek organisatie werkt prima MEDAILLES ONDERSCHEIDEN Waardering voor het eremetaal
INITIËLE OPLEIDINGEN VERENIGD IN AMO
COLOFON UITGAVE Commando Luchtstrijdkrachten, Bureau Luchtmachtcommunicatie HOOFDREDACTIE Luitenant-kolonel Hans Breemans EINDREDACTIE Luc Haen REDACTIE Arno Marchand, June Smit VORMGEVING EN LITHOGRAFIE Ruud Baas, TDS printmaildata DRUK en OPLAGE OBT bv, Den Haag - 29.000 ex. REDACTIESECRETARIAAT Telefoon 076-544 71 30 Fax 076-544 71 31
Foto: Arno Marchand
INTERNET www.luchtmacht.nl E-MAIL
[email protected] BEZOEKADRES Luchtmachttoren, Luchtmachtplein 1, 4822 ZB Breda POSTADRES Postbus 8762, 4820 BB Breda COVERFOTO Jolanda Dam-Bloothoofd, AVDD
‘Hier hebben we echt een NAVO-opleiding voor jachtvliegers.’
15
ADRESWIJZIGINGEN Actief dienende militairen, reservisten en burgermedewerkers van de Koninklijke Luchtmacht wordt verzocht de adreswijziging te laten muteren in PeopleSoft. Postactieven, reservisten, veteranen, betalende abonnees en alle overige lezers wordt verzocht de adresdrager met vermelding van het juiste adres op te sturen naar het retouradres: Staf Commando Luchtstrijdkrachten CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven Abonnementenadministratie Vliegende Hollander Postbus 8762, 4820 BB Breda Telefoon 076-544 7133 of 544 7136
26
BOT-militairen en burgermedewerkers die hun contract met Defensie voortijdig beëindigen en BBT-militairen die de dienst verlaten, hebben geen recht op een gratis abonnement horend bij de status van postactieve. Een abonnement op de Vliegende Hollander kost €17,02 per jaar (buitenland €21,55) en kan worden aangevraagd bij: Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Telefoon: 0900-22 65 263 (10 ct per min.) Fax: 0251-31 04 05 www.aboland.nl Opzegtermijn bedraagt zes weken.
Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, AVDD
32
Aanhaling uit en overname van (delen van) artikelen in dit blad is toegestaan, met toestemming van de redactie en mits de bron wordt vermeld. ISSN 0024-0389
DE VLIEGENDE HOLLANDER
2
Xxxx Foto: Ralph Vermeltfoort
‘Het is allemaal super gelopen.’
4
4
Ontspannen Open Dagen Geen echt grote namen op de Open Dagen dit jaar, maar wel enkele primeurs. Samen met het mooie weer zorgde dat voor twee geslaagde dagen op Vliegbasis Leeuwarden, die dit jaar 165.000 bezoekers ‘over de vloer’ kreeg.
8
NAVO-tentamen voor GGW In het Deense Oksbøl mocht de Groep Geleide Wapens laten zien, waar het zelfstandig toe in staat is. Een groep NATO evaluators bepaalde vervolgens of de Nederlandse GGW mission capable is voor de NATO Response Force.
12
Vliegen in grote leegte Sheppard Air Force Base is de thuisbasis van de NAVO-opleiding voor jachtvliegers. Hier maken aspirant jachtvliegers via verschillende straaltrainers de volgende stap richting de F-16.
15
Springplank voor jachtvliegers Voor zowel ervaren als aspirant F-16 vliegers heeft Springfield Air National Guard Base alle trainingsfaciliteiten. Ideale locatie dus voor het Nederlandse 306 Squadron, dat hier het opleiden, omscholen of herkwalificeren van F-16 vliegers verzorgt.
18
Onderscheidend eremetaal Sommige militairen komen na een uitzending thuis met vier medailles. Maar wanneer verdien je een onderscheiding? Ben Luiten van Sectie Onderscheidingen geeft tekst en uitleg over de waardering van het eremetaal.
26
Samengevoegd in AMO Vanaf augustus volgen aspirant soldaten, korporaals en sergeanten dezelfde militaire basisopleiding: Algemeen Militaire Opleiding (AMO). Dat betekent drie niveaus in één klas.
30
40 jaar MLM In de afgelopen veertig jaar is er veel gebeurd in het Militaire Luchtvaart Museum, dat over een aantal jaar op zal gaan in een nog op te richten Defensiemuseum.
32
Oorlog als praktijkstage De praktijk blijft de beste leerschool. Dat ondervond militair arts Ralph Vermeltfoort tijdens zijn stage in een Amerikaans militair ziekenhuis, waar hij veel leerde van de Amerikaanse aanpak bij onder andere schot- en steekwonden.
35
Base X operationeel De luchtmacht heeft er sinds kort een gloednieuw operationeel veld bij: Base X. Op deze virtuele vliegbasis kunnen geïnteresseerden kennis maken met het werken bij de Koninklijke Luchtmacht.
Foto: Arno Marchand
‘De analytici en de doeners moeten elkaar weten te vinden.’
Vaste rubrieken 10 In den vreemde Majoor Maaike Scholtens probeert als Hoofd Sectie Arbeidsmarktcommunicatie mensen te enthousiasmeren voor een baan bij de Koninklijke Luchtmacht. Geen makkelijke taak gezien de krappe Nederlandse arbeidsmarkt.
‘Voor de KLu is medevac heel belangrijk.’
24 Vervlogen tijden In de jaren zestig en zeventig vormt de F-104 Starfighter het standaard jachtvliegtuig in Europa. Luitenant-kolonel bd Eduard Wiener deelt zijn vliegervaringen met deze ‘bemande raket’. 36 Journaal 42 Mensen & Mutaties
3
DE VLIEGENDE HOLLANDER
EVENEMENT
Ondanks afzeggingen en kwartfinale EK, zeer geslaagd publieksevenement
Fries vliegfeest tijdens Open Dagen Tekst: June Smit en Arno Marchand
Grote vuurballen tijdens de airfield attack. Voor het eerst gebruikten transporthelikopters flares tijdens de gesimuleerde aanvallen op de Vliegbasis Leeuwarden. Foto: Ingrid van der Henne, AVDD
DE VLIEGENDE HOLLANDER
4
EVENEMENT
Zowel de mock-up van de F-35A, als de KLu-luchtballon en natuurlijk de vliegshow mochten zich op grote belangstelling verheugen. Foto: Eric Vorstenbosch, AVDD
Van tevoren had de organisatie best moeite om de vlieg- en staticshow voor de Open Dagen van de Koninklijke Luchtmacht sluitend te krijgen. Dat wordt niet makkelijker als daar op het laatste moment nog afzeggingen bijkomen. Gelukkig wist de organisatie er toch weer een spetterend geheel van te maken. Mét een aantal toestellen en demonstraties die eerder nog niet in Nederland te zien waren. Zo’n 55.000 bezoekers op vrijdag en – ondanks de kwartfinale van het Nederlands elftal – 110.000 op zaterdag, zagen een vliegshow met een aantal unieke optredens. Zo was het Poolse Iskra Team nog nooit in Nederland te zien, vloog een Britse EH-101 Merlin voor het eerst een demonstratie, en maakte de KDC-10 van de KLu een primeur door een bijna touch-and-go te maken, gevolgd door een spectaculaire maximum performance climb out. Tijdens de airfield attack en aansluitende air power demonstration, hadden de Chinook en Cougars een verrassing in petto door flares af te schieten. ‘En waar zie je nou een heritage flight met een F-16 van het KLu Solo Display Team, Hunter en Mitchell’, Behalve in Amerika en soms in Groot-Brittannië, is op niet veel vliegshows een unieke Heritage Flight als deze te bewonderen met een B-25 Mitchell, Hawker Hunter en F16. zegt Hoofd Bureau Air Display Ed de Bruijn, die tevreden Foto: Ingrid van der Henne, AVDD terugkijkt. ‘Het is allemaal super gelopen. Helaas hadden we ook wat afzeggingen zoals de Atlantic, DC-2 en Catalina en vanwege het weer in Engeland twee kisten van de Battle of Brittain Memorial Flight. Gelukkig is de Lancaster nog wel geweest op de vrijdag. Verder hadden we het rond om ook die dag een oranje Phantom als verrassing uit Neuburg te laten voorvliegen, maar het toestel ging kapot. We zijn de afgelopen jaren natuurlijk wat verwend met diverse demoteams, maar toch hadden we een mooi programma.’ Calamiteitenwater Door het grote aantal vliegbewegingen, moest achter de schermen in doemscenario’s worden gedacht. Want wat als er op een groot evenement als de Open Dagen iets fout gaat? Om hierop optimaal te zijn voorbereid, wordt voor het tweede jaar gewerkt met het Draaiboek Veiligheid Open Dagen, waarin de samenwerking tussen civiele en militaire hulpdiensten is versterkt. ‘In 2006 was er veelvuldig sprake van aanslagen’, vertelt majoor Ron Goossens, Voorzitter Werkgroep Calamiteiten en liaison COPI. ’En met de komst van de Blue Angels (Amerikaans demoteam, red.) en veel publiek moesten wij extra serieus gaan nadenken over zaken als aanslagen, paniek in menigten en hoe om te gaan met veel bezoekers. Daarom heb-
5
DE VLIEGENDE HOLLANDER
EVENEMENT
Ook voor de brandweer is het rustig. ‘Als er echt iets gebeurt, dan gaan we er uiteraard voor’, zegt Johan Thomasson, hoofd brandweer. Foto: Ingrid van der Henne, AVDD
ben wij alle mogelijke bedreigingen bij grote evenementen opnieuw op een rijtje gezet. Niet alleen wat we doen als er een vliegtuig neerstort, maar ook hoe we crowdmanagement en crowdcontrol uitvoeren.’ ‘Dat laatste heeft alles te maken met hoe het publiek reageert bij een calamiteit, zowel bij een crash, noodweer als het wachten op de bus’, zegt majoor Jan Kock, hoofd Bureau Open Dagen. Goossens vervolgt: ‘In 2006 hadden we bijvoorbeeld een overladen programma waarbij de Blue Angels aan het einde van de dag te zien waren. Zo’n 150.000 man wilde daarna in één keer naar de uitgangen. Dat past dus niet. Een heel belangrijk aspect van crowdmanagement op zo’n moment is bijvoorbeeld dat de bussen blijven rijden. Maar het belangrijkste is dat je iedereen die wacht water geeft. Dat noemen we calamiteitenwater.’ Calamiteitenroute Als alles volgens plan verloopt, vallen de Open Dagen onder het commando van de luchtmacht. Mocht er echter een groter incident plaatsvinden, dan nemen de civiele hulpdiensten de leiding over. Dit gebeurt vanuit de Commandopost Plaats Incident (COPI), die zich naast de CCP op de vliegbasis bevindt. Deze ingewikkelde constructie van civiel-militaire samenwerking vereist een uitgebreid draaiboek waarin de calamiteitenroutes zijn beschreven. Dit kwam
DE VLIEGENDE HOLLANDER
6
Daar waar de Open Dagen de afgelopen jaren meerdere grote Europese formatieteams te zien waren, was er dit jaar alleen Frecce Tricolori. Daarnaast waren er kleinere teams als het Iskra Team van de Poolse luchtmacht, de Royal Jordanian Falcons en een duo Folland Gnats uit Groot-Brittannië. Foto: Arno Marchand
twee jaar geleden na veel overleg tot stand door de Stuurgroep Open Dagen, waarin leidinggevenden zaten uit de medische hoek, politie, KMar, brandweer, gemeente en natuurlijk Defensie. Het vuistdikke draaiboek ligt op de Open Dagen binnen handbereik van hulpdiensten, die zich in en rond de CCP op het veld bevinden. Gedoe Na twee dagen blijft het draaiboek echter vrijwel onaangeroerd en zijn de incidenten op één hand te tellen. ‘We hebben iemand met
Zolang er geen grotere incidenten zijn op de Open Dagen, is de centrale commandopost (ccp) van de luchtmacht in charge. Foto: René Ketting, AVDD
EVENEMENT
Facts and figures Op de Open Dagen zijn 3.500 tot 4.000 medewerkers actief, inclusief hulpdiensten, verdeeld over dertien werkgroepen (van financiën, personeel, voorlichting tot calamiteiten). Voor calamiteiten staan zeshonderd man paraat, ruim 550 bewakers (waarvan 300 van de CLAS), vijf E-One crashtenders, en twee extra spuitwagens van Harlingen en Dokkum. Op het veld is ruimte voor 20.000 fietsen, en 120 invalidenparkeerplaatsen. Daarnaast zijn er 25.000 parkeerplaatsen ingericht bij het WTC Terrein Oude Friesland, recreatieplas Kleine Wielen, een industrieterrein aan de noordkant van de vliegbasis, en op afgezette gedeeltes van de N2355 en A31/N31.
Twee AB.412’s van het 303 SAR-Squadron van Leeuwarden gaven een mooie demonstratie. Een van de crewleden is er zelfs ondersteboven van… Foto: Gostar den Daas
Oud-luchtmachter Klaas op ’t Land nam zijn zoons Jesse (voorgrond) en Noël (had een 9+ voor zijn spreekbeurt over de KLu) mee naar de Open Dagen, waarvoor ze al dagen zenuwachtig waren. Foto: Arno Marchand
een gebroken arm en een persoon met hartritmestoornissen preventief naar het ziekenhuis vervoerd’, vertelt Kock. ‘Verder had de Hunter een birdhit en kreeg de F-18 zijn landingsgestel niet geheel ingetrokken. Ook hebben we uit voorzorg calamiteitenwater bij de uitgangen neergezet, door de drukkende hitte, maar dat was het wel. Het is super gegaan. Niets is fijner als je alles goed hebt voorbereid en het valt toch mee.’ ‘De voorbereidingen zijn ook niet overdreven’, zegt Goossens. ‘Als het misgaat, komt namelijk mr. Pieter van Vollenhoven (voorzitter van de Onderzoeksraad voor Vliegveiligheid, red.) hierheen en dan krijgen we heel veel gedoe. We hebben hier als gastheer wel de verantwoordelijkheid over de veiligheid van al die mensen.’ •
Langs verschillende wegen waren parkeermogelijkheden voor de bezoekers gecreëerd, waarvandaan ze met speciaal ingezette Connexionbussen naar het terrein werden gebracht. Foto: Eric Vorstenbosch, AVDD
7
DE VLIEGENDE HOLLANDER
OEFENING
Groep Geleide Wapens toont slagkracht aan NAVO
Voor de Groep Geleide Wapens stond de afgelopen periode in het
Klaar voor het echte werk
kader van de Capeval (capability evaluation). Met deze terugkerende evaluatie beoordeelt de NAVO of de eenheid binnen afzienbare tijd kan worden ingezet voor de NATO Response Force.
Tekst & foto´s: André Bongers
DE VLIEGENDE HOLLANDER
8
OEFENING
Verscholen tussen het hoge gras en gewapend met verrekijker en Diemaco houden twee militairen een PATRIOT-launcher in de gaten. Het draaiboek van het evaluatieteam beschrijft dat de launcher defect is. Na enige tijd komt het signaal dat een reload gaat plaatsvinden. Tijdens de briefing voor de reload staan, naast het team van lanceerders, ook enkele evaluators aandachtig te luisteren. Nadat de instructies zijn ontvangen snelt het team, met in hun kielzog een groep evaluators, naar de launcher. Met gezette precisie vinden de handelingen plaats, waarbij de evaluators het tafereel nauwgezet volgen. Binnen een uur liggen de nieuwe missiles op de launcher en is deze weer gereed om het luchtruim vrij te houden van vijandelijke activiteiten. Niet lang hierna gaat het alarm van een van de evaluators. Dit event is binnen de tijd behaald. Oefening baart kunst Dit was één van de vele events die aan bod kwamen tijdens de Capeval die de Groep Geleide Wapens onderging in het Deense Oksbøl. Twee en een halve dag lang werd de Taskforce GGW, bestaande uit driehonderd militairen, nauwkeurig beoordeeld door een team van ruim honderd internationale NATO evaluators. De Capeval volgt na een periode van intensief oefenen die medio 2007 begon. De oefenlocatie in Denemarken is niet zomaar gekozen. Alle procedures en handelingen die bij een daadwerkelijke uitzending komen kijken worden tijdens deze “out-of-area” oefening beoefend. Voor de expertise en getraindheid van het personeel vormt dit de ideale situatie. Zo veranderde enkele dagen voor aanvang van de oefening de route richting het oefengebied. Bij het oplossen van deze veranderingen komen dynamiek en flexibiliteit om de hoek kijken. Slagkracht De eenheid die wordt geëvalueerd bestaat, naast een commando en logistiek element, uit twee PATRIOT-batteries. Elke battery heeft de beschikking over zes launchers waarvan een tweetal nieuwe PAC-3 launchers. Hiermee is de Groep Geleide Wapens de eerste eenheid die met deze modificatie wordt geëvalueerd. In tegenstelling tot de vier raketten op de “standaard” PAC-2
launcher kan een PAC-3 launcher tot wel zestien raketten bevatten, wat de slagkracht aanzienlijk vergroot. De nieuwe raket kan niet alleen sneller en verder vliegen, maar is ook nog beter in staat om ballistische raketten uit te schakelen. Air attack Niet alleen het verdedigen van het luchtruim wordt tijdens de Capeval beoordeeld. Ook andere aspecten passeren de revue. Als plots een alarmsignaal klinkt, doemen twee F-16’s uit het niets op. Ze simuleren een air attack. Niet lang daarna liggen op diverse locaties militairen die van de evaluators de rol van gewonden of gesneuvelden moeten vervullen. Terwijl een deel van de “overlevenden” zich naar een alternatieve commandopost begeeft, beginnen anderen aan het verlenen van de nodige Zelfhulp Kameradenhulp. Een groep van internationale evaluators volgt de handeling van dichtbij. Bij eventuele onduidelijkheden schroomt het team niet om de militair ter plaatse aan de tand te voelen over zijn optreden. Core business Anders dan de Opeval (operational evaluation) waaraan de GGW in 2006 deelnam, ligt de nadruk bij een Capeval alleen op die elementen die de eenheid zelf kan bieden. Hierbij staat het bieden van hoogwaardige luchtverdediging natuurlijk voorop. Onderdelen waarbij de eenheid in grote mate afhankelijk is van andere eenheden, zoals Force Protection en Explosieven Opruimingsdienst, worden beperkt geëvalueerd. Het team van evaluators is samengesteld uit specialisten van de diverse vakgebieden. Zo evalueren de Duitsers, die zelf ook over het PATRIOT-systeem beschikken, voornamelijk aspecten die met het systeem te maken hebben. Andere nationaliteiten die de PATRIOT niet in de inventaris hebben, leggen het accent bij de evaluatie op zaken als ZHKH en de Individual Common Core Skills. Na afloop van deze Capeval kan iedereen gelukkig concluderen dat alle inspanningen niet voor niets zijn geweest. Het eindoordeel van het evaluatieteam luidde dan ook dat de eenheid “mission capable” is. Een resultaat waarmee de GGW haar waarde weer bewijst. •
9
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Naam: Rang: Functie: Leeftijd: Locatie:
Maaike Scholtens majoor Hoofd Sectie Arbeidsmarktcommunicatie 29 jaar Marinekazerne Amsterdam
Enthousiast maken voor luchtmacht t Tekst: June Smit | Foto´s: Leon Meijer
Niet iedere luchtmachter werkt op een vliegbasis of een stafgebouw in Nederland. Majoor Maaike Scholtens probeert sinds november vorig jaar mensen door middel van campagnes en commercials te interesseren voor de luchtmacht. Geen gemakkelijke taak als de banen voor het oprapen liggen. ‘Ik was niet echt op zoek naar een andere baan toen mijn oog viel op de advertentie waarin ze een campagnemanager zochten voor de personeelswerving binnen de luchtmacht. Op dat moment had ik het nog steeds erg naar mijn zin op de commerciële afdeling van de Telegraaf. Toch sprak de luchtmacht tot mijn verbeelding, het leek me een bedrijf waarin veel gebeurt. Bovendien wist ik dat werving van nieuw personeel lastig is, dus dat leek me een uitdaging g g en dat bleek ook zo.’
