bericht op brief van:
Commissie Economie en Mobiliteit
uw kenmerk: ons kenmerk:
0700158
afdeling:
Verkeer en Vervoer
bijlage(n):
1
behandeld door:
A.J.M. Segers
doorkiesnummer:
0118 631617
onderwerp:
Ontwikkelingsvisie Kanaalzone Gent-Terneuzen
verzonden:
Middelburg,
8 januari 2007
Geachte commissie, Hierbij bieden wij u het startdocument "Ontwikkelingsvisie Kanaalzone Gent-Terneuzen" ter kennisneming aan voor uw vergadering van 23 januari 2007. Het document is een uitvloeisel van het besluit om de ontwikkeling van de kanaalzone te benoemen als een prioritair project voor Zeeland. Het document is opgesteld in overleg met de provincie Oost-Vlaanderen, alwaar ook besluitvorming hierover plaatsvindt. Wij verzoeken u het college te mandateren het project verder uit te werken en in te vullen. Over het verdere verloop van het project zal uw commissie met regelmaat worden geïnformeerd. Hoogachtend, gedeputeerde staten, namens dezen,
V3.4
ir. J.W. Stalknecht MBA, directeur Directie Infrastructuur en Vervoer.
Startdocument Ontwikkelingsvisie Kanaalzone Gent-Terneuzen 2030 "SAMENWERKEN IN DE KANAALZONE"
Colofon: Startdocument opgesteld door projectbureau OZP2030, provincie Zeeland In overleg met de provincie Oost-Vlaanderen Uitgave december 2006 Foto's:
Sarah Bruyninckx, KASK, 2005 Philippe Debeerst, Photoeil, 2003 Your Captain Luchtfotografie, 2006
2
Inhoudsopgave INLEIDING .............................................................................................................................. 5 WENKEND PERSPECTIEF .......................................................................................................... 5 MAAR OOK KNELPUNTEN ........................................................................................................ 5 SAMENWERKEN IN DE KANAALZONE ...................................................................................... 6 GRENSOVERSCHRIJDENDE SAMENWERKING ............................................................................ 6 ONTWIKKELINGSVISIE ZEEUWSE PASSAGE 2030 (OZP2030) ................................................. 6 LEESWIJZER............................................................................................................................. 7 ONTWIKKELINGEN ............................................................................................................. 8 IN EUROPA, BELGIË EN NEDERLAND ....................................................................................... 8 REGIONALE PROJECTEN ........................................................................................................... 8 DOEL, AMBITIE EN RESULTAAT................................................................................... 11 DOEL ..................................................................................................................................... 11 AMBITIE ................................................................................................................................ 11 RESULTAAT ........................................................................................................................... 12 DE DRIE KERNTHEMA'S .................................................................................................. 14 ECONOMIE ............................................................................................................................. 14 RUIMTELIJKE OMGEVINGSKWALITEIT.................................................................................... 18 INFRASTRUCTUUR ................................................................................................................. 21 ORGANISATIE EN TIJDPAD............................................................................................. 24 ORGANISATIE ........................................................................................................................ 24 SAMEN WERKEN AAN, SAMEN WERKEN MET ......................................................................... 25 TIJDPAD................................................................................................................................. 25
3
4
Inleiding Wenkend perspectief Uit diverse nota’s van de Vlaamse en de Nederlandse overheid blijkt dat de Kanaalzone Gent-Terneuzen een kernzone met kansen voor duurzame economische ontwikkelingen is. Ook nota’s en beleidsdocumenten van provincies (Zeeland en Oost-Vlaanderen) onderschrijven die mogelijkheden en hetzelfde geldt voor beleidsplannen van de havens (Gent en Zeeland Seaports) en de grotere gemeenten (Gent en Terneuzen). In al die nota’s worden economische ontwikkelingskansen op hoofdlijnen benoemd, maar er worden ook zeer concrete plannen ontwikkeld voor een betere bereikbaarheid (via alle modaliteiten), duurzame leefomgeving en ruimtelijke kwaliteit. Regio Gent De regio Gent ontwikkelt zich economisch voorspoedig. Investeringen vinden plaats in de stad en in de haven. Veel grote bedrijven in de haven en kleinere bedrijven in en buiten de haven hebben geïnvesteerd in nieuwe productiefaciliteiten en logistieke activiteiten. Dat uit zich echter niet in sterk structureel groeiende maritieme goederenstromen, maar wel in stijgende toegevoegde waarde en werkgelegenheid. Het Figuur 1: Overzichtskaart Kanaalzone Strategisch Plan Gentse Kanaalzone benoemt de Gentse haven als een veelzijdige industriehaven en een logistiek knooppunt dat centraal gelegen is in Noordwest-Europa en multimodaal ontsloten is. De seinen voor de toekomst staan duidelijk op groen. Zeeuwse deel Kanaalzone In de toekomst wordt voor de Kanaalzone Gent-Terneuzen een substantiële groei van goederenstromen, toegevoegde waarde en ruimtebehoefte aan haven- en bedrijventerreinen verwacht. Vanuit die optimistische filosofie is het de verwachting dat ook het Zeeuwse deel van de Kanaalzone nu en in de toekomst meer gaat profiteren van de economische potenties van de totale Kanaalzone. Een belangrijke rol spelen de recente ontwikkelingen op het gebied van bio-energie. Ook worden er forse investeringen gedaan in bedrijventerreinen en de infrastructuur. Conclusie is dat de opgave draait om het concreet maken van de kansrijke ontwikkelingen en samenwerking om de kansen ook daadwerkelijk te benutten.
Maar ook knelpunten In het Zeeuwse deel is die groei van toegevoegde waarde en goederenstromen ook duidelijk aanwezig, maar blijft de groei van investeringen, nieuwvestigingen en van de werkgelegenheid achter. Niet voor niets wordt nu gewerkt aan een alternatieve invulling van de Axelse Vlakte met een projectvestiging glastuinbouw. Gevreesd wordt dat zonder extra aandacht voor de Zeeuwse Kanaalzone de toekomstige 5
economische ontwikkelingen achterblijven. In de visievorming moet worden verkend welke knelpunten in de totale Kanaalzone aangepakt moeten worden om de kansen voor duurzame economische ontwikkeling van de Kanaalzone ook in het Zeeuwse deel mogelijk te maken.
