SCHOOLPLAN 2011-2015 OBS DE PIRAMIDE AZC-SCHOOL
1-1
1. INHOUDSOPGAVE 01.
Inhoudsopgave
02.
Inleiding
03.
Algemene gegevens
04.
Missie en visie
05.
Analyse huidige situatie
06.
Blik vooruit
07.
Aanbod onderwijs en leren
08.
Leerlingenzorg
09.
Personeelsbeleid
10.
Kwaliteitsbeleid
11.
Financieel beleid
12.
Planningsmatrix
13.
Instemming medezeggenschapsraad en vaststelling bevoegd gezag
14.
Bijlagen
1-2
2. INLEIDING Voor U ligt het schoolplan van OBS De Piramide, locatie AZC-school voor de komende periode 2011-2015. De analyse van de huidige situatie is leidend voor de koers voor de komende 4 jaren. Ons schoolplan biedt team en ouders houvast bij de gemaakte beleidskeuzes en de verdere planning van de uitvoering van ons beleid. Daarnaast leggen we middels dit plan verantwoording af naar het eigen bevoegd gezag en de inspectie van het onderwijs. Bij de totstandkoming van het schoolplan is niet alleen het schoolteam, maar ook de medezeggenschapsraad en het bevoegd gezag (middels de regiodirecteur) in een vroeg stadium betrokken. Het schoolplan is de samenhangende vertaling van: a. de analyse van de huidige situatie. Deze analyse is gebaseerd op de eigen sterktezwakte analyse. b. het strategisch beleid van Movare, waarbinnen opbrengstgerichtheid een kernthema is c. het zorgplan van het Samenwerkingsverband 55.04 d. het lokale beleid (LEA), met als kernthema‟s: kwaliteit en innovatie, onderwijs en zorg, school en omgeving. e. het overheidsbeleid met de invoering van passend onderwijs als kernthema f. het overheidsbeleid met de invoering van de zgn. functiemix als kernthema
2-3
3.
ALGEMENE GEGEVENS
Algemeen: Naam school: Adres school: Postcode: Plaats: Telefoon: E-mail:
OBS De Piramide, locatie AZC-school Pater Beatusstraat 1 6411 TR Heerlen 045-5743114
[email protected]
Bevoegd gezag : Voorzitter College van Bestuur: Algemeen toegangsnummer: E-mail: Website:
Onderwijsstichting MOVARE Dhr. Arie Kraak 045-5466950
[email protected] www.movare.nl
Onze school is een MOVARE-school. De naam MOVARE staat voor beweging en verandering. Het onderwijs is evenals de maatschappij in beweging. MOVARE richt die beweging op de kwaliteit van het onderwijs. Aanpak en werkwijze zijn vooruitstrevend en kenmerken zich door een hoog ambitieniveau, ondernemingszin en oog voor innovatie.. Onderwijsstichting MOVARE is het bevoegd gezag van 58 scholen met 70 locaties in 10 gemeenten. MOVARE kent katholiek, oecumenisch, protestants-christelijk, algemeen bijzonder en openbaar onderwijs. Met ca.13.000 leerlingen en ca. 1200 medewerkers is de stichting één van de grootste onderwijsinstellingen in Limburg. Voor nadere informatie verwijzen we naar het jaarverslag 2009.
3-4
4.
MISSIE EN VISIE
Missie Het begrip missie heeft te maken met ons bestaansrecht. Waarom doen we wat we doen. Waarvoor staan we. Wat zijn onze waarden. Waarom zijn we er en wat willen we met ons onderwijs betekenen voor de buurt, de regio en de samenleving als totaliteit. Wij hebben de kern van onze missie in de volgende zin gegoten: “Samen kleuren we de wereld mooier” Kinderen uit alle landen, van alle rassen, culturen, geloofsovertuigingen en talen komen door zeer bijzondere omstandigheden op onze school. Wij bieden een veilig klimaat waarin asielzoekerskinderen de Nederlandse taal leren, kennismaken met de Nederlandse samenleving en hun talenten ontwikkelen. Samen leren, veiligheid, betrokkenheid en ambitie zijn belangrijke kernwaarden die zichtbaar zijn in onze school. Op onze school leggen wij een stevige basis voor de verdere ontwikkeling van onze kinderen en een stevige basis voor succesvolle instroom in het regulier basisonderwijs. Met het goed invullen van onze opvangfunctie en onze brugfunctie naar het regulier basisonderwijs „kleuren we de wereld een beetje mooier‟. Visie Visie heeft te maken met beelden en verwachtingen richting toekomst. Waar gaat het heen? Waar gaan wij heen? Hoe zien we ons zelf in de komende jaren. Welke kant willen wij als school opgaan? Wat willen we bereiken? Het gaat bij het formuleren van onze visie dus om: 1. 2. 3.
Waar gaat het heen? Waar gaan wij heen? Wat is nodig om te bereiken waarvoor we willen gaan
Ad 1:
Als wij de blik naar buiten richten, zijn de volgende ontwikkelingen voor onze school relevant: a. Opbrengstgerichtheid als belangrijk thema voor het hele onderwijsveld. b. Ontwikkelingen Passend onderwijs c. Moderne media spelen in de wereld van het kind een steeds prominentere rol
Ad 2:
Waar gaan we dus voor: a.
b. c.
Voor het verbeteren van de taal/leesprestaties van onze leerlingen. We doen dit door ons aanbod te vernieuwen, de resultaten te monitoren, te evalueren en waar nodig het proces bij te stellen. Daarnaast nemen we deel aan het SLO project „Doelgericht op weg‟. Deelname ondersteunt ons bij het maken van inhoudelijke keuzes om de opbrengsten van onze kinderen in beeld te brengen en te verhogen. Voor het gericht bepalen van het ontwikkelingsperspectief van alle kinderen voor het eerste opvangjaar zodat een passend onderwijsaanbod gerealiseerd wordt. Voor een steviger plek voor ICT in ons onderwijsaanbod. Met name het gebruik van zgn. smartboards of digiboards zal in toenemende mate onderdeel moeten worden van het didactisch repertoire van leerkrachten. 3-5
De AZC-school staat voor hoogwaardig (taal)onderwijs aan nieuwkomers en een onderscheidend pedagogisch klimaat en sociaal-emotioneel programma. In onze school staat groeien naar groepsdynamisch onderwijs centraal. Groepsdynamisch onderwijs zorgt in onze school voor structuur en discipline Het formuleren van onderwijsdoelen, het bepalen van de onderwijsinhoud en het vervolgens toetsen of de leerlingen die doelen bereikt hebben, bepaalt de mate waarin het onderwijs op de AZC-school erin slaagt asielzoekerleerlingen verder te helpen in hun ontwikkeling. Ad 3:
Wat is naar ons inzicht nodig om te bereiken waarvoor we willen gaan: a. b. c. d.
