Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ Inhoudsopgave: Voorwoord
blz 1
H1 Lezingen: 1.1 Inclusieve Buurt van Annica Brummel 1.2 Grenzen Aan Zelfregie van Jos Kersten 1.3 Succesvol burgerinitiatief: de wijkfabriek (Conrad Savy) H2 Workshops: 2.1 Inclusieve buurt 2.2 Eigen regie 2.3 Burgerinitiatieven
blz 2 t/m 6
blz 7 t/m 10
Voorwoord Momenteel verandert er veel in de zorg- en welzijnssector, de gemeente speelt hier een steeds belangrijkere rol in. GroenLinks Nijmegen wil weten hoe de burgers en organisaties deze veranderingen ervaren en is benieuwd naar ideeën over hoe het beter kan. Daarom organiseerde GroenLinks Nijmegen op 7 februari 2013 in wijkcentrum de Klokketoren een conferentie voor alle bewoners, professionals, mantelzorgers en alle andere geïnteresseerden. Onder de titel “Zorg mee met GroenLinks” luisterden onze politici naar ú! De belangrijkste uitkomsten van deze avond zijn meegenomen door onze gemeenteraadsleden, wethouder Bert Frings en de werkgroep Zorg & Welzijn. Zo kunnen we samen met u beleid maken dat beter aansluit bij de wensen en behoeften van de Nijmegenaren. We kijken terug op een geslaagde, druk bezochte en inspirerende bijeenkomst. Heel hartelijk bedankt voor uw aanwezigheid en inbreng! Zoals beloofd, ontvangt u van ons het verslag van de conferentie. Als bijlage nog een inspirerend burgerinitiatief van 1 van de conferentiedeelnemers: het hondenproject van Alie Lanooy. Mocht u nog vragen, aanvullingen of opmerkingen hebben. dan kunt u contact opnemen met de Werkgroep Zorg & Welzijn, GroenLinks Nijmegen, via
[email protected]. Namens de werkgroep Zorg & Welzijn, Louis de Mast, voorzitter werkgroep Zorg & Welzijn
1
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ H1 Lezingen Notulist: Felix Hubbelmeijer 1.1 Inclusieve Buurt (Lezing Annica Brummel, Tandem/Promovenda) Inclusie is een woord dat in relatie tot de Wmo erg populair is geworden. Veel instellingen gebruiken dit woord in hun visie, maar werken vaak onvoldoende uit wat ze er precies mee bedoelen. Onder inclusie kan heel simpel verstaan worden: meedoen en meetellen. In deze presentatie bekijk ik inclusie in relatie tot de buurt en kijk ik daarbinnen vooral naar meedoen en meetellen van buurtbewoners met een beperking. De presentatie is gebaseerd op ervaringen die zijn opgedaan bij de aanpak: ‘Gewoon meedoen in je eigen wijk’. Dit is een manier van werken om buurtbewoners met een beperking beter mee te laten doen in de buurt waar ze wonen. Daarnaast doe ik promotieonderzoek naar sociale inclusie in drie wijken van Nijmegen. Het woord inclusie veronderstelt dat er ook exclusie is. Misschien is dat het beste te laten zien aan de hand van een voorbeeld. Het gaat hier om een meneer die hier in Nijmegen woont en die ik twee jaar geleden heb ontmoet bij ‘Gewoon meedoen in je eigen wijk’: -
Bewoner met licht verstandelijke beperking Woont zelfstandig, met ambulante begeleiding Overdag werkzaam bij Breed 1 x per week avond van de zorginstelling om samen te eten 1-2 x per week naar Trias 1-2 x per maand GVO
Hij gaf aan dat hij niet mee kon doen aan activiteiten in de buurt omdat hij het al zo druk heeft. Wat opvalt bij de dingen die hij doet, is dat hij steeds dezelfde mensen tegen komt, voornamelijk met een vergelijkbare beperking. Hij had nauwelijks contact met zijn buren en wist niet wat hij kon doen in het buurthuis bij hem in de wijk. In een inclusieve buurt zou dit het plaatje kunnen zijn van dezelfde meneer: - Contacten met buren - Kennis van mogelijkheden in de buurt - Gelijkwaardig meedoen in de buurt - Bezoekt ook voorzieningen waar lotgenoten zijn - De buurt staat open voor diversiteit Wat is er nodig om de huidige situatie te veranderen? Allereerst moet het beeld veranderen dat mensen hebben over bewoners met een beperking. Mensen worden nog te vaak vanuit de beperking benaderd die ze hebben en niet als mensen die talenten en interesses hebben. Er bestaan nog