Schoolplan 2011 - 2015 De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 1
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 2
Schoolplan 2011 – 2015 Openbare jenaplanschool de Lispeltuut
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 3
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 4
Voorwoord Dit is het vierde schoolplan van de Lispeltuut. In dit plan wordt duidelijk gemaakt wat de visie is van het onderwijs dat wij op de Lispeltuut geven. In dit document is te lezen wat de opdracht is van de school, hoe het onderwijs vorm krijgt en hoe wij de kwaliteit bewaken. Daarnaast is het een plan waarin een beeld wordt geschetst van de toekomstige ontwikkelingen. In dit plan is te lezen welke keuzes er zijn gemaakt door het schoolteam en ouders wat betreft de ontwikkeling van de school. De keuzes worden verantwoord en zijn omgezet in doelen. De doelen zijn helder geformuleerd en in een meerjarenplan opgenomen. De Lispeltuut is een school in ontwikkeling. Er zijn veel punten waar wij aan werken. Het team en de ouders zien altijd mogelijkheden om ons onderwijs te verbeteren. Daarnaast vragen maatschappelijke ontwikkelingen de nodige, en soms onverwachte, aandacht. Om te waarborgen dat doelen behaald worden en keuzes worden geïmplementeerd is er een vierjarenplan opgesteld. Per jaar werkt het team aan een aantal doelen. Het is een rollend plan. Dit betekent dat er ieder jaar een nieuw jaar wordt toegevoegd met te behalen doelen en dat zaken worden bijgesteld als dit nodig blijkt te zijn. Het schoolplan beslaat uit acht hoofdstukken. Het is, zoals de naam aan geeft, een plan voor de school, voor de Lispeltuut. Het plan is goedgekeurd door het team, het bestuur en de medezeggenschapsraad. Op bovenschools niveau en bestuursniveau worden ook keuzes gemaakt. De plannen die hieruit volgen wordt aan de gezamenlijke medezeggenschapsraad voorgelegd en zijn niet hierin opgenomen. We zijn er trots op dit plan te kunnen presenteren. Met dit plan als leidraad neemt de kwaliteit van de Lispeltuut steeds meer toe. De schoolgids is een onderdeel van het schoolplan. Hierin staat veel praktische informatie. De schoolgids wordt ieder jaar aangepast en uitgegeven aan alle ouders van de school. Beide documenten zijn op de website van de school terug te vinden.
Louise Strijk directeur
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 5
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 6
Inhoudsopgave Voorwoord
5 7 9 10 10 10
5. De inzet en ontwikkeling van ons personeel Inleiding 5.1 Doelen van het personeelsbeleid 5.2 Huidige situatie 5.3 Gesprekscyclus 5.4 Formatie en verdeling groepen
Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Doelen van het schoolplan 1.2 Functies van ons plan 1.3 Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan 1.4 Verwijzingen 1.5 Bronnen 1.6 Status van ons plan 1.7 Evaluatie van ons plan 2. Onze school 2.1 Algemeen 2.2 Huidige situatie 2.3 STROOMM 2.4 Leerling- en ouderpopulatie 2.5 Leren leven met tegenstellingen, de stamgroep 2.6 Het pedagogisch klimaat 2.7 Het ritmisch weekplan 3. De opdracht van onze school 3.1 Algemeen 3.2 Waar wij voor staan 3.3 Onze visie op onderwijs en opvoeding 3.4 De jenaplankernkwaliteiten 3.5 De missie van de Lispeltuut 3.6 Kernwaarden
58 58 58 58 58
11 11 11 11 13 14 14 14 14 14
5.5 Taakbeleid 5.6 Loopbaan en scholing 5.7 Bedrijfsgezondheid en Arbo 5.8 Beleidsvoornemens 6. Overige beleidsterreinen 6.1 Algemeen strategisch beleid 6.2 Financieel beleid 6.3 Huisvestings- en materieel beleid 6.4 Communicatie 6.5 Aanname beleid
59 59 59 59 61 62 62 62 62 63
14 14 17 18 18 19 21 22 22
6.6 Beleidsvoornemens en plannen 7. De zorg voor de kwaliteit Inleiding 7.1 Doelen van de kwaliteitszorg 7.2 De inrichting van onze kwaliteit 7.3 De taken van onze kwaliteitszorg 7.4 Uitwerking van de taken 7.5 Beleidsvoornemens en plannen 8. Onze beleidsvoornemens, een totaaloverzicht 8.1 De vijf centrale doelen 8.2 Doelen onderwijskundige vormgeving 8.3 Doelen personeelsbeleid 8.4 Doelen overige beleidsterreinen 8.5 Doelen kwaliteitszorg 8.6 Onze beleidsvoornemens, planning
63 65 66 66 66 66 67 79 81
Bijlagen Bijlage A: Uitslag kwaliteitsonderzoek 2008-2009 Bijlage B: Jaarverslag 2010-2011 Bijlage C: Ordening van ons onderwijs Bijlage D: Ordening van de documenten van ons personeelsbeleid Bijlage E: Instemmingsverklaring schoolplan Bijlage F: Afkortingenlijst
97 98
3.7 Medezeggenschapsraad 3.8 Oudervereniging 3.9 Ouderhulp 3.10 Het team 3.11 Wat komt er op de school af 3.12 De ambitie van de Lispeltuut, volgend aan die van STROOMM richting 2015 3.13 Beleidsvoornemens: de vijf centrale doelen 3.14 Wat hebben wij gedaan in de afgelopen vier jaar 4. Onderwijskundige vormgeving 4.1 Algemeen 4.2 De onderwijskundige doelen
31 32 32
4.3 De huidige situatie 4.4 De ordening van de inhoud van het onderwijs 4.5 De verschillende onderdelen van de ordening
34 34 36
De Lispeltuut
23 23 23 23 24 25 27 29
Schoolplan 2011 – 2015 - 7
57
82 82 83 83 83 85
104 107 108 112 113
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 8
1. Inleiding
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 9
1.1 Doelen van het schoolplan Het doel van dit schoolplan is: • •
•
•
•
het vaststellen van het beleid voor de periode 2011-2015 op de verschillende beleidsterreinen; voor het bestuur: toetssteen voor onze maatschappelijke opdracht voor het geven van onderwijs en opvoeding aan kinderen van 4-12 jaar en de verantwoording van de middelen die wij als maatschappelijke organisatie toebedeeld krijgen. Tevens is het een sturingsinstrument op strategisch niveau en wordt er in aangegeven hoe wordt omgegaan met de middelen die de Lispeltuut als maatschappelijke organisatie krijgt toebedeeld; voor het management: een integraal sturingsinstrument voor alle belangrijke bedrijfsprocessen binnen de organisatie; tevens is het een afstemmings en strategisch beleidsdocument voor de keuzes die in dat kader gemaakt moeten worden bij de verdeling van mensen en middelen; voor de medewerkers: een verantwoordingsdocument voor de keuzes die het bestuur en management maken, waardoor de doelen, inhoud en omstandigheden van de eigen taken van iedere individuele medewerker binnen Lispeltuut in een breder perspectief worden gezet; voor de externe partners: een maatschappelijk verantwoordingsdocument voor de keuzes van de Lispeltuut in relatie met de doelen van de organisatie en haar maatschappelijke opdracht.
1.2 Functies van ons plan Planningsdocument In het schoolplan worden de plannen beschreven welke zijn gericht op de onderwijskundige ontwikkeling van de school. Het samenwerken aan dit plan versterkt de gelijkgerichtheid, het scherpt onze visie en verschaft inzicht in de onderwerpen die we willen gaan aanpakken voor de verdere ontwikkeling van het onderwijs. Het geeft tevens zicht op de wijze waarop wij onze school willen uitbouwen tot een professionele organisatie. Kwaliteitsdocument In het schoolplan wordt het beleid duidelijk beschreven. Het opstellen van het plan maakt vanzelfsprekendheden expliciet. De dagelijkse gang van zaken wordt meer gebaseerd op bewuste keuzen en minder op toevallige gewoonten en rituelen. Voorlichtingsdocument Samen met de schoolgids is het schoolplan een document voor verantwoording aan de ouders. Door het beleid op schrift te stellen kunnen we elkaar daarop aanspreken. Verantwoordingsdocument Het schoolplan dient wettelijk vierjaarlijks opnieuw te worden vastgesteld en toegezonden aan de inspectie. Het is de wettelijke verantwoording aan de overheid. 1.3 Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan Dit schoolplan voor de periode 2011-2015 is gebaseerd op het plan zoals dat is vastgesteld voor de periode 2007-2011. Het plan is op onderdelen aangepast en geactualiseerd. De beleidsvoornemens zijn eveneens geactualiseerd. Bij het opstellen van dit schoolplan is gebruik gemaakt van de beleidsdoelen die met het team zijn opgesteld en vastgesteld zijn door de MR en de uitslag van de kwaliteitsmeter die is afgenomen bij ouders, leerlingen en leerkrachten. Het herziene plan is voorgelegd aan het team die het plan heeft goedgekeurd. Na vaststelling door het bestuur is het schoolplan voorgelegd aan de MR, die haar instemming heeft verleend aan het plan.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 10
1.4 Verwijzingen In dit plan wordt verwezen naar: • de schoolgids; • het integraal personeelsbeleidsplan van STROOMM; • het zorgplan WSNS; • document interne leerlingenzorg; • investeringsplannen; • jaarverslagen. 1.5 Bronnen • schoolplan 2007-2011 • handreiking voor het maken van een schoolplan 2011-2015 Eduforce. 1.6 Status van ons plan • De medezeggenschapsraad heeft ingestemd. • Dit schoolplan is vastgesteld door het bestuur. Formulieren instemming en vaststelling zijn toegevoegd aan het plan (zie bijlagen). 1.7 Evaluatie van ons plan Bij het evalueren van de jaarplanning zullen telkens de schoolgids en de beleidsvoornemens bijgesteld worden met instemming van de MR. Evaluatiegegevens die bij het opstellen van het volgende plan pas verwerkt zullen worden, zijn in de jaarverslagen opgenomen die toegevoegd worden. Ieder jaar vindt bijstelling plaats van de doelstellingen en wordt een nieuw jaar toegevoegd. Het plan als geheel wordt bij het opstellen van het schoolplan 2015-2019 geëvalueerd.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 11
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 12
2. Onze school
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 13
2.1 Algemeen De Lispeltuut is een openbare jenaplanschool waar iedereen welkom is, een school met een lage drempel voor ouders en leerlingen; een school waar ouders veel worden betrokken bij het onderwijs. De school kenmerkt zich door openheid en ontmoeting: een gemeenschap met interesse voor elkaar en die haar aandacht ook naar “niet-schoolse” zaken laat uitgaan. 2.2 Huidige situatie In de jaren '80 van de vorige eeuw hebben ouders in Hedel de behoefte een nieuwe school op te richten. Uitgangspunt is een niet-klassikale school waar kinderen op een goede manier met elkaar leren omgaan. Ouders moeten in deze school een belangrijke plaats krijgen. Het streven is een schoolgemeenschap van kinderen, ouders en teamleden. De nieuwe school wordt in 1985 opgericht en krijgt als naam "de Lispeltuut". De Lispeltuut is een jenaplanschool en onderschrijft nadrukkelijk de twintig basisprincipes. De school is aangesloten bij de Nederlandse Jenaplanvereniging. Wij dragen de jenaplangedachte actief uit. 2.3 STROOMM Sinds 1 januari 2007 valt de Lispeltuut onder het bestuur van Stichting Regionaal Openbaar Onderwijs Maas en Meierij. STROOMM is ontstaan uit het samengaan van de besturen van de stichtingen voor primair openbaar onderwijs in de gemeenten Boxtel, Maasdriel, Sint-Michielsgestel en Vught. Ook het bestuur van het openbaar onderwijs van de gemeente Haaren en het bestuur van het openbaar onderwijs van de gemeente Zaltbommel zijn inmiddels toegetreden. Het bestuur van STROOMM vormt het bevoegd gezag van de 14 openbare basisscholen in deze 6 gemeenten. De stichting telt momenteel 14 basisscholen, ca. 3300 leerlingen en 300 personeelsleden. De scholen bevinden zich in Aalst, Berlicum, Brakel, Boxtel, Haaren, Heerewaarden, Hedel, Kerkdriel, Sint-Michielsgestel, Rossum, Vught en Zaltbommel. Op schoolniveau is de schoolleiding verantwoordelijk voor de gang van zaken. Iedere school heeft binnen de kaders van STROOMM de ruimte om een eigen onderwijsconcept vorm te geven. Die eigenheid is een belangrijk uitgangspunt binnen de stichting; het vormt weliswaar één organisatie, maar zijn geen eenheidsproduct. Het bestuur wil kennis en ervaringen onderling uitwisselen, personeel volop de gelegenheid bieden om zich te ontwikkelen en elders binnen de stichting werkzaamheden te kunnen verrichten, maar het zijn wel 14 basisscholen met ieder een 'eigen gezicht'. 2.4 Leerling- en ouderpopulatie Op onze school is het leerling-gewicht zodanig dat daaruit geen aanvullende formatie voortkomt. Leerlingen met gewichten komen sporadisch voor. Veel ouders hebben een opleidingsniveau van VMBO en hoger. Het aantal kinderen van allochtone afkomst is gering. Het niveau van de kinderen kent een grote spreiding, van laagbegaafd die doorstromen naar voortgezet speciaal onderwijs tot hoogbegaafd die doorstromen naar VWO+. Dat beide ouders deelnemen in het arbeidsproces is merkbaar. Er maken veel kinderen gebruik van de BSO. Met een goede planning zijn de meeste ouders bereid om de school te ondersteunen. De school wordt bezocht door leerlingen uit het hele dorp en de omliggende dorpen. Zo’n 15% van de leerlingenpopulatie komt van buiten Hedel. 2.5 Leren leven met tegenstellingen, de stamgroep In een jenaplanschool wordt geprobeerd kinderen op een rechtvaardige en vreedzame manier met verschillen en tegenstellingen te leren omgaan. Respect voor anderen en eerbied voor het leven zijn belangrijke waarden in een jenaplanschool. Dit is het belangrijkste motief om stamgroepen te vormen. Een stamgroep is een natuurlijke manier van groeperen. Het lijkt op een gezin of speelgroep op straat, waarbij ook oudere kinderen met jongere kinderen spelen. De kinderen in een stamgroep hebben een leeftijdsverschil van drie jaar. De kinderen verschillen binnen de groep in belangstelling, aanleg en vorderingen. Hierdoor beïnvloeden ze elkaar positief. Ze werken beter samen en helpen elkaar. Binnen een stamgroep kun je niet verwachten dat kinderen dezelfde vorderingen maken. Daardoor bestaat er minder wedijver en accepteren kinderen verschillen tussen elkaar makkelijk. Elk jaar vindt De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 14
er binnen de stamgroep doorstroming plaats. Eerst is een kind jongste, dan wordt het middelste en tot slot de oudste. Een kind blijft in principe, onder voorbehoud van personele wisselingen, drie jaar bij dezelfde leerkracht. Dit geeft de mogelijkheid voor de leerkracht kinderen beter te leren kennen en begeleiden. Omdat elk jaar maar een derde deel van de groep nieuw is, kan de groepsleerkracht de nieuwe kinderen beter begeleiden en blijft de cultuur van de groep gehandhaafd. De nieuwe kinderen worden ook makkelijk door de oudere kinderen opgevangen. Zo worden in korte tijd de bestaande regels en afspraken duidelijk. De oudere kinderen leren zo verantwoordelijkheid dragen. Door de soms wisselende instroom en om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen kunnen wij niet garanderen dat er toch wat meer geschoven moet worden met de stamgroepen, dan eigenlijk wenselijk is. 2.6 Het pedagogisch klimaat Op onze school gaan wij uit van het totale kind. We kijken niet alleen naar vakgebieden maar ook naar ontwikkeling van een kind, omgang niet anderen en het sociaal-emotionele welzijn. Wij hebben vertrouwen in het vermogen van de kinderen om te leren waarbij wij ervan uitgaan dat er tempoverschillen zijn en sommige kinderen via andere wegen hun doel bereiken. Dit leidt tot zelfvertrouwen bij de kinderen en is de basisvoorwaarde voor een goede werkhouding. Kinderen zijn van nature leergierig, ze staan te popelen om de wereld om hen heen te verkennen. Bijvoorbeeld via rollenspel, onderzoek, praten en ontdekken. Kinderen zijn leren actief. De Lispeltuut werkt met het principe van meervoudige intelligentie. Kinderen hebben verschillende manieren, intelligenties, om dingen te leren. Door leerstof op veel verschillende manieren aan te bieden krijgt ieder kind de mogelijkheid om op zijn of haar eigen manier dingen te leren. 2.7 Het ritmisch weekplan De Lispeltuut werkt met de vier basisactiviteiten gesprek, werk, spel en viering. Deze wisselen elkaar af tijdens de dag en de week. Dit ritme noemen wij een ritmisch weekplan. Door deze bewuste indeling van tijd ontstaat er een herkenbare regelmaat en structuur waarin kinderen zich thuis voelen. Hieronder worden de basisactiviteiten toegelicht. Gesprek Als mensen praten we veel met elkaar. Deze communicatie is belangrijk. Wij dagen de kinderen uit met anderen te praten. Over de alledaagse dingen, maar ook als er iets dwars zit of als het een serieus onderwerp is. Zo leren we als mens elkaar beter begrijpen. Wij geven hiervoor de ruimte. Een werkvorm is de kring. In een kring kan iedereen elkaar goed zien en is er betrokkenheid. Er zijn verschillende soorten kringen zoals de vertelkring, de verhalenkring, de boekenkring, de ontdekkring, de spreekbeurt en de kringen waarin zaken worden besproken die in de groep extra aandacht verdienen. In het gebouw zijn vaste kringen in de groepslokalen opgenomen. Daarnaast vinden allerlei gesprekken gedurende de dag plaats. Werk Onder werk vallen alle momenten waarop kinderen met schoolwerk bezig zijn. Dit is heel breed en omvat o.a. gebieden als rekenen, taal, spelling, begrijpend lezen, wereldoriëntatie, hoekenwerk, werken met ontwikkelingsmateriaal en lezen. Er zijn verschillende werkvormen om met deze gebieden bezig te zijn. Instructiemomenten: de kinderen krijgen nieuwe leerstof aangeboden en verwerken dit onder leiding van de leerkracht. Dit kan de eigen leerkracht zijn, een instructieleerkracht voor een bepaald vakgebied en er zijn momenten dat de kinderen van verschillende stamgroepen in een instructiegroep komen te zitten. Het streven is om zoveel mogelijk binnen de eigen stamgroep te werken (gesloten stamgroep). Dag- en weektaken: ieder kind krijgt vanaf groep 3 aan het begin van de dag of de week werk wat aan het eind van die dag of week af moet zijn. In deze taak komen alle leergebieden terug. Dit zijn taken die kinderen zelfstandig kunnen maken. Ze kunnen wel hulp vragen aan andere leerlingen of de leerkracht. Bij een aantal van deze taken wordt verwacht dat kinderen samen werken. De De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 15
kinderen werken aan deze taken tijdens een werkuur. Groep 3 werkt met een takenbord en groeit geleidelijk in een weektaak. In de onderbouw worden kinderen voorbereid op het maken van keuzes en plannen van werk. Een belangrijk onderdeel daarbij is het keuzebord wat in iedere groep aanwezig is. Maatjeswerk: kinderen kunnen leren van elkaar en elkaar helpen. Daarbij worden soms bewust kinderen aan elkaar gekoppeld omdat ze veel voor elkaar kunnen betekenen. De maatjes kunnen uit dezelfde stamgroep komen maar er zijn ook maatjes van verschillende bouwen aan elkaar gekoppeld. We zorgen in school ook voor werkplekken waar kinderen individueel of in kleine groepjes kunnen werken. Blokuur: hierin vallen de activiteiten die aansluiten bij wereldoriëntatie. De Lispeltuut werkt met projecten op het gebied van aardrijkskunde, biologie, techniek en geschiedenis. Dit zijn schoolprojecten, projecten binnen de bouw en projecten in de groep. Aangezien ieder kind anders leert, bieden wij de lesstof zoveel mogelijk aan op verschillende manieren. Het principe van de meervoudige intelligentie wordt hier toegepast. De laatste jaren heeft de school hard gewerkt om meer inhoud te geven aan de projecten en is hierin geslaagd. Tijdens blokuren werken kinderen met deze projecten. Vakgebieden als tekenen, handvaardigheid, drama en muziek worden hierin geïntegreerd. Spel Spel kent verschillende vormen. Van vrij buiten spelen, gym, gezelschapsspelen, drama, dans tot muziek. Kinderen ontwikkelen hierbij hun sociale vaardigheden, creativiteit en motoriek. Wij laten al deze gebieden aan de orde komen waarbij met ontwikkeling en leeftijd van de kinderen rekening wordt gehouden. Door bewust aandacht te besteden aan deze gebieden groeit een kind tot compleet persoon uit. Viering Op de Lispeltuut vormen kinderen, ouders en team een leefgemeenschap. Samen dingen beleven en vieren vormt een belangrijk onderdeel hiervan. Naast jaarfeesten als Kerst, Sinterklaas en Carnaval zijn er ook nog andere vieringen. Denk hierbij aan verjaardagen, momenten waarbij we stil staan bij verdriet van anderen, gebeurtenissen buiten onze school en afscheid. Twee belangrijke vieringen zijn de weekopening op maandagochtend en de weeksluiting op vrijdagmiddag. Bij de vieringen zijn ook ouders betrokken.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 16
3. De opdracht van onze school
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 17
3.1 Algemeen De Lispeltuut is een openbare jenaplanschool. Dit betekent dat onze school toegankelijk is voor alle kinderen. Wij onderschrijven de lijfspreuk van de Vereniging van Openbaar Onderwijs: "Niet apart maar SAMEN". Wij streven naar een positieve sfeer, waarin kinderen zich veilig voelen en zichzelf kunnen zijn. De Lispeltuut is een school waar het vanzelfsprekend is dat er contact is tussen kinderen, ouders en leerkrachten. Wij helpen een kind te ontwikkelen tot een persoon met een eigen identiteit. Behalve veiligheid zijn welbevinden, rust, warmte en vertrouwen belangrijke elementen. Een kind krijgt zo vertrouwen zodat hij of zij kan omgaan met emoties, nieuwsgierig kan zijn en uitdagingen aangaat. Wij werken aan een brede ontwikkeling waarbij wereldoriëntatie het hart van ons onderwijs vormt. Naast leren lezen, schrijven rekenen etc. wordt ook veel aandacht besteed aan culturele vorming en creatieve vorming. 3.2 Waar wij voor staan Pedagogische taak De Lispeltuut is een school die veel aandacht besteedt aan een gezonde sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Welbevinden, betrokkenheid, zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid staan hoog in het vaandel. Hierbij ligt het accent op een sociaalemotioneel solide basis, het zelf maken van keuzen en nemen van initiatief. De school stimuleert kinderen tot autonoom gedrag. Het prikkelen van de nieuwsgierigheid zien we als een goede basis voor de gehele ontwikkeling. Bij het activiteitenaanbod proberen leerkrachten zo goed mogelijk aan te sluiten bij de ontwikkeling van het kind. Omdat kinderen veel van elkaar verschillen kan het niet anders zijn dan dat tijdens de lessen en de begeleiding van kinderen bij het leerproces rekening wordt gehouden met de verschillen in de ontwikkeling naar volwaardig “mens – zijn”. School en onderwijs • De school streeft voor alle leerlingen naar het behalen van zo hoog mogelijke leerresultaten in aansluiting op hun individuele mogelijkheden. • De school kent goede leerlijnen voor de cognitieve ontwikkeling met name via het onderwijs in taal, lezen, rekenen en wereldoriëntatie. • De leerkrachten zorgen voor een goed onderwijsaanbod en begeleiden de leerlingen tijdens de onderwijsleerprocessen. • Voor leerlingen die significant boven of onder het gemiddelde zitten is er een passend aanbod. • Het onderwijs wordt gerealiseerd met methodes welke voldoen aan de kerndoelen. • Samenwerkend leren zien we als een belangrijke werkvorm voor zowel de cognitieve ontwikkeling als voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. • De leerkrachten houden rekening met verschillen in instructiebehoeften van leerlingen. Dit geldt zowel voor leerlingen bij wie sprake is van een ontwikkelingsvoorsprong als voor leerlingen die moeite hebben met het onderwijsleerproces. • De school beschikt over een goed zorgsysteem. • Leerlingen worden nauwgezet gevolgd in hun ontwikkeling met behulp van het LVS. • Naast het leren van de instrumentele vaardigheden, lezen, taal en rekenen is er ruimte voor creativiteit, cultuur en expressie. Tijdens het werken aan thema’s en projecten krijgen deze activiteiten een functionele inbedding. School en ouders De Lispeltuut streeft ernaar een gemeenschap te zijn van kinderen, ouders en groepsleerkrachten. Dit is op verschillende manieren merkbaar. Via de oudervereniging en de medezeggenschapsraad kunnen ouders invloed uitoefenen op het beleid van school. Daarnaast zijn er de vieringen en tal van activiteiten waar ouders bij betrokken zijn. Voor en na schooltijd staan de deuren altijd open voor alle ouders. De school stelt het op prijs dat de ouders regelmatig de school bezoeken. Op de Lispeltuut is de De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 18
drempel om in school binnen te komen laag. Ouders nemen makkelijk contact op, zowel onderling, met leerkrachten als met de directie. • • • • • •
Het schoolteam staat voor een open contact met de ouders. Dit vindt zij van groot belang met het oog op een goede ontwikkeling van de kinderen. Er is een goede communicatie met ouders. Hiervoor worden diverse middelen ingezet zoals briefing, schoolgids, website, mail, ouderavonden etc. Er activiteiten georganiseerd worden waarbij betrokkenheid van ouders gevraagd wordt. Er is een heldere en duidelijke communicatie. In de schoolgids staat vermeld wat de school ouders biedt en wat de school van ouders verwacht. Iedere twee jaar is er een ouderenquête waarbij ouders bevraagd worden naar hun bevindingen over school.
