concept Verslag commissie Samenleving op 24 november 2015 Aanvang Plaats Aanwezig
Afwezig met kennisgeving
5
10
15
19.00 uur raadzaal gemeentehuis te Heerde De (plaatsvervangend) voorzitter: G. van der Rhee De leden: CU-SGP: J. Tuinman. CDA: H.J. Mateman, S.J.L. Nienhuis. VVD: I.T.M.S. Bunnik-van Loon, G. Hardam-Postma. GBP: W. van Ommen (sluit aan rond 19:30 uur). PvdA: S. Buist (agendapunt 6), B. Horst, G. Vijge-Koning. D66/GL: S.I. van Amerongen, D. Landman. Het college: burgemeester W.R.J.M. Pijnenburg-Adriaenssen, de wethouders G.J. van Dijk, H.G. van der Stege. De griffie: B. Espeldoorn-Bloemendal (griffier), N. Aslander (notulist). Ambtelijke ondersteuning: W. Blankvoort, R. Bouw, M. van Vemde CDA: J. Kampherbeek, GBP: A. Bouman
Algemeen 1. Opening en mededelingen De voorzitter heet alle aanwezigen van harte welkom en staat vervolgens stil bij het besluit van mevrouw Pierik om ontslag te nemen als wethouder. Haar inbreng in deze commissie is de afgelopen anderhalfjaar zeer groot geweest. De commissie wenst haar en de fractie sterkte toe met dit besluit. Het college heeft vandaag de portefeuilles verdeeld en wordt vanavond voor de beantwoording van de vragen ambtelijk ondersteund. 2. Melding van insprekers bij agendapunten en vaststelling agenda Er hebben zich geen insprekers gemeld bij de agendapunten. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
20
3. Verslag gecombineerde Commissie Ruimte en Samenleving op 6 oktober 2015 Buist vraagt naar aanleiding van de vraag van de heer Kampherbeek op bladzijde 3 wanneer het toegezegde (kosten)overzicht van de maandelijkse uitval van ICT (24-03-2015) beschikbaar is. Van der Stege antwoordt dat hij hierover met een ambtenaar heeft gesproken maar nu de datum even kwijt is. Hij komt hier in dit verslag op terug. Buist geeft vervolgens aan dat hij de woordenwisseling in die vergadering tussen de heer Kampherbeek en wethouder Van der Stege naar aanleiding van dit onderwerp erg vervelend vond.
25
Het verslag wordt vastgesteld inclusief de bijgevoegde inspraakreacties. 4. Lijst met aandachtspunten, toezeggingenlijst en bestuursagenda Aandachtspuntenlijst Geen opmerkingen.
30
35
Toezeggingenlijst Naar aanleiding van de toezegging van 1 september 2015 om een memo actieve informatie 201559 voor het aan- en inkoopbeleid uit te brengen, wijst Nienhuis er op dat deze toezegging is gewijzigd in ‘afgedaan met de toelichting in de themaraad’. Er is destijds om extra informatie gevraagd over de basis waarop is gegund: op prijs of op economisch meest voordelige situatie. Bij de actieve informatie is destijds een aanbestedingenlijst geleverd. Hierop stonden de verschillende projecten met de verschillende bedragen, de lokale en regionale bedrijven en de naam van het bedrijf waarop de keus is gevallen. De fractie wil nu graag weten op basis waarvan
commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 1 van 14
5
10
15
20
25
30
35
40
45
die keus is gemaakt. Wat is zo geheim aan dit antwoord dat hiervoor, volgens de toezeggingenlijst, een afspraak gemaakt moet worden met de organisatie en het antwoord niet gepubliceerd zal worden? Diezelfde vraag geldt ook voor het aanbestede bedrag: is er aanbesteed binnen dit bedrag? Wat zijn de werkelijke kosten van het project geweest? De fractie is van mening dat deze cijfers in de commissie besproken mogen worden om een mening te kunnen vormen. Het komt nu over alsof dit punt zo van de toezeggingenlijst verdwijnt. Van Amerongen sluit zich aan bij deze vraag. Het gaat hier om grote bedragen. Van Amerongen wijst vervolgens op de toezegging van 6 juli 2015 (raad) over het Bedrijventerrein H2O. Hier staat vermeld: aanpassing SOK en aanpassing Heerder aandeel. Zodra de gelegenheid zich voordoet dit nadrukkelijk bespreekbaar maken. Als termijn staat vermeld dat dit een continu proces is. De fractie stelt voor om de procedure voor de aanpassing van de SOK te bespreken bij het debat over de package deal in de raad van 14 december aanstaande. Landman vraagt naar de stand van zaken van de notitie over de huurachterstand bij het Hummelhuis. Pijnenburg benadrukt dat het bespreken van het proces voor de aanpassing van de SOK het college niet was ontschoten. Het is prima om dit te bespreken in de raad van 14 december aanstaande. De punten waarvoor aandacht is gevraagd in de commissie Ruimte van 23 november, zijn vandaag doorgegeven aan de andere partners. Voor 14 december wordt over deze punten gesproken. Dit zijn de momenten voor het college om als ‘uitvoerder van de raad’, dergelijke onderwerpen op tafel te leggen en te bespreken. Van der Stege geeft aan dat de stand van zaken bij het Hummelhuis is weergegeven in het verslag van de raad van 26 oktober jongstleden. De stand van zaken op dit moment met de huurachterstand is de wethouder nu niet bekend. Hij zal in het verslag de stand van zaken laten opnemen (Toevoeging aan het verslag: punt is opgenomen op de toezeggingenlijst). Mevrouw Landman vult aan dat zij deze vervelende situatie met het Hummelhuis graag goed en op een positieve manier wil afronden. Van der Stege antwoordt op de vraag van de heer Nienhuis dat inzage is gegeven in de wijze waarop de aanbestedingen zijn gelopen. Hij is van mening dat het te ver gaat om aan te geven op basis waarvan de keus is gemaakt. Het uitzoeken hiervan vraagt veel van de organisatie. Hij verzoekt de commissie dan ook om bij vragen contact op te nemen met een medewerker voor een persoonlijke toelichting. Nienhuis geeft aan dat het gaat om 30 projecten waarvan bekend is op basis waarvan de keuze voor een aannemer is gemaakt: op prijs op of op meest voordelige inschrijving. In de notitie is aangegeven dat de keuze maar op deze twee manieren gemaakt kan worden. Bij de informatie aan de commissie staat het aanbestede bedrag wel genoteerd, het volstaat ermee 1 kolom toe te voegen en daar in te vullen op basis waarvan de keuze is gemaakt. In Pepperflow kan per project worden opgezocht wat het totale bedrag is. Bunnik geeft uit haar ervaring als lid van de beoordelingscommissie voor de ruimtelijke kwaliteit van de hoogwatergeul aan, dat het ingewikkeld is om precies te omschrijven op basis waarvan een keus voor een aannemer is gemaakt bij MVI-aanbestedingen. Een groot deel van de informatie was ook niet openbaar. Zij vraagt zich af in hoeverre de raad daarover gaat omdat de uitvoering door de raad is overgedaan aan het college. Nienhuis verwijst naar de actieve informatie 2015-59 waarin per project de keuze is aangegeven. Het is niet nodig de gedachte achter de keuze weer te geven maar wel de basis waarop de keus is gemaakt. De commissie stemt in met het voorstel van de voorzitter aan het college om twee kolommen toe te voegen aan het eerder verstrekte overzicht. Eén kolom geeft aan op basis waarvan de keus is gemaakt: MVI of prijs en kolom twee geeft aan het totale aanbestede bedrag.
50
55
Bestuursagenda Geen opmerkingen. 5. Spreekrecht publieke tribune over punten die niet op de agenda staan Er hebben zich geen insprekers gemeld.
Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 2 van 14
Raadsvoorstel
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
6. Visie op samenwerking Introductie onderwerp: ter afsluiting van een bijzonder traject voor de raad van Heerde ligt nu een voorstel van de werkgroep voor om de raad te verzoeken: 1. Het “Visiedocument Samenwerking” vast te stellen, waarbij de raad een voorkeur uitspreekt voor versterking van de ambtelijke samenwerking met Hattem en Epe, met als oriëntatie voor het sociaal domein: Stedendriehoek en oriëntatie voor het economisch domein: Zwolle. 2. Op basis van het “Visiedocument Samenwerking” het college opdracht te geven de mogelijkheden te onderzoeken ten aanzien van verschillende niveaus en verschillende taakvelden van ambtelijke samenwerking met Hattem en Epe met als oriëntatie voor het sociaal domein: Stedendriehoek en oriëntatie voor het economisch domein: Zwolle. 3. Begin april een terugkoppeling van het college te krijgen wat, hoe en met wie op bestuurlijk en ambtelijk niveau mogelijk haalbaar is en hoe zich dit verhoudt tot de door de raad uitgesproken voorkeur. 4. Voor de zomer 2016 op basis van een maximale inspanning van het college een uitspraak van het college te krijgen over de grondhouding van de beoogde partners. Namens de werkgroep beantwoorden de raadsleden Horst (tevens voorzitter van de werkgroep) en Mateman eventuele vragen. Vragen die specifiek aan het college gericht worden, beantwoordt mevrouw Pijnenburg. 1ste termijn Tuinman complimenteert de werkgroep met de wijze waarop de raad de afgelopen maanden is meegenomen in het proces om te komen tot het visiedocument zoals het nu voorligt. Het visiedocument geeft weer wat door alle fracties in de raad is beoogd. De vier genoemde punten vormen hierop het juiste antwoord. De fractie is blij met het antwoord van de gemeentesecretaris namens het college en begrijpt het gestelde in de brief dat de gemeentelijke samenwerking verder gaat dan alleen ambtelijke samenwerking en dat het werkveld breder is. Buist sluit zich aan bij de waarderende woorden van de heer Tuinman met daaraan de toevoeging dat ook anderen grote betrokkenheid hebben laten zien. Daarnaast was het enthousiasme van de leden van de werkgroep hartverwarmend. Het is mooi dat gekozen is voor deze opzet waarbij ook sessies zijn gehouden met ondernemers, scholen en mensen uit de ambtelijke organisatie. Buist is trots dat de mensen uit de werkgroep dit – met heel hard werken - voor elkaar gekregen hebben. Het inhuren van een extern bureau, zoals vaak wordt gedaan, levert niet deze betrokkenheid en dit enthousiasme op. De fractie kan goed uit de voeten met de visie zoals deze nu voorligt. Van Amerongen sluit aan bij deze woorden. Deelname aan de werkgroep namens de fractie heeft zij als bijzonder ervaren. De tijd die er het afgelopen jaar aan besteed is, werpt zijn vruchten af. Door elkaar op een positieve manier mee te nemen in het proces, groei je samen toe naar een doel. De fractie hoopt dat het college uit de voeten kan met dit voorstel. In eerste instantie neigde de fractie naar een wat sterkere samenwerking richting een fusie. Later in het proces is duidelijk geworden dat ook de partners in de Noord-Zuid-lijn meegenomen moeten worden in het proces en dat vraagt om flexibiliteit om te komen tot een natuurlijke samenwerking. Die natuurlijkheid is er niet in het fusiemodel. Het netwerkmodel is te weinig ambitieus. De fractie zit tussen het fusiemodel en het netwerkmodel in. Het zou goed zijn als het college de komende maanden ook kijkt en luistert naar de buurgemeenten. De gesprekken met de bevolking heeft Van Amerongen als goed en prettig ervaren met name ook door de gekozen methodiek (SWOT) met de ondernemers, ambtenaren en jongeren. Bunnik sluit zich aan bij de woorden over de manier waarop dit proces samen is volbracht en is trots op het visiedocument. Aan het college de vraag wat wordt bedoeld met het gestelde in de brief dat het college ‘het methodisch wat kort door de bocht vindt’. Van Ommen dankt de werkgroep voor al het werk dat is verzet en geeft een compliment aan het resultaat ervan. Dit visiedocument vormt volgens de fractie een mooie basis voor onderzoek door het college. Nienhuis sluit aan bij de andere fracties waar het gaat om de waarderende woorden aan de werkgroep. De fractie heeft het als zeer prettig ervaren om gezamenlijk dit proces te gaan. Pijnenburg dankt de werkgroep voor al het goede werk dat is gedaan. Een deel van het proces was inhoudelijk gericht. In de SWOT-analyse is tot de conclusie gekomen dat, bijvoorbeeld, recreatie en toerisme een belangrijk onderdeel zou moeten zijn van de toekomst van de Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 3 van 14
5
10
gemeente Heerde. In de brief constateert de gemeentesecretaris dat samenwerking het ambtelijk apparaat en eenmansbedrijven versterkt. Echter, aan de hand van de SWOT-analyse wordt hiermee niet noodzakelijkerwijs de gewenste inhoudelijke richting voor de gemeente aangegeven. Met het geschetste perspectief zal de versterking van de ambtelijke organisatie en de kwetsbare bedrijven zeker effect hebben. Wil je echter de andere sprong maken, dan zijn daar ook andere instrumenten voor nodig. 2de termijn Van Amerongen geeft aan dat, naast het vorm geven en versterken van de ambtelijke organisatie, de geografische partners één van de overwegingen was om te kiezen voor de NoordZuid-lijn. Epe en Hattem zijn de eerste natuurlijke partners. Deze inhoudelijke keuze maakt het mogelijk om de toeristische en economische potentie van Heerde te versterken. Bunnik sluit aan bij het gestelde dat de keuze niet alleen is gebaseerd op de SWOT. Dit zou te kort doen aan de basis waarop het voorstel aan het college is opgesteld.
15
20
25
30
35
40
45
50
55
