Radius College JAARVERSLAG 2013
Jaarverslag 2013
Radius College Jaarverslag 2013
INHOUDSOPGAVE
Radius College | Jaarverslag 2013
1 VOORWOORD .................................................................................................................................................. 2 2 DI RECTI EVERSL AG ........................................................................................................................................ 3 2.1 S T R A T E G I E .................................................................................................................................................. 3 2.2 R E A L I S A T I E V A N S P E E R P U N T E N ............................................................................................................. 3 3 P R E S T A T I E S 2013 ............................................................................................................................................. 5 3.1 W E T T E L I J K E V E R E I S T E N ........................................................................................................................... 5 3.2 O P B R E N G S T E N .......................................................................................................................................... 6 AANTAL STUDENTEN ......................................................................................................................................... 6 RENDEMENT.................................................................................................................................................... 10 VOORTIJDIG SCHOOLVERLATERS (VSV).............................................................................................................. 13 3.3 O N D E R W I J S P R O C E S ................................................................................................................................. 17 3.3.1 P R O G R A M M A ..................................................................................................................................... 17 SAMENHANG.................................................................................................................................................... 17 MAATWERK ..................................................................................................................................................... 17 3.3.1 L E R E N I N DE O N DE R W I J S I N S T E L L I N G ........................................................................................... 17 DIDACTISCH HANDELEN .................................................................................................................................... 17 LEERTIJD ..........................................................................................................................................................18 LEEROMGEVING ................................................................................................................................................18 GEREGISTREERDE INCIDENTEN ...........................................................................................................................18 3.3.2 B E G E L E I DI N G ................................................................................................................................... 19 INTAKE EN PLAATSING ..................................................................................................................................... 19 STUDIELOOPBAANBEGELEIDING ......................................................................................................................... 19 ZORG ............................................................................................................................................................. 20 3.3.3 L E R E N I N D E B E R O E PS P R A K T I J K .................................................................................................. 20 3.4 E X A M I N E R I N G .......................................................................................................................................... 20 4 KWALITEI T ..................................................................................................................................................... 22 4.1 K W A L I T E I T S Z O R G .................................................................................................................................... 22 4.2 B E O O R D E L I N G ......................................................................................................................................... 23 5 BEDRI JFSVOERING...................................................................................................................................... 27 5 .1 F I N A N C I Ë N ................................................................................................................................................ 27 5 .2 P E R S O N E E L .............................................................................................................................................. 27 5 .3 H U I S V E S T I N G ............................................................................................................................................ 31 5 .4 O N D E R S T E U N E N DE O N DE R W I J S DI E N S T E N ......................................................................................... 32 5 .5 T A A L E N R E K E N E N .................................................................................................................................. 35 6 VOORUITBLI K NAAR 2014 ....................................................................................................................... 36
1
1 VOORWOORD Voor het Radius College was 2013 een jaar van focus op Human Resource. Nog meer dan verwacht berust de implementatie van een nieuw onderwijssysteem op de professionaliteit van onderwijsmedewerkers en management. Het Radius Model is in meerdere teams succesvol ingevoerd. Bij een paar teams is de invoering blijven steken. De bottleneck bleek de professionaliteit van docenten en management. Competentiegericht onderwijs vereist nieuwe ‘rollen’ van onderwijsmedewerkers en management (onderwijskundig leiderschap). Om daaraan te werken hebben we binnen de Radius Academie trainingen ontwikkeld als: ‘inspectieproof werken’ ‘studieloopbaanbegeleiding’, ‘portfoliogesprekken voeren’ enz. Daarnaast hebben we vanuit de studie van Olaf McDaniel 1 over de professionaliteit van de docent, instrumenten ontwikkeld om die professionaliteit te vergroten. Dat hebben we gebundeld in een nieuw instrument ‘het bekwaamheidsdossier voor onderwijsmedewerkers’. Een referentie voor zowel onderwijsmedewerkers als management. Voor het Radius College een nieuw handvat om het Radius Model krachtiger weg te zetten. Het is ook een stap vooruit in onze intentie om een lerende organisatie te zijn. Bijzonder is (en eigenlijk ook niet) dat we daarmee sterk aansluiten bij de conclusies van het WRR-rapport ‘Naar een lerende economie’ (juni 2013). De opstellers van het WRR-rapport stellen: ‘het innovatief vermogen van een land wordt mede bepaald door het vermogen van bedrijven en individuen om bestaande kennis snel in zich op te nemen en te gebruiken om nieuwe producten of diensten te maken.’ Onze visie op onderwijs staaft deze redenering: het Radius College zet in op leren te leren. Noemenswaardig is de VSV-reductie van afgelopen jaar. De inzet op professionalisering lijkt daar nu zijn vruchten af te werpen. Met name de bewustwording onder docenten voor de zorg voor studieloopbaanbegeleiding is opvallend. De reductie is bovendien opmerkelijk omdat het Radius College bij monde van de VMBO-decanen het meest laagdrempelig college is van het ROC. Laagdrempeligheid verhoogt de risico’s op uitval.
1
Radius College | Jaarverslag 2013
Frans Bleumer, algemeen directeur.
McDaniel, O. (2010) Op de grens van individuele verantwoordelijkheid en bestuurlijk verlangen, Onderzoek bij 12 MBO-instellingen naar de professionaliteit van de docent, CBE Nederland, Amsterdam
2
2 DIRECTIEVERSLAG 2.1 Strategie Het Radius College, met de hoofdvestiging in Breda, verzorgt technisch middelbaar beroepsonderwijs op niveau 1 t/m 4, van assistentenniveau tot middenkaderniveau. De opleidingen zijn geclusterd in vijf afdelingen en ruim 3100 studenten worden opgeleid in de beroepsopleidende en beroepsbegeleidende leerweg in een groot aantal opleidingsrichtingen. Het onderwijs wordt aangeboden in vijf afdelingen: Afdeling A met de studierichtingen Werktuigbouw/Installatietechniek, Elektrotechniek en Infra; Afdeling B met de richtingen Mediavormgeving en ICT; Afdeling C met Bouwkunde, Infra en Schilderen; Afdeling D met de richtingen Engineering, Transport&Logisitiek en Gespecialiseerde Aannemerij; Afdeling E met Motorvoertuigentechniek, Schadeherstel/Mobiele Werktuigen en Laboratoriumonderwijs. In ons onderwijsconcept hebben we in de afgelopen jaren al duidelijk gemaakt hoe we gericht zijn op het aanzetten tot zelfstandige denk- en leeractiviteiten. Het didactisch concept van het Radius drukt in de kern het vermogen uit om het lerend vermogen van studenten te stimuleren. Het Radius College hanteert een integrale aanpak van onderwijs-, personeels- en organisatiebeleid. Innovatie vraagt voortdurend om een algeheel herontwerp van: •
de inrichting van het onderwijs: de ontwikkeling van een onderwijsconcept, een curriculum- opbouw, op basis van de nieuwe kwalificatiestructuur, waarin de voortgang in de ontwikkeling van de leerloopbaan van de student centraal staat, een valide toets- en exameninrichting, inclusief een door het personeel gedragen systeem van kwaliteitszorg
•
de ontwikkeling van de professionaliteit van het personeel, toegespitst op de diversiteit aan vereiste nieuwe ‘rollen’ van het onderwijspersoneel, maar ook onderwijsondersteunend personeel en management (onderwijskundig leiderschap)
•
de ontwikkeling van de professionaliteit van de organisatie, de afstemming tussen respectievelijk administratie, beheer, beleid, management en het primaire proces, feitelijk de ondersteuning van het primaire proces. Dat vraagt om de organisatie van een duidelijke front- en back office, ondersteuning, teamvorming, enz.
2.2 Realisatie van speerpunten Radius College | Jaarverslag 2013
De speerpunten uit het jaarplan 2013 worden hieronder weergegeven, met daarnaast wat er het afgelopen jaar is gerealiseerd.
3
Personeel
2
Basiskwaliteit op orde
In hebben 2013 de basiskwaliteit van de opleiding versterkt door gebruik te maken van de Crebovolger 2 . Hierin hebben we vastgelegd wat we nodig hebben om te voldoen aan kwalitatief goed onderwijs. Naast een helder curriculum is daarin ook te zien hoe deze aansluit bij het kwalificatiedossier en voldoet aan de normen van de inspectie. De afdelingsmanagers en stafmedewerkers onderwijs hebben in 2013 actief gewerkt aan deze Crebovolger om met de teams inhoudelijk de exercities te maken op samenhang binnen de huidige opleidingen.
Doorlopende leerlijnen
Vanaf 2009 lopen er al meerdere afspraken met VMBO’s waarin we hebben opgenomen dat VMBO-ers die een bepaalde uitstroomrichting hebben gekozen binnen het Radius College kunnen versnellen in hun gekozen leerroute. We lijken ‘het beleid’ vanuit het ministerie (Focus op Vakmanschap) daar in voor te zijn. De verschillende afspraken die we hebben met Dongemond over elektrotechniek, met Scala over ICT, met Munnikenheide over Motorvoertuigentechniek en Bouw, met de Techmavo van Newman over Mediavormgeving en met Tessenderlandt over het ‘Puberbrein’, zijn inmiddels verder doorgevoerd. Zo heeft de samenwerking met Tessenderlandt zelfs geleid tot afspraken over de didactische bekwaamheden van docenten. De bedoeling daarvan is didactische aanpassingen te maken om beter om te kunnen gaan met het puberbrein binnen school. Er is een projectplan opgesteld in samenwerking met de afdeling O&I, welke door het MT is vastgesteld. Er zijn KPI's geformuleerd waar de resultaatverantwoordelijke teams mee moeten werken. In januari zijn we gestart met een teamscan. Met alle teams is er vervolgens een trainingsdag uitgevoerd waarin het ontwikkelingsstadium van een team 3 geduid kon worden. Afhankelijk van dat stadium is er vervolgens op maat een traject met dat team afgesproken. In de loop van het jaar is ‘online bekwaamheidsdossier voor onderwijspersoneel en management’ opgeleverd, getest in een pilot en vervolgens geïmplementeerd. De teamplannen zijn in een nieuw format gepresenteerd Er is een nieuwe opzet gemaakt voor docentstages en deze is ook deels al geïmplementeerd.
