/2010
15
Personeelsbla d va n en voor alle medewerkers va n de ASK O
EIGEN Wijzer
E m nv ee er st de er r: s g vo ra or ag de m kl eer as !
Lesgeven aan superslimme kinderen Creatief denken en Passend Onderwijs Leerlingen in actie voor Haïti Zooi op school?
5
Stilte en mindfulness in de klas
Hoe is te voorkomen dat kinderen overspoeld of meegesleept worden door alles wat er op hen afkomt? Stilte-educatie kan helpen.
6 12
Foto: Istock
Succes met Haïti
ASKO-scholen delen hun successen met u. Alles over een inzamelingsactie voor Haïti, de aanschaf van ergonomische meubels en bijzondere andere initiatieven.
Verder ASKO info Hoe doet u dat? Creativiteit en onderwijs ASKOfette
2
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
op
Tja, waar zal ik dit eens opbergen? Chretien Gabriels, leraar op de Achthoek, verzint een list.
elijk dat bijna eren maakt duid lo kv er -w KO AS de azijn heeft. Rondneuzen op of uitpuilend mag ek ho el m m ro n gebruikt, kinelke school wel ee themaweken zijn j bi e di en rp we alles laten? Kerstspullen, voor waar moet u toch n… le de er nd ro te n spullen derfietsjes, compu ol noodgedwonge ho sc n éé t da lfs ze opbergt. Het verhaal gaat systeemplafond en k da en ss tu in de ruimte ’s op deze schonen? De foto te op k in fl ns ee e en een opZin om de boel extra opbergwoed ijk el og m en en bladzijden ontket ing. geruimde stemm
Thuis was nergens plek meer. Dan maar het poppenhuis van dochterlief naar school verhuizen.
Hé, hier valt het mee. Dit magazijn is eigenlijk best goed georganiseerd en opgeruimd!
Mijlpaal
Twee gebouwen, het is de keerzijde van de stormachtige groei van de Mijlpaal. Portret van een grote, grootse, saamhorige school.
Opruimtips? Hebt u handige opruimtips voor uw collega’s? Mail die naar de redactie:
[email protected]
De Achthoek laste twee opruimdagen in. Adjunct-directeur Marianne Zegers weet al wat ze bij het grof vuil zet.
Meer m
annen
4 10 14 18
school
Hoogbegaafde leerlingen
Honderd heel slimme leerlingen gaan sinds kort naar de Day a Week School (DWS), op diverse locaties in Amsterdam. Vier ASKO-scholen doen mee aan dit project.
16
Zooi
voor d Lees d e klas e colum bladzij n v an juf P de 15 e atty op n ma de cart oon op ak u vrolijk ov e de ach terkant r .
Nee, dit kan echt niet weg. Misschien hebben we deze spullen ooit nog nodig.
Op naar een nette computerhoek.
Foto’s: diverse ASKO-scholen
Inhoud
Alvast een handig weetje voor komende kerst. In deze goed afgesloten container op het schoolplein liggen de kerstversieringen.
Foto: Patty Roos
In haar column in het vorige nummer schreef juf Patty over de complimentenbriefjes die zij aan kinderen uit haar klas schrijft en de traditie die zij daarmee startte. Patty ontving daarop veel enthousiaste reacties van collega’s, waaronder sms’sjes met de tekst ‘Ik ga dat ook doen!’ Annemarie Kool van de Archipel is één van de leerkrachten die Patty’s idee heeft overgenomen en nu ook met complimenten in haar groep 7/8 werkt. “Ik heb een nogal pittige groep met diverse drukke jongetjes”, zegt zij. “Daarom zocht ik naar een manier om extra rust te brengen in de klas. Die complimenten leken mij een geschikt middel. Ik schrijf ze op briefjes die ik bij de kinderen in hun laatjes stop. Van tevoren vertelde ik dat ik dit alleen doe als ze iets doen wat enorm opvalt en bijzonder is. Zo deelde ik onlangs een complimentje uit aan een jongen die moeilijk stil kan zitten. Voordat ik met de les begon, rende hij altijd eerst zo’n dertig rondjes door het lokaal. Op een ochtend zat hij meteen aan het begin van de dag keurig op zijn stoel. Dat was duidelijk een compliment waard en sindsdien zit die jongen veel vaker netjes en rustig klaar voor de start. Dat geeft dus inderdaad meer rust in de klas.”
Die verdient een voetbalplaatje
“Andere complimenten gaan vooral naar kinderen die elkaar helpen of troosten bij verdriet. Ik merk dat dit bijdraagt aan een positieve sfeer. Leerlingen schreeuwen nu bijvoorbeeld minder door de klas: “Juf hij doet dit en zij doet dat.” Ze richten zich op meer ondersteuning van elkaar. In de klas staat inmiddels een complimentenbord. Kinderen die een complimentenbriefje ontvangen, krijgen een krulletje achter hun naam. Wie de meeste krulletjes heeft, krijgt een aardigheidje. Dat kan een voetbalplaatje, sticker of leuke ansichtkaart zijn. Kinderen glinsteren helemaal als ze zo’n complimentje of cadeautje krijgen. Dat vind ik het mooiste hiervan.”
De kinderen die nog niet zoveel krullen hebben, zijn de tien krullen al een of meer keren gepasseerd. De jongen bijna onderaan heeft geen complimenten. Dat komt omdat hij tegenwoordig niet meer op de Archipel zit.
ParnasSys komt eraan (2) ParnasSys, het nieuwe leerlingadministratie- en leerlingvolgsysteem is uitgebreid getest op vier pilotscholen: de Archipel, de Boomgaard, de Waaier en de St. Jozefschool. Hun bevindingen zijn overwegend positief. De scholen zijn vooral over het gebruiksgemak te spreken. Ondertussen werken bijna alle ASKO-scholen met de administratiemodule van het programma en is de overstap naar het geautomatiseerde leerlingvolgsysteem van ParnasSys in volle gang. Bedoeling is dat alle ASKO-scholen voor de zomervakantie daarop overgaan.
Foto: Istock
Veilig internetten Voordeel van ParnasSys is dat het via internet werkt. Dat betekent dat u niet alleen op school, maar ook thuis en op andere locaties kunt inloggen en met anderen online kunt (samen)werken. Het werken via internet roept bij een aantal medewerkers vragen op over de veiligheid ervan. Bovenschools ICTcoördinator Alex Kossenberg verzekert dat gegevens optimaal beschermd zijn vanuit technisch oogpunt. We moeten ons er altijd wel van bewust zijn dat we omgaan met vertrouwelijk materiaal. Dus gewoon uitloggen op het moment dat het systeem niet gebruikt wordt. Maar dat deden we (als het goed is) ook al bij ESIS of CITO-LOVS. Wat dat betreft verandert er weinig.
Foto: Annemarie Kool
Complimententraditie
De Waaier stond in het vorige nummer in de rubriek ‘Schoolportret’ en is één van de ASKO scholen die in het verbetertraject van de Gemeente Amsterdam meedraaien. Vorig jaar juni is De Waaier bezocht door twee experts, die de school volledig binnenstebuiten hebben gekeerd. Hun oordeel was toen: risicovol op alle fronten. Vervolgens is een verbeterplan opgesteld en is het nieuwe management, ondersteund door een externe begeleider, er samen met het team mee aan de slag gegaan. Op 1 maart jongstleden zijn beide experts weer langs geweest. Hun oordeel nu: Een enorme metamorfose! Wat is er veel veranderd in korte tijd: veel meer structuur, rust, ruimte en regelmaat. Er is ongelooflijk hard gewerkt, en de resultaten zijn al duidelijk zichtbaar. Een flinke opsteker voor het team van De Waaier!
