Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland MECC Business Center P3 Gaetano Martinolaan 85 (7) 6229 GS Maastricht Postbus 1102, 6201 BC Maastricht Tel.: +31 (0)43 - 3089 100 Fax.: +31 (0)43 - 3089 109 Web: www.smurfitkappapensioen.nl Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken onder nummer 32077105
Verslag over het boekjaar 1-1-2008 t/m 31-12-2008
2
Inhoud
Meerjarenoverzicht
Pagina 5
Bestuursverslag Pensioenen algemeen
7
Ontwikkelingen in 2008
7
Beleggingen algemeen
11
Ontwikkelingen in 2008
11
Profiel en organisatie
14
Risicoparagraaf
17
Premiebeleid
20
Toeslagbeleid
21
Beleggingsbeleid
22
Pensioenbeleid
27
Financiële positie van het Pensioenfonds
29
Verzekerdenbestand
34
Bestemming van het saldo
35
Verslag verantwoordingsorgaan Verklaring Verantwoordingsorgaan
37
Reactie van het bestuur
37
Jaarrekening
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
Balans per 31 december
40
Staat van baten en lasten
42
Kasstroomoverzicht
44
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
45
Financiële risico’s
47
Toelichting op de balans per 31 december
49
Toelichting op de staat van baten en lasten
55
3
Pagina
Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum
61
Financiering
61
Resultaatbestemming
61
Uitvoering
62
Actuariële verklaring
63
Accountantsverklaring
64
Bijlagen Beleggingsoverzichten
4
65
Meerjarenoverzicht
2008
2007
2006
2005
2004
Aantallen
Deelnemers
2.186
2.259
2.359
2.941
3.036
Gewezen deelnemers
1.085
1.117 *)
1.382
862
830
Pensioengerechtigden
804
952
881
854
800
Fluitgerechtigden
207
176
162
144
136
Financiële gegevens
(in duizenden euro)
Technische voorzieningen
Voorziening pensioenverplichtingen voor
*)
risico fonds
352.860
282.832
300.148
294.168
264.124
Herverzekeringsdeel technische voorzieningen
835
882
988
1.121
1.238
353.695
283.714
301.136
295.289
265.362
Overige technische voorzieningen
Voorziening langdurig zieken
1.946
0
0
0
0
Toekomstige aanpassing sterftetafels
0
0
1.501
1.471
0
1.946
0
1.501
1.471
0
27.959
27.763
29.226
24.327
19.547
Voorziening pensioenverplichtingen voor
risico deelnemers
Reserves
Algemene reserve
-34.979
23.147
9.962
0
4.213
Beleggingsreserve
0
49.015
60.615
47.506
27.573
-34.979
72.162
70.577
47.506
31.786
Bijdragen voor risico fonds
17.807
17.789
18.974
18.328
19.096
Pensioenuitkeringen
14.711
12.957
11.457
10.408
9.357
*)
Tot en met boekjaar 2006 heeft de registratie van de bij Aegon verzekerde deelnemers plaatsgevonden op basis van polisnummers, waardoor dubbeltellingen hebben
plaatsgevonden. Vanaf boekjaar 2007 is dit gewijzigd en worden deze aantallen op persoonsniveau geteld.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
5
2008
2007
2006
2005
2004
Beleggingen voor risico fonds
Belegd vermogen 1)
290.428
342.946
360.984
344.127
285.475
Beleggingsopbrengsten 2)
-38.067
57
25.766
44.306
23.680
Rendement o.b.v. total return
-10,80%
0,62%
7,00%
14,30%
8,60%
FTK Dekkingsgraad 4)
90,11%
125,51%
121,20%
Vereiste FTK dekkingsgraad
117,80%
115,70%
121,80%
APP Dekkingsgraad 4)
123,40%
3)
116,10% 5)
112,00%
1)
Dit is exclusief lopende intrest en liquiditeiten (2008: € 22.274) en inclusief de onder de kortlopende schulden gepresenteerde beleggingen met een negatieve waarde op
balansdatum.
2)
Tot en met boekjaar 2006 betreft dit zowel de beleggingsopbrengsten voor risico fonds als de beleggingsopbrengsten voor risico deelnemers. Het aandeel van de deelnemers
bedraagt in deze jaren: 2006: € 1.718 ; 2005: € 2.530 ; 2004: € 788.
3)
Total return houdt in dat niet alleen wordt gekeken naar de directe opbrengsten, zoals uitkering van rente en dividenden, maar ook naar de zogenoemde indirecte opbrengsten in
de vorm van waardeveranderingen van beleggingen (koersresultaten).
4)
De dekkingsgraad werd tot en met boekjaar 2007 als volgt berekend: reserves plus voorziening pensioenverplichting eigen rekening en overige technische voorzieningen gedeeld
door voorziening pensioenverplichting eigen rekening en overige technische voorzieningen. Met ingang van boekjaar 2008 wordt het totaal van de reserves plus de technische
voorzieningen voor risico fonds (incl. herverzekerd deel) gedeeld door de technische voorzieningen voor risico fonds.
5)
De APP dekkingsgraad ultimo 2005 is gebaseerd op een voorziening op basis van de rentetermijnstructuur ultimo 2005 (is gemiddeld 3,7 %). In de boekjaren 2004 en 2006 was deze
gebaseerd op een voorziening op basis van 4 % rekenrente. Vanaf 2007 is het FTK van toepassing en wordt gerekend met de rentetermijnstructuur die ultimo jaar geldt.
6
Bestuursverslag
Pensioenen algemeen
ontwikkeling van de marktrente. Door een sterke daling van deze rente moest de voorziening pensioenverplichtingen
Ontwikkelingen in 2008
hoger worden gewaardeerd, hetgeen vervolgens leidde tot een verdere daling van de dekkingsgraden. Vele pensioen-
Algemeen
fondsen kwamen in een situatie van een reservetekort of
De Nederlandse pensioenwereld werd in de eerste helft
onderdekking terecht.
van 2008 vooral beheerst door de invoering van de
In het hoofdstuk “Beleggingen Algemeen – Ontwikkelingen
Pensioenwet en de nasleep daarvan in de vorm van talloze
in 2008” wordt nader op het voorgaande ingegaan.
aanpassingen in samenhangende wet- en regelgeving. Bij vele pensioenfondsen kon het eigen implementatie-
Verder passeerden gedurende 2008 talloze “kleinere”
proces, met instemming van De Nederlandsche Bank, pas
onderwerpen de revue, waaruit in het hierna volgende een
in het eerste kwartaal van het onderhavige verslagjaar
kleine greep. Een overzicht van een belangrijk jaar.
worden afgerond, met als sluitstuk de aanpassing van de actuariële en bedrijfstechnische nota. Het grootschalige
Pensioenwet
wetgevingsproces kreeg daarna te maken met een nasleep
Met de aanvaarding van de Pensioenwet, eind 2006,
van enkele resterende onderwerpen die nog om nadere
stond 2007 in het teken van de uitwerking van de wets-
regelgeving vroegen. Zo bleek het nodig dat een groot
bepalingen voor het pensioenfonds. De wetgever heeft
aantal technische onvolkomenheden in de Pensioenwet
aangegeven wanneer de verschillende artikelen van de
moest worden gerepareerd. Dit werd gerealiseerd bij de
Pensioenwet in werking treden. Na publicatie van wet en
zogenaamde Veegwet Pensioenwet. Daarnaast kwam de
uitvoeringsbesluiten stonden nog nadere beleidsregels
regelgeving met betrekking tot het toeslagenlabel en de
van De Nederlandsche Bank in 2008 op het programma. De
consistentie-eis ten aanzien van de voorwaardelijkheid van
Tweede Kamer heeft de regering verzocht om twee jaar na
de toeslagverlening tot een voltooiing.
de inwerkingtreding van de Pensioenwet het dubbele toezicht, De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële
In schril contrast met de hiervoor genoemde pensioen-
Markten, te laten evalueren. De Autoriteit Financiële
technische vervolmaking van het wettelijke kader werd in
Markten neemt deze evaluatie op zich.
de tweede helft van het verslagjaar –maar met name in het laatste kwartaal– de gehele financiële wereld geconfron-
Veegwet Pensioenwet
teerd met een ongekende kredietcrisis. De crisis begon in
Om “foutjes” in de Pensioenwet te corrigeren is inmiddels
de Verenigde Staten, maar breidde zich wereldwijd als een
een “Veegwet Pensioenwet” opgesteld. Het ministerie van
inktvlek uit. Diverse Amerikaanse hypotheekbanken, zaken-
Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft daartoe reacties
banken en verzekeraars stortten als een kaartenhuis in en
uit het pensioenveld verzameld, daarbij geholpen door
sleurden in hun val hun aandeelhouders mee. Eens te meer
de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen. De
bleek de grote continentenoverschrijdende verwevenheid
wijzigingen treden met terugwerkende kracht tot en met
van deze wereld.
1 januari 2008 in werking. Naast technische reparaties
De turbulentie op de financiële markten heeft uiteraard ook
bevat de Veegwet ook een verlenging van de wachttijd
de positie van de pensioenfondsen geraakt. De kredietcrisis
van twee tot zes maanden voor uitzendcontracten en is
heeft de dekkingsgraden onder grote druk gezet.
de raadpleging van gepensioneerden in het kader van de
Tegelijk met de kredietcrisis speelde de neerwaartse
medezeggenschap iets aangepast.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
7
Financieel Toetsingskader
Toetsingskader” is deze verplichting verder uitgewerkt en
Het nieuwe Financieel Toetsingskader uit de Pensioenwet
is bepaald dat deze analyse tenminste eens in de drie jaar
is in het verslagjaar direct zwaar op de proef gesteld. In
moet plaatsvinden.
eerste instantie klonk er nog een gematigde reactie van
Als hulpmiddel bij de beoordeling heeft De Nederlandsche
De Nederlandsche Bank dat de wetgeving voldoende
Bank een aantal uitgangspunten opgesteld en uitgewerkt
ruimte bood om adequaat te reageren op de onzekere
in een beleidsregel.
tijden. De toezichthouder gaf in een circulaire van
Het eerste uitgangspunt heeft betrekking op de door
13 oktober 2008 aan dat het verstandig was in geval van
het fonds gebruikte parameters en schrijft voor dat dit
een daadwerkelijk reserve- of dekkingstekort en dus
gebruik consistent en realistisch moet zijn. Het beoordelen
vanwege de noodzaak van het opstellen van een lange- of
van de resultaten van de continuïteitsanalyse heeft De
kortetermijnherstelplan geen overhaaste beslissingen te
Nederlandsche Bank in een tweede uitgangspunt vertaald
nemen. Uitdrukkelijk wees De Nederlandsche Bank erop
in een zestal concrete onderwerpen, waarover de analyse
dat pensioenfondsen wettelijk niet verplicht waren hun
inzicht moet verschaffen, te weten:
beleggingsbeleid aan te passen. De toezichthouder achtte
–– de ontwikkeling van de financiële positie op lange
het voorts te vroeg om algemeen geldende uitspraken te
termijn;
doen over de invloed van de kredietcrisis op de indexatie
–– de bepalende factoren voor deze financiële positie;
en premiestelling door pensioenfondsen. Daarvoor was de
–– de financiële risico’s en de kans op het moeten nemen
marktsituatie te onzeker. Ruim een maand later moest De Nederlandsche Bank, als gevolg van een snel verdergaande verslechtering van de
van noodmaatregelen; –– de inzet en toereikendheid van de sturingsmiddelen om de financiële langetermijnrisico’s te beheersen;
dekkingsgraden van pensioenfondsen, in een brief van
–– de verwachtingen over de toeslagverlening, en
18 november 2008 besluiten om meer tijd te geven voor
–– de aannames met betrekking tot financiële rendemen-
het opstellen van herstelplannen. De indieningtermijn
ten, inflatieontwikkeling en bestandontwikkeling.
werd uitgesteld tot 1 april 2009. De toezichthouder was van oordeel dat de volatiliteit op de financiële markten en de
De informatie kan worden weergegeven aan de hand
gebrekkige liquiditeit in meerdere relevante deelmarkten
van grafieken en een sjabloon, die zijn voorzien van een
een goede inschatting van te nemen maatregelen moeilijk
toelichting door het Pensioenfonds. In een bijlage bij de
maakten. Wel moesten de pensioenfondsen doorgaan
beleidsregel zijn daarvoor voorbeelden opgenomen.
met de voorbereiding van noodzakelijke maatregelen uitgaande van realistische aannames.
Toeslagenmatrix
Tenslotte kwam De Nederlandsche Bank in een brief van
De Nederlandsche Bank heeft inmiddels een “Beleidsregel
18 december 2008 met nadere instructies over de wijze
toeslagenmatrix” opgesteld (d.d. 26 februari 2008, Stcrt
waarop de herstelplannen moeten worden aangeleverd.
nr. 42), waarin wordt aangegeven hoe de toezichthouder
De besturen moeten de financiële positie van hun fondsen
haar toezicht op de consistentie-eis (consistent geheel
actief monitoren en deze binnen enkele werkdagen na
tussen gewekte verwachtingen, de financiering en het
afloop van iedere maand melden aan De Nederlandsche
realiseren van voorwaardelijke toeslagen en de communi-
Bank. Illustratief voor de onrust aan het einde van het
catie daarover) wil vormgeven. Hiermee werd voorlopig het
verslagjaar was een snel opkomende discussie over de
laatste stukje regelgeving inzake de Pensioenwet gereali-
werkbaarheid van de rentetermijnstructuur voor de
seerd. De toeslagenmatrix, opvolger van de indexatiematrix
bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen, die
maar nu opgenomen in de Pensioenwet, maakt onder-
door De Nederlandsche Bank weer de kop ingedrukt werd.
scheid tussen verscheidene vormen van voorwaardelijk en onvoorwaardelijk toeslagbeleid en combinaties daarvan.
Continuïteitsanalyse
Voor elke indexatiecategorie wordt het indexatiebeleid, de
Het Bestuur van een Pensioenfonds moet ingevolge artikel
financiering, de reglementering en de wijze van commu-
143 van de Pensioenwet periodiek een continuïteitsanalyse
nicatie voorgeschreven. Ook wordt aangegeven wanneer
uit laten voeren. In het uitvoeringsbesluit “Besluit Financieel
een premiekorting is toegestaan.
8
Toeslagenlabel
Principes goed pensioenfondsbestuur en
Per 1 januari 2009 dienen fondsen in beginsel in hun
medezeggenschap gepensioneerden
communicatie het toeslagenlabel te hanteren. Streven van
Voor het einde van het verslagjaar heeft een onafhankelijk
dit label is om op een eerlijke, toegankelijke, uniforme en
onderzoeksbureau grotendeels de gegevensinzameling
begrijpelijke wijze inzicht te geven in de mate en zekerheid
kunnen afronden, op basis waarvan een evaluatie zal
waarmee de pensioenregeling inflatiebestendig is. Aan de
plaatsvinden van de Principes voor goed pensioenfonds
hand van de continuïteitsanalyse worden de verwachtin-
bestuur en het medezeggenschapsconvenant.
gen omtrent indexatie bepaald en door middel van het
Ondertussen is gebleken dat de medezeggenschap van
label wordt hier een kwalitatief oordeel aan gegeven.
gepensioneerden binnen de organisatie van pensioen
De Autoriteit Financiële Markten heeft besloten om in
fondsen –een onderwerp dat reeds enkele decennia aan-
2009 af te zien van controle op de toeslagenlabel. De
dacht opeist– nog lang niet in rustiger vaarwater gekomen.
toeslagenlabel hoeft dus in 2009 nog niet te worden
Vanuit de Tweede Kamer is in het verslagjaar door de leden
ingevoerd. Voorwaarde hiervoor is dat de deelnemers,
Blok (VVD) en Koser Kaya (D66) het initiatief genomen om
gewezen deelnemers en pensioengerechtigden in het
de positie van de gepensioneerden verder te versterken.
tweede kwartaal van 2009 per brief worden geïnfor-
Door sociale partners is echter verzocht om dit wetsvoor-
meerd over de individuele gevolgen van de kredietcrisis
stel bij de hiervoor genoemde evaluatie te betrekken.
op hun pensioen. De Autoriteit Financiële Markten,
Naar het zich thans laat aanzien zullen de evaluaties en
De Nederlandsche Bank, het Ministerie van Sociale Zaken
wellicht daaruit voortvloeiende beleidsvoorstellen in het
en Werkgelegenheid en de pensioenkoepels hebben een
voorjaar van het volgende verslagjaar aan de orde worden
modelbrief opgesteld, die alle pensioenuitvoerders kunnen
gesteld.
gebruiken om hun deelnemers op begrijpelijke wijze te informeren.
Pensioenregister Op 7 mei 2008 is de Stichting Pensioenregister opgericht,
Uniform Pensioen Overzicht
een samenwerkingsverband van de pensioenkoepels,
Uitgangspunt voor het Uniform Pensioen Overzicht (“UPO”)
verzekeraars en de Sociale Verzekeringsbank. De stichting
is dat dit model tenminste alle informatie dient te bevatten
gaat de ontwikkeling van het Pensioenregister begeleiden.
die wettelijk verplicht moet worden verstrekt. In de loop
Het register gaat alle Nederlandse pensioenregelingen via
van het verslagjaar hebben de pensioenkoepels het
internet ontsluiten.
UPO-model nagelopen op noodzakelijke aanpassingen
Het Pensioenregister geeft een overzicht van alle
aan de Pensioenwet. Vervolgens zijn in augustus 2008 de
pensioenregelingen van een individu. Ook de AOW
bestaande UPO-modellen voor actieve deelnemers (versie
staat erin. Iedereen weet zo dus wat hij of zij totaal aan
2007) geactualiseerd, mede in verband met de nieuwe
oudedagsvoorziening krijgt. Het register laat bovendien
Pensioenwet. Bovendien zijn vier nieuwe UPO-modellen
zien waar het pensioen is opgebouwd en waar je terecht
toegevoegd:
kunt voor meer informatie.
–– voor slapers (minimaal één keer in de vijf jaar te
Uiterlijk op 1 januari 2011 dient de implementatie van het
verstrekken); –– wegens stoppen met werk in verband met
Pensioenregister afgerond te zijn, waarbij alle pensioenuitvoerders aangesloten zijn.
pensionering; –– voor gepensioneerden (minimaal één keer per jaar), en
Nationaal pensioendebat
–– wegens uitdiensttreding.
