DE KOSTERSTEEN Nummer 116, april 2011
Koninklijk bezoek aan Bennekom Henk Gijsbertsen
Regelmatig ben ik bij mijn onderzoek naar de geschiedenis van Bennekom, de naam van leden van ons Koningshuis tegengekomen.Veel van hen zijn wel eens op bezoek geweest in ons dorp, meestal om een opening te verrichten, anderen alleen op doortocht. Ik heb geprobeerd om al deze bezoeken eens op een rij te zetten.Als er bij één van u nog meer bezoekjes aan Bennekom bekend zijn, hoor ik dit graag.Het overzicht begint bij Koning Willem III. Koning Willem III (1817-1890) kreeg uit zijn eerste huwelijk met Sophia van Würtemberg drie zonen, n.l. Willem, Maurits en Alexander, die alle drie vóór hem overleden. Willem (1840-1879), kroonprins, stierf in Parijs, waarschijnlijk aan een longontsteking. Maurits (1843-1850) stierf als kind aan hersenvliesontsteking. Alexander (1851-1884) stierf op 21 juni 1884 aan een hartaanval. Ook tyfus wordt genoemd als reden van zijn overlijden. Alexander werd na het overlijden van zijn broer Willem in 1879 dus Kroonprins. Sophia van Würtemberg overleed in 1877.Willem hertrouwde op 7 januari 1879 met Emma van Waldeck-Pyrmont en in 1880 werd Wilhelmina geboren. Zij volgde in 1890, na het overlijden van Willem III, 10 jaar oud, onder regentschap van haar moeder Koningin Emma, haar vader op. In 1898 werd zij ingehuldigd als Koningin. Zij trouwde op 7 februari 1901 met Prins Hendrik van Mecklenburg-Schwerin. Uit hun huwelijk werd in 1909 prinses Juliana geboren. Op 7 januari 1937 trouwde Juliana met Prins Bernhard. Koning Willem III (1817-1890). Een aanslag op de Koning? In Ede Stad van 2 juli 1986 vond ik het onderstaande bericht over de Bennekomse veldwachter Jan Kelderman. Zijn kleinzoon, H. Kelderman uit Arnhem (geboren in Bennekom in 1916) vertelde mij bij zijn bezoek aan ons museum op 24 november 2010,
hetzelfde verhaal. In 1882 bracht Koning Willem III een bezoek aan Oranje Nassau’s Oord in Renkum. (Meer hierover bij Koningin Emma). Hij kwam per trein naar Ede S.S. en ging vandaar per koets verder via Bennekom naar Wageningen en vandaar naar Renkum. Het bezoek
De Kostersteen 116, april 2011
1
Koning Willem III
als dank, nu voor moordenaar uitgemaakt. Maar nu kwam veldwachter Kelderman in actie, ditmaal, vanwege de hoge reiziger, in vol ornaat, compleet met lange sabel. Hij haastte zich naar het rijtuig van de koning, ging stram in de houding staan en verklaarde dat de schoten waren bedoeld als een welkom voor Z.M. en zijn gezelschap. Koning Willem III, aanvankelijk ook beduusd, nam met deze uitleg genoegen. De bakker werd vrij gelaten en de stoet trok verder, nagewuifd door de vele mensen, die, mede door dit incident, de kans van hun leven kregen om hun vorst rustig te bekijken.”
was vooraf aangekondigd zodat men ook in Bennekom hiervan op de hoogte was. “Een hele gebeurtenis die het dorp in feeststemming bracht: op de vastgestelde dag werden de vlaggen uitgestoken en verzamelden de mensen zich in de Dorpsstraat. Onder hen bevond zich ook bakker Hannes Otten, de beste schutter van de plaatselijke schietvereniging. Hij was van Z.K.H. Prins Alexander (1851-1184). mening, dat om in stijl te blijven, Z.M. Kroonprins Alexander is de eerste telg uit met salvoschoten moest worden ontvanons Koningshuis die ik, met betrekking gen en had dus zijn geweer meegenomen. tot Bennekom, in oude kranten gevonden De betrekkelijk kleine stoet, twee herauheb. In de Leeuwarder Courant van 24 ten te paard, vervolgens de koets waarin juni 1880 stond een berichtje, dat in Amde koning zat en daarachter een landauer sterdam zeven mannen een inrichting met enkele leden van de hofhouding, naderde. Toen het gezelschap de kerk bereikte, achtte de bakker zijn tijd gekomen; verscholen achter de dorpspomp, loste hij, geheel onverwachts, twee schoten; weliswaar in de lucht, maar het tumult was er niet minder om. Een aanslag op de Koning, hoe was dat hier in Bennekom mogelijk. De herauten sprongen van hun paarden en hadden in een mum van tijd de verblufte bakker ingerekend. De man begreep er niets van; hij had De Prins Alexander Stichting aan de Hullenbergweg het zo goed bedoeld en werd,
2
De Kostersteen 116, april 2011
voor blinde kinderen, beneden de leeftijd van 6 jaar, wilden stichten. Zij hadden hiervoor het landgoed “Middeneng” gekocht, gelegen aan de straatweg van Bennekom naar Renkum. Een landgoed, dat volgens bevoegde beoordelaars aan alle vereisten voor zo’n inrichting voldeed. Het bericht sluit dan als volgt: “Z.K.H. Alexander der Nederlanden, prins van Oranje, heeft welwillend toegestaan, dat zijn naam aan de inrigting zou gegeven worden”. Zo ontstond dus de Prins Alexander Stichting. In de Leeuwarder Courant van 24 augustus 1880 stond het volgende bericht: “Den 15n October e.k. wordt de Prins Alexanderstichting, eene inrigting voor blinde kinderen beneden de zes jaren, van elke godsdienst, op den huize “Middeneng” bij Bennekom geopend. Als directrice treedt op Mej. M.C.Verny, vroeger aan de Louise Bewaarschool en ’t Instituut tot onderwijs van blinden te
Amsterdam verbonden”. De Leeuwarder Courant van 26 november 1880 heeft nog het volgende berichtje. “Z.K.H. prins Alexander heeft aan de commissie der “Prins-AlexanderStichting” te Bennekom doen weten, dat hij tot zijn leedwezen verhinderd is de plegtige opening op 30 Nov. e.k. bij te wonen.” Aangezien prins Alexander al in 1884 (dus 4 jaar hierna) overleed, denk ik niet dat hij nog in Bennekom is geweest. Er is in ieder geval niets van te vinden. Door de blindeninrichting is zijn naam wel voor altijd aan Bennekom verbonden. Omdat de inrichting niet meer aan de gestelde eisen voldeed, werd ze in 1910 overgebracht naar Zeist. Meer gegevens over de Prins Alexander-Stichting kunt u vinden in “De Kostersteen” no. 88 van april 2004, de blz. 1 t/m 13.
