Werkblad beschrijving interventie
MinderDrinken.nl
Gebruik de handleiding bij dit werkblad www.nji.nl/jeugdinterventies/beschrijven of www.loketgezondleven.nl/kwaliteit-van-interventies/beoordeling
Contact NJi
Contact RIVM
Gert van den Berg
[email protected] 030-2306873
Sandra van Dijk
[email protected] 030-2748678
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Achtergrondgegevens Ontwikkelaar / licentiehouder van de interventie Naam Adres Postcode Plaats E-mail Telefoon Fax Website (van de interventie)
Trimbos-instituut Da Costakade 45 Utrecht 030-2971100 020-2971111 www.minderdrinken.nl
Contactpersoon Vul hier de contactpersoon voor de interventie in, wanneer deze afwijkt van de ontwikkelaar of licentiehouder
Naam Adres Postcode Plaats E-mail Telefoon Fax
Jeannet Kramer Postbus 725 Utrecht
[email protected] 030-2959380
Onderstaande in te vullen door Nederlands Jeugdinstituut /RIVM
Documentatie voor de erkenningscommissie De volgende documentatie wordt in viervoud toegestuurd aan de erkenningscommissie: Aangekruiste documenten worden na de beoordeling geretourneerd.
x 1. 2. 3. 4. 5.
forum protocol
Deelcommissie Aankruisen welke deelcommissie de interventie zou moeten beoordelen.
Deelcommissie I. jeugdzorg, psychosociale en pedagogische preventie Deelcommissie II. jeugdgezondheidszorg, preventie en gezondheidsbevordering Deelcommissie III. ontwikkelingsstimulering, onderwijsgerelateerde hulpverlening en jeugdwelzijn Deelcommissie IV preventie en gezondheidsbevordering voor volwassenen en ouderen
Documentnummer
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 2 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Voor u begint Check met behulp van onderstaande lijst of u alle vereiste informatie op het werkblad kunt invullen. Als u één of meer vragen met nee moet beantwoorden, maakt uw interventie geen kans op erkenning door de erkenningscommissie. Uw interventie moet eerst verder ontwikkeld worden. Neem bij twijfel contact op met het Nederlands Jeugdinstituut of RIVM (zie voorblad). De vraagnummers in de checklist corresponderen met de onderdelen van de beschrijving op dit werkblad en met de erkenningscriteria. Op de websites van het Nederlands Jeugdinstituut en van RIVM vindt u een meer uitgebreide lijst van de criteria voor erkenning en een toelichting daarop.
Criteria voor erkenning op Niveau I: theoretisch goed onderbouwd Vraag 1
Is de aard, ernst, omvang of spreiding van het probleem of risico waar de interventie zich op richt duidelijk omschreven?
x Ja
Nee
Vraag 2
Zijn er concrete doelen, zo nodig onderscheiden in einddoelen en voorwaardelijke doelen?
x Ja
Nee
Vraag 3
Bevat de documentatie een definitie van de doelgroep met relevante kenmerken?
x Ja
Nee
Vraag 4.1
x Ja Bevat de methodiek een handleiding of protocol waarin de benodigde handelingen, de volgorde ervan, de duur van de interventie, de frequentie en intensiteit van de contacten en materialen zijn vastgelegd?
Nee
Vraag 4.2
Zijn de verschillende onderdelen van de interventie beschreven op het niveau van concrete activiteiten?
x Ja
Nee
Vraag 5
Is duidelijk wat de benodigde materialen, waaronder een Nederlandstalige handleiding of protocol, zijn en waar deze materialen verkrijgbaar zijn?
x Ja
Nee
Vraag 6
Is een analyse gemaakt van met het probleem samenhangende factoren (oorzaken, directe en indirecte risico- en beschermingsfactoren)?
x Ja
Nee
Is er een theoretische onderbouwing gegeven waarin de doelgroep, de doelen en de methodiek (de werkzame factoren) verantwoord worden op basis van de probleemanalyse?
x Ja
Nee
Is duidelijk hoe de doelgroep, doelen en methodiek onderling op elkaar aansluiten?
x Ja
Nee
Vraag 8
Is de interventie overdraagbaar, bijvoorbeeld door een systeem van trainingen, begeleiding, registratie, licenties, een overdrachtsprotocol, website, helpdesk of eerdere ervaringen?
x Ja
Nee
Overige
Is bekend wie de ontwikkelaar, licentiehouder is en wie de uitvoerende en of ondersteunende organisaties zijn?
x Ja
Nee
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 3 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Samenvatting Het is handig de samenvatting als laatste in te vullen. Gebruik voor de samenvatting als geheel maximaal 600 woorden.
Doel Beschrijf hoofddoel(en) of meest karakteristieke (sub)doelen van de interventie.
Het doel van MinderDrinken is om op een laagdrempelige wijze te ondersteunen bij het zelfstandig minderen of stoppen van het alcoholgebruik.
Noem de doelgroep waarop de interventie direct gericht is.
Doelgroep MinderDrinken is voor volwassen (18+) probleemdrinkers die individueel en in hun eigen tempo het alcoholgebruik willen minderen of stoppen.
Beschrijf de structuur en de inhoud van de interventie.
Aanpak MinderDrinken is een website welke bestaat uit een homepage met beveiligde toegang tot het zelfhulpprogramma, een deelnemersforum en een contactfunctie. Het zelfhulpprogramma, hier verder MinderDrinken genoemd, bestaat uit drie stappen met informatie en opdrachten: Stap 1 Voorbereiden, Stap 2 Beslissen en Stap 3 Uitvoeren. Stap 1, Voorbereiden, is gericht op het inzicht krijgen in het eigen alcoholgebruik en de mate waarin het alcoholgebruik problematisch is of kan worden en te motiveren tot verandering. Stap 2, Beslissen is gericht op het stellen van doelen aan de hand van richtlijnen voor verantwoord drinken. Doelen worden gesteld voor het aantal standaardeenheden per dag, per week, het aantal dagen per week dat men niet drinkt, de termijn om de doelen te bereiken, de startdatum en eventuele tussentijdse doelen. Stap 3: Uitvoeren, is gericht op het halen van de gestelde doelen. In de derde stap bevinden zich de hulpmaterialen voor het daadwerkelijk minderen of stoppen: een logboek en grafische overzichten om de voortgang in kaart te brengen, informatie en oefeningen om het minderen of stoppen vol te houden en te leren van terugval. Tevens biedt het de gelegenheid tot het evalueren van de vorderingen na 6 weken. Stap 1 en stap 2 kosten elk 10 tot 15 minuten. Voor het werken aan het halen van de doelen via Stap 3 wordt aanbevolen 6 weken uit te trekken. Het forum biedt gelegenheid tot het uitwisselen van ervaringen en tot ondersteuning van en door lotgenoten. De contactfunctie biedt de mogelijkheid tot het stellen van vragen over het alcoholgebruik en het minderen of stoppen.
Geef aan of er een handleiding en ander materiaal is.
Beschrijf concluderend de resultaten van Nederlands effectonderzoek, buitenlands
Materiaal Het zelfhulpprogramma is te vinden via www.minderdrinken.nl Een handleiding voor het technisch bedienen van de contactfunctie Een protocol voor het modereren van het forum Onderzoek Het effectonderzoek naar MinderDrinken toont aan dat deze online interventie (kosten)effectiever is dan een informatiebrochure over het effect
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 4 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
effectonderzoek en procesevaluaties van de interventie in maximaal 200 woorden. Meld als er geen onderzoek is: Er zijn geen studies voorhanden.
MinderDrinken.nl
van alcohol en een wachtlijstgroep wat betreft het drinken volgens de richtlijn en de gemiddelde wekelijkse alcohol consumptie. Ook is het programma geschikt voor een heterogene groep probleemdrinkers. Na openstelling van MinderDrinken voor het algemeen publiek is een implementatiestudie uitgevoerd. De resultaten van het bijbehorende prepost onderzoek laten een vermindering van het alcoholgebruik zien die vergelijkbaar is met die in het effectonderzoek. Het programma krijgt van deelnemers een rapportcijfer 7.3 en wordt door 76% aanbevolen aan anderen.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 5 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Beschrijving voor erkenning op niveau I: theoretisch goed onderbouwd
A. Interventiebeschrijving: probleem, doelgroep, doel, aanpak, materialen en uitvoering
1. Risico- of probleemomschrijving Geef aan wat het probleem of het risico is waarop de interventie zich richt. Beschrijf de aard, ernst, omvang en spreiding van het probleem, en de gevolgen bij niet ingrijpen. Als deze informatie er niet is, geef dat dan ook aan. Maximaal 400 woorden.
Een belangrijk deel van de Nederlandse bevolking drinkt te veel. Dit kan resulteren in probleemdrinken, wat te definiëren is als drankgebruik dat tot alcoholgerelateerde problemen of (lichamelijke) schade leidt. Naar schatting 10.3% van de Nederlandse bevolking van 16 tot 69 jaar is jaarlijks te kwalificeren als probleemdrinker. Bij mannen is het percentage probleemdrinkers (16.8%) ongeveer 4x hoger dan bij vrouwen (4.2%) (Van Dijck & Knibbe, 2005). De incidentie van probleem drinken is ongeveer 2% op jaarbasis (Van Dijck & Knibbe, 2006). Alcohol afhankelijkheid betreft alcoholgebruik waarbij de controle over het middel is verloren of er sprake is van tolerantie of onthoudingsverschijnselen. Hoe meer men drinkt, hoe groter de risico's op alcoholgerelateerde problemen en schade en hoe groter de kans op alcoholafhankelijkheid. Alcohol afhankelijkheid komt voor bij 3,7% van de Nederlanders van 18-65 jaar (NEMESIS, Verdurmen et al., 2003) en staat in Nederland in de top tien van ziekten met de hoogste ziektelast (De Hollander et al., 2006). Op korte termijn heeft overmatig alcoholgebruik negatieve consequenties zoals verminderde arbeidsproductiviteit, opzettelijke en nietopzettelijke verwondingen door ongevallen (crimineel gedrag, rijden onder invloed, ongevallen, suïcide) en alcoholvergiftiging. Op langere termijn hebben zware drinkers o.a. een verhoogde kans op hersenschade, hart- en vaatziekten, diverse vormen van kanker, levercirrose, vruchtbaarheidsaandoeningen en psychische problemen zoals depressie (Anderson & Baumberg, 2006). Overmatig alcoholgebruik leidt ook tot problemen voor anderen door agressief gedrag, criminaliteit en rijden onder invloed (Anderson, Gual & Colom, 2005). De totale jaarlijkse maatschappelijke kosten van overmatig alcoholgebruik wordt geschat op 2,58 miljard euro (KPMG, 2001). Het voorkomen van langdurige blootstelling aan overmatig alcoholgebruikkan ernstige gezondheidsproblemen en overlijden als gevolg van alcoholgerelateerde ziekte op lange termijn voorkomen (Moyer, Finney, Swearingen & Vergun, 2002; Cuijpers, Riper & Lemmers, 2004, Anderson & Baumberg,., 2006). Ook al op korte termijn wordt gezondheidswinst geboekt (Anderson & Baumberg, 2006). Een groot deel van de mensen met een alcoholprobleem komt echter niet in contact met de reguliere hulpverlening (Van Laar & Schoemaker, 2007). Dit heeft onder andere te maken met angst voor stigmatisering. Internetinterventies bieden een goede mogelijkheid om laagdrempelig een grote groep probleemdrinkers te bereiken en via die weg schade als gevolg van overmatig alcoholgebruik te verminderen of te voorkomen.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 6 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
2. Doel van de interventie Wat is het doel van de interventie? Beschrijf de einddoelen en eventuele sub- of voorwaardelijke doelen zo concreet mogelijk en bij voorkeur SMART (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden).
Het doel van MinderDrinken is om op een laagdrempelige wijze te ondersteunen bij het zelfstandig minderen of stoppen van het alcoholgebruik. Na het gebruik van MinderDrinken heeft de deelnemer: - inzicht in zijn/haar gebruik van alcohol en of dit tot gezondheidsrisico’s leidt, - besloten al dan niet het gebruik te veranderen (minderen of stoppen), - doelen gesteld t.a.v. van het verminderen van het alcoholgebruik, - geleerd wat hij/zij kan doen om de gestelde doelen te halen, - geleerd hoe terugval in de toekomst kan worden voorkomen Als richtsnoer bij het stellen van de doelen worden deelnemers gewezen op de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik. Zij krijgen dit echter niet als doel opgelegd. Iedere deelnemer bepaalt zelf zijn / haar doelen. Er wordt aanbevolen 6 weken uit te trekken om de doelen te bereiken (Breslin, Sobell, Sobell, Cunningham, Sdao-Jarvie & Borsoi, 1998). Het bijhouden van een alcohol-logboek resulteert in een grafische weergave van de voortgang. Hiermee krijgt de deelnemer zicht op het halen van de doelen. Na 6 weken kan de deelnemer via een vragenlijst evalueren of voldoende voortgang is geboekt of dat aanvullende of andere hulp nodig is om de doelen te behalen.
