Beschrijvend deel schoolplan 2011 – 2015
Inhoud 1.
Inleiding. 1.1. 1.2. 1.3.
3
2.
Schoolbeschrijving. 2.1. Gegevens van de school 2.2. Leerlingenpopulatie 2.3. Gegevens leraren en directie 2.4. Situering van de school 2.5. Contacten en communicatie 2.6. Toekomstige ontwikkelingen
4
3.
Missie, visie 3.1. 3.2. 3.3.
7
4.
Kwaliteitsbeleid. 4.1. Kwaliteitszorgsysteem 4.2. Toetsing en toetsinstrumenten 4.3. Het werken met een jaarverslag 4.4. Het werken met managementcontracten 4.5. Kwaliteitsanalyse: kernkwaliteiten en SWOT
13
5.
Onderwijskundig beleid. 5.1. De leergebieden: doelen, werkwijze en materialen 5.2. Actief burgerschap, sociale integratie en veiligheid 5.3. Klassenmanagement en groepssamenstelling 5.4. Leertijd 5.5. Zorg en begeleiding 5.6. Informatie en Communicatie Technologie
18
6.
Personeelsbeleid. 30 6.1. Doelen van het personeelsbeleid 6.2. Formatiebeleid 6.3. Taakbeleid 6.4. Beleid ten aanzien van loopbaan en scholing 6.5. Overige aspecten van het personeelsbeleid 6.6. Het beleid gericht op verbetering van arbeidsomstandigheden 6.7. Het beleid ten aanzien van bevordering van arbeidsdeelname
Doelen en functie van het schoolplan Procedures voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan Verwijzingen
en identiteit. Missie Visie Identiteit
Schoolplan 2011-2015
Pagina 1
7.
Financieel beleid. 7.1. Financiën 7.2. Sponsoring 7.3. Begrotingen
33
8.
Overige beleidsterreinen. 8.1. Organogram van de Stichting 8.2. De organisatie 8.3. Omgaan met signalen
35
9.
Meerjarenbeleidsplan.
37
10.
Verwijzingsdocumenten.
40
11.
Formulier vaststelling en instemming schoolplan
41
Schoolplan 2011-2015
Pagina 2
1. Inleiding. Dit schoolplan beslaat de periode 2011 – 2015 en is een schoolspecifieke beschrijving, waarbij het strategisch beleidspan SAKS – SKB uitgangspunt is geweest. Het schoolplan resulteert in een vierjaren beleidsplan op basis van inputgegevens uit onder andere: a. SWOT-analyse b. toets- en testgegevens c. enquêtes onder ouders, leerlingen en personeel (Cockpit) d. jaarverslagen. 1.1 Doelen en functies. Het schoolplan vervult een drietal functies: a. het schoolplan is een planningsdocument, waarin u kunt lezen op welke terreinen voor de komende jaren beleid is geformuleerd. Aan dit meerjarenbeleid is een tijdpad gekoppeld en zijn de momenten aangegeven, waarop de genomen beslissingen worden geëvalueerd en eventueel bijgesteld. b. het schoolplan fungeert tevens als kwaliteitsdocument. Door explicitering van de activiteiten wordt het mogelijk om nog gerichter te evalueren. De uitkomsten kunnen resulteren in besluiten met betrekking tot deskundigheidsbevordering van teamleden of het hele team, de aanschaf van nieuwe methoden, het wijzigen van taakbeleid of het invoeren van nieuwe functies. c. Het schoolplan is tevens een verantwoordingsdocument. Voor de inspectie vormt het schoolplan een mogelijkheid om het gevoerde beleid te toetsen aan de voorschriften van de lokale – en rijksoverheid. 1.2 Procedures voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan Het schoolplan is opgesteld op basis van een format, geldend voor alle onder het bestuur SAKS / SKB ressorterende scholen. Het schoolplan is in samenspraak met het bestuurskantoor opgesteld door de school en wordt na voltooiing voorgelegd aan het bestuur. Het bestuur toetst het schoolplan aan het wettelijk kader. Indien het schoolplan voldoet aan de wettelijk gestelde criteria stelt het bestuur het schoolplan vast in een voorgenomen besluit, waarna het schoolplan wordt voorgelegd aan de Medezeggenschapsraad. Na instemming van de Medezeggenschapsraad wordt het schoolplan definitief vastgesteld 1.3 Verwijzingen De documenten, waarnaar in dit schoolplan wordt verwezen (*) zijn opgenomen in de verwijzingsparagraaf en liggen op school ter inzage.
F. Hemmekam E. Velzeboer Directie Het Kompas Alkmaar, juni 2011
Schoolplan 2011-2015
Pagina 3
2. Schoolbeschrijving. 2.1 Gegevens van de school De katholieke basisschool “Het Kompas” is gelegen in een gemeente van ongeveer 100.000 inwoners. De gemeente Alkmaar telt in totaal 15 katholieke basisscholen en 2 voorzieningen voor katholiek Speciaal Basisonderwijs ressorterend onder het bestuur van de Stichting Alkmaarse Katholieke Scholen / Stichting Katholiek Basisonderwijs Bergen. De school is gelegen in de wijk De Horn-Zuid. De school is gebouwd in 1978, dit is tevens het jaar waarin de eerste oplevering van woningen in de wijk plaatsvond. De populatie in de wijk bestaat voornamelijk uit autochtone leerlingen. De school is ondergebracht in een complex waarin 2 basisscholen zijn opgenomen. Daarnaast heeft de Stichting Kinderopvang Alkmaar de beschikking over een aantal lokalen en kantoorruimten. 2.2 Leerling-populatie De leerlingen komen voornamelijk uit de wijk de Horn-Zuid en de Vroonermeer. Deze wijken tellen meer koop dan huurwoningen en dat heeft gevolgen voor de leerlingpopulatie. De ouders van de leerlingen zijn werkzaam in diverse beroepscategorieën. We hebben meer hoog opgeleide dan laag opgeleide ouders. De school heeft daardoor nauwelijks gewogen leerlingen. 2.3 Gegevens leraren en directie Het team bestaat uit 80% vrouwen en 20% mannen, waarvan een groot deel in deeltijd werkzaam is. De meeste zijn als groepsleerkracht werkzaam, uit deze formatie haalt de school tevens een Intern Begeleider. De leiding van de school is in handen van een gedeeltelijk vrijgestelde directeur en een gedeeltelijk vrijgestelde adjunct-directeur. 2.4 Situering school De school is een kleine zelfstandige school, waarbij de groepen in principe zijn samengesteld op basis van het leerstofjaarklassensysteem. Het leerlingenaantal op de school is groeiende. 2.5. Contacten en communicatie Het team hecht veel belang aan een goede communicatie met de ouders. De leerkrachten zijn daardoor beter in staat de leerlingen te leren kennen en begrijpen. De ouders krijgen bovendien een beter zicht op de dagelijkse gang van zaken binnen de school. Begrip en wederzijds vertrouwen tussen ouders en school vormen een belangrijke basis voor ons werken met de leerlingen. Middelen die worden gehanteerd om de ouders te informeren: het schoolplan, beleidsdocument dat elke 4 jaar wordt herschreven; de schoolgids die jaarlijks wordt herzien. Deze gids bevat een school specifiek deel en een algemeen deel dat geldigheid heeft voor alle scholen onder SAKS-SKB ressorterende scholen; de schoolkalender die jaarlijks verschijnt, waarin opgenomen de belangrijke wetenswaardigheden voor het betreffende schooljaar;
Schoolplan 2011-2015
Pagina 4
het jaarverslag, net als het schoolplan op te vragen door ouders die geïnteresseerd zijn; de maandinfo. Dit bulletin is ook via de website te raadplegen; de informatieavond die in alle groepen vóór de herfstvakantie wordt gehouden; de individuele rapportgesprekken (2 x per jaar); het rapport (3 x per jaar); overleg met de Ouderraad en de Medezeggenschapsraad. Ouders kunnen te allen tijde een afspraak maken voor een individueel gesprek met de leerkracht of een andere functionaris van de school. Ouderhulp is bij veel activiteiten onmisbaar. Ook richt het team zich regelmatig tot ouders met verzoeken om incidentele hulp, bijvoorbeeld bij het begeleiden van excursies of het verrichten van hand- en spandiensten. Overige contacten De school onderhoudt talrijke contacten met diverse instanties. We beperken ons tot de belangrijkste:
het bestuurskantoor van SAKS-SKB collega basisscholen de gemeente Alkmaar; de Inspectie van het onderwijs; de leerplichtambtenaar; de onderwijs begeleidende instanties (waaronder OBD Noordwest); het Voortgezet Onderwijs; SKOA; het confessioneel samenwerkingsverband Alkmaar e.o. (met name de Preventief Ambulant Begeleider); het Buurtnetwerk; Jeugdhulpverlening; contacten met overige maatschappelijke instellingen en/of instanties; de Hogeschool Inholland, de IPABO Amsterdam/Alkmaar en het Horizoncollege
2.6 Toekomstige ontwikkelingen Invoering referentieniveaus Scholen zijn sinds 1 augustus 2010 wettelijk verplicht de referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen in het onderwijsaanbod als uitgangspunt te nemen. In de referentieniveaus is beschreven wat leerlingen moeten kennen en kunnen op verschillende momenten in hun schoolloopbaan. Dit in tegenstelling tot de meer globale kerndoelen, waarin alleen de eisen voor het aanbod in het onderwijs zijn vastgelegd. De referentieniveaus gelden voor het gehele onderwijs. Referentieniveaus maken duidelijk wat er verwacht wordt van leerlingen op gebied van taal en rekenen. Dat is voor leerlingen een voorwaarde voor een geslaagde schoolloopbaan en om later goed mee te kunnen doen in de samenleving. Een van de belangrijke opgaven voor het basisonderwijs is: een fundamentele, duurzame
Schoolplan 2011-2015
Pagina 5
verbetering van de taal- en rekenprestaties via opbrengstgerichte manieren van werken. Met referentieniveaus kunnen preciezer doelen worden vastgesteld, leerprestaties van individuele leerlingen worden gemeten en waar nodig bijgesteld. Bovendien bevorderen de referentieniveaus een soepele aansluiting tussen de verschillende onderwijssectoren, doordat in elke fase van de opleiding van een leerling zijn of haar niveau eenduidig kan worden vastgelegd. De school krijgt niet alleen te maken met de referentieniveaus maar ook nog met onderstaande ontwikkelingen: Passend onderwijs Risico Inventarisatie en Evaluatie Opbrengst gericht werken Groepsplannen verder ontwikkelen Kwaliteitsmeting Continurooster Bezuinigingen
Schoolplan 2011-2015
Pagina 6
3.Missie en visie In 2006 heeft het bestuur van SAKS-SKB een strategisch beleidsplan vastgesteld voor de periode 2007 – 2011. Met het oog op de voorbereiding van de planperiode 2011 – 2015 is besloten vervroegd te reflecteren op het gevoerde beleid. Dit heeft geleid het opstellen van het strategisch beleid voor de periode 2011 – 2015 3.1 Missie SAKS 'Hoogwaardige kwaliteit door daadkracht'. SAKS – SKB wil zich de komende jaren ontwikkelen tot een daadkrachtige organisatie, die onderwijs aanbiedt van hoogwaardige kwaliteit. Dit moet resulteren in: a. Hogere opbrengsten b. Stabilisering / toename van het aantal leerlingen c. Moderne en aantrekkelijke scholen, waarin gebruik wordt gemaakt van geavanceerde technische hulpmiddelen d. Vergroten van de ouderbetrokkenheid. De missie school Het Kompas staat voor : ‘Presteren in een veilige omgeving’. Vanuit die veilige omgeving wil de school naar optimale ontplooiingskansen voor iedereen. Het team vindt onderstaande aspecten belangrijk bij het uitvoeren van de genoemde missie. Ze zijn gerangschikt in volgorde van belangrijkheid van boven naar beneden.
