Radius College Jaarverslag 2011
Radius College Jaarverslag 2011
Jaarverslag 2011 Radius College is een onderdeel van ROC West-Brabant
Radius College Jaarverslag 2011
Radius College | Jaarverslag 2011
INHOUDSOPGAVE
1
1 VOORWOORD ......................................................................................................... 2 2 DIRECTIEVERSLAG ................................................................................................. 3 2.1 STRATEGIE ............................................................................................................. 3 2.2 REALISATIE VAN SPEERPUNTEN ..................................................................................... 4 3 PRESTATIES 2011 ...................................................................................................... 7 3.1 WETTELIJKE VEREISTEN .............................................................................................. 7 3.2 OPBRENGSTEN ........................................................................................................ 8 AANTAL STUDENTEN .................................................................................................. 8 RENDEMENT ...........................................................................................................11 ONTWIKKELING DIPLOMA’S .........................................................................................12 VOORTIJDIG SCHOOLVERLATERS (VSV)...........................................................................13 3.3 PROGRAMMA .........................................................................................................15 INHOUDELIJKE SAMENHANG .........................................................................................15 MAATWERK ............................................................................................................16 PROGRAMMATIJD .....................................................................................................16 VOORZIENINGEN ......................................................................................................16 3.4 LEERPROCES ..........................................................................................................16 LEERTIJD ...............................................................................................................16 DIDACTISCH HANDELEN EN BEGELEIDING .........................................................................16 BEROEPSPRAKTIJKVORMING.........................................................................................17 3.5 TRAJECTBEGELEIDING ............................................................................................... 17 INTAKE .................................................................................................................17 STUDIELOOPBAANBEGELEIDING ....................................................................................17 SAMENWERKING MET KETENPARTNERS ............................................................................17 3.6 OMGANG EN VEILIGHEID ........................................................................................... 18 BEJEGENING EN VEILIGHEID .........................................................................................18 GEREGISTREERDE INCIDENTEN......................................................................................18 3.7 EXAMINERING ........................................................................................................18 3.8 ONDERWIJSTEAMS ...................................................................................................19 4 KWALITEIT .............................................................................................................25 4.1 KWALITEITSZORG ...................................................................................................25 4.2 BEOORDELING .......................................................................................................25 5 BEDRIJFSVOERING ................................................................................................ 29 5.1 FINANCIËN ............................................................................................................29 5.2 PERSONEEL ...........................................................................................................30 5.3 HUISVESTING .........................................................................................................34 5.4 ONDERSTEUNENDE DIENSTEN .....................................................................................34 5.5 TAAL EN REKENEN ...................................................................................................37 6 VOORUITBLIK NAAR 2012 ......................................................................................40
1 VOORWOORD Het Radius College lijkt het afgelopen jaar in een versnelling terecht te zijn gekomen. De contacten met het bedrijfsleven zijn sterk aangetrokken en het bedrijfsleven is weer geïnteresseerd in het Radius College. De student lijkt daar goed van te kunnen profiteren, immers de maatschappij verandert razendsnel en techniek loopt daarin voorop. Dat betekent dat je als techniekopleiding vakmensen zo moet opleiden dat ze leren om voortdurend die vooruitgang bij te blijven of zelfs een beetje voor te willen zijn. Dat kan je het beste als je ook direct met het bedrijfsleven een kennisuitwisseling, kennisdeling tot stand kunt brengen. Dat is noodzakelijk, onze economie is namelijk ook een kenniseconomie geworden. Wij vinden die kennis belangrijk, maar kennis wordt pas interessant als je die kunt gebruiken in de praktijk. Wij laten studenten dus ook uitvinden, uitproberen, oplossen en verbeteren. Dat alles natuurlijk onder begeleiding en binnen een vaste structuur. Zo leren ze nadenken, blijft de kennis beter hangen en leren ze ook zelf met alternatieve oplossingen te komen. In dit jaarverslag laten we zien hoe wij dat proces in 2011 verder vorm hebben gegeven.
Radius College | Jaarverslag 2011
Frans Bleumer, algemeen directeur.
2
2 DIRECTIEVERSLAG 2.1 Strategie Het Radius College, met de hoofdvestiging in Breda, verzorgt technisch middelbaar beroepsonderwijs op niveau 1 t/m 4, van assistentenniveau tot middenkaderniveau. De opleidingen zijn geclusterd in vijf afdelingen en ruim 3100 studenten worden opgeleid in de beroepsopleidende en beroepsbegeleidende leerweg in een groot aantal opleidingsrichtingen. Het onderwijs wordt aangeboden in vijf afdelingen: Afdeling A met de studierichtingen Werktuigbouw/Installatietechniek, Elektrotechniek en Mediavormgeving; Afdeling B met de richtingen Gespecialiseerde Aannemerij en ICT; Afdeling C met Bouwkunde en Infra/Schilderen; Afdeling D met de richtingen Engineering, Transport&Logisitiek en AKA; Afdeling E met Motorvoertuigentechniek, Schadeherstel/Mobiele Werktuigen en Laboratoriumonderwijs. In ons onderwijsconcept hebben we in de afgelopen jaren al duidelijk gemaakt hoe we gericht zijn op het aanzetten tot zelfstandige denk- en leeractiviteiten. Het didactisch concept van het Radius drukt in de kern het vermogen uit om het lerend vermogen van studenten te stimuleren.
Radius College | Jaarverslag 2011
Uit een recent gehouden onderzoek door Atlas Advies i.s.m. de Universiteit van Twente blijkt dat het innovatief vermogen van het Radius College (in vergelijking tot 200 bedrijven in een benchmark) bijzonder hoog is. Op basis van onderstaande figuur kan de conclusie getrokken worden dat het vermogen van het Radius College tot innoveren ruimschoots voldoet aan de noodzaak tot innoveren.1 Techniek staat niet stil en het onderwijs heeft de opdracht om op zijn minst inhoudelijk ‘bij te blijven’ bij deze technologische ontwikkelingen. Toch is het hoog innovatievermogen van het Radius College ook weer bijzonder: het gemiddeld innovatievermogen binnen onderwijsorganisaties is juist erg laag. De belangrijkste verklaring voor het hoog innovatievermogen ligt in de beleidsuitgangspunten van het Radius College. Om ontwikkelingen op zijn minst te kunnen volgen is ‘strategische innovatie’ noodzakelijk. Het Radius College hanteert een integrale aanpak van onderwijs-, personeels- en organisatiebeleid. Innovatie vraagt voortdurend om een algeheel herontwerp van:
3
•
1
de inrichting van het onderwijs: de ontwikkeling van een onderwijsconcept, een curriculumopbouw, op basis van de nieuwe kwalificatiestructuur, waarin de voortgang in de ontwikkeling van de leerloopbaan van de student centraal staat, een valide toets- en exameninrichting, inclusief een door het personeel gedragen systeem van kwaliteitszorg
Uit: Resultaten Scan Innovatievermogen Radius College, Atlas Advies sept 2011
•
de ontwikkeling van de professionaliteit van het personeel, toegespitst op de diversiteit aan vereiste nieuwe ‘rollen’ van het onderwijspersoneel, maar ook onderwijsondersteunend personeel en management (onderwijskundig leiderschap)
•
de ontwikkeling van de professionaliteit van de organisatie, de afstemming tussen respectievelijk administratie, beheer, beleid, management en het primaire proces, feitelijk de ondersteuning van het primaire proces. Dat vraagt om de organisatie van een duidelijke front- en back office, ondersteuning, teamvorming, enz.
2.2 Realisatie van speerpunten De speerpunten uit het jaarplan 2011 zijn vertaald naar actieclusters. Hieronder wordt weergegeven wat er het afgelopen jaar is gerealiseerd. Doorontwikkeling CGO
In 2011 zijn op een haar na alle opleidingen in het Radius Model ondergebracht. Dat betekent dat er ook in het afgelopen jaar veel onderwijsproducten zijn ontwikkeld. Op de Portal staan inmiddels duizenden PGO-taken, vaardigheidstrainingen en projecten. Daar is het Radius College uniek in, het neemt alle onderwijsontwikkeling voor eigen rekening. Docenten zijn zelf weer eigenaar van het primaire proces. Daarnaast heeft de Radius Academie ook de doorontwikkeling van het concept zelf voor haar rekening genomen. Binnen de onderwijsvormen zijn verschillende didactische verbeteringen doorgevoerd.
Herinrichting toetsing
Binnen het Radius College is reeds een goed instrument aanwezig waarmee de student zijn eigen competentieontwikkeling kan meten. De kwalificatiedossiers zijn ontleed in werkprocessen en prestatieindicatoren. Studenten kunnen binnen deze zogenaamde ‘registratiekaarten’ zien en aangeven wat ze inmiddels al beheersen en bouwen zo hun portfolio op. In 2011 is de toetsingsstructuur van het Radius College fundamenteel veranderd: de summatieve portfoliobeoordelingen zijn vervangen voor formatieve portfoliovoortgangsgesprekken. Alleen de Proeve(s) van Bekwaamheid zijn nog summatief. De registratiekaarten vormen de basis voor een nieuwe studievoortgangmeter. Deze is nog in ontwikkeling.
Kwaliteitszorg
In 2011 zijn verschillende teams aan de slag gegaan met het vullen van Yucan. Het instrument moet ons helpen om de verantwoording naar externen beter op orde te kunnen krijgen en moet uiteraard ook leiden tot een sterker kwaliteitsbesef bij alle medewerkers. Een van de teams heeft het inmiddels ook gebruikt voor de brede interne (ROC)audit. Of het team zelf al sterk was in kwaliteitszorg of een gevolg is van het gebruik van Yucan moeten we nog onderzoeken, feit is dat de uitslag van de audit tot een van de best practices hoort van het gehele ROC West-Brabant
Radius College | Jaarverslag 2011
Onderwijs
4
Aansluiting bedrijfsleven
In 2011 is de uitwisseling tussen teams en bedrijfsleven over de content van de opleidingen in een versnelling terecht gekomen. Zo heeft bijvoorbeeld Installatietechniek een rondgang gemaakt in de betreffende branche en het curriculum daar op aangepast. Ook Engineering heeft zijn curriculum getoetst aan de wensen en ontwikkelingen van het bedrijfsleven. Dat de aansluiting sterk verbetert blijkt ook uit de directe contacten die leiden tot maatwerktrajecten zoals die voor Geo-ICT (ICT in landmeetkunde), Abemec (een groot mechanisatiebedrijf binnen Mobiele werktuigen), OBMech (een landelijke organisatie voor opleidingen in Mobiele Werktuigen), Croon (een maatwerktraject voor installatietechniek), een aangepaste bedrijfsautotechnicusopleiding voor VanTilburgBastianen, enz.
Doorlopende leerlijnen
Vanaf 2009 is het VMBO sterk op het netvlies van het Radius gekomen. Het project ‘Innovatieve techniek’(een samenwerking met Van Cooth) loopt al vanaf 2005 en kreeg in 2010 al een nieuwe impuls. Vanaf 2009 lopen er al meerdere afspraken met VMBO waarin we hebben opgenomen dat VMBO-ers die een bepaalde uitstroomrichting hebben gekozen binnen het Radius College een half tot een jaar verkorting hebben in hun gekozen leerroute. We lijken ‘het beleid’ vanuit het ministerie (Focus op Vakmanschap) daar in voor te zijn. Zo hebben we een afspraak tot verkorting met Dongemond over elektrotechniek, met Scala over ICT, met Munnikenheide over Motorvoertuigentechniek en Bouw en staan er met Munnikenheide, Hanze College en het Techmavo van Newman afspraken op stapel over verkorting. Met Munnikenheide loopt ook een VM2-traject voor Bouw. Met Tessenderlandt loopt een project over het ‘Puberbrein’. De bedoeling daaarvan is te onderzoeken welke didactische aanpassingen we met beide scholen moeten maken om beter om te kunnen gaan met het puberbrein binnen school. In 2011 is er opnieuw leven geblazen in de contacten met Avans, NHTV en Fontys. Onze afdeling ICT neemt daarin het voortouw met een uitgebalanceerd aansluitingsprogramma.
Radius College | Jaarverslag 2011
Personeel
5
Professionalisering
Doelstelling voor 2011 was dat docenten meer aandacht moesten gaan schenken aan de studieloopbaan van de student. Binnen de Radius Academie zijn trainingen opgezet voor een methodische wijze van begeleiding waarin de student geleerd wordt zelf verantwoordelijk te worden voor zijn studieloopbaan. Bijna alle studieloopbaanbegeleiders hebben die trainingen ook doorlopen. Daarnaast zijn er trainingen geweest op onderwijsuitvoering en toetsing. Specifieke trainingen zoals: - training tot assessor (2 groepen, i.s.m. Hobéon) - training tot BPV-begeleider - training vak- en beursvoorlichter
- training collega-trainer - training-on-the-job bij: Laboratorium, ICT en Elektro - scholing Studieloopbaanbegeleiding (verzuim, ComTak) Op het gebied van onderzoek en innovatie bestaat er een begeleidingscommissie onderzoek voor de Universiteit Utrecht en Twente en loopt het project “Bekwaamheidsdossier voor het personeel” Teamontwikkeling
Er is een projectplan opgesteld in samenwerking met de afdeling O&I, welke door het MT is vastgesteld. Er zijn KPI's geformuleerd waar de resultaatverantwoordelijke teams mee moeten werken. Er is een training ontwikkeld om als team zich te kunnen ontwikkelen naar resultaatverantwoordelijke team. Twee teams zijn die training in 2011 ook al gestart. Afhankelijk van het ontwikkelingsstadium van een team worden taken of onderling verdeeld, of in overleg met de teamvoorzitter, of in overleg met de afdelingsmanager. Afhankelijk daarvan hanteren sommige teams al het F5-model(CAO) of het afgeleide F6model.
