Bedrijfseconomie deeltijd
Uitvoeringsregeling OER HZ opleiding: Bedrijfseconomie - deeltijd – 2015-2016 - oud curriculum Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Uitvoeringsregeling OER HZ 1.1 algemeen 1.1.1 De onderwijs- en examenregeling (OER HZ) omvat de kern van het onderwijs binnen de HZ. Dat document geeft een algemeen beeld van alle opleidingen die door de HZ worden verzorgd. De OER HZ bevat instelling specifieke bepalingen, die dus voor de gehele HZ gelden. Voor elke opleiding wordt jaarlijks door het college van bestuur een opleiding specifieke Uitvoeringsregeling OER HZ (hierna: Uitvoeringsregeling) vastgesteld. 1.2 opleidingscommissie 1.2.1 De opleidingscommissie wordt in de gelegenheid gesteld om voorafgaand aan de vaststelling van de betreffende Uitvoeringsregeling advies uit te brengen aan het college van bestuur. 1.2.2 De opleidingscommissie beoordeelt jaarlijks de wijze van uitvoering van de onderwijs- en examenregeling en de betreffende Uitvoeringsregeling. 1.3 academiedirecteur 1.3.1 De betrokken academiedirecteur is verantwoordelijk voor: a. de uitvoering van de OER HZ; b. invulling en uitvoering van de Uitvoeringsregeling; c. jaarlijkse evaluatie ten behoeve van het college van bestuur van de OER HZ en de Uitvoeringsregeling, waarbij hij het tijdsbeslag weegt voor de studenten, dat daaruit voortvloeit ten behoeve van de bewaking en zo nodig bijstelling van de studielast (art. 7.14 WHW); d. voorbereiding van aanpassingen van de Uitvoeringsregeling. Hoofdstuk 2 Uitvoeringsregeling OER HZ per opleiding: Bedrijfseconomie deeltijd 2.1 Inschrijving, vooropleidingseisen en toelatingsbeleid 2.1.1
Overzicht nadere vooropleidingseisen (art. 2.3 OER HZ in aanvulling op de eisen zoals verwoord in artikel 2.2 OER HZ) Havo-profielen Opleiding: Student met havo-diploma tot 1-8-2009 Student met havo-diploma vanaf 1-8-2009
NT
NG
EM
CM
ec of m&o
(ec of m&o) + (wiA of wiB)
ec of m&o
(ec of m&o) + (wiA of wiB)
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
1
Bedrijfseconomie deeltijd
Vwo-profielen Opleiding: Student met vwo-diploma tot 1-8-2010 Student met vwo-diploma vanaf 1-8-2010
NT
NG
EM
CM
Overzicht van mbo-domeinen die geen directe toegang geven tot hbo-sectoren • het mbo-domein techniek en procesindustrie naar de hbo-sector economie • het mbo-domein handel en ondernemerschap naar de hbo-sector−gezondheidszorg • het mbo-domein handel en ondernemerschap naar de hbo-sector techniek • het mbo-domein economie en administratie naar de hbo-sector−gezondheidszorg • het mbo-domein economie en administratie naar de hbo-sector techniek • het mbo-domein zorg en welzijn naar de hbo-sector economie • het mbo-domein voedsel, natuur en leefomgeving naar de hbo-sector economie
2.1.2
Deficiëntie-onderzoek (art. 2.4 OER HZ) ) Niet langer van toepassing voor dit programma.
2.1.3
Aanvullende eisen (art. 2.5 OER HZ)
2.1.4
Toelatingseisen werkkring bij deeltijdopleiding (art. 2.6. OER HZ) In de deeltijdopleiding worden de volgende eisen gesteld aan de werkkring: 1. De werkkring bevindt zich in het bedrijfseconomisch werkveld en heeft een minimale omvang van 800 uren gedurende de gehele opleiding. 2. De werkzaamheden moeten op het niveau van de desbetreffende onderwijseenheden uitgevoerd kunnen worden. 3. De werkzaamheden kunnen ingezet worden bij praktijkopdrachten, stage en afstuderen. De werkgever ondersteunt de studie en is bereid om opdrachten, stage- en afstudeeropdrachten in zijn organisatie te laten uitvoeren.
2.1.5
Toelatingsonderzoek (art. 2.9 OER HZ) Niet langer van toepassing voor dit programma.
2.2
Inrichting opleiding en onderwijs, supplement bij getuigschrift
2.2.1
Opleidingsprofiel (art 3.2 OER HZ)
Inleiding In dit hoofdstuk wordt de inhoud van de opleiding Bedrijfseconomie beschreven, waarbij de volgende indeling is gehanteerd: • Definitie van het vak bedrijfseconomie. • Een opsomming van de beroepen die volgens onderzoeken afgestudeerden bachelor Bedrijfseconomie uitoefenen en waarvoor de bachelor opleiding Bedrijfseconomie opleidt. Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
2
Bedrijfseconomie deeltijd
•
De formulering van de werkgebieden van de bachelor Bedrijfseconomie en de positionering van de opleiding ten opzichte van andere opleidingen uit de economische sector (overige HBO opleidingen die de titel BBA voeren).
Het hoofdstuk eindigt met een beschrijving van de verwachte (internationale) ontwikkelingen van het beroep. Definitie bedrijfseconomie De opleiding Bedrijfseconomie is geënt op het vakgebied bedrijfseconomie. Bedrijfseconomie is een deelwetenschap binnen de economische wetenschappen en vormt het raakvlak tussen bedrijfskunde en algemene economie. Het vakgebied bedrijfseconomie houdt zich bezig met de bestudering van de vraag hoe organisaties keuzes maken, gelet op de behoeften en de wensen van de organisaties. De doelstelling van het vakgebied bedrijfseconomie is gericht op het beter bestuurbaar maken van de organisatie, daarbij rekening houdend met de verschillende deelbelangen van de participanten van de organisatie en haar omgeving. De focus van het vakgebied is gericht op economische problematiek en levert een bijdrage aan de besluitvorming binnen organisaties (Radboud Universiteit, 2012) aan de hand van praktijkonderzoek (‘evidence-based practice’; HBO-Raad, 2009). De HBO-opleiding Bedrijfseconomie is van oudsher één van de drie opleidingen van de HEAO (Hoger Economisch Administratief Onderwijs) en kent een lange traditie, waarbij in de opleiding het voeren van een administratie, het uitvoeren van berekeningen als voorbereiding op de besluitvorming en het opstellen van overzichten voor de verantwoording centraal stond. De stormachtige ontwikkelingen op het gebied van ICT heeft het werkveld van de Bedrijfseconoom sterkt veranderd. De opleiding is in de loop der jaren steeds aangepast. Gebleven is het brede karakter van de opleiding tot uiting komend in een grote diversiteit van functies van afgestudeerden BEstudenten. De bacheloropleiding Bedrijfseconomie richt zich in hoge mate (maar niet alleen) op de financiële functie van een organisatie. Functies Studenten die afstuderen van de opleiding Bedrijfseconomie komen in een groot aantal verschillende functies terecht. De onderstaande tabel geeft hiervan een overzicht. Tabel 2.1: Functies van afgestudeerde bedrijfseconomen Functies van studenten BE na afstuderen Assistent controller Controller Risk manager Financieel medewerker Administrateur Accountmanager Bron: HBO Monitor, 2011 Functies van de financials van de toekomst Compliance officer/manager Financial controller Financieel analist Business controller Bron: Intermediair, 2011
Assistent accountant Accountant Eigenaar/eigen ondernemer Trainee (Bedrijfseconomisch) stafmedewerker Consultant
Accountant (AA of RA) Riskmanager Risk auditor Risk officer
De genoemde voorbeelden van functies laten zien dat de opleiding Bedrijfseconomie een brede opleiding is, die studenten voorbereidt op zeer uiteenlopende functies, waarbij naast vakkennis, communicatieve vaardigheden en professionele beroepshouding een vereiste zijn om succesvol te kunnen zijn. Werkgebieden Uit de definitie van het vakgebied bedrijfseconomie blijkt dat de bedrijfseconoom zich bezig houdt met het verzamelen vastleggen, analyseren, en interpreteren van de informatiestromen binnen een organisatie, gericht op verbetering en beheersing van de (interne) bedrijfsprocessen. De kern is de financiële informatievoorziening Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
3
Bedrijfseconomie deeltijd