Koningin Emma en koningin Wilhelmina Koningin Emma en haar dochter Koningin Wilhelmina bezochten op 21 september 1898 de grote leger manoeuvres op de Renkumse heide. Volgens een verslag in de Leeuwarder Courant van 20 september 1898 (deze courant noemt het “de groote wapenschouwing”) zou het een uniek evenement worden waar duizenden bezoekers op af zouden komen. Er reden extra Wapenschouw op de Renkumse heide, 1898 treinen uit Amsterdam, De Kostersteen 116, april 2011
3
Den Haag en Utrecht. Deze reizigers zouden per trein bij het station Wolfheze worden afgezet. Dit gold niet voor de beide koninginnen en hun gevolg. Op Bennekoms grondgebied, n.l. bij Blokpost 20, gelegen aan het einde van de Oost-Breukelderweg en de kruising met de Dr. Hartogsweg, werd ter gelegenheid van hun bezoek een extra halte gemaakt. “De halte, welke bij het wachtposthuisje 20 is gemaakt, dient enkel voor Hare majesteiten en H.D. gevolg”. De Arnhemse stoombootonderneming Concordia liet met extra boten vijf reizen heen en weer maken, van Arnhem naar het Renkumse veer. In de dagbladen verschenen routebeschrijvingen hoe men vanaf het veer en vanaf het station Wolfheze het beste kon lopen. (circa een half uur lopen). Het was Wilhelmina’s eerste kennismaking met ons leger, nadat zij 15 dagen ervoor op 6 september officieel was ingehuldigd als Koningin. Zij heeft later nog veel leger manoeuvres bijgewoond. Koningin Emma bezoekt OranjeNassau Oord. Op 29 augustus 1881 kocht Koning Willem III het landgoed Grunsfoort bij Renkum van Graaf van Rechteren van Appeltern. Graaf van Rechteren was een groot liefhebber van de jacht. Bij zijn jachtpartijen waren altijd veel mensen betrokken. Onder hen bevond zich dikwijls ook Koning Willem III. Deze was zo onder de indruk van de omgeving, dat hij besloot het landgoed aan te kopen als zomerresidentie voor zijn vrouw. Het was een geschenk voor Emma t.g.v. de 1ste verjaardag van hun dochter Wilhelmina op 31 augustus en ook een wat verlaat huwe4
Koningin Emma lijksgeschenk. Willem hoopte dat Emma, door hier zomers te verblijven, met minder heimwee zou terug denken aan haar geboortestreek in Duitsland. In 1883 was het op het landgoed staande huis, na een grondige verbouwing, omgetoverd tot een paleis en was het klaar voor bewoning. Tussen 1883 en 1900 is hier door de koninklijke familie regelmatig gebruik van gemaakt. Als zij dan per trein kwamen en in Ede uitstapten, moesten zij door Bennekom. (Soms gingen zij door naar station Wolfheze of Arnhem). In 1898 schonk Emma het paleis aan het Nederlandse volk en werd het eerste Sanatorium in Nederland. Het werd volgens
De Kostersteen 116, april 2011
alle kranten een “Sanatorium voor longlijders”. (TBC). Op 29 januari 1899 bracht Koningin Emma er een bezoek. Een verslag hiervan stond in de Leeuwarder Courant van 30 Januari 1899. Bezoek der Koningin-Moeder aan Oranje Nassau-Oord. H.M. de Koningin-Moeder begaf zich gisteren voormiddag met het in den gewonen staatsspoortrein van 10 uur 6 min. ingelegde koninklijk salonrijtuig via Ede naar het landgoed Oranje Nassau-Oord. De hofdames barones van Ittersum en jonkvrouw van de Poll, alsmede jhr. De Ranitz, particulier secretaris en intendant van het huis van H.M., maakten het gevolg uit. De burgemeester der residentie, baron van Harinxma, deed H.M. in het station tot aan den trein uitgeleide. H.M. kwam op den bepaalde tijd aan het station Ede aan, waar H.M. door den burgemeester, den heer Optennoort, in de in haast keu-
Oranje Nassau Oord
rig versierde wachtkamer gecomplimenteerd werd. Barones van Ittersum bood een zeer fraaien ruiker aan. In een open rijtuig uit Wageningen zette de Koningin met gevolg den tocht naar OranjeNassau-Oord voort. Een vrij talrijke menigte, w.o. hoofden en leerlingen van het instituut “Erica”, begroette de Koningin levendig. Verder ging H.M. in een open landauer over Bennekom, waar het muziekgezelschap het Wilhelmus deed hooren. Overal waren vlaggen. Nabij den Keijenberg brak een achterwiel van het rijtuig. Dadelijk werd uitgestapt en de reis vervolgd met een rijtuig uit Oosterbeek, waarin de Burgemeester van Renkum zat. H.M. kwam even voor één uur op Oranje-Nassau-Oord. Aldaar werd H.M. opgewacht door den rentmeester van Everdingen en de commissie voor het sanatorium. Inmiddels was een ander rijtuig ontboden uit Wageningen. Daarna werd de omgeving van het landgoed bezichtigd, waarna H.M. terugkeerde langs Wageningen en op den bepaalden tijd van Ede naar Den Haag vertrok. Het Bennekomse muziekgezelschap dat in bovenstaand bericht wordt genoemd, is O.B.K., dat op 5 januari 1897 werd opgericht. Toen zij op 29 januari 1899 het Wilhelmus speelden voor Koningin Emma, was dit waarschijnlijk ook hun eerste officiële optreden. Aangezien het Wilhelmus pas in 1932 ons nationale volkslied werd, is dit optreden in 1899
De Kostersteen 116, april 2011
5
met het Wilhelmus wel opmerkelijk. Het is bekend, dat Koning Willem III zelf ook regelmatig op O.N.O verbleef. Hij kwam hier jagen en ging ook met vissers mee, vissen in de Rijn. Meestal kwam hij dan per trein naar Ede en ging dan vandaar met de tram via Bennekom naar Wageningen. Koningin Emma en ook Koningin Wilhelmina zijn hier veel vaker geweest. Alleen omdat het achterwiel van de landauer liep, kwam dit verhaal waarschijnlijk in de krant. Maar ook als zij naar Wageningen gingen kwamen zij door Bennekom. Zo ook in 1901. Landbouwtentoonstelling in Wageningen. In september 1901 werd in Wageningen ter herdenking van het 25-jarig jubileum van de Landbouwschool een Landbouwtentoonstelling gehouden. Deze werd georganiseerd door de afdeling NederVeluwe van de Gelders- Overijselse Maatschappij van Landbouw. Het hoogtepunt van deze tentoonstelling was het bezoek van de beide Koninginnen en Prins Hendrik. In het “Edesch Nieuwsblad, Antirevolutionair Orgaan voor Ede en Omstreken” van 14 september 1901, stond het volgende verslag: “Woensdag. Heden was het de groote dag van het feest; de Koninginnen komen”. Hierna volgt een bijna paginagroot verslag van het bezoek aan de tentoonstelling. Het slot van het verhaal is weer belangrijk voor Bennekom. “H.M. bezocht nu nog even de afdeeling schapen, waarna de terugreis werd aangenomen.Onder luide toejuichingen van het publiek vertrokken de vorstelijke bezoekers. Van Wageningen ging de tocht 6
over Bennekom. Ook daar werden de vorstinnen gehuldigd. Het dochtertje van mr. A.C.v. Daalen bood aan H.M. de Koningin een bouquet aan, terwijl onder een fraaien eereboog H.M. een bouquet ontving van den jongeheer Jacobse Boudewijnse en H.M. de Koningin-Moeder een van freule Corrie Quarles van Ufford. Het Harmoniegezelschap speelde het oude Wilhelmus. Te 7.17 uur kwam het Kon. Echtpaar weder op het Loo aan.” Mr. A.C. van Daalen woonde in het huis Dorpszicht, nu Bart van Elstplantsoen. De jongeheer Jacobse Boudewijnse was een zoon van huisarts Jacobse Boudewijnse en woonde in het doktershuis in de Dorpsstraat, tot voor kort Novita. Freule Corrie Quarles van Ufford woonde met haar ouders in de villa ZuiderEng, Heelsumseweg. Hofrust Het volgende verhaal over Koningin Emma wordt door oudere Bennekommers ook nog steeds verteld. De Bennekommer Gijs van Silfhout kocht in 1896 een stuk grond aan de Groenesteeg (nu Groenestraat) en liet hierop een boerderij bouwen, die hij “Hofrust” noemde. Van Silfhout had als Eerste Kamenier bij Koningin Emma aan het “Hof” gewerkt en vond na zijn pensionering in Bennekom zijn “rust”. Een paar jaar na de geboorte van Wilhelmina (het zal ca. 1883/1884 geweest zijn) kreeg Gijs onenigheid met Koning Willem III en nam ontslag. Bij één van haar bezoeken aan O.N.O. is Koningin Emma toen persoonlijk in Bennekom geweest bij van Silfhout om hem dringend te vragen terug te komen, omdat haar dochter