Namens de werkgroep zegt Mateman dat er in twee richtingen is gedacht en gewerkt: samenwerken en versterken binnen de Noord-Zuid-lijn waar recreatie een plek kan hebben en daarnaast, veel breder inzetten op de Veluwe. Dat vraagt om een goede organisatie en Heerde kan daarin samen met andere gemeenten het voortouw nemen. Horst sluit af met dank voor alle complimenten die ook bestemd zijn voor iedereen die vanuit de raad heeft meegedacht en meegewerkt in de werksessies samen met de ambtelijke organisatie. Mateman heeft destijds het initiatief genomen met het spoorboekje. Gedurende het jaar is gewerkt naar een visie met behulp van vele instrumenten, waaronder het onderdeel SWOP-analyse. De werkgroep denkt dat het goed is dat de gemeente Heerde nu een keus maakt voor de toekomstige richting. Dit beaamt het college ook in haar brief. Vorig jaar is geconstateerd dat de gemeente van te veel samenwerkingsverbanden deel uit maakt. Dat was mede een reden om deze werkgroep op te richten. Tijdens de raadsvergadering op 14 december aanstaande wordt een besluit genomen over deze visie. Horst dankt de griffier voor de uitstekende wijze waarop zij de werkgroep met raad en daad terzijde heeft gestaan. Het was een intensief, energiek en mooi proces. Advies: B-onderwerp om het document breed te kunnen bespreken in de raadsvergadering. 7. Financiële risicospreiding bovenregionale zorgvormen Jeugd Introductie onderwerp: door het maken van afspraken over financiële risicospreiding op de bovenregionaal ingekochte zorg, worden de financiële risico's voor de individuele gemeenten beperkt. De raad wordt voorgesteld akkoord te gaan met financiële risicospreiding voor bovenregionale zorgvormen op basis van de genoemde afspraken en voorwaarden onder de genoemde punten 1 tot en met 4. 1ste termijn Landman ziet een groot risico voor de gewenste budgetverdeling en -beheersing door de combinatie van onvoorspelbaarheid en hoge kosten per traject. Grote jaarlijkse fluctuaties worden vermeden door risicospreiding. Ook kan de zorg dan altijd worden ingezet zonder discussie over het budget. Dit sluit aan bij het landelijk advies. De looptijd twee jaar lijkt de fractie een goede optie. Het lijkt de fractie gewenst om begin 2017 te evalueren en niet, zoals voorgesteld, na het tweede halfjaar. Dat maakt het eventuele bijstellen lastig voor de begroting 2018. Een punt van aandacht blijft de toegang; dit punt had al eerder ter discussie moeten staan. Een ander punt van aandacht zijn de wachttijden: wat zijn aanvaardbare wachttijden voor crisisgevallen en wat zijn de wachttijden voor bepaalde gevallen uit Heerde op dit moment. Hoe langer de wachttijd, hoe langer en daarmee duurder het herstel. Hardam vindt het namens de fractie prima dat de zes gemeenten financieel solidair zijn gezien de hoge kosten voor de zwaardere zorg en kan zich vinden in de onderbouwing van het raadsvoorstel. Tuinman constateert uit het raadsvoorstel dat bovenregionale zorgvormen duur zijn en een relatief kleiner volume hebben. De fractie stemt van harte in met de spreiding van de financiële risico’s door de samenwerking met zes gemeenten. Dit leidt er ook toe dat kennis kan worden gedeeld en zaken onderling afgestemd over de wijze waarop de zorg wordt uitgevoerd. Deze samenwerking is een mooi voorbeeld hoe gemeenten in de regio elkaar kunnen vinden. De fractie stemt in met het voorstel. Vijge constateert dat – landelijk gezien – de behoefte aan bovenregionale zorg toeneemt. In dat kader maakt de fractie zich zorgen over de wijze waarop de gemeenten de Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 4 van 14
5
10
15
20
25
30
35
kosten met 30% wil terugdringen aan de voorkant. In het voorstel wordt onder ‘transformatie’ aangegeven dit te bereiken door het inbouwen van een financiële prikkel bij afbouw en versnelde doorstroom. Er is zorg dat de doelen leidend zijn daar waar de zorgvraag leidend zou moeten zijn. Van Ommen kan zich namens de fractie vinden in de samenwerking met andere gemeenten. Dit mag echter niet het doel zijn. Het is goed dat er bij de verrekeningswijze gebruik is gemaakt van een verdeelsleutel. In het voorstel staat dat gemeenten met een hogere ‘algemene uitkering jeugd’ bij overschrijding daarvan meer bijdragen dan gemeenten met een lagere algemene uitkering. Waar staat de gemeente Heerde in vergelijking met andere gemeenten? Op welke cijfers is de aanname gebaseerd dat het eventuele overschot maar een klein deel van het budget zal zijn en welk bedrag is dit? De kanttekening dat er een gevaar schuilt in een verhoogd gebruik of een snellere doorverwijziging, zet aan het denken omdat van professionele hulpverleners die doorverwijzen verwacht mag worden dat een besluit onderbouwd wordt genomen. De fractie stemt in met het voorstel met de aanname dat deze kanttekening niet tot problemen zal leiden. Nienhuis staat namens zijn fractie achter dit raadsvoorstel en sluit zich voor het overige aan bij de vraag over de toegang en de risicospreiding. Van der Stege benadrukt dat in dit voorstel de risicospreiding over acht gemeenten voorop staat. Wachtlijsten hebben geen verband met het voorstel op zich. De risicospreiding is ingegeven door de incidentele gevallen die hoge kosten met zich meebrengen. De bijdrage van het rijk hiervoor, vormt de objectieve norm. Beperking van de instroom wil zeggen dat er gezocht wordt naar mogelijkheden om hulp te bieden anders dan de dure zorg. Het uitgangspunt hierbij is dat de klant-patiënt niet de dupe mag worden en de hulp krijgt die hij of zij nodig heeft. Van Vemde zegt niet bekend te zijn met de verschillen in hoogte van de algemene uitkering jeugd bij de acht gemeenten. Landman geeft aan dat per gemeente het beleid, de preventie en de voorzieningen kunnen verschillen en daarmee kan het zijn dat de ene gemeente sneller of meer gebruik maakt van duurdere zorg dan de andere gemeente. Mocht dit aan de orde zijn, dan is dat een punt van zorg voor de fractie. Van Vemde bevestigt dat de andere gemeenten in de regio de toegang anders hebben georganiseerd dan de gemeente Heerde. De preventieve voorzieningen zijn in alle regiogemeenten goed op orde en er zijn afspraken gemaakt over de uitvoering. In de ambtelijke regio-overleggen wordt gesproken over de inzet van preventieve voorzieningen om de inzet van dure zorg te voorkomen. Het is van belang om in een vroeg stadium hulp te kunnen bieden, zowel bij zware als bij lichte problematiek. Op de vraag van Bunnik wat er is vastgelegd over de inzet van duurdere zorg, antwoordt Van der Stege dat hierover regionaal afspraken worden gemaakt. Ook al verschillen de regiogemeenten in hun organisatie van de zorg, er is afstemming over de inzet ervan en de benadering van de problematiek. Bunnik pleit voor een vangnet ingeval een gemeente toch meer uitgeeft aan zorg dan is afgesproken en de andere gemeenten daarvan de financiële consequenties moeten dragen. Landman stelt voor om gezamenlijk een protocol op te stellen waarin is opgenomen welke voorliggende voorzieningen een gemeente moet hebben.
40 Van der Stege wijst op de punten 1.2 en 1.3 in de kanttekening waarin staat dat de gemeenten elkaar scherp moeten houden. Het proces moet zich nog ontwikkelen en zal voortdurend gemonitord worden. De criteria zullen gaande het proces worden geformuleerd en vastgelegd in een onderling protocol. 45
50
2de termijn Landman vraagt de wethouder om toe te zeggen dat het resultaat van de evaluatie tijdig kan worden meegenomen in de begroting. Van Vemde licht toe dat de voorgestelde afspraken zijn bedoeld voor 2016 en 2017 en geen consequenties hebben voor de begroting 2018. Van der Stege zegt dit mee te nemen op basis van reëel begroten. Advies: behandeling als A onderwerp.
