Schoolplan 2011-2015 OBS DE ESHOEK
Een veilige plek: waar de kinderen anderen kunnen ontmoeten en zich in rust en vrijheid kunnen ontplooien; het onderwijs uitdaagt; leerkrachten kinderen helpen te zoeken naar hun kwaliteiten en deze kwaliteiten optimaal te ontwikkelen; kinderen leren om te kiezen en verantwoordelijk te zijn voor de gevolgen van deze keuzes; verschillen worden geaccepteerd en gerespecteerd.
Schoolgegevens OBS De Eshoek 9468 BM ANNEN Bezoekadres Molenakkers 30 ANNEN Telefoon: (0592) 271316 E-mail:
[email protected] www.eshoek.nl Directeur: dhr. Jan Post
Woord vooraf Schoolplanperiode Dit schoolplan bestrijkt de periode 2011-2015. Het geeft het beleid weer dat we willen voeren en maakt duidelijk welke keuzes we daarin maken. Totstandkoming van dit schoolplan Dit schoolplan is opgesteld door de directie, in samenspraak met het team en het bevoegd gezag, de Stichting PrimAH. Het bevoegd gezag heeft een format opgesteld dat gehanteerd diende te worden bij het opstellen van het plan. Na het opstellen van het schoolplan is het plan op 01 november 2011 voor vaststelling aangeboden aan het bevoegd gezag. Het plan is op 27 oktober 2011 besproken met de medezeggenschapsraad. Evaluatie en voortgang van de uitvoering Jaarlijks wordt de voortgang geëvalueerd en worden de beleidsvoornemens voor het komend schooljaar vastgesteld. Het schoolplan dient als leidraad en daar waar nodig wordt de planning bijgesteld. Aan het einde van de schoolplanperiode wordt het geheel geëvalueerd. Inbedding in het kwaliteitszorgsysteem Dit schoolplan staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van een integrale en cyclische aanpak van schoolontwikkeling die door alle scholen van Stichting PrimAH wordt gevolgd. In ons schoolprofiel hebben we geschetst wat voor school we willen zijn. Dat hebben we voor alle domeinen van het INK-model vertaald in kritische succesfactoren voor onze schoolontwikkeling en deze uitgewerkt in indicatoren en doelstellingen. Tijdens de zelfevaluatie (bijlage 1) hebben we vastgesteld waar we nu staan met betrekking tot deze indicatoren en doelstellingen en daarop is dit schoolplan gebaseerd. Bij de uitvoering van dit schoolplan gedurende deze schoolplanperiode zal de schoolontwikkeling met actieplannen planmatig tot stand worden gebracht en zullen de bereikte resultaten geborgd worden, waarmee de vierjarige cyclus van Plan/Do/Check/Act afronden en weer aan een nieuwe cyclus kunnen beginnen. PrimAH Alert Voor alle scholen van de stichting zijn de indicatoren voor schoolontwikkeling opgenomen in de PrimAH Alert (zie ook paragraaf 6.10.6), waarmee de scholen en het bevoegd gezag de ontwikkelingen steeds kunnen monitoren. Iedere school heeft hier toegang toe en kan de status van een doelstelling aanpassen als er wat is bereikt, en de relevante borgingsdocumenten uploaden. Hiermee wordt bereikt dat ontwikkelingen inzichtelijk en geborgd zijn en dat steeds een actueel overzicht van de stand van zaken beschikbaar is. Het is daarmee onderdeel van de zelfevaluatie. Dit systeem is toegankelijk voor de directies (voor wat betreft hun eigen school) en voor het bevoegd gezag, dat alle scholen op deze manier kan volgen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
2
Inhoud Inleiding: typering van de school ............................................................................. 6 1 Visie en beleid ................................................................................................... 9 1.1 Visie............................................................................................................. 9 1.1.1 Wettelijk kader en kerndoelen ................................................................ 9 1.1.2 Identiteit.............................................................................................. 9 1.1.3 Ontwikkeling van kinderen ..................................................................... 9 1.1.4 Zorg en begeleiding............................................................................. 10 1.1.5 Pedagogische huisstijl .......................................................................... 10 1.1.6 Didactisch concept: bevordering zelfstandigheid ..................................... 10 1.1.7 Contacten met ouders ......................................................................... 10 1.1.8 ICT.................................................................................................... 10 1.2 Beleidsvorming ............................................................................................ 10 1.2.1 Managementmodel .............................................................................. 10 1.2.2 Omgevings- en toekomstgerichtheid...................................................... 11 1.3 Beleidslijn en indicatoren .............................................................................. 13 1.3.1 Huidige situatie ................................................................................... 13 1.3.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 13 1.3.3 Indicatoren/kengetallen om beleidsvoornemens meetbaar te maken ......... 13 2 Leiderschap en management ........................................................................... 14 2.1 Leiderschap................................................................................................. 14 2.1.1 Onderwijskundig en opbrengstgericht leiderschap ................................... 14 2.1.2 Professionele Leergemeenschap (PLG) ................................................... 14 2.1.3 Besluitvormingsprocedures................................................................... 14 2.1.4 Strategische beleidsvorming en leiderschap ............................................ 15 2.2 Management ............................................................................................... 16 2.3 Beleidslijn en indicatoren .............................................................................. 16 2.3.1 Huidige situatie ................................................................................... 16 2.3.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 16 2.3.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken ..... 16 3 Personeel ......................................................................................................... 18 3.1 Integraal personeelsbeleid (IPB) .................................................................... 18 3.1.1 CAO Primair Onderwijs ........................................................................ 18 3.1.2 Ontwikkelingen van IPB binnen de school (en/of stichting) ....................... 18 3.1.3 Wet BIO (Wet Beroepen In het Onderwijs) ............................................. 18 3.1.4 In de praktijk ..................................................................................... 18 3.1.5 Sollicitatiecode ................................................................................... 19 3.2 Instrumenten personeelsbeheer, -zorg en –sturing .......................................... 19 3.2.1 Begeleiding startende leerkrachten en invallers ....................................... 19 3.2.2 Taakbeleid ......................................................................................... 19 3.2.3 Functioneringsgesprekken .................................................................... 19 3.2.4 Bevorderen mobiliteit .......................................................................... 20 3.2.5 Scholing............................................................................................. 20 3.3 Beleidslijnen en indicatoren ........................................................................... 20 3.3.1 Huidige situatie ................................................................................... 20 3.3.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 20 3.3.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken ..... 21 4 Cultuur en klimaat ........................................................................................... 22 4.1 Schoolcultuur .............................................................................................. 22 4.1.1 Leerklimaat ........................................................................................ 22 4.1.2 Sfeer ................................................................................................. 22 4.1.3 Leerprestaties van kinderen ................................................................. 22
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
3
5
6
4.1.4 Feedback door leerkrachten.................................................................. 23 4.1.5 Leeromgeving ..................................................................................... 23 4.1.6 Veiligheid en sociale veiligheid .............................................................. 23 4.1.7 Externe contacten ............................................................................... 24 4.2 Cultuur voor medewerkers ............................................................................ 26 4.2.1 Verwachtingen .................................................................................... 26 4.2.2 Eigen ontwikkeling .............................................................................. 26 4.2.3 Communicatie .................................................................................... 26 4.2.4 Functioneren en tevredenheid ............................................................... 27 4.3 Cultuur voor leerlingen ................................................................................. 27 4.3.1 Omgaan met verschillen ...................................................................... 27 4.3.2 Onderwijs .......................................................................................... 27 4.3.3 Leerstofjaarklassensysteem .................................................................. 27 4.3.4 Didactisch concept .............................................................................. 27 4.3.5 Schoolregels ....................................................................................... 28 4.3.6 Leerling-enquête ................................................................................. 28 4.4 Cultuur voor ouders ..................................................................................... 28 4.4.1 Communicatie met ouders.................................................................... 28 4.4.2 Medezeggenschapsraad ....................................................................... 29 4.4.3 Ouderraad .......................................................................................... 29 4.4.4 Klassenouder ...................................................................................... 30 4.4.5 Ouderenquête..................................................................................... 30 4.5 Beleidslijn en indicatoren .............................................................................. 30 4.5.1 Huidige situatie ................................................................................... 30 4.5.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 30 4.5.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken ..... 30 Middelen en voorzieningen .............................................................................. 32 5.1 Huisvesting en uitrusting .............................................................................. 32 5.2 Financiën .................................................................................................... 33 5.2.1 Lumpsum ........................................................................................... 33 5.2.2 Zelfbeheerbudget scholen .................................................................... 33 5.2.3 Zorgmiddelen (WSNS/Rugzakgelden) .................................................... 34 5.2.4 Sponsoring ......................................................................................... 34 5.3 Materieel beleid ........................................................................................... 34 5.3.1 Meerjaren onderhoudsplan gebouw ....................................................... 34 5.3.2 Meerjarenplan vervanging methodes ..................................................... 35 5.4 Beleidslijnen en indicatoren ........................................................................... 35 5.4.1 Huidige situatie ................................................................................... 35 5.4.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 35 5.4.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken ..... 35 Management van onderwijs- en ondersteunende processen ............................ 37 6.1 Visie op ontwikkeling en onderwijs ................................................................. 37 6.1.1 Ontwikkeling van kinderen ................................................................... 37 6.1.2 Bevordering van leergebiedoverstijgende kerndoelen............................... 39 6.1.3 Resultaat- en opbrengstgericht werken .................................................. 40 6.1.4 Aansluiting handelingsgericht werken/implementatie 1-zorgroute ............. 40 6.2 Pedagogische huisstijl .................................................................................. 41 6.2.1 Uitgangspunten .................................................................................. 41 6.2.2 De uitwerking in de praktijk ................................................................. 42 6.2.3 Schoolregels en omgaan met moeilijk gedrag ......................................... 44 6.3 Didactisch ontwerp ...................................................................................... 45 6.3.1 Leren en ‘leren leren’ ........................................................................... 45 6.3.2 Leerstof ............................................................................................. 46
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
4
6.3.3 Leervormen ........................................................................................ 46 6.3.4 Instructie geven .................................................................................. 46 6.3.5 Coöperatief leren ................................................................................ 47 6.3.6 Zelfstandig werken .............................................................................. 47 6.3.7 Klassenorganisatie .............................................................................. 48 6.4 Leerstofaanbod ............................................................................................ 48 6.4.1 Methodisch aanbod en aanvullende materialen ....................................... 48 6.4.2 ICT in de school .................................................................................. 49 6.5 Differentiatie in de school ............................................................................. 49 6.5.1 Verschillen in ontwikkelingsniveau ......................................................... 49 6.5.2 Afstemming op de ontwikkeling- en onderwijsbehoeften van het kind ........ 49 6.6 Leerlingenzorg............................................................................................. 50 6.6.1 Gewoon waar het kan en speciaal waar het moet .................................... 50 6.6.2 Afstemming: rol van de leerkracht ........................................................ 51 6.6.3 Voorzieningen voor leerlingen met een speciale onderwijs- of instructiebehoefte ........................................................................................ 52 6.7 Passend onderwijs/ Implementatie 1-zorgroute ............................................... 53 6.7.1 Schoolbeleid ....................................................................................... 53 6.8 Begeleiding naar het voortgezet onderwijs ...................................................... 55 6.8.1 Adviesgesprekken met ouders en kinderen ............................................. 55 6.8.2 Cito-eindtoets ..................................................................................... 56 6.8.3 Documenten naar VO en naar ouders .................................................... 56 6.9 Lesroosters ................................................................................................. 56 6.9.1 Onderwijstijd per dag/jaar ................................................................... 56 6.10 Management van ondersteunende processen................................................... 57 6.10.1 Organisatie en management ........................................................... 57 6.10.2 Interne communicatie .................................................................... 57 6.10.3 Medezeggenschapsraad/Ouderraad .................................................. 57 6.10.4 Nieuwsbrief/website ....................................................................... 57 6.10.5 Intranet/Fronter/sharepoint-omgeving ............................................. 58 6.10.6 Systeem van kwaliteitszorg (vierjarige en eenjarige beleidscyclus) ...... 58 6.11 Beleidslijnen en indicatoren ........................................................................... 59 6.11.1 Huidige situatie ............................................................................. 59 6.11.2 Beleidsvoornemens ........................................................................ 59 6.11.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken 59 7 Resultaatgebieden ........................................................................................... 60 7.1 Opbrengstgerichte cultuur............................................................................. 60 7.2 Waardering door de ouders, personeel, leerlingen en inspectie .......................... 60 7.3 Resultaten en opbrengsten ........................................................................... 61 7.4 Beleidslijnen en indicatoren ........................................................................... 61 7.4.1 Huidige situatie ................................................................................... 61 7.4.2 Beleidsvoornemens ............................................................................. 61 7.4.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken ..... 61 Bijlage 1 Zelfevaluatie ...................................................................................... 62 Bijlage 2 Beleidsvoornemens ........................................................................... 68 Bijlage 3 Schoolprofiel ..................................................................................... 74 Bijlage 4 Kerndoelen PO (2006) en leerstofaanbod .......................................... 83 Bijlage 5 Communicatie .................................................................................... 93 Bijlage 6 Het Activerende Directe Instructiemodel ........................................... 94 Bijlage 7 Einddoel en Leerlijn zelfstandig werken (2010) ................................ 96 Bijlage 8 Urentabel ........................................................................................... 98 Bijlage 9 Overlegstructuur ............................................................................... 99
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
5
Inleiding: typering van de school De Eshoek is een openbare school waar iedereen van harte welkom is, ongeacht de levensovertuiging of culturele achtergrond en waar voor iedereen een gelijkwaardige plaats is. Een openbare school is een school die niet uitgaat van één levensbeschouwelijke of maatschappelijke visie: in het openbaar onderwijs krijgt het kind de gelegenheid kennis te maken met diverse opvattingen, overtuigingen en denkbeelden; het kind leert hiervoor open te staan en deze te waarderen. In het dagelijks leven werken volwassenen samen met mensen van verschillende achtergronden. Kinderen spelen na schooltijd met elkaar, waarom dan niet samen leren en samen naar één school? Leerling- en ouderpopulatie De openbare basisschool De Eshoek is de enige basisschool in Annen. Op 1 oktober 2010 telde de school 405 leerlingen. Dit aantal vormt de basis voor de personeelsformatie van schooljaar 2011/2012. De afgelopen jaren viel er een stijging van het leerlingenaantal waar te nemen. Dit schooljaar zal het aantal leerlingen iets lager zijn in vergelijking met het vorige jaar. Na dit jaar zal volgens de prognoses het aantal leerlingen aanvankelijk licht en daarna sterker dalen. De leerlingen zijn verdeeld over 17 basisgroepen. De school heeft vier groepen 1-2 en vanaf groep 3 telkens twee groepen van elk leerjaar. Alleen zijn er drie groepen 3. Als de kleutergroepen te groot worden komt er net als vorig jaar een opvanggroep van jongste kleuters. Kerntaak De kerntaak van de school en ouders is de dagelijkse begeleiding van de kinderen in hun ontwikkeling in de breedste zin van het woord. Hiermee bereiden we leerlingen in de leeftijd van 4-12 jaar voor op het voortgezet onderwijs en op een actieve deelname aan een samenleving die steeds ingewikkelder wordt en steeds hogere eisen stelt. Die eisen hebben betrekking op sociale vaardigheden (voor jezelf opkomen, samenwerken, verantwoordelijkheid dragen), culturele vaardigheden (lezen, schrijven, rekenen, studievaardigheden), kennis van de geschiedenis en cultureel erfgoed (taal, literatuur, kunstuitingen, natuur en leefomgeving, eigen stad en land, land van herkomst), mondiaal besef, kennis van sociale en politieke structuren, van geestelijke tradities, en van opvattingen over waarden en normen, zowel algemeen geldende als de meer (sub)cultuurbepaalde. Onze school Het eerste streven van de school is het bieden van een veilige plek waar het kind anderen kan ontmoeten en zich in rust en vrijheid kan ontplooien. Zonder die basisvoorwaarden komen alle andere inspanningen niet tot hun recht. Ons doel is dat de leerling die onze school verlaat zelfstandig zijn weg kan vinden binnen het vervolgonderwijs en in de maatschappij. Hij (of zij) heeft vooral veel kennis en vaardigheden verworven die nuttig zijn om zichzelf te kunnen redden (zelfstandigheid). Hij of zij verstaat de kunst om mensen te benaderen en om hulp te vragen. Hij of zij is weerbaar, assertief en
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
6
maatschappelijk betrokken en kan met de moderne media omgaan. Begrijpend lezen, schattend rekenen en sociale vaardigheden zijn zaken die de leerling goed beheerst. Zelfvertrouwen en vertrouwen in anderen zijn vanzelfsprekend. Door de warme, betrokken en geduldige manier waarop wij met kinderen praten, problemen bespreken, leertaken kiezen, werk met leerlingen doornemen én hulp geven, proberen we een leeromgeving te creëren die het zelfvertrouwen en de motivatie van de kinderen vergroot. Mensen die onze school bezoeken, zullen merken dat onze leerlingen ook op gezette tijden alleen of samen met anderen op zoek zijn naar antwoorden, in de school (bv. via computer/internet) of daarbuiten. Kinderen worden ook niet méér geholpen dan nodig. We geven ze ruimte voor ‘trial and error’, vallen en opstaan, zeg maar: zelfontdekking. Wanneer ze hun oplossingen voor bepaalde problemen gevonden hebben, geven we ze uitgebreid de gelegenheid om die met trots te presenteren. Onze school is ingericht in lichte, aansprekende kleuren, overzichtelijk en schoon. We hebben goede tentoonstellingsmogelijkheden om regelmatig werk van kinderen te presenteren. We hebben een gemeenschappelijke ruimte voor toneel en gezamenlijke vieringen, zoals de maandsluitingen. De klassen zijn prettig/huiselijk ingericht, de kinderen zitten bij voorkeur in groepjes. Op het planbord of op het bord staat wat er die dag op het programma staat. In sommige klassen hangt een digitaal schoolbord. De kinderen kunnen deels zelf hun eigen spullen pakken uit (open) kasten in het lokaal. Er zijn verder voldoende plekken gecreëerd waar kinderen alleen of samen kunnen werken. De leerresultaten van de leerlingen liggen aan het einde van de schoolperiode op het verwachte niveau. We houden scherp in de gaten of kinderen naar verwachting én vermogen presteren. Zo niet, dan geven we direct aanvullende begeleiding. Het team Allen die in de school werkzaam zijn, zijn samen verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de school. Daarbinnen heeft ieder zijn specifieke functie, taak en verantwoordelijkheid. Een overzicht is opgenomen in de schoolgids. De leerkrachten op De Eshoek zijn mensen die er goed in zijn een sfeer van orde, rust en regelmaat te scheppen. Ze hebben oog voor de soms grote verschillen tussen de kinderen. Ze kunnen onderwijs op maat bieden aan meerdere kinderen in de groep en zorgen ervoor dat de lesstof gevarieerd is en past bij de leeftijdsgroep en het individuele kind. De leeromgeving in school is stimulerend en nodigt uit tot samenwerken. Van elk kind wordt de voortgang nauwkeurig bijgehouden. De groepsleerkrachten zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor hun groep. Zij zorgen voor een pedagogisch verantwoorde en veilige omgeving waarin het kind goed onderwijs ontvangt en zich op alle fronten kan ontwikkelen. Naast voornamelijk lesgevende taken hebben ze taken die te maken hebben met organisatie van activiteiten, deelname aan vergaderingen en het onderhouden van contacten met ouders, scholen en instanties.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
7
Alle teamleden samen bepalen het warme en uitnodigende klimaat van onze school. De personeelsbezetting (namen, adressen en telefoonnummers) en de taakverdeling is te vinden in de schoolgids. Op de website van de school (www.eshoek.nl) is ook een foto bij de namen opgenomen. In het Schoolprofiel, dat als bijlage 3 bij dit schoolplan is opgenomen, wordt onze school inhoudelijk getypeerd in een voor een groter publiek gemakkelijk toegankelijke tekst. Bevoegd gezag Onze school valt onder het bestuur van de Stichting PrimAH en is één van de vijftien openbare basisscholen in de gemeente Aa en Hunze. Het bestuur vormt het bevoegd gezag van alle scholen van de Stichting PrimAH. Taken en verantwoordelijkheden van bestuur en toezicht zijn helder gescheiden. Daarbij is de betrokkenheid van leerlingen en ouders uitdrukkelijk gewaarborgd. Het bovenschools management wordt gevormd door de algemeen directeur, Saakje Berkenbosch. Zij geeft leiding aan de gehele organisatie van de Stichting. In het managementstatuut is vastgelegd welke taken en bevoegdheden van het bevoegd gezag zijn gemandateerd aan de algemeen directeur. Ze wordt in haar werkzaamheden ondersteund door een stafbureau.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
8
1
Visie en beleid
Wij staan voor kwalitatief goed onderwijs. Hart voor kinderen en hart voor personeel. Werken op basis van vertrouwen.
1.1
Visie
De doelstellingen van de school worden bepaald door het wettelijk kader waarbinnen de school opereert, en de eigen visie van de school met betrekking tot identiteit, ontwikkeling van kinderen, zorg en begeleiding, pedagogisch concept, didactisch concept en het bevorderen van zelfstandigheid, contacten met ouders en ICT.
1.1.1
Wettelijk kader en kerndoelen
De visie en doelstellingen van de school zijn grotendeels bepaald door de Wet op het Primair Onderwijs en de vastgestelde kerndoelen. Belangrijk is hierbij dat: alle leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen; het onderwijs gericht is op de emotionele en verstandelijke ontwikkeling van de leerlingen, maar ook op de ontwikkeling van de creativiteit en het aanleren van de noodzakelijke kennis en sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden; ervan uitgegaan wordt dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; het onderwijs gericht is op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie; leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen.
1.1.2
Identiteit
De school is een openbare school waar iedereen van harte welkom is, ongeacht maatschappelijke, culturele en levensbeschouwelijke achtergrond. Het is belangrijk dat kinderen ongeacht hun afkomst, sekse, geloof en handicap tot zelfstandige mensen kunnen opgroeien. Wij houden rekening met omstandigheden, mogelijkheden en levensbeschouwelijke en/of godsdienstige overtuiging van ieder gezinsmilieu. Verschillen worden op onze school geaccepteerd en gerespecteerd.
1.1.3
Ontwikkeling van kinderen
We willen een veilige plek bieden waar het kind anderen kan ontmoeten en zich in rust en vrijheid kan ontplooien. Ons onderwijs daagt uit. Leerkrachten helpen kinderen te zoeken naar hun kwaliteiten en deze optimaal te ontwikkelen. We leren kinderen om te kiezen en verantwoordelijk te zijn voor de gevolgen van deze keuzes.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
9
1.1.4
Zorg en begeleiding
De begeleiding en zorg die we onze leerlingen bieden is afgestemd op hun behoeften. Ons motto is: gewoon als het kan, speciaal als het moet. Meer informatie hierover is opgenomen in paragraaf 6.6 Leerlingenzorg.
1.1.5
Pedagogische huisstijl
Onze pedagogische huisstijl is gebaseerd op vertrouwen. Meer informatie hierover is opgenomen in paragraaf 0 Pedagogische huisstijl.
1.1.6
Didactisch concept: bevordering zelfstandigheid
We hechten veel waarde aan het bevorderen van zelfstandigheid en dus ook aan het ‘leren leren’. Hoe we dit doen is verder uitgewerkt in paragraaf 6.3 Didactisch ontwerp.
1.1.7
Contacten met ouders
We streven ernaar met de ouders samen te werken in de begeleiding van de kinderen. Hierover is meer te vinden in paragraaf 4.4 Cultuur voor ouders en 6.1 Visie op ontwikkeling en onderwijs.
1.1.8
ICT
In de samenleving nemen internet en de computer een steeds belangrijker plaats in. De school sluit aan op deze ontwikkeling en zet verschillende middelen op dit gebied in. Meer hierover staat in paragraaf 6.4.2 ICT in de school.
1.2 1.2.1
Beleidsvorming Managementmodel
De kwaliteitszorg is bij ons cyclisch van aard. Schematisch weergegeven werken we als volgt:
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
10
Ve r b e t e r p la n n e n Sc h o o l p l a n
Be z in n in g
P la n n in g
W e r k e n v o lg e n s u i t v o e r i n g sd o c u m e n t e n : • H a n d l e i d i n g IP B • H a n d l e i d i n g z o r g st r u c t u u r
Ev a lu a t ie
• H a n d le id in g On d e r w ijs
U it v o e r in g
• H a n d l e i d i n g k w a l i t e i t sz o r g
Q u i c k sc a n k w a l i t e i t sd o c u m e n t e n Ze lf e v a lu a t ie r a p p o r t Sc h o o l g i d s
B i j g e st e l d e v e r b e t e r p la n n e n Be z in n in g
P la n n in g
Ev a l u a t i e v e r sl a g e n v e r b e t e r p la n n e n
Ev a lu a t i e
Uit v o e r in g
Ev a l u a t i e v e r sl a g e n u i t v o e r i n g sd o c u m e n t e n Ev a l u a t i e v e r sl a g e n r e su l t a t e n e n o p b r e n g st e n
B i j g e st e l d e u i t v o e r i n g sd o cu m en t en
Ja a r v e r sl a g
Binnen ons systeem van cyclische en integrale kwaliteitszorg is gekozen voor het INK-model (INK=Instituut Nederlandse Kwaliteit). Een sterk punt van het model is dat het helpt om de samenhang tussen de processen inzichtelijk en logisch te beschrijven. We zijn proactief en alert ten aanzien van het beoordelen van de kwaliteit van ons onderwijs. We bepalen vooraf nog nadrukkelijker onze koers en gaan na of we onze (onderwijs)doelstellingen hebben bereikt (evidence based), op leerling-, groeps-, school- en bovenschools niveau. Hiervoor gebruiken we o.a. PrimAH Alert (zie zelfevaluatie in bijlage 1 en paragraaf 6.10.6.)
