81
Directie
GEMEENTE
Inwoners
Beleidsafdeling
Samenlevingsopbouw,
Werk en Inkomen
Korte, Nieuwstraat 6 6511
Aan de leden van de Commissie Stedelijke Samenleving Gemeenteraad Nijmegen
PP Nijmegen
Telefoon
(024) 32991
Telefax
(024) 3292981
E-mail
[email protected]
Postadres Postbus 6500
Datum
Datum uw brief
11-11-2003 Onderwerp
toezending
rapportage
inburgering
11
9105
HG Nijmegen
Ons kenmerk
Contactpersoon
N600/3.46073
Alphons
Aantal bijlagen
Doorkiesnummer 3292495
rapportage één jaar verbeteragenda inburgering
Klomberg
Aan Uw commissie is toegezegd om een rapportage te verstrekken over de ervaringen met één jaar verbeteragenda inburgering. De intentie van het College was steeds om deze te koppelen aan een raadsvoorstelover de invulling van het inburgeringsproces in de laatste maanden van 2003 en 2004. De totstandkoming van het raadsvoorstel werd doorkruist door enerzijds de ophanden zijnde bezuinigingen ten aanzien van de rijksbijdrage voor de inburgering van nieuwkomers en anderzijds door de aankondiging van een nieuwe regeling ten behoeve van de inburgeringjintegratie vanoudkomers. De informatie hierover is inmiddels binnen en het College legt nu de laatste hand aan de aanpassing van het Raadsvoorstel. In afwachting daarvan ontvangt U hierbij alvast de rapportage over een jaar verbeteragenda inburgering. Het raadsvoorstel volgt zo spoedig mogelijk na behandeling in het College. Met vriendelijke
groet,
Lenie Scholten, /li~~~fz!~~t&~s--Multiculturele
Bezoek ook onze website
Samenleving
www.nijmegen.nl
.I
'
.Wethouder en Emancipatie
Commissie Stedelijke Samenleving rapportage inbdoc
Rapportage één jaar Verbeteragenda Inburgering Gemeente Nijmegen, september 2003. Bijlage bij voorstel 3.46073: Eén jaar verbeteragenda Inburgering: resultaten en nieuw beleid. Bij de presentatie van de resultaten van één jaar verbeteragenda inburgering volgen we de 12 actiepunten die in die agenda waren opgenomen.
1. Visie en uitgangspunten: De beschrijving van de visie en uitgangspunten zoals omschreven in de verbeteragenda inburgering behoeft op dit moment geen wijziging. Dit wordt wellicht anders zodra de voornemens van het nieuwe kabinet zijn vertaald in concrete maatregelen en wetswijzigingen. Zie hiervoor het voorstel onder par. 3. Wij verwachten dat de effecten daarvan niet eerder dan in 2006 concreet doorwerken in de wijze waarop wij het inburgeringsproces hebben georganiseerd. In de volgende rapportage komen wij hierop terug.
2. Het in kaart brengen van de doelgroep: In het afgelopen jaar zijn de oudkomers die nu al taalonderwijs en informeel leren volgen bij het ROC en het IVC systematisch in kaart gebracht en is met hen een overeenkomst aangegaan. De potentiële doelgroep is alleen in globale aantallen in beeld gebracht en is nog niet met naam en toenaam bekend. Dit omdat het alleen zinvol is mensen intensief te benaderen indien ook direct een concreet aanbod gedaan kan worden. Globaal bestaat naar verwachting bij 1.800 tot 2.000 allochtone Nijmegenaren behoefte aan enige vorm van taalonderwijs: NT2 dan wel informeel leren. Voor de berekening daarvan wordt verwezen naar bijlage 1 waarin die behoefte is afgezet tegen de bestaande capaciteit voor NT2: bij het ROC en bij de groepen informeel leren. De capaciteit dient te worden uitgebreid mede gelet op de wachtlijst die er bestaat bij het ROC(159 personen per 1 mei 2003). Groepen die hierbij extra aandacht vragen vanwege hun grote omvang of vanwege het grote percentage analfabeten zijn: •
• •
mensen van Turkse en Marokkaanse afkomst: uit deze groepen zit ongeveer 1300 mensen in de doelgroep van het inburgeringsbeleid (mannen 25% van de 20-64-jarigen: 700 en vrouwen 33%: bijna 600); mensen van Somalische herkomst: 311 personen van 20-64 jaar, waarvan ongeveer de helft behoefte heeft aan een nieuw inburgeringstraject en een substantieel deel ook specifieke zorg behoeft; de zeer diverse groep van vluchtelingen waarbinnen weliswaar veel potentie aanwezig is maar dat nog onvoldoende is benut. Omvang doelgroep inburgering: ongeveer 400 personen.