Koershoudend aanwezig leiderschap dat schoolontwikkeling en persoonlijke ontwikkeling stimuleert Koershoudend aanwezig leiderschap met specifieke aandacht voor personeelsontwikkeling door klassenconsultaties en een regelmatige gesprekscyclus Kwaliteitszorg die systematisch en cyclisch van aard is Een pedagogisch-didactische aanpak die zich kenmerkt door: o het stellen van ambitieuze doelen o doelgerichte lesaanpak o effectieve inzet van tijd o effectief klassenmanagement o van leiden naar zelfsturing
Identiteit Onze basisschool is een openbare basisschool. Dit betekent dat de beginselen van het openbaar onderwijs in woord en daad worden uitgedragen: Voor ieder kind bereikbaar en beschikbaar, actieve pluriformiteit, openheid en respect, geen discriminatie en geweld. Kenmerken in het algemeen zijn: De algemene toegankelijkheid, dit wil zeggen dat onze openbare basisschool geen leerlingen weigert op grond van ras of overtuiging. De emancipatie en tolerantie, dit wil zeggen dat in onze openbare basisschool de principiële gelijkwaardigheid van opvattingen wordt gegarandeerd. De pluriformiteit, dit wil zeggen dat er ruimte wordt geboden aan de verschillende godsdienstige en levensbeschouwelijke opvattingen die er in onze samenleving bestaan.
3-6
5. ANALYSE HUIDIGE SITUATIE Regiobeschrijving De AZC-school is gelegen in de regio Zuid-Oost Limburg. Deze regio is in algemene zin te omschrijven als een achterstandregio. Belangrijke kenmerken zijn werkeloosheidscijfers die boven het landelijke gemiddelde liggen (Nederland 9%, Limburg 11%, Oostelijk Zuid Limburg 14%), dubbele vergrijzing en ontgroening. Voor scholen in de regio betekenen de demografische gegevens een jaarlijkse terugloop van het leerlingenaantal van zo‟n 2,5 %. Beschrijving woonomgeving De meerderheid van onze kinderen woont in het AZC in Heerlen. De opvang wordt verzorgd door het COA, het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers. In het AZC wonen mensen van verschillende culturen dicht bij elkaar. De gezinnen wonen in woonunits of caravans. Grote gezinnen beschikken over een eigen caravan of woonunit, kleine gezinnen moeten een woonunit of caravan met elkaar delen. Voor de kinderen is er weinig ruimte om binnen te spelen. Buiten is er een klein speeltuintje en een voetbal/basketbalveld. De samenstelling van de bewonersgroep wisselt sterk door verhuizingen. Het AZC ligt een natuurrijke omgeving, maar ligt ver buiten de bebouwde kom. De kinderen hebben hierdoor geen contact met kinderen van buiten het AZC. Enkele leerlingen wonen in andere gemeenten. Zij wonen bij hun ouders in een woonhuis. Zij zijn wel verwikkeld in een asielprocedure. Ouders De landen van herkomst van onze ouders zijn zeer divers. De landen van herkomst zijn op dit moment: Somalië, Irak, Armenië, Rusland, China, Sri Lanka, Afghanistan, Geörgië en Eritrea. De ouders spreken vrijwel geen Nederlands. Enkele ouders spreken Engels. Het grootste deel van onze ouders heeft in het land van herkomst geen opleiding genoten. Veel gezinnen zijn eenoudergezinnen. Vader of moeder woont elders in Nederland of in land van herkomst. Veel ouders kampen met emotionele problemen. De ouders zijn sociaal geïsoleerd door hun woonsituatie, door de vele verhuizingen en doordat ze al het bekende hebben moeten achterlaten in het land van herkomst. Bovengenoemde kenmerken hebben tot gevolg dat veiligheid op onze school de hoogste prioriteit heeft en we maximaal inzetten op taal/leesonderwijs. Populatie van de school; kenmerken Het leerlingenaantal ziet er vanaf 01-10 -2008 als volgt uit: 2008 2009 2010
27 33 40
Op onze school fluctueert het aantal leerlingen binnen een schooljaar enorm, de samenstelling van de groepen is hierdoor sterk wisselend en onvoorspelbaar. Deze fluctuaties worden veroorzaakt door internationale ontwikkelingen, het vreemdelingenbeleid in Nederland en het plaatsingsbeleid van het COA. 3-7
Datum 01-09-2010 01-10-2010 01-11-2010 01-12-2010 01-01-2011 01-02-2011 01-03-2011 01-04-2011 01-05-2011 01-06-2011
Aantal leerlingen 42 40 31 34 33 38 35 40 42 35
Afgelopen schooljaar 2010-2011 hebben 91 kinderen onze school bezocht. Onderstaand beschrijven we een aantal kenmerken van onze leerlingpopulatie: a. (Extra) gewicht op 01-10-2010 Gewicht 0 Extra gewicht 0,30 Extra gewicht 1,2
2 lln. 3 lln. 35 lln.
5% 7% 88 %
b. Zorgleerlingen Bij kinderen die de tussendoelen binnen de daarvoor gestelde tijd niet behalen spreken we van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften. Bij kinderen waarvan de toetsresultaten positief afwijken van de leerlijn spreken we ook van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften. Vanuit het groepsplan realiseert de leerkracht de extra zorg. c. Individueel Ontwikkelingsperspectief Al onze kinderen zijn leerlingen met tijdelijke specifieke onderwijsbehoeften. Onze extra ondersteuning is erop gericht dat alle kinderen zo snel mogelijk aan kunnen sluiten op het reguliere onderwijsprogramma van leeftijdgenoten. Het ontwikkelingsperspectief is een belangrijk instrument voor het plannen van een adequaat onderwijsaanbod om de doelstellingen van de eerste opvangperiode in de daarvoor gestelde tijd te bereiken. Er zijn verschillende leerlijnen op taalgebied omschreven met duidelijke doelen en tussendoelen, hierbij is aangegeven hoe de doelen en tussendoelen objectief gemeten/getoetst worden. d. Resultaten Op onze school bewaken we de kwaliteit van het onderwijs o.a. middels toetsen. Het formuleren van onderwijsdoelen, het bepalen van de onderwijsinhoud en het vervolgens toetsen of de kinderen die doelen bereikt hebben, bepaalt de mate waarin het onderwijs op de AZC-school erin slaagt de kinderen verder te helpen in hun ontwikkeling. We maken hierbij gebruik van toetsen uit het Cito Leerling Volg Systeem en observatie-instrumenten. In onderstaande overzichten worden de leerresultaten van schooljaar 2010-2011 in procenten weergegeven. We geven de resultaten weer van die vakgebieden waarvan leerlijnen en ontwikkelperspectieven zijn vastgesteld. (zie bijlage 4; Leerlijnen en ontwikkelingsperspectieven AZC-school Heerlen)
3-8
Woordenschat (TAK passieve woordenschat) toetsweek 1 toetsweek 2 toetsweek 3 toetsweek 4
aantal kinderen 5 5 18 9
% onder niveau ontwikkelperspectief 20% -
% op niveau ontwikkelperspectief 60% 60% 44% 33%
% boven niveau ontwikkelperspectief 20% 40% 56% 67%
% onder niveau ontwikkelperspectief 50% 45% 19% 46%
% op niveau ontwikkelperspectief 10% 45% 46%
% boven niveau ontwikkelperspectief 50% 45% 36% 8%
aantal kinderen
% onder niveau ontwikkelperspectief
% op niveau ontwikkelperspectief
% boven niveau ontwikkelperspectief
14
43%
Technisch lezen (DMT) toetsweek 1 toetsweek 2 toetsweek 3 toetsweek 4
aantal kinderen 6 11 11 13
Spelling (Cito Spelling) toetsweek 1 toetsweek 2 toetsweek 3 toetsweek 4
57%
-
Inspectiebezoek: Onze school heeft de afgelopen 3 schooljaren geen inspectiebezoek ontvangen. e. Schoolteam 5 van de 6 teamleden werken vanaf de start van de AZC-school in 2008 op onze school. Een collega is begin schooljaar 2010-2011 op onze school gestart. De gemiddelde leeftijd van het schoolteam bedraagt 46 jaar. Dit ligt boven het landelijke gemiddelde van 42 jaar. Schema teamopbouw: Leeftijdscategorie Aantal personeelsleden
20-30 0
30-40 3
40-50 0
50-60 2
>60 1
f. Huisvesting Het gebouw ligt dicht bij het centrum van Heerlen en dateert ongeveer van 1930. We hebben dus een oud gebouw met de nodige gebreken.