Nieuws over de Functiemix Dit jaar hebt u meer kans op promotie. Scholen krijgen namelijk extra geld om leraren hogere salarissen en betere carrièremogelijkheden te bieden. Afgesproken is de Functiemix in te voeren: een nieuwe verdeling van onderwijsfuncties over de salarisschalen. Voorgaande houdt in dat wellicht ook u kans maakt op een andere, beter betaalde LB-functie. Over dit onderwerp zijn de afgelopen maanden diverse nieuwsbulletins naar uw school gestuurd. Uiteraard is ook de afdeling P&O u graag van dienst met aanvullende informatie. Bel met Lotte Smits van Waesberghe (020-3013862) of Ton Smits (020-3013878).
Lezersactie Mindmappen
Maak kans op een gratis lespakket Leren is fun met Marja en Moes. Hun eerste leeravontuur gaat over mindmappen (een manier om informatie in een combinatie van woord, kleur en beeld samen te vatten). Samen met Marja en Moes ontdekken uw leerlingen hoe mindmappen helpt bij studeren, informatie structureren en ideeën vormgeven. eigenWijzer mag drie lespakketten weggeven over Marja, Moes en mindmappen. Hebben? Stuur dan voor 1 mei 2010 een mail naar de redactie:
[email protected] onder vermelding van ‘lespakket mindmappen’. Uit alle inzendingen worden drie gelukkige winnaars getrokken.
Foto: Istock
ASKO info
Meta morfose
Nieuwe regioma
nager Jan-Willem van Sc hendel was directeur van de St. Jozefschool en volgde per 1 mei 2010 René Rigter op als regi omanager. In de rubriek ASKO fette in het volgende (zomer )nummer kan iedereen die Jan-W illem nog niet zo goed kent, na der met hem kennismaken.
Stilte-educatie in de klas
Hoe kunnen we voorkomen dat kinderen overspoeld of meegesleept worden door alles wat op hen afkomt? Stilte-educatie zou kunnen helpen, denkt een werkgroep van de ASKO. Diverse ontspannings-, aandachten stilte-oefeningen hebben hoogstwaarschijnlijk een positieve uitwerking op kinderen, leerkrachten en de sfeer in de klas. De aandachtsoefeningen worden ook wel mindfulness of opmerkzaamheidsoefeningen genoemd. Ze kunnen gewoon in de klas, maar ook in de speel- of gymzaal of buiten worden gedaan. Naar verwachting hebben de oefeningen de volgende positieve effecten: • Verbetering van concentratie en werkhouding • Toenemend zelfvertrouwen en gevoel van veiligheid • Beter omgaan met emoties (ook van anderen) • Er ontstaat een sfeer van ontspanning, openheid en verbondenheid: pestgedrag komt minder voor • Kinderen leren beter naar zichzelf en anderen te luisteren. Bovendien leren ze situaties beter doorzien. In een pilotproject onderzoekt de ASKOstilte-educatiewerkgroep, waarschijnlijk in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en de identiteitsbegeleidingsdienst Arcade Cilon of deze effecten aantoonbaar zijn. Zo ja, dan start in een later stadium een stilteeducatieproject. Ter kennismaking worden dan eerst workshops voor leerkrachten georganiseerd. Daarna worden scholen uitgenodigd zich voor het project op te geven en zijn er bijeenkomsten waarin docenten leren welke oefeningen zij met de kinderen in hun klas kunnen doen. Oefeningen op Botteloef Afgelopen jaar zijn er op verschillende ASKO-scholen al kennismakingsworkshops geweest. Op de Botteloef krijgen leerkrachten eens in de drie weken stilte-oefeningen aangeboden die zij daarna in hun klas uitproberen. Kinderen van deze school kregen ook al eens een mindfulnesstraining van Peter Baert, lid van de stilte-educatiewerkgroep: de meesten waren hier enthousiast over. De stilte-educatiewerkgroep bestaat uit psycholoog Peter Baert (hij is psycholoog op school en geeft daarnaast mindfulnesstherapie aan volwassenen met depressies, angst of chronische pijn), Identiteits Begeleider Helena Brouwer, Petra Speelman (zij is voormalig leerkracht basisonderwijs en werkt nu voor het centrum stilte-educatie IAM. Zij organiseert workshops voor kinderen, leerkrachten en ouders) en arbocoördinator Cees Dorlijn. Meer weten? Neem contact op met c.dorlijn@askobk.
Op bladzijde 14 leest u meer over mindmappen. 4
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
5
Schoolvoorbeelden van succes EIGENWijzer
vroeg enkele ASKO-scholen hun successen met u te vieren en te delen. Zij vertel-
len over een inzamelingsactie voor Haïti, de aanschaf van ergonomische meubels en bijzondere andere initiatieven. Geniet mee. Mogelijk levert u dat inspiratie en nieuwe ideeën op. TEKST: BETTINA VAN DE KAR
S
uccessen zijn er in verschillende vormen. Goed onderwijs hangt samen met kundige betrokken medewerkers, goede leermethodes, samenwerking met anderen, een goede sfeer op school en… met nieuwe meubels in de klas, vindt Marco Dekker van de A. Bekemaschool. Marco wil het allerbeste voor de leraren en leerlingen van zijn school. Dus was zijn school toe aan ergonomische stoelen, tafels en kasten. De schooldirecteur ging op zoek naar stoelen die een ideale zithouding bevorderen. Daarnaast lette hij op een vrolijke kleurige uitstraling en speurde hij naar meubilair dat aansluit bij Meervoudige Intelligentie, een onderwijsmethode die onlangs op de A. Bekemaschool is ingevoerd. Uitgangspunt bij Meervoudige Intelligentie is dat kinderen heel diverse talenten hebben: ze kunnen woordknap zijn, maar ook muziek-, natuur, beeld-, mens-, reken-, beweeg- en zelfknap. “Dit vraagt om een rijke leeromgeving met ruimte voor al die talenten”, aldus Marco. Verrijdbare, makkelijk te verplaatsen meubels die voor verschillende doeleinden kunnen worden gebruikt, passen daarbij: Marco wil dat leraren in een oogwenk een schrijfhoek, een plek waar acht kinderen samenwerken of juist een afgescheiden stilteplekje voor een persoon kunnen creëren. Naar Denemarken Ook een wetenschappelijk onder6
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
zoek speelde mee bij de keuze voor nieuwe meubels. Wetenschappers in Scandinavië ontdekten dat veel mensen op latere leeftijd rugklachten kregen (ongeveer veertig procent), omdat zij vroeger op school stoelen zaten die niet goed waren voor hun rug. Om zich goed te laten voorlichten, reisde Marco Dekker helemaal naar Denemarken voor een rondleiding in een meubelfabriek. Daar slaagde hij voor stoelen. Tafels en kasten schafte hij aan bij de Nederlandse fabrikant Klassehout. De nieuwe meubels zijn inmiddels afgeleverd. Lavendelkleurige tafels, kasten én stoelen met verstelbare zittingen en leuningen geven het interieur een vrolijk, modern en overzichtelijk aanzien. “Leraren en kinderen reageren er enthousiast op”, zegt Marco. “Bezoekers die hier voor het eerst komen, zijn ook positief. Zo’n goede eerste indruk is belangrijk. Ons leerlingenaantal is in korte tijd met tien procent gestegen: die eerste indruk draagt daar naar mijn idee veel aan bij…” Wereldse buurtschool Brenda Turnhout van basisschool De Bron in stadsdeel Westerpark heeft een succesverhaal over een heel ander thema. Zij is er trots op dat ouders op haar school actief meewerken en -denken. Zij begonnen bijvoorbeeld een geslaagde actie om van De Bron een meer gemengde school te maken.
