8
Binnen de Ring
PERSONEELSBLAD 8 JULI 2011 AMSTERDAM WEST BINNEN DE RING STICHTING VOOR OPENBAAR PRIMAIR ONDERWIJS
Ontvangen door de koningin Drie scholen van AWBR verzorgden dit jaar het leggen van bloemen tijdens de 4 mei herdenking op de Dam. De Joop Westerweelschool was dit jaar ook buiten de schijnwerpers intensief betrokken bij de rest van de viering van 4 en 5 mei. Leerlingen van deze school hadden een gedicht gemaakt dat met behulp van een echte componist tot een lied was gevormd. Op 4 mei werd dit lied/gedicht voor het eerst gezongen tijdens de herdenkingsbijeenkomst in De Nieuwe Kerk. Op 5 mei was directeur Dick Haanraadts uitgenodigd om met twee leerlingen aanwezig te zijn in Carré om het bevrijdingsconcert bij te wonen. Daarbij werden de drie voorgesteld aan de koningin, die bleek onder de indruk van het gedicht.
Amsterdam West Binnen de Ring, stichting voor openbaar primair onderwijs, bestaat sinds 1 augustus 2007 en vormt het schoolbestuur van zeventien basisscholen in het Amsterdamse stadsdeel West: Joop Westerweel Corantijn Rosa Boekdrukker De Meidoorn De Roos Bos en Lommer Narcis-Querido Multatuli Tijl Uilenspiegel Kinkerbuurt Het Winterkoninkje Annie M.G. Schmidt Leonardo da Vinci De Waterkant Westerpark De Zeeheld Spaarndammerhout
PERSONEELSBLAD 8 JULI 2011 AMSTERDAM WEST BINNEN DE RING STICHTING VOOR OPENBAAR PRIMAIR ONDERWIJS
in het kort
8
Binnen de Ring
Colofon
Ring 8 Redactie: Karin de leeuw Fotografie: F.Mulch Spencer Vos Vormgeving: Turan Producties Postadres: stafbureau AWBR Baarsjesweg 224 1058 AA Amsterdam
(foto RVD)
E-mail:
[email protected]
Zandvoort Circuit Run Een groepje AWBRers (Frank, Fred, Alma, Guido, Wladimir, Hans en Maud) liepen op 27 maart de 12 km in de businessrun op het Circuit van Zandvoort. De snelste van dit gezelschap deed er 53 minuten en 42 seconden over en de laatste kwam na 1 uur 29 minuten en 35 seconden binnen. Iedereen, snel of wat minder snel, kan dus mee rennen bij AWBR, aldus hardloopster Maud Schmidt. Dat geldt ook voor de Dam tot Damloop (16,1 km.), waar AWBR twee teams voor heeft ingeschreven. Er kunnen zich nog een paar mensen opgeven:
[email protected].
Voorwoord De Bos- en Lommerschool, geslaagd kwaliteitstraject Leer lesgeven in de grote stad Energieke scholen hebben beter binnenklimaat Samen naar de Joop Westerweelschool Boeken Nieuwe directie Kinkerbuurtschool Studiedag voor schoolleiders
Pagina 2 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
Telefoon: 020-5150440
Inhoud 3 4 6 8 10 12 13 15
Voorwoord Anne de Visch Eybergen, bestuurder van AWBR: ‘We willen kinderen méér bieden.’ Anne de Visch Eybergen laat er geen twijfel over bestaan wat de ambitie is van AWBR: Hoge kwaliteit en brede talentontwikkeling. ‘Niet alleen medewerkers, maar ook leerlingen moeten weten dat ze op een AWBR-school zitten. Dat betekent namelijk dat je op een school bent die voorop loopt in Amsterdam.’
Kennismaking met een bestuurder! Het is nog maar een half jaar geleden, in november 2010, dat Anne de Visch Eybergen (1956) in dienst trad als algemeen directeur van AWBR. Door een wijziging van de bestuursconstructie is haar titel sindsdien veranderd in ‘bestuurder’. Voor het dagelijks functioneren naar het personeel toe, maakt de titelverandering weinig uit. Ze volgde de pabo in Rotterdam en studeerde pedagogie (afstudeerrichting onderwijskunde) in Amsterdam. Daarna werkte ze altijd op één of andere manier voor het onderwijs. Zo gaf ze Nederlands in het volwassenenonderwijs, was onderzoeker bij het Kohnstamminstituut en werkte voor het Stadsdeel Zuidoost als beleidsmedewerker onderwijs. Daarna waren er functies in mbo en hbo en vanaf 2006 was ze rector van het Berlagecollege in Amsterdam. ‘Ik ken het onderwijs van binnenuit. Ik weet hoe een school draait,’ zegt ze in haar werkkamer op de Baarsjesweg. ‘Dat is mijn voorsprong.’ Over de scholen die ze ziet bij AWBR is ze enthousiast: ‘Ik ben graag op de scholen en probeer dan altijd even rond te lopen. Het is belangrijk uit deze werkkamer te komen en goed te kijken. Ons primair doel is toch kinderen zich optimaal te laten ontwikkelen. We willen de leerlingen dat beetje meer geven dat voor een aantal van hen niet vanzelfsprekend is. ’ De sfeer op de scholen is over het algemeen prettig. Er zijn geen zwakke scholen meer binnen AWBR. Dat is een goede zaak. Nu moet er verder uitgebouwd en bestendigd worden. Anne de Visch Eybergen noemt met name de brede school als middel om scholen verder te maken tot volwaardige ontwikkelingsplaatsen voor kinderen. Om de voorwaarden voor een dergelijke ontwikkeling te scheppen is ze zelf momenteel bezig met het schrijven van een strategisch beleidsplan. De termijn van het eerste plan van AWBR loopt af. Het afgelopen jaar hebben de schooldirecties de schoolplannen geschreven. Nu moet er een centraal stuk komen. Daar heb ik zelf de eindverantwoordelijkheid voor. ‘Ik heb het vorige plan natuurlijk uitgebreid gelezen. Dat behoort tot een van de betere van die ik ooit heb gezien. Daar gaan we op voortbouwen.’ Ze zegt in een redelijk gespreid bedje te zijn gestapt. Toch moet het ook wel eens lastig zijn om een uitgesproken karakter als René Peeters, de vorige algemeen directeur van AWBR, op te volgen. ‘Het is altijd dankbaarder om na iemand te komen die het er niet zo goed vanaf heeft gebracht,’ lacht ze. ‘Maar het heeft ook wel zijn voordelen dat er al veel in de steigers is gezet en de boel op orde was. Er rollen hier geen lijken uit de kast. René was een half jaar weg toen ik aantrad. Dat scheelde. Mensen hadden aan het idee kunnen wennen. Het belangrijkste is dat je je eigen kwaliteiten kent. Dat je weet wat je wel en niet te bieden hebt. En verder moet je jezelf blijven.’ Als bestuurder van een organisatie met zeventien scholen maakt ze lange dagen. Maar in juli gaat ze toch zeker op vakantie, met partner en de twee kinderen. Echt even weg. Ze gaat haar dochter dan wegbrengen. Die gaat een half jaar studeren in Maleisië. Ook vanuit de positie als ouder kent ze het onderwijs.