55
8. Notitie Vangnetuitkening Participatiewet 2015 Introductie onderwerp: de Notitie Vangnetuitkering Participatiewet 2015 ligt ter bespreking voor. Het betreft hier compensatie van een eventueel tekort aan toegewezen budget, inkomensdeel. De raad wordt voorgesteld om in te stemmen met deze notitie en bij het college erop aan te dringen om alert te zijn op een juiste uitvoering van het beleid en het voorkomen van een overschrijding van het Inkomensdeel. Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 5 van 14
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
1ste termijn Van Ommen vindt het doel van het raadsvoorstel bijzonder geformuleerd omdat men er vanuit mag gaan dat dit vanzelfsprekend is. Om in aanmerking te komen voor compensatie, moet worden aangetoond dat in 2015 een proces is ingezet om te komen tot reductie van het tekort. Is dit van toepassing op de gemeente Heerde en zo ja, loopt er al een proces? Is dit niet aan de orde, dan complimenteert de fractie het college met de juiste inschatting van het budget. Landman constateert dat de gemeente redelijk goed uitkomt met de financiën en is benieuwd naar de cijfers over 2015. Pas met deze cijfers is duidelijk of de gemeente wel dan niet aanspraak moet maken op het fonds. Tuinman kan zich vinden in dit voorstel dat voorsorteert op een nieuw verdeelmodel. De jaren 2015 en 2016 kunnen gezien worden als een overgangsjaar met een vangnetregeling wanneer er een tekort dreigt. Bunnik heeft waardering voor de duidelijke notitie en gaat ervan dat de gemeente voldoet aan de punten die zijn genoemd. Bij punt 2 zou de fractie – behalve het college zoals genoemd – ook de raad willen inschakelen omdat ook de raad verantwoordelijkheid draagt. Vijge stemt in met de notitie en sluit zich aan bij hetgeen is gezegd door de fracties van CU/SGP en VVD. Pijnenburg zegt over beslispunt 2 dat de wetgever met de formulering van dit punt de uitgebreidere rol van de raad aangeeft. Zoals de stand van zaken nu is, lijkt het erop dat de gemeente genoeg geld beschikbaar heeft en geen beroep hoeft te doen op de vangnetregeling. De 5% wordt in ieder geval niet gehaald. Gehoord de VVD-fractie kan aan beslispunt 2 worden toegevoegd dat het college verplicht is de raad op de hoogte te houden van de stand van zaken om te voorkomen dat het inkomensdeel wordt overschreden. Bunnik geeft aan genoegen te nemen met hetgeen nu in beslispunt 2 staat verwoord, dit is voldoende expliciet. Advies: behandeling als A onderwerp. 9. Verordening Leerlingenvervoer Introductie onderwerp: de verordening leerlingenvervoer gemeente Heerde 2016 en bijbehorende toelichting liggen ter bespreking voor om ter vaststelling doorgeleid te worden naar de raad. 1ste termijn Landman constateert dat de nieuwe verordening, opgesteld door de VNG, van belang is omdat het moet aansluiten bij passend onderwijs. Wat ontbreekt is echter de wijze waarop de eigen gemeente het beleid wil neerzetten. De opmerkingen van de WMO Adviesraad dat bepaalde zaken lastig te lezen zijn, met name voor ouders, worden onderschreven. Het is goed dat een aantal van deze zaken zijn aangepast. De opmerking dat zes leerlingen met ingang van het nieuwe schooljaar geen vervoersvergoeding meer krijgen, roept de vraag op naar de consequentie hiervan voor de leerlingen. In artikel 3 valt te lezen dat kinderen naar de dan dichtstbijzijnde school worden gebracht wanneer de dichtstbijzijnde school vol is. Anders vervalt de vervoersvergoeding. Komt op de dichtstbijzijnde school weer ruimte, dan moet het kind opnieuw overstappen. De fractie is van mening dat dit gesjouw met kinderen niet wenselijk is. In artikel 15 worden de inkomensafhankelijke eigen bijdragen van de ouders beschreven. Dit zijn forse bedragen. Ouders met een kind in het speciaal onderwijs hebben al veel extra kosten. Waren deze bedragen ook in voorgaande jaren zo hoog? Vijge vraagt naar aanleiding van artikel 3 wie bepaalt wat de dichtstbijzijnde toegankelijke school is en welke criteria daarop van toepassing zijn. Verder is het criterium voor het inkomen om voor vergoeding in aanmerking te komen, nogal ingewikkeld omschreven. Tot slot is de fractie van mening dat het gestelde onder ‘de school is vol’ geen kindgerichte benadering is en pleit ervoor deze regel te nuanceren en bij verandering van school de toegekende vervoersvergoeding te handhaven wanneer na een jaar blijkt dat het kind niet meer van school wil veranderen. Hardam sluit zich hierbij aan. De fractie vraagt het college barmhartig te zijn in het toekennen van de vervoersvoorziening en rekening te houden met de persoonlijke situatie van ouders en kind. Voor de zes leerlingen die met ingang van het schooljaar 2016-2017 niet meer in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening, vraagt de fractie een overgangsregeling in te stellen omdat deze voorziening bij eerdere regelgeving wel is toegekend. Tuinman onderschrijft met anderen dat een aantal artikelen lastig te lezen is en sommige technische begrippen moeilijk te duiden zijn. Dit geldt ook voor de interpretatie van artikel 3, vervoersvoorziening naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Vanuit de achterban van de CU-SGP gaan veel kinderen naar (reformatorische) scholen in Apeldoorn en Zwolle. Komt Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 6 van 14
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
de vervoersvoorziening voor deze kinderen in gevaar door de nieuwe verordening? Een tweede vraag betreft de inkomensgrenzen zoals in artikel 14 vermeld: waar ligt de grens en is deze tegemoetkoming ook van toepassing op het voortgezet onderwijs? Van Ommen sluit zich aan bij de vragen en opmerkingen van de PvdA-fractie en bij het voorstel van de VVD voor een overgangsjaar voor de zes leerlingen. Ten aanzien van het oefenen met negen leerlingen met het gebruik van het reguliere openbaar vervoer de vraag hoeveel tijd hiermee is gemoeid en uit welk cluster de leerlingen komen. Tot slot de vraag hoe de afweging wordt gemaakt van het wel dan niet verlenen van een vervoersvoorziening. Van Dijk geeft aan dat de meer technische vragen beantwoord worden door de heer Bouw en de antwoorden op de overige vragen later aan het verslag worden toegevoegd. Bouw gaat in op de gestelde vragen. De enige aanpassing op de vorige verordeningen betreft de wettelijke aanpassing als gevolg van de invoering van het passend onderwijs. Het criterium voor het bepalen van het inkomen om voor vergoeding in aanmerking te komen is opgesteld door de VGN. De onderbouwing daarvan is de heer Bouw nu niet bekend. Het is in het onderwijs gebruikelijk om te kijken naar het inkomen van twee jaar eerder. Aangepast vervoer wordt toegekend wanneer begeleiding in het openbaar vervoer nodig is en ouders kunnen aantonen dat zij daar niet zelf voor kunnen zorgen. Deze toevoeging ten opzichte van de vorige verordening vloeit voort uit de wet. Voor de zes leerlingen geldt dat zij met ingaan van het schooljaar 2016-2017 naar het voortgezet onderwijs gaan en daarmee, op basis van nieuwe wetgeving, geen recht meer hebben op vervoersvoorziening. Deze leerlingen reizen op dit moment al zelfstandig. Op dit moment wordt er door ouders vrijwel geen eigen bijdrage betaald omdat hun kinderen die gebruik maken van de vervoersvoorziening een zodanige beperking hebben dat zij recht hebben op deze voorziening. Een eigen bijdrage kan worden gevraagd wanneer ouders willen dat hun kind naar een school gaat die verder weg ligt dan 20 kilometer van het huisadres. De eigen bijdrage geldt alleen voor het basisonderwijs. De wet op het voortgezet onderwijs kent geen mogelijkheid tot het vragen van een eigen bijdrage. Geloofsovertuiging is een reden om gebruik te mogen maken van de vervoersvoorziening. In de gemeente zijn geen leerlingen die hiervan gebruik maken. De vergoeding geldt tot aan de dichtstbijzijnde school met de gevraagde geloofsovertuiging. Het oefenen met zelfstandig gebruik van openbaar vervoer is per kind verschillend. Dit kunnen in jaren langlopende trajecten zijn, afhankelijk van de ontwikkeling van het kind. Bij het nemen van een beslissing hierover, beroept het college zich op deskundigen. In de meeste gevallen is dit de school waar de leerling naar toe gaat. Binnen het samenwerkingsverband van de scholen geldt een zorgplicht. Wanneer een kind bij een school wordt aangemeld, geeft de school de vervoersindicatie aan. Dit vormt de basis waarop het college de beschikking kan afgeven. Artikel 3: vervoer naar de dichtstbijzijnde best passende school. Het college beroept zich op de deskundigheid van de school voor het afgeven van de beschikking. Wanneer de dichtstbijzijnde school ‘vol’ is dan bepaalt het samenwerkingsverband welke school dan het best passend is. Is dat een verder weg gelegen school, dan geldt de vergoeding tot die school. Komt op een later moment een dichterbij gelegen school voor die leerling beschikbaar en bepaalt het samenwerkingsverband dat de leerling daar naar toe zou kunnen, dan geldt de vergoeding tot die ‘nieuwe’ dichtstbijzijnde school. 2de termijn Vijge pleit er nogmaals voor dat een kind dat langer dan een jaar op een bepaalde school zit en er niet voor kiest om te verhuizen omdat een dichterbij gelegen school een plaats vrij heeft, aanspraak kan blijven maken op de volledige vergoeding. In de verordening dient hiervoor een nuance te worden aangebracht. Landman kent situaties in andere gemeenten waar streng wordt vastgehouden aan deze regel en kinderen hiervan de dupe worden. Ze vraagt naar het aantal keer dat in Heerde een dergelijke situatie aan de orde is.
55 Van Dijk geeft aan dat het de bevoegdheid van het college is om in dergelijke situaties een hardheidsclausule toe te passen. In de gemeente Heerde is deze situatie nog niet voorgekomen.
Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 7 van 14
Advies: behandeling als B-onderwerp. Vijge pleit niet voor een hardheidsclausule wanneer het gaat over het wisselen van school naar een dichterbij zijnde school, maar voor het aanbrengen van een nuance in de verordening en de keuze of na een jaar van school gewisseld moet worden over te laten aan de ouders en het kind. De PvdA-fractie brengt hiervoor een amendement in. 5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
10.Integriteitsbeleid en gedragscode politieke ambtsdragers Introductie onderwerp: met dit raadsvoorstel wordt het nieuwe integriteitsbeleid en de nieuwe gedragscode, eerst aan de commissie en vervolgens aan de raad voorgelegd. 1ste termijn Hardam vindt het een prima voorstel. Een kanttekening bij het gestelde onder ‘beleid’: hier staat dat in de toekomst een privacybeleid tot stand wordt gebracht en dat vervolgens moet worden bekeken of dit privacybeleid ook voor politieke ambtsdragers gaat gelden. De fractie acht het wenselijk om een ambitie uit te spreken voor het privacybeleid gezien de waarschijnlijke relevantie met het integriteitsbeleid. Bijvoorbeeld de ambitie om het privacybeleid te hebben vastgesteld in 2017. Mateman spreekt zijn waardering uit over het heldere en ook belangrijke voorstel. Hij vraagt hoe wordt gehandeld wanneer er vermoedens zijn van integriteitsschending en waarom de aangekondigde aanvulling op dit onderwerp niet nu in het raadsvoorstel is meegenomen om het als geheel te kunnen beoordelen. Dit vraagt om een zorgvuldige behandeling. Mateman roept op om als raadsleden goed na te denken over het eigen handelen en de mogelijke schending van integriteit. Het is goed om elkaar daar in het onderlinge verkeer op aan te spreken. Het heeft alles te maken met houding en gedrag. Horst valt op dat in het integriteitsvoorstel de social media met name wordt genoemd bij raads- en commissieleden, en niet bij alle politieke ambtsdragers. De fractie is van mening dat het gebruik van social media niet zo veel te maken heeft met integriteit maar meer met fatsoen en respect en de wijze van omgaan met elkaar. Deze nadruk op de social media kan wat de fractie betreft uit voorstel worden gehaald. Bij paragraaf 4.5 van 11 mist een cadeauregister waarin geschenken worden genoteerd. De kanttekening bij punt 2.5 kan in de gedragscode blijven staan. Landman sluit zich aan bij deze bijdrage. Opvallend was hetgeen is verwoord bij ‘vertrouwenspersonen’. De burgemeester is de vertrouwenspersoon voor raads- en commissieleden. Waar kunnen de raads- en commissieleden terecht wanneer er sprake is van aarzeling of twijfel en je eerst wilt klankborden over bepaalde zaken? Van Ommen kan zich vinden in het voorstel. Bij het schenden van integriteit kunnen consequenties ernstig zijn en er is behoefte aan duidelijkheid wanneer hiervan er sprake is. De fractie ziet wel het gevaar van schending van integriteit door het gebruik van social media en is blij dat het is genoemd in het voorstel. Tuinman kan zich vinden in het voorstel waarvan de intentie zeer aanspreekt. Confrontatie met misbruik van social media is regelmatig aan de orde; de fractie is daarom blij met de opmerking daarover in de verordening. Horst leest de definitie van integriteit voor uit Wikipedia (betrouwbaar, niet omkoopbaar, eerlijk en oprecht). Hij ziet niet welke betrekking dit kan hebben op het gebruik van social media binnen de gemeente. Op social media mag je vrij je mening uiten over zaken die spelen in de politieke arena van de gemeente Heerde. Horst is het ermee eens dat er een goed integriteitsbeleid moet komen en dat men eerlijk en oprecht met elkaar omgaat en samen werkt. Hiervoor wordt ook in het begin van de raadsperiode de eed en belofte afgelegd en is er een geheimhoudingsplicht. Bunnik vindt het van belang dit punt te laten staan in het voorstel omdat integriteit te maken heeft met personen. Op het moment dat – door politieke ambtsdragers - social media wordt gebruikt om personen direct met naam en toenaam aan te spreken en er een waardeoordeel aan te hangen, dan wordt de integriteit van iemand anders in het geding gebracht. De eigen integriteit wordt door jezelf bewaakt. Van Amerongen constateert dat het over twee verschillende dingen gaat: integriteitsbeleid en dat wat wel of niet fatsoenlijk is. Het is goed een discussie te voeren over zaken die wel dan niet fatsoenlijk en respectvol gevonden worden. Het artikel over social media past echter niet in het voorstel over integriteit. In de gedragscode is vermeld dat een uiting niet schadelijk mag zijn voor de gemeente. Dat is een dubieuze formulering, want wat is de definitie van ‘de gemeente’ hierin. Een ambtsdrager, of de gemeente als geheel? Van Amerongen pleit voor voorzichtigheid en zuiverheid. Fatsoen, respect en integriteit zijn verschillende zaken. De voorzitter verwijst naar het integriteitsbeleid punt 3.0 waar op pagina 5 scherper wordt verwoord wat in dit voorstel wordt verstaan onder integriteit en ook wordt toegespitst op het kernbegrip bestuurlijke integriteit. Van Ommen is het niet eens met het eerder gestelde dat integriteit een afgebakend begrip is. Er zijn meerdere definities van te vinden. Het is goed de definitie vast te leggen in het beleid. Bunnik geeft nogmaals aan dat integriteit gaat over het (niet) beschadigen Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 8 van 14
van personen. Zaken die schadelijk zijn voor de gemeente heeft te maken met de zaken waarvoor de eed is afgelegd en waarvoor de geheimhoudingsplicht geldt.
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
Pijnenburg wijst op de inleiding van het integriteitsbeleid waar in de derde alinea staat aangegeven dat integriteit niet alleen een kwestie is van regels maar ook van onderlinge omgangsvormen. Deze brede definitie is het uitgangspunt voor het beleid. Er is zeker een relatie met het privacybeleid. In de huidige praktijk en manier van werken zijn meerdere instanties op de hoogte van persoonlijke gegevens. Het is noodzakelijk dat in deze nieuwe omstandigheden voor de gemeente er een privacybeleid wordt gevolgd. In 2017 is dat beleid in ieder geval gereed, de intentie van het college is om daar eerder mee te komen. Wachten op het privacy beleid alvorens het integriteitsbeleid te bespreken, was echter niet verstandig. Het raadsvoorstel wordt aangepast met de relatie met het privacybeleid en met artikel 2.5. Wanneer het raadsvoorstel is goedgekeurd, zal dit worden uitgewerkt en in de raad besproken. Integriteit heeft vooral te maken met een open cultuur waarin je zaken kunt uitspreken en elkaar kunt aanspreken. Het is altijd een kwestie van houding en gedrag. Het voorstel is geschreven op basis van een VGN-verordening. Ook het gebruik van social media maakt hiervan deel uit. Mevrouw Pijnenburg benadrukt dat het beleid is bedoeld voor alle politieke ambtsdragers en niet alleen voor raadsleden. De opmerking van de heer Horst dat de tekst ook anders uitgelegd kan worden op dit punt, wordt meegenomen. Als gemeentebestuurder heb je een niet te onderschatten voorbeeldfunctie. Het college neemt in het algemeen geen geschenken aan die een waarde hebben boven de € 50,=. Het administratief verwerken van geschenken onder dit bedrag, zoals een boeket bloemen, leidt tot onnodig extra werk. Het college zal hiertoe niet overgaan. Mocht het toch voorkomen dat er een geschenk met een hogere waarde wordt aangenomen, dan wordt deze opgenomen in een in te stellen cadeauregister. Bij de gemeente is een vertrouwenspersoon aanwezig. Wanneer het gaat over integriteit van politieke ambtsdragers, dan is de burgemeester graag sparringpartner. 2de termijn Van Amerongen zegt voorzichtig te willen zijn met hetgeen wel en niet onder integriteit wordt gedefinieerd. Het is onhebbelijk wanneer tijdens een vergadering via twitter commentaar wordt geleverd op iemands inbreng in de discussie. Dat is echter een andere discussie dan de discussie over integriteit. Geheimhouding is een zwaar integriteitsvergrijp. In het beleid moet de definitie zorgvuldig worden benoemd. Iemand afrekenen op een integriteitskwestie kan vergaande consequenties hebben als gevolg van onderzoek, regels en sancties. In een open cultuur moet je mensen niet beknotten in hun vrijheid. Horst ziet graag een cadeauregister voor geschenken vanaf € 50,=. De fractie kan zich vinden in artikel 2.5. Ten aanzien van social media blijft zijn eerdere inbreng van kracht en sluit de fractie zich deels aan bij de woorden hierover van mevrouw Van Amerongen. Een respectvolle behandeling in het persoonlijke verkeer, ook op social media, is de manier waarop men met elkaar moet omgaan. Hij kan zich ook vinden in de uitleg van mevrouw Bunnik. Samenvattend blijven de eerder gemaakte opmerkingen over het gebruik van social media van kracht maar vormen voor de fractie geen belemmering om het voorstel te behandelen als een A-onderwerp in de raadsvergadering. Pijnenburg wijst naar de uitleg in het voorstel waarin staat dat het gebruik van social media een fractiediscipline is. Wellicht is het beter het woord discipline te vervangen door ‘zaak van de fractie’. Zegt een nieuw raadsvoorstel toe. In het raadsvoorstel worden de wijzigingen verwerkt. In het beleidsdocument wordt het cadeauregister opgenomen. Het privacybeleid moet in 2016 zijn vastgesteld. De tekst op pagina 7 van het stuk 10.3 ‘Integriteitsbeleid politieke ambtsdragers 3.0’ wordt aangescherpt met deze toevoeging. Advies: behandeling als A-onderwerp. 11.Wijziging Gemeenschappelijke Regeling Felua-groep Introductie onderwerp: op 1 januari 2015 is de Wet gemeenschappelijke regelingen gewijzigd. Daarnaast is per 1 januari 2015 de Participatiewet in werking getreden. Door deze ontwikkelingen is het nodig om de ‘Gemeenschappelijke regeling Felua-groep’ te wijzigen en ligt dit voorstel ter bespreking voor.
Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 9 van 14
5
10
Landman spreekt haar waardering uit over het prettig leesbare stuk waar de bestaande en nieuwe regelingen bij elkaar staan. Vijge sluit zich hierbij aan. Nienhuis geeft eveneens een compliment voor het duidelijke en overzichtelijke stuk. Daarnaast stelt hij de vraag welke effecten het kan hebben wanneer gemeenten verschillend omgaan met deze regeling. Blankvoort licht toe dat Heerde samen met Epe en Apeldoorn deel uitmaakt van een Gemeenschappelijke Regeling. Apeldoorn en Epe geven hier vorm aan in het Activerium. Heerde doet dat met de Feluagroep in de pilot ‘Werkzaam’. De gemeenten kunnen op verschillende manieren invulling geven aan de uitwerking van de GR. Op dit moment worden de kosten gezamenlijk gedragen. In de toekomst komt er wellicht een expertisecentrum en wijzigt de kostenverdeelsleutel. Wijzigingen in de GR worden besproken in de raadsvergadering. Advies: behandeling als A-onderwerp.
15
20
25
30
35
12. Vaststelling tarieven gemeentelijke sportaccommodaties Introductie onderwerp: het voorstel ligt ter bespreking voor om: 1. De tarieven voor de gemeentelijke binnensportaccommodaties en sportterreinen te verhogen met 1,0%; 2. De tarieven van de binnensportaccommodaties, in het kader van de taakstellende bezuiniging binnensport vanaf 1 januari 2015, gedurende 4 jaar extra te verhogen met 5% per jaar; 3. Vast te stellen de 30ste wijziging van de “Verordening regelende de vergoeding voor het gebruik van de gemeentelijke gymnastieklokalen”; 4. De wijzigingen in te laten gaan met ingang van 1 januari 2016. Met de geraamde verhoging van de tarieven worden de vergoedingen in overeenstemming gebracht met de verwachte kostenstijgingen in 2016. 1ste termijn Horst vraagt of de verenigingen op de hoogte zijn van deze tarieven en zo ja, of verenigingen hebben aangegeven dat zij door deze tariefsaanpassing in de problemen komen. Landman mist bij de stukken over de tariefsonderwerpen een lijst met legeskosten. Zij wil graag de ‘parkeerkaart invaliden’ opnieuw aan de orde stellen omdat de kosten in Heerde daarvoor zo hoog zijn in vergelijking met andere gemeenten. Van Amerongen vraagt bij punt 2, het gedurende 4 jaar verhogen van de tarieven binnensportaccommodaties met 5%, naar de hoogte van de nieuwe tarieven na deze 4 jaar en de verhouding dan met de omliggende gemeenten. De griffier licht toe dat de legesverordening is besproken in de auditcommissie en is geagendeerd voor de raadsvergadering op 14 december. Van Dijk bevestigt dat de verenigingen op de hoogte zijn van de aanpassingen. Er zijn geen signalen ontvangen dat zij hierdoor in de problemen komen. Op dit moment is niet bekend wat de hoogte is van de tarieven van accommodaties in omliggende gemeenten over 4 jaar.
40 Advies: behandeling als A-onderwerp.
45
50
13. Vaststelling tarieven gemeentelijke sportterreinen Introductie onderwerp: het voorstel ligt ter bespreking voor om: 1. De tarieven voor de gemeentelijke buitensportaccommodaties te verhogen met 1,0%; 2. Vast te stellen de 30ste wijziging van de “Verordening regelende de vergoeding voor het in gebruik geven van de aan de gemeente toebehorende sportterreinen”; 3. De wijzigingen in te laten gaan met ingang van 1 januari 2016. Met de geraamde verhoging van de tarieven worden de vergoedingen in overeenstemming gebracht met de verwachte kostenstijgingen in 2016. Bunnik vraagt of de gemeente de tarieven voor het zwembad bepaalt. Van Dijk antwoordt ontkennend en zegt de tekst te zullen verwijderen.
