ZALTBOMMEL WAALKADE 4 Bouwhistorische verkenning BAAC rapport B09.0126
Mei 2009
ZALTBOMMEL WAALKADE 4 Bouwhistorische verkenning BAAC rapport B09.0126
Mei 2009
Status Definitief
Auteur(s) M.C. van Dam
ARCHEOLOGIE BOUWHISTORIE CULTUURHISTORIE
Colofon
ISSN:
1873-9350
Redactie: Teksten: Fotografie: Veldwerk:
ir. R.J.W.M. Gruben M.C. van Dam M.C. van Dam M.C. van Dam
Copyright:
dhr. en mevr. Oerlemans, Zaltbommel / BAAC bv, ‘s-Hertogenbosch.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van dhr. en mevr. Oerlemans, Zaltbommel en/of BAAC bv te ‘s-Hertogenbosch.
BAAC bv Onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie. Graaf van Solmsweg 103 5222 BS ‘s-Hertogenbosch Tel.: (073) 61 36 219 Fax: (073) 61 49 877 E-mail:
[email protected]
Bergsingel 81-85 7411 CN Deventer Tel.: (0570) 67 00 55 Fax: (0570) 618 430 E-mail:
[email protected]
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Inhoud Voorwoord
3
1
7
Beknopte Historische inleiding
2 Beschrijving 2.1 Algemeen 2.2 Exterieur 2.2.1 Voorgevels 2.2.2 Zijgevels 2.2.3 Achtergevels 2.3 Interieur 2.4 Constructies 2.5 Bijgebouwen 2.5.1 Bijgebouw 1 2.5.2 Bijgebouwen 2 en 3 2.5.2.1 Bijgebouw 2 2.5.2.2 Bijgebouw 3
9 9 11 11 15 17 19 23 24 24 25 26 26
3 3.1 3.2 3.2.1 3.2.2
27 27 27 27 27
Waardering Algemeen Monumentale waardering Methodiek Waardestelling
3
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Voorwoord In april 2009 heeft BAAC bv (onderzoek en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie) te ’s-Hertogenbosch van de heer en mevrouw Oerlemans de opdracht gekregen tot het uitvoeren van een bouwhistorische verkenning van het pand Waalkade 4 te Zaltbommel en drie kleine bijgebouwen. Het doel van het onderzoek is het inzichtelijk maken van de monumentale- en cultuurhistorische waarden van genoemde gebouwen. Aanleiding voor de verkenning zijn de verbouwplannen van de huidige eigenaren. De gegevens die de verkenning heeft opgeleverd zijn verwerkt in een bondige rapportage waarbij de monumentale waarden niet alleen in woord maar ook in beeld, in de vorm van zogenaamde waarderingskaarten, inzichtelijk worden gemaakt. Langs deze weg wil ik de heer en mevrouw Oerlemans hartelijk bedanken voor hun medewerking en de gastvrije ontvangst. ’s-Hertogenbosch, mei 2009 M.C. van Dam
5
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 1 en 1B De kadastrale kaart uit 1832. In de uitsnede is met een rode cirkel is het onderzoeksgebied aangegeven (bron: watwaswaar.nl). 6
BAAC bv
1
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Beknopte historische inleiding 1 In 850 is de eerste vermelding van de stad Zaltbommel, toen Bomela genoemd.2 De ligging van de stad op een oeverwal en vondsten uit de Romeinse, Merovingische en Karolingische tijd duiden erop dat de stad mogelijk veel ouder is. Sinds 999 had Zaltbommel, dat als marktcentrum fungeerde, het recht om tol te heffen. Vanwege de verzanding van de rivier de Waal, waardoor grote handelsschepen de stad al in het begin van de twaalfde eeuw niet meer konden aandoen, raakte Zaltbommel als handelsplaats ondergeschikt. Hoewel het jaar 1230 of 1316 worden aangehouden als het jaar waarin Zaltbommel stadsrechten kreeg, wordt in 1195 al gesproken over een versterkte plaats. Tussen 1316 en 1343 worden de stadsmuur en de omringende gracht aangelegd. Een tweede verdedigingsgordel, die bestaat uit een aarden wal en een gracht, wordt in de eerste helft van de zestiende eeuw aangelegd. De reeds bestaande muur en binnengracht worden niet geslecht. In de zeventiende eeuw wordt de verdedigingsgordel uitgebreid met zeven bastions. Door gebrek aan oorlog in de twee eeuwen na de laatste uitbreiding van het verdedigingswerk, veranderen zij van functie en worden uiteindelijk grotendeels ontmanteld. Na de ontmanteling van de stadsmuren en -wallen worden er siertuinen en plantsoenen aangelegd. Een ontwikkeling die plaatsvindt in veel Nederlandse steden. Een deels bewaard gebleven tuinhuisje op het terrein van Waalkade 4 valt aan deze situatie te relateren.
