Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Winterswijk, juni 2014
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
INHOUDSOPGAVE Pagina VOORWOORD
3
A BESTUURSVERSLAG Verslag van de bestuursvoorzitter A1 Algemene informatie 1 - Stichtingsinformatie 2 - Juridische structuur 3 – Organisatiestructuur 4 – Verbonden partijen 5 – Governance A2 Onderwijsbeleid, beheer en organisatie 1 – Algemeen 2 – Personeel 3 – Onderwijsprestaties 4 – Kwaliteitszorg 5 – Huisvesting A3 Financiën op balansdatum 1 – Resultaat boekjaar 2013 (incl. verschillenanalyse begroting) 2 – Financiële positie op balansdatum 3 – Continuïteitsparagraaf 4 – Risicobeheersing en interne controle 5 – Treasuryverslag
4
B JAARREKENING B1 Grondslagen B2 Balans per 31 december 2012 B3 Staat van baten en lasten B4 Kasstroomoverzicht B5 Toelichting op de afzonderlijke posten van de balans B6 Toelichting op de afzonderlijke posten van de staat van baten en lasten B7 Niet uit de balans blijkende verplichtingen B8 Overzicht verbonden partijen B9 Model WNT C OVERIGE GEGEVENS C1 Controleverklaring van de accountant C2 Resultaatbestemming C3 Gebeurtenissen na balansdatum D BIJLAGEN D1 Gegevens over de rechtspersoon
4 5 5 8 8 10 11 14 14 17 24 30 34 35 35 39 41 43 44 45 45 47 49 50 51 55 59 59 59 61 61 62 62 63 63
Pagina 2
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
VOORWOORD
Ook in het verslagjaar 2013 is het strategisch beleidsplan 2011 – 2015 leidend geweest. Voortbordurend op het bestuurlijk beleidskader is het strategisch plan 2011–2015 totstand gekomen, waarbij de operationele doelen leidend zijn. Uitgaand van eigen kracht binnen de organisatie is het afgelopen jaar gewerkt aan het bereiken van deze operationele doelen. Dit met als gevolg een borging van de cultuur op de scholen en binnen de stichting. Een cultuur van resultaten volgen en plannen maken. Een cultuur van verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen. Een cultuur waarbinnen elk personeelslid de kans krijgt zich te ontwikkelen en de kans krijgt binnen functies en werkgroepen zelf een deel van de verantwoording op zich te nemen en daardoor bij te dragen aan het uiteindelijke doel:
OPBRENGSTGERICHT WERKEN
Binnen het gehele proces van professionele ontwikkeling heeft het afgelopen jaar bestuurlijke aansturing plaats gevonden voor wat de positie, de taken en verantwoordelijkheden van de interne begeleider betreft. Een boeiend proces dat heeft geleid tot meer duidelijkheid en transparantie. Hierover in hoofdstuk 2.3 onderwijsprestatie meer. Het afgelopen jaar zijn er verschillende maatregelen getroffen om de risico’s veroorzaakt door krimp (ontgroening) het hoofd te kunnen bieden. Hierover is veel gepraat en van gedachten gewisseld met de inspraakorganen, de toezichthouder en de directies. Veel energie is gestoken in het overleg en het anticiperen op de toekomst. Tot slot kan gemeld worden dat door zowel de toezichthouder, het bestuur, het management en alle personeelsleden ook weer dit verslagjaar het nodige werk is verzet om de leerlingen die gekozen hebben voor het openbaar primair onderwijs dat te bieden waarop ze recht hebben:
SAMEN BOUWEN AAN DE TOEKOMST VAN ELK KIND
Winterswijk, juni 2014 J.P.J. Schot algemeen directeur
Pagina 3
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A - BESTUURSVERSLAG
Verslag van de bestuursvoorzitter Het bestuur van SOPOW is het orgaan dat toezicht houdt op de organisatie. In 2013 heeft het bestuur 6 keer vergaderd. Tijdens de bestuursvergaderingen worden de resultaten door de algemeen directeur verantwoord. Het bestuur beoordeelt de rapportages en financiële overzichten en neemt bestuursbesluiten gelet op de financiële weerbaarheid en continuïteit van de organisatie. In de juni-vergadering is het jaarverslag en de jaarrekening over 2012 vastgesteld; aan het eind van het jaar heeft de begrotingsvergadering plaatsgevonden. Er is in 2013 geen aanleiding gevonden het onderwijskundig beleid bij te stellen noch dat de financiële positie van de stichting aanleiding geeft tot ingrijpen. De demografische ontwikkelingen en de daarmee gepaard gaande leerling daling binnen SOPOW raakt de organisatie op vele vlakken. Het heeft impact op het onderwijskundige, het organisatorische en het personele vlak. Voor het bestuur is dit aanleiding geweest om een werkgroep in te stellen. De werkgroep samengesteld uit vertegenwoordigers van het bestuurskantoor en het bestuur heeft de opdracht gekregen zich verkennend te buigen over de toekomst van de organisatie. De werkgroep heeft een aantal scenariomodellen opgeleverd op basis waarvan het bestuur besluiten voor de toekomst kan nemen. Ook is in 2013 definitief de keuze gemaakt over te gaan van een toezichthoudend bestuur naar Raad van Toezicht model. De eerste stappen richting gemeente Winterswijk zijn gezet. Daarnaast is een profielschets opgesteld voor de op handen zijnde opvolging van de algemeen directeur. Verder is in 2013 afscheid genomen van een tweetal bestuursleden (van het eerste uur) en is een nieuw (aspirant) bestuurslid verwelkomt. Zowel de voorzitter als de secretaris zijn aan het eind van hun tweede zittingstermijn afgetreden. Door de instroom van 1 nieuw bestuurslid bestaat het bestuur op dit moment uit 5 personen, uit haar geleding is een nieuwe voorzitter en secretaris gekozen.
Winterswijk, juni 2014 M.J.A. van Rooden voorzitter
Pagina 4
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 1 - Algemene informatie A 1.1 Stichtingsinformatie Bestuursgegevens Naam instelling: Adres: Postadres Telefoon:
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk Beatrixpark 22 7101 BN Winterswijk Postbus 257 7100 AG Winterswijk (0543) 53 38 87
Algemeen directeur: Contactpersoon: E-mail: Website: Bestuursnummer:
de heer J.P.J. Schot de heer F.H.M. Heming
[email protected] www.sopow.nl 41494
Scholen Per 31 december 2012 onder het bevoegd gezag ressorterende scholen: School
adres
- Bargerpaske - De Schakel - De Kolibrie lok. Hakkelerkampstraat lok. Ribeslaan lok. Olmenstraat - Kotten - Miste/Corle - Stegeman - ’t Waliën - Woold
BP DS KB
KO MC ST WA WO
postcode
Voorninklaan 1 Violenstraat 1a
7103 AW 7102 CN
Hakkelerkampstraat 33 Ribeslaan 2 Olmenstraat 41 Meester Meinenweg 14 Brinkeweg 15 Pronsweg 5 Waliënseweg 8 Schoolweg 13
7101 VG 7101 XZ 7101 TE 7107 AN 7109 BN 7101 CE 7105 CD 7108 BM
BRIN-nr. 18VQ 18WF 18WN
18WW 18ZG 19AM 19AV 19BC
Leerlingaantallen Voor de bekostiging van het onderwijs is het leerlingaantal per 1 oktober maatgevend. Onderstaand het leerlingaantal op de laatste drie teldata: teldatum
BP
DS
KB
KO
MC
ST
WA
WO
SOPOW
1 okt. 2011 1 okt. 2012 1 okt. 2013
397 405 376
121 118 122
378 345 358
77 73 63
60 59 57
277 274 278
153 152 152
83 84 85
1.546 1.510 1.491
Pagina 5
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
In de hiervoor vermelde leerlingaantallen zijn ook de op obs De Kolibrie ingeschreven AZC-leerlingen opgenomen. Door rijksbeleid is er evenwel sprake van een behoorlijke fluctuatie van dit aantal. Om een goede weergave van het leerlingaantal in het reguliere onderwijs te kunnen presenteren dient het aantal AZC-leerlingen te worden geëlimineerd. Indien deze aantallen worden geëlimineerd dan bedraagt het leerlingaantal op:
1 1 1 1 1 1 1 1 1
oktober oktober oktober oktober oktober oktober oktober oktober oktober
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
1.600; 1.623; 1.645; 1.612; 1.567; 1.539; 1.484; 1.472; 1.431.
Onderstaand schematisch weergegeven:
leerlingaantal op teldatum 1 oktober (excl. AZC-leerlingen) 1.700 1.650 1.600 1.550 1.500 1.450 1.400 1.350 1.300 2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
De neerwaartse lijn die vanaf 2008 zichtbaar is zet zich zoals verwacht door. De bevolkingsomvang in de regio Achterhoek zal de komende jaren als gevolg van een lagere natuurlijke aanwas verder krimpen. Dit zal ook van invloed zal zijn op de leerlingaantallen binnen SOPOW. In de grafiek op de volgende pagina is het verloop van de leerlingaantallen op schoolniveau te zien in de afgelopen 5 jaren.
Pagina 6
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
450 400 350 300 250 200 150 100 50 0 BP
DS
KB
KO
2009
2010
MC 2011
ST
2012
WA
WO
2013
Het deelnamepercentage voor het openbaar onderwijs in de gemeente Winterswijk beweegt zich ten opzichte van het bijzonder basisonderwijs op een nagenoeg constant niveau van 55%. In onderstaande grafiek de leerlingaantallen van SOPOW afgezet tegen de scholen voor bijzonder onderwijs in de gemeente Winterswijk.
1.700 1.600 1.500 1.400 1.300 1.200 1.100 1.000 2005
2006
2007
2008 OPENBAAR
2009
2010
2011
2012
2013
BIJZONDER
Pagina 7
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 1.2 Juridische structuur De stichting is opgericht bij akte van 26 november 2004 en is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 09146777. In het bestuur hebben per 31 december 2013 de volgende personen zitting: de heer M.J.A. van Rooden (voorzitter); de heer J.W. Bosch (secretaris); de heer C.A. de Groot(penningmeester); de heer P.G. Mekkes (lid); mevrouw J.A. Mentink-Oonk (lid) mevrouw I. Hoving. De heer W.J. van Til is in juli 2013 terug getreden. Zijn voorzittersrol is per genomede datum ingenomen door de heer M.J.A. van Rooden. Met het oog op het vertrek van de heer J.W. Bosch per 1 januari 2014 is mevrouw I. Hoving toe getreden tot het bestuur. A 1.3 Organisatiestructuur Aansturen van de organisatie De Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk (SOPOW) hanteert een bestuursmodel, gebaseerd op het gedachtegoed van John Carver, het Policy Governance model. In de volksmond wordt dit model ook wel geduid als ‘ besturen op afstand’ . Het Policy Governance model is erop gericht om het mogelijk te maken voor een groep mensen (het bestuur): de verantwoordelijkheid te nemen voor de besluiten en activiteiten, die zij aan anderen (management) moet overlaten en die zij onmogelijk in hun geheel kan overzien; deze verantwoordelijkheid te dragen zonder nodeloos de professionaliteit en creativiteit van die anderen te beperken; haar aandacht te concentreren op de hoofdlijnen, terwijl een veelheid aan beslissingen haar aandacht vraagt. In de uitvoering van het Policy Governance model streeft het bestuur na om invulling te geven aan 4 hoofdtaken: 1. Het signaleren en bespreken van maatschappelijke ontwikkelingen waar de organisatie mee te maken heeft; 2. Het stellen van doelen voor de organisatie; 3. Het bepalen/beperken van het speelveld waarbinnen de leiding van de organisatie uitvoering kan geven aan de doelstellingen; 4. Controleren van de uitvoering op basis van managementrapportages. In praktische zin contactmomenten.