Sociale veiligheid Kennisverwerving in doorgaande lijn Levensbeschouwing
Creativiteit
Positief zelfbeeld Samenwerken Bewegen
De bovenstaande aspecten zijn in het schoolplan verwerkt. 3.2 Visie SAKS SAKS – SKB tracht dit streven naar hoogwaardige kwaliteit te bereiken vanuit vier perspectieven: 1. Resultatenperspectief De organisatie stelt zich ten doel in de komende vier jaren de kwaliteit van het onderwijs te verhogen door het realiseren van opbrengsten, die vergelijkbaar zijn met het landelijk gemiddelde of hoger.
2. Partnerperspectief
Schoolplan 2011-2015
Pagina 7
Ouders worden beschouwd als educatieve partners. Dat betekent, dat ouders zoveel mogelijk worden betrokken bij het onderwijs. Onderwijs, dat in principe toegankelijk is voor alle leerlingen en verder reikt dan de reguliere schooltijden. 3. Organisatieperspectief SAKS-SKB wil een goede werkgever zijn door openheid, transparantie en duidelijke communicatie, waardoor een leer- en werkomgeving met tevreden ouders, kinderen en personeel blijft gegarandeerd en verbeterd. 4. Innovatieperspectie Aantrekkelijke, moderne scholen met hoogwaardige technische hulpmiddelen dragen mede bij aan de kwaliteit van het onderwijs (hoge opbrengsten). De professionaliteit van de leerkracht blijft echter de sleutel tot goed onderwijs. Constante professionalisering, operationalisering van doelen en afspraken over realisatie van gestelde doelen staan centraal staan in het te voeren beleid. In het strategische beleidsplan* is de missie / visie nader uitgewerkt en zijn de doelen voor de periode 2011 – 2015 gekoppeld aan prestatie-indicatoren Visie school De visie van de school wordt beschreven en ingevuld vanuit vier verschillende dimensies: de levensbeschouwelijke- , de maatschappelijke- , de pedagogische- en de onderwijskundige dimensie. Levensbeschouwelijke dimensie De school is een katholieke school en streeft er naar een omgeving te creëren waarin respect voor jezelf, voor de ander en voor het andere centraal staat. De school gebruikt hiervoor: De kracht van 8; NLP; Hemel en aarde; Filosoferen. Maatschappelijke dimensie De wereld om ons heen verandert en ontwikkelt zich voortdurend. Ook ziet de school dat de maatschappij individualistischer wordt. Dat betekent dat de leerkrachten: De leerlingen stimuleren om samen te werken, niet alleen met leeftijdsgenoten, maar ook met jongere of oudere leerlingen. Samen te overleggen en de zin van afspraken te onderkennen en na te leven. Pedagogische dimensie De school is zich ervan bewust dat de rol van de leerkracht zeer essentieel is bij het bereiken van dit doel. In de omgang met de leerlingen hanteert de school daarom de volgende uitgangspunten: Sociale veiligheid.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 8
De school vindt dat alles, voor zover binnen de mogelijkheden ligt, aan moet worden gedaan om leerlingen zich veilig te laten voelen op school. Veiligheid in de zin van warmte en geborgenheid. Pijlers daarvoor zijn:
persoonlijke aandacht; vriendelijk leiding geven; kracht van 8; NLP; plezier en gastvrijheid.
Positief zelfbeeld Om de leerlingen een positief zelfbeeld te stimuleren doet de school het volgende: positieve benadering; positieve verwachtingen; openheid en vertrouwen; Zonnetje van de week; Complimenten geven aan elkaar; Werk tentoonstellen.
Structuur Het geeft de leerlingen zekerheid, veiligheid en rust. Dat betekent: Dat de school duidelijk gestructureerd dient te blijven handelen. Afspraken in relatie tot normen en waarden, ertoe om die duidelijkheid te bevorderen. De school hanteert de afspraken zoals die te vinden zijn in: De kracht van 8; Regels van de school.
Omgaan met verschillen Een positieve benadering van elk kind is hiervoor essentieel . Begrip speelt hierin een doorslaggevende rol. Verwachtingen dienen op individuele basis te worden gesteld, vanuit gemeenschappelijke kaders. Om hierin een goede doorgaande lijn te waarborgen is een goede dossiervorming nodig. De school heeft zich opgelegd leerlingen vertrouwen te geven, alsmede vertrouwen te hebben in leerlingen. Met deze open houding naar leerlingen toe wil de school de band tussen kind en leerkracht optimaal laten zijn. Bij binnenkomst de leerlingen begroeten en even persoonlijke aandacht aan/voor het individuele kind; Open staat voor de gevoelens en beleving van de leerling; De leerkrachten willen er voor de leerling ‘zijn’; Respect vormt ook hierbij de kern van het handelen.
In de pedagogische visie is het contact met de ouders van groot belang. De ouders zijn op de eerste plaats verantwoordelijk voor de opvoeding van de leerlingen. De school wil een open pedagogische relatie met de ouders hebben.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 9
Didactische dimensie Pedagogische en didactische visie zijn nauw met elkaar verweven. Datzelfde geldt voor de gemeenschappelijke uitgangspunten in beide visies. De beschrijving van de didactische visie koppelt de school aan de pedagogische uitgangspunten, Veiligheid Pijlers die de school hanteert zijn: Een rustige, ordelijke, leer- en werkomgeving creëren; Duidelijke afspraken binnen de diverse didactische situaties; Competenties; Relaties tussen alle geldingen; Autonomie; Differentiatie in sociaal-emotionele ontwikkeling.
Kennisverwerving in een doorgaande lijn Door als team op schoolniveau duidelijke afspraken te maken heeft de school een doorgaande lijn. Dit is herkenbaar aan: Individuele hulpverlening in de klas organiseren; Herkenbare lesstructuur; Dagplanningen; Vaste plaatsen voor het lesmateriaal; Netheid in de aula en lokalen.
Omgaan met verschillen Ook hierbij komt differentiatie als belangrijk criterium in de visie naar voren. De school is zich ervan bewust dat leerlingen, behalve emotioneel, ook intellectueel van elkaar verschillen. Het is een uitdaging om aan die verschillen, waar mogelijk, tegemoet te komen. Door differentiatie in tempo, niveau en hoeveelheid leerstof; Groepsplannen; Extra werk.
Samenwerken Samenwerkend en interactief leren zijn heel belangrijk. De school vindt dat het geven van verantwoordelijkheid en het leren dragen ervan een taak is van het team, handelend vanuit het vertrouwen dat het team in de leerlingen stelt. Techniek; Zelfstandig werken; First Lego League; Tutorlezen; Groep 7 en/of 8 helpen bij kleuters; Expressiemiddag; schoolvieringen.
Creativiteit Creativiteit wordt gestimuleerd tijdens de volgende activiteiten:
Schoolplan 2011-2015
Pagina 10
Expressiemiddag; Techniek; Schoolproject; Schoolviering; Muzikale vorming en dans; Projectmatig werken onderbouw; Methode “Moet je doen” beeldend.
Bewegen Bewegensonderwijs is een stimulerende factor voor de lichamelijke – en cognitieve ontwikkeling van de leerlingen. Dit wordt gestimuleerd door: Buitenspelmateriaal; Bewegingskalender; Dagelijkse bewegingslessen met en zonder materialen voor de kleuters; Dans - en spellessen; Sportdag; Zwemmen; Sponsorloop; Methode “Van Gelder”.
Een groeiproces De wijze waarop de school het groeiproces praktisch gaat vormgeven beschrijft de school in het meerjarenbeleidsplan. Het meerjarenbeleidsplan zal elk jaar worden verantwoord in het jaarplan. 3.3 Identiteit Identiteit SAKS Het bestaansrecht van katholieke scholen ligt besloten in de manier, waarop gewerkt wordt aan de katholieke identiteit. Identiteit is geen vaststaand gegeven. Maatschappelijke, politieke en bestuurlijke motieven leiden voortdurend tot hernieuwde discussies. Binnen het onderwijs onderscheidt het bestuur SAKS / SKB vier aandachtsvelden: 1. de inrichting van het gebouw, 2. de schoolcultuur, 3. de kwaliteit van de leerkrachten, 4. samenwerking met buitenschoolse partners. De effecten hiervan moeten aan het einde van de basisschoolperiode resulteren in kennis en vaardigheden bij leerlingen (eindprofiel). De procesbeschrijving van het traject missie- en visieontwikkeling 2003 is in het document “Omgaan met de katholieke identiteit” (*) nader uitgewerkt.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 11
De identiteit school De zes deugden die de school belangrijk vindt zijn: enthousiasme, verantwoordelijkheid, samenwerking, eerlijkheid, ordelijkheid en respect/rekening houden met. Hemel en aarde wordt als bron gehanteerd, we gebruiken deze bron bij het onderwijsaanbod. Vieringen hebben een centrale plek in de school (vieringen kunnen ook bescheiden worden gehouden): Kerstmis; Pasen; Start en afsluiting van een thema; probeer er een viering van te maken; Niet alleen leerlingen maar ook de leerkrachten kunnen een bijdrage leveren: gedichten voordragen etc.; Eenmaal per jaar sluiten we gezamenlijk een thema af; Schoolvieringen; Ouders uitnodigen (facultatief).