1.2.2
Omgevings- en toekomstgerichtheid
Passend Onderwijs We vinden dat Passend Onderwijs zo veel mogelijk op school en in de klas moet worden vormgegeven. Voor het doorvoeren van Passend Onderwijs hanteren we de uitgangspunten van de 1-Zorgroute. Vooral omdat deze zorgroute de leerkracht centraal stelt en uitgaat van het werken, denken en praten vanuit de onderwijsbehoeften van leerlingen. We focussen ons op het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs voor alle leerlingen op alle niveaus. In het schooljaar 2011-2012 stellen we een onderwijszorgprofiel op. In dit profiel beschrijven we welke basiszorg we bieden en welke gespecialiseerde zorg we (eventueel met hulp van derden) kunnen bieden. We leggen hierin afspraken vast over ondersteuning en deskundigheidbevordering van ons team, die nodig is om het onderwijszorgprofiel te kunnen realiseren.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
11
Inspectietoezicht Met de invoering van de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) is het onderwijstoezicht vernieuwd en aangepast aan de huidige bestuurlijke verhoudingen in het onderwijs. Het toezicht sluit tevens aan bij de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) en bij de gedachte uit Koers Primair Onderwijs, waarin de voormalig minister van OCW haar besturingsfilosofie heeft verwoord. Kern van die filosofie is vrijheid geven en kaders stellen. Uitgangspunt is dat bevoegde gezagsorganen (besturen) van scholen zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van het onderwijs. Deze verantwoordelijkheid omvat het formuleren van doelen in termen van de onderwijskwaliteit, de realisatie van die kwaliteit en de publieke verantwoording over de kwaliteit. In vergelijking met het recente verleden worden scholen in deze nieuwe besturingsfilosofie in toenemende mate aangesproken op de behaalde onderwijsresultaten in plaats van op de verrichte inspanningen. Het Toezichtkader 2009 PO/VO beschrijft de werkwijze van de inspectie, wat precies beoordeeld wordt en wanneer het onderwijs van voldoende kwaliteit is. Scholen/besturen weten zo wat ze van de inspectie kunnen verwachten. Het toezichtkader is ontwikkeld in nauwe samenspraak met vertegenwoordigers uit het onderwijsveld. Dit toezichtkader 2009 vervangt de toezichtkaders voor het primair onderwijs uit 2005 en het voortgezet onderwijs uit 2006. Een belangrijke wijziging is dat de inspectie risicogericht werkt. Scholen met risico's krijgen meer toezicht en scholen zonder risico's minder. Daardoor wordt het toezicht maatwerk. Een andere grote verandering is dat de inspectie het bestuur als eerste aanspreekpunt beschouwt, en niet de directeur van de school. WSNS Onze school maakt momenteel deel uit van het regionaal Samenwerkingsverband Veendam e.o. waarin openbare scholen en scholen voor speciaal onderwijs samen werken. Met de ontwikkeling naar Passend Onderwijs worden de samenwerkingsverbanden anders ingericht. Per 1 augustus 2012 zijn de scholen van stichting PrimAH ingedeeld in de regio Assen en Midden-Drenthe. Ouders Een goed contact met ouders vinden we heel belangrijk en komt de kinderen ten goede. De school en de ouders hebben in deze een inspanningsverplichting en het is goed van elkaar te weten wat wel en niet verwacht wordt. Er zijn natuurlijk de informele contacten, maar daarnaast ook de formele contacten. We proberen duidelijke informatie te geven, maar stellen ook participatie van ouders op verschillende manieren zeer op prijs. Een overzicht van alle mogelijke contacten is opgenomen in de schoolgids. Zo proberen we te bereiken dat het beleid van de school wordt uitgedragen en ondersteund door de ouders.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
12
1.3
Beleidslijn en indicatoren
1.3.1
Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Visie en Beleid verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
1.3.2
Beleidsvoornemens
Er zal gestalte gegeven worden aan het begrip Passend Onderwijs. Hierbij zullen externe partijen betrokken worden. Er zal planmatig gewerkt worden aan verbetering van ons onderwijs. We hanteren daarbij de systematiek van het INK-model. In de komende vier jaar willen we kinderen en ouders actiever bij het onderwijsproces betrekken. We willen de informatievoorziening in- en extern verbeteren.
1.3.3
Indicatoren/kengetallen om beleidsvoornemens meetbaar te maken
Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld: De principes van Michael Fullan zijn bekend bij alle medewerkers. Deze vormen de basis van ons handelen. Het stichtingsprofiel van PrimAH is bij alle medewerkers bekend en wordt door allen onderschreven. De beleidscyclus wordt gehanteerd en is bekend bij alle personeelsleden. Jaarlijks wordt met het team bekeken of de doelen zijn gehaald. Waar nodig worden de actieplannen en de actielijst bijgesteld. In 2012 is een onderwijszorgprofiel vastgesteld op basis van de visie vanuit de 1zorgroute. De website is geactualiseerd. De visie en slogan van de school zijn bij de meeste ouders (80%) bekend. Voor ouders van jongste kleuters is er een informatiegids naast de bestaande schoolgids. Er zijn klassenouders aangesteld. In een protocol staat wat de taken zijn van een klassenouder. Er is een leerlingenraad met kinderen (groep 5 t/m 8) ingesteld. In een protocol staat beschreven hoe de raad werkt.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
13
2
Leiderschap en management
‘Goed leiderschap doet goed volgen’
2.1
Leiderschap
2.1.1
Onderwijskundig en opbrengstgericht leiderschap
De directeur is verantwoordelijk voor: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
De overlegstructuren binnen de school De onderwijskundige zaken en de leerlingenzorg De uitvoering van het integraal personeelsbeleid De uitvoering van het (meerjaren) scholingsplan voor zover het scholing voor de eigen teamleden betreft De taakverdeling binnen de school Het beheer van de schoolgebouwen Zaken die voortvloeien uit verhuur of medegebruik van het schoolgebouw Het meerjarenplan voor aanschaf lesmethodes Het zelfbeheerbudget
De stichting PrimAH vindt het cruciaal dat de rol van directeur verandert van die van een manager naar die van een opbrengstgerichte en onderwijskundige leider. De directeur richt zich meer op het onderwijskundig leiden van de school. Het gedachtegoed van Michael Fullan is daarbij sturend. Dat is voor ons een aanmerkelijke uitdaging binnen de projecten Duurzaam Leren en Opbrengstgericht Werken. Daarom is, in het kader van Duurzaam Leren, een professionele leergemeenschap ingericht voor de directeuren van de scholen.
2.1.2
Professionele Leergemeenschap (PLG)
Leren kan niet in een isolement en daarom stimuleert de stichting PrimAH dat leraren en directeuren van en met elkaar (en van en met experts) kunnen leren. Leraren en directeuren moeten elkaar aan het werk zien, elkaar consulteren, ervaringen delen over wat wel en niet werkt en waarom. Zij moeten de resultaten bespreken en vooral in de klas het onderwijs aan de kinderen verstevigen en verbeteren.
2.1.3
Besluitvormingsprocedures
De algemeen directeur draagt zorg voor de voorbereiding en uitvoering van besluiten zoals ze worden genoemd in het managementstatuut. Minimaal vijf keer per jaar vergadert de algemeen directeur met de directeuren van scholen (Dibo). Ter voorbereiding van deze vergadering zijn vier werkgroepen ingesteld, te weten voor: 1. Onderwijskundige zaken 2. Personele zaken 3. Algemene zaken
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
14
4. Financiële zaken en huisvesting Alle directeuren zitten in één van de bovengenoemde werkgroepen. Tijdens de Dibo’s worden de verslagen en voorstellen van deze werkgroepen geagendeerd. In het managementstatuut is omschreven welke zaken ter vaststelling aan het bevoegd gezag worden voorgelegd en welke aan de algemeen directeur. Indien nodig wordt instemming of advies gevraagd aan de (G)MR. De directeur van iedere school draagt zorg voor de voorbereiding en uitvoering van besluiten op schoolniveau. Het team komt regelmatig in vergadering bijeen. Teamvergaderingen worden afgewisseld met bouwvergaderingen (onderbouw, middenbouw en bovenbouw apart). Bij inhoudelijk teamvergaderingen zijn alle personeelsleden aanwezig. De momenten worden in een jaarplanning vastgelegd. Indien van toepassing wordt advies of instemming gevraagd van de MR. De bouwcoördinatoren zijn verantwoordelijk voor een goede voorbereiding en een goed verloop van de bouwvergadering. Zij voeren een aantal keren per jaar overleg met de directeur en de zorgcoördinator van de school. Verder zijn er diverse werkgroepen die hun eigen overleg hebben en wanneer nodig een onderwerp voor de team- of bouwvergadering voorbereiden.
2.1.4
Strategische beleidsvorming en leiderschap
Strategische beleidsvorming Het Strategisch Beleidsplan van de Stichting PrimAH geeft bovenschools de route aan die we afleggen ‘van goed naar beter’ voor de periode 2011-2015. Stichting PrimAH staat voor kwalitatief goed onderwijs. Hierbij staat hart voor kinderen en hart voor personeel centraal. We werken op basis van vertrouwen en nemen en geven verantwoordelijkheid. Koersbepalende elementen zijn: Verbetering van primaire processen Het stimuleren van professionele ontwikkeling De school in en met haar omgeving verder ontwikkelen Leiderschap op alle niveaus bevorderen Samenhang en verbinding aanbrengen
Leiderschap Het Dibo heeft een statement opgesteld ‘Werken op basis van vertrouwen’: • • • •
We hebben een brede rolopvatting, een hoge mate van betrokkenheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. We hebben vertrouwen in elkaar en in anderen (team, bestuur), maar zijn wel waakzaam. We zijn voorspelbaar en consistent. We zijn helder in onze communicatie.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
15
• • • • •
We tonen voorbeeldgedrag en zijn integer. We kunnen loslaten en er is ruimte voor fouten. We zoeken en bieden hulp en steun. Er is een vrije uitwisseling van kennis en informatie. Het groepsbelang gaat boven het persoonlijk belang, maar we zijn wel betrokken bij het wel en wee van personen.
Dit statement geeft duidelijk de leiderschapsstijl van de algemeen directeur en de directeuren van de scholen weer.
2.2
Management
Op De Eshoek is de directeur eindverantwoordelijk. Naast de directeur is er de intern begeleider die verantwoordelijk is voor de coördinatie van de leerlingenzorg. De bouwcoördinatoren zorgen voor overleg en afstemming in de onder-, midden- en bovenbouw. Directeur, intern begeleider en bouwcoördinatoren voeren een aantal keer per jaar het zogenaamde BDZ-overleg (Bouw Directie Zorg). In dit overleg wordt de stand van zaken besproken m.b.t. het te voeren beleid. Verder wordt er gekeken of er dingen zijn die voor de volgende periode extra aandacht vragen. De groepsleerkrachten zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor de groep. Zij zorgen voor een pedagogisch verantwoorde en veilige omgeving waarin het kind goed onderwijs ontvangt en zich op alle fronten kan ontwikkelen. Naast voornamelijk lesgevende taken, hebben ze taken die te maken hebben met organisatie van activiteiten, deelname aan vergaderingen en het onderhouden van contacten met ouders. Soms hebben ze een coördinerende taak zoals bv. lees- of ICT-coördinator. Verder zijn er nog vakleerkrachten, klassenassistenten, een administratief medewerkster, conciërges en schoonmakers. Een overzicht is opgenomen in de schoolgids.
2.3
Beleidslijn en indicatoren
2.3.1
Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Leiderschap en Management verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
2.3.2
Beleidsvoornemens
De directeur verandert van een manager naar een opbrengstgerichte en onderwijskundige leider. De school wordt (nog sterker) een professionele leergemeenschap waarin gewerkt wordt volgens het statement uit paragraaf 2.1.4.
2.3.3
Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken
Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld: •
De directeur kent de veranderstrategieën en past deze (aantoonbaar) toe.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
16
• • • • • • • • • •
De directeur is in staat om met zijn team aantoonbaar planmatig en resultaatgericht te werken. De directeur kan met zijn team data (gegevens m.b.t. leerlingresultaten) genereren en bruikbare analyses maken. De school heeft (professionele) leergemeenschappen gevormd volgens de principes van Michael Fullan. De directeur heeft de licentie voor de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. De directeur heeft bij alle leerkrachten van zijn team de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag afgenomen. 80% van het personeel is tevreden over het schoolmanagement. 80% van de medewerkers vindt de besluitvormingsprocedures waarmee ze te maken heeft duidelijk. Besluiten en afspraken worden vastgelegd. 80% van mijn medewerkers ervaart de communicatie door de directie als open en helder. 80 % van de medewerkers vindt de structuur van de vergaderingen helder.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
17
3
Personeel
Capabel, vitaal en gemotiveerd personeel is van cruciaal belang om kwalitatief goed onderwijs te kunnen verzorgen.
3.1 3.1.1
Integraal personeelsbeleid (IPB) CAO Primair Onderwijs
Voor de wet- en regelgeving verwijzen wij naar het geldende Kaderbesluit Onderwijspersoneel en de van toepassing zijnde CAO Primair Onderwijs. Voor alle personeelsleden geldt de collectieve arbeidsovereenkomst voor het primair onderwijs. De CAO is voor alle personeelsleden beschikbaar.
3.1.2
Ontwikkelingen van IPB binnen de school (en/of stichting)
Het management en het bestuur houden t.a.v. het personeelsbeleid rekening met ontwikkelingen die door de landelijke overheid in gang worden gezet en er zal waar nodig nieuw beleid worden opgesteld. Tijdens de planperiode 2011-2015 wordt stapsgewijs de functiemix ingevoerd. In 2014 moet 46% van alle leerkrachten in LB zitten. Binnen ons team kennen we de functies directeur, leerkracht en intern begeleider. Bij verdere specificering van werkzaamheden is er momenteel alleen sprake van taakdifferentiatie. Met de functiemix stimuleren we de verdere ontwikkeling én mobiliteit van leerkrachten met lesgevende taken. Eén en ander is opgenomen in de kadernotitie Functiemix. Leidinggevenden gaan daarnaast met de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag aan de slag. De vaardigheden van de leerkracht en het team worden als geheel getoetst.
3.1.3
Wet BIO (Wet Beroepen In het Onderwijs)
Alle teamleden beschikken over een bekwaamheidsdossier en schrijven jaarlijks een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP). In de wet BIO is geregeld dat onderwijspersoneel bekwaam dient te zijn en te blijven bij de uitoefening van het beroep. Werkgever en werknemer hebben hierin een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het bekwaamheidsdossier is de bouwsteen voor een meerjaren personeelsplanning en het integraal personeelsbeleid. Het bekwaamheidsdossier is een middel om greep te krijgen op de eigen beroepskwaliteit en de ontwikkeling daarvan.
3.1.4
In de praktijk
Leraren omschrijven de taken, mogelijkheden, de verwachtingen, wensen en ambities en geven antwoord op de vraag: hoe verloopt de (professionele) ontwikkeling? Tijdens het
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
18
functioneringsgesprek komt het bekwaamheidsdossier ter sprake. De leerkracht is zelf verantwoordelijk voor de inhoud van het bekwaamheidsdossier. De schoolleiding bewaart de dossiers. Er is een hoge mate van correlatie tussen kwaliteitszorg en integraal personeelsbeleid. Kwaliteitszorg bestaat uit het beschrijven, beoordelen en verbeteren van de doelen van de school en integraal personeelsbeleid richt zich op het beschrijven, beoordelen en verbeteren van de competenties en criteria van de medewerkers. Hoe meer de relatie tussen doelen en competenties en criteria één op één is, hoe meer de school zich op de gewenste manier ontwikkelt wanneer de medewerkers zich ontwikkelen.
3.1.5
Sollicitatiecode
In de notitie Sollicitatieprocedure staat omschreven hoe gehandeld wordt bij het vervullen van vacatures. Bij het werven en selecteren van nieuwe personeelsleden zijn we voor het opbouwen van een evenwicht tussen mannen en vrouwen, al staat de kwaliteit/deskundigheid van de te benoemen kandidaten voorop. In de notitie is eveneens aangegeven hoe te werk wordt gegaan bij het werven en selecteren van personeel en de evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in een management.
3.2
Instrumenten personeelsbeheer, -zorg en –sturing
Het IPB is de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur. In het kader van het IPB zijn onderdelen uitgewerkt en vastgelegd in notities. Deze staan vermeld op het digital portal Fronter en in het Draaiboek Directeur.
3.2.1
Begeleiding startende leerkrachten en invallers
Er valt onderscheid te maken tussen leerkrachten die al over enige ervaring en leerkrachten die nauwelijks over ervaring beschikken. We vinden het belangrijk dat leerkrachten zich goed en snel moeten kunnen inwerken. Er wordt een traject, genoemd ‘jonge honden’ aangeboden en er kan waar nodig een beroep gedaan worden op collegiale ondersteuning. Voor de invallers wordt jaarlijks een invallersbijeenkomst georganiseerd.
3.2.2
Taakbeleid
Er is een notitie Taakbeleid aanwezig op elke school van de Stichting PrimAH. In het taakbeleid is de taakomschrijving, -belasting, -verdeling en -differentiatie voor onderwijsgevenden vastgesteld. De taken van de leerkrachten bestaan uit lesgevende en niet-lesgevende taken. De richtlijnen zoals genoemd in de CAO-PO dienen als uitgangspunt. Tijdens de functioneringsgesprekken worden de taken individueel besproken en na de planningsvergadering aan het einde van ieder schooljaar opnieuw vastgesteld.
3.2.3
Functioneringsgesprekken
De directie is belast met het voeren van functioneringsgesprekken van de leerkrachten. De vaardigheidsmeter wordt hier onderdeel van. De Vaardigheidsmeter is een instrument om de instructievaardigheden van leerkrachten te observeren, te documenteren en te beoordelen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
19
De algemeen directeur voert functioneringsgesprekken met de directie en legt schoolbezoeken af. Van de gesprekken wordt een verslag gemaakt.
3.2.4
Bevorderen mobiliteit
Binnen de Stichting PrimAH is beleid gemaakt ten aanzien van het bevorderen van de mobiliteit. De algemeen directeur voert gesprekken met de leerkrachten in het kader van de mobiliteit.
3.2.5
Scholing
Onder scholing wordt verstaan: een opleiding, een cursus, bijhouden van vakliteratuur, collegiale consultatie, intervisie, supervisie, coaching e.d. De scholing kan gericht zijn op individuele personen maar ook op groepen/teams. Daar waar mogelijk wordt scholing (bovenschools) geclusterd. Elke medewerker wordt geacht 10% van de jaartaak te besteden aan scholing. Alle scholingswensen worden jaarlijks in een scholingsplan meegenomen. Er wordt rekening gehouden met het beschikbare budget. In diverse notities is het beleid t.a.v. scholing vastgelegd. We verwijzen naar de lijst van notities en protocollen m.b.t. het IPB op het digitale portal (Fronter).
3.3 3.3.1
Beleidslijnen en indicatoren Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Personeel verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
3.3.2
Beleidsvoornemens
We willen capabel, vitaal en gemotiveerd personeel. Om te weten te komen aan welke vaardigheden (competenties) een leerkracht moet werken, gaat de directeur de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag afnemen tijdens de klassenbezoeken. Hiermee kan de leidinggevende de vaardigheden van de leerkrachten en het team als geheel toetsen. Meten is één ding. Nog belangrijker is dat er op basis van de uitkomsten actie volgt waar dat nodig is. Ontwikkeling is hierin het kernwoord. In samenspraak met de directeur zal vastgesteld worden wat er nodig is om te komen tot een actueel Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP).
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
20
3.3.3
Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken
Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld: • • • • •
• • • • • • •
•
• • •
In een notitie is vastgelegd op welke wijze startende leerkrachten en invallers worden begeleid en ingewerkt. Alle nieuwe medewerkers stellen dat ze daadwerkelijk goed begeleid worden. Leerkrachten maken gebruik van collegiale consultatie. Alle leerkrachten zijn gecertificeerd in het kader van de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. Er is een volledige gesprekscyclus ingevoerd. De gesprekkencyclus wordt onder andere gebruikt als evaluatie van het personeelsbeleid. Het instrument Vaardigheidsmeter Instructiegedrag is hierbij leidend. De competenties van de personeelsleden zijn in beeld gebracht en vastgelegd in een bekwaamheidsdossier. Er is op schoolniveau beleid geformuleerd m.b.t. de functiemix. Er is voldaan aan de eisen van de functiemix en er is voldoende personeel in de LBschaal benoemd. 80% van de medewerkers ervaart de geboden coaching en ondersteuning als voldoende. 80% van de medewerkers vindt dat ze adequate feedback van hun leidinggevende ontvangt op hun functioneren. Door alle leerkrachten is een actueel (digitaal) bekwaamheidsdossier ingericht. Iedere medewerker beschikt over een actueel POP. De ontwikkelpunten vanuit de VHM zijn uitgangspunt. Het POP is daarmee onderdeel van het functioneringsgesprek. In een scholingsplan is vastgelegd welke scholing er voor het komende jaar zal plaatsvinden. Teamscholing heeft hierbij prioriteit, maar er is ook ruimte voor individuele scholing. Kennis uit individuele scholing wordt gepresenteerd naar het team. Documentatie over gevolgde scholing wordt centraal opgeborgen in de personeelskamer en waar mogelijk op intranet. Er is een overzicht van wie welke scholing heeft gevolgd. Op basis van dit schema kan men elkaar raadplegen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
21
4
Cultuur en klimaat
4.1
Schoolcultuur
4.1.1
Leerklimaat
De Eshoek is een veilige plek waar: • • • • •
de kinderen anderen kunnen ontmoeten en zich in rust en vrijheid kunnen ontplooien; het onderwijs uitdaagt; leerkrachten kinderen helpen te zoeken naar hun kwaliteiten en deze kwaliteiten optimaal te ontwikkelen; kinderen leren om te kiezen en verantwoordelijk te zijn voor de gevolgen van deze keuzes; verschillen worden geaccepteerd en gerespecteerd.
Het team voert een actief antipestbeleid. In iedere klas hangt een pestprotocol, bij het begin van ieder cursusjaar en met regelmatige tussenpozen daarna wordt er over dit protocol gepraat.
4.1.2
Sfeer
De Eshoek wordt gekenmerkt door een stimulerende sfeer waarin waardering en vertrouwen een belangrijke plaats innemen. De ideeën van de kinderen over het klimaat en de sfeer worden serieus genomen.
4.1.3
Leerprestaties van kinderen
Wij hebben positieve verwachtingen over de leerprestaties van de kinderen. De waardering van het gedrag en de prestaties richt zich op het eigen groeiproces en op de persoonlijke prestaties van de leerling. Belangrijk zijn ook de omstandigheden waaronder het kind tot een bepaalde prestatie komt. Op De Eshoek zijn we bezig met het vaststellen van de leerdoelen die in een bepaalde periode bereikt dienen te zijn. In de waardering willen we tot uitdrukking laten komen hoe ver het kind deze doelen bereikt heeft. Hiervoor hanteren wij een leerlingvolgsysteem. Dit leerlingvolgsysteem vormt de basis voor rapportage aan de ouders en voor de suggesties voor de hulp aan kinderen. Voor de leerkracht betekent het dat: hij/zij de kinderen goed kent; hij/zij zich een goed beeld kan vormen van de mogelijkheden en de vaardigheden van het kind; hij/zij deskundig moet zijn in het onderkennen van stagnaties en het geven van adequate aanwijzingen voor de voortgang van de ontwikkeling van de leerling.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
22
4.1.4
Feedback door leerkrachten
Klassenorganisatie/administratie Het personeel heeft afspraken gemaakt over de organisatie in de klas. Een belangrijk deel daarvan is de administratie in de klas. Op deze wijze willen we bewerkstelligen dat er sprake is van uniformiteit. Daarnaast is er ruimte voor een individuele invulling door de leerkracht voor specifieke onderwerpen, die vaak gerelateerd zijn aan een bepaalde groep. Met privé-gevoelige zaken wordt zorgvuldig omgegaan. De leerkracht legt de planning en de leerresultaten schriftelijk vast. Dit is belangrijk voor het uitbrengen van rapportages ( bv. naar ouders) en het overdragen van de klas (bv. aan de duo-partner of aan invallers). De leerkracht die eindverantwoordelijk is voor de klas draagt zorg voor een goede administratie. Deze leerkracht verzorgt ook de oudergesprekken. Klassenmap Binnen de schoolorganisatie heeft de klassenmap een centrale functie. In deze map worden ieder schooljaar alle afspraken met betrekking tot de dagelijkse gang van zaken op school opgenomen. Elke leerkracht is verantwoordelijk voor het compleet en actueel houden van de klassenmap. De klassenmap kent twee delen: de school organisatorische zaken/de klassenorganisatie en de toetsmap. Handleidingen/leermiddelen De handleidingen bij de diverse methoden e.d. hebben een centrale plaats in de klas.
4.1.5
Leeromgeving
Om een kind te stimuleren tot optimale prestaties, is een uitdagende leeromgeving nodig. De klassen zijn zo ingericht dat de leerlingen worden gestimuleerd tot leren. Zo hangen er aan de wand illustraties, kaarten, regels, een getallenlijn, een tijdbalk etc. waar nodig en van belang. In de klassen kunnen leerlingen de materialen pakken die ze nodig hebben om hun werk te doen, van een plaats die daarvoor is aangewezen. Ook bij de inrichting van de school, spelen ‘rust, reinheid en regelmaat’ een rol. Er is een gemeenschappelijke ruimte waar gelegenheid is voor toneel, gezamenlijke vieringen, een presentatie of waar de leerlingen bijvoorbeeld in tweetallen kunnen lezen. Verder is er gelegenheid tot het exposeren van werk van de leerlingen in de hal en in de gangen. Nevenruimtes, gangen en centrale ruimtes kunnen dienen als verlengstuk van de klas. Het schoolgebouw is van binnen geverfd in lichte, aansprekende kleuren.
4.1.6
Veiligheid en sociale veiligheid
Het schoolgebouw is aangepast aan de huidige Arbo-eisen. Verder voldoet het gebouw aan de eisen van de brandweer. De speeltoestellen op het plein voldoen ook aan de gestelde normen. Ze worden regelmatig hierop gecontroleerd. Er is een veiligheidsbeleid in ontwikkeling om de veiligheid van werknemers en leerlingen te garanderen. Twee keer per jaar wordt er een ontruimingsoefening gedaan.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
23
Wij willen dat onze school veilig is en dat onze leerlingen zich thuis voelen. Belangrijk daarbij is dat een kind graag naar onze school gaat. Wij willen onveilig gedrag voorkomen door een actieve, positieve stimulering van sociaal gedrag.. Er zijn gedragsregels opgesteld waar leerlingen, ouders, directeur en leraren het over eens zijn geworden. Verder stemmen we ons onderwijsaanbod af op de wensen en mogelijkheden van individuele leerlingen. Met behulp van het pestprotocol wordt gericht aandacht besteed aan het voorkomen van pestgedrag, maar ook hoe te handelen als een kind gepest wordt. Wij tolereren geen discriminatie en seksuele intimidatie. Daarnaast hebben de- openbare basisscholen van de Stichting PrimAH een vertrouwenspersoon en is er een klachtenregeling. Voor zaken die de deskundigheid van de school overstijgen, bijvoorbeeld ernstige gedragsproblemen, criminaliteit, problemen in de gezinssituatie werken wij o.a. samen met politie, justitie, maatschappelijk werk, St. Welzijn en Bureau Jeugdzorg. Agressie en geweld Het veiligheidsbeleid van onze school is niet alleen bedoeld om leerlingen een veilige plek te bieden. Ook directeuren, leerkrachten en ander ondersteunend personeel hebben vanzelfsprekend recht op een veilige (werk)omgeving. Geweld tegen het personeel is ontoelaatbaar. In de Stichting PrimAH is ten behoeve van alle personeelsleden van het openbaar onderwijs het protocol Agressie en geweld ingevoerd. Alle directeuren hebben deelgenomen aan de cursus Omgaan met agressie en geweld.
