Programmarekening 2012
Programmarekening 2012.doc/24-6-2013/mklav
2
3
Inhoud Inleiding
4
Financieel resultaat
5
De Programma’s
13
Programma 1. Burger en Bestuur Programma 2. Openbare orde en Veiligheid Programma 3. Verkeer en Vervoer Programma 4. Economische ontwikkelingen Programma 5. Educatie Programma 6. Sport, Recreatie en Landschap Programma 7. Maatschappelijke ondersteuning Programma 8. Inkomen en Werkgelegenheid Programma 9. Milieu Programma 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Programma 11. Dekkingsmiddelen
14 21 25 31 35 39 44 52 56 61 69
Recapitulatie Baten en lasten
73
Balans Toelichting op de balans
77 81
Vaststelling
89
Paragrafen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Bedrijfsvoering Weerstandsvermogen Lokale lasten en heffingen Verbonden Partijen Kapitaalgoederen Financiering Grondbeleid
Single information, single audit Reserves en voorzieningen Begrotingsrechtmatigheid Restantkredieten Controle verklaring Inventarisatie risico’s
91 92 95 98 101 112 114 116 119 127 131 137 145 148
4
Inleiding Aanbieding Hierbij wordt de Programmarekening over het jaar 2012 aangeboden. Voor de gemeente Bunnik was 2012 een jaar waarin belangrijke en ingewikkelde processen zijn afgerond en belangrijke besluiten zijn genomen. Als voorbeelden worden genoemd: - Bunnik in Balans - Start ICT samenwerking - Bestuurskrachtonderzoek - Nieuwe website - Inrichting KlantContactCentrum (KCC) - Kredietafwikkeling MFA Het Kwartier in Werkhoven - Fietspad Oostromsdijkje - Transities sociaal domein De Programmarekening Deze Programmarekening bestaat enerzijds uit het beleidsmatig verslag (de tekstuele verantwoording) en anderzijds de financiële verantwoording zoals balans, rekening van baten en lasten, paragrafen en toelichtende staten over het afgelopen begrotingsjaar. Naast de verantwoording over het jaar 2012 wordt op enkele onderdelen ingegaan op de huidige (economische) situatie en verwachtingen, zoals in de paragraaf Grondbeleid. Indeling Programmarekening In het kader van de verantwoording wordt zoveel mogelijk antwoord gegeven op de volgende drie vragen: - Wat hebben we bereikt? - Wat hebben we daarvoor gedaan? - Wat heeft het gekost? De eerste twee onderdelen zijn te zien als het beleidsmatig jaarverslag. Het laatste onderdeel is de financiële verantwoording. Per programma wordt aangegeven wat het bestaande beleid is bij dat programma. Daarna wordt ingegaan op de acties die zijn ondernomen om dat beleid uit te voeren. Hier wordt meer specifiek aandacht besteed aan de voortgang van de ontwikkelingen die in de begroting zijn vermeld. Tenslotte wordt een overzicht gegeven van de bij de begroting geraamde bedragen en de werkelijke lasten en baten. Bij afwijkingen groter dan € 25.000 op productniveau tussen de raming en de werkelijke lasten/baten wordt in hoofdlijnen een toelichting gegeven hoe die afwijking is ontstaan. In de kolom “begroting na wijziging” zijn de begrotingscijfers vermeld inclusief de Nota van Actualisatie, de e e 1 en 2 Bestuursrapportage en enkele begrotingswijzigingen die voortvloeiden uit afzonderlijke besluiten van de gemeenteraad. Naast bovenstaande verantwoording is een zevental paragrafen voorgeschreven, te weten: a. Bedrijfsvoering b. Weerstandsvermogen c. Lokale lasten en heffingen d. Verbonden partijen e. Kapitaalgoederen f. Financiering g. Grondbeleid In de vastgestelde Nota financieel beleid 2013 zijn delen van de paragrafen weerstandsvermogen en kapitaalgoederen uitvoerig belicht. Het gaat dan met name om activeren, waarderen en afschrijven, reserves en voorzieningen en het weerstandsvermogen in relatie tot de risico’s. Urentoerekening Op diverse producten zijn afwijkingen ontstaan tussen geraamde uren en werkelijk verantwoorde uren. Uiteindelijk heeft een verschuiving binnen de begroting geen invloed op het financieel resultaat van de jaarrekening. Daarom zijn in deze jaarrekening de urenverschuivingen binnen de programma’s wel genoemd maar niet verder toegelicht. Wel zijn de urenverschuivingen tussen de verschillende programma’s toegelicht.
5 Nota financieel beleid In maart 2013 is de Nota financieel beleid vastgesteld. In deze nota zijn alle reserves en voorzieningen geactualiseerd. Hieruit is gebleken dat verschillende reserves vrij konden vallen of dat voorzieningen niet toereikend waren. De accountant geeft geen toestemming op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) de Nota financieel beleid integraal te verwerken in de jaarrekening. De reden daarvan is dat de besluitvorming van de Nota financieel beleid niet in 2012 ligt. De accountant eist wel dat de mutaties als gevolg van de geactualiseerde voorzieningen in de jaarrekening worden verwerkt. Daarnaast adviseert de accountant de reservemutaties vanuit de Nota financieel beleid apart te benoemen na het financieel resultaat. Op deze manier wordt dan financiële aansluiting verkregen met de Nota financieel beleid. Verwezen wordt naar pagina 7.
Financieel resultaat Het financieel resultaat van de jaarrekening bedraagt € 2.611.100 negatief. Dit resultaat is inclusief een (verplichte) winstneming van € 1,11 miljoen uit het grondexploitatiecomplex Rijneiland en een (verplichte) verliesneming Odijk-West, scholeneiland Odijk, Werkhoven-West, Breed Werkhoven en Stationsweg 5155 van € 2,80 miljoen. Dit betekent dat de normale bedrijfsvoering sluit met een negatief resultaat van € 918.600 inclusief stortingen en onttrekkingen aan reserves (d.w.z. resultaat na bestemming). Analyse van het financieel resultaat in hoofdlijnen In de analyseparagraaf worden de belangrijkste oorzaken die leiden tot het negatieve resultaat van € 918.600 aangegeven. De belangrijkste oorzaken > € 100.000 zoals hierna vermeld zijn allemaal incidenteel. De belangrijkste oorzaken van het resultaat zijn: - Actualiseren voorzieningen - Eigen bijdrage hulp bij het huishouden - Rente Odijk-West - Financiering (treasury) - Onroerende zaakbelastingen - Algemene uitkering - Kapitaallasten - Overige ontwikkelingen Saldo jaarrekening normale bedrijfsvoering
€ 1.104.600 N € 86.000 V € 280.000 N € 250.000 N € 157.000 N € 287.000 V € 340.000 V € 160.000 V € 918.600 N
Winstneming grondexploitatie Rijneiland
€ 1.111.500 V
Verliesneming scholeneiland Odijk
€
Verliesneming Stationsweg 51-55, Werkhoven-West, Breed Werkhoven, Odijk-West
€ 2.043.000 N
Resultaat jaarrekening 2012
€ 2.611.100 N
761.000 N
Toelichting belangrijkste oorzaken resultaat Actualiseren voorzieningen Jaarlijks moeten de voorzieningen geactualiseerd worden of deze toereikend zijn conform onderliggende berekeningen of onderhoudsplannen. De voorziening wethouderspensioenen en wachtgelduitkeringen moesten opgehoogd worden. Deze mutatie heeft een aanzienlijk financieel effect op het jaarresultaat. Eigen bijdragen hulp bij het huishouden In 2010 is het maximaal aantal terugbetaal termijnen gewijzigd van 7 naar 39. Cliënten kunnen nu maximaal 39 perioden van 4 weken (drie jaar) doen over het betalen van de eigen bijdrage voor een verstrekte Wmo-voorziening. Door de spreiding van de eigen bijdrage is de eigen bijdrage voor de cliënt ook beter te betalen. In 2012 zijn er dus nog eigen bijdragen ontvangen over versterkte Wmo-voorzieningen van voorgaande jaren. Rente Odijk-West Op het project Odijk-West wordt projectfinanciering toegepast. Dat wil zeggen voor dit project is een afzonderlijke geldlening afgesloten en de rente daarvan wordt ten laste van dit project gebracht. Abusievelijk is over 2010 en 2011 ook de gemeentelijke rekenrente bijgeschreven op dit project; dus zijn dubbele rentelasten doorberekend aan dit project. In deze jaarrekening wordt dit gecorrigeerd.
6
Financiering (treasury) Er zijn hogere lasten op de kostenplaats kapitaallasten. Deze bestaan uit: extra rentelasten van € 162.000 vanwege een nieuwe geldlening, een hogere rentetoerekening aan de algemene reserve van € 84.000, een hogere inflatiecorrectie aan de reserves en voorzieningen van € 27.000. Door deze hogere lasten is er een lager voordelig resultaat op de financiering (treasury). Onroerende zaakbelastingen (OZB) Er is een lagere opbrengst OZB gerealiseerd dan begroot. Dit heeft voornamelijk te maken met lagere WOZ - waarden van kantoorpanden. Algemene Uitkering De berekening van de algemene uitkering op begrotingsbasis is gebaseerd op de septembercirculaire. Naar aanleiding van de decembercirculaire is de algemene uitkering nog aangepast. Daarnaast zijn er nog bedragen ontvangen als nacalculatie 2009 en 2010. Dit levert een voordeel op € 286.000. Onderuitputting kapitaallasten Er is onderuitputting op de realisatie van de kapitaallasten, omdat geraamde investeringen nog niet gestart zijn of omdat er vertraging in de investeringen is. Te denken valt aan de investeringen in het kader van de ict, investeringen in het materieel van de gemeentewerf en investeringen in het kader van het gemeentelijk verkeer- en vervoerbeleid. Grondexploitaties De verliesnemingen op de grondexploitaties (€ 2.804.000) als gevolg van de aanhoudende economische malaise hebben in deze jaarrekening een grote impact op het jaarresultaat. Resultaat voor en na bestemming Bij de bepaling van het rekeningresultaat wordt onderscheid gemaakt tussen het rekeningresultaat voor en na bestemming. Bij het resultaat vóór bestemming worden alle mutaties in bestemmingsreserves die van invloed zijn geëlimineerd. Bij het resultaat na bestemming wordt wel rekening gehouden met die mutaties. Voor bestemming komt het saldo op € 2.244.600 nadelig. De exploitatierekening sluit na bestemming met een nadelig saldo van € 2.611.100 (zie recapitulatie baten en lasten). Hieronder is het verschil van € 366.500 toegelicht. Mutaties reserves verwerkt in het rekeningresultaat 2012 (x €1.000): Algemene reserve Toevoegingen aan algemene reserve 934,7 Onttrekkingen aan algemene reserve 3.082,5 -2.147,8 Bestemmingsreserves Toevoegingen aan bestemmingsreserves Onttrekkingen aan bestemmingsreserves
3.635,5 1.121,2 2.514,3 366,5
7
Financiële ontwikkelingen Jaarresultaat na verwerking reservemutaties Nota financieel beleid 2013 In maart 2013 heeft de gemeenteraad de Nota financieel beleid 2013 vastgesteld. Om financiële aansluiting te houden met deze nota worden de desbetreffende reservemutaties hieronder in beeld gebracht. Na verwerking van alle reservemutaties vanuit de Nota financieel beleid 2013 bedraagt het jaarresultaat na bestemming dan € 1.473.800. Dit jaarresultaat is als volgt berekend: Jaarrekeningresultaat na bestemming
-2.611.100
vrijval reserve Baan van Fectio vrijval reserve sociaal culturele vz vrijval reserve monumentenbeleid vrijval reserve impuls mantelzorg vrijval reserve afkoop RGSHG regeling vrijval reserve wiw vrijval reserve bestemmingsplannen vrijval reserve waardevolle bomen vrijval reserve huisvesting senioren vrijval reserve flankerende FPU maatregelen vrijval reserve inburgering nieuwkomers vrijval reserve kosten OR vrijval reserve egalisatie kosten gemeente reiniging vrijval reserve afkoop erfpacht Aurora Totale vrijval reserves
€ € € € € € € € € € € € € € €
36.375 9.944 1.930 19.756 12.701 82.000 30.000 6.524 77.641 44.246 13.643 11.950 756.426 34.210 1.137.346
Onttrekking algemene reserve
€
-1.473.754
Afwikkeling krediet multifunctionele accommodatie (MFA) Werkhoven In augustus 2012 is verantwoording afgelegd over de realisatie van de MFA ‘Het Kwartier’ in Werkhoven. Het totale krediet heeft betrekking op de kosten van de realisatie van de MFA ‘Het Kwartier’ en de kosten van de grondexploitatie Jong Nederland. In de grondexploitatie Jong Nederland zijn de investeringen in het openbaar gebied rondom de MFA opgenomen. De resultaten van de grondexploitaties Delteijk, Werkhof en Jong Nederland dienen mede als dekking voor de investering in de MFA tezamen met het gekapitaliseerde saldo van de lasten en baten van de programmarekening 2012 en vrijval van een aantal bestemmingsreserves. Per saldo is er overdekking in het krediet van € 300.000. Dit betekent, dat de onttrekking aan de algemene reserve van € 2.000.000 verlaagd wordt naar € 1.700.000. Op de diverse programma’s wordt een analyse gegeven van de belangrijkste verschillen op dat betreffende programma. De verschillen, die hier met betrekking tot de MFA Werkhoven genoemd worden, zijn van administratieve aard.
Budgetoverheveling 2012 naar 2013 Allereerst dient de gemeenteraad nog formeel in te stemmen met de overheveling van budgetten 2012 naar 2013. Deze overhevelingen zijn al in het resultaat verwerkt. Bij overheveling gaat het om budgetten die de gemeenteraad in 2012 heeft gevoteerd voor de uitvoering van activiteiten. Deze activiteiten zijn nog niet of niet volledig uitgevoerd en daardoor resteren nog bepaalde budgetten. Om tot volledige uitvoering van deze activiteiten te komen, zijn de resterende budgetten wel nodig. Hiervoor is toestemming van de gemeenteraad nodig. Het betreft de activiteiten/budgetten zoals in onderstaande tabel zijn aangegeven.
8 Overhevelingen incidenteel budget 2012 naar 2013
Opleidingen Opstellen verzuimbeleid Loopbaanbudget Kantoorartikelen Project Doortrekken Kromme Rijnpad Rijneiland Invoeringskosten jeugdzorg Centrum Jeugd en Gezin Werkzaamheden transitie Wmo AWBZ Ontwerp speelplek eikenpad Beleidsplan openbare verlichting Sanering ondergrondse tank
€ 16.900 € 11.400 € 58.000 € 5.000 € 20.000 € 15.000 € 28.000 € 23.000 € 17.500 € 7.000 € 7.000
Totaal overhevelingen 2012
€ 208.800
Toelichting op de overhevelingen groter dan € 15.000:
Opleidingen: In 2012 zijn een aantal trainingsdata verschoven van 2012 naar 2013 waardoor medewerkers de opleiding niet in 2012 konden volgen. Ook hebben medewerkers door ziekte opleidingen niet kunnen volgen. Om deze opleidingen alsnog te kunnen volgen wordt het budget overgeheveld. Loopbaanbudget In 2012 is een budget van € 58.000 beschikbaar gesteld ten behoeve van de bekostiging van een individueel loopbaan budget ad € 500 per werknemer. Het gereserveerde bedrag kon in 2012 nog niet aangesproken worden omdat het college voor arbeidszaken – Vereniging Nederlandse Gemeente (VNG) pas eind 2012 een akkoord bereikt hebben over de uitwerking van het individueel loopbaanbudget, dat per januari 2013 van kracht gaat. Project Doortrekken Kromme Rijnpad Rijneiland Bestuur Regio Utrecht heeft de gemeente Bunnik een voorlopige subsidie toegekend van € 50.000 voor ‘optimalisering recreatieve routestructuren’. Hieronder vallen de projecten ‘Aardkundige fietsroute Bunnik’ en ‘Doortrekken Kromme Rijnpad Rijneiland’. Het eerstgenoemde project is afgerond. Het doortrekken van het Kromme Rijnpad moet nog worden uitgevoerd. Uitvoering zal, afhankelijk van een mogelijke bruggenruil met Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden, in 2013 of 2014 plaatsvinden. Invoeringskosten jeugdzorg In 2012 is voor de Invoeringskosten jeugdzorg 2012 een bedrag beschikbaar gesteld van € 15.000. De gemeenten Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist werken samen aan de transitie Jeugdzorg. De gemeenten zijn voornemens de beschikbaar gestelde decentralisatie-uitkeringen hiervoor in te zetten. In 2012 is de voorbereiding opgestart. Daarbij zijn er nog geen directe kosten gemaakt. In 2013 zullen deze kosten wel gemaakt worden. Om de transitie goed op te pakken in gezamenlijkheid is de bijdrage voor 2012 nodig voor onder andere het bekostigen van een projectleider. Er zullen in 2013 nog veel meer kosten op de gemeente afkomen om te komen tot een goede visievorming en uitvoering van de jeugdzorg. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) In april 2012 hebben de gemeenten Wijk bij Duurstede en Bunnik gezamenlijk een coördinator voor het CJG aangesteld. Vanuit het CJG Bunnik zijn diverse themabijeenkomsten voor opvoeders en netwerkbijeenkomsten voor professionals georganiseerd. Zo is er bijvoorbeeld met de ouderraad van een van de basisscholen gezamenlijk een ouderavond georganiseerd. Ook vonden thema avonden voor opvoeders plaats over pubers, positief opvoeden, “Lekkerbekken en slechte eters”, groepscultuur (lusten en lasten van vriendengroepen) en pesten. Voor professionals vonden bijeenkomsten plaats over coördinatie van zorg en over ‘benoemen met behoud van relatie’, over het bespreken en melden van signalen. Via deze
9 bijeenkomsten vindt deskundigheidsbevordering plaats en leren de professionals in het CJG netwerk elkaar beter kennen en beter te vinden. Lokaal wordt in 2013 in de gemeente Bunnik, mede ter voorbereiding op de transitie jeugdzorg, een pilot doorontwikkelen CJG gestart. In deze pilot wordt ingezet op outreachend werken en het afstemmen van zorgprocessen tussen de verschillende partners. Concreet betekent dat een CJG professional bij de voorscholen en op de schoolpleinen aanwezig is. Het CJG krijgt op deze manier meer een gezicht en ouders kunnen vrijblijvend een CJG professional spreken. Ook worden meer gesprekken gevoerd tussen CJG professionals en intern begeleiders om vroegtijdig signalen te delen. Indien nodig wordt aan deze signalen een vervolg gegeven, in overleg met de ouders. Het invoeren van deze werkwijze is een stap in de voorbereiding van de transitie jeugdzorg. De pilot zou in 2012 starten, dat is vanwege externe omstandigheden niet gelukt. Werkzaamheden transitie Wmo AWBZ De gemeenteraad heeft op 10 mei 2012 een budget beschikbaar gesteld van € 59.000 voor de kosten van e de 1 fase van de werkzaamheden verbonden aan de nadere uitwerking van het Wmo-beleidsplan en de transitie taken AWBZ. Met behulp van dit krediet is de eerste opstart gemaakt. Door de val van het Kabinet Rutte I zijn de werkzaamheden stil gelegd. Inmiddels is gebleken dat het nieuwe kabinet de plannen doorzet, zodat de werkzaamheden inmiddels weer zijn opgepakt. Bij de eerste werkzaamheden was het krediet nog niet volledig verbruikt. Omdat met de transitie en de uitwerking van het Wmo-beleidsplan ook de komende tijd nog veel werk gemoeid is en nog de nodige kosten moeten worden gemaakt (ondersteuning door deskundigen) wordt voorgesteld het resterende deel van het krediet over te hevelen naar 2013. Ontwerp speelplek Eikenpad Ieder jaar worden er twee a drie speellocaties in de gemeente gerenoveerd. De huidige speeltoestellen van de speelplek Eikenpad zijn aan het einde van hun technische levensduur. De bewoners in de buurt zijn in het voorjaar van 2012 benaderd om mee te denken over de inrichting van de speelplek. Om de informatie naar de omwonenden goed te laten verlopen is een klankbordgroep gevormd. De leverancier krijgt de speeltoestellen echter niet meer geplaatst in 2012. De uitvoering start begin 2013. Daarom wordt voorgesteld om het budget van € 17.500 van 2012 over te hevelen naar 2013. Voorstel bestemming financieel resultaat (na verwerking Nota financieel beleid 2013) Indien wordt ingestemd met voorstaande overheveling en na verwerking van de Nota financieel beleid wordt voorgesteld een onttrekking aan de algemene reserve van € 1.473.800 te doen.
10 Ontwikkeling algemene reserve De stand van de algemene reserve per 31 december 2012 bedraagt € 14,1 miljoen (exclusief de buffer ten behoeve van risico’s van € 1,5 miljoen). Met de onttrekking van het rekeningresultaat 2012 daalt de algemene reserve met € 1,5 miljoen tot € 12,6 miljoen. Het komende jaren zal naar verwachting uitsluitend het resterende positieve resultaat uit de ontwikkeling van het grondexploitatiecomplex Rijneiland, totaal € 1,3 miljoen, aan deze reserve kunnen worden toegevoegd. Hieronder is grafisch het verloop van de algemene reserve over de periode 1-1-2013 tot en met 1-1-2016 weergegeven .
14.000.000 13.500.000 13.000.000 12.500.000 12.000.000 11.500.000 11.000.000 10.500.000 10.000.000 2013
2014
Saldo per 1-1-2013 = 14,1 -1,5 = 12,6 Saldo per 1-1-2014 = 12,6 + 1,3 (Rijneiland) = 13,9 Saldo per 1-1-2015 = 13,9 Saldo per 1-1-2016 = 13,9
2015
2016
11 Bunnik in Balans Eind 2011 heeft de gemeenteraad een bezuinigingspakket vastgesteld ter hoogte van € 525.000 in 2012, oplopend naar € 925.000 in 2015. 2012 was daarmee het eerste jaar waarin bezuinigingsmaatregelen voorbereid en/of geïmplementeerd werden. De geplande bezuinigingen zijn in 2012 succesvol doorge1 voerd. In de volgende tabel zijn de financiële resultaten opgenomen . De realisatie is mogelijk geweest door de inzet van inwoners, bestuur en organisatie.
Omschrijving Gerealiseerd In voorbereiding Nog te starten Totaal prognose Totaal taakstelling Verschil (- = tekort)
2012
Toelichting
581.700 581.700 524.950 56.750
Verklaring verschil: Niet te realiseren (N)
13.000-
Frictiekosten (N)
21.000-
Eerdere bezuiniging (V)
52.750
Extra bezuiniging (V)
38.000
Totaal verschil
56.750
Dit betreft voornamelijk het dubbel ingeboekte voordeel door e de sloop van de scouting in Bunnik. Hierover is in de 1 berap 2012 gerapporteerd. Daarnaast heeft de overgang naar één consultatiebureau binnen de gemeente in 2012 financieel minder opgeleverd dan verwacht werd. Vanaf 2013 is dit niet meer aan de orde. Dit betreft (eenmalige) frictiekosten als gevolg van het overgaan naar één consultatiebureau binnen de gemeente. Dit betreft voornamelijk 3 bezuinigingen, die in latere jaren waren gepland, maar al eerder mogelijk zijn gebleken. Het gaat met name om de het spreiden van bestemmingsplannen, de formatiereductie wethouders. Dit betreft in hoofdzaak 2 bezuinigingen, die meer geld op hebben geleverd, dan verwacht was. Het gaat met name om de aanbesteding van hulpmiddelen en om de aangepaste wijze van onkruidbestrijding.
Naast deze feitelijke realisaties in 2012 is ook gewerkt aan de voorbereidingen voor de bezuinigingen in de jaren 2013 en verder. De financieel gezien voornaamste onderdelen waren de opstart van het proces tot herijking van het subsidiebeleid en de voorbereidende maatregelen om het onderhoudsniveau in de openbare ruimte te verlagen. Daarnaast is de actie ‘Adopteer een haag’ opgestart in 2012, waarbij inwoners de mogelijkheid wordt gegeven om een haag in onderhoud te nemen, zodat deze niet verwijderd hoeft te worden om de vastgestelde bezuiniging te behalen. Hiermee wordt de aantasting van de beeldkwaliteit van de openbare ruimte zoveel als mogelijk beperkt.
1
Om deze resultaten zuiver te houden ten aanzien van de realisatie van Bunnik in Balans, is geen rekening gehouden met andere ontwikkelingen die eventueel tot meer of minder kosten hebben geleid. Dat houdt in dat de cijfers niet allemaal direct te herleiden zijn in voorliggende jaarrekening.
12
13
De Programma’s
14
Programma: 1. Burger en Bestuur Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3. 4.
Verbeteren van de kwaliteit van de publieke dienstverlening Bestuurskrachtige (lokale) overheid Versterken van de gemeente Door actief te communiceren met interne en externe doel- en publieksgroepen de beeld- en meningvorming over de gemeente Bunnik positief beïnvloeden
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Digitale dienstverlening: EGEM-i EGEM-i staat voor Elektronische GEMeente invoering. Het gaat hierbij om het professionaliseren van de dienstverlening aan burgers, bedrijven en overheden, met als doel het verbeteren van de klanttevredenheid. Gemeenten worden dé ingang voor alle klanten voor alle overheden (rijk en provincies) en waterschappen. Uiterlijk in 2015 moet de gemeente dit door middel van een klantcontactcentrum (KCC) gerealiseerd hebben. Na een aanbestedingsprocedure voor de aanschaf van een zaaksysteem is in 2012 besloten om een zogeheten 'proof of concept' (testperiode) in te gaan met het systeem van één van de aanbieders. Op basis van de ervaringen uit deze testperiode zal besloten worden of het betreffende systeem definitief wordt aangeschaft. Het zaaksysteem krijgt een belangrijke functie in zowel de interne als de externe processen van de gemeente (bijvoorbeeld rond de digitale documentaire informatie, de ondersteuning van het KCC en de transactiemogelijkheden op de website). Daarnaast zijn basisregistraties intern gekoppeld en is gestart met invoering van nieuwe basisregistraties. Ombudsman Per 1 januari 2012 is de overeenkomst met de Nationale Ombudsman in werking getreden. Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) In 2012 is een proef gestart om de mogelijkheid te creëren dat de burgers en werkgevers zelf de aanvraag voor een Verklaring Omtrent Gedrag konden verzorgen. Na deze proef is het nu mogelijk om een VOG via internet aan te vragen. De werkgever, die de VOG aanvraagt, start de aanvraag elektronisch op en bereidt de aanvraag voor. De werknemer ontvangt van het Ministerie van Veiligheid en Justitie een e-mail dat een VOG is aangevraagd en rondt de aanvraag af door zijn gegevens te controleren en leges te betalen.
15
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Burger en Bestuur weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Legesverordening
2011
2012
De legesverordening is in 2012 herzien.
Toekomstvisie
2004
2013/2014
Herziening Toekomstvisie wordt betrokken bij nadere uitwerking van de uitkomsten van het BKO.
Verordening art. 212 Gemeentewet
2003
2012
Deze is december 2011 herzien en in 2012 door de raad vastgesteld.
Lokale regelgeving
Toelichting
Collegeprogramma 2010-2014 Inrichting KlantContactCentrum (KCC) Medio 2012 is het project KCC van start gegaan en is er onderzoek uitgevoerd naar systemen om de ondersteuning hiervan te kunnen faciliteren. Op basis van de vastgestelde 'Visie op dienstverlening 20122022' en de 'Routekaart KCC' wordt in de periode 2013-2015 stapsgewijs een volledig gemeentebreed KCC gerealiseerd. De doelstelling van het KCC is om de komende jaren stapsgewijs steeds meer klantvragen bij het eerste klantcontact te kunnen afhandelen, onafhankelijk van het 'kanaal' waar langs de vraag binnenkomt. Dit leidt ertoe dat klanten sneller weten wat ze willen weten, en dat intern processen nog efficiënter kunnen verlopen. De werkzaamheden in 2012 bestonden uit het vaststellen van beleidsmatige kaders (processen, organisatie, personeel) en diverse praktische voorbereidingen. Samenwerking Wijk bij Duurstede en Bunnik In de zomer van 2012 is de stuurgroep van de samenwerking opnieuw bij elkaar gekomen. Hier zijn diverse ontwikkelingen besproken, zoals de gevolgen van het regeerakkoord, maar ook de voornemens van beide gemeenten om bestuurskrachtonderzoeken te laten uitvoeren. Het bestuurskrachtonderzoek van Bunnik is op 29 november 2012 gepresenteerd. Het onderzoek van Wijk bij Duurstede zal begin 2013 gereed zijn. In het licht van deze ontwikkelingen zijn beide gemeenten tot de conclusie gekomen dat tot nader order een pas op de plaats wordt gemaakt wat betreft verdergaande samenwerking. Desalniettemin, zullen Bunnik en Wijk bij Duurstede in de tussentijd de bestaande samenwerking voortzetten en blijven ze elkaar vinden om te kijken waar eventuele samenwerking mogelijk is. Wanneer beide bestuurskrachtonderzoeken gereed zijn, zal worden gesproken over hoe de samenwerking verder vorm gegeven kan worden. Uiteraard staat het college open voor samenwerking met andere gemeenten. ICT Samenwerking In de afgelopen jaren hebben de gemeenten Baarn, Bunnik, De Bilt, Soest, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij Duurstede en de Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug (RSD) de mogelijkheden van samenwerking onderzocht. Begin 2012 hebben de besturen van alle organisaties definitief besloten om samen te gaan werken in de gemeenschappelijk regeling Regionale ICT- Dienst (RID) Utrecht. Per 1 juli 2012 is dit daadwerkelijk geëffectueerd. Het gemeentelijk ICT-personeel is op die datum in dienst getreden van de RID en vanaf
16 dat moment is de ICT-dienstverlening tijdelijk gehuisvest in Soesterberg. Bestuurskrachtonderzoek In 2012 is een bestuurskrachtonderzoek uitgevoerd. De bestuurskracht is gemeten door middel van bureauonderzoek en interviews met de netwerkpartners van de gemeente zoals bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, buurgemeenten en andere betrokken bestuursorganen. Ook is gesproken met de gemeenteraad, het college en de ambtelijke organisatie. Het rapport over het BKO is eind november verschenen. De resultaten van het onderzoek geven aan waar de kracht van het bestuur zit en waar voor Bunnik aandachtspunten en kansen bestaan. Maar ook hoe de gemeente samenwerkt met haar partners in de samenleving, binnen de regio en in de provincie. Het gemeentebestuur wil hiervan leren en waar nodig verbeteringen doorvoeren voor de toekomst. Conclusies van het onderzoek: De gemeente Bunnik heeft de basis goed op orde. De gemeente is op dit moment zelfstandig, met samenwerking daar waar nodig. De taken kunnen nu en in de nabije toekomst gerealiseerd worden. Dit biedt kansen voor de toekomst. Om in de toekomst voldoende ‘bestuurskrachtig’ te blijven, liggen er belangrijke uitdagingen. Doorontwikkeling is noodzakelijk. De kern hiervan ligt bij hoe de gemeente balans weet te vinden in het ambitieniveau en de wijze waarop zij deze wil realiseren. Een efficiënt, effectief en herijkte samenwerking met inwoners, ondernemers, maatschappelijke partijen en collega-overheden vanuit nieuwe taken en verantwoordelijkheden is daarbij cruciaal. Implementatie beleidsplan waarin interactieve beleidsvorming wordt vastgelegd. In januari 2012 heeft de gemeenteraad het communicatiebeleidsplan vastgesteld. De rode draad hiervan is de vorm waarin en de manier waarop de gemeente Bunnik met haar inwoners, ondernemers en belangengroeperingen zal omgaan: op een interactieve wijze. Dat betekent dat er bij de beleidsvorming participatie wordt toegepast. In 2012 heeft de ‘uitrol en implementatie’ plaatsgevonden. Doelen waren dat medewerkers van de gemeente Bunnik weten wat het nieuwe communicatiebeleid is en betekent (kennis), de intentie hebben om belanghebbenden te betrekken bij beleid en uitvoering (houding) en daar vervolgens daadwerkelijk handen en voeten aan geven (gedrag).
