Schoolplan 2011-2015 ODS DE PEPPEL
Schoolgegevens Openbare Daltonschool De Peppel Tweede Dwarsdiep 8 9515 PR Gasselternijveenschemond 0599-658204
[email protected] www.de-peppel.nl
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
2
Woord vooraf Schoolplanperiode Deze schoolplan bestrijkt de periode 2011-2015. Het geeft het beleid weer dat we willen voeren, en maakt duidelijk welke keuzes we daarin maken. Totstandkoming van dit schoolplan Dit schoolplan is opgesteld door de directie, in samenspraak met het team en het bevoegd gezag, de stichting PrimAH. Het bevoegd gezag heeft een format opgesteld dat gehanteerd diende te worden bij het opstellen van het plan. Na het opstellen van het schoolplan is het plan op 20-07-2011 voor vaststelling aangeboden aan het bevoegd gezag. Het plan is op 20-07-2011 besproken met de medezeggenschapsraad. Evaluatie en voortgang van de uitvoering Jaarlijks wordt de voortgang geëvalueerd en worden de beleidsvoornemens voor het komend schooljaar vastgesteld. Het schoolplan dient als leidraad en daar waar nodig wordt de planning bijgesteld. Aan het einde van de schoolplanperiode wordt het geheel geëvalueerd. Inbedding in het kwaliteitszorgsysteem Dit schoolplan staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van een integrale en cyclische aanpak van schoolontwikkeling die door alle scholen van Stichting PrimAH wordt gevolgd. In ons schoolprofiel hebben we geschetst wat voor school we willen zijn. Dat hebben we voor alle domeinen van het INK-model vertaald in kritische succesfactoren voor onze schoolontwikkeling, en deze uitgewerkt in indicatoren en doelstellingen. Tijdens de zelfevaluatie (bijlage 1) hebben we vastgesteld waar we nu staan met betrekking tot deze indicatoren en doelstellingen, en daarop is dit schoolplan gebaseerd. Bij de uitvoering van dit schoolplan gedurende deze schoolplanperiode zal de schoolontwikkeling met actieplannen planmatig worden tot stand worden gebracht, en zullen de bereikte resultaten geborgd worden, waarmee de vierjarige cyclus van Plan/Do/Check/Act afronden en weer aan een nieuwe cyclus kunnen beginnen. PrimAH Alert Voor alle scholen van de stichting zijn de indicatoren voor schoolontwikkeling opgenomen in de PrimAH Alert (zie ook Hoofdstuk 7), waarmee de scholen en het bevoegd gezag de ontwikkelingen steeds kunnen monitoren. Iedere school heeft hier toegang toe en kan de status van een doelstelling aanpassen als er wat is bereikt, en de relevante borgingsdocumenten uploaden. Hiermee wordt bereikt dat ontwikkelingen inzichtelijk en geborgd zijn, en dat steeds een actueel overzicht van de stand van zaken beschikbaar is. Op deze manier is ook de zelfevaluatie tot stand gekomen. Dit systeem is toegankelijk voor de directies (voor wat betreft hun eigen school) en voor het bevoegd gezag, dat alle scholen op deze manier kan volgen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
3
Inhoud
Inleiding: typering van de school ............................................................................. 7 1
2
3
4
Visie en beleid ................................................................................................. 10 1.1 Visie........................................................................................................... 10 1.1.1 Wettelijk kader en kerndoelen .............................................................. 10 1.1.2 Identiteit............................................................................................ 10 1.1.3 ICT.................................................................................................... 12 1.2 Beleidsvorming ............................................................................................ 13 1.2.1 Managementmodel .............................................................................. 13 1.2.2 Omgevings- en toekomstgerichtheid...................................................... 14 1.3 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 15 Leiderschap en management ........................................................................... 16 2.1 Leiderschap................................................................................................. 16 2.1.1 Onderwijskundig en opbrengstgericht leiderschap ................................... 16 2.1.2 Professionele Leergemeenschap (PLG) ................................................... 16 2.1.3 Besluitvormingsprocedures................................................................... 16 2.1.4 Strategische beleidsvorming en leiderschap ............................................ 17 2.2 Management ............................................................................................... 19 2.3 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 19 Personeel ......................................................................................................... 21 3.1 Integraal personeelsbeleid (IPB) .................................................................... 21 3.1.1 CAO Primair Onderwijs ........................................................................ 21 3.1.2 Ontwikkelingen van IPB binnen de school ............................................... 21 3.1.3 Wet BIO (Wet Beroepen In het Onderwijs) ............................................. 21 3.1.4 In de praktijk ..................................................................................... 22 3.1.5 Sollicitatiecode ................................................................................... 22 3.2 Instrumenten personeelsbeheer, -zorg en –sturing .......................................... 22 3.2.1 Begeleiding startende leerkrachten en invallers....................................... 22 3.2.2 Taakbeleid ......................................................................................... 22 3.2.3 Functioneringsgesprekken .................................................................... 23 3.2.4 Bevorderen mobiliteit .......................................................................... 23 3.2.5 Scholing............................................................................................. 23 3.3 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 23 Cultuur en klimaat ........................................................................................... 25 4.1 Schoolcultuur .............................................................................................. 25 4.1.1 Leerklimaat ........................................................................................ 25 4.1.2 Sfeer ................................................................................................. 25 4.1.3 Feedback voor leerkrachten .................................................................. 25 4.1.4 Leeromgeving ..................................................................................... 26 4.1.5 Gedragsregels .................................................................................... 26 4.1.6 Externe contacten ............................................................................... 26 4.2 Cultuur voor medewerkers ............................................................................ 29 4.2.1 Verwachtingen m.b.t. de bijdrage van leerkrachten aan de ontwikkeling van de school ..................................................................................... 29 4.2.2 Eigen ontwikkeling .............................................................................. 29 4.2.3 Interne communicatiestructuur ............................................................. 30 4.3 Cultuur voor leerlingen ................................................................................. 30 4.3.1 Omgaan met verschillen ...................................................................... 30 4.3.2 Didactisch concept .............................................................................. 30
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
4
5
6
4.3.3 Schoolregels ....................................................................................... 30 4.3.4 Leerling-enquête ................................................................................. 30 4.4 Cultuur voor ouders ..................................................................................... 31 4.4.1 Communicatie met ouders.................................................................... 31 4.4.2 Medezeggenschapsraad en Ouderraad ................................................... 31 4.4.3 Overige ouderparticipatie ..................................................................... 32 4.5 Veiligheid en sociale veiligheid ....................................................................... 32 4.5.1 Schoolregels ....................................................................................... 33 4.5.2 Pestprotocol ....................................................................................... 33 4.5.3 Protocol Agressie en Geweld ................................................................. 34 4.5.4 Vertrouwenspersoon en klachtenregeling ............................................... 34 4.5.5 Registratie van ongewenste incidenten .................................................. 34 4.5.6 Veiligheidsbeleving .............................................................................. 34 4.6 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 34 Middelen en voorzieningen .............................................................................. 36 5.1 Huisvesting en uitrusting .............................................................................. 36 5.2 Financiën .................................................................................................... 36 5.2.1 Lumpsum ........................................................................................... 36 5.2.2 Zelfbeheerbudget scholen .................................................................... 37 5.2.3 Zorgmiddelen (WSNS/Rugzakgelden) .................................................... 37 5.2.4 Sponsoring ......................................................................................... 38 5.3 Materieel beleid ........................................................................................... 38 5.3.1 Meerjarenonderhoudsplan gebouw ........................................................ 38 5.3.2 Meerjarenplan vervanging methodes ..................................................... 38 5.4 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 39 Management van onderwijs- en ondersteunende processen ............................ 40 6.1 Visie op ontwikkeling en onderwijs ................................................................. 40 6.1.1 Ononderbroken ontwikkeling ................................................................ 40 6.1.2 Contacten met ouders ......................................................................... 41 6.1.3 Bevordering van leergebiedoverstijgende kerndoelen............................... 41 6.1.4 Resultaat- en opbrengstgericht werken .................................................. 42 6.1.5 Aansluiting handelingsgericht werken/implementatie 1-zorgroute ............. 43 6.2 Pedagogische huisstijl .................................................................................. 44 6.2.1 Vertrouwensrelatie leerkracht-ouders-kind ............................................. 45 6.2.2 Moeilijk gedrag ................................................................................... 45 6.2.3 Grensoverschrijdend gedrag ................................................................. 45 6.3 Didactisch ontwerp ...................................................................................... 45 6.4 Leerstofaanbod ............................................................................................ 46 6.4.1 Methodisch en aanvullende materialen i.r.t. de kerndoelen ....................... 46 6.4.2 ICT in de school .................................................................................. 49 6.5 Differentiatie in de school ............................................................................. 49 6.5.1 Verschillen in ontwikkelingsniveau ......................................................... 49 6.5.2 Afstemming op de ontwikkeling- en onderwijsbehoeften van het kind ........ 50 6.5.3 Werken in de klas als geheel ................................................................ 50 6.5.4 Werken in subgroepen in de klas........................................................... 50 6.5.5 Werken met individuele leerlingen ......................................................... 50 6.5.6 Werken buiten de klas ......................................................................... 50 6.6 Leerlingenzorg............................................................................................. 50 6.6.1 Gewoon als het kan, speciaal als het moet ............................................. 50 6.6.2 Leerlingvolgssysteem .......................................................................... 51 6.6.3 Remedial teaching en extra hulp ........................................................... 51 6.6.4 Onderwijs aan zieke kinderen ............................................................... 52 6.6.5 Versnellen of verlengen ....................................................................... 52
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
5
7
6.6.6 Speciale voorzieningen ........................................................................ 52 6.6.7 Leerlingbespreking .............................................................................. 53 6.7 Passend onderwijs/ Implementatie 1-zorgroute ............................................... 54 6.7.1 Schoolbeleid ....................................................................................... 54 6.7.2 Facilitering ......................................................................................... 56 6.8 Begeleiding naar het voortgezet onderwijs ...................................................... 57 6.8.1 Adviesgesprekken met ouders en kinderen ............................................. 57 6.8.2 Cito-eindtoets ..................................................................................... 57 6.8.3 Documenten naar VO .......................................................................... 57 6.9 Lesroosters ................................................................................................. 58 6.10 Management van ondersteunende processen................................................... 58 6.10.1 Organisatie en management ........................................................... 58 6.10.2 Interne communicatiestructuur ........................................................ 58 6.10.3 Nieuwsbrief/schoolkrant/website...................................................... 60 6.10.4 Fronter ......................................................................................... 60 6.10.5 Systeem van kwaliteitszorg (4-jarige en 1-jarige beleidscyclus) ........... 60 6.11 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 61 Resultaatgebieden ........................................................................................... 62 7.1 Opbrengstgerichte cultuur............................................................................. 62 7.2 Waardering door de ouders, personeel, leerlingen en inspectie .......................... 62 7.3 Resultaten en opbrengsten ........................................................................... 63 7.4 Beleidsvoornemens ...................................................................................... 63
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1 2 3 4 5
Zelfevaluatie ...................................................................................... 65 Beleidsvoornemens ........................................................................... 67 Schoolprofiel ..................................................................................... 71 Kerndoelen PO (2006) en leerstofaanbod .......................................... 80 Lesroosters ........................................................................................ 88
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
6
Inleiding: typering van de school Openbare Daltonschool De Peppel staat in het dorp Gasselternijveenschemond . De bevolking van onze school bestaat vooral uit kinderen uit Gasselternijveenschemond. Verder komt een aantal kinderen uit o.a. Stadskanaal en Oude-Pekela Wij hebben geen voordeel van leerlingen met gewichten, maar wel hebben we een rugzakleerlingen, waarvoor we iets extra formatie en middelen krijgen. Op de teldatum van 1 oktober 2010 bezoeken 29 leerlingen De Peppel. Zij zijn verdeeld over 3 groepen. Onze school De school heeft een aantal kenmerken:
Het is een Daltonschool De slogan ‘een kleine school is zo gek nog niet ‘wordt voluit bewaarheid Er is een grote ouderbetrokkenheid We werken hard aan en met het directe instructiemodel Het team bekwaamt zich elk jaar verder
Onze school is een openbare school, pluriform en algemeen toegankelijk. Dat betekent:
dat we bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen met aandacht voor de levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die bestaan in onze Nederlandse samenleving onze school vrij toegankelijk is voor alle kinderen zonder onderscheid te maken.
Onze school is een kleine school: overzichtelijk en kleinschalig. Het is een werk- en leefgemeenschap waar kinderen en volwassenen zich veilig kunnen voelen. In kleine groepen, zoals binnen onze school het geval is, hebben kinderen minder keuzemogelijkheden wat betreft vriendjes en vriendinnetjes. Daar staat tegenover dat de kinderen leren om te gaan met verschillen qua leeftijd en niveau. De kinderen worden mede daardoor meer zelfverzekerd en meer weerbaar. Bovendien leren ze anderen te accepteren zoals die zijn en zich gedragen. Niemand verdwijnt in een massa. Ieder is er en mag er zijn. Ook de zorg voor de omgeving is een opdracht aan iedereen. Een goed school- en klassenklimaat is belangrijk voor kinderen en leerkrachten. De sociaalemotionele ontwikkeling van een kind heeft in een leuke groep meer kans van slagen. Er wordt ontspannen en dus beter gewerkt en er gaat minder tijd verloren aan correcties van individuen en de groep. Het is motiverend voor de groepsleerkracht, want je gaat met meer plezier de klas in. Een goed werk- en leefklimaat is alleen mogelijk als er duidelijke afspraken zijn gemaakt. Project Duurzaam Leren Duurzaam Leren is een project dat op de gemeenschappelijke agenda staat van onze gemeente en als opbrengst moet hebben dat het gezamenlijk resultaat zich vertaalt in het verbeteren van de leefbaarheid en sociale cohesie in het gebied. Binnen de ‘Agenda voor de Veenkoloniën’ is gezocht om de verschillende projecten en trajecten met elkaar te verbinden, waardoor de effectiviteit vergroot wordt.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
7
Voor het onderwijs betekent Duurzaam Leren een project met als doel betere schoolresultaten in de Veenkoloniën. Bij duurzaamheid gaat het om interesse, betrokkenheid, eigenaarschap, doorzettingsvermogen en plezier, zodat het leren doorgaat na de schoolse periode. Diep en duurzaam leren verhoogt de kans dat het geleerde opgeslagen wordt in het lange termijngeheugen. Onze ambitie is om in 2011 veranderingen en verbeteringen in het onderwijs op de scholen zodanig vorm te hebben gegeven dat er sprake is van duurzame verbeteringen. Deze duurzame verbeteringen zijn terug te zien in de structurele verhoging van de leerresultaten op het gebied waar de school de focus op heeft gezet. Op onze school is dat op het gebied van spelling en lezen. Het doel is het veranderen van de cultuur van scholen en organisaties rondom de school in een professionele leergemeenschap waar continu en planmatig gewerkt wordt aan de verbetering van het onderwijs en van resultaten op basis van data. Kerntaak De school heeft de taak bepaalde kennis en vaardigheden over te dragen. In Nederland staat de leerstof voor de basisschool beschreven in de kerndoelen. Aan de hand van dit document kan de school bepalen welke leerstof aangeboden moet worden. Teams en ouders hebben de mogelijkheid tot inspraak over de wijze waarop de leerstof wordt aangeboden. Hoe organiseer je de lessen? Welke methoden wil je gebruiken? Wij hebben ervoor gekozen te werken volgens de principes van het Daltononderwijs. De ontwikkelingen in de maatschappij (zoals toenemende individualisering en een pluriformer wordende samenleving) wordt van ons als school gevraagd om actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Daarnaast maakt de school het mogelijk dat elke leerling kennis heeft van verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Kennismaking met die leeftijdsgenoten is daarbij een eerste stap. Burgerschapsvorming zien wij niet als een apart vak, maar als een vanzelfsprekend onderdeel in het onderwijs. Het beste resultaat wordt bereikt als we het burgerschap verweven met het handelen van zowel de leerlingen als de leerkrachten. Samenstelling team In het schooljaar 2010-2011 werken er 5 leerkrachten, een administratieve kracht, en een conciërge. Bevoegd gezag Onze school valt onder het bestuur van de stichting PrimAH en is één van de vijftien openbare basisscholen in Aa en Hunze. Het bestuur vormt het bevoegd gezag van alle scholen van de Stichting PrimAH, zijnde alle 15 openbare basisscholen in de gemeente Aa en Hunze. Taken en verantwoordelijkheden van bestuur en toezicht zijn helder gescheiden. Daarbij is de betrokkenheid van leerlingen en ouders uitdrukkelijk gewaarborgd. Het bovenschools management wordt gevormd door de algemeen directeur, Saakje Berkenbosch. Zij geeft leiding aan de gehele organisatie van de Stichting. In het managementstatuut is vastgelegd welke taken en bevoegdheden van het bevoegd gezag zijn gemandateerd aan de algemeen directeur. Ze wordt in haar werkzaamheden ondersteund door een stafbureau.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
8
Schoolgegevens Openbare Daltonschool De Peppel Tweede Dwarsdiep 8 9515 PR Gasselternijveenschemond 0599-658204
[email protected] www.de-peppel.nl
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
9
1
Visie en beleid
Wij staan voor kwalitatief goed onderwijs. Hart voor kinderen en hart voor personeel. Werken op basis van vertrouwen.
1.1
Visie
De doelstellingen van de school worden bepaald door het wettelijk kader waarbinnen de school opereert, en de eigen visie van de school met betrekking tot identiteit, ontwikkeling van kinderen, zorg en begeleiding, pedagogisch concept, didactisch concept en het bevorderen van zelfstandigheid, contacten met ouders en ICT.
1.1.1
Wettelijk kader en kerndoelen
De visie en doelstellingen van de school zijn grotendeels bepaald door de Wet op het Primair Onderwijs en de vastgestelde kerndoelen. Belangrijk is hierbij dat:
alle leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen; het onderwijs gericht is op de emotionele en verstandelijke ontwikkeling van de leerlingen, maar ook op de ontwikkeling van de creativiteit, noodzakelijke kennis, sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden; ervan uitgegaan wordt dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; het onderwijs gericht is op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie; dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten.
1.1.2
Identiteit
Een eigen identiteit leidt voor De Peppel tot het volgende: Onze opdracht
Het begeleiden van kinderen in de basisschoolleeftijd. Het kind in ons onderwijs centraal te laten staan. We trachten de kinderen een aantal zaken als bagage voor de toekomst mee te geven.
We willen ze daarom bewust laten worden van:
Het respect voor anderen Een positief kritische houding t.o.v. zichzelf en anderen Eigen mogelijkheden en beperkingen en het creatief ermee omgaan Verantwoordelijkheden Eigen gemaakte fouten en deze op waarde in te schatten Zelfstandigheid
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
10
Eigen weerbaarheid Maatschappelijke verschillen
Bovengenoemde aspecten willen we in de lestijd niet als afzonderlijke delen aan de orde laten komen, maar zijn verweven in het totale onderwijsaanbod. Wij achten het van belang dat leerlingen van onze school weten wat er met betrekking tot de pedagogische uitgangspunten van hen verwacht wordt, maar dat ook bekend is wat zij van de onderwijsgevenden kunnen verwachten. Positieve waardering en stimulans van leerkrachten levert o.i. een bijdrage aan goede prestaties en een goed taakbesef. In feite kunnen we zeggen dat alle bovenstaande aspecten grotendeels zijn verweven binnen het Daltononderwijs. Onze positie Als onderwijsinstelling beschikken we over methodieken en methoden om zo veel mogelijk onderwijs op maat te geven. Het onderwijs aan De Peppel is, zoals al eerder opgemerkt, kindgericht. Niet alleen cognitieve vaardigheden
Naast het aanbod van cognitieve vaardigheden wil de school ruim aandacht besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, creatieve vaardigheden en zorg voor het milieu, met name in de nabije omgeving van de school. Orde, rust en regelmaat kunnen de indruk wekken streng te zijn. Wij zien deze termen in het licht van voorwaarden om tot een optimale werksfeer te komen. In het onderwijs speelt zorg voor leerlingen, mede in het kader van WSNS, een belangrijke rol. De zorgverbreding wordt als fundament gezien voor de onderwijskundige vernieuwing binnen de school. Een belangrijk didactisch aspect van Daltonisering en zorgverbreding is het zelfstandig werken in groepen. Daarom is er gekozen voor het werken met dag- en weektaken. Dit geeft de groepsleerkrachten de mogelijkheid te differentiëren binnen de groep. We streven ernaar de doorgaande lijn te volgen en te werken met tempo- en leerstofdifferentiatie. Algemeen is de didactiek naar kinderen er één welke een sfeer van veiligheid wil creëren en tevens aandacht schenkt aan zelfstandigheid, weerbaarheid en zelfredzaamheid. Leerlingen die speciale hulp en/of aandacht nodig hebben, worden tijdens de lessen begeleid. Een belangrijk didactisch uitgangspunt is het zelfstandig werken. De Peppel is een openbare basisschool. Voor de school is daarom van belang dat de school toegankelijk is voor elk kind van welke levensbeschouwing dan ook. Tevens houdt dit in dat het onderwijs aan onze school verstoken dient te blijven van indoctrinatie en discriminatie. Een belangrijk aspect hierbij is principiële gelijkwaardigheid van allen. We trachten in ons onderwijs aan te sluiten bij de algemeen heersende opvattingen t.a.v. normen en waarden van onze democratische samenleving. Hier moet zeker een plaats worden ingeruimd voor het multiculturele aspect van onze samenleving.
