ke
Jaargang 11 - Nummer 1 verschijnt tweemaal per schooljaar
‘t
Schoolkrantje van VITO-HOOGSTRATEN VZW
www.vito.markdal.be
27 mei 2011
Kiekeboe! Kiekeboe! ’t Oude jaar doet zijn oogjes toe. ’t Nieuwe jaar is bijna weer daar. En daarin staat, voor ons, Stressfactor klaar. Muziek op een podium, spelletjes aan de rand. Iedereen vindt er wel iets naar zijn hand. Een zonnetje aan de hemel, veel vrienden aan de grond. Iets lekkers om te eten dat past in onze mond. Heel veel artiesten, het wordt echt een feest. Zo fijn is het op het VITO misschien nog nooit geweest. Wordt het nu Mintzkov of DJ Wout? Het maakt niet zoveel uit: het wordt zeker en vast gewoon een dag van goud! de leerlingenraad
INHOUD 3. Voorwoord 4. Avontuur en plezier in het Zilvermeer 6. Een gewijd Mariabeeld 8. Nuovo - neu - novo
Nieuwe leerkrachten op VITO
10. Een traditie in de maak
De reis naar Berlijn.
13. Amnesty International 14. Voor Bo mag het iets meer zijn.
Bo Aerts, laureaat in de Eustory-wedstrijd
16. Jongeren en rouw 19. Rijbewijs op school 20. Op driedaagse uitstap
Uitstap in het kader van het jaarthema.
24. Breinbreker 25. Bart De Kort ... euh, wie?
De nieuwe tuchtprefect
28. Op survival met BTP7 en BLA7 30. Pesten een pest 33. Schoolploegen voetbal VITO 36. BRB6 @ work 38. Op een andere werkvloer 40. Teambuilding
Als elektricien eventjes in de huid van een echte land- en tuinbouwer in de agrobiotechnische afdeling
43. Middagsport volleybal 7e jaren 44. Oude liefde roest niet...
klasreünie TEM6
46. Wie is het CLB? 48. Geweldig, gelmeldige reacties
51. Oplossing breinbreker
50. Jef Huet
52. (achterkant) TMF Stressfactor
Afscheidslied en sfeerbeelden
Hoofdredacteurs: Kristien Seels - Liesbet Jansen Vormgeving: Bie Fransen Werkten mee aan dit nummer: Jan van Opstal - Marc Veltmans - Marc Van Aerde - Hans Van Loon Kathleen Dufraing - Marc Op de Beeck - Jos Servaes - Jef Huet - Niels Verbiest - Patrick Verlinde - Bjorn Grootjans - Joke Lauwerysen - Lies Bluekens - Sofie Paulussen - Hilde Lauryssen - Leen Koyen - Patrick Van Delm - Lotte Schoofs - Inge Vermeiren - Ed Sanen - Bart Hollevoet - Kristof Bouvé - Bruno Peeraer - Tinne Vanhoof - Ingrid Vermeiren - Ruth Dockx - An Van Herck Verantwoordelijke uitgever: Jan van Opstal, Gravin Elisabethlaan 30, 2320 Hoogstraten Ideeën en opmerkingen:
[email protected]
2
VOORWOORD
Troeven van nijverheidsscholen; nijverheidsscholen zoals VITO er één is !!
1. Jongeren zijn met techniek bezig We leven vandaag in een hoogtechnologische maatschappij. Krachtige computers, multimediaspelers, videogames en cyberspace, Windows Live, automatische productiestraten, intercontinentale vluchten, … enz. enz. Technologie en alles wat daarbij hoort, is vandaag zo alomtegenwoordig en zo vanzelfsprekend geworden dat niemand er nog van opkijkt – de hedendaagse jongere nog in het minst! Jongeren zijn dag-in-dag-uit omringd door techniek, zijn dag-in-dag-uit bezig met techniek. Ook de nijverheidsscholen zijn in de ban van techniek, ook hier zijn we er dagelijks mee bezig. 2. Jongeren willen iets maken Van in de kleuterschool zijn kinderen letterlijk bezig met allerhande ‘technieken’. Met dat ‘kijk-eens-wat-ik-kan’ sluiten we aan bij de wereld van de jonge lerende mens. Bewondering afdwingen voor wat we ‘kunnen’ is één van de vroegste aspiraties van eenieders schoolloopbaan en van ons mens-zijn tout court. Als de twaalfjarigen -via het nijverheidsonderwijs- hun eerste stappen zetten in de boeiende wereld van techniek, maken ze allerlei werkstukjes die ze mee naar huis kunnen nemen. Deze werkstukjes krijgen ook thuis de nodige aandacht en zorgen ervoor dat het zelfbeeld van de jonge aspirant-technicus op een positieve manier gestimuleerd wordt. In een labo, een atelier zijn de leerlingen actief bezig. Ze moeten er letterlijk en figuurlijk de handen uit de mouwen steken … niet een hele dag aan een schoolbank zitten luisteren, zwijgen, opletten en schrijven. Bij dat ‘kunnen’ hoort onvermijdelijk ook veel ‘kennen’: het verhaal van werken met je handen én met je hoofd. Om iets te kunnen realiseren, is kennis van het allergrootste belang. En dáár is het in de nijverheidsscholen inhoudelijk om te doen: de leerlingen vakkennis en ontwerptechnieken bijbrengen en ze specifieke technieken aanleren, zodat ze uiteindelijk van alles kunnen maken. Nijverheidsscholen zijn scholen waar we leerlingen dingen leren ‘ontwerpen’ en ‘maken’; en dit in de verschillende betekenissen van het woord. 3. Jongeren willen antwoorden De mens is en blijft van nature nieuwsgierig. Een mens wil ‘weten’, een mens is uit op kennis. De nieuwsgierigheid naar techniek, vragen als ‘hoe wordt het gemaakt?’ en ‘hoe werkt het allemaal?’ blijven prominent aanwezig. Dat zijn nu precies de twee kernvragen waar het in de nijverheidsscholen allemaal om draait. Als het gaat om ‘kennis bijbrengen’ vertrekken we van de realiteit. We gaan op zoek naar ‘het waarom en het hoe’ achter de dingen; basisvragen die elke wetenschapper en elke technicus in zijn achterhoofd heeft. Omdat we vertrekken vanuit deze concrete vragen, praten we niet in het ijle. Wanneer we theoretische kennis moeten bijbrengen, leggen we zoveel mogelijk de link met de praktijk. Jongeren zijn niet tevreden met louter theoretische kennis. Zij willen weten waartoe die kennis dient, wat zij met die kennis kunnen doen. In de labo’s en in de ateliers wordt de theorie getoetst aan de praktijk. Droge leerstof wiskunde komt -als het ware- tot leven aan de ontwerptafel. Wetten uit de natuurkunde staan niet meer alleen vetjes gedrukt in leerboeken, maar jongeren zien met eigen ogen het resultaat tijdens de lessen toegepaste wetenschappen en ook in de praktijklessen. Leerstof, waar studenten moeite mee hebben, wordt duidelijk en doenbaar: het begrijpen van theoretische kennis, deze toepassen en verwerken. 4. Jongeren willen vooruit komen De jongere die het begrepen heeft, kan een stap vooruit zetten, een erg belangrijke stap op de weg van het ‘levenslang’ leren. Het gevoel de leerstof te snappen is een niet te onderschatten stimulans voor de motivatie van de studerende jongere. Dergelijke succeservaringen - gekoppeld aan de trots de wereld een stuk naar je hand te kunnen zetten- maken dat veel afgestudeerden van het nijverheidsonderwijs de zin om bij te leren, de goesting om te studeren, allerminst zijn kwijtgeraakt. Integendeel, vandaag zien we dat steeds meer afgestudeerden van onze school de stap zetten naar het hoger onderwijs. De jongeren die het nijverheidsonderwijs succesvol doorlopen hebben, zijn aardig op weg om het te maken in de maatschappij. Ze hebben voor zichzelf en voor hun familie bewezen dat ze iets kunnen. Ze hebben een diploma of getuigschrift behaald waarmee ze aan de slag kunnen op de arbeidsmarkt en/of waarmee ze hogere studies kunnen aanvatten. Omwille van het feit dat ze al die jaren van het secundair onderwijs die dingen hebben kunnen doen die ze graag deden, zijn ze onderweg hun motivatie nooit verloren. Afgestudeerden van het nijverheidsonderwijs staan klaar om het te gaan maken zowel in het beroepsleven als in het hoger onderwijs. Veel succes aan al onze jongeren !! Jan van Opstal, Directeur
3
Begin september trokken de leerlingen van het 1ste jaar naar het Zilvermeer in Mol. Daar deden ze per klas leuke activiteiten zoals mountainbiken, volleyballen, muurklimmen, klauteren op het hoogteparcours,… Voor deze activiteiten werkten de leerlingen samen, boden ze elkaar hulp, ze stimuleerden elkaar om alles tot een goed einde te brengen. Onder een stralende zon leerden de leerlingen hun nieuwe klasgenoten op een ludieke manier kennen. Dat iedereen van deze dag genoten heeft, is duidelijk te lezen in onderstaande reacties en te zien op de foto’s.
Avontuur en plezier in het Zilvermeer Reacties van enkele leerlingen:
“Ik vond de sportdag leuk: met een vlot varen, een death ride over het water, muurklimmen, mountainbiken. De hele dag was gewoon FUN!”
“Het was een lange, vermoeiende, maar toffe dag!”
Tekst: Kathleen Dufraing Foto’s: Hans Van Loon
4
“Het waren toffe activiteiten en leuke begeleiders. Het mountainbiken was soms zwaar als we door het los zand reden. “
“Het was kei tof. Ik deed er dingen die ik nog
“Het was leuk, vooral wanneer je nat werd.
nooit eerder gedaan had!”
Dan kreeg je wel koud, maar dat was niet zo erg. We hadden reservekledij bij.”
“Toffe dag waar je elkaar leert kennen, veel plezier beleefD en kletsnat wordt!”
Reacties van leerkrachten:
“Voor de leerlingen is de avonturentocht
“Bij het hoogteparcours steeg de adrenaline
heel plezant. Met een vlot over het water
bij enkele van de leerlingen. Van beneden uit gezien, leek het niets. Tot je er bovenop stond… De krachtige wind die er was, maakte het nog moeilijker . Terug op de begane grond
varen, met een touw over het water slingeren en met een kabelbaan de andere kant van de vijver bereiken. Dit vinden onze leerlingen heel spectaculair. Als de leerlingen bij
kwamen de leerlingen heel enthousiast
de vorige opdrachten nog niet nat waren,
vertellen over hun belevenissen op het
dan gingen ze bij de laatste oefening, de
hoogteparcours.”
olifantenbanden, gegarandeerd het water in.”
5
Een gewijd Mariabeeld op landen tuinbouw
Tekst: Marc Van Aerde Foto’s: Marc Op de Beeck
Het was meimaand, vorig schooljaar.Voor velen de Mariamaand. Op de afdeling land- en tuinbouw een reden om even stil te staan bij de “moederfiguur”. Een heel aantal jaren geleden liet directeur Roggen een kleine kapel metsen door zijn leerlingen. Hierin werd een mooie O.L.Vrouwenbeeld geplaatst. Door omstandigheden verdween deze kapel in de loop van de jaren maar het beeld werd zorgvuldig bewaard. Leraar Mark Op de Beeck heeft ondertussen met zijn leerlingen een stille tuin gemaakt met een nieuwe kapel, met alles erop en eraan: een grot met links en rechts riet en voorzien van een vijver. En vooral met de O.L. Vrouw van directeur Roggen.
Een aantal leerlingen uit de richting metaal en land- en tuinbouw verzamelden zich rond het beeld, vergezeld van de jeugdig denkende pastoor Fons Van Dijck. Een generatieverschil, zonder de kloof, en de pastoor begon te vertellen… In ons leven zijn er drie moeders heel belangrijk. De eerste moeder daarvan is Moeder Aarde. Rond de kapel zie je dan ook de vier oerelementen: aarde, lucht, water en vuur (voor de gelegenheid werd er een vuurkorf geplaatst).
6
Moeder Aarde geeft ons voedsel en zelf zullen we tot stof vergaan. We ademen lucht en ons lichaam bestaat vooral uit water. Zonder water zouden we niet kunnen leven. Door de verbranding van suikers in ons lichaam, kunnen we werken en voelen we warm aan. De tweede moeder is onze eigen moeder. Ze heeft ons het leven geschonken. Daardoor zal zij altijd heel belangrijk zijn voor ons. In 1943 was er in Mortsel een Duitse fabriek waar vliegtuigonderdelen gemaakt werden. De Engelsen wilden deze fabriek bombarderen maar maakten een vergissing: ze bombardeerden burgerhuizen en een school. Die dag vielen er 900 doden in Mortsel, waaronder 200 kinderen. Eén kind stond naast een hoop puin van een huis.