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Implementatie stelsel van basisregistraties In 2012 is de koppeling van de bestaande basisregistratie BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen) met de GBA (Gemeentelijke Basis Administratie persoonsgegevens) en de WOZ (Basisregistratie Waarde Onroerende Zaken) gerealiseerd. In 2012 is op het gebied van basisregistraties verder veel tijd geïnvesteerd in de gegevenskwaliteit van de BAG. De voorbereidingen voor de invoering van de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) en de Basisregistratie Ondergrond (BRO) zijn in 2012 gestart. Het plan van aanpak voor de implementatie van de BGT is eind 2012 nagenoeg gereed (hiermee ligt de gemeente goed op schema). Fairtrade/Millennium Sinds begin 2011 is Bunnik Millenniumgemeente. De raad van de gemeente Bunnik heeft in september 2011 zich uitgesproken voor Fairtrade Gemeente. Het Platform Bunnik Fairtrade heeft daarop volgend zijn plan ingediend en eind 2011 is Bunnik erkend als Fairtrade Ge-
17 e
meente, de 21 in Nederland. Tijdens de slotmanifestatie op 14 februari 2012 heeft de jury het certificaat uitgereikt aan het college en daarmee aan de inwoners van onze gemeente.
Overige Ontwikkelingen De website Een van de uitvloeiselen uit het communicatiebeleidsplan is een nieuwe, interactieve website voor de gemeente en een subsite/onderdeel voor de gemeenteraad. Dit heeft zijn beslag gekregen in 2012 en het resultaat is een website die voldoet aan de Webrichtlijnen voor een kwalitatieve en toegankelijke website. Om dit te bereiken is burgerparticipatie toegepast. Ook is de gemeenteraad in de vorm van een werkgroep bijeengekomen om ideeën en wensen voor het raadsdeel aan de projectgroep kenbaar te maken en te reflecteren op het voorstel dat daaruit voortkwam. Pilot papierloos vergaderen gemeenteraad In 2012 is gestart met een pilot papierloos vergaderen. In 2013 wordt papierloos vergaderen breder uitgerold. Verkiezingen Door de val van het kabinet Rutte I heeft op 12 september 2012 de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal plaatsgevonden. GBA-audit In 2012 heeft de driejaarlijkse GBA-audit plaatsgevonden. We zijn hier als gemeente voor geslaagd. Dit certificeert bijvoorbeeld de juistheid van de gegevens in de administratie en de manier waarop voldaan wordt aan de privacy-vereisten.
18
Wat heeft het gekost? Programma 01
Burger en Bestuur Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Bestuursorganen - Bestuurlijke samenwerking - Bestuursondersteuning - Bestuursinstrumenten - Burgerzaken - Dienstverlening
3.608,4 1.433,1 87,4 472,6 315,3 845,0 455,1
3.521,0 1.442,9 87,4 453,5 315,3 861,7 360,2
4.791,7 2.514,2 122,0 576,7 464,7 675,2 438,8
1.270,71.071,334,6123,2149,4186,4 78,6-
Baten - Bestuursorganen - Bestuurlijke samenwerking - Bestuursondersteuning - Bestuursinstrumenten - Burgerzaken - Dienstverlening
263,9 10,0 253,8 -
264,1 10,0 254,1 -
338,7 66,9 0,5 271,2 -
74,656,90,517,1-
3.344,6-
3.256,9-
4.453,0-
Saldo lasten en baten
1.700
1.196,2-
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging Werkelijk gerealiseerd
1.500 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.300 1.100 900 700 500 300 100 100Be stu u
Be s
Die rge ns tve r za rlij rso rso rsi rle k ke n n rga e s ni n d n t s rum ers am ne g t n en eu en ten ni n we g rki ng tuu
Be s
tuu
Be s
tuu
Bu
19 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Bestuursorganen 1.071,3 Nadeel -
In 2012 is de voorziening wethouderspensioenen aangevuld naar aanleiding van de berekening 2012 zodat deze toereikend is.
-
In verband met de afname van de formatie na de wethouderswisseling zijn de salariskosten lager geweest dan begroot.
-
Meer kapitaallasten aangezien de advieskosten van het plan van aanpak bezuinigingen ineen keer is afgeschreven.
-
Overige mutaties.
€
1.072.900
N
€
46.800,-
V
€
33.500,-
N
€
11.700,-
N
€
1.071.300
N
€
22.700,-
N
€
11.900,-
N
€
34.600,-
N
€
156.300,-
N
€
37.800,-
V
€
4.700,-
N
€
123.200,-
N
Bestuurlijke samenwerking 34,6 Nadeel -
In 2012 zijn meer uren aan intergemeentelijke samenwerking besteed dan geraamd. Dit heeft te maken met de overgang naar de RID.
-
Overige mutaties.
Bestuursondersteuning 123,2 Nadeel -
In 2012 zijn uren aan de ontwikkeling van de nieuwe website besteed deze waren niet geraamd. Daarnaast zijn uren besteed aan het beheren van intranet.(zie ook Dienstverlening).
-
Voor communicatie zijn minder uren besteed, dit betreft een urenverschuiving binnen het programma.
-
Overige mutaties.
Bestuursinstrumenten 149,4 Nadeel -
In 2012 zijn meer uren aan de jaarrekening besteed.
€
150.900,-
N
-
Overige mutaties.
€
1.500,-
V
€
149.400,-
N
20 Burgerzaken 186,4 Voordeel -
In 2012 zijn minder uren persoonsregistratie besteed. Dit betreft een urenverschuiving binnen het programma.
-
€
207.900,-
V
In 2012 zijn de landelijke verkiezingen geweest dit heeft geleidt tot meer uren.
€
14.500,-
N
Overige mutaties.
€
7.000,-
N
€
186.400,-
V
€
97.700,-
V
€
131.000,-
N
€
21.100,-
N
€
24.200,-
N
€
78.600,-
N
€
57.000,-
V
€
100,-
N
€
56,900,-
V
Dienstverlening 78,6 Nadeel -
Voor digitalisering dienstverlening stonden uren geraamd. Deze zijn besteed aan onder andere de website (zie uren website onder bestuursondersteuning) waardoor hier een voordeel te zien is.
-
Er zijn meer uren op dienstverlening gemaakt in het kader van KCC. Dit betreft een urenverschuiving binnen het programma.
-
Voor digitalisering dienstverlening is bij de jaarrekening 2011 budget overgeheveld aangezien niet alle werkzaamheden in 2011 konden plaatsvinden. Dit is in 2012 alsnog uitgevoerd (te denken aan zaaksysteem en website). Hierdoor zijn meer kosten in 2012 gemaakt dan geraamd. Deze kosten zijn gedekt uit de reserve budgetoverheveling.
-
Overige mutaties.
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (baten) Bestuursorganen 56,9 Voordeel -
In 2012 is de voorziening verplichtingen voormalige wethouders afgeraamd op benodigde niveau.
-
Overige mutaties.
21
Programma: 2. Openbare orde en Veiligheid Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3.
Verbeteren van de veiligheid en leefbaarheid Voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar (brandweer) Beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand (crisisbestrijding)
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Lokaal veiligheidsbeleid De reguliere activiteiten hebben doorgang gevonden. Prioriteit is gegeven aan het extra werven van deelnemers voor “burgernet” en de uitvoering van een aantal projectmatige activiteiten zoals de week tegen de woninginbraken. Veiligheidsregio Utrecht/Regionalisering brandweer Binnen de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) is, op verzoek van de gemeenten, bekeken of bezuinigingen mogelijk zijn. In het afgelopen jaar is het mogelijk gebleken om de bijdrage aan de VRU, opgenomen in de dienstverleningsovereenkomst, neerwaarts bij te stellen met € 30.500. De gemeenteraad is hiervan reeds op de hoogte gesteld in de e 2 Bestuursrapportage 2012.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Openbare orde en Veiligheid weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Algemeen Plaatselijke Verordening (APV)
2006
2012
Is in 2012 door de gemeenteraad vastgesteld.
Evenementbeleid
2008
2013
Herziening van dit beleid is in 2012 niet mogelijk gebleken.
2013
Herziening beleid is verschoven naar 2013.
Lokale regelgeving
Kadernota Integrale veiligheid Bunnik 20082012
Toelichting
Collegeprogramma 2010-2014 Wijzigingen Drank- en Horecawet Medio 2012 is de nieuwe Drank- en Horecawet vastgesteld. In deze wet is bepaald dat de gemeenten extra taken krijgen op het gebied van de handhaving. In de wet is een overgangsperiode aangegeven waarin de gemeentelijke wet en regelgeving moet worden aangepast. In 2013 zal de gemeenteraad een voorstel worden voorgelegd hierover.
22 Herijken Integraal Veiligheidsplan Om te komen tot een nieuw Integraal Veiligheidsplan is allereerst gekozen om, in het kader van artikel 213a Gemeentewet, een onderzoek te doen onder de inwoners van de gemeente naar de beleving van de veiligheid. Mede aan de hand van deze uitkomsten kan het Veiligheidsplan opgesteld worden. De uitkomsten van het onderzoek worden in 2013 verwacht. Het opstellen van het Integraal Veiligheidsplan is dan ook uitgesteld naar 2013. Aanpassen brandweerkazernes Bij de begroting is aangegeven dat de VRU een dekkingsplan zal maken waarin op regionaal niveau keuzes worden gemaakt over de aanrijtijden van de brandweer. Er heeft nog geen besluitvorming plaatsgevonden over het dekkingsplan. In 2012 heeft een eerste overleg plaatsgevonden met de VRU en de brandweer commandanten over de beide brandweerkazernes. Vanwege de regionale discussie konden nog geen concrete stappen worden gezet. In 2013 wordt een vervolg gegeven aan het overleg over de beide brandweerkazernes.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota In de Kadernota 2012 – 2015 is met betrekking tot Openbare Orde en Veiligheid geen nieuw beleid opgenomen.
Overige Ontwikkelingen Evenementenbeleid Het evenementenbeleid is in 2012 niet geactualiseerd. Het regionaal veiligheidsbeleid voor evenementen is inmiddels voldoende duidelijk om meegenomen te kunnen worden in het nieuw op te stellen beleid van de gemeente Bunnik. In 2013 zal het evenementenbeleid worden geactualiseerd waarbij ook de vergoedingen als gevolg van de faciliterende rol van de gemeente worden behandeld. Oefening crisisbeheersing In het voorjaar van 2012 is een grote crisisoefening georganiseerd in de gemeente Bunnik. De oefening was gericht op het opvangen van en groep bewoners die tijdelijk niet terug kon naar hun eigen woning konden. Bij de oefening waren ook de kerken betrokken die ondersteuning boden en in het kader van de pastoralenazorg, die "slachtoffers" te woord stonden. Deze oefening waarbij ook de slachtoffers gespeeld werden door vrijwillige figuranten uit Bunnik en omstreken gaf een goed beeld van de problemen en de mogelijkheden die ook in werkelijkheid plaats zouden kunnen vinden. De rollen en taakverdeling is met de oefening voor de deelnemers weer duidelijker geworden. Jeugdoverlast Naar aanleiding van vervuiling en meldingen van bewoners over ondervonden hinder van jongeren, is in 2012 besloten dat de aanpak van deze meldingen moest worden gecoördineerd. Om te voorkomen dat communicatie over de meldingen niet bij alle partijen terecht komt, is er een coördinator meldingen jeugd aangesteld. Met de coördinator meldingen jeugd is het mogelijk te komen tot een integrale aanpak waarbij, indien nodig, ook ouders en de jongeren zelf intensief betrokken kunnen worden. Gemeente, Stichting Jeugdwerk Bunnik (SJB) en politie overleggen regelmatig om jongerenoverlast direct te kunnen tegengaan.
23
Wat heeft het gekost? Programma 02
Openbare orde en veiligheid Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Lasten - Openbare orde - Brandweer - Rampenbestrijding
1.417,7 290,9 998,6 128,3
1.364,8 290,9 945,7 128,3
1.270,1 288,5 915,3 66,3
Baten - Openbare orde - Brandweer - Rampenbestrijding
28,3 24,0 4,3 -
28,3 24,0 4,3 -
43,0 38,7 4,4 -
Saldo lasten en baten
1.389,4-
1.336,6-
1.800
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
1.227,1-
94,7 2,3 30,4 62,0 14,814,70,1-
109,5
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging
1.600
Werkelijk gerealiseerd
1.400 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.200 1.000 800 600 400 200 Op en ba re
ord e
Br an dw ee r
Ra
mp en be str ij
din g
24 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Brandweer 30,4 Voordeel -
In 2012 zijn minder uren aan de Veiligheidregio besteed dan was geraamd. De reden hiervan is gelegen in het gegeven dat de doorontwikkeling van de VRU voorspoedig verloopt en daardoor minder contactmomenten vergt.
-
-
€
8.200,-
V
Onderuitputting kapitaallasten: dit betreft de investeringen Vloeistof dichte vloeren en brandweergarage Werkhoven.
€
9.500,-
V
Er zijn met betrekking tot de lasten onderhoud, energie en schoonmaak conform het dekkingsplan minder kosten gemaakt dan begroot (dit is het geval bij zowel garage Bunnik als garage Werkhoven).
€
10.000,-
V
Overige mutaties.
€
2.700,-
V
€
30.400,-
V
€
55.600,-
V
Rampenbestrijding 62,0 Voordeel -
In 2012 zijn door meerdere afdelingen minder uren besteed dan was geraamd.
-
Onderuitputting kapitaallasten: dit betreft de investering voor een noodstroomvoorziening.
€
3.600,-
V
Overige mutaties.
€
2.800,-
V
€
62.000,-
V
-
25
Programma: 3. Verkeer en Vervoer Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2.
Instandhouden en verbeteren van de bereikbaarheid en levensvatbaarheid van de gemeente Een verkeersveilige en verkeersluwe gemeente
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Wegenplan In het wegenplan 2009 wordt aangegeven op welke wijze beheer en onderhoud van de openbare wegen in de komende jaren plaatsvindt. Er zijn in 2012 geen grootschalige op zichzelf staande onderhoudsactiviteiten geweest. Bij grootschalige projecten zoals de Julianalaan is het onderhoud meteen meegenomen in de werkzaamheden. Bruggen De 0-meting is in 2012 uitgevoerd. Na de vervangingen die in 2012 hebben plaatsgevonden is de staat van de bruggen en vlonders redelijk tot goed. Wel zijn er enkele bruggen en vlonders die nadere inspectie vragen om de juiste onderhoudsmaatregelen en de termijn waarop die moeten plaatsvinden te kunnen bepalen. Deze nadere inspectie zal in 2013 worden uitgevoerd. De gegevens worden verwerkt in het bruggenbeheersysteem. De Griendbrug is in 2012 vervangen en tevens zijn er elf vlonders langs het Jaagpad vervangen. Aan de brug in de Julianalaan is, in combinatie met de verkeerswerkzaamheden, groot onderhoud uitgevoerd. De provincie had aangegeven vijf bruggen over te willen dragen aan de gemeente. Er moest nog afstemming plaatsvinden over de afkoopsom. Dit is niet gelukt; de afkoopsom was voor de gemeente onvoldoende om de bruggen eeuwigdurend te kunnen onderhouden. Daarom heeft de provincie aangegeven de bruggen zelf te onderhouden. Integraal Verkeer en Vervoer Plan (IVVP) Met het opstellen van het IVVP is in 2012 gestart. De eerste fase betrof de evaluatie van het Integraal Verkeers- en VerVoersbeleid (IVVV) 2002. Deze evaluatie is in 2012 afgerond. In 2013 zal het IVVP mede aan de hand van de evaluatieresultaten worden opgesteld. Rijsbruggerwegtracé/N421 Het inpassingsplan is door Provinciale Staten in 2012 vastgesteld. Er is door diverse parijen tegen het inpassingsplan beroep ingesteld bij de Raad van State. Begin 2013 heeft de Raad van state uitspraak gedaan en de beroepen ongegrond verklaard. Hierdoor is het plan onherroepelijk geworden. Onderzoek korte termijn maatregelen Bunnik - Zeist In 2012 is het onderzoek naar de korte termijnmaatregelen voor de verkeersveiligheid op de route Bunnik - Zeist v.v. afgerond. Daarbij is er een intensief participatietraject doorlopen. Aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek is door de gemeenteraad een keuze ge-
26 maakt over de te nemen maatregelen. De werkzaamheden aan de verbetering van de verkeersveiligheid op de route Bunnik - Zeist (Julianalaan - Koelaan) zijn in 2012 afgerond. De werkzaamheden zijn volledig bekostigd uit subsidie van het BRU. Gebiedsgerichte aanpak In 2012 is een project gestart om in een gebiedsgerichte aanpak ontwikkelingen op het gebied van verkeer, woningbouw, bedrijvigheid, landschap en recreatie in samenhang met elkaar te bekijken. Specifiek doel voor Bunnik hierbinnen is om te onderzoeken of een omlegging van de N229 (financieel haalbaar) te realiseren is. Op 12 april 2012 heeft de gemeenteraad ingestemd met het plan van aanpak voor de gebiedsgerichte aanpak N229 en oostelijke ontsluiting. Het project bestaat enerzijds uit een traject dat de provincie Utrecht samen met de gemeente Bunnik (en Houten) uitvoert, en anderzijds uit een traject dat de gemeente Bunnik heeft opgestart samen met de omliggende gemeenten (Houten, Wijk bij Duurstede en Utrechtse Heuvelrug) en waarbij zijdelings ook de provincie Utrecht, BRU en Streekverband ZOU zijn aangesloten. In het traject met de provincie Utrecht wordt onderzocht op welke wijze de oostelijke ontsluiting van Houten gerealiseerd kan worden samen met een omlegging van de N229 rekening houdend met ontwikkelingen in het gebied (waaronder de ontsluiting van Fort Vechten, het autoluw maken van het buitengebied en de aanleg van een nieuw bedrijventerrein). Op 27 september heeft de verantwoordelijk gedeputeerde het proces aan de gemeenteraad toegelicht. Medio 2013 zullen de resultaten gepresenteerd worden aan de raad en vindt besluitvorming plaats. De afspraken die in dit kader gezamenlijk worden gemaakt zullen in een bestuursovereenkomst worden vastgelegd en gecommuniceerd worden met de omgeving. Het traject met de omliggende gemeenten het met elkaar afstemmen van de ontwikkelingen in het gezamenlijke gebied, mogelijke problemen in een vroegtijdig stadium signaleren en gezamenlijk oplossingsrichtingen bedenken die de waarden van en kansen in het gebied waarborgen en zo mogelijk versterken, de doorstroming richting de A12 garandeert, en de wegenstructuur in het gebied verbetert zodanig dat het werkelijke gebruik van de wegen (weer) goed aansluit bij de functie(s) ervan. De inventarisatie van ontwikkelingen heeft medio 2012 plaatsgevonden. Daarna zijn de belangrijkste knelpunten benoemd. Deze zullen begin 2013 besproken worden in een bestuurlijk overleg. Vervolgens zullen oplossingsrichtingen worden uitgewerkt.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Verkeer en Vervoer weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Integraal Verkeer en Vervoer Plan (IVVP)
2002
2013
Evaluatie is in 2012 afgerond. Opstelling nieuw plan volgt in 2013.
Algemene Plaatselijke Verordening (APV)
2010
2012
De APV is in 2012 door de gemeenteraad integraal herzien.
Lokale regelgeving
Toelichting
27
Collegeprogramma 2010-2014 Spoortunnel Bunnik Het jaar 2012 is besteed aan de verdere uitwerking van het Ontwerp voor de spoortunnels in het dorp Bunnik en het opstellen van het bestemmingsplan. Het voorontwerp heeft van 21 juni tot 1 augustus 2012 ter visie gelegen. De ontvangen reacties zijn verwerkt in het ontwerp bestemmingsplan dat begin 2013 ter visie heeft gelegen. Bij de opstelling van het plan zijn meerdere momenten geweest waarop bewoners hun mening hebben kunnen geven. Zo is over de invulling van de nieuwe parkeerplaatsen met omwonenden gesproken. Uit het beperkt aantal ingediende zienswijzen mag worden geconcludeerd dat er voldoende draagvlak is voor het project. Aanleg fietspad Oostromsdijkje Aanleg van het fietspad heeft plaatsgevonden in het najaar van 2012 en is inmiddels in gebruik genomen. In de voorfase is veelvuldig contact geweest met aanwonden en de gemeente Houten. De grondaankoop heeft langer geduurd dan gepland, maar er is uiteindelijk overeenstemming bereikt. Zowel in de planvormingsfase als tijdens de uitvoering is goed contact geweest met burgers en andere belanghebbenden. De aanbesteding heeft gezamenlijk met de gemeente Houten plaats gevonden waarbij onze gemeente de regievoerdersrol voor de uitvoering heeft opgepakt. De aanlegkosten worden voor 70% gesubsidieerd door het BRU. Haalbaarheidsonderzoek fietspad Odijk - Vechten Door nadere prioriteitstelling onder andere als gevolg van de gebiedsgerichte studie Oostelijke ontsluiting Houten-A12 die onder regie van de provincie Utrecht plaats vindt, kon hieraan nog geen invulling worden gegeven. Besloten is om de studieresultaten die in 2013 worden gepresenteerd, eerst af te wachten omdat deze van invloed zijn op het mogelijke tracé. Fietspad N410 In de bestuursovereenkomst ter afronding van het SALTO-project zijn afspraken gemaakt over een mogelijke aanleg van een vrijliggend fietspad langs de N410. De keuze omtrent die aanleg is afhankelijk van de beslissingen die moeten worden genomen over de Oostwestverbinding van Houten naar de A12. In 2013 zal de provincie op basis van onderzoek een voorkeurstracé aangeven. De gemeente Bunnik is nauw bij dit onderzoek betrokken.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Digitale wegen beheerkaart Het wegbeheerprogramma is nu niet voorzien van een digitale beheerkaart. De huidige beheerkaarten sluiten daardoor niet meer aan op de actuele topografische kaarten. Dit maakt dat niet is te controleren of alle mutaties zijn verwerkt en daardoor wordt het bestand onbetrouwbaar. Voor een goed inzicht in de kosten is een actueel en betrouwbaar bestand noodzakelijk. In 2012 is gestart met de invoering van dit digitale systeem; in 2013 zal het worden afgerond. Opstellen baggerplan Alle watergangen dienen te voldoen aan de keur van het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden. De keur schrijft onder andere de diepte van de sloten voor. Het normale onderhoud aan de sloten bestaat uit het uitmaaien van de begroeiing. In het vGRP, dat in septem-
28 ber door de raad is vastgesteld, zijn hiervoor middelen opgenomen voor de jaren 2013 en verder. Reinigen duikers Op dit moment worden de sloten/watergangen alleen geschoond. De duikers in deze sloten/watergangen behoren deel uit te maken van het schonen. Elk jaar moet gemiddeld 15% van de duikers gereinigd worden. De kosten van deze reiniging zijn voor de jaren 2013 en verder in het in september 2012 vastgestelde vGRP opgenomen. In 2013 zullen deze werkzaamheden worden opgepakt. Opstellen beleidsplan Openbare Verlichting Bij de opstart van het maken van het beleidsplan Openbare verlichting is besloten om, vooruitlopend op het opstellen van het beleidsplan, eerst onderzoek te doen naar de wijze waarop het eigendom en beheer voor de toekomst kan worden vorm gegeven. De vraag is daarbij of met de huidige leaseconstructie door kan worden gegaan. Dit onderzoek wordt samen met de gemeenten De Bilt en Soest uitgevoerd. Na afronding van het onderzoek zal het beleidsplan opgesteld worden. Het beleidsplan zal in 2013 worden gepresenteerd.
Overige Ontwikkelingen Er zijn geen overige ontwikkelingen met betrekking tot dit programma.
29
Wat heeft het gekost? Programma 03
Verkeer en vervoer Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Wegen - Openbare verlichting - Bruggen - Verkeer en vervoer
2.413,8 1.473,3 248,1 102,5 590,0
2.472,1 1.519,3 255,1 102,5 595,3
2.371,7 1.371,6 261,9 109,4 628,7
100,5 147,7 6,87,033,4-
Baten - Wegen - Openbare verlichting - Bruggen - Verkeer en vervoer
14,0 8,4 5,7
14,0 8,4 5,7
137,0 119,0 8,1 9,8
122,9119,00,2 4,1-
2.234,7-
223,4
Saldo lasten en baten
2.399,8-
2.458,1-
2.000
Begroot voor wijziging
1.800
Begroot na wijziging Werkelijk gerealiseerd
1.600 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.400 1.200 1.000 800 600 400 200 We
ge n
Op en ba re
ve rlic
Bru gg en hti ng
Ve rke er en v
erv oe r
30 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Wegen 147,7 Voordeel -
Onderuitputting kapitaallasten in verband met temporisering van een drietal investeringen: Verkeersmaatregelen Bunnik, fietspad Werkhoven – Houten en A12 Salto.
-
De onderhoudswerkzaamheden aan de wegen zijn geclusterd. Daarmee is de kwaliteit van de wegen verbeterd en wordt de overschrijding op dit product in latere jaren terugverdient.
-
Door een andere wijze van de straten reinigen ontstaat een incidenteel voordeel op dit product. Dit wordt mede bepaald door minder veegvuil. Overige mutaties.
€
132.700,-
V
€
35.900,-
N
€
60.000,-
V
€
9.100,-
N
€
147.700,-
V
€
23.500,-
V
€
30.000,-
V
€
70.000,-
N
€
16.900,-
N
€
33.400,-
N
Verkeer en Vervoer 33,4 Nadeel -
Er zijn minder uren op het product verkeer en vervoer gemaakt ten laste van het product groen.
-
Onderuitputting kapitaallasten, omdat één investering wordt afgeraamd (verkeersteller) en één investering vertraging heeft opgelopen in verband met het opstellen van verkeersbeleid (Integraal Verkeer en Vervoer Plan).
-
-
Er is budget beschikbaar gesteld voor een bedrag van € 70.000,- voor de gebiedsgerichte aanpak omgeving N229 en oostelijke ontsluiting Houten. Dit project wordt gedekt uit de algemene reserve, die verantwoord wordt op programma 11. Het effect voor het resultaat bedraagt € 12.500,-. Overige mutaties.
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen baten Wegen 119,0 Voordeel -
De gemeente heeft een afkoopsom ontvangen voor toekomstig beheer en onderhoud van de Parallelweg N229. Vanaf 2013 wordt het beheer en onderhoud door de gemeente uitgevoerd. De eerstkomende jaren zijn geen onderhoudskosten te verwachten. Zodra deze kosten ontstaan worden ze ten laste van de voorziening wegen gebracht.
€
59.800,-
V
-
De voorziening Tolhuislaan (wegen/parkeren) valt ten gunste van dit product vrij.
€
59.100,-
V
€
100,-
V
-
Overige mutaties. €
119.000,-
V
31
Programma: 4. Economische ontwikkelingen Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1.
Creëren van een gunstig ondernemersklimaat en voldoende werkgelegenheid
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Economisch Beleidsplan In 2010 is het Economisch Beleidsplan vastgesteld. Bij de vaststelling is aangegeven dat de ambities vanuit dit beleidsplan niet direct uitgevoerd kunnen worden, maar dat op een laag niveau, passend bij de Bunnikse financiële mogelijkheden, de diverse aandachtsvelden nader uitgewerkt worden. Er wordt hierbij met name aangesloten bij initiatieven van anderen. In een breed samenwerkingsverband met diverse gemeentes en de provincies Utrecht, Noord- en Zuid-Holland zijn de koopstromen onderzocht. Vanwege de schaalvoordelen van dit onderzoek zijn de kosten lager uitgevallen dan begroot. De belangrijkste conclusie is dat de fysieke koopstromen afnemen vanwege de toename van webwinkels. Het winkelbestand kan daardoor onder druk komen te staan. Dit is mede afhankelijk van de ontwikkelingen rondom de Nieuwe Wijk voor Odijk. De resultaten van het koopstromenonderzoek zullen hierin worden meegewogen. Samenwerking op economisch vlak (Opstellen Plan van Aanpak / Projectplan Bedrijventerrein A12) Er wordt al jaren gewerkt aan een bedrijventerrein langs de A12 (zuidzijde). Het bedrijventerrein is ingegeven vanuit een zogenaamde herstructurering: of de bedrijven binnen de dorpskernen verplaatst kunnen worden. Inmiddels is het bedrijventerrein A12 opgenomen in het Convenant Bedrijventerreinen (van het BRU) en in de ontwerp Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie. Hieruit volgt dat het de status heeft van “nader te onderzoeken en te onderbouwen locatie”. De aanleg van het bedrijventerrein is daarmee niet uitgesloten, maar ook niet zeker. Het proces rondom dit bedrijventerrein is mede afhankelijk van andere ontwikkelingen die worden bestudeerd in de gebiedsgerichte aanpak van de ontsluiting van het gebied.
32
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Economische ontwikkelingen weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN. Wettelijk kader
Datum van besluit
Jaartal Herziening
2005
2012
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Streekplan (provincie Utrecht) Provinciale Structuurvisie Lokale regelgeving Evenementenbeleid
2008
Algemeen Plaatselijke Verordening (APV)
2010
Toelichting
Toelichting Deze zal in 2013 herzien worden.
2012
De APV is in 2012 door de gemeenteraad integraal herzien.
Collegeprogramma 2010 - 2014 Uitvoering Distributie Planologisch Onderzoek Eén van de uitwerkingen van het Economisch Beleidsplan is de opstelling van een Distributie Planologisch Onderzoek (DPO) voor de kern Odijk. De uitkomsten van een quickscan in 2011 laten een stabiele tot lichte groei in detailhandelsactiviteiten zien voor de komende jaren. De uitvoering van een volledig DPO is afhankelijk van de ontwikkeling van de nieuwe wijk van Odijk. Science Park Utrecht Al enkele jaren is het Science Park Utrecht in ontwikkeling. Dit project op De Uithof is een plek waar onderwijs, onderzoek en kennisintensieve bedrijven elkaar door de onderlinge nabijheid moeten gaan versterken. De combinatie universiteit en bedrijfsleven kunnen als zodanig de motor zijn voor de economie in de regio, waar ook Bunnik van kan profiteren. Het gemeentelijk grondgebied grenst aan De Uithof en biedt kansen om in deze ontwikkeling te kunnen participeren. In 2012 is een presentatie gehouden over het Science Park Utrecht in de gemeenteraad. Daarnaast zijn er diverse gesprekken gevoerd over de samenwerking met Science Park Utrecht en welke mogelijkheden en potenties Bunnik heeft om mee te werken. Ook het bedrijfsleven, in de vorm van het BHIK, wordt betrokken bij de gesprekken hierover. De intentie van de omliggende gemeenten van het Science Park, waar Bunnik onder deel van vormt, is om samen met het bedrijfsleven de samenwerking te intensiveren en verder vorm te geven. Huisvesting ZZP-ers In de bestemmingsplannen voor de dorpen is nadrukkelijk de mogelijkheid opgenomen om ZZP-ers de gelegenheid te geven het bedrijf aan huis uit te oefenen en zelfs om nog wat bedrijfsruimte extra te creëren.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Aanleg glasvezelnetwerk Van uit particulier initiatief zijn in 2011 gesprekken gevoerd over de aanleg van een glasvezelnetwerk in de drie dorpen van de gemeente Bunnik. Begin 2012 is een overeenkomst getekend met Reggefiber om in de dorpen een glasvezelnetwerk in het openbaar gebied aan te leggen. In maart is gestart met de werkzaamheden en eind 2012 was het
33 glasvezelnetwerk bijna volledig aangelegd. Ook zijn al veel huisaansluitingen gerealiseerd. In 2013 zal het werk afgerond worden.