Wij willen bekend staan als een onderwijsinstelling die:
Werkt volgens de uitgangspunten van het Daltononderwijs Open en toegankelijk is De leerling als uitgangspunt neemt Een in alle opzichten betrokken team heeft
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
11
De leerling de meest ideale ontplooiingskansen geeft Gebruik maakt van het samenspel tussen school, ouders en omgeving De ouders nadrukkelijk betrekt bij de ontwikkeling van hun kind Ouders laat meedenken t.a.v. keuzes in het onderwijs, o.a. door gesprekken tijdens de spreekavonden
We willen bereiken dat:
Leerlingen op onze school in alle opzichten de kans krijgen zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen om te kunnen participeren in de samenleving
Dat houdt in dat we het belangrijk vinden dat een leerling:
Leeft in zijn eigen netwerk te midden van anderen Kansen krijgt om zelfstandige keuzes te maken Gelegenheid krijgt een eigen persoonlijkheid te ontwikkelen Gerespecteerd wordt Volwaardig medeburger is
We willen ons ontwikkelen tot:
Een Daltonschool in optima forma Een schoolorganisatie met deelproducten tot een organisatie die op meerdere terreinen ondersteuning kan bieden. Een school die kan inspelen op de resultaten van de kinderen en gebruik maakt van trendanalyses.
Ons perspectief voor de toekomst is: Een herkenbare en veilige plaats te zijn waar kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen en waarbij er een samenhangend verband is tussen leerlingen, team, ouders en omgevingsfactoren. Ons perspectief naar leerlingen is:
Betrokkenheid Veiligheid Ontplooiingskansen
Ons perspectief naar ouders is:
Adequaat kunnen inspelen op diverse vragen Mogelijkheden bieden tot actieve betrokkenheid bij de ontwikkeling van hun kind en de planning, uitvoering en evaluatie van beleid in de uitvoering.
1.1.3
ICT
We willen de ontwikkelingen met betrekking tot de informatie- en communicatietechnologie niet aan onze school voorbij laten gaan. Veel werk in de afgelopen jaren heeft gezorgd voor een goede infrastructuur. Dit verder uitwerken en het updaten van de website zijn nu aan de orde. De school is bezig met het implementeren van ICT-onderwijs en het gebruik van digitale schoolborden moet verder uitgebreid worden.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
12
1.2
Beleidsvorming
1.2.1
Managementmodel
De kwaliteitszorg is bij ons cyclisch van aard. Schematisch weergegeven werken we als volgt:
Ver b et er p lan n en Sch o o lp lan
Be zin n in g
Ev aluat ie
Plan n in g
Wer ken vo lg en s u it vo er in g sd o cu m en t en : • Han d leid in g IPB • Han d leid in g zo r g st r u ct u u r • Han d leid in g On d er w ijs • Han d leid in g kw alit eit szo r g
Uit v oe r in g
Qu ick scan kw alit eit sd o cu m en t en Zelf evalu at ier ap p o r t Sch o o lg id s
Bijg est eld e ver b et er p lan n en Be zin n in g
Evalu at iever slag en ver b et er p lan n en Evalu at iever slag en u it vo er in g sd o cu m en t en Evalu at iever slag en r esu lt at en en o p b r en g st en Jaar ver slag
Ev aluat ie
Plan n in g
Uit v oe r in g
Bijg est eld e u it vo er in g sd o cu m en t en
Om zo concreet mogelijk over de kwaliteitszorgcyclus te kunnen praten, koppelen wij er relevante schooldocumenten aan. Binnen ons systeem van cyclische en integrale kwaliteitszorg is gekozen voor het INK-model. Een sterk punt van het model is, dat het helpt om de samenhang tussen de processen inzichtelijk en logisch te beschrijven. We zijn proactief en alert ten aanzien van het beoordelen van de kwaliteit van ons onderwijs. We bepalen vooraf nog nadrukkelijker onze koers en gaan na of we onze (onderwijs)doelstellingen hebben bereikt (evidence based), op leerling-, groeps-, school- en bovenschools niveau. PrimAH Alert Samen met Cadenza Onderwijsconsult is een Early Warning System ontwikkeld, genaamd PrimAH Alert, dat gekoppeld is aan onze cyclische en integrale kwaliteitszorg. PrimAH Alert is opgebouwd uit:
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
13
Harde indicatoren voor kwaliteit; aan de hand van uitgebreid (wetenschappelijk) onderzoek binnen het primair onderwijs zijn deze indicatoren opgesteld en komen grotendeels voort uit het wettelijk toezichtskader. De kritische succesfactoren van de doelstellingen van het strategisch en managementbeleidsplan van Stichting PrimAH. Succesfactoren die van belang zijn om ‘in control’ te blijven. Succesfactoren waarop de schooldirecteuren hebben aangegeven beoordeeld te willen worden als het gaat om verantwoording afleggen over de kwaliteit van hun scholen (dit aan de hand van hun schoolplan/actieplannen). De onderdelen van het INK-model.
PrimAH Alert waarschuwt ons als school en ons bestuur op tijd voor terugval in prestaties van onze school en leerlingen. PrimAH Alert focust op opbrengsten in de breedste zin van het woord, dus meer dan alleen de indicatoren vanuit de Wet op Onderwijstoezicht. Met behulp van PrimAH Alert bewaken we of onze school de gewenste kwaliteit realiseert en bewaakt het bevoegd gezag de kwaliteit van alle PrimAH scholen.
1.2.2
Omgevings- en toekomstgerichtheid
Passend Onderwijs We vinden dat Passend Onderwijs zo veel mogelijk op school en in de klas moet worden vormgegeven. Voor het doorvoeren van Passend Onderwijs hanteren we de uitgangspunten van de 1-Zorgroute. Vooral omdat deze zorgroute de leerkracht centraal zet en uitgaat van het werken, denken en praten vanuit de onderwijsbehoeften van leerlingen. We richten ons binnen Passend Onderwijs niet op welke leerlingen we nog meer naar onze scholen toe kunnen geleiden (richting inclusief). We focussen ons op het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs voor alle leerlingen op alle niveaus. In het schooljaar 2011-2012 stellen we een onderwijszorgprofiel op. In dit profiel beschrijven we welke basiszorg we bieden en welke gespecialiseerde zorg we (eventueel met hulp van derden) kunnen bieden. We leggen hierin afspraken vast over ondersteuning en deskundigheidbevordering van ons team, die nodig is om het onderwijszorgprofiel te kunnen realiseren. WSNS De school wil in het kader van weer samen naar school kijken naar de kansen die deze benadering geeft. Er zal creatief worden gekeken hoe er inhoud kan worden gegeven aan deze gedachte zonder dat het inbreuk gaat geven op de basisvoorwaarden die wij nodig achten voor goed onderwijs. Ouders De school ziet het contact met de ouders als een van de pijlers van goed onderwijs. Er zal dan ook alles aan worden gedaan om dit contact op een hoog niveau te houden en te krijgen. Hierbij kan worden gedacht aan het peil houden van informatie verstrekking aan ouders en het betrekken van ouders bij ontwikkelingen op de school. De ouderraad en de MR vervullen in dezen een centrale rol.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
14
1.3
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking het domein Visie en Beleid verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis hiervan hebben we de volgende doelstelling voor de komende schoolplanperiode vastgesteld.
Doelstelling
Resultaat 11/12
Visie en beleid Het onderwijszorgprofiel is opgenomen in een document en vastgesteld. De visie van de school wordt uitgedragen.
In 2012 is een onderwijszorgprofiel vastgesteld op basis van de visie vanuit de 1-zorgroute. De slogan van de school is bekend bij alle ouders.
x
De schoolgids wordt als goed gewaardeerd door ouders.
x
Alle medewerkers zijn in het bezit van het stichtingprofiel en kennen het.
x
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
15
2
Leiderschap en management
‘Goed leiderschap doet goed volgen’
2.1
Leiderschap
2.1.1
Onderwijskundig en opbrengstgericht leiderschap
De schooldirecteur is verantwoordelijk voor:
De overlegstructuren binnen de school De onderwijskundige zaken en de leerlingenzorg De uitvoering van het integraal personeelsbeleid De uitvoering van het (meerjaren) scholingsplan voor zover het scholing voor de eigen teamleden betreft De taakverdeling binnen de school Het beheer van de schoolgebouwen Zaken die voorvloeien uit verhuur of medegebruik van het schoolgebouw Het meerjarenplan voor aanschaf lesmethodes Het zelfbeheerbudget
Wij vinden het cruciaal dat de rol van schooldirecteur verandert van een manager naar een opbrengstgerichte en onderwijskundige leider. De schooldirecteur richt zich meer op het onderwijskundig leiden van de school. Het gedachtegoed van Michael Fullan is daarbij sturend. Dat is voor ons een aanmerkelijke uitdaging binnen de projecten Duurzaam Leren en Opbrengstgericht Werken. Daarom is in het kader van Duurzaam Leren (Agenda voor de Veenkoloniën), onder begeleiding van E&S, een professionele leergemeenschap ingericht voor de basisschooldirecteuren.
2.1.2
Professionele Leergemeenschap (PLG)
Leren kan niet in een isolement en daarom stimuleren we dat leraren en schoolleiders van en met elkaar (en van en met experts) kunnen leren. Leraren en schoolleiders moeten elkaar aan het werk zien, elkaar consulteren, ervaringen delen over wat wel en niet werkt en waarom. Zij moeten de resultaten bespreken en vooral in de klas het onderwijs aan de kinderen verstevigen en verbeteren.
2.1.3
Besluitvormingsprocedures
De algemeen directeur draagt zorg voor de voorbereiding en uitvoering van besluiten zoals ze worden genoemd in het managementstatuut. Minimaal vijf keer per jaar vergadert de algemeen directeur met de directeuren van scholen (Dibo). Ter voorbereiding van deze vergadering zijn vier werkgroepen ingesteld, te weten voor:
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
16
Onderwijskundige zaken Personele zaken Algemene zaken Financiële zaken en huisvesting
Alle directeuren zitten in één van de bovengenoemde werkgroepen. Tijdens de Dibo’s worden de verslagen en voorstellen van deze werkgroepen geagendeerd. In het managementstatuut is omschreven welke zaken ter vaststelling aan het bevoegd gezag worden voorgelegd en welke aan de algemeen directeur. Indien nodig wordt instemming of advies gevraagd aan de (G)MR. 2.1.4
Strategische beleidsvorming en leiderschap
Een aantal stappen is gezet om te komen tot strategisch beleid: • In het kader van de invoering van de lumpsumfinanciering is een (eigen) formatiebeleid opgezet, genaamd ‘Formatie op Maat’. Hiermee is reeds een jaar voor invoering van de lumpsumfinanciering gewerkt. Dit is tevens een beheersinstrument voor de personele lasten. • In de notitie lumpsumbeleid is een analyse gemaakt van de risico’s en kansen die lumpsum-financiering ons biedt en een beleid uitgezet om de gezonde financiële positie te borgen. Coachend leiderschap Coachen is gericht op het begeleiden van mensen zodat ze leren en tot betere prestaties komen. Bij leidinggeven draait het om doelen stellen en resultaten halen. Coachend leidinggeven combineert deze beide vormen. Bij coachend leidinggeven staan het verbeteren van prestaties en de ontwikkeling van medewerkers voorop. De leidinggevende stelt vragen die de medewerker prikkelen en aanzetten tot nadenken. Hij moedigt de medewerker aan om uitdagingen aan te gaan en in actie te komen. Leiderschap Het Dibo heeft in 2006 een statement opgesteld ‘Werken op basis van vertrouwen’. Wederzijds vertrouwen is een voorwaarde voor het nemen van verantwoordelijkheid, het maakt veel beheersinstrumenten overbodig: • • • • • • • • •
We hebben een brede rolopvatting, een hoge mate van betrokkenheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. We hebben vertrouwen in elkaar en in anderen (team, bestuur), maar zijn wel waakzaam. We zijn voorspelbaar en consistent. We zijn helder in onze communicatie. We tonen voorbeeldgedrag en zijn integer. We kunnen loslaten en er is ruimte voor fouten. We zoeken en bieden hulp en steun. Er is een vrije uitwisseling van kennis en informatie. Het groepsbelang gaat boven het persoonlijk belang, maar we zijn wel betrokken bij wel en wee van personen.
Dit statement geeft duidelijk de leiderschapsstijl van de algemeen directeur en de schooldirecteuren weer.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
17
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
18
2.2
Management
De school heeft door het lage leerlingaantal te maken met een platte structuur. Er is geen sprake van bouwcoördinatoren. Er is een directeur die tijdens zijn afwezigheid wordt vervangen door een waarnemer. Daarnaast is er voor de zorg een IB’er die ook de RT verzorgt en verantwoordelijk is voor de Dalton coördinatie binnen de school. Er zijn drie combinatieklassen die door de kleinschaligheid op vele fronten samenwerken. Er zijn functieomschrijvingen voor:
Directeur IB’er RT’er Dalton-coördinator Leerkracht
Communicatie en overleg vindt plaats via:
Dibo Teamvergaderingen MR-vergaderingen Bovenschools IB-overleg
We werken met het managementprincipe van de professionele leergemeenschap (zie hiervoor paragraaf 2.1.2).
2.3
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking het domein Leiderschap en Management verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld. Doelstelling
Resultaat 11/12
Leiderschap De directeur is een verandermanager (volgens de principes van Fullan). De directeur werkt aantoonbaar planmatig.
Er wordt gestuurd op data.
In 2015 kent de schooldirecteur veranderstrategieën en past deze (aantoonbaar) toe. In 2012 is de schooldirecteur in staat om met zijn team aantoonbaar planmatig en resultaatgericht te werken. In 2012 kan de schooldirecteur met zijn team data genereren en bruikbare analyses maken.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
x
x
x
x
x
x
x
19
Doelstelling
Resultaat 11/12
Een professionele leergemeenschap is geïmplementeerd.
De directeur heeft een licentie t.a.v. de Vaardigheidsmeter. De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
Het personeel is tevreden over het schoolmanagement. Verbeteren toegankelijkheid van de directie.
In 2014 heeft de school (professionele) leergemeenschappen gevormd volgens het principe van Michael Fullan. In 2012 heeft iedere schooldirecteur de licentie voor de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. In 2013 heeft elke directeur bij alle leerkrachten van zijn team de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag afgenomen. In 2014-2015 is 90% van het personeel tevreden over het schoolmanagement. De taken en verantwoordelijkheden van de directie zijn bij iedereen bekend.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
x
x
x
20
3
Personeel
Capabel, vitaal en gemotiveerd personeel is van cruciaal belang om kwalitatief goed onderwijs te kunnen verzorgen.
3.1 3.1.1
Integraal personeelsbeleid (IPB) CAO Primair Onderwijs
Voor de wet- en regelgeving verwijzen wij naar het geldende Kaderbesluit Onderwijspersoneel en de van toepassing zijnde CAO Primair Onderwijs. Voor alle personeelsleden geldt de collectieve arbeidsovereenkomst voor het primair onderwijs. Aan alle personeelsleden is dit boekwerkje uitgereikt en ieder kan kennis nemen van de rechten en de plichten.
3.1.2
Ontwikkelingen van IPB binnen de school
Het management en het bestuur houden t.a.v. het personeelsbeleid rekening met ontwikkelingen die door de landelijke overheid in gang worden gezet en er zal waar nodig nieuw beleid worden opgesteld. Tijdens de planperiode 2011-2015 wordt stapsgewijs de functiemix ingevoerd. In 2014 moet 46% van alle leerkrachten in LB zitten. Binnen ons team kennen we de functies directeur, leerkracht en intern begeleider. Bij verdere specificering van werkzaamheden is er momenteel alleen sprake van taakdifferentiatie. Met de functiemix stimuleren we de verdere ontwikkeling én mobiliteit van leerkrachten, met lesgevende taken. Eén en ander is omvat in de kadernotitie Functiemix. Leidinggevenden gaan daarnaast met de vaardigheidsmeter instructiegedrag aan de slag. De vaardigheden van de leerkracht en het team worden als geheel getoetst.
3.1.3
Wet BIO (Wet Beroepen In het Onderwijs)
Alle teamleden beschikken over een bekwaamheidsdossier en schrijven jaarlijks een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP). Het POP wordt onderdeel van de vaardigheidsmeter instructiegedrag. In de wet BIO is geregeld dat onderwijspersoneel bekwaam dient te zijn en te blijven bij de uitoefening van hun beroep. Werkgever en werknemer hebben hierin een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het bekwaamheidsdossier is de bouwsteen voor een meerjaren personeelsplanning en het integraal personeelsbeleid. Het bekwaamheidsdossier is een middel om greep te krijgen op de eigen beroepskwaliteit en de ontwikkeling daarvan.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
21
3.1.4
In de praktijk
Leraren omschrijven de taken, mogelijkheden, de verwachtingen, wensen en ambities en geven antwoord op de vraag: hoe verloopt de (professionele) ontwikkeling? Tijdens het functioneringsgesprek komt het bekwaamheidsdossier ter sprake. De leerkracht is zelf verantwoordelijk voor de inhoud van het bekwaamheidsdossier. De schoolleiding bewaart de dossiers. Er is een hoge mate van correlatie tussen kwaliteitszorg en integraal personeelsbeleid. Kwaliteitszorg bestaat uit het beschrijven, beoordelen en verbeteren van de doelen van de school en integraal personeelsbeleid richt zich op het beschrijven, beoordelen en verbeteren van de competenties en criteria van de medewerkers. Hoe meer de relatie tussen doelen en competenties en criteria één op één is, hoe meer de school zich op de gewenste manier ontwikkelt wanneer de medewerkers zich ontwikkelen.
3.1.5
Sollicitatiecode
In de notitie ‘Sollicitatieprocedure’ staat omschreven hoe gehandeld wordt bij het vervullen van vacatures. Bij het werven en selecteren van nieuwe personeelsleden zijn we voor het opbouwen van een evenwicht tussen mannen en vrouwen, al staat de kwaliteit/deskundigheid van de te benoemen kandidaten voorop. In de notitie is eveneens aangegeven hoe te werk wordt gegaan bij het werven en selecteren van personeel en de evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in een management.
3.2
Instrumenten personeelsbeheer, -zorg en –sturing
Het IPB is de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur. In het kader van het IPB zijn onderdelen uitgewerkt en vastgelegd in notities. Deze staan vermeld op het digital portal Fronter en handboek ‘soldaat’.
3.2.1
Begeleiding startende leerkrachten en invallers
Er valt onderscheid te maken tussen leerkrachten die al over enige ervaring (reeds verbonden waren aan een andere school) en leerkrachten die nauwelijks over ervaring beschikken. We vinden het belangrijk dat leerkrachten zich goed en snel moeten kunnen inwerken. Er wordt een traject, genaamd ‘jonge honden’ aangeboden en er kan waar nodig een beroep gedaan worden op collegiale ondersteuning. Voor de invallers wordt jaarlijks een invallersbijeenkomst georganiseerd.
3.2.2
Taakbeleid
Er is een notitie taakbeleid aanwezig op elke school. In het taakbeleid is de taakomschrijving, -belasting, -verdeling en -differentiatie voor onderwijsgevenden vastgesteld. De taken van de leerkrachten bestaan uit lesgevende en niet-lesgevende taken. De richtlijnen zoals genoemd in de CAO-PO dienen als uitgangspunt. Tijdens de functioneringsgesprekken worden de taken individueel besproken en na de planningsvergadering aan het einde van ieder schooljaar opnieuw vastgesteld.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
22
3.2.3
Functioneringsgesprekken
De directie is belast met het voeren van functioneringsgesprekken van de leerkrachten. De vaardigheidsmeter wordt hier onderdeel van. De algemeen directeur voert functioneringsgesprekken met de directie en legt schoolbezoeken af. Van de gesprekken wordt een (vertrouwelijk) verslag gemaakt.
3.2.4
Bevorderen mobiliteit
Binnen de Stichting PrimAH is beleid gemaakt ten aanzien van het bevorderen van de mobiliteit. De algemeen directeur voert gesprekken met de leerkrachten in het kader van de mobiliteit.
3.2.5
Scholing
Onder scholing wordt verstaan: een opleiding, een cursus, bijhouden van vakliteratuur, collegiale consultatie, intervisie, supervisie, coaching e.d. De scholing kan gericht zijn op individuele personen maar ook op groepen/teams. Daar waar mogelijk wordt scholing (bovenschools) geclusterd. Elke medewerker wordt geacht 10% van de jaartaak te besteden aan scholing. Alle scholingswensen worden jaarlijks in een scholingsplan meegenomen. Er wordt rekening gehouden met het beschikbare budget. In diverse notities is het beleid t.a.v. scholing vastgelegd. We verwijzen naar de lijst van notities en protocollen m.b.t. het IPB op het digitale portal (Fronter).
3.3
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking het domein Personeel verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). De analyse van het early warning system PrimAH Alert geeft aan dat de huidige gesprekscyclus onvoldoende bijdraagt aan de ontwikkeling van de leerkrachten en de bekwaamheidsdossiers niet volledig op orde zijn. Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld. Doelstelling
Resultaat 11/12
Personeel De begeleiding leerkrachten is geborgd.
De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
In 2012 is in een notitie vastgelegd op welke wijze startende leerkrachten en invallers worden begeleid en ingewerkt. In 2013 is 90% van alle leerkrachten gecertificeerd in het kader van de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
23
Doelstelling
Resultaat 11/12
De gesprekkencyclus is geïmplementeerd.
Het bekwaamheidsdossier is geïmplementeerd.
De functiemix is geïmplementeerd. Het ziekteverzuim wordt beperkt. Collegiale consultatie is ingevoerd. Het personeel ontwikkelt zich volgens de afspraken in de gesprekkencyclus.
Er is in 2015 een volledige gesprekscyclus ingevoerd. De gesprekkencyclus wordt onder andere gebruikt als evaluatie van het personeelsbeleid. Het instrument Vaardigheidsmeter Instructiegedrag is hierbij leidend. In 2015 zijn de competenties van de personeelsleden in beeld gebracht en vastgelegd in een bekwaamheidsdossier en kunnen de personeelsleden het nut en de noodzaak van dit dossier benoemen. In 2014 is voldaan aan de eisen van de functiemix en is voldoende personeel in de LB-schaal benoemd. Het ziekteverzuim in lager dan 4%. Er is een werkend systeem van collegiale consultatie. Met iedere medewerker wordt de volledige gesprekkencyclus doorlopen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
24
4
Cultuur en klimaat
Hart voor kinderen en hart voor personeel. We bouwen met vertrouwen aan een PrimAH toekomst.