(vastlegging, rapportering maar ook verantwoording) op basis waarvan analyses als ondersteuning voor de besturing van de organisatie voor de toekomst gemaakt worden. Daarnaast houdt de bedrijfseconoom zich bezig met de inrichting en beoordeling van de informatieverzorging en bedrijfsprocessen gericht op de beheersing van de organisatie. De opleiding bachelor Bedrijfseconomie leidt mensen op die zich bezig houden met het beheersbaar maken van de financiële organisatie in het geheel en de onderliggende processen in het bijzonder, waarbij risicomanagement een onderdeel is van de opleiding. De werkgebieden 1 waarop de HBO bedrijfseconoom veelal werkzaam is, zijn: 1. Inrichten en onderhouden van de planning & control-cyclus gericht op de beheersing van een organisatie; 2. Selecteren, definiëren, inrichten en ontsluiten van (geautomatiseerde) informatiesystemen (financieel en niet-financieel) gericht op de sturing van de primaire processen; 3. Identificeren, beoordelen en beheersen van organisatierisico's; 4. Opstellen van financieel economische informatie voor besluitvorming en verantwoording. Beroepsvorming Conform de HBO-standaard maakt beroepsvorming onderdeel uit van de bachelor opleiding Bedrijfseconomie. De onderdelen van beroepsvorming zijn: • Onderzoekend vermogen • Professioneel vakmanschap • Verantwoord handelen Onderzoekend Vermogen Een pas afgestudeerde bedrijfseconoom (start bekwame beroepsbeoefenaar) heeft het onderzoekend vermogen om langs de weg van reflectie en evidence based practice (Rousseau, 2005), tot verbetering van interne producten en processen te komen (innovatie). De term evidence based practice 2 verwijst naar het vermogen van een student om op basis van een gezonde kritische houding en het gebruik van best beschikbare wetenschappelijke bewijsstukken (ontwikkelde modellen dan wel denkbeelden) en de informatie vanuit de organisatie te komen tot besluitvorming. De afgestudeerde bachelor Bedrijfseconomie heeft in de opleiding kennis en ervaring opgedaan met methoden en technieken van onderzoek. Projecten, stages en afstuderen lijken de aangewezen weg om het onderzoekend vermogen van studenten te trainen en te toetsen. Professioneel vakmanschap De student beschikt, als start bekwame beroepsbeoefenaar, over de kennis en vaardigheden (‘Ausbildung’; Wächter, 2012) die zich kenmerken door een internationale oriëntatie en een ondernemende houding (HBO-Raad, 2009). Verantwoord handelen De student heeft, als start bekwame beroepsbeoefenaar, – in de ware betekenis van het woord – academische vorming (‘Bildung’; van Stralen, 2012) genoten. Hij beschikt over het vermogen om kennis te beoordelen aan de hand van morele waarden (HBO-Raad, 2009). De afgestudeerde bachelor Bedrijfseconomie is zich bewust van de maatschappelijke context van zijn opgedane kennis en vaardigheden en hij/zij weet dat ethisch handelen onderdeel van zijn/haar professioneel vakmanschap is Een werkgebied is een deel van het kennisdomein bedrijfseconomie waarbinnen de bedrijfseconoom met een mix van (toegepaste) kennis, vaardigheden en attitude een of meerdere beroepsproducten produceert. 2 Evidence-based practice houdt het nemen van beslissingen, dan wel het komen tot adviezen in door een constistent, expliciet en op wijsheid gebaseerd gebruik van de volgende vier bronnen: • De best beschikbare wetenschappelijke inzichten • Feiten en karakteristieken van de relevante bedrijfssituatie • Waarden en normen van de stakeholders • Het oordelend vermogen gebaseerd op kennis en ervaring van de beroepsbeoefenaar 1
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
4
Bedrijfseconomie deeltijd
en moet zijn. De afgestudeerde bachelor Bedrijfseconomie is op de juiste momenten vasthoudend en volgt op basis van argumenten de wet- en regelgeving (‘het tonen van een rechte rug’). Van de opleiding mag worden verwacht dat er in het curriculum, bij voorkeur in de vorm van integratie binnen de verschillende vakgebieden, aandacht is bij ethische dilemma’s (business ethics) voor beslissingscriteria die in eerste instantie niet in overeenstemming zijn met het streven naar maximale winst. Voorbeelden van onderdelen uit het maatschappelijk verantwoord ondernemen die in het curriculum een plaats zouden moeten vinden zijn: ethisch handelen, aandacht voor gevolgen voor de omgeving en corporate governance. (Internationale) Ontwikkelingen in het beroep en het werkveld 3 De financiële functie van een organisatie staat centraal in de opleiding bachelor bedrijfseconomie. In de praktijk zijn het de controllers 4 die de werkzaamheden die behoren bij de financiële functie uitvoeren. De meest voorkomende werkzaamheden van de controller, onder andere tot uiting komend in beroepsproducten (zie bijlage 5), zijn als uitgangspunt genomen voor de inrichting van de opleiding. In de theorie wordt onderscheid gemaakt in een aantal rollen die de controller vervult. Een indeling van deze rollen 5 is: 1. De vertrouwensrol, gericht op een juiste, volledige en tijdige en vooral efficiënte voeren van een administratie. 2. De toezichts- of ‘oversight’-rol, gericht op het fungeren als agent van de stakeholders van de organisatie en van hogere managementlagen en het toezicht houden op het handelen van medewerkers. 3. De managementservice-rol, gericht op het ten diensten stellen van de kennis en expertise aan managers en hen helpen met beslissingen te nemen. In het werkveld leeft steeds meer de gedachte dat de financiële functie (en dus ook de controller) toegevoegde waarde moet leveren. De financiële functie, afhankelijk van de omvang en het soort organisatie, is in de loop der tijd ontwikkeld van het voeren van een administratie (administrator, vertrouwensrol) naar de controller als business partner (managementservice-rol). Men maakt daarbij onderscheid in werkzaamheden op operationeel, tactisch en strategisch niveau 6, waarbij werkzaamheden op operationeel niveau minder waarde en werkzaamheden op strategisch niveau meer waarde toevoegen (zie figuur 2.1). Figuur 2.1: Verdeling financiële functie naar controlling & administratie en treasury, K. Perik, tijdschrift controlling mei 2012 Controlling & Administratie Strategisch
Tactisch
Treasury
•
Klankbord CEO
•
•
Inzicht in verschaffen groeimogelijkheden
•
Financiering
•
Investor relations
Kapitaalverstrekking
•
Ontwikkelen business cases
•
Evaluatie waarde potentieel
•
Budgettering & rapportage
•
Werkkapitaalmanagement
•
Vaststellen controleinstrumenten
•
Bankafspraken
•
Krediet & incasso
•
Ontwikkeling prestatie indicatoren
•
Investeringen
•
Risicomanagement
3 Deze paragraaf is gebaseerd op een brainstorm op 20 november 2012 met de landelijke adviesraad, aangevuld met vertegenwoordigers van de lokale adviesraden. 4 In grote organisaties maakt men onderscheid in activiteiten gericht op controlling (voorziening van de informatie gericht op beheersing en besluitvorming in de organisatie) en treasury (uitvoering van werkzaamheden gericht op de toegang tot de financiële markten en bescherming van het vermogen). In het MKB worden beide taken door de controller uitgevoerd. In het LOB staat de term controller zowel voor de beroepsbeoefenaar die zowel de taken die specifiek tot de controller als de treasurer behoren uitvoert. 5 Uit, Finance als Business Partner, Gerben te Woerd, Finance & Control, Juni 2009 6 Trends in de financiële functie, drs. K. Perik, tijdschrift Controlling, mei 2012
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
5
Bedrijfseconomie deeltijd
Operationeel
•
Transactieverwerking (administratie)
•
Financieel Risicobeheer
•
Dagelijks werkkapitaalbeheer
•
Up-to-date houden van (ERP)systemen
•
Afdekken posities
•
Verzekeringen
•
Consistentie van data waarborgen