Gebeurtenissen bespreken In de klas In de school
In de omgeving
In de wereld
Bijbel verhalen worden met een grote regelmaat voorgelezen en/of verteld in de klas
Schoolplan 2011-2015
Pagina 12
4. Kwaliteitsbeleid SAKS. De term kwaliteitsbeleid is een lastig begrip en kent vanuit de vele invalshoeken vele omschrijvingen. “Kwaliteitbeleid en kwaliteitszorg” vragen dus om een nadere toelichting. Onder kwaliteitsbeleid wordt verstaan: de mate waarin het bestuur en de scholen erin slagen de doelen te bereiken, die zij hebben geformuleerd. Bij kwaliteitszorg gaat het om het geheel van activiteiten om de kwaliteit van het onderwijs (de school) te onderzoeken, te borgen of te verbeteren en openbaar te maken. Kwaliteitszorg is de wijze waarop scholen ervoor zorgen, dat deze doelen ook daadwerkelijk worden bereikt. 4.1.Kwaliteitszorgsysteem Bij de vormgeving van het kwaliteit zijn de onderstaande uitgangspunten essentieel: Het primaire proces is de basis. Kwaliteitsbeleid richt zich op alle beleidsterreinen van de school (onderwijskundig, personeel, financieel en materieel) en de samenhang daartussen met als doel het primaire proces – het onderwijs op de werkvloer – te verbeteren of te versterken. Kwaliteitszorg als vertrekpunt. Het leren van kinderen is de basis van de kwaliteitszorg. Kwaliteitszorg veronderstelt dan ook een structurele evaluatie van het primaire proces – het pedagogisch en didactisch handelen van leerkrachten en de opbrengsten van dit handelen afgemeten aan de leerresultaten. (Improvement) Interne toetsing alleen is echter niet voldoende. De inhoud en de opbrengsten van de activiteiten moeten ook vergeleken worden. (Benchmarking). Het tijdig signaleren van zwakke plekken. Verantwoording afleggen (Accountability) 4.2.Toetsing en toetsinstrumenten Kwaliteit mag geen toeval zijn en daarom wordt op systematische wijze gewerkt aan de kwaliteit van onze scholen. Het systeem van kwaliteitszorg kent een aantal vormkenmerken: Doelgericht: Vaststellen van doelen (SMART) moeten leiden tot verbetering en verantwoording. Cyclisch: Scholen bepalen welke kwaliteit ze willen leveren, ondernemen acties, vergelijken de resultaten en besluiten tot borging of bijsturing.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 13
Integraal: Alle belanghebbenden worden betrokken bij het in kaart brengen en beoordelen van de gerealiseerde kwaliteit. Systematisch: Er is een vast patroon, wanneer en met welke instrumenten data worden verzameld.
Kwaliteitszorg Bestuurniveau 1.Kwaliteitsmeter (bestuursniveau) 2.Capaciteitenonderzoek (NIO) 3.Vaardigheidsonderzoek (drempel) 4. Toetsen M8 5. Jaarverslag 6.Functioneringsgesprekken (directeur) 7. Beoordelingsgesprekken (directeur) 8. Managementcontracten
Schoolniveau intern 1.Kwaliteitsmeter (schoolniveau) 2.Capaciteitenonderzoek (NIO) 3.Vaardigheidsonderzoek (drempel) 4.Toetsen leerlingvolgsysteem 5. Jaarverslag 6. Functioneringsgesprekken (leerkracht) 7. Beoordelingsgesprekken (leerkracht)
Schoolniveau extern 1.Kwaliteitsmeter (benchmarking) 2.Onderwijsinspectie 3.Verwijzing naar en de resultaten binnen het VO
Een aantal genoemde instrumenten zal mogelijk in 2013 vervangen worden door landelijk vastgestelde toetsen. 4.3.Het werken met een jaarverslag Een jaarverslag geeft inzicht in de prestatie van de organisatie over het afgelopen jaar. Er wordt onderscheid gemaakt in een intern verslag en een publieksverslag. Het jaarverslag van de scholen (intern verslag) wordt opgesteld door de directeur van de school en is bedoeld als: a. verantwoordingsdocument voor het gevoerde beleid richting bestuur b. basisdocument voor het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken van de algemeen directeur met de directeuren c. richtinggevend document voor het afsluiten van managementcontracten Het jaarverslag op organisatieniveau is een verplichting op basis van wet- en regelgeving. Dit jaarverslag is een publieke verantwoording over het gevoerde beleid. 4.4.Het werken met managementcontracten Een managementcontract is een contract, waarin resultaten worden beschreven, die de individuele scholen op basis van het strategisch beleidsplan willen realiseren of in opdracht van het bestuur op basis van gesignaleerde problemen moeten realiseren. De aanpak om deze resultaten (operationeel management) te bereiken worden niet van te voren vastgelegd, maar behoren tot de vrije handelingsruimte van directeuren. Zij kennen de school, het team, de ouders en de kinderen.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 14
Het managementcontract is een schriftelijke vastlegging van de gemaakte afspraken tussen bestuur en school en die mede uitgangspunt zijn voor functioneringsen beoordelingsgesprekken. 4.5 Kwaliteitsanalyse: SWOT school De SWOT (Strength, Weakness, Opportunities, threaths) analyse is samengesteld uit: Enquête de Cockpit: ouder, leerling en personeel; Uitslag Vragenlijst Professionele Leergemeenschappen Inspectierapport 2009; Bestuur (strategisch beleidsplan) RI&E. L.V.S. Uitslag Drempelonderzoek en NIO Kind op de Gang Daar is het volgende uitgekomen: Sterkte Management Systematisch werken aan verbeteringen Regelmatige analyse Duidelijk taakverdeling
Zwakte Management Arbo veiligheidsplan Kwaliteitszorg
Personeel Kleinschalig Kennisoverdracht Opleiden in de school Communicatie op alle geledingen Motivatie team Zelfstandig werken Tutor begeleiding Zorgplan Toezicht plein Leerstofaanbod
Personeel Zelfstandig werken – leerlingen kunnen niet vrij kiezen, kortere instructie Toezicht op plein Omgaan met zorg – leerstofaanbod
Middelen en voorzieningen Financiën Gebouw
Middelen en voorzieningen Schoonmaak
Cultuur en klimaat Veiligheid Ouderbetrokkenheid en tevredenheid
Cultuur en klimaat Leerlingenraad niet aanwezig
Resultaten en opbrengsten Leerling Volg Systeem
Resultaten en opbrengsten Kwaliteitszorg
Kansen Middelen Lumpsum SKOA VVE Bedrijfsleven inschakelen Subsidie (cultuur) PR Kern 8 Gemeente – plein buurtspeelplaats
Bedreigingen Middelen Verkeersveiligheid Wijkkenmerken Bestuurscommunicatie Negatieve media-aandacht Leerlingen aanwas – verhuizingen Herijking zorg – passend onderwijs Bezuinigingen
Personeel Samenwerking besturen Functiemix
Personeel Arbeidsmarkt kleiner Team leeftijd
Wetgeving BIO, CAO, ID Banen Referentieniveau Buiten Schoolse Opvang Brede school
Wetgeving Positie MR – meer invloed
Uit de lange lijst hierboven heeft de school 4 SWOT’s gekozen
Schoolplan 2011-2015
Pagina 15
Sterkte Veiligheid Groepsplannen Communicatie Financiën Kans SKOA/Brede school PR Subsidie Referentieniveau
Zwakte Kwaliteitszorg Leerstofaanbod/leerlingenzorg Leerlingenraad/afspraken/instructie/keuze Arbo/schoonmaak Bedreiging Tussenschoolse opvang Buurtfunctie Herijking zorg Verkeersveiligheid omgeving
Mogelijke combinaties:
Leerstofaanbod moet gedifferentieerder. - groepsplannen; - referentieniveau. Arbo/schoonmaak - veiligheid; - gebouw; - financiën. Tussenschoolse - communicatie; - uitvoerbaar door goede financiën; - SKOA. Buurtfunctie - brede school; - PR; - veiligheid; - verkeersveiligheid; - gebouw en omgeving.
Uit de analyse blijkt dat op vele terreinen nog taken voor de school zijn weggelegd. Hoewel ook geconstateerd kan worden dat op een groot aantal gebieden al acties zijn of worden ondernomen. Leerstofaanbod moet gedifferentieerder. Groepsplannen zijn op dit moment ingevoerd in de groepen 1 t/m 8. Daardoor werkt de school in drie niveaus. Daardoor kan de school beter inspelen op de verschillende niveaus van de leerlingen. Arbo/schoonmaak Het gebouw is helemaal af. Een deel behoort nog bij de gemeente (kachel en dak) en de rest behoort aan de SAKS. 90 % van de Arbo punten zijn weggewerkt. Dit houdt in dat de schoonmaak een goed en makkelijk gebouw heeft om schoon te maken. De schoonmaak gaat op dit moment redelijk tot goed, maar zal altijd een groot aandachtspunt blijven. Om het gebouw in een goede staat te behouden moet het gebouw goed onderhouden worden. Bij de SAKS is er nu een geld pot groot onderhoud, zodat de school zich geen zorgen over het groot onderhoud hoeft te maken. Er is overleg gaande over de BSO (Buiten Schoolse Opvang) met de SKOA (Stichting Kinder Opvang Alkmaar).
Schoolplan 2011-2015
Pagina 16
De tussenschoolse opvang is nu in het beheer van school. Dit is nu goed te doen. Er zijn genoeg mensen die als vrijwilliger willen werken als overblijfkracht. Mocht dit veranderen dan heeft de school het SKOA naast zich in het zelfde gebouw en kan het SKOA de opvang overnemen. Dit natuurlijk onder andere voorwaarden die de school heeft vastgelegd. Ook is er overleg om ervoor te zorgen dat er op alle dagen voorschoolse opvang is bij het SKOA. Dit is nu nog voor een paar dagen het geval.
