De Vliegende Honneur Jaargang 13, nummer 1
September, 2009
Inhoudsopgave Colofon De Vliegende Honneur Uitgave van de KLM Bridgeclub verschijnt 3 x per jaar
Van de Voorzitter Pagina 2 Vijftig Procent Pagina 3 Speelschema 2009-2010 Pagina 3 Over Bridge, het Leven, het Bridgeleven Pagina 4 De Zandvoortse Stranddrive Pagina 7 Op de Klapstoel van Abspoel Pagina 8 Cuba 2009 en de bende van zeven. Pagina 12 Op de dinsdag Pagina 15
Bestuur: Peter Leenards Voorzitter Sonja Reeders Secretaris Henk Wouwenaar Penningmeester Rick Jacobs Technische commissie Betty de Jong Dinsdagafdeling Correspondentie adres: Ganzendiep 17 1423 DA Uithoorn Telefoon: 0297 - 565 997 Bankrekening: 30.05.73.391 t.n.v. KLM Bridgeclub Amstelveen ———————————————— Redactie: Hans Abspoel José Dobber Margreet van Groningen Marja Kleinherenbrink Ans Monsma Coördinator: José Dobber Lay-out: Rick Jacobs Medewerkers: Marianne van Mouwerik Advertentie exploitatie: Bruce Taylor 0297– 569120
[email protected] Redactie adres: José Dobber J. van Gasterenlaan 14 1187 SE Amstelveen
[email protected] E-Mail:
[email protected] Web Site: http://www.nbbportal.nl/1050
De Vliegende Honneur 4 1
Van de voorzitter…
H
leden is er de mogelijkheid om via connecties te zien wie zij eigenlijk vertegenwoordigen in het buitengebeuren. Info en inschrijving kan voor KLM leden via: www.klm.nl/ openhuis
et bridgeseizoen gaat weer beginnen, met voor mij steeds weer de vraag: 'Zijn we een echte competitieclub of spelen we vooral een gezellige bridgedrive op dinsdag en donderdag?' In elk geval is de stemming elke week weer opperbest en praten we honderd uit met elkaar, hoewel…..bij het bekendmaken van de promotie en degradaties zitten veel leden toch op het puntje van de stoel. Dus toch ook competitie maar wel gezond. Het begin van het winterseizoen en de laatste 5 maanden van het jaar zal voor de KLM'ers onder ons nog een extra feestelijk tintje krijgen ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan van de Luchtvaartmaatschappij (hoe oud is Air France eigenlijk?). Er zijn allerlei activiteiten, maar op 3 en 4 oktober houdt de KLM open huis.
Het leven is echter niet altijd geheel zorgeloos, dus ook bij ons niet. Het feit, dat we nog steeds een (te groot) aantal leden hebben zonder vaste partner is wel niet direct zorgelijk, maar wel vervelend. Daarbij zijn we niet in staat om steeds nieuwe leden van buiten te halen, want daarvoor is de zaalcapaciteit niet toereikend. Introspectie moet voor oplossingen zorgen en ook daarvoor is Rick een goed aanspreekpunt. Bij het schrijven van dit stuk is er nog geen bestuursvergadering geweest, dus kan ik daarover nog niets zeggen, maar wel wil ik u namens het bestuur een heel goed nieuw bridgeseizoen toewensen met veel gezelligheid en hopelijk in goede gezondheid Peter Leenards
KLM'ers kunnen dan een kijkje achter de schermen nemen en mogen 3 introducés meenemen, dus ook voor de buiten-
Dank aan onze Sponsors Dit blad kwam tot stand dankzij de medewerking van:
De Vliegende Honneur 4 2
♦
Cecilia
♦
AON Verzekeringen
♦
Datalex
♦
Mr. R. van der Woude
♦
Restaurant La Musette
♦
Renault Nieuwendijk B.V.
♦
De Kegel met Restaurant 'TGEREGT
L% Donderdag
D
onderdag 22 januari behaalden wij precies 50% en aan het begin van de avond was al aangekondigd, dat dat impliceerde dat wij een stukje moesten schrijven voor de Vliegende Honneur. Maar waarover dan wel, werd er niet bij gezegd. Och, waarom dan niet gewoon het getal vijftig eens van verschillende kanten bekeken. Het Romeinse cijfer voor 50 is de L. Omdat in het Latijn de woorden voor 5, 50 en 100 alle drie met een C beginnen heeft men voor de volgende oplossing gekozen: In Romeinse getallen schrijf je honderd met C en vijftig met een L, omdat dat de onderste helft van een (hoekige) C is. En zo is de vijf een V, de bovenste helft van een X (tien). Uit het Oude Testament stamt het gebruik het vijftigste jaar een jubeljaar te noemen. In Leviticus staat dat een akker die 50 jaar bebouwd is, een jaar lang niet bebouwd mag worden. En dit ging met allerlei feesten, maar ook verplichtin-
gen gepaard. Hoewel het woord jubeljaar ook wel eens voor andere kroonjaren wordt gebruikt, is het eigenlijk voorbehouden aan het 50-jarig bestaan van iets. Zo is het Jubelpark in Brussel genoemd naar de viering van het 50-jarig bestaan van België in 1880. Vijftig is ook het getal van de volmaaktheid. Zeven is al een heilig getal, zeven maal zeven (ok, een beetje afgerond) zou je dus het 'einde' kunnen noemen. Het woord Pinksteren betekent eigenlijk Vijftigste (t.w.dag na Pasen). In het Nederlands misschien niet onmiddellijk herkenbaar maar in het Franse Pentecôte zie je toch wel het Griekse Pente terug. En dan komt weer dat symbool van volmaaktheid terug, want Pinksteren is tevens de afsluiting van de cyclus: Kerstmis, Pasen en Pinksteren. Vijftig is ook het totaal van de kwadraten van 3, 4 en 5, of van 1 en 7. Iets wat uit twee gelijkwaardige delen bestaat, zul je nooit tien/tien of twintig/twintig noemen, maar wel fifty/fifty. En zo zijn we terug bij af, ofwel bij de 50% waarmee dit stukje begonnen is. Elbert Felix.