De Bron startte acht jaar geleden met een voorschoolprogramma voor peuters met een ontwikkelings- of taalachterstand. Er kwamen vooral veel aanmeldingen binnen van leerlingen die van buitenlandse afkomst zijn. Nadat zij de voorschool verlieten, stroomden zij door naar het basisonderwijs van De Bron. Gevolg was dat de school steeds meer leerlingen uit andere culturen kreeg. Reden voor veel Nederlandse ouders om over te stappen naar een andere,
Het resultaat was een folder waarin twaalf aansprekende sterke kanten van de school werden belicht. Een ouder die vormgever van beroep is, zorgde dat deze er professioneel uit kwam te zien. Anderen sprokkelden teksten bij elkaar. De inhoud ervan komt er in grote lijnen op neer dat De Bron een goede, kleinschalige buurtschool is met een gastvrij, hartelijk onderwijsteam dat elke leerling kent. Bovendien is er veel aandacht voor muzikale, creatieve en sociale
Kinderen maakten een ondernemersplan en verdienden geld voor het goede doel meer witte school in de wijk. Ouders van overgebleven leerlingen gingen toen vergaderen over wat zij konden doen om het tij te keren.
ontwikkeling en respect voor andere culturen en religies. “Dit zijn niet alleen maar woorden, dit klopt daadwerkelijk in de praktijk”, stelt Brenda
De succesverhalen uit dit artikel werden eerder dit jaar verteld op een directiedag. “Het valt mij op dat succes vooral afhangt van de mate van eigen initiatief, vrije ruimte die mensen krijgen en de eigen verantwoordelijkheid die zij nemen”, aldus regiomanager Trudy Pas. Turnhout. “Want anders werkt zo’n PR-actie niet.” De nieuwe folder werd verspreid op crèches en elders in het stadsdeel. Daarnaast regelden de Bronouders een bijenkomst van de gemeente waar scholen uit de buurt, waaronder De Bron, een presentatie gaven over wat zij te bieden hebben. Deze acties leidden ertoe dat inmiddels weer behoorlijk wat leerlingen van Nederlandse afkomst op De Bron onderwijs volgen en dat zij inmiddels zelfs bijna een meerderheid vormen. De klassen zijn nu een betere afspiegeling van de inwonerssamenstelling van de wijk. De school is het stadium van witte of zwarte school voorbij. Omschrijvingen als ‘werelds’, ‘kleurrijk’ en ‘gemengd’ passen beter. Loterij voor Haïti Twee vliegen in een klap, dachten leerlingen van de Aloysiusschool in de Jordaan. Bij het opruimen van de bieb was de schooldirecteur tot de conclusie gekomen dat er wat boeken weg moesten om ruimte te scheppen voor nieuwe. Mooie aanleiding om slachtoffers van de aardbevingsramp op Haïti te helpen met een inzamelingsactie. De kinderen bedachten dat zij de boeken drie weken achtereen te koop konden aanbieden tijdens wekelijkse koffieinloopochtenden die voor ouders worden gehouden. De opbrengst was dan voor Haïti. Al snel ontstond het plan Haïti in die periode extra te steunen met een loterij. Daarnaast wilden de weldoeners de opbrengst van een Fair Trade project van groep 8 aan Haïti geven. Zo gedacht, zo gedaan. De boekenverkoop liep gesmeerd. Moeders liepen met stapels boeken de deur uit. “Laat het wisselgeld maar zitten”, klonk het meermalen om de leerlinBoekenverkoop op de Aloysiusschool. De opbrengst gaat naar de slachtoffers van de aardbeving op Haïti. nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
7
vond en loten werden verkocht, stalden zij tijdens de inloopochtenden voor ouders hun producten uit op tafeltjes in hun klas.
De vlinderslinger bleek een van de populairste fair trade producten, die kinderen verkochten tijdens een project over ondernemerschap.
gen een extraatje te geven. De verkoop van loten ging eveneens voorspoedig. Voor elk lot vroegen de kinderen 1 euro. Na drie weken zou dan uiteindelijk het winnende lot worden getrokken. De kinderen bedachten dat ze de gelukkige winnaar een geldbedrag van tien euro wilden geven. “Ha, ha, ha, dat zouden ze dan van het ingezamelde totaalbedrag moeten afhalen”, gnuift schooldirecteur Marion Mulder. “Beetje zonde. Ik probeerde dus maar te helpen door zelf een heel grote hoeveelheid loten te kopen.” En ja, wie zoveel loten heeft, heeft ook de meeste kans op de hoofdprijs. Tijdens de maandsluiting werd de winnaar bekend gemaakt. Het was… Marion. “Kon ik mooi de hoofdprijs van 10 euro bij de rest van het geld voor Haïti leggen”, lacht die.
Een licht, vrolijk, overzichtelijk interieur kan extra leerlingen aantrekken.
Ook bij het Fair Trade project van groep 8 gold het principe van twee vliegen in een klap. Onder leiding van leraar Arnoud Neefjes leerde de kinderen wat ondernemerschap inhoudt, tegelijkertijd verdienden zij geld voor het goede doel. Eerst moesten ze een ondernemersplan maken. Dit betekende dat ze inkoopkosten op een rij zetten en doorrekenden hoeveel winst ze zouden kunnen maken. Door samenwerking met een fair trade organisatie konden ze producten inkopen als koffiepads, dromenvangers, vlinderslingers, nougat, oorbellen en gsmsieraden. De producten komen uit arme landen en voldoen aan strenge milieu-eisen. Fair trade is erop gericht de economische ontwikkeling in derde Wereldlanden te stimuleren. Na de inkoop volgde het - volgens
“Onderzoek wijst uit: mensen krijgen op latere leeftijd rugklachten door verkeerde stoelen op scholen”
8
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
veel leerlingen - leukste onderdeel van het project: de verkoop. In de weken dat de boekverkoop plaats-
Verkooptrucs Sommigen bleven afwachtend bij zo’n tafeltje op kopers wachten, anderen waren initiatiefrijker, liepen op ouders toe, vroegen of die bij hun tafeltje kwamen kijken en zorgden met gepaste overredingskracht dat ze wat verkochten. “Kinderen die niet al te goed in rekenen zijn, konden ineens tellen en rekenen als de beste”, lacht Arnoud Neefjes. “Ze zetten ook verkooptrucs in zoals korting geven bij de aankoop van meer producten. Het was geweldig om te zien.” De kinderen trokken bovendien de Jordaan in om hun spullen aan de man te brengen. Ze kennen daar natuurlijk veel mensen met wie ze goede zaken deden. Maar ze belden net zo makkelijk overal aan en spraken vreemden aan op straat. Bij de maandsluiting werd niet alleen de winnaar van de loterij bekend, maar ook het eindbedrag van alle acties voor Haïti: een bedrag van maar liefst 318 euro. Zeggen wat je vindt Zo zijn er meer succesverhalen. Bijvoorbeeld op de Plesmanschool waar een LIO’er goede ideeën inbracht voor het klassemanagement. En op de vestigingen van de Jozefschool in Weesp en Muiden waar volgens directeur Remon Pontman vooral gedrevenheid en de capaciteiten van de leerkrachten belangrijke succesfactoren zijn. Om hun werkple-
Ouders startten een geslaagde PR-actie om van De Bron een meer gemengde school te maken. Ze maakten onder meer deze wervende folder.
