Schoolplan 2011-2015
SCHOOLPLAN 2011-2015 OBS HET KOMPAS OVERDINKEL
1
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Inhoud Schoolplan 2011-2015
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7
Inleiding Doelen van ons plan Functie van ons plan Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan Verwijzingen Bronnen Status van ons plan Evaluatie van ons plan
2 2.1 2.2 2.3
Onze school Huidige situatie Leerling- en ouderpopulatie Overige omstandigheden die onze beleidskeuzen beïnvloeden.
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
De opdracht van onze school Waar we voor staan Wat er op ons afkomt. De externe ontwikkelingen. Wat wij kunnen: de interne sterkte/zwakteanalyse Wat wij willen: de gewenste kwaliteit Beleidsvoornemens/plannen
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.4.1 4.4.2
De onderwijskundige vormgeving van onze school De onderwijskundige doelen Huidige situatie De ordening van de inhoud van het onderwijs De verschillende onderdelen van de ordening De vak-/vormingsgebieden en de computer Het Computeronderwijs
5 5.1 5.2 5.3
De inzet en ontwikkeling van ons personeel Doelen van het personeelsbeleid Huidige situatie Beleidsvoornemens/plannen
6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Overige beleidsterreinen Ons algemeen strategisch beleid Ons financieel beleid Ons huisvestings- en materieel beleid Ons relationeel beleid Beleidsvoornemens/plannen
2
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
7 7.1 7.2 7.3 7.4
Onze zorg voor kwaliteit Inleiding De doelen van onze kwaliteitszorg Procedure voor kwaliteitszorg Beleidsvoornemens/plannen
1
Inleiding
1.1
Doelen van ons plan
De doelen van dit schoolplan zijn: •
•
•
Als school (bestuur, directie, team en medezeggenschapsraad) vaststellen wat voor de periode van 1 augustus 2011 t/m 31 juli 2015 voor de Openbare Daltonschool ‘Het Kompas’ het onderwijskundig beleid, personeelsbeleid, algemeen strategisch beleid, financieel beleid, materieel beleid, relationeel beleid en het beleid ten aanzien van de kwaliteitszorg is en van deze beleidsterreinen een samenhangend geheel maken; Dit beleid zo vast te stellen dat het gebruikt kan worden voor planmatige schoolontwikkeling; rekening houdend met de bovenschools afgesproken doelen uit het strategisch beleid en de schooleigen doelen en voornemens. Voldoen aan de wettelijke verplichting te beschikken over een schoolplan.
1.2
Functie van ons plan
Dit schoolplan zal fungeren als; • • •
Uitgangspunt voor de planning per schooljaar; Verantwoordingsdocument in de richting van de landelijke overheid. Informatie voor ouders van (potentiële)leerlingen.
1.3
Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan
Dit schoolplan is opgesteld door J.F.Slot, directeur van de Openbare Daltonschool ‘ Het Kompas’. De teamleden hebben de gegevens aangeleverd. De hoofdstukken: Onze school, de opdracht van onze school en de onderwijskundige vormgeving van onze school zijn na overleg met het team opgesteld De hoofdstukken inzet en ontwikkeling van ons personeel, ons financieel beleid en ons materieel beleid zijn na overleg met het bestuur opgesteld De Stichting Consent Enschede is het bevoegd gezag van de Openbare Daltonschool ‘Het Kompas’.
3
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
1.4
Verwijzingen
In dit schoolplan wordt verwezen naar • • • • • •
De schoolgids van de Openbare Daltonschool ‘ Het Kompas’; Bovenschools beleidsplan Stichting Consent Enschede Het personeelsbeleidsplan van het bevoegd gezag van de school; De groepsmappen van de school. Taalbeleidsplan Enschede (W.S.N.S.) 2011-2015. Rekenbeleidsplan Enschede (W.S.N.S.) 2011-2015.
1.5
Bronnen
Bij het maken van dit schoolpan zijn de volgende bronnen gebruikt: •
Handreiking voor het maken van het schoolplan 2011-2015: Eduforce.
1.6
Status van ons plan
Dit schoolplan is op voorstel van het team vastgesteld door het bestuur. De Medezeggenschapsraad heeft er mee ingestemd. Bijlage: formulier instemming (blz. 24). Bijlage: formulier vaststelling (blz. 25).
1.7
Evaluatie van ons plan
Bij het evalueren van de jaarplanning zal worden bekeken of het hoofdstuk over de beleidsvoornemens, totaaloverzicht en planning bijgesteld moet worden. Evaluatiegegevens die bij het opstellen van het volgende plan verwerkt zullen worden, zullen als aantekening bij de betreffende hoofdstukken en paragrafen worden genoteerd.
2
Onze school
2.1
Huidige situatie
De Openbare Daltonschool ‘ Het Kompas’, behorende tot het bestuur van Stichting Consent Enschede, is gevestigd aan de Schoolstraat 23 te Overdinkel. De school is gehuisvest in een modern gebouw dat is opgeleverd in oktober 1977. Er zijn plannen voor nieuwbouw in 2013. De school staat aan de rand van twee nieuwbouwwijken en huizen daterend uit de jaren 1950 en 1960. Overdinkel telt ongeveer 4500 inwoners. In de gemeente Losser zijn 3 Openbare basisscholen, 8 R.K-basisscholen en 2 P.C.basisscholen. Overdinkel kent 1 Openbare basisschool, 1 R.K-basisschool en 1 P.Cbasisschool. Het Kompas is een Openbare School. We geven actief vorm aan de wezenskenmerken, die in de onderwijswetgeving vastliggen. Die wezenskenmerken zijn:
4
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 •
•
•
•
Open toegankelijkheid: de school is voor alle leerlingen toegankelijk, ongeacht hun godsdienst, levensbeschouwing of beperking op welk gebied dan ook. Bij dit laatste wordt toelating volgens een protocol toegepast. Zie protocol aanname schoolgids blz. 12/13. Alle kinderen moeten zich op onze school kunnen thuis voelen. Actieve pluriformiteit: de school geeft in het onderwijs aandacht aan alle levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden in de Nederlandse samenleving, waarbij rechtgedaan wordt aan de verscheidenheid van die waarden. Non-discriminatie: de school eerbiedigt ieders godsdienst of levensbeschouwing, wat ook betekent dat het personeel zonder op dit punt in onderscheid te maken benoembaar is. Juist het naast elkaar zetten van meerdere levensbeschouwingen en het daaraan koppelen van verschillen, maar vooral van overeenkomsten, leidt tot onderlinge acceptatie en respect.
2.2
Leerling- en ouderpopulatie
De school wordt op dit moment bezocht door 165 leerlingen. Zij zijn verdeeld over 8 groepen. Het leerlingen aantal is de laatste jaren licht stijgend en ook voor de komende jaren geven prognoses hetzelfde beeld. De leerlingpopulatie, naast de leerlingen uit geheel Overdinkel zijn er ook een aantal leerlingen afkomstig uit Duitsland, geeft een afspiegeling weer van de bevolking van Overdinkel. De schoolbevolking is daardoor divers ten aanzien van het opleidingsniveau van de ouders. Op de Openbare Daltonschool ‘ Het Kompas’ is de verdeling van het leerlinggewicht op dit moment als volgt: gewicht 1.0 : 67 % gewicht 0.30: 23 % gewicht 1.20: 10 % Het marktaandeel van OBS Het Kompas is stijgende. Op dit moment bezoekt 36 % van de Overdinkelse kinderen onze school.
2.3
Overige omstandigheden die onze beleidskeuzen beïnvloeden.
Op de Openbare Daltonschool ‘ Het Kompas’ zijn op dit moment 11 leerkrachten werkzaam, zijnde 6 fulltimers, 4 parttimers en 1 vakleerkracht handvaardigheid. Ook heeft de school twee conciërges. De directeur behoort tot de fulltimers. Een aantal leerkrachten heeft daarnaast nog een specifieke neventaak zijnde: • ICT-er; • Onderwijskundig begeleider; • Contactpersoon ongewenste intimiteiten. • Contact persoon onderwijskundige klachten. • Bedrijfshulpverlener.(4x) • Taalcoördinator. (in opleiding) • Daltoncoördinator. • Cultuurcoördinator. • Rekencoördinator. • Techniekcoördinator. (in opleiding) Als school maken wij deel uit van het Weer Samen Naar School samenwerkingsverband Enschede/Losser. Hieraan wordt deelgenomen door de
5
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 openbare basisscholen en speciale basisscholen, de protestant christelijke basisscholen, de Enschedese Schoolvereniging en de islamitische school Al Uhma. De school wordt voor het Daltononderwijs optimaal gebruikt; het gebouw is kindvriendelijk ingericht. Dit is te herkennen aan onze ruimtes waar de leerlingen individueel of in samenwerking met andere leerlingen kunnen werken en de toegankelijkheid van de benodigde materialen. In de gemeenschappelijke ruimte zijn stilte- en samenwerkingshoeken gemaakt. In de ochtend uren dienen deze hoeken als stilte hoeken en in de middag als samenwerkingshoeken. Daarnaast is er in elk lokaal een computerhoek gesitueerd. In iedere groep zijn stilte hoeken ingericht. De kinderen leren eerst in de groep een keus te maken waar ze willen gaan werken; aan de eigen tafel, de instructietafel of een stilte hoek, hetzij in de groep of in de gemeenschapsruimte. Bij groeiformatie moet de gemeenschapsruimte ingericht worden voor lessen van bepaalde groepen. Weeksluitingen van elke groep worden gehouden in de gemeenschapsruimte. Ouders en leerlingen van de andere groepen worden hierbij uitgenodigd. De teamvergaderingen worden gehouden in de personeelskamer. Het bouwoverleg (groep 1 t/m 4 en groep 5 t/m 8) vindt plaats in een groepslokaal. Consent neemt stelling Elke Consentschool dient minimaal aan de eerste vier kenmerken te voldoen. 1. De Wet op het Primair Onderwijs verplicht de scholen van de Stichting Consent aandacht te besteden aan levensbeschouwelijke en matschappelijke waarden en aan de betekenis van de verscheidenheid van die waarden met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. 2. Op onze school wordt daadwerkelijk aandacht besteed aan verschillen in denkbeelden, opvattingen en levensovertuiging. 3. De leerlingen van onze school worden door de leraren geaccepteerd zoals ze zijn, met al hun verschillen in levensbeschouwing, etnische afkomst, cognitieve vermogens of op welke grond dan ook. 4. Onderwijspersoneel en leerlingen op onze school staan open voor elkaars mening en men is bereid zo nodig het eigen standpunt te herzien. 5. Op onze school wordt de mogelijkheid gegeven lessen godsdienstige of levensbeschouwelijke vorming te volgen. 6. Op onze school is voldoende belangstelling bij de ouders voor het aanbieden van de lessen godsdienstige of levensbeschouwelijke vorming. 7. Als op onze school bij de ouders voldoende belangstelling voor het aanbieden van deze lessen bestaat, wordt ze daadwerkelijk gegeven. 8. De leraren van onze school worden door de leerlingen geaccepteerd zoals ze zijn, met al hun verschillen in levensbeschouwing, etnische afkomst, cognitieve vermogens of op welke grond dan ook. 9. De verscheidenheid aan waarden en normen op onze school als aangrijpingspunt worden gehanteerd om de inhoudelijke en organisatorische inrichting van onderwijsleerprocessen op klas- en schoolniveau vorm te geven.
6
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
3
De opdracht van onze school
3.1
Waar we voor staan
De missie verwoordt het doel van OBS Het Kompas: Het Kompas, voor zelfstandigheid, samenwerking en geborgenheid. De Openbare Daltonschool “Het Kompas” wil dat elk kind zijn omgeving/wereld zo goed mogelijk begrijpt en dat hij/zij er positief mee zal omgaan. • De school gaat uit van een pedagogisch omgaan met elkaar en met de omgeving. • Wij bieden een veilig, ondersteunend klimaat om de leerlingen de gelegenheid tot een persoonlijke en sociale groei-ontwikkeling te geven. • Wij moeten als school rekening houden met zeer, verschillende kinderen. Ieder kind is uniek. Wij streven naar een gerichtheid op onderwijs, dat enerzijds het kind in staat stelt zoveel mogelijk "mee te nemen", maar anderzijds ook zoveel bagage mee te geven dat het zélf leert leren; persoonlijkheidsvorming. • We willen de kinderen op een positieve manier leren omgaan met anderen, zodat ze vanuit zichzelf leren kiezen voor waarden en normen, die een prettig samenleven mogelijk maken. • In onze school respecteren we de kinderen als mens. We gaan ervan uit dat het kind in staat is verantwoordelijkheid te dragen voor zijn eigen ontwikkeling. Elke leerling wordt bij zijn leren serieus genomen. • Onze schoolorganisatie is afgestemd op dit vertrouwen in de leerlingen. Dit komt tot uiting in onze Daltonwerkwijze, waarbij de principes Zelfstandigheid, Vrijheid (in gebondenheid) en Samenwerken hoog in ons vaandel staan. Als middel hanteren wij o.a. het takensysteem, waarbinnen de leerlingen zelf keuzemogelijkheden hebben ten aanzien van bijvoorbeeld de volgorde van de verwerking van de vakken, de dag waarop een taak wordt afgemaakt, de plaats van werken en al of niet samenwerken met andere leerlingen. De taken bestaan uit een verplicht gedeelte, wat zoveel mogelijk is afgestemd op het niveau van de leerlingen ten aanzien van tempo en kunnen, een gedeelte extra leerstof, voor de leerlingen die de basisstof afhebben. Daarnaast is er keuzestof. Deze leerstof mogen de leerlingen maken op zelfgekozen momenten in de week. De basisstof dient aan het eind van de week geheel te zijn gemaakt. Aan de taak wordt gewerkt tijdens de taakuren. De leerkrachten begeleiden de kinderen daarbij in hun ontwikkeling. De nadruk ligt dan op de controle van het proces, naast de beoordeling van kwaliteit en kwantiteit van de geleverde prestaties. •
3.2
Wat er op ons afkomt. De externe ontwikkelingen.
Huidige trends en de te verwachten trends en ontwikkelingen in het onderwijs, de omgeving en beleid van de gemeente. Overheidsbeleid/bestuursbeleid: v landelijk beleid: het jonge kind(kerninnovatie); o.a. VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie); zie schoolgids blz. 26. v taalbeleid(kerninnovatie); herzien van taalbeleidsplan; leesverbeterplan. v rekenbeleid (kerninnovatie); rekenverbeterplan. v omgaan met verschillen (adaptief onderwijs(kerninnovatie) 7
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 v kwaliteitszorgbeleid; De nieuwe Wet op het onderwijstoezicht. v ICT (Informatie- en Communicatietechnologie); borgen Internetprotocol; Mediawijsheid. v werken aan kerndoelen; opstellen tussendoelen, rekininghoudend met fundamentele- en streefdoelen. v referentieniveaus taal en rekenen invoeren. v Weer Samen Naar School; het zorgplan, leerlinggebonden financiering. v bestuurlijke samenwerking; samenwerkingsverbanden tussen scholen; strategisch beleid. v automatisering van managementgegevens. v Tussenschoolse- en Buitenschoolseopvang; zie schoolgids blz. 41 en blz. 48. v Nieuw beleid m.b.t. de herijking van de zorg, waarbij de school de plicht heeft een passend aanbod voor elke leerling aan te bieden. Zie blz. 27. Zorg op Maat. Passend Onderwijs. Veranderingen in de omgeving van de school: v woningbouw, sociale veranderingen, verkeersmaatregelen. v ontwikkeling van scholen van 'andere zuilen' in de buurt. v ontwikkeling bij peuterspeelzaal. v (andere) invloed van leeftijdgenoten v invloed van TV en computer v eenheid diversiteit van wensen van ouders v verandering van imago v afname/toename contacten met instellingen Veranderingen in de personele situatie van de school: v groei/krimp, afvloeiing binnen de school v beroepsprofiel v werving en selectie; herintredende leraren. v deeltijd/voltijd. v leeftijdsopbouw. v taakbeleid. v normjaartaak. v bestuursaanstelling, mobiliteit. v Moeilijk te regelen vervanging (bij ziekte) door gebrek aan vervangers. Onderwijskundige veranderingen: v Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE); VVE-versterk. v extra aandacht voor de onderbouw; fonemisch bewustzijn; geletterde omgeving. v lokaal onderwijsbeleid/ achterstandenbeleid; Kansrijk Samenspel 2010-2016. v toenemende mate van samenwerking. v borgen van instructie op maat. v vervanging methode rekenen. v implementeren Thematisch Werken/M.I. v werken aan leerkrachtcompetenties. v expertisecentra v I.C.T. (Informatie en Communicatie Technologie); toename ict mogelijkheden. v techniek v waarden en normen v werken aan de kerndoelen; opstellen tussendoelen, rekening houdend met de fundamentele- en streefdoelen. Visie met betrekking tot Passend Onderwijs: Kern van deze visie is, dat de school ( met ondersteuning en begeleiding door het Steunpunt Onderwijszorg) haar onderwijszorg arrangement gaat vaststellen (en laat vastleggen en bekrachtigen door de MR). 8
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Is voor een leerling met een bepaald onderwijszorg arrangement passend onderwijs op de school niet mogelijk, dan neemt het samenwerkingsverband dit over. Het Steunpunt Onderwijszorg heeft de tweeledige opdracht om onderwijszorg arrangementen van scholen en om onderwijszorg arrangementen van leerlingen vast te stellen, te begeleiden, te bevorderen. Achtergrond informatie. Het nieuwe beleid – herijking van de zorg – geeft aan, dat leerlingen een zorggewicht krijgen toegekend met daarbij passend een onderwijs zorgarrangement. De besturen zullen de plicht krijgen om voor elke leerling een passend onderwijsaanbod aan te bieden. Uitgangspunt wordt de vraag van de ouders en de leerlingen. De ouders melden hun kind aan bij de school van hun voorkeur. Deze school heeft vervolgens de plicht een passend aanbod voor de leerling aan te bieden. Als dit op de betreffende school niet mogelijk is, moet de school een passend aanbod doen op een andere school, waar het kind ook kan worden geplaatst. Ouders hoeven niet langer te “shoppen” langs de scholen om hun kind geplaatst te krijgen. Ook hoeven de leerlingen voortaan nog maar een indicatietraject te doorlopen. Er komt dus een verwijzing ( indicatie stelling ) in plaats van de huidige drie ( WSNS, rugzakje en leerwegondersteunend onderwijs). Er komen regionale steunpunten waar ouders terecht kunnen voor advies over schoolkeuze, indicatiestelling en de beoordeling van het aanbod van de school. Algemene uitgangspunten bij deze visie: • De veiligheid van het kind en de veiligheid van een team staan centraal. Dat betekent, dat een leerling met een onderwijsarrangement zich op een school moet kunnen handhaven en zich positief moet kunnen ontwikkelen. De veiligheid van de leerling, van de groep en van de leerkracht moeten hierbij gewaarborgd zijn. De grenzen van de zorgbreedte worden bepaald door de balans tussen draagkracht en draaglast van de individuele leerling, van de groep, van de groepsleerkrachten van de school. • Regulier onderwijs is niet altijd het beste voor een kind met een onderwijszorg arrangement. Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs zijn en blijven noodzakelijk, omdat een multidisciplinaire ondersteuning en behandeling noodzakelijk zijn. • Het kunnen bieden van onderwijszorg arrangementen koppelen aan het adaptieve vermogen van een school. • De professionaliteit van een school moet worden bevorderd door het niveau van het adaptief onderwijs te blijven verhogen. • De expertise van het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs waarborgen en behouden. • De organisatie en de expertise van het samenwerkingsverband waarborgen en behouden. • De autonomie van de scholen. Scholen en besturen beslissen of een leerling met een onderwijszorg arrangement wordt toegelaten tot een bepaalde school. • Deze visie wat betreft de herijking van de zorg moet passen binnen het beleid van het samenwerkingsverband. Deze zijn: integraal karakter, consistent beleid, breed draagvlak, financieel haalbaar en kwalitatieve criteria. In een teambespreking zijn de volgende drie kansen en bedreigingen voor onze school vastgesteld: Kansen waarmee we actief aan de slag zijn om opbrengsten hoog in te zetten: v toenemende mate van samenwerking v onderwijskundigbeleid “op maat”.
9
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 v Leerlingvolgsysteem; bepaling ontwikkelingsperspectief. v Leerkrachtcompetenties/Persoonlijk Ontwikkelings Plan. v Goed effectief lees/rekenonderwijs zodat risicoleerlingen beperkt zullen blijvenop deze basale gebieden. v Inzet van diverse netwerken. Bedreigingen: v Leerkrachten moeten cursussen volgen m.b.t. Passend Onderwijs; het lesgeven zal hierdoor verzwaren. v Bezuinigingen op onderwijs en zorg. v Passend Onderwijs: de school moet hierin zijn talenten en tekortkomingen goed leren kennen om zodoende kansen te kunnen bieden en weten op welke gebieden nog iets “te halen” valt.
3.3
Wat wij kunnen: de interne sterkte/zwakteanalyse
Oudertevredenheidsonderzoek. Door het bestuur en team van OBS Het Kompas wordt er naar gestreefd een kwalitatief hoogwaardig aanbod van onderwijs en vorming voor haar leerlingen te bieden dat maximaal aansluit bij de wensen van ouders/verzorgers en hun kinderen. Om deze hoge kwaliteit te kunnen leveren, vraagt de school periodiek aan de ouders van de leerlingen hoe zij het huidige onderwijs-, zorg- en vormingsaanbod van de school beoordelen. Ook wil men graag weten hoe ouders het team, het gebouw en de andere voorzieningen beoordelen. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Het beleidsvormend vermogen van de school. Het coördinerend vermogen. Kwaliteitszorg van het onderwijs in de basisvaardigheden. Het evaluerend vermogen. Het functioneel werkklimaat Het schoolklimaat. De ouderbetrokkenheid. Het jonge kind. Pedagogisch functioneren.
De beantwoording vond plaats in een 4- puntsschaal, waarbij tevens de mogelijkheid werd geboden actiepunten aan te geven. Leerkrachten moeten nog deelnemen aan de zorgscan (W.S.N.S.). Sterke punten: v In de groepen 1 en 2 besteden we aandacht aan een vroegtijdige signalering van de zogenaamde risicoleerlingen ten aanzien van: auditieve ontwikkeling (auditieve analyse en synthese); - visueel ruimtelijke oriëntatie; - spraak- en taalontwikkeling; - motorische ontwikkeling; - betrokkenheid voor meer cognitieve activiteiten; taak en werkhouding v Vaststellen van duidelijke doelen m.b.t. rekenen. v Doorlopende leerlijnen op onderwijskundig- en pedagogisch beleid. v Maken van trendanalyses c.q. groepsanalyses.
10
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 v Behaalde resultaten omzetten in een hanteerbaar IGDI-model en/of groepshandelingsplan. v De leerkrachten organiseren een leeromgeving waarin de leerlingen taakgericht kunnen werken. v Goede overdracht en afstemming in de verschillende groepen. v Doorgaande lijnen in de methoden, werkwijze, klassenmanagement. v Werken met uitvoerige handelingsplannen voor risicoleerlingen en het ontwikkelen van groepsplannen. v Evaluatie van behaalde resultaten. v Klassenconsultaties van leerkrachten onderling op diverse onderdelen. v Een goed systeem voor de signalering van onderwijsleerproblemen. v Mogelijkheden tot pre-/reteaching en verlengde instructie. v Aanschaf nieuwe rekenmethode “De Wereld in Getallen”, geënt op een duidelijke verdeling in leerstof voor leerstofdifferentiatie. Zwakke punten: v Procentueel zijn onze toets resultaten bij de ‘middensignalering’ aan de lage kant, bij de ‘eindsignalering’ zijn ze op niveau. Drukdoende met taalpilot + rekenpilot CPS om deze resultaten omhoog te krikken. v Het opstellen van vakinhoudelijke groepsplannen levert nog wat moeilijkheden op; nu nog experimenteel om een uiteindelijk format te hebben. v Nog aan te schaffen methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling. v Ouderparticipatie m.b.t. ouderraad en medezeggenschapsraad; meer openheid. v Opzet digitale nieuwsleveringen aan ouders. v Opzet ICT-mediawijsheid. v Herzien van het taalbeleid. Naast het oudertevredenheidsonderzoek hebben wij ook, speciaal voor de Dalton kenmerken, de kijkwijzer van de Nederlandse Dalton Vereniging afgenomen. Deze kijkwijzer wordt ook gebruikt bij een "Visitatie erkenning Dalton" of de vijfjaarlijkse visitatie.