Al in december 2007 had de Tweede Kamer verzocht om een maatschappelijk debat over de toekomst van met
Overwogen wordt om een UPO in geval van arbeids
name de aanvullende pensioenen en de uitvoering van
ongeschiktheid te ontwerpen.
pensioenregelingen. Uiterlijk eind 2008 wenste de Kamer uitsluitsel over de uitkomsten van het debat en de beleidsmatige conclusies die de regering daaraan verbindt. De minister verzocht de Sociaal Economische Raad om het debat te voeren en de uitkomsten uiterlijk 1 oktober 2008
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
9
te melden. Het debat zou zich moeten concentreren
In het verslagjaar is een onderdeel van deze instelling
op de vraag naar houdbaarheid van het pensioenstelsel
daaruit gelicht en met voorrang behandeld. Minister
op langere termijn (betaalbaarheid, uitvoerbaarheid en
Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft
handhaafbaarheid).
een wetsvoorstel gereed, waarbij een (Nederlands)
In het najaar van 2008 zijn debatten georganiseerd met
pensioenuitvoeringsvehikel wordt opgetuigd, waarmee
burgers, pensioenuitvoerders en deskundigen over de
buitenlandse defined contribution regelingen kunnen
vraag hoe het pensioenbewustzijn kan worden vergroot.
worden uitgevoerd. In het volgende verslagjaar moet deze
Hieruit bleek dat op dit gebied al veel gedaan wordt, maar
uitvoeringsvorm zijn wettelijke beslag krijgen.
dat het moeilijk is Nederlanders voor hun pensioenregeling
De tot nu toe ontwikkelde algemene pensioeninstelling
te interesseren. Bovendien hebben mensen moeite met
blijkt de mogelijkheid te bieden om deze instelling louter
het verzamelen en verwerken van de informatie over hun
voor “binnenlands” gebruik aan te wenden. Bijvoorbeeld
pensioen. Ook spelen emotionele overwegingen vaak een
door kleine ondernemingspensioenfondsen.
rol bij keuzes en besluiten op dit gebied. Het is daarom
Als reactie daarop heeft de Stichting voor Ondernemings
van groot belang dat de pensioeninformatie makkelijk
pensioenfondsen in het onderhavige verslagjaar aandacht
te begrijpen is en wordt toegespitst op doelgroepen.
gevraagd voor een in zijn ogen meer urgente kwestie, de
Informatie komt ook beter over als deze aansluit bij
mogelijkheid voor ondernemingspensioenfondsen om
belangrijke gebeurtenissen in het persoonlijke leven.
hun zelfstandigheid te bewaren door het wettelijk toestaan van samenwerking tussen deze fondsen onderling. Door
Autoriteit Financiële Markten
samenwerking kunnen met name kleinere ondernemings-
Met de inwerkingtreding op 1 januari 2008 van de Wet op
pensioenfondsen een bepaalde schaalvergroting en daar-
het financieel toezicht is de generieke vrijstelling van het
mee efficiëncy bereiken, zonder genoodzaakt te worden
toezicht door de Autoriteit Financiële Markten komen te
tot overschakeling naar andere uitvoeringsvormen zoals via
vervallen. Dit betekent dat alle pensioenfondsen die op
verzekeraars.
grond van het transactievolumecriterium van € 20 miljoen, onder het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten
Europese pensioendossiers
staan en –na een overgangstermijn van een half jaar– vanaf
In het verslagjaar kon geen noemenswaardige voortgang
1 juli 2008 de nodige maatregelen moeten hebben door-
in de Europese pensioendossiers worden gemeld. De
gevoerd. Voor fondsen die reeds in 2007 onder toezicht
conceptrichtlijn “Portability” stuitte op verzet van meerdere
van de Autoriteit Financiële Markten stonden, geldt de
lidstaten en kon vanwege de vereiste unanimiteit voor
overgangstermijn niet. In het kader van haar toezicht heeft
aanvaarding in zijn huidige vorm en inhoud niet verder
de Autoriteit Financiële Markten de Pensioenfondsen
worden gebracht. “Solvency II” blijft als een zwaard van
gevraagd een zogenaamde zelfanalyse uit te voeren inzake
Damocles boven de pensioenfondsensector hangen. De
de wijze van beheersing van het financiële toezicht op het
discussie of het toezichtkader voor verzekeraars ook zou
Pensioenfonds. Ook werd een zelfanalyse gevraagd op het
moeten gelden voor pensioenfondsen blijft bij tijd en wijle
gebied van de informatievoorziening en zorgplicht.
opspelen. In dit kader is wel een technische aanpassing van de Pensioenfondsenrichtlijn in de maak.
Algemene Pensioeninstelling Nederland wordt binnen de Europese Unie wel eens
Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering
getypeerd als “gidsland op pensioenterrein” vanwege de
Het Bestuur van de Stichting Financiering Voortzetting
decennialange kennis en ervaring op het gebied van de
Pensioenverzekering heeft eind 2005 besloten de tege-
organisatie en uitvoering van kapitaalgedekte pensioen-
moetkoming in de pensioenopbouw voor werkloze
voorzieningen. Deze kennis en ervaringen zouden binnen
werknemers op termijn te beëindigen. Door gunstige
een Europese, interne markt van pensioenuitvoerings
beleggingsresultaten in het afgelopen boekjaar en een
organisaties veel beter moeten worden benut en ten
afname van de werkloosheid vanwege de gunstige econo-
dienste gesteld aan buitenlandse pensioenregelingen.
mische ontwikkelingen kon de datum van de beëindiging
Om dit te bereiken is door het kabinet-Balkenende de
van de nieuwe instroom van werklozen met een jaar tot
algemene pensioeninstelling geïntroduceerd.
1 januari 2010 worden verlengd.
10
Beleggingen algemeen
begin van het jaar, brak laat in de zomer de paniek wereldwijd uit als gevolg van grote liquiditeitsproblemen in de
Ontwikkelingen in 2008
financiële sector. Dit proces raakte in een stroomversnelling
Na jaren van economische groei en lage rentes, is de wereld
na het faillissement van de grote Amerikaanse zakenbank
in 2008 geconfronteerd met een zeer scherpe daling in de
Lehman Brothers op 15 september 2008. Daarmee
economische activiteit. Van 2003 tot 2007 waren onder
verdween plotsklaps het vertrouwen in het financiële
nemingen in staat vreemd vermogen aan te trekken tegen
systeem en verslechterde de situatie op de kredietmarkten.
lage rente tarieven, waarmee hun winsten en omzetten
Per saldo daalden wereldwijd de aandelenkoersen
konden groeien. In 2007 was de daling van de huizen
ongeveer 40%. Koersdalingen die in de jaren 30 van de
prijzen in Amerika de dominosteen, die een schokgolf
vorige eeuw voor het laatst werden waargenomen. In
teweeg bracht in de financiële sector en vervolgens in
deze koersval was er geen plaats om te schuilen. In alle
de loop van 2008 in de reële economie. Liquiditeit in het
sectoren evenals in alle regio’s stonden aandelen onder
bankwezen was opeens schaars, kredietverlening werd
zware druk. De Amerikaanse S&P500 daalde 38%, de
door banken drastisch teruggeschroefd en daardoor
Europese DJ Eurostoxx daalde 44% en de Japanse Nikkei
kwamen zelfs gezonde bedrijven in acute liquiditeits
225 daalde 42%. Aanvankelijk hadden de opkomende
problemen, waarmee een wereldwijde economische crisis
aandelenmarkten weinig last van de koersdalingen, echter
zich na de zomer van afgelopen verslagjaar in recordtempo
vanaf mei nam ook daar de bezorgdheid toe als gevolg van
ontvouwde.
de wereldwijde groeivertraging en problemen op enkele valutamarkten. Per saldo daalden de aandelenkoersen in
In de periode 2003-2007 profiteerden bedrijfsobligaties,
opkomende landen 47% in 2008, met dalingen van ruim
gestructureerde producten, private equity, grond
70% in China en Rusland.
stoffen en een aantal opkomende aandelenbeurzen van de aanhoudende hoge en stabiele economische
Staatsobligaties begonnen het jaar zwak onder invloed
groei in combinatie met een ruime beschikbaarheid
van de oplopende inflatie door hogere grondstoffen
van liquiditeiten tegen lage rentetarieven. Het jaar 2008
prijzen. Vanaf de zomer profiteerden staatsobligaties
betekende hierin een ommekeer en was een zeer slecht
van de verslechterende economische vooruitzichten en
jaar voor risicovolle en illiquide beleggingen. Door de finan-
de risicoaversie onder beleggers. In Europa daalde de
ciële crisis –die begon in de zomer van 2007 als gevolg
10-jaarsrente op staatobligaties van 4,70% in juli naar
van de problemen op de Amerikaanse huizenmarkt–
2,95% in december. De rentespreads op bedrijfsobligaties
raakten wereldwijd steeds meer banken en verzekeraars
stegen door de toegenomen faillissementsrisico’s en de
in problemen. Forse afboekingen op het eigen vermogen
beperkte verhandelbaarheid. Door het faillissement van
vereisten kapitaalinjecties door de overheden en banken
Lehman Brothers in september sloeg de vlam in de pan,
stopten met kredietverlening om zelf te kunnen overleven.
waardoor rentespreads opliepen tot ongebruikelijk hoge
Hierdoor daalde de omloopsnelheid van het kapitaal en
niveaus. Ook de valutamarkten waren volatiel. De Japanse
kwamen veel beleggers en bedrijven in problemen.
Yen profiteerde, terwijl het pond sterling, Canadese dollar en Australische dollar flink terrein moesten prijsgeven. Per
De combinatie van geforceerde verkopen en slechte
saldo versterkte de Amerikaanse dollar ten opzichte van
economische vooruitzichten leidden na de zomer tot
de Euro. Aanvankelijk verzwakte de munt ten opzichte van
forse koersdalingen voor alle risicovolle beleggingen.
de euro, maar later in het jaar profiteerde de Amerikaanse
Als gevolg van het wegvallen van de vraag verminderde
dollar van de crisis op de financiële markten.
de verhandelbaarheid van bedrijfsobligaties, onroerend goed, gestructureerde producten en zelfs valuta’s. Op
Voor pensioenfondsen zet de terugblik op de
de aandelenmarkten bleef de liquiditeit het gehele jaar
ontwikkelingen in het jaar 2008 aan tot het hanteren van
voldoende, waardoor beleggers –die geld moesten
bewoordingen die teleurstelling en negativisme in de
vrijmaken– vooral aandelen verkochten. Hierdoor kwamen
overtreffende trap tot uitdrukking moeten brengen. Zoals
de aandelenmarkten wereldwijd in een ongekende neer-
eerder opgemerkt, hebben deze ontwikkelingen voor de
waartse spiraal terecht. Na een onrustige start aan het
meeste pensioenfondsen geleid tot een ongekende daling
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
11
van hun dekkingsgraad, waardoor Nederland aan het einde
fondsen zijn waar de schade aan de dekkingsgraad voor
van 2008 nauwelijks nog pensioenfondsen kende die zich
méér dan de helft is terug te voeren op de forse stijging van
niet in een situatie van een reservetekort of, erger nog,
de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Alleen
onderdekking bevonden.
een voldoende omvangrijke afdekking van het renterisico,
De kredietcrisis heeft pensioenfondsen aan alle kanten
die ervoor kon zorgen dat de stijging van de waarde van
geraakt en slechts weinigen hebben zich zodanig weten
die pensioenverplichtingen kon worden ‘bijgebeend’ door
te beschermen dat ze relatief ongeschonden deze zware
de beleggingen, had er voor kunnen zorgen dat pensioen-
storm wisten te doorstaan. Aan de ene kant was daar
fondsen van die ontwikkeling slechts in beperkte mate de
de dramatische, wereldwijde koersval op de aandelen-
negatieve gevolgen zouden voelen. Met het oog op de
beurzen. Elk kwartaal van 2008 liet, aangevoerd door de
in de eerste helft van 2008 nog bestaande vrees voor een
instortende koersen van met name banken en verzekeraars,
verder oplopende inflatie, en de daarmee gepaard gaande
een negatieve aandelenperformance zien, waardoor aan
verwachting dat dit in een oplopende rente zou resulteren,
het einde van het jaar bij het opmaken van de balans een
hebben vele fondsen afgezien van een dergelijke afdekking
koersdaling van circa 40% zichtbaar is geworden.
van het renterisico.
En alsof deze ontwikkeling niet al dramatisch genoeg
De rentedaling die zich in 2008 heeft gemanifesteerd,
was, werd de balans van de pensioenfondsen daarnaast
kan worden afgelezen uit onderstaande grafiek. Hierin
ook nog geraakt door de koersdalingen in de sfeer van
wordt de door De Nederlandsche Bank maandelijks
vastgoed en alternatieve beleggingen. Dit werd vooral
gepubliceerde rentecurve getoond die pensioenfondsen
zichtbaar in de tweede helft van het jaar toen de grond
moeten hanteren bij de berekening van de marktwaarde
stoffenprijzen in een vrije val terecht kwamen en allerlei
van de pensioenverplichtingen. De grafiek laat het ren-
andere alternatieve beleggingsvormen, die in de voor-
teniveau zien dat in de markt wordt waargenomen voor
gaande jaren steeds meer aan populariteit wonnen
verschillende looptijden (van 1 tot 60 jaar). De verplichtin-
door hun lage correlatie met de traditionele beleggings
gen aan de deelnemers van het pensioenfonds kennen
categorieën waarin pensioenfondsen belegden, opeens
verschillende looptijden en de dienovereenkomstige
een aantal minder prettige eigenschappen ten toneel
renteniveaus moeten bij de calculatie van de tot de totale
spreidden. Zo bleek de lage correlatie onder de, weliswaar
marktwaarde van die verplichtingen worden gebruikt.
extreme, marktomstandigheden toch minder te zijn en
Lagere renteniveaus leiden ertoe dat de verplichtingen een
bleek de koersvorming in de praktijk vaak mijlenver af te
hogere marktwaarde krijgen. Omgekeerd geldt dat hogere
liggen van hetgeen theoretisch onder normale omstandig-
renteniveaus tot een daling van de marktwaarde van de
heden zou kunnen worden berekend. Vooral een volledig
pensioenverplichtingen leiden.
opgedroogde verhandelbaarheid was debet aan dit laatste fenomeen. De balans van pensioenfondsen, tot uitdrukking komend in de dekkingsgraad, is in 2008 in vele gevallen ook nog minstens zo hard geraakt door de daling van de rente, die mede werd veroorzaakt door beleggers die zich, door hun vlucht uit alles wat met risico werd geassocieerd, alleen nog veilig waanden met beleggingen in staatsobligaties. Deze rentedaling was op zichzelf beschouwd nog positief voor de waarde van de betreffende obligaties, ware het niet dat met de enkele jaren geleden geïntroduceerde marktwaarde van de pensioenverplichtingen de waarde van deze component van de pensioenfondsbalans nog veel harder steeg. Er zullen dan ook heel wat pensioen
12
Ontwikkeling DNB rentecurve
Veel beleggingscategorieën zijn op dit moment zeer aantrekkelijk gewaardeerd. Dat geldt vooral voor sommige
5,5
geldmarktbeleggingen, bedrijfsobligaties en aandelen. De aantrekkelijke waardering van aandelen, ook ten opzichte
5
van veel andere beleggingscategorieën, zal in 2009 steun 31-12-2007
moeten geven. De enorme afwaardering van aandelen
Rente in %
4,5
in 2008 heeft de waarderingsniveaus teruggebracht naar niveaus van tien jaar geleden of zelfs verder terug.
4
Een dergelijke beleggingsomgeving biedt tegelijkertijd ook 3,5
kansen. Er zijn nu meer bedrijven met een sterke balans, die aantrekkelijk zijn gewaardeerd. Dit onder de veronderstel-
31-12-2008
3
ling van een terugkeer van een normaal functionerende krediet- en kapitaalmarkt en een gematigd conjunctureel
2,5
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
Looptijd
herstel in 2010 en in de jaren erna. Per saldo zal 2009 in eerste instantie een moeizaam en volatiel beleggingsjaar worden. Het slechte (bedrijfs) economische nieuws en het negatieve marktsentiment
Samenvattend kan dan ook gesteld worden dat 2008 één
overheersen de financiële markten vooralsnog. Het vooruit-
van de slechtste en meest turbulente jaren voor beleggers
zicht echter dat het economische dal in de loop van 2009
ooit was, waarin de aandelenkoersen wereldwijd bijna 40%
wordt gepasseerd en daarmee de winstgevendheid van
(in euro) daalden, spreads op (hoogrentende) bedrijfsobli-
het bedrijfsleven kan herstellen in 2010, zal aantrekkelijke
gaties naar recordhoogte stegen en enkel Westerse staats-
kansen bieden voor risicovolle beleggingscategorieën.
leningen profiteerden van de behoefte aan veiligheid en liquiditeit bij beleggers, met als gevolg dat de rentes op dit papier (vooral in het vierde kwartaal) sterk daalden. Vooruitzichten voor de financiële markten De verliezen op de financiële markten gingen gepaard met een historisch hoge mate van beweeglijkheid dat een weerspiegeling is van de enorme onzekerheid op de financiële markten. Deze onzekerheid zal in 2009 niet snel verdwijnen. Ten eerste zal de macro-economische omgeving vooralsnog weinig positieve signalen afgeven voor de aandelenbeurzen. Ten tweede zullen ook de winstverwachtingen komend jaar nog onder druk blijven. De prangende vraag is wat de rust op de financiële markten kan terug brengen. Het antwoord lijkt allereerst te liggen in tekenen van stabilisatie in de economie, en in het bijzonder de Amerikaanse huizenmarkt. Tevens is het nodig dat het nu ingezette fiscale en monetaire beleidsinstrumentarium effect laat zien in de vorm van een betere werking van bankwezen en kredietverlening en aangrijpt in het functioneren van geld- en kapitaalmarkten.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
13
Profiel en organisatie De Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland (hierna het Pensioenfonds) is opgericht op 24 november 1999 en statutair gevestigd te Eindhoven en kantoorhoudend te Maastricht. De stichting heeft ten doel het uitvoeren van pensioenovereenkomsten en in het kader daarvan het uitkeren of doen uitkeren van pensioen- of andere uitkeringen aan deelnemers, gewezen deelnemers, aanspraak- en pensioengerechtigden, één en ander overeenkomstig de bepalingen van de geldende statuten en pensioenreglementen. Het Pensioenfonds voert deze taken uit voor de volgende bedrijven:
Ondernemingen
Smurfit Kappa Van Dam Golfkarton B.V.
Smurftit Kappa GSF B.V.
Smurfit Kappa Hermes B.V.
Vestigingsplaats Helmond Oude Pekela Baarn
Smurfit Kappa Nederland B.V.
Eindhoven
Smurfit Kappa Paper Services B.V.
Roermond
Smurfit Kappa Oudenbosch Golfkarton B.V.
Smurfit Kappa RapidCorr Eindhoven B.V.
Eindhoven
Smurfit Kappa Recycling B.V.
Eindhoven
Smurfit Kappa Roermond Papier B.V.
Roermond
Smurfit Kappa Solid Board B.V.
Etten-Leur/Oudenbosch
Nieuweschans,
Coevorden en
Oude Pekela
Smurfit Kappa Trimbach B.V.
Bergen op Zoom
Smurfit Kappa TWINCORR B.V.
Hoogeveen en
Oude Pekela
Smurfit Kappa Vandra Golfkarton B.V.
Oosterhout
Smurfit Kappa Zedek B.V.
Smurfit Kappa MNL De Zeeuw Golfkarton B.V.
Voor de genoemde bedrijven wordt het Smurfit Kappa Pensioenpakket uitgevoerd, bestaande uit: –– het Basispakket; –– het Beleggingspakket; –– het Extra Beleggingspakket; en –– het Pluspakket.
14
Deventer Eerbeek
Dit is het negende jaarverslag van het Pensioenfonds (en haar voorgangers). Het jaarverslag heeft betrekking op het boekjaar 2008. Bestuur en Directie Het Pensioenfonds staat onder leiding van een Bestuur, dat paritair is samengesteld uit werkgevers en werknemers. De werknemersvertegenwoordigers worden benoemd door de Centrale Ondernemingsraad; de Raad van Commissarissen van Smurfit Kappa Nederland B.V. benoemt de werkgeversvertegenwoordigers. Op 31 december 2008 bestond het Bestuur uit de volgende leden: Functie
Naam
Namens
Vanuit
Aftredend
Voorzitter
G.P.F. Beurskens
werkgever
Smurfit Kappa Nederland B.V.
2012
Algemeen lid
S. Stoffer
werkgever
Smurfit Kappa Nederland B.V.