Buurtfunctie De verkeerscoördinator heeft contact met de gemeente om de school zichtbaarder te maken aan de wegkant. De school staat regelmatig met zijn projecten in de krant Bij een aanmelding van een nieuwe leerling krijgen de ouders elke maand de maandmededelingen, zodat de ouders meteen op de hoogte zijn van de activiteiten van de school. Bovengenoemde punten worden, afhankelijk van de prioriteit, in de meerjarenplanning opgenomen en/of aan de orde gesteld in de verschillende vergaderingen. Werken aan:
Afspraken/leerlingenraad/instructie/keuze; Herijking zorg; Opbrengstgericht werken; Referentieniveaus eigen maken; Groepsplannen eigen maken.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 17
5. Onderwijskundig beleid Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2012 de verantwoordelijkheid om voor elke leerling een passend onderwijszorgaanbod te realiseren. Steeds meer kinderen hebben extra zorg en ondersteuning nodig. Veel van die kinderen kunnen dankzij die extra aandacht gewoon naar de basisschool. Andere kinderen kunnen zich beter ontwikkelen in een speciale setting. “Ieder kind heeft recht op de beste ontwikkelingskansen.” Uitgangspunt hierbij is niet om wat een kind niét kan, maar wat een kind wél kan. Dit betekent, dat zorgvuldig moet worden gekeken waar een kind de beste kansen heeft. Dit kan plaatsvinden op een reguliere basisschool met of zonder specifieke hulp of in het speciaal onderwijs, waar de juiste specialisten de ideale omgeving creëren om een kind de beste leerloopbaan te bieden. Deze zorgplicht is de verantwoordelijkheid van elk schoolbestuur. Ouders die hun kind aanmelden bij een school hebben recht op een passend onderwijsaanbod op die school of op een andere school of voorziening. Zorgplicht veronderstelt dan ook een niet vrijblijvende samenwerking tussen scholen. Ook de besturen werken samen om een dekkend netwerk van zorg in de regio te realiseren, zodat de uitgangspunten omtrent passend onderwijs kunnen worden uitgevoerd. De wijze waarop besturen dit willen bereiken en met welke middelen, staat beschreven in het WSNS zorgplan (*). 5.1. De leergebieden: doelen, werkwijze en materialen De onderwijskundige doelen zijn in de eerste plaats de doelstellingen zoals die in artikel 8 de Wet op het Basisonderwijs zijn omschreven: Artikel 8.: 1. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 2. Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling, op het ontwikkelen van de creativiteit, op het verwerven van de noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. 3. Het onderwijs gaat er mede van uit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. 4. Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven, is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoefte van de leerling. Het basisonderwijs, bestemd voor leerlingen vanaf vier jaar, is dus verplicht zich te richten op: de emotionele ontwikkeling; de verstandelijke ontwikkeling; het ontwikkelen van de creativiteit; het verwerven van noodzakelijke kennis; het verwerven van sociale vaardigheden;
Schoolplan 2011-2015
Pagina 18
het verwerven van culturele vaardigheden; het verwerven van lichamelijke vaardigheden. De school interpreteert dat als volgt: In de Wet op het Basisonderwijs wordt gesproken over de emotionele ontwikkeling en het verwerven van sociale vaardigheden. De school kiest voor de term sociaal-emotionele ontwikkeling. Aspecten van sociaal-emotionele ontwikkeling: het samenwerken, het samen spelen, het samen kunnen delen, hulpvaardig zijn; respect hebben voor elkaars mening en inbreng; elkaar de ruimte geven om zelfontdekkend bezig te zijn; het kunnen oplossen van conflictsituaties; het kunnen inleven in gevoelssituaties; anderen accepteren en respecteren in hun anders zijn; een gevoel van saamhorigheid. De verstandelijke ontwikkeling. De school stimuleert vaardigheden als kritisch vermogen, zelfredzaamheid en solidariteit. Kennis is deels resultaat van eigen ervaringen en deels overgedragen. Door het aanbieden van kennis worden de leerlingen voorbereid op de veranderende maatschappij. De school begeleidt de leerprocessen van de leerlingen en geeft er vorm aan. Het ontwikkelen van de creativiteit. Het ontwikkelen van de creativiteit omvat alle vak/vormingsgebieden. Aspecten verbonden met de ontwikkeling van de creativiteit zijn onder meer het ontwikkelen van de creativiteit in ruimere zin: zelfontdekkend bezig zijn; komen met eigen oplossingen; verschillende oplossingen vinden voor één probleem; experimenteren; het toepassen van kennis en vaardigheden in uiteenlopende situaties; het ontwikkelen van creativiteit in de zin van de expressievakken.
Het verwerven van de noodzakelijke kennis. In de huidige maatschappij veroudert kennis snel. De kennis van de leerlingen moet functioneren in de samenleving van morgen. Het verwerven van culturele vaardigheden. Onder culturele vaardigheden wordt verstaan: zich oriënteren op de maatschappij; leren omgaan met anderen (respect kunnen opbrengen voor andermans ideeën, meningen, overtuigingen, levenswijzen, culturen).
Schoolplan 2011-2015
Pagina 19
Het verwerven van lichamelijke vaardigheden. Het verwerven van lichamelijke vaardigheden is behalve doel op zich ook van belang voor de verstandelijke en sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Andere onderwijskundige doelstellingen van de school zijn: het leggen van een basis voor een vorm van Voortgezet Onderwijs, die past bij het niveau en de interesse van het kind; het betrekken van ouders bij de school. Werkwijze en materialen Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Over een grote mate van begripsvorming en ruimtelijk inzicht beschikken en dit laatste ook in het platte vlak kunnen gebruiken. Inzicht hebben in de verhoudingen in het platte vlak. Visueel en auditief kunnen discrimineren. Zelfstandig opdrachten kunnen uitvoeren. Kunnen samenwerken. Geconcentreerd kunnen luisteren. Goede motorieke vaardigheid hebben. Kunnen ordenen, sorteren, combineren, classificeren. Inzicht hebben in hoeveelheid en rangorde. Abstract kunnen denken. Belangstelling hebben voor boekjes, letters en cijfers. Kleuren en vormen kunnen benoemen.
Constructiemateriaal Computer Bouwmateriaal. Winkelmateriaal Huishoekmateriaal. Ongevormd materiaal. Boekenhoekmateriaal. Themahoeken Materiaal voor de verstandelijke ontwikkeling. Specifiek materiaal m.b.t. voorbereidend lezen, rekenen en schrijven. “Ko totaal”
Werkwijze: - kring; - werken in groepen - arbeid naar keuze; - klein groepswerk; - klassikaal.
Ervoor zorgen dat de materialen up to date blijven. Elk jaar de materialen bekijken en waar nodig vervangen.
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Het onderwijs is erop gericht de spreekvaardigheid van de leerlingen te vergroten. De spreekvaardigheid moet kunnen worden toegepast in diverse gespreksvormen.
Diverse materialen in de onderbouw. “Taalactief” en spreekbeurten
Zie groepsmap en handleiding.
“Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Het onderwijs is erop gericht de luistervaardigheid van de leerlingen in verschillende en gevarieerde situaties te vergroten.
Taalactiveringsprogramma in de onderbouw. “Taalactief”
Zie groepsmap en handleiding.
Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
We streven er naar dat de leerlingen teksten kunnen schrijven in een acceptabel tempo en in een goed leesbaar handschrift.
“Pennenstreken voor de groepen 1 t/m 6. “Mijn eigen handschrift voor de groepen 7 en 8
Zie groepsmap en handleiding.
Pennenstreken kan vervangen worden na 2015
Bewaking: zie groepsmap en Ko Totaal
Nederlands - spreken
Nederlands- luisteren
Nederlands- schrijven
Schoolplan 2011-2015
Pagina 20
Nederlands- stellen Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
De leerlingen moeten stelopdrachten met gevarieerde doelstellingen kunnen maken.
Diverse materialen in de onderbouw. “Taalactief”
Zie groepsmap en handleiding.
Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
De leerlingen moeten de spelling van de Nederlandse taal goed (min of meer foutloos) kunnen hanteren.
“Veilig Leren lezen” voor groep 3 “Taalactief” voor de groepen 4 t/m 8. Ambrasoft spelling (ICT)
Zie groepsmap en handleiding.
“Veilig leren lezen” kan vervangen worden na 2015 Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Het correct kunnen schrijven van de verschillende werkwoordsvormen.
Taalactief voor de groepen Zie groepsmap en 4 t/m 8. handleiding Ambrasoft spelling (ICT)
Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
AANVANKELIJK LEZEN De leerlingen maken zich de stof van de methode 'Veilig Leren Lezen' eigen.
'Veilig Leren Lezen', nieuwe versie. Uitg. Zwijsen, Tilburg.
Zie groepsmap en handleiding
Veilig leren lezen kan vervangen worden na 2015.
VOORTGEZET LEZEN De leerlingen moeten zich een goede technische leesvaardigheid eigen maken
Een uitgebreide leesbibliotheek, ingedeeld in S3 t/m Plus niveau.
Zie groepsmap en handleiding
De leerlingen moeten oog hebben voor de diverse waarden van al dan niet door henzelf geschreven teksten.
Nederlands- spelling
Nederlands- werkwoordspelling
Nederlands- lezen ( technisch)
Tutorlezen met leerlingen van groep 7/8
Nederlands- lezen ( begrijpend en studerend) Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
De leerlingen moeten worden toegerust met inzichten en vaardigheden op het gebied van communicatie en denken die noodzakelijk zijn om informatie uit teksten effectief te kunnen opzoeken, verwerken en toepassen.
“Overal Tekst”.
Zie groepsmap en handleiding
“Overal tekst” kan in 2018 vervangen worden.
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Boekpromotie is gericht op de versterking van het leesplezier. De leerlingen moeten op de hoogte zijn van verschillende jeugdboeken en verschillende genres.
Uitgebreide bibliotheek met daarin kinderboeken in diverse genres, waaronder poëzieboeken, prentenboeken,
Zie groepsmap.
Elk jaar worden er nieuwe boeken gekocht en worden de oudere boeken vervangen.
Nederlands- lezen ( leesbeleving)
Schoolplan 2011-2015
Pagina 21
stripboeken en leesboeken
Nederlands- taalbeschouwing Doelen van de school
Methoden / materialen
Het onderwijs is erop gericht dat de leerlingen “Taalactief” voor de - inzicht krijgen in de structuur van de taal; groepen 4 t/m 7. - hun woordenschat vergroten; - nieuwe begrippen leren; - de onderlinge relaties leren kennen; - invloeden en kenmerken kunnen herkennen die in een communicatieve situatie een rol spelen.
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Zie groepsmap en handleiding
Taalactief” kan vervangen worden in de groepen 7 en 8 na 2012
Engels Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Het onderwijs is erop gericht dat de leerlingen:
“Hello World” voor de groepen 5 t/m 8.
Zie groepsmap en handleiding
“Hello World” kan vervangen worden na 2019
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
De algemene doelstellingen voor rekenen en wiskunde zijn: - de leerlingen moeten in staat zijn kennis en vaardigheden zinvol toe te passen in gevarieerde contexten - de leerlingen moeten problemen zelfstandig of in groepsverband kunnen oplossen - de leerlingen moeten vlot en flexibel kunnen omgaan met geleerde procedures Er wordt naar gestreefd de leerlingen in ieder geval de in de methode gestelde minimumdoelen te laten behalen.
Telactiviteiten voor Zie groepsmap. kleuters in de groepen 1/2.
-vaardigheden ontwikkelen waarmee ze deze taal op een zeer eenvoudig niveau gebruiken als communicatiemiddel in contact met mensen die zich van deze taal bedienen. -kennis hebben van de rol die de Engelse taal speelt in de Nederlandse samenleving en als internationaal communicatiemiddel.
Rekenen en wiskunde
“Wereld in Getallen” in de groepen 3 t/m 8. Ambrasoft (ICT)
Zie handleiding “Wereld in Getallen 4” methode en groepsmap. kan vervangen worden na 2020
Wereldoriëntatie- algemeen Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Thematisch werken, met als uitgangspunt de eigen belevingswereld, de ervaringen en de waarnemingen. De leerlingen stap voor stap de wereld om zich heen laten leren kennen en relaties leggen met ruimte, tijd, menselijk gedrag, natuur en het natuurkundig gebeuren en met de kijk van het kind op zichzelf bij het leren zien van oorzaak en gevolg.