Overige Ontwikkelingen Er zijn geen overige ontwikkelingen met betrekking tot dit programma.
Wat heeft het gekost? Programma 04
Economische ontwikkeling Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Economische aangelegenheden - Markten en standplaatsen
101,8 87,1 14,7
89,2 74,5 14,7
35,0 19,9 15,1
54,2 54,6 0,4-
Baten - Economische aangelegenheden - Markten en standplaatsen
15,1 15,1
15,1 15,1
8,3 8,3
6,8 6,8
Saldo lasten en baten
86,7-
74,1-
26,7-
47,4
Begroot voor wijziging
1.800
Begroot na wijziging
1.600
Werkelijk gerealiseerd
1.400 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.200 1.000 800 600 400 200 200Ec
on om i sc
he aa ng ele ge nh ed
Ma rkt en en s
en
tan dp laa tse
n
34 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Economische aangelegenheden 54,6 Voordeel -
In 2012 zijn door meerdere afdelingen minder uren besteed dan was geraamd.
-
Onderuitputting kapitaallasten, omdat één investering wordt afgeraamd (Focus op de Kromme Rijn) en één investering vertraging heeft opgelopen (stroomkast markt).
-
Overige mutaties.
€
42.900,-
V
€
7.200,-
V
€
4.500,-
V
€
54.600,-
V
35
Programma: 5. Educatie Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3. 4.
Kwalitatief goede huisvesting basisonderwijs Handhaven van (openbaar) onderwijs. Ondersteunende maatregelen om kwalitatief goed onderwijs te bieden Aanbieden van (beroeps)onderwijs voor volwassenen
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid MFA in Bunnik In het collegeprogramma heeft het college aangegeven dat zij grote waarde hecht aan het realiseren en beheren van goede onderwijsvoorzieningen. Binnen iedere kern van Bunnik dient een goede huisvesting voor onze leerlingen te zijn. Odijk beschikte al over een multifunctionele accommodatie, ‘t Palet. Het kwartier, de MFA in Werkhoven volgde in 2011. Een nieuwe sportzaal kwam in de plaats van de Piet Keijzerzaal. In 2013 wordt de MFA Bunnik voltooid. Alle kernen beschikken dan over nieuwe scholen, met kinderopvang, peuterspeelzaal en andere maatschappelijke voorzieningen. Er is in dit proces steeds met gebruikers en omwonenden samengewerkt om tot nieuwe accommodaties en tot overeenkomsten te komen. In 2012 heeft de aanbesteding voor de bouw van de MFA Bunnik plaatsgevonden. Er kon met de bouw worden gestart en op 26 juni 2012 vond de feestelijke onthulling van het bouwbord plaats. In 2013 krijgt Bunnik een nieuw centrum met scholen en sociaal-culturele voorzieningen. Na realisatie van de bouw worden in 2014 de zorg- en starterswoningen gebouwd in opdracht van woningcorporatie Mitros. Verordening Onderwijshuisvesting In het eerste kwartaal van 2012 heeft de raad de ‘Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Bunnik 2012’ vastgesteld. Leerlingenvervoer De gemeente Bunnik heeft, in samenwerking met de gemeenten De Bilt, Houten, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist, het leerlingenvervoer opnieuw aanbesteed. De nieuwe overeenkomsten voor het leerlingenvervoer lopen van 1 augustus 2012 tot en met 31 juli 2015, met als optie de mogelijkheid tot verlenging van tweemaal twee jaar tot uiterlijk 31 juli 2019. De Europese openbare aanbesteding heeft geleid tot gunstigere tarieven ten opzichte van het huidige contract. Dit komt met name door een nieuwe perceelindeling en het daaraan gekoppelde tarief. De routes naar de "dichtbij-percelen" hebben een vaste prijs per rit en de routes naar de "ver-weg-percelen" hebben een tarief per beladen kilometer. e De consequenties zijn al in de 1 bestuursrapportage verwerkt. De raad heeft in 2012 de ‘Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013’ vastgesteld. Deze verordening is van kracht per 1 januari 2013.
36
Overzicht kaders en regelingen In volgend overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Educatie weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN. Wettelijk kader
Datum van besluit
Jaartal herziening
Toelichting
Wet op het primair onderwijs
1981
Regelmatige aanpassing.
Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB)
1996
Regelmatige aanpassing .
Wet Participatiebudget
2009
Deze wet bundelt de budgetten van WEB, Wet werk en bijstand (Werkdeel) en de Wet Inburgering.
Leerplichtwet
1969
Lokale regelgeving
Datum van besluit
Jaartal herziening
Toelichting
Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Bunnik 2012
2012
Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Bunnik 2010
2010
Verordening Leerlingenvervoer 2013
2012
Is vastgesteld.
Ambtsinstructie voor de leerplichtambtenaar
2012
Is vastgesteld.
Cultuurnota 2008-2012
2008
Is vastgesteld.
2013
Collegeprogramma 2010 - 2014 In dit programma zijn voor 2012 geen voornemens vanuit het Collegeprogramma 2010 – 2014 opgenomen.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Invoering Passend Onderwijs De rijksoverheid heeft de invoering van het passend onderwijs uitgesteld tot augustus 2014. De leerlinggebonden financiering en de landelijke indicatiestelling voor speciaal onderwijs gaan dan verdwijnen. Scholen worden zelf verantwoordelijk voor het ondersteunen van zorgleerlingen. Scholen worden verplicht om een passende onderwijsplek aan te bieden en zij dienen daartoe een samenwerkingsverband in te richten. In het jaar 2012 hebben de schoolbesturen zich gericht op het voorbereiden van het op te richten samenwerkingsverband. De gemeente heeft hierin geen directe rol. Maar is er wel bij betrokken. Meerjarenonderhoudsplan Barbaraschool lange termijn In Bunnik, Odijk en Werkhoven zijn/worden drie nieuwe Multifunctionele accommodaties gebouwd. De leerlingen van de Barbaraschool blijven gehuisvest in een bestaand gebouw. Daarom heeft de gemeente voor het gebouw van de Barbaraschool gebruik gemaakt van de subsidieregeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs 2009. Er zijn ventilatie-units geplaatst in de lokalen en er zijn hoogfrequente verlichtingsarmaturen aangebracht in 2012. In 2012 is voor deze school een nieuwe meerjarenonderhoudsplanning opgesteld.
37
Overige Ontwikkelingen Brandveiligheid ‘t Palet In 2012 zijn aanvullende maatregelen voor brandveiligheid getroffen in het schoolgebouw ’t Palet. Het gaat dan om het brandalarm in alle delen van het gebouw hoorbaar te laten zijn. Hiertoe dienden er op meerdere plekken in het gebouw voorzieningen te worden aangelegd.
Wat heeft het gekost? Programma 05
Educatie Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Basisonderwijs - Onderwijsvoorzieningen - Volwasseneneducatie
1.217,2 811,7 344,5 61,0
1.225,3 888,7 275,6 61,0
1.376,2 1.068,3 251,4 56,4
150,9179,624,2 4,6
Baten - Basisonderwijs - Onderwijsvoorzieningen - Volwasseneneducatie
89,0 31,1 3,7 54,2
94,9 37,0 3,7 54,2
128,7 75,6 0,8 52,3
33,838,52,9 1,9
1.247,5-
117,1-
Saldo lasten en baten
1.128,2-
1.130,4-
1.800
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging
1.600
Werkelijk gerealiseerd
1.400 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.200 1.000 800 600 400 200 Ba sis on de rw ij
On de rw s
ijsv oo rzi en ing en
Vo lw a ss
en en ed uc a
tie
38 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Basisonderwijs 179,6 Nadeel -
Op advies van de accountant zijn bij de jaarrekening 2011 een aantal voorzieningen onderhoud schoolgebouwen reserves geworden. De begroting 2012 was toen al opgesteld. In totaliteit heeft dit geen effect op het jaarrekeningresultaat, maar wel op programma 5 (voordelig) en programma 11 (nadelig).
€
49.500,-
V
-
In verband met het volgen van de beleidsontwikkelingen op het gebied van onderwijshuisvesting zijn er meer uren gemaakt dan geraamd.
€
14.600,-
N
€
28.200,-
N
-
In verband met de afrekening van de Regeling verbetering binnenklimaat is er nog een nabetaling gedaan.
-
In 2012 heeft afhandeling van het krediet van de multifunctionele accommodatie Werkhoven (MFA Werkhoven) plaats gevonden. De subsidie afrekening over de periode van augustus 2011 tot en met december 2011 heeft in 2012 plaats gevonden. Dit betreft zowel de exploitatiebijdrage als de huuropbrengsten. Daarnaast werden de salariskosten (inclusief overheadkosten) toegerekend aan het krediet MFA Werkhoven. Aangezien dit project is afgerond, kunnen deze kosten niet meer worden toegerekend aan het MFA en komen deze ten laste van de exploitatie. Dit is een mutatie van administratieve aard. Voor een toelichting wordt verwezen naar de inleiding.
€
111.400,-
N
-
Er zijn afrekeningen van de servicekosten over 2010 en 2011 van de peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang geweest. In de begroting is met deze eindafrekeningen geen rekening gehouden.
€
63.000,-
N
-
Overige mutaties.
€
11.900,-
N
€
179.600,-
N
€
48.800,-
V
€
10.300,-
N
€
38.500,-
V
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (baten) Basisonderwijs 38,5 Voordeel -
Zie hiervoor de toelichting onder de verschillenanalyse van de lasten onder de afrekening multifunctionele accommodatie Werkhoven.
-
Overige mutaties.
39
Programma: 6. Sport, Recreatie en Landschap Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3.
Versterken van de sportsector en vergroten van de sportdeelname (sport) Behouden en versterken van de kwaliteit en beleefbaarheid van het landschap (Vitaal platteland/landschap) Stimuleren van recreatie en toerisme passend bij het karakter van het Kromme Rijngebied (recreatie en toerisme)
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Sport (nota Tarifering en subsidiëring sport) Bij het schrijven van de teksten voor de beleidsbegroting werd voor 2012 er nog vanuit gegaan dat de nota Tarifering en subsidiëring sport geëvalueerd zou worden en dat een start zou worden gemaakt met de harmonisering en overheveling van de energiekosten. Zoals bekend, is de discussie omtrent sport op een heel andere wijze gevoerd. Op dit moment heeft de tarifering en de energiekosten niet de hoogste prioriteit. Hieraan is dan ook in 2012 geen vervolg gegeven.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Sport, Recreatie en Landschap weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Lokale regelgeving
Datum van besluit
Bestemmingsplan buitengebied
Jaartal Herziening
Toelichting
2011
Collegeprogramma 2010 - 2014 Evaluatie uitbesteden sport aan Stichting Sporthuis In 2012 heeft de evaluatie plaatsgevonden van de samenwerking tussen de gemeente en Stichting Sporthuis. Deze evaluatie is door een extern bureau uitgevoerd. De resultaten zijn in het najaar met het Sporthuis besproken waarna deze is vastgesteld. De uitkomsten van de evaluatie vormen een bestanddeel van het onderzoek om het taakveld sport weer op orde te brengen en in control te krijgen. Het onderzoek en de rapportage daarover zal in 2013 tot definitieve keuzes moeten leiden hoe omgegaan wordt met sport in de gemeente Bunnik.
40 Recreatie en landschap (Opstellen Toeristisch Recreatief Ontwikkelings Plan (TROP) In 2011 is het Toeristisch Recreatief Ontwikkelingsplan (2000) geëvalueerd. Deze evaluatie en tal van ontwikkelingen op Provinciaal- en streekniveau op het gebied van recreatie en toerisme gaven aanleiding tot het uitwerken van het bestaande beleid naar Bunniks schaalniveau. In 2012 is daarom van start gegaan met het plan ‘Recreatie en Toerisme gemeente Bunnik’. Dit plan wordt in 2013 verder opgesteld en vastgesteld. Hiervoor is € 20.000,- beschikbaar gesteld welke wordt gedekt uit de algemene reserve. Activiteiten Landschapsontwikkelingsplan In 2009 is het Landschapsontwikkelingsplan vastgesteld. In dit plan worden diverse projecten genoemd die hun vervolg moeten krijgen. Voor de uitvoering hiervan zijn beperkt financiële middelen in de begroting beschikbaar gesteld. De projecten zijn in veel gevallen gemeentegrensoverschrijdend. Samen met andere partijen uit het Kromme Rijngebied worden de activiteiten opgepakt en uitgevoerd. In 2012 zijn onder andere de volgende uitvoeringsprojecten uit het landschapsontwikkelingsplan afgerond: • • • •
Meetnet Kleine Landschapselementen Erfbeplantingen Aardkundige fietsroute Planvorming inrichting natuurvriendelijke oevers Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden
Initiatief verminderen organisaties buitengebied In 2012 is aandacht besteed aan de vermindering van het aantal organisaties dat werkzaam is op het gebied van landschap. Dit heeft niet direct geleid tot vermindering. Wel is in het kader van het opheffen van het Streekhuis Kromme Rijn bekeken hoe beter samengewerkt kan worden op dit vlak.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota In de Kadernota 2012 – 2015 is met betrekking tot Sport, Recreatie en Landschap geen nieuw beleid opgenomen.
Overige Ontwikkelingen Taakveld sport in control brengen Eind 2011 is er een quick scan uitgevoerd naar de situatie op het taakveld sport. Hierbij zijn zowel de kosten als de contracten en samenwerking met partijen nader bekeken. Deze quick scan is medio 2012 aan de gemeenteraad aangeboden. De gemeenteraad heeft ingestemd met het doen van een vervolgonderzoek naar het taakveld sport. Dit onderzoek is nog lopende en moet medio 2013 zijn afgerond.. Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied In 2012 is de gemeente Bunnik betrokken geweest bij het traject ‘Toekomst recreatie(schappen)’. De Utrechtse gemeenten en provincie hebben voor dit traject een stuurgroep opgericht. Deze stuurgroep wil dat: • Helderheid bestaat over de gedeelde visie en strategie op het recreatiebeleid binnen de provincie Utrecht. • De recreatieve voorzieningen modern en op goed niveau (aantrekkelijk, geen achterstallig onderhoud, veilig) zijn.
41 • Maatschappelijke en economische belangen in evenwicht zijn en er meer ruimte is voor ondernemerschap (private investeringen). • Kosten en baten van ontwikkeling, onderhoud en beheer structureel in evenwicht zijn. In 2012 zijn fase 1: ‘Visie Recreatie en Toerisme 2020 van provincie Utrecht’ en fase 2: ‘Innovatieve financieringsconstructies’ afgerond. In 2013 zal fase 3: ‘Toekomst Recreatieschappen’ afgerond worden. Deze laatste fase is erop gericht de strategische, financiële en organisatorische voorwaarden te scheppen voor een goede uitvoering van de publieke recreatietaak in de Provincie Utrecht. Streekhuis/Gebiedscommissie Kromme Rijn In 2012 is er een einde gekomen aan de gebiedssamenwerking zoals deze vanaf 2007 heeft plaatsgevonden. De provincie Utrecht heeft de voormalige Agenda Vitaal Plattelandgebieden samengevoegd in deelgebied West en deelgebied Oost. Gebiedscommissie Kromme Rijn behoudt een aparte status binnen deelgebied Oost. Het Streekhuis Kromme Rijn is in april 2012 gesloten. Bovengenoemde ontwikkelingen hebben er toe geleid dat er een heroverweging nodig was van de samenwerking in de Kromme Rijnstreek, welke afgelopen jaar heeft plaatsgevonden. De deelnemers hebben gezamenlijk besloten de streeksamenwerking voort te zetten in de vorm van een streekplatform waarin initiatiefnemers, uitvoerders, beleidsmakers en bestuurders verenigd zijn. Het streekplatform wordt gefaciliteerd door twee streekcoördinatoren die provinciale projecten begeleiden vanuit Agenda Vitaal Platteland, secretaris zijn van de gebiedscommissie/stichting Kromme Rijn, nieuwe initiatieven en projecten opzetten en begeleiden en de coördinatie van de Plaatselijke groep Leader verzorgen. De nieuwe gebiedssamenwerking is geregeld tot het einde van de provinciale AVP-periode 2007-2013. De komende periode zullen de deelnemers – in het besef van weinig tot geen ruimte op de gemeentelijke begroting - benutten om zich te oriënteren op blijvende samenwerking vanaf 2014. Toeristische poorten en entrees De gebiedscommissie is in 2012 in samenwerking met gemeente Bunnik en gemeente Houten van start gegaan met een onderzoek naar de mogelijkheden van een toeristische poort in het gebied Vechten/bos Nieuw Wulven. Dit onderzoek wordt begin 2013 afgerond.
42
Wat heeft het gekost? Programma 06
Sport, Recreatie en Landschap Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Lasten - Sport - Recreatieve voorzieningen en landschap
1.214,7 993,8 220,9
1.306,0 1.075,1 230,9
1.178,5 1.057,6 120,9
Baten - Sport - Recreatieve voorzieningen en landschap
330,4 316,5 13,9
378,1 364,2 13,9
439,3 392,6 46,7
Saldo lasten en baten
884,3-
927,9-
739,2-
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Begroot voor wijziging 1.700
Begroot na wijziging
1.500
Werkelijk gerealiseerd
Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.300 1.100 900 700 500 300 100 100Sp ort
Re
cre ati e
ve v
oo rz.
en l
an ds c
ha p
127,6 17,5 110,0 61,228,432,8-
188,7
43 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Recreatieve voorzieningen en landschap 110,0 Voordeel €
20.000,-
V
Er is geen volledig invulling gegeven aan de uitvoering van het TROP. (Toeristisch Recreatief OntwikkelingsPlan). In 2012 zijn geen aanvragen geweest. In 2013 zal het TROP komen te vervallen bij vaststelling van de nieuwe nota Recreatie en Toerisme Gemeente Bunnik.
€
8.000,-
V
-
Er is sprake van een incidentele meevaller in verband met de afwikkeling krediet subsidie BOL (Besluit Ontwikkeling Landschappen) 20072009. De kosten zijn gemaakt in voorgaande jaren.
€
45.000,-
V
-
Overige mutaties
€
37.000,-
V
€
110.000,-
V
€
7.000,-
V
-
Lagere lasten in verband met het niet uitvoeren van projecten in het kader van agenda vitaal platteland als gevolg van het wegvallen van subsidies bij rijk en provincie.
-
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen baten Sport 28,4 Voordeel -
Vrijval voorziening sport conform nota financieel beleid 2013 (deze valt vrij op programma 6 en zal in programma 11 gestort worden in de algemene reserve en verloopt aldus budgetneutraal).
-
In 2012 heeft een eindrekening over 4 kwartaal 2011 plaatsgevonden in verband met huurinkomsten sporthuis en Kwartier. Dit is een voordeel in 2012.
€
19.000,-
V
-
Overige mutaties
€
2.400,-
V
€
28.400,-
V
€
12.000,-
N
€
44.800,-
V
€
32.800,-
V
e
Recreatieve voorzieningen en landschap 32,8 Voordeel -
Er is sprake van lagere inkomsten huur Veldruiters dan begroot. Tevens vond in het verslagjaar 2012 de kermis Bunnik niet plaats.
-
Er is in 2012 een subsidie van de BRU ontvangen in verband met het groenproject recreatieve verbindingen. De kosten van de aardkundige fietsroute en het doortrekken van het Jaagpad worden daaruit bekostigd.
44
Programma: 7. Maatschappelijke ondersteuning Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1.
2. 3.
Een gezonde, sociale en leefbare gemeente waarin het goed toeven is, ook voor kwetsbare groepen (maatschappelijke ondersteuning) Bevorderen van ontplooiingsmogelijkheden en mogelijkheden voor maatschappelijke participatie van kinderen, jeugd en jongeren (jeugd en gezin) In stand houden van cultureel erfgoed binnen de gemeente (cultuur)
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg (DD JGZ) De projectperiode voor de implementatie van het DD JGZ is afgerond met een positief saldo van € 19.000. Het Algemeen Bestuur van GGD Midden Nederland heeft op 1 november 2012 besloten om dit terug te geven aan de gemeenten. Centrum voor jeugd en gezin (CJG) In april 2012 hebben de gemeenten Wijk bij Duurstede en Bunnik gezamenlijk een coördinator voor het CJG aangesteld. Het CJG is in 2012 meer zichtbaar geworden voor de ouders en de jeugd. Vanuit het CJG Bunnik zijn diverse themabijeenkomsten voor opvoeders en netwerkbijeenkomsten voor professionals georganiseerd. Zo is er bijvoorbeeld met de ouderraad van een van de basisscholen gezamenlijk een ouderavond georganiseerd. Ook vonden thema avonden voor opvoeders plaats over pesten, pubers, positief opvoeden, “Lekkerbekken en slechte eters” en groepscultuur (lusten en lasten van vriendengroepen). Voor professionals vonden bijeenkomsten plaats over coördinatie van zorg en over ‘benoemen met behoud van relatie’, over het bespreken en melden van signalen. Via deze bijeenkomsten vindt deskundigheidsbevordering plaats en leren de professionals in het CJG netwerk elkaar beter kennen en beter te vinden. Lokaal wordt in 2013 in de gemeente Bunnik, mede ter voorbereiding op de transitie jeugdzorg, een pilot doorontwikkelen CJG gestart. In deze pilot wordt ingezet op outreachend werken en het afstemmen van zorgprocessen tussen de verschillende partners. Concreet betekent dat een CJG professional bij de voorscholen en op de schoolpleinen aanwezig is. Het CJG krijgt op deze manier meer een gezicht en ouders kunnen vrijblijvend een CJG professional spreken. Ook worden meer gesprekken gevoerd tussen CJG professionals en intern begeleiders om vroegtijdig signalen te delen. Indien nodig wordt aan deze signalen een vervolg gegeven, in overleg met de ouders. Het invoeren van deze werkwijze is een stap in de voorbereiding van de transitie jeugdzorg. De pilot zou in 2012 starten, dat is vanwege externe omstandigheden niet gelukt. Subsidieplafonds Bij de begroting zijn de subsidieplafonds vastgesteld. Toewijzing van subsidies heeft plaatsgevonden conform het door het college vastge-
45 stelde subsidieprogramma. Er heeft geen overschrijding plaatsgevonden van het totale subsidieplafond.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Maatschappelijke ondersteuning weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN. Datum van besluit
Jaartal Herziening
Wet op jeugdzorg
2005
2010
Nota integraal jeugdbeleid gemeente Bunnik 2009-2012
2009
Lokale regelgeving
Verordening Peuterspeelzalen Bunnik
2005
2011
Wmo verordening
2009
2012
Toelichting .
De nieuwe ‘Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen’ is in oktober 2011 vastgesteld door de gemeenteraad. De verordening is in 2012 niet aangepast. Dit wordt meegenomen bij transitie in 2013.
Collegeprogramma 2010 - 2014 Implementatie Wmo beleidsplan In 2012 is een begin gemaakt met het ten uitvoer brengen van het Wmo Beleidsplan. Het beleidsplan kent twee inhoudelijke hoofdlijnen: de civil society en de kanteling. Op het punt van de civil society is in de tweede helft van het jaar begonnen met het in het beleidsplan aangekondigde onderzoek. Dat onderzoek vertrekt vanuit de vraag wat de gemeente kan doen om het lokale maatschappelijke middenveld te versterken. Naast interviews met relevante lokale spelers maakt ook een analyse op het punt van burgerkracht en vrijwilligerswerk deel uit van het onderzoek. Het onderzoeksrapport komt beschikbaar in het tweede kwartaal van 2013. De tweede hoofdlijn die is opgepakt betreft de kanteling. Er is een pilot ‘Gespreksvoering’ gestart. Hiermee is ervaring opgedaan met de kernfunctie van de kanteling: ‘het gesprek’. Het resultaat van een pilotgesprek is op maat ondersteuning van cliënten met een ondersteuningsvraag. De ondersteuning wordt vastgelegd als arrangement in een verslag. Het bevat het pakket aan oplossingen dat in het gesprek is afgesproken. Dit arrangement kan in de pilot nog een aanvraag voor een voorziening bevatten maar dat is niet noodzakelijk. Als onderdeel van de pilot hebben de consulenten van het Wmo-loket een specifieke training gehad. Na evaluatie (begin 2013) zal besluitvorming plaatsvinden over wat de uitkomsten van de proef betekenen voor het reguliere werkproces.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Voorbereiding transitie jeugdzorg In de programmabegroting 2012 werd ervan uitgegaan dat de overheveling van de jeugdzorg gefaseerd plaats zou vinden in de jaren 2014 tot en met 2016. Dit is door de landelijke ontwikkelingen inmiddels achterhaald. Gemeenten worden per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor alle jeugdhulp (nieuwe naam voor jeugdzorg). Tevens werd er ten tijde van het opstellen van de programmabegroting 2012 en de kadernota 2013 vanuit gegaan dat de decentralisatie ge-
46 paard zou gaan met een efficiencykorting van structureel € 300 miljoen. In het regeerakkoord van het nieuwe kabinet is opgenomen dat dit wordt verhoogd met € 150 miljoen naar € 450 miljoen. Invoeringskosten jeugdzorg 2012 In de 2e bestuursrapportage is € 15.000 gevraagd (zoals beschikbaar gesteld in de decentralisatie uitkering) voor de invoeringskosten jeugdzorg. Regionaal is besloten om eerst een regionaal bestuurlijk traject visievorming aan te gaan. Daarna kan een regionaal projectleider met de resultaten van het visietraject aan de slag. De gelden moeten dan ook beschikbaar blijven voor het proces in 2013. Regionale samenwerking Voor de transitie jeugdzorg wordt samengewerkt met de gemeenten De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist. Concreet zijn in 2012 de volgende stappen gezet: • De gemeenten hebben met de provincie Bestuurlijke afspraken ondertekend. • De gemeenten hebben gezamenlijk een subsidieaanvraag bij de provincie ingediend voor zorgvernieuwing. Hiermee wordt in 2013 in de regio geëxperimenteerd met indicatievrije trajecten. De gemeenten hebben hiervoor een gezamenlijke regionale projectleider aangesteld. • De provincie stelt een deel van haar doeluitkering jeugdzorg ter beschikking aan gemeenten, via het zogeheten fichesmodel. Hiervoor worden door gemeenten, provincie en zorgaanbieders gezamenlijk spelregels opgesteld. Regio’s kunnen deze fiches gezamenlijk inzetten. • De vijf gemeenten starten begin 2013 een regionaal bestuurlijk traject visievorming over alle jeugdzorg. Dit gaat zowel over de nieuwe als de huidige jeugdzorgtaken. Bijdrage regiotaxi Vanaf 1 januari 2012 zijn de tarieven per zone gestegen met € 0,70 voor het regiotaxivervoer (collectieve vervoersvoorziening) voor cliënten met een regiotaxipas. Inwoners uit Bunnik met een Wmo vervoersindicatie maken gebruik van de regiotaxi tegen een gereduceerd tarief. Zij betalen per zone een eigen bijdrage van € 0,60. De gemeente vult dit bedrag aan tot de zoneprijzen en vanuit de Brede Doel Uitkering (BDU) betaalt de BRU de overige kosten. In de 1e Bestuursrapportage 2012 is een incidentele last aangedragen van € 18.000,- voor het opvangen van de tariefsverhoging. De structurele dekking is via de kadernota 2013-2016 toegekend. Voor de Wmo-doelgroep gold in Bunnik een inkomensgrens om te kunnen reizen tegen gereduceerd tarief. Als gevolg van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 19 december 2011 en 19 januari 2012 over de inkomensgrens voor de regiotaxi is op 21 februari 2012 besloten dat bij de beoordeling van een aanvraag voor een collectieve vervoersvoorziening in de vorm van een regiotaxipas de inkomensgrens komt te vervallen. Hierdoor komen meer aanvragers in aanmerking voor een vervoersvoorziening. Dit is reeds gemeld in de 1e bestuursrapportage. In de 1e bestuursrapportage is verder gemeld dat door de stijging van het tarief voor regiotaxi de gemeente meer kosten maakt voor de regiotaxi. Door het vervallen van de inkomensgrens is het aantal verstrekte pasjes verdrievoudigd ten opzichte van 2011. Dit heeft in 2012 niet geleid tot financiële consequenties. Het aantal verreden zones is gestegen met 0,35% ten opzichte van 2011.
47 Implementatie stelselwijziging AWBZ (AWBZ transitie) Op 10 mei 2012 is besloten om een bedrag van € 59.000 (zoals beschikbaar gesteld in de decentralisatie uitkering) ten behoeve van fase 1 van de voorbereidende werkzaamheden voor de decentralisatie van de functie ‘Extramurale begeleiding’ uit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz). In de 2e Bestuursrapportage 2012 is dit financieel verantwoord. Dit bedrag is ingezet bij de eerste fase van de voorbereidingen van de Awbz decentralisatie. Met behulp van een externe projectleider zijn er drie werkateliers georganiseerd met 20-25 deelnemers. Hiervoor zijn zorgaanbieders, vertegenwoordigers van cliënten en een vertegenwoordiging van de Wmoraad uitgenodigd. Verder is er een aantal gesprekken met verschillende cliënten gevoerd en is er een werkatelier in de gemeentelijke organisatie georganiseerd. Alle input die dit interactieve proces opleverde is verwerkt in een richtinggevende nota over het vervolg van de Awbz transitie. Deze nota is, vanwege de uitstel door de val van het Kabinet, niet verder in procedure gebracht. Daarnaast is een pilot gestart om de Kanteling in de gemeentelijke organisatie voor te bereiden. Uit het Lente akkoord van eind Mei 2012 bleek dat de decentralisatie voor nieuwe cliënten per 1 januari 2013 niet naar de gemeenten zou komen. Op 12 juni 2012 heeft het college ingestemd met het maken van een pas op de plaats met de voorbereidingen en is de gemeenteraad hierover per brief geïnformeerd. In afwachting van de aanpassingen in de transitie heeft de richtinggevende notitie vooralsnog geen vervolg gekregen. De decentralisatie is uitgesteld tot 2015. Preventieve gezondheidszorg voor ouderen (Signaleringsnetwerk Eenzaamheid Bunnik) Terugdringen van eenzaamheid en participatie zijn belangrijke aandachtspunten bij de Kanteling van de Wmo (Collegeprogramma 20102014). In 2012 is na een pilot het ‘Signaleringsnetwerk Eenzaamheid Bunnik’ (SEB) opgezet. Dit onderwerp is een speerpunt uit de Nota lokaal gezondheidsbeleid 2009-2012. Het SEB heeft een samenwerkingsovereenkomst met lokale partijen en werkt met een signaleringsen privacyprotocol. In het kader van de ‘één loket gedachte’ is de netwerkcoördinator van het SEB bij het Wmo-loket ondergebracht. Hiermee wordt duidelijk dat er een verband ontstaat tussen de verschillende onderdelen waarvoor de gemeente zorg en aandacht heeft (totaal benadering). Herziening subsidiebeleid In het kader van Bunnik in Balans ligt er een bezuinigingsopdracht voor het verminderen van subsidies met een bedrag van € 50.000 voor 2014. Tevens is gebleken dat de kaders voor het subsidiebeleid verandering behoeven. In 2012 is gestart met het proces herziening van het subsidiebeleid. Er is een plan van aanpak vastgesteld voor het proces en de gemeenteraad heeft een Klankbordgroep gevormd om het proces te begeleiden. Allereerst wordt gestart met het aanpassen van de kaders voor het nieuwe subsidiebeleid. Daartoe zijn verenigingen en instellingen uitgenodigd om actief te participeren in het mee denken over de nieuwe kaders. Het proces loopt door in 2013. Implementatie MoMo (Modernisering Monumentenzorg) Er verandert de laatste jaren veel op het gebied van monumentenzorg. Deze veranderingen worden de Modernisering Monumentenzorg genoemd, kortweg MoMo. Het gaat daarbij om de volgende drie grote veranderingen: cultuurhistorische belangen meewegen in de ruimtelijke ordening, krachtiger en eenvoudiger regels en herbestemmen van monumenten die hun functie verliezen. Het meewegen van cultuurhistorische belangen in de ruimtelijke ordening krijgt zijn beslag in de nu lopende herzieningen van de bestem-
48 mingsplannen voor de drie dorpen. De krachtigere en eenvoudigere regels komen vanuit de rijksoverheid. Een voorbeeld hiervan is dat een aantal werkzaamheden aan monumenten vergunning vrij is geworden. Het herbestemmen van monumenten die hun functie verliezen kan eveneens door middel van het bestemmingsplan worden gerealiseerd. Invoering maatschappelijke stage De maatschappelijke stage is als wettelijke taak in 2011 van kracht geworden. Het rijk had hiervoor budget overgeheveld in de algemene uitkeringen van het Gemeentefonds (20 miljoen, structureel). Bij de aantreding van het kabinet Rutte II, werd bekend dat deze maatregel ook weer zal worden teruggedraaid. De wettelijke verplichte maatschappelijke stages wordt per 2015 (voor scholen schooljaar 2015/16) afgeschaft. Daarbij zal een uitname uit de algemene uitkering van het Gemeentefonds plaatsvinden (20 miljoen, structureel). De alternatieve invulling van de onderwijstijd wordt gedekt uit het bestaande onderwijsbudget. Aangezien Bunnik geen scholen in het Voortgezet Onderwijs (VO) heeft, er (nog) geen beleid geformuleerd was en ook geen maatschappelijk makelaar was aangesteld, is daarmee dit programmaonderdeel stopgezet.