Speelschema 2009-2010 Donderdag
September Oktober November December Januari Februari Maart April Mei
3 P1R1 1 P1R5 5 P2R4 3 B1R3 7 B1R5 4 P3R4 4 P4R3 1 Paas Drive 6 P5R5
10 P1R2 8 P1R6 12 P2R5 10 B1R4 14 P3R1 11 P3R5 11 P4R4 8 P5R2 13 Hemelvaart
17 P1R3 15 P2R1 19 B1R1 17 Kerst Drive 21 P3R2 18 P4R1 18 P4R5 15 P5R3 20 P5R6
24 P1R4 22 P2R2 26 B1R2 24 Geen Bridge 28 P3R3 25 P4R2 25 P5R1 22 Jaarvergadering 27
B = Butler
31 Geen Bridge
29 P5R4
2-sep Aanvang Seizoen 2010-2011
Zomerstop
P = Paren
29 P2R3
R = Ronde
Z = Zitting De Vliegende Honneur 4 3
Over Bridge, het Leven, het Bridgeleven
H
et was zomer, lekker weer, doordeweekse dag en ik was vrij. Ik besloot naar Noordwijk aan Zee te rijden voor een strandwandeling en mocht ik nog besluiten om een terrasje te pakken dan had ik het boek 'De omgekeerde lepel' van Marja Klein bij mij. De titel prachtig bedacht want als je het woord lepel omkeert staat er weer lepel. Toen ik de loopplank afliep viel mijn oog op een man. (jaja). Hij leek op een ex-cursist van mij, Bob Fris, maar dat was niet hetgeen de aandacht trok. Hij liep, wandelde achteruit. Niet een paar passen maar geheel. Toen ik dichterbij kwam zag ik dat hij zijn T-shirt als korte broek droeg en zijn korte broek als T-shirt. Zijn petje stond ook omgekeerd op zijn hoofd. Zijn rechtersandaal aan zijn linkervoet en de linkerschoen rechts. Wat was er met mijn cursist gebeurd? Ik besloot hem niet te benaderen maar mijn voorgenomen wandeling te gaan uitvoeren. Toch hield deze Bob mij bezig. Hij was een bijzondere cursist geweest met een groot gevoel voor humor. Hij was al tijdens de cursus op een bridgeclub gaan spelen en dat met succes. Ik wandelde terug en zag de rug van Bob naar mij toelopen. Ik besloot hem aan te spreken en liep om hem heen. 'Hoi Bob, hoe is het met je?' Hij lachte met zijn mond dicht en zei: 'Hoi'. 'Er zitten een paar vrienden niet op het terras, we zouden niet gaan brid-
gen en er is geen vierde uitgevallen'. Ik maakte mij bezorgd en toch herkende ik zijn 'gezonde' pretogen. 'Ga je mee geen koffie drinken zodat je ze niet kunt zien?' Als jullie dit lezen vraag je je hoogstwaarschijnlijk af of ik met de Bobgekte besmet geraakt ben. Ik besloot met hem mee te gaan en hij wandelde naar een terras waar inderdaad twee bekenden van hem zaten die rood aanliepen van het lachen. 'Ik heb geen les van haar gehad' zei hij wijzend op mij. 'Wat is er hier aan de hand?' vroeg ik de twee vrienden en toen zij uitgelachen waren, vertelden zij. Alhoewel zij Bob een goede bridgespeler vonden (zij speelden ook vaak privé) maakte hij steeds dezelfde fout. En dat zat hem in het reverse bieden. Dit betekent in bridge: oneconomisch bieden, omgekeerd. En dat zouden zij vandaag eens onder zijn neus wrijven, doch de vierde persoon was op het laatste moment verhinderd. En toen beloofde Bob met zijn gevoel voor humor, zelf te gaan oefenen voor de ogen van zijn vrienden. Zo keerde hij alles om. Zijn kleding, zijn lopen en zijn woordkeus. 'Wil jij misschien met ons meedoen dan krijg je straks een heerlijke lunch'. Ik lachte, besloot mee te doen met deze grap en zei 'nee'. 'Fijn, ga maar zitten '. Op tafel lag een schrift met bridgeaantekeningen van cursus 3 en 4, door mij gegeven. Leuk je eigen les op een terras in Noordwijk te zien.
Schoonheidssalon Gezichts- en lichaamsbehandeling Acné-harsbehandeling Aroma-therapie
CECILIA
Dep. Imedeen Pedicure Dr. R.A. Eckstein Bio cosmetic De Vliegende Honneur 4 4
Behandeling volgens afspraak Gaasterland 13, Amstelveen Tel. 020 - 6433962
Deze keer als onderwerp: reverse bieden (omgekeerd zoals je wel begrepen zult hebben). West 1) ♠ 82 ♥ V1084 ♦ AVB107 ♣ A5
♠ 82 ♥ V1084 ♦ AVB107 ♣ A5
♠ H10632 ♥ VB93 ♦ V3 ♣ B2
Het bieden gaat als volgt: Partner) ♠ H1063 ♥ B5 ♦ H83 ♣ 10764
1♦ - 1♠ 1SA - 2♥
In beide gevallen begint het bieden zo:
Partner geeft een vijfkaart schoppen aan en ten minste een vierkaart harten. En niet al te sterk. Zo wordt de hartenfit alsnog gevonden. Onthoud dit bieden van partner want: we kennen ook het reverse bieden in de antwoordende hand. Dat is de bieding als partner al geopend heeft. De eisen hieraan verbonden liggen qua puntenaantal lager. Omdat partner reeds geopend heeft en daarmee 13 punten belooft, hebben wij maar 12 punten nodig voor de manche tezamen.
1♦ - 1♠
Voorbeeld:
West 2) ♠ 82 ♥ AH84 ♦ AVB107 ♣ A5
Maar nu het vervolg: West 1 biedt 1SA (12-14 punten). West 2 mág nu 2♥ bieden. Dit is een kleur die partner heeft overgeslagen, op tweehoogte geboden en hoger dan je eerste kleur. Zou partners voorkeur naar jouw eerstgeboden kleur (♦) uitgaan dan moet hij op driehoogte bieden ook al zou hij maar zes punten hebben. Daarom moet je voor dit bod sterk zijn, 16-19 punten. De eerste kleur belooft een vijfkaart en de tweede geboden kleur een vierkaart. Niet verwarren met: 1♥ - 1♠ 2♦ De ruitenkleur wordt weliswaar op tweehoogte geboden maar is lager dan je eerstgeboden kleur. Het geeft ten minste een vijfkaart harten aan en ten minste een vierkaart ruiten. Zonder sprong dus niet bijzonder sterk. 1♦ - 1♠ 2♥ Is wel reverse bieden. Partner heeft de hartens overgeslagen en je tweede kleur op tweehoogte geboden is hoger dan je eerste. Reverse bieden van openaar is rondeforcing. Let op: 1♦ - 1♥ 1♠ Is gewoon je volgende vierkaart op eenhoogte noemen en dus geen reverse. Moet je nu als west 1 bang zijn een hartenfit te missen? Nee. Alhoewel partner in eerste instantie de hartenkleur overslaat, zou hij nog best een vierkaart harten kunnen hebben. Kijk maar:
1♦
♠ AV72 ♥ HVB93 ♦ 103 ♣ V2
Oost (wij) biedt 1♥ West herbiedt nu 2♦ en wij? West sloeg de schoppenkleur over maar kan nog best een driekaart harten hebben. En omdat wij een vijfkaart in harten hebben en in het bezit zijn van ten minste 12 punten bieden wij nu reverse met 2♠. Dit geeft aan: vijfkaart harten, vierkaart schoppen en genoeg punten voor de manche, dus 12+. Zie het verschil met de bieding die je 'moest' onthouden. Omgekeerd dus. Reverse bieden van bijbieder is mancheforcing. 'Begrijp je dit Bob?' 'Ja, ik begrijp'. En wij moesten zelf maar uitmaken of hij zijn 'rol' had verlaten. Hij had tenslotte net een 'koffie verkeerd' besteld en roerde met de achterkant van zijn lepeltje. Ik liet mijn meegenomen boek zien; 'De omgekeerde lepel'. We lachten met de mond open. De sfeer was niet verkeerd. De vrienden dronken bier. En nu: geen reverse maar toch sterk. ♠ H2 ♥ AHV52 ♦ 43 ♣ AV65 1♥ - 1SA 3♣ 1SA is 6/9 punten, geen vierkaart harten en geen vierkaart schoppen. West biedt geen 2♣ maar 3♣ Dit is een sprong en betekent vijfkaart harten en ten minste vierkaart klaveren maar ook nog sterk. Biedt west 2♣ dan is de verdeling hetzelfde alleen het puntenaantal minder.