4.1.7
Externe contacten
Stichting PrimAH Onze school valt onder het bestuur van de stichting PrimAH en is één van de vijftien openbare basisscholen in de gemeente Aa en Hunze. Het bestuur vormt het bevoegd gezag van alle scholen van de Stichting PrimAH. Taken en verantwoordelijkheden van bestuur en toezicht zijn helder gescheiden. Daarbij is de betrokkenheid van leerlingen en ouders uitdrukkelijk gewaarborgd. Weer Samen Naar School (WSNS) Door ontwikkelingen binnen WSNS zal vanuit het SBO onderwijskundige kennis beschikbaar komen om kinderen met leer- en gedragsproblemen optimaal te kunnen begeleiden. Door een effectief opgezet leerlingvolgsysteem zullen zorgleerlingen vroegtijdig kunnen worden gesignaleerd, waardoor (dreigende) achterstand kan worden aangepakt. Momenteel maken de scholen van stichting PrimAH onderdeel uit van het samenwerkingsverband Veendam. Vanaf 1 augustus 2012 maken de scholen deel uit van de regio Assen en Midden-Drenthe Jeugdzorg Op school vallen de kinderen onder de zorg van de sector Jeugdgezondheidszorg van de GGD Drenthe. De JGZ-medewerkers hebben tijdens de basisschoolperiode een aantal keren
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
24
contact met een kind en de ouders of verzorgers. Standaard worden de kinderen onderzocht in groep 2 (assistent-schoolarts) en 7 (jeugdverpleegkundige). Bij onderzoek worden een aantal lichamelijke aspecten bekeken en daarnaast wordt er aandacht besteed aan de ontwikkeling van het kind in brede zin. Na afloop van het onderzoek bespreekt de JGZ-medewerker de bevindingen met de leerkracht, mits de ouders daarvoor toestemming hebben gegeven. Uit onderzoek kunnen bijzonderheden naar voren komen, waardoor een verwijzing naar derden (bijv. de huisarts), een uitgebreider gesprek of een hercontrole nodig is. Verder bestaat er een netwerk van hulpverlenende instanties, waar ook de Jeugdgezondheidszorg deel van uitmaakt, waar een beroep op kan worden gedaan als de problematiek van dien aard is dat deze buiten het werkterrein van de school valt. Te denken valt aan schoolmaatschappelijk werk, politie, jeugdzorg en leerplicht. Inspectie In vergelijking met het recente verleden worden scholen in toenemende mate aangesproken op de behaalde onderwijsresultaten in plaats van op de verrichte inspanningen. Het Toezichtkader 2009 PO/VO beschrijft de werkwijze van de inspectie, wat precies beoordeeld wordt en wanneer het onderwijs van voldoende kwaliteit is. Scholen/besturen weten zo wat ze van de inspectie kunnen verwachten. Het toezichtkader is ontwikkeld in nauwe samenspraak met vertegenwoordigers uit het onderwijsveld. Andere basisscholen uit de gemeente Met andere basisscholen bestaan goede contacten. De IB’ers en ICT’ers treffen elkaar op netwerkbijeenkomsten en studiedagen, diverse leerkrachten ontmoeten elkaar bij coördinatoren overleggen, cursussen en informatiebijeenkomsten. Waar nodig en mogelijk wordt er samenwerking gezocht. Speciaal onderwijs Er is tot nu toe er alleen overleg bij doorverwijzing. Samenwerking openbaar onderwijs Regelmatig komen de directeuren van de openbare scholen in de Stichting PrimAH bijeen (DIBO). Allerlei zaken worden besproken en waar mogelijk op elkaar afgestemd. Er zijn werkgroepen gevormd die een bepaald onderdeel van het onderwijsbeleid voorbereiden. Het geheel wordt ondersteund door het stafbureau van de Stichting PrimAH. Schooladvies- en Begeleiding Kinderen die belemmeringen ondervinden kunnen onderzocht worden door een didacticus of psycholoog, die adviezen geeft over de verdere begeleiding. Voor een onderzoek door de OBD is de toestemming van de ouders nodig. Voortgezet onderwijs De kinderen gaan naar vervolgscholen in de omgeving. Deze scholen verzorgen de informatie aan de ouders en leerlingen en organiseren voorlichtingsavonden en open dagen. Bij ons op school wordt in december een voorlichtingsavond gehouden.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
25
Pedagogische centra (PABO) Studenten van de pedagogische academie geven we de gelegenheid op onze school te oefenen. We zijn immers gebaat bij goede leerkrachten in de toekomst. Verder hebben we stagiaires van opleidingen voor sociaal-pedagogisch werk. Zij verrichten voornamelijk ondersteunende taken. Studenten die zijn geboren en/of getogen in Annen en studenten die woonachtig zijn in Annen worden niet aangenomen in verband met privacygevoelige informatie. Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO), OSG en VOS/ABB ondersteunen bestuur en directie bij het opstellen van beleidsplannen. Peuterspeelzaal Een paar keer per jaar bespreken we met de peuterspeelzaal de leerlingen die op korte termijn naar De Eshoek komen. Lokale gemeenschap De Eshoek vindt het belangrijk de contacten met de lokale gemeenschap te onderhouden en uit te breiden. De school heeft contacten met de Commissie Dorpsbelangen, de Stichting Welzijn Aa en Hunze, Skid Kinderopvang, de ondernemersvereniging en de plaatselijke bibliotheek. Verder zijn er instanties die hun bijdrage leveren. Het Centrum voor Kunst & Cultuur en het ICO bijvoorbeeld verzorgen het Kunstmenu. Verder hebben we contacten met muziekvereniging Drenthina, jeugdtheater AHA en sportverenigingen.
4.2
Cultuur voor medewerkers
4.2.1
Verwachtingen
Op De Eshoek werken we aan een cultuur waarin: medewerker en leidinggevende met elkaar in gesprek gaan over de uitgesproken verwachtingen en de realisatie daarvan in de termen van resultaten; duidelijkheid wordt gegeven over wat verwacht wordt aan individuele bijdragen van medewerkers aan de ontwikkeling van de organisatie.
4.2.2
Eigen ontwikkeling
We streven ernaar een cultuur te scheppen waarin de eigen ontwikkeling van de kwaliteiten van de medewerker optimaal bevorderd wordt.
4.2.3
Communicatie
Alle collega’s werken aan innovaties die in de schoolplanperiode centraal zijn gesteld. De communicatieve infrastructuur is zodanig dat alle medewerkers optimaal betrokken zijn bij schoolontwikkeling.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
26
De vergaderingen van de MR worden (voor een deel) bijgewoond door de directeur. Tijdens deze vergaderingen wordt over beleidsdocumenten van gedachten gewisseld en kunnen schoolzaken die om verbetering vragen onder de aandacht van de directeur worden gebracht.
4.2.4
Functioneren en tevredenheid
Jaarlijks voert de directeur functioneringsgesprekken met alle medewerkers. Tijdens dit gesprek wordt in evaluerende zin gesproken over de gang van zaken op school, het welbevinden van de betrokkenen, eventuele wensen, het functioneren van de betrokkene m.b.t. de groep, de ouders en de schoolleiding. Deze schoolplanperiode zal de Vaardigheidsmeter instructiegedrag’voor leerkrachten worden ingevoerd. Tijdens een klassenbezoek zal dit instrument gehanteerd worden. Verbeterpunten naar aanleiding hiervan, vormen onderdeel van het POP, en daarmee van het functioneringsgesprek en op termijn van het beoordelingsgesprek.. Daarnaast is in 2010 een personeelstevredenheidspeiling gedaan waarmee de tevredenheid van het personeel gemeten is en waaruit verbeterpunten naar voren zijn gekomen. De belangrijkste zijn: de hygiëne binnen de school, vastleggen en nakomen van afspraken en besluiten, effectiviteit van de vergaderingen, interne informatiestromen, en de sturing/coaching van de directie. Deze enquête wordt herhaald in 2014. In de oneven jaren 2011 en 2013 wordt er een peiling gedaan van de veiligheidsbeleving van het personeel.
4.3 4.3.1
Cultuur voor leerlingen Omgaan met verschillen
We erkennen dat kinderen verschillend zijn en houden daar ook in de praktijk van alle dag daadwerkelijk rekening mee. Als voorbeelden noemen we extra instructie, remedial teaching, aparte leerprogramma’s, verschillende einddoelen, enz. Ook voor (hoog)begaafde kinderen zijn specifieke programma’s in de school. Computerprogramma’s dienen hierbij ter ondersteuning.
4.3.2
Onderwijs
De ontwikkeling van kinderen wordt gestimuleerd door een programmagericht aanbod.
4.3.3
Leerstofjaarklassensysteem
In De Eshoek wordt gewerkt met een leerstofjaarklassensysteem. Dit wil zeggen dat er per jaar (rekening houdend met de ontwikkeling van kinderen) voor alle vakken bepaalde leerstof wordt aangeboden. Met behulp van signaaltoetsen wordt vastgesteld of deze leerstof ook daadwerkelijk wordt beheerst.
4.3.4
Didactisch concept
We streven ernaar de leerlingen actief bij het onderwijsproces te betrekken. De leerkrachten geven zo veel als mogelijk instructie volgens het Actieverende Directe Instructie Model
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
27
(ADIM). In alle groepen wordt zelfstandig werken toegepast. De afgelopen jaren hebben we hiervoor schoolbreed beleid ontwikkeld. Tijdens de instructie en het zelfstandig werken wordt veel gebruik gemaakt van coöperatieve werkvormen. Naarmate de kinderen ouder worden, wordt van hen meer gevraagd op het gebied van zelfstandig werken. We vinden het belangrijk, dat kinderen kunnen laten zien wat ze in hun mars hebben. Dit geldt niet alleen voor de leervakken, maar zeker ook voor de creatieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. We vinden het ook belangrijk dat elk kind op zijn/haar niveau een goede start kan maken in een volgende groep en op een school voor voortgezet onderwijs.
4.3.5
Schoolregels
Op schoolniveau hebben wij verder enkele meer algemene schoolregels afgesproken. Deze algemene schoolregels zijn gevisualiseerd en hangen op zichtbare plekken in de school. Correctie en feedback kunnen door deze regels op een ‘regelgestuurde’(= niet persoonsgerichte wijze) wijze plaatsvinden. De klassen en pleinregels zijn van de algemene schoolregels afgeleid.
4.3.6
Leerling-enquête
Op De Eshoek is een leerlingenonderzoek gehouden. De bedoeling is dit periodiek te herhalen. Verbeterpunten waren de zitplaats in de klas, het vak geschiedenis, het vak taal en de extra opdrachten bij snel werken. In de oneven jaren 2011 en 2013 wordt er een peiling gedaan van de veiligheidsbeleving van de leerlingen.
4.4
Cultuur voor ouders
4.4.1
Communicatie met ouders
Communicatie met ouders ervaren wij als belangrijk. Leerkrachten zijn daardoor beter in staat de kinderen te leren kennen en te begrijpen, en ouders begrijpen beter waar de leerkrachten en kinderen op school mee bezig zijn. Bij de begeleiding van de leerlingen worden de ouders betrokken. Er zijn contacten die gericht zijn op het kind: Hoe gaat het op school? Hoe zit het onderwijs in elkaar? Hoe gaan we met de kinderen om? Hiervoor zijn er: Informatiebronnen op papier: schoolgids, kleutergids, De Eshoeker (wekelijks) en incidenteel een brief aan ouders van een groep Gesprekken op afspraak De schriftelijke rapporten van ieder kind 10-minutengesprekken
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
28
Voorlichting- of introductieavonden (er wordt over de gang van zaken in de klas en het onderwijs gesproken) Algemene ouderavonden Een keer per jaar een inloop-kijkavond Verder is het dagelijks mogelijk binnen te lopen voor een afspraak met groepsleerkrachten, of directie.
4.4.2
Medezeggenschapsraad
De Medezeggenschapsraad (MR) gaat over beleidsmatige kwesties die de school raken. Medezeggenschap in het onderwijs is geregeld in de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS). Het doel van de medezeggenschap is het zo goed mogelijk laten functioneren van de school, met inspraak van alle belanghebbenden. De belanghebbenden zijn het bevoegd gezag (college van B en W), de ouders en het personeel. Verder heeft de MR als taak openheid, openbaarheid en onderling overleg in de school te bevorderen, met inachtneming van de wet Bescherming Persoonsgegevens. In de MR van De Eshoek hebben vijf ouders en vijf teamleden zitting. Het is belangrijk dat in de MR de verschillende geledingen een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben; de MR dient in de eerste plaats het schoolbelang. Belangrijk is ook dat de MR kan spreken namens de achterban. Als ouders een onderwerp te bespreken hebben, kunnen ze terecht bij een lid van de MR. Degene die gebruik wenst te maken van het spreekrecht, dient dit vooraf kenbaar te maken bij de secretaris. Door twee leden van de MR is de MR vertegenwoordigd in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) van de Stichting PrimAH. In de GMR komen uitsluitend zaken aan de orde die van gemeenschappelijk belang zijn voor de betrokken scholen. De MR vergadert in principe zeven keer per jaar. Indien noodzakelijk komt de MR vaker bij elkaar. De directeur woont de vergaderingen bij, geeft informatie en waar nodig advies. Het reglement van de MR ligt ter inzage op school.
4.4.3
Ouderraad
De ouderraad (OR) bestaat uit negen ouders. Leden van de OR verzetten door het jaar heen veel werk, vaak achter de coulissen. Zij zitten in werkgroepen, ondersteunen bij festiviteiten en zorgen voor inkopen bij schoolfeesten en andere schoolactiviteiten. Tevens adviseren zij de MR. Elk jaar organiseert de OR een zakelijke ouderavond. Op deze avond informeren OR en MR de ouders van De Eshoek over het afgelopen jaar en de plannen voor het komende schooljaar. De OR zorgt ook voor inning van de vrijwillige ouderbijdrage. Als gevolg van de Wet op de Identificatie en Dienstverlening heeft de OR voor het beheer van deze gelden een ‘Stichting Derdengelden De Eshoek’ in het leven geroepen. De OR vergadert een keer per maand.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
29
De data staan in de ‘Agenda activiteiten’. De vergaderingen worden bijgewoond door twee leerkrachten en de directeur. Zij informeren, adviseren en participeren in werkgroepen. De vergaderingen zijn in principe openbaar. Het reglement van de OR ligt ter inzage op school.
4.4.4
Klassenouder
Een klassenouder is een aanspreekpunt van en naar ouders en leerkracht betreffende allerlei praktische zaken. Te denken valt aan het regelen van hulp in de klas bij klusjes of festiviteiten, het organiseren van vervoer voor uitstapjes/excursies, enz. Met de leerkracht worden de activiteiten besproken en de klassenouder kan de taken zelf uitvoeren of samen met de andere ouders.
4.4.5
Ouderenquête
De opvattingen en verwachtingen van ouders zijn in 2010 geëvalueerd door middel van de ouderenquête. Aandachtspunten die hieruit naar voren kwamen, waren de veiligheid op weg naar school en de informatievoorziening over het kind. Het is de bedoeling dit periodiek te herhalen.
4.5
Beleidslijn en indicatoren
4.5.1
Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Cultuur en Klimaat verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
4.5.2
Beleidsvoornemens
De Eshoek streeft ernaar een school te zijn waarin leerlingen, leerkrachten, directie, onderwijs ondersteunend personeel en ouders: • • • • •
zich veilig voelen; open met elkaar communiceren; uitgedaagd worden om samen te werken en van elkaar te leren; elkaar helpen en ondersteunen; gezamenlijk verantwoordelijkheid dragen voor de leer- en werkgemeenschap die de school is.
4.5.3
Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken
Cultuur medewerkers: • • • •
80% van de medewerkers ervaart de hygiëne als voldoende. 80% van de medewerkers ervaart een duidelijke informatievoorziening vanuit de directie en werkgroepen. 80% van de medewerkers ervaart de vergaderingen als effectief, is vooraf goed geïnformeerd en voorbereid. 80% van de teamleden communiceert volgens de regels van de feedback.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
30
• •
80% van de medewerkers ervaart de directie als sturend waar nodig en ondersteunend waar mogelijk. Er is een cultuur die uitwisseling en samenwerking binnen het team en tussen scholen onderling nog meer bevordert.
Cultuur leerlingen: • • •
Schoolregels zijn helder en zichtbaar in de school en ook bij ouders bekend. De leerlingen voelen zich veilig op school. De leerlingen voelen zich actief betrokken bij het onderwijs.
Cultuur ouders: • •
80% van de ouders ervaart de informatieverstrekking m.b.t. hun kind als goed. 80% van de ouders ervaart de weg van huis naar school als veilig.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
31
5 5.1
Middelen en voorzieningen Huisvesting en uitrusting
De school is gehuisvest in een goed geoutilleerd gebouw. De school is gehuisvest aan de Molenakkers in een rustige buurt, nabij het centrum. Het hoofdgebouw is herbouwd in 1997/1998. In 2007 zijn vier nieuwe lokalen en een aantal multifunctionele nevenruimten aan het hoofdgebouw gebouwd. Hierdoor zijn vanaf het schooljaar 2007/2008 alle groepen gehuisvest in één gebouw. I.v.m. de toename van het aantal leerlingen is er in 2010 een semipermanent lokaal naast de school geplaatst. Volgens de prognoses zal het aantal leerlingen de komende jaren afnemen. Schuin achter de school bevindt zich het dorpshuis, met daaraan vast de sporthal. Tegenover de school bevindt zich de BSO(buitenschoolse opvang). Op een steenworp afstand bevindt zich de bibliotheek. De Eshoek is de enige basisschool in Annen en staat daarmee letterlijk en figuurlijk midden in het dorp. Vanuit de school zijn diverse contacten op gebied van sport, toneel, muziek, welzijn en verenigingsleven. De inrichting van de school heeft veel invloed op de sfeer, de mogelijkheden en de veiligheid. Er is een gemeenschappelijke ruimte waar gelegenheid is voor toneel, gezamenlijke vieringen, een presentatie of andere activiteiten. Verder is er de mogelijkheid om werk van kinderen te exposeren in centrale ruimten en gangen. Het schoolgebouw is geverfd in lichte, aansprekende kleuren. Ruimte en zelfstandigheid Kenmerkend zijn de diverse multifunctionele ruimtes die de school heeft gecreëerd om kinderen zelfstandig of in groepen te laten werken en experimenteren. Een aparte ruimte is ingericht voor ICT. Leerlingen kunnen hier een onderwijs ondersteunend of remediërend programma volgen, zelfstandig informatie verwerven of werkstukken maken. Vanaf groep 6 volgen de leerlingen in deze ruimte een typecursus. Buiten De school heeft twee speelplaatsen. Er is een apart en afgeschermd plein voor de kleuters. Het kleuterplein voldoet, maar is toe aan revisie. Er zijn speeltoestellen, een zandbak en de kleuterafdeling beschikt over veel rijdend materieel en andere speelattributen. Aan de andere kant van de school is er een plein waar de leerlingen van de midden- en bovenbouw naar hartenlust kunnen spelen. Op dit plein staan uitdagende speeltoestellen en een tweetal tafeltennistafels. Verder is er ruimte om een balletje te trappen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
32
5.2
Financiën
5.2.1
Lumpsum
Sinds 1 augustus 2006 hebben we te maken met lumpsum financiering. In het lumpsumbeleidsplan van het openbaar onderwijs in Aa en Hunze van april 2006 zijn de uitgangspunten om te komen tot inzet van de middelen vastgelegd. Belangrijkste uitgangspunt daarbij is dat de verdeling over de diverse kostenposten, zoals die bestond onder de Londo-bekostiging, de basis is voor de verdeling onder lumpsum. Nieuwe budgetten worden in principe ingezet voor de doelen waarvoor ze beschikbaar worden gesteld. Van dit uitgangspunt wordt slechts afgeweken indien daar belangrijke argumenten voor aanwezig zijn. De belangrijkste verdeling in kostensoorten is die tussen personele kosten en materiële kosten. Ten aanzien van personele kosten is de beleidsnotitie Formatie op Maat leidend. Het beleid ten aanzien van de materiële kosten wordt hieronder verder toegelicht.
5.2.2
Zelfbeheerbudget scholen
Een aantal onderdelen van de lumpsum financiering is gemandateerd aan de directeuren van de scholen, het zogenaamde zelfbeheerbudget. Het gaat hierbij om de budgetten voor: •
• • •
Jaarlijkse uitgaven onderwijsleerpakket (OLP-A). Hieronder vallen de kosten voor aanschaf van dagelijkse leermiddelen (pennen, potloden, schriftjes etc.) en andere inrichtingsartikelen. ICT-vergoeding. Hieronder vallen dagelijkse kosten die te maken hebben met ICT. Denk aan inktcartridges, papier, cd-roms etc. Klein herstel/onderhoud schoolgebouw. Kleine kosten die in eigen beheer kunnen worden uitgevoerd worden hieruit betaald. Overige uitgaven. Hieronder vallen bv. kosten m.b.t. telefoon, porti, reiskosten en schooltelevisie.
Bij de uitvoering van het zelfbeheer zijn de volgende afspraken vastgelegd: • • •
De budgetten worden jaarlijks bovenschools vastgesteld. De nota’s van het zelfbeheerbudget worden betaald van de eigen schoolrekening. De directeur legt halfjaarlijks verantwoording af over het zelfbeheerbudget aan de algemeen directeur.
De overige gelden , zoals bv. de groepsafhankelijke gelden (onderhoud, schoonmaak, meubilair, elektriciteit, verwarming e.d.) worden beheerd op bovenschools niveau.
Meerjaarlijkse uitgaven onderwijsleerpakket (OLP-B) Hieronder vallen de kosten voor de aanschaf van lesmethodes. De middelen worden op bovenschools niveau beheerd. Op grond van een meerjarenbegroting, die de directeur jaarlijks indient, kunnen na overleg met de beleidsmedewerker onderwijs, methodes worden aangeschaft.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
33
De vergoeding in de lumpsum volgens de oude Londo-bekostiging is de norm. Bestuur en scholen moeten van de vergoeding rondkomen.
5.2.3
Zorgmiddelen (WSNS/Rugzakgelden)
Vanuit het samenwerkingsverband WSNS worden middelen beschikbaar gesteld voor de coördinatiekosten leerlingenzorg. De faciliteiten die het bevoegd gezag ontvangt, zetten we in om de interne begeleider vrij te roosteren. Als richtlijn heeft het bevoegd gezag gesteld, dat elke interne begeleider in elk geval 0.1 fte wordt vrij geroosterd. In het Zorgplan verantwoordt het samenwerkingsverband de inkomsten en de uitgaven.
5.2.4
Sponsoring
Voor het bedrijfsleven kan de school aantrekkelijk zijn om te benaderen voor sponsoring; de jeugd is immers een aantrekkelijke doelgroep. Bij sponsoring gaat het om geld, goederen en/of diensten die een sponsor verstrekt aan de school/het bevoegd gezag. In sommige gevallen kan een tegenprestatie van de school worden verlangd en is het van belang af te wegen of sponsoring in het belang is van de kinderen en of het verantwoord is de kinderen/de ouders met een tegenprestatie (bv. reclame) te confronteren. Schenkingen vallen niet onder sponsoring. Mocht de school sponsoring overwegen dan wordt bekeken of sponsoring verenigbaar is met de doelstellingen van de school. Overwogen wordt of de sponsoring in overeenstemming met de goede smaak en het fatsoen is en of de objectiviteit gewaarborgd is.
5.3
Materieel beleid
5.3.1
Meerjaren onderhoudsplan gebouw
Het onderhoud is verdeeld in de volgende onderdelen: • •
Bevoegd gezag: binnenkant, dit is in het algemeen klein en regulier onderhoud. Gemeente als lokale overheid: buitenkant, dit is in het algemeen groot onderhoud.
Het beheer van het gebouw en het terrein valt onder het takenpakket van de gemeentelijke dienst voor Openbare Werken. Zij inspecteren eens in de twee jaar de schoolgebouwen. Aan de hand daarvan wordt het meerjaren onderhoudsprogramma opgesteld. Op voorstel van de directie kunnen zaken worden aangepakt, daarbij moet echter rekening worden gehouden met het algemeen beleid van het bevoegd gezag. Voor het groot onderhoud, uitbreiding en nieuwbouw dient het bevoegd gezag jaarlijks voor 1 februari een aanvraag in bij de gemeente. In het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs Aa en Hunze zijn de beleidsvoornemens omschreven. Op basis hiervan worden beleidskeuzes gemaakt. Jaarlijks wordt in het op overeenstemming gericht overleg (OOGO) met alle schoolbesturen binnen de gemeente Aa en Hunze het huisvestingsprogramma voor het jaar erop besproken.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
34
ICT-beleid In september 2007 heeft de school nieuwe computers gekregen waarvan er 14 in het ICTlokaal staan. De andere computers zijn verdeeld over de groepen (3 per klas in de bovenbouw, 2 per klas in de middenbouw en 1 per klas in de onderbouw). Verder hangen er digitale schoolborden in de groepen 8. In de komende planperiode zullen de pc’s worden vervangen en zal het aantal digitale schoolborden worden uitgebreid. Speerpunten voor ontwikkeling (waarbij het accent ligt in de bovenbouw) zijn: Verdere integratie van ICT in ons onderwijsaanbod Aandacht voor veilig internetten en e-mailen Het gebruik van het digitale schoolbord (ook in andere groepen) Bovenschools wordt de school hierbij ondersteund door Picto en de werkgroep ICT, met daarin een vertegenwoordiger van onze school.