De verwachting is dat het aandeel van transactieverwerking en rapportering (operationeel niveau) in de toekomst door automatisering en outsourcing sterk afneemt als onderdeel van de financiële functie (De Waal, Tijdschrift Controlling augustus 2012). De onderdelen meten, analyseren en beheersen van risico’s (tactisch niveau) en business partnering (strategisch niveau) als onderdeel van de uitvoering van de financiële functie nemen toe. Vertegenwoordigers van gerenommeerde bedrijven bevestigen deze trend gelet op de volgende constateringen: Deloitte 7 The historical model predominantly targeting cost accounting and control is rapidly becoming obsolete, as it no longer suits the ever changing business environment. The modern CFO must skillfully balance four key interrelated roles: strategist, steward, operator and catalyst. Sara Matthew, President and former CFO of D&B Finance’s job isn’t to support the business but instead to lead decision making Finance staff need the courage to speak up and develop critical thinking skills, not just technical knowledge; however, developing their skills requires constant coaching. De gewenste transformatie van de financiële functie van administrator naar business controller betekent niet alleen een verandering van de inhoud van de opleiding. Het zijn de “soft-skills” (m.n. de ontwikkeling daarvan in de loop der tijd) van de persoon die in de toekomst bepalen of hij/zij de rol van business-controller kan worden uitgevoerd. Het pad van administrator, via scorekeeper en finance expert naar business controller is eerder een carrièrepad, waarbij een verschillend opleidingsniveau past (van bachelor via master naar een RC-opleiding (zie bijlage 10). Bovenstaande beschrijving van de ontwikkeling van het beroep is verwerkt in de beschrijving van de eindkwalificaties. In de opleiding is plaats voor moderne internationale concepten zoals bijvoorbeeld internationale regelgeving op het gebied van financial accounting, benchmarking, ICT, financiële markten en producten, de business balanced scorecard en verschillende vormen van budgettering. In de brainstorm met de landelijke adviesraad (20 november 2012) zijn de volgende trends genoemd die nu al een rol spelen in de beroepspraktijk of een rol gaan spelen en waarvan verwacht mag worden dat deze trends invloed gaan uitoefenen op de inhoud van de opleiding (zowel kennis als beroepsvormend) : • Toegenomen onzekerheid als gevolg van de economische- en bankencrisis • Veranderde business-models (verdienmodellen) • Veranderende rol van het bankwezen en de opkomst van nieuwe financieringsvormen • Informatie overload • Toegenomen belang van netwerken • Schaarste aan grondstoffen • Toegenomen roep om verantwoording (maatschappelijke verantwoording en het belang van ethisch handelen) • De noodzaak van permanente educatie • Toenemende globalisering en het belang van ICT
Lezing van Stefan Beckers - Senior Director Control ASML in 2010 aan de Universiteit van Maastricht: ASML - World Class Finance Content Maastricht University, www.maastrichtuniversity.nl/web/file 7
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
6
Bedrijfseconomie deeltijd
De beroepspraktijk gaat steeds meer van controllers vragen dat ze ethisch kunnen handelen, gevoel hebben voor compliance en corporate governance en vooral een "rechte rug" kunnen laten zien. Globalisering blijft een belangrijke ontwikkeling. Grote internationaal opererende organisaties zullen moeten voldoen aan internationale wetgeving. Deze organisaties zullen steeds meer eisen stellen aan de informatievoorziening van hun toeleverende bedrijven, waarbij de controller degene zal zijn die verantwoordelijk wordt voor de informatievoorziening. Het beroep en de beroepsregels veranderen regelmatig, waardoor van afgestudeerden mag worden verwacht dat ze zelfstandig hun kennis en vaardigheden op peil houden. De beginnend beroepsbeoefenaar moet meer gevoel dan in het verleden hebben voor de business om een geloofwaardig gesprekspartner te kunnen zijn. Daarbij zal de mate waarin een controller beschikt over soft-skills belangrijker zijn dan zijn technische kennis. Van de controller wordt verwacht dat zijn technische kennis op peil is. Op basis van de geschetste ontwikkelingen mag worden verwacht dat in de toekomst een de bachelor minimaal op tactisch niveau werkzaam is en dat hij/zij zijn kennis op peil moet houden om op dat niveau te kunnen opereren en door ervaring en gerichte trainingen zijn/haar ‘soft-skills’ verder zal moeten ontwikkelen om door te kunnen groeien naar een medewerker die via de financiële functie waarde toevoegt. 2.2.2
Competenties (art 3.2 OER HZ)
Competenties en deeltaken Bedrijfseconomie maakt deel uit van de Academie voor Economie. De competenties die in het programma van Bedrijfseconomie aan bod komen zijn gebaseerd op de competenties waarover een beginnend bedrijfseconoom moet beschikken. Daarnaast zijn er drie BBA brede competenties die voor alle opleidingen binnen de Academie voor Economie en Management gelden. Competenties waarover een beginnende beroepsbeoefenaar moet beschikken noemen we startcompetenties. De competenties geven het niveau aan waarop de student zich bevindt aan het einde van de opleiding. Om ervoor te zorgen dat de student na vier jaar over de juiste startcompetenties beschikt, wordt in het onderwijs de gelegenheid geboden om de startcompetenties in stukken (deeltaken) aan te leren. Deeltaken zijn concrete taken afgeleid van een startcompetentie. Deze deeltaken komen in het onderwijs terug in de verschillende cursussen. Door in het onderwijs al met deze taken bezig te zijn wordt de student goed voorbereid op de latere beroepsuitoefening. Voor de opleiding Bedrijfseconomie gelden de volgende startcompetenties en deeltaken: 1
De bachelor business administration is op operationeel niveau in staat met en vanuit verschillende disciplines een bedrijf te starten, te voeren en te verantwoorden binnen een duurzaam perspectief; Deeltaken: De bachelor business administration, 1.1. verzamelt en interpreteert secundaire informatie op macro- en meso niveau 1.2. stelt een ondernemingsplan voor een startende onderneming op waarbij marketing en organisatorische, financiële en juridische aspecten overzichtelijk en in samenhang worden gepresenteerd. 1.3. voert, in samenwerking met anderen, binnen een eenvoudige organisatie de verschillende bedrijfskundige processen uit. 1.4. beoordeelt het functioneren van een bestaande organisatie en formuleert voorstellen ter verbetering. 1.5. beoordeelt het functioneren van zichzelf en past gedrag aan.
2.
De bachelor business administration formuleert op tactisch niveau overtuigend implementeerbare oplossingen voor een organisatieprobleem die passen binnen het kwaliteitszorgsysteem van de organisatie; Deeltaken: De bachelor business administration,
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
7
Bedrijfseconomie deeltijd
2.1. identificeert een organisatieprobleem binnen een bedrijfsproces. 2.2. analyseert de oorzaken en effecten van het vastgestelde probleem voor een proces en voor de organisatie. 2.3. lost het probleem op door het proces te herstellen en de bedrijfsvoering te verbeteren. 3
De bachelor business administration levert op strategisch niveau een bijdrage aan de ontwikkeling en bijstelling van het beleid van een internationaal opererende onderneming in samenwerking met anderen van verschillende culturen; Deeltaken: De bachelor business administration, 3.1. communiceert in het Engels over het eigen vakgebied 3.2. kan omgaan met cultuurverschillen 3.3. beoordeelt internationale aspecten van een organisatie vanuit zijn eigen expertise en formuleert voorstellen ter verbetering.