55
Advies: behandeling als A-onderwerp met de genoemde wijziging. 14. Tarieven afvalstoffenheffing 2016, exploitatie Introductie onderwerp: elk jaar stelt de raad de verordening afvalstoffenheffing vast. In de verordening afvalstoffenheffing 2016 zijn tarieven opgenomen die op basis van een calculatie zijn Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 10 van 14
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
bepaald. De tariefstelling en de inzet van de reserve is zodanig dat de exploitatie van de reiniging volledig kostendekkend is. Het voorstel ligt voor om: 1. De inkomstenderving als gevolg van het deels verhogen van het vastrecht (€ 139.021,=) te dekken vanuit de reserve afvalstoffenheffing. 2. De begroting 2016 overeenkomstig de calculatie afvalstoffenheffing 2016 te wijzigen. 1ste termijn Van Amerongen verwijst naar de reserve afvalstoffenheffing (€ 816.000,=) die wordt teruggebracht naar €400.000,=. Het restant kan op verschillende manieren besteed worden. De reserve is bedoeld om tegenvallende resultaten op te vangen. Kennelijk is dit niet nodig en dat roept de vraag op waarom dit bedrag niet wordt teruggegeven aan de burger. Horst heeft begrepen dat de kosten bij de ROVA stijgen met meer dan 10%. Dat is opvallend. De gepresenteerde calculatie is duidelijk en uitgebreid. De opbrengsten van het GFT-afval staan er echter niet in vermeld. Is de stelling juist dat het beter scheiden van het afval leidt tot een hoger bedrag aan vastrecht? Zoals eerder is toegezegd, dient het ophalen van het oud papier door verenigingen en scholen goed gemonitord te worden. Mateman vraagt naar de betekenis van de VPB-heffing en de consequenties daarvan gezien in het licht van de afvalstoffenheffing. Bij punt 4.1 is sprake van een mogelijke meevaller van € 318.000,=. Wordt dit bedrag toegevoegd aan de reserve? Tot slot de vraag wat het betekent voor de lange termijn voor de afvalstoffenheffing van de burgers dat nu wordt ingeteerd op de reserve. Nienhuis sluit aan bij vraag van de heer Horst over de kosten van verwerking van GFT-afval. Van Dijk geeft antwoord op de gestelde vragen: GFT kost geld en levert niets op ondanks de ideeën uit het verleden over opbrengsten. Met ROVA is overleg gaande over het eventueel in rekening brengen van het ophalen van GFTafval en tuinafval. Op dit moment kan de inwoner wekelijks tuinafval inleveren bij het station Lagemaat. Onderzocht wordt of dit leidt tot minder tuinafval in de GFT-container. Verwerking via Lagemaat is vele malen goedkoper dan via de GFT-container. De ROVA monitort maandelijks het ophalen van oud papier door de verenigingen. De ROVA ontvangt de rekeningen en verleent de subsidies aan de verenigingen. Het 1x per 2 weken ophalen van het papier, ook in het buitengebied, in plaats van 1x per 4 weken wordt ook onderzocht. Reserves: een aantal jaren geleden is besloten dat de hoge reserves niet nodig zijn en ze afgebouwd kunnen worden. Destijds waren de reserves opgebouwd om, samen met Hattem, brengstations in te richten. De gemeente maakt nu gebruik van Lagemaat en Hattem van Veluwekamp. De burgers hebben hier voordeel van omdat de tarieven (met name het vastrecht) minder snel worden verhoogd. Beter scheiden van afval leidt tot een hoger vastrecht. Met ROVA is afgesproken om in 2016 de verdeling van de kosten, vastrecht, algemene kosten en stortkosten, te bespreken. Ook wordt besproken welke bedragen daadwerkelijk naar de ROVA gaan en welke taken zij daarvoor verricht. De gemeente heeft – samen met de gemeenten Olst en Wijhe - uit het verleden een bedrag te goed van een voorganger van de ROVA. Zodra het bedrag beschikbaar is, is het aan de raad om de bestemming te bepalen. VPB staat voor vennootschapsbelasting. Voor de gemeente Heerde niet van toepassing omdat de ROVA een gemeentelijk bedrijf is. 2de termijn Horst zegt het belangrijk te vinden dat de opbrengst van het oud papier voor de verenigingen gelijk blijft. Tuinman vraagt aandacht voor de plastic zakken die steeds meer soorten afval mogen bevatten en ’s avonds al aan de weg gezet worden. Hij vraagt naar het beleid hiervoor. Nienhuis deelt dit punt en vraagt waarom er de avond voor het ophalen op verschillende plekken in het dorp geen container wordt geplaatst. Sinds 1 januari 2015 wordt 1x per maand de grijze container leeggemaakt. Deze vermindering van ophaaldagen zie je niet terug in de cijfers. Van Amerongen vraagt of de wethouder nog een kans ziet om verbetering te brengen in het omgekeerd inzamelen. Van Dijk geeft aan dat de afvalkosten van de gemeente Heerde lager zijn dan die van gemeenten buiten het ROVA-gebied. Er is een oudere raadsinfo beschikbaar waarin de kosten inzichtelijk zijn gemaakt. Het gebruik en ophalen van de plastic zakken kan een onderdeel worden van het Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 11 van 14
5
omgekeerd inzamelen. In 2016 dient een besluit genomen te worden over het beleid. Het gebruik van ondergrondse containers kan daar deel van uitmaken. Dat geldt ook voor het oud papier. De kosten van het ophalen van het ‘grijze afval’ is met een ton gezakt. Pijnenburg stelt voor de informatie over de afvalstoffenheffing op de gemeentelijke pagina in de Schaapskooi te zetten. Daar kunnen dan meer zaken worden gemeld zoals het uitdelen van een compliment aan de burger dat het afval zo goed wordt gescheiden; het vestigen van aandacht op de inname van tuinafval door Lagemaat. De memo over de Afvalstoffen: memo 2015-63. Advies: behandeling als A-onderwerp.
10
15
20
25
30
35
40
45
50
15. Tarieven begrafenisrechten 2016, exploitatie Introductie onderwerp: in de gemeente Heerde wordt in principe jaarlijks een calculatie van de tarieven begrafenisrechten gemaakt. In de nu voorliggende berekening van de tarieven wordt rekening gehouden met de in het verleden genomen besluiten van het college om het product begraven ook op de lange termijn kostendekkend te houden. Voorgesteld wordt om: 1. Het geraamde exploitatieoverschot van € 13.297,= toe te voegen aan de reserve afkoopsommen onderhoud graven; 2. De begroting 2016 overeenkomstig de calculatie begraafrechten 2016 te wijzigen. 1ste termijn Horst wijst op een fout in de tekst in het onderdeel ‘afkoopsom’ bij Kanttekeningen (jaarlijkse verhoging met 1.000 euro). Bunnik vraagt naar de berekening van de afkoopsom onderhoud graven. Mateman kan zich vinden in de toevoeging aan de reserve. De onzekerheid over het aantal mensen dat kiest voor een graf vormt een risico. Op dit moment is een graf eeuwigdurend. De wethouder heeft eerder aangegeven dit opnieuw te willen beoordelen en te kijken naar de mogelijkheid om een graf voor 25 of voor 50 jaar te verkopen. Wat is daarvan de stand van zaken. Nienhuis wijst op een verschil in jaartallen in de tekst over de afkoopsom en het cumulatief toevoegen van € 12.000,=: in de Kanttekening wordt gesproken over 2009 en in het raadsvoorstel 2014 is een ander jaartal genoemd. De gemeente heeft besloten om gedurende een aantal jaar € 12.000,- toe te voegen om het kostendekkend te maken. Omdat de kosten in 2015 meevallen, wordt een korting verleend op de afkoopsom. Tegelijkertijd geeft het college aan dat de opbrengsten op de lange termijn onvoldoende kostendekkend zijn. Er is een bedrag van € 9miljoen nodig aan reserve terwijl er krap € 1.5-miljoen aan reserve beschikbaar is. Dit probleem speelt weliswaar over dertig jaar, maar daar dient nu over gesproken te worden. Van de Stege antwoordt dat de reserve is bedoeld om het onderhoud aan de graven eeuwigdurend te kunnen continueren. Uit de grafiek blijkt dat er gedurende een lange periode een licht stijgende reserve is die aan het eind afvlakt. Wanneer alle graven verkocht zijn en er alleen eeuwigdurend onderhoud gepleegd moet worden, dan is een bedrag nodig van € 9-miljoen. Het bedrag van € 2.5-miljoen is erop gebaseerd dat er nog graven worden uitgegeven. Eeuwigdurende grafrust wil ook zeggen dat je na verloop van 25 of 30 jaar het graf schudt en zo nodig diep herbegraaft. Dan zou het graf opnieuw gebruikt kunnen worden in de vorm van een familiegraf. Dan kan opnieuw een bijdrage voor het onderhoud gevraagd worden. Dit zou een voorstel aan de raad kunnen zijn. Mateman dankt voor de zorgvuldige beantwoording. Hij sluit aan bij Nienhuis waar het gaat om de financiële middelen en hoe daar in de toekomst mee om te gaan. Het onderhoud van de begraafplaatsen dient ook voor de toekomst geborgd te zijn. Van der Stege antwoordt dat de toegepaste methodiek een probleem tracht op te lossen dat in het verleden is ontstaan. Het doen van een forse investering in de toekomst kan mogelijk ondervangen worden door de graven op een bepaalde manier te hergebruiken. Op enig moment dient de raad de discussie hierover te voeren. Van Dijk antwoordt dat de jaarlijkse toevoeging (tot 2017) van € 12.000,= in de tarieven is verwerkt.
55 Advies: behandeling als A- onderwerp met de aanvulling dat het initiatief voor de start van de discussie over het toekomstig onderhoud van de begraafplaatsen bij het college ligt.
Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 12 van 14
5
16. Personeel Introductie onderwerp: vanwege een nieuwe functie op het bestuurssecretariaat heeft mevrouw Van der Beek een verzoek ingediend om ontslagen te worden uit de functie van plaatsvervangend griffier voor 6 uur per week in vaste dienst m.i.v. 1 juli 2015. Zij blijft wel de eerste plaatsvervanger van de griffier en daarom wordt voorgesteld haar her te benoemen als plaatsvervangend griffier op basis van daadwerkelijke inzet. Advies: behandelen als A-onderwerp.