Samenwerken in de Kanaalzone Eind 2004 bestond er rond de presentatie van het eindrapport van de Commissie Balthazar-Van Gelder enthousiasme in de gehele Kanaalzone om gezamenlijk te werken aan duurzame economische ontwikkeling. De meerwaarde van die samenwerking werd als volgt verwoord: - De perspectieven van de zeehavens in de Kanaalzone, in de nabijheid van de mainports Rotterdam en Antwerpen, bieden kansen in diverse segmenten van havenindustrie, behandeling van bulk- en stukgoed en value added logistics. Het benutten van die perspectieven vraagt om een ruimtelijk-economische strategie voor de gehele Kanaalzone. - Het vergt een tijdpad van vele jaren om de nautische toegankelijkheid van de Kanaalzone te verbeteren, maar ook om één strategie en uitvoeringsplan te hebben voor de landzijdige infrastructuur (weg en spoor). - Aan beide zijden van de grens wordt gewerkt aan ruimtelijke kwaliteit van het gebied en aan verduurzaming van industriële en logistieke processen. Er valt meer van elkaars benaderingen te leren. - Het totale gebied kan veel sterker op de (inter)nationale podia gepresenteerd worden door promotie en acquisitie-activiteiten te bundelen, maar ook door gezamenlijk op te treden richting ‘Den Haag’ en ‘Brussel’. - Het totale gebied kan met betrekking tot milieu, leefbaarheid en ruimtelijke omgeving veel meer dan nu een eenheid met meer kwaliteit uitstralen. - Er zijn financiële voordelen te behalen bij het aanbestedingsproces van meerdere infrastructurele werken bijv. in de aanleg van meerdere tunnels in het gebied en ook door grensoverschrijdend te investeren (zie bijv. bij de tunnel van Sluiskil). Dat besef van die meerwaarde kan weer nieuw leven worden ingeblazen. De meerwaarde hangt samen met veel projecten en initiatieven in de Kanaalzone. Al deze projecten hebben hun eigen belang, maar het gevaar bestaat dat tussen die projecten en ontwikkelingen onvoldoende afstemming plaatsvindt en daardoor kansen verloren gaan. Kansen die voor de toekomst bepalend kunnen zijn voor de ontwikkeling van de Kanaalzone.
Grensoverschrijdende samenwerking De opzet is om op basis van een duurzaam ruimtelijk-economisch en infrastructureel toekomstbeeld te komen tot grensoverschrijdende samenwerking op een aantal beleidsterreinen en in daaruit voortkomende projecten. Het gemeenschappelijk beeld dient als ondersteuning voor bestaand beleid en lopende projecten en als katalysator voor nieuwe ontwikkelingen.
Ontwikkelingsvisie Zeeuwse Passage 2030 (OZP2030) Samenwerken in de Kanaalzone moet ook leiden tot concrete perspectieven en projecten in Zeeland. Het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland heeft daarom het initiatief genomen om de perspectieven van de Kanaalzone Gent-Terneuzen in Zeeland concreter uit te gaan werken, zoals dit in
6
Oost-Vlaanderen al is gedaan in het project Gentse Kanaalzone. Deze uitwerking wordt vanuit het project OZP2030 opgepakt. Uiteraard wordt daarbij intensief samengewerkt met projectorganisaties in Gent en in Terneuzen (ROME) en worden zowel concrete grensoverschrijdende als Zeeuwse projecten opgepakt. Een gezamenlijke visie op de toekomst van de Kanaalzone is daarvoor een noodzakelijke randvoorwaarde, maar moet in 2007/2008 al leiden tot concrete uitvoeringsprojecten.
Leeswijzer Paragraaf 2 van dit document geeft een korte beschrijving van de Kanaalzone met voorbeelden van lopende en nieuwe projecten. In paragraaf 3 staan concreet het doel, ambitieniveau en resultaat van de grensoverschrijdende samenwerking vermeld. Daarbij wordt ingegaan op drie kernthema’s (economie, ruimte en infrastructuur), die alleen goed tot hun recht kunnen komen als ook (integraal) aandacht wordt besteed aan thema’s zoals onderwijs, milieu/duurzaamheid en sociaal-culturele aspecten. In paragraaf 4 worden de drie kernthema’s economie, ruimte en infrastructuur verder uitgewerkt. In paragraaf 5 wordt ingegaan op de organisatiestructuur en het tijdpad (2007 tot en met 2009).
7
Ontwikkelingen In Europa, België en Nederland Op Europees niveau zijn verschillende ontwikkelingen aan de gang die de grensoverschrijdende ontwikkeling van de Kanaalzone stimuleren. In de eerste plaats zorgen processen zoals schaalvergroting en internationalisering ervoor dat zeehavens steeds belangrijker worden als knooppunten in de ketens van internationale bedrijven. In de tweede plaats gaat er een stimulans uit voor grensoverschrijdende samenwerking via de Europese Structuurfondsen. Daarnaast betreft het onder andere de ontwikkeling van Transeuropese netwerken en de SeineSchelde verbinding in het bijzonder. De verbetering van de Seine-Schelde verbinding zorgt voor een flinke toename van de mogelijkheden voor de binnenvaart tussen de Kanaalzone en Noord-Frankrijk. Een belangrijke verbinding tussen de ontwikkelingen op Europees niveau en in de Kanaalzone vormt hierbij de Euregio Scheldemond. Beleid Verschillende beleidsnota's en daarbij behorende uitvoeringsprogramma's vormen in Nederland en Vlaanderen belangrijke bouwstenen voor de ontwikkeling van de Kanaalzone. In Nederland is in de Nota Ruimte en in Pieken in de Delta de Zeeuwse Kanaalzone benoemd als economisch kerngebied. Deze economische kerngebieden zijn in Nederland de gebieden waar de economische ontwikkeling prioriteit krijgt. In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt de Kanaalzone Gent-Terneuzen aangegeven als een grensoverschrijdend netwerk dat potentieel economisch structuurbepalend op Vlaams niveau is. Projecten Ook spelen er in Nederland en Vlaanderen verschillende projecten die invloed uitoefenen op de ontwikkelingen in de Kanaalzone. Daarbij valt te denken aan de ontwikkeling van de Tweede Maasvlakte, de ontwikkeling van het Deurganckdok, het initiatief voor de Westerschelde Container Terminal, de IJzeren Rijn, de aanleg van het ontbrekende stuk A4 tussen Dinteloord en Bergen op Zoom in relatie tot het Project Maincorridor Zuid.
