Wethouder Economie en Personeel RIS123263_22-DEC-2004
mr P.T. van Woensel
Gemeente Den Haag
Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag
Aan de voorzitter van de commissie Verkeer, Economie en Monumenten
Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk
DSO/2004.3788 - RIS 123263 Doorkiesnummer
070 - 353 2551 E-mailadres Aantal bijlagen
2 Datum
21 december 2004 Onderwerp
Besluit van het college inzake een Plan van Aanpak Winkelgebied Dierenselaan-Apeldoornselaan Geachte voorzitter, Voor u ligt het besluit van het college inzake een Plan van Aanpak voor de economische structuur, fysieke omgeving, leefbaarheid en veiligheid en organisatie van het winkelgebied DierenselaanApeldoornselaan. Gelet op onderstaande motiveringen (Plan van Aanpak ) heeft het college het bijgevoegde besluit genomen. 1. Toelichting In vervolg op het collegebesluit van 23 maart 2004 is gestart met het opstellen van een plan van Aanpak voor de herstructurering van het winkelgebied Dierenselaan-Apeldoornselaan. Dit winkelgebied staat onder druk. We hebben er te maken met bedrijfsbeëindigingen, leegstand , onveiligheid , slechte inrichting van de openbare verblijfsruimte en een zeer lage organisatiegraad van de winkeliers/ondernemers. Ingrijpen is noodzakelijk om verder afglijden te voorkomen. Het collegebesluit hield in: anticiperend handelen (aanstellen Winkelstraatmanager (WSM), verhogen organisatiegraad ondernemers, actieve aanpak van de leefbaarheid en vergroten veiligheid, alsmede het opstellen van een Plan van Aanpak voor de middel-,en langere termijn (herstructureringsplan). Voor de aansturing van het WSM, alsmede voor de coördinatie voor het opstellen van het Plan van Aanpak is een gemeentelijk Projectleider aangesteld. Op 2 juni heeft er een startbijeenkomst plaatsgevonden van de projectgroep Plan van Aanpak. Deelnemers aan de projectgroep zijn de winkelstraatmanager de diensten DSO, Stadsbeheer en de Bestuursdienst (HOT Spot), alsmede ondernemers en de Bewonersorganisatie Rustenburg-Oostbroek.
Inlichtingen bij
Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 2551 Fax: 070 - 353 3601
DSO/2004.3788
2
Het Plan van Aanpak is in twee fases tot stand gekomen. In de eerste fase is op basis van onderzoek onder bezoekers, ondernemers, analyse van de vraag, aanbod en omgevingsaspecten, alsmede gesprekken met stake-holders een SWOT -analyse opgesteld. De belangrijkste zwakke en sterke punten, bedreigingen en kansen zijn in de SWOT analyse beschreven. De analyse is als bijlage bij dit document gevoegd. In de 2e fase zijn in vier scenario’s de gewenste positie van het winkelgebied over 10 tot 15 jaar en de minimale randvoorwaarden beschreven en in een kaartbeeld weergegeven. De scenario’s zijn bediscussieerd in de Projectgroep Plan van Aanpak, de Task-force winkelstraten en met ondernemers uit het winkelgebied. Daarbij is een duidelijke voorkeur uitgesproken voor het scenario “Clusteren en versterken”. Deze keuze sluit aan bij de geformuleerde ambitie, past in de Detailhandelsnota en het Wijkplan Rustenburg-Oostbroek en is gelet op de potentie van het winkelgebied en de geconstateerde marktmogelijkheden haalbaar en realistisch. 1.2. Anticiperend handelen Teneinde draagvlak te creëren voor de maatregelen voor de la ngere termijn is het van belang nu al met korte termijn acties te laten zien dat het winkelgebied toekomstwaarde heeft. Om die reden is met een kick of meeting op 18 mei gestart met korte termijn acties. Dit betreft het inzetten van een winkelstraatmanager die zich in eerste instantie richt op de verbetering van de organisatie van de winkeliers/ondernemers en het uitvoeren van leefbaarheidacties in samenwerking met de Dienst Stadsbeheer. Deze zogenaamde Quick Wins zorgen voor draagvlak voor latere projecten. 