In de groepen 1 t/m 3 worden diverse materialen gebruikt, zowel concreet als in boekvorm. Projecten voor kleuters
Zie groepsmap.
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Leerlingen dienen: - verschijnselen van nu te leren, te begrijpen
“Wijzer door de tijd” voor de groepen 3 t/m 8.
Zie groepsmap en handleiding
“Wijzer door de tijd” kan vervangen worden na
Wereldoriëntatie- geschiedenis
Schoolplan 2011-2015
Pagina 22
en te verklaren vanuit het verleden -te beseffen, dat de samenleving voortdurend verandert en dat iedere verandering betrekkelijk is - ervaringen op te doen en kennis te nemen van het tijdsverloop en perioden, maatschappijvormen te leren uit het verleden en het heden - kennis te nemen van het ontstaan van onze democratie -te leren bewust en kritisch om te gaan met de democratie -leren na te denken en vragen te stellen over historische verschijnselen - kennis en inzicht verwerven omtrent inrichting en structuur van de maatschappij - kennis en inzicht verwerven omtrent enige hoofdzaken van en kernmerkende verschillen tussen geestelijke stromingen in de samenleving.
2017
Wereldoriëntatie- aardrijkskunde Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
AARDRIJKSKUNDE (m.u.v. topografie) Leerlingen dienen: -noodzakelijke kennis en vaardigheden te verwerven - zich af te vragen: wat is hier en wat is daar en waarom dan - te leren nadenken over geografische verschijnselen - vertrouwd te raken met verschijnselen die betrekking hebben op de indeling en de inrichting van de ruimte - te leren inzien dat het gebruik van de ruimte wordt bepaald door factoren als klimaat, cultuur, ideële motieven TOPOGRAFIE De leerlingen moeten een atlas/topografische kaart kunnen hanteren. De topografische kennis van de leerlingen moet zover reiken, dat zij bij andere situaties die betrekking hebben op topografie geen problemen ondervinden. De leerlingen moeten kennis hebben van de topografie van de eigen regio, Nederland, Europa en de wereld.
“ Hier en daar” voor de groepen 4 t/m 8.
Zie groepsmap en handleiding
“Hier en daar” kan vervangen worden na 2011
“ Hier en daar” voor de groepen 4 t/m 8.
Zie groepsmap.
“Hier en daar” kan vervangen worden na 2011
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Wereldoriëntatie- natuuronderwijs/techniek Doelen van de school
Methoden / materialen
Van belang is, dat de leerlingen: - respect, waardering, belangstelling hebben voor mens, plant en dier - zich kritisch bezighouden met milieuzaken - de natuur zien "in brede zin" als wezenlijk, onmisbaar onderdeel van het leven -De leerlingen leren onderzoek te doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur. -De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur,
De groepen 1 t/m 6 kunnen Zie groepsmap en kijken naar de volgende TV handleiding, programma’s techniekplan “Koekeloere” groep 1 en 2, “Huisje,boompje beestje groep 3 en 4, “Nieuws uit de natuur” groep 5 en 6
Schoolplan 2011-2015
“Leefwereld” kan vervangen worden na 2019 Leskisten worden verder ontwikkeld.
“Leefwereld” voor de groepen 1 t/m 8.
Pagina 23
neerslag en wind. -De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik. -De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.
Techniek leskisten voor alle groepen. Bouwmaterialen voor alle groepen.
Wereldoriëntatie- verkeer Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
De leerlingen moeten (leren) zich in het verkeer op de juiste wijze, als verkeersdeelnemers, (te) gedragen. De leerlingen moeten op de hoogte zijn met en weet hebben van de diverse regels en borden.
“Wijzer door het Zie groepsmap en verkeer “ voor alle groepen handleiding
Beleidsvoornemens / plannen “Wijzer door het verkeer” kan vervangen worden na 2018
Wereld oriëntatie- bevordering gezond gedrag Doelen van de school
Methoden / materialen
De leerlingen moeten zich bewustzijn/worden Eigen onderwerpenlijsten van het belang van een goede gezondheid in de groepen 1 t/m 8. meest ruime zin. Uitgangspunten hierbij zijn de EHBO les in groep 8 lichamelijke, geestelijke en sociale gezondheidsaspecten, alsmede van de woon- en leefomgeving.
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Zie groepsmap.
Blijvende actualisering en aanvulling van de onderwerpen.
Wereldoriëntatie-sociale redzaamheid Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Bij het ontwikkelen/beoordelen van de sociale redzaamheid ligt de nadruk op de weerbaarheid, de zelfstandigheid, de zelfredzaamheid , de verantwoording en het samenwerken van de leerlingen.
“De kracht van 8” voor alle groepen.
Zie groepsmap en handleiding
‘De kracht van 8” verder uitbreiden.
Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Het onderwijs in de beeldende vakken is er op gericht dat de leerlingen:
“Moet je doen”
Zie groepsmap.
“Moet je doen” kan vervangen worden na 2016
Beeldende vorming
- kennis, inzicht en vaardigheden verwerven waarmee ze hun gedachten, gevoelens, waarnemingen en ervaringen op persoonlijke wijze kunnen vormgeven in beeldende werkstukken.
1 t/m 3 8 expressiemiddagen. 4 t/m 8 8 expressiemiddagen.
- leren reflecteren op beeldende producten en inzicht verwerven in de wereld om ons heen. - kennis en inzicht verwerven, dat uitbeelden en vormgeven en gebonden zijn aan tijd en aan cultuurgebied.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 24
Muzikale vorming Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Muzikale vorming is erop gericht dat de leerlingen kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om muziek te beluisteren, te beoefenen en om met elkaar over muziek te spreken.
Liedjesboeken
Zie groepsmap.
Muziekmethode aanschaffen na 2013
additief structureel materiaal. alle voor de methode noodzakelijke instrumenten.
Dramatische vorming Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
Beschouwend
Expressiemiddagen
Zie groepsmap.
Dramatische vorming is erop gericht leerlingen indrukken op te laten doen van uitingen d.m.v. taalexpressie, spelen en bewegingsvormen.
Schoolvieringen
Dramamethode aanschaffen na 2013.
Impressie
Communicatie
Dramatische vorming is erop gericht om leerlingen te leren begrijpen hoe mensen zich manifesteren d.m.v. hun spreken, bewegen en handelen.
Zingeving
Dramatische vorming is erop gericht om leerlingen te leren uitingen van anderen d.m.v. taalexpressie, spelen en bewegingsvormen te waarderen op grond van achterliggende motieven en een persoonlijke stellingname.
Expressie
Dramatische vorming is erop gericht leerlingen te leren hun uitingsmogelijkheden te vergroten d.m.v. taalexpressie, spel en bewegingsvormen.
Communicatie
Dramatische vorming is erop gericht leerlingen in te leiden in de mogelijkheden om de verbeelding van gebeurtenissen, gevoelens en ideeën door gespeelde handelingen verstaanbaar te maken aan anderen.
Vormgeving
Dramatische vorming is erop gericht leerlingen toe te rusten met kennis en vaardigheden om gevoelens, gebeurtenissen en ideeën vorm te geven in taal, spel en bewegingsvormen.
Bewegingsonderwijs Doelen van de school
Methoden / materialen
Uitvoering in de praktijk
Beleidsvoornemens / plannen
De leerlingen verwerven kennis, inzicht en vaardigheden om hun bewegingsmogelijkheden te vergroten. Enige kenmerkende hulpmiddelen en bijbehorende begrippen moeten zij kunnen gebruiken.