Vanonder het puin stak een hand, die van een dode bedolven vrouw. Het kind had de dode hand vast en weende: “Mama, mama,…” Op het einde van de oorlog werd er een gewonde soldaat binnengebracht bij de dokter in Loenhout. Toen men de zwaargewonde man verzorgde, was er plots een beschieting door kanonnen. De dokters vluchtten en lieten de gewonde soldaat achter. “Mütter, Mütter,…” riep deze soldaat. Deze twee verhalen vertellen ons dat jong en oud hun moeder het hardst nodig hebben in moeilijke situaties. Onze derde moeder is onze universele Moeder. Toen Jezus op het kruis hing, waren zijn meeste vrienden ondergedoken. Hij zag enkel zijn Moeder en zijn lievelingsleerling Johannes. Zijn laatste bezit geeft Hij op dat moment aan de mensen, met de woorden: “Moeder, zie daar uw zoon. Zoon, zie daar uw moeder.” Op dat moment krijgt de mensheid een Moeder. Deze Moeder Maria of Onze Lieve Vrouw vereren we in de maand mei. Het beeld in de rustige tuin wordt door Fons Van Dijck gezegend in de naam van de Kerk. De leerlingen worden uitgenodigd om wat wierook te strooien op de gloeiende kolen van de vuurkorf, als hulde aan de O.L.Vrouw. Bovendien bidden de leerlingen het Weesgegroet. Hierin bestoefen we Moeder Maria, we brengen haar lof. De leerlingen hebben tijdens de lessen godsdienst hard geoefend en bidden allemaal mee. Als de pastoor vraagt wat de kleuren zijn van Anderlecht, weten de leerlingen in groep te zeggen: “Paars en wit”. En bij die van Club Brugge vertellen ze vol trots: “Blauw en zwart”. Als de pastoor vraagt wat die van O.L. Vrouw zijn, blijft het stil. Ach ja, ze konden dan toch al het Weesgegroet zonder fouten meezeggen.
7
nuovo-nieuw-neu-novo Na de grote stormloop van de vorige jaren mogen we ook dit jaar enkele nieuwe leerkrachten aan u voorstellen. We wensen hen heel veel succes in VITO. Vragen 1. Wat is je opdracht in onze school? 2. Hoe oud ben je? 3. Heb je een relatie of gezin? 4. Met welke hobby’s breng jij je vrije tijd door? 5. Welke leuke / lachwekkende gebeurtenis heb je al meegemaakt in VITO?
Annick Devocht 1. Ik geef Nederlands in 1B en BVL. Frans geef ik in 1B en in 1T. 2. 31 jaar ben ik. 3. Ik woon samen met mijn vriend. 4. In mijn vrije tijd kijk ik graag tv, lees ik af en toe een boek, ga ik op stap met vrienden en hou van lekker gaan eten . 5. /
Nik Aerts 1. Ik vervang Dirk Matheussen van de afdeling bouw. 2. 33 jaar ben ik. 3. Ik ben gehuwd en heb 2 zonen: Tijs (6 jaar) en Lander (3jaar). 4. In mijn vrije tijd houd ik mij bezig met mountainbiken en lopen. 5. Mijn collega die over zijn boekentas reed, dit zou mij ook nog eens kunnen overkomen.
Walter Meeus 1. Ik ben leerkracht bouw. 2. In december word ik 50 jaar. 3. Ik ben gescheiden, heb 2 kinderen en sinds 3,5 jaar ben ik samenwonend. 4. Mijn hobby’s zijn in de tuin werken en bezig zijn met mijn motor. 5. Dat ik elke morgen mijn fantastische collega’s terugzie.
nuevo-ny-nouveau-new 8
nuevo-ny-nouveau-new Hilde Aerts 1. Ik vervang Kristel Mertens. Ik geef biotechniek en labo biotechniek in 5 en 6 TBIO en wiskunde in TEE6 en TEM 6. 2. 27 jaar 3. Ik heb een vriend, Nick en een dochter Ties van 6 maanden. 4. Ik sport (squash, volleybal,...). In mijn vrije tijd houd ik me ook nog bezig met fotografie en jong KAV. 5. Ik ben er nog maar enkele dagen, maar ik vind het een fijne school!
Natascha Kersbergen 1. Ik geef technische vakken bouw in 5 en 6 (TBO5, TBH5, BRB5 en BRB6). Ik vervang Griet Raats tot het einde van het schooljaar. 2. 39 jaar 3. Ja, ik ben getrouwd, 2 kindjes Amber (12 jaar) en Brent (11 jaar). 4. Lopen, muziek en reizen. 5. Nog geen, ik ben nog maar 1 week op VITO.
Tekst: Kathleen Dufraing Foto’s: Joke Lauwerysen
nuovo-nieuw-neu-novo 9
De reis naar Berlijn: een traditie in de maak Dinsdag 14 september 2010. Na een gewone schooldag worden de leerlingen van TBIO6, TAU6 en TEE6 aan het station ‘Noorderkempen’ verwacht om 17u08. Via het prachtig gerestaureerde Antwerpen-Centraal sporen we tot Brussel-Luchthaven en vliegen dan met Easyjet naar Berlijn. We landen omstreeks 22u00 en arriveren een uurtje later in de Güntzelstrasse. Vermoeid van de lange dag maar toch benieuwd naar wat Berlijn ons brengen zal. Woensdag Afspraak om 08u00 aan de plaatselijke supermarkt: eieren, spekjes, koffie, thee, veel fruit en brood,… Na dit stevige ontbijt zijn we klaar voor de echte kennismaking met de wereldstad Berlijn. De eerste indrukken zijn verrassend: geen grijze stad, maar brede open lanen met veel groen. We bezoeken Bentley, Opel en Mercedes. Ook bewonderen we de ‘Fernsehturm’. De Muur die Oost en West scheidde is weg, zijn plaats is ingenomen door mooie eigentijdse gebouwen. Alleen affiches herinneren nog aan de ijzingwekkende ‘Koude Oorlog’. Bij Checkpoint Charlie, vroeger een doorgang tussen Oost en West, vinden we getuigenissen van verschillende geslaagde ontsnappingen naar het Westen. Ondertussen is het een pleisterplaats geworden voor toeristen die zich gewillig laten fotograferen met Amerikaanse nepsoldaten. ‘Unter den Linden’ is één van de bekendste lanen in de stad. Deze laan was de praalweg van Pruisische koningen en de Duitse Keizers en de flaneerlaan van de bourgeoisie. Later is het de laan van de commerciële industriële revolutie en ook de laan van het triomferende socialisme van de toenmalige DDR geworden. De Fernsehturm is het eindpunt van onze wandeling en iedereen krijgt even vrij. ‘s Avonds spaghetti en een DVD, en dan snakt iedereen weer naar zijn bed.
10
Donderdag Voor de ‘Reichtstag Berlin’ moeten we aanschuiven en worden we streng gecontroleerd, maar de zeer ruimtelijke koepel is indrukwekkend. Met behulp van moderne audiotechnologie krijgen we een panoramische rondleiding over heel Berlijn, prachtig! We merken duidelijk dat Berlijn in de jaren ’90 de grootste bouwwerf van West-Europa is geweest. Onze wandeling gaat langs 2711 blokken ‘Ein Denkmal für die ermordeten Juden Europas‘. Dat laat een diepe indruk na. In het Sony-center krijgen we een blik op ons vervoermiddel van de toekomst: de door de Chinezen ontworpen volledig elektrische auto. Station ‘Gesundbrunne‘ wordt het eindpunt van die dag. We worden ondergedompeld in de bunkers van de ‘Koude Oorlog‘. Een doolhof van gangen toont hoe bij een eventuele atoomoorlog enkel belangrijke burgers veilig konden schuilen. ’s Avonds schnitzel. Vrijdag U raadt het: om 07u30 shoppen, om 09u00 een nieuwe dag die wenkt. De ene groep houdt het binnenshuis en brengt een bezoek aan het Technisch Museum: zwaartekracht en trekbeveiliging. De klas biotechnieken trekt op uitstap naar de Berliner Zoo. Voor een minimaal bedrag genieten we de hele dag. Als kers op de taart is er het prachtige aquarium. Een absolute aanrader voor iedereen die Berlijn bezoekt! Het is weer vlug avond, die we afronden in een plaatselijk rockcafeetje. De tongen komen los, er worden zelfs afspraken gemaakt voor een eigen oefensessie. Zaterdag Sachsenhausen is niet bepaald de trots van Berlijn. Een oud concentratiekamp toont ons de resten van een minder prettig stukje geschiedenis. De desolate vlakte, waar vroeger de radiaal geschikte barakken stonden, doet ons huiveren. We bezoeken enkele barakken en de restanten van enkele verbrandingsovens. We vertoeven er een hele tijd. De gids geeft een duidelijke omkadering van het geheel. We trachten even op adem te komen op de terugreis naar hartje Berlijn. De contrasten zijn groot, wanneer we ‘Das Kaufhaus des Westen’ binnen treden. We krijgen een duidelijk beeld van ‘trendy’ Berlijn en shoppen een beetje in de omgeving. De laatste avond genieten we van een heerlijke pizza. Er is natuurlijk te weinig en we bestellen bij.
Zondag De terugreis verloopt vlot… tot in Antwerpen-Centraal. De trein richting Noorderkempen staat geparkeerd ter hoogte van Luchtbal. Met de bus dan maar… Als interimbegeleider kan ik terugblikken op een puik uitgestippelde reis. Het was fijn.
11
TEE6 “Een dikke proficiat aan de gids-organisator en tevens aan de gemotiveerde groep leerlingen.”
TAU6
TBIO6 tekst en foto’s: Jos Servaes
12
Reggie Clemons is een Amerikaanse ter dood veroordeelde. Hij wordt beschuldigd van de medeplichtigheid aan moord op twee jonge, blanke vrouwen in 1991. Hij blijft zelf volhouden dat hij onschuldig is. Deze kans bestaat. Dit ondermeer omdat er te weinig bewijzen zijn in de zaak, omdat de jury onevenwichtig werd samengesteld en omdat er geweld werd gebruikt tijdens de ondervragingen.
Onze leerlingen konden zich in deze onschuldigheid vinden. Met een honderdtal kwamen ze dan ook, tijdens de middag van 15 oktober 2010, langs om een briefje te schrijven. Hierin vroegen ze het doodvonnis van Reggie Clemons om te zetten. Wij duimen mee dat de regering naar deze briefjes luistert. Ondertussen kunnen jullie genieten van enkele sfeerbeelden.
Wij willen nogmaals alle leerlingen en leerkrachten bedanken die, op de één of andere manier, aan dit gebeuren meewerkten. Hopelijk zien wij jullie volgend jaar massaal opnieuw. Dank je wel!