5.3.2
Meerjarenplan vervanging methodes
Goed onderwijs vereist moderne middelen, echter het vervangen van bijvoorbeeld methoden is een kostbare zaak. Een goede planning van wanneer welke methode wordt vervangen is noodzakelijk, om op die manier zicht te krijgen op de daarmee gemoeide investeringen en afschrijvingskosten. De school beheert zelf de afschrijving op lesmethoden.
5.4
Beleidslijnen en indicatoren
5.4.1
Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Middelen en Voorzieningen verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
5.4.2
Beleidsvoornemens
Als school willen we de leerlingen adequaat lesgeven, in een school die voorzien is van een inrichting die voldoet aan de huidige eisen en met methoden en leermiddelen die up to date zijn. Verder willen we dat het personeel inzicht heeft in de financiële middelen die ons ter beschikking staan en de manier waarop ze worden besteed.
5.4.3 • • • • • •
Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken
Er is een sluitend meerjarenplan voor: het regulier onderhoud van de schoolgebouwen, meubilair, hardware, ICT leermiddelen. Er is in 2015 een goed functionerend digitaal managementinformatiesysteem. Het personeel heeft inzicht in de begroting en besteding van OLP-A en OLP-B. De inrichting van de school voldoet aan de huidige eisen. De inrichting van de klassen is afgestemd op het onderwijs dat wij voorstaan. De methoden zijn up-to-date en worden vervangen volgens de planning.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
35
• •
Er is een up-to-date meerjarenbegroting op schoolniveau voor de komende planperiode. Hierin zijn herkenbare categorieën. ICT maakt structureel deel uit van ons onderwijsproces. De middelen daartoe zijn toereikend (voldoende up-to-date computers en digiborden).
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
36
6
Management van onderwijs- en ondersteunende processen
6.1 6.1.1
Visie op ontwikkeling en onderwijs Ontwikkeling van kinderen
De basisschool vormt de start van een lange schoolloopbaan. Het is een hele verantwoordelijkheid om te zorgen dat de schoolperiode voor elk kind goed verloopt. Dat de sfeer goed is. Dat de manier van werken aanspreekt. En dat het kind naar beste kunnen presteert. Lezen en rekenen springen daarbij zeker in het oog en dan vooral ook begrijpend lezen en schattend rekenen. Beide vaardigheden dragen namelijk bij aan iets dat in onze opvatting nog belangrijker is. We willen graag dat de kinderen zich zo goed mogelijk staande kunnen houden in de maatschappij; dat ze zo zelfstandig zijn als mogelijk is. Leren zelfstandig te functioneren is ons belangrijkste motto. Over ontwikkeling Ontwikkeling is het resultaat van rijping en leren. Rijping heeft betrekking op fysieke en mentale groei. Deze groei is spontaan en geeft het kind leermogelijkheden. Iets ‘duurzaam’ kunnen (vooruitgang boeken, andere houding aannemen, enzovoort) noemen we leren. Aan leren ligt een ingewikkeld informatieverwerkingsproces ten grondslag. Ontwikkeling wordt bepaald door de activiteit van het kind (rijping en leren), door de activiteit van de omgeving (in het bijzonder de leerkracht die het informatieverwerkingsproces ‘stuurt’) en het samenspel tussen beide. Daarmee is dus gezegd dat kinderen groot worden in interactie met hun omgeving. Als de ontwikkeling niet volgens verwachting verloopt Voor sommige kinderen bij ons op school geldt dat de ontwikkeling niet volgens verwachting verloopt. Hoe we met deze kinderen omgaan is omschreven in het Zorgplan. Er zijn kinderen die zo gemakkelijk leren dat het gewone programma te weinig uitdaging biedt. Er zijn ook leerlingen met leerbeperkingen die bijvoorbeeld minder profiteren van de aangeboden ervaringen en die het meer tijd kost d om zich kennis en vaardigheden eigen te maken. Het werkgeheugen is al snel overbelast (leidt tot ‘vergeten’) en het combineren van gegevens (oorzaak – gevolg) is niet altijd vanzelfsprekend. Wat altijd nodig is Kinderen en dan vooral de kinderen met leer- en contactbeperkingen vragen veel extra ondersteuning (bemoediging, extra informatie over een taak, structuur, enzovoort), Maar die moet zo worden gegeven dat zij geen gevoel van afhankelijkheid of incompetentie ontwikkelen. Hierin schuilt de essentie van het leerkracht zijn. Juist onze leerlingen hebben het nodig te ervaren dat ze taken aankunnen en zelfstandig tot een goed einde kunnen brengen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
37
Contact met ouders Wat niet ongenoemd mag blijven hier is het feit dat bij de begeleiding van de kinderen het contact met de ouders heel belangrijk is en blijft. We zullen dus steeds energie steken in het onderhouden van goede (ook informele) communicatielijnen met de ouders. Er is de mogelijkheid voor de ouders om op school te komen praten over de ontwikkeling van hun kind. In speciale gevallen is er mogelijkheid tot een huisbezoek. Het ideaal is dat school en ouders samenwerken. Drempels wegnemen en vertrouwen opbouwen Enkele zaken zijn heel bepalend voor het gevoel van eigenwaarde en zelfstandigheid. Dat geldt voor volwassenen evenzeer als voor kinderen: Weten wat je kunt en daar trots op durven zijn Weten wat je in principe allemaal nog kunt leren en de wegen en bronnen kennen Weten hoe je hulp kunt vragen aan anderen en weten dat dit juist een teken van kracht is In ons onderwijs besteden we er aandacht aan dat elk kind dat bij ons van school komt op deze punten zo goed mogelijk ‘scoort’. Grofweg gezegd bereiken we dat als volgt: we creëren leersituaties waarin een steeds groter beroep wordt gedaan op creativiteit, zelfstandigheid, sociale vaardigheden (samenwerken) en oplossingsgerichtheid. Zelfstandigheid bevorderen Wanneer je de zelfstandigheid van kinderen wilt bevorderen, is het nodig extra aandacht te besteden aan een aantal mogelijkheden die ieder kind in zich heeft. We denken daarbij vooral aan de volgende zaken: Het vermogen om probleemoplossend te denken/ informatie te selecteren. Mensen die onze school bezoeken zullen merken dat onze leerlingen ook op gezette tijden alleen of samen met anderen op zoek zijn naar antwoorden, in de school (via computer/ internet en bibliotheek) of daarbuiten. We willen er in de toekomst naar streven kinderen ook niet méér te helpen dan nodig. We willen ze dan ruimte geven voor ‘trial and error’, vallen en opstaan, zeg maar: zelfontdekking. Wanneer ze hun oplossingen voor bepaalde problemen gevonden hebben, willen we ze uitgebreid de gelegenheid geven om die met trots te presenteren. Het vermogen een situatie op je eigen niveau aan te pakken. Het klinkt misschien erg hoog gegrepen, dat probleemoplossend denken. Toch houden we aan het concept vast; alleen hoort er een nuancering bij, namelijk dat we een groot deel van onze energie zullen inzetten om de leerlingen te helpen zelf te bepalen welke situatie ze wel aankunnen en welke niet. Wanneer een probleem te complex is, zal de leerkracht met de leerling samen de opdracht ‘in stukjes’ hakken en zorgvuldige instructies geven. Op die manier leert het kind, via positieve ervaringen, wat het wél kan bereiken. Een eenvoudige goed uitgevoerde spreekbeurt of een eenvoudig maar wel netjes afgewerkt werkstuk is bevredigender dan een mislukking. En van daaruit kan verder gebouwd worden. Het is hier de taak van de leerkracht om goed in te spelen op de mogelijkheden van de individuele leerling. Ontdekken is het centrale thema. Ontdekken wat je mogelijkheden zijn, waar je grenzen liggen en zorgen dat de beperkingen niet overheersend worden. Ook dat is een belangrijke stap naar zelfstandigheid en autonomie.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
38
Het vermogen om door te zetten. We leren ze naast omgaan met successen ook omgaan met ‘falen’ en proberen ze bij te brengen dat een ‘mislukking’ niet erg is, omdat het nu eenmaal een logisch bijproduct is van uitproberen. Het vermogen om samen te werken met anderen. Het is niet de bedoeling om het streven naar zelfstandigheid te verwarren met streven naar een houding waarin alléén het ‘ik’ belangrijk is. Wij hechten veel waarde hechten aan belangrijke kwaliteiten als betrouwbaarheid, eerlijkheid, verantwoordelijkheid en het tonen van respect (= geven van ruimte) voor onze medemens en onze omgeving. We gaan ervan uit dat een kind dat zichzelf respecteert ook meer en gemakkelijker respect op kan brengen voor de naasten. We houden hierbij nadrukkelijk in de gaten dat gevoelens betreffende relatie, competentie en autonomie een enorme invloed hebben op de ontwikkeling van onze leerlingen. Een vertrouwensrelatie tussen leerkracht en leerling is daarvoor heel belangrijk. Vanuit deze basis laten we kinderen zo veel mogelijk samenwerken met anderen. Op die manier leren ze hoe ze contact kunnen leggen met anderen en wat de (basale) regels voor de omgang zijn. Het vermogen om je op te trekken aan goede voorbeelden. Een van de belangrijkste voorbeeldfiguren voor de leerlingen is de leerkracht zelf. Die functie vervult de leerkracht op dagelijkse basis. We vinden het belangrijk om niet alleen op het presteren op leergebied te focussen. Zo is er ruimte voor onze leerkrachten om bijvoorbeeld eens iets te vertellen over zijn of haar hobby’s of bijzondere gebeurtenissen. Het vermogen om eigen keuzes te maken. Vooral het probleemoplossend denken stimuleren we op onze school heel sterk, waarbij we de overige facetten niet vergeten. Zichtbare omgeving Om zelfstandig leren te bevorderen worden eisen gesteld aan de leeromgeving. Een korte ideaalschets: onze school is ingericht in lichte kleuren, overzichtelijk en schoon. Er is een goede tentoonstellingsruimte die de mogelijkheid geeft om regelmatig werk van kinderen te presenteren. De klassen zijn huiselijk ingericht. Er zijn verder voldoende plekken gecreëerd waar kinderen alleen of samen kunnen werken.
6.1.2
Bevordering van leergebiedoverstijgende kerndoelen
De leergebiedoverstijgende doelen uit de kerndoelen moeten gezien worden als streefdoelen, die dus op hoofdlijnen weergeven in welke richting gewerkt wordt. In 2006 zijn de leergebiedoverstijgende doelen uit de kerndoelen gehaald, maar zij werden door leraren erg gewaardeerd, omdat ze naar hun oordeel vooral het beeld van basisonderwijs uitstraalden: • • • • • •
De leerlingen hebben belangstelling voor de wereld om hen heen en zij zijn gemotiveerd deze te onderzoeken. De leerlingen kunnen een plan opstellen en ernaar handelen. De leerlingen kunnen bij leeractiviteiten uiteenlopende strategieën en vaardigheden gebruiken. De leerlingen leren met hun eigen mogelijkheden en grenzen om te gaan. De leerlingen leveren een positieve bijdrage in een groep. De leerlingen maken verantwoord en doelbewust gebruik van digitale communicatiemiddelen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
39
Al deze aspecten komen regelmatig in onze lessen aan de orde. Wij stimuleren waar mogelijk door middel van spelen, het werken in thema’s in de onderbouw, het opzetten van projecten, spreekbeurten, groepswerk, het maken van werkstukjes, interviews, opstellen van een (anti)pestprotocol. Sinds 2006 is de derde generatie kerndoelen van kracht. Het zijn er nog maar 58. De kerndoelen zijn geformuleerd voor grotere leergebieden, zoals: de talen, rekenen/wiskunde, oriëntatie op jezelf en wereld, kunstzinnige oriëntatie en bewegingsonderwijs. Bij de keuze van een nieuwe methode wordt erop gelet dat de methode voldoet aan de kerndoelen. De methoden die wij gebruiken voldoen aan de kerndoelen. Zie voor een nadere uitwerking bijlage 4.
6.1.3
Resultaat- en opbrengstgericht werken
Werken met de kerndoelen als streefdoelen is vanzelfsprekend een goede zaak; het geeft sturing aan het onderwijsleerproces. Wel is het van belang om de resultaten van dit onderwijsleerproces te meten en te evalueren en te bezien waar het proces voor de individuele leerling, een groep leerlingen of voor de hele klas moet worden bijgesteld. We beschikken over een gedegen leerlingvolgsysteem, waarmee we de resultaten van de leerling als individu, maar ook de resultaten van de groep als geheel goed in kaart kunnen brengen. Ook maken we op basis van deze gegevens trendanalyses, zodat we kunnen zien waar we het onderwijsleerproces moeten bijstellen. We streven naar een zo goed mogelijk resultaat op alle fronten. We stellen onze doelen hoog, maar blijven reëel. Succeservaringen zijn van groot belang voor de groei van zelfvertrouwen als basis voor verdere ontwikkeling. Het spreekt voor zich dat de resultaten van rekenen, taal/lezen en wereldoriëntatie gemakkelijker objectief vast te stellen zijn, dan de resultaten van bijvoorbeeld werken aan zelfstandigheid en zelfvertrouwen. Toch proberen we de resultaten van het onderwijsleerproces zo breed mogelijk te kaart te brengen en ons onderwijsaanbod daarop af te stemmen. Naast de methodeonafhankelijke en methodeafhankelijke toetsen, hebben we vanaf groep 5 Viseon, een instrument om de emotionele vorming van de leerlingen in kaart te brengen, het leerlingtevredenheidsonderzoek, en diverse observatie-instrumenten.
6.1.4
Aansluiting handelingsgericht werken/implementatie 1-zorgroute
De leerling staat niet op zichzelf, maar in relatie tot zijn omgeving. Daarmee wordt ook het (leer)gedrag van die leerling niet alleen door kindfactoren bepaald, maar ook beïnvloed door de mensen om hem heen en de situatie waarin de leerling verkeerd. Deze visie stelt de leerkracht in staat om te reflecteren op zijn eigen handelen: ‘Wat heb ik gedaan of kan ik doen om bij te dragen aan het succes van deze leerling?’
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
40
We gaan dus niet alleen op zoek naar verklaringen voor het (leer)gedrag van de leerling, maar ook naar de handelingsmogelijkheden die we hebben. Afstemming van het onderwijsaanbod op de onderwijsbehoeften van de leerling is heel belangrijk. Diagnostiek, advisering en begeleiding richten zich op het verbeteren van deze afstemming: het wegnemen of afzwakken van factoren die een ‘probleem’ beïnvloeden, het versterken van de positieve aspecten, en het zoeken naar een aanpak die werkt. Deze activiteiten richten zich niet zozeer op wat er mis is met een kind, maar op wat het nodig heeft om bepaalde doelen te bereiken en welke aanpak een positief effect heeft. ‘Wat heeft dit kind, met deze ouders, met deze leerkracht, op deze school en met deze groepsgenootjes de komende periode nodig om . . .?’ De onderwijsbehoeften zijn uitgangspunt voor handelingsgericht werken. Kinderen verschillen van elkaar; dat is een gegeven. Aan de basis van het werken met onderwijsbehoeften staat het accepteren van het feit dat kinderen verschillen. De onderwijsbehoeften richten zich op leerdoelen betreffende de vak- en vormingsgebieden en op sociaal-emotionele en werkhoudingsaspecten. Ze bieden aanknopingspunten voor de pedagogische en didactische aanpak van de leerkracht, de omgang tussen de groepsgenootjes en de inrichting van de onderwijsleeromgeving (groeperingsvormen, klassenmanagement, indeling van het lokaal en dergelijke). De gegevens die verkregen zijn door observatie, gesprekken, toetsen en analyse van het schriftelijke werk van de leerling worden omgezet in onderwijsbehoeften. In een groepsplan ordenen we de gegevens van leerlingen, kijken we welke onderwijsbehoeften er liggen en leggen we vast hoe we ons handelen afstemmen op deze behoeften. Waar mogelijk clusteren we leerlingen. Het handelen kan dus gericht zijn op de hele groep, een groep(je) van leerlingen met dezelfde onderwijsbehoefte, of een individuele leerling. Na enige tijd evalueren we het groepsplan met de IB’er en maken we een nieuw of bijgesteld groepsplan.
6.2 6.2.1
Pedagogische huisstijl Uitgangspunten
Uit het voorgaande is wel duidelijk geworden hoe belangrijk de functie van de leerkracht in dit geheel is. Met kinderen praten, problemen bespreken en oplossen, het kiezen van taken, begeleiden en het geven van hulp aan kinderen en bespreken van gemaakt werk: de wijze waarop wij als leerkrachten met deze zes aspecten omgaan, kleurt in hoge mate onze pedagogische huisstijl (opvoedende omgang). Als team zijn we informeel én gepland met elkaar in gesprek over de manier waar wij reageren op kinderen. Het succes van het werk op onze school valt of staat met een veilig en uitnodigend pedagogisch klimaat. Uit het oudertevredenheidsonderzoek blijkt dat ouders tevreden zijn over de sfeer in de school (97%) en de omgang van de leerkracht met de kinderen (94%). Dit is een punt dat we, gelet op onze hoofddoelen, zeker vast moeten houden en nog verder uit moeten bouwen In deze paragraaf werken we dit gegeven verder uit. We bespreken waarom de vertrouwensrelatie tussen ons als leerkrachten en onze leerlingen in het licht van de pedagogische huisstijl een fundamentele notie is.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
41
De vertrouwensrelatie als basis voor zelfvertrouwen Wij onderhouden met onze leerlingen een relatie, in welke mate dan ook. De manier waarop wij deze relatie vormgeven, bepaalt of de leerlingen zich bij ons prettig, veilig en geaccepteerd voelen. We zeggen dus eigenlijk dat de kwaliteit van de relatie (het sociale) van invloed is op de gevoelshuishouding van het kind (het emotionele). De vertrouwensband en zelfvertrouwen gaan hand in hand. Het zijn de twee benen waarop de leerling zich staande kan houden bij de problemen die hij tegenkomt. Een leerling die stevig op deze twee benen staat, heeft een goed beeld van wat hij zelf aankan, maar weet ook wat hij van de leerkracht kan verwachten als het even niet lukt. De leerling vertrouwt erop dat het hem zal lukken en zo niet, dan weet hij dat de ander beschikbaar is voor hulp en steun. Hierdoor raakt de leerling minder snel uit zijn evenwicht en heeft hij meer kans om het er goed vanaf te brengen dan een leerling die slechts op één been steunt of helemaal geen been heeft om op te staan. Afstemmen op behoefte van het kind In onze reacties besteden we aandacht aan de emoties, het aanpakgedrag en het waarom van het probleem of de oplossing. Dit betekent echter niet dat in elke reactie van ons als leerkrachten deze componenten ook aanwezig zijn. Wanneer een leerling bij ons komt om te vragen hoe iets moet, is het niet altijd goed eerst met de leerling te gaan praten hoe vervelend het is dat hij er niet uitkomt. De leerling wil gewoon weten hoe het moet. Zo zijn er nog wel meer voorbeelden te verzinnen. We moeten de leerlingen geen goedbedoelde adviezen geven als ze het idee hebben er zelf wel uit te komen. Ook moeten we ze niet overstelpen met informatie en uitleg als ze allang snappen wat er aan de hand is. Wel is het zo dat een vertrouwensrelatie zich alleen ontwikkelt, als wij als leerkrachten over een langere periode de eerder genoemde componenten in onze reacties aan bod laten komen. Het opmerken en taxeren van behoefte aan ondersteuning van leerlingen is een moeilijk maar tegelijk kenmerkend aspect van onze omgang. Het vergt van ons als leerkrachten veel sensitiviteit, het vermogen om signalen of problemen bij kinderen op te merken en de emotionele betekenis ervan waar te nemen. Pas dan kunnen wij op een juiste manier reageren. Een passende en tijdige reactie op een signaal van de leerling wordt wel een responsieve reactie genoemd. Tot slot: wanneer een leerling vertrouwen heeft in zichzelf en de leerkracht, dan zal dit zich ook uiten in het gedrag. Het kind zal flexibeler worden, zich competent en autonoom voelen, beter om kunnen gaan met uitgestelde aandacht, teleurstellingen en heftige emoties.
6.2.2
De uitwerking in de praktijk
In het schoolleven van alledag zijn er vele onderwijsleersituaties waarin zelfvertrouwen en vertrouwen in anderen kan groeien (of onder druk kan komen te staan). We hebben de voor ons belangrijke situaties op een rij gezet. Met kinderen praten In de manier waarop en de frequentie waarmee wij met kinderen praten is goed zichtbaar dat wij echt aandacht hebben voor de werkelijke boodschap die kinderen uitzenden. We tonen respect voor de eigen mening van het kind en zijn gevoelens (vragen stellen, terughoudend met het uitspreken van waardeoordelen, oogcontact, fysieke nabijheid).
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
42
En bij de manier waarop wij als leerkrachten onze eisen en wensen formuleren gaan wij uit van wederkerigheid: de manier waarop wij onze wensen en eisen kenbaar maken richting het kind, zou het kind in principe ook richting ons moeten kunnen omschrijven. Problemen bespreken en oplossen Als er iets misgaat, is het belangrijk dat het kind ervaart dat het zelf een oplossing kan bedenken of daaraan een bijdrage kan leveren (ervaren van controle over de situatie). Cruciaal is daarbij de ‘kijk’ van het kind op zijn eigen mogelijkheden. We vinden het belangrijk te benadrukken dat het kind heel veel mogelijkheden heeft en invloed kan uitoefenen. Ook willen we laten zien en ervaren dat als mogelijkheden in aanleg beperkt zijn, dat nog niet betekent dat ze onveranderlijk zijn (ik ben nu eenmaal niet zo slim). Met andere woorden: de aanleg van het kind bepaalt de mogelijkheden weliswaar voor een deel, maar nog belangrijker is het gedrag: doorzetten, de situatie goed bekijken en je best blijven doen. Opdrachten voor leerlingen Met betrekking tot de keuze van de taken vinden wij het van belang dat het doel van de taak voor de leerling duidelijk is, dat hij erover meedenkt en ermee instemt (of waar mogelijk zelf het doel stelt). Ook mag de taak niet te moeilijk zijn (het kind moet succeservaringen op kunnen doen en de doelstelling van de taak zonder al te veel hulp zelfstandig kunnen bereiken (autonomie). Bespreken van werk Het geven van instructie en het bespreken van gemaakt werk is een goede gelegenheid om het zelfvertrouwen van kinderen te versterken. Opnieuw: kinderen moeten de relatie zien tussen handelingen en prestaties (en dus niet tussen eigenschappen en prestaties). Als kinderen deze relatie zien, ontdekken ze ook dat ze zelf invloed hebben op hun prestaties en dat ze slechte prestaties kunnen verbeteren. Daarnaast zijn er nog een aantal punten waarop wij expliciet letten. Zo proberen we haalbare en heldere criteria aan kinderen door te geven aan de hand waarvan het werk gecorrigeerd óf beoordeeld wordt (en het werk is alleen goed als aan deze criteria is voldaan). Verder huldigen wij het idee dat je van fouten kunt leren. We geven het kind altijd de gelegenheid foute onderdelen nog eens te doen (we laten het er niet bij zitten). Ten slotte proberen we zo veel mogelijk de prestaties van het kind te vergelijken met eerder werk. We denken dat deze vergelijking het meeste bijdraagt aan de totstandkoming van motivatie en zelfvertrouwen. Hulp geven Tijdens de begeleiding van het kind bij zijn taak is de vraag ‘wanneer geef ik hulp’ en ‘hoe geef ik hulp’ het overdenken waard. We willen wel toe naar het uitgangspunt: als het kind niet om hulp vraagt, dan geven wij die ook niet. Het streven is om de kinderen te leren om zelfstandig te doen wat ze zelfstandig kunnen doen. Geven van hulp zonder dat het kind erom vraagt kan namelijk worden opgevat als ‘Ik denk dat je het niet alleen kunt’.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
43
Natuurlijk moet het niet helpen van het kind als het er niet om vraagt geen absolute regel zijn. We willen het kind helpen als we zien dat het op de verkeerde weg is en het niet te verwachten is dat het er zelf achter komt. Maar in de communicatie met het kind willen we dan wel proberen het kind zelf het gevoel te geven dat het controle over de situatie behoudt, bijvoorbeeld door te zeggen: ‘Ik denk dat er iets is dat je beter anders kunt doen. Vind je het goed als ik je dat laat zien?’ Als we hulp geven dan willen wij als leerkrachten proberen dit ook zo veel mogelijk op een niet sturende manier te doen (open vragen).
6.2.3
Schoolregels en omgaan met moeilijk gedrag
Regels en afspraken ondersteunen het (pedagogisch) klimaat dat we nastreven: iedereen moet zichzelf kunnen zijn en zelfvertrouwen kunnen opbouwen. Anderen zijn beschikbaar voor hulp en ondersteuning als daarom gevraagd wordt. We hebben als school duidelijke algemene schoolregels ontwikkeld die voor iedereen gelden en die we op verschillende plekken in de school visualiseren. De regels in de klas en op het plein zijn hiervan afgeleid en worden bewaard in de (interne)schoolgids: Ik accepteer de ander en discrimineer niet Ik scheld niet en doe niet mee aan uitlachen of roddelen Ik blijf van een ander en de spullen van een ander af Als iemand mij hindert, vraag ik hem of haar daarmee te stoppen Als dat niet helpt, vraag ik een meester of juffrouw om hulp Als er ruzie is, speel ik niet voor eigen rechter Ik gebruik binnen en buiten de school geen geweld Ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden Het spreekt voor zich dat vooroordelen, discriminatie en pesten haaks staan op wat wij willen bereiken met het pedagogisch klimaat. Wanneer zich incidenten voordoen, wordt meteen corrigerend opgetreden. Moeilijk gedrag Op school komen we gedragsproblemen tegen wanneer kinderen de geldende normen en regels overschrijden. Hoe vaker dat gebeurt, hoe langer dat duurt en hoe meer last of schade de omgeving daarvan heeft, hoe ernstiger we het probleem vinden. Wanneer kinderen gedrag vertonen dat haaks staat op onze manier van omgaan met elkaar, dat treden we corrigerend, sturend op. We proberen in ieder geval als leerkrachten in de buurt te zijn om kinderen te ondersteunen bij het laten zien van positief gedrag, vooral in situaties die voor kinderen ‘open’ zijn of weinig gestructureerd (plein, lopen naar het gymnastieklokaal, enzovoort). We ondersteunen het spel, leggen spelregels uit, helpen kinderen bij het vragen om mee te mogen spelen. Hoewel kinderen erop mogen vertrouwen dat we moeilijke situaties samen bespreken en zoeken naar manieren om het anders aan te pakken, streven we ernaar ze vóór te zijn. We reageren op een kind dat in de klas onrustig dreigt te worden en behoefte lijkt te hebben aan beweging. Bewegen, korte opdrachtjes, de mogelijkheid om even van de plaats te lopen kunnen soms een goede ondersteuning zijn. Zo nodig zullen we ook spreken met de ouders, om samen te overleggen hoe we het kind het best kunnen begeleiden.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
44
Grensoverschrijdend gedrag Daar waar grensoverschrijdend gedrag wordt opgemerkt en corrigerend optreden weinig effect heeft, zal dit zeker consequenties hebben. Ook hier zijn we duidelijk over. Goed gedrag zal in zijn algemeenheid beloond worden, maar normoverschrijdend gedrag wordt uiteindelijk bestraft. Als we in het uiterste geval tot straffen moeten overgaan, dan zorgen we ervoor dat de straf ‘proportioneel’ is. Ook is de tijd die ligt tussen het ongewenste gedrag en de straf zo kort mogelijk. Preventief optreden en het kind helpen bij het laten zien van wenselijk gedrag heeft dus altijd onze voorkeur. Overigens stellen we het kind altijd in de gelegenheid het ongewenste gedrag ‘goed te maken’. Waar nodig zullen we het kind hierbij helpen. In extreme gevallen hanteren we het Stappenplan grensoverschrijdend gedrag leerlingen van Stichting PrimAH.