3
De Bos en Lommerschool,
voorbeeld geslaagd kwaliteitstraject ‘Directeuren horen op de werkvloer ’ AWBR heeft geen zwakke scholen meer. Daar is het bestuur trots op. Nu kan de stichting er vol tegenaan om kwaliteit verder uit te bouwen tot excellentie. Eén van de scholen die een geïntensiveerd traject met DMO heeft doorlopen om van het predicaat ‘zwak’ af te komen, was de Bos en Lommerschool. Directeur Trudy van den Berg en adjunct-directeur Ingrid Schaefers vertellen over de weg van verandering.
‘Eén van de eerste dingen die we aanpakten, was dat we met elkaar afgesproken hebben dat we vanuit een positieve werksfeer elkaar en de kinderen benaderen,’ vertelt Trudy. Deze visie was het begin van een cultuuromslag in onze school. Voor een team valt het niet mee wanneer een school ‘zwak’ wordt verklaard door de Inspectie. Met het team moesten wij de schouders er onder zetten. In een kort tijdsbestek moesten er diverse veranderingen doorgevoerd worden. Ingrid: ‘Aanvankelijk werden de plannen geschreven door een externe. Dat leverde voornamelijk veel papier op. Het kwam niet tot leven. Op een gegeven moment hebben we gezegd: Dit gaat zo nooit lukken. In overleg met de adviseurs van DMO, Ko Groen en Hans van Dael, zijn we zelf de plannen gaan schrijven. Dit was zeer praktisch en doeltreffend. Externen hebben we alleen nog ingehuurd voor deelgebieden, waar we toegevoegde waarde zagen. Dan hebben we ze op sollicitatiegesprek laten komen, zodat we heel precies konden kiezen wie we waarvoor aannamen. De regie bleef bij ons.’ Video Samen met het team gingen de twee directieleden aan de slag. Trudy: ‘Na ieder gesprek met DMO maakten we weer nieuwe deelplannen om de volgende stap te kunnen zetten. Zo bepaalden we iedere keer waar het speerpunt voor de komende periode lag. ‘Directeuren moeten op de werkvloer staan. We hebben bewust er voor gezorgd dat we zichtbaar bezig waren in de school,’ zegt ze. ‘Klassenbezoeken zijn een vast
Pagina 4 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
onderdeel van onze manier van werken. We gebruiken daar de kijkwijzer van de kwaliteitsaanpak bij. Er is video-training ingevoerd in de klassen, maar ook voor de directie. Dat is voor ons allemaal een geweldig middel. Ineens zie je het voor je wat er gebeurt. Dat is zó verhelderend.’ De twee directieleden benadrukken dat het belangrijk is dat bij dit soort activiteiten iedereen meedoet. Ze prijst zich gelukkig met de nieuwe intern begeleider, Tjako de Jong. Ze begrijpen elkaar. ‘Het gaat er om dat je dezelfde visie hebt op onderwijs,’ zegt ze. ‘We hebben bijvoorbeeld gezegd: In principe worden hier geen kinderen verwezen. We lossen dingen binnen de school op. Er zijn in deze school maar twee rugzakken. Je kunt nu eenmaal niet alles oplossen met een zak geld. En kinderen iedere keer uit de klas halen voor extra lesjes, dat is niet onze manier van werken.’
5
Praktisch en positief staan hoog in het vaandel. Ingrid: ‘We kijken naar mogelijkheden en niet naar het onmogelijke.’ De meeste teamleden konden veel meer verandering aan dan ze zelf aanvankelijk hadden gedacht. Daarbij viel wel op dat iedereen een eigen tempo heeft. Werd er iets bereikt, dan werd de winst ook samen gevierd. Aan het einde van het traject, zijn wij namens het
bestuur met het team uit eten gegaan. Dit kon iedereen erg waarderen. Trudy:’Gedurende dit traject hebben wij van sommige mensen afscheid moeten nemen. Dat is een hard gelag, maar al met al hoort dat er wel bij. ‘ Vrienden Een traject voor kwaliteitsverbetering heeft altijd impact op een team, maar ben je zwakke school dan heb je in onze ogen de verplichting om weer een basisarrangement te krijgen. Dit project hebben wij mede dankzij de financiële impuls vanuit het KBA-traject kunnen uitvoeren. De directie moest ieder half jaar laten zien dat ze succesvol aan een aantal zwakke punten heeft gewerkt en dat die rode vakken in het rapport van DMO nu groen zijn. Trudy herinnert zich het eerste monitorbezoek, zoals dat heet, nog. ‘De expertgroep kondigde zichzelf aan als “critical friend”, maar zo voelde het destijds niet, er werden op een te korte termijn, te veel veranderingen verwacht. Hier hebben wij een goed en stevig gesprek met elkaar over gevoerd, daarna is de lucht geklaard en konden wij weer op een positieve manier samenwerken. Vanaf het tweede bezoek ging het heel anders en geleidelijk groeide het zelfvertrouwen van de school. Er werden verbeteringen aangebracht in het onderwijs op diverse gebieden. Het professionaliseren van de leerkrachten is een zeer belangrijk onderdeel geweest gedurende dit traject. Ook de invoering van de methode Estafette voor technisch lezen en Ko Totaal voor de jonge kinderen heeft grote winst opgeleverd. Zowel de inspectie als de expertgroep zagen ook de positieve ontwikkelingen in onze school. De school heeft inmiddels weer een basisarrangement van de inspectie toegekend gekregen en is dus geen zwakke school meer. Nieuwbouw Trudy: ‘Nu gaan we een periode van borging in. Sommige nieuwe taken die op ons wachten zijn niet moeilijk, omdat we er impliciet in de vorige periode al mee bezig geweest zijn. Handelingsgericht werken bijvoorbeeld, daar zijn we nu al heel ver in.’ Ze hoopt binnenkort een vierde kleutergroep te starten. De school groeit. Er gaat nieuwbouw komen. Dat zal veel werk opleveren, maar dat zien de dames vooral als een uitdaging. ‘We zijn samen een goed span. De taken zijn goed verdeeld, samen kunnen we heel wat aan.’