Startcompetenties Bedrijfseconomie 1 De bedrijfseconoom beheerst geldstromen en de financiële aspecten van goederen en dienstenstromen op korte en lange termijn. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 1.1 maakt een gespecificeerd kostenplan. 1.2 maakt het verschil tussen kostenplanning en kostenrealisatie inzichtelijk. 1.3 stelt (deel-) begrotingen op en verwerkt veranderingen als gevolg van beleidsvoornemens en activiteitenplannen hierin. 1.4 licht een financieel plan toe met behulp van kengetallen (ondermeer verkregen door het gebruik van kwantitatieve methoden en technieken) en adviseert hierover. 1.5 maakt een keuze uit vermogensbronnen. 1.6 omschrijft de financiële consequenties van het fiscaal en sociaal verzekeringsrecht. 1.7 hanteert instrumenten om kosten te sturen en te beheersen. 1.8 analyseert relaties tussen gebeurtenissen in de omgeving van het bedrijf en het eigen bedrijf voor zover dit het gevolg is van internationale ontwikkelingen, het handelen van overheidsorganisaties, concurrenten, als wel de gehele bedrijfstak waarin het bedrijf zich bevindt. 2.
De bedrijfseconoom beheerst de informatievoorziening m.b.t. geldstromen en de financiële aspecten van goederen- en dienstenstromen en gaat daarbij in op de organisatorische consequenties van deze informatie. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 2.1. stelt een informatieplan op. 2.2. specificeert hoe de informatiestromen binnen een informatieplan moeten lopen in een organisatie. 2.3. stelt een financieel plan op. 2.4. registreert ontwikkelingen in de informatie- en communicatietechnologie en adviseert over de consequenties daarvan voor bedrijfsprocessen.
3.
De bedrijfseconoom draagt zorg voor de kwaliteit van de informatie en de informatievoorziening op basis van de daarvoor geldende normen. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 3.1. kan werken met geautomatiseerde informatiesystemen. 3.2. kan werken met administratieve systemen. 3.3. specificeert vastleggingstechnieken. 3.4. documenteert en ondersteunt kwaliteitssystemen 3.5. adviseert externe klanten over informatieverzorging. 3.6. adviseert andere deskundigen in de eigen organisatie op het gebied van informatieverzorging. Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
8
Bedrijfseconomie deeltijd
3.7. formuleert en introduceert kwaliteitsbeleid inzake informatie- en administratieve systemen. 4
De bedrijfseconoom voorziet in en verwerkt informatie t.b.v. een duurzame besturing van bedrijfsprocessen. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 4.1 bepaalt en beschrijft de economische haalbaarheid (rentabiliteit) van projecten en investeringen. 4.2 maakt een inschatting van de economische levensduur van productiemiddelen 4.3 past benchmarking toe. 4.4 verzamelt, systematiseert en analyseert financiële en niet financiële kengetallen. 4.5 beoordeelt of projecten en/of investeringen gewenst zijn en adviseert hierover. 4.6 verzamelt informatie ten behoeve van de beoordeling of bepaalde activiteiten binnen of buiten de onderneming dienen te worden verricht. 4.7 kan een afweging maken om orders te accepteren 4.8 adviseert over assortimentskeuzen en logistieke processen. 4.9 registreert, beschrijft en analyseert financiële en valuta- en renterisico’s. 4.10 ontwerpt alternatieve organisatiestructuren, bedrijfs- en logistieke processen.
5
De bedrijfseconoom beoordeelt kritisch of informatie over geld-, goederen en dienstenstromen voldoet aan vooraf opgestelde normen. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 5.1 beoordeelt en adviseert over en interne controlemaatregelen die van belang zijn voor primaire en ondersteunende processen. 5.2 maakt en beoordeelt financiële diagnoses 5.3 toetst rapportages en begrotingen op relevante principes, doelstellingen en richtlijnen. 5.4 toetst of de kwaliteitszorgprocessen voldoen aan de normen.
6
De bedrijfseconoom voorziet in een behoefte aan externe informatie over geld- goederen- en dienstenstromen van interne en externe klanten, rekening houdend met de daarvoor gestelde wettelijke en maatschappelijke normen en kaders. Deeltaken: De bedrijfseconoom, 6.1 kan informatie verstrekken over de te beoordelen aspecten van EDP-auditing. 6.2 stelt de jaarrekening op en presenteert/verantwoordt deze. 6.3 stelt fiscale inkomens en de jaarrekening op. 6.4 motiveert het belang van een EDP-audit. 6.5 adviseert externe klanten over financieel-economische zaken.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
9
Bedrijfseconomie deeltijd
2.2.3
Inrichting opleiding (art 3.3, 3.13, OER HZ) Inrichting van de opleiding: Nationale naam: International naam: Verleende graad: Studieduur: Studielast propedeutische fase: Studielast hoofdfase: Variant: Croho-code: Locatie: Voertaal: Datum begin accreditatie: Vervaldatum accreditatie: Associate degree: Gezamenlijke opleiding:
Bedrijfseconomie Bachelor of Business Administration (BBA) Bachelor, Bc 4 jaar 60 EC 180 EC Deeltijd 34401 Vlissingen Nederlands 01-01-2008 31-12-2014 n.v.t. n.v.t.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
10
Bedrijfseconomie deeltijd
Structuur van de opleiding Curriculum structuurschema Cohort AvEM BE DT 2012-2016
5e semester
6e semester
7e semester
8e semester
Afronding bachelor in hoofdfase ►►►►
Voorbereiding astudeeronderzoek CU13260
CU13260 course afstuderen 30 EC
AvE 7,5 EC Financiële planning CU04200
Stage course 15 EC Stage vindt plaats in eerste helft derde jaar, in dit jaar tellen studiepunten mee CU14118 vervolg
◄◄◄◄
AvE 7,5 EC International Business & Trade CU05313
course 7,5 EC Financieel management CU04868 (start even jaar)
course 7,5 EC IT_Assurance CU05090 Of Externe verslaggeving CU04807 voor studenten die niet de minor Accountancy hebben gevolgd (start even jaar)
AvE 7,5 EC Economie van de non-profit sector CU04313
Minorcourse 7,5 EC
Minorcourse 7,5 EC
(Financiële rekenkunde en levensverzekeringswiskunde CU05024)
(Belastingrecht voor ondernemers CU05023)
AvE 7,5 EC Exportmanagement CU04849
Minorcourse 7,5 EC
Minorcourse 7,5 EC
(Auditing & Assurance CU05025) (start oneven jaar)
(Externe verslaggeving CU04807) (start oneven jaar)
3e semester
4e semester
Afronding basisfase Stage course 15 EC Stage vindt plaats in eerste helft derde jaar, in dit jaar tellen studiepunten mee CU14118
course 7,5 EC Management accounting CU03849
course 7,5 EC Administratieve organisatie CU03852
Basis Statistiek CU03078 IT-governance CU04668 VCC courses* (3 x 2,5 EC)
course 7,5 EC Budgettering in de boekhouding CU03845
Keuzecourse 7,5 EC Belastingrecht voor particulieren CU03850
Basis wiskunde CU03079 Onderzoek en Methodologie CU03081 Kwaliteitsmanagement CU07240 (3 x 2,5 EC)
1e semester
2e semester
Afronding Propedeuse AvE 7,5 EC “Groei en innovatie” CU03218
course 7,5 EC + AvE Bedrijfseconomie en onderneming CU03219
course 7,5 EC Financiële administratie CU03220
Engels CU04099 Excel CU05319 MVO basis CU07501 (3 x 2,5 EC)
AvE 7,5 EC Opstap naar je eigen bedrijf CU03077
AvE 7,5 EC Algemene Economische oriëntatie CU03076
AvE 7,5 EC Conflicten tussen (rechts) personen CU03237
DPO CU03980 (5 EC) Engels CU04090 ( 2,5 EC)
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
11
Bedrijfseconomie deeltijd
2.2.1
Cursussen propedeutische fase (art 3.5, 3.11 OER HZ)
De courses uit de propedeusefase worden niet meer aangeboden en/of getentamineerd
2.2.2
Cursussen hoofdfase (art 3.5, 3.11 OER HZ)
De courses uit het tweede studiejaar worden niet meer aangeboden en/of getentamineerd
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
12
Bedrijfseconomie deeltijd
Courses 3e studiejaar CU14118 Titel: Meewerkstage BE Voorwaarden voor deelname:
Aantal EC: 30
Aantal contacturen: 5
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
Stagenorm De student kan op stage in het eerste semester als uiterlijk op 15 juli van dat jaar: • de propedeuse behaald is; • 22,5 vastgestelde studiepunten van het eerste semester van het tweede jaar behaald zijn; • Alle cursussen en toetsing van het tweede semester van het tweede jaar zijn gevolgd; • tot 1 oktober kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 15 vastgestelde studiepunten of meer in het eerste semester van het tweede jaar van de opleiding heeft behaald. De student kan op stage in het tweede semester als uiterlijk op 15 januari van dat jaar: • de propedeuse behaald is; • 37,5 vastgestelde studiepunten in het tweede jaar behaald zijn; • een minor inclusief toetsing gevolgd is; • tot 1 maart kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 30 vastgestelde studiepunten of meer in het tweede jaar van de opleiding heeft behaald.