4.1
Schoolcultuur
4.1.1
Leerklimaat
Wij vinden dat onze school zich niet alleen moet beperken tot de schoolvakken, maar de kinderen ook moet leren op een goede manier met elkaar om te gaan. Kinderen moeten leren samen te werken en in een toenemende mate zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen doen en laten. Kinderen moeten zich kunnen ontwikkelen in een houding van zelfvertrouwen, zelfkennis en positief gedrag. Om dit te kunnen realiseren hebben we de methode ‘Kinderen en hun sociale talenten’ ingevoerd met ingang van het schooljaar 2007-2008.
4.1.2
Sfeer
Aangezien we een kleine school zijn hechten we veel waarde aan een goede en veilige sfeer, niet alleen kinderen onderling, maar ook de combinatie leerling-leerkracht-ouder.
4.1.3
Feedback voor leerkrachten
De cultuur is dat leerkrachten elkaar feedback geven, met als doel deskundigheid op peil te houden of te verbeteren. Het werkklimaat is zodanig dat deze feedback ook gegeven kan worden. Er is een sfeer van onderling vertrouwen waarbij we een gezamenlijk doel voor ogen hebben. We willen kwalitatief onderwijs op niveau blijven verzorgen. Het team heeft afspraken gemaakt over de organisatie in de klas. Een belangrijk deel daarvan is de administratie in de klas. Op deze wijze willen we bewerkstelligen dat er sprake is van uniformiteit. Daarnaast is er ruimte voor een individuele invulling door de leerkracht voor specifieke onderwerpen, die vaak gerelateerd zijn aan een bepaalde groep. Met privé-gevoelige zaken wordt zorgvuldig omgegaan De leerkracht legt de planning en de leerresultaten schriftelijk vast. Dit is belangrijk voor het uitbrengen van rapportages ( bv. naar ouders) en het overdragen van de klas (bv. aan de duo-partner of aan invallers). De leerkracht die eindverantwoordelijk is voor de klas draagt zorg voor een goede administratie. Deze leerkracht verzorgt ook de oudergesprekken. In diverse mappen bewaart de leerkracht protocollen en houdt hij/zij bij welke afspraken en regelingen gelden. Dit gebeurt in de/het:
Klassenmap/planning Hierin zit alle noodzakelijke informatie over de leerlingen, cijferlijst, absentie, planning, adressen etc. e.d.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
25
Toetsmap In deze map worden de af te nemen toetsen en de handleidingen bewaard. Dossiermultomap Deze bevat documenten/betrekking hebbende op de individuele leerling. Alle gegevens (adressen, toetsen, intake, verslagen etc. worden hierin bewaard op een centrale plaats. Personeelsvergadering. In een map worden de agenda’s en de verslagen van de personeelsvergadering bewaard. Telefonische melding absentie. Leerlingen die ziek zijn worden gemeld aan de betreffende leerkracht. Handleidingen/leermiddelen. De handleidingen bij de diverse methoden e.d. hebben een centrale plaats in de klas. Formulierenmap Hierin zitten diverse formulieren die gebruikt kunnen worden bij de administratie.
4.1.4
Leeromgeving
We dragen zorg voor een veilige leeromgeving. We vinden het belangrijk dat de leerling in een sfeer van betrokkenheid en geborgenheid kan leren. Hierbij staat respect voor de ander centraal en kunnen de waarden en normen van het individu verschillend zijn. Vrijheid en verantwoordelijkheid in geborgenheid.
4.1.5
Gedragsregels
In de schoolgids zijn de gedragsregels (gewenst gedrag) nader omschreven. In de teamvergadering worden de school- en gedragregels regelmatig geëvalueerd. Waar nodig vindt overleg met de medezeggenschapsraad plaats.
4.1.6
Externe contacten
Samenwerking openbaar onderwijs Regelmatig komen de directeuren van de openbare scholen in de Stichting PrimAH bijeen (Dibo). Er is een cultuur van onderling vertrouwen waarbij men in staat is tot het geven van feedback met als doel de deskundigheid te bevorderen en het op peil houden van het werkklimaat. Allerlei zaken worden besproken en waar mogelijk op elkaar afgestemd. Er zijn werkgroepen gevormd die een bepaald onderdeel van het onderwijsbeleid voorbereiden. Het geheel wordt ondersteund door het onderwijskundig bureau van de Stichting PrimAH. Schooladvies- en Begeleidingsdienst Kinderen die belemmeringen ondervinden kunnen onderzocht worden door een didacticus of psycholoog, die adviezen geeft over de verdere begeleiding. Een onderzoek door de OBD heeft de toestemming van de ouders nodig. Voortgezet onderwijs De kinderen gaan naar vervolgscholen in Stadskanaal of Assen. Deze scholen verzorgen de informatie aan de ouders en organiseren kijk- en informatiedagen (open huis).
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
26
Pedagogische centra (PABO) Hogescholen verzorgen de opleiding en geven tevens na- en bijscholingen. Onze school is regelmatig stageschool voor MB)-stagiaires en ook studenten van de PABO lopen bij ons stage. Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO), OSG en VOS/ABB Bijgenoemde instanties ondersteunen bestuur en directie bij het opstellen van beleidsplannen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
27
Buurtnetwerk Regelmatig komen diverse mensen die beroepshalve veel te maken hebben met kinderen bijeen om vooral zaken te bespreken die met het welzijn en het opvoeden van kinderen te maken hebben. In dit ‘Buurtnetwerk’ zitten leerkrachten, jeugdhulpverleners, medewerkers van thuiszorg, maatschappelijk en de politie. Het ‘Buurtnetwerk’ stelt zich ten doel vroegtijdig de opvoedingsproblematiek van kinderen in kaart te brengen, te bespreken en oplossingen aan te dragen. Rijdende bibliotheek De bibliotheek verzorgt voor de school de te lezen boeken en eventueel aanvullende activiteiten. De bibliotheek heeft een uitstekende collectie en het is raadzaam veel gebruik te maken van het materiaal dat wordt uitgeleend.
WSNS Onze school neemt deel aan het samenwerkingsverband Zorgplatform Veendam e.o., binnen dit verband zijn inmiddels de nodige initiatieven ontwikkeld om de zorg voor de leerlingen binnen het speciaal en reguliere onderwijs te verbeteren. WSNS biedt ons voldoende houvast om de ‘ 1 zorgroute ‘uit te bouwen. Het SWV e.o. Zorgplatform Veendam PO Hier kunnen we terecht voor allerhande vragen en zo mogelijk ambulant begeleiding. Buitenschoolse Opvang Per 1 augustus 2007 moeten we als school voldoen aan de wettelijk verplichting de buitenschoolse opvang te hebben geregeld. Daarvoor is een contract afgesloten met SKID. De voorschoolse-, naschoolse en vakantieopvang opvang zal plaatsvinden via het gastouderbureau en op termijn in BSO Gasselternijveen. en eventueel door een gastouder. Daarnaast kan voor de voor- en naschoolse opvang/vakantieopvang gebruik gemaakt worden van andere locaties in de directe nabijheid van locatie Gasselternijveen. Weer Samen Naar School (WSNS) In het ‘Zorgplan’ zijn de beleidsvoornemens en de werkwijzen nader omschreven. Dit plan wordt:
jaarlijks vastgesteld besproken in de medezeggenschapsraad behoeft de instemming van het bestuur
De interne begeleider en/of de directeur wonen de bijeenkomsten van het samenwerkingsverband bij. District Gezondheidsdienst -Jeugdzorg Kinderen worden periodiek onderzocht door de schoolarts en op verzoek kan de schoolarts worden ingeschakeld. Gemeentelijke Gezondheidsdienst, afd. Jeugdgezondheidszorg: Overcingellaan 19, 9401 LA Assen. Tel: 0592 – 306300, www.ggddrenthe.nl
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
28
Jeugdhulpverlening Heeft u als ouder/opvoeder behoefte aan ondersteuning dan kunt u hulp inroepen van de diverse instanties. U kunt zich wenden tot één van de Drentse Bureaus voor Jeugdzorg. U kunt vrijblijvend binnenlopen of een afspraak maken voor een gesprek over uiteenlopende opvoedkundige onderwerpen. In ons dorp hebben de medewerkers zitting in het gebouw van Thuiszorg Drenthe aan de Burg. Gaarlandtlaan. Naast de huisarts en de school kunnen onderstaande instanties u wellicht van dienst zijn bij uiteenlopende vragen: Bureau Jeugdzorg en AMK Noord-Midden Drenthe Dit is het centrale punt waar iedereen terecht kan met vragen over en vermoedens van mishandeling of verwaarlozing van kinderen. Wanneer men vermoedens heeft van kindermishandeling of verwaarlozing kan men terecht bij het AMK (Algemeen Meldpunt Kindermishandeling). Dit meldpunt is ondergebracht bij Bureau Jeugdzorg. Stichting Noordermaat (maatschappelijk werk) Stichting Noordermaat is de organisatie die, waar nodig, het schoolmaatschappelijk werk uitvoert. De school bemiddelt tussen ouder en/of verzorger en Stichting Noordermaat. Inspectie De inspectie dient bij vele onderwijszaken betrokken te worden. De inspectie is belast met het toezicht en verstrekt gevraagd en ongevraagd adviezen. Ouders, leerlingen en andere onderwijsconsumenten met vragen worden doorgeleid naar Postbus 51. Met informatie over de inspectie is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl , telefoon 08008051 ( gratis). Klachten over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-1113111 (lokaal tarief).
4.2 4.2.1
Cultuur voor medewerkers Verwachtingen m.b.t. de bijdrage van leerkrachten aan de ontwikkeling van de school
Er is een relatief sterke en gezamenlijke gerichtheid op het onderwijs. We werken hierbij aan een cultuur waarin duidelijkheid wordt gegeven over wat verwacht wordt aan individuele bijdragen van medewerkers aan de ontwikkeling van de organisatie.
4.2.2
Eigen ontwikkeling
Jaarlijks vinden functioneringsgesprekken plaats met alle medewerkers door de directeur. Aan de hand van een vaste lijst met punten wordt met alle medewerkers in evaluerende zin gesproken over de gang van zaken op school. Voorafgaand aan het functioneringsgesprek wordt een klassenbezoek afgelegd.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
29
4.2.3
Interne communicatiecultuur
De inhoudelijke vergaderingen en studiedagen worden apart vastgelegd in de jaarplanning. Thema’s voor schoolontwikkeling worden binnen deze bijeenkomsten besproken. Dit om iedereen zo optimaal mogelijk hierbij te betrekken. Op de woensdagmiddag, eens per 4 weken, wordt de personeelsvergadering gehouden. De directeur zit de vergadering voor en bij toerbeurt maken de personeelsleden een verslag. Af en toe worden hulpverlenende en adviserende instanties uitgenodigd (bv. de schooladviesen begeleidingsdienst). Regelmatig vinden in de personeelsvergadering leerling- en/of groepsbesprekingen plaats, al of niet in het bijzijn van een medewerker van de begeleidingsdienst. De interne begeleider zit dan de vergadering voor. De vergaderingen van de medezeggenschapsraad worden (voor een deel) bijgewoond door de directeur. Door de medezeggenschapsraad kunnen schoolzaken aan de orde worden gesteld die om aandacht/verbetering vragen.
4.3 4.3.1
Cultuur voor leerlingen Omgaan met verschillen
We erkennen dat kinderen verschillend zijn en houden daar ook in de praktijk van alle dag daadwerkelijk rekening mee. Als voorbeelden noemen we extra instructie, remedial teaching, aparte leerprogramma’s, verschillende einddoelen, enz. Ook voor (hoog)begaafde kinderen zijn specifieke programma’s in de school.
4.3.2
Didactisch concept
Zelfstandigheid, samenwerking en vrijheid zijn voor onze school de bouwstenen van het ‘leren leren’. De afwisseling van taakwerkuren en klassikale lessen geeft een goed beeld weer van De Peppel. Binnen deze werkwijze wordt gewerkt met een programmagericht aanbod. We vinden het belangrijk dat kinderen kunnen laten zien wat ze in hun mars hebben. Dit geldt niet alleen voor de leervakken, maar zeker ook voor de creatieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. De sociaal-emotionele ontwikkelingen worden systematisch gevolgd.
4.3.3
Schoolregels
Er zijn school- en pleinregels en er is een pestprotocol opgesteld. Zie verder paragraaf 4.5.1. Schoolregels.
4.3.4
Leerling-enquête
Eens per 3 jaar wordt er een ouder- en leerlingenenquête ( in beide gevallen vragenlijsten) gehouden. De resultaten worden o.a. besproken met team, MR en alle ouders.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
30
4.4
Cultuur voor ouders
4.4.1
Communicatie met ouders
Er is door de kleinschaligheid van de school een direct contact met ouders. De leerkracht is makkelijk aanspreekbaar. Hierdoor kunnen vragen of problemen snel worden opgepakt. In de schoolgids worden de contacten met ouders besproken. We verwijzen dan ook in deze naar de schoolgids. Informatie wordt verstrekt over de vorderingen van hun kind(-eren) (schriftelijk en mondeling) tijdens gesprekken op school. Voorts communiceren we via:
Kwartiergesprek Extra gesprek
Aangevraagd gesprek met de directie Informatieavond
Nieuwsbrief/schoolkrant/website
De school heeft een eigen website en zo kunnen belangstellenden ook op het internet allerlei informatie over de school bekijken. Het adres is: http://www.de- peppel.nl Ouders die er bezwaren tegen hebben dat foto’s, waarop één van hun kinderen is afgebeeld op onze site worden geplaatst, worden verzocht dit bij de schoolleiding kenbaar te maken. De site is nog steeds in ontwikkeling, maar zeker de moeite waard.
4.4.2
Medezeggenschapsraad en Ouderraad
Er is een betrokken MR welke zich hard maakt voor het bestaansrecht van de school. De samenwerking tussen het personeelsdeel en het ouderdeel verloopt in een constructieve sfeer. De MR bestaat uit 2 personeelsleden en 2 ouders. De MR geeft adviezen en neemt besluiten over onderwerpen die met het beleid van de school of het bestuur te maken hebben. Twee leden (ouder en personeelslid) hebben zitting in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) In de GMR zitten leden van de MR’en van de scholen van de Stichting PrimAH . De GMR geeft gevraagd en ongevraagd advies aan het schoolbestuur. OR, MR en de GMR beschikken over een reglement waarin taken en bevoegdheden worden omschreven. Dit reglement ligt op school ter inzage. Ouders kunnen zich kandidaat stellen en indien nodig worden er verkiezingen gehouden. Het is een goede zaak dat een ieder zich betrokken voelt bij het onderwijs. We moeten zaken met elkaar overleggen en besluiten nemen. Ouders kunnen niet alleen hulp bieden, maar ook meepraten en mee beslissen over schoolse zaken. Aan onze school is een ouderraad (OR) verbonden. Af en toe vergaderen de OR en de MR samen. De ouderraad bestaat uit 4 leden en ondersteunt de school in praktische zin. Men organiseert in overleg met leerkrachten allerlei activiteiten en assisteert bij schoolreisjes, het Sinterklaasfeest, het Kerstfeest, de laatste schooldag, de playbackshow e.d. De OR zamelt gelden in die worden beheerd door de ‘Stichting ouderraad o.b.s. De Peppel’. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en bestaat uit drie leden, die op voordracht van de ouderraad worden benoemd. Beide raden doen jaarlijks tijdens de zakelijke ouderavond verslag van hun activiteiten en er vinden verkiezingen van nieuwe leden plaats.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
31
Een stichting beheert het ouderfonds, dat gevoed wordt door ‘rommelmarktgelden’, oudpapieracties, bijdrage van ouders e.d. Ook beheert de stichting de medezeggenschapsgelden en de vergoedingen m.b.t. het overblijven van kinderen op school. Voor de kinderen worden onder en na schooltijd vele activiteiten georganiseerd. Het zijn vaak voor de kinderen onderdelen die kleur en smaak geven aan het naar school gaan. Deze activiteiten worden door het personeel en de ouders (ouderraad) georganiseerd. Helaas worden deze kosten niet door het bestuur vergoed. Om al deze activiteiten voor de kinderen toch te kunnen realiseren (Sinterklaasfeest, Kerstviering, afscheid groep 8, de speldag, deelname sporttoernooien e.d.) hebben we een ouderfonds dat gevoed wordt door bijdragen van ouders en opbrengsten van diverse acties (verloting, oud papier, playbackshow, rommelmarkt, e.d.). Per kind wordt van de ouders een vrijwillige bijdrage van € 20,00 gevraagd. Nadat hun kind is ingeschreven ontvangen de ouders een formulier waarop vermeld staat hoe de betaling dient te geschieden. In de schoolgids, de nieuwsbrief, de schoolkrant en/of op de website wordt de activiteiten aangekondigd en er wordt verslag gedaan.
4.4.3
Overige ouderparticipatie
Ouderbetrokkenheid en ouderhulp We vinden het belangrijk dat we onze ouders zoveel mogelijk bij het onderwijs betrekken en we willen er voor zorgen dat men steeds goed is geïnformeerd. De ‘Peppelpraat’ , onze schoolkrant en natuurlijk onze schoolgids zorgen ervoor dat u steeds van alles op de hoogte wordt gehouden. Een keer per jaar vullen de ouders een vragenformulier in en kan men aangeven bij welke activiteiten men kan helpen. Zowel onder schooltijd als na schooltijd doen we een beroep op ouders om te helpen bij allerlei zaken. In vele gevallen is die hulp onmisbaar en zouden de activiteiten zonder de hulp van ouders niet door kunnen gaan. Oproepen voor hulp worden meestal ook vermeld in de nieuwsbrief. De lesondersteunende activiteiten vinden altijd plaats onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. Protocol ouderhulp Ouders kunnen binnen de school één of meerdere kinderen komen helpen, bv. bij handvaardigheid, het lezen of een andere activiteit. Van hen wordt verwacht dat zij leerkrachten en leerlingen in hun waarde laten, accepteren en respecteren, en dat ze hun privacy respecteren. Zij behoren niet over personen praten met derden. Waar nodig kunnen ze natuurlijk wel problemen op opmerkingen bespreken met leerkrachten of de schoolleiding.
4.5
Veiligheid en sociale veiligheid
Onze school wil graag de veiligheid van de werknemers en de leerlingen garanderen. Om deze veiligheid zo optimaal mogelijk te laten zijn:
beschikt de school over een veiligheidsplan
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
32
houdt de school jaarlijks een ontruimingsoefening wordt de school door de GGD onderzocht naar hygiëne en veiligheid wordt jaarlijks een ‘gebruikersvergunning’ af gegeven
Jaarlijks worden voor en na de controle m.b.t. de gebruikersvergunning bovengenoemde veiligheidsaspecten geëvalueerd. Wij willen dat onze school veilig is en dat onze leerlingen zich thuis voelen. Belangrijk daarbij is dat een kind graag naar onze school gaat. Wij willen onveilig gedrag voorkomen door een actieve, positieve stimulering van sociaal gedrag. Om die reden hebben we een veiligheidsbeleid vastgelegd, dat o.a.:
aandacht besteedt aan preventieve incidenten aandacht besteedt aan afhandeling van incidenten aandacht besteedt aan de schoolregels
4.5.1
Schoolregels
Overal waar mensen met elkaar omgaan is het van belang af te spreken aan welke regels we ons willen en moeten houden. Regels geven een stukje duidelijkheid en kinderen hebben hieraan behoefte. Spelregels zijn prima, maar wat te doen als ‘we’ ons er niet aan houden. Moeten we af en toe toch maar iets door de vingers zien, moeten we bij overtreding elkaar wijzen op de fouten en hoe vaak en hoelang blijven we een oogje dicht doen. Moeten we sancties of straf opleggen? Dit is juist het moeilijke van het stellen van regels: wat doen we als we ons niet aan de regels houden. Het gaat ons er natuurlijk om dat een ieder en ook kinderen een bepaald gewenst gedrag zullen vertonen en we zullen duidelijk moeten maken hoe het wel moet. Dus het goede voorbeeld geven. Wanneer kinderen herhaaldelijk regels blijven overtreden en zich niet houden aan afspraken, nadat één en ander ze nog eens goed is uitgelegd, nemen we contact op met de ouders om deze gedragsproblemen te bespreken en zullen we trachten hier afspraken over te maken. We vinden dat kinderen moeten leren met vrijheid om te gaan en ook mogen ze best een keertje in de fout gaan, want het zich houden aan regels en afspraken is ook een leerproces. De drie kapstokregels zijn de basis: 1. Voor groot en klein zullen we aardig zijn 2. De school is van binnen wandelgebied en buiten hoeft dit weer lekker niet 3. We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken morgen Dit beleid wordt regelmatig geëvalueerd en bijgesteld.
4.5.2
Pestprotocol
Met behulp van het Pestprotocol wordt gericht aandacht besteed aan het voorkomen van pestgedrag, maar ook hoe te handelen als een kind gepest wordt. Wij tolereren geen discriminatie en seksuele intimidatie.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
33
4.5.3
Protocol Agressie en Geweld
Het veiligheidsbeleid van onze school is niet alleen bedoeld om leerlingen een veilige plek te bieden. Ook directeuren, leerkrachten en ander ondersteunend personeel hebben vanzelfsprekend recht op een veilige (werk)omgeving. Geweld tegen het personeel is ontoelaatbaar. In het Protocol Agressie en Geweld is beschreven hoe we met dit onderwerp omgaan.
4.5.4
Vertrouwenspersoon en klachtenregeling
Daarnaast hebben wij als openbare basisscholen van de Stichting PrimAH een vertrouwenspersoon en is er een klachtenregeling. Voor zaken die de deskundigheid van de school overstijgen, bijvoorbeeld ernstige gedragsproblemen, criminaliteit, problemen in de gezinssituatie werken wij o.a. samen met politie, justitie, maatschappelijk werk, St. Welzijn en bureau jeugdzorg.