geeft
het
bestuur
invulling
aan
deze
taken
via
2
soorten
Tijdens de formele bestuursvergaderingen (6 x per jaar, in aanwezigheid van het management) staan de doelstellingen, beperkingen en de controlefunctie centraal. De doelstellingen en beperkingen zijn vastgelegd in het Bestuurlijk Beleidskader (BBK). Op basis van deze doelstellingen en beperkingen rapporteert de algemeen directeur over de Pagina 8
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
uitvoering via managementrapportages. Waar nodig of gewenst worden de doelen en beperkingen bijgesteld op basis van actuele ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen probeert het bestuur te achterhalen en zich erin te verdiepen via bestuurlijke werkavonden. Dit zijn er 4 tot 6 per jaar en kennen verschillende werkvormen. Doelstelling van de werkavonden is via externe oriëntatie en interne kennisvergroting maatschappelijke ontwikkelingen te signaleren, deze te relateren aan de missie en visie van de organisatie en hierop mogelijk doelstellingen of beperkingen te formuleren in overleg met het management van de organisatie. Het bestuur instrueert via de algemeen directeur de organisatie als geheel over de te behalen doelen en over de beperkende voorwaarden. Het bestuur mandateert de algemeen directeur te handelen in overeenstemming met elke redelijke interpretatie van de gestelde voorwaarden. In het managementstatuut is, binnen de juridische kaders van de statuten van de stichting, vastgelegd hoe de bevoegdheden zijn verdeeld binnen het management zelf. De algemeen directeur is, op directieniveau, integraal eindverantwoordelijk voor de gehele organisatie en geeft als zodanig leiding aan de directeuren op de scholen. Voor het bestuur is hij het aanspreekpunt op directieniveau. De algemeen directeur en de directeuren van de scholen vormen samen het directieberaad dat adviserend is ten aanzien van beleidsontwikkeling. De algemeen directeur is voorzitter van het directieberaad. Maandelijks worden zaken op directieniveau afgestemd in het directieberaad. Het doel van de vergadering is het uitwisselen van informatie en functioneert als adviesorgaan voor de algemeen directeur. Het directieberaad is in 2010 negen keer bijeen geweest. Organogram Bestuur Bestuursvergadering Algemeen directeur Directieberaad
directeur
directeur
Interne begeleider Bouwcoördinator
directeur
Schoolteam
Leraren OOP
Pagina 9
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Wet Medezeggenschap scholen De algemeen directeur voert namens het bestuur het overleg met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De directeur van de school voert het overleg met de medezeggenschapsraad (MR) van de school waaraan hij leiding geeft. Management Als algemeen directeur is de heer J.P.J. Schot aangesteld. Onder de algemeen directeur ressorteren de acht openbare basisscholen, waaraan de navolgende personen zijn verbonden als schooldirecteur: Bargerpaske De Schakel De Kolibrie Kotten Miste/Corle Stegeman ’t Waliën Woold
de heer J.D. Floor de heer G.R.R. Schipper de heer J.H. Wilterdink mevr. C. J. Grevers de heer R.L. Smilde mevr. A.M.E. Dirksen de heer J.H.P. Knuivers de heer J.A.C.M. de Mooy
Bestuurskantoor De algemeen directeur wordt ondersteund door het stafbureau. Dit bureau heeft per 31 december 2013 een formatieomvang van 2,0852 fte. Op het stafbureau wordt de financiële en personele administratie gevoerd. Het hoofd stafbureau geeft leiding aan het stafbureau en heeft de portefeuille huisvesting en financiën. De rol van het stafbureau kenmerkt zich door ondersteunende en adviserende activiteiten voor zowel bestuur als scholen: signaleren, ontwikkelen, (doen) uitvoeren, controleren, evalueren en rapporteren. Op het stafbureau zijn werkzaam: hoofd stafbureau adm./secr.medewerkster adm./secr.medewerkster
de heer F.H.M. Heming mevr. I. Langenakker-Ooitink mevr. S.G. Kobes-van Ewijk
A 1.4 Verbonden partijen De Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk legt verantwoording af aan het gemeentebestuur van de gemeente Winterswijk d.m.v. overlegging van de begroting en het bestuursverslag (incl. jaarrekening). De stichting neemt deel aan het WSNS-samenwerkingsverband Brevoordt en bezit in het bestuur van dit samenwerkingsverband één zetel. Pagina 10
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 1.5 Governance Algemeen Op 1 augustus 2010 is de wetswijziging met betrekking tot goed onderwijs, goed bestuur geëffectueerd. Krachtens de wet (WPO, WVO en WEC) zal ondermeer voor 1 augustus 2011 het bestuur en intern toezicht gescheiden moeten worden. Het Raad van Toezicht model is een term die veel gebruikt wordt; dit is echter niet het enige model. Bestuur en intern toezicht kan namelijk functioneel en organiek gescheiden worden. Het Raad van Toezicht model betreft een zogenaamde organieke scheiding tussen bestuur en intern toezicht. Concreet betekent het dat een apart orgaan voor intern toezicht en een apart orgaan voor bestuur worden opgezet. Met een functionele scheiding krijgen medewerkers binnen het bestuur de functie toezichthouder of bestuurder. Een voorbeeld is het AB-DB model waarbij de functies bestuur en intern toezicht onder de bestuursleden verdeeld worden. Echter de functies bestuur en intern toezicht kunnen op veel meer manieren gescheiden worden. Scheiding besturen en toezicht houden. Sinds het oprichten van de Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk op 1 januari 2005 is onderzocht hoe binnen het kader van wet- en regelgeving en rekeninghoudend met de bestuursfilosofie van John Carver de scheiding tussen bestuur en toezichthouder gerealiseerd kan worden. Uitgegaan is van het principe dat de structurele verandering niet het belangrijkste onderdeel bij het scheiden van bestuur en intern toezicht is, maar dat de bestuursvorm uiteindelijk staat of valt met de rolopvatting van de mensen die toezicht houden en besturen. Om de scheiding tussen bestuur en intern toezicht duidelijk herkenbaar te maken voor personeel, management en ouders dient in vastgestelde documenten helder en duidelijk aangegeven te zijn hoe de taken en bevoegdheden zijn verdeeld. SOPOW heeft gekozen voor een aanpak waarbij een fundamenteel nieuwe weg van mandatering is ingeslagen. Waar vroegere aanpak vooral was gebaseerd op de principes: de algemeen directeur bereidt voor, het bestuur stelt vast en de algemeen directeur voert uit, is de benadering nu veeleer: het bestuur doet (vooraf) doelstellende en kaderstellende uitspraken; de algemeen directeur heeft daarbinnen mandaat tot zelfstandig beslissen en uitvoeren; de algemeen directeur verantwoordt zich over zijn beslissingen en zijn uitvoering. Dat laatste houdt in dat hij rapporteert over: - zijn interpretatie en zijn operationalisering van de bestuursuitspraken; - het bewijs van de realisatie c.q. de naleving van die uitspraken.
Pagina 11
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
De bestuursuitspraken zijn de criteria waartegen die verantwoording plaatsvindt. Documenten. Het afgelopen jaar is gestart met het verder doorgronden van het besturen op hoofdlijnen waarbij de theorie van Carver als uitgangspunt dient. Samen met de algemeen directeur, hoofd stafbureau en een extern adviseur is de laatste hand gelegd aan het Bestuurlijk Beleidskader. Hierbij ging het vooral om binnen de theorie van Carver op een juiste wijze invulling te geven aan de doelstellingen, de bevoegdheidskaders en de verantwoordingsrapportage. Onderstaand ziet u enige teksten/fragmenten uit het door het bestuur vastgestelde BBK: 1.1.
Doel van dit document
Het bestuur van SOPOW draagt de verantwoordelijkheid voor zowel de resultaten van de scholen als voor de wijze waarop deze resultaten worden bereikt. In dit document spreekt zij zich hierover op hoofdlijnen uit, waarna zij van de Algemeen directeur een concrete, passende invulling verwacht. Hiermee wordt invulling gegeven aan de mandatering zoals bedoeld in artikel 31 van de Wet Primair Onderwijs en artikel 7 lid 3 van de statuten. Daarnaast spreekt zij zich uit over haar eigen functioneren. (pag.3/28 BBK SOPOW)
3. Organigram SOPOW
(pag. 8/28 BBK SOPOW)
Pagina 12
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Het bestuur controleert in welke mate aan de bestuursuitspraken (doelstelling en bevoegdheidskader) is beantwoord door de Algemeen Directeur zijn invulling te laten verantwoorden. Deze verantwoording geschiedt schriftelijk, in de regel achteraf en bevat de volgende drie hoofdpunten: (a) De Algemeen Directeur geeft aan welke bevoegdheidskaders in het BBK gegeven is;
interpretatie
aan
doelstellingen
of
(b) De Algemeen Directeur geeft een zo feitelijk mogelijk bewijs van hetgeen bereikt is met betrekking tot de doelstelling of de bevoegdheidskaders; (c) De Algemeen Directeur trekt de conclusie of hij meent te voldoen aan de doelstellingen of de naleving van de bevoegdheidskaders. Het bestuur houdt zich het recht voor om gegevens te verzamelen door: (d) Relevante derden (accountant,onderzoeker) over de toestand van de organisatie te laten rapporteren. Daartoe rekent het bestuur ook de beoordeling door de inspectie; (e) In uitzonderingsgevallen zelf op onderzoek uit te gaan. (pag. 11/28 BBK SOPOW)
Beslissingen buiten het kader zijn aan het bestuur zelf voorbehouden. Dat geldt ook voor beslissingen waarvan in de statuten is vastgelegd dat deze tot het bestuur zelf behoren. Het Managementstatuut is het document waarin de taken en bevoegdheden van de directeuren zijn vastgelegd. Uit het managementstatuut:
ARTIKEL 7
BEVOEGDHEDEN DIRECTEUR
Lid 1. De directeur oefent de taken en bevoegdheden uit die door het bevoegd gezag overeenkomstig artikel 5 tweede lid van dit statuut aan hem zijn gemandateerd onder lid 3. Lid 2. De directeur oefent de taken en bevoegdheden uit met betrekking tot de “toedeling, bestemming en aanwending van de bekostiging” zoals deze zijn omschreven in artikel 8 van dit statuut. Lid 3. De directeur heeft - met inachtneming van de beleids- en financiële uitgangspunten, die door of namens het bevoegd gezag zijn vastgesteld - de volgende taken en bevoegdheden: a. De directeur is belast met de dagelijkse leiding van de school. b. De directeur is belast met de zorg voor de schoolorganisatie en de kwaliteit van het onderwijs op de school. c. De directeur geeft leiding aan het personeel van de school en draagt er zorg voor dat met de individuele personeelsleden functionerings- en beoordelingsgesprekken worden gevoerd. d. De directeur onderhoudt de contacten met de leerlingen en hun ouders van de school. e. De directeur beheert de door het bevoegd gezag aan de school toegekende formatieve en financiële middelen, en doet daartoe uitgaven voor zover deze binnen de goedgekeurde begroting en het vastgestelde beleid zijn toegestaan. f. De directeur voert namens het bevoegd gezag het overleg met de medezeggenschapsraad. g. De directeur voert overigens alle taken en verantwoordelijkheden uit die in de bij zijn functie behorende functiebeschrijving zijn opgenomen.
Pagina 13
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 2 - Onderwijsbeleid, beheer en organisatie
A 2.1 Algemeen Opbrengstgericht werken Een professionele organisatie heeft zicht op de eigen opbrengsten en probeert deze voortdurend te verbeteren. Door opbrengstgericht te werken kunnen scholen zorgen voor een optimale onderwijsopbrengst bij leerlingen. Onder onderwijsopbrengsten worden uiteraard de cognitieve prestaties van leerlingen verstaan, maar ook hun sociale en emotionele competenties en het vermogen van een school om leerlingen te behouden en zonder vertraging door hun schoolloopbaan te leiden. De maatschappelijke aandacht voor onderwijsopbrengsten is de afgelopen jaren toegenomen. Zorgen over het taal- en rekenonderwijs aan leerlingen waren daarvoor de belangrijkste aanleiding. Vanuit de Onderwijsinspectie en het onderwijsveld zijn in de afgelopen jaren geleidelijk aan steeds meer opbrengstgegevens beschikbaar gekomen. Opbrengstgericht werken is het onderwerp dat binnen SOPOW de periode 2011 – 2015 op de agenda staat. Opbrengstgegevens kunnen: de vorderingen en resultaten van leerlingen in kaart brengen; meer inzicht geven in de sterkten en zwakten van leerlingen, waardoor meer maatwerk in het onderwijs mogelijk wordt; als input dienen voor de onderwijsinspectie, die de opbrengsten gebruikt bij haar oordeel over de kwaliteit van scholen rekeninghoudend met de achtergrondkenmerken van leerlingen; als input dienen voor de schoolleiding en het schoolbestuur om via gericht onderwijskundig- en personeelsbeleid de kwaliteit van het onderwijs op hun scholen te verbeteren; horizontale verantwoording bieden (aan ouders, schoolpersoneel en andere belanghebbende partijen in de schoolomgeving); transparante overdrachtsinformatie geven aan het vervolgonderwijs. De kern van opbrengstgericht werken is de voortdurende cyclus van ‘meten, leren en verbeteren’ (plan, do, check en act). Van belang is dat de scholen de evaluatiecyclus ‘meten, leren en verbeteren’ toepassen op zowel het niveau van de school als geheel als alle afzonderlijke leerlingengroepen als de individuele leerlingen. Binnen een cultuur van ‘meten, leren en verbeteren ‘ kan het ‘lerend vermogen’ van de school verder toenemen. In zo’n opbrengstgerichte schoolcultuur zijn zowel schoolleiding als leraren erop gericht om leerresultaten te meten en in te zetten om de ontwikkeling van de leerlingen te verbeteren. Binnen het primair onderwijs kan de intern begeleider helpen om de opbrengstgegevens te verzamelen en te analyseren en hij kan coachen om deze gegevens op groeps- en leerlingniveau te gebruiken. De kracht van opbrengstgericht werken is het stellen van doelen. Gericht zijn op een doel helpt al dat doel dichterbij te brengen. Dit vindt onder andere plaats als een school
Pagina 14
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
systematisch en doelgericht werkt aan het optimaliseren van de prestaties van de leerlingen. Op bestuursniveau zijn de doelen vastgelegd in het bestuurlijk beleidskader. Zowel op stichtingsniveau als op schoolniveau, groepsniveau en leerlingenniveau moet opbrengstgericht werken vanzelfsprekend worden. Dit alles in een cyclisch proces blijven volgen, zodat je de goede dingen doet en de dingen goed doet. De door het bestuur in haar bestuurlijk beleidskader vastgestelde doelen zijn ook opgenomen in het Strategisch Plan 2011-2015 (zie onderstaand kader vanuit het Strategisch Plan 2011-2015)
1.
Bestuurlijke doelen
In het bestuurlijk beleidskader stelt het bestuur dat zij ervoor verantwoordelijk is, dat de organisatie een (maatschappelijke) opbrengst heeft die haar investeringen rechtvaardigt. Het ziet het dan ook als een van zijn belangrijkste taken om te bepalen welk resultaat de organisatie SOPOW moet bereiken. Immers de kosten die daar door de overheid en de maatschappij aan worden besteed moeten kunnen worden gerechtvaardigd door een te verantwoorden resultaat. Derhalve heeft het bestuur het navolgende geformuleerd wat de organisatie bij de doelgroep dient te bereiken: Voor de kinderen die als leerling ingeschreven zijn geweest bij SOPOW geldt aan het eind van hun periode bij onze organisatie dat: a.
De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschoolperiode liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
b.
De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat mag worden verwacht.
c.
De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en rekenen liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.
d.
De leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zich ontwikkeld hebben naar hun eigen mogelijkheden.
e.
De leerlingen voor wie onze mogelijkheden tekortschieten passend onderwijs aangeboden krijgen.
f.
De adviezen aan de leerlingen voor het vervolgonderwijs in overeenstemming zijn met de tussenopbrengsten.
g.
De leerlingen naar verwachting gaan functioneren in het vervolgonderwijs.
h.
De leerlingen in staat gesteld zijn zich breed te oriënteren.
Voor de kinderen die daadwerkelijk als leerling zijn ingeschreven bij SOPOW geldt dat: a.
De leerlingen zich aantoonbaar veilig voelen op school.
b.
De leerlingen zich betrokken tonen bij de school.
c.