behoorlijk wat vooroordelen, mede omdat het lange tijd niet gewoon geweest is om mensen met een beperking tegen te komen in de samenleving. Om mee te kunnen doen en erbij te horen is het van belang dat de buurt open staat voor diversiteit. Dan kun je denken aan voorzieningen als een wijkcentrum, een sportclub, buurtinitiatieven en burencontact. Kwartiermaken is een manier van werken die je hiervoor in kan zetten. Op het niveau van werkers kunnen zorg- en welzijnsinstellingen nog veel meer samenwerken en tegelijkertijd op een andere manier werken. De Wmo veronderstelt immers een omslag. Zorg en welzijn zijn aanvullend op elkaar, maar kunnen elkaar nog beter vinden. Er zijn een aantal uitdagingen bij deze veranderingen: In de huidige manier van werken, werken we vooral vanuit enkele vragen van een persoon. We zijn erg gespecialiseerd in Nederland als het gaat om hulp en dienstverlening. Schuldhulpverlening werkt aan een deel, maatschappelijk werk, welzijnswerk etc. Bij elke instelling is slechts een deel van de persoon zichtbaar. De Wmo vraagt erom een persoon als geheel te zien en de vragen die hij heeft in relatie tot elkaar te zien. Sociale netwerken komen ook meer in beeld vanuit de Wmo. Een insteek om nu een sociaal netwerk op te bouwen of te versterken komt nu nog vaak vanuit zorgvragen van een persoon. Het is de vraag of dat het juiste moment is om sociale netwerken te versterken. Er moet op zijn minst veel meer aandacht komen voor
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ het opbouwen van sociale netwerken vanuit een welzijnsvraag. Het geven van informele ondersteuning of zorg is eerder een uitkomst van een relatie die al langer bestaat, dan een vertrekpunt. Er moet veel meer en efficiënter samengewerkt worden op alle niveaus. Tussen bewoners en professionele organisaties, tussen professionele organisaties onderling, maar ook tussen beleidsterreinen en kennisinstituten. Cross-disciplinair werken kan veel opleveren qua kennis en ervaringen. Veranderingsprocessen kosten tijd; de Wmo is een stelselwijziging, dat betekent dat we een nieuwe manier van denken, werken en handelen nastreven op verschillende niveaus in de samenleving. Dergelijke veranderingsprocessen kosten tijd en we moeten ons die tijd ook gunnen. Veranderingsprocessen lopen vaak niet parallel met organisatieprocessen of politieke termijnen. 2.1 Grenzen aan zelfregie (Lezing Jos Kersten, WIG) Eerst de theorie De begrippen zelfregie en zelfredzaamheid. Zelfregie is het vermogen om zelfstandig te beslissen hoe je leven eruit moet zien, bijvoorbeeld op het gebied van wonen, werken en sociale contacten. Het gaat erom dat je zelf vorm en invulling kunt geven aan je leven. Wie wil dat nou niet? Dat willen we allemaal. Of je nu een beperking hebt of niet. Meer zelfregie leidt tot meer zelfredzaamheid. Dat wordt omschreven als het vermogen om zelf voorzieningen te treffen die deelname aan het maatschappelijk verkeer mogelijk maken. Je kunt jezelf redden. Dus als je meer zelf de keuzes kunt maken in je leven (zelfregie), dan kun je jezelf ook beter redden (zelfredzaamheid). En als je jezelf beter kunt redden, kun je ook beter deelnemen aan het maatschappelijk leven. En dat noemen we participatie. In theorie zit het heel mooi in elkaar. Er is geen speld tussen te krijgen. Dan nu de praktijk In de praktijk hebben we te maken met gigantische bezuinigingen. De percentages doen denken aan een uitverkoop: tot 75% korting. Dat betreft de huishoudelijke hulp. Maar het gaat ook om persoonlijke verzorging, begeleiding, dagbesteding, vervoer naar dagbesteding, voorzieningen WMO. Maar ook: hogere ziektekosten, hogere eigen bijdragen (ouderen veel in het nieuws geweest). Binnen de WMO krijg je nu bijvoorbeeld nog een korting op je eigen bijdrage van 33%: die gaat er vanaf volgend jaar af.Voor mensen die in de AWBZ blijven, blijft een PGB bestaan. Maar de tarieven worden 30 procent lager dan in 2012. Ik schat dit