School en omgeving • De school is waar mogelijk en zinvol gericht op het onderhouden van structurele of incidentele contacten met diverse buitenschoolse instanties. • De school heeft haar wortels in de maatschappij en betrekt die in de school. • De school is in de toekomst een educatief cluster met verschillende kernpartners, waaronder sport, cultuur en welzijn. 3.3 Onze visie op onderwijs en opvoeding De Lispeltuut is een jenaplanschool. De jenaplangedachte is ontwikkeld door Peter Petersen in het begin van de twintigste eeuw in Duitsland. Er zijn 20 basisprincipes geformuleerd die de uitgangspunten vormen voor ons onderwijs. Hieronder worden zij genoemd. Over de mens 1. Elk mens is uniek: zoals jij is er maar een. Daarom heeft ieder kind en elke volwassene een onvervangbare waarde. 2. Elk mens heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen. Deze wordt zoveel mogelijk gekenmerkt door: zelfstandigheid, kritisch bewustzijn, creativiteit en gerichtheid op sociale rechtvaardigheid. Daarbij mogen ras, nationaliteit, geslacht, seksuele gerichtheid, sociaal milieu, religie, levensbeschouwing of handicap geen verschil uitmaken. 3. Elk mens heeft voor het ontwikkelen van een eigen identiteit persoonlijke relaties nodig: met andere mensen, met de zintuiglijke waarneembare werkelijkheid van natuur en cultuur, met de niet zintuiglijke ervaarbare werkelijkheid. 4. Elk mens wordt steeds als totale persoon erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 5. Elk mens wordt als een cultuurdrager en cultuurvernieuwer erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. Over de samenleving 6. Mensen moeten werken aan een samenleving die ieders onvervangbare waarde respecteert. 7. Mensen moeten werken aan een samenleving die ruimte en stimulansen biedt voor ieders identiteitontwikkeling. 8. Mensen moeten werken aan een samenleving waarin rechtvaardig, vreedzaam en constructief met verschillen en veranderingen wordt omgegaan. 9. Mensen moeten werken aan een samenleving die respectvol en zorgvuldig aarde en wereldruimte beheert. 10. Mensen moeten werken aan een samenleving die de natuurlijke en culturele hulpbronnen in verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties gebruikt.
Over de school De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 19
11. De school is een relatief autonome, coöperatieve organisatie van betrokkenen. Ze wordt door de maatschappij beïnvloed en heeft er zelf ook invloed op. 12. In de school hebbende volwassenen de taak de voorgaande uitspraken over de mens en de samenleving tot pedagogisch uitgangspunt voor hun handelen te maken. 13. In de school wordt de leerstof zowel ontleend aan de leef- en belevingswereld van de kinderen als aan de cultuurgoederen die in de maatschappij als belangrijke middelen beschouwd worden voor de hier geschetste ontwikkeling van persoon en samenleving. 14. In de school wordt het onderwijs uitgevoerd in pedagogische situaties en met behulp van pedagogische middelen. 15. In de school wordt het onderwijs vorm gegeven door een ritmische afwisseling van de basisactiviteiten gesprek, spel, werk en viering. 16. In de school vindt overwegend heterogene groepering van kinderen plaats, naar leeftijd en ontwikkelingsniveau, teneinde het leren van en zorgen voor elkaar te stimuleren. 17. In de school worden zelfstandig spelen en leren afgewisseld en aangevuld door gestuurd en begeleid Ieren. Dit laatste is expliciet gericht op niveauverhoging. In dit alles speelt het initiatief van de kinderen een belangrijke rol. 18. In de school neemt wereldoriëntatie een centrale plaats in, met als basis ervaren, ontdekken en onderzoeken. 19. In de school vinden gedrags- en prestatiebeoordeling van een kind zoveel mogelijk plaats vanuit de eigen ontwikkelingsgeschiedenis van dat kind en in overleg met hem of haar. 20. In de school worden veranderingen en verbeteringen gezien als een nooit eindigend proces Dit proces wordt gestuurd door een consequente wisselwerking tussen doen en denken. Bovenstaande basisprincipes zijn een leidraad voor het jenaplanonderwijs in het algemeen en onze school in het bijzonder. Veel keuzes die wij maken worden getoetst aan deze principes. Daarnaast wordt regelmatig in het team een principe aan de orde gesteld om te evalueren hoe op De Lispeltuut dit principe wordt geïnterpreteerd. Op de website van de jenaplanvereniging zijn alle achtergronden van het jenaplanonderwijs terug te vinden. Het adres van de site is www.jenaplan.nl In 2008 heeft de Nederlandse Jenaplan Vereniging een denktank geformeerd die opdracht heeft gekregen om op zoek te gaan naar de essenties van het jenaplanconcept in de huidige tijd: ‘Wat onderscheidt Jenaplanscholen van andere (vernieuwings)scholen?’ Om lid te worden van de NJPV was het tot nu toe voldoende dat een school in de schoolgids aangaf dat er conform de twintig basisprincipes wordt gewerkt. Uiteraard heeft iedere school daar gezien de specifieke situatie - een eigen invulling aan gegeven. Dat geldt ook voor de zes kwaliteitscriteria (Jenaplan in de 21e eeuw). De vrijheid om een eigen vorm te kiezen op grond van de basisprincipes en kwaliteitscriteria blijft gehandhaafd. Daarnaast bestaat er in toenemende mate bij de NJPV en bij Jenaplanscholen behoefte om gezamenlijke en concrete kenmerken van het jenaplanonderwijs te benoemen. Een denktank van mensen uit het veld heeft zich vervolgens als doel gesteld om, naast de basisprincipes en de kwaliteitscriteria, een aantal specifieke, concrete en onderscheidende kenmerken van Jenaplanscholen te formuleren. Om zowel vanuit de praktijk als de opleiding inbreng te hebben, maakten stamgroepleerkrachten, directeuren en opleiders deel uit van de denktank. De denktank formuleerde dat relaties de essentie van het jenaplanonderwijs zijn, te weten: relatie met jezelf, met de ander en het andere en met de wereld om je heen. Zo kwamen zij tot twaalf kernkwaliteiten, waarvan de denktank vindt dat alle Jenaplanscholen, als zij een erkende Jenaplanschool willen zijn en zich willen onderscheiden van andere (vernieuwings)scholen, deze moeten erkennen, onderschrijven en in de praktijk vormgeven.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 20
3.4 De jenaplankernkwaliteiten Het jenaplanconcept is een concept, waarin relaties centraal staan: 1. De relatie van het kind met zichzelf 2. De relatie van het kind met de ander en het andere 3. De relatie van het kind met de wereld Om het belang van deze relaties in het jenaplanonderwijs te tonen, zijn er twaalf kernkwaliteiten geformuleerd. Een jenaplanschool richt de omgeving zodanig in, dat deze kwaliteiten gerealiseerd worden. Deze kernkwaliteiten moeten alle handelen in de school sturen. Deze kwaliteiten vormen het uitgangspunt of de reden voor verandering in onze school. 1. De relatie van het kind met zichzelf: 1.1. Kinderen leren kwaliteiten/uitdagingen te benoemen en in te zetten, zodanig dat zij zich competent kunnen voelen. 1.2. Kinderen worden beoordeeld op de eigen vooruitgang in ontwikkeling. 1.3. Kinderen leren zelf verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen en moeten leren, wanneer zij uitleg nodig hebben en hoe zij een plan moeten maken. 1.4. Kinderen leren te reflecteren op hun ontwikkeling en daarover met anderen in gesprek te gaan. 2. De relatie van het kind met de ander: 2.1. Kinderen ontwikkelen zich in een leeftijdsheterogene stamgroep. 2.2. Kinderen leren samen te werken, hulp geven en ontvangen met andere kinderen en daarover te reflecteren. 2.3. Kinderen leren verantwoordelijkheid te nemen en mee te beslissen over het harmonieus samenleven in de stamgroep en school, opdat iedereen tot zijn recht komt en welbevinden kan ervaren. 3. De relatie van het kind met de wereld: 3.1. Kinderen leren dat wat ze doen er toe doet en leren in zo veel mogelijk levensechte situaties. 3.2. Kinderen leren zorg te dragen voor de omgeving. 3.3. Kinderen passen binnen wereldoriëntatie de inhoud van het schoolaanbod toe om de wereld te leren kennen. 3.4. Kinderen leren spelend, werkend, sprekend en vierend volgens een ritmisch dagplan. 3.5. Kinderen leren initiatieven te nemen vanuit hun eigen interesses en vragen. In de periode 2011-2015 werken jenaplanscholen aan de uitwerking van bovengenoemde jenaplankernkwaliteiten in school- en regioverband. Scholen, die hiervan werk maken, ontvangen een erkenningsbord van de NJPV. Op de website zal het overzicht jenaplanscholen in Nederland bestaan uit erkende jenaplanscholen. Scholen, die de erkenningsronde niet volgen, kunnen wel gewoon lid blijven van de NJPV. Bij de uitwerking van de jenaplankernkwaliteiten is het van belang, dat de concretiseringen zodanig zijn, dat bezoekers bij wijze van spreken de uitwerking kunnen ervaren, zien. In regioverband worden collegiale consultatie rondes georganiseerd om op deze wijze te leren van en met elkaar. Een digitaal model ‘Zelfevaluatie op basis van de jenaplankernkwaliteiten’ is voor elke school beschikbaar, waar de ontwikkelingen kunnen worden bijgehouden: -uitwerkingen per bouw -acties per bouw De overzichten zijn individueel, op school, regionaal en landelijk niveau in te zien. Ter inspiratie en volledig erop gericht om te leren van en met elkaar.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 21
3.5 De missie van de Lispeltuut De missie formuleert de aard en het bestaansrecht van onze organisatie. • • • •
•
De Lispeltuut realiseert onderscheidend, openbaar onderwijs. De Lispeltuut onderscheidt zich door het bieden van kwalitatief hoogstaand vernieuwend onderwijs waarbij het jenaplanconcept bepalend is voor de vorm en inhoud. Het openbare karakter van de Lispeltuut kenmerkt zich door openheid en samenwerking, door ruimte voor allen en een gelijkwaardige behandeling van leerlingen, ouders en medewerkers. De Lispeltuut streeft er naar om de kinderen op het gebied van kennis, vaardigheden en attitudevorming een stevige basis te bieden en hen professioneel en betrokken te begeleiden in hun individuele ontwikkeling tot volwaardige en kritische participanten van de maatschappij. De Lispeltuut richt zich op samenwerking met andere partners op onderwijskundig, opvoedkundig, gezondheidskundig, cultureel, maatschappelijk en sportief terrein om zo samen een ononderbroken ontwikkelingslijn te realiseren van 0 tot 14 jaar.
3.6 Kernwaarden De Lispeltuut streeft naar hoge kwaliteit van product en proces. Onderwijs is ons product en de organisatie van onderwijs is ons proces. Hiertoe hebben we een aantal basisprincipes gekozen die wij van groot belang vinden: Kernwaarden voor de Lispeltuut, als onderdeel van STROOMM, en voor al haar betrokkenen: De Lispeltuut staat voor: 1. Professioneel mensenwerk! Kernwaarden: • • • •
Openheid: de organisatie stelt zich transparant op en legt verantwoording af. Individuele ontwikkeling: we richten ons bij de kinderen en personeelsleden op de individuele ontwikkelingsmogelijkheden en gaan daarbij uit van de zone van de naaste ontwikkeling. Gelijkwaardigheid: inbreng van alle betrokkenen is gebaseerd op gelijkwaardigheid waarbinnen elke betrokkene zijn eigen specifieke verantwoordelijkheid kent. Doorlopende ontwikkelingslijn: de school staat voor een continuüm in zowel de persoonlijke als de organisatie ontwikkeling. De school probeert ad hoc gedrag te vermijden.
2. Kwaliteit! Kernwaarden: • Verscheidenheid: er is niet één manier om zaken aan te pakken om dingen te bereiken. De wegen mogen verschillen als het doel maar bereikt wordt. • Op kansen gericht: we sluiten aan bij de mogelijkheden van een ieder. We willen daar in proactief zijn. • Competent: niet alleen op het gebied van kennis en vaardigheden maar ook op het gebied van houding en attitude. • Vernieuwend: steeds op zoek naar verbeteringen. 3. Betrokkenheid! Kernwaarden: • Samenwerking: samenwerken zowel intern als extern. • Onderscheidend: voor derden moet duidelijk zijn wat we anders doen. • Meedenkend: een luisterend oor hebben voor de ander. De school weet niet alles. • Enthousiast: trots zijn dat je tot de leergemeenschap van de Lispeltuut behoort. Deze kernwaarden vormen het leidend principe voor al ons handelen. Ze blijven onderwerp van gesprek. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 22
In de communicatie, de samenwerking, het pedagogisch klimaat, het werkklimaat en het personeelsbeleid willen wij deze waarden kunnen ervaren. 3.7 Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad houdt zich bezig met de beleidsmatige aspecten van de school. Dit kunnen uiteenlopende zaken zijn zoals onderwijsontwikkeling, huisvesting, beleidsnotities en managementzaken. Bij een aantal zaken heeft de raad adviesrecht, bij een aantal zaken instemmingsrecht. Op deze wijze kunnen ouders wezenlijk invloed hebben op de ontwikkeling van De Lispeltuut. De vergaderingen zijn openbaar. De agenda en de notulen hangen op het prikbord en zijn op te vragen via
[email protected]. De medezeggenschapsraad bestaat uit 3 teamleden en 3 ouderleden. Bij de vergaderingen is de directeur aanwezig voor advies en toelichting. De ouderleden worden voor drie jaar gekozen door middel van verkiezingen. Elke ouder kan zich verkiesbaar stellen. De raad is namens het personeel en de ouders van de Lispeltuut gesprekspartner van het bestuur. Direct overleg vindt plaats via de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van de veertien scholen. Twee leden van de medezeggenschapsraad van de Lispeltuut zijn hierin vertegenwoordigd. 3.8 Oudervereniging Ouders die hun kind op de school aanmelden worden automatisch lid van de oudervereniging. Het bestuur van de oudervereniging bestaat uit 7 ouders, die op de jaarvergadering gekozen worden door ouders voor een periode van 2 tot maximaal 4 jaar. Het doel van de oudervereniging is het vergroten van de betrokkenheid van de ouders bij de school, o.a. door de samenwerking tussen de school en de ouders te stimuleren en te ondersteunen. Dit geeft invulling aan de binnen het Jenaplan zo belangrijke driehoek kind, ouder en team. De OV is bereikbaar via
[email protected]. 3.9 Ouderhulp We zijn een gemeenschap met kinderen, ouders en teamleden. Wij organiseren veel activiteiten waar ouderhulp bij nodig is. Dit kan zijn rijden naar een activiteit, hulp bij het lezen, mee organiseren en uitvoeren van feesten, het kamp, knutselen, keuzecursussen etc. We beseffen dat er bij veel ouders een tijdsdruk is maar proberen door goede informatie en een zorgvuldige planning zoveel mogelijk ouders de gelegenheid te geven om zich in te zetten voor de school. Aan het begin van het schooljaar vullen alle ouders de ouderparticipatielijst in. Op deze lijst kunnen ouders aangeven met welke activiteiten zij gedurende het lopende schooljaar kunnen helpen. 3.10 Het team Het team is een belangrijke factor op een school. Zij zijn degenen die de filosofie van de school vormgeven in de dagelijkse praktijk en daarnaast de veranderingen doorvoeren. Het team van de Lispeltuut is zorgvuldig samengesteld. Bij aanname van nieuwe mensen wordt waar mogelijk bekeken waar de school aanvulling nodig heeft. Van nieuwe mensen wordt verwacht dat zij het jenaplandiploma in bezit hebben of gaan halen. Een team is altijd in ontwikkeling en stelt voor zichzelf beleidsvoornemens op.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 23
3.11 Wat komt er op de school af Binnen het onderwijs zijn vele ontwikkelingen gaande. Daarnaast zijn er veel maatschappelijke veranderingen waarvan wordt verwacht dat het onderwijs hier adequaat op inspeelt. De school staat meer dan ooit midden in de samenleving. Het onderwijs mag zich verheugen op een brede belangstelling. De taak van het primair onderwijs wordt steeds meer op waarde geschat ook al leeft binnen het onderwijs zelf de vurige wens dat de randvoorwaarden waaronder de taak moet worden vervuld erop vooruit gaan. Het onderwijs staat op de politieke agenda zowel landelijk als lokaal. Er worden steeds hogere eisen gesteld aan het onderwijs en het werkveld heeft te maken met intensieve trajecten zoals passend onderwijs, opbrengstgericht leren en de nieuwe doelstellingen voor taal en rekenen. Ontwikkelingen in en rondom het onderwijs vragen dat scholen zich steeds meer ontwikkelen tot professionele organisaties met een professionele cultuur. Het is de kunst om alle invloeden die op het onderwijs afkomen niet als bedreiging te ervaren maar te zien als kansen ter verbetering van de kwaliteit. Daarnaast moet altijd afgewogen worden of een taak wel of niet bij het primaire proces hoort. Wij hebben een inventarisatie gemaakt van de ontwikkelingen en deze beoordeeld op belangrijkheid voor onze school in de komende jaren: De externe ontwikkelingen • Passend onderwijs, voor zoveel mogelijk leerlingen een plek creëren binnen het schoolsysteem. • De verplaatsing van zorgmiddelen van het REC naar het WSNS verband. • Het volgen van en participeren in de ontwikkelingen van WSNS. De school neemt daar actief in deel. De intern begeleiders zijn lid van het IB-netwerk en de directeur is lid van het directieberaad van het WSNS verband. • De aandacht voor specifiek taal en rekenen, aangestuurd vanuit de overheid. • Aandacht voor burgerschapszin en normen en waarden. • De verschuiving van de CITO eindtoets naar een latere periode in het schooljaar. • De toename van het aantal parttime banen vraagt steeds meer inspanning van de organisatie. • De lumpsum financiering waardoor een goed financieel beleid gevoerd moet worden. • De schaalvergroting van het bestuur, nu 14 scholen in een groot verzorgingsgebied. • Toenemende invloed en zeggenschap van ouders. • Hoe staat de basisschool in de maatschappij. Steeds meer taken worden aan de school toevertrouwd. We krijgen brede scholen waarin allerlei functies zijn opgenomen. De schoolomgeving wordt uitgebreid naar een dagprogrammering. Wat is het standpunt van school hierin? De externe ontwikkelingen rondom het onderwijs maken duidelijk dat de school niet op een eiland functioneert. Alle ontwikkelingen vragen aandacht. Het mag duidelijk zijn dat alle genoemde ontwikkelingen veel kansen met zich mee brengen om de kwaliteit van de school te verbeteren. Anderzijds willen we er voor waken dat de ontwikkelingen het primaire proces niet verstoren door verzwaring van de werkdruk en door teveel ontwikkelingen gelijktijdig aan te pakken. In de paragraaf met beleidsvoornemens geven we aan welke zaken we de komende vier jaren binnen onze school ter hand gaan nemen. De interne sterkte/zwakteanalyse • Overstappen naar het werken in een gesloten stamgroep. De instructies voor alle vakgebieden worden dan in de eigen stamgroep gegeven en niet meer in instructiegroepen. • Aandacht voor de niveauverschillen tussen leerlingen. Niet alleen de kinderen die onder het gemiddelde scoren maar ook de kinderen die ver boven het gemiddelde scoren. • De zelfstandigheid van kinderen stimuleren, kinderen eigen keuzes laten maken en samen werken en leren bevorderen. • Het vorm geven aan onderwijs aan een groeiend aantal kinderen met een leerlinggebonden financiering of wellicht in de toekomst een zorgcontract. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 24
• Een goed volgsysteem voor alle leerlingen op breed gebied. Hierbij ook een sterke follow up zodat er een maximale opbrengst is. • Op peil houden van kwalitatieve goede methodieken, in samenhang met de digitale mogelijkheden. • Het opzetten van een goed sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem. • De kwaliteit van de leerkrachten blijvend op niveau houden. • Het professioneel invoeren van collegiale consultatie. • De mogelijke krimp van het aantal leerlingen opvangen in een goed meerjarenplan. De krimp kan ontstaan door een dalend aantal kinderen in de gemeente. Wel zijn er in onze omgeving nog steeds nieuwbouwplannen, wat wellicht ook nieuwe kinderen kan opleveren. 3.12 De ambitie van de Lispeltuut, volgend aan die van STROOMM richting 2015 In onze school staat de gemeenschap en de driehoek kind, ouder en team op een hoge plaats. Wij vinden het belangrijk dat kinderen leren samenwerken, rekening houden met anderen en verantwoording dragen voor zichzelf, elkaar en hun omgeving. Daarnaast hebben wij als school de taak hebben leerstof aan te bieden. Volgens de gestelde eisen maar wel kijkend naar ieders individuele ontwikkeling en behoeftes. We spelen een rol binnen de samenleving van Hedel en omstreken. Met deze punten in ons hoofd, onze pedagogische kijk op kinderen en het jenaplanconcept samen willen wij ervoor zorg dragen dat de kinderen op onze school zich veilig voelen, graag naar school toe gaan en zich ontwikkelen tot individuen die voorbereid zijn op de maatschappij waarin ze leven. Hoe wij dit exact uitvoeren is beschreven in de volgende hoofdstukken. Onze kijk en visie hoort zich aan te passen en hier maken wij ons sterk voor. De doelen zijn smart opgesteld en zijn uitgewerkt in een vierjarenplan. Dit is een rollend plan, ieder jaar wordt er een jaar afgerond en komt er een jaar bij. Door onverwachte ontwikkelingen kunnen vastgestelde jaren aangepast worden. Dit wordt ieder jaar verantwoord in het jaarverslag. STROOMM heeft in haar BOP de ambities geformuleerd voor haar scholen. De Lispeltuut streeft naar: Onderwijs en opvoeding Met competent en gemotiveerd personeel een hoogwaardige onderwijskwaliteit te bieden en deze kwaliteit blijvend te garanderen door: • het inrichten van een goede kwaliteitszorg en regelmatige meting en evaluatie daarvan; • de school in te richten als lerende organisatie waar kinderen en leerkrachten zich samen ontwikkelen; • binnen het jenaplan concept van “passend” onderwijs te groeien en hier proactief beleid voor te ontwikkelen; • het opzetten van een sluitende zorgstructuur voor kinderen van 0 tot 14 jaar en dit te bereiken door nauwe samenwerking met relevante partners zoals peuterspeelzalen; kinderdagverblijven, de BSO, het schoolmaatschappelijk werk en bureau Jeugdzorg; • het tonen van sociale betrokkenheid en daarbij kinderen, ouders en personeel serieus te nemen; • moderne (ict)-hulpmiddelen te integreren in het onderwijsaanbod. Organisatie, communicatie en samenwerking Verder uit te groeien tot een professionele en transparante organisatie door: • het verder uitbouwen van een organisatiestructuur waarbinnen alle geledingen hun bevoegdheden en verantwoordelijkheden kennen en er naar handelen; • een duidelijke besluitvorming binnen alle geledingen; • een heldere planmatige intern en extern gerichte communicatie; • actieve betrokkenheid in samenwerking tussen managementteam en de De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 25
•
medezeggenschapsraad; actieve samenwerking met externe partners gericht op meerwaarde.
Leiderschap Het aansturen en het ontwikkelen van de Lispeltuut realiseren door: • als directie ambitie en vertrouwen uit te stralen; • te werken aan de competenties die behoren bij de leidinggevende; • het schoolconcept te verankeren en te versterken; • heldere communicatie naar personeel, ouders en kinderen te voeren; • een luisterend oor te hebben voor personeel, ouders en kinderen; • het hanteren van situationeel leiderschap. Personeel In alle opzichten een goed werkgever te zijn en competent personeel te vinden, te boeien en te binden door: • goed werkgeverschap als De Lispeltuut uit te stralen naar buiten; • het hanteren van werkgelegenheidsbeleid op STROOMM-niveau; • het voeren van goed integraal personeelsbeleid, waarbij enerzijds eisen worden gesteld aan competenties en anderzijds waardering wordt uitgesproken naar medewerkers; • de wet Beroepen In het Onderwijs, wet BIO, in de organisatie duidelijk vorm te geven; • aandacht te besteden aan welzijn en veiligheid van alle medewerkers; • gericht personeel te werven, te selecteren en voortdurend te investeren in professionaliteit door scholing en ontwikkeling; • het voeren van proactief mobiliteitbeleid binnen de Lispeltuut en binnen STROOMM. Profiel: Identiteit en Imago Positief en maatschappelijk betrokken te zijn door: • te doen wat we zeggen; • ons te richten op kansen en sterktes, waaronder uitbreiding van ons voedingsgebied in ‘nieuwe’ wijken en de omgeving van Hedel; • sociaal-maatschappelijke initiatieven van de Lispeltuut te propageren; en uit te dragen; • ons innovatief, ondernemend en proactief op te stellen en vernieuwende initiatieven binnen het team en de oudergroep te initiëren, te stimuleren en te ondersteunen; • te werken aan een klimaat en sfeer, waarin leerkrachten goed kunnen en graag willen werken en waarbij ze trots kunnen zijn op hun organisatie: ‘Ik werk niet in het onderwijs, ik werk op de Lispeltuut’; • in het samenwerkingsverband WSNS en in de stichting STROOMM een sterke en herkenbare positie in te nemen als organisatie die staat voor kwalitatief hoogwaardig openbaar basisonderwijs. Kwaliteit Permanente, systematische en cyclische aandacht voor het bepalen, bewaken en verbeteren van de kwaliteit van ons onderwijs door: • te participeren in zowel externe als interne kwaliteitskringen; • als school te ontwikkelen naar een opbrengstgerichte lerende organisatie; • te werken met één STROOMM-breed gekozen kwaliteitsinstrument; • kwaliteitszorg cyclisch organiseren in een planperiode van twee tot vier jaar; • bij kwaliteitsmetingen leerlingen, ouders en leerkrachten te betrekken; • uitkomsten van kwaliteitsmetingen middels rapportages naar ouders, leerkrachten en het bestuur uit te reiken. Huisvesting: Het nauwkeurig onderhouden van een adequaat en goed geoutilleerd schoolgebouw te bewerkstelligen door: • met de gemeente Maasdriel te zorgen voor een actueel integrale huisvestingsplan met een daarop afgestemd meerjaren onderhoudsplanning; • met de gemeente Maasdriel te bekijken welke mogelijkheden er zijn voor een uitbreiding van De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 26
• • •
het schoolplein; veel aandacht te besteden aan een goed verzorgde en prettige leef- en leeromgeving; in een modern schoolgebouw met een aantrekkelijke uitstraling naar buiten; vooruitziend rekening te houden met de eisen die het onderwijs in de toekomst aan de schoolgebouwen zal stellen.