3. Doelgroep van de interventie
Wat is de einddoelgroep van de hier beschreven interventie? Noem ook een eventuele intermediaire doelgroep. Geef een zo precies mogelijke beschrijving van relevante kenmerken van de doelgroep waarop de interventie zich direct richt.
Beschrijf indicatie- en contraindicatiecriteria indien van toepassing (indien van toepassing kunnen deze criteria vereist zijn voor erkenning; zie handleiding). Meld ook hoe de doelgroep wordt geselecteerd. Noem eventueel gebruikte selectieinstrumenten en vereiste scores.
3.1 Voor wie is de interventie bedoeld? MinderDrinken is voor volwassenen (18+) die individueel en in hun eigen tempo het alcoholgebruik willen minderen of stoppen of al zijn geminderd of gestopt en dit willen volhouden. Secundaire doelgroep: verwijzers. Verwijzers zoals huisartsen, maatschappelijk werkers of andere hulpverleners kunnen op de site informatie vinden over wat het MinderDrinken te bieden heeft. MinderDrinken is opgenomen in de patiëntenbrieven over alcohol van de NHG (het gaat om de brieven: Omgaan met alcohol, Minderen; Omgaan met alcohol, Stoppen; Omgaan met alcohol, Minderen of stoppen). 3.2 Indicatie- en contra-indicatiecriteria Iedereen van 18 jaar of ouder die zelfstandig het alcoholgebruik wil minderen of stoppen kan zich aanmelden bij MinderDrinken. Bij ernstige problematiek zoals een alcohol verslaving is het van belang dat het minderen of stoppen gebeurt onder begeleiding van een professionele hulpverlener. Personen met ernstige problematiek worden echter niet bij voorbaat uitgesloten van MinderDrinken. In Stap 1 van MinderDrinken vullen deelnemers de Alcohol Use Disorder Identification Test (AUDIT, Saunders, Aasland, Babor, DeFuentes-Merillas & Grant, 1993) in. Bij een score van 16 of hoger op de AUDIT is sprake van een hoog risico op alcoholgerelateerde problemen en wordt geadviseerd te minderen of stoppen onder begeleiding van een professionele hulpverlener, met name als sprake is van één of
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 7 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
meer van onderstaande verschijnselen: - het niet meer kunnen stoppen met drinken als eenmaal daarmee is gestart, - vanwege alcoholgebruik dingen laten liggen die je had willen doen, - alcohol nodig hebben om te dag te beginnen. Voor vele zware probleemdrinkers is het zoeken van hulp een grote stap. MinderDrinken kan drempelverlagend werken doordat het deelnemers bewust maakt van de ernst van hun situatie zodat zij meer gemotiveerd zijn tot het zoeken van meer intensieve hulp. MinderDrinken richt zich niet op personen jonger dan 18 jaar. Vanwege de schadelijke invloed van alcohol op hersenen in ontwikkeling gelden andere richtlijnen dan voor volwassenen. De interventie is geschikt voor een heterogene groep deelnemers. Deze conclusie is getrokken op basis van resultaten van het gerandomiseerd onderzoek naar MinderDrinken. In deze studie is onderzoek gedaan naar mogelijke voorspellers van meer of minder succesvol gebruik van MinderDrinken (Riper H, Kramer J, Keuken M, Smit F, Schippers G, Cuijpers P, 2008c). Gekeken werd naar 6 potentiële voorspellers: geslacht, opleidingsniveau (academisch / hbo vs overig), ervaring met internet (beginner versus meer ervaren), mate van het alcoholgebruik (zeer zware drinkers versus overigen), eerdere professionele hulp voor alcohol gerelateerde problematiek (ja versus nee) en verwachtingen over de online interventie (hoog versus laag). Na 6 maanden was geen van deze variabelen voorspeller voor meer succesvol gebruik van de interventie. Na 12 maanden ging een kleine voorspellende waarde uit van vrouwelijk geslacht en een hogere opleiding: de verklaarde varianties waren respectievelijk 2% en 3%. Geef aan of de interventie uitsluitend, mede of niet bedoeld is voor (specifieke) migrantengroepen en voor welke. Geef ook aan of er speciale aanpassingen of voorzieningen voor deze groepen zijn.
3.3 Toepassing bij migranten De interventie is niet aangepast voor (specifieke) migrantengroepen.
Meld indien niet bekend of niet van toepassing: De interventie is niet speciaal ontwikkeld voor migrantengroepen. Meld indien niet bekend of niet van toepassing: Het programma heeft geen speciale faciliteiten (zoals vertaalde schriftelijke instructies of tolken) om migrantengroepen in het bijzonder te kunnen bedienen.
4. Aanpak van de interventie Beschrijf de structuur en de opbouw van de interventie. Denk aan de gebruikelijke
4.1 Opzet van de interventie Duur en intensiteit MinderDrinken bestaat uit een homepage met beveiligde toegang tot het
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 8 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
duur, indien van toepassing de frequentie en intensiteit van de contacten, de volgorde van de onderdelen, handelingen of stappen, en de setting waarin de interventie wordt uitgevoerd.
MinderDrinken.nl
zelfhulpprogramma. Het zelfhulpprogramma bestaat uit drie stappen: Stap 1, Voorbereiden: Stap 2, Beslissen: doelen stellen; Stap 3, Uitvoeren: werken aan het halen van de doelen en het voorkomen van terugval. Stap 1 en 2 nemen elk ongeveer 10 tot 15 minuten. Wat betreft Stap 3 wordt geadviseerd 6 weken uit te trekken om te werken aan het halen van de doelen. Het dagelijks invullen van het logboek neemt enkele minuten in beslag. Volgorde: Op de homepage van MinderDrinken vindt men algemene informatie over de werking van alcohol, een beschrijving en demonstratie van het zelfhulpprogramma, informatie over mogelijke hulpvormen, links naar interessante sites en informatie voor potentiële verwijzers zoals huisartsen. Via de homepage van MinderDrinken krijgt men toegang tot het hart van de site: een beveiligd zelfhulpprogramma. De eerste twee stappen van het programma zijn gestructureerd: Stap 2 komt pas beschikbaar als Stap 1 is afgerond. Stap 3 is beschikbaar als Stap 2 is afgerond. Stap 3 is te beschouwen als een gereedschapskist met materialen waarvan men naar behoefte gebruik kan maken om het alcoholgebruik aan te pakken. In stap 3 bestaat tevens de mogelijkheid tot het stellen van e-mailvragen. Deze vragen worden beantwoord door professionals van de Alcohol Infolijn. Daarnaast is er een deelnemersforum voor uitwisselen van ervaringen met lotgenoten. Van dit forum kan men gebruik maken nadat men zich voor het zelfhulpprogramma heeft aangemeld. Setting: MinderDrinken is een zelfhulpinterventie die wordt aangeboden in een beveiligde omgeving (met zelfgekozen gebruikersnaam en wachtwoord) via het internet.
Wat gebeurt er concreet bij de uitvoering? Beschrijf hoe de onderdelen van de interventie worden ingevuld of uitgevoerd, zo nodig met enkele typerende voorbeelden.
4.2 Inhoud van de interventie Werving Deelnemers vinden MinderDrinken.nl vooral via verwijzingen vanaf andere websites. MinderDrinken: - is opgenomen als advies op maat binnen de Drinktest (www.drinktest.nl), onderdeel van de Teleac-cursus 'Minder Drinken? Doe-het-zelf!' - is opgenomen als advies in drie patiëntenbrieven van het Nederlands Huisarts Genootschap (NHG): Omgaan met alcohol, Minderen; Omgaan met alcohol, Stoppen; Omgaan met alcohol, Minderen of stoppen. - staat als link op diverse gezondheidsgerelateerde sites. Aanmelden Personen die gebruik willen maken van MinderDrinken melden zich aan nadat ze via een aantal schermen zijn geïnformeerd over het doel en de doelgroep van MinderDrinken. Vervolgens kan men anoniem een 'account' aanmaken met een zelfgekozen gebruikersnaam en wachtwoord. Het zelfhulpprogramma Het hart van MinderDrinken is het zelfhulpprogramma. Dat bestaat uit drie stappen. Stap 1, Voorbereiden is gericht op het inzicht krijgen in het eigen alcoholgebruik, het zicht krijgen op de mate waarin het alcoholgebruik problematisch is of kan worden om zo te motiveren tot verandering.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 9 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
De volgende onderdelen komen achtereenvolgens aan de orde: - Het in kaart brengen van het alcoholgebruik in de laatste week door het invullen van de Weekly Recall (Cahalan, Cisin & Crossley, 1969; Lemmens, Knibbe & Tan, 1988). Dit houdt in het voor de afgelopen week per dag noteren van het aantal gedronken standaardeenheden alcohol. Hierbij wordt normatieve feedback gegeven, dat wil zeggen, informatie waar het eigen alcoholgebruik aan kan worden gespiegeld. In dit geval betreft het informatie over de gangbare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik . - Het invullen van de Alcohol Use Disorder Identification Test (AUDIT; Saunders et al., 1993). Hiermee kan worden vastgesteld of er sprake is van een verhoogde kans op alcoholgerelateerde problemen en of professionele ondersteuning bij stoppen of minderen wenselijk is. - Het op een rij zetten van de persoonlijke voor- en nadelen van het alcoholgebruik om een goede afweging te kunnen maken over wat het huidige alcoholgebruik kost of oplevert. Op deze wijze kan worden afgewogen of het minderen of stoppen lonend is. - Het invullen van de Readiness to Change Questionnaire (RCQ; Defuentes-Merillas, de Jonge & Schippers, 2002). Hiermee wordt voor de persoon concreet gemaakt of de motivatie tot het veranderen van het alcoholgebruik voldoende is om zelfstandig aan het minderen of stoppen te kunnen werken. - Het samenvattend evalueren van het persoonlijk alcoholgebruik via het beantwoorden van de volgende vragen: 'Drink ik per week te veel?', 'Drink ik minimaal 1x per week te veel?', 'Zijn er redenen waarom ik zou moeten minderen / stoppen?', 'Wat weegt voor mij het zwaarst, de voorof nadelen van drinken?'. Uiteindelijk kiest men dan of tot actie wordt overgegaan met de vraag: 'Wil ik minderen of stoppen?' Bij het antwoord 'ja' gaat de deelnemer door naar Stap 2 om doelen te stellen. Is het antwoord 'nee' dan verlaat de deelnemer het programma en komt terug op de homepage. Stap 2, Beslissen is gericht op het stellen van doelen. Het stellen van doelen biedt houvast bij het minderen of stoppen van het alcoholgebruik. Achtereenvolgens stelt men voor zichzelf de volgende doelen: - het maximale alcoholgebruik in standaardeenheden per dag - het maximale alcoholgebruik in standaardeenheden per week - het aantal dagen per week dat men niet drinkt - het aantal weken dat wordt uitgetrokken om de gestelde doelen te bereiken - de startdatum voor het werken aan de doelen - gewenste subdoelen Bij de te stellen doelen is ook weer de informatie beschikbaar over de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik. Stap 3, Uitvoeren, is gericht op het werken aan verandering. In dit onderdeel vindt men hier de onderdelen logboek, overzichten, volhouden, terugval, en meer info. Deze onderdelen worden hierna omschreven. a. Het logboek In het logboek kan dagelijks het alcoholgebruik worden bijgehouden. In het logboek wordt vastgelegd hoeveel men dronk, wanneer en in welke situatie dit was en hoe tevreden men over het alcoholgebruik was. Op basis van deze informatie worden risicosituaties bepaald: als men meer dronk dan gepland Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 10 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
en aangeeft ontevreden te zijn over dit alcoholgebruik dan betreft het een risicosituatie. b. Overzichten Via grafische overzichten krijgt de deelnemer inzicht in de vorderingen bij het halen van de doelen. De basis hiervoor vormt het ingevulde logboek . De overzichten op basis van het logboek zijn: - Grafiek van de voortgang: hierin staat wat per week is gedronken afgezet tegen het weekdoel en tegen het alcoholgebruik bij aanvang van MinderDrinken (Weekly Recall). - Overzicht op maat: een weergave van het alcoholgebruik in een door de deelnemer gekozen periode afgezet tegen de gestelde doelen. - Overzicht risicosituaties: in percentages wordt uitgedrukt in welke mate factoren als stemming, locatie of gezelschap een rol speelden in overmatig alcoholgebruik. - Overzicht niet gedronken: overzicht van de dagen dat niet is gedronken afgezet tegen het gestelde doel. - Overzicht tevredenheid: een overzicht van hoe tevreden iemand is over het eigen alcoholgebruik op basis van dagbeoordelingen. Dit wordt uigedrukt in smiley's. - Weekoverzicht: een overzicht van de dagen per week en hoeveel er is per dag is gedronken afgezet tegen de gestelde dagdoelen. Tevens heeft men hier toegang tot de overzichten van de voorbereidende fase van MinderDrinken (Stap 1) en de gestelde doelen (Stap 2). d. Volhouden Het onderdeel 'Volhouden' biedt informatie en opdrachten om het minderen of stoppen vol te houden. Het bevat de volgende onderdelen: 1) Uzelf belonen. Hier geeft de deelnemer concreet aan welke beloning hij/zij krijgt voor welke inzet of prestatie. 2) Omgaan met sociale druk. Dit leert deelnemers hoe zij kunnen omgaan met druk van anderen om toch te drinken. 3) Oefening Omgaan met risicosituaties. Deze oefening heeft tot doel dat deelnemers bedenken wat zij kunnen doen in voor hen moeilijke situaties: situaties waarin de verleiding groot is om toch te drinken. 4) Omgaan met trek. Onder omgaan met trek staan diverse technieken uitgelegd om trek te weerstaan. Uitgelegd worden: - Het zoeken van afleiding - Wachten tot de trek overgaat - Helpend denken: bewust zijn van denkfouten en manieren waarop je gedachten je kunnen helpen om niet aan de verleiding te weerstaan. - Stop! zeggen: een techniek om steeds terugkerende gedachten over alcohol een halt toe te roepen. - Afspraken maken met jezelf: bijvoorbeeld, wanneer drink je wel of niet, hoe drink je, wat doe je tijdens uitgaan en hoe ga je om met alcohol in huis. 5) Tips over het informeren van de omgeving zodat naasten om te voorkomen dat bekenden alcohol aanbieden of blijven aandringen mee te drinken. 6) Een evaluatievragenlijst met contactfunctie. - Na 6 weken ontvangt men via de e-mail een herinnering om deze in te vullen. Deze vragenlijst is ook toegankelijk voor degenen die ervoor kiezen om niet herinnerd te worden via de e-mail. In de evaluatie gaat de Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 11 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
deelnemer na of hij/zij tevreden is met de vorderingen, of het nodig is doelen bij te stellen of dat een intensievere vorm van hulp noodzakelijk is. - Indien gewenst, is het mogelijk per e-mailvragen te stellen aan een medewerker van de Alcohol Infolijn. 7) Tip van de dag. Na iedere inlog wordt een nieuwe tip getoond in een pop-up met een tip hoe je het alcoholgebruik beperkt kunt houden. Voorbeeld van een dergelijke tip is: 'Beslis vóór u uitgaat eerst hoeveel glazen u maximaal wilt drinken'. e. Terugval Bij het onderdeel terugval kan men leren dat niet alles verloren is als toch een keer meer wordt gedronken dan gepland. Hier kan men de terugvalsituatie analyseren en bedenken hoe deze een volgende keer anders aan te pakken. f. Meer info Onder meer info staat nog wat aanvullende informatie over alcoholgebruik en minderen en stoppen. g. Het forum Het deelnemersforum biedt de mogelijkheid tot het uitwisselen van ervaringen en tot ondersteuning van en door lotgenoten. Het forum wordt gemodereerd door medewerkers van de Alcohol Infolijn.