zier nog meer te vergroten en vaardigheden bij het lesgeven extra aan te scherpen, vinden op de Jozefschool trainingen plaats onder het motto ‘Aandacht in de klas’. Ook leraren van andere basisscholen kunnen daaraan meedoen. “Aandacht is de kern van leren en lesgeven”, meent Remon. De laatste trainingen gingen over thema’s als ‘leren ontspannen’, ‘concentreren’, ‘activeren’ en visualiseren’. Deze hangen samen met werkhouding, pedagogisch klimaat en concentratie van zowel leerlingen als leerkrachten. Trainer Douwe Hoitsma (leerkracht en psycholoog) sprak verder over vier zogeheten hartkwaliteiten in de klas: • liefdevolle vriendelijkheid • mededogen • blijdschap • gelijkmoedigheid. “Deze brengen leerlingen, leerkrachten en een heel team emotioneel in balans”, aldus Remon. ”Belangrijk is een veilig klimaat waarin mensen durven zeggen wat ze vinden. Daar-
bij geef ik mensgericht leiding, net zoals leraren kindgericht lesgeven en ervoor zorgen dat ze alles uit leerlingen halen wat er in zit. Ik kijk naar specifieke sterke en zwakke kanten van medewerkers. De een is geschikt voor bijvoorbeeld het werk van een IB’er, een ander is dat niet. Ik stimuleer dat iedereen de kans krijgt te doen wat het beste bij hem of haar past. Zo kunnen mensen met plezier en voldoening hun werk doen. Dat heeft ongetwijfeld een positieve weerslag op leerlingen en maakt dat onze school goed draait.” ■
Arnoud Neefjes van de Aloysiusschool: “Veel kinderen konden tijdens onze inzamelingsactie ineens tellen en rekenen als de beste. Ze gaven kortingen en zetten verkooptrucs in.”
nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
9
Foto: Istock
Hoe doet u dat?
Tips ◆ De inhoud van de lesstof aanpassen. Versnellen (routeboekjes) en verrijken van de basisstof. Veel herhaling schrappen. ◆ Leer hoogbegaafde kinderen om te leren, en dat fouten maken mag.
Lesgeven aan knappe koppies
◆ Zorg voor genoeg afwisseling. ◆ Laat slimme kinderen samenwerken met andere hoogbegaafde leerlingen.
Corita Homma: “De kinderen gaan bij mij niet onderpresteren om erbij te horen”
Superslimme kinderen weten bijna alles. Toch is het voor leerkrachten niet altijd makkelijk om ze in de klas te hebben. Want hoe daag je hoogbegaafde leerlingen uit? En waar moet je verder op letten bij het lesgeven aan deze kinderen? TEKST: SIGRID STARREMANS
Annelies Sinke, leerkracht St. Catharinaschool, groep 4 “Ouders zeggen al snel dat hun kind hoogbegaafd is. Meestal klopt dat dan niet maar dit jaar heb ik er echt eentje in de klas. Hij is in de les vaak
al drie stappen voor en legt verbanden die de andere kinderen nog niet zien. Laatst had hij een Engels boek bij zich waar hij zomaar uit voorlas. Ik vind het heel verrassend en inspirerend om zo’n kind in de klas te hebben. Ik kan hem ook makkelijker dingen duidelijk maken. Bijvoorbeeld dat ik even geen tijd voor hem heb omdat ik met iets anders bezig ben. Daarentegen kan hij slordig zijn met zijn werk of dingen niet afmaken. Hij is snel verveeld en focust slecht. Ik ben aan het uitzoeken wat werkt voor hem. Bij rekenen zet ik hem nu achter in de klas zodat hij, zonder instructies, meteen met sommen kan starten. In het begin ging dat helemaal niet, hij lette teveel op de
“Ik maakte mijn slimme leerling begeleider van een leesclubje” “Ouders zeggen al snel dat hun kind hoogbegaafd is. Meestal klopt dat dan niet.”
10
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
andere kinderen. Maar nu gaat het heel goed. Ook heb ik hem begeleider van een leesclubje gemaakt. De kinderen lezen een vrij moeilijk boek.
Mijn slimme leerling geeft uitleg en laat de andere kinderen de woorden onderstrepen die ze niet begrijpen. Dat gaat heel goed. En hij vindt het hartstikke leuk.”
hoogbegaafde kinderen vaak materiaal van Bekadidact. Dat dictee zit na één keer al in hun koppies, deze opdrachten zijn leuker en speelser. Ook heb ik Engels erbij genomen voor de kinderen die dat aankunnen. De hoogbegaafde kinderen in mijn klas vallen verder niet op. Ze gaan niet onderpresteren om erbij te horen, zoals je wel eens hoort. Dat komt ook omdat wij een Montessorischool zijn, het lesprogramma wordt sowieso op verschillende niveaus aangeboden. De kinderen zijn eraan gewend dat iedereen op zijn eigen niveau werkt.”
Corita Homma, leerkracht De Regenboog, groep 3, 4, 5 “De grootste uitdaging bij hoogbegaafde kinderen is om ze te leren leren. Ze zijn eraan gewend dat ze alles aankunnen. Het risico is dat ze snel afhaken als ze eens een hobbel moeten nemen. Daarom is het belangrijk om ze te blijven uitdagen. Momenteel heb ik drie hoogbegaafde kinderen in de klas. Ik vraag er zelf om: tijdens mijn studie heb ik me verdiept in hoogbegaafdheid. Ik heb veel extra en gevarieerd materiaal in de klas. Voor rekenen gebruik ik bijvoorbeeld het compactprogramma van Stichting SLO.” “Voor taal gebruiken wij op de Montessorischool geen reguliere methode. Maar als de klas dictee heeft gehad en de andere kinderen met de woorden gaan oefenen, geef ik de
Walter Staal, leerkracht verrijkingsgroep Biënkorf “Zeven jaar geleden zijn we gestart met een verrijkingsgroep. Nu hebben we een groep voor de midden- en de bovenbouw. In elke groep zitten tien hoogbegaafde kinderen. Elke dinsdag- (mb) en vrijdagmiddag (bb) krijgen ze, onder schooltijd, een paar uur speciale lessen. Dat is naar mijn idee hard nodig. Ook hoogbegaafde leerlingen hebben aandacht nodig en recht op uitdagend en stimulerend onderwijs.” “Het zijn vaak kinderen die de lesstof fluitend doorlopen en op de lagere school op halve kracht werken. Als de lesstof op de middelbare school moeilijker wordt, kan dat problemen geven: deze kinderen zijn vaak
niet gewend om hard te werken om goede resultaten te behalen. In het ergste geval gaan ze zonder diploma van school af. In de verrijkingsgroepen komen onderwerpen aan de orde waarbij ze gedwongen worden om na te denken. Ook reflecteren we naderhand: wat vond je moeilijk, waarom liep je daar tegenaan? We willen meegeven dat je moeilijkheden kunt oplossen, dat je er iets mee kunt doen. Verder
“Op de basisschool werken veel van deze kinderen op halve kracht. Later in het voortgezet onderwijs kan dat problemen geven”
◆ Ga na wat de interesse heeft van een leerling, en biedt mogelijkheden om ermee aan de slag te gaan. Werk ook met informatie uit het nieuws. ◆ Zorg voor genoeg constructief materiaal om het creatieve denken te stimuleren. Daag kinderen uit zelf ideeën en oplossingen te bedenken. Voorbeeld: een hoogbegaafd meisje uit groep 6 ontwikkelde een spel voor kleuters om ze de getallen 1 t/m 5 te leren. ◆ Durf af te wijken van de gebaande wegen, geef wat meer vrijheid, en deze kinderen zullen u verbazen! ◆ Ga er niet van uit dat extra slimme kinderen ook alles zelf kunnen oplossen en/of altijd voor 100% gemotiveerd zijn. Ook zij hebben veel begeleiding nodig.