6.3
Didactisch ontwerp
Niet alleen de ‘onderwijsatmosfeer’ (of het pedagogische klimaat) waarin wij leerlingen in contact brengen met leerinhouden is voor ons van betekenis. Ook de inhouden zelf en de manier waarop wij de kinderen aan het werk zetten (werkvormen en organisatie, oftewel het didactisch ontwerp) is van invloed op de ontwikkeling die het kind doormaakt.
6.3.1
Leren en ‘leren leren’
Succesvolle leerlingen: Begrijpen dat leren meer is dan iets uit je hoofd leren. Ze zoeken zelf naar relaties tussen verschillende soorten kennis en betrekken nieuwe leerstof bij datgene wat ze al wisten. Ze stellen hier ook heel vaak vragen over en komen met hun verhalen naar voren. Kijken naar de leertaak en kiezen vaak zelf een bij de taak passende leerstrategie om de leerstof te verwerken. Een samenvatting maken, voorbeelden zoeken, inprenten zijn hiervan voorbeelden. Houden hun emoties bij het leren onder controle. Ze genieten van behaalde successen en laten zich niet ontmoedigen als het even niet lukt. Plannen goed. Dat willen zeggen: ze vragen zich zelf al af wat de doelstelling van een bepaalde taak is en hoe ze die doelstelling het beste kunnen bereiken. Ook blijken succesvolle leerlingen hun eigen schoolprestaties evenwichtig te kunnen beoordelen. Sommige leerlingen kampen juist op deze punten met de nodige beperkingen. Generaliseren, het flexibel toepassen van strategieën in complexe taken en het aanpakken van meer uitdagende open opdrachten leveren nogal eens problemen op. Ook het volgen van de ingewikkelde interacties tijdens instructiemomenten kan soms erg verwarrend voor het kind zijn. Soms worden al deze beperkingen versterkt doordat de leerling over weinig zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen beschikt. Het is een valkuil om je ambities bij deze kinderen op voorhand naar beneden toe bij te stellen en lage verwachtingen te hebben. We geloven dat met tijdige en volledige ondersteuning (zowel pedagogisch als didactisch) veel bereikt kan worden. We denken
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
45
hierbij aan: goede planning en overzichtelijke organisatie van de instructie, werken in kleine leerstapjes, voorstructureren van leertaken waar nodig en extra motiveren en bemoedigen.
6.3.2
Leerstof
Er zijn enkele punten die bij ons op school opvallen en die ook onze opvatting over leren en ‘leren leren’ weerspiegelen. De leerstof die wij aanbieden bestaat niet alleen uit feitenmateriaal (kennis vergaren); we bieden ook leerstof aan waarmee de leerlingen hun sociale, praktische en kunstzinnige vaardigheden kunnen ontwikkelen. Bij de keuze van leerinhouden letten we vooral op de betekenis die de leerstof voor kinderen heeft. Op dit punt zijn we zelfs uitermate scherp. De directe relatie tussen wat op school is geleerd en de toepassing daarbuiten is van groot belang voor de zelfredzaamheid. Niet alle kinderen bij ons op school leggen even gemakkelijk zelf dat verband. Op onze school zijn daarom veel ‘levensechte’ materialen te zien, bijvoorbeeld recepten, kranten, reclamefolders met prijzen, weeg- en meetapparatuur. We proberen zo veel mogelijk de buitenwereld naar binnen te halen (aanschouwelijk onderwijs). Waar mogelijk bieden we de leerstof ook in samenhang aan. Thematische projecten en een koppeling tussen taal, rekenen en wereldoriëntatie zijn in de kleuterbouw aan de orde van de dag. In de andere groepen wordt regelmatig op deze manier gewerkt. Ook letten we erop dat de leerstapjes niet al te groot zijn en dat er voldoende gevarieerde oefenmogelijkheden zijn. Soms bieden bestaande methodes voor enkele leerlingen onvoldoende oefenstof om kennis en vaardigheden algemener bruikbaar te maken. We beschikken daarom over een orthotheek met specifieke materialen en hulpmiddelen bij de methodes.
6.3.3
Leervormen
We brengen onze leerlingen in contact met leerinhouden door middel van werkvormen zoals instructie geven (en feedback), demonstreren, het leergesprek, leren door zelf te onderzoeken, rollenspel, voorlezen enzovoort. We vinden het belangrijk dat kinderen een actieve rol in het leerproces krijgen toegemeten en de keuze van de werkvormen stemmen we daarop ook af. Belangrijk om te melden is verder dat we door de hele school heen aandacht besteden aan het ‘leren leren’ zelf. In de hoogste klassen bereiden we de kinderen voor op studievaardigheden en bespreken en trainen we nadrukkelijk op welke manier een leerling succesvol kan zijn.
6.3.4
Instructie geven
Instructie geven is een van de belangrijkste activiteiten van de leerkracht. We besteden er daarom extra aandacht aan. Wij geven instructie volgens het Activerende Directe Instructie Model (ADIM). Wij proberen tijdens de instructie de leerlinge actief te betrekken bij het onderwijsleerproces. Kernpunten zijn: • • •
Dagelijkse terugblik op voorafgaande leerstof Oriëntatie op het onderwerp en het leerdoel Uitleg over het onderwerp
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
46
• • • •
Inoefenen Zelfstandig verwerken Evaluatie van wat er geleerd is Feedback
Een nadere uitwerking is opgenomen in bijlage 6. Leerlingen die het nodig hebben blijven nog oefenen onder begeleiding van de leerkracht terwijl andere kinderen al zelfstandig aan de slag gaan. Dit noemen we ‘verlengde instructie’. Het onder begeleiding inoefenen helpt de kinderen de grote stap te maken van instructie naar de zelfstandige verwerking.
6.3.5
Coöperatief leren
We besteden ook aandacht aan samenwerken. Samenwerken heeft namelijk een positieve invloed de cognitieve en sociale ontwikkeling van de leerlingen. Het is ook een goede manier voor het realiseren van doelstellingen als actief leren, ontwikkeling van de denkvermogens, leren oplossen van problemen, integratie en toepassing van kennis, en actief mondeling taalgebruik. Bovendien leren de leerlingen erdoor om te gaan met de individuele verschillen tussen de leerlingen in de klas. Het is hierbij wel belangrijk dat de leerlingen weten dat ze het werk niet op anderen kunnen afschuiven. Om een betekenisvolle directe samenwerking te krijgen, moet de groep niet te groot zijn (meestal twee tot vier leerlingen). Wij beschikken over een arsenaal aan coöperatieve werkvormen waarmee we de leerlingen leren effectief samen te werken.
6.3.6
Zelfstandig werken
Als de leerlingen van onze school naar het voortgezet onderwijs gaan, willen we dat ze zelfstandig de leerstof die hen wordt geboden kunnen verwerken. Om hen zover te brengen vormt het leren zelfstandig te werken een belangrijk onderdeel van ons onderwijsleerproces. Leerlingen leren werken aan een ‘taak’, van een taak per dagdeel tot een weektaak in groep 8. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een aantal hulpmiddelen. Zie hiervoor bijlage 7. Kinderen kunnen zelfstandig werken als ze: • • • • •
Zelf oplossingen kunnen zoeken Een taak kunnen overzien en op basis daarvan hun werkzaamheden kunnen plannen Niet steeds bij de leerkracht komen Elkaar kunnen helpen en hulp kunnen accepteren In eigen (voldoende) tempo hun werk kunnen doen
De leerkracht kan dan: • • • •
Verlengde instructie geven Observeren Aandacht geven aan de kinderen die dat nodig hebben Kinderen stimuleren een oplossing te vinden voor de uitdagingen die ze tegen komen
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
47
6.3.7
Klassenorganisatie
Een duidelijke klassenorganisatie levert ook een bijdrage aan een krachtige leeromgeving. We maken kinderen er trouwens ook mee verantwoordelijk voor. We hanteren een leerstofjaarklassensysteem waarin de kinderen heterogeen zijn gegroepeerd. Onze kinderen stellen uiteenlopende eisen aan de inrichting van hun leefomgeving. Zonder deze verschillen over het hoofd te zien stellen we dat gemiddeld genomen leerlingen welvaren bij voorspelbaarheid, eenduidigheid en structuur. Dit betekent bijvoorbeeld dat: wij er schoolbreed voor zorgen dat werk-, knutsel-, praat-, lees-, en speelplekken als zodanig zijn gemarkeerd bij bijzondere onderwijssituaties (gymnastiek, school-tv, speelplein) wordt aangegeven welk gedrag passend is in deze omgeving de functie van de werkplek van de leerkracht herkenbaar is (wanneer kan er even worden langsgelopen voor een praatje, wanneer is het de centrale plek voor de klassikale les, wanneer is het de plaats voor individuele instructie?) in de kleedkamer van het gymnastieklokaal ieder kind z’n een eigen plekje heeft er vaste plekken zijn waar leermiddelen gehaald kunnen worden (vaste looproutes) er niet al te veel wisselingen in de opstelling en inrichting van de klas plaatsvinden en de leerling een eigen plek in de klas heeft Deze opsomming is natuurlijk indicatief. Algemene richtlijnen zijn nauwelijks te geven. De feitelijke inrichting zal sterk afhangen van de factoren die op dat moment bij de kinderen storend, praktisch of stimulerend kunnen werken.
6.4 6.4.1
Leerstofaanbod Methodisch aanbod en aanvullende materialen
Voor een overzicht van de leerstofgebieden voor de groep 1 tot en met 8 verwijzen we naar bijlage 4 bij dit plan. De kerndoelen en de gebruikte leermethoden staan in deze bijlage beschreven. De school gebruikt moderne hulpmiddelen om de diverse vaardigheden aan te leren. Ook in de schoolgids wordt hier aandacht aan besteed. Bevordering Actief Burgerschap en integratie Door de ontwikkelingen in de maatschappij (zoals toenemende individualisering en een pluriformer wordende samenleving) wordt van ons als school gevraagd om actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Burgerschapsvorming zien wij niet als een apart vak, maar als een vanzelfsprekend onderdeel in het onderwijs. Het beste resultaat wordt bereikt als we het burgerschap verweven met het handelen van zowel de leerlingen als de leerkrachten. Daarnaast maakt de school het mogelijk dat elke leerling kennis heeft van verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Kennismaking met die leeftijdsgenoten is daarbij een eerste stap.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
48
6.4.2
ICT in de school
In het onderwijs neemt de computer een steeds belangrijker plaats in. Iedere groep heeft de beschikking over een aantal computers in de klas die zijn aangesloten op het schoolnetwerk. Verder is er een aparte ICT-ruimte. Via deze computers kunnen de kinderen met name in de bovenbouw via het internet informatie vergaren. Verder worden de computers gebruikt voor educatieve en remediërende programma’s die de gebruikte methoden ondersteunen. De computers worden ook vanaf groep 6 gebruikt om een typecursus te volgen. Deze kan worden afgesloten met een diploma. Tot slot hebben we in de groepen 8 digitale schoolborden die ingezet worden bij instructie door de leerkracht of presentaties van de leerlingen.
6.5 6.5.1
Differentiatie in de school Verschillen in ontwikkelingsniveau
Kinderen op de basisschool verschillen in ontwikkelingsniveau. Ook zijn er bijbehorende leerlingenkenmerken die verschillende behoeften met zich meebrengen. Zo moeten jonge kinderen duidelijk nog groeien in werkgeheugen, in ervaring met meer complexe taken en in het vermogen tot abstraheren. Zelfstandigheid moet geleerd worden en de behoefte aan spel is groot. Oudere kinderen echter zijn al meer in staat om aan eigen doelen te werken en zijn gemiddeld genomen zelfstandiger.
6.5.2
Afstemming op de ontwikkeling- en onderwijsbehoeften van het kind
Met deze verschillen in ontwikkeling houden we rekening in onze aanpak, dat wil zeggen in de manier waarop we met kinderen praten, hun werk bespreken, leertaken voorstructuren en hulp geven. Daar waar verschillen binnen een jaargroep zichtbaar zijn, gaan we differentiëren. Werken in de klas als geheel Als de vaardigheden van de leerlingen op het terrein van bijvoorbeeld lezen en werkhouding niet te ver uiteen liggen, willen we de leerlingen zo veel mogelijk met elkaar in een groep laten functioneren. Dat ze op andere punten niet exact hetzelfde kunnen is dan niet erg. Integendeel: ze kunnen tijdens diverse lessen, die in de klas gegeven worden, van elkaar leren. Het lesgeven aan de hele jaargroep heeft onze eerste voorkeur. Het is dan de kunst voor de leerkracht om de leerlingen elk op hun eigen niveau te benaderen. Ze krijgen tijdens de instructie en verwerking verschillende vragen, hun antwoorden worden passend bij hun capaciteiten beoordeeld, en zij mogen met verschillende oplossingsmethoden komen. Werken in subgroepen in de klas Werken met de hele klas tegelijk zal niet altijd voldoen voor alle vakken. Voor een aantal typische vaardigheidsvakken als spelling, technisch lezen en rekenvaardigheid is het toch wel erg van belang om te zorgen dat elk kind optimaal de eigen ontwikkelingslijn kan volgen. In deze situatie zullen we eventueel werken met een indeling in subgroepen binnen de klas. Anders gezegd: bij bepaalde lessen zullen we de groep tijdelijk ‘opknippen’ in (maximaal) drie subgroepjes, die elk instructie krijgen op hun eigen niveau.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
49
Werken met individuele leerlingen Soms is het onvermijdelijk individuele kinderen te laten werken met een eigen leerlijn. Bijvoorbeeld als er een leerling in de groep zit die al goed kan lezen, terwijl de rest nog maar net begonnen is met aanvankelijk lezen. In principe heeft individueel werken niet onze voorkeur, maar als het gebeurt, dan liefst binnen de eigen klas. Werken buiten de klas Het kan voorkomen dat leerlingen voor sommige instrumentele vakgebieden een beetje ‘buiten de boot vallen’. Bijvoorbeeld omdat ze niet voldoende van de instructie profiteren die de eigen leerkracht verzorgt en daarom een bepaalde vaardigheid maar niet onder de knie krijgen. Zo’n leerling heeft een tijdje wat extra aandacht, instructie en oefening nodig. In een dergelijk geval kan een tijdelijke remedial teaching een oplossing zijn. Als het ook maar éven kan dan bieden we remedial teaching gewoon in de eigen groep aan. Soms zijn de ontwikkelingsproblemen hardnekkiger. Een aparte leerlijn kan dan een optie zijn en als dit voor meer leerlingen geldt dan is clustering het overwegen waard. Maar, zoals we eerder al zeiden: dit is een organisatievorm waarvan we liever niet te veel gebruik willen maken.
6.6
Leerlingenzorg
Voor de individuele afstemming op de leerling is de eigen groepsleerkracht in eerste instantie verantwoordelijk. De groepsleerkracht heeft daarbij tot taak dat hij of zij: De ontwikkeling van kinderen volgt en diens eigen ontwikkeling als norm hanteert Rekening houdt met verschillen tussen kinderen Preventief handelt (heterogene groep, instructiegroepen, gedifferentieerd werken) Zelfvertrouwen van kinderen en vertrouwen in anderen bevordert Het leergedrag van kinderen verbetert Om leerkrachten te ondersteunen bij deze boeiende maar lastige taak is er een zorgstructuur ontwikkeld die uitvoerig in een handleiding beschreven staat. De handleiding ligt op school ter inzage.
6.6.1
Gewoon waar het kan en speciaal waar het moet
Het onderwijs op onze school heeft zijn ‘gewone’ beloop (gewoon waar het kan), maar waar het moet stemmen we het onderwijs nadrukkelijk af op de ontwikkeling van het kind (speciaal waar het moet). Vorderingen volgen Aan het begin van het schooljaar wordt de signaleringskalender samengesteld, waarop is aangegeven op welke momenten de verschillende methodeonafhankelijke toetsen en observaties worden afgenomen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
50
Het leerlingvolgsysteem geeft een overzicht van de resultaten van alle methodeonafhankelijke toetsen en observaties van een leerling gedurende de schoolloopbaan. Op deze wijze kunnen de vorderingen van leerlingen nauwkeurig worden gevolgd. De resultaten van de toetsen/observaties worden digitaal en in de zorgmap vastgelegd. Extra zorg Om de zorg binnen de school goed te organiseren hebben we een intern begeleider. Ouders en leerkrachten kunnen met de intern begeleider de problematiek van een leerling bespreken. In overleg wordt een plan voor verdere begeleiding opgesteld. De begeleiding kan bestaan uit extra ondersteuning binnen de groep dan wel individuele ondersteuning buiten de groep. Leerkracht(en) en intern begeleider maken afspraken over de organisatie van de extra ondersteuning. In sommige gevallen besluiten leerkracht en intern begeleider advies te vragen aan deskundigen buiten de school. Onze school maakt namelijk deel uit van een regionaal Samenwerkingsverband waarin openbare scholen en scholen voor speciaal onderwijs samen werken. Als school hebben we de mogelijkheid een beroep te doen op deskundigen die participeren in het Samenwerkingsverband. Ook kan de intern begeleider adviseren hulp te zoeken bij andere buitenschoolse instanties (GGZ/Accare/ specialist).De volledige zorgstructuur is vastgelegd in het zorgdocument van de school. Deze ligt ter inzage op school.
6.6.2
Afstemming: rol van de leerkracht
Hoe de afstemming op de behoefte van leerlingen is geregeld is weergegeven in paragraaf 6.5.2 Afstemming op de ontwikkeling- en onderwijsbehoeften van het kind.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
51
6.6.3
Voorzieningen voor leerlingen met een speciale onderwijs- of instructiebehoefte
De groepsleerkrachten Van de groepsleerkrachten wordt ten behoeve van de speciale zorg voor kinderen het volgende verwacht: Signaleren van problemen Eigen handelen ter discussie stellen Toetsen afnemen Leerlingenvorderingen bijhouden Het maken van een groepsplan en deze uitvoeren Uitvoeren van handelingsplannen Contacten onderhouden met ouders De interne leerlingbegeleider De taak van de interne leerlingbegeleider bestaat uit het coördineren van alle zaken rond de speciale leerlingbegeleiding in de school. De zorgcoördinator wordt bijgestaan door de directeur. Taken van de intern begeleider zijn: Zorg dragen voor de leerlingdossiers Afnemen van toetsen Interpreteren van toets uitslagen en hulp organiseren voor leerlingen met een opvallend lage score Bijhouden van het leerlingvolgsysteem Bespreken van handelingsplannen met groepsleerkrachten Voorbereiden van de leerlingbespreking Bijhouden van de orthotheek Contact onderhouden met het speciaal onderwijs Contact onderhouden met de zorginstanties buiten de school Zorg dragen voor het nakomen van de gemaakte afspraken Regelmatig evalueren Deelnemen aan het coördinatorenoverleg binnen het samenwerkingsverband primair onderwijs De logopediste Een keer per jaar worden alle kleuters van groep 2 gescreend op logopedische problemen. Lichte problemen worden op school behandeld door de logopediste. Kinderen met ernstige spraakproblemen worden zo veel mogelijk doorverwezen naar particuliere logopedisten. Bespreking in het team Onze school ziet de zorg van de leerlingen als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Bij de begeleiding van leerlingen met opvallende ontwikkelingen vindt dan ook collegiale ondersteuning plaats.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
52
Ongeveer een maal per maand vindt een bouwvergadering plaats. Vast onderdeel van deze bijeenkomst vormt de bespreking van leerlingen. Naast de inbreng van de problematiek van leerlingen kan bij collega’s geïnformeerd worden naar aanvullende informatie dan wel suggesties met betrekking tot verdere begeleiding. Is de problematiek van een leerling dermate ernstig dat het voltallige team op de hoogte dient te worden gebracht, dan wordt dit ingebracht tijdens een plenaire teamvergadering. Afspraken rond de begeleiding van leerlingen worden vastgelegd in het dossier. Speciale voorzieningen Een kind heeft recht op onderwijs, ook als het ziek is. Wanneer een leerling langdurig ziek is, thuis of in het ziekenhuis zorgt de school ervoor dat de leerling betrokken blijft bij het onderwijs. Een aangepast programma kan de leerling de nodige afleiding geven en het contact tussen kind en school waarborgen. Ook wordt zo voorkomen dat de achterstand te groot wordt. Om de begeleiding van zieke kinderen zo optimaal mogelijk te realiseren kan de school een beroep doen op de consulenten Onderwijs aan Zieke Leerlingen. Zij kunnen de leerkracht adviseren bij het aanpassen van de leerstof. In overleg met de school en de ouders kan de consulent de leerling 1 à 2 keer per week bezoeken om samen met de leerstof bezig te zijn. Leerlingen die belemmeringen ondervinden in het leer- of ontwikkelingsproces of die hierin een voorsprong hebben, worden planmatig op hun niveau aangesproken.
6.7
Passend onderwijs/ Implementatie 1-zorgroute
De nota Vernieuwingen van de zorgstructuren in het funderend onderwijs stelt dat het bevoegd gezag de plicht krijgt om voor alle leerlingen passend onderwijsaanbod te bieden. Dit betekent dat goed overleg en samenwerking met de diverse partijen van belang zijn. Passend onderwijs voor elke leerling wordt gerealiseerd uitgaande van de bestaande zorgstructuren in het PO, samenwerkingsverbanden WSNS, LGF, SO, het LWOO, RVC’s, Jeugdzorg en onderwijsondersteunende instanties. Hiermee komt de huidige werkwijze m.b.t. leerlingen met een rugzakje te vervallen, vanaf augustus 2012.
6.7.1
Schoolbeleid
Het huidige schoolbeleid met betrekking tot leerlingen met een beperking (leerlingen met een rugzakje) komt te vervallen door de invoering van Passend Onderwijs in 2012. We gaan er daarom hier niet meer diep op in. In het schooljaar 2011-2012 wordt nieuw beleid opgesteld. Leerlingen met een rugzakje Het ‘rugzakje’ is bedoeld voor kinderen met een handicap of een beperking die extra voorzieningen nodig hebben om regulier onderwijs te kunnen volgen. Ouders kunnen kiezen voor regulier of speciaal onderwijs. Kiezen ouders voor het ‘gewone’ basisonderwijs dan gaat de school kijken of ze het kind datgene kan bieden, wat het nodig heeft. Een basisschool kan, mits daarvoor een goede reden is, het kind weigeren, maar het speciaal onderwijs mag een kind niet weigeren. De aanmelding naar het speciaal onderwijs gaat via de Commissie
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
53
van Indicatiestelling (CvI). Het Regionaal Expertisecentrum (REC) kan onderzoek verrichten en informatie en adviezen verstrekken. Kinderen met een handicap kunnen alleen terecht in de speciale school die past bij hun handicap. Om een weloverwogen keuze te maken is het verstandig dat ouders zich goed op de hoogte stellen van alle mogelijkheden. Het REC kan daarbij behulpzaam zijn. Als de school instemt met plaatsing, dan wordt een handelingsplan opgesteld. Hierin wordt afgesproken wat men wil bereiken met het kind, op welke manier en op welke termijn. Ook het gebruik van de faciliteiten wordt beschreven. Indien ouders op onze school een kind met een handicap of beperking aanmelden dan volgen wij een draaiboek met een aantal fasen, zoals deze zijn verwoord in het protocol ‘Toelating, schorsing, verwijzing en verwijdering van leerlingen’ van PrimAH. Dit protocol is op school aanwezig en is ter inzage beschikbaar. Zie ook het item ‘rugzak’ in het Zorgplan. 1-Zorgroute De 1-zorgroute in de school houdt in dat er een continuüm van zorg is waarin alle leerlingen van de groep hun plek hebben. Uitgangspunt hierbij zijn de onderwijskansen en -mogelijkheden van de leerling en niet de eventuele beperking. Door de onderwijsbehoeften van de verschillende leerlingen in kaart te brengen kunnen we twee groepen onderscheiden: 1.
2.
Kinderen met reguliere onderwijsbehoeften krijgen een basiszorgarrangement; hierbij horen ook de kinderen die kleine aanpassingen behoeven (zoals extra bevestiging, hulp bij het opstarten, inkorten van de opdracht, etc.) Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften worden zo veel mogelijk geclusterd in één groepsplan. Als dat niet kan krijgt een leerling een individueel handelingsplan, voorzien van eindperspectief en tussendoelen. Dit kind is dus eigenlijk ook een groepje binnen de groep.
Van belang is hierbij dat de leerkrachten goed kunnen herkennen en benoemen wat de onderwijsbehoeften van de leerlingen in hun groep zijn. De ouders hebben in dit model een actieve rol en worden als een belangrijke gesprekspartner gezien. Zij zijn ook regelmatig betrokken als mede uitvoerder van (delen van) het handelingsplan. In de volgende afbeelding is dit in beeld gebracht.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
54
Handelingsgericht werken vergt een omslag in denken. Dit kost tijd en is een langdurig en doorlopend proces. In het schooljaar 2010-2011 hebben we onze eerste stappen gezet op het pad van handelingsgericht werken. Er is een eerste aanzet gemaakt voor het werken met groepsoverzichten en groepsplannen die we de komende jaren zullen vervolmaken: Leerkrachten kunnen zelf groepsoverzichten maken waarin ze de onderwijsbehoeften van de leerlingen in kaart brengen. Leerkrachten gaan daarbij uit van mogelijkheden van het kind en handelen proactief. Naar aanleiding hiervan kunnen aan het eind van de schoolplanperiode groepsplannen geschreven worden voor de vakken rekenen, technisch en begrijpend lezen, spelling en taal. In de kleutergroep wordt gewerkt met groepsplannen voor ontluikende geletterdheid en aanvankelijke rekenvoorwaarden. De cyclus behorende bij Handelingsgericht Werken wordt doorlopen. Er worden drie keer per jaar groepsbesprekingen per groep gehouden waarin de plannen en de resultaten besproken en bijgesteld worden.