Financiën Planmatig en voorwaardenscheppend de bovenstaande ambities mogelijk te maken door: • de financiële middelen gericht te beheren op optimaal rendement door het opzetten en uitvoeren van een heldere systematiek van begroten en verantwoording afleggen in jaarverslagen; • het opzetten en uitvoeren van een degelijke plan- en controlecyclus met managementrapportages; • in meerjarenbegrotingen het perspectief en de daarbij behorende voorwaarden te scheppen om de gewenste (in het schoolplan vastgelegde) onderwijskundige ontwikkelingen binnen de Lispeltuut mogelijk te maken en financieel te ondersteunen. 3.13 Beleidsvoornemens: de vijf centrale doelen Met het team hebben we gezamenlijk bekeken waar de Lispeltuut zich de komende jaren op wil richten. Hieruit zijn vijf hoofddoelen gekomen die in een 5-jarenplan worden uitgezet. Deze vijf doelen waarborgen de ontwikkeling van onze kwaliteit. Ze worden breed gedragen en zijn realiseerbaar. We plannen de stappen zodanig in dat ze de hoogst mogelijke kans van slagen hebben, haalbaar zijn en het een blijvend karakter heeft in de school. De doelen vormen de kern van het schoolplan. Naast deze kerndoelen worden in dit plan andere doelen beschreven. Doelen die een relatie hebben met keuze van nieuwe methodes, door externe ontwikkelingen of de zorglijn. Een totaaloverzicht met tijdsplanning is opgenomen in dit schoolplan. 1 Collegiale consultatie Op De Lispeltuut hebben teamleden een professionele relatie met elkaar. Er is collegiale consultatie waar openheid, feedback en reflectie centraal staan. Er wordt gebruik gemaakt van de werkvorm intervisie. Wat zien wij terug in de school: • collega’s die bij elkaar binnen lopen; • vaste collega’s die elkaar consulteren volgens een vastgesteld jaarplan; • leerkrachten zijn met elkaar in gesprek op alle niveaus; • kijken als een collega bezig is met de kinderen in een groep; • intervisiegesprekken; • openheid naar collega’s; • incidentele consultatie of consultatie op afroep; • weten wat er leeft bij elkaar; • klassen overstijgende werkwijze, doorgaande lijn; • open en professionele communicatie volgens een vastgestelde lijn; • feedback en reflectie naar elkaar; • video-interactie, indien er behoefte aan is; • leerlingbespreking binnen de bouw. 2 Grotere verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de kinderen Er is een doorlopende leerlijn voor zelfverantwoordelijk en zelfstandig werk van groep 1 tot en met groep 8. Binnen het zelfstandig werken is er sprake van differentiatie van werk, eigen verantwoordelijkheid en meerwaarde voor het lesprogramma. Wat zien wij terug in de school: • kinderen krijgen ruimte om eigen verantwoordelijkheid te dragen; • kinderen kunnen zelfstandigheid aan waarbij individueel afgestemd wordt; • kinderen zijn minder leerkrachtafhankelijk; • het zelfstandig werken is in alle groepen hetzelfde georganiseerd, er is een doorlopende De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 27
• •
• •
leerlijn; het zelfstandig werken heeft een meerwaarde voor het lesprogramma; doorlopende leerlijn zelfstandig werken: we zien dat in alle groepen de maximale verantwoordelijkheid voor keuzes gelegd wordt bij de kinderen. Dit bouwt voort op wat ze bij de kleuters leren. Hierover moet goed overleg zijn en afspraken moeten vastliggen; vanaf groep 3 betekent dit dat kinderen hun eigen weektaak indelen, rekening houdend met de instructiemomenten die de leerkracht in plant; de rol en kwaliteiten van de leerkracht zijn belangrijk.
3 Doorgaande lijn sociaal-emotionele ontwikkeling Er is een doorlopende leerlijn sociaal-emotionele ontwikkeling die structureel in het lesprogramma aan bod komt. Er zijn eenduidige regels en afspraken binnen school die voor iedereen duidelijk en zichtbaar zijn. Wat zien wij terug in de school: • een methode/pakket en leerlingvolgsysteem voor sociaal emotionele ontwikkeling is in gebruik op school; • de methode is een vast onderdeel van het lesprogramma, het is ingeroosterd; • er is een programma zodat er niet ad hoc gewerkt wordt; • er zijn lessen sociaal-emotionele ontwikkeling; • regels en afspraken zijn eenduidig en zichtbaar; • in klassen zijn afspraken zichtbaar die schoolbreed gedragen worden; • doorlopende leerlijn: we zien dat in alle groepen op structurele wijze aandacht besteed wordt aan sociaal emotionele ontwikkeling; • bij de overdracht naar een nieuwe groep wordt aangegeven hoe de sociaal emotionele ontwikkeling in een groep verloopt. 4 Werken in een gesloten stamgroep Op de Lispeltuut werken wij in stamgroepen. We werken met de stamgroepen onder-, midden- en bovenbouw. De instructie wordt in een gesloten stamgroep aangeboden, dat wil zeggen dat de kinderen met drie leeftijdsgroepen in één lokaal zitten. De instructie vindt in de eigen stamgroep plaats. Wat zien wij terug in de school: • kinderen van verschillende leeftijdsgroepen zitten bij elkaar in één stamgroep; • elke stamgroep heeft een vaste stamgroepleerkracht; • instructie vindt plaats in de eigen stamgroep; • kinderen helpen elkaar met het werk; • goed klassenmanagement; • een doorgaande lijn van werken in een gesloten stamgroep; • er wordt gewerkt met leerlijnen en tussendoelen; • kinderen blijven, in principe, 3 jaar in dezelfde stamgroep; • intensieve samenwerking per bouw; • de stamgroepleerkracht heeft een goed beeld van de kinderen in de stamgroep. 5 Verder professionaliseren van de zorg Op de Lispeltuut werken we met een zorgteam wat bestaat uit intern begeleiders en individueel leerlingbegeleiders. Het zorgteam werkt op een professionele en gedegen manier. Er zijn duidelijke planningen, protocollen en beleidsdocumenten op het gebied van leerlingenzorg. Wat zien wij terug in de school • er is een goede samenwerking binnen het zorgteam; • er vindt regelmatig overleg plaats tussen het zorgteam en de directie; • eén keer per maand vindt er een zorgvergadering plaats met het gehele team; • er vinden meerdere groepsbesprekingen plaats met de stamgroepleerkrachten; • protocollen en beleidsdocumenten op het gebied van de leerlingenzorg zijn voor handen; De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 28
• • • • • •
in de groepen wordt er gewerkt met groepsplannen; de intern begeleiders coachen de leerkrachten; er wordt gewerkt met een duidelijke jaarplanning; er is een zorgprofiel opgesteld voor de school waarin aangegeven wordt welke zorgleerlingen wij kunnen begeleiden op onze school; er wordt gebruik gemaakt van een groot netwerk van professionals; het zorgteam volgt jaarlijks nascholing op verschillende gebieden.
3.14 Wat hebben wij gedaan in de afgelopen vier jaar Dit schoolplan is een vervolg op het derde schoolplan dat liep van 2007 tot 2011. Hierin stonden doelen opgesteld. Het beleid van de afgelopen vier jaar, de keuzes die wij gemaakt hebben en de doelen die behaald zijn worden verantwoord in de jaarverslagen. Het jaarverslag wordt opgenomen in de schoolgids en staat op de website. Daarnaast wordt het jaarverslag aan het bestuur voorgelegd. Om een compleet beeld te geven van de ontwikkelingen is het jaarverslag van 20102011 toegevoegd en terug te vinden in de bijlagen. De overige jaarverslagen zijn bij de directie opvraagbaar.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 29
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 30
4. Onderwijskundige vormgeving
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 31
4.1 Algemeen Onze visie op onderwijs kent diverse belangrijke kenmerken, die zijn vastgelegd in algemene doelstellingen. 4.2 De onderwijskundige doelen Onze onderwijskundige doelen komen overeen met de doelstellingen zoals die in artikel 8 van de Wet op het Basisonderwijs zijn omschreven: 1.
2.
3. 4.
Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Het onderwijs richt zich op de emotionele en de verstandelijke ontwikkeling, op het ontwikkelen van de creativiteit, op het verwerven van de noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Het onderwijs gaat er mede van uit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoefte van de leerling binnen de mogelijkheden van school.
De punten worden hieronder nader toegelicht Continue ontwikkeling In beginsel doorlopen de kinderen binnen een tijdvak van acht aaneensluitende jaren de school. De Lispeltuut biedt kinderen de mogelijkheid een continu ontwikkelingsproces te doorlopen. Samen met de ouders leveren we een bijdrage aan het kunnen functioneren van elk kind op zijn/haar niveau, rekening houdend met de aard, karakter, begaafdheid, belangstelling en motivatie. Mocht op grond van vorderingen, tempo, rijping en/of ontwikkeling in overleg met ouders besloten worden dat een kind verlengde of verkorte leertijd nodig heeft, dan betekent dit dat aangesloten wordt op het niveau waarop het kind functioneert. In het geval van verlengde leertijd voorkomen we dat reeds beheerste leerstof nog eens moet worden verwerkt. Ontwikkelingsaspecten Wij streven ernaar dat kinderen die de school verlaten de volgende vaardigheden, overeenkomend met hun ontwikkeling, hebben verworven: • beheersing van de instrumentele, culturele vaardigheden luisteren, spreken, lezen, schrijven, rekenen/wiskunde; • beheersing van de noodzakelijke kennis, uitgewerkt bij de diverse vakgebieden; • beheersing van creatieve uitdrukkingsvaardigheden en het op een eigen manier om kunnen gaan met creatieve uitingen van anderen; • beheersing van vaardigheden waardoor ze in staat zijn optimaal deel te nemen aan het menselijk verkeer en om kunnen gaan met eigen emoties en die van anderen. Het onderwijsaanbod is zo ingericht dat de kerndoelen voor het basisonderwijs door het merendeel van de leerlingen behaald kunnen worden. Aangezien het voorkomt dat er op onze school kinderen zijn die moeilijkheden ondervinden in het reguliere onderwijsaanbod, bepalen we in overleg met ouders/verzorgers wat de mogelijkheden zijn en wat leerlingen en ouders kunnen verwachten. Dit betekent dat voor zowel kinderen die het reguliere aanbod niet aankunnen als voor kinderen die meer aankunnen dan het aangeboden programma, gestreefd wordt naar een onderwijsaanbod op maat. Voor deze leerlingen wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 32
De Lispeltuut werkt als jenaplanschool vanuit de vier basisactiviteiten: gesprek, werk, spel en viering. Wij zorgen ervoor dat er een evenwichtige verdeling is van deze basisactiviteiten en dat er een ritme is van inspanning en ontspanning. Door een bewuste indeling van tijd ontstaat er een ritmisch weekplan waarin kinderen zich thuis voelen en waar een regelmaat en een structuur in te ontdekken is. Vanuit dit ritmisch plan wordt gewerkt aan de leerstofoverstijgende kerndoelen: 1. Bevorderen van een actieve werkhouding; 2. Bevorderen van werken volgens plan; 3. Bevorderen van gebruik van uiteenlopende leerstrategieën; 4. Bevorderen van een positief zelfbeeld; 5. Bevorderen van sociaal gedrag; 6. Bevorderen van gebruik van nieuwe media. Hieronder worden de leerstofoverstijgende doelen toegelicht. 1. Bevorderen van een actieve werkhouding In ons onderwijs houden wij rekening met en sluiten wij zoveel mogelijk aan bij de belevingswereld van het kind. Maatschappelijke invloeden zijn niet uit te bannen. Wij gaan ervan uit dat kinderen een actieve bijdrage kunnen en willen leveren aan het onderwijsproces. Kinderen verwachten iets van school, willen zelf meedoen en meepraten. Als uitgangspunt willen we kinderen mondig en kritisch maken ten opzichte van zichzelf en hun omgeving. Er wordt ook bewust gekeken of kinderen betrokken zijn bij het onderwijsproces. Binnen alle basisactiviteiten moet er een actieve werkhouding zijn. In het leerlingvolgsysteem is het onderdeel betrokkenheid een belangrijk evaluatiegegeven. 2. Bevorderen van werken volgens plan Wij werken als school eraan om kinderen zelfstandig te maken, in activiteiten en in keuzes. Kinderen leren hun werk te plannen aan de hand van een planbord of dag- en weektaken. Deze taken worden ook besproken en geëvalueerd. Op deze wijze bevorderen wij het plannen van het eigen leerproces en ontwikkelen kinderen zelf verantwoordelijkheid om hun taken af te krijgen. 3. Bevorderen van het gebruik van uiteenlopende leerstrategieën Kinderen leren op verschillende manieren en kunnen heel divers informatie tot zich nemen. Ieder kind leert op een bepaalde manier. Wij bieden uiteenlopende leerstrategieën aan om ervoor te zorgen ieder kind de mogelijkheid heeft om zich zo volledig mogelijk te ontwikkelen. Methodemakers onderkennen dit de laatste jaren en geven veel aanwijzingen om strategieën aan te bieden. Wereldoriëntatie is het hart van ons onderwijs en leren in context staat daarom centraal. Door kinderen zelf op zoek te laten gaan naar informatie en hen te leren deze te verzamelen en verwerken, worden kennis en vaardigheden vergroot. Het werken met de theorie van de meervoudige intelligentie geeft veel mogelijkheden voor eigen ontwikkelingen en eigen strategieën. 4. Bevorderen van een positief zelfbeeld Een goed pedagogisch klimaat op school is een vereiste. Er is op onze school een positieve en een harmonische sfeer. Wij stralen een hoog verwachtingspatroon naar de kinderen uit. Succeservaringen voor kinderen spelen daarbij een grote rol. Benadrukken van de positieve dingen van kinderen is daarbij een belangrijk gegeven. Ons doel is een zodanig positief stimulerend klimaat te scheppen dat het kinderen motiveert tot leren en hen een positief zelfbeeld geeft. Door vanuit de verschillende basisactiviteiten te werken kunnen kinderen op verschillende momenten hun sterke kanten presenteren. 5. Bevorderen van sociaal gedrag Naast ontwikkelingen op leerniveau en zelfstandigheid verwachten wij dat kinderen goed met elkaar kunnen omgaan en leren samen te werken. In de basisactiviteiten worden individuele opdrachten afgewisseld met groepsopdrachten. Ons onderwijsconcept en manier van groeperen bevorderen het sociaal gedrag en de samenwerking. Kinderen van verschillende leeftijden, met verschillende aanleg, belangstelling en vorderingen werken met elkaar samen. Binnen de stamgroep is een vanzelfsprekend verschil in ontwikkeling waardoor kinderen verschillen niet zien als vreemd of anders De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 33
maar als een vanzelfsprekend verschijnsel. Hierdoor ontstaat respect en vertrouwen. Door de openbaarheid van onze school krijgt dit nog een extra stimulans. Respect voor jezelf maar ook voor anderen. Binnen alle basisactiviteiten komt dit terug. Daarnaast wordt er in een aantal projecten bewust aandacht aan besteed. 6. Bevorderen van het gebruik van nieuwe media Belangrijkste media voor scholen is de computer en daarmee samenhangend internet, kennisnet en communicatie. Op de school is een netwerk aangelegd. In ieder klas zijn 2 of 3 computers om mee te werken. Daarnaast is er in iedere groep een digitaal schoolbord. Kinderen leren om met deze media te werken en de school geeft hiervoor de mogelijkheden. Er zijn steeds meer programma's die kinderen kunnen gebruiken voor het onderwijsleerproces binnen school. Binnen alle basisactiviteiten kan gebruik gemaakt worden. Multiculturele samenleving De Lispeltuut schept een sfeer waarin ieder kind zich geaccepteerd voelt met zijn/haar uiterlijk, taal en culturele achtergrond. Wij vinden het onze taak om in een sfeer van vertrouwen, die zeer zorgvuldig moet worden opgebouwd, in de eerste plaats de kennis en de achtergrond die de kinderen zelf meebrengen in de klas te gebruiken om van elkaar te leren. Daarnaast wordt binnen het wereldoriënterend onderwijs op de school aandacht besteed aan het multiculturele karakter van onze samenleving. Zorg en zorgsysteem Kinderen met een speciale onderwijsbehoefte hebben onze bijzondere aandacht. Het betreft: • kinderen waarbij de leerprestaties achterblijven of bij wie het verwerven van kennis en vaardigheden meer tijd in beslag neemt; • kinderen met een specifieke leerstoornis; • kinderen met een ontwikkelingsachterstand; • kinderen bij wie sprake is van een ontwikkelingsvoorsprong of hoogbegaafdheid; • kinderen bij wie sprake is van sociaal-emotionele, gedrags- en/of werkhoudingproblematiek; • kinderen met een lichamelijke handicap of lichamelijke achterstand; • kinderen met een andere culturele en/of anderstalige achtergrond. Ten behoeve van de hierboven genoemde leerlingen zijn en worden, indien mogelijk, voorzieningen getroffen in het kader van de integrale leerlingenzorg. De wijze waarop de leerlingenzorg op dit moment wordt vorm gegeven is beschreven in de schoolgids in hoofdstuk 4. De externe leerlingenzorg is beschreven in het zorgplan van WSNS. Het zal altijd gaan om individueel passend onderwijs te bieden waarbij overleg plaatsvindt tussen directie en bestuur. 4.3 De huidige situatie Deze is beschreven in de schoolgids. Hierin worden de organisatorische aspecten uitgewerkt in hoofdstuk 2. 4.4 De ordening van de inhoud van het onderwijs In artikel 9 van de Wet op het Basisonderwijs is aangegeven wat het onderwijs - waar mogelijk in samenhang - moet omvatten. Op onze school hebben wij deze inhoud geordend naar vak- en vormingsgebieden. Hieronder worden ze apart genoemd waarbij vermeld is hoe wij dit vorm geven op de Lispeltuut. 1. Functie ontwikkeling • zintuiglijke ontwikkeling • motoriek • ontwikkeling van het denken • oriëntatie in de ruimte 2. Nederlandse taal • Lezen De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 34
•
•
o voorbereidend en aanvankelijk o voortgezet technisch o begrijpend en studerend o leesbeleving mondeling o spreken o luisteren schriftelijk o schrijven o spellen o stellen o taalbeschouwing
3.
Engels
4.
Rekenen / wiskunde
5. Wereldoriëntatie • aardrijkskunde • geschiedenis • maatschappelijke verhoudingen • geestelijke stromingen • natuur en milieu • bevorderen gezond gedrag • sociale redzaamheid, waaronder verkeer 6. Bewegingsonderwijs • spel • gymnastiek 7. Kunstzinnige vorming • beeldende vorming o tekenen o handvaardigheid o textiele werkvormen • muzikale vorming • dramatische vorming Op de hier volgende pagina's wordt een overzicht gegeven van de doelstellingen, methoden en werkwijzen binnen de verschillende leerstofgebieden.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 35
4.5 De verschillende onderdelen van de ordening Functieontwikkeling Zintuigelijke ontwikkeling Doelen van de school De kinderen dienen zich leerstof, technische en sociale vaardigheden eigen te kunnen maken
Methoden en materialen Ervaringssituaties waarbij diverse zintuigen zelfontdekkend waarnemen
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Zie stamgroepmap
Specifieke materialen om de zintuigen te ontwikkelen De directe omgeving van het kind Beleidsvoornemens: • Blijvend actualiseren van de werkvormen, materialen en de methodieken.
Motoriek Doelen van de school De kinderen leren via een juiste waarneming, kennis en het gebruik van het eigen lichaam, de bewegingen te coördineren. Vanuit een juiste visueel motorische coördinatie zal zowel de grove als de fijne motoriek geoefend worden
Methoden en materialen Zie de methoden en materialen vernoemd bij bewegingsonderwijs, schrijven en werken met ontwikkelingsmateriaal
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Zie stamgroepmap en voor week- en jaarplanningen de handleiding van de methodes.
Verzameld en zelf ontwikkeld materiaal wat geordend is in de orthotheek
Beleidsvoornemens: • Indien nodig wordt het programma bijgesteld n.a.v. evaluaties.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 36
Werken met ontwikkelingsmateriaal Doelen van de school Ruimtelijke oriëntatie begripsvorming en ruimtelijk inzicht en dit laatste ook in het platte vlak kunnen gebruiken inzicht hebben in verhoudingen in het platte vlak Omgaan met hoeveelheden kunnen ordenen, sorteren, combineren en classificeren inzicht hebben in hoeveelheid en rangorde
Methoden en materialen - Ontdekdozen - Constructiemateriaal - Bouwmateriaal - Poppenhoek materiaal - Boekenhoek - Ontwikkelingsmateriaal ter bevordering van de verstandelijke ontwikkeling en de zintuiglijke ontwikkeling, voorbereidend rekenen lezen en schrijven
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Zie stamgroepmap en handleidingen.
Leren omgaan met de Nederlandse taal belangstelling kweken voor boekjes en letters visueel en auditief kunnen discrimineren geconcentreerd kunnen luisteren Kunnen samenwerken Zelfstandig opdrachten kunnen uitvoeren Beleidsvoornemens: • Ieder jaar worden de materialen bekeken en aangevuld. Hiervoor wordt ieder jaar budget gereserveerd.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 37
Nederlands spreken en luisteren
Doelen van de school Gesprek staat centraal in ons onderwijs. Leerlingen leren door de verschillende bouwen heen zelf steeds meer structuur aan te brengen in hun gespreksvaardigheid. Verschillende kringen worden door de leerlingen geleid.
Methoden en materialen Bronnenboeken Filosoferen met kinderen
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Projecten en thema’s Methoden: - Taalactief (nieuwste versie) - Tekst verwerken
Uitvoering in de praktijk Gespreksvormen: Kringen - vertelkring - gesprekskring - verhalenkring - ontdekkring - leergesprekken - boekenkring - krantenkring Spreekbeurten Wereldoriëntatie
Leerlingen kunnen daarbij gebruik maken van verschillende communicatiemiddelen. Beleidsvoornemens:
Algemene communicatie
Nederlands schrijven
Doelen van de school Leerlingen hebben een duidelijk leesbaar handschrift. Zowel in de methode als in het eigen werk.
Methoden en materialen Ontwikkelingsmateriaal wat de motoriek ontwikkelt. Methoden: - Schrijfdans (gr 1-2) - Pennenstreken (gr 3-8)
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Motorische oefeningen d.m.v. : - spel- en gymlessen - Schrijfdans - Ontwikkelingsmateriaal Schrijflessen volgens methoden
Beleidsvoornemens: • De methode schrijfdans evalueren en bekijken hoe wij deze willen toepassen in de overgang van 2 naar 3. • Onderzoeken of andere methoden beter aansluiten bij ons onderwijs en eventueel de nieuwe schrijfmethode kan worden van onze school.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 38
Nederlandse spelling Doelen van de school De leerlingen kennen een aantal taalkundige principes en regels. Zij kennen de regels voor het spellen van werkwoorden, andere woorden dan werkwoorden en voor het gebruik van leestekens.
Methoden en materialen Methoden: -Taalactief (nieuwste versie) - Spelling groep 3 onderdeel van Veilig leren lezen Computerprogramma’s
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Spellinglessen volgens de methode. Spellingsinstructie vindt plaats in kleine instructiegroepen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het BHV model.
Spelen met zinnen Dyslexieprotocol
Verwerking en extra inoefening in de stamgroepen.
Remediërende materialen: - Spelling in de lift - Spelgoed - Bloon - Zelfstandig spellen Beleidsvoornemens: • Spelling in eigen werk van kinderen is nog steeds zorgelijk. Hoe kunnen we het spellingsgeweten van kinderen bevorderen en ervoor zorgen dat kinderen de geleerde regels toepassen? • Op dit moment wordt de spellingsinstructie grotendeel in instructiegroepen geven. Welke stappen moeten er gezet gaan worden om dit in de stamgroep te gaan geven? • Blijvende aandacht voor de spellingzwakke leerlingen en het zoeken naar geschikte materialen en/of methodieken voor kinderen met dyslexie. • Blijvende aandacht voor de uitvoering van het dyslexieprotocol.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 39
Nederlands stellen Doelen van de school De leerlingen weten dat er geschreven wordt met het oog op verschillende doelen. De leerlingen kunnen hun ervaringen uiten in verschillende soorten stelopdrachten. De leerlingen kunnen teksten schrijven waarin zij ervaringen weergeven.