kiezen de kinderen een vak uit waarmee ze in de klas zelfstandig aan de slag gaan, bijvoorbeeld Spaans, Engels of extra wereldoriëntatie. De kinderen zelf zijn erg enthousiast. Ook als er in hun klas iets leuks georganiseerd wordt, kiezen ze er meestal toch voor om naar de verrijkingsgroep te komen.” “We willen meegeven dat je moeilijkheden kunt oplossen, dat je er iets mee kunt doen.” nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
11
Day a Week School Uitdaging voor hoogbegaafde kinderen Sinds half maart gaan honderd hoogbegaafde leerlingen één dag per week naar de Day a Week School (DWS), op verschillende locaties in Amsterdam. Ze volgen daar een programma dat speciaal is afgestemd op hun talenten en behoefte aan extra uitdaging. De leerlingen komen uit de groepen 5, 6 en 7 van diverse Amsterdamse basisscholen, waaronder vier ASKO-scholen. De pilot duurt twee jaar.
handen ineen geslagen: het ABC, de ASKO, Stichting Openbaar Onderwijs aan de Amstel en Openbaar Primair Onderwijs Amsterdam Noord. Slimme sponzen Marsha Kleinsma is leerkracht in groep 7 van basisschool De
TEKST: SASKIA ENGBERS
Ook uw school kan deelnemen aan de pilot van de Day a Week School. Neem voor meer informatie contact op met Mirjam Leinders van ASKO,
[email protected], (020) 301 38 65. 12
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
leerlingen bovendrijven die in de klas gemiddeld of zelfs onderpresteren.” De scholen betalen 1500 euro per leerling voor een schooljaar. “Dat is veel geld”, zegt Mirjam, “maar de scholen vinden het de moeite waard. Het stadsdeel Noord is bovendien zo
“Er zijn grenzen aan wat een reguliere school voor hoogbegaafde leerlingen kan betekenen” DWS is voor hen een prachtig initiatief. De kinderen voelen zich er naar waarde geschat en gaan er met veel plezier naar toe.” Oplossingsvaardigheid Aan de pilot doen honderd kinderen van verschillende scholen mee. Daaronder zijn vier ASKO-scholen: de Mgr. Bekkersschool, de Biënkorf, het Wespennest (alle drie in Noord) en de Pool (Amsterdam Centrum). De leerlingen zitten in groep 5, 6 of 7. Op de DWS krijgen ze les in combinatieklassen. De pilot start met één klas in Noord en vier in Zuid. “We hebben de kinderen geselecteerd door hun oplossingsvaardigheid te testen en niet hun feitenkennis”, vertelt Mirjam Leinders, regiomanager van ASKO. “Op die manier kwamen ook de hoogbegaafde
enthousiast dat het een tegemoetkoming in de kosten heeft beloofd.” Naast positieve reacties is er ook kritiek. Mirjam: “We krijgen wel te horen dat de DWS een tweedeling in het onderwijs zou creëren. Maar onderzoek heeft aangetoond dat hoogbegaafde kinderen er grote behoefte aan hebben te leren met en van andere hoogbegaafde kinderen. Zo worden ze uitgedaagd en op ideeën gebracht.” In Engeland is de Day a Week School al jaren een succes. Voor de Nederlandse pilot hebben vier partijen de Rekensom voor slimmeriken: als er 52 witte en 52 zwarte sokken worden gewassen, hoeveel sokken moet u dan uit de wasmachine pakken voordat u zeker weet dat u een paar van dezelfde kleur heeft?
Foto: Istock
Meedoen
begeleiding hebben we in kannen en kruiken. Maar de leerlingen die juist méér aankunnen, willen we ook iets extra’s bieden. Voor deze kinderen zijn we dit schooljaar begonnen met een plusklas, maar een paar leerlingen springen er zelfs daar uit. De
Antwoord: 3 sokken.
T
im zit in groep 6 van de Mgr. Bekkersschool in Amsterdam Noord. Hij is een ordeverstoorder, die regelmatig de aandacht van de andere kinderen afleidt. Tim (die in werkelijkheid anders heet) is hoogbegaafd. “Dat is gebleken uit een test die in de kleuterklas op initiatief van zijn ouders is gedaan”, vertelt Intern Begeleider Tineke Meester. “Hij heeft een klas overgeslagen, maar blijft zich vervelen. Met als gevolg dat hij onder de les vertier zoekt bij andere kinderen.” Tineke is blij met de komst van de DWS. Voor Tim, én voor de andere hoogbegaafde leerlingen op haar school. “Die andere kinderen zijn vrij stil in de klas en vragen niet veel aandacht. In die zin hebben de leerkrachten en leerlingen geen ‘last’ van hen. Maar het is natuurlijk sneu dat zij zich niet ten volle kunnen ontplooien. Op onze school gaat de aandacht met name uit naar leerlingen met een leerachterstand. Hun
Pool. Daarnaast geeft ze een dag per week les op de DWS. Ze vertelt: “Het lesmateriaal is vooral gericht op wiskunde, wetenschap, filosofie en denkstrategieën. We stimuleren een actieve leerhouding en leren de kinderen op een onafhankelijke manier te werken. Daarbij gebruiken we de zogeheten ‘taxonomie van Bloom’. Die onderscheidt zes denkniveaus in een opklimmende moeilijkheidsgraad. Wij werken op de drie hoogste denkniveaus. Dat betekent dat de kinderen onder andere leren analyseren, vergelijken, combineren, inschatten, beargumenteren, bekritiseren en systematiseren.” Marsha begint elke DWSdag met een woordpuzzel of rekenspel op het bord. Bijvoorbeeld: als ik 52 witte en 52 zwarte sokken heb gewassen, hoeveel sokken moet ik dan uit de wasmachine pakken voordat ik zeker weet dat ik een paar van dezelfde kleur heb (het ant-
woord vindt u in het fotobijschrift)? Ook voor de rest van de dag maakt Marsha een planning, maar daar gaat ze flexibel mee om. “Ik probeer in te spelen op wat de kinderen op een bepaald moment bezighoudt. Dat heeft tot gevolg dat ik een antwoord soms ook niet weet. Vergeet niet dat deze kinderen een hoger IQ hebben dan ik. Op zo’n moment gaan we samen bedenken hoe we aan het antwoord kunnen komen. We mailen bijvoorbeeld een deskundige om te vragen of hij ons kan uitleggen hoe we een wiskundeprobleem moeten aanpakken.” Getoetst wordt er niet op de DWS. Marsha: “Dat doe je normaal gesproken om te kijken welke kinderen achterblijven. Hier is dat niet nodig. Deze kinderen zijn sponzen, die alles opnemen wat je ze aanbiedt.” Sociaal-emotionele kant Op de DWS worden niet alleen de hersenen gekraakt. Er staat ook regelmatig een kringgesprek op het programma, waarin de kinderen kwesties bespreken als: hoe zie ik mijzelf? Hoe zien anderen mij? Deze aandacht voor de sociaal-emotionele kant van hoogbegaafdheid is een krachtig punt, vindt Simon Karlas, Intern Begeleider op het Wespennest. “Veel hoogbegaafde kinderen zijn innerlijk wat disharmonisch. Ze willen niet verschillen van hun leeftijdgenoten, maar ervaren dat ze tóch anders zijn. Het is fijn dat ze daar op de DWS met gelijkgestemden over kunnen praten.” Zou Simon het niet beter vinden als hoogbegaafde kinderen vijf dagen per week naar een speciale school gaan? “Nee, het is belangrijk dat kinderen op school leren om te gaan met de diversiteit in de samenleving. Het liefst zouden wij binnen de muren van onze school alle kinderen precies willen bieden wat ze nodig hebben. Ook de kinderen aan de bovenkant. Wij zijn een Jenaplanschool en kunnen kinderen bijvoorbeeld een jaar vooruit zetten met rekenen. Ook hebben we een vrijwilliger die met vooruit-groepjes werkt. Maar we moeten erkennen dat er grenzen zijn aan wat een reguliere school voor hoogbegaafde leerlingen kan betekenen. Daarom zijn wij heel blij met dit traject.” De pilot van de DWS duurt twee jaar en wordt geëvalueerd door de Universiteit van Amsterdam. Als de resultaten positief zijn, volgt mogelijk uitbreiding naar andere stadsdelen. ■ nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
