ThiemeMeulenhoff Zorg Niveau 4
2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaal-maatschappelijk gebied Antwoordmodellen
Inhoudsopgave ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
1
Een zorgvrager begeleiden
5
1.1
5 5 5 5 5 5 6
Begeleiden Praktijk: Niet meer snoepen Praktijk: Culturele verschillen Praktijk: Niet naar bed Praktijk: De verhuizing Praktijk: Wel of geen straf Kennisopdracht
1
Een zorgvrager begeleiden Begeleiden ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
PRAKTIJK: NIET MEER SNOEPEN 1
Hoe zou je met Jan aan het bereiken van zijn einddoel kunnen werken? Welke tussendoelen zou je samen met hem kunnen stellen? In het antwoord moet in elk geval naar voren komen dat het einddoel (18 kg afvallen) in stukjes geknipt is, bijvoorbeeld van een maand. Bovendien zouden er beloningen in het vooruitzicht gesteld kunnen worden, bijvoorbeeld kleine beloningen per subdoel en een grotere beloning als Jan halverwege nog op het goede spoor zit, met een soort megabeloning (iets wat voor Jan erg belangrijk is) aan het eind.
PRAKTIJK: CULTURELE VERSCHILLEN 1
Wat vind jij van deze situatie? Moet je respect tonen voor de cultuur van de zorgvrager, of vind je dat meneer Özgur zoveel mogelijk zelf moet doen, omdat dat beter voor hem is? Geef argumenten voor je antwoord. Geen antwoordmodel. Het gaat om de argumentatie van de leerling: voor- en nadelen van beide benaderingen, bijvoorbeeld de eigen bestwil van de zorgvrager tegenover het probleem dat hij niet wil meewerken.
PRAKTIJK: NIET NAAR BED 1
Hoe krijg je Jasmijn zover dat ze in bed blijft? Bedenk drie manieren om haar zover te krijgen dat ze accepteert dat de dag voorbij is en dat ze moet gaan slapen. Manieren om Jasmijn 's avonds in bed te krijgen, kunnen zijn: proberen de tijd voor haar inzichtelijk te maken, door met een schaduwklok de bedtijd aan te geven en haar te vertellen wanneer ze naar bed moet, het invoeren van overgangsrituelen, zoals voorlezen of zingen of een beloning in het vooruitzicht te stellen.
PRAKTIJK: DE VERHUIZING 1
Hoe zou je meneer Adriaansen kunnen helpen bij het accepteren van zijn verhuizing? Bedenk zowel manieren om de periode tot de verhuizing aangenamer te maken als de verhuizing zelf te vergemakkelijken. Geen antwoordmodel. In het antwoord van de leerlingen moet in elk geval een overgangsritueel een plaats krijgen. Ook gesprekken en een aantal bezoeken aan het verzorgingshuis voor de verhuizing, waarbij meneer Adriaansen de kans krijgt zijn wensen uit te spreken, zijn goed.
PRAKTIJK: WEL OF GEEN STRAF 1
Hoe zou jij met deze situatie omgaan? In hoeverre spelen waarden en normen een rol in deze situatie?
© ThiemeMeulenhoff
5
2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaal-maatschappelijk gebied
De leerling kan waarden noemen als respect voor het individu en normen als tegen verbaal geweld zijn en het aansluiten bij de mogelijkheden en de beleving van zorgvragers.
KENNISOPDRACHT 1
In welke van de volgende situaties is er geen sprake van coaching? • Een verpleegkundige in een verpleeghuis moedigt een zorgvrager aan om zelf te eten. • Een verpleegkundige geeft informatie over diabetes aan een groep 50-plussers. • Een verpleegkundige bespreekt met de ouders van een jongen met een verstandelijke beperking hoe ze om kunnen gaan met een komende operatie. Situatie b.
2
Welke begeleidingsactiviteiten kun je inzetten bij de begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking die niet verbaal kunnen communiceren? Noem drie mogelijkheden. Bijvoorbeeld: aandacht geven, door te kijken, te praten of aan te raken, reguleren van prikkels, een dagstructuur ontwerpen en invoeren, iets voordoen.
3
Leg in je eigen woorden wat attitude is en welke elementen daarbij in het kader van begeleiding van belang zijn. Attitude is de houding, de manier waarop een persoon iemand (of iets) tegemoet treedt. Belangrijke elementen daarbij zijn respect, echtheid en empathie.
4
Noem drie soorten activiteiten en leg uit voor welke zorgvragers die geschikt zouden kunnen zijn. Arbeidsmatige activiteiten, bijvoorbeeld voor mensen met een verstandelijke beperking of psychiatrische stoornis. Ontspanningsactiviteiten, bijvoorbeeld voor ouderen die in een isolement dreigen te raken. Educatieve activiteiten, voor vrijwel alle doelgroepen: mensen met een verstandelijke beperking die verkeersles krijgen, ouderen die computervaardigheden leren of mensen met een psychische aandoening die hun sociale vaardigheden trainen.
5
Wat wordt er bedoeld met zingeving en welke aspecten zijn daarop van invloed? Met zingeving wordt bedoeld dat het mensen ervaren dat het leven betekenis heeft, een doel heeft. Die betekenis wordt mede bepaald door de cultuur waarin je leeft, je godsdienst en het gezin waarin je opgroeit.
6
Bij welk soort rituelen horen de volgende activiteiten of gewoonten: • een liedje zingen voor het slapen gaan; • na het werk een biertje drinken en de krant lezen; • elke zaterdag een bosje bloemen kopen; • een bruiloft vieren. a, b en d zijn overgangsrituelen en c is een bestendigingsritueel.
7
6
Welke rol kan een verpleegkundige spelen bij het begeleiden van zorg voor financiën en persoonlijke eigendommen van een zorgvrager? Een verpleegkundige komt op dit terrein in actie als zorgvragers zelf niet of niet meer voor hun financiën en persoonlijke eigendommen kunnen zorgen. De begeleiding kan variëren van het helpen om overzicht te houden tot het overnemen van de volledige zorg op dit terrein.
© ThiemeMeulenhoff
Een zorgvrager begeleiden
8
Begeleiden
Waarom is het belangrijk de sociale omgeving van een zorgvrager te begeleiden? Omdat de sociale omgeving van de zorgvrager voor de zorgvrager zelf van groot belang is en omdat mensen uit de directe omgeving zich bijvoorbeeld zorgen maken en geïnformeerd willen blijven.
© ThiemeMeulenhoff
7