1996
N 36
NOTULEN van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op donderdag 9 mei 1996 te 20.00 uur in het Stadhuis te Lelystad. Aanwezig zijn:de heer K.H. Bruinewoud loco-burgemeester/voorzitter (VVD), mevrouw H. Blom-Postma (D66), de heer B.J. van Bochove (CDA), mevrouw G.M.C. Jonkman-Jansen (PvdA), wethouders; de heren J. Bierma (VVD), R.C. Bogert (VVD), R. Bootsma (PvdA), G.F. Bus (BPN), de dames A. Dil (PvdA), H.S.E. Greuter-Hemmelder (Gr .Links), de heren W. Herrebrugh (PvdA), W. Hijmissen (CDA), mevrouw B.H. Holter (D66), de heren C.J.J. Homan (PvdA), H. Kiviet (D66), J.A. Klein Swormink (CDA), E.P.J.M. Klomp (SP), J.D. Lokhorst (VVD), J. Lodders (VVD), J.P. Mattie (VVD), mevrouw C.A. Mehrengs (SP), de heren F.J.M. Noeken (BPN), R. van der Sloot (NWP), K.B.P. Slump (GPV/RPF), mevrouw M.A.S. van Sprang-Kamstra (D66), de heren R. Spriensma (CDA), T. Stroobach (D66), H.J. Surink (D66), P.G.M. van de Ven (Gr.Links), M.G. Verlaan (Gr.Links), mevrouw L. van W ingerden-Visser (D66) en de heer T.J. van der Zwan (PvdA), leden van de raad; alsmede de heer H.J. Bolding, secretaris; Afwezig zijn:de heren J.P.A Gruijters, burgemeester en D.P. van Dissel (vD), lid van de raad.
1.Opening De voorzitter: De vergadering is geopend. Bericht van verhindering is ontvangen van de heer Gruijters. De heer Van Dissel heeft ons al geruime tijd geleden laten weten dat hij nog niet zo ver was om deze vergaderingen bij te kunnen wonen.
2.Notulen van de op 11 april 1996 gehouden openbare vergadering De notulen worden conform ontwerp vastgesteld.
3.Ingekomen stukken (stuk nr. 41660) -
1Voor kennisgeving 2Voor kennisgeving 3Voor kennisgeving 4Voor kennisgeving
aangenomen. aangenomen. aangenomen. aangenomen.
1996
N1
- 5De heer Van de Ven: Mijnheer de voorzitter. Wij vinden de brief zo belangrijk, zeker op het moment van het invoeren van betaald parkeren, dat wij voorstellen de commissie te horen. Ter afdoening in handen gesteld van burgemeester en wethouders, gehoord de commissie voor ruimtelijke ordening en economische zaken. - 6Voor kennisgeving aangenomen. - 7Voor kennisgeving aangenomen. - 8De heer Bootsm a: M ijnheer de voorzitter. Mede naar aanleiding van een zaak in de laatste vergadering van de commissie voor de bezwaar- en beroepschriften verzoek ik u dit probleem zo spoedig mogelijk, voorafgaande aan de beantwoording, te behandelen in de commissie voor ruimtelijke ordening en economische zaken. M evrouw Holter: M ijnheer de voorzitter. Ik zou dit ingekomen stuk graag in de commissie voor financiën, grondzaken en sociale zaken behandeld willen zien. W ethouder Jonkman: Mijnheer de voorzitter. Het lijkt me dat één commissie voldoende zou moeten zijn. M evrouw Holter: Gezien de punten die er in genoemd worden, denk ik dat het niet bij "parkeren" behoort. De brief wordt behandeld in de commissie voor financiën, grondzaken en sociale zaken. - 9De heer Bootsm a: M ijnheer de voorzitter. De behandeling van deze brief willen wij graag eerst in de commissie voor ruimtelijke ordening en economische zaken. De voorzitter: Ik denk dat het vooral een problematiek van openbare orde betreft. De commissie voor algemene zaken lijkt mij dan meer voor de hand liggend. De heer Bootsm a: Mijn collega Herrebrugh zal het graag van mij overnemen. De heer Bogert: Mijnheer de voorzitter. De heer De Ruijter heeft al vaker brieven gericht aan de gemeente. De opmerking dat betrokkene zo spoedig mogelijk doch uiterlijk voor het einde van deze maand schriftelijk zal worden geantwoord, vind ik eigenlijk overbodig. Ik vind dat ik er van uit mag gaan dat elke briefschrijver correct wordt beantwoord. Ten aanzien van deze persoon en gezien ook zijn functie heb ik vaker in deze raad gevraagd om toch eens in brede zin een adequate organisatie op te zetten, opdat mensen correct worden beantwoord. De gemeente is met name voor de burgers een dienstverlenend bedrijf. De voorzitter: Ik denk dat u in algemene zin gelijk heeft, maar ik wil die discussie hier niet verder behandelen. Het ingekomen stuk wordt behandeld in de commissie voor algemene zaken. De heer Bogert: Akkoord. Inhoudelijk laat ik het graag aan het college over. Procedureel zou ik graag uw aandacht willen vragen voor aanscherping van het beantwoorden van binnengekomen brieven. De voorzitter: Wij gaan de zaak bespreken in de commissie voor algemene zaken. - 10De heer Klomp: Mijnheer de voorzitter. Wij gaan akkoord met uw voorstel. Wij willen vragen om het rapport alsnog in de leeszaal ter inzage te leggen. De voorzitter: U mag er van uit gaan, dat de raad kennis genomen heeft van het rapport. De heer Klomp: Ik heb het rapport nog niet in de leeszaal zien liggen. De voorzitter: Het wordt er neergelegd.
