Voorwoord Raad van Bestuur Voor u ligt het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording 2014 van de Amarant Groep. Met dit Jaardocument legt de Raad van Bestuur in de eerste plaats verantwoording af over de kwaliteit en omvang van de zorg- en dienstverlening aan onze cliënten. Daarnaast wordt inzicht verschaft in de kwaliteit van arbeid, de werkgebieden en de belangrijkste samenwerkingspartners, de wijze waarop de Zorgbrede Governancecode is toegepast en de resultaten op het gebied van het meerjarenbeleid. In alles achten wij de samenwerking met de medezeggenschap essentieel. Zowel de Centrale Cliëntenraad als de Ondernemingsraad doen in dit jaardocument uitgebreid verslag van hun activiteiten in het afgelopen kalenderjaar. Strategisch Kader Amarant Groep en de nota Bouwstenen voor een nieuw evenwicht De Amarant Groep richt zich op vier doelgroepen en hanteert daarvoor vier verschillende merknamen: 1. Amarant: de zorg aan mensen met een verstandelijke beperking; 2. Idris: de specialistische behandeling aan mensen met een licht verstandelijke beperking in combinatie met psychische/psychiatrische en/of (ernstige) gedragsproblemen; 3. Dr. Leo Kannerhuis Brabant: de behandeling van normaal begaafde kinderen, jongeren en volwassenen met autisme; 4. Pauwer: zorg- en dienstverlening aan mensen met een lichamelijke beperking en NAH. De Amarant Groep positioneert zich met deze merknamen per cliëntdoelgroep en daarbinnen met actuele en werkzame zorgarrangementen waar mensen met een beperking en de maatschappij om vragen. De zorg die we leveren is een antwoord op de zorgvraag in elke bepaalde levensfase. Het cliëntperspectief staat daarom in alle zorgarrangementen centraal met een meetbaar resultaat. Het resultaat is in alle gevallen gericht op: meedoen, zelf doen en kwaliteit van leven. Onze strategische richting (Strategisch Kader 2012-2015 ‘Brandend Vuur’) is daartoe uitgewerkt langs een viertal pijlers: 1. Werken aan cliëntperspectief; 2. Passende zorg en behandeling in elke levensfase; 3. Positioneren: per doelgroep één merknaam; 4. Wijkzorg en rugdekking voor de wijk. De Amarant Groep heeft zich de afgelopen jaren al zo goed mogelijk voorbereid op de hervorming van de AWBZ en de overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten (Jeugdwet en Wmo). In aanvulling op het Strategisch Kader is de notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ geformuleerd. In deze nota wordt een achttal bouwstenen benoemd die samen de basis vormen voor het toekomstgericht maken van de Amarant Groep. Kernbegrip van de nota Bouwstenen is waardecreatie. Waardecreatie betekent dat de cliënt, zijn omgeving, onze opdrachtgevers en de maatschappij onze zorg positief waarderen en dat we waar mogelijk bijdragen aan o.a. eigen regie, verbeteren van welzijn maar ook kostenreductie waar dat verantwoord is. Dit vergt een klant- en vraaggerichte houding waarbij de kwaliteit van de relatie tussen cliënt en medewerker centraal staat. Krachtige teams zijn een middel om betekenisvolle waarde te creëren samen met én ten behoeve van de cliënten. In 2014 is gestart met de implementatie van de eerste bouwstenen. Zo is er een nieuwe RVE-indeling tot stand gekomen, die op 1 januari 2015 formeel van kracht is geworden. Daarnaast worden de RVE´s voortaan aangestuurd door een RVE-manager Bedrijfsvoering en een RVE-manager Transformatie. Verder is de structuur van het middenkader gewijzigd en zijn daartoe managers Krachtige Teams (MKT) benoemd. De MKT’s zijn verantwoordelijk voor het ontwikkelen van krachtige teams. De MKT’s dienen daarnaast nieuwe zorgarrangementen (mede) te ontwikkelen en te implementeren. Contracten Wmo en Jeugdzorg Na forse voorbereidingen en veel gesprekken met gemeenten over inhoud en inkoop van zorg zijn in alle vijf de jeugdzorgregio's in Brabant contracten afgesloten met de Amarant Groep. Voor de huidige cliënten is continuïteit van zorg gegarandeerd middels het overgangsrecht. Voor de nieuwe cliënten is de toegang naar de specialistische jeugdzorg belegd bij de wijkteams of Centra Jeugd en Gezin. Professionals vanuit Idris zijn ingevoegd in de expertiseteams in diverse regio's om de generalisten te ondersteunen door middel van consultatie, advies en zo nodig diagnostiek. Helaas gaat het ook over flinke kortingen op de budgetten. Dit maakt dat de ingezette lijn van transformatie en innovatie zal worden doorgezet naar vernieuwende concepten. We zijn hierover goed in gesprek met diverse gemeenten en collega aanbieders.
2
in dienst van mensen met een beperking
Bij de Wmo lag de uitdaging onder andere in het feit dat Amarant Wijkzorg 'zaken' doet met ongeveer 60 gemeenten in ons werkgebied. In de praktijk zijn er met circa 60, al dan niet geclusterde, gemeenten contracten afgesloten. Daarbij zien we onderscheid in contracten voor 2015 - de zogenaamde overgangsfase - die bedoeld is om de overgang voor zittende cliënten iets minder schrijnend te maken. Nieuwe cliënten vallen direct onder het nieuwe Wmo regime. Veel gemeenten richten de toegang in via de sociale wijkteams of frontlijnteams. Daarin participeren vooral e generalistische professionals; bij complexere zaken wordt advies gevraagd aan de specialistische teams van 2 lijnsorganisaties zoals Amarant. Rode draad daarbij is dat de ondersteuning vaak wordt ingedeeld in lichte, matige en zware ondersteuning voor de cliënt. De budgetreducties en de steeds nadrukkelijker vraag naar aantoonbaar (maatschappelijk) rendement en afbouw van kosten dwingen de organisatie om te kiezen en te focussen op aantoonbare opbrengsten en meerwaarde. Daarbij houden we de verbinding met cliënten(vertegenwoordigers)raden en cliënten. Binnen de mogelijkheden spannen we ons maximaal in om de continuïteit van begeleiding te waarborgen, op basis van anders werken waar kortingen van gemeenten dit noodzakelijk maken. Door terugval van middelen is er daarnaast niet langer zekerheid op voldoende werk voor het aantal medewerkers dat momenteel in dienst is. De Amarant Groep wil een goed werkgever zijn, daarom hanteren we werkgelegenheidsbeleid. Dit betekent dat alle inspanningen van de Amarant Groep erop gericht zijn om voor zoveel mogelijk medewerkers werkgelegenheid te behouden en dus ook zoveel mogelijk gedwongen ontslagen te voorkomen. Tot slot Met al deze veranderingen doen we een groot appèl op de professionaliteit en (flexibele) inzet van onze medewerkers. Dat heeft de Amarant Groep de afgelopen jaren veel gebracht en zal de komende jaren nodig zijn om balans te behouden en ons verder door te ontwikkelen. En dat natuurlijk in samenspel met onze cliënten en hun vertegenwoordigers. De Raad van Bestuur dankt dan ook alle medewerkers, vrijwilligers, externe commissieleden en leden van medezeggenschapsorganen en de Raad van Toezicht voor hun bijdrage in het verslagjaar. Ronald Helder en Marc Bindels Raad van Bestuur Amarant Groep
3
in dienst van mensen met een beperking
Inhoudsopgave VOORWOORD RAAD VAN BESTUUR .................................................................................................................... 2 INHOUDSOPGAVE ................................................................................................................................................... 4 1
UITGANGSPUNTEN JAARDOCUMENT ......................................................................................................... 6
2
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE .................................................................................................................. 7 2.1 2.2
3
GOVERNANCE ............................................................................................................................................... 10 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
4
ALGEMENE GEGEVENS.............................................................................................................................. 7 STRUCTUUR VAN DE ORGANISATIE ............................................................................................................ 7
NORMEN VOOR GOED BESTUUR .............................................................................................................. 10 RAAD VAN BESTUUR ............................................................................................................................... 10 RAAD VAN TOEZICHT .............................................................................................................................. 11 BEDRIJFSVOERING ................................................................................................................................. 13 CLIËNTENRAAD ...................................................................................................................................... 14 ONDERNEMINGSRAAD............................................................................................................................. 19
BELEID, INSPANNINGEN EN PRESTATIES ................................................................................................ 26 4.1 STRATEGISCH BELEID ............................................................................................................................. 26 4.2 KWALITEIT VAN ZORG ............................................................................................................................. 27 4.2.1 Klachten ........................................................................................................................................... 31 4.3 KWALITEIT VAN ARBEID ........................................................................................................................... 33 4.4 FINANCIEEL BELEID................................................................................................................................. 39 4.5 HUISVESTING EN BEDRIJFSDIENSTEN ...................................................................................................... 41 4.6 TOEKOMSTPARAGRAAF........................................................................................................................... 43 4.7 RISICOPARAGRAAF ................................................................................................................................. 44
5
JAARREKENING ............................................................................................................................................ 46 5.1 BALANS AMARANT GROEP (NA RESULTAATBESTEMMING) ......................................................................... 47 5.2 RESULTATENREKENING AMARANT GROEP ............................................................................................... 48 5.2.1 Resultaatbestemming ...................................................................................................................... 48 5.3 KASSTROOMOVERZICHT AMARANT GROEP .............................................................................................. 49 5.4 ALGEMENE TOELICHTING EN WAARDERING VAN GRONDSLAGEN EN RESULTAATBEPALING ........................... 50 5.4.1 Algemeen......................................................................................................................................... 50 5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva ....................................................................... 51 5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling ................................................................................................. 54 5.5 TOELICHTING OP DE BALANS ................................................................................................................... 56 5.6 MUTATIEOVERZICHT MATERIËLE / FINANCIËLE VASTE ACTIVA..................................................................... 66 5.6.1 WTZi-vergunningplichtige materiële vaste activa ............................................................................ 66 5.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa ............................................................................................... 67 5.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa .................................................................................................... 68 5.6.4 Kleinschalige Woonvoorzieningen .................................................................................................. 69 5.6.5 Extramuraal zonder WTZi-vergunning, niet-WTZi- en WMG-gefinancierde materiële vaste activa 70 5.6.6 Financiële vaste activa .................................................................................................................... 71 5.7 PROJECTEN IN UITVOERING EN MUTATIES IN HET VERSLAGJAAR ................................................................ 72 5.7.1 Specificatie van in het boekjaar gereedgekomen projecten............................................................ 74 5.8 OVERZICHT LANGLOPENDE LENINGEN ...................................................................................................... 75 5.9 TOELICHTING OP DE RESULTATENREKENING ............................................................................................ 77 5.9.1 Toelichting op de resultatenrekening .............................................................................................. 80 5.9.2 Aansluiting totaal resultaat met resultaat segmenten ..................................................................... 82 5.10 BEZOLDIGING BESTUURDERS EN TOEZICHTHOUDERS................................................................................ 83 5.10.1 Honoraria accountant .................................................................................................................. 89 ER IS GEKOZEN VOOR DE METHODE VAN TOEREKENING VAN KOSTEN AAN HET BOEKJAAR WAAROP DE DIENSTVERLENING BETREKKING HEEFT. DE GENOEMDE BEDRAGEN ZIJN INCLUSIEF BTW. ....................................... 89 5.11 VASTSTELLING EN GOEDKEURING JAARREKENING .................................................................................... 90 5.11.1 Ondertekening bestuurders en toezichthouders ......................................................................... 90 5.12 OVERIGE GEGEVENS ................................................................................................................................... 91 5.12.1 Transacties met verbonden partijen ............................................................................................ 91 5.12.2 Statutaire regeling resultaatbestemming .................................................................................... 91
4
in dienst van mensen met een beperking
5.12.3 Resultaatbestemming ................................................................................................................. 91 5.12.4 Gebeurtenissen na balansdatum ................................................................................................ 91 5.13 CONTROLEVERKLARING .......................................................................................................................... 92 LIJST VAN AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN ....................................................................................................... 95
5
in dienst van mensen met een beperking
1 Uitgangspunten Jaardocument In dit Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording (JMV) 2014 legt de Amarant Groep verantwoording af over de activiteiten, resultaten en ontwikkelingen in de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2014. Het Jaardocument is opgesteld conform de Regeling Verslaggeving WTZi. Ook zijn de uitgangspunten van de Zorgbrede Governancecode gehanteerd. Het op deze wijze afleggen van verantwoording op basis van wettelijke verplichtingen en het informeren van stakeholders sluit aan bij de ambities van de Amarant Groep om maximale transparantie te bewerkstelligen met betrekking tot de waarde van de organisatie voor de samenleving en hoe de organisatie daarin presteert. Alle verantwoordings- en informatieverplichtingen waaraan de Amarant Groep moet voldoen zijn in dit Jaardocument samengevoegd in één integrale jaarverantwoording. Op deze wijze legt de Amarant Groep maatschappelijke verantwoording af aan belanghebbenden (bijvoorbeeld cliënten, financiers, toezichthouders) en voldoet tegelijkertijd aan haar (wettelijke) informatieverplichting aan verantwoordingspartijen (waaronder het CBS, het Ministerie van VWS, de IGZ en de NZa). Het maatschappelijk verslag is vanaf het verslagjaar 2012 vervallen en is vervangen door een bestuursverslag. Diverse kwantitatieve gegevens zijn opgenomen in de webapplicatie DigiMV. Het Jaardocument wordt ingediend bij het Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG) en wordt geplaatst op de website http://www.jaarverslagenzorg.nl.
6
in dienst van mensen met een beperking
2 Profiel van de organisatie 2.1 Algemene gegevens De Amarant Groep is actief in de provincie Noord-Brabant. Het doel van de Amarant Groep is in de statuten beschreven als: ‘de behandeling, zorg- en dienstverlening en al hetgeen daarmee in de ruimste zin genomen in verband staat voor kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met een (lichte) beperking waarbij verschillende financieringsgrondslagen aan de orde kunnen zijn.’
2.2 Structuur van de organisatie Algemeen De Amarant Groep heeft de rechtsvorm van een stichting waarbij geen sprake is van consolidatieverplichtingen. De bestuursstructuur is statutair bepaald en gaat uit van het Raad van Toezicht/Raad van Bestuur-model. De stichting beschikt over een Raad van Bestuur en een Raad van Toezicht. De Raad van Bestuur werkt als een collegiale eenheid en is eindverantwoordelijk voor het beleid van de Amarant Groep. De Raad van Toezicht houdt toezicht op het beleid en de gang van zaken. De stichting kent een Ondernemingsraad (OR) en een Cliëntenraad (CR). De OR en de CR hebben de bevoegdheden die hen door of krachtens de wet zijn toegekend, alsmede de bevoegdheden zoals beschreven in de statuten. Beide organen hebben een eigen taakstelling, werkwijze en verantwoordelijkheid en communiceren rechtstreeks met de Raad van Bestuur. Meer informatie over beide organen kunt u terugvinden in de paragrafen 3.5 en 3.6. De zorg- en dienstverlening van de Amarant Groep wordt bekostigd uit de volgende wetten/subsidies: -
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ); Zorgverzekeringswet (Zvw); Wet op de Jeugdzorg; Rijkssubsidie van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (forensische zorg); Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
De AWBZ (in 2015: Wet Langdurige Zorg) is voor de Amarant Groep de belangrijke inkomstenbron. De productie-afspraken in de AWBZ worden door de Amarant Groep gemaakt met twee CZ-zorgkantoren (regio’s West-Brabant en Zuidoost-Brabant) en twee VGZ-zorgkantoren (regio’s Midden-Brabant en NoordoostBrabant). De productie-afspraken in de Zvw worden met een zestal zorgverzekeraars gemaakt (het e representatiemodel waarbij VGZ als 1 penvoerder optrad, is in 2014 afgeschaft). De Amarant Groep is lid van de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN), de branche-organisatie in de gehandicaptenzorg. De Amarant Groep (Idris) is tevens lid van de Vereniging Orthopedagogische Behandelcentra (VOBC). De Amarant Groep (Dr. Leo Kannerhuis Brabant) is lid van GGZ Nederland. Doelgroepen De Amarant Groep werkt met een viertal doelgroepen/merknamen: -
Amarant
Amarant richt zich op mensen met een matig tot ernstige verstandelijke beperking. De leeftijd varieert van jong tot oud. Soms is er sprake van bijkomende medisch/verpleegkundige problematiek en zintuiglijke en/of lichamelijke beperkingen. De begeleidings- en zorgvraag varieert van matig tot ernstig intensief en is vrijwel altijd levensbreed (wonen, zinvolle dagbesteding, vrije tijd, behandeling). De zorg wordt geboden in de wijk (ambulant, wonen en dagbesteding) of in centra voor specialistische zorg en behandeling. -
Idris
Idris richt zich op (intensieve) begeleiding en behandeling van kinderen, jongeren en volwassenen met een licht verstandelijke beperking met bijkomende psychische, psychiatrische en/of gedragsproblemen. De begeleiding 7
in dienst van mensen met een beperking
en behandeling wordt aangeboden vanuit een polikliniek (ambulant), in vormen van dagbehandeling en, als het niet anders kan vanuit specialistische behandelcentra voor kind en jeugd en volwassenen. Deze intensieve begeleiding en behandeling wordt, indien nodig, zo vroeg mogelijk ingezet. Met de cliënt werken we aan het verminderen van gedragsproblematiek, competenter functioneren, het terugkrijgen van regie over het eigen leven en daarmee versterken van de maatschappelijke participatie (school, arbeid, zelfstandig wonen). Daarnaast vormt Idris de rugdekking voor de reguliere langdurige begeleiding en zorg in buurten en wijken. Waar reguliere begeleiding volstaat, wordt deze geboden door Amarant. Samenwerking met de wetenschap richt zich op het ontwikkelen van diagnostiek en vroegtijdige interventies, die intensieve begeleiding en behandeling kan voorkomen. -
Dr. Leo Kannerhuis Brabant
Het Dr. Leo Kannerhuis Brabant is een gespecialiseerd bovenregionaal centrum voor behandeling van normaal begaafde kinderen, jongeren en volwassenen met (een ernstige vorm van) autisme. Vaak is er sprake van bijkomende psychiatrische problematiek. De behandeling wordt geboden via de polikliniek (diagnostiek en ambulante behandeling), de centra voor dagbehandeling en de centra voor behandeling met verblijf. Met de cliënt en zijn omgeving werken aan volledige participatie (school, arbeid, zelfstandig wonen) is één van de kerndoelstellingen in de behandeling. - Pauwer Pauwer biedt specialistische zorg op maat aan kinderen, jongeren en volwassenen met een lichamelijke beperking, een meervoudige beperking of met niet-aangeboren hersenletsel. Pauwer biedt wonen, logeren, dagbesteding, naschoolse opvang en ambulante dienstverlening. Organisatiestructuur Amarant Groep Achterliggend motief voor de gekozen hoofdstructuur is de behoefte om de Amarant Groep dicht en herkenbaar ten opzichte van de samenleving te positioneren en korte communicatie- en besluitlijnen te creëren. De essentie van de structuur is: -
resultaatverantwoordelijke eenheden (RVE’s) in de zorg; clusters van voorzieningen binnen de RVE’s in de zorg; een drietal RVE’s is voorwaardenscheppend.
Vanuit deze structuur wordt gestuurd op de gebieden: 1. 2. 3. 4. 5.
kwaliteit van zorg; evenwicht in opbrengsten en kosten; kwaliteit van arbeid; kwaliteit van huisvesting; marktontwikkeling en innovatie.
Deze vijf sturingsgebieden zijn opgenomen in de management control cyclus. In hoofdstuk 3.4 wordt de management control cyclus nader toegelicht. De Amarant Groep heeft per 01-01-2015 in het kader van de notitie ‘Bouwstenen’ de organisatiestructuur gewijzigd en het aantal RVE’s in de zorg teruggebracht van 11 naar 6. De nieuwe indeling is: -
Amarant Wijkzorg - Ambulant Amarant Wijkzorg - Wonen in de Wijk (WIW) Amarant Specialistische zorg Werk en Dagbesteding Pauwer Idris en Dr. Leo Kannerhuis Brabant Bestuursbureau HR Servicecentrum Huisvesting en Bedrijfsdiensten.
Elke RVE wordt aangestuurd door een RVE-manager of een duo van RVE-managers. Dit duo bestaat uit een RVE-manager Bedrijfsvoering en een RVE-manager Transformatie (ontwikkelen zorgarrangementen, waardecreatie en ontwikkeling krachtige teams). Deze managers vormen samen met de secretaris Raad van Bestuur/Coördinator HRM, de Manager Kennis, Kwaliteit en Beleid, de Concern Controller en de Directeur Huisvesting & Bedrijfsdiensten, onder voorzitterschap van de Raad van Bestuur, het managementoverleg (MO).
8
in dienst van mensen met een beperking
Organogram Amarant Groep 31-12-2014
9
in dienst van mensen met een beperking
3 Governance 3.1 Normen voor goed bestuur De Zorgbrede Governancecode 2010 is een bundeling van breed gedragen algemene opvattingen binnen de zorg over goed bestuur, toezicht en verantwoording. Een belangrijk element van het model is een strikte scheiding tussen de uitvoerende en toezichthoudende functies. Binnen de Amarant Groep is als toezichtmodel deze Zorgbrede Governancecode van kracht. In de code wordt de dialoog met belanghebbenden als fundament voor de zorgorganisatie als maatschappelijke onderneming gepositioneerd. Dit is cruciaal voor de maatschappelijke inbedding van de zorgorganisatie. De verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid is voor de Raad van Bestuur en voor de Raad van Toezicht geëxpliciteerd. Ook zijn deskundigheidseisen op het gebied van zorg vastgelegd. De Amarant Groep kent een tweehoofdige collegiale Raad van Bestuur van wie één de voorzitter is. De Raad van Bestuur wordt ondersteund door de secretaris Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht houdt toezicht op de Raad van Bestuur. De Raad van Toezicht van de Amarant Groep bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden met dien verstande dat de Raad van Toezicht na de fusie met het OCB tijdelijk uit negen leden heeft bestaan. Sinds april 2014 bestaat de Raad van Toezicht weer uit zeven leden. Géén van de leden van de Raad van Toezicht heeft op enigerlei wijze een verbinding met de Amarant Groep, anders dan uit hoofde van het lidmaatschap van de Raad. Hiermee beoogt de Amarant Groep waarborging van de onafhankelijkheid van de leden van de Raad van Toezicht. In het kader van de Zorgbrede Governancecode zijn in februari 2006 door Amarant diverse ijkpunten opgesteld. Deze zijn overgenomen door de Amarant Groep. Dit betreft de volgende zaken: -
strategisch beleidskader; kwaliteit van zorg; financieel; samenwerking met derden; evaluatie van de Raad van Toezicht; functioneringsgesprek Raad van Toezicht/Raad van Bestuur.
Volgens een bepaalde frequentie zal de evaluatie van de Raad van Toezicht ter hand worden genomen. Dit betreft de volgende punten: -
evaluatie van het eigen functioneren; evaluatie met betrekking tot het profiel van de Raad van Toezicht; evaluatie met betrekking tot de gehanteerde ijkpunten.
3.2 Raad van Bestuur Algemeen De Amarant Groep kent een tweehoofdige collegiale Raad van Bestuur van wie één de voorzitter is. De heer Helder is voorzitter en de heer Bindels lid Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur bestuurt onder toezicht van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep en in goed overleg met de binnen de instelling functionerende adviesorganen. De Raad van Bestuur neemt bij de uitvoering van zijn taak de vigerende wet- en regelgeving in acht. De Raad van Bestuur laat zich in de uitvoering van zijn bestuurstaak leiden door de in de statuten geformuleerde doelstelling van de stichting en zij houdt oog op het belang van de organisatie van de stichting in relatie tot haar maatschappelijke functie. Er vindt een taakverdeling plaats op basis van kwaliteiten en deskundigheden van de bestuurders. Waar sprake is van eigen taken, aandachtsgebieden en functies vindt de beleidsvorming in principe plaats door de betrokken bestuurder. De Raad van Bestuur is eindverantwoordelijk voor de algemene gang van zaken, voor beleidsvorming en beleidsuitvoering, zowel binnen de stichting als in de relatie tussen de stichting en andere instellingen en organen. Het reglement van de Raad van Bestuur is vastgesteld in september 2005.
10
in dienst van mensen met een beperking
De Raad van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht in het periodieke overleg tussen beide organen en op momenten waarop de Raad van Toezicht deze verantwoording vraagt. De leden van de Raad van Bestuur zijn gehouden tot een jaarlijks functioneringsgesprek met de Raad van Toezicht. Daarnaast legt de Raad van Bestuur in meer algemene zin verantwoording af in het jaarlijks uit te brengen Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording op algemeen, financieel, kwaliteits- en sociaal terrein. Bezoldiging De individuele bezoldiging van de leden van Raad van Bestuur wordt, conform de Jaarverslaggeving WTZi, vermeld in de jaarrekening (paragraaf 5.10). De vaststelling van de rechtspositie en de regeling van de arbeidsvoorwaarden van de Raad van Bestuur geschieden door de Raad van Toezicht en zijn vastgelegd in een overeenkomst tussen een lid van de Raad van Bestuur en de stichting. In geval van schorsing of ontslag handelt de Raad van Toezicht zoals vastgelegd in deze overeenkomst. De bestuurdersbeloning van de heer Helder en de heer Bindels is conform de Adviesregeling Arbeidsvoorwaarden van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisdirecteuren (NVZD). Per 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. Dit betekent dat de bezoldiging van bestuurders en hoogste leidinggevenden in de publieke en semipublieke sector wettelijk aan een maximum is gebonden. Per 1 januari 2014 wordt de WNT-norm door de invoering van de ministeriële regeling voor WNT binnen zorg- en welzijn bepaald door een staffeltabel. Deze staffeltabel is opgesteld conform de beloningscode Bestuurders Zorg (BBZ) zoals die bestaat binnen de koepelorganisaties NVZD en NVTZ en is overgenomen door de minister. Daarbij is de Amarant Groep ingedeeld in Klasse H, wat overeenkomt met een maximale bezoldiging van € 203.728. Beide bestuurders blijven in 2014 onder het maximum van de WNT-norm. Nevenfuncties De leden van de Raad van Bestuur mogen in bescheiden mate nevenfuncties vervullen. Dit is vastgelegd in het reglement Raad van Bestuur. Bij het aannemen van nevenfuncties moet het uitgangspunt zijn dat dit geen enkele belemmering mag opleveren voor het optimaal uitoefenen van de bestuurdersfunctie bij de Amarant Groep. Het aannemen van bezoldigde nevenfuncties behoeft instemming van de Raad van Toezicht. De nevenfuncties van de Raad van Bestuur hebben de goedkeuring van de Raad van Toezicht. Voor meer details over de nevenfuncties van de Raad van Bestuur zie paragraaf 5.10.
3.3 Raad van Toezicht Samenstelling Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van de Amarant Groep bestaat uit minimaal vijf en maximaal zeven leden met dien verstande dat de Raad van Toezicht tot april 2014 nog uit acht leden bestond in het kader van afspraken die voortvloeien uit de fusie met het Orthopedagogisch Centrum Brabant per 1 juli 2012. Mevrouw Tacke is per 1 april 2014 afgetreden als lid van de Raad van Toezicht. Mevrouw Tacke is destijds benoemd op basis van de zogenaamde ‘kwaliteitszetel’ van de Centrale Cliëntenraad. Om meteen een teruggang in het aantal leden van de Raad van Toezicht mogelijk te maken, is de Raad van Toezicht met de CCR overeengekomen de vrijgevallen kwaliteitszetel te laten invullen door de heer Dingenouts. De heer Dingenouts is reeds lid van de Raad van Toezicht en destijds benoemd op de kwaliteitszetel bij het voormalige Orthopedagogisch Centrum Brabant (OCB, nu onderdeel van de Amarant Groep). In overeenstemming met de statuten van de Amarant Groep en conform afspraak in het fusiedocument Amarant - OCB bestaat de Raad van Toezicht sinds 1 april 2014 daarmee weer uit zeven leden. De heer Kortmann is, op basis van het vastgestelde rooster van aftreden, per 1 juli 2014 afgetreden. Hiermee is een vacature ontstaan voor de voorzitter van de Raad van Toezicht. Op basis van artikel 7 van de statuten van de Amarant Groep heeft de Raad van Toezicht een vacature vastgesteld. Daartoe is een benoemingsprocedure en een profielschets voor de voorzitter opgesteld. Dit heeft geleid tot benoeming van de heer P.A.C.M. (Peter) van der Velden tot voorzitter van de Amarant Groep per 1 januari 2015. In de periode 1 juli 2014 tot 1 januari 2015 is de huidige vice-voorzitter, de heer L. de Jaeger, aangewezen als waarnemend voorzitter. Zoals notarieel vastgelegd in het fusiebesluit NSWAC - Amarant Groep is de Raad van Toezicht van de Amarant Groep per 31 december 2013 tijdelijk uitgebreid met de heer De Roij. Deze zetel is buitenstatutair in die zin dat de zetel uiterlijk eind 2015 ophoudt te bestaan. De zetel wordt dus niet gevoegd in het rooster van
11
in dienst van mensen met een beperking
aftreden van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep. Voor het overige is de positie van de zetelhouder gelijk aan die van de overige leden van de Raad van Toezicht. Voor de samenstelling en de nevenfuncties van de Raad van Toezicht zie paragraaf 5.10. Taken van de Raad van Toezicht De Raad van Toezicht houdt integraal toezicht op het bestuur van de organisatie en bewaakt de legitimiteit ervan. Als basis geldt de Zorgbrede Governancecode, die voorschrijft dat alle leden zonder last of ruggespraak en zonder enig belang bij de Stichting Amarant Groep of personen die daar werkzaam zijn, hun taak van onafhankelijk toezicht uitoefenen. Per lid van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep zijn aandachtsgebieden ingesteld. Dit biedt de gelegenheid om onderwerpen te laten voorbereiden door daartoe ingestelde voorbereidingscommissies. De voorbereidingscommissies hebben geen beslissingsbevoegdheid. Er is een auditcommissie Financiën & Vastgoed ingesteld. De Raad van Toezicht toetst of de Raad van Bestuur bij zijn beleidsvorming en de uitvoering van de bestuurstaken oog houdt op het belang van de organisatie van de Amarant Groep in relatie tot de maatschappelijke functie van de Amarant Groep en een zorgvuldige afweging heeft gemaakt van de belangen van allen die bij de Amarant Groep zijn betrokken. Daarnaast benoemt de Raad van Toezicht de leden van de Raad van Bestuur en de accountant van de instelling. Eveneens keurt de Raad van Toezicht de financiële begroting en de jaarrekening goed en kan besluiten tot wijziging van de statuten. Het huishoudelijk reglement van de Raad van Toezicht is vastgesteld op 30 maart 2004. Evaluatie eigen functioneren De Raad van Toezicht heeft op 24 november 2014 zijn eigen functioneren uitgebreid geëvalueerd. Uit de evaluatie is naar voren gekomen dat de Raad van Toezicht over het algemeen tevreden is over zijn functioneren in de achterliggende periode en over de bijdragen die de Raad daarmee heeft geleverd aan de realisatie van de doelen van de Amarant Groep. Ook het samenspel tussen Raad van Toezicht en Raad van Bestuur verloopt naar tevredenheid. De ervaring en deskundigheid van de leden komt beter tot zijn recht onder andere door het werken met (audit)commissies. Met name het samenspel in de drie (audit)commissies draagt bij aan een juiste balans tussen afstand en nabijheid. De volgende succesfactoren zijn van toepassing voor het samenspel tussen de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur van de Amarant Groep: -
transactioneel omgaan met elkaar: elkaar ruimte geven, gebaseerd op wederzijds vertrouwen; de kwaliteit van de informatie: de dialoog in de (audit)commissies; toezicht houden op het proces; het huis op orde voor wat betreft de (spel)regelgeving (protocollen e.d.) en daar vervolgens faciliterend gebruik van maken; de afspraken die vorig jaar zijn gemaakt tijdens de evaluatieconferentie zijn goed nagekomen; het werk van de Raad van Toezicht is geïntensiveerd, maar dit levert ook een beter resultaat op; de verdere teamontwikkeling en de diversiteit in de samenstelling van de Raad van Toezicht.
Op termijn zal worden gestreefd naar een heterogene samenstelling van de Raad van Toezicht voor wat betreft de man-vrouw verhouding, de leeftijdsopbouw, evenwichtige verdeling ter zake van de deskundigheden, de multiculturele afspiegeling, woonplaats, werksector, etcetera. Daartoe zal dit punt steeds worden overwogen indien er een vacature ontstaat. Overlegvormen Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van de Amarant Groep heeft periodiek overleg met de Raad van Bestuur. Daartoe stelt de voorzitter in overleg met de Raad van Bestuur een agenda op. De Raad van Toezicht van de Amarant Groep onderscheidt de volgende groepen van agendapunten: -
-
periodieke agendapunten, welke ieder in een daartoe bestemde vergadering behandeld worden (bijvoorbeeld de behandeling van de begroting en de jaarrekening, het functioneren van de Raad van Bestuur, de kwaliteit van de zorg); reguliere agendapunten, welke door de Raad van Bestuur voor elke vergadering geagendeerd kunnen worden (bijvoorbeeld overleg met de Ondernemingsraad, overleg met de Centrale Cliëntenraad);
12
in dienst van mensen met een beperking
-
incidentele vergaderpunten, welke niet noodzakelijk binnen de jaarcyclus aan de orde komen (fusies en samenwerking, benoeming van bestuurders, onvoorziene zaken); klankbordfunctie voor de Raad van Bestuur.