In haar kantoor op de Marinekazerne in Amsterdam redigeert Scholtens een advertentie voor in de krant.
In de molen ‘Arbeidsmarktcommunicatie (AMC) maakt onderdeel uit van het wervingsproces. Het valt onder de Afdeling Personeel Voorziening (APV) en is bedoeld om mensen enthousiast te maken voor het werken bij de luchtmacht. Als iemand getriggerd is, komt diegene bij mijn collega’s van de Sectie Werving terecht, waar hij of zij voorgelicht wordt. Als je dan nog steeds graag bij de KLu wilt werken, beland je bij de Sectie Aanstelling, die zorgen dat mensen in het keuringstraject terechtkomen. Iedere
Vliegende Hollander 0010 +++
potentiële luchtmachter gaat hier in de molen. Alleen luchtvarenden, verkeers- en gevechtsleiders gaan naar het Centrum voor Mens en Luchtvaart in Soesterberg. In totaal bestaat APV KLu uit zo’n veertig personen.’
Virtuele vliegbasis ‘De hoofdtaak van de sectie AMC is om mensen attent te maken op banen binnen de luchtmacht. Wij maken ‘het geluid’ en hopen dat ze daardoor naar de website www.werkenbijdeluchtmacht.nl gaan, waar allerlei informatie staat over banen bij de luchtmacht. Die site is overigens sinds 1 juli uitgebreid met een heel dynamische gedeelte in de vorm van een virtuele vliegbasis genaamd ‘Base-X’. Hierbij kun je bijvoorbeeld iinzoomen op de toren of op een hangaar, waarin je kunt rrondkijken en games kunt doen. De F-16 in de hangaar kkun je vervolgens 360 graden ronddraaien. Ook kun jje op bepaalde beroepen klikken, zodat je daar meer iinformatie over krijgt. De site is 3D en ziet het er heel natuurgetrouw uit, echt heel cool. En door er elke keer n wat nieuws op te zetten, blijft deze in beweging. w De nieuwe website sluit aan bij het nieuwe concept D ‘‘beleven’, dat we sinds kort hanteren. Uit onderzoek blijkt namelijk dat jongeren alles zelf willen beleven. Dat nieuwe n concept gebruiken we ook bij onze nieuwste campagnes. c We W proberen natuurlijk altijd zoveel mogelijk met de doelgroep mee te gaan. Voor jongeren maken we veel gebruik van het internet. Daarnaast zetten we televisie in om bijvoorbeeld ouders en grootouders te laten zien dat de KLu een aantrekkelijke werkgever is. Als we reservisten zoeken, maken we voor de communicatie onder andere gebruik van radiozenders gericht op luisteraars in de leeftijd van 30 tot 45 jaar.’ Golfbeweging ‘Op dit moment zit de economie niet erg mee voor werving. De arbeidsmarkt trekt aan, waardoor er ook veel aantrekkelijke banen buiten de deur zijn. Dat maakt de werving op
IN DEN VREEMDE
het moment niet gemakkelijk. Maar het is een soort golfbeweging. De ene periode is het lastig mensen binnen te halen en de andere keer gaat het wel gemakkelijk. Om zoveel mogelijk mensen te werven, proberen we op zo creatief mogelijke manieren aandacht te generen. Hoe we dat doen, verschilt per doelgroep. Als ik bijvoorbeeld een jurist probeer binnen te halen, hoef ik minder snel aan te komen met het gegeven dat je een gratis opleiding krijgt of salaris tijdens de opleiding. Daar maak je een potentiële vlieger vaak juist wel heel blij mee.’
Verveling ‘Het wervingsproces is voortdurend in beweging. Als je praat over campagnes, treedt er op een gegeven moment ‘wear out’ op. Dit betekent dat het publiek de oude campagne zo o vaak heeft gezien, dat ‘verveling’ optreedt. Hierrdoor verslapt de aandacht voor de boodschap en is het tijd voor een nieuwe campagne met een andere doelstelling. In het geval van onze nieuwe campagne is dat meer het gevoel van ‘beleving’ meegeven in plaats van de ‘harde sellingpoints’, lli i ’ zoals l een gratis opleiding en salaris tijdens je opleiding, wat bij de oude het geval was. Het reclamebureau gaat vervolgens aan de slag en komt met een e creatief voorstel. Hoofd APV overste H Jan J Brouwer, Hoofd LuchtmachtvoorlichL ting overste Frank van t Wieren en ik gaan hier W dan d wel of niet mee akkoord, waarna de a CLSK zijn fiat geeft. C Vervolgens huurt het V reclamebureau een r producent in en werkt p het h voorstel verder uit. u TV-commercials zijn z slechts een ‘onderdeel’ van de ‘ totale campagne. We t proberen het concept ‘beleving’ ook terug te laten komen in de andere media-uitingen, zoals de nieuwe Of een campagne geslaagd l d iis, blijkt uit it hhett aantal t l website waar van aanmeldingen. Volgens Scholtens is dat een van de alles te zien, te doen drijvende factoren van haar baan. en te beleven is.’ Marktgaten ‘Bij APV werken we met een aanstellingsopdracht die we voor het nieuwe wervingsseizoen krijgen. Dit is een soort doelstelling, waar we vervolgens met het hele team naartoe werken. In de opdracht staat bijvoorbeeld dat we achthonderd á negenhonderd nieuwe werknemers moeten werven. Elke maand laat onze accountmanager weten hoeveel procent we van onze target hebben gehaald. Als blijkt dat de brandweer snel vol loopt, maar de aanmeldingen
S Samen mett hhaar collega’s ll ’ van APV bbespreekt kt S Scholtens h lt dde visuals i l voor dde nieuwe i website Base X.
van de vliegers niet, dan bedenken we vanuit werving en arbeidsmarktcommunicatie hoe we alsnog daaraan kunnen voldoen. Hiervoor zitten we iedere donderdag met de hoofden van APV (arbeidsmarktcommunicatie, werving en aanstelling) bij elkaar om te kijken waar we kunnen inspringen in gaten op de markt.’
Frustrerend ‘De aanstellingsopdrachten verschillen qua omvang niet veel per jaar, want er is maar een beperkt aantal opleidingsplekken. Als alle vacatures voor een bepaalde functie gevuld zijn, sluiten ook op internet de vacatures. We proberen nog wel vaak een andere functie voor een geïnteresseerd iemand te vinden. De doelstelling is natuurlijk om elk jaar de volledige aanstellingsopdracht te behalen. In de praktijk krijgen we de laatste jaren sommige functies niet helemaal gevuld. Dat is soms frustrerend, want je stopt er zoveel tijd en energie in. Uiteindelijk kun je er ook veel van leren, daarom kijken we elke keer weer waarom iets niet heeft gewerkt. Lag het aan de arbeidsmarkt, aan de communicatie of was het opkomstmoment verkeerd?’ Meetbaar ‘Desondanks is dit werk vooral leuk, omdat het zo meetbaar is. Als je een campagne hebt gevoerd, kun je heel snel zien of het gewerkt heeft door het stijgen van het aantal aanmeldingen. De opnamen van tv-commercials zijn daarnaast heel gaaf, omdat je het resultaat op televisie ziet. Ook vind ik het erg leuk om met zoveel projecten tegelijkertijd bezig te zijn. Deze lopen uiteen van het opzetten van een nieuwe website en het opnemen van nieuwe commercials tot het laten ontwikkelen van een advertentie, het optimaliseren van de wervingsprocessen en natuurlijk veel overleg en contact met het reclamebureau. Daardoor moet je continu spelen met de aanstellingsopdracht, de doelgroepen en de in te zetten communicatiemiddelen. Een hele uitdaging.’ •
Vliegende Hollander 0011 +++ Verre van modern en derhalve niet met Link16 uitgerust, maar wel degelijk gewaardeerde participanten, zijn de F-4F Phantoms van de Luftwaffe. Foto: Arno Marchand
IN DEN VREEMDE
TRAINING
Vervanging T-37 ‘Tweet’ door T-6 ‘Texan’ luidt op Sheppard nieuw trainingsschema in
Leren vliegen boven ’a whole lot of nothing’
Vanaf de opzet van de Euro NATO Joint Jet Pilot Training (ENJJPT) op Sheppard Air Force Base, maakt deze vliegopleiding gebruik van de uiterst gemoedelijk overkomende T-37A. Door het hoge fluitende geluid dat deze lichte straaltrainer produceert, krijgt het al snel de bijnaam ‘Tweet’. Maar met de komst van de vervanger, de T-6A Texan II, is het einde van dit type
De dagen van de T-37A bij het 89 FTS zijn geteld. Op alle andere bases van het AETC zijn ze al vervangen door de T-6A. Sheppard bevindt zich nu in de overgangsfase.
– en daarmee het kenmerkende geluid – na drie decennia in zicht. Tekst: Arno Marchand Foto’s: Peter Bijpost, AVDD
Operaties vinden op Sheppard plaats van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Hier maken een student en instructeur zich om 06.30 uur klaar voor een vlucht in een T-38C. Foto: Arno Marchand
DE VLIEGENDE HOLLANDER
12
TRAINING
De ENJJPT (spreek uit als endjept) van de 80th Flying Training Wing (FTW) is met ruim tweehonderd trainingsvliegtuigen en twaalfhonderd man personeel, ‘slechts’ te gast op Sheppard Air Force Base. Hoofdbewoner is de 82nd Training Wing dat alle grondopleidingen voor de USAF verzorgt en jaarlijks zo’n vijftienduizend sleutelaars aflevert. Op ieder moment zijn er minimaal vijfduizend studenten aanwezig, die les krijgen op een van de vele F-15’s, F-16’s, C-130’s of zelfs een B-52 en B-1 zware bommenwerper. Al deze lestoestellen hebben hun operationele loopbaan achter de rug en zullen nooit meer vliegen. NAVO-opleiding Hoe anders is het op de operationele flightline van de 80th FTW, waar zo’n tweehonderd Tweets, T-38 Talons en Texans elkaar van zonsopkomst tot soms ver na zonsondergang haast lijken te verdringen om bij een van de drie startbanen te komen. Maar Sheppard is een goed geoliede machine, waarbij de langzame kisten – de T-37 en T-6 – de achterste baan gebruiken, en de Talons de eerste twee. Samen zorgen ze voor zo’n duizend vliegbewegingen per dag. Senior National Representative (SNR) en commandant van het Netherlands Training Detachement Sheppard luitenant-
Volgens SNR Van Galen is de NAVO-band die op Sheppard wordt opgebouwd, een belangrijk gegeven tijdens de verdere carrière van de vliegers, bijvoorbeeld bij operaties als in Afghanistan. Foto: Arno Marchand
kolonel Willem van Gaalen is aan het beeld gewend maar kijkt er toch met trots naar. ‘Mooi bedrijf hè’, zegt hij. ‘Ik denk wel dat het klopt dat dit “the world’s premier combat pilot training” is. Het blijkt en blijft zó moeilijk om binnen de NAVO de handen op elkaar te krijgen voor een gezamenlijke training in Europa. Hier hebben we écht een NAVO-opleiding. Ook al neemt de USAF het grootste deel van de opleiding en de kosten voor zijn rekening, het is de Steering Committee – waarvan tot voor kort commodore Peer Berlijn de voorzitter was – die bepaalt wat er gebeurt. Het onderhouden van de transatlantische brug is hier een belangrijk gedachtegoed.’ Gras en koeien Van de tweehonderdvijftig cadetten die op Sheppard jaarlijks hun wings halen, komt dan ook dertig procent uit Europa. Momenteel zijn hier veertien studenten van de KLu die de zogenoemde Undergraduate Pilot Training (UPT) volgen. Vijf zitten er in de Basic Training-fase op de T-37, evenzoveel vliegen in de Advanced Training-fase op de T-38. Daarnaast volgen vier studenten de Introduction to Fighter Fundamentals. ‘In deze IFF leren vliegers die klaar zijn met de Advanced Training, op de T-38 de basisbeginselen van het luchtgevecht,’ zegt majoor Robert van den Heuvel. ‘In vier trips krijgen ze Offensive Basic Fighter Manoeuvres, gevolgde door vier trips Defensive, en tenslotte nog twee missies High Aspect Manoeuvres. Daarbij kruisen twee toestellen elkaar en moeten vliegers vanuit die neutrale positie luchtoverwicht proberen te behalen. Het is niet meer dan de basis waarbij alles erop is gericht om een wingman te zijn, zodat de leader niet hoeft op te letten waar de ander is, en ze niet tegen elkaar kunnen botsen.’ Gebruiken Om dit te kunnen trainen zijn er op Sheppard natuurlijk Instructor Pilots of IP’s nodig. Ook die opleiding vindt hier plaats. Een instructeur wordt opgeleid op één type. Tussendoor overstappen op een ander type is te kostbaar. Van Gaalen: ‘Het is niet zo dat je bij de omscholing van ervaren vliegers bepaalde gebruiken “er moet uitrammen’. Het is meer dat je zorgt voor één standaard, zodat het voor cadetten niet uitmaakt wie er achterin – of naast hen – meevliegt.’ Voor al die opleidingsfases zijn er rondom Sheppard en de aangrenzende stad Wichita Falls verschillende oefengebieden beschikbaar. Van Gaalen: ‘Hier, op de grens van Texas en Oklahoma – Texoma genoemd – hebben we enorm veel ruimte. Er groeit alleen gras en er staan koeien, zogezegd a whole lot of nothing.’
13
DE VLIEGENDE HOLLANDER
TRAINING
De top De ENJJPT bevindt zich momenteel in een veranderingsproces. ‘Door de invoering van de nieuwe – vijfde – generatie gevechtsvliegtuigen, moet de trainingsvloot worden aangepast,’ zegt de detco. ‘De 124 Talons zijn inmiddels allemaal op T-38C standaard, dus voorzien van Multifunctional- en Head-up Displays in de cockpit.’ De T-37 is echter zo oud, dat deze niet meer te updaten valt. In een competitie, midden jaren negentig, zoekt de USAF een vervanger voor de Tweet. Dat is de nieuwe T-6A Texan, vernoemd naar de oude T-6 Texan uit de jaren veertig die we in Nederland kennen onder de Britse naam Harvard. Het is een gemoderniseerde versie van de PC-9, wat weer de grote broer is van de PC-7 zoals Elementaire Militaire Vlieger Opleiding (EMVO) die op Woensdrecht gebruikt. ‘Dat sluit voor onze KLu-cadetten dus perfect aan’, vindt Van Gaalen. ‘Je merkt dat zij op de T-37 eigenlijk eerst een stapje moeten terugdoen.’ Cadet Joffrey Serkedakis die hier zijn jongensdroom in vervulling ziet gaan, is dezelfde mening toegedaan. ‘Het is weliswaar een straaltrainer, maar met minder vermogen en mindere avionics dan de PC-7. Dat maakt de overgang voor ons makkelijker. Ik vind het niet jammer dat ik nog niet op de T-6 heb gevlogen. Vrijwel de hele F-16 community van de KLu heeft leren vliegen op de Tweet. Ik nu dus ook.’ De stap van T-37 naar T-38 is volgens hem ook goed te doen. ‘Alle handelingen gaan sneller, en je vliegt soms twee keer zo hard. Maar daaraan wen je hoor.’ ‘Onze studenten doen het hier dus goed,’ zegt Van Gaalen. ‘Ze horen echt tot de top. Amerikaanse studenten hebben bijvoorbeeld nog nooit gevlogen voordat ze hier komen. Onze leerlingen hebben op de PC-7 al een compleet programma achter de rug. Ze spreken luchtvaarttaal en zijn bekend met de systemen. Woensdrecht levert een fantastische kwaliteit af.’ Verschuiving Met de komst van de T-6 verandert ook het opleidingsprogramma. ‘Bij de samenstelling daarvan keken we niet alleen van de basisopleiding naar het vervolgtraject, maar redeneerden we juist terug,’ zegt de SNR. ‘Frontline fighters zijn duur. Niet alleen om ze operationeel te vliegen, maar ook om ze te gebruiken voor conversievluchten zoals de KLu op Springfield doet. Daarom is gekeken wat we aan het ENJJPT-programma konden toevoegen, om de kosten zo laag mogelijk te houden en hetzelfde trainingsresultaat te genereren. De T-6 heeft een tandemcockpit, net als de T-38. Je kan daardoor in de Basic Training al een aantal zaken leren, die anders pas in de Advanced TraiLeerling en instructeur stappen in een Talon op het ning aan bod komen. hete platform van Sheppard. Voor de T-6’en die Daarnaast hebben we grotendeels uit composietmateriaal bestaan, worden voor de T-37 we niet aircraftshelters gebouwd. Niet zozeer tegen de hitte, maar tegen weersinvloeden als hagel zo groot als een echte simulator. golfballen. Het is meer een
Tijdens de IFF-fase krijgen studenten les van ervaren IP’s, onder wie majoor Robert van den Heuvel. Door digitale ‘smartboards’ kan steeds beter gedebriefd worden, maar de aloude vliegtuigmodellen blijven in gebruik.
positietrainer waarmee je wel heel goed op instrumenten kan leren vliegen. Maar verder niets. Voor de T-6 hebben we nu een échte Operational Flight Trainer.’ De Basic Training, nu nog net op de T-37, duurt op de T-6 drie weken langer – in totaal 31 weken – en heet dan Basic Competency Training. De periode op de T-38C blijft even lang, maar de verhouding verschuift naar 24 weken Advanced Training en negen weken IFF, en heet nu Advanced Competency Training. Daarna volgt op een andere basis de omscholing op een operationeel type, wat in de opleidingsterminologie Mission Competency Training heet. Daarna is een vlieger Fully Combat Ready. Van Gaalen: ‘ENJJPT zorgt dus voor meer en efficiëntere training in de eerste fase van de opleiding, zodat minder uren op de dure fighters gemaakt hoeven te worden. Nu draaien we nog op het oude systeem, maar door het binnenstromen van meer T-6’, kunnen we in augustus overstappen op het nieuwe schema. Het lijkt misschien een kleine verandering, maar in een bedrijf dat continue doordraait, is deze verschuiving een gigantisch karwei.’ • De ENJJPT komt voort uit een Amerikaans opleidingswing van de Duitse luchtmacht uit 1966. In 1973 wordt de 80th FTW opgericht en Nederland haakt snel aan in 1974. In 1978 gaat de ENJJPT officieel van start met dertien NAVO-landen. De VS, Duitsland, Italië, Noorwegen en natuurlijk Nederland leveren zowel IP’s als studenten. België en Groot-Brittannië ondertekenen het convenant wel, maar leiden hun vliegers op in respectievelijk Frankrijk en Canada. Denemarken trainde tot een paar jaar geleden ook op Sheppard, stapte over naar Canada, maar komt in 2010 weer terug. Canada, Griekenland, Turkije, Portugal en Spanje leveren wel IP’s, maar geen studenten want doen de jachtvliegopleiding in eigen land. De jongste NAVO-landen met jachtvliegtuigen in hun Defensie – Hongarije, Tsjechië, Polen, Roemenië en Slowakije – tonen wel belangstelling voor ENJJPT maar namen nog geen beslissing. Met name de kosten, ongeveer $ 1,2 miljoen, vormt nog een struikelblok. De 80th FTW is onderdeel van het USAF Air Education and Training Command. Hoofdmoot van de training vormt de Undergraduate Pilot Training (UPT). Een aantal landen, waaronder Nederland, doet ook de Introduction to Fighter Fundamentals (IFF) en tenslotte is er de Pilot Intructor Training, de opleiding tot instructeur.