2. Analyse Als basis voor het Plan van Aanpak is onderzoek (bezoekers en ondernemers) uitgevoerd. De resultaten zijn uitvoerig beschreven in de bij dit besluit als bijlage gevoegde Analyse DierenselaanApeldoornselaan (BRO 2004). De belangrijkste resultaten uit het onderzoek zijn uitgewerkt in de onderdelen economische structuur, fysieke ruimte, leefbaarheid en veiligheid en organisatie. 3. Plan van Aanpak Het Plan van Aanpak , Projectenprogramma, alsmede een Uitvoering en coördinatievoorstel is als document bij dit B&W besluit gevoegd. Het winkelgebied is centraal gelegen in de wijk Rustenburg-Oostbroek in het stadsdeel Escamp. De wijk telt momenteel ruim17.400 inwoners. Het winkelgebied loopt vanaf het kruispunt Dierenselaan/De La Reyweg tot aan respectievelijk het kruispunt Apeldoornselaan/Zuiderparklaan en het kruispunt Apeldoornselaan/Heelsumstraat. (Zie functiekaart op pagina 6 hoofdstuk 2 Plan van Aanpak). Het winkelgebied heeft een belangrijke functie in de wijk, er is een redelijke variatie aan winkels en de aanwezigheid van horeca en de goede geografische ligging in de wijk is een stevige basis voor een winkelfunctie in de wijk. Daarnaast beschikt het gebied over een aantal sterke lokale ondernemers en zoals is gebleken uit de eerste bijeenkomsten een potentieel voor een Winkeliersvereniging. Ondernemers zijn overwegend positief over de huidige vestigingslocatie en over de toekomst. Een kwart van de ondernemers heeft investeringsplannen. Zorgwekkend is wel dat bijna een derde van deze plannen betrekking heeft op verplaatsing van de winkel naar een locatie buiten het winkelgebied.
DSO/2004.3788
3
3.1. Uitgangspunten voor ontwikkeling In het Plan van Aanpak zijn de aspecten geformuleerd die dienen als uitgangspunt voor de ontwikkeling van het winkelgebied: - het onduidelijke profiel van het winkelgebied; - de lacunes in de branchering; - de matige kwaliteit en inrichting van de openbare ruimte; - de afwezigheid van een ontmoeting en verblijfsfunctie; - de hoge parkeerdruk. 3.2. Ambitie Het Plan van Aanpak richt zich op de totstandkoming van wezenlijke verbeteringen in de Dierenselaan-Apeldoornselaan ten behoeve van: - behoud en versterking van de functie als winkelgebied voor de wijk; - ontwikkeling van voldoende kwaliteit en variatie om bestaande klantgroepen in de wijk vast te houden of te vergroten en nieuwe klantgroepen aan te trekken; - het realiseren van de basisvoorwaarden ‘Schoon , heel en veilig’; - het versterken van de woon en verblijfsfunctie. 3.3. Economische structuur In functionele zin is er sprake van te weinig samenhang en onvoldoende aanbod in de categorie winkelen om van een volwaardig winkelgebied te kunnen spreken. Er is een gebrek aan concentratie van aankoop naar koopgedrag. Daarbij komt dat verschillende categorieën te weinig zijn geclusterd en er is sprake van te beperkte aantrekkelijkheid van horeca. 3.4. De aanpak van de economische structuur Als scenario voor de langere termijn (10 tot 15 jaar ) is gekozen voor “Clusteren en versterken”. Dit houdt in clustering van aanbod en versterking in diverse branches. Versterking wordt gezien als essentieel voor het toekomstig functioneren van het winkelgebied als wijkwinkelcentrum voor Rustenburg-Oostbroek. Door zowel in ruimtelijke als fysieke zin het aanbod te clusteren ontstaat een sterk samenhangend gebied (zie kaartbeeld op pagina 12 hoofdstuk 3 figuur 3.1.) De gewenste omvang van het winkelgebied bedraagt in totaal circa 7000 tot 8000 m2 vvo. Het winkelaanbod heeft nu een omvang van circa 6300 m2 vvo. Dit is inclusief de toekomstige HEMA. Er is ruimte voor uitbreiding van winkelruimte met circa 700 tot 1700 m2 vvo. De