Tekst: Kristien Seels Foto’s: Joke Lauwerysen
13
Voor Bo mag het iets Meer zijn Bo Aerts (TBIO6) laureaat in Eustorywedstrijd
Vito heeft de laatste jaren een stevige reputatie opgebouwd in allerlei wedstrijden in en buiten de school. Denken we maar aan de jaarlijkse Gramprijs, waar zowel de afdeling Hout, Bouw als Metaal al in de prijzen vielen. Ook in de Chemieolympiade en in de wereld van Elektriciteit en Elektronica schitterden leerlingen vanVito. Sinds enkele jaren nemen ook verscheidene leerlingen deel aan de jaarlijkse Europese geschiedeniswedstrijd Eustory. 14
En met succes. Nadat er enkele jaren geleden al drie leerlingen bekroond werden met een prijs, kaapte vorig jaar Bo Aerts (TBIO6) de tweede prijs weg met een werk over haar geboortedorp Meer. Een hele prestatie als je vaststelt dat de meeste deelnemende scholen uit de ASO-richting komen. Als beloning ontving zij een cheque van 500 euro en een reis naar Berlijn waar zij te midden van 28 jongeren uit 15 Europese landen een workshop meemaakte over de gevolgen van dictatuur en repressie. Meer, 50 jaar geleden: Hoe was het leven van een meisje van 16 à 17 jaar vijftig jaar geleden in mijn dorp? Hoe verliep de overgang van het schoolse leven naar het echte werk? Met dit thema trokken de leerlingen van TBIO5 er vorig jaar op uit om grootouders, familieleden of kennissen te ondervragen over het leven in de jaren 1950-1960. Samen met haar klasgenote Margriet De Hoon werd Bo Aerts geselecteerd uit de vele Vlaamse inzendingen. Zij maakten beiden een werk over de geschiedenis van hun geboortedorp Meer. Uiteindelijk werden er 9 Vlaamse jongeren uitgekozen om voor een jury in Brussel hun werk voor te stellen. Hiervan werden er vijf tot laureaat uitgeroepen, en daar was ook Bo bij. Zij mocht haar tweede prijs in ontvangst nemen in het Koninklijk Paleis in Brussel waar ook de organisator, de Koning Boudewijnstichting, en het BEL-vue museum gevestigd zijn. “Bo heeft een prachtig werk gemaakt” zegt ons een trotse Patrick Verlinde. Patrick is geschiedenisleraar en promotor van deze wedstrijd in onze school. “Aan de hand van een aantal interviews met haar grootouders, overgrootmoeder en een kennis uit het dorp, aangevuld met beeldmateriaal uit die tijd werd het een boeiende collage en een scherp tijdsbeeld”. Levensles: Bo Aerts kijkt met tevredenheid terug op haar opzoekingswerk. “Het was voor mij een boeiende wereld die openging, al zou het voor ons moeilijk zijn om dat leven te leiden, denk ik nu. Ik heb uit deze gesprekken wel geleerd dat het feit dat je al dan niet mag voortstuderen, wel heel erg je leven kan bepalen. Nu is het heel logisch dat je verder gaat studeren. Ik zou me niet meer kunnen voorstellen dat ik op mijn 15e zou moeten gaan werken. Iets wat me ook heel hard opgevallen is in deze 3 interviews, is hoe gelovig al deze mensen zijn en hoe de kerk het leven in een dorp bepaald heeft. Heel het dorp ging ’s morgens naar de mis. Dit was de normaalste zaak van de wereld. Dat zouden we ons niet meer kunnen inbeelden. Ook heb ik kunnen aanvoelen hoe Meer in de loop van de jaren veranderd is. Hoe bos en hei verdwenen zijn voor landbouw, hoe later de kleine boerderijen verdwenen en hoe tenslotte Meer een dorp is geworden met gespecialiseerde bedrijven en serres. Ik vond het een heel boeiende ontdekking. “
Wij wensen Bo maar ook alle medeleerlingen van haar klas van harte proficiat voor de manier waarop zij aan deze wedstrijd hebben deelgenomen. Het zal wellicht ook anderen stimuleren om dit jaar eveneens op zoek te gaan naar de geschiedenis van hun dorp of hun familie. Tekst: Jef Huet Foto’s: Patrick Verlinde
15
JONGEREN Jaarlijks verliezen 7000 kinderen van 0-18 jaar iemand uit hun gezin. Het overkomt ook leerlingen van onze school. De dood van een geliefd persoon is één van de meest ingrijpende en verdrietige gebeurtenissen in een mensenleven. Het leven van jongeren staat stil en toch draait de wereld verder. Met dit artikel willen we alle jonge nabestaanden een hart onder de riem steken én de omgeving wegwijs maken in het rouwproces dat zij doormaken.
EN
ROUW 16
Wat is rouw? Rouwen is een reactie op het verlies van iemand die een grote betekenis in je leven had. Je moet letterlijk afscheid nemen van een persoon die je ongelooflijk graag ziet en ondertussen je leven verder opnemen zonder je geliefde. Rouwen is dus terugkijken naar wat voorbij is, het verlies onder ogen zien en het voelen van de pijn, maar ook het opbouwen van een zinvolle toekomst zonder je geliefde. Rouwen is hard werken Als je rouwt, heb je vier taken te doen: 1. Het verlies onder ogen zien Je verstand moet in de eerste plaats wennen aan het idee dat jouw geliefde er niet meer is. Jongeren zeggen dat ze de eerste dagen en weken vaak verdoofd zijn, in shock. Daarom hebben ze net duidelijkheid nodig om het verlies onder ogen te kunnen zien. Ze hebben recht op de volledige waarheid. Deze informatie (wat, waar, wanneer, hoe) zal hen helpen. 2. De pijn voelen In het begin zullen jongeren vaak met hun gedachten in het verleden zitten. Ze kijken terug op een leven met de overledene. Dit roept heel wat emoties op. Gevoelens van verdriet, leegte of onzekerheid kunnen plots de kop opsteken. Ze uiten soms hun verdriet in kwaadheid of ze voelen zich schuldig omdat ze zich amuseren of om iets wat ze nog hadden willen zeggen. Vaak tonen jongeren niet dat ze kwetsbaar zijn, maar ze zijn het wel. Jongeren zijn heel sterk bezig met hun onafhankelijkheid, op eigen benen staan, maar verdriet en rouw maakt hen ook kwetsbaar. Jongeren zoeken naar manieren om met dit verlies om te gaan, op een manier die bij hun past en ook draaglijk is. Daarom hebben ze ook nood aan momenten om zich te amuseren en plezier te maken, om zo de batterijen op te laden voor momenten dat het niet goed gaat. 3. Omgaan met veranderingen Door het verlies van een geliefde, verandert er ook heel wat in het gezin. Vaders moeten ineens het huishouden runnen, mama’s komen alleen te staan, je bent plots enig kind, … De taken en rollen worden herverdeeld. Bovendien verwerkt ieder dit op zijn manier. De zus wil erover praten, vader vlucht weg in zijn werk… Jongeren voelen vaak een grote leegte en gemis in het gezin en worden meer op hun verantwoordelijkheid aangesproken. Heel wat jongeren willen hun gezin sparen: ‘ik laat mijn verdriet niet zien, want ik wil mijn ouders daar niet meer mee opzadelen.’ Ze horen heel vaak: ‘je moet verder’, maar vaak vergeet de omgeving dat ook hun dagelijkse leven overhoop wordt gehaald. Jongeren zoeken daarom vaak structuur (bv op school). Een zekere routine geeft hen veiligheid, houvast én de mogelijkheid hun leven -ondanks alles- verder uit te bouwen. Op school kunnen ze hun zorgen soms ook gewoon vergeten en kunnen ze leerling onder de leerlingen zijn. Ook dat is ontzettend belangrijk. 4. De overledene een plaats geven en je leven oppakken Vroeger dacht men dat je de overledene moest loslaten, maar dat is niet zo. Je moet de overledene een plaats geven, zodat je ermee verbonden blijft en het jou troost en steun kan geven. Ik hoorde een 17-jarige jongen ooit zeggen: ‘De sterkste band die ik in mijn leven heb, is met mijn overleden broer. Hij heeft kei hard gevochten en is mijn held. Hij leerde mij van het leven te houden. Ik praat nog steeds met hem en dat geeft me steun en moed.’ Door je geliefde te blijven herinneren en na te gaan wat hij of zij heeft nagelaten en wat je in hem of haar bewondert, kan je geleidelijk aan betekenis en zin geven aan het verlies.
17
Jongeren steunen 1. Negeer hen niet, maar benader hen! Ook al vind je dat moeilijk! Stuur een kaartje of sms. Ga hen opzoeken. Geef geen advies, maar luister. 2. Troost kan zitten in kleine dingen. Laat weten dat je er bent en dat je voor hen klaarstaat! Laat weten dat je aan hen denkt! 3. Blijf de leuke dingen die jullie samen deden, doen! Een jongere kan daar heel veel energie en plezier uit halen! Als je vriend moeite heeft om de draad van het leven terug op te pakken, ga je hem niet aanmoedigen door te wijzen op zijn passiviteit of ‘zet u erover’. Stel concrete dingen voor om te doen. De kans is groot dat hij hierop ingaat. 4. Denk aan hen op speciale gelegenheden zoals verjaardag, afstuderen,... Besef ook dat verdriet soms heel onverwacht naar boven kan komen, op een moment dat je het niet verwacht. 5. Laat je vriend zelf vertellen als hij dat wil. Wil hij dat niet, respecteer dit dan. Forceer niets. Blijf wel alert voor signalen. Probeer geen oplossingen voor te stellen. 6. Probeer jongeren te begrijpen. Boosheid of onzekerheid zijn ook vormen van verdriet. Heb begrip voor de ommekeer in iemands leven en de daarmee gepaarde gevoelens.
www.missingyou.be www.rouwzorgvlaanderen.be www.achterderegenboog.nl www.ijd/antwerpen surf naar rouwgroepjes voor jongeren
Als je naar aanleiding van dit artikel nog met vragen zit of je wilt je verhaal kwijt, dan ben je altijd welkom bij de leerling-begeleidsters van deze school. Wij zitten in de groene gang, in lokaal C0.41. Hilde Lauryssen Lies Bluekens
18
Vanaf vorig schooljaar startte men op VITO met het rijbewijs op school. Dit wil zeggen dat de leerlingen van het 6e en 7e jaar en de leerlingen van het 5e jaar die op de dag van het examen 17 jaar zijn, hun theoretisch rijbewijs kunnen behalen via de school. Hoe gaat dit in zijn werk? In het begin van het schooljaar worden er inschrijvingsformulieren meegegeven waar de leerlingen hun voorkeur van lessenreeks kunnen aanduiden. Er zijn 3 lessenreeksen die in onze school georganiseerd worden. Een lessenreeks bestaat uit 4 lessen van 2 uren. De lessen vinden plaats in de school, telkens na de schooluren. Na hun lessenreeks hebben de leerlingen 1x de mogelijkheid om hun examen af te leggen via de school, binnen de schooluren. De lessen en het examen zijn volledig gratis. Hiernaast vind je een overzicht van de geslaagde leerlingen van lessenreeks 1. Tekst: Leen Koyen Foto’s: Bart De Kort
19
Op driedaagse uitstap: een hele ervaring rijker Op 29 en 30 september en 1 oktober was het zover. Drie klassen (TTW4,TCH5 enTCH6) vertrokken op uitstap. Het zou voor hen niet zomaar een uitstap worden maar wel eentje die in het kader stond van het jaarthema‘mensen voor mensen’.De uitstap had immers tot doel kennis te maken met verschillende organisaties, scholen en ziekenhuizen. De leerlingen zouden er heel wat ervaringen opdoen. Ze pakten dan ook hun bagage in en gingen op pad. Een overzicht van hun ervaringen vind je hieronder. Een bezoek aan VIBO De Brem Het was donderdag. Tijd om in groepjes gesplitst te worden en met elk groepje afzonderlijk op pad te gaan. Wij, met het eerste groepje, vertrokken richting Turnhout. We gingen er naar VIBO De Brem. Als eerste kregen we een woordje uitleg over deze speciale school voor mensen met een beperking. VIBO staat voor Vrij Instituut voor Buitengewoon Onderwijs. Het buitengewoon onderwijs is bedoeld voor kinderen en adolescenten die geschikt zijn om onderwijs te ontvangen maar ongeschikt om in een gewone school onderwijs te volgen. VIBO De Brem beschikt over zowel buitengewoon kleuter als lager onderwijs. Mensen met een beperking worden ingedeeld in types. Hier worden type2, type4 en type A behandeld. Type 2 richt zich tot kinderen met een matig tot ernstige verstandelijke handicap. In type 4 worden kinderen opgenomen met een lichamelijke handicap of specifieke ontwikkeling van verstandelijke mogelijkheden, gaande van randnormale begaafdheid tot ernstige mentale handicap. En type A is een aparte groep met specifieke aanpak en werking voor mensen met de diagnose ASS ( autisme spectrum stoornis). Toen we de uitleg gekregen hadden, mochten wij zelf ons steentje bijdragen en gingen we helpen in verschillende klasjes. Tijdens het eerste deel van de voormiddag hebben we met de kleuters gespeeld en daarbij merkten we dat de aanpak op deze school toch heel anders is dan op een gewone school. Zo worden de leerlingen daar met alles gesteund: ze hebben een kinesist, een ergotherapeut, een kinderverzorgster, een verpleegster, een orthopedagoge en een psychologe. Tijdens het tweede deel mochten de kleuters kiezen tussen verschillende klasjes met allemaal een andere activiteit. Ze leren daar knippen, prikken, kleuren, tandenpoetsen,… . We merkten dat we veel liefde kregen van deze kleuters maar dat ze op bepaalde vlakken ook wel wat opdringerig waren.
20
Na de voormiddag was het etenstijd. We aten ons lunchpakket, dat we ’s morgens zelf gemaakt hadden, op en vertrokken daarna naar type 4: de zwaardere gehandicapten. Het was wel confronterend om met deze mensen te werken, vooral omdat je weet dat deze ook gekwetst kunnen worden. We hebben eerst met een buis met knikkers gespeeld. Daarna was het snoezeluur. Dit houdt in dat de gordijnen dichtgaan en dat het licht uitgaat. Aan de hand van allemaal lichtjes wordt het gezellig gemaakt en men zet een rustig muziekje op. Iedereen legt zich op een bed, luistert en kijkt rond. De ideale manier om rustig te worden. Tegen de avond keren we terug naar Westmalle. We zijn heel benieuwd om er de verhalen van de andere groepen te horen en verheugen ons stiekem ook op het lekkere eten. Deze dag was voor ons een spannende ervaring en gaf ons veel voldoening. We zagen in dat er in het buitengewoon onderwijs één ding echt centraal staat: kinderen gelukkig zien!