Overige Ontwikkelingen Jeugdgezondheidszorg In de gemeente Bunnik wordt de JGZ voor 0-4 jarigen uitgevoerd door Vitras/CMD en voor 4-19 jarigen door GGD Midden Nederland. In veel gemeenten in de provincie Utrecht (behalve in de stad Utrecht en de regio Eemland) bestaat deze knip in de JGZ. Provinciebreed is in 2012 een scenario-onderzoek uitgevoerd naar een integrale JGZ (0-19 jaar). Tussen de regio’s in de provincie Utrecht bleek geen commitment te bestaan over de uitkomsten van het onderzoek. De regio Utrecht Zuidoost, waaronder de gemeente Bunnik valt, heeft besloten om de keuze ten aanzien van een integrale JGZ te bezien in het bredere kader van de stelselwijziging jeugdzorg. Tot die tijd blijft de JGZ bij de huidige zorgaanbieders. Ketenzorg dementerenden Het Zorgkantoor stelt onder voorwaarden gelden beschikbaar aan gemeenten voor het inzetten van case-managers voor dementerenden. Bunnik trekt hierin samen op met Wijk bij Duurstede en kent een stuurgroep. Deze bestaat voornamelijk uit zorgaanbieders die gezamenlijk het netwerk dementie zullen vormen. Een kring van uitvoeringspartners draagt bij aan het maken van een plan van aanpak waarin een op elkaar aansluitend zorg- en ondersteuningsaanbod in kaart is gebracht. In 2012 is de intentieverklaring voor de samenwerking in het ondersteunen van dementerenden voorbereid, zodat deze in 2013 getekend kan worden. Een netwerk dementie, een plan van aanpak en een intentieverklaring voor samenwerking, zijn voorwaarden voor het verkrijgen van de gelden van het Zorgkantoor. Hulpmiddelen Vanaf 1 januari 2012 is er een nieuw contract afgesloten met de hulpmiddelenleverancier. Zoals in de 2e bestuursrapportage 2012 gemeld is de bezuinigingstaakstelling gerealiseerd en zijn de werkelijke kosten aanzienlijk lager dan begroot. Het aantal aanvragen en beschikkingen is toegenomen ten opzichte van 2011, maar de werkelijke kosten zijn aanzienlijk lager. Dit komt door een gunstige aanbesteding en daarnaast zijn er in 2012 minder ”dure voorzieningen” zoals bouwkundige woningaanpassingen en scootmobielen verstrekt waardoor de kosten lager zijn.
49 Monumenten In 2012 zijn de Bunnikse regelingen op het gebied van monumenten geactualiseerd. Ten eerste is het ‘reglement op de monumentencommissie gemeente Bunnik 2007’ ingetrokken. Voor zover dat nodig was, is deze regeling verwerkt in de ‘Bouwverordening Bunnik 2012’ die in 2012 in werking is getreden. Ten tweede is de gemeentelijke monumentennota ‘Bunnik Monumentaal’ ingetrokken. Ten derde is de ‘Subsidieverordening Monumenten Bunnik 2006’ ingetrokken. Hiermee is uitvoering gegeven aan de bezuinigingsmaatregel uit Bunnik uit Balans 2011 om de subsidies voor monumenten stop te zetten. Archeologie De provincies en het Rijk hebben een samenwerkingsovereenkomst afgesloten waarin zij de ambitie uitspreken de Romeinse Limes te behouden en leefbaar te maken en op de Werelderfgoedlijst van UNESCO te plaatsen. De Romeinse Limes loopt onder andere over het grondgebied van de gemeente Bunnik. De gemeente Bunnik participeert daarom in de provinciale Klankbordgroep Romeinse Limes.
50
Wat heeft het gekost? Programma 07
Maatschappelijke ondersteuning Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000) 4.121,9 30,2 535,6 1.981,9 670,8 699,6 203,8
Lasten - Monumenten - Dorp- en buurtbeleid - Beleid voor kwetsbare burgers - Jeugdbeleid - Integraal beleid maatschappelijke opvang - Gemeentelijke welzijnsaccommodaties
4.229,7 47,8 550,8 1.949,1 694,0 803,2 184,8
4.442,9 47,8 551,6 1.999,6 680,3 813,0 350,5
Baten - Monumenten - Dorp- en buurtbeleid - Beleid voor kwetsbare burgers - Jeugdbeleid - Integraal beleid maatschappelijke opvang - Gemeentelijke welzijnsaccommodaties
889,4 204,0 285,6 224,1 175,6
751,4 287,0 224,1 240,3
3.340,4-
3.691,5-
Saldo lasten en baten
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
726,6 1,2372,6 221,7 133,6
3.395,2-
1.800 Begroot voor wijziging
1.600
Begroot na wijziging
1.400
Werkelijk gerealiseerd
1.200 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.000 800 600 400 200 200400600Mo nu me
Do nte n
rpen b
Be lei d uu rtb
ele id
kw e
tsb
Je ug db ele id
are b
urg ers
Int eg r.
be lei d
Ge m. we lzij ns ma ac ats co mm ch .op od va ati ng es
321,0 17,7 16,1 17,7 9,5 113,4 146,7 24,8 1,2 85,62,5 106,7
296,2
51 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (lasten) Integraal beleid maatschappelijke opvang 113,4 Voordeel -
Urenverschuiving binnen dit programma.
€
79.500,-
V
-
Lagere lasten inburgering en gezondheidszorg dan begroot. In 2012 werd de doelgroep voor inburgeringsvoorzieningen verder ingeperkt (inburgeringsplichtige asielgerechtigden, vrijwillige inburgeraars en gezinsvormers).
€
28.500,-
V
€
5.400,-
V
€
113.400,-
V
-
Overige mutaties.
Gemeentelijke welzijnsaccommodaties 146,7 Voordeel -
In 2012 heeft afrekening van het krediet van de multifunctionele accommodatie Werkhoven plaats gevonden. Tezamen met deze afrekening zijn de boekwaarden van de voormalige jeugdaccommodatie Werkhoven ineens afgeschreven. Dit is echter niet ten laste van dit product gegaan (zoals begroot), maar ten laste van de daarmee samenhangende grondexploitaties. Dit is een mutatie van administratieve aard. Voor een toelichting wordt verwezen naar inleiding.
€
150.100,-
V
-
Overige mutaties.
€
3.400,-
N
€
146.700,-
V
€
85.600,-
V
€
85.600,-
V
€
51.700,-
N
€
30.200,-
N
€
24.800,-
N
€
106.700,-
N
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (baten) Beleid voor kwetsbare burgers 85,6 Voordeel -
Het voordeel op dit onderdeel wordt veroorzaakt door hogere inkomsten eigen bijdragen. In 2010 is het maximaal aantal terugbetaal termijnen gewijzigd van 9 naar 39. Hierdoor betalen cliënten makkelijker hun eigen bijdragen terug, maar zijn er in 2012 nog bijdragen ontvangen over de jaren 2010 en 2011.
Gemeentelijke welzijnsaccommodaties 106,7 Nadeel -
-
-
In verband met een aantal afrekeningen van huren over voorgaande jaren ontstaat er in 2012 een incidenteel nadeel van € 51.700,- (onder andere Jong Nederland, huur lokaal kinderopvang). In de begroting heeft een dubbele doorbelasting plaats gevonden van de huuropbrengsten van de scholen en instellingen, die in het gebouw van de multifunctionele accommodatie Het Palet zitten. Deze is niet gerealiseerd en levert op dit product een incidenteel nadeel op. De huuropbrengsten van de multifunctionele accommodatie Werkhoven worden verdeeld over de diverse producten. Dit levert hier een nadeel op van € 24.000,-, maar op het product sport een voordeel van € 19.000,-. Per saldo levert dit nauwelijks budgettaire consequenties op.
52
Programma: 8. Inkomen en Werkgelegenheid Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1.
2. 3.
Iedere inwoner beschikt tenminste over een inkomen op het voor hem haar geldende bijstandsniveau (armoedeproblematiek) Bijstandsgerechtigden die kunnen werken stromen zo snel mogelijk uit naar werk (meer mensen aan het werk) Iedere inwoner is financieel gezien in staat voldoende maatschappelijk te participeren in werk of verenigingsleven
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Regionale samenwerking (Implementeren / uitvoeren toekomstvisies Regionaal Sociale Dienst (RSD) en BIGA (sociale werkvoorziening) Reeds in 2009 (strategische Heroriëntatie RSD) is de ontwikkeling ingezet die zich richtte op integratie van de twee Gemeenschappelijke Regelingen RSD en SWZ. Dit proces heeft erin geresulteerd dat de vijf betrokken gemeenteraden in mei de tekst van de nieuwe gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen 2012 konden vaststellen. Met de samenvoeging is onder meer vorm en inhoud gegeven aan de duale bestuurlijke verhouding en aansturing en aan de beginselen van ‘good local governance’ . Tevens is een uittredingsbepaling opgenomen. De samenvoeging van de twee regelingen komt in de praktijk neer op een opheffing en liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling SWZ en een wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling RSD. In oktober stemde de gemeenteraden in met het liquidatieplan Gemeenschappelijke Regeling SWZ. De nieuwe GR heet: Gemeenschappelijke Regeling Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug. Opstellen regionaal arbeidsmarktbeleid Gemeenten krijgen van het Rijk Wsw-budget voor het realiseren van een minimaal aantal Wsw-plaatsen. Bij dreigende onderrealisatie, kent de Wsw de mogelijkheid van ‘overdracht van taakstelling’. Met het oog daarop is in 2012 een eenmalige overdracht gedaan van 0,70 subsidie eenheden van Bunnik aan De e Bilt. Dit is gemeld bij de 2 bestuursrapportage 2012.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Inkomen en Werkgelegenheid weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Lokale regelgeving
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Toelichting
53
Collegeprogramma 2010 - 2014 Naast de voorgenomen beleidsontwikkelingen op bestaand beleid zijn geen activiteiten voor 2012 op grond van het Collegeprogramma benoemd.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Voorbereiding / implementatie Wet werk naar vermogen In de eerste maanden van het verslagjaar is binnen de Gemeenschappelijke Regelingen Regionale Sociale Dienst (RSD) en Sociale Werkvoorziening Zeist (SWZ) met de buurgemeenten gezamenlijk opgetrokken in de voorbereidingen op de Wet werken naar vermogen. Aan het begin van het verslagjaar liet het zich aanzien dat deze nieuwe wet op 1 januari 2013 in werking zou treden. Met dat vooruitzicht is er medio februari bij de RSD een bijeenkomst voor raadsleden van de betrokken gemeenten geweest, is er in april een aanvraag herstructureringsfaciliteit Wsw namens de vijf gemeenten bij het Rijk ingediend en zijn er regionaal aanvullende strategische kaders op het Meerjarenbeleidskader sociale en economische participatie voorbereid. Door de val van het Kabinet Rutte I in het voorjaar en het aantreden van het kabinet Rutte II verschoof het perspectief echter ingrijpend. De door het nieuwe kabinet beoogde wet is qua naamgeving gewijzigd en heet nu Participatiewet. Die wet, zo heeft het kabinet laten weten, zal onderdelen van het wetsvoorstel Wet Werk naar Vermogen verenigen met nieuwe elementen. Nieuw is bijvoorbeeld dat (vermoedelijk met ingang van 2015) een quotumregeling gaat gelden op grond waarvan werkgevers met meer dan 25 werknemers op straffe van een boete tenminste 5 % aan arbeidsbeperkte werknemers in dienst dienen te hebben. Op het moment dat dit wordt geschreven is het de bedoeling van het kabinet het wetsvoorstel Participatiewet naar het Parlement te sturen en dat de meeste onderdelen van de nieuwe wet op 1 januari 2014 in werking treden.
Overige Ontwikkelingen Ontwikkeling arbeidsmarkt en werkloosheid De economische crisis heeft ook in 2012 zijn invloed doen gelden. Het landelijke werkloosheidspercentage steeg van 6,2% (december 2011) naar 7,3% (december 2012). De arbeidsmarktsituatie in de regio Kromme Rijn Heuvelrug is iets minder slecht en laat over dezelfde periode een stijging zien van 4,1% werkloosheid naar 4,6%. Het aantal uitkeringsgerechtigden bij de RSD steeg in 2012 van 1927 naar 2106. Het aantal uitkeringsgerechtigden uit Bunnik steeg per saldo van 72 naar 76. In het voorjaar lag dit aantal voor Bunnik om ook voor de RSD onbekende redenen even op 83 maar die piek bleek gelukkig van korte duur. Het meest verontrustend is het doorzetten van de sterke stijging van het beroep op de schuldhulpverlening. Waar in 2011 sprake was van 968 aanvragen RSD-breed, betrof het aantal aanvragen in 2012 in totaal 1.232.
54
Wat heeft het gekost? Programma 08
Inkomen en werkgelegenheid Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Inkomensvoorzieningen - Werkgelegenheidsvoorzieningen
2.020,0 1.448,6 571,4
2.136,5 1.569,2 567,3
2.087,4 1.524,7 562,7
49,1 44,5 4,6
Baten - Inkomensvoorzieningen - Werkgelegenheidsvoorzieningen
1.404,2 888,8 515,4
1.456,1 958,8 497,4
1.500,5 1.007,1 493,4
44,448,44,0
Saldo lasten en baten
615,8-
680,4-
586,9-
Begroot voor wijziging 1.700
Begroot na wijziging
1.500
Werkelijk gerealiseerd
Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.300 1.100 900 700 500 300 100 100Ink o
me ns vo orz i
We en ing en
rkg ele g
en he ids
vo
orz ien ing en
93,5
55 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (lasten) Inkomensvoorzieningen 44,5 Voordeel -
Het aantal bijstandsuitkeringen is lager uitgevallen dan geraamd. Het gemiddeld aantal verstrekte bijstandsuitkeringen is in 2012 lager uitgevallen dan geraamd. Het werkelijke gemiddelde aantal uitkeringen is derhalve lager uitgevallen dan de schatting van het CPB in maart 2012.
-
Overige mutaties.
€
38.300,-
V
€
6.200,-
V
€
44.500,-
V
€
43.500,-
V
€
4.900,-
V
€
48.400,-
V
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen (baten) Inkomensvoorzieningen 48,4 Voordeel -
Het definitief vastgestelde gebundeld budget 2012 valt hoger uit dan de oorspronkelijke raming (op basis van ontwerpbegroting 2012 RSD).
-
Overige mutaties
56
Programma: 9. Milieu Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3.
Het behouden, en waar mogelijk verbeteren, van een gezonde, veilige en prettige leefomgeving Inzamelen en transporteren van afvalwater en hemelwater in het kader van de volksgezondheid en de kwaliteit van de woonomgeving (waterkwaliteit) Verwijderen van afval uit de bewoonde omgeving in het kader van het bevorderen van de volksgezondheid en de kwaliteit van de woonomgeving
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Milieubeleid (Fusie Milieudienst Zuidoost-Utrecht met Milieudienst Noordwest-Utrecht) In het proces om te komen tot de vorming van een Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) zijn, met de partners in de Milieudienst ZuidoostUtrecht, diverse scenario’s doorgesproken. Daarbij is, vanuit de eigen kracht, gekozen om eerst te kiezen voor een fusie tussen de Milieudiensten Zuidoost-Utrecht en Noordwest-Utrecht en pas daarna de vorming van de RUD af te ronden. Medio 2012 is de besluitvorming afgerond en de samenvoeging gerealiseerd. Beide voormalige milieudiensten opereren nu onder de naam Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU). In de provinciale discussie omtrent de vorming van de RUD is eind 2012 besloten om de ODRU als romp te laten fungeren van de nieuwe dienst. De andere gemeenten in de provincie moeten in 2013 hierbij aansluiten. De gemeenteraad heeft met deze keuze begin 2013 ingestemd.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Milieu weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Lokale regelgeving
Datum van besluit
Jaartal Herziening
2008
2012
Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP)
Toelichting Het verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan is in 2012 door de gemeenteraad vastgesteld.
Collegeprogramma 2010 - 2014 Opstellen Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP) Het (verbreed) Gemeentelijke Rioleringsplan (vGRP) is na participatie met de inwoners opgesteld en door de raad vastgesteld. In het plan is beleid vastgelegd over zowel de inzameling van afvalwater via de gemeentelijke riolering, als ook beleid over hoe de gemeente om wil gaan met het hemelwater en grondwater.
57
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Asbestbeleid/protocol In 2012 is het asbestbeleid inclusief protocol in concept opgesteld. Vaststelling zal in 2013 plaats vinden. Het opstellen van het asbestbeleid heeft met name in het laatste kwartaal plaatsgevonden. Het Bouwbesluit 2012 en de ervaringen vanuit andere gemeenten zijn verwerkt in het concept. Uitvoering taken milieudienst/Omgevingsdienst Regio Utrecht In 2012 is een nieuw bijstandscontract opgesteld voor het jaar 2013 en zijn in overleg met de ODRU uren aan de diverse milieutaken toebedeeld, een en ander voor zover passend binnen de beschikbare financiële middelen. Tevens is een milieuprogramma 2013 opgesteld dat begin 2013 aan de gemeenteraad is aangeboden. Enkele belangrijke projecten op het gebied van milieu die in 2012 zijn uitgevoerd zijn: Project Richtlijn Bodem, Inhaalproject landbouw en het Project Grootverbruikers. Ten aanzien van het aspect bodem is in 2012 dor de gemeenteraad het gebiedsspecifiek bodembeleid vastgesteld. In het kader van duurzaamheid zijn de voorbereidingen voor een informatieavond over energiebesparing getroffen. De avond zelf vond plaats begin 2013. Daarmee is een start gemaakt met de verduurzaming van de bestaande bouw door het bij elkaar brengen van diverse belanghebbenden, financiers en kennis. Op het gebied van de luchtkwaliteit is in 2012 de luchtnota in concept opgesteld. De conceptnota is inmiddels vrijgegeven voor participatie. Winnet Eind 2012 is de Samenwerkingsovereenkomst Winnet getekend door de deelnemende gemeenten. Daarmee is de regionale samenwerking op het gebied van de afvalwaterketen een feit geworden. Doel van de samenwerking is om te komen tot kostenoptimalisatie (bijv. door gezamenlijke aanbesteding), het verminderen van de kwetsbaarheid van de organisaties en het komen tot gezamenlijke inhoudelijke afstemming. De samenwerking is gebaseerd op een aantal “verplichte” samenwerkingsonderwerpen (o.a. gezamenlijk meten en monitoring) en beleidsafstemming en een aantal nader te bepalen vrijwillige samenwerkingsprojecten. Met de eerste samenwerkingsprojecten zal in 2013 worden gestart.
Overige Ontwikkelingen Actualisatie beleidskader bodem In juni 2012 heeft de raad het gebiedsspecifiek bodembeleid vastgesteld. Dit beleid is regionaal afgestemd en door meerdere gemeenten vastgesteld. Dit regionale beleid maakt het eenvoudiger om op basis van dezelfde classificaties grond te vervoeren en in de regio te hergebruiken. Het bodembeleid is daarmee in de regio op een uniforme wijze vastgelegd. Afvalstoffenbeleidsplan Het afvalstoffenbeleidsplan ‘Grondstof voor morgen’ is geldig van 2004 tot en met 2012. In 2012 is een begin gemaakt met de evaluatie van dit beleid. In 2013 zullen de resultaten aan de gemeenteraad worden aangeboden.
58
Wat heeft het gekost? Programma 09
Milieu Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Afval - Rioleringen - Milieubeheer
2.707,2 1.135,1 1.134,3 437,8
2.804,2 1.146,4 1.220,0 437,8
2.388,1 1.071,2 937,1 379,7
416,1 75,2 282,8 58,0
Baten - Afval - Rioleringen - Milieubeheer
2.604,6 1.275,6 1.329,0 -
2.604,6 1.275,6 1.329,0 -
2.461,7 1.343,8 1.117,9 -
142,9 68,2211,1 -
Saldo lasten en baten
102,6-
199,6-
73,6
273,2
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging
1.700
Werkelijk gerealiseerd 1.500 1.300 1.100 Saldo lasten - baten (€ x 1000)
900 700 500 300 100 100300500Afv
al
Rio le
rin ge n
Mi
lie
ub eh ee r
59 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Algemeen:Hieronder worden de belangrijkste verschillen op subproduct toegelicht. Hierbij moet gemeld worden dat met betrekking tot afval en riolering dit geen financieel effect heeft op de jaarrekening aangezien deze met de reserve reiniging of voorziening riolering wordt verrekend. Afval 75,2 Voordeel €
88.100,-
V
€
14.600,-
V
Er is onderuitputting op de kapitaallasten, omdat de investering voor het afvalbrengstation uiteindelijk tegen een lager bedrag gerealiseerd is dan geraamd.
€
11.200,-
V
-
Urenverschuiving binnen het programma.
€
45.100,-
N
-
Overige mutaties.
€
6.400,-
V
€
75.200,-
V
€
363.700,-
V
-
In 2012 zijn de kosten voor transport en verwerking van huisvuil, GFTen restafval lager.
-
Als de papierprijs zo laag wordt dat er bijbetaald moet worden aan de transportkosten, dan compenseert de gemeente dat aan de betreffende instellingen middels een subsidie. Voor 2012 is dit niet aan de orde geweest en is dit dus een incidenteel voordeel.
-
Rioleringen 282,8 Voordeel -
Onderuitputting kapitaallasten. De investeringen voor rioleringen zijn deels uitgevoerd, maar nog niet afgerond.
-
In de realisatie is op het product Rioleringen een voordelig resultaat ontstaan van € 133.900. Dit bedrag wordt gestort in de voorziening egalisatie kosten riolering en is een last op de exploitatie.
€
133.900,-
N
-
Door temporisering in de investeringen worden er minder uren aan dit product besteed.
€
61.500,-
V
-
Overige mutaties.
€
8.500,-
N
€
282.800,-
V
Op dit product zijn minder uren geboekt. Er is echter wel ingehuurd voor dit product. Deze kosten maken onderdeel uit van de paragraaf bedrijfsvoering.
€
54.500,-
V
Overige mutaties.
€
3.500,-
V
€
58.000,-
V
Milieubeheer 58,0 Voordeel -
-
60 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen baten Afval 68,2 Voordeel €
61.400,-
V
€
6.800,-
V
€
68.200,-
V
In de begroting was rekening gehouden met een onttrekking uit de voorziening (nadelig resultaat) van € 227.900. Zie hiervoor de toelichting bij het product Rioleringen onder de lasten.
€
227.900,-
N
Overige mutaties.
€
16.800,-
V
€
211.100,-
N
-
In 2012 is een bijdrage ontvangen voor inzameling van papier en een bijdrage voor verpakkingsafval. Daar zitten afrekeningen over 2011 in verwerkt. Daarnaast zijn er inkomsten ontvangen voor het gescheiden aanbieden van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur.
-
Overige mutaties.
Rioleringen 211,1 Nadeel -
-
61
Programma: 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3. 4.
5. 6.
Duurzame ruimtelijke ordening met een integrale afweging tussen ruimtelijk relevante belangen (ruimtelijke ordening). Verminderen regeldruk op het gebied van ruimtelijke ordening en woonomgeving (verminderen regeldruk). Nastreven evenwichtig woningaanbod en voorzien in de woningbehoefte van eigen burgers (bouwen en wonen). Het bijdragen aan een prettig en veilig woon-, werk- en leefklimaat respectievelijk de openbare ruimte door middel van instandhouding en inbreng van natuur en ecologische elementen (woonomgeving). Bescherming waardevol bestaand groen en waarborgen aanplant groen bij nieuwe ontwikkelingen en zorgen voor gezond en veilig bomenbestand. Vergroten van de leefbaarheid voor kinderen en jongeren en stimuleren buitenspelen kinderen.
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Wijziging Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Het omgevingsrecht, inclusief de regels van natuur- en milieurecht en het algemeen bestuursrecht, wordt eenvoudiger. Het Kabinet heeft hiertoe verschillende initiatieven in gang gezet. De wijzigingen zijn op dit moment nog dusdanig algemeen geformuleerd dat nog niet is in te schatten wat de effecten op de gemeentelijke processen zijn. Wijziging van het Bouwbesluit Het Bouwbesluit 2012 is op 1 april 2012 in werking getreden. Implementatie heeft plaatsgevonden via opleiding en aanpassing van processen. Daarnaast is de Bunnikse regelgeving aangepast. Daarbij moet gedacht worden aan de herziening van de Bouwverordening en het uitvoeringsprogramma 2013. Bestemmingsplannen Er zijn diverse bestemmingsplannen in voorbereiding en in procedure. Er wordt onderscheid gemaakt in algehele herzieningen en partiële plannen. Deze laatste categorie wordt veelal op verzoek van derden opgesteld en beoogt specifieke ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken. Dorpenplannen In 2012 is gewerkt aan de herziening van de bestemmingsplannen voor de drie kernen Bunnik, Odijk en Werkhoven. De in 2011 vastgestelde nota van uitgangspunten vormt de basis voor deze drie plannen. De oorspronkelijke plannen dateren van 2002 en moeten vanuit een wettelijke verplichting medio 2013 worden herzien. De werkzaamheden zijn binnen de mogelijkheden van deze wettelijke verplichting opgedeeld in drie afzonderlijke plannen en procedures. Het plan voor de kern Bunnik is van de drie genoemde plannen het oudst en qua werkzaamheden het meest omvattend. Het plan Dorp
62 Bunnik 2012 is dan ook als eerste in procedure gebracht. Het plan is eerst als voorontwerp in inspraak en overleg gebracht en na een aanpassingsronde eind 2012 als ontwerpplan ter inzage gelegd. De ingekomen zienswijzen zullen begin 2013 in concept worden beantwoord, waarna het plan in april 2013 ter besluitvorming kan worden voorgelegd aan de raad. Voor de kern Odijk is een voorontwerpplan opgesteld (Dorp Odijk 2012). Aansluitend is dit plan in inspraak en vooroverleg gebracht. De ingekomen reacties worden begin 2013 becommentarieerd, waarna de procedure wordt vervolgd. Voor het plan Werkhoven is in het derde kwartaal opdracht verleend. Het voorontwerpplan (Dorp Werkhoven 2012) zal begin 2013 ter inzage worden gelegd en worden toegezonden aan de vooroverlegpartners. Bestemmingsplan Vinkenburg Voor het gebied ten westen van de kern Odijk is een bestemmingsplan voorbereid. Het plan Vinkenburg beslaat een deelgebied van de beoogde woningbouwlocatie Odijk-west en is destijds buiten de bestemmingsplannen Buitengebied en Buitengebied 2011 (“reparatie”) gehouden. Vanwege de wettelijke verplichting voor een actueel planogisch kader is besloten om bij de opstelling van het plan aansluiting te zoeken bij de opzet en regelgeving vanuit het bestemmingsplan Buitengebied 2011. Wel wordt in het plan geanticipeerd op de beoogde woningbouw op de middenlange termijn, door zowel in de toelichting als in de planregels passages hierover op te nemen. Het plan is als voorontwerp en inspraak en vooroverleg gebracht. In 2013 zal de procedure worden voortgezet. Bestemmingsplan spoorkruisingen Prorail ontwikkelt in nauw overleg met de gemeente plannen voor de ondertunneling van het spoor rondom het station in Bunnik. Deze plannen krijgen hun planologische vertaling in het bestemmingsplan Spoorkruisingen Bunnik. In 2012 is een voorontwerp plan opgesteld. Het plan is medio 2012 in inspraak en vooroverleg gebracht. Nadien zijn de ingekomen reacties verwerkt en is het plan aangepast tot een ontwerpplan. Dit plan zal in januari 2013 als ontwerp ter inzage worden gelegd. Bestemmingsplan De Raaphof Eind 2011 heeft de raad ingestemd met de ontwikkelingsvisie “De Raaphof”. Deze visie moet zijn vertaling krijgen in een specifiek bestemmingsplan voor dit gebied. Vooruitlopend op de opstelling van dit plan is in 2012 overleg gevoerd met de eigenaren/initiatiefnemers om te komen tot een overeenkomst, waarin de afspraken over en weer worden vastgelegd. De overeenkomst zal begin 2013 worden getekend. Vooruitlopend op de ondertekening is in de tweede helft van 2012 een aanvang gemaakt met de opstelling van een concept voorontwerpplan. Dit plan zal in 2013 in procedure worden gebracht. Naast de genoemde plannen is in 2012 ook gewerkt aan diverse kleine(re) plannen. Het gaat hierbij onder andere om: Leemkolkweg 1/Werkhovensweg, Stevenskerk Werkhoven, Zeisterweg 103-105 en e e de 1 en 2 herziening plan Delteijk. Particuliere initiatieven Voor enkele locaties zijn in 2012 initiatieven ontplooid door marktpartijen. Het gaat hierbij onder andere om de voormalige locatie van de Bouw- en houtbond CNV te Odijk, het perceel De Camminghalaan, de locatie Stationsweg-Molenweg en het perceel Schoudermantel 32. Voor deze projecten zijn kaders opgesteld die worden opgenomen in nog per project op te stellen bestemmingplan.