“Bewegen in de Basisschool” voor de groepen 3 t/m 8 Bewegingsonderwijs in het speellokaal voor de groepen 1 en 2
Zie groepsmap en handleiding
“Bewegen in de Basisschool” kan vervangen worden na 2015
Schoolplan 2011-2015
Pagina 25
5.2 Actief burgerschap, sociale integratie en veiligheid Om actief, maar ook kritisch te kunnen deelnemen aan de samenleving zijn specifieke kennis en vaardigheden noodzakelijk. Het gaat hierbij onder andere om het accepteren van de verscheidenheid tussen mensen, wederzijdse tolerantie en zorg voor de omgeving. Actief burgerschap en sociale integratie is geen apart vak, maar is geïntegreerd in het totale onderwijsaanbod. Het gaat hierbij vooral om het kennismaken met andere culturen en belangrijke geestelijke stromingen, de zorg voor de eigen gezondheid en die van anderen, aandacht voor het milieu en het zichzelf kunnen redden als verkeersdeelnemer. Actief burgerschap en sociale integratie hebben consequenties voor de omgang tussen leerlingen en leraren en vormen de basis voor het veiligheidsbeleid. Pestgedrag, discriminatie en intimidaties worden niet getolereerd. Gedragsregels, protocollen, waaronder het anti-pestprotocol ondersteunen dit streven. De school volgt op systematische wijze de veiligheidsbeleving door: a. Het in kaart brengen van het veiligheidsgevoel van leerlingen, ouders en leerkrachten d.m.v. enquêtes b. Het zorgvuldig registreren van incidenten. 5.3 Klassenmanagement en groepssamenstellingen Om onderwijs goed op de leerlingen af te stemmen en tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van alle leerlingen in de klas, is het belangrijk dat een leerkracht weet wat ieder kind nodig heeft om zich verder te ontwikkelen en de gestelde doelen te behalen. Een leerkracht baseert de onderwijsbehoeften van leerlingen onder andere op basis van toetsgegevens, observaties, gesprekken met leerlingen. Om adequaat te kunnen inspelen op de diversiteit in onderwijsbehoeften worden leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften geclusterd. In een plan (groepsplan) worden de doelen geformuleerd, die de leerlingen van de groep binnen een vastgestelde periode moeten bereiken. Ook is beschreven met welke materialen , middelen en leerstof dit wordt bereikt en op welke wijze dit wordt georganiseerd. Voor leerlingen, die buiten de bandbreedte vallen van de leerstof van het groepsplan , wordt een apart plan geformuleerd. De volgende groepsplannen worden al gebruikt in de groepen:
groepen 1 en 2 groep 3 groepen 4 t/m 8
taal en ordenen rekenen, aanvankelijk lezen, spelling rekenen, spelling, begrijpend lezen, lezen
De ouders van leerlingen in de groepen 2 t/m 8 krijgen schriftelijk bericht in welk niveau hun kind is ingedeeld bij het groepsplan. Dit gebeurt minimaal twee keer per jaar. 5.4. Leertijd Binnen het lesrooster zijn de uren opgenomen, welke zijn toebedeeld aan de afzonderlijke vakken. Deze roostertijden zijn opgenomen in de schoolgids*.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 26
5.5. Zorg en begeleiding Er is sprake van een brede maatschappelijke ontwikkeling, waarin gestreefd wordt naar integratie (inclusie) van het onderwijs aan en zorg voor leerlingen met specifieke (leer)behoeften in het reguliere onderwijs. Ook het overheidsbeleid (nationaal en Europees) beweegt zich consequent in deze richting. Een voorbeeld hiervan is de invoering van de leerling-gebonden financiering, het zgn. rugzakje. Ouders en leerlingen kunnen na een indicatiestelling door de Commissie van Indicatie (CvI) kiezen voor het speciaal onderwijs of het regulier onderwijs. Binnen het te voeren beleid van de SAKS-SKB is inclusief onderwijs op de scholen niet vanzelfsprekend. Om te zorgen dat leerlingen met specifieke behoeften daadwerkelijk die specifieke ondersteuning krijgen, zal het regulier onderwijs op bepaalde terreinen worden versterkt, maar blijft het regulier onderwijs voor een bepaalde categorie leerlingen ontoereikend. Het opnemen van leerlingen met een handicap kent zijn grenzen. Het SAKS-SKB beleid is dus gebaseerd op een “en-en-strategie”, zelfs op een “en-enstrategie-plus”. Met de plusstrategie wordt de mogelijkheid bedoeld om leerlingen, die niet meer adequaat kunnen worden begeleid binnen het regulier onderwijs en waarvoor het speciaal onderwijs niet de juiste plek is, tijdelijk of permanent op te vangen in een speciale setting. Om de zorg beter te structureren participeert het bestuur SAKS-SKB met andere besturen in Samenwerkingsverband Zorgverbreding. Dit samenwerkingsverband stelt jaarlijks het WSNS zorgplan* op. Het referentiekader, paragraaf 2.6. moet besturen, scholen en samenwerkingsverbanden helpen bij het vormgeven van passend onderwijs, de zorgplicht. Dit houdt in dat besturen en scholen verplicht worden een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen, die op de scholen worden aangemeld. Als een school een kind om redenen niet kan aannemen, moet de school (of bestuur) een passende onderwijsplek op een andere school zoeken. Dat kan een gewone school, een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs zijn. Belangrijk daarbij is dat er een goede balans wordt gevonden tussen de wensen van de ouders en de mogelijkheden van de school. Om de zorgplicht waar te kunnen maken, werken schoolbesturen samen in geografisch afgebakende samenwerkingsverbanden. Door deze samenwerking kunnen onderling afspraken worden gemaakt, welke scholen aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften het beste onderwijs kan geven. De afspraken binnen een samenwerkingsverband worden vastgelegd in een zorgplan. Het SAKS-SKB beleid is er op gericht, dat leerlingen met specifieke behoeften zoveel mogelijk binnen het reguliere onderwijs kunnen worden opgevangen. Hiervoor zal het regulier onderwijs op bepaalde terreinen worden versterkt. De zorg en begeleiding school Hoe de school hier mee om gaat staat in de schoolgids* onder kopje 3.4 Onderwijs op maat.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 27
5.6. Informatie en communicatietechnologie
Het bovenschools ICT-beleidsplan (*) is geschreven als kader voor de individuele beleidsplannen van de afzonderlijke scholen. en waarin rekening is gehouden met de eigen visie op onderwijs van en de eigen wijze van werken op de afzonderlijke scholen. De opzet van dit plan is afgeleid van het model “Vier in balans” van Kennisnet:
Het I.C.T. beleidsplan is opgesteld door de werkgroep ICT.
De in dit model afgebeelde onderdelen komen terug in het beleidsplan als:
De visie van de SAKS-SKB op ICT in het onderwijs
De in gebruik zijnde technische infrastructuur, het technisch beheer, enz.
De (educatieve) software / content en het gebruik daarvan
De (noodzakelijke) deskundigheid en bevordering daarvan
In elk van deze vier onderdelen komt een onderdeel Beleid en Fasering terug. Het onderdeel Beleid bevat naast een beschrijving van de huidige situatie vooral de wensen en voornemens die er zijn voor de toekomst. Onder Fasering wordt het Beleid nader geconcretiseerd en gebonden aan een tijd waarin deze voornemens gerealiseerd zouden moeten worden. Bij de samenstelling van dit beleidsplan is vanzelfsprekend rekening gehouden met de bestaande mogelijkheden op het gebied van de techniek en financiële middelen. Het is echter ook van belang te onderkennen dat de technische ontwikkelingen en de financiële ruimte de wijze of snelheid van uitvoering van het plan in de loop van de tijd zal beïnvloeden. De snelle ontwikkelingen op het gebied van de ICT en dus ook de vernieuwingen van de daarmee samenhangende onderwijsmedia, evenals mogelijke aanpassing van de door de overheid beschikbaar gestelde middelen rechtvaardigen dit voorbehoud.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 28
De werkgroep die aan de totstandkoming van dit plan heeft gewerkt, realiseert zich dat het hier gaat om een ambitieus plan dat de nodige inzet vraagt van alle daarbij betrokkenen zoals het bestuur, de directies, ICT-coördinatoren, leerkrachten en de afdeling ICT van de SAKS-SKB. Echter de ontwikkelingen van met name de laatste vijf jaar laten zien dat ICT binnen het onderwijs een niet weg te denken plaats heeft ingenomen en dat de ontwikkeling van nieuwe media en software zich exponentieel voltrekt. Daarnaast heeft het bestuur van de SAKS-SKB de wens uitgesproken in de komende jaren bijzondere inspanningen te willen leveren op het gebied van ICT en onderwijs. Informatie en communicatietechnologie op school De vak- en vormingsgebieden en de computer Er is afgesproken welke programma's/activiteiten in welke groepen en bij welke vakken aan de orde komen. De computer wordt door alle leerlingen van groep 1 t/m 8 gebruikt en richt zich op het oefenen (bijv. Ambrasoft); de extra zorg voor leerlingen ( bijv. Flits, Maatwerk ); computervaardigheden (bijv. Typecursus ); informatieverwerking ( zie bijlage Computerinformatieplan ). Er is nu voor elk lokaal twee computers beschikbaar en in de grote aula zijn er nog zes beschikbaar voor de groepen 3 t/m 8. In de groepen 1 en 2 hebben ze een touchscreen en in de groepen 3 t/m 8 hangen Smartbords.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 29
6. Personeelsbeleid 6.1. Doelen van het personeelsbeleid Met het vormgeven van het personeelsbeleid dienen we de volgende doelen: het optimaal benutten van menselijke vermogens ten dienste van de school en het onderwijs aan de leerling; het bevorderen van persoonlijke, beroepsmatige groei van personeelsleden, alsmede van de arbeidstevredenheid. 6.2. Formatiebeleid Het formatiebeleid van SAKS-SKB is opgezet om tot een evenwichtige verdeling te komen van middelen. Het formatiebeleid zal jaarlijks, voorafgaande aan de totstandkoming van een nieuw formatieplan, besproken worden en indien noodzakelijk worden bijgesteld. De eventuele wijzigingen zullen in eerste instantie met name betrekking hebben op wijzigingen in de wet- en regelgeving. Daarnaast dient rekening te worden gehouden met wijzigingen van algemene aard, waaronder bijvoorbeeld wijzigingen in de formatie op grond van het gegeven, dat leerkrachten, die vanaf 2003 van de PABO komen, niet meer automatisch bevoegd zijn om bewegingsonderwijs te verzorgen. Hoewel de vergoedingen per school worden berekend, worden ze op bestuursniveau uitgekeerd. Met het bestuursformatieplan en het FPE model wordt jaarlijks een raamwerk gemaakt, om tot een evenwichtige verdeling van beschikbare formatie te komen, zonder de eigenheid van de school uit het oog te verliezen. Het formatiebeleid is gericht op de kwaliteit van het onderwijs op de scholen. Er worden zoveel mogelijk middelen ingezet in het primaire proces. De directeur bepaalt in overleg met de personeelsfunctionaris hoe de omvang van de formatie wordt ingezet. Het schoolplan en het strategisch beleidsplan dienen als leidraad voor de verdeling van deze middelen. 6.3. Taakbeleid Het hoofddoel van taakbeleid is het komen tot een toewijzing van schooltaken, waardoor de werkdruk evenredig verdeeld wordt. Taakbeleid kunnen we verdelen in: Taakomvangbeleid Taakverdelingsbeleid Taakbelastingbeleid Beleid taakbelastbaarheid 6.4. Beleid ten aanzien van loopbaan en scholing In het onderwijs zijn de verticale ontwikkelingsmogelijkheden betrekkelijk gering. Loopbaanontwikkeling moet in het algemeen dan ook meer gezocht worden in 'horizontale ontplooiing': verdieping en specialisatie.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 30
Om individuele ontplooiing te stimuleren wordt nascholing geheel of gedeeltelijk gefaciliteerd. Nascholing als middel voor loopbaanontwikkeling kan gestalte krijgen binnen het functioneringsgesprek. In dit gesprek worden de interesses geïnventariseerd en vindt een verkenning plaats van het loopbaanperspectief. Hierbij kan ook gebruik worden gemaakt van beoordeling. Systematische personeelsbeoordeling kan gezien worden als een middel om het aanwezige potentieel van een medewerker helder in beeld te krijgen en bespreekbaar te maken. Op grond hiervan kunnen afspraken worden gemaakt over individuele nascholing. 6.5. Overige aspecten van het personeelsbeleid De overige beleidsterreinen zijn uitgebreid Personeelsbeleidsplan (*).