1996
N1
Voor kennisgeving aangenomen. - 11Ter afdoening in handen gesteld van burgem eester en wethouders. - 12Voor kennisgeving aangenomen.
4.Mededelingen Er zijn geen mededelingen.
5.In voorbereiding verklaren van een (nieuw) bestemmingsplan voor een aantal gebieden (stuk nr. 41634) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
6.Onttrekking aan het openbaar verkeer van diverse (privé) parkeerterreinen in stadscentrum en Lelycentre in verband met invoering betaald parkeren; afronding procedure Wegenwet (stuk nr. 41635) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
7.Vaststelling van grondprijzen voor locaties aan de Voorstraat en in de Merenbuurt (stuk nr. 41581) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
8.Verkoop van grond aan Physical Lelystad BV (stuk nr. 41657) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
9.Vaststelling verdeelbesluit woninggebonden subsidies 1996 (stuk nr. 41636) De heer Verlaan: M ijnheer de voorzitter. In de nota "Volkshuisvesting - Gekooide Dynamiek" is als beleidsuitgangspunt vastgelegd om vooral nieuwbouw te bevorderen middels het subsidie-instrument, en dan vooral nieuwbouw in het kwaliteitssegment van de woningmarkt. Dit verdeelbesluit is daar op zich een logisch uitvloeisel van. Toch kan gezegd worden dat in Lelystad de problematiek groeit. De wachtlijst voor met name goedkope huurwoningen groeit. Het aantal beschikbare woningen in deze categorie daalt. Kleine huurwoningen voor starters en één- en tweepersoonshuis houdens komen steeds minder beschikbaar en de wachtlijst groeit nog harder. Ook bij woningen speciaal geschikt voor ouderen is de situatie nijpend. Wat ons betreft moet het dan ook volgend jaar anders met de verdeling van de subsidie. Wat ons betreft wordt er komend jaar gewerkt aan herijking van de nota "Volkshuisvesting - Gekooide Dynamiek". Wij moeten maar eens kijken hoe groot die kooi nu echt is. W ethouder Van Bochove: Mijnheer de voorzitter. Wij zullen als het gaat om het totale woningbouwprogramma in de komende periode - dat vloeit mede voort uit de discussie die in het licht van het ontwikkelingsberaad gevoerd gaat worden - kijken hoe wij met het totale beleid in Lelystad op dat terrein hebben om te gaan. Ik ga er van uit dat een groot aantal van de elementen die de heer Verlaan heeft genoemd, ook in die discussie een rol zullen spelen. De voorzitter: Ik neem aan dat u wel instemt met het voorstel?
1996
N1
De heer Verlaan: Dat is correct. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgem eester en wethouders besloten.