4.5.5
Registratie van ongewenste incidenten
Ongewenst incidenten op school worden geregistreerd. Incidenten waarbij een uitgebreide omschrijving noodzakelijk is, dan wordt het ‘meldingsformulier ongewenste gebeurtenissen’ (MOG) ingevuld. Zo kan worden nagegaan hoe vaak bepaalde incidenten hebben plaatsgevonden, de aard van het incident en wanneer het plaatsgevonden. Aan het eind van elk schooljaar worden de resultaten van de registratie van incidenten en de MOG’s geanalyseerd. Aan de hand van de resultaten wordt nagegaan of het noodzakelijk is om nieuw veiligheidsbeleid te formuleren.
4.5.6
Veiligheidsbeleving
Hoe leerlingen en personeel zich feitelijk voelen, is onderzocht. Voor het personeel betreft dit de vragenlijst ‘Agressie, geweld en seksuele intimidatie’ van Stichting Vervangingsfonds en bedrijfsgezondheidszorg voor het onderwijs. Eens in de 2 jaar wordt het personeel gevraagd om deze vragenlijst in te vullen.
4.6
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking het domein Cultuur en Klimaat verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
34
Doelstelling
Resultaat 11/12
Cultuur en klimaat De professionele cultuur is versterkt.
Er is een methode sociaalemotionele ontwikkeling geïmplementeerd. De school is een veilige omgeving voor alle betrokkenen.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
In 2015 een cultuur is ontstaan dat uitwisseling en samenwerking binnen het team en tussen scholen onderling bevordert.
x
In 2015 vindt (duurzame) uitwisseling van kennis en informatie plaats tussen personeelsleden onderling en tussen de scholen. We werken in 2013 aantoonbaar en methodisch aan de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen. Er is een sociaal veiligheidsplan opgesteld.
x
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
x
x
x
35
5
Middelen en voorzieningen
Een gezonde financiële positie om de scholen voldoende te kunnen toerusten en zorg te dragen voor een stimulerende, veilige en gezonde leer- en werkomgeving.
5.1
Huisvesting en uitrusting
Het gebouw is een oud, maar goed onderhouden geheel, waarbij het schoolplein aandacht behoeft. Voor Daltononderwijs is het gebouw niet ideaal. Dalton vraagt om een aantal ‘stilteplekken’, en dat is moeilijk te realiseren. Onze school beschikt over 3 leslokalen, een gang met een halletje, een toiletgroep, een speellokaal ( groep en speellokaal in 1 ) een personeelskamer, een directiekamer, een kamer voor de IB’er/RT’er en enkele bergruimten.
5.2 5.2.1
Financiën Lumpsum
Sinds 1 augustus 2006 hebben we te maken met lumpsum financiering. In het lumpsumbeleidsplan van het openbaar onderwijs in Aa en Hunze van april 2006 zijn de uitgangspunten om te komen tot inzet van de middelen vastgelegd. Belangrijkste uitgangspunt daarbij is dat de verdeling over de diverse kostenposten, zoals die bestond onder de Londo-bekostiging, de basis is voor de verdeling onder lumpsum. Nieuwe budgetten worden in principe ingezet voor de doelen waarvoor ze beschikbaar worden gesteld. Van dit uitgangspunt wordt slechts afgeweken indien daar belangrijke argumenten voor aanwezig zijn.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
36
De belangrijkste verdeling in kostensoorten is die tussen personele kosten en materiële kosten. Ten aanzien van personele kosten is de beleidsnotitie Formatie op Maat leidend. Het beleid ten aanzien van de materiële kosten wordt hieronder verder toegelicht.
5.2.2
Zelfbeheerbudget scholen
Een aantal onderdelen van de lumpsum financiering is gemandateerd aan de directeuren van de scholen, het zogenaamde zelfbeheerbudget. Het gaat hierbij om de budgetten voor: •
• • • •
Jaarlijkse uitgaven onderwijsleerpakket (OLP-A). Hieronder vallen de kosten voor aanschaf van dagelijkse leermiddelen (pennen, potloden, schriftjes etc.) en andere inrichtingsartikelen. ICT-vergoeding. Hieronder vallen dagelijkse kosten die te maken hebben met ICT. Denk aan inkt-cartridges, papier, cd-roms etc. Klein herstel/onderhoud schoolgebouw. Kleine kosten die in eigen beheer kunnen worden uitgevoerd worden hieruit betaald. Overige uitgaven. Hieronder vallen bv. kosten m.b.t. telefoon, porti, reiskosten en schooltelevisie. TSO-middelen. Hieronder vallen kosten die te maken hebben met de aanschaf van materiaal voor het overblijven.
Bij de uitvoering van het zelfbeheer zijn de volgende afspraken vastgelegd: • • •
De budgetten worden jaarlijks bovenschools vastgesteld. De nota’s van het zelfbeheerbudget worden betaald van de eigen schoolrekening. De schooldirecteur legt halfjaarlijks verantwoording af over het zelfbeheerbudget aan de Algemeen directeur.
De overige gelden , zoals bv. de groepsafhankelijke gelden (onderhoud, schoonmaak, meubilair, elektriciteit, verwarming e.d.) worden beheerd op bovenschools niveau.
Meerjaarlijkse uitgaven onderwijsleerpakket (OLP-B) Hieronder vallen de kosten voor de aanschaf van lesmethodes. De middelen worden op bovenschools niveau beheerd. Op grond van een meerjarenbegroting, die de schooldirecteur jaarlijks indient, kunnen na overleg met de beleidsmedewerker onderwijs, methodes worden aangeschaft. De vergoeding in de lumpsum volgens de oude Londo-bekostiging is de norm. Bestuur en scholen moeten van de vergoeding rondkomen.
5.2.3
Zorgmiddelen (WSNS/Rugzakgelden)
Vanuit het samenwerkingsverband WSNS worden middelen beschikbaar gesteld voor de coördinatiekosten leerlingenzorg. De faciliteiten die het bevoegd gezag ontvangt, zetten we in om de interne begeleider vrij te roosteren. Als richtlijn heeft het bevoegd gezag gesteld, dat elke interne begeleider in elk geval 0.1 fte wordt vrij geroosterd. In het Zorgplan verantwoordt het samenwerkingsverband de inkomsten en de uitgaven.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
37
5.2.4
Sponsoring
Voor het bedrijfsleven kan de school aantrekkelijk zijn om te benaderen voor sponsoring, de jeugd is immers een aantrekkelijke doelgroep. Bij sponsoring gaat het om geld, goederen en/of diensten, die een sponsor verstrekt aan de school/het bevoegd gezag. In sommige gevallen kan een tegenprestatie van de school worden verlangd en is het van belang af te wegen of sponsoring in het belang is van de kinderen en of het verantwoord is de kinderen/de ouders met een tegenprestatie (b.v. reclame) te confronteren. Schenkingen vallen niet onder sponsoring. Mocht de school sponsoring overwegen dan wordt bekeken of sponsoring verenigbaar is met de doelstellingen van de school. Overwogen wordt of de sponsoring in overeenstemming met de goede smaak en het fatsoen is en of de objectiviteit gewaarborgd is.
5.3 5.3.1
Materieel beleid Meerjarenonderhoudsplan gebouw
Het onderhoud is verdeeld in de volgende onderdelen: • •
Bevoegd gezag: binnenkant, dit is in het algemeen klein en regulier onderhoud. Gemeente als lokale overheid: buitenkant, dit is in het algemeen groot onderhoud.
Het beheer van het gebouw en het terrein valt onder het takenpakket van de gemeentelijke dienst voor Openbare Werken. Zij inspecteren eens in de 2 jaar de schoolgebouwen. Aan de hand daarvan wordt het meerjaren onderhoudsprogramma opgesteld. Op voorstel van de directie kunnen zaken worden aangepakt, daarbij moet echter rekening worden gehouden met het algemeen beleid van het bevoegd gezag. Voor het groot onderhoud, uitbreiding en nieuwbouw dient het bevoegd gezag jaarlijks voor 1 februari een aanvraag in bij de gemeente. In het ‘Integraal Huisvestingsplan Onderwijs Aa en Hunze’ zijn de beleidsvoornemens omschreven. Op basis hiervan worden beleidskeuzes gemaakt. Jaarlijks wordt in het op overeenstemming gericht overleg (OOGO) met alle schoolbesturen binnen de gemeente Aa en Hunze het huisvestingsprogramma voor het jaar erop besproken.
5.3.2
Meerjarenplan vervanging methodes
In een meerjarenbegroting wordt aangegeven welke prioriteiten gesteld worden bij het vervangen van een methode. Jaarlijks wordt het plan geëvalueerd. Voor deze periode is de vervanging van de rekenmethode gepland in het schooljaar 20122013. De meerjarenbegroting is een planning. Een goede planning is noodzakelijk om de kosten van vervanging van methoden enigszins te spreiden. Gemiddeld ligt de afschrijving van een methode tussen 8 en 10 jaar. Er kunnen echter omstandigheden zijn om een lesmethoden eerder dan wel later te vervangen. Besluiten hieromtrent worden genomen in de personeelsvergadering. Vervanging van methoden heeft een duidelijke relatie met het financieel beleid, het onderwijskundig beleid en de kwaliteitszorg.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
38
5.4
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking het domein Middelen en Voorzieningen verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld.
Doelstelling
Resultaat 11/12
Middelen en voorzieningen Er is een meerjarenbegroting.
Het MIS is geïmplementeerd. De methodes zijn up to date.
Er is een sluitende meerjarenplan voor: • regulier onderhoud van de schoolgebouwen • meubilair • hardware ICT • leermiddelen Er is in 2015 een goed functionerend digitaal managementinformatiesysteem. Er is een nieuwe rekenmethode aangeschaft.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
x
x
x
39
6
Management van onderwijs- en ondersteunende processen
We willen van goed naar beter. We werken continu aan het verbeteren van processen.
6.1 6.1.1
Visie op ontwikkeling en onderwijs Ononderbroken ontwikkeling
De ontwikkeling van een kind is geen spontaan, vanuit het kind gestuurd proces. Het is een samenspel van wat een kind in aanleg kan, en de invloed van de omgeving waarin het kind leeft. Een uitdagende, stimulerende leefomgeving is erg belangrijk. Als de kinderen naar de basisschool mogen, hebben ze al een belangrijk deel van hun ontwikkeling achter de rug. Er bestaan wel (grote) verschillen tussen leerlingen als ze voor het eerst op de basisschool komen. In de eerste vier jaar is in de thuissituatie een basis gelegd. Vooral de ouders of verzorgers hebben die periode de grootste invloed gehad. Op vierjarige leeftijd wordt die invloed een samenspel van ouders/verzorgers en de groepsleerkrachten. De mogelijkheden die een kind in zich heeft, worden voor een belangrijk deel ontwikkeld als de omgeving waarin het kind leeft er stimulerend op inspeelt. Dit betekent onder meer dat het onderwijs de ontwikkeling niet slechts ‘volgt’, maar ook tracht te bevorderen; dit echter zonder te forceren. Het stimuleren van de ontwikkeling kan o.a. door rekening te houden en in te spelen op de interesses van het kind. In groep 1 en 2 speelt de groepsleerkracht in op de wensen en mogelijkheden van het kind. Het kind mag vaak een eigen keuze maken, bijvoorbeeld een werkje uit de kast of een creatieve opdracht. Voor kinderen in de hogere groepen ligt de leerstof meer vast op het gebied van lezen, rekenen, taal en de zaakvakken zoals aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs. Toch krijgen ook de kinderen van de hogere groepen kansen hun eigen wensen te realiseren. De school moet een veilige, prettige leeromgeving zijn, met duidelijke en directe instructie voor elk kind. We willen kwaliteit leveren op het gebied van onderwijs en buitenschoolse activiteiten. Samen zorgen we voor een goede interactie tussen ouders, leerlingen en leerkrachten. We houden rekening met de eigen geaardheid van de kinderen, hun verschillen in ontwikkeling, begaafdheid, belangstelling, motivatie en milieu, zodat elk kind op zijn niveau kan functioneren in een veranderende samenleving. Door het geven van instructie volgens het Directe Instructie Model (DIM), door uniform klassenmanagement en door het maken van trendanalyses van de toetsgegevens willen we het beste uit de leerlingen halen. De leerlingen moeten zelfstandig worden, zich kennis eigen maken en goede sociale vaardigheden laten zien. Hiermee bereiken we dat er sprake is van een ononderbroken ontwikkeling bij de leerlingen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
40
6.1.2
Contacten met ouders
Het contact tussen ouders en school vinden wij erg belangrijk. Het is goed voor een kind als het merkt dat groepsleerkrachten en ouders/verzorgers met elkaar op één lijn zitten. Hoe we hiermee omgaan staat in paragraaf 4.4.1 Communicatie met ouders.
6.1.3
Bevordering van leergebiedoverstijgende kerndoelen/vaardigheden.
De leergebiedoverstijgende doelen uit de kerndoelen moeten gezien worden als streefdoelen, die dus op hoofdlijnen weergeven in welke richting gewerkt wordt. De streefdoelen zijn gegroepeerd rond de volgende thema’s. Werkhouding Streefdoel: De leerlingen hebben belangstelling voor de wereld om hen heen en zij zijn gemotiveerd deze te onderzoeken:
Zij Zij Zij Zij
kunnen gerichte vragen stellen kunnen relevante informatie zoeken en gebruiken hebben plezier in het leren van nieuwe dingen zetten door als iets niet direct lukt
Werken volgens een plan Streefdoel: De leerlingen kunnen een plan opstellen en ernaar handelen:
Zij kunnen een doel formuleren Zij kunnen zich op een onderwerp oriënteren Zij begrijpen bij eenvoudige problemen oorzaak en gevolg Zij kunnen daaruit conclusies trekken Zij kunnen grotere activiteiten stap voor stap indelen en uitwerken Zij kunnen achteraf beoordelen of hun planning een goede was Zij kunnen de resultaten van hun werk presenteren in een toelichting, spreekbeurt, werkstuk of iets dergelijk
Gebruik van uiteenlopende leerstrategieën Streefdoel: De leerlingen kunnen bij leeractiviteiten uiteenlopende strategieën en vaardigheden gebruiken:
Zij kunnen Zij kunnen Zij kunnen Zij kunnen komen Zij kunnen Zij kunnen
gerichte vragen stellen aan personen feiten van meningen onderscheiden relevante informatie zoeken (woordenboek, atlas, internet, register) samenwerken en met elkaar overleggen om samen tot een oplossing te achteraf beoordelen of hun strategie juist was zich aanpassen aan veranderde omstandigheden
Zelfbeeld Streefdoel: De leerlingen leren met hun eigen mogelijkheden en grenzen om te gaan:
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
41
Zij Zij Zij Zij
hebben kunnen kunnen hebben
zelfvertrouwen gedragsimpulsen beheersen en durven voor zichzelf en anderen op te komen een reëel beeld van eigen kunnen
Sociaal gedrag Streefdoel: De leerlingen leveren een positieve bijdrage in een groep:
Zij Zij Zij Zij Zij Zij Zij Zij
gaan respectvol met anderen om handelen naar algemeen geaccepteerde normen en waarden respecteren verschillen in levensbeschouwing en cultuur durven in de groep hun eigen standpunt uit te dragen houden rekening met gevoelens en wensen van anderen durven iemand te steunen met een ander standpunt nemen verantwoordelijkheid voor te verrichten taken weten om te gaan met materialen
Digitale media Streefdoel: De leerlingen maken verantwoord en doelbewust gebruik van digitale communicatiemiddelen. De leerlingen: hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren. gebruiken ICT op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier. kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving. kunnen zelfstandig leren in een door ICT ondersteunde leeromgeving. kunnen ICT gebruiken om eigen ideeën creatief vorm te geven. kunnen met behulp van ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. kunnen ICT gebruiken bij het voorstellen van informatie aan anderen. kunnen ICT gebruiken om op een veilige, verantwoorde en doelmatige manier te communiceren. maken verantwoord en doelbewust gebruik van communicatiemiddelen waaronder nieuwe media. kunnen een tekst maken en bewerken met een tekstverwerkingsprogramma op de computer. weten globaal welke mogelijkheden (digitale) informatiemedia hebben. kunnen met behulp van een computer digitale leermiddelen gebruiken. Al deze aspecten komen regelmatig in onze lessen aan de orde. Wij stimuleren waar mogelijk door middel van spelen, het werken in thema’s in de onderbouw, het opzetten van projecten, spreekbeurten, groepswerk, het maken van werkstukjes, interviews, opstellen van een (anti)pestprotocol.
6.1.4
Resultaat- en opbrengstgericht werken
Wat betreft de leerlingen willen we het maximaal haalbare met hen bereiken. Door de trendanalyses van de Cito-toetsen goed bij te houden en door de groeps- en leerlingbesprekingen houden we goed zicht op de ontwikkeling van de kinderen en het bereiken van onze onderwijsdoelen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
42
Het lezen is en blijft een aandachtspuntpunt. Via de sociaal-emotionele thema’s maken we leerlingen bewust van de consequenties van hun gedrag. We willen een goede balans creëren voor zorgleerlingen, de middengroep en leerlingen, die meer aankunnen in de groep.
6.1.5
Aansluiting handelingsgericht werken/implementatie 1-zorgroute
Het handelingsgericht werken is gebaseerd op het zogenoemde interactionistisch model: Wat heeft dit kind, met deze ouders, met deze leerkracht, op deze school en met deze groepsgenootjes de komende periode nodig om . . .? Het interactionistisch model gaat uit van het feit dat een kind niet een op zichzelf staand fenomeen is, maar in relatie tot zijn omgeving staat. Als dat zo is, dan wordt ook het (leer)gedrag van die leerling niet alleen door kindfactoren bepaald, maar evenzeer beïnvloed door de mensen en de situatie om de leerling heen. Deze visie stelt ons in staat om te reflecteren op ons eigen handelen: ‘Wat heb ik gedaan of kan ik doen om bij te dragen aan het succes van deze leerling?’ We gaan dus niet alleen op zoek naar verklaringen voor het (leer)gedrag van de leerling. Deze verklaringen leveren immers alleen een bijdrage als we ze ook inzetten om uitzicht te bieden op de handelingsmogelijkheden die we hebben. Afstemming van het onderwijsaanbod op de onderwijsbehoeften van de leerling is heel belangrijk. Diagnostiek, advisering en begeleiding richten zich op het verbeteren van deze afstemming: het wegnemen of afzwakken van factoren die een ‘probleem’ beïnvloeden, het versterken van de positieve aspecten, en het zoeken naar een aanpak die werkt. Deze activiteiten richten zich niet zozeer op wat er mis is met een kind, maar op wat het nodig heeft om bepaalde doelen te bereiken en welke aanpak een positief effect heeft. Op deze manier verandert het denken van: ‘Dit kind kent de sommen tot tien nog niet uit zijn hoofd en is ongemotiveerd.’ naar : ‘Dit kind heeft elke dag op een speelse manier oefening nodig, samen met groepsgenoten, met het programma Syso om de sommen tot tien te memoriseren, waarbij het zelf de vooruitgang bij kan houden en ziet welke sommen nu wel lukken, zodat het kind met meer plezier en zelfvertrouwen aan het rekenen gaat.’ (De Lange, 2006) Onderwijsbehoeften: uitgangspunt voor handelingsgericht werken Kinderen verschillen van elkaar; dat is een gegeven. Aan de basis van het werken met onderwijsbehoeften staat het accepteren van het feit dat kinderen verschillen. Het gaat erom wat dit kind van deze ouders, in deze groep bij deze leraar nodig heeft. De onderwijsbehoeften richten zich op leerdoelen betreffende de vak- en vormingsgebieden en op sociaal-emotionele en werkhoudingsaspecten. Ze bieden aanknopingspunten voor de pedagogische en didactische aanpak van de leraar, de omgang tussen de groepsgenootjes en de inrichting van de onderwijsleeromgeving (groeperingsvormen, klassenmanagement, indeling van het lokaal en dergelijke). De gegevens die verkregen zijn door observatie,
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
43
gesprekken, toetsen en analyse van het schriftelijke werk van de leerling worden omgezet in onderwijsbehoeften. We gebruiken een formulier om deze gegevens van leerlingen te ordenen en te kijken welke leerlingen we kunnen clusteren op basis van hun gemeenschappelijke onderwijsbehoeften. Die formuleren we bijvoorbeeld als volgt: Deze leerling (leerlingen) heeft (hebben)… : instructie nodig die … opdrachten of materialen nodig die … leeractiviteiten nodig die … feedback nodig die … groepsgenoten nodig die … een leraar nodig die … … om het gestelde doel te behalen
6.2
Pedagogische huisstijl
Adaptief onderwijs Kinderen kunnen alleen tot leren komen als ze zich veilig en gerespecteerd voelen. Daarom is de sfeer waarin wordt lesgegeven erg belangrijk. Wij dragen hieraan bij door steeds meer adaptief te gaan werken, hetgeen betekent dat wij tegemoet willen komen aan de verschillen tussen kinderen. Adaptief staat gelijk aan de term: ‘onderwijs op maat;’ een leerlinggerichte aanpak. Er is veel ruimte voor zelfstandig werken. Omdat we rekening houden met de mogelijkheden van de leerlingen wordt er binnen de groep waar nodig en waar mogelijk, gedifferentieerd gewerkt en kunnen kinderen op hun eigen niveau werken. Op school en in de klassen werken we gestructureerd en voorspelbaar. Er zijn duidelijke afspraken en regels. We hechten veel waarde aan orde, regelmaat en rust. We sluiten aan op wat het kind al kan en we benaderen de kinderen positief. Ons klassenmanagement, de instructie en de interactie zijn afgestemd op de behoeften van de kinderen. Wij vinden het opvoeden van kinderen tot volwaardige leden van de samenleving van groot belang. Dit mag echter niet ten koste gaan van taal, rekenen en lezen. Voor leerlingen die op een bepaald terrein leerproblemen hebben, wordt door de groepsleerkracht na overleg met de interne begeleider een speciaal leerplan (handelingsplan) gemaakt. Ook kinderen die meer- of hoogbegaafd zijn krijgen onderwijs op maat. De leerprestaties worden in onze school veelvuldig en op systematische wijze geëvalueerd. Wij maken gebruik van een leerlingvolgsysteem van de Cito-groep. Het Daltononderwijs kenmerkt zich door vrijheid in gebondenheid. Drie belangrijke aspecten hiervan zijn: 1.