Regionale projecten In de Kanaalzone spelen vier grote regionale projecten die ingaan op specifieke delen van of specifieke onderwerpen in de Kanaalzone. Een grensoverschrijdende langetermijnvisie zorgt voor afstemming tussen deze projecten en vergroot de integraliteit van de hieruit voortkomende ontwikkelingen. In de afbeelding rechts zijn deze vier regionale projecten en de grensoverschrijdende visie schematisch aan elkaar verbonden. De centrale positie van de grensoverschrijdende visie geeft aan dat het de ontwikkelingen in de regionale projecten wil verbinden en toekomstige ontwikkelingskaders wil aangeven. Figuur 2: Schematische weergave regionale projecten
8
Project Gentse Kanaalzone In 1993 werd op initiatief van de provincie Oost-Vlaanderen het ROM-project 'Gentse Kanaalzone' opgestart. In het huidige Project Gentse Kanaalzone werken publieke en private betrokkenen op basis van vrijwilligheid samen aan de strategievorming en concrete projecten voor de ontwikkeling van de Gentse Kanaalzone. Het project is er vooral op gericht in samenspraak met alle betrokken partijen in de Gentse Kanaalzone gedragen oplossingen voor diverse vraagstukken uit te werken. Het project heeft als doel het ruimtelijk beleid, het milieubeleid, het mobiliteitsbeleid en het economisch beleid in dit gebied beter op elkaar af te stemmen. Verkenning Kanaalzone Gent-Terneuzen 2008 (KGT2008) In 2006 is begonnen met een verkenning van de maritieme toegankelijkheid van de Kanaalzone Gent-Terneuzen. Als doel voor deze verkenning is in 2006 geformuleerd: "Verken de problematiek van de maritieme toegankelijkheid van de Kanaalzone Gent-Terneuzen, in het licht van de logistieke potentie van deze kanaalzone en de mogelijke oplossingsvarianten, zodat voorwaarden geschapen kunnen worden voor de wenselijke en noodzakelijke economische ontwikkeling van de Kanaalzone Gent-Terneuzen in het algemeen, en de havengebonden cluster van activiteiten in het bijzonder." KGT2008 is zeer belangrijk voor de toekomst van de Kanaalzone. De afstemming hiermee en ondersteuning hiervan verdienen vanuit de verschillende projecten de aandacht. Daarnaast vormen de uitvoerige onderzoeken die in het kader van KGT2008 worden uitgevoerd een belangrijke input voor de grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie. ROME Terneuzen In 2003 is het eerste ROMproject Kanaalzone Zeeuwsch-Vlaanderen afgesloten. In dit project is gewerkt aan een evenwichtige ontwikkeling van alle functies in het gebied, Sluizencomplex Terneuzen met aandacht voor milieu en ruimtelijke kwaliteit. Na de beëindiging is verschillende keren aangegeven dat een vervolg op het ROM-project meerwaarde zou hebben. Vanwege het belang dat aan economie wordt gehecht (naast het oorspronkelijke Ruimtelijke Ordening en Milieu) is daarom gekozen voor het toevoegen van de E van economie aan ROM. De gemeente Terneuzen heeft aangegeven dit project begin 2007 op te willen starten. De grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie en de daaruit voortvloeiende uitvoeringsprojecten zullen voor de ontwikkeling van het ROME-project bouwstenen gaan vormen.
9
Ontwikkelingsvisie Zeeuwse Passage 2030 In het project Zeeuwse Passage heeft de provincie Zeeland de ambitie om de activiteiten van de diverse actieve partijen in de Zeeuwse Kanaalzone zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. In de eerste plaats door de eigen projecten optimaal af te stemmen en waar mogelijk projecten van andere partijen te ondersteunen en faciliteren. Daarnaast wil men in samenwerking met het ROMEproject van de gemeente Terneuzen komen tot een uitvoeringsgerichte visie voor de Zeeuwse Kanaalzone en een bijbehorend uitvoeringsplan. Natuurlijk worden ontwikkelingen in de Kanaalzone ook afgestemd met ontwikkelingen elders in Zeeland (bijv. haven Vlissingen, effecten A58, A4, etc.). De organisatie van het OZP2030 zal de komende maanden in een projectplan verder worden uitgewerkt. Met een stakeholdersanalyse zal in beeld worden gebracht welke partijen op welke wijze bij dit project betrokken kunnen en willen worden.
Brug over Kanaal van Gent naar Terneuzen bij Sas van Gent
10
Doel, ambitie en resultaat De Kanaalzone Gent-Terneuzen is een gebied vol potenties. Een gebied met waardevolle economische activiteiten, goed bereikbaar via verschillende modaliteiten, waar in de verschillende woonkernen mensen prettig kunnen wonen en recreëren en waar - ondanks een hoge ruimtelijke druk - milieu- en natuurwaarden vergeleken met andere havengebieden goed uitgebouwd zijn. Kortom, een gebied waarvan je de kwaliteiten wilt behouden en in aansluiting op nieuwe ontwikkelingen gebruik wilt maken van de aanwezige potenties.
Doel Het doel van de provincies Oost-Vlaanderen en Zeeland is om gezamenlijk een visie voor de Kanaalzone Gent-Terneuzen te ontwikkelen, resulterend in de uitvoering van een gezamenlijk grensoverschrijdend uitvoeringsplan. De visie richt zich hierbij primair op een duurzaam ruimtelijk, economisch en infrastructureel grensoverschrijdend toekomstbeeld. Het uitgangspunt is het duurzaam ontwikkelen van de Kanaalzone. Dit houdt in dat bij de ontwikkelingen en in de visie aandacht zal worden besteed aan de drie dimensies: mens, welvaart en omgeving, met aandacht voor het sociaal, economisch en ecologisch kapitaal dat al aanwezig is in de Kanaalzone. In het schema rechts is die samenhang verbeeld. In de grensoverschrijdende visie zal vanuit deze duurzame integrale invalshoek de nadruk liggen op de thema's economie, ruimtelijke omgevingskwaliteit en infrastructuur. Daarnaast is in de ontwikkelingsvisie aandacht voor ontwikkelingen op sociaal-cultureel gebied, op het gebied van onderwijs en op het gebied van milieu. Deze thema's worden bekeken in de harmonie met de kernthema's en vanuit de randvoorwaarden die vanuit deze thema's gelden. Centraal in de ontwikkelingsvisie staat het doel om de perspectieven voor de Kanaalzone concreet uit te werken. Dat houdt in dat na het opstellen van de ontwikkelingsvisie verschillende beleidslijnen verder worden uitgewerkt en projecten worden uitgevoerd. In Oost-Vlaanderen worden de resultaten van dit grensoverschrijdende project bij de actualisatie van het strategisch plan Gentse Kanaalzone verwerkt. In Zeeland wordt het uitvoeringsplan voor het Zeeuwse deel (OZP 2030) in samenhang met de ontwikkeling van het nieuwe ROME-project opgezet.
Ambitie Op verschillende onderwerpen is de grensoverschrijdende samenwerking in de Kanaalzone goed op stoom gekomen. Ook dankzij initiatieven van de Euregio
11
Scheldemond, de Rijn Schelde Delta Samenwerkingsorganisatie en de Kanaalzonegemeenten zijn verschillende projecten tot stand gekomen op bijvoorbeeld het gebied van veiligheid, kennisuitwisseling en gezondheidszorg. Bij ruimtelijke, economische en infrastructurele projecten is wel grensoverschrijdende afstemming te zien, maar vaak pas in de laatste fases van de planvorming. De ambitie van dit project is op de terreinen van infrastructuur, ruimtelijke ontwikkeling en economie de grensoverschrijdende samenwerking te intensiveren en te concretiseren. De ontwikkelingsvisie zal dienen als een integratiekader voor de projecten die spelen in het gebied. Met uitvoeringsprojecten kunnen de betrokken partijen aangeven dat grensoverschrijdende samenwerking daadwerkelijk resultaat en meerwaarde heeft. Deze ambitie wordt ondertekend in de nota van het project 'strategische visie bedrijventerreinen' van de Kamer van Koophandel Zeeland en de Kamer van Koophandel Oost-Vlaanderen, waarin wordt gepleit voor een grensoverschrijdende visie voor de Kanaalzone. Voorbeeld 1: Meerwaarde door de ontwikkeling van de grensoverschrijdende verkeersstructuur voor de Kanaalzone tot één samenhangend netwerk. Door gezamenlijke bepaling van de doorgaande routes en hiermee rekening houden bij de projecten voor de Tractaatweg en de R4 kan de verkeersdoorstroming worden gewaarborgd en kunnen ongewenste effecten (sluipverkeer) worden tegengegaan. Verschillen in de uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de verkeerssystemen vragen hierbij aandacht. Voorbeeld 2: In de ontwikkelingsvisie kan gekozen worden voor de Gentse inzet op het “groene haven”concept. Door een gezamenlijke keuze voor deze karakterisering van de kanaalzone kun je krachten bundelen en één marketingopzet ontwikkelen. Voorbeeld 3: Kennisontwikkeling rond biobrandstoffen, die binnen de onderwijsinstellingen afzonderlijk aan weerszijden van de grens plaats vindt, kan worden gebundeld en doelgericht ingezet voor de ontwikkelingen in de kanaalzone.