5. Materialen en links Welke materialen zijn er en waar zijn deze verkrijgbaar? Noem ten minste de Nederlandse handleiding. Noem ook eventuele links naar relevante websites, rapporten of andere relevante bestanden. Vermeld eventueel ook of er aparte materialen zijn voor migranten en zo ja welke.
Er is geen handleiding bij deze interventie. De site is voor iedereen toegankelijk en te vinden op www.minderdrinken.nl. Een demonstratie van het zelfhulpprogramma staat onder 'Wat is MinderDrinken'. Voor de technische bediening van de Contactfunctie (e-mailvragen) in MinderDrinken.nl is een handleiding beschikbaar. Voor het modereren van het forum is een protocol beschikbaar. Op www.teleac.nl/minderdrinken is informatie te vinden over de Teleac serie 'Minder drinken? Doe-het-zelf!' waarvan Minderdrinken deel uitmaakt. MinderDrinken is opgenomen in drie patiëntenbrieven van het Nederlands Huisarts Genootschap (NHG): Omgaan met alcohol, Minderen; Omgaan met alcohol, Stoppen; Omgaan met alcohol, Minderen of stoppen. Riper, H. (2008a) heeft in haar proefschrift ‘Curbing Problem Drinking in the Digital Galaxy’ de effectiviteit en achtergrond van MinderDrinken beschreven. De inmiddels gepubliceerde artikelen worden hierna besproken.
B. Onderbouwing van de interventie Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 12 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
6. Verantwoording: doelgroep, doelen en aanpak Geef aan hoe probleemanalyse, doel, doelgroep en methodiek op elkaar aansluiten. In uw betoog moet antwoord gegeven zijn op de volgende vragen (zie ook de handleiding bij dit werkblad): Probleemanalyse Wat zijn de factoren (determinanten) die het probleem beïnvloeden? Onderbouw dit met theorieën en/of onderzoeksliteratuur, een redenering (ratio) of een visie. Als u hiervoor gebruik maakt van een algemene theorie over gedragsverandering, maak dan aannemelijk dat deze van toepassing is op het probleem. Geef aan hoe deze factoren met elkaar samenhangen. Noem oorzakelijke, risico-, instandhoudende, verzachtende en /of beschermende factoren. Beïnvloedbare factoren Welke factoren zijn beïnvloedbaar? Laat dit alles zien met theorie/ studies of voorbeelden. Op welke veranderbare factoren richt de interventie zich? Verbinding probleemanalyse, doel, doelgroep en aanpak Kan het doel met de gekozen aanpak worden bereikt? Maak dit aannemelijk aan de hand van studies en /of ervaringen. Laat zien dat de doelgroep aansluit bij de probleemanalyse. Werkzame factoren /mechanismen Wat zijn de werkzame factoren /mechanismen? Welke elementen mogen bij aanpassing van de interventie niet ontbreken? Verantwoording Voor de verantwoording kan gebruik worden gemaakt van Nederlands en /of internationaal onderzoek naar de theorie achter de interventie, naar onderdelen van de interventie en /of naar soortgelijke interventies, en van onderzoek naar
Probleemanalyse Risicofactoren Het ontstaan en voortbestaan van problematisch alcoholgebruik wordt bepaald door een interactie van omgevings- en persoonsgebonden factoren (Babor, Caetano, Casswell, Edwards, Gisbrecht, Graham e.a., 2003, Anderson & Baumberg, 2006). Omgevingsfactoren zijn o.a. de betaalbaarheid van alcohol en de verkrijgbaarheid ervan, factoren die vallen onder het alcohol preventie beleid. Bij persoonsgebonden risicofactoren gaat het om factoren zoals erfelijkheid (Anderson et al., 2006 ), geslacht (Swift, 2003), persoonlijkheid en aangeleerd gedrag (van de Brink, 1999). Beïnvloedbare factoren MinderDrinken richt zich op de psychische en gedragsmatige aspecten die het overmatige alcoholgebruik in stand houden. Daarbij speelt het afleren van aangeleerd gedrag en het aanleren van nieuw gedrag een belangrijke rol. Verbinding probleemanalyse, doel doelgroep en aanpak MinderDrinken bereikt via het internet probleemdrinkers die niet worden bereikt met de meer traditionele vormen van behandeling. Zo worden relatief veel vrouwen, hoogopgeleiden en betaald werkende probleemdrinkers bereikt waarvan het leeuwendeel nooit eerder hulp voor alcoholproblemen heeft gehad (Riper et al., 2008b; Riper, Kramer, Conijn, Smit, Schippers & Cuijpers., 2009a; Riper & Kramer, 2009b), iets wat ook wordt bevestigd in andere studies naar online behandelvormen (Blankers, Kerssemakers, Schramade & Schippers, 2007); Postel, Huurne, de Haan & de Jong, 2009;) MinderDrinken is 24 uur per dag toegankelijk via het internet en anoniem, iets waar door de doelgroep veel belang aan wordt gehecht (Postel, et al., 2009). Detstudie naar de effectiviteit van MinderDrinken en de praktijkstudie met pre-post metingen tonen aan dat met MinderDrinken het alcoholgebruik kan worden verminderd (Riper et al, 2008b, Riper et al., 2009a). Werkzame mechanismen en verantwoording MinderDrinken.nl is te typeren als een kortdurende zelf-hulp interventie gebaseerd op motivationele, cognitief gedragstherapeutische en zelf-controle principes (Hester, 1995; Miller & Rollnick, 1991, Schippers & De Jonge, 2002; Van Emst, 1997). Uit verschillende reviews van studies komt naar voren dat dit effectieve elementen zijn bij het verminderen van het alcoholgebruik (Apodaca & Miller, 2003; Hettema, Steele & Miller, 2005; Magill & Ray, 2009; Miller & Wilbourne, 2002; Moyer, et al., 2002; Walters, 2000). Motivationele technieken worden in MinderDrinken voor verschillende doelen gebruikt: 1) om de deelnemer zelf tot inzichten te laten komen en 2) om het minderen van het alcoholgebruik vol te houden. De inzichtgevende motiverende elementen zijn: - Het invullen van de Weekly Recall waarbij het eigen alcoholgebruik kan worden vergeleken met de aanbevolen richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (normatieve feedback) (stap 1);
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 13 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
buitenlandse versies van de interventie.
MinderDrinken.nl
- Het invullen van de AUDIT (Saunders et al., 1993) met feedback over de kans op alcoholgerelateerde problemen (stap 1); - Het afwegen van de persoonlijke voor- en nadelen van alcoholgebruik en wat het zwaarst weegt waarbij de balans visueel in beeld wordt gebracht (stap 1). - Inzicht in de eigen motivatie om te veranderen door middel van de RCQ-D (Defuentes-Merillas et al., 2002) (stap 1). - Het op basis van deze inzichten uiteindelijk voor zichzelf bepalen of je het alcoholgebruik daadwerkelijk wilt veranderen (stap 1). Om het minderen of stoppen vol te houden zijn er de onderdelen: - Het jezelf belonen (stap 3). - Het in een grafische weergave terugzien van de persoonlijke voortgang afgezet tegen de beginsituatie en het gestelde doel (stap 3) Cognitief gedragstherapeutische technieken zijn erop gericht om een probleem aan te pakken via het aanleren van meer functionele gedachten- en gedragspatronen. Daarnaast omvat het ook het stellen van doelen met eventuele subdoelen voor het bereiken van het gewenste resultaat. Cognitieve gedragstherapeutische technieken in MinderDrinken zijn: - Het stellen van concrete doelen (stap 2), dit geeft houvast bij het aanpakken van het alcoholgebruik. - Helpend denken (stap 3, volhouden), waarbij gedachten en denkfouten die leiden tot overmatig alcoholgebruik worden vervangen door gedachten die helpen niet te drinken. Een voorbeeld: 'Eén borrel kan toch geen kwaad' in 'Ik neem die ene borrel niet: het wordt dan alleen maar lastiger om de volgende te laten staan'. - Het monitoren van het alcoholgebruik in het alcohol logboek (stap 3) - Het identificeren van risico-situaties (stap 3) waarbij kan worden bedacht hoe deze situaties het best het hoofd kunnen worden geboden; - Het leren omgaan met terugval (stap 3). Hierbij wordt een uitglijder gezien als een mogelijkheid om te leren van een gemaakte fout. De deelnemers kunnen in een oefening de terugvalsituatie analyseren en bedenken hoe daar een volgende keer anders mee om te gaan. Een metaanalyse toont aan dat deze aanpak effectief (Irvin, Bowers, Dunn, Wang, 1999) Zelf-controle technieken De zelf-controle techniek wordt gebruikt om afspraken met jezelf (of ook eventuele anderen te maken) om te komen tot het beheersen van het alcoholgebruik en de positieve kanten van het minderen of stoppen concreet te ervaren. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden aanwezig in MinderDrinken: - Omgaan met trek (stap 3) waaronder het afspraken maken met jezelf. Een voorbeeld is om altijd na 2 glazen te stoppen, niet te drinken tijdens het tv kijken, geen alcohol op voorraad te nemen en favoriete soort frisdrank in huis te halen. - Omgaan met sociale druk van anderen (stap 3): het leren nee te zeggen tegen aangeboden drank en zo nodig mensen te informeren over het plan tot minderen of stoppen om te voorkomen dat er drank wordt aangeboden.. - Het na 6 weken evalueren van de positieve ervaringen van het minderen of stoppen en het bedenken van oplossingen voor de ervaren nadelen (stap 3). Empowerment
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 14 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
In MinderDrinken is een forum voor lotgenotencontact. Doel is het delen van ervaringen en het elkaar ondersteunen in het minderen of stoppen. Dit kan bijdragen aan de vergroting van persoonlijke empowerment in moeilijke situaties (Barak, Boniel-Nissim & Suler, 2008) en daarnaast kan het motiveren om regelmatig terug te keren naar de site, wat het minderen nog nader kan bevorderen.