2012
Algemeen lid
E. Vervoort
werkgever
Smurfit Kappa Nederland B.V.
2012
Algemeen lid
G. Nuus
werkgever
Smurfit Kappa Solid Board B.V.
2012
Algemeen lid
W.J. Brantjes
werknemer
Pensioengerechtigden
2012
Algemeen lid
P.R. van Dijk
werknemer
Smurfit Kappa Nederland B.V.
2012
Algemeen lid
Vacature
werknemer
n.v.t.
2012
Algemeen lid
Vacature
werknemer
n.v.t.
2012
In 2009 worden de werknemersvacatures ingevuld.
De heer D. Holtman is in 2008 als bestuurslid afgetreden.
De heer J.A. van Gestel is directeur van het Pensioenfonds
De bestuursleden worden niet betaald voor het uitoefenen
en in dien hoofde belast met de uitvoering van het vast-
van hun functie. Wel wordt aan gepensioneerde bestuurs-
gestelde beleid en treedt op als secretaris van het fonds.
en commissieleden een vacatie- en een onkosten
De heer M.A. Kiewiet is senior manager pensioenen van
vergoeding verstrekt. De vacatievergoeding is vastgesteld
Smurfit Kappa Nederland B.V. en eveneens belast met de
op € 225 per bijeenkomst.
uitvoering van het vastgestelde beleid. Het Bestuur vergadert minimaal twee keer per jaar en Het Bestuur wordt steeds benoemd voor een periode van
verder zo vaak als de voorzitter of twee andere leden van
vier jaar. Het huidige Bestuur is in januari 2005 aangetreden.
het Bestuur dit wenselijk achten.
De zittingsperiode van het Bestuur is ultimo 2008
In 2008 is het Bestuur op 21 februari, 17 april, 4 juni,
afgelopen en verlengd tot ultimo 2012.
12 november en 18 december bij elkaar geweest.
Gedurende 2008 hebben de volgende bestuursmutaties
Beleggingscommissie
plaatsgevonden. De heer S. Stoffer heeft de heer
Het Bestuur kan zich bij het beleggen van de gelden
P.R. van Dijk vervangen als bestuurslid namens de
laten bijstaan door een beleggingscommissie waarvan de
werkgever. De heer P.R. van Dijk treedt nu op als bestuurslid
leden door het Bestuur worden benoemd en ontslagen.
namens de werknemer.
De commissie bestaat uit 5 leden, drie bestuursleden (de heren Beurskens, Stoffer en Van Dijk), de directeur de heer
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
15
Van Gestel en de senior manager pensioenen de heer
van 2009 voor het eerst uitvoeren. De bevindingen zullen
Kiewiet van het Pensioenfonds. De beleggingscomissie stelt
worden opgenomen in het jaarverslag over boekjaar 2009.
in opdracht van het Bestuur een beleggingsbeleidsplan op met richtlijnen voor het vermogensbeheer. Daarnaast
Compliance officer
houdt de commissie contact met de diverse vermogensbe-
De compliance officer bewaakt dat het fonds voldoet aan
heerders. Zij wordt geadviseerd door Prof. Dr. R.M.M.J. Bauer
de voor het fonds van toepassing zijnde actuele wet- en
van Rob Bauer Consultants en Montesquieu Finance &
regelgeving op het gebied van compliance, zoals opge-
Treasury voor de financiële verslaglegging en rapportage.
nomen in de gedragscode en de klachten- en geschillen regeling. In het verslagjaar zijn door de compliance officer
Verantwoordingsorgaan
geen bijzonderheden gemeld.
Het Bestuur heeft met ingang van 1 januari 2008 een Verantwoordingsorgaan ingesteld, bestaande uit drie
Externe dienstverleners
leden. De inrichting en bevoegdheden zijn vastgelegd
Het voeren van de deelnemers-, de financiële en de
in de statuten en zijn vastgelegd in een reglement.
uitkeringsadministratie is uitbesteed aan AZL N.V. (AZL) te
In het Verantwoordingsorgaan worden actieve
Heerlen. AZL verzorgt voor meerdere pensioenfondsen
deelnemers, pensioengerechtigden en werkgever
de administratie waarbij gebruik gemaakt wordt van een
gelijkelijk vertegenwoordigd door één lid. Het Bestuur zal
geautomatiseerd systeem. Belangrijke kenmerken van het
verantwoording afleggen aan het Verantwoordingsorgaan
door AZL gebruikte systeem zijn dat alle verrichte werk-
over het beleid en uitvoering daarvan en over naleving
zaamheden aantoonbaar gecontroleerd worden en dat er
van de zogenaamde “Principes voor goed pensioenfonds
duidelijke functiescheidingen zijn.
bestuur”. Het Verantwoordingsorgaan heeft de bevoegd-
AZL verstrekt jaarlijks een SAS 70-rapportage. Het betreft
heid een oordeel te geven over het handelen, het gevoerde
een rapportage over de resultaten van een SAS 70-audit die
beleid en de beleidskeuzes van het Bestuur aan de hand
bij AZL heeft plaatsgevonden en die gericht is op de opzet
van onder meer het jaarverslag.
en het bestaan van de beheers- en controlemaatregelen,
In dit jaarverslag wordt separaat verslag gedaan van de
processen en procedures van AZL.
bevindingen van het Verantwoordingsorgaan ten aanzien
De administratie van het vermogensbeheer wordt gevoerd
van het door het Bestuur in 2008 gevoerde beleid.
door Kasbank. Het vermogen van het pensioenfonds wordt actief belegd door vermogensbeheerders van goede naam
Intern toezicht
en standing. Het vermogen van het pensioenfonds wordt
Het Bestuur zorgt voor de organisatie van transparant
actief belegd. Per 31 december 2008 was het grootste deel
intern toezicht. Het intern toezicht betreft het kritisch
van het vermogen belegd via Aegon Asset Management,
bezien van het functioneren van het Bestuur door
ING Investment Management, Fortis Investments, Legal
onafhankelijke deskundigen, ten minste één maal in de
& General, Robeco Asset Management en State Street
drie jaar. Het intern toezicht rapporteert na visitatie aan
Global Advisors. De afspraken met de vermogensbeheer-
het Bestuur. Het Bestuur bespreekt het rapport met het
ders zijn vastgelegd in beheerovereenkomsten. Deze
Verantwoordingsorgaan en de bevindingen worden in
overeenkomsten bevatten de regels met betrekking tot
het jaarverslag van het fonds vermeld. Intern toezicht zal
de beleggingen en het beheer daarvan: het beleggings-
plaatsvinden door middel van visitatie. De inrichting en
beleid, de doelstellingen terzake, de beperkingen en de
bevoegdheden van de Visitatiecommissie zijn vastgelegd in
activiteiten van de vermogensbeheerders. De vermogens-
de statuten en in een reglement.
beheerders zijn bevoegd binnen de afgesproken risico-
De Visitatiecommissie beoordeelt de beleids- en bestuurs
kaders van het beleggingsbeleid zonder voorafgaande
procedures en -processen en checks en balances, de wijze
opdracht of toestemming alle handelingen te verrichten
van aansturen, en de omgang met risico’s op langere
die gewenst of noodzakelijk voorkomen.
termijn.
De uitvoering van de beschikbare premie modules is
De Visitatiecommissie zal in de loop van 2009 worden
eveneens opgedragen aan een vermogensbeheerder.
ingesteld en haar werkzaamheden in de tweede helft
16
De pensioenverplichtingen van het pensioenfonds worden
met betrekking tot het beleggingsbeleid bij een externe
geheel in eigen beheer gehouden. Alleen ten aanzien van
partij.
de risico’s van overlijden en arbeidsongeschiktheid wordt gebruik gemaakt van herverzekering.
Zelfevaluatie Bestuur
Ter dekking van een deel van het overlijdens- en arbeidson-
Overeenkomstig de principes voor goed pensioenfonds-
geschiktheidsrisico is gekozen voor herverzekering:
bestuur heeft het Bestuur in zijn statuten een procedure
–– het arbeidsongeschiktheidsrisico bestaat uit de
opgenomen teneinde zijn eigen functioneren, zowel van
premievrije voorzetting van de pensioenopbouw bij
het Bestuur als geheel als van de individuele bestuursleden,
arbeidsongeschiktheid;
periodiek te evalueren. Deze zelfevaluatie van het Bestuur
–– het overlijdensrisico betreft het risicokapitaal bij overlijden. De herverzekering vindt plaats door middel van een
zal voor het eerst in het jaar 2009 plaatsvinden waarna hierover (in algemene termen) verantwoording zal worden afgelegd over boekjaar 2009.
overeenkomst met Zwitserleven die per 1 januari 2005 aangegaan is voor een periode van 5 jaar.
Deskundigheidsbevordering
De prioriteit van de stop loss herverzekering bedraagt
Daarnaast besteedt het Bestuur actief aandacht aan
100% van de risicopremie eigen rekening.
bevordering van deskundigheid van Bestuur en Verantwoordingsorgaan. Beide organgen hebben in
Het Bestuur van het pensioenfonds benoemt een externe
2008/2009 een aanvullende opleiding genoten.
accountant, een externe adviserend actuaris en een externe certificerend actuaris.
Risicoparagraaf De verplichtingen die voortkomen uit de pensioen
De externe accountant is PricewaterhouseCoopers. De
regelingen van het Pensioenfonds brengen risico’s met zich
accountant controleert jaarlijks de jaarrekening en de
mee die kunnen worden onderscheiden in niet-financiële
jaarstaten voor De Nederlandsche Bank. Verder doet de
en financiële risico’s. De risico’s die door het Pensioenfonds
accountant jaarlijks verslag van zijn controlewerkzaam-
worden onderscheiden, worden hierna omschreven.
heden door middel van een accountantsverklaring en eventueel een mondelinge of schriftelijke toelichting
Matchingrisico
(managementletter).
Het matchingrisico is het risico dat de looptijd en rentegevoeligheid tussen de beleggingen en de pensioen-
Het Bestuur heeft Towers Perrin benoemd als externe
verplichtingen niet op elkaar zijn afgestemd. Wanneer
adviserend en certificerend actuaris.
een Pensioenfonds aan zijn verplichtingen moet voldoen
De certificerend actuaris toetst onder andere jaarlijks de
(pensioenen uitbetalen), dienen daarvoor op tijd de
mate waarin de verplichtingen van het pensioenfonds
beschikbare middelen vrij te komen. Een Pensioenfonds
door aanwezig vermogen worden afgedekt, maakt jaarlijks
kan zowel het nominale als het reële renterisico trachten
een actuarieel rapport en certificeert de actuariële verslag
af te dekken. Asset LiabilityManagement (ALM) is een
staten voor De Nederlandsche Bank. De adviserend actuaris
instrument wat kan worden gebruikt om de optimale
adviseert het Bestuur verder bij actuele pensioenzaken.
soort en/of mate van matching te bepalen. De maat
Binnen Towers Perrin is de functie van certifice-
regelen van het Pensioenfonds om dit risico te beheersen
rend actuaris gescheiden van die van adviserend
staan hierna omschreven bij (met name) “Renterisico” en
actuaris. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 148
“Liquiditeitsrisico”.
van de Pensioenwet heeft Towers Perrin een door De Nederlandsche Bank goedgekeurde gedragscode die
Verzekeringstechnisch risico
de onafhankelijkheid van de certificerend actuaris waar-
Naast de financiële risico’s staat het Pensioenfonds
borgt. Het Bestuur vraagt advies aan de accountant en
bloot aan verzekeringstechnische risico’s, waarvan het
de actuaris in alle gevallen waarin het dit nodig oordeelt.
langlevenrisico het belangrijkste is. Bij de bepaling van de
Verder vraagt het Pensioenfonds indien nodig adviezen
voorziening pensioenverplichtingen worden prudente
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
17
veronderstellingen gehanteerd waaronder leeftijds
afgeleide financiële instrumenten (derivaten), zoals opties
correctiefactoren alsmede toekomstige verbetering van
en futures.
de levensverwachting. Andere verzekeringstechnische
De activa worden door het Pensioenfonds naar behoren
risico’s zijn kortlevenrisico, arbeidsongeschiktheidsrisico en
gediversificeerd, zodat een bovenmatige afhankelijk-
looninflatie. Het kortlevenrisico en het arbeidsongeschikt-
heid van –of vertrouwen in– bepaalde activa, of een
heidsrisico is afgedekt door middel van een herverzeke-
bepaalde emittent of groep van ondernemingen en risico
ringsovereenkomst met Zwitserleven.
accumulatie in de portefeuille wordt vermeden.
Concentratierisico
Kredietrisico hangt samen met de beleggingen in
Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van
verhandelbare schuldpapieren en op tegenpartijen.
concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder
Kredietrisico op verhandelbare schuldpapieren wordt
vallen moeten per beleggingscategorie alle instrumenten
beschouwd als prijsrisico. De beheersing van deze vorm
met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Als grote
van kredietrisico is geïntegreerd in het beleggingsproces,
post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het
door middel van een richtlijn over de maximale belegging
balanstotaal uitmaakt.
per kredietklasse. Tegenpartijrisico betreft het risico dat
Door de diversificatie die het Pensioenfonds in het
tegenpartijen hun verplichtingen aan het fonds niet meer
beleggingsbeleid toepast is dit risico nihil.
kunnen nakomen, bijvoorbeeld door faillissement. Het tegenpartijrisico wordt beheerst door selectie van solide
Beleggingsrisico’s
tegenpartijen en hantering van tegenpartijlimieten, al dan
Beleggingsrisico’s betreffen renterisico, prijsrisico,
niet in combinatie met zekerheidstellingen.
kredietrisico, liquiditeitsrisico en valutatrisico.
Het Pensioenfonds beperkt de risico’s doordat enerzijds de portefeuille hoofdzakelijk wordt belegd in degelijke
Renterisico is het risico dat het saldo van de marktwaarde
ondernemingen met een investment grade status. Over
van de portefeuille vastrentende waarden en de nominale
het beperkte deel van de portefeuille dat wordt belegd
pensioenverplichtingen op marktwaarde verandert door
in below investment grade, wordt brede spreiding over
veranderingen in de marktrente. Het structurele rente-
debiteuren nagestreefd.
risico wordt beheerst binnen het ALM-proces. Integrale beheersing van de balansrisico’s is onderdeel van de
Liquiditeitsrisico is het risico dat het fonds onvoldoende
nieuwe financiële opzet.
liquide middelen heeft om betalingen, waaronder de
Ten aanzien van de vastrentende portefeuilles (investment
pensioenuitkeringen, te verrichten. Bij het fonds is sprake
grade) heeft het Pensioenfonds de duration in belangrijke
van een jaarlijkse grote netto-instroom. De waarschijnlijk-
mate afgestemd op die van de verplichtingen, teneinde de
heid van het liquiditeitsrisico en de impact daarvan is
totale mismatch van de waarde ontwikkeling van de beleg-
derhalve klein. Het liquiditeitsrisico wordt ook beperkt door
gingen ten opzichte van de verplichtingen te reduceren.
de invulling van het cashmanagement. De directie ziet toe op een juiste afstemming van de inkomende en uitgaande
Prijsrisico is het risico van waardewijzigingen door de
cashstromen van het fonds.
ontwikkeling van marktprijzen, die wordt veroorzaakt door factoren gerelateerd aan een individuele beleg-
Valutarisico is het risico dat de waarde van de beleggingen
ging, de uitgevende instelling of generieke factoren.
verandert door veranderingen in valutakoersen.
Omdat alle beleggingen worden gewaardeerd tegen
Valutarisico’s worden afgedekt met valutaderivaten,
reële waarde waarbij waardewijzigingen onmiddellijk in
voornamelijk valutatermijncontracten Het valutarisico
het saldo van baten en lasten worden verwerkt, zijn alle
in de aandelenportefeuille wordt geaccepteerd met
wijzigingen in marktomstandigheden direct zichtbaar
uitzondering van de Amerikaanse dollar en Britse pond
in het beleggingsresultaat. Het prijsrisico kan worden
beleggingen. Deze worden strategisch voor 50% afge-
gemitigeerd door diversificatie. In aanvulling hierop kan
dekt. Er is ruimte om in het licht van ontwikkelingen op
het prijsrisico worden gehedged door het gebruik van
18
de valutamarkt of vanuit algemeen risicomanagement dit
een derde partij heeft tot gevolg dat het Bestuur geen
afdekking percentage op te hogen tot 100%.
directe gezagsverhouding heeft met de personen die bij de derde partij feitelijk en dagelijks zijn belast met de
Beleggingsrisico’s alternatieve beleggingen
uitvoering van die werkzaamheden. Het Bestuur heeft
Alternatieve beleggingen zijn net als beleggingen in de
verder geen rechtstreeks zicht op en voert geen directe
traditionele categorieën (waaronder aandelen) onderhevig
controle uit op administratieve processen, zoals uitbetaling
aan risico’s. Risico’s worden veroorzaakt doordat beleggers
van pensioenen, pensioenberekeningen en dergelijke.
zekere bedragen (hun initiële investeringen) opgeven in ruil
Daardoor ontbreekt eveneens zicht op de werkelijke
voor onzekere inkomsten in de toekomst. Voorbeelden van
uitvoeringskosten. Het Bestuur erkent verder dat aan de
algemene risico’s zijn ondermeer debiteurenrisico (tegen-
uitbesteding het risico is verbonden van discontinuïteit
partij kan failliet gaan) en inflatierisico (geldontwaarding).
van de dienstverlening door AZL N.V. Bij alle uitbestedings
Alternatieve beleggingen zijn daarnaast onder te verdelen
activiteiten conformeert het fonds zich volledig aan de
in diverse categorieën, waarvan de risico-profielen onder-
regelgeving van De Nederlandsche Bank op het gebied
ling aanzienlijk kunnen variëren en dus ook de beleggings-
van uitbesteding. Het fonds beschikt voor iedere extern
risico’s.
uit te voeren activiteit over een uitbestedingsovereen-
Het strategische beleggingsbeleid –dat het beste aansluit
komst die voldoet aan het bij of krachtens artikel 34 van de
bij de ambities van het fonds– bestaat voor 55% uit
Pensioenwet bepaalde. In voorkomende gevallen worden
vastrentende waarden, 37% uit zakelijke waarden, 3% uit
met de uitvoerende organisatie nadere afspraken omtrent
onroerend goed en 5% uit grondstoffen. Er wordt geen
procedures, processen, informatieverschaffing en te leveren
gebruik gemaakt van alternatieve beleggingen.
diensten vastgelegd in een Service Level Agreement. Hierin worden tenminste ook afspraken vastgelegd
Operationele risico’s (waaronder interne beheersing, IT en
over de administratieve organisatie, de autorisatie en
integriteitsrisico)
procuratiessystemen en de interne controle van de
Het operationeel risico is het risico op verlies als resultaat
uitvoerende organisatie.
van inadequate of foutieve interne processen, mensen en systemen of als gevolg van externe gebeurtenissen.