Secundaire processen
Om een opleidingsteam optimaal te faciliteren voor deze taak heeft het Radius College in de afgelopen jaren gewerkt aan het uit handen nemen van zoveel mogelijk administratieve taken van docenten. (Zie hoofdstuk 5 Bedrijfsvoering)
Radius College | Jaarverslag 2011
Organisatie
6
3 Prestaties 2011
Radius College | Jaarverslag 2011
3.1 Wettelijke vereisten
7
Er wordt voldaan aan de wettelijke vereisten inzake zorgplicht informatievoorziening, onderwijsovereenkomst, praktijkovereenkomst, VSV meldingen, klachtenregelingen examens en vertrouwenszaken, wet BIO, 850 uren norm, vrijwillige bijdrage en toegankelijkheid. In de zorgplicht informatievoorziening wordt o.a. voorzien door de nieuwe Digitale InformatieGidsen en voor de eerdere cohorten middels de Onderwijs- en Examenregelingen. De zorgplicht informatievoorziening vervangt de wettelijke verplichting tot het hanteren van een onderwijs- en examenregeling (OER). De gebruikte modellen voor de onderwijsovereenkomst en praktijkovereenkomst zijn op ROC-niveau juridisch getoetst en vastgesteld; er zijn procedures om ervoor te zorgen dat onderwijs- en praktijkovereenkomsten tijdig ondertekend worden. Met de invoering van ComTak wordt de aan- en afwezigheid digitaal geregistreerd. Vanuit het StudentCarriereBureau is er intensief contact met de leerplichtambtenaar en worden eventuele uitschrijvingen onderzocht en begeleid. De interne organisatie en registratie voldoet aan de eisen en werkwijze van het landelijke verzuimloket. De wijze van handelen bij uitschrijvingen wordt uitgevoerd volgens de richtlijnen in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs, artikel 8.1.3. Dit geldt ook voor de benodigde uitschrijvingdocumenten in het studentendossier. Alle examens vinden plaats onder de regelgeving uit het Centrale Examenreglement wat op ROCniveau is vastgesteld; er is ook voorzien in een Commissie van Beroep voor de Examens. Er is een klachtenregeling voor deelnemers (m.b.t. klachten over seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld en pesten) en er is een deelnemersstatuut (regelt de rechten en plichten van de deelnemers). De bekwaamheidseisen voor leraren in de wet BIO worden gebruikt bij de beoordeling van de docenten (beroepsgerichte en vakinhoudelijke competenties, pedagogisch-didactische vaardigheden). Het Radius College vraagt aan haar studenten geen vrijwillige bijdragen. Vanuit de WEB hebben de instituten een opdracht tot toegankelijkheid voor kansarme groepen. Instroom van vmbo-leerlingen zonder diploma is mogelijk op niveau 1 en zo kunnen ze verder doorstromen. Met name de ICT- en Laboratoriumopleidingen herbergen veel studenten met LGF (leerlinggebonden financiering). Voor deze studenten wordt extra ondersteuning en begeleiding gegeven. Naast software (Kurzweil) voor studenten met dyslexie , wordt er extra (individuele) taalondersteuning geboden voor taalzwakken. Gebouwtechnisch zijn er aanpassingen gemaakt voor studenten met lichamelijke beperkingen; zo is er een verzorgingsruimte gecreëerd en zijn er rolstoelaanpassingen gemaakt. Interne controles van Onderwijs- en Examenregelingen/Digitale InformatieGidsen, planning en realisatie van onderwijstijd, gebruik van onderwijsovereenkomst en praktijkovereenkomst, inschrijvingen en diploma’s zijn uitgevoerd door de stafmedewerker Audit & Control. Daarnaast hebben de ROC-audits (thema-audits examinering en brede audits op het hele toezichtkader van de onderwijsinspectie) geleid tot een verbreding van het inzicht in de kwaliteitsstandaarden van de onderwijsinspectie.
3.2 Opbrengsten Aantal studenten Zoals aangegeven in de inleiding had het Radius per oktober2 2011 bijna 3100 bekostigde studenten. De verdeling over de beroepsopleidende leerweg (BOL) en de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) is per (sub)team weergegeven in onderstaande tabel AANTAL STUDENTEN 2011 NAAR TEAM EN LEERWEG BBL
BOL
Totaal
5
27
32
576
2
578
Bouwkunde
57
100
157
Elektrotechniek
171
16
187
6
218
224
ICT
44
397
441
Infra
145
21
167
Installatietechniek
168
AKA Gespecialiseerde Aannemerij
Engineering
168
Laboratoriumonderwijs
185
185
Mediavormgeving
215
215
Mobiele Werktuigen
116
Motorvoertuigentechniek
213
63
276
Schadeherstel
33
12
45
Schilderen
48
35
83
Transport&Logisitiek
130
130
Werktuigbouwkunde
95
95
Totaal
1807
116
1291
3098
De ontwikkeling in de studentenaantallen (per 1 oktober van het betreffende jaar) vertoont het onderstaande beeld waarbij is af te leiden dat het totaal aantal studenten in 2011 wat betreft BOLstudenten gelijk is gebleven, het aantal BBL-studenten is gedaald met ruim 100. De BBL-daling wordt met name veroorzaakt door de afname bij Infra (-/- 81) en Bouwkunde (-/- 64); er staat een toename bij Gespecialiseerde Aannemerij tegenover (+ 84).
2
Op basis van de tweede voorlopige BRON-foto nr. 247
Radius College | Jaarverslag 2011
Team
8
ONTWIKKELING AANTAL STUDENTEN 2005-2011
Jaar
BOL
BBL
Totaal
2005
1450
1426
2876
2006
1423
1557
2980
2007
1312
2065
3377
2008
1246
2241
3487
2009
1358
2014
3372
2010
1291
1906
3197
2011
1291
1807
3098
Aantal studenten 2500 2000 1500 1000 500 0 2005
BOL
Radius College | Jaarverslag 2011
BBL
9
2006
2007
BBL 2008
2009
2010
BOL 2011
De inschrijvingen verdeeld naar niveau en leerweg geven het volgende beeld: AANTAL STUDENTEN NAAR NIVEAU EN LEERWEG Niveau
BOL
BBL
Totaal
1
39
7
46
2
195
948
1143
3
77
601
678
4
980
251
1231
Totaal
1291
1807
3098
Aantal studenten naar niveau en leerweg 4
Niveau
3
2
1
BOL
200
400
600
Aantal studenten
800
1000
Radius College | Jaarverslag 2011
0 BBL
10
Rendement Het rendement van de opleidingen wordt tot uitdrukking gebracht d.m.v. de indicatoren jaarresultaat en diplomaresultaat. RENDEMENT Jaarresultaat
Inspectie-
Diplomaresultaat
Inspectie-
Radius College
norm
Radius College
norm
1
60,6%
60,7%
65,8%
45,1%
2
70,0%
56,5%
64,2%
45,2%
3
79,3%
65,3%
84,1%
67,3%
4
70,6%
64,2%
75,1%
67,3%
Totaal
72,3%
Niveau
72,6%
Het Radius College heeft geen bedrijfsgroepen; een onderscheid bij rendement naar met en zonder bedrijfsgroepen is dus niet relevant. De indicator Jaarresultaat wordt berekend als het percentage gediplomeerde studenten ten opzichte van alle studenten die het instituut verlaten of met een diploma doorstromen. Diplomaresultaat is het percentage studenten dat met een diploma (kan ook eerder behaald zijn) het instituut verlaat ten opzichte van alle studenten die in dezelfde periode het instituut verlaten.
Radius College | Jaarverslag 2011
Het diplomaresultaat bij niveau 1 en 2 is in het algemeen lager doordat succesvolle opstroom naar een hoger niveau (na het behalen van het diploma van het hogere niveau) leidt tot een waardering op dat hogere niveau. Het jaarresultaat kent dit nadeel niet; bij het jaarresultaat worden alleen diploma’s uit het teljaar meegenomen, waardoor dit een beter beeld geeft van de onderwijsprestatie van het teljaar zelf dan bij het diplomaresultaat.
11
Geconcludeerd kan worden dat het Radius op alle niveaus zowel bij het jaarresultaat als het diplomaresultaat ruim boven de rendementsnorm van de onderwijsinspectie uit komt. Het jaarresultaat van niveau 1 lijkt onder de inspectienorm te liggen, maar het rendement van de opleiding AKA wordt nog positief beïnvloed door studenten die geen diploma hebben behaald maar wel een baan hebben gevonden; bovenstaand jaarresultaat van niveau 1 is slechts gebaseerd op de behaalde diploma’s. In absolute aantallen zijn de gediplomeerden en ongediplomeerden, zoals ze meetellen voor de berekening van het jaarresultaat, als volgt over de vier opleidingsniveaus verdeeld:
JAARRESULTAAT Niveau
Diploma behaald
Zonder diploma
Rendement
1
40
26
60,6%
2
585
251
70,0%
3
390
102
79,3%
4
312
130
70,6%
totaal
1317
509
72,1%
In de kolom behaald is per student die het instituut verlaten heeft het hoogst behaalde diploma opgenomen; dit diploma kan in eerdere jaren behaald zijn waarbij als verslagperiode 1 oktober 2010 tot 1 oktober 2011 geldt. In absolute aantallen zijn de gediplomeerden en ongediplomeerden, zoals ze meetellen voor de berekening van het diplomaresultaat, als volgt over de vier opleidingsniveaus verdeeld: DIPLOMARESULTAAT Niveau
Diploma behaald
Zonder diploma
Rendement
1
50
26
65,8%
2
355
198
64,2%
3
306
58
84,1%
4
293
97
75,1%
1004
379
72,6%
Totaal
In de kolom ‘diploma behaald’ zijn de behaalde diploma’s opgenomen die door de studenten behaald zijn in de periode 1 oktober 2010 tot 1 oktober 2011. Ontwikkeling diploma’s Jaar
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
Totaal
2008
65
526
280
268
1139
2009
81
719
404
247
1451
2010
75
629
400
291
1395
2011
39
491
379
309
1218
Radius College | Jaarverslag 2011
DIPLOMA’S NAAR NIVEAU 2008-2011
12
In 2011 was het percentage bekostigde diploma’s 93% (2010 en 2009 92%). Het percentage bekostigde diploma’s wordt beïnvloed door het in hetzelfde kalenderjaar behalen van meer dan een diploma door een student en door het uitreiken van diploma’s op basis van evc-rapportages vanuit de samenwerking met o.a. Fundeon, een ontwikkeling van de laatste jaren met name door de landelijke promotie van ervaringscertificaten. BEKOSTIGDE EN TOTAAL AANTAL DIPLOMA’S NAAR NIVEAU Niveau 1 Team AKA
Bek.
Niveau 2
Tot. 27
Bek.
Niveau 3
Tot.
Bek.
Niveau 4
Tot.
Bek.
Bek.
Tot. 27
27
Gespec. Aannemerij
71
90
50
70
4
8
125
168
Bouwkunde
47
47
27
27
20
21
94
95
Electrotechniek
51
53
33
35
19
20
103
108
47
47
47
47
ICT
28
28
34
34
97
97
159
159
Infra
56
67
23
32
22
22
101
121
Installatietechniek
28
36
83
92
111
128
1
1
Laboratoriumond. Mediavormgeving
33
33
34
34
24
24
24
24
64
64
101
102
16
16
Mobiele Werktuigen
40
40
24
24
Motorvoert.techn.
47
47
29
30
11
11
5
5
14
14
11
11
4
4
41
41
Transport&Logistiek
34
34
5
5
8
8
47
47
Werktuigbouwkunde
24
24
13
13
37
37
451
491
338
379
1131
1218
Schadeherstel Schilderen
Radius College | Jaarverslag 2011
Tot.
27
Engineering
13
Totaal
Eindtotaal
12
39
12
39
25
303
25
309
Voortijdig schoolverlaters (VSV) De laatste jaren zijn er een aantal gerichte maatregelen getroffen om de uitval te beperken. De belangrijkste zijn onderwijskundig van aard. Door veranderingen in het onderwijs zelf (didaktiek) is het onderwijs aantrekkelijker geworden. Daarnaast hebben we een aantal verkortingen in het studieprogramma doorgevoerd waardoor er minder overlap is met het VMBO en demotivatie (‘hebben we al gehad’) wordt voorkomen. De invoering van het werken in kleine groepen verhoogt de veiligheid en verkleint daarmee ook de uitval, immers de sociale controle in kleine groepen is
toegenomen en verzuim valt sneller op. We hebben studieloopbaanbegeleidingsuren vast opgenomen in het rooster en docenten zijn getraind in gespreksvoering en coaching. VSV’ers (voortijdige schoolverlaters) zijn studenten die zonder startkwalificatie, en jonger dan 22 jaar zijn op 1 oktober bij de start van het schooljaar, gedurende het verslagjaar de instelling verlaten. Een startkwalificatie is een HAVO of VWO diploma, of MBO-2 diploma of hoger. Wanneer een student tot 23 jaar gedurende een schooljaar het onderwijs verlaat zonder startkwalificatie, dan wordt deze student gerekend tot voortijdig schoolverlater. Jaarlijks wordt er op 1 oktober (T) gekeken welke studenten het voorgaande jaar (T-1) stonden ingeschreven. Wanneer een studenten op 1 oktober (T) niet meer ingeschreven staat en nog niet in het bezit is van een startkwalificatie, dan is dit volgens de definitie een voortijdig schoolverlater. Studenten die gedurende het schooljaar uitvallen, maar op 1 oktober ook weer zijn ingeschreven worden niet beschouwd als voortijdig schoolverlater . Studenten die, zonder een startkwalificatie, doorstromen als examendeelnemer of als overige nietbekostigde deelnemer worden geteld als nieuwe vsv’er. Dit geeft een verhogend effect op het aantal vsv’ers. Ook jongeren die een diploma mbo-1 én een betaalde baan hebben, worden noodgedwongen als vsv’er meegerekend. Zij zijn volgens de Wet educatie en beroepsonderwijs geen vsv’er, maar worden wel in het DUO vsv-cijfer meegeteld. Dit, omdat in BRON (Basisregister Onderwijsnummer ) geen arbeidsmarktgegevens zijn opgenomen en niet is te zien welke vsv’er een betaalde baan heeft.