Specifiek op Dalton gericht: 1. Onze lokalen zijn zodanig ingericht dat de zelfstandigheid van de leerlingen opti maal gestimuleerd wordt 2. De leerkrachten stimuleren het samenwerken tussen de leerkrachten en ook tus sen de leerlingen 3. Er zijn veel extra materialen voor zelfstandig en/of ontdekkend leren aanwezig in onze school. 4. Contacten tussen ouders en school verlopen goed door de wekelijkse taakbrief die mee naar huis gaat. 5. Onze sterke punten liggen, naast de organisatorische kant van Dalton, vooral op het pedagogische vlak. Niet alleen cognitieve zaken worden beoordeeld, maar ook houdingsdoelen staan hoog in het vaandel. Wij leren de kinderen zelfvertrouwen aan. Wij geven veel zelfverantwoordelijkheid aan de leerlingen. Leerlingen die naar het V.O. gaan weten met planning en indeling van hun tijd goed om te gaan. Werken zonder toezicht zijn ze gewend. 6. Het zelfontdekkend leren geeft de leerlingen mogelijkheden een eigen leerstijl te leren kennen en deze adequaat te benutten. 7. Leerlingen leren elkaar ondersteunen, o.a. tijdens werken in tweetallen en het tu11
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 torsysteem. 8. De leerlingen worden respectvol behandeld. Goede sfeer op school (pedagogisch klimaat). 9. Installatie van een leerlingenraad. 10. Inzet verschillende kijkwijzers, waardoor leerlingen precies weten welke stappen gevolgd moeten worden. Onze zwakke punten: "top-vijf" Specifiek op Dalton gericht: 1. Daltonbeleidsplan is inmiddels gemaakt; nu nog verdere uitwerkin. 2. We gaan de ruimten in de school anders indelen, om meer werkhoeken te maken. Er worden speciale hoeken gemaakt met opdrachtkaarten voor het ontdekkend leren. 3. Klassenoverstijgende keuzewerkactiviteiten op daarvoor geschikte plekken. 4. Er moeten meer extra Daltonvoorzieningen in onze school moeten komen, zoals materialen om de keuzemogelijkheid van de kinderen te vergroten, speciaal voor bouw- en techniekactiviteiten. In een nieuw gebouw zal hier zeker de nadruk opgelegd gaan worden. We gaan de ruimten in de school anders indelen, om meer werkhoeken te maken. Er worden speciale hoeken gemaakt met opdrachtkaarten voor het ontdekkend leren.
12
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
3.4
Wat wij willen: de gewenste kwaliteit
Visie op het kind en pedagogische uitgangspunten: Wij streven er naar dat elk kind de omgeving zo goed mogelijk probeert te begrijpen en er zo positief mogelijk mee omgaat. Wij willen op een (positief) pedagogische wijze met elkaar en met de omgeving omgaan. De leerkrachten proberen een veilig, ondersteunend klimaat te bieden om het kind de kans te geven zo zelfstandig mogelijk met de omgeving om te gaan. Door elk kind te benaderen als open, communicatief en redelijk, wordt persoonlijke groei geboden Wij gaan ervan uit dat elk mens in staat is verantwoordelijkheid te dragen. Deze Daltonbenadering leidt naar een democratische grondhouding Er is vertrouwen in de positieve bedoelingen van het individu. In het spanningsveld van individuele belangen en belangen van de groep leert het kind zijn positie te bepalen. Hierbij gaan wij uit van de volgende pedagogische uitgangspunten: • Verantwoordelijkheid en vrijheid: - Voor het tot stand komen van echte communicatie is luisteren naar elkaar een voorwaarde - Wij proberen met open vragen de aandacht en het zelf denken van de leerlingen te stimuleren. - Een “juiste” oplossing wordt niet voorgezegd, of gegeven door medeleerlingen, leerkrachten of de methoden - Wij leren de kinderen in vrijheid keuzen te maken, en voor die keuzen de verantwoordelijkheid te dragen - De leerkrachten helpen de kinderen hun eigen kwaliteiten te ontwikkelen; daarbij hoort ook het werken aan creatief denken en het ontwikkelen van creativiteit. - De vrijheid van de een eindigt waar die van de ander belemmerd wordt, waarbij de grenzen, afhankelijk van het individu, te verschuiven zijn. Dit geeft een relatieve onzekerheid waar we onze leerlingen mee leren omgaan. Experimenteren in de school als mini-maatschappij geeft ruimte voor ontwikkeling van zelfdenkende, zelfbeslissende, verantwoordelijke mensen.
• Zelfstandigheid: -
-
13
Kinderen krijgen veel gelegenheid om zelf te leren. Door ontdekkend bezig te zijn of door zelfstandig te oefenen. De nieuwe leerstof wordt groepsgewijs aangeboden, waarbij de groepssamenstelling kan wisselen. Door te werken met taakuren begeleidt de leerkracht de kinderen stap voor stap in de richting van geheel zelfstandig werken. Voor kinderen die meer instructie nodig hebben volgt een andere uitleg en/of ander oefenmateriaal. Voor kinderen die meer aan kunnen wordt voor verrijkingsmaterialen gezorgd en de daarbij behorende instructie. Ontdekkend leren middels Thematisch werken. Uitgaande van de talenten van een kind. Het werken met taken en het opbouwen van zelfstandigheid begint bij ons in groep 1 met een eenvoudige taak.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 De kinderen werken met weektaken. In de groepen 5 t/m 8 worden er ook methode gebonden toetsen, (bijv. aardrijkskunde, geschiedenis en biologie) langer dan een week van te voren ingepland, die zelfstandig gemaakt kunnen worden met de daarbij behoorde regels. Cito toetsen uitgezonderd. • Samenwerking: - Het principe samenwerken vormt de basis van het leren van en aan elkaar, het leren omgaan met elkaar. Maar ook voor het willen openstellen voor een ander. - De kinderen mogen elkaar op weg helpen, waarbij duidelijk is dat voorzeggen van het goede antwoord geen echte hulp is. - Door hun manier van handelen proberen de leerkrachten de basis te leggen. - Rechten en plichten, waarden en normen kunnen worden besproken in het kringgesprek. De groepsregels worden samen vastgesteld. Het is belangrijk dat de kinderen begrijpen waarom er regels zijn en dat ze zinvol zijn. - Samenwerkend leren, waarbij de kinderen van elkaar afhankelijk zijn om tot goed resultaat te komen is een werkvorm die we regelmatig toepassen. - Samenwerken is dan niet alleen hulp geven en hulp krijgen, maar ook overleggen, luisteren naar anderen, je mening leren verwoorden en die mening weer bijstellen als er betere argumenten komen van medeleerlingen. Bovenstaande uitgangspunten zijn in samenhang met de organisatorische, de didactische en de pedagogische aspecten van de basisschool in een schema onder te brengen.: Zelfstandigheid Vrijheid
Samenwerken
Organisatie Didactiek Pedagogiek Uitgewerkt ziet het schema er globaal als volgt uit
Organisatie
Didactiek
14
Zelfstandigheid Management van het • klassenmanagemen t • administratie • registratie • observeren • evaluatie/controle • leerlingvolgsysteem • planning/afspraken
Vrijheid onderwijs • keuze mogelijkheden creëren • administratie • rapportage • afspraken maken • groeperingsvormen • delegeren aan leerlingen
Gedifferentieerd • doelen/tussendoele n • individuele leerroute • leerling begeleiding • evaluatie • planning/organisatie • stimuleren ontdekkend leren
onderwijs • persoonlijke initiatieven benutten • persoonlijke leerroute • differentiatie • minimumdoelen voor drie principes en vak/ vormingsgebieden • variatie in
Samenwerken • keuze mogelijkheden creëren • communicatie regelen • wanneer,wie,wat beschikbaar • delegeren • groeperingsvormen • persoonsgerichte benadering
• leerroutes • verschillen onderkennen en gebruiken • ontdekkend leren • samenwerken • leerlijn voor samenwerken • willen differentiëren
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Pedagogiek
Pedagogisch klimaat • houdingsaspecten bespreken • verantwoordelijkhei d overdragen aan leerlingen. • leerlingen volgen in de ontwikkelingsgang • initiatief nemen/geven • hulp vragen/geven • verschillen onderkennen en gebruiken
werkvormen • mogelijkheden creëren tot ontdekkend leren
werken volgens IGDI model • duolezen/tutorlezen • vriendjes lezen
• keuzevrijheid in de leerroute • verantwoordelijkhei d delegeren • verantwoordelijkhei d begeleiden • gericht op uitbreiding van persoonlijke mogelijkheden • veiligheid creëren
• verschillen onderkennen en gebruiken • willen differentiëren • leren samenwerken • leren uitvoeren • omgaan met conflicten • leren onderhandelen
Wij zullen de komende jaren regelmatig hierboven genoemde onderwerpen tijdens teamvergaderingen bespreken. Hetzij om te komen tot uitvoering, verbetering of ter evaluatie. Een aantal onderwerpen hebben wij meegenomen in het meerjaren beleidsplan van onze school zoals thematisch werken waarbij we uitgaan van de talenten van een kind; het invoeren van referentieniveaus taal en rekenen om zo optimaal te kunnen voldoen aan het opbrengst gericht werken.
15
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
groep
zelfstandigheid
vrijheid/ verantwoordelijkheid •
1-2
• •
•
min. 15 minuten werken met stoplicht taakgericht werken per taak (d.m.v. handelingswijzers) zelfstandig werken: leren omgaan met uitgestelde aandacht.
• • • •
samenwerken
keuze kunnen maken uit het verplichte werk op de taakbrief keuzewerk kiezen en o.a. het planbord gebruiken ongevraagd benodigde materialen pakken naar toilet gaan indien dat mogelijk is Docent gestuurd:kinderen mogen volgorde van taken kiezen
•
•
•
•
•
3-4
•
•
• •
starten met (gedeeltelijk) werk zelf indelen 45 minuten zelfstandig werken waarvan 15 minuten met stoplicht (leren omgaan met uitgestelde aandacht) per dag taakgericht zelfstandig werken planmatig werken
• • •
• • •
eigen werkplek bepalen vrijheid in dagtaakkeuze eigen leerstijl kiezen: wat heb ik nodig, hoe werk ik het prettigst samenwerkingsvormen kiezen met wie je samenwerkt gedeelde sturing (nadruk op l.kr..) l.kr draagt alternatieven aan
• •
•
• •
5-6
•
•
• • •
16
1 uur zelfstandig werken waarvan ½ uur met stoplicht weektaak zelfstandig opgesteld en op vrijdag afgemaakt (taakgericht denken) zelfstandig leren: indeling taken leren omgaan met eigen spanningsboog een opgedragen taak tot een zelfstandig einde brengen
• • •
•
plannen weektaak nemen van meer verantwoordelijkheden m.b.t. het eigen leerproces gedeelde sturing, nadruk op leerlingen
•
overleggen welk werk ze samen gaan doen samen kleine problemen kunnen oplossen hulp kunnen bieden zonder het voor te doen evaluatie: sturen vanuit lk. en complimenten geven (positieve benadering) Samenwerken is doel; sociale doelstellingen staan centraal samenwerken d.m.v. lineaalstem goed samenwerken met maatje en overleg plegen zelf kunnen verwoorden bij evaluatie maatjeswerk van en met elkaar leren samen leren/ coöperatief leren evenredige rolverdeling in groepswerk a.d.h.v. kaartjes (rollen) goed samen kunnen werken met je maatjes en overleg plegen in groepjes van 4 (doorvragen op
ge•
zamenlijke vragen samen zelfstandig onderdeel
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 weeksluiting op zich nemen.
7-8
• •
•
• • •
1 – 1 ½ uur zelfstandig werken waarvan ½ uur met stoplicht. weektaak zelfstandig opgesteld en op vrijdag afgemaakt (taakgericht denken) zelfverantwoordelijk en zelfsturend leren keuze maken hoe doelen te bereiken zelf inhoud bepalen: initiatieven nemen
• • •
beheersing van bovenstaande aandachtspunten gaan naar leerlingestuurd leerling is eigenaar van het eigen leerproces portfolio
•
interactief en afhankelijk leren
Bovenstaande betekent voor ons handelen dat wij de kinderen leren: - De levensovertuiging en de cultuur van de medemens te respecteren; - Op te komen voor zijn haar vrijheid en hierbij rekening te houden met de democratische grondbeginselen; - Leren samen te werken in een veelvormige samenleving; - Open te staan voor meningen van anderen; - Kinderen aanleren aan de hand van vrijheid in keuzes van werkopdrachten, zelfstandig hun leergedrag te ontplooien. - Verantwoording te leren dragen voor anderen en voor zichzelf en hier aanspreekbaar voor te zijn; - Weloverwogen keuzes te maken en hier naar te handelen; - Zich voor te bereiden op een zelfstandig functioneren in de maatschappij en open te staan voor ontwikkelingen in de maatschappij;
Dit betekent dat wij als school in overleg en samenwerking met de ouders een bijdrage moeten leveren aan de opvoeding naar een zelfstandig functioneren in de maatschappij, zorgdragen dat de kinderen zich prettig voelen in hun leer- en leefomgeving en dat we moeten inspelen op de verschillen tussen de leerlingen. Door middel van een intensieve samenwerking met diverse zorginstellingen zijn we adequaat op leerlingbehoeften en kunnen we tijdig inspringen en ouders behulpzaam zijn.
17
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
(hoog)Begaafdheid. Kinderen met een hoge intelligentie beschikken over een aantal leereigenschappen die gunstig zouden kunnen zijn voor hun schoolcarrière: ze zijn snel van begrip, hebben een goed geheugen ,hebben een hoog leertempo, ze beschikken over een groot probleemoplossend vermogen, zijn analytisch sterk en zijn in staat om verworven kennis goed toe te passen. Het aanbod van de gebruikelijke lesstof vraagt nauwelijks enige inspanning. In veel gevallen is de stof zo gemakkelijk voor hen dat er wezenlijk geen sprake van leren meer is. Het gevolg is dat het kind niet leert hoe het een echte leertaak moet aanpakken. Om dit te voorkomen is het goed om (hoog)begaafde kinderen in een vroegtijdig stadium te leren leren en daarbij gebruik te maken van de leer- en persoonlijkheidseigenschappen. Kinderen die op toetsen veelvuldig een A scoren, zowel cito als methodegebonden toetsen, kunnen nader geobserveerd worden/getoetst in hoeverre zij nog mee moeten doen met de reguliere stof of bezig kunnen gaan met compacten en verrijken. Compacten: Het zodanig schrappen in de reguliere leerstof dat deze geschikt wordt voor (hoog) begaafde leerlingen, waarbij de kerndoelen van het basisonderwijs in het oog worden gehouden. - Zicht op de behoeften van een kind -
Zicht op structuur en opbouw van de methode
-
Implementatie
Verrijken: Het aanbieden van extra educatieve ervaringen zonder de leerling in een hoger leerjaar te plaatsen. Met als doel - Rijker leermateriaal -
Meer gevarieerd leermateriaal
-
Met een diepere en bredere inhoud
-
Met een diepere en bredere methodologie
Alleen moeilijker is niet voldoende.
Vaststellen leerdoelen
Vaststellen beginnivea u leerling
18
Leerdoelen behaald
verrijken
leerdoelen compacten Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas” niet behaald
Schoolplan 2011-2015
Normen en waarden. We besteden veel aandacht aan het pedagogisch klimaat op school en in de klas. - Het bieden van veiligheid en bescherming (persoonlijke aandacht, respect voor het kind en zijn problematiek). - Het bieden van stuctuur (duidelijkheid in tijd, ruimte en aanpak, visualisatie, herkenbaarheid). - Het tonen van een open houding voor de persoon van het kind (invoelend, begrijpend, her- en erkennend). - Leerlingen aanspreken op hun eigen mogelijkheden. - Leerlingen actief maken in hun eigen ontwikkeling. - Leerlingen het gevoel geven iets te kunnen (autonomie, competentie, relatie). - Inhoud geven aan de wereld rondom het kind (veel aandacht voor de mondelinge taalvaardigheid, uitgaan van de belevingswereld van het kind). - Een goede sfeer bieden (we moeten het samen doen, humor en respect).
3.5
Beleidsvoornemens/plannen
Om tot verantwoorde beleidsvoornemens voor de komende jaren te komen is voor onze school naast het Oudertevredenheidsonderzoek gebruik gemaakt van diverse bronnen. te weten: • Inspectierapporten • Visitatieverslag Nerderlandse Dalton Vereniging • doorloopactiviteiten(van vorige jaren, methoden e.d.) borging! • toetsgegevens; eindtoets; onderzoeksresultaten van instellingen. • lokaal beleid • WSNS • Functioneringsgesprekken; • Persoonlijke Ontwikkelings Plannen (POP) • ARBO; Algemene School Verkenning (A.S.V.) • notulen teamoverleg en MR van de afgelopen jaren • zorgplan/zorgdocument • feedback van het voortgezet onderwijs. • feedback van instellingen Sociale veiligheid. Bij signalen van afwijkend gedrag wordt door de leerkracht adequaat ingegrepen. Bij het beginnen en het uitgaan van de school en tijdens de pauzes, is toezicht aanwezig. De school heeft redelijk inzicht in de veiligheidsbeleving van de leerling en leerkracht. Het is noodzakelijk deze beleving systematisch en regelmatig volledig in kaart te brengen. Wij zetten al het toetsinstrument Viseon in. 19
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Het is ook belangrijk dat de school feitelijkheden rond de sociale veiligheid analyseert met het oog op evaluatie en de verbetering van het veiligheidbeleid. Het beleid moet gericht zijn op preventie en de afhandeling van incidenten waaronder een incidentenregistratie en een protocol (opgesteld in 2010).
Ouderbetrokkenheid. Ouders die betrokken zijn bij het leerproces van hun kind, hebben vragen als: -
Waar is de leerkracht van mijn kind bezorgd over; hoe kan ik die bezorgdheid wegnemen? Wie helpt mij (en de leerkracht) bij de zorg van mijn kind? Heeft mijn “wiebelkont” een ziekte, of is hij/zij gewoon niet gedresseerd genoeg?
De ouder is de wettelijke vertegenwoordiger van het kind. Contacten met school: - Het eerste intakegesprek: Vindt plaats voordat het kind op school komt. De directeur vertelt over de gang van zaken op school en ouders kunnen vragen stellen; de school wordt bekeken; de werkwijzen in de groepen worden uitgelegd; relevante gegevens worden opgenomen. Zie ook protocol aanname; schoolgids 5.5 blz. 12. In de tweede week dat de leerling op school is, wordt door de klassenleerkracht een intakegesprek gehouden. - Informatieavond: Aan het begin van het schooljaar. Tijdens deze avond wordt er kennisgemaakt met de leerkracht; uitleg van werkwijzen en regels worden gegeven. De leerling vertelt over de werkwijze in de klas aan zijn of haar ouders. - 10-minutengesprekken: Hierop wordt met de leerkracht over de vorderingen van het kind gesproken, het gedrag in de groep en andere zaken. - Gesprek na schooltijd: Voor individuele problemen met de leerling kan tussendoor een afspraak met de leerkracht worden gemaakt. - Gesprek met de directie: Voor problemen met de leerkracht of met de school kan een afspraak gemaakt worden met de directeur. - Regeling ongewenste intimiteiten en klachtenregeling: Zie schoolgids 7.10 blz. 21. - Schoolwebsite: Hierop staat een digitale schoolgids; schoolplan; nieuwsbrieven; foto’s en verslagen van activiteiten; informatie uit de groepen enz. - Nieuwsbrief: Deze verschijnt maandelijks. Hierin staan de belangrijke data voor de komende maand en er wordt vermeld waar de leerlingen en/of de school zich de komende periode mee bezig houden. Vanaf schooljaar 2011-2012 wordt de digitale versie ingevoerd. - Ouderraad; Zie schoolgids 8.1 blz. 29. - Medezeggenschapsraad: Zie schoolgids 8.2 blz. 29. - Ouderparticipatie: Zie schoolgids 8.3 blz. 29. 20
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
21
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
22
Behalen van Dalton certificaat Karen Strijland.
Dalton 2011-2012 Uitbreiding taakuren zodat de kinderen de doelstelling van zelfstandigheid kunnen bereiken en het mogelijk wordt alle kinderen op hun eigen niveau uit te dagen. Ook de meerbegaafde kinderen moeten binnen Dalton op maat bediend worden.Dit is zichtbaar op de taakbrief. Aanscherpen Daltonkenmerk en
Meerjarenbeleidsplan
Verdere inrichting schoolgebouw t.a.v. Daltonkenmerken
Behalen van Dalton ceertificaat Chantal Betram
Inrichting nieuwe schoolgebouw (?)t.a.v. Daltonkenmerken
Behalen van Dalton certificaat Miranda van Willigen
5- jaarlijkse visitatie NDV.
2014-2015 Afname Dalton kijkwijzer.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
2013-2014 In het Daltonplan de daltonontwikkeling voor de komende jaren concreet maken.
2012-2013 Laten zien dat de leerkracht meer de begeleider is in plaats van de leider, zodanig dat het voor de leerlingen meer mogelijkhed en biedt verantwoord elijk te zijn voor hun eigen leerproces.
Schoolplan 2011-2015
23
Dalton
.
.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
2014-2015 Eventuele herinrichting
Evaluatie en borging Daltonbeleidsplan.
Dalton coördinatoren bezoeken DON bijeenkomsten in Deventer
2013-2014 Evaluatie gebruik nieuwbouw i.v.m. Daltonprincipes
Implementatie Daltonbeleidsplan.
Dalton coördinatoren bezoeken DON bijeenkomsten in Deventer
2012-2013 Uitstraling van de school i.v.m. nieuwbouw
Dalton coördinatoren bezoeken DON bijeenkomsten in Deventer Implementati e Daltonbeleid splan
Bezoeken Daltonconferentie
2011-2012 *Keuzewerk en handeLingswijzers verder uitwerken *Ambassadeurs zijn voor
Herschrijven Daltonbeleidspl an met tijdspad
Dalton coördinatoren bezoeken DON bijeenkomsten in Deventer.
Bezoeken tweedaagse managementcu rsus
Opfriscursus Dalton door het gehele team
Schoolplan 2011-2015
24
Collegiale Klassenconsultaties
Collegiale Klassenconsultaties .
Collegiale Klassenconsultatie s.
.
Borgen nieuwe rekenmethode + doelen herschrijven.
Collegiale Klassenconsultaties.
*Opstellen Rekenbeleids- *Evaluatie en borging plan. Rekenbeleidsplan. *Implementatie Leesver- *Evaluatie en borging beterplan. Leesverbeterplan.
*Vervolg cursus Taalcoördinator: Juul Strijbosch. *Implementatie rekenpilot * implementatie cursus “met sprongen vooruit”
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
het Daltononderwijs *Leerlingenraad continueren Algemeen *Cursus rekenen “met sprongen vooruit”.Groep 5,6 ; 3 leerkrachten. *Cursus Taalcoördinator: Juul Strijbosch *Deelname Rekenpilot CPS: gehele team. Aanschaffen en invoeren nieuwe rekenmethode.
Schoolplan 2011-2015
25
Thematisch werken uitbreiden met “natuur anders”
2012-2013 Evalueren aandachtspunten
Borgen van de verschillende thema’s
2013-2014 Oriëntatie op een nieuwe taalmethode
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Aanschaf extra materialen. Borgen en aanscherpen van de onderdelen uit de taalpilot Oriëntatie op een Duitse Partnerschap met een methode Duitse school. Uiwisselingen organiseren
ImplementerenBewegings Aanschaf methode spelen Aanschaf materialen voor op het plein het plein. onderwijs: vakwerkplan bewegingsonderwijs Enschede
Thematisch werken Vierkeer wijzer uitbreiden met “aardrijkskunde anders”
Methode/leermiddelen 2011-2012 Evalueren Taaljournaal ;hiaten in de methode aanvullen en deze borgen
Schoolplan 2011-2015
2014-2015 Aanschaf nieuwe methode
Evaluatie en aanpassen nieuw Leerlingenrapport.
Opstellen Jaarplan.
2012-2013 Opstellen overzichten behaalde toetsresultaten op schoolniveau. Datamuur
26
Ontruimingsplan aanpassen i.v.m. nieuwbouw
Opstellen Jaarplan.