7. Samenvatting onderbouwing Beschrijf in één tot drie zinnen het verband tussen probleem, doelgroep, doel en methode.
Probleemdrinkers worden vaak niet door de reguliere hulpverlening bereikt. MinderDrinken.nl is een online zelfhulpprogramma dat laagdrempelig mogelijkheden biedt om zelf het alcoholgebruik aan te pakken: zij kunnen het programma gebruiken wanneer het hen uitkomt en daarbij is het gebruik anoniem. MinderDrinken richt zich op cognitieve en gedragsmatige aspecten van het alcoholgebruik die de deelnemers zelf kunnen veranderen. Daartoe
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 15 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
zijn in MinderDrinken effectief motivationele en cognitiefgedragstherapeutische elementen opgenomen. Daarnaast is er via het forum de mogelijkheid tot lotgenotencontact om ervaringen uit te wisselen en actief te ondersteunen in het minderen of stoppen om de persoonlijke empowerment te vergroten. Effectonderzoek en onderzoek rond de implementatie van MinderDrinken in de praktijk laten zien dat met MinderDrinken daadwerkelijk resultaten worden geboekt.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 16 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
C. Overdraagbaarheid
8. Randvoorwaarden voor uitvoering en kwaliteitsbewaking Welke eisen zijn er ten aanzien van opleiding, training, certificering, licenties en/of supervisie van de uitvoerend werkers? Beschrijf deze randvoorwaarden voor de toepassing. Meld indien van toepassing: Er zijn geen specifieke eisen voor de uitvoering en begeleiding van de uitvoerend werkers.
Is er voor de overdracht van de interventie een handleiding of protocol? Zijn er eerdere ervaringen waaruit blijkt dat de interventie overdraagbaar is? Meld indien van toepassing: Er is geen handleiding of protocol voor overdracht of implementatie.
Hoe wordt de kwaliteit van de interventie beoordeeld en bewaakt? Denk bijvoorbeeld aan registratie van activiteiten en resultaten. Meld indien niet bekend of niet van toepassing: De wijze van kwaliteitsbewaking wordt bepaald door de uitvoerder.
8.1 Eisen ten aanzien van opleiding Het betreft zelfhulp zonder therapeutische begeleiding. Er zijn dan ook geen specifieke eisen voor de uitvoering en begeleiding van de uitvoerend werkers. Degenen die de contactfunctie van MinderDrinken bedienen worden opgeleid binnen de Alcoholinfolijn waar zij als taak hebben vragen over dit onderwerp te beantwoorden.. Bij het modereren van het forum van MinderDrinken geldt als eis dat de medewerker van de Alcoholinfolijn goed op de hoogte is van het protocol voor het modereren van het forum en daarnaar ook handelt.
8.2 Eisen ten aanzien van overdracht en implementatie Het zelfhulpprogramma van MinderDrinken is een voor het algemeen publiek gratis toegankelijke website voor zelfhulp. Er is geen handleiding of protocol voor overdracht of implementatie nodig. Het forum wordt gemodereerd door medewerkers van de Alcohol-infolijn: zij werken volgens het protocol dat daarvoor is ontwikkeld. Deelnemers aan MinderDrinken kunnen per e-mail vragen stellen aan de Alcoholinfolijn. Voor het beantwoorden van e-mail vragen geldt het protocol van de Alcoholinfolijn voor het beantwoorden van e-mailvragen. 8.3 Eisen ten aanzien van kwaliteitsbewaking De kwaliteit van de interventie is beoordeeld via de inmiddels uitgevoerde effectiviteits- en implementatiestudies (gefinancierd door ZonMw, zie beschrijvingen van deze studies onder 8.4). De kwaliteit van de beantwoording van de e-mailvragen door de Alcoholinflijn wordt bewaakt door het door een tweede medewerker op kwaliteit beoordelen van ieder antwoord voordat deze wordt verstuurd.
8.4 Kosten van de interventie Wat zijn de kosten van de uitvoering? Noem zo mogelijk kosten van licentie, materiaal, trainingen, kwaliteitsbewaking, Vermeld het jaartal waarvoor de prijzen gelden. Noem ook de tijdinvestering van betrokken professionals (uitvoering en coördinatie).
Aan de uitvoering van de kosten zijn voor de deelnemer geen kosten verbonden. De interventie is voor iedereen gratis te gebruiken via www.minderdrinken.nl. Kosten voor het aanbieden van de interventie bestaan uit het onderhoud, de hosting en de kosten van het modereren van het forum en beantwoorden van de e-mailvragen (46 dagen per jaar). De kosten zijn naar schatting 60.000 euro per jaar (peiljaar 2007).
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 17 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Meld indien van toepassing: Er zijn bij deze interventie geen gegevens bekend over de kosten en /of de tijdsinvestering van professionals.
9. Onderzoek naar de uitvoering van de interventie Is er onderzoek gedaan naar de uitvoering van de interventie? Beschrijf doel, type onderzoek (bijvoorbeeld procesevaluatie, behoefteanalyse, nul-meting, haalbaarheidonderzoek, tevredenheidmeting etc.), methode en relevante uitkomsten. Geef aan wat het bereik is, de succes- en faalfactoren en waardering door de doelgroep. Geef ook aan hoe de interventie, indien noodzakelijk, wordt aangepast. Meld indien van toepassing: Er is geen onderzoek gedaan naar de uitvoering van de interventie.
Het proefschrift van Riper (2008a), Curbing problem drinking in the digital galaxy beschrijft de studies die zijn verricht naar MinderDrinken. De studies zijn inmiddels voor een belangrijk deel ook in gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften. De studie naar de effectiviteit van MinderDrinken wordt bij onderdeel D beschreven. Hier beschrijven wij de implementatiestudie. De uitkomst van de pre-post studie komt wederom terug bij onderdeel D. In 2007-2008 werd een implementatiestudie rond MinderDrinken uitgevoerd (gefinancierd door ZonMw, Riper & Kramer, 2009b). In dit project werd de MinderDrinken interventie geïmplementeerd. Hiertoe werd MinderDrinken opengesteld voor iedereen die daarvan gebruik wilde maken. De doelgroep van de interventie bestond uit volwassen probleemdrinkers, die zelfstandig hun alcoholgebruik wilden minderen. Het project had als doelen: - inzicht krijgen in het bereik en gebruik van MinderDrinken; - inzicht krijgen in de tevredenheid met het zelfhulpprogramma; - het bestuderen van de uitkomsten in termen van alcoholconsumptie en kosteneffectiviteit; - het vergelijken van de praktijkresultaten met die van de gerandomiseerde gecontroleerde studie (RCT) rond MinderDrinken (deze wordt verderop besproken). Dit onderdeel wordt later bij de beoordeling van de effectiviteit besproken. De Impact van MinderDrinken De effectiviteit van MinderDrinken in de dagelijkse praktijk in termen van alcoholconsumptie en kosteneffectiviteit is bestudeerd via een pre-post studie met follow-up metingen na 6 en 12 maanden (zie beschrijving 4 bij onderdeel D) . Resultaten Het bereik van MinderDrinken Naar schatting behoort 10.3% van de Nederlandse bevolking van 16 t/m 69 jaar tot de groep van probleemdrinkers (Van Dijck & Knibbe, 2005), omgerekend gaat het hier om ongeveer 1.3 miljoen probleemdrinkers. Van deze populatie is naar schatting 90% niet in contact met de hulpverlening voor alcoholproblemen (Van Laar, Cruts, Verdurmen, Ooyen-Houben & Meijer 2008) = 1.170.000 personen. Van deze laatste groep heeft 75% toegang tot een pc en internet = 877.500 probleemdrinkers. Van deze 877.500 probleemdrinkers is naar schatting 70% vanwege voldoende geletterdheid in staat om de informatie van MinderDrinken te begrijpen = 614.250 probleemdrinkers. Dit vormt de potentiële doelgroep voor MinderDrinken. Van mei 2007 t/m februari 2008 werd MinderDrinken door gemiddeld 2750 bezoekers per maand bezocht. Op jaarbasis gaat het om 33.000 unieke be-
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 18 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
zoekers. Dat betekent dat in een jaar ongeveer 5.4% van de doelgroep wordt bereikt. In 10 maanden meldden 1625 van deze bezoekers zich anoniem aan voor het zelfhulpprogramma van MinderDrinken. Kenmerken van de aanmelders Aanmelders waren gemiddeld 45.3 jaar (Sd=10.8) jaar, 67.5% was man, 68.7% hoogopgeleid (minstens HBO) en 80.3% had betaald werk. Gemiddeld dronk men per week 39.6 standaardeenheden. De gemiddelde AUDIT score (beschikbaar van 1421 deelnemers) was 8 of hoger bij 97.7% van de deelnemers wat betekent dat mogelijk sprake is van alcoholmisbruik of verslaving en dat een zware groep drinkers met Minderdrinken wordt bereikt. Er worden relatief veel hoogopgeleiden, mensen met betaald werk en vrouwen bereikt met MinderDrinken (de verhouding mannen en vrouwen onder probleemdrinkers is 4:1, in MinderDrinken is dit 2:1). Het gebruik van het zelfhulpprogramma De eerste twee stappen (Stap 1, Voorbereiden en Stap 2, Beslissen met het stellen van doelen) van MinderDrinken werden door respectievelijk 98.7% en 98.2% van de deelnemers doorlopen. Voor de derde stap (Uitvoeren, de gereedschappen bij het halen van de doelen en het volhouden) keerde 2/3 van de deelnemers minstens éénmaal terug naar het zelfhulpprogramma. Gemiddeld bezochten de deelnemers 23.2 keer (Sd=56.3) het zelfhulpprogramma. Het forum werd gemiddeld 9 keer bezocht (Sd=49.5). Tevredenheid Deelnemers aan de pre-post studie beoordeelden bij de nameting na 6 maanden het zelfhulpprogramma (zie de beschrijving hierna). Zij gaven het een rapportcijfer 7.3. Verder vindt 70% vindt dat het motiveert het alcoholgebruik aan te pakken, 52% dat het helpt het alcoholgebruik te minderen of te stoppen en 76% dat het aan te bevelen is aan derden.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 19 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Voor u verder gaat Check met behulp van onderstaande lijst of u de vereiste informatie op het werkblad kunt invullen. De vraagnummers corresponderen met de desbetreffende onderdelen van de beschrijving op dit werkblad en met de criteria voor erkenning op Niveau II en III. Op de sites van het Nederlands Jeugdinstituut en van RIVM kunt u een meer uitgebreide lijst van de criteria voor erkenning en een toelichting daarop vinden. Neem bij twijfel contact op met het Nederlands Jeugdinstituut of RIVM (zie voorblad).
Criteria voor erkenning op Niveau II-III: waarschijnlijk of bewezen effectief Vraag 10.1 Is de interventie via Nederlandse studies met een matige tot sterke bex Ja wijskracht onderzocht en maken deze studies het aannemelijk dat de interventie de gestelde doelen bij de doelgroep daadwerkelijk bereikt? (Voor een overzicht van de bewijskracht van onderzoek, zie de handleiding bij dit werkblad.)