totaalpakket, deze uitverkoop, persoonlijk in als een ramp. Dat het met minder geld moet, staat niet ter discussie. Dat we zorg en welzijn anders moeten organiseren, ook niet. In Nijmegen is die beweging om het anders te doen ook al duidelijk ingezet, met onder meer de sociale wijkteams en ontschotting WMO/AWBZ. De wethouder loopt daarin voorop. Maar deze bezuinigingen zijn een te grote hap uit de diverse budgetten. Mijn grote bezwaar is dat niemand de risico’s van deze maatregelen kan overzien. Wat doet dit met mensen? Als je daar geen antwoord op kunt geven, dan ben je aan het experimenteren. Je moet niet experimenteren met de zorg aan kwetsbare mensen.
3
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ Om een tegengeluid te laten horen hebben we in december een actie gehouden onder de noemer ‘Hart voor zorg & welzijn’ in de Mariënburgkapel. Een ludieke actie, met kaarslichtjes, maar met de serieuze ondertoon van deze grote dreiging. In vervolg op deze actie proberen we een brede Nijmeegse coalitie te smeden van belangenorganisaties, instellingen op het gebied van zorg en welzijn en de politiek. We doen een oproep aan al die partijen om eenvoudig in beeld te brengen: • wat de (dreigende) ongewenste effecten zijn van het kabinetsbeleid op het terrein van zorg en welzijn, vanuit het perspectief van de burger (op basis van voorbeelden); • wat de onderbouwing daarvan is; • wat eventueel alternatieven zijn (ook om te bezuinigen); • wat wel goed is aan de kabinetsplannen. Theorie en praktijk Wat betekenen de bezuinigingen voor zelfregie? Voor het vermogen om zelf keuzes te maken. Bijvoorbeeld dat je thuis komt te zitten, omdat je niet meer naar dagbesteding kunt. Dat kan een jonggehandicapte zijn, maar ook een dementerende oudere. Dat je nog minder geld te besteden hebt en daardoor minder mogelijkheden hebt om te deel te nemen aan het maatschappelijk leven: een cursus volgen, een keer met vrienden naar de bioscoop, Dat je meer afhankelijk wordt van je omgeving. Mensen met een beperking zijn al bovengemiddeld afhankelijk van derden: vanwege zorg of assistentie die zij ontvangen, stiptheid en betrouwbaarheid van vervoer, toegankelijkheid van gebouwen etc. Meer afhankelijkheid van mensen uit je netwerk, kan betekenen dat de relatie daardoor minder gelijkwaardig wordt. De vriendin met wie je altijd alleen leuke dingen deed, vraag je nu ook om allerlei hand- en spandiensten voor jou uit te voeren. Dat is toch anders. In dit perspectief is het behouden van het PGB van immens groot belang. Dat is nog net dat stukje waar je zelf sturing mee kan geven. Zelfregie-Centrum Nijmegen Juist in deze tijd dat zoveel voorzieningen zwaar onder druk staan, is het extra van belang dat mensen met een beperking weerbaar zijn. Juist in omstandigheden waar je niet zelf voor hebt gekozen. Je hebt niet om je beperking gevraagd, je hebt niet om allerlei bezuinigingen gevraagd, maar ze zijn wel een feit en je hebt ermee om te gaan. Op dit punt kan het Zelfregie-Centrum Nijmegen een rol gaan spelen. Achter deze nieuwe naam zitten vier vertrouwde organisaties, die opkomen voor de belangen van mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking. Dat zijn WIG, BWN, De Kentering en Onderling Sterk. Wij blijven doen wat we al deden. Maar we worden ook een plek waar je kunt werken aan persoonlijke ontwikkeling, aan dat weerbaarder worden, het ervaren van eigen kracht. Dat kan: • In trainingen (Wat wil ik nou? Ervaar je eigen kracht. Durf te doen. Hoe presenteer ik me? Zelf andere mensen helpen) • In een lotgenotengroep (zelfhulp via lotgenotencontact) De idee is: als je iets in je situatie wilt veranderen, moet je zelf in beweging komen. Of dat nu gaat over het vervullen van een wens of het oplossen van een probleem. Op zaterdag 2 maart organiseren we een manifestatie als startschot voor het Zelfregie-Centrum. Dan kun je zelf ervaren wat jij ons te bieden hebt en wat je bij ons kunt halen.