FACTSHEET VSV VSV 05/06
212
Doelstelling reductie 10/11 40%
85
Maximum VSV-ers 10/11
127
Werkelijk aantal VSV 10/11 opgave DUO
190
Werkelijk in % van maximum
149%
Van de 190 door DUO opgegeven studenten kan vermeld worden dat een aantal studenten niet als VSV’er aangemerkt behoeven te worden bij de definitieve cijfers (na vaststelling van het assurancerapport). Bij de definitieve cijfers worden nog in mindering gebracht 8 studenten met een nieuwe bekostigde inschrijving en 1 student die alsnog een startkwalificatie heeft behaald. Van de resterende 181, waarvan hieronder nadere details worden vermeld, waren er 32 op niveau 1, waarvan er 7 een diploma niveau 1 hebben behaald. Persoonlijke redenen student In de hoofdcategorie “Persoonsgebonden” vallen 123 studenten. Vanwege gezondheidsaspecten(ziekte) konden 2 studenten de opleiding niet meer aan; bij 25 studenten was de reden van uitval gelegen in persoonlijke beperkingen (6 fysiek, 8 psychisch en 11 onvoldoende capaciteit); bereikbaarheid was 2 keer de reden van uitval, gedrag 29 keer (17 afspraken niet nakomen, 11 langdurige afwezigheid, 1 agressief gedrag) .
Radius College | Jaarverslag 2011
Het werkelijk aantal vsv’ers in procenten van het maximum vsv’ers in 200g/2010 was 175% bij een reductiedoelstellig van 30%. De cijfers over 2010/2011 laten dus een duidelijke verbetering zien.
14
De voornaamste redenen van uitval in deze categorie was ten gevolge van motivatieaspecten (49 studenten). Nader beschouwd ging het bij motivatie om 1 student die problemen met de omgang had, 4 studenten die een verkeerd beeld van het beroep hadden, 16 die een verkeerd beeld van de opleiding hadden en 28 die een voorkeur hadden voor andere activiteiten. Bij omgevingsaspecten (16 studenten) ging het in 1 geval om financiële beperkingen, geen leerbedrijf/ontslag bij 10 studenten, vanwege andere verplichtingen 4 en relationele problemen 1. Oorzaak bij school In de hoofdcategorie “Opleidings-/schoolgebonden” vallen 58 uitvallers, waarbij het opleidingsniveau in 19 gevallen de reden was; instellingsaspecten waren voor 4 studenten de reden en 35 keer een administratieve reden. Maatregelen terugdringing vsv Ten opzichte van het aantal vsv’ers van 2009/2010 (259) is er een vermindering van 79 vsv’ers. Dit is o.a. bereikt door een aantal genomen maatregelen: *Digitaal mutatieformulier: Eind 2010 is een nieuw digitaal mutatieformulier ingevoerd dat er tot moet leiden dat het invullen en aanleveren van mutaties uniform gebeurt en dat de redenen vastgelegd worden conform de uitschrijfredenen in Edictis zodat een nog zuiverder beeld ontstaat van de werkelijke uitvalredenen. Het mutatieformulier is beschikbaar via de Radius-portal voor de studieloopbaanbegeleiders waarbij de vaste gegevens gevuld worden vanuit Edictis-export. *Training studieloopbaanbegeleiders: In de training voor studieloopbaanbegeleiders via de Radius Academie wordt zeer nadrukkelijk aandacht besteed aan de begeleiding van de student tijdens zijn studieloopbaan zodat vroegtijdig signalen opgevangen kunnen worden bij dreigende uitval. Verdere professionalisering van voorlichting en intake. *Begeleidingsmodule Edictis: Inrichting en gebruik van de begeleidingsmodule in Edictis met scholing voor de studieloopbaanbegeleiders *Overstapmogelijkheden: Tussen opleidingen is overstap mogelijk gedurende het schooljaar, het inrichten van zogenaamde kansklassen, intensieve samenwerking met Kellebeek College i.h.k.v. Matchpoint en met het Servicecentrum voor Studie en Beroep *Verzuimprotocol: Sterke focus op verzuim (inclusief meldingen verzuimloket); er is een intern Radiusprotocol geschreven inclusief trainingen voor studieloopbaanbegeleiders op basis van het verzuimprotocol van de samenwerkende gemeenten in West-Brabant.
Radius College | Jaarverslag 2011
3.3 Programma
15
Inhoudelijke samenhang De prestatie-indicatoren (wat studenten moeten kunnen) uit de kwalificatiedossiers zijn de basis voor de proeve van bekwaamheid (waar studenten bewijzen wat ze kunnen), op basis van de proeve en de indicatoren wordt het curriculum (wat ze daar voor moeten doen) van elke opleiding gebouwd. Studenten kunnen dan in een studievoortgangsmeter met behulp van bewijs- en registratiekaarten (hoe ver ben ik al) direct aangeven welke prestaitie-indicatoren ze al beheersen om voor zichzelf en de docent te monitoren hoe ver ze zijn in de opbouw van hun portfolio. De prestatie-indicatoren zijn de resultante van de werkprocessen en competenties uit het kwalificatiedossier. Het curriculum is opgebouwd uit relevante praktijksituaties.
Didactische samenhang In de opleiding doorlopen studenten drie fases van opleiden: -
probleemgestuurd, waar studenten vooral de nadruk leggen op de betekenis van praktijksituaties
-
projectgestuurd, waar studenten de nadruk leggen op voorbereiding en uitvoering van praktijkopdrachten en
-
procesgestuurd, waar studenten steeds meer de nadruk leggen op reflectie op de wijze van uitvoeren.
In deze fases van opleiden gebruiken we een mix van onderwijsvormen waardoor we tegemoet komen aan verschillende leerstijlen. Maatwerk Er bestaat bij nagenoeg alle opleidingen de mogelijkheid om tussentijds in- en uit te stromen. Overstappen bij een verkeerde keuze kan tot een jaar met een beperkt aantal inhaalprogramma’s. In beide leervarianten BOL en BBL bestaat er de mogelijkheid om te versnellen binnen het opleidingsprogramma. Maar er bestaat ook de mogelijkheid om te verdiepen. Studenten krijgen de mogelijkheid om binnen werkvormen meer stof uit te diepen. Op deze wijze komen we tegemoet aan verschillende onderwijsbehoeften. Programmatijd Er sprake van doelmatige studiebelasting. Er is een adequate afwisseling tussen een meer theoretische benadering van een praktijksituatie en meer praktische benadering. Deze afwisseling werkt stimulerend en levert meer leerrendement op. Voorzieningen Er is afgelopen jaar, maar ook in de jaren daarvoor, veel geïnvesteerd in hardware (machines en computers). De werkplaatsen zijn bijzonder goed geëquipeerd. De informatievoorziening voor studenten verloopt via Narrow Casting, de Digitale Informatiegids op de Portal en via de studieloopbaanbegeleiders.
Leertijd Binnen het Radius College wordt gewerkt met het roosterprogramma gpUNTIS. Op basis van de roostervoorstellen van de opleidingsteams, binnen de kaders van het Radius-onderwijsconcept, worden de perioderoosters gemaakt. Vanuit gpUNTIS is d.m.v. rapportages de geplande en gerealiseerde onderwijstijd te monitoren. De roosters worden geïmporteerd in het presentiesysteem ComTak, de docenten registreren aan- en afwezigheid per leseenheid. Studieloopbaanbegeleiders krijgen automatisch bericht wanneer hun studenten bepaalde verzuimnormen overschrijden. Didactisch handelen en begeleiding Alle werkvormen kennen een gelijke basisstructuur: -
Studenten starten met een instructie of demonstratie of praktijkcase in een kleine groep (ongeveer 12 studenten) onder begeleiding of aansturing van een docent,
Radius College | Jaarverslag 2011
3.4 Leerproces
16
-
vervolgens werken studenten zelfstandig of in groepjes een opdracht in zelfstudie uit of gaan oefenen of uitproberen onder begeleiding van een instructeur of docent
-
en sluiten af met een evaluatie, demonstratie of uitleg van wat ze bestudeerd of geoefend of uitgeprobeerd hebben en krijgen dan feedback van hun docent.
Het bovenstaande vindt plaats in een dagdeel en kan onderdeel zijn van een weer groter project of opdracht. De werkvormen zijn samenhangend en stimulerend en verschuiven in de loop van de studie van betekenisgericht naar toepassingsgericht naar veranderingsgericht. Studenten leren respectievelijk analyseren en te plannen en uitvoeren en te reflecteren. Het didactisch handelen en de begeleiding zijn daar op afgestemd. In de eerste fase een sterke sturing met uitleg en instructie waarin studenten leren analyseren en problematiseren. In de 2e fase is het didactisch handelen meer trainend en coachend, de student leert steeds meer zelfstandigheid aan. De 3e fase is gericht op reflectie waar de student kwaliteitsnormen leert stellen. Beroepspraktijkvorming Vanaf het begin van de opleiding lopen studenten al stage (BOL). Het uitgangspunt hierbij is zo snel mogelijk voldoende notie krijgen van het beroep (juiste keuze gemaakt?) en leerstof te plaatsen in de context (weten waar je het voor nodig hebt). 3.5 Trajectbegeleiding
Radius College | Jaarverslag 2011
Intake Het Radius kent een vaste intakeprocedure. Er zijn centrale intakebijeenkomsten waar informatie gegeven wordt over het Radius College en de opleidingen. Iedere student maakt bij de intake een AMN-test (capaciteiten- en motivatietest). De uitkomsten zijn informatie voor de studieloopbaanbegeleider. Er wordt een individueel intakegesprek gevoerd met studenten die specifieke zorg nodig hebben en met studenten die erom vragen of die moeite hebben met het maken van een opleidingskeuze. Er wordt gebruik gemaakt van het vmbo-doorstroomformulier waarop gegevens over de voorafgaande schoolloopbaan zijn vastgelegd. Op vmbo-scholen wordt voorlichting gegeven over de opleidingen.
17
Studieloopbaanbegeleiding De studieloopbaanbegeleiders binnen het Radius College zijn inmiddels allemaal geschoold in het voeren van portfoliogesprekken. Daarnaast zijn een aantal studieloopbaanbegeleiders geschoold in het voeren van loopbaandialogen. Een overkoepelend studentbegeleidingsbureau, het StudentCarrièreBureau, coördineert en begeleidt de studieloopbaanbegeleiders bij vragen en problemen. Samenwerking met ketenpartners Het StudentCarrièreBureau verzorgt ook de 2e en 3e lijnszorg in het kader van preventie en interventies bij risicoleerlingen. De studieloopbaanbegeleiders zijn voorgelicht en getraind in het begeleiden van studenten met een autistiforme aandoening. Veel studenten met LGF hebben zo’n indicatie. Het hoofd van het StudentCarrièreBureau heeft intensief contact met de leerplichtambtenaar en 2e en 3e lijns zorginstellingen.
3.6 Omgang en veiligheid Bejegening en veiligheid Er was op het Radius College sprake van een ‘mannencultuur’. Sinds 2007/2008 groeit het aantal vrouwen in de organisatie (met name onder docenten en begeleiders). Er is nog lang geen evenwicht maar studenten zien vaker een vrouw als docent of begeleider waardoor de absoluut dominante cultuur aan kracht inboet. Uit enquêtes en panelgesprekken blijkt dat er sprake is van voldoende sociale en fysieke veiligheid. In de omgang is dat merkbaar; het aantal incidenten is in de afgelopen jaar afgenomen. Het Radius heeft een klachtenregeling waarbij studenten een kaartje kunnen invullen met de garantie dat men binnen twee weken een reactie op de klacht krijgt. Klachten worden rechtstreeks door de directeur uitgezet en/of afgehandeld en geregistreerd. Het Radius College heeft een goedgekeurd ARBO-beleidsplan, een schoolveiligheidsplan en een calamiteitenplan inclusief ontruimingsplan. Geregistreerde incidenten In het kalenderjaar 2011 zijn er 36 incidenten geregistreerd in de ‘incidentenmonitor’. Het betrof: - ongeval zonder letsel 4 - ongeval met zeer licht letsel 12 - ongeval met ernstig letsel 3 - ehbo 3 - bijna ongeval 1 - gebrek of mankement 2 - alcoholgebruik/-distributie 1 - vechtpartij 1 - anders 10 Alle incidenten hebben de status ‘afgesloten’. Nadere verslaglegging vindt plaats in het ARBOjaarverslag. 3.7 Examinering
Als onderdeel van dit proces heeft het Radius College Bureau Phasis gevraagd een drietal documenten te beoordelen m.b.t. de examinering: • Procedure ontwikkelen proeve van bekwaamheid • Vuistregels voor het ontwikkelen van een proeve van bekwaamheid • Sjabloon proeve van bekwaamheid. De beoordeling ligt op het vlak van wettelijke vereisten/borging, toetstechnische en toetsinhoudelijke aspecten en hanteerbaarheid. Phasis heeft haar waardering uitgesproken voor de wijze waarop het Radius College stuurt op de kwaliteit van de examinering door de voorgestelde standaardisering. Phasis heeft ook waardering voor de inhoudelijke kwaliteit van het sjabloon van de examinerende proeve en de bijbehorende
Radius College | Jaarverslag 2011
Met ingang van het schooljaar 2011/2012 is de toets-/beoordelingsstructuur van het Radius College fundamenteel veranderd: de summatieve portfoliobeoordelingen zijn vervangen door formatieve portfoliovoortgangsgesprekken en alleen de proeves van bekwaamheid zijn nog het enige kwalificerende exameninstrument.