63 Rijneiland Odijk In fase V zijn nog 4 van de in totaal 12 vrije kavels beschikbaar. Van diverse zijde is voorzichtig belangstelling getoond, hetgeen heeft geresulteerd in de verlening van één optie. Om financiële redenen heeft de koper hier geen vervolg aangegeven en is deze komen te vervallen. Er worden verschillende opties belicht om te komen tot verkoop. Hierover heeft nog geen besluitvorming plaats gevonden. Dit wordt mee genomen in de projectgroep “Woningbouwanalyse”, welke in maart 2013 haar aanbevelingen presenteert. Voor fase VI is aan een viertal partijen verzocht om een bieding uit te brengen voor deze kavel. Dit passend binnen de exploitatie en de stedenbouwkundige randvoorwaarden voor het totale plangebied. Dit traject heeft geresulteerd in de uiteindelijke verkoop in 2012 aan Zondag Ontwikkeling BV. Deze ontwikkelaar realiseert op deze locatie een complex met 11 tussen- en tweehoekwoningen. De benodigde vergunningen zijn verleend en het verkooptraject is eind 2012 succesvol afgerond. In april 2013 zal worden gestart met de bouw. Volkshuisvesting (voortgang lopende woningbouwprojecten) De woningbouwcrisis heeft de gemeente Bunnik in 2012 ook parten gespeeld. Er zijn in 2012 nog wel 108 woningen opgeleverd, maar er zijn geen nieuwe bouwprojecten gestart. De gemeente heeft in 2012 diverse acties opgestart om de woningbouw in Bunnik vlot te trekken. Ten eerste is een projectgroep ”Woningbouwanalyse” ingesteld die onderzoekt welke maatregelen genomen kunnen worden om de woningbouw in de gemeente Bunnik vlot te trekken, binnen de landelijke kaders. Daarnaast wordt reeds aan twee concrete maatregelen gewerkt. Er is een pilotproject opgestart voor startersleningen voor de locatie Delteyk in Werkhoven. Op kosten van de ontwikkelaar worden voor 7 koopwoningen op deze locatie startersleningen ter beschikking gesteld. Verder is de mogelijkheid onderzocht voor het instellen van een volkshuisvestingsfonds, waarbij op kleine woningbouwlocaties de bouw van sociale huurwoningen kan worden afgekocht. Deze afkoopbedragen kunnen vervolgens worden gebruikt om op een andere locatie (extra) sociale huurwoningen te realiseren. In 2012 is tevens omzettingsbeleid opgesteld. Dit beleid omvat regels voor het omzetten van zelfstandige woningen in onzelfstandige woonruimten. Dit beleid heeft eind 2012 ter inzage gelegen voor inspraak. In 2013 zal het omzettingsbeleid worden vastgesteld. Een Nieuwe Wijk voor Odijk Zie paragraaf grondbeleid voor toelichting. Werkhoven-West Op basis van de structuurvisie Werkhoven-West is de provincie gevraagd de rode contour te verleggen om de woningbouw planologisch mogelijk te maken. De provincie heeft aangegeven hierover vooralsnog geen besluit te willen nemen en deze ontwikkeling mee te nemen in de afwegingen die door de provincie moeten worden gemaakt in het kader van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) 20132025. In de PRS is besloten deze locatie niet op te nemen en daarmee is woningbouw in Werkhoven-West niet mogelijk. Bedrijventerrein A12 De provincie Utrecht heeft aangegeven dat de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein onder voorwaarden bespreekbaar is. Na het aantonen van de behoefte aan 7.5 ha. bedrijventerrein heeft de provincie te kennen gegeven hierover vooralsnog geen besluit te willen nemen en deze ontwikkeling mee te nemen in de afwegingen die door de provincie moeten worden gemaakt in het kader van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS) 2013-2025 en de uitwerking van het
64 Convenant Bedrijventerreinen. In de PRS is opgenomen dat wordt onderzocht of het bedrijventerrein ruimtelijk inpasbaar is. Pas nadat dit onderzocht is wordt hierover definitief een besluit genomen door de provincie. In het kader van de gebiedsgerichte aanpak N229/oostelijke ontsluiting wordt gezamenlijk met de provincie de ruimtelijke inpasbaarheid van het bedrijventerrein onderzocht.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2011 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Datum van besluit
Jaartal Herziening
2005
2012
Datum van besluit
Jaartal Herziening
Algemene plaatselijke verordening (APV)
2010
2012
Nota grondbeleid
2008
2012
Wettelijk kader Streekplan (Provincie Utrecht) Provinciale structuurvisie Lokale regelgeving
Toelichting
Toelichting
Deze nota is niet in 2012 herzien. e Verwacht wordt dat dit in het 3 kwartaal van 2013 zal gebeuren.
Collegeprogramma 2010 - 2014 Bestemmingsplannen Zie toelichting onder bestaand beleid. Projecten Voor de projecten wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. Enkele projecten worden hieronder apart toegelicht. Scholeneiland Bunnik De planologische procedure is afgerond en in juni 2012 is gestart met de bouw van de Multi Functionele Accommodatie (MFA). Na realisatie van de MFA volgt de bouw van de zorg- en starterswoningen in 2014. Locatie De Werkhof in Werkhoven Zie paragraaf grondbeleid voor toelichting.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota In de kadernota 2012-2015 is met betrekking tot Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving geen nieuw beleid opgenomen.
Overige Ontwikkelingen Statushouders Op 1 oktober 2012 is door het rijk een nieuwe toewijzingsprocedure ingevoerd voor de huisvesting van statushouders. Dit betreft mensen met een verblijfsvergunning die nog in een asielzoekerscentrum verblijven en moeten worden uitgeplaatst naar reguliere woningen. Iedere gemeente krijgt door de toezichthouders van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) een aantal personen toegewezen voor wie
65 huisvesting geregeld moet worden. De uitvoering van deze nieuwe procedure ligt bij Stichting Vluchtelingenwerk Bunnik. Aanleg urnenmuur Op de begraafplaats is de mogelijkheid om asbussen of urnen in de grond te begraven. De mogelijkheid om de asbussen of urnen bij te kunnen zetten in een urnenmuur ontbrak. Bij het vaststellen van de begroting 2012 heeft de gemeenteraad bij amendement besloten voorrang te geven voor de aanleg van een urnenmuur. In het begin van 2013 is de urnenmuur geplaatst. Informatiebord begraafplaats Op de begraafplaats ontbrak een goede informatievoorziening. De raad heeft in deze begrotingsvergadering 2012 ook besloten om een informatiebord te laten plaatsen. Dit informatiebord is inmiddels geplaatst. Bezoekers kunnen op dit bord informatie lezen over de begraafplaats. Gebiedsgerichte aanpak N229/oostelijke ontsluiting In 2012 is de gemeente gezamenlijk met de provincie het project gebiedsgerichte aanpak N229/oostelijke ontsluiting gestart. Belangrijke doelstelling van dit project is het uitvoeren van een studie naar de oostelijke ontsluiting Houten-A12 in combinatie met de omlegging van de N229 rekening houdend met de relevante verkeers- ruimtelijke- en landschappelijke ontwikkelingen in Bunnik en de omliggende gemeenten. Tbv de inventarisatie van alle relevante ontwikkelingen vindt intensief overleg plaats met de omliggende gemeenten. Met de gemeenten Houten, Wijk bij Duursteden en Utrechtse Heuvelrug worden in dit kader samenwerkingsafspraken uitgewerkt. De studie is in het tweede kwartaal van 2013 afgerond en in de zomer van 2013 vindt hierover besluitvorming plaats. Afhankelijk van de besluitvorming zal daarna een bestuursovereenkomst tussen de gemeente en de provincie worden uitgewerkt en vastgesteld. Doorontwikkeling Wabo-processen Op 1 oktober 2012 bestond de Wabo twee jaar. Hier lag een aanleiding in om die periode van twee jaar te gaan evalueren, om zo winstpunten te expliciteren en verdere verbeterkansen (intern en naar de klant toe) te benoemen en daar een vervolg aan te gaan geven. De evaluatie zal in begin 2013 gereed zijn. De manier waarop in Bunnik het Wabo-proces is ingeregeld, bood de mogelijkheid om in 2012 te starten met de 'weekvergunning'. Onder bepaalde voorwaarden biedt dat voor klanten de mogelijkheid om binnen een week de vergunning voor een dakkapel te krijgen.
66
Wat heeft het gekost? Programma 10
Ruimtelijke ordening en woonomgeving Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Ruimtelijke ontwikkeling - Volkshuisvesting - Eigendommen - Bouwzaken - Grondzaken - Huisnummering - Openbaar groen - Openbare speel- en ontmoetingsvoorzieningen - Algemene begraafplaats
16.270,8 924,9 93,5 101,2 661,7 13.372,9 171,5 768,7 113,4 63,1
16.521,5 904,9 81,5 101,2 661,7 13.645,8 181,3 768,7 113,4 63,1
12.407,4 1.209,9 72,2 77,7 798,1 9.070,3 202,4 788,5 92,8 95,5
4.114,1 305,19,4 23,4 136,44.575,5 21,119,820,6 32,5-
Baten - Ruimtelijke ontwikkeling - Volkshuisvesting - Eigendommen - Bouwzaken - Grondzaken - Huisnummering - Openbaar groen - Openbare speel- en ontmoetingsvoorzieningen - Algemene begraafplaats
14.102,7 10,8 0,7 8,8 690,0 13.361,8 0,0 30,5
14.378,6 10,8 3,7 8,8 690,0 13.634,7 0,0 30,5
7.331,8 117,9 2,9 21,1 919,3 6.255,0 1,2 14,4
7.046,8 107,10,7 12,3229,37.379,7 1,216,1
5.075,5-
2.932,6-
Saldo lasten en baten
2.168,1-
2.142,9-
1.900
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging Werkelijk gerealiseerd
Saldo lasten - baten (€ x 1000)
1.400
900
400
100Ru
im tel ijke on tw
Vo lks hu isv es tin g ikk elin g
Eig en do mm
Bo uw en
za ke n
Gr on d
Hu za ke n
isn um me rin g
Op en ba ar gro e
Op en ba re n
Al g em en eb sp eg ee raa l/o fpla ntm ats oe tin gs vo orz .
67 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Ruimtelijke ontwikkeling 305,1 Nadeel -
Voor Odijk west is in 2010 en 2011 dubbele rentelasten doorberekend. Zowel de rente van de geldlening als de toegerekende rente zijn op de boekwaarde berekend. Dit wordt nu rechtgezet.
€
279.500,-
N
Het voordeel op structuur en bestemmingsplannen komt doordat ervoor gekozen is om de kosten voor de vervaardiging van bestemmingsplannen welke op verzoek worden gemaakt neer te leggen bij de aanvrager.
€
19.800,-
V
-
Doordat het bestemmingsplan buitengebied ineen keer wordt afgeschreven zijn de kapitaallasten hoger dan begroot.
€
14.200,-
N
-
Op bestemmingsplannen zijn minder uren gemaakt.
€
25.900,-
V
-
Er zijn meer uren gemaakt op planontwikkeling.
€
161.800,-
N
-
Er zijn minder uren op handhaving ruimtelijke ordening gemaakt. Deze staan op handhaving bouwvergunningen (zie bouwzaken).
€
150.700,-
N
€
46.000,-
V
€
305.100,-
N
€
80.000,-
V
€
195.700,-
N
€
20.700,-
N
€
136.400,-
V
€
7.379.700
V
€
316.300
N
€
2.487.900
N
€
4.575.500
V
-
-
Overige mutaties.
Bouwzaken 136,4 Nadeel -
In de begroting was een storting geraamd van € 80.000 in de reserve bouwleges. De werkelijke storting vindt plaats op programma 11 zodat dit op programma 10 een voordeel te zien geeft.
-
Op handhaving bouwvergunningen zijn meer uren gemaakt dan begroot (zie toelichting ruimtelijke ontwikkeling).
-
Overige mutaties.
Grondzaken 4.575,5 Voordeel -
-
-
In de begroting 2012 is rekening gehouden met een totale last voor alle grondexploitatie-projecten van € 13.645.800. In werkelijkheid is er een totale last van € 6.266.100 ten laste van de grondexploitatieprojecten gebracht. Eén en ander wordt veroorzaakt door vertragingen in de grondexploitatieprojecten. Voor een verdere toelichting betreffende de diverse in uitvoering zijnde grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid. In verband met de afrekening van het krediet van de multifunctionele accommodatie in Werkhoven moeten twee grondexploitaties ten laste van de exploitatie gebracht worden. Dit betekent een éénmalige nadeel op dit product van € 316.300. Voor de Stationsweg 51-53-55, scholeneiland Odijk en Odijk-West is een storting in de voorziening grondexploitatie geweest vanwege de verliesnemingen op deze projecten.
68 Algemene begraafplaats 32,5 Nadeel -
Er zijn aanpassingen bij de begraafplaats geweest en de investering van de urnenmuur is naar voren gehaald (zou pas in 2013 plaatsvinden). Zodat in 2012 meer uren zijn besteed dan begroot.
€
28.700,-
N
Overige mutaties.
€
3.800,-
N
€
32.500,-
N
Naar aanleiding van de nota financieel beleid zijn 2 voorzieningen komen te vervallen. Het betreft de voorziening Dalenoord en de voorziening Avezaath. Deze valt vrij op programma 10 en zal in programma 11 gestort worden in de algemene reserve.
€
65.700,-
V
-
Van de projectontwikkelaar is een vergoeding ontvangen voor de ontwikkeling van het voormalige Kodak terrein.
€
26.300,-
V
-
Vergoeding planschades staan jaarlijks pro memorie geraamd; deze zijn in 2012 € 12.600 geweest.
€
12.600,-
V
-
Overige mutaties.
€
2.500,-
V
€
107.100,-
V
€
227.700,-
V
€
1.600,-
V
€
229.300,-
V
€
7.379.700
N
€
7.379.700
N
-
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen baten Ruimtelijke ontwikkeling 107,1 Voordeel -
Bouwzaken 229,3 Voordeel -
-
Er zijn meer inkomsten voor leges bouwvergunningen binnengekomen. Dit komt voornamelijk door 2 projecten die niet geraamd zijn. Dit zijn het project Fort bij Vechten en het project BOVAG Kosterijland. Dit voordeel wordt in de reserve bouwleges gestort via programma 11. Overige mutaties.
Grondzaken 7.379,7 Nadeel -
In de begroting 2012 is rekening gehouden met een totale baat voor alle grondexploitatieprojecten van € 13.634.800. In werkelijkheid is er een totale baat van € 6.255.100 ten gunste van de grondexploitatieprojecten gebracht. Eén en ander wordt veroorzaakt door vertragingen in de grondexploitatieprojecten. Voor een verdere toelichting betreffende de diverse in uitvoering zijnde grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
69
Programma: 11. Dekkingsmiddelen Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1. 2. 3.
In stand houden van een financieel gezond Bunnik Belastingtarieven meer in overeenstemming brengen met het landelijk gemiddelde (belastingen) Uitvoeren Wet Waardering Onroerende Zaken (Wet WOZ) op betrouwbare en transparante wijze (uitvoering Wet WOZ)
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Onroerende zaakbelasting (OZB) De OZB tarieven zijn verhoogd met 5,3%. Dit is de inflatiecorrectie van 2,3% en de correctie in verband met de waardedaling van 3%. Op 2 februari 2012 zijn de tarieven onroerende zaakbelastingen 2012 definitief door de gemeenteraad vastgesteld. Algemene Uitkering De algemene uitkering is berekend op basis van de decembercirculaire 2012. Daarnaast zijn er nog verrekeningen geweest van 2010 en 2011. Dit geeft nog een positievere bijstelling ten opzichte van het bee drag waar in de 2 Bestuursrapportage 2012 rekening is gehouden.
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Dekkingsmiddelen weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s die in 2012 zouden worden herzien: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Lokale regelgeving
Datum van besluit
Jaartal Herziening
2008
2012
Nota financieel beleid
Toelichting Deze is in 2012 opgesteld en is begin 2013 door de gemeenteraad vastgesteld.
Collegeprogramma 2010 - 2014 Opstellen nota financieel beleid De nota is in het laatste kwartaal 2012 opgesteld en is in het 1e kwartaal 2013 vastgesteld worden door de gemeenteraad. Actualisatie nota grondbeleid De actualisatie heeft in 2012 niet plaatsgevonden. Dit zal naar verwachting in het derde kwartaal 2013 gebeuren.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota In de Kadernota 2012 – 2015 is met betrekking tot Dekkingsmiddelen geen nieuw beleid opgenomen.
70
Wat heeft het gekost? Programma 11
Dekkingsmiddelen Begroot voor wijziging (x € 1.000)
Lasten en baten
Begroot na wijziging (A) (x € 1.000)
Werkelijk gerealiseerd (B) (x € 1.000)
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
Lasten - Treasury - Plaatselijke belastingen - Uitvoering Wet WOZ - Algemene uitkering gemeentefonds - Algemene baten en lasten - Saldo jaarrekening
1.028,4 10,0 26,4 262,8 7,7 710,8 10,8
1.477,3 10,0 26,4 247,8 7,7 1.174,7 10,8
5.311,6 9,5 35,6 230,9 3,6 5.031,9 -
3.834,30,4 9,316,9 4,1 3.857,210,8
Baten - Treasury - Plaatselijke belastingen - Uitvoering Wet WOZ - Algemene uitkering gemeentefonds - Algemene baten en lasten - Saldo jaarrekening
16.488,2 575,6 4.414,3 9.456,2 2.042,1 -
17.674,4 575,6 4.445,0 10.082,6 2.571,3 0,0-
21.612,8 175,0 4.304,8 10.368,7 6.764,3 -
3.938,4400,6 140,2 286,14.193,00,0-
Saldo lasten en baten
15.459,8
16.197,1
16.301,2
104,1
12.000
Begroot voor wijziging Begroot na wijziging
10.000
Werkelijk gerealiseerd
Saldo lasten - baten (€ x 1000)
8.000 6.000 4.000 2.000 2.000T re
as u
Pla ry
ats eli jke
Uit Alg Alg Sa vo ldo em em e ri en jaa en ng e e rre uit We ba be ke k t e t e ri las nin n W ng en ti n OZ g ge ge l a ste n me n en tef on ds
71 De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen lasten Algemene baten en lasten 3.857,2 Nadeel -
De meeropbrengsten van bouwleges 2012 is in een reserve bouwleges gestort. Dit ter egalisatie van de opbrengsten bouwleges voor de komende jaren.
€
350.600,-
N
-
Er is meer rente ten gunste van de algemene reserve geboekt.
€
85.100,-
N
-
In 2012 is een voordeel ontstaan op gemeentereiniging € 173.600 (zie programma 9) en dit wordt gestort in de reserve egalisatie kosten gemeentereiniging. Daarnaast is een bedrag van € 70.700 in de reserve riolering gestort.
€
244.300,-
N
-
In 2012 zijn diverse budgetten om verschillende redenen niet gebruikt. Hiervoor wordt gevraagd om deze budgetten over te hevelen. De overheveling is al verwerkt in de jaarrekening 2012.
€
208.800,-
N
-
Mutaties financieel technisch van aard: Dit is voornamelijk de technische wijziging met betrekking tot investeringen die conform raadsbesluit gedekt worden uit de algemene reserve. Deze investeringen moeten afgeschreven worden volgens de BBV. Daarom worden deze bedragen uit de algemene reserve in de reserve dekking kapitaallasten gestort zodat de toekomstige afschrijvingen gedekt zijn. Het betreft hier de storting in de reserve kapitaallasten aan de batenkant betreft het de onttrekking uit de algemene reserve.
€
3.006.700,-
N
€
38.300,-
V
€ 3.857.200,-
N
-
Overige mutaties.
De (oorzaken van de) belangrijkste verschillen baten Treasury 400,6 Nadeel -
-
Er zijn hogere lasten op de kostenplaats kapitaallasten Deze bestaan uit: extra rentelasten van € 162.000 vanwege een nieuwe geldlening, een hogere rentetoerekening aan de algemene reserve van € 84.000, een hogere inflatiecorrectie aan de reserves en voorzieningen van € 27.000. En tot slot hogere afschrijvingslasten van € 150.000 met betrekking tot MFA Werkhoven die versneld wordt afgeschreven (programma 7). Door deze hogere lasten is er een lager voordelig resultaat op de financiering (treasury). De mutatie in de MFA Werkhoven is een mutatie van administratieve aard. Voor een toelichting wordt verwezen naar inleiding. Overige mutaties.
€
399.500,-
N
€
1.100,-
N
€
400.600,-
N
Plaatselijke belastingen 140,2 Nadeel -
Er zijn lagere inkomsten van de OZB. Dit heeft voornamelijk te maken de verlaging van de WOZ-waardes van kantoorpanden. €
157.400,-
N
-
Er is meer toeristenbelasting dan begroot. Dit komt met namen door meer overnachtingen bij het Postillion Hotel.
€
20.900,-
V
Overige mutaties.
€
3.700,-
N
€
140.200,-
N
-
72 Algemene uitkering 286,1 Voordeel -
De berekening van de algemene uitkering op begrotingsbasis is gebaseerd op de septembercirculaire. Naar aanleiding van de decembercirculaire is de algemene uitkering nog aangepast. Tevens zijn de basisgegevens geactualiseerd (inwoners aantallen en dergelijk).
-
Daarnaast zijn er nog bedragen ontvangen als nacalculatie 2009 en 2010.
€
80.500,-
€
205.600,-
V V
€
286.100,-
V
Algemene baten en lasten 4.193,0 Voordeel -
-
-
Op de bouwgrondexploitatie Rijneiland is een verplichte winstneming opgenomen.
€
1.111.500,-
V
Er is een hogere bijdrage ontvangen van de kostenplaats kapitaallasten wegens hogere rente op reserves en voorzieningen en een hogere inflatiecorrectie aan de reserves en voorzieningen
€
113.900,-
V
In 2012 zijn uitgaven geweest die gedekt worden door reserves. De uitgaven hebben op de betreffende programma’s plaatsgevonden de onttrekking vindt plaats op programma 11. Dit is budgettair neutraal.
€
250.500,-
V
€
46.000,-
N
€
63.100,-
V
Er wordt jaarlijks een raming van stelposten opgenomen op programma 11 omdat ze verschillende programma’s betreffen. Op rekeningbasis zijn de werkelijke uitkomsten verwerkt op de programma’s waarop ze betrekking hebben. Op programma 11 is dit een nadeel.
-
Hogere onttrekking uit de bestemmingreserve kapitaallasten.
-
Mutaties financieel technisch van aard: Zie de toelichting algemene baten en lasten aan de lastenkant. Het betreft hier de onttrekking uit de algemene reserve voor de reserve kapitaallasten.
€
2.752.300,-
V
Overige mutaties.
€
52.300,-
N
€
4.193.000
V
-
73
Recapitulatie Baten en Lasten
74
Recapitulatie Baten en Lasten
Lasten
Programma 1. Burger en Bestuur Programma 2. Openbare Orde en Veiligheid Programma 3. Verkeer en Vervoer Programma 4. Economische ontwikkeling Programma 5. Educatie Programma 6. Sport, Recreatie en Landschap Programma 7. Maatschappelijke ondersteuning Programma 8. Inkomen en werkgelegenheid Programma 9. Milieu Programma 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Programma 11. Dekkingsmiddelen Voor bestemming Toevoegingen reserves Na bestemming
Baten
Programma 1. Burger en Bestuur Programma 2. Openbare Orde en Veiligheid Programma 3. Verkeer en Vervoer Programma 4. Economische ontwikkeling Programma 5. Educatie Programma 6. Sport, Recreatie en Landschap Programma 7. Maatschappelijke ondersteuning Programma 8. Inkomen en werkgelegenheid Programma 9. Milieu Programma 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Programma 11. Dekkingsmiddelen Voor bestemming Onttrekkingen reserves Na bestemming
Saldo
Resultaat voor bestemming Toevoegingen/onttrekkingen reserves Resultaat na bestemming
Begroot voor wijziging (x € 1.000)
3.608,4 1.417,7 2.410,9 101,8 1.217,2 1.214,7 4.232,7 2.020,0 2.707,2 16.270,8 1.552,0 36.753,4 0,0 36.753,4 Begroot voor wijziging (x € 1.000)
263,9 28,3 14,0 15,1 89,0 330,4 889,4 1.404,2 2.604,6 14.102,7 16.488,2 36.229,7 0,0 36.229,7 Begroot voor wijziging (x € 1.000)
523,7 0,0 523,7
Begroot Werkelijk na gerealiseerd wijziging (A) (B) (x € 1.000) (x € 1.000)
3.521,0 1.364,8 2.472,1 89,2 1.225,3 1.306,0 4.442,9 2.136,5 2.804,2 16.521,5 1.477,3 37.360,8 0,0 37.360,8
4.791,7 1.270,1 2.371,7 35,0 1.376,2 1.178,5 4.121,9 2.087,4 2.388,1 12.407,4 741,4 32.769,3 4.570,2 37.339,5
Begroot Werkelijk na gerealiseerd wijziging (A) (B) (x € 1.000) (x € 1.000)
264,1 28,3 14,0 15,1 94,9 378,1 751,4 1.456,1 2.604,6 14.378,6 17.674,4 37.659,7 0,0 37.659,7
338,7 43,0 137,0 8,3 128,7 439,3 726,6 1.500,5 2.461,7 7.331,8 17.409,1 30.524,7 4.203,7 34.728,4
Begroot Werkelijk na gerealiseerd wijziging (A) (B) (x € 1.000) (x € 1.000)
-298,9 0,0 -298,9
2.244,6 366,5 2.611,1
Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
-1.270,7 94,7 100,5 54,2 -150,9 127,6 321,0 49,1 416,1 4.114,1 735,9 4.591,6 -4.570,2 21,4 Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
-74,6 -14,8 -122,9 6,8 -33,8 -61,2 24,8 -44,4 142,9 7.046,8 265,3 7.135,0 -4.203,7 2.931,3 Verschil (A) - (B) (x € 1.000)
-2.543,4 -366,5 -2.910,0
In bovenstaand overzicht is het resultaat voor en na bestemming weergegeven. In de programma’s staan de baten en lasten weergegeven inclusief toevoegingen en onttrekkingen uit de reserves. In bovenstaand tabel staan de baten en lasten exclusief de toevoegingen en onttrekkingen uit de reserves.
75 Lasten / uitgaven per programma
01 Bestuur en Burger 02 Openbare Orde en Veiligheid
11 Dekkingsmiddelen
03 Verkeer en Vervoer 04 Economische Ontwikkeling 05 Educatie
10 Grondzaken
06 Sport en Recreatie 07 Maatschappelijke ondersteuning
10 Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving
08 Inkomen en werkgelegenheid 09 Milieu
Verdeling totale baten over de programma's
Programma 01 t/m 07 08 Inkomen en werkgelegenheid 09 Milieu 10 Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving
11 Dekkingsmiddelen 10 Grondzaken
76
77
Balans
78
Balans 31-12-2012
31-12-2011
ACTIVA
PASSIVA
VASTE ACTIVA:
EIGEN VERMOGEN:
- immateriële vaste activa
95.057
94.495
- materiële vaste activa
32.319.375
33.088.091
- financiële vaste activa
299.656
306.906
- reserves 1) - nog te bestemmen resultaat -bestemd resultaat Totaal eigen vermogen
31-12-2012
31-12-2011
31.753.305
27.863.527
2.611.074-
3.523.258
29.142.231
31.386.785
5.306.832
4.366.110
Totaal vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer
12.573.280
6.279.003
Totaal vaste passiva
47.022.343
42.031.898
VLOTTENDE PASSIVA
1.980.144
3.991.790
Overlopende passiva
1.257.780
1.933.675
3.237.924
5.925.465
VOORZIENINGEN 1) LANGLOPENDE SCHULDEN
Totaal vaste activa
32.714.088
33.489.492
VLOTTENDE ACTIVA:
VLOTTENDE PASSIVA
Voorraden
8.138.703
9.092.646
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
2.816.074
4.027.058
723.208
1.323.831
5.868.195
24.336
Totaal vlottende activa
17.546.180
14.467.871
Totaal vlottende passiva
TOTAAL ACTIVA
50.260.268
47.957.364
TOTAAL PASSIVA
50.260.268
47.957.364
Gewaarborgde geldleningen/garantstellingen
24.495.856
25.560.792
Overlopende activa Liquide middelen
79 WAARDERINGSGRONDSLAGEN Balans Algemeen Bij het samenstellen van de balans is een bestendige gedragslijn in acht genomen. Immateriële en materiële vaste activa De immateriële en materiële vaste activa zijn opgenomen tegen historische verkrijgings- en/of vervaardigingsprijzen of lagere marktwaarde verminderd met eventuele ontvangen investeringsbijdragen en gecumuleerde (in het algemeen lineaire) afschrijvingen. Activering en afschrijvingstermijnen vinden plaats conform nota Financieel Beleid 2008. Op grond wordt niet afgeschreven. Financiële activa en passiva Verstrekte en opgenomen geldleningen zijn opgenomen tot het nominaal verstrekte bedrag minus de ontvangen aflossingen. De deelnemingen en effecten zijn opgenomen tegen verkrijgingsprijzen of lagere marktwaarde. Voorraden De voorraden burgerzaken zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijzen of lagere marktwaarde. Nog niet in exploitatie genomen gronden zijn gewaardeerd tegen de historische verkrijgingsprijzen of lagere marktwaarde, vermeerderd met bijgeschreven rente en exploitatiekosten en (voor een complex) door de exploitatie van het complex te dekken (gekapitaliseerde) kosten. Onderhanden werken zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingskosten, of lagere marktwaarde vermeerderd met de bijgeschreven rente en exploitatiekosten en verminderd met de opbrengst wegens gerealiseerde verkopen. Vorderingen Vorderingen zijn opgenomen tegen nominale waarde. Voor het risico van mogelijke oninbaarheid zijn voorzieningen gevormd. De omvang van de voorzieningen is deels gebaseerd op een beoordeling van individuele vorderingen en deels geschat op basis van de ouderdom van de vorderingen. Voorzieningen Voorzieningen voor onderhoud c.a. Voorzieningen voor onderhoud zijn gebaseerd op onderhoud- en beheerplannen over een periode van 10 jaar. Voorzieningen voor verplichtingen Voorzieningen voor verplichtingen zijn gebaseerd gedeeltelijk op de nominale waarde en gedeeltelijk op de contante waarde van de desbetreffende verplichtingen. Voorzieningen wegens uit te voeren werken voor afgesloten projecten grondexploitatie zijn gebaseerd op de gecalculeerde nog te maken kosten op het moment van afwikkeling van de desbetreffende complexen. Overige activa en passiva De overige activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarden. Grondslagen voor de bepaling van het saldo Algemeen De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben. Grondexploitatie Als resultaat van de grondexploitatie wordt aangemerkt het resultaat van de afgewikkelde complexen en de kosten die naar verwachting niet door de grondexploitatie kunnen worden terugverdiend. Complexen worden definitief afgewikkeld wanneer alle voor verkoop beschikbare kavels zijn verkocht en vrijwel alle werkzaamheden voor bouw- en woonrijpmaken zijn gerealiseerd. Indien sprake is van een positief saldo, wordt verantwoord winst uitgenomen. Voor zover voor deze complexen nog kosten gemaakt moeten worden, wordt daarvoor een voorziening gevormd. De baten en lasten van de nog niet in exploitatie genomen complexen en de onderhanden werken worden verrekend met de boekwaarden van deze gronden. Van enkele terreinen, waarvan nog geen concrete exploitatie is voorgenomen, worden de lasten ten laste gebracht van de exploitatierekening, dit gezien de onzekerheid van de mogelijkheid tot verhaal van de volledige kosten in de toekomst.
80 Rente Het renteresultaat is verantwoord op het product "Financiering". De rentelasten betreffen het saldo van de betaalde en de ontvangen rente, vermeerderd met de gecalculeerde bespaarde rente over reserves en voorzieningen. De rentebaten betreffen de aan de diverse producten toegerekende rente. Kostenplaatsen De verdeling van de kosten van de kostenplaatsen over de diverse producten geschiedt voornamelijk op basis van de inzet van personeel en tractiemiddelen.