10.Beschikbaarstelling financiële bijdrage voor vervanging van voorzieningen in de jachthaven "De Gnutten". alsmede eigendomsoverdracht van de voorzieningen in de jachthaven "De Gnutten". en het verlenen van een recht van erfpacht aan de W atersportvereniging "Het Bovenwater" (stuk nr. 41637) De heer Bierma: M ijnheer de voorzitter. Wij gaan vanavond een beslissing nemen over de privatisering van jachthaven "De Gnutten" aan het Bovenwater. Sinds de overdracht van de jachthaven aan de gemeente door de Rijksdienst in 1988 was het duidelijk dat op termijn iets zou moeten gebeuren. De onderhoudstoestand liet vooral de laatste jaren te wensen over. Er is in afwachting van het definitieve plan minimaal onderhoud gepleegd. De kwaliteit van het water is door de algengroei jarenlang onderwerp van gesprek geweest. Door mijn fractie is in het verleden meerdere malen gevraagd naar een ontwikkelingsplan. Dit is ook toegezegd. Is deze privatisering hiertoe een aanzet of is met het onderbrengen van scoutinggroep De Bramzijgers en de Kanovereniging op locatie bij de haven het plaatje c.q. het ontwikkelingsplan rond? Dat het bedrag van f. 850.000.-- dat gereserveerd is in de begroting van 1996 helemaal zou worden gebruikt voor de watersportvereniging was ons in eerste instantie niet duidelijk. Hier is een groot compliment voor de vereniging op zijn plaats. Door hun onderhandeling met de gemeente en door het aanboren van andere geldbronnen (subsidies) is in onze ogen een prima resultaat bereikt. Het onderhoud van het Bovenwater blijft bij de gemeente. Hoe staat het met het maai-regime? Moet er vaker worden gemaaid. nu de vereniging een hoofd-steunpuntfunctie krijgt? Mijn fractie heeft in de commissievergadering een voorbehoud gemaakt voor wat betreft de bijliggende begroting. en dan vooral op langere termijn gezien. Het resultaat was met aflossing f. 47.900.-- negatief. met een afschrijvingsbedrag van f. 50.000.--. Geen liquiditeitsproblemen dus. Echter. het uitgangspunt van de VVD-fractie is dat wanneer een accommodatie geprivatiseerd wordt naar een vereniging toe. er een garantie moet zijn op continuïteit. De afschrijvingen moeten kunnen worden opgebracht om te zijner tijd vervangingsinvesteringen te kunnen betalen. Dit was in de eerste begroting niet het geval. De nieuwe begroting die nu door de vereniging is ingediend. laat een heel ander beeld zien. Er is nu voor wat betreft de steigers een afschrijving van 50 jaar in plaats van 25 jaar. Dat is in onze ogen niet juist. Er zijn hele hoge verwachtingen van de steunpuntfunctie voor wat betreft de extra inkomsten: f. 73.000.--. Het komt bij ons wat ongeloofwaardig over. Wij zouden hier graag de mening van het college over vernemen. M evrouw Van Sprang: M ijnheer de voorzitter. De fractie van D66 is juist heel erg ingenomen met de voorliggende plannen. Het Bovenwater is een heel mooi en interessant gebied met unieke watersportmogelijkheden. Het zou echt een sieraad voor onze stad kunnen zijn. maar is dat de afgelopen jaren niet bepaald geweest vanwege de slechte staat van onderhoud van de jachthaven. Er is daar de laatste jaren hard aan getrokken. niet in de laatste plaats door de watersportvereniging zelf. Er ligt nu een plan voor waarin - vanwege een grote mate van inzet van zelfwerkzaamheid en dankzij het feit dat ook de vereniging er in geslaagd is om een aantal externe subsidies aan te trekken - een project gerealiseerd kan worden waarin tot ons genoegen ook de overige gebruikers van de jachthaven zoals de scoutinggroep. definitief een plaats zullen kunnen krijgen. Wij zijn van mening dat Lelystad er een mooie watersportvoorziening bij krijgt. Gezien onze eigen plannen als stad met dit hele gebied is dit een hele goede zaak. Wij stemmen daarom in met de overdracht van de jachthaven "De Gnutten" aan watersportvereniging Het Bovenwater. conform de voorgestelde plannen. De heer Klein Swormink Mijnheer de voorzitter. De CDA-fractie stemt in met de plannen die ons door het college zijn voorgelegd ten aanzien van overdracht en privatisering van "De Gnutten". Er zijn in ieder geval twee redenen voor: de eerste is de huidige staat van onderhoud van dit complex; de tweede is dat het is opgenomen in de begroting en daardoor zijn op zijn minst verwachtingen gewekt bij de betrokken vereniging. Het kost een heleboel geld. maar er kan ook een heel fraai complex ontstaan. Ik denk dat het een verantwoordelijkheid van de vereniging is om daar iets moois van te maken. Wij verwachten dat zij in staat zullen zijn om daar een landelijke uitstraling aan te geven.