Afb. 2 Een satellietopname van het onderzoeksgebied. (Bron: maps.google.com)
1 2
De tekst van deze paragraaf IS gebaseerd op G. van Tussenbroek, Onder de daken van Zaltbommel: Bouwen en wonen in de historische binnenstad (1350-1650). Uitgeverij Matrijs, Utrecht 2003. Bomela duidt op een moerassige, met bomen begroeide grond. 7
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb.3 De verbouwingstekening uit 1954 met daarop in kleur de verschillende delen aangegeven. Groen is deel A, geel is deel B en rood is deel C.
Afb. 4 Het pand Waalkade 4 ten tijde van de verkenning. 8
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
2
Beschrijving
2.1
Algemeen
Zaltbommel, Waalkade 4
Rond 1923 werd, op een tot dan toe onbebouwd perceel, in opdracht van de eigenaar van de scheepswerf het pand Waalkade 4 als woonhuis gebouwd op een vrijwel rechthoekig grondvlak haaks op de Waalkade.3 Welke architect het sobere, Expressionistisch getinte ontwerp leverde is vooralsnog niet bekend. Het pand valt te verdelen in drie volumes met een oplopend aantal bouwlagen. Gezien vanaf de Waalkade omvat het rechter deel één bouwlaag (A), het deel links daarvan twee bouwlagen (B) en het deel achter A drie bouwlagen boven een kelder (C). De delen hebben alle een platdak. Het dak van A fungeert als balkon en is toegankelijk vanuit C. Het dak van B is eveneens toegankelijk vanuit C. De invloed van het expressionisme laat zich zien in het verticale karakter van de gevels dat ontstaat door vlakken van bakstenen die op hun kopse kant geplaatst zijn.4 Ook de wijze waarop het pand is opgebouwd, een betonskelet met een bakstenen omkleding en houten balklagen, is karakteristiek voor de bouwtijd te noemen. Opvallend is het verschil in vormgeving van de delen. Deel B en C kennen qua toepassing van het gebruikte materiaal en detaillering een overeenkomstige architectuur, welke zeer sober te noemen is. De architectuur van deel A heeft daarentegen een wat meer uitgesproken karakter. Op basis van de gegevens die bij het onderzoek werden verkregen kon het vermoeden dat bouwdeel A later werd gebouwd niet worden bevestigd. De trap die zich rechts van het pand bevindt dateert, evenals het zorgvuldig vormgegeven smeedijzeren tuinhek, uit de bouwtijd.
Afb.5 Opname van het oorspronkelijke tuinhek.
3 4
Op een historische foto van 1911 is er nog geen bebouwing zichtbaar. Vanwege de leesbaarheid en om storende repetities te vorkomen worden deze in de tekst “verticale vlakken” genoemd. 9
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Afb. 6 Het tot garage verbouwde tuinhuisje.
Afb. 7 De bijgebouwen die zich op het achterterrein bevinden. 10
Zaltbommel, Waalkade 4
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Bij het pand horen drie bijgebouwen. Rechts van het pand bevindt zich aan de Waalkade een garage met opbouw en op het achterterrein is tegen de oorspronkelijke tuinmuur aan de Korte Tolstraat en de zijgevels van de buurpanden een kolenhok gebouwd en in 1954 een garage. De garage aan de Waalkade is in oorsprong een theehuisje of speelhuisje dat behoorde bij het naastgelegen pand dat aan het begin van de twintigste eeuw in gebruik was als Districthuis. Zoals gezegd werd het pand als woonhuis gebouwd. In 1954 wordt het pand in gebruik genomen door de Rijkspolitie waarvoor er enkele aanpassingen aan het pand worden gedaan. Zo wordt op de begane grond een kamer die zich tegen de achtergevel bevindt verbouwd tot cellenblok. Het cellenblok is alleen vanuit het achterterrein te bereiken, middels een gang langs de achtergevel. Het oorspronkelijke schouderkozijn met tuindeur in de achtergevel komt bij deze verbouwing te vervallen. In plaats daarvan worden er twee kleine vensteropeningen gerealiseerd en wordt in de linker zijgevel tegen de achtergevel een soortgelijke vensteropening gemaakt. De gevelopeningen die in 1954 zijn gerealiseerd of verbouwd zijn in de huidige situatie goed herkenbaar, omdat deze onder een iets uitstekende gecementeerde latei zijn geplaatst. Later wordt er in de centrale hal een kleine doucheruimte gebouwd en worden, mogelijk vanwege aangescherpte eisen met betrekking tot brandveiligheid, de oorspronkelijke paneeldeuren vervangen door vlakke deuren. Enkele paneeldeuren blijven bewaard. Nadat het politiecorps is verhuisd naar een grotere locatie die aan de eisen van de tijd voldoet, is het enkele jaren in gebruik als kantoor van de Stichting Vluchtelingenwerk. In deze tijd wordt het cellenblok verbouwd tot kamer. De gang tegen de achtergevel komt te vervallen en er wordt een gang gemaakt langs de rechterzijmuur die vanuit de centrale hal toegankelijk is. Na een tijd van leegstand na het vertrek van de stichting, en aansluitend antikraak/bewoning zijn er plannen om het pand grondig te renoveren en het zoveel mogelijk terug te brengen naar de oorspronkelijke staat. Opnieuw zal het pand dan als woonhuis fungeren, met galerieruimtes in de bijgebouwen. 2.2 2.2.1
Exterieur Voorgevels Het gevelfront aan de Waalkade wordt gevormd door de éénlaags gevel van bouwdeel A, de tweelaags gevel van bouwdeel B en de terugliggende gevel van bouwdeel C. Voor de leesbaarheid is gekozen de geveldelen apart te beschrijven. De beschrijving loopt van links naar rechts, dus beginnend met de gevel van bouwdeel B.