81
Toelichting op de Balans VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa
1) Kosten van onderzoek en ontwikkeling 2) Bijdragen aan activa in eigendom van derden 3) Overige immateriële vaste activa 4) Kosten Afsluiten geldleningen/Saldo agio en disagio Totaal Mutaties Immateriële vaste activa
Boekwaarde 31 december 2011 Investering in het jaar Desinvesteringen / Bijdragen van derden
94.495
95.057 95.057
94.495 94.495 Overige immateriële vaste activa
-
-
afsluiten geldleningen/ saldo agio en disagio -
95.057
-
-
-
-
95.057
-
-
-
1) Gronden en terreinen 2) Woonruimten 3) Bedrijfsgebouwen 4) Grond-, weg- en waterbouwkundige werken (maatschappelijk) 5) Grond-, weg- en waterbouwkundige werken (economisch) 6) Vervoermiddelen 7) Machines, apparaten en installaties (maatschappelijk) 8) Machines, apparaten en installaties (economisch) 9) Overige materiële vaste activa (maatschappelijk) 10) Overige materiële vaste activa (economisch) Totaal
Boekwaarde 31-12-2012
Boekwaarde 31-12-2011
2.922.417 121.723 19.003.578 4.462.213 4.688.728 22.633 208.280 459.640 20.948 409.215 32.319.375
3.463.773 121.722 18.784.046 4.028.731 5.365.621 39.358 263.795 552.595 30.550 437.901 33.088.091
Boekwaarde 31 december 2011
3.463.774
121.723
18.784.047
Grond-, wegen waterbouwkundige werk (maatschap.) 4.028.732
A)
Investering in het jaar
1.128.523
-
4.915.012
1.289.555
B)
Desinvesteringen / Bijdrage van derden
1.625.624-
-
-
Overige mutaties Afschrijving in het jaar Afwaardering in het boekjaar
179.989 3.146.661 224.244 -
121.723 -
3.991.34019.707.719 704.142 -
4.611.022 148.809 -
Boekwaarde 31 december 2012
2.922.417
121.723
19.003.578
4.462.213
A) A) B)
Gronden en terreinen (opstallen)
Totaal
94.495 562
562
Materiële vaste activa
Mutaties Materiële vaste activa
Boekwaarde 31-12-2011
Kosten van Bijdragen aan onderzoek en activa in eigenontwikkeling dom van derden
Afschrijving in het boekjaar Afwaardering in het boekjaar Boekwaarde 31 december 2012
Boekwaarde 31-12-2012
Woonruimten
Bedrijfsgebouwen
95.057 95.057
707.266-
Investering in het jaar: Bedrijfsgebouwen: Betreft MFA Bunnik Investering in het jaar: Grond-weg- en waterbouwkundige werk (maatschap): betreft verkeersmaatregelen Bunnik en fietspad Oostromsdijkje Desinvesteringen / Bijdrage van derden: Bedrijfsgebouwen: Betreft Werkhoven, Dorpshart Bunnik
82
Mutaties materiële activa
Boekwaarde 31 december 2011 Investering in het jaar C)
C)
Desinvesteringen / Bijdrage van derden
Grond-, wegen waterbouwkundige werken (economisch) 5.365.622
Vervoermiddelen
Machines, Machines, apparaten en apparaten en installaties installaties (maatschappelijk) (economisch) 39.359 263.795 552.595
93.277
-
100.054
660.068-
-
115.050-
90.100 -
Afschrijving in het jaar Afwaardering in het boekjaar
4.798.831 110.102 -
39.359 8.726 -
248.799 40.519 -
642.695 191.055 -
Boekwaarde 31 december 2012
4.688.728
30.633
208.280
451.640
Desinvesteringen/ Bijdrage van derden: bedrijfsgebouwen; Betreft Voorschotsubsidie Ontsluiting Fort Vechten
Mutaties materiële activa
Boekwaarde 31 december 2011
Overige Overige materiële materiële vaste activa vaste activa (maatschappelijk) (economisch) 30.550 437.901
Investering in het jaar
-
29.609
Desinvesteringen / Bijdrage van derden
-
-
Totaal
33.088.096 7.646.131 3.108.0083.811.351-
Overige mutaties
Afschrijving in het jaar Afwaardering in het boekjaar
30.550 9.602 -
467.510 58.296 -
33.814.868 1.495.493 -
Boekwaarde 31 december 2012
20.948
409.215
32.319.375
Financiële vaste activa
1) Overige langlopende leningen 2) Overige uitzettingen ≥ 1 jaar 3) Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal Mutaties Financiële vaste activa
Boekwaarde 31 december 2011 Vermeerdering in het jaar Vermindering in het boekjaar Afschrijving/aflossing in het jaar Boekwaarde 31 december 2012
De overige uitzettingen ≥ 1 jaar betreffen de volgende posten: - Bank Nederlandse Gemeenten ( 3.000 st.) - Aandelen N.V. Vitens - Nog te ontvangen aflossingen fietsplan Totaal
Boekwaarde 31-12-2012
Boekwaarde 31-12-2011
38.656 261.000 299.656
38.656 268.250 306.906
Overige leningen
Overige Bijdragen aan uitzettingen(≥ 1j.) activa in eigendom van derden 38.656 268.250 -
38.656
7.250 261.000
Boekwaarde 31-12-2012
Boekwaarde 31-12-2011
23.496 13.314 36.810
23.496 13.314 36.810
83
VLOTTENDE ACTIVA Boekwaarde 31-12-2012
Voorraden
D) D)
D) D)
Waardedocumenten Burgerzaken Verspreide gronden Onderhanden werk (incl. bouwgronden in exploitatie) Verliesvoorziening grondexploitatie BIE Verliesvoorziening grondexploitatie NIEGG Nog niet in exploitatie genomen gronden Totaal
Boekwaarde 31-12-2011
2.940 5.876.255 1.788.0022.969.3337.016.843 8.138.703
4.033 4.061.104 1.003.5881.214.8277.245.924 9.092.646
Verliesvoorziening grondexploitatie BIE; betreft afwaardering Scholeneiland Odijk Verliesvoorziening grondexploitatie NIEGG; betreft afwaardering Odijk West en Percelen Stationsweg
Mutaties Voorraden
Waardedoc. Burgerzaken 4.033 1.093-
Boekwaarde 31 december 2011 Mutatie naar in exploitatie genomen gronden Vermeerdering in het jaar Vermindering in het boekjaar Boekwaarde 31 december 2012
2.940
Gronden in exploitatie 4.061.104
Gronden niet in expl. 7.245.924
4.494.278 2.679.127-
1.174.300 1.851.965-
5.876.255
6.568.259
Nog niet in exploitatie genomen gronden De niet in exploitatie genomen gronden betreffen de volgende complexen: Boekwaarde 31-12-2012 - Odijk-West 6.655.138 - Werkhoven-West - Bedrijventerrein Bunnik 30.346 - Panden Stationsweg 51, 53 en 55 331.359 7.016.843
Boekwaarde 31-12-2011 6.650.568 234.693 29.305 331.359 7.245.924
Van de niet in exploitatie genomen bouwgronden kan het volgende overzicht worden gegeven:
Nog niet in exploitatie genomen gronden
-
Odijk-West Werkhoven-West Bedrijventerrein Bunnik Panden Stationsweg 51, 53 en 55
Totaal
Gemiddelde boekwaarde per m2 NIEGG
Investeringen
Desinvestering en
6.650.568 234.693 29.305 331.359
4.571 9.691 1.041 -
244.383 -
7.245.925
15.303
244.383
Boekwaarde 31-12-2011
Boekwaarde 31-12-2012
6.655.139 30.346 331.359 7.016.843
€ 44,65
Boekwaarde 31-12-2012 In exploitatie genomen gronden De in exploitatie genomen gronden betreffen de volgende complexen: - Churchillhal - Anne Frankterrein - Rijneiland - Scholeneiland Odijk - Burgweg - Werkhofterrein - Delteijk - Scholeneiland Bunnik Totaal
466.169 127.401 993.5683.796.115 195.299 1.480.081 696.185 108.573 5.876.255
Boekwaarde 31-12-2011
357.801 116.543 1.255.9523.631.200 169.031 853.681 116.927 71.871 4.061.102
84
Van de bouwgronden in exploitatie kan het volgende overzicht worden gegeven:
In exploitatie genomen gronden
E)
E) E)
E)
Boekwaarde 31-12-2011
Investeringen
Desinvestering en
- Churchillhal - Anne Frankterrein - Rijneiland - Scholeneiland Odijk - Burgweg - Werkhofterrein - Delteijk - Scholeneiland Bunnik
357.801 116.543 1.255.9523.631.200 169.031 853.681 116.927 71.871
108.368 10.857 1.111.481 164.915 26.268 2.440.271 595.416 36.701
849.097 1.813.871 16.159 -
Totaal
4.061.102
4.494.277
2.679.127
Boekwaarde 31-12-2012
466.169 127.401 993.5683.796.115 195.299 1.480.081 696.185 108.573 5.876.255
betreft winstneming 2012 Rijneiland; en het ten laste van de exploitatie brengen van 2 grexen ivm afrekening krediet mfa werkhoven
In exploitatie genomen gronden
Boekwaarde 3112-2012
raming uitgaven
raming opbrengsten
Resultaat
5.876.255
4.836.948
12.997.947
-2.284.744
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
31-12-2012
F)
Debiteuren algemeen Debiteuren openbare lichamen Debiteuren inzake gemeentelijke belastingen Vorderingen inzake bijstandverlening Overige vorderingen Totaal
F)
Op balansdatum 31-12-2011 zijn de debiteuren algemeen en debiteuren openbare lichamen op debiteuren algemeen verantwoord Debiteuren algemeen Debiteuren overige 2010 (oa afrek. BTW compensatiefonds '10) Debiteuren overige 2011 (oa afrek. BTW compensatiefonds '11) Debiteuren overige 2012 (oa afrek. BTW compensatiefonds '12) Sub-totaal Af: voorziening voor mogelijke oninbaarheid Per saldo
68.498 2.019.036 512.113 189.889 26.539 2.816.074
31-12-2012 10.997 2.082.683 2.093.680 6.147 2.087.534
31-12-2011 2.968.348 776.833 239.709 42.169 4.027.059
31-12-2011 86.694 2.903.661 2.990.355 22.008 2.968.347
85 Debiteuren inzake gemeentelijke belastingen
G)
G)
Debiteuren 2007 Debiteuren 2008 Debiteuren 2009 Debiteuren 2010 Debiteuren 2011 Debiteuren 2012 Sub-totaal Af: voorziening in verband met mogelijke oninbaarheid Per saldo
31-12-2012 66.053 59.363 48.560 386.991 560.967 48.853 512.113
31-12-2011 14.470 25.581 95.747 328.775 378.251 842.824 65.992 776.833
betreft belastingplichtigen over de jaren 2002 t/m 2009; doorlopen traject incassoburo of schuldsanering
Vorderingen inzake bijstandsverlening Debiteuren Sociale Zaken Af: voorziening in verband met mogelijke oninbaarheid Totaal
Overlopende activa Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Nog te ontvangen voorschotten op specifieke uitkeringen Overige overlopende activa Totaal
Liquide middelen
31-12-2012 372.282 182.394 189.888
31-12-2012 143.847 579.360 723.208
31-12-2012
H)
Kas Bank Totaal
4.436 5.863.759 5.868.195
H)
betreft een positief banksaldo op de BNG als gevolg van een aangegane geldlening
31-12-2011 457.407 217.698 239.709
31-12-2011 242.496 1.081.336 1.323.832
31-12-2011 9.008 15.328 24.336
86 PASSIVA Reserves
31-12-2012
Bufferreserve Algemene reserve Bestemmingsreserves Nog te bestemmen saldo boekjaar Totaal
Mutaties Reserves
Boekwaarde 31 december 2011 Vermeerderingen i.v.m. inflatie ontwikkeling Vermeerderingen t.l.v. de exploitatie Vermeerderingen t.l.v. andere reserves Overige vermeerderingen Bestemming resultaat voorgaand boekjaar Subtotaal
Buffer Reserve
1.500.000 12.769.354 13.594.173
31.753.305
27.863.527
-
12.769.354 735.575 199.090
1.500.000
3.523.258 17.227.277
Verminderingen t.g.v. de exploitatie Verminderingen t.g.v. reserves Overige verminderingen Bestemming resultaat voorgaand boekjaar Boekwaarde 31 december 2012
1.500.000 14.144.762 16.108.543
Algemene Reserve
1.500.000
393.0882.689.428-
1.500.000
31-12-2011
14.144.762
Totaal
Bestemmings-, Reserves
27.863.527 17.669 1.664.003 2.888.518 3.523.258 35.956.975
13.594.173 17.669 928.429 2.689.428 17.229.698
1.514.2432.689.428-
1.121.156-
16.108.542
31.753.304
Voor een specificatie van de reserves wordt verwezen naar de staat van reserves en voorzieningen. Het betreft een verloopoverzicht van de reserves.
Voorzieningen 1) Voorzieningen voor verplichtingen, risico's, e.d. 2) Voorzieningen voor onderhoud c.a. Verliesvoorziening grondexploitatie BIE Verliesvoorziening grondexploitatie NIEGG Totaal Mutaties Voorzieningen
Boekwaarde 31 december 2011 Vermeerderingen i.v.m. inflatie ontwikkeling Vermeerderingen t.l.v. exploitatie Overige vermeerderingen / naar overlopende passiva Subtotaal Vrijval voorzieningen Aanwending in het boekjaar Boekwaarde 31 december 2012
31-12-2012
31-12-2011
8.696.139 1.368.028 1.788.0022.969.3335.306.832
4.983.658 1.600.867 1.003.5881.214.8274.366.110
Voorzieningen verplichtingen
Voorzieningen onderhoud
4.983.657 114.623 2.956.244 1.356.526 9.411.051 251.890463.0228.696.139
1.600.868 35.560 442.303 2.078.730 710.7021.368.028
Voor een specificatie van de voorzieningen wordt verwezen naar de staat van reserves en voorzieningen. Het betreft een verloopoverzicht van de voorzieningen.
Totaal
6.584.525 150.183 3.398.547 1.356.526 11.489.781 251.8901.173.72410.064.167
87
VASTE SCHULDEN MET EEN LOOPTIJD LANGER DAN ÉÉN JAAR
Opgenomen langlopende geldleningen
31-12-2012
1) Geldleningen 2) Waarborgsommen Totaal
31-12-2011
12.570.168 3.113 12.573.281
Mutaties Langlopende geldleningen
Geldleningen
Boekwaarde 31 december 2011
6.276.890
Opgenomen in het boekjaar (vermeerderingen) Aflossing in het boekjaar Boekwaarde 31 december 2012
7.500.000 1.206.72312.570.167
6.276.890 2.113 6.279.003 Waarborg sommen 2.113 1.000 3.113
Totaal 6.279.003 7.501.000 1.206.72312.573.280
VLOTTENDE PASSIVA Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
31-12-2012
Crediteuren algemeen Overige kortlopende schulden Rekening-courant bank Kasgeldleningen Totaal schulden < 1 jaar
Overlopende passiva Vooruitontvangen bedragen
31-12-2011
1.980.144
1.854.207
1.980.144
2.137.583 3.991.790
31-12-2012 99-
Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden voorschotten op specifieke uitkeringen Nog te betalen bedragen Verhaal bijstandsuitkeringen Totaal
31-12-2011 621
54.714 1.067.372 135.794 1.257.780
160.515 1.605.781 166.757 1.933.675
Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden voorschotten op specifieke uitkeringen Saldo Toevoegingen Vrijgevallen Saldo 1-1-2012 bedragen 31-12-2012 BANS Participatiebudget Scholingsbudget WIW Vrijwilligerswerk Binnenklimaat Investering stedelijke vernieuwing
0 13.528 89.135 8.609 30.987 18.257 160.515
30.987 3.716
0 31.564 0 8.609 0 14.541
123.838
54.714
18.036 89.135
18.036
Niet uit de balans blijkende verplichtingen Gewaarborgde geldleningen/garantstellingen Woningbouwverenigingen/ bejaardentehuizen/ verenigingen/ stichtingen Particuliere woningbouw/regeling gehandicapten Totaal
31-12-2012
1.938.836 22.557.020 24.495.856
31-12-2011
2.126.136 23.434.657 25.560.792
Voor een specificatie van de niet uit de balans blijkende verplichtingen wordt verwezen naar het bijlagenboek.
88
89
Vaststelling
90
Vaststelling
Nummer 13De raad van de gemeente Bunnik;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 mei 2013; gelet op artikel 197 van de Gemeentewet; besluit: de balans per 31 december 2012 en het jaarverslag en de jaarrekening 2012 vast te stellen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 6 juni 2013.
De raad voornoemd,
de griffier
de voorzitter
91
Paragrafen
92
1. Bedrijfsvoering Doelstellingen Algemene doelstellingen 2012 t/m 2014 1.
2.
3.
Een klantgerichte en open organisatie, resultaatgericht met een breed inzetbare en flexibele personeelsbezetting, werkzaam op eigentijdse arbeidsvoorwaarden (strategische organisatievisie) Ondersteunen van de gemeentelijke organisatie en een kwalitatief beheer en toegankelijkheid van gemeentelijke informatie en archiefbescheiden (Door)ontwikkelen en in stand houden van een bedrijfsvoering die ‘in control’ is (ondersteuning)
Relevante beleidsontwikkelingen op bestaand beleid Personeelsbeleid Het personeelsbeleid is vastgelegd in het p&o-beleidsplan en de daaruit voortvloeiende deelnotities. In het Sociaal Jaarverslag wordt jaarlijks verantwoording afgelegd over het gevoerde beleid. In 2012 is met het vaststellen van het beleid en de regeling rondom de gesprekscyclus weer een belangrijke stap gezet naar het verder borgen van competentiemanagement in Bunnik. In 2012 is verder een start gemaakt met Strategische PersoneelsPlanning (SPP), een project dat in 2013 zal doorlopen. Door middel van SPP maakt Bunnik zich gereed voor de toekomst. Ook met de werkkostenregeling is een begin gemaakt; de afronding staat gepland voor 2013 waarna de invoering met ingang van 2014 zal plaatsvinden. Aan de ontwikkeling van het KlantenContactCentrum en het onderzoek naar de toekomst van de werf is in 2012 vanuit het personeelsbeleid een bijdrage geleverd. Als gevolg van de wijzigingen in de CAO zijn de medewerkers van de gemeente Bunnik met ingang van 1 januari 2013 aangesteld in vaste dienst, hetgeen de brede en duurzame inzetbaarheid van medewerkers ten goede komt. Het aanpassen van het mobiliteitsbeleid is niet opgepakt vanwege een wijziging in de CAO als gevolg waarvan er een loopbaanbudget per medewerker beschikbaar komt; de uitwerking hiervan door de sociale partners kwam echter pas eind 2012 beschikbaar, waardoor het lokale beleid rondom het loopbaanbudget pas in 2013 uitgewerkt zal worden.
93
Overzicht kaders en regelingen In onderstaand overzicht zijn de specifieke wettelijke kaders met betrekking tot Bedrijfsvoering weergegeven, als ook de vastgestelde nota’s: OVERZICHT KADERS EN REGELINGEN.
Datum van besluit
Lokale regelgeving
2008
Nota financieel beleid
Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid
Jaartal
Toelichting
herziening
2012
Deze is in 2012 opgesteld en zal begin 2013 door de raad worden vastgesteld.
2012
Is 1 kwartaal 2012 vastgesteld
e
Collegeprogramma 2010 - 2014 Herijking strategische organisatievisie Het ontwikkelen van de strategische organisatievisie is doorgeschoven naar 2013, omdat de Toekomstvisie nog niet gereed is. En de strategische organisatievisie volgt op de Toekomstvisie.
Nieuw beleid vanuit de Kadernota Formatie uitbreiding project managementbureau (PMB) De geplande formatie uitbreiding van PMB is in 2012 gerealiseerd. Vervangingen < € 5.000 Dit betreft de vervanging van divers klein materieel ten behoeve van de buitendienst. Hierbij kan gedacht worden aan de vervanging van kleine machinale gereedschappen. Conform de Nota financieel beleid worden deze vervangingen niet afgeschreven. Daarnaast worden diverse kleine gereedschappen, zoals scheppen en bezems, maar ook een boortol, schroevendraaiers vervangen. Digitaliseren actualiseren tekeningen gebouwen Eerst heeft inventarisatie van de gemeentelijke gebouwen plaats gevonden. Nu kunnen deze gebouwen in kaart worden gebracht. Vervangen automatiseringsapparatuur De vervangingen zijn opgeschort in het kader van de ICT samenwerking. Migratie Oracle databases De RID Utrecht zal de migratie van Oracle databases centraal gaan regelen voor alle deelnemende organisaties. Deze migratie is door de RID Utrecht gepland voor 2013. De leverancier heeft aangegeven de ondersteuning te verlengen tot oktober 2013, zodat de uitstel van de migratie geen risico’s met zich mee brengt. Vervanging netwerkbekabeling gemeentehuis Deze vervanging is opgeschort in het kader van de ICT samenwerking. In 2012 is er wel een Wifi-netwerk in het gemeentehuis aangelegd.
94 Vervanging telefooncentrale In 2012 is alleen een noodzakelijke opwaardering van de bestaande telefooncentrale uitgevoerd. Er is niet overgegaan tot volledige vervanging van de telefooncentrale en – toestellen, omdat de RID Utrecht in 2013 zal starten met de aanbesteding van een telecommunicatieoplossing voor alle deelnemers.
Overige ontwikkelingen Onderzoek toekomst gemeentewerf In 2012 is onderzoek gestart naar de toekomst van de gemeentewerf. Het doel van het onderzoek is om de voor –en nadelen van een tweetal toekomstscenario’s; handhaven behoud buitendienst en werf in huidige vorm en omvang en uitbesteden werkzaamheden te beschrijven en op basis hiervan conclusies en aanbevelingen op te stellen. Het onderzoek is in 2013 afgerond en bestuurlijke besluitvorming hierover vindt in 2013 plaats.
95
2. Weerstandsvermogen BEGRIPPEN Onder weerstandsvermogen wordt verstaan “het vermogen van de gemeente om niet-structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde zijn taken voort te kunnen zetten”. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit (dit zijn de middelen waarover de gemeente beschikt/kan beschikken om niet begrote kosten te dekken) en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar en de volgende jaren van het meerjarenperspectief. Voor het beoordelen van het weerstandsvermogen is inzicht nodig in de omvang en in de achtergronden van de risico’s in relatie tot de aanwezige weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide geeft het weerstandsvermogen aan volgens onderstaande figuur. Aan de hand van dit schema wordt het weerstandsvermogen van de gemeente Bunnik bepaald.
De risico’s voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet anderszins zijn ondervangen. Reguliere risico’s – risico’s die zich regelmatig voordoen en die veelal vrij goed meetbaar zijn – maken geen deel uit van de risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen. Hiervoor kunnen immers verzekeringen worden afgesloten of voorzieningen worden gevormd. Risicoprofiel Voor de bepaling dat de kans zich voordoet is onderstaande verdeling aangehouden. Omschreven als Geschatte kans dat het risico zich in werkelijkheid voor zal doen Uitgesloten 0% Zeer onwaarschijnlijk 5% Onwaarschijnlijk 10% Uitzonderlijk 20% Mogelijk 30% Aannemelijk 50% Waarschijnlijk 70% Zeer waarschijnlijk 90%
96
Alle gemeentelijke bedrijfsactiviteiten zijn beoordeeld op mogelijke risico’s. Op basis van deze beoordeling is de tabel in de bijlage samengesteld. Van de geïnventariseerde risico’s is per risico de kans dat het risico zich voordoet en de financiële impact van het risico geschat. Tenslotte is aangegeven of het een structureel (S) of incidenteel (I) risico betreft Deze risico’s, geactualiseerd bij de jaarrekening 2012, zijn gebaseerd op ervaringsgegevens en realiteitszin. Ze zijn financieel van aard en er worden per geïnventariseerd risico beheersmaatregelen getroffen. Hiermee worden maatregelen bedoeld welke worden genomen om de onderkende risico’s te ondervangen dan wel om de opkomende risico’s te signaleren en het effect hiervan te beperken. Bij de nota financieel beleid 2013 werden risico’s geïnventariseerd. De financiële impact van de geschatte risico’s met een risicoprofiel van 50% en hoger bedraagt op basis van deze nota € 3.700.000. De huidige omvang van de bufferreserve bedraagt € 1.500.000 waardoor deze op basis van de nota zou worden verhoogd met een bedrag van € 2.200.000, zodat afdoende de genoemde, in bedragen geschatte risico’s kunnen worden opgevangen. Bij de jaarrekening 2012 werden de risico’s en de bijbehorende kans op optreden geactualiseerd. Deze actualisatie resulteert in een financiële impact van de geschatte risico’s met een risicoprofiel van 50% van € 2.180.000. De voornaamste oorzaken van de bijstelling van de bufferreserve is gelegen in: - grotendeels verzekerd zijn tegen het risico van onrechtmatige vestiging voorkeursrecht op gronden in Werkhoven-West; - actualisatie van de risicokaarten van de grondexploitaties. Ten aanzien van deze laatste oorzaak wordt opgemerkt dat bij de Nota financieel beleid de grondexploitaties zijn geactualiseerd naar prijspeil 1 januari 2012, terwijl bij de jaarrekening 2012 de grondexploitaties zijn geactualiseerd naar prijspeil 1 januari 2013. Met name de afwaarderingen van Werkhoven-West en scholeneiland Odijk resulteren in de afname van het risico. Voor het gecalculeerd risicobedrag en de bijbehorende kans, welke resulteert in de financiële impact wordt verwezen naar de bijlage. Deze resulteert in onderstaande tabel.
Uitgesloten Zeer onwaarschijnlijk Onwaarschijnlijk Uitzonderlijk Mogelijk * Mogelijk aannemelijk Aannemelijk * Aannemelijk waarschijnlijk Waarschijnlijk Zeer waarschijnlijk Voordoend
Gecalculeerd Risicobedrag 400.000 6.610.000 2.450.000 5.226.713 2.700.000 1.093.952 1.729.000 1.629.267 485.000 0 54.329
Totaal benodigd bedrag bufferreserve o.b.v. risico-profiel 50%
22.378.261
Kans 0% 5% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 90% 100%
Financiële Impact 0 330.500 245.000 1.045.343 810.000 437.581 864.500 977.560 339.500 0 54.329 5.104.313 2.181.560
Voor het opvangen van de geschatte risico’s is gekozen voor een risicoprofiel van 50% en hoger. Hiertoe wordt de bufferreserve ingezet. Bij een verschuiving van het risicoprofiel zal dat gevolgen hebben voor de grootte van de bufferreserve en de algemene reserve. RATIO WEERSTANDSVERMOGEN Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico’s en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit (is een samentelling van de vrij besteedbare reservemiddelen, de vrije begrotingsruimte,
97 stille reserves en de onbenutte belastingcapaciteit). De benodigde weerstandscapaciteit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst (ratio) van die berekening vormt het weerstandsvermogen Ratio weerstandsvermogen =
Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit
10.728.000 5.104.313
=
2,1
Hoewel er geen algemene norm is voor de ratio van het weerstandsvermogen, wordt in veel gemeenten als referentiekader gebruik gemaakt van een waarderingstabel die luidt: Weerstandsnorm Waardering A B C D E F
Ratio > 2.0 1.4 – 2.0 1.0 – 1.4 0.8 – 1.0 0.6 – 0.8 < 0.6
Betekenis Uitstekend Ruim voldoende Voldoende Matig Onvoldoende Ruim onvoldoende
Het weerstandsvermogen komt uit op 2,1. Het weerstandsvermogen voldoet hiermee aan de eis dat deze groter of gelijk moet zijn aan 1. FINANCIEEL EFFECT BUFFERRESERVE
De Nota financieel beleid 2013 is niet verwerkt in deze jaarrekening. De Nota financieel beleid 2008 is dus voor deze jaarrekening nog steeds van kracht. Dit betekent in afwijking van deze paragraaf dat formeel gezien de bufferreserve van € 1.500.000 voldoende is.
98
3. Lokale lasten en heffingen Beleid De gemeentelijke belastingen en retributies voor 2012 zijn, overeenkomstig het beleid vastgesteld in de Nota financieel beleid, verhoogd met 2,3% ten opzichte van 2011. De tarieven van de reinigingsheffingen (reinigingsrechten en afvalstoffenheffing) en de rioolrechten worden gebaseerd op volledige kostendekkendheid. Hierbij moet worden opgemerkt dat de compensabele BTW ook als als kostenbestanddeel moet worden meegenomen. Weliswaar wordt deze BTW terugontvangen via het BTW compensatiefonds, maar daar tegenover staat een korting op de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Daarnaast wordt de helft van de kosten van straatreiniging verdisconteerd in de rioolheffing. Kwijtscheldingsbeleid Kwijtschelding is mogelijk van de afvalstoffenheffing en rioolheffing. Van de andere belastingen is geen kwijtschelding mogelijk. In grote lijnen wordt kwijtschelding verleend indien het netto besteedbaar inkomen onder de bijstandsnorm ligt die voor de betreffende gezinssituatie van toepassing is. De ontwikkeling is, dat er minder kwijtscheldingsverzoeken zijn binnen gekomen én minder kwijtscheldingsverzoeken zijn gehonoreerd. De volgende kwijtscheldingen zijn verleend: Belastingsoort Afvalstoffenheffing Rioolheffing Totaal
Bedrag van de kwijtschelding (afgerond) 17.700 16.100 33.800
Belastingopbrengsten In onderstaand overzicht worden de opbrengsten van de diverse leges, tarieven en belastingen in beeld gebracht.
Overzicht opbrengsten diverse leges, tarieven en belastingen Bedragen x € 1.000,-
Rekening 2011 Begroting 2012 Rekening 2012 Onroerende zaakbelastingen Tarieven % van de WOZ waarde Gebruikersbelasting voor onroerende zaken: - die niet in hoofdzaak tot woning dienen
€
533
€
610
€
558
Eigenarenbelasting voor onroerende zaken: - die in hoofdzaak tot woning dienen - die niet in hoofdzaak tot woning dienen
€ €
2.730 815
€ €
2.802 851
€ €
2.829 719
Hondenbelasting
€
60
€
59
€
68
Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten
€
1.296
€
1.213
€
1.220
Rioolheffing Per heffingseenheid
€
1.076
€
1.100
€
1.118
Toeristenbelasting
€
93
€
92
€
111
Omgevingsvergunningen
€
542
€
690
€
918
Marktgelden
€
4
€
6
€
5
99
Tarieven De tarieven voor afvalstoffenheffing en reinigingsrechten daalden. Dit was een gevolg van een afname van de kosten van afvoer en verwerking van restafval. De tarieven hondenbelasting en toeristenbelasting stegen met de geraamde prijsontwikkeling. Dit gold ook voor de marktgelden. In de gemeente Bunnik is de berekeningssystematiek voor de tarieven onroerende zaakbelasting als volgt: het tarief onroerende zaakbelastingen 2011 voor woningen en niet-woningen wordt verhoogd met de inflatie en gecorrigeerd met het percentage waardedaling van de onroerende zaken. Voor 2012 was de inflatie bepaald op 2,3%. Dit betekent dat de opbrengst onroerende zaakbelasting 2012, exclusief de extra opbrengst uit nieuw- en verbouw, 2,3% hoger is dan de geraamde opbrengst 2011. De gemiddelde waardedaling van de woningen en niet-woningen in de gemeente Bunnik bedroeg 3%. Deze waardedaling heeft geleid tot een hogere tariefstijging van de onroerende zaakbelasting dan de inflatie, omdat met een lagere totale WOZ waarde een hogere belastingopbrengst moet worden behaald. De waardeontwikkeling in individuele gevallen kan van het gemiddelde afwijken doordat er verschil kan zitten in de waardeontwikkeling per objectsoort. Een appartement kan meer in trek zijn, dan een vrijstaande woning en daardoor kunnen deze objectsoorten beiden een andere waardeontwikkeling laten zien. Op de volgende bladzijde worden de tarieven voor gemeentelijke belastingen en retributies in beeld gebracht.