g. SWOT-analyse De SWOT-analyse (strenghts, weaknesses, opportunities en threats) is een hulpmiddel waardoor we ons zelf (interne analyse) en de omgeving waarin we opereren (externe analyse) beter kunnen begrijpen. Hierdoor kunnen we de toekomst (4 jaar) doelgerichter benaderen. Sterke punten -
GDO, duidelijke regels en routines, die door de hele school eenduidig worden gehanteerd. Expertise eerste opvangonderwijs Leerlijnen woordenschat en technisch lezen Visiegestuurd onderwijs 3-9
Zwakke punten -
Kleine school, wisselend leerlingaantal. Slechte staat schoolgebouw Taalproblemen met ouders Ontbreken van leerlijnen begrijpend lezen en mondelinge grammatica Monitoren van opbrengsten vaak niet mogelijk door snel wisselend leerlingbestand. Kansen
-
LB-functies Urgentiebesef voor schoolontwikkeling De werkgroep neveninstromers van Movare Deelname SLO project „Doelgericht op weg‟ Bedreigingen
-
De aanwezigheid van het asielzoekerscentrum bepaalt de omvang en de bestaansperiode van onze school. Het ontbreken van opvang/begeleiding van neveninstromers in het reguliere onderwijs in Heerlen e.o. Herhaald langdurig ziekteverzuim Terugloop asielzoekers Schoolverzuim leerlingen
3-10
6. BLIK VOORUIT SWOT-matrix AZC-school
Kans
Bedreiging
-
-
LB-functies Urgentiebesef voor schoolontwikkeling De werkgroep neveninstromers van Movare Deelname SLO project „Doelgericht op weg‟
-
-
-
De aanwezigheid van het asielzoekerscentrum bepaalt de omvang en de bestaansperiode van onze school. Herhaald langdurig ziekteverzuim Terugloop asielzoekers Schoolverzuim leerlingen
Sterkte
Groeien
Verbeteren
- GDO, duidelijke regels en routines, die door de hele school eenduidig worden gehanteerd. - Expertise eerste opvangonderwijs - Leerlijnen woordenschat en technisch lezen - Visiegestuurd onderwijs
-
-
Leerlijnen uitzetten voor de kernvakken Groepsplannen opstellen voor de kernvakken Relevante scholing teamleden
-
-
-
Zwakte -
-
Kleine school, wisselend leerlingaantal. Slechte staat schoolgebouw Taalproblemen met ouders Ontbreken van leerlijnen spelling, begrijpend lezen en mondelinge grammatica Monitoren van opbrengsten vaak niet mogelijk door snel wisselend leerlingbestand.
Verdedigen -
Expertise van leerkrachten. Deelname SLO project in de picture zetten Monitoren met ontvangende school GDO na implementatie onderhouden
Opbrengstgericht onderwijs Uitbreiding van didactische, coöperatieve werkvormen voor de verschillende vakgebieden. Contact werkgroep neveninstromers GGO borgen Inzet taalspecialist
Ombuigen -
-
Neveninstromers uit regio opvangen Ziekteverzuim terugdringen. Betrokkenheid leerkrachten omzetten in scholing Opstellen van ontbrekende leerlijnen Consequent omgaan met schoolverzuim
Consequenties analyse: De in hfd.4 beschreven visie en de in hfd. 5 beschreven analyse hebben consequenties voor de manier waarop we ons onderwijs in de komende 4 jaar gestalte willen gaan geven. Wat worden onze speerpunten? 3-11
1.
De invoering van gdo en het werken met duidelijk omschreven leerdoelen in de leerlijnen zorgen teambreed voor de motivatie om over de hele breedte tot succes in opbrengstgericht werken te komen. Dat kunnen we alleen realiseren door op schoolniveau resultaten te blijven evalueren en nieuwe didactische werkvormen te implementeren in ons onderwijs.
2.
We willen verder investeren in ons leesonderwijs. De kwaliteit van het begrijpend leesonderwijs gaan we verbeteren. We gaan deelnemen aan het project leesverbetering van Movare m.i.v. schooljaar 2011-2012.
3.
Binnen het kader van het streven om betere taalopbrengsten te realiseren, formuleren we voor de komende schoolplanperiode de volgende doelstellingen: a.
b.
4.
Op basis van onze interne analyse willen we een school zijn met een veilig klimaat. a.
b. 5.
Uitbreiden van leerlijnen voor begrijpend lezen en mondelinge grammatica. Deelname aan het SLO project „Doelgericht op weg‟ ondersteunt ons bij het maken van inhoudelijke keuzes om de opbrengsten van onze kinderen in beeld te brengen en te verhogen. Scholing in achtergrondkennis t.a.v. NT2, systeemdenken in de klas en coöperatief leren.
We maken voor de midden- en bovenbouwgroep gebruik van het Citoproduct Viseon om de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen te kunnen volgen. In de onderbouwgroep gebruiken we de Kleuterobservatielijst. We consolideren en borgen het gdo-sociowiel en het gdo-strookwiel.
M.b.t. digitaal onderwijs willen we insteken op het gebruik van het smartboard. In alle groepen zal dit gebruik onderdeel moeten worden van het didactisch repertoire van onze leerkrachten. Voor alle acties die in dit verband genomen dienen te worden, verwijzen we naar de planningsmatrix.
3-12
7. AANBOD ONDERWIJS EN LEREN De wet "Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen" is op 1 augustus 2010 in werking getreden. De wet strekt zich over vrijwel alle onderwijssectoren uit en beoogt: een goede zichtbaarheid van het niveau van beheersing van de Nederlandse taal en het rekenen voor zowel de leerling als de leraar en de school; meer eenduidigheid in taal- en rekenonderwijs in de gehele onderwijskolom; meer doelgericht taal- en rekenonderwijs door nauwkeurig omschreven doelen; een betere overdracht van leerlingen tussen de verschillende onderwijssectoren door de introductie van een eenduidige en gemeenschappelijke taal; het ontstaan van beter doorlopende leerlijnen voor taal en rekenen; het (opnieuw) doordenken door scholen van de aanpak van taal en rekenen; het verleggen van accenten binnen het huidige taal- en rekenonderwijs. Het referentiekader vormt voor ons de basis voor (aanpassing van) lesmethoden, leermiddelen en toetsen/examens. Daardoor zal het ook uitgangspunt zijn bij het ontwerpen van taal- en rekenonderwijs binnen onze school. A.