Afb. 8 Het gevelfront aan de Waalkade. 11
BAAC bv
Afb. 9 De voorgevel van deel B.
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 10 Detailopname van de linkerpenant.
Afb. 11 Een detailopname van de glas-in-lood vulling. 12
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
De tweelaags, twee gevelassen brede voorgevel van bouwdeel B heeft een forse taps toelopende plint tussen twee, in kruisverband gemetselde penanten met een hardstenen afzaat. De plint is in halfsteens verband gemetseld, waarbij de bakstenen op hun kopse kant zijn geplaatst. Omdat de verdiepingsvensters tussen soortgelijk metselwerk zijn geplaatst heeft de gevel een sterk verticaal karakter. Een rollaag beëindigt de plint. Boven de plint is de gevel in halfsteens verband gemetseld en wordt beëindigd door licht uitkragende banden van op hun kopse kant geplaatste bakstenen. Deze gevelbeëindiging wordt bij de zijgevels doorgezet. Het platvolle voegwerk is oorspronkelijk. De vensters dateren alle uit de bouwtijd en zijn opgebouwd uit ongeprofileerde kozijnen met een vast, meerruits bovenraam waarin glas-in-lood zit gevat. De schuivende onderramen op de begane grond worden gedeeld door een horizontale roede, de onderramen in de verdiepingsvensters zijn ongedeeld. Ook de éénlaags, één gevelas brede gevel van bouwdeel A heeft een taps toelopende plint. Deze plint, die met een rollaag wordt beëindigt, is evenals het opgaande muurwerk in halfsteens verband gemetseld en platvol gevoegd. Net als bouwdeel B wordt de gevel beëindigd met een iets uitkragende bakstenen band die bij de rechterzijgevel wordt doorgezet. Boven het venster wordt deze doorbroken door een verticaal vlak. Het venster dateert uit de bouwtijd en is opgebouwd uit een drieledig, ongeprofileerd kozijn waarvan de smalle zijramen als ladderraam zijn uitgevoerd. Het horizontale karakter van dit raamtype wordt in de gevel voortgezet door bakstenen banden welke aansluiten op de roeden en bij de zijgevel doorlopen. De vaste bovenramen bevatten glas-in-lood, evenals het smalle langgerekte bovenlicht.
Afb. 12 Een opname van de voorgevel van deel A. 13
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 13 Een opname van de rechterzijgevel.
Afb. 14 De oorspronkelijke voordeur. In detail één van de twee kleine deurraampjes. 14
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Het symmetrische, tweelaags gevelvlak van bouwdeel C is in halfsteens verband gemetseld en platvol gevoegd. De gevel wordt beëindigt door een band metselwerk zoals beschreven bij bouwdeel A. Ook hier wordt de gevelbeëindiging bij de zijgevels doorgezet. Centraal in de gevel bevindt zich een ongeprofileerd deurkozijn met openslaande balkondeuren en een meerruits bovenlicht waarin geel kathedraalglas zit gevat. Aan weerszijden van het deurkozijn bevindt zich een smal venster dat is opgebouwd uit een ongeprofileerd kozijn met ladderraam. Van het linkervenster is het bovenste deel van het ladderraam kleppend uitgevoerd. Ter hoogte van de derde bouwlaag bevindt zich centraal in de gevel een smal venster met ladderraam, geflankeerd door twee minder diepe en bredere vensters met ladderraam. De gevelopeningen zijn onder een anderhalfsteens rollaag geplaatst. De vensteropeningen hebben een bakstenen lekdorpel.
Afb. 15 Opname van de balkondeuren.