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen
Beknopte beschrijving van cursusinhoud: Tijdens de stageperiode maakt de student kennis met een professionele onderneming of organisatie. Gedurende een
semester zal door de student binnen deze organisatie aan verschillende projecten of opdrachten worden meegewerkt, waarbij tal van verschillende werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
13
Bedrijfseconomie deeltijd
Toets nr
1 2
3
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M
S X
A
I X
G
Vorm Plan van aanpak en tussenbeoordeling
X
X
X
Onderzoek en presentatie
X
X
Eindbeoordeling stage op basis van portfolio (inclusief bewijslast)
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
Minimaal één deeltaak van BE 1 t/m 6. HZ-onderzoekscompetentie (3) Minimaal één deeltaak van BE 1t/m 6 HZ-onderzoekscompetentie (3), BBA 1.4 en minimaal drie deeltaken van BE 1 t/m 6
45%
5.5
16
18
35
36
10%
5.5
27
28
35
36
45%
5.5
27
28
35
36
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
14
Bedrijfseconomie deeltijd
CU04313 Titel: Economie van de non-profit Voorwaarden voor deelname: Geen
Aantal EC’s: 7,5
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: : Kennis van en inzicht in de besluitvorming in de publieke sector is van groot belang voor de ontwikkeling van de Nederlandse economie. Bij de besluitvorming spelen de overheidsfinanciën een grote rol. Denk hierbij aan de invloed op de economische ontwikkeling van Nederland. Ook de (financiële) verhouding tussen Rijk en lagere overheden is een belangrijk thema. Toets nr
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
1 2
S X x
A x
Vorm Opdrachten Eindtoets
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
1.1 -1.3 1.1 -1.3
30% 70%
4.0 4,0
23 23
26 26
27 27
28 28
Toetsen eindtoets: individueel; Opdracht: groepswerk Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
15
Bedrijfseconomie deeltijd
CU04849 Titel: Exportmanagement Voorwaarden voor deelname: Geen
Aantal EC’s: 7,5
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: : De cursus is een introductie tot het exporteren van goederen of diensten vanuit de EU. We zullen deze cursus in drie delen doorlopen. We beginnen met een landenanalyse, vervolgens gaan we een gepaste exportstrategie bepalen, om als laatste de risico's in te dekken zodat we minimale onzekerheid hebben bij het exporteren. Na ieder deel dient een gedeelte van het exportplan ingeleverd te worden. Dit exportplan schrijf je in groepen. Hiermee willen we voorkomen dat studenten aan het einde van de cursus het hele document nog moet schrijven. Je krijgt een tentamen waarin zowel de kennis als de toepassing van deze kennis getoetst worden. Toets nr
1 2
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
S X x
A X
Vorm Werkstuk Eindtoets
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
1.1 -1.3 1.1 -1.3
50% 50%
5.0 5,0
3 3
7 7
13 13
16 16
Toetsen eindtoets: individueel; Opdracht: groepswerk Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
16
Bedrijfseconomie deeltijd
Minor De courses uit de minor Accountancy zijn opgenomen in de UitvoeringsRegeling BE deeltijd, omdat deze minor voor deeltijd Terneuzen niet is opgenomen op www.kiesopmaat.nl en de HZ minorengids
CU05024 Titel: Financiële rekenkunde Voorwaarden voor deelname: Geen
Aantal EC’s: 7,5
Verplicht: minor
Voertaal: NL
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: : De course financiële rekenkunde en levensverzekeringswiskunde bevat de belangrijkste regels voor rekenen met enkelvoudige en samengestelde intrest. Ook op het gebied van levensverzekeringen en pensioenen worden de basisregels uitgelegd voor de berekening van premies en voorzieningen verzekeringsverplichtingen. Er wordt met de regels geoefend en de interpretatie van cijfers wordt besproken en geoefend. Toets nr
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
1 2
S X x
A
Vorm Tussentoets Eindtoets
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
1.1 -1.3 1.1 -1.3
50% 50%
5.0 5,0
45 3
48 7
4 13
7 16
Toetsen toetsen: individueel Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
17
Bedrijfseconomie deeltijd
CU05023 Titel: Belastingrecht voor ondernemers Voorwaarden voor deelname: de courses belastingrecht voor particulieren of financiële planning
Aantal EC’s: 7,5
Verplicht: minor
Voertaal: NL
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: : Na course CU03850, de belastingheffing van particulieren, gaat deze course CU05023 over de belastingheffing waarmee ondernemers geconfronteerd worden. Een ondernemer moet veel beslissingen nemen. Bij een groot aantal daarvan spelen ook fiscale overwegingen een belangrijke rol. Studenten die de minor Accountancy volgen en die daarin hun toekomst hopen te vinden, zullen tijdens stage, afstuderen en in hun latere werkkring veelvuldig met dit soort vragen bestookt worden en dat vormt tevens de legitimering van de opname van deze course in de minor. Toets nr
1 2 3
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
S X x x
A X X
Vorm Tussentoets Eindtoets Werkstuk
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
8.1-8.4 8.1-8.4 8.1-8.4
40% 40% 20%
5.0 5,0 5,0
45 3 3
48 7 7
4 13 13
7 16 16
Toetsen Alle toetsen zijn individueel Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
18
Bedrijfseconomie deeltijd
CU04807 Titel: Externe Verslaggeving / Financial Accounting Aantal EC’s: 7,5 Verplicht: minor Voertaal: NL Voorwaarden voor deelname: De student dient de courses betreffende accounting en financiële administratie uit S1 t/m S4 gevolgd te hebben uit de opleiding Be of BKMER. Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: : In de course Externe Verslaggeving staat het opstellen van financieel-economische informatie voor besluitvorming en verantwoording (rapportages) centraal. Informatie en advies geven bij complexe aangelegenheden binnen het groter MKB bedrijf dan wel het leveren van een bijdrage op bovenstaande gebieden voor afdelingen van beursgenoteerde organisatie, OOB's en grote internationaal opererende organisaties. Toets nr
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
1 2 3
S x
A x
x
Vorm Tussentoets Opdracht Eindtoets
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
BE 8.1, 8.2 BE 8.2, 8.2, BBA 3.1 t/m 3.4 BE 8.1, 8.2, 8.3
45% 10%
5.0 5.5
45 3
48 7
5 14
9 18
45%
5,0
4
7
15
18
Toetsen Tussen- en eindtoets: individueel; Opdracht: groepswerk Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
19
Bedrijfseconomie deeltijd
CU05025 Titel: Auditing & Assurance (voorheen LAC) Aantal EC’s: 7,5 Verplicht: minor Voertaal: NL Voorwaarden voor deelname: De student dient de courses betreffende BIV/AO (MIS) en financiële administratie uit S1 t/m S4 gevolgd te hebben uit de opleiding BE of BKMER. Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: In de cursus Auditing & Assurance vindt een elementaire behandeling plaats van onderwerpen uit het
vakgebied accountantscontrole. Hiermee wordt beoogd je een inleiding te geven over het beroep van (openbaar) accountant. De cursus heeft een praktijkgerichte opzet met als doel dat je inzicht verkrijgt in de werkzaamheden binnen een controlesegment, deze werkzaamheden kunt verrichten en erover kunt rapporteren. Toets nr
Vorm een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets i M
1 2 3
S x x
A x
Vorm Tussentoets Opdracht Eindtoets
Inhoud
Wegings factor
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangst cijfer)
30% 20% 50%
5.0 5.5 5,0
45 3 4
48 7 7
5 14 15
9 18 18
Toetsen Tussen- en eindtoets: individueel; Opdracht: groepswerk Aantal contacturen: 21 uur.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
20