Methoden en materialen Methode: - Taalactief (nieuwste versie) Eigen stelopdrachten in de vorm van o.a.: - verhalen - brieven - werkstukken - verslagen - gedichten - stellingen - etc.
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Opdrachten die uitgevoerd worden in de weektaak. Opdrachten die uitgevoerd worden tijdens wereldoriëntatie. Opdrachten die voorkomen in de methode Taalactief.
Verhaalopdrachten Leerlingen kunnen een brief schrijven volgens de algemene normen. Leerlingen kunnen werkstukken en boekverslagen schrijven. Leerlingen kunnen schrijven toepassen als middel om gedachten, ervaringen, gevoelens en bedoelingen voor henzelf te ordenen. Beleidsvoornemens:
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 40
Nederlands voorbereidend lezen Doelen van de school Leerlingen zodanig begeleiden dat de noodzakelijke voorwaarden om te komen tot lezen bereikt worden. Leerlingen die aangeven dat ze aan technisch lezen toe zijn, stimuleren en begeleiden.
Methoden en materialen Methoden: - Natuurlijk leren lezen met als leidraad de rode map. - Leessleutel Ontwikkelingsmateriaal dat de volgende gebieden stimuleert: - ruimtelijke oriëntatie - auditieve analyse en synthese - klank en rijm - visuele analyse en synthese - taalkringen - gebarenalfabet - varia - piccolo - speelleesset Veilig Leren Lezen
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Natuurlijk leren lezen: Vanuit tekeningen die de kinderen maken, wordt de aandacht gevestigd op zinnen, woorden en letters. Woordje van de week wordt aangeboden en hiermee worden voorbereidende oefeningen gedaan. Ontwikkelingsmateriaal wordt aangeboden. Ontluikende geletterdheid wordt bevorderd door geschreven taal te gebruiken in de groep. Indien kinderen dit aangeven, wordt leesonderwijs aangeboden, Eventueel leesmaatje uit middenbouwgroepen. Prentenboekkringen waarbij kinderen een prentenboek ‘voorlezen’.
Beleidsvoornemens: • Wat willen we met taalonderwijs binnen de onderbouw? Onze visie hierop helder krijgen.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 41
Nederlands aanvankelijk lezen Doelen van de school De leerlingen leestechniek en leesvaardigheid bijbrengen. Het minimale eindniveau van groep 3 is AVI 2, gestreefd wordt naar AVI 3 of hoger.
Methoden en materialen Methoden: - Veilig Leren Lezen Gebarenalfabet Speelleesset van Veilig Leren Lezen Structuurrijen Taalspellen en oefeningen van Leeslijn
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Leeslessen volgens de methode. Leesinstructie vindt plaats in instructiegroepen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het BHV model. Verwerking en extra inoefening in de stamgroepen.
Piccolo Feestneus Computerprogramma’s: Veilig Leren Lezen Flits en Leestrein Voor zorgkinderen, met name rugzakleerlingen, wordt de methode Leesweg (Leeslijn) gevolgd.
Iedere dag is er een leesinstructie. Iedere week worden 2 woorden aangeboden, totdat alle letters aan bod zijn gekomen. Werken met de taalleesset op eigen niveau, oefeningen van leeslijn en taalspellen. Lezen: Wisselrijtjes uit structuurboekjes van VLL. Boeken, samen met leesmaatjes.
Beleidsvoornemens: • Onderzoeken hoe we het aanvankelijk lezen kunnen integreren binnen de instructie in een gesloten stamgroep.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 42
Nederlands voortgezet technisch lezen Doelen van de school Leesniveau, streven naar: Eind groep 3: E3 Eind groep 4: E4 Eind groep 5: E5 Eind groep 6: E6 Eind groep 7: E7 De leerlingen kunnen informatiebronnen, waar geschreven taal het uitgangspunt is, hanteren. De leerlingen weten, dat men kan lezen met verschillende doelen.
Methoden en materialen Niveauleesboeken ingedeeld volgens AVI en CITO niveau.
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk De kinderen in de groepen lezen een aantal keren per week zelfstandig.
Teksten Nieuwsbegrip Schoolbibliotheek Voor zwakkere lezers of kinderen die weinig belangstelling voor lezen hebben: - Leeskriebels - Leesbeest - Gesproken boeken - Ralfi lezen - Connect lezen
Groep 4 t/m 8 werkt met een boekenkring. Zwakkere lezers werken met leesmaatjes. Lezen voor werkstukken of wereldoriëntatie.
Computerprogramma’s
Beleidsvoornemens: • Methode voor voortgezet technisch lezen aanschaffen. • Het groepslezen verplaatsen naar de stamgroep, zodat er intensiever wordt gelezen. Er wordt dan gewerkt met het Ralfi-lezen met de hele groep a.d.h.v. teksten van Nieuwsbegrip.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 43
Nederlands begrijpend en studerend lezen Doelen van de school De leerlingen kunnen verschillende teksten onderscheiden. De leerlingen kunnen hun manier van lezen aanpassen aan een leesdoel. De leerlingen kunnen de hoofdzaken van verschillende soorten teksten weergeven.
Methoden en materialen Methoden: - Veilig Leren Lezen groep 3 - Tekstverwerken groep 4 t/m 8 - Humpie Dumpie - Nieuwsbegrip XL Varia: uilenreeks, begrijpend lezen voor groep 4 t/m 8
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Werken volgens de methode. Er wordt les gegeven in instructieen stamgroepen. Maken van: - boekverslagen - werkstukken - spreekbeurten
Piccolo begrijpend lezen
Werken met informatiebronnen tijdens wereldoriëntatie.
Extra materialen: - Speurneus - Informatie Junior - Denkwerk
Werken met opdrachtkaarten rondom meervoudige intelligentie.
Remediërende materialen: - Zuidvallei - Ajodact - Aernoudse - Leespad
Zelfstandig werken varia tijdens weektaken.
Beleidsvoornemens: • Bekijken of de methode Nieuwsbegrip XL beter aansluit bij onze manier van werken op een jenaplanschool.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 44
Nederlands leesbeleving Doelen van de school De kinderen weten dat men kan lezen met verschillende doelen. De kinderen ervaren dat lezen plezierig kan zijn.
Methoden en materialen Klassenbieb Documentatiecentrum Internet Kinderboekenweek Boekbesprekingen vanaf groep 2
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk In de boekenkring wordt informatie gegeven over een boek en de schrijver, er wordt een gedeelte van een boek voorgelezen en wordt een boek besproken. De leerkracht leest regelmatig voor uit verschillende type boeken. Tijdens wereldoriëntatie worden veel boeken als naslagwerk gehanteerd. Zelfstandig lezen Aandacht voor de kinderboekenweek. Voorlezen van eigen verhalen. Verhaallijnen in projecten.
Beleidsvoornemens: • Blijvend aandachtspunt is het up to date houden van het boekenbestand op school.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 45
Nederlands taalbeschouwing Doelen van de school Leerlingen zo taalvaardig maken dat zij voldoende bagage hebben om op verschillende wijze te kunnen communiceren.
Methoden en materialen Methode: - Taalactief (nieuwste versie)
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Zelfstandig werk: Kaarten Taal op maat
Uitvoering in de praktijk Werken met opdrachten uit methode. Tijdens zelfstandig werk wordt gewerkt met de taalkaarten en het varia en piccolo.
Varia Taal - Inzicht krijgen in de Piccolo Taal Kinderen krijgen extra structuur van de taal materialen aangereikt - woordenschat zoals Slagwerk en Slagwerk, Denkwerk vergroten Denkwerk. - nieuwe begrippen leren Discussies, forum. - onderlinge relaties leren en kennen - invloeden en kenmerken kunnen herkennen die in de communicatieve situatie een rol spelen Beleidsvoornemens: • Welke stappen moeten er gezet gaan worden om de instructie voortaan in gesloten stamgroepen te gaan geven?
Engels Doelen van de school Vaardigheden ontwikkelen bij kinderen zodat ze op een eenvoudig niveau Engels als communicatiemiddel kunnen gebruiken.
Methoden en materialen Methode: - Real English Let’s Do it
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Lessen volgens de methode in de groepen 6 t/m 8.
Engelse teksten Correspondentie indien mogelijk.
Kennis hebben van de rol die de Engelse taal speelt in de Nederlandse samenleving. Beleidsvoornemens: • Is het mogelijk Engels breder op te zetten in de school in alle groepen? • Oriëntatie op nieuwe methode. • Aanschaffen van Engelse leesboeken. • Onderzoeken of het niveau van Engelse les voldoende is om in het voorgezet onderwijs vooruit te komen.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 46
Rekenen en wiskunde Doelen van de school Realistisch met verbanden naar de dagelijkse leefwereld van kinderen. Verwerven van basisvaardigheden die toepasbaar zijn in praktische situaties.
Methoden en materialen Methoden: Groep 1 en 2: - Varia - Schatkist rekenen - OntwikkelingsMateriaal - Rekenroutines Groep 3 t/m 8: - Methode Pluspunt
Reflecteren Computerprogramma’s Gericht op eigen oplossingsstrategieën die verwoord kunnen worden door de kinderen.
Verrijkingsmateriaal: - Kien - Somplex - Rekentijger
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Groep 1 en 2: Gebruik van materiaal tijdens: - wereldoriëntatie - werkuren - rekenkringen Groep 3 t/m 8: Werken volgens methode Pluspunt in instructiegroep en stamgroep. Gebruik maken van de computer. Toepassen van het BHV model.
Remediërende materialen: - Maatwerk rekenen
Beleidsvoornemens: • Visie ontwikkelen op rekenen in de onderbouw. • Instructie doelgerichter gaan maken. • Welke stappen moeten er gezet gaan worden om de instructie voortaan in een gesloten stamgroep te gaan geven? • Nieuwe methode aanschaffen.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 47
Wereldoriëntatie (geschiedenis, aardrijkskunde en natuuronderwijs) Doelen van de school Wereldoriëntatie is het hart van ons onderwijs. Dit gebied overkoepelt ons onderwijs en wij zoeken altijd samenhang en verbanden met andere vakgebieden. Ons onderwijs is erop gericht dat kinderen een ruimtelijk en historisch bewustzijn krijgen en inzicht, vaardigheden en houdingen voor een goede relatie met de natuur ontwikkelen.
Methoden en materialen Methoden: - De grote reis - Blits (studievaardigheden) - Blokboeken Nederland, Europa en de wereld voor topografie - Themamappen geschiedenis anders - Topo Anders - Aardrijkskunde Anders - Varia - Piccolo - Junior Bosatlas en werkboek Bosatlas SLO mappen met de verschillende ervaringsgebieden: - omgeving en landschap - techniek - samenleven - het jaar rond - maken en gebruiken - mijn leven - communicatie - tijd/geschiedenis
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Ieder jaar komen op schoolniveau twee ervaringsgebieden aan bod en een tijd/geschiedenis thema. De belevingswereld van kinderen staat hierbij centraal. Er wordt gewerkt volgens de lijn van meervoudige intelligentie. Het jaar rond bevat thema’s die groepsgebonden of seizoengebonden zijn. Iedere groep of bouw heeft naast de schoolthema’s ook eigen thema’s. Deze zijn afhankelijk van de ervaringen van kinderen of de actualiteit. Werkstukken Weekjournaal
Computerprogramma’s: - Toporama - Wereldverkenning - Hier en daar - Leerwereld - Internet - Documentatiecentrum - Media
Spreekbeurten Excursies Kamp
Eigen projecten Projecten GGD Natuurcentrum: Rivierenland Dagritmekaarten en tijdlijnen Beleidsvoornemens: • Leerlijnen WO verder ontwikkelen m.b.v. leerlijnen en tussendoelen WO van het JAS. • Aankleding school/lokaal tijdens projecten. • Meer buitenschoolse activiteiten opzetten. • Methode Topo anders invoeren in schooljaar 2011-2012. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 48
Wereldoriëntatie (Techniek) Doelen van de school Binnen de wereldoriëntatie willen we techniek een specifiekere rol gaan geven. We vinden het belangrijk dat kinderen kennismaken met techniek.
Methoden en materialen Bronnenboeken Schoolprojecten
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Zie stamgroepmap en planning thema’s.
Schooltvprogramma’s
De kinderen vormen zich een beeld van de relatie tussen techniek en natuur. Beleidsvoornemens: • Aanschaf materialen voor techniek, bijvoorbeeld de techniektorens.
Wereldoriëntatie (Maatschappelijke verhoudingen en geestelijke stromingen) Doelen van de school De pluriforme samenstelling van de bevolking in Nederland vraagt om een stuk basiskennis waardoor kinderen beter inzicht verwerven in de verschillende in de samenleving gehanteerde normen en waarden.
Methoden en materialen SLO mappen: samenleven De grote Reis: geestelijke stromingen Samsam Methode omgaan met elkaar Doos vol gevoelens
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk In een aantal projecten op schoolen groepsniveau komt dit onderwerp terug. Inspringen op de actualiteit. Cultuurverschillen bespreken binnen onze pluriforme bevolking op school.
Huis vol gevoelens Actualiteiten op het gebied van : - politiek - waarden en normen - godsdienst Projecten Media Beleidsvoornemens:
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 49
Wereldoriëntatie (Bevordering gezond gedrag en sociale redzaamheid) Doelen van de school De kinderen kunnen zelf bijdragen aan het behoud en de bevordering van de eigen gezondheid. De leerlingen weten dat zijzelf en andere mensen sociale en affectieve behoeftes hebben. De leerlingen zijn zich bewust dat ze baas zijn over hun eigen lijf.
Methoden en materialen SLO mappen: Mijn Leven
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
De grote reis: Gezond gedrag EHBO lessen en examen voor groep 8 GGD projecten, er wordt gekozen uit het jaarlijks aanbod Methode omgaan met elkaar
Uitvoering in de praktijk In een aantal projecten op schoolen groepsniveau komt dit onderwerp terug. Iedere twee jaar wordt een schoolproject over dit onderwerp ingepland. Inspringen op de actualiteit. EHBO lessen en examen in groep 8. Klachtenbrievenbus
Methode Lekker Fit Doos vol gevoelens Huis vol gevoelens SCOL leerlingvolgsysteem
Aanstellen van 3 vertrouwenspersonen binnen het team en een onafhankelijke vertrouwensperoon. Projecten weerbaarheid en sociale vorming.
Beleidsvoornemens: • SCOL leerlingvolgysteem invoeren schoolbreed. • Leerling SCOL invoeren in groep 6 t/m 8.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 50
Wereldoriëntatie (Verkeer) Doelen van de school Het onderwijs is erop gericht dat de leerlingen kennis, zicht en vaardigheden verwerven als verkeersdeelnemers.
Methoden en materialen Methoden: - Klaar over - Stap vooruit - Op voeten en fietsen - Jeugdverkeerskrant
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Groep 5 t/m 8 werkt met Klaar over.
Proefexamen groep 7 De verkeersomgeving van school en thuis is het uitgangspunt.
Uitvoering in de praktijk In groep 1 t/m 4 wordt projectmatig aandacht besteed aan verkeer.
Verkeersexamen
Groep 7 heeft het verkeersexamen, theoretisch en praktisch. Fietstocht schoolkamp voor groepen 6 t/m 8.
Beleidsvoornemens: • Veiligheid rondom de school blijvende aandacht geven. • Oriëntatie op materialen van Veilig Verkeer Nederland, sluiten deze verkeerskranten beter aan bij het werken in een gesloten stamgroep?
Wereldoriëntatie (Burgerschapsvorming) Doelen van de school De kinderen leren ervaren hoe mensen op verschillende plaatsen wonen en samenleven.
Methoden en materialen Bronnenboeken Projecten
Ze vormen zich een beeld van het functioneren van de samenleving.
Relatie met de kerndoelen Naar ons idee is aanbod voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Klassenvergadering op het einde van de week. Oprichten van een leerlingenraad, deze overlegt een aantal keer per jaar met de directie over de gang van zaken op de Lispeltuut.
Ze leren dat afspraken en regels nodig en nuttig zijn om problemen te kunnen voorkomen en oplossen. Beleidsvoornemens: • Oprichten leerlingenraad.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 51
Tekenen, handvaardigheid en textiele werkvormen Doelen van de school Het onderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: Kennis, inzicht en vaardigheden verwerven waarmee ze hun gedachten en gevoelens, waarnemingen en ervaringen op persoonlijke wijze kunnen vorm geven in beeldende werkstukken.
Methoden en materialen Bronnenboeken - Tekenvaardig - Handvaardig - Textielvaardig Keuzecursussen De suggesties die gegeven worden in bronnenmateriaal voor WO. Kaarten voor meervoudige intelligentie.
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Wekelijks worden lessen gegeven op het gebied van handvaardigheid en tekenen. Deze worden zoveel mogelijk gekoppeld aan de projecten. De leerlingen volgen keuzecursussen. Deze worden door leerkrachten en ouders vorm gegeven. Herfstdoemiddag.
Leren reflecteren op beeldende producten en inzicht verwerven in de wereld om ons heen: de gebouwde omgeving, interieurs, mode en kleding, alledaagse gebruiksvoorwerpen en beeldende kunst.
Keuzeopdrachten en planbordtaken in de weektaak.
Kennis en inzicht verwerven dat uitbeelden in vorm geven gebonden zijn aan tijd en aan cultuurgebeid. Beleidsvoornemens: • Beleidsdocument keuzecursus verder ontwikkelen. • Nieuw bronmateriaal aanschaffen. • Meer gebruik maken van talenten van leerkrachten, tijdens nog op te starten ‘Lispeluur’ op vrijdag.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 52
Muziek Doelen van de school
Methoden en materialen Methoden: - Moet je doen muziek - Moet je doen dans - Eigenwijs
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Muziekles
Het muziekonderwijs is erop gericht dat Muziek binnen de leerlingen kennis, inzicht en projecten vaardigheden verwerven om muziek Liedboeken Vieringen te beluisteren, muziek te maken, muziek vast CD’s met muziek Musical te leggen, op muziek te bewegen en met elkaar over muziek te praten. Beleidsvoornemens: • Meer gebruik maken van talenten van leerkrachten tijdens nog op te starten ‘Lispeluur’ op de vrijdag.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 53
Drama/spel Doelen van de school Spel leert de kinderen de wereld en zichzelf te ontdekken. Spelen is ervaringen opdoen, een continu leerproces dat niet aan leeftijd gebonden is. Spel biedt de mogelijkheid indrukken en ervaringen te verwerken. Spelen speelt een rol bij: - sociaal-emotionele ontwikkeling - cognitieve ontwikkeling - motorische en zintuigelijke ontwikkeling - creatieve ontwikkeling
Methoden en materialen Vrij spel: - buitenspeelmateriaal - hoeken in de onderbouw
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Gebonden spel: - hoeken in de onderen middenbouw - toneel - onderdelen van vieringen Leerspel: - gezelschapsspelen - spelen in diverse methodes Drama: - kaartenbakken - eigen invulling leerkrachten en leerlingen Dans: Methode: Moet je doen
Uitvoering in de praktijk Vrij spel: Spel waaraan geen beperkingen zijn gesteld d.m.v. materiaal of opdrachten. Wij bieden wel voldoende materiaal aan om kinderen tot spelen te laten komen. Gebonden spel: Spel waar door materiaalgebruik of opdrachten beperkingen aan zijn gesteld. Leerspel: Verschillende spelen met een duidelijk leerdoel. Drama: Lessen met dramaturgische achtergrond.
MI-kaarten Weeksluitingen, weekopeningen, vieringen en keuzecursussen. Lispeluur: Eén keer per maand vindt er een creatieve middag plaats waar verschillende workshops worden aangeboden voor de kinderen. Beleidsvoornemens: • Lispeluur verder vormgeven. • Voldoet de methode nog aan onze wensen en behoeften?
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 54
Bewegingsonderwijs Doelen van de school Het bewegingsonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen: Kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om hun bewegingsmogelijkheden te vergroten.
Methoden en materialen Methode: Basislessen bewegingsonderwijs vanaf groep 3
Relatie met de kerndoelen Ons aanbod is voldoende dekkend voor de kerndoelen.
Uitvoering in de praktijk Twee keer per week bewegingslessen
Voor de onderbouw wordt het bronnenboek bewegen met kleuters gebruikt.