(Vervolg op pagina 6)
De Vliegende Honneur 4 5
(Vervolg van pagina 5)
Dus samengevat: Reverse bieden van openaar: rondeforcing (16-19 punten) Van de antwoordende hand : mancheforcing (12+ punten) Eerstgeboden kleur is een vijfkaart, tweede kleur een vierkaart. De aangeboden lunch kwam om een uur of zes 's avonds. Deze was niet verkeerd alleen het tijdstip verrassend. Het werd wat frisser en Bob trok een lange broek aan en een trui. Beide kledingstukken op het gebruikelijke lichaamsdeel. De vrienden bestelden wijn en Bob een tomatensap. 'Ik heet niet voor niets Bob Fris', zei hij. Toen ik thuis kwam had ik een vrolijk voldaan gevoel. Te rozig om nog actief te zijn. Ik besloot nog een uurtje te lezen in mijn boek: 'De omgekeerde lepel' van Marja Klein. Het ging over een man, Bob genaamd. Een zonderling. Hij adverteerde als handelaar in lepels maar verkocht vorken om te snijden. Toch deed hij zijn werk goed want hij had een goed inkomen en iedereen nam hem zoals hij was. Hij was eerlijk en kwam zijn afspraken na. Grappig is dat je de naam Bob ook van rechts naar links (omgekeerd) kunt lezen en dan blijft het 'gewoon' Bob. Zijn tweede huis aan de Costa Brava was net opgeleverd. Hij sponsorde de 'daklozenkrant' en één dagdeel per week stond hij naast een dakloze die deze krant verkocht. Als je het krantje kocht,
kreeg je van hem een lepel. Daarop stond: keer het eens om. Ja, een doordenker. Het voorgenomen uurtje lezen in dit fascinerende boek werd al gauw wat langer. Een geweldig boek, echt een aanrader. Onlangs kreeg ik een E-mail van Bob Fris. Hij had een andere cursist gesproken en het leek hen leuk een reünie te organiseren met de mensen die ik vier jaar 'in de klas' heb gehad. Het mocht bij hem thuis, een bridgedriveje en vooral lol. Ook lol kan omgekeerd. We worden om 11.00 uur verwacht en krijgen de lunch gewoon om 13.00 uur. Ik hoop hen te zien en dat er maar veel reversespellen mogen voorkomen. En….hij wil het boek lenen. Marja Kleinherenbrink PS. De jaarvergadering van 16 april kon ik niet bijwonen omdat ik enkele dagen in Berlijn was. Ik heb begrepen dat de Vliegende Honneur met Kerst voor de laatste keer uitkomt. Berlijn heeft afscheid genomen van 'zijn muur'. Wij helaas van ons clubblad. Daarom met Kerst het laatste 'stukje' van mij met als onderwerp?
A la Carte Wisselend 3, 4 en 5 gangen menu’s Evenementen en feestviering
Uw gastvrouw Karin Amsen Chefkok Peter ter Wee Wilhelminakade 39H 1421 AB Uithoorn Tel. 0297-560-900 De Vliegende Honneur 4 6
Keuken geopend vanaf 17.00 uur Maandag en dinsdag gesloten Menu op www.lamusette.nl
De Zandvoortse Stranddrive
A
l vele jaren ben ik een trouwe deelnemer aan de Zandvoortse Stranddrive. Wat is een stranddrive? Eigenlijk hetzelfde als een zogenaamde kroegendrive, alleen loop je nu van strandtent no. 20 naar 24 en terug naar 19 etc. Het niveau is niet al te hoog. Het is voor vele paren een dagje uit. Ik heb dit evenement met verschillende partners gespeeld en altijd met veel plezier. De laatste jaren speel ik met Don Severijns. Don leerde ik kennen op de KLM bridgeclub, alwaar hij met Annemieke Haver speelde. Don vertrok met gezin naar Parijs als IT'er bij IBM, maar hield een ieder die dat leuk vond d.m.v. mailtjes op de hoogte van zijn doen en laten. Terug uit Parijs wilde hij niet meer op de donderdag spelen, dus zag ik mijn kans en vroeg hem met mij op dinsdagavond in het MOC te gaan spelen. Na 5 leuke, gezellige en bovenal leerzame jaren was het tijd voor Don om een nieuwe uitdaging aan te gaan en vertrok hij naar bridgeclub het HOK, alwaar hij zich nu kan meten met de beste bridgers van Amsterdam e.o. Dat hij op een hoger niveau speelt, laat hij graag merken door mij te overladen met nieuwtjes in de biedingen en het
liefst doet hij dat 15 minuten voor aanvang van de drive. Dit jaar was het niet anders. Desalniettemin voelden we aan dat we behoorlijk hoog scoorden. Na afloop gaat een ieder terug naar de tent waar de uitslagen bekend worden gemaakt. Daar kwamen we ook de KLM koppels Marijke met Eric en Annemieke en Elsbeth tegen. De laatste eindigden op een zeer verdienstelijke 25ste plaats en ontvingen een dinerbon. Don en ik feliciteerden de dames, maar waren er van overtuigd dat onze namen pas veel later genoemd zouden worden. Helaas, niet dus. De volgende morgen konden we op het internet de volledige uitslag zien en wat stond daar: gedeeld 24/25 Bakker/Haver en Severeijns/van Dam. Tevens ontdekten we dat we de tweede ronde verkeerd waren gaan zitten en i.p.v. 70 %, met 30% beloond waren. Als je dat omdraait, waren we 4e of 5e geworden. Dus…..altijd even kijken, ook al zitten de tegenstanders reeds enige tijd op je te wachten. Tot ziens op de volgende stranddrive. Hans van Dam
Clubkampioen 2008-2009 Donderdag Marja Kleinherenbrink & Anita Kastelein Dinsdag Philip Wichers & Betty Blumenthal
Slemkampioen 2008-2009 Rob Muller & Charles Valent
De Vliegende Honneur 4 7
Op de Klapstoel van Abspoel
J
Jan Giltay
an wordt op 6 februari 1927 geboren in Zuilen, vlakbij Utrecht. Ruim acht jaar is hij enig kind. Daarna komt er in 1935 een tweeling bij: een zusje en een broertje. Het is een gewoon, gezellig gezin. Zijn vader werkt bij een machinefabriek. Kleuter- en lagere school verlopen zonder problemen, maar in de tweede klas denkt de juf even dat Jan dom is. Hij kan echter niet lezen wat er op het bord staat en schaamt zich om dat te zeggen. Maar met een ziekenfondsbrilletje is de 'domheid' verholpen. Naast school doet hij aan korfbal. Tevens turnt hij bij Fraternitas in Utrecht. Elke zaterdag hangt Jan daar aan de ringen en maakt er hoogstandjes op de brug. Zijn vader is een socialist van het eerste uur, dus naar de kerk gaat men niet. De kinderen hoeven evenmin de Internationale of Morgenrood te zingen, maar het scheelt niet veel. Jan moet wel naar een christelijke school, want 'daar leer je in elk geval niet vloeken', aldus papa. Maar op padvinderij mag hij niet, want zijn vader vindt padvinderij een semi-militaire organisatie. Na de lagere school volgt de HBS-A, maar dan breekt tevens de oorlog uit. Jan is 13, dus te jong voor de Arbeitseinsatz en zijn vader is er gelukkig net te oud voor. De oorlog lijkt aan Zuilen voorbij te gaan; het is alsof de Duitsers niet in dit gehucht zijn geïnteresseerd. Razzia's zijn er niet. De paar joden die er wonen, leven er 'half-ondergedoken' en worden niet verlinkt. Kortom, Jan merkt weinig van de oorlog. Aan het eind moeten hij en zijn vrienden echter toch af en toe onderduiken om aan transport naar Duitsland te ontkomen. Ze maken daarbij onder de grond zo'n pret, dat ze drie straten verder nog te horen zijn. Gelukkig komen er geen Duitsers bij hen in de buurt. De middelbare schooltijd is in de oorlog niet echt leuk. Wel mag Jan van zijn ouders op gitaarles. Hij leert liedjes spelen, maar ook tokkelen en solospel. En als cadeau voor zijn 15e verjaardag mag hij op dansles. Daarbij hoort ook een pasje waarmee je na spertijd (na acht uur 's avonds) buiten mag zijn. Immers, na afloop moet Jan nog wel van de dansschool naar huis lopen. Dit dansen is zijn enige vertier, want radio's bijvoorbeeld zijn ingenomen door de Duitsers. Maar als je jong bent heb je eigenlijk niet in de gaten, dat je veel dingen mist. Dat geldt ook voor uitstapjes en reisjes: als Jan 18 is en voor zijn militaire opleiding naar Engeland gaat, ziet hij voor het eerst van zijn leven de zee. Zijn eindexamenjaar valt in 1944-'45. In Nederland heerst de hongerwinter en de lessen op de HBS zijn zeer onregelmatig. In plaats van naar school gaat Jan in maart '45 naar Overijssel om wat eten voor thuis bij elkaar te scharrelen. Op een oud, gammel rijwiel gaat hij erheen, zakt door zijn fiets en moet er noodgedwongen blijven.