Een bezoek aan de VIBO Wij, met het tweede groepje, hadden dezelfde bestemming: Turnhout. Deze keer niet VIBO De Brem maar wel een andere afdeling van deze school. Voor ons werd het gewoon de VIBO. Toen wij aankwamen in de VIBO kregen we er eerst een inleidend woordje. Er werd uitleg gegeven over de school en over het verloop van de dag. Vervolgens mochten we kiezen met wie we die dag graag wilden werken. We konden kiezen tussen de klas van Tinne (normale kinderen met kleine gebreken), de klas van Koen (kinderen met mentale en fysieke gebreken) of de kleuters. Ikzelf koos voor de klas van Koen. Samen met hem en met zijn leerlingen gingen we wandelen. Dat vonden de leerlingen ontzettend leuk. Het bleek al snel middag te zijn. Na de middag koos ik ervoor om naar de kleuters te gaan. Hier speelden we met de blokken en lazen we in boekjes. Wat een fijne dag!
Een bezoek aan de VZW moeders voor moeders Wij, met het derde groepje, vertrokken richting Antwerpen. We zouden hier hulp gaan bieden aan de vrijwilligers van de VZW moeders voor moeders. Moeders voor moeders helpt gezinnen die het financieel moeilijk hebben. Dit doen ze met behulp van de giften van mensen. Zo zijn ze kleinschalig begonnen met het verzamelen van speelgoed. Hier was echter zoveel vraag naar dat ze zich hebben moeten uitbreiden. Ondertussen hebben ze al 4 huizen waar al het speelgoed en kleren opgeslagen liggen om weg te schenken. Naast speelgoed en kleren deelt moeders voor moeders wekelijks ook voedselpakketten uit, dit aan zo’n honderden gezinnen. Gezinnen met jongere kinderen kunnen er ook terecht voor verzorgingsmateriaal, babymateriaal,… De VZW wordt gesteund door zo’n 120 vrijwilligers die instaan om al dit materiaal zo goed mogelijk onder de gezinnen verdeeld te krijgen. Opmerkelijk aan de vzw moeders voor moeders is dat ze ook een vondelingenluik hebben. Een radeloze moeder krijgt hiermee de kans om anoniem toch een warme en veilige thuis te geven aan haar kind. Het is tot hiertoe het enige vondelingenluik in België. Moeders voor moeders is elke dinsdag en donderdag open van 9u tot 16u, dit zowel voor schenkingen als voor hulp. Wij zijn, als groep, heel blij dat we de vrijwilligers van moeders voor moeders konden helpen. We verdeelden voedsel, sorteerden kleren, deelden voedsel uit,… Toch vrezen we ervoor dat de gezinnen die we hielpen er met onze hulp niet echt beter op geworden zijn.
21
Een bezoek aan PVT Wij met het vierde, en laatste, groepje richtten ons op PVT de landhuizen. Dit is een psychiatrisch verzorgingstehuis. Bij aankomst stond een psychologe ons op te wachten. Zij vertelde ons over de verschillende afdelingen binnen het PVT en over de werking van deze afdelingen. Dit deed ze aan de hand van een presentatie met PowerPoint. Na deze informatie was het tijd om zelf eens mee te draaien. We werden opgedeeld in groepjes van 2 personen en gingen op die manier elk een aantal bewoners helpen. Ik zat samen met Tijl en wij maakten eerst kennis met Rita, de bewoonster van een studio. Zij heeft ons veel verteld over het leven in het verzorgingstehuis en wij hebben haar geholpen met de was. Het was een eerste, aangename kennismaking. Vervolgens gingen we naar een groepswoning voor 9 personen.
Hier hielpen we de mensen met koken en afwassen, sloegen we een babbeltje en hielpen we wat mee met het personeel. Al snel was het namiddag. In de namiddag werd er een creatieve opdracht voorzien. De meisjes maakten samen met de bewoners sieraden en kerstkaartjes. Wij, met de jongens, holden pompoenen uit om te gebruiken bij het Halloweenfeest. We kwamen nog even samen om de dag te bespreken en vervolgens vertrokken we terug richting Westmalle. Het was een fijne dag!
Een bezoek aan het asielcentrum Vrijdag stond er voor iedereen hetzelfde op het programma: een bezoekje aan het asielcentrum in Arendonk. Ook hier begon alles met een uitleg. Deze ging over verschillende zaken zoals de voeding (deze is hier heel verschillend van andere culturen maar de asielzoekers moeten dit toch accepteren), het onderwijs (ook kinderen van asielzoekers moeten naar school ondanks het feit dat ze geen Nederlands kunnen spreken), het zakgeld dat ze krijgen, over hoe een procedure in gang wordt gezet en hoe lang het duurt voordat asielzoekers het land worden uitgezet of als officieel vluchteling worden opgenomen,… Hierna kregen we een korte pauze. Vervolgens kregen we een film te zien over de hele procedure die een vluchteling moet ondergaan voordat hij terechtkomt in een asielcentrum. Hierin konden we zien dat zoiets niet evident is als je de taal niet kan verstaan of spreken en je hier niemand (geen familie of vrienden) kent. We kregen een rondleiding door het centrum waarin we kleine kamers zagen voor veel personen, een fitness voor pubers, een kledingwinkel, een speeltuin voor de kinderen, een ontmoetingsplaats voor de volwassenen, een restaurant,… Tekst: Nathalie, Dess, Stef, Wini en Lanse Foto’s: Patrick Van Delm
22
Toen we rond waren, aten we ons lunchpakket op. We keken al uit naar de namiddag want hierin zouden we verschillende asielzoekers onze, vooraf opgestelde, vragen mogen stellen. De groep werd in groepjes van 3 verdeeld. De asielzoekers die op onze vragen zouden antwoorden, waren allemaal van een verschillend type. De ene kwam van Irak, een andere van Mauritanië, Somalië, Nigeria, Kameroen, Syrië of Rwanda. Er waren politieke vluchtelingen bij maar ook vluchtelingen omwille van persoonlijke redenen (seksuele voorkeur, familieproblemen,…). We merkten dat veel van deze mensen hun familie, vrouw en kinderen hebben achtergelaten en hier alleen zijn aangekomen. Dat Afrikanen elkaar meteen opzoeken en dat dit ook zo is bij andere culturen. Het was toch wel een hele ervaring om met de vluchtelingen te kunnen spreken. Het verandert je hele kijk op een dergelijk asielcentrum want het is niet zo dat de mensen hier willen zijn. Als ze de keuze hadden, zouden ze graag terug naar hun familie in hun thuisland gaan. Voor sommigen is dat echter gewoon onmogelijk. Jammer!
23
breinbreker Breinbreker: Marc Veltmans
Elk vierkant bestaat uit een combinatie van 9 verschillende cijfers en 7 verschillende letters. De 7 letters vormen een bepaald woord. Kan jij alles op de juiste plaats zetten?
7-letterwoord is .................................................................................................... 24
Bart de Kort, euh… wie? We bevinden ons op een koude donderdag in een nieuw, blinkend kantoor (alé nieuw, blinkend?). De enige aanwezigen in dit kantoor zijn Meneer De Kort, NielsVerbiest (BBM4C), Lotte Schoofs (GAB2) en ikzelf (Bjorn Grootjans uitTHT4B). Ons doel: een interview afnemen over de eerste maanden van meneer De Kort, hier op school, als tuchtprefect. Meneer De Kort, vertel eens wat over uzelf? Ik ben nu 22 jaar. Ik kom recht van de schoolbanken en woon in Gierle. Ik kom dagelijks met de auto naar school. Tijdens mijn secundair volgde ik de richting handel in het Sint-Victor in Turnhout. Daarna koos ik ervoor om de lerarenopleiding te gaan doen. Ook in Turnhout maar dan aan de KHK. Deze keuze was voor mij zeer snel gemaakt. Ik was toen al veel bezig met jeugdwerk (scouts,…) waardoor de lerarenopleiding me echt wel aansprak. In mijn opleiding koos ik voor de vakken informatica en godsdienst. Dit deed ik heel bewust omdat ik dan dichter bij de leerlingen sta en omdat ik het leuk vind om tijdens de lessen een discussie op gang te brengen. Naast de scouts, zoals je daarnet al kon lezen, ben ik in mijn vrije tijd vooral bezig met atletiek en skiën. Ik ga af en toe nog eens graag uit met mijn vrienden maar doe dat voortaan wel veel serieuzer dan vroeger. De kans dat ik leerlingen tegenkom is groot. Niet dat me dat tegen houdt om me te amuseren natuurlijk!
Hoe bent u hier terecht gekomen? Wel, ik heb een sollicitatiebrief binnen gedaan bij alle scholen die in de buurt van mijn woonst gelegen waren. Op maandag, als de school woensdag begon, kreeg ik telefoon van de directeur van het VITO. Jullie directeur dus. Hij vroeg me of ik vanaf dinsdag kon komen werken en ik heb hier geen seconde over getwijfeld. Ik was gewoon al zeker van een job! Na 2 maanden merkte ik dat het niet zomaar een job was, maar dat de functie die ik hierbij kreeg me ook wel leek te bevallen.
25
Heeft u al ervaring met deze functie? Nee, jammer genoeg heb ik dat nog niet. Stilaan kom je er natuurlijk wel in. Ik krijg ook veel steun van mijn collega’s.
Wat vindt u van uw streng imago en van de straffen die u moet geven? Van mijn imago trek ik me maar weinig aan. Ik, als persoon, geef geen straffen. Ik, als tuchtprefect, doe dat wel. Ondanks dat alles doe ik mijn functie echt heel graag. Ik vind het ontzettend leuk om leerlingen met problemen te kunnen helpen. Ook al komt dit eigenlijk niet zo dikwijls voor.
Nog een laatste vraag: doet u nu eigenlijk net hetzelfde als meneer Vaes? Ja, daar komt het wat op neer. Alleen richt ik mij vooral op de leerlingen van de lagere jaren terwijl meneer Vaes vooral de hogere jaren opvolgt. Ook de echt, grote problemen gaan naar hem toe. Hij kent de achtergrond van de leerlingen nog net iets beter.
Tekst: Lotte Schoofs, Niels Verbiest en Bjorn Grootjans Foto’s: Joke Lauwerysen
26
Bjorn en Niels
Meneer De Kort, ontzettend hard bedankt voor het interview dat we van je mochten afnemen. Wij wensen je nog ontzettend leuke tijden toe op VITO en wensen je veel succes met je nieuwe, eerste job!
Werkstudie/strafstudie De strafstudie, dat kent elke leerling opVito al wel. Maar sinds dit schooljaar wordt er op onze school ook gesproken over een werkstudie.Waarover gaat dat? En wat is het verschil met een strafstudie? En wanneer wordt zo’n werkstudie opgelegd? Een kleine verduidelijking. Verschillen: • Een strafstudie wordt gegeven omwille van negatief gedrag dat los staat van de studiehouding. Zeker gekend zijn de strafstudies omwille van roken, GSM-gebruik, een aantal keren te laat komen … Een strafstudie kan ook gegeven worden omwille van brutale of onbeschofte reacties, omwille van opstandigheid en ongehoorzaamheid, omwille van pesterijen van medeleerlingen, omwille van vechten …, kortom omwille van (algemeen) gedrag dat niet thuishoort op school. Tijdens de strafstudie werkt de leerling aan een schrijfstraf.
• Een werkstudie daarentegen heeft met de studiehouding te maken. Als een leerling langdurig of meermaals niet in orde is met dezelfde taak, tekening, huiswerk, onderdeel van de GIP of een andere schoolopdracht, dan kan de vakleerkracht in samenspraak met mevr. Aerts, een werkstudie afspreken. Vanaf dat ogenblik moet de leerling die opdracht in de werkstudie maken! In principe krijgt hij de opdracht pas tijdens de werkstudie, maar soms is die al eerder gekend. Een ‘vluggerd’ die zich dan alsnog in orde wil stellen, komt helaas te laat. De leerling werkt dus aan een lesgerichte opdracht van de vakleerkracht. Hij krijgt hiermee nog een laatste kans om zijn zaken in orde te krijgen. Toch zal het duidelijk zijn dat de beoordeling niet meer op dezelfde manier kan gebeuren als voor leerlingen die van meet af aan in orde zijn. Als het afgeleverde werk niet voldoet, dan zijn de gevolgen ook voor hem. Bij de bespreking van de resultaten op het einde van het schooljaar wordt hiermee zeker rekening gehouden.
• De strafstudies worden opgevolgd door de tuchtprefect (dhr Vaes, dhr De Kort). De opvolging van de werkstudies gebeurt door de leerlingencoach, mevr. Aerts. Daarmee wordt het verschil tussen de twee nog eens benadrukt.