Bij de behandeling van de jaarrekening is de externe accountant aanwezig voor het verstrekken van een toelichting. Een delegatie van de Raad van Toezicht heeft twee keer per jaar een tripartite overleg met de Ondernemingsraad en de Raad van Bestuur en één keer per jaar met de Centrale Cliëntenraad. De leden van de Raad van Toezicht onderhouden ter deskundigheidsbevordering contacten met degenen die ondersteuning geven aan het werk van de Raad van Toezicht waarbij gedacht kan worden aan het bijwonen van seminars of deelname aan lezingen/bijeenkomsten van de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in Zorginstellingen (NVTZ). Per 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. Dit betekent dat de bezoldiging van bestuurders en hoogste leidinggevenden in de publieke en semipublieke sector wettelijk aan een maximum is gebonden. De beloning van de leden van de Raden van Toezicht mag maximaal 7,5% (voorzitter) of 5% (leden) van de WNT-norm zijn. De Amarant Groep kent op basis van de ministeriële regeling WNT zorg- en welzijn een indeling in klasse H wat overeenkomt met een normbedrag van € 203.728 in 2014. De leden van de Raad van Toezicht blijven op basis van 7,5% of 5% binnen deze norm. Activiteiten in het verslagjaar Onderwerpen die in vergaderingen aan de orde kwamen, waren in 2014: -
jaarplan 2014; jaarrekening 2013; exploitatiebegroting 2015; investeringsbegroting 2014-2017; financiële performance van de Amarant Groep; kwaliteit van arbeid; kwaliteit van zorg, waaronder specifiek Quli; LTHP/Vastgoedbeleid; strategische ontwikkelingen met externe partners; integratie van Pauwer (voorheen NSWAC); vaststelling klokkenluidersregeling; werkkader informatievoorziening / richtlijn voor mediacontacten ten behoeve van de Raad van Toezicht; crisiscommunicatie; marketing, communicatie & PR; implementatie notitie ‘Bouwstenen’; reorganisatievoorziening; SWOT-analyse Amarant Groep; governance waaronder vaststelling dialoogregeling, portefeuilleverdeling Raad van Bestuur, procedure werving en selectie voorzitter Raad van Toezicht; benoeming voorzitter Raad van Toezicht, evaluatie Raad van Toezicht, evaluatie buitenstatutair lidmaatschap van de heer P. de Roij in de Raad van Toezicht; bezoldiging bestuurders en toezichthouders conform WNT, besluit honorarium Raad van Toezicht Amarant Groep 2014 en verder.
De Raad van Toezicht hechtte in 2014 haar statutaire goedkeuring aan: -
jaarrekening 2013 d.d. 21 mei 2014; exploitatiebegroting 2014 d.d. 16 december 2014; investeringsbegroting 2014-2017 d.d. 16 december 2014; benoeming voorzitter Raad van Toezicht d.d. 23 juni 2014.
3.4 Bedrijfsvoering Algemeen Bij de Amarant Groep is de besturingssystematiek gebaseerd op de principes van integraal management. De organisatie is resultaatgestuurd. Het lijnmanagement is integraal verantwoordelijk voor de resultaten en de inzet van de daarvoor benodigde mensen en middelen. De stafdiensten zijn ondersteunend, adviserend (gevraagd en
13
in dienst van mensen met een beperking
ongevraagd) en serviceverlenend aan het lijnmanagement van de verschillende organisatieonderdelen. Er is sprake van een klant-leverancier-relatie. Management control cyclus De concrete planning, uitvoering, evaluatie en bijstelling van het beleid krijgt binnen de Amarant Groep gestalte door middel van de management control cyclus. Deze cyclus is gebaseerd op de Deming-cirkel (Plan, Do, Check, Act) en vormt het instrument voor het plannen, uitvoeren, toetsen en bijstellen van beleidsdoelstellingen. De management control cyclus is als het ware de jaarlijkse agenda van de organisatie waarin systematisch de besluitvormings- en evaluatiemomenten worden vastgelegd. De management control cyclus evalueert voortdurend de beoogde versus de behaalde resultaten en vergroot de stuurbaarheid van de organisatie en optimaliseert de gekozen richting en gekozen activiteiten ter realisatie van de beoogde resultaten. Integraal management Integraal management houdt in dat het management van alle organisatie-onderdelen binnen door de Raad van Bestuur vastgestelde kaders managementverantwoordelijkheid heeft voor diverse thema’s. Wel met een praktische vertaling en met duidelijke keuzes. Het betreft de vijf volgende resultaatgebieden: -
kwaliteit van zorg; evenwicht in opbrengsten en kosten; kwaliteit van arbeid; kwaliteit van huisvesting; marktontwikkeling en innovatie.
Om integraal management mogelijk te maken zijn de bijbehorende bevoegdheden toegekend aan het management. De Raad van Bestuur rekent het integrale management af op de volle breedte van de operationele verantwoordelijkheid en blijft daarbij op een gepaste afstand van de operatie. Integraal management betekent verder dat de managers een eigen verantwoordelijkheid hebben voor zowel de uitvoering van het beleid als het bepalen van de inzet van middelen om een bepaald doel te bereiken. Dat betekent de erkenning van de eindverantwoordelijkheid van het management voor een bedrijfsonderdeel. Het betekent niet: minder betrokken. De functie van de Raad van Bestuur in dit proces zal toetsend, coachend en beoordelend zijn. Het management heeft eigen verantwoordelijkheid om ‘de weg naar het resultaat’ zelf inhoud te geven. Uitwerking Management Control Cyclus Het meerjarenbeleidsplan wordt uitgewerkt in jaarplannen op Amarant Groep-niveau, RVE-niveau en cluster/team/afdelingsniveau. De jaarplannen beperken zich tot het (compact) beschrijven van de primaire targets vertaald in overeengekomen eindtermen (resultaatgebieden). De jaarplannen worden financieel vertaald tijdens de jaarlijkse begrotingscyclus (mei-december). Via de exploitatiebegroting worden uitgaven getoetst. Daarnaast vindt op basis van de begroting een transparante allocatie van middelen plaats op basis van de parameters in de externe financiering. De begroting is het cijfermatig referentiepunt om de gemaakte jaarplannen en afspraken (managementcontracten) te kunnen toetsen en te evalueren. Contractmanagement wordt beschouwd als een belangrijk instrument dat een belangrijke bijdrage kan leveren aan de besturing en beheersing van de organisatie. Tussen de Raad van Bestuur en het management van de RVE’s is een formele afspraak gemaakt waarin de te bereiken resultaten zijn vastgelegd op de vijf bovengenoemde resultaatgebieden. Om te komen tot een beoordeling of de beoogde resultaten van de jaarplannen ook zijn/worden behaald en om de uitvoering of planning eventueel bij te stellen wordt gewerkt met managementinformatie. Per maand wordt een financiële rapportage verstrekt. Per kwartaal wordt managementinformatie gegenereerd op de vier overige resultaatgebieden. Conform de planning van de management control cylcus worden per kwartaal gegevens op deze gebieden verzameld, gebundeld, geanalyseerd, gerapporteerd en besproken met het management. Daarnaast is een jaarafsluiting ingevoerd inclusief een forecast voor het opvolgende jaar.
3.5 Cliëntenraad Ontwikkelingen wetgeving De Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) is een wet die zich richt op de rechten van de cliënt. De doelstelling van de WMCZ is het bevorderen van de medezeggenschap van cliënten in de zorgsector.
14
in dienst van mensen met een beperking
De WMCZ is in 1996 van kracht geworden en moet bewerkstelligen dat er voldoende rekening wordt gehouden met de wensen en de behoeften van cliënten. Daartoe stelt de WMCZ een geïnstitutionaliseerde cliëntenvertegenwoordiging (de cliëntenraad) verplicht, die zich ontfermt over de belangenbehartiging van de cliënten in de zorginstelling. Momenteel is op landelijk niveau de nieuwe Wet Cliëntrechten Zorg (WCZ) nog in ontwikkeling. In het wetsvoorstel wordt een aantal verschillende wetten waaronder de WMCZ in één kader samengebracht. Centrale Cliëntenraad Deze paragraaf geeft een weerslag van de activiteiten van de Centrale Cliëntenraad (CCR) in 2014. Binnen de Amarant Groep wordt veel waarde gehecht aan cliëntenparticipatie. De CCR kan terugkijken op een jaar waarin inspanningen zijn verricht om binnen de medezeggenschapstructuur zoveel mogelijk het belang van de cliënten te vertegenwoordigen. Algemeen Medezeggenschap betekent dat cliënten en/of vertegenwoordigers op diverse niveaus binnen een zorginstelling, als collectief, gevraagd én ongevraagd invloed kunnen uitoefenen op voorgenomen besluiten die van invloed zijn op de positie van cliënten en de kwaliteit van zorg. De medezeggenschapstructuur (cluster-, RVE- en Amarant Groep-niveau) volgt zoveel mogelijk de organisatiestructuur van de Amarant Groep. -
Clusterniveau: lokale cliëntenraden (LCR) Dit betreft medezeggenschap die zich vooral richt op de plaats waar de zorg- en dienstverlening concreet vorm krijgt. Hier worden locatiegebonden onderwerpen besproken. Een LCR kan één (of meer) woon- of dagbestedinglocatie(s) omvatten. Een LCR bestaat in principe uit een commissie (cliënten) en een onderdeelcommissie (vertegenwoordigers), maar gezien de diverse dynamiek op locaties functioneren er binnen de organisatie ook diverse mengvormen.
-
Districtsniveau: districtscliëntenraden (DCR/SCR) Ieder RVE heeft een districts- of sectorcliëntenraad (DCR/SCR) bestaande uit een commissie (vertegenwoordigers vanuit de voorzieningen die deel uitmaken van het RVE) en een onderdeelcommissie (cliënten). De RVE-manager en de DCR/SCR bespreken algemene, locatieoverstijgende onderwerpen binnen de grenzen van het desbetreffende RVE.
-
Centraal niveau: één centrale cliëntenraad (CCR) De CCR is samengesteld uit vertegenwoordigers vanuit de DCR/SCR (elf personen). Elke DCR/SCR vaardigt één vertegenwoordiger af naar de CCR. De CCR is daarmee samengesteld uit vertegenwoordigers van de RVE’s in de zorg. De Raad van Bestuur en de CCR bespreken instellingsbrede onderwerpen, met name beleidsmatige en strategische zaken, die voor alle cliënten van de Amarant Groep van toepassing zijn.
Vanwege drukke werkzaamheden heeft Jack Damen met ingang van januari 2014 zijn CCR-lidmaatschap moeten beëindigen. De CCR is blij dat Toon van Mierlo bereid is gevonden om weer zitting te nemen in de CCR en de voorzittershamer in de komende periode voor zijn rekening te nemen. Ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie maken dat er in de komende periode een stevig appèl zal worden gedaan op de medezeggenschap. In het najaar van 2014 zijn de eerste voorbereidingen getroffen voor een in te richten Bureau Cliënten Medezeggenschap (BCM). Dit bureau gaat fungeren als inspirerend platform en kenniscentrum ten behoeve van de verdere ontwikkeling van cliëntmedezeggenschap, betrokkenheid en participatie. De CCR gaat een belangrijke rol spelen bij het vaststellen van de speerpunten voor het bureau en de vast te stellen jaarplannen. Gekoppeld aan het bureau zijn de ondersteunende activiteiten aan de cliëntmedezeggenschap, de projectleider familiezorg, de klachtenfunctionaris en een communicatieadviseur. Begin 2015 zal er binnen de organisatie breder informatie worden verstrekt over de start van BCM. Vergaderingen Centrale Cliëntenraad (CCR) De CCR is in 2014 in totaal twaalf keer in vergadering bij elkaar geweest, het betreft: 1. Overlegvergaderingen met de Raad van Bestuur. In 2014 zijn er acht overlegvergaderingen geweest met de Raad van Bestuur. De agenda voor het gezamenlijk overleg wordt in goed overleg voorbereid door enkele leden van de CCR en de Raad van Bestuur.
15
in dienst van mensen met een beperking
2. CCR-vergaderingen. In 2014 heeft de CCR twee keer in eigen kring vergaderd. 3. Overleg met de Raad van Toezicht. Op 29 januari heeft er een overleg plaatsgevonden met een delegatie van de Raad van Toezicht. Samen met de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur heeft de CCR een werkbezoek gebracht aan enkele locaties van Pauwer. 4. Overleg CCR-OR-Raad van Bestuur-Raad van Toezicht Het jaarlijks overleg met de OR, Raad van Bestuur en Raad van Toezicht vond plaats op 11 november. 5
Themabespreking Op 8 november heeft de CCR samen met de Raad van Bestuur een medezeggenschapsdag gehouden voor alle betrokkenen bij de medezeggenschap binnen de Amarant Groep met als thema de herinrichting van de medezeggenschap.
De CCR kent een aantal vaste commissies: kwaliteit, communicatie en de commissie FEC (financieeleconomisch/vastgoed) die elk diverse keren per jaar in commissieverband vergaderen. Eén van de leden van de CCR neemt namens de CCR deel aan het overleg van de Gouda-groep, het landelijk overlegorgaan van voorzitters van cliëntenraden van (grote) zorgaanbieders in de sector gehandicaptenzorg. Adviezen In 2014 heeft de CCR de navolgende formele adviezen uitgebracht aan de Raad van Bestuur. Onderwerp Notitie ‘Bouwstenen’
Adviesaanvraag nieuwe zorg- en dienstverleningsovereenkomst Amarant Groep Advies overdracht twee locaties van Pauwer aan Stichting Lievegoed Profielschets voorzitter Raad van Toezicht Benoeming van de heer Van der Velden als nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht van de Amarant Groep Advies inzake ‘Wegwijzer waardecreatie krachtige teams’
Inhoud advies Positief advies met enkele aandachtspunten (zie elders in deze paragraaf) Positief advies met enkele aandachtspunten (zie elders in deze paragraaf) Positief advies Positief advies Positief advies
Herzien privacyreglement cliënten
Positief met enkele aandachtspunten (zie elders in deze paragraaf) Positief advies
Jaarrekening 2013
Positief advies
Begroting 2015
Positief advies
Enkele belangrijke onderwerpen in 2014 -
Stelselwijzigingen Voor veel mensen zijn de stelselwijzigingen moeilijke materie en pas op een laat tijdstip heeft definitieve politieke besluitvorming plaatsgevonden. De CCR heeft het belang benadrukt van goede informatie voor cliënten en cliëntvertegenwoordigers, onder andere via websites en nieuwsbrieven. Ook in de komende periode blijft dit een punt van aandacht. Vooral van belang is dat medewerkers weet hebben van de actuele ontwikkelingen zodat zij cliënten en cliëntvertegenwoordigers ‘op maat’ kunnen informeren over de consequenties van de wijzigingen voor hun persoonlijke situatie.
-
notitie ‘Bouwstenen’ In de notitie ‘Bouwstenen’ beschrijft de Raad van Bestuur welke aanpassingen er binnen de organisatie moeten plaatsvinden om klaar te zijn voor de maatschappelijke uitdagingen die ons te wachten staan. Het betreft o.a.: - het wijzigingen van de organisatiestructuur met het samenvoegen van een aantal RVE’s; - beperken van het aantal managers; 16
in dienst van mensen met een beperking
-
onder de noemer ‘krachtige teams’ versterken van het zelforganiserend vermogen van de uitvoerende teams; versterken van het doelgroepenbeleid en het aanbod voor diverse cliëntengroepen; bevorderen van medezeggenschap, betrokkenheid en participatie van cliënten en cliëntvertegenwoordigers.
De CCR heeft in 2014 regelmatig gesproken met de Raad van Bestuur over deze ontwikkeling en erkent dat veranderende regelgeving vraagt om aanpassingen in de organisatiestructuur. De CCR heeft benadrukt dat de focus in eerste instantie teveel lag op de structuurwijziging en te weinig op houding en gedrag van medewerkers. Succesvol implementeren betekent in de ogen van de CCR ook werken aan de organisatiecultuur en heeft geadviseerd het cultuuraspect meer te betrekken in het verandertraject. -
Naar krachtige teams In vervolg op de notitie ‘Bouwstenen’ is de ‘Wegwijzer waardecreatie krachtige teams’ tijdens een studiebijeenkomst uitgebreid aan de orde geweest. De CCR constateert met voldoening dat zij betrokken wordt in dit proces. Dit geeft tevens verplichting om ook de volgende stappen actief mee vorm te geven. De CCR heeft een positief advies uitgebracht over het uitgezette traject naar krachtige teams met daarbij enkele aandachtspunten. Krachtige teams vereisen krachtige medezeggenschap en loopt ook parallel aan de ontwikkeling van familiezorg. Managers Krachtige Teams moeten stimuleren en er op toezien dat dit door de teams wordt opgepakt. Daarnaast wordt binnen de overlegstructuur vooral gesproken over top-down en bottom-up. De CCR pleit ervoor om horizontaal overleg (dialoog met medezeggenschap) expliciet hierin te benoemen. De CCR wordt tweemaal per jaar door de Raad van Bestuur geïnformeerd hoe het proces naar krachtige teams zich ontwikkelt.
-
Pauwer Sinds 31 december 2013 maakt Pauwer onderdeel uit van de Amarant Groep. Pauwer biedt zorg aan mensen met een lichamelijke beperking en/of NAH (Niet Aangeboren Hersenletsel). Namens Pauwer heeft de heer Wim Leusink in het voorjaar van 2014 deelgenomen aan de CCR. Zijn functie is met ingang van 2015 overgenomen door de heer Paul Seegers. Twee onderdelen van Pauwer in Amsterdam maken (volgens plan) geen deel meer uit van de Amarant Groep. De CCR heeft een positief advies afgegeven over de condities waaronder deze voorzieningen zijn overgedragen aan een andere zorgaanbieder.
-
Zorg- en dienstverleningsovereenkomst De CCR heeft positief advies uitgebracht over de geactualiseerde versie van de zorg- en dienstverleningsovereenkomst. In het voortraject heeft de commissie Kwaliteit van de CCR zich al gebogen over eerdere concepten wat heeft geleid tot tekstuele wijzigingen. Op advies van de CCR zijn de bijbehorende ‘Algemene Voorwaarden’ expliciet gescreend op tekst die mogelijk blijk geeft van een autoritaire benadering jegens cliënten.
-
Nieuwe voorzitter Raad van Toezicht De CCR heeft een positief advies gegeven over de benoeming van de heer Peter van der Velden als nieuwe voorzitter Raad van Toezicht van de Amarant Groep. Met deze benoeming wordt een ervaren bestuurder verwelkomt met kennis van zaken over de stelselwijzigingen en ook iemand die staat voor het onderhouden van goede contacten met de cliëntmedezeggenschap. De CCR wenst de heer Van der Velden veel succes in zijn rol als voorzitter Raad van Toezicht. Eerder heeft de CCR geadviseerd over de opgestelde profielschets. De CCR heeft de Raad van Toezicht geadviseerd om in de toekomst de selectieprocedure zodanig aan te passen dat de CCR ook vertegenwoordigd is in de selectiecommissie en daar een (niet bindend) advies mag uitbrengen. In verband met het vertrek van mevrouw Tacke uit de Raad van Toezicht is overeengekomen dat de heer Dingenouts de kwaliteitszetel op voordracht van de CCR in de Raad van Toezicht zal vervullen.
-
Herinrichting cliëntmedezeggenschap In 2014 is uitvoerig stilgestaan bij de (her)inrichting van de cliëntmedezeggenschap vanaf 2015. Ter voorbereiding hierop zijn er binnen de nieuw te vormen RVE’s taskforces ingesteld. Deze taskforces fungeerden als overlegplatform voor vraagstukken die betrekking hadden op meerdere (oude) RVE’s en hebben ook het voortouw genomen bij de herinrichting van de cliëntmedezeggenschap binnen de nieuw te vormen RVE’s.
17
in dienst van mensen met een beperking
Inmiddels zijn er besluiten genomen over de herinrichting van de medezeggenschap, met 5 niveaus van (mede)zeggenschap. Het betreft cliëntniveau, niveau voorziening, niveau zorgpijler, RVE-niveau en niveau Amarant Groep. De CCR heeft 2015 uitgeroepen als overgangsjaar en streeft ernaar dat per 31 december 2015 de nieuwe medezeggenschapsstructuur binnen de organisatie een feit is. -
Cliëntenvervoer Binnen de CCR is enkele keren gesproken over wijzigingen in het cliëntenvervoer. Naast de feitelijke wijzigingen die worden doorgevoerd is er bij veel cliënten en cliëntvertegenwoordigers ongenoegen over het tijdstip en de wijze waarop zij worden geïnformeerd over veranderingen. Het probleem speelt met name bij cliënten van dagbesteding. De CCR heeft de Raad van Bestuur gevraagd om een en ander uit te zoeken en ervoor te zorgen dat communicatie in de toekomst over dit soort zaken zal verbeteren.
-
Medezeggenschapsdag Op 8 november 2014 vond de jaarlijkse medezeggenschapsdag plaats. Deze is bezocht door circa 50 vertegenwoordigers vanuit de CCR, DCR, de Raad van Toezicht en het RVE-management. De bijeenkomst stond in het teken van de actuele transities in de financiering en de organisatie van de zorg en de invloed die dit heeft op de inrichting van de cliëntmedezeggenschap. Het was een succesvolle bijeenkomst waarin zowel kritisch als inspirerend werd gekeken naar (het proces van) de herinrichting van de medezeggenschap.
-
Vrijwilligersbeleid Op initiatief van de CCR heeft een werkgroep zich gebogen over het vraagstuk vrijwilligerswerk. De werkgroep heeft zich vooral gericht op de gevolgen van de stelselwijzigingen op de inzet van vrijwilligers en heeft hierover advies uitgebracht aan de Raad van Bestuur. Een belangrijke aanbeveling is dat de nieuwe vrijwilliger moet passen binnen de keten van zorg als onderdeel van de krachtige teams. De verdere ontwikkeling van het vrijwilligerswerk zal ook binnen de CCR in 2015 punt van aandacht zijn.
-
Privacyreglement Binnen de Amarant Groep is gewerkt aan een nieuw privacyreglement. Aanvankelijk was er sprake van een gezamenlijk privacyreglement voor cliënten en medewerkers. Op advies van de Ondernemingsraad is echter de keuze gemaakt voor twee afzonderlijke reglementen. De CCR heeft een positief advies uitgebracht voor de regeling voor cliënten. Gezien de omvang van het reglement adviseert de CCR om de informatie aan cliënten en cliëntvertegenwoordigers ook op een meer toegankelijke manier vorm te geven.
-
Opstarten nieuwe voorzieningen De CCR is geïnformeerd over een intern onderzoek dat heeft plaatsgevonden na de opstart van een nieuwe voorziening binnen de Amarant Groep. Op basis van de verstrekte informatie en bespreking ervan met de Raad van Bestuur adviseert de CCR om bij het opstarten van een nieuwe voorziening steeds goed te bezien of er wordt voldaan aan de benodigde randvoorwaarden alvorens te starten. Zo nodig moet gekozen worden voor een gefaseerd opstarten. Ook vraagt de CCR aandacht voor de dynamiek binnen de krachtige teams. Dit is vooral van belang bij nieuwe voorzieningen, maar ook bij voorzieningen met een speciale problematiek of een complexe cliëntenpopulatie.
Activiteiten van de commissies Commissie FEC (Financiële Economisch en Vastgoed) De Financieel-economische commissie heeft in 2014 vier keer overleg gehad met de concern controller over o.a. de begroting, de stand van zaken per kwartaal en de jaarrekening. Met de Directeur Huisvesting & Bedrijfsdiensten waren de ontwikkelingen rond het vastgoed onderwerp van gesprek. Bij de bespreking van de begroting voor 2015 heeft de commissie om transparantie gevraagd bij de doorberekening van de kosten van de centrale overhead aan de RVE’s. Wat zijn de overwegingen om deze wel of niet en voor hoeveel procent toe te rekenen aan bepaalde organisatieonderdelen? Verder heeft de commissie, uitgebreid met enkele andere leden van de CCR, zich gebogen over de wijze van doorberekening van kosten aan cliënten, zoals weergegeven in de brochure ‘Wat betaal jij, wat betalen wij’. Daarover zijn enkele afspraken gemaakt. De doorbelasting van de waskosten aan cliënten vergde nader onderzoek wat in 2015 zal worden voortgezet. Commissie kwaliteit De commissie kwaliteit houdt zich bezig met vraagstukken die betrekking hebben op (ontwikkelingen in) de kwaliteit van zorg en dienstverlening binnen de Amarant Groep. De commissie laat zich informeren en stelt zaken aan de order die de kwaliteit van de zorg raken.
18
in dienst van mensen met een beperking
Bespreekpunten van de commissie in 2014 waren onder andere: - De nieuwe zorg- en dienstverleningsovereenkomst. - De notitie m.b.t. wilsonbekwaamheid, waarbij de commissie heeft geadviseerd om alert te zijn op begrijpelijk taalgebruik en de relatie te beschrijven mentorschap. - De wijze waarop er gewerkt wordt aan het meten van cliëntervaringen. Er worden hiervoor verschillende instrumenten gebruikt zoals ‘Ben Ik Tevreden’ (Amarant) en de C-toets (Idris). Het is belangrijk dat medewerkers echt leren begrijpen wat de cliënt wil van de hulpverlening en hoe deze ervaren wordt. Waar cliënten dit zelf niet goed kunnen aangeven dienen nadrukkelijk vertegenwoordigers betrokken te worden. - De stand van zaken m.b.t. de invoering van het vernieuwde persoonlijk plan binnen de organisatie. - Het actualiseren van diverse protocollen zoals de richtlijn suïcidaliteit, het protocol bij (vermoedens van) seksueel misbruik en het reanimatiebeleid. - Op initiatief van de werkgroep wordt in 2015 een onderzoek gestart naar mogelijkheden om te werken met mijnAmarant.nl. Dit zou meer mogelijkheden moeten gaan bieden aan cliënten en cliëntvertegenwoordigers om via de digitale snelweg toegang te krijgen tot het eigen persoonlijk plan en zorgdossier. - Besproken is de invloed van de komst van de Wlz, Wmo en de Jeugdwet op de aanstelling en werkwijze van cliëntvertrouwenspersonen. Ook is gesproken over de keuze om een klachtenfunctionaris aan te gaan stellen binnen de organisatie. - Er heeft een voortgangsgesprek plaatsgevonden met mevrouw Mary van Doren die op voorspraak van de CCR deelneemt aan de ethische commissie van de Amarant Groep - De commissie is geïnformeerd over actuele ontwikkelingen m.b.t. het medicatiebeleid, waarbij het accent ligt op informatie en verbeteracties vanuit meldingen van (bijna) fouten. Commissie Communicatie Deze commissie houdt zich bezig met de regelingen medezeggenschap en de informatievoorziening naar cliënten en cliëntvertegenwoordigers. In verband met een samenloop met de activiteiten van Taskforce CCR is de commissie in 2014 slechts enkele keren bij elkaar gekomen en zijn onder andere de volgende onderwerpen besproken: - De voorbereidingen van de medezeggenschapsdag. - Informatievoorziening over medezeggenschap op de websites van de Amarant Groep. De commissie ziet graag dat er aanvullende informatie wordt geplaatst, waaronder de namen van leden MZ-organen, reglementen, informatiebulletins, etcetera. Dit wordt na de herinrichting van de medezeggenschap opgepakt. Dit geldt ook voor het creëren van een eigen domein op intranet. - De nieuwe medezeggenschapsreglementen zijn gescreend. - Verbeteren van de toegankelijkheid van de informatie voor cliënten en cliëntvertegenwoordigers op de website. - Een lid van de commissie gaat participeren in een werkgroep van de Amarant Groep over de bescherming van cliëntgegevens.
3.6 Ondernemingsraad Op grond van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) moet de onderneming een ondernemingsraad (OR) instellen als er ten minste 50 personen werkzaam zijn. De WOR regelt de medezeggenschap van werknemers in ondernemingen in Nederland. Medezeggenschap betrekt werknemers bij de totstandkoming van besluiten in de onderneming. Via medezeggenschap kunnen de werknemers invloed uitoefenen op het beleid en de gang van zaken in de onderneming waarin zij werken. Anderzijds krijgt de leiding van de onderneming via medezeggenschap belangrijke informatie vanaf de werkvloer. Daar kan de leiding haar voordeel mee doen, bijvoorbeeld bij het bepalen van het te voeren beleid en bij besluitvorming. Rechten en faciliteiten ondernemingsraad De WOR kent de OR diverse rechten en faciliteiten toe. Dit is om een goede invulling van de medezeggenschap te bevorderen. De ondernemer is, onder meer, gehouden tot: -
het voeren van overleg met de OR; het verstrekken van informatie aan de OR; het tijdig vragen van advies aan de OR ten aanzien van voorgenomen besluiten over belangrijke financieel-economische of bedrijfsorganisatorische aangelegenheden;
19
in dienst van mensen met een beperking
-
het tijdig vragen om instemming van de OR ten aanzien van voorgenomen besluiten op het gebied van het sociale beleid van de onderneming in ruime zin; Het verlenen van bepaalde faciliteiten, zoals bijvoorbeeld vergaderen tijdens werktijd, en scholing.
Overleg tussen ondernemer en ondernemingsraad De OR en de ondernemer overleggen geregeld met elkaar. Daarbij heeft de OR een tweeledige taak. Enerzijds is de OR overlegpartner van de ondernemer. Hij denkt mee met de ondernemer en is sparringpartner bij besluitvorming. Anderzijds is de OR vertegenwoordiger van de werknemers. Hij brengt wensen en meningen van het personeel naar voren ten aanzien van de verschillende onderdelen van het ondernemingsbeleid. In sommige gevallen kan de OR als belangenbehartiger optreden. De OR en de ondernemer overleggen met elkaar om de onderneming in al haar facetten goed te laten functioneren. De ervaring leert dat bij een goed functionerend overleg tussen ondernemer en OR de ondernemer profijt heeft van de informatie die op deze manier verkregen wordt en veelal betere besluiten kan nemen. Ondernemingsraad Amarant Groep De medezeggenschapstructuur volgt zoveel mogelijk de organisatiestructuur van de Amarant Groep. De OR van de Amarant Groep vertegenwoordigt ruim 5.000 mensen die werkzaam zijn bij Amarant, Idris, het Dr. Leo Kannerhuis Brabant en Pauwer. De OR spreekt met de Raad van Bestuur over het Amarant Groep-breed instellingsbeleid op financieel-economisch, bedrijfsorganisatorisch en sociaal gebied. Daarbij laat hij zich adviseren door drie uit OR- en OC-leden samengestelde commissies.
Commissie Sociaal Beleid
Commissie Arbo
Financieel Economische Commissie
Daarnaast zijn er: Onderdeelcommissies
.
Eén voor elk RVE in de zorg en één voor de ondersteunende afdelingen (hieronder vallen het Bestuursbureau en Huisvesting & Bedrijfsdiensten). De OC’s overleggen met de RVE-manager en praten, denken en beslissen mee over zaken die spelen in het eigen RVE, cluster of afdeling. Door de veranderingen in de zorg is werken in onze sector ineens niet meer zo zeker en vast als voorheen. Het is duidelijk dat er mensen zijn die hun baan zien veranderen of zelfs zien verdwijnen. Wat eerst in het nieuws kwam bij andere organisaties speelt nu ook bij ons hoewel het aantal arbeidsplaatsen dat gaat verdwijnen nog beperkt is. Iedere verloren plek is er één te veel voor diegenen die het betreft. Er is veel emotie en onzekerheid. Duidelijke communicatie en transparantie zijn daarom extra belangrijk. Leidinggevenden en personeelsconsulenten zijn de eerst aangewezenen voor medewerkers om hun vragen en zorgen mee te delen. Diverse OC’s hebben spreekuren ingesteld. Voor de OR stond het behoud van werkgelegenheid en het bieden van een veilig en plezierig werkklimaat in 2014 centraal. De OR is er om de belangen van medewerkers te behartigen zonder daarbij het belang van de organisatie uit het oog te verliezen. Wij doen dit door zo zorgvuldig mogelijk uitvoering te geven aan onze taak en het beargumenteren van onze adviezen. Wij denken mee met en adviseren de bestuurders vanuit medewerkersperspectief zoals de CCR dit doet vanuit cliëntperspectief. De Raad van Bestuur beslist uiteindelijk wat te doen met de adviezen. De OR volgt daarna de uitwerking van de plannen kritisch. Wijziging medezeggenschapsstructuur Op 11 april 2014 heeft de OR een voorstel gedaan aan de Raad van Bestuur over de medezeggenschapstructuur van de Amarant Groep die naar mening van de OR passend is bij de herstructurering van de organisatie na effectuering van de notitie ‘Bouwstenen’. De Raad van Bestuur heeft hiermee ingestemd. Samenvattend is het volgende afgesproken: -
Geen nieuwe verkiezingen voor de OR/OC tot aan de reguliere verkiezingen in oktober 2016 en het aantal zetels van de OR gelijk houden (12). Samenvoeging van de huidige OC’s. De grote verschillen in omvang per RVE legitimeren enige differentiatie van OC-leden waarbij op basis van natuurlijk verloop gestreefd wordt naar: * 9 OC-leden in een groot RVE (Wonen in de Wijk, Wijkzorg Ambulant, Idris/Dr. Leo Kannerhuis Brabant, Specialistische Zorg).
20
in dienst van mensen met een beperking
*
-
5 OC-leden in een kleiner RVE (Werk en Dagbesteding, Ondersteunende Afdelingen, Pauwer) * De eerstvolgenden conform verkiezingsuitslag oktober 2013 zijn de opvolgers van vertrekkende OR-leden en OC-leden. Voor de OC’s geldt dat bij vertrek van zittende leden slechts dan vacatures ontstaan als minder dan 9 respectievelijk 5 leden overblijven. Op uitdrukkelijk verzoek van de OC Werk en Dagbesteding en omdat zij er vertrouwen in hebben dat de OC-leden van RVE Amarant Specialistische Zorg ook goed de medezeggenschap van alle betrokken werknemers (dagbesteding én wonen) zullen waarborgen, wordt de samenstelling van het huidig OC werk- en dagbesteding tot de zittingstermijn van de huidige OR gehandhaafd.