18
procedure en vuistregels. Naast waardering heeft Phasis ook enkele kanttekeningen geplaatst en suggesties ter verbetering aangegeven. Ter voorbereiding op inspectieonderzoeken naar de kwaliteit van examinering en ter voorbereiding op interne examenaudits wordt er een zelfevaluatie (zie 4.1 Kwaliteitszorg) opgesteld door het onderwijsteam waarvan een of meerdere opleidingen opgenomen zijn in de steekproef. De onderwijsinspectie heeft het laatst in 2009/2010 onderzoek gedaan naar de examenkwaliteit van 4 opleidingen verdeeld over 3 afdelingen. Alle onderzochte standaarden zijn door de inspectie als voldoende gekwalificeerd. In 2011 is een thema-audit examinering gehouden door een intern ROC-auditteam onder leiding van een externe leadauditor bij de opleidingen Eerste Autotechnicus en Monteur Werktuigkundige Installaties. De onderzochte examenstandaarden 2 t/m 6 (examenproducten en examenprocessen) werden allemaal met een voldoende gekwalificeerd. Aangegeven verbeterpunten zijn uitgewerkt in verbeterplannen. Het nieuwe Handboek Examinering CGO is in december 2011 door de Centrale Examencommissie vastgesteld. Binnen het Radius college is er per afdeling een examencommissie. De formele verantwoordelijkheid voor de wettelijke taken in het kader van de examinering ligt bij de Centrale Examencommissie. De meeste taken worden gedelegeerd aan de afdelingsexamencommissies, die daarmee de feitelijke verantwoordelijkheid dragen t.a.v. de opleidingen/opleidingsteams die onder die afdeling vallen. Per opleidingsteam is er een adviescommissie examens die zorgdraagt voor het op een zorgvuldige wijze doorlopen van de examenprocedures voor de hen toegewezen opleidingen. Elke afdelingsexamencommissie stelt jaarlijks een rapportage op waarin verslag gedaan wordt van o.a. de vergaderingen, afname examens, beoordelingen, klachten, interne audits, onderzoek naar examenkwaliteit door de inspectie en verbeteracties. De examensecretaris neemt deel aan het Netwerk Examinering van het ROC. Uit de resultaten van de JOB-monitor en het alumni-onderzoek blijkt dat onze studenten tevreden zijn over de examinering. 3.8 Onderwijsteams
Radius College | Jaarverslag 2011
In deze paragraaf wordt per opleidingsteam in hoofdlijnen beschreven wat er heeft gespeeld in 2011, welke ontwikkelingen in gang gezet zijn, welke speerpunten en voorgenomen beleid gerealiseerd zijn zoals bijvoorbeeld opgenomen in teamplannen enz.
19
Elektrotechniek Er is gewerkt aan het effectueren van de opleidingen op niveau 3 & 4 in het format van het Radiusconcept. In navolging op de eerder genoemde opleidingen op niveau 3 & 4 werd het curriculum van de opleidingen van niveau 2 herschreven. De rode draad gedurende het jaar was de op- en bijscholing van de docenten. Gezien de innoverende ontwikkelingen op het gebied van de techniek rond de aanleg van zonnepanelen en de beveiligingsindustrie werd hier op ingespeeld. Vanaf het nieuwe schooljaar zullen de zonnepanelen in gebruik genomen zijn met bijpassend onderwijsmateriaal. Door het aanstellen van een vaste BPV-begeleider is er meer draagvlak bij de branche gekomen, zij
ervaren deze ontwikkeling als zeer positief. Het team onderzoekt mogelijkheden om de nieuw opleidingen Technisch tekenaar en Werkvoorbereider op te nemen in het onderwijsaanbod. Werktuigbouwkunde De eindtermgerichte opleidingen zijn omgezet naar competentiegerichte opleidingen in het Radiusconcept. De opleiding Constructiebankwerker/lasser heeft behoefte aan een 20+ klas; het bedrijfsleven wordt betrokken bij het in kaart brengen van de vraag vanuit hun kant. De nieuwe crebo’s/opleidingen vragen de nodige aanpassingen in het onderwijs; curricula worden aangepast en doorontwikkeld.
Mediavormgeving Het jaar 2011 werd gekenmerkt door een gestage groei. Deze bestond enerzijds in een toename van de studentaantallen en anderzijds werd vooral groei gerealiseerd in de in- en externe positionering van de opleiding in het kader van ‘Creatief Breda’. Intern bestond de ontplooiing in de realisatie van het curriculum en onderliggende onderwijsproducten conform het Radiusonderwijsmodel. Deze kreeg haar definitieve vorm en biedt een fundament om verdere ontwikkeling in de regio mogelijk te maken. De eerste contacten zijn gelegd om een doorlopende leerlijn op te gaan zetten met VMBO en HBO, en zijinstroom van havisten. Deze contacten zullen in 2012 nader aangehaald worden en er zullen concrete stappen genomen worden in de regionale ontwikkeling van die leerlijn en de plaats in het creatieve beroepenveld. Daarbij zal een focus blijven op techniek. Verder werden ook enkele leerbedrijven gestart en gecontinueerd onder de vlag van het project RiskIt, welke het mogelijk maken studenten een volwaardige onderneming te laten draaien, onder professionele begeleiding van zowel bedrijfsleven als onderwijsinstelling. De opzet van deze leerbedrijven leverde belangrijke ONO-subsidiegelden op. In 2012 zal de opleiding nóg meer ‘smoel’ krijgen: intern staat de opleiding sterk op eigen benen. De lokalen waar Mediavormgeving huisvest aan de Terheijdenseweg 348 gaan meer de ‘look & feel’ van een creatieve opleiding krijgen, en de geluidsstudio zal er ook naartoe verhuisd worden vanuit gebouw 700. Daarnaast is de externe ambitie hoog: de focus zal liggen op het concreet neerzetten van de doorlopende leerlijnen, een nieuw audio/visueel-crebo of een nieuwe uitstroomrichting Art & Design, om zo ‘Creatief Breda’ helemaal op de kaart te zetten. Gespecialiseerde Aannemerij Bij de Gespecialiseerde Aannemerij, welke wordt uitgevoerd in samenwerking met BGA te Boxtel, hebben de bedrijfstrajecten een grote vlucht genomen. Gemeten in studentenaantallen herbergt het team het grootste aantal studenten van het Radius College. Er is veel geïnvesteerd in het ontwikkelen van opleidingen in het Radiusmodel (o.a. Voeger en
Radius College | Jaarverslag 2011
Installatietechniek De uitbreiding van praktijklokaal krijgt steeds meer gestalte. Met behulp van de invulling van het onderwijs wordt de verbouwing gerealiseerd. Alle opleidingen worden in het Radiusmodel gezet en de laatste hand wordt gelegd aan de examinerende proeves van bekwaamheid. De nieuwe opleidingen Leidinggevend monteur, Technisch tekenaar en Werkvoorbereider krijgen gestalte en het lesmateriaal is nagenoeg compleet. Het scholingsplan van de docenten wordt uitgevoerd en verloopt conform planning.
20
Dakdekker) en er is veel aandacht geschonken aan het inspectieproof neerzetten van de opleidingstrajecten. ICT De niveau 4 opleidingen zijn van start gegaan met de Radiusonderwijsprogrammering. Veel aandacht is besteed aan het ontwikkelen van de eigen lesstof. De studentenaantallen bleven stabiel, waarmee ICT de grootste BOL opleiding van het Radius College blijft. Er is veel aandacht voor de positionering van de ICT-opleidingen met de omgeving. De doorlopende leerlijn met VMBO en HBO heeft vorm gekregen en is geoperationaliseerd; daarnaast is na werkveldonderzoek het lintstage- of alternerende model vervangen door een blokstagemodel. Dit proces is nog gaande. Tenslotte profileert Radius-ICT zich landelijk met de start van een nieuwe opleiding op MBO- niveau: Geo-ICT. In samenwerking met Kenniscentrum Ecabo wordt gewerkt aan een beroepscompetentieprofiel en wordt erkenning door het ministerie nagestreefd.
Radius College | Jaarverslag 2011
Schilderen In 2011 vond de opening van het SchildersVakCentrum plaats en is er een samenwerking opgezet tussen Schilder^scool en het team Schilderen van het Radius College. Stagewerkzaamheden door schilderstudenten van het Radius worden uitgevoerd voor het hele ROC West-Brabant onder leiding van een leermeester van de Dienst Facilitair&Huisvesting. Bij de niveau 1 opleiding wordt met name samengewerkt met de BSW. De opzet van BOL/BBL niveau 2 is aangepast vanwege het tekort aan arbeidsplaatsen; het Radiusonderwijsconcept is verder doorontwikkeld. Met Berlijn loopt het zogenaamde BAND-project (buitenlandse stage).
21
Infra De onderwijsontwikkeling was in 2011 gericht op alle infra-crebo’s, met name het inspectieproof maken op het gebied van de examenstandaarden. Een teamscholing tot assessoren heeft plaatsgevonden. Daarnaast was er speciale aandacht voor het ter goedkeuring aanbieden van het materiaal aan Kenniscentrum Fundeon zodat de subsidieverstrekking veilig kon worden gesteld voor de leer/opleidingsbedrijven. Met Fundeon is verder uitvoering gegeven aan de samenwerking op het gebied van EVC’s voor zittend personeel. De opleiding Landmeetkunde wordt niet meer aangeboden, maar geïntegreerd in de opleiding GEOICT (zie ook bij ICT). Op het gebied van activiteiten richting toeleverende scholen is er een doedag verzorgd voor vmboscholen op locatie Etten-Leur in samenwerking met VMS Machinale Bestratingen. Een koppel Straatmakerstudenten heeft de tweede plaats bij het Nederlands kampioenschap straatmaken behaald. Bouw Er is in het kader van samenwerking met het vmbo een VM2-traject met het Munnikenheide College en een opzet gemaakt voor een doorlopende leerlijn met Tessenderlandt en Van Cooth voor BOL niveau 4. Er kwam een definitieve erkenning van het Kenniscentrum voor het samenwerkingsverband BOCB; op gebied van huisvesting vond er een verhuizing plaats van de locatie Etten-Leur naar Breda en
werd een machinale werkplaats aan de Franckenthalerstraat ingericht. Hernieuwde samenwerking met SSPB in Breda leidde tot een toename van ruim 180 studenten per eind 2011; dit was het gevolg van het overnemen van studenten van het Markiezaat College. Alle bouwkunde-crebo’s werden inspectieproof gemaakt en voorgelegd ter goedkeuring aan Fundeon zodat de subsidieverstrekking aan leer-/opleidingsbedrijven verzekerd is. Net zoals bij infra is verder uitvoering gegeven aan de samenwerking met Fundeon op het gebied van EVC’s voor zittend personeel. Op het gebied van examinering heeft een teamscholing tot assessoren plaatsgevonden. De opleiding Bouwkunde Niveau 4 BOL was dit jaar onderwerp van een interne brede audit met een zeer positief resultaat. Studenten van de BOL-opleiding Middenkader Bouwkunde behaalden een eervolle vermelding bij de BouwTalentAward. Engineering Het curriculum van de opleiding Middenkader Engineering Technicus wordt opnieuw gebouwd; de onderwijsproducten worden ontwikkeld en aangepast. In het lopende schooljaar worden de afsluitende proeves van bekwaamheid voor de drie richtingen opgeleverd. Bij de ontwikkeling van het nieuwe curriculum en de onderwijsinhoud wordt uitvoering overlegd met de diverse sectoren uit de branche; deze samenwerking wordt volgend schooljaar verder geïntensiveerd en uitgebreid. Verder gaan er leermeesteravonden georganiseerd worden. Op het gebied van examinering worden externen vanuit het bedrijfsleven ingezet. De inzetbaarheid van de teamleden wordt verbeterd door scholing en bedrijfsstages. Ten behoeve van een succesvolle doorstroom naar het hbo wordt gekeken naar afstemming in de programma’s inclusief wiskunde.