De Vliegende Honneur 4 8
En zo wordt hij op 1 april 1945 in Winterswijk bevrijd, na aldaar met veel lotgenoten een aantal nachten in een klompenfabriek te hebben geslapen. Officier bij de landmacht Na de capitulatie keert Jan terug naar Zuilen en krijgt zijn HBS-diploma thuisgestuurd. Maar een cijferlijst krijgt hij niet, want hij heeft geen eindexamen kunnen doen. Verdere studie zit er qua financiën niet in, dus kiest Jan voor het leger. Daar word je gevoed en gekleed, je krijgt soldij en bovendien een opleiding. Jan is 18 als hij zich aanmeldt. Hij komt met een groep jongens in Eindhoven terecht. Daar heeft hij het meteen goed naar zijn zin, want hij houdt van kameraden om zich heen. Omdat door de oorlog ons eigen militaire opleidingsapparaat is weggevaagd wordt de groep ingescheept naar Wolverhampton. Van daaruit gaat Jan naar Brentwood voor de Primary Training: een basisopleiding van zes weken. Tijdens deze training word je voornamelijk afgeblaft en uitgekafferd in het Engels. Daarna volgt de Secondary Training met aansluitend een test voor de officiersopleiding. Jan wordt toegelaten. Op eigen verzoek volgt hij eerst nog een cursus parachutespringen. Daar springt hij van torens af en leert de diverse val- en roltechnieken. Maar net als hij voor het eerst echt uit een vliegtuig zal gaan springen moet hij zich melden in Sandhurst voor de officiersopleiding. Hij volgt deze opleiding met succes en keert eind 1946 als tweede luitenant terug naar Nederland. Kort daarna wordt hij uitgezonden naar Indonesië. Hij komt nog 'net op tijd' voor de gevechtshandelingen op Oost-Java, die bekend staan als de eerste politionele actie. Dat was zeker behoorlijk heftig? Jan: 'Bij reünies hoor ik altijd de meest ijzingwekkende verhalen en zeg ik altijd: jongens, ik was jullie leidinggevende, waarom weet ik dat dan niet? Volgens mij viel het allemaal wel mee, hoe ouder je wordt, hoe heldhaftiger de verhalen: 30 gewonden worden er 300, etc.' Hij vervolgt: 'Ik ging overal als eerste op af, want ik was te naïef en te onervaren om bang te zijn. En ik wilde mogelijk gezichtsverlies tegenover mijn ondergeschikten vermijden. Ik was commandant van een peloton rupsvoertuigen met bemanning. Steeds als er ondersteuning werd gevraagd gingen we erop af. De jongens liepen dan bijvoorbeeld door een kampong en dreven de inlanders voor zich uit. Ik wachtte hen op en gaf aan waar ze zich moesten verzamelen voor nader verhoor.' Heb je ooit iemand doodgeschoten? Jan: 'Tja, dat weet ik niet. In elk geval nooit van dichtbij. Dat noem ik moord. Aan gevechten heb ik uiteraard wel deelgenomen. Dan lig je onder vuur en schiet je terug. En of je dan iemand raakt blijft onduidelijk. Ik heb nooit gezien dat ik iemand neerschoot.'
Actie in de Gordel van Smaragd Die eerste politionele actie duurt twee maanden. Het is dan toch eigenlijk gewoon oorlog? Jan: 'Van de mensen in de kampongs had je geen last. Die waren vredelievend en hielden zich meer bezig met hun rijstveldje dan met ons. Maar de mannen van de Darul Islam wilden dat de bevolking in opstand kwam. De Darul Islam was in die tijd een gevreesd islamitisch verzetsleger. Dat waren de lastige jongens en die moesten we te pakken zien te krijgen. Soms lukte dat ook. We leverden ze dan af bij de sectie Inlichtingen en ik wist niet wat er verder met hen gebeurde, al had ik daar wel een vermoeden van.' Jan gaat verder: 'Het blijft een gek idee. Op Java woonden toen 80 miljoen mensen. En wij waren met twee divisies, zo'n 35.000 man. Als die 80 miljoen de koppen bij elkaar hadden gestoken, dan hadden die twee divisies indertijd toch moeten zwemmen voor hun leven? Maar ja, die Javanen hadden onderling ook weer trammelant, dus wij waren de baas, dankzij het principe: verdeel en heers.' Even ontspannen Vervolgens gaat Jan naar het eiland Madura, even boven Java. Hij heeft er een prachtige tijd. Er zitten daar 11 vrouwen en een dokter. Ze moeten namens het Rode Kruis tropische ziektes te bestrijden. Ze houden spreekuur op diverse locaties en Jan is verantwoordelijk voor de veiligheid. Maar er gebeurt niks bijzonders op dat eiland. Dus vullen ze hun dagen met zwemmen, zonnen en waterpolo. Verder speelt hij gitaar met de kapitein. Kortom, met liedjes, een drankje en overvloedige hoeveelheden saté brengt het hele peloton menige tropenavond plezierig door. Ook voeren de manschappen af en toe met hun vijftonner een illegaal suikertransport uit voor de lokale bevolking. Maar Jan bepaalt wel: 'Jongens, jullie gebruiken spullen van het leger, dan moet het hele peloton er ook van profiteren. En ik wil op de hoogte worden gehouden.' Bijkomend voordeel voor de manschappen: als ze gesnapt worden en voor de krijgsraad dreigen te komen, kunnen ze zeggen dat hun luitenant ervan wist. En vervolgens maakt Jan het wel in orde met de kapitein, lokaal de hoogste in rang. Deze brult tegen Jan: 'Hoe haal je het *??@#$&?!' in je hoofd om suiker te laten vervoeren met materiaal van het leger?' Jan, laconiek: 'Hoe moet die suiker er anders komen? Zie je hier verder nog auto's rijden? Nee, want die zijn er niet.' Kapitein: 'Ja, maar als jullie *??@#&$?!' nog één keer worden betrapt, dan hangen jullie.' Vervolgens wachten Jan en zijn mannen een maandje en daarna beginnen de suikertransporten opnieuw. De tweede politionele actie Halverwege 1948 is het mooie leven op Madura afgelopen en worden Jan, manschappen en rupsvoertuigen overgeplaatst naar het dorpje Wateslor op Oost-Java. Ze moeten daar een oogje in het zeil houden. Jan: 'We werden af en toe beschoten, maar ik ben er trots op, dat geen van mijn mannen is gesneuveld. We reden ook nooit in het donker. 's Nachts liepen we wel patrouille, altijd