De leerlingen ervaren dat de schoolleiding positief bijdraagt aan het schoolklimaat.
d.
De leerlingen uiteindelijk met plezier terug kijken op hun periode bij SOPOW.
Pagina 15
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Het accent ligt de komende jaren op handelingsgericht werken in de praktijk brengen en daarvoor de aangeboden cursus met het voltallig team doorlopen. Handelingsgericht werken past prima binnen het opbrengstgericht werken en het is derhalve prettig te kunnen constateren dat alle scholen binnen SOPOW deze methodiek leren toepassen of nog beter weten te implementeren.
Pagina 16
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 2.2 Personeel Personeelsgegevens Bij aanvang van het schooljaar 2012-2013 waren 121 personen in vaste dienst bij SOPOW met een totale werkomvang van 97,18 fte. Per 1 augustus 2013, bij aanvang van het schooljaar 2013-2014, waren 120 personen in vaste dienst met een werkomvang van 95,71 fte. Verdeeld naar functie: 2012-2013 aantal FTE Directie - Algemeen directeur - schooldirecties OP OOP
0,86 8,49 79,53 3,74
BAPO / spaarverlof
92,62 4,56
Totale formatieomvang
97,18
2013-2014
aantal medew. 1 9 106 5
aantal FTE 0,79 8,29 78,06 3,16
aantal medew. 1 9 105 5
90,30 5,41 121
95,71
120
Na de start van het schooljaar is in 2013 van 7 medewerkers afscheid genomen. Twee medewerkers zijn op eigen verzoek vertrokken; van 5 medewerkers is in het najaar van 2013 noodgedwongen afscheid genomen in verband met de krimp van het aantal leerlingen. Aan het eind van het kalenderjaar waren daardoor nog 113 medewerkers in vaste dienst met een totale formatieomvang van 90,07 fte. De gewogen gemiddelde leeftijd (GGL) van het onderwijzend personeel in de afgelopen 3 jaren, een van de grondslagen voor de personele bekostiging, is in onderstaand overzicht weergegeven.
-
Bargerpaske De Schakel De Kolibrie Kotten Miste/Corle Stegeman ’t Waliën Woold
2011
2012
2013
43,42 36,46 43,92 43,74 44,26 42,19 38,02 40,16
44,01 36,20 44,36 37,49 46,94 42,70 37,33 41,82
43,50 38,57 45,75 39,52 46,74 43,71 39,62 44,44
De landelijk gewogen gemiddelde leeftijd bedroeg per 1 oktober 2011 40,42 jaar; per 1 oktober 2012 40,43 jaar en voor 2013 is deze berekend op 40,63 jaar.
Pagina 17
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Als wordt gekeken naar de verhouding man-vrouw van de medewerkers in dienst van SOPOW kan het volgende beeld worden gegeven:
Man Vrouw
2012-2013
2013-2014
23 (19%) 98 (81%)
22 (19,5%) 91 (80,5%)
De landelijke verhouding in 2013 is 84% vrouw tegen 16% man.
Personeelsbeleid Opbrengstgericht werken vergt een bepaalde werkcultuur binnen de organisatie. Daarin is de rol van de leraar cruciaal. Hij/zij bepaalt de manier waarop leerresultaten tot verbetering leiden in de klas. Hiervoor moet hij de opbrengstgegevens kunnen analyseren, interpreteren en benutten. De directeur en de intern begeleiders verzorgen de systematische meting van leeropbrengsten en vertalen de resultaten in maatregelen op schoolniveau. Opbrengstgericht werken kan stimuleren tot een cultuur van zelfreflectie in de school. Leraren raken hierdoor gemotiveerd om zelf leervragen te stellen. Opbrengstgericht werken krijgt op die manier een plaats in deskundigheidsbevordering: opbrengstgegevens brengen ontwikkelpunten van leraren, teams en school in kaart. Vervolgens wordt het opleidingsbeleid voor leraren hierop afgestemd. Directeuren kunnen werken aan een cultuur waarin leren van elkaar en bij elkaar in de klas kijken veel gewoner wordt om de leeropbrengsten te vergroten. Opbrengstgericht leiderschap is een cruciale factor voor een hogere onderwijskwaliteit (kwaliteitsverbetering). Voorwaarde voor “kwalitatief goed onderwijs” is een goed functioneren van de individuele medewerker. SOPOW biedt haar medewerkers de gelegenheid tot een optimale ontwikkeling, zowel in het belang van hem of haar als in het belang van de organisatie. Het afgelopen jaar is nog meer aandacht besteed aan loopbaanontwikkeling (aandachtspunt binnen gesprekscyclus en scholing) en professionalisering. Bij deze ontwikkeling gaat het niet alleen om inhoudelijke vaardigheden, kennis en expertise, maar ook en vooral over loopbaanvaardigheden: de mate waarin individuen in staat zijn richting en doel te geven aan hun loopbaan, inzicht hebben in zichzelf en in (de alternatieven op) de arbeidsmarkt, en succesvol gebruik kunnen maken van hun sociaal netwerk. Het gaat hier dus om competenties die toelaten meer succesvol in te spelen op veranderingen in de loopbaan. Voor wat de mobiliteit betreft is aan de hand van gesprekken met het veld, de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad en de themaraad personeel een eerste aanzet gemaakt. Het werken in het onderwijs vraagt om een bepaalde mate van flexibiliteit van de medewerkers. De school en de omgeving veranderen voortdurend. Door deze verandering kan het zijn dat de medewerker ooit op de juiste plek werkte, maar door de veranderde omstandigheden nu niet meer op de juiste plek werkt. Door scholing en het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling proberen we binnen SOPOW de medewerkers er van te overtuigen dat ze niet meer op de juiste plek werken. Daarnaast is de mening van allen dat naast vrijwillige mobiliteit ook gestuurde mobiliteit een feit is.
Pagina 18
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Scholingsbeleid Om het huidige kwaliteitsniveau van het personeel conform de vastgestelde competenties te handhaven en verder te ontwikkelen is er, redenerend vanuit de schoolontwikkelingsplannen en de persoonlijke ontwikkelingsplannen, zowel op schoolniveau als op individueel niveau verder geschoold. Kaderstellend hierbij is het document “Scholingsbeleid”. Directeuren dienen hiervoor scholingsplannen in. Een greep uit de scholingstrajecten van de acht scholen:
Meer- en hoogbegaafden Binnen het HGW-traject, aangeboden door het samenwerkingsverband, is ook aandacht besteed aan de meer- en hoogbegaafde kinderen. Slimpuls heeft deze scholing samen met een externe begeleider vanuit het samenwerkingsverband aangeboden. In de groepen gaan kinderen die meer aankunnen, werken met compacten en een verrijkingsmap De werkwijze van de verrijkingsgroep is identiek aan die van de Plusgroep van het samenwerkingsverband. Het vastleggen van deze afspraken is onvoldoende gebeurd. Begrijpend lezen Onder leiding van de extern begeleider van het samenwerkingsverband “Brevoordt” zijn de M resultaten van 2012 geëvalueerd. Hieruit blijkt dat we niet in alle groepen de inspectienorm halen. Er is een plan geschreven voor het verbeteren van begrijpend lezen. Er is scholing gevolgd voor begrijpend lezen door het hele team. Handelingsgericht werken (HGW) Binnen de scholing HGW zijn de kind- en oudergesprekken aan de orde geweest. Inhoudelijk is aan de orde geweest over het voeren van beide gesprekken. In de jaarkalender zijn deze gesprekken weggezet. Rekenen Twee leerkrachten uit groep 5 en 6 hebben de cursus “Met sprongen vooruit” gevolgd. Deze cursus geeft de leerkracht inzicht in rekenleerlijnen en rekenstrategieën. Met Sprongen vooruit is geïntegreerd in de rekenmethode Pluspunt.
Leesonderwijs en woordenschat (4h) In maart heeft het team de cursus ‘zo leer je kinderen lezen en spellen’ afgesloten. De opvattingen en theoriën van deze cursus zijn ingevoerd. Er is een nieuwe taalmethode gekozen, waar de spellingsregels van José Schraven gehanteerd worden. M.i.v. starten de groepen 4 t/m 6 met de taalmethode ‘Staal’, inclusief spelling en computerprogramma’s voor de leerlingen. M.i.v. 2014-2015 beginnen de groepen 7 en 8 met ‘Staal’.
Sociaal-emotionele vorming Het hele team zal de komende jaren geschoold worden in PAD. Het PAD-leerplan is een programma om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen in het basisonderwijs te stimuleren. De belangrijkste doelen van het PAD-leerplan: Kinderen krijgen meer inzicht in hun eigen gevoelens en kunnen zichzelf en anderen zo beter begrijpen. Kinderen kunnen over hun gevoel communiceren en discussiëren met anderen. Kinderen kunnen rustig nadenken en hun eigen problemen oplossen. Kinderen kunnen zich verantwoordelijker en volwassener gedragen. Kinderen kunnen beter en effectiever leren op school.
Pagina 19
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Gesprekscyclus Het belangrijkst onderdeel van het functioneringsgesprek (FG) vormt het onderdeel functieomschrijving en klassenbezoek. Tijdens het FG zullen de bevindingen, voortkomend vanuit de klassenbezoeken, meegenomen worden. Daarnaast is het van groot belang dat de medewerkers van SOPOW zich bewust worden van hun functieomschrijving. Daarom is er een relatie gelegd tussen de functieomschrijving en de competenties van een leerkracht. Tijdens het FG komen de ontwikkelpunten (loopbaanontwikkeling) ter sprake. Er worden nadere afspraken over de faciliteiten van de school gemaakt en opgenomen in het FG-verslag. In het kader van de Wet BIO wordt van de besturen en de medewerker verwacht dat de vastgestelde competenties op een voldoende niveau zijn en blijven. Ook dient te worden aangetoond hoe deze competenties ontwikkeld zijn. Hiertoe dient elke medewerker een bekwaamheidsdossier bij te houden. In het functioneringsgesprek (één of meer) wordt door de formele gesprekspartner en de medewerker het verloop en de resultaten tot nu toe van loopbaanontwikkeling besproken. De fasering en de faciliteiten worden besproken. Zo nodig worden er aanvullende afspraken gemaakt en toegevoegd aan het FG-verslag. In het beoordelingsgesprek worden het verloop en de resultaten van de ontwikkelingsactiviteiten die in het FG verslag zijn opgenomen besproken en beoordeeld. Vervolgens start de cyclus opnieuw.
Bekwaamheidsdossier De Wet Beroepen in het Onderwijs (BIO) en het bijbehorende Besluit Bekwaamheidseisen Onderwijzend Personeel bepalen dat onderwijsinstellingen bekwaamheidsdossiers moeten aanleggen. Met het breed invoeren van het programma Cosmo hebben we voldaan aan de wet en krijgt de werknemer en de werkgever beter zicht op het functioneren van alle werknemers binnen SOPOW. COSMO biedt de mogelijkheid om een goed inzicht te verkrijgen in de huidige situatie voor wat betreft: • curriculum vitae; • competenties; • beroepsidentiteit; • p.o.p.; • scholing; • aanstelling; • mobiliteit; • aanstellingswensen. Afgelopen jaar is de uitvoering van Cosmo nauwgezet gevolgd om er voor zorg te dragen dat het voor elke werknemer binnen SOPOW voor de hand liggend is het bekwaamheidsdossier (Cosmo) actueel te houden.
Pagina 20
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Arbobeleid Naast het aanbieden van de mogelijkheid je als personeelslid binnen onze organisatie te kunnen blijven ontwikkelen op het gebied van onderwijsinhoudelijke zaken behoort het ook tot de taken van een bestuur de personeelsleden de mogelijkheid te bieden zich te laten begeleiden op het gebied van welzijn. In het Arbobeleidsplan staat dat de personeelsleden contact kunnen opnemen met de bedrijfsarts als daaraan behoefte is. Binnen de preventieve sfeer kan tevens eens in de vier jaar een Periodiek Medisch Onderzoek aangevraagd worden. Binnen het kader van de vitaliteit heeft SOPOW de personeelsleden die ouder dan 50 jaar zijn wederom een paar mogelijkheden aangeboden die direct verband hebben met de vitaliteit. De medewerkers van 30+ die aangeven dat er sprake is van een disbalans, druk met het werk, druk met het gezin en druk met hun sociale leven, kregen een aanbod met als doel meer balans aan te brengen tussen privé en werk. In totaal hebben 8 personeelsleden hiervan gebruik gemaakt. Ziekteverzuim Na een stijging van het ziekteverzuimpercentage in de achter ons liggende jaren is voor 2013 een lichte daling waarneembaar. Het ziekteverzuimpercentage bedraagt voor 2013 7,53%; tegen 8,14% in 2012. In de grafiek hieronder is het ziekteverzuimpercentage van SOPOW afgezet tegen het landelijk ziekteverzuimpercentage (2013 is nog niet bekend):
9 8 7
6 5 4
3 2 1
0 2008
2009
2010
SOPOW
2011
2012
2013
landelijk
Pagina 21
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Onderstaand ziet u het verzuim over 2013 per maand. In febrauri en juni beloopt het percentage 10%. Vanaf augustus is de daling waarneembaar. Deze wordt veroorzaakt door instroom in de WIA van een tweetal langdurige ziektegevallen.
12 10
8 6
4 2
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
aug
sep
okt
nov
dec
Verzuim per maand
Functiemix In het kader van de functiemix zijn landelijk streefwaarden vastgesteld door de minister van OCenW. Onderstaand is de door SOPOW gerealiseerde LB-inschaling in het kader van de functiemix afgezet tegen deze streefwaarden.
2010 2011 2012 2013 2014
Streefwaarde 8% 16% 24% 32% 40%
SOPOW 11,97% 15,11% 16,66% 17,90%-
SOPOW bevindt zich per 1 oktober 2013 onder de vastgestelde streefwaarde.
Beleid gericht op beheersing uitgaven inzake uitkeringen na ontslag Alvorens over te gaan tot het ontslaan van personeel zijn er maatregelen getroffen binnen de organisatie die inzichtelijk maken of deze dreiging van ontslag met mogelijke uitgaven in de sfeer van uitkeringen aan de orde zijn of in de toekomst aan de orde komen.
