Schoolplan A.Bekemaschool 2008 – 2012 Schoolplan
Voorwoord In dit schoolplan is het strategische beleid van de A.Bekemaschool voor de periode 2008 – 2012 verwoord. Strategisch beleid is gericht op het bepalen van de positie, die de school wil innemen. Uitgangspunt bij de uitwerking van het beleid op elk gebied is de gezamenlijke visie van de Amsterdamse Stichting voor Katholiek Onderwijs (ASKO) en de school en de betekenis daarvan voor het betreffende beleidsgebied. Alle strategische keuzes passen binnen deze visie en dragen daardoor bij aan de verwezenlijking van de missie (datgene waar de school en de ASKO voor staan). Als school leggen wij verantwoording af aan de betrokkenen bij de school over de behaalde resultaten. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen interne en externe betrokkenen. Interne betrokkenen zijn het bestuur, het bovenschoolse management, de medewerkers, de medezeggenschapsraad (MR), collega-scholen en onze leerlingen en hun ouders. De externe betrokkenen zijn de Inspectie van het onderwijs, als (formele) vertegenwoordiger van de maatschappij, en de overige maatschappelijke instanties in onze directe omgeving. Wij verantwoorden ons door middel van managementrapportages aan het bestuur, het bestuurskantoor en de (G)MR. De leerlingen en ouders informeren wij over ons onderwijs en de gerealiseerde kwaliteit via de schoolgids en het informatiebulletin. Daarnaast worden de ouders, leerlingen en medewerkers uitgebreid geïnformeerd over de uitkomsten van de tevredenheidsmetingen, die onder deze groepen worden gehouden. De inspectie wordt geïnformeerd via dit schoolplan en de documenten waarnaar in dit plan wordt verwezen.
Amsterdam, augustus 2008 Marco Dekker (directeur)
Inleiding Hoe dit schoolplan tot stand is gekomen Met het schoolplan 2008 – 2012 wil A.Bekemaschool laten zien op welke manier zij de kinderen de komende vier jaar wil voorbereiden op de maatschappij, waarin zij terecht komen. Dit schoolplan is door het team en de schoolleiding samen ontwikkeld en is een schoolspecifieke vertaling van het strategische beleidsplan van de Amsterdamse Stichtingen voor Katholiek Onderwijs (ASKO), waarvan de school deel uit maakt. Voor de vertaling naar schoolniveau, is allereerst gekeken naar aanvullingen van het stichtingskader wat betreft de schoolspecifieke situatie (kenmerken van de school, omgevingsfactoren, missie en visie). Daarna is per beleidsonderdeel gekeken naar, wat er nodig is om de schoolvisie te verwezenlijken. Dit alles is gebaseerd op de raadpleging en resultaten van de volgende bronnen: Analyse van de kwaliteitsenquêtes onder leerlingen, ouders en team Evaluatie vorig schoolplan: wat is bereikt, wat moet nog én wat hebben we gemist? Resultaten leerlingvolgsysteem (LVS) en CITO-eindtoets: actiepunten en aanpassing methodes. Maatschappelijke ontwikkelingen/vereisten, lokaal en landelijk Landelijke wetgeving: Wet Primair onderwijs, Wet Beroepsbekwaamheid in het onderwijs, Arbo-wet, Wet Bescherming Persoonsgegevens Bevindingen Inspectie Basisonderwijs: aandachtspunten inspectierapport. ASKO beleid, waarbij inbegrepen identiteit en andere beleidskaders. Op grond van genoemde bronnen zou er de komende 4 jaar gewerkt moeten worden aan de volgende 29 actiepunten: 1. Dossiervorming, informatiestromen, persoonsgebonden nummer (wetgeving) 2. Opstellen missie en visie school met het team (directie en team) 3. Implementatie Computeronderwijs, beleidsplan en uitvoering daarvan (team) 4. Bevordering techniekeducatie (landelijke ontwikkelingen) 5. Passend onderwijs, adaptief onderwijs, interactief onderwijs, aandacht minder én meer begaafde leerlingen (wetgeving) 6. Erfgoededucatie en de Canon van de Nederlandse geschiedenis (landelijke ontwikkelingen) 7. Verbetering en veraangenamen van aanvankelijk en voorgezet/begrijpend/studerend lezen (directie en team) 8. Vernieuwing incidentenregistratie (wetgeving) 9. Bevordering burgerschapszin. 10. Herziening taakbelastingbeleid (enquête) 11. Competenties medewerkers en nascholingsbeleid (ASKO-beleid) 12. Dagarrangementen, contacten BSO (Buitenschoolse Opvang) en NSA (Naschoolse activiteiten) (wetgeving) 13. Communicatie intern, collegiale consultatie, feedback, organisatiestructuur, begeleiding leerkrachten (ASKO-beleid) 14. Afstemming curriculum op kerndoelen (directie) 15. Verbetering aansluiting leerstofaanbod groepen 2 en 3 (team) 16. Uitbreiding en professionalisering beheer leerlingvolgsysteem, invoegen sociaal-emotionele ontwikkeling (team) 17. Spellingonderwijs volgen in verband met ‘tegenvallende’ resultaten ten opzichte van andere vakgebieden (LVS) 18. Opzetten plusgroep (team) 19. Invulling Identiteit van de school (ASKO-beleid)
20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29.
Opzetten schakelklas (Gemeente Ouder-Amstel) Communicatie naar en van ouders (directie) Uitvoeren Plan van Aanpak RI&E rapport (ASKO-beleid) Afstemmen handelen niet gewenst gedrag (team) Uitvoering zorg stroomlijnen (directie) Klassenmanagement evalueren (directie) Schoolgebouw moderniseren. (directie) Vertrouwenspersoonfunctie vormgeven (directie). Op weg naar een Brede School. (Gemeente Ouder-Amstel) Vervanging meubilair (team)
De A.Bekemaschool is een ambitieuze school. Wij denken, dat we al deze punten binnen 4 jaar kunnen realiseren. Met veel van deze actiepunten zijn we al begonnen. We verwachten, dat zeker de helft van de genoemde actiepunten gerealiseerd zijn aan het einde van het schooljaar 2009-2010.
Tijdsplanning actiepunten. Actiepunten
Door wie?
Wanneer klaar?
1. Dossiervorming, informatienummer en persoonsgebonden nummer. (hoofdstuk 4)
Marco en Anja.
2009 / 2010.
2.Opstellen missie en visie van de school. (hoofdstuk 3)
Sebastiaan en team.
2008 / 2009, daarna doorlopend proces.
3.Implementatie ICT, beleidsplan en uitvoering. (hoofdstuk 9)
Beleidsplan: Stella en Marco. Uitvoering: team.
Beleidsplan: 2008 / 2009. Uitvoering: facilitair 2009 / 2010, uitvoering in de groepen doorlopend.
4.Bevordering techniekeducatie. (hoofdstuk 8)
Team.
2010 / 2011.
5.Passend Onderwijs. (hoofdstuk 10)
Team.
2011 / 2012.
6.Erfgoededucatie en de Canon van de Nederlandse geschiedenis. (hoofdstuk 8)
Team.
2011 / 2012.
7.Verbetering van aanvankelijk en voortgezet/begrijpend/studerend lezen. (hoofdstuk 8)
Team.
2009 / 2010.
8.Vernieuwing incidentenregistratie. (hoofdstuk 4)
Mickey en Marco.
2008 / 2009.
9.Bevordering burgerschapszin. (hoofdstuk 8)
Team.
Doorlopend proces.
10.Herziening taakbelastingbeleid. (hoofdstuk 12)
Team en Marco.
2008 / 2009. Daarna jaarlijks evalueren.
11.Competenties medewerkers en nascholingsbeleid. (hoofdstuk 12)
Team en Marco.
Doorlopend proces.
12.Dagarrengementen, contacten BSO, en NSO. (hoofdstuk 6)
Marco.
Doorlopend proces.
13.Communicatie intern, collegiale consultatie, feedback, organisatie structuur, begeleiding leerkrachten. (hoofdstuk 12)
Team en Marco.
Structuur: 2009 / 2010. Daarna doorlopend proces.
14.Afstemming curriculum op kerndoelen. (hoofdstuk 8)
Team en Marco.
Doorlopend proces.
15.Verbetering aansluiting leerstofaanbod groepen 2 en 3. (hoofdstuk 8)
Sebastiaan en team.
2010 / 2011.
16.Uitbreiding en professionalisering beheer leerlingvolgsysteem, invoegen sociaal-emotionele ontwikkeling. (hoofdstuk 4)
Anja en Marco.
2008 / 2009.
17.Spellingsonderwijs volgen in verband met tegenvallende resultaten ten opzichte van andere vakgebieden. (hoofdstuk 8)
Team.
2009 / 2010.
18.Opzetten plusgroep. (hoofdstuk 4 en 8)
Mickey, Anja en Marco.
2009 / 2010.
19.Invulling identiteit van de school. (hoofdstuk 8)
Team.
2009 / 2010.
20.Opzetten schakelklas. (hoofdstuk 4)
Anja en Marco samen met IB en directie Grote Beer en leerkracht schakelklas.
2009 / 2010
21.Communicatie naar en van ouders (structuur). (hoofdstuk 11)
Marco.
2009 / 2010.
22.Uitvoeren Plan van Aanpak RI&E rapport. (niet verder beschreven in schoolplan. Wordt door externen uitgevoerd).
Mickey en Marco.
2009 / 2010.
23.Afstemmen handelen niet gewenst gedrag. (hoofdstuk 8)
Team.
2009 / 2010.
24.Uitvoering zorg stroomlijnen. (hoofdstuk 10)
Anja, team en Marco.
2009 / 2010.
25.Klassenmanagement evalueren. (hoofdstuk 4)
Marco en team.
Doorlopend proces.
26.Schoolgebouw moderniseren. (hoofdstuk 14)
Marco
2009 / 2010. Daarna doorlopend proces.
27.Vertrouwenspersoonsfunctie vormgeven. (hoofdstuk 4)
Mickey, Anja en Marco
2008 / 2009.
28.Op weg naar een Brede School.
Marco.
Doorlopend proces.
(hoofdstuk 7) 29.Vervanging meubilair. (hoofdstuk 14)
Team.
2009 / 2010.
Marco (Directie) Anja (Interne Begeleider) Mickey (Algemeen coördinator)
Stella (ICT-coördinator en bovenbouwcoördinator). Sebastiaan (Onderbouwcoördinator)
Hoofdstuk 1.