Organisatie: Werkstudies vallen omwille van praktische redenen samen met de strafstudies (op woensdagnamiddag). Er wordt wel onderscheid gemaakt tussen een korte werkstudie (tot 14.30u) en een lange (tot 16.15u). Voor de eerste graad kan een korte werkstudie ook gebeuren tijdens het achtste lesuur. In dat geval sluit de leerling aan in de avondstudie.
Beoordeling: Een werkstudie is geen strafstudie. Een strafstudie bestraft gedrag dat los staat van de studiehouding. Een werkstudie daarentegen heeft alles met de studiehouding te maken. Voor leerlingen zal het verschil misschien niet altijd duidelijk zijn. Ze zullen soms wel eens geneigd zijn om een werkstudie als een strafstudie te beschouwen. Dat is het dus niet. Het verschil wordt ook duidelijk gemaakt door de mensen die ze opvolgen: de tuchtprefect heeft in de school een andere rol dan de leerlingencoach. Als een leerling na de werkstudie in orde is met zijn opdracht of als het geleverde werk voldoet, wordt hij daarop beoordeeld zoals andere leerlingen. Er kunnen wel minpunten in rekening gebracht worden voor laattijdig afgeven als daar vooraf afspraken over gemaakt zijn. De ‘eigenlijke straf’ zit dan in het gedwongen maken op een vrije woensdagnamiddag. Maar hopelijk zien leerlingen in dat ze werkstudies (net als strafstudies) beter kunnen vermijden. Want zoals al eerder gezegd: een werkstudie kan mee in rekening gebracht worden bij de algemene beoordeling van de studieresultaten op het einde van het schooljaar. Tekst: Ed Sanen
27
16 en17 september 2010 Op 16 en 17 september 2010 was het zover. We namen in Hoogstraten de bus naar Retie en deden dit via Turnhout. Een soort van noodoplossing omdat we onze ‘goede’ bus al gemist hadden. Iemand dacht dat we pas om 9u zouden vertrekken. Toen we uiteindelijk dan toch in Retie aankwamen, volgden we de wit - rode wandelroute tot aan de watermolen. Vandaar zouden we met kano’s de Nete afvaren tot in Kasterlee. Maar net toen we wilden instappen, begon het water plots met bakken uit de lucht te vallen. In een berghok waar we met z’n allen net in konden staan, bleven we wachten tot de bui over was. Tijdens de kanotocht zelf bleef het gelukkig wel droog. Ten minste wat betreft het regenwater…
op survival met BTP7 en BLA7 Vanaf Kasterlee moesten we nog een heel stuk wandelen door het kabouterbos. We passeerden langs een winkel waar we eten kochten en stapten gepakt en gezakt verder tot in de Hoge Rielen. Hier zouden we overnachten in het bos. We zochten ons een plekje en probeerden het vuur aan te maken. Ondertussen begon het natuurlijk weer hard te regenen maar opnieuw hadden we geluk: het ging snel over en er kwam zelfs nog een zonnetje piepen.
We haalden hout uit het bos en kregen er ons vuur mee aan. We danken hierbij heel hard de mensen van het domein die ons toch ook wat droog hout bezorgden.
Terwijl sommigen het vuur aanmaakten, sneden anderen groenten. Het werd donker en we konden gaan eten: een lekkere groentesoep en een heerlijke barbecue. Na het eten bleven we nog een tijdje gezellig rond het vuur bijpraten. Daarna kropen we mooi op tijd in onze tenten.
28
De volgende dag stond er immers een stevig touwenparcours te wachten. ’s Morgens aten we, braken we de tent af en vertrokken we weer op pad. Bij het touwenparcours moesten we twee per twee over balken wandelen terwijl we elkaar in evenwicht probeerden te houden. Sommigen gingen er pas na lang aandringen op, maar toch was dat zeer moedig van hen. Het was echt wel hoog.
Na de evenwichtsoefening moesten we op een paal klimmen. Dit was echt wel het moeilijkste. Je moest er afspringen terwijl de rest van de klas aan de touwen trok. Zij zorgden er op die manier voor dat je in de lucht bleef hangen en niet ter plekke neerstortte.
We picknickten aan de ingang van het domein en schuilden nog maar eens voor een goed getimede regenbui. Met goed gevulde magen vertrokken we terug richting Turnhout, verder langs de rood – witte wandelroute. Aan het station aangekomen nam iedereen de bus terug naar huis. Sommigen zelfs de foute.
Tekst en foto’s: Bart Hollevoet
29
Pesten een pest Pesten heeft altijd bestaan. Het gebeurt tussen kinderen, tussen kinderen en volwassenen, onder volwassenen. Het gebeurt in scholen, in de jeugdbeweging, op het werk, in gezinnen…..Wordt er nu erger en meer gewelddadiger gepest dan vroeger? Dat is moeilijk aan te geven. Feit is wel dat er nu ánders wordt gepest. Men maakt meer gebruik van de moderne technologieën en het pesten verloopt allemaal veel subtieler. In wat volgt beperken we ons tot pesterijen tussen kinderen en zelfs dan kunnen we in dit krantje het thema alleen onvolledig behandelen. Wat is pesten? Wat is het verschil met plagen? Pesten is duidelijk niet hetzelfde als plagen. Plagen hoort bij het groot worden en bij plagen zijn de partijen gelijkwaardig. Een plagerijtje komt eens voor, na een tijdje plaag je terug. Plagen gebeurt eerder bij toeval, het is een vorm van spontaan en onbezonnen (negatief ) gedrag. Het is een eerder onschuldige eenmalige activiteit, die gepaard kan gaan met humor. Het gebeurt tussen gelijkwaardigen, het is niet altijd leuk, maar het wordt nooit bedreigend en duurt nooit lang. Pesten kan gebeuren door één persoon, maar meestal zijn het er meerdere die zich systematisch negatief, kleinerend, kwetsend en agressief gedragen ten opzichte van een slachtoffer dat zich daardoor bedreigd voelt. Het slachtoffer ondervindt schade omdat hij zich voortdurend in de vuurlinie bevindt; pesten gebeurt namelijk herhaaldelijk en langdurig. Het kan dan gaan om kwaadwillig machtsmisbruik (laten zien wie de sterkste of machtigste is) maar ook om onmacht door jaloezie, frustraties, onvermogen tot communicatie, zich niet correct behandeld voelen, enz. Pesterijen kunnen doelbewust gebeuren maar ook vanuit een houding van zelfverdediging. Maar altijd is er sprake van onmacht van het slachtoffer tegenover de almacht van de pester.
Klasse (tijdschrift voor leraren) van september:
47 % van de pesterijen op school gebeuren omwille van uiterlijk of kledij.
Opvallende vaststelling: zowel bij de gepeste als bij de pester kent het probleem eenzelfde oorsprong. De basishouding is: men is onzeker, voelt zich niet goed in zijn vel, heeft weinig zelfvertrouwen. De pester gaat met deze onzekerheid heel anders om dan de gepeste. De pester ‘over-roept’ letterlijk en figuurlijk zijn probleem. Hij wil de groep naar zich doen opkijken door de andere te vernederen, af te maken. De gepeste probeert om zijn kwetsbaarheid en onzekerheid te verbergen, maar als de kwetsbare plek ontdekt wordt, dan wordt hij slachtoffer en speelbal van de pestkop.
Plaatsen en vormen van pesten Pesten kan overal gebeuren: thuis, op straat, maar helaas ook bijzonder veel op school. 15 procent van de leerlingen uit het secundair onderwijs meldt regelmatig het slachtoffer te zijn van pesterijen. Dus zit in elke klas ook minstens één pestkop. In het secundair onderwijs pest 12 procent van de leerlingen regelmatig andere leerlingen. Dat is weliswaar minder dan op de basisschool maar nog altijd even erg voor degenen die het slachtoffer zijn. Maar de grootste groep zijn de meelopers. Zij maken pesten mogelijk. Vooral kinderen tussen negen en veertien jaar pesten er duchtig op los. Na de leeftijd van vijftien jaar blijven alleen nog de extreme gevallen doorgaan: jongens en meisjes met meestal ook andere problemen.
Krant 6 oktober: Eén bejaarde op vijf wordt gepest in het rusthuis!
30
Pesten kan met woorden gebeuren (waarschijnlijk de meest voorkomende vorm): vernederen, schelden, bedreigen, belachelijk maken of uitlachen. Pesten kan ook lichamelijk zijn: iemand pijn doen, schoppen, slaan, trekken, duwen, krabben … Maar ook voortdurend achternalopen, klemzetten, uitsluiten, uit de groep weren, manipuleren, roddels over iemand verspreiden, afpersen, dwingen om iets te doen … zijn vormen van pesten. Cyberpesten is een nieuwe, moderne vorm van pesten en een groeiend probleem, hoewel nog heel wat ouders er zich niet van bewust zijn dat cyberpesten zelfs bestaat. Zij zijn vaak niet op de hoogte van de gevaren die door cyberpesten worden veroorzaakt. Jammer genoeg verzwijgen kinderen het cyberpesten zorgvuldig voor hun ouders, soms tot het te laat is.
Krant 23 oktober:
Cyberpesten is om het even welke soort kwelling, belediging of vernedering die via mobiele telefoon, SMS of via internettechnologie op één of andere manier gebruikt wordt om een ander te kwetsen, of het nu een jonger kind is of een tiener. Jongeren die cyberpesten versturen haatmails, vieze sms’jes, dreigberichten, beledigende of racistische teksten, geweldfilmpjes, gemanipuleerde foto’s ….
7 op 10 ouders weten niet dat hun kind online gepest wordt.
De anonimiteit die nieuwe media bieden, maakt dat cyberpesten een zwaardere impact heeft op het slachtoffer. De pester laat zich nog gemakkelijker verleiden tot de grofste beledigingen (“Je moeder is een hoer”) en tot zware dreigementen (“Ik heb zin om je in brand te steken”). In een sms blijken jongeren harder dan in rechtstreekse confrontaties. Maar door de anonimiteit die internet en email biedt, zijn de pesterijen vaak zeer grof en kwetsend. De kwelduivel ziet niet welk effect zijn pesterijen hebben en kan dus ook geen medelijden opbrengen voor zijn slachtoffer. Tegelijk hebben ze de mogelijkheid om de pesterijen heel snel en op grote schaal te verspreiden. Voor de gecyberpeste is de nieuwe manier van pesten extra pijnlijk. Juist omdat het zo anoniem gebeurt, en omdat cyberpesten zo gemakkelijk je privéleven binnendringt, komt de pestboodschap des te harder aan. De gepeste wordt er op de duur gek van, want hij weet niet wie het op hem gemunt heeft. Ouders en leerkrachten hebben ook veel meer moeite om te ontdekken dat hun kind of hun leerling het slachtoffer is van pesterijen of zelf iemand pest via het internet of gsm. Ze zijn vaak niet zo bekend met de nieuwe media en hebben ook geen toegang tot het e-mailadres, de MSN nickname of de gsm van hun kind. Onderzoek uit de ons omringende landen maakt duidelijk dat vooral jongeren tussen tien en veertien er een sport van maken hun slachtoffers via de virtuele snelweg te kwellen. Cyberpesten kan vele vormen aannemen. Internet is enorm populair bij jongeren. Zowel jongere als oudere kinderen zijn er dagelijks uren mee bezig. Vaak weten hun ouders niet wat kinderen achter de computer uitspoken. Kinderen chatten met elkaar via MSN, sturen elkaar e-mails via hotmail of andere webmailprogramma’s, maken zelf websites aan, bloggen op internet, achterhalen elkaars wachtwoorden en sturen in naam van andere kinderen valse of compromitterende informatie door.
Krant van 20 november: Nieuwe facebooktoepassing brengt privacy meer in het gedrang.
Aanpak/Tips Soms zijn de gevolgen van (cyber)pesten ronduit dramatisch (tot zelfmoord toe), maar zelfs als de gevolgen minder erg zijn, is het duidelijk dat pestgedrag niet kan getolereerd worden.