Bij Unit Nieuwkomers en doelgroepen is uiteraard bekend welke personen een inburgeringstraject hebben afgerond. Ook is bekend welke personen in het bestand van de sociale dienst een inburgeringstraject volgen; in het eerste kwartaal zijn er 108 nieuwe trajecten uitgezet (48 oudkomers en 60 nieuwkomers). Aantal mensen op de wachtlijst bij het ROC: 159. Zie ook onder punt 6.
Er is bewust voor gekozen om in dit stadium eerst de mensen in beeld te brengen die nu al bekend zijn omdat ze of al een traject volgen of omdat ze, door zich op een wachtlijst te plaatsen , te kennen hebben gegeven dat ze interesse hebben in taalonderwijs. Vanaf 2004 willen we o.a. via stimuleringsprojecten en -activiteiten specifieke doelgroepen bereiken en hen een gericht aanbod bieden.
3. De sociale Kaart: Bij de voorbereiding van de verbeteragenda Inburgering bleek bij trajectbegeleiders, studentbegeleiders en spreekuurmedewerkers behoefte te bestaan aan een handig systeem waarin het aanbod van verschillende instellingen is terug te vinden. Daaruit was het idee geboren om op gemeentelijke website een sociale kaart te maken waarop het aanbod van uiteindelijk zo’n 300 geïnventariseerde instellingen te vinden zou zijn. Dit zou de doorverwijzing van cliënten enorm vergemakkelijken en bovendien de verschillende loketten en organisaties ontslaan van de noodzaak om het eigen adressenbestand jaarlijks te actualiseren. De voorbereiding hiervoor was inmiddels zover gevorderd dat de instellingen waren aangeschreven om de informatie aan te leveren voor het vullen van de sociale kaart. De respons hierop was vrij beperkt hetgeen verbazing wekt omdat in de voorbereiding diverse instellingen al bezig bleken om gezamenlijk iets vergelijkbaars op te zetten: het initiatief van de gemeente kwam voor hen als een geschenk uit de hemel. De beperkte respons heeft geleid tot het besef dat de gemeente veel zou moeten investeren in het vullen en actueel houden van de sociale kaart (inmiddels omgedoopt tot de ¨sociale wegwijzer Nijmegen¨), ondanks het feit dat in de opzet de verantwoordelijkheid voor de informatie steeds bij de betrokken instelling is gelegd. Om deze redenen is gekozen voor een vereenvoudigd overzicht van het aanbod van instellingen: het digitaal opnemen van de gemeentegids op de gemeentelijke website. Het actueel houden van de (beperkte) informatie gebeurt door de uitgever en via doorlinken naar de websites van de individuele instellingen kan de gebruiker toch vrij gedetailleerde informatie vinden althans indien de instelling een website heeft en bijhoudt.
4. Centrale Intake Oud- en Nieuwkomers: De centrale inschrijving en registratie van mensen die een taaltraining willen volgen heeft tot doel meer zicht te krijgen op de vraag aan NT2 en informeel leren en beter in staat te zijn om het juiste aanbod in te kopen. De centrale registratie gebeurt nu bij Unit Nieuwkomers en Doelgroepen van de afdeling Sociale Zaken en Werk. Voor de mensen die zich melden bij het ROC wordt ook een educatieve intake gedaan: het beginniveau en de mogelijkheden, snelheid van leren enz. van betrokkene worden vastgelegd. Aangezien dit ook van belang is voor mensen die bij andere instellingen taalles volgen, wordt er in de tweede helft van 2003 een proef gehouden met taaltoetsen die het niveau moeten vaststellen van degenen die bij Intercity taalles volgen. Dit zal ons in staat stellen ook voor deze groep de vorderingen vast te leggen en hierover te rapporteren naar het ministerie (aansluitend bij de te verwachten output-financiering).
5 en 6. Inrichting centrale registratie deelnemers inburgering en wachtlijstbeheer: De registratie van oudkomers in IMWIN, het geautomatiseerde inburgeringsprogramma waarin de nieuwkomers al waren opgenomen, is gerealiseerd voor hen die taalles volgen bij het ROC en het IVC. Na de vakantie volgen de mensen die bij Intercity taalles volgen. De mensen die bij Intercity en het ROC op de wachtlijst stonden per 1 mei 2003 hebben een educatieve intake en een intakegesprek gehad. Op grond daarvan wordt bezien welke uitbreiding van het aanbod gewenst is. Per 1 mei 2003 stonden 159 personen langer dan 2 maanden op de wachtlijst bij het ROC, waarvan 105 personen langer dan 4 maanden. De laatste jaren is de omvang van die wachtlijst inderdaad gedaald: Op de wachtlijst bij het ROC Langer dan 2 maanden Waarvan langer dan 4 maanden
Mei 2001 Mei 2002 370 220 ?1 183
Mei 2003 159 105
De privatisering van Waalwerk en daaraan gekoppeld de reorganisatie van de sector Uitstroom van de afdeling Sociale Zaken en Werk maken dat de personele invulling van de centrale registratie nog niet definitief kan worden gemaakt en het systeem nog niet helemaal loopt zoals gewenst. Toch zijn we in staat gebleken om de nodige informatie te leveren voor de Monitor Oudkomers waarvan de toekomstige financiering van het oudkomersbeleid afhankelijk zal zijn.