Een positieve houding te ontwikkelen, dan wel behouden, met betrekking tot deelname aan de bewegingscultuur. Omgaan met elementen als spanning, verlies en winst. Beleidsvoornemens: • Uitdagend materiaal aanschaffen voor de speelzaal en gymzaal. • Leerkrachten welke nog geen gymbevoegdheid hebben, scholing laten volgen.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 55
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 56
5. De inzet en ontwikkeling van ons personeel
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 57
Inleiding Het personeelsbeleid wordt bovenschools bepaald en door de GMR goedgekeurd. In dit hoofdstuk staat een aantal zaken uitgewerkt zoals ze op de Lispeltuut plaats vinden. In het kader van de functiemix is er eveneens een beleidsstuk bovenschools opgezet. 5.1 Doelen van het personeelsbeleid • Het creëren van goede arbeidsvoorwaarden en een duidelijke rechtspositionele basis die zekerheid biedt en perspectieven geeft. • Het bevorderen van een goede werksfeer en een goed werkklimaat waarin het personeel tot zijn recht komt, zich geaccepteerd en veilig voelt en waar samenwerking bevorderd wordt. • Komen tot verbetering en optimalisering van de kwaliteit van arbeid. • Het realiseren van een effectieve inzet van mensen ten behoeve van de doelstelling van de school: het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs. 5.2 Huidige situatie Voor het plan is een structuur vastgesteld en daarvan zijn de onderdelen apart uitgewerkt. Deze worden bovenschools vastgesteld. Het plan is opgenomen in de ordner STROOMM beleidsdocumenten onder het hoofdstuk personeelsbeleid. In de bijlage zit een overzicht welke onderdelen klaar zijn, vastgesteld zijn of in behandeling zijn. 5.3 Gesprekscyclus In het kader van de bestuurlijke samenwerking is een handboek gesprekscyclus opgesteld. Bij de inrichting van de cyclus is rekening gehouden met hetgeen de wetgever als eis stelt. Naast het handboek is een competentiecheck voor groepsleerkrachten ontwikkeld. De cyclus op de Lispeltuut is op de volgende manier uitgewerkt: Schooljaar 1 oktober klassenbezoek januari klassenbezoek februari functioneringsgesprek mei POP gereed Schooljaar 2 september POP gesprek oktober klassenbezoek december competentiecheck januari klassenbezoek februari functioneringsgesprek mei bijgestelde POP gereed Schooljaar 3 september POP gesprek oktober klassenbezoek januari klassenbezoek februari beoordelingsgesprek en functioneringsgesprek mei POP gereed Leerkrachten zijn zelf verantwoordelijk om het eigen dossier op orde te hebben. 5.4 Formatie en verdeling groepen Jaarlijks wordt door het bestuur een bestuursformatieplan opgesteld. Dit gebeurt aan de hand van de formatieplannen per school. De schoolformatieplannen worden door de directies opgesteld aan De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 58
de hand van besprekingen binnen het team en rekening houdend met beleidsafspraken en wettelijke voorschriften. Nadat formatie bekend is en de wensen van de teamleden geïnventariseerd zijn, wordt er een plan gemaakt voor de verdeling van personeel over functies, taken en groepen. 5.5 Taakbeleid Voor de personeelsleden wordt jaarlijks een overzicht ingevuld met daarop aangegeven de normjaartaak, de maximale lestaak, de feitelijke lestaak en de resterende tijd voor algemene taken. Ten behoeve van de taaktoedeling heeft de school een lijst met verschillende taken, een taakomschrijving en het daarbij behorende aantal taakuren. In een personeelsvergadering worden de taken verdeeld, waarbij rekening wordt gehouden met taakomvang, zwaarte van de taak, nieuwe teamleden en oudere leerkrachten. Jaarlijks wordt dit in een personeelsvergadering geëvalueerd. 5.6 Loopbaan en scholing Loopbaanbeleid De school heeft als beleid dat het wenselijk is dat de leerkrachten niet langdurig in één stamgroep lesgeven en dat er sprake moet kunnen zijn van een zekere mobiliteit. Niet alleen achten we dit van belang voor de kwaliteit van ons onderwijs, maar tevens vinden wij het van belang voor de persoonlijke ontwikkeling van iedere leerkracht. Bovendien krijgen leerkrachten zo ook de mogelijkheid te voldoen aan de promotiecriteria. Scholing en begeleiding Ten aanzien van de individuele scholing en/of begeleiding worden afspraken gemaakt in de functioneringsgesprekken en popgesprekken. Daarnaast kan ieder personeelslid jaarlijks aan de hand van de informatie van diverse nascholingsinstituten, wensen ten aanzien van scholing of begeleiding kenbaar maken. Bij de toekenning wordt rekening gehouden met de financiële mogelijkheden, afspraken gemaakt tijdens functioneringsgesprekken en het schoolbelang. Leerkrachten hebben de gelegenheid om een leerkrachtenbeurs aan te vragen voor de eigen ontwikkeling. Functiemix Het bestuur heeft een beleidsplan gemaakt wat betreft functiemix en inschaling van functies leerkracht (LA/LB/LC). Hierin wordt genoemd welke functies er allemaal zijn of kunnen ontstaan binnen het bestuur van STROOMM. Daarbij is ook aangegeven hoe de inschaling verloopt en in wat voor termijnen. Voor dit doel is er een accreditatiecommissie opgericht die beoordeelt het portfolio van de leerkracht of het voldoet aan de eisen die gesteld zijn. Het beleidsplan is bekend bij het team en is geaccordeerd door de GMR. 5.7 Bedrijfsgezondheid en Arbo Ten behoeve van het personeel heeft het bestuur een contract afgesloten met de Arbo Unie Oost-Brabant. In 2011 is voor heel de stichting een Risico Inventarisatie & Evaluatie door de Arbo uitgevoerd. Aanbevelingen daaruit worden uitgevoerd. Een aantal teamleden is geschoold tot bedrijfshulpverlener met aantekening EHBO. Een teamlid heeft ook een EHBO diploma. Vanuit STROOMM wordt er stichtingbreed beleid ontwikkeld om het ziekteverzuim onder het personeel terug te dringen. 5.8 Beleidsvoornemens Collegiale consultatie Op De Lispeltuut hebben teamleden een professionele relatie met elkaar. Er is collegiale consultatie waar openheid, feedback en reflectie centraal staan. Er wordt gebruik gemaakt van de werkvorm intervisie. Beschreven in hoofdstuk 2 de opdracht van onze school.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 59
LB Functie Op De Lispeltuut heeft 30% van de leerkrachten een functie in de LB schaal in 2014. Door middel van eigen leertrajecten, het openstellen van functies en begeleiding heeft 30% van de leerkrachten een LB schaal. Meer dan 40% is geaccrediteerd. Wat zien wij terug in de school: • er zijn verschillende functies binnen school, leerkracht LA en LB, onderwijsassistenten en leerkrachtondersteuners; • er zijn mogelijkheden om te solliciteren naar een functie; • 30% van de leerkrachten heeft minimaal een LB functie; • leerkrachten zitten in een traject om geaccrediteerd te worden. Risico-inventarisatie Door de Arbo is een risico-inventarisatie gemaakt. Deze inventarisatie is uitgewerkt in een plan en wordt twee keer per jaar geëvalueerd en bijgesteld door team en MR. Wat zien wij terug in de school: • er is een actuele risico-inventarisatie; • de inventarisatie is uitgewerkt in een plan van aanpak; • het plan wordt twee keer per jaar geëvalueerd in team en MR; • de evaluaties zijn terug te vinden in het plan.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 60
6. Overige beleidsterreinen
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 61
6.1 Algemeen strategisch beleid Onze school behoort sinds 1 januari 2007 tot de Stichting STROOMM. De stichting heeft gekozen voor de inrichting van een bovenschools management. Binnen deze stichting is meerjarenbeleid ontwikkeld. In het bestuursplan is dit beschreven. 6.2 Financieel beleid Door de nieuwe stichting zijn afspraken gemaakt ten aanzien van het financieel beleid. Er is een bestuursbegroting waar de begroting van de Lispeltuut deel van uit maakt. Naast deze begroting is er een meerjaren investeringsplanning. Deze planning is als bijlage opgenomen. Hierin staat de financiële onderbouwing van de doelen die gesteld zijn. 6.3 Huisvestigings- en materieel beleid Door de gemeente is in overleg met de schoolbesturen een “Integraal Huisvesting Plan”(IHP) opgesteld. In overleg met alle schoolbesturen wordt jaarlijks vastgesteld welke werkzaamheden uitgevoerd zullen worden van de door de verschillende schoolbesturen aangevraagde voorzieningen en/of werkzaamheden. Ten aanzien van het onderhoud van de gebouwen hebben de besturen van de scholen voor primair onderwijs met de gemeente een convenant gesloten voor het gezamenlijk uitbesteden hiervan. Als basis hiervoor is voor alle scholen een onderhoudsplan opgesteld. 6.4 Communicatie Intern Communicatie vinden we erg belangrijke binnen onze werksituatie. Overleg vindt plaats door middel van: • teamvergaderingen na schooltijd, tien keer per jaar; • bouwvergaderingen na schooltijd, tien keer per jaar; • zorgvergaderingen voor het gehele team; tien keer per jaar; • studiedagen team, hele dag, vijf keer per jaar; • planmatig overleg over vakinhoudelijke zaken of naschoolse activiteiten; • leerling-besprekingen/groepsbesprekingen, twee keer per jaar; • gesprekken volgens gesprekscyclus beschreven in hoofdstuk 4; • individuele gesprekken op verzoek van personeelslid of directie; Ouders Communicatie met de ouders vinden wij belangrijk. Leerkrachten zijn daardoor beter in staat kinderen te leren kennen en te begrijpen, ouders begrijpen beter waar de kinderen en de leerkrachten op school mee bezig zijn. Ouders worden op de hoogte gehouden door: • structureel 2 keer per jaar een oudergesprek van 20 minuten; • rapportage d.m.v. verslag aan het einde van het schooljaar; • op afspraak, eventueel met de intern begeleider; • maandelijks de informatiebrief (De Lispel), via mail; • de schoolkrant, drie keer per jaar; • stamgroepavonden per groep; • algemene ouderavond, één maal per jaar georganiseerd door OV, MR en het team; • de website van de Lispeltuut; • de schoolgids; Ouders kunnen meedenken, meepraten en eventueel meebeslissen via de Medezeggenschapsraad of de oudervereniging. Op bestuursniveau vindt dat plaats via de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. Daarnaast kunnen ouders de school helpen bij sportactiviteiten, lezen, vieringen e.d.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 62
Extern In de communicatie met externen staat helderheid en doelmatigheid voorop. Taken kunnen daartoe verdeeld worden over directieleden, de verschillende scholen onder het bestuur, intern begeleiders of leerkrachten in het kader van de taaktoedeling. De belangrijkste contacten extern vinden plaats in het kader van: • weer samen naar school, waarbij de directeur deelneemt aan de directievergaderingen en studiedagen van het samenwerkingsverband. De internbegeleiders nemen deel aan de werkgroep IB; • integraal huisvestingsplan; • lokaal onderwijsbeleid; • het bovenschools management tien maal per jaar met de directies; • de medezeggenschapsraad zes maal per jaar; • de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, waarin de school met één teamlid en één ouder is vertegenwoordigd; • diverse personen en instanties op basis van taaktoedeling; • de inspectie, schoolspecifiek via de directie en in het algemeen via het bestuur; • de pers, schoolspecifiek via de directie en in het algemeen via het bestuur. 6.5 Aanname beleid 4 jarigen Indien een ouder een 4 jarig kind wil aanmelden op de Lispeltuut of belangstelling heeft voor de school dan kan een afspraak gemaakt worden met de directeur. Tijdens de afspraak krijgt de ouder informatie over de school, is er gelegenheid om vragen te stellen en is er een rondleiding door de school. De schoolgids kan vooraf toegestuurd worden. Naast het kennismakingsgesprek wordt er een keer per jaar een open dag gehouden voor belangstellende ouders en kinderen welke zich aan het oriënteren zijn op een schoolkeuze. Indien daadwerkelijk aangemeld wordt kan dit door het aanmeldingsformulier in te vullen en af te geven op school. Bij het aanmeldingsformulier moet een kopie zitten van een pas of identiteitskaart waar het Persoonsgebonden Nummer (sofinummer) van het kind staat. Zes weken voordat een kind op school komt, komt de peuterspeelzaal of kinderdagverblijf voor de “warme overdracht” en deelt de leerkracht naar aanleiding van deze informatie een kind in. Hierna komt een kind twee weken voordat het vier jaar wordt vier dagdelen wennen. De dag van de 4e verjaardag is een kind welkom op school. Verhuizing en/of overstap naar andere basisschool Indien er sprake is van verhuizing of van een overstap naar een andere basisschool dan vindt er eerst een gesprek plaats met de directeur. Naast de informatie die u van school krijgt wordt ook gevraagd naar het schoolverloop van een kind. Er kan gekozen worden voor een voorlopige aanmelding. Vervolgens wordt er informatie opgevraagd bij de school van herkomst en indien van toepassing bij andere onderwijs- of zorginstellingen. We nodigen een kind altijd twee keer uit om een dag mee te draaien op de Lispeltuut. Na dit bezoek vindt er een tweede gesprek plaats, eventueel met de intern begeleider. De aanmelding kan dan definitief worden. Indien wij niet overgaan tot inschrijving krijgt een ouder altijd de reden te horen en wordt dit op schrift gesteld. Kinderen met een indicatie speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs Wanneer een kind een indicatie heeft voor speciaal basisonderwijs op speciaal onderwijs wordt naast bovengenoemde procedure gesprekken gevoerd met instellingen die de beschikking hebben afgegeven. Daarna wordt binnen het managementteam (directie, intern begeleider, bouwcoördinator) besproken of wij voldoende toegerust zijn om een kind te begeleiden binnen de Lispeltuut. Hierna wordt een advies uitgebracht aan de ouders. Indien het advies negatief is wordt dit altijd schriftelijk onderbouwd. Indien er een indicatie speciaal onderwijs is krijgt een kind leerlinggebonden financiering (rugzakje) vanuit de overheid. Schorsing en verwijdering Als een leerling een gevaar is voor anderen of voor zichzelf of een leerling misdraagt zich zodanig dat handhaving op school niet meer mogelijk is kan de school overgaan tot schorsing (tijdelijk) of verwijdering (definitief). Beslissingen hierover worden door het bestuur De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 63
(STROOMM) genomen na ouders, directie en betrokken leerkrachten gehoord te hebben. Voordat tot verwijdering kan worden overgegaan moet het bestuur ten minste 8 weken proberen een andere oplossing te vinden. Uitgebreide informatie over de procedure schorsing en verwijdering is te vinden in het beleidsdocument toelating en verwijdering van leerlingen, welke door STROOMM opgesteld zal worden. 6.6 Beleidsvoornemens en plannen PR-plan. Er is een pr-plan geschreven waarin opgenomen is hoe de school de public relations verzorgt. Dit plan wordt in stappen tot uitvoer gebracht. Wat zie wij terug in de school • Er is een plan op papier volgens de norm die STROOMM heeft gesteld; • Er zijn gerichte activiteiten om leerlingen te werven; • Er is een eenduidige uitstraling van de school: logo, briefpapier, kleur, folder, schoolgids, vlaggen en andere uitingen. • De school is herkenbaar in het dorp; • De website is goed en altijd actueel; • De school is netjes en verzorgd; • De school is opgeruimd; • De school is goed onderhouden, gebreken worden direct opgelost; • Over activiteiten die opvallend zijn wordt een nieuwsbericht gemaakt wat opgestuurd wordt naar de lokale krant; • Bij grote activiteiten wordt het Brabants Dagblad geïnformeerd; • Er is een PR groep.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 64
7. De zorg voor de kwaliteit
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 65
Inleiding De vorige hoofdstukken geven duidelijk aan binnen welke kaders de Lispeltuut werkt. Wij hebben een heldere onderwijskundige visie en zorgen ervoor dat wij de methodes en de materialen hebben om deze visie vorm te geven en uit te dragen. Wij behalen hiermee de doelen die wij en de overheid stellen aan het basisonderwijs. De taken die wij stellen voor de kwaliteitszorg zijn veelomvattend en sluiten aan bij onze manier van onderwijs geven. Wat voorop staat is dat wij een school zijn waar de onderlinge communicatie tussen leerlingen, leerkrachten en ouders een belangrijk component vormt. De sfeer op school, de waarden die wij uitstralen en de zorg en respect waarmee wij met elkaar omgaan zorgen ervoor dat kinderen zich veilig voelen op school en wij bekend staan als school waar veel aandacht wordt besteed aan de sociale omgang en emotionele vorming. Hierdoor worden onder andere de voorwaarden gecreëerd voor een goed leerklimaat. Binnen kwaliteitszorg is het belangrijk om na te gaan wat de resultaten zijn van ons onderwijs: doen wij de goede dingen en doen wij de goede dingen goed. Belangrijk hierbij is dat het team zich verantwoordelijk voelt voor de resultaten en dat stappen die genomen worden om de kwaliteit te verbeteren door iedere betrokkene worden gedragen. Dit betekent ook dat er conclusies worden getrokken en maatregelen worden genomen op individueel leerkrachtniveau en schoolniveau. Hierbij is het van belang instrumenten te gebruiken die goed hanteerbaar en betrouwbaar zijn. 7.1 Doelen van de kwaliteitszorg • Zicht krijgen en houden op de kwaliteit van alle componenten binnen een school, zowel wat betreft de proceskant, alsook de productkant; • Ervoor zorgen dat goede kwaliteit behouden blijft (borgen); • Kwaliteit die niet goed genoeg is planmatig verbeteren. 7.2 De inrichting van onze kwaliteit We zorgen dat we op 3 gebieden zicht krijgen op de kwaliteit van ons onderwijs: Leerresultaten op leerling-niveau en groepsniveau Individuele leerling-resultaten worden gemeten door: • methodegebonden toetsen • observatiesystemen • toetsen van het CITO Leerling Volg Systeem Groepsresultaten worden geëvalueerd en geanalyseerd en verwerkt in een groepsplan. Leerresultaten worden besproken binnen de leerling-besprekingen, met de leerlingen en de ouders. Voor kinderen met een eigen leerweg wordt een ontwikkelingsperspectief geschreven. Interne kwaliteitszorg Het team maakt een interne sterkte en zwakte analyse. Kwaliteitsonderzoek 2-jaarlijks wordt er een kwaliteitsonderzoek gehouden onder ouders, leerkrachten en de kinderen uit groep 6,7,8. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het instrument Kwaliteit Meter Primair Onderwijs (KMPO). 7.3 De taken van onze kwaliteitszorg 1. Werken aan een goede sfeer op school waar iedereen sociaal met elkaar omgaat. 2. Zorgen voor een goed individueel leerresultaat, naar vermogen van iedere leerling. 3. Onderwijs op maat door kindgericht onderwijs en goed klassenmanagement waar verschillen tussen leerlingen onderkend worden. 4. Werken met een leerlingvolgsysteem waarbij door observatie en toetsen de ontwikkelingsvoortgang van iedere individuele leerling wordt bijgehouden. 5. Bijsturen van het onderwijs, zowel op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling als leerstofaanbod. 6. De intern leerlingbegeleiders en de individueel leerlingbegeleiders hebben een duidelijk takenpakket, zijn goed opgeleid en scholen zich regelmatig bij. 7. Het onderhouden van een professionele orthotheek. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 66
7.4 Uitwerking van de taken Hieronder staat de uitwerking van ieder doel. Samen vormt dit het beeld van de kwaliteitszorg op de Lispeltuut. Aan het eind van ieder doel staan de beleidsvoornemens. Deze beleidsvoornemens worden opgenomen in het meerjarig onderwijskundig beleidsplan binnen de zorglijn. 1. Werken aan een goede sfeer op school waar iedereen sociaal met elkaar omgaat. De Lispeltuut is een jenaplanschool en heeft als uitgangspunt dat iedere leerling een individuele persoonlijkheid is en zo ook benaderd dient te worden. Wij hebben een positief verwachtingspatroon van kinderen wat een stimulerende invloed heeft op de kinderen. Pestgedrag, onderlinge conflicten en gebrekkige sociale vaardigheden bij kinderen komen op ieder school voor. Wij grijpen actief in. Dit doen wij op de volgende manieren: Preventief • Gesprekken met kinderen voeren over omgang met elkaar en waarbij kinderen ook leren zich te uiten. • Werken aan spel, drama en sport zodat kinderen leren met elkaar om te gaan. • Maatjeswerk, kinderen moeten samen taken volbrengen waarbij ze niet altijd zelf hun maatje kunnen kiezen. • Groepsvorming, door de gecombineerde groepen is het voor kinderen natuurlijk dat er onderlinge verschillen zijn. • Voorbeeldfunctie leerkrachten en ouders. • Indien nodig signalering d.m.v. de SAQI in groep 7. • Goede communicatie tussen ouders, leerkrachten en kinderen bewerkstelligen. • Contacten met GGD Rivierenland onderhouden. • Jaarlijks werken met projecten zoals "omgaan met jezelf en een ander", "een doos vol gevoelens" en "een huis vol gevoelens" binnen de groepen. • Iedere twee jaar een schoolproject over omgaan met elkaar. • Met regelmaat binnen het team bespreken waar grenzen liggen en die grenzen afstemmen met elkaar. Reactief • Leerkrachten grijpen actief in als er problemen gesignaleerd worden. • Problemen die kinderen naar voren brengen worden serieus genomen en niet gebagatelliseerd. • Gesprekken voeren met kinderen, ouders en leerkracht. • De intern begeleiders kunnen een onderzoek instellen naar mogelijke oorzaken van de problemen en, samen met de leerkracht, een handelingsplan opstellen om de problemen of te verbeteren of op te lossen. • Er kan externe hulp gezocht worden via de vertrouwensarts, GGD Rivierenland of het Expertisecentrum van het WSNS-verband. • De school heeft goede contacten met particuliere bureaus die kennis hebben op het gebied van speltherapie en sociale vaardigheidstrainingen. Wij kunnen daarvan gebruik maken. 2 Zorgen voor een goed individueel leerresultaat, naar vermogen van iedere leerling. Iedere mens is uniek en heeft zijn of haar eigen kwaliteiten. Dit is een van de uitgangspunten in het jenaplanonderwijs. Vanuit dit uniek zijn kijken wij naar de leerlingen op onze school. Naast een goede sociale opvoeding heeft de school ook als taak kinderen leerstof aan te bieden zoals in de kerndoelen voor het basisonderwijs zijn omschreven. In het eerste gedeelte van dit schoolplan is dit omschreven. Binnen onze organisatie kijken we goed naar de kinderen en passen ons aanbod op hen aan. Dit doen we op de onderstaande manieren: • We differentiëren leerstof naar vermogen van een kind. Als kinderen meer leerstof aan kunnen, verbreding nodig hebben of ver vooruit zijn in ontwikkeling van deelvaardigheden krijgen zij daarvoor de benodigde leerstof. Indien kinderen er langer over doen om zich stof eigen te De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 67
maken krijgen ze aangepast werk of kunnen ze langer over de stof doen om zich de kennis eigen te maken. • Binnen de groepen wordt gewerkt met het BHV model. BHV staat voor Basis, Herhaler en Verrijkers. Basisleerlingen krijgen de basisstof die in de methodes wordt aangeboden. De verrijkers krijgen kortere instructies en hebben extra, uitdagende stof om aan te werken. De herhaler krijgen extra instructie en meer begeleiding. Voor ieder vakgebied kan een kind in een andere groep zitten. • Uitgangspunt is dat het leerresultaat een reflectie is van het vermogen van een kind en dat dit aan het eind van hun loopbaan op de basisschool zichtbaar is. Hierbij wordt benadrukt dat wij naar alle leergebieden kijken en niet alleen naar de kernvakken. 3 Onderwijs op maat door adaptief onderwijs en goed klassenmanagement waar verschillen tussen leerlingen onderkend worden. Binnen onze school zorgen wij voor onderwijs op maat. Het jenaplansysteem zorgt voor een groot aantal randvoorwaarden. Door de groepering van 3 verschillende leeftijdgroepen binnen een stamgroep zijn verschillen tussen kinderen een normaal gegeven en geen uitzondering. Dit geldt zowel voor de kinderen in de groep als voor de leerkrachten die in de groepen werken. Kinderen vormen zo een groep met natuurlijke verschillenen ze leren daarmee omgaan. Ieder kind kan naar zijn of haar vermogen binnen de groep presteren. De leerkrachten zorgen voor een goed klassenmanagement. Naast het BHV model zoals hierboven beschreven is wordt er veel zelfstandig gewerkt in de groep. Het zelfstandig werk wordt opgebouwd door de jaren heen. Het is te zien door: • De praktische organisatie. Kinderen zitten in groepen, kunnen makkelijk materiaal pakken dat ze nodig hebben en hoeven niet altijd de hulp van de leerkracht in te roepen, maar ook mogen ze elkaar helpen. • Het planbord. Vanaf de onderbouw is er een bord waar kinderen zelf hun naam bij bepaald werk kunnen hangen om zo aan te geven wat ze die week willen doen. Eind groep 2 leren ze met een planning te werken. In groep 3 wordt het planbord doorgetrokken en uitgebreid. Vanaf eind groep 3 wordt gewerkt met dagtaken en weektaken op papier. De middenbouw blijft tot en met groep 5 werken met een planbord voor taken rondom meervoudige intelligentie. • De dag- en weektaken. Vanaf groep 2 worden weektaken opgebouwd. Iedere leerling krijgt voor een bepaald aantal dagen en uiteindelijk een week, bepaalde taken op. Met deze taken werken zij in de werkuren. Deze weektaak bestaat uit basisstof, herhaling en verrijking. Er wordt een op maat gemaakte taak gegeven aan ieder kind. Zodoende is er een individuele benadering van ieder kind en bieden wij begeleiding op maat. In groep 1 starten hiervoor de voorbereidende activiteiten. • De methodes. Indien er een nieuwe methode gezocht wordt voor de school wordt bewust gekeken naar de organisatievorm en differentiatiemogelijkheden. De methode moet passen binnen ons onderwijssysteem en goede kwaliteit leveren. Hiervoor wordt altijd een nauwgezet traject gevolgd waarbij vaak specialistische hulp wordt ingeroepen. • Houding leerkrachten. Leerkrachten binnen onze school hebben een open houding en zien verschillen tussen leerlingen. Bij het aannamebeleid wordt hier nauwgezet naar gekeken. Daarnaast worden via bijscholing en opleiding deze kwaliteiten verder ontwikkeld. 4 Werken met een leerlingvolgsysteem waarbij door observatie en toetsen de ontwikkelingsvoortgang van iedere individuele leerling wordt gevolgd. De school heeft de zorg om ieder kind goed te volgen in zijn of haar ontwikkeling. Alleen dan is er de mogelijkheid om adequaat in te grijpen als er problemen zijn op een bepaald gebied. Leerkrachten zijn gewend en getraind om kinderen nauwgezet te volgen in hun ontwikkeling en merken vaak in een vroeg stadium opvallende kenmerken van de kinderen op. Observatie is daarom een belangrijk onderdeel van het leerlingvolgsysteem. In de onderbouw zijn de teamleden hierop getraind en is het EGO volgsysteem de basis. Naast observatie worden ook op andere manieren de leerlingen gevolgd. Dit gebeurt door toetsing met methodeafhankelijke toetsen en met methodeonafhankelijke toetsen. Aan het eind van het jaar krijgt ieder kind een schriftelijk verslag. Vanaf groep 3 worden de kinderen geobserveerd en regelmatig getoetst. De observaties worden in de klassenmap genoteerd. Als een kind naar een nieuwe bouw gaat worden de notities doorgegeven aan de nieuwe leerkracht. Naast deze notities worden er methodeafhankelijke De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 68
toetsen afgenomen. Op vaste momenten in het jaar worden er landelijk genormeerde toetsen afgenomen. Dit zijn de volgende onderdelen en toetsen: Kleutertoetsen
Aanvankelijk lezen Voortgezet technisch lezen AVI Begrijpend lezen Spelling Spelling werkwoorden Rekenen Welbevinden