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ 2.3 Succesvol burgerinitiatief: De wijkfabriek (Lezing Conrad Savy, Hobbycentrum West) Situering Hobbycentrum De Nonnendaal: -
In 2006 gesloten. De toen nog hobbywerkplaats was onbestuurbaar geworden. Het toenmalige bestuur heeft de sleutels bij de gemeente afgeleverd.
-
Een groep wijkbewoners heeft in de tweede helft van 2006 een doorstart gemaakt met steun van gemeente Nijmegen.
-
De hobbywerkplaats is verbouwd en er zijn ruimtes gecreëerd om door te kunnen groeien van een hobbywerkplaats naar een hobbycentrum.
-
Het bestuur heeft daarbij de volgende ambities geformuleerd: (1) een inclusief centrum, (2) de bezoekers moeten een afspiegeling zijn van de wijk c.q. Nijmegen-West, (3) het centrum moet deel uitmaken van een keten van voorzieningen en geen eiland zijn.
Positionering: - De organisatie heeft een bewuste keuze gemaakt om intern inclusief te zijn met een open blik naar de externe wereld gericht op samenwerking. -
Door deze houding zijn er werkrelaties ontstaan met o.a. Tandem, Portaal, wijkmanagement, bewonersorganisaties, zzp’ers, zorginstellingen.
-
Zonder de ‘core business’ van het hobbycentrum uit het oog te verliezen ontstaan er gemeenschappelijke initiatieven. Het hobbycentrum is een vindplaats geworden waar verschillende ideeën, behoeftes, initiatieven elkaar vinden.
Initiatieven: Twee voorbeelden: Inloop De Hobby Inloop De Hobby is een samenwerking met Dichterbij, Driestroom, Pluryn, RIBW. Cliënten van die organisaties en andere wijkbewoners kunnen op donderdagvond in het hobbycentrum eten tegen een kleine vergoeding en krijgen een avondprogramma. De zorginstellingen leveren de begeleiders, het hobbycentrum het gebouw met beheerder. De Wijkfabriek De Wijkfabriek is een initiatief in ontwikkeling. Het initiatief is tot stand gekomen door een samenwerking tussen bewoners, Portaal en de gemeente Nijmegen. De Wijkfabriek wil een aantal behoeftes in de Wolfskuil een plek geven. De behoeftes, o.a. - positie en participatie van kwetsbare groepen verbeteren - verbinding tussen de verschillende groepen bewoners - de positie van zzp’ers versterken - thema’s rondom gezondheid - dagbesteding voor bewoners met een beperking - ondernemerschap Concept De Wijkfabriek wil initiatieven van bewoners op een aantal gebieden gaan ondersteunen en helpen ontwikkelen. Waar nodig zal De Wijkfabriek initiërend optreden. De Wijkfabriek is ondernemend en wil op termijn self supporting zijn. De Wijkfabriek is een bewonersorganisatie.