2013-2014 Opstellen overzichten behaalde toetsresultaten op schoolniveau.Data muur
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
ARBO beleidsplan Evaluatie ontruimingsplan ontruimingsplan
Opstellen protocol “veiligheid in en rondom de school”
Invoering nieuw Leerlingenrapport.
Opstellen Jaarplan.
Implementatie Ontwikkelingspersp ectief m.b.t.”zorgleer lingen”
Rapportage 2011-2012 Opstellen overzichten behaalde toetsresultaten op schoolniveau. Datamuur.
Schoolplan 2011-2015
ontruimingsplan
Opstellen Jaarplan.
2014-2015 Opstellen overzichten behaalde toetsresultaten op schoolniveau. Datamuur.
27
Landelijk Beleid 2011-2012 Jonge Voor- en kind Vroegschoolse
Deelname Nationale Daltondag.
Opstellen nieuw pr. beleidsplan door werkgroep.
Imago onderzoek Inloopochtend organiseren. Imago onderzoek leerkrachten
2013-2014
2014-2015
Deelname Nationale Daltondag.
Implementatie Imago onderzoek
Implementatie imago onderzoek
Deelname Nationale Daltondag.
Imago onderzoek ouders en leerlingen
Afnemen imago Onderzoek leerkrachten
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
2012-2013 Evalueren en aanpassen
Deelname Nationale Daltondag.
Implementeren verbeterpunten n.a.v. imago onderzoek
Imago onderzoek ouders en leerlingen
BHV herhalingscursussen BHV herhalingscursussen BHV herhalingscursussen BHV herhalingscursussen
Schoolplan 2011-2015
28
Bouwvergaderingen . Computers Invoeren computerprogramm a Wereld in
Resultaten per handelingsplan/groe psplan evalueren.
Coaching nieuwe leerkrachten.
Oriëntatie op kleuterobservatielijs ten
Aanschaf “Kleuterplein”voor de groepen 1 en 2 Zorgverbre Update ding leerlingvolgsysteem Cito.
Groepsconsultatie peuterspeelzaalleid sters en leerkrachten gr. 1 en 2.
Educatie i.s.m kindcentrum en peuterspeelzaal
Aanschaf materialen bij digitaalschoolbord
Bouwvergaderingen
Borgen “Kleuterplein”.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Implementeren en evalueren computerprogramm
Bouwvergaderingen .
Implementeren nieuwe observatielijsten .
Evalueren Viseon, Sociogrammen en kleuterobservatielijs ten.
Implementeren “Kleuterplein”
overdrachtsgegeve ns peuterspeelzaal/gro ep 1.
Schoolplan 2011-2015
Aanschaf materialen bij digitaalschoolbord.
Bouwvergaderinge n
29
Netwerkserver vervangen Evalueren methode “Basis Bits”
Aanschaf Digitaalschoolbord.
Methode “BasisBits”impleme nteren
.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
.
a Wereld in GetallenAanpassen
Getallen (versie 4) .
Schoolplan 2011-2015
Hardware vervangen.
Schoolplan 2011-2015
4
De onderwijskundige vormgeving van onze school
4.1
De onderwijskundige doelen en huidige situatie.
Artikel 46 a. Het openbaar onderwijs draagt bij aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. b. Openbaar onderwijs wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing
• • • •
30
Het basisonderwijs, bestemd voor kinderen vanaf vier jaar, richt zich op: De emotionele ontwikkeling De verstandelijke ontwikkeling Het ontwikkelen van de creativiteit Het verwerven van de noodzakelijke kennis
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 • • •
Het verwerven van sociale vaardigheden Het verwerven van culturele vaardigheden Het verwerven van lichamelijke vaardigheden
4.2 Huidige
situatie.
In dit hoofdstuk geven wij een karakteristiek van ons onderwijs volgens de kwaliteitscriteria, die de overheid hanteert en die wij zelf hanteren uitgaande van de Daltonuitgangspunten. Voor de komende beleidsperiode zijn de volgende criteria van belang: - voldoen aan de kerndoelen - ruimte bieden voor de aspecten Zelfstandigheid, Vrijheid en Samenwerken - bevorderen van zelfvertrouwen en competentie-ervaringen, zowel bij leerlingen als bij leerkrachten - verzorgen van onderwijs op maat - afstemming van ons onderwijs op de leef- en belevingswereld van de kinderen op onze school - richten op het bevorderen van actief burgerschap - de leerlingen hebben kennis en maken kennis met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Wij gaan kort in op de genoemde criteria: Ons leidend principe is dat het kind zelfontdekkend en zelfstandig leert. Om dat te kunnen, leert het kind een taak te overzien. Die taak moet duidelijk aangeven wat het leerdoel is en aan welke norm het werk moet voldoen. Het bepalen van keuzen en werken in eigen tempo zijn daarbij van belang. De leerdoelen worden voor een groot deel bepaald door de kerndoelen, de eisen die de samenleving stelt, nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen die binnen het Daltonconcept passen, etc. Voor de vakken gebruiken wij moderne methoden. De rol van de leerkracht wordt steeds meer die van de begeleider, de mentor van het kind. De leerlijnen voor de verschillende vakgebieden zijn in ontwikkeling en bieden de leerkracht houvast om individuele begeleiding aan de leerling te geven. De kerndoelen zijn hierbij de leidraad. Kerndoelen zijn streefdoelen die aangeven waarop basisscholen zich moeten richten bij de ontwikkeling van de leerlingen. Kerndoelen geven aan per vak wat leerlingen aan het eind van hun schooltijd moeten kennen en kunnen. Op basis van de kerndoelen stellen scholen zelf het onderwijsprogramma samen en zorgen zo voor een goede aansluiting bij het voortgezet onderwijs.
Zorg voor een ononderbroken ontwikkelingsgang: Dit kwaliteitscriterium ondersteunen wij van harte. Wij zien dit als de voortzetting van eerder door ons gemaakte keuzes. Onze school wil de kinderen de kans geven zich in een doorgaande lijn te ontplooien. Voor het handelen van de leerkracht betekent dit voor ons: a. De leerkracht houdt rekening met de persoonlijkheid van elk kind. 31
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 b. De leerkracht stemt de activiteiten af op de ontwikkeling van het kind. c. De leerkracht biedt het kind de mogelijkheid om afhankelijk van eigen tempo en begaafdheid een minimum basis of verrijkingspakket binnen de verschillende leer- en vormingsgebieden te doorlopen. d. Op gezette tijden stelt de leerkracht vast welke problemen kinderen ondervinden in het leer- en ontwikkelingsproces. Na zorgvuldige vaststelling van de aard van de problemen en haar oorzaken bepaalt de leerkracht op welke wijze de kinderen verder geholpen kunnen worden (handelingsplan). De voortgang wordt zorgvuldig geregistreerd en geëvalueerd. Het handelen van de leerkracht op bovenstaande manier hangt nauw samen met het verzorgen van onderwijs op maat en het bevorderen van zelfvertrouwen en competentieervaringen bij leerlingen. Om de zorg voor de doorgaande ontwikkeling te kunnen waarmaken, bevorderen wij vanuit onze Daltonvisie zelfstandigheid, samenwerken en positief omgaan met de geboden vrijheid (verantwoordelijkheid). Onze school geeft de kinderen een kans zich in een doorgaande lijn te ontplooien. Bij concretisering van deze criteria richten wij ons zowel op het handelen van de leerkracht, als van de leerling In de eerste plaats kiezen we voor de ontwikkeling van de jonge mens en vervolgens geven we aandacht aan de maatschappelijke mogelijkheden, die o.a. met de kerndoelen worden aangegeven. De grondhouding is de spiegel voor het gedrag van alle betrokkenen bij de school: personeel, leerlingen en ouders • Uitdagen tot leren is uitdagen tot leven. Respect voor de medemens overheerst in onze school. Wij vertrouwen de leerlingen in het verantwoord te werk gaan en onze organisatie is daarop afgestemd. • De leerkracht houdt rekening met de persoonlijkheid van elk kind • De leerkracht stemt de opdrachten op de taakbrief af op de ontwikkeling van het kind. • Planning en evaluatie wordt in grote lijn aan de leerlingen overgelaten. • Het kind wordt beoordeeld op eigen prestaties (al dan niet geleverd in samenwerking met andere leerlingen) Onderwijs op maat (B.O.O.M.) Wij denken door bovenstaande handelswijze onderwijs op maat te bieden aan elke leerling. Zorg op maat van de individuele leerling kan tijdig worden gegeven of worden bijgesteld. Afspraken over de leerweg van individuele kinderen met de interne begeleider worden regelmatig geëvalueerd. Naast de aspecten m.b.t. de basisvaardigheden werken wij aan de zelfstandigheidsontwikkeling, samenwerken en omgaan met vrijheid. De leerkracht stemt zijn handelen naar het kind af op de mogelijkheden van het kind. De leerling leert zodoende keuzes te maken in: • tempo van leren • tempo van verwerken • volgorde van de te maken taken • volgorde van de vakken • de manier waarop het gestelde doel wordt bereikt (eigen leerweg) • de werkplek • het tijdstip waarop de taak wordt aangepakt • de tijd die per vak wordt besteed
32
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 • partners die bij het werk worden betrokken: werk ik alleen, met een of meer mede leerlingen of met de leerkracht • welke (al of niet vakgebonden) middelen en materialen worden gebruikt • inbreng in de te maken leerstof Maar ook leert het kind de controle op eigen leerresultaten en de beoordeling daarvan. Uitzondering daarop zijn de testen en toetsen, die altijd door de leerkracht worden beoordeeld om het leerproces en de resultaten daarvan te beoordelen. Daarop stellen zij de volgende leerstappen vast. Maar ook de verantwoording van eigen leerresultaten en de consequenties, die daar uit voortkomen leert het kind zelf onderkennen en verwoorden Het dragen van eigen verantwoordelijkheid, passend bij de ontwikkeling van het kind wordt steeds gestimuleerd. In groep 1 wordt met eenvoudige opdrachten begonnen. In groep 8 worden de kinderen voorbereid op de overgang naar het V.O. Het evalueren van het onderwijs gebeurt in de nabespreking van het werk. Daar worden niet alleen vragen gesteld over bijv. - wat heb je geleerd? - heb je het begrepen/ - heb je de taak af? maar ook over - hoe heb je gewerkt - was het leuk om te doen - wat was ( te) gemakkelijk - hoe ging het samenwerken etc.?
Zorg voor de leerling. Zorg op maat. Zorgleerlingen zijn leerlingen die opgevangen kunnen worden binnen de zorgbreedte van onze school. Onze school is in staat onderwijs op maat te leveren aan de volgende categorie zorgleerlingen: - anderstaligen - leerlingen met cognitieve beperkingen en/of leerproblemen - leerlingen met een sociaal emotioneel probleem - (hoog)begaafde leerlingen - leerlingen met een lichamelijke handicap Het samenwerkingsverband WSNS, heeft op hoofdlijnen, het zorgbeleid op de scholen bepaald en daarvoor kaders aangegeven. Vanaf het eerste schooljaar worden de vorderingen gecontroleerd door middel van schoolvorderingstoetsen. Aan de hand van de hierbij behaalde resultaten kunnen wij de kinderen zo goed mogelijk begeleiden. De meeste van deze toetsen worden tweemaal per jaar afgenomen en zijn afkomstig van CITO (Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling). Ook in de groepen 3 t/m 8 worden de vorderingen van de leerlingen regelmatig getoetst. De leerlingen van groep 8 nemen deel aan de Cito-eindtoets voor het basisonderwijs. Leerlingen waarbij uitval wordt geconstateerd worden met de interne begeleider besproken tijdens de leerlingenbespreking en tijdens de verschillende bouwvergaderingen. De leerlingbespeking vindt driemaal per jaar plaats. Ook tussentijds kunnen de vorderingen van 33
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 de leerlingen worden besproken. Hierbij kan het ook handelen over andere zaken dan leerprestaties, bv. sociaal-emotionele zaken. Voor het bijhouden van de sociaal emotionele ontwikkeling gebruiken wij Viseon. Tevens maken wij gebruik van een Sociogram. Naar aanleiding van deze bespreking wordt er indien noodzakelijk een handelingsplan opgesteld. Een leerling met een handelingsplan wordt binnen de school een zorgleerling genoemd. Aan dit handelingsplan wordt binnen de jaargroep gewerkt, dan wel daarbuiten met hulp van een andere leerkracht of de interne begeleider. Mocht er geen verbetering in de prestaties plaatsvinden, dan wordt de betreffende leerling, na toestemming van de ouders, aangemeld bij het Consultatiepunt Weer Samen Naar School (WSNS). Dit Consultatiepunt is een onderdeel van een samenwerkingverband van de openbare scholen in Enschede, de Enschedese Schoolvereniging, de Islamitische school in Enschede en de openbare scholen in de gemeente Losser. Jaarlijks wordt er door de directies, de interne begeleiders en de besturen van voornoemde scholen het zorgplan opgesteld. Met hulp van specialisten uit het speciaal onderwijs en van de schoolbegeleidingsdienst wordt er dan een nader onderzoek verricht. Naar aanleiding van dit onderzoek wordt er een handelingsplan opgesteld, dan wel er wordt een verwijzing naar een andere basisschool, welke veel ervaring heeft met het bij de leerling gesignaleerde probleem, of naar een school voor speciaal onderwijs. Alvorens er sprake kan zijn van een verwijzing dient de leerling eerst te worden aangemeld, opnieuw na toestemming van de ouders, bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Deze commissie beoordeelt de aanvraag tot verwijzing. Alleen met toestemming van de PCL kan er sprake zijn van een verwijzing Van de groepsleerkrachten wordt voor de zorg op maat verwacht dat ze: § problemen signaleren; § signaleren, analyseren, implementeren en evalueren; § indien nodig op huisbezoek gaan; § uitvoeren van handelingsplannen; uitvoeren, opstellen en evalueren van handelingsplannen; § zorgleerlingen aanmelden bij de IB-er; § het eigen handelen ter discussie stellen; § toetsen afnemen; § leerlingenvorderingen bijhouden; § onderwijs op maat geven; § de leerkracht draagt bij aan innovaties en ontwikkelingen binnen de school. De taken van de directeur zijn: § de directeur is eindverantwoordelijk voor de zorg binnen de school; § de directeur laat zich informeren door alle bij de zorg betrokken personen; § de directeur geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de bij de zorg betrokken personen; § de directeur coördineert de ontwikkeling op het gebied van de zorg; § de directeur neemt besluiten m.b.t. zorg; § de directeur initieert veranderingen en ontwikkelingen, zo mogelijk samen met de voor de zorg verantwoordelijke personen; § de directeur heeft regelmatig overleg met de interne begeleiders en andere voor de zorg verantwoordelijke personen binnen de school; § de directeur maakt de zorgparagrafen van het schoolplan en de schoolgids. § De directeur stimuleert nascholing op het gebied van specifieke leerlingenzorg; § De directeur onderhandelt en sluit contracten met externe zorginstanties; § De directeur bewaakt het ontwikkelingsproces van de school, rekening houdend met het schoolconcept en het schoolplan; § De directeur houdt zich op de hoogte van actuele ontwikkelingen m.b.t. onderwijsinnovaties; 34
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 §
De directeur legt verantwoording af aan het bevoegd gezag.
De taak van de interne begeleider bestaat uit het coördineren van alle zaken rond de speciale leerlingbegeleiding op school. Zijn taken zijn: § zorgdragen voor de leerlingdossiers; § afnemen van toetsen, welke niet door de groepsleerkrachten worden afgenomen; § interpreteren van toetsuitslagen en hulp organiseren voor opvallende leerlingen, dit in overleg met de groepsleerkracht; § bespreken van handelingsplannen met groepsleerkrachten; § voorbereiden van de leerlingbespreking en het leiden van de bespreking; § opzetten en bijhouden van de orthotheek; § contacten onderhouden met de basisschool voor speciaal onderwijs; § contacten onderhouden met zorginstanties buiten de school; § zorgdragen voor het nakomen van gemaakte afspraken op het gebied van de zorgverbreding; § regelmatig de prestaties van zorgleerlingen evalueren met de groepsleerkracht; § regelmatig de prestaties van zorgleerlingen evalueren in een driehoeksoverleg samen met de collegiaal coördinator en schoolbegeleider; § deelname aan het zorgadviesteam; hier worden leerlingen besproken met eventuele psychosociale problemen en eventuele negatieve factoren in de thuisomgeving; hierin hebben ook zitting een medewerker van het maatschappelijk werk en de jeugdgezondheidszorg en de collegiaal consulent; de ouders worden altijd vooraf schriftelijk om toestemming gevraagd; § deelnemen aan het samenwerkingsverband van de basisscholen en de basisscholen voor speciaal onderwijs; § opstellen van de toetskalender; § coaching van leerkrachten; § initiatieven nemen bij onderwijskundige ontwikkelingen. De taken van de taalcoördinator zijn: De coördinator Taal is op de basisschool de centrale persoon bij het doorvoeren van vernieuwingen en verbeteringen op het gebied van het taalonderwijs. De coördinator Taal overlegt met de leerkrachten van de school en met de directie stapsgewijs verbeteringen die ertoe leiden dat: het taalonderwijs (meer) interactief en adaptief wordt; de mondelinge en schriftelijke productieve taalontwikkeling van leerlingen ver beterd; de resultaten op het gebied van taalonderwijs op de basisschool vooruitgaan. Algemeen De coördinator Taal: heeft aantoonbare interesse in taal en in het taalonderwijs en voelt zich betrokken bij de huidige vernieuwingen; heeft de intentie om het taalonderwijs aan te passen aan de specifieke behoefte van ieder kind. Een extra opdracht ligt daar waar het anderstalige leerlingen betreft en leerlingen met specifieke taalproblemen zoals dyslexie; coaching en ondersteuning leerkrachten. begeleiden bij het invoeren van veranderingen; is zich ervan bewust dat taalontwikkeling bij leerlingen een doorgaande ontwikkeling is. Ook het voorschoolse traject is voor de basisschool van groot belang, evenals de aansluiting op het vervolgonderwijs. 35
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Taalbeleid Taalbeleid wordt opgesteld vanuit een door het team geaccordeerde visie op (taal)onderwijs en is gericht op alle activiteiten binnen een school waarbij taal een rol speelt. Taalbeleid analyseert goede en minder goede aspecten van (taal)onderwijs en leidt tot maatregelen ter verbetering. Van de coördinator Taal worden op dit gebied de volgende competenties verwacht: - heeft overzicht over het taalonderwijs op de eigen school en kent de zwakke en sterke kanten hiervan; - toetst adequaat en weet de verkregen gegevens beleidsmatig te vertalen; - kan taalleerlijnen afstemmen op (tussen)doelen en ze op adequate manier uitzetten over de verschillende bouwen in de eigen school in samenwerking met het zorgteam van de school; - is op de hoogte van de verschillende nascholingsmogelijkheden op het gebied van taalonderwijs en informeert de teamleden op adequate manier over deze mogelijkheden; - kan de uitgangspunten van strategisch schoolbeleid toepassen op het gebied van taalonderwijs; De rekencoördinator: Een coördinator bewaakt en bevordert de inhoudelijke kwaliteit van het onderwijs in rekenenwiskunde. Hierdoor komt het onderwijs op een hoger niveau. De reken coördinator: - ondersteunt collega’s in hun dagelijks onderwijs bij het realiseren van interactief, rijk en uitdagend rekenen-wiskundeonderwijs - informeert collega’s over de nieuwste ontwikkelingen, ideeën en materialen - initieert en geeft mede vorm aan kwaliteitszorg en schoolbeleid op het gebied van het onderwijs in rekenen-wiskunde - enthousiasmeert collega’s voor het vak rekenen/wiskunde - onderzoekt en stimuleert de resultaatgerichtheid van het rekenonderwijs
De leerlingbesprekingen: Deze vinden driemaal per jaar plaats. Aan de leerlingbesprekingen nemen alle in de school werkzame leerkrachten deel. Tijdens deze bespreking worden de volgende leerlingen besproken: § kinderen die besproken zijn in de voorgaande vergaderingen en waarvoor men onvoldoende handreikingen heeft kunnen vinden; § kinderen met ernstig sociaal emotionele problemen; § kinderen die nader onderzocht moeten worden; § kinderen die met de interne hulp niet voldoende vorderen; § kinderen die in aanmerking komen voor doorverwijzing naar een basisschool voor speciaal onderwijs; § kinderen die als casus kunnen dienen om een algemeen probleem binnen de school bespreekbaar te maken; § kinderen die eerder besproken zijn ter evaluatie. De afspraken die gemaakt worden tijdens de leerlingbespreking, worden opgepakt door: § de groepsleerkracht als er binnen de groep oplossingen voor het probleem mogelijk blijken; § de schoolmaatschappelijk werkster indien er in de thuissituatie problemen zijn; 36
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 §
de interne begeleider en de directie als er hulp van buitenaf of doorverwijzing aan de orde is.
De ouders. Vanaf het moment dat een leerkracht leerproblemen constateert bij een leerling wordt er contact opgenomen met de ouders van de betreffende leerling. Tijdens de periode van zorgleerling en/of risicoleerling vindt er voortdurend overleg plaats met de ouders. Elke verandering ten aanzien van de hulp wordt met hen overlegd. Een door de groepsleerkracht opgesteld handelingsplan wordt voor- en achteraf met de ouders besproken. Een eventuele verwijzing en de daarbij noodzakelijke aanmelding bij het PCL vindt in overleg met de ouders plaats. Ook met ouders van leerlingen die van een basisschool voor speciaal onderwijs wordt teruggeplaatst naar de basisschool zal er vooraf en tijdens de schoolperiode overleg worden gevoerd ten aanzien van hulp/handelingsplannen welke worden gehanteerd. Signalering en diagnose-instrumenten. Groep 1 en groep 2: Rekenen; Taal voor kleuters; OSVO/Pravoo. Groep 3: Herfst-, Winter-, Lente- en Eindsignalering; AVI-lezen; DMT; Spelling, Rekenen/wiskunde; Viseon,Begrijpend lezen Groep 4: AVI-lezen; DMT; Begrijpend Lezen; SVS (spelling); Rekenen/wiskunde; Viseon,sociogram; Taalschaal. Groep 5: AVI-lezen; DMT; Begrijpend lezen; Spelling; Rekenen/wiskunde; Viseon,sociogram; Woordenschat. Groep 6: AVI-lezen;DMT; Begrijpend lezen; Spelling; Rekenen/wiskunde; Viseon,sociogram; Woordenschat. Groep 7: AVI-lezen; DMT; Begrijpend lezen; Spelling; Rekenen/wiskunde; Viseon,sociogram; Woordenschat; Spelling(werkwoorden). Groep 8: AVI-lezen; DMT; Begrijpend lezen; Spelling; Rekenen/wiskunde; Viseon,sociogram; Eindtoets Cito; Woordenschat; Spelling(werkwoorden). Beleidsvoornemens: - Inzet van het SchoolOAS(onderwijs Administratie Systeem). Dit is een geintegreerd administratie- en leerlingvolgsysteem voor het onderwijs. - Verder uitwerken van het ontwikkelingsperspectief. - Intensiever gebruik van trend-en groepsanalyses.