Opbouw van het schoolplan Dit schoolplan is als volgt opgebouwd: In hoofdstuk 2 wordt uiteengezet hoe de school getypeerd kan worden en wat onze leerlingenpopulatie is. In het hoofdstuk 3 staat de missie en visie van de ASKO en de school verwoord. Kwaliteitszorg heeft met alle aspecten van schoolontwikkeling te maken en is in hoofdstuk 4 beschreven. In hoofdstuk 5 worden de omgevingsfactoren besproken en op welke wijze deze van invloed kunnen zijn op de schoolontwikkeling. Daarbij zijn opgenomen de plannen met betrekking tot de relatie met buitenschoolse opvang (BSO) en naschoolse activiteiten (NSA). In de daaropvolgende hoofdstukken zijn de plannen op het gebied van onderwijs, ICT, passend onderwijs (speciale leerlingenzorg), ouderparticipatie, personeel, financiën, huisvesting en materiële zaken voor de komende periode 2008 – 2012 weergegeven en staat beschreven hoe we deze denken te gaan realiseren. In ieder hoofdstuk komt achtereenvolgens aan bod:
1. De schoolvisie op het betreffende beleidsterrein 2. De doelstelling 3. Het schoolplan, met daarin: a. Specifieke omschrijving van het plan b. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat wordt afgemeten c. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland d. De financiële dekking van het plan Het laatste hoofdstuk bevat een schema met de meerjarenplanning tot 2012, met daarin verwerkt de verantwoordelijken, uitvoerders en betrokkenen, evenals een globale financiële dekking
Het schoolplan beschrijft de doelstellingen en plannen die met ingang van het schooljaar 2007-2008 worden uitgevoerd. Het plan is besproken in teamvergaderingen en voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Na instemming van de MR is het plan verstrekt aan het schoolbestuur en de Inspectie van het basisonderwijs. De schoolleiding is verantwoordelijk voor de uitvoering van het geheel en legt verantwoording af aan het schoolbestuur, de inspectie en de medezeggenschapsraad. De schoolleiding ziet toe op naleving van de afspraken, die binnen het kader van dit plan met het team en het schoolbestuur zijn gemaakt.
Hoofdstuk 2.
Typering van de school en de leerlingpopulatie Typering van de school De A.Bekemaschool is een school met een zogeheten leerstofjaarklassensysteem. Er zijn tien groepen, waarvan drie heterogene kleutergroepen en zeven homogene groepen 3 t/m 8. Volgens eerder vastgesteld beleid mogen de groepen niet groter worden dan 32 leerlingen. Het team bestaat uit 17 leerkrachten, 2 gymleerkrachten, een conciërge, een administratieve medewerker en een directeur. Het schoolgebouw dateert uit 1985. In het hoofdgebouw bevindt zich de onderbouw (groepen A, B en C), een speellokaal, 5 andere groepen, een rt-lokaal, een grote gemeenschappelijke ruimte met een podium en kantoren voor respectievelijk de directeur, de ib-er, de conciërge en de administratie. Naast onze school bevindt zich OBS De Grote Beer. In het gebouw van De Grote Beer heeft de school ook nog 2 groepen en daar is ook de schakelklas gelegen. Deze schakelklas is een initiatief van de gemeente Ouder-Amstel en draaien we samen met De Grote Beer. De school staat in het hart van Duivendrecht. Er zijn grote nieuwbouwplannen voor het dorpshart. Dit betekent voor de school dat we een nieuw schoolgebouw krijgen en dat de school een Brede School gaat worden. Leerling-populatie De school telt ± 250 leerlingen, verdeelt over 10 groepen van 22 tot 32 kinderen. De schoolpopulatie van de A.Bekemaschool is zeer divers. Kinderen van hoogopgeleide ouders tot ouders zonder opleiding. Daarnaast is ongeveer 30 % van de leerlingen van buitenlandse herkomst. Dat wil zeggen dat beide ouders van deze kinderen niet de Nederlandse nationaliteit hebben. Ongeveer 110 kinderen zijn woonachtig in Duivendrecht, ongeveer 60 in Diemen, ongeveer 60 in Amsterdam en ongeveer 5 kinderen elders. Ongeveer 86 kinderen zijn katholiek of christelijk, ongeveer 10 islamitische en ongeveer 140 kinderen zijn niet gelovig. 9 kinderen hebben een Marokkaanse, Egyptische of Turkse achtergrond, 5 een Antilliaanse, 38 een Surinaamse en ongeveer 5 een West-Europese achtergrond anders dan de Nederlandse.
Hoofdstuk 3.
Missie en visie Missie van de ASKO De ASKO wil vanuit de joods-christelijke identiteit een essentiële bijdrage leveren aan optimale ontwikkelingsmogelijkheden van leerlingen. Dit realiseert de ASKO door leerlingen op en om de scholen een veilige leeromgeving te bieden, waar leerlingen met hun eigen unieke talenten centraal staan. De ASKO wil leerlingen vaardigheden en kennis bijbrengen die hen in staat stelt volwaardig deel te nemen en bij te dragen aan de moderne samenleving. Respect, naastenliefde en solidariteit zijn essentiële waarden. Missie van de A.Bekemaschool (nog in ontwikkeling) De medewerkers van de A.Bekemaschool onderschrijven de ASKO-visie. Zij putten inspiratie en energie uit de katholieke traditie, die de school als een samenwerkende en samenspelende gemeenschap versterkt en waarin ook aandacht wordt gegeven aan de behoeften van ieder kind als individu. Onze traditie onderbouwt onze overtuiging dat het leven zinvol is, dat het waardevol is om je medemens te respecteren en te helpen, en jezelf in te zetten voor een betere wereld. Die overtuiging komt tot uitdrukking in onze manier van met elkaar omgaan op school, in de inhoud van de lessen en uiteindelijk in de sfeer die wij creëren om goed te kunnen werken en fijn te spelen. Wij laten onze leerlingen kennismaken met de katholieke traditie, die het duidelijkst tot uiting komt met Kerst en Pasen. Levensbeschouwing is verweven met andere vakgebieden, vooral in de sociaalemotionele ontwikkeling. Beïnvloed door onze visie van de school als pragmatische en efficiënte organisatie, is voor het leerstofjaarklassensysteem gekozen. Er wordt binnen dat systeem gedifferentieerd. De kinderen leren omgaan met het maken van keuzes, het nemen van eigen verantwoordelijkheid en het zelfstandig oplossen van problemen, al dan niet met hulp van medeleerlingen. Visie van de ASKO De ASKO werkt volgens de normen en waarden van de joods-christelijke opvoeding. Dit vult de ASKO in op een eigentijdse manier. De ASKO hecht aan de overdracht van de christelijke traditie in een eigentijdse vorm. Respect voor ieders opvatting, naastenliefde en solidariteit voor elkaar zijn waarden die nagestreefd worden. Visie van de A.Bekemaschool Zie bijgevoegd schema. Deze is nog niet goedgekeurd door het team, maar geeft al wel een accuraat beeld van het proces ter ontwikkeling van onze visie. Het schema zal in de komende jaren worden uitgewerkt.
Hoofdstuk 4.
Kwaliteitszorg Visie op kwaliteit Kwaliteitszorg is het geheel van samenhangend beleid, concrete doelstellingen en goed management om de benodigde acties en controles uit te voeren waarmee de school de gewenste kwaliteit systematisch levert en continu verbetert. Wij geloven dat kwaliteit te maken heeft met het verbeteren van het totale scala. Het continue ontwikkelen, plannen, bewaken van processen, evalueren en aanpassen van dit scala bepaalt de kwaliteit van een school. Dit kan alleen als de school hoge verwachtingen heeft van de kinderen, hoge verwachtingen heeft van zichzelf en dat de schoolleiding daar in het voorbeeld geeft. Kwaliteit kost geld. We zijn van mening dat een school moet investeren in plaats van sparen. De school is in de gelukkige omstandigheid, dat deze ook kan investeren. Kwaliteit betekent ook goede leerkrachten. Goede leerkrachten zijn didactisch sterk, zijn pedagogisch goed onderlegd, ze kunnen een klas uitstekend managen, zij zijn in staat om om te gaan met verschillen, zij staan open voor tips en complimenten, zij zijn in staat hun grenzen aan te geven en ze moeten houden van kinderen. Kwaliteit betekent ook, dat degenen die de leerkrachten ondersteunen (directie, ib, rt, conciërge en administratief medewerker) ervoor zorgen dat de leerkrachten alleen bezig kunnen zijn met hun primaire taak. Kwaliteit betekent ook dat de leidinggevende zorgt voor een goed personeelsbeleid. De leidinggevende zorgt ervoor dat: - hij/zij leiding geeft aan de vormgeving van het onderwijs. - er gebruik gemaakt wordt van de aanwezige kwaliteiten. - alle personeelsleden inhoud geven aan het onderwijs. - de kwaliteitseisen hoog blijven. Kwaliteit betekent ook dat kinderen het maximale uit zichzelf halen. Dat de kinderen naar een veilige school kunnen. Dat kinderen plezier hebben. Dat kinderen de zorg krijgen die ze verdienen, zowel aan de onderkant als aan de bovenkant en zowel cognitief als emotioneel. Doelstelling kwaliteitszorg 2012 Via het principe van plan, do, act & check zullen wij onze zorg continu evalueren. Een goede school biedt goede zorg. Schoolplan kwaliteitszorg De kwaliteitszorg op onze school voldoet aan de eisen, die de inspectie stelt ten aanzien van kwaliteitszorg. De volgende indicatoren geven ons richting bij het vormgeven aan de zorg voor kwaliteit: De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingpopulatie. De school evalueert continu systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. Daaronder vallen: de resultaten van de methodetoetsen, de resultaten naar aanleiding van de handelingsplannen, naar aanleiding van de geformuleerde doelen per leerjaar, de resultaten van de CITO-eindtoets, de schooladviezen, de observaties en de resultaten van het leerlingvolgsysteem.