Entreetoets Eindtoets
CITO ordenen CITO rekenen peuters/kleuters CITO taal peuters/kleuters 2011 Toetsen van Veilig Leren Lezen CITO DMT groep 3 t/m 8 Groep 3 t/m 8 CITO begrijpend lezen groep 3 t/m 8 CITO spelling groep 3 t/ 8 CITO spelling groep 7 en 8 CITO rekenen groep 3 t/m 8 SCOL groep 1 t/m 8 LeerlingSCOL groep 6 t/m 8 Indien nodig SAQI groep 7 CITO entree groep 7 CITO eindtoets en/of Drempelonderzoek 678
Deze toetsen zijn opgenomen in de toetskalender van het zorgboek van de Lispeltuut. Deze wordt ieder jaar door de interne begeleiders gemaakt. De resultaten worden door de leerkracht in het computerprogramma van het leerlingvolgsysteem ingevuld. De interne begeleiders houden van alle kinderen de resultaten bij. Leerlingbespreking Vanaf het moment dat een leerling op school komt wordt hij of zij in de groepsbespreking meegenomen. Twee keer per jaar heeft elke leerkracht een groepsbespreking met de interne begeleider. Alle leerlingen worden dan doorgesproken. Deze besprekingen worden genoteerd in het administratiesysteem van school (ESIS B). Afschriften worden bewaard door de interne begeleider en door de groepsleerkracht. De besprekingen hebben een tweeledig doel. De leerkracht denkt 2 keer per jaar nadrukkelijk over de ontwikkeling van een kind na en de interne begeleider volgt de ontwikkeling van ieder kind. Zo raakt geen kennis of informatie verloren en vooruitgang of stagnatie op een bepaald gebied wordt tijdig opgemerkt. In deze besprekingen worden verder de handelingsplannen geëvalueerd, bekeken of leerlingen verdere zorg nodig hebben, er stappen genomen moeten worden en hoe de zorg van de totale groep is. In groep 6, 7 en 8 is er nog een aantal specifieke toetsen. De kinderen van deze groepen vullen de LeerlingSCOL in. Hieruit is af te leiden hoe zij hun sociaal emotioneel welbevinden ervaren. Leerlingen van groep 7 vullen indien nodig ook nog de SAQI in. Hieruit is het welbevinden, werkhouding en leertaakgerichtheid uit op te maken. Wij vinden dat belangrijk voor deze leeftijdsgroep omdat er op korte termijn veel ontwikkelingen op hen af komen (o.a. schoolkeuze en lichamelijke ontwikkeling). In mei wordt de CITO entree voor groep 7 afgenomen. Deze toets geeft een goed beeld van het leerniveau op dat moment. In groep 8 kan dan specifiek gewerkt worden aan minder sterke gebieden. Wij kiezen nadrukkelijk niet voor entreetoetsen in andere groepen. Er wordt dan teveel nadruk gelegd op het leerresultaat aan het eind van een jaar. Er ontstaat dan een beeld van een overgangstoets waar naar toe gewerkt moet worden. Dit is een ontwikkeling die wij niet wensen. De toetsen uit het leerlingvolgsysteem geven al een duidelijk beeld en hebben ook aanknopingspunten voor diagnosticeren. In groep 8 nemen de kinderen deel aan de CITO eindtoets. Die gebruiken wij als schoolonafhankelijke toets om onze opbrengsten mede te kunnen verantwoorden. Advisering voortgezet onderwijs Voor het voortgezet onderwijs wordt een advies uitgebracht door de school. Dit gebeurt door de De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 69
leerkrachten van de bovenbouw, de intern begeleider en de directeur. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de kennis van de leerkrachten en de informatie vanuit het leerlingvolgsysteem. Dit advies wordt mondeling en schriftelijk gegeven aan de kinderen en de ouders. Dit gebeurt voordat de uitslag van de CITO eindtoets binnen is zodat een onafhankelijk advies gewaarborgd is. Met dit advies en de uitslag van de CITO eindtoets kunnen ouders hun kind aanmelden op het voortgezet onderwijs. Voor ouders is er de mogelijkheid om een derde advies in te winnen. Dit gaat via het particulier circuit. Onderwijskundig rapport Indien een leerling tussentijds naar een andere basisschool gaat wordt een onderwijskundig rapport gemaakt. Hierop worden alle gegevens genoteerd. Het dossier van de kinderen wordt 5 jaar bewaard. 5 Bijsturen van het onderwijs, zowel op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling als leerstofaanbod. Indien er zich problemen voordoen in de ontwikkeling van een kind proberen wij snel in te grijpen. Het doel is om een kind aan te laten sluiten bij zijn ontwikkelingsgroep. Als dit niet mogelijk is spreken wij het kind aan op het niveau waarop het functioneert. De eerste prioriteit is om de ontwikkeling weer op gang te brengen. Binnen onze school bestaan vaste afspraken over de procedure die we volgen als een kind binnen ons leerlingvolgsysteem opvalt. Stap 1 Er zijn vier mogelijke wegen om in het zorgsysteem te worden opgenomen. 1 Een kind dat aangemeld wordt op de school heeft specifieke problemen die belangrijk genoeg zijn om in het zorgsysteem te komen. Een kind kan een bepaalde handicap hebben binnen de 4 zorggebieden (REC) die de overheid stelt (rugzakleerlingen), opgevallen zijn in de voorschoolse opvang of op een andere basisschool al in een zorgsysteem opgenomen zijn geweest. De leerling wordt opgenomen in het zorgsysteem op onze school. 2 De leerkracht heeft een zorg over een kind. In de leerlingenbespreking met de interne begeleider wordt de zorg zodanig ingeschat dat besloten wordt het kind in het zorgsysteem op te nemen. 3 Binnen het leerlingvolgsysteem valt een kind zodanig op dat de interne begeleider besluit nader onderzoek te verrichten. 4 De leerling is besproken in de bouwvergadering. De leerkrachten van de bouw kunnen geen verder advies geven of eerstelijnshulp bieden. Er wordt besloten de leerling aan te melden als zorgleerling. Stap 2 Een leerling wordt aangemeld voor de zorg d.m.v. een intakeformulier. Dit formulier is standaard aanwezig op school. Hierin vermeldt de leerkracht de zorggebieden, de hulpvraag en alle noodzakelijke gegevens. Indien de leerling van een andere school komt wordt het onderwijskundig rapport of het verslag van de voorschoolse opvang als uitgangspunt genomen. Deze worden bij de intake toegevoegd. De leerkracht informeert de ouders. Stap 3 De twee interne begeleiders bespreken de leerling tijdens hun wekelijkse overleg. Er wordt dan besloten of de leerling in de zorg wordt opgenomen. Hierbij wordt uitdrukkelijk het standpunt ingenomen dat de leerkracht altijd de eerst verantwoordelijke blijft. Indien de leerling niet wordt opgenomen in de zorg wordt de reden hiervoor met de leerkracht besproken. Als de leerling wordt opgenomen wordt de kleur van het dossier aangepast. In het dossier wordt het intakeformulier opgenomen. De kleur geeft aan op welk zorgniveau een kind zit.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 70
De volgend kleurcoderingen bestaan: rood: groen: blauw: geel:
directe zorg, deze leerling wordt actief gevolgd. zorg, de leerling wordt gevolgd en is met bepaalde handelingsplannen bezig. Hij of zij wordt regelmatig in het schooljaar besproken. De plannen lopen. deze leerling is geen directe zorg meer en wordt niet actief gevolgd. deze leerling is niet in de zorg
De mappen worden bewaard in het kantoor van de interne begeleiders en vallen onder de verantwoordelijkheid van de interne begeleiders en de directeur. Teamleden kunnen de dossiers inzien als dit nodig is. Ouders kunnen het dossier van hun eigen kind inzien. Stap 4 De leerling wordt besproken met de betreffende leerkracht. Er wordt besloten wat er gedaan wordt en op welk niveau een handelingsplan gemaakt wordt. Niveau 1: advies Niveau 2: kort onderzoek met advies Niveau 3: uitgebreid onderzoek met advies en bespreking Niveau 4: extern onderzoek en advisering met daaraan gekoppeld hulpplan Niveau 5: extern onderzoek met als doel verwijzing naar een ander vorm van onderwijs. De leerkracht krijgt eventueel een aantal adviezen mee en de opdracht de ouders in te lichten over de genoemde stappen. Toelichting zorgniveaus: Zorgniveau 1 Inhoud In zorgniveau 1 zitten alle kinderen, die de leerdoelen kunnen behalen binnen het model van het leerstofjaarklassensysteem, zowel op cognitief als sociaal-emotioneel gebied. Dit noemen we de basisgroep. De methodes en/of activiteiten bieden stof voor het gemiddelde niveau waarbij de methodes aangeeft welk doel behaald moet worden. Verondersteld wordt dat de leerkracht de verschillende leerlijnen kent en bewust hiernaar handelt, zodat er een doorgaande lijn is in het aanbod. Verantwoordelijkheid De leerkracht is verantwoordelijk voor: • Invullen van het groepsoverzicht/groepsplan als voorbereiding op de groepsbespreking. Communicatielijnen De leerkracht: • communiceert met de ouders over de voortgang tijdens de rapportbesprekingen. Deze vinden twee tot drie keer per jaar plaats; • draagt er zorg voor, dat in dit gesprek het kind en zijn ontwikkeling besproken wordt, waarbij duidelijk wordt wat het kind nodig heeft en wie wat daaraan kan bijdragen (zowel school als ouders); • bespreekt drie keer per jaar tijdens een groepsbespreking met de intern begeleider de toetsresultaten en de totale ontwikkeling die een leerling doormaakt. Verslaglegging Als er sprake is van een normale ontwikkeling worden er naast het groepsplan, geen handelingsplannen opgesteld. De registratie-/differentiatiesystemen van de methoden, de observaties van de leerkracht en het LOVS zijn voldoende in deze fase.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 71
De leerkracht: • voert de resultaten van methodegebonden vast op de L schijf en niet- methodegebonden toetsen in binnen CITO LVS; • legt rapportgesprekken in steekwoorden vast binnen Esis. (Wanneer, met wie, korte inhoud gesprek, afspraken). Er wordt in principe geen afschrift aan de ouders gegeven; • vult 1 keer per jaar een digitaal verslag in dat geschreven is naar het kind. Het verslag gaat aan het einde van het schooljaar mee met het kind naar huis; • tijdens het oudergesprek in maart worden de CITO uitslagen met ouders besproken. De intern begeleider • leidt de groepsbespreking. Een leerling gaat naar zorgniveau 2 als niveau 1 (de basisgroep) voor deze leerling ontoereikend is. Dit wordt tijdens de groepsbespreking besproken. Zorgniveau 2 Inhoud In zorgniveau 2 zitten alle leerlingen voor wie niveau 1 (de basisgroep) ontoereikend is. Bij de basisvakken rekenen, spelling en taal/lezen wordt op aanwijzingen van de methode differentiatie toegepast, zowel in niveau als tempo. De methode blijft het uitgangspunt. De volgende middelen zijn medebepalend voor de vorm van de differentiatie: - observaties - methode gebonden toetsen - methode onafhankelijke toetsen Naar aanleiding hiervan wordt door de leerkracht een aanpassing gedaan in de lesstof. Hieronder vallen: • verlengde instructie • begeleid inoefenen • verkorte leerweg • verrijking / verdieping • kopgroep/volggroep Na toetsen evalueert de leerkracht of de geboden begeleiding nog toereikend is. Verantwoordelijkheid De leerkracht is verantwoordelijk voor: • de aanpassing van inhoud en de uitvoering van het aanbod; • het invullen van het groepsoverzicht van taal, lezen en rekenen; • invullen en aanpassen van het groepsplan. De intern begeleider is verantwoordelijk voor: • het bieden van ondersteuning van de leerkracht bij het opstellen en uitvoeren van het groepsplan tijdens de groepsbespreking. Communicatielijnen De leerkracht: • draagt er zorg voor dat ouders op de hoogte zijn van de aanpassingen; • het groepsplan wordt besproken met de intern begeleider tijdens de groepsbespreking. Verslaglegging De leerkracht: • maakt een aantekening binnen Esis van de aanpassing. Tevens wordt in het groepsplan genoteerd dat de leerling binnen zorgniveau 2 valt; • Legt het gesprek met ouders vast binnen Esis vast binnen de notities. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 72
Een leerling gaat naar zorgniveau 3 als de aanpassingen vanuit de methode ontoereikend zijn. Dit wordt tijdens de groepsbespreking besproken. Zorgniveau 3 Inhoud In zorgniveau 3 zitten alle kinderen bij wie de aanpassingen die gemaakt zijn in zorgniveau 2, ontoereikend zijn. De leerkracht bepaalt samen met de interne begeleider opnieuw de beginsituatie. Dit is de fase van de diagnostische analyse. Er vindt een eerste handelingsgericht gesprek met de ouders plaats, waarbij de leerkracht en de interne begeleider aanwezig zijn. Samen wordt gekeken wat verder nodig is. Er wordt een doel voor een handelingsplan gesteld, met als uitgangspunt dat het handelingsplan door de leerkracht in de groep kan worden uitgevoerd. Daarna onderhoudt de leerkracht het verdere contact met ouders. Er wordt gestreefd naar het zoveel mogelijk clusteren van leerlingen met dezelfde onderwijsbehoefte. Dit wordt vastgelegd in een groepsplan. Verantwoordelijkheid Op dit niveau is sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid van leerkracht en intern begeleider. De leerkracht is verantwoordelijk voor: • het formuleren van een concrete hulpvraag; • het maken van het handelingsplan eventueel in samenspraak met de interne begeleider; • het uitvoeren van het handelingsplan in de groep. De intern begeleider is verantwoordelijk voor: • het inzetten van specifieke expertise. Communicatielijnen De leerkracht en de intern begeleider: • communiceren met de ouders over het traject dat uitgezet gaat worden. De leerkracht: • bespreekt het handelingsplan met de ouders; • communiceert met de ouders over voortgang; • legt de gemaakte afspraken en de evaluatie vast in het handelingsplan en laat dit aan ouders zien. Verslaglegging De leerkracht: • Voegt de evaluatie toe aan het handelingsplan • maakt een verslag van het gesprek met de ouders in Esis binnen notities. De intern begeleider: • maakt een verslag van het gesprek met de ouders in Esis binnen notities. Een leerling gaat naar zorgniveau 4 als uit de evaluatie van het plan blijkt dat het gestelde doel niet bereikt is en de zorg die op niveau 3 geboden wordt voor deze leerling op een bepaald gebied niet toereikend is. Dit wordt tijdens de leerlingenbespreking besproken.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 73
Zorgniveau 4 Inhoud In zorgniveau 4 zitten alle kinderen, die zorgniveau 2 en 3 doorlopen hebben en waarbij de school tegen haar grenzen aanloopt qua aanpak en begeleiding. De geboden hulp is niet voldoende gebleken en de school is handelingsverlegen. De school gaat extern op zoek naar een nieuw perspectief om het onderwijsarrangement van een leerling te verzorgen. Afhankelijk van de zorgvraag wordt een observatie/onderzoek uitgevoerd door externen. Dit kan zijn: - de opmaat; - ambulante begeleiding - secundaire consultatie - orthopedagoog - psycholoog - GGZ - GGD - etc. Verantwoordelijkheid Op dit niveau is er sprake van een gedeelde verantwoordelijkheid. De leerkracht is verantwoordelijk voor: • het uitvoeren van de begeleiding in de groep. De intern begeleider en de leerkracht zijn samen verantwoordelijk voor: • het opstellen en evalueren van een handelingsplan; • het overleg met de ouders; • het invullen van de rapportage en het versturen hiervan; De intern begeleider is verantwoordelijk voor: • de procesbewaking en de coördinatie van het externe traject; • de ondersteuning van de leerkracht bij de begeleiding van de leerling in de groep; • de communicatie naar de leerkracht, als het onderzoeksverslag is ontvangen; • het plannen van de bespreking van het onderzoeksverslag met de betrokkenen. De ouders zijn verantwoordelijk voor: • de beslissing van het te volgen traject. Communicatielijnen De leerkracht: • maakt de afspraak met ouders. De intern begeleider: • communiceert samen met de leerkracht met de ouders; • bespreekt het vervolgtraject met de ouders; • communiceert naar de leerkracht dat het onderzoeksverslag is ontvangen; • communiceert naar de betrokkenen (onderzoeker, ouders en leerkracht) over het tijdstip van bespreking van het onderzoeksverslag.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 74
De ouders: • geven toestemming voor onderzoek; Verslaglegging Op dit niveau is de intern begeleider verantwoordelijk voor de rapportage. De leerkracht: • houdt de vorderingen met betrekking tot het handelingsplan bij. De intern begeleider: • coördineert de invulling van de benodigde rapportage; • zorgt waar mogelijk voor een kopie van alle stukken en hangt deze in Esis; • draagt zorg voor de verzending van de rapportage; • draagt zorg voor de rapportage naar ouders. Zorgniveau 5 Inhoud Indien de school ondanks bovenschoolse expertise en/of andere externen nog niet het juiste onderwijsarrangement aan de leerling kan bieden, wordt: • óf extra ondersteuning aangevraagd in het kader van de rugzak vanuit het SO; • óf gekeken naar een andere school, die het meest tegemoet kan komen aan de specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Passend onderwijs kan gerealiseerd worden: • op de eigen school (rugzak SO-leerlingen); • op een andere basisschool; • op een school voor Speciaal Basisonderwijs, (via PCL); • op een school voor Speciaal Onderwijs (clusterschool), (via Cvl) Speciaal Onderwijs kent verschillende scholen (zgn. clusterscholen). • Cluster l: scholen voor blinde en slechtziende kinderen. • Cluster 2: scholen voor dove en slechthorende kinderen en kinderen met andere communicatieproblemen. • Cluster 3: scholen voor kinderen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking en kinderen die langdurig ziek zijn. • Cluster 4: scholen voor kinderen met gedragsproblemen. Verantwoordelijkheid De eindverantwoordelijkheid is in handen van de directeur. De leerkracht: • maakt samen met de rugzakbegeleider en/of ambulant begeleider het handelingslan voor het werken met deze leerling in de groep; • voert dit plan uit en stelt dit, indien nodig, bij; • communiceert over het handelingsplan met de ouders, indien wenselijk samen met de rugzakbegeleider. De leerkracht blijft verantwoordelijk voor het kind in de groep. De intern begeleider: • draagt zorg voor de procesbewaking en de coördinatie; De ambulant begeleider: • maakt het begeleidingsplan en evalueert dit; • maakt het verslag van het interdisciplinair overleg. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 75
De rugzakbegeleider (zie toelichting): • maakt in overleg met de ambulante begeleider van het SO het handelingsplan voor de individuele begeleiding en voert dit uit; • is verantwoordelijk voor de bewaking van de uitvoering van het handelingsplan; • communiceert tijdens de voortgangsgesprekken indien wenselijk samen met de leerkracht met de ouders. • ziet erop toe, dat het handelingsplan geëvalueerd wordt. Toelichting: Rugzakbegeleider: degene, die het kind in het kader van de toegekende indicatiegelden extra individuele hulp geeft. Communicatielijnen De communicatielijnen kunnen per cluster verschillen. Contacten met ouders/externen worden in overleg gepland. De leerkracht, rugzakbegeleider en ambulant begeleider: • communiceren met de ouders over het begeleidingsplan en het handelingsplan. Dit vindt 3 x per jaar plaats; • houden 3 x per jaar een werkbespreking. De intern begeleider: • volgt het proces binnen de groepsbesprekingen en Esis. De IB sluit in principe 1 keer per jaar aan het begin van het schooljaar aan bij het overleg. Verslaglegging De ambulant begeleider: • maakt het verslag + evaluatie van het interdisciplinair overleg. De rugzakbegeleider: • ziet erop toe, dat het begeleidingsplan geëvalueerd wordt en dat de verslagen aan Esis gekoppeld worden. • Evalueert de handelingsplannen en koppelt deze aan Esis. Stap 5 De leerkracht maakt met behulp van de interne begeleider een handelingsplan. Dit handelingsplan wordt ook doorgenomen met de ouders en aan hen overhandigd. Indien de zorg in niveau 3, 4 of 5 zit worden, indien nodig, eerst onderzoeken verricht om zo een goed beeld van de leerling te krijgen of de zaken kortgesloten met externe begeleiders. In de tussentijd kan een handelingsplan opgesteld worden om de eerste acute zaken aan te pakken. Stap 6 De handelingsplannen worden volgens plan geëvalueerd en bijgesteld. Stap 7 Er zijn verschillende mogelijkheden: 1. De handelingsplannen zijn effectief. De leerling gaat van acute zorg in de standaardzorg. 2. Er zijn meer onderliggende problemen en hiervoor worden andere diensten ingeschakeld zoals orthopedagogen, De Opmaat, GGD. Herlaerhof of ZAT teams. De zorg wordt gedeeld. Naast de interne zorg zijn er een aantal diensten die de kinderen regelmatig bekijken. GGD De schoolarts, assistente en schoolmaatschappelijk werkster onderzoeken regelmatig bepaalde groepen kinderen, zoals vastgesteld is in de wetgeving. Indien er tussentijdse problemen zijn kunnen de ouders of de school contact opnemen met de GGD en afspraken maken. Kinderen kunnen aangemeld worden d.m.v. een intakeformulier. Dit formulier is op school aanwezig.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 76
De jeugdgezondheidszorg op de basisschool Samen met school en ouders volgt de afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Rivierenland de leerlingen tijdens de schoolperiode. Met ingang van het schooljaar 2011-2012 werkt de JGZ volgens een nieuwe werkwijze. Ook in de nieuwe werkwijze blijft de JGZ de gezondheid van alle kinderen volgen, maar er komt extra tijd voor kinderen die meer aandacht nodig hebben. Gezondheidsonderzoeken De JGZ blijft de kinderen in groep 2 en groep 7 onderzoeken. Nieuw is een onderzoek op lengte en gewicht in groep 4. Het onderzoek in groep 2 en 7 bestaat uit: Twee vragenlijsten die ouders vooraf invullen. Een gesprek met de leerkracht over de kinderen in de klas. Een lichamelijk onderzoek (op school) door een doktersassistente. Deze drie zaken maken duidelijk of een kind extra aandacht nodig heeft. Mocht dit zo zijn, dan ontvangen de ouders een uitnodiging voor het spreekuur op school (samen met hun kind). Tijdens dit spreekuur is er voldoende tijd voor extra onderzoek en het bespreken van vragen en zorgen. Spreekuur op school Ook bij twijfel, vragen of problemen met betrekking tot de ontwikkeling van uw kind is het mogelijk om het spreekuur te bezoeken. Bijvoorbeeld als u twijfelt of uw kind goed groeit of als er zorgen zijn op school of thuis. Een afspraak maken kan via (0344) 69 88 44 (ma. t/m do. van 09.00 tot 12.00 uur) of via
[email protected]. Het spreekuur vindt maandelijks en op school plaats. Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) De afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD is een van de kernpartners van de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) in Rivierenland. Ook bij een CJG kunt u terecht voor vragen rondom opvoeden en opgroeien. Zie voor meer informatie en het aanbod van het CJG in uw gemeente www.cjgrivierenland.nl. Ouders, opvoeders en jongeren kunnen ook via
[email protected] en via (088) 001 77 00 hun vragen stellen. Logopedie Vanuit de GGD is er om de week een logopediste op school die screent en behandelt. Fysiotherapie Eén dag in de week is er een fysiotherapeut op school aanwezig. Deze behandelt kinderen welke vanuit de zorgverzekeraar vergoedt worden. Remedial Teacher Binnen onze school is er een geregistreerde orthopedagoog één dag in de week aanwezig om kinderen, welke een dyslexieverklaring hebben, te begeleiden op school. De vergoeding van deze behandeling vindt plaats vanuit de zorgverzekering. Alleen kinderen met een dyslexieverklaring krijgen van haar begeleiding onder schooltijd. Dit is een beleidsafspraak binnen de stichting STROOMM. Indien besloten wordt voor aanmelding op een speciale vorm van onderwijs loopt de procedure via de PCL van het WSNS verband. Dit verband volgt een protocol voor aanmelding. Dit protocol is op school aanwezig. De Lispeltuut is vooralsnog aangesloten bij het WSNS verband De Opmaat. Geïndiceerde leerlingen Vanaf 1 augustus 2003 is de wet voor de leerlinggebonden financiering in werking getreden. Ouders met een kind met een handicap kunnen hun kind aanmelden op een reguliere basisschool. Via het REC wordt beoordeeld of een kind de basisschool kan volgen. Wij houden ons aan de richtlijnen van het ministerie. Wij beoordelen binnen teamverband of wij een leerling de zorg kunnen bieden die hij of zij nodig heeft en brengen dan advies uit aan de ouders. Op dit moment maken diverse leerlingen gebruik van deze regeling. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 77
Visie op Passend Onderwijs binnen STROOMM Visie en kwaliteit Per 1 augustus 2012 voldoet STROOMM aan de wettelijke zorgplicht in het kader van Passend Onderwijs. Dat betekent dat ons onderwijs voor ieder kind toegankelijk is, binnen de (zorg)mogelijkheden van onze school en van de stichting als geheel. De STROOMM-scholen streven ernaar onderwijs van hoge kwaliteit te leveren in een veilige, stimulerende leeromgeving. Dit willen wij bereiken door: • naar passend onderwijs voor iedere leerling te groeien en hier proactief beleid voor te ontwikkelen. De vormgeving en tijdlijn van dit ontwikkelingsproces bepalen de 14 scholen in hoge mate zelf, binnen het kader van het regionale samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (WSNS) en in afstemming met de GMR; • het opzetten van een sluitende zorgstructuur voor kinderen van 0-14 jaar en dit te bereiken door nauwe samenwerking met het Speciaal (Basis) Onderwijs en relevante partners, waar mogelijk binnen een Brede School. STROOMM-scholen stellen het kind centraal en realiseren onderwijs dat aansluit bij de pedagogische en didactische behoeften van alle kinderen. Ook aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben en aan leerlingen die extra uitdaging nodig hebben. Dit betekent dat wij op school streven naar opbrengstgericht werken binnen een uitstekend pedagogisch klimaat. Daarbij laten we ons inspireren door innovatieve onderwijsontwikkelingen. In het Bestuurs Onderneming Plan van STROOMM zijn deze kwaliteitskaders verder uitgewerkt. Ambitie Op dit moment is nog veel onduidelijk over de invoering van de wetgeving Passend Onderwijs. Wel is duidelijk is dat er per 2013 grote bezuinigingen aankomen en dat scholen van STROOMM binnen één groot regionaal samenwerkingsverband Den Bosch, Zaltbommel, Boxtel, Vught en Schijndel gaan samenwerken. De STROOMM-scholen maken zich in deze samenwerking hard voor de volgende principes: • Geld volgt leerling. Middelen voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften worden ingezet waarvoor ze bedoeld zijn, dus in het primaire onderwijsleerproces. •
Deskundigheidsbevordering is gericht op het primaire proces, dus gericht op de leerkracht in de klas. Elke leerkracht is competent om onderwijs op 3 niveaus aan te bieden. Naast de basiszorg, breedtezorg voor leerling die extra aandacht of speciale instructie nodig hebben, inclusief de leerlingen die meer uitdaging nodig hebben. Daarnaast heeft elke school mogelijkheden voor het bieden van individuele arrangementen aan leerlingen die een eigen leerlijn volgen.
•
Schoolnabije expertise. Elke school heeft een zorgteam. De intern begeleider (IB-er) vormt de spil tussen de leerkrachten, de interne begeleiding en externe specialisten. Daarbij kan de IBer rekenen op ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband WSNS.
•
Thuisnabij Speciaal (Basis)Onderwijs. Binnen het samenwerkingsverband worden lesplaatsen gecreëerd voor leerlingen die (tijdelijk) een andere onderwijsomgeving nodig hebben. De verantwoordelijkheid voor de schoolloopbaan van een leerling blijft daarbij een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dit betekent een intensieve samenwerking en afstemming met de school van herkomst, waarbij de externe Ambulant Begeleiders van het samenwerkingsverband een sleutelrol vervullen.