Overige: • Privacy Leerlingdossiers worden bewaard in een kast en zijn slechts toegankelijk voor direct betrokkenen. In de verslagen van de gesprekken of de notulen van teamvergaderingen worden leerlingen slechts met initialen aangeduid. (Zie hiervoor het in 1997 vastgestelde 37
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 privacy reglement). • Contacten met de ouders De contacten met de ouders over de vorderingen van kinderen bij ons op school worden op de volgende wijze onderhouden: - Al vanaf groep 2 leren kinderen plannen en verantwoordelijk zijn voor hun eigen werk. Dit is een leerproces gedurende de hele basisschoolperiode. - Met ingang van het schooljaar 2011-2012 geven we twee keer per jaar een rapport mee. Zo kunnen toetsen,cito- en methode gebonden toetsen, observaties beter op elkaar afgestemd worden. - tweemaal per jaar worden de ouders uitgenodigd om met de groepsleerkracht het rapport van hun kind te bespreken in een 10-minuten gesprek. - Na schooltijd is er ook altijd gelegenheid de leerkracht te spreken of op afspraak. - voorlichting over de leerlingenzorg op onze school wordt gegeven bij het aanmeldingsgesprek en op de informatie-avonden per groep voor alle ouders van de school. De contacten met ouders van kinderen met leer- en ontwikkelingsproblemen verlopen als volgt: - uitgangspunt is altijd mondeling contact met de ouders over de gesignaleerde problemen in een zo vroeg mogelijk stadium; - ouders worden geïnformeerd bij nader diagnostisch onderzoek door de leerkracht; - ouders worden nader geïnformeerd en geven schriftelijke toestemming voor nader onderzoek door een externe deskundige, in de meeste gevallen door de leerlingbegeleidster van onderwijsbegeleidingsdienst; - de ouders worden tijdig geïnformeerd en waar mogelijk actief betrokken bij de speciale leerlingbegeleiding op school; - ouders worden begeleid bij eventuele verwijzing naar het speciaal onderwijs. Betrekking met scholen voor speciaal basisonderwijs. Om ons onderwijs aan “zorgleerlingen” te ondersteunen neemt onze school deel aan het samenwerkingsverband Weer Samen Naar School Enschede/Losser. Dit betreft in ons geval: - De openbare en christelijke basisscholen in de gemeenten Enschede en Losser - De basisschool van de Enschedese Schoolvereniging. - De Islamitische basisschool Al Uhma - De Tender, school voor speciaal basisonderwijs - De Ark, school voor speciaal basisonderwijs. - De procedures voor de consultaties met het SO, over de aanpak van “zorgleerlingen” ter voorkoming van verwijzing evenals de procedures voor consultaties met SO, over de aanpak van “zorgleerlingen”in geval van terugplaatsing uit het SO staan beschreven in het Zorgplan WSNS. Van de mogelijkheid tot consultaties met het SO maakte onze school tot op heden nog geen gebruik. Binnen onze school is het bespreken van “zorgleerlingen” een belangrijk aandachtspunt. Wij kennen en gebruiken: - leerlingbesprekingen volgens incident-methode binnen (een deel van) het team; - besprekingen binnen basisteam en breedteteam. Aantallen verwijzingen naar het speciaal onderwijs In de afgelopen twee jaar zijn 4 leerlingen verwezen naar scholen voor speciaal onderwijs. Dit is een gemiddelde van 1,3.% per jaar.
38
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 • De organisatie van de leerlingenzorg in de klas Binnen de groep vindt een groot gedeelte van de leerlingenzorg plaats; - afname van de meeste signaleringstoetsen; - de registratie van ontwikkelingen en resultaten; - gebruik van een klassenmap; - uitvoering van het handelingsplan/groepsplan door de leerkracht. Om bovenstaande zaken binnen de groep te kunnen realiseren hebben wij het zelfstandig werken binnen de school ingevoerd. De komende jaren willen wij veel aandacht gaan besteden aan het klassenmanagement. Goed klassenmanagement (waarbinnen het zelfstandig werken een belangrijke rol speelt) is een voorwaarde om te komen tot individuele begeleiding en uitvoering van handelingsplannen binnen de groep. Sommige activiteiten, zoals afname van AVI-toets in bepaalde (grote of druk) groepen, diagnostisering (diagnostische gesprekken met individuele kinderen) vinden buiten de groep plaats, maar worden uitgevoerd door de klassenleerkracht. Een andere leerkracht neemt dan tijdelijk de lesgevende taak waar.
Relatie met de permanente commissie leerlingenzorg, Orthopedagoog van de onderwijsbegeleidingsdienst/R.T.’er/Ambulante begeleider. Deze relatie staat beschreven in het zorgplan WSNS. •
•
Samenwerking met andere instellingen (zie schoolgids)
Onze school onderhoudt (indien nodig) contacten met onderstaande instellingen over de begeleiding/verwijzing van leerlingen: RIAGG, schoolarts, politie, vertrouwensarts, Raad voor de kinderbescherming, Netwerk kinderen gemeente Losser, Maatschappelijk werk, buurtnetwerk, voortgezet onderwijs, speciaal basisonderwijs en huisartsen. •
Effecten en resultaten
De resultaten van onze inspanningen (samenwerking WSNS, scholing en begeleiding, samenwerking in OVB-verband) leiden tot: - betere begeleiding van kinderen met leer- en ontwikkelingsbelemmeringen; - snellere en betere signalering/diagnostisering; - professionalisering teamleden op het gebied van: - signalering/diagnotisering/opstellen van handelingsplannen (H.P.) - klassenmanagement - differentiatie (uitvoeren Handelingsplan/ groepsplan in de groep) - betere vastlegging leerlingresultaten - duidelijke afspraken op gebied van zorgverbreding.
39
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Schema zorgadviesteam en netwerkteam 1. Driehoeksoverleg / leerlingenzorg Groep- en schoolniveau handelingsadviezen leerkrachtniveau Interne begeleider Co-co , schoolbeg.
Preventieve maatregelen
Handelingsverlegenheid t.g.v.cognitieve en /of psychosociale problemen 2. Zorgadviesteam • handelingsadviezen
Interne begeleider leerlingniveau Collegiaal-consulent Maatschappelijk werkende op school Jgz-verpleegkundige
• observatie en
onderzoek leerling • psychosociale hulpverlening • verwijzen naar eerstelijns-hulpverlening sociaal-emotionele problematiek of rechtstreeks verwijzen naar tweedelijnshulpverlening of speciaal onderwijs daar waar mogelijk is.
3. Steunpunt WSNS • • •
40
orthopedagoog collegiaal consulent psychodiagnostisch medewerker
4.
Netwerkteam • • • •
Algemeen coördinator Orthopedagoog Jeugdarts SMD
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Onderzoek Observatie Handelingsplannen Advisering op leerling- en schoolniveau Interventie bij crisissituaties crisissituaties
ONDERWIJSZORG leerplichtambtenaar MEDISCHE ZORG .PCL .schorsen en verwijderen .REC .frequent of langdurig .Mediant verzuim
Advies Toeleiden of doorverwijzen Indicatiestelling tot onderzoek Interventie bij
JEUGDZORG .BJZO
.huisarts .Mediant .MRT
speciaal basisonderwijs
4.3 De
ordening van de inhoud van het onderwijs
Bij het behandelen van de instrumenteel- cursorische vakken is er voor gekozen de wettelijk verplichte onderdelen weer te geven. Aanpassingen van of aanvullingen op de methode worden verduidelijkt. De vakgebieden: rekenen, taal, en lezen worden zeer specifiek uitgewerkt. Bij andere gebieden volgt geen uitwerking om niet in schoolwerkplanherhaling te vervallen en daarmee de omvang van het schoolplan onacceptabel te maken. Kerndoelen: Om aan de kerndoelen te voldoen laten wij ons vooral leiden door hetgeen er in de methoden wordt aangegeven. Daarnaast leggen wij de kerndoelen om zo hiaten te kunnen ontdekken in de methode en deze aan te vullen. Borging: Om er voor te zorgen dat er voortdurend adequaat met een methode wordt gewerkt en om knelpunten die al werkend worden ervaren bespreekbaar te maken, worden de volgende acties ondernomen: -regelmatig worden onderdelen opgenomen als (evaluatie-)punt van de teamagenda -er worden themavergaderingen(bouwoverleg) opgenomen in het jaarrooster -in de afsprakenlijst worden de knelpunten vastgelegd. Deze lijst dient tevens als borgingsinstrument. -er wordt een relatie gelegd met klassenbezoeken van de schoolleider.
41
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 4.4 Vak-
en/of vormingsgebieden
WBO- Art. 9 a. b. c. d. e. f. g. h.
a.
1. Het onderwijs omvat, waar mogelijk in samenhang: Zintuiglijke en lichamelijke oefening; Nederlandse taal; Rekenen en wiskunde; Engelse taal; enkele kennisgebieden; expressie activiteiten; bevordering van sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer; bevordering van gezond gedrag.
2. a. b. c. d. e.
Bij de kennisgebieden wordt in elk geval aandacht besteed aan: aardrijkskunde; geschiedenis; de natuur, waaronder biologie; maatschappelijke verhoudingen, waaronder staatsinrichting; geestelijke stromingen.
3.
Bij de expressie-activiteiten wordt in elk geval aandacht besteed aan:, tekenen, muziek, handvaardigheid, spel en beweging.
Zintuiglijke en lichamelijke oefening.
Doelen van de school
Methoden / materialen
De leerlingen verwerven kennis, inzicht en vaardigheden om hun bewegingsmogeli jkheden te vergroten. Enige kenmerkende hulpmiddelen en bijbe-horende begrippen moeten zij kunnen gebruiken. In het bewegingsonder wijs is het streven dat leerlingen kunnen deelnemen aan relevante bewegingsactivit
Bewegingsonder wijs in het speellokaal Dit is een uitgave van het publicatiefonds van ’t Web; Werkgroep voor bewegingsonder wijs, - therapie en –recreatie.
42
Relatie met de kerndoelen
Bewegen Samen Regelen voor het Basisonderwijs. Ontwikkeling en realisatie door VU Windesheim, School of Human Movement en Sports.
Uitvoering in de Beleidsvoornemens praktijk / plannen
De leerstof uit de Volgen van de methode voldoet weeklessen. aan de kerndoelen. Jaarplan met 10 clusters.
Een dergelijke methode aanschaffen voor het spelen op het plein.
Leerroutes met extra aandacht en uitbreidingsmoge lijkheden. Van elkaar leren, rekening houden met elkaars mogelijkheden en beperkingen.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 eiten, de eigen bewegingsmogeli jkheden uitproberen en bewegingssituati es met elkaar opgang kunnen houden.
b. Nederlandse Taal. Doelen: - Het verbeteren van de taal- leesresultaten i.s.m. W.S.N.S. Taalpilot. - Effectieve inzet van de leerkrachten. - Collega’s consulteren elkaar en geven feedback. - Inspirerend en een uitdaging om het niveau te verhogen. - Leerlingen hebben plezier in lezen. - Voor het negende levensjaar moeten de leerlingen goed kunnen lezen. In de groepen 1 en 2 wordt gebruik gemaakt van de methode Piramide en de map Fonemisch Bewustzijn. Veel aandacht voor de mondelinge taalvaardigheid in zowel grote als kleine kring. Middelen o.a: Het Leeskastje, De Letterflat, Klankie (“sprekende computer”), Lettermuur, Verteltafel, Maatjes lezen, Geletterde Omgeving en Spel- en Boekenplan.
Doelen van de school AANVANKELIJK LEZEN
Methoden / materialen / middelen
Verlengde Instructie. De leerlingen Rafi-lezen. maken zich de Duo- en stof van de me- Tutorlezen. thode 'Veilig Stillezen. Leren Lezen' Interactieve eigen. Ankerverhalen. Hierbij wordt in Veilg en niveaus gewerkt. vlotboekjes. Ringboekjes. Letterflat. Klikklak-boekjes. Computer. Stempelen Feestneusbladen Letterzetter Woordzetter
VOORTGEZET LEZEN
43
Relatie met de kerndoelen
Uitvoering in de praktijk
De methode voldoet aan de kerndoelen en via tussendoelen worden deze bereikt. Tussendoelen: Fonologisch Bewustzijn. Alfabetisch Principe. Elementaire Leeshandeling. Mondelinge Taalvaardigheid.
Via een jaarplanning. Differentiatie: Zon, Maan, Ster aanpak.
Goed Gelezen! – Voortgezet Goed Gelezen!
Beleidsvoornemens / plannen
Zie Taalbeleidsplan. Zie Leesverbeterplan.
Zie handleiding.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 De leerlingen technisch lezen. moeten zich een Uitg. Malmberg. goede technische leesvaardigheid eigen maken, waarbij letterkennis is geautomatiseerd en de leerling vlot kan lezen. Eind groep 4 AVI 5 en eind groep 5 AVI 9.
Sluit aan bij de Zie groepsmap. kerndoelen voor Nederlandse taal binnen het domein lezen.
Extra aandacht technisch lezen d.m.v. Ralfi-lezen. Duo- en Tutorlezen. Stillezen. Extra Instructie tijd. Computer.
Nieuwsbegrip -wekelijks teksten en opdrachten en een filmpje aan de hand van de actualiteit -vijf niveaus (basisonderwijs, voortgezet onderwijs, MBO) -vijf evidence based leesstrategieën -aanvullend te gebruiken óf als kerndoeldekkende methode -gebruikers mailen suggesties voor het onderwerp van de week -meer plezier in begrijpend lezen! Expliciet aanleren strategieën: Doel van de les Ik doe het voor Wij doen het samen Jij doet het afronden Organisatie/tijd lezen van teksten van Nieuwsbegrip en andere teksten. Strategieën bij alle leesonderdelen van andere vakken gebruiken.
Taaljournaal Taaljournaal is een geïntegreerde taalmethode voor groep 4 tot en met groep 8 van het basisonderwijs. Taaljournaal is geen taalleesmethode. Dat houdt in dat er geen aparte methode begrijpend lezen aan gekoppeld is. Vanzelfsprekend komt lezen in de geïntegreerde activiteiten wel volop aan bod. Omdat de methode in groep 4 start, vraagt de aansluiting met groep 3 de nodige aandacht. Taaljournaal heeft hoog in het vaandel staan die overgang zo vlot mogelijk te laten verlopen. In zijn algemeenheid kunnen we stellen dat Taaljournaal verticaal aansluit op de gangbare methodes voor groep 3 (bijvoorbeeld Goed gelezen en Wie dit leest). Concreet zien we dat Taaljournaal, in tegenstelling tot vele andere methodes, instapt op AVI - niveau 2, wat voor een groot aantal kinderen het eindniveau van groep 3 blijkt te zijn. Taaljournaal loopt op naar AVI – niveau 5 aan het eind van groep 4. Aan het eind van groep 5 is AVI – niveau 8 het uitgangspunt. Overigens kan het voorkomen dat moeilijker woorden worden aangeboden, zoals in de instapmethode in groep 4 het woord
44
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 ‘pictogram’. Dit woord is voor Taaljournaal hoogfrequent en daarom wijken we in dergelijke gevallen af van de AVI - -indicatie. Er ligt een aantal redenen ten grondslag aan het besluit om te starten met AVI – niveau 2: de kinderen moetenveel van de opdrachtenzelfstandig, dat wil zeggen zonder hulp van de leerkracht, uitvoeren. Het taalniveau moet hiervoor helder en eenvoudig zijn. Doordat de kinderen zelfstandig werken, is de instructie van de opdrachten in veel gevallen uitgebreid en nauwkeurig. Er zal in verhouding veel gelezen moeten worden. De leerkracht zal niet samen met de kinderen de opdrachten doorlezen. In de eerste week van groep 4 besteedt Taaljournaal veel aandacht aan het kennismaken met de methode. De verschillende materialen worden gefaseerd via een intermediair, de papegaai, de klas in gebracht. Kinderen maken zo spelenderwijs kennis met het materiaal, de aard van de activiteiten en de nieuwe manier van werken. Aanvankelijk zijn er twee activiteiten Vanaf week 5 in groep 4 kunnen kinderen kiezen uit vier activiteiten (desgewenst uit twee op dag 2 en uit 2 dag 4). Vanaf week 9 komt de vijfde – internet – activiteit erbij. Het talige gedeelte van de activiteiten neemt in het begin van groep 4 minder tijd in beslag, daartegen wordt er extra tijd besteedt aan het zelfstandig leren werken. Dit zijn de kinderen in groep 3 vanwege het vaak klassikale leren lezen, weer iets ontwend geraakt. Aangezien Taaljournaal grote waarde hecht aan het zelfstandig kunnen werken in groep 4, is er een zorgvuldige opbouw van het zelfstandig werken van de kinderen te begeleiden. Het aanpassen van het instap – leesniveau en de ruimte die er is om kennis te maken met de methode en te wennen aan de nieuwe manier van werken, geeft de keerkracht houvast om de brug te slaan en tussen groep 3 en groep 4. Een geïntegreerde methode NT1 en NT2 Taaljournaal is een geïntegreerde NT1/NT2 – taalmethode voor groep 4 tot en met groep 8. NT1 staat voor het Nederlands als eerste taal. Het gaat om kinderen voor wie het Nederlands de moedertaal is. NT2 staat voor Nederlands als tweede taal. Het gaat hier om de kinderen voor wie het Nederlands de tweede of derde taal is. Deze laatste groep kinderen wordt ook wel aangeduid met de term meertalige kinderen. ‘Geïntegreerd’ betekent dat er geen aparte methode is voor de NT1 – leerlingen en de NT2 – leerlingen. Beide groepen werken tegelijk met Taaljournaal. Er is een uitzondering, namelijk voor de uitbreiding van de woordenschat. Meertalige kinderen krijgen een extra mogelijkheid om hun woordenschat uit te breiden in de vorm van een apart computerprogramma. Ook in de boeken krijgen de NT1 – leerlingen andere woorden aangeboden dan de meertalige kinderen. Overigens kunnen ook de taalzwakke NT1-ers profijt hebben van de NT2 – woordenschatoefeningen en het woordenschatprogramma. Hulpinformatie Als we kinderen meer zelf aan de slag willen laten gaan, moeten we ook zorgen voor hulpinformatie waarmee ze zelf leren een vraag aan te pakken. Daarom staan er diverse hulpbronnen ter beschikking. Natuurlijk lijft de leerkracht beschikbaar als kinderen er zelf niet uitkomen. De aard van de hulpbronnen is verschillend. Het ene kind heeft behoefte aan wat kleinere stapjes om een vraag aan te pakken, het andere kind mist bepaalde cultuurinformatie, bijvoorbeeld vanwege zijn thuissituatie of vanwege onbekendheid met een bepaald fenomeen. Er zijn ook kinderen die een beperkter woordenschat hebben en er zijn kinderen die gewoon meer willen weten over een onderwerp. Taaljournaal voorziet daarom in vier hulpbronnen. • In de methode zijn tussenstapjes geplaatst in kaders met de titel ‘tip’ (1) • Cultuurinformatie staat in der kaders met de titel ‘extra’ (2) • De woordenhulp staat in de marge (3)
45
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 •
Kinderen die meer willen weten over een onderwerp, kunnen terecht bij de steropdrachten (4)
Leerlijnen lezen, luisteren, spreken, schrijven en taalbeschouwing Als je alledaagse taal gebruiksituaties vanuit het oogpunt van leerlijnen bekijkt, valt het op dat daarin verschillende leerlijnen door elkaar lopen. Denk bijvoorbeeld aan een kind dat in de winkel een brood gaat kopen. Het is talig gezien zowel aan de slag met elementen uit de leerlijn luisteren (‘We is er nu aan de beurt?’, Wil je een heel of een halfje?’), spreken (‘Ik wil graag een meergranen brood’, antwoord geven op vragen als ‘gesneden’?), taalbeschouwing (hoe geef ik aan wat ik wil hebben, hoe zeg ik aan de anders dat het eigenlijk mijn beurt is, etc.), woordenschat (juiste benaming geven aan wat je wilt) en lezen (kaartjes bij de verschillende soorten broden, rekening controleren). Onderdelen uit leerlijnen staan dus niet los van elkaar. In Taaljournaal sluiten we hierbij aan. In de lessen lopen elementen uit diverse leerlijnen door elkaar heen en halen we ze niet op een onnatuurlijke wijze uit elkaar. Dit is het gevolg van de keuze om functionele activiteiten te ontwikkelen. Zie verder hoofdstuk 13: leerlijnen. Spelling De spellingleerlijn en de NT2 – woordenschatleerlijn vormen gedeeltelijk een uitzondering op het voorgaande. Spelling wordt in een aparte leerlijn inductief aangepakt. In deze leerlijn worden de afzonderlijke categorieën met de meest geëigende strategieën aangeboden en geoefend. Daarnaast is spelling, daar waar dat functioneel is, ook structureel als onderdeel in de activiteiten opgenomen. De brug tussen de aparte leerlijn spelling en de geïntegreerde leerlijnen wordt gemaakt doordat kinderen eigen producten die ze naar buiten willen brengen ook checken op spelling. Enerzijds kunnen kinderen en leerkracht aan de hand van een groeiladder kijken wat er in spelling, van het Groene boekje, het woordenboek of een spellingchecker De woorden die gebruikt worden in de spellingleerlijn zijn gekozen rond de thema’s van het taalgedeelte. Transfer vindt plaats tussen de spellingleerlijn en de functionele taalactiviteiten doordat de woorden toegepast (moeten) worden in de taalactiviteiten. Voor meer informatie over de spellingleerlijn verwijzen we u naar de handleiding bij het spellingprogramma. Woordenschat Elke week krijgen de kinderen vijf NT1 en vijf NT2 woorden aangeleerd volgens de methodiek van Verhallen en Verhallen en later uitgebreid door D. van den Nuft en M. Verhallen: voorbewerken, semantiseren, consolideren en controleren. Voor NT2 – kinderen is dat uiteraard niet voldoende om hun woordenschat uit te breiden. Daarom kunnen de NT2 – kinderen, maar ook de taalzwakke kinderen, met behulp van een computerprogramma 30 woorden per week leren. Daarmee leren de kinderen meer dan 1000 woorden per jaar. De woorden zijn geselecteerd a.d.h.v. de frequentielijst van Schrooten en Vermeer en toegepast in de verschillende activiteiten en in de taalbeschouwingslessen. Nadat de woorden met het computerprogramma zijn voorbewerkt gesematiseerd, geoefend en gecontroleerd, zullen de kinderen de meeste woorden direct kunnen toepassen in de activiteiten. Daardoor vind ook hier, net als bij de spellingleerlijn, de transfer tussen de aparte leerlijn enerzijds en de toepassing in de activiteiten anderzijds, beter plaats. Mocht het kind eerst een activiteit maken en pas later de betreffende woorden leren met behulp van het 46
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 computerprogramma, dan kan het kind toch aan de slag, omdat de woorden worden uitgelegd in de woordenhulpen aan de rand van de pagina. Voor meer informatie over de woordenschatlijn verwijzen we u naar hoofdstuk 5 en naar de handleiding bij het computerprogramma.
Multimedia Met behulp van het computerprogramma breidt het meertalige kind zijn / haar woordenschat uit. Het semantiseren, het oefenen, het controleren en remediëren vindt plaats in het programma. De selectie van de woorden is gebaseerd op de lessen uit de boeken. Het gaat om de vijf woorden per week die op dag 1 worden aangeboden, de vijf woorden van dag 3 en de woorden uit de activiteiten. De toepassing van de woorden vindt plaats in de lessen van Taaljournaal – taal. Ook bij het onderdeel spelling is en computerprogramma gemaakt. Hierin zijn de mixoefening opgenomen en categorie – oefeningen ter remediering. De leerkracht kan zelf de gewenste oefeningen instellen voor een bepaald kind, maar handiger is het om de kinderen de mixoefeningen instellen voor een bepaald kind, maar handiger is het om de kinderen de mixoefeningen op de computer te laten maken de computer beoordeelt de resultaten en zet zelf de oefeningen klaar die het kind nodig heeft.