6.8 6.8.1
Begeleiding naar het voortgezet onderwijs Adviesgesprekken met ouders en kinderen
Na de basisschool gaan de leerlingen naar een school voor voortgezet onderwijs. Ze hebben keuze uit vele scholen. Wij proberen bij die keuze te helpen. Dat gebeurt op verschillende manieren:
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
55
In november vindt er een eerste gesprek met de ouders van het kind. In dit gesprek zal een eerste voorlopig advies worden gegeven. Op basis van advies kan oriëntatie plaatsvinden. In december is er een voorlichtingsavond op school. Vertegenwoordigers van verschillende scholen van voortgezet onderwijs zetten uiteen hoe het onderwijs op de betreffende school wordt gegeven. Vanaf januari kunnen ouders met hun kind tijdens de voorlichtingsavonden en open dagen diverse scholen bezoeken. In februari wordt de landelijke Cito-eindtoets afgenomen. In maart vindt er met ouders en kind een gesprek plaats waarin het definitieve advies wordt gegeven. Dit advies is gebaseerd op schoolresultaten, de werkhouding, het karakter, de Cito-toetsen en het omgaan met huiswerk. De ouders bepalen in overleg met hun kind de schoolkeuze. De aanmelding wordt door de school geregeld. Nazorg vindt plaats door geregelde gesprekken met de betreffende school voor voortgezet onderwijs.
6.8.2
Cito-eindtoets
De Cito-eindtoets in groep 8 wordt gebruikt als instrument om het voorlopig advies VO een definitief en objectief karakter te geven. Ook de vorderingen van het kind in de voorgaande groepen worden daarbij meegenomen. Niet alleen wordt gekeken naar cijfers voor de vakken, maar ook zaken als concentratie, werkhouding, zelfstandigheid en motivatie spelen een belangrijke rol.
6.8.3
Documenten naar VO en naar ouders
In het VO-dossier wordt tevens het resultaat van de Cito-eindtoets opgenomen. Nadat de definitieve adviezen zijn verstrekt, melden ouders hun kind aan bij de VO-school naar keuze. Vanuit de basisschool wordt vervolgens een onderwijskundig rapport opgestuurd met het leerlingenrapport van de Cito-eindtoets. Ouders krijgen een kopie van deze formulieren. Afhankelijk van de VO-school worden de aangemelde leerlingen aan het eind van groep 8 of in het begin van het brugjaar besproken door de groepsleerkracht en de brugklascoördinator.
6.9
Lesroosters
Voor de lessentabel en lesroosters, zie bijlage 8.
6.9.1
Onderwijstijd per dag/jaar
De school voldoet aan de verplichte onderwijstijd: Groepen 1 tot en met 4: (opgeteld) minimaal 3520 uur per jaar Groepen 5 tot en met 8: (opgeteld) minimaal 4000 uur per jaar De maximale lestijd is 5½ uur per dag.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
56
6.10 Management van ondersteunende processen 6.10.1 Organisatie en management Voor de organisatie en het management in een professionele organisatie achten wij het van groot belang dat er een goede samenwerking is tussen het bestuur, de medezeggenschapsraad, de schoolleiding, leerkrachten, kinderen en ouders. Dit vormt de basis voor een goed schoolklimaat: een goede school maken we met zijn allen!
6.10.2 Interne communicatie Wij achten het in een professionele organisatie van groot belang dat de informatie en communicatie open en zo snel mogelijk verloopt. In bijlage 9 vindt u de communicatieve infrastructuur. Met deze hierboven geschetste (nieuwe) communicatieve infrastructuur beoogt De Eshoek te bewerkstelligen, dat het team meer inhoudelijk over onderwijs communiceert, waardoor innovatie vanaf de werkvloer wordt mogelijk gemaakt. Vergaderrooster Het vergaderrooster wordt vastgesteld in juni. Uitgaande van de in bijlage 9 genoemde frequentie worden de vergaderingen over het jaar verspreid. Met het bepalen van vergaderdata, wordt rekening gehouden met werkdagen van parttimers.
6.10.3 Medezeggenschapsraad/Ouderraad De ouderraad (zie ook paragraaf 4.4.3) is samengesteld uit ouders/verzorgers van leerlingen van de school. De ouderraad vervult belangrijke taken binnen de school wat betreft: beheer van de ouderbijdrage, feedback op de praktijk van de school, kennis van de wijk en organiseren van activiteiten. Hierbij verwijzen we naar het reglement van de OR. De Medezeggenschapsraad (MR) (zie ook paragraaf 4.4.2) gaat over beleidsmatige kwesties die de school raken. Hierbij verwijzen we naar het MR-reglement. De MR wordt vaak vroegtijdig betrokken bij de voorbereiding van beleid. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad gaat over bovenschoolse kwesties. Vanuit de oudergeleding als vanuit de personeelsgelding heeft twee afgevaardigden zitting in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Deze raad heeft instemmings- of adviesrecht op belangrijke beleidswijzigingen. Personeelsleden die zitting hebben in de GMR worden vanuit bovenschoolse middelen gefaciliteerd en toegerust voor hun taak.
6.10.4 Nieuwsbrief/website Ouders kunnen ook informatie vinden in de schoolgids. Jaarlijks wordt deze herzien. De schoolgids verschijnt in het begin van het nieuwe schooljaar. Elke week verschijnt er een nieuwsbrief waarmee ouders op de hoogte worden gehouden van actuele zaken. Af en toe verschijnt er een speciale nieuwsbrief over bijvoorbeeld een
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
57
komende activiteit. Kort voor de grote vakantie verschijnt een speciale nieuwsbrief waarin de formatie voor het komende schooljaar wordt gepresenteerd. Tot slot is naast de algemene informatie (waaronder nieuwsbrief en schoolgids) de meest actuele informatie op de website te vinden.
6.10.5 Intranet/Fronter/sharepoint-omgeving De school beschikt over een intranet. Deze is voor intern gebruik. Hierop vinden de leerkrachten belangrijke mededelingen, vergaderstukken, protocollen e.d. Bovenschools bestaat er Fronter, een vergelijkbare omgeving voor het DIBO (directies basisonderwijs), de IB’ers en ICT’ers van de scholen en de administratieve krachten. Op termijn zullen we Fronter inwisselen voor Sharepoint.
6.10.6 Systeem van kwaliteitszorg (vierjarige en eenjarige beleidscyclus) De school werkt cyclisch en planmatig aan de kwaliteitszorg, volgens het INK-model en de Deming-cyclus (zie paragraaf 1.1). Voor het monitoren van de schoolontwikkeling maken we gebruik van PrimAH Alert. PrimAH Alert is een managementinformatiesysteem, een web-based instrument ter ondersteuning van de uitvoering, borging en controle van de kwaliteitszorg op de scholen. Het systeem biedt inzicht aan het management zowel op schoolniveau als op het niveau van de stichting. In het systeem zijn de doelstellingen voor de schoolontwikkeling (zie Schoolprofiel) in deze planperiode opgenomen. De school voert het realiseren van doelstellingen in en uploadt daarbij de borgingsdocumenten. Hierdoor is zowel voor de school als voor het bevoegd gezag steeds een actueel beeld van de stand van zaken met betrekking tot de schoolontwikkeling beschikbaar. Het systeem biedt een overzicht van de stand van zaken met betrekking tot de realisatie van de doelstellingen: een cijfer van 1 tot 10 per domein.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
58
6.11 Beleidslijnen en indicatoren 6.11.1 Huidige situatie Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Management van Processen verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
6.11.2 Beleidsvoornemens Als school willen we alle leerlingen actief betrekken bij het onderwijsproces. We willen ze de kennis en vaardigheden meegeven die nodig zijn om zich zelfstandig te redden in het vervolgonderwijs en de maatschappij. Dit alles in een veilige omgeving waarin de leerlingen zich, met respect voor de ander, naar vermogen kunnen ontplooien. Daarbij leveren we aan ieder kind de zorg die nodig is.
6.11.3 Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld: • • • • • • • • • • • • • •
De leerlijn voor zelfstandig werken is geïmplementeerd en wordt schoolbreed gedragen. 80 % van de instructielessen verloopt volgens het activerende directe instructiemodel. In 80 % van de (instructie)lessen worden kinderen door werkvormen, interacties en uitdagende materialen geactiveerd. Coöperatief leren maakt structureel deel uit van het onderwijsleerproces. De uitvoering van activerend leren, ADIM, coöperatief leren wordt gecontroleerd d.m.v. de VHM tijdens het klassenbezoek. Er is voor groep 1 t/m 8 een beredeneerd aanbod beschikbaar voor alle kerndoelen. We werken aantoonbaar en methodisch aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Op basis van het bovenschoolse ICT-beleidsplan is beleid geformuleerd voor onze eigen school. Er is een beleidsplan voor cultuur op school. Alle medewerkers (= team) van de school kennen het toetsingskader van de inspectie van het onderwijs. De belangrijkste primaire processen (zorg, lesgeven, kwaliteitszorg, IPB) zijn eenduidig beschreven en geprotocolleerd. De school beschikt over een actueel jaarverslag conform de richtlijnen van PrimAH. 80 % van de ouders ervaart in voldoende mate betrokken te worden bij het onderwijs voor hun kind. Alle personeelsleden handelen adequaat volgens het zorgprofiel; ze werken hierbij volgens de 1-zorgroute.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
59
7 7.1
Resultaatgebieden Opbrengstgerichte cultuur
Opbrengstgericht werken is het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van de prestaties van leerlingen. Werken met een professionele leergemeenschap komt, volgens ons, de werkcultuur van scholen en organisaties rondom de school ten goede. We gaan de uitdaging aan om een onderzoekende en opbrengstgerichte cultuur te creëren op alle lagen van de organisatie. Oftewel: we scheppen een werkcultuur waarin planmatig gewerkt wordt aan de verbetering van het onderwijs en het verhogen van resultaten op basis van data. Vooral kennis van evidence based practice is hierbij cruciaal.
7.2
Waardering door de ouders, personeel, leerlingen en inspectie
In oktober 2010 zijn door ‘Scholen met Succes’ de volgende peilingen afgenomen: • • •
Oudertevredenheid Leerlingtevredenheid Personeelstevredenheid
De resultaten van deze peilingen zijn opgenomen in PrimAH Alert. Bovendien vormen deze resultaten een belangrijk onderdeel van onze zelfevaluatie. De zelfevaluatie van onze school is belangrijk onderdeel om de streefdoelen voor deze planperiode te bepalen. Onze school heeft een basisarrangement, oftewel de onderwijsinspectie heeft volgens haar normering geen risico’s voor onze school geconstateerd.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
60
7.3
Resultaten en opbrengsten
De toetsresultaten van de leerlingen zijn een belangrijke indicator voor het monitoren van onze onderwijskwaliteit. De toetsresultaten van de leerlingen worden verwerkt binnen ons leerlingvolgsysteem. Ons uitgangspunt is dat het werken met en analyseren van deze data ertoe moet leiden dat met behulp van deze toetsen het onderwijs wordt verbeterd.
7.4
Beleidslijnen en indicatoren
7.4.1
Huidige situatie
Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot de resultaatgebieden verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1).
7.4.2
Beleidsvoornemens
We streven ernaar het maximale uit de kinderen te halen. We doelen daarmee aan de ene kant op goede leerlingresultaten met betrekking tot vakken als rekenen, taal en lezen, maar aan de andere kant vinden we het even belangrijk dat een kind zich als persoon evenwichtig ontwikkelt.
7.4.3
Indicatoren/kengetallen om de beleidsvoornemens meetbaar te maken
Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld: Resultaten en opbrengsten We analyseren systematisch de toetsresultaten en maken op basis daarvan trendanalyses. Op basis van de analyse ondernemen we acties om waar nodig de resultaten te verbeteren. 80% van leerlingen scoort niveau I, II of III op tussentijdse toetsen rekenen. 80% van leerlingen scoort niveau I, II of III op tussentijdse toetsen taal/lezen. De resultaten van rekenen op de eindtoets liggen boven het landelijk gemiddelde. De resultaten van taal/lezen op de eindtoets liggen boven het landelijk gemiddelde Waardering ouders 80% van de ouders is tevreden over de veiligheid op weg naar school. 80% van de ouders is tevreden over de informatievoorziening over het kind. Verder In het najaar van 2012 worden de leerlingen gepeild op hun veiligheidsbeleving. In 2014 wordt de personeels-, leerling- en oudertevredenheidsonderzoek uitgevoerd door ‘Scholen met Succes’. We scoren op alle 3 de peilingen minimaal op het landelijk gemiddelde.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
61
Bijlage 1 Zelfevaluatie Voor de zelfevaluatie hebben we diverse instrumenten gebruikt te weten: PrimAH-alert, een meetinstrument gebaseerd op het INK-model, ontwikkeld door stichting PrimAH i.s.m. Cadenza Onderwijsconsult; de team-, ouder- en leerlingenenquête van Scholen met Succes een aantal teamsessies waarin is geïnventariseerd wat n.a.v. de vorige planperiode is blijven staan en welke ontwikkelpunten niet waren gevat in bovenstaande instrumenten. PrimAH Alert Samen met Cadenza Onderwijsconsult is een Early Warning System ontwikkeld, genaamd PrimAH Alert, dat gekoppeld is aan onze cyclische en integrale kwaliteitszorg. PrimAH Alert is opgebouwd uit: Harde indicatoren voor kwaliteit; aan de hand van uitgebreid (wetenschappelijk) onderzoek binnen het primair onderwijs zijn deze indicatoren opgesteld en komen grotendeels voort uit het wettelijk toezichtskader. De kritische succesfactoren van de doelstellingen van het strategisch en managementbeleidsplan van Stichting PrimAH. Succesfactoren die van belang zijn om ‘in control’ te blijven. Succesfactoren waarop de directeuren hebben aangegeven beoordeeld te willen worden als het gaat om verantwoording afleggen over de kwaliteit van hun scholen (dit aan de hand van hun schoolplan/actieplannen). De onderdelen van het INK-model. PrimAH Alert waarschuwt ons als school en ons bestuur op tijd voor terugval in prestaties van onze school en leerlingen. PrimAH Alert focust op opbrengsten in de breedste zin van het woord, dus meer dan alleen de indicatoren vanuit de Wet op Onderwijstoezicht. Met behulp van PrimAH Alert bewaken we of onze school de gewenste kwaliteit realiseert en bewaakt het bevoegd gezag de kwaliteit van alle PrimAH scholen.
Overzicht uit PrimAH Alert (Stand per 11-5-2011) Datum Indicator Visie en beleid De omgeving de school in De school organiseert drie taalactiviteiten per jaar waarbij ouders actief worden betrokken. De school de omgeving in De school heeft minstens met drie maatschappelijke instellingen en/of organisaties een vorm van samenwerking. Schoolconcept De school heeft een schoolprofiel waarin een goed onderbouwde visie staat omschreven op het onderwijs. Visie en beleid Integraal en cyclisch: de school werkt aantoonbaar op basis van een vierjarige en eenjarige beleidscyclus. Transparant: 90% van de medewerkers kan de beleidscycli uitleggen. Transparant: Alle medewerkers onderschrijven het stichtingsprofiel van PrimAH.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja
Nee
x x
x
x x x
62
Indicator Schoolplan: De uitwerking van het schoolprofiel is verantwoord in het schoolplan. Schoolplan: Het schoolplan heeft duidelijke succes indicatoren voor de middellange termijn. Schoolgids: 90% van de ouders waardeert de bruikbaarheid van de schoolgids met ‘goed’. Imago Herkenbaarheid: De school heeft een logo en slogan zichtbaar in of op de school. Herkenbaarheid: Uit de ouderenquête blijkt dat 80% van de ouders de slogan van de school kent. Uitstraling: De school heeft een eigen, actuele website. PR: Alle schriftelijke communicatie wordt opgezet via afgesproken huisstijl. PR: Tweemaal per jaar brengt mijn school haar activiteiten onder de aandacht in de regionale pers. Marketing: De school heeft beleid als het gaat om het benaderen van de ouders van tweeen driejarige kinderen die mogelijk leerling van mijn school kunnen worden. Leiderschap Toegankelijk Transparant: De rol, taak en verantwoordelijkheden van de directeur zijn vastgesteld, schriftelijk vastgelegd en besproken met team. Transparant: 90% van de medewerkers is op de hoogte van de MT-taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Transparant: 90% van de medewerkers vindt de besluitvormingsprocedures waarmee ze te maken heeft duidelijk. Transparant: De directeur rapporteert jaarlijks aan de algemeen directeur de stand van zaken m.b.t. de doelstellingen in het schoolplan. Open communicatie: 90% van de medewerkers ervaart de communicatie door de directie als open en helder. Open communicatie: 90% van de medewerkers ervaart voorbeeldgedrag en integriteit van de directie. Zichtbaar: 90% van de medewerkers ervaart de directie als zichtbaar. Zichtbaar: 90% van de medewerkers ervaart de directie als voorspelbaar en consistent in gedrag. Goed leiderschap doet goed volgen Onderwijskundig leiderschap: De directeur werkt planmatig en methodisch aan onderwijsontwikkeling (actieplannen). Onderwijskundig leiderschap: 90% van de medewerkers vindt dat de directie een goede schoolontwikkeling plant. Inspirerend: 80% van de medewerkers geeft aan dat zij de directie stimulerend en ondersteunend vinden. Inspirerend: 80% van de medewerkers geeft aan dat hun directie het beleid van PrimAH actief uitdraagt. Werken op basis van vertrouwen: De directeur kent het Statement van het DIBO ‘werken op basis van vertrouwen’ en handel daar actief naar. Capabel Gekwalificeerd: De motivatie en ambities van de directeur zijn bekend bij de algemeen directeur. Gekwalificeerd: De directie van mijn school beschikt over een actuele POP. Lerend De directeur maakt actief deel uit van een door PrimAH georganiseerde professionele leergemeenschap. Personeel Gemotiveerd en betrokken Enthousiast: 80% van de teamleden geeft aan dat ze de school als werkorganisatie waardeert met ‘goed’. Uitdragen schoolprofiel: Alle personeelsleden kennen de slogan van stichting PrimAH: capabel, vitaal en gemotiveerd personeel. Uitdragen schoolprofiel: Alle teamleden onderschrijven het schoolprofiel en dragen dit actief uit.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja x x
Nee
x x x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x
x x x
x 50% x
63
Indicator Uitdragen schoolprofiel: Zowel het stichtingsprofiel als schoolprofiel zijn in het bezit van iedere medewerker. Voldoende personeel Selectie en werving: De directeur beoordeelt de invaller na een aaneengesloten invalperiode van 2 weken. Selectie en werving: De selectie en wervingsprocedure van PrimAH wordt gevolgd. Beschikbaarheid invallers: Alle verzuim van groepsleerkrachten wordt opgevangen. Capabel/competent Competent: Alle medewerkers worden als voldoende competent (startbekwaam, ervaren of excellent) beoordeeld. Coaching: Alle nieuwe medewerkers stellen dat ze daadwerkelijk goed begeleid worden. Coaching: 80% van de medewerkers ervaart de geboden coaching en ondersteuning als voldoende. Kennisdeling: Er is jaarlijks een scholingsplan opgesteld en uitgevoerd. Kennisdeling: 80% van de medewerkers is tevreden over de mogelijkheden die geboden worden voor scholing. Kennisdeling: De school biedt intervisie aan voor haar medewerkers (leren van en met elkaar). Persoonlijke ontwikkeling: Een maal per jaar wordt minimaal met alle medewerkers een gesprek gevoerd over functioneren en persoonlijke ontwikkeling. Persoonlijke ontwikkeling: 80% van de medewerkers vindt dat ze adequate feedback van hun leidinggevende ontvangt op hun functioneren. Bekwaamheidsdossier: Iedere medewerker beschikt over een actueel POP. Bekwaamheidsdossier: Door alle leerkrachten is een actueel (digitaal) bekwaamheidsdossier ingericht. Gekwalificeerd: Mijn motivatie en ambities zijn bekend bij de algemeen directeur. Gekwalificeerd: De directie van mijn school beschikt over een actuele POP. Gezondheid/vitaliteit Verzuim en re-integratie:Alle medewerkers zijn tevreden over de begeleiding bij ziekte en re-integratie. Verzuim: Het ziekteverzuim van mijn school is lager dan 4%. Verzuim: De verzuimfrequentie (ziekmeldingfrequentie) van mijn school is niet hoger dan 1%. RIE: De resultaten van de RIE komen overeen met landelijke gemiddelden. Cultuur en klimaat Communicatie Effectief en duidelijk: 90% van de medewerkers ervaart een duidelijke informatievoorziening vanuit de directie. Effectief en duidelijk: De MR-leden ervaren een duidelijke informatievoorziening vanuit de directie. Vergaderen: 90% van de personeelsleden geeft aan dat hun mening gehoord wordt. Vergaderen: 90% van de personeelsleden geeft aan de agenda's van overleggen duidelijk te vinden. Vergaderen: 90% van de personeelsleden voelt zich in het algemeen en voor vergaderingen vooraf goed geïnformeerd en voorbereid/leest stukken. Vergaderen: 90% van de teamleden ervaart de overlegmomenten als zinvol. Professionele cultuur Collegialiteit: 90% van de medewerkers voelt zich opgenomen in het team. ervaart dat het team gezamenlijk verantwoordelijk is voor de school. Feedback: 90% van de teamleden ervaart dat er geen ‘wandelgangenpraat’ in de school is. Feedback: Alle teamleden stappen bij problemen op de juiste persoon af. Middelen en voorzieningen Gebouwen/accommodatie Uitdagend: Het schoolgebouw is een uitdagende leeromgeving (relatie tussen aankleding en leerstofaanbod).
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja x
Nee
x x x x x x x x x x x x x x x x x x x
x x x x x x x x x x
x
64
Indicator Beheer en onderhoud: Het beheer en onderhoud wordt conform het huisvestings- en onderhoudsplan voor de school uitgevoerd. Beheer en onderhoud: Het gebouw voldoet aan de veiligheidseisen conform RIE. Inrichting gebouwen/faciliteiten Ruimtes: De school heeft afgebakende ruimtes voor team, directie, RT/IB. Ruimtes: 80% van de medewerkers ervaart de werkfaciliteiten als voldoende. Materialen: Alle medewerkers hebben de beschikking over voldoende (les)materialen. Meubilair: Alle leerkrachten hebben Arbo-goedgekeurd meubilair. Ondersteuning: Alle leerlingen hebben passend en Arbo-goedgekeurd meubilair. Begroting/financiën Solide: De school opereert in alle gevallen binnen de vastgestelde begroting. Management primair proces Lesgeven Duidelijke opbouw: 90% van de instructielessen verloopt volgens de fasering van het directe (activerende) instructiemodel. Activeren van kinderen: In 90% van de instructielessen worden kinderen door werkvormen, interacties en uitdagende materialen geactiveerd. Afstemming: In 90% van de instructielessen wordt aantoonbaar gedifferentieerd. Pedagogisch klimaat Sociaal-emotioneel: Mijn school heeft een methode voor sociaal-emotionele vorming. Sociaal-emotioneel: Signalering van sociaal-emotionele ontwikkeling is onderdeel van het LVS. Sociaal-emotioneel: Signalering leidt tot adequate actie. Sociaal-emotioneel: In alle lessen wordt door leerkrachten aantoonbaar gewerkt aan het vergroten van motivatie en zelfvertrouwen van leerlingen. Veiligheid: Alle leerkrachten handelen op basis van een sociaal veiligheidsplan. Op school is daarvoor een pestprotocol en gedragscode aanwezig. Onderwijstijd Groepsroosters: In alle lesroosters is voor basisvaardigheden (taal en rekenen) 50% van de onderwijstijd gereserveerd. Leertijd: De leertijd wordt maximaal gebruikt voor het behalen van het lesdoel. Onderwijsaanbod Beredeneerd: Er is voor groep 1 t/m 8 een beredeneerd aanbod beschikbaar voor alle kerndoelen. Relevant: Alle leerkrachten ervaren het leerstofaanbod als relevant en actueel. ICT: De school werkt met een up to date ICT-beleidsplan ICT: ICT maakt structureel deel uit van het onderwijsaanbod. Toetsing Tussenopbrengsten: De aan de inspectie te rapporteren tussenopbrengsten worden gemeten met een Cito-toets en geanalyseerd. Eindopbrengsten: In groep 8 worden de leerresultaten van de Cito-eindtoets geanalyseerd. Valide en betrouwbaar: Er is toetsbeleid vastgesteld. Valide en betrouwbaar: Het toetsbeleid wordt door alle leerkrachten onderschreven en uitgevoerd. Valide en betrouwbaar: Alle leerkrachten zijn vaardig in het afnemen en interpreteren van toetsuitslagen. Management secundaire processen Kwaliteitszorg Fronter:In mijn school is iedere IB’er, ICT-er, directielid, GMR-lid en administratieve kracht in staat om Fronter te gebruiken en werkt er aantoonbaar mee. Toetsingskader: Alle medewerkers (= team) van mijn school kennen het toetsingskader van de inspectie van het onderwijs. Beleidscycli: Het schoolbestuur werkt aantoonbaar op basis van een vierjarige en eenjarige beleidscyclus. Integraal en cyclisch:Er is een actueel handboek kwaliteitszorg op school aanwezig.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja x
Nee
x x x x x x x
x x x x x x x x
x x x x x x x x x x x
x x x x
65
Indicator Integraal en cyclisch: Er is als onderdeel van dit kwaliteitsprofiel een set smart geformuleerde prestatie-indicatoren ontwikkeld waarmee er gestuurd kan worden op de strategische doelen van mijn school en van PrimAH als stichting. Borging: De belangrijkste primaire processen (zorg, lesgeven, kwaliteitszorg, IPB) zijn eenduidig beschreven en geprotocolleerd. Borging: 90% van de medewerkers kent de belangrijkste primaire processen (zorg, lesgeven, kwaliteitszorg, IPB), wie ervoor verantwoordelijk is en welke taken zij binnen het betreffende primaire proces te vervullen hebben. Kwaliteitsmonitoring: De gegevens die we nodig hebben voor een goede monitoring worden minimaal drie maal per jaar door mij ge-update in PrimAH alert en zijn beschikbaar voor de algemeen directeur. Rapportage Rapportage aan bevoegd gezag: De school beschikt over een actueel jaarverslag conform de richtlijnen van PrimAH. Leerlingenzorg Beschreven: Er is een procesbeschrijving van de zorgstructuur. Beschreven: Planning en uitvoering van zorg verlopen in 90% van de gevallen conform de procesbeschrijving. Handelingsplanning: Er is een model handelingsplan en/of groepsplan beschikbaar dat voldoet aan de overheidseisen en bruikbaar en relevant is. Ontwikkelingsperspectieven: Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. Analyse leerling opbrengsten: Twee maal per jaar analyseren wij de tussentijdse opbrengsten van onze leerlingen, de groep waarin zij zitten en de totale school. (Analyse betreft leerstofaanbod, leerkrachtgedrag en resultaten) Educatief partner: 90% van de ouders ervaart in voldoende mate betrokken te worden bij het onderwijs voor hun kind. Educatief partner: 90% van de leerkrachten vindt dat ouders voldoende betrokken zijn bij de school van hun kind. Passend onderwijs: Alle leerkrachten hebben het boekje ‘1-zorgroute’ en hebben zich hierin verdiept en laten de werkwijze in hun groep zien. Omgevingsnabij naar school gaan: Van de kinderen in de basisschoolleeftijd van het dorp gaat maximaal 3% naar de SBO of SO. Waardering door personeel Veilige omgeving 90% van het personeel geeft aan dat zij de school een veilige omgeving vindt. Tevredenheid Elke vier jaar wordt de medewerker tevredenheid gemeten (uniform instrument). Het personeel waardeert het werken op de school met een ‘goed’. Waardering door klanten Veilige omgeving (ouders) 90% van de ouders geeft aan dat zij de school een veilige omgeving vinden. Tevredenheid (ouders) Elke vier jaar wordt de oudertevredenheid gemeten. (uniform instrument). Ouders waarderen de school van hun kind met een ‘goed. Veilige omgeving (leerlingen) 90% van de leerlingen geeft aan dat zij de school een veilige omgeving vinden. Tevredenheid (leerlingen) Elke twee jaar wordt de leerlingentevredenheid gemeten. Leerlingen waarderen de school met een 8. Waardering door maatschappij PKO (inspectie) Toetsingskader: Mijn school scoort niet lager dan een drie op het gehele toezichtskader. Resultaten en opbrengsten Leeropbrengsten
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja x
Nee
x x
x
x
x x x x x
x x x x
x x x
x x x x x x
x
66
Indicator De resultaten van de leerlingen liggen tenminste op het niveau van wat verwacht mag worden op grond van de leerling-populatie. Resultaten Cito eindopbrengsten Tussentijdse opbrengsten conform WOT 2005/2009 Hoge taalresultaten Begrijpend lezen: De resultaten op het gebied van begrijpend lezen liggen 10% boven de voor de schoolpopulatie geldende inspectienorm. Spelling: De resultaten op het gebied van spelling liggen 10% boven de voor de schoolpopulatie geldende inspectienorm. Lezen: De resultaten op het gebied van het leesonderwijs liggen 10% boven de voor de schoolpopulatie geldende inspectienorm. Woordenschat: De resultaten op het gebied van woordenschat liggen 10% boven de voor de schoolpopulatie geldende inspectienorm.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Ja x
Nee
x x x x
67
Bijlage 2 Beleidsvoornemens Doelstelling
Resultaat 11/12
1 Visie en beleid Het onderwijszorgprofiel is opgenomen in een document en vastgesteld.
De principes van Michael Fullan vormen de basis van handelen. Het stichtingsprofiel van PrimAH wordt onderschreven. Continuering van de beleidscyclus .