5
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ Praktijk De Wijkfabriek wil een gebouw gaan exploiteren waarin een aantal basisactiviteiten zullen plaatsvinden: - dagbesteding - ondersteunende horeca - flex-werkplekken voor o.a. zzp’ers, tevens een expertisecentrum - kookstudio (kookcursussen, koken voor de wijk, enz.) - kunst en cultuur (als bindmiddel) Het gebouw biedt de mogelijkheid om een centrale plek te hebben die als vindplaats kan fungeren. De Wijkfabriek beschikt over de nodige kennis en kunde om bewoners te ondersteunen en bij het ontwikkelen van initiatieven. Innovatie - De ervaring van het hobbycentrum laat zien dat innovatie op lokaal niveau wordt vergemakkelijkt wanner er vindplaatsen zijn - vindplaatsen zijn niet alleen plekken waar vraag en aanbod elkaar kunnen vinden, maar tevens plaatsen waar ruimte wordt gecreëerd om verbindingen tussen mensen / groepen mogelijk te maken - De 4 hobbycentra zijn reeds bezig om zich te ontwikkelen tot dergelijke vindplaatsen
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ H2 Workshops 2.1 workshop Inclusieve Buurt Workshopleider: Jeanine Brummel-Ahlaloum Notulist: Jasper Kok (Buurt)voorzieningen moeten niet alleen fysiek toegankelijk zijn, maar ook mentaal open staan voor mensen met een beperking (biljartliefhebbers met verstandelijke beperking die werden geweigerd bij de Brak). Beeldvorming is belangrijk, maar aandacht vragen voor eigen behoeften geeft juist ook een aparte positie. Onbekendheid bij het grote publiek maakt het lastig om een balans te vinden tussen gewoon meedoen en aandacht/hulp vragen of aanbieden – dit werkt twee kanten op: van grote publiek naar mensen met een beperking (mmb) en omgekeerd. Benader mensen als mens, niet als autist, blinde, dove, … Je kunt mensen niet dwingen om te participeren, iedereen bepaalt zelf of hij/zij wil meedoen. Meer bekendheid van mmb is nodig, dan gaan mensen zich open stellen. Daarvoor moet communicatie geregeld worden, bijv. door organisaties en de gemeente. We willen een inclusieve samenleving/buurt, maar de organisaties zijn nog (te) exclusief, elk met de eigen doelgroep/niche. Een slechthorende deelnemer kreeg weinig van de discussie mee. Mensen zouden zich meer moeten inleven, en alle wijkcentra e.d. zouden moeten beschikken over een ringleiding. Het zit het vaak in kleine dingen (lawaaiige ventilator uit, raam/deur open, een zwaar spastische deelnemer die op de kleuterschool moest leren zelf haar jas met rits uit te doen; toen ze dat niet kon, bleef ze tot het fruithapje tussendoor met haar jas aan in de klas zitten). Er is een tweesporenbeleid nodig. Zorg dichtbij – dus in de wijk – is mooi, maar soms moet het op stadsniveau om expertise te bundelen voor relatief kleine specifieke groepen. Ga als professional kijken of een cliënt op wijkniveau (in bestaande voorzieningen, waar mogelijk geïntegreerd, waar nodig specifiek) kan halen wat hij/zij nodig heeft. Ambassadeurs onder de mmb kunnen een sleutelrol vervullen, maar de wijk zelf moet ook meewerken. Integrale toegankelijkheid van voorzieningen (hellingbanen, drempels weg, ringleidingen, braille, toegankelijke toiletten, prikkelarme omgeving (voor mensen met hersenletsel) zou standaard moeten zijn. Zet in op digitale mogelijkheden. Arnhem heeft goed toegankelijke ontmoetingsmogelijkheden in multifunctionele wijkvoorzieningen, die zouden als voorbeeld kunnen dienen. Wijkwinkels zijn mooie initiatieven, maar economisch vaak onhaalbaar, de Blixem, … Het is de vraag of alle voorzieningen wel wijkvoorzieningen zijn of dat zij een bredere aantrekkingskracht hebben. Onbekend maak onbemind, maar er is een good practice: plan hondenopvang Bottendaal. Hobbycentrun Nijmegen-Oost werkt goed. 2 jaar geleden was er veel scepsis tegenover mmb in deze vrijwilligersorganisatie, nu zijn ze als deels professionele organisatie druk aan het bemiddelen en een smeltkroes van tolerantie en hulpvaardigheid. Iedereen moet een drempel over (mmb en de buurt!), maar er is wel een bemiddelaar/bruggenbouwer nodig. De buurt kan veel zelf doen m.b.v. bruggenbouwers. Professionals zouden zelf als mens de wijk in moeten met hun eigen talenten. Maak gebruik van zelfsturende teams en trek organisaties ut elkaar. Zorgcoöperaties zouden een rol kunnen spelen. Professionals zouden als bruggenbouwers de goede kroegen, buurtcentra e.d. moeten vinden waar mmb een voet tussen de deur kunnen krijgen. De gemeente en dergelijke organisaties (ook zorginstellingen zelf) moeten de bureaucratie verminderen. Leer laagdrempelig te communiceren met (allochtonen, m.n. ouderen) met een taalachterstand. Zorg voor kennis van talen/culturen van de Nijmegenaren met allochtone 'roots'. Ook de gemeente heeft een rol bij het organiseren van communicatie middels fijnmazige buurtnetwerken, zou moeten faciliteren dat er 2 x per week een wijkbijeenkomst wordt georganiseerd. Etnocentrisme moet worden tegengegaan. Bij het organiseren van financieringsstromen moet niet vanuit de beperking worden geredeneerd.