nadruk ligt daarbij op winkelen en boodschappen doen. Beide activiteiten worden beschouwd als noodzakelijk voor het winkelgebied. (zie ook Functioneel programma pagina 12 Hoofdstuk 3 figuur 3.1.). Clusteren en andere versterkende maatregelen moeten de consument uit de wijk naar de winkelstraat toe trekken. Koopgedrag is echter mede afhankelijk van factoren als vernieuwing van het aanbod elders en de algemene economische ontwikkeling. Als de maatregelen, op termijn, niet het gewenste effect sorteren dan blijft reductie van het winkelareaal ook een optie. 3.5. Twee boodschappen clusters. De afbakening clusters boodschappen, winkelen en dienstverlening is weergegeven in het figuur 3.1. bladzijde 12, hoofdstuk drie)
DSO/2004.3788
4
Het Plan van Aanpak voorziet in een tweetal boodschappen clusters. Het eerste is gesitueerd rondom Albert Heijn (kruispunt Dierenselaan-Apeldoornselaan). Het tweede cluster moet door toevoeging van een discounter komen aan de noordzijde van de Dierenselaan nabij de De La Reyweg. Vestigen van een discounter betekent dat verschillende winkelruimten moeten worden samengevoegd. Onderzoek moet uitwijzen of dit mogelijk is. 3.6. HEMA geeft impuls. Dat de HEMA zich in het gebied gaat vestigen betekent dat deze grote marktpartij voldoende toekomstperspectief ziet in het winkelgebied. Het geeft de levensvatbaarheid van het winkelgebied aan. Het aanbod van winkelen kan verder worden versterkt door toevoeging van winkels in ontbrekende of ondervertegenwoordigde branches. Ruimtelijke concentratie van deze branches op de Dierenselaan, tussen beide dagelijkse sector clusters, zal zorgen voor een versterking van het recreatief winkelen. 3.7. Dienstverlening en horeca. Dienstverlening zoals uitzendbureaus, makelaars en zonnestudio’s worden vaak doelgericht bezocht. Van combinatiebezoek is veelal geen sprake. Concentratie van deze functies aan de uiteinden van het gebied op de Apeldoornselaan heeft dan ook de voorkeur. Winkelondersteunende horeca heeft een belangrijke functie bij het versterken van de sfeer en verblijfsklimaat van een winkelgebied. Wegens het beperkte huidige aanbod liggen er kansen voor kwaliteitsverbetering in of direct nabij het ‘winkelcluster’. 3.8. Toevoegen en verplaatsen In het plan van aanpak zijn suggesties voor het toevoegen van (ontbrekende ) branches opgenomen. Het verdient aanbeveling bij de invulling op zoek te gaan naar specialistische lokale aanbieders. Het verplaatsen van ondernemers is ook een mogelijkheid om het versterken van de clusters winkelen, ‘boodschappen doen’ en dienstverlening te versterken. Goede positionering van trekkers moet zorgen voor een goede doorbloeding van het winkelgebied. 4. Fysieke ruimte De langgerektheid van het winkelgebied veroorzaakt dat sommige delen slecht worden bezocht. De openbare ruimte is matig onderhouden en er ontbreekt een gemeenschappelijke ontmoetingsplek. Het oversteken van winkel naar winkel wordt op de Dierenselaan belemmerd door de (vrije)trambaan. Er is sprake van verkeerslawaai en slechte mogelijkheden voor parkeren en het aanbieden van bedrijfsafval wat mede vervuiling veroorzaakt. De uiterlijke kwaliteit van de panden is matig. 4.1. De aanpak van de Openbare ruimte. In het Plan van Aanpak is in hoofdstuk 3 een Stedenbouwkundige schets met profielen opgenomen (zie bladzijden 18 en 19 hoofdstuk 3) . Het Stedenbouwkundig ontwerp dient als uitgangspunt voor de volgende ontwerpfase (Voorlopig Ontwerp) Uitgangspunt voor de herinrichting is Residentiekwaliteit (kadernota openbare ruimte). De rotonde op de kruising Dierenselaan-Apeldoornselaan is een ontwerp t.b.v. de aanleg van de tramsporen voor Randstadrail lijn 6. Beide inrichtingsplannen worden op elkaar afgestemd.