Grenzen stellen Op een Daltonschool leren kinderen door zelfstandig kennis en ervaring op te doen. Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken, eigen wegen te vinden. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag: 'De ideale vrijheid is geen vrijblijvendheid en nog minder is het ongedisciplineerdheid. Het kind dat maar doet waar het zin in heeft, is niet vrij. Integendeel, het wordt een slaaf van slechte gewoontes, egoïstisch en ongeschikt voor een leven met anderen', zei pedagoge Helen
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
44
2.
3.
Parkhurst al in 1922. Parkhurst is de grondlegster van het Daltononderwijs. De docent biedt iedere leerling structuur om vrijheid binnen grenzen te kunnen leren hanteren. Verantwoordelijkheid leren Vrijheid betekent in het Daltononderwijs: kunnen omgaan met verantwoordelijkheid. Uitgangspunt is het vertrouwen in de eigen kracht van ieder kind. Leerkracht en leerling maken samen afspraken over de leerstof. De leerling schat zelf in wat het nodig heeft om een taak te kunnen doen en in hoeveel tijd. Achteraf legt het verantwoording af aan de leerkracht. Stap voor stap Het leren omgaan met vrijheid gaat stap voor stap. Bij jonge kinderen gaat het om kleine, overzichtelijke keuzetaken die ze zelfstandig uitvoeren. Naarmate kinderen en jongeren zich verder ontwikkelen, worden taken omvangrijker en complexer. Net als op alle scholen wordt de inhoud van de leerstof grotendeels bepaald door de richtlijnen van de overheid, samenleving, schoolplan en dergelijke.
6.2.1
Vertrouwensrelatie leerkracht-ouders-kind
Belangrijk bij een goed klimaat zijn de contacten en de omgang met ouders en leerlingen. Wij gaan ervan uit dat ouders de school binnenstappen als zij behoefte hebben aan contact/overleg.
6.2.2
Moeilijk gedrag
Er is een protocol aanwezig in school.
6.2.3
Grensoverschrijdend gedrag
Er is een protocol aanwezig in school.
6.3
Didactisch ontwerp
Het onderwijsleerproces kan niet los worden gezien van onze Daltonwerkwijze. Deze Daltonwerkwijze wordt beschreven in een apart document ‘Daltonwerkwijze in de groepen’. Door de inrichting van het onderwijsleerproces (volgens deze principes) doen de leerlingen een beroep op leergebiedoverstijgende kerndoelen zoals:
Goede werkhouding Reflectie op eigen handelen en leren Verwerven en verwerken van informatie Respectvol omgaan met elkaar Gebruik van leerstrategieën Uitdrukken van eigen gedachten en gevoelens Respectvol kritiek geven Ontwikkelen van zelfvertrouwen Zorg voor de leefomgeving
Schematisch geven we hieronder de kenmerken van een aantal onderdelen van ons onderwijsleerproces aan.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
45
Groeperingsvormen Instructie Zelfstandig werken Samenwerkend leren Thematisch werken Actief leren
Gecombineerde klassen Differentiatie middels pre-teaching, verlengde instructie, extra instructie. De opbouw van ons takenwerk volgens de Daltonwerkwijze, met hierbinnen de vrijheid om zelf taak- en keuzewerk in te delen. Samenwerkend leren vindt structureel plaats binnen het takensysteem. Thematisch werken vindt plaats bij de jaarlijks schoolbreed gekozen projecten. Ontdekkende werkvormen bij bepaalde opdrachten of zelf gekozen werkstukken. Het verslag doen van het eigen werk door leerlingen.
In de groepen 1 en 2 werken met het zogenoemde ‘‘beredeneerd aanbod’ .
6.4
Leerstofaanbod
6.4.1
Methodisch en aanvullende materialen i.r.t. de kerndoelen
De huidige methoden beschikken over uitgebreide handleidingen waarin de volgende onderdelen uitgebreid worden beschreven: • • • • •
Organisatie Verdeling van de leerstof Leerdoelen Werkwijze Leermiddelen
De basis van de methodieken is een gezamenlijke uitleg (instructie), waarna meestal een verwerking van de leerstof plaatsvindt. Waar nodig worden de instructie en de verwerking van de leerstof aangepast aan de mogelijkheden van het kind (differentiatie). Naast het werken met methoden is het belangrijk dat kinderen leren gebruik te maken van allerlei informatiebronnen (boeken, internet, kranten e.d.) De opgezochte informatie kunnen ze dan bv. gebruiken bij een spreekbeurt, een werkstuk of het maken van een muurkrant. De school gebruikt moderne hulpmiddelen om de diverse vaardigheden aan te leren. Een uitgebreide beschrijving van de methoden staat in de schoolgids. Voor een overzicht van de inzet van methoden en materialen in relatie tot de kerndoelen, zie bijlage 4. Kunstmenu/Cultuureducatie Projecten met verschillende kunstdisciplines (audiovisueel, muziek en dans). Docenten van het ICO verzorgen gedurende het schooljaar een aantal kunstlessen in de klas. De leerkrachten van onze school krijgen via kunstbegeleidingen, gegeven door specialisten va Kunst & Cultuur Drenthe, bijscholing in de verschillende kunstvakken. Het Kunstmenu, aangeboden door Kunst & Cultuur Drenthe in samenwerking met het IOC uit Assen, biedt onze school de mogelijkheid structureel aandacht te besteden aan de kunstdisciplines: audiovisueel, beeldend, dans, drama, literatuur en muziek. Elk jaar staat voor uw kind een van deze disciplines centraal. De kinderen komen in het Kunstmenu in hun omgeving in aanraking met kunst. Ze leren naar kunst te kijken, ervan te genieten en zich kunstzinnig te uiten.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
46
Cultuureducatie In het ‘Cultuureducatieplan’ gaan we beschrijven hoe we de beschikbare middelen , 10,90 euro per leerling gaan besteden. Doelstelling is de kinderen in aanraking te brengen met ons cultureel erfgoed en de kinderen kennis te laten maken met bijvoorbeeld kunstenaars, musea en andere culturele verschijnselen. Daar waar mogelijk vinden de bezoeken plaats in samenhang met de wereldverkennende leergebieden. Bezoeken aan de volgende instellingen kunnen plaatsvinden: het ‘Hunebedcentrum’ in Borger, het ‘Stoottroepenmuseum’ in Assen, het ‘Herinneringscentrum Kamp Westerbork’, het ‘Drents Archief en Drents Museum’, het ‘Scheepvaartmuseum’ in Veendam, Geert en Geesie in Eext, het ‘Jeugdtheater Tikotaria ‘ te Gieten. Engelse taal Engels speelt in de samenleving een belangrijke rol. Met behulp van de methode: ‘Hello World’ wordt in groep 7 en 8 aandacht besteed aan het bijbrengen van de luister-, schrijf- en spreekvaardigheid in het Engels. Wereldverkenning Bij de wereldverkennende vakken gaat het erom dat de kinderen zich leren oriënteren in de wereld om hen heen. Hierbij maken we gebruik van verschillende methoden. Schooltelevisie Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van televisielessen van de N.O.T., die vaak programma’s op het gebied van de wereldoriëntatie verzorgt. Expressie De expressieve vakken nemen eveneens een belangrijke plaats in. Muzikale vorming, tekenen, handvaardigheid, textiele werkvormen, lichamelijke oefening, dramatische vorming (toneel en spel) zijn onderdelen die individueel, met een groepje, met de klas of met de hele school beoefend worden. De expressieve en creatieve vakken brengen evenwicht in het lesprogramma. Tijdens het project ‘Kunstmenu’ wordt onze school professioneel ondersteund en begeleid. Bij dramatische expressie studeren kinderen toneelstukjes, liedjes, gedichtjes e.d. in. Ze oefenen tijdens hun spel de stem, de mimiek, de taal en leren zich te bewegen op muziek. Ze moeten een rol uit het hoofd leren, gebruik maken van een decor, kleding en schmink. Tijdens de muziekles leren kinderen liedjes uit de eigen cultuur en andere culturen. Ze leren te spelen op eenvoudige muziekinstrumentjes en er wordt aandacht besteed aan het beluisteren van muziek. Muziek is een vak dat elke leerkracht niet even goed ligt. Zo gebeurt het dat een andere leerkracht dan de groepsleerkracht de muziekles verzorgt. Voor muziekonderwijs maken we gebruik van de methode ‘Moet je doen’. Maandopeningen en periodeafsluitingen Om de beurt verzorgt een teamlid de maandopening in de vorm van een presentatie of en vertelling.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
47
Voor iedere vakantie is er een periodeafsluiting waarbij uit alle groepen de leerlingen een bijdrage leveren op het gebied van zang, dans, toneel. Periodeafsluitingen / presentatie. De ouders zijn bij de periodeafsluiting welkom, samen met opa’s, oma’s en andere belangstellenden. Levensbeschouwelijk onderwijs Tijdens de wereldverkennende vakken wordt op school aandacht besteed aan de geestelijke stromingen in onze samenleving. Voor de kinderen van groep 7 en 8 bestaat de mogelijkheid tot het volgen van lessen humanistisch vormingsonderwijs of godsdienstonderwijs. Helaas heeft de werkgroep HVO-Assen onvoldoende mensen waardoor de HVO-lessen de laatste jaren kwamen te vervallen. De godsdienstlessen vallen onder de verantwoordelijkheid van de ‘Samen op weg kerk’. De lessen vinden plaats onder schooltijd en zijn niet verplicht. De ouders worden geïnformeerd over de doelstellingen en de organisatie van de lessen. Ze geven aan welke lessen hun kind wel/niet zal volgen. Doet het kind aan geen van beide onderdelen mee dan volgt het kind het reguliere onderwijs (weektaak). EHBO Groep 7 en 8 krijgen jaarlijks de kans om EHBO-lessen te volgen onder begeleiding van een gediplomeerd instructeur. De cursus wordt afgesloten met een examen. Actief Burgerschap en integratie We vinden het belangrijk dat onze kinderen: • • • • • • • •
Goed leren omgaan met van onze pluriforme samenleving Kennis maken met verschillende culturen en achtergronden Kennis maken met de basiswaarden ( vrijheid, gelijkwaardigheid, verdraagzaamheid, autonomie, afwijzen van discriminatie) van onze democratische rechtstaat Leren zich deze houdingen en vaardigheden eigen te maken De school in deze ervaren als een oefenplaats ( werk- en leeromgeving) Kennis maken met de geestelijke stromingen in onze multiculturele samenleving Leren zich redzaam te gedragen en leren om te gaan met het milieu Leren zich betrokken te voelen bij de maatschappij en leren verantwoordelijkheid te dragen
De ontwikkelingen in de maatschappij wordt van ons als school gevraagd om actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Kennismaking met die leeftijdsgenoten is een eerste stap. Burgerschapsvorming zien wij niet als een apart vak, maar als een vanzelfsprekend onderdeel in het onderwijs. We willen tijdens het lesgeven de kinderen uitdagen en leren na te denken over hun rol als burger in de Nederlandse samenleving. Concreet geven we invulling aan dit onderwerp door: • •
het geven van lessen uit onze methode voor sociaal-emotionele vorming: ‘Kinderen en hun sociale talenten’ (structureel aanbod); bij de kennisgebieden ( aardrijkskunde, geschiedenis e.d ) aandacht te besteden aan onderwerpen als democratie, identiteit van onze samenleving, andere culturen , verantwoordelijk in de samenleving e.d. ( b.v. project Tweede Wereldoorlog) en he tijdschrift SAMSAM
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
48
•
Het volgen en uitwerken van de NOT-programma’s als: o ‘Koekeloere’ ( gr. 1 en 2) o ‘Huisje Boompje Beestje’( gr.3 en 4) o ‘Nieuws uit de Natuur’ (gr. 5/6) o het ‘Schooltv-weekjournaal’( gr. 7/8)
In de hoogste groepen wordt het blad ‘Samsam’ uitgedeeld, deels behandeld en mee gegeven naar huis om de onderwerpen ook thuis met de ouders te bespreken. In dit blad wordt veel aandacht besteed aan de culturele achtergronden van culturen en leeftijdgenoten. Het aanbod ‘bevordering van integratie en burgerschap’ zit geïntegreerd in ons onderwijs, is nieuw, maar thema’s als het bestrijden van intolerantie, extremistische ideeën en discriminatie verdienen ook op school alle aandacht. Aan de hand van toetsen , gesprekken , observaties en het invullen van de Scollijst evalueren we bereikte resultaten. Ten aanzien van dit nieuwe ( verplichte) onderdeel zullen binnenkort aanvullende materialen verschijnen. Onze belangstelling gaat uit naar materiaal dat aansluit bij ‘Kinderen en hun sociale talenten’.
6.4.2
ICT in de school
Er is een ICT beleidsplan voor de jaren 2011 – 2015 vastgesteld. Deze is op Fronter te vinden.
6.5
Differentiatie in de school
Binnen de Daltonwerkwijze neemt het taakwerk een belangrijke plaats in. Dit wordt vanaf groep 1 opgebouwd tot een verplichte taak. Taakjes voor een week tijdens de werkles tot een weektaak in groep 8. In de taak onderscheiden we een kerntaak met daarin onderdelen van taal, rekenen, lezen, wereldoriëntatie, schrijven, creatief en daarnaast het keuzewerk. De taak wordt aangepast op het niveau van het kind. Binnen deze werkwijze is ook aangegeven wat de leerkracht registreert en wat de leerling registreert. Als het taakwerk is afgerond wordt binnen de taakuren gewerkt aan keuzewerk. Bij dit keuzewerk wordt rekening gehouden met het individuele kind in de vorm van differentiatie en moeilijkheidsgraad. De registratie hiervan is ook beschreven in onze Daltonwerkwijze.
6.5.1
Verschillen in ontwikkelingsniveau
Kinderen op de basisschool verschillen in ontwikkelingsniveau. Ook zijn er bijbehorende leerlingenkenmerken die verschillende behoeften met zich meebrengen. Zo moeten jonge kinderen duidelijk nog groeien in werkgeheugen, in ervaring met meer complexe taken en in het vermogen tot abstraheren. Zelfstandigheid moet geleerd worden en de behoefte aan spel is groot. Oudere kinderen echter zijn al meer in staat om aan eigen doelen te werken en zijn gemiddeld genomen zelfstandiger.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
49
6.5.2
Afstemming op de ontwikkeling- en onderwijsbehoeften van het kind
Met deze verschillen in ontwikkeling houden we rekening in onze aanpak, dat wil zeggen in de manier waarop we met kinderen praten, hun werk bespreken, leertaken voorstructuren en hulp geven.
6.5.3
Werken in de klas als geheel
In het hoofdstuk ‘Didactisch ontwerp’ is beschreven hoe we bij de instructie met de klas als geheel omgaan. Bij een aantal vakgebieden (o.a. muziek, tekenen, handvaardigheid, natuur, gym, vieringen/projecten) is de klas als geheel ons uitgangspunt.
6.5.4
Werken in subgroepen in de klas
Samenwerkend leren is een belangrijke pijler van het Daltononderwijs. Binnen het taakwerk wordt deels in subgroepen gewerkt. Bij het leesonderwijs wordt ook systematisch in subgroepen gewerkt van leerlingen met hetzelfde leesniveau.
6.5.5
Werken met individuele leerlingen
Onder het hoofdstuk leerlingenzorg is aangegeven dat leerlingen, die daarvoor in aanmerking komen, werken met hulp van individuele handelingsplannen. Dit vindt grotendeels in de groep plaats. Soms in een aparte RT-setting met de IB’er.
6.5.6
Werken buiten de klas
Binnen het taakwerk kan, waar mogelijk, voor een werkplek buiten de klas worden gekozen. In de RT-setting met de IB’er of het werken in subgroepjes onder begeleiding gebeurt dit ook.
6.6 6.6.1
Leerlingenzorg Gewoon als het kan, speciaal als het moet
Naar schatting heeft ongeveer één op de vijf kinderen op de basisschool gedurende korte of langere tijd extra aandacht nodig ook al gaat het daarbij niet altijd om grote problemen. Ook hoogbegaafde leerlingen kunnen problemen hebben, doordat ze bv. snel hun concentratie en interesse verliezen als ze te weinig uitgedaagd worden. Werken met kinderen betekent dat we de onderlinge verschillen accepteren en weten hiermee om te gaan. We trachten elk kind zo optimaal mogelijk te begeleiden en daarbij is het van belang dat we extra zorg en aandacht hebben voor kinderen die dreigen buiten de boot te vallen. Kinderen die problemen ondervinden moeten geholpen worden, hetzij door de leerkracht, hetzij door een interne of externe specialist, die geschoold is in het omgaan met en het signaleren van leerachterstanden.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
50
Binnen de school is een interne coördinator leerlingenzorg en deze bewaakt en begeleidt de zorgverbreding binnen de school. Enkele taken zijn: • • • • • • •
Het bewaken van ons leerlingvolgsysteem Het bieden van ondersteuning/begeleiding aan leerkrachten en leerlingen Het bijhouden van het leerlingendossier Het verrichten van diagnostisch onderzoek Het voorbereiden en voorzitten van de leerlingbesprekingen Opstellen van handelingsplannen voor kinderen met specifieke behoeften Onderhouden van contacten met ouders, schoolpsycholoog, samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (WSNS).
Om al deze taken te kunnen uitvoeren, wordt de interne begeleider gedurende 2 dagdelen vrijgeroosterd.
6.6.2
Leerlingvolgssysteem
Aan de hand van een toetskalender worden regelmatig toetsen afgenomen op het gebied van taal, lezen en rekenen. De resultaten worden opgenomen in een systeem, dat wordt aangeduid als het leerlingvolgsysteem. Wij hanteren bij ons op school o.a. de toetsen van het Cito-leerlingvolgsysteem, dat vijf normeringen hanteert, van A t/m E ( A=goed, B=ruim voldoende, C=voldoende, D=matig en E=zwak). In groep 8 wordt de Cito-eindtoets afgenomen. Deze toets heeft betrekking op taal, lezen, rekenen, informatieverwerking en wereldverkenning en is medebepalend voor de schoolkeuze voor het voortgezet onderwijs. De resultaten over de verschillende leerjaren worden ingebracht in het computerprogramma Esis-b. De resultaten worden vergeleken met een landelijk gemiddeld niveau. Aan de hand van de resultaten wordt bekeken of het kind voldoende vooruitgang heeft geboekt en onze ontwikkelingsdoelen heeft bereikt. Kinderen die een D of E score halen worden besproken door de groepsleerkracht en de i.b.-er. Indien nodig worden ze besproken in de teambespreking (leerlingbespreking). Deze besprekingen vinden in een bepaalde regelmaat per jaar plaats. Soms wordt besloten dat speciale hulp moet worden aangeboden. In dergelijke gevallen wordt er een (handelings)plan opgesteld, dat ook met de ouders wordt besproken en dat door de ouders moet worden ondertekend. Na een bepaalde periode wordt bekeken of het kind baat heeft gehad bij de extra hulp, of de hulp moet worden voortgezet of kan worden gestopt. De toetsgegevens worden opgeslagen in het leerlingendossier, dat in een afgesloten kast wordt bewaard.
6.6.3
Remedial teaching en extra hulp
In de meeste gevallen is de groepsleerkracht de aangewezen persoon om het kind extra aandacht oftewel speciale leerhulp aan te bieden. De groepsleerkracht kent het kind het beste. Daar waar nodig en mogelijk proberen we kinderen individuele leerhulp aan te bieden. Een leerkracht wordt dan vrijgeroosterd om deze hulp te bieden en werkt dan in een aparte ruimte met het kind.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
51
Als regel geldt dat de ouders op de hoogte worden gesteld van de individuele hulp die wordt geboden (handelingsplan). De coördinatie ligt steeds bij de interne begeleider. Orthotheek In een speciale kast zijn leermiddelen verzameld die gebruikt worden om kinderen extra hulp te geven. Het betreft meestal speciale leermiddelen die van belang zijn bij het opheffen van leerachterstanden.
6.6.4
Onderwijs aan zieke kinderen
Een kind heeft recht op onderwijs, ook als het ziek is. Wanneer een kind langdurig ziek is, thuis of in het ziekenhuis, dan kan de school ervoor zorgen dat de leerling betrokken blijft bij het onderwijs. Een aangepast programma kan het kind de nodige afleiding geven en zal het contact tussen het kind en de school waarborgen. Ook wordt voorkomen dat een grote achterstand wordt opgelopen. Om de begeleiding zo optimaal mogelijk te realiseren kan de school een beroep doen op de consulenten Onderwijs aan Zieke Leerlingen, die werkzaam zijn bij ‘De onderwijsbegeleidingsdienst’. Zij kunnen de leerkracht adviseren. In overleg met de school kan de consulent de leerling 1 à 2 keer per week bezoeken. Verder hebben de consulenten zicht op de aard en de consequenties van de ziekte.
6.6.5
Versnellen of verlengen
Af en toe komen we tot de conclusie dat alle extra hulp onvoldoende resultaat boekt. Voor elke overgang naar een andere groep hebben we aan het eind van het schooljaar criteria vastgesteld. Dit om te kunnen beslissen wanneer uw kind wel of niet overgaat naar een volgende groep. We kijken met name naar de werkhouding en de cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling. Het oordeel is gebaseerd op observaties, toetsen, leerprestaties, een gesprek met de intern begeleider (IB-er) en de concentratie (spanningsboog). Tijdens de oudergesprekken wordt besproken of uw kind doorstroomt naar een volgende groep Het kan ook voorkomen dat leerlingen versneld traject volgen. We hanteren een protocol, inclusief stappenplan ( van leerjaar 1 naar leerjaar 2 ).