De school evalueert continu het leren en onderwijzen. De school werkt planmatig aan verbeterpunten, waaronder sociale competentie en morele houding. De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. De school stelt hoge eisen. Deze eisen gelden voor alle zaken die betrekking hebben op de school. De directie is verantwoordelijk voor goed personeelsbeleid. Leerkrachten moeten optimaal kunnen presteren. De school zorgt voor een goede zorg voor alle leerlingen ongeacht capaciteiten leervermogen . Specifieke omschrijving van het plan Op welke manier kunnen we belanghebbenden voorzien van de informatie waar ze recht op hebben? Aan de hand van het bestaande ‘functiebouwwerk’ willen wij komen tot een organisatiestructuur, waarin heldere afspraken worden vastgelegd over de taken en bevoegdheden van alle medewerkers. In de komende schoolplanperiode willen we komen tot duidelijkere afspraken en een nog helderder beleid. De opbrengsten van het leerlingvolgsysteem en de CITO-eindtoets worden na afname geëvalueerd en geanalyseerd. Aan de hand van de resultaten worden vervolgacties afgesproken. De directie controleert de navolging van de afspraken. Het afgelopen jaar zijn de resultaten van de CITO-eindtoets en de Entreetoets behoorlijk tegengevallen. Over de laatste 8 jaar scoorde de school een gemiddelde van 534, en over de laatste 4 jaar een gemiddelde van 531,5 daar waar van ons type school een gemiddelde van 535 wordt verwacht. Uit de analyse van het Leerlingvolgsysteem blijkt dat de resultaten van spelling en hoofdrekenen nog niet voldoende zijn. De resultaten van deze twee vakken zullen de komende jaren verbeteren. De school verwacht, dat als deze resultaten beter worden de gemiddelde score van de CITO-eindtoets ook omhoog zal gaan. Een doel zal zijn om onze resultaten te verbeteren. Het minimale doel voor de komende vier jaar is dat we gelijk scoren naar wat van onze school met onze populatie mag worden verwacht. Na deze vier jaar zal het doel zijn om beter te scoren dan wat van onze school verwacht mag worden. Ten aanzien van het personeelsbeleid zal de directie het personeel meer moeten betrekken bij de besluitvorming. De directie zal het team meer verantwoordelijkheid en vrijheid geven. Het doel hiervan is aanwezige kwaliteiten optimaal in te zetten. De komende periode zal flink geïnvesteerd worden in de aanschaf van nieuwe, uitdagende en hoogstaande educatieve materialen. De school zal een plusgroep (een groep voor meerbegaafde kinderen) opzetten. Het beleidsplan voor deze groep is aan het einde van het schooljaar 2009 / 2010 klaar. De plusgroep zal tot dan werken met een plan van aanpak. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten De resultaten van het leerlingvolgsysteem en de CITO Eindtoets liggen gelijk aan het landelijke gemiddelde. (LVS: A-niveau = 22 %; B-niveau = 32 %; C-niveau = 24 %;; D-niveau = 14 %; E-niveau = 8 %. De gemiddelde score van de CITO Eindtoets is over de laatste 8 jaar is 534 en over de laatste 4 jaar 531,5. Dit betekent dat we over de laatste 4 jaar gemiddeld 3,5 punt lager scoren dan van onze school mag worden verwacht.
De school, de MR en het schoolbestuur controleren in ieder geval jaarlijks of de geformuleerde doelen bereikt zijn. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Dossiervorming en informatiestromen: schooljaar 2008-2009, uit te voeren door de directie, in samenwerking met de interne begeleider. Organisatiestructuur: schooljaar 2008-2009 Beleidsvorming: 2008-2012 Evaluaties naar aanleiding van de toetsresultaten zullen een nog duidelijkere rol krijgen. De financiële dekking van het plan Voor het uitvoeren van dit plan reserveert de school € 5000,- voor cursussen en een digitaal leerlingvolgsysteem. De komende vier jaar zal er per jaar een bedrag van € 10.000,- worden gereserveerd voor nieuwe materialen.
Hoofdstuk 5
De Maatschappelijke Omgeving Duivendrecht Naast allerlei landelijke ontwikkelingen zijn er in en om Duivendrecht zelf ook de nodige ontwikkelingen waar te nemen die de komende periode van invloed zijn. De ambities / speerpunten die voor de komende beleidsperiode geformuleerd zijn: Een samenhangend onderwijs- en jeugdbeleid bijdragen aan het succesvol verlopen van ieders schoolloopbaan. De jeugd de kans krijgt zijn talenten volop te ontplooien. Daar waar nodig sluitende zorg geboden wordt. De jeugd zelf invulling geeft aan zijn/haar burgerschap. De jeugd voorbereid is op de arbeidsmarkt en de arbeidsmarkt jonge beroepskrachten verwelkomt. De jeugd opgroeit in een leer-, leef-, en woonomgeving die het beste in haar boven haalt. Ontwikkelingen in de wijk / buurt Het hele dorpshart van Duivendrecht gaat in de komende jaren veranderen. Er komt onder andere een nieuwe school. De volgende tekst komt uit het Stedenbouwkundig programma van Eisen, ontwikkeling Dorpshart Duivendrecht. ‘Campus, spelen en leren op de Zonnehof. In een parkachtige omgeving rondom een campus zijn de scholen, het Dorpshuis en de buitenschoolse opvang geprojecteerd. De ingangen van de scholen liggen aan een gedeeld plein waar ook de centrale middenhal ligt van beide scholen. Behalve de eigen speelplaatsen en buitenruimten voor de scholen komt er een groot speel-, sport- en manifestatieveld van ca. 100 x 60 meter waarop de brede school, bibliotheek, sportzaal en kinderopvang zijn georiënteerd. Rond dit groene gebied zijn wandelpaden opgenomen in een parkverharding. De kinderopvang ligt ietwat verhoogd met terrassen op de halfverdiepte parkeergarage wat de open en groene beleving versterkt. De groene campus is ook een uitloper van het nieuwe Reijgersbosch en daarmee ontmoetingsplek voor jong en oud. De sportzaal, die aan deze ruimte ligt, kan haar deuren openen bij manifestaties en schoolfestijnen. Door het gebied lopen voet- en fietspaden die veilige routes vormen tussen dit gebied en de rest van het dorp. Al dan niet in combinatie met een bushalte zijn er oversteekplaatsen ter hoogte van Reijgersbosch en Jupiter. Er komen twee scholen (de R.K.- en de openbare basisschool) in een Brede School opzet met in totaal 26 lokalen. Er is een gemeenschappelijke ingang aan de campus. Door de opzet kan iedere school desgewenst een eigen (architectonische) uitstraling krijgen. Elke school heeft een verharde en onverharde buitenruimte direct grenzend aan de school. De Brede School is opgebouwd uit een en deels twee bouwlagen. Boven de scholen zijn woningen opgenomen. Naast de Brede School ligt het park langs de Kloostersingel. De naschoolse opvang is direct tegenover de school geprojecteerd in een eigen beschermende omgeving, met een eigen buitenruimte. De opvang is op deze plek opgenomen in de half verhoogde plint van het woongebouw waardoor een afgeschermde buitenruimte verzekerd is.
Sportzaal en bibliotheek liggen direct tegenover de Brede School aan de andere kant van de promenade. Zij zijn goed zichtbaar voor de bewoners van Duivendrecht. Voor nadere informatie: zie website Gemeente Ouder-Amstel. Voor de A.Bekemaschool zijn dit natuurlijk fantastische vooruitzichten. We weten echter nog niet, wanneer er echt begonnen gaat worden met bouwen. Het kan nog drie jaar duren, maar ook nog langer. Het grote nadeel voor de school hiervan is dat eventuele investeringen aan het huidige gebouw moeilijker te organiseren zijn. De relatie tussen de omgeving en de school De school onderhoudt goede contacten met de buurt. In het kader van de Brede School zullen deze contacten nog beter moeten worden. Goede contacten met de NSO, het buurtcentrum en andere instanties die werken met kinderen zijn zeer wenselijk. De A.Bekemaschool heeft een goede relatie opgebouwd met de nabijgelegen Openbare Basisschool ‘De Grote Beer’. Er vindt regelmatig overleg plaats over tal van onderwerpen, die beide scholen aangaan. Zo delen wij onder andere een schakelklas. Visie van de A.Bekemaschool op de maatschappelijke omgeving De A.Bekemaschool is gericht op een sociale en rechtvaardige samenleving. De school is maatschappelijk betrokken, heeft oog voor de ontwikkeling van kinderen en hun ouders in de maatschappij. Leerlingen worden vaardigheden en kennis bijgebracht die hen in staat stelt respectvol en volwaardig deel te nemen en bij te dragen aan de moderne samenleving. Naast de directe fysieke omgeving heeft de school ook te maken met landelijke ontwikkelingen en met de wetgeving (kerndoelen). Vanuit onze visie op onderwijs zal de school een eigen invulling gaan geven aan de kerndoelen. Deze ruimte geven de kerndoelen ook. Op de landelijke ontwikkelingen zal de school vanuit de visie antwoord geven, zoals op het vraagstuk overgewicht en voeding. Doelstelling maatschappelijke omgeving 2012 De A.Bekemaschool vervult een actieve maatschappelijke rol in het centrum van Duivendrecht en legt verantwoording af over de behaalde resultaten aan haar maatschappelijke omgeving. Specifieke omschrijving van het plan Zodra het nieuwe schoolgebouw er is zal er een Brede School zijn. Dit betekent dat alle opvangvoorzieningen op een plek komen. De school zal daarom ook de komende periode met de verschillende partijen in overleg gaan om deze Brede School vorm te gaan geven. Onze school heeft ervoor gekozen de organisatie van de buitenschoolse opvang uit te besteden aan Stichting KID. Daarnaast gaan er ook kinderen van school naar de naschoolse opvang van Catalpa. De tussenschoolse opvang vindt geheel plaats binnen de school, gecoördineerd en begeleid door vrijwilligers. De MR en de school hebben de intentie uitgesproken om de tussenschoolse opvang uit te besteden, naar advies van het ASKO-schoolbestuur. Binnen twee jaar wil de school dit gerealiseerd hebben. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Jaarlijks wordt de stand van zaken met betrekking tot de buitenschoolse opvang geëvalueerd met ouders, directie van school, de bsocoördinator en de directie van KID. De maatstaf is de mate van tevredenheid over de ondernomen acties en het uiteindelijke resultaat.
Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Aan het einde van het schooljaar 2010-2011 is het bovenbeschreven plan uitgevoerd en geëvalueerd. De financiële dekking van het plan Voor de aanschaf van materialen, het geschikt maken van een interne locatie en de scholing van overblijfkrachten en –coördinatoren is een bedrag van ca. € 6000.- noodzakelijk vanuit de tegemoetkoming ondersteuning buitenschoolse opvang .