De tweede ambitie is de duurzame ontwikkeling van de Kanaalzone. Zowel in Nederland als in Vlaanderen is voor de Kanaalzone veel aandacht voor duurzaamheid. Op dit gebied zijn met verschillende projecten al goede resultaten behaald, maar nog altijd zijn met een verdere verduurzaming kansen te benutten en is winst te behalen. Voorbeeld: Voor de Zeeuwse havens loopt momenteel het project Vitaal Sloe en Kanaalzone. Hierin zijn door bedrijven, overheden, onderwijs en maatschappelijke organisaties verschillende succesvolle projecten opgezet. Ook in de Gentse Kanaalzone zijn er succesvolle voorbeelden van de verduurzaming van bedrijventerreinen, zoals bedrijventerrein Skaldenpark. Door de uitwisseling van succesprojecten en het kennismaken met verschillende methoden kan extra kennis worden gegenereerd.
Resultaat Met de grensoverschrijdende samenwerking wordt toegewerkt naar een ontwikkelingsvisie zichtbaar gemaakt in een helder, scherp kaartbeeld voor de gehele Kanaalzone. Hierop worden kansen en kwaliteiten vertaald in ruimtelijke structuren. Dit beeldmateriaal wordt als integratiekader ingezet door de betrokken overheden voor toekomstige projecten. In de resultaten van de visie moet aandacht zijn voor de effecten die ontwikkelingen hebben. Niet alleen de effecten op de kernthema's, maar ook de effecten op de sociale en maatschappelijke ontwikkelingen en ten aanzien van milieu en
12
duurzaamheid. In het projectplan wordt aangegeven hoe deze effecten in de ontwikkelingen worden meegenomen. Daarnaast komt er een uitvoeringsplan waarin een overzicht wordt gegeven van de projecten die vanaf 2007 zullen worden aangepakt. Door snel de samenwerking te concretiseren in projecten kunnen de potenties van de grensoverschrijdende samenwerking worden aangetoond.
13
De drie kernthema's De duurzame ontwikkeling van de Kanaalzone vormt het centrale uitgangspunt voor de grensoverschrijdende visie. Daarbij zullen met name de onderwerpen economie, ruimtelijke omgevingskwaliteit en infrastructuur verder worden uitgewerkt. Hieronder volgt een eerste aanzet om voor deze thema's de belangrijkste gemeenschappelijke punten te benoemen. Deze punten zullen door samenwerking een belangrijke meerwaarde opleveren. Onder ieder deelthema staan vragen die in de grensoverschrijdende ontwikkelingsvisie beantwoord worden.
Economie Bij het kernthema economie kunnen drie deelthema's worden gehanteerd: • Versterking clusters • Bedrijventerreinprogrammering • Promotie en acquisitie Voorbeelden lopende projecten: Agri Cluster Terneuzen: In aansluiting op het gebruik van reststoffen bij glastuinbouw is onderzoek gaande naar kansen voor dergelijke ketenvorming in de Kanaalzone. De vestiging van Nedalco bij Cerestar is een goed voorbeeld van ketenvorming. Ghent Bio-Energy Valley: In de haven van Gent zijn verschillende bedrijven gevestigd die een toekomst zien in de biobrandstoffen. In samenwerking met de Universiteit Gent is een programma opgezet om het onderzoek naar en de ontwikkeling van biobrandstoffen te stimuleren. Value Park Terneuzen: Zeeland Seaports en Dow Benelux ontwikkelen samen het Valuepark Terneuzen. Voor dit bedrijventerrein worden bedrijven geworven die relaties hebben met de activiteiten van Dow. Kluizendok: In 1996 is in de Gentse haven begonnen met de aanleg van het Kluizendok. Langs dit nieuw gegraven dok zal 400 hectare bedrijventerrein komen. Het eerste deel van het Kluizendok is inmiddels geopend en hier hebben zich al diverse bedrijven gevestigd.
Versterking clusters In het eindrapport van de Commissie Balthazar-Van Gelder zijn de verschillende kansrijke clusters onderscheiden voor de Kanaalzone (zie tabel). In totaal tellen die kansrijke clusters 29.000 arbeidsplaatsen, oftewel 75% van de totale werkgelegenheid in de havens van Gent en Terneuzen. In onderstaande tabel zijn de perspectieven beknopt samengevat. Uit deze tabel blijkt dat de combinatie van havenindustrie (chemie, agro/food, metaal), overslag en bewerking van bulk- en stukgoed (bouw, forest) en warehousing en distributie de Kanaalzone veelzijdig maakt. Het benutten van die perspectieven is vooral een zaak van de private sector.
Elektriciteitscentrale bij Langerbrugge, België
14
Tabel 1
Groeiperspectieven kansrijke clusters
Aandeel Trends en groeifactoren Ha-le Ha range + • Efficiencyverbeteringen • Recente investeringen Sidmar • Toename vraag en productie Azië (Petro)chemie + • Schaalvergroting • Outsourcing en co-siting • Belang veiligheid en milieu Agro-industrie 0 • Afname graan- en veevoederimporten • Vervanging fossiele brandstoffen • Bio-chemie Voedingsindustrie • 0 Belang voedselveiligheid • Productdifferentiatie • Consolidatie van stromen en distributie Automotive + • Vraaggestuurde productie • Toename ketenintegratie door outsourcing Warehousing en • Toename VAL en outsourcing distributie • Concentratie logistiek bij zeehavens • Meer multimodaal Forest products + • Groeiende vraag • Concentratie en bundeling stromen Bouwnijverheid 0 • Toename rol haven als knooppunt • Stabiele groeimarkt Legenda: 0 Geen groei/beperkt aandeel + Beperkte groei/klein aandeel ++(+) Sterke groei/toenemend aandeel Ha-le Ha – De havens in het gebied tussen Hamburg en Le Havre Cluster Metaal
Groei Ha-le Ha range 0
Groei Kanaalzone +
+
+
+
+
+
++
+
+
+++
+++
+
++
+
++
Bron: Commissie Balthazar-Van Gelder, 2004
Een belangrijke nieuwe ontwikkeling in de havenindustrie is de ontwikkeling van bioenergie en biobrandstoffen. Zowel in de Gentse Kanaalzone als de Zeeuwse Kanaalzone lopen op dit gebied initiatieven. Deze nieuwe ontwikkelingen kunnen een sterke stimulans gaan vormen in de ontwikkeling van verschillende clusters. Een andere belangrijke invalshoek is de positionering van de Kanaalzone ten opzichte van de andere zeehavens (m.n. mainports) in Nederland en Vlaanderen. Toch moeten de volgende vragen in de grensoverschrijdende samenwerking beantwoord worden: - In beide deelgebieden zijn er initiatieven op het gebied van bio-ethanol en bioenergie. Welke vormen van samenwerking zijn mogelijk op het vlak van bijv. kennisontwikkeling, aan- en afvoer van grondstoffen of producten, etc.? - Hoe kunnen via businesscases nationale en internationale investeerders in de drie hoofdsegmenten havenindustrie, bulk-stukgoed en warehousing worden overtuigd van de voordelen qua kosten en kwaliteit van de Kanaalzone ten opzichte van de twee mainports en/of andere locaties in Nederland, België en Noord-Frankrijk? - Hoe komt het dat investeringen in Zeeuws-Vlaanderen achterblijven bij Gent?