Pagina 22
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Om inzicht te krijgen en te houden op het totale personeelsbestand van SOPOW vindt de aansturing en besluitvorming op het gebied van het aanstellen van personeel of het inzetten van vervangend personeel centraal plaats vanuit het bestuurskantoor. De toekomstige ontwikkeling van het leerlingaantal en een goed inzicht in natuurlijk verloop van zittend personeel vormen hierbij het uitgangspunt. Met het oog op de op ons afkomende krimp is in 2012 het rapport “Afstemming van de lasten op veranderende inkomsten - Afstemming van de formatie op minder leerlingen” geschreven. Het rapport is een plan van aanpak waarin de noodzakelijke besluiten worden genomen en acties worden ondernomen om de lasten van SOPOW af te stemmen op de verminderde inkomsten van SOPOW in de komende jaren. De vermindering van inkomsten wordt vooral veroorzaakt door een dalend aantal leerlingen. Het vorenstaande heeft uiteindelijk geleid tot het daadwerkelijk ontslag van vijf medewerkers in het najaar van 2013. Daarnaast heeft één medewerker wegens aanvaarding van een functie elders zelf ontslag genomen. Door noodzakelijke vervangingen wegens zwangerschaps-, bevallings- en ouderschapsverlof na de datum van ontslag zijn vier medewerkers nog steeds voor onze organisatie werkzaam. Afhandeling van klachten Door het aanstellen van een externe vertrouwenspersoon wordt voor zowel ouders als personeelsleden de mogelijkheid geboden om vermoede onregelmatigheden te melden. Deze externe vertrouwenspersoon functioneert als direct en vertrouwelijk aanspreekpunt. Daarnaast kan de vertrouwenspersoon gevraagd of ongevraagd advies geven over de door het bestuur te nemen besluiten. Bij deze werkzaamheden neemt hij de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en is hij verplicht tot geheimhouding van alle zaken die hij in die hoedanigheid verneemt. Van zijn adviesrecht heeft hij in het schooljaar tweemaal gebruik gemaakt. In beide gevallen is het niet tot een formele klacht gekomen.
Pagina 23
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 2.3. Onderwijsprestaties Kwaliteitsverbetering Het afgelopen schooljaar is het kader opgesteld waarin de verantwoordelijkheden van zowel de groepsleerkracht, de interne begeleider als de directeur zijn vastgelegd. De interne begeleiders zijn intensief getraind op de taak van coach (zie kader). Kader voor verantwoordelijkheden, procedure en professionalisering van de IB-er als coach binnen SOPOW Verantwoordelijkheden Leerkracht: verantwoordelijk voor eigen professioneel handelen vanuit het functieprofiel, verantwoording aan de directeur en aanspreekbaar op zijn/haar handelen. Format om te gebruiken bij de beoordeling: algemene kijkwijzer SOPOW, specifieke kijkwijzer per school en functieprofiel. IB-er: verantwoordelijk voor eigen professioneel handelen vanuit het functieprofiel, verantwoording aan de directeur en aanspreekbaar op zijn/haar handelen. Format om te gebruiken bij de beoordeling: algemene kijkwijzer SOPOW, specifieke kijkwijzer per school en functieprofiel. De IB-er is in samenspraak met de directeur verantwoordelijk voor het geven van input voor het professionaliseren van het pedagogisch didactisch handelen volgens afgesproken visie en beleid. Input dus via de IB-er, eindverantwoordelijkheid bij de directeur. IB-er als coach: verantwoordelijk voor eigen professioneel handelen vanuit het functieprofiel, verantwoording aan de directeur en aanspreekbaar op zijn/haar handelen. Format om te gebruiken bij de beoordeling: algemene kijkwijzer SOPOW, specifieke kijkwijzer per school en functieprofiel (29 t/m 38) Specifiek voor de IB-er als coach is het coachprofiel van SOPOW. Directeur: verantwoordelijk voor eigen professioneel handelen vanuit het functieprofiel, verantwoording aan algemeen directeur en aanspreekbaar op zijn/haar handelen. Format om te gebruiken bij de beoordeling: algemene kijkwijzer SOPOW, specifieke kijkwijzer per school en functieprofiel. Petten van de IB-er De IB-er als medeverantwoordelijke van het beleid m.b.t. pedagogisch en didactisch handelen kan klassenbezoeken doen en die observaties inbrengen bij de directeur om keuzes te maken waarop te professionaliseren en op welke manier. De IB-er als coach kan ingezet worden in de eigen school of een andere school van SOPOW, vanuit een vraag van de directeur, vanuit een vraag van de leerkracht en vanuit eigen aanbod, als de directeur en leerkracht het daar mee eens zijn. Een klassenbezoek in deze context betekent niet uitwisselen met de directeur want een coachtraject is altijd vertrouwelijk. Het is aan de leerkracht om daarover te communiceren indien hij / zij dat wil. Afstemming qua inzet van coaching gebeurt altijd in overleg met de directeur m.b.t beschikbare uren en tijd. Professionaliseringscylcus Iedereen in de organisatie formuleert een ontwikkelpunt, er zijn meerdere mogelijkheden om daar aan te werken. Soms (via bv de IB-er of een collega) tips of observatie in de klas, of scholing met een groep. Andere mogelijkheid is een coachtraject via de eigen IB-er of de IB-er van andere school. Om ontwikkelpunten in beeld te krijgen worden binnen SOPOW de volgende formats gebruikt: Kijkwijzer algemeen Kijkwijzer specifiek per school Functioneringsgesprek Beoordelingsgesprek middels LA of LB functieprofiel Specifieke professionalisering van de IB-er als coach: De IB-er maakt in samenspraak met de directeur afspraken over eigen ontwikkelpunten en te investeren tijd. Bij de beoordeling van de IB-er als coach kan de directeur gebruik maken van het profiel de IB-er als coach, door bv vragen te stellen over ontwikkelpunten of inhouden van het profiel.
Pagina 24
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Monitoring Om de onderwijsprestaties inzichtelijk te krijgen zijn bovenschools afspraken gemaakt t.a.v. monitoring. Op alle scholen wordt een leerlingvolgsysteem toegepast; een systeem waarbij de landelijke normeringen worden meegenomen en d.m.v. benchmarking tot een vergelijk met soortgelijke scholen kan worden gekomen. De scholen geven in een schriftelijk verslag de stand van zaken aan richting directeur/bestuurder en de onderwijsinspectie. Voor wat de tussenopbrengsten betreft wordt vooral gekeken naar het technisch lezen in de groepen 3 en 4, rekenen/wiskunde in de groepen 3 en 4 en het begrijpend lezen in groep 6. Inspectie heeft hiervoor de normen vastgesteld en op schoolniveau worden de doelen vastgesteld. Geconstateerd kan worden dat het begrijpend lezen een aandachtspunt blijft. Een voorbeeld uit de praktijk: Cito-zelfevaluatie: De resultaten van de toetsen zijn schoolbreed geanalyseerd en in schema gezet. “Wat gaat goed?” “Wat wil; je vasthouden?” “Waar is verbetering nodig”? Vanuit de analyse actiepunten opstellen. Iedere leerkracht weet waar zijn groep staat t.o.v. het landelijk gemiddelde. Aan de orde zijn gekomen. Woordenschat: De 4 -takt aanpak van Verhallen is afgesproken. Toch blijft de aanpak van woordenschat een aandachtspunt. Bij aanschaf nieuwe methoden is woordenschat extra aandachtspunt -
Begrijpend Lezen: De methode Nieuwsbegrip is voor de groepen 4-8 ingevoerd. Na evaluatie is besloten met deze methode verder te gaan.
-
Rekenen/wiskunde: Rekenenverbetertraject groep 3-8. De nieuwste versie van de methode Pluspunt is schoolbreed ingevoerd. Er hebben een aantal tussenevaluaties plaatsgevonden. Mede op initiatief van de rekencoördinator zijn er aanpassingen in het aanbod gekomen.
De onderwijsinspectie bezoekt 1 maal per 4 jaar de scholen voor een Periodiek Kwaliteits Onderzoek (PKO). Het afgelopen jaar is een bezoek gebracht aan obs De Kolibrie en obs Woold. Op basis van de tussenopbrengsten en eindopbrengsten februari 2013 heeft inspectie voor wat het toekennen van het basisarrangement betreft vastgesteld:
A) B)
7 scholen krijgen het basisarrangement; 1 school krijgt het basisarrangement met attendering.
Het basisarrangement (A) is in principe geldig voor één jaar. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse en, eventueel, een vierjaarlijks bezoek of een onderzoek naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Onder B vallen scholen waarbij is geconstateerd dat de eindopbrengsten één jaar onder de ondergrens van inspectie liggen. Eén van de meetinstrumenten voor de onderwijsprestaties is de jaarlijkse CITO
Pagina 25
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
eindtoets. In de volgende tabel zijn de CITO-scores van de SOPOW-scholen weergegeven over de afgelopen vier jaren. Het betreft scores waarbij afhankelijk van het aantal leerlingen de gecorrigeerde of ongecorrigeerde score geldt. 2010
2011
2012
2013
Bargerpaske De Schakel De Kolibrie Kotten Miste/Corle Stegeman ’t Waliën Woold
532,9 533,1 534,8 537,8 533,7 534,1 536,2 536,3
538,0 536,5 537,3 533,0 540,7 535,1 533,0 536,6
534,8 531,3 538,3 542,7 539,2 534,3 534,6 541,5
534,8 535,8 536,1 534,8 544,1 534,3 535,6 543,7
Landelijk gemiddelde
535,2
535,3
535,3
534,7
Rapportage Goed bestuur veronderstelt dat het bestuur zich interesseert voor de opbrengsten van hun scholen en dat zij het niveau daarvan actief bewaakt. Om zicht te krijgen op hoe de scholen presteren in relatie tot de operationele doelstellingen wordt gebruik gemaakt van het managementrapportage-model. De operationele doelen zullen leidend zijn in de managementrapportages. De managementrapportage is opgebouwd rondom de 13 operationele doelen en de kwaliteitskaart ‘opbrengsten’ van Cees Bos. In de managmentrapportage geeft de directeur aan hoe de huidige situatie binnen het gestelde doel is en of er maatregelen getroffen dienen te worden. Indien er niet voldaan wordt aan het doel dient een plan van aanpak opgesteld te worden waarin aangegeven is hoe het doel uiteindelijk wel gehaald wordt. In een rooster van rapporteren zal aangegeven worden wanneer op welke doelen in de periode van het schooljaar gerapporteerd dient te worden. Als voorbeeld hieronder de rapportage op het bestuurlijke doel ten aanzien van de sociale vaardigheden van de SOPOW-leerlingen (zie ook pagina 15 doel b) Van de vijf scholen die de sociale competenties van hun leerlingen volgen door gebruik te maken van genoemde landelijk genormeerde toetsen heeft 75% of meer de norm behaald: instrument 2012 2013 BP Scol 75,6% 84,8% KB Viseon 80,0% 89,2% KO Viseon 80,0% 82,6% MC Viseon 82,0% 83,1% WA Viseon 90,0% 91,0% Van de drie scholen die gebruik hebben gemaakt van een niet landelijk genormeerd instrument is de score als volgt: instrument 2012 2013 DS Pravoo onvoldoende. ruim voldoende ST Kanjertraining ruim voldoende ruim voldoende WO WMK-PO vragen uitstekend uitstekend
Pagina 26
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
De managementrapportage is slechts een instrument om de stand van zaken aan te geven, zodat tijdens schoolbezoeken hierover gecommuniceerd kan worden. Daarover dient dan ook verantwoording afgelegd te worden. De algemeen directeur zal minimaal vijf maal per jaar de scholen bezoeken. De schoolbezoeken zullen tot doel hebben een beeld te vormen van de stand van zaken binnen de scholen voor wat de onderwijsinhoudelijke zaken betreft. Tijdens de schoolbezoeken zal gevraagd worden bewijslast/onderbouwing aan te leveren voor de in de managementrapportage aangevoerde stand van zaken voor wat betreft de aansluiting op de operationele doelen. Als voorbeeld hieronder de rapportage op het bestuurlijke doel ten aanzien van de gewenste resultaten van de SOPOW-leerlingen voor Nederlandse taal en rekenen. De Cito-scores 2011, 2012 en 2013 voor: ● Nederlandse taal onder niveau op of boven niveau
2011 1 7
2012 4 4
2013 2 6
2011 0 8
2012 4 4
2013 1 7
● Rekenen en wiskunde onder niveau op of boven niveau
Schoolbezoeken De algemeen directeur brengt minimaal vijf maal per jaar de scholen bezoeken. De schoolbezoeken hebben tot doel een beeld te vormen van de stand van zaken binnen de scholen voor wat de onderwijsinhoudelijke zaken betreft. Tijdens de schoolbezoeken zal gevraagd worden bewijslast/onderbouwing aan te leveren voor de in de managementrapportage aangevoerde stand van zaken voor wat betreft de aansluiting op de operationele doelen. De schoolbezoeken hebben ook een sociaal karakter namelijk sfeer proeven en contacten leggen en onderhouden met de medewerkers van SOPOW. De doelen en de inhoud van de schoolbezoeken zijn: eerste bezoek sociaal karakter; tweede bezoek verantwoorden van jaarplan; derde bezoek arbozaken; vierde bezoek resultaten tussenopbrengsten/eindopbrengsten en de verbeterinterventies; vijfde bezoek actueel doel. In 2013 hebben deze bezoeken plaats gevonden.