13
Creativiteit en onderwijs
Denken om een hoekje Als het om Passend Onderwijs gaat, ziet een aantal onderwijsmensen haken, ogen en beren op de weg. “Durf eens anders te denken”, adviseert David van der Kooij. Met workshops stimuleert hij creatief denken langs ongebaande paden. En voor u het weet, dient zich een lumineus plan, een oplossing voor een lastig probleem of een prachtkans aan… TEKST: BETTINA VAN DE KAR
T
ijdens een bijeenkomst van het CPS gaf David, vader van een leerling van de St. Jozefschool, onlangs een workshop over Passend Onderwijs. Hieraan deden leerkrachten mee die nogal opzagen tegen extra kinderen met beperkingen in hun klas. Passend Onderwijs houdt immers in dat schoolbesturen wettelijk worden verplicht elk kind passend onderwijs te bieden, ook kinderen die extra zorg nodig hebben. Dit betekent waarschijnlijk dat diverse leerlingen die nu nog naar Speciaal Onderwijs worden doorverwezen, op een reguliere school les gaan volgen. “Wat als je je nu eens niet richt op die beperkingen, maar op de talenten van zorgleerlingen?” probeerde David de gedachten van zijn deelnemers een andere kant op te krijgen. Hij stelde voor twee groepjes te vormen. Het ene woont op een denkbeeldig eiland met kinderen met talenten. Het andere op een eiland met kinderen met beperkingen. Hoe zien die
eilanden eruit en welke bruggen kunnen daartussen worden gelegd? “Sommigen blijven hangen in praten over waar hun pijn zit en welke problemen zij hebben”, zegt David na afloop. “Anderen gaan daadwerkelijk het roer omgooien. Bijvoorbeeld bij het lesgeven aan kinderen met ADHD. Veel van hen zijn snel afgeleid en letten daardoor niet altijd goed op in de klas. Daarbij is bekend dat veel ADHD’ers van actie en beweging houden. Dit laatste kun je als leraar inzetten om een les voor hen aantrekkelijker te maken. Inspelen op verschillende vaardigheden en op wat kinderen leuk vinden: dat werkt.” Haaien met vijf ogen Met creatief denken, kun je niet vroeg genoeg beginnen. David geeft dus ook aan kinderen les. “Samen met hen reis ik bijvoorbeeld in gedachten naar het eiland KIEM. We gaan er in een duikboot naar toe en ik vraag de kinderen wat ze zien als ze uit de raampjes kijken. Een haai! roepen ze vaak. Ik vraag dan of ze eens een heel andere haai willen tekenen dan de haaien die ze uit films of van plaatjes kennen. Door haaien met tien vinnen, vijf ogen en stompe in plaats van scherpe tanden te tekenen, ontdekken ze hun creativiteit en leren ze originele ideeën verzinnen. Dit bevordert dat ze sneller en effectiever met problemen en uitdagingen omgaan. Mindmappen is een manier om informatie in een combinatie van woord, kleur en beeld samen te vatten: een mooi voorbeeld van het toepassen van creativiteit. Ook hiervoor heeft David een lespakket ontwikkeld: Mindmappen met Marja en Moes. Reis met de kinderen uit uw klas naar het denkbeeldige eiland KIEM
14
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
Maak kans op een gratis lespakket Mindmappen. Lees meer op bladzijde 4.
Stimuleren dat kinderen hun Nintendo’s, MSN, internet en de Wii voor even links laten liggen, lijkt David ook wel wat. “Ik kan creativiteit op gang brengen door hen te vragen wat ze met vergeten speelgoed dat ergens in een hoekje van de schuur ligt, willen gaan doen.” Ziehier: een nieuw lespakket lijkt al weer geboren. “Creativiteit is de motor van de wereld”, aldus David. “Creativiteit heeft de wereld klokken, lampen, mp3-spelers en nog veel meer gebracht. Zonder creativiteit loopt alles vast.” Meer weten over Davids werk? Kijk op www.denkenomeenhoekje.nl. www.denkenomeenhoekje.nl
Column Juf Patty
Patty Roos geeft les aan groep 3 van de Archipel, een ASKO-school in IJburg. In eigenWijzer beschrijft Patty wat zij zoal meemaakt met haar leerlingen.
Waar zijn die mannen?! Opvallend is dat bijna overal in basisscholen aanzienlijk meer vrouwen dan mannen voor de klas staan. Op mijn vorige school (de Lukasschool) was ik jaren gezegend met zeven mannelijke collega’s op zo’n dertig vrouwen. Nu werk ik op een kleine school met zo’n vijftien vrouwen en één man die maar drie dagen in de week werkt. Al mijn collega’s zijn echt schatten. Maar ik mis gewoon de mannen. Ik mis die meer directe en zakelijke manier van communiceren, ik mis de mannelijke input aan de koffietafel in de lerarenkamer. Ik mis de mannelijke mening als het gaat om de omgang met kinderen, ouders en met elkaar. Behalve dat ikzelf en veel collega’s een 50/50 verhouding plezieriger vinden, is het vooral beter voor de kinderen. Zij missen echt de meesters op school. Mannen en vrouwen verschillen van elkaar en voor kinderen vind ik het niet gezond èn niet leuk dat alleen vrouwen hen opvoeden en les geven. Van de kinderen uit mijn groep heeft 30 procent geen vader thuis. Dat betekent dat zij überhaupt nauwelijks met mannen in aanraking komen in het dagelijkse school- en gezinsleven. Alleen omdat in ons schoolgebouw nogal eens wat stuk gaat ( we zijn tijdelijk gehuisvest in een pand dat we met anderen delen totdat ons eigen gebouw klaar is ) hebben we meestal toch nog wat manvolk over de vloer. Werklui – altijd mannen – wandelen bijna dagelijks binnen. Ik bloei dus op als er iets getimmerd of gesjouwd moet worden J. Daarbij heeft onze NSO sinds kort één meester. Die wordt nog net niet omver gelopen van enthousiasme door de jongens die ik hem na schooltijd toevertrouw. En vorige week had ik een dag een mannelijke kijker in de klas. Leuke kerel van begin veertig die aan een overstap naar het onderwijs denkt. In een ver verleden had hij ook nog gevoetbald bij AZ! Alle aandacht was voor De Man In De Klas. Het is ongelooflijk hoe met name de jongetjes genoten. Ze waren niet bij hem weg te slaan. Tja, misschien moet ik meer mannendingen gaan doen? Voetballen? Gereedschap mee? Dagelijks meer stoeien? Over de oorzaak van de, naar mijn idee, ongezonde manvrouw verhouding in het onderwijs kan ik kort zijn. Ik denk dat het een kwestie is van groeikansen en salaris. En misschien heeft onderwijs een te soft imago? Ik heb een oplossing! Mijn voorstel is dat er voor alle nieuw te bouwen scholen een duo-gebouw wordt neergezet: aan de ene kant een basisschool, aan de andere kant een brandweerkazerne. Maar… met één gezamenlijke koffiekamer. Lijkt me naast brandveilig vooral heel gezellig.