15
-
-
Wat zijn de kansen voor het integreren van projecten aan beide zijden van de grens op het gebied van procesindustrie, waaronder onderhoud) en logistiek? Is er wel voldoende aandacht voor grensoverschrijdende scholingsprojecten (op alle niveaus lager, middelbaar, hoger onderwijs) om gekwalificeerd personeel beschikbaar te hebben voor bedrijven in die drie segmenten? Moeten bestaande grensoverschrijdende ondernemersnetwerken in die drie segmenten, zoals die deels nu al bestaan, worden versterkt? Kunnen initiatieven op het gebied van reststoffen/recycling worden geïntegreerd?
Voorbeelden lopende projecten Glastuinbouw Terneuzen: In delen van de Koegorspolder, de Smidsschorrepolder en de Autrichepolder wordt gewerkt aan de realisatie van glastuinbouw. Uitplaatsing spooremplacement Sas van Gent: Het goederenemplacement Sas van Gent ligt ten zuiden van de woonkern van Sas van Gent op korte afstand van de woonbebouwing, waardoor er geluidshinder en onveiligheid zijn ontstaan. Daarom wordt gekeken naar uitplaatsing of sanering van het emplacement.
Bedrijventerreinprogrammering Een in Nederland gehoord argument voor samenwerking is de mogelijke toekomstige ruimtenood van de haven van Gent. Vanuit twee kanten vallen daarbij vragen te stellen. Ten eerste of een dergelijke ruimtenood in de toekomst reëel is en of dit zal leiden tot een versnelde ontwikkeling van haventerreinen aan Nederlandse kant. Ten tweede leeft binnen Vlaanderen de vraag of de Nederlandse Kanaalzone wel een optie is in de toekomst voor verdere uitbreiding. De centrale gemeenschappelijke vraag is hierbij de benodigde hoeveelheid nieuwe haven- en bedrijventerreinen die in de totale Kanaalzone wordt verwacht en de geschiktheid en beschikbaarheid van mogelijke locaties hiervoor in de grensoverschrijdende Kanaalzone. In een langetermijnvisie zou naar voren moeten komen: - Welke gebieden en terreinen in de toekomst beschikbaar zijn voor economische bedrijvigheid; - Wat de relaties tussen deze bedrijventerreinen onderling zijn; - Welke kenmerken deze gebieden hebben; - Wat de autonome groeikracht van de havens van Gent en Terneuzen is; - Welke economische ontwikkelingen in de Kanaalzone worden verwacht. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van de economische onderzoeken die in het kader van KGT2008 worden gedaan. Vanuit dit toekomstbeeld kan gezamenlijk worden gewerkt aan de geplande en gefaseerde ontwikkeling van bedrijventerreinen in de Kanaalzone en de invulling daarvan. Hiervan kunnen de voordelen liggen in de vergrote schaal door samenwerking, maar ook in het benutten van de complementariteit van de havens. Bovendien draagt gezamenlijke gefaseerde ontwikkeling van bedrijventerreinen bij aan het verkrijgen van betere rendementen op de ontwikkeling van terreinen. In aansluiting op clustering gaat het hierbij ook om waar je clusters ontwikkelt en concentreert. Knelpunt hierbij kan zijn de concurrentieverhouding tussen de havenbedrijven.
16
Voor dit onderwerp moeten in de ontwikkelingsvisie de volgende vragen aan de orde komen: - Is de vraag naar nieuwe ruimte voor bedrijvigheid zodanig dat de Gentse haven op termijn een ruimteprobleem krijgt? - Welke autonome groeipotenties liggen er in de Zeeuwse havens? - Welke ontwikkelingen buiten de Kanaalzone oefenen invloed uit op de vraag naar bedrijventerreinen en hoe kan hiermee rekening worden gehouden? - Op welke manier kan bedrijventerreinprogrammering bijdragen aan de wederzijdse versterking van de havens van Gent en Terneuzen? Op welke punten kan complementariteit van de havengebieden in de Kanaalzone beter worden benut? Suggestie voor een project: Stel op basis van de bestaande inventarisaties van bedrijventerreinen een korte termijn (10 jaar) programma op voor de invulling van deze terreinen. Inventariseer en geef op kaart aan welke terreinen op de langere termijn ontwikkeld kunnen worden en welke kwaliteiten/ faciliteiten deze hebben. Voor de korte als langere termijn kan een kaart worden geproduceerd waarop nieuwe en gevestigde bedrijven de mogelijkheden en voordelen van vestiging kunnen zien.
Promotie en marketing De economische perspectieven van de in tabel 1 gepresenteerde clusters zijn positiever dan het aantal gerealiseerde investeringen van met name nieuwvestigingen van elders. De Kanaalzone verkeert in de gelukkige omstandigheid dat grote al gevestigde multinationale bedrijven investeren in het gebied (Cargill, Volvo, Arcelor Gent, etc.). Toch kan op basis van concrete businesscases duidelijk worden gemaakt dat de Kanaalzone een aantrekkelijk vestigingsgebied is voor nieuwe bedrijven die maritieme en continentale goederenstromen en waardetoevoeging willen combineren in Noordwest-Europa. In de grensoverschrijdende samenwerking moeten voor dit onderwerp de volgende vragen worden beantwoord: - Welke sterke punten van de Kanaalzone kunnen in binnen- en buitenland beter kenbaar worden gemaakt? - Op welke punten zijn er kansen voor gezamenlijke promotie van de Kanaalzone? - Hoe komt het dat andere havenregio’s (bijv. Noordzeekanaalgebied, Moerdijk, Antwerpen, Zeebrugge) het relatief beter of slechter doen (met het aantrekken van nieuwvestigingen) dan de Kanaalzone? - In welke marktsegmenten liggen de beste perspectieven? - Is er bereidheid in de Kanaalzone om op dit punt concreet te gaan samenwerken? - Hoe stellen de havens zich op? - Wie doet de promotie en marketing buiten de haventerreinen? Suggestie voor een project: Kies één cluster uit (bio-energie bijvoorbeeld) waar de havenbedrijven en overheden in de Kanaalzone gezamenlijk promotie voor gaan voeren. Laat dit als thema terugkomen in de ontwikkelingsvisie en gebruik de lopende onderzoeken en ontwikkelingen voor het opstellen van een concrete businesscase.