2.2.2
Zijgevels De linkerzijgevel van bouwdeel B is geheel bepleisterd en op één verdiepingsvenster na blind. Het venster is overeenkomstig de verdiepingsvensters in de voorgevel. Omdat dit venster vanaf de straat niet zichtbaar is heeft het geen representatieve glasvulling. De muurankers die de verdiepingsbalklaag en de dakconstructie aan het muurwerk koppelen zijn zichtbaar. In de zijgevel van bouwdeel C, die eveneens geheel bepleisterd is, bevindt zich één toegevoegde entree onder een iets uitstekende gecementeerde latei. Ter hoogte van de derde bouwlaag is een uitpandig, bepleisterd rookkanaal aanwezig rechts van de deur naar het platte dak. De rechterzijgevel wordt gevormd door de zijgevels van de bouwdelen A en C. De horizontale banden en de gevelbeëindiging die beschreven zijn bij de voorgevel worden zoals gezegd bij de zijgevel doorgezet. Nagenoeg centraal in de zijgevel van bouwdeel A bevindt zich één smal venster onder een verticaal vlak. Ten tijde van de verkenning ging het venster helaas schuil achter een aftimmering. De drielaags rechter zijgevel van bouwdeel C heeft een trasraam van harder gebakken, rode baksteen en is in halfsteens verband gemetseld, net als het opgaande muurwerk dat met roodbruine baksteen is opgetrokken. De gevel wordt beëindigt door de uitkragende band die bij de voorgevel werd beschreven. 15
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Afb. 16 De geheel bepleisterde achtergevel van deel C die in 1954 werd gewijzigd.
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 17 De achtergevel van B.
Afb. 18 De indeling van de begane grond op de verbouwingstekening uit 1954. Deze tekening is door de auteur aan de huidige situatie aangepast. 16
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Een getrapt risaliet over twee bouwlagen, die links van de centrale as is gepositioneerd, zorgt voor een verticale geleding van de gevel. Op de begane grond bevinden zich in het risaliet twee smalle vensteropeningen onder een verticaal vlak en met bakstenen lekdorpels. Dit deel van het risaliet wordt met een iets uitstekende anderhalfsteens band beëindigd. De tweede laag van het risaliet bevat een nagenoeg vierkant venster, met een verdeling in negenen, dat tussen twee gemetselde penanten is geplaatst. Daarboven, tussen een verticaal vlak en een tweeënhalfsteens rollaag bevindt zich een smaller venster met stolpende ladder raamvleugels. De beschreven vensters dateren alle uit de bouwtijd. Links van het risaliet bevindt zich de oorspronkelijke voordeur, geflankeerd door twee lage penanten met een hardstenen dekplaat. Boven een uitkragende, anderhalfsteens band bevinden zich twee kleine vensteropeningen die gescheiden worden door een zeer smalle muurdam. De openingen worden gekoppeld door een anderhalfsteens rollaag. In de ongedeelde ramen zit blank kathedraalglas gevat. Tegen de achtergevel is op de begane grond één, in 1954 toegevoegde vensteropening aanwezig onder een iets uitstekende gecementeerde latei en met een eveneens gecementeerde lekdorpel. 2.2.3
Achtergevels Het achtergevelfront wordt gevormd door de drielaags achtergevel van bouwdeel C en de tweelaags achtergevel van bouwdeel B. Beide gevels zijn geheel voorzien van een grauwe pleisterlaag en worden beëindigd door een uitkragende band. Langs de gevel van deel B bevindt zich een witte granitovloer met een rondgaande zwarte band. Op de begane grond van bouwdeel C bevindt zich een diepe vensteropening en het oude bovenlicht van de entree die hier tot 1954 heeft gezeten. Beide gevelopeningen zijn onder een iets uitstekende gecementeerde latei geplaatst. Het linker venster heeft een lekdorpel van keramische raamdorpelstenen, het voormalige bovenlicht een gecementeerde lekdorpel. In de achtergevel van bouwdeel B bevindt zich op de begane grond een houten kozijn met openslaande tuindeuren en zijlichten met een horizontale roedeverdeling als ladderramen. In het bovenraam van het linker zijlicht alsmede het raam boven de openslaande tuindeuren zit glas-in-lood gevat. Ter hoogte van de verdieping is één vensteropening aanwezig. Het venster wordt gevormd door een ongeprofileerd kozijn waarin een ongedeeld onderraam en een meerruits bovenraam zit gevat. Het bovenraam is voorzien van geel kathedraalglas.
Afb. 19 Een bouwtekening van de achtergevel vóór de verbouwing van 1954. 17
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 20 Een detailopname van één van de deurkozijnen.