Teamontwikkeling
Digitaal instrument waarin de ontwikkeling van een crebo/opleiding gemonitord kan worden
3
Een vaste groep van medewerkers die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het totale proces waarin producten en diensten tot stand komen, die aan klanten (intern of extern) geleverd worden (definitie fase 1). Het team plant en bewaakt de procesvoortgang, lost dagelijkse problemen op en verbetert processen en werkmethoden, zonder daarbij voortdurend een beroep te doen op de leiding of ondersteunende diensten (bron: Op weg naar resultaatverantwoordelijke teams- van toen via nu naar 2010, DBR 08.09.08)
4
Radius College | Jaarverslag 2013
Onderwijs
3 Prestaties 2013 Er wordt voldaan aan de wettelijke vereisten inzake zorgplicht informatievoorziening, onderwijsovereenkomst, praktijkovereenkomst, VSV- en RMC-meldingen, klachtenregelingen examens en vertrouwenszaken, wet BIO, 850 uren norm, vrijwillige bijdrage en toegankelijkheid. In de zorgplicht informatievoorziening wordt o.a. voorzien door de Digitale InformatieGidsen en voor de eerdere cohorten middels de Onderwijs- en Examenregelingen. De zorgplicht informatievoorziening vervangt de wettelijke verplichting tot het hanteren van een onderwijs- en examenregeling (OER). De gebruikte modellen voor de onderwijsovereenkomst en praktijkovereenkomst zijn op ROCniveau juridisch getoetst en vastgesteld; er zijn procedures om ervoor te zorgen dat onderwijs- en praktijkovereenkomsten tijdig ondertekend worden. Met de invoering van ComTak wordt de aan- en afwezigheid digitaal geregistreerd. Vanuit het StudentCarrièreBureau is er intensief contact met de leerplichtambtenaar en worden eventuele uitschrijvingen onderzocht en begeleid. De interne organisatie en registratie voldoet aan de eisen en werkwijze van het landelijke verzuimloket. De wijze van handelen bij uitschrijvingen wordt uitgevoerd volgens de richtlijnen in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs, artikel 8.1.3. Dit geldt ook voor de benodigde uitschrijvingdocumenten in het studentendossier. Alle examens vinden plaats onder de regelgeving uit het Centrale Examenreglement dat op ROCniveau is vastgesteld; op ROC-niveau er is ook voorzien in een Commissie van Beroep voor de Examens. Er is een klachtenregeling voor deelnemers (m.b.t. klachten over seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld en pesten) en er is een deelnemersstatuut (regelt de rechten en plichten). De bekwaamheidseisen voor leraren in de wet BIO worden gebruikt bij de beoordeling van de docenten (beroepsgerichte en vakinhoudelijke competenties, pedagogisch-didactische vaardigheden). Het Radius College vraagt aan haar studenten geen vrijwillige bijdragen. Vanuit de WEB hebben de instituten een opdracht tot toegankelijkheid voor kansarme groepen. Instroom van vmbo-leerlingen zonder diploma is mogelijk op niveau 1, daarna is er de mogelijkheid om door te stromen. Met name de ICT- en Laboratoriumopleidingen herbergen veel studenten met LGF (leerlinggebonden financiering). Voor deze studenten wordt extra ondersteuning en begeleiding gegeven. Naast specifieke software (Kurzweil) voor studenten met dyslexie, wordt er extra (individuele) taalondersteuning geboden voor taalzwakkeren. Gebouwtechnisch zijn er aanpassingen gemaakt voor studenten met lichamelijke beperkingen; zo is er een verzorgingsruimte gecreëerd en zijn er rolstoelaanpassingen gemaakt. Interne controles van Onderwijs- en Examenregelingen/Digitale InformatieGidsen, planning en realisatie van onderwijstijd, gebruik van onderwijsovereenkomst en praktijkovereenkomst, inschrijvingen en diploma’s zijn uitgevoerd door de stafmedewerker Audit & Control. Daarnaast hebben de ROC-audits (thema-audits examinering en brede audits op het hele toezichtkader van de onderwijsinspectie) geleid tot een verbreding van het inzicht in de kwaliteitsstandaarden van de onderwijsinspectie.
5
Radius College | Jaarverslag 2013
3.1 Wettelijke vereisten
3.2 Opbrengsten Aantal studenten Zoals aangegeven in de inleiding had het Radius College per oktober 4 2013 ruim 3100 bekostigde studenten. De inschrijvingen, verdeeld naar niveau en leerweg, geven voor de peildatum oktober 2013 het volgende beeld, waarbij met een ↑of ↓ de ontwikkeling t.o.v. het vorige jaar wordt aangegeven. AANTAL STUDENTEN NAAR NIVEAU EN LEERWEG Niveau
BOL
BBL
Totaal
1
25
↓
48
↑
73
=
2
307
↑
715
↓
1022
↑
3
87
↑
552
↓
639
↓
4
1097
↑
296
↑
1393
↑
Totaal
1516
↑
1611
↓
3127
↑
Binnen de beroepsopleidende leerweg heeft niveau 4 het grootste aandeel, binnen de beroepsbegeleidende leerweg niveau 2 en 3.
Aantal studenten naar leerweg per niveau 4
Niveau
3
2
0 BBL BOL
4
200
400
600
800
Aantal studenten
1000
Radius College | Jaarverslag 2013
1
1200
Op basis van de tweede voorlopige BRON-foto nr. 325 d.d. 03.03.2014
6
De verdeling over de beroepsopleidende leerweg (BOL) en de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) gedurende de laatste 9 jaar is weergegeven in onderstaande tabel. ONTWIKKELING AANTAL STUDENTEN 2005-2013 Jaar
BOL
Totaal
BBL
2005
1450
50%
1426
50%
2876
2006
1423
48%
1557
52%
2980
2007
1312
39%
2065
61%
3377
2008
1246
36%
2241
64%
3487
2009
1358
40%
2014
60%
3372
2010
1291
40%
1906
60%
3197
2011
1283
42%
1784
58%
3067
2012
1399
46%
1664
54%
3063
2013
1516
48%
1611
52%
3127
Uit bovenstaande tabel is af te leiden dat de er de laatste jaren een stijgende trend is in het aandeel van BOL-studenten in het totaal (per teldatum 1 oktober van het betreffende jaar).
Aantal studenten BOL en BBL 2500 2000 1500 1000 500
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
Radius College | Jaarverslag 2013
0 BBL BOL 2013
De BBL-daling, ingezet in 2008, wordt met name veroorzaakt door de afname bij de sectoren die ook nogal te leiden hebben onder de economische crisis zoals Infra, Bouwkunde/Gespecialiseerde Aannemerij, Installatietechniek en Elektrotechniek. De stijging in de BOL doet zich met name voor
7
in de niveau 4 opleidingen van Mediavormgeving, Engineering en Laboratoriumonderwijs; op AKA en T&L na stijgen alle studierichtingen in de BOL. De stijging in de BBL bij Transport&Logistiek (van 120 in 2012 naar 286 in 2013) is te verklaren door het opstarten van een aantal bedrijfsgerichte (maatwerk)trajecten.
Verhouding BOL - BBL 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40%
BBL
30%
BOL
20% 10% 0% 2005 2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
De huidige verdeling tussen beide leerwegen ligt met 48% BOL-studenten en 52% BBL-studenten op hetzelfde niveau als in 2006. Bij een aantrekkende economische groei zal het aandeel van BBLstudenten de komende jaren naar verwachting weer gaan toenemen. De verdeling naar leerweg op teamniveau is weergegeven in de tabel (↑of ↓ is de ontwikkeling
Radius College | Jaarverslag 2013
t.o.v. het vorige jaar) op de volgende pagina.
8
AANTAL STUDENTEN NAAR TEAM EN LEERWEG Team
BBL
BOL
AKA
43
↑
Gespecialiseerde Aannemerij
203
↓
Bouwkunde
121
↓
114
↑
235
Elektrotechniek
145
↑
19
↑
164
Engineering
16
↑
269
↑
285
ICT
50
↑
439
↑
489
Infra
105
↑
26
=
131
Installatietechniek
127
↓
13
↑
140
Laboratoriumonderwijs
=
227
↑
227
Mediavormgeving
=
243
↑
243
14
Totaal ↓
57 203
Mobiele Werktuigen
139
↓
16
↑
155
Motorvoertuigentechniek
170
↓
86
↑
256
Schadeherstel
25
↓
12
↑
37
Schilderen
41
↓
37
↑
78
Transport&Logisitiek
286
↑
↓
286
Werktuigbouwkunde
140
↑
1
↑
141
1611
↓
1516
↑
3127
Totaal
Nadere gegevens over de samenstelling van de studentenpopulatie: ● 2912 mannen (93%) en 215 vrouwen (7%) Radius College | Jaarverslag 2013
● 848 studenten jonger dan 18 jaar, 1607 studenten in de leeftijd tussen 18 en 23 en 213 in de categorie 23 t/m 27 jaar; 459 studenten zijn 28 jaar of ouder ● 52 nationaliteiten, waarvan 2953 Nederlandse nationaliteit; van de overige nationaliteiten zijn de meest voorkomende: 17 Marokkaanse, 16 Poolse, 14 Irakese, 10 Curaçaose, 10 Belgische, 9 Somalische, 8 Afghaanse en de 8 Turkse nationaliteit ● 83,3% komt uit de provincie Noord-Brabant, 6,2% uit Zuid-Holland, 2,5% uit Zeeland, overige provincies 8%
9
Rendement Het rendement van de opleidingen wordt tot uitdrukking gebracht d.m.v. de indicatoren jaarresultaat en diplomaresultaat. RENDEMENT (1.10.12-1.10.13) Niveau
Jaarresultaat Radius College
Inspectienorm
Diplomaresultaat Radius College
Inspectienorm
1
84,09%
60,7%
81,58%
45,1%
2
75,97%
56,5%
72,08%
45,2%
3
76,79%
65,3%
82,93%
67,3%
4
69,36%
64,2%
72,19%
67,3%
Totaal
74,89%
75,38%
Het Radius College heeft geen bedrijfsgroepen; een onderscheid bij rendement naar met en zonder bedrijfsgroepen is dus niet relevant. GEMIDELD RENDEMENT PER TEAM (alle niveaus) Jaarresultaat
Diplomaresultaat
AKA
80,3%
72,3%
Gespecialiseerde aannemerij
73,8%
74,1%
Bouwkunde
80,0%
70,2%
Electrotechniek
83,5%
87,5%
Engineering
84,7%
85,7%
ICT
56,7%
66,4%
Infra
68,4%
67,3%
Installatietechniek
84,8%
84,6%
Laboratoriumonderwijs
65,0%
66,1%
Mediavormgeving
55,4%
58,2%
Mobiele Werktuigen
85,5%
83,7%
Motorvoertuigen
78,2%
84,5%
Schadeherstel
76,2%
69,2%
Schilderen
78,6%
91,3%
Transport&Logistiek
79,7%
83,6%
Werktuigbouwkunde
76,9%
82,8%
Radius College - rendement
74,9%
75,4%
Radius College | Jaarverslag 2013
Team
10
De indicator Jaarresultaat wordt berekend als het percentage gediplomeerde studenten ten opzichte van alle studenten die het instituut verlaten of met een diploma doorstromen. Diplomaresultaat is het percentage studenten dat met een diploma (kan ook eerder behaald zijn) het instituut verlaat ten opzichte van alle studenten die in dezelfde periode het instituut verlaten. Het diplomaresultaat bij niveau 1 en 2 is in het algemeen lager doordat succesvolle opstroom naar een hoger niveau (na het behalen van het diploma van het hogere niveau) leidt tot een waardering op dat hogere niveau. Het jaarresultaat kent dit nadeel niet; bij het jaarresultaat worden alleen diploma’s uit het teljaar meegenomen, waardoor dit een beter beeld geeft van de onderwijsprestatie van het teljaar zelf dan bij het diplomaresultaat. Geconcludeerd kan worden dat het Radius College op alle niveaus, zowel bij het jaarresultaat als het diplomaresultaat, ruim boven de rendementsnorm van de onderwijsinspectie uit komt. Het rendement van de niveau 1 opleiding AKA wordt nog positief beïnvloed door studenten die geen diploma hebben behaald maar wel een baan hebben gevonden; bovenstaand jaarresultaat van niveau 1 is slechts gebaseerd op de behaalde diploma’s. Het gemiddelde jaarresultaat steeg van 72,3% (2010/2011) naar 74,9% en het gemiddelde diplomaresultaat van 72,6% naar 75,4%. Het Radius College hoort daarmee tot de kopgroep binnen ROC West-Brabant v.w.b. de hoogste rendementen. In absolute aantallen zijn de gediplomeerden en ongediplomeerden, zoals ze meetellen voor de berekening van het jaarresultaat, volgens onderstaande tabel over de vier opleidingsniveaus verdeeld: JAARRESULTAAT ’12-‘13 Niveau