De Kostersteen 116, april 2011
“De normen van Christelijke naastenliefde in acht nemende, de mensheid te dienen door hulp te verlenen aan gewonden, zieken en anderszins hulpbehoevenden, door mee te werken aan maatregelen, waardoor menselijk leed kan worden voorkomen of verzacht en door anderen daarmee te helpen of daarvoor op te leiden.” Om aan deze doelstelling te voldoen zocht men contact Boerderij Hofrust aan de Groenestraat met het Nederlandse Rode Kruis en onderzocht men de mogelijkheden om zelf een Wilhelmina alleen maar pap wilde eten, ziekenhuis te gaan exploiteren. In Bendie door Gijs was klaargemaakt. nekom was in 1894 de “Prins Stichting Na alles wat ik over Koning Willem III Bethanië” opgericht. Deze stichting kreeg gelezen heb, vind ik het niet vreemd, dat de beschikking over een ziekenhuis Gijs problemen met hem kreeg. Bethanië in de Dorpsstraat. De Ereridder Jhr. Dr. Gevers Leuven, die huisarts was Z.K.H. Prins Hendrik geweest in Ede, bracht de Johanniter Op 22 februari 1909 nodigde Z.K.H. Orde in contact met het bestuur van de Prins Hendrik, in het paleis Noordeinde “Prins Stichting Bethanië”. Na langduriin Den Haag de 15 Nederlandse ridders ge onderhandelingen kwam men tot van de Johanniter orde, aangesloten bij overeenstemming. En zo kreeg de Comde Balije Brandenburg, in Duitsland, uit menderij in Bennekom de beschikking voor een maaltijd. Hierbij werd de mogeover een eigen ziekenhuis. In 1917 werd lijkheid besproken om in Nederland een het als Johanniter Ziekenhuis Bethanië in eigen afdeling van de orde te vestigen. gebruik genomen, en op 19 februari 1918 Prins Hendrik reisde hiervoor naar Berofficieel overgedragen aan de Commenlijn om deze zaak te bespreken. Het Kaderij. In de Nieuwe Rotterdamsche Coupittel in Duitsland stemde op 8 juli 1909 rant van 20 februari 1918 stond het volin met de oprichting hiervan. Bij Kogende bericht: ninklijk Besluit van 31 juli 1909 werd “Gisteren heeft de Prins het ziekenhuis daarna de “Commenderij Nederland van Prins Stichting Bethanië te Bennekom, de Johanniter Orde” goedgekeurd. Als overgedragen aan de Commenderij Neoprichtingsdatum werd 30 april 1909 derland der Orde van Sint Jan, geopend. gekozen, de geboortedag van Juliana. Tegenwoordig waren met de Prins, comEén van de doelstellingen van de orde is: mendator der Orde, de werkmeester en De Kostersteen 116, april 2011
7
Convent der JohanniterOrde. De Prins is Commendator van de Commenderij Nederland. De uitbreiding van het ziekenhuis werd mogelijk gemaakt door een gift aan de Orde van Graaf en Gravin van Rechteren Limpurg. De aangebrachte verbeteringen bestaan uit een aparte eetkamer en een grootere zitkamer voor de zusters, betere slaapgelegenheden voor zusters en personeel, een tweede badkamer en uitbreiding der beschikbare Prins Hendrik op bezoek bij ziekenhuis Bethanië, 1918 ziekenbedden met zeven. Na een rondgang boden Baron en Baronesse van Wassenaer de schatmeester, het Bestuur der Prins Z.K.H. den Prins, het Convent en geStichting, de Commissaris der Koningin noodigden een thee aan op het kasteel in Gelderland, de burgemeester van Ede Hoekelum.” en enkele anderen. Op 20 maart 1934 overleed H.M. KoninDe Prins wees er op, dat het eerste ziegin Emma. Op 3 juli 1934 Z.K.H. Prins kenhuis van de Commenderij Nederland Hendrik. der Orde van Sint Jan thans geopend is, waardoor de eerste schrede is gezet op Z.K.H. Prins Bernhard. den weg van eigen ziekenverpleging”. Ondanks de uitbreiding van Bethanië in In 1927 was het ziekenhuis al te klein en 1927 was het ziekenhuis al spoedig weer kwam er een uitbreiding. Een aangrente klein. In 1938 werd het huis “Oud zend huis (het doktershuis, tot voor kort Vossenhol” aan de Edeseweg gekocht en boekhandel Novita) kon voor langere tijd dit werd op 3 september 1938 als Johangehuurd worden. In “Het Vaderland” en niter Ziekenhuis, in aanwezigheid van het de “Nieuwe Rotterdamse Courant” stond Convent van de Orde, geopend. De opeop 22 december 1927 een bericht hierning werd verricht door de waarnemend over: Commendator Mr.W.J. baron van Lyn“Het Johanniterziekenhuis Bethanië te den. Prins Bernhard was al voor W.O.II Bennekom. lid van de Johanniter Orde. Prins Hendrik bezichtigt de uitbreiding. Op maandag 3 juli 1939 stond in de Te Bennekom is Woensdagmiddag de Leeuwarder Courant het volgende beonlangs tot stand gekomen uitbreiding richt: van het Johanniterziekenhuis Bethanië, bezichtigd door Z.K.H. den Prins en het 8
De Kostersteen 116, april 2011
Prins Bernhard bij de Johanniters Ter gelegenheid van de ridderdag van de commanderij Nederland der Johanniterorde bracht Prins Bernhard, die eererechtsridder dezer orde is, Zaterdagmiddag een bezoek aan het Johanniterziekenhuis te Bennekom. Hier waren ook de ongeveer zeventig ridders der orde, die des middags de jaarlijksche ridderdagvergadering in kasteel “Doorweth”hadden bijgewoond, aanwezig. De Prins, die vergezeld was van zijn secretaris Jhr.C. Dedel, werd verwelkomd door den voorzitter van het ziekenhuisbestuur, den heer K.G.W. baron van Wassenaer
en den penningmeester, den heer E.W. van Holthe. Onder leiding van deze beide heeren en van de directrice, zuster Schröder nam de Prins het ziekenhuis, dat in September 1938 een ruime huisvesting kreeg in villa “Oud-Vossenhol” en dat thans een dertigtal bedden telt, in ogenschouw. Om kwart over zes verliet Prins Bernhard, luide toegejuicht door de samengestroomde bevolking “OudVossenhol”, om zich met de ridders te begeven naar kasteel “Doorwerth”, waar de ridderdag werd besloten met een diner. Dit zelfde bericht stond op 11 juli 1939 in “Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië, uitgegeven in Batavia. Bennekom dus zelfs in het nieuws in Nederlands Indië. Zaterdag 1 juli 1939 zal dus voor Prins Bernhard zijn eerste bezoek aan Bennekom zijn geweest. Er zouden er nog veel volgen. Concours Hippique. De “Vereeniging tot Bevordering der Paardenfokkerij in Gelderland” houdt sinds 1898 jaarlijks een Concours Hippique. Tot 1938 in Wageningen, daarna in 1939 éénmaal in Oosterbeek en na W.O. II vanaf 1946 op het landgoed Hoekelum in Bennekom. Sinds 1947 hebben er ook altijd drie of vier Bennekommers in het bestuur gezeten. Dit was een gevolg van de in 1947 gewijzigde statuten van de vereniging, waarin bepaald werd, dat een meerderheid van het bestuur moest bestaan uit inwoners van Bennekom.