Tja, misschien moet ik meer mannendingen gaan doen? Voetballen? Gereedschap mee? Dagelijks meer stoeien?
Patty
gelsman
Foto: René den En
Foto
: Stoc
kexch
ange
Foto: Stocke
xchange
School portret
Grootse grote school We doen het samen! Dat is het motto van het team van de Mijlpaal in Nieuw Sloten. Die saamhorigheid dwingt nog meer respect af in de wetenschap dat de school maar liefst zevenhonderdvijftig leerlingen telt, ruim zestig teamleden heeft en ook nog verdeeld is over twee gebouwen. TEKST: JAN BARENDSE
T
wee gebouwen, het is de keerzijde van de stormachtige groei van de Mijlpaal. Ad Schuffelen: “Kort na de oprichting in 1992 bleek al dat wij te groot zouden worden voor ons gebouw aan het Westmallepad. Voor Nieuw-Sloten waren vier basisscholen met acht klassen gepland, maar de vierde school is er nooit gekomen. Van de drie scholen hadden wij van meet af aan de grootste aantrekkingskracht. Dat betekende dat we tot 2007 met allerlei uitbreidingsperikelen te maken hadden. In ‘96 kregen we acht extra lokalen in een noodgebouw aan de Anderlechtlaanlaan. Dat werd in 2003 op een mammoettransport gezet om op deze plek ruimte te maken voor een nieuw gebouw dat in 2007 is opgeleverd. Daarvan is de helft permanent. We beschikken nu in totaal over 21 lokalen.” “Het is natuurlijk mooier om alles bij Adjunct-directeur Marga Putter onthult een kunstwerk in het Mijlpaalgebouw.
elkaar te hebben”, vindt Ad. “Maar als dat niet kan, moet je er het beste van zien te maken. In eerste instantie kozen we voor splitsing van de parallelklassen, maar daar zijn we in ’97 van afgestapt. Want dat bemoeilijkte de samenwerking van de leerkrachten die in dezelfde leerjaren werkten. Aan het Westmallepad zitten nu de groepen 3 en 6 en vier groepen 1/2. En aan de Anderlechtlaan zitten drie groepen 1/2 en de groepen 4, 5, 7 en 8. Ik zeg niet dat we dat altijd zo zullen laten. Vooralsnog zullen de kinde-
“Hier vond ik een ideale mix van vrijheid en structuur” ren in de loop van deze acht jaar verschillende keren moeten verhuizen” “Dat vertellen we de ouders van te voren”, vult Marga Putter aan. Zij is een van de twee adjunct-directeuren. Daarnaast is zij locatieleider en zorgcoördinator. “En toch blijven aanmeldingen voor leerlingen binnenstromen.” Digitale ontmoetingsplaats Eén van die ouders is Juultje Sommers, sinds kort MR-lid. Zij ging bij
16
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
het kiezen van een school beslist niet over één nacht ijs: “Ik heb alle drie de scholen in deze buurt bezocht, maar hier vond ik een ideale mix van vrijheid en structuur. Ook het OGO was een reden om voor de Mijlpaal te kiezen. Dat was voor mij de garantie dat de school uitgaat van het kind. Wat vertelt het? Wat neemt het
mee? Ik zag dat daar op ingegaan wordt.” Juultje introduceerde op de Mijlpaal het ‘kwaliteitsplatform’, een digitale ontmoetingsplaats waar ouders, MR en onderwijsteam standpunten, vragen en antwoorden met elkaar uitwisselen. Aan de verdeling van de Mijlpaal over twee locaties tilt ze niet zo zwaar. ”Dat neem ik op de koop toe, omdat ik een school gevonden heb waar de deur altijd openstaat. Waar zelfs de directeur gemakkelijk te benaderen is. Op veel
andere scholen lijkt het wel of de directeur verscholen zit.” Pest-protest Ad Schuffelen waagt zich niet aan een uitgebreide analyse van de aantrekkingskracht van de Mijlpaal. ”Wij doen ons werk zo goed mogelijk en dat mensen daar enthousiast over zijn, is leuk meegenomen. We kloppen ons daar niet voor op de borst. En het is ook moeilijk te duiden. Het is bijvoorbeeld niet simpel toe te schrijven aan ons Ontwikkelingsgerichte concept (OGO). De openbare school in dit stadsdeel is ook een OGO-school en die is een stuk kleiner. Misschien komt het door ons veilige pedagogische klimaat, het grote belang dat wij hechten aan goede omgang met elkaar en tussen leerlingen onderling. Misschien speelt onze heldere organisatiestructuur mee, waardoor ook de ouders weten: zo doen we het, met elkaar.“ “Voor goed omgaan met elkaar is zelfs expliciet beleid ontwikkeld”, zegt Marga. “Afspraken en regels zijn helder. Er is een pestprotocol en er zijn actieve vertrouwenspersonen. Leerlingen uit de groepen 6 en 7 hebben zitting in de leerlingenraad. Zij noemen zich het pest-protestteam. Samen met een aantal teamleden vormen zij de werkgroep pedagogisch klimaat. Dat team denkt na over hoe we de veilige sfeer op school kunnen bevorderen. Om de maand komt het pest-protest-team in de groepen met een speciaal aan-
Schooldirecteur Ad van Schuffelen in zijn rol van de Griekse God Atlas.
dachtspunt. De andere maand krijgen de groepen bezoek van een contactpersoon. Zo weten de leerlingen bij wie ze terecht kunnen als ze een vraag of probleem hebben. Dat kan ook via een briefje in de daarvoor bestemde brievenbus.” Nieuw onderwijstalent opleiden Met ruim zestig teamleden is het onvermijdelijk dat er geregeld vacatures zijn. Marga: ”Gelukkig zijn we al zo’n zeven jaar opleidingsschool voor leraren in opleiding.” Sinds kort is de Mijlpaal zelfs academische opleidingsschool. Dit houdt in dat aspirant-leraren tijdens hun stage ook wetenschappelijk onderzoek doen met als doel het onderwijs op school verder te verbeteren.” “Studenten komen hier speciaal naartoe voor OGO”, vult Ad aan. “En dat is voor ons een belangrijke aanvoer van nieuw talent, echt schitterende LIO’s, helemaal zelf opgeleid. Die proberen we natuurlijk vast te houden.” Bij de Mijlpaal gaat alles in het groot. Zo zijn er maar liefst vijf IB-
Opening van het schooljaar 2009/2010 waarin de kinderen aan het werk gaan met een landenthema.