Hoofdstuk 6
Dagarrangementen De school verzorgt nog geen gehele ‘dagarrangementen’. Er gaan wel al kinderen naar de voorschoolse opvang van de stichting KID. In de toekomst zal dit wel het geval zijn, op het moment dat het nieuwe schoolgebouw klaar is. Dit zal inhouden, dat kinderen vanaf ’s ochtends 7.30 uur tot ’s middags 18.30 uur kunnen worden opgevangen. Dit betekent, dat er een relatie wordt gelegd tussen onderwijs en kinderopvang in het kader van de ‘Brede School’. Specifieke omschrijving van het plan Onze school heeft ervoor gekozen de organisatie van de buitenschoolse opvang uit te besteden aan de Stichting KID. Ook gaan er kinderen naar de naschoolse opvang van Catalpa. Alle kinderen die gebruik maken van de NSO worden in de faciliteiten van de Stichting KID opgevangen. Deze faciliteiten liggen op 5 minuten loopafstand van de school. De tussenschoolse opvang vindt geheel plaats binnen de school en wordt gecoördineerd en begeleid door vrijwilligers. Voorschoolse opvang heeft de school niet. Deze is in het verleden wel aan de ouders aangeboden, maar er was toen geen belangstelling voor deze opvang. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Jaarlijks wordt de stand van zaken met betrekking tot de buitenschoolse opvang geëvalueerd met ouders, directie van school, de bsocoördinator en de toscoördinator. De maatstaf is de mate van tevredenheid over de ondernomen acties en het uiteindelijke resultaat. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Aan het einde van elk schooljaar bekijken de bovengenoemde partijen hoe we de opvang kunnen verbeteren. De bijbehorende maatregelen zullen dan zo snel mogelijk worden genomen. De financiële dekking van het plan Voor de aanschaf van materialen, het geschikt maken van een interne locatie en de scholing van overblijfkrachten en –coördinatoren is een bedrag van ca. € 6000.- nodig vanuit de tegemoetkoming ondersteuning buitenschoolse opvang .
Hoofdstuk 7
Bevordering overige externe contacten De school onderhoudt structureel contacten met de buurt, met toeleverende instanties en met de vervolgscholen waar onze leerlingen na hun schoolloopbaan op de A.Bekemaschool naartoe gaan. Specifieke omschrijving van het plan In het kader van de Brede School zullen de komende jaren de betreffende instanties regelmatig overleggen welke vorm deze school gaat krijgen. Er zal gesproken moeten worden over de organisatie, overlegmodellen, inrichting, etc. De A.Bekemaschool, basisschool De Grote Beer, Stichting KID, het buurtcentrum, de Gemeente Ouder-Amstel en verschillende oudergeledingen zullen deze gesprekken voeren. Buiten de wijk: De school heeft regelmatig contact met de scholen voor vervolgonderwijs en SBOscholen. Er is onder ander contact over de aankomende leerlingen en over onze oud-leerlingen. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Met ingang van 2008 wordt jaarlijks met elk van de genoemde netwerken minimaal één keer vergaderd. De gemeente organiseert deze overleggen. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland De contacten met de externe organisaties worden door de directie gelegd in de jaren voorafgaand aan het jaar van uitvoering. Dat wil zeggen, dat vanaf het schooljaar 2007-2008 gewerkt wordt aan het netwerken met buurtinstellingen, toeleverende instanties en vervolgscholen. Aan het einde van het schooljaar 2009-2010 zijn de drie netwerken structureel in bedrijf. De financiële dekking van het plan Het plan is vrijwel budgetneutraal. Dat wil zeggen, dat slechts beperkte extra financiële uitgaven worden verwacht ten behoeve van het in stand houden van genoemde netwerken. Deze worden betaald uit het reguliere schoolbudget.
Hoofdstuk 8
Onderwijs Visie van de A.Bekemaschool op onderwijs Het onderwijs op de A.Bekemaschool is gericht op de persoonlijke ontplooiing van ieder kind. Elk kind dient uitgedaagd te worden om zich binnen zijn/haar grenzen maximaal te ontwikkelen. Daarvoor dient het onderwijs aantrekkelijk, uitdagend en grensverleggend te zijn. Plezier en kwaliteit zijn twee belangrijke ijkpunten. Een ander ijkpunt zal zijn dat het onderwijs gegeven zal worden met de nadruk op onthouden van in plaats van alles aanbieden. Ook vinden wij dat de basisvaardigheden (lezen, spellen en hoofdrekenen) essentieel zijn. Dit betekent, dat we hier in verhouding meer aandacht aan zullen geven. Daarnaast geloven wij dat Passend Onderwijs een verbetering is voor onze school en voor ons onderwijs. Belangrijk is dat de omschreven visie gedragen wordt door alle leden van het team. Mede daarom is deze visie ook geschreven door het hele team. Doelstelling onderwijs 2012 De A.Bekemaschool biedt prikkelend, uitdagend onderwijs op maat aan, aansluitend bij de unieke talenten van iedere leerling en aansluitend op de door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap geformuleerde kerndoelen en wet Passend Onderwijs. Uit de resultaten van ons leerlingvolgsysyteem blijkt dat de kinderen bij ons op school minder presteren dan wat van ze verwacht mag worden. De verwachte score van de CITO-eindtoets voor onze school ligt op 535, de school scoort de laatste 4 jaar een gemiddelde van 531,5. Een doelstelling voor ons onderwijs zal dan ook zijn dat de resultaten van de kinderen hoger zijn. De leerlingen zijn sociaal competent en beschikken over een algemeen wenselijke morele houding. Dit komt tot uiting in alle lesgebieden en onderwijssituaties én in de sociale contacten die de leerlingen met hun omgeving onderhouden. De school wil alle onderwijsonderdelen de komende jaren evalueren. We willen bekijken hoe we ons onderwijs beter en leuker kunnen maken. De achterliggende vragen zullen zijn: ‘Doen we de goede dingen en doen we deze goed’. Ons onderwijs moet gericht zijn op het ‘onthouden’ en toepassen van de aangeboden leerstof in plaats van ‘aanbieden’. Wij verwachten de komende jaren de leerresultaten van de leerlingen te verbeteren. Schoolplan onderwijs: Zaakvakonderwijs Actualisering zaakvakonderwijs. Specifieke omschrijving van het plan Zaakvakonderwijs is een onderdeel, dat roept om visueel gemaakt te worden. De komende jaren wil de school daarom ook beeldende materialen aanschaffen. Gedacht kan worden aan dvd’s en een vitrinekast vol spullen van een bepaald zaakvak. Ook zou een methode als ‘Topondernemers’ een welkome aanvulling zijn op onze methodes, die toch een hoog ‘begrijpend lezen’ gehalte hebben. Duivendrecht ligt onder de rook van Amsterdam met al zijn geschiedkundige, culturele, biologische en aardrijkskundige mogelijkheden. De school wil meer gebruik maken van deze situatie. Alle groepen worden gestimuleerd om regelmatig de school uit te gaan, met een minimum van drie keer per jaar. Twee medewerkers zijn bezig met het schrijven van een cultuurbeleidsplan. Een onderdeel in dat plan zal de integratie van cultuur in ons onderwijs zijn.
De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Einde schooljaar 2011-2012 willen we veel van onze wensen gerealiseerd hebben. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Oriëntatie op de methode vindt plaats in de eerste helft van het schooljaar 2008-2009. Eventuele aanschaf daarna zo snel mogelijk. Andere materialen zullen de komende 4 jaar gespaard worden. De financiële dekking van het plan De methode wordt volledig gefinancierd uit het reguliere leermiddelenbudget van de school. De kosten bedragen ca. € 2.000.-. De relatie met de cultuur- en erfgoededucatie wordt gefinancierd uit de specifiek daarvoor aangevraagde rijkssubsidie van € 4000.-. Voor de aanschaf van andere materialen zal € 2.000,- per jaar worden gereserveerd. Schoolplan onderwijs: Doorgaande ontwikkelingslijn Aansluiting onderwijs groepen 2-3: De didactische werkvormen en klassenorganisatie van de groepen 2 en 3 komen voor 75 % met elkaar overeen. Binnen de kleuterbouw wordt extra aandacht gegeven aan ontluikende geletterdheid en mathematisch denken en in groep 3 wordt meer aandacht geschonken aan (educatieve) spelvormen en differentiatie. Specifieke omschrijving van het plan De onderbouwcoördinator is belast met de taak de verschillen in organisatie en didactische werkvormen in kaart te brengen. Hij zal in overleg met de leerkrachten van de groepen 1 t/m 4 komen tot een plan van aanpak, waarin staat beschreven welke stappen er moeten worden genomen om de genoemde organisatie en werkvormen nog beter op elkaar af te stemmen. Daarbij wordt vooral gekeken naar het bevorderen van ‘ontluikende geletterdheid en voorbereidend lezen’ bij de kleuters en een duidelijker systeem van differentiatievormen in groep 3 en 4. Ook wordt gekeken naar mogelijkheden om meer speelse werkvormen in de groepen 3 en 4 te realiseren, waardoor het beter aansluit bij de werkvormen en ontwikkelingsbehoeftes in de groepen 1 en 2. In ons aannamebeleid zullen we ons daarom ook vooral richten op mensen voor de groepen 1 en 2 waarvan wij inschatten dat zij in de toekomst kunnen doorstromen naar andere groepen. Zij zijn namelijk al gewend om op deze manier te werken. Collega’s uit de onderbouw zullen ook worden gestimuleerd om in andere groepen te gaan werken. De directie zorgt ervoor dat werknemers die in de nabije toekomst misschien door zullen stromen naar een andere groep, goed worden voorbereid op deze taak. In de onderbouw hebben we een aantal zeer ervaren en kundige leerkrachten. Deze leerkrachten hebben de belangrijke taak om de andere leerkrachten in de onderbouw te begeleiden. Zij leiden in feite de huidige onderbouwleerkrachten en de toekomstige bovenbouwleerkrachten op. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Uit observaties door de onderbouwcoördinator en directeur in de groepen 1 t/m 4 en gesprekken met leerkrachten van die groepen moet blijken dat de organisatie en didactische werkvormen in voldoende mate met elkaar overeenkomen. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland In schooljaar 2008-2009 werken de groepen 1 tot en met 4 volgens het principe van zelfstandig werken. Eind schooljaar 2011-2012 alle groepen. De financiële dekking van het plan De aanschaf van middelen en materialen in de groepen kost ca. € 5000,- per jaar. Dit zal worden bepaald uit het reguliere onderwijsleermiddelenbudget van school.