Als de pester gekend is, maak dan duidelijk dat zijn gedrag niet geaccepteerd wordt. Praat met hem, vraag naar de beweegredenen (waarom doe je dit?) en speel in op zijn inlevingsvermogen (hoe zou je reageren als dit jou werd aangedaan?). Jongeren zijn vaak wel gevoelig voor die inleving en begrijpen achteraf wel dat pesten niet kan. Maar sommigen ook niet. Ze blijven de feiten minimaliseren. Zulke jongeren hebben zelf een probleem en vragen extra begeleiding (CLB, externe hulp …). Als we geen beroep kunnen doen op het gezond verstand en het verantwoordelijkheidsgevoel van de pestkop, dan zal een straf onvermijdelijk worden. Als de pester niet gekend is, dan wordt optreden moeilijker. Toch proberen we het slachtoffer dan wat hulp en raad te geven. Best is dat hij niet reageert op haatmails e.d. Als de pestkop geen reactie krijgt, is de lol er snel af. Wijs het slachtoffer niet aan als schuldig, maar stel hem gerust (‘neem de beledigingen of bedreigingen niet persoonlijk op’). Onderzoek samen de manier van pesten (kan je het wat relativeren? Is het ernstig?). Beloof geen snelle oplossing, want die is meestal complex. Probeer ook bewijsmateriaal te verzamelen (hou berichten bij, druk een haatmail af …). Soms zijn er ook technische oplossingen voor handen (je kan bv. ongewenste zenders blokkeren). In ernstige gevallen kan je ook de politie verwittigen.
31
De beste remedie is pesten voorkomen en overbodig maken. Dat kan het best als ouders, leerlingen en leerkrachten in hun dagelijkse omgang samen vorm en inhoud blijven geven aan begrippen en waarden zoals respect, verdraagzaamheid, geweldloosheid … Ook op school stellen we dat briefjes, telefoontjes, sms’jes en e-mails waarmee je een ander pijnlijk probeert te raken absoluut niet thuis horen in de goede sfeer waarin we met elkaar proberen om te gaan.
Jongeren en internet: enkele tips! Besef dat JIJ steeds verantwoordelijk blijft voor wat je doet of zegt op het internet, ook al doe je jezelf voor als iemand anders. Zorg ervoor dat door jouw gedrag niemand anders schade oploopt. Hou daarbij het aloude gezegde in je achterhoofd: ‘doe niet bij een ander wat je zelf niet wil dat een ander bij jou doet’! Stel jezelf een keertje vaker de vraag: ‘hoe zou ik mij voelen als ik in die persoon zijn plaats was?’ Interessante websites met allerlei nuttige informatie: • http://www.cyberpesten.be • http://www.klasse.be/ouders/dossiers/pesten/ • http://www.klasse.be/leraren/eerstelijn.php?id=10742 • www.ecops.be voor het melden van misdrijven op het internet • www.pesten.be voor meer info • www.pestweb.nl voor info op kindermaat • www.evovzw.be en www.vcov.be voor vormingsavonden over pesten voor ouders • www.limits.be indien er volwassenen bij de pesterijen betrokken zijn • www.saferinternet.be en www.stopdigitaalpesten.nl over pesten via het internet, mail, gsm
November: Alle kranten, TV- en radiozenders en andere online nieuwsbrengers reageren met afschuw op de pesterijen onder volwassen werknemers bij de firma MACtac in Zinnik. Er komen ook getuigenissen over andere bedrijven, o.a. Arcelor Mittal. Tekst: Ed Sanen
32
Schoolploegen voetbal VITO schooljaar 2010 - 2011 Datum: Ploeg: Ronde: Plaats:
woensdag 22 september 2010 scholieren 1 Technico terreinenTurnhout
1° wedstrijd tegen Handelsschool van Turnhout (sportschool) We haalden de rust met een 0-0 score. We merkten toen al wel dat het heel moeilijk ging blijven om deze tussenstand te houden, want de handelsschool was toch de betere ploeg. Na 8 minuten in de tweede helft was er een ongelukkige owngoal die ons de das omdeed. Dit was ook de eindscore. De strafschoppen werden met 5 tegen 3 verloren, maar dit had dan al geen belang meer. Bij de tegenpartij liep een oude bekende van onze school mee te voetballen: Mathias Verschueren. Hij speelde nog bij onze miniemen de pannen van het dak. 2° wedstrijd tegen het Seminarie van Hoogstraten (onze eeuwige rivaal) Na 10 minuten in de eerste helft scoorde Frits Verheijen (TEL 6) de openingstreffer. Hij was nog net op tijd bij de bal, maar de doelman had Frits in zijn val meegenomen. Gevolg was dat Frits niet meer verder kon spelen. Lang van de voorsprong genieten konden we niet en 3 minuten later was de stand terug in evenwicht. Dit was ook de ruststand. We voelden wel dat het Seminarie een haalbare kaart was en na 2 minuten in de tweede helft scoorde Stef Beyers (TEL 6) het winnende doelpunt. Evenals de vorige wedstrijd werd er met de strafschoppen verloren, nu met 5 tegen 2. 3° wedstrijd tegen Sint-Pieter van Turnhout Deze laatste wedstrijd zou alles beslissen. Een beetje rekenwerk leverde op dat een gelijkspel genoeg was om door te gaan. Sint-Pieter was begonnen met een gelijkspel tegen het Seminarie en had met 6-0 verloren tegen de Handelsschool. De 2 beste teams gingen door naar de volgende ronde. Aan de rust was het nog steeds 0 tegen 0. In de tweede helft maakten we nog oververdiend 2 treffers. Beiden werden afgerond door opnieuw Frits Verheijen (TEL 6) die na 2 helften rust bekomen was van zijn aanvaring met de doelman van het Seminarie. Strafschoppen werden er niet meer genomen, want dit was overbodig.
Datum: Ploeg: Ronde: Plaats:
woensdag 29 september 2010 cadetten 1 HVV terreinen Hoogstraten
1° wedstrijd tegen het Seminarie van Hoogstraten (onze eeuwige rivaal) Altijd een hele leuke wedstrijd om te openen tegen het Seminarie. Vooral omdat het elk jaar een zeer spannende wedstrijd is. Maar aan deze wedstrijd houden we toch een zeer wrang gevoel over. Aan de rust was het nog steeds 0 tegen 0. Na 6 minuten in de tweede helft kregen we een ongelukkig doelpunt tegen. Daarna werd Kenneth Liekens (BBM 4C) neergehaald terwijl hij alleen op de doelman afging. Een spijtige zaak, want niet alleen kreeg de tegenstrever slechts een gele kaart, de vrije trap die erop volgde bracht jammer genoeg niets op. Daarna waren er nog 2 zeer mooie kansen voor ons, maar jammer genoeg zonder resultaat. We verdienden meer, maar bleven helaas zonder punten achter. Zo zie je maar dat de betere ploeg niet altijd wint.
33
2° wedstrijd tegen COHE Herentals Al snel was duidelijk dat dit een te sterke ploeg was. Na 1 minuut was de eerste aanval al direct raak. Spijtig genoeg werd net voor de rust een tweede doelpunt gescoord en net na de rust een 3de. Gelukkig kon Thomas Geerts (BBM 4C) nog milderen tot 3 tegen 1. Tegen deze sterke tegenstander was voor ons niets te beginnen. Daarom werd het onterechte verlies tegen het Seminarie nog wranger, maar ja, dat is voetbal zeker. Zowel meneer Peeraer als mezelf danken alle spelers voor hun inzet en woensdagnamiddag - deelname: Thomas Geerts en Kenneth Liekens (BBM 4C), Jirco Wouters (BBO 4A), Seb Voorn (TBH3), Michiel Swaenen (TBO 3), Jens Koyen (TBO 4), Sven Aerts (TEE 4), Stief Ceusters, Jort Keustermans en Wouter Rombouts (TEM 4), Ruben Jansens, Thijs Lambrechts en Jef Van Den Plas (THT 4A) en Michiel Huijskens (TPDM 4) Tekst: Kristof Bouvé
Datum: Ploeg: Ronde: Plaats:
woensdag 6 oktober 2010 miniemen 1 De Leunen terreinen Geel
Op woensdag 6 oktober zijn de voetbaltalenten van de eerste graad van VITO Hoogstraten aan hun schoolvoetbaltornooi begonnen. In een poule met het Klein Seminarie, SILAMi Westerlo 1 en SILAMi Westerlo 2 moesten onze jongens bij de eerste twee geraken. Onze eerste wedstrijd was direct tegen één van de favorieten: het Klein Seminarie. Zelfs een sterk spelende verdediging, met centraal Frank Van Der Steen en Joren Van Den Kinschot en op de flanken Sander Backx en Mathias Van Echelpoel, konden niet voorkomen dat onze keeper, Thomaz Van der Smissen, enkele keren gepast moest tussenkomen. Maar met geluk en kunnen kon de verdediging toch de nul op het bord houden. In de tweede helft koos VITO een goed moment om uit te breken. De bal leek buiten te rollen maar stopte tegen de cornervlag. Met een snelle reactie hield Jannes Jansen de bal binnen en zette een actie op die door de verdediging van het Klein Seminarie in corner gewerkt werd. Deze corner geraakte tot bij Brent Van Den Muysenberg, die de bal via een verdedigend been in doel liet belanden. Op het einde was het nog enkele minuten bibberen maar onder het toeziend oog van een coachende Koen Op’t Hoog bleef het toch 1-0 voor onze jongens. Als we ook onze tweede wedstrijd zouden winnen, waren de miniemen geplaatst voor de volgende ronde. Ze deden zelfs meer dan dat: we wonnen met goed voetbal en drie goals verschil. Met snelle aanvallen langs de flank, via Kenzo Van Santvoort en Joey Rombouts, werd de verdediging van Westerlo voorbij gelopen. Op het middenveld waren Thomas Aerts, Jannes Jansen en Brent Van Den Muysenberg de baas. Brent scoorde nog eens en ook Jannes pikte zijn doelpuntje mee. Opeens floot de scheidsrechter af en onze diepe spits Joachim Geeraerds had nog niet gescoord. Gelukkig voor Joachim had de scheidsrechter, na het kijken op zijn horloge, door dat de wedstrijd 5 minuten te vroeg was afgefloten. In deze resterende vijf minuten scoorde Joachim dan toch nog zijn eerste doelpunt, op aangeven van onze flankspeler Kenzo .
34
De laatste wedstrijd was tegen het sterke SILAMi Westerlo 1. Deze wedstrijd moest niet meer gewonnen worden maar was nog een goede test. De miniemen kwamen 1-0 achter waardoor Frank Van der steen doorgeschoven werd naar het middenveld. Hier kon Westerlo van profiteren om enkele goede kansen te creëren maar scoren konden ze niet tegen Thomaz. Toen Brent besloot nog eens aan te leggen van op afstand zorgde hij voor een doelpunt, een punt en de groepswinst in deze sterke groep.
Tekst en foto’s: Bruno Peeraer
bovenste rij, van links naar rechts: Jannes Jansen, Brent Van Den Muysenbergh, Ruben Vloemans, Lennert van Dijck, Sander Zagers, Mathias van Echelpoel, Joren Van Den Kinschot en Joey Rombouts zittend, van links naar rechts: Jan Beyens, Arno Geerts, Thomas Aerts, Joachim Geeraerds, Kenzo Van Santvoort
35
BRB6
De leerlingen van het zesde jaar bouw lieten een knap staaltje teamwork zien in de Antwerpse haven op deTALENTENWERF. De bedoeling van de talentenwerf is om leerlingen te laten aanvoelen hoe een“echte” werkdag eruit ziet. En dit is ook gelukt. Vroeg in de morgen om 5.30u zaten we al op de bus richting Antwerpen. Om 6.15u hebben we onze dagtaak aangevat. Eerst kregen we een veiligheidsbriefing, zoals dat in de meeste bedrijven in de haven hoort.
@
Daarna startten we met een rondleiding op de werf van de firma Roegiers. Dit is de firma die de Van Cauwelaertsluis renoveert. Zij moeten hiervoor grotendeels bekistingswerk doen. We kregen een technische en gedetailleerde uitleg en merkten dat ze voor dit bekistingswerk zelfs beton moeten storten onder waterniveau. Duikers nemen het dan van de bekisters over. Op 34m onder de kaaimuur heeft men een tunnel gemaakt. Deze gaat van de vertrekput naar de ontvangstput en heeft een doormeter van 3m. Echt het bekijken waard!
Al gauw werd ook duidelijk hoe belangrijk het aspect ‘veiligheid’ op een werf van deze omvang is. Mensen werken in en om een sluis van 18m diep. 6 torenkranen zorgen hier voor het werftransport. Vele mensen bevinden zich meters onder de waterspiegel en werken dus in een zeer vochtige omgeving waar water en elektriciteit zeer dicht naast elkaar leven. Uitkijken dus want vallen en elektrocutie staan hier bovenaan op de lijst van risico’s.
WORK 36
Vervolgens kregen de leerlingen een theoretische opleiding. Deze moest hen inzicht bieden in het werken met systeembekisting. De twee merken DOKA en PERI haalden hun laatste snufjes uit de kast en lieten ons zien welke mogelijkheden er allemaal bestaan om snel en veilig aan betonbouw te doen. Moeilijkheden werden in detail besproken en er zat zelfs hier en daar een voorbeeld tussen van wat er kan gebeuren als je de regels van het spel aan je laars lapt.