Pabo zit er
De opleiding is een samenwerkingsverband van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de Hogeschool van Amsterdam (HvA). AWBR heeft al een samenwerkingsovereenkomst met de HvA om jaarlijkse grote groepen studenten stage te laten lopen op haar scholen. Opleiden in de school (Oplis) heet dit programma. Maria Fellinga is de coördinator binnen AWBR. Ze weet enthousiast over het voetlicht te brengen waarom het opleiden van deze UPvA-studenten belangrijk is voor AWBR: ‘Het gaat straks leraren opleveren die naast vakkundige leerkrachten ook een onderzoekende houding hebben aangeleerd. Ze kunnen in scholen een belangrijke bijdrage leveren aan de school als lerende organisatie.’ Nu al merken scholen die UPvA-studenten als stagiair nemen het verschil: Deze studenten zijn wekelijks aanwezig in de klas, net als alle andere stagiairs, maar daarnaast moeten ze ook een aantal onderzoeksopdrachten uitvoeren en een paar daarvan zijn speciaal zo ingericht dat de school de stagiair een vraag mag stellen. Zo krijgt de school een onderzoekje cadeau. Dit jaar ging het nog om beginnende onderzoekers, de opleiding heeft alleen nog maar eerstejaars studenten, maar op den duur gaat dat zich natuurlijk uitbreiden. Scholen praten mee
Afgelopen september zijn 48 studenten begonnen aan de opleiding. Daarvan zijn er nu nog 34 over. Het percentage afvallers ligt wat hoog, maar is niet ongebruikelijk, zeker niet voor een nieuwe opleiding. Om toegelaten te worden moet een student over een VWO-diploma beschikken en een toelatingsgesprek voeren. Ieder profiel is welkom.
Pagina 6 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
AWBR bood zich aan om 20 procent van de studenten als stagiair aan te nemen. Op dit moment zijn er nog zeven studenten binnen AWBR aanwezig. ‘Het grote voordeel voor AWBR om in een zo vroeg stadium in te stappen’, vertelt Maria Fellinga, ‘is dat we nu ook in de vormende jaren van de opleiding aanwezig zijn. De UPvA wil graag luisteren naar wat de scholen nodig hebben. Niet voor niets staat er bijvoorbeeld groot op de algemene folder van de opleiding: ‘Leer lesgeven in de grote stad’. Dat betekent niet alleen dat de studenten in hun vrije tijd kunnen genieten van het rijke culturele leven van Amsterdam, maar dat er in hun studie ook aandacht besteed wordt aan specifieke vragen die in de stad op een leraar afkomen.’ Paul Ruis, begeleider vanuit de pabo, en Mitzy van Loon, Academisch Opleider In School voor AWBR, benadrukken dat de opleiding dit jaar pas gestart is. Het curriculum moet nog groeien. Ze bevestigen dat AWBR een flinke inbreng heeft bij het vaststellen welke vaardigheden geleerd moeten worden om straks voor de scholen echt nuttig te zijn.
p
Een vierjarige opleiding waar je aan het einde twee diploma’s krijgt: Een lesbevoegdheid als leraar basisonderwijs en een bachelors pedagogische wetenschappen. Dat is wat de universitaire pabo, in de wandelgangen UPvA genoemd, behelst. De opleiding maakte dit schooljaar haar propedeuse door. Docente Mitzy van Loon: ‘Het is een ambitieuze groep’.
o
Alleen voor aanpakkers Voor de studenten is het programma pittig. Maria Fellinga: ‘Ze zijn echt de hele week druk aan het werk.’ Op dinsdag lopen ze stage. Op donderdag is de dag gereserveerd voor de onderzoekstaken. De studenten worden dan begeleid in het opzetten en uitvoeren van het onderzoek. De rest van de dag kunnen de studenten hun onderzoeken voorbereiden, en hun onderzoeksverslagen schrijven en hun stage voorbereiden. Of naar de stageschool gaan om het onderzoek op de stageschool uit te voeren. De andere dagen gaan op aan de vakken die iedere pabo-student of studenten pedagogie ook moet volgen. De opleiding neemt vier jaar in beslag. Ondanks dat je twee studies doet, hebben studenten niet te maken met extra kosten, zoals men die momenteel voor tweede studies wil invoeren. Dat heeft te maken met het feit dat het om twee in elkaar verweven programma’s gaat. Na het behalen van de twee bachelors kan een student doorstromen naar een masteropleiding op universitair niveau. Opvoedingsondersteuning en Onderwijskunde liggen het meest voor de hand, maar uiter-
‘Leer lesgeven in de grote stad’
ai r
Ee r
st
niversit
e
e
ru a a j
aard zijn andere variaties denkbaar. Mitzy van Loon ziet de toekomst van deze hoogopgeleide leraren voor zich: ‘Ik denk dat de scholen in Amsterdam deze studenten graag zullen aannemen.’ Dat daar verder geen afspraken tegenover staan voor bijvoorbeeld inschaling op LB-niveau zal de studenten volgens haar niet hinderen. ‘Ze kiezen voor het onderwijs. Ze weten dat je daar minder betaald krijgt dan in het bedrijfsleven.’ ‘En natuurlijk,’ vult Maria Fellinga aan, ‘als ze klaar zijn, moeten ze zich in het veld eerst nog bewijzen. Toch menen alle drie de begeleiders dat de studenten binnen een school belangrijke toegevoegde waarde hebben. Paul Ruis: ‘Ik hoop dat ze door hun werkgevers ook in staat gesteld zullen worden om netwerkjes te formeren in de stad en daar onderwijskundige kwesties en onderzoeksvragen met elkaar te bespreken, ervaringen uit te wisselen en onderzoek te doen.’ Zijn de universitaire leraren daarmee dan niet het werk van de ib’ ers in de scholen aan het overnemen? De begeleiders schudden het hoofd. Nee, dat lijkt ze niet. Sommige studenten zullen zich mogelijk specialiseren tot ib’ er, maar daarvoor zijn eigenlijk gerichtere opleidingen. Recent is een goede opleiding binnen Amsterdam van start gegaan. De universitaire pabostudenten zullen gaan samenwerken met ib’ ers door onderzoek te doen ter ondersteuning en door samen de resultaten van onderzoek nuttig te maken in een school.