6.6.6
Speciale voorzieningen
Logopedie op school Aan onze school is een logopediste verbonden. Ze is in dienst van de gemeente en is gespecialiseerd in onderzoek en behandeling van de volgende problemen: afwijkend mondgedrag, articulatiestoornissen, taalstoornissen, gehoorproblemen (auditief), stotteren, stemstoornissen, ademstoornissen, zwak fonologisch en fonemisch bewustzijn (belangrijk bij het leren lezen en spellen). Schoollogopedie hoort binnen de zorgstructuur van de school. Taken van de schoollogopedist zijn: screenen, onderzoek, advies uitbrengen, behandelen, doorverwijzen en controleren. Zie ook de schoolgids.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
52
Ambulante begeleiding / Speciaal basisonderwijs Als echt gespecialiseerde hulp nodig is kan hulp in worden geroepen van het speciaal onderwijs (ambulante begeleiding) Levert alle hulp onvoldoende resultaat op dan kunnen ouders en school overwegen het kind aan te melden voor het speciaal onderwijs. Het kind moet dan aangemeld worden bij de permanente commissie leerlingenzorg (PCL), die beoordeelt of het kind kan worden toegelaten. Hoogbegaafden Kinderen die hoogbegaafd zijn hebben eveneens speciale aandacht nodig. Ook zij worden regelmatig besproken in de leerlingbespreking en gekeken wordt of zij voldoende uitdaging vinden in de leerstof die wordt aangeboden. Daar waar nodig zal ook voor deze kinderen een handelingsplan moeten worden opgesteld.
6.6.7
Leerlingbespreking
In een groepsbespreking wordt het besluit genomen een leerling aan te melden voor de leerlingenbespreking. Net als de groepsbespreking neemt de leerlingenbespreking een centrale plaats in de 1-zorgroute. Er kunnen diverse redenen zijn om een leerling vanuit de groepsbespreking aan te melden voor de leerlingenbespreking. In algemene zin moet er sprake zijn van ernstige handelingsverlegenheid ( impasse). de leerkracht weet niet wat de specifieke onderwijs behoeften van het kind zijn en hoe zij hieraan het beste tegemoet kan komen. Uitgangspunten leerlingenbespreking de begeleidingsvraag van de leerkracht staat centraal. zorg dat de bespreking over de onderwijs leersituatie gaat en de interactie van het kind met zijn omgeving, de leerkracht en de ouder. bespreek niet alleen de belemmerende factoren van een kind, maar ook de stimulerende factoren en de positieve kwaliteiten van het kind, de leerkracht en de ouders de leerkracht blijft eigenaar van het probleem zorg voor goede communicatie, afstemming en samenwerking met de ouders zorg voor een goede afstemming met het kind. Wie zijn aanwezig bij de leerling bespreking. bij de leerlingenbesprekingen zijn aanwezig de leerkracht, intern begeleider en andere direct betrokkenen zoals RTer, onderwijsassistent, logopedist en bij voorkeur een vast extern begeleider. De intern begeleider leidt de leerlingen bespreking en maakt verslag besluiten en afspraken.
Voorbereiding leerlingenbespreking. De leerkracht formuleert een begeleidingsvraag en verzamelt samen met de IBer alle informatie. Ouders worden geïnformeerd en wordt eventuele relevante informatie en vragen van ouders meegenomen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
53
Uitvoering leerlingenbespreking de leerlingenbespreking verloopt volgens een vast patroon. Na afloop worden ouders geïnformeerd en afspraken gemaakt. Als extern vervolgstappen moeten worden gemaakt is schriftelijke toetstemming van ouders noodzakelijk. Individueel handelingsplan. uitgangspunt in de 1-zorgroute is daar waar mogelijk te werken met een groepsplan. Een IHP wordt incidenteel opgesteld. In het IHP staat aangegeven hoe aan de specifieke onderwijsbehoefte wordt tegemoet gekomen en is van tijdelijke aard. Schakel naar bovenschoolse zorg. De Iber coördineert en bewaakt de stappen die extern gezet moeten worden en verzorgt de communicatie met ouders. vooraf moet een duidelijke begeleiding- of onderzoeksvraag zijn geformuleerd. Onze school participeert in het samenwerkingsverband Veendam e.o ( SWV ), het Zorgplatform. Samen met de speciale school voor basisonderwijs en andere basisscholen trachten we de leerlingenzorg te verbeteren. In het zorgplan SWV e.o. “in beweging” wordt het beleid verwoord.
6.7
Passend onderwijs/ Implementatie 1-zorgroute
De nota Vernieuwingen van de zorgstructuren in het funderend onderwijs stelt dat het bevoegd gezag de plicht krijgt om voor alle leerlingen passend onderwijsaanbod te bieden. Dit betekent dat goed overleg en samenwerking met de diverse partijen van belang zijn. Passend onderwijs voor elke leerling wordt gerealiseerd uitgaande van de bestaande zorgstructuren in het PO, samenwerkingsverbanden SWV e.o., LGF, SO, het LWOO, RVC’s, Jeugdzorg en onderwijsondersteunende instanties. Hiermee komt de huidig werkwijze m.b.t. leerlingen met een rugzakje te vervallen, vanaf augustus 2012.
6.7.1
Schoolbeleid
Het huidige schoolbeleid met betrekking tot leerlingen met een beperking (leerlingen met een rugzakje) komt te vervallen door de invoering van Passend Onderwijs in 2012. We gaan er daarom hier niet meer diep op in. In het schooljaar 2011-2012 wordt nieuw beleid opgesteld. Leerlingen met een rugzakje Het ‘rugzakje’ is bedoeld voor kinderen met een handicap of een beperking die extra voorzieningen nodig hebben om regulier onderwijs te kunnen volgen. Ouders kunnen kiezen voor regulier of speciaal onderwijs. Kiezen ouders voor het ‘gewone’ basisonderwijs dan gaat de school kijken of ze het kind datgene kan bieden, wat het nodig heeft. Een basisschool kan, mits daarvoor een goede reden is, het kind weigeren, maar het speciaal onderwijs mag een kind niet weigeren. De aanmelding naar het speciaal onderwijs gaat via de Commissie van Indicatiestelling (CvI). Het Regionaal Expertisecentrum (REC) kan onderzoek verrichten en informatie en adviezen verstrekken. Kinderen met een handicap kunnen alleen terecht in de speciale school die past bij hun handicap. Om een weloverwogen keuze te maken is het verstandig dat ouders zich goed op de hoogte stellen van alle mogelijkheden. Het REC kan
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
54
daarbij behulpzaam zijn. Als de school instemt met plaatsing, dan wordt een handelingsplan opgesteld. Hierin wordt afgesproken wat men wil bereiken met het kind, op welke manier en op welke termijn. Ook het gebruik van de faciliteiten wordt beschreven. Indien ouders op onze school een kind met een handicap of beperking aanmelden dan volgen wij een draaiboek met een aantal fasen, zoals deze zijn verwoord in het protocol ‘Toelating, schorsing, verwijzing en verwijdering van leerlingen’ van PrimAH. Dit protocol is op school aanwezig en is ter inzage beschikbaar. Zie ook het item ‘rugzak’ in het Zorgplan. 1-Zorgroute De 1-zorgroute in de school houdt in dat er een continuüm van zorg is waarin alle leerlingen van de groep hun plek hebben. Uitgangspunt hierbij zijn de onderwijskansen en mogelijkheden van de leerling, en niet de eventuele beperking. Door de onderwijsbehoeften van de verschillende leerlingen in kaart te brengen kunnen we twee groepen onderscheiden: 1.
2.
Kinderen met reguliere onderwijsbehoeften krijgen een basiszorgarrangement; hierbij horen ook de kinderen die kleine aanpassingen behoeven (zoals extra bevestiging, hulp bij het opstarten, inkorten van de opdracht, etc.) Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften worden zo veel mogelijk geclusterd in één groepsplan. Als dat niet kan krijgt een leerling een individueel handelingsplan, voorzien van eindperspectief en tussendoelen. Dit kind is dus eigenlijk ook een groepje binnen de groep.
Van belang is hierbij dat de leerkrachten goed kunnen herkennen en benoemen wat de onderwijsbehoeften van de leerlingen in hun groep zijn. De ouders hebben in dit model een actieve rol en worden als een belangrijke gesprekspartner gezien. Zij zijn ook regelmatig betrokken als mede uitvoerder van (delen van) het handelingsplan. In de volgende afbeelding is dit in beeld gebracht.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
55
Handelingsgericht werken vergt een omslag in denken. Dit kost tijd en is een langdurig en doorlopend proces. In het schooljaar 2010 2011 hebben we onze eerste stappen gezet op het pad van handelingsgericht werken. Er is een eerste aanzet gemaakt voor het werken met groepsoverzichten en groepsplannen die we de komende jaren zullen vervolmaken: Leerkrachten kunnen zelf groepsoverzichten maken waarin ze de onderwijsbehoeften van de leerlingen in kaart brengen. Leerkrachten gaan daarbij uit van mogelijkheden van het kind en handelen pro-actief. Naar aanleiding hiervan kunnen aan het eind van de schoolplan periode groepsplannen geschreven worden voor de vakken rekenen, technisch en begrijpend lezen, spelling en taal. In de kleutergroep wordt gewerkt met groepsplannen voor ontluikende geletterdheid en aanvankelijke rekenvoorwaarden. De cyclus behorende bij HGW wordt doorlopen. Er worden drie keer per jaar groepsbesprekingen per groep en op teamniveau gehouden waarin de plannen en de resultaten besproken en bijgesteld worden.
6.7.2
Facilitering
Faciliteiten bestaan uit:
Formatie/personeel voor de school (0.1 fte) Geldbedrag voor de school voor materialen, dit is in zelfbeheer Ambulante begeleiding; ondersteuning door speciaal onderwijs
De AWBZ kan aanvullende zorg financieren. De ambulant begeleider:
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
56
Verzorgt voorlichting en advisering over de hulpprogramma’s Biedt hulp bij het opstellen van handelingsplannen Overlegt en evalueert samen met de leerkracht en de ouders over de voortgang (observatie/consultatie)
Naar de ouders wordt verantwoording afgelegd over de besteding van het budget.
6.8
Begeleiding naar het voortgezet onderwijs
Wanneer de kinderen in groep 8 zitten, moeten ouders in dat schooljaar voor 1 april beslissen over de aanmelding voor een school voor voortgezet onderwijs. De eindtoets wordt afgenomen om te kijken hoe het kind scoort in verhouding tot het landelijk gemiddelde. De ouders krijgen de score schriftelijk en ontvangen een advies. Dit advies en de advisering van de leerkracht geven richting aan de schoolkeuze. Informatieavonden van het voortgezet onderwijs kunnen de schoolkeuze eveneens beïnvloeden. Onze rol is hier begeleidend De inschrijfformulieren voor het voortgezet onderwijs worden door onze school aan de ouders verstrekt . De school stelt een onderwijskundig rapport op. Dit wordt aan de ouders en aan de school voor voortgezet onderwijs verstrekt. Zitten de kinderen op het voortgezet onderwijs, dan blijven we de kinderen volgen.
6.8.1
Adviesgesprekken met ouders en kinderen
Gang van zaken bij de adviesgesprekken met de ouders van de leerlingen van groep 8 ten aanzien van de keuze van een vervolgschool: • • • • • •
De ouders dienen in de voorafgaande gesprekken (ook in andere groepen) een juist beeld te krijgen kan van de mogelijkheden van het kind. De besluitvorming vindt plaats na de uitslag van de eindtoets. De leerkracht geeft een ‘advies ‘. Dit advies komst meestal overeen met de uitslag van de Cito-toets. De VO-school hecht veel waarde aan ‘het advies van de school’. De ouders beslissen bij welke school het kind wordt aangemeld.
6.8.2 • • •
Cito-eindtoets
De Cito-toets wordt afgenomen conform de eisen en mogelijkheden (zie handleiding). De toets wordt in februari afgenomen. De ouders ontvangen de uitslag en nadien vindt een gesprek plaats. De school verzorgt de aanmelding.
De resultaten stemmen in de regel overeen met de verwachtingen.
6.8.3 •
Documenten naar VO
Het VO stuurt informatie voor ouders, kinderen en school.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
57
• • • • • •
6.9
Onze school organiseert om de 2 jaar een info-avond. De VO-scholen houden open huis en ontvangen ouders en/of kinderen. Onze school stuurt de VO-school een onderwijskundig rapport en bericht van uitschrijving. De ouders ontvangen een kopie. De leerkracht van groep 8 houdt de oudergesprekken en verzorgt de administratie. Aanmelding naar VO-school is voor 1 april.
Lesroosters
Om te voldoen aan de wettelijke schooltijden hebben we de schooltijden als volgt vastgesteld: In de groep 1t/m 4 minimaal 880 uur onderwijs. In de groep 5 t/m 8 minimaal 1000 uur onderwijs. De lesroosters zijn opgenomen in bijlage 5.
6.10 Management van ondersteunende processen 6.10.1 Organisatie en management Het management van de school is goed zichtbaar. Het geeft een positieve aansturing en heeft een luisterend oor voor signalen uit de praktijk. Er is een duidelijk schoolplan, met een onderwijskundig meerjaren- en jaarplan. Er wordt gezorgd voor optimale werkomstandigheden en is er een aanbod van scholing (zowel individueel als teambreed). Door te zorgen voor een evenwichtige planning, ondersteuning en uitvoering wordt er zo veel mogelijk gestuurd op ieders kwaliteiten.
6.10.2 Interne communicatiestructuur Communicatie in de werksituatie is zeer belangrijk en zorgvuldigheid is op zijn plaats. Als hulpmiddelen staan de telefoon en de computer tot onze beschikking. De informatievoorziening vindt plaats: • • • • • • •
Via de directie naar de teamvergaderingen Via de directeur en de personeelsgeleding naar de medezeggenschapsraad Via het postbakje; elk personeelslid heeft een postbakje Via de directeur worden onderwerpen op de agenda van de teamvergaderingen geplaatst Via de leesmap; dit is een map waarin ingekomen stukken ter inzage liggen; Via het planbord in de personeelskamer Via de mededelingenborden in de hal en de personeelskamer
De informatie naar de ouders wordt als erg belangrijk ervaren. Ouders, leerkrachten en kinderen zijn dan in staat elkaar beter te begrijpen en weten waar de school mee bezig is. Ouders worden op de hoogte gehouden door: • •
Een nieuwsbrief (eens in de twee weken) Spreek- en ouderavonden
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
58
• •
Een ‘praatje’ of een telefoongesprekje Onze website
Contacten met het bestuur en andere instellingen vinden we eveneens zeer belangrijk. In de meeste gevallen worden de school vertegenwoordigd door de schoolleiding en/of een van de leerkrachten. Tijdens de teamvergaderingen wordt hier over besloten. Directievergadering • • • • • • • •
De directie heeft zitting in de plenaire Dibo-vergadering. De bovenschoolse directeur stelt de agenda op en maakt een verslag. In het managementstatuut staan de bevoegdheden omschreven. De vier werkgroepen brengen (schriftelijk) verslag uit van hun adviezen. De bijeenkomst vindt plaats op het gemeentehuis. De ‘post’ wordt verzonden per e-mail. Het onderwijsbureau biedt ondersteuning. Besluitvorming op basis van consensus/stemming.
Zorgteamvergadering • • • • • •
Regelmatig per jaar wordt een leerlingbespreking gepland. De intern begeleider stelt de agenda op en maakt een besluitenlijst. De interne begeleider bespreekt de resultaten van te voren met de individuele leerkracht. De interne begeleider houdt ruggespraak (indien nodig) met adviserend instantie (REC/WSNS e.a.). De interne begeleider bespreekt naderhand de handelingsplannen. De interne begeleider houdt de resultaten bij in Esis B.
Teamvergadering • • • • • • •
De teamvergadering vindt een keer in de twee weken plaats op maandagmiddag vanaf 15.30 uur. De directeur stelt de agenda samen. Deze wordt op papier uitgedeeld. Een leerkracht maakt een schriftelijk verslag van de afspraken/besluiten. Agendapunten kunnen van te voren worden ingediend. Besluitvorming op basis van consensus. Themavergaderingen vinden vaak op de donderdagmiddag plaats. Vergaderingen worden in de jaarplanning vastgelegd.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
59
Medezeggenschapsraad/Ouderraad Aan onze school is een ouderraad (OR) en een medezeggenschapsraad (MR) verbonden. Zie paragraaf 4.4.2. Beide raden doen jaarlijks tijdens de zakelijke ouderavond verslag van hun activiteiten en er vinden verkiezingen van nieuwe leden plaats.
6.10.3 Nieuwsbrief/schoolkrant/website Eén keer in de twee weken ontvangen de ouders onze nieuwsbrief ‘De Peppelpraat’. Ouders kunnen de nieuwsbrief ook digitaal ontvangen. De school heeft een eigen website en zo kunnen belangstellenden ook op het internet allerlei informatie over de school bekijken. Het adres is www.de-peppel.nl
6.10.4 Fronter De school werkt op Fronter. Binnen dit systeem zijn documenten digitaal beschikbaar.
6.10.5 Systeem van kwaliteitszorg (4-jarige en 1-jarige beleidscyclus) De school werkt cyclisch en planmatig aan de kwaliteitszorg, volgens het INK-model en de Deming-cyclus (zie hoofdstuk 1). Voor het monitoren van de schoolontwikkeling maken we gebruik van PrimAH Alert. PrimAH Alert is een managementinformatiesysteem, een web-based instrument ter ondersteuning van de uitvoering, borging en controle van de kwaliteitszorg op de scholen. Het systeem biedt inzicht aan het management zowel op schoolniveau als op het niveau van de stichting. In het systeem zijn de doelstellingen voor de schoolontwikkeling (zie Schoolprofiel) in deze planperiode opgenomen. De school voert het realiseren van doelstellingen in en uploadt daarbij de borgingsdocumenten. Hierdoor is zowel voor de school als voor het bevoegd gezag steeds een actueel beeld van de stand van zaken met betrekking tot de schoolontwikkeling beschikbaar. Het systeem biedt een overzicht van de stand van zaken met betrekking tot de realisatie van de doelstellingen: een cijfer van 1 tot 10 per domein.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
60
6.11 Beleidsvoornemens Voor de huidige stand van zaken met betrekking tot het domein Management van onderwijsen ondersteunende processen verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende vastgesteld.
Doelstelling
Resultaat 11/12
Management primaire processen Er wordt goed lesgegeven. Er wordt gewerkt volgens de Dalton-werkwijze. De normen en waarden zijn bij leerlingen, leerkrachten en ouders bekend Er is een goede afstemming op de verschillen tussen leerlingen. Management secundaire processen De kwaliteitszorg is op orde.
Er is schoolbeleid m.b.t. doorstroming en verwijzing ontwikkeld. Zorg voor meerbegaafde leerlingen is georganiseerd. Opstellen trendanalyses en het formuleren van interventies n.a.v. deze analyses
In 90 % van de instructielessen wordt het DIM gebruikt. De hele school werkt volgens de Dalton-systematiek en -filosofie. Er zijn vastgestelde normen en waarden binnen de school en alle betrokkenen handelen hiernaar Het aanbod voor meerbegaafde leerlingen is vastgelegd.
De school scoort een 3 op alle onderdelen van het toezichtkader van de inspectie. Criteria voor doorstroming en verwijzing zijn beschreven en vastgelegd. Er is een beleidsplan voor meerbegaafde leerlingen. Er zijn halfjaarlijkse trendanalyses aanwezig en deze resulteren in interventies per groep of individuele leerling
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x
x
61
7
Resultaatgebieden
Meten is weten en draagt bij aan verbetering
7.1
Opbrengstgerichte cultuur
Opbrengstgericht werken is het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van de prestaties van leerlingen. Werken met een professionele leergemeenschap komt, volgens ons, de werkcultuur van scholen en organisaties rondom de school ten goede. We gaan de uitdaging aan om een onderzoekende en opbrengstgerichte cultuur te creëren op alle lagen van de organisatie. Oftewel een werkcultuur scheppen waarin planmatig gewerkt wordt aan de verbetering van het onderwijs en het verhogen van resultaten op basis van data. Vooral kennis van evidence based practice is hierbij cruciaal.
7.2
Waardering door de ouders, personeel, leerlingen en inspectie
In oktober 2010 zijn door ‘Scholen met Succes’ de volgende peilingen afgenomen: • • •
Oudertevredenheid Leerlingtevredenheid Personeelstevredenheid
De resultaten van deze peilingen zijn opgenomen in PrimAH Alert. Bovendien vormen deze resultaten een belangrijk onderdeel van onze zelfevaluatie. De zelfevaluatie van onze school is belangrijk onderdeel om de streefdoelen voor deze planperiode te bepalen. Onze school heeft een basisarrangement, oftewel de onderwijsinspectie heeft volgens hun normering geen risico’s voor onze school geconstateerd.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
62
7.3
Resultaten en opbrengsten
De toetsresultaten van de leerlingen zijn een belangrijke indicator voor het monitoren van onze onderwijskwaliteit. De toetsresultaten van de leerlingen worden verwerkt binnen ons leerlingvolgsysteem (ESIS). Ons uitgangspunt is dat het werken met en analyseren van deze data ertoe moet leiden dat met behulp van deze toetsen het onderwijs wordt verbeterd. De totaal opbrengsten zijn door de inspectie als voldoende beoordeeld. De afgelopen jaren laten een positief resultaat zien in de rekenresultaten. De opbrengsten van m.n. de spelling en begrijpend lezen blijven matig. Door het verbeteren van de analyse en evaluatie van de toetsresultaten willen we de komende jaren deze trend een stijgende lijn laten zien.
7.4
Beleidsvoornemens
Voor de huidige stand van zaken met betrekking de resultaatgebieden verwijzen we naar de zelfevaluatie (bijlage 1). Op basis van de zelfevaluatie en van de beleidsvoornemens die (bovenschools) zijn geformuleerd, hebben we de volgende doelstellingen voor de komende schoolplanperiode vastgesteld. Doelstelling
Resultaat 11/12
Waardering door ouders, leerlingen, personeel en maatschappij Het leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling is geïmplementeerd. De LTP is afgenomen.