met een groep. Je hoort immers veel meer als je loopt.' Scharrelden jouw mannen 'na werktijd' met inlandse meisjes? Jan: 'Ik beweer altijd dat mijn jongens dat niet deden en dat zal ik dan ook nu maar volhouden.' En jijzelf? Jan: 'Voordat ik naar Indië ging had ik een lezing bijgewoond over geslachtsziekten. Daar leerde ik de fysieke ellende kennen die je bij seksueel verkeer kon oplopen. Ik was doodsbang geworden, want syfilis was in die tijd in Indië dé volksziekte. En als dat doorwoekerde in je lijf kon je eraan doodgaan. Dus angst hield me op het rechte pad. Bovendien was er niet veel vrije tijd. We waren veelvuldig in actie, behalve dan op Madura. Daar hielden we elkáár in de gaten. En we speelden er heel veel bridge.' Najaar '48 begint Jans eenheid zoals gezegd met het uitvoeren van politietaken in Wateslor. Dwars door dit gehucht is een grenslijn getrokken: de demarcatielijn. Ten oosten van die lijn zit de TNI - Tentara Nasional Indonesia, het reguliere Indonesische leger. Aan de westkant hebben de Hollanders het voor het zeggen. Drie keer in de week schaakt Jan met de bevelhebber van dit Indonesische leger. Het schaakbord staat precies op de demarcatielijn. Op eerste kerstdag 1948 zou de tweede politionele actie beginnen. We zijn echter een christelijk volk, dus begint deze actie één dag later. Jan waarschuwt zijn schaakmaatje en deze verdwijnt met zijn leger in de nacht. Het doel van de actie is onduidelijk, elke dag krijgt Jan nieuwe orders waar hij heen moet. En dan gaat het mis…. Na hun eerste trektocht komen ze 's avonds aan in een dorp in Indonesisch gebied. De hele bevolking is uitgelopen en verwelkomt hen met loodwitblauwe vlaggetjes. Ze hebben blijkbaar toch niet zo'n hekel aan de Hollanders. Maar ja, die mensen lijden honger, want in tijden van spanning wordt er nauwelijks op de sawa's gewerkt. Jan heeft eetwaar genoeg en biedt een feestje aan ter ere van de hartelijke ontvangst. 's Avonds schiet men 'lichtspoor' af en bij dat licht doodt een scherpschutter op grote afstand een wild zwijn. Een 'sergeant-slager' vilt het beest in no time. Kortom, Jan zorgt voor rijst en een varken, het dorp voor groente en de rest. 's Nachts is het groot feest. Maar ze moeten weer door en via Kediri bereikt het peloton Nanjuk op Oost-Java. En daar, op 2 februari 1949 wordt Jan te grazen genomen. Terugkomend van een patrouille vraagt hij aan een collegaluitenant of de weg vóór hen 'gesweept' is. De collega die niet durft te bekennen dat hij heeft zitten lanterfanten zegt: 'Ja, dat is gebeurd'. Had hij de waarheid verteld, dan had Jan die weg zelf wel op explosieven gecontroleerd. Daarin is zijn eenheid expert. Maar nee, dat brengt de luitenant niet op en even verder rijdt Jans voertuig op een mijn. Hij raakt zwaargewond aan zijn been en bloedt verschrikkelijk. Hij wordt naar een hospitaal gebracht. Daar blijkt dat zijn been er gelukkig niet af hoeft. Vervolgens wordt hij met een Dakota naar Surabaya gevlogen. Daar wordt hij vier keer geopereerd, maar een grote wond blijft etteren met veel pijn en jeuk. Desondanks wordt hij op de boot gezet, terug naar Holland. (Vervolg op pagina 10)
De Vliegende Honneur 4 9
(Vervolg van pagina 9)
Heeft die luitenant ooit nog excuses aangeboden? Jan: 'Ik heb hem nooit meer gezien.' Aan de slag in de burgermaatschappij In Nederland wordt Jan naar het militaire hospitaal Oog in Al in Utrecht gebracht. Daar ontmoet hij Joke, zijn toekomstige vrouw. Zij is verpleegster en het klikt meteen tussen hen. Ze krijgen serieuze verkering en Joke verruilt de verpleging voor een kantoorbaan. Daarmee verdient ze ruim twee keer zoveel en kan gaan sparen voor haar uitzet. Na Oog in Al verblijft Jan nog een jaar in een militair herstellingsoord, want hij lijdt aan botontsteking. Het been ziet er ook ontstoken uit en ettert flink. Dit bederft een beetje de verkeringstijd van Joke en Jan. Hij zegt dan ook tegen haar: 'Als dat zo blijft, trouw ik niet met je, want jij verdient een kerel, recht van lijf en leden.' Joke reageert: 'Nou, dat zullen we nog wel eens zien.' Inmiddels zijn ze bijna 50 jaar getrouwd. Na een jaartje werken bij Rijkswaterstaat gaat Jan naar de KLM. Hij krijgt een algemene opleiding en kiest Schiphol 'where the action is' als werkplek. Hij begint onderaan bij het vrachtbedrijf: brieven typen en facturen opmaken. Eerst zit hij bij de sectie Europa, daarna wordt hij assistent-chef bij de sectie Amerika. Daar heeft hij het reuze naar zijn zin. In die tijd, 1955, trouwt hij en het jonge paar gaat wonen in
Amstelveen. Daar worden tussen 1956 en 1967 hun vier kinderen geboren. Jans oudste dochter is getrouwd en heeft een studerende zoon van 21. De tweede dochter is tandarts en woont samen in Vlaardingen. De oudste zoon is als bioloog gepromoveerd en heeft jaren bij het Max Planck instituut gewerkt. Hij woont samen in Berlijn met een vrouw die gepromoveerd is in de farmacie. En de jongste zoon heeft een goede baan bij Shell. Kortom, de kinderen zijn goed terecht gekomen. De weg naar een eigen bedrijf Jan: 'De beginjaren van mijn huwelijk waren een prachttijd. Dit kwam ook door het 'rommelen' en 'regelen' wat we deden bij de KLM. We regelden echt van alles. Bijvoorbeeld: als ik privé naar New York wilde, belde ik de manager van Air France in Amsterdam en vroeg of ik mee kon via Parijs. Nou, dan vloog ik gratis eerste klas met Air France naar 'The Big Apple'. En als hij naar Costa Rica wilde, reisde hij eveneens gratis eerste klas met de KLM. Kijk, dat is nou rommelen. Ja, ik heb bij de KLM een heerlijke tijd gehad.' Hij werkt er tot 1967. Daarna gaat hij naar het Gelders Overslagbedrijf (GOB), dat een vestiging op Schiphol wil opstarten. Jan zet die vestiging op poten en verdient er een goed salaris. In 1974 overlijdt de directeur en lopen de zaken terug. Dus stapt Jan medio '75 over naar een klant van
Mr R. van der Woude Advocaat en Procureur
Voor al uw vragen op arbeidsrechtelijk gebied: -
Arbeidsrechtelijke clausules Arbeidsvoorwaarden / CAO Functiewijziging / reorganisatie / ontslag Reïntegratie Bemiddeling / mediation Pensioen Medezeggenschap Of voelt u zich gewoon ‘down’ gespeeld?
Neem vrijblijvend contact op. Mijn jarenlange ervaring in het arbeidsrecht staat borg voor een gedegen advies tegen een fatsoenlijk tarief.