DSO/2004.3788
5
4.2. Uitgangspunten voor de inrichting van de openbare ruimte De uitgangspunten zijn: goede bereikbaarheid, oversteekbaarheid voor voetgangers en fietsers, verbeteren parkeervoorziening en sterkere nadruk op verblijfsruimte voor voetgangers en fietsers. Auto en tram zijn daarbij iets meer ‘te gast’dan nu het geval is. De aanwezigheid van de trambaan heeft naast het probleem van de barrièrewerking (slechte oversteekbaarheid) ook kwaliteiten (groene uitstraling, goede bereikbaarheid openbaar vervoer). Door het aanbrengen van een kwaliteitsimpuls van het groen (bomen en gras) en het vergroten van de oversteekbaarheid kunnen de al aanwezige kwaliteiten worden versterkt Met betrekking tot de vrij liggende trambaan zijn verschillende mogelijkheden verkend. De belangrijkste keuze daarin is het al of niet handhaven van de ‘vrije trambaan’. Belangrijk is evenwel dat de oversteekbaarheid voor voetgangers en fietsers moet worden geoptimaliseerd door middel van verbetering van de huidige oversteekplaatsen en door toevoeging van twee nieuwe oversteekplaatsen op de Dierenselaan. In de bestrating bij oversteekplaatsen komt de nadruk te liggen op de voetgangers. De openbare ruimte in het winkelgebied ter hoogte van de Dierenselaan wordt ook meer een geheel door het gras van de trambaan te vervangen door verharding (plaveisel, geen asfalt) in combinatie met bomen en de hekken te verwijderen. Het profiel dat ontstaat is te vergelijken met het profiel van ’t Spui ter hoogte van de Nieuwe Kerk. Voor verbetering van de openbare ruimte van het winkelgebied wordt voor wat betreft het gedeelte Apeldoornselaan aangesloten bij de herprofilering als gevolg van de randstadrail aldaar. 4.3. Ruim baan voor de fiets Het profiel van de Apeldoornselaan biedt voldoende ruimte voor het aanleggen van fietsstroken van twee meter. In de Die renselaan is die ruimte er niet tenzij een smallere fietsstrook van een meter kan worden aangelegd.
5. Parkeren Uitgangspunt is minimaal behoud van de huidige parkeercapaciteit. In het kader van de uitvoering van de nota Parkeren en Wonen vindt onderzoek plaats naar mogelijkheden de parkeercapaciteit voor de bewoners in Rustenburg-Oostbroek te vergroten door het aanbrengen van gebouwde parkeervoorzieningen op verschillende locaties in de wijk. Twee locaties (onder de Apeldoornselaan nabij de kerk en onder het Quick Steps terrein aan de Harderwijkstraat) liggen binnen een redelijke afstand van het winkelgebied. De parkeervoorziening onder de Apeldoornselaan (VAB Apeldoornselaan) verkeert in de aanbestedingsfase en dient deels als compensatie voor het verdwijnen van parkeerruimte op de Apeldoornselaan t.g.v. de aanleg van de tramsporen voor Randstadrail lijn 6. T.a.v. de exploitatie van deze volautomatische autoberging moet worden overwogen ondernemers uit het gebied de mogelijkheid te bieden een parkeerplek in deze voorziening te huren waardoor op straat weer ruimte ontstaat voor bezoekers.
DSO/2004.3788
6
In het haalbaarheidsonderzoek naar een parkeervoorziening onder het nabij gelegen Quick Steps terrein wordt de nabijheid van het winkelgebied betrokken. Een garage is eveneens betrokken in een haalbaarheidstudie naar nieuwbouw mogelijkheden van het Zorgcentrum AHS in de Harderwijkstraat. Eind 2004 begin 2005 zou hierover meer duidelijkheid kunnen ontstaan. 6. Verbetering kwaliteit panden De fysieke kwaliteit van de panden laat in veel gevallen te wensen over. De reclamevoering verschilt per pand/ondernemer. Winkelpuien en luifels zijn onderhevig aan verloedering. Etalages zijn veelal slecht ingericht. 6.1. De aanpak Ondernemers en eigenaren moeten door de investeringen in de openbare ruimte worden gestimuleerd ook de eigen panden op te knappen met behoud van nostalgische elementen (glas in lood). Teneinde eigenaren in dit proces van gevelverbetering mee te krijgen is in het kader van het Wijkplan Rustenburg Oostbroek budget gereserveerd t.b.v. collectieve gevelreiniging van de gevelwanden op daartoe aangewezen locaties. Het winkelgebied is in dit besluit opgenomen en zal als eerste in uitvoering worden genomen. Daarnaast zal een opdracht worden verleend worden aan een architect t.b.v. streefbeelden voor eenheid van reclame uitingen. 7. Leefbaarheid en veiligheid Het winkelgebied wordt ervaren als rommelig en ongezellig. Het onderhoud van de openbare ruimte laat te wensen over. Er is sprake van vervuiling en leegstand van winkelpanden. Bezoekers en ondernemers ervaren de sociale veiligheid van het winkelgebied als matig. Het heeft te kampen met criminaliteit en overlast van rondhangende jongeren. Het gebied is aangewezen als Hot-spot. De uiterlijke kwaliteit van panden is merendeels matig en de reclamevoering verschilt per pand. Winkelpuien zijn onderhevig aan verloedering, etalages zijn veelal slecht ingericht. Voorts ontbreekt het ook in de organisatie van de ondernemers, openingstijden verschillen en eenheid in presentatie en promotie ontbreekt. 