7
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ Flapovers hoofdvraag: Hoe kan je mensen (met beperking) mee laten doen in de wijk? Vanuit 4 perspectieven beantwoord: -buurtbewoners -buurtvoorzieningen -professionals -gemeente Wie? Buurtbewoners
Wat? Aanschuiven bij gewone voorzieningen inleven wat iemand nodig heeft. Beeldvorming aanpassen Meer dan beperking: vriend, vriendin Beperkingen onbekend Meedoen: dat bepaal je zelf!! Niet voor anderen denken!! Mensen zonder beperking moeten ook meedoen
Buurtvoorzieningen
Deel wil wel (doelgroep), maar buurt niet TV uit Open voor iedereen (vb biljart) Toegankelijkheid verbeteren Digitale mogelijkheden verkennen Multifunctioneel: ontmoeten, wonen, enz. Creatief omgaan met vragen uit buurt en talenten mmb
Professionals
Exclusieve organisaties Niet vanuit "uren" denken, minder bureaucratie
Hoe kan prof. communiceren met oudere allochtonen die geïsoleerd zijn/taal niet spreken
Gemeente
Niet alles kan wijkgericht georganiseerd worden
Wat nodig? Rekening houden met elkaar Hoe? Als mens zien, niet beperking voorop Meer bekendheid met beperkingen Communicatiemiddelen Aangeven wat je nodig hebt om mee te doen “Wederkerigheid” + op iedereen inzetten (ook inclusieve aanpak)
Langere openingstijden In breedste zin van het woord => standaard Op buurtniveau Zichtbare plekken voor mensen met beperking (mmb) Hondenuitlaatinitiatief Verbinden/bemiddelen => op interesses/masseren + bruggenbouwers prof./bewoners: oplossing onbemind “Als mens” werken: niet vanuit organisaties Prof. organisaties: meer talenten van mmb inzetten! Bruggenbouwer Vanuit vraag/behoefte denken/handelen => werkt als olievlek vb. meer diversiteit in personeelsbestand Dan nog: specialisten kunnen beter in de wijk/leefomgeving kijken bezuiniging
Communicatie: fijnmazige buurtnetwerken organiseren
Niet etnocentrisch inzetten
Financiering bepaalt veel
Andere indicaties
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ Gouden tips en ideeën (op post-its geschreven door deelnemers workshops): -Zorg ontschotten door middel van inzetten wijkteams. Digitaal samen laten werken en één plan. Bijvoorbeeld door middel van Mextra. -Up-to-date en eerlijke informatie voorziening. -Zet in op de gewone burger(s). En maak de wijk belangrijk. -Je hebt nu een individualistische maatschappij en we willen door kanteling de andere kant op. Weekfactoren moet je dan aanpakken: druk, druk met werk, gezin, familie en nu ook nog de buurt. -Zorg niet met etnocentrische maar multiculturele benadering. -Professionals inzetten voor voorlichting. Met name voor groepen die klein vertegenwoordigd zijn. -Zet de ervaringen en kennis van mensen in de wijk in. -Geld oormerken! Dus niet voor bijvoorbeeld wegen/lantaarnpalen. -Beperkingen? Ja, maar ook mogelijkheden! -Bruggenbouwers, bemiddelaars. Ten behoeve van fijnmazig netwerk. -Methode: Presentie benadering = Andries Baart. -Leg het initiatief bij de mensen zelf. -Hele buurt moet samenwerken en niet alleen de mensen met beperking(en). We moeten het samen doen. -Zorg: Geen standaard zorgpakketten flexibel