De enorme rijen trainingsvliegtuigen op de uitgestrekte platformen van Sheppard beginnen langzamerhand een ander beeld te vertonen. Daar waar de ‘Tweet’ een kwart eeuw stond, verschijnen nu steeds meer Texans.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
14
TRAINING
306 detachement naast conversie ook belangrijk voor operationele F-16 training
Springfield meer dan alleen opleidingsbasis Tekst: Arno Marchand Foto’s: Peter Bijpost, AVDD
KLu-studenten vliegen op Springfield niet met de Targeting Pod, maar wel met Night Vision Goggles. Ohio geeft 85 procent van de dagen goed vliegweer. Met name in januari en februari zijn er deployments naar bases in de staten Georgia en Mississippi.
Het F-16 opleidingsdetachement van de KLu had zeventien jaar lang Tucson International Airport in de hete woestijn van Arizona als thuisbasis. Maar vorig jaar april verruilden de Nederlanders de vleugels van de Arizona Air National Guard (ANG) voor die van Ohio, bijna drieduizend kilometer naar het veel koelere noordoosten. Daar kunnen zowel ervaren als aspirant vliegers zich verder bekwamen in de kunst van het jachtvliegen. Midden in het groene land van Dayton, verscholen tussen het uitbundige voorjaarsgroen en de landelijke vrijstaande houten woningen van Springfield, steekt ineens een uit de kluiten gewassen verkeerstoren tussen de bomen uit. Langs de provinciale weg staat een groen bordje met daarop ‘Learn to fly’ dat duidt op Springfield Municipal Airport. En ook al heeft het niets te maken met de militaire activiteiten op de aangrenzende Springfield Air National Guard Base (ANGB), is de overeenkomst treffend. Want leren vliegen, dat is waar het bij de 178th Fighter Wing (FW) om draait. Zowel bij het eigen 162nd Fighter Squadron, als bij het detachement van het 306 Squadron van de KLu. Net als de 80th Flying Training Wing op Sheppard Air Force Base, maakt de 178th FW sinds negen jaar ook deel uit van het omvangrijke USAF Air Education and Training
15
DE VLIEGENDE HOLLANDER
TRAINING
KLu-vliegers. Springfield is dus veel meer dan alleen maar een opleidingsbasis. Hier kunnen vliegers juist die uren maken die in Nederland moeilijk zijn, bijvoorbeeld nachtvliegen. Daarnaast is geluidexport een belangrijk item. Springfield is daarmee na Leeuwarden en Volkel dus de derde Main Operating Base.’
Maintenance Group Commander kolonel Steve Walker heeft naast de in 2003 gerenoveerde hangar uit 1954 de beschikking over de eerste – zelfgebouwde – testbank voor zowel de Amerikaans GE- als de Nederlandse P&W-straalmotoren. Volgens hem ‘niet slecht voor een paar Ohio Farmers’.
Command. ‘Daarvoor waren wij een zogenoemde go-to-war-eenheid’, verduidelijkt wingcommander colonel Mike Roberts die behalve met de Amerikaanse badges, ook met een Nederlandse rondloopt. ‘Wij doen hier voor de Air National Guard niets anders dan het 306 detachement voor de KLu doet. Dat is dus het opleiden, omscholen of herkwalificeren van F-16 vliegers. Volgens de Letter of Agreement of LOA is 306 een detachement, maar in de praktijk beschouwen wij het als een volledig squadron.’ Waardevol Zowel de Amerikanen als de Nederlanders vliegen met een mix van acht éénzitters, en zes tweezitters, met dien verstande dat de ANG de C- en D-modellen gebruikt, en 306 de AM- en BM-modellen. ‘Vrijwel alle ondersteuning wordt hier door de Amerikanen gedaan, die vorig jaar door KLu-personeel zijn omgeschoold,’ zegt luitenant-kolonel Marco van Praat die als Senior National Representative (SNR) rechtstreeks onder de wingcommandant ressorteert. ‘Maar met een Hoofd Gereedstelling en Onderhoud, en twee man voor Bureau Technisch Onderhoud en Logistiek/Materieel zorgen we wel dat onze F-16’s op Nederlandse standaard blijven.’ De LOA vermeldt dat zestien Nederlandse vliegers per jaar kunnen worden opgeleid. Daarvoor staan jaarlijks vierentwintighonderd sorties ter beschikking, die resulteren in drieduizend vlieguren. Van Praat: ‘Daarvan gebruiken de studenten 2439 uur. Het contract kent dus een overschot van 561 uur. Zéér waardevolle uren die we gebruiken voor Combat Training voor operationele
DE VLIEGENDE HOLLANDER
16
Faciliteiten Qua training kunnen de vliegers zich boven Ohio en de omliggende staten goed uitleven. Binnen een straal van honderdvijftig mijl bevinden zich vijf air-to-air ranges, binnen negentig mijl twee airto-ground ranges, en binnen vijftig mijl vier vliegvelden of -bases waar getraind of naartoe uitgeweken kan worden. Vliegoperaties zijn voor de KLu normaliter van maandag tot en met vrijdag, maar omdat de ANG juist veel weekendvliegers kent die doordeweeks een andere baan hebben, is uitloop of inhalen op zaterdag of zondag geen probleem. Springfield ANGB zelf is een relatief kleine basis waar alles voor handen is voor de opleiding van vliegers. Het moderne hoofdgebouw kent een auditorium met honderd plaatsen, drie multimedia leslokalen, en acht briefingrooms. Daarnaast staan er voor de Nederlanders twee – gelinkte – simulators met bijna 360 graden rondom zicht ter beschikking. Voor de ‘grotere’ voorzieningen als een ziekenhuis, Base Exange en slaapplaatsen, valt Springfield terug op de ruim twintig kilometer verderop gelegen Wright-Patterson Air Force Base (WPAFB). Dat was overigens tot halverwege jaren vijftig nog de thuisbasis van de 178th FW. Bemoeien In de Wing-structuur valt het Nederlandse 306 detachement onder een Amerikaanse commandant, lieutenant-colonel Anthony Montecalvo. ‘Dit is natuurlijk een unieke opzet, maar het is werkbaar’, aldus Montecalvo. ‘De eenheid bestaat voor een overgrote deel – een kleine tweehonderd man – uit Amerikaans personeel. In de staf werken vier Nederlanders, bij onderhoud twee en bij logistiek één. Naast vijf KLu Instructor Pilots staan negen Amerikaanse vliegers die zijn uitgecheckt op de Nederlandse F-16 MLU.’ Die IP’s verzorgen voor Afgezien van het vliegen moeten studenten van het Nederlandse detachement ook de boeken in. Nederlanders zijn overigens geen vreemde in deze contreien. Tussen Dayton en Cincinnati woont een grote Nederlandse community.
Nederlandse en Amerikaanse F-16’s op Springfield. Het voortbestaan van de basis als F-16 eenheid staat overigens nog ter discussie. Het voornemen is de F-16C’s in 2010 af te stoten. De Ohio ANG kijkt daarom naar belangstelling van andere landen. Foto: Arno Marchand
TRAINING
Een Amerikaanse instructeur zit klaar om een Nederlandse student mee te nemen voor een missie. Behalve Sheppard- of Tucson-studenten, volgen ook een vlieger van een Canadese CF-18 en een Duitse F-4F een omscholing om als exchangevlieger aan de slag te kunnen.
de KLu-studenten die van Sheppard komen de Initial Qualification Training (IQT) die gemiddeld zeven maanden duurt. Van Praat: ‘Na de Introduction to Fighter Fundamentals op Sheppard, krijgen de studenten hier de Basic Fighter Manoeuvres. Eerst 1-v-1, daarna 2-v-1 en 2-v-2. In het air-to-ground-programma leren ze strafing en het gooien van domme bommen op zowel op low als medium level, zodat ze alle types operaties in onze KLu-syllabus een keer hebben gedaan. En je merkt dat iemand groeit als hij meer tijd overhoudt om zich met zaken te bemoeien die niet in z’n contract staan’, grapt de SNR. ‘Als afsluiting volgen nog acht trips met Night Vision Goggles, zodat ze alles wat ze overdag hebben geleerd, ook ’s nachts kunnen.’ Dan hebben de kersverse jachtvliegers in totaal zo’n negentig tot honderd uur F-16 gevlogen, tegenover 35 uur in Arizona. Daarna gaan ze naar Nederland voor de Mission Qualification Training bij een operationeel squadron. Tot nu toe legden dertien studenten dit traject met succes af en is momenteel een klas met 5 IQT’ers in opleiding. Het grote voordeel van Springfield ten opzichte van het vorige traject, is de duur van de opleiding. Van Praat: ‘Die is aanzienlijk korter; van vier maanden IQT op Tucson en zes maanden Theater Qualification Training op Volkel, naar ruim een half jaar hier. Daarnaast kennen we hier een serviceability van vijftig procent. Iedere dag staan hier zes kisten klaar, plus een spare. Dat is geweldig.’ Rijbewijs In één van die F-16’s hebben IP kapitein Toon en vaandrig Marco net een vlucht afgerond. ‘Het was mijn tweede vlucht
F-16 en tot nu toe vind ik het best meevallen. Het went snel. Ik vind het vooral schitterend’, zegt hij met een grote grijns. ‘Dat vind ik zelf na elf jaar ook nog steeds’, voegt Toon toe. ‘Maar F-16 vliegen kan erg tegenstrijdig zijn. Een paar maanden geleden vloog ik nog bewapende missies boven Afghanistan, en nu leer ik studenten de basisbeginselen. De landing van de student was duidelijk nog wat ruw, maar dat is standaard. De F-16 wil blijven vliegen. Je moet dus niet te agressief landen bijvoorbeeld door de neus te snel naar beneden te duwen, want dan blijf je zweven. De F-16 werkt als een grote vlieger. Meestal zijn studenten daar na drie tot vier vluchten wel aan gewend hoor. Ook een vaste side-stick, in plaats van en beweegbare tussen je benen is even wennen. Dat vliegen leert-ie overigens pas echt op het squadron. Dat is net als met autorijden. Dat leer je ook pas in de praktijk, nadat je je rijbewijs hebt. Dat kan alleen niet zonder de lessen vooraf.’ Tweede luitenant Dennis heeft zijn opleiding er net opzitten. ‘Toen ik solliciteerde in 2000 stond 306 nog op Volkel. Nu weet ik dat ik naar 322 op Leeuwarden ga. De opleiding was vooral heel veel, en het is me uiteindelijk meegevallen. Op ieder nieuw type heb je het in het begin even druk. Je krijgt een overload, maar je zuigt alles op. Het is allemaal superinteressant, dus het koste me geen moeite de boeken in te duiken. Tucson heb ik ook nog meegemaakt. Dat was vooral basic flying. Écht een introductie van vier maanden. En daarna zes maanden IQT op Springfield. Nu gaat het echte werk beginnen. Ik heb er zin in.’ •
17
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ONDERSCHEIDING
Onderscheidingen gewaardeerd maar niet vanzelfsprekend
De keerzijde van de medaille Tekst: June Smit
Medailles zoals wij die nu kennen, zijn bijna Medail tweeho tweehonderd jaar oud. Toch komen er nog steeds nieuwe bij. Sommige militairen komen na hun uitzend uitzending thuis met vier onderscheidingen. En ook al voldoe je aan de criteria, niemand heeft ‘r ‘recht op’ een onderscheiding. Ben Luiten, plaatsv plaatsvervangend hoofd van de Sectie Onderscheidi scheidingen, vertelt hoe het zit. Wanneer heb je recht op een onderscheiding? ‘Nooit. Het woord ‘recht hebben op’ gebruiken wij niet, het is een ‘gunst’ als je een onderscheiding of onderscheidingsteken ontvangt. Als je ‘recht zou hebben op’ een medaille, haal je de waarde naar beneden. Je wordt juist beloond voor iets onderscheidends dat je hebt gedaan.’
DE VLIEGENDE HOLLANDER
18
Sommige militairen krijgen naar aanleiding van hun uitzending vier decoraties, hoe kan dat? ‘Bij iedere uitzending kunnen militairen in aanmerking komen voor een Herinneringsmedaille voor Vredesoperaties, maar daarnaast mogelijk ook van de organisatie waaronder de operatie valt, zoals de VN, EU, NAVO, OVSE of Multinationaal. Stel dat iemand tijdens een
ONDERSCHEIDING
gevechtsactie gewond raakt en daar blijvend letsel aan overhoud dan kan hij of zij voor het Draaginsigne Gewonden worden voorgedragen. Als hij bijvoorbeeld tijdens een actie ook nog eens iemands leven redt met gevaar voor eigen leven, dan kan hij ook in aanmerking komen voor een dapperheidsonderscheiding.’ Vier decoraties, is dat niet wat overdreven? ‘Nederland is ten opzichte van andere landen nog vrij terughoudend met onderscheidingen. Aan de andere kant toont het wel dat we respect hebben voor mensen die hun leven in de waagschaal stellen. Het is verder aan de militair zelf om te beslissen of die ze draagt. Als zijn commandant eist dat hij ze tijdens een ceremonie draagt, dient hij in ieder geval de Nederlandse decoraties te dragen.’ Is elke decoratie hetzelfde als een onderscheiding? ‘Nee. Onderscheidingen zijn alles wat aan een lintje hangt. Wat niet aan een lintje hangt zijn onderscheidingstekens. Die lopen uiteen van een insigne tot een speldje, badge of rozetje.‘ Wat doet Sectie Onderscheidingen voor militairen? ‘Wij zorgen ervoor dat die mensen die het verdienen, de beloning krijgen waar ze naar hun prestatie aanspraak op kunnen maken. Hierbij leverden ze bijvoorbeeld een meer dan normale prestatie, liepen gevaar of stelden hun leven in de waagschaal om anderen te redden of te beschermen. Vervolgens zorgen we dat iedereen die in aanmerking komt, wordt getoetst. Het is een fabeltje dat iedereen die naar een uitzendgebied gaat, automatisch een onderscheiding ontvangt. Daar zitten bepaalde criteria aan. Bovendien wordt iedereen tegen het licht gehouden.’ Als een collega een andere collega wil voordragen voor een Koninklijke onderscheiding of onderscheidingsteken, kan dat? ‘Ja. Iedereen kan iedereen voordragen, alleen je moet een goed verhaal hebben waaruit blijkt dat iemand verdienstelijk is geweest voor de samenleving. De Lintjesregen op Koninginnedag is ook bedoeld voor mensen die zich bijzonder inzetten voor iets. Wij stellen vervolgens een onderzoek in. Dat duurt maanden, want het gaat niet alleen langs verschillende instanties, ook
Ben Luiten is een van de medewerkers van de Sectie Onderscheidingen die alle aanvragen beoordeelt en eventueel toekent. Foto: Rinze Klein, AVDD
iemands verleden wordt uitgediept. Daar komen soms heel schokkende dingen uit, die we door de Wet van Privacy op voorhand niet wisten.’ Als jullie worden gebeld door iemand die ‘recht’ meent te hebben op een bepaalde onderscheiding, nemen jullie dat dan serieus? ‘Wij nemen elke aanvraag serieus. Sommige mensen gaan hiermee door tot hun dood, omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze ‘recht’ hebben op een medaille. Daar starten we dan een onderzoek voor op. Die mensen hebben er per slot van rekening voor gezorgd dat we in Nederland kunnen leven zoals we dat nu doen. Als er uiteindelijk niks wordt gevonden, moeten we dat ook heel voorzichtig vertellen. Sommigen nemen daar geen genoegen mee en schrijven de minster, later de ombudsman en nog later de Koningin aan, maar uiteindelijk krijgen wij hier steeds weer het verzoek terug en moeten wij het wéér afwijzen.’ Als ik mijn medaille kwijt ben, kan ik Sectie Onderscheidingen dan bellen? ‘Dat kan, maar er zijn nog steeds mensen die verwachten dat hier dan een la wordt opengetrokken en gevraagd: wat voor één wilt u deze keer: een rode, een blauwe of een gele medaille. Zo werkt het dus niet. Eerst wordt onderzocht of er überhaupt wel een toekenning heeft plaatsgevonden. Aan de meeste vervangingen zijn echter wel kosten verbonden, maar die vaak ook op een verzekering zijn te verhalen. Uiteindelijk kan er bij het vervangingstraject een aantal weken overheen gaan.’ Hoe ontstaan nieuwe onderscheidingen of onderscheidingstekens? ‘Wij houden het wereldnieuws nauwlettend in de gaten. Als er een aardbeving plaatsvindt waarbij het Nederlandse leger wordt
ingezet, gaan hier alweer de raderen draaien voor een mogelijke medaille. Bovendien worden we op de hoogte gehouden door de DOPS (Directie Operaties, red.) voor nieuwe missies. Als we alle relevante informatie over een nieuwe missie hebben verzameld adviseren wij - in overleg met de CDS - de Minister van Defensie om eventueel over te gaan tot het instellen van een medaille of gesp. Na de instelling volgt het proces van ontwerpen een aanbesteden.’ Kun je onderscheidingen fout dragen? ‘Absoluut, bij sommigen is het net een circus op hun borst. Alleen officieel toegekende onderscheidingen mogen op het uniform worden gedragen. Dat zijn onderscheidingen, waarvoor de Minister van Defensie toestemming heeft gegeven dat ze gedragen mogen worden. Het is zelfs zo dat als een militair een ‘Buitenlandse’ onderscheiding is toegekend, hij bij ons een rekest in moet dienen. Hierin vraagt hij de Minister van Defensie of hij de toegekende onderscheiding op het uniform mag dragen. De Sectie Onderscheiding onderzoekt de achtergronden van deze onderscheiding stelt bij een positieve beoordeling een Ministerieel besluit op waarmee de Minister de erkenning en toestemming bevestigd. Als een militair een onderscheiding draagt waarvoor geen toestemming is verleend, is hij in overtreding. Dit is onder andere om te voorkomen dat de geloofwaardigheid van het decoratiestelsel in het geding komt. Onderscheidingen moeten aan de linkerzijde gedragen worden, vanaf het borstbeen tot aan de mouwnaad aan het begin van de arm. Batons kun je in verschillende rijen dragen. Van onderscheidingen mag je echter maar één rij dragen. Hierbij mag de militair zelf kiezen welke hij draagt, er is wel een vastgestelde volgorde. Hoeveel er naast elkaar passen, hangt dus af van de breedte van de borst.’
19
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ONDERSCHEIDING
Vijf onderscheidingen uitgelicht 1. LUCHTMACHTMEDAILLE Achtergrond en criteria: De Luchtmachtmedaille werd ingesteld in 2005. Deze wordt toegekend aan militairen in actieve dienst die minimaal driehonderd nachten van huis zijn geweest voor het verrichten van meerdaagse operationele diensten. Nachten van huis voor meerdaagse operationele diensten, waar al een onderscheiding voor is ontvangen, evenals dienstreizen of vergaderingen vallen hier niet onder. De Luchtmachtmedaille staat gelijk aan de vergelijkbare onderscheidingen van de andere krijgsmachtdelen en wordt eenmalig toegekend. Op dit moment moeten mensen zelf nog aannemelijk maken dat ze in aanmerking komen voor de onderscheiding. Dit wordt in de toekomst anders. Afbeelding en lint: Aan de voorzijde van de Medaille staat het westelijk halfrond met daarop het embleem van de Koninklijke Luchtmacht, een adelaar met uitgestrekte vleugels. Op de keerzijde staat het rijkswapen. Het versiersel hangt aan een Moiré lint met vijf banen in de kleuren blauw, oranje, geel, oranje en blauw. Dit zijn de kleuren die voorkomen in de onderscheidingsvlag van de Bevelhebber (nu Commandant) der Luchtstrijdkrachten.