Nee
Vraag 11
Nee
Is er onderzoek naar buitenlandse versies van de interventies
Ja
LET OP Indien vraag 10 met ja beantwoord wordt, vul dan ook Bijlage 1 in: Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek. Indien vraag 10 en 11 met nee beantwoord moeten worden, komt uw interventie niet in aanmerking voor een beoordeling op niveau II of III. Vul in dat geval paragraaf 10.1 en 11 op de gevraagde manier in en ga verder met paragraaf 12 onder Overige informatie. Vergeet niet het logboek in te vullen aan het einde van dit werkblad.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 20 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Beschrijving voor erkenning op niveau II-III: waarschijnlijk of bewezen effectief D. Effectiviteit
10. Nederlandse effectstudies 10.1 Studies naar de effectiviteit van de interventie in Nederland Wat zijn de kenmerken en uitkomsten van onderzoek naar het effect van de interventie in Nederland? Noem per studie auteur(s) en publicatiejaar, onderzochte (primaire) doelen van de interventie, onderzoeksgroep, onderzoeksdesign en resultaten. Vermeld effectgroottes d of ES, of de gegevens om deze te berekenen (zie de handleiding bij dit werkblad). Beschrijf ook de kenmerken en resultaten van reviews en metaanalyses over de effectiviteit van de interventie in Nederland. Meld indien van toepassing: Er is geen Nederlands onderzoek naar de effectiviteit van de interventie.
Effectstudie naar MinderDrinken. Gefinancierd door ZonMw. De resultaten zijn beschreven in het proefschrift van Riper (2008a) en via artikelen in wetenschappelijke tijdschriften (zie verderop). Het doel van dit onderzoek was het toetsen van de effectiviteit van MinderDrinken via een pragmatisch gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek. Daarbij werd de interventie MinderDrinken vergeleken met een alternatieve interventie: een online informatiefolder van 12 pagina’s over de effecten van alcoholgebruik op het lichaam (lever, hersenen, hart en bloedvaten) en informatie over verantwoord drinken ('Wat doet drank met u', NIGZ, 2000). Er waren 3 metingen: voorafgaand aan de randomisatie en 6 en 12 maanden later. In totaal participeerden 261 volwassenen. Elk van deze 261 volwassenen dronk meer dan richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik. Dit betekende meer drinken dan 21 glazen / 14 glazen per week (man / vrouw) of het minstens 1x per week 6 glazen / 4 glazen of meer (man / vrouw) drinken op een dag. Een glas (standaardeenheid) bevat 10 gram ethanol. Analyses werden uitgevoerd volgens het ‘intention-to-treat’ principe met imputatie van missende gegevens volgens een zo conservatief mogelijk scenario. Deze aanpak voorkomt vertekening van uitkomsten als gevolg van selectieve uitval. Na loting hadden 130 deelnemers toegang tot MinderDrinken en 131 toegang tot de online informatie brochure. De groepen werden na 6 en 12 maanden vergeleken op de volgende uitkomstmaten: - het percentage deelnemers dat het alcoholgebruik succesvol verminderde tot de norm voor verantwoord alcoholgebruik en - het gemiddeld aantal standaardeenheden dat per week werd gedronken De respons bij de vragenlijst na 6 maanden was 53.8% in de MinderDrinken groep en 61.8% in de brochure groep. Na 12 maanden was de respons 54.6% respectievelijk 70.2%. De resultaten zijn beschreven in wetenschappelijke artikelen. Deze worden beschreven in artikelen 1 en 2. Artikel 3 betreft een combinatie van de resultaten van de effectstudie met die van de pre-post studie in een implementatieproject. Dit implementatieproject wordt bescheven onder 4. Tot slot volgt een studie naar de Teleac versie van MinderDrinken onder 5..
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 21 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
1. Riper H., Kramer J., Smit F., Conijn B., Schippers G., Cuijpers P. (2008b). Dit artikel beschrijft de resultaten van de nameting na 6 maanden van de hierboven gerandomiseerde studie onder 261 probleemdrinkers. Bij de voormeting dronken alle deelnemers meer dan de richtlijn. Na 6 maanden dronk in de MinderDrinken (MD) conditie een groter percentage deelnemers volgens de richtlijn (17.2%) dan in de alternatieve conditie (5.4%, OR=3.66, P<0.01; Number-Needed-to-Treat=8.5). Ook dronk men gemiddeld per week significant minder in de MD conditie: van 43.7 eenheden bij de voormeting naar 28.7 eenheden (12 eenheden minder) na 6 maanden versus een verschuiving van 43.5 naar 40.6 eenheden in de alternatieve conditie (een verschuiving van 2.9 eenheden): een verschil tussen de groepen van 12 glazen (p<0.001) met een verschil tussen interventies in effectgrootte (Cohen's d) van d=0.40. 2. Smit, F., Riper, H., Kramer, J., Schippers, G., Cuijpers, P. (2008). Dit hoofdstuk van het proefschrift van Riper (2008) heeft als doel de analyse van de kosteneffectiviteit van de MinderDrinken interventie ten opzichte van de informatiebrochure (NIGZ, 2000) na 12 maanden op basis van de gegevens van het hiervoor beschreven gerandomiseerde gecontroleerde onderzoek. Centraal staat de vergelijking van kosten en opbrengsten van MinderDrinken met die van de informatiebrochure. De ‘opbrengsten’ waren hier gedefinieerd als het succesvol drinken volgens de richtlijn. De kosten betroffen een optelsom van de interventiekosten, kosten vanwege gebruik van de gezondheidszorg en kosten als gevolg van verzuim of verminderde productiviteit thuis en op het werk. Bij de kosteneffectiviteitanalyse werd gebruik gemaakt van de bootstrap methode met 2500 simulaties. Resultaten laten het volgende zien: na 12 maanden dronken 10 (7.7%) personen in de MinderDrinken groep en 6 (4.6%) personen in de brochure groep volgens de richtlijn (OR=1.74, P=0.30, NNT=32.3, RD=0.031). De totale kosten van de MinderDrinken groep waren 840 dollar pp versus 1273 dollar pp voor de brochure groep, een verschil van 432 dollar in het voordeel van MinderDrinken (p=0.25). De winst in kosten wordt vooral bepaald door een vermindering van kosten op het gebied van arbeidsverzuim en productiviteitsverlies. De kosteneffectiviteitsanalyse toont aan dat MinderDrinken in strik kosteneffectiviteitsopzicht een betere keuze is dan de informatiebrochure, hoewel de uitkomsten in termen van drinken volgens de richtlijn na 12 maanden niet langer significant verschillen tussen de twee groepen. Conclusie: MinderDrinken is een kosteneffectievere interventie dan de informatiebrochure. 3. Riper, H., Kramer, J., Conijn, B., Smit, F., Schippers, G. & Cuijpers, P. (2009a). In dit artikel zijn de resultaten van de effectstudie (de RCT) na 6 maanden vergeleken met het pre-postonderzoek van de praktijkstudie (deze is beschreven bij 8.4). Doel was om na te gaan of MinderDrinken in de praktijk tot overeenkomstige resultaten leidt als de RCT in termen van alcoholgebruik en drinken volgens de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik. Hiervoor werden uit de praktijkstudie deelnemers geselecteerd die bij aanvang meer dronken dan de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (n=360). Deze is vervolgens vergeleken met de groep uit de RCT die toegang had tot MinderDrinken (n=130). Bij missende metingen is geïmputeerd volgens de 'last observation carried forward' methode. De resultaten na 6 maanden tonen aan dat de uitkomsten voor praktijk en RCT gelijk zijn zowel wat betreft het Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 22 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
drinken volgens de richtlijn (Chi2(1) = 1.83, p = 0.18, RD = 0.05, OR = 1.55) als de vermindering in alcoholconsumptie per week (F(1, 487)=1.2, p=0.27), met een verschil van d=0.03 tussen de condities in het voordeel van de praktijkgroep. Conclusie: MinderDrinken in de praktijk leidt na 6 maanden tot een overeenkomstige vermindering van het alcoholgebruik als na het aanbieden van MinderDrinken binnen de gerandomiseerde studie. 4. Auteurs: Riper, H. & Kramer, J. (2009) Jaar: 2009b In 2007-2008 werd een implementatiestudie rond MinderDrinken uitgevoerd In dit project werd de MinderDrinken interventie geïmplementeerd. De doelgroep van de interventie bestond uit volwassen probleemdrinkers, die zelfstandig hun alcoholgebruik wilden minderen. Voor deze implementatie werd MinderDrinken opengesteld voor iedereen die daarvan gebruik wilde maken. De uitkomstmaten in termen van alcoholconsumptie waren: - Probleemdrinken, gedefinieerd als meer drinken dan de gangbare Nederlandse richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik. Dit betekende het drinken van gemiddeld meer dan 21 of 14 standaardglazen (man/vrouw) per week en/of gemiddeld minstens 1x per week op één of meer dagen drinken van 6 of 4 eenheden (m/v). Een standaardeenheid bevat 10 g ethanol. - Het gemiddelde alcoholgebruik per week. Op basis van de follow-up meting na 12 maanden is een kosteneffectiviteitanalyse uitgevoerd. Resultaten De pre-post-test studie vond plaats onder 378 deelnemers die zichzelf hadden aangemeld bij het zelfhulpprogramma van MinderDrinken en bereid waren mee te doen aan het onderzoek. Zij vulden allen een vragenlijst in alvorens met het zelfhulpprogramma te starten. Bij de meting na 6 maanden werd de vragenlijst ingevuld door 40.5% en na 12 maanden door 43.3%. Resultaten zijn gebaseerd op analyses met imputatie van de laatste bekende observatie indien een meting ontbreekt (LOCF). Het gemiddelde wekelijkse alcoholgebruik gaat van 40.9 (Sd=25.2) standaardglazen bij de voormeting naar 33.5 (Sd=25.5) glazen na 6 maanden (p<0.001; d=0.29) en 33.7 (Sd=25.8) glazen na 12 maanden (p<0.001, d=0.28). Dit betekent een vermindering van ruim 7 glazen na zowel 6 als 12 maanden. Het percentage dat zich houdt aan de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik is 4.8% bij de voormeting, 18.8% na 6 maanden (McNemar p<0.001) en 17.5% na 12 maanden (McNemar p<0.001). In de analyses met betrekking tot kosteneffectiviteit werden de kosten voorafgaand aan de cursus vergeleken met die na een jaar. Deze resultaten lieten zien dat naast een vermindering van het alcoholgebruik ook kosten worden bespaard: na een jaar waren de kosten ten opzichte van een jaar daarvoor met 567 euro gedaald. Dit verschil in kosten was vooral toe te schrijven aan afgenomen verzuim en minder productieverlies op het werk. 5. Auteurs: Kramer, J., Riper, H., Conijn, B., Straten, A van, Smit, F. Jaar: 2009 Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 23 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Onderzoekstype: Gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek naar de effectiviteit van de Teleac cursus Minder Drinken? Doe-het-zelf! De website MinderDrinken.nl maakt hier deel van uit. Daarnaast bestaat deze cursus uit 5 wekelijkse tv-afleveringen van 25 minuten en een zelfhulpboek (Lemmers et al., 2006). Voor dit onderzoek werden de tv-uitzendingen op DVD verstrekt aan de deelnemers. Het onderzoek werd uitgevoerd onder 181 volwassenen die meer dronken dan de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (zie beschrijving bij de RCT naar MinderDrinken). Na loting werden 90 deelnemers toebedeeld aan de groep die direct met de cursus kon starten (interventiegroep) en 91 deelnemers aan een wachtlijst controle groep. Om een 'schone' wachtlijstgroep te creëren werd de studie uitgevoerd voordat de echte Teleac cursus op tv begon. Metingen vonden plaats voorafgaand aan de loting en 5 weken na de voormeting. Na deze meting startte de wachtlijstgroep met de interventie (en startte de serie van Teleac op tv). Drie maanden na de nameting vond bij de interventiegroep een follow-up meting plaats om effect op langere termijn te beoordelen. Respons bij de nameting na 6 weken was 93.9% en na 3 maanden 82.2%. De belangrijkste uitkomstmaten waren drinken volgens de richtlijn en de mindering in standaardeenheden per week. Analyses werden uitgevoerd volgens het intention-to-treat principe met regressie imputatie van missende gegevens. Resultaten toonden aan dat bij de nameting 36 (40%) personen in de interventiegroep succesvol waren in het drinken volgens de richtlijn versus 6 (6.6%) in de wachtlijstgroep (p<0.001, OR=9.4, RD=0.33, NNT=3). Het alcoholgebruik per week nam af met gemiddeld 18.1eenheden in de interventiegroep (pre 37.5 naar post 19.4) versus een afname van 3.1 eenheden in de wachtlijstgroep (pre 39.1 naar post 36.0). Een significant verschil (p<.001) en in klinisch opzicht een groot verschil in effect (d=0.90). Na 3 maanden bleef het effect in de interventiegroep behouden, nog 38.9% dronk volgens de richtlijn (McNemar, P=1.0) en de gemiddelde alcoholconsumptie was nog altijd 19.4 eenheden. Conclusie: de Teleac cursus MinderDrinken? Doe-het-zelf! is effectief in het minderen van het alcoholgebruik in vergelijking met een wachtlijstgroep. Ook blijft het effect na 3 maanden behouden.