Een adaptieve methode Taaljournaal is adaptief. Dat betekent dat er rekening wordt gehouden met verschillen tussen kinderen en met de individuele behoeften van kinderen. Kinderen kunnen zelf beslissen hoeveel activiteiten ze maken en of ze dieper op in willen gaan of niet. Ondanks deze verschillen halen de kinderen die slechts één activiteit in plaats van vijf uitvoeren ook de beoogde doelen. Dat komt doordat dezelfde doelen zijn verwerkt in de vijf keuzeactiviteiten van de week. Wie een bepaalde activiteit erg boeiend vindt, kan doorgaan met de steropdracht. De steropdracht is een moeilijkere taalopdracht. Door de extra hulp is het echter ook voor de ‘zwakkeren’ mogelijk om deze opdracht te maken. Differentiatie betekent dus niet dat de kloof tussen de ‘sterkeren’ en de ‘zakkeren’ steeds groter wordt door meer en andere opdrachten te geven. Het adaptieve karakter van de methode is op diverse manieren verder vormgegeven. - verschil in interesse - verschil in tempo - verschil in taalvaardigheid - verschil in diepgang Een heldere woordenschatlijn Woordenschat vormt nog steeds de sleutel voor het vergroten van de taalvaardigheid van kinderen. Het is dan ook noodzakelijk om te voorzien in een heldere woordenschatlijn en een duidelijke woordenschatopbouw in de methode. Zowel de meertalige als de taalzwakkere kinderen verdienen extra aandacht voor woordenschat. Kinderen die al over een grote taalvaardigheid in het Nederlands beschikken, komen ook aan hun trekken. Enerzijds wordt van hen meer productieve woordenschat verwacht en anderzijds wordt hun woordenschat uitgebreid met minder frequente woorden waardoor ze meer taalnuances kunnen aanbrengen. Zowel de Nederlandstalige als de meertalige kinderen leren om woorden te leren, waardoor zij de vaardigheden krijgen om zelf nieuwe woorden te begrijpen en te 47
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 onthouden. Per week leren de Nederlandstalige kinderen vijf extra woorden. De woorden staan in het teken van het thema en worden waar mogelijk toegepast in de steropdrachten. Herhaling van deze woorden vindt plaats tijdens de taalspellen op dag 5. De meertalige en de taalzwakkere kinderen krijgen dertig nieuwe woorden per week aangeboden. Op de maandaglessen leren de NT2 kinderen m.b.v. het leerlingenmateriaal er vijf, tegelijk met vijf nieuwe (andere) woorden voor de NT1 kinderen. De overige 25 woorden worden geoefend in het computerprogramma. In het computerprogramma zijn alle dertig woorden opgenomen: de vijf woorden van dag 1 uit de boeken worden herhaald en de overige 25 zijn nieuwe woorden. In totaal zijn er dus 1080 woorden per jaargroep. Functionele, leergebiedoverschrijdende opdrachten Activiteiten dienen zinvol te zijn. Kinderen dienen er werkelijk iets mee te kunnen. De mate waarin activiteiten verwijzen naar de realiteit kunnen worden uitgevoerd zijn sterke bepalers voor de functionaliteit van de opdrachten. Het is echter niet steeds mogelijk om met concreet materiaal te werken omdat het voor de leerkracht te veel werk is om al dat materiaal voor al die verschillende vakken mee te brengen. Taaljournaal probeert het midden te houden tussen beide standpunten. Er is gestreefd naar veel functionele activiteiten. We willen de kinderen betekenisvolle opdrachten laten uitvoeren. Dat betekent dat de kinderen niet alleen typisch ‘talige’ opdrachten uitvoeren, maar vaak en vooral opdrachten die raakvlakken vertonen met andere vakgebieden. Taal zien we duidelijk als middel om diverse doelen te behalen. Door de bewuste keuze voor raakvlakken met andere vakken, maken kinderen kennis met vaktaalwoorden en vakteksten waarbij extra aandacht aan taal wordt besteed. Naast functionele activiteiten is er vanzelfsprekend ruimte voor activiteiten waarin het accent ligt op creatief omgaan met taal. De thema’s van de 18 blokken in Taaljournaal zijn de leergebieden zoals geformuleerd voor de kerndoelen. Deze 18 thema’s komen elk jaar terug met een eigen invulling voor dat leerjaar. In de boeken is dit gevisualiseerd door de themaiconen bovenaan de pagina die voor elke jaargroep hetzelfde zijn.
De 18 thema’s zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
aardrijkskunde natuuronderwijs taal aardrijkskunde/natuur taal samenleving redzaam gedrag techniek zelfbeeld/redzaam gedrag
10. rekenen en wiskunde 11. techniek 12. taal 13. geschiedenis 14. aardrijkskunde 15. milieu 16. sociaal gedrag/redzaam gedrag 17. kunstzinnige oriëntatie 18. taal
Balans tussen constructief en instructief leren Taaljournaal sluit aan bij de nieuwe inzichten in leren. Kinderen kunnen veel zelf ontdekken, de methode is adaptief en het gaat niet om het ‘uit het hoofd leren’ van allerlei feiten. Waar mogelijk laten we kinderen zelf aan de slag gaan zonder hulp van de leerkracht. Waar dat niet kan, schakelen we de leerkracht in. Dat betekent dat de leerkracht instructies geeft aan kinderen, bij voorkeur aan kleine groepjes, of gesprekken voert met kinderen om hen op ideeën te brengen. We pleiten ervoor dat hij dat doet op een manier die zoveel mogelijk aansluit bij de vragen van de kinderen en dat de informatie niet louter wordt overgedragen. 48
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 De rol van de leerkracht is dus die van begeleider. Instructie is een manier om de kinderen verder te helpen, maar dan alleen voor die onderdelen waar ze niet zelf mee aan de slag kunnen. Het zou mooi zijn als die instructie naar aanleiding van een vraag van de kinderen wordt gegeven. We zijn er voorstander van dat alleen die kinderen die dat nodig hebben, instructie krijgen en dan ook niet langer dan nodig. In de lesbeschrijvingen zijn suggesties opgenomen voor instructies die de leerkracht kan geven wanneer blijkt dat een kind (of groepje kinderen) daaraan behoefte heeft. Het kan voor sommige taalonderdelen en voor sommige kinderen efficiënter of effectiever zijn om ze direct te instrueren en actief te begeleiden. In Taaljournaal is dit vooral terug te vinden in de lessen op dag 3. In die lessen komen de meeste taalbeschouwingsonderwerpen aan bod.
De multiculturele samenleving Uitgangspunt van de methode is de Nederlandse samenleving met daarin multiculturele aspecten. Bij bepaalde activiteiten is informatie opgenomen voor zowel Nederlandse of meertalige kinderen die met cultuurverschillen te maken hebben. Deze informatie is te vinden in kaders met de titel ‘extra’. Ook in de taalbeschouwingsactiviteiten wordt hier dieper op ingegaan. In de toelichting bij de lessen is aangegeven dat de Nederlandse samenleving niet als iets vanzelfsprekends voor alle kinderen gezien mag worden. De leerkracht krijgt tips hoe om te gaan met verschillen in cultuur en leefomstandigheden en ook met verschillen binnen Nederlandse gezinssituaties. Ook bij de keuze van contexten en illustraties is uitgegaan van Nederland als multiculturele samenleving. Ontwikkeling in beeld Het in beeld brengen van de ontwikkeling die een kind doormaakt is een complex geheel. Vooral als je je richt op het deelaspect taalontwikkeling. Factoren als welbevinden, sociaalemotioneel evenwicht, een gezonde motorische ontwikkeling spelen natuurlijk een belangrijke rol in het gehele ontwikkelingsproces van het kind. Dat betekent dat als kinderen bepaalde opdrachten niet kunnen maken, ze er mogelijk nog niet aan toe zijn. Toch proberen we vaak kinderen dan aan te zetten om het te leren. Observaties Observaties van het doel Kijken naar kinderen en kijken naar hoe ze aan de slag gaan, waar ze tegenaan lopen, waar ze hulp bij nodig hebben, levert veel zinvolle informatie op. In principe kan elke leerkracht die zijn klas niet-klassikaal organiseert op veel verschillende tijdstippen ruimte maken om te kijken naar kinderen. Taaljournaal heeft elke week op dag 2 en 4 tijd ingelast waarop de leerkracht bewust kinderen observeert. Op die momenten zijn kinderen aan de slag met hun keuzeactiviteiten. Observaties van het gedrag Behalve de observatie een keer per vier weken van het taaldoel kent Taaljournaal ook observaties van het gedrag. Uitgaan van adaptief onderwijs waarin kinderen gemotiveerd leren, vereist dat de leerkracht rekening houdt met de basisbehoeften relatie, competentie en autonomie.
49
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Portfolio Taaljournaal kiest voor het werken met een portfolio. In die portfolio komen allerlei gegevens: reflectieverslagen, werkjes van kinderen, enzovoort. Het is de bedoeling om diverse gegevens te verzamelen over wat een kind doet, leert, maakt en ervaart. De portfolio is een verzamelmap die de leerkracht hanteert om met kinderen in gesprek te gaan over hun werk. Toetsen Bepaalde onderdelen lenen zich bij voorkeur voor toetsen, zoals de schriftelijke doelen van de tweede week van een blok. De mondelinge doelen van de eerste week lenen zich doorgaans beter voor observatie. De toetsen zijn een manier om na te gaan hoe ver een kind in zijn ontwikkeling staat op bepaalde onderdelen. Toetsen zijn een bron voor de leerkracht om uit te putten voor vervolgactiviteiten. Hoe ver is een kind in zijn ontwikkeling, welke onderdelen hebben herhaling nodig, wat kan een kind al en hoeft het niet verder te verwerven. Bovendien krijgt de leerkracht informatie over wanneer bepaalde doelen terugkomen. Het is daarbij noodzakelijk dat de wijze van toetsen overeenkomt met de manier waarop de kinderen de leerstof aangeboden hebben gekregen. Voor het registreren van de toetsresultaten zijn kopieerbladen ontwikkeld waarop de leerkracht meteen ziet wanneer bepaalde doelen worden herhaal. Ook de normering van de woordenschattoetsen is erop aangegeven. Preventie en remediëring Taaljournaal wil liever preventief werken in plaats van remediëren achteraf. Daarom heeft de leerkracht tijdens de week op verschillende momenten de handen vrij om kinderen te ondersteunen tijdens hun activiteiten. Voordat de toets/evaluatie plaatsvindt, kan de leerkracht de kinderen die dat nodig hebben preventief helpen met mogelijke problemen. Zo kan de leerkracht op grond van observatie en/of toetsresultaten besluiten om een kind/enkele kinderen te begeleiden tijdens het maken van een activiteit. Ook op de laatste dag van week 1 heeft de leerkracht zijn/haar handen vrij voor gerichte hulp. De herhaling van de doelstellingen en de verschillende hulpinformatie is bedoeld om te voorkomen dat kinderen deze gerichte hulp nodig hebben. De vier hulpvormen (‘woordenhulp’, ‘tip’, ‘extrta’, en ‘ster’) worden ingezet om kinderen zelfstandig te laten werken en te voorkomen dat kinderen vastlopen. Veel opdrachten zijn bestemd om met meerdere kinderen tegelijk te maken. Daarmee wordt ook bevorderd dat kinderen elkaar helpen. - herhaling van de doelen Kinderen kunnen elke week kiezen uit vijf activiteiten met allemaal hetzelfde hoofddoel. Wanneer kinderen meer dan een activiteit maken, hebben zij het hoofddoel al een keer herhaald. - observaties De leerkracht observeert de kinderen terwijl ze aan het werk zijn (doelstellingen en gedrag) met behulp van observatiepunten uit de handleiding en kopieerbladen. - remediëring van de taaldoelen Wanneer een leerkracht constateert (bijvoorbeeld na.v. leergesprekken, producten in de portfolio, toetsresultaten of observaties) dat een kind een doelstelling onvoldoende beheerst, kan hij doorverwijzen naar een activiteit in de komende week of weken, waarin de betreffende doelstelling als hoofddoel of incidenteel doel aan de orde komt. Geschikt voor combinatiegroepen Taaljournaal is geschikt voor gebruik in combinatiegroepen. Op de zijflap van de handleiding staat hoe met Taaljournaal gewerkt kan worden in gecombineerde klassen. Om te beginnen komen dezelfde thema’s in alle groepen in dezelfde weken aan bod. Natuurlijk krijgt elk thema per groep een specifieke invulling. Wanneer gezamenlijk met beide groepen gestart 50
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 wordt met een begeleide les, heeft de leerkracht de keuze voor een uitwerking van de ene dan wel andere groep. Het organisatiemodel is vervolgens zo gemaakt dat de leerkracht tijdens de zelfstandigwerken-momenten regelmatig de handen vrij heeft voor vragen van kinderen en om te kijken hoe kinderen met de activiteiten aan de slag zijn.
Indeling van het jaar Een schooljaar heeft 40 weken. Taaljournaal bestaat voor het onderdeel taal uit 18 blokken die telkens twee weken duren. Voor het taaldeel (zonder het computerprogramma voor woordenschat en zonder spelling) gaan we uit van 50 minuten per dag. Alle lessen en activiteiten in een blok van twee weken hebben een duidelijke samenhang rond een onderwerp. De onderwerpen hebben een relatie met leergebieden uit de kerndoelen. Die onderwerpen zijn in alle jaargroepen gelijk, wel met een eigen uitwerking per jaargroep. In de eerste week staan de mondelinge doelen centraal. In de tweede week de schriftelijke. Bij een lang jaar kan er behoefte zijn aan extra lesstof. Daarom zijn er twee blokken van twee weken toegevoegd. Dit is extra stof, in de vorm van kopieerbladen, die kan worden overgeslagen, wanneer het een kort jaar betreft. Overigens staat het de leerkracht vrij om het materiaal van deze extra weken door het jaar heen in te zetten. Deze opdrachten zijn veelal in spelvormen getogen en zijn niet thematisch opgebouwd. De kinderen maken de opdrachten zelfstandig. De leerkracht kan de bladen in een willekeurige volgorde inzetten. Er wordt geen nieuwe leerstof in behandeld.
Leerlijnen van de methode Per week komen in de vijf keuzeactiviteiten telkens dezelfde doelen (tussendoelen van de verplicht gestelde kerndoelen voor het basisonderwijs) aan de orde. De doelen zijn gebaseerd op de streefdoelenlijst, zoals die opgenomen is in: Een blauwdruk voor methode voor taalonderwijs, aanwijzingen voor het ontwikkelen van methoden voor Nederlandse taal voor het basisonderwijs. (SLO, Enschede 1997). Met enkele wijzigingen, weglatingen en toevoegingen waar de conceptgroep dit wenselijk heeft geacht. Daarnaast zijn er afhankelijk van de aard van de keuzeactiviteit telkens nog enkele andere doelen die in de activiteit verwerkt zitten. Deze zogenoemde incidentele doelen worden vermeld in de handleiding voor de leerkracht, maar aangezien ze in die week niet tot de hoofddoelen behoren, zullen ze niet expliciet door de leerkracht worden meegenomen in de evaluatie (tenzij sprake is van gerichte remediëring). Ook op dag 3 is er steeds sprake van een hoofddoel en soms van een subdoel. De doelen van dag 1 (woordenschat) zijn steeds afkomstig uit leerlijn 5 Woordenschat. In het computerprogramma wordt aandacht besteed aan het herhalen van nieuw aangeleerde en reeds bekende woorden (leerlijn 5.2 en 5.3). Men heeft ervoor gekozen om de doelen cyclisch uit te breiden. Op blz. 19 t/m 23 in het algemene deel van de handleiding vindt u een opsomming van de doelen. De nummers 51
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 worden in de handleiding genoemd, met een concrete uitwerking voor die les. Sommige doelen komen niet voor in groep 4, maar worden in een hogere jaargroep pas behandeld. Andere doelen komen in hogere jaargroepen niet meer voor. In hoofdstuk 14 van de handleiding leest u hoe de leerlijnen voor de betreffende groep zijn uitgewerkt.
Stilleesbeleid Wat voor echte lezers vanzelf spreekt, spreekt niet altijd vanzelf in het onderwijs; lezen voor jezelf is de prettigste manier van lezen. Dat geldt ook voor de meeste kinderen. Daarom reserveren we tijd voor zulk lezen. Stillezen ie een periode van ongestuurd lezen, gebaseerd op het eenvoudige uitgangspunt dat door meer lezen de leesvaardigheid beter zal worden. Het doel van stillezen is leerlingen te helpen een goede leesgewoonte en een goede leesvaardigheid te ontwikkelen. Stillezen is met name een krachtig instrument als dit dagelijks op een vast moment in de hele school gebeurt, bij ons is dit 20 minuten na de ochtendpauze. Bovendien blijkt uit een review van Krashen(1993) dat leerlingen die veel stillezen het beter bij begrijpend lezen doen, o.a. omdat door stillezen hun woordenschat toenam. Schrijven. Methode Pennenstreken: woordversie; methode voor technisch schrijven. Er is een doorgaande lijn: voorbereidend schrijven in groep 1 en groep 2 aanvankelijk schrijven in groep 3 en groep 4 voortgezet schrijven in groep 5 t/m groep 8. Pennenstreken is gekoppeld aan de leesmethode Veilig Leren Lezen en het leren schrijven van de schrijfletters is vanaf het begin functioneel. In de beginfase is het de bedoeling dat de leerlingen zich vooral kunnen richten op de schrijfrichting van de letters, daarna de schrijfvorm en de grootte. Om goed te kunnen leren schrijven is een goede vulpen noodzakelijk, er kan dan geoefend worden op de druk. Vanaf groep 3 krijgen de leerlingen een Lamy ABC vulpen van school. Deze wordt in de daarop volgende jaren ook gebruikt. Bij oneigenlijk gebruik moeten de leerlingen zelf zorgen voor een nieuwe Lamy vulpen (te verkrijgen via school. Pas in groep 8 mag een eigen handschrift ontwikkeld worden. Rekenen-wiskunde m.b.v. de methode Wereld in Getallen De methode maakt gebruik van een weektaak voor zelfstandig werken, praktische differentiatie op drie niveaus en thema”s. De zorgvuldige opbouw van de leerlijnen is een van de sterke punten. Leerlijnen die zijn opgebouwd volgens de dakpanconstructie: • oriëntatie • begripsvorming • oefenen • automatiseren Praktische differentiatie Niet ieder kind leert even gemakkelijk en snel. De wereld in getallen houdt daar rekening mee. Eerst krijgen alle kinderen centrale instructie met behulp van het lesboek. Daarnaast is 52
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 voor de zwakkere rekenaars in elke les een verlengde instructie uitgewerkt. Vervolgens oefent ieder kind zelfstandig in de weektaak op zijn of haar niveau. In de weektaak staan oefeningen op drie niveaus: minimum-, basis- en plusniveau. Kinderen kunnen gemakkelijk doorschuiven van het ene naar het volgende niveau. Eigentijdse thema’s De wereld in getallen sluit met nieuwe, eigentijdse thema’s aan bij de belevingswereld van de kinderen. Herkenbare situaties en contexten worden gebruikt in de verschillende fasen van het leerproces; van oriëntatie en begripsvorming tot oefenen en toepassen. Tegelijkertijd gaan de kinderen beseffen waarom goed rekenen belangrijk is. Kerndoelen De wereld in getallen voldoet aan alle kerndoelen voor rekenen. Verder zijn de aanbevelingen in het rapport “Over de drempels met rekenen “van de expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen bij de ontwikkeling van de methode richtinggevend geweest. Daarnaast voldoet de methode aan de tussendoelen uit Tal-publicaties (Tussendoelen Annex Leerlijnen). Inhoud Oefenen en herhalen. Met de methode oefenen de kinderen vaak en doelgericht in alle fasen van het leerproces; bij de startopgave, bij de instructie en bij het zelfstandig werken. Voor alle onderwerpen geldt een langdurige herhalingsperiode om tot consolidatie te komen. Automatiseren. Veel aandacht voor het automatiseren van de optel-en aftreksommen t/m 10 en over het eerste tiental, de tafels van vermenigvuldiging en de deeltafels. De kinderen oefenen op verschillende manieren; mondeling, schriftelijk, op de computer, in spelvorm. Tempo toetsen brengen regelmatig het automatiseringsniveau van de kinderen in kaart. Duidelijke minimumdoelen. In elk leerjaar en elk blok wordt nauwkeurig aangegeven wat de kinderen minimaal moeten beheersen. Didactiek • oriëntatie en begripsvorming • van concrete situatie naar som • inoefenen • door oefenen, toepassen en onderhouden. De kinderen krijgen de gelegenheid zelf hun wiskunde op te bouwen. Niet door voordoen-nadoen-oefenen, maar vooral op basis van eigen activiteiten verwerven kinderen kennis, inzicht en vaardigheden. Interactief onderwijs Door samen te overleggen over de aanpak van een probleem, door oplossingsstrategieen te verwoorden en te vergelijken leren kinderen van elkaar, aan elkaar en met elkaar. Materialen • Rekenboek (deel a en b). Het rekenboek is een omkeerboek : aan de ene kant zit het lesboek en aan de andere kant het takenboek. • Werkboek 53
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 • • • • • • •
Bijwerkboek (deel a en b) Pluswerkboek Antwoordenboek (deel a en b) Handleiding Toetsenboek ICT. Deze oefenprogramma’s sluiten nauw aan bij de leerstof van de jaargroep. Digibordlessen dit zijn de digitale versies van de boeken, verrijkt met vele extra’s , zoals de bordillustraties uit de handleiding, rekenhulpmiddelen (rekenmachine,liniaal,passer0 en rekenmodellen.
Take it easy; methode Engels. Met Take it easy maakt OBS Het Kompas optimaal gebruik van de mogelijkheden van het digibord. De digiteachers, muziekclips en korte films met Engelse acteurs maken onze Engelse les een beleving voor de leerlingen. Al het visuele materiaal is origineel en speciaal voor Take it easy geproduceerd door de makers van gerenommeerde kindertelevisieprogramma’s, zoals het huis Anubis. In alle videoclips en films is de voertaal Engels… van het begin tot het einde van iedere les. De complete digibordmethode Engels Take it easy is veel meer dan een digitale afgeleide van een werkboek. Take it easy heeft het digibord als uitgangspunt, waardoor: leerlingen een groter taalaanbod krijgen en de taalproductie hoger is Door herhaling van gesproken tekst, liedjes, karaoke en spel worden de leerlingen spontaan betrokken in het zelf spreken van Engels. Met Take it easy wordt alle taal aangeboden in een zinvolle context wat ten goede komt aan de spontane taalverwerving. § dyslectische leerlingen extra ondersteund worden Alle opdrachten worden zowel visueel als auditief aangeboden, ook de oefeningen uit het werkboek. Zelfs de toets wordt auditief aangeboden, waarbij de leerkracht de antwoorden beoordeelt. § zowel voor als na de les de leerlingen zelfstandig kunnen werken De leerlingmodule bevat alle onderdelen van de les waarbij de teksten worden uitgesproken. Handig voor leerlingen die de les willen herhalen of die de les gemist hebben. Wij kunnen de module ook inzetten als preteaching. Leerlingen die moeite hebben met Engels kunnen de filmpjes, luistertekst, dialogen en woordjes vóór de les al een keer bekijken en beluisteren. §
Native speaking teachers
54
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Lenny (Lisa Wade van Klokhuis) en Regis (Ruben Dingemans van SchoolTV) zijn de gezichten van Take it easy. Deze digiteachers zijn native speakers en presenteren via het digibord de lessen vol enthousiasme aan onze leerlingen. In perfect Engels presenteren zij de lessen en vertellen zij wat de leerlingen gaan doen. De digiteachers: § helpen de leerlingen met het trainen van hun uitspraak Uiteraard leren de leerlingen zelf spreken in de naspreekoefeningen. Maar de Take it easy-teachers gaan nog een stap verder. Zij laten de leerlingen eerst de verschillende klanken horen waarna de leerlingen ze kunnen naspreken. § bieden net zoveel ondersteuning als u wilt De leerkracht bepaalt zelf op welke momenten er in de les naar de digiteacher wordt overgeschakeld. Dit kan de hele les zijn of voor bepaalde onderdelen zoals het oefenen van de uitspraak met de hele klas. Natuurlijk kan de leerkracht de hele les ook zelf geven. In de handleiding staan de aanwijzingen om de taken van de digiteacher over te nemen. § brengen de lesstof tot leven De digiteachers verlevendigen de lesstof bijvoorbeeld met een grap of een leuke anekdote, maar kunnen ook serieus de aandacht vragen als dat nodig is.
Doorgaande leerlijn Take it easy is de enige methode Engels met een doorgaande leerlijn vanaf groep 5. De methode heeft een concentrische opbouw. De thema’s die in de leerjaren 5 en 6 (eens in de twee weken een les van 50 minuten) aan bod komen, worden in groep 7 en 8 (wekelijks een les) voor de tweede keer aangeboden. Hierdoor beklijft de lesstof nog beter en breiden de leerlingen hun woordenschat van voorgaande jaren verder uit. Planning & combinatiegroepen
Jaarplanning De lessen van Take it easy hebben een vaste structuur. De leerlingen maken kennis met een thema via een filmpje of lied. Take it easy biedt luister- en spreekopdrachten aan in de vorm van een dialoog, cartoon, spel of ‘total physical response’ activiteit. § groep 7 en 8 hebben wekelijks een les Take it easy Voor deze groepen staan er per jaar 30 lessen van 50 minuten op het programma. Ook hier is het leerjaar verdeeld in 6 units, maar dan van elk 5 lessen.
Thematisch Werken (Meervoudige Intelligentie) In onze school worden diverse vak- en vormingsgebieden thematisch vorm gegeven en aangeboden. Binnen de thema’s wordt gebruik gemaakt van de theorie van hoogleraar Howard Gardner rond meervoudige intelligentie.