1996
N1
Onze fractie zal met belangstelling volgen hoe deze manier van werken zich ontwikkelt. Door op dit moment te privatiseren en over te dragen wordt het uitvoeringstraject bij de vereniging gelegd. Het komt daardoor niet bij de gemeente terecht. Van gemeentezijde hoeven daar geen bijzondere kosten voor gemaakt te worden. Wij zullen dat met de nodige aandacht volgen. M ogelijk biedt dat voor andere projecten ook perspectief. Wij gaan er wel van uit dat de privatisering in feite het einde van de financiële verplichtingen voor de gemeente betekent. Het verdient daarom aanbeveling om de winst die geprognotiseerd wordt in de begroting, in een fonds onder te brengen voor vervangingsinvesteringen, zodat men op termijn niet in financiële problemen zal geraken. De heer Bus: Mijnheer de voorzitter. Privatisering heeft allerlei pluspunten, maar daar staat tegenover dat de woningen die te zijner tijd w orden gebouwd, ook dezelfde geneugten hebben van de kosten die worden gemaakt door de vereniging. In hoeverre worden mensen daarmee belast die een steiger krijgen bij de woning? De heer Van der Zwan: M ijnheer de voorzitter. De fractie van de Partij van de Arbeid kan instemmen met het voorgestelde besluit om de voorziening in de jachthaven "De Gnutten" over te dragen aan watersportvereniging Het Bovenwater. Zoals al eerder door anderen is gezegd, gaat die overdracht gepaard met een grote financiële bijdrage ten behoeve van het onderhoud en vernieuwing van de haveninrichting. Steigers moeten worden vernieuwd. De haven moet worden uitgediept. Het terrein moet worden opgehoogd. Het moet worden aangepast met het oog op de nieuwe milieuwetgeving. Het zijn allemaal kostbare werkzaamheden, maar alleen op die manier is het mogelijk om de jachthaven in een goede staat en zonder achterstallig onderhoud op een fatsoenlijke manier aan de watersportvereniging over te dragen. Als de bestaande huurrelatie zou worden gehandhaafd, zou het de gemeente ook een heleboel geld hebben gekost om de huurder op den duur tevreden te stellen. Ik denk dat het bedrag dat nu wordt gevraagd daar wel tegen op weegt. Nu is het namelijk zo dat de watersportvereniging een deel van die werkzaamheden zelf voorbereidt en uitvoert, zelf de opdrachtgever is en dat levert toch een aanzienlijke besparing op. Daarnaast heeft de watersportvereniging nog zo'n f. 450.000,-- aan externe fondsen gegenereerd en daardoor kan de club-accommodatie op een peil worden gebracht dat het een rol kan spelen in de jeugdopleiding van de watersportbond. Dat is een belangrijk gegeven. Daarnaast kunnen er nationale wedstrijden worden georganiseerd. Wij denken dat dit een belangrijke uitstraling zal hebben voor de stad en het een goede promotie voor Lelystad zal zijn. Wij stemmen dan ook in met dit voorstel. De heer Slump: M ijnheer de voorzitter. Ik stem van harte in met het voorliggende voorstel. Het feit dat er op deze wijze kan worden geprivatiseerd, spaart uiteindelijk de gemeente een hoop geld uit. De gemeente zou zelf nooit voor dit bedrag deze renovaties klaar kunnen krijgen. Dankzij een heleboel zelfwerkzaamheid van de vereniging lukt dat wel. Er zijn ook externe subsidies gegenereerd. Ik denk dat de plannen naar de toekomst toe veelbelovend zijn. Ik hoop dat de hooggespannen verwachtingen ook uitkomen. W ethouder Blom Er is terecht geconstateerd dat bij de eigen berekeningen die wij hebben gemaakt ten behoeve van het investeringsprogramma, bij de begroting 1996 uitgegaan is van f. 700.000,-- voor de havenfaciliteiten en f. 150.000,-- voor het clubgebouw. Als wij kijken naar wat er nu voorligt, dan is de haveninrichting voor dat bedrag haalbaar gebleken, mits de vereniging in zelfwerkzaamheid het één en ander daartoe doet, de voorbereidingen treft en controle houdt op de uitvoering. De vereniging is bereid en ook in staat om dat op zich te nemen. De afwerking daarvan is goed geregeld in het convenant dat hier achter is neergelegd. Voor het clubgebouw hadden wij f. 150.000,-- geraamd, een sober clubgebouw dat niet veel extra mogelijkheden zou bieden. De vereniging heeft kans gezien om zelf veel geld bij elkaar te sprokkelen. De heer Van der Zwan sprak over f. 450.000,--. Er lopen nog onderhandelingen met de provincie om d it bedrag nog te vergroten. Met deze extra subsidies kan er een riant gebouw worden neergezet, waardoor veel extra activiteiten kunnen worden ondernomen, niet alleen in het kader van het regio-steunpunt, zoals dat oorspronkelijk was bedoeld, maar ook in het kader van de hoofdsteunpuntfunctie, die ook definitief is toegezegd door het KNWV. Dit betekent dat hier een enorme uitbreidingsmogelijkheid ligt voor de vereniging, die dat overigens heel terughoudend heeft opgenomen in de begroting. De eerste begroting die wij hebben gezien, was gebaseerd op de cijfers van 1994. Terecht wordt geconstateerd dat daar nog niet zoveel ruimte voor afschrijving in zat. De begroting die nu voorligt is gebaseerd op de rekening 1995 en geeft een concreet beeld van de financiële positie van de vereniging. Daaruit
1996
N1