Vat elke studie in telegramstijl samen. Kies bij Bewijskracht voor: 1 zeer zwak; 2 zwak; 3 matig; 4 redelijk; 5 vrij sterk; 6 sterk; 7 zeer sterk. Kies bij Effectiviteit voor: 1 positieve resultaten 2 effectiviteit niet vastgesteld; 3 negatieve resultaten; 4. positieve en negatieve resultaten; of 5 effectiviteit onduidelijk of onbekend. (Zie de handleiding bij dit werkblad.)
10.2 Samenvatting Nederlandse effectstudies 1 Auteurs: Riper, H., Kramer, J., Smit, F., Conijn, B., Schippers, G., & Cuijpers, P. Jaar: 2008b Onderzoekstype: Gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek (RCT). Vergelijking in effectiviteit van MinderDrinken.nl en een informatie brochure over de werking van alcohol. Follow-up meting na 6 maanden. Belangrijkste resultaten: Na 6 maanden een significant betere uitkomst met MinderDrinken: men drinkt vaker volgens de gangbare norm voor verantwoord alcoholgebruik en gemiddeld drinkt men per week minder dan de vergelijkingsgroep. 2 Auteurs: Smit, F., Riper, H., Kramer, J., Schippers, G., & Cuijpers, P. Jaar: 2008 Onderzoekstype: Gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek (RCT). Vergelijking van de kosteneffectiviteit van MinderDrinken.nl en een informatie bro-
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 24 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
chure over de werking van alcohol. Follow-up metingen na 12 maanden. Belangrijkste resultaten: Na 12 maanden zijn de twee groepen in termen van drinken volgens de richtlijn weliswaar iets gunstiger voor de MinderDrinken, maar niet langer significant. Toch blijkt MinderDrinken in kosteneffectiviteitsopzicht de te verkiezen interventie. Bewijskracht van het onderzoek: 7 Mate van effectiviteit van de interventie: 2 3 Auteurs: Riper, H., Kramer, J., Conijn, B., Smit, F., Schippers, G. & Cuijpers, P. Jaar: 2009a Onderzoekstype: Vergelijking van uitkomsten van MinderDrinken in de praktijk met die van het gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek (RCT). Hiervoor zijn de databestanden van de RCT samengevoegd met die van de implementatiestudie. De deelnemers zijn eerst op vergelijkbaarheid van deelnemers vergeleken. Voor deze studie zijn de personen geselecteerd die meer dronken dan de richtlijn voor verantwoord alcholgebruik. Belangrijkste resultaten: MinderDrinken in de praktijk leidt na 6 maanden tot een overeenkomstige vermindering van het alcoholgebruik als na het aanbieden van MinderDrinken binnen de gerandomiseerde studie. Bewijskracht van het onderzoek: 6 Mate van effectiviteit van de interventie: 1 4 Auteurs: Riper, H. & Kramer, J. (2009) Jaar: 2009b De pre-post-test studie vond plaats onder 378 deelnemers die zichzelf hadden aangemeld bij het zelfhulpprogramma van MinderDrinken en bereid waren mee te doen aan het onderzoek. Zij vulden alleen een vragenlijst in alvorens met het zelfhulpprogramma te starten. Bij de meting na 6 maanden werd de vragenlijst ingevuld door 40.5% en na 12 maanden door 43.3%. Resultaten zijn gebaseerd op analyses met imputatie van de laatste bekende observatie indien een meting ontbreekt (LOCF). Het gemiddelde wekelijkse alcoholgebruik gaat van 40.9 (Sd=25.2) standaardglazen bij de voormeting naar 33.5 (Sd=25.5) glazen na 6 maanden (p<0.001; d=0.29) en 33.7 (Sd=25.8) glazen na 12 maanden (p<0.001, d=0.28). Dit betekent een vermindering van ruim 7 glazen na zowel 6 als 12 maanden. Het percentage dat zich houdt aan de richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik is 4.8% bij de voormeting, 18.8% na 6 maanden (McNemar p<0.001) en 17.5% na 12 maanden (McNemar p<0.001). De kosteneffectiviteitsanalyse laat zien dat er niet alleen gezondheidswinst wordt behaald maar ook kosten worden bespaard. 5 Auteurs: Kramer, J., Riper, H., Conijn, B., Straten, A van, Smit, F. Jaar: 2009 Onderzoekstype: Gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek naar de effectiviteit van de Teleac cursus Minder Drinken? Doe-het-zelf! MinderDrinken is één van de componenten die wordt aangeboden binnen deze cursus. Daarnaast maken 5 televisieafleveringen van 25 minuten en een zelfhulpboek onderdeel van deze interventie uit. Na loting werden 90 deelnemers toebedeeld aan de interventiegroep en 91 deelnemers aan een wachtlijst controle groep. Metingen vonden plaats voorafgaand aan de loting en 5 weken na de voormeting (na de interventie) en Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 25 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
voor de interventiegroep ook nog een follow-up na 3 maanden. De resultaten tonen aan dat de interventiegroep significant vaker volgens de richtlijn drinkt dan de wachtlijst: 40% versus 6.6% (p<0.001, OR=9.4, RD=0.33, NNT=3) en gemiddeld het alcoholgebruik sterker vermindert bij de nameting: 18.1 glazen versus 3.1 glazen minder bij de nameting (een verschil in effectgrootte van d=0.90). Na 3 maanden waren de effecten bij de interventiegroep behouden.
11. Buitenlandse effectstudies Wat zijn de kenmerken en uitkomsten van effectstudies, reviews of meta-analyses naar de effectiviteit van buitenlandse versies van de interventie? Noem per studie auteur(s) en publicatiejaar, onderzochte doelen van de interventie, methode en resultaten. Vermeld effectgroottes d of ES, of de gegevens om deze te berekenen (zie de handleiding bij dit werkblad). Gebruik per onderzoek niet meer dan 150 woorden. Meld indien van toepassing: Er zijn geen studies die de effectiviteit van buitenlandse versies van de interventie aantonen.
Er zijn geen studies die de effectiviteit van buitenlandse versies van deze interventie aantonen . Ook zijn in het buitenland nog nauwelijks effectsstudies gepubliceerd over overeenkomstige online programma’s. Minderdrinken behoort tot de kortdurende interventies. Van kortdurende interventies bij alcoholproblemen is inmiddels bekend dat ze effectief zijn bij het aanpakken van problematisch alcoholgebruik (meta-analyse, Moyer et al., 2002). Kortdurende interventie waren van 48 verschillende behandelmogelijkheden bij alcohol problematiek het meest (kosten)effectief. Deze uitkomsten zijn het gevolg van een groot aantal studies naar kortdurende interventies met positieve resultaten (Miller & Willbourne, 2002) Het verschil in effectgrootte met controles was gemiddeld d=0.26, wat gelijk staat aan 13% verbetering van de interventiegroep ten opzichte van de controle groep.
E. Overige informatie
12. Toelichting op de naam van de interventie Is de naam van de interventie helder? Noem de herkomst of diepere betekenis. Is de interventie bekend onder een andere naam? Noem de naam van de eventuele buitenlandse versie van de interventie.
MinderDrinken.nl: de naam geeft aan waar het programma zich op richt. Het minderen van het alcoholgebruik. De titel wordt vertaald in het Engels als Drinking Less.
Meldt indien van toepassing: Over de naam van de interventie zijn geen bijzonderheden te vermelden.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 26 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
13. Uitvoering (uitvoerende en of ondersteunende organisaties en partners) Waar, door welk soort organisaties en op welke schaal wordt de interventie toegepast? Beschrijf op welke locatie de interventie wordt uitgevoerd. Noem eventueel lokale en/of regionale varianten. Noem eventueel ook samenwerkingspartners in de uitvoering.
De interventie is online is voor iedereen toegankelijk en kent geen regionale of lokale varianten.
Meld indien van toepassing: • De locatie waar de interventie dient te worden uitgevoerd is niet aangegeven. • Er zijn geen gegevens over de uitvoerende organisatie bekend.
14. Overeenkomsten met andere interventies Zijn er soortgelijke interventies? Noem relevante en in het oog springende overeenkomsten en /of verschillen; beperk dit tot sterk vergelijkbare interventies. Meld indien van toepassing: Er zijn geen gegevens over soortgelijke interventies.
MinderDrinken zoals nu onderzocht is een vorm van zelfhulp. Overeenkomsten zijn er met de volgende interventies: De Drinktest van het Trimbos-instituut heeft als doel het verstrekken van informatie en advies op maat. Het verschil met MinderDrinken is dat MinderDrinken materialen biedt om het alcoholgebruik vervolgens ook aan te pakken. De Drinktest is ook op effectiviteit getest en laat positieve resultaten zien (Boon e.a., submitted). Zelfhulp alcohol van Jellinek: een zelfhulpprogramma met overeenkomstige elementen als in MinderDrinken. Over de effectiviteit van deze module is nog niet gepubliceerd. Daarnaast zijn er diverse online behandelvormen voor alcoholproblemen: AlcoholOnderControle van Brijder: verminderen van het alcoholgebruik in 7 stappen overeenkomstig de elementen in MinderDrinken. Het belangrijkste verschil is dat dit programma wordt begeleid door een behandelaar. Stoppen of minderen met alcohol, alcoholbehandeling van Annazorg. Dit betreft online behandeling aan de hand van modules met overeenkomstige inhoud als in MinderDrinken. Het verschil is de begeleiding door een professioneel behandelaar waarmee 2x per week contact is. Alcoholdebaas van Tactus betreft online behandeling van probleemdrinken onder begeleiding van een professioneel behandelaar.
Aangehaalde literatuur Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 27 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
Beschrijf de in dit document aangehaalde literatuur volgens APA-normen (zie de handleiding bij dit werkblad).