17
Ruimtelijke omgevingskwaliteit Bij het kernthema ruimtelijke ordening zijn er vier deelthema's: • Innovatief en duurzaam ruimtegebruik • Duurzame ontwikkelingen • Leefomgevingskwaliteit • Waterbeheer Innovatief en duurzaam ruimtegebruik In de Kanaalzone neemt het behoud van de ruimtelijke kwaliteit een belangrijke plaats in. Met nieuwe ontwikkelingen bestaat het gevaar dat de ruimtelijke kwaliteit daardoor achteruit gaat. In het verleden werden problemen met botsende landgebruiksvormen opgelost door deze ruimtelijk te scheiden. Nu de ruimte daarvoor steeds minder aanwezig is, moeten compacte, duurzame en innovatieve vormen van ruimtegebruik worden bekeken. In Nederland zijn verschillende voorbeelden te zien van combinaties van landgebruiksvormen, zoals de combinatie van kassen met waterberging en dubbel grondgebruik bij wegaanleg en woningbouw (bijvoorbeeld project Sijtwende bij Leidschendam-Voorburg). Voor de langere termijn is de Kanaalzone een gebied waar dergelijke vernieuwende vormen van innovatief landgebruik kunnen worden verkend. Voor innovatief ruimtegebruik moeten in de ontwikkelingsvisie de volgende vragen aan de orde komen: - Op welke wijze wordt in Vlaanderen en in Nederland zuinig ruimtegebruik gestimuleerd? - Bij welke vormen van landgebruik liggen er toekomstmogelijkheden voor innovatieve combinaties en dubbel grondgebruik in de Kanaalzone? Suggestie voor een project: Verkenning van de mogelijkheden om glastuinbouw te combineren met andere landgebruiksvormen en eventuele stapeling van functies. Hierbij kan worden bekeken welke innovaties op andere ontwikkelingslocaties, zoals Klavertje Vier bij Venlo, plaatsvinden.
Duurzame ontwikkelingen Met verschillende projecten wordt in de Kanaalzone ingezet op duurzame economische ontwikkeling. De provincie Zeeland zet hierbij in op ontkoppeling van milieubelasting en economische groei. Er wordt gestreefd naar economische groei en tegelijkertijd een vermindering van de milieubelasting. Het strategisch plan Gentse Kanaalzone pleit voor ontwikkeling met een stand still-beginsel voor de milieubelasting en waar mogelijk een verbetering (op termijn) in de kanaaldorpen. De afgelopen jaren is aan beide zijdes van de grens veel kennis en ervaring opgedaan met het terugdringen van milieubelasting, het benutten van reststoffen, gezamenlijk gebruik van voorzieningen, het stimuleren van modal shift enzovoorts. Daarbij wordt ook grensoverschrijdend informatie uitgewisseld via projecten als Vitaal Sloe en Kanaalzone. Door uitwisseling van kennis en ervaringen en waar mogelijk samenwerking op dit gebied, kan de Kanaalzone op het gebied van duurzame ontwikkeling een voortrekkersrol vervullen. Een belangrijke ontwikkeling in de Kanaalzone vindt plaats op het gebied van duurzame energie. Met de plaatsing van windmolens, de komst van een 18
biomassacentrale en de komst van productiefaciliteiten voor biobrandstoffen heeft de Kanaalzone hierin een sterke positie. Met het project Bio Park Terneuzen en het project Ghent Bio-Energy Valley wordt gekeken naar het uitbouwen van de kwaliteiten op het gebied van duurzame energie. In de grensoverschrijdende visie kan dit een belangrijke pijler gaan vormen voor de duurzame ontwikkeling van de Kanaalzone. In de grensoverschrijdende samenwerking moeten voor dit onderwerp de volgende vragen worden beantwoord: - Op welke manier kunnen de overheden bijdragen aan de verduurzaming van gevestigde bedrijven in de Kanaalzone? - Hoe kan een duurzame invulling van de Kanaalzone in 2030 helpen bij de concurrentiepositie van de Kanaalzone? - Hoe kan het bestaande instrumentarium optimaal worden ingezet voor de duurzame ontwikkeling van de Kanaalzone? - Is de huidige voorsprong die in de regio is behaald op het gebied van een grensoverschrijdende aanpak van duurzaamheid en veiligheid uit te bouwen samen met kennisinstellingen in de regio? - Welke rol kan duurzame energie hebben bij de duurzame ontwikkeling van de Kanaalzone? Suggestie voor een project: Vergelijk de Vlaamse en Nederlandse vergunningsvoorwaarden in de Kanaalzone en bekijk op welke punten mogelijkheden liggen om de vergunningsvoorwaarden gelijk te trekken. Deels zal dit vanwege specifieke wetgeving niet mogelijk zijn. Voordeel hiervan is dat voor ondernemers de drempel wordt verlaagd om grensoverschrijdend te ondernemen en bovendien de eenheid van de Kanaalzone wordt versterkt. Andere mogelijke activiteiten zijn het uitwisselen van milieugegevens, waardoor modellen worden uitgebreid en het opzetten van een gemeenschappelijke website met informatie over milieuvoorwaarden en projecten.
Leefomgevingskwaliteit Met het ROM-project Kanaalzone Zeeuwsch-Vlaanderen en het project Gentse Kanaalzone is veel aandacht besteed aan een goede afstemming tussen het woonklimaat en de bedrijvigheid. Dat moet leiden tot voldoende leefkwaliteit in de woonkernen van de Kanaalzone en genoeg ontwikkelingsruimte voor bedrijven. Het evenwicht tussen bedrijvigheid en een goed woonklimaat in de woonkernen vraagt echter blijvend aandacht. Hoewel de lokale situaties in sterke mate om specifieke oplossingen vragen, kan worden geleerd van elkaars aanpak en in een totaalvisie kan aandacht worden besteed aan het woonklimaat bij de bedrijventerreinplanning. Van belang voor de omgevingskwaliteit is ook de landschappelijke inpassing van de infrastructuur. De laatste jaren is dit een thema dat aan aandacht heeft gewonnen en met de infrastructurele projecten in de Kanaalzone valt hier in de komende decennia veel winst in te behalen. 19
In de grensoverschrijdende samenwerking moeten voor dit onderwerp de volgende vragen worden beantwoord: - Welke ruimtelijke kwaliteit en leefomgevingskwaliteit wordt in de Kanaalzone nagestreefd? - Waarin verschillen de Nederlandse en Vlaamse aanpak en hoe kun je van elkaar leren? - Hoe wordt nieuwe en bestaande infrastructuur landschappelijk en ecologisch zo goed mogelijk ingepast? Suggestie voor een project: Binnen de provincie Zeeland is voor de A58 en de N62 een routeontwerp voor de inpassing van deze wegen in het landschap. In Gent wordt gewerkt aan een ontwerp voor de landschappelijke inpassing van spoorlijn 55 (tracé Ringvaart-Kluizendok). Een grensoverschrijdend beeldkwaliteitsplan voor de infrastructuur kan zorgen voor uitwisseling van expertise op dit gebied en een kwaliteitsslag op termijn bij verschillende infrastructurele projecten.