Ter voorbereiding op de nieuwe organisatiestructuur, en aansluitend op de oorspronkelijke planning van de Raad van Bestuur, zijn de OR/OC’s in september samengegaan. Omdat de startdatum van de nieuwe organisatiestructuur later is verschoven naar 1 januari 2015, is dat de formele startdatum van de nieuwe medezeggenschapstructuur. Aantal vergaderingen OR-vergaderingen Vergaderingen OR-themacommissies Overlegvergaderingen met de Raad van Bestuur Overlegvergaderingen met de Raad van Toezicht Informeel overleg met Raad van Toezicht, Raad van Bestuur, Centrale Cliëntenraad en Raad van Bestuur Vergaderingen van de onderdeelcommissies OR zijnde de OC’s Overlegvergaderingen onderdeelcommissies met manager RVE
16 11 11 2 1 10 per RVE 9 per RVE
In 2014 hebben er diverse extra vergaderingen plaatsgevonden in het kader van de notitie ‘Bouwstenen’. Uitgebrachte adviezen 01. Instemming bereikbaarheidsdienst clustermanager 02. Geen instemming regeling beeldschermbril 03. Advies samenvoeging RVE’s 5 en RVE 11 tot één RVE Idris 04. Instemming spoorboekje reorganisatie: peildatum, uitwisselbaarheid primaire zorgfuncties, RVE als bedrijfsvesting 05. Geen instemming registratie bedrijfsvoertuigen (persoonsgebonden buttonsysteem i.c.m. black box) 06. Voorstel tot aanpassing procedure werving voorzitter Raad van Toezicht 07. Instemming uitwisselbare functies niet primaire zorgfuncties 08. Geen instemming compensatie slaapdiensten 09. Geen instemming aanpassingen regeling reis- en verblijfkosten 10. Instemming Eigenrisicodragerschap Ziektewet conform versie van 25 april 2014 11. Instemming Klokkenluidersregeling 12. Instemming mobiliteitsbeleid 13. Instemming Eigenrisicodragerschap Ziektewet 14. Instemming regeling Beeldschermbril 15. Verzoek om instemmingsaanvraag cliëntenvervoer 16. Verzoek om instemmingsaanvraag pilot slaapdiensten 17. Positief advies kandidaat nieuwe voorzitter Raad van Toezicht 18. Positief advies fase 3 Quli 19. Advies notitie ‘Bouwstenen’ 20. Instemming gebruik Printerpasjes voor printopdrachten en voor vrijwillige identificatie voor verkrijgen van kortingen op goederen of diensten 21. Schriftelijke bevestiging positief advies fase 3 Quli 22. Instemming bruikleenovereenkomst Ipads/laptops 23. Instemming zwangerschapsbeleid 24. Regeling contracten van bepaalde tijd: instemming met verlenging uitzonderingsregel 9 tot 24-05-2016 25. Instemming aanpassing regeling Werving en Selectie 26. Concept-advies krachtige teams 27. Concept-advies HR Servicecentrum 28. Concept-advies Bestuursbureau 29. Concept-advies Pauwer 30. Advies Bestuursbureau
21
in dienst van mensen met een beperking
31. Advies Pauwer 32. Advies HR Servicecentrum 33. Advies ‘Wegwijzer waardecreatie en krachtige teams’ 34. Advies Begroting 2015
22
in dienst van mensen met een beperking
Enkele onderwerpen nader belicht Advies reorganisatie “Bouwstenen, naar een nieuw evenwicht”. In januari 2014 adviseerde de OR positief op de volgende op de volgende onderdelen van de notitie ‘Bouwstenen’: -
De samenvoeging van huidige RVE’s om tot zorginhoudelijk op elkaar afgestemde RVE’s te komen. De aansturing van deze nieuwe (zorg)RVE’s door twee RVE-managers op basis van de taakverdeling: focus op bedrijfsvoering en focus op transformatie.
In een later stadium zijn afspraken gemaakt over: -
De structuur van de medezeggenschap (zie paragraaf structuur medezeggenschap).
Op 23 mei 2014 kreeg de OR een tweetal onderwerpen ter advisering voorgelegd: -
Reorganisatieplannen van de zeven beoogde nieuwe RVE’s. Voorstel tot wijziging van de (midden)managementstructuur en invoering van de krachtige teams.
De OR erkent de noodzaak en de wenselijkheid van een reorganisatie. Niet alleen vanuit financieel oogpunt maar ook vanwege de veranderende wetgeving en de veranderende maatschappelijke opdracht. De OR heeft geen advies gegeven over de plannen in de vorm van een ‘go-no-go’, omdat het daarvoor te vroeg was en de plannen nog onvoldoende gefundeerd waren. Met de Raad van Bestuur zijn afspraken gemaakt over de verdere uitwerking van de plannen. Ook zijn er afspraken gemaakt over de invoering van een medezeggenschapsagenda zodat duidelijk is op welk niveau (OR of OC) wanneer een specifiek onderwerp ter instemming of advies wordt voorgelegd. De OR begrijpt de keuze voor bezuiniging op het middenmanagement en heeft hierop positief geadviseerd. De OR waardeert dat er niet gekozen is voor een bezuiniging in de directe zorg. De OR heeft zich uitgesproken voor afspiegeling van alle medewerkers van de Amarant Groep in geval van boventalligheid en heeft aangegeven de functies clustermanager en manager Krachtige Teams uitwisselbaar te vinden. Op basis van ingewonnen juridisch advies en eigen aanvullende overwegingen heeft de OR echter besloten niet in zijn bezwaar te volharden aangaande dit specifiek voorgenomen besluit van de Raad van Bestuur. De OR heeft wel aangegeven de functie manager Krachtige Teams tenminste als passende functie voor de clustermanagers te beschouwen maar het aan vakbonden en UWV over te laten daar verder over te oordelen. Voor wat betreft de invoering van krachtige teams heeft de OR aangegeven dat een helder concept van wat onder een krachtig team wordt verstaan ontbreekt. De OR heeft aangegeven dat er een algemeen kader moet komen voor de beoogde krachtige teams en heeft aangegeven wat daarin minimaal moet worden vastgelegd o.a. een takenportfolio, een competentieprofiel, het organisatiemodel, het ontwikkelingsmodel en het groeimodel. Verder heeft de OR aangegeven dat de plannen voor de reorganisatie een hoog top-down gehalte hebben en dat de participatie van medewerkers in de hele transformatie fors moet worden opgeschaald. Op 18 december 2014 kreeg de OR ter advisering als verder uitwerking op de notitie ‘Bouwstenen’ de visie van de Raad van Bestuur op de route om tot krachtige Teams, de: ‘Wegwijzer waardecreatie en krachtige teams’. De OR heeft beoordeeld of visie, kaders en spelregels duidelijk zijn zodat de RVE’s zelf, in samen-spraak met OC’s en medewerkers, een praktische invulling aan de krachtige teams kunnen geven. De OR heeft in het proces om te komen tot advisering diverse achterbangesprekken gevoerd en ook preadviezen ingewonnen bij de OC’s. Ook is er een aparte “heisessie” geweest met de Raad van Bestuur. De OR heeft in zijn voorlopig advies van 24 november 2014 geconcludeerd dat de Wegwijzer op zichzelf onvoldoende helderheid geeft aan medewerkers over kaders, verwachtingen en kansen. De Raad van Bestuur heeft daarop aanvullend grove kaders geschetst die richting moeten geven aan de invulling per RVE en per krachtig team. Uit deze aanvullende informatie heeft de OR opgemaakt dat de Raad van Bestuur stappen voorwaarts zet om te komen tot het opstellen van evenwichtige plannen per RVE en hierbij de inbreng van de OR en de medewerkers serieus neemt. De OR heeft daarop besloten zich in zijn advies vooral te richten op het aanbrengen van waarborgen voor sturing en verbetering van het proces om te komen tot de inrichting van krachtige teams. Hier zijn afspraken over gemaakt met de Raad van Bestuur.
23
in dienst van mensen met een beperking
Advies reorganisatieplan HR-servicecentrum Op 18 december 2014 bracht de OR advies uit over het reorganisatieplan HR-Servicecentrum. In het plan wordt voorgesteld hoe de flexmedewerkers te positioneren en om een RVE HR-Servicecentrum in te stellen. De OR heeft in de discussies over het plan de volgende standpunten ingenomen: -
Recht doen aan alle betrokken medewerkers: flexmedewerkers en vast personeel van de Amarant Groep. Flexmedewerkers zijn soms al vele jaren in dienst van de Amarant Groep en leveren een belangrijke en waardevolle bijdrage aan de bedrijfsvoering en de zorg. Scholing en kwaliteit van arbeid dient optimaal geborgd te worden voor flexmedewerkers. Daar waar het meeste gewerkt wordt door een flexmedewerker moet ook worden afgespiegeld. Een zelfstandig RVE heeft een zelfstandige onderdeelcommissie van de Ondernemingsraad.
De Raad van Bestuur heeft vervolgens na meerdere gesprekken met de OR en het inwinnen van advies van onder andere UWV een nieuw plan uitgewerkt aan de OR voorgelegd. De OR heeft hieraan zijn goedkeuring gegeven. In het plan is o.a. geregeld dat: -
er een apart RVE HR-Servicecentrum komt waar het flexbureau onderdeel van gaat uitmaken; dat het flexbureau verder wordt gecentraliseerd; dat alle flexkrachten bij dit centrale flexbureau worden ondergebracht en van daaruit ook hiërarchisch worden aangestuurd; met bewaking van opleiding, jaargesprek, informatieverstrekking etcetera; dat medewerkers met een oproepovereenkomst een voorstel voor een urencontract zullen ontvangen gebaseerd op hun inzet in het afgelopen jaar; dat er voor ieder RVE een eigen flexpool komt; indien het in een RVE noodzakelijk is om te reorganiseren wordt er een reorganisatieplan opgesteld waarbij ook de medewerkers uit de flexpool voor dit RVE worden meegenomen in een afspiegelingsberekening.
Naar de mening van de OR doet dit plan recht aan de positie van zowel de medewerkers in de RVE’s als in de flexpools. Advies reorganisatieplan Bestuursbureau Op 1 december 2014 bracht de OR een advies uit over het reorganisatieplan Bestuursbureau. De OR heeft daartoe een preadvies ingewonnen bij OC OA. Deze heeft een achterbanraadpleging gehouden. De OR heeft met de Raad van Bestuur gesproken over: -
de wijze waarop medewerkers zijn meegenomen in de totstandkoming van het plan; de ontwikkeling en borging van marketing binnen de organisatie; gewijzigde en nieuwe functies in het bestuursbureau en de vacaturestelling; steunpunt zorg en dwang; bureau medezeggenschap; management control.
De Raad van Bestuur heeft na het advies van de OR besloten dat het onderdeel bureau medezeggenschap voor wat betreft de medewerkermedezeggenschap uit het reorganisatieplan Bestuursbureau te halen omdat een eventuele reorganisatie van de medezeggenschap en de mogelijke effectuering daarvan nog onvoldoende is gevoerd met de OR en de OR hier ook nog niet met zijn OC’s over heeft kunnen spreken. De OR heeft na overleg en toelichting positief geadviseerd op de plannen met betrekking tot de reorganisatie van het Bestuursbureau. De OR heeft negatief geadviseerd op een nieuwe naam voor het OR-bureau en het gebruik van de term medezeggenschapsbureau voor de ondersteuning van de cliëntmedezeggenschap. Advies reorganisatieplan Pauwer Op 2 december 2014 bracht de OR een advies uit over het reorganisatieplan Pauwer. De OR heeft daartoe een pre-advies ingewonnen bij OC Pauwer. OC Pauwer heeft een uitgebreide en drukbezochte achterbanraadpleging gehouden. Hieruit bleek dat er een groot draagvlak is voor het reorganisatieplan maar dat de snelheid waarmee het plan werd uitgerold als te hoog werd ervaren. De OR heeft indringend met de Raad van Bestuur gesproken over: fasering reorganisatieplan; aansturing RVE Pauwer; snelheid van personele inkrimping op de functie senior begeleider; span of support manager Krachtige Teams;
24
in dienst van mensen met een beperking
-
ontwikkeling MFC-NAH concept; vervoerskosten; aansluiting werk- en dagbesteding; nadere onderbouwing boventalligheid medewerkers Pauwer; relatie tot centrale voordeur; verantwoordelijkheden uitvoering actieplan.
Uiteindelijk heeft de OR positief geadviseerd op voorwaarde dat er een speciale steunstructuur rondom de primaire zorg komt die gedurende het komende jaar borgt dat de medewerkers in het primaire proces ondersteuning en scholing krijgen Dit om verdere harmonisatie en implementatie van methodieken te faciliteren en een cultuuromslag naar die van de Amarant Groep te begeleiden. Mobiliteitsbureau De OR is van mening dat bezuinigingen, een toekomstige krappe arbeidsmarkt, een veranderd personeelsbestand maken dat een adequaat mobiliteitsbeleid noodzaak is om medewerkers gemotiveerd en duurzaam inzetbaar te houden waarbij persoonlijke en organisatiedoelstellingen zoveel mogelijk samenvallen. De OR heeft dan ook ingestemd met het voorgestelde mobiliteitsbeleid zoals verwoord in de notitie ‘Amarant Groep Werkt’. In de notitie wordt beschreven hoe werknemers op eigen verzoek of naar aanleiding van veranderingen in het bedrijf, worden ondersteund bij het vinden van een nieuwe arbeidsplaats zowel intern als extern. Voor de OR is het belangrijk dat het mobilteitsbureau, als onderdeel van een lerende organisatie, voldoende in staat is om de eigen processen te monitoren en waar nodig aan te passen om zorgvuldig handelen te kunnen garanderen. Afgesproken is dat de commissie Sociaal Beleid van de OR en de leidinggevende van het mobiliteitsbureau in dit kader periodiek overleg hebben. Klokkenluidersregeling De Raad van Bestuur heeft de medezeggenschap op initiatief van de Raad van Toezicht een klokkenluidersregeling aangeboden gebaseerd op de modelregeling van de Brancheorganisatie Zorg. Het gaat er bij klokkenluiden om dat misstanden met een groot maatschappelijk belang aan de kaak worden gesteld zonder de klokkenluider bij definitie een slachtoffer van zijn actie wordt. De OR heeft ingestemd met de regeling en het voornemen om de externe vertrouwenspersoon van de Amarant Groep, de heer T. de Bruyn, ook voor deze regeling aan te stellen als vertrouwenspersoon. Privacy van medewerkers De OR moet er op basis van de Wet op de Ondernemingsraden op toezien dat er behoorlijk, zorgvuldig en rechtmatig wordt omgegaan met personeelsgegevens van medewerkers op het werk. De OR draagt dus medeverantwoordelijkheid voor de omvang met en de bescherming van personeelsgegevens op het werk. De ondernemer heeft de instemming van de OR nodig als hij personeelsgegevens wil verwerken of opslaan. In 2014 waren er veel zaken onder de aandacht van de OR die de privacy van medewerkers raken zoals: de digitalisering van diverse processen waarbij verwerking en opslag van personeelsgegevens nodig is: camerabeleid, gebruik mobiele apparatuur, printerpassen enz. Alvorens in te stemmen toetst de OR een regeling voor verwerking van personeelsgegevens aan de privacychecklist van het College Bescherming Persoonsgegevens. Hierin staan zo’n 25 toetsingsvragen opgenomen onder andere: worden de personeelsgegevens in overeenstemming met de wet en op een behoorlijke en zorgvuldige wijze verwerkt, voor welk doel worden zij verwerkt, blijft het gebruik beperkt tot deze doelen, zijn er waarborgen dat de gegevens juist en nauwkeurig zijn, worden gegevens zoveel mogelijk verzameld bij de medewerker zelf, etcetera. Kilometerregistratie bedrijfsauto’s De afgelopen twee jaar is met de Raad van Bestuur een intensieve dialoog gevoerd over de installatie van het black box systeem in Amarant Groep voertuigen. Hierbij was vooraf geen instemming gevraagd van de OR. De Raad van Bestuur heeft aangegeven aan dat het systeem ook gebruikt kon worden voor een zo efficiënt mogelijke inzet van medewerkers. De OR heeft een formele rol in het bewaken van de privacy van medewerkers. De Raad van Bestuur is door de OR verzocht aan te tonen dat de Belastingdienst stelt dat individuele registratie absoluut noodzakelijk is voor auto’s die duidelijk enkel en alleen voor een zakelijk doel worden ingezet. De Raad van Bestuur is hier eerder niet in geslaagd, dit is de reden waarom de OR geen instemming gaf voor geautomatiseerde rittenregistratie. Dit geschilpunt - noodzaak van individuele registratie is nog steeds actueel. Inmiddels heeft de Raad van Bestuur aangegeven dat zij haar verantwoordelijkheid neemt om te komen tot een sluitende kilometerregistratie en dat zij het ritregistratiesysteem gaat automatiseren. Iedere vertraging ten aanzien van de effectuering hiervan acht de Raad van Bestuur risicovol. De behandeling van dit onderwerp loopt nog door tot in 2015.
25
in dienst van mensen met een beperking
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Strategisch beleid Missie Bijzonder, omdat de Amarant Groep een betrokken organisatie is met een concrete ambitie. De Amarant Groep wenst dat mensen met een (licht) verstandelijke beperking, een lichamelijke beperking en/of autisme volwaardig kunnen meedoen in de maatschappij. Bijzonder, omdat de Amarant Groep bijzondere en ingewikkelde zorg- en begeleidingsvragen ziet als een uitdaging. Amarant Groep wil bijzonder presteren om het gewone mogelijk te maken. Heel gewoon, omdat de Amarant Groep weet en ervaart dat mensen met een beperking net als ieder ander heel gewoon in het leven staan. De Amarant Groep wil dat mensen met een beperking hun ‘recht’ op geluk gewoon kunnen verzilveren. De Amarant Groep draagt uit dat mensen met een beperking gewoon recht hebben op een plaats in de samenleving. Dichtbij, omdat de Amarant Groep zorg biedt aan huis, of dichtbij huis, in de straat, buurt of wijk waar mensen met een beperking wonen. Samen met ouders, familieleden, begeleiders en andere organisaties wil Amarant Groep zorg delen. Respect voor elkaar, welzijn en veiligheid vindt de Amarant Groep daarbij belangrijk. Zo levert de Amarant Groep een bijdrage aan de kwaliteit van leven van kinderen, jongeren en volwassenen met een (licht) verstandelijke beperking, een lichamelijke beperking en/of autisme in heel Noord-Brabant. Strategisch Kader De hervorming van de AWBZ en een gelijktijdige overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten brengt ingrijpende transitie- én transformatievraagstukken met zich mee. De richting van de Amarant Groep blijft in sterke mate gebaseerd op het Strategisch Kader 2012-2015 ‘Brandend vuur, Werken aan cliëntperspectief’ en de huidige sturingsfilosofie. Het Strategisch Kader sluit goed aan op de (inhoudelijke) transformatievraagstukken die de stelselwijzigingen met zich meebrengen. De strategische richting is uitgewerkt langs een viertal pijlers: 1. Werken aan cliëntperspectief, het vuur brandend houden. 2. Passende zorg en behandeling in elke levensfase. 3. Positioneren: per doelgroep één merknaam. 4. In de wijk, wijkgericht en rugdekking voor de wijk. Aanvullingen/aanscherpingen zijn echter nodig om goed aan te sluiten op hetgeen zich aftekent ten aanzien van de overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten. Het proces wordt sterk beïnvloed door de eisen die de vele nieuwe opdrachtgevers gaan stellen en de financiële taakstellingen die op de Amarant Groep afkomen. Meer werken op toetsbare uitkomsten tegen lagere opbrengsten. In aanvulling op het Strategisch Kader is dan ook de notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ geformuleerd. In het Strategisch Kader is opgenomen dat de Amarant Groep zich in Noord-Brabant gaat profileren en positioneren met zorgarrangementen per doelgroep. Een zorgarrangement vormt een full service oplossing voor de zorgvraag van de cliënt in een bepaalde levensfase. Elk zorgarrangement start met een visie op het type zorg voor de betreffende levensfase. Een zorgarrangement doet uitspraken over inhoud, methodiek en organisatie van de zorg, alsmede beoogde resultaten.
26
in dienst van mensen met een beperking
4.2 Kwaliteit van zorg Hoofddoelen kwaliteitsbeleid Amarant Groep Als het gaat om kwaliteit streeft de Amarant Groep naar: -
een zo hoog mogelijke kwaliteit en naar veilige en verantwoorde zorg- en dienstverlening die een bijdrage levert aan de kwaliteit van bestaan van haar cliënten; tevreden cliënten en vertegenwoordigers; tevreden medewerkers, vrijwilligers en mantelzorgers die hun werk op een veilige en aangename manier kunnen verrichten; een financieel gezonde organisatie.
-
Wat betreft specifieke vraagstukken worden verbindingen gelegd met de wetenschap (gezondsheidsrecht) en wordt samengewerkt met organisaties zoals Vilans, het Trimbos instituut en het Kenniscentrum LVG. Betrokkenheid cliëntenraad bij kwaliteitsbeleid De CCR van de Amarant Groep wordt structureel betrokken bij vraagstukken met betrekking tot kwaliteit van zorg- en dienstverlening (zie ook beschrijving in paragraaf 3.5). Naast bespreking van onderwerpen in de voltallige CCR vindt frequent overleg plaats met de speciaal daarvoor ingerichte commissie kwaliteit van de CCR. Twee voorbeelden van betrokkenheid van de centrale cliëntenraad bij verbetertrajecten in 2014 zijn: -
-
Aansluitend bij de actuele organisatieontwikkeling, waarin ook extra aandacht voor de positie van de cliënt en cliëntvertegenwoordiger, is in 2014 in samenspraak met de CCR veel geïnvesteerd in het vernieuwen van de cliëntmedezeggenschap. Het actualiseren van diverse protocollen zoals de richtlijn suïcidaliteit, het protocol bij (vermoedens van) seksueel misbruik en het reanimatiebeleid.
Kwaliteitsmanagementsysteem Vanuit de optiek van bovenstaande hoofddoelen heeft de Amarant Groep een kwaliteitsmanagementsysteem ontwikkeld en geïmplementeerd waarmee de kwaliteit van het primaire proces en van de ondersteunende processen structureel en systematisch worden getoetst, beheerst en verbeterd. Het kwaliteitsmanagementsysteem is gebaseerd op HKZ-normen (ISO-9001). De Amarant Groep is gecertificeerd voor drie HKZ-normen te weten: -
-
HKZ-Gehandicaptenzorg: dit certificaat is geldig voor de gehele organisatie (multisite) en omvat alle vormen van dienstverlening die de Amarant Groep biedt voor VG: wonen, dagbesteding, behandeling, verpleging, ambulante dienstverlening (volledige scope). HKZ-Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ): in 2013 heeft het Dr. Leo Kannerhuis Brabant, als onderdeel van de Amarant Groep, dit certificaat behaald. HKZ-Jeugdzorg (JZ): Idris 18-, onderdeel van de Amarant Groep beschikt voor de producten Diagnostiek en STEK over dit certificaat.
In 2014 zijn de kwaliteitssystemen van de Amarant Groep en het voormalige NSWAC geïntegreerd, inclusief de methodiek van interne audits. Vanaf 2015 zal Pauwer meegaan in de periodieke externe certificeringsaudits van de Amarant Groep. Managementinformatie Kwaliteit van zorg In 2014 is een nieuwe uniforme set van managementrapportage in gebruik genomen. Het dashboard Kwaliteit van Zorg is opgebouwd uit een aantal kernindicatoren op het gebied van zorgplan, vrijheidsbeperkingen, calamiteiten, incidenten, klachten en klantervaringen. Iedere RVE heeft in 2014 ieder kwartaal een dergelijke rapportage inclusief analyse opgeleverd. Op organisatieniveau is halfjaarlijks een dergelijke rapportage opgeleverd. In 2015 zullen voor krachtige teams afzonderlijke dashboards met uitkomstindicatoren worden ontwikkeld ten behoeve van sturing en verantwoording op outcome gerelateerd aan de eigen specifieke setting (Wlz, Wmo, JW en Zvw) en product. Kwaliteitskader en kernset prestatie-indicatoren GGZ De Amarant Groep is deelnemer aan het Kwaliteitskader in de gehandicaptenzorg. Het doel van dit vernieuwde kwaliteitskader is om te komen tot een zinvolle en bij de sector passende wijze van gegevensverzameling met betrekking tot de kwaliteit van zorg. Dit moet organisaties zicht geven op de kwaliteit van zorg en ondersteuning
27
in dienst van mensen met een beperking
in de sector, op ervaringen van cliënten hiermee en het moet leer- en verbeterinformatie opleveren. Centrale uitgangspunten van het nieuwe kwaliteitskader zijn: -
het vertrekpunt vormt de individuele cliënt met zijn zorg- en ondersteuningsplan; verantwoorden in het verlengde van verbeteren; eenvoud.
Zorgorganisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het aanleveren van de juiste gegevens. Uitgangspunt hierbij is het principe van high trust, high penalty: Er is veel vertrouwen in het juist aanleveren van gegevens door de zorgaanbieder, maar met stevige ingrepen bij slechte scores, het onjuist aanleveren van gegevens of het niet realiseren van afgesproken verbeteracties. De Amarant Groep neemt deel aan alle pijlers van het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg en het Dr. Leo Kannerhuis Brabant, neemt als onderdeel van de Amarant Groep, deel aan de Kernset prestatie-indicatoren GGZ. Hieronder is een toelichting op de uitkomsten over het verslagjaar te vinden. Uitvoering Cliëntervaringsonderzoek (pijler 2B kwaliteitskader) Voor de invulling van pijler 2B heeft de Amarant Groep een lijn uitgezet voor elk van de organisatie onderdelen, waarbij is gekozen voor een instrument uit de waaier dat het beste aansluit bij desbetreffende cliëntenpopulatie en/of specifieke dynamiek binnen het organisatieonderdeel. De commissie kwaliteit van de CCR is steeds geïnformeerd over en betrokken geweest bij het doorlopen keuzeproces. Amarant Voor de onderdelen van Amarant (Amarant Wonen in de Wijk, Amarant Ambulant en Amarant Specialistische Zorg) is de keuze gemaakt voor het instrument BIT (Ben Ik Tevreden, Van Biene/Dichterbij). Dit instrument sluit goed aan op de intentie van het kwaliteitskader om te werken aan verbeteren op individueel cliëntniveau en cliëntervaringen te koppelen aan de jaarlijkse zorgplanbespreking. Conform de methode is ingezet op een ‘train de trainer’-traject waarbij de kwaliteitsconsulenten van de RVE’s door de instrumenteigenaar zijn getraind. Vanaf het vierde kwartaal van 2014 is een praktijk ontwikkeld waarin het BIT-instrument jaarlijks vooraf aan de zorgplanbespreking wordt afgenomen. Idris Binnen Idris is gewerkt met de C-toets. Voor de 18- cliëntpopulatie van Idris wordt al enkele jaren gewerkt met de C-toets en maakt de C-toets onderdeel uit van de plansystematiek. Vanaf het vierde kwartaal 2014 wordt ook voor de cliëntengroep 18+ van Idris de C-toets vooraf aan de zorgplanbespreking afgenomen. Pauwer Binnen Pauwer is gewerkt met het cliëntervaringsonderzoek van Effectory. In juni is een meting uitgevoerd naar cliëntervaringen met betrekking tot wonen, ambulante zorg en dagbesteding. Voor elk van deze onderdelen zijn afzonderlijke rapportages beschikbaar. Resultaten zijn ook beschikbaar op zowel individueel cliëntniveau (vertrouwelijk). En bij geen bezwaar van cliënt, worden de resultaten besproken in de eerstvolgende planbespreking. In 2015 worden voorbereidingen getroffen om ook binnen Pauwer te gaan werken met BIT. Toelichting uitkomsten Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg Pijler 1: vragenlijst organisatieniveau Evenals in 2013 heeft de Amarant Groep op alle domeinen van pijler 1 een groene score behaald. Pijler 2A: vragenlijst cliëntniveau In 2014 is voor cliënten met een ZZP-indicatie en extramurale indicatie Behandeling Groep een vragenlijst 1 ingevuld . Op 7 van de 10 domeinen die ook in 2013 zijn uitgevraagd is een verbeterde score behaald. Met name de verbeteracties op het gebied van medicatie en vrijheidsbeperkingen hebben resultaat gehad. Op 2 domeinen (Zorgafspraken en Dwangvoeding) is een gelijke score behaald van respectievelijk 99% en 100%. In onderstaande tabel zijn de scores van de Amarant Groep van 2014 te zien, afgezet tegen de scores van 2012 en 2013. De scores betreffen de percentages van de maximaal te behalen score op het domein. Domein 9 (melden van verslavingsincidenten) betreft een domein waarbij uit analyse blijkt dat evenals vorig jaar een verkeerde interpretatie van de vragen van dit domein hebben geleid tot een onbetrouwbare score voor de Amarant Groep. Deze misinterpretatie en onbetrouwbare score is een landelijk fenomeen.
1
exclusief Pauwer
28
in dienst van mensen met een beperking
Domein 1. Zorgafspraken en ondersteuningsplan
2012
2013
%+/-
99,0 %
2014 99,0 %
94,6 %
2. Medicatie
81,1 %
92,6 %
95,4 %
+ 2,8 %
3. Afzondering
84,6 %
90,6 %
93,8 %
+3,2 %
90,0 %
-
4. Separeren
=
5. Fixatie
84,7 %
82,5 %
95,3 %
+12,8 %
6. Gedwongen medicatie
78,9 %
83,3 %
100 %
+16,7 %
7. Dwangvoeding
66,7 %
100 %
100 %
=
8. Melden van valincidenten
89,7 %
90,7 %
95,2 %
+4,5 %
9. Melden van agressie
95,1 %
96,1 %
97,1 %
+1,0 %
10. Melden van verslavingsincidenten
66,2 %
62,5 %
67,4 %
+4,9 %
n.v.t.
n.v.t.
96,9 %
-
11. Risico-inventarisatie gedragsproblematiek
Verbetermogelijkheden voor 2015 Uit analyse van bovenstaande scores en van de onderliggende vragen per domein zijn de volgende verbetermogelijkheden vastgesteld voor 2014: -
-
hoewel een betere score dan in 2013 is behaald, is bij 4% van de cliënten waarbij de cliënt en de begeleiding een gedeelde verantwoordelijkheid hebben in medicatiebeheer en -verstrekking deze verantwoordelijkheidsverdeling niet door middel van afspraken in het zorgplan vastgelegd. bij toegepaste afzonderingen en fixaties valt nog winst te behalen in de mate waarin met de cliënt alternatieven worden besproken.
Pijler 2B: cliëntervaringsonderzoek Per onderdeel van de Amarant Groep treft u hieronder een overzicht aan van de eerste onderzoeksresultaten. Zoals eerder vermeld zijn de cliëntervaringsonderzoeken in het vierde kwartaal van het verslagjaar gestart. In het eerste kwartaal 2015 vindt binnen de diverse onderdelen van de organisatie, in samenspraak met de cliëntmedezeggenschap, duiding en nadere analyse plaats en worden waar gewenst verbetertrajecten in gang gezet. Amarant Ambulant Rapportage BIT Q 4 2014 Scores per domein op een schaal van 5 Totaal Emotioneel Persoonlijke Materieel Persoonlijke Lichamelijk gemid- welbevinden relaties welbevinden ontwikkeling welbevinden delde 4,1
3,9
4,3
4,4
4,3
Keuzes en beslissingen maken
Sociale inbedding
Rechten
3,7
4,3
3,9
4,2
Amarant Wonen in de Wijk Rapportage BIT Q 4 2014 Scores per domein op een schaal van 5 Totaal gemiddelde
Emotioneel welbevinden
Persoonlijke relaties
Materieel welbevinden
Persoonlijke ontwikkeling
Lichamelijk welbevinden
Keuzes en beslissingen maken
Sociale inbedding
Rechten
4,1
4,0
4,3
4,2
4,4
3,9
3,9
3,8
4,1
Amarant Specialistische Zorg Rapportage BIT Q 4 2014 Scores per domein op een schaal van 5 Totaal gemiddelde
Emotioneel welbevinden
Persoonlijke relaties
Materieel welbevinden
Persoonlijke ontwikkeling
Lichamelijk welbevinden
Keuzes en beslissingen maken
Sociale inbedding
Rechten
3,7
3,8
3,8
3,7
3,8
4,1
3,1
3,4
3,9
29
in dienst van mensen met een beperking
Idris Rapportage C-toets Idris 18- ouders/vertegenwoordigers
Gemiddeld Rapportcijfer 8.1
Idris 18+ cliëntvertegenwoordigers Idris 18- jongeren (cliënten)
7.1 7.5
Pauwer Rapportage Effectory
% algemene tevredenheid Ja Soms Nee
Ambulant
93.5 %
5.4%
1.1 %
Dagbesteding
71.9 %
25.9 %
2.2 %
Wonen
58.5 %
39.6 %
1.9 %
Prestatie-indicatoren Geestelijke Gezondheidszorg van het Dr. Leo Kannerhuis Brabant De afname van de CBCL en VISK bij 51 tot 54 cliënten in 2014 laat zien dat bij 49,2 tot 51,9% een vooruitgang is geboekt gedurende de behandeling en bij 39,2 tot 46,3 % van de cliënten de problematiek onveranderd is. Uit het cliëntwaarderingsonderzoek op het onderdeel ‘Effectiviteit van de behandeling’ oordeelt 73 % van de cliënten dat de behandeling heeft geleid tot voortuitgang en/of stabilisatie. Uit ditzelfde onderzoek blijkt dat binnen het onderdeel ‘Cliëntervaring’ op 5 van de 6 domeinen een positieve score van 80 % of hoger wordt behaald. Het domein ‘Vervulling Zorgwensen’ scoort 73 %. Overige aandachtspunten In het verslagjaar kunnen wat betreft kwaliteit van zorg aandacht de volgende zaken/aandachtspunten genoemd worden. Ervaringsdeskundigheid In 2014 zijn tweetal cliënten opgeleid als ervaringsdeskundige, in samenwerking met Fontys Hogescholen. Deze cliënten zullen in 2015 werkzaam zijn als ervaringsdeskundige binnen de Amarant Groep. Daarbij zal een ervaringsdeskundige jonge moeders, die na een periode van intensieve behandeling en/of begeleiding terug in de “wijk”, gaan ondersteunen bij praktische zaken. De andere ervaringsdeskundige zal betrokken worden bij de ontwikkeling en uitvoering van de leergang NAH. In 2015 zijn opnieuw twee cliënten van de Amarant groep gestart met de opleiding tot ervaringsdeskundige. Afsprakenkader Wmo en zelfredzaamheidsmatrix In 2014 is de zelfredzaamheidsmatrix verwerkt in de zorgplansystematiek van de Amarant Groep voor de doelgroepen die binnen de Wmo vallen: het Afsprakenkader. De zelfredzaamheidsmatrix is een hulpmiddel om de mate van zelfredzaamheid van de cliënt in te schatten en aan de hand hiervan te komen tot het vaststellen van de doelen van de begeleiding en acties om deze doelen te bereiken. In 2014 is in een pilot de werkbaarheid van het Afsprakenkader inclusief de zelfredzaamheidsmatrix in de praktijk getest. Op basis van de ervaringen zijn verbeteringen doorgevoerd. In 2015 vindt brede toepassing plaats waarbij de zelfredzaamheidsmatrix daarnaast tevens gebruikt zal worden voor resultaatverantwoording van de zorg: de mate van doelrealisatie. Scholing meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld In 2014 zijn alle begeleiders en behandelaren van Idris 18- getraind in de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld. Samenwerkende Jeugdzorg Specialisten (SJS) Regio Midden Brabant De Amarant Groep is ook in 2014 deelnemer in het samenwerkingsverband Samenwerkende Jeugdzorg Specialisten (SJS) regio Midden-Brabant. De voorzitter van de Raad van Bestuur van de Amarant Groep is lid van de Stuurgroep SJS, de RVE-manager van Idris 18- is lid van de projectgroep SJS en diverse medewerkers vanuit de Amarant Groep werken actief mee in de diverse werkgroepen. In deze werkgroepen zijn professionals vertegenwoordigd vanuit de SJS partners in de regio. Door de Amarant Groep wordt de projectmanager Jeugdwet geleverd als programmamanager voor SJS. In 2014 zijn de volgende resultaten geboekt:
30
in dienst van mensen met een beperking
-
-
-
Inventarisatie van alle aanbod vanuit de SJS-partners, samengebracht in een overzicht naar zorgvormen en producten (portfolio). Dit overzicht van zorgvormen en producten is door de gemeenten Hart van Brabant gebruikt om, in samenwerking met SJS, een website te ontwikkelen waar de wijkteams en andere verwijzers het totaal ingekochte aanbod specialistische jeugdhulp kunnen bekijken, selecteren en contact kunnen opnemen met de aanbieder van voorkeur. Vanuit dit brede aanbod zijn 5 thema’s benoemd waar integrale teams op zullen worden ingezet: FACT, dagbehandeling, behandeling bij drugsproblematiek, behandeling bij problematiek rondom hechting en trauma, integrale crisishulp regio Midden Brabant. De werkgroep diagnostiek, consultatie en advies heeft input geleverd voor het onderdeel jeugd in het regionale expertiseteam Midden Brabant. SJS is door gemeenten een aantal keren benaderd als portaal voor specialistische jeugdhulp voor kennis overdracht aan gemeenten of partners in het lokale veld. Onder andere voor de ‘stresstest’ door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG).