Leerstofaanbod groep 1 t/m 2 Het onderwijs in de groepen 1 en 2 vindt niet plaats op basis van vakken en leerstof, maar op basis van een beredeneerd aanbod van leeractiviteiten, waarbij onderwijsinhouden worden aangepast aan het ontwikkelingsniveau van het kind. Dat beredeneerde aanbod hebben we bij ons op school verpakt in een 5-tal kernactiviteiten, te weten: -
Mondelinge Nederlands:
-
Beginnende geletterdheid:
-
Beginnende gecijferdheid:
-
Spelen:
-
Construeren en uitbeelden:
waaronder woordenschatonderwijs, klankvaardigheid en prentenboeken methode: Taalplan Kleuters boekoriëntatie, verhaalbegrip, functies geschreven taal, relatie gesproken en geschreven taal, taalbewustzijn, alfabetisch principe, functioneel lezen en schrijven tellen en getalbegrip, meten en vergelijken Methode: Knoop rekenactiviteiten bewegingsspel, buitenspel, manipulatief spel, rollenspel werken met natuurlijk materiaal, textiel, kostenloos materiaal, bouw- en constructiemateriaal en compositiemateriaal.
In de onderbouwgroep wordt gewerkt rondom thema‟s en projecten. Deze werkwijze biedt de mogelijkheid om in samenhang met bovenstaande kernactiviteiten aan de slag te gaan. B.
Leerstofaanbod groep 3 t/m 8 Het leerstofaanbod is van groot belang voor de ontwikkelkansen van de kinderen. Wij vinden het belangrijk dat het methodische aanbod eigentijds is en dat het kinderen goed voorbereidt op instromen in het reguliere basisonderwijs. Wij kiezen daarom voor methoden die aansluiten bij de speciale onderwijsbehoeften van onze kinderen. Onze methoden zijn 3-13
Rekenen/wiskunde Nederlandse taal
: :
Aanvankelijk lezen Voortgezet lezen Begrijpend lezen Sociaal-emotioneel Wereldoriëntatie Gymnastiek Creatieve vakken Verkeer
: : : : : : : :
Wereld in Getallen Prisma-nieuw Mondeling Nederlands Taaljournaal Veilig leren lezen, Lezen doe je overal Prisma Lezen Nieuwsbegrip XL GDO, Beter omgaan met elkaar Thematisch Basislessen voor bewegingsonderwijs Tekenvaardig, Handvaardig Straatwerk
Het leerstofaanbod wordt aangepast aan het ontwikkelingsniveau van de kinderen. We bieden maatwerk om te voorzien in hun speciale onderwijsbehoefte. Het doel is om onze kinderen zo spoedig mogelijk te laten instromen of „ritsen‟ in het reguliere onderwijsaanbod. C.
Inzet van ICT We zullen onderstaand kort aangeven welke elementen van belang zijn in ons ICTonderwijs. a.
ICT als methode - ondersteuning: Wij gebruiken de volgende software ter ondersteuning van de methodes: - Software Woordenstart (woordenschatonderwijs) - Software Flits lezen (leesonderwijs) - Software Levende Letters (leesonderwijs) - Software bij de rekenmethode De Wereld in Getallen (groep 1 t/m 8, rekenonderwijs) - Software Maatwerk (rekenonderwijs)
b.
ICT als informatiemiddel: Vanaf de middenbouwgroep leren de kinderen informatie opzoeken m.b.v. de computer.
c.
ICT als remediërend /verrijkend middel. - Voor rekenremediëring: Maatwerk Rekenen - Voor leesremediëring Flits lezen
d.
Smartboards: Een smartboard is een digitaal interactief schoolbord. Dit betekent dat je in je lessen op een eenvoudige manier gebruik kunt maken van websites, software, filmpjes, muziekfragmenten, interactieve teksten, presentaties en wat je nog meer zou kunnen bedenken. Daarbij is het mogelijk om instructies die op het bord gemaakt zijn op te slaan en later weer op te roepen. Het gebruik van deze technologie vergroot de mogelijkheden om te leren en maakt leren leuker. Leren gaat immers vaak beter wanneer je de leerstof visualiseert. Toch hangt het succes van het bord voor een groot deel af van de leerkracht die het gebruikt. Momenteel is er een smartboard in de bovenbouwgroep, de andere groepen maken twee keer per week ook gebruik van dit smartboard. Alle leerkrachten hebben een basiscursus gevolgd die door de stichting Movare is aangeboden. In de komende periode willen wij het aantal Smartboards uitbreiden, voor iedere groep een Smartboard, hiervoor zijn echter nog geen gelden beschikbaar. 3-14
D.
Actief burgerschap en sociale integratie Burgerschapsvorming brengt jonge burgers (want dat zijn onze leerlingen immers!) kennis, vaardigheden en houdingen bij die nodig zijn om een actieve rol te kunnen spelen in de eigen leefomgeving en in de samenleving. Wij vinden dat als school belangrijk omdat het onze kinderen een kans op een goede toekomst biedt. Hoe geeft onze school vorm aan actief burgerschap en sociale integratie? Sociale integratie en actief burgerschap maken deel uit van ons totale onderwijsaanbod: het loopt er als het ware als een rode draad doorheen, het is duidelijk zichtbaar in gdo, het sociowiel en tijdens wereldoriëntatie. Sociale integratie en actief burgerschap kunnen alleen een kans van slagen hebben als onze kinderen ook met hun omgeving kunnen communiceren. Het heeft voor ons dan ook een directe relatie met het leren van het Nederlands als tweede taal. De nadruk ligt hier dan ook op de communicatieve, conceptualiserende en expressieve functie. Onze school is geen gesloten bolwerk, maar is nadrukkelijk betrokken op de omgeving van de school en de maatschappelijke ontwikkelingen
E.
Cultuureducatie We zien cultuureducatie als een van de manieren om kinderen te laten ervaren dat wat je leert, je iets doet en je raakt. Om dit te ontdekken is kennismaking met kunst en cultuur belangrijk, maar is het ook belangrijk om aan te sluiten bij de dagelijkse praktijk op school, bij thema‟s of onderwerpen waar de klas mee bezig is. We willen in de samenstelling van ons activiteitenprogramma aandacht besteden aan de volgende zaken: - de belevingswereld van de leerlingen - kennismaking met de Nederlandse cultuur en samenleving - verbinding leggen tussen de activiteit en het lesprogramma - ruimte voor „parels‟ uit het externe aanbod Cultuureducatie is geen apart leergebied binnen onze school, maar is ingebed in ons onderwijs. Cultuureducatie is ook een middel om andere (kern)doelen te behalen.
F.
Leertijd Onze kinderen moeten voldoende tijd krijgen om zich het leerstofaanbod eigen te maken. Dat betekent dat we de invloed van de populatie meenemen in de verdeling van de leertijd. De school voldoet aan de wettelijk eisen m.b.t. de leertijd. Over 8 jaar gerekend voldoen we ruimschoots aan de norm van 7520 uren onderwijs. Onze school is een opvangschool voor nieuwkomers en daarom besteden we veel tijd aan de Nederlandse taal en dan met name aan mondeling Nederlands (waaronder klankvaardigheid, woordenschat, taalfuncties, grammatica en begrijpend luisteren), technisch en begrijpend lezen. De taaltijd is als volgt verdeeld: Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8
10 uur per week 10 uur per week 13,5 uur per week 13,5 uur per week 13,5 uur per week 13,5 uur per week 13,5 uur per week 13,5 uur per week 3-15
G.