Diploma behaald
Zonder diploma
Rendement
1
74
14
84,09%
2
449
142
75,97%
3
354
107
76,79%
4
292
129
69,36%
totaal
1169
392
74,89%
In absolute aantallen zijn de gediplomeerden en ongediplomeerden, zoals ze meetellen voor de berekening van het diplomaresultaat, als volgt over de vier opleidingsniveaus verdeeld:
Niveau
Diploma behaald
Zonder diploma
Rendement
1
62
14
81,58%
2
302
117
72,08%
3
238
49
82,93%
4
283
109
72,19%
totaal
885
289
75,38%
Radius College | Jaarverslag 2013
DIPLOMARESULTAAT ’12-‘13
11
Daarbij is, per student die het instituut verlaten heeft, in de kolom ‘Diploma behaald’ het hoogst behaalde diploma opgenomen; dit diploma kan in eerdere jaren behaald zijn waarbij als verslagperiode 1 oktober 2012 tot 1 oktober 2013 geldt. VASTGESTELDE DIPLOMA’S NAAR NIVEAU per kalenderjaar (zowel bekostigd als niet-bekostigd) Jaar
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
Totaal
2008
65
526
280
268
1139
2009
81
719
404
247
1451
2010
75
629
400
291
1395
2011
39
491
379
309
1218
2012
45
568
371
340
1324
2013
75
516
360
304
1255
In 2013 was het percentage bekostigde diploma’s 94% (2012 95%). Het percentage bekostigde diploma’s wordt beïnvloed door het in hetzelfde kalenderjaar behalen van meer dan één diploma door een student (kwam bij de eindtermgerichte opleidingen in de richtingen Elektrotechniek en Installatietechniek regelmatig voor) en door het uitreiken van diploma’s op basis van EVCrapportages (vanuit o.a. de samenwerking met Fundeon, een ontwikkeling van de laatste jaren met name door de landelijke promotie van ervaringscertificaten). Diploma’s die op basis van een EVC-rapportage van een erkend EVC-aanbieder door de examencommissie worden vastgesteld, worden niet voor bekostiging in aanmerking gebracht. Als een student meerdere diploma’s in een kalenderjaar behaalt, wordt alleen het diploma van het hoogst behaalde niveau voor bekostiging aangemerkt. BEKOSTIGDE EN TOTAAL AANTAL DIPLOMA’S NAAR NIVEAU
Team AKA
Bek.
Niveau 2
Tot.
51
Bek.
7
Tot.
Bek.
Niveau 4
Tot.
Bek.
7
Electrotechniek
ICT 1
Tot.
Bek.
1
Tot.
51
53
101
108
108
126
16
18
225
252
41
54
30
41
14
14
92
116
31
32
29
30
16
16
76
78
81
82
81
82
Engineering
Infra
Totaal
53
Gespec. Aannemerij Bouwkunde
Niveau 3
18
19
19
19
52
53
89
91
14
24
1
7
10
12
26
44
12
Radius College | Jaarverslag 2013
Niveau 1
Niveau 1 Bek.
Tot.
Installatietechniek
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
Bek.
Tot.
Bek.
Tot.
Bek.
Tot.
Bek.
Tot.
40
42
40
44
11
11
91
97
3
3
36
36
39
39
31
31
31
31
Laboratoriumonderw Mediavormgeving Mobiele Werktuigen
Totaal
21
21
22
22
21
21
64
64
63
63
28
28
7
7
99
99
11
11
5
5
16
16
12
12
7
7
1
1
33
33
Transport&Logistiek
104
104
14
14
2
2
120
120
Werktuigbouwkunde
26
26
14
14
40
40
482
516
320
360
1173
1255
Motorvoert.techn.
1
1
Schadeherstel Schilderen
Eindtotaal
13
73
13
75
298
304
Voortijdig schoolverlaters (VSV) Bij de start van het schooljaar 2012-2013 is het tweede convenant voortijdig schoolverlaten ingegaan. Gedurende de nieuwe convenantperiode wordt een verdere reductie van het aantal voortijdig schoolverlaters tot landelijk maximaal 25.000 in het schooljaar 2015-2016 nagestreefd. Het nieuwe convenant onderscheidt zich o.a. van het oude doordat groepen deelnemers, die tot 2012 nog onterecht als vsv’er werden geregistreerd, vanaf het schooljaar 2012-2013 niet meer als zodanig zullen worden aangemerkt. Ook wordt de uitvalreductie niet meer op basis van absolute aantallen weergegeven, maar zal met percentages en normen worden gewerkt. ROC West-Brabant hanteert deze nieuwe meetsystematiek al sinds het schooljaar 2011-2012 in de eigen uitvalrapportages aan de colleges. Deze maandrapportages nemen, als sturings- en meetinstrument, in de evaluaties met de afzonderlijke colleges een steeds prominentere plaats in en dragen zo bij aan een groter bewustzijn over de problematiek in alle lagen van de organisatie. De laatste jaren zijn er binnen het Radius College een aantal gerichte maatregelen getroffen om de uitval te beperken. De belangrijkste zijn onderwijskundig van aard. Door veranderingen in het onderwijs zelf (didaktiek) is het onderwijs aantrekkelijker geworden. Daarnaast hebben we een aantal verkortingen in het studieprogramma doorgevoerd waardoor er minder overlap is met het VMBO en demotivatie (‘hebben we al gehad’) wordt voorkomen. De invoering van het werken in kleine groepen verhoogt de veiligheid en verkleint daarmee ook de uitval, immers de sociale controle in kleine groepen is toegenomen en verzuim valt sneller op. We hebben studieloopbaanbegeleidingsuren vast opgenomen in het rooster en docenten zijn getraind in gespreksvoering en coaching. Wanneer een student tot 23 jaar het onderwijs verlaat zonder startkwalificatie (een HAVO- of VWO-diploma, of MBO-2 diploma of hoger), dan wordt deze student gerekend tot voortijdig schoolverlater (vsv’er). Jaarlijks wordt er op 1 oktober (T+1) gekeken welke studenten het voorgaande jaar (T) stonden ingeschreven. Wanneer een student op 1 oktober (T+1) niet meer
13
Radius College | Jaarverslag 2013
(vervolg) Team
ingeschreven staat en nog niet in het bezit is van een startkwalificatie, dan is dit volgens de definitie een voortijdig schoolverlater. Studenten die gedurende het schooljaar uitvallen maar op 1 oktober weer zijn ingeschreven worden niet beschouwd als voortijdig schoolverlater . Studenten die, zonder een startkwalificatie, doorstromen als examendeelnemer of als overige nietbekostigde deelnemer worden geteld als nieuwe vsv’er. Dit geeft een verhogend effect op het aantal vsv’ers. Jongeren die een diploma mbo-1 én een betaalde baan hebben van minimaal 12 uur, worden niet meer als vsv’er meegeteld. Zij zijn volgens de Wet Educatie en Beroepsonderwijs geen vsv’er, maar werden aanvankelijk wel in het DUO vsv-cijfer meegeteld, omdat in BRON (Basisregister Onderwijsnummer) geen arbeidsmarktgegevens zijn opgenomen; door koppeling met het SUWI-bestand (Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen) worden deze jongeren er uitgefilterd. VOORTIJDIG SCHOOLVERLATERS Niveau
Aantal studenten tot 23 jaar op 1-10-2012
niveau 1
49
niveau 2
Maximaal VSVpercentage
Maximaal VSVaantal
Voorlopig aantal VSVvolgens DUO
Gerealiseerd VSVpercentage
32,50%
16
13
26,53%
784
13,50%
106
64
8,16%
niveau 3+4
1519
4,25%
65
57
3,75%
totaal
2352
n.v.t.
186
134
5,70%
Van de 134 door DUO opgegeven studenten kan vermeld worden dat een aantal studenten niet als vsv’er aangemerkt behoeven te worden bij de definitieve cijfers (na vaststelling van het assurancerapport door de accountant). Bij de definitieve cijfers worden nog in mindering gebracht 2 studenten met een nieuwe bekostigde inschrijving. Van de resterende 132 hebben er 13 een diploma op niveau 1 behaald, waarvan dit voor 5 studenten de doelstelling was (beoogd eindniveau). De voornaamste reden van voortijdig schoolverlaten zijn te verdelen in persoonsgebonden redenen en redenen die te maken hebben met de school/opleiding. ANALYSE VSV (naar doelstelling, oorzaak en vervolg) Detail
Doelstelling (134)
Doelstelling behaald Doelstelling niet behaald
Oorzaak bij student (67)
Aantal 5 129
Gezondheidsaspecten
2
Bereikbaarheidsaspecten
-
Motivatieaspecten
25
Omgevingsaspecten
9
‘Niet-kunners’ Gedragsaspecten
Radius College | Jaarverslag 2013
Hoofdgroep
22 9
14
Vervolg (129)
Instellingsaspecten
-
Opleidingsniveau
18
Administratieve redenen
44
Binnen ROC
40
Binnen onderwijs
13
Buiten onderwijs
76
Maatregelen terugdringing vsv Ten opzichte van het aantal vsv’ers van 2009/2010 (259) was er in 2010/2011 al een vermindering van 69 vsv’ers (totaal 180); in 2011/2012 heeft de afname zich doorgezet: -/- 23 (totaal 167) en voor 2012/2013 een verdere daling met nog eens 35 tot een totaal van 134 (afname in 2012-2013 met 20%). Het aantal werkelijke vsv’ers ligt daarmee 52 onder het ‘maximaal toegestane’ aantal van 186. Dit is o.a. bereikt door een aantal eerder in gang gezette maatregelen die nu hun vruchten afwerpen: *Digitaal mutatieformulier: Eind 2010 is een nieuw digitaal mutatieformulier ingevoerd dat er tot moet leiden dat het invullen en aanleveren van mutaties uniform gebeurt en dat de redenen vastgelegd worden conform de uitschrijfredenen in Edictis zodat een nog zuiverder beeld ontstaat van de werkelijke uitvalredenen. Het mutatieformulier is beschikbaar via de Radius-portal voor de studieloopbaanbegeleiders waarbij de vaste gegevens gevuld worden vanuit Edictis-export. *Doorlopende Training studieloopbaanbegeleiders: In de training voor studieloopbaanbegeleiders via de Radius Academie wordt zeer nadrukkelijk aandacht besteed aan de begeleiding van de student tijdens zijn studieloopbaan zodat vroegtijdig signalen opgevangen kunnen worden bij dreigende uitval. *Verdere professionalisering van voorlichting en intake. *Begeleidingsmodule Edictis en ComTak: Inrichting en gebruik van de begeleidingsmodules met scholing voor de studieloopbaanbegeleiders, *Overstapmogelijkheden: Tussen opleidingen is overstap mogelijk gedurende het schooljaar, het inrichten van orientatietrajecten, intensieve samenwerking met Kellebeek College i.h.k.v. Matchpoint en met het Servicecentrum voor Studie en Beroep *Verzuimprotocol: Sterke focus op verzuim (inclusief meldingen verzuimloket); er is een intern Radiusprotocol geschreven inclusief trainingen voor studieloopbaanbegeleiders op basis van het verzuimprotocol van de samenwerkende gemeenten in West-Brabant. *VSV als KPI: maandelijks worden de teams geïnformeerd m.b.t. de actuele stand van zaken rondom vsv.