op maat kijken (niet alleen zeggen maar ook doen!) -Er komt een grote groep ouderen aan die niet meer intramuraal opvangen worden maar (nog) langer zelfstanding thuis moeten wonen (ZZP t/m 4). Hoe ga je dit met z’n allen doen? Inclusieve buurt? Eigen regie? Hoe hard maakt Groenlinks zich voor de meest kwetsbare ouderen. -Geef hulpverleners de ruimte om mensen ‘echt’ te helpen, te doen wat er toe doet. Reken hulpverleners niet af op behaalde doelen enz. -Als je hiermee bijvoorbeeld een opname kunt voorkomen heeft dat een groot maatschappelijk belang (en uiteindelijk bezuinigen). -Bemiddeling: niet van boven af door professionals, maar van onderop door buurtbewoners onderling met een beperking; die zijn in de ogen van de buitenwereld gelijkwaardig. 2.2 Workshop Eigen regie Workshopleider : Emmy van Brakel Gouden tips en ideeën: - Zélf hulpverlener(s) kiezen (via PGB?) - PGB als je in staat bent zelf die keuzes te maken (met hulp van netwerk) - Persoonsvolgend budget (voor mensen die moeite hebben) - Gebruik sleutelfiguren - Juiste informatie simpel een toegankelijk (werkt niet) - Niet achter de voordeur, maar frontwerken - Formeel en informeel bij elkaar brengen - Ontmoetingen tussen burgers - Professionals zorg en welzijn aan elkaar koppelen incl. sociale kaart (in)formeel - Bij professionals: meer nadruk op samenwerken en verbinden tussen professionals - Vindplaatsen/ontmoetingsplek 2.3 Workshop Burgerinitiatieven Workshopleider Marieke Smit Notulist: Felix Hubbelmeijer Wat hebben we nodig om initiatieven te realiseren? Wel: - Enthousiaste burgers - Locatie - Prof. ondersteuning, leidinggevende, regels kennis van zaken om continuïteit te bieden en waarborgen, matchen
9
Verslag Conferentie ‘Zorg mee met GroenLinks’ - Netwerken/verbindingen leggen, daarvoor heb ik prof. nodig. Geen tijd + ik ben niet prof = is niet mogelijk. - Burgers hebben regie - Luisteren naar behoeftes vanuit de cliënt en begeleiders (eigenlijk een iedereen, voor de nieuwe vorm van zorg en verzorgen). Ook ruimte maken voor ‘scharreltijd’, luisteren en ruimte geen druk. - Coproductie dus het samen mogelijk maken om een kapitaal te kopen. bijv: zonnepanelen samen delen - Bij initiatieven aansluiten voor uitbreiding dat er verschillende pasvormen komen zodat iedereen er in past - Bejegening - Ruimte voor mantelzorg/financiële invloed op minima - Vragen ophalen, zoeken naar mogelijkheden - Onzichtbaar probleem zichtbaar maken, de hokjes/indicatie passen niet meer - Informatie beschikbaar stellen - Overheid kijkt naar effecten en niet naar papieren verantwoording Niet: - Geen papieren, rompslomp, 1 aanspreekpunt/verantwoordelijke. Dat het geregeld is binnen(stad)shuis. - Geen ingewikkelde urenverantwoording, (meer) flexibele tijdbesteding Gouden tips en ideeën: -
Collectieve voorzieningen ook toerusten voor de mensen met beperkingen. Maatwerk! Ieder mens heeft een eigen vraag en mogelijkheden. Samenwerking. Zorg en welzijn in de wijk. Nodig niet alleen de vertegenwoordigers van doelgroepen uit maar ga vooral ook praten met de mensen in de doelgroep(en).