Klassenbezoeken Willen we gericht kunnen beoordelen dan zal er in de klas gekeken moeten worden of de afspraken nagekomen worden en of de leerkracht laat zien wat hij/zij kan. Hoe is het met de persoonlijke ontwikkeling van de leerkracht gesteld. Past de functieomschrijving en Pagina 27
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
voldoet de leerkracht aan de competenties. Tijdens klassenbezoeken zal de directeur zich een beeld vormen, zodat de leerkacht kan werken aan de mogelijke ontwikkelingspunten. Hierbij is ook voor de interne begeleider een rol weggelegd. Tijdens het werken aan de persoonlijke ontwikkeling gaat de interne begeleider zowel een ondersteunende als controlerende rol spelen. Op deze wijze werken we met ons allen aan de ontwikkeling van de personeelsleden en indirect aan de ontwikkeling van de organisatie c.q. leerlingen. Wil de directeur zich een beeld kunnen vormen van de schoolontwikkelingen binnen de groepen en van de competenties van de leerkracht dan zullen er klassenbezoeken moeten plaatsvinden. Tijdens het eerste schoolbezoek wordt een schriftelijke planning van de klassenbezoeken voorgelegd en tijdens één van de daaropvolgende schoolbezoeken zal aan de hand van de gemaakte verslagen aangetoond worden wat de bezoeken hebben opgeleverd. In enig schooljaar zal koppeling met de operationele doelen worden vastgelegd. Er is een toezichtskader klassenbezoeken directeur opgesteld waarin het doel van het klassenbezoek is zich een beeld te vormen van de leerkracht en kijken of de leerkracht voldoet aan de functieomschrijving en de competenties. De directeur bezoekt de groepsleerkracht minimaal 30 minuten en maakt daarbij gebruik van de uniforme kijkwijzer SOPOW. De kijkwijzer is een registratieformulier voor waareneembaar gedrag. Na afloop van het klassenbezoek aan de hand van de kijkwijzer evalueren en daaruit mogelijk ontwikkelpunten noteren. Deze worden meegenomen in het persoonlijk ontwikkelingsplan van de leerkracht en genoteerd in zowel COSMO als op het formulier FG. Binnen een week vindt dit nagesprek plaats. Naar aanleiding van het eerste klassenbezoek bepaalt e directeur de frequentie van vervolg klassenboeken (per jaar, per twee jaar of per vier jaar). Waanneer het eerste klassenbezoek voldoende wordt beoordeeld vinden er flitsbezoeken plaats. Flitsbezoeken zijn onaangekondigde klassenbezoeken waarbij op een aantal punten van de kijkwijzer de leerkacht wordt beoordeeld.
Pagina 28
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Hieronder ziet u een gedeelte van de vastgestelde Kijkwijzer klassenbezoek.
naam ………………………………….. datum ………………………….tijd………………………….. Functie Klassenmanagement Er is sprake van een terugblik op de vorige les Het doel van de les wordt uitgelegd Er is sprake van instructie aan hele groep Er is sprake van instructie aan kleine groep Er wordt instructie gegeven aan de instructietafel De leerkracht loopt hulprondes Het digibord wordt functioneel ingezet
2.6 2.6 2.6 2.6 2.6 2.6 1
Registratie De planning staat in het logboek/de klassenmap De vorderingen worden duidelijk bijgehouden De leerkracht noteert observaties De leerkracht noteert extra contacten met ouders
1 17 17 17
Pedagogisch klimaat De leerkracht stimuleert positief gedrag bij de lln. De leerkracht corrigeert van nabij De leerkracht geeft complimenten in de groep De leerkracht heeft overzicht De leerkracht geeft bij de kinderen aan welk gedrag ze verwacht
4 4 4 4 4
gezien ja
gezien nee
gezien soms
Schoolklimaat Het lokaal ziet er schoon en geordend uit Er hangt recent werk van kinderen
Afspraken rond de zorg Bijzonderheden van kinderen staan vermeld in logboek/ klassenmap Rooster extra hulp zit in het logboek/klassenmap Er zijn groepsoverzichten in de groep (HGW) Er wordt gewerkt met groepsplannen (HGW) Gegevens van lln. met eigen leerlijn (OPP) staan in logboek/klassenmap
12-13 10 1 9 9-11
Pagina 29
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 2.4 Kwaliteitszorg Onder kwaliteitszorg wordt verstaan dat de school een systeem voor kwaliteitszorg heeft. Dat houdt in dat: de school inzicht heeft op de onderwijsbehoeften van de leerlingpopulatie; de jaarlijkse resultaten van de leerlingen evalueert; regelmatig het onderwijsleerproces evalueert; planmatig werkt aan verbeteractiviteiten; de kwaliteit van het onderwijsproces geborgd wordt; verantwoording aan belanghebbenden wordt afgelegd over de gerealiseerde onderwijskwaliteit; zorg gedragen wordt voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Vastgesteld kan worden dat alle scholen de kwaliteitszorg bijna op orde hebben. Waar het nog aan ontbreekt is het borgen van de kwaliteit van het onderwijsleerproces. Hieraan wordt hard gewerkt en op grond van afspraken/ondersteuning zal het schooljaar 2013 – 2014 de borging op orde moeten zijn aan alle scholen. Cyclus kwaliteitszorg en de kaders De cyclus kwaliteitszorg dient gezien te worden binnen de kaders van de Wet Primair Onderwijs (WPO) en de SOPOW operationele doelen. Elke school is gebonden aan die wettelijke opdrachten vanuit de Wet op het Primair Onderwijs en aan de SOPOW operationele doelen. Er is echter de vrijheid om vanuit een visie op onderwijs en leren te bepalen wat je als school wilt bereiken mits dit past binnen de reeds genoemde kaders. Daartoe beschrijft de school de kernelementen van de organisatie en de bekwaamheden of competenties van het personeel. Deze afspraken voert de school vervolgens uit. Op een regelmatige basis evalueert de school hoe goed de afspraken worden uitgevoerd. Dit leidt vervolgens tot bijstellingen van beleid en tot het verbeteren en ontwikkelen van aspecten waar de resultaten nog niet goed genoeg zijn. Voor de vormgeving van het geïntegreerde traject kwaliteitszorg en integraal personeelsbeleid (opbrengstgericht personeelsbeleid) wordt gebruik gemaakt van de webbased versie van WMK–PO welke alle scholen inmiddels in gebruik hebben. Tevens dient een koppeling plaats te vinden tussen de ontwikkelingsactiviteiten (jaarplannen) die in enig jaar centraal staan in de schoolorganisatie en de te bekijken competenties van de leraren. Dit betekent dat je alle competenties in elk gesprek beoordeelt en dat er vanuit de jaarplannen op bepaalde competenties een extra accent gelegd wordt. Hiervoor is het nodig om het evaluatieschema vast te stellen op de wensen van de school en uit te voeren volgens een stappenplan. Op bovenschools niveau is voor de periode 2011–2015 vastgelegd dat: als instrument WMK wordt gebruikt; er 6 kaarten per jaar worden afgenomen; de kaarten pedagogisch handelen en didactisch handelen 1 maal per 2 jaar afgenomen worden;
Pagina 30
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
de kaarten oudertevredenheid en personeelstevredenheid 1 maal per 2 jaar worden afgenomen; de kaart opbrengsten jaarlijks wordt afgenomen; een quickscan meestal toereikend kan zijn.
Aansluitend op de wensen van de school dienen bij elke medewerker de desbetreffende competenties te worden beoordeeld. Dit kan een zelfbeoordeling zijn, maar er bestaat ook de mogelijkheid om twee andere respondenten de competenties te laten beoordelen via het systeem. Van groot belang is het om op grond daarvan een POP (bekwaamheidsdossier) op te stellen en dit te bespreken met de leidinggevende (functioneringsgesprekken/beoordelingsgesprekken) en ook tijdens een evaluatie klassenbezoek mee te laten wegen. Op directieniveau dient hetzelfde proces doorlopen te worden. Hierbij zijn de operationele doelen, de schoolbezoeken, de schoolontwikkeling, de ontwikkelingen binnen SOPOW en het presteren binnen het opbrengstgericht leiderschap facetten die een rol van betekenis blijven spelen. Passend Onderwijs Veertien schoolbesturen uit de gemeenten Aalten, Oost Gelre en Winterswijk vormen het bestuur van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs Oost Achterhoek met als doel Passend Onderwijs te realiseren voor iedere leerling in deze regio. Drie “oude” samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School (Accent, Brevoordt en Lichtenvoorde) vormen samen met twee organisaties voor Speciaal Onderwijs (de Onderwijsspecialisten en SOTOG) het nieuwe samenwerkingsverband Passend Onderwijs Oost-Achterhoek. De visie op Passend Onderwijs in de regio Oost Achterhoek werd al enige jaren geleden vastgesteld: “elke leerling heeft recht op kwalitatief goed onderwijs”. Daarbij dient het onderwijs zo gewoon mogelijk en zo thuisnabij mogelijk georganiseerd te zijn. Deze richtinggevende beleidsuitspraken worden sinds 2007 in de praktijk gerealiseerd en dat heeft geleid tot een aantal resultaten: - de speciale scholen voor basisonderwijs hebben hun expertise verbreed - is de instroom in het speciaal onderwijs minder geworden - geen thuiszitters - zorgvuldig georganiseerde ondersteuningsstructuren op zowel het niveau van de school als het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband heeft gekozen voor het vormen van een stichting als rechtspersoon. De statuten van deze stichting zijn op 1 oktober 2013 vastgesteld. De stichting kent tevens een bestuurscommissie bestaande uit twee vertegenwoordigers vanuit het Speciaal Onderwijs en drie vertegenwoordigers vanuit het Primair Onderwijs. De taken van de bestuurscommissie zijn vastgelegd in een reglement. De taken en de bevoegdheden van het bestuur en de directie zijn vastgelegd in een managementstatuut.
Pagina 31
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Het bestuur keurt de beleidsbesluiten goed en ziet toe op de uitvoering van het beleid door middel van verantwoordingsrapportages van de directie. Resultaten Het samenwerkingsverband realiseert onderstaande kwalitatieve resultaten gedurende de planperiode: De schoolbesturen realiseren de zorgplicht en zijn verantwoordelijk voor het vormgeven van Passend Onderwijs binnen de wettelijke en financiële kaders. De schoolbesturen dragen zorg voor de realisering van een voldoende basiskwaliteit op hun scholen conform de norm die de inspectie van onderwijs hiervoor stelt. De expertise in het basisonderwijs groeit, waardoor meer leerlingen in het basisonderwijs kwalitatief goed onderwijs ontvangen en het speciaal onderwijs en het speciaal basisonderwijs in omvang zullen afnemen. De schoolbesturen zorgen voor de realisering van de schoolondersteuningsprofielen op hun scholen. Het schoolondersteuningsprofiel voldoet in 2016 in elk geval aan het kwaliteitsniveau van de basisondersteuning, zoals vastgesteld in het najaar van 2013. Alle scholen in het samenwerkingsverband voldoen in 2016 aan het profiel van de smalle ondersteuningsschool. 12 van de 52 scholen in het samenwerkingsverband voldoen in 2017 aan het profiel van de brede ondersteuningsschool. 5 van de 52 scholen in het samenwerkingsverband voldoen in 2017 aan het profiel van de inclusieve school. De toewijzing van arrangementen vindt handelingsgericht, deskundig, transparant en efficiënt plaats conform de zorgroute. De scholen realiseren een effectieve ondersteuning van de leerlingen door gebruik te maken van de samenwerking met de gemeenten en de organisaties voor de jeugdhulpverlening (Zios). De scholen maken gebruik van de afspraken van het samenwerkingsverband met cluster 1 en 2 en de aangrenzende samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. De scholen maken gebruik van de afspraken over doorgaande lijnen van VVE-PO en van PO-VO. Alle leerlingen gaan succesvol naar school. Kinderen die een specifieke onderwijsondersteuning nodig hebben, ontvangen deze direct. De school stelt, eventueel met ondersteuning vanuit het schoolbestuur, extra onderwijsondersteuning beschikbaar. Het schoolbestuur kan desgewenst gebruik maken van de beschikbare expertise van de deelnemende scholen van het samenwerkingsverband. Steeds meer leerlingen ontvangen het onderwijsaanbod op de reguliere basisschool. Steeds minder leerlingen worden naar het S.O. en naar het S.B.O. verwezen. De uitgaven van het samenwerkingsverband blijven binnen de beschikbare rijksmiddelen en de begroting.
Pagina 32
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Zorgprofielen Voor alle 8 scholen van SOPOW geldt dat er gewerkt wordt richting “Smalle Zorgschool”. Deze school is in staat om adequaat onderwijs te bieden aan leerlingen met (zeer) speciale onderwijsbehoeften van een specifieke categorie (denk aan leerlingen met stoornissen binnen het autistisch spectrum (ASS) en/of de minder ernstige gevallen van andere categorieën SO/VSO). De school vangt rond de 2% van de geïndiceerde leerlingen op. Deze vorm van Passend Onderwijs Profiel is actueel op meerdere scholen. Het aantal geïndiceerde leerlingen beweegt zich in Nederland richting 6%. Daarvan gaat al ongeveer een zesde met een rugzak naar de reguliere school.
Pagina 33
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 2.5 Huisvesting Het reguliere onderhoud aan de SOPOW-scholen wordt uitgevoerd zoals in de meerjarenonderhoudsplannen (MOP’s) is opgenomen. Deze MOP’s zijn in oktober 2013 geactualiseerd. De dotatie aan de voorziening onderhoud is op deze plannen gebaseerd. De nieuwbouw voor obs De Kolibrie verloopt voorspoedig. Na het afhaken van de Stichting Welzijn Winterswijk medio 2013 is met de Acccentscholengroep verder gewerkt aan het bouwplan. Eind 2013 heeft de aanbesteding plaats gevonden waarbij bouwbedrijf Klomps uit Dinxperlo als economisch meest voordelige partij heeft gewonnen. In januari 2014 is een start gemaakt met de feitelijke bouwwerkzaamheden. De oplevering is gepland in de eerste week van november 2014; het gebouw zal vanaf 1 januari 2015 door de school in gebruik worden genomen. In het kader van de verordening huisvestingsvoorzieningen zijn in 2013 twee projecten uitgevoerd. Het schoolplein van obs ’t Waliën is gerenoveerd; op obs Woold zijn de kozijnen van de lokalen en de gymzaal geheel vervangen. .