Bezoek Prins Bernhard aan OudVossenhol 1939
De Kostersteen 116, april 2011
9
Protestants Christelijk Streekziekenhuis. Z.K.H. Prins Bernhard werd op 26 juni 1954 geïnstalleerd als Landcommandeur van de Orde van Sint Jan. Een jaar daarna legde hij in deze functie de eerste steen van het Protestants Christelijk Streekziekenhuis. Omdat de Johanniter Orde de bouw van zo’n groot ziekenhuis niet kon bekostigen en bovendien de bouw tot stand kwam met de steun van kerken, besloot het Kapittel van de Orde om het nieuwe ziekenhuis toestemming te Prins Bernhard en prinsessen Beatrix en Irene verlenen tot het voeren van het bij concours hippique op kasteel Hoekelum Johanniter-embleem en vlag. 1953 De Leeuwarder Courant 09-09In 1948 nam ook Z.K.H. Prins Bernhard 1955: “Prins Bernhard heeft vanmorgen deel aan het concours. Voor zijn eerste de eerste steen gelegd van een protesoptreden in het openbaar als springruiter, tants christelijk streekziekenhuis te Benkoos hij voor Bennekom. Hij nam deel nekom.Aan deze eerste steenlegging ging aan de samengestelde wedstrijd, die vooraf een bezoek van de prins aan het bestond uit een dressuurproef, een crossplaatselijke Johanniter ziekenhuis.” country over 3,2 km en een springconOp 1 april 1957 werd het Protestants cours. Vanaf 1951 kreeg het concours Christelijk Streekziekenhuis in gebruik een vaste dag, n.l. Hemelvaartsdag. De genomen. Op 4 juli 1957 werd het ziedatum valt nu dus meestal in de maand kenhuis officieel door Z.K.H. Prins Mei, soms begin Juni. Bernhard geopend. In de hal van het zieOp Hemelvaartsdag 1953 kwamen de kenhuis werd ter herinnering hieraan een prinsessen Beatrix en Irene met hun vagedenkplaat opgehangen, met het volder mee om deel te nemen aan het Congende opschrift; “De eerste steen is gecours Hippique. H.M. Koningin Juliana legd door Z.K.H. Prins Bernhard, Prins kwam incognito mee, om de verrichtinder Nederlanden, Landcommandeur van gen van haar man en dochters gade te de orde van St. Jan.” slaan. Prinses Beatrix werd bij de samenWie weet waar deze gedenkplaat na het gestelde jeugdwedstrijd eerste. Prinses afbreken van het Streekziekenhuis is Irene kwam in 1956 nog een keer terug gebleven??? en nam toen deel aan een springconcours Na de officiële opening bracht de Prins voor leerlingen van de jeugdopleiding nog een bezoek aan de kinderafdeling “Springruiters”. van het ziekenhuis. Een berichtje hier10
De Kostersteen 116, april 2011
over stond, met foto, in de Leeuwarder Courant van 5 juli 1957. Breukelderhof en Halderhof Al vrij snel na de opening van het Streekziekenhuis bleek, dat er ook gespecialiseerde verpleging nodig was. Zo werd op 12 mei 1966 “De Breukelderhof” geopend. De Leeuwarder Courant 13 mei 1966: “Prins Bernhard heeft gisteren in Bennekom de verpleeginrichting voor psychisch gestoorde bejaarden “De Breukelderhof” officieel geopend. Na Prins Bernhard opent Streekziekenhuis 1957 de rondgang door de nieuwe inrichting onderhield de prins zich enige tijd Aalbersberg, voorzitter van het Algemet enkele verpleegsters. Gisteren was meen Bestuur, hield een toespraak. Hierhet de “dag van de verpleging”. bij zei hij o.a.; Woensdagmiddag 31 oktober 1973 open“Dat U, Koninklijke Hoogheid, Landde Prins Bernhard het nieuwe verpleegtekommandeur van de Johanniterorde, huis de Halderhof voor 150 chronische voor de zesde keer in de geschiedenis van zieken. “Ik hoop dat de Halderhof zal ons ziekenhuis de relatie tussen de Orde mogen beantwoorden aan de hoge veren het Protestants Christelijk Streekziewachtingen en mede zal bijdragen tot het kenhuis wilt onderstrepen, stellen wij uitbreiden van de voortreffelijke reputazeer op prijs.” tie welke het complex van het StreekzieNa de dienst werd er in aanwezigheid van kenhuis reeds in Nederland bezit.” de Prins een receptie gehouden in de In 2000 fuseerden de Breukelderhof en kapel van het ziekenhuis. de Halderhof tot één stichting “De Hoven”. Gezinsvervangend tehuis “Nieuw Vos1957-1982. Jubileum 25-jarig bestaan van het Protestants Christelijk Streekziekenhuis. Op 12 mei 1982 werd tijdens een herdenkingsdienst in de Nederlands Hervormde kerk in de Dorpsstraat het 25-jarig jubileum van het ziekenhuis herdacht. Ook Prins Bernhard was hierbij aanwezig. In het Bennekoms Nieuwsblad van dinsdag 18 mei 1982 werd hier in een bijna paginagroot artikel bij stil gestaan. Dr. W.IJ.
senhol”. Nadat in 1957 het ziekenhuis “Oud Vossenhol” gesloten werd heeft het nog tot 1962 dienstgedaan als zusterhuis. Na een grondige verbouwing en een complete modernisering werd het in 1963 opengesteld voor de verzorging van lichamelijk gehandicapte meisjes van 18 jaar en ouder. Tot september 1982 heeft het als zodanig gefunctioneerd. In 1981 werd begonnen met de bouw van “Nieuw Vossenhol”. Dit werd in september 1982
De Kostersteen 116, april 2011
11
opgeleverd. De opening vond plaats op 19 Maart 1983. In een krantenartikel (naam krant en datum helaas niet bekend) stond het volgende: Prins Bernhard opende Nieuw Vossenhol Z.K.H. Prins Bernhard verrichtte afgelopen zaterdag door het zetten van zijn handtekening onder de openingsoorkonde, de officiële opening van de woonvoorziening voor lichamelijk gehandicapten “Nieuw Vossenhol”. Dit nieuwe Johanniterhuis, dat gebouwd is om het “Oud Vossenhol” aan de Edeseweg te vervangen, biedt plaats aan 26 bewoners en bewoonsters, in de leeftijd variërend van 18- tot (momenteel) 44 jaar. De wooneenheden zijn gesitueerd aan de Johanniterlaan en zijn gelegen vlak achter het oude gebouw.