MinderDrinken.nl
Anderson, P., Gual, A., & Colom, J. (2005). Alcohol and primary health care: Clinical Guidelines on identification and brief interventions. Department of the Government of Catalonia: Barcelona. Anderson, P., & Baumberg, B. (2006) Alcohol in Europe: a public health perspective. London: Institute of Alcohol Studies. Apodaca, T.R., & Miller, W.R. (2003). A met-analysis of the effectiveness of bibliotherapy for alcohol problems. J Clin Psychol, 59, 289-304. Barak, A., Boniel-Nissim, & M., Suler, J. (2008), Fostering empowerment in online support groups. Comupters in human behavior, 24, 1867-1883. Babor, T.F., Caetano, R., Casswell, S, Edwards, G., Giesbrecht, N., & Graham, K., et al. (2003) Alcohol: No ordinary commodity. Research and public policy. Oxford: University Press. Blankers, M., Kerssemakers, R., Schramade, M., & Schippers, G. (2007). Eerste ervaringen met internetzelfhulp voor probleemdrinkers, MGV, 62, 1032-1043. Boon, B., Huiberts, A., & Smit, P. (submitted). De effectiviteit van de drinktest. Breslin, F.C., Sobell, M.B., Sobell, L.C., Cunningham, J.A., Sdao-Jarvie, K., & Borsoi, D. (1998). Problem drinkers: evaluation of a stepped-care approach. J Subst abuse, 10, 217-232. Brink, W. van de (1999). Verslavingen. In: Jong, A. de, Handboek psychiatrische epidemiologie. Maarssen: Elsevier/de Tijdstroom, 214-258. Calahan, D., Cisin, I.H., & Crossley, H.M. (1969). American Drinking Practices: A National Study of Drinking Behavior and Attidtudes. Monograph no. 6. New Brunswick, NJ: Rutgers Center of Alcohol Studies Cuijpers, P., Riper, H., & Lemmers, L. (2004). The effects on mortality of brief interventions for problem drinking: a meta-analysis. Addiction, 99, 839845. DeFuentes-Merillas, L., Jong, C.A.J. de, & Shippers, G.M. (2002). Reliability and validity of the Dutch version of the Readiness to Change Questionnaire. Alcohol and Alcoholism, 37, 93-99. Dijck, D. van, & Knibbe, R. (2005). De prevalentie van probleemdrinken in Nederland: Een algemeen bevolkingsonderzoek. Maastricht: Universiteit Maastricht. Dijck, D. van, & Knibbe, R. (2006) De incidentie, remissie en chronicitieit van probleemdrinken in de algemene Nederlandse bevolking. Maastricht: universiteit Maastricht. Emst, A. van, (1997). Hoe minder te drinken? Utrecht: Trimbos-instituut Hester, R.K. (1995). Behavioral self-control training. In Hester, R.K., &
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 28 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Miller W.R. (Eds.), Handbook of Alcoholism Treatment Approaches: Effective Alternatives (2nd ed., pp. 148-159). Needham Heights, MA: Allyn and Bacon. Hettema, J., Steele, J., & Miller, W.R.(2005) Motivational Interviewing. Annu. Rev. Clin. Psychol., 1, 91–111 Hollander, A.E.M. de, Hoeymans, N., Melde, J.M., Oers, J.A.M. van, & Polder, J.J. (2006). Zorg voor gezondheid. Volksgezondheid Toekomst Verkenningen. Bilthoven: RIVM. Irvin, J.E., Bowers, C.A., Dunn, M.E. & Wang, M.C. (1999). Efficacy of relapse prevention: A meta-analytic review. Journal of consulting and clinical psychology, 67 (4), 563-570. KPMG (2001) Kosten en baten van alcoholzorg en preventie. Eindrapport. Hoofddorp: KPMG. Kramer, J., Riper, H., Conijn, B., Straten, A van, & Smit, F. (2009) Television-supported self-help for problem drinkers: A randomized pragmatic trial. Addictive Behaviors, 34, 451-457. Laar, M.W. van, & Schoemaker, C. (2007). Wat zijn de mogelijkheden voor diagnostiek en behandeling? In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven. Laar, M.W. van, Cruts, A.A.N., Verdurmen, J.E.E., Ooyen-Houben, M.M.J. van, & Meijer, R.F. (2008). Nationale Drug Monitor. Utrecht: Trimbos-instituut Lemmens, P., Knibbe, R.A., & Tan, F. (1988). Weekly recall and diary estimates of alcohol consumption in a general population survey. J. Stud Alcohol, 49, 131-135. Lemmers, L., Kramer, J., Conijn, B., Riper, H., & Emst, A. van (2006) Minder drinken. Amsterdam: Uitgeverij Boom. Magill, M., & Ray, L.A. (2009). Cognitive-behavioral treatment with adult alcohol and illicit drug users: a meta-analysis of randomized controlled trials. Journal of studies on alcohol and drugs, 70(4), 516-527. Miller, W.R., & Rollnick, S. (1991). Motivational Interviewing: Preparing people to change addictive behavior. New York: Guilford Press. Miller, W., & Wilbourne, P. (2002) Mesa Grande: a methodological analysis of clinical trials of treatments for alcohol use disorders. Addiction, 97, 265277. Moyer, A., Finney, J. W., Swearingen, C. E., & Vergun, P. (2002). Brief interventions for alcohol problems: a meta-analytic review of controlled investigations in treatment-seeking and non-treatment-seeking populations. Addiction, 97, 279-292. Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ) Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 29 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
(2000). Wat doet drank met u? Woerden: NIGZ. Postel, M., Huurne ter, E., Haan de, H., & Jong, C. de (2009) Alcoholdebaas.nl. Drie jaar online hulpverlening voor probleemdrinkers. MGV, 5, 357372. Riper, H. (2008a) Curbing Problem drinking in the digital galaxy. Amsterdam: Faculty of Psychology and Education, Vrije Universiteit. Riper, H., Kramer J., Smit, F., Conijn, B., Schippers, G., & Cuijpers, P. (2008b) .Web-based self-help for problem drinkers, a pragmatic randomized trial. Addiction, 103, 218-227. Riper, H., Kramer, J., Keuken, M., Smit, F., Schippers, G., & Cuijpers, P. (2008c). Predicting Successful Treatment Outcome of Web-Based Self-help for Problem Drinkers: Secondary Analysis From a Randomized Controlled Trial. J Med Internet Res;10(4):e46 Riper, H., Kramer, J., Conijn, B., Smit, F., Schippers, G., & Cuijpers, P. (2009a). Translating Effective Web-Based Self-Help for Problem Drinking Into the Real World. ACER, Vol. 33, No. 8, 1401-1408. Riper, H., & Kramer, J. (2009b) MinderDrinken in de praktijk, proefimplementatie van een online zelfhulpsite voor probleemdrinkers. Den Haag: ZonMw eindverslag. Projectnummer 63000015. Saunders, J.B., Aasland, O.G., Babor, T.F., DeFuente-Merillas, L. & Grant, M. (1993). Development of the Alcohol Use Disorders Identification Test (AUDIT): WHO collaborative project on early detection of persons with harmful alcohol consumption-II. Addiction, 88, 791-804. Schippers, G.M., & Jonge, J. de (2002). Motiverende gespreksvoering. Maandblad Geestelijke volksgezondheid, 250-265. Smit, F., Riper, H., Kramer, J., Schippers, G., & Cuijpers, P. (2008). Costeffeciveness of a web-based self-help intervention for problem drinking: randomized trial. In H. Riper, Curbing problem drinking in the digital galaxy, 41-64. Amsterdam: Faculty of Psychology and Education, Vrije Universiteit. Swift, R. (2003). Direct measurement of alcohol and its metabolites. Addiction, 98(2), 73-80. Verdurmen, J., Monshouwer, K., & Dorsselaer, S. van (2003). Bovenmatig drinken in Nederland: uitkomsten van de 'Netherlands mental health survey and incidence study' [Nemesis]. Utrecht: Bureau NDM. Walters, G.D. (2000) . Behavioral self-control training for problem drinkers: A meta-analysis of randomized control studies. Behavior Therapy, 31, 135149.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 30 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Bijlage 1. Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek Scoor met dit formulier elke effectstudie apart. Licht de score bij een item eventueel toe. Studie 1 Auteur : Riper
H., Kramer J., Smit F., Conijn B., Schippers G., Cuijpers P. Titel: Web-based self-help for problem drinkers, a pragmatic randomized trial. Jaartal: 2008b
A. Waar en waarover is de studie uitgevoerd Kruis ‘ja’ of ‘nee’ aan
Ja
1
De studie is in Nederland uitgevoerd.
x
2
De studie betreft de hier beschreven, Nederlandse interventie (en niet een andere, soortgelijke interventie of een buitenlandse versie of variant)
x
Nee
B. Typering methodologische kenmerken van het onderzoek Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 1
De meting is (mede) gericht op de doelen en de doelgroep van de interventie.
2
De meting is verricht met instrumenten die voldoende betrouwbaar zijn.
3
De meting is verricht met instrumenten die de doelen van de interventie valide operationaliseren.
4
Er is een voormeting (voorafgaand aan / bij start van de interventie).
5
Er is een nameting (aan het einde van de interventie).
6
De resultaten zijn met een adequate statistische techniek geanalyseerd en op significantie getoetst.
7
De resultaten zijn vergeleken met ander onderzoek naar de effecten van de gebruikelijke situatie, handelwijze of zorg (care-as-usual) of een andere zorgvorm bij een soortgelijke doelgroep.
8
Er is een (quasi-)experimentele en een controlegroep (care-as-usual) of een herhaald N=1 onderzoek met een baseline of een timeseries design met een multiple baseline of alternating treatments of een studie naar de samenhang tussen de mate waarin een interventie is toegepast en de mate waarin bedoelde uitkomsten zijn opgetreden.
9
Het onderzoek is uitgevoerd in de praktijk.
10 Er is een follow-upmeting van minimaal 6 maanden na einde interventie.
11 De experimentele en de controlegroep zijn ´at random´ samengesteld.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
x x x x x x
x
x
x
x
x
versie 0.1 werkdocument pagina 31 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Classificatie bewijskracht van het onderzoek Kruis aan van welk type de opzet is op basis van de aangekruiste antwoorden in het bovenstaande schema. Alle antwoorden in de aangegeven range moeten aangekruist zijn
Veranderingsonderzoek
8
Matig
Resultaten van veranderingsonderzoek zijn vergeleken met ander onderzoek
Redelijk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design (niet in de praktijk)
1-6 1-6 1-6 1-6 7 1-6
Vrij sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk
1-6
8
9
Sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Zeer sterk
Onderzoek met experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Niveau 5
1-6
Niveau 4
Geen van de onderstaande alternatieven
Zwak
Niveau 3
Niveau 2
Niveau 1
Bewijskracht
x
Zeer zwak
9 9
10 10
11
Typering overige methodologische kenmerken Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 12 Er is een controlegroep zonder interventie en/of placebo. x
13 Er is een controlegroep met een gespecificeerde andere, duidelijk gespecificeerde interventie. 14 Het onderzoek is uitgevoerd door anderen dan de ontwikkelaars of de aanbieders van de interventie.
x
15 De mate van uitval van subjecten tussen de meetmomenten is gespecificeerd.
x
16 De implementatiegetrouwheid is bepaald (i.e. nagegaan is wat de mate is waarin het protocol, de handleiding of de methodiek getrouw is gevolgd - ook wel behandelingsintegriteit, ‘treatment integrity’ of ‘fidelity’genoemd).
C. Typering resultaten van het onderzoek
X
0
Geen van de onderstaande rubrieken zijn van toepassing (licht toe!).
1
Positieve resultaten: De studie rapporteert positieve effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie.
2
Effectiviteit niet aangetoond: De studie rapporteert dat er geen effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie zijn.
3
Negatieve resultaten: De studie rapporteert negatieve effecten# .
4
Positieve en negatieve resultaten: De studie rapporteert positieve en negatieve effecten# ten aanzien van verschillende doelen van de interventie.
8
Effectiviteit onduidelijk of onbekend.
#
Positief effect = een of meer doelen van de interventie worden gerealiseerd en deze winst is statistisch significant. Geen effect = het doel van de interventie wordt niet gerealiseerd en wordt deels gerealiseerd maar deze winst is niet statistisch significant. Negatief effect = de interventie werkt - statistisch significant - averechts of heeft ernstige, duidelijk aantoonbare ‘bijwerkingen’.
Noteer hieronder eventueel beschikbare gegevens over effectsizes Cohen’s d=0.40 (verschil in effectgrootte tussen experimentele groep en alternatieve groep.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 32 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Bijlage 1 vervolg. Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek Scoor met dit formulier elke effectstudie apart. Licht de score bij een item eventueel toe. Studie 2 Auteur: Smit, F., Riper, H., Kramer, J., Schippers, G., Cuijpers, P. (2008). Titel: Cost-effeciveness of a web-bsed self-help intervention for problem drinking: randomized trial. (2008)
A. Waar en waarover is de studie uitgevoerd Kruis ‘ja’ of ‘nee’ aan
Ja
1
De studie is in Nederland uitgevoerd.
x
2
De studie betreft de hier beschreven, Nederlandse interventie (en niet een andere, soortgelijke interventie of een buitenlandse versie of variant)
x
Nee
B. Typering methodologische kenmerken van het onderzoek Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 1
De meting is (mede) gericht op de doelen en de doelgroep van de interventie.
2
De meting is verricht met instrumenten die voldoende betrouwbaar zijn.
3
De meting is verricht met instrumenten die de doelen van de interventie valide operationaliseren.
4
Er is een voormeting (voorafgaand aan / bij start van de interventie).
5
Er is een nameting (aan het einde van de interventie).
6
De resultaten zijn met een adequate statistische techniek geanalyseerd en op significantie getoetst.
7
De resultaten zijn vergeleken met ander onderzoek naar de effecten van de gebruikelijke situatie, handelwijze of zorg (care-as-usual) of een andere zorgvorm bij een soortgelijke doelgroep.
8
Er is een (quasi-)experimentele en een controlegroep (care-as-usual) of een herhaald N=1 onderzoek met een baseline of een timeseries design met een multiple baseline of alternating treatments of een studie naar de samenhang tussen de mate waarin een interventie is toegepast en de mate waarin bedoelde uitkomsten zijn opgetreden.
9
Het onderzoek is uitgevoerd in de praktijk.
10 Er is een follow-upmeting van minimaal 6 maanden na einde interventie.
11 De experimentele en de controlegroep zijn ´at random´ samengesteld.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
x x x x x x
x
x
x
x
x
versie 0.1 werkdocument pagina 33 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Classificatie bewijskracht van het onderzoek Kruis aan van welk type de opzet is op basis van de aangekruiste antwoorden in het bovenstaande schema. Alle antwoorden in de aangegeven range moeten aangekruist zijn
Veranderingsonderzoek
8
Matig
Resultaten van veranderingsonderzoek zijn vergeleken met ander onderzoek
Redelijk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design (niet in de praktijk)
1-6 1-6 1-6 1-6 7 1-6
Vrij sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk
1-6
8
9
Sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Zeer sterk
Onderzoek met experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Niveau 5
1-6
Niveau 4
Geen van de onderstaande alternatieven
Zwak
Niveau 3
Niveau 2
Niveau 1
Bewijskracht
x
Zeer zwak
9 9
10 10
11
Typering overige methodologische kenmerken Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 12 Er is een controlegroep zonder interventie en/of placebo. X
13 Er is een controlegroep met een gespecificeerde andere, duidelijk gespecificeerde interventie. 14 Het onderzoek is uitgevoerd door anderen dan de ontwikkelaars of de aanbieders van de interventie.