Pagina 34
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 3 - Financiën op balansdatum
A 3.1 Resultaat boekjaar 2013 (incl. verschillenanalyse rekening-begroting) Het boekjaar 2013 is afgesloten met een batig saldo van € 107; bij de begroting 2013 werd uitgegaan van een nadelig saldo van € 193.000. Het boekjaar 2012 werd afgesloten met een nadelig saldo van € 199.364. De belangrijkste oorzaak van dit voordelig verschil zijn de ontvangen rijksbijdragen uit het Nationaal Onderwijsakkoord en het zogenaamde Herfstakkoord van 2013 (€ 310.700). rekening 2013
begroting 2013
rekening 2012
eur
eur
eur
3. BATEN 3.1
Rijksbijdragen OCenW
3.2
Overige overheidsbijdragen
3.5
Overige baten
7.563.157
7.026.000
7.611.308
54.750
35.000
38.100
134.315
147.000
165.619
Totaal baten
7.752.222
7.208.000
7.815.027
4. LASTEN 4.1
Personele lasten
6.330.610
6.048.000
6.486.691
4.2
Afschrijvingen
216.082
225.000
224.039
4.3
Huisvestingslasten
533.879
514.000
590.597
4.4
Overige lasten
697.251
644.000
736.999
Totaal lasten Saldo baten en lasten
7.777.822
7.431.000
8.038.326
-25.600
-223.000
-223.299
5. FINANCIELE BATEN EN LASTEN 5.1
Financiële baten
25.707
30.000
5.2
Financiële lasten
0
0
Saldo financiële baten en lasten
NETTO RESULTAAT
23.935 0
25.707
30.000
23.935
107
-193.000
-199.364
Pagina 35
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Baten De baten (exclusief de financiële baten) hebben € 7.752.222 bedragen; ten opzichte van het boekjaar 2012 een lagere bate van € 62.805. Ten opzichte van de begroting 2013 een hogere opbrengst van € 544.222.
8.000.000 7.000.000 6.000.000 5.000.000 4.000.000 3.000.000 2.000.000 1.000.000 0 Rijksbijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen
Rekening 2013
Begroting 2013
Overige baten
Rekening 2012
3.1. Rijksbijdragen OCenW De rijksbijdragen van OCenW vormen tezamen ruim 97,5% van de totale baten. Ten opzicht van de ramingen 2013 is de rijksbijdrage € 537.000 hoger uitgevallen. Voor een belangrijk deel houdt dit verband met de recent afgesloten onderwijsakkoorden welke tot een meeropbrengst van € 310.700 hebben geleid. Daarnaast zijn hogere en extra opbrengsten gerealiseerd voor o.a. leerling gebonden financiering, nieuwkomers, bevordering cultuureducatie, taal en rekenen, professionalisering directeuren en groeiformatie (€ 226.000). 3.2. Overige overheidsbijdragen De overige overheidsbijdragen hebben € 54.750 bedragen. Dit betreft de gemeentelijke VVE-bijdrage.
Pagina 36
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
3.5. Overige baten De overige baten zijn € 12.600 lager uitgevallen dan geraamd in de begroting 2013 als gevolg van een lagere opbrengst uit de ouderbijdrage en een lagere overdracht van zorgmiddelen vanuit het samenwerkingsverband Brevoordt. De opbrengsten uit verhuur zijn daarentegen iets hoger dan geraamd. 5.1. Financiële baten De renteopbrengsten hebben in 2013 € 25.707 bedragen; geraamd was een opbrengst van € 30.000.
Lasten De lasten hebben in het boekjaar 2013 € 7.777.822 bedragen; ten opzichte van de ramingen voor 2013 een hogere last van € 346.000. In vergelijking met het boekjaar 2012 is een vermindering van de lasten waarneembaar van ruim € 260.000.
7.000.000 6.000.000 5.000.000 4.000.000 3.000.000 2.000.000 1.000.000 0 Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten Rekening 2013
Begroting 2013
Rekening 2012
4.1. Personele lasten De personele lasten maken met € 6.330.610 net al het vorig boekjaar 81% van de totale lasten uit. Ten opzichte van de begroting is een hogere last van € 282.000 zichtbaar. Deze hogere lasten worden veroorzaakt door hogere loonkosten enerzijds als gevolg van stijging van de sociale lasten en pensioenlasten en anderzijds als gevolg van extra
Pagina 37
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
ingezette formatie op de AZC-afdeling van obs De Kolibrie en hogere kosten voor scholing en het mobiliteitscentrum/vervangingspool. Daarnaast zijn kosten gemaakt voor de begeleiding en scholing van de RDDF-medewerkers waarvan in 2013 noodgedwongen afscheid is genomen. 4.2. Afschrijvingen De afschrijvingen hebben € 216.082 bedragen en zijn daarmee € 8.900 lager dan geraamd. 4.3. Huisvestingslasten De huisvestingslasten hebben € 533.879 bedragen; € 19.000 meer dan begroot. In het najaar van 2013 is de AZC-afdeling van obs De Kolibrie verhuisd en heeft haar voorlopige intrek genomen in de semi-permanente aanbouw aan de Vlierstraat. Deze aanbouw past qua omvang en exploitatielasten beter bij de 60 AZC-leerlingen waaraan thans onderwijs wordt gegeven. Naast deze verhuizing zijn kleine aanpassingen op obs De Schakel gerealiseerd. 4.4. Overige lasten De overige lasten hebben € 697.251 bedragen; € 53.000 meer dan begroot. Deze hogere lasten zijn net als het vorig boekjaar voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de uitgaven die op schoolniveau zijn gemaakt voor onderwijsleerpakket en ICT. De kosten voor salarisverwerking zijn iets hoger uitgevallen dan geraamd. Op de kosten van de consultatieve leerlingbegeleiding is een voordelig verschil zichtbaar.
Prestatiebox De prestatiebox-gelden zijn als volgt aangewend: eur BP
36.565
DS
12.282
KB
33.256
KO
8.454
MC
7.103
ST
25.717
WA
15.113
WO
9.158
bestedingen - diverse scholingstrajecten t.b.v. opbrengst gericht werken - diverse scholingstrajecten t.b.v. handelings gericht werken - professionalisering van de directies en de intern begeleiders - overstap naar ParnasSys
147.548
Pagina 38
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 3.2 Financiële positie op balansdatum Voor de beoordeling van de financiële positie van schoolbesturen zijn de geformuleerde signaleringsgrenzen van de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen (ook wel de commissie Don genaamd) van belang. De door deze commissie gestelde grenzen zijn signaleringsgrenzen en geen normen. Het financieel beheer bestaat, aldus de commissie, uit twee elementen: vermogensbeheer en budgetbeheer. Vermogensbeheer Onder vermogensbeheer wordt de behoefte aan kapitaal verstaan voor investeringen, tegenvallers, risico’s en als buffer voor schommelingen in de exploitatie. Vanuit dit gezichtspunt worden door de commissie Don twee kengetallen onderscheiden: - kapitalisatiefactor; - solvabiliteit. Kapitalisatiefactor Door de commissie Don wordt, afhankelijk van de grootte van de organisatie, een bovengrens als signaleringsgrens vastgesteld. Deze kapitalisatiefactor wordt berekend door het totale vermogen onder aftrek van de boekwaarde voor gebouwen en terreinen te delen door het totaal van de baten (TV-(G+T))/TB). Voor SOPOW is deze bovengrens per 31 december 2013 normatief vast te stellen op 37%. De werkelijke kapitalisatiefactor voor SOPOW per 31 december 2013 bedraagt 54%. De hoogte van de factor wordt o.a. beïnvloed door de ontvangen bijdragen van de gemeente Winterswijk voor nieuwbouw van obs De Kolibrie. De liquide middelen en daarmee het totale vermogen zijn daardoor hoger, hetgeen een vertekend beeld geeft van de kapitalisatiefactor op balansdatum. Indien de ontvangen bijdragen worden geëlimineerd zou de kapitalisatiefactor 39% hebben bedragen. Deze ligt daarmee nog steeds boven de signaleringsgrens. Solvabiliteit Als ondergrens voor het vermogensbeheer hanteert de commissie Don de solvabiliteit. De solvabiliteitsfactor is te bepalen door het eigen vermogen en de voorzieningen te delen door het totaal van het vermogen ((EV+VZ)/TV) en geeft aan in hoeverre kan worden voldaan aan de verplichtingen op lange termijn. Voor SOPOW is deze ondergrens normatief vast te stellen op 20%. Het werkelijke solvabiliteitspercentage per 31 december 2013 bedraagt 55%. Ook op dit kengetal heeft de ontvangen gemeentelijke bijdrage voor obs De Kolibrie invloed. Na eliminering van de bijdragen zou de solvabiliteitspercentage 75% bedragen; ruim boven de signaleringsgrens. Budgetbeheer Onder budgetbeheer wordt de continuïteit van schoolbesturen belicht. Hierbij wijst de
Pagina 39
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
commissie Don op het belang voor onderwijsinstellingen om in een reeks van jaren structureel evenwicht in de exploitatie te creëren. Hiervoor worden door de commissie eveneens een tweetal kengetallen genoemd: - liquiditeit (of current ratio); - rentabiliteit. Liquiditeit De liquiditeit is een kengetal dat voorheen ook werd gehanteerd en is te berekenen door het totaal van de vlottende activa (vorderingen en liquide middelen) af te zetten tegen de vlottende passiva (de kortlopende schulden). Dit kengetal geeft aan in hoeverre kan worden voldaan aan de verplichtingen op de korte termijn. De commissie geeft als grens aan dat deze zich tussen de 0,5 en 1,5 dient te bevinden. Per 31 december 2013 bedraagt de liquiditeitsfactor voor SOPOW 1,77. Rentabiliteit Tot slot bestempelt de commissie Don de rentabiliteitsfactor van belang voor de bepaling financiën op balansdatum. Deze factor wordt verkregen door het exploitatieresultaat af te zetten tegen het totaal van de baten. Over een reeks van 3 tot 5 jaren dient dit percentage zich tussen de 0% en 5% van de totale baten te bevinden. In onderstaand overzicht ziet u de resultaten van de afgelopen 5 jaren afgezet tegen het totaal van de baten in die jaren: saldi
totaal baten
resultaat
2009
31.961
8.110.581
0,4%
2010
73.290-
7.657.750
-1,0%
2011
66.452-
7.999.548
-0,8%
2012
199.364-
7.815.027
-2,6%
7.752.222
0,0%
2013
107
Het gemiddelde over deze vijf jaren is -0,8%. Conclusie Resumerend kan per 31 december 2013 voor SOPOW het onderstaande beeld worden gegeven ten aanzien van de door de commissie Don gehanteerde kengetallen: signaleringsSOPOW grens per 31- 12- 13 Vermogensbeheer - kapitalisatiefac tor bovengrens
36%
54%
- solvabiliteit
20%
55%
ondergrens
Budgetbeheer - liquiditeit - rentabiliteit (5 jaar)
0,5 < L < 1,5
1,77
0% - 5%
- 0,8%
Op basis van deze kengetallen kan de financiële positie van SOPOW op balansdatum als financieel gezond worden gekwalificeerd.
Pagina 40
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
A 3.3 Continuïteitsparagraaf Winterswijk ligt in de krimpregio Oost Gelderland. Daling van het leerlingaantal van SOPOW is al geconstateerd vanaf 2008 (zie paragraaf A1.1) en naar de toekomst toe zal deze daling zich voort zetten. De leerling prognoses van MOOZ Onderzoek, die in juni 2013 zijn opgesteld in opdracht van het Personeels Platform Oost Gelderland en waarop ook de meerjarenramingen voor SOPOW zijn gebaseerd, laat een daling van het leerlingaantal in Winterswijk zien. Voor de SOPOW-scholen worden vanaf 1 oktober 2014 de onderstaande aantallen verwacht:
Bargerpaske De Schakel De Kolibrie Kotten Miste/Corle Stegeman ’t Waliën Woold
2013 376 122 358 63 57 278 152 85 1.491
2014 399 110 309 64 50 271 160 78 1.441
2015 382 109 282 57 48 258 163 69 1.368
2016 365 109 259 49 47 252 160 63 1.304
Deze daling van het leerlingaantal heeft uiteraard gevolgen voor noodzakelijke formatieomvang en exploitatie van SOPOW. Op basis van de formatie 2013-2014 is een doorrekening gemaakt van de formatie waarin het natuurlijk verloop is doorgerekend. Dit levert voor de formatie het volgende beeld op voor de komende jaren:
Directie OP OOP
2013 10,00 76,87 3,20 90,07
2014 9,00 73,46 3,20 85,66
2015 9,00 72,83 3,20 85,03
2016 9,00 72,83 3,20 85,03
Geconstateerd kan worden dat de terugloop van het aantal leerlingen niet parallel loopt met de afname van het aantal fte als gevolg van natuurlijk verloop. De hiervoor geschetste ontwikkelingen zijn reeds vertaald in de begroting 2014 en de daarin opgenomen financiële doorkijk in meerjarenperspectief. Op de volgende pagina leest u de exploitatiecijfers 2013 naast de begrotingscijfers van 2014, 2015 en 2016. De exploitatiecijfers zijn daarna doorgerekend in de balans per 31 december van de vier jaren.