Waterbeheer Een belangrijke vraag in veel delen van Nederland en Vlaanderen gaat over het waterbeheer. Hoe voorkom je verlies van natuurwaardes door verdroging in gebieden en hoe voorkom je in natte periodes wateroverlast? Aangezien stroomgebieden zich niets van bestuurlijke grenzen aantrekken, is dit bij uitstek een grensoverschrijdend onderwerp. Dit onderwerp vraagt waarschijnlijk een bredere aanpak dan specifiek de Kanaalzone, maar in de Kanaalzone kunnen wel verschillende maatregelen worden bekeken. In de grensoverschrijdende samenwerking moeten voor dit onderwerp de volgende vragen worden beantwoord: - Zijn er specifiek voor de Kanaalzone grensoverschrijdende maatregelen nodig om wateroverlast te voorkomen? - Op welk schaalniveau kunnen projecten op het gebied van waterbeheer het best worden aangepakt? - Zijn in de Kanaalzone nieuwe innovatieprojecten op het gebied van waterbeheer en waterkwaliteit op te zetten door bedrijven en kennisinstellingen? Suggestie voor een project: In Oost-Vlaanderen is de laatste jaren wateroverlast ontstaan in de verschillende woonkernen. Om dit aan te pakken worden op korte termijn waterbeheersplannen vastgesteld. In de Kanaalzone wordt bekeken welke grensoverschrijdende maatregelen en gevolgen er zijn in aansluiting op deze nieuwe waterbeheersplannen.
20
Infrastructuur Bij het kernthema infrastructuur zijn er vier deelthema's: • Doorstroming traject Goes-Gent • Maritieme toegankelijkheid Kanaalzone • Multimodaal vervoer • Openbaar Vervoer Voorbeelden lopende projecten N62 – Sloeweg, Kanaalkruising Sluiskil en Tractaatweg: In de verbinding tussen de A58 bij Goes en de Nederlands-Belgische grens spelen drie projecten: aanpassingen aan de Sloeweg, een vernieuwde kanaalkruising bij Sluiskil en aanpassingen aan de Tractaatweg. R4-west en -oost en Sifferverbinding: In de Gentse Kanaalzone wordt gewerkt aan een verbeterde weginrichting van de R4-west en R4-oost en een extra verbinding onder of over het kanaal ter hoogte van het Sifferdok om de Gentse ringweg te vervolmaken. Spoorlijn Axel-Zelzate: Al langere tijd worden de mogelijkheden bekeken van een spoorlijn ten oosten van het kanaal. Indien nut en noodzaak worden aangetoond kan deze spoorlijn op lange termijn worden gerealiseerd.
Doorstroming traject Goes-Gent Met de aanleg van de Westerscheldetunnel is de noord-zuid verbinding tussen Goes en Gent op regionaal niveau belangrijker geworden. Op deze as tussen de A58 en Gent zijn de komende jaren verschillende verbeteringsprojecten gepland. Allereerst gaat het aan Nederlandse kant om de verbetering van de N62, de Sloeweg en Tractaatweg, en de aanleg van een tunnel bij Sluiskil. Aan Vlaamse zijde gaat het om veranderingen aan de inrichting van de R-4 (R-4West, R-4 Oost en de Sifferverbinding). Al deze projecten zullen de verkeersstromen en de bereikbaarheid van verschillende gebieden in de Kanaalzone beïnvloeden en hiermee zijn grote investeringen gemoeid. Voor een optimaal rendement van de investeringen en verbetering van de doorstroming in en de bereikbaarheid van de totale Kanaalzone is grensoverschrijdende afstemming nodig. Voor dit onderwerp moeten in de ontwikkelingsvisie de volgende vragen aan de orde komen: - Op welke manier kan de regionale doorstroming van verkeer tussen Goes en Gent worden verbeterd? - Wat valt te leren van verschillende manieren van wegencategorisering en op welke manier kan de wegenstructuur beter op elkaar worden afgestemd? Suggestie voor een project: Het opstellen van een gezamenlijke planning voor wegwerkzaamheden in de Kanaalzone de komende jaren. Het treffen van gemeenschappelijke maatregelen tegen sluipverkeer door Sas van Gent en Zelzate. Het vergelijken van onderliggende structuren bij categorisering van wegen en bekijken hoe de aansluiting kan worden verbeterd.
Maritieme toegankelijkheid Kanaalzone De maritieme toegankelijkheid van de Kanaalzone Gent-Terneuzen wordt onderzocht in het project KGT2008. De besluitvorming die uit dat project voortvloeit, maar ook de studies die voor dat project worden gedaan, vormen belangrijke bouwstenen voor een toekomstvisie voor de Kanaalzone. Het is belangrijk voor de regionale en lokale 21
overheden om gezamenlijk de onderzoeken en het proces te ondersteunen, door het aanleveren van eventueel benodigde informatie via het stakeholders adviesforum, de stuurgroep en het bestuurlijk overleg. Multimodale Kanaalzone Als havenindustriële en –logistieke kernzone kan de Kanaalzone nog meer gebruik maken van de modaliteiten spoor, binnenvaart en met name shortsea. De Kanaalzone is vooral een bestemmingshaven van bulk- en stukgoedproducten (intercontinentaal en continentaal) die in de havengebieden verwerkt worden en daarna afgevoerd via alle modaliteiten. In vergelijking met Vlissingen, Moerdijk, en Zeebrugge profiteert het gebied nog relatief weinig van de sterke groei van containerstromen via shortsea en binnenvaart. De volgende vragen kunnen daarbij worden gesteld: - Hoe kunnen nieuwe multimodale vervoersconcepten en nieuwe ketenconcepten de positie van de havens in de Kanaalzone versterken (ten opzichte van andere havens in Vlaanderen en Nederland)? - Komt de Kanaalzone in aanmerking voor containervervoer? En indien dit mogelijkheden biedt hoe kunnen dan vanuit de Kanaalzone gezamenlijke containerlijndiensten naar Rotterdam of andere havens worden opgezet? - Moet de aandacht meer op verladers en vervoerders in nieuwe productie- en handelsgebieden Binnenvaart over Kanaal van Gent naar Terneuzen worden gericht zoals Oost-Europa en Midden-Oosten? - Zijn rederijen uit Scandinavië en Verenigd-Koninkrijk, die nog geen sterke basis hebben in Noordwest-Europa, interessant voor de regio? - Hoe moet op langere termijn de spoorinfrastructuur (goederenvervoer) in de Kanaalzone er uitzien? - Wat betekenen aanpassingen in het vaarwegennet in België en Noord-Frankrijk voor de positie van de Kanaalzone? Suggestie voor een project: Het grensoverschrijdend bijeenbrengen van bedrijven in de Kanaalzone die behoefte hebben of mogelijkheden hebben aan short sea vervoer, maar waarbij het voor deze bedrijven alleen niet rendabel is om een vaste lijn in te vullen. Hier zal wel een behoefteonderzoek aan vooraf moeten gaan.