blijkt dat zelfs met een matige groei in de komende jaren er niet alleen voldoende ruimte is voor afschrijving, maar er ook een batig saldo ontstaat. O f het batig saldo vervolgens in een fonds komt of anderszins ten behoeve van de vereniging wordt aangewend - als een vereniging op deze manier omgaat met de penningen dan denk ik dat het zeker verstandig aangewend zal worden. Zij hebben vanavond de suggestie van de heer Klein Swormink in ieder geval meegenomen. Groei is dus van hieruit mogelijk. Het betekent ook dat de vereniging in staat is om landelijke evenementen te organiseren. Er komen hier landelijke opleidingskampen. Dit betekent een enorme impuls voor de uitstraling van deze stad en dat streven wij met ons allen toch ook na in het ontwikkelingsberaad. Ik denk dat daarom dit voorstel zeker alle lof verdient zoals deze hier is uitgesproken, met name in de richting van de vereniging die het voor elkaar heeft weten te krijgen. W at betreft het onderhoud, mijnheer Bierma, kan ik mij niet voorstellen dat er meer gemaaid moet worden omdat er meer gevaren wordt. Dat lijkt me strijdig met wat ik weet van plantengroei. Er is nadrukkelijk overleg geweest met de vereniging en het Koninklijke Nederlandse W atersport Verbond over de zeilbanen die op dit moment in Het Bovenwater uitgezet zijn. Het is geen enkel probleem om die op dezelfde manier te blijven onderhouden. Er is geen extra ruimte nodig. In de richting van de heer Bus: De woningen die wij plannen aan Het Bovenwater staan precies aan de overkant, dus die hebben het uitzicht op de activiteiten, maar hebben geen hinder van steigers. In het investeringsprogramma, zoals wij dat bij de begroting 1996 hebben vastgesteld, zijn de twee posten ook als zodanig benoemd: clubgebouw watersportvereniging Het Bovenwater en steigers ten behoeve van de watersportvereniging in de jachthaven "De Gnutten". Als zodanig kan het dus eigenlijk geen verrassing zijn dat het op deze m anier nu ook wordt besteed. Wij hebben er alleen een belangrijke plus bij door de extra activiteiten van de vereniging. Bovendien hebben wij nu de gelegenheid om ten langen leste voor de scoutingvereniging De Bramzijgers ook een plek vrij te krijgen. Er is hen al toegezegd dat zij die per 1 oktober aanstaande kunnen gaan benutten. Een definitief voorstel daarover kunt u binnenkort tegemoet zien. Door de indeling van dit gebied is er bovendien nog ruimte voor de kanovereniging. Een concentratie van verenigingen op dat punt dus, ter versterking van de watersportfunctie van Het Bovenwater. Dit alles bij elkaar optelllend denk ik dat dit een uitstekende ontwikkeling is voor dit gebied en zou ik de VVD willen vragen het voorbehoud in te trekken. De heer Bierma: Ik heb nog geen antwoord gehad op de vraag over het ontwikkelingsplan. Er is indertijd een ontwikkelingsplan toegezegd. Mijn vraag is of dit voorstel er een onderdeel van is, of dat dit het ontwikkelings plan is omdat het nu is ingevuld. W ethouder Blom Ik neem aan dat u het ontwikkelingsplan voor het gebied Het Bovenwater bedoelt, met name gericht op onderhoud en beheer daarvan. Het onderhoud van Het Bovenwater is als zodanig vorig jaar aangepast en daar is een nieuw regime voor vastgesteld. In die zin past het dus in het ontwikkelingsplan. In tweede termijn De heer Bierma: M ijnheer de voorzitter. Wij houden toch onze twijfels over de nieuwe begroting. Wij gaan er van uit dat wanneer er een plan wordt voorgelegd, vooral een plan waar nog al veel geld mee gemoeid is, dat daar een gedegen begroting bij zit. Het is ten slotte gemeenschapsgeld waar het over gaat. Dan gaat het niet aan dat wanneer er kritiek op zo'n begroting is, er binnen een paar weken een nieuwe begroting wordt gemaakt. De vereniging was hier toch al geruime tijd mee bezig. Nogmaals, dat komt bij ons ongeloofwaardig over. Wij kunnen dan ook niet instemmen met dit plan. W ethouder Blom Mijnheer de voorzitter. Het spijt mij dat die constatering hier ligt. Het overleg met de watersportvereniging is geruime tijd gaande geweest. Zij hebben ons de m eest actuele gegevens gegeven. Die hebben wij ook bij de eerste commissievergadering gepresenteerd. Het is op zich niet zo verwonderlijk dat als er een voorstel wordt voorbereid in april, de rekening over 1995 nog niet is afgerond. Het is te prijzen dat de watersportvereniging in het overleg toezegt dat zij ons zo snel mogelijk de cijfers over 1995 - en daarna verwerkt in een meerjarenbegroting - zou aanbieden. Dat hebben zij gedaan en er is hard aan getrokken om dat nog vóór
1996
N1
deze raadsvergadering te doen. Ik denk niet dat de suggestie mag blijven bestaan dat er in één keer een nieuwe begroting uit de hoed getoverd is die geen enkele realiteitszin zou hebben. Daar maak ik bezwaar tegen. De heer Bierma: In die begroting stond wel een afschrijving van f. 50.000,--, dus was er rekening gehouden met de investeringen. De voorzitter: Ik heb er respect voor dat u interrumpeert. Dat maakt de zaak ook levendiger. Maar het moeten korte interrupties zijn. De heer B us: Mijnheer de voorzitter. Ik heb net tegen mevrouw Blom willen zeggen dat de mensen die daar komen wonen, met die steigers er bij een extra luxe krijgen. Zij profiteren van de kosten die de vereniging maakt. W ethouder Blom Ik heb het anders begrepen. M ensen die nu nieuw komen wonen in de woningen die rond Het Bovenwater worden gerealiseerd, kunnen in ieder geval gebruik maken van de nieuwe faciliteiten van de watersportvereniging. Daar zijn wij het over eens. De heer Van de Ven: Ook daar betaald parkeren invoeren voor boten! Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de VVD-fractie geacht wordt tegen het voorstel te hebben gestemd.