Transport&Logistiek Onderwijsproducten worden geëvalueerd, herschreven en doorontwikkeld. Met name bij de opleiding Chauffeur Goederenvervoer: het curriculum is voorzien van een duidelijke structuur, de CCV-onderdelen zijn gelijkmatig verdeeld over de opleiding en het taalonderwijs is verwerkt in het curriculum. Op het gebied van examinering zijn pvb’s ontwikkeld zodat deze voldoen aan de nieuwe inspectieeisen. Met behulp van het digitale instrument Yucan is een zelfevaluatie opgesteld in relatie tot het toezichtkader van de onderwijsinspectie. In samenwerking met Verkeersschool Blom zijn twee docenten voor CCV geschoold. Comtec/Talen 2011 was in alle opzichten een turbulent jaar m.b.t. taalonderwijs, zowel voor studenten als voor taaldocenten. Vanaf februari werd de nieuwe Taalacademie (met 80 computers en 2 aparte werkruimtes) operationeel, kregen de studenten per week 60 minuten taalonderwijs en werden zij
Radius College | Jaarverslag 2011
AKA Dit jaar is de samenwerking met het team ICT verder uitgebreid. Alle richtingen binnen AKA worden dit jaar aangeboden in een BOL- en een BBL-variant. In het programma wordt praktijksimulatie in alle perioden ingezet: in periode 1 algemeen gericht door het comtec-team en in periode 2, 3 en 4 door de betreffende richting. In het kader van de nieuwe beoordelingsstructuur zijn proeves van bekwaamheid ontwikkeld die volledig dekkend zijn. Op het gebied van begeleiding is een plan van aanmaak gemaakt ten behoeve doelgerichte uitvoering van de begeleiding van LGF-studenten.
22
ook nog onderworpen aan nieuwe exameneisen voor taal. Zoals aangegeven brak er ook voor de taaldocenten een nieuwe tijd aan: meer tijd en aandacht voor taal, wennen aan het begeleiden van grotere aantallen individuen en groepjes, zichzelf en de studenten voorbereiden op de nieuwe exameneisen, zoeken naar en inspelen op nieuwe of andere didactische methodes. Denk hierbij aan een coach per groep die regelmatig de studenten begeleidt en voorbereidt op de taak nu en het taalexamen vanaf 2013, het bedienen van dislocaties (begonnen in Etten-Leur voor Infra), nog beter voorlichten van alle afdelingen m.b.t. taal in het algemeen en exameneisen in het bijzonder, studenten meer presentaties en gesprekken te laten voorbereiden en uit te voeren en rapportages te begeleiden, uitbreiden van het aantal opleidingsspecifieke taalprofielen (bijv. het omgaan met Engelse en Duitse handleidingen. Gedurende 2011 heeft het team diverse scholingen gevolgd, daarbij reagerend op de situatie in 2010/2011 (in het kader van verplichte pedagogische/didactische eisen (PDA), het anticiperen op de komende taalexameneisen en behoeftes op managementgebied, het verbeteren of verruimen van de eigen en teamprofessionaliteit) en vooruitlopend op de ontwikkelingen vanaf 2013. Omdat elke medewerker binnen het taalproductieproces in staat moet zijn om de eigen werkwijze te beoordelen en te verbeteren, zijn er eind 2011 de volgende evaluatie-instrumenten ingezet: Taalenquête onder studenten (eind 2011/begin 2012) en de zelfevaluatie in Yucan. Op basis van de Taalenquête worden de volgende verbeteringen/aanpassingen doorgevoerd: aanpassen Taalacademie (geluid, indeling), meer variatie via workshops, programma Muiswerk aanpassen en (taal)coaching van individuen en groepen.
Radius College | Jaarverslag 2011
Autoschadehersteltechniek In 2011 is het team gestart met het ontwikkelen van onderwijsmateriaal in het Radiusconcept. De curricula van Schadehersteller en Autospuiter zijn gemaakt. Van hieruit wordt er gewerkt aan de verschillende onderwijsvormen binnen het onderwijsconcept. Natuurlijk wordt ook het bedrijfsleven hierbij betrokken door middel van een klankbordgroep. Deze groep heeft zijn licht laten schijnen over de curricula; de input vanuit de bedrijven wordt zeer op prijs gesteld. Het ontwikkelen van de onderwijsmaterialen is op dit moment dus in volle gang en natuurlijk hoort bij nieuw onderwijsmateriaal ook nieuw werkmateriaal en gereedschap. Deze investeringen worden op dit moment ook gedaan. Doel van dit alles is het bereiken van een nog betere aansluiting van het beroepsonderwijs op de praktijk. De begeleiding van de studenten is nu ook een speerpunt binnen de afdeling. Hoofdzaak hierin is dat we als Radius goed gemotiveerde studenten willen afleveren die een positieve bijdrage gaan leveren aan het vak van schadeherstel. Door deze insteek is de verwachting dat door de positieve geluiden van huidige studenten er meer nieuwe studenten ingeschreven gaan worden.
23
Mobiele werktuigen De afgelopen twee jaar heeft de opleiding mobiele werktuigen hard gewerkt aan de curricula en bijhorende onderwijsmaterialen. Het ontwikkelen van deze onderwijsproducten bevindt zich nu in de eindfase. De opleiding mobiele werktuigen heeft ook een klankbordgroep opgericht, namelijk MechTech. Dit is een ondersteunde groep met lidmaatschap ven het bedrijfsleven waar de optimalisatie van de opleiding wordt besproken en verder uitgebouwd. Speerpunten binnen het team zijn o.a. het verlagen van de werkdruk, productiever inzetten van de onderwijstijd, optimaliseren van onderwijsmaterialen, opstarten van de BOL-leerweg, opstarten incompany-opleiding voor Abemec en het opstarten van het OBMech-traject.
In het kader van het stelselonderzoek door de onderwijsinspectie is de opleiding in 2011 onderzocht op alle facetten van het zogenaamde Brede Toezichtkader, met een positief eindrapport als resultaat.
Laboratoriumonderwijs Het enkele jaren geleden ontwikkelde concept van beroepsgericht leren met een nieuwe manier van beoordelen van studenten is ondertussen goed uitgekristalliseerd. Het wordt breed gedragen en is nu toe aan een fase van verbeteringen. Dit lijdt tot constructieve discussies en goede verbeteracties, waardoor de kwaliteit van het onderwijs nog steeds toeneemt. In het bijzonder past hier de verbetering die ingezet is voor de examinering. Door de mogelijkheid tot aanschaf van moderne apparatuur staan er nu een aantal bijzondere apparaten ter beschikking waardoor moderne technieken aan het onderwijs zijn toegevoegd. De noodzakelijke vernieuwing en versterking van het onderwijs in de uitstroomdifferentiaties Klinische chemie, Pathologie en Microbiologie is goed doorgevoerd. Er zijn enkele geavanceerde technieken geïntroduceerd met speciale aandacht voor de pathologie. De eerder ingezette verbetering van histologie is uitgebreid met cytologie. In overleg met het bedrijfsleven is het onderwijspakket aangepast en door het aannemen van een specialist is het inhoudelijke niveau en de goodwill bij de laboratoria sterk gegroeid. Het studentenaantal is gegroeid en van de ruim 30 studenten die de opleiding met een diploma hebben verlaten hebben is ongeveer de helft gaan werken in het bedrijfsleven en de andere helft is doorgestroomd naar een HBO-opleiding.
Radius College | Jaarverslag 2011
Motorvoertuigentechniek In 2011 is een doorlopende leerlijn vmbo-mbo van start gegaan in samenwerking met het Munnikenheide College. Met het bedrijfsleven is een klankbordgroep geformeerd en een eerste bijeenkomst heeft reeds plaatsgevonden, verder worden regelmatig leermeesteravonden georganiseerd. Voor alle opleidingen is een volledig dekkende proeve van bekwaamheid ontwikkeld en ingezet als kwalificerend exameninstrument. In overleg met de Bredase DealerAssociatie (BDA) worden externe beoordelaars vanuit de bedrijfstak ingezet bij afname van de examens. Het team loopt voorop met het gebruik van het programma ComTak (ten behoeve van studiebegeleiding en studievoortgang): alle studieprogramma’s zijn ingevoerd, resultaten worden geregistreerd en er draait een pilot met het digitaal portfolio. Het onderwijscurriculum van niveau 2 Autotechnicus is verder uitgewerkt en producten zijn herschreven, het curriculum niveau 3 Eerste Autotechnicus is aangepast. Zowel de onderwijsvormen als de toetsvormen worden gemonitord en geëvalueerd. Het onderwijsmateriaal is uitgebreid met de inzet van Electude en DeltaPress. Het project ‘Elektrokart’ is definitief van start gegaan. In het kader van professionalisering zijn diverse trainingen/scholingen extern en intern gevolgd (o.a. Electude, Common rail tester, studieloopbaanbegeleiding, interventietrainingen, ComTak, voorlichterstraining). Gedurende het jaar hebben een aantal investeringen in onderwijsleermiddelen plaatsgevonden: sponsoring van voertuigen via General Motors Antwerpen en Teleflex GFI, wisseling van lesvoertuigen, aanschaf van vermogenstestbank, aanschaf van hefbruggen. Verder hebben bedrijven voor een extra impuls gezorgd bij de praktijkgestuurde trainingen door materialen ter beschikking te stellen.
24
4 KWALITEIT 4.1 Kwaliteitszorg Binnen elk opleidingsteam of dienst is een medewerker verantwoordelijk voor de coördinatie van de kwaliteitszorg binnen dat team of die dienst. Een werkgroep Kwaliteitszorg (KZ) adviseert, ondersteunt en coördineert activiteiten ter bevordering van de kwaliteit. De instituutscontroller bepaalt, aangestuurd door interne of externe actoren, steekproefsgewijs de betrouwbaarheid en kwaliteit van geleverde producten en diensten. De werkgroep KZ wordt aangestuurd door de stafmedewerker KZ en had verder een vaste kern van 5 leden, uit elke afdeling een vertegenwoordiger. De kerngroep KZ geeft adviezen aan management, diensten en teams, informeert over aspecten van kwaliteitszorg, stelt concepten op, ontwerpt hulpmiddelen en oefent toezicht uit op de naleving van de afspraken en de kwaliteit van de geleverde producten. De kerngroep komt bijeen volgens een vast vergaderrooster. In 2011 heeft de kerngroep o.a. een bijdrage geleverd aan de totstandkoming en de afname van de Radius Taalenquête. Verder zijn o.a. de resultaten van afgenomen ROC-onderzoeken besproken (in 2011 het Personeelsonderzoek). Alle leden van de kerngroep zijn geschoold tot auditor t.b.v. de interne ROC-audits. De voorzitter van de kerngroep neemt deel aan de Kenniskring Kwaliteitszorg van het ROC.
Radius College | Jaarverslag 2011
De kwaliteit van het onderwijs wordt regelmatig, mede aan de hand van toetsbare doelen beoordeeld en verantwoord en waar nodig op grond van toereikende maatregelen verbeterd. Binnen de teams wordt het instrument ‘Yucan Kwaliteitsmanager’ (een webapplicatie dat het instituut ondersteunt bij zelfevaluaties, audits en het opstellen en beheren van verbeterplannen) ingezet om met behulp van een zelfevaluatie inzicht te geven in de geleverde kwaliteit. Yucan is opgebouwd volgens het INK-model en bevat alle kwaliteitscriteria waaraan volgens het toezichtkader van de onderwijsinspectie voldaan moet worden. Aan het eind van schooljaar 2011/2012 hebben alle onderwijsteams een zelfevaluatie inclusief verbeterplan opgesteld.
25
Het Radius heeft in 2011 de webapplicatie Digitale InformatieGids (DIG) in gebruik genomen. Hiermee kunnen de studenten al hun opleidingsgegevens raadplegen via de portal. DIG heeft als voornaamste functie een flexibel instrument te zijn om (papieren) OER’s, informatiegidsen en regelgeving overzichtelijk samen te voegen tot één (digitaal) geheel. Een opleidingsdossier bestaat uit 3 lagen: een ‘top-level’ sjabloon, waarvan de inhoud centraal wordt bepaald door ROC WB; een collegesjabloon dat een instituutsaanvulling is op de ROC-tekst en als derde laag het dossier zelf. Voor het schooljaar 2011/2012 hebben alle opleidingen hun informatie in de vorm van een DIG aangeboden. 4.2 Beoordeling In het voorjaar van 2011 waren de opleidingen 93420 Eerste Autotechnicus en 94272 Monteur Werktuigkundige Installaties onderwerp van de interne examenaudit; dit betreft de examenstandaarden 2 t/m 6 van de onderwijsinspectie. Voor beide opleidingen was de conclusie van het auditteam: “Alle standaarden en substandaarden zijn als voldoende beoordeeld. Er zijn bij een aantal standaarden nog verbeterpunten geformuleerd.”
In het najaar van 2011 vond er een interne brede audit (betreft het gehele Toezichtkader BVE van de inspectie) bij het team Bouwkunde, opleiding Middenkader Bouwkunde, plaats. Het auditteam kwam tot de volgende conclusie.
Op 11 mei 2011 heeft de onderwijsinspectie een zogenaamd stelselonderzoek uitgevoerd bij de opleiding 92151 Eerste monteur Mobiele werktuigen (niveau 3, BBL). Het onderzoek is gebaseerd op het Toezichtkader BVE 2009 en de Aanvulling 2010. Het onderzoek omvatte onderzoek en analyse van documenten, analyse van de zelfevaluatie en onderzoek op locatie, waaronder gesprekken met studenten, docenten en directie/management, observatie onderwijspraktijk en bestudering van schooldocumenten. De onderwijsinspectie stelt in haar rapportage o.a.: “De kwaliteit van het onderwijsleerproces is voldoende en kenmerkt zich door een helder onderwijsconcept dat goed aansluit bij de praktijk en met een sterk didactisch kader waarbij projectmatig werken en het aanleren van handelingsvaardigheden centraal staan. De opdrachten zijn als het ware uit het werk gegrepen en het onderwijsconcept maakt dat het geleerde optimaal beklijft.”. Wettelijke vereisten, opbrengsten, leerproces, trajectbegeleiding en omgang en veiligheid op alle aspecten voldoende; programma voldoende op alle aspecten met uitzondering van maatwerk; kwaliteitszorg moet nog verder ontwikkeld worden, de contouren zijn zichtbaar maar er is nog geen sprake van een voltooid proces. Het eindoordeel van de inspectie is ‘voldoende’ en ze geeft aan geen reden te hebben om het toezicht te intensiveren (basisarrangement).