7.1. De aanpak van de leefbaarheid en de veiligheid Door herinrichting van het gebied kan de verblijfskwaliteit worden verbeterd. Als uitgangspunt zijn de aanwezige kwaliteiten van het gebied genomen. De trambaan is een belangrijk verbindend element maar vormt ook een barrière voor het winkelen. Belangrijke inrichtingselementen zijn verlichting, fietsenstalling, bankjes, afvalbakken, herkenbare elementen zoals vlaggen/banieren e.d. Herhaling van elementen in het hele gebeid zorgt voor een samenhangend geheel. 7.2. Leefbaarheid. Door de Dienst Stadsbeheer worden i.s.m. de ondernemers en het Winkelstraatmanagement acties uitgevoerd. Dit betreft aanbieden grofvuil, aanhelen trottoirs en plaatsen van afvalbakken, banken en fietsenrekken. De houten hekken langs de trambaan zijn geschilderd door vrijwilligers. 7.3. Veiligheid en handhaving In het kader de Hotspot aanpak zijn in 2004 verschillende activiteiten uitgevoerd. Het Handhavingsteam, de politie en gemeentelijke diensten voerden regelmatig controles uit in horecainrichtingen en gedoogde verkooppunten van softdrugs.
DSO/2004.3788
7
Overtreders worden aangepakt. Ook wordt onduidelijk gebruik van winkelruimte aangepakt. Soms volgt een bouwkundige aanschrijving en soms worden maatregelen genomen in het kader van het overtreden van de Winkeltijden Wet. Ook op het gebied van tegengaan van illegale bewoning werden acties ondernomen. De Hotspot-acties worden de komende jaren uitdrukkelijk doorgezet. In het kader van handhaving en veiligheid staat ook Veilig Ondernemen hoog op de aandachtslijst. De veiligheidsproblematiek wordt door de gemeente aangepakt binnen het Meerjarenprogramma Veilig Ondernemen. Doelstelling is dat alle winkelgebieden op den duur veilig moeten zijn. Dit geldt ook voor de Dierenselaan. Allereerst zal een veiligheidsscan uitgevoerd worden. Uit deze scan blijkt objectief hoe zwaar de veilgheidsproblematiek is. Indien uit de scan de aanleiding blijkt zal de Dierenselaan voorgedragen worden voor de pilot Veilig Ondernemen. 7.4. Organisatie Een belangrijke voorwaarde voor het slagen van de aanpak is een sterke ondernemers(winkeliers)vereniging. Belangrijke aspecten vormen een gezamenlijke promotie -en evenementenbeleid. Momenteel werkt het winkelstraatmanagement aan de oprichting van een ondernemersvereniging. De betrokkenheid van de bewonersorganisatie ligt primair op beleidsniveau. Bewoners en eigenaren worden betrokken bij deelprojecten als het gaat om veiligheid, leefbaarheid en de gevelaanpak. 8.Vertaling naar Projectenprogramma In hoofdstuk 5 van het Plan van Aanpak zijn de ambities en het streefbeeld vertaald in een Projectenprogramma.. In het Projectenprogramma zijn projecten benoemd op het gebied van de economische structuur, fysieke omgeving, leefbaarheid en veiligheid, alsmede organisatiestructuur. Voor elk project zijn doelstellingen en acties geformuleerd. Ook zijn de betrokken partijen benoemd, is een trekker aangewezen en zijn de geraamde kosten geraamd en planning opgenomen. 9. Uitvoering en organisatie Voor realisatie van de in het Plan van Aanpak geformuleerde doelstellingen wordt een projectorganisatie in het leven geroepen met een heldere verdeling van taken en verantwoordelijkheden. een sterke vertrouwensbasis en voldoende inzet (personeel en financieel) is essentieel voor het welslagen van de aanpak. De projectorganisatie zal bestaan uit een stuurgroep, een coördinatieteam, gemeentelijke projectleiding , alsmede het Winkelstraatmanagement. De stuurgroep is het centrale orgaan en zorgt daarmee voor de aansturing. In de stuurgroep hebben ondernemers, de bewonersorganisatie, gemeente, Winkelstraatmanagement en (indien mogelijk) een vertegenwoordiger van de vastgoedeigenaren zitting. In de Stuurgroep wordt op vaste momenten de voortgang van het project besproken. De (vastgoed) eigenaren kunnen bij voorkeur via een op te richten vereniging van Vastgoedeigenaren of middels vertegenwoordiging van de bestrokken VVE’s Het secretariaat van de Stuurgroep ligt in handen van het Coördinatieteam (projectleider en Winkelstraatmangement). De gemeentelijk Projectleider geeft vanuit de gemeentelijke invalshoek invulling aan het project en zorgt voor de integrale afstemming binnen de gemeente. De projectleider heeft de integrale verantwoordelijkheid voor de uitvoerin g van het Plan van Aanpak en legt, verantwoording af aan de Task-force winkelstraten.