7. Organisatie casemanagement Inburgeraars: Om een sluitende aanpak te regelen voor iedere inburgeraar en uitval te vermijden zou aan elk individu een casemanager moeten worden toegewezen. De praktijk laat zien dat dit voor de een intensiever moet zijn dan voor de ander. Inmiddels is duidelijk dat dit niet in alle gevallen iemand van de gemeente hoeft te zijn. De middelen die in het kader van de “Agenda voor de Toekomst” beschikbaar zouden komen voor het casemanagement zijn niet allemaal toegekend zodat in dat kader slechts beperkt extra casemanagement wordt gerealiseerd. Een deel van de middelen voor casemanagement voor oudkomers uit de “aanvullende maatregelen Oudkomers G54” worden ingezet om de capaciteit van Unit Nieuwkomers en Doelgroepen ( hierna te noemen Unit Inburgering) uit te breiden voor oudkomers. Gelet op het streven naar terugdringing van het aantal gemeenteambtenaren is besloten om een gedeelte daarvan decentraal neer te leggen bij de instellingen die het taalonderwijs uitvoeren(via decanen). Dit heeft tevens als voordeel dat de begeleiding dichter bij de cliënten wordt neergelegd en er alert kan worden gereageerd op verzuim. Het daarnaast inschakelen van een aantal intermediaire organisaties of projecten (TuMaP, TUSMO) maakt bovendien het bereiken van een aantal specifieke (moeilijk bereikbare) groepen makkelijker door inschakeling van intermediairs uit eigen kring. Voor die groepen kan de begeleiding door Unit Inburgering zich beperken tot het voeren van de regie. Teneinde uitval te voorkomen is de volgende gedragslijn afgesproken met het ROC: het ROC houdt de presentie bij en onderneemt actie richting deelnemer wanneer gedurende een week meer dan 20 % is verzuimd. Duurt het langer dan een week dan wordt de gemeentelijke casemanager op de hoogte gebracht van het verzuim en de mogelijke onderliggende oorzaken.
1
In 2001 werd dit onderscheid nog niet gemaakt.
In overleg met de casemanager van de gemeente wordt uiterlijk na 5 weken een besluit genomen over de vraag of iemand wordt uitgeschreven uit de cursus, een ander beter aangepast aanbod krijgt of in het uiterste geval een sanctie krijgt opgelegd. Het verzuimprotocol uit de brochure “verzuimen uitvalbeleid” van de taskforce inburgering is hierop van toepassing(brochure 9 pp 34 en volgende). Overigens is de mogelijkheid van een sanctie nog nauwelijks toegepast; eerst worden andere acties ondernomen om iemand aan de gang te houden.
8a.
Optimalisering afstemming formeel en informeel leren:
De betrokken instellingen ROC, IVC, Intercity en Tandem hebben gezamenlijk uitgewerkt welk specifiek aanbod elk van hen te bieden heeft en daarbij het onderscheid gemaakt tussen taalverwerving en taaloefening. Bij het eerste gaat het om het leren van de taal in al zijn aspecten: lezen, schrijven, luisteren, spreken, woordenschat, grammatica. Daarbij ligt de nadruk op het taalgebruik in een specifiek domein dat voor betrokkene belangrijk is: opvoeding, sociale activering, de gewenste werkkring of vervolgopleiding. Bij taaloefening gaat het om het onderhouden van het taalniveau verbonden aan het gebruik in dagelijkse situaties gericht op sociale activering en persoonlijke redzaamheid; het heeft ook elementen van emancipatie. Deze inventarisatie van de inhoud van het aanbod maakt de verwijzing van inburgeraars makkelijker. 2
8b. Professonalisering van het Informeel leren: Met een bereik van zo’n 300 cursisten vormt het informeel leren een belangrijke aanvulling op het aanbod van het ROC en andere professionele taalscholen. Om de effectiviteit van het werk van meest vrijwillige docenten te verhogen is er voor gekozen om deze professioneel te laten ondersteunen bij de keuze en het gebruik van de methode en het lesmateriaal. Bij het IVC is die professionalisering gerealiseerd sinds november 2002; de belangstelling voor de lessen bij het IVC is in het laatste half jaar sterk toegenomen. In de tweede helft van 2003 de professionalisering van de taalgroepen bij Intercity en Tandem ook worden doorgevoerd.