Jubilea 04-01-2011: H.G.E. Conijnenberg, BS De Zeeheld, 25 jaar 26-01-2011: S. Hollander, BS De Kinkerbuurt, 40 jaar 01-03-2011: B. Es Saad, Bos en Lommerschool, 25 jaar 09-07-2011: J.J. Ossewaarde, Leonardo da Vinci, 25 jaar 20-07-2011: I.S. Zaal, Het Winterkoninkje, 40 jaar 23-07-2011: J.H. van Boven, BS De Kinkerbuurt, 40 jaar 01-08-2011: M.E. Doornbos, Narcis-Querido, 40 jaar 26-08-2011: A.M. van den Haak-da Conceicao Salvador, BS De Zeeheld, 25 jaar 01-09-2011: Y.I. van der Heiden-Hildersom, BS De Kinkerbuurt, 40 jaar 18-09-2011: L.K. Frencken, Westerparkschool, 25 jaar 30-12-2011: R.R. Landburg, BS De Kinkerbuurt, 25 jaar
7
Energieke scholen hebben Peter Meijboom weet wel wat voor soort scholen hij zou bouwen als ze hem de kans gaven. Hij kan enthousiast vertellen over scholen met flexibele ruimtes, die kunnen inspelen op veranderende leerlingenaantallen en ontwikkelingen in de toekomst. Hij wil bekabeling van gebouwen waardoor de ict-mogelijkheden van nu, maar ook die van een halve generatie verder ten volle kunnen worden benut. ‘Je kunt nu al kinderen laten werken op het plein of elders in de school en als leerkracht toch in contact met ze blijven. Het is alleen een kwestie van faciliteiten.’ In de dagelijkse praktijk is Meijboom echter belast met het beheer van de reeds bestaande schoolgebouwen van AWBR. Daarbij moet hij werken met een politiek beleid dat ‘Sober en doelmatig’ hoog in het vaandel heeft staan. Van zoveel sober wordt Meijboom soms somber. Hij is er de man echter niet naar om bij de pakken neer te zitten. Met beperkte middelen moet je volgens hem gewoon zien dat je toch een hoop voor elkaar krijgt. De afgelopen jaren is onder zijn leiding voor alle scholen een meerjarig onderhoudsplan opgesteld. Dat is voor veel scholen al meer dan ze gewend waren. ‘Het was een hele klus,’ vertelt hij. ‘Ik kon dat ook niet alleen. De firma Premark heeft daarbij geholpen en zij blijven ook in de toekomst betrokken bij het meerjarig onderhoud.’ Pioniers Toen de vier stadsdelen de scholen overdroegen aan AWBR bleek dat er op papier een overdracht plaatsvond, maar dat er geen tekeningen,of onderhoudsstatussen en -plannen meekwamen. ‘Ik moest met niets beginnen. Ik had één ordner, dat was het hele verleden.’ Hij maakt een weids gebaar naar de plank die nu achter zijn bureau doorzakt van de papieren. Terugkijkend zegt hij: ‘We waren hier bij AWBR allemaal nieuw. Iedereen moest van de grond af aan beginnen. Voor de gebouwen gingen we schouwen en inplannen. Toen schrokken we ons wel een hoedje. Het bleek dat we alleen al voor instandhouding van de
Pagina 8 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
gebouwen de komende tien jaar 6,5 miljoen euro tekort kwamen. Over leuke nieuwigheidjes zullen we het maar niet hebben. Aankloppen bij de gemeente had geen zin en de vergoeding door het Rijk voor het onderhoud van gebouwen is niet toereikend. Dat weet iedereen, ook de minister.’ Critici zeggen dat het aan het licht brengen van een dergelijk tekort weinig bijdraagt aan een oplossing. Volgens Meijboom is het tegendeel waar. ‘Doordat we nu voor iedereen inzichtelijk hebben gemaakt wanneer welke werkzaamheden moeten worden gedaan én met de kennis dat we hiervoor het geld niet kant-en-klaar voor op de plank hebben liggen, kunnen we verantwoord gaan plannen, pogingen doen om andere bronnen aan te boren en realistisch begroten.’ Energiek ‘Er was één pluspunt: de gemeente gaf aan dat ze steun zou verlenen aan een aantal renovaties. Deze zijn nu in volle gang en gedeeltelijk uitgevoerd. Een school die net gerenoveerd is, behoeft op zo’n moment geen grootonderhoud. Dit scheelde aanmerkelijk bij het wegwerken van het tekort.’ In 2008 kon bovendien worden gestart met een proef bij de Westerparkschool om energiegebruik en binnenklimaat in scholen te verbeteren. ‘Energieke scholen’ was de naam die het project kreeg. De proef pakte goed uit. ‘Met de ervaring die we daar opdeden, konden
Ketelhuis OBS Multatuli zoals voorheen.
beter binnenklimaat we stadsbreed aan de slag. Ik ben blij dat AWBR er ook steeds zeer actief bij betrokken is geweest,’ zegt Meijboom. ‘Ik ken het project vanaf de eerste plannen. Daardoor kan ik goed monitoren.’ In twee fasen zouden alle ongeveer tweehonderd basisscholen in de stad worden aangepakt. In de eerste ronde zaten 45 scholen, waarvan zes van AWBR. Meijboom: ‘Overal zijn CO2-metingen gedaan en op grond daarvan is een prioriteitenlijst gemaakt. Dat zijn die 45 scholen van de eerste ronde. Die zitten nu in een opleveringsfase.’ In de scholen zijn maatregelen getroffen op het gebied van isolatie (o.a. dubbel glas), ventilatie, passieve koeling (bijv. Zonwering) en cv-installaties. Peter Meijboom herinnert zich hoe in OBS De Multatuli drie gigantische verwarmingsketels konden worden vervangen door vier installaties ter grootte van een verhuisdoos. ‘Die hebben aardig wat kelderruimte gewonnen en het rendement is nog beter ook.’ Verbouwen op scholen is geen eenvoudige klus. Het vraagt veel van alle betrokkenen. Meijboom: ‘Ik ben enorm onder de indruk van hoe leerlingen, mede-
9
werkers van de school, ouders en andere gebruikers omgaan met de belastingen die horen bij grootschalige wijzigingen aan het schoolgebouw. Amsterdam biedt geen ruimte om snel te voorzien in een noodoplossing en dus moet een groot deel van de werkzaamheden worden uitgevoerd terwijl de school open is. Ik hield mijn hart vast toen de eerste grote verbouwing van start ging maar gelukkig ging alles goed. Deze manier vraagt niet alleen wat van de gebruikers van het gebouw maar ook personeel van de aannemer moet zich houden aan allerlei extra eisen. De veiligheid van de kinderen staat natuurlijk voorop’. De ingrijpende veranderingen werden financieel mogelijk gemaakt door het Rijk, de stad, de stadsdelen en de schoolbesturen. Voor de tweede fase, de andere scholen, werd gerekend met een bijdrage van de gemeente van 22 miljoen euro in zeven jaar voor heel Amsterdam. Helaas heeft wethouder Asscher laten weten dat hij dit geld niet op de begroting kan zetten vanwege bezuinigingen. Daardoor komt het plan in gevaar. ‘Het is natuurlijk fijn voor de scholen waar nu verbeteringen zijn aangebracht. Die scholen zijn echt opgeknapt en het is er prettiger vertoeven voor kinderen en het team,’ zegt hij, maar er klinkt ook een lichte frustratie. ‘Wanneer zo’n traject niet wordt afgemaakt, blijft het allemaal wel weer ad hoc werk in plaats van structureel goede aandacht voor huisvesting van scholen. Bovendien krijg je nu goede en slechte gebouwen. Dat is een verkeerde tweedeling.’ Hij houdt echter moed: ‘Ik heb een aanvraag gedaan bij het Rijk voor extra geld in het kader van de huisvestingsnormen die anders niet gehaald worden. En verder: We moeten creatief zijn. In tijden van bezuinigingen zie je dat mensen soms inventieve ideeën krijgen hoe je met minder geld toch goede dingen kunt bereiken.’ Energieke scholen van AWBR: OBS Multatuli Brede School Annie M.G. Schmidt 2e montessorischool Het Winterkoninkje Brede School De Zeeheld OBS Westerpark OBS Corantijn 10e montessorischool De Meidoorn
Nieuw HR ketelhuis OBS Multatuli.