Openbaar Vervoer Hoewel de maatschappelijke banden tussen Vlaanderen en Zeeland in de afgelopen decennia gestaag zijn gegroeid, is de grensoverschrijdende OV-verbinding in de Kanaalzone relatief beperkt gebleven. Met een initiatief tot een rechtstreekse buslijn Goes-Gent in de weekeinden wordt een nieuwe stap gezet. Met de aansluiting van deze buslijn op het station Gent Sint-Pieters verbetert niet alleen de verbinding
22
tussen Zeeland en Gent, maar in het algemeen de verbinding tussen Zeeland en geheel Vlaanderen. Met de ontwikkeling van het project Gent Sint-Pieters wordt dat gebied ontwikkeld tot een modern en belangrijk OV-knooppunt in Vlaanderen. De volgende vraag zou voor dit onderwerp in ieder geval in de ontwikkelingsvisie terug moeten komen: Welke kwaliteit van OV-verbindingen wordt tussen Oost-Vlaanderen en Zeeland voor 2030 nagestreefd? Suggestie voor een project: Promotie buslijn Goes-Gent door het organiseren van bijvoorbeeld 'uitwisselingsdagen'. Iedere maand een zaterdag of zondag aanwijzen waarop een bepaalde stad in de schijnwerpers staat als winkelstad of toeristische trekpleister.
23
Organisatie en Tijdpad Organisatie Het plan voor de Kanaalzone wordt het resultaat van een hechte samenwerking tussen de provincies Oost-Vlaanderen en Zeeland. Daarnaast hopen de provincies dat de gemeenten Terneuzen, Gent, Evergem en Zelzate zich achter deze grensoverschrijdende samenwerking scharen. Met deze partijen wordt ambtelijk en bestuurlijk gewerkt aan een maximaal resultaat. Trekkers Bij de grensoverschrijdende samenwerking zijn de projectbureaus van de Gentse Kanaalzone en van de OZP2030 de trekkers. Daarnaast wordt ondersteuning gevraagd van de verschillende medewerkers van de provincies en gemeenten, die op specifieke gebieden kennis en expertise hebben. Door middel van themabijeenkomsten zal ook de kennis in het gebied van maatschappelijke organisaties bedrijven en onderwijsinstellingen worden benut. Betrokkenheid Daarnaast wordt betrokkenheid verwacht van de havenbedrijven, belangenorganisaties en in de Kanaalzone gevestigde bedrijven. Op basis van een stakeholdersanalyse zal in het projectplan verder worden uitgewerkt hoe deze partijen in de grensoverschrijdende samenwerking en OZP2030 worden betrokken. en gestimuleerd zelf initiatieven te nemen. Aansluiting moet worden gezocht bij de veelheid van overlegstructuren die in de Kanaalzone al bestaan, waarbij het project zelf eenvoudig en transparant van opzet moet zijn.
Figuur 3: Schematische weergave samenwerking
Een doorvertaling van de grensoverschrijdende visie en uitgewerkte beleidslijnen zal langs Vlaamse zijde plaatsvinden via de bijstelling van het strategisch plan voor de Gentse Kanaalzone. Voor de Zeeuwse Kanaalzone zal het resultaat worden gekoppeld aan het ROME project. Het OZP2030 richt zich op de grensoverschrijdende projecten, de effecten van de Kanaalzone op overig Zeeland en op een concrete inbreng van de provincie in het ROME-project. Het project Ontwikkelingsvisie Zeeuwse Passage 2030 (traject Goes-Gent), OZP2030, wordt opgezet door het projectteam binnen de provincie Zeeland. Daarbij vindt aansturing plaats door de portefeuillehouder van GS. Omdat dit in nauwe samenwerking zal zijn met het ROME-project van de gemeente Terneuzen, zal
24
hierover overleg worden georganiseerd tussen de portefeuillehouder van GS en de wethouder van de gemeente Terneuzen.
Samen werken aan, samen werken met Als ondertitel heeft dit document gekregen 'Samenwerken in de Kanaalzone'. Dat betekent niet alleen samenwerken tussen de in dit project betrokken partners, maar ook samenwerken met andere partijen en andere samenwerkingsverbanden. Samenwerkingsverbanden als de Euregio Scheldemond en de Rijn Schelde Delta vervullen een belangrijke functie in het Nederlands-Vlaamse grensgebied. Het is daarom allerminst de bedoeling activiteiten te doubleren, maar om samen te werken, gebruik te maken van kennis en ervaringen en activiteiten toe te spitsen op en in de Kanaalzone. Veel maatschappelijke en commerciële organisaties vervullen belangrijke functies in de Kanaalzone. Het is de bedoeling deze organisaties bij de ontwikkelingen betrokken te houden en hun kennis en expertise zoveel mogelijk te benutten. De bedoeling is om in de aanlopen naar de grensoverschrijdende visie regelmatig themabijeenkomsten te houden waarin verschillende ontwikkelingen voor de Kanaalzone worden besproken.
Tijdpad Start periode (mm-jj) Fase A: Projectstructuur Fase B: Ontwikkelingsvisie Fase C: Voorbeeldprojecten Fase D: Beleidslijnen Fase E: Uitvoeringsplan Fase F: Evaluatie
11-06
01-07
07-07
11-07
02-08
05-08
09-08
01-09
05-09
09-09
Fasen: Fase A: In deze fase wordt de projectstructuur uitgewerkt en opgezet. Dit startdocument is de eerste stap daartoe. Vervolgstappen zijn gesprekken tussen betrokken bestuurders, een uitgewerkt projectplan en een startbijeenkomst. Fase B: In de tweede fase wordt de grensoverschrijdende visie op hoofdlijnen uitgewerkt. Fase C: In deze fase is uitvoering van de eerste grensoverschrijdende projecten gepland. Hiermee wordt al vroegtijdig gewerkt aan het aantonen van de intenties en de meerwaarde van de grensoverschrijdende samenwerking. Fase D: In de ontwikkelingsvisie worden een aantal punten aangegeven die verder overleg en onderzoek vragen. In deze fase zullen deze onderwerpen nader worden uitgewerkt. Fase E: Op basis van de ontwikkelingsvisie zal een concreet uitvoeringsplan worden opgesteld. Dit plan zal grensoverschrijdende projecten bevatten, maar ook projecten die via het project Gentse Kanaalzone en OZP2030 zullen worden uitgevoerd. Fase F: Tot slot zal de grensoverschrijdende samenwerking worden geëvalueerd.
25