Pedagogisch klimaat Het pedagogisch klimaat op een school verwijst enerzijds naar de omgang van de leerkrachten met de leerlingen en anderzijds naar de omgeving waarbinnen de kinderen leren en zich ontwikkelen. Een goed pedagogisch klimaat vormt naar ons idee de basis voor het leren van de kinderen. Een goede balans tussen ondersteuning en uitdaging is voorwaardelijk om te komen tot goed onderwijs. Het hoort dan ook tot de professionele taken van onze leerkrachten om voor deze balans te zorgen De leerkrachten van onze school zorgen voor een veilig en ondersteunend pedagogisch klimaat door: -
-
empathisch optreden, toegankelijkheid en het kind serieus nemen. daarnaast duidelijk zijn, grenzen stellen en structuur en discipline bieden. duidelijk normen te stellen en met zijn allen daarnaar te handelen. Gdo biedt duidelijke vormen waaruit op een natuurlijke manier de gewenste routines voortvloeien. de drie hoofdregels; op onze school gaan we op een prettige manier met elkaar om, op onze school gaan we op een correcte manier met elkaar om, op onze school verbeter ik de omgang tussen kinderen. Binnen gdo worden deze op een kindvriendelijke manier geleerd en toegepast.
De leerkrachten van onze school zorgen voor een stimulerend en uitdagend pedagogisch klimaat door: -
H.
het creëren van een uitdagende leeromgeving in een ordelijk en opgeruimd lokaal de zelfsturing van kinderen te bevorderen. het tot ontwikkeling brengen van het gdo-strookwiel. Het strookwiel is een motivatiewiel waarbij het geven van complimenten (strooks) centraal staan.
Didactisch handelen Het didactisch handelen van de leerkrachten omvat 2 aspecten. Enerzijds aspecten die samenhangen met het directe lesgeven en anderzijds aspecten die samenhangen met een doelmatige klassenorganisatie. Een goede balans tussen het directe lesgeven en een effectief klassenmanagement is een voorwaarde om te komen tot goed onderwijs. Het hoort dan ook tot de professionele taken van onze leerkrachten om voor deze balans te zorgen. -
-
De leerkrachten zorgen in hun lessen voor duidelijkheid en structuur in hun instructie en verwerking. Het model directe instructie wordt hierbij gebruikt. Leerkrachten vertellen per les de doelen aan de kinderen en evalueren deze op het einde van de les. Zij bevorderen de actieve betrokkenheid van de kinderen bij het leerproces. De leerkrachten zijn op de hoogte van de te bereiken leerstofdoelen van hun kinderen. De leerkrachten zijn op de hoogte van de leerlijnen van de kernvakken taal en rekenen De leerkrachten stellen hoge doelen. Doelen worden zo nodig bijgesteld in de groepsplannen. De leerkrachten houden rekening met de verschillen tussen kinderen en passen hun leerstof hierop aan. 3-16
I.
De leerkrachten organiseren hun lessen efficiënt en doelmatig. Bij kernvakken taal en rekenen worden de kinderen ingedeeld in niveaugroepen. Schoolklimaat Een positief schoolklimaat zorgt voor een leeromgeving waarbij kinderen, ouders en leerkrachten zich veilig en geborgen voelen. -
J.
Onze school is een school waar gdo zorgt voor structuur en discipline Onze school is een school waar leerkrachten, kinderen en ouders op een prettige manier met elkaar omgaan. Op onze school verbeteren we de omgang met elkaar. Op onze school gaan we op een correcte manier met elkaar om. Op onze school heeft veiligheid van ieder kind de hoogste prioriteit. Onze school zorgt voor een aangename, stimulerende werkomgeving voor kinderen en volwassenen. Onze school betrekt ouders bij de school Onze school is met zorg ingericht en is uitnodigend voor kinderen
Het toetsen van leerlingen Onze school volgt de vorderingen van de leerlingen systematisch door het gebruik van methode-afhankelijke toetsen en toetsen van het CITO-leerlingvolgsysteem (LOVS). Om de leerlijnen te bewaken worden 4 keer gedurende het eerste opvangjaar toetsen van het LOVS gebruikt. Wanneer kinderen langer dan een schooljaar op onze school verblijven worden alle toetsen uit het LOVS volgens de toetskalender van het SWV afgenomen. Daarnaast toetsen we, indien mogelijk, kinderen tijdens de intakeperiode om de didactische vaardigheid van het kind vanaf groep 3 na te gaan Naam toets Ordenen Taal voor kleuters Kleuterobservatielijst TAK Woordenschat Leeswoordenschat Rekenen/Wiskunde DMT AVI Spelling Begrijpend lezen Viseon
Gr1 / 2 x x x x
Gr 3
Gr 4
Gr 5
Gr 6
Gr 7
Gr 8
x x
x x
x
x
x
x x x x
x x x x x x
x x x x x x x x x
x x x x x x x
x x x x x x x
x x x x
x
x x
Om de leerlijnen en ontwikkelingsperspectieven te bewaken worden, na iedere toetsweek, 4x per schooljaar, de toetsgegevens op leerlingniveau en schoolniveau geëvalueerd. Wanneer de resultaten van de toets gelijk oplopen met de leerlijn, blijft de leerling mooi in het ontwikkelperspectief. Wanneer de toetsresultaten positief afwijken van de leerlijn, dan wordt het aanbod aangepast aan de mogelijkheden van het kind. Laten toetsresultaten een negatieve afwijking zien, dan spreken we van een risicovolle ontwikkeling en dan krijgt een leerling extra zorg. We spreken van een risicovolle ontwikkeling wanneer de toetsresultaten negatief afwijken van de leerlijn.
3-17
K.
Opbrengsten Door de frequente schoolwisselingen en de grote fluctuaties van verblijfsduur van de kinderen op onze school is evaluatie van de opbrengsten niet altijd mogelijk. Wij monitoren toch onze opbrengsten op de volgende manier: a. Tijdens de opvangperiode op onze school maken we gebruik van de toetsen van het CITO leerling onderwijs volg systeem (LOVS). Hierbij zijn we er op gericht de doelen beschreven in de leerlijnen minimaal te behalen. b. De resultaten van het LOVS worden 4x per jaar na iedere toetsweek geagendeerd op een teamvergadering. Bij deze vergadering wordt zowel gekeken naar individuele leerlingen als naar de resultaten van de groep. c. In elke groep worden ook methodegebonden toetsen afgenomen. Deze toetsen geven de leerkracht informatie over de wijze waarop de leerlingen de leerstof van de afgelopen periode hebben verwerkt.