omschreven
in
het
Integraal
6.6. Het beleid gericht op verbetering van arbeidsomstandigheden Het bestuur van SAKS en SKB streeft naar optimale arbeidsomstandigheden voor haar personeel en leerlingen. Het Arbo-beleid is gericht op waarborging van de veiligheid en gezondheid van medewerkers en leerlingen, en op de bevordering van hun welzijn. Verzuim door ziekte en arbeidsongeschiktheid wordt zo veel mogelijk tegengegaan. Per school worden hiervoor jaarlijks realistische streefcijfers geformuleerd. Seksuele intimidatie, agressie, geweld, pesten en discriminatie worden actief bestreden. Verder wordt er naar gestreefd om personeelsleden zo goed en breed mogelijk in te zetten. Speciale aandacht gaat uit naar de inzet van nieuw personeel, ouderen, herintreders en arbeidsgehandicapten. Behalve op genoemde grondslagen rust het Arbo-beleid uiteraard op de Arbo-wet, het Arbo-besluit en andere relevante wet- en regelgeving. De doelstellingen van het Arbobeleid worden in samenhang met de schooldoelstellingen geformuleerd. Dit gebeurt in overleg met de personeelsvertegenwoordiging. De resultaten zijn onderwerp van het reguliere schooloverleg en worden vastgelegd in een Arbo-beleidsplan. De doelstellingen worden eveneens vermeld in het jaarlijks op te stellen Plan van aanpak. Dit plan wordt opgesteld op basis van de RI&E (Risico-inventarisatie en evaluatie). Het Arbo-beleidsplan* is een onderdeel van het Vademecum 6.7. Het beleid ten aanzien van bevordering van arbeidsdeelname In het personeelsbeleidsplan is een hoofdstuk gewijd aan Levensfasebewust personeelsbeleid Leeftijdsbewust beleid houdt zo veel mogelijk rekening met de specifieke omstandigheden van de ouder wordende werknemer in de verschillende fasen van zijn loopbaan. We maken onderscheid in: 1 Overheidsbeleid (BAPO-regeling, FPU en keuze pensioen, deeltijdbeleid en verlof regelingen) 2 SAKS/SKB beleid
Schoolplan 2011-2015
Pagina 31
SAKS/SKB heeft het leeftijdsbewust personeelsbeleid aan de hand van een Vmodel ingedeeld. 1. Verkennen: Inventarisatie van het personeelsbestand. Jaarlijks worden de leeftijdsopbouw en de in- en uitstroomgegevens geïnventariseerd. 2. Vitaliseren: Je praat dan over scholing, training, gespreksgroepen, loopbaanbegeleiding, POP-gesprekken, functioneringsgesprekken en mobiliteit. Ook kan worden gedacht aan omscholing. 3. Verlichten: De taakbelasting kan beperkt worden, de werkduur (BAPO, levensloop en deeltijdpensioen) en/of de functie-inhoud kunnen aangepast worden. 4. Vertrekken of vasthouden: Als het echt niet anders kan, is de V van vertrekken een optie om de organisatie gezond te houden. In de toekomst zal het waarschijnlijk vooral de V van vasthouden zijn. De ervaring, en de tekorten op de arbeidsmarkt maken vasthouden noodzakelijk. 5. Voorlichten: Er zal regelmatig voorlichting noodzakelijk zijn. De informatie kan worden verstrekt tijdens de spreekuren van het ABP, in de gespreksgroepen, door de directeur en/of door de personeelsfunctionaris. Voor de scholen is een Integraal Personeelsbeleidsplan (*) opgesteld.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 32
7. Financieel beleid 7.1. Lumpsum De vergoeding lumpsum wordt berekend op basis van het aantal leerlingen op de wettelijke teldatum; 1 oktober van het voorgaande schooljaar. Het bestuur ontvangt één budget voor alle kosten. In dat budget komen drie geldstromen samen: de geldstroom voor de formatie ; de geldstroom voor personeels- en arbeidsmarktbeleid (het Budget Personeels-beleid: BPB); de geldstroom voor de materiële instandhouding (londo). Voor het inzetten van de formatie op de afzonderlijke scholen wordt een bovenschools formatieplan opgesteld. Dit op basis van een evenwichtige verdeling van de beschikbare middelen. Voor de materiële instandhouding is het van belang te vermelden dat door het bestuur een Meerjaren Onderhoudsplan (MOP) is opgesteld waarin de uitgaven voor groot onderhoud aan de scholen voor een tijdvak van 10 jaar zijn aangegeven. Door de afzonderlijke scholen wordt jaarlijks een percentage van de londo-vergoeding in de bovenschoolse voorziening groot onderhoud gestort ter financiering van de kosten goot onderhoud. 7.2. Sponsoring Het onderwijs aan Nederlandse basisscholen wordt bekostigd door de overheid. Daarnaast hebben scholen – binnen marges – de vrijheid andere financiële bronnen aan te boren. Een mogelijkheid is sponsoring. De definitie van sponsoring, die wordt gehanteerd: Geldelijke of materiële bijdragen, niet gebaseerd op de onderwijswetgeving en niet zijnde ouder- en/of leerlingbijdragen, niet zijnde subsidies van charitatieve instellingen of de overheid, indien het bevoegd gezag daarbij, al dan niet uit eigen beweging, in welke vorm dan ook verplichtingen op zich neemt, waarmee de leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd. De scholen van SAKS / SKB zijn terughoudend op het gebied van sponsoring en houden zich in geval van sponsoring aan het convenant “Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring” (2009). 7.3. Begroting Jaarlijks vindt aan de hand van een opgestelde concept-begroting voor het nieuwe kalenderjaar een gesprek plaats met de Voorzitter van het College van Bestuur en een medewerker van het administratiekantoor. In dit begrotingsgesprek wordt allereerst het resultaat van het voorgaande begrotingsjaar besproken. Dit naar aanleiding van de eerder toegezonden overzichten over de werkelijke uitgaven, vergeleken met de begroting voor dat jaar. Mede op grond van de actuele stand van de afschrijvingen op leermethodes en meubilair wordt bepaald welke financiële ruimte er is voor nieuwe investeringen. In het gesprek wordt de hoogte van de door de school zelfstandig te bepalen uitgaven vastgesteld. De begroting wordt vervolgens door de directeur van de school voorgelegd aan de medezeggenschapsraad van de school.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 33
De door het administratiekantoor opgestelde tussentijdse financiële overzichten geven maandelijks een beeld aan de directeuren van de scholen over de realisatie en prognose van de vastgestelde begroting en geeft tevens aan de Voorzitter van het College van Bestuur een overzicht op school- en bestuursniveau. 7.3.1. Schoolspecifiek Elk jaar vindt er een begrotingsgesprek plaats met de algemeen directeur en de directeur van de school. Hierin komen de volgende financiële onderdelen aanbod: De meerjarenplannen; De wensen van de school; Het afgelopen boekjaar. De aankomende jaren wordt het moeilijker om te sparen. De reden hiervan is, dat de afschrijvingskosten van het onderwijs leerpakket, meubilair en ICT alleen nog maar zullen toenemen. Dit gaat een steeds grotere druk leggen op het totale schoolbudget. De school heeft een inkijkfunctie op het financiële web van Admondo en kan op die manier de uitgaven volgen.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 34
8. Overige beleidsterreinen 8.1. Organogram van de stichting
Organogram SAKS/SKB augustus 2011
Raad van Toezicht
College van Bestuur
Staf
directeur MR
directeur
Directeurenoverleg GMR
directeur MR
8.2. De organisatie De wet ‘Goed onderwijs, goed bestuur’ schrijft voor dat schoolbesturen intern toezicht moeten invoeren. Tevens moeten de schoolbesturen de functie van het intern toezicht scheiden van de functie van het besturen. Deze functiescheiding moet voor 1 augustus 2011 zijn gerealiseerd. Door het bestuur SAKS/SKB is per 1 augustus 2011 het Raad van Toezichtmodel ingevoerd. Met ingang van 1 augustus 2011 is er een Raad van Toezicht (RvT) (bestaande uit maximaal 7 personen waaronder 1 lid benoemd als bindende voordracht vanuit de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad) en een College van Bestuur.(CvB) De Raad van Toezicht richt zich primair op de realisatie van de doelstelling van de stichting, houdt toezicht op de continuïteit van de stichting en houdt toezicht op het functioneren van de het College van bestuur. Het College van Bestuur is, onder toezicht van de Raad van toezicht, belast met het besturen van de stichting en de uitoefening van het bevoegd gezag over de scholen. De Voorzitter van het College van Bestuur is tevens voorzitter van het directeurenoverleg. In dit overleg wordt met name gesproken over en advies uitgebracht over het beleid. De Stichtingen SAKS en SKB kennen een gezamenlijke Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De voorzitter van het CvB onderhoudt de contacten met de GMR en zit de tenminste één maal per jaar te houden vergadering met de GMJR voor. De directeuren van de scholen onderhouden de contacten met de Medezeggenschapsraad van de school.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 35
De voorzitter van het CvB is tevens voorzitter van het stafoverleg op het bestuurskantoor. De organisatie van de school is beschreven in de management structuur* van de school 8.3. Omgaan met signalen De klachtenregeling in het onderwijs is in 1998 ingevoerd als uitvloeisel van de zogenaamde kwaliteitswet (invoering schoolplan, schoolgids en klachtrecht. Vaak zal het bij het indienen van een klacht gaan om een ouder of verzorger van een leerling en heeft de klacht veelal betrekking op een gedraging of beslissing van het personeel van de school of het bevoegd gezag, dan wel het nalaten van een gedraging of het niet nemen van een beslissing. Evenals de klager is de aangeklaagde iemand, die deel moet uitmaken van de schoolgemeenschap. Vaak zal dat een personeelslid of het bevoegd gezag zijn, maar ook de permanente commissie leerlingenzorg kan de aangeklaagde zijn. Op elke school is een contactpersoon aanwezig om mensen met vragen over het hoe om te gaan met een klacht de juiste weg te wijzen en zorgen voor de eerste opvang van de klager. Het bestuur SAKS-SKB hanteert, indien de klacht tussentijds niet kan worden opgelost, de landelijke klachtenregeling primair en voortgezet onderwijs en kan de klager een beroep doen op de landelijke bezwaren-, geschillen- en klachtencommissie voor het katholiek onderwijs.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 36
9. Meerjarenbeleid Meerjarenbeleidsplan 11-12 1.
Missie, visie en identiteit
2.
Kwaliteitsbeleid
12-13
13-14
2.1. schoolplan 2011-2015
x
2.2. schoolgids 2011-2015
x
2.3. kwaliteitsonderzoek
x
2.4. Risico inventarisatie en evaluatie 3.
14-15 x
x
x
Onderwijskundig beleid 3.1. Vak en vormingsgebieden 3.1.1. evaluatie begrijpend lezen 3.1.2. invoering biologie en Engels 3.1.3. evaluatie biologie en Engels 3.1.4. voorbereiden aanschaf rekenen 3.1.5. invoering rekenen 3.1.6. evaluatie rekenen 3.1.7. voorbereiden aanschaf aardrijkskunde en muziek 3.1.8. invoering aardrijkskunde en muziek 3.1.9. evaluatie aardrijkskunde en muziek 3.1.10. voorbereiding aanschaf Nederlandse taal 3.1.11. invoering Nederlandse taal 3.1.12. evaluatie Nederlandse taal 3.1.13. cultuur en erfgoed 3.1.14. actualiseren van schoolbieb/documentatie centrum 3.1.15. actualiseren van het management structuurplan 3.1.16. actualiseren van besluitenlijst 3.2. Informatica en communicatietechnologie
x x x x x x x x x x x (4)
x (5-6)
x x x x
3.2.1. scholing door ICT coördinator 3.2.2 borgen lesprogramma ICT voor leerlingen 3.2.3.aanschaf digitaal schoolbord
x
x x x x
x (7-8) x (4-6) x x x x
x (7-8) x x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
3.3. Zorg voor leerlingen 3.3.1. protocollen vaststellen / evalueren
x
3.3.2. invoeren van beleid hoogbegaafdheid
x
3.3.3. evaluatie protocol hoogbegaafdheid
4.
x
3.3.4. evaluatie protocol dyslexie
x
3.3.5 analyseren van de opbrengsten
x
Personeelsbeleid 4.1. Functionering gesprekken
x
4.2. Beoordeling gesprekken
5.