Afb. 21 Het oorspronkelijke schuifkozijn waar na het verwijderen van de suitedeuren een houten wandje is geplaatst. Opname vanuit de achterkamer. 18
BAAC bv
2.3
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Interieur De entree van het pand bevindt zich in de rechterzijgevel. Vanuit een ruime vestibule is de hal te betreden waaraan vier kamers liggen; een kamer en suite tegen de linker zijmuur en een kamer tegen de voor- en achtergevel. In de hal bevindt zich tevens de bordestrap met trapkast, het toilet, de keldertoegang en een niet oorspronkelijke doucheruimte. Ondanks de wijzigingen in gebruik valt het op dat de indeling van het gebouw nog grotendeels oorspronkelijk is. Dit geldt ook voor de afwerking van het interieur. Via een houten trap met bovenkwart is de kelder te bereiken. Deze ongedeelde ruimte heeft een betonnen vloer en gepleisterde muren. Het kelderdek wordt gevormd door een reeks troggewelfjes die tussen ijzeren liggers zijn geslagen. De liggers zijn in de rechterzijmuur en de tussenmuur opgelegd.
Afb. 22 Een opname van de troggewelfjes in de kelder. Opname in de richting van de voorgevel.
Afb. 23 Het deurkozijn in de vestibule.
19
De vestibule en de hal hebben een witte granitovloer, de kamers hebben een houten vloer. Het kozijn van de vestibule is oorspronkelijk en betreft een melkmeisje met een meerruits bovenlicht en zeer smalle zijlichten. Deze hebben horizontale roedeverdeling, als een ladderraam. Ook de met strakke cannelures geprofileerde deurkozijnen zijn oorspronkelijk en hebben daar waar de kozijnstijlen en de bovendorpel samenkomen een vierkant element met een gesneden bloemvorm. Op de kelderdeur en de deur van de trapkast na zijn alle oorspronkelijke paneeldeuren vervangen door vlakke deuren. Ook de oorspronkelijke suitedeuren zijn verwijderd waarna er in het kozijn een houten wandje werd geplaatst. Centraal in dit wandje is een vlakke deur aanwezig waarmee de voor- en achterkamer met elkaar in verbinding staan. Het oorspronkelijke schuifdeurkozijn is bewaard gebleven en wordt in beide kamers geflankeerd door kasten met meerruits glasdeuren.
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
De suitekamers en de kamer tegen de voorgevel zijn voorzien van een stookplaats met oorspronkelijke marmeren schoorsteenmantels die een zeer rijke uitvoering kennen. Genoemde kamers hebben tevens een rijk vormgegeven stucplafond waarvan de geprofileerde rondgaande band en het middenornament met florale motieven zijn uitgevoerd. Qua detaillering vormen de plafonds een eenheid vormen met de deurkozijnen. Beide kamers tegen de voorgevel hebben met elkaar in verbinding gestaan. Het oorspronkelijke deurkozijn is zichtbaar in de voorkamer van de kamer en suite.
Afb. 24 De marmeren schoorsteen-mantel in de kamer tegen de voorgevel.
Afb. 25 Een opname van het stucplafond in de achterlkamer.
De houten bordestrap heeft een gesneden trappaal waarvan de vormgeving geënt is op het “geteld geld” motief. De gesneden bekroning van trappaal kent met een meer floraal motief en sluit aan op de vormgeving van de trapbalusters, de deurkozijnen en de stucplafonds. De dektreden van de trap ogen vernieuwd. Naar het zich laat aanzien dateert de tegelafwerking van het toilet uit de bouwtijd.
Afb. 27 Enkele balusters.
Afb. 26 De fraaie gesneden trappaal. 20
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Aan de overloop op de verdieping liggen tegen de linker zijgevel een voor- en een achterkamer die van elkaar gescheiden worden door een smalle kamer. Deze is thans in gebruik als keuken. Vanuit de overloop is het balkon bij de voorgevel toegankelijk. In de hoek van de voorgevel en de rechterzijgevel bevindt zich een toilet waarvan de tegelafwerking overeenkomstig is met het toilet op de begane grond. Tegen de achtergevel zijn twee kamers aanwezig waarvan één als badkamer is ingericht.
Afb. 28 De indeling van de verdieping op de verbouwingstekening uit 1954.
De vormgeving van de deurkozijnen is overeenkomstig met de begane grond. Oorspronkelijke paneeldeuren zijn bewaard gebleven bij het toilet en de voorkamer. De kamers tegen de linker zijmuur zijn voorzien van een stookplaats waarvan de oorspronkelijk schoorsteenmantels zijn verwijderd. In de huidige situatie zijn de schoorsteenmantels met steenstrips afgewerkt. Rechts van de schoorsteenmantel in de kamer tegen de voorgevel bevindt zich een vernieuwde muurkast. De hal en de kamers tegen de linkerzijmuur zijn voorzien van een stucplafond dat uit dezelfde tijd als de stucplafonds van de begane grond datereert. Omdat de ruimtes op de verdieping een minder representatieve functie vervulden dan de kamers op de begane grond, kennen deze stucplafonds een soberder vormgeving.