De Joop Westerweelschool Zijn dochter is twaalf weken. Als hoogopgeleide ‘witte’ ouder in Amsterdam-West begin je dan een school te zoeken. Het is tenslotte dringen geblazen. Als je pech hebt dan moet je kind straks naar een zwakke school vol kinderen uit probleemmilieus of uit gezinnen waar thuis geen Nederlands wordt gesproken. Nou, dan weet je het wel. Op een warme middag in april, gezeten op een riant dakterras kan Degi ter Haar vrolijk lachen om dit beeld. Hij wijst een paar daken verder: “Daar staat de school. Er is genoeg plaats en het is wat je noemt een ‘zwarte’ school.” Het moderne gebouw van oranje-rode baksteen dat uitsteekt boven de daken is de Joop Westerweelschool aan het Balboaplein in de Baarsjes. Ruud Gullit leerde voetballen op het plein, heb ik me laten vertellen. En nog steeds zie je er veel gekleurde jongetjes zich in dit spel bekwamen, terwijl hun moeders, vaak met hoofddoeken, vanaf de kant toekijken. Maar in toenemende mate zie je er ook bakfietsen en kinderen in jasjes van modieuze ontwerpers met hockeysticks en vioolkistjes als attributen. Juist dat samengaan van allerlei culturen maakt de Baarsjes zo’n fijne buurt om te wonen, vindt Ter Haar. Die smeltkroes ziet hij ook graag op de school van zijn kind. En daardoor raakte hij betrokken bij het ouderinitiatief ‘Samen naar de Joop Westerweel’ , want de school is tot nu toe
Pagina 10 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
te ‘zwart’ voor de buurt er om heen en het zijn de ouders die daar verandering in kunnen brengen. De Rosa Boekdrukkerschool en de St. Janschool gingen de Joop Westerweel voor in een dergelijk initiatief. Die scholen lopen nu vol met een aantrekkelijk gemengd publiek. In de voorliggende periode had Degi ter Haar een goede indruk gekregen van de school. Hij is er vrijwilliger. “Toen ik er begon, dacht ik misschien toch wel dat op zo’n school een negatieve sfeer zou heersen en dat de omgangsvormen ruw zouden zijn. Niets was minder waar.” Hij lacht er nu om. “Het is een school met een fijne sfeer. Ik ben erg gecharmeerd van het team. Daar zitten mensen in die echt voor goed onderwijs gaan. Ze werken met het concept van De Vreedzame School. Ik vind dat je dat goed kunt terugzien in hoe kinderen en volwassenen met elkaar omgaan: Consequent, respectvol en duidelijk. En ja, dan is er toch ook wel de charme van het prachtige nieuwe gebouw. Het ziet er zó goed uit.” Voor Degi ter Haar werd het toen tijd om een ouderinitiatief op te zetten om Nederlandse, hoogopgeleide ouders in de buurt er toe te brengen hun kinderen op deze school in te schrijven. “Het feit dat er op dit moment een groot tekort aan plaatsen is op de populaire ‘witte’ scholen in West, werkt wellicht in ons voordeel, ” vertelt hij. “Aan de andere kant staat multiculti nu soms in een slecht daglicht. Ten onrechte, denk ik. Culturele diversiteit behoort absoluut tot de charme van deze wijk. Ik weet dat meer mensen er zo over denken. Wat dat betreft mag dit initiatief van ouders van mij best als een statement gezien worden.”
(foto Francisca Mulch)
Veel jonge ouders in Amsterdam West lopen stad en land af om hun kind in te schrijven op de school van hun keuze. Vooral hoogopgeleide autochtone ouders zijn bang om geen plaats te krijgen op een zogenaamde witte school. Maar er zijn ook ouders die denken dat je het probleem kunt omdraaien. Waarom de school in je straat niet mengen, zodat je er samen naar toe kunt? Degi ter Haar begon een ouderinitiatief in de buurt rond de Joop Westerweelschool.
Degi ter Haar en directeur Dick Haanraadts tijdens de inschrijving op 18 mei.
Bewust kiezen voor de school op de hoek
Samen naar de Joop Westerweelschool
Acht tot negen ouderparen vormen de harde kern Ouderinitiatieven Ook op de Rosa Boekdrukkersschool is een ouderinitiatief gestart en nu is daar de Joop Westerweelschool bijgekomen. AWBR ondersteunt deze initiatieven door geld te geven voor ouderambassadeurs van de Stichting Kleurrijke Scholen.
11
Het ouderinitiatief ‘Samen naar de Joop Westerweel’ heeft een blog met dezelfde titel. Daarop zijn ook telefoonnummers van betrokken ouders te vinden. Het initiatief is ook te bezoeken op facebook en via http:// www.samennaardejoopwesterweel.nl
(foto Francisca Mulch)
Na twee ouderavonden heeft hij nu een kerngroep rond zich. Ouders van zo’n 35 kinderen hebben een meer dan oppervlakkige belangstelling voor het initiatief. Voor groep 1 van het volgend schooljaar zijn al acht kinderen ingeschreven. Onder de ouders bleken er heel wat met talenten en ervaring op het gebied van pr. Van traditionele inspraakavonden bij een gemeenteraadscommissie tot facebook, alles wordt uit de kast getrokken om het initiatief onder de aandacht te brengen van de doelgroep: De hoogopgeleide ouders in de buurt die vergeten te overwegen hun kind gewoon naar de openbare buurtschool om de hoek te laten gaan. Binnenkort sluit het ouderinitiatief een convenant met de school. Daarin komen ouders en school een aantal dingen overeen. Voldoende aandacht voor de leerbehoeften van alle leerlingen , zal daarbij aan de orde komen. Maar ook wordt er een afspraak gemaakt dat in gemengde klassen éénderde van de leerlingen ‘wit’ zal zijn. De ouders willen niet dat de kinderen over de school verstrooid worden en daardoor toch nog enkelingen zijn. Het streven is om in de komende twee jaar steeds met twee (van de zeven) kleuterklassen gemengd te beginnen. Ter Haar: “Ik heb goede hoop dat we dan een start hebben gemaakt die zo stevig staat dat het vliegwiel begint te draaien.”