X
15 De mate van uitval van subjecten tussen de meetmomenten is gespecificeerd.
X
16 De implementatiegetrouwheid is bepaald (i.e. nagegaan is wat de mate is waarin het protocol, de handleiding of de methodiek getrouw is gevolgd - ook wel behandelingsintegriteit, ‘treatment integrity’ of ‘fidelity’genoemd).
C. Typering resultaten van het onderzoek
X
0
Geen van de onderstaande rubrieken zijn van toepassing (licht toe!).
1
Positieve resultaten: De studie rapporteert positieve effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie.
2
Effectiviteit niet aangetoond: De studie rapporteert dat er geen effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie zijn.
3
Negatieve resultaten: De studie rapporteert negatieve effecten# .
4
Positieve en negatieve resultaten: De studie rapporteert positieve en negatieve effecten# ten aanzien van verschillende doelen van de interventie.
8
Effectiviteit onduidelijk of onbekend.
#
Positief effect = een of meer doelen van de interventie worden gerealiseerd en deze winst is statistisch significant. Geen effect = het doel van de interventie wordt niet gerealiseerd en wordt deels gerealiseerd maar deze winst is niet statistisch significant. Negatief effect = de interventie werkt - statistisch significant - averechts of heeft ernstige, duidelijk aantoonbare ‘bijwerkingen’.
Noteer hieronder eventueel beschikbare gegevens over effectsizes
De totale kosten van de MinderDrinken groep waren 840 dollar pp versus 1273 dollar pp voor de brochure groep, een verschil van 432 dollar in het voordeel van MinderDrinken (p=0.25). Na 12 maanden is het verschil tussen groepen wat betreft het drinken volgens de richtlijn niet langer significant verschillend (NNT=33.2). Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 34 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 35 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Bijlage 1 vervolg. Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek Scoor met dit formulier elke effectstudie apart. Licht de score bij een item eventueel toe. Studie 4
Riper, H. & Kramer, J. MinderDrinken in de praktijk, proefimplementatie van een online zelfhulpsite voor probleemdrinkers. Jaartal: 2009b
A. Waar en waarover is de studie uitgevoerd Kruis ‘ja’ of ‘nee’ aan
Ja
1
De studie is in Nederland uitgevoerd.
X
2
De studie betreft de hier beschreven, Nederlandse interventie (en niet een andere, soortgelijke interventie of een buitenlandse versie of variant)
X
Nee
B. Typering methodologische kenmerken van het onderzoek Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 1
De meting is (mede) gericht op de doelen en de doelgroep van de interventie.
2
De meting is verricht met instrumenten die voldoende betrouwbaar zijn.
3
De meting is verricht met instrumenten die de doelen van de interventie valide operationaliseren.
4
Er is een voormeting (voorafgaand aan / bij start van de interventie).
5
Er is een nameting (aan het einde van de interventie).
6
De resultaten zijn met een adequate statistische techniek geanalyseerd en op significantie getoetst.
7
De resultaten zijn vergeleken met ander onderzoek naar de effecten van de gebruikelijke situatie, handelwijze of zorg (care-as-usual) of een andere zorgvorm bij een soortgelijke doelgroep.
8
Er is een (quasi-)experimentele en een controlegroep (care-as-usual) of een herhaald N=1 onderzoek met een baseline of een timeseries design met een multiple baseline of alternating treatments of een studie naar de samenhang tussen de mate waarin een interventie is toegepast en de mate waarin bedoelde uitkomsten zijn opgetreden.
9
Het onderzoek is uitgevoerd in de praktijk.
10 Er is een follow-upmeting van minimaal 6 maanden na einde interventie.
X X X X X X
x
x
x
x
11 De experimentele en de controlegroep zijn ´at random´ samengesteld.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 36 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Classificatie bewijskracht van het onderzoek Kruis aan van welk type de opzet is op basis van de aangekruiste antwoorden in het bovenstaande schema. Alle antwoorden in de aangegeven range moeten aangekruist zijn
Veranderingsonderzoek
8
Matig
Resultaten van veranderingsonderzoek zijn vergeleken met ander onderzoek
Redelijk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design (niet in de praktijk)
1-6 1-6 1-6 1-6 7 1-6
Vrij sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk
1-6
8
9
Sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Zeer sterk
Onderzoek met experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Niveau 5
1-6
Niveau 4
Geen van de onderstaande alternatieven
Zwak
Niveau 3
Niveau 2
Niveau 1
Bewijskracht
X
Zeer zwak
9 9
10 10
11
Typering overige methodologische kenmerken Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 12 Er is een controlegroep zonder interventie en/of placebo. 13 Er is een controlegroep met een gespecificeerde andere, duidelijk gespecificeerde interventie. 14 Het onderzoek is uitgevoerd door anderen dan de ontwikkelaars of de aanbieders van de interventie. x
15 De mate van uitval van subjecten tussen de meetmomenten is gespecificeerd.
x
16 De implementatiegetrouwheid is bepaald (i.e. nagegaan is wat de mate is waarin het protocol, de handleiding of de methodiek getrouw is gevolgd - ook wel behandelingsintegriteit, ‘treatment integrity’ of ‘fidelity’genoemd).
C. Typering resultaten van het onderzoek
X
0
Geen van de onderstaande rubrieken zijn van toepassing (licht toe!).
1
Positieve resultaten: De studie rapporteert positieve effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie.
2
Effectiviteit niet aangetoond: De studie rapporteert dat er geen effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie zijn.
3
Negatieve resultaten: De studie rapporteert negatieve effecten# .
4
Positieve en negatieve resultaten: De studie rapporteert positieve en negatieve effecten# ten aanzien van verschillende doelen van de interventie.
8
Effectiviteit onduidelijk of onbekend.
#
Positief effect = een of meer doelen van de interventie worden gerealiseerd en deze winst is statistisch significant. Geen effect = het doel van de interventie wordt niet gerealiseerd en wordt deels gerealiseerd maar deze winst is niet statistisch significant. Negatief effect = de interventie werkt - statistisch significant - averechts of heeft ernstige, duidelijk aantoonbare ‘bijwerkingen’.
Noteer hieronder eventueel beschikbare gegevens over effectsizes De effectgrootte van MinderDrinken in de pre-post studie na 6 maanden is d=0.29 en na 12 maanden d=0.28.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 37 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Bijlage 1 vervolg. Beschrijving kenmerken en resultaten onderzoek Scoor met dit formulier elke effectstudie apart. Licht de score bij een item eventueel toe. Studie 5 Auteur : Kramer, J., Riper, H., Conijn, B., Straten, A van, Smit, F. Titel: Television-supported self-help for problem drinkers: A randomized Jaartal: 2009
pragmatic trial.
A. Waar en waarover is de studie uitgevoerd Kruis ‘ja’ of ‘nee’ aan
Ja
1
De studie is in Nederland uitgevoerd.
x
2
De studie betreft de hier beschreven, Nederlandse interventie (en niet een andere, soortgelijke interventie of een buitenlandse versie of variant)
x
Nee
B. Typering methodologische kenmerken van het onderzoek Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. 1
De meting is (mede) gericht op de doelen en de doelgroep van de interventie.
2
De meting is verricht met instrumenten die voldoende betrouwbaar zijn.
3
De meting is verricht met instrumenten die de doelen van de interventie valide operationaliseren.
4
Er is een voormeting (voorafgaand aan / bij start van de interventie).
5
Er is een nameting (aan het einde van de interventie).
6
De resultaten zijn met een adequate statistische techniek geanalyseerd en op significantie getoetst.
7
De resultaten zijn vergeleken met ander onderzoek naar de effecten van de gebruikelijke situatie, handelwijze of zorg (care-as-usual) of een andere zorgvorm bij een soortgelijke doelgroep.
8
Er is een (quasi-)experimentele en een controlegroep (care-as-usual) of een herhaald N=1 onderzoek met een baseline of een timeseries design met een multiple baseline of alternating treatments of een studie naar de samenhang tussen de mate waarin een interventie is toegepast en de mate waarin bedoelde uitkomsten zijn opgetreden.
9
Het onderzoek is uitgevoerd in de praktijk.
x x x x x x
x
x
x
10 Er is een follow-upmeting van minimaal 6 maanden na einde interventie.
11 De experimentele en de controlegroep zijn ´at random´ samengesteld.
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
x
versie 0.1 werkdocument pagina 38 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Classificatie bewijskracht van het onderzoek Kruis aan van welk type de opzet is op basis van de aangekruiste antwoorden in het bovenstaande schema. Alle antwoorden in de aangegeven range moeten aangekruist zijn
Veranderingsonderzoek
8
Matig
Resultaten van veranderingsonderzoek zijn vergeleken met ander onderzoek
Redelijk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design (niet in de praktijk)
1-6 1-6 1-6 1-6 7 1-6
Vrij sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk
1-6
8
9
Sterk
Onderzoek met (quasi-) experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Zeer sterk
Onderzoek met experimenteel design in de praktijk en met follow-up
1-6
8
9
10
Niveau 5
1-6
Niveau 4
Geen van de onderstaande alternatieven
Zwak
Niveau 3
Niveau 2
Niveau 1
Bewijskracht
x
Zeer zwak
9 9
10 10
11
Typering overige methodologische kenmerken Kruis voor elke uitspraak die waar is het hokje aan. Kruis in de overige gevallen (nee, niet van toepassing, onbekend, twijfel) geen hokje aan. x
12 Er is een controlegroep zonder interventie en/of placebo. 13 Er is een controlegroep met een gespecificeerde andere, duidelijk gespecificeerde interventie. 14 Het onderzoek is uitgevoerd door anderen dan de ontwikkelaars of de aanbieders van de interventie.
x
15 De mate van uitval van subjecten tussen de meetmomenten is gespecificeerd.
xx 16 De implementatiegetrouwheid is bepaald (i.e. nagegaan is wat de mate is waarin het protocol, de handleiding of de methodiek getrouw is gevolgd - ook wel behandelingsintegriteit, ‘treatment integrity’ of ‘fidelity’genoemd).
C. Typering resultaten van het onderzoek
x
0
Geen van de onderstaande rubrieken zijn van toepassing (licht toe!).
1
Positieve resultaten: De studie rapporteert positieve effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie.
2
Effectiviteit niet aangetoond: De studie rapporteert dat er geen effecten# ten aanzien van de doelen van de interventie zijn.
3
Negatieve resultaten: De studie rapporteert negatieve effecten# .
4
Positieve en negatieve resultaten: De studie rapporteert positieve en negatieve effecten# ten aanzien van verschillende doelen van de interventie.
8
Effectiviteit onduidelijk of onbekend.
#
Positief effect = een of meer doelen van de interventie worden gerealiseerd en deze winst is statistisch significant. Geen effect = het doel van de interventie wordt niet gerealiseerd en wordt deels gerealiseerd maar deze winst is niet statistisch significant. Negatief effect = de interventie werkt - statistisch significant - averechts of heeft ernstige, duidelijk aantoonbare ‘bijwerkingen’.
Noteer hieronder eventueel beschikbare gegevens over effectsizes Verschil in effectgrootte tussen wachtlijst en interventie (MD) is d=0.90 met effectbehoud na 3 maanden. Effectsizes interventiegroep: t0-t1=1.07; t0-t2=1.07
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
versie 0.1 werkdocument pagina 39 van 40 Trimbos-instituut
Documentnummer
MinderDrinken.nl
Logboek Vul hieronder in wie iets met de beschrijving doet, wanneer dat gebeurt, en wat er gebeurd is. Pas bij volgende handelingen het versienummer aan, indien van toepassing. Naam J Kramer
Datum 23 sept 2009
Handeling Beschrijving naar Sandra voor eerste beoordeling
J. Kramer
13 oktober 09
Naar beoordelingscommissie
Datum: 12 oktober 2009 Auteur: J. Kramer Naam document: minderdrinken_06okt2009_jk3.doc
Documentnummer …….. / 1
versie 0.1 werkdocument pagina 40 van 40 Trimbos-instituut