55
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 In ieder thema worden leerkrachtgebonden lessen gegeven en krijgen kinderen tevens de gelegenheid om in keuzelessen het onderwerp verder te verdiepen aansluitend bij hun eigen sterke intelligenties. In de groepen 1 en 2 wordt het volledige leerstofaanbod in een thema verwerkt. In de groepen 3 t/m 8 betreft het de vakgebieden: o Geschiedenis o Aardrijkskunde o Natuur o Techniek o Beeldende vorming (tekenen, handvaardigheid) o Cultureel erfgoed o Actief burgerschap o Verkeer VierKeerWijzer® is de naam van de structuur die door alle groepen heen binnen het thematisch werken terug te vinden is. Een deel van de Wijzers binnen het model zijn onder andere terug te vinden in de gouden map, deze Wijzers zorgen voor borging en verantwoording. Binnen ieder thema wordt in iedere groep met vier stappen gewerkt. Hierop worden de kinderen en de leerkrachten getraind en begeleid. De vier stappen zijn: De V van Vragen: Ieder thema start in iedere groep met het aangeven van de te behalen minimumdoelen: De Vragen die alle kinderen moeten kunnen beantwoorden. De I van Ik: Kinderen worden uitgedaagd eigen vragen te stellen, tevens wordt middels een woordweb of een mindmap voorkennis geactiveerd. De E van Experimenteren: Kinderen mogen kiezen uit activiteiten of binnen een leeromgeving die zo rijk mogelijk is ingericht. Zowel de activiteiten als de leeromgeving is vorm gegeven vanuit de acht intelligenties. De R van Resultaat en Reflectie: Na drie weken wordt van ieder kind verwacht dat de doelen gehaald zijn. Op diverse manieren wordt met het kind gereflecteerd op de themaperiode en zijn/haar werk daarbinnen. Alle te behalen (minimum)doelen zijn opgenomen in de “gouden map”. Deze beleidsmap kent de volgende documenten: o De WerkWijzer met alle schoolafspraken o De ThemaWijzer met een opsomming van de thema’s en de jaarplanning o De VragenWijzer met alle minimumdoelen per thema en leerjaar. Door een lichtblauwe arcering van sommige vragen is aangetoond welke canononderdelen wij hebben aanbieden o De VoorafWijzer met de op de school te hanteren blanco registratieformulieren o De CheckWijzer die laat zien in welke thema’s de kerndoelen door de loop van de jaren een plaats krijgen. o De KwaliteitsWijzer die ervoor moet zorgen dat wij als school de kwaliteit van ons thematisch werken blijven controleren en verbeteren.
56
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Met deze werkwijze bereiken we onderstaande doelen: •
• •
• •
•
•
• • • • • • •
•
Keuzevrijheid stimuleert en motiveert, er ontstaat een grotere betrokkenheid en motivatie bij kind en leerkracht. Dit wordt nog versterkt door de grote diversiteit aan werkvormen en het kunnen kiezen voor de eigen intelligenties. Door het duidelijk stellen van doelen en het begleiden hierop ontstaat een grote taakgerichtheid. Er is veel extra oefening van taal, rekenen, begrijpend lezen en woordenschat. De kennis die kinderen opdoen in de lessen binnen deze vakken kunnen worden toegepast binnen thematisch werken. Er is een doorgaande lijn door de school. Kinderen plaatsen de leerstof in een rijke context, ze krijgen de tijd om zich echt te verdiepen, op een manier die bij hen past. Dit leidt tot een hoger leerrendement en meer kennis, met name op lange termijn. Vaardigheden die zowel bij leerkracht als kind worden ontwikkeld: o samenwerken o opzoek- en onderzoeksvaardigheden o taak- en doelgericht werken o resultaatgericht zijn o zelfreflectie: Wat kan ik goed? Wat moet ik nog leren? o zelfrespect: iedereen heeft kwaliteiten o waarderen van andermans talenten; van een ander kun je wat leren o ICT-vaardigheden o presentatievaardigheden o denk- en leerstrategieën Aan leerkrachtvaardigheden worden daarnaast ontwikkeld: o het adaptief op individueel- en groepsniveau kunnen toepassen van de juiste rol in de goede situatie; sturen, begeleiden, coachen en loslaten o het ontwerpen van een uitdagende leeromgeving o doel-en opbrengstgericht werken Het schoolbudget wordt beter en bewuster ingezet. Leerkrachten hebben tijd om kinderen individueel te begeleiden. Niet de methode is leidend, maar het kind. De leeromgeving past zich bij hem of haar aan. Ieder kind kan zich competent voelen omdat zij gebruik maken van talenten/kwaliteiten/intelligenties en leerpunten. Ieder kind haalt de minimum-einddoelen W.O. Er ontstaat rust en tijd in het rooster door vakgebieden te integreren tot een logischer geheel. Door de thematisering krijgen we de gelegenheid en de tijd om kinderen zich echt te laten verdiepen in het onderwerp. Dit zorgt er weer voor dat ieder kind zich optimaal kan ontplooien en verschillen goed opgevangen kunnen worden. Door het zelf vaststellen van de doelen kunnen we aansluiten bij de specifieke behoefte van het kind op onze school.
Geschiedenis anders Geschiedenis anders is bedoeld om kinderen betrokkenheid te gunnen bij geschiedenis Deze aanpak maakt het voor iedereen mogelijk om geschiedenis door ieder kind op een eigen manier te laten beleven. Uitgangspunten: Mensen zijn nieuwsgierig, van meet af aan uit op sociale binding, kennis en vaardigheden. In de motivatiepsychologie wordt dit streven ook wel uitgedrukt in drie psychologische
57
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 basisbehoeften die ieder mens eigen zijn: relatie, de behoefte aan competentie en de behoefte aan autonomie en onafhankelijkheid. Geschiedenis anders wil nadrukkelijk tegemoet komen aan de drie basisbehoeften. Om dit te bewerkstelligen is er voor gekozen om te werken met de theorie rond meervoudige intelligentie. 1. Relatie De kaarten nodigen uit tot samenwerken tussen kinderen. Met name het samenwerken aan een thema en het presenteren van ieders werk zal de onderlinge relaties versterken en de sociale vaardigheden vergroten 2. Competentie Door het aansluiten bij de verschillende manieren van leren van ieder individueel kind, wordt ieders werk gezien en gewaardeerd. Of het nu gaat om een gebouwd Vikingschip, een zelfgemaakt oertijdlied of een bladzijde uit het dagboek van Napoleon: Het een vult het ander aan en samen leren we van en met elkaar. Ieders sterke kant krijgt de belangstelling die het verdient. En dat geeft een competent gevoel, vergroot de motivatie en maakt kinderen en leerkrachten betrokken bij hun leren. 3. Autonomie Het kind leert verantwoordelijkheid te dragen voor de gekozen taak. Het leert plannen,hoeveel tijd heb ik nog, kan ik het presenteren, ga ik de doelen halen, wat heb ik nodig? Doelen: 1. De V van Vragen Per thema staan in de Doelenwijzer een lijst met doelen. De (kern)doelen zijn omgezet naar vragen. De leerkracht selecteert de te halen minimumdoeln die door alle kinderen gehaald moeten worden. Deze vragen komen op het Vragenbord. Aan het einde van een periode moeten deze vragen beantwoord kunnen worden. 2. De I van Ik en Inbreng Inventarisatie van wat de kinderen al weten over het thema. Kinderen krijgen de mogelijkheid eigen vragen te stellen. Wat willen ze graag te weten komen over het thema, wat maakt het voor hen interessant? 3. Experimenteren en Ervaren Door het kiezen van een opdrachtkaart krijgt ieder kind de gelegenheid zich in het onderwerp te gaan verdiepen. De leerkracht stuurt, steunt, coacht ,laat los kan extra instructie geven, tussenpresentaties laten houden, leerstof herhalen en bespreken. 4. Resultaat en Reflectie Kinderen wordt continu voorgehouden dat er aan het einde van hun werkzaamheden iets verwacht wordt: een presentatie van niveau. Een presentatie waar ze zelf serieus tevreden over moeten zijn. Dit is een leerproces. In de presentatie laten de kinderen zien dat ze de antwoorden op de vragen hebben gevonden. De resultaten kunnen in een portfolio opgenomen worden. 58
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Uitvoering in de praktijk: -Gedurende 3 middagen zijn de leerlingen bezig met de kaarten. -Het thema wordt een week voordat deze behandeld gaat worden in de klas geintroduceerd. De kaarten worden besproken en opgehangen. Kinderen maken door de week heen hun keuze. Ze maken dit kenbaar door een knijper met hun naam aan de kaart te hangen. -Introductie door: een verhaal, een leestekst,een voorstelling, een excursie, het uitnodigen van een deskundige enz. -het thema wordt op de tijdlijn geplaatst -doelen aangeven -inventariseren wat bekend is en wat niet -reflectie;doelen afchecken Onderwerpen: De Romeinen De Gouden eeuw Tachtig jaar oorlog Ontdekkingsreizen De stad in de middeleeuwen Ridders en kastelen Twee keer oorlog Kloosters Kunst door de tijden heen. Aardrijkskunde Anders Vier keer per jaar wordt, gedurende een periode van drie weken, gewerkt aan een thema. De andere vakken van wereldorientatie worden in een andere periode aan de orde gesteld. Zodoende kan er goed verdiepend gewerkt worden. Er wordt bij ieder kind een kennisweb met bijbehorende woordenschat opgebouwd. Een web waaraan emoties en ervaringen gekoppeld worden waardoor de leerstof langer zal beklijven. Het is een methode die kinderen wil uitdagen te leren over de wereld om hen heen. Door de grote diversiteit aan werkvormen en het toepassen van de acht intelligenties kan er optimaal gedifferentieerd worden naar niveau, interesse en leerstijl. De uitdaging en motivatie zijn groot. Dit verhoogt de zelfstandigheid van de kinderen. De leerkracht kan de leerling persoonlijk benaderen. Topografie Door het uitvoeren van de diverse opdrachten, het onderlinge overleg en de verdieping wordt er veel geoefend. Er is een kaartenbak met viet thema’s over kaarten en plattegronden. Met de opdrachtkaarten verkennen kinderen de topografische kaart, de atlas en de omgeving van huis en school. • Vakantie • Van bovenaf • Waar woon ik • Nederland • Europa 59
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 • •
Wereld Topografie
Natuuronderwijs De methode Natuurlijk! (oorspronkelijke versie) 1 Materialisatie van Natuurlijk! Natuurlijk! is ontwikkeld voor de groepen 5 t/m 8 van de basisschool. De methode kent per leerjaar de volgende materialen: – voor de leerling: een leerlingenboek en een werkboek; – voor de leerkracht: een handleiding; – klassikaal: een antwoordenboek, kopieerbladen en practicummaterialen. 2 Doelen van Natuurlijk! Als algemene doelstelling formuleert de methode: natuuronderwijs op de basisschool is erop gericht kinderen zicht te geven op de samenhangen in de materiële werkelijkheid (levend of niet-levend), waarmee het leven van mensen onlosmakelijk is verbonden. Natuurlijk! gaat daarbij uit van wat kinderen zelf al weten, zelf kunnen ontdekken of zelf al hebben ontdekt. De doelen van Natuurlijk! zijn gericht op: – het verduidelijken van de samenhang tussen levende en niet-levende natuur, zonder het eigene van biologie tekort te doen; – het plaatsen van die samenhang in een voor kinderen herkenbare context, gebaseerd op eigen ervaringen; – het ontwikkelen van vaardigheden als observeren, communiceren en conclusies trek ken, alsook technische vaardigheden (omgaan met hulpmiddelen); – het ontwikkelen van een positieve attitude ten aanzien van de natuur, die zich kenmerkt door creativiteit, interesse en verantwoordelijkheid. Voor een verdere uitwerking van de doelen van de methode verwijzen wij naar blz. 9 t/m 11 van het algemene gedeelte van de handleidingen. 3 Relatie met de kerndoelen In het streven naar kwaliteitsverbetering van het onderwijs heeft de overheid in 1991 voor het eerst kerndoelen vastgesteld. Deze kerndoelen worden regelmatig bijgesteld. Natuurlijk – eerste versie voldoet aan de kerndoelen van 1998. 4 Uitvoering Natuurlijk! biedt de school de volgende jaarplanning: – per leerjaar twintig lessen, gebaseerd op vijf centrale thema’s (groeien, veranderen, maken, zorgen, samen doen); – elke les heeft vier pagina’s in het leerlingenboek; de eerste twee zijn ter kennismaking met het onderwerp van de les, de andere twee bevatten werkopdrachten. De lessen worden ondersteund door kopieerbladen, lesbladen en een werkboek. Er worden practicumlessen aangeboden, ondersteund door practicummaterialen. De uitvoering van het onderwijs staat in de handleidingen beschreven in een uitgebreide lesbegeleiding bij elke les.
60
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
5 Kwaliteitsbewaking Natuurlijk! biedt de volgende voorzieningen ten behoeve van de evaluatie en kwaliteitsbewaking van het onderwijs: – exacte formulering van de lesdoelen; – tempo- en niveaudifferentiatie; – toetsing door kopieerbladen ‘Wat weet ik van ...’; – uitgebreide mogelijkheden voor extra activiteiten; – differentiatie in didactiek, in verwerking van de leerstof en naar belangstelling.
In het kader van VVE zijn wij schooljaar 2003 – 2004 gestart met de methode Piramide. Piramide is een educatieve methode voor alle kinderen van 3 tot 6 jaar. De methode bevat speciale uitwerkingen voor kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Voor allochtone kinderen of Nederlandse kinderen in achterstandssituaties is er een extra taallijn ontwikkeld en voor kinderen die extra stimulering nodig hebben is er een tutorprogramma ontwikkeld, waarmee preventief gewerkt wordt. Door een combinatie van spelen, werken en leren in een positief pedagogisch klimaat worden kinderen in hun ontwikkeling gestimuleerd. De inhoud wordt bepaald door acht ontwikkelingsgebieden, uiteenlopend van taal- en denkontwikkeling tot creatieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. Piramide start op de peuterspeelzaal en loopt door in de groepen 1 en 2 van de basisschool. Door deze stevige basis die in deze jaren wordt gelegd, zullen de kinderen in groep 3 een goede kans op succes hebben.
Burgerschap. Bij Burgerschapvorming worden de leerlingen voorbereidt op samenleven en participatie in de samenleving. Belangrijk daarbij is verschillende zienswijzen en bepaalde problemen ontdekken, leren kijken vanuit die verschillende perspectieven en een eigen mening formuleren en onderbouwen. Intensivering en accentuering van maatschappelijke participatie (actief burgerschap) en sociale intergratie (alle groepen moeten meedoen). Als inzet worden de methoden voor aardrijkskunde, geschiedenis en bewust omgaan met jezelf en de ander (Boja), gebruikt. Hierbij wordt eigen identiteit goed in de gaten gehouden en eigenheid verder vorm gegeven. D.m.v. de methoden leren leerlingen hun gevoelens te verwoorden, zelfstandig na te denken, zelf beslissingen te nemen en zelf verantwoordelijk te zijn voor hun handelen en de gevolgen daarvan.
61
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
Maatschappelijke stromingen/staatsinrichting/ de vaderlandse canon. Doelen van de school
Methoden / materialen
De leerlingen moeten inzicht krijgen in de maatschappelijke verhoudingen, de structuur van de maatschappij en historisch besef.
Onderwerpen uit wereld van verschil, bij de tijd en de vaderlandse canon. Rekening houdend met de vijftig hoofdlijnen (stapstenen) van de vaderlandse canon.
Relatie met de kerndoelen
Uitvoering in de praktijk
Ons inziens voldoet het systeem aan de kern-doelen. De vaderlandse canon is opgenomen in de kerndoelen van het basisonderwijs.
Zie handleiding.
Website: www.entoen.nu
Beleidsvoornemens / plannen
Implementatie van de vaderlandse canon.
Beeldende vorming: tekenen en handvaardigheid Doelen van de school
Methoden / materialen
Relatie met de kerndoelen
Beschouwend: Impressie: Beeldende vorming is erop gericht kinderen visuele en tactiele indrukken op te laten doen aan de hand van materialen, gereedschappen, voorstel-lingen, planten, bomen, dieren, mensen, gebou-wen en situaties. Beeldende vorming is er ook op gericht kinderen te leren over die indrukken te praten, elementen eruit te benoemen of te be-schrijven
Methode: In Beeld brengen, Dijkstra uitgeverij Zeist
De methoden Moet je doen (5) voldoen aan de kerndoelen.
62
Beeldvaardig, Uitgeverij Bekadidact
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Zie handleidingen Voor het vakgebied handvaardigheid is een vakleerkracht aanwezig.
Methode: Moet je doen – handvaardigheid. Methode: Moet je doen – tekenen.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 en daar ordening in aan te brengen. Communicatie: Beeldende vorming is erop gericht kinderen te leren dat door beelden informatie kan worden overgedragen. Beeldende vorming richt zich op het kennen, herkennen en begrijpen van eenvoudige tekens en symbolen in beelden. Zingeving Beeldende vorming is erop gericht kinderen motieven te leren ken-nen en herkennen, op grond waarvan mensen zich beeldend uiten of vormgeven. Beeldende vorming is er ook op gericht kinderen te leren beeldende uitingen en vormgevingen te waarderen op grond van de achterliggende motieven en een per-soonlijke stellingname.
Productief: Expressie: Beeldende vorming is erop gericht dat kinderen leren 63
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 om waarnemingen, ervaringen, gevoelens en verbeelding te uiten op een spelende en experimentele wijze met behulp van beeldende middelen. Communicatie: Beeldende vorming is erop gericht kinderen te leren om door beelden informatie over te dragen aan anderen waarbij ze gebruik maken van eenvoudige tekens en symbolen. Vormgeving: Beeldende vorming is er op gericht kinderen toe te rusten met kennis en vaardigheden om gedachten, ervaringen, waarnemingen en belevenissen in beeld vorm te geven.
f.2 Muziek Doelen van de school
Methoden / materialen
Relatie met de kerndoelen
Muzikale Methode vorming is erop Moet je doen gericht dat de muziek leerlingen kennis, in-zicht en vaardigheden verwerven om
De methode is speciaal ontwikkeld voor scholen en leerkrachten die aan de kerndoelen voor
64
Uitvoering in de praktijk Zie handleiding
Beleidsvoornemens / plannen Update van de methode. Uitbreiding van het instrumentarium. Uitbreiding d.m.v.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 muziek te beluisteren, te beoefenen en om met elkaar over muziek te spreken.
additief structureel materiaal
de expressievakken willen voldoen.
liedbundel ‘Eigenwijs’. Incl. c.d’s.
alle voor de methode noodzakelijke instru-menten
Kunst- en cultuureducatie in onze school. Wij bieden onze leerlingen meer dan iets extra's! Binnen onze school streven wij ernaar de kinderen veel met kunst en cultuur in aanraking te laten komen en hen daarin een rijk aanbod te bieden. Binnen- en buitenschools leren staan hierin centraal. Daar waar mogelijk werken wij samen met, gastdocenten, kunstenaars en culturele instellingen uit onze regio. Daarnaast bezoeken we minimaal twee keer per jaar een museum, theatervoorstelling, centrum voor kunst of cultureel erfgoed. De cultuurcoördinator regelt en ziet toe dat alle kinderen een evenwichtig pakket kunst en cultuur aangeboden krijgen. Het doel van kunst- en cultuureducatie in onze school is de leerlingen een bredere oriëntatie te bieden op de kunstvakken, drama, dans, muziek, beeldende vorming en cultureel erfgoed. Voor het vak tekenen blijft de groepsdocent in zijn/haar eigen groep verantwoordelijk. Leidraad bij deze lessen is de methode “moet je doen” waarin een duidelijk waarneembare doorgaande lijn te zien is. De lessen handvaardigheid zullen, net als nu, verzorgd blijven worden door onze vakleerkracht handvaardigheid.
Internationalisering/LinQ project/Duits In het kader van de internatisonalisering neemt onze school deel aan een uitwisselingsprogramma met scholen uit Nord Rein Westfalen. Dit project is opgezet door het onderwijs adviesbureau Expertis te Enschede. De leerlingen van onze school krijgen bijna dagelijks, gezien de ligging van de woonplaats en de bevolking, te maken met zaken van onze naaste buren uit Duitsland. Daarnaast hebben wij leerlingen op school die woonachtig zijn in Duitsland. Doelstelling project “Vroeg Duits” Internationalisering: • Leerlingen kennis laten nemen met de cultuur van onze naaste buren • Leerlingen kennis laten nemen met de taal van onze naaste buren • Leerlingen in contact te brengen met leerlingen van gelijke leeftijd van een school in Duitsland • Uitwisseling van leerkrachten
65
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 Om onze leerlingen meer kennis op te laten doen over de cultuur en de taal van onze naaste buur hebben wij besloten deel te nemen aan het project met de groepen 3, 4, 5 en 6. Dit zijn tevens de hoogste groepen van de Grundschule in Duitsland. In dit project wordt de Duitse taal beschouwd als ontmoetingstaal. De leerlingen krijgen hiervoor les in de Duitse taal en over de Duitse cultuur. Deze lessen worden gegeven door de groepsleerkrachten en daarbij ondersteund door een Duitse taalleerkracht. Daarnaast hebben de groepsleerkrachten een jaar samen met de andere deelnemende scholen een cursus gevolgd over de Duitse taal en cultuur. Op school zijn boeken en andere media aanwezig die ondersteuning kunnen geven bij de uitwisseling.
Stand van zaken: Als school hadden wij een uitwisseling met de Josefschule te Borken en met kindertagestätte Pusterblume uit Gronau. Deze uitwisseling bestaat er uit dat onze leerlingen twee maal per jaar naar Borken gaan met de bus en daar deelnemen aan een cultureel of onderwijskundig programma. Hetzelfde geldt voor de leerlingen van de Josefschule, maar dan bij ons op school. Het is de bedoeling dat er naast een uitwisseling naar de school in de toekomst ook een uitwisseling gaat plaatsvinden door middel van email. Momenteel zijn we op zoek naar een school dichter bij zodat de onderlinge contacten meer verstevigd kan gaan worden.De contacten met de Pusterblume blijven bestaan. Deze uitwisseling zal in de toekomst een nog breder draagvlak krijgen door uitwisseling van leerkrachten die op de partnerschool lessen gaan verzorgen. Te denken valt hierbij aan taallessen, aardrijkskunde en aan expressievakken (muziek en drama). Evaluatie De evaluatie van de doelstelling vindt plaats door: • Evaluatiegesprekken met betrokken leerkrachten • Evaluatiegesprekken met en over de organisatie van het project • Schriftelijke verslaglegging over het bilaterale taalassistentschap • Gesprekken met leerlingen over de uitwisseling.
Bevordering sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer.
Doelen van de school
Methoden / materialen
Bij het ontwikkelen/beo or-delen van de sociale redzaamheid ligt de nadruk op de weerbaarheid,
Onderbouwpakk et Claxon ‘Stoepie’.
66
Relatie met de kerndoelen De methode voldoet aan de kern doelen.
structureel additief materiaal
Uitvoering in de praktijk De werkwijze volgens de Daltonprincipes Zie beschrijvingen bij verkeerskranten.
Beleidsvoornemens / plannen Verkeer zal hoogstwaarschijnlijk een onderdeel gaan worden bij het thematisch werken.
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015 de zelfstandigheid, de zelfredzaamheid, de verantwoording en het samenwerken van de leerlingen.
O.V.E.F. (Op voeten en fietsen) J.V.K. (Jeugd Verkeers Krant) Veilig Verkeer Nederland
Zie handleidingen
Voor midden- en bovenbouw.
Bevordering van gezond gedrag Doelen van de school
Methoden / materialen
De leerlingen moeten zich bewust zijn/worden van het belang van een goede gezondheid in de meest ruime zin. Uitgangspunten hierbij zijn de lichamelijke, geestelijke en sociale gezondheidsaspecten, alsmede van de woon- en leefomgeving.
Eigen onderwerpenlijsten. Groepen 1 t/m 8
67
Methode Natuurlijk, uitgeverij Malmberg Schooltv.
Relatie met de kerndoelen Methode ‘Natuurlijk – eerste versie voldoet aan de kerndoelen .
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Zie handleiding
Lessencyclus van 20 lessen. Afsluiting met een examen. Gastlessen: afdeling EHBO gem. Losser.
Deelname leerlingen groep 7 en 8 aan de cursus Jeugd EHBO – A. .