15
Radius College | Jaarverslag 2013
Oorzaak bij school (62)
VSV-CIJFERS OP TEAMNIVEAU
Team
Aantal studenten tot 23 jaar op 1-10-2012
Maximaal VSVaantal
Voorlopig aantal VSVvolgens DUO
Ruimte
AKA
31
10
12
-2
Gespecialiseerde aann.
49
5
5
0
Bouwkunde
224
19
13
6
Electrotechniek
131
11
3
8
Engineering
258
11
4
7
ICT
418
25
33
-8
Infra
71
6
5
1
Installatietechniek
93
8
4
4
Laboratoriumonderwijs
196
8
8
0
Mediavormgeving
218
9
11
-2
Mobiele Werktuigen
126
12
3
9
Motorvoertuigen
233
24
10
14
Schadeherstel
38
4
1
3
Schilderen
67
10
5
5
Transport&Logistiek
103
11
11
0
Werktuigbouwkunde
96
11
6
5
2352
186
134
52
TOTAAL
Radius College | Jaarverslag 2013
Als de maximale vsv-aantallen berekend worden met de strengere vsv-percentages die gaan gelden voor de komende periode 1 oktober 2013 tot 1 oktober 2014 (voor niveau 1 27,5% i.p.v. 32,5%, voor niveau 2 11,5% i.p.v. 13,5% en voor niveau 3 en 4 3,5% i.p.v. 4,25%), dan blijft het werkelijke aantal vsv’ers nog steeds onder het toegestane maximum (134 werkelijk t.o.v. 156 maximaal toegestaan met de nieuwe normen) en resteert nog een ruimte van 22.
16
3.3 Onderwijsproces 3.3.1 Programma Samenhang De prestatie-indicatoren (wat studenten moeten kunnen) uit de kwalificatiedossiers zijn de basis voor de proeve van bekwaamheid (waar studenten bewijzen wat ze kunnen), op basis van de proeve en de indicatoren wordt het curriculum (wat ze daar voor moeten doen) van elke opleiding gebouwd. Studenten kunnen dan in een studievoortgangsmeter met behulp van bewijs- en registratiekaarten (hoe ver ben ik al) direct aangeven welke prestatie-indicatoren ze al beheersen om voor zichzelf en de docent te monitoren hoe ver ze zijn in de opbouw van hun portfolio. De prestatie-indicatoren zijn de resultante van de werkprocessen en competenties uit het kwalificatiedossier. Het curriculum is opgebouwd uit relevante praktijksituaties. Didactische samenhang In de opleiding doorlopen studenten drie fases van opleiden: -
probleemgestuurd, waar studenten vooral de nadruk leggen op de betekenis van praktijksituaties
-
projectgestuurd, waar studenten de nadruk leggen op voorbereiding en uitvoering van praktijkopdrachten en
-
procesgestuurd, waar studenten steeds meer de nadruk leggen op reflectie op de wijze van uitvoeren.
In deze fases van opleiden gebruiken we een mix van onderwijsvormen waardoor we tegemoet komen aan verschillende leerstijlen. Maatwerk Er bestaat bij nagenoeg alle opleidingen de mogelijkheid om tussentijds in- en uit te stromen. Overstappen bij een verkeerde keuze kan tot een jaar met een beperkt aantal inhaalprogramma’s. In beide leervarianten BOL en BBL bestaat er de mogelijkheid om te versnellen binnen het opleidingsprogramma. Maar er bestaat ook de mogelijkheid om te verdiepen. Studenten krijgen de mogelijkheid om binnen werkvormen meer stof uit te diepen. Op deze wijze komen we tegemoet aan verschillende onderwijsbehoeften.
Didactisch handelen Alle werkvormen kennen een gelijke basisstructuur: -
Studenten starten met een instructie of demonstratie of praktijkcase in een kleine groep (ongeveer 12 studenten) onder begeleiding of aansturing van een docent,
-
vervolgens werken studenten zelfstandig of in groepjes een opdracht in zelfstudie uit of gaan oefenen of uitproberen onder begeleiding van een instructeur of docent
-
en sluiten af met een evaluatie, demonstratie of uitleg van wat ze bestudeerd of geoefend of uitgeprobeerd hebben en krijgen dan feedback van hun docent.
17
Radius College | Jaarverslag 2013
3.3.1 Leren in de onderwijsinstelling
Het bovenstaande vindt plaats in een dagdeel en kan onderdeel zijn van een weer groter project of opdracht. De werkvormen zijn samenhangend en stimulerend en verschuiven in de loop van de studie van betekenisgericht naar toepassingsgericht naar veranderingsgericht. Studenten leren respectievelijk analyseren en te plannen en uitvoeren en te reflecteren. Het didactisch handelen en de begeleiding zijn daar op afgestemd. In de eerste fase een sterke sturing met uitleg en instructie waarin studenten leren analyseren en problematiseren. In de 2e fase is het didactisch handelen meer trainend en coachend, de student leert steeds meer zelfstandigheid aan. De derde fase is gericht op reflectie waar de student kwaliteitsnormen leert stellen. Leertijd Er sprake van doelmatige studiebelasting. Er is een adequate afwisseling tussen een meer theoretische benadering van een praktijksituatie en meer praktische benadering. Deze afwisseling werkt stimulerend en levert meer leerrendement op. Binnen het Radius College wordt gewerkt met het roosterprogramma gpUNTIS. Op basis van de roostervoorstellen van de opleidingsteams, binnen de kaders van het Radius-onderwijsconcept, worden de perioderoosters gemaakt. Vanuit gpUNTIS is d.m.v. rapportages de geplande en gerealiseerde onderwijstijd te monitoren. De roosters worden geïmporteerd in het presentiesysteem ComTak, de docenten registreren aan- en afwezigheid per leseenheid. Studieloopbaanbegeleiders krijgen automatisch bericht wanneer hun studenten bepaalde verzuimnormen overschrijden. Leeromgeving Er is afgelopen jaar, maar ook in de jaren daarvoor, veel geïnvesteerd in hardware (machines en computers). De werkplaatsen zijn bijzonder goed geëquipeerd. De informatievoorziening voor studenten verloopt via narrowcasting, de Digitale Informatiegids op de Portal en via de studieloopbaanbegeleiders.
Geregistreerde incidenten In het kalenderjaar 2013 zijn er 34 (2012: 39) incidenten geregistreerd in de incidentenmonitor TIMO. TIMO (Topdesk Incidenten Monitor) is het nieuwe incidentenregistratiesysteem voor alle locaties van ROC West-Brabant, waarin elke medewerker een incident kan registreren. Door incidenten die op de colleges en scholen van ROC West-Brabant voorkomen te registreren, komt er inzicht in zaken die er spelen op het gebied van veiligheid. Een beter inzicht geeft meer mogelijkheden voor het bieden van goede nazorg en het in de toekomst voorkomen van een incidenten; sinds 1 september 2012 is er een wettelijke verplichting om incidenten via een systeem te registreren.
18
Radius College | Jaarverslag 2013
Uit enquêtes en panelgesprekken blijkt dat er sprake is van voldoende sociale en fysieke veiligheid. In de omgang is dat merkbaar; het aantal geregistreerde incidenten is in het afgelopen jaar licht toegenomen. Het Radius heeft een klachtenregeling waarbij studenten een kaartje kunnen invullen met de garantie dat men binnen twee weken een reactie op de klacht krijgt. Klachten worden rechtstreeks door de directeur uitgezet en/of afgehandeld en geregistreerd.
Alle medewerkers van ROC West-Brabant kunnen een incident registreren. Studenten hebben geen toegang tot TIMO, maar kunnen incidenten melden via hun zorgcoördinator, studieloopbaanbegeleider of conciërge. INCIDENTENOVERZICHT 2013 naar categorie Hoofdcategorie
Subcategorie
Bedreiging (2)
Verbaal
1
Anders
1
Diefstal/inbraak (1)
Persoonlijke bezittingen
1
Geweldpleging (1)
Fysiek geweld
1
Gezondheid (10)
Gezondheid
Ongeluk (18)
Brand/explosie
1
Lucht
1
Overige met materiele schade
1
Overige met immateriële schade Vernieling (2) TOTAAL
Bezittingen school
Aantal
10
15 2 34
Alle incidenten hebben de status ‘afgesloten’. Nadere verslaglegging vindt plaats in het ARBOjaarverslag. Het Radius College heeft een ARBO-beleidsplan, een schoolveiligheidsplan en een calamiteitenplan inclusief ontruimingsplan.
Intake en plaatsing Het Radius kent een vaste intakeprocedure. Er zijn centrale intakebijeenkomsten waar informatie gegeven wordt over het Radius College en de opleidingen. Bij de intake is de AMN-test (capaciteiten- en motivatietest) een veelgebruikt instrument. De uitkomsten zijn informatie voor de studieloopbaanbegeleider. Er wordt een individueel intakegesprek gevoerd met studenten die specifieke zorg nodig hebben en met studenten die erom vragen of die moeite hebben met het maken van een opleidingskeuze. Er wordt gebruik gemaakt van het vmbo-doorstroomformulier waarop gegevens over de voorafgaande schoolloopbaan zijn vastgelegd. Op vmbo-scholen wordt voorlichting gegeven over de opleidingen. Studieloopbaanbegeleiding De studieloopbaanbegeleiders binnen het Radius College zijn inmiddels allemaal geschoold in het voeren van portfoliogesprekken. Daarnaast zijn een aantal studieloopbaanbegeleiders geschoold in het voeren van loopbaandialogen. Een overkoepelend studentbegeleidingsbureau, het StudentCarrièreBureau, coördineert en begeleidt de studieloopbaanbegeleiders bij vragen en problemen.