Op 18 mei werden acht nieuwe kinderen tegelijk ingeschreven. Adjunct-directeur Heleen Hop verrichtte de officiële inschrijving. Op tafel stonden multiculturele tractaties.
Meer pret met losers
In Amerika is het een hype. Daar zijn al zes boeken verschenen. Hier is het derde deel net uit. Het kreeg de titel ‘Het leven van een loser, bekijk het maar’. Sinds kort is er ook een website, www.hetlevenvaneenloser.nl, een nieuwsbrief en een wedstrijd. Mijn ervaring is dat met name jongens van groep vijf tot en met acht (en ook nog daarna) geen genoeg kunnen krijgen van de melige humor en de rake typering van alledaagse situaties. En waar we vanzelf al niet in de slappe lach schieten zorgen striptekeningetjes er voor dat we het bizarre van de situatie eenvoudig doorzien. Schrijver Jeff Kinney vertelt over zijn drijfveren om dit boek te maken:. ‘Ik had een vrij normale jeugd, maar er gebeurden intussen toch veel grappige dingen. Het was mijn bedoeling om een boek te schrijven dat mensen aan het lachen maakt. Dus besloot ik een boek te schrijven over hoe het nu echt is om een kind te zijn, althans hoe het voor mij was.’ Jeff Kinney, Het leven van een loser. Uitgeverij Fontein, 2008-2011.
Pagina 12 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
Ont-moeten
Jan Jutten is een begrip in Nederland als het gaat om het organiseren van het primair onderwijs. Met zijn boeken over systeem denken verwierf hij zich een naam zo’n tien jaar geleden. Jutten heeft een eigen bedrijf voor coaching en scholing van mensen in het onderwijs: ‘Natuurlijk Leren, training en ontwikkeling’. Deze zomer komt een nieuw boek uit dat Jutten samen met de collega’s van zijn bedrijf schreef. Prof. Luc Stevens verzorgde het voorwoord. ‘Ont-moeten’ is de titel. Volgens de auteurs is het funest om in een school kwaliteitsverbeteringen aan te brengen alleen op deelgebieden. Veranderingen moeten in samenhang én bezield plaatsvinden.De auteurs verwoorden hun bedoeling alsvolgt: De opdracht van elke leraar, elke school en elk schoolbestuur is het realiseren van goed onderwijs voor alle leerlingen Al het overige hoort in dienst te staan van het primaire proces. De vraag is dan natuurlijk: wat is goed onderwijs? Natuurlijk Leren hanteert daarbij vier uitgangspunten: * in plaats van regels (een einde maken aan “moetisme”); * gebruik maken van recente kennis; * duurzaam leren voor het leven; * zorgen voor samenhang. Jan Jutten, Ont-moeten Boeiend onderwijs in een lerende school Te bestellen via de website http://www.natuurlijkleren.org
Een kleine selectie uit boeken voor kinderen en voor professionals wordt hier voor u besproken. Heeft u iets gelezen dat u graag onder de aandacht van collega’s wilt brengen? Meldt het de redactie. Het adres vindt u in het colofon op pagina 2.
Ziek worden is menselijk. Het kan iedereen overkomen. Helemaal vervelend is het wanneer de klacht zo ernstig is dat er sprake is van langdurig verzuim. Dit staat te lezen in het voorwoord van de brochure ‘Gezond samenwerken bij AWBR’. Sinds 2002 is de Wet verbetering poortwachter van kracht. Werkgevers en werknemers zijn daarin verplicht te zorgen voor omstandigheden die ziekteverzuim zo laag mogelijk moeten houden. AWBR heeft in de brochure aangegeven wat werkgever en werknemers kunnen én wat ze moeten doen. Gezondheid op het werk, eigen gezondheid en regelingen rond verzuim komen in drie afzonderlijke hoofdstukken aan de orde. Handig is dat in het hoofdstuk over gezondheid op het werk ook alle instanties genoemd worden waar een werknemer zich toe kan wenden waneer hij zich zorgen maakt. Het arbeidsomstandighedenspreekuur en de vertrouwenspersoon zijn voorbeelden van zulke instanties. Handig om alle zaken op een rijtje te zien. Veel korter is het hoofdstuk over eigen gezondheid. Daar geldt natuurlijk ook dat dit een privacygevoelig item is. Op neutrale wijze worden echter aanknopingspunten gegeven voor een gezonde leefstijl en een stress zelftest. Verreweg de meeste ruimte neemt het derde hoofdstuk in. Hoe moeten we ons gedragen bij verzuim, wat te doen wanneer je zwanger bent, wanneer is er sprake van regelmatig of langdurig verzuim en meer van dat soort zaken. AWBR maakt duidelijk dat de regie bij de direct leidinggevende, de schooldirecteur, ligt. Voor iedere werknemer is het handig deze brochure even door te lezen. Hij is helder en bondig geschreven. Elf kleine pagina’s en je weet alles wat je weten moet over verzuim.
Boeken
Gezond bij AWBR
13 Nieuwe directie Kinkerbuurtschool
Reineke Schoufour en Madeleine Schoute
Ik kan nu niet meer wegkijken ‘En waar zijn jullie nu mee bezig?’ vraag ik als ik ’s middags binnenkom in de kleine directiekamer van de Kinkerbuurtschool. De twee directeuren ploffen in hun stoelen. Ze zijn zojuist terug komen fietsen van een overleg met alle directeuren van AWBR. Het is warm buiten, dat zie je aan de glimmende voorhoofden en de rode wangen. ‘We schrijven een schoolplan,’ zegt Madeleine Schoute. Een schoolplan is de basis voor de ontwikkeling van een school voor de komende vier jaar. Voor menig directeur is het schrijven ervan een vierjaarlijks terugkerende kwelling, maar deze twee dames kijken mij opgewekt aan bij dit onderwerp. In augustus 2010 zijn ze aangetreden als directeuren. Allebei waren ze afkomstig van de zogenaamde kweekvijver, de opleiding voor directeuren basisonderwijs, opgezet door de gemeente Amsterdam. Ze hadden die net afgerond. Madeleine was de zes jaar daarvoor leraar geweest op de nabijgelegen Brede School Annie M.G. Schmidt, ook een onderdeel van AWBR. Reineke Schoufour werkte al jaren op de Kinkerbuurtschool, als lerares en als ib’ er. Ze volgden een doorgewinterd duo op. Tineke en Ton waren jarenlang een hecht directieteam. Bijzonder is ook dat beiden na hun beëindiging van het directeurschap op de school zijn blijven werken.