Sergeant Donny Wildenburg (14 jaar KLu) ‘Tot begin dit jaar zat ik bij de OGRV, waarmee ik operationeel veel weg was voor alle oefeningen en actieve diensten. Ik vind de Luchtmachtmedaille daarom ook een stuk waardering voor de inzet die je hebt gedaan. Daarmee geef je ook het verschil aan tussen mensen met dezelfde functie of rang die hetzelfde betaald krijgen, maar niet zo veel van huis waren. In mijn ogen is dit echt een beloning.’ Majoor Rien Boom (31 jaar KLu) ‘Ik was zelf jaren terug werkzaam bij de Geleide Wapens in Duitsland. Door oefeningen, internationale evaluaties en diensten die gedraaid moesten worden, waren we veel nachten van huis. Eerlijk gezegd vind ik dat de Luchtmachtmedaille daarom meer voor mijn vrouw is dan voor mij. Zij moest het immers alleen klaren als ik van huis was. Het initiatief dat mensen die veel nachten van huis zijn geweest een onderscheiding krijgen, is op zich een goede. Het is toch een bedankje vanuit de organisatie. Het is alleen jammer dat je hem nu nog zelf moet aanvragen.’
2. HERINNERINGSMEDAILLE VOOR VREDESOPERATIES Achtergrond en criteria: De Herinneringsmedaille voor Vredesoperaties (HVO) wordt op dit moment het meest toegekend en is bedoeld voor militairen die onder andere dertig dagen of langer aaneengesloten actieve dienst vervulden bij een vredesmissie. De HVO vervangt met ingang van 1 juni 2001 de Herinneringsmedailles VN- en Multinationale Vredesoperaties. Bij de vorige twee medailles kon je zien aan het lint en de batons waar iemand had gezeten. De nieuwe HVO heeft maar één soort lint. De 33 verschillende gespen die erop geschoven kunnen worden, duiden nu de missie aan. Op het baton is met een Arabisch
DE VLIEGENDE HOLLANDER
20
ONDERSCHEIDING
cijfer aangegeven hoe vaak iemand is ingezet. Er passen vier verschillende gespen op een herinneringsmedaille. Daarna krijgt hij een nieuwe medaille met een vijfde gesp. Afbeelding en lint: De medaille toont aan de voorzijde donkere wolken die een opwaarts gericht zwaard uit elkaar worden gehouden om de ‘zon der gerechtigheid’ voor iedereen te laten schijnen. Het zwaard staat traditioneel voor de strijdkrachten en vredesoperaties, de lauwertak voor de vrede. De zonnestralen symboliseren de vier samenwerkende krijgsmachtdelen. Aan de keerzijde het staat rijkswapen. Het versiersel hangt aan een wit lint met in het midden drie smalle banen rood-wit-blauw en aan de boorden witte en paarse banen.
3. DRAAGINSIGNE GEWONDEN Achtergrond en criteria: Het Draaginsigne werd ingesteld in 1990 om respect en dank te ttonen aan militaire en vaarplichtige zeelieden die gewond raakten als gevolg van hun plichtsvvervulling. Dit kan zijn gebeurd onder oorlogsomstandigheden of daarmee overeenkomende ssituaties, inclusief internationale vredesmissies binnen en buiten het verband van de Verenigde Naties. De toekenning is eenmalig en alléén bij leven. d Afbeelding: Het zilveren draaginsigne heeft de vorm van een kruis. De tekst ‘Vulneratus Nec A Victus’ betekent ‘gewond maar niet overwonnen’. Verticaal staat de voormalige ‘gewondenV streep’, die voorheen werd gedragen op de linkermouw van het uniform. De groot-model s uitvoering wordt zowel op uniform als op burgerkleding gedragen. Het miniatuur is uitsluitend u voor de linkerrevers van de burgerkleding. v
Jeremy Huitema ontving in januari 2007 het Draaginsigne Gewonden. ‘Ik ging in juni 1997 als soldaat 1 voor een half jaar naar Bosnië. Kor t daarna openbaarde zich PTSS, waarna ik drie maanden in het ziekenhuis lag. In die tijd vroegen ze via een enquête of ze mijn medische gegevens mochten hebben om me voor te dragen voor het Draaginsigne Gewonden. In Bosnië deed ik, als onderdeel van de parate eenheid van de OGRV, aan personeelsbeveiliging. We deden een groot aantal missies per dag en moesten er ook nog vaak ’s nachts uit. We liepen bewapend tussen de mijnen en er was continu spanning. Bovendien werden we rond de verkiezingen in 1997 ingezet voor acties, dat was heel heftig. Door trainingen zaten we al gemiddeld 35 weken per jaar in het buitenland. Net terug uit Bosnië, zouden we ook binnen twee maanden alweer weggaan. Rond die tijd kon ik al niet meer slapen en dronk ik om die reden veel. Als ik werkte, werd ik heel hyper, maar daarbuiten had ik last van herbeleving en agressie. Nu tien jaar en verschillende psychologen later, werk ik op therapeutische basis acht uur tjes per week bij de luchtmacht. Ik doe het nog steeds rustig aan, maar het is goed om onder de mensen te zijn. Het voelde ook heel dubbel toen ik het insigne kreeg. Het is een mooie erkenning, maar ik was liever gezond geweest. Ik had namelijk heel andere plannen met mijn leven.’
21
DE VLIEGENDE HOLLANDER
ONDERSCHEIDING
4.
KONINKLIJKE ONDERSCHEIDING
Achtergrond en criteria: De Koninklijke Onderscheidingen worden onder andere uitgereikt op de dag vóór Koninginnedag, de zogenoemde Lintjesregen. Iedereen die meent dat een medeburger voor deze decoratie in aanmerking komt, kan daartoe een voorstel indienen. De ridderorden nemen een bijzondere plaats in binnen het decoratiebestel en onderscheiden zich wezenlijk van de andere onderscheidingen. In plaats dat de onderscheiding wordt verleend, treedt de benoemde toe in één van de ridderlijke orden. De benoeming vindt eenmalig plaats, maar men kan wel binnen dezelfde orde worden bevorderd in een hogere graad. De versierselen worden de gedecoreerde in bruikleen gegeven en dienen aan de Kanselarij der Nederlandse Orden te worden teruggeven bij overlijden of bevordering. Verschillende Koninklijke Onderscheidingen. Er zijn drie Staatsridderorden: de Militaire WillemsOrde en de civiele orden te weten de Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van OranjeNassau. Dan zijn er de Koninklijke Huisorden, namelijk de Huisorde van Oranje en de Huisorde van den Gouden Leeuw van Nassau. De orden kennen verschillende ridderlijke graden zoals ‘Ridder’, ‘Officier’ en ‘Commandeur’. Hare Majesteit de Koningin is Grootmeester van alle Nederlandse orden. Kolonel Chris Lorraine werd 30 april dit jaar benoemd tot Ridder in de Orde van OranjeNassau met de Zwaarden, die hij ontving voor algemene diensten voor de maatschappij. ‘Het was een totale verrassing. Ik ben naar de uitreiking ‘gelokt’ onder het mom dat een voormalige collega een Koninklijke Onderscheiding zou krijgen. Zijn vrouw zou om mijn aanwezigheid hebben gevraagd. Achteraf bleek dat zij ook in het complot zat. De onderscheiding heeft me diep geraakt. Tegelijkertijd ben ik heel trots en vermoed ik dat er vele anderen zijn die deze eer meer verdienen.’
Onderscheidingen en onderscheidingstekens: Dapperheidsonderscheidingen, Koninklijke Onderscheidingen, Ereteken voor Verdienste, Herinneringsmedaille voor Vredesoperaties, Herinneringsmedaille voor Humanitaire hulpverlening bij Rampen, Officierskruis, Vrijwilligersmedaille, Krijgsmachtdeelonderscheidingen, Draaginsigne Gewonden, Demobilisatie Insigne, Dutchbat-III Insigne.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
22
Foto: Peter Wiezoreck, AVDD
ONDERSCHEIDING
5. 5
DAPPERHEIDONDERSCHEIDINGEN, WAARONDER HET VLIEGERKRUIS
A c Achtergrond en criteria: Het Nederlandse decoratiestelsel kent zeven dapperheidsonderscheidingen, als beloning van uitzonderlijk moedig optreden in oorlogstijd of daarmee vergelijkbare di omstandigheden. De eerste onderscheiding die in het Koninkrijk der Nederlanden werd ingesteld om is de Militaire Willems-Orde. Deze dapperheidsonderscheiding dateert uit 1815. De overige dapperheidsonderscheidingen zijn rond 1940 of later ingesteld. da Verschillende dapperheidsonderscheidingen. Het Verzetskruis en de Verzetsster Oost-Azië Ve wo worden niet meer verleend. De Militaire Willems-Orde wordt verleend voor een uitstekende da van moed, beleid en trouw in de strijd; de Bronzen Leeuw voor een bijzonder moedige daad en beleidvolle daad in strijd tegenover de vijand; het Bronzen Kruis voor een daad van moed of beleid tegenover de vijand; het Kruis van Verdienste voor een daad van moed en beleid in verband met een vijandelijke actie; het Vliegerkruis voor een daad van initiatief, moed en volharding tegenover de vijand in verband met vijandelijke actie in een luchtvaartuig. De laatste vier kunnen meerdere malen worden verleend met het cijfer op het lint of de baton. Daarnaast kunnen ze ook postuum worden verleend. De Nederlandse dapperheidsonderscheidingen kunnen zowel aan Nederlandse militairen, burgers als aan vreemdelingen worden verleend. Naast dapperheidsonderscheidingen die worden toegekend voor daden verricht onder oorlogsomstandigheden of vergelijkbare situaties, bestaan er ook onderscheidingen voor dapper gedrag. Deze onderscheidingen - de Erepenning Menslievend Hulpbetoon en de medaille Carnegie Heldenfonds – kunnen worden toegekend voor dappere daden verricht in het dagelijks leven. Luitenant-kolonel Marcel Duivesteijn ontving in januari 2002 het eerste Vliegerkruis sinds 1954 voor acties in de Balkan, tijdens Allied Force in de nacht 7 op 8 juni 1999. ‘In het kort gezegd ben ik hevig beschoten door raketten en afweergeschut, waarna ik het ternauwernood overleefde. Toen ik en mijn wingman uiteindelijk uitvlogen, hadden we nog twee minuten voordat we naar huis moesten. Op de grond stond nog steeds een MiG29. Ik dacht, als we nu niet teruggaan om de missie af te maken, moeten anderen het straks of morgen doen. Omdat ik besloot die missie toch nog af te maken, ontving ik uiteindelijk het Vliegerkruis. Mijn Amerikaanse wingman ontving ook deze onderscheiding. Door deels vijandelijk vuur aan te trekken, stelde hij in de gelegenheid ene veilig heenkomen te zoeken. Ik had niet verwacht dat ik Foto: Rob Gieling, AVDD een Vliegerkruis zou krijgen, het is een deel van mijn werk. Bovendien sta je daar op dat moment helemaal niet bij stil, want ik was vooral erg blij dat ik nog leefde. Eenmaal op de grond, heeft mijn hart dan ook nog enkele uren in mijn keel gezeten. Uiteindelijk werd ik in december 2001 opgebeld door de toenmalige bevelhebber Dick Berlijn die meedeelde dat ik werd voorgedragen voor het Vliegerkruis. Dat was een aangename verrassing. De hele Ridderzaal was gevuld, een hele eer. Ik ben er nog steeds heel blij mee. Je krijgt toch erkenning, al die trainingen zijn niet voor niets geweest. Uiteindelijk heb ik het door het inzicht dat ik daardoor kreeg, overleefd.’ •
23
DE VLIEGENDE HOLLANDER
vervlogen tijden Lockheed F-104G Starfighter was eerste multirole gevechtsvliegtuig van de KLu
De ‘honderdvier’ In de jaren vijftig ontwikkelt Lockheed een aantal zeer bijzondere vliegtuigen, die alle uit de pen komen van de fameuze ontwerper Clarence ‘Kelly’ Johnson. Hij staat aan de wieg van het U-2 en SR-71 spionagevliegtuig, maar ook de F-104 Starfighter. Bij de US Air Force doen de A-, B-, C- en D-versie dienst in bescheiden aantallen en zonder het succes dat de fabriek verwacht. Pas als Duitsland de sterk verbeterde F-104G – van Germany – ‘Super’ Starfighter bestelt, wordt het ontwerp alsnog een doorslaand succes. Tekst: Arno Marchand | Foto’s: uit archief Nederlands Instituut voor Militaire Historie
ggebruikt – ook op de grond niet ongevaarlijk. De bemande raket, zoals het toestel wel wordt genoemd, heeft haast ra messscherpe randen aan de uitermate kleine vleugels die m zzich zo ongeveer op keelhoogte bevinden. Die dienen dus tte allen tijde afgedekt te worden met speciale strips.
Puppus-vier P M de ‘honderdvier’, zoals het toestel binnen de KLu Maar meestal wordt aangeduid, is ook geliefd. Bijvoorbeeld door m het zo kenmerkende jankende geluid. Ook 65-jarige luitenanth kolonel b.d. Eduard Wiener kijkt er met dat gevoel op terug. ‘Dagelijks verzuchte ik “dat ik daarin mag vliegen”. Wat een power, geweldig’, zegt hij. ‘Maar dat Type: F-104G, RF-104G en TF-104G Starfighter begon wel anders. Ik moest naar Leeuwarden en dat Eenheden: 306, 311, 312, 322 en 323 Squadron, wilde ik helemaal niet. Ik vloog tactisch op de F-84F Transitie en Conversie All Weather-vlucht, Thunderstreak op Eindhoven en dat was hét voor mij. Operational Conversion Unit, Conversie Tijdens mijn vakantie kreeg ik een door een koerier All-Weather Vlucht, Target Towing Flight gebrachte telegram van de minister dat ik meteen naar Aantal: 102 F-104G’s (later nog 11 verbouwd tot Leeuwarden moest. Maar ik wilde helemaal niet naar RF-104G), 18 RF-104G’s en 18 TF-104G’s de luchtverdediging. Toch werd het beeld daarvan al Dienstperiode: 12 december 1962 - 21 novem heel snel anders, want air defence bleek verschrikkelijk ber 1984 mooi. Ik heb nog de oude vliegopleiding gehad, en als je dan op een squadron kwam, was je helemaal niets. Zoals momenteel de F-16 de ruggengraat van veel NAVO-landen Een “puppus-vier”. Je kon de hele dag je huid volgescholden krijgen. vormt, is de Starfighter het standaard jachtvliegtuig in de jaren Maar op Leeuwarden niet. Daar was ik een gentleman, een collega! zestig en zeventig. In navolging van Duitsland – dat er ruim negenhonderd in dienst neemt! – besluiten ook België, Canada, Denemarken, Griekenland, Italië, Noorwegen, Spanje, en Turkije tot de aanschaf van de F-104. Bij de KLu vervangt de F-104 de Hunter, F-86K, RF-84F en de F-84F, waarmee het zich met recht een multirole toestel mag noemen. Het is destijds de wapenaankoop van de eeuw. Niet altijd met evenveel succes overigens. In Spanje doen de toestellen slechts zeven jaar dienst, en in de meeste landen laten heel wat vliegers het leven door ongevallen. De bijnaam luidt dan ook nogal eens widowmaker. Daarnaast is de Starfighter – de toevoeging Super wordt al snel niet meerr Break van vier F-104G’s van het 322 Squadron in de oude air-defence grijze kleuren zoals de toestellen door Fokker worden afgeleverd. De fabriek op Schiphol levert het grootste deel van de 138 Starfighters voor vijf KLusquadrons.
V L I E G E N DE
24
H O L L A N D E R
vervlogen tijden Dat vond ik zó geweldig. Ik mocht samen met een vriend vliegen, intercepties oefenen. Dat eindigde altijd in een dogfight waar de honderdvier totaal niet geschikt voor was. Dus donderden we samen naar beneden. Ik reed dan ’s avonds gillend van de pret terug naar huis. Dat was de sfeer op Leeuwarden. Individueel opereren, maar toch van elkaar afhankelijk want je opereerde altijd in een pair.’
Buck Danny Wiener begint zijn loopbaan bij de KLu op de verkeerstoren op Soesterberg. ‘Net als de latere BDL Manderfeld. Ik had als verkeersleider een conflict met mijn chef over mijn naar zijn zeggen “irritante snor”… Zodoende werd ik overgeplaatst naar Leeuwarden. Daar gaf een oudere vlieger mij op voor de vliegerkeuring, waar ik eigenlijk niets in zag. Ik las stripboeken van Buck Danny, en dacht dat vliegers er zo moesten uitzien. Maar in de S.11 begon ik het leuk te vinden.’ Daarna volgde de Fouga Magister op Brustem in België en in Nederland de T-33 en later F-84F op Eindhoven. ‘Oefeningen vond ik het mooiste, en ik niet alleen’, gaat Wiener verder. ‘Ik had zelfs een collega die aan het einde van de baan ging wonen. Als dan het alarm afging, rende hij z’n huis uit, klom over het hek van de vliegbasis, om maar als eerste bij zijn kist aan te komen. Tijdens zo’n oefening werden we de hele dag door gescrambled. We hadden natuurlijk ook kisten op Quick Reaction Alert of QRA staan. Dan stonden we “op vijf minuten”, maar het duurde soms wel iets langer voordat we in de lucht waren. Bij een alarm ging er een waanzinnige toeter af en moest je zo snel mogelijk in je kist klimmen. Ik herinner me een nacht dat ik lag te slapen. Dat was in een kamer zonder ramen, dus stikdonker. Ik stapte aan de verkeerde kant m’n bed uit, wilde m’n laarzen grijpen, en stopte m’n vingers toen haast in de betonnen muur.’ In september 1963 arriveren de eerste Starfighters in Nederland. Het zijn (gewone) F-104G’s – als op de foto waarbij Wiener de nozzle controleert – voor het 306 Squadron op Twenthe. Pas later komen de RF-104G’s, voorzien van camera’s, in dienst.
De KLu ontvangt 95 (R)F-104G’s door Nederland betaald en door Fokker en Aviolanda gebouwd, 25 F-104G’s door de USA betaald en gebouwd door FIAT in Italië, en tenslotte 18 TF-104G’s gebouwd door Lockheed en betaald door de USA. Deze F-104G van het 322 Squadron is voorzien van een sleepdart.
Verschrikkelijk spannend ‘In de honderdvier werkte alles zo goed en zo kwaad als het ging’, gaat Wiener verder. ‘De radar maakte pas op twaalf mijl contact en op acht mijl een lock. Ik heb ook in totaal twee AIM-9B Sidewinders afgeschoten, maar niet één ging er rechtuit. Maar wij namen air defence wel degelijk bloedserieus. Patrouilles waren verschrikkelijk spannend. Je was niet bang, maar we hadden geen idee wat we zouden doen als het écht moest. We zouden het wel zien. De Russen hadden zulke verschrikkelijke aantallen kisten, die flow hadden we nooit kunnen tegenhouden. Als het onhoudbaar was, hadden we ons moeten terugtrekken naar Groot-Brittannië.’ Om hoogvliegende Sovjet-vliegtuigen te kunnen onderscheppen, maakten Starfightervliegers zogenoemde zoomflights. Wiener: ‘Je had daar verschillende varianten van. Dagelijks beoefenden we de Practice Intercepts tot 48-duizend voet. Die vloog je in cleane configuratie en duurden dus erg kort. Je kon er wel drie per dag doen, en nog geen uur gevlogen hebben. De zoomflights met drukpakken gingen tot 70-duizend voet, maar zelf heb ik die nooit gedaan. Daar moest men dan een missile afschieten, vervolgens de motor uitzetten – dat was beter dan ‘m te laten stikken door zuurstofgebrek in verband herstarten in de lucht – en naar de basis terugvliegen. Soms zoomde je te steil. Dan kreeg je ‘m niet meer tijdig horizontaal en ging je richting stratosfeer. Dan wordt het ineens heel erg donker boven je, en hoop je dat de druk in de cockpit niet afneemt, want dat is heel vervelend zonder drukpak. Ik heb dat gelukkig maar één keer meegemaakt.’