19
Radius College | Jaarverslag 2013
3.3.2 Begeleiding
Zorg Het StudentCarrièreBureau (SCB) verzorgt de tweede en derde lijns zorg in het kader van preventie en interventies bij risicoleerlingen. De studieloopbaanbegeleiders zijn voorgelicht en getraind in het begeleiden van studenten met een autistiforme aandoening. Veel studenten met LGF hebben zo’n indicatie. Het hoofd SCB heeft intensief contact met de leerplichtambtenaar en tweede en derde lijns zorginstellingen. Sinds het schooljaar 2012/2013 is er voor het Radius College een nieuwe zorgstructuur doorgevoerd. Per team is er nu een trajectbegeleider zorg aangesteld. Het is de SLB-er met voor zijn team extra aandacht en afstemming voor zorgstudenten. Deze trajectbegeleider zorg heeft nauw contact met het hoofd SCB. Er wordt (samen met de studieloopbaanbegeleider en trajectbegeleider zorg) uitvoering gegeven aan het verzuimprotocol en verzuimbeleid. 3.3.3 Leren in de beroepspraktijk Vanaf het begin van de opleiding lopen studenten al stage (BOL). Het uitgangspunt hierbij is zo snel mogelijk voldoende notie krijgen van het beroep (juiste keuze gemaakt?) en leerstof te plaatsen in de context (weten waar je het voor nodig hebt). StagePlaza (het bureau binnen het Radius College voor de organisatie van stageplaatsen en stagebezoeken) bereidt de studenten en leerbedrijven voor op de beroepspraktijkvorming, zorgt voor een passende plaatsing en werkinhoud, maakt afspraken met het leerbedrijf over hun begeleiding, volgt en bewaakt de uitvoering van de afspraken en zorgt voor reflectie op de leerervaring. 3.4 Examinering
Via de ‘crebovolger’, een tool ontworpen door het Radius College, wordt de ontwikkeling van een opleiding/crebo gemonitord. Op deze manier kunnen de onderdelen die van belang zijn in de (interne) horizontale en verticale verantwoording gemonitord worden. De crebovolger geeft voor de ontwikkeling en verantwoording van een opleiding een aantal acties aan, zoals wie is eigenaar; is het crebo actueel/wordt het uitgevoerd; is het geoperationaliseerd in prestatie-indicatoren, is er een volledig toetsplan, toetsmatrijs en zijn er proeven van bekwaamheid; is er formatieve toetsing en een portfolio (registratiekaarten); is er informatie voor studenten (gevuld in DIG); is Yucan gevuld enz. Het Handboek Examinering (laatste versie van december 2011) wordt op momenteel herzien en aangepast op de landelijk ontwikkelde Procesarchitectuur Examinering. De Procesarchitectuur Examinering is een schematische weergave van het gehele examenproces in het mbo. Alle stappen die een mbo-school moet nemen om te zorgen voor goede examinering, komen daarbij aan de orde zoals het opstellen van het examenplan, inkopen en/of zelf construeren van examens, diplomeren en borgen van de examenkwaliteit. Alle onderdelen van de pdca-cyclus zijn opgenomen: naast uitvoering (do) ook een planfase (plan), een degelijke evaluatie (check) en adequate bijstelling (act).
20
Radius College | Jaarverslag 2013
Met ingang van het schooljaar 2011/2012 is de toets-/beoordelingsstructuur van het Radius College fundamenteel veranderd: de summatieve portfoliobeoordelingen zijn vervangen door periodieke formatieve portfoliovoortgangsgesprekken en de proeves van bekwaamheid zijn nog het enige kwalificerende exameninstrument.
Binnen het Radius College is er per afdeling een examencommissie. De formele verantwoordelijkheid voor de wettelijke taken in het kader van de examinering ligt bij de Centrale Examencommissie. De meeste taken worden gedelegeerd aan de afdelingsexamencommissies, die daarmee de feitelijke verantwoordelijkheid dragen t.a.v. de opleidingen/opleidingsteams die onder die afdeling vallen. Per opleidingsteam is er een adviescommissie examens die zorgdraagt voor het op een zorgvuldige wijze doorlopen van de examenprocedures voor de hen toegewezen opleidingen. Elke afdelingsexamencommissie vergadert volgens het vastgestelde jaarrooster en stelt jaarlijks een rapportage op waarin verslag gedaan wordt van o.a. de vergaderingen, afname examens, beoordelingen, klachten, interne audits, onderzoek naar examenkwaliteit door de inspectie en verbeteracties. De examensecretaris neemt deel aan de Kenniskring Examinering van het ROC.
Radius College | Jaarverslag 2013
Uit de resultaten van de JOB-monitor en het alumni-onderzoek blijkt dat onze studenten tevreden zijn over de examinering.
21
4 KWALITEIT 4.1 Kwaliteitszorg
Met ingang van schooljaar 2012/2013 is de organisatie van kwaliteitszorg binnen het Radius College gewijzigd. Gezien de ontwikkeling naar resultaatverantwoordelijke teams is er niet langer een Radiuswerkgroep Kwaliteitszorg met een vertegenwoordiger vanuit elke afdeling, maar is de kwaliteitszorg nu belegd bij elk resultaatverantwoordelijk team. Binnen elke afdeling is er een geschoolde en gecertificeerde auditor t.b.v. de interne ROC-audits. De kwaliteit van het onderwijs wordt regelmatig, mede aan de hand van toetsbare doelen beoordeeld en verantwoord en waar nodig op grond van toereikende maatregelen verbeterd. Binnen de teams wordt het instrument ‘Yucan Kwaliteitsmanager’ (een webapplicatie dat het instituut ondersteunt bij zelfevaluaties, audits en het opstellen en beheren van verbeterplannen) ingezet om met behulp van een zelfevaluatie inzicht te geven in de geleverde kwaliteit. Yucan is opgebouwd volgens het INK-model en bevat alle kwaliteitscriteria waaraan volgens het toezichtkader van de onderwijsinspectie voldaan moet worden. Alle onderwijsteams hebben een zelfevaluatie ingevuld en gebruiken de verbeterpunten in hun teamplannen. Daarnaast wordt door de teams het instrument ‘Crebovolger’ gebruikt waarmee gestandaardiseerd de ontwikkeling van een opleiding/crebo gemonitord kan worden. De Crebovolger geeft voor de ontwikkeling en verantwoording van een opleiding een aantal acties aan, zoals wie is eigenaar; is het crebo actueel/wordt het uitgevoerd; is het geoperationaliseerd in prestatie-indicatoren, is er een volledig toetsplan, toetsmatrijs en zijn er proeven van bekwaamheid; is er formatieve toetsing en een portfolio (registratiekaarten); is er informatie voor studenten (gevuld in DIG); is Yucan gevuld. Het Radius College heeft sinds 2011 de webapplicatie Digitale InformatieGids (DIG) in gebruik. Hiermee kunnen de studenten al hun opleidingsgegevens raadplegen via de portal. DIG heeft als voornaamste functie een flexibel instrument te zijn om (papieren) OER’s, informatiegidsen en regelgeving overzichtelijk samen te voegen tot één (digitaal) geheel. Een opleidingsdossier bestaat uit 3 lagen: een ‘top-level’ sjabloon, waarvan de inhoud centraal wordt bepaald door ROC WB; een collegesjabloon dat een instituutsaanvulling is op de ROC-tekst en als
22
Radius College | Jaarverslag 2013
ROC West-Brabant heeft het INK-managementmodel gekozen als kwaliteitszorg- en verbeterinstrument. Een belangrijk element van dit model is de verbetercyclus, ofwel de ‘Plan-DoCheck-Act’-cyclus (PDCA-cyclus). In dit kader wordt periodiek de mate van tevredenheid onder onze stakeholders gemeten via enquêtes. De resultaten van deze metingen worden gebruikt om verbeteringen te realiseren. Naar aanleiding van het inspectieonderzoek ‘de Staat van de Instelling’ in 2012 is er een stuurgroep en projectgroep ingesteld om een kwaliteitszorgsysteem (KZS) primair proces voor ROC West-Brabant te ontwikkelen. Een goed functionerend KZS geeft binnen het ROC op dezelfde wijze inzicht in de kwaliteit van de primaire processen en de resultaten die hieruit voortkomen. Dit inzicht wordt vervolgens gebruikt om onze onderwijskwaliteit te borgen en waar nodig te verbeteren. Dit systeem is december 2013 opgeleverd, de nulmeting voor de implementatie van dit KZS zal in het voorjaar van 2014 uitgevoerd worden.
derde laag het dossier zelf. Vanaf het schooljaar 2011/2012 bieden alle opleidingen hun informatie in de vorm van een DIG; de algemene versie van de DIG is beschikbaar via de publieke website. 4.2 Beoordeling In 2013 vond er een interne audit plaats bij het team Gespecialiseerde Aannemerij en kwam de rapportage beschikbaar n.a.v. een ROC-breed onderzoek naar maatwerktrajecten (voor Radius werden twee bedrijfstrajecten onderzocht). Verder kwam in 2013 het definitieve rapport naar aanleiding van de Staat van de Instelling (kwaliteitsonderzoek van de onderwijsinspectie) beschikbaar. De inspectie heeft zich bij dit ROC-onderzoek, voor het Radius College zat de opleiding Gezel Schilder in de steekproef, gebaseerd op het Toezichtkader BVE 2012. Het onderzoek omvatte onderzoek en analyse van documenten, analyse van de zelfevaluatie en onderzoek op locatie waaronder gesprekken met studenten, docenten en directie/management, observatie van de onderwijspraktijk en bestudering van schooldocumenten. De inspectie schrijft in haar rapportage m.b.t. de opleiding Gezel Schilder: “De onderwijskwaliteit kenmerkt zich door een inspirerende en evenwichtige uitvoering van het
onderwijs. Het onderwijsteam is zeer betrokken bij het onderwijsproces en de studenten en er wordt alert en kwaliteitgedreven gehandeld, in een respectvolle en open sfeer. Hierdoor wordt het onderwijsproces als goed beoordeeld. Het examenproces wordt evenwel als onvoldoende beoordeeld. De reden hiervoor ligt in het besluit om bij een eindtermgerichte examinering een competentiegerichte diploma te verstrekken. Ook voldoet het exameninstrument voor kerntaak 2 daardoor niet. De kwaliteitsborging is nog in ontwikkeling, deze voldoet momenteel niet aan de gestelde criteria. Hieronder lichten wij per gebied de belangrijkste bevindingen toe.”