Voor 2015 is opnieuw een werkplan gemaakt. Door de samenwerking in SJS wordt de Amarant Groep intensief betrokken in alle inhoudelijke en organisatorische ontwikkeling van de transitie en transformatie van de jeugdhulp in de regio Midden-Brabant en de contacten met de 9 gemeenten in het werkgebied. Voortgang Integrale Vroeghulp 2014 Ook in 2014 is de Amarant Groep participant geweest in het samenwerkingsverband Integrale Vroeghulp (IVH) Midden Brabant. In het kernteam 0-7 jaar is een orthopedagoog vanuit de Amarant Groep vertegenwoordigd. Verder worden er, vanuit de IVH, regelmatig kinderen geplaatst in voorzieningen van de Amarant Groep of ontvangen ouders begeleiding of behandeling van medewerkers van Amarant, Idris of het Dr. Leo Kannerhuis Brabant. In 2015 moet de werkwijze IVH geïntegreerd worden in het Regionaal Expertiseteam. De coördinator IVH is tevens kwartiermaker expertiseteam, waardoor deze overgang soepel kan verlopen. De experts vanuit de Amarant Groep zullen hierdoor waarschijnlijk ook hun inzet kunnen continueren in de nieuwe setting. Veiligheidshuizen De Amarant Groep participeert in 6 regionale Veiligheidshuizen. Een veiligheidshuis is netwerksamenwerking tussen verschillende partners in de zorg, de strafrechtketen en gemeenten, waarbij zij onder eenduidige regie (regie op samenwerking, procesregie en casusregie) komen tot een ketenoverstijgende aanpak van complexe problematiek om ernstige overlast en criminaliteit te bestrijden. GOUD 2 Het GOUD-onderzoek is een samenwerking tussen Amarant Groep, Ipse de Bruggen, Abrona en de leerstoel Geneeskunde voor Verstandelijk Gehandicapten van het Erasmus MC. In het GOUD 1 onderzoek is de gezondheid van 1.050 ouderen (≥ 50 jaar) met een verstandelijke beperking onderzocht. Hieruit is onder andere gebleken dat ouderen al op jongere leeftijd kwetsbaar zijn: zij hebben multiple chronische aandoeningen (multimorbiditeit), gebruiken veel medicatie en hun fitheid is op 50-jarige leeftijd vergelijkbaar met die van 75jarige ouderen zonder verstandelijke beperking. In de eerste twee jaar van het GOUD 2 onderzoek zijn drie zorgverbeterprojecten gestart gericht op de diagnostiek van slaapkwaliteit, slikproblematiek en polyfarmacie (het gebruik van ≥ 5 medicijnen). Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar afwijkingen in het looppatroon om te beoordelen of daarmee een deel van de beperkte fitheid verklaard kan worden en naar behandeling van depressie met lichttherapie. Indien toestemming wordt verleend door de drie betrokken zorgorganisaties, worden in de tweede twee jaar van het GOUD 2 onderzoek een krachttraininginterventie en de mogelijkheden van afbouw van antipsychotica onderzocht. Kenniswerkplaats Ouder-Kind Projecten Amarant en Lectoraat Jeugd, Gezin en Samenleving Avans Hogeschool In 2014 heeft een tweede kenniswerkplaats plaatsgevonden rondom het thema verantwoordelijkheden en rol van de begeleider als (tijdelijk) lid van het sociaal netwerk van de cliënt. Aan de bijeenkomst werd deelgenomen door cliënten, begeleiders van het ouder-kind project en vertegenwoordigers van het management van Amarant. Van de zijde van Avans waren aanwezig studenten en docenten van de Academies voor Sociale Studies in Den Bosch en Breda en één van de lectoren.
4.2.1 Klachten De Amarant Groep hanteert een klachtenregeling die voldoet aan de eisen van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector (WKCZ) en de Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). Binnen de Amarant Groep ligt de verantwoordelijkheid voor de behandeling van (latente) klachten of het bespreken van gevoelens van onvrede primair binnen de lijnorganisatie. Voor cliënten of vertegenwoordigers die het moeilijk 31
in dienst van mensen met een beperking
vinden om hun klacht of onvrede bespreekbaar te maken functioneren er binnen de Amarant Groep enkele cliëntenvertrouwenspersonen. Deze bieden cliënten/vertegenwoordigers een laagdrempelige mogelijkheid om onvrede en klachten ten aanzien van de dienstverlening binnen de organisatie kenbaar te maken, en adviseren of ondersteunen indien gewenst bij het indienen van een formele klacht bij de klachtencommissie. De Amarant Groep is aangesloten bij een Regionale Klachtencommissie, waarbij nog acht regionale zorgaanbieders zijn aangesloten. De klachtencommissie is door de zorgaanbieders ingesteld en bestaat uit zeven leden (en hun plaatsvervangers). In een zitting van de klachtencommissie zit een ouder- c.q. cliëntvertegenwoordiger, een vertegenwoordiging uit het management, een gedragsdeskundige en een vertegenwoordiger uit de zorg. De voorzitter van de commissie is jurist. Hij is onafhankelijk, dat wil zeggen niet werkzaam bij of voor één van de aangesloten zorgaanbieders. Aan de behandeling van een klacht wordt niet deelgenomen door een persoon tegen wiens besluit of gedraging de klacht is gericht, of door een persoon die op een andere manier bij de klacht betrokken is. De klachtencommissie wordt terzijde gestaan door een ambtelijk secretaris en een juridisch adviseur. Met de klachtenprocedure beoogt de Amarant Groep dat op een zorgvuldige wijze aandacht wordt besteed aan klachten met als doel het zo mogelijk wegnemen van de oorzaak van de klacht en het voorkomen van (soortgelijke) klachten in de toekomst. De klachtenregeling is opgenomen in de algemene zorg- en dienstverleningsvoorwaarden van de zorg- en dienstverleningsovereenkomst. Alle nieuwe cliënten die in zorg komen ontvangen daarnaast door middel van een folder informatie over de klachtenprocedure. Nadat een klacht is ingediend wordt eerst bekeken of het een klacht is die valt onder de WKCZ of de BOPZ. Vervolgens wordt de klacht in behandeling genomen door de commissie, die, al naar gelang de inhoud van de klacht, fungeert als commissie BOPZ dan wel commissie WKCZ. Voorafgaand aan de zitting wordt de zorgaanbieder geïnformeerd over de klacht en wordt om een schriftelijke reactie gevraagd. Klager krijgt deze reactie toegestuurd. Ter zitting vindt onderzoek plaats en kunnen klager en beklaagde op elkaar reageren. Hoor en wederhoor wordt toegepast. De commissie doet een uitspraak over de klacht binnen de termijnen die de wet stelt. Bij een klacht ex WKCZ is deze uitspraak een advies, bij een klacht ex wet BOPZ is deze uitspraak bindend. De klachtencommissie kan naast de uitspraak tevens aanbevelingen aan de Raad van Bestuur van de betreffende zorginstelling doen. De zorgaanbieder heeft vervolgens een maand de tijd om te reageren op de uitspraak. Klager, beklaagde en klachtencommissie worden door de zorgaanbieder hierover geïnformeerd. In 2014 zijn er bij de regionale klachtencommissie 13 klachten ingediend door cliënten van de Amarant Groep. Van de 13 klachten zijn er 7 niet in behandeling genomen doordat ze niet ontvankelijk werden verklaard (2x) of doordat de klacht alsnog door interne bemiddeling is opgelost (4x).Van de 6 in behandeling genomen klachten zijn er 3 (gedeeltelijk) gegrond verklaard en is er 1 klacht ongegrond verklaard. De overige 2 klachten zijn nog in behandeling. Ten aanzien van alle gegrond verklaarde klachten(onderdelen) zijn effectieve maatregelen genomen om de klachten weg te nemen. Betreffende klachten(onderdelen) hebben geen gemeenschappelijke kenmerken. In 2015 zal de Amarant Groep haar klachtenmanagement verder professionaliseren door een interne klachtenfunctionaris aan te stellen. Deze functionaris zal intern professioneel-onafhankelijk gepositioneerd worden en zal bemiddelen bij interne klachten of onvrede van cliënten of diens vertegenwoordigers. Indien de klacht niet kan worden opgelost met of zonder bemiddeling van de klachtenfunctionaris verwijst de functionaris door naar de regionale of gemeentelijke klachtencommissie. De Amarant Groep beoogt door het toevoegen van deze schakel in het klachtproces de volgende resultaten te bereiken: -
-
een laagdrempelige en vroegtijdige klachtenbemiddeling voorkomt escalatie en levert daardoor tevens tijd- en kostenbesparing op; er komen geen klachten meer bij de klachtencommissie die niet eerst middels interne bemiddeling zijn getracht op te lossen; door registratie van alle klachten wordt inzicht verkregen in aard van en trends in klachten en in de meest effectieve interventies; op die manier kan analyse en reflectie plaatsvinden om verbeteringen in organisatie en/of zorgverlening aan te brengen; het verder bevorderen van een cultuur waarin wordt geleerd van klachten, waar meer aandacht is voor preventie, dialoog en de-escalatie en waarin het proces van klacht naar kwaliteit wordt bevorderd.
32
in dienst van mensen met een beperking
4.3 Kwaliteit van arbeid Inleiding De hervorming van de AWBZ tot de Wet Langdurige Zorg en een gelijktijdige overheveling van verantwoordelijkheden naar gemeenten op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Jeugdwet 2 3 brengt voor de Amarant Groep ingrijpende transitie - én omvangrijke transformatievraagstukken met zich mee. Er verandert veel voor de organisatie en dus ook voor de medewerkers van de Amarant Groep. Wij realiseren dat onder druk van deze vraagstukken we veel vragen van onze medewerkers. Met cliëntenraden en cliënten wordt zo goed als mogelijk verbindingen gemaakt en spannen we ons in om (binnen wat mogelijk is) continuïteit van zorg te bieden met anders werken. In de als aanvulling op het Strategisch Kader in november 2013 vastgestelde notitie ‘Overzicht, inzicht, aanpassen en perspectief: Bouwstenen voor een nieuw evenwicht’ (hierna te noemen notitie ‘Bouwstenen’) is de richting voor deze veranderingen geformuleerd. In deze nota zijn bouwstenen benoemd die samen de basis vormen voor het toekomstgericht maken van de Amarant Groep. Voor de implementatie van deze bouwstenen is een aantal reorganisaties voorzien. In 2014 is hier een start mee gemaakt en ook vanuit HR- perspectief heeft hier voor een belangrijk deel de focus op gelegen. In dit hoofdstuk zullen deze HR-vraagstukken verder toegelicht worden. Daarnaast komen diverse reguliere onderwerpen aan de orde. Transitie- en transformatie vraagstukken Reorganisatieplannen Eén van de onderdelen van de notitie ‘Bouwstenen’ is de aanpassing van onze organisatiestructuur waarbij aansluiting wordt gezocht met de komende financiële en inhoudelijke taakstellingen. Daarbij moeten het sturend en ondernemend vermogen en de kwaliteit van zorg en arbeid zo goed mogelijk worden gewaarborgd. De Raad van Bestuur heeft daarom op 1 februari 2014 een opdracht tot reorganisatie aan het RVEmanagement gegeven om te komen tot Resultaat Verantwoordelijke Eenheden (RVE’s) Brabantbreed met focus op inhoud en waarde. Dat heeft geleid tot Reorganisatieplannen voor de nieuwe RVE’s: -
Reorganisatieplan RVE Amarant Wijkzorg Wonen in de Wijk; Reorganisatieplan RVE Amarant Wijkzorg Ambulant Reorganisatieplan RVE Amarant Specialistische Zorg; Reorganisatieplan Idris; Reorganisatieplan Sector Werk & Dagbesteding; Reorganisatieplan Centrale Voordeur Amarant Groep; Reorganisatieplan Huisvesting & Bedrijfsdiensten.
Als gevolg van deze reorganisatieplannen hebben binnen de Amarant Groep 91 medewerkers met ingang van 1 september 2014 een aankondiging tot boventalligheid gekregen. Met ingang van 1 januari 2015 zijn de nieuwe RVE’s gerealiseerd en zijn de betreffende medewerkers formeel boventallig geworden. 73 medewerkers zijn op dit moment intern herplaatst, waarvan 2 tijdelijk. In oktober heeft een aantal RVE’s nog een aanvullend reorganisatieplan opgesteld en hebben de RVE’s Pauwer, Bestuursbureau en HR-Servicecentrum een eerste reorganisatieplan geformuleerd. Als gevolg van deze plannen hebben 18 medewerkers per 1 januari 2015 een aankondiging tot boventalligheid gekregen. Met ingang van 1 maart 2015 worden deze medewerkers formeel boventallig. Sociaal Plan Door terugval van middelen is er niet langer zekerheid op voldoende werk en baanzekerheid voor het aantal medewerkers dat momenteel in dienst is. Voor de Amarant Groep, die een lange periode van stabiliteit of vaak zelfs groei heeft doorgemaakt, betekent dit een grote omslag. Bovenstaande heeft ertoe geleid dat er een nieuw Sociaal Plan is afgesloten (looptijd 1 juni 2014 t/m 30 juni 2015), waarin ruimte bestaat voor gedwongen mobiliteit (zowel intern als extern) en waarvan de mogelijkheid tot beëindiging van het dienstverband deel uitmaakt. In het sociaal plan zijn samen met de werknemersorganisaties FBZ, Nu’91 en CNV de voorwaarden neergelegd om op een zorgvuldige en verantwoorde manier met de gevolgen van de transitie- en transformatievraagstukken om te gaan.
2
Transitie is de overgang naar minder inkomsten. Transformatie staat voor anders werken, efficiënter werken, werken op uitkomsten en innovatie waarbij het continu leveren van (maatschappelijke) toegevoegde waarde voor de cliënt centraal staat. 3
33
in dienst van mensen met een beperking
Een belangrijk onderdeel van het Sociaal Plan is een werkgelegenheidsbeleid. Dit betekent dat alle inspanningen van de Amarant Groep erop gericht zijn om voor zoveel mogelijk medewerkers werkgelegenheid te behouden en gedwongen ontslagen te voorkomen. Een belangrijk onderdeel hiervan vormt het preventief mobiliteitsprogramma. Tevens staat bij reorganisaties de begeleiding van individuele medewerkers van werknaar-werk centraal. We willen medewerkers plaatsen in een functie die aansluit bij hun capaciteiten en kwaliteiten, dan wel medewerkers zoveel als mogelijk toerusten en in staat stellen een andere functie te verwerven. Deze functies kunnen binnen, maar zo nodig ook buiten de organisatie liggen. De uitvoering hiervan ligt bij het opgerichte mobiliteitsbureau. Krachtige Teams Kern van onze missie: Amarant Groep ondersteunt, innoveert en positioneert zich met werkzame zorgen ondersteuningsarrangementen waar mensen met een beperking en de maatschappij om vragen. De zorg en ondersteuning die we bieden geven antwoord op de zorgvraag in elke levensfase. Het cliëntperspectief en daarnaast aantoonbare maatschappelijke meerwaarde zijn leidend in ons werk. Een zeer belangrijke voorwaarde in onze zorg is de kwaliteit van de relatie die professional en cliënt(systeem) met elkaar verbindt. Zorg ontstaat in de relatie tussen de cliënt en de professional. Krachtige teams zijn een middel om betekenisvolle waarde te creëren samen met én ten behoeve van de cliënten. Het werken met krachtige teams is geen doel op zich, maar een middel om de relatie tussen de cliënt en de medewerker centraal te stellen en daarmee waardecreatie te dienen. Meer regie op teamniveau met een coöperatieve samenwerking tussen medewerkers, familie/verwanten en cliënten maakt onderdeel uit van het transformatieproces. Voor de ontwikkeling van krachtige teams worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: -
Waardecreatie in het primair proces staat centraal: voegt mijn handelen de beoogde waarde toe voor de cliënten? Op welke wijze kunnen we cliënten in hun kracht brengen? Ruimte voor de professional: de relatie en de verbinding van de professional met de cliënt staat centraal. De zelfstandigheid van het team wordt geoptimaliseerd en de medezeggenschap sluit daarop aan; De prestaties van de ondersteunende afdelingen zijn zodanig dat deze waarde toevoegen aan het primaire proces en de teams zich adequaat gesteund weten in hun werkzaamheden. Teams zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de kwaliteit van zorg; de organisatie van het eigen werk; het realiseren van de overeengekomen productiviteit; voor het verbeteren van tekortkomingen en het innoveren van werkprocessen.
Om te komen tot krachtige teams is een wegwijzer geformuleerd die managers, medewerkers en medezeggenschap faciliteert bij het realiseren van deze ambitie. Hij bevat geen alomvattende blauwdruk, noch voor het ontwerp, noch voor het proces, maar biedt optimale ruimte voor medewerkers en teams om hun werkproces verder vorm te geven en uit te voeren. Per RVE worden op basis van deze wegwijzer in 2015 implementatieplannen geformuleerd. Naast deze implementatieplannen worden door de ondersteunende afdelingen, waaronder HR, tools ontwikkeld om de teams te ondersteunen in hun zelfstandigheid en het creëren van waarde. Duurzame inzetbaarheid Hoewel Duurzame inzetbaarheid voor 2014 één van de speerpunten was, hebben wij vanwege de vele ontwikkelingen die op de organisatie af kwamen niet alle doelstellingen voor 2014 kunnen realiseren. Een aantal zaken is wel gerealiseerd: In de loop van afgelopen zomer is de toolkit duurzame inzetbaarheid online gekomen. Dit is een online overzicht van hulpmiddelen en initiatieven die beschikbaar zijn voor medewerkers om gezond en met plezier aan het werk te blijven. Met de komst van het nieuwe intranet in 2015 zullen we deze toolkit verder vormgeven en uitbouwen. Afgelopen september zijn wij weer gestart met een reeks bijeenkomsten in het kader van ‘Verzilver je goud’. Een nieuwe groep deelnemers doorloopt het traject zoals wij dat sinds enkele jaren organiseren. Ook hebben wij een pilot ouderenregeling uitgevoerd; een vervolg hierop staat voor 2015 op de agenda. Binnen de RVE Idris is de afgelopen maanden een traject gestart samen met ArboNed. In eerste instantie zijn voor leidinggevenden en senioren bijeenkomsten georganiseerd waarin aandacht is besteed aan een andere manier van omgaan met inzetbaarheid. Naar aanleiding van deze algemene bijeenkomsten zijn themasessies ontwikkeld door de Amarant Academie en de BGZ (bijvoorbeeld over somatisch onverklaarbare klachten) en zijn er medewerkersbijeenkomsten. De leerpunten uit het traject binnen Idris worden de komende periode verzameld en gebruikt voor de verdere doorontwikkeling van het Amarant Groep brede verzuimbeleid.
34
in dienst van mensen met een beperking
Het beleid op duurzame inzetbaarheid is eind 2014 geformuleerd en begin 2015 wordt dit voorgelegd aan de ondernemingsraad. Als onderdeel hiervan wordt in het personeelsblad ook aandacht besteed aan duurzame inzetbaarheid in zijn algemeenheid en een aantal specifieke sub thema’s worden nader belicht. Mobiliteitsbureau Inzetbaarheid is ook aandacht blijven besteden aan wat bij jou als medewerker past. Om loopbaanontwikkeling en mobiliteit te faciliteren heeft de Amarant Groep vorig jaar een mobiliteitsbureau opgericht. Het doel van het mobiliteitsbureau is het faciliteren van (RVE-overstijgende) mobiliteit. Het gaat daarbij zowel om vrijwillige als gedwongen mobiliteit. In het geval van vrijwillige mobiliteit gaat het om preventieve mobiliteit (bijvoorbeeld dreigende boventalligheid of bedreiging van de duurzame inzetbaarheid) en medewerkers met een loopbaanvraag. In het geval van gedwongen mobiliteit gaat het om medewerkers die gedwongen herplaatst moeten worden. Dit zijn zowel reïntegratiekandidaten (medewerkers die om een medische reden herplaatst moeten worden) als herplaatsingskandidaten (medewerkers die vanwege een organisatorische reden herplaatst moeten worden). Medewerkers kunnen bij het mobiliteitsbureau gebruik maken van diverse instrumenten, zoals bijvoorbeeld tests, ondersteuning bij solliciteren, loopbaanbegeleiding, stage, etcetera. Het mobiliteitsbureau heeft in 2014 ook tweemaal een week van de mobiliteit georganiseerd waarin medewerkers een dagje kunnen meelopen in een andere functie dan wel op een andere werkplek en workshops kunnen volgen. Scholing van medewerkers In februari 2014 is gestart met de Leergang Werk & Dagbesteding in de wijk, de Leergang is inmiddels Soec gecertificeerd. De Amarant Academie is begin 2014 ook gestart met een driedaagse training voor clustermanagers wijkzorg (ambulante zorg) en clustermanagers werk en dagbesteding. In de training stonden de implicaties van de stelselwijzigingen op de functie van de clustermanager centraal. In 2015 zal in nauwe samenhang met de RVE’s en met de afdeling Kennis, Kwaliteit en Beleid een aantal instrumenten geïmplementeerd worden. De Amarant Academie zal daar waar nodig de didactische borging voor haar rekening nemen. Daar waar mogelijk wordt een beroep gedaan op de zogenaamde subsidie sectorgelden. Overige activiteiten van de Amarant Academie: -
-
-
Amarant Academie is in 2014 nadrukkelijker gaan samenwerken met de afdeling Bedrijfsgezondheidszorg. Dit heeft geresulteerd in een aantal workshops op het gebied van; verlies en rouw, omgaan met traumatische ervaringen en workshops ‘van verzuim naar aanwezigheidsbeleid’; Nieuwe scholingen die (door)ontwikkeld zijn: Leergang LVB begeleiding en behandeling, omgaan met gedragsproblematiek, sollicitatietraining (in samenwerking met mobiliteitsbureau), diverse scholingen voor artsen en gedragskundigen zoals DSM V, omgaan met suïcidaal gedrag; Daarnaast heeft de Amarant Academie aan een 30-tal externe zorggerelateerde organisaties hun opleidingsproducten geleverd. De Amarant Groep heeft ervoor gekozen ook in 2014 opleidingsplaatsen te reserveren voor studenten (BOL en BBL). Omdat niet alle zorginstellingen hiervoor hebben gekozen zijn de vergoedingen van het stagefonds in 2014 hoger dan verwacht. De WVA-subsidie is vervangen door de zogenaamde Praktijksubsidie, de verantwoording is hierop administratief opnieuw ingericht in samenwerking met het projectenbureau van de Amarant Groep.
Managementinformatie In 2012 is het proces van het samenstellen en aanleveren van managementinformatie verbeterd en de rol van consulenten (personeel, kwaliteit en control) vergroot. In 2013 is een nieuwe managementrapportage geïmplementeerd. Gedurende 2014 is de nieuwe rapportage geëvalueerd en waar nodig verbeterd. Het komende jaar starten we met de invoering van een BI-tool om actuele stuur- en verantwoordingsinformatie uit diverse resultaatgebieden naast elkaar te kunnen leggen. Personeelsprocessen In 2013 zijn de meest voorkomende personeelsprocessen omtrent in-, door- en uitstroom geharmoniseerd en beschreven volgens de Sensus methodiek. Gedurende 2014 zijn de reeds beschreven processen geoptimaliseerd en ontbrekende processen opgetekend. Bij alle processen zijn documenten (formulieren, brieven, en dergelijke) ontwikkeld en de processen zijn geïmplementeerd binnen de relevante geledingen van de organisatie. Hiermee is de basis gelegd om procesmatig te komen tot een efficiënte distributie van juiste, volledige en eenduidige personele brongegevens.
35
in dienst van mensen met een beperking
AMIS Het afgelopen jaar is binnen het project AMIS gewerkt aan het anders inrichten van het personeelsinformatiesysteem Beaufort, zodat personeelsgegevens beter verwerkt kunnen worden in de keten: - We hebben gedefinieerd wat we onder de definitie ‘medewerker’ verstaan en welke medewerkers we in het personeelsinformatiesysteem Beaufort willen registreren. Er zijn in Beaufort profielen aangemaakt voor de verschillende typen medewerkers, de ontbrekende medewerkers zijn geïnventariseerd door de Personeelsadviseurs en begin 2015 worden de ontbrekende medewerkers geregistreerd in het personeelsinformatiesysteem. - De organisatiestructuur per 1 januari 2015 is opgetekend tot op het niveau van de krachtige teams en er is een koppeling gemaakt met het kostenplaatsschema. In 2015 werken we niet meer met kostenplaatsen in Beaufort, maar met organisatorische eenheden. - Alle loonverdelingen van werknemers en vrijwilligers zijn uit het personeelsinformatiesysteem gehaald en omgezet in meerdere dienstverbanden. - Alle vrijwilligers zijn op een andere, ‘actieve’ manier geregistreerd. - Alle medewerkers zijn benaderd om hun privé e-mailadres door te geven zodat dit in Beaufort geregistreerd kan worden. Daarnaast worden begin 2015 voor alle medewerkers persoonlijke, zakelijke e-mailadressen gegenereerd (en gecommuniceerd). - Medewerkers die meerdere personeelsnummers hadden, omdat ze ook als vrijwilliger geregistreerd stonden, zijn teruggebracht tot één personeelsnummer. e-HRM Het optekenen en implementeren van de personeelsprocessen, alsmede het herinrichten en verbeteren van het personeelsinformatiesysteem Beaufort zijn voorbereidingen op een project dat het komende jaar (2015) van start gaat: de digitalisering van personeelsprocessen middels e-HRM. In 2014 is reeds een keuze gemaakt voor het portaal van ons personeelsinformatiesysteem Beaufort, zijnde YouForce. Medewerkeronderzoek In 2013 heeft het laatste medewerkeronderzoek plaatsgevonden. In 2014 was de Amarant Groep naar aanleiding van de scores op dit onderzoek genomineerd voor de Beste Werkgevers Awards 2014 in de e categorie werkgevers met meer dan 1.000 werknemers. De Amarant Groep is geëindigd op de 42 plek. Ondanks de lang niet altijd gemakkelijke tijden waarin helaas ook pijnlijke besluiten moeten worden genomen, heeft de Raad van Bestuur haar complimenten aan de medewerkers overgebracht middels het uitdelen van chocolademedailles gemaakt door de dagbestedingsvoorziening Smaakmakers. Afhankelijk van de ontwikkeling in de richting van krachtige teams zal in 2015 of in 2016 een nieuw medewerkeronderzoek plaatsvinden. Vrijwilligers Met ingang van 1 januari 2015 zijn de operationele activiteiten rondom werving en selectie en administratieve taken effectiever en meer toekomstproof georganiseerd door deze enerzijds over te hevelen naar Amarant Groep Werkt en anderzijds naar de personeelsadministratie. In de ontwikkeling naar krachtige teams zien we daarnaast een nadrukkelijkere rol voor de aandachtsfunctionarissen vrijwilligers die er binnen veel teams zijn weggelegd. Onze teams zullen gebruik maken van de door de gemeente opgezette integrale wijkteams wier opdracht het is om sociale netwerken en vrijwilligers te mobiliseren. De verdere ontwikkeling van het vrijwilligers beleid in samenhang met familiezorg en mantelzorg staat op de ontwikkelagenda voor 2015. Vertrouwenspersonen Op basis van de beleidsregeling ‘Beleid seksuele intimidatie, agressie en geweld‘ kunnen medewerkers een beroep doen op vertrouwenspersonen. Zij zijn aangesteld door de Raad van Bestuur. De Amarant Groep kent twee interne vertrouwenspersonen en één externe vertrouwenspersoon. De medewerker is vrij in zijn keuze wie van de drie vertrouwenspersonen hij of zij wil benaderen. De namen en telefoonnummers van de vertrouwenspersonen zijn te vinden op het Intranet van de Amarant Groep.
36
in dienst van mensen met een beperking
Overzicht contacten 2014 De vertrouwenspersonen registreren hun contacten geanonimiseerd. Overzicht contacten 2014 (* de cijfers van 2013 staan tussen haakjes vermeld) Aantal contacten
60 (69)*)
Werkveld Directe zorg
Overig
Man/ vrouw man vrouw
52 (54)
8 (15)
7(15) 53 (54)
Positie tussen betrokkene Medewerker versus Medewerker medewerker versus leidinggevende 0 (1)
60 (68)
Aard van het probleem Seksuele intimidatie
Agressie geweld
0 (0)
3 (3)
en Pesten
4 (8)
Communicatie en bejegening
Arbeidsverhouding en samenwerking
Overig
40 (47)
48 (43)
3 (6)
Ten opzichte van 2013 is een daling van het aantal contacten te constateren. De aard van het probleem was in meerdere casussen samengesteld van aard. In 2013 is door de Raad van Bestuur beleidsregeling ‘Beleid seksuele intimidatie, agressie en geweld‘ gewijzigd. In deze beleidsregel is voortaan opgenomen dat de vertrouwenspersoon ook aanspreekpunt kan zijn voor medewerkers als het gaat om verstoringen van de arbeidsverhoudingen. Uit de registratie van 2014 blijkt dat ‘communicatie en bejegening’ en ‘arbeidsverhouding en samenwerking’ de belangrijkste redenen voor medewerkers zijn geweest om contact te zoeken met een vertrouwenspersoon. Op deze onderdelen constateren de vertrouwenspersonen dat zij toegevoegde waarde hebben voor de medewerkers en de organisatie, omdat door hun ondersteuning de communicatie en samenwerking wordt genormaliseerd of naar oplossingen wordt toegewerkt. De inhoud van de contacten met medewerkers bestond uit: -
eenmalig gesprek; een ondersteuningstraject met een ordenend, adviserend en emotioneel ondersteund karakter; doorverwijzing naar derden: bedrijfsarts, eigen leidinggevende, RVE-manager, personeelsadviseur, huisarts, juridisch adviseur of anders.