6 De intern begeleiders en de individueel leerlingbegeleider hebben een duidelijk takenpakket, goed opgeleid en scholen zich regelmatig bij. Op de Lispeltuut is op dit moment twee intern begeleiders aanwezig, en een begeleider voor kinderen met een rugzak. Het takenpakket van deze mensen is duidelijk vastgesteld en aanwezig op school. Voor interne begeleiding wordt 27 lesuren vrijgemaakt. Voor rugzakleerlingen wordt zoveel uren vrijgemaakt als er financiën binnen komen. Beide intern begeleiders en de leerlingbegeleider zijn goed opgeleid en geschoold. De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 78
7 Het onderhouden van een professionele orthotheek. In de orthotheek moeten materialen aanwezig zijn die kunnen helpen met diagnosticeren en remediëren van kinderen. Hiervoor zijn bewuste keuzes gemaakt door de interne begeleiders. De materialen zijn geordend aanwezig en worden geadministreerd. Naar het team zijn duidelijke afspraken over het gebruik van de materialen. 7.5 Beleidsvoornemens en plannen Op basis van de resultaten van bovenstaande gebieden wordt bepaald wat er op onderwijskundig gebied moet worden veranderd, verbeterd of vernieuwd. Er worden beleidsvoornemens geformuleerd voor de korte termijn en voor de lange termijn. Het team stelt prioriteiten binnen de beleidsvoornemens en werkt de onderwerpen uit in een plan van aanpak waarin is opgenomen wanneer er wordt geëvalueerd. Wanneer het bij een onderwerp van belang is, zal voorafgaande aan de uitwerking nader onderzoek gedaan worden onder ouders en/of leerlingen. Onderwerpen t.a.v. onderwijskundige verbeter- en/of vernieuwingstrajecten worden besproken tijdens functioneringsgesprekken en vormen onderdeel van een Persoonlijk Ontwikkelings Plan van een leerkracht. De beleidsvoornemens voor de komende periode zijn opgenomen in een schema. De evaluatie van de onderwerpen van de afgelopen periode zijn opgenomen in de jaarverslagen.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 79
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 80
8. Onze beleidsvoornemens, een totaaloverzicht
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 81
8.1 De vijf centrale doelen
1 Collegiale consultatie Op de Lispeltuut hebben teamleden een professionele relatie met elkaar. Er is collegiale consultatie waar openheid, feedback en reflectie centraal staan. Er wordt gebruik gemaakt van de werkvorm intervisie. 2 Grotere verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de kinderen Er is een doorgaande leerlijn voor zelfverantwoordelijk en zelfstandig werk van groep 1 tot en met groep 8. Binnen het zelfstandig werken is er sprake van differentiatie van werk, eigen verantwoordelijkheid en meerwaarde voor het lesprogramma. 3 Doorgaande lijn sociaal-emotionele ontwikkeling Er is een doorlopende leerlijn sociaal-emotionele ontwikkeling die structureel in het lesprogramma aan bod komt. Er zijn eenduidige regels en afspraken binnen school die voor iedereen duidelijk en zichtbaar zijn. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van een leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling. 4 Werken in een gesloten stamgroep Op de Lispeltuut werken wij in stamgroepen. We werken met de stamgroepen onder-, midden- en bovenbouw. De instructie wordt in een gesloten stamgroep aangeboden, dat wil zeggen dat de kinderen met drie leeftijdsgroepen in één lokaal zitten. De instructie vindt in de eigen stamgroep en op een doelgerichte wijze plaats. 5 Verder professionaliseren van de zorg Op de Lispeltuut werken we met een zorgteam wat bestaat uit intern begeleiders en individueel leerlingbegeleiders. Het zorgteam werkt op een professionele en gedegen manier. Er zijn duidelijke planningen, protocollen en beleidsdocumenten op het gebied van leerlingenzorg. 8.2 Doelen onderwijskundige vormgeving • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Onderzoeken of andere methoden voor schrijven beter aansluiten bij ons onderwijs en eventueel de nieuwe schrijfmethode kan worden van onze school. De methode schrijfdans evalueren en bekijken hoe wij deze willen toepassen in de overgang van 2 naar 3. Blijvende aandacht voor de uitvoering van het dyslexieprotocol. Spelling in eigen werk van kinderen is nog steeds zorgelijk. Hoe kunnen we het spellingsgeweten van kinderen bevorderen en ervoor zorgen dat kinderen de geleerde regels toepassen? Welke stappen moeten er gezet gaan worden om alle instructie in de stamgroep te gaan geven? Blijvende aandacht voor de spellingzwakke leerlingen en het zoeken naar geschikte materialen en/of methodieken voor kinderen met dyslexie. Wat willen we met taalonderwijs binnen de onderbouw? Onze visie hierop helder krijgen. Het groepslezen verplaatsen naar de stamgroep, zodat er intensiever wordt gelezen. Er wordt dan gewerkt met het Ralfi-lezen met de hele groep a.d.h.v. teksten. Methode voor voortgezet technisch lezen. Bekijken of de methode Nieuwsbegrip XL beter aansluit bij onze manier van werken op een jenaplanschool. Blijvend aandachtspunt is het up to date houden van het leesboekenbestand op school. Onderzoeken of het niveau van Engelse les voldoende is om in het voorgezet onderwijs vooruit te komen. Is het mogelijk Engels breder op te zetten in de school in alle groepen? Oriëntatie op nieuwe methode voor Engels en invoeren in 2012-2013. Aanschaffen van Engelse leesboeken. Nieuwe methode voor rekenen. Visie ontwikkelen op rekenen in de onderbouw. Methode Topo anders en Aardrijkskunde anders invoeren in schooljaar 2011-2012.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 82
• • • • • • • • • • • • • • •
Leerlijnen WO verder ontwikkelen m.b.v. leerlijnen en tussendoelen WO van het JAS. Aankleding school/lokaal tijdens projecten. Meer buitenschoolse activiteiten opzetten voor wereldoriëntatie. Aanschaf techniektorens of andere materialen voor techniek. Leerling SCOL invoeren in groep 6 t/m 8. SCOL leerlingvolgysteem invoeren schoolbreed. Oriëntatie op materialen van Veilig Verkeer Nederland, sluiten deze verkeerskranten beter aan bij het werken in een gesloten stamgroep? Veiligheid rondom de school blijvende aandacht geven. Oprichten leerlingenraad. Meer gebruik maken van talenten van leerkrachten, tijdens nog op te starten ‘Lispeluur’ op vrijdag. Beleidsdocument keuzecursus verder ontwikkelen. Nieuw bronmateriaal aanschaffen voor creatieve vakken. Voldoet de methode voor muziek en drama nog aan onze wensen en behoeften? Meer uitdagend materiaal aanschaffen voor de speelzaal en gymzaal. Beleidsplan begaafde leerlingen opstellen.
8.3 Doelen personeelsbeleid LB Functie Op de Lispeltuut heeft 30% van de leerkrachten een functie in de LB schaal in 2016. Door middel van eigen leertrajecten, het openstellen van functies en begeleiding heeft 30% van de leerkrachten een LB schaal. Meer dan 40% is geaccrediteerd. Risico-inventarisatie Door de Arbo is een risico-inventarisatie gemaakt. Deze inventarisatie is uitgewerkt in een plan en wordt twee keer per jaar geëvalueerd en bijgesteld door team en MR. 8.4 Doelen overige beleidsterreinen PR-plan Er is een pr-plan geschreven waarin opgenomen is hoe de school de public relations verzorgt. Dit plan wordt in stappen tot uitvoer gebracht. Schoolplein Aangezien we een vrij klein schoolplein hebben is het belangrijk om te bekijken welke mogelijkheden er zijn om het plein aantrekkelijker in te richten zodat het meer voldoet aan de wensen van een schoolplein volgens de jenaplanprincipes. 8.5 Doelen kwaliteitszorg Passend onderwijs In samenspraak met het WSNS verband wordt het passend onderwijs ingevoerd. Één zorgroute Op de Lispeltuut wordt de één zorgroute ingevoerd. De zorgroute heeft als doel dat de leerkracht handelingsgericht werkt met groepsplannen. De onderwijsaanpak van de leerkracht sluit aan bij de onderwijsbehoeften van de leerlingen. De opgestelde beleidsvoornemens zijn in dit hoofdstuk omgezet in doelen. Een doel kan meerdere beleidvoornemens in zich herbergen. De doelen zijn SMART opgesteld. SMART SMART staat voor de volgende: Specifiek, formuleren van het verbetertraject Meetbaar, wat moet bereikt worden Acceptabel, wordt dit doel gedragen, door wie en wie is verantwoordelijk Realistisch, waarom is het niet te hoog gegrepen, is het haalbaar Tijdsgebonden, wanneer is het klaar, wanneer is de evaluatie De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 83
De doelen zijn vervolgens verdeeld over verschillende beleidsterreinen. Er zijn de volgende vijf beleidsterreinen: Team Leerlingen Zorg Vakgebieden Extern Vervolgens zijn er prioriteiten gesteld. Hieruit volgt een meerjarenbeleidplan. Dit plan bestrijkt 4 jaar. Een aantal doelen komen niet voor in dit plan. Die doelen komen in latere jaren aan bod. Ieder jaar wordt het meerjarenplan bijgesteld. Er wordt één jaar toegevoegd en er valt een jaar weg. Zo ontstaat een rollend plan. Door niet verwachte ontwikkelingen kunnen in dit plan doelen worden opgenomen die niet eerder genoemd zijn. Legenda beleidsvoornemens
Vijf centrale doelen Gekoppeld doel aan centrale doelen Andere doelen
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 84
8.6 Onze beleidsvoornemens, planning 2011 – 2012
Team
Leerlingen
Zorg
Personeelsbeleid
Doorgaande leerlijn
Sociaal emotionele
zelfverantwoordelijk
ontwikkeling
Vakgebieden
Extern
Begrijpend lezen
Passend onderwijs
leren Gesprekscyclus S
Leerkrachten
Zelfstandig werk S
stellen een POP
Leerlijn opstellen voor zelfstandig
Leerlingvolgsysteem S
werk groep 1-8
Oriëntatie op SCOL
S
en leerlingSCOL groep
op
Oriëntatie op Nieuwsbegrip
S
XL
In samenspraak met WSNS een oriëntatie en visievorming middels het opstellen
6 t/m 8
van een schoolzorgprofiel welke ingaat op 1-8-2012
M
Elke leerkracht
M
Er is een leerlijn zelfstandig
M
werken
heeft een POP en
Een aantal leerkrachten
M
proberen de SCOL uit
De midden- en bovenbouw
M
werkt 2 maanden met de
er vinden
Aan het einde van het schooljaar is er een goedgekeurd schoolzorgprofiel
proeflicentie van Nieuwsbegrip
gesprekken plaats volgens de gesprekscyclus van STROOMM A
Louise en team
A
Louise en BCO
A
Thinka, Wieneke en
A
en bovenbouw in samen-
boven- ,midden- en
spraak met leerkrachten
onderbouw R
Er is een duidelijk
R
Het zelfstandig werk
R
Bouwcoördinator midden-
3 leerkrachten van de
Dit schooljaar een
A
Louise, Thinka , Wieneke en MR
van deze bouwen R
Voorgaande schooljaren
format voor
wordt in iedere groep
kennismaking geen
hebben meerder leerkrachten
handen
gedaan volgens afspraak
verdere invoering
af en toe gewerkt met
R
IB en directie heeft al meerdere scholingsdagen gevolgd over dit onderwerp
Nieuwsbegrip T
Volgens planning
T
2011-2012
T
januari – mei
gesprekscyclus
T
augustus - november uitproberen november evalueren en besluit nemen
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 85
T
2011-2012; verschillende bijeenkomsten bijwonen van WSNS
Weektaak S
Eenvormigheid in de weektaak
Eén zorgroute S
Verder invoering van het
Rekenen S
werken met groepsplannen
Uitzoeken nieuwe methode
LB functie S
Teamleden zijn geaccrediteerd voor een
voor rekenen voor groep 3 t/m
LB-functie. De school heeft in kaart
8 en implementatie in
gebracht welke LB-functies het open wilt
2012-2013. Voor groep 1-2
stellen
wordt ook rekenbeleid ontwikkeld. M
Er is een format voor de
M
Naast een groepsplan voor
M
Er staat een beleid op papier
weektaak in de verschillende
rekenen wordt er ook een
t.a.v. het rekenonderwijs.
bouwen
groepsplan opgesteld voor
Hieraan wordt de nieuwe
een tweede vakgebied.
methode getoetst.
M
minimaal 18% van team heeft LB
A
Louise en BCO
A
Wieneke, Thinka en team
A
Louise en werkgroep
A
R
Het doel is haalbaar aangezien
R
Het team heeft al 1,5 jaar
R
Indien er goede begeleiding
R
T
Voorwaarde bestuur uitvoer/aanstelling
Louise i.s.m. bestuur Eerste tranche heeft al plaatsgevonden.
de bovenbouw al een begin
gewerkt met groepsplan-
is van een specialist dan is
Daarnaast is er inmiddels een tweede
hiermee heeft gemaakt
nen voor rekenen
dit realiseerbaar
leerkracht geaccrediteerd
2011-2012
T
Gesloten stamgroep
Studiedag 21-9-2011
T
november – april 2012
T
2011-2012
Professionaliseren van de zorg
Van instructie groep naar
Optimaliseren zorgteam
Engels
PR-plan
stamgroep S
Binnen de instructies komt de
S
De intern begeleiders
nadruk te liggen op een doelge-
krijgen begeleiding vanuit
richte instructie en de koppeling
De Opmaat om de zorg-
met zelfverantwoordelijk leren
structuur beter neer te
S
Uitzoeken nieuwe methode
S
implementatie in 2012-2013
Schrijven van een PR-plan voor 2011-2015
zetten binnen onze school M
Alle leerkrachten werken volgens
M
het principe van doelgerichte
De dossiervorming en de
M
gesprekscyclus is verbeterd
Louise en team onder begelei-
M
Er is een PR-plan
t.a.v. Engels op onze school en in de verschillende bouwen
instructie A
Er is beleid geformuleerd
A
ding van het JAS
Wieneke en Thinka met
A
Louise, Kim en Jennifer
A
Louise, MR en werkgroep PR
R
Er kan gebruikt gemaakt
R
Directie heeft scholing gevolgd op het
begeleiding van Sylvia Jansen
R
Het vorige schooljaar hebben we hier al een start mee
De Lispeltuut
R
Dit doel zal gedurende het traject geleidelijk vorm Schoolplan 2011 – 2015 - 86
worden van scholen binnen
gebied van PR
gemaakt
krijgen
het bestuurd die dit traject al hebben doorlopen
T
Klassenbezoeken in september
T
Meerdere begeleidings-
BCO met JAS in november
bijeenkomsten in 2011-
Studiedag team 6 -12-2011
2012
T
Protocol meer- en
februari – juni 2012
T
Wereldoriëntatie
2011-2012
Schoolplein
hoogbegaafdheid S
Inventarisatie van afspra-
S
ken, materialen en wensen
Implementatie Topo en
S
Aardrijkskunde anders
Het schoolplein wordt uitdagender ingericht vanuit de principes van de
voor meer- en
jenaplanvisie
hoogbegaafde leerlingen. M
Er heeft een inventarisatie
M
De bovenbouw
M
De fietsen hebben een plaats buiten het
plaatsgevonden en het is
werkt met de nieuwe methode
plein gekregen en het plein is aantrekke-
duidelijk welke wensen er
Topo en aardrijkskunde anders
lijker ingericht
zijn binnen het team. A
Louise, Thinka, Wieneke
A
Wendie
A
Louise, werkgroep en MR
R
Thinka en Louise hebben in
R
Indien nodig kan Wendie één
R
Dit onderwerp staat al meerdere jaren
2010-2011 deelgenomen
of meerdere dagen worden
op de planning en er zijn dan ook al
aan een training rondom
vrijgeroosterd
verschillende ideeën verzameld
hoogbegaafdheid en hebben hier basismaterialen gekregen welke kunnen helpen bij het opstellen van een beleidsplan. T
januari – juni 2012
T
2011-2012
T
2011-2012 Schoolplan
S
Verder uitwerken doelen schooljaar 2012-2013
M
Er is een concreet jaarplan voor 20122013
A
Louise, Thinka, Wieneke en BCO
R
De basis voor het jaarplan ligt er en de doelen moeten nu alleen concreet gemaakt worden
T
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 87
februari 2012
2012 – 2013
Team
Leerlingen
Zorg
Collegiale
Doorgaande leerlijn
Sociaal emotionele
consultatie
zelfverantwoordelijk
ontwikkeling
Vakgebieden
Extern
leren Gesprekstraining S
Hoe voer je
Bloktijd S
collegiale gesprekken
Waaraan moet de bloktijd
Leerlingvolgsysteem S
voldoen en wat zijn activi-
Leerkrachten weten de
M Er is een plan opgesteld hoe
Begrijpend lezen S
en leerlingSCOL groep
teiten voor in de bloktijd? M
Invoeren SCOL
Implementatie Nieuwsbegrip
Passend onderwijs S
XL
Toetsing uitvoering schoolzorgprofiel aan de praktijk
6 t/m 8 M
Vorig jaar is er door een
M
De midden- en bovenbouw
technieken toe te pas-
er binnen de verschillende
aantal leerkracht kennis-
werkt met de nieuwe methode
sen van het voeren van
bouwen wordt omgegaan
gemaakt met SCOL. Nu
Nieuwsbegrip XL
collegiale gesprekken
met de bloktijd.
gaan alle leerkrachten
M
Aandachtspunten worden opgepakt en het plan wordt indien nodig bijgesteld
hier mee werken. A
Louise i.s.m. een
A
Louise en BCO
A
Thinka, Wieneke en team
A
specialist
Bouwcoördinator midden-
A
Louise, Thinka , Wieneke en MR
R
IB en directie heeft al meerdere scholings-
en bovenbouw in samenspraak met leerkrachten van deze bouwen
R
Het team heeft in het
R
We zijn dit traject in 2011
R
We zijn dit traject in 2011
R
We zijn dit traject in 2011
verleden al een traject
gestart en hieruit is een
gestart en hieruit is een
gestart en hieruit is een
gevolgd over commu-
invoeringsplan opgesteld.
invoeringsplan opgesteld.
invoeringsplan opgesteld.
dagen gevolgd over dit onderwerp
nicatie, dit is nu het vervolg T
2012-2013 met min. 1
T
2012-2013
T
2012-2013
studiedag
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 88
T
2012-2013
T
2012-2013
Gesloten stamgroep
Maatjes vormen
Instructie in gesloten
Eén zorgroute
Rekenen
LB functie
stamgroep S
Teamleden vormen
S
koppels voor een
Er wordt gewerkt in gesloten
S
stamgroepen
Verder invoering van het
S
Implementatie nieuwe
S
methode en voor groep 1-2
werken met groepsplannen
eerste aanzet tot
Teamleden zijn geaccrediteerd voor een LB-functie.
implementatie rekenbeleid
consultatie M
Ieder teamlid heeft een
M Er vinden alleen nog maar
maatje
M
Er wordt een groepsplan
M
Voor alle groepen 3-8 is er
instructies plaat in de eigen
opgesteld voor een derde
een nieuwe methode voor
stamgroep.
en mogelijk vierde
rekenen aangeschaft.
M
Voorwaarde bestuur uitvoer/aanstelling minimaal 24% van team heeft LB
vakgebied A
Louise
A
Louise en team onder
A
Wieneke, Thinka en team
A
Louise en specialist
A
Louise i.s.m. bestuur
Het team heeft al meerdere
R
Indien er goede begeleiding
R
Inmiddels is 18% benoemd in LB
T
2012-2013
begeleiding van het JAS R
Er is een traject gestart
R
Het vorige schooljaar
R
onder begeleiding van
hebben we hier al een start
jaren ervaring met het
is van een specialist dan is
een specialist.
mee gemaakt
werken met groeps-
dit realiseerbaar
plannen T
januari – juni 2013
T
2012-2013
T
Digitaal onderwijs
2012-2013
T
2012-2013
Professionaliseren van de zorg
S M
A
Wat willen we invoeren
Professionaliseren
op digitaal gebied
zorgteam
Er ligt een beleidsplan
S
Bijstellen van het zorgplan
ICT en digitaal onder-
en de bijbehorende
wijs
protocollen
ICT coördinator(en)
M
Er is een beleidsmap zorg
Engels S
Implementatie nieuwe
PR-plan S
methode
Maken van een folder, huisstijl indien nodig aanpassen en gebouw klantvriendelijker maken
M
N.a.v. het voorgaande
opgesteld waarin alle
schooljaar opgestelde beleid
protocollen terug te vinden
wordt de methode in de
zijn
betreffende groepen inge-
M
De leerlingeninstroom in groep 1 is minimaal 25.
voerd R
De ICT coördinator
De Lispeltuut
A
Wieneke en Thinka met Schoolplan 2011 – 2015 - 89
A
Louise en indien nodig een
A
Louise en PR werkgroep
wordt minimaal 1 keer
indien nodig begeleiding
per maand vrijgeroos-
van een specialist
specialist
terd T
2012-2013
R
Dit doel zal gedurende
R
het traject geleidelijk verder
Dit traject is vorig schooljaar
R
al voorbereid
Er ligt een duidelijk plan waarin de stappen uiteen zijn gezet
vorm krijgen T
2012-2013
T
Protocol meer- en
2012-2013
T
Voortgezet technisch lezen
2012-2013 Schoolplan
hoogbegaafdheid Netwerk
S
Opstellen beleidsplan
S
voor meer- en Er vinden voorberei-
M
Er ligt een beleidsplan
Er staat een beleid op papier
dingen plaats voor het
meer- en hoogbegaafd-
t.a.v. het leesonderwijs.
vervangen van het
heid.
Hieraan wordt de nieuwe
Er ligt een aanbeve-
Verder uitwerken doelen schooljaar 2013-2014
implementatie in 2013-2014 M
M
Er is een concreet jaarplan voor 20132014
methode getoetst.
netwerk M
S
voor technisch lezen en
hoogbegaafde leerlingen. S
Uitzoeken nieuwe methode
A
Louise, Thinka, Wieneke
A
Louise en werkgroep
A
Louise, Thinka, Wieneke en BCO
R
Vorig schooljaar heeft er
R
Indien er goede begeleiding
R
De basis voor het jaarplan ligt er en de
lingsplan voor het nieuwe schooljaar klaar A
Lousie en ICT-coördinator
een inventarisatie plaats-
is van een specialist dan is
doelen moeten nu alleen concreet
gevonden welke als basis
dit realiseerbaar
gemaakt worden
dient voor het op te stellen beleidsplan. Er ligt een format wat gebruikt kan worden. Indien nodig wordt er een externe instantie bij betrokken voor advies en ondersteuning. R
De ICT coördinator wordt minimaal 1 keer
T
T
september-december 2012
per maand vrijgeroos-
Implementatie vanaf
terd
januari 2013.
2012-2013
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 90
T
2012-2013
T
februari 2013
2013 – 2014
Team
Leerlingen
Zorg
Collegiale
Doorgaande leerlijn
Sociaal emotionele
consultatie
zelfverantwoordelijk
ontwikkeling
Vakgebieden
Extern
leren Gesprekstraining S
M
Inoefening
Zelfstandig werk S
Zelfstandigheid en
Regels en afspraken S
Vanuit het leerlingvolgsys-
collegiale gesprekken
zelfverantwoordelijkheid
teem worden afspraken
2e niveau
vergroten volgens plan
bijgesteld en vastgelegd
Leerkrachten weten de geleerde M Evalueren van zelfstandig-
M
In het zorgplan is een
Voortgezet technisch lezen S
Implementatie nieuwe
Passend onderwijs S
methode M
Voor alle groepen 4-8 is er
technieken toe te
werken en indien nodig
document opgenomen
een nieuwe methode voor
passen
verbeterpunten opstellen
waarin alle afspraken rond-
technisch lezen aangeschaft.