Schoolplan onderwijs: Taalbeleid en verbetering leesonderwijs Taalbeleid formuleren en uitvoeren. Daarin komen aan de orde het technisch en begrijpend leesonderwijs in relatie tot het onderwijs in de Nederlandse taal. Specifieke omschrijving van het plan De komende jaren wil de school het leesonderwijs aanpakken. De nadruk van ons leesonderwijs zal liggen op leesplezier. Wij geloven, dat als kinderen lezen leuk vinden, ze dit ook vaker zullen doen met als gevolg dat hun leesprestaties verbeteren. Dit willen we bereiken door het actualiseren van onze bibliotheek, verschillende leespromotieactiviteiten organiseren en onderzoeken of BAVI-lezen iets voor onze school is. Op het moment van schrijven is de bovenbouw op zoek naar een nieuwe begrijpend lezen methode. Hoogstwaarschijnlijk zal dit ‘Nieuwsbegrip’ worden. Grote voordelen van deze methode zijn: Het gaat over actuele onderwerpen en de teksten kunnen niet verouderen. De leerkrachten zullen de leerlingen op vaste tijdstippen laten lezen. De leerkrachten organiseren regelmatig leespromotieactiviteiten. De leescoördinator organiseert een aantal leespromotieactiviteiten voor de school. De school blijft met behulp van kinderboekenwinkel ‘Helden en boeven’ op de hoogte van goede en veel gelezen jeugdliteratuur. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten De resultaten van de LVS-toetsen van AVI en CITO liggen minstens 5 % hoger dan in het schooljaar 2007-2008. De leeshouding van de kinderen is aanmerkelijk verbeterd. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland De oriëntatie op een begrijpend lezen methode vindt plaats in het schooljaar 2008-2009. De eventuele aanschaf zo snel mogelijk daarna. Elke maand wil de school een aantal nieuwe boeken aanschaffen. Onze leescoördinator zal de komende jaren elk jaar een Voorleeswedstrijd en een Voorleesontbijt organiseren en ze zal de organisatie van de Kinderboekenweek leiden. De financiële dekking van het plan De methode wordt volledig gefinancierd uit het reguliere leermiddelenbudget van de school. Verwachte kosten per jaar: € 200,-. Voor het aanschaffen van nieuwe leesboeken reserveert de school de komende 4 jaar € 1500,- per jaar. Schoolplan onderwijs: Verbetering spellingonderwijs Uit analyses van de LVS-resultaten blijkt dat ons spellingonderwijs van mindere kwaliteit is dan van andere vakken. De scores liggen ongeveer 10% achter op vakken zoals rekenen en begrijpend lezen. Deze conclusie is al eerder getrokken en de school heeft daarom ook een nieuwe methode aangeschaft. De resultaten zijn door deze nieuwe methode echter nog niet aanzienlijk verbeterd.
Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Schooljaar 2008/2009: onderzoeken waarom onze leerlingen mindere resultaten behalen bij spelling dan bij andere vakken. Schooljaar 2009-2010: eventuele aanschaf werkwoordlijn ‘Zin in taal’. Binnen de groep meer spellingactiviteiten ontplooien waarbij kinderen teksten moeten publiceren. Schooljaar 2011- 2012: resultaten van ons spellingonderwijs is aanmerkelijk verbeterd. Een verhoogde score van 5% is het minimum. Specifieke omschrijving van het plan Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat inprenting van woorden een belangrijkere rol speelt bij goed spellen dan kennis van de regels. Deze methode gaat uit van het omgekeerde. De school is van mening dat beide onderdelen belangrijk zijn. Daarom wil de school meer inprentingoefeningen doen. Werkwoordspelling komt in onze methode onvoldoende aan bod. Overwogen wordt of de school van de methode ‘Zin in taal’ de werkwoordlijn zal aanschaffen. In het schooljaar 2009-2010 zullen we hierover een besluit nemen. Een goede spellingshouding is belangrijk om goed te kunnen spellen. De leerlingen op onze school moeten gaan ervaren waarom goed spellen erg belangrijk is. Door kritischer naar het spellen van de kinderen te kijken en door de kinderen veel te laten ‘publiceren’ denkt de school deze houding te kunnen kweken. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten De spellingresultaten zullen de komende jaren verbeterd moeten worden. Het doel is om de resultaten gelijk te trekken met de resultaten van andere vakken Dit betekent dat de resultaten met ongeveer 5 % moeten worden verbeterd. Eind schooljaar 2011 – 2012 moet dit bereikt zijn. De financiële dekking van het plan Voor de aanschaf van de werkwoordlijn van ‘Zin in taal’ zal jaarlijks € 500,- worden gereserveerd. Voor eventuele aanschaf van andere materialen zal nog eens € 500,- worden gereserveerd. Schoolplan onderwijs: Techniekonderwijs De school heeft vorig jaar een subsidie van € 12.000,- binnengehaald. Deze € 12.000,- is bedoeld om het techniekonderwijs op de A.Bekemaschool vorm te gaan geven. De eerste € 3.000,- is ondertussen binnen en uitgegeven. Dit geld is gebruikt voor materialen in de bovenbouw. De bedoeling is dat techniek over 4 jaar een vaste plek heeft in ons onderwijs. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Schooljaar 2008 – 2009: Aanschaf materialen bovenbouw (fase 1). Onderzoeken wat techniekonderwijs inhoudt en wat we al aan techniekonderwijs doen. Schooljaar 2009 – 2010: Aanschaf materialen voor onder- en bovenbouw (fase 2) naar aanleiding van wensen van het team. Vraag beantwoorden hoe we techniekonderwijs inpassen in ons huidige aanbod. De directeur zal in samenwerking met het team een beleidsplan ‘techniek’ schrijven. Schooljaar 2011 – 2012: Afronding implementatie techniekonderwijs.
Specifieke omschrijving van het plan Door de subsidie heeft techniek een plaats binnen ons onderwijs gekregen. Deze subsidie zien wij als startschot om een mooi onderdeel meer vorm te gaan geven. Techniekonderwijs kan onze doelstellingen heel erg makkelijk zichtbaar maken. De komende tijd gaan we kijken waar en hoe we de aangeschafte materialen gaan inzetten. Wij denken eraan om ze in te zetten in de bovenbouw, bij onze plusgroep, bij de werkmiddagen en tijdens het zelfstandig werken. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Eind schooljaar 2011 – 2012 heeft techniekonderwijs in al onze groepen een plaats. De financiële dekking van het plan De subsidie van € 12.000,- zal voor de dekking zorgen. € 10.000,- voor de aanschaf van materialen en € 2.000,- voor cursussen. Schoolplan onderwijs: cultuureducatie De A.Bekemaschool is een katholieke school. Wij geloven dat geloofseducatie hoort bij onze school. We willen daarom de komende periode een nieuwe vorm voor catechese ontwerpen. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Schooljaar 2008 – 2009: In samenwerking met M.Knipping zal de school een vorm ontwerpen voor geloofseducatie. Schooljaren 2009 – 2012: Het team zal deze tijd gebruiken om deze vorm inhoud te geven. Specifieke omschrijving van het plan In dit schooljaar wil de school een keuze maken voor de vorm die we voor geloofseducatie willen gaan gebruiken. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden. Als we eenmaal een keuze hebben gemaakt zal het team deze vorm inhoud gaan geven. Dit kan tijdens studiedagen of tijdens teamvergaderingen. Onze cultuurcoördinatoren zullen hierin ook een prominente rol gaan spelen. Zij zullen onderzoeken welke externen we kunnen gebruiken ter ondersteuning. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Eind schooljaar 2011 – 2012 is het plan afgerond. De financiële dekking van het plan Voor geloofseducatie zal € 1.000,- per jaar worden gereserveerd.
Hoofdstuk 9
Informatie- en Communicatie Technologie Visie van de A.Bekemaschool op informatie- en communicatietechnologie Het ict-beleid van de A.Bekemaschool is erop gericht om leerlingen bekend te maken met het gebruik van de computer als hulpmiddel bij verschillende vakgebieden en als informatiebron en communicatiemiddel. Daarbij worden leerlingen gewezen op de risico’s, die het Internet met zich meebrengt en de ‘Internetetiquette’ die van hen verlangd wordt. Er wordt van de leerlingen een algemeen wenselijke morele houding verwacht, die getuigt van werkgerichtheid, verantwoordelijkheidsgevoel en zelfstandigheid. Ook ziet de A.Bekemaschool de computer als een goed middel om leerprestaties te verbeteren en een essentieel onderdeel om Passend Onderwijs te kunnen integreren in ons onderwijs. Doelstelling informatie- en communicatietechnologie 2011 Er ligt een ICT beleidsplan, dat in algemene zin overeenkomt met het ASKO beleidsplan, maar specifiek is geformuleerd op de doelstellingen en activiteiten van de school zelf. ICT is aantoonbaar geïntegreerd in het onderwijs van de A.Bekemaschool. De leerlingen kunnen zelfstandig overweg met de computer als informatiebron, hulpmiddel bij verschillende vakgebieden en als communicatiebron. Zij getuigen daarbij van verantwoord gebruik van het medium Internet. De voorzieningen worden de komende jaren uitgebreid met digitale schoolborden en laptops. Als team zullen we ons moeten voorbereiden op het gebruik van een digitaal schoolbord. Laptops zorgen voor een grotere flexibiliteit. Onze organisatie zal zich moeten aanpassen aan deze flexibiliteit. Ook de informatievoorziening naar ouders zal gedigitaliseerd worden. De nieuwsbrief zal per e-mail worden verstuurd en de schoolgids zal niet meer elk jaar standaard aan ouders worden meegegeven. We zullen de ouders verwijzen naar onze website. Voor ouders die geen Internet hebben zal alle informatie op papier worden verspreid. De informatievoorziening voor het team zal ook per e-mail gaan gebeuren. Schoolplan informatie- en communicatietechnologie Na bestudering van het ASKO beleidsplan komen we tot de formulering van een schoolspecifieke invulling daarvan, gebaseerd op de huidige onderwijsvisie van de school en de actuele inrichting voor wat betreft computers. We zullen bij de organisatie rekening moeten houden met de mogelijkheden en beperkingen om de begeleiding van leerlingen adequaat te kunnen invullen. Specifieke omschrijving van het plan De ICT-coördinator schrijft een beleidsplan, waarin het gebruik van de computer als hulpmiddel bij verschillende vakgebieden, als informatiebron en als communicatiemiddel wordt beschreven. Daarin wordt tevens beschreven hoe één en ander is georganiseerd; de onderwijstijd die elke leerling en/of elke groep aan de computer mag besteden; welke softwarepakketten gebruikt worden voor welke doelen.