Radius College | Jaarverslag 2011
“De afdeling Bouwkunde van het Radius College voldoet aan dertien van de veertien kwaliteitsaspecten die de Onderwijsinspectie hanteert. Het kwaliteitsaspect Voorzieningen is niet voldoende omdat de informatie en uitleg over het onderwijsprogramma niet eenduidig is. De tussentijdse wijzigingen in het onderwijsprogramma veroorzaken zowel bij studenten als docenten onduidelijkheid over de afspraken. Aan de overige kwaliteitsaspecten is voldaan. De afdeling Bouwkunde is er in geslaagd, ondanks de conflicten in de afgelopen periode, op een eigen manier vorm te geven aan competentiegerichte onderwijs in alle leerjaren en opleidingen. De jaarresultaten en diplomaresultaten van het Radius College liggen boven het niveau van de normen die gelden voor 2008/2009. Het kwaliteitsdenken in het team verdient meer aandacht. Het toepassen van de pdca-cirkel kan de onderwijsontwikkeling in positieve zin ondersteunen en structureren. De betrokkenheid van het bedrijfsleven en van de studenten bij de beoordeling van de kwaliteit en bij de verdere ontwikkeling van het programma kan versterkt worden door in de pdca-cirkel de nadruk te leggen op evalueren en verbeteren (check and act). In de ontwikkeling naar een resultaatverantwoordelijk team is het opstellen van een teamplan een vanzelfsprekend vervolg op de zelfevaluatie en de uitkomsten van deze interne audit. De zelfevaluatie is goed van opzet. De relevante bewijsstukken zijn toegevoegd en de documentatie is op een enkele uitzondering na toereikend om het oordeel te onderbouwen. Op het niveau van de afzonderlijke eisen kan de pdca-cirkel meer zichtbaar gemaakt worden. Het gedeelte 'Resultaten' is summier omdat informatie ontbreekt over de behaalde resultaten op teamniveau. Het auditteam wenst het team Bouwkunde veel succes en inspiratie met het verder positioneren en verfijnen van 'Leren op z'n Radius' in samenspraak met alle belanghebbenden.”
26
In 2011 is het tweede Personeelsonderzoek (POZ) binnen ROC West-Brabant gehouden (eerder in 2008). Het POZ maakt onderdeel uit van de Planning en Control cyclus, is gebaseerd op het INKmodel en meet de waardering door medewerkers (de beoordeling, de ervaring en de beleving van de inspanningen die de organisatie zich getroost voor haar medewerkers). Middels het POZ wil ROC West-Brabant adequate informatie verzamelen als input voor het P&Obeleid van ROC West-Brabant en van de diverse colleges voor 2012 en volgende jaren. De resultaten van het onderzoek kunnen daarnaast gebruikt worden om verantwoording af te leggen aan (externe) belanghebbenden zoals de Onderwijsinspectie. De vragenlijst is opgebouwd uit 45 vragen, onderverdeeld in 8 verschillende thema’s. De thema’s zijn: Functie, Gesprekken rondom functioneren, Professionalisering, Resultaatgericht werken in teams, Taakbeleid, Welzijn en ziekteverzuim, Fysieke en sociale veiligheid, Betrokkenheid. Het responspercentage voor Radius als geheel was 84% (ROC WB 75%), verdeeld naar direct personeel 83% (ROC WB 83%) en indirect personeel 86% (ROC WB 77%).
Radius College | Jaarverslag 2011
27
ROC WB -Indirect
ROC WB -Direct
ROC West-Brabant
Radius College - Indirect
Radius College - Direct
Rubriek
Radius College
College
Functie Rubriek Gesprekken rondom functioneren
3,9
3,8
4,1
3,9
3,9
4,1
3,8
3,8
3,9
3,9
3,9
4,1
Professionalisering
3,9
3,9
4,0
3,9
3,9
3,9
Resultaat gericht werken in teams
3,5
3,4
3,7
3,5
3,5
3,7
Taakbeleid
3,4
3,4
4,1
3,5
3,5
4,0
Welzijn
3,5
3,3
3,8
3,5
3,4
3,8
Ziekteverzuim
3,8
3,8
4,0
3,9
3,8
4,1
Fysieke en sociale veiligheid
3,9
3,9
4,0
3,9
3,9
4,0
Betrokkenheid
4,0
3,8
4,2
3,9
3,9
4,1
De tevredenheid van het medewerkers van het Radius College ligt in alle gevallen ruim boven de norm van 3,0.
Radius College | Jaarverslag 2011
In maart/april 2011 heeft er een nulmeting teamvorming plaatsgevonden met behulp van de Teammonitor van Bureau Kock. Er waren 134 medewerkers uitgenodigd en de respons was 81%. De teammonitor is opgebouwd uit stellingen die geclusterd zijn naar aspecten van teamvorming: doelgericht werken aan een gemeenschappelijke opdracht, mate van invloed van een team, overleg, professioneel en sociaal werkverband, aansturing, mening over werken in teams. De stellingen zijn afgeleid van de uitgangspunten die het Radius stelt aan teamgericht werken, ze beschrijven de streefsituatie. De medewerkers worden gevraagd aan te geven in hoeverre deze streefsituatie reeds van toepassing is. Daarnaast wordt gevraagd in algemene zin te oordelen over het proces van teamvorming. Aan de hand van de rapportage van deze nulmeting is te zien welke aspecten sterk ontwikkeld zijn en welke aspecten aandacht behoeven. In het algemeen kan gesteld worden dat het ‘samen verbeteren’ en het ‘samen ondernemen’ bij bijna alle teams aandacht behoeven; het ‘sociaal werkverband’ en ‘overleg’ zijn sterk ontwikkeld.
28
5 BEDRIJFSVOERING 5.1 Financiën Verantwoording van geoormerkte gelden Innovatiebox Beschikbaar gesteld Overloop 2010 naar 2011:
0
Toegekend bedrag 2011:
189.000
Totaal beschikbaar 2011:
189.000
Ambitie
Besteding
Optimaliseren van de schoolorganisatie
Personeel
Overig
50.000
139.000
Totaal besteed
189.000
Totaal beschikbaar
189.000
Realisatie
Radius College | Jaarverslag 2011
Optimaliseren van de schoolorganisatie
29
Personeel
Overig
58.085
469.350
Totaal besteed
527.435
Totaal beschikbaar
189.000
Meer besteed dan beschikbaar vanuit eigen financiering
338.435
De innovatieboxgelden zijn aangewend ten behoeve van doorontwikkeling CGO: producten ten behoeve van het vormgeven van competentiegericht onderwijs zijn geproduceerd en de daarbij behorende begeleiding- en toetsstructuur is ontwikkeld.
Stagebox Totaal beschikbaar in 2011:
391.348 Realisatie
Besteding Stageplaatsenacquisitie Simulatieplaatsen
8.333 479.387
Totaal besteed
582.168
Totaal beschikbaar
391.348
Meer besteed dan beschikbaar vanuit eigen financiering
96.372
De stageboxgelden zijn besteed aan: Stageplaatsenacquisistie: ten behoeve van o.a. acquisitie van nieuwe stagebedrijven en het gelijktijdig aanhalen van de banden met het bedrijfsleven in de regio worden bedrijven actief bezocht. Simulatieplaatsen: voor de studenten in opleiding waarvoor niet (tijdig) een geschikte stageplaats beschikbaar is, worden simulatieplaatsen ingericht zodat zij toch hun praktijkervaring kunnen opdoen. 5.2 Personeel Het totale personeel is te verdelen in de categorieën vast en tijdelijk.
Meetmoment
Aard
FTE
In %
1-1-2011
Vast
134,2
76,2%
Tijdelijk
41,9
23,8%
Totaal
176,1
Vast
138,7
85,2%
Tijdelijk
24,0
14,8%
Totaal
162,7
1-1-2012
Radius College | Jaarverslag 2011
Verdeling vast-tijdelijk personeel Radius
30
Vast-tijdelijk in % 100%
14,8
23,8
90% 80% 70%
Tijdelijk
60% 50%
76,2
40%
Vast
85,2
30% 20% 10% 0%
1-1-2011
1-1-2012
Naast het vast en tijdelijk personeel worden er ook derden (personeel niet in loondienst, zzp’ers, inzet bureaus t.b.v. onderwijsontwikkeling enz.) ingehuurd voor een bedrag van € 1.938.411 (2009: € 1.973.358); hiervan was, afgerond, driekwart direct en een kwart indirect. De verdeling in direct (onderwijzend) en indirect (ondersteunend) personeel: Verdeling direct-indirect personeel Radius Meetmoment
Aard
FTE
In %
1-1-2011
Direct
129,0
73,2%
Indirect
47,1
26,8%
Totaal
176,1
Direct
120,9
74,3%
Indirect
41,8
25,7%
Totaal
162,7
Radius College | Jaarverslag 2011
1-1-2012
31
Direct-indirect in fte 129 120,9
140 120
FTE
100 80
Indirect
47,1
60
Direct
41,8
40 Direct
20 0
Indirect
1-1-2011 1-1-2012
De verhouding man-vrouw is als volgt: Verhouding man-vrouw Radius Aard
1-1-2011
Man
1-1-2011
FTE
In % 122,8 69,7%
Vrouw
53,3 30,3%
Totaal
176,1
Man
116,9 71,9%
Vrouw
45,8 28,1%
Totaal
162,7
Verhouding man-vrouw 2011 29% Man
71%
Vrouw
Radius College | Jaarverslag 2011
Meetmoment
32
De leeftijdsopbouw is over 2011 als volgt: Leeftijdsopbouw Radius in fte 1-1-2011 Categorie
fte
1-1-2012 %
fte
%
20-29 jaar
19,4
11,0%
16,3
10,0%
30-39 jaar
33,8
19,2%
33,0
20,3%
40-49 jaar
37,3
21,2%
42,0
25,8%
50-59 jaar
57,4
32,6%
48,5
29,7%
60-69 jaar
28,2
16,0%
23,0
14,2%
Totaal
176,1
162,7
Leeftijdsopbouw in fte
leeftijdscategorie
20-29
30-39
40-49
1-1-2012 1-1-2011
50-59
Radius College | Jaarverslag 2011
60-69
33
0
10
20
30 aantal FTE
40
50
60
Ziekteverzuim Het verzuimpercentage geeft aan welk deel van de werktijd in een maand verloren is gegaan wegens verzuim. Hiertoe wordt de factor ziekte per maand gedeeld door de totale werktijdfactor per maand. Bij de berekening van het verzuimpercentage wordt het zwangerschaps- en bevallingsverlof niet meegenomen. Voor het direct personeel variëren de verzuimpercentages per maand over 2011 tussen 1,78% (augustus) en 8,35% (februari); voor het indirect personeel tussen 0,20% (mei) en 4,16% (oktober).
Om trends in verzuimcijfers te ontdekken wordt het 12-maands voortschrijdend gemiddelde gehanteerd. Hiertoe worden de verzuimpercentages van de 11 maanden voorafgaand aan de maand waarvan verslag wordt gedaan, in de berekening meegenomen. Het voortschrijdend verzuimpercentage voor het Radius als geheel was 3,49% (ROC WB-normpercentage is 4%), samengesteld uit het voortschrijdend verzuimpercentage voor het direct personeel van 4,27% en voor het indirect personeel 1,71%. In 2010 was het voor Radius als geheel 4,5%; direct personeel 4,74% en indirect personeel 3,92%. Naast het totale verzuimpercentage wordt het verzuimpercentage gespecificeerd naar de duur van het verzuim. Er wordt gebruik gemaakt van drie categorieën waarmee inzichtelijk gemaakt wordt of het totale verzuim voornamelijk veroorzaakt wordt door kort verzuim of door (middel)lang verzuim. Kort verzuim (t/m 7 dagen) 21,95%; middellang verzuim (>7 dagen t/m 42 dagen) 17,62% en lang verzuim(>42 dagen) 60,44%. De verzuimfrequentie geeft het gemiddeld aantal verzuimmeldingen per medewerker in een maand weer. Hierbij tellen alleen alle nieuwe ziekmeldingen in de betreffende maand mee. De voortschrijdende verzuimfrequentie was 1,02 (ROC WB-norm 1,30). Ter vergelijking in 2010 was dit kengetal 1,04. Geconcludeerd kan worden dat alle kengetallen m.b.t. verzuim zich in 2011 positief ontwikkeld hebben. 5.3 Huisvesting In 2011 heeft het Radius College een loods voor de opleidingen Bouwkunde in gebruik genomen aan de Frankenthalerstraat in Breda op het terrein van het Prinsentuin College (verplaatsing vanuit Etten-Leur). De mogelijkheid om nieuwbouw te realiseren voor het gehele Radius College op de locatie Frankenthalerstraat is afhankelijk van het haalbaarheidsonderzoek van de gemeente Breda. Dit was voorzien in 2011, maar vraagt meer tijd dan voorzien. Het onderzoek wordt gestart in 2012; in het haalbaarheidsonderzoek wordt gekeken naar de belangen van alle stakeholders (gemeente, roc, sspb en Wonen Breburg). Voor de realisatie is het nodig dat het bestemmingsplan wordt gewijzigd en dat de huidige infrastructuur (bereikbaarheid en toegankelijkheid) wordt onderzocht.