Mr. Rienk van der Woude Schokkerspad 48 1081 KS Amsterdam
Tel: 020-642-5367 Fax: 020-642-5304 GSM: 06-51513748
[email protected]
De Vliegende Honneur 4 10
het GOB, de firma Metaaltechniek, waar hij adjunctdirecteur wordt. Dit bedrijf verkoopt metalen gebruiksvoorwerpen voor industriële toepassing, zoals stalen boortjes. Ook hier verdient hij goed. De algemeen-directeur laat zich uitkopen door de Amerikaanse eigenaren. Nu heeft Jan in feite de leiding, al wordt dat niet officieel erkend. Na enige tijd doen de Amerikanen de zaak over aan Jan en de administrateur; er werken dan vijf man. Medio '78 krijgt Jan onenigheid met zijn partner en ze splitsen de zaak. Jan krijgt de fijnmechanische industrie en de zaken gaan goed. Medio tachtiger jaren neemt hij een jongen in dienst die boortjes kan slijpen. Dit resulteert in een lucratief tweemansbedrijfje, dat blijft bestaan tot Jan zichzelf in 1992 met pensioen stuurt. Hij is dan 65, het is mooi geweest. Hij heeft nu volop tijd voor zijn hobby's: lezen en puzzelen. Bridge Hoe heb je het geleerd? Jan: 'Eerst uit een boekje en in het begin door met anderen mee te kijken en soms mee te doen. Op de boot naar Indië zaten we ook al te bridgen met collega-militairen. Dan zat ik ernaast en vroeg: 'waarom doe je dit of dat?' Die collega's speelden een soort robberbridge, niet erg nauwkeurig. Het had meer iets weg van: hé, ik heb een aardige kaart in handen, laat ik maar eens wat roepen. Daarna, op Madura, heb ik leuk kunnen bridgen met de dominee en de aalmoezenier. Dat waren rakkers, want als zij geschud hadden, hadden zíj opeens alle plaatjes in handen. En tussen het kaarten door bleven ze maar debatteren over spirituele kwesties. Dat ging soms door tot diep in de nacht.' Als Jan terug is in Holland speelt hij ruim 20 jaar geen bridge meer. Opgroeiende kinderen en een drukke baan laten hem geen tijd voor dit mooie spel. Daarna begint hij, uitsluitend thuis, af en toe weer te spelen. Op een verjaardag ontmoet hij Ané Hekkelman, die hem vraagt samen bij de KLM te beginnen. Jan stemt toe en in 1974 starten ze bij onze club. Ze gaan daar van de C-lijn naar de B en de A. En vervolgens van de A-lijn via de B weer terug naar de C, enzovoort. Een soort golfbeweging dus. Na 10 jaar stoppen ze. Jan: 'We liepen tegen een muur op. Ons systeem voorzag namelijk niet in slemonderzoek. En Hekkelman wilde op zijn leeftijd niet meer een nieuw systeem leren. Nou, dan niet en we gingen uit elkaar.' Twintig jaar lief en leed gedeeld aan de bridgetafel In 1985 speelt Jan een seizoen met Jopie Snijders. Daarna begint hij met Iet Felix. Met haar biedt Jan wél slem uit, maar ze vindt Jan toch een 'oen' en steekt dat niet onder stoelen of banken. Jan: 'Ietje was iemand die precies volgens de regeltjes speelde. En dat verwachtte ze ook van haar partner. Ik redeneer echter als volgt: als we een dichte zeskaart láág hebben, moeten we niet 3♣ of 3♦ spelen, maar 3SA. Immers, zes slagen heb je al in die dichte, lage kleur. En drie slagen versier je er altijd wel bij. Iet vond dat maar niks, want zo staat het niet in het boekje. Ik bood ook eens 3SA met 1 punt te weinig. Zij opent 1SA (15-17 pt), ik heb 9 pt en bied 3SA
Ik dacht: dat ene puntje 'versieren' we wel. Dus werd ik weer eens voor 'oen' uitgemaakt, terwijl 3SA keurig gemaakt werd! Ja, ze was daarin zeer nauwgezet en best lastig. Maar ze had daarnaast ook heel lieve dingen.' Iet overlijdt in 2007. Jan spreekt op haar crematie en schrijft een stukje te harer nagedachtenis in ons blad. Daarna begint hij met André van Zon en het gaat goed: ze spelen in de Alijn en hebben het leuk samen. Hoe houd je het partnerschap goed? Jan: 'Door je niet te ergeren. Een voorbeeld: gisteren dacht André dat hij 3SA speelde, maar hij speelde 3♦. Dat ging dus mis. Dan kan ik wel tekeer gaan, maar wat heeft dat voor zin? En het overkomt mij ook: ik opende 1♥ en André springt naar 2♠. Ik zie dat per abuis als zwak en pas. En dat, terwijl 4♠ blind gemaakt wordt. Dan trekt hij me toch ook niet over tafel? Het blijft een gezelschapsspel: het plezier en de sociale contacten staan voorop. Erger je je wel eens aan tegenstanders? Jan: 'Alleen als mensen onnodig lang nadenken of ze klaver 3 of klaver 4 bij zullen gooien. De irritatie over dat zinloze wachten haalt je vaak uit je concentratie en soms moet je daardoor nog naspelen ook.' Heb je wel eens ruzie gekregen aan tafel? Jan: 'Ja, met Iet. Soms zei ik zelfs dat ik geen dag langer met haar wilde bridgen. Maar 's avonds bracht ik haar toch altijd weer keurig thuis. En de week daarop speelden we gewoon weer samen.' Nu haalt en brengt Jan Bep van Diem, want die vindt haar buurt 's avonds een beetje unheimisch. Jan zei daarom tegen haar: 'Maak je nou maar niet druk, ik kom je wel halen.' Bep: 'Maar wat zal je vrouw daar van denken?' Jan: 'Niks, die is blij dat ik eindelijk een vriendin heb.' Jan vervolgt: 'Ach ja, Bep is een sympathieke vrouw. En over het algemeen zijn het plezierige mensen bij ons op de club. Sommigen passen niet helemaal in je straatje, maar ze zullen over mij ook wel eens het nodige denken. Annemarie Smit is ook iemand die ik erg aardig vind, maar ja, die ken ik dan ook al ruim 50 jaar.' Tenslotte begint Jan weer over 'zijn' Ietje: 'Als je 20 jaar met elkaar speelt ontstaat er een soort genegenheid. Dat kan niet anders. Ik kan rustig zeggen, dat zij van mij hield en ik van haar. Dat heb ik bij haar crematie ook gezegd en het is de waarheid. Op donderdagavond zeiden we soms: we delen alles, behalve het bed. Zoiets gebeurt heel af en toe. Ze zeggen dat het niet kan tussen een man en een vrouw, maar volgens mij bestaat het wel: platonische liefde. Hans Abspoel
De Vliegende Honneur 4 11
Cuba 2009
A
En de bende van zeven
vontuur.