De komende jaren is een bedrag van 65.000,- euro beschikbaar voor ict-onderwijs op de A.Bekemaschool. Hiervoor willen wij 12 laptops bestellen, een laptopkast en 7 digitale schoolborden, voor elke groep een vanaf groep 3. Het team zal zich moeten bekwamen in het gebruik van een digitaal schoolbord. De school zal met de ‘oude’ computers nieuwe werkplekken in de hal en in het rt-lokaal realiseren. De e-mailadressen van alle ouders/verzorgers worden op het ogenblik verzameld, zodat de school de informatie per e-mail kan versturen. De Internetsite van de school zal zodanig worden aangepast, dat de school zelf informatie kan plaatsen op de site. Onze netwerkbeheerder en onze ICT-coördinator zullen hiervoor zorg dragen. Van de functie ICT-coördinator wil de school de komende jaren een volwaardige taak maken. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Als het gebruik van computers en de digitale schoolborden aantoonbaar volledig geïntegreerd zijn in het onderwijs en de beschikbare computers optimaal worden gebruikt. Als de informatie voorziening volledig, waar mogelijk, gedigitaliseerd is. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Aanschaf digitale schoolborden; schooljaren 08/09en 09/10. Aanschaf laptops en laptopkast; schooljaar 08/09. Cursus gebruik digitale schoolbord; schooljaar 08/09. Nieuwe werkplekken; schooljaar 08/09. Informatievoorziening digitaliseren; schooljaar 08/09. Beleidsplan ICT; voor schooljaar 10/11. Functie ICT-coördinator; schooljaar 11/12.
De financiële dekking van het plan Kosten laptops; 13.000, -. Kosten laptopkast; 2500, -. Kosten digitale schoolborden; Offertes tussen de 25.000, - en 30.000, -. Kosten cursus; gratis. Kosten aanschaf software; reservering van 1.000, - per jaar. Hierbij zijn niet berekend de overheadkosten voor het onderhouden van een bovenschoolse ict-dienst en het afnemen van extra ict-servicetaken. We zullen hiervoor een bedrag van 1.000, - per jaar reserveren.
Hoofdstuk 10
Naar passend onderwijs Visie van de A.Bekemaschool op passend onderwijs Een goede school biedt goede zorg. De A.Bekemaschool ziet in Passend Onderwijs een kans om het onderwijs op school te verbeteren. De school ziet veel mogelijkheden in het samenwerken met instanties in onze regio. Een voorbeeld van samenwerking is onze schakelklas, die wij samen met OBS De Grote Beer aan het vormgeven zijn. Ook geloven wij, dat het een aanzienlijke verbetering is, als de lijnen naar externen korter worden, zoals Passend Onderwijs beoogd. Ieder kind heeft recht op meest optimale ontplooiingskansen, ongeacht ras, geslacht, afkomst, geaardheid en eventuele beperkingen. Dus hebben wij de verantwoordelijkheid om aan te geven aan welke voorwaarden er voldaan moet worden om optimale ontplooiing te realiseren. Wij geven daarbij onze grenzen duidelijk aan. Hierbij spelen de leerkrachten een centrale en cruciale rol. Ook de specifieke samenstelling van iedere groep bepaalt mede de mogelijkheden en beperkingen. Doelstelling ‘Naar passend onderwijs’ Het is de bedoeling dat we in 2011 op het gebied van passend onderwijs en leerling-zorg een duidelijk, toegankelijk, up to date en werkbaar geheel van afspraken, prioriteiten en procedures hebben waarmee we kunnen werken en dat gedragen wordt door team en ouders. Het team is in 2011 voldoende voorbereid om de verlangde zorg, binnen de in het te formuleren zorgprofiel gestelde grenzen te bieden. Schoolplan ‘Naar passend onderwijs’ Huidige situatie / uitgangssituatie: In het schooljaar 2007 – 2008 zijn we begonnen onze visie op onderwijs te formuleren. Een van de elementen, waar we als school rekening mee moesten houden is Passend Onderwijs. De laatste jaren heeft de ib-er meer structuur gebracht in onze zorg. Dit schooljaar is het aantal uren specifieke zorg verviervoudigd. Dit betekent meer kansen en meer specifieke zorg. We hebben de laatste jaren ervaring opgedaan met zogenaamde rugzakjes; we hebben samengewerkt met verschillende ambulante begeleiders uit het s.o. en de deskundigheid op het terrein van de leerling-zorg steeds verder uitgebreid. We geven dagelijks extra zorg aan leerlingen op zeer verschillende gebieden en manieren, binnen en buiten de groep. We hebben de afgelopen jaren hard gewerkt aan ons systeem van interne begeleiding, het leerlingvolgsysteem, de kindbesprekingen en deskundigheidsbevordering van het team. We voldoen op deze punten dan ook aan de standaard, die door de ASKO wordt gehanteerd. Verbeterpunten uit deze standaard liggen op het gebied van het vastleggen van de afspraken over ons zorgsysteem (actualiseren en herformuleren), het actualiseren van dossiervorming en dossierbeheer.
Specifieke omschrijving van het plan
Aan de hand van de minimumstandaard, die ons schoolbestuur heeft opgesteld, willen wij komen tot een voor alle betrokkenen duidelijk protocol. Waarin wordt aangegeven op welke manier wij voldoen aan de wettelijke vereisten bij het bieden van onderwijs en zorg aan alle leerlingen, ongeacht beperkingen, geslacht, culturele achtergrond, geaardheid, ras of godsdienst. We willen komen tot een helder omschreven zorgprofiel, waarin wij aangeven welke grenzen we aan deze zorg stellen, uitgaande van het belang van ieder kind. De inhoudelijke invulling van de extra zorg zal eind schooljaar 09/10 omschreven staan in een beleidsstuk. De specifieke kwaliteiten van de leerkrachten zoveel mogelijk benutten en uitbreiden. Het opzetten van een groep voor kinderen die meerbegaafd zijn. Het opzetten van een leeskliniek. Het vormgeven van Matrixgesprekken binnen onze zorg. Zorgplan voor gedragsmoeilijke kinderen vormgeven. De school zal ook kijken hoe de zorg binnen de groepen verbeterd kan worden. Goede zorg binnen de groep kan alleen goed als de sfeer binnen een groep veilig is en als de leraar zijn/haar groep goed kan organiseren. Qua organisatie laten we ons inspireren door het kleuteronderwijs, waar kinderen heel erg gewend zijn zelfstandig te handelen en beslissen. Deze zelfstandigheid zal de basis moeten worden van de klassenorganisatie. Tot groep 5 is deze manier van werken nu ook de basis, deze lijn willen we de komende jaren gaan uitbreiden over de hele school. In de groepen 5 tot en met 8 zal de komende jaren geëxperimenteerd worden met vergelijkbare organisatievormen. De directie geeft de leerkrachten de ruimte en verantwoordelijkheid, ook budgettair, om initiatieven te ontplooien. Vanaf schooljaar 2012/2013 zal het zelfstandig werken als organisatievorm in alle groepen de basis zijn. De komende jaren zal de school veel aandacht besteden om de sfeer op de school te optimaliseren, opdat er een veilige en prettige sfeer ontstaat waarin kinderen optimaal kunnen leren en presteren. Dit doen we door gewenst gedrag te stimuleren en niet gewenst gedrag consequent aan te pakken. Willen wij als school slagen om niet gewenst gedrag bij een kind te veranderen dan is een goede samenwerking met de ouders/verzorgers noodzakelijk. De school vindt deze voorwaarde essentieel en zal ook conclusies trekken als dit niet het geval is. Door middel van onder andere cursussen zal de school veel aandacht besteden aan dit onderwerp. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten De leerling-zorg voldoet op alle punten minimaal aan de minimumstandaard van de ASKO. Beleid en afspraken over zorgsysteem zijn helder, toegankelijk, inzichtelijk, worden uitgevoerd en nagekomen. Ouders zijn op de hoogte. Leerlingdossiers zijn uitgevoerd in nieuwe vorm, zowel op papier als digitaal. De resultaten van de leerlingen zullen ten positieve moeten veranderen.
Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen wordt gepland Schooljaar 2008 - 2009: Passend onderwijs / systeem van leerling-zorg: Ons zorg- en verwijzingstraject wordt afgestemd op de nieuwe ontwikkelingen in school en samenleving, en de nieuwe wet- en regelgeving Afspraken, procedures en beslismomenten met betrekking tot de reguliere zorg en de speciale leerlingzorg (waaronder de zogenaamde rugzakjes) worden op papier gezet. Er wordt een scholingsplan voor het team gemaakt gericht op deskundigheidsbevordering met betrekking tot passend onderwijs en leerling-zorg
Dossiervorming en dossierbeheer: We zetten heel veel op papier en bewaren heel veel, maar we willen de manier, waarop dat gebeurt, aanpassen aan de actuele situatie: De ontwikkelingen op het gebied van passend onderwijs stellen nieuwe eisen aan dossiervorming en – beheer. De nieuwe indeling van ons schoolgebouw vraagt om een ander gebruik van de ruimte. We willen de mogelijkheden, die digitale dossiervorming biedt, beter benutten. We willen eerst bij het team de wensen en behoeften inventariseren. Deze behoeftes en wensen dan naast regels en verplichtingen leggen. Op basis daarvan een protocol dossiervorming en dossierbeheer opstellen, met daaraan gekoppeld een scholingsplan. Schooljaar 2010 - 2011 Passend onderwijs / systeem van leerling-zorg: Team volgt de scholing. Dossiervorming en dossierbeheer: Papieren versie van de nieuwe vorm van dossierbeheer wordt geïmplementeerd Team volgt scholing. Passend onderwijs / systeem van leerling-zorg: Met verworven kennis uit de scholing beantwoorden we de volgende vragen: Welke organisatorische, financiële, personele en beleidsmatige aanpassingen zijn er nodig om passend onderwijs te realiseren? Wat kunnen we doen om deze aanpassingen te realiseren?
Dossiervorming en dossierbeheer: Digitale versie van de nieuwe vorm van dossierbeheer wordt geïmplementeerd De financiële dekking van het plan Seminars, congressen, workshops en cursussen ter voorbereiding op passend onderwijs worden gefinancierd uit het zorgbudget en het nascholingsbudget van de school, te weten € 6.000,- per jaar.
Hoofdstuk 11.