Afb. 29 De paneeldeur bij het toilet op de verdieping. 21
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Afb. 30 De tegelafwerking van het toilet.
Afb. 31 De indeling van de tweede verdieping op de verbouwingstekening uit 1954. Deze tekening is door de auteur aan de huidige situatie aangepast.
22
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Op de tweede verdieping is tegen de voorgevel en de achtergevel een kamer aanwezig. De kamer tegen de achtergevel is na 1954 gerealiseerd. De afwerking van de kamers is geheel recent. De opvallend gevormde vaste kast in de kamer tegen de voorgevel houdt verband met de positionering van de trap.
Afb. 32 De opvallend gevormde kast in de kamer tegen de voorgevel.
2.4
Constructies De constructie van het kelderdek wordt gevormd door een reeks gemetselde troggewelfjes, geslagen tussen stalen liggers welke zijn opgelegd in de rechterzijmuur en de tussenmuur. Tijdens de verkenning waren de balklagen waarop de houten vloeren zijn bevestigd en de dakconstructies van A en B door afwerkingen aan het zicht onttrokken. Bij deel C kon de constructie van het dak wel worden waargenomen. De constructie van de verdiepingsbalklagen en de daken van A en B zal gelijk zijn aan de constructie van het platte dak van C; een reeks zeer licht gedimensioneerde houten balken die in de zijmuren zijn opgelegd. Op deze balken zijn houten delen zijn gespijkerd waar bij de daken een bitumeuze dakbedekking is aangebracht.
Afb. 33 De constructie van het platte dak zoals werd waargenomen in deel C. 23
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
2.45
Bijgebouwen
2.5.1
Bijgebouw 1 5 Van het kleine tweelaags bouwwerk met platdak, dat op een rechthoekige plattegrond staat, komt het deel aan de Waalkade reeds voor op het kadastrale minuut uit 1832 waar het als tuinhuis wordt aangeduid. Mogelijk werd het als onderdeel van een buitenplaats in de late achttiende eeuw of het begin van de negentiende eeuw gebouwd op de fundamenten van de zestiende-eeuwse stadsmuur. Op het kadastraal minuut valt te zien dat het omringende perceel in gebruik is als tuin. 6 In het begin van de twintigste eeuw wordt het aan de achterzijde uitgebreid. Het bouwwerk wordt gevormd door een taps toelopende muur met een uitkraging op een bloktand die met een rollaag is afgedekt. Rechts bevindt zich het tuinhuis, aan de achterzijde is een kelder aanwezig. Het muurwerk is met handvormstenen in kruisverband gemetseld. Het platvolle voegwerk is niet oorspronkelijk maar aan het einde van de twintigste eeuw vernieuwd. Het is mogelijk dat dit muurwerk is gebouwd op de fundamenten van de zestiende-eeuwse stadsmuur, maar het kan ook zijn dat het een later aangebrachte schil om het zestiendeeeuwse muurwerk betreft. Afb. 34 De kadastrale kaart uit 1832. In de cirkel staat het tuinhuisje. Het omringende perceel is in gebruik als tuin. Zie ook afbeelding 1.
Op een historische foto uit 1911 valt de karakteristieke architectuur te zien van het tuinhuisje. Dergelijke tuinhuisjes zijn opgebouwd uit een basement, waar veelal een keuken in gesitueerd was, en een lichte kamer daarboven. Karakteristiek zijn de overhoekse gevels van de kamer en de raampartijen, die vrijwel de gehele gevelvlakken beslaan. In dit geval is het huisje met een erker uitgevoerd. Door deze grote raampartijen had men in de lichte kamer goed zicht over een siertuin of, in dit specifieke geval, over de rivier de Waal. Op de foto valt te zien dat de gevels van het pand worden beëindigd door een geprofileerde bakgoot en dat het een tentdak heeft.