Openbare school voor Daltononderwijs “Het Kompas”
Schoolplan 2011-2015
4.4.1 De vak-/vormingsgebieden en de computer Er is globaal afgesproken welke programma's/activiteiten in welke groepen en bij welke vakken aan de orde komen. De computer wordt door alle leerlingen van groep 1 t/m 8 gebruikt en richt zich op - het oefenen; - de zorgverbreding; - computervaardigheden (bijv. tekstverwerker met Word). - internetgebruik. We hebben licenties bij de methoden die wij gebruiken voor de bijbehorende software Er zijn nu voor elk lokaal zes computers beschikbaar. De afspraken over het omgaan met de computer (waarvoor, voor wie, hoe en waar) is nader uitgewerkt in het internetprotocol. Zie voor verdere informatie het Beleidsplan ICT. BasisBits BasisBits is een leerstofpakket dat leerlingen wegwijs maakt op het gebied van ICT. Het leert kinderen omgaan met de computer. Vervolgens wordt de basis van de theorie aangeleerd zoals enkele onderdelenvan de systeemkast en de belangrijkste hardware. Tenslotte leert de leerling spelenderwijs omgaan met toepassingen zoals Word, Exel en Paint. De leerling krijgt les van de software. Daarin worden dingen uitgelegd, vragen gesteld, demonstraties gegeven en toetsen afgenomen. Ook verwijst de sofrware naar opdrachten. Materialen: Software en een aantal leesbladen (in de vorm van een opzetboekje) en werkbladen(kopieerbladen).
Naam school
Schoolplan 2011-2015
4.4.2 Het computeronderwijs Voor het computeronderwijs wordt momenteel gewerkt op basis van het “ICT Bestuursbeleidsplan 2008-2012” Het beleidsplan beoogt de kaders weer te geven van de voorgestelde scholenontwikkeling voor wat betreft ICT, voor de periode van september 2008 tot juli 2012. Noodzakelijkheid beleidsplan. De omslag die de nieuwe ICT ontwikkelingen voor scholen en besturen met zich mee brengt is zo complex dat een ad hoc benadering absoluut onverstandig is. Een planmatige aanpak opgesteld in overleg met bestuur, directies, ICT-ers, IB-ers en teams, biedt de meeste garantie voor succes. Het beleidsplan fungeert als planningsdocument. Volgens de cyclus van PDCA: “Plan”(plannen), “Do”(uitvoeren), “Check” (evalueren) en “Act” (bijstellen en verbeteren), Versterking van samenwerking tussen de scholen en het planmatig werken aan ICT zullen veel aandacht krijgen. Per school wordt het bestuursbeleidsplan ICT verder uitgewerkt in een eigen ICT plan van aanpak als integraal onderdeel van het schoolplan. Het ICT plan van aanpak bevat een beschrijving van de visie, de beginsituatie, een meerjaren plan van aanpak, een plan van aanpak voor het schooljaar waarin het zich bevindt en een meerjareninvesteringsplan. Het bestuursbeleidsplan ICT dient als kapstok voor iedere afzonderlijke school en moet duidelijkheid bieden. Visie en missie Consent. Uit het strategisch beleidsplan 2007-2012: Visie Consent. Bij alles wat beweegt in ons onderwijs hebben wij het perspectief van het zich ontwikkelende kind voor ogen. Onze onderwijsorganisatie dient om élk kind uitstekend, plezierig en veilig onderwijs te geven. Missie Consent. Het aanbieden van openbaar basis- en (voortgezet) speciaal onderwijs van hoge kwaliteit, dat in voldoende mate beschikbaar is voor de gemeenschap in de gemeente Enschede. Doelen ICT onderwijs. Uit het strategisch beleidsplan 2007-2012: Het verbeteren van het ICT onderwijs: We willen binnen het waarderingskader van de inspectie een maximale score van 4 halen en tenminste op alle scholen een 3 scoren. Door in samenwerking met het Basis Op Kop (BOK) bestuur het ICT onderwijs tweejaarlijks stedelijk te monitoren en op basis daarvan verbeterplannen op schoolniveau op te stellen en uit te voeren zullen we het niveau van ICT op iedere school nauwkeurig kunnen volgen en zo nodig bijsturen. Het jaarlijks totaal beschikbare ICT budget van Consent (na aftrek van afschrijvingslasten en elektriciteitskosten € 385.000 ,-) is hier in principe voor beschikbaar. Wat telt is de kwaliteitsscore voor ICT. Indien deze met minder middelen gehaald wordt door de school, dan ontstaat er vrije bestedingsruimte voor de school van dit budget. De school zelf beheert met deze restrictie het ICT budget. Het waarderingskader. Met dit kader kunnen inspectie en scholen zelf beoordelen in welke mate ICT in het onderwijs aan de school bijdraagt aan de kwaliteit van het onderwijsaanbod, aan de vormgeving van de lessen, aan het actief leren van leerlingen en aan een goed
69
Schoolplan 2011-2015 functionerende leerlingenbegeleiding. Op iedere school wordt gekeken of de doelen van het ICT-gebruik goed worden geborgd (kwaliteitszorg) en of de benodigde infrastructuur op orde is. Het ontwikkelen van dit kader geeft ook aan dat de inspectie ICT als een belangrijk hulpmiddel ziet om het onderwijs in al zijn facetten te verbeteren.
5 5.1
De inzet en ontwikkeling van ons personeel Doelen van ons personeelsbeleid
Personeel vormt één van de belangrijkste instrumenten om beleidsdoelstellingen te verwezenlijken. Binnen onze organisatie willen wij dan ook zodanige randvoorwaarden creëren dat de werknemers in staat worden gesteld de geformuleerde beleidsdoelen te realiseren. Deze randvoorwaarden en de visie van de Stichting Consent op personeel en organisatie zijn vastgelegd in ondermeer het Strategisch Beleidsplan en het Integraal Personeelsbeleidsplan. Op die wijze wordt de komende jaren ingezet op een verdere kwaliteitsverbetering onder het personeel. 5.2
Huidige situatie
De afgelopen jaren is een groot aantal (personele) beleidsinstrumenten ontwikkeld. Deze beleidsinstrumenten zijn opgenomen in het routeboek van de Stichting Consent. Met de vaststelling van het Integraal Personeelsbeleidsplan zijn daar recentelijk nieuwe onderdelen aan toegevoegd zoals: • de regeling scholingsbeleid; • de regeling deeltijdbeleid, en; • de regeling werkgelegenheidsbeleid. Daarnaast wordt een hoge prioriteit toegekend aan de deskundigheidsbevordering van het personeel. Naast de scholingstrajecten die veelal vanuit een schoolorganisatie worden aangeboden wordt door de Stichting Consent ook veel aandacht geschonken aan de opleiding van schoolleiders en intern begeleiders. Bovendien is er bovenschools een budget beschikbaar gesteld voor de leergang bewegingsonderwijs waardoor meer personeelsleden een bevoegdheid verkrijgen voor het verzorgen van de lessen in het vak bewegingsonderwijs aan alle groepen in het basisonderwijs.
5.3
Beleidsvoornemens/plannen
De komende jaren wordt aandacht besteed aan een verdere implementatie van het Integraal Personeelsbeleid in al zijn facetten. Met het oog op de toenemende vergrijzing van het personeelsbestand en de te verwachten omvang van het natuurlijk verloop is het, anticiperend op deze ontwikkeling, van groot belang tijdig te investeren in nieuwe werknemers. Bovenschools zijn inmiddels middelen opgenomen voor de inrichting van een talentenpool. Met een doorstroom van de talentenpool naar reguliere functies wordt ook op de langere termijn een concrete invulling gegeven aan het kwaliteitsbeleid.
70
Schoolplan 2011-2015
Op school nemen het teamgevoel en de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de gehele school een grote plaats in. De leerkracht was vaak koning in een eigen, vaste klas, met weinig beïnvloeding van buitenaf. Bovendien waren er ook weinig mogelijkheden voor heren bijscholing. Hierin is duidelijk verandering gekomen. De leerkracht heeft vaak met meerdere groepen kinderen te maken en heeft door een taakverdeling binnen het schoolteam een takenpakket voor algemene schooltaken. Er worden jaarlijks functioneringsgesprekken gehouden. Er wordt een meerjarenbeleidsplan opgesteld, waaraan ook een scholings- en begeleidingsplan is gekoppeld (POP). Er wordt bij het bestuur verantwoording afgelegd over de scholing en de besteding van de scholingsgelden van elk jaar. Collega’s kunnen bij elkaar in de groep kijken en hebben de mogelijkheid op een andere school te gaan kijken. Daarnaast zijn er op bestuurlijk niveau verschillende afspraken gemaakt en notities geschreven, die tot doel hebben de kwaliteit van de arbeid en het welbevinden van het personeel te verhogen. De directie heeft meerdere malen per jaar collegiaal overleg met directies van andere Daltonscholen in de regio over o.a.personeelsbeleid. De directie heeft daarnaast een keer per vijf weken collegiaal overleg(netwerkbijeenkomst) met directies van andere Consentscholen. Op basis van wensen van de diverse teams worden gezamenlijke scholingsonderwerpen in een nascholingsplan (gebaseerd op het schoolplan) vastgesteld. Een gedeelte van het scholingsgeld wordt daarvoor gereserveerd. Ook bij de directies geldt van en aan elkaar leren als uitgangspunt. In een schema geven wij hieronder aan welke onderwerpen ten aanzien van het personeelsbeleid in samenwerking met het bestuur zijn of worden ontwikkeld.
Het bestuurlijk meerjarenformatieplan vormt de basis voor het te voeren formatiebeleid. De omvang van de totale formatie wordt in beeld gebracht en verschuivingen kunnen worden voorzien. Het bevoegd gezag stelt de structureel de gewenste formatie vast, evenals de tijdelijke formatie en de projectformatie. Jaarlijks wordt per school de formatie bepaald en vastgelegd in het schoolformatieplan. De directie van de school bepaalt in overleg met het personeel en medezeggenschapsraad de inzet van de fre’s. De onderbouwgroepen worden zo klein mogelijk gehouden. Voor het vormingsgebied handvaardigheid maken wij gebruik van een vakleerkracht. Deze leerkracht verzorgt de handvaardigheidslessen in de groepen 3 t/m 8. Taakbeleid: Wij houden ons intensief bezig met het opzetten van taakbeleid voor onze school. In overleg met het bestuur is er een invoeringsplan opgesteld, dat ten doel heeft een evenredige taakverdeling en taakbelasting per personeelslid te realiseren. Dit heeft geleid tot de volgende resultaten: - inventarisatie van taken; - omschrijving van de taken - bepaling van taken in tijd. - Regeling taakbeleid beginnende leerkacht en oudere leerkracht. Jaarlijks vindt er in juni een vergadering plaats waarin we de plannen voor het volgend schooljaar bespreken. Tijdens deze vergadering wordt ook de taakverdeling voor het nieuwe schooljaar besproken. Eventuele nieuwe taken worden dan meegenomen en beschreven. Enige weken voor bovengenoemde vergadering vindt er een evaluatie van de taken plaats, waarbij ook gekeken wordt naar de tijdsomschrijving.
71
Schoolplan 2011-2015
Beleid ten aanzien van loopbaan en scholing. De leerkrachten worden in jaarlijks in gelegenheid gesteld om deel te nemen aan nascholings- en bijscholingscursussen. Voor de komende jaren is afgesproken dat iedereen zich zal bijscholen op het gebied van ICT, VVE en Dalton. Deze nascholing/bijscholing wordt bekostigd uit het nascholingsbudget. Tijdens de functioneringsgesprekken komen deze onderwerpen aan de orde en worden met de personeelsleden hierover afspraken gemaakt. De nascholings- en bijscholingsplannen worden verwerkt in het nascholingsplan. Overige beleidsterreinen: beleidsvoornemens en karakteristiek In dit hoofdstuk gaat het om een antwoord op de vraag: 'Hoe gaat ons onderwijs op de volgende beleidsterreinen er uitzien?: • Algemeen (strategisch) beleid • Financieel beleid. • Materieel beleid. • Relationeel beleid (of beleid ten aanzien van externe contacten). We kunnen dan een totaal beeld geven van de beleidsterreinen, die ingrijpen op het onderwijs op onze school. We zijn na zo'n uitwerking nog beter in staat de kansen en bedreigingen aan te geven, waardoor het kwaliteitsbeleid van ons onderwijs verder wordt versterkt. Algemeen (strategisch) beleid. Het beleid van onze school is erop gericht de komende jaren als zelfstandige scholen met een eigen identiteit te blijven functioneren en het leerlingenaantal te laten groeien. Hoewel wordt erkend, dat scholen in de directe omgeving uiteindelijk concurrenten zijn, zal er naar worden gestreefd ook met deze scholen tot nauwere samenwerking te komen. Daarover zijn op lokaal niveau afspraken gemaakt, bijvoorbeeld in het lokale onderwijs (achterstanden)plan, in het Weer Samen Naar School-verband en in de werkgroep huisvesting. In deze werkgroepen wordt het totale primair en voortgezet onderwijs vertegenwoordigd. Daarnaast gaan wij uit van onze eigen kracht, waarbij wij worden ondersteund door het bestuur. Het beleid is er op gericht om de kwaliteitskenmerken van de school, zoals verwoord in de missie, te versterken en te profileren. Financieel beleid. Kwalitatief en resultaatgericht onderwijs vraagt om een effectieve en efficiënte inzet van de middelen en een goede verantwoording daarvan. Sinds 1995 werken wij met de budgetregeling zelfbeheer openbaar basisonderwijs. De school ontvangt jaarlijks het budget voor: a) Onderhoud, vervanging en vernieuwing onderwijsleerpakket b) Culturele vorming c) Overige uitgaven d) Waterverbruik e) Energieverbruik. De directeur dient tweemaal per jaar een financieel overzicht in te dienen.
72
Schoolplan 2011-2015
Materieel beleid. De aanschaf van materialen zal ook worden gebaseerd op het opgestelde meerjarenplan. Waar het gaat om onderhoudswerkzaamheden vindt er afstemming plaats met de betreffende ambtenaar. Het onderhoud aan de school is nog geheel in handen van de lokale overheid.. Bij de aanschaf van materialen zal zoveel mogelijk in een gezamenlijk proces worden geopereerd. Het komende jaar willen we een beleidsplan vaststellen ten aanzien van de aanschaf van materialen. Relationeel beleid (of beleid ten aanzien van externe contacten) De school functioneert niet op een eiland. Contacten met ouders, andere scholen uit het primair en voortgezet onderwijs, scholings- en begeleidingsinstellingen en instellingen voor de jeugdhulpverlening zijn noodzakelijk om onderwijs van een kwalitatief hoog niveau te kunnen leveren. Het beleid van de school zal de komende periode zijn gericht op het in stand houden/verbeteren van interne en externe contacten. Dit betekent dat wij de komende periode tot plannen komen om: a. de contacten met ouders te versterken; b. een plan om de profilering van de basisschool in het dorp te versterken.
6
Overige beleidsterreinen
6.1
Ons algemeen strategisch beleid
Hieronder de inleiding uit het lopende Strategisch beleidsplan. 2007-2012 Voorstel is om deze inleiding op te nemen en verder te verwijzen naar het geldende beleidsplan. Als volgend jaar een nieuw beleidsplan wordt vastgesteld geldt die verwijzing automatisch het dan vastgestelde beleidsplan.
Inleiding In het Strategisch Beleidsplan 2007 – 2012 ‘Goed onderwijs is onze kracht’ hanteren we de volgende missie: Het aanbieden van openbaar basis- en (voortgezet) speciaal onderwijs van hoge kwaliteit, dat in voldoende mate beschikbaar is voor de gemeenschap in de gemeente Enschede. Op basis van dit Strategisch Beleidsplan 2007 – 2012 komen we tot een vertaling van de gewenste toekomst voor Consent naar een aanpak hiervoor. In de hier voorliggende Meerjarenaanpak 2007 – 2012 geven we in een meerjarenplanning aan welke doelen we in deze periode willen bereiken, wat de producten hiervan zijn, in welk jaar deze gerealiseerd zullen zijn en tegen welke kosten. Niet alle wensen zullen gerealiseerd kunnen worden. Beleid maken is immers kiezen. In deze aanpak worden de speerpunten van ons beleid benoemd. Dat houdt in dat op de genoemde activiteiten de nadruk van het bovenschools beleid zal worden gelegd en (extra)
73
Schoolplan 2011-2015 middelen zullen worden ingezet. Dat neemt niet weg dat de hierna niet expliciet genoemde activiteiten geen aandacht zullen krijgen. Zo zal in de diverse schoolplannen en bij de besteding van reguliere middelen het Strategisch Beleidsplan 2007-2012 herkenbaar zijn, zoals bijvoorbeeld de veelzijdigheid van ons onderwijsaanbod. Kwaliteitsbeleid is het omvattende speerpunt voor de komende 5 jaar.
6.2
Ons financieel beleid
Sinds 2006 kent het primair onderwijs lumpsumfinanciering. Dit betekent aan de ene kant beleidsmatige vrijheid ten aanzien van de besteding van de middelen, maar dit brengt anderzijds ook financiële risico’s en verplichtingen met zich mee. De lumpsumfinanciering is gebaseerd op de leerlingaantallen van het voorgaande schooljaar (t-1). De formatie wordt binnen Stichting Consent verdeeld op basis van de leerlingaantallen van het betreffende schooljaar (t). Bij een stijging van het leerlingaantal betekent dit een (bovenschoolse) voorfinanciering voor Stichting Consent. Het beleid van het bestuur kan alleen worden uitgevoerd als er op korte en lange termijn een gezonde financiële basis aanwezig is. Ondanks structureel lagere inkomsten vanaf 2011, is daarvan op dit moment sprake. Zie hiervoor de ‘(meerjaren)begroting 2011’, waarin tevens de speerpunten van beleid zijn verwoord. Als input voor de begroting van Consent, wordt er jaarlijks een schoolbegroting door de schooldirecteur opgesteld. De schooldirecteur krijgt hiertoe een indicatie-begroting toegestuurd vanuit het bestuursbureau. De schoolbegroting moet uiterlijk (eind) oktober door de MR worden voorzien van een advies. De schooldirecteur dient de begroting vervolgens in bij het College van Bestuur (CvB). De begroting van Consent wordt in de december - vergadering van de GMR van een advies voorzien. Na goedkeuring door de Raad van Toezicht kan vervolgens vanuit het CvB terugkoppeling plaatsvinden naar de schooldirecteuren inzake de schoolbegrotingen. Voor een voorbeeld schoolbegroting en een toelichting hierop wordt verwezen naar de ‘Leeswijzer behorende bij de voorbeeldbegroting voor de school’. Vergoedingen Het overgrote deel van de inkomsten bestaat uit de vergoedingen (lumpsum) voor: - personeel; - materieel; en - personeel & arbeidsmarktbeleid (P&A). De vergoeding die de school ontvangt voor personeel wordt per schooljaar bepaald op basis van het leerlingaantal van het betreffende schooljaar (t). De vergoeding die de school ontvangt voor materieel wordt per kalenderjaar bepaald op basis van het leerlingaantal op 1 oktober van het voorgaande jaar (t-1). De vergoeding die de school ontvangt voor P&A is gebaseerd op een percentage (2011: 30%, 2012: 15%) van de rijksvergoeding P&A. Van het vervangingsfonds ontvangt de school een vergoeding voor de kosten van vervanging van personeel. De administratieve verwerking van bovenstaande vindt plaats op het bestuursbureau.
74
Schoolplan 2011-2015 Overige inkomsten De overige vergoedingen zijn deels afhankelijk van de leerling-populatie en verschillen hierdoor per school. Hierbij kan gedacht worden aan: - subsidie voor rugzakleerlingen; - subsidie in verband met impulsgelden; - subsidie voor versterking cultuureducatie; - bestemmingsbox taal en rekenen; en - lerarenbeurs voor scholing en zij-instromers. Daarnaast ontvangen scholen een ouderbijdrage, bijvoorbeeld ter vergoeding van overblijfkosten. In het geval dat er op een locatie sprake is van medegebruik, vindt een doorberekening van exploitatiekosten plaats. Voor scholen welke een structurele groei van het leerlingenaantal niet langer kunnen opvangen met de toegekende formatie danwel geconfronteerd worden met (andere) klemmende situaties op het gebied van de formatie die zonder ingrijpen zouden leiden tot ernstige gevolgen voor de onderwijskwaliteit, is een bovenschoolse budget voor flankerend beleid aanwezig. Voor de beleidslijnen hieromtrent wordt verwezen naar het document ‘Beleidslijnen flankerend beleid’. De administratieve verwerking van bovenstaande vindt plaats op het bestuursbureau. Besteding De budgethouder (i.c. de schooldirecteur) is gemandateerd om binnen het aan hem/haar beschikbaar gestelde budget verplichtingen aan te gaan. Indien de verplichting hoger is dan EUR 25.000 (excl. BTW) geldt dat het College van Bestuur de uitgaande opdracht tekent. Inkoopfacturen worden door de budgethouder getekend voor akkoord, waarna de facturen door het bestuursbureau geregistreerd en betaalbaar gesteld worden. Beheer De schooldirecteur is er verantwoordelijk voor dat de bestedingen binnen de beschikbaar gestelde budgetten blijven. Maandelijks worden hiertoe via intranet budgetoverzichten door het bestuursbureau beschikbaar gesteld aan de scholen. Voor een voorbeeld van en een toelichting op de budgetoverzichten zie de ‘Handleiding inzake budgetoverzichten’. Per kwartaal vindt monitoring op de budgetten plaats vanuit het bestuursbureau. Daar waar nodig vindt een gesprek met de schooldirecteur plaats en worden acties genomen danwel worden prognoses bijgesteld. Reservering Scholen hebben reserves. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen verplichte reserves (weerstandsvermogen) en reserves boven de norm (van het verplichte weerstandsvermogen). Schooldirecteuren kunnen bestedingsplannen indienen voor hun reserve boven norm (surplus). Deze bestedingsplannen dienen door de MR goedgekeurd te worden. Bestedingen op basis van de reserve boven norm kunnen enkel plaatsvinden op basis van een door het College van Bestuur goedgekeurd bestedingsplan. Bovenschools vindt monitoring plaats van de uitputting van de reserve boven norm. Reserveringen voor groot onderhoud vinden plaats op bovenschools niveau.
75
Schoolplan 2011-2015
Verantwoording (wie, wat (jaarverslag), wanneer) Stichting Consent stelt jaarlijks jaarstukken op, waarin het financieel beleid en financiële positie van heel Consent tot uiting komt. Per kwartaal wordt door het bestuursbureau een integrale managementrapportage opgesteld, waarin elementen terugkomen met betrekking tot financiën, leerlingaantallen, personeel en onderwijskwaliteit. Scholen die hierbij op onderdelen afwijken van de norm, dienen hierover verantwoording af te leggen richting het College van Bestuur. Daarnaast vindt verantwoording over het beleid van de school plaats tijdens de jaarlijkse schoolbezoeken met het College van Bestuur
6.3
Ons huisvestings- en materieel beleid
Huisvesting in het onderwijs is een beleidsterrein waarbij besturen in belangrijke mate afhankelijk zijn van het gemeentelijk beleid. In dat kader is in Enschede de “Beleidsnotitie onderwijshuisvesting” uitgangspunt. Uit dit beleidsdocument citeren wij onderstaande passage: Onderwijshuisvestingsbeleid; beleidsuitgangspunten en concrete projecten Vanwege de voortdurende ontwikkelingen in leerlingenstromen en wijzigingen in het landelijke en (mede daardoor) lokale onderwijsbeleid is onderwijshuisvesting een dynamisch beleidsterrein. Wijzigingen in onderwijsbeleid (bijvoorbeeld passend onderwijs) en leerlingenstromen leiden tot veranderende ruimtebehoeften, zowel kwantitatief als kwalitatief. Het is tevens een complex beleidsterrein omdat de verantwoordelijkheid voor het primaire onderwijsproces bij de schoolbesturen ligt en niet bij de gemeenten. Keuzes om het onderwijsconcept te wijzigen, samenwerking met andere maatschappelijke partners aan te gaan, het opheffen van locaties en/of centreren van leerlingengroepen zijn des schoolbestuur, terwijl de ruimtelijke consequenties wat betreft de onderwijshuisvesting bij de gemeente liggen. Deze dynamiek en complexiteit vraagt een goede en constructieve interactie tussen de Gemeente Enschede en de schoolbesturen ter voorkoming dat het huisvestingsbeleid van de gemeente slecht volgend is en zich moet aanpassen aan voortdurende wijzigingen. De praktijk van de afgelopen jaren heeft echter laten zien dat er sprake is van een goede interactie en afstemming van het onderwijskundige beleid van de schoolbesturen en het huisvestingsbeleid van de Gemeente Enschede. De noodzaak van deze afstemming zal de komende jaren alleen maar toenemen. De daling van het leerlingenaantal betekent dat de bestaande capaciteit effectief en efficiënt moet worden ingezet en dat kapitaalvernietiging wordt voorkomen door verder gaande niet noodzakelijke uitbreiding van de capaciteit. In deze paragraaf wordt nader ingegaan op hoe in de gesignaleerde context het huisvestingsbeleid de komende jaren ingevuld zou moeten worden en welke concrete projecten nog gerealiseerd moeten worden.