Juridische risico’s
Operationele risico’s hebben een negatieve impact op
Een Pensioenfonds loopt het risico in rechte aangesproken
een goede uitvoering van de pensioenregeling. Voor deze
te worden. Ten einde dit risico te beperken kan het
operationele risico’s geldt wel dat een verregaande reductie
Pensioenfonds maatregelen treffen. Eén risico is dat de
onevenredig veel inspanning en kosten met zich mee
fondsstukken niet voldoen aan de wettelijke bepalingen.
kan brengen. De operationele uitvoering geschiedt door
Een ander risico is dat men als fondsbestuurder in persoon
AZL N.V. Deze partij heeft een SAS 70-verklaring (type II).
kan worden aangesproken. Een derde risico betreft het niet
Door het overleggen van deze verklaring toont AZL N.V.
in voldoende mate vorm geven aan consistent beleid, dit
aan het pensioenfonds én aan de accountant van het
maakt het fonds kwetsbaar indien het hierop wordt aan-
pensioenfonds aan, dat de uitvoering “in control” is. Het
gesproken. Een vierde risico betreft het niet of onduidelijk
overleggen van de SAS 70-verklaring komt tevens tege-
communiceren naar partijen. Een vijfde risico betreft aan-
moet aan de Beleidsregel “Uitbesteding Pensioenfondsen”
sprakelijkheid door het niet of niet goed uitvoeren door
waarin De Nederlandsche Bank heeft vastgesteld dat een
partijen die het Pensioenfonds heeft ingehuurd.
pensioenfonds dat zijn administratie uitbesteedt aan een uitvoerder verantwoordelijk is en blijft voor een juiste
Teneinde de juridische risico’s te beperken heeft het
administratie.
Pensioenfonds in ieder geval de volgende maatregelen genomen:
Uitbesteding en de risico’s die hiermee samenhangen
–– de Directie van het Pensioenfonds toetst bij wets
Het Bestuur heeft onder behoud van zijn verantwoor-
wijzigingen de fondsstukken en stelt waarnodig
delijkheden een aantal werkzaamheden structureel
wijzigingen voor aan het Bestuur;
uitbesteed. De uitbesteding van werkzaamheden aan
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
19
–– het Pensioenfonds heeft een aansprakelijkheids verzekering voor het Bestuur afgesloten; –– het Pensioenfonds ziet erop toe dat besluitvorming consistent en goed gedocumenteerd plaatsvindt. Deze
Het Bestuur overlegt aan De Nederlandsche Bank per kwartaal en jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de staten die De Nederlandsche Bank nodig heeft voor haar taak.
documentatie zorgt ervoor dat ook derden de inhoud en werking van dit beleid kunnen volgen; –– het Pensioenfonds werkt volgens een communicatie
Het Bestuur streeft naar een zodanige invulling van haar beleid dat jaarlijks wordt voldaan aan de eisen ten aanzien
plan. Dit plan bewaakt de wettelijk verplichtte
van de financiële positie en dat dit op de lange termijn leidt
communicatiemomenten. Naast deze vereisten heeft
tot een zo laag mogelijke en stabiele pensioenpremie. Om
het Pensioenfonds eigenstandige communicatie-
dit te bewerkstelligen beschikt het Bestuur over de vol-
doeleinden. Middels het planmatig uitvoeren wordt
gende sturingsmiddelen:
bewaakt dat aan de eisen van de wet en consistentie
–– premiebeleid;
van de uitingen wordt voldaan;
–– toeslagbeleid;
–– met alle ingehuurde partijen zijn contractuele
–– beleggingsbeleid; en
afspraken gemaakt. Partijen dienen regelmatig te
–– pensioenbeleid.
rapporteren over het wel of niet voldoen aan de
De invloed van deze sturingsmiddelen op de financiële
gemaakte afspraken. Daar waar mogelijk heeft het
positie van het fonds wordt jaarlijks geëvalueerd. Bij
Pensioenfonds activiteiten gescheiden ondergebracht,
deze evaluatie speelt zowel de huidige financiële positie,
waardoor er een mechanisme ontstaat van controle
alsmede de financiële positie van het fonds in de toekomst
van de ene door de andere partij;
een rol.
–– jaarlijks vinden er controles plaats door actuaris en accountant op de uitvoering door het Pensioenfonds.
Om te toetsen of het beleid op lange termijn tot de
Materiële onvolkomenheden worden door hen
gewenste ontwikkeling leidt, voert het Pensioenfonds ten
gerapporteerd;
minste eens in de drie jaar een continuïteitsanalyse uit. Het
–– het Bestuur draagt er zorg voor dat zij voldoende kennis en kunde bezit om haar verantwoordelijkheid te
fonds heeft deze continuïteitsanalyse in het verslagjaar laten uitvoeren door Towers Perrin.
kunnen dragen. De hierboven genoemde risico’s zijn niet limitatief maar
Premiebeleid
de juiste afdekking van deze genoemde risico’s geven
Voor 2009 is een eigen bijdrage voor de deelnemers
wel een indicatie over de juridische weerbaarheid van het
afgesproken van 5,3% van de gemaximeerde pensioen-
pensioenfonds.
grondslag (€ 52.700,- minus franchise € 16.200,-) volgens pensioenreglement 56-min. In 2006, 2007 en 2008 was dit
Beheersing van de risico’s
percentage gelijk aan respectievelijk 2,0%, 3,9% en 5,3%.
In het verslagjaar is aandacht gegeven aan de opzet en inrichting van de organisatie, inclusief de interne
De werkgeverspremie bedraagt 19,1% van de gemaxi-
beheersing van risico’s. Het Bestuur heeft de risico’s van
meerde pensioengrondslag (€ 84.100,- minus franchise
het Pensioenfonds geanalyseerd en een beschrijving c.q.
€ 16.200,-) volgens pensioenreglement 56-plus. Daarnaast
analyse van deze risico’s opgenomen in de actuariële en
betaalt de werkgever de beschikbare premies van de
bedrijfstechnische nota van het Pensioenfonds.
modules beleggingspakket en extra beleggingspakket. Vanaf 2009 wordt het volgende premiebeleid toegepast,
Het Bestuur wordt maandelijks voorzien van management
waarbij de begrippen premiekortingsgrens en actuarieel
informatie met betrekking tot de status van de
kostendekkende premie worden gedefinieerd conform het
beleggingen en de verplichtingen van het Pensioenfonds.
Financieel Toetsingskader:
Verder wordt het Bestuur door middel van periodieke
–– bij een dekkingsgraad tussen 105% en de premie
rapportages van zowel de uitvoeringsorganisatie alsmede
kortinggrens is de premiebijdrage ten minste gelijk is
van externe adviseurs in staat gesteld de risico’s en fonds-
aan de actuarieel kostendekkende premie;
situatie goed te monitoren.
20
–– bij een dekkingsgraad boven de premiekortinggrens wordt bovengenoemde premie gekort met
is gevormd en er wordt geen extra premie voor deze aan passingen betaald.
1/15e van het verschil tussen de dekkingsgraad en de premiekortinggrens.
De hiervoor genoemde aanpassing wordt voor deelnemers jaarlijks gemaximeerd op de ontwikkeling in dat jaar van
Artikel 129 van de Pensioenwet schrijft voor dat de
de loonindex zoals omschreven in het pensioenreglement.
ontvangen premie ten minste gelijk dient te zijn aan de
Voor gewezen deelnemers en pensioengerechtigden
kostendekkende premie zoals vastgesteld in de actuariële
wordt uitgegaan van de prijsindex zoals omschreven in het
en bedrijfstechnische nota. Een premiekorting is alleen
reglement.
toegestaan als aangetoond kan worden dat naast de onvoorwaardelijke verplichting en het vereist eigen
Het voorwaardelijk toeslagbeleid wordt gekarakteriseerd
vermogen ook voldoende vermogen aanwezig is om de
door toeslagcategorie D1 uit de toeslagmatrix. Dit betekent
voorwaardelijke toeslagen te kunnen nakomen. Voor 2008
een voorwaardelijk toeslagbeleid op basis van een externe
gelden de volgende bedragen (in € 1.000):
factor met financiering van de toeslag vindt uit de beschik-
–– de feitelijke premie 2008 bedraagt € 14.413;
bare middelen.
–– de kostendekkende premie 2008 bedraagt € 9.893;
Het toeslagbeleid is gerelateerd aan de dekkingsgraad van
–– de gedempte kostendekkende premie 2008 bedraagt
het Pensioenfonds. Dat houdt –in principe– in dat:
€ 11.792; –– de gedempte kostendekkende premie 2008 (na ver rekening van de solvabiliteitsvrijval) bedraagt € 11.792.
–– bij een dekkingsgraad onder de 105% wordt er geen toeslag verleend; –– bij een dekkingsgraad boven de 120% wordt er een volledige toeslag verleend;
Toeslagbeleid Het Bestuur streeft ernaar, voorzover en indien de financiële middelen dit toelaten, de opgebouwde pensioen aanspraken van de deelnemers, de premievrije aanspraken
–– bij een dekkingsgraad tussen de 105% en de 120%, dan volgt een toeslag op basis van een linaire interpolatie tussen de hiervoor genoemde percentages; –– bij een dekkingsgraad boven de 135% –die derhalve
van de gewezen deelnemers en de pensioenrechten van
minimaal gelijk is aan het gemiddelde van de dek-
de pensioengerechtigden aan te passen. Of de financiële
kingsgraad behorend bij het vereist eigen vermogen
middelen in enig jaar toereikend zijn om de aanpassing
(120%) en de premiekortingsgrens (150%)– kan er
door te voeren, wordt door het Bestuur jaarlijks vastgesteld.
een inhaalindexatie worden toegekend, waarbij alle
Leidend hierbij is de dekkingsgraad van het Pensioenfonds.
niet toegekende indexaties over de afgelopen 10 jaar
Deze leidraad wodt door het Bestuur als een beleids
gecompenseerd kunnen worden. Voorwaarde is dat de
staffel gehanteerd en is voor de deelnemers in te zien ten
dekkingsgraad daarmee boven de hier gehanteerde
kantore van het Pensioenfonds. Indien het Bestuur van
dekkingsgraad van 135% blijft.
oordeel is dat de dekkingsgraad van het Pensioenfonds niet voldoende is, dan wordt de aanpassing als hiervoor
Het Bestuur van het Pensioenfonds heeft, gezien de dek-
bedoeld verminderd of niet verleend.
kingsgraad ultimo 2008, besloten om de opgebouwde pensioenaanspraken van de actieve deelnemers, de
De aanpassing van de opgebouwde pensioenaanspraken
premievrije aanspraken van de gewezen deelnemers en
van de deelnemers, de premievrije aanspraken van de
de pensioenrechten van de pensioengerechtigden, niet te
gewezen deelnemers en de pensioenrechten van de
verhogen per 1 januari 2009.
pensioengerechtigden is voorwaardelijk; er is geen recht
Daarbij is eveneens besloten om de franchise en het maxi-
op aanpassing. Het is niet zeker of en in hoeverre in de
mum pensioengevend salaris in het Basispakket ongewij-
toekomst aanpassing zal plaatsvinden. Aanpassing vindt
zigd te laten.
alleen plaats als aan de hiervoor genoemde voorwaarden is voldaan. Dit betekent dat er geen bestemmingsreserve
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
21
De afgelopen drie jaar is wel een volledige toeslag
Beleggingsmix
toegekend.
De doelstelling van het pensioenfonds is onder meer het maximaliseren van het totale beleggingsrendement op
Jaartal
Actieve
Inactieve
deelnemers
deelnemers
2006
1,1%
0,75%
2007
1,9%
1,3%
2008
2,2%
1,5%
(1 januari)
lange termijn, met inachtneming van de aanvaardbare risico’s die door spreiding en afdekking geminimaliseerd trachten te worden. De strategische asset allocatie (lange termijn wegingen) is in het verslagjaar naar aanleiding van het onderzoek van de optimale strategische asset allocatie gewijzigd. De weging van vastrentende waarden is van 60% naar 55% aangepast. De weging van zakelijke waarden is niet gewijzigd en bedraagt 40%. Aan de beleggingsportefeuille is de
Beleggingsbeleid
categorie grondstoffen toegevoegd met een strategische weging van 5%. De invulling van de korte termijn, ook
Belegd vermogen
wel de tactische asset allocatie genoemd, wijkt van de
Het belegd vermogen is in het verslagjaar afgenomen
strategische norm af. Ultimo verslagjaar zijn de wegingen
van € 355,5 miljoen naar € 312,7 miljoen (inclusief waarde
van het belegd vermogen als volgt opgebouwd: 22,0%
interest overlay circa € 20 miljoen en liquide middelen).
(2007: 39,5%) zakelijke waarden, 64,7% (2007: 57,7%) in vast-
De afname in het belegd vermogen is met name ontstaan
rentende waarden, 6,9% (2007: -0,2%) overige beleggingen
door gerealiseerde en ongerealiseerde koersverliezen in de
en 6,4% (2007: 3,0%) in liquide middelen. (Zie onderstaande
beleggingsportefeuille gedurende het verslagjaar.
grafiek). De post overige beleggingen omvat valutatermijn contracten, rentederivaten en de beleggingscategorie
In het verslagjaar hebben verschillende mutaties plaats-
grondstoffen.
gevonden tussen de vermogensbeheerders en tussen de beleggingscategorieën. In de vastrentende waarde portefeuille is er een verschuiving geweest van € 44 miljoen naar een andere vastrentende vermogensbeheerder. In het
Grafiek 1 Weging beleggingscategorieën 2008 (in %)
verslagjaar heeft de beleggingscommissie besloten in fasen toe te treden tot de beleggingscategorie grondstoffen. Voorts heeft de beleggingscommissie, op basis van de
Zakelijke waarden 22,0
negatieve ontwikkelingen op de beleggingsmarkten, besloten om voorlopig geen rebalancing van de beleggingscategorieën door te voeren en de beschikbare cash flows niet te beleggen, maar als liquide middelen aan te houden. Het totale portefeuillerendement bedraagt in 2008
Liquide middelen 6,4
Overige beleggingen 6,9
-10,8%. Ten opzichte van de benchmark is dit een outperformance van 9,2%. De interne benchmark van het pensioenfonds werd voor het vijfde jaar op rij verslagen. De outperformance wordt vooral verklaard door de overlay strategieën en door de overweging van vastrentende waarden en liquide middelen.
22
Vastrentende waarde 64,7
Ultimo 2008 Ultimo 2007
Waarde
Beleggingscategorie (x € 1.000)
Norm
Minimum
Maximum
in %
in %
in %
in %
in %
Zakelijke waarden
68.682
22,0
40
33
46
39,5
Vastrentende waarden
202.523
64,7
55
50
60
57,7
Grondstoffen
2.107
0,7
5
3
8
0,0
Overige beleggingen
19.423
6,2
0
0
0
-0,2
Liquide middelen
19.967
6,4
0
-5
5
3,0
Totaal
312.702
100,0
100
100,0
Beleid
vinden van de tactische naar de strategische beleggings-
De beleggingscommissie heeft in 2008 de resultaten van
mix. Dit betekent dat er ultimo 2008 een relatief laag belang
het onderzoek van de optimale strategische asset allocatie
in zakelijke waarden resteert. Daarbij zijn inkomende
geëvalueerd. De aanbevelingen van het onderzoek waren:
kasstromen eveneens niet belegd conform de strategische
toevoeging van de beleggingscategorie grondstoffen,
beleggingsmix, maar belegd op deposito-rekeningen.
vergroting van de diversificatie binnen aandelen (inclusief opkomende markten) en het vergroten van de strategische
Riskmanagement
positie in vastgoed. De beleggingscommissie heeft deze
Risk monitoring vindt op verschillende manieren plaats.
aanbevelingen grotendeels overgenomen. De exposure in
Op de eerste plaats worden de vermogensbeheerders en
de beleggingscategorie grondstoffen zal in verschillende
de totale portefeuille op basis van onder andere Tracking
tranches opgebouwd worden. Door de ontwikkelingen
Error en Value at Risk geanalyseerd. Op de tweede plaats
op de financiële markten is de exposure naar grondstoffen
evalueert de beleggingscommissie aan de hand van
thans beperkt gebleven tot de eerste tranche.
maandelijkse overzichten de Tactische Asset Allocatie, interest- en valuta overlay. Op de derde plaats is er een
Het valutabeleid voor afdekking van de US dollar en het
geïntegreerde rapportage, waarbij ook de verplichtingen
Britse pond is in het verslagjaar, conform het beleggings
worden betrokken. Deze benadering geeft inzicht in de
beleid, voortgezet. De US dollar en het Britse pond zijn op
vereiste risicobuffers en dekkingsgraad van het pensioen-
een rollover basis afgedekt.
fonds. Deze laatste rapportage biedt ook de mogelijkheid om wijzigingen in het beleggingsbeleid door te rekenen
De beleggingscommissie heeft in overleg met het
en de effecten van de wijziging in kaart te brengen. Voor
bestuur in het begin van 2008 besloten om het rente
2009 is het beleid om het risk monitoring voor vermogens
risico van de pensioenverplichtingen verder af te
beheerders verder uit te breiden.
dekken. Deze afdekking (liability hedge) heeft als doel de schommelingen in de marktwaarde van de verplichtingen
Rendement 2008
door veranderingen in de rente te dempen. Het Liabilities
Het totale beleggingsrendement in 2008 bedraagt -10,8%
Driven Investments (LDI) mandaat is in het verslagjaar uit-
inclusief valuta- en interest-overlay (LDI mandaat). Het
gebreid van € 100 miljoen naar € 139 miljoen (bruto som
rendement van de benchmark bedraagt -20,0%. De out-
notionals).
performance van 9,2% is met name te verklaren door de valuta- en interest overlay en overweging in vastrentende
In de loop van 2008 heeft de beleggingscommissie in over-
waarden.
leg met het bestuur besloten om –gezien de onzekerheid
De US dollar is ten opzichte van de Euro in het verslagjaar
op de financiële markten– geen herallocatie te laten plaats-
geapprecieerd en het Britse pond is in het verslagjaar
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
23
gedeprecieerd. Het netto effect van de valuta afdekking
De beleggingscategorie grondstoffen heeft in 2008 een
is op jaarbasis positief geweest. De interest-overlay heeft
negatief rendement behaald van 57,9% (0,7% onder de
door de gedaalde marktrente in het verslagjaar ook
benchmark). Door de marginale weging (ultimo 2008
positief bijgedragen aan het totaal rendement. Zonder
0,7%) heeft het negatieve rendement echter beperkt effect
valuta- en interest-overlay was het totaal rendement van
gehad op het totaal rendement.
de portefeuille uitgekomen op -16,9% en bedraagt de outperformance 3,1% ten opzichte van de benchmark. Grafiek 2 Rendement totale portefeuille (in %)
Deze outperformance is met name tot stand gekomen door het allocatie effect (over- en onderweging van beleggingscategorieën ten opzichte van de strategische norm).
20,0
De beleggingen in de beleggingscategorie vastgoed zijn
15,0
in de maand september geheel verkocht. Op het moment
10,0
van verkoop bedraagt het year to day rendement -11,3%. De vastgoed benchmark heeft het jaar afgesloten met een rendement van -48,9%.
14,3 13,9 9,3 6,8
7,0
6,0
5,0 0,6 0,2
0,0
De beleggingscategorie aandelen heeft in 2008 een
-5,0
negatief rendement behaald van 43,1%, wat 1,7% lager is dan de gehanteerde benchmark van het pensioenfonds.
-10,0
In 2008 heeft vastrentende waarden als enige beleggings
-15,0
categorie een positief rendement behaald. Met een
-10,8
-20,0
absoluut rendement van 2,1% (exclusief valuta overlay) is het portefeuille rendement relatief achtergebleven ten
-20,0
-25,0
opzichte van de benchmark waarvan het rendement 4,6%
2003
bedraagt.