De website is actueel.
De ouders vanaf het begin dat hun kind op school komt goed informeren. Ondersteuning van het klassengebeuren door ouders. Leerlingen door middel van een leerlingenraad betrekken bij het onderwijsleerproces. 2 Leiderschap De directeur is een verandermanager (volgens de principes van Fullan). De directeur werkt aantoonbaar planmatig.
Er wordt gestuurd op data.
Een professionele leergemeenschap is geïmplementeerd.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
In 2012 is een onderwijszorgprofiel vastgesteld op basis van de visie vanuit de 1-zorgroute. Het zorgprofiel maakt duidelijk hoe passend onderwijs gestalte wordt gegeven. De principes van Michael Fullan zijn bekend bij alle medewerkers. Deze vormen de basis vormen van ons handelen. Het stichtingsprofiel van PrimAH is bij alle medewerkers bekend en wordt door allen onderschreven De beleidscyclus zal worden gehanteerd en bekend zijn bij alle personeelsleden. Jaarlijks zal er met het team gekeken worden of de doelen zijn gehaald. Waar nodig worden de actieplannen en actielijst bijgesteld. De website zal worden geactualiseerd. De visie en slogan van de school zal bij 80% van de ouders bekend zijn. Voor ouders van jongste kleuters is er een informatiegids naast de bestaande schoolgids. Er zijn klassenouders aangesteld. In een protocol staat wat de taken zijn van een klassenouder. Er is een leerlingenraad met kinderen (groep 5 t/m 8) ingesteld. In een protocol staat beschreven hoe de raad werkt. In 2015 kent de directeur veranderstrategieën en past deze (aantoonbaar) toe. In 2012 is de directeur in staat om met zijn team aantoonbaar planmatig en resultaatgericht te werken. In 2012 kan de directeur met zijn team data (gegevens m.b.t. leerling resultaten) genereren en bruikbare analyses maken. In 2014 heeft de school (professionele) leergemeenschappen gevormd volgens het principe van Michael Fullan.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
X
68
Doelstelling De directeur heeft een licentie t.a.v. de Vaardigheidsmeter. De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
Het personeel is tevreden over het schoolmanagement. Een duidelijke besluitvormingsprocedure.
Een duidelijke vergaderstructuur. Documentatie besluiten en afspraken. Een open en heldere communicatie door de directie. 3 Personeel De begeleiding leerkrachten is geborgd.
De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
Een goede begeleiding van het personeel door de directie De gesprekkencyclus is geïmplementeerd.
Het bekwaamheidsdossier is geïmplementeerd.
Schoolbeleid m.b.t. functiemix De functiemix is geïmplementeerd.
Invoering collegiale consultatie.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Resultaat In 2012 heeft iedere directeur de licentie voor de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. In 2013 heeft elke directeur bij alle leerkrachten van zijn team de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag afgenomen. In 2014-2015 is 80% van het personeel tevreden over het schoolmanagement. 80% van de medewerkers vindt de besluitvormingsprocedures waarmee ze te maken heeft duidelijk. 80 % van de medewerkers vindt de structuur van de vergaderingen helder. Besluiten en afspraken worden vastgelegd. 80% van mijn medewerkers ervaart de communicatie door de directie als open en helder. In 2015 is in een notitie vastgelegd op welke wijze startende leerkrachten en invallers worden begeleid en ingewerkt. In 2013 is 80% van alle leerkrachten gecertificeerd in het kader van de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. Alle nieuwe medewerkers stellen dat ze daadwerkelijk goed begeleid worden. Er is in 2015 een volledige gesprekscyclus ingevoerd. De gesprekkencyclus wordt onder andere gebruikt als evaluatie van het personeelsbeleid. Het instrument Vaardigheidsmeter Instructiegedrag is hier onderdeel van. In 2015 zijn de competenties van de personeelsleden in beeld gebracht en vastgelegd in een bekwaamheidsdossier en kunnen de personeelsleden het nut en de noodzaak van dit dossier benoemen. Er is op schoolniveau beleid geformuleerd m.b.t. de functiemix. In 2014 is voldaan aan de eisen van de functiemix en is voldoende personeel in de LB-schaal benoemd. Leerkrachten maken gebruik van collegiale consultatie.
11/12 x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
x
x
X
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x
x
69
Doelstelling
Resultaat 11/12
Coaching en ondersteuning door de directeur waar nodig. Adequate feedback door de directeur voor personeelsleden. Elke leerkracht heeft een actueel POP.
Een goed scholingsplan.
Kennisdeling m.b.t. scholing. Documentatie scholing personeelsleden.
Documentatie scholing personeelsleden.
4 Cultuur en klimaat De professionele cultuur is versterkt.
Er is een methode sociaalemotionele ontwikkeling geïmplementeerd. Een schoon en fris schoolgebouw. Goede informatievoorziening naar collega’s. Effectieve vergaderingen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
80% van de medewerkers ervaart de geboden coaching en ondersteuning als voldoende. 80% van de medewerkers vindt dat ze adequate feedback van hun leidinggevende ontvangt op hun functioneren. Iedere medewerker beschikt over een actueel POP. De ontwikkelpunten vanuit de VHM zijn uitgangspunt. Het POP is daarmee onderdeel van het functioneringsgesprek. In een scholingsplan is vastgelegd welke scholing er voor het komende jaar zal plaatsvinden. Teamscholing heeft hierbij prioriteit, maar er is ook ruimte voor individuele scholing. Kennis uit individuele scholing wordt gepresenteerd naar het team. Documentatie over gevolgde scholing wordt centraal opgeborgen in de personeelskamer en waar mogelijk op intranet. Er is een overzicht van wie welke scholing heeft gevolgd. Op basis van dit schema kan men elkaar raadplegen.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
X
In 2015 is een cultuur is ontstaan dat uitwisseling en samenwerking binnen het team en tussen scholen onderling bevordert.
x
In 2015 vindt (duurzame) uitwisseling van kennis en informatie plaats tussen personeelsleden onderling en tussen de scholen. We werken in 2013 aantoonbaar en methodisch aan de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen. 80% van de medewerkers ervaart de hygiëne als voldoende 80% van de medewerkers ervaart een duidelijke informatievoorziening vanuit de directie en werkgroepen 80% van de medewerkers ervaart de vergaderingen als effectief, is vooraf goed geïnformeerd en voorbereid
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
70
Doelstelling Een goede communicatie door het personeel. Een sturende en ondersteunende directie. Uitwisseling van kennis en vaardigheden.
Eenduidigheid m.b.t. regels en omgang. Een veilige school voor leerlingen. De leerlingen actief betrekken bij het onderwijs. 5 Middelen en voorzieningen Er is een meerjarenbegroting.
Het MIS is geïmplementeerd. Een inzichtelijk begroting OLP-A. Een inzichtelijke meerjarenbegroting OLP-B.
Een adequate schoolinrichting. Een adequate inrichting van de klassen Een up-to-date bestand van methoden. Een adequate ICTvoorziening.
6 Management primaire en secundaire processen Implementatie leerlijn zelfstandig werken.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Resultaat 80% van de teamleden communiceert volgens de regels van de feedback. 80% van de medewerkers ervaart de directie als sturend waar nodig en ondersteunend waar mogelijk. Er is een cultuur die uitwisseling en samenwerking binnen het team en tussen scholen onderling nog meer bevordert. Schoolregels zijn helder en zichtbaar in de school en ook bij ouders bekend. De leerlingen voelen zich veilig op school. De leerlingen voelen zich actief betrokken bij het onderwijs.
11/12 x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Er is een sluitende meerjarenplan voor: • het regulier onderhoud van de schoolgebouwen, • meubilair • hardware ICT • leermiddelen Er is in 2015 een goed functionerend digitaal managementinformatiesysteem. Het personeel heeft inzicht in de begroting en besteding van OLP-A . Er is een up-to-date meerjarenbegroting OLP-B op schoolniveau voor de komende planperiode. Hierin zijn herkenbare categorieën. De inrichting van de school voldoet aan de huidige eisen. De inrichting van de klassen is afgestemd op het onderwijs dat wij voorstaan. De methoden zijn up-to-date en worden vervangen volgens de planning. ICT maakt structureel deel uit van ons onderwijsproces. De middelen daartoe zijn toereikend (voldoende up-to-date computers en digiborden).
x
x
x
x
De leerlijn voor zelfstandig werken is geïmplementeerd en wordt schoolbreed gedragen.
x
x
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
71
Doelstelling Implementatie ADIM.
Implementatie Activerend leren.
Implementatie coöperatief leren. Controle uitvoering activerend leren, ADIM,coöperatief leren. Beschrijving beredeneerd aanbod 1t/m 8. Methodisch werken aan sociaal emotionele vorming. Schoolspecifiek beleid ICT.
Schoolspecifiek beleid cultuur. Bekendheid personeel met het toetsingskader van de inspectie. Beschrijving primaire processen.
Een actueel jaarverslag.
Betrekken ouders bij het leerproces.
Werken en handelen volgens het zorgprofiel.
7 Waardering door ouders, leerlingen, personeel en maatschappij Het leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling is geïmplementeerd. De LTP is afgenomen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
Resultaat 80 % van de instructielessen verloopt volgens het activerende directe instructiemodel. In 80 % van de (instructie)lessen worden kinderen door werkvormen, interacties en uitdagende materialen geactiveerd. Coöperatief leren maakt structureel deel uit van het onderwijsleerproces. De uitvoering wordt gecontroleerd d.m.v. de VHM tijdens het klassenbezoek. Er is voor groep 1 t/m 8 een beredeneerd aanbod beschikbaar voor alle kerndoelen. We werken aantoonbaar en methodisch aan de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen. Op basis van het bovenschools ICTbeleidsplan is beleid geformuleerd voor onze eigen school. Er is een beleidsplan voor cultuur op school. Alle medewerkers (= team) van de school kennen het toetsingskader van de inspectie van het onderwijs. De belangrijkste primaire processen (zorg, lesgeven, kwaliteitszorg, IPB) zijn eenduidig beschreven en geprotocolleerd. De school beschikt over een actueel jaarverslag conform de richtlijnen van PrimAH. 80 % van de ouders ervaart in voldoende mate betrokken te worden bij het onderwijs voor hun kind. Alle personeelsleden handelen
11/12 x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
X
x
x
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
adequaat volgens het zorgprofiel, ze werken hierbij volgens de 1zorgroute.
In 2012 is signalering van sociaalemotionele ontwikkeling onderdeel van het leerlingvolgsysteem. In het najaar van 2012 worden de leerlingen gepeild op hun veiligheidsbeleving.
x
x
72
Doelstelling
Resultaat 11/12
Uitvoering enquêtes en een goede score.
Een veilige schoolomgeving. Een adequate informatie voorziening naar ouders m.b.t. de leerlingen. Resultaten en opbrengsten Analyse opbrengsten.
Acties n.a.v. analyses.
Verbetering niveau rekenen. Verbetering niveau taal/lezen. Verbetering niveau rekenen. Verbetering niveau taal/lezen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
In 2014 wordt de personeels-, leerling- en oudertevredenheidsonderzoek uitgevoerd door ‘Scholen met Succes’. We scoren op alle 3 de peilingen minimaal op het landelijk gemiddelde. 80% van de ouders is tevreden over de veiligheid op weg naar school. 80% van de ouders is tevreden over de informatievoorziening met betrekking tot hun kind.
We analyseren systematisch de toetsresultaten en maken op basis daarvan trendanalyses. Op basis van de analyse ondernemen we acties om waar nodig de resultaten te verbeteren. 80% van leerlingen scoort niveau I, II of III op tussentijdse toetsen rekenen. 80% van leerlingen scoort niveau I, II of III op tussentijdse toetsen taal/lezen. De resultaten van rekenen op de eindtoets liggen boven het landelijk gemiddelde. De resultaten van taal/lezen op de eindtoets liggen boven het landelijk gemiddelde.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
X
x
x
x
x
x
x
73
Bijlage 3 Schoolprofiel
Openbare Basisschool De Eshoek Annen
Schoolprofiel
Openbare basisschool De Eshoek in Annen is een school die midden in de samenleving staat. De Eshoek is uniek. Het is de enige basisschool in Annen. De school is modern en toegankelijk voor iedereen. Saamhorig en gastvrij.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
74
Wat willen we bereiken? Het eerste streven van de school is het bieden van een veilige plek waar het kind anderen kan ontmoeten en zich in rust en vrijheid kan ontplooien. Zonder die basisvoorwaarden komen alle andere inspanningen niet tot hun recht. Cognitief De leerkrachten van De Eshoek willen de kinderen die aan hun zorg worden toevertrouwd, begeleiden op de weg naar zelfstandigheid. Daar komt een aantal dingen bij kijken. Goed leren rekenen, lezen, spellen en schrijven zijn natuurlijk van groot belang. Met andere woorden, de leerling moet de school verlaten met een rugzak vol kennis, afgestemd op de mogelijkheden van juist díe leerling. Ieder kind is immers uniek, met zijn of haar eigen capaciteiten en mogelijkheden. Ontwikkeling Maar daar blijft het niet bij. Zelfvertrouwen en motivatie bevorderen de zelfstandigheid, en de zelfsturing van kinderen: het zijn kernwoorden van de ontwikkeling van onze leerlingen. Daarvoor is het nodig dat het kind zelfbewust is en een positief zelfbeeld kan ontwikkelen. Sociaal- emotioneel Helaas moeten we constateren dat de ontwikkeling van zelfstandige, zelfredzame en weerbare kinderen niet altijd vanzelfsprekend is. Op De Eshoek volgen we de leerlingen daarom nauwgezet en stimuleren wij een gezonde sociaal-emotionele ontwikkeling door ook gebruik te maken van methodische aanpakken en technieken. Kiezen In een ingewikkelde samenleving als de onze is kiezen een cruciale vaardigheid geworden. Kiezen voor gezond eten bijvoorbeeld, maar ook wat je later wilt worden, wie je vrienden zijn en welke sport je gaat beoefenen. Kiezen is een vaardigheid die kinderen moeten leren. Daar hebben ze hun ouders en leerkrachten voor nodig. We zijn ons ervan bewust dat kinderen voor steeds meer en ingewikkelder keuzes komen te staan. We leren kinderen ‘kiezen’ en verantwoordelijk te zijn voor hun keuzes door ‘keuzemogelijkheden’ in het onderwijsprogramma te bieden. Communiceren Leren communiceren is eveneens in onze maatschappij een zeer belangrijke vaardigheid. Kinderen die goed kunnen overleggen, hun eigen mening kunnen beargumenteren en assertief zijn, hebben een goede startpositie. Ook het kunnen omgaan met moderne media hoort daarbij. Maatschappij De leerlingen die onze school verlaten begrijpen dat je als mens functioneert in een groter verband. Net als op school, moet je ook in de maatschappij samenwerken. Maatschappelijke betrokkenheid is belangrijk. Sociaal gevoel, respect voor anderen, ook als die een andere overtuiging aanhangen, is een van de essentiële doelstellingen van openbaar onderwijs. Daarom geven we bijvoorbeeld de kinderen in de eindgroepen ook de mogelijkheid om humanistisch vormingsonderwijs en godsdienstonderwijs te volgen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
75
Culturele bagage Als het gaat om de culturele, creatieve vorming komen kinderen op De Eshoek niets tekort. De leerlingen komen gedurende hun schooltijd, mede dankzij het Kunstmenu, regelmatig in aanraking met diverse vormen van kunst, muziek, toneel en sport. Via methode en project maken ze kennis met hun culturele erfgoed.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
76
Pedagogisch klimaat De Eshoek biedt het kind een veilige leer- en leefomgeving. De motivatie en het zelfvertrouwen van de leerling wordt hierdoor bevorderd. We doen dat door de leerlingen te respecteren en positief te benaderen. Ook duidelijke regels bieden veiligheid. Een kind dat zich veilig voelt, durft een beroep te doen op de hulp van anderen, of dat nu de leerkracht is of een medeleerling. Structuur De Eshoek ziet ‘rust, reinheid en regelmaat’ als voorwaarde om een goed werkklimaat te scheppen. Kinderen zijn gebaat bij een heldere structuur, ze weten dan wat er van hen wordt verwacht. Duidelijke regels en vaste afspraken geven hen een gevoel van veiligheid. Het naleven van regels bevordert het respect voor de ander en het rekening houden met elkaar. Gedrag Een veilige, warme omgeving is een absolute voorwaarde voor een goede ontwikkeling van het kind. Ook om die reden tolereren wij geen gedrag dat anderen kwetst. In iedere klas hangen positief geformuleerde gedragsregels. De school heeft ook een pestprotocol dat regelt hoe er wordt gehandeld wanneer een kind wordt gepest en, nog belangrijker, hoe te voorkomen dat er pestgedrag ontstaat. En wanneer kinderen toch gedrag vertonen dat haaks staat op onze manier van omgaan met elkaar, dan treden we corrigerend en zo nodig bestraffend op. Ouders Het belang van goed contact met de ouders ligt voor de hand. Betrokken ouders die weten wat er op school gebeurt, motiveren de kinderen en dat is goed voor de leerprestaties en het welbevinden van het kind. De leerkrachten waarderen de inzet van de ouders. Op De Eshoek denken ouders mee, ze praten mee of beslissen mee door zich te organiseren binnen de medezeggenschapsraad of de ouderraad. Daarnaast helpen ouders de school bij kleuteractiviteiten, sportactiviteiten, computeronderwijs, schoolreizen en dergelijke. Via een vierjaarlijkse enquête wordt de mening van de ouders gepeild over allerhande schoolzaken.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
77
Inrichting van de school De inrichting van de school heeft veel invloed op de sfeer, de mogelijkheden en de veiligheid. Er is in de afgelopen jaren hard gewerkt aan de uitbreiding en modernisering van het schoolgebouw. Uitdagende leeromgeving Om een kind te stimuleren tot optimale prestaties, is een uitdagende leeromgeving nodig. Ook bij de inrichting van de school, spelen ‘rust, reinheid en regelmaat’ een rol. De entree van het gebouw is uitnodigend. Er is een gemeenschappelijke ruimte waar gelegenheid is voor toneel en gezamenlijke vieringen. Verder is een kunstgalerie in de hal en gangen en een speellokaal voor de kleuters. Het schoolgebouw is geverfd in aansprekende kleuren. Ruimte en zelfstandigheid Kenmerkend zijn de diverse multifunctionele ruimtes die de school heeft gecreëerd om kinderen zelfstandig of in groepen te laten werken en experimenteren. Er is een goede bewegwijzering binnen de school en er hangt een teamfoto met namen bij elke ingang om de herkenbaarheid van de medewerkers te bevorderen. Buiten Buiten op het schoolplein zijn aantrekkelijke speelplekken, waarbij rekening is gehouden met diverse leeftijdsgroepen. Er is voldoende aandacht voor veilig spelen. Er wordt nog gewerkt aan een verdere ontwikkeling van het kleuterplein.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
78
Hoogtepunten De Eshoek wil boven alles een saamhorige school zijn. Dat begrip heeft alles te maken met het feit dat De Eshoek een openbare school is. Omdat De Eshoek de enige school in Annen is, zien we het als een plicht en een genoegen om gastvrij te zijn. Iedereen is welkom, ongeacht levensovertuiging of achtergrond. Samen een goede school vormen; dat is ons streven. Saamhorigheid Er zijn veel activiteiten waarin die saamhorigheid tot uitdrukking komt. Behalve de musical als afsluiting van groep 8 en de schoolreisjes, vinden er feestelijke gebeurtenissen plaats zoals het bosfeest van de kleuters, een talentenfestival en sportactiviteiten. We besteden jaarlijks aandacht aan de Kinderboekenweek en vieren gezamenlijk Sinterklaas, Kerst en Pasen. Maandsluiting Aan het einde van de maand houden we een maandsluiting. Een paar groepen presenteren dan een toneelstukje, een dans of iets dergelijks, waarmee ze laten zien wat ze de afgelopen weken hebben gedaan. De ouders van deze kinderen zijn van harte welkom om de voorstelling bij te wonen. Activiteiten We organiseren allerlei activiteiten, in wisselende verbanden. De ene keer zijn het de leerlingen samen met het team, de andere keer de ouders en het team, of de school en het dorp. Daarvoor is een goede communicatie noodzakelijk. Overleggen doen we via commissies, contactpersonen en andere overlegvormen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
79
Partners Een school is geen eiland. De Eshoek kán en wil dat ook niet zijn. We betrekken de ouders en ook de lokale gemeenschap sterk bij alles wat er op school gebeurt. Ook hier speelt weer een rol dat De Eshoek de enige school in het dorp is. Ouders De eerste belanghebbenden zijn natuurlijk de ouders van de leerlingen. Via de ouders komen we weer in aanraking met anderen. De ouders krijgen informatie via de schoolgids, de nieuwsbrief en de website. Ook kunnen zij op verschillende manieren participeren, zowel door hand- en spandiensten te verrichten als door lid te zijn van de medezeggenschapsraad of de ouderraad. Lokale gemeenschap De Eshoek vindt het belangrijk de contacten met de lokale gemeenschap te onderhouden en uit te breiden. De school heeft contacten met de Commissie Dorpsbelangen, de ondernemersvereniging en de plaatselijke bibliotheek. Verder zijn er instanties die hun bijdrage leveren. Het Centrum voor Kunst & Cultuur en het ICO bijvoorbeeld verzorgen het Kunstmenu. Verder hebben we contacten met de historische vereniging, muziekvereniging Drenthina, jeugdtheater AHA, sportverenigingen en de diverse scholen voor voortgezet onderwijs. Projecten Elk jaar voert de school een gezamenlijk project uit waarbij zo mogelijk een grote betrokkenheid van ouders (en anderen) wordt nagestreefd. Verder steunt de school jaarlijks een goed doel, dat herkenbaar is voor de leerlingen.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
80
Teamkwaliteiten Op De Eshoek werken vakbekwame en betrokken leerkrachten, een directeur en een intern begeleider. Zij zijn degenen die voor het grootste deel het warme en uitnodigende klimaat van onze school bepalen. Voorbeeldfunctie Uiteindelijk zijn het de meesters en de juffen voor de klas die het werk doen. Zij moeten over de nodige kwaliteiten beschikken. Leerkrachten zijn heel belangrijk voor kinderen. Zij hebben een duidelijke voorbeeldfunctie op allerlei gebieden en hun invloed op de kinderen is groot. Pedagogisch bekwaam De leerkrachten op De Eshoek zijn mensen die er goed in zijn een rustige en aandachtige onderwijssfeer te scheppen. Ze hebben oog voor de soms grote verschillen tussen de kinderen. Ze kunnen onderwijs op maat bieden aan alle kinderen in de groep. Ze zorgen dat de lesstof gevarieerd is en past bij de leeftijdsgroep en het individuele kind. Didactisch vaardig Niet alleen de onderwijssfeer is van groot belang. Ook de lesstof zelf en de manier waarop wij de kinderen aan het werk zetten (werkvormen en organisatie) beïnvloedt de ontwikkeling van kinderen. De leerkrachten van De Eshoek zijn uitstekende planners. Al dan niet met ondersteuning van de interne begeleider, kunnen ze hun onderwijs goed organiseren en effectieve instructie bieden, óók voor leerlingen die zich langzamer of juist sneller ontwikkelen. Teamkwaliteiten De kwaliteit van het team is heel goed. Want behalve de culturele bagage waarover leerkrachten beschikken, ligt de ervaring in het omgaan met kinderen heel breed gespreid. Er is veel kennis over het jonge kind, maar er is ook veel ervaring met het onderwijs aan kinderen die ouder zijn. Het team heeft een ‘opendeurmentaliteit’. Leerkrachten stappen makkelijk bij elkaar naar binnen en bieden elkaar collegiale ondersteuning waar dit kan en nuttig is. Deskundigheidsbevordering Leerkrachten zijn competent en vaardig op alle gebieden die de overheid voor leerkrachten verplicht heeft gesteld. Regelmatig volgen de leerkrachten een vorm van bijscholing. Verder is sprake van specialismen op het gebied van remedial teaching, gymnastiek en muziek.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
81
Toekomstperspectief De Eshoek is een school met een bijzondere kwaliteit die we graag willen behouden en verbeteren. Als we ons ideaal bereiken kunnen we tevreden zijn. Maar dat betekent niet dat we op onze lauweren gaan rusten. Het klinkt misschien als een cliché, maar ook op dit punt is stilstand achteruitgang. Onze omgeving verandert, de demografische gegevens veranderen, de samenleving verandert. En ons team verandert ook, al was het alleen maar met de jaren! We zullen daarom blijven investeren in het team, in onze goede contacten met de lokale omgeving en met ouders, in het organiseren van nieuwe leuke en leerzame activiteiten, het onderhoud en de verdere verbetering van onze schoolomgeving. En niet in de laatste plaats: natuurlijk zullen we blijven investeren in de kinderen die onze school bezoeken. En dat vraagt om een dagelijkse nieuwe inzet en een frisse blik. De kinderen zelf kunnen ons daar, met hun spontaniteit en hun originele kijk op de werkelijkheid, een handje bij helpen. Op deze manier hopen we onze plaats eer aan te doen als een unieke school, midden in Annen, midden in de samenleving.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
82
Bijlage 4 Kerndoelen PO (2006) en leerstofaanbod I
Leerstofoverstijgende kerndoelen PO 1998
De leergebiedoverstijgende doelen uit de kerndoelen moeten gezien worden als streefdoelen, die dus op hoofdlijnen weergeven in welke richting gewerkt wordt. De streefdoelen zijn gegroepeerd rond de volgende thema’s. Werkhouding Streefdoel: De leerlingen hebben belangstelling voor de wereld om hen heen en zij zijn gemotiveerd deze te onderzoeken: Zij Zij Zij Zij
kunnen gerichte vragen stellen kunnen relevante informatie zoeken en gebruiken hebben plezier in het leren van nieuwe dingen zetten door als iets niet direct lukt
Werken volgens een plan Streefdoel: De leerlingen kunnen een plan opstellen en ernaar handelen: Zij kunnen een doel formuleren Zij kunnen zich op een onderwerp oriënteren Zij begrijpen bij eenvoudige problemen oorzaak en gevolg Zij kunnen daaruit conclusies trekken Zij kunnen grotere activiteiten stap voor stap indelen en uitwerken Zij kunnen achteraf beoordelen of hun planning een goede was Zij kunnen de resultaten van hun werk presenteren in een toelichting, spreekbeurt, werkstuk of iets dergelijk Gebruik van uiteenlopende leerstrategieën Streefdoel: De leerlingen kunnen bij leeractiviteiten uiteenlopende strategieën en vaardigheden gebruiken: Zij kunnen Zij kunnen Zij kunnen Zij kunnen komen Zij kunnen Zij kunnen
gerichte vragen stellen aan personen feiten van meningen onderscheiden relevante informatie zoeken (woordenboek, atlas, internet, register) samenwerken en met elkaar overleggen om samen tot een oplossing te achteraf beoordelen of hun strategie juist was zich aanpassen aan veranderde omstandigheden
Zelfbeeld Streefdoel: De leerlingen leren met hun eigen mogelijkheden en grenzen om te gaan: Zij Zij Zij Zij
hebben kunnen kunnen hebben
zelfvertrouwen gedragsimpulsen beheersen en durven voor zichzelf en anderen op te komen een reëel beeld van eigen kunnen
Sociaal gedrag
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
83
Streefdoel: De leerlingen leveren een positieve bijdrage in een groep: Zij Zij Zij Zij Zij Zij Zij Zij
gaan respectvol met anderen om handelen naar algemeen geaccepteerde normen en waarden respecteren verschillen in levensbeschouwing en cultuur durven in de groep hun eigen standpunt uit te dragen houden rekening met gevoelens en wensen van anderen durven iemand te steunen met een ander standpunt nemen verantwoordelijkheid voor te verrichten taken weten om te gaan met materialen
Digitale media Streefdoel: De leerlingen maken verantwoord en doelbewust gebruik van digitale communicatiemiddelen: Zij kunnen een tekst maken en bewerken met een tekstverwerkingsprogramma op de computer Zij weten globaal welke (digitale) mogelijkheden informatiemedia hebben Zij kunnen met behulp van de computer digitale leermiddelen gebruiken Ze kunnen werken met digitale schoolborden Al deze aspecten komen regelmatig in onze lessen aan de orde. Wij stimuleren waar mogelijk door middel van spelen, het werken in thema’s in de onderbouw, het opzetten van projecten, spreekbeurten, groepswerk, het maken van werkstukjes, interviews, opstellen van een (anti)pestprotocol.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
84
II
Kerndoelen PO (2006)
1
Nederlands
Mondeling, Schriftelijk onderwijs en Taalbeschouwing (waaronder strategieën) A 1
Kerndoelen De leerlingen leren informatie te verwerven uit gesproken taal. Ze leren tevens die informatie, mondeling of schriftelijk, gestructureerd weer te geven.