Pagina 41
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
EXPLOITATIE
JAARVERSLAG 2013
2013
2014
2015
2016
3. BATEN 3.1 Rijksbijdragen OCenW 3.2 Overige overheidsbijdragen 3.5 Overige baten Totaal baten
7.563.157 54.750 134.315 7.752.222
7.177.000 35.000 117.000 7.329.000
7.297.000 35.000 117.000 7.449.000
7.095.000 35.000 117.000 7.247.000
4. LASTEN 4.1 Personele lasten 4.2 Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige lasten Totaal lasten
6.330.610 216.082 533.879 697.251 7.777.822
5.978.000 221.000 489.000 634.000 7.322.000
5.926.000 221.000 469.000 594.000 7.210.000
5.916.000 221.000 469.000 583.000 7.189.000
7.000
239.000
58.000
25.707 25.707
20.000 20.000
20.000 20.000
20.000 20.000
107
27.000
259.000
78.000
Saldo baten en lasten 5. FINANCIELE BATEN EN LASTEN 5.1 Financiële baten 5.2 Financiële lasten Saldo financiële baten en lasten NETTO RESULTAAT
25.600-
Opgemerkt wordt dat in deze ramingen de aanvullende rijksbijdrage uit het NOA en het Herfstakkoord 2013 reeds als bate is opgenomen. Definitieve besluitvorming omtrent de daadwerkelijke omvang van deze middelen heeft nog niet plaats gevonden. BALANS 1. ACTIVA 1.2. Materiële vaste activa gebouwen inventaris Totaal vaste activa 1.5. Vorderingen 1.7. Liquide middelen Totaal vlottende activa TOTAAL ACTIVA 2. PASSIVA 2.1. Eigen vermogen algemene reserve bestemmingsreserve publiek bestemmingsreserve privaat 2.3. Voorzieningen 2.5. Kortlopende schulden TOTAAL PASSIVA
2013
2014
2015
2016
184.732 692.568 877.300
147.028 781.412 928.440
109.324 673.016 782.340
71.620 558.980 630.600
482.788 3.021.622 3.504.410
482.788 1.791.482 2.274.270
482.788 2.239.582 2.722.370
482.788 2.501.322 2.984.110
4.381.710
3.202.710
3.504.710
3.614.710
1.287.102 432.807 100.623 578.248 1.982.930
1.314.102 432.807 100.623 554.248 800.930
1.573.102 432.807 100.623 597.248 800.930
1.651.102 432.807 100.623 629.248 800.930
4.381.710
3.202.710
3.504.710
3.614.710
Pagina 42
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Op basis van de balanspresentaties van de vorige pagina zijn onderstaande kengetallen berekend:
Solvabiliteit 1 Solvabiliteit 2 Liquiditeit (current ratio) Weerstandsvermogen
Kapitalisatiefactor
2013 42% 55% 1,77 12,2% 54%
2014 58% 75% 2,84 12,5% 42%
2015 60% 77% 3,40 17,8% 46%
2016 60% 78% 3,73 21,4% 49%
A3.4 Risicobeheersing en interne controle Wij streven ernaar de kans op fouten, het nemen van verkeerde beslissingen en het verrast worden door onvoorziene omstandigheden zoveel mogelijk te voorkomen. Volledigheid valt niet te garanderen. Het is nooit uit te sluiten dat we blootstaan aan risico’s die nog niet bekend zijn of die (nog) niet belangrijk worden geacht. Bovendien kan geen enkel systeem van risicobeheersing en interne controle absolute zekerheid bieden tegen het niet realiseren van ondernemingsdoelstellingen, of het volledig voorkomen van verlies, fraude en overtredingen van wetten en regels. Voor een adequate risicobeheersing wordt gebruik gemaakt van diverse op elkaar afgestemde instrumenten: er wordt gewerkt volgens Policy Governance met een toezichthoudend bestuur dat de dagelijkse leiding overgedragen heeft aan de algemeen directeur. De bestuurlijke werkwijze is vastgelegd in het Bestuurlijk Beleidskader (BBK); de algemeen directuer, verantwoordelijk voor de realisatie van de organisatiedoelstellingen, legt hierover periodiek verantwoording af aan het toezichthoudend bestuur overeenkomstig het in het BBK vastgestelde monitoringsschema; de schooldirecteuren vertalen de organisatiedoelstellingen naar schoolconcepten en de ontwikkelingen daarvan worden periodiek gemonitord door en besproken met de algemeen directeur; het directieteam komt periodiek bijeen om de integrale voortgang te bespreken en te bewaken; er wordt gewerkt binnen de vastgestelde kaders van het Handboek Administratieve Organisatie en maatregelen van Interne Beheersing; voor bewaking van de noodzakelijke personeelsomvang wordt gebruik gemaakt van actuele prognosecijfers MOOZ; voor het onderhoud aan de schoolgebouwen wordt gewerkt met actuele meerjaren-onderhoudsplannen; voor daadwerkelijke uitvoering wordt jaarlijks geschouwd met het oog op noodzaak; bij de jaarlijkse begroting worden tevens meerjarenramingen overlegd over de daaropvolgende 3 jaren; de aanbevelingen vanuit de managementletter van de externe accountant worden opgevolgd.
Pagina 43
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Het bestuur is van mening dat het interne risicobeheersing- en controlesysteem adequaat en effectief is en dat de financiële verslaggeving vrij is van materiële onjuistheden. Ondanks onze dagelijkse bezigheden met de beheersing van de risico’s, bestaat er geen absolute zekerheid dat onjuistheden van materieel belang, fouten, fraude, verliezen of onrechtmatige handelingen voorkomen kunnen worden.
A 3.5 Treasuryverslag In 2001 heeft de Minister van OCenW een regeling doen uitgaan waarbij een kader wordt gesteld, waarbinnen de instellingen voor onderwijs hun financierings- en beleggingsbeleid dienen in te richten en te organiseren. Kern van deze regeling is dat onderwijsinstellingen de door hen ontvangen publiekelijke middelen risicomijdend beleggen en belenen. Met ingang van 1 januari 2010 is deze regeling vervangen door de “Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010”. De overtollige liquide middelen van de stichting zijn in 2013 op een rendementsrekening bij de RABO-bank aangehouden. Per 31 december 2013 stonden geen middelen uit anders dan op lopende bankrekeningen.
Pagina 44
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B - JAARREKENING B1 - Grondslagen De jaarrekening is opgesteld conform de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijn Jaarverslag Onderwijs. Waardering van de activa en passiva Materiële vaste activa De boekwaarde van het aanwezige meubilair is per 31 december 2004 gewaardeerd op basis van een door externen verricht onderzoek, waarbij de staat van het meubilair en de nog te verwachten levensduur bepalend zijn geweest voor de waardebepaling. Van de overige aanwezige inventaris is op balansdatum 31 december 2004 geen boekwaarde bekend. Investeringen die een aanschaffingswaarde van € 500,-- te boven gaan worden ingaande 1 januari 2006 geactiveerd. In het boekjaar 2005 lag deze grens nog op € 5.000,--. De vermeerderingen in het boekjaar zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs. Op de gedane investeringen worden de afschrijvingen lineair berekend, waarbij de volgende afschrijvingstermijnen worden gehanteerd: in in jaren procenten ICT - werkstations - beamers - digitale schoolborden Audio/video -TV/video/radio/camera Meubilair - bovenschools - docenten - leerlingsetjes - borden - kasten Leermethoden - aardrijkskunde - geschiedenis - natuurkunde - overige
4/5 3 10
25 / 20 33,3 10
8
12,5
10 10 20 25 40
10 10 5 4 2,5
10 10 10 8
10 10 10 12,5
Overige activa en passiva. Voor zover in het bovenstaande niet anders is aangegeven worden activa en passiva gewaardeerd op nominale waarde.
Pagina 45
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Bepaling van het exploitatiesaldo De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
Pagina 46
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B2 - Balans per 31 december 2013 Activa balans per 31 december 2013
balans per 31 december 2012
eur
eur
1.2. Materiële vaste activa 1.2.1 Gebouwen
184.732
222.436
1.2.2 Inventaris en apparatuur
692.568
786.603
Totaal materiële vaste activa
877.300
1.009.039
Totaal vaste activa
877.300
1.009.039
1.5. Vorderingen 1.5.1 Debiteuren
40.623
39.873
356.596
377.677
1.5.5 Overige vorderingen
61.122
61.199
1.5.6 Overlopende activa
24.447
25.651
1.5.2 Ministerie van OCenW
Totaal vorderingen
482.788
504.400
1.7. Liquide middelen 1.7.1 Banken 1.7.2 Kas
3.021.622
2.369.529
0
0
Totaal liquide middelen
3.021.622
2.369.529
Totaal vlottende activa
3.504.410
2.873.929
4.381.710
3.882.968
TOTAAL ACTIVA
Pagina 47
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Passiva balans per 31 december 2013
balans per 31 december 2012
eur
eur
2.1. Eigen vermogen Algemene reserve
1.287.102
1.391.667
Bestemmingsreserves - publiek
432.807
314.258
Bestemmingsreserves - privaat
100.623
114.500
Totaal eigen vermogen
1.820.532
1.820.425
2.3. Voorzieningen Voorziening onderhoud gebouwen Overige voorzieningen
493.896
451.465
84.352
70.279
Totaal voorzieningen
578.248
521.744
2.5. Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCenW Belastingen en premies soc.verz.
154.510
112.425
0
30.446
233.425
249.548
Schulden terzake pensioenen
90.518
92.810
Overige kortlopende schulden
1.441.342
1.016.061
63.135
39.509
Overlopende passiva Totaal kortlopende schulden
TOTAAL PASSIVA
1.982.930
1.540.799
4.381.710
3.882.968
Pagina 48
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B3 - Staat van baten en lasten 2013 rekening 2013
begroting 2013
rekening 2012
eur
eur
eur
3. BATEN 3.1
Rijksbijdragen OCenW
3.2
Overige overheidsbijdragen
3.5
Overige baten
7.563.157
7.026.000
7.611.308
54.750
35.000
38.100
134.315
147.000
165.619
Totaal baten
7.752.222
7.208.000
7.815.027
4. LASTEN 4.1
Personele lasten
6.330.610
6.048.000
6.486.691
4.2
Afschrijvingen
216.082
225.000
224.039
4.3
Huisvestingslasten
533.879
514.000
590.597
4.4
Overige lasten
697.251
644.000
736.999
Totaal lasten Saldo baten en lasten
7.777.822
7.431.000
8.038.326
-25.600
-223.000
-223.299
5. FINANCIELE BATEN EN LASTEN 5.1
Financiële baten
25.707
30.000
23.935
5.2
Financiële lasten
0
0
0
Saldo financiële baten en lasten
NETTO RESULTAAT
25.707
30.000
23.935
107
-193.000
-199.364
Pagina 49
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B4 – Kasstroomoverzicht 2013 2013 eur
2012 eur
Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo baten en lasten
25.600-
223.299-
Aanpassingen voor: afschrijvingen mutaties voorzieningen
216.082 56.504
224.039 87.668272.586
136.371
Veranderingen in vlottende middelen: vorderingen kortlopende schulden
21.612 442.131
246.822 272.472463.743
Ontvangen rente
25.650-
25.707
23.935
736.436
88.643-
Kasstroom uit investeringsactiviteiten investeringen materiële vaste activa desinvesteringen materiële vaste activa
84.343 -
192.378 84.343-
192.378-
Kasstroom uit financieringsactiviteiten mutatie kredietinstellingen mutatie overige langlopende schulden
Mutatie liquide middelen
-
-
652.093
281.021-
Pagina 50
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B5 - Toelichting op de afzonderlijke posten van de balans 1 - Activa 1.2 Materiële vaste activa cumulatieve boekwaarde
des-
aanschaf-
investeringen investeringen afschrijvingen
waarde per
per
31-12-2013 eur
31-12-2013 eur
aanschaf-
afschrijvingen
per
waarde eur
tm 2012 eur
31-12-2012 eur
2013 eur
Gebouwen - gebouwen
377.042
154.606
222.436
-
377.042
154.606
222.436
-
- leermethoden
294.168
131.277
162.891
- ICT
770.371
546.514
223.857
1.261.174 27.282
880.829 7.772
2.352.995 2.730.037
2013 eur
2013 eur
boekwaarde
37.704
377.042
184.732
37.704
377.042
184.732
29.981
36.138
324.149
156.734
25.492
91.921
795.863
157.428
380.345 19.510
2.526 26.344
44.380 5.939
1.263.700 53.626
338.491 39.915
1.566.392
786.603
84.343
-
178.378
2.437.338
692.568
1.720.998
1.009.039
84.343
-
216.082
2.814.380
877.300
-
Inventaris en apparatuur
- meubilair - inventaris
Totaal
Gebouwen De grond en de gebouwen zijn juridisch in eigendom van de stichting; de gemeente Winterswijk heeft het economisch claimrecht. Het gemeentebestuur is op grond van de wetgeving inzake onderwijshuisvesting verantwoordelijk voor een adequate huisvesting van de scholen in de gemeente en stelt daartoe financiële middelen ter beschikking. In 2008 is obs Bargerpaske uitgebreid. De boekwaarde van deze investering, welke in 10 jaar wordt afgeschreven, bedraagt per 31 december 2012 € 174.917. Per 1 september 2007 is door het bestuursbureau een kantoorpand betrokken. Het betreft een huurpand waarvoor voor een periode van vijf jaar een huurovereenkomst met de verhuurder is aangegaan. Voordat het pand kon worden betrokken was een aantal kleinere investeringen noodzakelijk. De boekwaarde van deze investeringen bedraagt per 31 december 2013 € 9.815. In 2013 zijn geen investeringskosten in gebouwen geactiveerd.
Inventaris en apparatuur In het boekjaar 2013 is € 84.343 geïnvesteerd in inventaris en apparatuur op de scholen, waarbij onderscheid is gemaakt in: - leermethodes; - ICT-middelen; - meubilair en - overige inventaris en apparatuur.