Bedrijfseconomie deeltijd
CU04200
Aantal EC: 7,5
Financiële Planning
Aantal contacturen: 21
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
Voorwaarden voor deelname: cursus CU13561 Belastingrecht 1 Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud:
De werkzaamheden van de financieel planner spelen zich af op het kruispunt van personen- en familierecht, erfrecht, verzekeringsrecht (denk aan ouderdomsverzekeringen, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen) en fiscaal recht. Vrijwel alle advisering op het gebied van de financiële planning is ook fiscaal georiënteerd. Je moet de fiscale gevolgen van de advisering aan klanten adequaat kunnen onderkennen en kunnen benoemen. Na deze cursus ben je weliswaar nog geen financieel planner, maar je bent wel in staat op een bepaald basisniveau werkzaamheden op het gebied van de financiële planning te verrichten. Toets nr
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M 1 2 3
S X X X
A
I X X
G
Vorm
X
1 Tussentoets 2 Open vragen Eindtoets 3 2x Rapportage / verslag
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
8.2 en 8.4 8.2 en 8.4 8.2 en 8.4
5,0 5,0 5,0
45 3 2
48 7 2
40 40 20
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
4 13 12
7 16 16
21
Bedrijfseconomie deeltijd
CU05313
Aantal EC: 7,5
International Business & Trade
Aantal contacturen: 21
Verplicht: Ja
Voertaal: EN
Voorwaarden voor deelname: Geen. Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud:
Je krijgt kennis en inzicht in strategische en financiële managementprocessen om een internationale organisatie succesvol te laten werken. Dit betekent dat je kennis krijgt wat een organisatie is en wat haar plaats is in de ( int.) omgeving. Je krijgt daarbij inzicht wat een manager kan doen om het besluitvormingsproces te sturen. Vanuit theorie en praktijkvoorbeelden leer je dat het daarbij gaat om innoveren, beslissen, organiseren, afstemmen en verbeteren van relaties met anderen, de ‘stakeholders’ van de organisatie . Je krijgt kennis en inzicht hoe een organisatie inspeelt op ontwikkelingen in haar veranderende omgeving. Daarbij maak je gebruik van een externe analyse en leert strategisch denken. Vervolgens maak je kennis met instrumenten voor een gedegen analyse van de externe en interne omgeving van een organisatie, t.b.v. nieuwe strategie ontwikkeling. Daarbij leer je hoe een omgeving van een organisatie werkt, welke factoren een ( nieuwe) strategie beïnvloeden, hoe belangrijk de cultuur van de organisatie en de competenties van de medewerkers zijn om de beoogde verandering te kunnen realiseren. Verder wordt ook aandacht besteed aan vormen van kennismanagement. Bij alle genoemde aspecten, wordt ook steeds rekening gehouden met de financiële consequenties. Hierbij wordt aandacht besteed aan internationale geldstromen, valutabeheer en het afdekken van bijbehorende fin. risico’s d.m.v. het gebruik van o.a. forward contracts, futures en opties. Daarnaast train je onderzoeksvaardigheden het analyseren van strategische visies van een organisatie die voor jou interessant is. Je gaat deze organisatie beschrijven en je laat zien wat je te weten bent gekomen over de missie, visie, purpose en strategie. Na de cursus ben je in staat om voor een beursgenoteerde onderneming , de interne- en omgevingsanalyse te maken met gebruikmaking van de in de course geleerde tools, als basis voor een ( nieuw) strategisch plan. Je krijgt uit de analyse inzicht in gewenste (operationele en) strategische veranderingen en kunt hierover in relevante termen mondeling en schriftelijk rapporteren. Deze kennis, inzicht en vaardigheden zijn relevant voor het beginnen op een voldoende gekwalificeerd niveau, aan de afstudeeropdracht op bachelor niveau. Toets nr
1 2 3
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M
S X X X
A
I X X X
G
Vorm Written exam Strategy/ Finance Werkstuk Strategy Werkstuk Finance
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
1.1 – 1.3 1.1 – 1.3 1.1 – 1.3
4,0 4,0 4,0
4 4 4
7 7 7
60% 20% 20%
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
15 15 15
18 18 18
22
Bedrijfseconomie deeltijd
CU04868
Aantal EC: 7,5
Financieel Management
Aantal contacturen: 21
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
Voorwaarden voor deelname: geen Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud: Je beoordeelt investeringsprojecten en het werkkapitaalbeheer, je analyseert financiële en operationele risico’s en adviseert daarover, je analyseert de marktwaarde van ondernemingen met behulp van diverse modellen (o.a. CAPM, Modigliani en Miller), je beoordeelt de optimale vermogensstructuur. Toets nr
1 2 3
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M
S X
A
X
I X
G
X X
X
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
Vorm Toepassingstoets
Dt 7.1 en 7.2
40%
5,0
Toepassingstoets
Dt 7.2
40%
5,0
Bedrijfsanalyse (rapportage)
Dt 7.1
20%
5,5
45 3 2
48 7 7
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
4 13 12
7 16 16
23
Bedrijfseconomie deeltijd
CU05090 Titel: IT Assurance Voorwaarden voor deelname: BIV/AO 1 en BIV/AO 2
Aantal EC: 7,5
Aantal contacturen: 21
Verplicht: Ja
Voertaal: NL/ENG
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen
Beknopte beschrijving van cursusinhoud: IT-Assurance staat voor de Zekerheid omtrent de Kwaliteit (betrouwbaarheid en continuïteit) van de automatisering in een organisatie. In het verleden werd de betrouwbaarheid en continuïteit van de (handmatige)financiële processen in een organisatie gewaarborgd middels een goed opgezette AO/IC. In de beginjaren van de automatisering was deze problematiek nog klein van omvang. Door de vaak verregaande automatisering in de huidige bedrijven is zicht op de kwaliteit van de automatisering daarom niet alleen erg belangrijk, maar wordt ook steeds meer afgedwongen door wetgeving. Deze cursus speelt in op de nieuwe technologische kennis waarover de student in dit vakgebied dient te beschikken. Toets nr
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M 1 2 3
S X X
A
X
I X X X
G
Vorm Schriftelijke voortgangstoets Portfolio (Digitaal) Examen Access
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
30% 40% 30%
45 50 3
45 50 3
47 4 Nvt **
5,5 5,5 5,0
9 9 13
11 11 Nvt **
** Beperkte Inzage direct beschikbaar voor de student via Certiport.com. Deze vorm van inzage is als uitzondering opgenomen in het oer
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
24
Bedrijfseconomie deeltijd
Semester 8 CU13260 Titel: Afstudeerstage BE Voorwaarden voor deelname:
Aantal EC: 30
Aantal contacturen: 10
Verplicht: Ja
Voertaal: NL
De student kan afstuderen in het tweede semester als op 1 december van dat hogeschooljaar: • de propedeuse behaald is; • de stage met succes is afgerond; • 112,5 vastgestelde studiepunten van het tweede en derde jaar van de hoofdfase behaald zijn; • alle cursussen inclusief toetsing van het zevende semester zijn gevolgd; • tot 1 januari kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 105 vastgestelde studiepunten of meer in het tweede en derde jaar heeft behaald. De student die later met afstuderen begint, kan starten op 1 september of 1 februari als op 1 april van het hogeschooljaar daarvoor, respectievelijk 1 december van dat hogeschooljaar: • de propedeuse behaald is; • de stage met succes is afgerond; • 142,5 vastgestelde studiepunten in de hoofdfase behaald zijn; • tot 1 januari, respectievelijk 1 mei kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student in totaal 135 vastgestelde studiepunten in de hoofdfase, waarvan 112,5 vastgestelde studiepunten of meer in het tweede en derde jaar van de opleiding heeft behaald.