Het allermooiste Na zijn Starfighterperiode is Wiener de vierde vlieger die solo gaat op de F-16. ‘Dat was tijdens de intructeurscursus op Hill Air Force Base, op 28 augustus 1979. Een F-16 met een zwarte neus nog, die slechts vier uur had gevlogen. Die was van mij. Ik mocht ermee doen wat ik wilde. En daar ging ik in m’n eentje, over het zoutmeer naar de Rocky Mountains. Ik weet er iedere seconde nog van. Het was fantastisch; het allermooiste dat ik ooit heb meegemaakt! Eigenlijk was mijn hele luchtmachttijd ongelofelijk mooi. De honderdviertijd en de daarop volgende F-16 periode heeft een golf jonge vliegers opgeleverd die de KLu gemaakt heeft tot wat het nu is. En dat is één van de beste luchtmachten in de wereld.’ •
V L I E G E N DE
25
H O L L A N D E R
OPLEIDING
Drie initiële militaire opleidingen verenigd in één AMO
Instroom in goede banen leiden Tekst: Luc Haen | Foto’s: Jolanda Dam-Bloothoofd, AVDD
DE VLIEGENDE HOLLANDER
26
OPLEIDING
‘De initiële militaire opleidingen waren aan vernieuwing toe’, zegt Commandant OKLu (Opleidingen KLu) kolonel Gerrit Sotthewes. ewes. ‘Dat had verschillende oorzaken. De CDS heeft vastgesteld waar de militaire basiseisen eisen aan moeten voldoen. Dat zijn krijgsmachtbreed dezelfde eisen en die hebben en we verwerkt in de AMO (Algemeen Militaire Opleiding, red.). Uiteraard zijn dat basiseisen, seisen, want ieder krijgsmachtdeel vult de opleiding verder zelf in. De algemene militaire opleidingen worden nu voor zowel soldaten, korporaals als sergeanten samengevoegd engevoegd tot de AMO. Daarnaast zijn de operaties veranderd, want de KLu opereert ert nu vanuit compounds. Dat is heel wat anders dan tijdens de operaties in voormalig malig Joegoslavië, waar ons personeel relatief veilig vanuit Italiaanse bases opereerde. ereerde. Nu zit ook de KLu midden in het operatiegebied en dat is toch iets anders. ders. Verder hebben we nog zaken als Commissie Staal en genderbeleid. Al diee zaken moet je goed beleggen in de opleidingen.’
Aspirant soldaten, korporaals of sergeanten volgen vanaf augustus allemaal samen dezelfde militaire basisopleiding: de Algemeen Militaire Opleiding (AMO). Drie niveaus samen in één klas dus. Daarmee sluit het traject “van spijkerbroek tot militair” beter aan bij de werkvloer in binnen- en buitenland.
Losgekoppeld ‘Voorheen hadden we initiële militaire opleidingen (IMO, red.) voor soldaten, korporaals (hulpkader, red.) en sergeanten’, ergeanten’, zegt majoor Jörgen Schade, Commandant 130 Squadron op Vliegbasis Woensdrecht en verantwoordelijk voor de AMO. ‘Nu zijn n die drie samengevoegd tot de AMO, waarbij we de militaire vaardigheden rdigheden hebben losgekoppeld van de leidinggevendee competenties. Je kunt namelijk de vraag stellen n wat het verschil is tussen de startfunctie van een n sergeant en een korporaal. Het antwoord is duidelijk: elijk: die is er niet, want het gaat om dezelfde militaire aire basisvaardigheden. Bovendien geeft een sergeant ergeant in eerste instantie leiding aan zijn eigen n gereedschapskist en niet gelijk aan een groep. oep. Er zijn er maar weinig die gelijk voor een en groep staan, behalve dan bijvoorbeeld bij de OGRV of brandweer. De AMO is ook geen kwestie van “jij wordt soldaat of sergeant”, maar “jij wordt militair”. De leidinggevende aspecten komen aan bod in de vervolgtrajecten.’ Gemengde klassen De voordelen van de nieuwe aanpak zijn n legio. De leercurve en fysieke belasting van de soldaten ldaten en korporaals is minder steil, aangezien de AMO vijftien lesweken telt in plaats van de huidige uidige elf weken (voor onderofficieren duurde de opleiding al vijftien weken). Bovendien leren korporaals en sergeanten door de gemengngde klassen nu al met elkaar samen te werken. Schade: ‘We hebben al proefgedraaid met sergeanten en korporaals door elkaar, al was dat niet helemaal gepland. We hadden een lage opkomst, dus we hebben toestemming gevraagd en gekregen om één klas te maken van korporaals en sergeanten. Je ziet dan datt sergeanten alvast steun kunnen geven aan de soldaten of korporaals. Ze leren dus niet alleen al verantwoordelijkheid voor zichzelf te nemen, maar ook voor anderen. Die teamspirit komen ze straks op de werkvloer ook tegen.’ De AMO heeft volgens Schade een
27
DE VLIEGENDE HOLLANDER
OPLEIDING
docerende taak en gaat het vooral om het vormingsproces: ‘Dat begint al met legering, waarbij ze met hun drieën op een kamer liggen. Sommigen haken dan al af. Dat is al een cultuurshock voor sommige mensen. Maar straks in Afghanistan liggen ze ook met drie man in een container.’
Andere aanpak De nieuwe aanpak betekent ook een andere aanpak voor instructeurs. Die begeleidden al verschillende klassen, maar moeten er nu wel rekening mee houden dat ze door elkaar zitten. ‘Je ziet het verschil tussen de denkers en de doeners’, zegt sergeant-majoor René van Gulik, instructeur bij het 130 Squadron. ‘Korporaals zijn over het algemeen meer de types die meteen aan de slag willen en hun handen vuil willen maken. Als sergeanten een opdracht krijgen, gaan ze daar eerst rustig voor zitten, maken een plan en nemen daarna actie. Die twee types zijn straks gecombineerd. Dan krijgen
DE VLIEGENDE HOLLANDER
28
ze dus ook als groep een opdracht. Wat je dan krijgt, is het weegschaaleffect: de analytici en de doeners moeten elkaar weten te vinden.’ Niveauverschillen ‘Natuurlijk zitten er altijd wel mensen bij die qua niveau wat achterblijven bij de groep’, vervolgt Van Gulik. ‘Je ziet dan dat de onderofficier uiteindelijk zo iemand onder zijn of haar hoede neemt. Van de andere kant, als het gaat om een boogtent opzetten, zie je weer dat het hulpkader de onderofficier daarmee kan helpen. In die gemengde klas die we onlangs hebben gedraaid, is ook gebleken dat ze elkaar vanzelf gaan motiveren en helpen. Maar goed, dat was één klas en we moeten afwachten wat de volgende klassen gaan opleveren. Voor ons als instructeurs is het in ieder geval belangrijk dat we de niveauverschillen zien tussen de leerlingen. In eerste instantie zullen we de rol van leraar hebben, maar daarna steeds meer als coach gaan optreden en die rol uiteindelijk neerleggen bij de onderofficieren in de groep. Dan krijg je een goede aansluiting met de werkvloer.’ Leiding ontvangen Voordat ze die werkvloer op gaan, krijgen soldaten en korporaals eerst hun vaktechnische opleiding. Sergeanten gaan verder in het traject met de Basis Onderofficiersopleiding KLu (BOOK). Op de werkvloer wordt namelijk ook een beroep gedaan op hun leidinggevende capaciteiten. Die vaardigheden leren sergeanten tijdens hun BOOK bij het 132 Didactiek Militair Leiderschap en Opleidingen (DMLO) Squadron, ook op Vliegbasis Woensdrecht. De eerste BOOK zal in januari 2009 van start gaan. ‘Tijdens BOOK draait het in eerste instantie om leiderschap te kunnen ontvangen’, zegt Commandant 132 Squadron majoor Elanor Boekholt-de Goede. ‘Dan draait het om vragen als: Hoe ontvang ik leiding en hoe kan het anders of beter? Is er weerstand tegen een bepaalde stijl van leidinggeven en waarom? Maar ook de Gedragscode is erin verwerkt, allemaal heel praktisch gericht.
TITEL
Lesblokken ‘Half augustus beginnen we met de AMO’, vervolgt Schade. ‘We hadden voor de IMO´s verschillende opkomstmomenten, maar we willen naar vaste momenten. Dan kun je ook in vaste lesblokken gaan denken en plannen, waardoor je de zaken beter op elkaar kunt afstemmen. Veel doelmatiger dus. De BOOK wordt ontwikkeld nu de contouren van de AMO duidelijk zijn. De AMO konden we pas echt gaan
ontwikkelen, toen we wisten dat de BOOK er zou komen. Zo snel mogelijk na de AMO doet een sergeant zijn BOOK. Dat moet je zien als een verdiepingsslag en heeft alleen te maken met leiding geven en ontvangen. Niet met basis militaire vaardigheden dus.’ Doorlopende leerlijn Wat de BOOK volgens Boekholt extra interessant maakt, is de inbedding van de opleiding in een doorlopende leerlijn. ‘Na de BOOK volgt een sergeant 1 de Voorbereidende Onderofficiersopleiding KLu (VOOK, red.), waar we in
augustus volgend jaar mee willen beginnen. Bij BOOK gaat het nog vooral om zelfleiderschap, bij VOOK draait het om het SL II-model (Situationeel Leiderschap II, red.). Dit model is gericht op het toepassen van de juiste leiderschapsstijl in diverse situaties, gerelateerd aan het ontwikkelingsniveau van de medewerker.’ Daarna volgt voor sergeantmajoors de MOOK, oftewel Middelbare Onderofficiersopleiding KLu, die al langer bestaat. Adjudanten kunnen vanaf januari 2010 de Hogere Onderofficiersopleiding KLu (HOOK) volgen. ‘Het gaat erom dat je met deze doorlopende leerlijn competenties kunt opbouwen’, aldus Boekholt. ‘De drive moet ook niet enkel en alleen de extra streep zijn, maar het verwerven van competenties en verantwoordelijkheden. Het is een logisch traject in het werken aan competenties, met steeds meer diepgang. Bovendien kunnen we de opleiding aanpassen als wij daartoe signalen krijgen vanuit de onderdelen. Leiders kun je niet in twee weken maken, maar je kunt ze wel de tools aanreiken om goede leidinggevenden te worden.’ •
AMO
BOOK
VOOK
MOOK
HOOK
(aug 2008)
(jan 2009)
(aug 2009)
(sinds 2007)
(jan 2010)
Algemeen Militaire Opleiding Onderofficiers Opleiding KLu Competenties
Basis
Voorbereidend
Middelbaar
Hoger
Sgt
Sgt1
SM
Aoo
29
DE VLIEGENDE HOLLANDER
O N T S PA N N I N G
Veertigjarig Militaire Luchtvaartmuseum kijkt uit naar Nationaal Defensie Museum
Inzicht bieden in krijgsmacht
Tekst: Arno Marchand | Foto’s: Mischa Keijser
Ook al geldt de luchtvaart als een van de belangrijkste uitvindingen van de twintigste eeuw, de belangstelling voor het bewaren van belangrijke objecten is niet altijd vanzelfsprekend. Wat oud en achterhaald is, wordt vaak als overtollig beschouwd, en dus vernietigd. Toch slagen diverse landen er al tijdens de Eerste Wereldoorlog in op kleine schaal artefacten van de luchtvaart voor het nageslacht veilig te stellen.
Blik in de oude Vreeburghal met voorop de eerste straaljagers van de KLu: de Gloster Meteor, Hawker Hunter en F-84 Thunderjet. Foto: MLM
DE VLIEGENDE HOLLANDER
30
Een van de pronkstukken van de Snijdershal is de B-25 Mitchell die in 1980 naar het Kamp van Zeist kwam. Op de achtergrond zijn onder andere een Spitfire en (replica van) een Fokker D.XXI te zien.
In Nederland dateren de eerste initiatieven uit het interbellum. Naast verzamelingen van vliegtuigbouwer Anthony Fokker, lukt het bijvoorbeeld horecaondernemer Marinus Couturier. In 1936 opent hij bij zijn theehuis Soesterdal een klein luchtvaartmuseum met onder andere een Fokker C-V en F-XIV. Aan het begin van WO II wordt het museum dat aan de rand van het vliegveld Soesterberg ligt, beschoten door de Luftwaffe die de vliegtuigen voor operationele aanziet. Uit angst voor herhaling steken Nederlandse militairen ze in brand. Uiteraard komt er tijdens de Duitse bezetting geen museaal beleid van de grond. Ook in de opbouwtijd na WO II bestaat er – bijvoorbeeld door de situatie in Nederlands-Indië en de opkomst van de Koude Oorlog – in eerste instantie weinig animo voor het behoud van (militaire) luchtvaartgeschiedenis. Pas in 1965, onder BDL luitenant-generaal Bertie Wolff, ontstaan de eerste plannen om militair cultureel erfgoed van de luchtmacht zoveel mogelijk veilig te stellen. Na beoordeling van Schiphol, Woensdrecht en Gilze-Rijen, valt de keuze voor het Luchtmachtmuseum op het centraal in Nederland gelegen Soesterberg. Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard verricht op 3 juli 1968 de opening. Een publiek museum botst echter flink met de operationele taken van de vliegbasis, en daarom wordt al in het najaar van 1968 naar een alternatief gekeken. Een snelle oplossing blijft echter uit.
O N T S PA N N I N G
De Vreeburghal anno 2008 waarin de naoorlogse militaire luchtvaart te zien is met onder andere een eigen MLD-lijn en een overzicht van de KLu-helikopters: Bo-105, Alouette III en II, en Hiller
Ambassadeurs Eind mei 1977 maakt BDL luitenant-generaal Rien Geschiere bekend dat het museum verhuist naar het Kamp van Zeist. Op 2 mei 1980 volgt de opening, en krijgt de collectie een nieuwe naam: Militaire Luchtvaart Museum (MLM). Schout bij nacht (titulair) Hans van der Kop zorgt er namelijk voor dat vanaf dat moment ook de historie van de Marineluchtvaartdienst (MLD) deel uitmaakt van de collectie. In datzelfde jaar, op 8 augustus, ziet de Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum het levenslicht. Rond 1982 beginnen op bescheiden schaal commerciële activiteiten ten behoeve van de stichting in de vorm van een kleine winkel in de Vreeburghal. In april 1982 verschijnt de eerste nieuwsbrief die – in 2001 Spinner gedoopt – tot op de dag van vandaag vier keer per jaar verschijnt. Twee jaar later komt in samenwerking met de staf van het museum een eerste museumgids tot stand, terwijl prins Bernhard in 1987 beschermheer van de stichting wordt. Het belangrijkste doel van deze ambassadeurs is uitbreiding van de vliegtuigcollectie van het MLM. Dat gaat om zeer langdurige projecten, maar nog dit jaar moet een replica van een Brewster Buffalo gereed zijn. Binnen afzienbare tijd volgen een Curtiss Hawk en een Koolhoven FK.51, en in 2013 een Fokker C-X. De Buffalo en Hawk worden gebouwd bij het Cradle of Aviation Museum in New York. De collectie ondergaat dus geregeld uitbreiding. Zeer bijzonder was de komst van een Dornier Do-24K in 1992, in bruikleen van het RAF-museum in Hendon in Londen. Deze enorme vliegboot staat binnen, maar ook buiten op de flightline bevinden zich unieke toestellen, zoals die waarmee de USAF vanaf 1954 vloog op Soesterberg. Het 32nd Fighter Squadron schonk bij de opheffing in 1994 zelfs een F-15A Eagle aan het MLM. Tweesporenbeleid Ondanks alle uitbreidingen en verbeteringen lijken toekomstperikelen van het museum als een rode draad door het bestaan te voeren. Eind jaren negentig wordt bijvoorbeeld onderzocht of de Aviodome vanaf Schiphol naar het Kamp van Zeist kan verhuizen. Dit plan is amper van de baan als de leiding van zowel de KLu als die van de KL onderzoeken of het MLM kan samengaan met het Legermuseum uit Delft. Aanleiding voor deze bijzondere stap vormt de zeer matige infrastructuur van beide musea. Een concept voor een Nationaal Militair Museum uit 2001 blijft
mede door economische recessie en bezuinigingen lange tijd bevroren. Geconfronteerd met de onzekerheid over de toekomst besluit de MLM-directie in de zomer van 2001 een tweesporenbeleid te volgen: niet alleen investeren in de fusieplannen, maar ook het bestaande MLM een kwaliteitsimpuls geven. Zo opent dat jaar het Flying Center waar jongeren op interactieve wijze de basisprincipes van het vliegen leren, krijgt de Vreeburghal een nieuwe looproute en verlichting, en komt in dezelfde hal een aparte MLD-lijn tot stand. Een belangrijke aanwinst vormt tevens de vaste presentatie over de geschiedenis van de naoorlogse – en dus Koninklijke – luchtmacht, in het jubileumjaar 2003, de expositie Techniek in en om het vliegtuig uit 2007 en de audiotour die in mei gelanceerd werd. Thematische aanpak De toekomst van het MLM zal liggen in het Defensiemuseum dat op de dit jaar te sluiten Vliegbasis Soesterberg moet verrijzen. Directeur Jan Janssen zet in op 2013: ‘Dan bestaat de KLu honderd jaar en is het ook precies een eeuw geleden dat het Legermuseum werd opgericht. Het is de bedoeling voor het museum ondermeer de hangaars van 298 en 300 Squadron te gebruiken. Nieuwbouw is voorzien voor het publieksdeel. Het museum wil zich meer richten op het algemene publiek, maar ook de luchtvaartliefhebber zal aan zijn trekken komen. We willen bezoekers inzicht verschaffen in de betekenis van de krijgsmacht voor de Nederlandse samenleving. Dat doen we thematisch, waarbij operaties en de gevolgen daarvan in heden en verleden een belangrijke plaats innemen, maar ook de ontwikkelingen waarmee Defensie in de toekomst te maken krijgt. Deze thematische aanpak stelt de bezoeker in staat veel makkelijker door te dringen tot de essentie van wat de krijgsmacht is. Maar vliegtuigen blijven natuurlijk een belangrijk onderdeel vormen. Het zijn de boegbeelden van de KLu. Mogelijk staan er minder tegelijk geëxposeerd, maar zal de collectie vaker wisselen. Open depotdagen die nu een groot succes zijn, komen ongetwijfeld in het nieuwe programma terug. De uitdaging voor de toekomst is het grote publiek te bedienen, en tegelijkertijd een platform te zijn dat bijdraagt aan de publieke presentatie van de krijgsmacht.’ •
31
DE VLIEGENDE HOLLANDER
PERSONEEL
Grotere overlevingskans militair letsel door andere aanpak
Land in oorlog vormt goede leerschool Tekst: June Smit | Foto’s: Ralph Vermeltfoort en Marck Haerkens
DE VLIEGENDE HOLLANDER
32
PERSONEEL
Hij werkt al vijftien jaar als arts bij de KLu, maar viel tijdens zijn stage in Amerika begin dit jaar van de ene verbazing in de andere. In drie maanden leerde overste Ralph Vermeltfoort hoe de Amerikanen de overlevingskans van gewonde militairen in uitzendgebied aanzienlijk vergroten.
Overste Ralph Vermeltfoort (vooraan) sloot zijn opleiding tot Spoedeisende Hulp Arts af in Amerika, waar hij drie maanden mocht leren van de Amerikanen.