zijn. Voorlopig zullen alleen mensen worden opgenomen, die 55 jaar of ouder zijn. De maximale verblijfsduur is gesteld op drie maanden en gasten dienen afhankelijk van het inkomen, een eigen bijdrage te betalen. De signatuur van het huis is protestants Christelijk. Onder het toeziend oog van onder andere burgemeester van Dijke, de wethouders Alberts, Aalbers en Keuning en tal van genodigden, onthulde Prins Bernhard vervolgens de plaquette die de voorgevel van het huis siert. Als ik niets vergeten ben, is Prins Bernhard dus, voor de Johanniter Orde, acht keer in Bennekom geweest. H.K.H. Prinses Margriet. Prinses Margriet (geboren 19 januari 1943) is voor zover ik heb kunnen nagaan niet met haar zusters mee geweest naar het Concours Hippique. Was zij nog te jong? Of reed ze nog geen paard? Op 29 september 1972 kwam zij naar Bennekom om het nieuwe “Dennenoord” te openen. Dit was ook landelijk nieuws. Het dagblad “Trouw” besteedde hier op 30 september 1972 als volgt aandacht
Johanniter Opvanghuis. In het Bennekoms Nieuwsblad van 24 september 1985 vond ik het laatste berichtje over Prins Bernhard. Prins Bernhard opende Johanniter Opvanghuis. Het Johanniter Opvanghuis aan de Pasteurlaan 6-8, is woensdag 18 september officieel geopend door zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard. Het Johanniter Opvanghuis stelt zich ten doel, tijdelijke opvang te bieden aan mensen, die ongeacht de oorzaak een beschermd leefmilieu nodig hebben of wachten op opname of ontslag uit een intramurale instelling en voor wie andere voorzieningen niet beschikbaar Prinses Margriet op weg naar Dennenoord, 1972 12
De Kostersteen 116, april 2011
aan; Prinses Margriet opende gebouw van “Philadelphia”.Nieuw (tijdelijk) tehuis voor geestelijk gehandicapten. Aan de bosrand van Bennekom, een der mooiste dorpen aan de Veluwezoom, opende prinses Margriet gisteren een wat men noemt “short-stay-home”, een modern gebouw waarin geestelijk gehandicapten een beperkte tijd kunnen worden opgenomen. Het nieuwe gebouw voorzag in de opvang van 48 kinderen, verdeeld over zes eenheden van acht kinderen. In 1956 werd de ‘Protestants Christelijke Vereniging van ouders en vrienden van het afwijkende kind “Philadelphia”’ opgericht. Nu konden ouders die nog nooit met vakantie hadden kunnen gaan, omdat dat ene geestelijk gehandicapte kind hen en de andere broertjes en zusjes aan huis bond, ook met vakantie gaan. Door de opvang in “Dennenoord” werden zij tijdelijk ontlast van een voor hen dagelijks
terugkerende zorg voor hun “afwijkende” kind.
Manege zonder Drempels. Op 1 november 1986 werd aan de Bovenbuurtweg 50A de “Manege zonder Drempels” geopend. In de door de Manege uitgegeven folder staat hierover het volgende; “Het hoofddoel van de manege zonder Drempels is om gehandicapten, die rolstoel gebonden zijn, het plezier van paardrijden te geven. Dit gebeurt vrijwel altijd liggend, want zitten is voor deze gehandicapten vaak niet mogelijk. Bij dit paardrijden wordt gebruik gemaakt van het “huifbed”. Twee pony’s lopen in een stalen frame op wielen. In dit frame is een doek gespannen boven de paardenruggen. De gebruiker ligt op dit doek, dat de paardenruggen net raakt. Door de loopbeweging van de pony’s en hun warmte wordt het lichaam van de gebruiker op een natuurlijke wijze gemasseerd.” Op 28 oktober 1989 werd het eerste gastenverblijf, voor 10 gehandicapten en 10 begeleiders, door Jos Brink geopend. Doordat de Manege landelijke bekendheid kreeg, o.a. door de televisieuitzending “De Stoel” van Rik Felderhof, werd de belangstelling voor een verblijf in de Manege steeds groter. Hierdoor werd een uitbreiding van het gastenverblijf al gauw noodzakelijk. Op 3 juni 1994 werd het tweede Prinses Margriet bij Manege Zonder Drempels, 1994 gastenverblijf door H.K.H. De Kostersteen 116, april 2011
13
Prinses Margriet geopend. “Het bezoek van de prinses mag worden opgevat als een erkenning voor het werk van de Manege, vertelde haar particulier secretaris. De prinses heeft grote waardering voor de manege, die draait zonder subsidie, en met veel vrijwilligers.” (Prof.) Mr. P. van Vollenhoven. De Vogelvereniging “De Edelzanger” werd op 5 maart 1936 opgericht in Wageningen. Door ruimtegebrek kwam de vereniging in 1949 naar Bennekom. In november 1976, ter gelegenheid van hun 40-jarig bestaan, wilde men H.K.H. Prinses Margriet uitnodigen om de jubileum tentoonstelling te openen. Door een misverstand kwam deze uitnodiging veel te laat bij de prinses binnen, zodat zij op die datum al een afspraak had. Het jubileumjaar werd gevierd met een Gewestelijke Tentoonstelling in het gebouw “De Brink” aan de Brinkstraat. In plaats van Prinses Margriet kwam nu Mr. Pieter van Vollenhoven de tentoonstelling openen. Hij kreeg hiervoor, als dank van het bestuur, een rotan vogelkooi met twee Geelstuit Edelzangers. Z.K.H. Kroonprins Willem-Alexander. Z.K.H. Prins Willem-Alexander, rechtsridder van de Johanniter Orde in Nederland, bracht op 16 juni 2000 een werkbezoek aan twee projecten van de Stichting Johanniter Opvanghuis. Als eerste kwam hij naar het Johanniter Opvanghuis aan de Pasteurlaan in Bennekom. Daarna vertrok hij naar het “Janshuis” aan de Leeghwaterstraat in Ede. De prins kwam in de loop van de middag aan en liet zich uitgebreid informeren over de gang van zaken in het huis. Het huis stelt zich ten 14
doel om onderdak te verlenen aan een ieder die daaraan, om welke reden dan ook, behoefte heeft. Op zijn verzoek kwam aan de orde, welke mensen wel en welke mensen niet voor een verblijf in het huis in aanmerking komen en wat voor redenen er aan een verblijf ten grondslag kunnen liggen. Ook kwam ter sprake waar de bewoners naar toe gaan na hun verblijf in het opvanghuis. Tenslotte kwam natuurlijk ook de financiering aan de orde. Na een informeel samenzijn met de bewoners van het huis, medewerkers en het bestuur, vertrok de Prins naar het Janshuis in Ede. Een uitgebreid verslag over dit bezoek stond o.a. in het “Bennekoms Nieuwsblad” van 20 juni en in “Ede Stad” van 21 juni 2000. Tenslotte Dit is het laatste artikel, dat ik met betrekking tot ons Koningshuis heb kunnen vinden. Uit bovenstaande opsomming blijkt wel, dat Bennekom in ruim 100 jaar regelmatig een lid van ons koningshuis op bezoek heeft gehad. Er zullen heel wat dorpen, zelfs steden, in ons land zijn, die het met minder bezoek hebben moeten doen. Nu het Prot. Chr. Streekziekenhuis uit Bennekom weg is, en de band met de Johanniter Orde minder is geworden, zal de belangstelling voor ons dorp ook wel afnemen. Er is de laatste tien jaar tenminste niemand meer geweest. Tot slot wil ik Henk van Amerongen bedanken voor zijn hulp bij het zoeken naar gegevens en foto’s. Foto’s zijn afkomstig uit het Documentatiecentrum van de Historische Vereniging Oud-Bennekom.