11.Wijzigingen begroting 1996 (stuk nr. 41641) De heer Hijmissen: Mijnheer de voorzitter. Tijdens de commissievergadering van 21 april is ten aanzien van begrotingswijziging nr. 27 extra informatie toegezegd. Die heeft ook ter inzage gelegen. Dank daarvoor. Het betreft hier het aanschaffen van parkeerkaarten voor medewerkers die hun auto in het belang van de gemeente gebruiken en het betreft het op declaratie-basis vergoeden van parkeerkaartjes van die medewerkers die incidenteel hun auto voor de gemeente gebruiken. Ten aanzien van het eerste, het aanschaffen van parkeerkaarten voor de medewerkers die heel regelmatig hun auto voor de gemeente gebruiken, is de CDA-fractie akkoord. Echter, het op declaratie-basis vergoeden van parkeerkaartjes aan medewerkers die hun privé-auto incidenteel voor de dienst gebruiken, is naar de mening van de CDA-fractie overbodig. Betrokken personeelsleden ontvangen voor de gereden kilometers het forfaitaire bedrag van momenteel f. 0,60 per kilometer. In deze forfaitaire vergoeding wordt geacht te zijn begrepen een vergoeding voor parkeren en tol. Op het moment dat er dan toch parkeerkaartjes worden vergoed, wordt dat aangemerkt als loon waarover ook premie en belasting moet worden geheven. In de ogen van de CDA-fractie is dat dan ook een dubbele vergoeding. Waarom heeft u er voor gekozen om naast de kilometervergoeding ook de parkeerkaartjes te kunnen laten declareren en waarom worden er voor die groep twee regimes ingevoerd, enerzijds een groep waarvoor de werkgever de lasten en premie draagt en anderzijds de groep waarvoor de werknemer zelf de lasten draagt? De heer Surink: M ijnheer de voorzitter. Wij ondersteunen de vraagstelling van het CDA. Wij vragen ons daarnaast ook nog af of deze post eigenlijk wel als onvoorzien mag worden beschouwd, mede omdat één en ander reeds in de berekeningen in de kerntakendiscussie in 1995 heeft plaatsgevonden. Toen waren de nettoinkomsten berekend en ik had verwacht dat men deze zaken die hieruit voortvloeien, had kunnen meenemen. Het is volgens de fractie van D66 ook zo dat bij vergunninghouders de fiscus de kosten voor een vergunning niet belast. Dit onderschrijft alleen nog maar dat de wel belaste extra vergoeding boven de f. 0,60 voor parkeerkaartjes als zodanig naar onze mening niet aan de orde is. De heer Slump: Mijnheer de voorzitter. Deze zaak is in de commissie ook al aan de orde geweest en ik wil bij deze het betoog van de heer Hijm issen ondersteunen. De heer Bogert: Mijnheer de voorzitter. Idem dito. Het klinkt erg plausibel. Ik ben benieuwd naar de beantwoording van de wethouder, maar als die zodanig is dat het hier alleen op de situatie duidt bij incidentele
1996
N 1
situaties op declaratie-basis met een forfaitaire maatregel, dan denken wij dat het voorstel van het CDA in deze een goed voorstel zou zijn om door het college opnieuw te worden bezien. De heer Van de Ven: Mijnheer de voorzitter. Ten eerste willen wij ons aansluiten bij de opmerkingen van het CDA. Op de tweede plaats wil ik het nog even hebben over nummer 29. met betrekking tot de MER-procedure voor de Luchthaven Lelystad. In de commissie heb ik een voorbehoud gemaakt en de dag daarop heb ik aan de secretaris doorgegeven dat wij niet akkoord konden gaan. In het voorstel staat dat de voltallige commissies wel akkoord gingen. Helaas moet ik op dit moment toch weer zeggen dat wij niet akkoord gaan. Bij de verkoop van de Luchthaven Lelystad aan Schiphol is door de raad besloten geen uitgaven meer te doen ten behoeve van de luchthaven. Wij gaan dus niet akkoord met begrotingswijziging nr. 29. W ethouder Van Bochove: M ijnheer de voorzitter. Met betrekking tot het parkeren het volgende. Het voorliggende voorstel bestaat feitelijk uit een drietal onderdelen, al blijkt uit de vraagstelling dat het laatste niet geheel duidelijk is. Er is in het verleden in overleg met de organisatie een lijst vastgelegd van medewerkers die ten behoeve van het