Bijzondere voorwaarde voor toekenning studiepunten: geen Beknopte beschrijving van cursusinhoud:
Met de afronding van je opleiding bewijs je dat je de voor het beroep benodigde competenties hebt verworven en aan de slag kunt op de arbeidsmarkt. Hoewel je in hoge mate zelf bepaalt wat je tijdens het afstudeertraject nog wilt leren en welke competenties je wilt ontwikkelen, is de afstudeerfase niet vrijblijvend. Je moet na afloop van je studie immers aantonen dat je zowel de beroepscompetenties als de onderzoekscompetentie op het vereiste niveau hebt verworven. Het afstuderen bestaat dan ook uit twee clusters met activiteiten die complementair zijn aan elkaar. Eén cluster met activiteiten waarmee je de HZonderzoekscompetentie verwerft (de onderzoeksopdracht) en een cluster met activiteiten waarmee je de bij jouw opleiding horende beroepscompetenties verwerft.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
25
Bedrijfseconomie deeltijd
Toets nr
1
2
Vorm (benoem of het een mondeling (M), schriftelijk (S) of andere (A) toets is, en ook of de toets individueel (I) of in een groep(je) (G) wordt afgenomen, en beschrijf de toetsvorm)
M
S X
X
A
I X
G
Vorm Startdocument onderzoeksdeel
X
Argumentatie keuze stageopdrachten + toelichting stageopdrachten
3
X
X
Onderzoeksvoorstel
4
X
X
Onderzoeksverslag & presentatie
5
X
X
Portfolio (inclusief bewijslast)
Inhoud (maak Wegings koppeling met factor deeltaken of (indien aanwezig) leerdoelen, gebruik diepste niveau uit 2.2.2)
Bodemcijfer
Planning toets in week
Inzage Planning Inzage werk (< 10 herkansing herkansing werkdagen in week in week na ontvangs cijfer)
Minimaal één competentie: BE 1 t/m 6 HZ onderzoekscompetentie (3) Minimaal twee competenties: BE 1 t/m 6 (mag niet dezelfde zijn als bij toetsnummer 1) BBA 1.4 Minimaal één competentie: BE 1 t/m 6 HZ onderzoekscompetentie (3) Minimaal één competentie: BE 1 t/m 6 HZ onderzoekscompetentie (3) Minimaal twee competenties: BE 1 t/m 6 (mag niet dezelfde zijn als bij toetsnummer 1) BBA 1.4
5%
5.5
3
4
5
6
2%
5.5
7
8
9
10
15%
5.5
Geen deadline geformuleerd
Tien werkdagen na inleveren voorstel
Geen deadline geformuleerd
Tien werkdagen na inleveren voorstel
60%
5.5
23
24
27
28
18%
5.5
25
26
27
28
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
26
Bedrijfseconomie deeltijd
2.2.6.
Vrije compositiecursussen (art. 3.12 OER HZ) Cohort 2014-2015 en eerder Voor de cohorten studenten die de opleiding zijn gestart in studiejaar 2014-2015 en eerder is een VCC-ruimte in het onderwijsprogramma gereserveerd van minimaal 2,5 en maximaal 7,5 studiepunten. Studenten van de cohorten 2014-2015 en eerder kunnen niet worden verplicht vrije compositiecursussen te volgen. In dat geval volgen zij (andere) cursussen passend bij het onderwijsprogramma van de opleiding. Op deze categorie studenten is de Studentenhandleiding Vrijecompositiecursus (VCC), september 2014, HZ University of Applied Sciences, van toepassing. Cohort 2015-2016 en later Voor het cohort studenten dat de opleiding start in studiejaar 2015-2016 bedraagt de VCC-ruimte in het onderwijsprogramma 7,5 studiepunten, met uitzondering van de opleidingen van de Academie voor Economie & Management en de Scaldis Academy, waarvoor de VCC-ruimte vijf studiepunten bedraagt. Voor de cohorten studenten die de opleiding starten in studiejaar 2016-2017 en daarna bedraagt de VCC-ruimte in het onderwijsprogramma tien studiepunten. Studenten die hun opleiding starten in studiejaar 2015-2016 en later zijn verplicht vrije-compositiecursussen te volgen. Op deze categorie studenten is de Studentenhandleiding HZ Personality, 2015, HZ University of Applied Sciences, van toepassing.
2.2.7
Afstudeerrichtingen (art 3.10 OER HZ) Niet van toepassing
2.2.7a
Stage (art 3.9 OER HZ) Hantering werkplaatsscan en stageverslag deeltijd-stages AvEM Documenten die nodig zijn om werkplaats te kunnen beoordelen: • Functiebeschrijving van de functie die de werknemer (=stagiair) bekleedt • Beschrijving van de werkzaamheden van de student, gekoppeld aan minimaal 3 deeltaken uit het competentieprofiel van de opleiding • Werkgeversverklaring waaruit blijkt dát de student deze functie bekleedt en beschrijving hóe de student deze functie vervult. • Niveau-aanduiding door de werkgever van de functie (MBO-HBO) Daarenboven moet er direct contact geweest zijn tussen een vertegenwoordiger van de HZ (docent) en de direct leidinggevende van de student.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
27
Bedrijfseconomie deeltijd
De bevindingen uit bovenstaande onderdelen (documenten en gesprek met leidinggevende student) worden voorgelegd aan het examinatorenoverleg dat een advies hierover formuleert richting deelexamencommissie. Indien dit een positief advies oplevert, betekent dit dat de activiteiten die de student in zijn werk vervuld heeft als stage werkzaamheden kunnen tellen en dat er dus een positieve werkplaatsscan is. Daarna: 1. Krijgt de student een stagedocent toegewezen 2. Kan de student aan het schrijven van zijn stageverslag beginnen. Stage (art. 3.9 OER HZ) Stage- en afstudeernormen De student kan op stage in het oneven semester als uiterlijk op 15 juli van dat jaar: • de propedeuse behaald is; • 22,5 vastgestelde EC van het eerste semester van het tweede jaar behaald zijn; • Alle cursussen en toetsing van het tweede semester van het tweede jaar zijn gevolgd; • tot 1 oktober kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 15 vastgestelde EC of meer in het eerste semester van het tweede jaar van de opleiding heeft behaald. De student kan op stage in het even semester als uiterlijk op 15 januari van dat jaar: • de propedeuse behaald is; • 37,5 vastgestelde EC in het tweede jaar behaald zijn; • een minor inclusief toetsing gevolgd is; • tot 1 maart kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 30 vastgestelde EC of meer in het tweede jaar van de opleiding heeft behaald. In het derde studiejaar van de opleiding - met uitzondering van schoolvakanties en tentamenperioden - loop je stage. In deze periode bedraagt de stageduur 800 uur Daarnaast is er maximaal 40 uur gereserveerd voor terugkomactiviteiten en andere contacten met de opleiding. De opleiding stelt jaarlijks de precieze start- en einddatum van de stages vast (zie jaarplanning van de opleiding). Voorafgaand aan de stage begin je met de voorbereidingsfase.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
28
Bedrijfseconomie deeltijd
In de voorbereidingsfase zoek je een stagebedrijf en een stageopdracht. Je stelt een stageplan op, waarin je beschrijft welke stageopdrachten je gaat uitvoeren en welke competenties zijn gekoppeld aan deze stageopdrachten. De volgende tabel bevat een overzicht van de voorbereidingsfase met het product dat je na afloop ervan moet inleveren. Voorbereidingsfase
Op te leveren product In de voorbereidingsfase zoek je een stagebedrijf en verwerf je een stageopdracht. Je legt vast welke beroepscompetenties je gaat verwerven. In de stagehandleiding staat uitgelegd aan welke eisen je stageplan moet voldoen. De stagehandleiding kun je vinden op VLD, als lesmateriaal bij de stagecursus. Daarna moeten de stagecoördinator zijn of haar goedkeuring nog geven voordat je echt mag beginnen. Product: stageplan met daarin een beschrijving van de activiteiten en de competenties waaraan je, gekoppeld aan deze activiteiten, gaat werken tijdens je stage.