6.
x
x
4.3. Persoonlijk ontwikkelingsplan gesprekken
x
x
x
x
4.4. Klassenconsultaties door directie
x
x
x
x
4.5. Scholing team en individueel
x
x
x
x
4.6. Opleiden van studenten
x
x
x
x
4.7. Bekwaamheidsdossier
x
x
x
x
5.1. Financieel beleid
x
x
x
x
5.2. ARBO beleid
x
x
x
x
5.3. Materieel beleid
x
x
x
x
Meerjarenbeleid
x
x
x
x
Overige beleidsterreinen
Schoolplan 2011-2015
Pagina 37
Meerjarenbeleidsplan specifiek 1.
Missie, visie en identiteit In 2015 wordt het schoolplan weer geactualiseerd. De missie en de visie van de school zal dan opnieuw getoetst worden aan de realiteit.
2.
Kwaliteitsbeleid 2.1. Schoolplan 2011-2015 Het meerjarenbeleidsplan is omgezet in een jaarplan. Jaarlijks zal het jaarplan geëvalueerd worden en het nieuwe jaarplan geactualiseerd worden. 2.2. Schoolgids 2011-2015 De schoolgids moet elk schooljaar worden aangepast aan de nieuwe wetgeving en aan de veranderingen in het schoolplan. De schoolgids staat op de schoolwebsite. 2.3. Kwaliteitsonderzoek Het kwaliteitsonderzoek zal via een officiële analyse eens in de twee jaar afgenomen worden. 2.4. Risico inventarisatie en risico evaluatie Eens in de vier jaar wordt een Ri&Re onderzoek afgenomen door de ARBO coördinator . De uitslag wordt verwerkt in het meerjarenbeleidsplan. BHV herhalingcursus wordt door 40% van de leerkrachten gevolgd
3.
Onderwijskundig beleid 3.1.
Vak en vormingsgebieden 3.1.1. Evaluatie begrijpend lezen “Overal tekst” In schooljaar 2010-2011 is er een nieuwe begrijpend leesmethode aangeschaft. In het schooljaar 2011-2012 zal de begrijpend leesmethode geëvalueerd worden. 3.1.2. Invoering biologie en Engels Voor schooljaar 2011-2012 wordt er een nieuwe biologie en Engelse methode aangeschaft 3.1.3. Evaluatie biologie en Engels In het begin van het schooljaar 2011-2012 is er een nieuwe biologie en Engelse methode aangeschaft. In het eind van het schooljaar 2011-2012 zullen de biologie en Engelse methode geëvalueerd worden. 3.1.4. In 2011-2012 voorbereiden aanschaf rekenen Een werkgroep uit het team zal de voorbereiding op zich nemen. 3.1.5. Invoering rekenen Voor schooljaar 2012-2013 wordt er een nieuwe rekenmethode aangeschaft 3.1.6. Evaluatie rekenen In schooljaar 2012-2013 is er een nieuwe rekenmethode aangeschaft. In schooljaar 2013-2014 zal de methode geëvalueerd worden 3.1.7. In 2012-2013 voorbereiden aanschaf aardrijkskunde en muziek Twee werkgroepen (voor elk vak één) uit het team zullen de voorbereiding op zich nemen. 3.1.8. Invoering aardrijkskunde en muziek Voor schooljaar 2013-2014 wordt er een nieuwe aardrijkskunde en muziek methode aangeschaft 3.1.9. Evaluatie aardrijkskunde en muziek In schooljaar 2013-2014 is er een nieuwe aardrijkskunde en muziek aangeschaft. In schooljaar 2014-2015 zal de methode geëvalueerd worden 3.1.10. In 2011-2012 voorbereiden aanschaf Nederlandse taal Een werkgroep uit het team zal de voorbereiding op zich nemen. 3.1.11. Invoering taal Voor schooljaar 2012-2013 wordt er een nieuwe Nederlandse taal methode aangeschaft voor de groepen 5 en 6. In het schooljaar 2013-2014 krijgen de groepen 7 en 8 de nieuwe Nederlandse taalmethode. 3.1.12. Evaluatie Nederlandse taal methode In het schooljaar 2013-2014 gaan de groepen 4 t/m 6 de Nederlandse taalmethode evalueren, het schooljaar 2014-2015 de groepen 7 en 8. 3.1.13. Cultuur In de komende 4 jaren gaat de school het ICC beleidsplan* uitvoeren. 3.1.14. Actualiseren van schoolbieb/docucentrum Jaarlijks een bedrag te reserveren voor het updaten van de schoolbibliotheek en docucentrum 3.1.15. Actualiseren van management structuurplan Wijziging in de structuur van de school worden hierin opgenomen. Denk aan de LB functie. 3.1.16. Actualiseren van besluitenlijst. Dit gebeurt twee keer per jaar. Na de kerst en aan het eind van het schooljaar . Alle afspraken die gemaakt zijn worden in het plan vastgelegd. De lay-out van het plan wordt zodanig opgesteld dat alles gemakkelijk te vinden is 3.2. Informatica en communicatietechnologie 3.2.1. Scholing door ICT coördinator
Schoolplan 2011-2015
Pagina 38
De Saks heeft een ICT coördinator in dienst. Op schoolniveau wordt het ingezet in teambegeleiding (gebruik digitaal schoolbord) en werken met aangeschafte computerprogramma’s. De collega’s kunnen individueel inschrijven voor cursussen Word- Word extra- Power Point – Excel etc. 3.2.2. Borgen lesprogramma ICT leerlingen Met behulp van de bovenschoolse ICT coördinator is er een lesprogramma opgezet. Hierin wordt vermeld welke vaardigheden de leerlingen op Het Kompas gehad moeten hebben aan het einde van hun basisschoolperiode. 3.2.3. Aanschaf digitaal schoolbord In schooljaar 2011-2012 starten we in de groepen 1,2 met een verrijdbaar touchscreen en in de groep 3 t/m 8 een digitaal schoolbord. 3.3. Zorg voor leerlingen 3.3.1. Protocollen vaststellen/evalueren Er liggen op dit moment protocollen en formulieren voor dyslexie, verlenging groep 2 en groepsplannen. Deze protocollen/formulieren zijn besproken met het team. De leerkrachten zullen aan de hand van deze protocollen hun zorg uitvoeren. 3.3.2. Invoeren protocol hoogbegaafdheid In 2011-2012 gaan we werken met het protocol 3.3.3. Evaluatie protocol hoogbegaafdheid In 2012-2013 hebben we een jaar met het protocol gewerkt. 3.3.4. Evaluatie protocol dyslexie In 2011-2012 hebben we een jaar met het protocol gewerkt. 3.3.5. Analyseren van de opbrengsten De opbrengsten van de school worden geanalyseerd aan de hand van de CITO scores opdat de school zicht krijgt in de resultaten. Het is belangrijk dat de opbrengsten passen bij de leerling-populatie. Dit wordt samen met het team gedaan. Ook zal de school elk jaar de referentieniveaus bepreken en evalueren of de school de doelstellingen heeft gehaald. 4.
Personeelsbeleid 4.1. Functioneringsgesprekken De directeur heeft elk jaar een functioneringsgesprek met de leerkrachten 4.2. Beoordelingsgesprekken De beoordelingsgesprekken zullen eens in de twee jaar plaats vinden. De directeur houdt in schooljaar 2012-2013 de gesprekken. 4.3. Persoonlijk ontwikkelplan gesprekken Elk personeelslid maakt elk jaar een persoonlijk ontwikkelplan wat tijdens de FG gesprekken met de directie wordt besproken en geëvalueerd. 4.4. Klassenconsultaties door directie Jaarlijks zullen er klassenconsultaties door de directeur gedaan worden. 4.5. Scholing team en individueel 2011-2012 gaat het over klassenmanagement en NLP. In de schooljaren daarna pakt het team Onrust en ADHD, leerproblemen en rekenproblemen aan. Dit is in het kader van het basisprofiel. De individuele nascholing moet passen bij de teamscholing 4.6. Opleiden van studenten De school heeft studenten van de PABO, IPABO en het Horizoncollege. De leerkrachten hebben een vrije keus in het nemen van een stagiaire . 4.7. Bekwaamheidsdossier Elk jaar gaat de directeur het bekwaamheidsdossier gebruiken bij de functioneringsgesprekken.
5.
Overige beleidsterreinen 5.1 Financieel beleid Dit wordt elk jaar besproken met de algemeen directeur, de MR en het team. 5.2 ARBO beleid Zie verslag risico-inventarisatie en evaluatie. Dit wordt elk jaar door de ARBO-beleidsgroep van de MR bekeken en doorlopen en waar nodig aangepast 5.3 Materieel beleid Aanschaf schoolmeubilair
6.
Meerjarenbeleid Het meerjarenbeleidsplan zal ieder jaar geëvalueerd en voor het nieuwe schooljaar geactualiseerd worden. De uitkomsten van de analyse in 2012-2013 zullen in het nieuwe schoolplan verwerkt worden.
Schoolplan 2011-2015
Pagina 39
10. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
Verwijzingsdocumenten Strategisch beleidsplan Omgaan met de katholieke identiteit WSNS Zorgplan Schoolgids ICT beleidsplan Integraal Personeelsbeleidsplan ARBO beleidsplan 2008-2012 Management structuur Het Kompas ICC beleidsplan Jaarverslag 2011 – 2012 Formulier vaststelling en instemming schoolplan
Schoolplan 2011-2015
Pagina 40
Formulier vaststelling en instemming schoolplan. School:
RK BS Het Kompas
Adres:
Kofschipstraat 11
Postcode / plaats:
1826 CG Alkmaar
Het bevoegd gezag Het bevoegd gezag van bovengenoemde school heeft het geldende schoolplan van de school vastgesteld. Namens het bevoegd gezag. Plaats:
Alkmaar
Datum:
13 juli 2011
Handtekening: Naam:
Dhr. J.A. Roelofs
Functie:
Algemeen Directeur
De medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad van bovengenoemde school heeft ingestemd met het geldende schoolplan van de school Namens het bevoegd gezag. Plaats:
Alkmaar
Datum:
8 juli 2011
Handtekening: Naam:
P. van Eek
Functie:
Voorzitter Medezeggenschapsraad
Schoolplan 2011-2015
Pagina 41
Schoolplan 2011-2015
Pagina 42