werk gebruik maken van een privé-auto. Daar had de werkgever ook belang bij. Deze mensen zetten hun privé-auto in en krijgen daarvoor een bepaalde vergoeding. Dat is de normale vergoeding van f. 060 per kilometer zoals door de heer Hijmissen genoemd. Wij hebben die lijst als uitgangspunt genomen voor het aanschaffen van een aantal parkeerkaarten. Daarbij hebben wij een tweetal criteria aangelegd. Het eerste criterium is dat er medewerkers zijn die frequent, minimaal meerdere keren per dag, tussen het stadhuis en hun werkplek heen en weer reizen. Wij hebben uiteindelijk gekozen om voor die mensen een parkeerkaart aan te schaffen. Tegelijkertijd is er een categorie mensen die ook op de lijst staan en hun privé-auto inzetten voor dagelijkse activiteiten, die wellicht maar één keer per dag hier komen. Feitelijk zijn zij niet anders dan de eerstgenoemde groep, maar praktisch zijn zij er veel minder vaak en om die reden is er voor gekozen om deze mensen een vergoeding te geven na het inleveren van bonnetjes. Dit noemen wij "bruteren". Zij hoeven voor het parkeren dus feitelijk niet te betalen. Dan rest er nog een forfaitair deel, waar de heer Hijmissen op wees. Dat zijn mensen die normaal gesproken hier niet met hun auto kom en of voor wie het voor het werk ook niet nodig is, maar die ten behoeve van hun werk naar een andere plek gaan en die hier dan even parkeren. Voor deze categorie is de mogelijkheid gecreëerd om een bon te declareren. M aar dat gebeurt forfaitair en dat betekent dat zij een bruto-bedrag declareren, namelijk datgene wat op hun bonnetje staat, en dat dit gewoon als inkomen wordt gerekend en belast wordt. De belasting wordt niet door de gemeente vergoed, in tegenstelling tot categorie 2, en is dus voor hun eigen rekening. Die categorie zal dus vanuit die achtergrond vermoedelijk uiterst klein zijn. Wij hebben de inschatting dat het maar een heel beperkt deel is dat daarvan gebruik zal maken. Hiermee heb ik aangegeven welke drie categorieën wij in deze hebben gehanteerd. Er is nog de vraag gesteld of de post als onvoorzien moet worden beschouwd. Het antwoord daarop luidt "ja". D at kan ook niet anders, want op het m oment dat u besloot tot het invoeren van betaald parkeren was de begroting al helemaal rond. Bovendien is het zo dat als het gaat om het hele traject rondom het betaald parkeren, dan gaat het uit de aard der zaak om het invoeringstraject en alle elementen daarbij. De gemeente als organisatie moet gewoon worden gezien als klant en net als alle anderen wordt deze geconfronteerd met het feit dat er betaald parkeren is ingevoerd. Bij een vastgestelde begroting zal dit incidenteel moeten worden opgelost. Vanaf de begroting 1997 zal dat dus in de begroting zijn opgenomen. De voorzitter: Het is inderdaad juist dat GroenLinks ten aanzien van begrotingswijziging nr. 29. een voorbehoud heeft gemaakt. Als zodanig had het ook in het pre-advies moeten staan. In het commissieverslag staat het overigens correct. De achtergrond van deze zaak is dat om de plannen in samenhang met de business-airport tot uitvoering te kunnen brengen, er een MER-procedure moet worden afgewerkt. D at is op zich een nieuw feit; toen was het niet bekend. Die MER-procedure wordt door Rijkswaterstaat gedraaid. Daar zijn een aantal belanghebbenden bij, waarbij zeker de gemeente, die er belang bij hebben dat het op een snelle manier tot stand komt. Als het volledige bedrag, f. 350.000,--, door Rijkswaterstaat gedragen moet worden, dan kan daar pas in een later stadium mee worden gestart vanwege begrotingsproblematiek. Dan lopen wij een grote kans om de Europese subsidie mis te lopen, die in het vooruitzicht is gesteld voor de ontwikkeling tot business-airport. Om die reden is met een aantal participanten - provincie, gemeente, Rijkswaterstaat en de luchthaven - besloten om
1996
N 1