8,6 8,4
2004
2005
Fonds
2006
2007
2008
Benchmark
Beleggingscategorie: Rendement excl.
valuta-overlay
Weging
Portefeuille Benchmark ultimo 2008
%
%
%
Vastgoed
-11,3
-48,9
0,0
Aandelen
-43,1
-41,4
22,0
Vastrentende waarden
2,1
4,6
64,7
Grondstoffen
-57,9
-57,2
0,7
Liquide middelen
–
–
6,4
Totaal rendement excl. valuta-overlay
-16,9
-20,0
Totaal rendement incl. valuta-overlay
-10,8
-20,0
24
Rendement zakelijke waarden
Rendement vastrentende waarden
De beleggingscategorie zakelijke waarden is onder
De vastrentende portefeuille heeft als enige beleggings
verdeeld in vastgoed en aandelen. De beleggingen in de
categorie in het verslagjaar een positief rendement
categorie vastgoed zijn in het verslagjaar in twee tranches
behaald. Het portefeuille rendement bedraagt 2,1% en het
geheel afgebouwd. De verkoopopbrengsten zijn tijdelijk
rendement van de benchmark bedraagt 4,6%. Het belegd
toegevoegd aan de post liquide middelen. Het portefeuille
vermogen in vastrentende waarden per ultimo 2008
rendement van vastgoed bedraagt -11,3% (benchmark
bedraagt € 202,5 miljoen. De portefeuille is onderverdeeld
-48,9%). De aandelenportefeuille heeft in het verslagjaar
bij vijf vermogensbeheerders in de subcategorieën: EMU
een negatief rendement behaald van 43,1%, wat 1,8%
staatsleningen, bedrijfsobligaties, inflation linked bonds,
onder de benchmark is. Het belegd vermogen zakelijke
global high yield bond, emerging markets debt en een
waarde bedraagt ultimo verslagjaar circa € 68,7 miljoen.
annuïteitenlening. De duration van de vastrentende
De beleggingscommissie heeft besloten, gelet op de
waarden bedraagt circa 6 jaar. De looptijd (duration) van
economische ontwikkelingen, om de weging van de
de verplichtingen bedraagt 16,2 jaar (ultimo 2008) en is
aandelenportefeuille in 2008 niet te verhogen naar de
langer dan de looptijd van de rentegevoelige beleggingen.
onderste bandbreedte van de strategische norm.
Renteveranderingen hebben een groter effect bij langere
Door de outperformance van de categorie vastgoed is het
looptijden, hierdoor ontstaat een renterisico. Daalt de
beleggingsrendement op de categorie zakelijke waarden
rente, dan nemen de verplichtingen sterker toe dan de
1,2% beter dan de gehanteerde benchmark.
waarde van de rentegevoelige beleggingen, hetgeen in 2008 gebeurd is. Het pensioenfonds heeft in 2007 besloten om deze duration mismatch middels een overlay strategie
Grafiek 3 Rendement zakelijke waarden (in %)
(Liabilities Driven Investment mandaat) in te vullen. In het eerste kwartaal van 2008 is ten behoeve van de duration verlenging van de vastrentende waarden het LDI mandaat verder uitgebreid van € 100 miljoen naar € 139 miljoen.
40,0 31,1
30,0
Daarmee wordt het strategische beleggingsbeleid meer in
28,5
lijn gebracht met de verplichtingenstructuur.
20,0
16,2 11,8
10,0
14,9 14,1 9,4 9,8
Grafiek 4 Rendement vastrentende waarden (in %)
-0,1 0,3
0,0 -10,0 -20,0
9,0
-30,0
8,0
7,5 7,6
7,0
-40,0
-40,7 -41,9
6,0
2008
5,0
-50,0 2003
2004 Fonds
2005
2006
2007 Benchmark
5,8 5,9 4,6
4,3 4,3
4,0 3,0 2,1
2,0 1,0
0,2
0,0 -1,0
-0,7 -0,8
-0,8
2006
2007
-2,0 2003
2004 Fonds
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
2005
2008
Benchmark
25
Rendement grondstoffen De beleggingscommissie heeft op basis van het onderzoek van de optimale strategisch asset allocatie besloten om de beleggingscategorie grondstoffen in tranches aan de beleggingsportefeuille toe te voegen. Door de ontwikkelingen op de financiële markten is de exposure naar grondstoffen thans beperkt gebleven tot de eerste tranche. Het belegd vermogen in grondstoffen ultimo 2008 bedraagt € 2,1 miljoen. Sinds de belegging in het tweede kwartaal is de categorie grondstoffen met 57,9% gedaald ten opzichte van een daling van de benchmark van 57,2%. Door de relatief lage weging van de categorie is de contributie in het totaal rendement met -0,8% gering. Rendement benchmark De benchmark voor het pensioenfonds bestaat uit een mix van verschillende indices. Voor de categorie vast rentende waarden is deze overwegend Lehman Brothers georiënteerd en voor de categorie aandelen worden de beleggingsmandaten met name vergeleken met diverse MSCI indices. In 2008 is de beleggingscategorie grond stoffen toegevoegd met als index S&P GSCI Commodities.
Categorie
%
Benchmark
Zakelijke waarden
Vastgoed
3,0
Europees indirect vastgoed
3,0
Aandelen
37,0
Europese aandelen
17,0
MSCI Prov. Europe index NDR
Wereld aandelen
17,0
MSCI World index (GSESWRLD)
Opkomende Markten aandelen
3,0
MSCI Emerging Markets index
Vastrentende waarden
55,0
Government
33,5
Lehman Brothers Treasuries Euro 500MM
Credits
10,0
Lehman Euro Aggragate Corporate Bond ind.
Global High Yield
3,0
LB US High Yield + Pan Euro High Yield
Emerging Market Debt
2,5
Lehman Brothers Euro Aggregate Unhedged
Index linked
4,0
Barclays Euro Gov’t EMU HCIP > 5 years
Annuiteitenlening
2,0
Return Private Loans
Grondstoffen
5,0
Commodities fund
5,0
100,0
26
GPR 250 Europe OEPF ex Metrovacesa index
S&P GSCI Commodities
Vermogensbeheer Het belegd vermogen van het pensioenfonds is verdeeld over een aantal vermogensbeheerders. Een aantal vermogensbeheerders hebben het mandaat ingevuld door te beleggen in beleggingsfondsen. De mandaten zijn per beleggingscategorie toegewezen, behalve bij Robeco. Beheerder
MW 1)
MW %
Aegon
28.207
9,0
ING
55.269
17,7
Fortis
86.344
27,6
Legal & General
22.491
7,2
Robeco
46.998
15,0
SSgA
32.700
10,5
Kempen
306
0,1
Cash
19.607
6,3
Overlay
20.220
6,5
Overig
560
0,2
312.702
100,0
0,0
5,0
10,0
15,0
20,0
25,0
30,0
1) MW: Marktwaarde in € 1.000.
Pensioenbeleid Het Pensioenfonds voert de pensioenovereenkomsten
1 januari 1950 en reeds per 31 december 2005 deel
uit die werkgevers en werknemers hebben gesloten voor
nemer waren in de pensioenregeling zoals die luidt op
deelneming in de pensioenregelingen. De hieruit voort-
31 december 2005. Dit betreft derhalve een gesloten groep
vloeiende rechten en plichten zijn opgenomen in de hierna
deelnemers.
genoemde pensioenreglementen. –– “Pensioenreglement 56-min”; en
Beide pensioenregelingen betreffen een hybride regeling;
–– “Pensioenreglement 56-plus”.
een combinatie van uitkerings- en premieovereenkomsten. Tot een bepaald salaris geldt het Basispakket – een middel-
Voor de pensioenregeling “56-min” gelden de volgende
loonregeling gebaseerd op een pensioenleeftijd van 65 jaar
voorwaarden voor deelnemerschap:
met een voorwaardelijke indexatie van de opgebouwde
–– als deelnemer wordt aangemerkt de werknemer van
rechten tijdens het deelnemerschap. Daarboven geldt het
21 jaar of ouder met een arbeidsovereenkomst voor
Beleggingspakket – een beschikbare premieregeling.
wie in de arbeidsovereenkomst niet uitdrukkelijk is
De pensioenregeling “56-min” kent verder nog het Extra
vermeld dat hij is uitgesloten van het deelnemerschap
Beleggingspakket – een beschikbare premieregeling.
van het Pensioenfonds;
De pensioenregeling “56-plus” kent verder nog het
–– een werknemer, jonger dan 21 jaar met een partner en/
Vroegpensioen – een eindloonregeling gebaseerd op een
of kinderen, die overlijdt of arbeidsongeschikt wordt,
tijdelijke uitkering van 62 tot 65 jaar.
wordt geacht deelnemer te zijn geweest.
Tot slot kennen beide regelingen nog een vrijwillig Pluspakket waarmee aanvullend pensioen kan worden
De pensioenregeling “56-plus” is van toepassing op de
opgebouwd – een beschikbare premieregeling.
werknemers van de werkgever die zijn geboren voor
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
27
Het Basispakket en het Vroegpensioen hebben het
Garantieregeling
karakter van een uitvoeringsovereenkomst in de zin
Deelnemers vanuit het voormalige pensioenfonds
van de Pensioenwet. Het Beleggingspakket, Extra
Bührmann-Tetterode hebben bij de overgang van eindloon
Beleggingspakket en Pluspakket hebben het karakter van
naar middelloon op individuele basis de mogelijkheid
een premieovereenkomst in de zin van de Pensioenwet.
gehad voor een bepaalde periode de oude regeling voort te zetten. Daarvoor is een garantieregeling afgesproken.
Deelnemers die eind 2005 in dienst waren van een van de
Het betreft een beperkte groep en de regeling heeft geen
Nederlandse Smurfit Kappa ondernemingen kregen ter
materiële impact op de financiële situatie van het fonds.
compensatie van hun (afgeschafte) Vroegpensioen een premie toegezegd die zij kunnen beleggen via het Extra
Communicatiebeleid
Beleggingspakket. Op die manier bouwen zij extra vermo-
Het Pensioenfonds heeft een communicatiebeleid
gen op voor het aankopen van een aanvullend levenslang
vastgesteld met als doel een zo toegankelijk en open
ouderdomspensioen.
mogelijke communicatie tussen het Pensioenfonds en
Op die manier ontstaat de mogelijkheid om eventueel
de deelnemers. Met het beschikbaar stellen van infor-
eerder –vóór de 65-jarige leeftijd– met pensioen te gaan.
matie over de pensioenregeling in duidelijke en voor
Er wordt dan wel een actuariële korting toegepast. Alle
iedereen begrijpelijke taal, voldoet het fonds aan de –in de
Nederlandse medewerkers kunnen ook voor extra verlof
Pensioenwet vastgelegde– verplichtingen op dit gebied.
sparen via de levensloopregeling. Medewerkers van Smurfit
Ter illustratie noemen we de volgende onderdelen van het
Kappa Nederland mogen vanaf hun 60ste met pensioen.
beleid: –– twee maal per jaar verschijnt de Smurfit Kappa
Voor het beleggen van de aan deelnemers toegezegde
Pensioen Nieuwsbrief. Via deze nieuwsbrief worden
premies zijn door het Pensioenfonds afspraken gemaakt
deelnemers op de hoogte gehouden van de pensioen-
met Robeco. Op basis van de Robeco beleggingsfondsen
actualiteit en ontwikkelingen binnen hun pensioen-
zijn adviesmixen samengesteld; deelnemers kunnen zelf kiezen of zij conform de adviesmix willen beleggen of in eigen beheer willen beleggen.
fonds en -regeling; –– in 2008 hebben de deelnemers een Uniform Pensioenoverzicht (UPO) ontvangen. Uitgangspunt voor het UPO is dat dit model ten minste alle informatie
Pensioenreglementen
bevat die wettelijk verplicht moet worden verstrekt;
De pensioenreglementen zijn de afgelopen jaren onder
–– voor de deelnemers is een website beschikbaar onder
heving geweest aan vele aanpassingen, die de leesbaar-
de naam www.smurfitkappapensioen.nl. Binnen de
heid niet bevorderd. Daarom worden de reglementen in
website is specifieke informatie opgenomen voor
2009 geheel herschreven.
medewerkers, gepensioneerden en oud-medewerkers. Via de website is het pensioenreglement te downloa-
WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten)
den, maar ook alle brochures, formulieren, nieuwsbrie-
- hiaat
ven, pensioencommuniqués en jaarverslagen. In 2008
Het pensioenfonds biedt geen WGA-hiaatverzekering aan.
is een aantal van deze documenten aangepast, en
De aangesloten ondernemingen hebben hiervoor bij een
zijn relevante ontwikkelingen met betrekking tot het
verzekeraar een apart contract afgesloten ten behoeve van
Pensioenfonds onder de aandacht gebracht.
de medewerkers. Deelnemers kunnen hier desgewenst aan deelnemen. Dat geldt eveneens voor het excedentgedeelte boven het maximum dagloon.
28
Financiële positie van het Pensioenfonds Voorziening pensioenverplichtingen De voorziening pensioenverplichtingen voor risico van het Pensioenfonds (inclusief de voorziening langdurig zieken) is in het verslagjaar toegenomen van € 283 miljoen naar € 355 miljoen. De toename van de voorziening pensioenverplichtingen is met name veroorzaakt door de daling van de marktrente. Belegd vermogen Het belegd vermogen is in het verslagjaar afgenomen van € 355,5 miljoen naar € 312,7 miljoen. De afname in het belegd vermogen is met name ontstaan door gerealiseerde en ongerealiseerde koersverliezen in de beleggings portefeuille gedurende het verslagjaar. Dekkingsgraad De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is in het verslagjaar gedaald van 125,5% naar 90,1%; een daling van 35,4 procentpunten. De daling is zowel het gevolg van de gestegen waarde van de voorziening pensioenverplichtingen (gedaalde marktrente) als ook van het gedaald belegd vermogen.
Aanwezige
Dekkings-
Vermogen Voorziening
graad
Primo 2008 obv FTK grondslagen
354.994
282.832
125,5%
– Premie
12.705
6.976
1,4%
– Uitkeringen
-14.606
-14.472
1,3%
– Toeslagverlening
0
26
0,0%
– Rentetermijnstructuur
0
61.253
-22,3%
– Overrendement
-38.067
13.159
-18,4%
– Overige mutaties
3.690
3.921
2,6%
Ultimo 2008 obv FTK grondslagen
318.716
353.695
90,1%
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
29
(Minimaal) vereiste dekkingsgraad
of negatieve zin kan afwijken van het verwachte herstelpad,
De vereiste solvabiliteit onder het Financieel Toetsingskader
waardoor de financiële positie van het fonds zich sneller of
dient zodanig te zijn dat het fonds met 97,5% zekerheid
langzamer kan herstellen dan voorzien.
volgend jaar nog voldoende vermogen heeft om de
De belangrijkste uitgangspunten van het herstelplan zijn:
verplichtingen op marktconforme basis over te dragen.
–– Premiebeleid
De vereiste solvabiliteit wordt bepaald met behulp van een
•
tussen de werkgever en de vakbonden (namens de
door de Nederlandsche Bank aangereikt standaardmodel.
werknemers) is de intentie uitgesproken om –in het
De vereiste dekkingsgraad ultimo 2008 bedraagt 117,8%.
kader van het herstelplan– de premie te verhogen
De minimaal vereiste dekkingsgraad bedraagt ultimo 2008
op zodanige wijze dat de premie in ruime mate
104,2%.
–ongeveer € 3,5 miljoen per jaar– bijdraagt aan het herstel;
De aanwezige dekkingsgraad is ultimo 2008 lager dan
•
hiertoe is door de werkgever de intentie
de minimaal vereiste dekkingsgraad en de volgens het
uitgesproken om de werkgeverspremie structureel
Financieel Toetsingskader vereiste dekkingsgraad.
te verhogen met 3,2% van de gemaximeerde
Hierdoor is zowel sprake van een reservetekort als een
pensioengrondslag van het “Pensioenreglement
dekkingstekort. Door het Bestuur van het fonds is hiervan
56-min”; dit komt overeen met een bedrag van
op 14 oktober 2008 melding gedaan aan de toezicht
€ 1,7 miljoen;
houder “De Nederlandsche Bank”. Dientengevolge is een
•
korte termijn- en een lange termijnherstelplan opgesteld.
de resterende € 1,8 miljoen is een resultante van een verhoging van de deelnemersbijdrage tot 9% van de gemaximeerde pensioengrondslag van het
Waarde Dekkings-
“Pensioenreglement 56-min”; dit komt overeen
(in miljoenen
graad
met een verhoging van 3,7% ten opzichte van de
euro)
(in %)
huidige premie. –– Toeslagbeleid
– Aanwezig eigen vermogen
• -35,0
90,1
tot en met 2008 was de voorwaardelijke indexatie voor zowel actieve als inactieve deelnemers
– Minimaal vereist
gebaseerd op de looninflatie. Vanaf 2009 geldt voor
eigen vermogen
14,9
104,2
de inactieve deelnemers de prijsinflatie. Verder zijn
– Vereist eigen vermogen
62,9
117,8
de pensioenaanspraken en -rechten van de actieve en inactieve deelnemers per 1 januari 2009 niet
Belangrijkste uitgangspunten van het herstelplan Het fonds maakt gebruik van de eenmalige mogelijkheid die de Minister heeft geboden om binnen 5 jaar (in plaats
geïndexeerd. –– Beleggingsbeleid •
het beleggingsbeleid is ongewijzigd gebleven.
van 3 jaar; dus uiterlijk 31 december 2013) het minimaal vereist eigen vermogen te bereiken. Bij het opstellen van
Herstelkracht op korte en lange termijn
het herstelplan heeft het Bestuur zich laten ondersteunen
Uit het herstelplan blijkt herstelkracht. Bij het totstand
door externe adviseurs en is het voorgenomen beleggings-
komen van het herstelplan is voldaan aan de wettelijke
beleid afgestemd met de Beleggingscommissie. Met de
eisen en was evenwichtige belangenbehartiging het
werkgever en de vakbonden (namens de werknemers) is
uitgangspunt.
intensief overleg gevoerd over de bijdrage.
De belangrijkste uitkomsten van het herstelplan zijn:
Het herstelplan is opgesteld met inachtneming van de
–– het pensioenfonds zal –gegeven de gehanteerde ver-
uitgangspunten zoals die door de Nederlandsche Bank zijn
onderstellingen en uitgangspunten– naar verwachting
voorgeschreven. Nadrukkelijk merken wij op dat inherent
rond 2013-2014 uit de situatie van dekkingstekort zijn.
aan de modelmatige aanpak ook het herstelplan een
Hiermee zou voldaan worden aan de gestelde herstel-
benadering van de werkelijkheid is. Dit betekent dat de
periode van 5 jaar;
werkelijke ontwikkeling van de dekkingsgraad in positieve
30
–– het pensioenfonds zal –gegeven de gehanteerde veronderstellingen en uitgangspunten– naar verwachting rond 2019-2020 uit de situatie van reservetekort zijn. Hiermee zou voldaan worden aan de gestelde herstelperiode van 15 jaar; en –– in de vijfjaarsperiode 2009-2013 zal er naar verwachting geen sprake zijn van toeslagverlening. Dekkingsgraadsjabloon Het deterministisch dekkingsgraadsjabloon –dat onderdeel is van het herstelplan– toont de volgende herstel paden op basis van de verwachte waarden van de diverse veronderstellingen:
Effect op dekkingsgraad (in %)
Korte
Lange
termijn
termijn
Dekkingsgraad 31-12-2008 (in %)
90,1
90,1
Premie
6,9
14,1
Uitkering
-0,5
6,3
Indexering
0,1
-18,5
Rente
0,5
4,3
Rendement
11,5
29,9
Overig
0,4
-0,2
Verwachte dekkingsgraad (in %)
op 31-12-2013 en 31-12-2023
109,0
126,0
Continuïteitsanalyse
–– de continuïteitsanalyse toont aan dat er voldoende
In tegenstelling tot het dekkingsgraadsjabloon wordt
herstelkracht is om binnen de gestelde termijnen toe
bij de continuïteitsanalyse ook rekening gehouden met
te groeien naar het vereist eigen vermogen; hierbij
onzekerheid. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan
kan ook goed inhoud worden gegeven aan het
het rendement op de beleggingen; bij het dekkingsgraad-
toeslagenbeleid:
sjabloon wordt uitgegaan van het verwachte rendement
•
dat gelijkblijvend is gedurende de gehele periode; bij de continuïteitsanalyse wordt de onzekerheid eveneens
gemiddelde koopkracht na 15 jaar is 95%; •
gemodelleerd, zodat de uitkomsten jaarlijks kunnen variëren. De belangrijkste uitkomsten van de continuïteitsanalyse
pensioenresultaat inactieve deelnemers: verwachte pensioenresultaat actieve deelnemers: verwachte gemiddelde koopkracht na 15 jaar is 101%;
•
er bestaat consistentie tussen de toeslagambitie en de verwachte resultaten.
zijn: –– er bestaat een reële kans (ongeveer 50%) dat er na 5 jaar nog steeds een dekkingstekort bestaat;
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
31
Gebeurtenissen na balansdatum
herstelplan is gebaseerd op een premieverhoging per
Het herstelplan is gebaseerd op de feitelijke situatie per
1 januari 2009 voor zowel werkgever als deelnemers.