De waardering van personeel, ouders en leerlingen ligt ten minste op het niveau van het landelijk gemiddelde.
Resultaten en opbrengsten De eindopbrengsten liggen op/boven het landelijk gemiddelde. De tussenopbrengsten voor Taal en Lezen liggen 10% boven het landelijk gemiddelde.
In 2012 is signalering van sociaalemotionele ontwikkeling onderdeel van het leerlingvolgsysteem.
x
In het najaar van 2012 en 2014 worden de leerlingen gepeild op hun veiligheidsbeleving. In 2014 wordt de personeels-, leerling- en oudertevredenheidsonderzoek uitgevoerd door ‘Scholen met Succes’. We scoren op alle 3 de peilingen minimaal op het landelijk gemiddelde.
Trendanalyse van de eindopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses. Trendanalyse van de tussenopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
63
Doelstelling De tussenopbrengsten voor Rekenen liggen op/boven het landelijk gemiddelde.
Resultaat Trendanalyse van de tussenopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
11/12 x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
64
Bijlage 1 Zelfevaluatie Zelfevaluatierapport n.a.v. PrimAH Alert en Schoolplan 2007 – 2011 Daltonschool De Peppel Ontwikkelpunten voor schoolplan 2011-2015 Legenda: A – beleidsarm R – beleidsrijk Jaartal – moet het zijn afgerond B - bovenschools Visie en Beleid: Nog te ontwikkelen: Imago: de slogan kan nog beter bij ouders bekend worden gemaakt A / 2011 – 2012 Visie en beleid: het stichtingsprofiel moet beter bekend worden gemaakt bij de medewerkers en een hogere waardering voor de schoolgids zien te bereiken (in dit geval de waardering door de ouders) A / 2011 – 2012 Leiderschap: Nog te ontwikkelen: Toegankelijk: taken en verantwoordelijkheden directie zijn niet bij iedereen bekend A / 2012-2013 Personeel: Nog te ontwikkelen: Niet alle medewerkers zijn in het bezit van het stichtingsprofiel A / 2012 - 2013 Het ziekteverzuim is nog niet lager dan 4%, dit wordt jaarlijks gemeten De collegiale consultatie is nog niet volledig ingevoerd R / 2013 - 2014 Aandacht voor de functionerings/beoordelingsgesprekken R / B gehele planperiode
Cultuur en Klimaat: Nog te ontwikkelen: De school heeft nog geen vastgesteld sociaal veiligheidsplan R / B 2012 - 2013 Middelen en voorzieningen: Nog te ontwikkelen: Aanschaf nieuwe rekenmethode R / 2013-2014 Management primair proces: Nog te ontwikkelen: Lesgeven: in nog niet 90% van de instructielessen wordt het DIM model gebruikt R / 2013-2014 Onderwijsaanbod: aanbod voor meerbegaafde leerlingen is nog niet voldoende vastgelegd R / 2011-2015 Verdere implementatie Dalton R / 2011-2015 Aandacht voor normen en waarden A / 2011-2015
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
65
Management secundaire processen: Nog te ontwikkelen: Kwaliteitszorg: de school scoort niet overal een 3 op het toezichtskader van de inspectie R / 2011-2015 De doorstroom- en verwijzingscriteria zijn nog niet voldoende beschreven R / 2011-2012 Er is nog geen beleidsplan voor de meerbegaafde leerlingen R / 2011-2012 analyses verder/dieper uitwerken R / 2011-2012 Waarderingen door ouders, personeel, leerlingen en maatschappij: Nog te ontwikkelen: nvt Resultaten en opbrengsten: Nog te ontwikkelen: Taal- leesopbrengsten liggen nog geen 10% boven het landelijk gemiddelde R / 2011-2015
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
66
Bijlage 2 Beleidsvoornemens Doelstelling
Resultaat 11/12
Visie en beleid Het onderwijszorgprofiel is opgenomen in een document en vastgesteld. De visie van de school wordt uitgedragen.
Leiderschap De directeur is een verandermanager (volgens de principes van Fullan). De directeur werkt aantoonbaar planmatig.
Er wordt gestuurd op data.
Een professionele leergemeenschap is geïmplementeerd.
De directeur heeft een licentie t.a.v. de Vaardigheidsmeter. De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
Het personeel is tevreden over het schoolmanagement. Verbeteren toegankelijkheid van de directie. Personeel De begeleiding leerkrachten is geborgd.
In 2012 is een onderwijszorgprofiel vastgesteld op basis van de visie vanuit de 1-zorgroute. De slogan van de school is bekend bij alle ouders.
x
De schoolgids wordt als goed gewaardeerd door ouders.
x
Alle medewerkers zijn in het bezit van het stichtingprofiel en kennen het.
x
In 2015 kent de schooldirecteur veranderstrategieën en past deze (aantoonbaar) toe. In 2012 is de schooldirecteur in staat om met zijn team aantoonbaar planmatig en resultaatgericht te werken. In 2012 kan de schooldirecteur met zijn team data genereren en bruikbare analyses maken. In 2014 heeft de school (professionele) leergemeenschappen gevormd volgens het principe van Michael Fullan. In 2012 heeft iedere schooldirecteur de licentie voor de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag. In 2013 heeft elke directeur bij alle leerkrachten van zijn team de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag afgenomen. In 2014-2015 is 90% van het personeel tevreden over het schoolmanagement. De taken en verantwoordelijkheden van de directie zijn bij iedereen bekend.
In 2012 is in een notitie vastgelegd op welke wijze startende leerkrachten en invallers worden begeleid en ingewerkt.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
67
Doelstelling
Resultaat 11/12
De Vaardigheidsmeter is geïmplementeerd.
De gesprekkencyclus is geïmplementeerd.
Het bekwaamheidsdossier is geïmplementeerd.
De functiemix is geïmplementeerd. Het ziekteverzuim wordt beperkt. Collegiale consultatie is ingevoerd. Het personeel ontwikkelt zich volgens de afspraken in de gesprekkencyclus. Cultuur en klimaat De professionele cultuur is versterkt.
Er is een methode sociaalemotionele ontwikkeling geïmplementeerd. De school is een veilige omgeving voor alle betrokkenen. Middelen en voorzieningen Er is een meerjarenbegroting.
In 2013 is 90% van alle leerkrachten gecertificeerd in het kader van de Vaardigheidsmeter Instructiegedrag Er is in 2015 een volledige gesprekscyclus ingevoerd. De gesprekkencyclus wordt onder andere gebruikt als evaluatie van het personeelsbeleid. Het instrument Vaardigheidsmeter Instructiegedrag is hierbij leidend. In 2015 zijn de competenties van de personeelsleden in beeld gebracht en vastgelegd in een bekwaamheidsdossier en kunnen de personeelsleden het nut en de noodzaak van dit dossier benoemen. In 2014 is voldaan aan de eisen van de functiemix en is voldoende personeel in de LB-schaal benoemd. Het ziekteverzuim in lager dan 4%. Er is een werkend systeem van collegiale consultatie. Met iedere medewerker wordt de volledige gesprekkencyclus doorlopen.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
In 2015 een cultuur is ontstaan dat uitwisseling en samenwerking binnen het team en tussen scholen onderling bevordert.
x
In 2015 vindt (duurzame) uitwisseling van kennis en informatie plaats tussen personeelsleden onderling en tussen de scholen. We werken in 2013 aantoonbaar en methodisch aan de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen. Er is een sociaal veiligheidsplan opgesteld.
x
Er is een sluitende meerjarenplan voor: • regulier onderhoud van de schoolgebouwen • meubilair • hardware ICT • leermiddelen
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
x
x
x
x
x
x
x
68
Doelstelling
Resultaat 11/12
Het MIS is geïmplementeerd. De methodes zijn up to date. Management primaire processen Er wordt goed lesgegeven. Er wordt gewerkt volgens de Dalton-werkwijze. De normen en waarden zijn bij leerlingen, leerkrachten en ouders bekend Er is een goede afstemming op de verschillen tussen leerlingen. Management secundaire processen De kwaliteitszorg is op orde. Er is schoolbeleid m.b.t. doorstroming en verwijzing ontwikkeld. Zorg voor meerbegaafde leerlingen is georganiseerd. Opstellen trendanalyses en het formuleren van interventies n.a.v. deze analyses Waardering door ouders, leerlingen, personeel en maatschappij Het leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling is geïmplementeerd. De LTP is afgenomen.
De waardering van personeel, ouders en leerlingen ligt ten minste op het niveau van het landelijk gemiddelde.
Er is in 2015 een goed functionerend digitaal managementinformatiesysteem. Er is een nieuwe rekenmethode aangeschaft.
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x
x
In 90 % van de instructielessen wordt het DIM gebruikt. De hele school werkt volgens de Dalton-systematiek en -filosofie. Er zijn vastgestelde normen en waarden binnen de school en alle betrokkenen handelen hiernaar
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Het aanbod voor meerbegaafde leerlingen is vastgelegd.
x
x
x
x
De school scoort een 3 op alle onderdelen van het toezichtkader van de inspectie. Criteria voor doorstroming en verwijzing zijn beschreven en vastgelegd. Er is een beleidsplan voor meerbegaafde leerlingen.
x
x
x
Er zijn halfjaarlijkse trendanalyses aanwezig en deze resulteren in interventies per groep of individuele leerling
In 2012 is signalering van sociaalemotionele ontwikkeling onderdeel van het leerlingvolgsysteem. In het najaar van 2012 en 2014 worden de leerlingen gepeild op hun veiligheidsbeleving. In 2014 wordt de personeels-, leerling- en oudertevredenheidsonderzoek uitgevoerd door ‘Scholen met Succes’. We scoren op alle 3 de peilingen minimaal op het landelijk gemiddelde.
x
x
x
x
x
x
x
x
Resultaten en opbrengsten
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
69
Doelstelling De eindopbrengsten liggen op/boven het landelijk gemiddelde. De tussenopbrengsten voor Taal en Lezen liggen 10% boven het landelijk gemiddelde. De tussenopbrengsten voor Rekenen liggen op/boven het landelijk gemiddelde.
Resultaat Trendanalyse van de eindopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses. Trendanalyse van de tussenopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses Trendanalyse van de tussenopbrengsten opstellen. Eventuele acties bepalen naar aanleiding van de trendanalyses.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
11/12 x
Jaar van uitvoering 12/13 13/14 14/15 x x x
x
x
x
x
x
x
x
x
70
Bijlage 3 Schoolprofiel
Openbare Daltonschool
De Peppel SCHOOL
Tweede Dwarsdiep 8 9515 PR Gasselternijveenschemond
0599-658204
[email protected] www.de-peppel.nl
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
71
Inhoud De school Een eigen identiteit leidt voor De Peppel tot het volgende: Onze opdracht is………. Onze positie is……….. Wij willen bekend staan als een onderwijsinstelling die We willen bereiken dat……. We willen ons ontwikkelen tot…. Ons perspectief voor de toekomst is…. Ons perspectief naar ouders is…. Daltonisering Grenzen stellen Verantwoordelijkheid leren Stap voor stap Zelfstandige mensen Zelfstandig werken Samenwerking Respect voor de ander Rol van de docent Mensbeeld Aspecten van de Daltonpedagogiek Personeel en management Cultuur en klimaat Middelen en voorzieningen Primaire en secondaire processen Waardering klanten en maatschappij Resultaten en opbrengsten
De school De Openbare Daltonscchool De Peppel staat in het dorp Gasselternijveenschemond . Onze school valt onder het bestuur van de stichting PrimAH en is één van de vijftien openbare basisscholen in Aa en Hunze. In het schooljaar 2010-2011 werken er 5 leerkrachten, een administratieve kracht, en een conciërge. De bevolking van onze school bestaat vooral uit kinderen uit Gasselternijveenschemond. Verder komt een aantal kinderen uit o.a. Stadskanaal en Oude-Pekela Wij hebben geen voordeel van leerlingen met gewichten, maar wel hebben we een rugzakleerlingen, waarvoor we iets extra formatie en middelen krijgen. Op de teldatum van 1 oktober 2010 bezoeken 29 leerlingen De Peppel. Zij zijn verdeeld over 3 groepen. De school
heeft een aantal kenmerken: het is een daltonschool de slogan ‘een kleine school is zo gek nog niet ‘wordt voluit bewaarheid er is een grote ouderbetrokkenheid we werken hard aan en met het directe instructiemodel het team bekwaamt zich elk jaar verder
Onze school is een openbare school, pluriform en algemeen toegankelijk. Dat betekent:
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
72
dat we bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen met aandacht voor de levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die bestaan in onze Nederlandse samenleving; onze school vrij toegankelijk is voor alle kinderen zonder onderscheid te maken. Visie en beleid
Een eigen identiteit leidt voor De Peppel tot het volgende: Onze opdracht is……….
Het begeleiden van kinderen in de basisschoolleeftijd. Het kind in ons onderwijs centraal te laten staan. We trachten de kinderen een aantal zaken als bagage voor de toekomst mee te geven.
We willen ze daarom bewust laten worden van:
Het respect voor anderen; Een positief kritische houding t.o.v. zichzelf en anderen; Eigen mogelijkheden en beperkingen en het creatief ermee omgaan; Verantwoordelijkheden; Eigen gemaakte fouten en deze op waarde in te schatten; Zelfstandigheid; Eigen weerbaarheid; Maatschappelijke verschillen.
Bovengenoemde aspecten willen we in de lestijd niet als afzonderlijke delen aan de orde laten komen, maar zijn verweven in het totale onderwijsaanbod. Wij achten het van belang dat leerlingen van onze school weten wat er met betrekking tot de pedagogische uitgangspunten van hen verwacht wordt, maar dat ook bekend is wat zij van de onderwijsgevenden kunnen verwachten. Positieve waardering en stimulans van leerkrachten levert o.i. een bijdrage aan goede prestaties en een goed taakbesef. In feite kunnen we zeggen dat alle bovenstaande aspecten grotendeels zijn verweven binnen het Daltononderwijs. Onze positie is……….. Als onderwijsinstelling beschikken we over methodieken en methoden om zoveel mogelijk onderwijs op maat te geven. Het onderwijs aan ‘De Peppel’ is, zoals al eerder opgemerkt, kindgericht. Niet alleen cognitieve vaardigheden
Naast het aanbod van cognitieve vaardigheden wil de school ruim aandacht besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, creatieve vaardigheden en zorg voor het milieu, met name in de nabije omgeving van de school. Orde, rust en regelmaat kunnen de indruk wekken streng te zijn. Wij zien deze termen in het licht van voorwaarden om tot een optimale werksfeer te komen. In het onderwijs speelt zorg voor leerlingen, mede in het kader van WSNS, een belangrijke rol. De zorgverbreding wordt als fundament gezien voor de onderwijskundige vernieuwing binnen de school. Een belangrijk didactisch aspect van Daltonisering en zorgverbreding is het zelfstandig werken in groepen. Daarom is er
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
73
gekozen voor het werken met dag- en weektaken. Dit geeft de groepsleerkrachten de mogelijkheid te differentiëren binnen de groep. We streven ernaar de doorgaande lijn te volgen en te werken met tempo- en leerstofdifferentiatie. Algemeen is de didactiek naar kinderen er één welke een sfeer van veiligheid wil creëren en tevens aandacht schenkt aan zelfstandigheid, weerbaarheid en zelfredzaamheid. Leerlingen die speciale hulp en/of aandacht nodig hebben, worden tijdens de lessen begeleid. Een belangrijk didactisch uitgangspunt is het ‘zelfstandig werken’. De Peppel is een openbare basisschool. Voor de school is daarom van belang dat de school toegankelijk is voor elk kind van welke levensbeschouwing dan ook. Tevens houdt dit in, dat het onderwijs aan onze school verstoken dient te blijven van indoctrinatie en discriminatie. Een belangrijk aspect hierbij is principiële gelijkwaardigheid van allen. We trachten in ons onderwijs aan te sluiten bij de algemeen heersende opvattingen t.a.v. normen en waarden van onze democratische samenleving. Hier moet zeker een plaats worden ingeruimd voor het multiculturele aspect van onze samenleving.
Wij willen bekend staan als een onderwijsinstelling die:
werkt volgens de uitgangspunten van het Daltononderwijs open en toegankelijk is waarbij de leerling het uitgangspunt is een in alle opzichten betrokken team heeft de leerling de meest ideale ontplooiingskansen geeft die gebruik maakt van het samenspel tussen school, ouders en omgeving. de ouders nadrukkelijk betrekt bij de ontwikkeling van hun kind ouders laat meedenken t.a.v. keuzes in het onderwijs, o.a. door gesprekken tijdens de spreekavonden
We willen bereiken dat…….
leerlingen op onze school in alle opzichten de kans krijgen zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen om te kunnen participeren in de samenleving
Dat houdt in dat we het belangrijk vinden dat een leerling:
leeft in zijn eigen netwerk temidden van anderen kansen krijgt om zelfstandige keuzes te maken gelegenheid krijgt een eigen persoonlijkheid te ontwikkelen gerespecteerd wordt volwaardig medeburger is
We willen ons ontwikkelen tot….
een Daltonschool in optima forma een schoolorganisatie met deelproducten tot een organisatie die op meerdere terreinen ondersteuning kan bieden. een school die kan inspelen op de resultaten van de kinderen en gebruik maakt van trendanalyses.
Ons perspectief voor de toekomst is….
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
74
Een herkenbare en veilige plaats te zijn waar kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen en waarbij er een samenhangend verband is tussen leerlingen, team, ouders en omgevingsfactoren. Ons perspectief naar leerlingen is…..
betrokkenheid veiligheid ontplooiingskansen
Ons perspectief naar ouders is….
adequaat kunnen inspelen op diverse vragen mogelijkheden bieden tot actieve betrokkenheid bij de ontwikkeling van hun kind en de planning, uitvoering en evaluatie van beleid in de uitvoering Samenwerking
Respect voor de ander Om later als volwassene te kunnen deelnemen aan de samenleving moet je leren samenwerken. Ook met mensen die je niet zelf kiest. Daarom wordt op Daltonscholen veel aandacht besteed aan het spelen en werken in groepjes. Meestal gaat het om leerlingen uit dezelfde klas die samen een opdracht uitvoeren, maar ook gebeurt het dat leerlingen van verschillende leeftijden moeten samenwerken. Al doende leren ze te luisteren naar elkaar en respect te hebben voor elkaar. Ieder mens is immers verantwoordelijk voor zichzelf en voor zijn omgeving. Personeel en management Het team van De Peppel leert van elkaar en maakt gebruik van elkaars kwaliteiten. Daarbij zorgen we voor een goede communicatie, respecteren we elkaar en bouwen we samen aan het wij-gevoel. Voor het personeel willen we een veilige omgeving creëren, waarin ze gewaardeerd worden. Hiervoor worden functioneringsgesprekken gevoerd, zodat de leerkracht weet, dat zijn/haar stem ertoe doet en dat zij/hij ook gezien wordt. Het management van de school is goed zichtbaar. Er is een duidelijk schoolplan en ook wordt er gezorgd voor optimale werkomstandigheden en is er een aanbod van scholing (zowel individueel als teambreed). Door te zorgen voor een evenwichtige planning, ondersteuning en uitvoering wordt er zoveel als mogelijk aangestuurd op kwaliteiten. Rol van de docent In de Daltonpedagogiek is de rol van de docent meer coachend en begeleidend en minder puur gericht op kennisoverdracht. Deze taakopvatting vloeit voort uit het mensbeeld dat ten grondslag ligt aan Dalton. Mensbeeld Dalton gaat uit van het gegeven dat ieder mens in staat is tot het dragen van verantwoordelijkheid voor zichzelf en voor zijn omgeving. Dit is een voorwaarde om goed te kunnen functioneren in een democratische samenleving. Volgens de Daltonpedagogiek zijn kinderen in principe in staat om verantwoordelijkheid te dragen, bijvoorbeeld voor hun eigen ontwikkeling. Dat gebeurt stap voor stap, met heldere afspraken tussen docent en individuele leerling. De docent biedt veiligheid en structuur; een klimaat dat de leerling
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
75
uitdaagt tot leren. Daardoor krijgt deze de ruimte om zich persoonlijk, sociaal en cognitief te ontwikkelen.
Cultuur en klimaat We willen het goede uit het verleden gebruiken om de vernieuwing een goede basis te geven. We betrachten openheid en eerlijkheid, maar moeten die ook bewaken. We hebben respect voor elkaar en gaan verder met professionaliseren. Er is aandacht voor een duidelijke structuur (o.a. ingezet met DIM), werken we de ontwikkeling van sociaal emotionele verder uit en bekijken we welke preventieve maatregelen genomen kunnen worden. Bijzonderheden, waar we trots op zijn:
het samen-gevoel de schoolreizen, de buitenschoolse activiteiten, de Sinterklaasviering, werken met het Kunstmenu, het kerstfeest, Paasontbijt, excursies in de verschillende groepen.
Middelen en voorzieningen In de school zal qua huisvesting de komende jaren weinig meer (kunnen) veranderen. Wel blijft het zoeken naar stilteplekken buiten het lokaal onze aandacht houden i.v.m. Daltononderwijs op het gebied van methoden kunnen we stelen dat we de modernste methoden hebben, wel is er in de toekomst aandacht voor een nieuwe rekenmethode. Primaire en secondaire processen We gaan door met:
‘Werken Met Kwaliteitskaarten’ (WMK) met aandacht voor persoonlijke ontwikkelingen; we geven instructielessen volgens het ‘Directe Instructie Model’. het klassenmanagement is in alle groepen ingevoerd.
Dit bewaken en verder uitwerken (o.a. takenblad) doen we de komende jaren. Meer zelfstandigheid ontlokken bij de kinderen en een betere tijdsbewaking zorgen voor een effectievere gebruik van de lestijd. Het blijven werken aan de kwaliteitszorg, de zorgstructuur en intervisie moeten ervoor zorgen, dat processen inslijpen. Borgen en evalueren van deze processen zijn van groot belang.