P&O Er zijn een 18-tal medewerkers geslaagd voor hun Pedagogisch Didactische Aantekening. Zij voldoen daarmee aan één van de voorwaarden om aangesteld te kunnen worden als docent. De opleiding is in-company aangeboden en is verzorgd door de Transfergroep Rotterdam. Bij een aantal activiteiten van de dienst O&I heeft P&O inbreng gehad, verslaglegging daarvan is te lezen bij O&I. Cijfermatige kengetallen rondom personeel zijn opgenomen in het paragraaf 5.2. O&I De speerpunten van de dienst Onderwijs en Innovatie voor 2011 waren: * Trainen van de docenten in de verschillende uitvoeringsrollen Verzorgd zijn een training tot assessor (in samenwerking met Hobeon), training tot bpv-begeleider,
Radius College | Jaarverslag 2011
5.4 Ondersteunende diensten
34
training vak- en beursvoorlichter, training collega-trainer, scholing studieloopbaanbegeleiding, training on-the-job bij Lab, ICT en Elektro. Verder een plan van aanpak opgesteld resutaatverantwoordelijke teams. Ten behoeve van trainingen en scholingen is de inschrijftool Helix aangeschaft. * Verdere implementatie en doorontwikkelen Radiusconcept Dit betreft activiteiten n.a.v. vragen die gesteld worden rondom het Radiusconcept. Teams worden begeleid op aanvraag of structureel, toetsontwikkelaars worden geadviseerd rondom het ontwikkelen van proeves van bekwaamheid en er is een managementtool ontwikkeld, de crebovolger. Ten behoeve van de nieuwe Radiusbeoordelingsstructuur is deelgenomen aan de werkgroep, zijn sjablonen, vuistregels en protocollen voor examinering uitgewerkt, het verantwoordingsdocument Loopbaan en Burgerschap is tot stand gebracht en er wordt ondersteund bij het verantwoordingsdocument Rekenen. * Ontwikkelingen op onderwijsgebied Op het gebied van onderzoek en innovatie wordt geparticipeerd in het project ‘Puberbein’ en loopt het project ‘Bekwaamheidsdossier personeel’. Er zijn workshops gevolgd rondom diverse ictmogelijkheden in het onderwijs (twitter, mindmapping en Edictis). * Trainen van andere ROC’s Voor het Clusius College is een training verzorgd op gebied van toepassen van het Radiusconcept, de onderwijsuitvoering, de studieloopbaanbegeleiding en de toetsing.
Radius College | Jaarverslag 2011
PR Al in 2010 is afgesproken dat PR zich in de externe communicatie meer zou richten op een betere profilering van het Radiusonderwijsconcept en een betere uitstraling van ons college via de website. In 2011 is deze lijn voortgezet door het hele voorlichtingstraject onder de loep te nemen en te verfijnen. Alle toeleverende scholen zijn benaderd om in de structuur die zij aanbieden aan hun leerlingen onze nieuwe opleidingen mee te nemen. De Radius vakvoorlichters hebben een training gevolgd en hebben een nieuwe powerpointpresentatie ontvangen (waarin het concept duidelijk wordt uitgelegd). Daarnaast zijn ook de beursvoorlichters (Radiusbrede informatie) getraind in het goed naar voren brengen van de specifieke Radius eigenschappen. Ook de website heeft weer een aantal wijzigingen ondergaan waardoor de unieke punten van ons college duidelijker naar voren komen.
35
ROOSTERBUREAU Het roosterbureau heeft zich in 2011, naast de reguliere roosterwerkzaamheden, voornamelijk bezig gehouden met kwaliteitsverbetering. Betere communicatie naar en vooral met de 'klant' (teamvoorzitters en AM'ers), een meer actieve houding t.o.v. het tijdig verkrijgen van de juiste input omtrent de roostering, het straktrekken van de piek- en dalmomenten in de hoeveelheid werk en analyse en verbetertraject omtrent de enigszins stroef lopende evaluatieweekroostering. Omdat de roosterwerkzaamheden voor de opvolgende periode en evaluatieweek niet meer ‘last minute’ worden ingezet, kunnen er tijdig conceptroosters worden aangeleverd en kan het team meer eigen verantwoordelijkheid dragen voor de kwaliteit van de planning. De communicatielijnen zijn waar mogelijk in algemene zin omgedraaid van passief informeren, roosteren naar eigen inzicht en last minute communiceren naar actief eerder informeren en communiceren, daarna pas roosteren, daarop volgend tijdig evalueren en is beter gestroomlijnd via de teamvoorzitter. De communicatie is ook verbeterd door het inzetten van nieuwsbrieven.
STAGEPLAZA 2011 was voor StagePlaza een jaar van verdere uitbreiding van de reguliere activiteiten, maar ook van nieuwe initiatieven en activiteiten. Uitbreiding van de reguliere activiteiten betreft de ondersteuning van studenten (BOL en BBL) van de teams AKA, Transport&Logisitiek, Werktuigbouwkunde en Installatietechniek door StagePlaza in hun zoektocht naar een erkende stage- en/of leerplaats. Nieuwe initiatieven/activiteiten: het bereiken van een grotere naamsbekendheid door deel te nemen aan bedrijvenbeurzen als VMBO OnStage, de Bredase Businessdagen en het Loopbaanevent Werkplein Breda; vanaf januari 2011 is er een start gemaakt met het inplannen van BPV-bezoeken voor BPV-begeleiders door de planner van StagePlaza woordoor gegarandeerd wordt naar de leerbedrijven dat de afgesproken begeleidingsbezoeken ook daadwerkelijk afgelegd worden. Deze planner zorgt tevens voor de optimale inzet van de Radius-auto’s. De BPV-begeleiders van het Radius College doorliepen in 2011 een interne BPV-begeleiderstraining vanuit de Radius Academie om de inhoud van het BPV-gesprek te professionaliseren, wat werd vervolgd door periodieke scholing en overleg in het Radius BPV-platform onder leiding van de BPVcoördinator en staffunctionaris Onderwijs & Innovatie. De BPV-medewerkers van StagePlaza hebben in 2011 de certificeringen behaald om te kunnen werken in de BPV-module van Edictis. Er is ook gestart met een onderzoek naar de mogelijkheden om StagePlaza-activiteiten aan te bieden voor VMBO’s bij het invullen van de verticale leerlijnen. Dit zal in 2012 meer handen en voeten gaan krijgen. FACILITAIR Binnen de facilitaire dienst zijn er in 2011 diverse zaken verbeterd en verder geprofessionaliseerd. Met het aanstellen van een algemene medewerker voor facilitaire zaken kunnen steeds meer facilitaire zaken door de facilitaire medewerkers uitgevoerd worden, een ontwikkeling die zich steeds meer doorzet omdat daarmee het onderwijskundig personeel ontzorgd kan worden. Het aangeschafte FMIS (facilitair management informatie systeem) van Topdesk helpt mee om de dienstverlening te professionaliseren. In 2011 zijn alle verzoeken vanuit organisatie op gebied van conciërgewerkzaamheden in Topdesk geregistreerd, conciërges plannen hun werkzaamheden op
Radius College | Jaarverslag 2011
Er is een begin gemaakt met het verkrijgen van lesuren per docent inclusief voor- en nazorg uit het roosterprogramma Untis voor de jaartaken, een traject dat het komende jaar wordt uitgebreid. Nieuw zijn de 'narrow casting schermen' in de gangen op twee locaties, waarop door een rechtstreekse koppeling met de Untis database automatisch dagrooster wijzigingen worden gepubliceerd en de drie 'touch screens' bij de hoofdingang op Terheijdenseweg 350, waarop de student zijn of haar eigen rooster up-to-date kan raadplegen. Daarnaast zijn de portalsjablonen aangepast voor een duidelijkere weergave en printmogelijkheden. Om meer helderheid te krijgen omtrent het lokalengebruik door zowel externe als interne klanten in de avonduren, is in samenwerking met Facilitair en Financiën een formulier opgesteld. Externe klanten kunnen nauwkeuriger aangeven op welke momenten zij gebruik willen maken van de faciliteiten en de roostering wordt nauwkeuriger bijgehouden. Conciërges worden voorzien van een compleet lokalenoverzicht van de avonden zodat zij daar, o.a. in geval van calamiteiten, makkelijker op kunnen inspelen. In samenwerking met Stageplaza is een formulier opgesteld waarop teams tijdig kunnen aangeven hoe zij omgaan met de invulling van lint- en blokstages in het volgende schooljaar.
36
basis van Topdeskmeldingen en melden hun eigen werkzaamheden zelf af. Naast de stafmedewerker facilitair zijn er 17 medewerkers werkzaam over verschillende afdelingen binnen facilitair. Deze medewerkers voeren archief-, magazijn-, repro-, conciërge-en OLCwerkzaamheden uit. Personele verschuivingen hebben ervoor gezorgd dat diverse afdelingen efficiënter en professioneler zijn gaan werken. Veel werkzaamheden worden ook uitgevoerd door derden. Er zijn verschillende contracten met externe bedrijven voor diensten die zijn uitbesteed. Deze contracten worden centaal middels een Europese aanbesteding afgesloten en op het Radius College beheerd. Schoonmaak, terreinonderhoud, catering en onderhoud van gebouwgebonden installaties zijn diensten welke door externe bedrijven worden geleverd. Daarnaast zijn er inkoopcontracten en afspraken over inkoop van printers, kopieerapparatuur, meubilair en kantoorartikelen. In 2011 zijn er diverse onderzoeken uitgevoerd welke bijdragen aan een gezonde, veilige en verantwoordelijke werk- en studeeromgeving voor de gebruikers van de Radiusgebouwen. Inspectie NEN3140, legionellaonderzoek, gasleidingeninspectie, een rsicoinventarisatie en -evaluatie zijn voor verschillende gebouwen uitgevoerd. 5.5 Taal en rekenen
Radius College | Jaarverslag 2011
Vanuit de ‘Regeling intensivering Nederlandse taal en rekenen mbo’ was in 2011 voor het Radius College € 214.480 beschikbaar. Deze aanvullende bekostiging heeft tot doel om structureel een verhoging te realiseren van de taalen rekenvaardigheden van deelnemers. De middelen kunnen worden besteed aan één of meer van de volgende activiteiten: aanpassingen in de didactiek en pedagogiek van de beroepsopleidingen met het oog op intensivering van het taal- en rekenonderwijs; toetsing van deelnemers (9.211); extra onderwijstijd (288.282); nieuwe of aangepaste faciliteiten (5.189); professionalisering van docenten en overige functionarissen op het gebied van taal- en rekenonderwijs (10.511); andere activiteiten die gericht zijn op de intensivering van taal- en rekenonderwijs. Scholen kunnen hun eigen keuzes maken in de verdeling van de middelen over de verschillende activiteiten en ook in de fasering daarin. Vanuit het inhoudelijke verslag over 2011 vermelden we hier de belangrijkste zaken.