31 december 2008. Het herstelplan is sterk afhankelijk van
–– Beleggingsmix
(met name) de economische ontwikkeling op de korte en
Met ingang van het tweede kwartaal van 2009 wordt
lange termijn. Het is evident dat eventuele afwijkingen van
de tactische beleggingsmix stapsgewijs weer in
de gehanteerde veronderstellingen tot uitdrukking komen
overeenstemming gebracht met de strategische
in het daadwerkelijke herstel van het pensioenfonds.
beleggingsmix. De snelheid waarmee dit gebeurt,
Jaarlijks zal door het Bestuur de voortgang van het
is met name afhankelijk van de ontwikkelingen op
herstelplan worden geëvalueerd. Het eerstvolgende
de financiële markten. Maandelijks wordt door de
toetsmoment is 31 december 2009.
Beleggingscommissie –in overleg met de beleggings-
Indien op dat moment het herstel achterloopt ten opzichte
adviseurs– hieromtrent overleg gevoerd.
van het zogenaamde “haalbare pad” (bijvoorbeeld door
Dit betekent dat er minder verwacht herstel zal
dalende dekkingsgraden), kan dat aanleiding zijn tot het
optreden dan momenteel is opgenomen in de
aanpassen van het herstelbeleid.
herstelplannen.
Gedurende 2009 is gebleken dat de uitgangspunten van
Het deterministische dekkingsgraadsjabloon toont
het herstelplan niet geheel in overeenstemming zijn met
de volgende verwachte herstelpaden op basis van de
de praktijk voor wat betreft de wijzigingen in het premie-
volgende uitgangspunten:
beleid én de gehanteerde beleggingsmix. Beide onder
–– een jaarlijkse herstelpremie van € 2,7 miljoen in plaats
werpen worden hierna besproken.
van € 3,5 miljoen;
–– Premieverhoging in het herstelplan
–– een jaarlijkse herstelpremie vanaf 1 januari 2010 in
Het herstelplan is gebaseerd op een herstelpremie van ongeveer € 3,5 miljoen per jaar. Doordat de werknemerspremie wordt verhoogd van 5,3% naar
plaats van 1 januari 2009; –– de tactische beleggingsmix per 31 december 2008 in plaats van de strategische beleggingsmix.
7,5% van de geldende grondslag –in plaats van de 9% die als uitgangspunt diende– geldt dat er een jaarlijks tekort is van€ 0,8 miljoen. Dit betekent dat er minder verwacht herstel zal optreden dan opgenomen is in het herstelplan. Dit wordt nog eens versterkt doordat het
Effect op dekkingsgraad (in %)
Korte
Lange
termijn
termijn
90,1
90,1
Dekkingsgraad 31-12-2008 (in %)
Premie
5,4
12,1
Uitkering
-0,8
4,1
Indexering
0
-11,6
Rente
0,5
4,1
Rendement
8,7
21,2
Overig
0,4
-0,5
Verwachte dekkingsgraad (in %)
op 31-12-2013 en 31-12-2023
104,3
119,5
32
De belangrijkste uitkomsten zijn als volgt: –– na 5 jaar is de verwachte dekkingsgraad 104,3%, zodat er dan geen sprake meer zou zijn van een dekkingstekort; –– na 15 jaar is de verwachte dekkingsgraad 119,5%, zodat er dan geen sprake meer zou zijn van een reservetekort. Naleving wet- en regelgeving Het afgelopen jaar zijn aan het Pensioenfonds geen dwangsommen of boetes opgelegd. Er zijn door de Nederlandsche Bank geen aanwijzingen aan het Pensioenfonds gegeven, noch is bevoegdheidsuitoefening van organen van het Pensioenfonds gebonden aan toestemming van de toezichthouder of is een bewind voerder aangesteld.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
33
Verzekerdenbestand
Deelnemers
Gewezen
Pensioen-
deelnemers gerechtigden
Stand per 1 januari 2008
2.259
1.117
1.128
Mutaties door:
– Nieuwe toetredingen
139
– Herintreding
0
– Vertrek met premievrije aanspraak
-119
112
– Uitgaande waardeoverdracht
0
-34
– Ingang pensioen
-76
-27
110
– Overlijden
-1
-2
-27
– Afkoop
0
0
-2
– Andere oorzaken
-16 1
-81 1
-198 1
Mutaties per saldo
-73
-32
-117
Stand per 31 december 2008
1.085
1.011 3
Specificatie pensioengerechtigden
Stand
Stand
31-12-
1-1
2008
2008
1
Zijnde voornamelijk eliminaties dubbeltellingen (van paketten naar unieke telling).
2
Waarvan 123 deelnemers met (gedeeltelijke) vrijstelling van premiebetaling.
3
Waarvan 207 fluitgerechtigden.
2.186 2
Ouderdomspensioen
774
739
Partnerpensioen
215
263
Wezenpensioen
21
Invaliditeitspensioen
Totaal
4
Afname a.g.v. eliminaties dubbeltellingen (van paketten naar unieke telling). Ultimo jaar
hadden 92 van de 93 personen met een IP-pakket tevens een pakket als actieve deelnemer.
Conform de richtlijnen van DNB dienen deze personen dan enkel bij de actieve deelnemers
te worden geteld.
34
26
1 4
1.011
100 1.128
Bestemming van het saldo In de bestuursvergadering van 4 juni 2009 heeft het Bestuur besloten het negatieve saldo over het boekjaar 2008 van € 107,141 miljoen als volgt te verdelen: x € 1.000 Algemene reserve
-107.141
Beleggingsreserve
0
_______
-107.141
Maastricht, 4 juni 2009
Het Bestuur
G.P.F. Beurskens
J.A. van Gestel
Voorzitter
Secretaris
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
35
36
Verslag Verantwoordingsorgaan
Verklaring Verantwoordingsorgaan
–– waarborgen continuïteit van het Pensioenfonds;
In het kader van de principes goed pensioen-
–– vooruitzichten.
fondsbestuur is met ingang van 1 januari 2008 een Verantwoordingsorgaan (VO) ingesteld. Het Bestuur legt
Voorts vond een bijeenkomt plaats met het voltallige
verantwoording af aan het VO over het gevoerde beleid
Bestuur op 4 juni 2009, waarin het jaarverslag en de jaar-
over 2008 en de wijze waarop het is uitgevoerd, alsmede
rekening werden vastgesteld en waarin het Bestuur verdere
over de naleving van de Pensioenfonds governance prin-
toelichting verschafte aan het Verantwoordingsorgaan over
cipes. Deze principes betreffen zorgvuldig bestuur, intern
het gevoerde beleid.
toezicht, verantwoording, deskundigheid, openheid en communicatie.
In dit eerste jaar van functioneren is geen overleg geweest met andere externe deskundigen.
Het VO heeft de bevoegdheid een oordeel te geven over het handelen van het Bestuur aan de hand van het jaar
Observaties en oordeel VO
verslag, de jaarrekening en andere informatie, over het door
Het VO is van mening dat het handelen van het Bestuur en
het Bestuur uitgevoerde beleid alsmede over beleidskeuzes
haar uitgevoerde beleid alsmede de beleidskeuzes voor
voor de toekomst.
de toekomst in overeenstemming zijn met de principes
Het Verantwoordingsorgaan toetst het beleid aan het
voor goed pensioenbestuur. Het Bestuur geeft getuige van
principe van evenwichtige behartiging van de belangen
deskundigheid en zorgvuldigheid, van een evenwichtige
van alle betrokkenen van het pensioenfonds.
behartiging van de belangen van alle betrokkenen, van openheid en effectieve communicatie.
Het Verantwoordingsorgaan heeft in het kader van zijn taakuitoefening kennis genomen van het jaarverslag en de jaarrekening over boekjaar 2008. Tevens heeft het
Maastricht, 4 juni 2009
Verantwoordingsorgaan kennis genomen van de fondsdocumenten zoals statuten, pensioenreglementen en de actuariële en bedrijfstechnische nota.
Reactie van het bestuur
In het overleg met de directeur, accountant en actuaris op
Het Bestuur waardeert de betrokkenheid van de leden van
27 mei 2009 zijn de volgende onderwerpen aan de orde
het Verantwoordingsorgaan om zitting te nemen in dit
geweest:
orgaan, ten zeerste. De snelheid waarmee tot een oordeel
–– beleidsuitgangspunten van het Pensioenfonds;
gekomen is getuigt, gezien de korte beschikbare tijd en
–– rol, werkverdeling en controle AZL;
de complexiteit van de materie, van een grote inzet. Het
–– financiële en actuariële analyses, risico’s, uitgangs
Bestuur stelt dit zeer op prijs.
punten en aanbevelingen; –– herstelplannen; –– deskundigheid van de diverse betrokkenen;
Maastricht, 4 juni 2009
–– communicatie van het fonds naar de diverse stakeholders, alsmede het vragen van adviezen aan het Verantwoordingsorgaan;
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
Het Bestuur
37
38
Jaarrekening
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
39
Balans per 31 december na winstbestemming, in duizenden euro
Activa
Beleggingen voor risico fonds [1]
Vastgoedbeleggingen
2008
0
10.006
Zakelijke waarden
68.682
130.329
Vastrentende waarden
200.630
203.498
Derivaten
20.498
502
Overige beleggingen
2.107
0
2007
291.917
344.335
Beleggingen voor risico deelnemers [2]
27.959
27.763
Herverzekering [3]
835
882
Vorderingen en overlopende activa [4]
30.964
5.067
Liquide middelen [5]
19.859
10.464
371.534
388.511
[..] De tussen haken vermelde nummers verwijzen naar corresponderende nummers in de toelichting op de balans, die een integraal
40
onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
Passiva
2008
Reserves
Algemene reserve [6]
-34.979
23.147
Beleggingsreserve [7]
0
49.015
-34.979
72.162
Technische voorzieningen
Voorziening pensioenverplichtingen voor risico fonds [8]
352.860
282.832
Herverzekeringsdeel technische voorzieningen [9]
835
882
2007
353.695
283.714
Overige technische voorzieningen
Voorziening landurige zieken [10]
1.946
0
Toekomstige aanpassing sterftetafels [11]
0
0
Voorziening pensioenverplichtingen voor
risico deelnemers
1.946
0
Pensioenspaarkapitalen [12]
27.959
27.763
Kortlopende schulden [13]
22.913
4.872
371.534
388.511
[..] De tussen haken vermelde nummers verwijzen naar corresponderende nummers in de toelichting op de balans, die een integraal
onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
41
Staat van baten en lasten in duizenden euro
2008
2007
Beleggingsopbrengsten voor risico pensioenfonds
Directe beleggingsopbrengsten [14]
12.633
12.280
Indirecte beleggingsopbrengsten [15]
-50.144
-11.600
Kosten van vermogensbeheer [16]
-556
-623
-38.067
57
Beleggingsopbrengsten voor risico deelnemers [17]
-2.984
549
Premiebijdragen van werkgevers en werknemers [18]
17.807
17.789
Bijdragen voor risico deelnemers [19]
5.551
4.699
Saldo van overdrachten van rechten [20]
-457
-20.902
Pensioenuitkeringen [21]
-14.711
-12.957
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen
voor risico fonds [22]
Opbouw boekjaar
-6.976
-8.232
Indexatie actief
-62
-2.145
Indexatie inactief
36
-2.326
Overdracht in/inkoop
-1.595
-588
Overdracht uit/afkoop
1.054
17.696
Uitkeringen eigen rekening
14.465
12.794
Interest toevoeging
-13.159
-11.729
Sterfte
-328
171
Invaliditeit
-60
850
Vrijval kosten (exclusief kostenopslag in premie)
298
185
Inkoop uit spaarkapitaal
-2.141
-4.617
Toevoeging kostenvoorziening
-139
-144
Wijziging sterftegrondslagen
0
-799
Garantieregeling
35
493
Diverse bestandsmutaties
-203
0
Wijziging rentecurve
-61.253
22.566
-70.028
24.175
[..] De tussen haken vermelde nummers verwijzen naar corresponderende nummers in de toelichting op de staat van baten en lasten, die een
42
integraal onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
Mutatie voorziening langdurig zieken [23]
2008
2007
-1.946
0
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen
voor risico deelnemers [24]
-196
1.463
Onttrekkingen beleggingen voor risico deelnemers [25]
-2.371
-6.711
Herverzekering
Premies [26]
-29
-26
Uitkeringen uit herverzekering [27]
105
148
Winstdeling herverzekering [28]
0
0
76
122
Pensioenuitvoerings- en administratiekosten [29]
-453
-1.241
Overige baten en lasten [30]
638
-100
Saldo van baten en lasten
-107.141
6.943
Bestemming van het saldo
Algemene reserve
-107.141
18.543
Beleggingsreserve
0
-11.600
-107.141
6.943
[..] De tussen haken vermelde nummers verwijzen naar corresponderende nummers in de toelichting op de staat van baten en lasten, die een
integraal onderdeel uitmaakt van de jaarrekening.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
43
Kasstroomoverzicht in duizenden euro
2008
Pensioenactiviteiten Ontvangsten Bijdragen van werkgevers en werknemers
17.632
15.962
Uitkeringen uit herverzekering
105
272
Wegens overgenomen pensioenverplichtingen
806
2.855
Overige
138
83
18.681
Uitgaven
• Uitgekeerde pensioenen
– Pensioenen en afkopen
-10.145
-9.739
– Loonheffing
-3.883
-2.828
– Sociale premies en andere inhoudingen • Wegens overgedragen pensioenverplichtingen
• Premies herverzekering
• Pensioenuitvoerings- en administratiekosten
-620
Beleggingsactiviteiten
Ontvangsten
-29
-120
-627
-1.145
-23.837
-16.458
Directe beleggingsopbrengsten
12.303
13.555
Verkopen en aflossingen beleggingen
1.048.069
699.806
19.172
-373
-1.154
2007
1.060.372
-38.042
713.361
Uitgaven Aankopen beleggingen -1.052.605 Kosten van vermogensbeheer
-595
-692.386 -700
-1.053.200
-693.086
Mutatie geldmiddelen
9.395
1.405
Saldo geldmiddelen 1 januari
10.464
9.059
Saldo geldmiddelen 31 december
19.859
10.464
44
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
Buitenlandse valuta Activa en passiva in buitenlandse valuta zijn omgerekend tegen de ultimo jaar geldende koersen.
Algemeen Leningen op schuldbekentenis Toepassing richtlijnen voor de jaarverslaggeving
De leningen op schuldbekentenis zijn gewaardeerd tegen
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland heeft
de actuele waarde. Onder actuele waarde wordt in dit
bij de samenstelling van dit jaarverslag de Richtlijnen
verband verstaan de contante waarde van de toekomstige
voor de Jaarverslaggeving toegepast, waaronder de op
kasstromen op basis van het effectieve rendement ultimo
5 december 2007 gepubliceerde Richtlijn 610 voor de
het verslagjaar van overeenkomstige leningen.
verslaggeving van pensioenfondsen. Annuïteitenlening Kasstroomoverzicht
De annuïteitenlening wordt gewaardeerd tegen de
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte
geamortiseerde kostprijs.
methode. Vastrentende waarden Stelselwijziging
De vastrentende waarden zijn gewaardeerd tegen de reële
Met de invoering van de Pensioenwet per 1 januari 2007
waarde, zijnde de beurswaarde.
worden beleggingen en pensioenverplichtingen gewaardeerd tegen actuele waarde. Voor het fonds heeft
Aandelen, aandelen vastgoed
dit belangrijke gevolgen voor de waardering van de
De ter beurze genoteerde aandelen, aandelen vastgoed
pensioenverplichtingen. Thans vindt waardering plaats met
en valutatermijntransacties zijn gewaardeerd tegen de
inachtneming van de uitgangspunten van het Financieel
reële waarde, zijnde de beurswaarde. De niet ter beurze
Toetsingskader (FTK). Dit betekent de introductie van onder
genoteerde fondsen zijn gewaardeerd tegen de reële
meer andere sterftetafels (met sterftetrend) en het gebruik
waarde, zijnde de intrinsieke waarde, waarbij de activa van
van de marktrente in plaats van een vaste rekenrente van
de betreffende fondsen op marktwaarde zijn gewaardeerd.
maximaal 4%. Deze wijziging wordt gekwalificeerd als
Bij stocklending worden effecten in verbruikleen gegeven
een stelselwijziging. Het cumulatief effect van de stelsel
waarbij het juridische eigendom wordt overgedragen maar
wijziging is in het vermogen primo 2007 verwerkt.
het economische eigendom in bezit van het fonds blijft. De opbrengst van het in verbruikleen geven van effecten
Schattingswijziging
wordt verantwoord onder de opbrengsten uit beleg-
Het percentage voor de opslag voor excassokosten in
gingen. Het als zekerheid ontvangen onderpand is niet in
de voorziening pensioenverplichtingen is primo 2008
de balans verwerkt en heeft daarmee geen invloed op de
gewijzigd van 1,75% naar 2,00% van de netto voorziening.
beleggingsportefeuille.
Dit wordt als schattingswijziging gekwalificeerd. Het effect van deze wijziging bedraagt ongeveer 693 duizend euro.
Derivaten en overige beleggingen De derivaten en overige beleggingen zoals valuta
Waardering
termijntransacties, futures, swaps en commodities worden gewaardeerd tegen hun actuele waarde, zijnde de
Algemene grondslagen
intrinsieke waarde ultimo boekjaar, waarbij de onderlig-
Alle activa en passiva zijn gewaardeerd tegen de kostprijs,
gende beleggingen zijn gewaardeerd op marktwaarde.
tenzij hierna een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld.
Algemene reserve Aan de algemene reserve wordt het saldo van de staat van baten en lasten toegevoegd.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
45
Ondernemingen die hun jaarrekening opmaken volgens
Gehuwdheid
de bepalingen van Boek 2 Titel 9 van het Burgerlijk Wetboek
Vóór pensioendatum wordt gereserveerd op basis van het
moeten uit oogpunt van kapitaalbescherming een her-
onbepaalde partnersysteem, met gehuwdheidsfrequentie
waarderingsreserve aanhouden ter grootte van de niet
100%. Na pensioendatum wordt gereserveerd op basis van
gerealiseerde waardevermeerderingen van activa waarvoor
het bepaalde partnersysteem.
geen frequente marktnoteringen bestaan. Achtergrond van deze bepaling is dat crediteuren zouden kunnen worden
Uitkeringen
benadeeld als aandeelhouders instemmen met dividend-
De uitkeringen worden continu betaalbaar verondersteld.
uitkeringen uit resultaten die nog gerealiseerd moeten worden.