DSO/2004.3788
8
De projectleider wordt aangesteld op basis van een aan de voorzitter van de Task-force Winkelstraten gerichte projectopdracht (inhoud, resultaten en financiële verantwoording). Het winkelstraatmanagement is het aanspreekpunt voor de ondernemers, bewonersorganisatie en eigenaren en draagt zorg voor afstemming van communicatie en uitvoering van activiteiten. Binnen het Winkelstraatmanagement wordt de winkelstraatmanager aangestuurd door de gemeentelijk projectleider. 10. Communicatie Na de vaststelling van het Plan van Aanpak zal een communicatiestrategie worden opgesteld en ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Stuurgroep. Belangrijke doelstelling zijn: verkrijgen van draagvlak en betrokkenheid van de ondernemers, eigenaren en bewoners, alsmede het aantrekken van consumenten. Doelstelling is het winkelgebie d bij deze partijen op de kaart te zetten. Nadrukkelijk moet worden gesteld dat de ondernemers een primaire verantwoordelijkheid hebben. De gemeente schept een aantal voorwaarden voor verbetering van de situatie. Bij de ondernemers ligt de verantwoordelijkheid om zelf investeringen te doen in hun onderneming waardoor de kwaliteit van de winkelstraat op de langere termijn verzekerd is. 11. Monitoring In het kader van het Detailhandelsbeleid zal het economische functioneren gemiddeld een keer per drie jaar worden gemonitord. 12. Financiën Plansaldo maatregelen Het concept projectenprogramma heeft een looptijd van vijf jaar. Teneinde inzicht te geven in de totaal geschatte kosten voor de gemeente is in Plan van Aanpak weergegeven wat de indicatieve kosten zijn van het projectenprogramma. De totale kosten van het collegebesluit bedragen € 6.295.000 Hiervan is reeds € 600.000 operationeel. Dit betreft de projecten uit het Projectenprogramma: paragraaf: 2.2. gevelaanpak: gevelreiniging; (rv 2001-148); paragraaf 3. 3.1. leefbaarheid (GSB Sociale pijler) 3.2. een schoon winkelgebied (IPSV Rustenburg Oostbroek). Voor het operationaliseren uit het Projectenprogramma de projecten: Paragraaf 1: Branchering, promotie en evenementen, openingstijden; paragraaf 4: versterken ondernemersvereniging en communicatie rond evenementen; is € 500.000 gereserveerd in het MPSV Vaststellingsprogramma 2002, beleidsveld Werk&Economie, sub-beleidsveld Stadseconomie/Winkelstraten- en gebieden. Voor het operationaliseren uit het Projectenprogramma de projecten: Paragraaf 1.2 . Herontwikkeling vastgoed is € 500.000 gereserveerd in het Programma Ruimtelijke Investeringen 2005, outputindicator Fys-5: Herstructurering/wijkaanpak – flankerende maatregelen.
DSO/2004.3788
Voor het operationaliseren uit het Projectenprogramma de projecten: Paragraaf 4.1. Projectmanagement en winkelstraatmanagement is € 570.000 gereserveerd in de Programmabegroting 2005-2008 , begrotingspost 310.4 Economische structuurbeleid. Voor het operationaliseren uit het Projectenprogramma het project: Paragraaf 2.1. Herinrichting openbare ruimte is €4.000.000 gereserveerd in de nog aanwezige vrije middelen van het SV fonds. Met vriendelijke groet, De wethouder van Economie en Personeel,
P.T. van Woensel
9