2
De leerlingen leren zich naar vorm en inhoud uit te drukken bij het geven en vragen van informatie, het uitbrengen van verslag, het geven van uitleg, het instrueren en bij het discussiëren.
3
De leerlingen leren informatie te beoordelen in discussies en in een gesprek dat informatief of opiniërend van karakter is en leren met argumenten te reageren.
4
De leerlingen leren informatie te achterhalen in informatieve en instructieve teksten, waaronder schema's, tabellen en digitale bronnen.
5
De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
6
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het lezen van school- en studieteksten en andere instructieve teksten, bij systematisch geordende bronnen, waaronder digitale.
7
De leerlingen leren informatie en meningen te vergelijken en te beoordelen in verschillende teksten.
8
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
9
De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
10
De leerlingen leren bij de doelen onder 'mondeling taalonderwijs' en 'schriftelijk taalonderwijs' strategieën te herkennen, te verwoorden, te gebruiken en te beoordelen.
11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen • regels voor het spellen van werkwoorden; • regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden; • regels voor het gebruik van leestekens.
12
De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder 'woordenschat' vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
85
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Methode Taal in Beeld Tekstverwerken (methode begrijpend/studerend lezen) Lees maar door Toetsen: Methodegebonden toetsen Taal voor Kleuters Ordenen SVS (Cito), SBR (Cito), SVR (Cito) Toets werkwoordspelling (Cito) Begrijpend lezen (vanaf groep 5) (Cito) DMT (Cito) Leestechniek / Leestempo (Cito) Checklist dyslexieprotocol Kleuter observatielijst Entreetoets Cito (groep 7) Eindtoets Cito (groep 8) Extra hulpmethode: Educatieve software
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
86
2
Engels
A 1
Kerndoelen De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en geschreven Engelse teksten.
2
De leerlingen leren in het Engels informatie te vragen of geven over eenvoudige onderwerpen en zij ontwikkelen een attitude waarbij ze zich durven uit te drukken in die taal.
3
De leerlingen leren de schrijfwijze van enkele eenvoudige woorden over alledaagse onderwerpen.
4
De leerlingen leren om woordbetekenissen en schrijfwijzen van Engelse woorden op te zoeken met behulp van het woordenboek.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Real English Toetsen: methodegebonden Extra hulpmethode:
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
87
3
Rekenen/wiskunde
Getallen en bewerkingen/Meten en meetkunde A 1
Kerndoelen De leerlingen leren wiskundetaal gebruiken.
2
De leerlingen leren praktische en formele reken-wiskundige problemen op te lossen en redeneringen helder weer te geven.
3
De leerlingen leren aanpakken bij het oplossen van reken wiskundeproblemen te onderbouwen en leren oplossingen te beoordelen.
4
De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen.
5
De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn.
6
De leerlingen leren schattend tellen en rekenen.
7
De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.
8
De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures.
9
De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
10
De leerlingen leren eenvoudige meetkundige problemen op te lossen.
11
De leerlingen leren meten en leren te rekenen met eenheden en maten, zoals bij tijd, geld, lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht, snelheid en temperatuur.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Pluspunt (rekenmethode) Toetsen: Methodegebonden toetsen Rekenen/ wiskunde 2007 (Cito) Rekenen/wiskunde Meten/Tijd/Geld 2002 (Cito) Extra hulpmethode: Maatwerk Educatieve software
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
88
4
Oriëntatie op jezelf en de wereld
Mens en samenleving, Natuur en techniek en Ruimte A 1
Kerndoelen De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen.
2
De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument.
3
De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en hun rol als burger.
4
De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen.
5
De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen.
6
De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
7
De leerlingen leren in de eigen omgeving veel voorkomende planten en dieren onderscheiden en benoemen en leren hoe ze functioneren in hun leefomgeving.
8
De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen.
9
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
10
De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind.
11
De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
12
De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.
13
De leerlingen leren dat de positie van de aarde ten opzichte van de zon leidt tot natuurverschijnselen, zoals seizoenen en dag-/nachtritme.
14
De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In ieder geval wordt daarbij aandacht besteed aan twee lidstaten van de Europese Unie en twee landen die in 2004 lid worden/werden, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika.
15
Kinderen leren over de maatregelen die in Nederland genomen worden/werden om bewoning van door water bedreigde gebieden mogelijk te maken.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
89
16
De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren.
17
De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld.
18
De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen, zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed, en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
19
De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer.
20
De leerlingen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de wereldgeschiedenis.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Wijzer door het verkeer (verkeersmethode) Leefwereld (natuuronderwijsmethode) Hier en daar (aardrijkskundemethode) Speurtocht (geschiedenismethode) Toetsen: Methodegebonden toetsen Extra hulpmethode: Educatieve software Oefeningen voor het verkeersexamen
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
90
5
Kunstzinnige oriëntatie
A 1
Kerndoelen De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
2
De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
3
De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Uit de Kunst Muziek moet je doen Kunstmenu Toetsen: geen Extra hulpmethode: Liedbundel Eigenwijs
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
91
6
Bewegingsonderwijs
A 1
Kerndoelen De leerlingen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de omringende bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en spelvormen ervaren en uitvoeren.
2
De leerlingen leren samen met anderen op een respectvolle manier aan bewegingsactiviteiten deelnemen, afspraken maken over het reguleren daarvan, de eigen bewegingsmogelijkheden inschatten en daarmee bij activiteiten rekening houden.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Lessenreeks Patrick Beek Toetsen: Onderdeel van de reeks Extra hulpmethode: geen
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
92
Bijlage 5 Communicatie Basiselementen effectieve communicatie obs De Eshoek (uit Professioneel communiceren) Luister actief naar de spreker. Geef hem of haar jouw onverdeelde aandacht en concentratie. Ga er niet vanuit dat jij weet wat hij of zij gaat zeggen of wat hij of zij voelt of denkt. Beoordeel wat hij of zij zegt niet op basis van voorkennis over de persoon. Reageer niet defensief. Vraag om opheldering over dingen die je niet snapt. Zorg ervoor dat jouw communicatie altijd DUIDELIJK, SPECIFIEK, OPEN, EERLIJK en ONDERSTEUNEND is.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
93
Bijlage 6 Het Activerende Directe Instructiemodel 1. Dagelijkse terugblik Geef een samenvatting van de voorafgaande leerstof. Bespreek het gemaakte werk. Stel gericht open en gesloten vragen op het niveau van de leerlingen Activeer de benodigde voorkennis (voorbewerken) van het nieuwe onderwerp. Pas hierbij bijvoorbeeld de adaptieve werkvorm ‘denken-delen-uitwisselen’ of één van de coöperatieve structuren ‘Binnen-Buitenkring’, ‘Tweegesprek op Tijd’ of ‘Mix Tweetal op Muziek’ toe. 2. Oriëntatie Presenteer het onderwerp van de les. Relateer de les aan de voorgaande en komende lessen. Probeer vergelijkingen, analogieën en/of metaforen te gebruiken. Maak er een betekenisvolle situatie van. Laat leerlingen na het stellen van een vraag eerst met elkaar overleggen, voordat er klassikaal antwoorden worden gegeven. Bespreek het belang van de les. Geef het lesoverzicht. Stel leerdoelen. 3. Uitleg Denk hardop, zo ben je rolmodel voor de leerlingen. Laat leerlingen aantekeningen maken tijdens instructie in een speciaal schrift. Laat na de eerste instructie de leerlingen in tweetallen m.b.v. hun aantekeningen een vergelijkbaar vraagstuk oplossen. Speel vragen terug naar de groep, laat de leerlingen voorbeelden bedenken. Gebruik hierbij ook ‘denken-delen-uitwisselen’. Blijf bij je lesdoel. Gebruik duidelijke taal. Geef concrete voorbeelden. Hanteer op leerlingniveau open en gesloten vragen. Bij open vragen bij voorkeur lllln interactie toepassen. Pas waar mogelijk lln-lln interactie toe, bijvoorbeeld met de coöperatieve structuur ‘Tweetal-Coach’. Ga na of de leerlingen de stof begrijpen. Laat leerlingen het aangebodene in eigen woorden vertellen. Gebruik waar mogelijk materialen, schema’s en stappenplannen. Vat de uitleg kort samen aan het einde van de uitlegfase. 4. Inoefenen Geef korte duidelijk opdrachten Stel veel vragen, open en gesloten op leerling niveau. Laat leerlingen structureel in tweetallen of groepjes oefenen op basis van ‘TweetalCoach’, ‘Tweegesprek op Tijd’ of ‘Rondpraat’. Stimuleer zelfwerkzaamheid. Geef veel feedback als leerlingen goed bezig zijn. Verminder geleidelijk de steun.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
94
5. Zelfstandig verwerken Zorg dat de leerlingen onmiddellijk (kunnen) beginnen. Zorg dat de inhoud gelijk is aan die van de voorafgaande les fase. Zorg voor een ononderbroken les fase. Laat de leerlingen samenwerken en/of elkaar helpen. Geef extra verwerking verwerkingsstof aan goede leerlingen. Geef verlengde instructie aan risico leerlingen. Laat de leerlingen weten dat hun werk gecontroleerd wordt. 6. Evaluatie Laat de leerlingen vertellen wat ze geleerd hebben. Laat ze (elkaar) vertellen wat goed ging (bij het samenwerken) en wat ze de volgende keer anders / beter kunnen doen. Hierbij kunnen de structuren ‘Tweegesprek’, Rondpraat’ of ‘Mix Tweetal op Muziek’ worden toegepast. Vat belangrijke zaken aan het einde van de les nog eens samen. Geef proces-feedback. Controleer of het lesdoel gerealiseerd is (product-feedback). Doe dit in tweetallen of in groepjes. 7. Feedback Geef vaak en regelmatig terugkoppeling. Corrigeer fouten onmiddellijk. Geef altijd proces-feedback voorafgaand aan product-feedback. Geef veel aanmoedigingen. Benoem regelmatig wat er goed gaat.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
95
Bijlage 7 Einddoel en Leerlijn zelfstandig werken ‘EINDDOEL’ ZELFSTANDIG WERKEN GROEP 8 Oftewel, wat geven wij onze kinderen voor vaardigheden mee om ze zo goed en soepel mogelijk de overstap naar het voortgezet onderwijs te laten maken. Vaardigheden • • • • • • • •
De kinderen zijn gewend te werken met uitgestelde aandacht. De kinderen weten in deze situatie wat ze moeten doen in het geval ze vast komen te zitten. De kinderen zijn in staat met meerdere taken aan de slag te gaan. De kinderen zijn in staat hun werk te plannen (dus keuzes te maken). De kinderen kunnen omgaan met taken ‘die over de week zijn heen getild’. De kinderen zijn in staat zelf (alle) mogelijke hulpmiddelen te raadplegen indien nodig. De kinderen zijn in staat een agenda te gebruiken. De kinderen bezitten enige mate van zelfreflectie (zijn in staat fouten uit hun werk te halen/te verbeteren en weten wanneer ze werk mee naar huis moeten nemen).
Criteria (zoals ze op dit moment voor groep 8 gelden) • • • • • • •
•
• •
• • • •
Gebruik maken van een teken met betrekking tot uitgestelde aandacht. Een startronde maken met aanvang van de werktijd. Aangeven wanneer je weer een volgende vragenronde gaat maken. Uitzonderingen duidelijk maken (Met rekenen mag Piet wel gewoon komen met vragen en bij Taal zijn dat Kees en Klaas). De looplijnen in het lokaal zijn afgestemd op het Zelfstandig Werken. De inrichting van het lokaal is afgestemd op het Zelfstandig Werken. (Net als thuis heeft alles een vaste plaats en is het toegankelijk). Er wordt elke dag bij binnenkomst direct gestart met 20 minuten Zelfstandig Werken. Hierbij werken de kinderen aan hun weektaak en/of verbeteren zij zaken die de dag ervoor (nog) niet helemaal goed zijn gegaan. In deze tijd heeft de leerkracht eventueel tijd voor pre- en remedial teaching. Er zijn vaste plekken waar kinderen hun informatie kunnen vinden. (Computers/Woordenboeken/Encyclopedieën/Methode Boeken/Documentatie Centrum/’Eerste Hulppakket’ in het vak) Er staan activiteiten op het bord voor elk groepje, wat eventueel tussendoor gedaan kan worden of als je klaar bent met je werk. Elke dag is dit wat anders. Er zijn ‘EXTRA’ opdrachten beschikbaar waaraan kinderen alleen of in tweetallen kunnen werken. De leerkracht geeft hierbij aan wat zijn of haar verwachtingen zijn. De opdrachten zijn dus niet voor elke leerling, maar vooral voor de leerling die ‘EXTRA’ aankan. Er is een duidelijke weektaak, waarbij de kinderen weten wanneer wat op welke dag af moet zijn (hierin worden ook toetsen en/of huiswerk opgenomen). Het schooljaar wordt gestart met een weektaak die ‘binnen de week ligt’. Later wordt de weektaak ‘over de week heen getild’. Voor sommige vakken betekent dat, dat de instructie plaatsvindt op de ene dag, de verwerking tijdens de volgende momenten van Zelfstandig Werken en de bespreking weer op een ander vast moment (Vooral bij de vakken van Wereldoriëntatie).
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
96
OPZET/AANZET LEERLIJN ZELFSTANDIG WERKEN GROEPEN 3 T/M 8 Dit is de leerlijn voor Zelfstandig Werken voor de groepen 3 tot en met 8 vastgesteld in 2010
Groep 3 • •
Aanleren van het ‘stilte’teken. Werken in korte periodes met uitgestelde aandacht binnen en buiten de lessen.
Groep 4 • •
Werken met het ‘stilte’teken. Werken in periodes met uitgestelde aandacht binnen volledige les.
Groep 5 • • •
Werken met het ‘stilte’teken. Werken met uitgestelde aandacht binnen volledige lessen, inclusief het gebruik van smiley’s. Start maken met het werken aan een dagtaak.
Groep 6 • • • •
Werken met het ‘stilte’teken. Werken met uitgestelde aandacht binnen volledige lessen, inclusief het gebruik van smiley’s. Werken met dagtaken. Soms een dagtaak ‘over de dag (of twee)’ heen tillen. Dit werk staat op het bord. Beginnen met een werkperiode direct aan het begin van de ochtend of middag.
Groep 7 • • • • •
Werken met het ‘stilte’teken. Werken met uitgestelde aandacht binnen volledige lessen, inclusief het gebruik van smiley’s. Werken met dagtaken. Start maken met een weektaak (binnen de week). De taak staat op het bord. Een werkperiode hebben van 20 minuten direct aan het begin van de ochtend of middag.
Groep 8 • • •
• •
Werken met het ‘stilte’teken. Werken met uitgestelde aandacht binnen volledige lessen, inclusief het gebruik van smiley’s. Werken met een weektaak (eerst binnen de week, later over de week heen getild). De taak staat op het bord. Later in het jaar wordt de taak in de loop van de week van het bord verwijderd. Start maken met het noteren van de weektaak in een agenda. Er zijn werkperiodes van 20 minuten direct aan het begin van de ochtend of middag.
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
97
Bijlage 8 Urentabel Het activiteitenaanbod voor de groepen 1 t/m 8 - hieronder in uren per week – is in het volgende schema weergegeven. Lessentabel 1
2
4.50
4.50
3
4
5
6
7
8
3.50 5.50 1.00
6.00
6.00
5.00
5.00
5.00
2.00 1.00
2.50 1.50
2.00
1.50
1.50
2.50 2.00 1.00 1.00
1.00 2.00 2.00 0.50
1.00 2.00 2.00 0.50
0.50
0.50
1 Nederlands (en Engels) Voorbereidend taal/lezen Nederlandse taal (methode) Aanvankelijk lezen Technisch lezen Begrijpend lezen Studerend lezen Schrijven Engels 2 Rekenen/wiskunde Voorbereidend rekenen Rekenen/wiskunde
2.50
2.50 4.50
0.75 5.50
1.50
1.00
5.00
5.00
5.00
5.00
1.00 0.75
1.00 0.75
0.75 0.75
0.75 0.75
0.75 0.75 0.75
0.75 0.75 0.75
0.75 0.75 0.75
0.75 0.75 0.75
1.00
1.00
3 Oriëntatie op jezelf en de wereld Wereldverkenning (w.o. school-tv) Natuur en techniek (biologie, natuurkunde, techniek) Ruimte (aardrijkskunde) Tijd (geschiedenis) Mens en samenleving (verkeer, geestelijke stromingen, gezond gedrag) Godsdienst/HVO
1.50
1.50
4 Kunstzinnige oriëntatie Tekenen Handvaardigheid Muzikale vorming Dramatische expressie
1.50
1.50
5.00 8.00
5.00 8.00
0.75 1.00 0.75
0.75 0.75 0.50
0.75 1.00 0.75 0.50
0.75 1.00 0.50 0.50
0.75 1.00 0.50 0.50
0.75 1.00 0.50 0.50
1.50
1.50
1.50
1.50
1.50
1.50
1.00
1.00
1.00
1.00
1.00
1.00
23
23
26
26
26
26
5 Functieontwikkeling Bewegingsonderwijs Werken met ontwikkelingsmateriaal 6 Pauze Totaal
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
23
23
98
Bijlage 9 Overlegstructuur Directie/Zorg-vergadering Deelnemers
Directeur en IB’er
Voorzitter
Directeur
Agenda
Beleidsmatige en personeelszaken, zorg in de school
Notulen/B&A-punten-lijst
B&A-puntenlijst bestemd voor deelnemers
Frequentie
1 x per week
Doel/taak
Evalueren dagelijkse gang van zaken, met accent op leerlingenzorg
BDZ-vergadering Deelnemers
Directeur, Zorgcoördinator, OB-,MB en BB-coördinator
Voorzitter
Directeur
Agenda
Vaste agenda
Notulen/B&A-punten-lijst
B&A-puntenlijst bestemd voor deelnemers
Frequentie
1 x per maand
Doel/taak
Voorbereiden, evalueren, ontwikkeling en borging van beleid
Werkgroep Schoolplan Deelnemers
Zorgcoördinator, directeur, bouwcoördinatoren uit elke bouw een tweede vertegenwoordiger
Voorzitter
Directeur
Agenda
Voortgang van de schoolontwikkeling; stand van zaken inzake de verbeterplannen Vaste agenda
Notulen/B&A-punten-lijst
Afsprakenlijst bestemd voor deelnemers
Frequentie
1 x per 2 maand
Doel/taak
Evalueren stand van zaken inzake verbeterplannen- voortgang schoolontwikkeling Voorbereiding teamvergadering
Teamvergadering Deelnemers
Teamleden die de dag werken
Voorzitter
Directeur
Agenda
Onderwijsinhoudelijke gekoppeld aan de verbeterplannen; zakelijke agendapunten Verslag stand van zaken inzake de verbeterplannen door verbeterteams Vaste agenda
Notulen/B&A-punten-lijst
Beide bestemd voor team, directie
Frequentie
1 x per maand
Doel/taak
Overleg/discussie/besluit omtrent door verbeterteams/BDZ/directie/zorgteam aangedragen onderwijsinhoudelijke agendapunten
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
99
Inhoudelijke teamvergadering Deelnemers
Alle teamleden
Voorzitter
Directeur
Agenda
Onderwijsinhoudelijke gekoppeld aan de kwaliteitsbeleid;
Notulen/B&A-punten-lijst
Beide bestemd voor team, directie
Frequentie
4 x per jaar
Bouwvergadering Deelnemers
OB,MB,BB, directeur (deels), zorgcoördinator (lln-bespreking)
Voorzitter
bouwcoördinatoren
Agenda
Vaste agenda
Notulen/B&A-punten-lijst
bestemd voor bouwen, team en directie
Frequentie
1 x per maand
Doel/taak
Tijdens dit overleg worden allerlei meer huishoudelijke zaken die spelen in de bouw besproken/afgestemd. Een deel van de bouwvergaderingen wordt besteed aan leerlingenbespreking
Actieteams Deelnemers
Leden van actieteam
Voorzitter
Coördinator
Agenda
Wordt samengesteld aan de hand van de beschreven fasering in het verbeterplan
Notulen/B&A-punten-lijst
Verslaggeving omtrent ontwikkelingen/knelpunten in BDZ door coördinator
Frequentie
Elke teamvergadering gedurende een deel van de vergadertijd
Doel/taak
De leden van de verbeterteams overleggen over de stand van zaken met betrekking tot de speerpunten en bedenken oplossingen voor de knelpunten
Schoolplan 2011-2015 OBS De Eshoek
100