De studenten zijn enthousiast en weten goed waartoe zij opgeleid worden en wat het kwalificatiedossier inhoudt. Er wordt gewerkt met projectgestuurd onderwijs, met daarin een sterke balans tussen theorie en praktijk. Met maximaal 12 studenten per groep is er sprake van een kleinschalige setting, waarbinnen op basis van een duidelijke pedagogisch didactische visie het onderwijs op een uitdagende wijze vorm krijgt. Er is een zeer ruime mogelijkheid voor differentiatie. Versnellen of vertragen kan op het niveau van de individuele student. Verdieping of verrijking is ook mogelijk door middel van meer specialistische opdrachten op school of in de beroepspraktijkvorming, waar nodig door een tijdelijke overgang naar een ander bpv-bedrijf. Voor taal en rekenen wordt aangesloten bij het niveau en de ambitie van de student, zodat studenten eventueel aanvullend een vreemde taal kunnen leren. De begeleiding door de docenten is effectief, de studenten worden gestimuleerd tot werkelijk leren en krijgen gerichte feedback. De schriftelijke informatievoorziening naar de student is wel voor verbetering vatbaar. In de studiegids is per schooljaar 2012/2013 een verbetering aangebracht in de informatie over het programma en het kwalificatiedossier, toch is deze informatie summier en spreekt weinig de taal van de student. De mondelinge uitleg en voorlichting aan het begin van de studie echter geeft voor de studenten wel voldoende duidelijkheid.”
23
Radius College | Jaarverslag 2013
Met name over gebied 1 van het Toezichtkader, het onderwijsproces, was de inspectie heel positief: “De opleiding is samenhangend opgebouwd op basis van de vereisten van het kwalificatiedossier.
Verbeterpunten komen voort uit de beoordeling van gebied 2 Examinering en diplomering (toetsinstrument kerntaak 2), gebied 3 Opbrengsten (onvoldoende vanwege grote aantal tussentijdse uitvallers door economische situatie bij bedrijfstraject), gebied 4 Kwaliteitsborging (teamplan moet ‘smarter’). Gebied 5 Naleving wettelijke vereisten is voldoende beoordeeld. Op basis van de rapportage door de onderwijsinspectie is er een verbeterplan opgesteld (met name gericht op gebied 2 en 4). Vanuit het Bestuurscentrum van ROC West-Brabant zijn alle verbeterplannen, van de instituten die beoordeeld waren in het kader van de Staat van de Instelling, ter beoordeling voorgelegd aan Bureau Phasis. De terugkoppeling op het Radiusverbeterplan was op alle onderscheiden verbeterpunten positief en men was onder de indruk van de gedegen aanpak door het Radius College van de teamontwikkeling en het sturen op teamplannen en evaluatie. De onderwijsinspectie heeft op basis van de BRON-gegevens 2011-2012 de rendementen Gezel Schilder herbeoordeeld middels een deskstudie en heeft geconcludeerd dat zowel het jaarresultaat (78,8%) als het diplomaresultaat (87,1%) voldoende zijn.
De jaarlijkse brede interne audit vond in april 2013 plaats bij de opleiding Allround Betonstaalverwerker van het team Gespecialiseerde Aannemerij. De kwaliteit van deze opleiding werd door het auditteam als onvoldoende beoordeeld. Het Radius College had zelf (vòòr de interne audit bij Allround Betonstaalverwerker) ook al een aantal tekortkomingen geconstateerd zodat een aantal verbeteracties reeds in gang gezet waren. De conclusies van het auditteam bij dit ene crebo hebben er toe geleid dat intern afgesproken is om alle lopende trajecten nadrukkelijk tegen het licht te houden en zonodig te verbeteren. Bij het opstellen van dit verbeterplan zijn de aangegeven verbeterpunten daarom steeds GA-breed bekeken. Bij het opstellen van het verbeterplan is ook gebruik gemaakt van de aanbevelingen uit het ‘Auditrapport Maatwerktrajecten ROC West-Brabant’ voor zover deze relevant zijn. Het teamplan 2014 zal voor een groot deel gebaseerd zijn op de resultaten van deze interne audit en de eigen waarnemingen. Een en ander wordt vormgegeven in het Radius-teamplanformat met SMART geformuleerde doelstellingen. De nu al in gang gezette verbeteracties worden periodiek gemonitord en verantwoord (en eventueel bijgesteld) tijdens het teamoverleg en in de overlegmomenten directeur-afdelingsmanager en afdelingsmanagerteamvoorzitter.
24
Radius College | Jaarverslag 2013
In het kader van het ROC-brede maatwerkonderzoek werden twee bedrijfstrajecten van het Radius onderzocht in het najaar van 2012, waarna het rapport met bevindingen en conclusies in het voorjaar van 2013 is verschenen. Bij maatwerk gaat het om het aanpassen of toesnijden ‘op maat’ van een regulier onderwijsprogramma voor een groep deelnemers van een bedrijfsorganisatie (publieke of private sector). In deze audit betreft het bekostigde reguliere BBL-opleidingen die op verzoek van een bedrijfsorganisatie ‘op maat gemaakt’ zijn voor een specifieke doelgroep. De audit bij het Radius College betrof de opleidingen 94421 Middenkader Engineering-BBL-N4 (CROON) en 93810 Technicus Landbouwmechanisatie-BBL-N4 (ABEMEC). Het maatwerktraject Technicus Landbouwmechanisatie is met een voldoende beoordeeld, de eindconclusie voor Middenkader Engineering was nog onvoldoende. Ten behoeve van de verbetering van geconstateerde verbeterpunten (opzet en informatievoorziening) is een verbeterplan opgesteld en zijn alle verbeteracties inmiddels gerealiseerd; een herbeoordelingsaudit vindt plaats in het voorjaar van 2014.
BEDRIJVENONDERZOEK In 2012 is het tweede Bedrijvenonderzoek (BOZ) binnen ROC West-Brabant gehouden (eerder in 2009). Het BOZ maakt onderdeel uit van de Planning- en Controlcyclus, is gebaseerd op het INKmodel en meet de tevredenheid van BPV-biedende bedrijven. De respondenten worden na een vooraankondiging per mail of brief uitgenodigd om de vragenlijst digitaal in te vullen. Met het onderzoek wil ROC West-Brabant adequate informatie verzamelen op basis waarvan verbeteracties worden geformuleerd op het gebied van bpv, zodat de rol als regionale opleider nog beter kan worden vervuld. De resultaten van het onderzoek worden daarnaast gebruikt om verantwoording af te leggen aan (externe) belanghebbenden. Op basis van de resultaten zijn gesprekken gevoerd, speerpunten bepaald en actieplannen opgesteld. De verbeteracties worden opgenomen in de teamplannen en in het teamplan van StagePlaza, het bpv-bureau van het Radius College. Het volgende bedrijvenonderzoek vindt plaats in 2015.
PERSONEELSONDERZOEK Het laatste personeelsonderzoek vond plaats in 2011, het volgende is in 2014. Middels dit onderzoek wil ROC West-Brabant adequate informatie verzamelen als input voor het P&O-beleid op ROC-niveau voor 2015 en volgende jaren en voor het P&O-beleid van de colleges voor 2015 en volgende jaren. De resultaten van het onderzoek kunnen daarnaast gebruikt worden om verantwoording af te leggen aan (externe) belanghebbenden. De vragenlijst is opgebouwd uit de rubrieken: 1. Functie: taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden 2. Gesprekken rondom functioneren 3. Professionalisering 4. Resultaatgericht werken in teams 5. Taakbeleid 6. Welzijn en ziekteverzuim 7. Fysieke en sociale veiligheid 8. Betrokkenheid
25
Radius College | Jaarverslag 2013
STUDENTTEVREDENHEID Ook de meting van studenttevredenheid vond in 2012 plaats. Elke twee jaar wordt de tevredenheid gemeten van de mbo studenten (bol en bbl) door middel van de landelijke digitale JOB-monitor. De volgende meting is in de periode december 2013 t/m maart 2014. Doel van de JOB-monitor is een helder en betrouwbaar beeld te geven van de tevredenheid van studenten. Daarnaast heeft de JOB-monitor tot doel de onderzoeksresultaten op een dusdanige wijze te ontsluiten dat studenten en onderwijsinstellingen er direct mee aan de slag kunnen om de onderwijskwaliteit te verbeteren of een eigen vervolgonderzoek te doen. Op basis van de resultaten zijn op verschillende niveaus in de organisatie panelgesprekken (o.a. ‘broodje kroket-sessies’, ‘soeppraat’) gevoerd, speerpunten bepaald en actieplannen opgesteld welke opgenomen zijn in de teamplannen en tussentijds worden gemonitord. Deze werkwijze wordt ook weer toegepast bij de uitkomsten van het nieuwe onderzoek naar studenttevredenheid. De resultaten (op teamniveau en op instituutsniveau) van de JOBmonitor2014 komen in juni 2014 beschikbaar.
De rapportage op instituutsniveau en teamclusterniveau komt beschikbaar in juni 2014. ALUMNIONDERZOEK In 2013 zijn de resultaten beschikbaar gekomen van het alumni-onderzoek, een onderzoek onder gediplomeerden van ROC West-Brabant van 2012 (schooljaar 2011-2012). Het onderzoek is begin 2013 uitgevoerd met de MBO-Kaart 2012. De respons voor het Radius College was 39% en is daarmee gelijk aan de respons voor ROC WestBrabant als geheel (39%). In januari 2013 zijn 829 gediplomeerden van 2012 van het Radius College aangeschreven met de MBO-Kaart. Van deze gediplomeerden heeft 33% een opleiding op niveau 1 of 2 en 67% een opleiding op niveau 3 of 4 gevolgd, de onderverdeling BOL en BBL voor deze groep is respectievelijk 29% en 71%. Op de MBO-Kaart worden vragen gesteld over het werk dat de gediplomeerden zijn gaan doen dan wel over de vervolgopleiding die zij zijn gaan volgen. Daarnaast konden zij een aantal vragen beantwoorden over de evaluatie van de opleiding en de school. Van de groep die de school heeft verlaten is 64% gaan werken, is er bij 12% sprake van een combinatie van leren en werken, heeft 13% gekozen voor een (voltijds) vervolgopleiding, is 9% werkloos, en is 2% iets anders gaan doen (waaronder ziek, reizen e.d.).
Radius College | Jaarverslag 2013
Op het gebied van de kwaliteitsaspecten wordt het volgende opgemerkt: BBL-gediplomeerde respondenten van het Radius College van 2012 zijn over alle kwaliteitsaspecten tevreden. Het meest tevreden zijn zij over de ‘begeleiding tijdens het werk door het bedrijf’ (87% is hier tevreden over); relatief het minst tevreden zijn zij over de ‘bruikbaarheid van de theorie van de opleiding in het werk’ (73%); BOL-gediplomeerden van het Radius College van 2012 zijn het meest tevreden over de ‘persoonlijke begeleiding op school’ (65% is hier tevreden over); relatief het minst tevreden zijn zij over de ‘voorbereiding op het zoeken van werk / kiezen van een vervolgopleiding’ (40%). Elk team heeft een samenvattend overzicht ontvangen met informatie over de gediplomeerde schoolverlaters van het eigen team: Wat zijn ze gaan doen? Welke vervolgopleiding doen ze en waar zijn ze gaan studeren? Hebben ze een baan gevonden die bij hun opleiding past? Hoe snel vinden ze een baan? Hoe kijken ze terug op hun schoolperiode? Deze resultaten zijn weer input voor de teamplannen, met name de resultaten van het onderdeel hoe de studenten terugkijken op hun schoolloopbaan: inhoud lesprogramma, bruikbaarheid theorie, zinvolheid opleiding, begeleiding school, begeleiding bpv, examinering.