In die situaties waar daar aanleiding voor is attenderen de vertrouwenspersonen de medewerker op de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Reïntegratie In 2014 is nagenoeg hetzelfde aantal medewerkers (117 medewerkers) begeleid tijdens hun re-integratie als in 2013. Mede door de reorganisatie is het voor de re-integratiemedewerker arbeidsintensiever om geschikte werkplekken te vinden voor spoor 1. Re-integratiekandidaten hebben voorrang op herplaatsingskandidaten wanneer er een vacature beschikbaar is, maar er komen als gevolg van de transitie- en transformatie vraagstukken minder vacatures beschikbaar en als er vacatures zijn, zijn deze vaak tijdelijk. WIA/ERD Het eigen risicodragerschap betekent, dat medewerkers die een WGA-uitkering krijgen, gedurende tien jaar door de Amarant Groep worden gevolgd. De verzekeraars waar de Amarant Groep mee te maken heeft, hebben de tussenpersoon (Robidus) ingeschakeld om de Amarant Groep hierin te ondersteunen. Amarant Groep heeft een relatief lage WGA instroom gehad (0,21) in 2014, deze lag onder het branche (0,25) en landelijk gemiddelde (0,24). ERD ZW Per 1 juli 2014 is Amarant Groep ook eigen risicodrager voor de Ziektewet. Dit betekent dat de Amarant Groep de kosten voor de ziektewetuitkering draagt. De ERD ZW heeft geen betrekking op medewerkers met een vast dienstverband. Begin 2015 worden de eerste meldingen verwacht. Volgens vastgestelde procedure zal de ondersteuning, van de medewerkers met een tijdelijk dienstverband die arbeidsongeschikt uit dienst zijn gegaan of binnen 28 dagen 37
in dienst van mensen met een beperking
na einde dienstverband arbeidsongeschikt worden, worden overgenomen. 1 januari 2016 (wanneer vast en flex wordt samengevoegd) zullen we als Amarant Groep de keuze dienen te maken of we volledig eigen risicodrager blijven of terugkeren naar het publieke bestel. Deze keuze moeten we voor 1 oktober 2015 bij de belastingdienst kenbaar te maken. Arbo-beleid De Arbeidsinspectie heeft dit jaar als thema psychosociale arbeidsbelasting (PSA). De Arbeidsinspectie heeft vanuit bovengenoemd thema in 2014 een rondgang langs een aantal voorzieningen gedaan binnen de Amarant Groep. Binnen deze voorzieningen heeft de Arbeidsinspectie aangegeven voor de volgende onderdelen meer aandacht te willen zien: 1 Werkdruk; 2 Meldingsprocedure bijzondere voorvallen; 3 Scholing en herscholing agressie en geweld; 4 Maatregelen ter voorkoming of vermindering agressie incidenten; 5 Risico beoordeling psychosociale arbeidsbelasting Ambulant Wijkzorg. De arbocoördinator heeft actie- en verbeterplannen opgezet die in 2015 geïmplementeerd zullen worden. Op Amarant Groep niveau zullen de thema’s binnen de lijn opgepakt worden en aandacht krijgen via de bestaande informatie en communicatielijnen. Nazorgteam In 2014 is het nazorgteam van de Amarant Groep naar aanleiding van 72 aanvragen ingezet. Dit is een stijging van 25% ten opzichte van 2013. Met het complexer worden van de zorg en dienstverlening die de Amarant Groep biedt, zien wij ook dat stevige incidenten aanleiding zijn voor inzet van nazorg. Naast de individuele trajecten zijn er door de nazorgteamleden ook vijf teambijeenkomsten begeleid. Eind 2014 is de regeling Traumatische ervaringen en rouw uitgewerkt, dit is een doorontwikkeling van het beleid Traumaopvang. De regeling ligt nu voor bij de OR en zal in 2015 verder geïmplementeerd worden. Belangrijkste verschil is de aandacht voor verlies en rouw en de ondersteuning die medewerkers in deze processen kunnen gebruiken. Arbeidsongevallen/bedrijfsongevallen In 2014 zijn via het digitale meldsysteem Re-Act 1336 bedrijfsongevallen gemeld binnen de totale Amarant Groep. Daarvan waren drie bedrijfsongevallen meldingsplichtig. De Arbeidsinspectie heeft twee meldingsplichtige arbeidsongevallen onderzocht. Deze onderzoeken hebben aangetoond dat er geen overtredingen zijn geweest van de Arbeidsomstandighedenwet. RI&E Binnen de Amarant Groep gaat de RI&E aansluiten op de veranderde organisatiestructuur. Om dit te realiseren wordt het arbozorgsysteem bekeken en aangepast op behoefte van de organisatie. De RI&E wordt binnen de kaders van de Arbowet op maat gemaakt voor organisatieonderdelen in samenspraak met medewerkers, management en onderdeelcommissie. Om voorzieningen te blijven voorzien van actuele RI&E actieplannen en om aan te kunnen sluiten op landelijke ontwikkelingen wordt in 2015 de uitrol van het digitaliseren van de RI&E vorm gegeven.
38
in dienst van mensen met een beperking
4.4 Financieel beleid Algemeen De voorliggende jaarrekening 2014 van de Amarant Groep vertoont een gezamenlijk positief resultaat van € 4,9 miljoen (1,8 % van de omzet). In 2013 bedroeg het exploitatieresultaat van de Amarant Groep € 1,0 miljoen positief (0,4 % van de omzet). Het resultaat is beïnvloed door een aantal eenmalige baten en lasten, waarvan de dotatie aan de voorziening verlieslatende contracten zorg en de herijking van de reorganisatievoorziening de belangrijkste zijn. Verder is het resultaat positief beïnvloedt doordat zorgkantoren in een laat stadium (november 2014) extra aanvullende middelen hebben verstrekt. Voorziening verlieslatende contracten zorg In een aantal gemeenten liggen de budgetten lager dan onze huidige kostprijs. Om het transitie en transformatieproces zorgvuldig te doorlopen wil de Amarant Groep de ‘aanloopverliezen’ vanuit de WMO en Jeugdwet nu al voorzien (€ 6,7 miljoen). De Amarant Groep heeft niet alleen een verplichting richting de gemeenten maar ook richting de cliënten en personeel. De Amarant Groep wil dit proces uiterst zorgvuldig doorlopen. Reorganisatievoorziening In de jaarrekening 2013 is binnen de Amarant Groep een voorziening gevormd voor het vormgeven van de reorganisatie in de jaren 2014 tot en met 2017. Voor de jaarrekening 2014 is deze voorziening herijkt (dotatie € 3,7 miljoen) op basis van de nieuwe taakstellingen en nieuwe wet- en regelgeving (Wet Werk en Zekerheid). Deze voorziening bestaat naast de kosten van afvloeiing van personeel tevens uit extra kosten inzake het mobiliteitsbureau/omscholingsbudget en extra inzet vanuit HRM. De maatregelen zullen aanzienlijke gevolgen hebben voor personeel en cliënten. De CCR, OR en de sociale partners zullen nauw betrokken worden in de uitvoering van de komende reorganisatie. Resultaat RVE’s Door een goede sturing op evenwicht van opbrengsten en kosten binnen de resultaatverantwoordelijke eenheden (RVE’s) is door alle RVE’s een positief resultaat gerealiseerd. Hieronder lichten we u enkele kengetallen van de jaarrekening toe: Omzet (in mln €) Opbrengsten Omzet waarvan wettelijk budget
2014 € 276,40 € 259,40
2013 Verschil € 271,50 € 4,90 € 256,00 € 3,40
% 1,8% 1,3%
De omzet van de Amarant Groep is gestegen met 1,8 %. Ondanks de landelijke korting vanuit de overheid, de extra kortingen van de zorgkantoren en het overdragen van de locaties Pauwer Amsterdam per 01-10-2014 aan Stichting Lievegoed is het wettelijk budget toegenomen met € 3,4 miljoen. Belangrijkste verklaring voor de toename van het budget, zijn de extra aanvullende middelen vanuit de zorgkantoren die zijn afgesproken in november 2014. Er zijn extra aanvullende middelen ontvangen voor de feitelijk gerealiseerde (over)productie (o.a. FACT), de zorgzwaarteverzwaring, kindtoeslagen wonen, tariefsverhoging kinderdagverblijven en vervoer. Daarnaast is een eenmalige inhaalindex toegekend over het jaar 2014. Binnen de overige opbrengsten valt een stijging waar te nemen van € 1,4 miljoen. Deze stijging wordt veroorzaakt door boekwinst op de verkoop van een aantal kleinschalige zorglocaties (€ 0,6 miljoen), een hogere huuropbrengst uit de verhuur van Amarant Groep-locaties aan extramurale cliënten (€ 0,5 miljoen) en een hogere subsidie vanuit de Provincie Noord-Brabant van € 0,3 miljoen in het kader van Wet op de Jeugdzorg.
Personeelskosten (in mln €) Personeelskosten FTE's Personeelskosten
2014 3.511 € 187,60
2013 Verschil 3.655 -144 € 193,60 € 6,00-
39
% -3,9% -3,1%
in dienst van mensen met een beperking
De personeelskosten zijn in 2014 € 6,00 miljoen lager dan in 2013 (-/- 3,1 %). De belangrijkste verklaring voor deze daling in personeelskosten betreft, vooruitlopend op de stelselwijziging, een daling van het gemiddeld aantal FTE met 144 (-/- 3,9%). Tegenover deze daling staat een toename van de personeelskosten ten gevolge van de effecten van de lopende CAO Gehandicaptenzorg. In de CAO is in juni 2014 een eenmalige uitkering verstrekt van 0,7%, vervolgens per 1 oktober 2014 een structurele loonsverhoging van 1% en een verhoging van de eindejaarsuitkering met 0,3% naar 7,05%. Tevens valt een lagere dotatie waar te nemen aan de voorziening PBL. Dit is met name veroorzaakt dat steeds meer medewerkers hun opgebouwde rechten opnemen of bij uitdiensttreding laten uitbetalen. Afschrijvingskosten (in mln €) Afschrijvingskosten Afschrijvingskosten
2014 € 15,40
2013 Verschil € 14,70 € 0,70
% 4,8%
De afschrijvingskosten zijn in 2014 € 0,7 miljoen hoger dan in 2013. In 2014 is een bijzondere waardevermindering op vastgoed toegepast van € 2,1 miljoen Voor een tweetal bouwstenen (Bestuursbureau en Ambulant) geldt dat de boekwaarde hoger was dan de bedrijfswaarde. Als gevolg hiervan is de boekwaarde door extra afschrijvingen verlaagd met € 2,1 miljoen. Tegenover deze hogere eenmalige afschrijving staan lagere afschrijvingen omdat wordt afgeschreven op basis van economische levensduur. Een aantal panden hebben in het jaar 2013 of 2014 hun laatste afschrijvingstermijn. Verder is minder geïnvesteerd in inventaris dan in voorgaande jaren.
Overige bedrijfskosten (in mln €) Overige bedrijfskosten Overige bedrijfskosten
2014 € 65,10
2013 Verschil € 58,70 € 6,40
% 10,9%
De bedrijfskosten laten een stijging zien van € 6,4 miljoen (10,9 %). Dit wordt met name veroorzaakt door de dotatie van € 6,7 miljoen aan de voorziening verlieslatende contracten zorg. Naast bovenstaande dotatie is binnen de overige bedrijfskosten een stijging waar te nemen in de kosten voor ICT (portfolio ICT, datalijnen, investering Ipads en voorbereidingen samenvoegen ECD) (€ 0,9 miljoen) en kosten voor groot en klein onderhoud (€ 0,4 miljoen). Hier tegenover staat een daling van de kosten voor vervoer (€ 1,3 miljoen). Door goede sturing en goede onderhandeling over vervoerstarieven met de taxibedrijven is in 2014 reeds een aanzienlijke daling van de kosten gerealiseerd. De komende periode zal worden onderzocht waar deze kosten nog verder kunnen worden verlaagd. Daarnaast zijn de advieskosten door derden gedaald doordat werkzaamheden voor het voormalige NSWAC (€ 0,5 miljoen) zijn afgebouwd en opgevangen binnen de bestaande formatie van de ondersteunende diensten van de Amarant Groep. Voorts is een stijging zichtbaar binnen de huurlasten van € 0,1 miljoen veroorzaakt door indexering van de huurprijzen.
Financiële baten en lasten (in mln €) Financiële baten en lasten Financiële baten en lasten
2014 € 3,40
2013 Verschil € 3,50 € 0,10-
% -2,9%
De rentekosten zijn 2014 lager dan 2013. Een belangrijke verklaring is de lage kosten voor kortlopende schulden. Verder wordt voor de langlopende leningen actief ingespeeld op rente-ontwikkelingen en wordt vooraf onderhandeld met kredietverstrekkers over toekomstige leningen.
Solvabiliteit en weerstandsvermogen van de Amarant Groep Door externe partijen (met name banken/waarborgfonds) wordt veel belang gehecht aan een goede solvabiliteit en weerstandsvermogen. Externe partijen zijn steeds voorzichtiger in het beschikbaar stellen van financiële middelen. Het weerstandsvermogen van de Amarant Groep bevindt zich momenteel boven de grens van 15 tot 20% die door het Waarborgfonds wordt gesteld. In onderstaande tabel is het verloop van het weerstandsvermogen weergegeven. Het weerstandsvermogen is hierbij berekend door het Eigen Vermogen (inclusief bestemmingsreserves) te delen op de omzet van de Amarant Groep. Het weerstandsvermogen is door het positieve resultaat over 2014 licht gestegen naar 22,0 % De solvabiliteit geeft aan in hoeverre een instelling in staat is om op lange termijn aan haar verplichtingen te voldoen. Aldus wordt de solvabiliteit ook wel gezien als de ratio die de omvang van de buffer aangeeft voor het opvangen van financiële risico’s. Naarmate die risico’s toenemen zal ook de buffer moeten groeien. De Amarant Groep heeft een solide vermogenspositie. Een goede vermogenspositie en resultaatontwikkeling is een prima basis om in te spelen op de veelheid aan veranderingen die de komende jaren invloed zullen hebben op de gehandicaptensector en dus op het beleid van de Amarant Groep.
40
in dienst van mensen met een beperking
Weerstandsvernogen (netto) Solvabiliteit
2014 22,00% 26,70%
2013 20,60% 25,90%
2012 20,60% 27,50%
De feitelijke solvabiliteit van de Amarant Groep ligt nog iets hoger, aangezien ook voor een bedrag van € 45,3 miljoen aan voorzieningen is getroffen voor toekomstige verplichtingen. Ook in de komende jaren zal de Amarant Groep sturen op een stabiele resultaatontwikkeling en solvabiliteit om zo de toekomstige maatregelen vanuit de overheid het hoofd te kunnen bieden.
4.5 Huisvesting en Bedrijfsdiensten Algemeen Huisvesting en Bedrijfsdiensten geeft sturing en uitvoering aan het totale huisvestingsbeleid van de Amarant Groep en ondersteunt het primair proces met de afdelingen ICT, Parkmanagement, Huisvesting en Financiën en Informatiemanagement. Vanuit het stafbureau van het RVE wordt centraal sturing gegeven en worden coördinatietaken uitgevoerd met betrekking tot vervoer, wagenpark, inkoop, subsidieprojecten en bedrijfsjuridische zaken. Om de toegang tot de afdelingen enerzijds te verbeteren en anderzijds te komen tot een optimale afhandeling van vragen en het bieden van ondersteuning is in 2014 de Servicedesk geopend. Middels een geregistreerd Track & Trace systeem worden hier alle inkomende vragen en diensten in behandeling genomen en gevolgd. De Servicedesk voorziet in een grote behoefte. Dit wordt onderbouwd door het aantal telefonische en digitale vragen. In één jaar is dit gegroeid met ruim 200%. De klanttevredenheid scoort ruim voldoende. Voor de komende jaren wordt toegewerkt naar een uitbreiding van de dienstverlening, onder andere digitalisering van informatievragen, verdere regulering van wachttijden voor de Servicedesk, Helpdesk ICT en Onderhoudsbedrijf en het toegankelijker maken van de Producten- en Dienstencatalogus.
Beleid Huisvesting In 2014 zijn de eerste plannen uitgewerkt die voortkomen uit de regionale masterplannen. Deze plannen voorzien in het realiseren van huisvesting, wat leidt tot bedrijfseconomisch gezonde bedrijfsvoering zowel met betrekking tot zorg als huisvesting. In 2014 zijn de huisvestingsvraagstukken van Pauwer onderdeel geworden van de totale planning. Dit betekent dat er voor Pauwer nieuwbouwplannen worden ontwikkeld in Roosendaal en Breda, voor totaal 70 cliënten. Wonen In 2014 werden 82 wooneenheden opgeleverd. Van dit totaal was 57% bestemd voor Idris/Dr. Leo Kannerhuis Brabant. Verder is gestart met de nieuwbouw van studio’s / appartementen voor Idris en Amarant en worden 17 wooneenheden op het Daniël de Brouwerpark intensief verbouwd voor Idris 18+. Zoals reeds aangekondigd in het jaardocument van 2013 zal de capaciteit voor zorg met huisvesting gefinancierd vanuit de Wlz nauwelijks toenemen. In 2014 is het aantal toelatingen als gevolg van de fusie met NSWAC nog gegroeid, echter in 2015 zal deze capaciteit beperkt afnemen. Het gevolg van het beleid is dat er een behoorlijke toename is van cliënten die zelf huren. Van circa 100 nieuwbouw wooneenheden is bijna 20% gebouwd voor extramurale cliënten. Naast de 101 eenheden nieuw- en verbouw is in 2014 veel aandacht geweest voor huisvestingsveiligheid. Veranderingen in de cliëntenpopulatie en aanscherping van wet- en regelgeving vragen bij voortduring om het beleid hierop af te stemmen. Binnen de Amarant Groep werkt het Bureau Veiligheid nauw samen met de zorg, waardoor er een integrale aanpak ontstaat. Regionaal wordt met een accountschap nauw samengewerkt met de Brandweer in Midden- en West-Brabant en landelijk heeft Amarant geparticipeerd in landelijke werkgroepen waarin ook de sector en overheid zijn vertegenwoordigd (VGN – VWS). Afgelopen jaar is voor de woningen met een BOPZ-erkenning gestart om alle afzonderingsruimten en toegangsdeuren aan te passen aan wet- en regelgeving. De activiteiten hebben o.a. ook geleid tot een forse daling van het aantal loze meldingen bij de Brandweer.
41
in dienst van mensen met een beperking
2012 Type gebouw
2013
2014
31-12-2011
Toegevoegd in 2012
Weggevallen in 2012
31-12-2012
Toegevoegd Weggevallen Toegevoegd Weggevallen in 2013 in 2013 in 2014 in 2014 31-12-2013 31-12-2014
Appartementen
1064
263
5
1322
100
15
1407
123
7
1523
Woningen/woonvoorziening
234
35
24
245
7
11
241
6
13
235
1
0
0
1
58
3
6
55
Groepsverbijf LVG
1
Dagbesteding
54
Kinderdagverblijf
4
4
4
0
1
3
Logeerhuis
7
7
7
0
1
6
Naschoolse opvang
4
8
14
1
1
14
Kantoor/Steunpunt
40
4
Overige
35 1443
Totaal
1 4
3
55
4
1
12
2
1
43
3
3
43
4
9
38
3
2
36
5
3
38
6
9
35
317
35
1725
121
33
1813
143
47
1910
Dagcentra, kantoren en steunpunten 2 Het beleid kantoren en steunpunten is vastgesteld en dit leidt ertoe dat het aantal m kantoor en steunpunten tot 2 2016 met circa 1.500 m wordt afgebouwd. Kritisch omgaan met kantoorpanden en regionale steunpunten is mede door de invoering van de Wmo en overheveling van de Jeugdzorg naar de gemeenten van essentieel belang omdat de vergoedingen voor huisvesting worden geminimaliseerd. Uitbreiding van ICT-mogelijkheden leveren hiertoe een niet onaanzienlijke bijdrage. De sector Werk- en Dagbesteding heeft in 2014 reeds behoorlijk afgebouwd, onder andere door gebruik te maken van huisvesting bij andere instellingen waarmee wordt samengewerkt. Afhankelijk van de ontwikkelingen in de Wmo zullen er nog (minder) forse stappen gezet dienen te worden. Huisvestingsbeleid in de toekomst Naar de toekomst toe zal de focus enerzijds liggen op schaalvergroting van nieuwe projecten in de langdurige zorg. Dit is vooral gewenst voor ‘gezonde’ zorgexploitatie. Verder zal de focus in de wijk niet alleen gericht zijn op huisvesting met verblijf, maar meer in de combinatie van Wlz gefinancierde zorg en huisvesting met scheiden wonen en zorg (PGB-VPT-Eigen Huys). Door schaalgrootte is het mogelijk om nieuwbouwprojecten te ontwikkelen die ook betaalbaar worden voor cliënten die zelf dienen te huren. Een steeds grotere groep mensen met een beperking zal zelf zorg moeten dragen voor zelfstandige huisvesting. Voor veel cliënten kan dit gezien hun mogelijkheden alleen maar geclusterd. De uitdaging voor de Amarant Groep is om voor deze cliënten zowel huisvesting en zorg te gaan realiseren, al dan niet in samenwerking met partners (ouderinitiatieven, particuliere initiatieven, gemeenten). Als woningbouwstichtingen afstand blijven houden van deze markt, is de uitdaging groot maar wel mogelijk. Bijzondere projecten In 2014 is in opdracht van het Parkmanagement, de sector Werk- en Dagbesteding en Idris in Dorst gestart met de bouw van een nieuwe horecagelegenheid waar cliënten met een lichte verstandelijke beperking worden opgeleid voor een baan in de horeca en aanpalende sectoren. De horecagelegenheid BEUM zal in 2015 voldoende faciliteiten moeten bieden om de beoogde doelstellingen te realiseren. Naast dit project is gestart met de bouw van een nieuw kinderdagcentrum in Tilburg voor circa 70 cliënten met een ernstige beperking. Beide projecten worden in 2015 opgeleverd. Op de centrumlocatie ’t Hooge Veer is gestart met de laatste fase nieuwbouw door de realisatie van een nieuw dagcentrum en 32 wooneenheden.
42
in dienst van mensen met een beperking
ICT Naast de uitvoering van reguliere activiteiten (Helpdesk en netwerk ondersteunende activiteiten) zijn aan de hand van de vastgestelde projectenportfolio stappen voorwaarts gemaakt. Niet alle activiteiten ervaart de gebruiker direct maar deze zijn wel essentieel voor het borgen van een goede infrastructuur en voldoen aan veiligheidscriteria. De beide externe rekencentra (veilige geborgde omgeving) zijn in gebruik genomen waardoor dataveiligheid is gewaarborgd en uitwijkmogelijkheid mogelijk is, hetgeen een continuïteitsborging garandeert. Dit leidt tevens tot minder licentie- en beheerkosten. Door uitbreiding van glasvezel en meer dekking met Wifi zijn er op diverse kantoorplekken belangrijke stappen gezet met betrekking tot draadloos en flexibel werken. Door samen te gaan werken met de Servicedesk is de dienstverlening van de Helpdesk en netwerkondersteuning verbeterd. Voor de ambulante medewerkers in de zorg en het management is met de uitrol van het project iPads (500 stuks) een belangrijke stap gezet om flexibeler te registreren en werken. Dit heeft ook een positief effect op de 2 tijdsregistratie van zorgactiviteiten en levert een bijdrage in het afschalen van m kantoor- en steunpunten. Het project invoeren personeelspassen is evenzo een project waarbij de medewerker beter wordt gefaciliteerd. De afronding van het Mathla-project (papierloos vergaderen) levert een belangrijke bijdrage aan het terugdringen van papiergebruik en biedt meer comfort aan de gebruiker. In 2014 is gestart met het project één ECD voor alle merknamen van de Amarant Groep. Dit project, waarvan e de 1 fase eind 2015 wordt afgerond (productieregistratie), zal een bijdrage gaan leveren aan de reductie van ondersteunende kosten en sneller leveren van productie- en zorggerelateerde managementrapportages. In het kader van veiligheid is in 2014 gestart met compliance in het kader van NEN 7510 en het rolgebaseerd uitzetten van rechten en toegang. De afdeling ICT zal met de andere afdelingen van Huisvesting en Bedrijfsdiensten één van de afdelingen zijn die een bijdrage gaat leveren aan de externe ontwikkeling van het Shared Service Center. Shared Service Center In 2014 zijn de eerste contouren uitgewerkt om te komen tot een Shared Service Center. Dit centrum wordt het (virtueel) centrale punt van waaruit producten en diensten worden aangeboden aan de in- en externe markt. De externe markt zijn zorg- en maatschappelijke instellingen, werkzaam in Noord-Brabant. Door de Amarant Groep als een netwerkorganisatie te presenteren en als een netwerkorganisatie te opereren, is naast het doel ‘het maken van verbindingen met andere zorg- en maatschappelijke organisaties’ ook het genereren van een derde geldstroom een doel, waardoor de interne kosten kunnen worden teruggedrongen.
4.6 Toekomstparagraaf Het zorgstelsel verandert doorlopend, de overheid voert veranderingen door op het gebied van wet- en regelgeving. Er zijn veranderingen in de markt als gevolg van demografische ontwikkelingen. Daarnaast neemt de concurrentie binnen de gehandicaptenzorg toe. Dat leidt tot veranderingen in de opdracht voor de Amarant Groep en geeft veranderingen in de vraag van opdrachtgevers zoals zorgkantoren, ketenpartners, gemeenten en cliënten. De Amarant Groep volgt deze ontwikkelingen op de voet en past zich voortdurend aan. De budgetreducties en de steeds nadrukkelijker vraag naar aantoonbaar (maatschappelijk) rendement en afbouw van kosten dwingen de organisatie om te kiezen en te focussen op aantoonbare opbrengsten en waardecreatie. Door terugval van middelen is er niet langer zekerheid op voldoende werk voor het aantal medewerkers dat momenteel in dienst is. Voor de Amarant Groep, die een lange periode van stabiliteit of vaak zelfs groei heeft doorgemaakt, betekent dit een grote omslag. De belangrijkste externe ontwikkelingen voor de korte en de middellange termijn worden hieronder geschetst. Het Ministerie van VWS heeft een drietal motieven om het stelsel langdurige zorg te herzien. De belangrijkste reden is de financiële houdbaarheid van de langdurige zorg. In de afgelopen jaren bedroeg de gemiddelde stijging 4,3%, drie keer zo hoog als de economische groei. Bij ongewijzigd beleid zouden de kosten doorstijgen van € 27,5 miljard in 2012 naar +/- € 30 miljard in 2017. Door de afgekondigde maatregelen blijven de kosten van de langdurige zorg in 2017 op het niveau van 2012.
43
in dienst van mensen met een beperking
Na het doorvoeren van de maatregelen uit het regeerakkoord ontstaat een stelsel van langdurige zorg waarbij: -
-
uitgegaan wordt van wat mensen nog wel kunnen in plaats van wat ze niet kunnen; ondersteuning eerst wordt gezocht binnen het sociale netwerk en de zorg dichtbij wordt georganiseerd; mensen waarbij het sociale netwerk niet toereikend is een beroep kunnen doen op ondersteuning (gefinancierd door gemeenten en verzekeraars), hierbij is sprake van een voorziening en dus geen verzekerd recht; voor de meest kwetsbare mensen blijft een verzekerd recht op zorg bestaan binnen een nieuwe kernAWBZ (Wet Langdurige Zorg).
Lang is er onduidelijkheid gebleven of bepaalde groepen cliënten nu wel of niet meegenomen gaan worden in de stelselwijzigingen. In het najaar van 2014 zijn alle contouren duidelijk geworden en kan nauwkeuriger de stand van zaken worden aangegeven. Hoofdpunten - In oktober 2014 is bekend geworden dat ongeveer 14.000 cliënten met een extramurale indicatie, maar met een Wlz-profiel toegang blijven houden tot de Wlz. Dit betreft vooral kinderen en jeugdigen. Uitzondering is de naschoolse dagbehandeling (NSD) van Idris: deze zorg gaat naar de Jeugdwet per 01-01-2015. - Alle bestaande/huidige verblijfscliënten die in zorg zijn op 31-12-2014 blijven vallen onder de Wlz ook bij herindicatie. Dit geldt vooralsnog ook voor cliënten met een ZZP die het ZZP niet verzilveren (vaak ouderinitiatieven). Echter van deze groep zullen de cliënten met een laag ZZP in de loop van 2015 een keuze moeten maken tussen de Wmo/Jeugdwet of Wlz. e - Uitzonderingen op de hoofdregel bij het 2 aandachtsstreepje zijn: * kinderen en jeugdigen in de ZZP’s 1 t/m 3VG, 1LG en 3LG: deze zorg gaat per 01-01-2015 naar de Jeugdwet; * volwassenen met een ZZP GGZ-C (beschermd wonen): deze zorg gaat per 01-01-2015 naar de Wmo; * kinderen en jeugdigen met een LVG ZZP (Idris): deze zorg gaat per 01-01-2015 naar de Jeugdwet; - Voor nieuwe (volwassen) cliënten geïndiceerd in de ZZP’s 1 t/m 3VG, LG, 3LG geldt dat zij per 01-012015 in het Wmo-regime vallen; de hogere ZZP’s blijven in de Wlz. - Alle extramurale begeleiding boven de 18 jaar gaat per 01-01-2015 naar de Wmo; - Alle extramurale behandeling boven de 18 jaar gaat per 01-01-2016 naar de Zvw, in 2015 blijft deze zorg in een overgangsregeling binnen de Wlz; - Alle extramurale begeleiding en behandeling onder de 18 jaar gaat per 01-01-2015 naar de Jeugdwet. Overzicht maatregelen: - Voor de overgang naar de Jeugdwet gold een ingroeitraject per jaar vanaf 2015 (korting 2015: 4%, 2016: 10%, 2017: 15%). Het is echter tijdens de aanbestedingen gebleken dat de kortingen per regio verschillend zijn, en voor enkele regio’s in 2015 hoger uitvallen. Voor de overgang naar de Wmo (vanaf 2015) gold in eerste instantie een korting op het budget van 25%. Dit kortingspercentage is exclusief de uitvoeringskosten van de gemeenten (naar verwachting circa 5 %). Dit percentage is het voorjaar van 2014 door meevallers bij de Rijksoverheid bijgesteld naar 11 %.
4.7 Risicoparagraaf Inleiding De stelselwijzigingen maken dat de Amarant Groep zich intensief beraadt op de verdere ontwikkeling van het aanbod. Centrale vraag hierbij is wat huidige en toekomstige cliënten verwachten van de organisatie en op welke wijze dit betaalbaar kan worden gerealiseerd. Dit is de belangrijkste uitdaging waar de verschillende onderdelen van de Amarant Groep voor staan. Momenteel wordt al met gemeenten en diverse andere zorgaanbieders onderzocht waar een eventuele samenwerking kan leiden tot efficiëntere en betere zorg. Positionering, marktontwikkeling en ondernemerschap krijgen andere invullingen in het kader van de Wmo, waar samenwerking en concurrentie meer dan ooit samengaan. Duidelijk is wel dat de Amarant Groep ook in de toekomst in wil zetten op kwalitatief hoogwaardige zorg voor de cliënten die zorg, ondersteuning en begeleiding bij de Amarant Groep afnemen. De notitie ‘Bouwstenen’ brengt de vraagstukken omtrent transitie en transformatie in beeld en beschrijft de bouwstenen om te komen tot een nieuw evenwicht waarbij de Amarant Groep ‘toekomstproof’ wordt gemaakt. Het is dan ook een kadernota. Dialoog en discussie kunnen aanvullingen en/of aanpassingen opleveren.
44
in dienst van mensen met een beperking
In 2014 heeft de Amarant Groep - uit het oogpunt van risicobeheersing - diverse stappen gezet en zich op belangrijke punten voorbereid op de uitbreiding van de Wmo en de stelselwijziging Jeugd. Dit betreft onder andere: -
het sturen op en faciliteren van krachtige teams; vergroten van de span of support; Amarant-brede uitrol starten van het digitale persoonlijk plan (APP 2.0); ontwikkelen van marketingbeleid en inbedding binnen de organisatiestructuur; verbeteren en meer bedrijfsmatig aansturen van de behandeling.
Financieel Door de toenemende dynamiek in de zorgsector wordt door de Amarant Groep gestuurd op externe kansen en risico’s. De risico’s worden geïnventariseerd en doorvertaald naar de financiële gevolgen voor de interne bedrijfsvoering. Telkens wordt bepaald of direct acties uitgezet moeten worden. Periodiek wordt gerapporteerd aan de Raad van Bestuur over de verwachte risico’s en de financiële gevolgen voor de bedrijfsvoering. De Raad van Bestuur meldt periodiek aan de Raad van Toezicht de risico’s die verbonden zijn aan de activiteiten van de organisatie en de financiering van de organisatie. De Amarant Groep heeft te maken gekregen met nieuwe financiers voor wat betreft Wmo en Jeugdwet (gemeenten). Op basis van nieuwe informatie over de stelselwijzigingen wordt periodiek een geactualiseerde impactanalyse opgesteld. Het inkoopproces kende in 2014 meer dynamiek dan ooit met veel onduidelijkheden. Er is extra capaciteit vrijgemaakt om de aanbestedingsprocedures zo goed mogelijk uit te voeren. Daarbij was een goede samenwerking tussen de frontoffice (programmamanagers/accountteams) en de back-office van groot belang. In een wekelijks overleg werden beslispunten doorgesproken. De notitie ‘Bouwstenen’ is in 2014 doorgerekend om de financiële effecten van de reorganisatieprocessen in kaart te brengen. Op basis daarvan is een plan opgesteld dat de basis is voor de implementatie van de reorganisatie, het realiseren van besparingen en de reductie van overheadkosten. In het begrotingsproces 2015 is gebruik gemaakt van de meest actuele beschikbare informatie. Het budget wat de zorgkantoren ter beschikking stellen, is lager dan voorgaande jaren, omdat het AWBZ-budget wordt opgesplitst in Wlz, Wmo en Jeugdwet. De Amarant Groep heeft in de voorbereiding op de aanbestedingsprocedures aandacht besteed aan het verkrijgen van meer inzicht in de kostprijzen van haar producten. Het uiteindelijke doel is om te komen tot een betrouwbare kostprijsberekening voor de Amarant Groep als basis voor de onderhandelingen met de gemeenten. Op basis van de kostprijs kan de uiteindelijke verkoopprijs worden bepaald. De kostprijs is niet altijd bepalend voor de verkoopprijs, maar is wel noodzakelijk om te bepalen of de verkoopprijs de gemaakte kosten dekt. De zorgsector dynamiseert. Hierbij is het van belang dat de diverse producten (o.a. rapportages) van de planning- en control cyclus tijdig beschikbaar komen. Op dit moment worden maatregelen genomen om informatiemanagement door te ontwikkelen. Zo wordt het bronbeheer (de data in de diverse applicaties) aangescherpt en worden plannen ontwikkeld om te komen tot één applicatie voor de cliënten- en productieadministratie (thans drie applicaties). Voorts is de wens om de kwaliteit van de managementinformatie (nog) verder te verhogen met behulp van een business intelligence tool. Het project managementinformatie is in 2015 van start gegaan. In dit project wordt gewerkt aan een verbetering en vereenvoudiging van de managementinformatie. De veranderende omgeving (zowel intern/extern) geeft hier steeds meer aanleiding toe. Eén van de belangrijkste doelstellingen is het ontwikkelen van dashboards met daarop de gewenste stuurinformatie (KPI’s). De dashboards worden ontwikkeld voor de krachtige teams (huishoudboekje), maar ook e voor het management van Amarant. In de 1 fase wordt gestart de sturingsgebieden ‘evenwicht opbrengsten / kosten’ en ‘kwaliteit van arbeid’. De overige sturingsgebieden volgen in een latere fase. In de dashboards komen mogelijkheden om indien gewenst zelf in te zoomen op de KPI’s. Dit alles wordt gebouwd in een BIomgeving, waarbij de informatie rechtstreeks uit de bronsystemen wordt gehaald. Het registreren van de juiste gegevens in de bron wordt dus steeds belangrijker om de juiste informatie te genereren. Het project wordt ondersteund door de externe leverancier Infent die de BI-omgeving voor ons gaan bouwen. De eerste resultaten worden eind maart/begin april 2015 verwacht.