Leeftijden
De belanghebbenden bij een pensioenfonds worden
Aangenomen wordt dat alle verzekerden geboren zijn op
beschermd door de regels die gesteld worden door het
de 1ste van de maand van de werkelijke geboortedatum.
Financieel Toetsingskader. Tegen deze achtergrond is geen separate herwaarderingsreserve gevormd, aangezien de
Leeftijdsverschil
met de herwaarderingsreserve beoogde bescherming
Het leeftijdsverschil tussen man en vrouw is op 3 jaar
geacht kan worden te zijn begrepen in de algemene
gesteld (man ouder dan vrouw).
reserve. Kosten Beleggingsreserve
In de voorziening pensioenverplichtingen is een excasso-
In deze reserve werden tot en met boekjaar 2007 de
voorziening begrepen van 2,00% van de netto voorziening.
gerealiseerde en niet gerealiseerde koersverschillen verantwoord welke ontstaan door fluctuaties in de actuele
Het gedeelte van de pensioenverplichtingen eigen
waarden van aandelen, aandelen vastgoed, obligaties,
rekening dat was ondergebracht bij AEGON Levens
leningen op schuldbekentenis en annuïteitenlening.
verzekeringen N.V. is primo boekjaar 2008 opgenomen
De beleggingsreserve bedroeg maximaal de som van
in de administratie van AZL en vormt vanaf dit jaar een
10% van de vastrentende portefeuille en 30% van het in
integraal onderdeel van de reguliere voorziening.
zakelijke waarden belegd vermogen. Het minimum van de beleggingsreserve was vastgesteld op nul. Jaarlijks werden
Een gedeelte van de voorziening pensioenverplichtingen is
via de bestemming van het saldo de indirecte beleggings-
volledig herverzekerd.
opbrengsten aan de reserve toegevoegd of onttrokken, voor zover het saldo van de baten en lasten dit toelaat. In
Voorziening langdurig zieken
2008 is het saldo van de beleggingsreserve vrijgevallen
Met ingang van 2008 is er ook een voorziening aanwezig
naar de algemene reserve.
voor langdurig zieken. Indien deelnemers langer dan twee jaar ziek zijn, kunnen ze arbeidsongeschikt verklaard
Voorziening pensioenverplichtingen
worden. Aangezien Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa
Bij de berekening van de voorziening pensioenverplichtin-
het premievrijstellingsrisico slechts gedeeltelijk (met een
gen wordt uitgegaan van de volgende actuariële grondsla-
stop-loss verzekering) heeft herverzekerd, dient het fonds
gen en veronderstellingen:
een voorziening voor langdurig zieken te vormen. De voorziening is ultimo 2008 gelijk aan twee maal de
Rentevoet
risicopremie voor arbeidsongeschiktheid in 2008, waarbij
Rentetermijnstructuur van De Nederlandsche Bank.
de stop-loss korting buiten beschouwing is gelaten. Deze opslag zou naar verwachting en over een langere
Sterfte
periode bezien, voldoende moeten zijn om de kosten voor
AG Prognosetafel 2005-2050 (startjaar 2009) met een leef-
arbeidsongeschikte deelnemers te financieren.
tijdsterugstelling van twee jaar voor mannen en één jaar voor vrouwen.
46
Toekomstige aanpassing sterftetafels
Financiële risico’s
In de boekjaren 2005 en 2006 werd jaarlijks 0,50% van de
De activiteiten van Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa
voorziening pensioenverplichtingen eigen rekening aan
Nederland brengen financiële risico’s van verscheidene
deze voorziening gedoteerd. Met de invoering van het FTK
aard met zich mee. Deze risico’s vertonen in het algemeen
is deze voorziening per 1 januari 2007 via het vermogen
een samenhang met de post pensioenverplichtingen voor
vrijgevallen.
eigen rekening. De toereikendheid voor de dekking van de pensioenverplichtingen is afhankelijk van de mate waarin
Resultaatbepaling
de werkelijke ontwikkelingen van het verzekerdenbestand aansluiten op de uitgangspunten die de basis vormen van
Algemeen
de actuariële bepaling van deze post.
De lasten en baten worden toegerekend aan het jaar
Deze afwijkingen kunnen worden ingedeeld in de vol-
waarop ze betrekking hebben.
gende drie categorieën: –– technisch resultaat;
Directe beleggingsopbrengsten
–– kostenresultaat;
Onder directe beleggingsopbrengsten wordt bij vast
–– beleggingsresultaat.
rentende waarden verstaan de rente-opbrengst ver minderd met de kosten; bij de zakelijke waarden wordt,
Technisch resultaat
voor wat betreft de aandelen, hieronder verstaan het bruto-
Het technisch resultaat is het verschil in sterfte, leeftijds-
dividend, voor aftrek van dividendbelasting, verminderd
verwachting, partnerkeuze, et cetera, ten opzichte van de
met de kosten. Tevens wordt hieronder verantwoord de
uitgangspunten. De bij de bepaling van de voorziening
gedeclareerde dividenden en verdiende interest, alsmede
pensioenverplichtingen gekozen prudente uitgangs
de ontvangen provisies uit hoofde van verbruikleen van
punten zijn weergegeven in de toelichting bij deze post.
effecten. De interesten van overige activa en passiva
De technische resultaten worden in de toelichting op de
worden opgenomen op basis van nominale bedragen.
balans en de staat van baten en lasten verder uitgewerkt. De certificerend actuaris toetst op basis van statistische
Indirecte beleggingsopbrengsten
methoden de uitgangspunten en de voorziening op toe-
Onder indirecte beleggingsopbrengsten worden de
reikendheid. De verklaring van de certificerend actuaris is
volgende resultaten opgenomen:
toegevoegd onder de overige gegevens.
–– gerealiseerde en niet gerealiseerde koersverschillen van de zakelijke en vastrentende waarden; –– boetes bij vervroegde aflossingen van leningen op schuldbekentenis; –– valutaverschillen inzake deposito’s en bankrekeningen in buitenlandse valuta en valutatermijntransacties. Kosten van vermogensbeheer
Kostenresultaat Het kostenresultaat betreft het verschil tussen kosten opslagen in de premie plus vrijvallende excassokosten en de daadwerkelijke kosten van het pensioenfonds. Het kostenresultaat wordt in de toelichting uitgewerkt. Beleggingsresultaat
Onder de kosten van vermogensbeheer worden de kosten opgenomen die verband houden met het beheer van de
Bewaking van risico’s
beleggingen.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland laat zich voor wat betreft het vermogensbeheer adviseren door een beleggingscommissie. De beleggingscommissie heeft in opdracht van het bestuur een beleggingsbeleidsplan opgesteld met richtlijnen voor het vermogensbeheer. Minimaal één keer per jaar wordt het plan in overleg met het bestuur getoetst op bruikbaarheid en actualiteit.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
47
Met de vermogensbeheerders houdt de commissie
Kredietrisico
ieder kwartaal een bijeenkomst naar aanleiding van
Dit risico wordt ook wel aangeduid als debiteurenrisico. De
hun schriftelijke maandelijkse rapportage. Voorts zijn er
waarde van beleggingen in vastrentende waarden wordt
frequente rechtstreekse contacten met de vermogens
ondermeer beïnvloed door de ontwikkeling van de krediet-
beheerders en de adviseur.
waardigheid van de effectenuitgevende instellingen. Bij het kredietrisico dient het effect van de kredietwaar-
Het vermogen van het pensioenfonds wordt actief
digheid van de tegenpartij tot uitdrukking te komen. Het
belegd via Aegon Asset Management, Kempen Capital
kredietrisico komt tot uitdrukking in de zogenaamde credit
Management, Robeco Asset Management, Legal &
spread. Deze spread is het verschil tussen de uitkering die
General, ABN AMRO Asset Management, ING Investment
afhangt van de kredietwaardigheid van de tegenpartij en
Management en State Street Global Advisors.
een uitkering die met volledige zekerheid, risicovrij, tot uit-
De beleggingsrisico’s bestaan voornamelijk uit koersrisico,
kering zal komen. Voor het fonds bedraagt de creditspread
renterisico, kredietrisico en valutarisico. Het door het
2,50%.
bestuur van de stichting gevoerde beleid ten aanzien van
Het kredietrisico wordt bepaald aan de hand van een
deze risico’s wordt hierna verder uiteengezet.
scenario waarbij een stijging van de gemiddelde creditspread van 40% wordt gehanteerd. Hierbij wordt veronder-
Koersrisico
steld dat fondsen alleen systematisch kredietrisico lopen.
De waarde van de beleggingen fluctueert met de koers
Bij een toename van de creditspread neemt de waarde
wijzingen van de effecten waarin wordt belegd.
van de specifieke beleggingen af. In het standaardmodel
Dit risico neemt toe bij een beperking van de spreiding van
is derhalve een opwaartse schok van de creditspread inge
effecten in de portefeuille.
calculeerd. De mate waarin het fonds gevoelig is voor de schok in de creditspread hangt af van de looptijdkarakteris-
De samenstelling van de beleggingen is weergegeven in
tieken van de kasstromen in de portefeuille (duration).
de toelichting op de balans en in de bijlage. Valutarisico Renterisico
Valutarisico betreft het risico dat de waarde van de beleg-
Pensioenfondsen kennen doorgaans een langere loop-
gingen in vreemde valuta verslechtert als gevolg van
tijd voor hun verplichtingen dan voor hun bezittingen.
veranderingen van vreemde valutakoersen. De kans dat de
Vanwege deze mismatch ondervindt een fonds renterisico.
wisselkoers van vreemde valuta verslechtert ten opzichte
Immers bij een rentedaling zullen de verplichtingen sterker
van de euro betekent een risico voor een pensioenfonds
toenemen in waarde dan de bezittingen. Het standaard-
omdat verplichtingen veelal in euro luiden en bezittingen
model van DNB bevat voorgeschreven rentescenario’s
(deels) in vreemde valuta. Dit risico is van belang voor
(verschuiving actuele rentetermijnstructuur via voor
zowel directe posities in een valuta, als voor beleggingen
geschreven rentefactoren) om het vereist eigen vermogen
die gewaardeerd zijn in een andere valuta.
voor dit risico te bepalen.
Het valutarisico wordt berekend aan de hand van een
Om de aanwezige mismatch te beperken, heeft het fonds
scenario waarbij wordt uitgegaan van een waardedaling
gekozen voor een strategische rente-afdekking van 50,0%.
van de beleggingen in vreemde valuta van 20%. Het valuta
De vaststelling van de hoogte van het renterisico wordt
risico is het totale negatieve effect op de waarde van alle
bepaald op basis van de benaderingsmethodiek. Hierbij
beleggingen als gevolg van dit scenario.
wordt de duration, een gewogen gemiddelde looptijd, van
Ter afdekking van het valutarisico is een currency overlay
de verplichtingen gehanteerd.
overeenkomst afgesloten met Kas Bank.
De duration van de vastrentende
De US Dollar en Britse Pond worden voor 100% afgedekt,
waarden-portefeuille bedraagt
6,0
De duration van de voorziening voor risico fonds bedraagt
48
waardoor een valutarisico van 0 resulteert, gebaseerd op de strategische beleggingsmix ultimo 2008.
16,3
Toelichting op de balans per 31 december in duizenden euro Activa [1]
Beleggingen voor risico van het fonds
Stand
Aankopen/
Niet
Verkopen/ Gerealiseerde gerealiseerde
Stand
1-1
verstrek-
uitlotingen/
koers-
koers-
31-12
2008
kingen
(af)lossingen
verschillen
verschillen
2008
Aandelen vastgoedmaatschappijen
10.006
0
-8.427
-1.579
0
0
10.006
0
-8.427
-1.579
0
0
Categorie
Vastgoedbeleggingen:
Zakelijke waarden:
Aandelenbeleggingsfondsen
130.310
76.080
-72.533
-19.234
-45.941
68.682
Aandelen
19
0
-17
-2
0
0
130.329
76.080
-72.550
-19.236
-45.941
68.682
819.956
-829.301
189
4.930
69.631
Vastrentende waarden:
Obligaties
Obligaties index linked
23.363
99.303
-99.169
148
252
23.897
Obligatiebeleggingsfondsen
100.093 1
53.630
-50.145
-549
-10.486
92.543
Leningen op schuldbekentenis
205
0
-205
0
0
0
Annuïteitenlening
5.980
7.572
-6.657
422
242
7.559
Deposito’s
0
24.749
-17.262
-487
0
7.000
203.498
1.005.210
-1.002.739
-277
-5.062
200.630
-914
121
2
0
73.857 1
Derivaten:
Opties
1
790
Valutatermijncontracten
501
0
-4.466
4.466
-1.990
-1.489
Futures
0
0
-992 2
992
6
6
Swaps
-1.389
0
70
20.492
20.492
-887
2.109
-6.372
5.649
18.510
19.009
2
1.319 2
Overige beleggingen:
Commodities
0
5.080
0
0
-2.973
2.107
0
5.080
0
0
-2.973
2.107
342.946
1.088.479
-1.090.088
-15.443
-35.466
290.428
Totaal belegd vermogen
1
Op 1 januari 2008 heeft een reclassificatie van het L&G Inflation Linked Index Fund ter grootte van 22,126 miljoen plaatsgevonden van Obligatiebeleggingsfondsen naar Obligaties
index linked.
2
De aan- en verkopen zijn gesaldeerd weergegeven.
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
49
Categorie
Derivaten:
Niet
Stand
Aankopen/
Verkopen/ Gerealiseerde gerealiseerde
Stand
1-1
verstrek-
uitlotingen/
koers-
koers-
31-12
2008
kingen
(af)lossingen
verschillen
verschillen
2008
Swaps
1.389
0
Valutatermijncontracten
0
1.489
Belegd vermogen passiva zijde
1.389
1.489
Belegd vermogen activa zijde
344.335
291.917
Ter afdekking van de valutarisico’s op de effectenportefeuille zijn er door de vermogensbeheerders valuta termijntransacties gesloten, die niet uit de balans blijken. Het gaat om contracten voor de afdekking van de US Dollar, het Britse Pond, de Japanse Yen, de Zwitserse Frank, de Canadese Dollar en de Hong Kong Dollar, in totaal voor een nominaal bedrag ad € 46,5 miljoen. De contracten lopen allen af op 30 januari en 19 maart 2009. Het ongerealiseerde resultaat per balansdatum, berekend tegen de ultimo van het jaar geldende valutakoersen ad € 1,489 miljoen (negatief ), is hierboven onder het verloop van de beleggingen opgenomen. Het pensioenfonds heeft verder het renterisico gedeeltelijk via renteswaps afgedekt met een notional van € 139,0 miljoen en een duratie van 12,1.
[2]
Beleggingen voor risico van de deelnemers
2008
2007
27.959
27.763
835
882
Deze beleggingen voor rekening en risico van de deelnemers zijn bij Robeco ondergebracht, waar belegd wordt in diverse beleggingsfondsen. [3]
Herverzekering De herverzekeringen hebben betrekking op pensioenen en arbeidsongeschiktheid
50
[4]
2008
2007
Vorderingen en overlopende activa Lopende intrest en dividend
Hieronder is opgenomen de aan het boekjaar toe te rekenen intrest en dividend van:
Obligaties
1.893
2.058
Leningen en schuldbekentenis
0
5
Swaps
414
0
Banken
108
35
2.415
2.098
Overige vorderingen
Inkoopsommen
36
0
Terugvorderbare dividendbelasting
279
279
Verkoop beleggingen
26.092
1.058
Te ontvangen waardeoverdrachten
3
112
Uitkeringen verzekeringsmaatschappij
43
43
Premies
1.232
1.181
Aegon Levensverzekering N.V.
538
0
R/C Ondernemingen
239
209
Te onttrekken spaarkapitalen Robeco
18
0
Overige
69
87
28.549
2.969
30.964
5.067
[5]
Totaal vorderingen en overlopende activa Liquide middelen
Depotbanken
14.191
6.868
ING
5.668
3.596
Totaal activa
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
19.859
10.464
371.534
388.511
51
Passiva
2008
2007
Reserves
[6]
Algemene reserve
Stand per 1 januari
23.147
Bij: overboeking saldo beleggingsreserve
49.015
0
Af: cumulatief effect stelselwijziging van APP naar FTK
0
-5.358
Af/bij: dotatie uit bestemming saldo
-107.141
18.543
Stand per 31 december
9.962
-34.979
[7]
Beleggingsreserve
Stand per 1 januari
49.015
Af: overboeking naar algemene reserve
-49.015
0
Af: vrijval uit bestemming saldo
0
-11.600
23.147
60.615
Stand per 31 december
0
49.015
Totaal reserves
-34.979
72.162
Het aanwezig eigen vermogen en aanwezige
dekkingsgraad bedragen:
-34.979
90,1%
72.162
125,5%
14.855
104,2%
14.142
105,0%
62.868
117,8%
44.481
115,7%
Het minimaal vereist eigen vermogen en de hierbij horende
minimaal benodigde dekkingsgraad bedraagt:
Het vereist eigen vermogen en de hierbij horende benodigde
dekkingsgraad bedraagt: De dekkingsgraad is vastgesteld als het Totaal Vermogen (Reserves + Technische voorzieningen voor risico pensioenfonds) gedeeld door de Technische voorzieningen voor risico pensioenfonds. De berekening is als volgt: (-34.979 + (352.860+835)) / (352.860+835) x 100% = 90,1% Het vereist eigen vermogen bestaat uit de volgende risicocategorieën:
Renterisico (S1)
28.821
15.604
Zakelijke waarden risico (S2)
41.828
33.100
Valutarisico (S3)
0
6.510
Grondstoffenrisico (S4)
6.236
0
Kredietrisico (S5)
2.490
975
Verzekeringstechnisch risico (S6)
11.024
8.921
Totaal risico o.b.v. wortelformule
62.868
44.481
52
2008
2007
Per 31 december 2008 voldoet het fonds niet aan de wettelijke normen met betrekking tot het vereist eigen vermogen. Door het bestuur is hiervan melding gemaakt bij de toezichthouder DNB en er is een korte- en lange termijnherstelplan ingediend. De belangrijkste uitgangspunten van het herstelplan zijn: – Premieverhoging met ongeveer € 3,5 miljoen per jaar; – Geen indexatie van de pensioenaanspraken per 1 januari 2009 van de actieve en inactieve deelnemers. Hieruit blijkt dat het bestuur verwacht dat, gegeven de uitgangs punten, binnen de gestelde termijn van vijf jaar (31 december 2013) wordt voldaan aan de eisen van het minimaal vereist eigen vermogen.