Ouderparticipatie Visie van de A.Bekemaschool op ouderparticipatie De A.Bekemaschool hecht grote waarde aan een constructieve betrokkenheid van ouders in de school. Daarbij maken we onderscheid tussen praktische ondersteuning en beleidsmatige inbreng. Doelstelling ouderparticipatie 2011 De medezeggenschap binnen de A.Bekemaschool is op een professionele manier vormgegeven. Op de A.Bekemaschool zijn ouders aantoonbaar actief betrokken bij de schoolontwikkeling. Schoolplan ouderparticipatie De medezeggenschapsraad en ouderraad van de school hebben 6-wekelijks overleg, waarin op constructieve wijze wordt meegedacht en –gepraat over het schoolbeleid en schoolzaken. De directie voorziet beide groepen van voldoende informatie en houdt hen op de hoogte van actuele ontwikkelingen, waaronder de resultaten van ons onderwijs. Het schoolbeleid wordt jaarlijks door de MR geëvalueerd en zonodig bijgesteld. De vergaderingen worden genotuleerd en de notulen worden de daaropvolgende vergadering vastgesteld. In het jaarverslag van de MR worden de besproken beleidszaken weergegeven. Gedurende het gehele schooljaar worden alle ouders op de hoogte gehouden via de nieuwsbrief, via email én door de website van school: www.abekemaschool.nl De school wil de ouders graag nog meer betrekken bij de school. Er wordt gedacht aan klassenouders voor elke groep, luizenouders voor elke groep en meer leesouders. Een idee is om een ontmoetingsruimte voor ouders te creëren. Specifieke omschrijving van het plan De directie komt in overleg met de voorzitters van de MR en de OR tot de formulering en vaststelling van een huishoudelijk reglement, waarin de protocollen m.b.t. vergaderingen, notulen en informatievoorziening en –verspreiding worden vastgelegd. De school zal in overleg treden met de OR en MR om te onderzoeken of geformuleerde wensen betreffende ouderparticipatie te realiseren zijn. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Ieder jaar worden de resultaten van de vergaderingen van beide geledingen geëvalueerd en vastgesteld in een jaarverslag. In de nieuw te houden kwaliteitsanalyse zal blijken of de tevredenheid van de ouders vergroot is. Aan het aantal ouders dat fysiek in de school zijn tijdens lesuren. Aan het aantal ouders dat de school ondersteunt.
Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Van beide geledingen zal jaarlijks met ingang van dit schooljaar een evaluatie en vaststelling van een jaarverslag worden gemaakt. Einde schooljaar 2009-2010: kwaliteitsanalyse. De financiële dekking van het plan De activiteiten met betrekking tot de ouderparticipatie zullen worden gefinancierd vanuit het voor dit doel gereserveerde schoolbudget van ca. € 450.- per jaar.
Hoofdstuk 12.
Personeel Visie van de A.Bekemaschool op personeel De A.Bekemaschool heeft een professionele organisatie en cultuur, waar medewerkers binnen een open en veilige cultuur professioneel met elkaar samenwerken en elkaar kunnen (aan)spreken. Verschillen in kwaliteiten tussen professionals worden onderkend en deze verschillende kwaliteiten wil de school ook optimaal benutten. Doordat verschillen worden gewaardeerd en het personeel zichzelf en elkaar accepteert (in eigen mogelijkheden en beperkingen) ontstaat er ruimte voor talenten. De school vindt dat het team haar primaire taak optimaal moet kunnen uitvoeren Dit kan alleen als daar meer dan voldoende tijd voor is. Voor andere taken, buiten de lesgevende en voorbereidende, zal de directie tijd vrijmaken. Ook vindt de school dat de werknemers hun werk met plezier moeten kunnen uitvoeren. Dit betekent onder andere onze werknemers vrijheid en verantwoordelijkheid krijgen om hun taak uit te voeren. De hoofdlijnen die ons onderwijs met elkaar verbinden worden met de betrokkenen ontworpen. De school gaat uit van het ‘bottom up-principe’. We vinden het ook heel belangrijk om op bepaalde momenten bereikte doelen te vieren. Essentieel is dat onze werknemers zich gewaardeerd voelen. Daarin spelen de directeur, het managementteam en het schoolbestuur een prominente rol. Doelstelling personeel 2012 De A.Bekemaschool kent een professionele cultuur. De school beschikt uitsluitend over competente, professionele medewerkers. Alle medewerkers zijn actief bezig met hun eigen loopbaanontwikkeling en leggen periodiek verantwoording af over hun functioneren. De school zal de komende jaren trachten de werkdruk van de leerkrachten te verminderen. De A.Bekemaschool voert een (pro)actief ziektepreventie- en verzuimbeleid. Het ziekteverzuimpercentage ligt jaarlijks niet boven de vijf procent. Schoolplan personeel Scholing van leerkrachten, formulering nieuw taakbeleid door directie, continuering van functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken. Actief ziekteverzuimbeleid opstellen en uitvoeren, vooral gericht op preventie. Specifieke omschrijving van het plan De leerkrachten zullen, afhankelijk van de te ontwikkelen acties ten behoeve van de verbetering van het onderwijs (zie resp. hoofdstukken Onderwijs, ICT en Naar passend onderwijs), jaarlijks worden geschoold. Jaarlijks zal de school een aantal cursusdagen organiseren waar alle teamleden verplicht aan deelnemen. Andere cursussen zullen worden gevolgd naar behoefte van de individuele medewerker en/of van de school. Door een helder taakbeleid worden medewerkers ingezet op taken, waarvoor zij het meest geschikt zijn en waarmee zij de meeste affiniteit hebben. Elk jaar houdt de directeur een functioneringsgesprek en beoordelingsgesprek en elke twee jaar een pop-gesprek met alle werknemers. Voorafgaand aan de jaarlijkse gesprekken zal de directeur een aangekondigd klassenbezoek afleggen. Met de individuele leerkracht wordt vantevoren besproken, wat de directeur zal komen bekijken.
Binnen de organisatiestructuur zal worden gekeken hoe het team de tijd het meest efficiënt gebruikt. Onze werknemers moeten binnen hun werktijdsfactor hun primaire taak kunnen uitvoeren. De school vindt het werk erg belangrijk, maar er zijn belangrijkere zaken (familie, vrienden) in het leven. Als de arbeidsrustverhouding verstoord wordt kan de school ook geen topprestaties verlangen van haar werknemers. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten Uit een te houden kwaliteitsanalyse en uit evaluatiegesprekken met onze werknemers zal blijken, dat onze werknemers zijn ingezet voor taken, waarvoor zij het meest competent zijn. Tevens zal blijken, dat zij voldoende geschoold en competent zijn om hun taak adequaat uit te voeren. Er ligt een eenduidig ziekte- en preventiebeleid en het ziekteverzuim ligt onder de 5 %. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Elk besluit om onze werknemers optimaal te kunnen laten presteren, had eigenlijk al genomen moeten zijn. Alleen de doelstelling, ziekteverzuim onder de 5%, kunnen we vastleggen. De financiële dekking van het plan
Voor cursussen reserveert de school per jaar € 10.000,-. Voor feestelijkheden jaarlijks € 5.000,-
Hoofdstuk 13.
Financiën Visie van de A.Bekemaschool op financiën De A.Bekemaschool beschouwt het financiële beleid als een integraal onderdeel bij het realiseren van de strategische doelstellingen van de organisatie. Het financiële beleid is degelijk en transparant. De school wil investeren in het onderwijs. In samenspraak met het hoofdkantoor wordt een financiële reserve vastgesteld en het geld dat overblijft wil de school voor ons onderwijs gebruiken. Wij eisen hoge kwaliteit van onze benodigde materialen. Als blijkt dat de school iets wilt dat het ons onderwijs beter kan maken, dan zal de school, mits financieel haalbaar, het aanschaffen. Doelstelling financiën 2012 De A.Bekemaschool heeft een gezond en gedegen financieel beleid. Schoolplan financiën Er wordt jaarlijks een begroting opgesteld voor het komende (kalender)jaar, gerelateerd aan de meerjarenbegroting, die jaarlijks wordt geëvalueerd en bijgesteld. Specifieke omschrijving van het plan In overleg met de afdeling financiën van het ASKO bestuurskantoor stelt de directie een meerjarenbegroting op, op basis van het meerjarenbeleidplan. Deze begroting wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Verder stelt de directie in overleg met de ASKO jaarlijks een begroting voor het volgende kalenderjaar op, die eveneens aan de MR wordt voorgelegd. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten De MR beoordeelt of de directie aan haar verplichtingen voldoet. Het schoolbestuur beoordeelt de directie op de kwaliteit van het financiële beleid. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Met ingang van het schooljaar 2008-2009 wordt dit plan uitgevoerd en jaarlijks geëvalueerd met de MR. De financiële dekking van het plan Dit plan vraagt geen specifieke inzet van middelen, materialen of financiën.
Hoofdstuk 14
Huisvesting en Materiële zaken Visie van de A.Bekemaschool op huisvesting en materiële zaken Het motto van de ASKO is ‘eenheid in verscheidenheid’: de scholen binnen de ASKO hebben de ruimte om hun eigen onderwijskundig concept te bepalen. De huisvesting van de A.Bekemaschool sluit zo veel mogelijk aan bij de (onderwijs)visie van de school. Ook wat betreft de materiële voorzieningen heeft de A.Bekemaschool de beschikking over een budget, waarbinnen materiaal kan worden aangeschaft, aansluitend bij de onderwijsvisie van de school. Doelstelling huisvesting en materiële zaken 2011 Op het gebied van huisvesting wil de A.Bekemaschool het gebouw en de inrichting passend bij de visie van de school. Op het gebied van de materiële voorzieningen beschikt de A.Bekemaschool nog niet helemaal over het materiaal, passend bij de onderwijsvisie van de school. Schoolplan huisvesting en materiële zaken De huisvesting en materiële zaken worden jaarlijks met de betreffende afdeling van het bestuurskantoor besproken. De directeur meldt door middel van het ‘meldingsformulier onderhoud’ wanneer er zaken op huisvestingsgebied of materiële zaken aan de orde zijn. Kleinere zaken mag de school zelfstandig aanschaffen. Specifieke omschrijving van het plan De A.Bekemaschool wil de komende jaren investeren in de school. Verouderde en incomplete materialen zullen we wegdoen en eventueel vervangen door materialen van hoogstaande kwaliteit. Het huidige leerlingmeubilair voldoet niet meer aan de eisen van de school en wil dat graag binnen de komende 4 jaar vervangen. Prioriteit hebben de groepen 1 / 2 en 5 van het schooljaar 2009/2010. Voor de groepen 5 hebben we dan niet genoeg meubilair, en het huidige meubilair in de groepen 1 / 2 is naar ons inziens niet meer niet geschikt voor onderwijs in deze groepen. Onze voorkeur gaat uit naar meubilair dat voor zowel de kinderen als de leerkrachten ergonomisch verantwoord is. Bedrijven als SONO, SIS en KNAP leveren dit meubilair. Gedurende het hele jaar inventariseert de directie bij alle schoolmedewerkers of er specifieke wensen zijn of klachten met betrekking tot het schoolgebouw, de lokalen, de inrichting of de materialen. Vervolgens legt de directie deze punten voor aan de afdeling Materiële Zaken van het bestuurskantoor. Deze afdeling zorgt voor afhandeling van de wensen en/of klachten. De maatstaf waaraan de voortgang en het eindresultaat worden afgemeten In de eindevaluatie van dit schoolplan in 2011 wordt door directie, leerkrachten en MR beoordeeld of de doelstelling van dit plan daadwerkelijk is bereikt. Het tijdspad waarbinnen het plan, evt. in stappen, wordt gepland Met ingang van 2007: jaarlijkse inventarisatie en evaluatie door de directie met team en medezeggenschapsraad.