45
in dienst van mensen met een beperking
5 Jaarrekening
5.1
Balans (na resultaatbestemming) Amarant Groep
5.2
Resultatenrekening Amarant Groep
5.3
Kasstroomoverzicht Amarant Groep
5.4
Algemene toelichting en waardering van grondslagen en resultaatbepaling
5.5
Toelichting op de balans Amarant Groep
5.6
Verloopoverzicht materiële en financiële vaste activa Amarant Groep
5.7
Projecten in uitvoering en mutaties in het verslagjaar Amarant Groep
5.8
Overzicht langlopende leningen
5.9
Toelichting op de resultatenrekening
5.10 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders 5.11 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening 5.12 Overige gegevens 5.13 Controleverklaring
46
in dienst van mensen met een beperking
5.1 Balans Amarant Groep (na resultaatbestemming) Ref. ACTIVA
31 december 2014 €
31 december 2013 €
Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
1. 2.
Totaal vaste activa
182.567.051 1.066.549
184.383.518 1.273.812
183.633.600
185.657.330
1 -968.163 6.075.310 1.511.953 36.936.988
1 1.433.556 5.868.926 3.203.478 21.578.620
43.556.089
32.084.581
227.189.689
217.741.911
304.553 59.516.576 950.590
304.553 54.620.367 950.590
Vlottende activa Voorraden Onderhanden werk uit hoofde van DBC's Vorderingen en overlopende activa Vorderingen uit hoofde van financieringstekort Liquide middelen
3. 4. 5. 6. 7.
Totaal vlottende activa
Totaal activa
PASSIVA
Eigen vermogen Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen Totaal eigen vermogen
8.
60.771.719
55.875.510
Voorzieningen
9.
45.321.759
32.460.118
Langlopende schulden
10.
78.857.133
83.838.318
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot Kortlopende schulden en overlopende passiva
11. 12.
1.672.098 40.566.980
1.665.807 43.902.158
227.189.689
217.741.911
Totaal passiva
47
in dienst van mensen met een beperking
5.2 Resultatenrekening Amarant Groep Ref.
2014 €
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2013 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
14.
259.442.099
255.993.503
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
15.
5.897.051
5.796.503
Subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp, inclusief overige Wmo-prestaties)
16.
2.101.006
2.456.169
Overige bedrijfsopbrengsten
17.
8.979.600
7.232.143
276.419.756
271.478.318
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
18.
187.630.332
193.602.995
Afschrijvingen op materiële / financiële vaste activa
19.
13.289.540
14.698.137
Bijzondere waardeverminderingen impairment
20.
2.147.081
0
Overige bedrijfskosten
21.
65.103.413
58.686.378
Som der bedrijfslasten
268.170.366
266.987.510
BEDRIJFSRESULTAAT
8.249.390
4.490.806
-3.353.181
-3.522.204
4.896.209
968.602
-
-
4.896.209
968.602
Financiële baten en lasten
22.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
23.
RESULTAAT BOEKJAAR
5.2.1 Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt bestemd: 2014 €
2013 €
Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve vastgoed en facilitaire zaken Bestemmingsreserve kleinschalige woonvormen Bestemmingsreserve doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg Bestemmingsreserve frictie historische naar reële budgetten Bestemmingsreserve marktontwikkeling en innovatie
6.583.556 -744.127 689.750 -852.470 74.500 -855.000
1.960.231 959.150 -725.529 -606.750 -618.500
Totaal bestemming
4.896.209
968.602
48
in dienst van mensen met een beperking
5.3 Kasstroomoverzicht Amarant Groep 2014 €
€
2013 €
€
Kasstroom uit operationele activiteiten Bedrijfsresultaat Aanpassingen voor: - afschrijvingen - mutaties voorzieningen
8.249.390
15.436.621 12.861.641
4.490.806
14.698.137 13.813.757 28.298.262
Veranderingen in vlottende middelen: - voorraden - mutatie onderhanden werk DBC - vorderingen - vorderingen/schulden uit hoofde van financieringstekort respectievelijk -overschot - kortlopende schulden (excl. schulden aan kredietinstellingen)
0 2.401.719 -206.384 1.697.816
0 -275.659 -2.746.040 2.047.658
-3.734.797
-232.189
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Buitengewoon resultaat
-1.206.230
36.706.006
31.796.470 -
-
-
36.706.006
31.796.470
-23.483.319 1.407.905 16.873 -
-13.554.212 252.513 -137.681
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen interest Betaalde interest Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
158.354
-
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Ontvangen aflossingen Overige investeringen in financiële vaste activa
28.511.894
-13.439.380
-22.058.541
-3.522.204 23.172.253 -20.335.860
-.3.326.692 3.750.000 -8.331.566
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
-7.908.258
-685.811
Mutatie geldmiddelen
15.358.368
9.052.117
Bij de opstelling van het kasstroomoverzicht is gebruik gemaakt van de indirecte methode.
49
in dienst van mensen met een beperking
5.4 Algemene toelichting en waardering van grondslagen en resultaatbepaling 5.4.1 Algemeen Algemene gegevens Naam rechtspersoon Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Nummer Kamer van Koophandel Aansluitnummers NZa
: : : : : :
E-mailadres Website Kernactiviteiten
: : :
Stichting Amarant Groep Bredaseweg 412 5037 LH Tilburg 013-4624030 41096992 300-168, 300-170, 300-171, 300-608, 300-609, 300-1164, 300-1165, 300-1651, 450-1096
[email protected] http://www.amarantgroep.nl Behandeling, zorg- en dienstverlening en al hetgeen daarmee in de ruimste zin genomen in verband staat voor kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met een (lichte) beperking waarbij verschillende financieringsgrondslagen aan de orde kunnen zijn.
Groepsverhoudingen Binnen de groepsverhoudingen hebben zich in 2014 geen wijzigingen voorgedaan, met uitzondering van de overheveling van de zorgverlening van Pauwer Amsterdam naar stichting Lievegoed per 01-10-2014. Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling Verslaggeving WTZi en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Met uitzondering van de rekeningen met betrekking tot bijzondere baten. In tegenstelling tot 2013 worden deze nu verantwoord onder algemene kosten/overige opbrengsten in plaats van onder personeelskosten. Verbonden rechtspersonen Op grond van artikel 7, lid 5 en 6, van de Regeling Verslaggeving WTZi zijn de volgende stichtingen buiten de jaarrekening gebleven: -
Stichting Vrienden van Amarant te Tilburg; Stichting Beheer Cliëntengelden Amarant te Tilburg; Stichting Boerderij de Hanekam te Tilburg.
Segmentatie Binnen de jaarrekening is een segmentering aangebracht tussen AWBZ/Zvw-middelen en middelen vanuit de Provincie. Financiële instrumenten Algemeen De Amarant Groep maakt in de bedrijfsuitoefening geen gebruik van derivaten. Renterisico en kasstroomrisico Het renterisico is beperkt tot eventuele veranderingen in de marktwaarde van opgenomen en uitgegeven leningen. Bij deze leningen is sprake van een vast rentepercentage over de rentevastperiode. De leningen worden zoveel mogelijk aangehouden tot het einde van de looptijd.
50
in dienst van mensen met een beperking
5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva Activa en passiva Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. De actuele waarde wordt gehanteerd voor activa waarbij de verwachting is dat deze op korte termijn zullen worden afgestoten. Toelichtingen op posten in de balans, resultatenrekening en kasstroomoverzicht zijn in de jaarrekening genummerd. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings-, vervaardigingsprijs of goedgekeurde kosten verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. De jaarlijkse afschrijving van de materiële vaste activa worden berekend op basis van een vast percentage van die kosten conform deels de desbetreffende beleidsregels, deels over de geschatte economische levensduur van het vast actief. Binnen de Amarant Groep zijn de hieronder opgenomen afschrijvingstermijnen per activasoort (de componentenbenadering) gehanteerd:
Activa Grond Grond KSW Terreinvoorzieningen Terreinvoorzieningen KSW Permanente gebouwen Permanente gebouwen KSW Permanente gebouwen dagbesteding Verbouwingen Verbouwingen KSW Installaties Installaties KSW Instandhouding Trekkingsrechten Instandhouding KSW Aanloopkosten Aanloopkosten KSW Bouwrente Bouwrente KSW Inventaris Automatiseringsapparatuur Vervoermiddelen
Economische levensduur Afschrijving in: Restwaarde 0 jaar 100% 0 jaar 100% 20 jaar 0% 20 jaar 0% 40 jaar 0% 30 jaar 50% 30 jaar 50% 20 jaar 0% 10 jaar 0% 15 jaar 0% 15 jaar 0% 10 jaar 0% 10 jaar 0% 10 jaar 0% 40 jaar 0% 1 jaar 0% 40 jaar 0% 1 jaar 0% 7 jaar 0% 3 jaar 0% 5 jaar 0%
De gehanteerde afschrijvingspercentages voor de toepassing van de economische levensduur zijn vermeld in de desbetreffende bijlage. De materiële vaste activa, die behoren tot de niet-WTZi/WMG-gefinancierde vaste activa, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, respectievelijk de verwachte directe opbrengstwaarde indien besloten is tot verkoop en de verwachtte boekwaarde groter is dan de directe opbrengstwaarde. De kleinschalige gebouwen die worden verkocht, zijn gewaardeerd tegen de directe opbrengstwaarde. De bouwprojecten worden opgenomen tegen de boekwaarde van het onderhanden werk. Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa en de kleinschalige woonvoorzieningen (KSW) per activagroep wordt verwezen naar 5.6 mutatieoverzicht materiële/financiële vaste activa. In toelichting 5.7 Projecten in uitvoering zijn overzichten opgenomen voor de onderhanden en gereedgekomen projecten.
51
in dienst van mensen met een beperking
Bijzondere waardeverminderingen Vaste activa dienen te worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen met een duurzaam karakter. Dit doet zich voor bij wijzigingen in omstandigheden die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige netto-kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren, of de bij verkoop te realiseren directe opbrengstwaarde indien deze lager is. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde (=de hoogste van enerzijds de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen en anderzijds de directe opbrengstwaarde), worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Voor het vastgoed van de Amarant Groep zijn in 2011 de bekostigingsregels aangepast. Volledige nacalculatie van kapitaallasten van goedgekeurde investeringen is vervangen door prestatiebekostiging. Hierbij geldt een overgangstermijn van 6 jaar (tot en met 2017) waarin deze overgang gefaseerd wordt doorgevoerd. Als gevolg van deze wijziging in de bekostiging, in samenhang met de beleidsvoornemens van het kabinet inzake de hervorming van de langdurige zorg, is geconcludeerd dat sprake is van indicaties die kunnen duiden op mogelijke duurzame waardevermindering. Als gevolg hiervan dient de Amarant Groep overeenkomstig RJ121 te toetsen of de boekwaarde nog kan worden gerealiseerd uit de toekomstige opbrengsten. De Amarant Groep heeft de directe opbrengstwaarde bij verkoop, en de contante waarde van de toekomstige kasstromen van dit zorgvastgoed benaderd op het niveau van de kasstroomgenererende eenheden (RVE’s), en vergeleken met de boekwaarde van dit vastgoed en de overige met bedrijfsvoering samenhangende activa per 31 december 2014. Belangrijke veronderstellingen die zijn gehanteerd bij de benadering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen zijn: -
-
Als kasstroomgenererende eenheid zijn de huidige bouwstenen van de Amarant Groep aangehouden. Per RVE is de bedrijfswaarde afgezet tegen de huidige boekwaarde. De levensduur van panden op centrumlocaties wordt gesteld op 40 jaar en de levensduur van gebouwen in de wijk op 30 jaar. Gebouwen in de wijk worden afgeschreven tot een restwaarde van 50 % van de WOZ. Eens per 3 jaar worden de restwaarden herrekend aan de dan geldende WOZ. Op centrumlocaties is een herinvestering van 35 % van € 1.900,- per BVO na 20 jaar bovenop de jaarlijkse instandhouding meegenomen. De bezettingsgraad is gebaseerd op de werkelijke bezetting van december 2013, verminderd met een mogelijke extra leegstand van 1 %. Huidige samenstelling van de cliëntenpopulatie. Uit de meerjarenbegroting afgeleide kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2017, en genormaliseerde trendmatige kasstromen vanaf 2018 tot aan einde levensduur. Bij de berekening hiervan is rekening gehouden met de effecten van de overgangsregeling 2012-2017. Vervangingsinvesteringen tot een niveau welke noodzakelijk worden geacht om het betreffende vastgoed tot aan het einde van de levensduur in gebruik te houden zijn in de berekening meegenomen. Een disconteringsvoet van 5,25 %. De maatregelen uit het regeerakkoord zijn meegenomen in de berekening. Voor de ZZP’s 1VG, 1LG, 2VG, 3LGis gerekend met een maximale huur van € 590,-. Voor extramurale dagbesteding en begeleiding in de thuissituatie is voor vastgoed gerekend met een bijdrage per dagdeel van € 3,50 en voor begeleiding van € 1,5 per uur. Dit is aanzienlijk lager dan vorig jaar toen nog werd gerekend met € 5,- per dagdeel en € 5,- per uur. Voor de zorgverlening binnen de Jeugdwet is gerekend met een korting oplopend naar 21,2 %.
Directe opbrengstwaarden zijn ontleend aan taxaties door onafhankelijke externe taxateurs, uitgaande van verkoop in lege staat en kosten koper of de verwachte verkoopwaarde in economisch verkeer. Het verschil tussen de boekwaarde per 31 december 2014 en de contante waarde van de toekomstige kasstromen bedraagt € 30,3 miljoen positief (2013: € 38,1 miljoen). Hierop is reeds in mindering gebracht een bijzondere waardevermindering van € 2,1 miljoen voor de bouwstenen Ambulant en Bestuursbureau. Voor de verlieslatende huurcontracten is in de jaarrekening 2014 een voorziening opgenomen. Financiële vaste activa Onder de financiële activa zijn de activa opgenomen, waarvoor vanuit de NZa goedkeuring is verleend om deze conform de compensatieregeling vaste activa in 6 jaar tot nihil te mogen afschrijven onder gelijktijdige toekenning van een vergoeding in de aanvaardbare kosten.
52
in dienst van mensen met een beperking
Voorraden De voorraden aanwezig binnen de Amarant Groep zijn gewaardeerd op een symbolisch bedrag van € 1. Onderhanden projecten uit hoofde van DBC’s De onderhanden projecten uit hoofde van DBC's worden gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde de kostprijs van de reeds bestede verrichtingen, of tegen de opbrengstwaarde van de DBC indien deze lager is. De productie van de onderhanden projecten is bepaald door de openstaande verrichtingen te koppelen aan de DBC's die ultimo boekjaar openstonden. Vorderingen Vorderingen worden opgenomen voor de nominale waarde. Een voorziening wordt getroffen op de vorderingen op grond van verwachte oninbaarheid. De voorziening dubieuze debiteuren is volgens de statische methode bepaald. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De liquide middelen zijn vrij opeisbaar met uitzondering van de deposito’s van het voormalige NSWAC. Eigen vermogen Het eigen vermogen is het overblijvend bedrag in de activa van de Amarant Groep na aftrek van al haar vreemd vermogen. Onder het kapitaal wordt opgenomen het bij oprichting of later ingebrachte kapitaal. Onder het collectief gefinancierd vermogen worden de reserves opgenomen die voortkomen uit de subsidie- en/of zorggebonden dan wel collectief gefinancierde activiteiten. Het collectief gefinancierd gebonden vermogen kan slechts worden besteed voor zorgactiviteiten. De bestemmingsreserves zijn een gedeelte van het eigen vermogen waaraan door het bestuur een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven. Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen is vrij besteedbaar en komt voor uit nietcollectief gefinancierde activiteiten. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen. De volgende voorzieningen zijn gevormd: De voorziening groot onderhoud wordt gevormd voor de bekostiging van achterstallig onderhoud. Jaarlijks wordt het achterstallig onderhoud bepaald en opgenomen in de voorziening groot onderhoud. Bij uitvoering van de werkzaamheden worden de middelen uit de voorziening onttrokken. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening langdurig zieken is bepaald op basis van de verplichtingen die betrekking hebben op medewerkers die langdurig ziek zijn. De doorbetalingsverplichting bedraagt in het eerste jaar van ziekte 100 % en in het tweede jaar 70 %. Van deze medewerkers kan in redelijkheid worden aan genomen dat ze te zijner tijd de WIA zullen instromen. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De voorziening uitgestelde beloningen wordt gevormd voor toekomstige verplichtingen als gevolg van jubileumuitkeringen en OBU-/ pensioenuitkeringen. Het betreft uitkeringen ten behoeve van 12,5-jarige jubilea, 25-jarige jubilea en 40-jarige jubilea en medewerkers die (vervroegd) uit dienst gaan door het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, die conform CAO Gehandicaptenzorg recht hebben op een uitkering. Bij het bepalen van de verplichting is rekening gehouden met de blijfkansen van medewerkers in het huidige medewerkersbestand. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde. De voorziening PBL (Persoonlijk Budget Levensfase) is bepaald op basis van de openstaande PBL-uren per einde verslagjaar plus de uren van het overgangsrecht voor de groep medewerkers van 45 tot en met 49 jaar. Het betreft de verplichting op loondoorbetaling bij opname van de extra verlofuren. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde. Bij Pauwer is ook het overgangsrecht voor medewerkers van 50 jaar en ouder in de voorziening opgenomen. De voorziening verlieslatende contracten is bepaald op basis van de huurcontracten waarbij de verwachte opbrengsten uit de NHC-financiering en verhuur aan cliënten (ZZP’s 1VG, 1LG, 2VG, 3LG en 3VG) lager zijn dan de toekomstige huisvestingslasten. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde gebaseerd op de resterende termijn van het huurcontract. De voorziening meerzorg is gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verblijfscliënten kan op bepaalde voorwaarden extra budget worden verkregen als er sprake is van meerzorg. Jaarlijks wordt door een externe instantie (CCE) getoetst of aan alle voorwaarden wordt voldaan. Veelal zijn de resultaten van deze toetsing pas bekend in de loop van het boekjaar. Om te garanderen dat de cliënten reeds aan het begin van het jaar de gewenste zorg kunnen ontvangen is uit voorzichtigheid een voorziening gevormd. Mocht een aanvraag voor een cliënt worden afgewezen door het CCE, dan kan de voorziening worden gehanteerd om een gelijke afbouw van zorgverlening te kunnen financieren.
53
in dienst van mensen met een beperking
De voorziening voor reorganisatiekosten betreft de kosten die direct samenhangen met in gang gezette reorganisaties voor de komende jaren. De vorming van de reorganisatievoorziening heeft plaats gevonden aan de hand van een gedetailleerd plan voor de reorganisatie. De medezeggenschapsorganen zijn geïnformeerd over deze reorganisatie. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De Voorziening voor verlieslatende contracten JW en Wmo is gevormd ter financiering van de te verwachten verliezen in verband met afgesloten contracten met gemeenten in het kader van de Jeugdwet en Wmo. De omzet van de feitelijk afgesloten contracten is hierbij afgezet ten opzichte van de realistische toekomstige kostprijs voor deze vorm van zorgverlening.
5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. De baten zijn, voor wat betreft het wettelijk budget aanvaardbare kosten of daarmee gelijk te stellen middelen, berekend aan de hand van de voorschriften van de NZa. De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten (waaronder nagekomen budgetaanpassingen) en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend. Pensioenen Stichting Amarant Groep heeft voor haar medewerkers een toegezegd-pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende medewerkers hebben op de pensioengerechtigde leeftijd recht op een pensioen dat is gebaseerd op het gemiddeld verdiende loon berekend over de jaren dat de werknemer pensioen heeft opgebouwd bij de Amarant Groep. De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Stichting Amarant Groep betaalt hiervoor premies waarvan de helft door de werkgever wordt betaald en de helft door de werknemer. De pensioenrechten worden jaarlijks geïndexeerd, indien en voor zover de dekkingsgraad van het pensioenfonds (het vermogen van het pensioenfonds gedeeld door haar financiële verplichtingen) dit toelaat. Naar de stand van ultimo december 2014 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds 102% (bron: http://www.pfzw.nl). In 2015 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad te hebben van ten minste 105%. Het pensioenfonds verwacht hier aan te voldoen. De Amarant Groep heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. De Amarant Groep heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord. Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen (WNT) Voor de uitvoering van de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de semipublieke sector heeft de Amarant Groep zich gehouden aan de beleidsregel toepassing WNT. Momenteel is er nog onzekerheid vanwege het nog aannemen van de aanpassingen WNT door de Eerste Kamer. De Amarant Groep heeft de beleidsregels toepassing WNT als normenkader bij het opmaken van de jaarrekening gehanteerd. De aanpassingswet WNT, die onderdeel is van dit normenkader, is nog niet door de Eerste Kamer aangenomen, hetgeen kan leiden tot aanpassingen van de verstrekte informatie uit hoofde van de aanpassingswet WNT. De Amarant Groep heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid die het besluit d.d. 12 maart 2014 van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties geeft inzake de volledige openbaarmaking van interimfunctionarissen die geen topfunctie vervullen. Op basis van dit besluit kán en hoeft de Amarant Groep niet volledig te voldoen aan de verplichting voor openbaarmaking van deze functionarissen zoals voorgeschreven in artikel 4.2 lid 2c van de aanpassingswet WNT. Inhaalindex 2014 RJ655 Alinea 208 vraagt van zorginstellingen bij de vaststelling van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten rekening te houden met de definitieve indexering van de diverse componenten van het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (hierna: na-indexering) mits voldaan is aan de voorwaarden van RJ 270 De winst-en-verliesrekening. Op basis van de beschikbare rekentool van de NZA is de na-indexering berekend en meegenomen in de jaarrekening 2014 Overige De rechten en verplichtingen uit hoofde van meerjarige financiële contracten, zoals huurcontracten, operationele leasecontracten e.d. worden niet in de balans geactiveerd en gepassiveerd. De lasten, die hieruit voortvloeien, worden onder bedrijfslasten verantwoord. Als buitengewone baten en lasten worden baten en lasten opgenomen, die niet uit de gewone bedrijfsuitoefening voortvloeien.
54
in dienst van mensen met een beperking
Grondslagen voor de opstelling van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld op basis van de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit liquide middelen onder aftrek van de kortlopende schulden aan kredietinstellingen. Ontvangen interest en betaalde interest worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Amarant Groep maakt geen gebruik van financiële leasing.
55
in dienst van mensen met een beperking
5.5 Toelichting op de balans 1. Materiële vaste activa
2014 €
2013 €
Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
153.069.947 14.574.181 9.416.736 5.506.187
147.819.221 14.798.120 10.221.833 11.544.344
Totaal materiële vaste activa
182.567.051
184.383.518
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
2014 €
2013 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: investeringen * Af: bijzondere waardeminderingen impairment Af: afschrijvingen Af: afschrijvingen economisch Af: desinvesteringen * Af: overheveling naar financiële vaste activa Af: eenmalige aansluiting activa
184.383.518 13.554.214 2.147.081 12.588.690 382.398 252.512
176.687.809 23.483.318 14.542.950 -163.246 1.407.905
Boekwaarde per 31 december
182.567.051
184.383.518
Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen bijzondere waardevermindering Cumulatieve afschrijvingen Cumulatieve afschrijvingen economisch
276.879.007 9.071.305 80.997.271 4.243.380
295.087.720 6.924.224 99.941.978 3.838.000
-
* Dit zijn de bedragen na eliminatie van in het boekjaar gereed gekomen projecten. Voor een nadere specificatie van het verloop van de WTZi-vergunningplichtige vaste activa, de WTZi-meldingsplichtige vaste activa, de WMG-gefinancierde vaste activa, de extramuraal zonder WTZi-vergunningsplichtige vaste activa, de nietWTZi / WMG-gefinancierde vaste activa en de Kleinschalige Woonvoorzieningen per activagroep wordt verwezen naar 5.6 mutatieoverzicht materiële / financiële vaste activa. In toelichting 5.7 projecten in uitvoering is het overzicht opgenomen van de onderhanden en gereedgekomen projecten. 2. Financiële vaste activa
2014 €
Overige vorderingen: Te verrekenen afschrijvingen inzake buiten gebruik gestelde materiële vaste activa Leningkosten Totaal financiële vaste activa
2013 €
955.357 111.192
1.273.812 -
1.066.549
1.273.812
Toelichting financiële vaste activa: - Te verrekenen afschrijvingen inzake buiten gebruik gestelde materiële vaste activa In 2011 is een aanvraag ingediend bij de NZa voor compensatie vaste activa voor locaties waarbij sprake is van leegstand of sloop. Daarnaast is voor het voormalig OCB een aanvraag goedgekeurd voor asbestverwijdering. De stand ultimo 2011 zal in zes jaar door de NZa in het budget van de Amarant Groep worden vergoed.
56
in dienst van mensen met een beperking
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt:
2014 €
Boekwaarde per 1 januari Bij: Kapitaalstorting Af: ontvangen aflossing leningen Af: afschrijvingen
1.273.812 137.681 26.489 318.455
Boekwaarde per 31 december
1.066.549
3. Voorraden
2014 €
Totaal voorraden
2013 € 1
1
4. Onderhanden werk uit hoofde van DBC's
2014 €
2013 €
Onderhanden werk DBC’s Af: Nuancering 2014 Af: Nuancering 2013 Totaal onderhanden werk
379.755 -677.726 -670.192 -968.163
1.469.666 0 -36.110 1.433.556
2014 €
2013 €
Vorderingen op debiteuren Debiteuren DBC’s Nog te factureren omzet DBC's Overige vorderingen
1.773.681 565.407 1.505.957 349.827
1.222.161 494.487 1.046.326 943.002
Totaal vorderingen
4.194.872
3.705.976
Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Overige overlopende activa
257.495 1.609.955 12.988
1.113.539 1.047.864 1.547
Totaal overlopende activa:
1.880.438
2.162.950
Totaal vorderingen en overlopende activa
6.075.310
5.868.926
5. Vorderingen en overlopende activa
Toelichting vorderingen en overlopende activa: De voorziening dubieuze debiteuren is volgens de statische methode berekend. Op de vordering op debiteuren is een voorziening van oninbaarheid in mindering gebracht van € 184.459. In het voorgaande verslagjaar bedroeg de voorziening voor oninbaarheid € 130.000.
57
in dienst van mensen met een beperking
7. Liquide middelen
2014 €
2013 €
Bankrekeningen Kassen
36.755.152 181.836
21.383.424 195.196
Totaal liquide middelen
36.936.988
21.578.620
PASSIVA 8. Eigen vermogen 2014 €
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten:
2013 €
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
304.553 59.516.576 950.590
304.553 54.620.367 950.590
Totaal eigen vermogen
60.771.719
55.875.510
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2014 €
Kapitaal Saldo per 01-01-2014 €
Resultaatbestemming €
Kapitaal
304.553
-
-
304.553
Totaal kapitaal
304.553
-
-
304.553
Het verloop is als volgt weer te geven:
Saldo per 01-01-2014 €
Resultaatbestemming €
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2014 €
Reserve aanvaardbare kosten: - RAK - Egalisatie instandhouding
39.991.475 -
6.583.556 -
-
46.575.031 -
Totaal reserve aanvaardbare kosten
39.991.475
6.583.556
-
46.575.031
2.226.231 7.755.691 1.512.470 959.500 2.175.000
-744.127 689.750 -852.470 74.500 -855.000
-
1.482.104 8.445.441 660.000 1.034.000 1.320.000
Totaal bestemmingsreserves
14.628.892
-1.687.347
-
12.941.545
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
54.620.367
4.896.209
-
59.516.576
Het verloop is als volgt weer te geven:
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Bestemmingsreserves: - Huisvesting & Bedrijfsdiensten - Kleinschalige woonvormen - Doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg - Frictiekosten overgang historische - reële budgetten - Marktontwikkeling en innovatie
58
in dienst van mensen met een beperking
Toelichting collectief gefinancierd gebonden vermogen Reserve aanvaardbare kosten De reserve aanvaardbare kosten wordt gevormd uit dat deel van de exploitatieresultaten, waarop geen nacalculatie door de tariefbeoordelende instanties plaatsvindt. Exploitatie-overschotten worden toegevoegd aan deze reserve, terwijl tekorten aan de reserve worden onttrokken. Bestemmingsreserve Aan de bestemmingsreserves is in het verslagjaar een bedrag van Aan de bestemmingsreserves is in het verslagjaar een bedrag van
€ €
1.976.750 3.664.097
gedoteerd. onttrokken.
Per saldo betreft dit een bedrag van € -1.687.347 Hieronder wordt uiteengezet waar de dotaties en onttrekkingen specifiek betrekking op hebben. -
Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Huisvesting & Bedrijfsdiensten: € 744.127 Toelichting: de bestemmingsreserve voor Huisvesting & Bedrijfsdiensten is bestemd voor de bekostiging van groot onderhoud op grootschalige locaties. Een dotatie aan de bestemmingsreserve voor kleinschalige woonvormen: € 689.750 Toelichting: de bestemmingreserve voor kleinschalige woonvormen is bestemd voor toekomstige lasten voortvloeiend uit onderhoud en instandhouding van kleinschalige woonvoorzieningen.
-
De hierna genoemde bestemmingsreserves hebben een ander karakter. Vanuit de RVE’s is de mogelijkheid geboden bestemmingsreserves te vormen. Deze dienen te passen binnen de strategische doelstellingen van Amarant. Daarnaast moet aan een vijftal criteria zijn voldaan, te weten: 1. 2. 3. 4. 5. -
-
-
de projecten dienen een incidenteel karakter te hebben (een duidelijk begin- en einddoel) met meetbaar eindresultaat; de projecten moeten uiteindelijk ingepast worden in het structurele kader; er dient een tijdspad te zijn met tussentijdse mijlpalen en op te leveren producten: er dient onderbouwing te zijn in zowel kwalitatieve als in kwantitatieve zin; eventuele consequenties voor andere RVE’s dienen in kaart gebracht te zijn. Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Doelgroepenbeleid/Kwaliteit van zorg: € 852.470 Toelichting: in de zorgregio's Midden- en West-Brabant zijn een aantal knelpunten in de gehandicaptenzorg te onderkennen. De Amarant Groep zal zich in de komende jaren inspannen om deze knelpunten op te lossen. Hierbij valt te denken aan het oplossen van de LVG-problematiek, ontwikkelen specifieke ouderenzorg, autismezorg, gedragsproblematiek en verdere uitbouw van de Amarant Wijkzorg/Familiezorg. Projecten die zijn opgenomen onder de bestemmingsreserve doelgroepenbeleid zijn onder andere: arbeidsleercentrum, verbetering marketingstrategie en verder uitrol FIT-programma. Een dotatie aan de bestemmingsreserve voor Frictiekosten overgang van historische naar reële budgetten: € 74.500 Toelichting: het komende jaar zal door de Amarant Groep een aantal projecten worden uitgevoerd voor de herontwikkeling van diverse locaties en automatisering. Tijdens deze overgangsfase zullen fricties optreden tussen het huidige en toekomstige budget van deze locaties. Om deze frictie te ondervangen is een bestemmingsreserve gevormd. Binnen de bestemmingsreserve is een gedeelte van de taakstelling op vervoer opgenomen, waarop in 2014 nadere acties zullen worden uitgezet. Daarnaast zijn hier de projecten opgenomen in het kader van de steunstructuur voor de implementatie en scholing van de krachtige teams. Een onttrekking aan de bestemmingsreserve voor Marktontwikkeling en innovatie: € 855.000 Toelichting: door de modernisering van de AWBZ volgen de ontwikkelingen in de gehandicaptenzorg elkaar snel op. Daarnaast is er sprake van toenemende concurrentie binnen de Wlz, Wmo en Jeugdwet. Deze ontwikkeling vereist een vraaggestuurde en actieve benadering van de markt. Hiertoe zijn een drietal projectmanagers aangesteld op het gebied van: Wmo, stelselwijziging Kind en Jeugd en SGEVG. Verder zal in de komende jaren in het kader van de Wmo samenwerking worden gezocht met collega-zorgaanbieders. Tevens zijn middelen gereserveerd voor een verbeterde positionering van de Amarant Groep. Ook wordt geïnvesteerd in Amarant 2.0 (diverse automatiseringsprojecten) en de ontwikkeling van nieuw zorgaanbod (o.a. FACT).
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen Saldo per 01-01-2014 €
Resultaatbestemming €
Algemene reserve
950.590
-
-
950.590
Totaal kapitaal
950.590
-
-
950.590
Het verloop is als volgt weer te geven:
59
Overige Mutaties €
Saldo per 31-12-2014 €
in dienst van mensen met een beperking
9. Voorzieningen Het verloop is als volgt weer te geven:
Voorziening groot onderhoud Voorziening langdurig zieken Voorziening uitgestelde beloningen Voorziening persoonlijk budget levensfase Voorziening verlieslatende contracten Voorziening meerzorg (extreme zorgbehoefte) Voorziening voor reorganisatiekosten Verlieslatende contracten JW/Wmo Totaal voorzieningen
Saldo per 01-01-2014 €
Dotatie
800.000 1.076.774 2.430.760 13.050.339 4.063.313 50.000 10.988.932
650.000 1.063.675 178.545 2.849.357 820.327 36.000 5.386.301 6.685.000 17.619.205
32.460.118
€
Onttrekking /Vrijval €
Saldo per 31-12-2014 €
800.000 744.789 271.777 522.125 783.640 50.000 1.635.233 4.807.564
650.000 1.395.660 2.337.528 15.377.571 4.100.000 36.000 14.740.000 6.685.000 45.321.759
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd:
Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jaar) Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jaar) Totaal voorzieningen
31-12-2014 € 4.667.261 40.654.498 45.321.759
Hiervan langlopend (> 5 jaar)
1.424.865
Voorziening groot onderhoud De stand van de voorziening groot onderhoud is bepaald op: € 650.000 Binnen de Amarant Groep is er een aantal grootschalige locaties, die momenteel niet voldoen aan de door de Amarant Groep en landelijke partijen gestelde kwaliteitsnormen. Voor groot onderhoud op deze locaties is een voorziening getroffen. Voorziening langdurig zieken De stand van de voorziening voor langdurig zieken is bepaald op: € 1.395.660 De voorziening is getroffen voor langdurig zieken € 1.287.460, waarvan in redelijkheid kan worden aangenomen dat de betreffende werknemers ziek blijven en te zijner tijd de WIA zullen instromen, waardoor de Amarant Groep verplicht is het salaris door te betalen. Hierbij is zowel het eerste jaar loondoorbetaling (100 %) als het tweede jaar loondoorbetaling (70 %) meegerekend. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde. De Amarant Groep is eigenrisicodrager voor de WIA-WGA en heeft het eigen risico verzekerd bij Allianz Inkomensverzekering tot en met 31-12-2011. Voor de medewerkers die niet meeverzekerd zijn is een voorziening getroffen van € 108.200. Vanaf 01-01-2012 is het eigen risico verzekerd bij De Amersfoortse. De niet meeverzekerde medewerkers zijn opgenomen in de polis bij De Amersfoortse waarvoor een hogere premie wordt betaald. De verplichting is gewaardeerd tegen nominale waarde (4 %). Voorziening uitgestelde beloningen De stand van de voorziening uitgestelde beloningen is bepaald op: € 2.337.528 De voorziening wordt gevormd voor toekomstige verplichtingen als gevolg van jubileumuitkeringen en OBU- en pensioenuitkeringen. Het betreft uitkeringen ten behoeve van 12,5 jarige jubilarissen, 25 jarige jubilarissen en 40 jarige jubilarissen, die conform CAO Gehandicaptenzorg recht hebben op een uitkering. Daarnaast hebben werknemers die met de OBU of met pensioen gaan conform de CAO Gehandicaptenzorg recht op een uitkering. De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde (4 %) Voorziening persoonlijk budget levensfase De stand van de voorziening persoonlijk budget levensfase (PBL) is bepaald op: € 15.377.571 Vanaf 2009 is het persoonlijk budget levensfase opgenomen in de CAO Gehandicaptenzorg. De voorziening is als volgt uit te splitsen: -
Voor de openstaande PBL-uren per 31-12-2014 is een voorziening getroffen van € 14.100.000 . Voor de medewerkers in de leeftijd van 45-49 op peildatum 31-12-2009 is een voorziening getroffen van € 1.277.571. In de CAO is voor deze groep medewerkers een overgangsregeling opgenomen. Deze medewerkers hebben extra verlofrechten toegekend gekregen. De Amarant Groep heeft de verplichting om bij opname van de verlofrechten het loon door te betalen aan de medewerkers.