De Kostersteen 116, april 2011
Componisten in het Bennekomse bos Arno van der Valk
Rudolf Escher (1912-1980) was een Nederlandse componist en muziektheoreticus. Daarnaast was hij ook dichter, schilder en essayist. Hij woonde van half oktober 1956 tot april 1958 in ‘De Schuilhoek’, een huisje langs de Renkumseweg aan de rand van het Bennekomse bos. Hij woonde hier omdat hij thuis bij zijn gezin in Amsterdam geen rustige plek had om te kunnen componeren. In 1957 werd de muziekstudent Peter Schat (1935-2003) toevallig als dienstplichtig soldaat bij de verbindingstroepen in Ede gestationeerd. Hij vond het kazerneleven geestdodend, maar er was een lichtpuntje: hij ontmoette Rudolf Escher in Bennekom. Peter Schat werd een van Nederlands bekendste moderne componisten door zijn avant-gardistische composities en vlijmscherpe pamfletten. Zijn nieuw-tonale muziek wordt niet door alle liefhebbers van klassieke muziek gewaardeerd. Hij speelt een hoofdrol in Lucifer, een sleutelroman van Connie Palmen.
Peter Schat, 1956
Hoe en waar de talentvolle 22-jarige student-militair Schat en de 45-jarige gewaardeerde componist Escher elkaar leerden kennen, ligt verscholen in de geschiedenis. Zeker is dat Schat vanaf begin februari 1958 verschillende bezoeken heeft gebracht aan het Bennekomse boshuisje van Escher. Hoewel ze tegengestelde persoonlijkheden waren en een uiteenlopende muzikale smaak hadden, bleken ze het goed met elkaar te kunnen vinden. Hun vriendschap lijkt te zijn ingegeven door een wederzijdse behoefte aan contact in tijden van betrekkelijke eenzaamheid: Schat worstelend met het grauwe soldatenleven, terwijl Escher zich verzette tegen een verlammende creatieve crisis. De kadaverdiscipline van defensie riep verzet op bij Schat, deels uit dwarsheid, deels uit principiële religieuze overwegingen. Als disciplinaire maatregel werd hij van de officiersopleiding overgeDe Kostersteen 116, april 2011
15
plaatst naar een psychiatrische legerkliniek op humanitaire grondslag in de bossen bij Austerlitz. Van december 1957 tot februari 1958 werkte hij daar met opvallend veel andere artistieke jongens - bijvoorbeeld J. Bernlef en Hans Croiset - in alle rust en vrijheid aan wat gedragsaanpassing werd genoemd. Eenmaal terug in Ede werd Schat met een administratief baantje weer ondergedompeld in het geestdodende kazerneleven. De bezoeken aan Bennekom waren een welkome afwisseling. Creatieve crisis Escher had het ondertussen ook niet makkelijk. Hij kon nauwelijks componeren: 'Als nou de muziek ook maar terug wou keren, o verdomme, als die maar terug wou komen, niet zo'n beetje en schoorvoetend, maar met grote ruisende vleugelslagen. Maar alles wat ik probeer en wat mij invalt, komt mij voor al gebruikt te zijn, al belast met eeuwen en eeuwen traditie.' In een brief van 25 februari 1958 aan zijn vrouw Beatrijs schrijft Escher over zijn ontmoeting met Schat: 'Gisteren-avond - ik had de gordijnen opzettelijk open gelaten - kwam Peter Schat al om half zeven aan, niet op de scooter, gewoon op de fiets, nat en wel. Hij is tot over elven gebleven. Het is een buitengewoon openhartige, eerlijke jongen, die zeker bij jou ook in de smaak zal vallen. Er is niets would-be bij en juist daarom is voor mij bijvoorbeeld zijn enthousiasme voor het ‘Gesang der Jünglinge’ van Stockhausen interessant.' In een brief van 20 maart 1958 aan zijn echtgenote brengt hij de oorsprong van zijn creatieve crisis in de Bennekomse 16
Rudolf Escher, 1958
bossen onder woorden: 'Ik voel ineens hoe oud ik ben, wanneer ik met Peter Schat aan het praten ben. Ik voel me ineens “de oudere generatie” tegenover de jongste. Bij hem precies hetzelfde enthousiasme over de twaalftoon-muziek als mijn enthousiasme voor Debussy en Ravel. Tóen meende ik, dat daar op voortgebouwd zou kunnen worden. Ik weet natuurlijk allang, dat dit niet kan. Maar ook het geloof, dat ik voort kan gaan op de werken die ik schreef, een geloof dat ik tien jaar geleden nog bezat, - heb ik niet meer. Vandaar mijn impasse. De Westersche muziek is harmonisch inderdaad uitgeput, tenvolle.'
De Kostersteen 116, april 2011
Schat gaat vervolgens drie dagen naar Keulen voor drie premières van gewone en elektronische muziek. Escher vanuit Bennekom: 'Als ik geld had gehad, was ik mee gegaan. We zitten hier in Holland in een onwelriekend slop. Ik wil daar uit; ik ben nog net niet oud genoeg om verkalkt te zijn en ik móet voor mezelf uitmaken wat mijn plaats is in het huidige bestel van muzikale creativiteit. Dat is, wat mij dag en nacht bezig houdt, met de pen in de hand en lezend, onderzoekend.'
Pierre de Ronsard droeg hij op aan zijn vrouw (Bennekom, januari-februari 1957). In de Schuilhoek herzag hij ook het uit 1953 daterende 'Le vrai visage de la paix' (Bennekom, mei-juni 1957). Dit is een a capella meerstemmig koorwerk op een gedicht van de Franse dichter Paul Eluard, opgedragen aan Felix de Nobel en Het Nederlands Kamerkoor.