De stages zijn belangrijke perioden in je opleiding. De toelating tot de stages verloopt in twee stappen: Stap 1: Studievoortgang Je hebt het vereiste aantal vastgestelde EC behaald. Stap 2: Goedkeuring stageopdrachten en organisatie De stageorganisatie en de bedrijfsbegeleider voldoen aan de eisen. De stageopdracht(en) heeft/hebben hbo-niveau en zijn gekoppeld aan de (voorgeschreven) competenties (zie stagehandleiding). De stagecoördinator is akkoord met stap 2 en wijst een stagedocent toe. Je kunt formeel starten met de stage. Het beschikken over voldoende vastgestelde studiepunten en goedkeuring voor de opdracht en gekoppelde competenties zijn voorwaardelijk om te mogen starten met de stage. In onderstaande tabel vind je een overzicht van de verdere toetsonderdelen.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
29
Bedrijfseconomie deeltijd
Toetsonderdelen 1. Plan van aanpak en tussenbeoordeling 2. Onderzoek en presentatie 3. Beoordeling onderzoeksverslag en presentatie
Deadline Week 16
Beoordeling Numeriek
Gewicht 45%
Bodemcijfer 5.5
Week 27
Numeriek
10%
5.5
Week 27
Numeriek
45%
5.5
De detaillering van de verschillende toetsonderdelen tref je aan in de stagehandleiding. Deze handleiding vind je als lesmateriaal op VLD bij de stage. 2.2.8
Minor (art 3.8 OER HZ)
2.2.9
Deelname internationaal uitwisselingsprogramma (art 4.5 OER HZ) De student die wil deelnemen aan een internationaal uitwisselingsprogramma heeft minimaal de propedeutische fase behaald. Indien de student het uitwisselingsprogramma uitvoert in een land met als voertaal Engels dient deze student zijn programma Engels binnen het BE curriculum met een voldoende te hebben afgesloten.
2.2.10
Afstuderen (art. 3.9. OER) De student kan afstuderen in het even semester als op 1 december van dat hogeschooljaar: • de propedeuse behaald is; • de stage met succes is afgerond; • 112,5 vastgestelde studiepunten van het tweede en derde jaar van de hoofdfase behaald zijn; • cursussen inclusief toetsing van het zevende semester zijn gevolgd; • tot 1 januari kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student 105 vastgestelde studiepunten of meer in het tweede en derde jaar heeft behaald.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
30
Bedrijfseconomie deeltijd
De student die later met afstuderen begint, kan starten op 1 september of 1 februari als op 1 april van het hogeschooljaar daarvoor, respectievelijk 1 december van dat hogeschooljaar: • de propedeuse behaald is; • de stage met succes is afgerond; • 142,5 vastgestelde studiepunten in de hoofdfase behaald zijn; • tot 1 januari, respectievelijk 1 mei kan de student beargumenteerd dispensatie aanvragen bij de deelexamencommissie AvEM, indien de student in totaal 135 vastgestelde studiepunten in de hoofdfase, waarvan 112,5 vastgestelde studiepunten of meer in het tweede en derde jaar van de opleiding heeft behaald. Het is de eigen verantwoordelijkheid van de student om alleen dan met afstuderen aan te vangen, als aan de hierboven gestelde voorwaarden is voldaan. Indien geconstateerd wordt dat een student begonnen is zonder aan deze voorwaarden te voldoen, zal het afstuderen afgebroken moeten worden, zonder dat de student aanspraak kan maken op studiepunten. Ook is de student in dat geval zelf verantwoordelijk voor de communicatie naar organisatie waar deze activiteiten hebben plaatsgevonden. De laatste fase in je opleiding is de zogenoemde afstudeerfase of kortweg: het afstuderen. De opleiding stelt jaarlijks de precieze start- en einddatum ervan vast [zie jaarplanning van de opleiding]. In het semester voorafgaand aan het afstuderen begin je met de voorbereiding op het afstuderen in de zogenoemde voorbereidingsfase. In de voorbereidingsfase zoek je een onderzoeksonderwerp, je schrijft een voorlopige probleemstelling, je behaalt de voor de start van het afstuderen benodigde studiepunten en je beschrijft op welke manier je in het afstudeersemester de nog openstaande beroepscompetenties gaat verwerven. Deze gegevens leg je vast in een document, dat het startdocument genoemd wordt. Als het startdocument is goedgekeurd, kun je beginnen met de laatste fase van je opleiding: het feitelijke afstuderen. Dit traject omvat nominaal 840 uur (30 EC). Onderstaande tabel bevat een overzicht van de voorbereidingsfase met het product dat je na afloop ervan moet inleveren. Voorbereidingsfase
Op te leveren product In de voorbereidingsfase zoek je een stagebedrijf en verwerf je een afstudeeropdracht. Je legt vast welke beroepscompetenties je gaat verwerven. In de stagehandleiding staat uitgelegd aan welke eisen je startdocument moet voldoen. De stagehandleiding kun je vinden op VLD, als lesmateriaal bij de stagecursus. Daarna moeten de stagecoördinator zijn of haar goedkeuring nog geven voordat Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
31
Bedrijfseconomie deeltijd
je echt mag beginnen. Product: startdocument met daarin de aanleiding voor het onderzoek, de hoofdvraag met deelvragen, voorlopige literatuurlijst, de gekoppelde competenties De toelating tot de afstudeerstage verloopt in twee stappen: Stap 1: Studievoortgang Je hebt het vereiste aantal vastgestelde EC behaald. Stap 2: Goedkeuring afstudeeropdracht en organisatie De stageorganisatie en de bedrijfsbegeleider voldoen aan de eisen. De afstudeerstageopdracht heeft hbo-niveau en is gekoppeld aan de (voorgeschreven) competenties (zie stagehandleiding). Het startdocument moet zijn goedgekeurd: de hoofdvraag en deelvragen afgeleid van de aanleiding tot het onderzoek, de koppeling met de competenties moet duidelijk zijn, er moet een planning zijn toegevoegd en een voorlopige literatuurlijst. De stagecoördinator is akkoord met stap 2 en wijst een stagedocent toe. Je kunt formeel starten met de stage. Het beschikken over voldoende vastgestelde studiepunten en goedkeuring voor de opdracht en gekoppelde competenties zijn voorwaardelijk om te mogen starten met de stage: Toetsonderdelen 1. Startdocument onderzoeksdeel
Deadline Uiterlijk 15 januari
Beoordeling Numeriek
Gewicht 5%
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
Bodemcijfer 5.5
32
Bedrijfseconomie deeltijd
In onderstaande tabel vind je een overzicht van de verdere toetsonderdelen: Toetsonderdelen 2. Argumentatie keuze stageopdrachten + toelichting stageopdrachten 3. Onderzoeksvoorstel 4. Beoordeling onderzoeksverslag en presentatie
5.
Portfolio (inclusief bewijslast)
Deadline Uiterlijk twee weken na aanvang van de stage
De uiterste datum voor het inleveren van het onderzoeksrapport voor de eerste ronde: 1 juni. De uiterste datum voor het inleveren van het onderzoeksrapport voor de tweede ronde: 1 juli Uiterlijk 15 juni (om mee te kunnen doen aan de eerste ronde).
Beoordeling Numeriek
Gewicht 2%
Bodemcijfer 5.5
Numeriek Numeriek
15% 60%
5.5 5.5
Numeriek
18%
5.5
De detaillering van de verschillende toetsonderdelen tref je aan in de stagehandleiding. Deze handleiding vind je als lesmateriaal bij de cursus op VLD.
2.2.12
Supplement bij getuigschrift (art. 6.11 OER HZ) vervallen
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
33
Bedrijfseconomie deeltijd
2.3.
Studieadvies
2.3.1
Uitwerking voorwaarden inschrijving opleiding na nbsa (art. 8.1 lid 9 OER HZ) ) De student van de opleiding Bedrijfseconomie die een negatief studieadvies krijgt wordt
uitgeschreven voor deze opleiding.
3.1
Vaststelling
3.1.1
De looptijd van de uitvoeringsregeling is gelijk aan de looptijd van de Onderwijs- en Examenregeling HZ 2015-2016.
3.1.2
Deze uitvoeringsregeling is vastgesteld door het college van bestuur op 09/06/2015.
Vastgesteld College van Bestuur: 09/06/2015 Advies opleidingscommissie: 26/05/2015
34