ers, aangestuurd door Marga: “Wij proberen de zorg zoveel mogelijk te integreren in het groepsgebeuren. Zowel voor kwetsbare als voor hoogbegaafde kinderen. Die laatste groep bezoekt echter één dag een klas buiten de school waar zij ‘onder elkaar’ zijn en een passend aanbod krijgen. Het liefst zouden we dat in school organiseren, maar daar zijn extra middelen voor nodig.” “Er lopen twee trajecten”, legt Ad uit, ”We vallen buiten het project dat in de stadsdelen Noord en in Zuid loopt. We hadden er graag over mee willen denken, maar misschien komt dat nog.” Voor de troepen uit? Ad Schuffelen staat onder zijn collega’s bekend als harde werker die zichzelf niet op de voorgrond plaatst. Het brengt hem een beetje in verlegenheid als hij met dit imago wordt geconfronteerd: “Daar zeg ik niets over, hoor!” Maar even later kan hij toch de verleiding niet weerstaan: “Ik houd er inderdaad niet van om voor de troepen uit te lopen. Wat hier op school gebeurt, is het resultaat van een samenspel van alle teamleden. Alleen zo krijg je mooie dingen voor elkaar. Als je zo’n school begint, dan moet je heel veel investeren. De eerste vijf jaar zijn tropenjaren. Maar dan kun je gaan werken aan draagkracht voor je idealen. En die heb ik volop gevonden. Bij mijn mededirectieleden, de Intern Begeleiders en, niet te vergeten, bij de groepsleerkrachten zelf. Zij vormen ons kapitaal. Onze centrale gedachte is ontwikkeling vanuit betrokkenheid. Niet alleen bij kinderen, maar ook bij het personeel.” “We zijn een lerende organisatie”, vat Marga samen. “Van en met elkaar leren: dat is onze grondhouding.” ■ nr 15 / april 2010
EIGEN Wijzer
17
ASKO fette
Colofon eigenWijzer
Uitgave van de Amsterdamse Stichtingen voor Katholiek Onderwijs (ASKO), verschijnt vier keer per jaar voor alle medewerkers van de ASKO.
met Francine van den Brom Op een rollende steen groeit geen mos… Dat gold lange tijd voor Francine van den Brom (35) van Montessorischool De Regenboog in Amsterdam Zuidoost. Na de middelbare school rolde ze van het ene avontuur in het andere. Francine werkte als stewardess, in een tapasrestaurant en in de (mobiele) telecom. Tot ze het onderwijs ontdekte. TEKST: ERIK VAN STOKKOM
Omschrijf jezelf eens in vijf woorden.. “Pff, dat is lastig. Even denken. Ik noem alleen de positieve dingen natuurlijk…. Enthousiast, doorzetter, vriendelijk, open en…” Avontuurlijk? “Ja, dat zou ik bijna vergeten. Al op de middelbare school wilde ik de wijde wereld in. Iedereen verwachtte dat ik zou gaan studeren, maar ik vertrok. Eerst een jaar naar Australië, daarna een half jaar in een Israëlische kibboets en vervolgens trok ik een half jaar met een rugzak door Azië. Daar bleef het niet bij. Ik ging ook naar Nieuw-Zeeland en naar Afrika. Het bleek de beste keuze te zijn geweest die ik maar kon maken. Ik leerde enorm veel van het reizen. Die ervaring gebruik ik nog steeds als ik voor de klas sta.” Welk werk heb je het langste gedaan? “Ik werkte zeven jaar als stewardess. Meestal als freelancer. Dat leverde mij veel vrijheid op. Soms bepaalde ik een dag van te voren of ik op een vlucht stapte. Het meest indrukwekkend vond ik Afrika. 18
EIGEN Wijzer
nr 15 / april 2010
Ik heb een tijdlang in Senegal gewerkt. Dat was super.” Waarom ben je in het onderwijs gaan werken? “Zeven jaar als stewardess vond ik genoeg. Het probleem is dat ik me na verloop van tijd ga vervelen. Als je vliegt, zie je de passagiers alleen in het vliegtuig. Daarna zie je ze niet meer. Dan is het afgelopen. In het onderwijs is dat gelukkig anders. Je bouwt een band op met mensen. Je volgt de kinderen een tijdlang. Bovendien is de afwisseling groot. Dus besloot ik zeven jaar geleden om naar de Pabo te gaan. Een goede keus. In het onderwijs kan ik nog jarenlang vooruit, want er valt altijd wat te leren.” Wat vond je zo leuk aan Afrika? “In Senegal hebben mensen een totaal ander gevoel voor tijd. Vier uur vertraging is heel normaal. En het vliegen zelf is veel minder aan regels gebonden. Het vliegtuig lijkt meer op een bus. Onderaan de trap worden kaartjes verkocht, aan zoveel mogelijk passagiers. Zit het vliegtuig vol, dan worden de kinderen op schoot genomen, zodat er nog wat mensen bij kunnen.
nummer 15,
april 2010.
Ik vloog op een kleine Fokker F50. Daar passen vijftig mensen in. Ik zat achterin, naast de bagageruimte. Soms hoorde ik allemaal kuikentjes piepen. Ook liep er weleens stinkende visolie tussen mijn voeten door de cabine in. De piloten en ik moesten vaak improviseren. Sommige landingsbanen waren onverhard, met fakkels als verlichting. En op een dag zat er een varken klem tussen het landingsgestel… Ik keek mijn ogen uit. We waren vaak overbeladen. In het vliegtuig zaten mensen met dieren, kinderen zaten bij vreemden op schoot, er liepen honden op de startbaan. Ik zag rozenkransen en Korans… En de piloot moest op zicht vliegen omdat er vaak geen luchtbegeleiding was. Het is zo indrukwekkend allemaal. Een heel andere wereld.” Wat zou je doen als jij de directeur van ASKO was? “Kleine klassen, dat is echt mijn ding. Dat werkt zoveel beter! Als directeur van de ASKO zou ik me daarom willen inzetten om de klassen te verkleinen.”
Redactie Mirjam Leinders (regiomanager), Chaia Levie (bestuurslid), Frans Niekel (directeur De Waaier), Trudy Pas (regiomanager), Patty Roos (leerkracht De Archipel), Jan-Willem van Schendel (directeur St. Jozefschool) Eindredactie/bladcoördinatie Bettina van de Kar, A5 Schrijfbedrijf, Amersfoort Jozé Ammerlaan, ASKO Vormgeving Judith Vissel Druk Drukkerij Zuidam, Woerden Oplage 1200 Aan dit nummer werkten mee Jan Barendse Saskia Engbers Sigrid Starremans Erik van Stokkom Coverfoto Istock Als je niet in Nederland woonde, waar zou je dan willen wonen? “Ik heb vaak het gevoel gehad dat ik in het verkeerde land ben geboren. Zo had ik graag in Engeland willen opgroeien. Dat land heeft me altijd aangetrokken. Het landschap is er zo mooi en de mensen zijn er vreselijk aardig.” Je werkt sinds drie jaar voor Montessorischool De Regenboog. Wat betekent deze vorm van onderwijs voor jou? “Het Montessorionderwijs is erop gericht om kinderen zelfstandig te maken, zowel op school als in de rest van hun leven. Dat zit vaak in kleine dingen, zoals de vaste plekken die alle spullen in een klaslokaal hebben. Zo vinden kinderen direct wat ze zoeken en kunnen ze aan de slag. We werken met drie jaargroepen in één klas. Kinderen leren elkaar helpen. Ook dat
Cartoons Wim Dolk
bevordert de zelfstandigheid.” Blijf je nu in Nederland? “Jazeker! Ik heb een Nederlandse vriend en sinds zeven maanden hebben we een baby, een jongen. Ik heb het gevoel dat ik hier prima op mijn plek zit. Het reizen zal ik beperken tot de vakanties.” Hoe gebruik je al jouw ervaringen in de klas? “Ik werk in Amsterdam Zuidoost. Dat is goed te merken. We hebben veel verschillende culturen in de klas. Ik kan gemakkelijk relativeren en de kinderen laten zien hoe het elders in de wereld toegaat. Ik wil de kinderen motiveren om over muren heen te kijken.”
Redactie-adres Bettina van de Kar Jozé Ammerlaan Postbus 87591 1080 JN Amsterdam
[email protected] De inhoud van dit blad staat ook op www.askobk.nl, onder ASKO intern – eigenWijzer. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder toestemming van de redactie. De volgende eigenWijzer verschijnt in juni 2010
Opvallend is dat bijna overal in basisscholen aanzienlijk meer vrouwen dan mannen voor de klas staan… (lees ook de column van juf Patty op bladzijde 15).