de kosten voor het eerste jaar te delen, zodat wij ook heel snel kunnen beginnen. Voor de gemeente is daar eenmalig f. 10.000,-- mee gemoeid. Om die reden doen wij u dit voorstel. In tweede termijn De heer Hiimissen: M ijnheer de voorzitter. Bedankt voor de uitleg. Ik begrijp er uit, als ik uw woorden probeer samen te vatten, dat u onderscheid maakt in drie categorieën: Categorie 1. en 2. omvatten medewerkers die tot dezelfde groep behoren, waarvan de eersten frequenter moeten parkeren bij het stadhuis dan de tweede en dat u om wille van afspraken die in het verleden met die medewerkers zijn gemaakt, voor de ene categorie een parkeerkaart en voor de andere categorie declaratie van de kaartjes voorstelt. U heeft daarbij de financiële afweging gemaakt wat voor de gemeente het goedkoopste is. Dat lijken mij redelijke argumenten waar wij mee in kunnen stemmen. Dat heb ik ten aanzien van de eerste groep overigens al gedaan. Dan blijft er de derde categorie over, die voor het maken van de dienstreis de privé-auto gebruikt en daar een forfaitaire vergoeding van f. 0,60 per kilometer voor ontvangt. In de forfaitaire vergoeding wordt geacht te zijn begrepen geld voor parkeren en tol. De CDA-fractie is van mening dat die parkeerkaartjes dan ook niet voor extra declaratie in aanmerking dienen te komen. Wij kunnen samenvattend instemmen met de begrotingswijziging voor wat betreft de eerste twee onderdelen, maar ten aanzien van het derde onderdeel zijn wij niet akkoord. De heer Van de Ven: M ijnheer de voorzitter. Voor wat begrotingswijziging nr. 27. betreft sluit ik mij aan bij het CDA. En wat begrotingswijziging nr. 29. betreft blijven wij tegen. De heer Surink: Mijnheer de voorzitter. Op zichzelf zijn wij tevreden met het antwoord van de wethouder. Wij zullen ook als zodanig de opbrengst uit het gefiscaliseerd parkeren voor de gemeente in de gaten houden. Ten aanzien van de 27e begrotingswijziging is mijn fractie van mening dat met de begrotingswijziging kan worden ingestemd met dien verstande dat de ambtenaar die incidenteel met zijn privé-voertuig op dienstreis moet, zijn parkeergeld uit de vergoeding van f. 0,60 per kilometer dient te betalen. In die zin stemmen wij in met het idee van het CDA. De heer Bogert: M ijnheer de voorzitter. De uitleg van de wethouder was heel helder. De VVD-fractie wil ook heel nauwkeurig omgaan met het voornemen, dat indertijd is aangegaan ten aanzien van parkeerbeheer en beleid en acht het in dat kader heel juist om categorie 3, zoals door de wethouder is aangegeven, niet tot de declarabele categorieën te laten behoren. M evrouw Dü: M ijnheer de voorzitter. De Partij van de Arbeid sluit zich aan bij de argumentatie van de heer Hijmissen. De heer Slump: Mijnheer de voorzitter. Hetzelfde geldt ook voor mijn fractie. De heer B us: M ijnheer de voorzitter. Het CDA is ons voorbeeld. Wij passen ons volledig aan bij hetgeen zojuist is gesteld. W ethouder Van Bochove: M ijnheer de voorzitter. Het college zal in de volgende vergadering van de raad met een andere begrotingswijziging komen. De voorzitter: Daarmee is begrotingswijziging nr. 27. van de agenda afgevoerd; die komt een andere keer terug. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden conform het voorstel van burgemeester en wethouders de begrotingswijzigingen nrs. 24, 26, 28 en 30 aangenomen. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders begrotingswijziging nr. 29 aangenomen, met de aantekening dat de fractie van GroenLinks geacht wordt tegen het voorstel te hebben gestemd.
De voorzitter sluit de vergadering om 20.41 uur.
1996
Vastgesteld op 13 juni 1996 De secretaris,De raad van gemeente Lelystad,
N 1
Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Aanhangsel notulen openbare vergadering gemeenteraad Verslag van het gesprek met personen op de publieke tribune na afloop van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op 9 mei 1996 in het Stadhuis van Lelystad. Aangezien geen der aanwezigen op de publieke tribune het woord wenst te voeren sluit de voorzitter de bijeenkomst om 20.43 uur.