26
5 BEDRIJFSVOERING 5.1 Financiën Het boekjaar 2013 sluit met een negatief resultaat van € 289.913. STAAT van BATEN en LASTEN 2013 Realisatie
Begroting
14.361.175
14.126.518
Overige overheidsbijdragen
7.530
7.530
Cursus-, les- en examengeld
71.518
45.000
494.016
211.000
Overige baten
1.565.519
1.286.750
TOTAAL BATEN
16.499.758
15.676.798
11.692.490
11.470.406
Afschrijvingen
574.642
527.000
Huisvestingslasten
802.275
906.000
3.719.747
3.016.500
16.789.154
15.919.906
-518
500
-289.913
-242.608
● BATEN Rijksbijdragen
Baten werk i.o.v. derden
Personeelslasten
Overige lasten TOTAAL LASTEN ● Financiële baten en lasten RESULTAAT
Het grootste gedeelte van de Rijksbijdragen bestaat uit lumpsum op basis van het aantal inschrijvingen (inputbekostiging) en het aantal diploma’s (outputbekostiging), daarnaast is € 466.479 aan te merken als geoormerkte subsidie en € 324.351 als niet-geoormerkte subsidie (LGF € 256.081, SchoolEx € 64.638 en overig € 3.630) De geoormerkte subsidie bestaat uit: Schoolmaatschappelijk werk, deze subsidie wordt verstrekt ten behoeve van schoolmaatschappelijk werk in de instelling, erop gericht dat deelnemers met psychosociale problemen die een voorspoedige schoolloopbaan in de weg staan, tijdig en professioneel geholpen worden dan wel worden doorverwezen naar gespecialiseerde hulp. De toegekende subsidie voor 2013 bedroeg € 113.000. Nederlandse taal & rekenen, deze subsidie heeft tot doel om structureel een verhoging te realiseren van de taal- en rekenvaardigheden van de studenten (zie gedetailleerde beschrijving 5.5); de ontvangen subsidie in 2013 was € 219.000.
27
Radius College | Jaarverslag 2013
● LASTEN
Lerarenbeurs & Zij-instroom: in de WEB staat aangegeven onder welke voorwaarden een leraar benoemd kan worden die niet in het bezit is van een onderwijsbevoegdheid; dankzij een speciaal uitgestippelde route (het zij-instroomtraject) kan de kandidaat meteen voor de klas en wordt tevens in staat gesteld om zijn bevoegdheid binnen 2 jaar te behalen. Ontvangen subsidie in 2013 € 42.040 waarvan Lerarenbeurs €11.598 en Zij-instroom € 22.881. De Prestatiegelden VSV bedroegen € 100.000. 5.2 Personeel Het totale personeel is te verdelen in de categorieën vast en tijdelijk. VERDELING VAST - TIJDELIJK PERSONEEL Meetmoment
Aard
FTE
FTE in %
AANTAL
1-1-2012
Vast
138,7
85,2%
158
Tijdelijk
24,0
14,8%
28
Totaal
162,7
Vast
143,5
91,1%
166
Tijdelijk
14,0
8,9%
16
Totaal
157,5
Vast
140,5
87,8%
163
Tijdelijk
19,6
12,2%
22
Totaal
160,1
1-1-2013
1-1-2014
De gemiddelde FTE-omvang blijft in de jaren 2011 t/m 2013 nagenoeg gelijk n.l. 0,87. Dit geldt zowel voor vast als tijdelijk personeel. De deelname aan Bapo is gedurende het gehele jaar nagenoeg constant en heeft een omvang van ca. 8 fte.
Vast-tijdelijk in % 14,8
8,9
85,2
91,1
1-1-2012
1-1-2013
12,2
Radius College | Jaarverslag 2013
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Tijdelijk 87,8
Vast
1-1-2014
28
Naast het vast en tijdelijk personeel worden er ook derden (personeel niet in loondienst, zzp’ers, inzet bureaus t.b.v. onderwijsontwikkeling enz.) ingehuurd voor een bedrag van € 1.608.759 waarvan ruim 81,8% direct en 18,2% indirect. In 2011 was inhuur derden € 1.938.411 en in 2012 € 1.454.182; afgerond was daarvan driekwart direct en een kwart indirect. De verdeling in direct (onderwijzend) en indirect (ondersteunend) personeel: VERDELING DIRECT – INDIRECT PERSONEEL Meetmoment
Aard
1-1-2012
Direct Indirect
1-1-2013
FTE in %
AANTAL
120,9
74,3%
136
41,8
25,7%
50
Totaal
162,7
Direct
119,5
75,9%
137
38,0
24,1%
45
Indirect
1-1-2014
FTE
Totaal
157,5
Direct
120,6
75,3%
138
39,5
24,7%
47
Indirect
160,1
Totaal
Direct-indirect in fte 120,9
140
119,5
120,6
120 80 60
41,8
40
Indirect
38
Direct
39,5
20
Direct
0 1-1-2012
1-1-2013
Radius College | Jaarverslag 2013
FTE
100
Indirect 1-1-2014
29
De verhouding man-vrouw is als volgt: VERHOUDING MAN - VROUW Meetmoment
Man/vrouw
1-1-2012
Man
1-1-2013
1-1-2014
FTE
FTE in %
AANTAL
116,9
71,9%
127
Vrouw
45,8
28,1%
59
Totaal
162,7
Man
113,3
71,9%
122
Vrouw
44,2
28,1%
60
Totaal
157,5
Man
112,5
70,3%
123
Vrouw
47,6
29,7%
62
Totaal
160,1
Verhouding man-vrouw 2013 30%
Man
70%
Vrouw
De leeftijdsopbouw is eind 2013 als volgt (met ter vergelijking voorgaande jaren 2011 en 2012): LEEFTIJDSOPBOUW in fte
Categorie
fte
1-1-2013 %
fte
1-1-2014 %
fte
%
20-29 jaar
16,3
10,0%
16,1
10,2%
15,5
9,7%
30-39 jaar
33,0
20,3%
37,1
23,6%
33,4
20,8%
40-49 jaar
42,0
25,8%
32,0
20,3%
38,6
24,1%
50-59 jaar
48,4
29,7%
46,5
29,5%
44,8
28,0%
60-69 jaar
23,0
14,2%
25,8
16,4%
27,8
17,4%
Totaal
162,6
157,5
160,1
30
Radius College | Jaarverslag 2013
1-1-2012
Leeftijdsopbouw in fte
leeftijdscategorie
20-29
30-39
40-49
1-1-2014 1-1-2013
50-59
1-1-2012
60-69 0
10
20
30
40
50
aantal FTE
Ziekteverzuim Het verzuimpercentage geeft aan welk deel van de werktijd in een maand verloren is gegaan wegens verzuim. Hiertoe wordt de factor ziekte per maand gedeeld door de totale werktijdfactor per maand. Bij de berekening van het verzuimpercentage wordt het zwangerschaps- en bevallingsverlof niet meegenomen.
5.3 Huisvesting Het hoofdgebouw aan de Terheijdenseweg voldoet onvoldoende aan de normen voor modern onderwijs. Dat geldt ook voor een aantal locaties van het Radius College elders. Gezien de het feit dat de plannen voor nieuwbouw voor het Radius College voelbaar verder achterop raken (het economisch en politieke tij zit niet echt mee) kunnen investeringen op gebied van huisvesting niet verder uitgesteld worden. De behoeften aan onderwijsruimten in ons onderwijsmodel is redelijk eenvoudig te duiden: enerzijds hebben we behoefte aan kleine onderwijsruimten, een veilige
31
Radius College | Jaarverslag 2013
Om trends in verzuimcijfers te ontdekken wordt het 12-maands voortschrijdend gemiddelde gehanteerd. Hiertoe worden de verzuimpercentages van de 11 maanden voorafgaand aan de maand waarvan verslag wordt gedaan, in de berekening meegenomen. Het voortschrijdend verzuimpercentage voor het Radius College als geheel was eind december 3,18% (vorig jaar 3,36%). Het ROC WB-normpercentage is 4%. Alle maanden van 2013 lag het voortschrijdend gemiddelde verzuimpercentage onder de ROC WB-norm.