3-18
8. LEERLINGENZORG Leerlingenzorg: kaders Onze leerlingenzorg vindt plaats binnen de kaders van het rijksbeleid (Passend Onderwijs), het Zorgplan van het Samenwerkingsverband en het beleid van Movare inzake passend, boeiend en opbrengstgericht onderwijs. Wanneer we over leerlingenzorg spreken, bedoelen we de zorg voor álle leerlingen op onze school. We denken daarbij meer in termen van afstemming en minder in termen van hulpverlening. Wat zijn de belangrijkste uitgangspunten en kenmerken van onze leerlingenzorg? Uitgangspunten en kenmerken m.b.t. deze kaders: 1.
Handelingsgerichtheid: Wij gaan uit van behoeften van kinderen in plaats van tekortkomingen van kinderen. Het gaat dus niet om de vraag: wat heeft dat kind, maar de vraag: wat heeft dat kind nodig. M.a.w.: wat vraagt dat kind van ons om de volgende stap te kunnen maken!
2.
Preventie: De leerlingenzorg is geen apart fenomeen binnen de school met veel individuele handelingsplannen, maar maakt deel uit van het normale onderwijsproces (met groepsplannen en concrete leerdoelen), waarbij sommige kinderen op onderdelen meer aandacht vergen dan andere kinderen. Onze leerlingenzorg richt zich in eerste instantie op het voorkomen van problemen. Zorgpreventie is voor de school van groot belang. Goed onderwijs is daarbij de krachtigste factor. De professionaliteit van de leerkrachten speelt bij deze preventieve zorg een sleutelrol.
3.
Samenwerking in de keten van jeugdvoorzieningen: Om onze kinderen goed te kunnen begeleiden bij hun ontwikkeling werkt onze school samen met externe partners: - Woonbegeleiders AZC Heerlen - Onderwijsbegeleiding & Ontwikkeling Movare - Samenwerkingsverband 55.04 - MDO AZC Heerlen - Bureau Jeugdzorg - Bureau Voortijdig Schoolverlaten - Jeugdgezondheidsarts
4.
Samenwerking met ouders: Wanneer wij werken aan de aanpak van een probleem betrekken wij de ouders daar zo veel mogelijk bij, hoe moeilijk dat soms ook kan zijn. Wij bespreken dan niet louter het probleem en de achterliggende oorzaken, maar zoeken vooral ook gezamenlijk naar constructieve oplossingen.
5.
Het zorgprofiel: Dit profiel is opgesteld op basis van een studiedag georganiseerd door AVS. Dit profiel bepaalt de breedte van ons handelen. Wat kunnen we al. Wat kunnen we niet, maar willen we wel kunnen en wat kunnen we niet en willen we ook niet kunnen. Voor ons concrete zorgprofiel zie bijlage 5. 3-19
Hierbij willen we opmerken dat het opvangen van nieuwkomers in Nederland niet in het zorgprofiel van onze school omschreven is. Het opvangen van neveninstromers met een kortdurende speciale onderwijsbehoefte is echter wel onze expertise. Leerlingenzorg: organisatie De AZC-school maakt deel uit van het SWV 5504. De AZC-school werkt volgens de door het SWV opgestelde vijf niveaus van leerlingenzorg, zoals hieronder beschreven.
Zorgniveau 1: Algemene zorg
Bij het omgaan met de verschillende onderwijsbehoeften van kinderen kiezen we bij mondeling Nederlands en technisch lezen als insteek het werken met groepsplannen. In het groepsplan geeft de leerkracht doelgericht aan hoe zij de komende periode met de verschillende onderwijsbehoeften in haar groep omgaat. Onze school bestaat uit 3 groepen, groep 4-6 jarigen, groep 6-9 jarigen en groep 9-12 jarigen. Naast deze jaargroepen wordt bij de vakgebieden mondeling Nederlands, lezen, spelling en rekenen gewerkt in niveaugroepen. Binnen de niveaugroepen is de groepsaanpak het startpunt bij het aanbieden van leerstof. Deze manier van werken is efficiënt, alle kinderen van de groep krijgen tegelijkertijd instructie en in korte tijd is de hele groep geïnformeerd. Vanuit deze basis ontwikkelen we stap voor stap meer gedifferentieerde werkwijzen, omdat niet alle kinderen hetzelfde zijn en niet ieder kind behoefte heeft aan dezelfde uitleg. We doorbreken daarom regelmatig de klassikale werkvorm om tegemoet te komen aan de verschillen die er tussen leerlingen zijn. Voorbeelden van andere werkvormen die worden toegepast zijn: De instructietafel: een groepje kinderen dat meer uitleg of herhaling nodig heeft, krijgt extra instructie door de leerkracht, terwijl de anderen zelfstandig werken. Dit instructiegroepje is meestal homogeen samengesteld. Basisstof / extra stof: bij de verwerking van de leerstof wordt rekening gehouden met de niveauverschillen tussen leerlingen. De leerlingen die meer aankunnen dan de basisstof, werken met verrijkingsopdrachten oftewel de extra stof. De leerlingen die herhaling nodig hebben, maken de herhalingsopdrachten. Zelfstandig werken: we leren kinderen verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen werk door ze te leren zelf werk te plannen, zelf oplossingen te zoeken voor problemen die ze tegenkomen en zelf werk na te kijken. Samenwerkend leren: we leren kinderen om met elkaar samen te werken, in groepjes of met tweetallen. Door samen over de leerstof te praten en oplossingen te bedenken, leren kinderen van en met elkaar en zijn minder afhankelijk van de leraar. Zorgniveau 2: Extra Zorg
3-20
Vanuit het groepsplan realiseert de leerkracht de extra zorg voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften. De leerkracht signaleert welke kinderen de komende periode extra zorg nodig hebben. Een kind krijgt extra zorg in de groep wanneer hij/zij bij de methodegebonden toetsen van taalonderwijs en rekenen, en/of LOVS-toetsen en/of observaties niet aan de gestelde doelen beantwoordt. Wanneer bovenstaande het geval is, worden een of meerdere van de volgende activiteiten door de groepsleerkracht ondernomen: • Eenvoudig pedagogisch-didactisch onderzoek door de groepsleerkracht, bijv. tempotoets rekenen of fonemendictee. • Herhaalde instructie in een kleine groep. • Een extra programma volgen met één of meerdere leerlingen voor een bepaald leerstofonderdeel • Extra aandacht t.a.v. bv. werkhouding, luisterhouding. Zorgniveau 3: Speciale zorg na intern onderzoek
Handelingsplannen worden incidenteel opgesteld. Het individueel handelingsplan is bij mondeling Nederlands en technisch lezen een bijlage van het groepsplan en erop gericht dat het kind weer gaat profiteren van het groepsplan. Een handelingsplan wordt gemaakt, wanneer de meer algemene maatregelen van zorgniveau 1 en 2 te weinig resultaten opleveren. Wanneer een leerling of een groepje leerlingen voor een bepaald onderdeel van de leerstof een gericht plan nodig heeft, maken we een handelingsplan. Ook als bij problemen op het gebied van de sociaalemotionele ontwikkeling de meer algemene hulp niet baat, maken we een handelingsplan. Een HP beslaat een beperkte periode, 6 tot 8 weken. Voor een goed handelingsplan is een goede diagnose belangrijk. Zorgniveau 4: Speciale zorg na extern onderzoek
Als de school de hulpvraag van een kind niet meer kan beantwoorden, is soms psychologisch onderzoek nodig. Daarmee kunnen de oorzaken en de ernst van de leer/gedragsproblemen worden verduidelijkt. Psychologisch onderzoek wordt uitgevoerd bij Onderwijsondersteuning en Onderwijsbegeleiding (O&O) van Movare of bij een psychologenpraktijk in de buurt. In overleg met de intern begeleider en de ouders kan besloten worden om externe hulp in te schakelen, zoals Bureau Jeugdzorg (BJZ), Algemeen Maatschappelijk Werk(AMW), de Gemeentelijke Gezondheid Dienst (GGD), de logopedist, Preventieve Ambulante begeleiding (PAB) van het Regionaal Expertise Centrum (REC) of Bovenschools zorg. Zorgniveau 5: De zorg in de speciale school voor basisonderwijs
3-21
Een kind wordt door de ouders aangemeld bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg wanneer de begeleiding geen of te weinig resultaten oplevert. Ook wanneer het voor de betrokkenen duidelijk is dat er voor een leerling te weinig ontwikkelingsmogelijkheden zijn op onze school, gaan we over tot aanmelding bij de PCL of verwijzing naar Speciaal Onderwijs (SO). In de afgelopen jaren zijn geen kinderen verwezen naar het SBO of SO Algemene opmerkingen: 1.