nen. En het woord paella was ook veel te groot, de vochtige rijst leek eerder op een gele soep. Aan de voordeur stond de vriend van Sissy, aangeschoten door het bier, vol amoureuze handelingen. Tussen het bedienen door ging zij naar hem toe. De houten deur bleef half open staan, we konden hun rendez-vous volgen. Dit tafereel was zo ongewoon en komisch, dat tranen van het lachen over onze wangen rolden. Om tien uur stond de rammelbak weer voor de deur, we hobbelden terug naar ons hotel, een prachtige avond rijker. Trinidad
We stapten in een gammele clandestiene taxi, op weg naar Santa Clara. Het was donker, 's avonds half acht, en we gingen uit eten. De taxi reed twee keer, want op die manier kon de chofer twee keer verdienen. De stoelen hadden geen vulling meer, je zakte door tot op de bodem. En bovendien zat er op de achterbank ook de zoon van de chofer. Een dekmantel want bijklussen mag niet op Cuba. De voorruit was als glas in lood aan elkaar geplakt. Het linker zijraam was zwart afgeplakt, dus moest wel half openstaan. En de weg was vol gaten en kuilen waar onze Cubaan behendig omheen reed. De afgesproken prijs klopte niet. Hij vroeg aanvankelijk 4 Cuc, ongeveer 4 euro, maar dat was een smoes. Tot aan de deur van het restaurant was het 5 Cuc en anders moesten we uitstappen aan de rand van het centrum. In het restaurant was het licht gedempt, de ventilator aan het plafond deed de kroonluchter met spaarlampen zo trillen, dat hij ieder moment naar beneden leek te komen. Aan de manier van lopen van onze jonge knappe ober, een zogenaamde mango, kon je zien dat hij trots was op zijn outfit. Een T-shirt met DG erop en een broek die ons aan een pyjama deed denken. Maar van een lekker ding kun je wat hebben. De serveerster, Sissy, was sexy gekleed in hotpants en een te lage blouse. Zij liep ook zo te pronken. De vis was voor Cubaanse begrippen redelijk. Alleen smaakte de kip naar ongewassen sokken en de eenpersoons schotel paella had een diameter van 80 cm. Een truc om meer geld te verdieDe Vliegende Honneur 4 12
Een dag aan het strand in Trinidad. Alle parasols waren bezet. Toch veroverden we de beste plek op het strand. Deze parasol was eigenlijk van de Hulppost. Maar de lifeguide Adriano was gevoelig voor onze charmes. Na een uur kwam hij bij ons zitten. Hij wist een particulier huis waar je 's avonds kreeft kon eten. Dat kostte 10 Cuc per persoon, waarvan er 1 Cuc voor Adriano was. Een voorstel dat we alleen met elkaar aandurfden omdat bijverdienen niet geoorloofd is op Cuba en je je neus in duistere zaken steekt. Het particuliere huis kun je je het beste voorstellen als een veredelde barak. De vrouw die ons ontving had de tafel al gedekt. Zij was vriendelijk en had best lekker gekookt. Halverwege de maaltijd werd de muziek zacht gedraaid, werd het licht gedempt en werd ons gevraagd zachtjes te spreken. Er waren twee vreemdelingen in de straat. Je moet voorzichtig zijn, anders wordt je verlinkt. Iedereen controleert iedereen op Cuba. Van de 9 Cuc die over was ging er een deel naar de buren; zwijggeld. Na de maaltijd toonde zij haar bed. Daarop lagen zelf gehaakte truitjes. Of we die wilden kopen. Weer terug aan tafel vertelde ze dat ze een gehandicapte zoon had en liet zijn foto zien. Of we geld wilden geven. Later liet ze mij haar zoon zien, achter in de ruimte zat hij op een stoel. Terug in ons hotel waren we aangeslagen door het geheel. De drank en de maaltijden Wat is er op culinair gebied op Cuba? Drank om te beginnen. Cuba libres natuurlijk, die door ons ook wel anders werden genoemd. Ik heb de volgende variaties gehoord: 'Cola Libre' en 'Cobra Libre'. Ook de café doble werd een keer 'Passo Doble'. We leerden er de cocktails mojito en daiquiri drinken. Lekker met rum en citroensap. Pina colada smaakt verrukkelijk onder de Cubaanse zon. Een van ons bestelde een drankje. Ze vroeg om cointreau. De barman verstond: 'Quattro?' Weer een plezierig moment. Het eten De ontbijten zijn prima, en de rest moet je treffen. Op een avond hadden we tomatensoep besteld. Er kwam een kop
met een soep, dat op maissoep leek. Geel van kleur en nogal stevig van structuur. Nee, dat hadden we niet gevraagd. Dus, die soep ging terug. Even later kwam de camarero terug met dezelfde kop en had hij heel vindingrijk er een scheut tomatenketchup in gedaan. Zo, nu was het tomatensoep! Maar daarom niet getreurd, de sfeer maakte alles goed. Het systeem. We weten dat het communistisch regime heerst op Cuba. Welnu, als je dat aan den lijve ondervindt gaat dit systeem leven, zoals alles waar je direct mee in aanraking komt. Ik zal je wat voorbeelden geven. We hadden kleding, zeep, toiletartikelen, schriftjes en pennen, ballonnen en feestneuzen, pluchen dieren en geld voor de arme mensen meegenomen. De bevolking is zo dankbaar en blij met deze spullen, dat het aandoenlijk is om te zien. Het kamermeisje vouwde de handdoek in de vorm van een zwaan. Die stond dan op ons bed met rode bloemen versierd en een aandoenlijk lief briefje voor de dear guest. Of we haar toch niet wilden vergeten. De gids van Fox vertelde in de bus over de geschiedenis van Cuba. Over Columbus die in het jaar 1492 aankomt op Cuba waar indertijd 3 stammen Indianen woonden. Over de Spaanse overheersing van 400 jaar. Tijdens die jaren kwamen de Fransen en de Amerikanen er ook over de vloer. Het Cubaanse volk heeft vaak gestreden tegen de machtshebbers. In Santiago de Cuba bezochten we het Vrijheidsbeeld van Antonio Maceo over het verzet tegen capitulatie van 23 maart 1878. We hebben gehoord hoe de slaven uit Afrika werden verhandeld en misbruikt bij het harde werken op de suikerriet-, koffie- en tabaksplantages. Jose Marti, de vader des vaderlands, is een bekend vrijheidsstrijder die te werk ging met de pen. Hij is dichter en schrijver. Schrijft politieke artikelen tegen de Spaanse overheerser en komt om in een veldslag in 1895. Een van zijn gedichten is op muziek gezet. Guantanamera, je kent het vast wel. De luchthaven van Havana is naar hem genoemd: Aeroporto Jose Marti. Er zijn nog vele vrijheidsstrijders. Het voert te ver hen allen te noemen. In 1902 is het eind van de tweede onafhankelijkheidsoorlog. De VS nemen deel aan de oorlog tegen Spanje dat uiteindelijk Cuba afstaat aan de VS. Guantanamo wordt een militair steunpunt. Cuba wordt een zelfstandige republiek onder militair toezicht van de VS. Vanaf het begin van de 20e eeuw kwamen de dictators aan de macht. De eerste was Machado. De laatste was Batista. Onder zijn regime was het leven slecht. Zijn regime werd omver geworpen door Fidel Castro, Raoul Castro en Ernesto Che Guevarra. De vrijheidsstrijd die zij hebben gevoerd hebben wij heel duidelijk uitgelegd gekregen. In het mausoleum waar Che, een Argentijnse arts van rijke huize is bijgezet, werd hierover een film gedraaid met authentieke beelden. Dit was indrukwekkend. De mensen op Cuba van pakweg boven de 50 jaar zijn nog blij met deze omwenteling. Even tussendoor: de naam Che betekent 'hallo!' Als Ernesto Guevarra iemand ontmoette zei hij altijd: 'Che!'