leeromgeving waar in kleine groepen gewerkt kan worden (communicatie, overleg, analyse, van praktijkcases, enz.). Anderzijds is er behoefte aan grote praktijkruimten waarin voorbereide praktijkcases bestudeerd, uitgewerkt en/of geoefend kunnen worden. Zo hebben we in 2013 een aantal kleine PGO-ruimten opgeknapt en ingericht. Daarnaast hebben we in 2013 ook een inventarisatie gemaakt voor een herschikking en/of opheffing van onze dislocaties. Zo denken we voor de komende jaren veel voordeel te kunnen behalen op onze exploitatie. Onze plannen richten zich op twee hoofdlocaties en een paar dislocaties : -
-
-
-
Hoofdlocatie 1 Terheijdenseweg 350 (huidige hoofdlocatie) o Engineering o Elektro o Installatietechniek o Motorvoertuigentechniek o Mobiele werktuigen o ICT Hoofdlocatie 2 Terheijdenseweg 348 o Laboratoriumonderwijs o Mediavormgeving Locatie Biesdonkweg: bouwgerelateerde opleidingen, waar we willen aansluiten bij onze samenwerkingspartner BouwSchool Breda (voormalig SSPB). o Bouw o Infra (weg uit Etten-Leur) o Schilders (weg uit locatie Kleine Krochten, locatie opheffen) o Betonstaalvlechten (weg uit Etten-Leur) Locatie Hekven o Schadeherstel Locatie Munnikenheideweg Etten-leur o Metaal
StagePlaza StagePlaza is binnen het Radius College het centrale loket voor bedrijven en studenten. Zij kunnen hier terecht voor al hun vragen met betrekking tot stages. StagePlaza begeleidt het volledige proces van de beroepspraktijkvorming. Dit start bij het ondersteunen van studenten bij het zoeken naar een erkend leerbedrijf dat aansluit bij hun persoonlijke ontwikkeling. StagePlaza begeleidt studenten middels voortgangsgesprekken op de werkplek conform het Radius Onderwijsconcept in hun persoonlijke groei. We helpen hierin door duidelijke afspraken te maken hoe de student verdere groei kan realiseren binnen het leerbedrijf of daarbuiten. De student en zijn eigen verantwoordelijkheid staan hierin centraal. Om de studenten van de heldere informatie te kunnen voorzien, onderhouden de medewerkers van StagePlaza de algemene contacten tussen het Radius College en de leerbedrijven. Zij zijn het eerste aanspreekpunt voor het leerbedrijf en beschikken hiermee over belangrijke informatie met betrekking tot de inzetbaarheid van studenten binnen het leerbedrijf. Daarnaast bewaken zij de
32
Radius College | Jaarverslag 2013
5.4 Ondersteunende onderwijsdiensten
ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en informeren de opleidingsteams, indien deze ontwikkelingen van invloed zijn op de aangeboden opleidingen. StagePlaza beschikt over een frontoffice, als eerste aanspreekpunt voor studenten en leerbedrijven en de administratieve processen rondom BPV. Er is gewerkt aan een implementatieplan en een intern opleidingstraject voor de medewerkers inclusief een training resultaatverantwoordelijk team. Naast reguliere activiteiten is er gewerkt aan het implementeren van het BPV-proces in ComTak, het studentenvolgsysteem van het Radius College. Onderwijs & Innovatie De resultaten op de vijf onderscheiden werkgebieden voor 2013 zijn als volgt. 1. Radius Concept generiek Doelstellingen
Uitgevoerde activiteiten 2013
•
• •
•
•
In samenwerking met docenten of in opdracht van directie: Vertalen landelijk beleid en wetgeving naar werkbaar collegebeleid- en / of verantwoordingsdocumenten Onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten vertalen naar activerende didactiek
• • • • • • •
“look & feel” onderwijsproducten Implementatie vernieuwde onderwijsvormen; o.a. 6 handboeken Onderhouden crebovolger Bijwonen PvB in praktijk en op school; als beoordelaar en rollenspeler Implementeren verantwoordingsdocument “versnellen” Vernieuwen portal (beeldenbieb, filterfunctie, archiveren O&I database) Eenduidige informatie naar de student via beperkt aantal kanalen Ontwikkelen onderwijsproducten ten behoeve van verantwoordingsdocument L&B Informeren van docenten middels: OenI van de week, informatiemap
Doelstellingen
Uitgevoerde activiteiten 2013
Op verzoek van docenten(teams) en/of opdracht van afdelingsmanager:
•
•
•
• •
Maatwerk ondersteuning leveren aan (deel van) een team op het borgen van het onderwijsleerproces (o.a. crebovolger) Maatwerk ondersteuning leveren aan (deel van) een team op het ontwikkelen van curricula Maatwerk ondersteuning leveren aan (deel van) een team op het ontwikkelen van toetsmateriaal Maatwerk ondersteuning leveren aan (deel van) een team op het ontwikkelen van onderwijsmateriaal
• • • • •
Ondersteunen van het management in het BGA-traject (tot mei 2013) Ondersteunen teams in het vullen van de crebovolger Ondersteuning leveren aan team WIN m.b.t. het ontwikkelen van het toetsmateriaal Ondersteuning leveren aan het team Elektro m.b.t. het ontwikkelen van het toetsmateriaal Ondersteuning leveren aan het team taal- en rekenacademie Ondersteuning leveren aan het team StagePlaza
33
Radius College | Jaarverslag 2013
2. Radius-Concept teamspecifiek
3. Professionalisering personeel Doelstellingen
Uitgevoerde activiteiten 2013
•
• •
•
• • • •
Voortdurend vertalen van organisatiedoelen naar docentbekwaamheid In beeld brengen en houden (op basis van bestuursakkoord mbo, BVE en wet BIO) van het totaal aan competenties op collegeniveau 100% docenten voert eigen bekwaamheidsdossier Ontwikkelen en verzorgen van interne scholing & training Matching van vraag en aanbod externe scholing & training Eigen bekwaamheid als onderwijskundige op peil houden
• • • • • • • • •
Uitrol online bekwaamheidsdossier Gestart met maken filmmateriaal; korte modelling/ instructie (b) Begeleiden Resultaat-verantwoordelijke teams (14 maal) (a) Trainen BPV-begeleiders in nieuwe constructie StagePlaza (a) Verdiepingstraining collega-trainers (a) Voorbeeld zijn voor collega-trainer: zelf lesobservaties uitvoeren (b) Docenten scholen in vullen van het bekwaamheidsdossier (a) Bekwaamheidsdossier aanvullen met overige functies (vb. managementprofielen) Voorbeeld zijn voor anderen: zelf lesgeven (b) Via project puberbrein organisatie rondom deelname aan breinateliers (c) Algemene werkwijze opzetten rondom docentstages (a)
4. Onderzoek & Innovatie Doelstellingen
Uitgevoerde activiteiten 2013
•
•
Deelnemen aan interdisciplinaire projecten: Puberbrein Opbrengsten voor het Radius College: o Visiestuk o 10 iconen • Verdiepen in de mogelijkheden van E-learning en Blended Learning (o.a. VIC, BBB) Landelijke ontwikkelingen volgen door bijeenkomsten m.b.t. ICTtoepassingen te bezoeken
StudentCarrièreBureau Bij aanvang van schooljaar 2013-2014 is gestart met de implementatie van Passend Onderwijs, het document “Elk talent telt” Passend onderwijs in het MBO (ROC West-Brabant) is hierin de leidraad. Tijdens de intake krijgen de trajectbegeleider zorg en de ambulant begeleider een belangrijke rol in het vaststellen van het ondersteuningsarrangement van de student. De pilot van het M@zzl project krijgt in het schooljaar 2013-2104 een vervolg, maar nu voor alle studenten van het Radius College. In schooljaar 2014-2015 zal de methodiek en werkwijze van M@zzl opgenomen worden in het verzuimprotocol en –begeleiding van het Radius College. Er is een gestart gemaakt met het oriëntatietraject, in dit oriëntatietraject komen studenten die gaandeweg de opleiding tot de conclusie komen dat zij een verkeerde opleidingskeuze hebben gemaakt. Het is bedoeling dat zij gedurende de huidige opleiding aan de slag gaan met loopbaan oriëntatie. De doelstelling van dit
34
Radius College | Jaarverslag 2013
Toetsing rendement Radius Concept middels kwantitatief en/of kwalitatief onderzoek • Verkenning onderwijskansen middels kwantitatief en/of kwalitatief onderzoek • Technische (o.a. ICT) ontwikkelingen i.s.m. docenten vertalen naar kansen voor het Radius Concept Didactische ontwikkelingen i.s.m. docenten vertalen naar kansen voor het Radius Concept
oriëntatietraject is om de student zo snel mogelijk op de voor hem juiste opleidingsplek te krijgen. Er wordt gewerkt met de 5 loopbaancompetenties van Marinka Kuijpers: Motieven, Kwaliteiten, Werkexploratie, Loopbansturing en Netwerken. In het schooljaar 2013-2014 is er door het StudentCarrièreBureau gewerkt aan de verbreding van het netwerk in de derdelijns begeleiding: Novadic Kentron, leerplichtambtenaren van verschillende gemeentes, GGZ, GGD en de politie. De coördinatie van het SchoolEx-programma lag bij het SCB. Het SchoolEx-programma 2.0 maakt deel uit van het Actieplan Jeugdwerkloosheid dat de ministers van OCW en Sociale Zaken in maart 2013 lanceerden. Het is een vervolg op het succesvolle SchoolEx-programma waartoe het mbo tijdens de crisis van 2009 het initiatief nam. Sinds 2009 is de jeugdwerkloosheid behoorlijk toegenomen onder invloed van de economische crisis. Daarom hebben de genoemde ministeries de ROC’s benaderd om extra inspanningen te plegen ter voorkoming van jeugdwerkloosheid. Radius College heeft hierin een eerste stap gezet door een inventarisatie te maken van de examenkandidaten en hun plannen na diplomering. Gezien de korte tijd was het niet mogelijk om de exitbegeleidingsgesprekken te voeren. 5.5 Taal en rekenen
Radius College | Jaarverslag 2013
Vanuit de ‘Regeling intensivering Nederlandse taal en rekenen mbo’ was in 2011 voor het Radius College € 219.000 beschikbaar. Deze aanvullende bekostiging heeft tot doel om structureel een verhoging te realiseren van de taal- en rekenvaardigheden van deelnemers. De middelen kunnen worden besteed aan één of meer van de volgende activiteiten: aanpassingen in de didactiek en pedagogiek van de beroepsopleidingen met het oog op intensivering van het taal- en rekenonderwijs; toetsing van deelnemers; extra onderwijstijd; nieuwe of aangepaste faciliteiten; professionalisering van docenten en overige functionarissen op het gebied van taal- en rekenonderwijs; andere activiteiten die gericht zijn op de intensivering van taal- en rekenonderwijs. Scholen kunnen hun eigen keuzes maken in de verdeling van de middelen over de verschillende activiteiten en ook in de fasering daarin.
35
6 VOORUITBLIK NAAR 2014 De huidige economische crisis, drukt een stevige stempel op de opleidingen binnen het Radius College. Het studentaantal binnen de Bouw- en Infra-opleidingen loopt sterk terug, maar ook Installatietechniek en Elektro-opleidingen hebben hinder van de crisis. (terugloop BBL t.o.v. 20122013 is zo’n 5%). Tegelijkertijd stelt deze economische crisis ook nieuwe eisen aan beroepsbeoefenaren, getypeerd in het WRR-rapport ‘De lerende economie’ 5. ‘Het begrip ‘lerende economie’ gaat verder dan het klassieke begrip ‘kenniseconomie’: er wordt al heel lang kennis gegenereerd en gebruikt, maar dat wil nog niet zeggen dat de structuur van de samenleving op kennisontwikkeling en kenniscirculatie gericht was.’ Dat laatste is nu echter essentieel geworden: kennis en vaardigheden verouderen snel en permanent leren is steeds meer geboden om bij te blijven, als persoon, als bedrijf, als land. Een lerende economie is ook meer dan de accumulatie van wetenschappelijke kennis: het is een economie die gebaseerd is op het aanpassings- en absorptievermogen van alle individuen, bedrijven, organisaties en overheden. Een ‘lerende economie’ betekent niet primair dat iedereen steeds naar school gaat, maar dat kennis en vaardigheden kunnen circuleren. Werknemers die door opleiding en functie een bijdrage kunnen leveren aan continue innovatie van producten en bedrijfsprocessen zijn daarin van cruciaal belang.
5 6
Radius College | Jaarverslag 2013
Het onderwijsmodel van het Radius College biedt een exclusieve kans om aan te sluiten op het concept van ‘de lerende economie’. Onderwijs moet geen grote disciplineringsoefening zijn om mensen geschikt te maken om te werken in grote bedrijven, in een kennis- en dienstensamenleving zijn differentiatie en creativiteit veel belangrijker. Vanuit het perspectief van innovatie valt zelfs goed te verdedigen dat het primaire doel van onderwijs zou moeten liggen in het leren zien van kansen. Innovatief vermogen is in essentie immers het vermogen om te zien hoe iets beter, sneller of goedkoper kan. Het stimuleren van creativiteit is in dat opzicht een van de belangrijkste vaardigheden die een onderwijsinstelling over kan dragen. Onderwijs moet, in de woorden van Van den Boom, ‘competente rebellen’ afleveren. 6
Naar een lerende economie. WRR-Rapport, juni 2013 Boom, D. van den Een beetje moeilijker graag, Dies Natalis-toespraak aan de Universiteit van Amsterdam. (2013)
36