37
a) Aanpassingen in de didactiek en pedagogiek van de beroepsopleidingen Onder begeleiding van bureau De Vries Taaltrainingen heeft het team Comtec gewerkt aan de ontwikkeling van opleidingsspecifieke taaltaken Nederlands. Het betreft hier de activiteit "aanpassing didactiek en pedagogiek" met als succesindicator "het team heeft 12 verschillende rt-materialen beschikbaar". De ontwikkeling van taaltaken Nederlands voor niveau 2F en 3F van de 5 vaardigheden en desbetreffende subvaardigheden vond vanaf augustus 2011 op het gebied van Nederlands plaats onder begeleiding van bureau De Vries. Er was bij de docenten Nederlands tijd vrij geroosterd om deze taaltaken te ontwikkelen. Nederlands is inmiddels voltooid en geïmplementeerd. b) Toetsing van deelnemers M.b.v. toetsing brengen wij in kaart wat het startniveau van elke deelnemer is op basis van alle 5 vaardigheden, wat dan zijn/haar vervolgtraject is, en m.b.v. tussentoetsen of de student op koers zit. Voor al die toetsen hebben wij op basis van ervaringen gekozen voor TOA-toetsen en toetsen van Luutsen de Vries. Voor het eindexamenonderdeel Lezen/Luisteren komt een centraal examen. Voor de 3 productieve vaardigheden komen er instellingsexamens die wij zelf ontwikkelen. Het
Radius College | Jaarverslag 2011
betreft hier de activiteit "toetsing deelnemers" met als succesindicator "het team heeft een beoordelingsinstrument voor elk van de 3 productieve vaardigheden". Met name voor de vaardigheden schrijven, spreken en gesprekken voeren wordt onderzocht welke beoordelingsinstrumenten betrouwbaar en valide zijn. Eerst worden de mogelijke beoordelingsinstrumenten in kaart gebracht en vervolgens wordt er geëxperimenteerd met beoordelen, het betreft hier pilotgroepen met studenten van niveau 2, 3 en 4. Voor de vaardigheden schrijven, spreken en gesprekken voeren is gekozen voor pilotgroepen van niveau 2, 3 en 4. Aan het eind van 2012 wordt bepaald welke beoordelingsinstrumenten gebruikt gaan worden als instellingsexamens voor niveau 2, 3 en 4. c) Extra onderwijstijd In 2011 was de formatie van het team Comtec 6,7 fte. De begeleide onderwijstijd Nederlands,voor BOL en BBL studenten is 60 minuten per week. Het betreft hier de activiteit "extra onderwijstijd" met als succesindicator "het team is uitgebreid met een aantal docenten”. Dat betekent dat alle studenten tijdens hun opleiding in principe iedere week taal op hun rooster hebben staan. Uiteraard heeft het grotere taalaanbod gevolgen gehad voor de formatie. Het team werd uitgebreid. d) Nieuwe of aangepaste faciliteiten Op het Radius College is ervoor gekozen om het taalaanbod aan studenten zoveel mogelijk op maat aan te bieden. Studenten volgen voor een groot deel een individueel traject op het gebied van taal. De onderwijsvoorzieningen zijn en worden daarop aangepast. In februari 2011 is officieel de taalacademie van start gegaan. Deze biedt ruimte aan 80 computers en beschikt ook over 2 groepsruimten. Wat studenten individueel kunnen verwerken kan in de ruimte met 80 computers gedaan worden. Daarbij zal het vooral gaan om de vaardigheden lezen, luisteren en schrijven. Voor groepsactiviteiten, zoals het oefenen en toetsen van spreken en gesprekken voeren, kan gebruik gemaakt worden van de 2 groepsruimten. Dat vergt een andere aanpak van de docenten. In de loop van 2011 is concreet vorm gegeven aan de groepsactiviteiten voor spreken en gesprekken voeren. In de sfeer van workshops die aansluiten bij de taaltaken in de Digitale Ladekast zal dit verder uitgewerkt worden. Ook voor de vaardigheid schrijven worden workshops ontwikkeld, omdat de aanwezige computerprogramma’s niet helemaal voldoen en om het taalonderwijs aantrekkelijker te maken. Afwisseling in werkvormen is niet alleen goed voor de ontwikkeling van taal, maar ook voor de motivatie van studenten. e) Professionalisering van docenten en overige functionarissen op het gebied van taal In het kader van het zelf ontwikkelen van instellingsexamens, toe te passen in schooljaar 2012 – 2013, is het Comtecteam gestart met het volgen van cursussen vakdidactiek Nederlands, verdiepingsvakdidactiek Nederlands en ontwikkelen en beoordelen van instellingsexamens taal om de aanwezige kennis te verdiepen of de ontbrekende competenties te ontwikkelen. Het betreft hier de activiteit "professionalisering van taaldocenten " met als succesindicator "het team is zelf in staat vakspecifieke examens, die beter aansluiten bij het Radius-concept te ontwikkelen”. Vanaf schooljaar 2011-2012 worden voorlichtingsbijeenkomsten over taal en rekenen in de opleidingsteams gegeven door het team Comtec. Het betreft hier de activiteit "professionalisering docenten en anderen" met als succesindicator "het team heeft scholingsmateriaal ter beschikking voor begeleiders van vaktechnische vakken en begeleiders In de BPV”. Alle opleidingsteams zijn inmiddels op de hoogte gesteld van de landelijke ontwikkelingen op het gebied van de Nederlandse taal. Er zijn plannen om met de vakopleidingen samen taalprofielen te ontwikkelen. Daartoe worden bijeenkomsten georganiseerd die bewustwording van taalontwikkeling
38
in de vaklessen en op de werkvloer tot doel hebben. Voor de ontwikkeling van deze examens is het koppelen van docenten aan vakopleidingen wenselijk. Gesprekken zouden beoordeeld kunnen worden tijdens een proeve van bekwaamheid, als maar aan het voorgeschreven protocol voldaan wordt. f) Reflectie op behaalde resultaten in relatie tot de beoogde effecten op taalprestaties Voor de taalacademie was 2011 een belangrijk jaar. In een nieuwe opzet waarin 80 studenten tegelijkertijd aan taal kunnen werken, krijgt het taalonderwijs op het Radius College een behoorlijke impuls. Voor een goede organisatie hiervan zullen nog wel enige kinderziektes overwonnen moeten worden. Over de effecten op de taalprestaties van de deelnemers is nog niet veel te zeggen, omdat in het verleden deze prestaties niet goed in kaart gebracht zijn. In september is een begin gemaakt met toetsen van de vaardigheden van alle studenten, analyse van de resultaten wordt in 2012 uitgevoerd. Het aanbod van wekelijkse taallessen is een behoorlijke uitbreiding t.o.v. de voorgaande jaren. Omdat deelnemers meer met taal in aanraking komen en gestimuleerd worden aan die aspecten te werken waarin ze minder goed zijn, is de verwachting dat de taalprestaties van de deelnemers verbeteren door de maatregelen die hierboven beschreven zijn. Eind 2011, begin 2012 heeft het Comtecteam m.b.v. een taalenquête in kaart proberen te brengen wat de effecten zijn van de nieuwe onderwijsinspanningen op de taalvaardigheden. De resultaten van deze representatieve enquête worden in 2012 in het Comtecteam besproken en de conclusies worden dan daar waar mogelijk in nieuwe acties omgezet. g) Realisatie 2011: • • • •
• •
Radius College | Jaarverslag 2011
•
39
• • • • •
Afronding ontwikkeling taaltaken op niveau 3F, voltooid. Taalenquête uitgevoerd Ontwikkelen van beoordelingsinstrumenten voor schrijven, spreken en gesprekken voeren (instellingsexamens): loopt nog door Ontwikkelen van instellingsexamens voor de 3 productieve vaardigheden, onze voorkeur gaat uit naar vakspecifieke examens. Deze sluiten beter aan bij het Radius-concept. Voor de ontwikkeling van deze examens is het koppelen van docenten aan vakopleidingen wenselijk. Gesprekken zouden beoordeeld kunnen worden tijdens een proeve van bekwaamheid, als maar aan het voorgeschreven protocol voldaan wordt, loopt. Organiseren van afnames van toetsen voor spreken en gesprekken voeren, loopt. Aantrekkelijker maken van het taalonderwijs door het ontwikkelen en organiseren van workshops voor schrijven, spreken en gesprekken voeren, loopt. Bewustwording bij vakdocenten van taalontwikkeling in vaklessen en op de werkvloer door voorlichtingsbijeenkomsten en het gezamenlijk ontwikkelen van taalprofielen, loopt. Herinrichting Taalacademie: bijgesteld met bijv. separate werk- en toetsplekken, aanwezigheidsregistratie Per groep ’n coach die regelmatig de studenten begeleidt en voorbereidt op de taak nu en het taalexamen vanaf 2013, loopt. Meer variatie op het gebied van didactische werkvormen: in gang gezet door kritisch te kijken naar programma Muiswerk, meer presentaties en gesprekken te laten voorbereiden en uit te voeren, rapportages te begeleiden, loopt. Opstellen van opleidingsspecifieke taalprofielen: i.s.m. Mobiele werktuigen en ICT lopen trajecten om bijv. het omgaan met handleidingen MW samen aan te gaan pakken en bijv. ‘n project ICT te presenteren en te beoordelen, loopt Pre-pilots en pilots Cito Rekenen- en Taalexamens voorbereid (uitvoering in 2012)
6 VOORUITBLIK NAAR 2012 Het Radius College heeft voor 2012 de volgende speerpunten. Kwaliteitszorg Binnen het Radius College proberen we in het komende jaar het zelfevaluatie-instrument Yucan versneld in te voeren. Het instrument moet ons gaan helpen om de verantwoording naar externen nog beter op orde te kunnen krijgen, maar moet uiteraard ook leiden tot een sterker kwaliteitsbesef bij alle medewerkers. De Demingcycle (plan-do-check-act) moet echt tussen de oren van de medewerkers komen. Kern van deze visie is dat elke medewerker aan een (productie-) proces, op deze manier in staat is om zijn eigen werkwijze te beoordelen en te verbeteren. De handelingen van de medewerker vormen namelijk een eigen deelproces van het hoger gelegen proces. Het management is verantwoordelijk voor analyse van de primaire en secundaire processen. Doorlopende leerlijnen In 2011 is een nieuwe start gemaakt met de contacten met Avans, NHTV en Fontys. Deze lijn trekken we door in 2012. Verder blijven we de contacten met het vmbo verder uitbouwen.
‘E-begeleiding’ We starten een pilot op het gebied van ‘afstandsbegeleiden’. De docent/praktijkbegeleider krijgt daarin de mogelijkheid online met de student zijn portfolio te begeleiden/vullen. Via een webcam hebben student en begeleider contact en gezamenlijk direct het e-portfolio (via ComTak) van de student in beeld. Dat maakt het mogelijk de student directer op zijn BPV-plek te kunnen begeleiden. Zeker in de blok-stages waarin de student een aantal weken niet op school komt is het belangrijk contact te houden tussen school en praktijk. Studenten blijven middels het contact reflecteren op hun leerervaringen. Daarnaast starten we online-intervisie met studenten. Groepen van 6 studenten o.l.v een docent bespreken wekelijks via de ‘incidentmethode’ een praktijkprobleem, voorbereid door één van de groepsleden. Ook deze vorm stimuleert het leren (leren leren) van de student. Het vergroot hun analytisch vermogen en geeft reflectie op hun hun handelen in de praktijk. Deze vorm van video-
Radius College | Jaarverslag 2011
Curriculumontwikkeling In de aandachtpunten die de teams naar voren schoven in 2011, zal ook in 2012 aandacht besteed gaan worden aan de contacten met het bedrijfsleven. In de Radius onderwijsstrategie is weliswaar opgenomen dat alle teams voorzien moeten zijn van klankbordgroepen, maar hier wordt met name bedoeld deze ook veel intensiever te gaan gebruiken. Alle opleidingen zitten reeds in de nieuwe kwalificatiestructuur. Het voordeel van deze structuur en de wijze waarop het Radius deze heeft vormgegeven is dat de content op een gemakkelijkere manier dan in de oude structuur vergeleken kan worden met wat er daadwerkelijk in het (lokale) bedrijfsleven gebeurt. In 2012 zal er een continue uitwisseling tussen teams en bedrijfsleven moeten gaan plaatsvinden over de content van de opleidingen. Dat zal ook in de vorm van docentstages plaats gaan vinden. Daarnaast ontwikkelen we nieuwe of aangepaste opleidingen i.s.m. het bedrijfsleven. Voorbeelden uit die ondernemingszin hebben al plaatsgevonden binnen Engineering, Installatietechniek en Mobiele werktuigen. Het bedrijfsleven in die branches spreekt over een ‘echte kwaliteitsslag’
40
conferencing is misschien een opmaat voor crowd sourcing. De bedrijven waar deze studenten voor werken kunnen immers ook zelf een (technisch) probleem inbrengen tijdens deze sessies. Professionalisering personeel Docenten moeten meer aandacht gaan schenken voor de studieloopbaan van de student. Binnen de Radius Academie komt er aandacht voor een methodische wijze van begeleiding waarin de student geleerd wordt zelf verantwoordelijk te worden voor zijn studieloopbaan. In de benadering van de student zou in de loop van het opleidingstraject een verandering zichtbaar moeten worden: ‘bij aanvang van de opleiding: een meer gestuurde begeleiding door de studieloopbaanbegeleider en gaandeweg meer begeleiding op vraag van de student, vraaggestuurde begeleiding genaamd. De Radius Academie is inmiddels ook gestart met een aanbod van trainingen met ‘vrije-inschrijvingen’. Onderwijspersoneel kan daar kiezen voor trainingen om zich verder te professionaliseren en zijn/haar talenten verder te ontwikkelen. Daarmee zetten we ook in op vakinhoudelijke scholing. De verantwoordelijkheid om het ‘beste uit zichzelf’ ligt daardoor steeds dichter bij de professional zelf en kan op deze manier ook een extra bijdrage leveren aan het onderscheiden van het Radius College.
Radius College | Jaarverslag 2011
Teamontwikkeling en leiderschap Ook teamontwikkeling is in 2012 een belangrijk speerpunt. Omdat met name de onderwijsontwikkeling in de afgelopen jaren de aandacht van alle teams heeft opgeslokt is de teamontwikkeling zelf, of beter gezegd de ontwikkeling van resultaatverantwoordelijke teams onvoldoende expliciet aan de orde geweest. Bijzonder is wel dat de teams in het kader van de ontwikkeling van CGO veel nauwer onderling zijn gaan samenwerken. In 2010 hebben we de teams al ondersteund met het in kaart brengen van de teamtaken en de onderlinge verdeling ervan. In 2011 hebben we met de teams teamplannen ontwikkeld. Recent is het trainingsplan ontwikkeling van RVT’s binnen het MT goedgekeurd en start er voor elk team een trainingstraject voor de ontwikkeling en implementatie van RVT’s., voortbordurend op de resultaten per team van de afgelopen jaren. In het komende jaar gaan we de teams verder ondersteunen in de ontwikkeling van resultaatverant-woordelijkheid. Er staat scholing en training op het programma voor het leren expliciteren van individuele en teamcompetenties, voor het schrijven van teamplannen en het geven en ontvangen van feedback.
41
Onderwijsmodel en eigenwaarde Een bijzonder speerpunt komend jaar hangt samen met alle andere speerpunten. Extra aandacht gaat naar het creëren van draagvlak voor het onderwijsmodel en het stimuleren van ‘eigenwaarde’ van het Radius College. Het Radius College mag en moet veel meer trots uitstralen. Teams moeten meer de boer op en het management moet sterker gericht zijn op facilitering en ondersteuning. Intern betekent dat voor de teams die al in een vergevorderd stadium van onderwijsontwikkeling zijn, dat er meer mogelijkheden gecreëerd moeten worden eigenheid van de branche of beroep in het onderwijsmodel. Het leiderschap binnen die teams is inmiddels meer ondersteunend dan sturend. Facilitering en coaching zijn hier het ‘leidend’ principe.