Veiligheid Veiligheid gaat over fysieke veiligheid en sociale veiligheid. Fysieke veiligheid heeft betrekking op het lichamelijk welzijn van iedereen die bij school betrokken is. Sociale veiligheid heeft betrekking op het voorkomen van geweld, discriminatie en pesten. Gdo is bij ons het fundament voor een veilige school en zorgt voor het waarborgen van sociale veiligheid op de AZC-school. Onder waarborgen verstaan we niet dat een kind niet bij een ruzie betrokken kan zijn zowel als dader of als slachtoffer. Onder waarborg verstaan we de procedures die er zijn waardoor het niet mogelijk is dat een kind structureel gepest, geslagen of gediscrimineerd wordt.
2.
Protocol kindermishandeling en huiselijk geweld Op 1 januari treedt de “Wet Verplichte Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling” in werking. In het kader van kwaliteitszorg wordt de plicht opgelegd een meldcode te hanteren voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Alle MOVARE-scholen worden hierin begeleid door het R.A.K. (Regionale Aanpak Kindermishandeling).
3.
Verwijsindex risicojongeren Dit is een instrument dat in de regio Parkstad wordt gebruikt door alle ketenpartners in de jeugdzorg. In geval van een vermoeden van kindermishandeling zal de medewerker doorgaans niet alleen de stappen van de meldcode zetten, maar daarnaast ook moeten overwegen of een melding zou moeten worden gedaan in de verwijsindex risicojongeren (0-23 jaar). Deze verwijsindex heeft tot doel om medewerkers die met hetzelfde kind te maken hebben met elkaar in contact te brengen als zij beiden risico‟s signaleren met betrekking tot, kort gezegd, een onbedreigde ontwikkeling naar volwassenheid van de leerling. Doel daarvan is te komen tot een gezamenlijke aanpak van de problematiek van de leerling en zijn gezin. We wijzen er met nadruk op dat de het niet gaat om een keuze tussen een melding in de verwijsindex of de stappen van de meldcode, maar dat beide acties bij vermoedens van kindermishandeling aan de orde zijn omdat ze elkaar ondersteunen. . Beleid m.b.t. rugzakleerlingen Rugzakleerlingen zijn kinderen met een handicap of beperking die gebruik maken van leerlinggebonden financiering (LGF). Het doel van LGF is de emancipatie en integratie van leerlingen met een handicap in het reguliere onderwijs te bevorderen. Onze school is er van overtuigd dat het goed is voor kinderen met een beperking om in hun eigen buurt naar school te kunnen en dat ze mede daardoor beter integreren in de maatschappij. Deze kinderen horen er bij en een bijkomend voordeel is dat andere kinderen op deze manier leren omgaan met kinderen met een beperking. Zie bijlage 5 voor ons stappenplan rugzakleerlingen.
1.
3-22
9. PERSONEELSBELEID
Personeelsbeleid is voor onze school een item van belang. Ons personeel is immers het kapitaal van onze organisatie. Ondersteund door MOVARE zijn we bezig ons bestaande personeelsbeleid verder te ontwikkelen. Belangrijke onderdelen uit ons personeelsbeleid zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Wet Bio en bekwaamheidsdossier (Bardo-systeem) LB functies Taakbeleid Mobiliteit Scholing Begeleiding op de werkvloer Gesprekkencyclus
Voor de schoolleiding is het zaak om:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
De hierboven genoemde punten in de praktijk te brengen door: Teamleden vanuit een gemeenschappelijke visie te laten werken De bij de visie horende deskundigheid voortdurend op peil te houden. Competentiemanagement toe te passen Beginnende leerkrachten op te vangen en te begeleiden. Boventalligheid tijdig te bespreken Verzuim te monitoren Instrumenten voor personeelsbeleid samenhangend in te zetten
3-23
10.
KWALITEITSBELEID
Algemeen Als wij het hebben over kwaliteitszorg bedoelen we dat we op een gestructureerde manier de goede dingen nog beter proberen te doen. Dat beter doen is onze collectieve ambitie. Het gaat in de kern om vijf vragen: a. b. c. d. e.
Doen wij de goede dingen? Doen wij die dingen ook goed? Hoe weten wij dat? Vinden anderen dat ook? Wat doen wij met die wetenschap
Data Kwaliteit moet blijken. Daarom verzamelen onze leerkrachten gegevens over de ontwikkeling van onze kinderen gedurende de periode dat ze op onze school verblijven. Om het onderwijs te verbeteren (op leerling-, groeps- en schoolniveau) willen we leren nog beter gebruik te maken van het Cito LOVS voor onze specifieke doelgroep. Kwaliteit moet ook blijken als het gaat om het personeel. Daarom verzamelt de directie gegevens over de ontwikkeling van het personeel. Deze gegevens worden onderdeel van het bekwaamheidsdossier. Onze school maakt daarbij gebruik van het door Movare gepropageerde Bardo-systeem. Relatie personeelsbeleid Kwaliteitszorg heeft een directe relatie met integraal personeelsbeleid. De kwaliteit staat en valt immers met de mensen voor de klas. Binnen de school willen we daarom beter worden om continue te werken aan een sfeer waarin we met elkaar over de resultaten van het onderwijs spreken, elkaar feedback geven en waar plaats is voor coaching en intervisie. Inventarisatie gegevens Om gegevens te verzamelen, maken we gebruik van de volgende middelen: . a.
b. c. d. e. f.
Gesprekken met leerkrachten. De directie voert in de gesprekscyclus werkgesprekken, popgesprekken, en functioneringsgesprekken met medewerkers. Doel van de gesprekken is het vergroten van de kwaliteit van onderwijs en het welbevinden van de medewerkers. Het functioneren van leidinggevenden wordt besproken met de regiodirecteur. Klassenbezoeken (aan de hand van kijkwijzers) CITO-LOVS Methodegebonden toetsen Risicoprofiel Movare Toezicht onderwijsinspectie 3-24
g.