10
Adviezen/bespreken
15
17. Heroverweging subsidies Introductie onderwerp: om tot een heroverweging van de subsidies te komen en de Algemene Subsidie Verordening te herzien, wordt de commissie om advies gevraagd over de te volgen procedure. Wil de commissie voortzetting van het reeds ingezette proces (variant A) of spreekt men de voorkeur uit voor variant B waarbij eerst de herziene Algemene Subsidie Verordening in procedure wordt gebracht. Op basis van het advies van de commissie zal het college in december besluiten op welke wijze zij het proces van heroverwegen van subsidies en herziening van de algemene subsidieverordening verder uitvoert.
20
25
30
35
40
45
50
55
1ste termijn Bunnik vindt het jammer dat de huidige vertraging een wat negatief beeld geeft aan de belanghebbenden. Zij verkeren hierdoor lange tijd in onzekerheid. Zorgvuldigheid in het proces is echter minstens zo belangrijk. In de tekst is vermeld dat de tijdelijke subsidieregeling consequenties heeft voor bestaande subsidies en hier gesprekken over gevoerd worden. Hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de algemene subsidieverordening en de contourennota. Dat is vreemd, want de raad heeft vraagtekens gezet bij de contourennota. Het is lastig om het verschil tussen verordening (uitvoering) en beleid (regels) uit de tekst te halen. Afgesproken is om de regels zodanig op te stellen dat de uitvoering geen vragen meer oplevert. Bij variant B worden de huidige regels, de subsidieverordening en de contourennota genoemd voor de voorlopige subsidieregeling. Mevrouw Bunnik vraagt om uitleg over de uitvoering van variant B. Het planningsschema maakt het niet duidelijker: heroverweging subsidieverordening in januari 2016 en april-juni 2016 uitwerking nieuwe beleidsregels. Dit schept verwarring omdat je eerst beleid maakt en daarna de uitvoering weergeeft in de verordening. Tuinman sluit aan bij de woorden van de VVD. Voor de fractie staat voorop dat het wel of niet krijgen van subsidie aan de voorkant geregeld dient te worden. De uitwerking is een volgende stap. Geen van de beide varianten maakt duidelijk wat de beste methode is. Subsidiebeleid dient transparant te zijn en goed uit te leggen. Horst heeft het stuk een aantal keren moeten lezen om de tekst duidelijk te krijgen. Bij de start van de nieuwe subsidieverordening in september was er sprake van goede en transparante toelichting. De fractie interpreteert variant B zo dat eerst nieuwe kaders worden vastgesteld en oude kaders vervallen en aan de hand daarvan het proces verder gaat. Het is goed wanneer de raadscommissie op dezelfde wijze wordt meegenomen als in september is gebeurd. Nienhuis licht toe dat variant a aangeeft hoe het tot nu toe is gegaan en variant b dat eerst het beleid opnieuw wordt vastgesteld zoals dat ook door de rekenkamercommissie in 2014 is aangegeven (herzie het beleid, sluit de nodige verordeningen en dan de heroverweging van de subsidies). De CDA-fractie ziet het graag op deze manier. Van Amerongen sluit zich aan bij de vorige bijdragen. Van de Stege antwoordt dat variant B beoogt te verwoorden dat eerst beleid ontwikkeld moet worden, het kader, en daarna de uitvoering. De griffier geeft een toelichting. Beleidsregels zijn de uitvoeringsregels waarvan het college bevoegd is om ze vast te stellen. De beleidsregels vloeien voort uit de verordening. Horst stemt namens de fractie in met variant B. Ten aanzien van de inspraak op de nieuwe subsidieregels wijst hij erop dat de maanden juni, juli en augustus niet handig zijn voor verenigingen. De clubs liggen dan stil. Het is gewenst dit aan te passen. Om te voorkomen dat alle verenigingen willen inspreken op de commissievergadering is het goed zowel de raad als de verengingen mee te nemen in het proces. Zorgvuldigheid is hierbij noodzakelijk. Tuinman kiest namens de fractie voor variant B. Vooropgesteld dat eerst vastgesteld wordt of er subsidie Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 13 van 14
gegeven wordt en zo ja, aan wie. Bunnik dankt de griffier voor de toelichting. De fractie opteert voor variant B en ziet de verordening tegemoet. Nienhuis kiest voor variant B; Van Ommen kiest voor variant B; Van Amerongen kiest voor variant B. 5
Advies: de commissie adviseert variant B. Met daarbij de opmerking in het vervolg een eenvoudiger schrijfstijl te hanteren. 18.Financiele rapportage 3de kwartaal sociaal domein
10
Hardam spreekt waardering uit voor de heldere financiële monitor. Onder de kop ‘WMO huishoudelijke hulp en materiële voorzieningen’ worden bij verwachtte realisaties 2015 grote afwijkingen zichtbaar. De toelichting daarop is duidelijk. Voor de financiële rapportage van het vierde kwartaal en de daarop volgende ziet de fractie graag standaard een toelichting. Mateman vraagt of de rijksbijdrage aan de WMO huishoudelijke hulp een eenmalige of een structurele is.
15
20
Blankvoort antwoordt dat voor 2015 voor WMO huishoudelijke hulp een subsidieplafond is vastgesteld. Dat wordt in ieder geval uitgekeerd. Het bedrag is voor 2015 verhoogd met een rijksbijdrage van € 138.000,=. Voor 2016 is er een rijksbijdrage van €48.000,=. Zoals het er nu naar uitziet, stopt de rijksbijdrage hierna. Landelijk is er echter veel discussie. Het uurtarief is te laag en er zijn veel thuiszorginstellingen die op het punt van omvallen staan. Vérian heeft aangegeven dat de huidige regeling voor hen voldoende is en er geen aanleiding is voor een nieuw convenant. Slot
25
30
35
40
45
50
19. Rondvraag 19.1 Bunnik wijst op een publicatie over de PGB’s vooruitlopend op 2016. Ze vraagt of de betrokkenen die een PGB hebben aangevraagd, weten of het voor 2016 in orde is. Blankvoort zegt toe dit mee te nemen. 19.2 Horst merkt op dat recent campagne is gevoerd voor de Horthoekschool over een kapotte verwarmingsketel, schoonmaak, gymnastieklessen. De PvdA-fractie heeft haar standpunt niet gewijzigd met betrekking tot de verhuizing naar de MFA. Het mag echter niet zo zijn dat kinderen de dupe zijn van kwesties die spelen tussen de gemeente en de Stichting PRO. De gemeente heeft hierin een zorgplicht naar de kinderen. Van Dijk benadrukt dat de gemeente haar zorgplicht nakomt. Alle contracten waren opgezegd ervan uitgaande dat de school zou verhuizen. Bij het begin van het nieuwe schooljaar is dit teruggedraaid. De school vergoedt de kosten. Alle scholen hebben dezelfde hoeveelheid gym-uren. 19.3 Voorzitter vraagt of er vóór 1 december antwoord komt op de brief van de heer De Redder. Van Dijk bevestigt dit, het concept is gereed. 19.4 Tuinman merkt op dat de commissie in de vergadering gisteren en vandaag veel punten heeft behandeld. Er zijn digitale vergaderstukken en papieren aangeleverd door de organisaties. Soms erg detaillistisch en het voegt niet altijd wat toe. Voor de fractie mag dit wel minder. Horst herkent deze opmerking die ook naar voren is gekomen tijdens de gesprekken van de werkgroep. Bunnik beaamt dit. Bij de SWOT-analyse is vanuit de organisatie aangegeven dat de raad steeds meer in detail vraagt. Dit heeft gevolgen gehad voor het samenstellen van de stukken. De organisatie wil voorkomen dat er onvoldoende informatie beschikbaar is. De verantwoording ligt bij de raad. 20 Sluiting De voorzitter dankt een ieder voor zijn of haar inbreng en sluit de vergadering om 22:50 uur.
Commissie Samenleving 24 november 2015
pagina 14 van 14