‘Amerika is overduidelijk een land in oorlog. Elke dag kwamen er grote aantallen gewonden binnen in het luchtmachtziekenhuis Wilford Hall Medical Center in het Texaanse San Antonio, waar ik op de Spoedeisende Hulp mijn stage volgde. Mensen met brandwonden, mensen die op IED’s (improvised explosive device, red.) zijn gestapt of gereden en met traumatologische amputaties. De schot- en steekwonden, waarvoor ik eigenlijk naar Amerika kwam, bleek maar een klein deel van de verwondingen. Wat ik absoluut niet verwachtte, is dat hun behandelwijze heel anders is dan die van ons en dat was erg leerzaam. Daarnaast is hun operationele uitvoering anders.’ Zeer groot ‘Formeel mag je als Nederlander zonder aanvullende certificering in Amerika geen patiënten behandelen. Dat lijkt een handicap, maar voor de drie maanden die ik daar zat, maakte het mij niet uit of ik wel of niet een medicijn mocht voorschrijven of een naald mocht zetten. Het primaire doel was om daar te leren wat je thuis niet kunt leren. De langste periode van mijn stage heb ik doorgebracht op de Afdeling Spoedeisende Hulp van het Wilford Hall Medical Center, een opleidingsziekenhuis voor Amerikaanse
luchtmachtartsen. Het is te vergelijken is met een groot universitair hospitaal, zowel civiel als militair. Per jaar komen er op de Afdeling Spoedeisende Hulp alleen al 55.000 mensen. Dat is voor Amerikaanse begrippen al erg groot, want daar bedraagt het gemiddeld aantal patiënten op die afdeling normaal 16.000 per jaar. Voor Nederlandse begrippen is dat dus zéér groot.’
Net even anders ‘Het civiele traumagedeelte is bijna hetzelfde als in Nederland. Een echt verschil is hun aanpak ter plekke in Afghanistan. Amerika heeft in Afghanistan en Irak nog steeds enorme aantallen slachtoffers. Zowel Amerika als Nederland maken gebruik van het Protocol Advanced Trauma Life Support (ATLS). De Amerikanen kwamen er echter achter dat als je het net even anders doet, de overlevingskans groter is. Amerikaanse militairen die in missiegebied gewond raakten, overleden vaak aan massale bloedingen. Deze worden veroorzaakt door schot- of scherfwonden in de lichaamsdelen die niet door het scherfvest en helm zijn bedekt. Als je die volgens het ATLS principe behandelt, geef je ze eerst een infuus om het water en zout op peil te houden. Geef je ze echter snel zowel bloed als stollingsfactoren (plasma), dan neemt de overlevingskans toe. Die behandeling is door het hele systeem geïmplementeerd, een flexibiliteit waarvan ik onder de indruk was. Bovendien boeken ze er goede resultaten mee.’ Noodzakelijke ‘Ook de manier waarop ze patiënten vervoeren, draagt bij aan de overlevingskans. In de periode dat ik daar zat, heb ik de cursus ‘Critical Care Air Transport Team’ (CCATT, red.) gevolgd. CCAT is een medisch team dat het transport verzorgt van ernstig zieke en gewonde patiënten. Tijdens de cursus leerde ik om mensen van de plaats waar ze gewond zijn naar het volgende echelon te vervoeren. Het CCATT en medevacteam vervoeren patiënten, die vroeger in een hospitaal zouden blijven. Van tevoren doen ze alleen het noodzakelijke om de patiënt in leven te houden. Bij een buikschot is dat de buik packen met gazen en dan dichten zodat de bloeding stopt. Daarna de patiënt stabiliseren en warm houden en vervolgens doorvliegen naar een hoger echelon waar ze meer mogelijkheden hebben. Het enige probleem is dat je met ernstig zieke patiënten gaat vliegen, terwijl je slechte mogelijkheden in de lucht hebt. Toch is de uitkomst beter. Wij zaten ook al een beetje op die trend, maar de Amerikanen hebben het echt als doctrine geïmplementeerd.’ Lethal triad ‘Uit Irak komen verreweg nog de meeste patiënten (sinds maart 2003 varieert dat tussen 17 en 137 per dag, red.). Die worden eerst met de heli bij het veldhospitaal gebracht, waar ze noodzakelijke chirurgie
33
DE VLIEGENDE HOLLANDER
PERSONEEL
krijgen. Dan gaan ze het vliegtuig in, waarna ze een paar uur later in het Landstuhl Army Regional Medical Center US Army ziekenhuis in de buurt van Ramstein in Duitsland terecht komen, een ziekenhuis met ontzettend veel mogelijkheden. Hier worden ze verder behandeld en gestabiliseerd, waarna ze worden teruggevlogen naar de Verenigde Staten voor een definitieve behandeling. Ik heb er met bewondering naar gekeken. Ik had zelf al iets van zevenhonderd vlieguren medevac in Bosnië, Ethiopië, Eritrea en Kosovo. Eigenlijk ben ik bij elke missie wel ergens betrokken geweest en op zich zijn wij zelf ook altijd redelijk agressief geweest om patiënten weg te slepen uit het veld. Het concept waarin gedacht wordt, is the lethal triad: patiënten gaan dood aan een combinatie van verzuring, onderkoeling en stollingsstoornissen. Wij weten dat ook allemaal wel, maar in Amerika gebruiken ze het veel meer in samenhang met elkaar.’ Vloek ‘De Amerikanen hebben overduidelijk een heel gedegen organisatie, die op zijn taak is berekend en heel snel leert. Wij zijn daarbij een klein landje, maar wij hebben ook een heel andere rol. Zij zijn gewoon leading in de krijgsmacht. Ook hebben zij geen tekort aan mensen en middelen. Dat is onze vloek. Wij hebben het op een bepaalde manier geleerd en als diegenen met de operationele medische kennis weg zijn, wordt je kennis weer kleiner. De ervaring die ik daar heb opgedaan, kan ik ook zeker gebruiken in klinische werkzaamheden en tijdens uitzendingen. Daarnaast heb ik in Nederland een toets- en trainingstaak gekregen op het gebied van acute operationele geneeskunde. Daarbij moet ik onderwijs geven en kan ik mijn kennis delen. Ik vind het nog steeds positief dat ik arts bij de KLu ben, omdat ik het medische vak breder uitoefen dan ik civiel had kunnen doen. Ik zou er niet aan moeten denken om twintig jaar lang elke dag naar hetzelfde ziekenhuis te gaan. Bovendien heerst hier een andere sfeer, veel collegialer. De luchtmacht is gewoon een ander bedrijf.’ •
DE VLIEGENDE HOLLANDER
34
SEH-opleiding Overste Ralph Vermeltfoort is één van de twee medevacartsen, die de afgelopen twee jaar zijn opgeleid tot Spoedeisende Hulp Arts (SEH). De stage schot- en steekwonden gold als afsluiting van deze gloednieuwe opleiding bij de KLu. Kolonel Marck Haerkens (zie foto) van het Centrum voor Mens en Luchtvaart, initieerde de (SEH-)opleiding, waarbij medevacartsen worden getraind om nog sneller en effectiever te werken. ‘Voor KLu is medevac heel belangrijk’, zegt Haerkens, traumachirurg en vlieger. ‘We opereren nu in een ander geweldsspectrum, maar medisch ook in een ander gewondenspectrum. Helaas krijg je daarbij ook te maken met oorlogsverwondingen die een andere medische aanpak vergen. Onze militairen lopen risico voor de krijgsmacht en hebben recht op de beste zorg. Daarom is er ook ernstig behoefte aan medevaccapaciteit. De KLu had hiervoor geen aanvullende opleiding en ik heb daarom gevraagd of ik dat mocht opzetten in het Radboudziekenhuis in Nijmegen. Naast mijn werk als tramachirug, ben ik als MMT-arts op de civiele traumaheli, ‘Lifeliner 3’, werkzaam geweest. De traumaheli is wat mij betreft het ultieme militair werk, waarbij je zeer ernstig gewonde mensen helpt met wat je in je rugzak hebt. Het vertoont veel overeenkomsten met het werk van een militaire Medevac-arts.’
Medevac en stratevac Medevac, ofwel medical evacuation, betekent evacuatie van gewonden uit het slagveld, waarbij de patiënt vaak met de heli teruggaat naar een hospitaal in het inzetgebied. ‘De patiënt tref je ernstig gewond aan, moet je zelf stabiliseren, warm houden en afleveren in het dichtstbijzijnde hospitaal’, zegt Haerkens. ‘In de heli begint de vliegfysiologie te werken, zoals luchtdrukverschillen en wisselende zuurstofconcentraties voor patiënt en dokter, maar je hebt ook te maken met een lawaaierige en vaak donkere omgeving. Zeker als je infusen moet prikken, bloedingen moet stelpen en luchtwegen moet veiligstellen, moet je heel handig zijn in die vaardigheden. Dat is medevac voorterrein werk. Dat is niet voor iedereen weggelegd, daarvoor moet je artsen hebben die onder moeilijke omstandigheden zorg kunnen leveren.’ Een andere zorg waar medevacartsen mee te maken hebben is stratevac, strategic evacuation. Hier gaat het om transport van de gewonde terug naar huis. ‘Ook dat is specifieke zorg’, zegt Haerkens. ‘Ze zijn dan al gestabiliseerd, maar vlucht is wel veel langer. Je bent langdurig verantwoordelijk voor een patiënt. Het voordeel is dat je een groter vliegtuig hebt, waarbij je vaak meer hulp hebt van personeel. Ook op dit gebied is er binnen de USAF extra kennis op te doen in de vorm van de CCAT-opleiding (zie het verhaal van Vermeltfoort, red.)’
Zware opleiding De aanvullende schot- en steekwondenstage in het Wilford Hall Medical Centre in het Amerikaanse Texas, was voor mij destijds een unieke aanvulling van de opleiding tot traumachirurg. ‘Ik ben de eerste Nederlandse militaire chirurg die daar mocht werken’, zegt Haerkens. ‘Ze laten daar namelijk in principe geen buitenlanders opereren in verband met aansprakelijkheid en claims. Operaties van schot- en steekwonden brengen een hoge verantwoordelijkheid met zich mee en het ziekenhuis moet dat op zich nemen. Het is echter van allebei de kanten bevallen, waardoor zowel overste Vermeltfoort als majoor Oele daar stage konden lopen.’ Niet alle vliegerartsen komen overigens in aanmerking voor de SEH-opleiding. ‘Het is een heel zware opleiding’, zegt Haerkens. ‘Je moet het er voor over hebben, de capaciteiten bezitten en de uitdaging aan willen gaan. Nu moet de KLu de goed opgeleide Medevac-artsen goed inzetten in het operationeel proces en rondkijken voor de volgende kandidaten.’
Op nieuwe website kan iedereen de KLu ’beleven’
Nieuwe aanpak in werving ‘Beleving’ is een belangrijk wapen van merken in de strijd om de klant. Nike en Adidas slagen erin consumenten sport te laten beleven op een manier die aansluit bij het merk. De nieuwe wervingscampagne van de Luchtmacht laat jongeren daarom de organisatie en de banen indringend ervaren. Weliswaar virtueel, maar soms bijna nog mooier dan in het echt. Alle campagneonderdelen zijn bedoeld om jongeren naar de nieuwe website te leiden. Zo zijn er tv-commercials, waarin een jonge interviewer aan luchtmachters vraagt hoe het voelt om over de kop te gaan in een F-16? Of hoe het is om aan de techniek van een Apache te werken. Op de website, die 1 juli live is gegaan, kunnen jongeren dat aan den lijve ondervinden. Base X Toets ‘werkenbijdeluchtmacht.nl/base-x’ in en je wordt uitgenodigd om een virtuele basis te bezoeken: Base X, een basis volop in bedrijf. Een F-16 landt, een Chinook vliegt over, Jeeps rijden af en aan, en je kunt daadwerkelijk ‘naar binnen’. De verkeerstoren in, een F-16 shelter, een werkplaats, het opleidingscentrum, de bunker van de gevechtsleiding of een fitness-ruimte. Je kunt een F-16, een Apache, een Chinook of een Cougar 360º laten ronddraaien. Je kunt je in banen verdiepen. Klik op de F-16 vlieger, de luchtverkeersleider of de loadmaster, en je ziet hem of haar levensgroot op je scherm. Compleet met informatie. Er worden zestien beroepen belicht, waaronder knelpuntfuncties als onderofficieren geneeskunde en CIS. Je kunt er games doen. Spoor het probleem in een F-16-motor op. Hoe scoor jij in een dogfight? Volgende fase Alles is uit de kast gehaald om jongeren een spannend en toch realistisch beeld van de Luchtmacht te geven. Met de nieuwe website, die zowel in Nederland als internationaal toonaangevend is, sluit de KLu naadloos aan op de belevingswereld van de jongeren. Jongeren zijn snel enthousiast, maar ook snel verveeld. Daarom wordt er nu al gewerkt aan de tweede en derde fase, waarin weer heel wat nieuws te beleven valt en waarin onder andere transporttoestellen en geleide wapens een plaats zullen krijgen. Dus blijf www.werkenbijdeluchtmacht.nl bezoeken, want er komt nog veel meer. •
Tekst: Maaike Scholtens | Foto´s: ARA
JOURNAAL Hoog bezoek voor militairen in Afghanistan Commandant der Strijdkrachten (CDS), generaal Van Uhm en Commandant Luchtstrijdkrachten, luitenant-generaal Jansen brachten onlangs een bezoek aan de Nederlandse militairen in Afghanistan. Voor zowel de CDS als de C-LSK was dit een kennismakingsbezoek in hun nieuwe functie. Naast de gebruikelijke briefings en discussies over de inzet van de wapensystemen en het Nederlands opereren in Afghanistan, begaven zij zich vooral tussen het personeel om met hen te praten. Op Kandahar Airfield (KAF) spraken zij met personeel van de Air Task Force, Joint Support Detachement, Commando KAF, Contingentscommando en Regional Command South. Generaal Jansen verklaarde diep respect te hebben voor het professionele werk dat hier door de militairen wordt gedaan onder zware en moeilijke omstandigheden.
Iedere luchtmachter is werver! Sectie Personeelsvoorziening KLu nodigt alle luchtmachters uit om gezamenlijk te werven voor de Luchtmacht. Waarom? Uit onderzoek blijkt dat de meeste werknemers bij bedrijven en organisaties binnen komen doordat ze getipt zijn over een vacature door een vriend of kennis. Dus niet door de dure campagnes! Werving moet daarom een gezamenlijke inspanning zijn. Iedere luchtmachter is een werver! In de kamerbrief ‘Wereldwijd dienstbaar’ van 18 september 2007 is aangegeven dat Defensie, als één van de grootste werkgevers van Nederland, duidelijk de gevolgen van de krapte op de arbeidsmarkt ondervindt. Naast de tekorten in de breedte van het militaire bestand zijn er specifieke tekorten bij schaarse categorieën zoals vliegers, CIS, logistiek en medisch personeel. Dus werkt u ook met veel plezier bij de luchtmacht? Vertel het door!
DE VLIEGENDE HOLLANDER
36
Ondertekening C-17 initiatief Minister van Defensie Eimert van Middelkoop heeft in Brussel het Memorandum Of Understanding (MOU) voor de NAVO Strategic Airlift Capability (SAC) C-17 initiatief getekend. In het MOU zijn de afspraken vastgelegd tussen de deelnemende landen over de oprichting van de C-17 vliegtuigpool. Naast Nederland nemen de Verenigde Staten, Zweden, Finland, Hongarije en Litouwen deel aan het initiatief dat het tekort aan strategisch luchttransportcapaciteit vermindert. Defensie heeft behoefte aan luchttransport met vliegtuigen die voorzien zijn van zelfbeschermingsmiddelen tegen geleide luchtafweerraketten en die grote ladingen kunnen vervoeren vanaf onvoorbereide en mogelijk korte landingsstrips. Op dit moment wordt deze capaciteit civiel ingehuurd. Zodra alle deelnemende landen het MOU hebben getekend, gaat de verwerving van twee C-17 Globemasters van start. De derde C-17 wordt door de Verenigde Staten overgedragen aan de NAVO. Nederland heeft besloten om met 500 vlieguren per jaar deel te nemen. Ons land is daarmee
qua omvang de derde deelnemer, na de Verenigde Staten (1000 uur) en Zweden (550 uur). De eerste Globemaster komt vermoedelijk eind dit jaar beschikbaar. De C-17 pool wordt ondergebracht op de vliegbasis Papa in Hongarije. Voor de Nederlandse deelneming aan de SAC C-17 wordt een proportionele bijdrage geleverd aan de investeringen voor de vliegtuigen.
Betaaldata salarissen 2008 In 2008 wordt het salaris uiterlijk de volgende werkdag na de onderstaande betaaldatum op uw rekening bijgeschreven: donderdag 24 juli 2008, vrijdag 22 augustus 2008, woensdag 24 september 2008, vrijdag 24 oktober 2008, maandag 24 november 2008, maandag 22 december 2008. Meer informatie is verkrijgbaar bij de Directie Arbeidsvoorwaardenbeleid van het ministerie van Defensie, tel. 070-3187493.
JOURNAAL
Gouden jubileum Internationale Militaire Bedevaart De Internationale Militaire Bedevaart, waar ook dit jaar weer luchtmachters aan deelnamen, vond van 22 tot en met 25 juni voor de vijftigste keer plaats in het Franse plaatsje Lourdes in de Pyreneeën. Daarnaast werd honderdvijftigste verjaardag van de Maria-verschijning in Lourdes herdacht. Beide activiteiten werden luister bijgezet door de Drumfanfare van de Kapel van de Koninklijke Luchtmacht. Ruim vijftienduizend militairen uit meer dan 35 landen ontmoetten elkaar in Lourdes. De Nederlandse delegatie bestond uit ruim driehonderd (ex-) militairen, rolstoelgebruikers en hun begeleiders. De reis naar Lourdes werd gemaakt per bus en vliegtuig en vijftig militairen legden de tocht af per motor. Vanwege het jubileum gaven ook staats-
secretaris Jack de Vries, Hoofddirecteur Personeel luitenant-generaal Leijh en CDS-vertegenwoordiger Schout-bij-nacht Borsboom acte de présence. Zij woonden ondermeer de Nederlandse eucharistie-
Medailles voor inzet Vredesmissies
Commandant der Strijdkrachten, Generaal Peter van Uhm, reikte vrijdag 30 juni aan circa zestienhonderd militairen in de IJsselhallen in Zwolle de Herinneringsmedaille voor Vredesoperaties (HVO) uit. Zij ontvingen deze als blijk van waardering voor hun inzet in Afghanistan in de periode november 2007 tot april 2008. De militairen maakten deel uit van de Battlegroup 5, de Air Task Force of het Provincial Reconstruction Team. Ook ontvingen honderd militairen op vrijdag 27 juni de HVO handen van commandant 43 Gemechaniseerde Brigade, brigadegeneraal Kees van den Heuvel in het evenementencentrum De Meenthe in Steenwijk. Deze militairen zijn eind vorig jaar, begin dit jaar in Uruzgan ingezet als lid van een
Operational Mentor and Liaison Team (OMLT) of het Rotatie Ondersteuningsteam. Brigadegeneraal Jürgen Jongkind reikte vrijdag 6 juni aan 56 militairen in het auditorium van Burgers Zoo in Arnhem de Herinneringsmedaille Vredesoperaties uit. Zij ontvingen deze medaille voor hun inzet bij de EUFORmissie op de Balkan in de periode juli 2007 tot mei 2008. Zij waren actief op het EUFOR hoofdkwartier, bij het National Support Element in Sarajevo, in Banja Luka bij het Regional Coordination Centre en in de Liaison Observer Team-huizen in Travnik, Dvar, Mrkonjic Grad en Livno. Daarnaast kregen vijftig militairen op 24 juni de HVO in Arnhem. De militairen, afkomstig van de Koninklijke marine, landmacht, luchtmacht en marechaussee, ontvangen de medaille voor hun deelname aan diverse kleinere militaire missies in Afrika en Azië. Brigadegeneraal Jan Broeks reikte de medailles uit in het Koninklijk Tehuis voor oud-militairen en museum Bronbeek. De militairen maakten onder meer deel uit van het hoofdkwartier van ISAF in Kabul, de NAVO-trainingsmissie in Irak, de EU-missie in Congo, de VN-missie in Israel/Syrië/Libanon en de missie van de VN/Afrikaanse Unie in Darfur.
viering bij met als hoofdcelebrant legerbisschop Mgr. dr. J.M. Punt. In november verschijnt er een speciaal boekje over de historie van de Nederlandse Militaire Bedevaart naar Lourdes.