De financiële dekking van het plan De verwachting is dat in totaal ca € 80.000.- moet worden geïnvesteerd in het gebouw en de materiele voorzieningen en om de school aan te passen aan de onderwijsvisie. Dit wordt gefinancierd uit het reguliere schoolbudget.
Hoofdstuk 15
Evaluatie actiepunten vorig schoolplan. Actiepunt 1 Het verankeren en borgen van de in de afgelopen jaren ingezette wegen op de gebieden van: Leerlingenzorg, zelfstandig werken, handelingsplannen en sociale- emotionele ontwikkeling. De laatste 4 jaar heeft de ib-er een duidelijke lijn opgezet. De kinderen worden goed gevolgd en zijn goed in kaart gebracht. We gaan de komende tijd nog wel een keer de handelingsplannen en het registreren op school analyseren. Wie gaan deze schrijven en hoe kunnen we efficiënt registreren? Het zelfstandig werken is het laatste jaar goed ontwikkeld. In de groepen 1 tot en met 4 zijn we al ver gevorderd, maar zijn nog niet klaar. De overgang tussen groep 2 en 3 is aantoonbaar beter geworden. In de andere groepen is de school bezig met het uitproberen van een aantal werkvormen. We hebben het zelfstandig werken als basis genomen en de bedoeling is dat aan het einde van schooljaar 2011 – 2012 alle groepen vanuit dit principe werken. Belangrijke punten vinden wij dat de kinderen met plezier en met een veilig gevoel naar school kunnen. Actiepunt 2 Het onderzoeken en verbeteren van de vakinhoudelijke lijnen bij taal. De school heeft hiervoor een nieuwe methode aangeschaft. Deze voldoet aan alle kerndoelen. Over de resultaten kan de school nog niet veel zeggen. Actiepunt 3 Het onderzoeken en verbeteren van de overgang van groep 2 naar groep 3 en de doorgaande lijn in algemene zin. De overgang is aantoonbaar beter geworden. Een leerkracht komend vanuit groep 1-2 heeft groep 3 de laatste jaren vormgegeven. Een andere leerkracht, ook komend uit groep 1- 2, geeft nu les aan 1 van onze groepen 4. Samen met haar parallelcollega zorgt ze voor de doorgaande lijn in groep 4. In het schoolplan staat beschreven hoe we verder gaan. Actiepunt 4 Het verbeteren en aantrekkelijker maken van de leeromgeving voor de leerlingen en leerkrachten op het schoolplein, de groepslokalen en de gemeenschappelijke ruimtes. De school is in het laatste half jaar aanzienlijk opgeknapt. De grote hal en alle klaslokalen zijn geschilderd; op een gedeelte van het kleuterplein zijn rubbertegels gelegd; in alle groepen zijn nieuwe kasten geplaatst voor de leerkrachten; alle magazijnen zijn opgeruimd; alle lokalen zijn opgeruimd; materiaal dat de school niet meer nodig had is of weggegooid of weggegeven; de grote hal is opgeruimd en krijgt steeds meer een functie voor dagelijks gebruik; er is een rt-lokaal ingericht; alle kantoren zijn opgeruimd en waar nodig is nieuw meubilair geplaatst en de personeelskamer is ook opgeruimd en heringericht. Verdere plannen zijn beschreven in het schoolplan.
Actiepunt 5 Het verbeteren van de verkeersveiligheid in de omgeving van de school in samenwerking met de ouders en de gemeente. Door het creëren van veilige fietspaden, drempels en de activiteiten van de Verkeerscommissie is dit punt aanzienlijk verbeterd. Actiepunt 6 Optimalisering van de veiligheid binnen onze school zowel op sociaal-emotioneel gebied als op materieel gebied door: a) de ingeslagen weg van Leefstijl te volgen, b )de schoolregels duidelijk uitdragen, c) de leerlingen laten meepraten / beslissen over de klassenregels en d) het maken van een arboplan. a) Begin dit schooljaar hebben we besloten niet meer met Leefstijl verder te gaan. We gaan verder met de Kanjertraining. b) De schoolregels worden op het ogenblik opnieuw bekeken. Ze worden nu consequent gehandhaafd. c) De kinderen praten nog niet mee over de klassenregels, in ieder geval niet op schoolniveau. Individuele leerkrachten zullen dit hoogstwaarschijnlijk wel doen. d) Een ARBO-plan is aanwezig. Actiepunt 7 Verbeteren van de communicatie tussen ouders, leerkrachten en leerkrachten met betrekking tot: a) de klachtenregeling en b) aandacht voor zwakkere en sterkere leerlingen. Mickey Schouten is de vertrouwenspersoon van de school. Dit is nog niet bij iedereen bekend. Voor klachten komen ouders nog vaak bij de directie of de leerkrachten. Het informeren van ouders over de voortgang van zwakkere of sterkere leerlingen is aantoonbaar verbeterd. Actiepunt 8 De bestaande onderdelen van ons personeelsbeleidplan actualiseren en opnieuw borgen in onze organisatie. Hiervoor wil ik verwijzen naar het hoofdstuk ‘Personeelsbeleid’. Actiepunt 9 IPB onderdelen plannen, voorbereiden en afronden. Actiepunt is afgerond. Actiepunt 10 Invulling geven aan een cyclus van individuele ontwikkelingsgesprekken. We zijn dit jaar (2008 – 2009) gestart met POP-gesprekken: deze zullen tweejaarlijks gehouden worden. In januari / februari vinden de functioneringsgesprekken plaats. Deze zullen jaarlijks gevoerd worden. En aan het einde van het schooljaar zullen de beoordelingsgesprekken plaatsvinden. Ook deze zullen jaarlijks worden gevoerd. Actiepunt 11 Het nascholingsbeleid in relatie brengen met de persoonlijke ontwikkelingsgesprekken en het gewenste schoolbeleid. Naar aanleiding van de al gehouden gesprekken zijn er al afspraken gemaakt voor cursussen. In elk gesprek zal de directie vragen of diegene nog nascholing behoeft.
Actiepunt 12 Doelmatiger beheren van de financiële uitgaven. Transparanter maken van de uitgaven. Vanuit ASKO-beleid is de directie nu verplicht om jaarlijks een begroting te maken. De financiële consequenties vanuit het schoolplan moeten in deze begroting worden opgenomen. De begroting zal jaarlijks met de medezeggenschapsraad en het team worden besproken. Actiepunt 13 Alle middelen in de school moeten geïnventariseerd worden. Vorig schooljaar zijn we begonnen om onze leermiddelen te inventariseren. Niet gebruikte materialen en niet complete materialen zijn of weggegeven of weggegooid. De leerkrachten bekijken of zij materialen missen. De school vindt dat goede materialen essentieel zijn voor goed onderwijs. De school zal de komende tijd veel investeren in nieuwe uitdagende en hoog kwalitatieve materialen. Actiepunt 14 Plan van aanpak commissies. De commissies zijn uit het takenpakket van de leerkrachten gehaald. De taken zijn herverdeeld. Een aantal taken is bij de directie gekomen, een aantal bij de algemene coördinator, een aantal bij onze cultuurcoördinatoren en een aantal bij onze leesspecialist. De directie is van mening dat de leerkrachten al hun tijd nodig hebben voor hun primaire taak. Actiepunt 15 Bepalen en onderzoeken of een pr. plan noodzakelijk is. De directie is van mening dat de school zich niet goed genoeg profileert. De komende tijd gaan we kijken hoe we onze school beter kunnen profileren. Onder andere onze website zal daarin een belangrijke rol gaan spelen. Actiepunt 16 Vastleggen van de organisatiestructuur in een beleidsdocument. Een doel hiervan was om de werkdruk te verlagen. Door een aantal veranderingen is de werkdruk ook verlaagd. Dit heeft een aantal collega’s al aangegeven. Een te hoge werkdruk zal een constant aandachtspunt zijn. Actiepunt 17 Borgen en eventueel uitbreiden van overlegsituaties en taakbeleid. Vorig jaar hebben we onze overlegstructuur geëvalueerd. Hieruit kwam naar voren dat het team het gevoel had te weinig met elkaar in gesprek te zijn en dat de vergaderingen te lang duurden. De directie heeft vanuit deze twee opmerkingen een nieuw vergaderrooster ontworpen. Het volgende rooster is daaruit voortgekomen: Week 1 Week 2 Week 3 Week 4
dinsdag donderdag dinsdag donderdag
team team team bouw
Half uur Half uur Half uur Een uur
Week 5 Week 6 Week 7 Week 8
donderdag dinsdag donderdag dinsdag
team team team bouw
Half uur Half uur Half uur Een uur
In week 3 en 7 is er nog een leerlingzorgvergadering. Tijdens de teamvergaderingen wordt er slechts een onderwerp behandeld. Mededelingen en rondvraag worden nu via de mail verspreid. Elke twee weken heeft het managementteam een vergadering van 45 minuten. De directie en de ib-er hebben wekelijks een uur overleg.
Actiepunt 18 Oriëntatie op een methode levensbeschouwing aansluitend bij onze onderwijsvisie en didactische werkwijze. Het invoeren van deze lijn passend bij de methode Leefstijl. Dit actiepunt is niet meer van toepassing. De school heeft besloten niet verder te gaan met Leefstijl. Zie ook hoofdstuk 8 ‘Onderwijs’. Actiepunt 19 Oriëntatie op methoden voor de volgende vakken: Biologie, aardrijkskunde en geschiedenis. Dit actiepunt is afgerond. De methoden zijn aangeschaft. Actiepunt 20 De computer als hulpmiddel bij informatie en communicatie hanteren en overige actiepunten te realiseren. Het maken van een ICT beleidsplan, waarin beschreven wordt in welke mate de computer zal innemen in ons onderwijs. Zie ook hoofdstuk 9 ‘ICT’. Een beleidsplan is ondertussen geschreven.