Briefwisseling Op 30 maart 1958 verhuisde Escher naar het Singel 310 in Amsterdam. Met zijn Het lijkt erop dat de Bennekomse ontvertrek uit Bennekom begon een vier jaar durende correspondentie met Schat. Voor moetingen met Schat Esscher prikkelen Schat waren Eschers oprechte belangstelin zijn creatieve proces. In Bennekom componeerde Escher in ling voor zijn levensomstandigheden en opdracht van de Nederlandse regering de gesprekken over ‘het vak’ en religie zeer waardevol. Hij zou later de tijd van 'Ciel, air et vents'. Dit a capella meerde bezoeken aan Escher in het boshuisje stemmig koorwerk op drie gedichten van als de meest intense periode van hun kameraadschap betitelen: 'Misschien denk je nog wel eens vertederd aan dit kazerne-dorp terug. Ik bedoel natuurlijk aan de omgeving, die nu werkelijk prachtig is. Je zult me geloven als ik zeg dat ik, nu je weg bent hier, helemaal niet meer weet waar ik 's avonds enige troost kan putten'. Schat voelde zich in Ede niet thuis: 'Soms Rudolf Escher voor de Schuilhoek, 1957/58 loop ik door de nog steeds prachtige De Kostersteen 116, april 2011
17
bossen, maar dan draait er ergens weer een kanonneloop uit de struiken omhoog en dan krijg ik weer het droevige gevoel in een plantsoentje te lopen van de grote kazerne die eens Nederland genoemd werd.' Vanuit Amsterdam antwoordde Escher Schat op 14 mei 1958 onder andere: 'Ik ben blij met je brief, met een levensteken van jou, want ik mis je. Ik verheugde mij altijd op je komst, in die rare “Schuilhoek” en verheug mij er evenzeer op dat we nu hier, in mijn kamer, kunnen praten binnenkort. Ik was al een beetje bang, dat een eventuele komst van jou in Amsterdam, afhankelijk zou moeten zijn van één of ander concert. Je zei zoiets toen ik 's nachts op de Renkumseweg afscheid van je nam, en toen ik het rode lichtje van je scooter zag verdwijnen peinsde ik erover, hoe je dat bedoelde, of ik je zònder concert dan niet meer zou zien, hier’. Escher fietste 's nachts geregeld vanuit het dorp naar ‘De Schuilhoek’ omdat hij 's avonds bij zijn zus Charlotte (Lot) Schouten-Escher aan de Prins Bernhardlaan 32 had gegeten. Hij schreef Schat daarover: 'Ja, ik denk zeker vaak aan het land van Wageningen - Bennekom - Ede, en met iets anders dan vertedering. Ik geloof dat het een soort diep heimwee is, heimwee naar een vreemd licht dat 's avonds langs rossige dennenstammen schampte, het weerkaatsen van de hemel in een buizerdvleugel, ‘achter’, bij ‘Golgotha’ (vergeef me...), de stilte in een bos en het hameren van een specht daarin, het gonzen boven een zonnige heidevlakte. Heimwee zèlfs naar een soms ondraaglijk gevoel van eenzaamheid, wan18
Charlotte Escher Charlotte (Lot) Escher was getrouwd met Jan Willem Schouten, een student aan de Landbouwhogeschool Wageningen. In september 1940 vestigden zij in Wageningen om enkele maanden later naar Bennekom te verhuizen. Vanaf 1941 waren zij lid van de illegale CPN en al snel betrokken bij verzetswerk. Op 7 mei 1943 was Jan Willem Schouten betrokken bij sabotage van de spoorlijn Kesteren-Amersfoort. De springlading kwam echter te vroeg tot ontploffing: de spoorlijn werd nauwelijks beschadigd en Jan Willem kwam om het leven. Na het bericht van haar huisarts dat haar man was omgekomen, reisde Lot, zes maanden zwanger, nog dezelfde dag met haar dochtertje naar haar ouders in Oegstgeest. Daar werd ze de volgende ochtend opgepakt en overgebracht naar de SD in Arnhem. Na vier dagen verhoor werd zij op vrije voeten gesteld. Jan Willem Schouten werd bijgezet in het Mausoleum in Ede. Na de oorlog was Lot Schouten-Escher lerares Kinderverzorging en Opvoeding. Vanaf de jaren zestig woonde zij op Westbreukelderweg 42.
neer ik 's nachts in sneeuw of regen nog naar mijn boshuis moest fietsen. Kan je daar inkomen?' Met Golgotha bedoelt Escher een heuvel langs de Renkumse beek op het landgoed Quadenoord, waar zijn kinderen drie kruisen van takken hadden opgericht. Escher wenste Schat in deze brief contact met niet-intellectuelen in Ede toe: 'De niet-intellectuelen zijn meestal spontaner,
De Kostersteen 116, april 2011
hartelijker. En aan dat soort spontaniteit heb ik, die zelf met spontane hartelijkheid nogal moeite heb, erg behoefte.' Hij wenste hem ook eenzaamheid toe, zoals hij die zelf in het Bennekomse bos beleefde: 'Ik geloof dat ik je iets vreemds moet toewensen en ik hoop dat je me niet zult misverstaan, namelijk: eenzaamheid. Eenzaamheid wens ik je toe voor het uitgroeien van de kiemen van je nieuwe a cappella koorwerk op die prachtige bijbelteksten. Het is een goed teken dat de ontzagwekkende dramatiek van de inhoud je voorlopig verlamt. Laat het maar rijpen en ga wandelen of fietsend de bossen in als je je berooid voelt van kazerneverlatenheid.' Het zal niet verbazen dat Escher na zijn vertrek uit 'De Schuilhoek' regelmatig terugkeerde naar de Bennekomse bossen door bij zijn zus te gaan logeren: 'Zoals je ziet ben ik ook nog maar een paar weekjes naar buiten getrokken. Ik hield het in de stad, alleen in huis, niet langer uit. De warme, aardse geur van het koren en het windgeruis in de boomkruinen was een bevrijding na de knalpotten, radio's, draaiorgels en benzinewalmen.' Zo schreef Escher aan Schat op 18 augustus 1958. Schat kon kort na die zomer van 1958 de militaire dienst verlaten. Hij was inmiddels overgeplaatst van Ede naar de Hojelkazerne in Utrecht. Hij had bij het toenmalige Ministerie van Oorlog een verzoek ingediend voor vervroegd ontslag uit de militaire dienst. Zijn belangrijkste argument was dat hij schrijvend aan zijn Octet voor blazers in opdracht voor het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen ‘niet voor twee departementen tegelijkertijd kon werken’. Bij het Ministerie toonde men zich hiervoor gevoelig en willigde zijn verzoek in. Daarmee kwam er na iets meer dan een jaar een einde aan zijn diensttijd. De Schuilhoek De Schuilhut stond aan de Renkumseg 5, na de naamsverandering in 1958 werd dit Bosweg 5. In 1936 betrok het echtpaar Gerard en Annie Wulff-Matveld De Heidehut. Voordat dit huis gereed was, logeerden zij in een vakantiehuisje, De Hut genaamd, op het 5 ha grootte terrein dat zich van de weg uitstrekte tot de beek. Later werd de Hut omgedoopt tot De Schuilhoek. Elders op het terrein werd een ander huisje gebouwd dat weer de Hut werd genoemd. Na de dood van Gerard Wulff in 1941 was Annie Wulff de eigenaresse van De Heidehut, waar in de jaren 1942-1944 veel Joden ondergedoken zijn geweest. Na de evacuatie van Bennekom werd de Heidehut hersteld. Toen deze in 1947 afbrandde ging mevrouw Wulff-Matveld in De Schuilhoek wonen.
Bron De briefcitaten en afbeeldingen zijn afkomstig uit: Peter Schat en Rudolf Escher, Brieven 1958-1961 (editie Erik Voermans). Centrum Nederlandse Muziek / Walburg Pers, Zutphen 1992.
De Kostersteen 116, april 2011
19
‘Onbekende’foto In de Kostersteen 115 (februari 2011) werd de lezers gevraagd informatie te geven over een foto van een boerderij waarvan de plaats onbekend was. Resultaat van deze actie: de foto is van de boerderij van de familie van Veldhuizen Bovenbuurtweg nr.45.