Pagina 51
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
1.5. Vorderingen De vorderingen per 31 december 2013 worden als volgt gespecificeerd: 2013 eur - debiteuren
2012 eur
40.623
39.873
356.596
377.677
9.759
1.562
- Ministerie van OCenW rbr. lumpsum - overige vorderingen ◊ gemeentelijke overheid voorzieningen in de huisvesting
-
16.976
◊ belastingdienst inz. WAO/WIA 2013
overige vorderingen op gemeente
25.656
-
◊ nog te ontvangen rente
25.707
38.401
◊ nog te ontvangen bonus Vf 11-12 - overlopende activa
-
4.260
24.447
25.651
482.788
504.400
1.7. Liquide middelen Betreft de aanwezige geldmiddelen bij bank en in kas, als volgt te specificeren:
- kasmiddelen - tegoeden bankrekeningen - RABO-termijndeposito's
2013 eur
2012 eur
-
-
3.021.622
2.369.529
3.021.622
2.369.529
Pagina 52
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
2 - Passiva 2.1 Eigen Vermogen
Algemene reserve (publiek)
saldo
resultaat
overige
saldo
01-01-2013 eur
2013 eur
mutaties eur
31-12-2013 eur
1.391.667
104.565-
1.287.102
Bestemmingsreserve (publiek) • exploitatie scholen • Herfstakkoord 2013 • OTP-PTP
303.468 -
3.549
307.017
115.000
115.000
10.790
-
10.790
Bestemmingsreserve (privaat) - reserve ouderbijdrage
114.500
13.877-
1.820.425
100.623
107
-
1.820.532
2.3 Voorzieningen
Onderhoud gebouwen
saldo
dotatie
vrijval
saldo
01-01-2013 eur
2013 eur
mutaties eur
31-12-2013 eur
451.465
65.026
22.595
493.896
Personele voorzieningen - spaarverlof
16.800
-
-
16.800
- ambtsjubilea
53.479
29.410
15.337
67.552
521.744
94.436
37.932
578.248
Totaal voorzieningen
Onderhoud gebouwen
saldo
kort
lang
31-12-2013 eur
lopend < 1 jaar
lopend > 1 jaar
493.896
21.651
472.245
Personele voorzieningen - spaarverlof
16.800
-
16.800
- ambtsjubilea
67.552
7.500
60.052
578.248
29.151
549.097
Totaal voorzieningen
Pagina 53
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
Voorziening onderhoud gebouwen De voorziening onderhoud wordt gevormd ter egalisatie van de onderhoudskosten van de schoolgebouwen. Ten behoeve van een planmatige aanpak van het onderhoud is een meerjarenonderhoudsplan (MOP) opgesteld door Lycens Huisvestingsadvies dat periodiek wordt geactualiseerd. De laatste actualisatie heeft in oktober 2013 plaats gevonden. De dotatie aan de voorziening is op dit MOP gebaseerd. In 2013 zijn onderhoudswerken aan obs De Schakel (€ 7.440), obs Kotten (€ 8.266) en obs ’t Waliën (€ 6.889) ten laste van de gevormde voorziening gebracht.
Voorziening spaarverlof In het primair onderwijs bestond voor medewerkers de mogelijkheid om de ADV-uren te sparen voor een langere periode van verlof, het zgn. sabbatsverlof. Per 31 december 2013 is een inventarisatie gemaakt van de nog uitstaande verplichtingen. Het schooljaar 2014-2015 is het laatste jaar waarin de gespaarde uren kunnen worden verzilverd. Voorziening ambtsjubilea Per 31 december 2013 is de hoogte van de voorziening ambtsjubilea bepaald op € 750 per fte.
2.5 Kortlopende schulden De kortlopende schulden worden als volgt gespecificeerd:
- crediteuren
2013 eur
2012 eur
154.510
112.425
- Ministerie van OCenW geoormerkte rijksbijdr. (model G) - belastingen en premies
-
30.446
233.425
249.548
- schulden terzake van pensioenen
90.518
92.810
- nog te betalen premie Vf/Pf/WAO
35.984
36.198
170.913
187.561
- overige schulden nog te betalen vakantieuitkering nog te betalen accountantskosten nog te betalen huisvesting inv. nog te besteden cultuureducatie overige nog te betalen kosten - overlopende passiva
7.848
9.455
1.182.722
698.602
-
18.251
43.875
65.994
63.135
39.509
1.982.930
1.540.799
Pagina 54
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B6 - Toelichting op de afzonderlijke posten van de staat van baten en lasten
Baten 3.1. Rijksbijdrage OCenW exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
5.144.495
5.114.000
5.569.146
Normatief - lumpsum - verr. UWV-uitkeringen(IMBU-reg.)
1.910-
-
29.364-
- personeels- en arbeidsmarktbeleid
653.965
656.000
698.274
- materiële instandhouding
986.987
987.000
999.306
- leerling gebonden financiering
98.980
77.000
116.343
- bevordering cultuur en educatie
18.251
-
11.836
- groeiformatie
33.910
-
22.770
- profesionalisering directeuren
18.382
-
-
Overige subsidies
- lerarenbeurs
3.924
- prestatiebox
147.548
142.000
111.686
- eerste opvang AZC-leerlingen
108.381
- faciliteiten samenvoeging - taal en rekenen - verrekende wachtgelden - NOA- en Herfstakkoord
50.000
96.343
-
-
20.540
39.509
-
6.413
-
-
11.985-
-
-
310.735 7.563.157
7.026.000
7.611.308
exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
3.2 Overige overheidsbijdragen
- bijdrage VVE
54.750
35.000
38.100
54.750
35.000
38.100
Pagina 55
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
3.3 Overige baten
- opbrengsten uit verhuur
exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
21.184
16.000
20.802
5.627
3.000
5.572
- detacheringen - ouderbijdrage
94.092
105.000
96.858
- overige opbrengsten
4.609
8.000
2.575
- overdracht zorgmiddelen
8.803
15.000
39.812
134.315
147.000
165.619
Lasten 4.1 Personele lasten exploitatie 2013 eur eur
begroting 2013 eur eur
exploitatie 2012 eur eur
Lonen en salarissen - loonkosten - loonkosten I/D-banen - loonkosten vervangingen
5.922.950
5.843.200
16.799
14.800
21.300
443.647
25.000
372.305
6.383.396
6.244.744
5.883.000
6.638.349
Overige personele lasten - dotatie ambtsjubilea
29.410
-
21.648
- onttrekking ambtsjubilea
15.336-
-
24.532-
- dotatie spaarverlof
-
-
1.266
- onttrekking spaarverlof
-
-
- uitzendkrac hten
50.447
22.000
- vervangingspool
39.570
30.000
32.434
- sc holing
99.004
75.000
107.287
- sc holing RDDF
10.701
-
- malus Vervanginsfonds
20.282
-
- bedrijfsgezondheidszorg
18.253
15.000
- afsc heid en jubilea - overige
3.46424.103
11.621 4.26019.407
2.657
1.000
3.502
40.193
22.000
20.292
295.181
165.000
209.304
6.678.577
6.048.000
6.847.653
Uitkeringen - Vervangingsfonds - UWV
296.503-
-
51.464-
347.9676.330.610
316.49944.4636.048.000
360.9626.486.691
Pagina 56
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
De loonkosten ad € 6.383.396 worden als volgt gespecificeerd naar kostensoort: 2013 eur
2012 eur
772.952
762.137
- onderwijzend personeel
5.432.413
5.677.580
- ondersteunend personeel
178.031 6.383.396
198.632 6.638.349
2013 eur
2012 eur
5.100.459
5.393.059
567.039
554.244
715.898 6.383.396
691.046 6.638.349
exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
- directie
- bruto lonen en salarissen - sociale lasten - pensioenpremies
4.2. Afschrijvingen
- gebouwen
37.704
38.000
37.704
- leermethoden
36.138
25.000
38.526
- ICT
91.921
118.000
100.974
- meubilair
44.380
43.000
43.307
5.939
1.000
3.528
216.082
225.000
224.039
- inventaris
4.3. Huisvestingslasten exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
- huur
20.478
19.000
19.649
- dotatie voorziening onderhoud
65.026
60.000
53.807
- klein onderhoud en exploitatie
79.808
73.000
96.974
- energie en water
144.904
155.000
143.982
- schoonmaak
190.914
182.000
183.845
- heffingen
12.778
25.000
13.579
- overige lasten
19.971
-
78.761
533.879
514.000
590.597
Pagina 57
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
4.4. Overige instellingslasten
- administratie en beheer - inventaris en apparatuur - schooluitgaven - consultatieve leerlingbegeleiding - activiteiten uit de ouderbijdragen
exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
117.602
111.000
126.363
390
2.000
259
393.035
341.000
420.778
31.611
55.000
43.957
107.969
105.000
91.393
- vervoerskosten gymonderwijs
33.772
30.000
12.364
- overige lasten
12.872
-
41.885
697.251
644.000
736.999
Honoraria van de accountant In de post administratie en beheer is € 11.478 opgenomen voor honoraria van de accountant, als volgt te specificeren (cf. artikel 2:382a BW): 2013 eur - onderzoek van de jaarrekening
2012 eur
11.478
12.480
- andere controleopdrachten
-
-
- adviesdiensten op fiscaal terrein
-
-
11.478
12.480
- andere niet controlediensten
5.1. Financiële baten en lasten
- rentebaten
exploitatie
begroting
exploitatie
2013 eur
2013 eur
2012 eur
25.707
30.000
23.935
25.707
30.000
23.935
Pagina 58
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
B7 – Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Huurovereenkomsten Met RICOH Nederland is een huurovereenkomst gesloten m.b.t. de huur van multifunctionals op alle scholen. Deze overeenkomst kende een looptijd tot 1 november 2015 en de jaarlast bedraagt circa € 50.000. In het voorjaar 2014 is dit lopende contract vernieuwd en heeft nu een looptijd tot 1 mei 2020 met een jaarlast van € 30.000. Met Dollwin pensioen BV is een huurovereenkomst gesloten m.b.t. de huur van kantoorruimte op Beatrixpark 22. Deze overeenkomst kent een looptijd tot 1 augustus 2017 en de jaarlast bedraagt circa € 19.000. Nieuwbouw Voor realisering van een nieuw schoolgebouw met gymruimte voor obs De Kolibrie is een verplichting aangegaan met de firma Klomps Dinxperlo voor een bedrag van € 1,8 miljoen. Op de balans is hiervoor € 1,1 als verplichting opgenomen. Aanvullende middelen zullen in de loop van het jaar 2014 van de gemeente Winterswijk worden ontvangen o.b.v. de Verordening huisvestingsvoorzieningen onderwijs.
B8 – Overzicht verbonden partijen De Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk heeft zitting in het bestuur van het WSNS-samenwerkingsverband Brevoordt. Per 1 augustus 2014 neemt SOPOW deel in het nieuwe samenwerkingsverband Achterhoek Oost.
B9 – Model WNT Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen: a. Vermelding alle bestuurders met dienstbetrekking voorz functie Alg.dir.
clausule N
dienstverband naam JPJ Schot
vanaf
tot
1-jan-2005
omvang
beloning
fte
eur
1,0000
103.505
1*
0
2*
0
3*
0
1* = belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen 2* = voorzieningen beloning betaalbaar op termijn 3* = uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
Pagina 59
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
b. Vermelding alle toezichthoudende bestuurders dienstverband functie
naam
vanaf
tot
beloning
1*
2*
3*
eur
Voorz.
WJ van Til
1-jan-2005
1-jan-2013
800
0
0
0
Secr.
JW Bosch
1-jan-2005
1-jan-2014
1.200
0
0
0
Penn.m.
CA de Groot
1-jan-2007
900
0
0
0
Voorz.
MJA van Rooden
1-jan-2012
1.200
0
0
0
Lid
P Mekkes
1-jan-2012
1.050
0
0
0
Lid
J Mentink-Oonk
1-jan-2013
1.050
0
0
0
Lid
I Hoving
1-jan-2014
450
0
0
0
1* = belastbare vaste en variabele onkostenvergoedingen 2* = voorzieningen beloning betaalbaar op termijn 3* = uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
Pagina 60
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
C OVERIGE GEGEVENS C1 – Controleverklaring van de accountant De verklaring van de accountant is hierna opgenomen.
Pagina 61
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
C2 - Resultaatbestemming Het resultaat over het boekjaar 2013 bedraagt € 107 en wordt als volgt bestemd:
Algemene reserve (publiek)
104.565-
Bestemmingsreserve (publiek) • exploitatie scholen • Herfstakkoord 2013
3.549 115.000
Bestemmingsreserve (privaat) - reserve ouderbijdrage
13.877107
Aan de schooldirecties wordt jaarlijks op basis van het aantal leerlingen een budget beschikbaar gesteld voor onderwijsleerpakket en ICT. Over- en onderschrijdingen op dit budget worden ten laste of ten gunste van de exploitatiereserves van de scholen gebracht. In 2013 bedroeg het totaal beschikbare budget € 431.384. In 2013 is door de schooldirecties inclusief de afschrijvingslasten € 427.835 besteed. Het verschil (€ 3.549) wordt ten laste van de exploitatie reserves gebracht. In de begroting 2014 is een lumpsumbijdrage van € 115.000 geraamd op basis van het Herfstakkoord 2013. Deze middelen zijn reeds in 2013 ontvangen en in dat boekjaar verantwoord. Ter dekking van de geraamde inkomsten voor 2014 wordt genoemd bedrag als bestemmingsreserve afgezonderd. De opbrengst uit ouderbijdragen heeft in 2013 € 94.092 bedragen, terwijl de lasten van de activiteiten die uit deze schoolbijdragen worden bekostigd € 107.969 hebben bedragen. Het verschil (€ 13.877) wordt ten laste van de reserve ouderbijdrage gebracht. Het dan nog resterende verschil tussen baten en lasten ten bedrage van € -104.565 wordt ten laste van de Algemene reserve gebracht.
C3 - Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voor gedaan die aanleiding zijn tot wijziging van de jaarrekening. Vastgesteld in de bestuursvergadering van 18 juni 2014, w.g. (voorzitter)
w.g. (secretaris)
Pagina 62
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
JAARVERSLAG 2013
D - BIJLAGEN Gegevens van de rechtspersoon Naam instelling:
Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk
Adres: Postadres
Beatrixpark 22 Postbus 257
Telefoon: Fax:
(0543) 53 38 87 (0543) 53 38 97
Contactpersoon: E-mail:
de heer F.H.M. Heming
[email protected]
Bestuursnummer:
41494
7101 BN Winterswijk 7100 AG Winterswijk
Onder het bevoegd gezag ressorterende scholen: School
Adres
BRIN-nr.
- Bargerpaske - De Schakel - De Kolibrie lok. Hakkelerkampstraat lok. Ribeslaan lok. Olmenstraat - Kotten - Miste/Corle - Stegeman - ’t Waliën - Woold
Voorninklaan 1 Violenstraat 1a
18VQ 18WF
Hakkelerkampstraat 33 Ribeslaan 2 Olmenstraat 41 Meester Meinenweg 14 Brinkeweg 15 Pronsweg 5 Waliënseweg 8 Schoolweg 13
18WN 18WN 18WN 18WW 18ZG 19AM 19AV 19BC
Pagina 63