9. Overeenkomsten met oudkomers: Per 1 juli 2003 is met ongeveer 230 oudkomers een overeenkomst aangegaan over de inhoud van het traject. Het gaat daarbij om de oudkomers die bij het ROC taalles volgen (met name in de avondgroepen en de wijkgroepen omdat de daggroepen aan de Berg en Dalseweg vooral door nieuwkomers worden bezet) en om de cursisten die bij het IVC het informeel leren volgen. Hierbij is qua opzet de modelovereenkomst van het Rijk gebruikt. Wij achten het gewenst deze aan te passen zodat deze leesbaarder wordt. Die aanpassing gebeurt in het nieuwe schooljaar ‘03-’04.
2
Zie projectverslag “Optimalisering afstemming formeel en informeel leren” ROC-Nijmegen, juni 2003.
10. Beleidsregels ten aanzien van sanctioneren en belonen van inburgeraars: Het ligt in de bedoeling om nieuwe beleidsregels op te stellen met betrekking tot het gebruik van sancties en incentives rond de inburgeringstrajecten. Daaraan gekoppeld zit nu ook de vraag in hoeverre deelnemers een bijdrage leveren aan de kosten van de inburgering. Dit wordt vooral actueel gelet op de nieuwe beleidsvoornemens van het kabinet Balkenende II. In afwachting van het nieuwe Rijksbeleid heeft het College nog geen besluit willen nemen over nieuwe beleidsregels hierover. Wel zijn inmiddels de vraagpunten en keuzemomenten geïnventariseerd. Voor nieuwkomers blijft de huidige regeling van kracht: in incidentele gevallen een boete opleggen bij opzettelijk en regelmatig verzuim en het uitbetalen van een premie van € 91 (voorheen fl. 200,00) bij het succesvol en tijdig afronden van het traject.
11. Verzekering kinderopvang voor inburgeraars: In de meeste gevallen lukt het om binnen uiterlijk 2 maanden een definitieve opvangplek te vinden voor de kinderen van inburgeraars die door de afdeling SZW naar een inburgeringstraject worden gestuurd. Dit betekent niet dat het probleem van kinderopvang totaal is opgelost. Vaak moeten inburgeraars op korte termijn instromen in een nieuwe taalgroep; lukt dit niet dan missen ze direct de aansluiting met de groep en lopen een achterstand op. Om dit probleem te omzeilen is er een opdracht geformuleerd om te komen tot een flexibele kinderopvang in de buurt van het ROC waar kinderen op zeer korte termijn terechtkunnen. Het uitgangspunt daarbij is dat zodra een reguliere opvangplaats is gevonden het kind wordt overgeplaatst zodat die flexibele opvang niet kan dichtslibben. De ouders betalen vanaf dat moment ook de reguliere ouderbijdrage of krijgen, op grond van hun inkomen, recht op gesubsidieerde kinderopvang. De gunning van de opdracht voor een flexibele opvang is opgeschort omdat de opvangplaatsen die in de reguliere opvang zijn ingekocht voor kinderen van nieuwkomers in de tweede helft van 2003 waarschijnlijk onderbenut zullen worden. Die vrijkomende capaciteit kan dan worden gebruikt om kinderen van nieuwe nieuwkomers tijdelijk te plaatsen. Met KION zijn hierover afspraken gemaakt. Zodra deze nodig zal blijken wordt de flexibele opvang alsnog gerealiseerd.
12. Realisering van duale NT2 programma’s: Aan het ROC is opdracht gegeven om 116 z.g. duale trajecten uit te voeren voor allochtone vrouwen, waarbij het gaat om combinaties van taalonderwijs en opvoedingsondersteuning. Inmiddels is er één cursus gestart en volgt in het seizoen 2003-04 het vervolg. De werving van vrouwen gebeurt vooral via de open wijkscholen. Lukt het niet om het aantal van 116 te bereiken dan wordt ook via andere kanalen geworven. Met name alleenstaande allochtone moeders, o.a. uit Somalische kring, zouden geïnteresseerd kunnen zijn in deze combinatie van taal en opvoedingsondersteuning. In het kader van de aanbesteding van sociale activeringstrajecten worden nog eens 50 vergelijkbare duale trajecten ingekocht. Ook is het ROC begonnen met het realiseren van duale trajecten in de zin van combinaties van taalonderwijs en taalstages. Dit alles vanuit de gedachte dat taalonderwijs veel effectiever is wanneer mensen deelnemen aan de samenleving, erbij betrokken raken.