Focussen
‘Het schrijven van het schoolplan is een test,’ zegt Madeleine. ‘Gelukkig blijkt dat we allebei hetzelfde denken over zaken als missie, visie en profilering.’ Het is wat haar betreft ook een goede zaak dat het schoolplan
vereist dat directie en team over dit soort belangrijke uitgangspunten met elkaar in gesprek gaat. ‘We hebben daardoor dit jaar snel geleerd om te focussen.’ Reineke vat samen waar het inhoudelijk om draait in hun schoolplan: ‘Op deze school zijn heel veel dingen eens uitgeprobeerd, er zijn allerlei proefballonnetjes opgelaten. Nu moeten zaken geborgd worden.’ De school kenmerkt zich door een informele houding en een grote betrokkenheid van het team. Madeleine: ‘Toen wij solliciteerden heeft het team duidelijk aangegeven dat ze graag in de komende periode willen zien dat de structuren versterkt worden. Borging van afspraken, jezelf er aan houden en anderen er op aanspreken, is daar een belangrijk onderdeel van.’ ‘In het hele proces van vernieuwing en borging moeten we nu als directeuren leren manoeuvreren tussen wat wenselijk en wat haalbaar is. Ze lacht er bij en vertelt dat het voor haar, die al zo lang zelf onderdeel uitmaakt van de organisatie, soms lastig is om nieuwe afspraken ook daadwerkelijk uit te voeren. ‘Maar ik kan nu niet meer wegkijken. Wat dat betreft voel ik dan dat hier nu zit met een andere pet op.’ Voor de rest benadrukt ze dat er niet veel is verandert in haar samenwerking met collega’s. De Kinderbuurtschool is een informele gemeenschap met een platte organisatie en dat voel je. Ook Madeleine geeft aan dat ze zich niet in een rol hoeft te dwingen. ‘Ik kan gewoon mezelf zijn.’
Zwarte dag
Dicht bij zichzelf blijven moesten de kersverse directeuren vooral toen aan het begin van dit jaar volkomen onverwacht de ib’ er van de school, Frank, overleed. Als ik ze er naar vraag roept de herinnering aan die gebeurtenis en de emotionele weken daarna nog emoties bij ze op. We kijken terug op wat er gebeurde. Reineke moet slikken als ze vertelt van de zondag waarop ze alle collega’s moesten inlichten en hoe iedereen meteen naar school kwam en hoe ze elkaar daar steunden. De gebeurtenissen passeren nog even de revue. Dan wordt het stil in het directiekamertje. ‘Achteraf zeiden mensen dat ze blij waren hoe we alles gedaan hadden, ‘ hervat Madeleine. ‘Het was een bevestiging van wat ze van ons verwachtten. Daar ben je dan wel heel blij mee. Natuurlijk hebben wij het niet allemaal zelf gedaan, in tegendeel. Maar er moet wel iemand het overzicht en de coördinatie houden.’
‘Daar ga ik voor’
Afgelopen jaar heeft de school gewerkt aan vier speerpunten. Wereldoriëntatie, lezen, tekenen en de voorschool stonden centraal. Wat zijn de dingen waar volgend jaar speciaal aan gewerkt gaat worden? Even kijkt Reineke me verwilderd aan: Dit jaar zit er bijna op. Dan is hun eerste jaar ten einde. ‘Het is nog maar negen weken,’ zucht ze. Maar al moet er nog veel, over het nieuwe jaar heeft ze al wel nagedacht:
Pagina 14 Stichting Amsterdam West Binnen de Ring
Klassenmanagement, mogelijk met een bijbehorend instructiemodel staat op de agenda. Daarnaast moet er een nieuwe taalmethode komen en is er veel aandacht voor handelingsgericht werken. Met enige trots zegt Reineke: Gelukkig zijn een kindgerichte houding en een grote mate van samenwerking met ouders al lang een kenmerk van deze school.’ Dat handelingsgericht werken gaat wel lukken.Madeleine heeft nog een laatste speerpunt voor het nieuwe schooljaar: De noodlokalen moeten weg. Ze bedoelt twee lokalen die negentien jaar geleden werden geplaatst. Deze faciliteiten hebben een afschrijvingsduur van vijf jaar. Dat ze daar al een tijdje overheen zijn is goed te merken. De regen slaat door de muren. ‘Als het nodig is, ga ik net zo lang bij alle instanties aan de telefoon hangen tot ze me zat zijn,’roept ze strijdvaardig. ‘Die ouwe zooi gaat weg.’
Nieuwe directeuren gediplomeerd Madeleine Schoute en Reineke Schoufour, de nieuwe directeuren van de Kinderkerbuurtschoool, zijn opgeleid voor hun functie binnen de zogenaamde Kweekvijver Directies. De kweekvijver is een initiatief binnen Amsterdam om het tekort aan directeuren in het primair onderwijs te verminderen. Op donderdag 16 juni werd aan de eerste lichting cursisten het diploma uitgereikt op de Kinkerbuurtschool. Veertien mensen bereikten de eindstreep. Daaronder waren vijf werknemers van AWBR. Na de zomervakantie zijn ze alle vijf aan de slag in een directiefunctie.