Boekaankondiging. In september a.s zal een boek verschijnen van Mart Vlaanderen over de trams tussen Rhenen en Arnhem. Daar reden achtereenvolgens de Ooster Stoomtram Maatschappij en de Nederlandse Buurtspoorweg Maatschappij. In dit boek wordt een rit gemaakt van Rhenen naar Arnhem waarbij onderweg allerlei bezienwaardigheden aandacht krijgen. Het boek wordt uitgebracht op A-4 formaat, telt ongeveer 140 pagina’s en 250 kaartjes, materiaaltekeningen en schetsen. Het boek is een privé uitgave en alleen verkrijgbaar bij voorintekening. De prijs zal ongeveer € 25 zijn. Bestellingen bij: email:
[email protected].
20
De Kostersteen 116, april 2011
Voordracht over Landbouwbelang : De Bennekomse Boerenbond Hoewel de Coöperatieve Aankoop Vereniging “Landbouwbelang” sinds 1979 uit het Bennekomse dorpsbeeld is verdwenen, blijft de in 1901 opgerichte “Boerenbond” bij vele dorpsbewoners en natuurlijk in het bijzonder bij onze agrariërs een bekend begrip. Over deze Bennekomse landbouwcoöperatie zal Henk Tip, voormalig administrateur, een voordracht houden. Hij zal meer in het algemeen ingaan op het ontstaan van de agrarische coöperaties tegen het eind van de 19e eeuw en in het bijzonder het ontstaan van de coöperatie hier in Bennekom. De gebouwen van Landbouwbelang aan de Acacialaan waren tot de zomer van 1979 in zekere zin bepalend voor het dorpsbeeld van Bennekom. In de vrij grote fabriek zijn duizenden tonnen veevoeders geproduceerd voor de leden/afnemers van Landbouwbelang, in het gebied van Bennekom (De Kraats) en deels in Ede en in Wageningen. Daarnaast waren er ook nog andere activiteiten, zoals de handel in kunstmest en antraciet. En dit laatste ook veel voor de bewoners in het dorp. Het geheel van de presentatie zal ondersteund worden met dia- en fotomateriaal over nagenoeg de totale periode van Landbouwbelang. Ook is er nog een vrij grote voorraad aan correspondentie uit de jaren 1930. De Kostersteen 116, april 2011
21
In maart 2010 is voor de leden van Oud-Bennekom een voordracht gehouden over de zuivelfabriek. De voordracht over ‘Landbouwbelang’ zal dus de tweede zijn over een Bennekomse coöperatie. De voordracht wordt gehouden op woensdag 27 april 2011 in zalencentrum De Brink, Brinkstraat 39. Aanvangstijd zo rond 20.00 uur.
Excursie naar Verkade- en Molenmuseum Woensdag 11 mei vindt de jaarlijkse dagexcursie plaats. De bus vertrekt om 8.00 uur bij het Kijk- en Luistermuseum. De reis gaat dit jaar naar de Zaanstreek. We beginnen met een kop koffie met gebak (vanwege het jubileum!) bij restaurant “de Kraai”, waarna het Verkademuseum bezocht wordt. Er is tevens gelegenheid een wandeling te maken over de Zaanse Schans en het Klompenmuseum te bezoeken. De lunch wordt weer bij restaurant “de Kraai” gebruikt. Na de lunch vertrekken we per bus naar het Molenmuseum in Koog aan de Zaan. We krijgen hier een rondleiding en drinken er voor de thuisreis nog een kop thee of koffie. Om 18.00 uur verwachten we weer in Bennekom te zijn. De excursiekosten bedragen € 42,50, houders van een museumjaarkaart betalen op vertoon van deze kaart € 37,50. De prijs is dit jaar hoger uitgevallen, omdat de prijzen in het westen van het land aanzienlijk hoger liggen. Aanmelding geschiedt door inleveren van het aanmeldingsformulier, dat - uiterlijk op woensdag 27 april - kan worden ingeleverd bij Ineke Knoppers, Prinsenlaan 15, 6721 EB Bennekom. Bij overtekening wordt een reservelijst gemaakt. Als U (na opgave) toch verhinderd bent, dient U dit zo spoedig mogelijk te melden aan Ineke Knoppers (tel. 418008). Bij annulering na 27 april wordt € 15,- (de buskosten) in rekening gebracht, tenzij er een vervanger mee gaat. De excursie is in de eerste plaats bedoeld voor leden van de Historische Vereniging OudBennekom. Als er plaatsen over zijn kunnen er introducé’s mee. We verheugen ons op deze jubileumexcursie!
Nieuwe leden Het bestuur heet de volgende personen van harte welkom als nieuwe leden van de Historische Vereniging Oud-Bennekom: Dhr. P. van Beek Mevr. M. Groeneveld Fam. B. Hoek-Zandstra mevr. A Hoogendoorn Dhr. en mevr. M.F. Jacobs Fam. Meurs Mevr. N. Oosterheest-Rengers Dhr. H. Veenendaal 22
De Kostersteen 116, april 2011
Agenda -
Woensdag 27 april, voorjaarslezing door Henk Tip over Coöperatie Landbouwbelang in zalencentrum De Brink; aanvang 20.00 uur. Zie blz 21 van deze Kostersteen Woensdag 11 Mei, excursie naar Verkade- en Molenmuseum; zie blz. 22 van deze Kostersteen
Documentatiecentrum Bennekom Het documentatiecentrum van de historische vereniging Oud-Bennekom is gevestigd op de bovenverdieping van het Kijk en Luister museum, en is elke dinsdag voor bezoekers geopend van 09.00 – 12.00 uur en 14.00 – 16.00 uur. Geïnteresseerden in de historie van Bennekom zijn welkom na een afspraak via onderstaande personen: Henk Gijsbertsen, telefoon (0318) 415275; email:
[email protected] Riet Hoogkamer, telefoon (0318) 416180; email:
[email protected]
Bestuur A. van Kampen, voorzitter W.Hol, secretaris W.C.L. van Kalleveen, penningm G.J. Adams Mevr. C.J. Knoppers J.A. van der Valk Mevr. G.J.M. van Raan-Onderwater
Website: www.oudbennekom.nl Ledenadministratie Mevr. G.J.M. van Raan-Onderwater Grietjeshof 18, 6721 VJ Bennekom
Beheer foto- en diacollectie H. Gijsbertsen Bibliotheek Mevr. G.M. Hoogkamer-Weijman Conservator Historische Collectie C.C. Meulenkamp Redactie Kostersteen A.T.J.Nooij, eindredacteur H. Van Amerongen C.A. Heitink J.A. van der Valk Email:
[email protected]
De Kostersteen 116, april 2011
23
De Kostersteen 116 April 2011
Henk Gijsbertsen
Koninklijk bezoek aan Bennekom
1
Arno van der Valk
Componisten in het Bennekomse Bos
15
Boekaankondiging
21
Voodracht Landbouwbelang
21
Excursie
22
Bestuursmededelingen
22
De KOSTERSTEEN is het orgaan van de Historische Vereniging Oud-Bennekom. De Kostersteen verschijnt vier maal per jaar en wordt gratis toegezonden aan de leden van de vereniging. De minimum contributie in 2011 bedraagt € 14,80 per jaar voor een individueel lidmaatschap en € 15,80 voor een gecombineerd lidmaatschap (bijv. echtpaar). Aanmelding bij de ledenadministratie. Betalingen op rekening 908980 ten name van Vereniging Oud-Bennekom. Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit de Kostersteen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie of het bestuur. ISSN 13830465
24
De Kostersteen 116, april 2011