Naast het aanbod van cognitieve vaardigheden wil de school ruim aandacht besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind, creatieve vaardigheden en zorg voor het milieu, met name in de nabije omgeving van de school. Orde, rust en regelmaat kunnen de indruk wekken streng te zijn. Wij zien deze termen in het licht van voorwaarden om tot een optimale werksfeer te komen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
76
In het onderwijs speelt zorg voor leerlingen, mede in het kader van WSNS, een belangrijke rol. De zorgverbreding wordt als fundament gezien voor de onderwijskundige vernieuwing binnen de school. Een belangrijk didactisch aspect van Daltonisering en zorgverbreding is het zelfstandig werken in groepen. Daarom is er gekozen voor het werken met dag- en weektaken. Dit geeft de groepsleerkrachten de mogelijkheid te differentiëren binnen de groep. We streven ernaar de doorgaande lijn te volgen en te werken met tempo- en leerstofdifferentiatie. Algemeen is de didactiek naar kinderen er één welke een sfeer van veiligheid wil creëren en tevens aandacht schenkt aan zelfstandigheid, weerbaarheid en zelfredzaamheid. Leerlingen die speciale hulp en/of aandacht nodig hebben, worden tijdens de lessen begeleid. Een belangrijk didactisch uitgangspunt is het ‘zelfstandig werken’. De Peppel is een openbare basisschool. Voor de school is daarom van belang dat de school toegankelijk is voor elk kind van welke levensbeschouwing dan ook. Tevens houdt dit in, dat het onderwijs aan onze school verstoken dient te blijven van indoctrinatie en discriminatie. Een belangrijk aspect hierbij is principiële gelijkwaardigheid van allen.
We trachten in ons onderwijs aan te sluiten bij de algemeen heersende opvattingen t.a.v. normen en waarden van onze democratische samenleving. Hier moet zeker een plaats worden ingeruimd voor het multiculturele aspect van onze samenleving. Aspecten van de Daltonpedagogiek Vormen van zelfstandig werken, leren en reflecteren Het pedagogisch handelen gaat uit van het vermogen van de mens tot leren. Dit blijkt onder andere uit keuzevrijheid van leerlingen gedurende een deel van de dag. De ruimte is ingericht voor zelfstandig werken en samenwerken Zelfstandig en samenwerkend leren krijgen veel aandacht in het curriculum Uit gedrag van de leerlingen blijkt dat zij gewend zijn aan vrijheid van handelen binnen grenzen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit verantwoordelijkheid voor het eigen werk en dat van anderen. Leerlingen houden leeractiviteiten en resultaten zelf bij. In het basisonderwijs wordt gewerkt met een takenbord of taakblad, en met dagkleuren. Daltonisering We zijn een Daltonschool en dan hebben we te o.a. te maken met het volgende: Grenzen stellen Op een Daltonschool leren kinderen door het zelfstandig opdoen van kennis en ervaring. Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken, eigen wegen te vinden. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag. 'De ideale vrijheid is geen vrijblijvendheid en nog minder is het ongedisciplineerdheid. Het kind dat maar doet waar het zin in heeft, is niet vrij. Integendeel, het wordt een slaaf van slechte gewoontes, egoïstisch en ongeschikt voor een leven met anderen', zei pedagoge Helen Parkhurst al in 1922. Parkhurst is de grondlegster van het Daltononderwijs. De docent biedt iedere leerling de structuur om met vrijheid te kunnen omgaan. Verantwoordelijkheid leren Vrijheid betekent in het Daltononderwijs: kunnen omgaan met verantwoordelijkheid. Uitgangspunt is het vertrouwen in de eigen kracht van ieder kind. Docent en leerling maken samen afspraken over de leerstof. De leerling schat zelf in wat het nodig heeft om een taak
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
77
te kunnen doen en hoeveel tijd het nodig heeft. Achteraf legt het verantwoording af aan de docent. Stap voor stap De leerlingen leren stap voor stap vrijheid te hanteren. Bij kleuters gaat het om kleine, overzichtelijke keuzetaken die ze zelfstandig uitvoeren. Naarmate kinderen en jongeren zich verder ontwikkelen, worden taken omvangrijker en complexer. Net als op alle scholen wordt de inhoud van de leerstof grotendeels bepaald door de kerndoelen van de overheid, samenleving, schoolplan en dergelijke. Zelfstandige mensen Het Daltononderwijs wil kinderen vormen tot volwassenen die zelfstandig kunnen denken en handelen. Daarvoor is nodig dat kinderen en jongeren leren hoe je informatie vergaart, hoe je zaken op waarde kunt schatten en hoe je keuzes maakt. Daarin zal ieder mens verschillen, daarom kiest het Daltononderwijs voor een meer individuele benadering. Zelfstandig werken Ieder kind en iedere jongere heeft recht op optimale kansen om zichzelf te ontwikkelen. Daarom wordt op Daltonscholen veel zelfstandig gewerkt. De docent onderzoekt steeds wat ieder nodig heeft om iets specifieks te kunnen leren. Zijn rol is het begeleiden en coachen van iedere leerling, het initiatief blijft zoveel mogelijk bij de leerling. Respect voor de ander Om later als volwassene te kunnen deelnemen aan de samenleving moet je leren samenwerken. Ook met mensen die je niet zelf kiest. Daarom wordt op Daltonscholen veel aandacht besteed aan het spelen en werken in groepjes. Meestal gaat het om leerlingen uit dezelfde klas die samen een opdracht uitvoeren, maar ook gebeurt het dat leerlingen van verschillende leeftijden moeten samenwerken. Al doende leren ze te luisteren naar elkaar en respect te hebben voor elkaar. Ieder mens is immers verantwoordelijk voor zichzelf en voor zijn omgeving.
Waardering klanten en maatschappij De scholen binnen de Stichting PrimAH houden vierjaarlijks een OuderTevredenheidsPeiling en PersoneelTevredenheidsPeiling en elke twee jaar een LeerlingTevredenheidsPeiling. Hiervoor gebruiken we de peilingen van ‘Scholen met Succes’. De uitkomsten van bovengenoemde peilingen zullen gebruikt worden voor de planning van de komende jaren. Via de ouderraad,medezeggenschapsraad en informatieavonden is er een goed contact over hetgeen er bij ouders en leerlingen leeft. Tijdens de informatieavonden aan het begin van het schooljaar) komen vele ouders zich oriënteren op hoe we lesgeven en waarmee we werken. Twee- tot driemaal per jaar zijn er contactavonden gepland tussen ouders en leerkrachten over de ontwikkelingen van de kinderen.
Resultaten en opbrengsten Wat betreft de leerlingen willen we eruit halen wat erin zit. Door de trendanalyses van de Cito toetsen goed bij te houden en samen te bespreken houden we goed zicht op de ontwikkeling van de kinderen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
78
Ook door te zorgen voor goed en uitdagend extra werk/opdrachten/materialen komt de ontwikkeling van elk individu ten goede. Ook leerlingen bewust maken van consequenties van gedrag. Een goede balans creëren voor zorgleerlingen, de middenmoot en leerlingen, die meer aankunnen in de groep.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
79
Bijlage 4 Kerndoelen PO (2006) en leerstofaanbod 1
Nederlands
Mondeling, Schriftelijk onderwijs en Taalbeschouwing (waaronder strategieën) A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren informatie te verwerven uit gesproken taal. Ze leren tevens die informatie, mondeling of schriftelijk, gestructureerd weer te geven.
2
De leerlingen leren zich naar vorm en inhoud uit te drukken bij het geven en vragen van informatie, het uitbrengen van verslag, het geven van uitleg, het instrueren en bij het discussiëren.
3
De leerlingen leren informatie te beoordelen in discussies en in een gesprek dat informatief of opiniërend van karakter is en leren met argumenten te reageren.
4
De leerlingen leren informatie te achterhalen in informatieve en instructieve teksten, waaronder schema's, tabellen en digitale bronnen.
5
De leerlingen leren naar inhoud en vorm teksten te schrijven met verschillende functies, zoals: informeren, instrueren, overtuigen of plezier verschaffen.
6
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het lezen van school- en studieteksten en andere instructieve teksten, bij systematisch geordende bronnen, waaronder digitale.
7
De leerlingen leren informatie en meningen te vergelijken en te beoordelen in verschillende teksten.
8
De leerlingen leren informatie en meningen te ordenen bij het schrijven van een brief, een verslag, een formulier of een werkstuk. Zij besteden daarbij aandacht aan zinsbouw, correcte spelling, een leesbaar handschrift, bladspiegel, eventueel beeldende elementen en kleur.
9
De leerlingen krijgen plezier in het lezen en schrijven van voor hen bestemde verhalen, gedichten en informatieve teksten.
10
De leerlingen leren bij de doelen onder 'mondeling taalonderwijs' en 'schriftelijk taalonderwijs' strategieën te herkennen, te verwoorden, te gebruiken en te beoordelen.
11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde onderscheiden. De leerlingen kennen • regels voor het spellen van werkwoorden; • regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden; • regels voor het gebruik van leestekens.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
80
12
B
De leerlingen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder 'woordenschat' vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken. Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Taaljournaal
( taalmethode )
Lezen in beeld ( methode begrijpend en studeren lezen ) Leeslijn ( leesmethode ) Toetsen: Methodegebonden toetsen Taal voor Kleuters Kleuter observatielijst Cito LVS Entreetoets Cito (groep 7) Eindtoets Cito (groep 8)> Extra hulpmethode: Goed gelezen
( leesmethode )
Educatieve software – Edurom / woordkasteel / Huisje boompje beestje Kinderen en hun sociale talenten
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
81
2
Engels
A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren informatie te verwerven uit eenvoudige gesproken en geschreven Engelse teksten.
2
De leerlingen leren in het Engels informatie te vragen of geven over eenvoudige onderwerpen en zij ontwikkelen een attitude waarbij ze zich durven uit te drukken in die taal.
3
De leerlingen leren de schrijfwijze van enkele eenvoudige woorden over alledaagse onderwerpen.
4
De leerlingen leren om woordbetekenissen en schrijfwijzen van Engelse woorden op te zoeken met behulp van het woordenboek.
B Middelen Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Hello World Toetsen: Metodegebonden toetsen / schriftelijk en mondeling Extra hulpmethode: Nvt.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
82
3
Rekenen/wiskunde
Getallen en bewerkingen/Meten en meetkunde A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren wiskundetaal gebruiken.
2
De leerlingen leren praktische en formele reken-wiskundige problemen op te lossen en redeneringen helder weer te geven.
3
De leerlingen leren aanpakken bij het oplossen van reken wiskundeproblemen te onderbouwen en leren oplossingen te beoordelen.
4
De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen.
5
De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn.
6
De leerlingen leren schattend tellen en rekenen.
7
De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen.
8
De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures.
9
De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
10
De leerlingen leren eenvoudige meetkundige problemen op te lossen.
11
De leerlingen leren meten en leren te rekenen met eenheden en maten, zoals bij tijd, geld, lengte, omtrek, oppervlakte, inhoud, gewicht, snelheid en temperatuur.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Pluspunt Toetsen: Methodegebonden toetsen Cito rekenen en wiskunde Extra hulpmethode: Maatwerk software programma HWV software
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
83
4
Oriëntatie op jezelf en de wereld
Mens en samenleving, Natuur en techniek en Ruimte A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen.
2
De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument.
3
De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en hun rol als burger.
4
De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen.
5
De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen.
6
De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu.
7
De leerlingen leren in de eigen omgeving veel voorkomende planten en dieren onderscheiden en benoemen en leren hoe ze functioneren in hun leefomgeving.
8
De leerlingen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen.
9
De leerlingen leren onderzoek doen aan materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur.
10
De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind.
11
De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
12
De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.
13
De leerlingen leren dat de positie van de aarde ten opzichte van de zon leidt tot natuurverschijnselen, zoals seizoenen en dag-/nachtritme.
14
De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In ieder geval wordt daarbij aandacht besteed aan twee lidstaten van de Europese Unie en twee landen die in 2004 lid worden/werden, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
84
15
Kinderen leren over de maatregelen die in Nederland genomen worden/werden om bewoning van door water bedreigde gebieden mogelijk te maken.
16
De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren.
17
De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld.
18
De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen, zoals aanwezig in ons cultureel erfgoed, en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren.
19
De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer.
20
De leerlingen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de wereldgeschiedenis.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Grote reis groep 5 t/m 8 Leefwereld 3/4 Toetsen: Methodegebonden toetsen Extra hulpmethode: Nieuws uit de natuur KlasseTV TV weekjournaal
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
85
5
Kunstzinnige oriëntatie
A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren beelden, taal, muziek, spel en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.
2
De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.
3
De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Moet je doen.
muziek en drama
Toetsen: Methodegebonden toetsen Extra hulpmethode: Kunstmenu
Een jaarlijks samengesteld programma van kunst en cultuur voor alle groepen.
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
86
6
Bewegingsonderwijs
A
Kerndoelen
1
De leerlingen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de omringende bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en spelvormen ervaren en uitvoeren.
2
De leerlingen leren samen met anderen op een respectvolle manier aan bewegingsactiviteiten deelnemen, afspraken maken over het reguleren daarvan, de eigen bewegingsmogelijkheden inschatten en daarmee bij activiteiten rekening houden.
B
Middelen
Methoden die volgens de handleiding worden gebruikt: Vastgesteld lessenplan door vakleerkracht. Toetsen: Via observaties Extra hulpmethode: MRT door de vakleerkracht
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
87
Bijlage 5 Lesroosters
donderdag
woensdag
dinsdag
maandag
Dag
Tijd
Groep 6
Groep 7
Groep 8
8.309.00 -10.15 -10.30 -10.45 -11.15 -11.45 13.0014.15 14.1515.15
kring
kring
kring
taakwerk pauze lezen Instr. taal taakwerk gym
taakwerk pauze lezen taakwerk Instr. taal gym
Instructie taal pauze lezen taakwerk taakwerk gym
wereldoriëntatie
wereldoriëntatie
wereldoriëntatie
8.309.30 -10.15 -10.30 -10.45 -11.15 -11.45 13.0013.45 -14.15 -14.45 -15.15
taakwerk
taakwerk
taakwerk
Instr. rek. pauze lezen taakwerk spreekbeurt taakwerk
taakwerk pauze lezen Instr. rek. boekbespreking taakwerk
Instr. rek. pauze lezen taakwerk of presentatie taakwerk
spreekbeurt Engels tekenen
boekbespreking Engels tek.
of presentatie Creatief tek.
8.309.00 -9.45 -10.15 -10.30 -10.45 -11.05 -11.45 -12.15
nieuws/actualiteiten taakwerk taakw./instr. pauze lezen tutor doc. centr. muziek
nieuws/act.
nieuws/act.
taakwerk taakw./instr. pauze lezen tutor doc. centr, muziek
taakwerk taakw./instr. pauze lezen tutor doc.centr. muziek
8.309.30 9.3010.00
taakwerk
taakwerk
taakwerk
taakw./ voorb. presentatie
taakw./voorb. present.
taakw./voorber. present.
-10.15 -10.30 -11.15 -11.45 13.0014.15 14.1514.45 14.4515.15
lezen pauze taakw./instr. spreekbeurt gym.
lezen pauze taakw./instr. boekbespreking gym.
lezen pauze taakw./instr. of presentatie gym.
taakw. afronden
taakw. afronden
taakw. afronden
verkeer
verkeer
verkeer
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Bijzonderheden
9.00-9.30 zorgleerling (-en)
13.30-14.00 zorgleerling (en)
9.00-9.30 zorgleerling (-en)
9.00-9.30 zorgleerling (-en)
88
vrijdag
8.309.30 -10.00 -10.15 -10.30 -11.00 -11.45 13.0014.00 14.0015.15
taakw.
taakw.
instr. spell.
instr. spell. lezen pauze taakw. tv- weekjournaal wereldorientatie
instr. spell. lezen pauze taakw. tv- weekj. w.o.
taakw. lezen pauze taakw. tv-weekj. w.o.
workshop
workshop
workshop
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
10.30-11.00 zorgleerling (-en)
89
donderdag
woensdag
dinsdag
maandag
Dag
Tijd
Groep 3
Groep 4
Groep 5
8.308.45 8.459.30 9.3010.15 10.3010.45 10.4511.45 13.0014.00 14.0015.15
kring
kring
kring
rekenen
rekenen
rekenen
pauze
pauze
pauze
lezen
lezen
lezen
Taakwerk/ instr taal Taakw/ creatief
Taakwerk/ instr taal Taakw/ creatief
Taakwerk/ instr taal Taakw/ creatief
gym
gym
gym
8.309.30 9.3010.15 10.3010.45 10.4511.45 13.0014.00 14.0014.3015.15
rekenen
rekenen
rekenen
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
Technisch lezen
lezen
lezen
Verkeer/ taakwerk Leefwereld
Lezen in beeld / taakwerk Technisch lezen
Taakwerk / verkeer Lezen in beeld
Taakwerk
Verkeer
De grote reis
Drama/ muziek
Drama/ muziek
Drama/ muziek
8.309.30 9.3010.15 10.3010.45 10.4511.4512.15
rekenen
rekenen
rekenen
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
Lezen
Lezen
Technisch lezen
Taakwerk
Taakwerk
Taakwerk
Leefwereld
Leefwereld
Leefwereld
8.308.459.30 9.3010.15 10.3010.45 10.4511.45 13.0014.00
kring
kring
kring
rekenen Taakwerk/ instr
rekenen Taakwerk/ instr
rekenen Taakwerk/ instr
Spreekb / boekb
Spreekb / boekb
Spreekb / boekb
taakwerk
taakwerk
taakwerk
Schrijven / sociaal emotioneel gym
Nieuws u/d natuur
Nieuws u/d natuur
gym
Gym
14.0015.15
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Bijzonderheden 10.05-10.15 11.35-11.45 10 min voor aanvang van de pauzes klassikale spellings oefeningen uit de woordpakketten.
10.05-10.15 11.35-11.45 10 min voor aanvang van de pauzes klassikale spellings oefeningen uit de woordpakketten.
10.05-10.15 11.35-11.45 10 min voor aanvang van de pauzes klassikale spellings oefeningen uit de woordpakketten.
10.05-10.15 11.35-11.45 10 min voor aanvang van de pauzes klassikale spellings oefeningen uit de woordpakketten.
90
vrijdag
8.308.45 8.459.30 9.3010.15 10.3010.45 10.4511.0011.3011.45 13.0014.00 14.0015.15
kring
kring
kring
rekenen
rekenen
rekenen
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
Taakwerk/ instr
lezen
lezen
lezen
Taakwerk/ instr Tv weekjournaal Evaluatie week / vak opruimen vrij
Taakwerk/ instr Tv weekjournaal Evaluatie week / vak opruimen vrij
Taakwerk/ instr Tv weekjournaal Evaluatie week / vak opruimen taakwerk
vrij
vrij
workshop
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
10.05-10.15 11.35-11.45 10 min voor aanvang van de pauzes klassikale spellings oefeningen uit de woordpakketten.
91
woensdag
dinsdag
maandag
Dag
Tijd 08.30– 08.45 08.45– 09.00 09.00– 09.15 09.1510.15 10.15– 10.30 10.3010.45 10.4511.45 13.0014.00
Groep 1 kring
Groep 2 kring
Instructie/dag/hulpje School tv
Instructie dag/hulpje School tv
werkuur
werkuur
Pauze
Pauze
Taalontw.
Taalontw.
Spel/gym
Spel/gym
------------
14.00 – 15.15
------------
Taalontw. + voorber. lezen en rekenen Gym met middenbouw
08.30– 08.45 08.45– 09.00 09.00– 10.15 10.3010.45 10.4511.45 13.00– 13.15 13.15– 14.15 14.1– 15.15
Kring
Kring
Taalontw.
Taalontw.
Werkuur
Werkuur
Muziek
Muziek
Spel/gym
Spel/gym
Verkeer
Verkeer
Werkuur
Werkuur
Spel
Spel
08.30 – 08.45 08.45– 09.00 09.00– 10.15 10.15– 10.30 10.30– 10.45 10.45– 11.00 11.00– 11.20 11.20– 12 15
Kring
Kring
Taalontw.
Taalontw.
Werkuur
Werkuur
Pauze
Pauze
Voorlezen
Voorlezen
Bibliobus
Bibliobus
Tutor
Tutor
Spel/gym
Spel/gym
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
Groep 3
Bijzonderheden 09.45 uur – 10 00 uur werken met kinderen met hp
Ca. 09.30 uur Groep 2 (Daniël) lezen met de leesmoeder
09.45 uur – 10.00 uur werken met kinderen met hp
09.15 – 10.00 uur werken met kinderen met hp
92
donderdag vrijdag
08.30– 08.45 08.45– 09.00 09.00– 10.15 10.15– 10.30 10.30– 10.45 10.45– 11.45 13.00– 13.30 13.30– 14.30 14.30– 15.15
Kring
Kring
Taalontw.
Taalontw.
Werkuur
Werkuur
Pauze
Pauze
Muziek
Muziek
Spel/gym
Spel/gym
Soc. Emot. Ontw.
Soc. Emot. Ontw.
Werkuur
Werkuur
Spel
Spel
08.30– 08.45 08.45– 09.00 09.00– 10.15 10.15– 10.30 10.30– 10.35 10.35– 10.55 10.55– 11.45
Kring
Kring
Taalontw.
Taalontw.
Werkuur
Werkuur
Pauze
Pauze
Voorlezen
Voorlezen
Tutor
Tutor
Spel/gym
Spel/gym
Schoolplan 2011-2015 – ODS De Peppel
08.30 – 10.15 uur kinderen voor logopedie door logopediste
14.15 – 14.30 uur kinderen met hp Soc. Emot. Ontw Schrijven
09.45 – 10.00 uur werken met kinderen met hp Ca. 09.30 uur groep 2 (Daniël) lezen met de leesmoeder
93