Na een korte middagpauze konden we beginnen met het echte werk. Bekistingsplannen werden bovengehaald en onze hersenen begonnen te kraken. De korte stilte ging over in een symfonie van hamerslagen en welbedachte boodschappen. En ja, hoor: er groeiden kolommen en balken op de kaaimuur.
“De leerlingen hebben laten zien dat ze al heel wat praktijkervaring hebben”, vertelden de mensen van talentenwerf ons. Wij, als leerkrachten, wisten dat natuurlijk al. Voor de leerlingen is het prettig om dit te horen van mensen uit de bouwsector.
Het was een lange dag maar erg leerrijk en levensecht. Toen de bus vertrok richting Hoogstraten waren er ogen die dichtvielen en werd het een stille rit. Alle leerlingen van het zesde leerjaar beroeps ruwbouw behaalden hun attest “systeembekisting” en hiermee hadden wij een geweldige dag.
De leerkrachten van BRB6: Nick, Walter, Tim en Marc
37
Op een andere werkvloer Als elektricien eventjes in de huid van een echte land- en tuinbouwer…
Het begint een soort van traditie te worden: onze rubriek ‘op een andere werkvloer’. Jaar in en jaar uit konden jullie verhalen lezen van leerlingen die een dagje gingen meedraaien in een andere studierichting. Ook in dit vito’ke willen we daar geen verandering in brengen. We zochten een richting uit die nog niet aan bod kwam en stuurden twee leerlingen op pad. Wie waren deze twee leerlingen? De leerlingen die we op pad stuurden, waren Tom Aernouts en Chiel Pijpers. Zij zijn twee gemotiveerde leerlingen uit de studierichting elektriciteit. Ze zitten beiden in het vierde jaar. Toen ik hen de vraag stelde of zij het zagen zitten om een aantal uur mee te draaien in een andere studierichting, reageerde Chiel meteen enthousiast. Achteraf kwamen er echter twijfels bij hem op. Zou hij dan niet teveel missen van zijn lessen? Zou hij dat allemaal wel kunnen inhalen? En paste hij wel fatsoenlijk op al die foto’s die genomen zouden worden? Ik haalde mijn overtuigingskracht boven en bracht hem snel op andere ideeën. Ook Tom sloot zich hierbij aan.
Waar gingen ze naartoe? Tom en Chiel vertrokken op pad, trokken hun laarzen aan en namen hun schop mee want… de richting land- en tuinbouw stond op hen te wachten. Volgens de leerlingen van land- en tuinbouw houdt hun richting vooral in dat je goed met dieren, planten en het milieu moet kunnen omgaan. Volgens de website van onze school wordt er een brede problematiek in benaderd. Dit vanuit een wetenschappelijke basis die samengaat met de praktijk. En net met die praktijk kregen onze twee leerlingen te maken. Er stonden hen een aantal spannende uren te wachten. Leuk om te weten: de leerlingen van elektriciteit en land- en tuinbouw zitten tijdens de theorielessen al bij elkaar in de klas. Nu konden ze dus ook eens een kijkje bij elkaar nemen tijdens de praktijk.
Chiel Pijpers
38
“Het grappigste dat ik heb moeten doen, is een kip laten doodliggen.” vertelt Chiel.
Wat wordt er nu allemaal tijdens die praktijk gedaan? ‘Het grappigste dat ik heb moeten doen, is een kip laten doodliggen.’ vertelt Chiel. Ikzelf reageer wat verrast. ‘Heb je een kip moeten dooddoen?’ vraag ik hem. Hij lacht en legt me vervolgens uit wat hij hiermee bedoelt. In de praktijk bij land- en tuinbouw leer je verschillende manieren kennen om een kip vast te houden. Bij één van die manieren kan de kip blijkbaar helemaal niet meer bewegen en je spreekt dan van het doodliggen van een kip. Je moet het maar weten! De kip werd nog wat verder bestudeerd en werd dan aan de kant gezet. Konijnen, vissen en schildpadden wachten op hun ontbijt. Ze werden gewogen en hun temperatuur werd opgenomen. Voor alle zekerheid werd ook de hartslag nog maar even gecontroleerd.
Wat vonden ze er zelf van?
Tom Aernouts
‘Het was echt heel leuk om een keer te doen.’ vertellen de jongens vol enthousiasme. ‘Maar we zouden onze eigen richting er toch niet voor willen opgeven. Dat is en blijft nog veel meer ons ding.’ ‘Jammer!’ denken de leerlingen van land- en tuinbouw dan. Want zij hadden immers alleen maar complimenten voor hun twee plotse bezoekers. ‘Wij vinden dat Tom en Chiel goed hebben gewerkt. Ze waren niet bang van de dieren en deden echt heel goed mee. Chiel was zelfs zo enthousiast dat hij met alle dieren op de foto wilde. Ze hebben beiden super gewerkt en vielen niet zo erg op binnen onze richting. Misschien toch nog eens een nachtje slapen over jullie uiteindelijke keuze?!
“Het was net alsof ze het al jaren deden.”
Tekst: Kristien Seels Foto’s: Tinne Vanhoof
39
TEAMBUILDING
in de agrobiotechnische afdeling ("land- en tuinbouw") op dinsdag 24 augustus 2010 Wanneer eind augustus de vruchten nog net niet rijp genoeg zijn om te oogsten, is het tijd voor onze jaarlijkse teambuildingsdag. Bij het eerste ochtendgloren rijden we met twee VITO-bussen richting Leuven. Ons doel: ‘De bodemkundige dienst van België’. Na een koffietje en een theetje vertelt een PowerPointpresentatie er ons alles over. De bodemkundige dienst is een onafhankelijke vzw, een spin-off van de KUL. Ze telt een 100-tal medewerkers die verdeeld zijn over onderzoek, analyse en consulting. De hoofdzetel bevindt zich te Heverlee. Daarnaast zijn er nog afdelingen in Tienen, Roeselare en Waver. Wie dacht dat de activiteiten zich beperken tot België heeft het mis. Tot ver in het Bekken van Parijs en zelfs Bretagne gaan Belgische bodemonderzoekers adviseren. Een bodemstaalonderzoek omvat volgende stappen: 1. de bodemstaalname; 2. de droging van de grondstalen; 3. het zeven van de stalen; 4. het bepalen van de bodemtextuur en de granulaire analyse; 5. de totale analyse naar aanwezigheid van de elementen. Een sterke technologie maakt het mogelijk op korte tijd een volledige analyse te maken van elk bodemstaal. Tot slot geeft de dienst een advies, gericht op de toekomstige teelt van het onderzochte terrein. Al te technische en strak chemische benaderingen worden achterwege gelaten. We kunnen met vertrouwen uitkijken naar het volgende zaaiseizoen: onze bodem is in goede handen.
40
Letterlijk, want de granulaatbepaling gebeurt manueel door ‘de man met de fijngevoelige handen’. Een analyse van je moestuin is misschien wel een aanrader. Je zal versteld staan hoeveel we aan overbemesting doen. Een bezoek aan de website (www.bdb.be) zal je verduidelijken hoe je dit eenvoudig zelf kan doen. Verder vind je er nog tal van andere nuttige informatie.
Tijd om de kop uit het zand te halen en een oord te zoeken om de innerlijke mens te versterken. Echte teambuilders hebben hun picknick bij. De binnentuin van het kasteel van Arenberg lijkt ons wel een geschikte plaats om de inwendige mens te versterken. Na een aperitiefje worden de broodzakken geopend en schenken we thee en koffie. Dat smaakt in open lucht!
Na een prachtige wandeling doorheen het park worden de bussen terug gestart. Aansluitend op het domein van Arenberg vinden we het Meerdaalbos. Het reikt tot over de taalgrens. Nochtans treffen we weinig communicatiestoornissen aan tussen de bewoners van dit prachtige natuurgebied.
Willy, de gids, leidt ons doorheen de mooiste delen. We voeren metingen en boomboringen uit. Willy maakt belangrijke opmerkingen en stelt moeilijke vragen, maar we zijn alert. De Amerikaanse eik overwoekert onze inlandse eik wanneer we niet ingrijpen in het bos. Sequoia’s waaien niet om en hebben dit niet alleen te danken aan hun stevige wortels. De reden van dit alles komen we te weten. Leerkrachten leren ook en weten dus echt niet alles.
41
Na een verpozing op een plaatselijk terras sluiten we de leerrijke dag af met een fijne streekgebonden maaltijd. Het smaakt weeral. Een ‘elite’-team kan de uitdaging van het nieuwe schooljaar weer aan. Een dankwoordje aan de organisator-teamleider van deze dag is hier zeker niet misplaatst. Hij blijft ook altijd bereikbaar voor iedereen. We kijken uit naar wat volgend jaar gaat brengen.
onderaan, v.l.n.r.: Tim Martens, Frans Snoeys, Tinne Vanhoof, Kristel Mertens, Wim De Cordt, Jos De Schutter, Marc Van Genechten 2e rij: Jef Verheyen, Charlie Dhaenens, Bart Hollevoet, Marc Op de Beeck, Ben Van Akeren, Bart Van Heetvelde en Jos Servaes (staand)
Tekst en foto’s: Jos Servaes
42
Middagsport Volleybal 7° jaren
PROFICIAT BRB7A
Tekst en foto: Kristof Bouvé
43
Oude liefde roest niet… Een aantal weken geleden kwam er plots een e-mail binnengeslopen van twee oude bekenden. Dirk De Nijs en Jan Cools (TEM6, 2004) hadden het plan opgevat om nog eens bij te praten, lachen en drinken onder het mom van een klasreünie.Wonder boven wonder werd ook dat andere ras -ook wel leerkrachten genoemd- uitgenodigd om deel te nemen aan dit festijn in de ‘Antwerp Bowling’. Nieuwsgierig als we zijn, hebben we met z’n vieren besloten om op de uitnodiging in te gaan. Ferdinand Van der Avoort, Stijn Slegers, Ingrid Vermeiren en Ruth Dockx waren op die bewuste avond op 29 oktober van de partij om een heus potje te bowlen. Zelfs de spuuglelijke en onelegante bowlingschoenen konden ons niet tegenhouden. Dat het een geslaagde avond werd, is het minste wat gezegd kan worden: de opkomst was talrijk, de sfeer zat direct goed, de verhalen kwamen vlot naar buiten en de pintjes gingen vlot naar binnen. Na de gebruikelijke ‘Waar werk jij nu?’ en ‘Wat doe jij tegenwoordig?’, kwamen al snel de herinneringen aan Vito boven en leken we terug in de tijd te zijn gebeamd. Voor ons was het ontzettend leuk om te zien wat er na 6 jaar van de leerlingen is geworden. En geloof me vrij, het is goed afgelopen voor iedereen. Alle mannen hebben hun weg gevonden in het leven en dat gaf ons toch wel een zeker gevoel van trots. Tevens was het treffend om te zien hoe weinig de meesten veranderd waren. Sommigen waren natuurlijk wel een pondje zwaarder en we tellen ook geen grijze haren, maar verder waren de meesten bevrijd van jeugdpuistjes en andere pubergebreken en leken ze gewoon nog op de jongens van toen. Samen met de herinneringen kwam natuurlijk ook de evaluatie. Voor de oud-leerlingen was hun schooltijd in Vito toch iets om positief op terug te blikken. Ze hadden warme en prettige herinneringen aan onze school én aan de leerkrachten. Zo zie je maar: oude liefde roest niet. Althans, de platonische variant toch niet. Tekst en foto’s: Ingrid Vermeiren en Ruth Dockx
44
2003
zittend van links naar rechts: Rob Van Hasselt, Dirk Hendrickx, Tom Vermeiren, Pieter-Jan Proost, Wim Joosen, Wim Hofmans, Nick Van Hemelen middelste rij: Benny Mertens, Dominique Bruyninckx, Dirk de Nijs, Koen Van der Sloot, Bram De Rop, Wim Neeckx bovenste rij: Hans Van Dyck, Jan Cools, Wim Bartholomeeusen (†)
2010
45
Wie is het CLB?