Toetsing uitvoering schoolzorgprofiel aan de praktijk
M
Aandachtspunten worden opgepakt en het plan wordt indien nodig bijgesteld
om de zorg zijn opgenomen A
Louise en specialist
A
Louise en BCO
A
Wieneke en Thinka
A
Louise en indien nodig
R
Traject is vorig jaar
R
Dit is het 3e jaar dat we aan
R
Dit onderwerp maakt deel
R
Indien er goede begeleiding
A
Louise, Thinka , Wieneke en MR
specialist gestart en team heeft
dit doel werken. Er ligt een
uit van het plan wat we in
is van een specialist dan is
er nu al een jaar erva-
duidelijk plan
2011 zijn gestart
dit realiseerbaar
R
IB en directie heeft al meerdere scholingsdagen gevolgd over dit onderwerp
ring mee T
2013-2014
S
Teamleden vormen
T
Maatjes vormen
2013-2014
T
2013-2014
S
Groepsplan doorontwik-
Weektaak en bloktijd S
Materialen aanschaffen
T
2013-2014
S
Uitzoeken nieuwe materialen
Eén zorgroute
wisselende koppels
als verrijking voor de week-
keling door laatste
voor consultatie
taak en de bloktijd
vakgebied er aan toe te
T
Techniek en wereldoriëntatie
2013-2014 LB functie
S
voor techniek
Teamleden zijn geaccrediteerd voor een LB-functie.
voegen M
Ieder teamlid heeft
M Er is geïnventariseerd aan
M
Er zijn groepsplannen voor
M
Er is een voorstel opgesteld
minimaal met 3 verschil-
welke materialen er behoef-
rekenen, taal, lezen en
voor de aanschaf van
lende collega’s een
te is en daar is een keuze in
sociaal emotionele ontwik-
nieuwe materialen
consultatiegesprek
gemaakt
keling
M
Voorwaarde bestuur uitvoer/aanstelling minimaal 30% van team heeft LB
gevoerd A
Louise
A
Louise en BCO
A
Wieneke, Thinka en team
A
Louise en werkgroep
A
Louise i.s.m. bestuur
R
Er is een traject gestart
R
Er ligt een duidelijk plan
R
Het doel is realistisch omdat
R
Met een goede planning is
R
Inmiddels is 24% benoemd in LB
onder begeleiding van De Lispeltuut
we nu in de eindfase zitten Schoolplan 2011 – 2015 - 91
dit zeker uitvoerbaar
een specialist.
van dit traject en er dus al veel ervaring mee hebben
T
2013-2014
T
2013-2014
T
Gesloten stamgroepen
2013-2014
T
2013-2014
T
2013-2014
Professionaliseren van de zorg
Digitaal onderwijs Netwerk
S
Instructie in gesloten
Professionaliseren
stamgroep
van het zorgteam
Evaluatie en bijstelling
S
werken in een gesloten Aanschaf nieuwe
M De leerlijnen voor alle
S
en indien nodig nieuwe
stamgroep S
Evalueren zorgstructuur
Schrijven Voldoet onze schrijfmethode
PR-plan S
Uitvoering volgens opgesteld plan
M
De instroom in groep 1 is nog steeds
nog aan onze wensen?
actiepunten opstellen M
Er heeft een onderzoek
M
Er vindt een evaluatie plaats
computers en update
vakgebieden liggen vast en
plaatsgevonden naar de
va n onze schrijfmethode. Hier-
minimaal 25 leerlingen. Daarnaast is er
netwerk
er wordt een format ontwik-
zorgstructuur
uit komt een plan wat door de
een goede samenwerking met onze
keld waarmee de ontwikke-
werkgroep verder wordt
partners in de regio
ling van alle leerlingen
vormgegeven.
gevolgd gaat worden M
Uitvoering van het
A
opgestelde plan A
Lousie en
Louise en team onder
A
begeleiding van JAS R
ICT-coördinator
Indien nodig worden er
De ICT coördinator
T
R
Het onderzoek zal door een
A
Louise en PR werkgroep
R
Indien er een goede planning
R
Er ligt een duidelijk plan waarin de stap-
extern bureau worden uit-
wordt gemaakt, is het doel
om de materialen te
gevoerd wat dus werk uit
zeker uitvoerbaar.
2013-2014
pen uiteen zijn gezet
onze handen zal nemen T
2013-2014
per maand vrijgeroosterd 2013-2014
De Lispeltuut
Louise en werkgroep
leerkrachten vrij geroosterd
wordt minimaal 1 keer
T
A
extern bureau
ontwikkelen R
Wieneke, Thinka en
Schoolplan 2011 – 2015 - 92
T
2013-2014
T
2013-2014
Protocol meer- en
Taal
Schoolplan
hoogbegaafdheid S
Verdere implementatie van
S
Wat zijn onze doelen voor
het beleidsplan voor meer-
taal in de onderbouw? Vol-
en hoogbegaafde
doen deze nog aan onze
leerlingen.
wensen? Indien nodig wordt
S
Verder uitwerken doelen schooljaar 2014-2015
deze bijgesteld. M
Het beleidsplan
M
Het taalbeleid in de onder-
meer- en hoogbegaafd-
bouw wordt geëvalueerd en
heid is volledig geïmple-
indien nodig bijgesteld.
M
Er is een concreet jaarplan voor 20142015
menteerd. A
Louise, Thinka, Wieneke
A
Wieneke en Barbara
A
Louise, Thinka, Wieneke en BCO
R
De implementatie is vorig
R
Indien er een goede planning
R
De basis voor het jaarplan ligt er en de
schooljaar begonnen, dit
wordt gemaakt, is het doel
doelen moeten nu alleen concreet
wordt nu verder voortgezet.
zeker uitvoerbaar.
gemaakt worden
Indien nodig wordt er een externe instantie bij betrokken voor advies en ondersteuning. T
De Lispeltuut
schooljaar 2013-2014
Schoolplan 2011 – 2015 - 93
T
2013-2014
T
februari 2014
2014 – 2015
Team
Leerlingen
Zorg
Collegiale consultatie
Doorgaande leerlijn
Sociaal emotionele
zelfverantwoordelijk
ontwikkeling
Vakgebieden
Extern
leren Gesprekstraining S
M
Gesprekstraining door-
Zelfstandig werk S
Evalueren weektaak en
Leerlingvolgsysteem S
SCOL en leerlijn sociaal
voeren naar andere
bloktijd en indien nodig
emotionele ontwikkeling
type gesprekken
bijstellen
evalueren en bijstellen
Leerkrachten weten de geleerde M Verbeterpunten opstellen
M
voor zelfstandig werk
technieken toe te passen
Er vindt een bewuste
Techniek en wereloriëntatie S
Implementatie nieuwe
Passend onderwijs S
methode M
Voor alle groepen 1-8 is er
koppeling plaats van
een nieuwe methode voor
activiteiten gericht op de
techniek en wereldoriëntatie
sociaal emotionele ont-
aangeschaft.
Toetsing uitvoering schoolzorgprofiel aan de praktijk
M
Aandachtspunten worden opgepakt en het plan wordt indien nodig bijgesteld
wikkeling A
Louise en specialist
A
Louise en BCO
A
Louise, Wieneke, Thinka
A
en team R
Traject is in 2012
R
Dit traject zit nu in de afron-
R
Het betreft vooral een
gestart en team heeft
dende fase en moet nu
evaluatie. Indien er vervolg-
er nu al ruim ervaring
worden geborgd.
stappen uit volgden worden
mee
Indien nodig wordt het
deze meegenomen in het
BCO een aantal dagdelen
nieuwe schoolplan
Louise en indien nodig
A
Louise, Thinka , Wieneke en MR
R
IB en directie heeft al meerdere scholings-
specialist R
Met een goede planning is dit doel realistisch
dagen gevolgd over dit onderwerp
vrij geroosterd T
2014-2015
De Lispeltuut
T
2014-2015
T
2014-2015
Schoolplan 2011 – 2015 - 94
T
2014-2015
T
2014-2015
Gesloten stamgroepen
Maatjes vormen
Instructie gesloten
Eén zorgroute
Schrijven
PR-plan
stamgroepenn S
Collegiale consultatie
S
is op afroep binnen Indien nodig worden
S
werken in een gesloten
het team M
Evaluatie en bijstelling
Groepsplannen evaluatie
S
en indien nodig bijstellen
Implementatie nieuwe
S
Uitvoering volgens opgesteld plan
M
De instroom in groep 1 is nog steeds
methode
stamgroep M Evalueren en opstellen
M
Er zijn groepsplannen voor
M
Voor alle groepen 1-8 is er
er consultatiegesprek-
nieuwe doelen voor komen-
rekenen, taal, lezen en
een nieuwe methode voor
minimaal 25 leerlingen. Daarnaast is er
ken gevoerd
de 4 jaar
sociaal emotionele ontwik-
schrijven aangeschaft
een goede samenwerking met onze partners in de regio
keling A
Louise
A
Louise en team onder
A
Wieneke, Thinka en team
A
Louise en werkgroep
A
R
Het doel is realistisch omdat
R
Met een goede planning is
R
Louise en PR werkgroep
begeleiding van JAS R
Er is een traject gestart
R
Indien nodig worden er
onder begeleiding van
leerkrachten vrij geroosterd
we nu in de eindfase zitten
een specialist.
om de plannen te ontwikke-
van dit traject en er dus al
len T
2014-2015
T
2014-2015
Er ligt een duidelijk plan waarin de stappen uiteen zijn gezet
dit doel realistisch
veel ervaring mee hebben T
2014-2015
T
Protocol meer- en
2014-2015
T
Muziek en Drama
2013-2014 Schoolplan
hoogbegaafdheid S
Evaluatie van het beleids-
S
de nog aan onze wensen?
hoogbegaafde
Indien nodig wordt er een
leerlingen. M
Voldoet onze huidige metho-
plan voor meer- en
Het beleidsplan
S
Verder uitwerken doelen schooljaar 2015-2016 en schrijven nieuw schoolplan
nieuwe methode aangeschaft M
Voor alle groepen 1-8 wordt er
meer- en hoogbegaafd-
indien nodig een nieuwe
heid wordt geëvalueerd en
methode voor muziek en
indien nodig bijgesteld.
drama aangeschaft
M
Er is een concreet jaarplan voor 20152016
A
Louise, Thinka, Wieneke
A
Louise en werkgroep
A
R
De implementatie heeft
R
Met een goede planning is
R
Louise, Thinka, Wieneke en BCO en indien nodig een specialist
vorig schooljaar , dit
De Lispeltuut
dit doel realistisch
Het schoolplan 2011-2015 moet geëvalueerd worden en er moet een nieuw
wordt nu verder voortgezet.
plan worden opgesteld. Dit is realistisch
Indien nodig wordt er een
als er meteen vanaf het begin van het
Schoolplan 2011 – 2015 - 95
externe instantie bij betrok-
schooljaar een duidelijke planning wordt
ken voor advies en onder-
gemaakt.
steuning. T
De Lispeltuut
schooljaar 2014-2015
Schoolplan 2011 – 2015 - 96
T
2014-2015
T
Start oktober 2014
Bijlagen A Uitslag kwaliteitsonderzoek 2008-2009 B Jaarverslag 2010-2011 verantwoording C Ordening van ons onderwijs D Ordening van de documenten van ons personeelsbeleid E Instemmingverklaring MR F Afkortingenlijst
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 97
A Uitslag kwaliteitsonderzoek 2008-2009
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 98
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 99
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 100
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 101
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 102
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 103
B Jaarverslag 2010-2011 verantwoording In het onderstaande jaarverslag leest u de ontwikkelingen van het afgelopen schooljaar. Dit jaarverslag geeft een beeld van de Lispeltuut in ontwikkeling. Aan het eind van het verslag staan de doelen die wij het komend schooljaar willen bereiken. Jaarverslag 2010-2011 Openbare jenaplanschool De Lispeltuut Inleiding Dit is het negende officiële jaarverslag van openbare jenaplanschool de Lispeltuut. Het verslag bestrijkt de periode 01 augustus 2010 t/m 31 juli 2011. In dit schooljaar zijn er diverse ontwikkelingen geweest. Deze ontwikkelingen worden hieronder beknopt beschreven. Indien meer uitleg gewenst is, kan informatie opgevraagd worden bij de directie. Financiën Leerlingenaantal in samenhang met formatie Het leerlingenaantal op de Lispeltuut is afgelopen jaar licht gedaald. Op 1 oktober 2010 telt de school 206 leerlingen. Dat zijn 7 leerlingen minder dan het jaar daarvoor. Aan het eind van het schooljaar zijn er 226 leerlingen op school. Er verlaten 18 leerlingen onze school. Volgens prognose telt de school aan het begin van het volgende schooljaar 215 leerlingen. De formatie is van het aantal leerlingen afhankelijk. Aangezien het leerlingenaantal iets is gedaald, is de formatie aangepast. De ruimte die is ontstaan doordat Jennifer van een fulltime baan naar een parttime baan is gegaan wordt niet vervangen. Leerlinggebonden financiering Er zijn in totaal 3 leerlingen op school die een leerlinggebonden financiering hebben. Eén daarvan heeft een dubbel budget. Voor twee leerlingen lukt het de school prima om deze leerlingen te begeleiden en de resultaten zijn goed. Voor één leerling wordt er toch gekozen voor een verwijzing richting het speciaal onderwijs. Weging De school heeft een weging van 0 en zal dit de komende jaren ook behouden. Financieel In het kalenderjaar 2010 hebben we afgesloten met een negatief resultaat. Dit is mede veroorzaakt door de vele vervangingen die het voorgaande schooljaar hebben plaatsgevonden. De directie is samen met STROOMM en OSG uit gaan zoeken hoe dit is ontstaan en heeft hier maatregelen voor getroffen voor het komende jaar. Verwacht wordt dat het kalenderjaar 2011 ook met een negatief resultaat afgesloten zal worden, maar hier is vanwege het weer groeiende leerlingenaantal toestemming voor verleend door het bestuur van STROOMM. Personeel Leerkrachten Zoals ieder jaar zijn er diverse veranderingen binnen het personeelsbestand en vinden er zowel op het personele en professionele vlak ontwikkelingen plaats. Op leerkrachtengebied worden, met betrekking tot school, de volgende items genoemd: • • • •
Marion van Engelen is weer volledig hersteld en werkt sinds begin 2011 weer voor 100%. Jennifer van Dulmen heeft zwangerschapsverlof genoten en is per 16-05-2011 drie dagen i.p.v. 5 dagen gaan werken. Joyce van den Berge gaat per 01-08-2011 stoppen op de Lispeltuut. Zij gaat als remedial teacher aan de slag in een praktijk en in haar eigen woonplaats Nijmegen. Jeske Linskens start per 01-08-2010 als leerkracht op de Lispeltuut. Zij is afkomstig van een andere school binnen de stichting.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 104
•
Marleen Ackerman start per 01-08-2011 als leerkracht op de Lispeltuut. Zij heeft het afgelopen schooljaar ook het zwangerschapsverlof van Jennifer vervangen.
Scholing De volgende trajecten zijn in gang gezet: • Een gedeelte van het team gaat naar de Jenaplanconferentie. • Het team heeft meerdere studiedagen gevolgd onder begeleiding van het JAS om de jenaplanvisie weer goed neer te zetten. • Het team heeft de training Taakspel gevolgd. • Alberdine Verdeuzeldonk, Kim van de Heuvel en Jennifer van Dulmen volgen de bijscholing over preventie machtsmisbruik. • Jennifer van Dulmen, Hilde Neefs, Corina Penders en Barbara Boeijenga volgen de cursus omgaan met gedragsproblemen. • Directie en IB zijn naar een nascholingsdag voor jenaplandirecteur en IB geweest. • Nolly van Ravesteijn volgt de cursus met sprongen vooruit. • Er is een studiedag van het bestuur over pr, communicatie en imago. • De nascholing voor BHV, EHBO en reanimatie worden gevolgde door Hilde Neefs, Sandra Arentz, Marion van Engelen, Joyce van den Berge en Louise Strijk. • Het team krijgt informatie over één zorgroute. Stamgroepen We hebben dit jaar 9 stamgroepen. Door het grote leerlingenaantal in de middenbouw hebben we een extra stamgroep gemaakt in deze bouw. Ook is er in de bovenbouw een extra stamgroep bij gekomen. In de onderbouw zijn we van 3 naar 2 stamgroepen over gegaan. Voor volgend schooljaar hebben we ook 9 stamgroepen. Na langdurig overleg met team en MR hebben we besloten om te kiezen voor twee onderbouwgroepen, 3 middenbouwgroepen en 4 bovenbouwgroepen. Verbeteren kwaliteit bovenbouw In de bovenbouwgroepen is afgelopen schooljaar flink ingezet op het verbeteren van het reken- en taalonderwijs. Doordat er afgelopen jaren veel wisselingen hebben plaatsgevonden in de bovenbouw was het belangrijk om hier weer de rust en structuur terug te brengen die er voorheen altijd was. De bovenbouw heeft hier dan ook hard aan gewerkt en dat zien we terug in onze resultaten. Hier zit duidelijk een stijgende lijn in en dat is een positieve ontwikkeling. Ook de voorbereiding op het voortgezet onderwijs is geanalyseerd en daarom is besloten dat alle bovenbouwleerlingen vanaf het schooljaar 2011-2012 een agenda van de school krijgen. Het werken met huiswerk zal een vastere plek innemen in de bovenbouw. WSNS De contacten met WSNS verlopen goed. Er zijn een aantal bijeenkomsten over passend onderwijs en één zorgroute. Met het verband wordt bekeken wat de mogelijkheden zijn in de toekomst. Met de intern begeleider zijn intensieve contacten en besprekingen. Jenaplanvisie Het afgelopen schooljaar hebben wij als team verschillende studiemomenten gehad onder begeleiding van het JAS (jenaplan advies en scholing). Gedurende dit traject hebben we als team kritisch gekeken naar onze huidige visie en besproken wat onze wensen zijn voor de toekomst. Voor de toekomst willen wij als school graag de stap gaan maken om richting gesloten stamgroepen te gaan. Dit houdt in dat de instructiegroepen dan zullen verdwijnen en dat de kinderen de hele dag in de eigen stamgroep zitten. De instructie wordt dan gegeven door de eigen stamgroepleerkracht. Dit is natuurlijk niet iets wat zomaar geregeld kan worden. Hier gaat een groot traject aan vooraf. Voor het komend schooljaar gaat dit traject dan ook een vervolg krijgen. Taakspel Als team hebben we de training taakspel gevolgd. Deze is bekostigd dankzij een subsidie van de gemeente Maasdriel. Met Taakspel houden leerlingen zich beter aan klassenregels. Daardoor neemt onrustig en storend gedrag af. Leerlingen kunnen dan beter en taakgericht werken. Bovendien ontstaat er een prettiger klassenklimaat. Leerlingen spelen Taakspel in teams tijdens de reguliere lessen of activiteiten. De leerkracht bespreekt welke klassenregels er tijdens Taakspel gelden. De leerlingen De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 105
stimuleren elkaar om zich aan de regels te houden. Alleen dan komen ze in aanmerking voor de beloning, die zij van te voren met elkaar afspraken. De leerkracht deelt tijdens het spelen van Taakspel alleen complimenten uit en negeert negatief gedrag.
1 augustus 2011 Louise Strijk directeur
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 106
C Ordening van ons onderwijs Verantwoording voor aantal minuten per week per vakgebied. Vakvormingsgebied
groep 1
groep 2
groep 3
A. werkles A. lichamelijke opvoeding A. buitenspel
570 120 315
570 120 315
B. Taal B. aanvankelijk lees- en taalonderwijs B. kring/groepsgesprek B. spreekbeurten B. Taal / ICT B. Voorlezen B. Klassikaal lezen B. Voortgezet technisch lezen B. Begrijpend lezen B. Waarderend lezen (vrij) B. Schrijven
225
225
C. Rekenen en wiskunde C. Rekenen /ICT
groep 4 60 100 135
330 15 15 20 20
groep 5
30
F. Sociale redzaamheid en verkeer G. Tekenen G. Muziek-Drama G. Handvaardigheid
De Lispeltuut
45
120
groep 8
100 75
100 75
100 75
100 75
300
300
300
300
300
15
15 15 15 20
15 15 15
15 20 15
15 20 15
60 90 50 60
30 90 45 30
30 75 45 30
300 15
300 15
300 15
60
60
60
15 20
150
90
60 90 50 60
270 15
300 15
300 15
D. Engels E. Wereldoriëntatie
groep 7
100 75
60 90
30
groep 6
90
170
210
210
210
210
45
30
45
45
45
60
45
120
60 45 60
60 45 60
60 45 60
60 45 60
60 45 60
60 45 60
Schoolplan 2011 – 2015 - 107
D Ordening van de documenten van ons personeelsbeleid
Ordening van de documenten van het personeelsbeleid (Inhoudsopgave van het personeelsbeleidsplan) wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
opmerkingen
basis
personeelsbeleidsplan
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
1. Inleiding 2. Sociale afspraken
Hoe gaan we met elkaar om?
2.1 Gedragscode 2.2 Informatieverschaffing 2.3 Arbo /
CAO-PO
ziekteverzuimpreventie /
11.7
personeelszorg
-
Risico-inventarisatie en
X
evaluatie.
2011
Plan van aanpak t.a.v.
door
•
voorkomen en beperken
ARBO
van ziekteverzuim.
Unie
N.B. reïntegratie wat betreft dit onderdeel verwijzen naar 3.7 kan ook; •
voorkomen en beperken arbeidsrisico's ten gevolge van agressie en geweld op school;
2.4 Roken op school
x wordt in
Onderdelen (documenten) personeelsbeleidsplan
Wettelijke basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
2.5 Doelgroepenbeleid/
CAO-PO
Bijzondere aandacht
evenredige
2.6
(potentiële) groepen: vrouwen,
vertegenwoordiging
WPO Art.
allochtonen en
vrouwen in directies
30
arbeidsgehandicapten bij
Zie ook 6.5
x
ondervertegenwoordiging
2.6 Seksuele intimidatie /
CAO-PO
Gezonde en veilige leer- en
racisme / agressie en
11.5
werkomgeving
x
geweld 2.7 Sociaal jaarverslag 2.8 Anti-discriminatiecode De Lispeltuut
CAO-PO
x x Schoolplan 2011 – 2015 - 108
2.9 Besluitvorming
X
2.10 Lief en leed
X
wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
personeelsbeleidsplan
basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
3. Begeleiding
Hoe vindt begeleiding en leiding plaats? Welke perspectieven worden geboden?
3.1 Beginnende
CAO-PO
-
Regeling ten behoeve van
X
personeelsleden en
de introductie en
vervangers
begeleiding van beginnende werknemers en vervangers -
Leerarbeidsovereenkomst en leer-werkplan onderwerpen onderwijsassistent in opleiding.
-
Overeenkomst voor ‘doorstromer’
3.2 Klassenconsultatie
X
3.3 Mobiliteitsbevordering
X
3.4 Scholing en
CAO PO
professionele ontwikkeling
9.2
-
Meerjarenbeleid met
X
betrekking tot scholing en professionele ontwikkeling van de werknemers.
3.5 Gesprekkencyclus
CAO PO
-
9.4
Regeling m.b.t. doel,
X
onderwerpen, de procedure en de frequentie gesprekken wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
personeelsbeleidsplan
basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
3.6 Persoonlijk
CAO PO
ontwikkelingsplan/
9.5/9.6
bekwaamheidsdossier
-
Persoonlijk
X
ontwikkelingsperspectief -
Bekwaamheidsdossier opstellen
3.7 Conflictpreventie 3.7 Ziekteverzuim 3.8 Exit-interview
De Lispeltuut
X Zie 2.3
X X
Schoolplan 2011 – 2015 - 109
4. Rechtspositioneel beleid
Aanvullingen op de CAO-PO, eigen beleid van het bestuur.
4.1 Verlof/BAPO
X
4.2 Verlenen van
X
buitengewoon verlof 4.3 Beloningsdifferentiatie/
CAO-PO
Beloningsbeleid m.b.t.
Incidentele
6.19
gratificaties en toelagen
X
beloningsvormen 4.4 Zakelijke reis- en
X
verblijfskosten 4.5 Leeftijdsbewust
X
personeelsbeleid 4.6 Werkreglement
CAO-PO
Regeling arbeids- en rusttijden.
X
2.4 4.7 DGO/GO
X
wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
personeelsbeleidsplan
basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
5. Functies en taken
Functies en taken in de school. Wat wordt er van het personeel verwacht, hoe zijn de taken verdeeld?
5.1 Beroepsprofiel
Zie ook de wet op de beroepen
leerkracht
in het onderwijs.
5.2 Fasen leraarschap 5.3 Functiebouwwerk
X X
CAO –PO
-
5.3
Jaarlijkse aanpassing
X
functieboek bestuurs- en schoolniveau
5.4 Functiemix
CAO-PO
Functiedifferentiatie
5.3/5.4
5.5 Arbeidsduur en
CAO-PO
normjaartaak
2.1 en 2.2.
5.6 Managementstatuut
WPO art. 31
-
Beleid m.b.t. functiemix 2010
X
t/m 2014 -
Procedure functiewaardering
-
Kaders taakbeleid.
X
-
Managementstatuut,
X
zie ook de wet op de beroepen in het onderwijs.
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 110
5.7
X
Onderwijsondersteunend personeel
wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
personeelsbeleidsplan
basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
6. Selectie personeel 6.1 Sollicitatiecode
CAO-PO
X
11.8 6.2 Deeltijdbanen
X
6.3
X
Onderwijsondersteunend personeel 7. Bestuursaanstelling 7.1
CAO-PO
Werkgelegenheidsbeleid/
10.1 t/m
werkgelegenheidsbeleid
ontslagbeleid
10.5
(behouden en uitbreiden
-
Regeling
X
werkgelegenheid). -
Regeling ontslagbeleid.
8. Personeelsformatiebeleid 8.1 Strategisch
X
personeelsplan 8.2
CAO-PO
Meerjarenformatiebeleid/
2.7
X
bestuursformatieplan 8.3 Jaarlijks formatieplan
CAO-PO
X
2.7 wordt in
Onderdelen (documenten)
Wettelijke
personeelsbeleidsplan
basis
opmerkingen
is klaar
de
is vastgesteld
periode 2011-2015 gemaakt
9. Medezeggenschap 9.1
WMS
Medezeggenschapsreglement.
X
WMS
Gemeenschappelijk
X
Medezeggenschapsraad 9.2 Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad De Lispeltuut
medezeggenschapsreglement. Schoolplan 2011 – 2015 - 111
E Instemmingverklaring schoolplan
De Lispeltuut
Schoolplan 2011 – 2015 - 112
F Afkortingenlijst ARBO BAPO BHV BOP CAO PO IB De Lispeltuut
arbeidsomstandigheden bevordering arbeidsparticipatie ouderen bedrijfshulpverlening bestuursondernemersplan collectieve arbeidsovereenkomst primair onderwijs interne begeleiding| Schoolplan 2011 – 2015 - 113
ICT IHP IPB JAS LVS MD MR NJPV OV POP RI&E STROOMM WMS WPO WSNS ZAT
De Lispeltuut
informatie en communicatie technologie integraal huisvestingsplan integraal personeelsbeleid jenaplan advies en scholing leerlingvolgsysteem multidisciplinaire team medezeggenschapsraad Nederlandse Jenaplan Vereniging oudervereniging persoonlijk ontwikkelingsplan risico inventarisatie en evaluatie Stichting Regionaal Openbaar Onderwijs Maas en Meijerij wet medezeggenschap scholen wet primair onderwijs weer samen naar school zorg advies team
Schoolplan 2011 – 2015 - 114