Personeelstevredenheidspeilingen
Periodisering Het meten (en weten) van gegevens is nog geen kwaliteitszorg. We realiseren ons dat we de gegevens moeten analyseren en interpreteren, dat we verbeteringen moeten plannen en realiseren en na verloop van tijd weer opnieuw moeten meten. De kwaliteitszorg van onze school is daarom een cyclisch proces, waarbij we gebruik maken van de zgn. PDCA-cirkel (Plan-Do-Check-Act).
Tevredenheidspeiling
Toezicht inspectie
Risicoprofiel MOVARE
Resultaten VO
Methodegebonden toetsen
CITO
Klassenbezoeken
Gesprekken met personeel
INK-model Het meten (en weten) van gegevens is nog geen kwaliteitszorg. We willen ook beoordelen of we met deze instrumenten voldoende informatie verzamelen. Daarom maken we gebruik van het INK-model om te bezien of de verzamelde informatie robuust genoeg is.
Visie en beleid
x
x
Personeel
x
x
x
Leiderschap en management Cultuur en klimaat
x
x
x
x
x
Middelen en voorzieningen Management van processen Waardering door personeel Waardering door leerlingen Waardering door ouders Waardering door de maatschappij Eindresultaat
x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x
Uit het schema blijkt dat het aandachtsveld, waardering door ouders, niet aan de orde komt. De informatieve dekking is niet volledig. Onze ouders zijn asielzoekers die onvoldoende de Nederlandse taal beheersen en pas kort in Nederland zijn. Daarnaast verblijven kinderen in de regel korter dan een jaar op onze school, vaak korter dan een half jaar. Oudertevredenheidspeilingen worden om bovenstaande redenen niet uitgevoerd.
3-25
11.
FINANCIEEL BELEID
MOVARE heeft in haar financieel beleid gekozen voor een systeem waarbij alle gelden op centraal (bestuurs)niveau gealloceerd worden. Van daaruit vindt verdeling naar de scholen plaats. Verdeling van zowel formatieve als materiële middelen. Bij de toedeling van formatieve middelen gaat men uit van de gemiddelde kosten van de diverse functies (gemiddelde personeelslast op bestuursniveau). De functie leerkracht kost 1,0000 fte en hiervan worden de overige functiekosten afgeleid. Op deze manier wordt voorkomen dat bij personele inzet leeftijd een rol speelt. Elke school ontvangt de formatieve middelen op basis van de T-systematiek (aantal leerlingen per teldatum lopende schooljaar). De materiële middelen worden toegedeeld op basis van de zgn. T-1 systematiek (aantal leerlingen per teldatum voorgaande schooljaar). Directeuren van MOVARE werken binnen de kaders van een vastgestelde begroting. Om “in control” te blijven, maken ze gebruik van : a. b. c. d. e. f. g. h. i. j.
Leerlingprognoses Formatieoverzichten Maandelijkse exploitatieoverzichten Exploitatiebegrotingen Meerjareninvesteringsbegrotingen onderwijsleerpakket Meerjareninvesteringsbegrotingen onderhoud Meerjareninvesteringsbegrotingen ict Meerjareninvesteringsbegrotingen inventaris en meubilair Nascholingsplannen Projectplannen
3-26
12.
PLANNINGSMATRIX
Onderwerp
2011 - 2012
Hoofdstuk 4 Visie ICT
Lezen
Opbrengstgericht werken Hoofdstuk 5 LB-functie
Opvang en begeleiding neveninstromers Hoofdstuk 6 Leerlijnen
Handelingsgericht werken
Hoofdstuk 7 Referentieniveaus
Aanbod en werkwijze onderbouwgroep
Aanbod en werkwijze middenbouw- en bovenbouwgroep
2012 - 2013
2013 - 2014
2014 - 2015
Herijken Scholing Smartboards en website school ontwikkelen Movare Project Leesverbetering Scholing team Implementatie Teamscholing en implementeren boeiend onderwijs
Interne aandacht voor doelen
Interne aandacht voor doelen
Scholing team Implementatie
Scholing Resultaten Borgen
Scholing Resultaten Borgen
Implementatie
Borgen
Borgen
n.v.t
Invulling 1 fte Taakprofiel gericht op Opvang en begeleiding neveninstromers
n.v.t.
Continueren
Aantal LB functies is op orde Continueren
Deelname SLO project „Doelgericht op weg‟ Leerlijn begrijpend lezen en mondelinge grammatica opstellen en implementeren. Groepsplannen optimaliseren, begeleiding door O&O
Bijstellen en borgen
Borgen
Herijken
Continueren
Continueren
Continueren
Onderwerp bekend maken in het team, implicaties in beeld krijgen, onderzoek methodes. Scholing via Movare Traject Leesverbetering Aanpak beginnende geletterdheid
Referentieniveaus inbedden in het onderwijs- en zorgsysteem.
Referentienivea us inbedden in het onderwijsen zorgsysteem. Scholing Implementatie
Referentienivea us inbedden in het onderwijsen zorgsysteem. Scholing Implementatie
Scholing via Movare Traject Leesverbetering Aanpak Technisch lezen
Scholing via Movare Traject Leesverbetering Aanpak Technisch lezen
Scholing Implementatie
Scholing Implementatie
Deelname regionale werkgroep neveninstromers
Scholing Implementatie Werkwijze en organisatie groep
3-27
Begrijpend lezen Hoofdstuk 8 Zorgniveau 1
Zorgniveau 2
GDO Hoofdstuk 9 Uitwerking acties Wet BIO: Bardo Bekwaamheids Dossier Gesprekscyclus
Sociowiel borgen Acties bekend maken in team en competenties medewerkers in kaart brengen. Verslaglegging m.b.v. Bardosysteem
Begrijpend lezen Hernieuwde Scholing Model Directe Instructie
Implementatie
Implementatie
Scholing aanpak klassenmanagement Centraal begrip: groepsplan Studiedag GDO
Scholing Implementatie
Scholing Implementatie
Implementatie Bardo Bekwaamheids Dossier
Implementatie Bardo Bekwaamheids Dossier
Implementatie Bardo Bekwaamheids Dossier
Verslaglegging m.b.v. Bardosysteem
Verslaglegging m.b.v. Bardosysteem
Verslaglegging m.b.v. Bardosysteem
Borgen
Scholing directie gespreks techniek .
3-28
13.
INSTEMMING
3-29
FORMULIER "Vaststelling van schoolplan"
School:
OBS De Piramide locatie AZC-school
Adres:
Pater Beatusstraat 1
Postcode/plaats:
6411 TR Heerlen
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- -------
VERKLARING
Het bevoegd gezag van bovengenoemde school heeft het
van 1-8-2011 tot 1-8-2015
geldende schoolplan van deze school vastgesteld.
Namens het bevoegd gezag,
Kerkrade
30-08-2011
________________________ handtekening
A. Kraak Voorzitter College van Bestuur
i.o. Jos Feron Regiodirecteur MOVARE
3-30
14. BIJLAGEN Onderstaande bijlagen zijn op school aanwezig: BIJLAGE 1: Format Leesverbeterplan MOVARE BIJLAGE 2: Zorgplan
BIJLAGE 3: Zorgprofiel school
BIJLAGE 4: Leerlijnen en ontwikkelingsperspectieven AZC-school Heerlen
3-31