De verplichting is gewaardeerd tegen contante waarde (4 %)
60
in dienst van mensen met een beperking
Voorziening verlieslatende contracten In 2014 is de voorziening verlieslatende contracten bepaald op: € 4.100.000 Deze voorziening heeft betrekking op kleinschalige huurlocaties, waarbij de toekomstige NHC-financiering of de maximale huur bij overheveling naar Gemeenten van ZZP 1VG tot en 3VG niet toereikend is voor de financiering van de huisvestingslasten van deze locaties. De toekomstige verliezen uit deze contracten worden reeds genomen in 2014. De voorziening zal in de komende jaren vrijvallen om deze meerkosten te kunnen bekostigen. Voorziening meerzorg (extreme zorgbehoefte) In 2014 is de voorziening meerzorg bepaald op € 36.000. Jaarlijks wordt door het CCE een toetsing uitgevoerd op het budget meerzorg van cliënten. Veelal zijn de resultaten van deze toetsing pas in de loop van het jaar bekend. Om te garanderen dat de cliënten reeds aan het begin van het jaar de gewenste zorg kunnen ontvangen is een voorziening gevormd. Mocht bij de toetsing blijken dat voor bepaalde cliënten de meerzorg zorg niet wordt gehonoreerd door het CCE, dan kan de niet vergoede personeelsinzet worden bekostigd vanuit de voorziening meerzorg. De voorziening meerzorg is gewaardeerd tegen nominale waarde. Voorziening voor reorganisatiekosten In 2014 is de voorziening reorganisatiekosten bepaald op € 14.740.000. Voor berekening van de reorganisatievoorziening is uitgegaan van de gevolgen van het regeerakkoord ‘Bruggen Slaan’ en de hierop aansluitende hoofdlijnenbrief van het Ministerie van VWS. De totale gevolgen voor de periode 2014-2017 bedragen € 28,9 miljoen. Voor de bezuiniging in formatie is voor de bezuinigingen binnen de Wmo uitgegaan van het feit dat de bezuiniging voor 100% in formatie zal plaatsvinden. Voor de overige stelselwijzigingen (Jeugdwet en Wlz) is ervan uitgegaan dat de bezuiniging voor 68% in personele kosten zal plaatsvinden en 32% in materiële kosten. Voorziening voor verlieslatende contracten JW en Wmo In 2014 is de voorziening verlieslatende contracten Jeugdwet en Wmo bepaald op € 6.685.000. Vanaf 1 januari 2015 heeft de Amarant Groep meerdere contracten met gemeenten voor zorgverkoop in het kader van de Jeugdwet en de Wmo. De kortingen op de tarieven in deze contracten zijn zodanig groot dat sprake is van een verlieslatend contract. De Amarant Groep heeft naar haar cliënten een feitelijke en tevens morele verplichting tot het leveren van zorg. Op grond van bovenstaande heeft Amarant Groep vastgesteld dat zij in de jaarrekening 2014, op basis van de Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 252, een voorziening ‘verlieslatende contracten’ moet vormen om dit verlies te dekken. Immers er is sprake van een verplichting die zijn oorsprong vindt vóór balansdatum en die in de toekomst leidt tot een uitstroom van middelen (kosten voor de zorglevering). Voor de bepaling van de voorziening is het feitelijke contract afgezet tegen de toekomstige kostprijs voor de betreffende zorgverlening.
61
in dienst van mensen met een beperking
10. Langlopende schulden
2014 €
2013 €
Schulden aan kredietinstellingen
78.857.133
83.838.318
Totaal langlopende schulden
78.857.133
83.838.318
2014 €
Het verloop is als volgt weer te geven:
2013 €
Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: vervroegde aflossingen Af: aflossingen
87.936.062 3.750.000 4.233.821 4.097.745
85.099.667 23.172.253 14.629.946 5.705.912
Stand per 31 december
83.354.496
87.936.062
4.497.363
4.097.744
78.857.133
83.838.318
Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende schulden per 31 december
Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd: Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jaar), aflossingsverplichtingen Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jaar) (balanspost) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
4.497.363 78.857.133 66.098.563
4.097.744 83.838.318 69.564.717
Voor een nadere toelichting op de langlopende schulden wordt verwezen naar de bijlage 5.8 overzicht langlopende leningen. De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden. De volgende zekerheden zijn aan de Rabobank verstrekt: Rabobank: verpanding vorderingen betreffende naverrekening en vorderingen op derden, uit hoofde van exploitatiekrediet en investeringsfaciliteit. Waarborgfonds voor de Zorgsector: garantie Wfz, een positieve en negatieve hypotheekverklaring uit hoofde van investeringsfaciliteit. In 2013 is een hypotheek verstrekt over de totale onroerende goederen aan de Rabobank, Wfz en Provincie Noord-Brabant in verband met een nieuwe ongeborgde lening.
62
in dienst van mensen met een beperking
11. Schulden uit hoofde van financieringsoverschot en/of vorderingen uit hoofde van financieringstekort Vorderingen uit hoofde van bekostiging:
2014 €
2013 €
Vorderingen uit hoofde van financieringstekort
1.511.953
3.203.478
Totaal vorderingen uit hoofde van bekostiging
1.511.953
3.203.478
2014 €
2013 €
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
1.672.098
1.665.807
Totaal schulden uit hoofde van bekostiging
1.672.098
1.665.807
Schulden uit hoofde van bekostiging:
2012 € Saldo per 1 januari
2013 €
2014 €
Totaal €
-495.712
2.033.384
-
1.537.672
Financieringsverschil boekjaar Correcties voorgaande jaren Mogelijk oninbaar toch ontvangen Betalingen/ontvangsten
305.786
-367.125 386.760 -2.074.328
51.090 -
51.090 -367.125 386.760 -1.768.542
Subtotaal mutatie boekjaar
305.786
-2.054.693
51.090
-1.697.817
-189.926
-21.309
51.090
-160.145
c c c c c c c c c
b c c c c c c c c
a a a a a a a a a
Saldo per 31 december Stadium van vaststelling (per erkenning): - Amarant West-Brabant - Amarant Midden-Brabant - Amarant Noordoost-Brabant - Amarant Zuidoost-Brabant - Idris West- en Zuidoost-Brabant - Idris Midden- en Noordoost-Brabant - Pauwer Zorgkantoor West-Brabant - Pauwer Zorgkantoor Zwolle - Pauwer Zorgkantoor Amsterdam/Utrecht a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa
Waarvan gepresenteerd als: - vorderingen uit hoofde van financieringstekort - schulden uit hoofde van financieringsoverschot
63
2014
2013
€
€
1.511.953 1.672.098
3.203.478 1.665.807
-160.145
1.537.671
in dienst van mensen met een beperking
2014 €
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (AWBZ) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: ontvangen voorschotten Af: voorziening mogelijk oninbaar Subtotaal financieringsverschil AWBZ
2013 €
256.169.762 254.784.421 1.191.672
249.876.494 246.694.773 386.761
193.669
2.794.960
2014 €
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (GGZ) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: Ontvangen voorschotten Af: Mutatie onderhanden werk DBC’s Af: Mutatie nog te ontvangen bedragen DBC’s Af: Voorziening mogelijk oninbaar Af: Correctie voorgaande jaren
2013 €
2.412.122 4.348.027 -2.401.719 401.077 64.737
3.312.835 2.478.216 275.659 749.926 34.096
0
-225.062
Subtotaal financieringsverschil GGZ 2014 €
Specificatie financieringsverschil in het boekjaar (Justitie) Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: Ontvangen voorschotten Subtotaal financieringsverschil Justitie Totaal financieringsverschil in het boekjaar
64
2013 €
840.580 983.159
468.721 1.005.235
-142.579
-536.514
51.090
2.033.384
in dienst van mensen met een beperking
12. Kortlopende schulden en overlopende passiva
2014 €
2013 €
Crediteuren Aflossingsverplichtingen langlopende leningen Belastingen en sociale premies Schulden terzake pensioenen Nog te betalen salarissen Overige schulden: - Teveel ontvangen subsidie Provincie - Overige schulden
5.355.885 4.497.363 7.526.515 2.574.962 79.371
5.672.525 4.097.744 7.500.319 2.560.099 168.482
1.441.752
233.842 3.092.778
21.475.848
23.325.789
Totaal kortlopende schulden
2014 €
2013 €
6.230.076 5.796.428 2.567.859 4.496.769 -
9.721.423 5.970.037 2.560.713 1.878.264 445.932
Totaal overlopende passiva
19.091.132
20.576.369
Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
40.566.980
43.902.158
Overlopende passiva: Nog te betalen kosten Vakantiegeld Vakantiedagen Vooruitontvangen opbrengsten Overige passiva
De kredietfaciliteit van de Stichting Amarant Groep bij de Rabobank voor bouwprojecten is in 2013 afgelost. Het rekening-courantkrediet bij de Rabobank ter financiering van het werkkapitaal bedraagt € 15.000.000. 13. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Ultimo verslagjaar bestaan de volgende verplichtingen (op jaarbasis) uit hoofde van: Erfpacht-, huur- en leasecontracten van € 13.088.471 De totale verplichting tot einde looptijd van de diverse erfpacht-, huur- en leasecontracten bedraagt circa € 91 miljoen, waarvan kortlopend (korter dan 1 jaar) het hierboven genoemde bedrag. Van de totale verplichting heeft een bedrag van circa € 52 miljoen een looptijd tussen 1 en 5 jaar (2015 tot en met 2019) en een bedrag van circa € 39 miljoen langer dan 5 jaar. -
Obligoverplichting Waarborgfonds (WfZ) € 1.936.420 Dit bedrag heeft betrekking op de leningen die afgesloten zijn met zekerheid van het Waarborgfonds. Het Waarborgfonds heeft als zekerheid ingebouwd dat, indien het in financiële problemen komt, de deelnemers 3 % van de geborgde leningen als renteloze lening dienen te verstrekken aan het Waarborgfonds. Het totaal van de geborgde leningen bij het Waarborgfonds per einde verslagjaar bedraagt € 64.547.333.
-
Verplichting bouwprojecten € 9.601.573 Dit bedrag heeft betrekking op aangegane verplichtingen inzake bouwprojecten. Met aannemers zijn reeds financiële verplichtingen die in een later stadium gefactureerd zullen worden.
-
Persoonlijk budget levensfase € 9.751.000 Dit bedrag heeft - voor de Amarant Groep - op de overgangsregeling van het persoonlijk budget levensfase voor de medewerkers van 50 jaar en ouder. Het betreft de verplichting om loondoorbetaling bij opname van de extra verlofuren.
De afgegeven bankgaranties betreffen: - Bankgarantie t.b.v. F.J.M. van de Pol (1995) - Bankgarantie t.b.v. Coöperatie Rabobank B.A. (1998) - Bankgarantie t.b.v. Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda (1999) - Bankgarantie t.b.v. Segbregts Belegging en Beheer B.V. (2002) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2010) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2010) - Bankgarantie t.b.v. Nationaal Grondbezit B.V. (2012) - Bankgarantie t.b.v. SB&O B.V. (2011) - Bankgarantie t.b.v. Partship VIII B.V. - Bankgarantie t.b.v. Imoron B.V.
65
€ € € € € € € € € €
7.397 68.067 9.270 8.508 66.000 21.500 21.300 15.000 4.313 7.092
in dienst van mensen met een beperking
Mutatieoverzicht materiële / financiële vaste activa 5.6.1 WTZi-vergunningplichtige materiële vaste activa Terreinvoorzieningen
Grond
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Bouwrente
Aanloopkosten
Onderhanden projecten 1)
SUBTOTAAL WTZiVERGUNNING
TOTAAL MATERIËLE VASTE ACTIVA
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,00% 2,50%
5,00% 5,00%
5,00% 6,70%
2,50% 2,50%
2,50% 2,50%
n.v.t. n.v.t.
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
5.893.412 -
8.541.846 49.956 5.627.375 -43.363
78.800.570 1.629.587 24.228.041 1.363.781
15.101.378 504.856 5.440.123 140.668
25.292.731 34.861 11.209.477 1.356.179
1.965.952 24.837 1.267.200 15.796
3.091.696 22.121 1.992.568 9.458-
2.344.108 -
141.031.693 2.266.218 49.764.784 2.823.603
295.087.719 6.924.224 99.941.978 3.837.998
Boekwaarde per 1 januari 2014
5.893.412
2.907.878
51.579.161
9.015.731
12.692.214
658.119
1.086.465
2.344.108
86.177.088
184.383.518
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
-
10.984 371.133 44.935-
1.953.520 1.571.935 585.227
2.187.671 309.235 709.945 -8.183
939.678 1.134.596 116.360
42.983 -7.081
66.640 -10.261
5.925.323 -
11.017.176 309.235 3.897.232 631.127
30.846.911 2.147.081 12.569.741 401.347
- terugname geheel afgeschreven activa aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
1.046.680 1.046.680 -
5.844.120 5.844.120 -
3.633.766 3.633.766 -
8.467.145 8.467.145 -
591.603 591.603 -
854.399 854.399 -
-
20.437.713 20.437.713 -
31.225.926 31.225.926 -
- desinvesteringen aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
-
-
-
-
-
-
-
5.091.852 5.091.852
5.091.852 5.091.852
17.829.696 307.471 -22.984 17.545.209
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
-
-315.214
-203.642
1.176.674
-311.278
-35.902
-56.379
833.471
1.087.730
-1.816.468
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
5.893.412 -
7.506.150 49.956 4.951.828 -88.298
74.909.970 1.629.587 19.955.856 1.949.008
13.655.283 814.091 2.516.302 132.485
17.765.264 34.861 3.876.928 1.472.539
1.374.349 24.837 718.580 8.715
2.237.297 22.121 1.204.809 -19.719
3.177.579 -
126.519.304 2.575.453 33.224.303 3.454.730
276.879.007 9.071.305 80.997.271 4.243.380
Boekwaarde per 31 december 2014
5.893.412
2.592.664
51.375.519
10.192.405
12.380.936
622.217
1.030.086
3.177.579
87.264.818
182.567.051
1) Per 01-01-2014 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 939 en 982 van WTZi-meldingsplichtig en kleinschalig wonen € 843.484 Per 01-01-2014 heeft een overheveling plaatsgevonden van projecten 2153 en 2158 naar kleinschalig wonen en extramuraal € 28.724
5.6.2 WTZi-meldingsplichtige vaste activa Trekkingsrechten Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
Instandhouding 2)
Subtotaal
5,00% 10,00%
Onderhanden projecten 1)
SUBTOTAAL WTZi-MELDING
Subtotaal
10,00% 10,00%
n.v.t. n.v.t.
67
4.814.651 2.397.517 1.845.043
4.814.651 2.397.517 1.845.043
15.440.033 187.588 9.080.678 -72.724
-
15.440.033 187.588 9.080.678 -72.724
20.254.684 187.588 11.478.195 1.772.319
Boekwaarde per 1 januari 2014
572.091
572.091
6.244.491
-
6.244.491
6.816.582
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
240.733 64.847
240.733 64.847
1.404.724 -43.578
-
1.404.724 -43.578
1.645.457 21.269
- terugname geheel afgeschreven activa aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
-
2.427.054 2.427.054 -
-
2.427.054 2.427.054 -
2.427.054 2.427.054 -
- desinvesteringen aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
-
-
-
-
-
-
-305.580
-305.580
-1.361.146
-
-1.361.146
-1.666.726
4.814.651 2.638.250 1.909.890
4.814.651 2.638.250 1.909.890
13.012.979 187.588 8.058.348 -116.302
-
13.012.979 187.588 8.058.348 -116.302
17.827.630 187.588 10.696.598 1.793.588
266.511
266.511
4.883.345
-
4.883.345
5.149.856
Mutaties in boekwaarde (per saldo) Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch Boekwaarde per 31 december 2014
1) Per 01-01-2014 heeft een overheveling plaatsgevonden van project 939 naar WTZi-vergunningsplichtig € 25.540 2) Per 01-01-2014 heeft een overheveling plaatsgevonden van instandhouding kleinschalig wonen (aanschafwaarde (€ 118.301 (201000060); cumulatieve afschrijving € 47.321) naar reguliere instandhouding
68
5.6.3 WMG-gefinancierde vaste activa Inventaris 1)
Verbouwing
Vervoermiddelen
Automatisering 1)
SUBTOTAAL WMG
Afschrijvingspercentage NZa/economisch
10,0%
10,0% of 14,29%
20,00%
20,00% / 33,33%
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
84.802 28.267 -
20.249.619 11.362.102 -
851.572 432.315 -
3.056.520 2.141.461 -
24.242.513 13.964.145 -
Boekwaarde per 1 januari 2014
56.535
8.887.517
419.257
915.059
10.278.368
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
3.769 7.538
1.718.762 2.332.842 -
299.252 154.831 -
281.651 522.338 -
2.299.665 3.013.780 7.538
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde Cum. afschr. duurzame waardeverm. Cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
4.109.327 4.109.327 -
162.067 162.067 -
1.327.771 1.327.771 -
5.599.165 5.599.165 -
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch per saldo
-
175.984 101.684 74.300
51.667 31.860 19.807
1.579 936 643
229.230 134.480 94.750
-11.307
-688.380
124.614
-241.330
-816.403
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
84.802 32.036 7.538
17.683.070 9.483.933 -
937.090 393.219 -
2.008.821 1.335.092 -
20.713.783 11.244.280 7.538
Boekwaarde per 31 december 2014
45.228
8.199.137
543.871
673.729
9.461.965
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
1) Onder inventaris en computerapparatuur zijn tevens de inventarissen opgenomen van Pauwer die vorig jaar waren verantwoord onder kleinschalige woonvoorzieningen (boekwaarde inventaris 2013: € 422.932, boekwaarde computerapparatuur € 4.747,-)
69
5.6.4 Kleinschalige Woonvoorzieningen Terreinvoorzieningen
Grond
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Instandhouding
Onderhanden projecten 1)
SUBTOTAAL KLEINSCHALIG
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,50% 3,30%
5,00% 5,00%
5,00% 6,70%
10,00% 10,00%
n.v.t. n.v.t.
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
13.595.833 124.347 -
361.730 219.584 -
53.731.936 3.998.423 12.141.250 -985.668
9.503.854 471.995 5.684.320 -23.763
4.251.224 2.455.431 220.506
5.900.481 1.854.036 -
7.746.345 -
95.091.403 4.470.418 22.478.968 -788.925
Boekwaarde per 1 januari 2014
13.471.486
142.146
38.577.931
3.371.302
1.575.287
4.046.445
7.746.345
68.930.942
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
2.060.000 -
17.742 -
6.505.572 1.837.846 1.544.458 -450.658
761.747 -19.997
188.590 86.306
732.460 722.003 89.500
3.188.161 -
12.486.193 1.837.846 3.234.540 -294.849
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
124.347 124.347 -
48.062 48.062 -
547.730 547.730 -
943.915 943.915 -
957.399 957.399 -
37.264 37.264 -
-
2.658.717 2.658.717 -
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch Per saldo
15.134 15.134
-
250.357 139.830 23.129133.656
18.775 17.834 941
1.488 707 145 636
22.015 14.620 7.395
9.298.033 9.298.033
9.605.802 172.991 22.9849.455.795
2.044.866
-17.742
3.440.270
-742.691
-275.532
-86.438
-6.109.871
-1.747.138
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
15.516.352 -
313.668 189.264 -
59.439.421 5.836.269 12.998.148 -1.413.197
8.541.164 471.995 5.484.318 -43.760
3.292.337 1.685.915 306.667
6.573.662 2.524.155 89.500
1.636.473 -
95.313.077 6.308.264 22.881.800 -1.060790
Boekwaarde per 31 december 2014
15.516.352
124.404
42.018.201
2.628.611
1.299.755
3.960.007
1.636.473
67.183.803
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
70
5.6.5 Extramuraal zonder WTZi-vergunning, niet-WTZi- en WMG-gefinancierde materiële vaste activa
Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Grond
Terreinvoorzieningen
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Onderhanden projecten
n.v.t. n.v.t.
5,00% 5,00%
2,50% 2,50%
10,00% 10,00%
5,00% 6,70%
n.v.t. n.v.t.
SUBTOTAAL EXTRAMURAAL
SUBTOTAAL NIET-WTZi / WMG
Verbouwingen
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
2.724.700 -
67.851 29.188 20-
6.904.230 1.204.692 23.877
2.369.104 686.536 -
719.110 181.338 7.144
1.453.891 -
14.238.886 2.101.754 31.001
228.540 154.132 -
228.540 154.132 -
Boekwaarde per 1 januari 2014
2.724.700
38.683
5.675.661
1.682.568
530.628
1.453.891
12.137.132
74.408
74.408
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economisch
-
5.491 6.879 4
976.761 323.596 29.272
1.450.722 341.041 462
469.838 100.452 6.524
2.141.065 -
5.043.877 771.968 36.262
6.764 -
6.764 -
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch
-
-
-
10.022 10.022 -
-
-
10.022 10.022 -
93.255 93.255 -
93.255 93.255 -
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch Per saldo
-
-
-
-
-
2.902.813 2.902.813
2.902.813 2.902.813
-
-
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
-
-1.392
623.893
1.109.219
362.862
-761.748
1.332.834
-6.764
-6.764
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
2.724.700 -
73.342 36.067 -16
7.880.991 1.528.288 53.149
3.809.804 1.017.555 462
1.188.948 281.790 13.668
692.143 -
16.369.928 2.863.700 67.263
135.285 67.641 -
135.285 67.641 -
Boekwaarde per 31 december 2014
2.724.700
37.291
6.299.554
2.791.787
893.490
692.143
13.438.965
67.644
67.644
71
5.6.6 Financiële vaste activa Terreinvoorzieningen Afschrijvingspercentage NZa Afschrijvingspercentage economisch
Gebouwen
Verbouwingen
Installaties
Instandhouding
Bouwrente
Aanloopkosten
TOTAAL FINANCIËLE VASTE ACTIVA
Leningskosten
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
16,67% 16,67%
n.v.t. n.v.t.
Stand per 1 januari 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen - cumulatieve afschrijvingen economisch
61.592 45.816 -
4.666.652 3.853.435 -
907.079 614.401 -
292.959 220.937 -
48.827 28.102 -
114.169 92.401 -
136.465 98.839 -
-
6.227.743 4.953.931 -
Boekwaarde per 1 januari 2014
15.776
813.217
292.678
72.022
20.725
21.768
37.626
-
1.273.812
Mutaties in het boekjaar - investeringen - afschrijvingen duurzame waardeverm. - afschrijvingen NZa - afschrijvingen economische levensduur
3.945 -
203.307 -
73.172 -
18.004 -
5.182 -
5.442 -
9.403 -
137.681 26.489 -
137.681 344.944 -
- terugname geheel afgeschreven activa Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen cumulatieve afschrijvingen economisch
-
-
-
-
-
-
-
-
-
- desinvesteringen Aanschafwaarde cum. afschr. duurzame waardeverm. cumulatieve afschrijvingen NZa cumulatieve afschrijvingen economisch Per saldo
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Mutaties in boekwaarde (per saldo)
- 3.945
-203.307
-73.172
-18.004
-5.182
-5.442
-9.403
111.192
-207.263
Stand per 31 december 2014 - aanschafwaarde - cum. afschr. duurzame waardeverm. - cumulatieve afschrijvingen NZa - cumulatieve afschrijvingen economisch
61.592 49.761 -
4.666.652 4.056.742 -
907.079 687.573 -
292.959 238.941 -
48.827 33.284 -
114.169 97.843 -
136.465 108.242 -
137.681 26.489 -
6.365.424 5.298.875 -
Boekwaarde per 31 december 2014
11.831
609.910
219.506
54.018
15.543
16.326
28.223
111.192
1.066.549
72
5.7 Projecten in uitvoering en mutaties in het verslagjaar Projectgegevens Nr.
916 939 981 982 993 994 2001 2044 2056 2065 2107 2117 2123 2129 2140 2147 2155 2158 2159 2161 2164 2165 2166 2168 2169 2171 2175 2176 2177 2178 2179 2184 2185 2187 2190 2192 2193 2194 2196 2203 2207 2212 2214 2215 2217 2219
Briefnr.
Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning Vergunning
Datum
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Omschrijving
Investeringen WTZi-type
Herontwikkeling Leijakker, Rijsbergen WZV-vergunning Bredaseweg 570, Tilburg WZV-vergunning Frans Siemerpad 24, Tilburg WZV-vergunning Leuvenaarstraat, Breda WZV-vergunning Hamerstraat 2, Tilburg WZV-vergunning Pannenstraat 5, Tilburg WZV-vergunning Groenensakker 2-4, Rijsbergen WZV-vergunning Laguitensebaan, Rijsbergen WZV-vergunning Bredaseweg 570, Tilburg WZV-vergunning MMC Idris, West-Brabant WZV-vergunning Laguitensebaan, Rijsbergen WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Boerderijstraat 9, Tilburg WZV-vergunning Boerderijstraat 1, Tilburg WZV-vergunning Gouwberg 13-15, Rijsbergen WZV-vergunning Afzonderingsruimtes, Tilburg WZV-vergunning Winkellaan 4, Tilburg WZV-vergunning Gezellelaan 11, Breda WZV-vergunning Leijakkerplein 4, Rijsbergen WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Middellaan 337, Breda WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Pannenstraat 2, Tilburg WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Spie 2, Tilburg WZV-vergunning Gouwberg 9-11, Rijsbergen WZV-vergunning CV-ketels, diverse locaties WZV-vergunning Slot Loevesteinstraat 46, Tilburg WZV-vergunning Boerderijstraat 8, Tilburg WZV-vergunning Keienstraat 1-3, Tilburg WZV-vergunning Dwarsweg 1-3, Tilburg WZV-vergunning Hofke 1, Rijsbergen WZV-vergunning Bosstraat 4, Tilburg WZV-vergunning Bredaseweg 570, Tilburg WZV-vergunning Inspectie Zwembaden, Tilburg WZV-vergunning Torenplein 1, Tilburg WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Roos van de Venplein 4, Tilburg WZV-vergunning Ronde 9, Best WZV-vergunning Spie 15a, Tilburg WZV-vergunning Nieuwe Leuvenaarstraat 1, Breda WZV-vergunning Leuvenaarstraat, Breda WZV-vergunning Bredaseweg 375, Tilburg WZV-vergunning Bredaseweg 570, Tilburg WZV-vergunning Bredaseweg 570, Tilburg WZV-vergunning Winkellaan 1, Tilburg WZV-vergunning Subtotaal WZV-vergunning - extramuraal vergunning
t/m 2013
€ 24.187 25.540 320.833 817.944 19.303 31.321 412.958 1.013 574.393 40.762 929 13.776 12.421 27.062 10.473 284 -11.431 412 21.246 681 2.344.108
2014
€ 67.473 99.884 563.752 2.104.801 -19.303 481.044 18.697 1.054.432 -58.999 -574.393 9.177 15.553 6.432 900 182.427 562.028 109.685 72.058 26.944 4.093 2.627 271.707 41.521 48.849 29.455 11.934 37.291 370.381 176.286 12.304 34.618 5.247 27.042 13.184 107.271 8.918 5.925.323
Goedkeuringen
t/m 2014 Gereed Onderhanden
€ 125.424 2.922.744 512.365 49.939 16.482 20.208 13.321 572.501 98.254 72.471 26.944 25.339 272.388 41.521 48.849 29.455 11.934 37.291 12.304 34.618 27.042 13.184 107.271 5.091.852
€ 91.661 884.586 18.697 1.467.390 -57.986 209.489 284 2.627 370.381 176.286 5.247 8.918 3.177.579
Nominaal bedrag WTZi € -
Indexering WTZi
Aangepaste goedkeuring
€
€ -
-
73 Projectgegevens Nr.
346 610 757 802 859 927 928 987 2053 2086 2093 2124 2132 2147 2148 2150 2152 2153 2167 2170 2180 2181 2182 2183 2186 2197 2200 2205 2206 2208 2213 2220
Briefnr.
Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig
Datum
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Investeringen
Omschrijving
WTZi-type
Knoop, De woningen (Station Reeshof) Kaaistraat, St. Willebrord Tilburgseweg 123-02, Goirle Molenstraat 96-98, Zundert Centrumplan, Moergestel Veldhovenring 79, Tilburg Jacob Catssingel 14, Breda Buitenstraat, Tilburg Sperwerstraat, Oosterhout Meijerij 24-26, Riel Theresiaplein, Tilburg Minckelersstraat, Breda Bradfordstraat, Putte Afzonderingsruimtes Tilburg-Rijsbergen Generaal de Kockstraat 4-6, Tilburg Zuringveld, Teteringen Pastoor van de Boschstraat, Gilze Ringbaan-West 225, Tilburg Kreitsberg 14, Zeeland Kasterleestraat, Breda Gen. De Wetstraat 74, Tilburg Lange Kant 35-37-39, Oisterwijk Hastelweg 287, Eindhoven Laagstraat 12, Rijen Streek 10, Etten-Leur Hellebaardlaan, Zeeland Westbroekstraat 30-32, Amsterdam Ruwaard, Oss Eilenbergstraat, Tilburg Nieuwe Leuvenaarstraat, Breda Twikkelstraat 61, Breda De Heuvel, Gilze Subtotaal Kleinschalig
Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig Kleinschalig
t/m 2013
2014
€
€
131.766 108.158 2.595.414 4.624.034 55.382 1.404 2.144 88.302 34.095 70.708 13.044 4.351 17.292 252 7.746.345
11.050 -131.766 27.418 434.094 786.805 68.341 101.335 -2.144 -77.046 -34.095 30.074 149.532 1.860 1.058 10.263 22.745 -252 36.239 125.225 150.589 7.999 14.188 40.891 15.561 7.137 315.310 1.075.750 3.188.161
Goedkeuringen
t/m 2014 Gereed Onderhanden
€ 135.576 3.029.508 5.410.839 101.335 11.256 100.782 149.532 14.904 5.409 125.225 150.589 7.999 14.188 40.891 9.298.033
€ 11.050 123.723 1.404 10.263 40.037 36.239 15.561 7.137 315.310 1.075.750 1.636.473
Nominaal bedrag WTZi €
Indexering WTZi
Aangepaste goedkeuring
€ -
€ -
-
74 Projectgegevens Nr.
709 982 2047 2072 2079 2134 2154 2156 2157 2160 2162 2163 2172 2198 2199 2201 2204 2216 2225
Briefnr.