15
Studiedag voor schoolleiding ‘Als je A-scores wilt, moet je A les geven’ ‘Er zijn schoolleiders die zeggen tegen mij: “Ik werk zeventig uur in de week.” Dan zeg ik: “Werk er twintig, dan richt je maar eenderde van de schade aan.”’ Jan Jutten staat zelf te grijnzen bij zijn opmerking. De gezette Limburger in zijn grijze broek en geruit overhemd zie je zo voor je als een hoofd der school; zo’n directeur die iedereen op handen draagt. Hij heeft het vak van schooldirecteur echter al geruime tijd geleden verlaten. Daarna schreef hij een aantal boeken over organisatorische veranderingen in het Nederlands primair onderwijs en werd op dat gebied een autoriteit. Momenteel heeft hij een eigen adviesbureau. Afgelopen mei verzorgde hij een dag voor directies en intern begeleiders van AWBR. Eén van de redenen waarom Jutten een veel gevraagd spreker is, heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat hij zijn verhaal verpakt in alledaagse waarheden. Zelf opgegroeid in het katholieke zuiden pelt hij de ui van zorgen en klachten die alle vermoeide schoolleiders aan de koffie nog met elkaar uitwisselen snel af. Hij gaat terug tot de absolute kern. ‘Op school leerde ik de catechismus. De eerste vraag is: Waartoe zijn wij op aarde?’ Hij schettert zijn zinnen vrolijk door de zaal. ‘Nou, die vraag kun je best een beetje vasthouden. Vraag je je nog wel vaak genoeg af: Waarom doe ik dit eigenlijk? Mist iemand me als ik dit niet meer doe? Nee? Stop er dan mee.’ Jan Jutten is sterk in one-liners, liefst in het Engels. Dat bekt goed, maar komt niet zo hard aan. De zaal laat zich er graag in meenemen. Er wordt regelmatig gelachen. Jutten is fan van Obama. Dat laat hij merken. Hij vindt dat we moeten strijden tegen populisme. ‘Maar’, zegt hij er dan wel bij, ‘dat is niet de waarheid. Het is mijn waarheid.’ Laten we een greep doen uit de citatengrabbelton van de studiedag: ‘We can’t be creative if we refuse to be confused.’ ‘School is geen kinderopvang.’ ‘Our purpose is not just learning our children to read the word, but most of all learning to read the world.’ ‘Als je A-scores wilt, moet je A lesgeven.’ ‘Yes, we can.’ Verhoging van opbrengsten in het onderwijs is een belangrijke rode draad door de dag. En Jan Jutten pakt dat probleem niet op een organisatorische of financiële manier aan, maar gaat naar de kern: Wat willen we kinderen leren? Waarom is dat belangrijk voor hun en voor ons leven? ‘Opbrengsten verhogen door meer van hetzelfde dat is hard werken voor een desastreus effect,’, zegt hij. ‘Piet-
je kan slecht lezen. Hij heeft al zoveel extra lessen gehad dat hij een flinke hekel aan lezen heeft gekregen. Nu moet hij nóg meer lezen, ook in het weekend. Denk je nou echt dat dat werkt? Stel je een leerkracht voor. Die geeft niet graag gymles. Het gaat ook niet zo goed. Nou, dan zeg je als schoolleider: “Jij mag voortaan alle gymlessen geven dan kun je lekker oefenen en in het weekend is er nog een sportclub.” Hou toch op. Zo iemand wordt ziek, zoekt een andere baan. Dat werkt toch niet.’ De zaal reageert zwaar. ‘Ja, maar... wat dan wel.’ Jutten aarzelt geen moment: ‘Goed onderwijs geven. Niet schuwen om ongewone methoden te gebruiken.’ In de loop van de dag blijft Jutten hameren op die wortels die in orde moeten zijn. ‘Laat het kind zich verbinden met zijn ziel. Laat hem voelen dat leren op school te maken heeft met zich verwezenlijken in het leven. Citoscores zijn secondair.’ Hij neemt het op voor de leraren en zegt tegen de aanwezige leidinggevenden: ‘Help de leerkracht niet alleen met cursussen om beter les te geven. Zorg dat er in je team een sfeer heerst waarin de leraar dagelijks voelt: O ja, daarvoor wilde ik graag het onderwijs in. Ik vind het heerlijk om met mijn vakmanschap het beste uit een kind naar boven te brengen en te zorgen dat dat kind daarmee de wereld in kan.’ Jan Jutten verwijst de hele dag naar neurobiologisch onderzoek dat de laatste jaren de hele visie op leren grondig veranderd heeft. Hij maakt zich zorgen dat zo weinig mensen die werkzaam zijn in het onderwijs daar goed van op de hoogte blijken. Hij zelf ontleent aan zulke onderzoeken veel kennis over hoe mensen leren, wat concentratiestoornissen precies zijn, etc. Daarnaast is Jan Jutten de man die in het primair onderwijs de lessen van organisatiedeskundigen verspreidt. In de jaren negentig was het Peter Senge. Nu is het C.Otto Scharmer met zijn ‘Theory U’. Aan het eind van de dag geeft Jutten nog een proefles om zijn ideeën duidelijk te maken. De kracht van de dag zat hem echter in het enthousiasmerend teruggaan naar de basis. Een aantal aanwezigen gaf tijdens de borrel aan dat ze daarmee morgen weer vrolijk aan de slag gingen, hopelijk niet voor zeventig uur.gingen, hopelijk niet voor zeventig uur.
Het is het jaargetijde van de sportdagen en de toernooien. Voor de AWBR-scholen zijn enkele opmerkelijke successen te melden
Kampioen van Nederland
Fit op het werk Op veler verzoek zal AWBR binnenkort een contract sluiten om bedrijfsfitness voor haar werknemers mogelijk te maken. In de praktijk zal het er op neer komen dat bij een (keten van) sportscholen korting gegeven wordt aan personeelsleden van AWBR. Tevens zal gebruik worden gemaakt van de fiscale mogelijkheden om de regeling financieel gunstig in te kleden. Het is de bedoeling dat de bedrijfsfitness aan het begin van het nieuwe schooljaar van start gaat. Belangstellenden doen er goed aan de website van AWBR in de gaten te houden. Daar verschijnt alle informatie zodra die bekend is.
Annie 100 jaar
BS Annie M.G. Schmidt heeft in 1992 haar naam geHet meisjesvoetbalteam van de Rosa Boekdrukker school kregen van de schrijfster zelf. Nog jaarlijks herdenkt de werd zaterdag 28 mei 2011 ‘Cruyff-court kampioen van school dat met de zogenaamde Anniedag. Dan wordt, Nederland’. De drie poulewedstrijden, de halve finale én aan de hand van een thema, een dag voor kunst en culde finale werden overtuigend gewonnen. tuur gemaakt, geheel in de sfeer van de naamgeefster. Een aantal kinderen van openbare basisschool De Roos Dit jaar was het thema Water. Met een sponsortocht en brede school Annie M.G. Schmidt nam deel aan de voor Simavi, een spetterend toneelstuk van leerlingen tafeltenniskampioenschappen voor scholierenteams op en een weergaloos concert van de Virtuoze Matrozen woensdag 11 mei 2011 in Ahoy Rotterdam. In totaal werd de dag één groot feest. De Anniedag viel precies deden 12 teams uit Amsterdam en 12 uit Rotterdam mee. op de honderdste geboortedag van de schrijfster. De Het gebeuren was extra spannend omdat tegelijkertijd pers, NRC en RTV Noord Holland, besteedden daarom ook een toernooi voor de wereldtop tafeltennis aan aandacht aan de viering op ‘De Annie’, zoals de school de gang was. De AWBR-scholen kwamen ver, maar de in de wandelgangen heet. ultieme winst ging naar de Rotterdammers.
Op de Tijl Uilenspiegelschool deden ze het anders. Ter afsluiting van het project Ajax Streetwise mochten ze er op de foto met echte coryfeeën Op vrijwel alle scholen waren sportdagen. Midden in de stad was er voor de kinderen volop beweging.