Afb. 35 De foto uit 1911 waarop het tuinhuisje valt te zien. 5 6
Deze paragraaf is deels gebaseerd op BAAC rapport 05.049. In de achttiende eeuw raken de (middeleeuwse) stadsmuren in onbruik als verdedigingswerk. Veel steden slechtten de stadsmuren en de wallen waarna op de vrijgekomen grond parken, plantsoenen en siertuinen werden aangelegd. 24
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Tussen 1911 en 1954 wordt het tuinhuisje ingrijpend verbouwd waarbij de erker en het tentdak worden verwijderd en het aan de achterzijde wordt uitgebreid. In het basement wordt een garagedeur aangebracht en boven het basement wordt een nieuwe gevel in halfsteens verband opgetrokken. Centraal daarin is één groot venster aanwezig dat tussen steens rollagen wordt geplaatst. De gevel wordt met een uitkragende band metselwerk beëindigd. Omdat de uitvoering van het muurwerk en het venster overeenkomstig is met Waalkade 4 is het niet ondenkbaar dat deze verbouwing plaatsvindt tijdens, of vlak na, de bouw van Waalkade 4. In de bepleisterde linkerzijgevel bevindt zich één brede vensteropening. De vensteropening in de rechterzijgevel valt nog te relateren aan de situatie op de foto uit 1911. De rechterzijgevel is eveneens bepleisterd en voor een deel voorzien van een blokmotief. In de achtergevel van de opbouw is een deur aanwezig. Ten tijde van de verkenning was alleen de begane grond van de garage toegankelijk, de kelder was niet toegankelijk. In de garage bevinden zich in de linker zijmuur een venster met tweeruits klapraam en een dichtgezette doorgang. Het tweeruits bovenlicht van de doorgang is nog aanwezig en is eveneens kleppend uitgevoerd. De garage heeft en betonnen vloer, bepleisterde muren en een stucplafond op gaas. De draagconstructie kon niet worden waargenomen.
Afb. 36 Het tuinhuisje ten tijde van de verkenning.
2.5.2
Bijgebouwen 2 en 3 Beide éénlaags bouwvolumes staan op een nagenoeg vierkante grondslag en hebben een platdak. Tussen de genoemde bouwvolumes is een betonnen trap die leidt naar een deur in de tuinmuur aan de Korte Tolstraat. Deze muur is met handvormstenen in kruisverband gemetseld en wordt met een ezelsrug beëindigd. De overige gevels van de bijgebouwen zijn in baksteen opgetrokken en daarna voorzien van een grauwe pleisterlaag. Deze gevels worden met een eenvoudige, rondgaande houten muurgoot beëindigd.
Afb. 37 De bijgebouwen 2 en 3 (rechts). Opname in de richting van de Korte Tolstraat.
25
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
2.5.2.1
Bijgebouw 2 De garage is in 1954 gebouwd en heeft een garagedeur aan de Korte Tolstraat en een deur bij de betonnen trap. Deze deur is onder een strekse boog geplaatst evenals het venster in de op het woonhuis gerichte gevel. In dit ongeprofileerde venster zit een tweeruits raam gevat. De constructie van het platte dak bestaat uit een reeks zeer licht gedimensioneerde houten balken waarop houten delen zijn gespijkerd. Over deze delen is een bitumeuze dakbedekking aangebracht.
2.5.2.2
Bijgebouw 3 Deze schuur is toegankelijk vanuit de achtertuin van Waalkade 4. Links van de entree bevindt zich een klein venster. Een dergelijk venster bevindt zich in de linker zijgevel en in de muur aan de Korte Tolstraat. De schuur heeft een betonnen vloer en gewitte muren. Dat de schuur als kolenopslag heeft gediend blijkt uit het oorspronkelijke kolenhok dat in de linkerhoek nog aanwezig is. In de rechterzijmuur is in het muurwerk van het buurpand een eikenhouten latei zichtbaar alsmede een smeedijzeren muuranker. De garage heeft een betonnen vloer en gewitte muren. De dakconstructie is identiek aan die van bijgebouw 2
26
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
3
Waardering
3.1
Algemeen
Zaltbommel, Waalkade 4
Het pand vertegenwoordigt een cultuurhistorische waarde als representatief herenhuis uit het eerste kwart van de twintigste eeuw en als voormalig bureau van politie. Als vrijstaand bouwvolume aan de Waalkade vertegenwoordigt het pand een hoge stedenbouwkundige waarde. De hoogteverschillen van de drie bouwdelen, waardoor het pand zeker dynamisch karakter kent, ondersteunen deze stedenbouwkundige waarde. De architectuurhistorische waarde van het pand is hoog vanwege de op het expressionisme geënte bouwstijl welke representatief voor de bouwtijd te noemen is. Daarbij zijn van het exterieur en het interieur, zowel de indeling als de afwerking, vrijwel gaaf bewaard gebleven. Het pand heeft een ensemblewaarde vanwege de samenhang met de overige representatieve en statige bebouwing aan de Waalkade.