76
Schoolplan 2011-2015 Consent heeft in haar strategisch beleidsplan een huisvestingsbeleid vastgesteld dat ondersteunend is aan haar missie. De kwantitatieve component van die missie heeft betrekking op de beschikbaarheid van voldoende locaties, en vraagt om een beleidsvisie ten aanzien van onderwijshuisvesting. Huisvesting is, vanuit het belang van de organisatie, gebruikersgericht en hanteert om die reden het uitgangpunt dat: “het vastgoed van de organisatie de ondernemingsdoelstellingen maximaal dient te ondersteunen”. Strategisch huisvestingsbeleid is afgeleid van de missie van Consent en wordt vertaald in de volgende algemene huisvestingsdoelen. • • •
Huisvesting dient kwalitatief goed te zijn. Huisvesting dient in een finacieel solide setting gemanaged en beheerd te worden. Huisvesting draagt bij aan een sterke positie van het openbaar basisonderwijs.
Gezien de structurele daling van het aantal leerlingen, de leegstand en de te hoge exploitatielasten die daaruit volgen, dient er specifieke aandacht te zijn voor de spreiding van de onderwijsgebouwen in de wijk en in de stad. Hiertoe is een specifiek “spreidingsbeleid”ontwikkeld door Consent: Spreidingsbeleid Huisvesting “Van goed naar beter”. Het openbaar primaire onderwijs heeft te maken met de dynamiek van verschillende omgevingen en deelmarkten. Sommige scholen groeien en andere scholen hebben een afnemend of stabiel aantal leerlingen. In het ene geval loopt bijvoorbeeld het aantal kinderen in de wijk terug en in het andere geval heeft een school een grote aantrekkingskracht vanwege een bepaald concept dat gevoerd wordt. Om die reden is een combinatie van strategieën noodzakelijk om adequaat in te kunnen spelen op de specifieke lokale situaties. a. b. c.
Terugtrekking waar het structureel minder gaat. Stabilisatie in stabiele omgeving. Groei waar marktpotentieel.
Op basis van eerdergenoemde notitie “Van Goed naar Beter” zijn alle basisscholen die onder Consent vallen in kaart gebracht en gescreend. Hiervoor verwijzen we naar “Screening gebouwen 2010”. Deze screening wordt periodiek aangepast aan de actualiteit en vormt in hoge mate de basis voor investeringsplannen m.b.t. huisvesting. Overigens zal de bestaande screenings - systematiek gedurende deze planperiode aangepast en verder verfijnd worden.
6.4
Ons relationeel beleid 1. Processen: communicatie 1. Externe communicatie
De externe communicatie van Consent met de omgeving is van groot belang. Het gaat hier om: Verantwoording afleggen
77
Schoolplan 2011-2015 Steeds meer actoren rondom de school Nieuwe ontwikkelingen zoals de BSO Meer bevoegdheden voor de medezeggenschapsraad Mondige ouders Kwaliteit van het onderwijs De rol van de onderwijsinspectie En natuurlijk het leerlingaantal. Dit leerlingaantal is voor de financiering van ons onderwijs en daarmee voor de continuïteit van levensbelang. Na 10 jaar structurele daling constateren we op 1 oktober 2007 voor het eerst een stabilisering en zelfs een voorzichtige groei van het leerlingaantal. Een heuglijk feit! Communicatie met de omgeving en vooral met onze huidige en potentiële klanten (de ouders en kinderen) is de brandstof van de groei van onze organisatie. We zullen ons intensief moeten richten op onze doelgroepen, op het bevragen van hun wensen, hun (on)tevredenheid met ons onderwijs en bovenal de dialoog met hen aan moeten gaan over het gewenste onderwijs voor de kinderen. Dit vereist een marketingstrategie op Consentniveau die onze scholen ondersteunt in hun specifieke marketing – en communicatiebeleid. Voor de inzet van deze strategische marketing met als doel de groei van onze organisatie te bevorderen willen we jaarlijks € 100.000,- investeren. 2. Interne communicatie Bij communicatie gaat het erom contact te maken en te houden met de ander. Communicatie is van groot belang. De interne communicatie binnen Consent is gericht op het zo optimaal mogelijk laten verlopen van het besluitvormingsproces. Daar is een groot aantal interne actoren bij betrokken. In dit stuk richten wij ons op de bovenschoolse context binnen Consent. De actoren zijn: Gemeenteraad Raad van Toezicht Directeur/Bestuurder Staf en servicebureau Schooldirecteuren Het onderwijs en ondersteunend personeel GMR WSNS coördinator Coördinator versterking openbaar onderwijs Met deze actoren hebben wij in 2005 een beleidsontwikkelingtraject afgesproken, dat zich kenmerkt door een grote betrokkenheid van alle deelnemers.
De huidige overlegstructuur, waarin de mogelijke inbreng van de schoolteams, de schooldirecteuren en de staf samen met de directeur/bestuurder is geregeld scoort hoog op het ‘betrokkenheidniveau’. In verband met de effectiviteit is er een logische opvolging van de vergaderingen van de netwerken, de beleidscommissies en de informatiemiddag voor directeuren. Dit betekent dat deze vergaderingen centraal gepland worden.
78
Schoolplan 2011-2015
Deze netwerken zijn als volgt samengesteld: Oost Wooldrik Esmarke Park Stokhorst Lipper Glanerbrug Noord Glanerbrug Zuid Willem Wilmink La Res Roombeek Imenhof De Linde
Zuid Helmerhoek Bijvank Het Lang Averbeke Stroink Vastert Wielerbaan Broekheurne Molenbeek Saller Tender
Centrum Prinseschool Zeggelt Bothoven Stadsveld Lonneker Europa Twekkelerveld Palet Dr. M.L. Kingschool Spinaker Kompas
Dit leidt tot een aanpassing van het organigram beleidsontwikkeling binnen Consent
79
Schoolplan 2011-2015
Organigram beleidsontwikkeling Consent september 2007
Gemeenteraad
Directeur/ Bestuurder
Raad van Toezicht
Controller
GMR
Staf
Adviesraad
Cie Personeel en Financien
Cie Onderwijs en Organisatie
Cie Huisvesting
Netwerk Oost
Netwerk Centrum
Netwerk Zuid
Schoolteams en medezeggenschapsraden 80
Schoolplan 2011-2015
7
Onze zorg voor kwaliteit
7.1
Inleiding
Opbrengstgericht en handelingsgericht werken. Het samenwerkingsverband WSNS 0804, Steunpunt Onderwijszorg Enschede is in het schooljaar 2006-2007 gestart met het leesverbeterplan. De wetenschappelijke opzet van dit plan stond onder verantwoordelijkheid van dr. Kees Vernooy, Bij de uitvoering en de implementatie van het leesverbeterplan waren CPS, Steunpunt Onderwijszorg en Expertis betrokken. Het Leesverbeterplan Enschede werd mogelijk gemaakt door projectbureau Kwaliteit,
7.2
De doelen van onze kwaliteitszorg
Het Leesverbeterplan heeft als basis het verhogen van de kwaliteit van het onderwijs. Dit is de basis gebleven, in de loop van de uitvoering van het plan heeft verdieping plaatsgevonden.
Opbrengstgericht werken- handelingsgericht werken -passend onderwijs. Laag 1: algemeen. (85%)
Laag 2: specifiek (10%)
laag 3:Passend (5%)
Opbrengstgericht werken (OGW) Onder opbrengstgericht werken verstaan we:
81
Schoolplan 2011-2015 Het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van prestaties. • •
HOGE DOELEN HOGE VERWACHTINGEN
Handelingsgericht werken (HGW) Onder handelingsgericht werken verstaan we: HGW beoogt de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding te verbeteren. De leerkrachtcompetenties staan centraal. • ONDERWIJSBEHOEFTEN -kwaliteit en effectiviteit van de instructie -leertijd • ONDERSTEUNING- EN BEGELEIDINGSBEHOEFTEN -werkhoudingsaspecten -gedragsaspecten. In het volgende schema wordt aangegeven, dat opbrengstgericht en handelingsgericht werken op elke niveau van toepassing is:
opbrengstgericht handelingsgericht Laag 1: Algemeen: basiszorg
Doelen Leesverbeterplan Doelen Rekenverbeterplan streefkwaliteit
•Kwaliteit instructie •leertijd •klassenmanagement •Pedagogisch klimaat -Relatie leerkracht-leerling -Pedagogische stijl
Laag 2: Specifiek: breedtezorg
Ontwikkelingsperspectief Leerrendementsverwachting Uitstroombestemming
•Specifieke onderwijs behoeften -aanpassingen in het HOE -veranderingen in het WAT (onderwijsaanbod) •Specifieke pedagogische behoeften -Interactiewijzer -Oplossingsgericht werken -Kid-skills •Stimulerende en belemmerende factoren
Laag 3: Passend : dieptezorg
Ontwikkelingsperspectief Leerrendement Uitstroomprofiel
Streefkwaliteit Fundamentele kwaliteit
Onderwijszorg-arrangement Specifieke pedagogische en didactische behoeften Passend-Onderwijs-groep Speciaal (basis) onderwijs.
Opbrengstgericht werken (OGW)en handelingsgericht werken (HGW) krijgen in elke laag een andere invulling. Laag 1: de basiszorg. Het betreft de algemene aanpak, zoals regels en routines, afspraken over klassenmanagement, het zelfstandig werken, het toepassen van het Directe Instructie Model, etc. OGW zijn de algemene doelen. Voor D en E leerlingen wordt de instructie geïntensiveerd. Voor A en A+ leerlingen wordt gezocht naar compacten, verrijken of versnellen.
82
Schoolplan 2011-2015
Als een leerling herhaald en aantoonbaar onvoldoende profiteert van het excellente onderwijsaanbod (basiszorg), dan is dit een leerling met specifieke onderwijsbehoeften. Laag 2, de breedtezorg, leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, zoomt in op kansen en belemmeringen (stimulerend en belemmerend) op basis van handelingsgericht-procesonderzoek. Dit resulteert in een eigen leerweg, het opstellen en het uitvoeren van ontwikkelingsperspectief (I-HOP). Het inzetten van zorgmiddelen / deskundigheid / ondersteuning vanuit passend onderwijs. Laag 3: de dieptezorg. Voor leerlingen, waar zeer specifieke deskundigheid vereist is. Deze dieptezorg is zo specialistisch, dat verwijzing noodzakelijk is. Onderwijszorgarrangement. Ook hier het opstellen en het uitvoeren van ontwikkelingsperspectief OGW en HGW
DATAMUUR – ROUTE - ENSCHEDE 1 ALGEMEEN Reguliere aanbod. Alle leerlingen
2. SPECIFIEK LEERLINGEN MET SPECIFIEKE ONDERWIJS BEHOEFTEN.
3.
Passend onderwijs
7.3
DATAMUUR
LEERKRACHTCOMPETENTIES
Groepsplan gebaseerd op INSTRUCTIEBEHOEFTEN: AB onafhankelijk C gevoelig DE afhankelijk CONVERGENTE DIFFERENTIATIE Intensivering groepsplan voor D en E leerlingen.
Doelen en leerstof centraal
Opbrengstgericht: •hoge doelen •Hoge verwachtingen
Handelingsgericht • Kwaliteit en effectiviteit instructie • Tijd • Werkhoudingsaspecten • Gedragsaspecten.
-Handelingsgerichte – proces- diagnostiek -Ontwikkelingsperspectief leerrendementsverwachting uitstroombestemming -Individueel Handelingsplan gebaseerd op ontwikkelingsperspectief
Specifieke onderwijs-, ondersteuningsen/ of begeleidingsbehoeften
Onderwijszorgarrangement.
Breedtezorg (importeren van hulp) Dieptezorg (verwijzen)
-Wat kan een leerling wel? -Wat heeft een leerling nodig? -Wat betekent dit voor de leerling? -Wat betekent dit voor de leerkracht?
De inrichting van onze kwaliteitszorg
Bij Consent is op structurele wijze de kwaliteitszorg bovenschools georganiseerd. Er is een kwaliteitsgroep bestaande uit een bestuurder, de twee directeuren van de SBO scholen, de coördinator van het Steunpunt WSNS en een medewerker vanuit het stafbureau.
83
Schoolplan 2011-2015 Deze “kwaliteitsgroep” heeft tot doel: versterken van opbrengstgericht en handelingsgericht werken door systematisch en doelgericht te werken aan het maximaliseren van de prestaties. Ze gaat uit van de directeur als onderwijskundig leider en leerkrachtcompetenties, en hanteert datafeedback en een periodieke kwaliteitsrapportage als uitgangspunten. De kwaliteitszorg vindt plaats in halfjaarlijkse cycli. Na elke toetsperiode (M E – toetsen) leveren de scholen alle data aan. De kwaliteitsgroep analyseert alle data waarna op centrale bijeenkomsten van het Steunpunt Onderwijszorg – feedback en feedforward wordt gegeven. Vervolgens worden de data door de directeuren op netwerkniveau besproken waarbij de netwerken functioneren als “leergemeenschap”. Daarna worden de data m.b.t. eerdergenoemde “Datamuur” op schoolniveau in de teams besproken en leiden ze waar nodig tot verbeterplannen. Op basis van de data-analyse door de kwaliteitsgroep kan gevraagd of ongevraagd ondersteuning aan scholen worden aangeboden. Hiervoor zijn beide directeuren van de SBO scholen en de coördinator van het Steunpunt beschikbaar. Indien resultaten daartoe aanleiding geven kan ook overgegaan worden tot het direct aanspreken van de schooldirectie door de bestuurder. In alle gevallen waarbij ondersteuning noodzakelijk wordt geacht, zal een verbeterplan worden opgesteld.
84
Schoolplan 2011-2015 7.4
Procedure voor kwaliteitszorg PROCEDURE VOOR KWALITEITSZORG Aspecten (zie voorbeeld in paragraaf 4.6.3)
Er zijn schriftelijk vastgelegde afspraken en meestal activiteiten die daaruit voortvloeien.
Er zijn nog geen schriftelijk vastgelegde afspraken.
De afspraken worden gemaakt en schriftelijk vastgelegd. N.B. Er kunnen activiteiten uit voortvloeien. De activiteiten en het bespreken van de afspraken worden ingepland.
De afspraken worden besproken. Zijn het goede afspraken? Leiden ze tot voldoende kwaliteit? De afspraken leiden tot voldoende/goede kwaliteit.
De afspraken leiden tot onvoldoende kwaliteit.
We blijven ons aan deze (nieuwe) afspraken houden en het bespreken ervan wordt weer ingepland. (kwaliteit behouden)
Er wordt in kaart gebracht waarom de afspraken tot onvoldoende kwaliteit leiden.
Hebben de oorzaken iets met de afspraken te maken?
N.B. Als door onvoorziene
Nee
Ja
Oorzaken zonodig zo goed mogelijk
Afspraken aanpassen en het
85
Schoolplan 2011-2015 omstandigheden of bepaalde signalen afspraken eerder dan gepland besproken moeten worden, wordt de planning aangepast.
7.5
aanpakken en nagaan of de afspraken over een ander aspect aangepast moeten worden.
bespreken ervan weer inplannen.
Beleidsvoornemens/plannen
passend onderwijs. Onderwijszorgarrangementen. Schoolbesturen krijgen in kader van passend onderwijs een zorgplicht. Dit verplicht schoolbesturen om te zorgen voor passend onderwijs voor alle leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte die op de school worden aangemeld of al staan ingeschreven. Onderwijs en ondersteuning moeten passend zijn, en dus aansluiten op de ontwikkeling van het kind, de mogelijkheden van het personeel en de wensen van de ouders. Als passend onderwijs niet geboden kan worden op de school waar de leerling is aangemeld of staat ingeschreven, dan moet binnen het samenwerkingsverband worden gezocht naar een plek waar dat wel kan. Dit kan ook een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs zijn. De zorgprofielen van de scholen, speciale bovenschoolse voorzieningen (zoals speciale klassen) en de afspraken met het speciaal onderwijs moeten samen zorgen voor een dekkend aanbod van onderwijszorg. De samenwerkingsverbanden WSNS gaan uit van de wet. Er komt een nieuw samenwerkingsverband passend onderwijs.Dit samenwerkingsverband valt samen met een postcode gebied. De besturen blijven binnen dit samenwerkingsverband autonoom, w.b. de inhoudelijke ontwikkelingen. Binnen het swv wordt een kamer Enschede ingericht. Het bestuur blijft verantwoordelijk voor 5 punten: 1. zorgplicht komt te liggen bij de besturen m.i.v. 01-08-2012. Opdracht om voor alle scholen behorend bij een bestuur het onderwijszorgprofiel vast te stellen: de basiszorg, de breedtezorg en de dieptezorg. 2. besturen van het samenwerkingsverband moeten zorgen voor een dekkend onderwijscontinuüm. Dat betekent dat bij witte vlekken afspraken gemaakt moeten worden voor bao-bao, bao-sbao en bao-so 3. afspraken met externe partners, zoals jeugdzorg en gemeente 4. toekennen van zorgmiddelen op basis van handelingsgerichte diagnostiek 5. betrokkenheid van ouders. “Passend Onderwijs, Samenwerken aan Kwaliteit”. Het bestuur heeft een notitie “Passend onderwijs, samenwerken aan kwaliteit” opgesteld voor het passend onderwijs binnen het samenwerkingsverband. Het bestuur heeft geconstateerd, dat de inhoud van de uitvoering sterk is veranderd, maar dat de structuren hetzelfde zijn gebleven. Het bestuur geeft de volgende aanbevelingen: • versterken van het primaire proces leerkracht-leerling-ouders. • versterken van het handelingsgericht werken door de leerkracht • loslaten van het deficit-denken • toepassen van de ervaringen vanuit het experiment passend onderwijs SBO. 86
Schoolplan 2011-2015 • •
structuur volgt nu ook de inhoud. het landt in de klas en op het bureau van het kind.
Hierbij rekening houden met de volgende punten: • korte en heldere lijnen • verminderen van de bureaucratie • • • • • • • • •
niet alleen D en E leerlingen, maar ook begaafde leerlingen aangeven dat het accent ligt in het primaire proces, de basisdriehoek geen hulpklassen of auti-klassen onderscheid passend onderwijs op basisonderwijs en passend onderwijs op speciaal basisonderwijs. duidelijk maken dat deze opzet geen remedial-teaching oude stijl is. koppeling naar de resultaten van Kind op de Gang. Teamgerichte aanpak Relatie met speciaal onderwijs Inzet van de kwaliteitsgroep
SWV PO diepte-team
SO
Breedte-team Steunpunt onderwijszorg
basis team
orthopedagoog en leerkracht passend onderwijs onderwijskundig leider Onderwijsexpert Onderwijsadviseur Collegiaal-consulent
Speciaal basisonderwijs
ZAT
10%
Onderwijsexpert Collegiaal-consulent
Leerkrachtleerlingouders
5%
Zorgteam
Leerlingen met specifieke onderwijs en/ of ondersteuningsbehoeften
Primaire proces opbrengstgericht en handelingsgericht werken
basiszorg
breedtezorg
dieptezorg
Voor de verdere uitwerking verwijzen we naar het Zorgplan WSNS
Kinderen die extra zorg behoeven Artikel 8 lid 4 WPO geeft het volgende aan ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven,
87
Schoolplan 2011-2015 Het onderwijs is gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoeften van de leerling. In lid 6 staat: De scholen voorzien in een voortgangsregistratie omtrent de ontwikkeling van leerlingen die extra zorg behoeven.
Wetgeving passend onderwijs. Er is wetgeving in de maak in het kader van Passend Onderwijs. Op dit moment is dit traject nog niet afgerond. Het is zeker dat dit in de komende schoolplanperiode gevolgen zal hebben voor de wijze waarop de zorgstructuur op onze school zal gaan functioneren. Het vaststellen van een zorgprofiel zal welhaast zeker een van de opdrachten zijn.
Visie bestuur. Samen met de partners binnen het samenwerkingsverband WSNS 0804 verbreden wij onze zorg t.b.v.leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte. Daarbij staat centraal: • het opbrengstgericht en handelingsgericht werken • het passend onderwijs Uitgangspunt wordt de vraag van de ouders en leerlingen. De ouders melden hun kind aan bij de school van hun voorkeur. Deze school heeft vervolgens de plicht een passend aanbod voor de leerling aan te bieden. Als dit op de betreffende school niet mogelijk is, moet de school een passend aanbod doen op een andere school, waar het kind ook kan worden geplaatst. Ouders hoeven niet langer te ‘shoppen’ langs scholen om hun kind geplaatst te krijgen. Ook hoeven leerlingen voortaan nog maar één indicatietraject te doorlopen. Er komt dus één verwijzing (indicatiestelling) in plaats van de huidige drie (‘wsns’, ‘rugzakje’ en ‘leerwegondersteunend onderwijs’). Er komen regionale steunpunten waar ouders terecht kunnen voor advies over schoolkeuze, indicatiestelling en de beoordeling van het aanbod van de school. Deze onderwijszorgarrangementen moeten ook passen bij de mogelijkheden en bij het niveau van het onderwijszorgprofiel (basiszorg en breedtezorg) van een basisschool en speciale basisschool. Bij de vaststelling vanl leerlingen met specifieke onderwijs en/of ondersteuningsbehoeften wordt op basis van handelingsgerichte proces diagnostiek gekeken naar het specifieke onderwijszorg arrangement voor deze leerling. De school hanteert bij het vaststellen en het uitvoeren van onderwijszorg-arrangementen , die worden vastgelegd in de nieuwe wet- en regelgeving Passend Onderwijs.
Bij de uitvoering van de beleidsvoornemens met betrekking op lezen en rekenen regisseert het “Steunpunt Onderwijszorg”. Voor al onze scholen geldt een uniforme normering en een uniform schema m.b.t. de afname van toetsen, neergelegd in het document “Toetsen en toetskalender lezen en rekenen 201X201X”. Hetzelfde steunpunt stelt jaarlijks een rooster op om te waarborgen dat alle participanten binnen de onderwijszorg elkaars werkzaamheden op elkaar af stemmen. Het gaat hierbij om:
88
Schoolplan 2011-2015 het bestuur van het samenwerkingsverband, de stuurgroep WSNS, de resonansgroep WSNS, ZAT, PCL en DOTSBO. In het document “Rooster 201X-201X Bijeenkomsten, studiedagen, stuurgroep WSNS, Resonansgroep WSNS, Zat, PCL en DOTSBO” wordt hiervan jaarlijks een overzicht gemaakt. Tevens worden jaarlijks (na)scholingsactiviteiten opgezet die erop zijn gericht de kwaliteit van alle betrokkenen te verhogen teneinde de gestelde doelen te bereiken. De scholingsactiviteiten richten zich op: directeuren, interne begeleiders, taalcoördinatoren, groepsleerkrachten, rekencoördinatoren. Het overzicht is opgenomen in het document “Overzicht Nascholingsactiviteiten 201X-201X ”
89
Schoolplan 2011-2015 FORMULIER "Instemming met schoolplan" School:
_____________________________________________
Adres:
_____________________________________________
Postcode/plaats:
_____________________________________________
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------VERKLARING
Hierbij verklaart de medezeggenschapsraad van bovengenoemde school in te stemmen met het van ______________ tot ______________ (datum) * geldende schoolplan van deze school.
Namens de MZR, ________________________ plaats ________________________ datum ________________________ handtekening
________________________ naam ________________________ functie *) maximaal vier jaar
90
Schoolplan 2011-2015
FORMULIER "Vaststelling van schoolplan"
School:
_____________________________________________
Adres:
_____________________________________________
Postcode/plaats:
_____________________________________________
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------VERKLARING
Het bevoegd gezag van bovengenoemde school heeft het van ______________ tot ______________ (datum) * geldende schoolplan van deze school vastgesteld.
Namens het bevoegd gezag, ________________________
plaats
________________________
datum
________________________ handtekening ________________________
naam
________________________
functie
*) maximaal vier jaar
91