Technische voorzieningen De voorziening pensioenverplichtingen per 31december is als volgt opgebouwd:
Deelnemers
155.631
127.438
Gewezen deelnemers
43.664
34.253
Pensioengerechtigden
154.400
122.023
Totale voorziening pensioenverplichtingen
353.695
283.714
Af: herverzekering
-835
-882
Blijft: voorziening pensioenverplichtingen eigen rekening
352.860
282.832
282.832
300.148
[8]
Voorziening pensioenverplichtingen voor risico fonds
Stand per 1 januari
Bij: cumulatief effect stelselwijziging van APP naar FTK
0
6.859
Bij/af: mutatie via de staat van baten en lasten
70.028
-24.175
[9]
Stand per 31 december
352.860
282.832
Herverzekeringsdeel technische voorzieningen
Stand per 1 januari
882
988
Af: onttrekking
-47
-106
Stand per 31 december
835
882
Totaal technische voorzieningen
353.695
283.714
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
53
2008
2007
Overige technische voorzieningen
[10]
Voorziening langdurig zieken
Stand per 1 januari
0
0
Bij: dotatie boekjaar
1.946
0
Stand per 31 december
[11
1.946
0
Toekomstige aanpassing sterftetafels Aan deze voorziening werd in het verleden jaarlijks 0,50 % van de voorziening pensioenverplichtingen eigen rekening gedoteerd. Door de stelselwijziging van APP naar FTK is deze voorziening per 1 januari 2007 vrijgevallen.
Stand per 1 januari
0
1.501
Af: vrijval i.v.m. stelselwijziging van APP naar FTK
0
-1.501
Stand per 31 december
0
0
Totaal overige technische voorzieningen
1.946
0
Voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers
[12]
Pensioenspaarkapitalen Robeco Stand per 1 januari
27.763
29.226
Stortingen deelnemers
5.551
4.699
Onttrekkingen deelnemers
-2.371
-6.711
Rendement
-2.984
549
Stand per 31 december
[13]
27.959
27.763
Kortlopende schulden Beleggingen
1.489
1.389
Aankoop beleggingen
20.442
2.317
Verzekeringsmaatschappijen
0
75
R/C Ondernemingen
8
102
Naar Robeco door te storten deel inkomende WO
214
0
Beheerloon
91
129
Pensioenuitvoerings- en administratiekosten
279
487
Aegon
0
80
Uitkeringen
2
8
Loonheffing
333
252
Sociale lasten
55
33
22.913
4.872
Totaal passiva
371.534
388.511
54
Toelichting op de staat van baten en lasten (in duizenden euro) Bezoldiging bestuursleden
Personeel
De bestuursleden van Stichting Pensioenfonds Smurfit
Gedurende het boekjaar 2008 had Stichting Pensioenfonds
Kappa Nederland hebben geen bezoldiging ontvangen.
Smurfit Kappa Nederland geen personeel in dienst.
Wel wordt aan gepensioneerde bestuurs- en commissie leden een onkostenvergoeding verstrekt.
Baten en lasten
[14]
2008
Beleggingsopbrengsten voor risico pensioenfonds Directe beleggingsopbrengsten
Vastgoedbeleggingen
261
152
Aandelen
4.460
3.323
Vastrentende waarden
7.310
9.015
Derivaten
67
-1
Overige beleggingen
52
0
Banken
486
396
FVP bijdragen
7
2
Waarde-overdrachten
-25
-316
Verzekeringsmaatschappijen
15
55
Overig
0
-346
[15]
12.633
• Gerealiseerde koersverschillen: -1.579
– Zakelijke waarden
-19.236
1.495
– Vastrentende waarden
-277
-5.028
– Derivaten
5.649
833
– Overige beleggingen
0
0
– Overige koersverschillen
-55
5
12.280
Indirecte beleggingsopbrengsten – Vastgoedbeleggingen
2007
127
• Niet-gerealiseerde koersverschillen:
– Vastgoedbeleggingen
0
-5.041
– Zakelijke waarden
-45.941
0
– Vastrentende waarden
-5.062
-4.202
– Derivaten
18.510
167
– Overige beleggingen
-2.973
0
– Overige koersverschillen
820
44
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
-50.144
-11.600
55
[16]
2008
Kosten van vermogensbeheer
Beheerloon
-332
-380
Bewaarloon
-224
-243
Totaal beleggingsopbrengsten voor risico fonds
[17]
Beleggingsopbrengsten voor risico deelnemers
-556
-623
-38.067
57
Directe beleggingsopbrengsten minus kosten
1.222
609
Koersresultaat
-4.206
-60
[18]
-2.984
Werkgevers- en werknemersaandeel
14.413
12.860
Inkoopsommen
767
401
Onttrekkingen spaarkapitalen Robeco waarvoor rechten worden ingekocht
2.374
4.438
SVB-FVP bijdragen
253
90
De feitelijke premie bedraagt :
17.807
14.413
17.983
De kostendekkende premie bedraagt:
9.893
17.929
De gedempte kostendekkende premie bedraagt:
11.792
19.102
11.792
16.402
De gedempte kostendekkende premie (na verrekening solvabiliteitsvrijval) bedraagt: De kostendekkende premie is als volgt samengesteld:
– Actuarieel benodigd
7.037
12.801
– Opslag in stand houden vereist vermogen
1.180
3.022
– Opslag voor uitvoeringskosten
1.341
1.189
– Risicopremies overlijden en arbeidsongeschiktheid
335
917
9.893
17.929
De gedempte premie is als volgt samengesteld:
– Actuarieel benodigd
8.647
13.753
– Opslag in stand houden vereist vermogen
1.437
3.232
– Opslag voor uitvoeringskosten
1.373
1.200
– Risicopremies overlijden en arbeidsongeschiktheid
335
917
11.792
19.102
56
549
Premiebijdragen van werkgevers en werknemers
2007
17.789
2008
2007
5.551
4.699
Bij de bepaling van de aan het boekjaar toe te rekenen premie is rekening gehouden met verleende premiekortingen en/of toeslagen. In beide boekjaren zijn geen kortingen verstrekt. [19] [20]
Bijdragen voor risico deelnemers Stortingen in de beleggingsfondsen bij Robeco Saldo van overdrachten van rechten Overgenomen pensioenverplichtingen
667
628
Opnames Robeco kapitalen t.b.v. doorstorting als
uitgaande overdracht
30
2.273
Collectief overgedragen pensioenverplichtingen
0
-22.904
Overgedragen pensioenverplichtingen
-1.154
-899
[21]
-457
Pensioenuitkeringen • Pensioenen
– Ouderdomspensioen
-12.692
-11.711
– Invaliditeitspensioen
-167
-193
– Partnerpensioen
-1.258
-519
– Wezenpensioen
-59
-69
– WAO-hiaatpensioen
-343
-336
– Anw-hiaatpensioen
-139
-125
– Afkoopsommen
-9
-2
– Compensatie premie ZVW
-42
0
– Compensatie overhevelingstoeslag
-2
-2
-20.902
• Andere uitkeringen
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
-14.711
-12.957
57
Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor
risico fonds
[22]
2008
Voorziening pensioenverplichtingen eigen rekening
Opbouw boekjaar
-6.976
-8.232
Indexatie actief
-62
-2.145
Indexatie inactief
36
-2.326
Overdracht in/inkoop
-1.595
-588
Overdracht uit/afkoop
1.054
17.696
Uitkeringen eigen rekening
14.465
12.794
Interest toevoeging
-13.159
-11.729
Sterfte
-328
171
Invaliditeit
-60
850
Vrijval kosten (exclusief kostenopslag in premie)
298
185
Inkoop uit spaarkapitaal
-2.141
-4.617
Toevoeging kostenvoorziening
-139
-144
Wijziging sterftegrondslagen
0
-799
Garantieregeling
35
493
Diverse bestandsmutaties
-203
0
Wijziging rentecurve
-61.253
22.566
[23] [24]
-70.028
24.175
-1.946
0
Mutatie voorziening langdurig zieken Mutatie boekjaar Mutatie voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers
Stortingen deelnemers
-5.551
-4.699
Onttrekkingen deelnemers
2.371
6.711
Rendement
2.984
-549
[25]
58
2007
Onttrekkingen beleggingen voor risico deelnemers
-196
1.463
-2.371
-6.711
2008
Herverzekering
[26]
Premies
Overlijdens- en arbeidsongeschiktheidsrisico
-29
-26
Afkoop
0
0
[27]
-29
WAO-hiatenpensioen
105
148
Kapitaal bij overlijden
0
0
[28] [29]
105
148
Winstdeling herverzekering
0
0
Totaal herverzekering
76
122
Pensioenuitvoerings- en administratiekosten
Administratie
-433
-472
Actuaris
-374
-437
Accountant (controle jaarrekening)
-36
-48
Accountant (advieswerkzaamheden)
-14
0
Advisering
-126
-73
De Nederlandsche Bank
-34
-25
Contributie Opf
-5
-4
Robeco Flexioen
-47
-60
AFM
0
-1
Drukwerk
-14
-49
Overige
-90
-72 *
Ontvangen vergoeding voor kosten transitie Eska Graphic Board
720
0
-453
-1.241
Inclusief € 55 inzake transitie Eska Graphic Board.
[30]
Overige baten en lasten
Diversen
21
3
Afwaardering vordering Alhermij
0
-103
Afwikkeling Aegon-depot
617
0
-26
Uitkeringen uit herverzekering
*
2007
Saldo van baten en lasten
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
638
-100
-107.141
6.943
59
2008
2007
Analyse jaarresultaat De ontwikkeling van het fonds in het boekjaar volgt uit de hierna gegeven technische verlies- en winstrekening.
Wijziging rentetermijnstructuur
-61.253
22.566
Beleggingsopbrengsten
-51.226
-11.672
Premie
5.729
3.033
Waardeoverdrachten
-90
-3.794
Kosten
1.079
-31
Uitkeringen
-134
-15
Sterfte
-65
630
Arbeidsongeschiktheid
-17
1.282
Reguliere mutaties
453
314
Toeslagverlening
-26
-4.471
Incidentele mutaties voorziening
-2.229
-799
Andere oorzaken
638
-100
Totaal jaarresultaat
Maastricht, 4 juni 2009
Het Bestuur
G.P.F. Beurskens
J.A. van Gestel
Voorzitter
Secretaris
60
-107.141
6.943
Overige gegevens
Gebeurtenissen na balansdatum
–– Toeslagbeleid •
tot en met 2008 was de voorwaardelijke indexatie
Herstelplan
voor zowel actieve als inactieve deelnemers
Het fonds maakt gebruik van de eenmalige mogelijkheid
gebaseerd op de looninflatie. Vanaf 2009 geldt voor
die de Minister heeft geboden om binnen 5 jaar (in plaats
de inactieve deelnemers de prijsinflatie. Verder zijn
van 3 jaar; dus uiterlijk 31 december 2013) het minimaal
de pensioenaanspraken en -rechten van de actieve
vereist eigen vermogen te bereiken. Bij het opstellen van
en inactieve deelnemers per 1 januari 2009 niet
het herstelplan heeft het Bestuur zich laten ondersteunen
geïndexeerd;
door externe adviseurs en is het voorgenomen beleggingsbeleid afgestemd met de Beleggingscommissie. Met de
–– Beleggingsbeleid •
het beleggingsbeleid is ongewijzigd gebleven.
werkgever en de vakbonden (namens de werknemers) is intensief overleg gevoerd over de bijdrage. Het herstelplan is opgesteld met inachtneming van de
Financiering
uitgangspunten zoals die door De Nederlandsche Bank zijn voorgeschreven. Nadrukkelijk merken wij op dat inherent
Premiebeleid
aan de modelmatige aanpak ook het herstelplan een
In 2008 is de totale werkgeverspremie op 19,1% gesteld
benadering van de werkelijkheid is. Dit betekent dat de
van de pensioengrondslag (gemaximeerd op
werkelijke ontwikkeling van de dekkingsgraad in positieve
€ 84.100 - € 16.200). De werknemerspremie is op 5,3%
of negatieve zin kan afwijken van het verwachte herstelpad,
gesteld (gemaximeerd op € 52.700 - € 16.200). De deelne-
waardoor de financiële positie van het fonds zich sneller of
mers die gebruik maken van de zogenaamde Fluitregeling
langzamer kan herstellen dan voorzien.
(62 - 65 jaar) dragen in 2008 voor het eerst de volledige
De belangrijkste uitgangspunten van het herstelplan zijn:
premie van 5,3% van de Fluitgrondslag bij.
–– Premiebeleid •
het herstelplan is gebaseerd op een herstelpremie van ongeveer € 3,5 miljoen per jaar. Doordat de
Resultaatbestemming
werknemerspremie wordt verhoogd van 5,3% naar 7,5% van de geldende grondslag –in plaats van de
Resultaatverdeling
9% die als uitgangspunt diende– geldt dat er een
Het bestuur heeft besloten het resultaat over het boekjaar
jaarlijks tekort is van€ 0,8 miljoen. Dit betekent dat
2008 als volgt te verdelen:
er minder verwacht herstel zal optreden dan opgenomen is in het herstelplan. Dit wordt nog eens
versterkt doordat het herstelplan is gebaseerd op
x € 1.000
2008
een premieverhoging per 1 januari 2009 voor zowel werkgever als deelnemers;
Algemene reserve
-107.141
Beleggingsreserve
0
_______
-107.141
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
61
Uitvoering De bevoegdheden van het bestuur zijn vastgesteld in de statuten en in het reglement van de Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland. De administratie van de Stichting is opgedragen aan AZL N.V. te Heerlen. Het vermogensbeheer wordt door Aegon Asset Management, Kempen Capital Management, Robeco Asset Management, Legal & General, ABN Amro Asset Management, ING Investment Management en State Street Global Advisors verzorgd. Montesquieu Finance & Treasury en Prof. Dr. R.M.M.J. Bauer treden op als adviseur van de beleggingscommissie. De controle van de jaarrekening wordt uitgevoerd door PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. te Rotterdam. De verantwoordelijkheid voor de vaststelling van de voorziening pensioenverplichtingen berust bij AZL N.V. te Heerlen, de controle en beoordeling daarvan berust bij Towers Perrin te Apeldoorn, certificerend actuaris van Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland.
62
Actuariële verklaring
datum aangegane verplichtingen zal kunnen nakomen. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan
Opdracht
zijn in overeenstemming met de binnen het Actuarieel
Door Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland is
Genootschap geldende normen en gebruiken en vormen
aan Towers Perrin de opdracht verleend tot het afgeven van
naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn
een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet
oordeel.
over het boekjaar 2008. Oordeel Gegevens
Met inachtneming van het voorafgaande en het
De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn
navolgende verklaar ik dat naar mijn overtuiging is voldaan
verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoor-
aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet.
delijkheid van het bestuur van het pensioenfonds.
De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de
Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de
beschreven berekeningsregels en uitgangspunten,
beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd
toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het
op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de
pensioenfonds is op de balansdatum lager dan het wette-
jaarrekening.
lijke minimaal vereist eigen vermogen.
In overeenstemming met de richtlijn “Samenwerking
Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de
tussen accountant en actuaris ter zake van de controle van
balansdatum lager dan het wettelijk vereist eigen ver
verantwoordingen van verzekeringsinstellingen” heeft de
mogen.
accountant van het pensioenfonds mij geïnformeerd over
Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de
zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid en
verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, sprake van
de volledigheid van de administratieve basisgegevens en
een dekkingstekort.
de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming
De vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Smurfit
van belang zijn.
Kappa Nederland is naar mijn mening onvoldoende. Daarbij is bepalend de mate van waarschijnlijkheid dat het
Werkzaamheden
pensioenfonds zal kunnen voldoen aan de verplichtingen,
Ter uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of
aangegaan tot balansdatum, in aanmerking nemend het
is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de
streven inzake toeslagen, zoals aan verzekerden meege-
Pensioenwet.
deeld en de in wet- en regelgeving opgenomen criteria.
De door het pensioenfonds verstrekte administratieve basisgegevens en bevindingen van de accountant ten aanzien hiervan zijn zodanig dat ik die gegevens als
Apeldoorn, 4 juni 2009
uitgangspunt voor mijn beoordelingswerkzaamheden heb aanvaard. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht:
Drs. W. Eikelboom AAG
–– heb ik ondermeer onderzocht of de technische voor-
Verbonden aan Towers Perrin
zieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld; en –– heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogens positie van het pensioenfonds. Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. Ik heb mij een oordeel gevormd over de waarschijnlijkheid waarmee het pensioenfonds de tot balans
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
63
Aan het Bestuur van Stichting Pensioenfonds Smurfit
zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van
Kappa Nederland
materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de
Accountantsverklaring
jaarrekening van reserves en resultaat relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te
Verklaring betreffende de jaarrekening
kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder
Wij hebben de in dit verslag op pagina 39 tot en
de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet
met 60 opgenomen jaarrekening 2008 van Stichting
tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit
Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland te Maastricht
van het interne beheersingssysteem van de stichting.
bestaande uit de balans per 31 december 2008 en de
Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie
staat van baten en lasten over 2008 met de toelichting
van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen
gecontroleerd.
voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de stichting heeft gemaakt,
Verantwoordelijkheid van het bestuur
alsmede een evaluatie van het algehele beeld
Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor
van de jaarrekening.
het opmaken van de jaarrekening die de reserves en het saldo van baten en lasten getrouw dient weer te geven,
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-
alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in
informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons
overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Deze verant
oordeel.
woordelijkheid omvat onder meer het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem
Oordeel
relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld
in de jaarrekening van reserves, baten en lasten, zodanig
van de grootte en de samenstelling van de reserves van
dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland per
van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van
31 december 2008 en van het saldo van baten en lasten
aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving
over 2008 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.
Verklaring betreffende andere wettelijke v oorschriften en/of voorschriften van
Verantwoordelijkheid van de accountant
r egelgevende instanties
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel
Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge
over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij
artikel 2:393 lid 5f BW melden wij dat het jaarverslag,
hebben onze controle verricht in overeenstemming met
voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is
Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht
met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.
te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt
Rotterdam, 19 juni 2009
verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen
64
Origineel getekend door drs. F.J. van Groenestein RA
Bijlagen Beleggingsoverzichten Overzicht belegd vermogen (in duizenden euro)
2008
2007
€
%
Norm
€
%
Norm
Vastgoedbeleggingen:
Aandelen vastgoedmaatschappijen
0
0,0%
3,0%
10.006
2,8%
3,0%
0
0,0%
3,0%
10.006
2,8%
3,0%
Zakelijke waarden:
Aandelenbeleggingsfondsen
68.682
22,0%
130.310
36,7%
Aandelen
0
0,0%
19
0,0%
68.682
22,0%
37,0%
130.329
36,7%
Vastrentende waarden:
Obligaties
69.631
22,3%
73.857
20,8%
Obligaties index linked
23.897
7,6%
23.363
6,6%
Obligatiebeleggingsfondsen
92.543
29,6%
100.093
28,1%
Leningen op schuldbekentenis
0
0,0%
205
0,1%
Annuïteitenlening
7.559
2,4%
5.980
1,7%
Deposito’s
7.000
2,2%
0
0,0%
Lopende intrest vastrentende waarden
1.893
0,6%
2.063
0,6%
202.523
55,0%
205.561
57,7%
0,0%
37,0%
64,7%
60,0%
Derivaten en overige beleggingen:
Opties
0
0,0%
1
Valutatermijncontracten
-1.489
-0,5%
501
0,1%
Futures
6
0,0%
0
0,0%
Swaps
20.492
6,6%
-1.389
-0,4%
Commodities
2.107
0,7%
0
0,0%
Lopende intrest derivaten
414
0,1%
0
0,0%
21.530
6,9%
5,0%
-887
-0,2%
0,0%
Liquide middelen:
Depotbanken
14.191
4,5%
6.868
1,9%
Banken
5.668
1,8%
3.596
1,0%
Lopende intrest banken
108
0,0%
35
0,0%
19.967
6,4%
0,0%
10.499
3,0%
0,0%
312.702
100,0%
100,0%
355.508
100,0%
100,0%
Totaal belegd vermogen
Stichting Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Jaarverslag 2008
65