3.2
Monumentale waardering
3.2.1
Methodiek De onderdelen die dateren uit de bouwtijd én die bijzonder zijn vanwege vorm of zeldzaamheid, vertegenwoordigen een hoge monumentale waarde als representatief onderdeel van de bouwtijd. Onderdelen die in authenticiteit zijn aangetast of slechts als karakteristiek voor de bouwtijd aan te merken zijn, vertegenwoordigen een positieve monumentale waarde. Toevoegingen aan het complex die van na de bouwtijd dateren, hebben alleen een monumentale waarde waneer er sprake is van een belangrijke verandering waarbij de zeldzaamheid en de mate van vormgeving bepaalt of er sprake is van een hoge monumentale waarde (bijzonder) of een positieve monumentale waarde (karakteristiek). Aan de onderdelen die in karakter of authenticiteit sterk zijn aangetast, of slechts als kenmerkend aangeduid kunnen worden, wordt een indifferente monumentale toegekend. De waardering van de verschillende delen van het complex, gebeurt op basis van de volgende categorisering: Categorie 1: hoge monumentale waarde - Vanuit bouwhistorisch oogpunt moet er worden gestreefd naar volledig behoud van hoog gewaardeerde elementen. - Aanpassingen zijn alleen te billijken wanneer daarmee de bestaande monumentale waarde, of de beleving daarvan, wordt versterkt. - Noodzakelijk geachte ingrepen dienen met zorg uitgevoerd te worden waarbij de architectuur van het pand maatgevend is. Categorie 2: positieve monumentale waarde - Vanuit bouwhistorisch oogpunt moet er naar worden gestreefd om zoveel mogelijk positief gewaardeerde elementen te behouden. - Aanpassingen zijn vanuit bouwhistorisch oogpunt mogelijk wanneer het karakter en de bepaalde monumentale waarden zoveel mogelijk blijven bestaan, of worden versterkt. Categorie 3: indifferente monumentale waarde - Vanuit bouwhistorisch oogpunt bestaan er geen argumenten om het behoud van indifferent gewaardeerde elementen na te streven. - Wijzigingen of zelfs sloop behoren zonder voorbehoud tot de mogelijkheden. 27
BAAC bv
3.2.2
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Waardestelling Hoge monumentale waarde 1. Het exterieur van het pand is gaaf bewaard gebleven en representatief voor de bouwtijd. Hierdoor vertegenwoordigt het exterieur een hoge monumentale waarde. 2. De indeling van de begane grond is gaaf bewaard gebleven en vormt een eenheid met de eveneens gaaf bewaard gebleven representatieve interieurafwerking. Hierdoor vertegenwoordigen de oorspronkelijke indeling en afwerking van de begane grond een hoge monumentale waarde. 3. De oorspronkelijke onderdelen van de interieurafwerking in het pand, te weten; de vloeren, de schouwen op de begane grond, de paneeldeuren op de begane grond en de verdieping, het schuifdeurkozijn en de stucplafonds vertegenwoordigen een hoge waarde. Als relatief zeldzame, gaaf bewaard gebleven elementen die representatief te noemen zijn voor een rijk woonhuis uit het eerste kwart van de twintigste eeuw. 4. De bordestrap vertegenwoordigt een hoge waarde als representatief, gaaf bewaard gebleven en structuurbepalend element. 5. De buitentrap en het oorspronkelijke tuinhek vertegenwoordigen een hoge waarde als beeld- en structuurbepalende elementen uit de bouwtijd van het pand. 6. Het tuinhuis (bijgebouw 1) is zwaar verbouwd en niet meer als zodanig herkenbaar. Het vertegenwoordigt wel een hoge waarde op basis van sociaal historische redenen, te weten: als zeldzaam relict uit de tijd dat stadsmuren niet meer voor de verdediging van de stad fungeerden, en werden geslecht om plaats te maken voor parken, plantsoenen en siertuinen. Positieve monumentale waarde 7. De oorspronkelijke interieurindelingen van de eerste- en tweede verdieping zijn karakteristiek voor de bouwtijd, maar in opzet niet uniek of bijzonder te noemen. Zij vertegenwoordigen hierom een positieve waarde. 8. De tegelafwerking van het toilet op de begane grond en de verdieping is karakteristiek voor de bouwtijd maar niet uniek of bijzonder te noemen en vertegenwoordigt hierom een positieve monumentale waarde. 9. De gebruikte constructies in het pand, de houten balklagen en de troggewelfjes in de kelder, zijn veelvoorkomend en karakteristiek voor de bouwtijd te noemen. Zij vertegenwoordigen een positieve monumentale waarde. Indifferente monumentale waarde 6. Alle latere aanpassingen aan het pand, het kolenhok en de in 1954 gebouwde garage zijn vanwege de geringe uniciteit en het onbeduidende materiaalgebruik als indifferent aan te duiden.
28
BAAC bv
Bouwhistorische verkenning
Zaltbommel, Waalkade 4
Legenda Hoge monumentale waarde Positieve monumentale waarde Indifferente waarde
X Gewelf / Balklaag / Kap
2
5
1
3
4
Afb. 38 De monumentale waarden van de begane grond (1), de kelder (2), de eerste verdieping (3), de tweede verdieping (4) en het tuinhuis (5) geprojecteerd op de verbouwings plattegrond van 1954. 29