Ex-militairen klussen in Bosnië Nederlandse veteranen vetrekken op 20 september naar het bergdorp Vukotici in het hart van Bosnië-Herzegovina om de school daar weer bestand te maken tegen de weersinvloeden die vooral in de winter zeer krachtig kunnen zijn. Het schoolgebouw telt twee klaslokalen en biedt onderdak aan honderdtwintig leerlingen uit de jongste groepen van het basisonderwijs en een zeer bescheiden inpandige beheerderswoning. Het gebouw heeft vooral te kampen met vocht- en tochtproblemen. Dit zorgt, voornamelijk in de winter, voor slechte lesomstandigheden. Renovatie van dit schoolgebouw waarborgt de continuïteit van het onderwijs in het dorp. Kijk voor meer informatie op www.veteranen-actief.nl of neem contact op met Wim Brock, Theemsplein 39, 2014 CP, Haarlem, 06-22422659, wim.
[email protected] Voor adreswijzigingen: zie colofon op pagina 2. Vragen aan – behalve over adreswijzigingen – of bijdragen voor de Vliegende Hollander? Mail naar
[email protected]. Deadline: iedere eerste maandag van de maand.
37
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Eervolle ‘rol’ generaal Meulman
Plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten, luitenant-generaal Freek Meulman, is dinsdag 17 juni opgenomen in de ‘honor roll’. Bijzonder, want vanaf 1947 tot op heden zijn er slechts 374 officieren uit 83 landen opgenomen. Hiervan gingen slechts twee Nederlandse officieren Meulman voor: generaal Zielstra (1948) en generaal Wijting (1961). De Amerikanen nemen alleen internationale officieren op in de honor roll, als zij studeerden aan de Air University en de rang bereikten van tenminste luitenant-generaal. In 1990 verbleef generaal Meulman een jaar op de Maxwell Air base in Montgomery, USA. Hij was de eerste van de inmiddels negen afgestuurde Nederlandse luchtmachtofficieren aan de Air University.
Allen hebben delen van het Air War College en de Air Power Research Institute/School for Advanced Air and Space Studies gevolgd. De Air War College is te vergelijken met de LTD in Nederland kennen.
Bij het Air Operations Control Station (AOCS) te Nieuw Milligen is op 26 en 27 mei de Unit Link 16 Coördinator (ULC) cursus gegeven. De vijftien deelnemers waren afkomstig van alle krijgsmachtdelen. De ULC cursus wordt sinds 2005 verzorgd door de Nationale Datalink Management Cel (NDMC), een interservice (project-)organisatie die gecoloceerd is op het AOCS NM. De NDMC is belast met het verzorgen van Link 16 Netwerk Management om het verantwoord gebruik van Link 16 door de krijgsmacht te waarborgen. Een goede coördinatie en samenwerking tussen de NDMC en (toekomstige) gebruikers is daarbij essentieel. Voor meer informatie over de NDMC en over de ULC cursus, mail naar NDMCFrontoffi
[email protected].
F-16’s van de Koninklijke Luchtmacht hebben ruim tienduizend uur voor de International Security Assistance Force (ISAF) gevlogen. Donderdag 5 juni werd deze mijlpaal bereikt, tijdens een ferryvlucht van Nederland naar Kandahar Airfield (KAF) om twee F-16’s te rouleren. Het duo legde op 6 juni onder begeleiding van een Nederlandse KDC-10, een non-stop vlucht af vanaf de Vliegbasis Volkel naar KAF. De jachtvliegtuigen vliegen al vanaf 2003 voor ISAF, eerst vanaf Manas in Kirgizië, daarna vanaf Kabul International Airport en sinds november 2006 vanaf KAF. Onder het commando van Headquarters ISAF in Kabul verlenen zij luchtsteun aan de grondtroepen van de ISAF-coalitie in heel Afghanistan. Op KAF zijn momenteel 6 F-16’s gestationeerd, waarvan twee klaarstaan voor de Quick Reaction Alert. Anderhalve week later bereikte een ander type dezelfde mijlpaal. Op 17 juni 2008 heeft de Chinook D-661, bijgenaamd ‘Red October’, op KAF zijn tienduizendste uur gevlogen tijdens een bevoorradingsvlucht. De D-661 is de eerste Nederlandse Chinook die deze mijlpaal bereikt op Kandahar.
38
De ministerraad heeft besloten tot verlenging van de huidige Nederlandse bijdrage aan de NAVOtrainingsmissie in Irak met twaalf maanden tot medio augustus 2009. De omvang van de bijdrage bedraagt zeven militairen en is ongewijzigd. Nederland is vanaf de start bij deze NAVO-operatie betrokken en levert sinds februari 2005 militairen die een bijdrage leveren aan opleiding en training van Iraakse leden van veiligheidsorganisaties. De NAVO-trainingsmissie richt zich op de opbouw van de Iraakse veiligheidssector die van groot belang blijft voor het politieke wederopbouwproces. Nederland hecht in bredere zin aan een goed functionerende rechtsorde in het MiddenOosten. Een stabiel Irak draagt hier in belangrijke mate aan bij.
Link 16 cursus op AOCS
10.000ste ISAF uur voor F-16 en Chinook
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Verlenging Trainingsmissie Irak
JOURNAAL
Jubileum voor oudste vliegende squadron
Negende nationale titel Rea Lenders Trampolinespringster Rea Lenders blijft onnavolgbaar. Na mindere optredens in het voorseizoen, werd de luchtmachtsergeant in Hoogezand voor de negende keer Nederlands kampioen met een score van 36,10 punten. In de voorrondes bleek de Zoetermeerse al met afstand de beste. Met ruim vier punten verschil op nummer twee ging zij als meest overtuigende springster naar de finale.
KLu Motortreffen Het 322 Squadron van de Vliegbasis Leeuwarden vierde op 13 juni haar 65 jarig jubileum. Het oudste vliegende squadron van de Koninklijke Luchtmacht blikte op deze dag terug op de afgelopen jaren met oud- en huidig personeel. Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard richtte het 322 Squadron op in 1943 in Engeland. In die tijd vloog het squadron met Spitfires en werd onder andere ingezet om V-1 raketten uit te schakelen. Het squadron werd bekend door het toepassen van een bijzondere techniek, namelijk het aantippen van de raket met de vleugeltip, waardoor deze uit balans raakte en neerstortte. Na WO II is 322 ingezet in onder meer Nederlands-Indië (Spitfire), Nieuw-Guinea (Hunter), de treinkaping bij de Punt in 1977 (F-104) en het uitschakelen van een Joegoslavische Mig-29 in 1999 (F-16). Daarnaast verzorgde het squadron de missing man formation tijdens de begrafenis van Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard in Delft. Foto: Cristian Schrik
Bijzondere commando-overdracht ATF Op dinsdag 1 juli droeg Kolonel Paul Mulder het commando van de 1 (NLD) Air Task Force (ATF) over aan Kolonel Anton den Drijver. Hij deed dit tijdens een bijzondere vlaggenparade op Kandahar Airfield (KAF), waarbij ook aandacht werd besteed aan de 95ste verjaardag van de Koninklijke Luchtmacht. Kolonel Mulder begon de ceremonie, die in verband met de hoge temperaturen op KAF in de vroege morgen plaatsvond, met een toespraak waarin hij memoreerde aan de geschiedenis van de Koninklijke Luchtmacht, waarin steun aan de grondtroepen altijd centraal heeft gestaan. Daarna werd een minuut stilte in acht genomen ter nagedachtenis aan de collega’s die ons in het afgelopen jaar ontvallen zijn. Na de minuut stilte werd overgegaan tot de commando-overdracht. Kolonel Mulder
sprak zijn dank uit aan het personeel van ATF7 voor de unieke prestaties die zij gedurende vier maanden op Kandahar Airfield geleverd hebben. Kolonel Den Drijver gaf aan dat ATF8, mede door de ondersteuning van ATF7, een goede start heeft gekend die vertrouwen geeft voor de komende vier maanden. Hij merkte op dat de uitdagingen waar ATF 8 voor staat, met inventiviteit en gemotiveerdheid kunnen worden gerealiseerd.
Onder de stralende zon vond in het weekend van 6 tot en met 8 juni voor de 13de keer het Luchtmacht Motortreffen plaats. Dit jaar lag de organisatie in handen van MC Wingriders, de motorclub van de Vliegbasis Volkel. Het geslaagde treffen werd bezocht door ongeveer 220 motorrijders van de KLu. Volgend jaar wordt de 14de editie van het KLu-treffen georganiseerd door MC Missile Riders op de GGW.
ATF-7 ontvangt NAVO-medaille Het personeel van de Air Task Force (ATF) op KAF ontving op 31 mei de NAVO-medaille, die werd uitgereikt door de Director Air Coordination Element van het ISAF hoofdkwartier, generaal-majoor Jouke Eikelboom. Tijdens de ATF-7 periode is zeer succesvol de overgang gerealiseerd naar de inzet van de tot M-4 gemodificeerde F-16’s. Daarmee is het mogelijk geworden om nog nadrukkelijker op elk gewenst tijdstip en onder alle weersomstandigheden, de grondtroepen in Afghanistan te ondersteunen. Zo is voor het eerst in de geschiedenis van de Koninklijke Luchtmacht een GBU-16/JDAM succesvol afgeworpen met uitstekend resultaat. Daarnaast is door de inzet van de Chinooks de ATF in staat om onder moeilijke omstandigheden belangrijke bevoorradingsmissies te realiseren, en om deel te nemen aan Air Assault operaties.
39
DE VLIEGENDE HOLLANDER
JOURNAAL
Honderdste voor MAAS-team
Het Mobile Aircraft Arresting System-team (MAAS) voerde op 4 juni de honderdste cabelchange uit op Kandahar Airfield (KAF). MAAS is de kabel die in de breedte van de start- en landingsbaan wordt gespannen zodat, indien nodig, de vliegtuigen met hun haak via de kabel kunnen worden afgeremd. Op verzoek van de verkeersleiding van KAF wordt, afhankelijk van de windrichting, een zogenoemde cablechange uitgevoerd. Dit houdt in dat het MAAS team dag en nacht kan worden opgeroepen om de kabel van de ene kant van de 3500 meter lange baan te verplaatsen naar de andere.
Wijzigingen DMO-top Commodore ir. Mels de Zeeuw volgt generaal-majoor Ed Evers begin september op als Directeur Projecten & Verwerving van de Defensie Materieel Organisatie (DMO). Hij wordt in verband hiermee bevorderd tot generaal-majoor. Evers wordt voor vier maanden geplaatst als Senior van het Netherlands Liason Team bij het US Central Command in Tampa, Florida Na terugkeer gaat Evers met functioneel leeftijdsontslag en verlaat hij de dienst per 31 december 2008. Kolonel Freek Groen was sous-chef Materieelcoördinatie en Regie bij de Directie Beleid van de DMO. Hij is per 16 juni bevorderd tot commodore en vervult vanaf die datum de functie van Directeur Materieel Logistiek bij de Staf Commando Luchtstrijdkrachten. Hij volgt als zodanig commodore De Zeeuw op, die op dit moment is uitgezonden als Contingentscommandant in Afghanistan.
Reünies Verbindings- en CIS-officieren Datum en tijd: 18 oktober 2008, van 14.00 tot 21.00 uur Locatie: Kumpulan/Bronbeek te Arnhem. Info en aanmelding: 0318-551938 of per email (voorkeur):
[email protected] Bijzonderheden: De reünie is voor (oud-) KLu verbindings/CIS officieren en partners. Ook oud Elek officieren met partner zijn welkom, indien ze betrokken zijn geweest bij de verbindings/CIS organisatie. Oud-Luva´s Datum en tijd: Zaterdag 1 november 2008, van 11.00 – 16.30 uur. Locatie: Kumpulan/Bronbeek te Arnhem. Info en aanmelding: Pamela Kuntz-Bosch, Oude Baan 119, 5104 PA Dongen, 0162-386279 (bij voorkeur na 18.00 uur).
[email protected] Bijzonderheden: De reünie is alleen toegankelijk voor vrouwen die een dienstverband hebben gehad bij de Luva (Luchtmacht Vrouwenafdeling). De oud Luva’s waarvan het adres bekend is ontvangen hiervoor nog een uitnodiging. Uiterste inschrijfdatum is 1 oktober 2008. Zestigjarig jubileum Vliehors Range Datum en tijd: vrijdag 5 september Locatie: Vliehors Range, Vlieland Info en aanmelding: Opgave voor de reünie kan uitsluitend via de volgende mailadressen:
[email protected] of YJ.Bosma@ mindef.nl met vermelding van: naam en adresgegevens en verdere gegevens zoals dienstplichtig of burgermedewerker, periode gediend en functie. Ook graag gegevens partner of een introducé doorgeven. Slechts 1 introducé mogelijk p.p. Voor meer informatie kunt u kijken op www.flylan.web-log.nl. U kunt ook bellen, tel. 0562-451315 (13.00-15.00 uur) dagelijks, behalve vrijdags. Bijzonderheden: Gedurende de gehele dag ontmoeten (oud) medewerkers elkaar en worden herinneringen opgehaald aan hun tijd op de Range. Tijdens het programma worden diverse vliegdemonstraties verzorgd, is er een open huis op de toren en range en aansluitend een receptie met diner.
Evenementenagenda 4 – 7 juli:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Florennes tijdens open dag BAF
10-14 juli:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Engeland Riat Fiarford
19-21 juli:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Hechtel Sanicole Belgie
25-30 juli:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Engeland Sunderland Cultrose
8 aug:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Vlissingen
15-18 aug:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Hongarije Kecskemet
16 aug:
Pasar Landgoed Bronbeek van 10.00 uur tot 18.00 uur, entreeprijs € 4,00, tot 12 jaar gratis. Museum op vertoon entreekaartje gratis. Parkeren op het terrein van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Ruitenberglaan 31 Arnhem (nabij Bronbeek), volg parkeer bewijzering. OV: vanaf NS-station Arnhem, lijn 3, halte Bronbeek.
20 aug:
Optreden Luchtmacht Demoteam in Volkel Radio 8fm
T/m 19 okt: Expositie ‘De laatste Batakkoning’ in Museum Bronbeek. Toegangsprijs incl. museumentree: € 2,30. Reserveren noodzakelijk: (026) 376 35 55. Adres: Museum Bronbeek, Velperweg 147, Arnhem - www.bronbeek.nl.
DE VLIEGENDE HOLLANDER
40
Ereteken op Thuisfrontdag Soesterberg Commandant Luchtstrijdkrachten luitenant-generaal Jac Jansen heeft zondag 22 juni tijdens de Thuisfrontdag Vliegbasis Soesterberg het Ereteken uitgereikt aan mevrouw Ank van Tilburg. Zij is, als echtgenote van een transporthelikoptervlieger, sinds november 2000 betrokken bij de Thuisfrontafdeling van de Vliegbasis Soesterberg tijdens de uitzending UNMEE. In 2002 nam zij het voorzitterschap van de Thuisfrontafdeling van de Vliegbasis Soesterberg op zich en voert deze functie tot op de dag van vandaag nog steeds uit. Op 20 juli legt zij deze neer.
JOURNAAL
Stralende Veteranendag in de hofstad
Rond de 55.000 bezoekers bezochten op 28 juni de Nederlandse Veteranendag. Mede door het mooie weer (na een natte start van de dag) was het publiek in grote getale toegestroomd. Langs de route van het defilé stonden op sommige plaatsen de toeschouwers rijen dik. Ook op de manifestatie op het Malieveld was het erg druk en heerste er een fantastische sfeer.
achthonderd actief dienende mannen en vrouwen, dertien muziekkorpsen en heel wat oude en nieuwe voertuigen trokken aan hem voorbij. Minister-president Jan-Peter Balkenende hield ’s ochtends een toespraak in de Ridderzaal. Na de ceremonie reikte de prins van Oranje op het Binnenhof een draaginsigne gewonden uit aan korporaal Bas van Mourik, die in 2007 in Uruzgan letsel opliep. Minister van Defensie, Eimert van Middelkoop, spelde vervolgens eenzelfde onderscheiding op bij Bosniëveteraan Prins. Een derde exemplaar was voor Libanonveteraan Hessels, die het kleinood kreeg uit handen van Commandant der Strijdkrachten, generaal Peter van Uhm. Naast dit trio ontvingen veertig militairen hun ‘Herinneringsmedaille Vredesoperaties’. De Koninklijke Luchtmacht ondersteunde de Veteranendag door een zogenoemde fly-by met verschillende vliegtuigen en helikopters. Naast een KDC-10 en een C-130 Hercules vlogen een vijftal F-16´s over het Malieveld. Ook waren zes PC-7 lesvliegtuigen, drie Cougars, twee Alouettes, twee Chinooks, twee Apaches en een Search-And-Rescue helikopter te zien boven Den Haag. Meer informatie is te lezen op www.veteranendag.nl
Brigadegeneraal prins Willem-Alexander nam in landmachtuniform het defilé af. Ruim drieduizend veteranen, maar ook
Agenda Militaire Luchtvaartmuseum Expositie - ‘Een vliegklas zwermt uit’ In 2007 was het tachtig jaar geleden dat de Vliegklas 1926 van de legendarische ‘Vliegschool van Versteegh’ zijn opleiding voltooide. De expositie is gewijd aan de levensloop van deze bijzondere lichting en schetst tegelijkertijd een beeld van de betekenis van Soesterberg voor de Nederlandse luchtvaart in het midden van de vorige eeuw. Dagelijks tot 31 augustus. Workshops - ‘Ready for take off’, ‘Start your engines’ en ‘Code S.O.S.’ Iedere woensdag van 14.00 – 15.30 uur. In de zomervakantie van 1 juli tot en met 31 augustus ook op woensdagochtend van 10.15 - 12.00 uur. Museumtour Gratis rondleidingen door het museum op iedere tweede zondag van de maand. Tijdens de zomervakantie van 1 juli tot en met 31 augustus ook iedere donderdag- en vrijdagochtend, vrijdagmiddag en zondag. Museumtheater Elke zondag en donderdag van 1 juli t/m 31 augustus.