De jongeren vinden het systeem, globaal genomen, verschrikkelijk, ondanks het feit dat de gezondheidszorg en het onderwijs gratis is. Zij kunnen legaal niet veel. Er bestaat geen vrije handel. Iedereen krijgt 20 peso en een bonnenboekje per maand voor bonen en rijst. Daar kun je niet van leven. En zodoende wordt er veel gebedeld en omgekocht op Cuba met illegaal verkregen geld. Op straat kun je sigaren kopen, maar je moet voorzichtig zijn, want vaak bestaat alleen de bovenste laag van een sigarendoos uit tabak van
goede kwaliteit. Er wordt veel onder de tafel geschoven en de bevolking is wantrouwig naar elkaar. De toeristen hebben ander geld dan de Cubanen. Wij betalen in de convertible peso, die sterk staat en zij hebben de oude peso cubano. Deze muntsoort is niet veel waard. De vijand ligt op de loer, men kan niet vrijuit spreken en men is zo aangegeven bij de politie. Er is geen vrijheid. Men kan het land niet uit. Afgestudeerden komen wel weg naar de VS. Zij worden als het ware verkocht. Zo gaat het intellect verloren voor het eigen land. Rijke Cubanen in de VS, met name Florida, proberen diegenen die willen vluchten te helpen. Aan de grens met Mexico worden agenten omgekocht met flinke pakken dollars. We hebben een man van 38 jaar ontmoet. Hij was masseur op het strand van Varadero, waar we de laatste dagen verbleven. Hij vertelde zijn levensverhaal aan ons. Om te kunnen ontsnappen aan het regime was hij gescheiden van zijn vrouw. Pro forma. En getrouwd met een Mexicaanse. Deze laatste vrouw kreeg hiervoor geld van een rijke Cubaan die in Miami woont. Hij is een vriend van de masseur. Binnenkort gaat hij met zijn nieuwe vrouw naar Mexico en vandaar door naar de VS. Aan de grens wordt er natuurlijk gestiekt. Hij zal dan proberen om de Amerikaanse nationaliteit te verkrijgen. Als dit lukt zal hij na twee jaar scheiden van zijn Mexicaanse vrouw en gaat hij terug naar Havana. (Vervolg op pagina 14)
De Vliegende Honneur 4 13
(Vervolg van pagina 13)
Daar trouwt hij dan weer met zijn eerste vrouw, de vrouw waar hij van houdt en zal met haar en de drie kinderen naar Florida vertrekken. Een smartelijk verhaal, dat hij met tranen in de ogen vertelde. Vooral omdat de haalbaarheid van het plan nog onzeker is. De reis Wij, de bende van zeven, zijn: Joke, Margreet, Marian, Trudy, Truus, Gerda, en ondergetekende. Deze bijnaam gaf een van de andere reisgenoten aan ons. We zaten in een groep van 25 toeristen en waren op stap met de welbekende reisorganisatie Fox. We vlogen rechtstreeks naar Havana en hadden de beschikking over een airco bus met gids en chauffeur. Er is 2500 km afgelegd. We hebben het land van west naar oost en weer terug bekeken. Op de grote weg mag alles rijden. Menig keer stak er een koe, hond of paard en wagen de weg over. Het was uitkijken geblazen. De stad Havana is werkelijk schitterend mooi doordat het oude centrum kleurrijk is, er grote oude gebouwen staan waar vroeger de suikerbaronnen woonden. Vandaag de dag zijn dat hotels of kantoren geworden. Onze eerste hotel was zo'n juweel. De schrijver Ernest Hemingway heeft lange tijd in dit hotel gewoond. De mooie huizen vind je overigens in andere steden ook terug. Alle-
maal van de vroegere plantagebaronnen. We waren onder andere in Cienfuegos, Sancti Spiritus, Santa Clara en Trinidad. We maakten een rondrit in felgekleurde oldtimers die je wel kent van de foto's. We werden in de hotels met een Cuba Libre ontvangen, hebben salsales gehad en bij iedere maaltijd was Cubaanse live muziek. Er waren vele hilarische momenten en vele ongewone taferelen en de moppen rolden over de tafel. Opvallende zaken De toiletten. Soms was er geen deur in (het salsarestaurant) en als die deur er wel was, was hij klein en stak je hoofd er bovenuit. Heel komisch als je staat te wachten in de rij en plotseling komen die koppies naar boven. Dat wachten was erg handig voor de bezoekster van het toilet want er was haast nooit een slot op de deur. Toiletpapier was weinig voorhanden. Doorspoelen ging soms met een emmer water. Nederlandse bussen Afgedankte Nederlandse bussen zijn op Cuba terecht gekomen. Zo zie je plotseling op de snelweg een bus rijden met bestemming Hendrik Ido Ambacht of een bus waar gereserveerd op staat.
Renault Nieuwendijk b.v. Aalsmeer Uithoorn Amstelveen Hoofddorp Badhoevedorp
Zwarteweg 93 Zijdelweg 53 Traviatastraat 2 Parellaan 11 Jan van Gentstraat 162-166
www.renault-nieuwendijk.nl De Vliegende Honneur 4 14
Tel. 0297-383080 Tel. 0297-563044 Tel. 020-4263950 Tel. 023-5627604 Tel. 020-6594200
onze vingers hebben we toen de pizza klein gekregen. De hotels Prima in grote lijnen. Natuurlijk is er af en toe iets op te merken. Zo hebben Margreet en Trudy tot twee keer toe een flinke lekkage te pakken gehad. Allebei de keren was dat (gelukkig) binnen een half uur nadat zij de kamer hadden betrokken en beide keren kregen ze onmiddellijk een andere habitacion. De natuur
In de restaurants is weinig wijn te koop en als je al een fles kreeg, moest je maar afwachten of er nog een tweede was.
Het landschap is afwisselend van vlak tot af en toe een uitschieter in hoogte of diepte. Je ziet de mooiste vogeltjes en de zon schijnt de hele dag. De vegetatie is nu nog groen en afwisselend. En je ziet overal de palmbomen. Op weg naar Varadero zagen we veel citrusbomen. In dit jaargetijde (maart) is de temperatuur heerlijk. Tussen 25 en 28 graden met een zwoele tot stevige wind. De stranden zijn paradijselijk met een azulblauwe zee.
Koffiekopjes en bestek
Conclusie
Een schaars goed op Cuba. Het was snel reageren als er een schoon kopje uit de keuken kwam. En daarom nam je ook wel eens een soepkop om de koffie op te drinken. Bestek is helemaal schaars. We hadden een keer 7 pizza's besteld. Op één bord lag mes en vork. Bij navraag bleek dat dit het enige schone stel was. Eerst dachten we nog dat de bediende ons had vergeten. Maar niets was minder waar. Met
We hebben een fantastische reis gemaakt, die vooral heel leerzaam was en ons doet beseffen hoe we het ongelooflijk getroffen hebben om in ons mooie, vrije Nederland te mogen wonen.
Wijn
Op de dinsdag
H
artje zomer als ik dit schrijf en wat mij betreft ligt het bridgen even plat. Andere dingen hebben nu even de aandacht, bridgen is ver weg. Maar nu is het weer september en we gaan er weer fris en vrolijk tegenaan. Voor zover ik nu weet hebben twee leden opgezegd en we hebben er twee nieuwe leden bij, dat betekent dat we op sterkte blijven! Ongetwijfeld zijn enkelen van u de zomer doorgekomen met geregelde bridgepartijtjes, dus diegenen hebben wel een voorsprong. Anderen moeten er weer even inkomen, maar zullen gauw weer op hun eigen sterkte zijn. De clubkampioenen van afgelopen seizoen waren Betty Blumenthal en Philip Wichers. Gefeliciteerd en houden zo, zou ik zeggen. Nogmaals wil ik u verzoeken om, indien u verhinderd bent, dit tijdig door te geven. Het kan natuurlijk via 'het Boek' of anders, als het onverwacht is, door een telefoontje aan Annemarie Smit (6419704) of mij (6455765) te plegen.Het is voor de technische commissie anders ondoenlijk om op tijd de juiste indeling te maken.
Hanna van Berg Maart 2009
De Vliegende Honneur maakt z’n laatste vlucht
D
e volgende uitgave (Nr. 37, december) van de Vliegende Honneur zal de laatste zijn. Laten we hier met z’n allen een extra dik nummer van maken. Stuur uw bijdrage; een verhaaltje, een bijzondere foto, etc, naar:
[email protected] Of naar het redactie adres (zie colofon) De Redactie
Ik wens u allen een gezellig bridgeseizoen! Betty de Jong
De Vliegende Honneur 4 15
Hollandse Avond Entertainment, Live Zanger, Live DJ, Hollands Buffet, Onbeperkt drinken*
€ 29,50 p.p. Informeer bij onze receptie naar de data!! * keuze uit tapbier, fris en wijn
De Vliegende Honneur 4 16