Datum
Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal
nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt
Investeringen
Omschrijving
WTZi-type
Viveslaan 1, Breda Leuvenaarstraat LKHB, Breda Weth. Van Dijklaan, Dorst Beneluxlaan, Rijen Oostende 100, Helmond Tilburgseweg 209, Goirle Reitse Hoevenstraat 129, Tilburg Brouwerspad 11a, Zeeland Wethouder van Eschstraat 175, Oss Princentuin 2a, Breda Kouter 2, Bavel Schiphollaan 26, Tilburg Doenradestraat 50, Breda Montfortanenlaan 13, Tilburg Weth. Van Dijklaan, Dorst Reitse Hoevenstraat 129, Tilburg Ketelhavenstraat 61-67, Tilburg Schoolstraat 4, Baarle-Nassau Wilhelminapark 74, Tilburg Subtotaal Extramuraal zonder vergunning
t/m 2012
2013
€
€
Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal Extramuraal
TOTAAL PROJECTEN IN UITVOERING
Goedkeuringen
t/m 2013 Gereed Onderhanden
€
€
Nominaal bedrag WTZi €
€ Grond Terreinvoorzieningen Gebouwen Instandhouding Verbouwingen Installaties Aanloopkosten Totaal
10.983 1.953.520 2.187.672 939.677 5.091.852
€ 2.060.000 6.505.572 732.461 2.902.813
€
289.682 1.461.372 629.996 27.654 15.309 15.095 31.521 28.775 24.013 50.843 10.553 318.000 2.902.813
677.371 4.240 10.532 692.143
-
-
-
11.544.344
11.254.549
17.292.697
5.506.195
-
-
-
t/m 2013
2014
7.746.345 2.344.108 1.453.891 11.544.344
3.188.161 5.925.323 2.141.065 11.254.549
Gereed
Onderhanden
9.298.033 5.091.852 2.902.813 17.292.697
1.636.473 3.177.579 692.143 5.506.195
5.7.1 Specificatie van in het boekjaar gereedgekomen projecten Investeringen Kleinschalig
€
-74.730 1.461.372 262.485 14.000 -3.213 16.484 15.309 1.400 4.663 -3.660 28.775 24.013 50.843 4.240 10.553 318.000 10.532 2.141.065
T/m 2014
WTZi
Aangepaste goedkeuring
364.413 414.886 615.996 3.213 11.170 13.695 26.858 3.660 1.453.891
RECAPITULATIE WTZi-Meldingsplichtige investeringen Kleinschalige investeringen WTZi-Vergunningsplichtige investeringen Extramuraal zonder WTZi-vergunning Totaal
Activa
Indexering WTZi
Overige € 5.491 976.760 1.450.723 469.839 9.298.033
Totaal € 2.060.000 16.474 9.435.852 732.461 3.638.394 1.409.516 17.292.697
Toekomstige lasten Afschrijving WTZi
Rentekosten
€ -
-
75
5.8 Overzicht langlopende leningen Leninggever
Datum
Hoofdsom
Totaal looptijd
€
Jaar
BNG 40.0080082
01-06-1993
1.926.297
40
BNG 40.0085850
17-12-1996
653.398
28
BNG 40.0086146
17-03-1997
1.325.674
27
BNG 40.0086702
17-06-1997
596.857
28
BNG 40.0086708
17-06-1997
712.163
28
BNG 40.0090649
22-10-1997
2.348.993
18
BNG 40.0099435
20-09-2004
250.000
40
BNG 40.0099434
20-09-2004
600.000
40
BNG 40.0099987
01-03-2005
394.164
9
BNG 40.0100253
02-05-2005
226.459
9
BNG 40.0103293
15-01-2008
5.000.000
30
BNG 40.0104402
01-10-2009
605.027
19
BNG 40.0105529
01-07-2010
5.672.253
25
BNG 40.0105974
01-12-2010
431.091
20
BNG 40.0106328
31-12-2013
5.672.253
20
BNG 40.0084449
16-02-1996
424.738
18
BNG 40.0088969
15-12-1998
4.265.534
40
BNG 40.0101576
01-04-1996
1.998.448
40
BNG 40.0109386
02-12-2014
3.750.000
30
01-10-1994
291.544
30
01-11-2004
539.998
20
31-12-1996
3.630.242
30
30-12-1996
2.268.901
40
RABO OHL 04048
30-12-1996
1.134.451
20
RABO OHL 04454
21-07-1995
7.805.020
40
ABN/AMRO 555310507 ABN/AMRO 536906688 ABN/AMRO 555332233 RABO CL000006556
Soort lening
Werkelijkerente
%
onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening annuiteiten lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening
Rest-schuld 31-12-2013
Nieuwe leningen in 2014
€
€
Aflossing in 2014
Restschul d 31-12-2014
€
€
Restschuld over 5 jaar
Rest . loop tijd eind 2014 Jaar
€
Aflossings-wijze
Af-lossing 2015
€
2,620
963.149
48.157
914.991
674.204
19
48.157
per jaar
48.157
1,290
256.692
23.336
233.356
116.678
10
23.336
per jaar
23.335
4,249
540.089
49.099
490.990
245.495
10
49.099
per jaar
49.099
4,251
255.796
21.316
234.480
127.898
11
21.316
per jaar
21.316
4,251
305.213
25.434
279.778
152.606
11
25.434
per jaar
25.434
5,820
260.994
130.500
130.494
-
1
130.500
per jaar
130.494
2,850
193.750
6.250
187.500
156.250
30
6.250
per jaar
6.250
2,850
465.000
15.000
450.000
375.000
30
15.000
per jaar
15.000 -
3,420
49.913
49.913
-
-
0
51.620
annuiteit per jaar
3,500
25.162
25.162
-
-
0
25.162
per jaar
-
4,835
4.166.667
166.667
4.000.000
3.166.667
24
166.667
per jaar
155.557
4,560
477.653
31.844
445.809
286.592
14
31.844
per jaar
31.844
3,660
4.991.582
226.890
4.764.692
3.630.242
21
226.890
per jaar
225.890
4,250
366.428
21.555
344.873
237.100
16
21.555
per jaar
21.555
4,390
5.672.253
283.613
5.388.640
3.970.577
19
283.613
per jaar
283.613
6,875
23.597
23.597
-
-
0
23.597
per jaar
-
4,600
2.665.959
106.638
2.559.320
2.026.129
24
106.638
per jaar
106.638
4,280
1.149.108
49.961
1.099.146
849.340
22
49.961
per jaar
49.961
-
3.750.000
3.125.000
30
125.000
per jaar
125.000
2,045
3.750.000
Gestelde zekerheden
2,760
180.781
5.831
174.949
145.794
10
5.831
per jaar
5.831
2,700
296.998
27.000
269.998
134.998
10
27.000
per jaar
27.000
4,010
2.087.389
90.756
1.996.633
1.542.853
12
90.756
per jaar
90.755
4,040
1.304.618
56.723
1.247.896
964.283
22
56.723
per jaar
56.723
4,040
170.168
56.723
113.445
-
2
56.723
per jaar
56.723
4,420
4.292.761
195.125
4.097.635
3.122.008
21
195.125
per jaar
195.125
Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden borgstelling WFZ Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ Staat der Nederlanden Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ
1
2 3
6 4* 5 **
76 Leninggever
Datum
Hoofdsom
Totaal looptij d
Soort lening
€
RABO OHL 03530 / 20435 RABO OHL 03643 / 20436 RABO OHL 03989 / 20437 RABO 1168902576 WATERSCHAPSB ANK 10023471 WATERSCHAPSB ANK 10023666 WATERSCHAPSB ANK 10027157 WATERSCHAPSB ANK 10027158 WATERSCHAPSB ANK 10027159 WATERSCHAPSB ANK 10027156 WATERSCHAPSB ANK 10027076 WATERSCHAPSB ANK 10011434 WATERSCHAPSB ANK 10020910 Delta Lloyd (Erasmus) SNS ASN05 Totaal
%
30-06-2010
6.000.000
40
31-12-2010
8.000.000
40
30-06-2011
6.000.000
40
15-04-2013
10.000.000
Werkelijkerente
14
02-12-2004
5.000.000
40
22-03-2005
927.640
10
01-04-2011
2.200.000
4
01-04-2011
2.250.000
25
01-04-2011
6.000.000
34
31-12-2012
3.913.854
23
19-05-2013
7.500.000
30
15-04-2011
1.701.676
30
03-07-2001
1.493.391
40
30-01-1997
1.304.618
27
15-02-1999
2.698.857
38
onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening onderhandse lening
Rest-schuld 31-12-2013
Nieuwe leningen in 2014
€
€
Aflossing in 2014
€
Rest-schuld 31-12-2014
Rest-schuld over 5 jaar
€
Rest. looptij d eind 2014
€
€
3,520
5.550.000
150.000
5.400.000
4.650.000
36
3,620
7.400.000
200.000
7.200.000
6.200.000
36
3,950
5.700.000
150.000
5.550.000
4.800.000
37
3,850
9.666.666
333.334
9.333.332
7.666.662
13
3,860
3.875.000
3.875.000
-
-
30
3,770
622.791
38.106
584.684
-
1
2,480
1.100.000
550.000
550.000
-
1
3,750
2.070.000
90.000
1.980.000
1.530.000
22
3,765
5.820.000
90.000
5.730.000
5.280.000
31
4,320
3.743.686
170.168
3.573.519
2.722.681
21
4,155
7.500.000
250.000
7.250.000
6.000.000
19
3,900
453.780
56.723
397.058
113.445
7
3,840
1.045.373
37.335
1.008.038
821.364
27
7,300
532.103
532.103
-
-
10
4,150
1.694.945
71.708
1.623.237
1.264.697
23
8.331.565
83.354.496
66.098.563
87.936.062
3.750.000
* In 2024 zal eenmalig een bedrag van € 122.469,75 worden afgelost ** In 2026 zal eenmalig een bedrag van € 998.316,54 worden afgelost *** In 2015 zal eenmalig een bedrag van € 584.864,46 worden afgelost **** In 2045 zal eenmalig een bedrag van € 3.030.000,00 worden afgelost Opmerkingen: 1) Op 17-12-2014 liep de rentevast periode af van lening BNG 40.0085850. Er is een nieuwe rente overeengekomen van 1,29% voor 10 jaar vast (einde looptijd). 2) Op 20-09-2014 liep de rentevast periode af van lening BNG 40.0099435. Er is een nieuwe rente overeengekomen van 2,85% voor 30 jaar vast (einde looptijd). 3) Op 20-09-2014 liep de rentevast periode af van lening BNG 40.0099434. Er is een nieuwe rente overeengekomen van 2,85% voor 30 jaar vast (einde looptijd). 4) Op 01-10-2014 liep de rentevast periode af van lening ABN-AMRO 555310507. Er is een nieuwe rente overeengekomen van 2,76% voor 10 jaar vast (einde looptijd). 5) Op 01-11-2014 liep de rentevast periode af van lening ABN-AMRO 536906688. Er is een nieuwe rente overeengekomen van 2,70% voor 10 jaar vast (einde looptijd). 6) Op 02-12-2014 liep de rentevast periode af van lening NWB 10023471. Er is besloten om de lening van de NWB geheel vervroegd af te lossen en te herfinancieren door de nieuwe lening BNG 40.0109386 met een rente van 2,045% voor 30 jaar vast (einde looptijd). 7) Op 31-12-2014 liep de afspraak van de liquiditeitsopslag af van lening NWB 10027256. Er is een nieuwe liquiditeitsopslag overeengekomen ad 0,22% voor 2 jaar. De totaal te betalen rente komt dan op 4,32%. 8) Omdat de Provincie Noord-Brabant van de garantie af wilde, heeft Amarant besloten om de lening van Delta Lloyd per 31-03-2014 geheel vervroegd af te lossen.
Aflossings-wijze
150.0 00 200.0 00 150.0 00 166.6 67 125.0 00 38.10 6 550.0 00 90.00 0 90.00 0 170.1 68 250.0 00 56.72 3 37.33 5 48.28 2 71.70 8
Aflossing 2015
Gestelde zekerheden
€
Per jaar
150.000
Per jaar
200.000
Per jaar
150.000
Per half jaar
333.334
Per jaar
-
Per jaar
584.684
Per jaar
550.000
Per jaar
90.000
Per jaar
90.000
Per jaar
170.168
Per jaar
250.000
Per jaar
56.723
Per jaar
37.335
Per jaar
-
Per jaar
71.708 4.497.363
borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ hypotheek borgstelling WFZ Staat der Nederlanden borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ borgstelling WFZ Staat der Nederlanden Garantie Provincie N-B Staat der Nederlanden
6 ***
**** 7
8
5.9 Toelichting op de resultatenrekening 14. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
2014 €
2013 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
259.442.099
255.993.503
Totaal Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
259.442.099
255.993.503
15. Toelichting niet-gebudgetteerde zorgprestaties (incl. Wmo-huishoudelijke hulp)
2014 €
2013 €
Zorgprestaties tussen instellingen Persoonsgebonden en -volgende budgetten Opbrengsten uit Wmo-prestaties op het gebied van huishoudelijke hulp (incl. onderaanneming)
845.115 4.826.923 225.013
795.759 4.727.256 273.488
Totaal niet-gebudgetteerde zorgprestaties
5.897.051
5.796.503
16. Subsidies
2014 €
2013 €
Subsidies AWBZ/Zvw-zorg Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Veiligheid en Justitie Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (waaronder opleidingsfonds) Subsidies vanwege Provincies en gemeenten (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp; inclusief overige Wmo-prestaties, verslavingszorg, OGGZ) Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies
1.302.921
1.887.834
798.085
533.085
-
35.250
Totaal Subsidies
2.101.006
2.456.169
Toelichting subsidie Provincie De Amarant Groep biedt twee provinciaal gesubsidieerde activiteiten aan, te weten: Jeugdhulp Thuis en Observatiediagnostiek deeltijd. Voor de hulpvorm Jeugdhulp Thuis zijn in 2014 6.435 directe cliëntcontacturen (dccu) gerealiseerd. Observatiediagnostiek heeft in 2014 530 dccu gerealiseerd. Per 01-01-2014 waren 80 jeugdigen in zorg. In 2014 zijn er 130 jeugdigen ingestroomd en 130 uitgestroomd (waarvan 10 trajecten vroegtijdig beëindigd). Per 31-12-2014 waren er 80 jeugdigen in zorg. Het aantal (gemiddelde) FTE bedraagt voor 2014 13 FTE. 17. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten
2014 €
2013 €
Overige bedrijfsopbrengsten: - Doorberekende kosten (personeel/voeding) - Opbrengst therapeutisch werken - Overige bijdragen - Overige opbrengsten
430.363 3.797.287 46.043 4.705.907
299.811 3.180.359 50.242 3.701.731
Totaal overige bedrijfsopbrengsten
8.979.600
7.232.143
77
in dienst van mensen met een beperking
LASTEN 2014 €
18. Personeelskosten
2013 €
Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies Andere personeelskosten
134.802.232 22.663.484 11.835.605 13.054.088
136.718.142 21.113.504 11.659.254 18.718.710
Subtotaal
182.355.409
188.209.610
5.274.923
5.393.385
187.630.332
193.602.995
3.498 13 3.511
3.647 8 3.655
Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
Specificatie gemiddeld aantal personeelsleden (in FTE's): AWBZ/Zvw Provincie Gemiddeld aantal personeelsleden op basis van fulltime eenheden
2013 €
2014 €
19. Afschrijvingen vaste activa
Nacalculeerbare afschrijvingen: - Materiële vaste activa - Financiële vaste activa
3.897.232 318.455
4.586.378 318.432
Overige afschrijvingen: - Materiële vaste activa - Bijzondere waardeverminderingen impairment
9.073.853 2.147.081
9.793.327 0
15.436.621
14.698.137
Totaal afschrijvingen
Aansluiting afschrijvingen resultatenrekening - vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten 2014 € Totaal afschrijvingslasten resultatenrekening - waarvan nacalculeerbare afschrijvingen
15.436.621 4.215.687
In het externe budget verwerkte vergoeding voor nacalculeerbare afschrijvingslasten: - WTZi-vergunningplichtige vaste activa - Financiële vaste activa Totaal vergoeding nacalculeerbare afschrijvingslasten Aanschafwaarde desbetreffende vaste activa Cumulatieve afschrijvingslasten desbetreffende vaste activa
3.897.232 318.455 4.215.687 132.747.047 38.496.689
78
in dienst van mensen met een beperking
2014 €
21. Overige bedrijfskosten
Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten Algemene kosten Patiënt- en bewonersgebonden kosten
2013 €
17.640.521 10.877.833 4.352.059
19.265.521 11.791.699 4.221.165
6.322.358 1.675.084 1.569.007 1.488.624
5.873.871 2.840.667 1.714.821 -1.292.450 1.300.290
Subtotaal onderhoud en energiekosten
11.055.073
10.437.199
Huur en leasing Dotaties en vrijval voorzieningen
12.555.337 8.622.590
12.433.010 537.784
Totaal overige bedrijfskosten
65.103.413
58.686.378
Onderhoud en energiekosten - Onderhoud - Energie gas - Energie stroom - Teruggaaf energiebelasting 2003 t/m 2012 - Energie transport en overig
2014 €
22. Financiële baten en lasten
2013 €
Rentelasten
-3.353.181
-3.522.204
Totaal financiële baten en lasten
-3.353.181
-3.522.204
79
in dienst van mensen met een beperking
5.9.1 Toelichting op de resultatenrekening 5.9.1.1 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2014 AWBZ/Zvw
Ref. BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2014 €
2013 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
14.
259.442.099
255.993.503
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
15.
5.897.051
5.796.503
Subsidies
16.
1.302.921
1.934.750
Overige bedrijfsopbrengsten
17.
8.979.600
7.232.143
Resultaat verkoop MVA
-
Som der bedrijfsopbrengsten
275.621.671
270.956.899
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
18.
186.879.833
193.153.322
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
19.
13.287.579
14.697.276
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
20.
2.147.081
-
Overige bedrijfskosten
21.
65.037.215
58.642.829
Som der bedrijfslasten
267.351.708
266.493.427
BEDRIJFSRESULTAAT
8.289.963
4.463.472
-3.353.181
-3.522.204
4.916.782
941.268
-
-
4.916.782
941.268
Financiële baten en lasten
22.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
23.
RESULTAAT BOEKJAAR
Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt verdeeld: 2014 €
2013 €
Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve Huisvesting en Bedrijfsdiensten Bestemmingsreserve kleinschalige woonvormen Bestemmingsreserve doelgroepenbeleid/kwaliteit van zorg Bestemmingsreserve frictie overgang historische naar reële budgetten Bestemmingsreserve marktontwikkeling en innovatie Algemene reserve
6.604.129 -744.127 689.750 -852.470 74.500 -855.000
1.932.897 0 959.150 -725.529 -606.750 -618.500 -
Totaal bestemming
4.916.782
941.268
80
in dienst van mensen met een beperking
5.9.1.2 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2014 Provincie
Ref. BEDRIJFSOPBRENGSTEN
2014 €
2013 €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten (uit AWBZ/Zvw-zorg, exclusief subsidies)
14.
-
-
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties (inclusief Wmo-huishoudelijke hulp)
15.
-
-
Subsidies (exclusief Wmo-huishoudelijke hulp, inclusief overige Wmo-prestaties)
16.
798.085
521.419
Overige bedrijfsopbrengsten
17.
-
-
798.085
521.419
Som der bedrijfsopbrengsten
BEDRIJFSLASTEN Personeelskosten
18.
750.499
449.674
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
19.
1.961
861
Overige bedrijfskosten
21.
66.198
43.550
Som der bedrijfslasten
818.658
494.085
BEDRIJFSRESULTAAT
-20.753
27.334
-
-
-20.573
27.334
-
-
-20.573
27.334
Financiële baten en lasten
22.
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
23.
RESULTAAT BOEKJAAR
Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt verdeeld: 2014 €
2013 €
Toevoeging/onttrekking: Reserve aanvaardbare kosten
-20.573
27.334
Totaal bestemming
-20.573
27.334
81
in dienst van mensen met een beperking
5.9.2 Aansluiting totaal resultaat met resultaat segmenten 2014 €
2013 €
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekening: AWBZ/Zvw Provincie
Totaal bestemming
82
4.916.782 -20.573
941.268 27.334
4.896.209
968.602
4.896.209
968.602
in dienst van mensen met een beperking
5.10 Bezoldiging bestuurders en toezichthouders De Amarant Groep heeft een tweehoofdige Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur voert zijn taak als collegiaal bestuur uit. In 2014 is het bestuursmodel een eindverantwoordelijke Raad van Bestuur met Raad van Toezicht van toepassing. Voor een nadere toelichting op de verantwoordelijkheden en taakverdelingen wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van het maatschappelijk verslag. 22. Bezoldiging bestuurders De bezoldiging van de bestuurders en toezichthouders over het jaar 2014 is als volgt: Dhr. Drs. R.A. Helder
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
9.
10. 11. 12.
13. 14. 15. 16. 17.
Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur? Zo nee: tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie? Is deze gewezen bestuurder sindsdien nog in dienst van uw organisatie? Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst? Welke salarisregeling is toegepast? Wat is de deeltijdfactor? (percentage) Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen a. Waarvan: verkoop verlofuren b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etcetera.)? Belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen - exclusief een BTW-bedrag van Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etcetera.) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal inkomen Totaal ontvangen declaraties exclusief BTW Cataloguswaarde auto van de zaak Eigen bijdrage auto van de zaak
Voorzitter 01-01-2004
Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC Lid 01-05-2013
Ja
Ja
N.v.t
N.v.t.
N.v.t.
N.v.t.
Onbepaalde tijd NVZD 100% € 177.801
Onbepaalde tijd NVZD 100% € 167.494
2.400 -
-
€ 8.133 € 20.394
€ 55 € 8.133 € 18.707
-
-
€ 208.728 -
€ 194.390 -
Toelichting Per 1 januari 2014 is de bezoldigingsnorm WNT voor de Raad van Bestuur € 203.728. De norm is exclusief de sociale verzekeringspremies en indien van toepassing BTW. Alle leden van de Raad van Bestuur blijven in 2014 onder deze norm. Dhr. Drs. R.A. Helder Dhr. Drs. R.A. Helder is per 1 januari 2004 aangetreden als lid Raad van Bestuur. Per 1 november 2012 is hij benoemd tot voorzitter Raad van Bestuur. Nevenfunctie(s): Bestuurslid VGN (met ingang van november 2008 tot 2014); Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Dock. Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC is per 1 mei 2013 benoemd tot lid Raad van Bestuur op basis van een contract voor onbepaalde tijd. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Zorggroep Vlaardingen; Docent Leergang Controlling in de zorg ‘Optimalisatie Bedrijfsvoering’; Lid bestuursraad van de Coöperatieve Quli U.A.
83
in dienst van mensen met een beperking
23. Bezoldiging toezichthouders De bezoldigingsnorm van de voorzitter Raad van Toezicht en de leden Raad van Toezicht Amarant Groep is op 16 september 2014 vastgesteld op respectievelijk 7,5% (€14.812) en 5% (€ 9.875) van de bezoldiging van de eigen bestuurder. Dit is conform de per 1 januari 2014 geldende Wet Normering Topinkomens. Alle leden van de Raad van Toezicht blijven in 2014 onder de bezoldigingsnorm. Bezoldiging Raad van Toezicht Amarant Groep
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etcetera)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etcetera) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Dhr. Drs. Y.C.Th.J. Kortmann Voorzitter 1-1-1997
Dhr. L.C.M. de Jaeger
Dhr. Drs. H.H.J. Mertens
Vice-voorzitter 14-11-2006
Secretaris 19-6-2006
Ja
Ja
Nee
* € 7.460
* € 12.344
* € 9.875
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 7.460
€ 12.344
€ 9.875
Dhr. Drs. Y.C.Th.J. Kortmann Hoofdfunctie: Waarnemend burgemeester Gemeente Waalre met ingang van 1 januari 2014 Nevenfunctie(s): Lid Maatschappelijke adviesraad, Juridische Faculteit, Universiteit van Tilburg tot 01-10-2013; Lid Adviesraad IMS; Diverse beroeps- en bezwaarcommissies; Voorzitter Werkgroep Softdrugsbeleid Oost-Brabant; Parttime bestuurlijk adviseur Openbaar Ministerie Oost-Brabant; Voorzitter Streekraad Het Groene Woud; Voorzitter selectiecommissie Limburg Nationale Politie. Dhr. L.C.M. de Jaeger Hoofdfunctie: N.v.t. Nevenfunctie(s): Vicevoorzitter Raad van Toezicht Bibliotheek VanNu; Voorzitter Stichting Behoud St. Josephkerk; Lid Raad van Toezicht PSW (financiën); Voorzitter Stichting Mariadal; Voorzitter Stichting CABOD; Secretaris/penningmeester Gedenkbos Roosendaal; Voorzitter stuurgroep samenvoeging parochies Roosendaal; Voorzitter stuurgroep Vroegsignalering Kwetsbare Ouderen (VKO); Lid Centraal Stembureau Roosendaal. Dhr. Drs. H.H.J. Mertens Hoofdfunctie: N.v.t. Nevenfunctie(s): Voorzitter Stichting International Cultural Center, Oostelbeers; Voorzitter Stichting Hippisch Innovatieve projecten, Lage Mierde;
84
in dienst van mensen met een beperking
Mw. Drs. G.P.M. van den Berg
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etcetera)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etcetera) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Lid 1-12-2007
Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts Lid 1-7-2009
Dhr. T.B. Jacobs
Nee
Nee
Nee
* € 9.875
* € 9.875
* € 9.875
-
-
-
-
-
-
€ 9.875
€ 9.875
€ 9.875
Lid 1-12-2007
Mw. Drs. G.P.M. van den Berg Hoofdfunctie: directeur P&O Stichting Cordaan te Amsterdam Nevenfunctie(s): N.v.t. Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts Hoofdfunctie: N.v.t. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Stichting Tangent, Palet van basisscholen en Peuterspeelzalen Tilburg e.o.; Vice-voorzitter bestuur KBO Berkel-Enschot; Coördinator Belangenbehartiging Senioren Berkel-Enschot; Bestuurslid KLOS-TV te Den Dolder, Multi-media ten behoeve van mensen met een beperking. Dhr. T.B. Jacobs Hoofdfunctie: Theo Jacobs Consultancy, consultant HRM Nevenfunctie(s): - Lid van diverse gemeentelijke commissies, zoals bezwarencommissie en functiewaarderingscommissie; - Lid Raad van Toezicht Stichting Traverse te Bergen op Zoom/Roosendaal.
85
in dienst van mensen met een beperking
1. 2. 3. 4. 5.
6. 7. 8.
9. 10. 11.
Vanaf welke datum was de toezichthouder voor het eerst in de huidige functie van toezichthouder werkzaam binnen de organisatie? Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van de Raad van Toezicht geweest? Nevenfunctie(s): Beloning (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Wat is de totale som van de eventuele vergoedingen in natura (o.a. huisvesting, auto (mede) voor privégebruik, laagrentende leningen, etcetera)? Vaste en variabele onkostenvergoedingen Werkgeversbijdrage sociale verzekeringspremies Voorzieningen ten behoeve van beloning betaalbaar op termijn (o.a. werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU, sabbatical, aanvulling sociale uitkering, arbeidsongeschiktheidsuitkering, etcetera) Winstdelingen en bonusbetalingen Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband Totaal bezoldiging (4 t/m 10)
Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen Lid 1-7-2009
Mw. J.E.M. Tacke-Groten Lid 1-4-1999
Dhr. Drs. P.P.M. de Roij Lid 1-1-2014
Nee
Nee
Nee
* € 8.033
* € 3.292
* € 9.875
-
-
-
-
-
-
€ 8.033
€ 3.292
€ 9.875
Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen Hoofdfunctie: 01-01-2013 tot en met 30-8-2014 Interim Financieel Expert, Directeur Matijsen Holding BV; - Vanaf 01-09-2014 Controller bij DRV Accountants & Adviseurs. Nevenfunctie(s): - Penningmeester Stichting Parkfeest-Oosterhout Mw. J.E.M. Tacke-Groten Hoofdfunctie(s): Docent sociale vaardigheden/coach/branchecoördinator VG/ projectleider zorgacademie MB zorgcliënt 2.0 op ROC Tilburg (school voor gezondheidszorg); Remedial teacher in eigen praktijk voor kinderen met leer- en gedragsproblemen. Nevenfunctie(s): Voorzitter Brabantse Raad voor Informele Zorg; Lid Programmaraad Zorgvernieuwing Psychogeriatrie; Manager van Heren 1 van HC Tilburg (hoofdklasse hockeyteam). Dhr. Drs. P.P.M. de Roij Hoofdfunctie: Directeur R&R Investment B.V. Nevenfunctie(s): Lid Raad van Toezicht Daelzicht; Lid Raad van Toezicht Tiwos; Lid Raad van Toezicht Theaters Tilburg; Lid Raad van Toezicht Mytylschool Gabriël.
86
in dienst van mensen met een beperking
24. Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) In 2014 wordt de WNT niet overschreden door (gewezen) topfunctionarissen. De Amarant Groep ziet af van publicatie van de bezoldigingsinformatie van extern ingehuurde niet-topfunctionarissen conform de brief van het Ministerie van BZK (kenmerk 2014-0000107212 d.d. 27-02-2014). De bezoldiging van de functionarissen die over 2014 in het kader van de WNT verantwoord worden, is als volgt:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 t/m 11)
2014 Bestuurder 01-01-2004 100% € 177.801
2014 Bestuurder 01-05-2013 100% € 167.494
€ 177.801 € 98 € 20.394
€ 167.494 € 469 € 18.707
-
-
€ 198.293
€ 186.670
87
in dienst van mensen met een beperking
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
1 2 3 5 6 7 8 9 10 11
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 t/m 11)
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 t/m 11)
Functionaris (functienaam) In dienst vanaf (datum) In dienst tot (datum) Deeltijdfactor (percentage) Bruto-inkomen (incl. salaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en andere vaste toelagen) Winstdelingen en bonusbetalingen Totaal beloning (5 en 6) Werkgeversbijdrage sociale lasten (vrijwillig) Bruto-onkostenvergoeding (vast en variabel) Voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn (in €) Uitkeringen in verband met beëindiging van het dienstverband (in €) Totaal bezoldiging in kader van de WNT (7 t/m11)
2014 Toezichthouder 1-1-1997 1-7-2014 € 7.460
2014 Toezichthouder 14-11-2006 € 12.344
2014 Toezichthouder 19-6-2006 € 9.875
2014 Toezichthouder 1-12-2007 € 9.875
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 7.460
€ 12.344
€ 9.875
€ 9.875
2014 Toezichthouder 1-7-2009 € 9.875
2014 Toezichthouder 1-12-2007 € 9.875
2014 Toezichthouder 1-7-2009 € 8.033
2014 Toezichthouder 1-4-1999 1-4-2014 € 3.292
-
-
-
-
-
-
-
-
€ 9.875
€ 9.875
€ 8.033
€ 3.292
2013 Toezichthouder 1-1-2014 € 9.875 € 9.875
88
in dienst van mensen met een beperking
5.10.1 Honoraria accountant Controle van de jaarrekening Overige controlewerkzaamheden Niet-controle diensten Totaal honoraria accountant
Totaal Amarant Groep 2014 2013 97.200 85.775 41.443 20.057 7.381 313.951 146.024 419.783
Er is gekozen voor de methode van toerekening van kosten aan het boekjaar waarop de dienstverlening betrekking heeft. De genoemde bedragen zijn inclusief BTW.
89
in dienst van mensen met een beperking
5.11 Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De Raad van Bestuur van de Stichting Amarant Groep heeft de jaarrekening 2014 vastgesteld in de vergadering van 23-04-2015. De Raad van Toezicht van de Stichting Amarant Groep heeft de jaarrekening 2014 goedgekeurd in de vergadering van 18-05-2015.
5.11.1 Ondertekening bestuurders en toezichthouders
W.G. Dhr. Drs. R.A. Helder (Voorzitter Raad van Bestuur)
W.G. Dhr. Drs. M.C.M. Bindels RC MAC (Lid Raad van Bestuur)
W.G. Dhr. P.A.C.M. van der Velden (Voorzitter Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. L.C.M. de Jaeger (Vice-voorzitter Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. H.H.J. Mertens (Secretaris Raad van Toezicht)
W.G. Mw. Drs. G.P.M. van den Berg (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. M.T.M. Dingenouts (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Th.B. Jacobs (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. J.H.C. Matijsen (Lid Raad van Toezicht)
W.G. Dhr. Drs. P.P.M. de Roij (Lid Raad van Toezicht)
90
in dienst van mensen met een beperking
5.12 Overige gegevens 5.12.1 Transacties met verbonden partijen Er hebben zich geen transacties op niet-zakelijke grondslag met verbonden partijen voorgedaan.
5.12.2 Statutaire regeling resultaatbestemming In de statuten is geen regeling resultaatbestemming opgenomen.
5.12.3 Resultaatbestemming Het resultaat wordt verdeeld volgens de resultaatverdeling in paragraaf 5.2.1.
5.12.4 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen noemenswaardige gebeurtenissen na balansdatum.
91
in dienst van mensen met een beperking
5.13
Controleverklaring
92
in dienst van mensen met een beperking
93
in dienst van mensen met een beperking
94
in dienst van mensen met een beperking
Lijst van afkortingen en begrippen APP Arbo AVG-arts AWBZ BGZ BNG BOPZ BTW CAO CBS CCE CCR CIBG CIZ CQ-index CR DB DBC DCR DigiMV (F)ACT FEC FTE GGZ GOUD GZ HbH HKZ HRM ICT IGZ IQ IVH JMV JW KPI LCR LTHP (L)VG MKT M&M MMC MO MV NAH NHC NVTZ NVZD NWB NZa OBU OC
Geautomatiseerd Persoonlijk Plan Arbeidsomstandigheden Arts voor Verstandelijk Gehandicapten Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Bedrijfsgezondheidszorg Bank Nederlandse Gemeenten Wet Bijzondere Opname Psychiatrische Ziekenhuizen Belasting over de Toegevoegde Waarde (omzetbelasting) Collectieve Arbeidsovereenkomst Centraal Bureau voor de Statistiek Centrum voor Consultatie en Expertise Centrale Cliëntenraad Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg Centrum Indicatiestelling Zorg Consumer Quality Index Cliëntenraad Dagbesteding Diagnose Behandelcombinatie Districtscliëntenraad Webapplicatie op www.jaarverslagenzorg.nl (onderdeel van het Jaardocument) (Functional) Assertive Community Treatment Financieel-economische Commissie Full Time Employment Geestelijke Gezondheidszorg Gezond ouder worden Gehandicaptenzorg Hulp bij het Huishouden Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector Human Resource Management Informatie- en communicatietechnologie Inspectie voor de Gezondheidszorg Intelligentiequotiënt Integrale Vroeghulp Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording Jeugdwet Kritische prestatie indicatoren Lokale Cliëntenraad Lange Termijn Huisvestingsplan (Licht) verstandelijk gehandicapt Manager Krachtige Teams Middelen & Maatregelen Multi Modulair Centrum Managementoverleg Maatschappelijke Verantwoording Niet aangeboren hersenletsel Normatieve Huisvestingscomponent Nederlandse Vereniging Toezichthouders in Zorginstellingen Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisdirecteuren Nederlandse Waterschapsbank Nederlandse Zorgautoriteit Overbruggingsuitkering Onderdeelcommissie (Ondernemingsraad op districtsniveau)
95
in dienst van mensen met een beperking
OCB OR PGB PBL P&O PR PSA PV RAK RI&E RVE SCR SGEVG SJS SOEC UWV VG VGN VNG VOBC VPT VWS WCZ WfZ WGA WIA WMCZ WKCZ Wlz WMG Wmo WOR WTZi Zvw ZZP
Orthopedagogisch Centrum Brabant Ondernemingsraad Persoonsgebonden Budget Persoonlijk Budget Levensfase Personeel & Organisatie Public Relations Psychosociale Arbeidsbelasting Persoonlijke Verzorging Reserve aanvaardbare kosten Risico-Inventarisatie en Evaluatie Resultaatverantwoordelijke eenheid Sectorcliëntenraad Sterk Gedragsgestoord Ernstig Verstandelijk Gehandicapt Samenwerkende Jeugdzorg Specialisten Stichting Opleiding Erkenning Care Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen Verstandelijk gehandicapt Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Vereniging Nederlandse Gemeenten Vereniging Orthopedagogische Behandelcentra Volledig Pakket Thuis Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet Cliëntrechten Zorg Waarborgfonds voor de Zorgsector Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (onderdeel van de WIA) Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector Wet Langdurige Zorg Wet Marktordening Gezondheidszorg Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet op de Ondernemingsraden Wet Toelating Zorginstellingen Zorgverzekeringswet Zorgzwaartepakket
96
in dienst van mensen met een beperking