H
et CLB of het centrum voor leerlingbegeleiding werkt voor leerlingen, ouders en leerkrachten. Jullie kunnen met elke vraag bij ons komen. Als het nodig is, verwijzen wij jullie wel door.Wat belangrijk is, is dat wij enkel in actie schieten wanneer ouders, de school of de leerlingen zelf een vraag stellen. We werken op de school met een CLB-team. Dit team bestaat uit verschillende mensen met elk hun eigen opleiding, voorkennis en discipline die samenwerken. In VITO zijn de volgende CLB-collega’s werkzaam:
An Van Herck
46
Dorien Roelen
(
[email protected])
(
[email protected])
Aanspreekfiguur voor de leerlingen van de 1ste en 2de graad
Aanspreekfiguur voor de leerlingen van de 3de graad
Tinne Lambrechts
Bieke Vandeweyer
(
[email protected])
(
[email protected])
Sociale begeleidingen
Sociale begeleidingen
Maaike Van der Moeren
Caroline Piette
(
[email protected])
(
[email protected])
Medische begeleidingen (verpleegkundige)
Medische begeleidingen (dokter)
Waarvoor kan je bij ons terecht? Wij werken rond 4 domeinen: preventieve gezondheidszorg, psychisch sociaal functioneren, onderwijsloopbaanbegeleiding en leren en studeren. De leerlingen van het 1ste en 3de jaar komen verplicht op medisch onderzoek. Buiten het medisch onderzoek bieden wij ook de aanbevolen vaccins aan. Bovendien kunnen we ook ondersteuning bieden bij individuele vragen over onderwerpen in verband met gezondheid zoals voeding, seksuele voorlichting, hygiëne, groei,…. Men kan ook bij ons terecht voor vragen over het zich goed voelen. We werken bijvoorbeeld rond faalangst, rond pesten en gepest worden, rond verliefdheden en rond problematische thuissituaties. Als leerlingen spijbelen, zijn we verplicht een begeleiding op te starten. Deze kan NIET geweigerd worden. Daarnaast werken we ook rond de studiekeuze van de leerlingen. Vooral in het 2de en het 6de jaar wordt er een project opgezet om de jongeren te begeleiden naar een goede studiekeuze. Maar ook in de andere jaren kan er altijd een individueel gesprek rond de studiekeuze of motivatie plaatsvinden. Sommige onderzoeken die te maken hebben met het leren en functioneren op school: leerproblemen (vb. dyslexie, dyscalculie), gedragsproblemen, vragen rond intelligentie,… We stellen een diagnose van leerproblemen en leerstoornissen. Hiervoor gaan we in overleg met de verschillende betrokken partijen (ouders, school, leerling) om op die manier een duidelijk beeld te krijgen over de moeilijkheden van de leerling. Indien nodig wordt er verder onderzoek gedaan.
Nog enkele algemeenheden: • • • •
CLB’s zijn gebonden aan het beroepsgeheim. Als wij een vraag van ouders of een leerling krijgen, zullen we enkel in overleg de school contacteren. Een leerling ouder dan 12 jaar heeft het recht om te vragen zijn ouders niet in te lichten over een gesprek. De dienstverlening van het CLB is altijd volledig gratis. Jullie kunnen ons telefoneren, mailen of langskomen voor een gesprek. Om bij de juiste persoon terecht te komen, maken jullie best een afspraak.
CLB Hoogstraten Gravin Elisabethlaan 2 2320 Hoogstraten 03/3143970 www.clb-kempen.be
Tekst: An Van Herck Foto’s: Joke Lauwerysen en CLB
47
Geweldig Gelmeldige Reacties Heb met grote ogen en bijna open mond bewonderenswaardig toegekeken. Heb toch al heel wat gezien op theatervlak en zo, van het meest extravagante tot het heel klassieke Vond wat jullie brachten geweldig knap gedaan, op alle vlakken. Dat “amateurs” tot zo iets in staat waren, had ik eigenlijk niet voor mogelijk geacht. Ik zag toch ook wel dat Jos Dom regisseur was......... en dat heeft er wellicht ook toe bijgedragen dat het wat scenografie betreft ook echt wel geweldig was............... want Jos Dom is nu ook wel niet de eerste de beste op dit vlak denk ik dan... Jef Belmans (toeschouwer) Het was een hele belevenis om aan zo’n spectakel mee te werken! Aanvankelijk was het niet zo groot voorzien, maar het groeide en groeide tot een evenement waar zo veel enthousiaste mensen aan meewerkten. Alleen voor de vriendschap en de gezelligheid was dit project al geslaagd. Ik heb veel nieuwe mensen leren kennen en waarderen en vele talenten ontdekt. Aan het decor is lang en hard gezwoegd door vele vrijwilligers en daarom waren we zeer blij dat Vito een helpende hand reikte. Eerst de mooie uitwerking van de troon (hartelijk dank Fons en de leerlingen) en nadien de redders in nood bij de zwaarden. Al bij al een fijne tijd om aan terug te denken en wie weet?!!! Lieve ( decorontwerpster)
G E L M E L
Acteur Sander Christiaensen (LA1G) omringd door BHT5A, makers van de troon
Ik vond het geweldig om aan zo’n project te mogen meewerken, niet wetende wat het resultaat zou worden. Het was heel fijn om met heel onze familie (9) te kunnen meedoen en deel uit te maken van zo’n enthousiaste vriendenkring. Naar het einde toe werd de spanning me verschillende keren te groot. Ook de spontaniteit van de jeugd deed me veel plezier, zoals een meisje uit Schoten (zingend bij scala) die uit eigen beweging toi-toi presentjes aan iedereen(200) uitdeelde. Ook de spontane medewerking van Vito deed me veel deugd, dank jullie wel.Al de vele overweldigende, positieve reacties nu, geven een meerwaarde aan onze musical. Zoiets smaakt naar, nog... Leo ( oud -lkr) Ik heb zot kunnen doen op een podium, kennis gemaakt met de Vikingen, ben neergestoken door Gelmel, gestorven en terug opgestaan voor te feesten. Alleen in stilte van de stelling gaan, zat er voor mij niet in. Iedereen hoorde me al van ver aankomen met mijn rinkelende narrenpak. Bart Buyens
ewoon fenomenaal fantastisch ! Gelukzalig Gevoel bij iedereen !
en onvergetelijke ervaring! Een warme bravo voor Ann Leemans
ieve Boeykens en haar decorploeg : prachtige mensen die prachtig werk hebben geleverd tot in de laatste week nog “even” een aquarel maken! Schitterend ! edewerkers voor en achter de schermen : ongelooflijk wat jullie hebben gedaan ! Bedankt Peter, Maarten, Inge , enz….
énzelfde doel voor ogen, één geheel, samen ervoor gaan! Met meer dan 250 acteurs en zangers en 50 muzikanten een samenhorigheid kunnen creëren: Enig en uniek ! Bravo voor Hans, Jos evenslang blijft dit uniek gebeuren in ons. De verbondenheid, de samenhorigheid, de verschillende generaties samen => ZALIG ! Chris Aerts, een Brabantse vrouw
48
• • • • • • • • • •
Heel veel enorm vriendelijke helpende handen Gezellige bar Prachtig decor Indrukwekkende beeld- en lichteffecten Verrassende combinatie heden en verleden Oorstrelende muziek Zang om kippenvel van te krijgen Ongelooflijk veel enthousiaste kindjes Prachtige kledij Geweldig spektakel
KNAP ! Ik heb genoten van het eerste tot het laatste moment BEDANKT! Anja Cautereels ICT ( toeschouwer) Een dikke proficiat. Genoten van de eerste tot de laatste noot. Met kippenvelmomenten. Veronique Laeveren (toeschouwer)
“Zeer leuk om mee gemaakt te hebben. Kippenvel momenten tijdens sommige scènes. En vollenbak genieten tijdens de staande ovatie! Het was gewoon gelmeldig!” Joren Thys TEE 6
Vanaf dat je binnenkwam voelde je een zeer warme sfeer van samenhorigheid en iedereen deed zijn taak met plezier . Roos Stessels Gelmel, de musical was fantastisch. Een niet te missen spektakel. Natuurlijk ben ik als mama van 2 Noorse kindjes supertrots op hen, maar zeker ook op de hele ploeg! Proficiat aan alle medewerkers! Bie Fransen ( mama van 2 Noorse kindjes)
Waar moet ik eigenlijk beginnen? De ervaringen zijn zo overweldigend! Begin ik een jaar geleden toen we voor ’t eerst de muziek onder ogen kregen en een poging deden om de (hoge) noten er uit te persen? Of toen we later alle koren samenvoegden en zo alles samen doorzongen… dat was het begin van die “Gelmelband” die er ontstaan is… Nog later kwam er een orkest bij… daar waren dan die eerste kippenvelmomenten en de tranen van ontroering! En toen was daar die regisseur en de danscoach en begon het werk op het podium, … Er werden “Gelmel-gezinnetjes” gesticht, het werd duidelijk wie de vikingen waren (ja, mannen met baarden!) en wie de Brabanders waren. Gelmel werd een echte Gelmel… Na al die vele geweldig leuke repetities was het zover…. Dé opvoeringen. Die ervaring vergeet ik nooit meer! De puzzel paste! Decor, muziek, toneel, zang, enthousiasme, vriendschap, plezier,… Ons harde werk werd beloond… en iedereen genoot.
Annemie Ooms
VITO-CAST: vooraan: Bart Buyens, Roos Stessels, Annemie Ooms, Chris Aerts, Leo Seeuws (oud-lkr) achteraan: Mathieu Wuyts (TEE3), Daniël Bellens ( TEE5) en Joren Thys (TEE6)
49
Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas (Te te te te tem) pampas ! Op de VITO bestaan reeds veel legendes En Jef Huet, die is daar eentje van, Hij leert de gasten, hard lopen en hoog springen, Hij is ook zelf, een heel sportieve man. Zie hem daar staan, een leraar uit de duizend, Heel graag gezien, een vriend voor iedereen, Zowel voor ons, als voor ons toffe gasten, Is onze Jef alvast een nummer 1. Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas (Te te te te tem) pampas ! En naast het geven van L O op de VITO, Kom j’hem ook tegen, met z’n camera, Hij is al jaren de vaste fotograa-aaf, Hij is een topper, maar met pensioen weldra. Oh ja, oh ja, hij gaat nu met pensioen, Hij gaat genieten, samen met z’n vrouw, Hij slijt z’n dagen, dan niet meer op de VITO, Maar we zijn zeker, hij blijft ons wel trouw. Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas (Te te tem) pampas ! Jawel, jawel, u hebt niet misbegrepen, Dit refrei-ein gaat over de Pampas, Een and’re naam voor, Jef Hu-et Is witte Je-ef Is witte Je-ef Is witte Je-ef, van de Pa-ampas Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas Pa papa pa papam pas (Te te te te tem) pampas !
50
oplossing breinbreker
OplossingVROEGER EN NU , vitoke mei 2010 1 - F 2 - C 3 - B 4 - H
5-A 6-D 7-G 8-E
51
27 - 05 - 2011 Wie die datum nog niet in haar/ zijn agenda heeft staan, moet daar dringend werk van maken. Die dag strijkt namelijk een echt festival in onze school neer. Met bekende artiesten op een groot festivalpodium, een extra podium voor dj’s van deze school, met professionele licht- en geluidseffecten, met meer dan alleen maar muziek, …TMF-StressFactor! De leerlingenraad heeft ervoor gezorgd dat het evenement hier kan doorgaan, maar professionals zijn ze natuurlijk nog niet. Gelukkig ondersteunt TMF het project; zij zorgen voor de technische kant: de projectcoördinatie en de ingewikkelde administratie. Ze gaan ook de leerlingenraad omscholen tot festivalorganisator en brengen de media op de hoogte. Het werk op het terrein is voor ons. De leerlingenraad promoot het festival en bereidt het zo veel mogelijk zelf voor. Op de dag zelf staan er mensen mee in voor de techniek en het geluid, zelfs voor de energievoorziening! Anderen vangen de artiesten op en verzorgen de catering, drank- en etensstands moeten bemand worden, er wordt ook een hoop randanimatie voorzien. Achteraf wordt alles natuurlijk weer afgebroken en moet het terrein terug worden omgevormd tot school. Het zal een hels karwei worden om dat alles tot een goed einde te brengen, en het zal vooral veel inzet vragen van alle betrokken partijen. Gelukkig is VITO een grote school en kan het werk in kleinere taken verdeeld worden. Zelfs wie het niet ziet zitten om die 27ste de handen uit de mouwen te steken, kan meedoen met de activiteiten die tijdens het schooljaar georganiseerd worden. Zo kon je al mee de affiche bepalen en worstenbrood eten. Er volgen nog acties, de leerlingenraad zal je op tijd inlichten. Mensen die graag actief willen meewerken, kunnen aansluiten bij een werkgroep. Daarin zullen leerkrachten en leerlingen samen instaan voor de backstage, de catering, de techniek en er zullen ook stage-hands nodig zijn. Een unieke kans om een dag mee te draaien met een professioneel muziekfestival, en om Vitomedemensen anders te leren kennen! Doen dus.
Bezoek ook zeker de website www.stressfactor.be voor meer informatie. Voel je het kriebelen en wil je graag meedoen, neem dan contact op met de kernwerkgroep: JorenThys (TEE6), Stef Schrijvers (TEE3), Lorenz Adriaensen (TEE6) , Mevr. Laeveren en Mevr.Van Leuven. Je kan het ook altijd aan je titularis vragen.
www.vito.markdal.be