41
DE VLIEGENDE HOLLANDER
Mensen
Mutaties
Bevorderingen militairen Generaal-majoor Abma, J per 5/5/2008 (DC IOD: AIR CCHQ Ramstein)
(OKLU:AG L&S/MAATWERK/OUTDOOR), Verboom, J per 5/1/2008 (LCW STGP KWAL,LW,ARBO&MIL)
Commodore Schnitger, A per 4/21/2008 (LSK:DIRECTIE OPERATIES)
S Sergeant-majoor B Bos, D van den per 5/15/2008 ( (afd. J6 (Com.& Info.sys)CIS&IV), Ekeren, N van per 4/26/2008 (LW:GEZONDHEIDSCENTRUM), Grinsven, RJ van per 4/23/2008 (VKL:WE MOTOREN), Hendrix, M per 5/1/2008 (GGW:SIE ONDERH ONDERSTSYST 803), Jansen, C per 5/1/2008 (SSB:VLUCHT 1 300), Kleij, N ten per 5/1/2008 (GGW:ALGEMEEN MAGAZIJN 951), Klein, EJL per 5/1/2008 (GGW:BEWAKINGSPELOTON 3 650), Kouwenberg, JML per 3/26/2008 (AOCS:LBB LOGISTIEK), Raukema, E per 5/16/2008 (THG:WERKEENHEID 301 VL 2 (AVT)), Roukens, TR per 4/1/2008 (SSB:PVE BRANDWEER), Ruardia, YL per 2/28/2008 (LW:GEREEDSTELLINGSVLUCHT 323), Scholten, J per 4/21/2008 (VKL:WE AVIONICATECHNIEK), Schoot, RHCJ van der per 5/26/2008 (EHV:VLIEGDIENST 334), Woudstra, JI per 5/14/2008 (LW:SIE PODDED SYSTEMS)
Kolonel Vaart, F van der per 5/1/2008 (DC IOD: Locatie Eindhoven) Luitenant-kolonel Meij, A van der per 5/1/2008 (DGV: Bur Krijgsmachtpredikant) Majoor Andeweg, P.A.N. per 5/1/2008 (EHV:BUR MANAGEMENT CONTROL), Heuvel, OR van den per 3/1/2008 (OPS: MSC: N-5 CEL), Kroese, J. per 4/1/2008 (LSK:SIE AIR OPERAT. CONTROL) Kapitein Bent, D.W. per 4/21/2008 (MGGZ: RcGGZ Zuid), Dortmont, M.C.P. van per 4/21/2008 (DC BMW: RK Zuid), Gulik, C.C.T. van der, Drs. per 4/21/2008 (MGGZ: RcGGZ Noordoost), Hoogh, AMPC de, Ing. per 5/6/2008 (DCIVB: Team Inform Beveiliging), Michielen, C A per 4/9/2008 (EHV:VLUCHT 4 KDC-10), Osch, G.C. van, Ing. per 5/1/2008 (GZRY:CIS COORDINATION CENTRE), Soulages, C.E.C. per 3/31/2008 (CLAS/DOPS/SIE G3/BUR VOPS), Streppel, R.M. per 5/1/2008 (LW:P&O ADVISEURS&ONDERST P&O) Eerste luitenant Beimin, D., Ing. per 2/16/2008 (LCW LOGMGMT HELIKOPTERS), Gabriëls, V.C. per 2/9/2008 (SSB:VLUCHT 3 300), Hoogsteder, E.H.M. per 2/9/2008 (SSB:VLUCHT 1 300), Huberts, P.C. per 5/12/2008 (LW:WE MATERIEELVOORZ BESTELP), Jongh, P.C. de per 4/21/2008 (LSK:SIE LUTRA&TANKEROPERATIES), Scheffers, V. per 5/18/2008 (SSB:DISTRIBUTIECENTRUM), Schonewille, A. per 5/1/2008 (LMG:SIE BEHR&ONTWIKK), Stolk, R per 4/1/2008 (LSK:SIE OPS HELIKOPTERPLANNEN), Volkers, RE per 2/1/2008 (LSK:SIE PLATFORM ONDERSTEUN.) Tweede luitenant Hoek, J.F. van der per 4/21/2008 (EHV:BEDRIJFSVOERING & ONDERST), Roelevink, L.H., Ing. per 12/21/2007 (LCW GSM CL LU VKBEV), Rosink, B.M. per 4/21/2008 (OKLU:AG FUNDAM. VOORLICHTING), Steenbergen, M., Ing. per 2/8/2008 (EHV:PVE MECHANICA), Steerenberg, B., Ing. per 4/21/2008 (LW:WE LOKALE VERWERVING), Teussink, SJM per 4/21/2008 (LCW FYSDISTR BACKOFFICE) Adjudant-onderofficier Bosma, O per 4/16/2008 (DC HR: Bureau Algemeen P&O), Broers, AJM per 5/26/2008 (OKLU:VG ONDERST. TECHNIEKEN), Mulkens, TL per 4/10/2008 (EHV:BEDRIJFSBUR LOADCONTROL), Ommeren, R van per 5/1/2008 (SSB:SQN STAFBUR 298), Oranje, I per 5/6/2008 (DC PV: Sie Werving KLu), Schrijver, PAM per 5/1/2008 (GZRY:LBB LOGISTIEK), Smit, HHW per 5/6/2008
DE VLIEGENDE HOLLANDER
42
S Sergeant der eerste klasse B Beijnen, R van per 1/23/2008 ( (EHV:DOCK 3 C-130), Berg, F van den per 5/9/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 300), Berg, J van den per 5/1/2008 (OKLU:VG HONDEGELEIDING), Bevers, MA per 5/9/2008 (VKL:WE POO F-16), Dekker, GH per 1/26/2005 (GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Dekker-van der Kloor, IR per 5/10/2008 (LW:SIE MUNITIEASS. & TRANSP.), Dongen, BA van per 1/24/2008 (EHV:DOCK 3 C-130), Gooijer, M per 3/6/2008 (EHV:DOCK 2 KDC-10), Gunn, CC per 5/24/2008 (OKLU:VG OGRV), IJzerman, M.E. per 4/17/2008 (VKL:GEZONDHEIDSCENTRUM), Izelaar, L per 5/19/2008 (SSB:HELI ONDERH AL-III 300), Klootwijk, S per 5/8/2008 (GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Kok, CR de per 5/9/2008 (SSB:WE FASE ONDERHOUD COUGAR), Koppers, RGJH per 5/4/2008 (EHV:TECH VLCHT F50/GIV), Krol, C.A.M. per 7/9/2007 (GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Leeuwrik, P.J.G. per 6/22/2007 (EHV:GEZONDHEIDSCENTRUM), Lubbers, ME per 10/9/2007 (SSB:BUR LOG. BELEID&PLAN.), Meggelen, JMH van per 5/9/2008 (VKL:WE MOTOREN), Mentink, M.A. per 2/2/2007 (GGW:GEZONDHEIDSCENTRUM 650), Mevis, P.E.J. per 5/9/2008 (LCW COMPO MOT&MODULES), Middelberg, M per 5/27/2008 (EHV:DOCK 3 C-130), Murat, H per 5/9/2008 (VKL:WE MOTOREN), Oosterkamp, M per 5/9/2008 (LW:WE MOTOREN (VO-B)), Pieters, D. per 4/14/2008 (GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Rutten, M.J.H. per 1/25/2008 (VKL:GEZONDHEIDSCENTRUM), Siemerink, M per 5/9/2008 (VKL:WE MOTOREN), Teklenburg, S per 7/9/2007 (GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Timmer, SL per 5/24/2008 (GZRY:SIE BEWAKING), Velden, HJP van der per 2/26/2008 (EHV:DOCK 1 C-130), Well, RA van per 5/28/2008 (VKL:WE POO F-16), Wezel, S. van per 6/22/2007
(EHV:GEZONDHEIDSCENTRUM), Wijnberg, D per 5/9/2008 (VKL:WE POO F-16), Zwart, DM per 4/26/2008 (LCW PACER AMSTEL PROJECT) Sergeant A Agterberg, A. per 9/5/2007 (#EHV:WC SCHILDEREN), Beek, E. van der per 3/28/2008 (LW:WE AVIONICATECHNIEK (AVT)), Berkhout, B. per 5/19/2008 (LCW COMPO CL AVIONICA), Bernhard, T. per 4/21/2008 (EHV:PVE LUCHTVERKBEVEIL.), Bernhard, T. per 4/21/2008 (EHV:PVE LUCHTVERKBEVEIL.), Bus, P.C.M. per 4/25/2008 (SSB:VLUCHT 3 298), Croes, M.M.I. per 5/15/2008 (VKL:SIE PODDED SYSTEMS), Deckers, J.H.M. per 3/18/2008 (LCW COMPO CL AVIONICA), Enderman, M.A.D. per 3/28/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Farjon, T.S. per 3/31/2008 (LW:WE AVIONICATECHNIEK (AVT)), Hemert, H.J. van per 3/26/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Hoen, SA per 5/8/2008 (OKLU:PVE LUCHTVERKEERSLEIDING), Hoen, SA per 5/8/2008 (OKLU:PVE LUCHTVERKEERSLEIDING), Jongkind, T per 2/15/2008 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Laan, W. van der per 3/7/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Lenten, CV per 4/21/2008 (EHV:ONDERHOUD EN BEHEER), Martherus, VC per 4/25/2008 (SSB:VLUCHT 2 298), Nussy, B.A. per 5/9/2008 (EHV:WC VLGTG PLTWRK/ KUNSTST), Posthumus, WH per 2/4/2008 (LW:SIE MUNITIEASS. & TRANSP.), Postma, T.S. per 5/13/2008 (EHV:PVE LUCHTVERKBEVEIL.), Postma, T.S. per 5/13/2008 (EHV:PVE LUCHTVERKBEVEIL.), Santegoeds, W.A. per 5/6/2008 (THG:HELIKOPTER ONDERHOUD 301), Schipper, W. per 4/4/2008 (LW:WE VLIEGT. ONDERHOUD (VO)), Stornebrink, J. per 4/23/2008 (LCW COMPO CL MECH SYSN), Veenings, R.S. per 4/4/2008 (LW:WE VLIEGT. ONDERHOUD (VO)), Wiersma, M. per 4/1/2008 (LW:WE AVIONICATECHNIEK (AVT)) Korporaal der eerste klasse A Akkermans, S per 5/23/2008 (GGW:GW PATRIOT CREW 2 FP 2 802), Berg, B. van den per 5/19/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 300), Biermans, B.F.G. per 5/10/2008 (PARESTO/ZO:GGW de Peel), Boomsma, J per 5/19/2008 (SSB:OPSLAG TECHNISCH MAGAZIJN), Bresser, R.J.M. de per 5/19/2008 (VKL:SIE MAGAZIJNEN), Brouwers, B. per 5/24/2008 (GZRY:WE FASE INSPECTIE AH-64D), Bruijns, J.N. per 5/10/2008 (GZRY:HONDENSECTIE), Buitenhuis, PB per 5/1/2008 (GZRY:WE VLGTGONDERH/SCHILDEREN), Ducardus, D per 5/22/2008 (VKL:WE SCHILDEREN/CORROSSIE), Holten, B.T. van per 5/21/2008 (LW:PVE GEREEDSTELLING 322), Holtslag, J. per 5/19/2008 (VKL:OPER. MATERIEELVOORZ.), Jager, R.S. per 5/10/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 300), Jansen, C per 5/8/2008 (OKLU:BEWAKINGSPELOTON 1), Kirchberg, M per 5/15/2008 (GGW:STNGRTM 7 PELB TVS BEW 650), Lenaerts, DAJ per 5/22/2008 (THG:WERKEENHEID 301 VL 1 (VOT)), Mallien, A.R.J. per 5/19/2008 (VKL:ONDERST. MATERI-
M E N S E N & M U TAT I E S
Actieve dienst verlaten EELVOORZ.), Meuwissen, R per 5/1/2008 (VKL:WE WAPENTECHNIEK), Mulder, R.J. per 5/1/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Ocké, S per 5/8/2008 (OKLU:BRANDWEERPELOTON 2), Oost, J.B. per 5/19/2008 (GZRY:INTENDANCE MAGAZIJN), Petronilia, G.J. per 5/22/2008 (VKL:WE WAPENTECHNIEK), Pul, K. per 5/18/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 298), Regeling, B per 5/15/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Rijswijk, D van per 5/8/2008 (LW:PVE BRANDWEER), Schoenmakers, A per 5/29/2008 (VKL:641 OGRV PELOTON), Schuiling, F.L. per 5/19/2008 (SSB:ME MATERIEELVOORZIENING), Suykerbuyk, P per 5/8/2008 (OKLU:BRANDWEERPELOTON 1), Veen, H.C. van der per 5/29/2008 (GGW:STNGRTM 6 PELA TVS BEW 650), Vos, J.M. per 5/19/2008 (OKLU:AFD OPSLAG), Vries, G. de per 5/22/2008 (THG:WERKEENHEID 301 VL 1 (VOT)), Wildt, T de per 5/15/2008 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 313), Wolfers, JA per 5/2/2008 (VKL:SIE WAPENTECHNIEK), Woude, C.V. van der per 5/19/2008 (LW:SIE EXPEDITIE), Zonsbeek, R van per 5/10/2008 (VKL:CIS MAINTENANCE) Korporaal Akse, K per 4/7/2008 (LW:WE POO F-16), Albers, LJ per 4/28/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Beijen, MCM per 4/24/2008 (GZRY:HONDENSECTIE), Boogaarts, W.C. per 3/31/2008 (SSB:HELIKOPTER ONDERHOUD 300), Buitelaar, K per 12/13/2007 (GGW:MOTORTRANSPORT VLUCHT 951), Dijkstra, R.J.A. per 5/8/2008 (GGW:GW PATRIOT CREW 1 FP 3 803), Dik, TL per 5/8/2008 (VKL:BEWAKINGSSPEC OPS VL 640), Eradus, A.M.H. per 5/15/2008 (PARESTO/ZO:Vliegbasis Volkel), Jarir, F. per 4/16/2008 (LW:SIE WEGTRANSPORT), Kippersluis, W.F.A. van per 4/14/2008 (VKL:SIE DEELSYSTEMEN), Maanen, B van per 4/23/2008 (VKL:WE VLIEGTUIGONDERHOUD), Mooren, JW per 5/19/2008 (EHV:PVE BRANDWEER), Sijl, J.O. per 5/9/2008 (VKL:PVE GEREEDSTELLING 312), Stoelinga, O.P. per 4/28/2008 (LW:PVE GEREEDSTELLING 322), Theunissen, J. per 4/18/2008 (SSB:DISTRIBUTIECENTRUM), Tol, A per 5/23/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Vodegel, B.R.O. per 3/17/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Wijbregt, M.S. per 3/3/2008 (LW:HONDEN SIE) Soldaat der tweede klasse Clerkx, R per 4/28/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640), Helstone, MT per 4/28/2008 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640) Schaal 10 Berge, AJ van den per 5/1/2008 (OKLU:BUR BEDR.VOERING/INFOVOOR) Schaal 09 Spangenberg, S per 4/1/2008 (LSK:BUR PERS.BEHEER&PLAATSING) Schaal 06 Meer-Borstrok, MAJ van per 1/1/2008 (OKLU:P&O ADVISEURS SPECIALISTE)
Commodore
Luitenant-kolonel
Swagemakers, JPHA, (per 5/10/2008) Ass Belading/Verkenning, Taal, JC, (per 5/1/2008) Ass CIS Maintenance, Vugt, D van, (per 5/1/2008) Sld Bewaker
Sijl, JJ, Ds., (per 5/1/2008) Krijgsmachtpredikant
Korporaal K
Berlijn, PC, (per 5/1/2008) NMR/tvs. C-NAK
Majoor
Booij, BA, (per 5/1/2008) KLu Herplaatsing Extern, Lokven, MPA van, (per 5/1/2008) Cdt Onderh Sqn, Meij, WG van der, (per 5/1/2008) KLU Herplaatsing Intern Kapitein
Souren, PR, Ing., (per 5/1/2008) Hfd Cis Coord Centre Tweede luitenant
Erkelens, MM, (per 5/1/2008) Hoofd Mission Support Vaandrig
Pligt, R van der, (per 5/26/2008) Cursisten VTO KLu
B Blommers, N.A.J., (per 5/1/2008) Nivo 3 Ooff LVB, Gabriels, JCPJW, (per 5/7/2008) Nivo 3 Ooff Loadmaster C-130, Gigengack, R.C.A., (per 5/14/2008) Nivo 3 Ooff LVB MILATCC, Heemskerk, R, (per 5/12/2008) Nivo 3 Ooff VO Chinook, Hendriks, RHH, (per 5/28/2008) Nivo 3 Ooff CIS Maintenance, Heres, G.V., (per 5/1/2008) Kpl Bewaker, Renique, J, (per 5/1/2008) Kpl Bewaker, Uiterwijk Winkel, RJM, (per 5/1/2008) Ass Behrdr Pol/Ca/Chf Brst Vr, Viskaal, M., (per 5/29/2008) Nivo 3 Ooff AVT Cougar, Wagemakers, M, (per 5/1/2008) Sld Bewaker, Wanninkhof, J, (per 5/19/2008) Nivo 3 Ooff IDT Patriot Soldaat der eerste klasse S
Adjudant-onderofficier
Alebeek, AWMM van, (per 5/1/2008) Excersise & Training, Domen, APC, (per 5/1/2008) Hfd Brandweer, Hutjens, PAAM, (per 5/1/2008) Mdw Arbo, Loon, K van, (per 5/1/2008) Oot Onderh Patriot, Ritzen, MML, (per 5/1/2008) Flight Engineer
C Christiaans, W.D., (per 5/1/2008) Sld Bewaker, Wildenberg, EA van den, (per 5/18/2008) Nivo 2 Kpl Bewaking Soldaat der tweede klasse S
N Nijssen, T.J., (per 5/1/2008) Nivo 2 Kpl Transport Soldaat der derde klasse S
Sergeant-majoor
Haastrecht, PJ van, (per 5/1/2008) Sr Loadmaster C130, Plasmans, CM, (per 5/1/2008) Mdw Inkoop, Somers, CLA, (per 5/1/2008) Instr.PCG Amsterdam Sergeant der eerste klasse
Geertshuis, B, (per 5/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Hartendorp, AP, (per 5/1/2008) Spec Cis Operations, Verheijden, WC, (per 5/1/2008) KLU Herplaatsing Extern, Zoll-Doddema, JFT, (per 5/1/2008) Flightplanner
A Adriaens, B, (per 5/17/2008) Cursisten 3 KLu, Balendonck, R.J.M, (per 5/7/2008) Cursisten 3 KLu, Buijs, L.R., (per 5/1/2008) Nivo 3 Ooff OGRV, Calis, V., (per 5/26/2008) Cursisten 4 KLu, Jong, C de, (per 5/25/2008) Cursisten 4 KLu, Schonenburg, M., (per 5/5/2008) Nivo 3 Ooff OGRV, Verbeek, R, (per 5/1/2008) Cursisten 4 KLu Schaal 09
Diever, W., (per 5/1/2008) P&O adviseur, Haasteren, BJ van, (per 5/1/2008) Jr Luchtverkeersldr Twr
Korporaal der eerste klasse
Aarts, IHJ, (per 5/1/2008) Ass Ops Room, Arnts, PCFJ, (per 5/1/2008) Kpl Bewaker, Boeijen, JJ van, (per 5/1/2008) Chauffeur, Heijden, G P M van der, (per 5/11/2008) Kpl Bewaker, Heuvel, G van den, (per 5/21/2008) Ass Gnk Verz, Ibrahim, S.W., (per 5/28/2008) Hulp Vrachtafhandeling, Jonkers, I, (per 5/18/2008) Kpl Bewaker, Klinken, G van, (per 5/12/2008) Chauf, Nowicki, MA, (per 5/28/2008) Ass Gnk Verz, Rooijen, FM van, (per 5/1/2008) Overtollig BBT SBK, Schouten-van der Linden, NM, (per 5/1/2008) Hulp Lvb,
Schaal 06
Lubach, H.M., (per 5/1/2008) KLU Herplaatsing Intern, Vries, HMA de, (per 5/1/2008) Mdw Verwerving Schaal 05
Mulders, AECM, (per 5/1/2008) Secretaresse Schaal 03
Bakker, R.J.M., (per 5/1/2008) Techn Vot F16 Syst
43
DE VLIEGENDE HOLLANDER
RT
ITEE C I L E F E I DEFENSark Huizinga
sergeant ekkers, Dennis B doka taekwon
itenant eerste lu tijn, Gravens h a r o b e D judoka
kapitein t, e Elmon Guillaum judoka
kapitein izinga, Mark Hu judoka
M , mpioen) kapitein a k s e e p uro lmont E (goud, E e m u a l Guil catie) fi i l a w k kapitein ische venstijn p a r m G y l h O a r , o (zilver ant Deb n e t i u l e én eerst lificatie) a w k e h c htmacht c u L (Olympis e k j i oninkl restaties p p o t van de K n e met hu van hart K judo. E t e h p o
NSIE E F E tmacht D h c T u R L E e E do. nklijk LICIT
ST FE de Koni A taekwon n A a K N v E R s t r e A e h DA UD! is Bekk ille op pisch GO nt Denn en meda sergea e bronz aar Olym d n l a g a e h w e b p lemaal o met zijn l a n e h nen Wij steu
T! R O P S P O efensie.nl T = E I S www.d DEFEN