100
Tarieven gemeentelijke belastingen en retributies 2011 - 2012 Toename in %
2011
2012
0,1722%
0,1813%
5,3%
- die in hoofdzaak tot woning dienen
0,1382%
0,1455%
5,3%
- die niet in hoofdzaak tot woning dienen
0,2152%
0,2266%
5,3%
Onroerende zaakbelastingen Tarieven % van de WOZ waarde Gebruikersbelasting voor onroerende zaken: - die niet in hoofdzaak tot woning dienen
Eigenarenbelasting voor onroerende zaken:
Hondenbelasting Voor de 1e hond
€
79,75
81,58
2,3%
Voor de 2e hond
€
107,75
110,23
2,3%
Voor iedere hond boven het aantal van twee
€
109,36
111,88
2,3%
Voor honden gehouden in kennels
€
297,06
303,89
2,3%
- Eenpersoonshuishouden
€
168,00
€
164,00
-2,4%
- Meerpersoonshuishouden
€
239,00
€
222,00
-7,1%
Reinigingsrechten (incl. BTW)
€
252,40
€
231,91
-8,1%
€
171,85
€
175,80
2,3%
- op campings
€
0,59
€
0,60
1,9%
- in overige verblijfsaccommodaties
€
1,78
€
1,82
2,3%
Dagstandplaats per strekkende meter per marktdag
€
2,75
€
2,81
2,2%
Vaste kwartaalstandplaats per strekkende meter per kwartaal
€
24,59
€
25,16
2,3%
Vaste halfjaarstandplaats per strekkende meter per halfjaar
€
46,66
€
47,73
2,3%
Vaste jaarstandplaats per strekkende meter per jaar
€
88,77
€
90,81
2,3%
Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten Afvalstoffenheffing:
Rioolheffing Per heffingseenheid Toeristenbelasting Per overnachting:
Marktgelden
101
4. Verbonden partijen Vanwege bestuurlijke, beleidsmatige en financiële belangen voeren verbonden partijen vaak beleid uit dat de gemeente in principe ook zelf kan blijven doen. Er blijft voor de gemeenteraad nog steeds een kaderstellende -, controlerende - en financiële taak over (het vergt budgettair beslag en de gemeente loopt daardoor risico’s). In verband met de gemeentelijke belangen is het gewenst dat in de begroting en jaarrekening aandacht wordt besteed aan de verbonden partijen. Verbonden partijen zijn derde rechtspersonen waarin de gemeente Bunnik een bestuurlijke en financiële belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt in dit verband verstaan: het hebben van een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht. Met financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die achtergesteld zijn in geval van faillissement van de verbonden partij en/of dat financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Het belang van verbonden partijen is dat deze vaak beleid uitvoeren dat de gemeente in principe ook zelf kan (blijven) doen. De gemeente houdt de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het realiseren van de beoogde doelstellingen van de programma’s. Kernvragen zijn of de doelstellingen van de verbonden partijen nog steeds corresponderen met die van de gemeente en of de doelstellingen van de gemeente via de verbonden partijen gerealiseerd worden. Het tweede belang betreft het budgettaire beslag en de financiële risico’s die de gemeente met de verbonden partijen kan lopen en de daaruit voortvloeiende budgettaire gevolgen. In deze paragraaf is per gemeenschappelijke regeling een format ingevuld. De reden hiervoor is dat meer inzicht wordt verlangd in de verbonden partijen waardoor het inzicht en de “grip” vergroot kan worden. Overzicht verbonden partijen Verbonden partij/gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijke regeling Bestuur Regio Utrecht (BRU) Gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (GGD) Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU) Gemeenschappelijke regeling Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied Gemeenschappelijke regeling Regionale ICT-Dienst Utrecht (RID) Gemeenschappelijke regeling Afval Verwijdering Utrecht (AVU) Stuurgroep Kromme Rijnlandschap Gemeenschappelijke regeling Welstand en Monumenten Midden Nederland Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (RDWI) Sichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland Stichting Kromme Rijnstreek Deelnemingen BNG Waterleidingbedrijf Vitens
102
Bestuur Regio Utrecht (BRU) Vestigingsplaats Utrecht. Doel Het gezamenlijk aanpakken van grootstedelijke, bovenlokale vraagstukken. Programma Burger en Bestuur. Deelprogramma Bestuurlijke samenwerking. Deelnemende Utrecht, Zeist, De Bilt, Houten, Vianen, Nieuwegein, IJsselstein, Stichtse Vecht, partijen Bunnik. Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: H.M. Ostendorp Algemeen bestuur: H.M. Ostendorp, H.J. Mourits Openbaar belang Op verschillende terreinen worden de regionale belangen behartigd met name dat wordt behar- op het gebied van verkeer en vervoer en ruimtelijke ontwikkeling. tigd Bestuurlijk belang De gemeente wordt in het BRU vertegenwoordigd door een collegelid in het dagelijks bestuur en algemeen bestuur en een raadslid in het algemeen bestuur. De gemeentelijke Er is een bedrag van € 48.700 als regiobijdrage verstrekt aan het BRU in 2012 financiële bijdrage Ontwikkelingen Het BRU zou per 1 januari 2013 worden opgeheven. Door de val van het kabinet Rutte I is dit voornemen controversieel verklaard en ging het afschaffen van de WGR+ niet door. Kabinet Rutte II heeft echter wel aangegeven het voornemen tot afschaffen van de stadsregio’s te delen. In afwachting van meer details daarover, is in 2012 binnen het BRU afgesproken om voor de nabije toekomst verder te gaan met de uitvoering van bestaand beleid (Regionale Agenda), geen nieuw beleid te programmeren en de in gang gezette ombuigingsoperatie te continueren.
Overige relevante gegevens Relatie beoogd maatschappelijk effect
Om te verkennen wat de mogelijkheden zijn qua regionale samenwerking in een post-BRU tijdperk, is het U10 traject in gang gezet. N.v.t. Het BRU is van, voor en door gemeenten. In gezamenlijkheid wordt gewerkt aan grootstedelijke en bovenlokale oplossingen op het gebied van verkeer en vervoer en ruimtelijke ontwikkeling (inclusief economie, wonen en groen).
Gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) Vestigingsplaats Zeist. Doel De GGD Midden Nederland (GGD MN) is als gemeenschappelijke regeling verbonden aan gemeenten. De GGD MN voert de Wet publieke gezondheid (Wpg) voor een deel uit (o.a. het rijksvaccinatieprogramma), adviseert en ondersteunt gemeenten bij het uitvoeren van (lokaal) gezondheidsbeleid en stelt burgers in staat hun gezondheid te optimaliseren. Programma Maatschappelijke ondersteuning. Deelprogramma Jeugdgezondheidszorg (JGZ) 4-19 jarigen 2012 en Gezondheidszorg 2012; in 2012 voor € 250.000,Deelnemende Alle Utrechtse gemeenten met uitzondering van de stad Utrecht (25 gemeenten). partijen Bestuurder(s) Algemeen bestuur: J.J. Eijbersen Dagelijks bestuur: J.J. Eijbersen Openbaar belang Preventieve Publieke Gezondheidsbevordering. dat wordt behartigd Bestuurlijk belang Alle 25 gemeenten nemen deel aan het algemeen bestuurlijk overleg. Het collegelid zit namens de gemeente in het algemeen bestuur. De rol van de portefeuillehouder is het verstrekken informatie en het afleggen van verantwoording aan de gemeenteraad. De gemeentelijke Voor het jaar 2012 is een bedrag van € 298.466 gereserveerd in de begroting. financiële bijdrage Ontwikkelingen Sinds het najaar van 2012 is wethouder Eijbersen penningmeester van het dage-
103 Gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) lijks bestuur van de GGD.
Overige relevante gegevens Relatie beoogd maatschappelijk effect
Om aan de Wet veiligheidsregio’s (Wvr) te voldoen moeten de 26 gemeenten in de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) met één GGD werken die geleid wordt door een directeur Publieke Gezondheid. Die ene GGD moet een juridische vorm van een gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam krijgen. Het streven is één GGD in de provincie Utrecht per 1 januari 2014. De kosten voor het in stand houden van de GGD MN worden verrekend op basis van het inwoneraantal van de deelnemende gemeenten. De GGD helpt gemeenten bij hun taak door middel van onderzoek en advies door: het voorkomen van ziekten; het bevorderen van gezond gedrag; het scheppen van een gezonde leefomgeving. De GGD richt zich vooral op preventie. De GGD heeft een relatie met de eerstelijnsgezondheidszorg door het verstrekken van informatie.
Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU) Vestigingsplaats Zeist. Doel Het inhoudelijke adviseren van de deelnemende gemeenten op het gebied van milieu en archeologie, met daarbij als taak onder meer het inhoudelijk adviseren over omgevingsvergunningen, voor milieuaspecten, en het uitvoeren van de handhavingstaken op milieugebied. Programma Maatschappelijke ondersteuning. Milieu. Deelprogramma Monumenten en archeologie. Milieubeheer. Deelnemende par- Stichtse Vecht, De Ronde Venen, Oudewater, Montfoort, Woerden, Utrechtse tijen Heuvelrug, De Bilt, Bunnik, Vianen, Wijk bij Duurstede, Zeist, Veenendaal, Rhenen en Renswoude Bestuurder(s) Algemeen bestuur: A.T.A. Koopmanschap Openbaar belang In stand houden en beschermen van de bestaande milieukwaliteiten van zowel dat wordt behartigd de bebouwde als groene leefomgeving. Leveren van een bijdrage aan een duurzame ontwikkeling van een aantrekkelijke leefomgeving. In stand houden van de archeologische waarden binnen de gemeente. Bestuurlijk belang Alle deelnemende gemeenten participeren in het bestuurlijk overleg van de Milieudienst. Het collegelid zit namens de gemeente in het algemeen bestuur. De rol van het collegelid is, naast de deelname in het bestuurlijk overleg, het geven van inlichtingen over het bestuur en het afleggen van verantwoording aan de gemeenteraad. De gemeentelijke De werkzaamheden die de Omgevingsdienst voor Bunnik levert zijn vastgelegd financiële bijdrage in een milieubijstandscontract. Jaarlijks wordt een uitvoeringsprogramma opgesteld waarin de daadwerkelijke inzet van de Milieudienst wordt vastgelegd. Voor 2012 bedroegen de kosten € 440.000,Ontwikkelingen In 2012 is een begin gemaakt met de omvorming van de ODRU naar een volwaardige Regionale Uitvoeringsdienst (RUD). De RUD is niet geheel 'formeel' van start gegaan per 1 januari 2013, de Raad heeft op 31 januari 2013 toestemming gegeven tot de omvorming van de ODRU tot de RUD in 2013. Er zal een nieuwe gemeenschappelijke regeling moeten worden goedgekeurd door de Raad om dit proces te kunnen afronden. Overige relevante Geen. gegevens Relatie beoogd De Omgevingsdienst ondersteunt de gemeenten bij de uitvoering van de taak op maatschappelijk het gebied van milieu en archeologie op o.a. de onderdelen: effect het opstellen van voorschriften bij omgevingsvergunning voor milieuaspecten; het handhaven van milieu-inrichtingen c.q. milieuwerken; Het beoordelen van bodemonderzoeken en het bijhouden van deze uitkomsten; Het beoordelen van archeologische werkzaamheden, zoals een plan van aanpak
104 Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU) en de uitkomsten van de (tussen)onderzoeken. Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied Vestigingsplaats Utrecht Doel Behartiging van het belang van de deelnemers bij de intergemeentelijke openluchtrecreatie in het landelijke gebied. Het recreatieschap ontwikkelt, exploiteert en onderhoudt diverse recreatiegebieden en recreatieve verbindingen Programma Sport en recreatie. Deelprogramma Recreatievoorzieningen. Deelnemende par- Amersfoort, Bunnik, De Bilt, Leusden, Renswoude, Rhenen, Utrechtse Heuveltijen rug, Veenendaal, Wijk bij Duurstede, Woudenberg, Zeist, provincie Utrecht Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: J.J. Eijbersen Algemeen bestuur: J.J. Eijbersen, B.G. Schipper Openbaar belang Behoefte aan recreatieterreinen en recreatieve verbindingen. dat wordt behartigd Bestuurlijk belang ‘Ontzorgen’ van de deelnemende gemeenten op het gebied van beheer en exploitatie van recreatieterreinen en recreatieve verbindingen. Een collegelid is lid van het algemeen bestuur en dagelijks bestuur en een raadslid is lid van het algemeen bestuur. De gemeentelijke In 2012 is € 25.497 overgemaakt als nominale bijdrage en € 1.280 als bijdrage financiële bijdrage uitvoering.(incl. afrekening saldo 2011) Ontwikkelingen In 2012 is de gemeente Bunnik betrokken geweest bij het traject ‘Toekomst recreatie(schappen)’. De Utrechtse gemeenten en provincie hebben voor dit traject een stuurgroep opgericht. Deze stuurgroep wil dat: • Helderheid bestaat over de gedeelde visie en strategie op het recreatiebeleid binnen de provincie Utrecht. • De recreatieve voorzieningen modern en op goed niveau (aantrekkelijk, geen achterstallig onderhoud, veilig) zijn. • Maatschappelijke en economische belangen in evenwicht zijn en er meer ruimte is voor ondernemerschap (private investeringen). • Kosten en baten van ontwikkeling, onderhoud en beheer structureel in evenwicht zijn.
Overige relevante gegevens Relatie beoogd maatschappelijk effect
In 2012 zijn fase 1: ‘Visie Recreatie en Toerisme 2020 van provincie Utrecht’ en fase 2: ‘Innovatieve financieringsconstructies’ afgerond. In 2013 zal fase 3: ‘Toekomst Recreatieschappen’ afgerond worden. Deze laatste fase is erop gericht de strategische, financiële en organisatorische voorwaarden te scheppen voor een goede uitvoering van de publieke recreatietaak in de Provincie Utrecht N.v.t. Het recreatieschap zorgt voor de toegankelijkheid en ontsluiting van natuur en landschap. Dit draagt bij aan een aantrekkelijke leefomgeving voor de burgers van de gemeente Bunnik.
Regionale ICT-Dienst Utrecht (RID) Vestigingsplaats Soesterberg Doel Het openbaar lichaam is ingesteld met als doel het uitvoeren van taken die zien op het garanderen van de continuïteit en kwalitatief adequate dienstverlening op het terrein van ICT en de hiervoor benodigde middelen, waaronder soft- en hardware voor de deelnemers aan de RID. Programma Bedrijfsvoering Deelprogramma . Deelnemende par- De gemeenten Baarn, Bunnik, De Bilt, Soest, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij tijen Duurstede en de gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug gevestigd te Zeist Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: H.M. Ostendorp Algemeen bestuur: H.M. Ostendorp Openbaar belang Zorgdragen voor continuïteit in ICT van de deelnemers, zodat de dienstverlening dat wordt behartigd adequaat kan plaatsvinden.
105 Regionale ICT-Dienst Utrecht (RID) Bestuurlijk belang Het collegelid vertegenwoordigt de gemeente Bunnik in het Algemeen Bestuur en Dagelijks bestuur. De directeur vertegenwoordigt de gemeente Bunnik in het Opdrachtgeversoverleg. De gemeentelijke De deelnemende organisaties dragen bij aan de jaarlijkse begroting van de RID financiële bijdrage naar rato van het aantal applicaties en het aantal accounts. In 2012 werd een voorschotbijdrage van € 118.000,- verstrekt. Ontwikkelingen De Regionale ICT-Dienst Utrecht (RID) is formeel gestart op 1 juli 2012. Er is een tijdelijke locatie betrokken in Soesterberg omdat de structurele locatie (in Doorn bij het gemeentehuis van Utrechtse Heuvelrug) nog in aanbouw is en pas medio 2013 opgeleverd wordt. Er is gestart met de detaillering van de beoogde centrale ICT-omgeving voor alle deelnemers en met de aanbestedingen die daarvoor nodig zijn (onder andere. op het gebied van verbindingen, hardware en telefonie). Er zijn twee klanttevredenheidsonderzoeken uitgevoerd: in mei een nulmeting over de dienstverlening in de oude situatie door de lokale ICT-ers en in november over de dienstverlening door de RID. Overige relevante N.v.t. gegevens Relatie beoogd Zorgdragen voor continuïteit in ICT van de deelnemers, zodat de dienstverlening maatschappelijk adequaat kan plaatsvinden. effect Afval Verwijdering Utrecht (AVU) Vestigingsplaats Soest. Doel De AVU is een publiekrechtelijke organisatie met een wettelijk geregelde bestuurlijke basis. De gemeenschappelijke regeling behartigt de belangen van de Utrechtse gemeenten op het gebied van afvalbewerking en verwerking. Op grond van de statuten van de gemeenschappelijke regeling en het door het algemeen bestuur vastgestelde beleidsplan heeft de AVU de zorg voor een goede, reguliere en milieuverantwoorde verwerking van door de gemeente(n) ingezamelde afvalstromen (restafval, grof huishoudelijk afval, GFT-afval, plastic) en de inzameling en verwerking van glas en papier / karton. Hiervoor heeft de AVU contracten afgesloten. Programma Milieu. Deelprogramma GFT- en restafval. Deelnemende par- Provincie Utrecht en 26 Utrechtse gemeenten. tijen Bestuurder(s) Algemeen bestuur: A.T.A. Koopmanschap Openbaar belang De AVU bundelt de deskundigheid van de aangesloten gemeenten en de prodat wordt behartigd vincie, waardoor er voor beleid en uitvoering een platform met veel (plaatselijke) kennis beschikbaar is. Op dat gebied is de AVU van de gemeenten en de provincie en werkt zij ten dienste van de gemeenten en de provincie. Bestuurlijk belang De provincie Utrecht en alle 26 Utrechtse gemeenten zijn vertegenwoordigd in het algemeen bestuur. Het collegelid vertegenwoordigt de gemeente Bunnik in het algemeen bestuur van de AVU. De gemeentelijke In financiële zin worden alle gemaakte kosten door de AVU doorberekend naar financiële bijdrage de deelnemende gemeenten. Voor 2012 bedraagt dit € 388.000,Ontwikkelingen De AVU bereidt zich voor op een onderzoek voor het in eigen beheer nemen van een overlaadstation in de regio Utrecht. Overige relevante AVU heeft geen eigen vermogen. De financiële resultaten worden verrekend met gegevens de deelnemers. Relatie beoogd Duurzame ontwikkeling gaat ook over milieu en dus over afvalverwijdering. Door maatschappelijk te zorgen voor een milieuverantwoorde verwerking van afval wordt zo min mogeeffect lijk schade aangericht aan de natuur. Stuurgroep Kromme Rijnlandschap Vestigingsplaats Odijk. Doel Stuurgroep Kromme Rijnlandschap is een gebiedsgericht samenwerkingsverband van zes gemeenten en de provincie voor natuur en landschap in het Kromme Rijngebied. De stuurgroep is gericht op het bevorderen van ‘stille recre-
106 Stuurgroep Kromme Rijnlandschap atie’ middels het creëren van een aantrekkelijk en karakteristiek landschap met extensieve recreatiemogelijkheden. De belangrijkste taken zijn: • kosteloos individuele advisering aan en ondersteuning van particuliere grondeigenaren betreffende (kleinschalige) natuur- en landschapsontwikkeling en bijbehorende subsidieregelingen, • beperkte aanvullende subsidieverlening, • voorlichting door middel van nieuwsbrief, foldermateriaal en persberichten, • afstemming, zowel horizontaal (tussen de participanten) als verticaal (tussen bewoners en overheden) en formuleren van beleid voor natuur en landschap in het Kromme Rijngebied. • Bevorderen ruimtelijke kwaliteit bij functieverandering en schaalvergroting door o.a. landschappelijke inpassing Om dit te realiseren zet de stuurgroep onder meer een landschapscoördinator in. Programma Sport en recreatie. Deelprogramma Landschap. Deelnemende par- Bunnik, provincie Utrecht, Utrecht, De Bilt, Zeist, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij tijen Duurstede. Bestuurder(s) Algemeen bestuur: J.J. Eijbersen Openbaar belang Het bevorderen van ‘stille recreatie’ middels het creëren van een aantrekkelijk en dat wordt behartigd karakteristiek landschap met extensieve recreatiemogelijkheden. Bevorderen ruimtelijke kwaliteit middels advisering en ondersteuning van particuliere eigenaren in het buitengebied. Bestuurlijk belang Het collegelid is voorzitter van de stuurgroep waarin wethouders, gedeputeerde en andere bestuurders zitting hebben. Daarnaast functioneert op ambtelijk niveau een werkgroep en wordt de dagelijkse uitvoering verzorgd door de landschapscoördinator. De gemeentelijke In 2012 werd als participatiebijdrage € 19.200 verstrekt.voor de Stuurgroep financiële bijdrage Kromme Rijnlandschap. Ontwikkelingen in 2012 is extra inzet gepleegd om het streekfonds Kromme Rijnstreek in voorbereiding te brengen samen met de gebiedscommissie. Daarnaast zijn er volop activiteiten bezig geweest om in het streekplatform te participeren zodat verbindingen in de streek behouden blijven. Er is extra inzet in de hoogstambrigade Kromme Rijnstreek gepleegd zodat er meer nieuwe hoogstamfruitbomen zijn geplant en hoogstamboomgaarden worden onderhouden
Overige relevante gegevens Relatie beoogd maatschappelijk effect
In 2012 is op 1 april het Streekhuis Krommerijn opgeheven als gevolg van de bezuinigen van de regering. N.v.t. De Stuurgroep Kromme Rijnlandschap levert een belangrijke bijdrage aan de realisatie en instandhouding van een aantrekkelijk en karakteristiek landschap binnen o.a. de gemeente Bunnik.
Welstand en Monumentenmidden Nederland (WMMN) Vestigingsplaats Bunnik. Doel Deze commissie adviseert over redelijke eisen van welstand en voert zowel wettelijk verplichte als niet wettelijk verplichte taken uit. De wettelijke taken vanuit de welstandscommissie worden onder andere uitgevoerd op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening, Woningwet, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Besluit Omgevingsrecht. De commissie is beleidsmatig gebonden aan het gemeentelijke welstandsbeleid, zoals dit onder andere is vastgelegd in de Welstandsnota en (Beeld)kwaliteitsplannen. Programma Openbare orde en Veiligheid. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving. Deelprogramma Omgevingsvergunningen. Vergunningen APV en bijzondere wetten. Deelnemende par- De meeste gemeenten binnen de provincie Utrecht zijn aangesloten bij WMMN.
107 Welstand en Monumentenmidden Nederland (WMMN) tijen Eind 2010 zijn totaal 25 gemeenten aangesloten. Grotere gemeenten hebben vaak een eigen welstandcommissie. Bestuurder(s) Algemeen bestuur: H.R. Walburgh Schmidt Openbaar belang Het bevorderen van ruimtelijke- en straatbeeldkwaliteit dat wordt behartigd Bestuurlijk belang Een collegelid vertegenwoordigt de gemeente Bunnik in het algemeen bestuur. De gemeentelijke Wat levert het op? financiële bijdrage Producten zoals welstandadvisering, monumentenadvisering en overige zaken. Wat kost het? Per jaar worden de tarieven voor de producten vastgesteld. Deze kosten worden via de legesverordening doorberekend naar de klant. In de begroting is bij het product Omgevingsvergunning een post opgenomen. In 2012 bedroeg de bijdrage € 35.600,-. Ontwikkelingen Per 1 januari 2013 zijn de regio’s en daarmee het aantal commissies binnen de provincie teruggebracht van 6 naar 4. De samenstelling van de commissies is ook gewijzigd. De oude welstandscommissies heten nu Commissies voor Ruimtelijke Kwaliteit (CRK). Dit is een integrale commissie samen met de oude monumentencommissie. Overige relevante N.v.t. gegevens Relatie beoogd Het bevorderen van ruimtelijke- en straatbeeldkwaliteit. Hiermee wordt een bijmaatschappelijk drage geleverd aan de leefbaarheid en woonkwaliteit van Bunnik. Ook kan hiereffect mee verloedering van woon/werkgebieden ongedaan worden gemaakt. Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Vestigingsplaats Utrecht. Doel Op 1 januari 2006 is de regeling “Veiligheidsregio Utrecht” in werking getreden. Met de Wet veiligheidregio’s van 1 oktober 2010 is deze vorm van samenwerking wettelijke geborgd. De veiligheidsregio moet voor de rampenbestrijding en crisisbeheersing over een goed geoefende professionele organisatie beschikken door het bundelen van krachten kunnen de hulpverleningsdiensten, zich goed voorbereiden op bijvoorbeeld incidenten zoals grote branden, grote evenementen of een pandemie. Programma Openbare orde en veiligheid. Deelprogramma Deelnemende par- De 26 gemeenten gelegen binnen de provincie Utrecht zijn deelnemer aan de tijen gemeenschappelijke regeling en daardoor medeverantwoordelijk voor de bestuurlijke en organisatorische aansturing van de veiligheidsregio. Bestuurder(s) Algemeen bestuur: H.M. Ostendorp Openbaar belang De organisatie kan door het bundelen van krachten, grote branden, rampen en dat wordt behartigd crisis beter aan. Bestuurlijk belang Het bestuur bestaat uit de 26 burgemeesters in de regio Utrecht. De taken van het bestuur worden weergegeven in artikel 14 van de Wet veiligheidsregio. Het bestuur is o.a. verantwoordelijk voor; het beleid ten aanzien van de taken van de veiligheidsregio, de beoogde operationele prestaties, het oefenbeleid en de brandweer opkomsttijden. De gemeentelijke Naast de vaste bijdrage voor de veiligheidsregio maakt de gemeente geld over financiële bijdrage voor de taken voortvloeiend uit de dienstverleningovereenkomst. De bijdrage voor de gemeente Bunnik in de rekening 2012 bedroeg € 908.000,-. Ontwikkelingen In 2012 heeft er een belangrijke wijziging plaatsgevonden in de systematiek voor het opstellen van de begrotingen van de VRU. Een belangrijke verschuiving die plaatsvindt is de verschuiving van de “wat” en de “hoe” vraag. De gemeenten geven meer aan wat ze van de VRU verwachten en de VRU beoordeelt hoe dit het meest efficiënt en doelmatig aangepakt kan worden. Een andere belangrijke ontwikkeling is het loslaten van de dienstverleningovereenkomst in de huidige vorm. De begroting van de VRU is opgebouwd vanuit de gedachte dat de basistaken voor iedere gemeente gelijk zijn. Voor gewenste extra taken, worden met de gemeente separate afspraken gemaakt.
108 Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Naast de parate hulpverleningsdiensten brandweer, geneeskundige organisatie en politie heeft ook de gemeentelijke organisatie belangrijke (uitvoerings-)taken bij rampen en crises. Deze taken zijn uitgewerkt in de gemeentelijke processen gericht op bevolkingszorg. Momenteel wordt de gemeentelijke crisisbeheersing 26x georganiseerd, namelijk per afzonderlijke gemeente in de regio Utrecht. Dit kost veel tijd en veel capaciteit. In 2012 is gestart met het realiseren van een efficiëntere en effectievere organisatie en invulling van bevolkingszorg. Het voorstel voor de gemeentelijke crisisbeheersing en de visiedocumenten risico- en crisiscommunicatie zullen onderdeel uitmaken en een uitwerking zijn van het regionaal crisisplan. Overige relevante De overdracht van de brandweerkazernes van de gemeente naar de VRU moet gegevens nog plaatsvinden. Relatie beoogd Door deelname aan de Veiligheidsregio Utrecht wordt de samenwerking tussen maatschappelijk de verschillende hulpverleningsinstanties inclusief de gemeenten bij de crisisbeeffect heersing verbeterd. Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht Vestigingsplaats Wijk bij Duurstede. Doel Het doel van het RHC Zuidoost Utrecht is: Het in het samenwerkingsgebied uitvoering geven aan de Archiefwet 1995, alsmede het vervullen van de functie van regionaal kennis- en informatiecentrum op het gebied van de lokale en regionale geschiedenis door het opbouwen en beheren van een zo breed mogelijke collectie (regionaal) historische bronnen en deze op een zo actief mogelijke wijze dienstbaar maken voor een breed publiek.
Programma Deelprogramma Deelnemende partijen Bestuurder(s) Openbaar belang dat wordt behartigd Bestuurlijk belang De gemeentelijke financiële bijdrage
Ontwikkelingen
Overige relevante gegevens
De taken van het RHC zijn: - de zorg voor en het beheer van de in de archiefbewaarplaats berustende archiefbescheiden van de deelnemers, zoals nader omschreven in de Archiefwet 1995; - het toezicht op het beheer van de archiefbescheiden van de deelnemers voor zover deze niet zijn overgebracht; - het stimuleren van de lokale en regionale geschiedbeoefening en het daartoe aanleggen, beheren en bewaren van een zo compleet mogelijke collectie bronnen op het gebied van de lokale en regionale geschiedenis. Bedrijfsvoering Documentmanagement Bunnik,Houten, Rhenen, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede Algemeen Bestuur: J.J. Eijbersen Uitvoering geven aan de Archiefwet 1995 Het collegelid vertegenwoordigt de gemeente Bunnik in het Algemeen Bestuur. De verdeling van de kosten over de vijf deelnemende gemeenten is gebaseerd op een kostenstructuur, bestaande uit drie componenten: - De kosten voor personeel en materiaal, afgeleid van het aantal inwoners per gemeente; - De kosten voor de nieuwe archiefbewaarplaats, afgeleid van de hoeveelheid openbaar archief per gemeente; - De kosten voor de overhead en overige huisvesting (kantoorruimte en studiezaal), gebaseerd op het aandeel van de beide eerste kostencomponenten in het totaal. De bijdrage van de gemeente Bunnik bedroeg in het jaar 2012 € 48.461. Er is een beleidsplan 2013-2018 opgesteld. Er is een vervolg gegeven aan de eerste ronde van archiefinspecties bij de deelnemende gemeenten. N.v.t.
109 Gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht Relatie beoogd Het RHC levert een belangrijke bijdrage aan het culturele erfgoed binnen de gemaatschappelijk meente en draagt dus bij aan verbetering van het klimaat op het gebied van effect kunst en cultuur. Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (RDWI) Vestigingsplaats Zeist. Doel De RDWI heeft als doel kwalitatief hoogstaande diensten en producten aan te bieden op de terreinen van werk, inkomen, sociale werkvoorziening, reintregratie, schuldhulpverlening, inburgering en overige daarmee verband houdende onderwerpen. Programma Inkomen en werkgelegenheid. Deelprogramma Bijstandverlening, inkomensvoorzieningen, werkgelegenheidsvoorzieningen Deelnemende par- Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede, Zeist. tijen Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: J.J. Eijbersen. Algemeen bestuur J.J. Eijbersen, H. R. Walburgh Schmidt Openbaar belang Waarborging en vergroting van kwaliteit, continuïteit, doelmatigheid en doeltrefdat wordt behartigd fendheid van de werkzaamheden op het terrein van sociale zaken. Bestuurlijk belang De gemeenteraad van Bunnik heeft twee collegeleden in het algemeen bestuur aangewezen. De bestuurlijke kaders voor de RDWI zijn door de deelnemende gemeenten neergelegd in een Meerjarenbeleidsplan sociale en economische participatie. De gemeentelijke Alle kosten van de RDWI worden doorberekend aan de deelnemende gemeenfinanciële bijdrage ten. Dit gebeurt op basis van een begroting, jaarrekening en tussentijdse rapportages. De p & c cyclus van de RDWI is afgestemd op die van de gemeente. (totale bijdrage in 2012 € 1.850.000) Ontwikkelingen Het is de bedoeling van het Rijk om per 1-1-2014 onderdelen van de Bijstandswet, de Wet Sociale Werkvoorziening en de Wajong samen te voegen. Daarvoor is de zogenaamde Participatiewet in voorbereiding. Met deze Gemeenschappelijke Regeling is hier reeds zoveel mogelijk op geanticipeerd.
Overige relevante gegevens
Relatie beoogd maatschappelijk effect
De RDWI is officieel per 1 januari 2013 ontstaan door het samengaan van 2 regelingen, te weten de Regionale Sociale Dienst (RSD) en Werkvoorziening Zeist en Omstreken (SWZ). De directeur van de werkorganisatie van de RDWI is ambtelijk secretaris van het Bestuur van de GR. In het kader van het minimabeleid voert de gemeente Bunnik zelf het Participatiefonds Declaratie uit. Bestrijding armoedeproblematiek en bevordering van sociale en economische participatie.
Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland Vestigingsplaats Zeist. Doel Programma Educatie. Deelprogramma Deelnemende par- Bunnik, Zeist, De Bilt, Veenendaal, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug. tijen Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: Geen vertegenwoordiger Algemeen bestuur: Geen vertegenwoordiger Openbaar belang N.v.t. dat wordt behartigd Bestuurlijk belang De gemeentelijke Er is in Bunnik voor gekozen om het gemeentebestuur niet zelf de bestuurder financiële bijdrage van het openbare basisscholen te laten zijn. Het openbaar onderwijs is op afstand van het gemeentebestuur geplaatst. De gemeente heeft geen financieel belang in de stichting. Mocht de stichting op enig moment financieel in gebreke blijven, dan kan dit alsnog ten laste komen van de gemeente. In laatste instantie
110 Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland blijft de gemeente namelijk verantwoordelijk voor het openbaar onderwijs. Ontwikkelingen In september 2012 stonden 200 en 153 leerlingen ingeschreven in respectievelijk Bunnik en Odijk. In 2011 telden de scholen resp. 199 en 144 leerlingen. Overige relevante N.v.t. gegevens Relatie beoogd N.v.t. maatschappelijk effect Stichting Kromme Rijnstreek Vestigingsplaats Scherpenzeel. Doel Uitvoering van de Agenda Vitaal Platteland (AVP) binnen het Kromme Rijngebied. Sturen van de ontwikkelingen in het gezamenlijke buitengebied en er financiële bijdragen voor verkrijgen vanuit provincie, rijk en eventueel Europa. De gemeenten in het Kromme Rijngebied proberen deze uitvoering gezamenlijk vorm te geven. De stichting wordt door de provincie aangemerkt als de Gebiedscommissie, en heeft daarmee een formele status in het kader van de toekenning van subsidies op grond van de AVP. Programma Sport en recreatie. Deelprogramma Landschap. Deelnemende par- De Stichting Kromme Rijnstreek komt voort uit de Stuurgroep Kromme Rijn. tijen Partners zijn: provincie Utrecht, Houten, Bunnik, Wijk bij Duurstede, Utrechtse Heuvelrug, Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden, Terecht Anders, Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW), LTO Noord, Utrechts Particulier Grondbezit, Natuur en Milieufederatie Utrecht, Het Utrechts Landschap, Agrarische Natuurvereniging Kromme Rijnstreek, Landschap Erfgoed Utrecht, Staatsbosbeheer. Bestuurder(s) Dagelijks bestuur: Geen vertegenwoordiger Algemeen bestuur:Geen vertegenwoordiger Openbaar belang Realiseren van een vitaal platteland en een aantrekkelijk landschap binnen de dat wordt behartigd Kromme Rijnstreek, stimuleren van plattelandsondernemerschap. Bestuurlijk belang Een collegelid is lid van de gebiedscommissie Oost, deel Kromme Rijnstreek. De gemeentelijke In de rekening van de gemeente Bunnik werd € 6.440 verantwoord als zijnde financiële bijdrage bijdrage voor de projectleider. Ontwikkelingen In 2012 is er een einde gekomen aan de gebiedssamenwerking zoals deze vanaf 2007 heeft plaatsgevonden. Provincie Utrecht heeft de voormalige Agenda Vitaal Plattelandgebieden samengevoegd in deelgebied West en deelgebied Oost. Gebiedscommissie Kromme Rijn behoudt een aparte status binnen deelgebied Oost. Het Streekhuis Kromme Rijn is in mei 2012 gesloten. Bovengenoemde ontwikkelingen hebben er toe geleid dat er een heroverweging nodig was van de samenwerking in de Kromme Rijnstreek, welke afgelopen jaar heeft plaatsgevonden. De deelnemers hebben gezamenlijk besloten de streeksamenwerking voort te zetten in de vorm van een streekplatform waarin initiatiefnemers, uitvoerders, beleidsmakers en bestuurders verenigd zijn. Het streekplatform wordt gefaciliteerd door twee streekcoördinatoren die provinciale projecten begeleiden vanuit Agenda Vitaal Platteland, secretaris zijn van de gebiedscommissie/stichting Kromme Rijn, nieuwe initiatieven en projecten opzetten en begeleiden en de coördinatie van de Plaatselijke groep Leader verzorgen. De nieuwe gebiedssamenwerking is geregeld tot het einde van de provinciale AVP-periode 2007-2013. De komende periode zullen de deelnemers – in het besef van weinig tot geen ruimte op de gemeentelijke begroting - benutten om zich te oriënteren op blijvende samenwerking vanaf 2014. Overige relevante N.v.t. gegevens Relatie beoogd Stichting Kromme Rijnstreek is een belangrijke stimulator en adviseur voor platmaatschappelijk telandondernemerschap binnen het Kromme Rijngebied, en speelt daarmee een effect essentiële rol voor het realiseren en in stand houden van een vitaal platteland.
111
Deelnemingen) Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) De gemeente is aandeelhouder van de Bank Nederlandse Gemeenten. De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Waterleidingbedrijf Vitens De gemeente is aandeelhouder in deze vennootschap. De vennootschap heeft ten doel de uitoefening van een publiek (drink)waterbedrijf, daaronder begrepen de winning, productie, transport, verkoop en distributie van water, alsmede het verrichten van alles wat met de publieke watervoorziening verband houdt of daaraan bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord.
112
5. Kapitaalgoederen Kapitaalgoederen zijn investeringen met een langdurig economisch of maatschappelijk nut. Kapitaalgoederen zijn wegen, riolering, water, groen, gebouwen, automatisering en inventarissen (zgn. materiële activa), maar ook bijvoorbeeld bestemmingsplannen (zgn. immateriële activa). Al deze kapitaalgoederen dienen “onderhouden” te worden. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan zijn bepalend voor het voorzieningenniveau en de jaarlijkse lasten. In de Nota financieel beleid zijn de volgende uitgangspunten ten aanzien van kapitaalgoederen opgesteld: • Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, voor zover ze niet in het kader van grondexploitatie worden getroffen, activeren; • Investeringen met een economisch nut worden geactiveerd en conform de waardevermindering van de investeringen, op consistente wijze afgeschreven; • Gronden en terreinen worden geactiveerd, maar niet op afgeschreven; • Onderhoud dat niet levensduurverlengend is wordt niet geactiveerd; • Onderhoudswerkzaamheden, die leiden tot een nieuwe functionaliteit van het actief of een duidelijke technische verandering mogen wel worden geactiveerd; • Activa met een verkrijgingsprijs minder dan € 5.000 of een afschrijvingslast minder dan € 500 worden niet geactiveerd. Het beleid van de gemeente Bunnik voor de kapitaalgoederen wegen, riolering, gebouwen en groen is onder andere opgenomen in de volgende onderhoudsplannen en daarnaast is het niveau van onderhoud aangegeven. Soort eigendom
Onderhoudsplan
Onderhoudsniveau o.b.v. Onderhoudsplan
Wegen Riolering
Wegenplan 2009
Goed
GRP 3 april 2008
Goed
Water
Waterplan 2008 - 2015 Onderhoudsplan d.d. 1 juli 2005 Scholen Het Kwartier Werkhoven (nieuwbouw) onderhoudsplan 2011 bij Beheerstichting Barbaraschool 2012
Optimaal
Gebouwen – scholen
Gebouwen – gemeentehuis Gebouwen –overige Openbaar groen
Redelijk. In afwachting van vervangende nieuwbouw wordt slechts het hoogst noodzakelijke onderhoud uitgevoerd in Bunnik. Nieuwbouw Werkhoven in gebruik.
Onderhoudsplan d.d. april 2010
Redelijk/goed
Onderhoudsplan d.d. april 2010
Redelijk/goed
Bomenbeheerplan 2011
Redelijk
In het onderhoudbeheerplan voor wegen is geen rekening gehouden met totale vervanging van wegen. Daar steeds de afweging zal worden gemaakt of vervanging noodzakelijk is, wordt dit beschouwd als de aanleg van een nieuwe weg. Dit zal steeds bij afzonderlijke besluitvorming plaats vinden. Dergelijke uitgaven zullen worden geactiveerd en in 30 jaar worden afgeschreven. Dit is in overeenstemming met de uitgangspunten in de Nota financieel beleid. De totale vervanging van riolering is in het Gemeentelijk Riolerings Plan begrepen. Het verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan voor de jaarschijven 2013 tot en met 2017 is op 20 september 2012 door de raad vastgesteld. Het onderhoudsplan van de Barbaraschool is in 2012 geactualiseerd. Het nieuwe onderhoudsplan geldt vanaf de jaarschijf 2013.
113
Met betrekking tot de vervanging van een gebouw is dit niet in de onderhoudbeheersplannen opgenomen met een vergelijkbare redenering als bij de onderhoudsplannen van wegen (zie Nota financieel beleid). De scholen in Werkhoven zitten in Het Kwartier. Het beheer is ondergebracht in de beheerstichting; de beheerstichting is verantwoordelijk voor het periodiek onderhoud. Daarnaast worden bijna alle scholen in Bunnik vervangen. Daarom worden de onderhoudbeheerplannen niet meer geactualiseerd. Alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud wordt nog uitgevoerd. Het bomenbeheerplan is op 1 november 2011 vastgesteld. In de hiernavolgende tabel wordt het onderhoud ten laste van de getroffen financiële voorzieningen aangegeven.
Overzicht onderhoudsuitgaven 2012 Op grond van de vastgestelde meerjarenonderhoudsplannen zijn in 2012 de volgende uitgaven gedaan ten laste van de onderhoudsvoorzieningen. Begroting 2012
Rekening 2012
7603008 7603009
Overige gebouwen - gebouw muziekschool - ambtswoning burgemeester
3.169
7603010
- brandweergarage Bunnik
1.500
-
7603011
- brandweergarage Werkhoven
4.428
1.125
7603012
- jeugaccomodatie Odijk
2.207
2.437
7603014
- gebouw Jong Nederland
-
-
7603015
- woning Langstraat 11
7603016
- poortgebouw begraafplaats
7603017
- gebouwen gemeentewerf
7603018
- gemeentehuis
7603022
- muziektent Werkhoven
14 290
975
-
-
10.800
7.279
20.204
51.950
97.972
1.767
1.410
73.275
134.252
314.000
503.660
314.000
503.660
387.275
637.912
Overig onderhoud 7603019
- wegen
Totaal onderhoudsuitgaven
114
6. Financiering Algemene ontwikkelingen In 2011 is het treasurystatuut geactualiseerd. Dit statuut geeft kaders waarbinnen het college en de ambtelijke organisatie moeten blijven bij het beheer van de kasmiddelen en het aantrekken van geldleningen op de korte en de lange termijn. Uitgangspunt van het statuut is een risicomijdend beleid bij het uitzetten/beleggen van overtollige kasgelden. Het treasurystatuut sluit hierbij volledig aan op de verordening ex artikel 212 van de Gemeentewet, vastgesteld in 2012 (de Financiële verordening). Kasbeheer De gemeente heeft de beschikking over rekeningen bij de N.V. Bank Nederlandse gemeenten (BNG), de Rabobank en de ING-bank. Vrijwel alle betalingen en ontvangsten lopen via de BNG. Met deze bank is een zogenaamde raamovereenkomst gesloten. Dit houdt in dat indien het saldo op de rekening boven of beneden bepaalde grenzen komt automatisch een gunstiger renteregiem geldt. Hiertegenover staat dat, indien middelen worden aangetrokken of uitgezet bij een andere bank, een renteverschil ten opzichte van de BNG-tarieven aanwezig moet zijn van ten minste 0,05%. Renterisicobeheer Renterisicobeheer omvat het beperken van de invloed van externe rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeente. De Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) beoogt grote fluctuaties in rentelasten van lagere overheden te voorkomen. Hiertoe wordt via de kasgeldlimiet een maximum gesteld aan het met kortlopende leningen voorzien in de financieringsbehoefte. Achtergrond is dat de rente van kortlopende (kasgeld)leningen in korte tijd sterk kunnen fluctueren. In de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) staat de bepaling van de renterisconorm. De kasgeldlimiet wordt bepaald op een percentage van 8,5% van het totaal van de exploitatie-uitgaven van het dienstjaar. Voor 2012 lag de kasgeldlimiet op ca 8,5% x € 36,7 mln. = € 3,1 miljoen. In 2012 is een kasgeldlening aangetrokken die binnen de limiet is gebleven. Op dit moment (januari 2012) bedraagt de rente van kasgeldleningen circa 0,23% en voor in deposito gezette gelden circa 0,02%. Het tarief voor langlopende geldleningen (25 jaar) bedraagt op het moment van samenstellen van dit jaarverslag circa 2,63 %. Voor het beheersen van het renterisico op de vaste geldleningen door het aanbrengen van spreiding in de looptijd in de leningenportefeuille is de renterisiconorm ingevoerd. Deze norm bedraagt 20 % van het begrotingstotaal. Voor 2012 lag deze norm op € 7,3 miljoen. Hieraan moet worden getoetst het totaal van de in dat jaar verschuldigde aflossingen vermeerderd met de restschuld van de leningen, waarvan het rentepercentage in dat dienstjaar contractueel moet worden herzien en verminderd met eventueel nieuw aangetrokken geldleningen. Er zijn geen leningen aanwezig waarvan de rente tijdens de looptijd kan worden veranderd. In 2012 is in totaal € 1,2 miljoen afgelost op de vaste geldleningen. Hiermee wordt ruimschoots binnen de norm gebleven. Gemeentefinanciering De financieringspositie is enerzijds afhankelijk van de financieringsbehoefte die voortvloeit uit voorgenomen investeringen (onder andere Breed Werkhoven, Dorpshart Bunnik en Odijk West) en anderzijds uit mogelijke investeringssubsidies en de verwachte opbrengsten uit de grondexploitaties. Vanaf 2012 wordt er maandelijks een liquiditeitenbegroting opgesteld zodat er een beeld is wat de financieringspositie is. Discrepanties in de financieringsbehoefte zullen naar verwachting van betrekkelijk korte duur zijn. Deze zullen in eerste instantie opgevangen worden via korte financieringen. Indien op grond van de Wet Fido vaste financieringsmiddelen moeten worden aangetrokken zal dit toch voor een periode van maximaal 5 tot 10 jaar nodig zijn.
115
Stand van de vaste leningen op 1 januari 2012
€
6.276.890
Nieuwe leningen Reguliere aflossingen
€ €
7.500.000 1.206.722
Stand van de vaste leningen per 31 december 2012
€ 12.570.168
De gemiddelde rente van deze vaste financieringsmiddelen ligt op ca. 4,3%.
116
7. Grondbeleid Grondbeleid algemeen Grondexploitatie is het proces waarbij grond wordt aangekocht, bouwrijp wordt gemaakt en rioleringen en wegen worden aangelegd om vervolgens de grond te verkopen voor de bouw van woningen of bedrijven. Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van de programma’s Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving, Economische ontwikkelingen, Verkeer en Vervoer, Sport, Recreatie en Landschap. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De financiële baten, maar vooral de financiële risico’s zijn van belang voor de algemeen financiële positie. Het grondbeleid voor de gemeente Bunnik staat vermeld in de nota Grondbeleid 2008. Onder grondbeleid wordt verstaan de positie die de gemeente in wil nemen ten behoeve van uitbreiding voor woningbouw, bedrijventerreinen en overige doeleinden. Er is een onderscheid tussen actief en faciliterend (passief) grondbeleid. Actief grondbeleid houdt in dat de gemeente zelf grond verwerft, bouwrijp maakt en uitgeeft. Bij faciliterend grondbeleid stelt de gemeente voorwaarden aan de ontwikkeling van grond in eigendom van een particulier. Vanaf 2010 heeft de gemeente Bunnik het actieve grondbeleid omgezet in passief grondbeleid, dat wil zeggen de gemeente stelt de voorwaarden aan de ontwikkeling van grond in eigendom van een particulier. De volgende grondexploitaties waren in 2012 in uitvoering: Plan Rijneiland De woningbouw in de fases 1 t/m 4 is afgerond. Voor fase 5 (12 vrije sector kavels) is de verkoop in 2010 gestart. Tot op heden zijn 8 kavels verkocht. De benodigde vergunningen zijn afgegeven en in 2012 is de voorlopig laatste woning opgeleverd. De verkoop van de resterende kavels (4) verloopt moeizaam. In 2013 zal aan de hand van de uitkomsten van de project ‘knelpunten woningbouwcrisis’ bezien worden op welke wijze de resterende kavels op de markt kunnen worden gebracht. Voor fase 6 is een heroverweging gemaakt aangaande het woonprogramma. In de oorspronkelijke planvorming wordt voorzien in 10 cascowoningen. Vanuit de markt werden initiatieven ontplooit voor seniorenwoningen en/of woningen volgens het principe van CPO (collectief particulier opdrachtgeverschap). Gebleken is dat deze plannen niet haalbaar zijn. In 2012 is met verschillende partijen/instanties overleg gevoerd om te komen tot woningbouw wat het Plan Rijneiland kan afronden. Eind 2012 is overeenstemming bereikt met een ontwikkelaar en is de kavel grond verkocht. De ontwikkelaar heeft aansluitend een aanvraag Omgevingsvergunning ingediend voor de bouw van 2 hoek- en 11 tussenwoningen. De vergunning is verleend en de ontwikkelaar heeft de woningen in verkoop gebracht. In april 2013 wordt gestart met de bouw. Scholeneiland Odijk De gemeente heeft een ontwikkelingsovereenkomst gesloten over de realisatie van 62 woningen op deze locatie met een projectontwikkelaar. Het gaat om woningen/appartementen voor senioren en starters. In 2009 is een hernieuwde start gemaakt met de planologische procedure. Deze procedure heeft geleid tot vaststelling van het plan in 2010. Door enkele omwonenden is beroep ingesteld bij de Raad van State. Ook is een verzoek om een voorlopige voorziening aangevraagd. Genoemde procedures zijn door de gemeente gewonnen. Met de ontwikkelaar is overleg gevoerd over de nadere uitwerking van de ontwikkelingsovereenkomst. Dit heeft onder andere geleid tot een wijziging in het woonprogramma. Een groot deel van de woningen zijn omgezet in vrije sector huurwoningen. Verder wordt één woning omgezet in bergruimte voor de appartementen. De geplande kelder wordt gelijktijdig verkleind. Tot slot worden enkele ondergeschikte gevelwijzigingen doorgevoerd. Het gewijzigde woonprogramma omvat 61 woningen en bestaat uit 41 vrije sector huurappartementen, 16 koopappartementen en 4 grondgebonden woningen voor senioren. Bij de omzetting van het woonprogramma is een derde partij betrokken. Deze partij is in beginsel bereid is om een aanzienlijk deel van de woningen af te nemen. In 2012 is intensief met partijen overlegd om tot realisatie te komen. De gesprekken zijn er op gericht om begin 2013 tot overeenstemming tussen partijen, e waarna in het 2 kwartaal van 2013 kan worden gestart met de bouw.
117 MOB-complex te Odijk Met de vaststelling van het bestemmingsplan voor het MOB complex door de gemeenteraad in 2009 leek de weg vrij voor realisatie van het bedrijventerrein. De provincie heeft aanvankelijk goedkeuring onthouden aan een deel van het plangebied waartegen door de gemeente beroep is ingesteld. De gemeente is in het gelijk gesteld waarna overleg met de provincie heeft plaatsgevonden. Dit heeft geleid tot een nieuw goedkeuringsbesluit. Het plan is vanaf eind 2010 vigerend. Voor de resterende 4 bedrijfskavels zijn de onderhandelingen gaande. De verplaatsing van plaatselijke bedrijven vraagt een zorgvuldig traject, hetgeen tijd vergt, omdat de aankoop van de bedrijfskavel (mede) afhankelijk is van de opbrengst op de vertreklocatie. Ook de economische malaise is van invloed op verkoop. Gepoogd is om de resterende kavel op te splitsen en gelijktijdig aan 2 of 3 partijen te verkopen Ondanks belangstelling van meerdere partijen is het niet gelukt om de laatste kavel te verkopen. De verwachting is dat de kavels medio 2013 worden verkocht. De noodzakelijke civieltechnische werkzaamheden, waaronder de aanleg van een ontsluitingsweg, zijn medio 2010 uitgevoerd. Project Breed Werkhoven Delteijkterrein Voor de herontwikkeling van het terrein van de Delteijkschool tot woningbouwlocatie is inmiddels een onherroepelijk bestemmingsplan van kracht. In 2012 is een overeenkomst met een projectontwikkelaar gesloten over de realisatie van 24 woningen. De realisatie van de woningbouw op dit terrein is gepland in 2013. De Werkhof Er is overeenstemming bereikt met een grondeigenaar over het beëindigen van de bedrijfsactiviteiten en met de paardrijvereniging De Veldruiters over de verplaatsing van de accommodatie naar sportpark Hoog Weerdenburg. De bestemmingsplanprocedure is afgerond. In 2012 is gestart met de verkoop van 15 vrije kavels. Daarnaast is met een projectontwikkelaar een overeenkomst afgesloten voor de realisatie van 12 woningen. Project Dorpshart Bunnik MFA De ontwerpfase van de MFA met zorg- en starterswoningen is afgerond met een definitief ontwerp en bouwbestek. Vervolgens is gestart met de aanbestedingsprocedure voor de MFA en parallel hieraan de planologische procedure voor het scholeneiland Bunnik. Beide procedures zijn in 2012 afgerond en in juni 2012 is gestart met de bouw van de MFA. Na realisatie van de MFA volgt de bouw van de zorg- en starterswoningen in 2014. Anne Frankterrein De gemeenteraad heeft besloten om op de locatie van de Anne Frankschool alleen een programma met woningbouw uit te voeren. Op basis van dit besluit is de bestemmingsplanprocedure opgestart en in 2011 afgerond. De woningen worden in 2013 in de markt gezet. Uitgangspunt is dat aansluitend op het in gebruik nemen van de MFA in 2013 in het vierde kwartaal gestart kan worden met het bouwrijp maken van het terrein en bouw van de woningen in 2014. Churchillterrein De realisatie van woningbouw op deze locatie vertraagt door een stagnerende woningmarkt. Een Nieuwe Wijk voor Odijk In 2012 is besloten dat het project Nieuwe Wijk voor Odijk in de huidige vorm wordt opgeschort tot duidelijkheid is over de termijn waarop en de financiering waarmee de N229 wordt omgelegd. Daarnaast is besloten om een plan van aanpak op te stellen ten behoeve van een gebiedsontwikkeling op basis van organische groei. Particuliere ontwikkelingen Naast de gemeentelijke grondexploitatiegebieden is de gemeente ook voorwaardenscheppend betrokken bij een aantal particuliere gebiedsontwikkelingen. Deze projecten komen tot stand op basis van tussen de gemeente en de particuliere exploitant afgesloten samenwerkings- en bouwexploitatieovereenkomsten. Van Dam-terrein Bunnik Voor de uitplaatsing van dit bedrijf en de herontwikkeling van dit gebied tot woningbouwlocatie heeft de provincie een tweetal subsidies verleend en is in 2010 een stedenbouwkundig plan en globaal saneringsplan opgesteld. Voorwaarde voor de subsidie Fonds Stedelijk Bouwen en Wonen is dat de ‘start bouw’ vóór 1 januari 2013 dient te liggen. Het is de eigenaar van het bedrijf niet gelukt om een alternatieve loca-
118 tie te vinden. De subsidie van de provincie is hierdoor in 2012 komen te vervallen. De herontwikkelingsplannen voor dit terrein liggen nu stil. Landje van Kemp Voor dit gebied aan de Achterdijk in Werkhoven is in 2010 een stedenbouwkundig plan ontwikkeld waarin 60 woningen zijn opgenomen. De eigenaar van de gronden heeft een aantal aanpassingen hierop voorgesteld. Nadat overeenstemming is over de stedenbouwkundige uitgangspunten kan in 2013 een bestemmingsplanprocedure worden opgesteld. Winstneming 2012 Bij afsluiting van een grondexploitatie, of eventueel tussentijds als de exploitatie dit mogelijk maakt, zal een eventueel voordelig saldo worden toegevoegd aan de algemene reserve. In 2012 is een verplichte winstneming genomen voor Rijneiland van 1,11 miljoen. Verliesneming 2012 Bij afsluiting van een grondexploitatie, of als tussentijds blijkt dat een project verliesgevend gaat zijn, zal een verliesneming genomen moeten worden. Dit is voor het project scholeneiland odijk nodig geweest. En voor de nog niet in exploitatie genomen gronden voor de projecten stationsweg 51-53-55, werkhoven west breed werkhoven en odijk west is dit ook nodig geweest. Totaal is er een verliesneming genomen voor een bedrag van 2,8 miljoen. Risicoprofiel 2012 In de paragraaf weerstandsvermogen zijn met betrekking tot de grondexploitaties de onderstaande risicobedragen en kansen van optreden berekend.
Uitzonderlijk * Mogelijk aannemelijk * Aannemelijk waarschijnlijk Voordoend Totaal
Gecalculeerd Risicobedrag 5.029.713 1.093.952 1.629.267 54.329
Kans 20% 40% 60% 100%
7.807.261
Financiële Impact 1.005.943 437.581 977.560 54.329 2.475.413
risicoprofiel > 50% Voor het opvangen van de geschatte risico’s is gekozen voor een risico-profiel van 50% en hoger.
977.560
119
Single information, single audit
120
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2012 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa
Ontvanger
G1C-1
Juridische grondslag
Nummer
SZW
Specifieke uitkering
Departement
121
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeentedeel 2012
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als Wet sociale bedoeld in artikel 2, eerste lid, of werkvoorziening (Wsw) artikel 7 van de wet te Gemeenten verantwoorden aanvaarden op 31 december hier alleen het gemeentelijk (jaar T); deel indien er in (jaar T) exclusief deel openbaar lichaam enkele of alle inwoners werkzaam zijn bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Aard controle R Wgr.
I N D I C A T O R E N Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren;
exclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-1 / 02
Indicatornummer: G1C-1 / 01
SZW
G1C-2
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
2,00 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1)
0,00 Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T1);
G2C-1
inclusief deel openbaar lichaam
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1C-2 / 01
SZW
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
1 0312 (Bunnik) Gebundelde uitkering op Besteding (jaar T) algemene grond van artikel 69 WWB bijstand Gemeentedeel 2012 exclusief geldstroom openbaar Gemeenten die uitvoering in lichaam (jaar T) geheel of I.1 Wet werk en bijstand (WWB) gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 02
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 05
22,75 Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
2,47 Besteding (jaar T) IOAW
19,83 Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk)
2,00 Besteding (jaar T) IOAZ
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar exclusief geldstroom lichaam openbaar lichaam
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 01
€0
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 02
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 03
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 04
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 05
€0
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 06
€0
122
Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.5 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 07
G2C-2
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB Totaal 2011 (Gemeenten inclusief deel gemeenschappelijke regelingen)
Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G2B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G2C-1)
€0 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 08
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 09
€0 Besteding (jaar T-1) algemene bijstand
€0 Baten (jaar T-1) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T-1) IOAW
Baten (jaar T-1) IOAW (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 01
1 0312 (Bunnik) Besteding (jaar T-1) IOAZ
inclusief geldstroom openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 02
€ 842.109 € 29.568 Baten (jaar T-1) IOAZ (exclusief Besteding (jaar T-1) Bbz 2004 Rijk) levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk I.4 Besluit bijstandverlening arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen (IOAZ) zelfstandigen) (Bbz 2004)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 06
1 € 14.492 Besteding (jaar T-1) WIJ
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 03
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 07
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 04
€ 16.230 Baten (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom openbaar lichaam I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 08
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 09
€0 Baten (jaar T-1) WIJ (exclusief Rijk)
€0 Besteding (jaar T-1) WWIK
€0 Baten (jaar T-1) WWIK (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
I.5 Wet investeren in jongeren (WIJ)
I.5 Wet investeren in jongeren (WIJ)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 10
1 € 108.677
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 11
€ 341
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 12
€0
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 13
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 05
€0
123
SZW
G3C-1
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Gemeentedeel
Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob),
Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob),
Baten (jaar T) levensonderhoud Baten (jaar T) gevestigde zelfstandigen kapitaalverstrekking (exclusief (exclusief Bob) (exclusief Rijk), Bob) (exclusief Rijk),
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 01
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten die uitvoering in (jaar T) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
G3C-2
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Totaal 2011
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 02
€0 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk),
€0 Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004,
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 06
€0
€0
€0
€0 Besteding (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besteding (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Baten (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Baten (jaar T-1) Besteding (jaar T-1) aan kapitaalverstrekking (exclusief onderzoek als bedoeld in Bob) (exclusief Rijk) artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 07
€0 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Besteding (jaar T) aan Besteding (jaar T) Bob, onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob), exclusief geldstroom openbaar exclusief geldstroom lichaam openbaar lichaam
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 08
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G3B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G3C-1)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3C-2 / 01
1 0312 (Bunnik) Besteding (jaar T-1) Bob
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 02
€ 18.854 Baten (jaar T-1) Bob (exclusief Rijk)
€ 7.700 Besteding (jaar T-1) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 07
1€0
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 08
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 09
€0
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 04
€ 140
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 05
€ 1.103
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 06
€ 15.259
124
SZW
G5C-1
Wet Participatiebudget (WPB) Gemeentedeel 2012
Besteding (jaar T) participatiebudget, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten die uitvoering in (jaar T) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 01
€ 51.297 Het aantal door de gemeente in (jaar T) ingekochte trajecten basisvaardigheden.
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 02
€ 51.297 €0 Het aantal door volwassen inwoners van de gemeente in (jaar T) behaalde NT2certificaten, dat niet meetelt bij de output-verdeelmaatstaven uit de verdeelsleutel van Onze Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel.
Aard controle D1 Indicatornummer: G5C-1 / 06
G5C-2
Wet Participatiebudget (WPB) Totaal 2011 (Gemeenten inclusief deel gemeenschappelijke regelingen)
14 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 04
€0
Aard controle D1 Indicatornummer: G5C-1 / 07
26 Besteding (jaar T-1) participatiebudget
Waarvan besteding (jaar T-1) van educatie bij roc's
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G5B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G5C-1)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5C-2 / 01
1 0312 (Bunnik) Baten (jaar T-1) (niet-Rijk) participatiebudget inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 02
€ 365.842 Waarvan baten (jaar T-1) van educatie bij roc’s inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 03
€ 54.086 Het aantal in (jaar T-1) gerealiseerde duurzame plaatsingen naar werk van inactieven Dit onderdeel behoeft alleen te worden ingevuld, indien een gemeente aanspraak wil maken op regelluwe bestedingsruimte in jaar T+1
Besteding (jaar T-1) Regelluw
Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing voor gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 04
1 € 540
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 05
€0
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 06
0
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 07
€0
Besteding (jaar T) Regelluw Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing voor gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk. Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 05
125
VWS
H10_2010
Brede doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin (BDU CJG)_Hernieuwde uitvraag 2008 tot en met 2011 Tijdelijke regeling CJG Gemeenten
Besteding 2008 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Besteding 2009 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Besteding 2010 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 01
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 02
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 03
€ 193.635
€ 224.652
€ 248.621
Besteding 2011 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Is er ten minste één centrum voor jeugd en gezin in uw gemeente gerealiseerd in de periode 2008 tot en met 2011? Ja/Nee
Aard controle R Aard controle D1 Indicatornummer: H10_2010 / 04 Indicatornummer: H10_2010 / 05
€ 280.400
Ja
126
127
Reserves en voorzieningen
128
Omschrijving van de reserve
Boekwaarde
Toevoegingen
Toevoegingen
Toevoegingen
Overige
Ten gunste
Ten gunste
Overige
Boekwaarde
Bespaarde
begin
inflatie
tlv de exploi-
tlv andere
vermeerde-
van de
van andere
vermin-
einde
rente
rente
dienstjaar
ontwikkeling
tatie
reserves
ringen
exploitatie
reserves
deringen
dienstjaar
t.g.v de
t.g.v. de
exploitatie
algemene
4,0%
reserve
2,30%
Bespaarde
A. Algemene reserves 7500000
Bufferreserve
7500001
Algemene reserve Totaal onderdeel A
1.500.000 12.769.354 14.269.354
0
735.575 735.575
199.090 199.090
3.523.258 3.523.258
393.088 393.088
2.689.428 2.689.428
0
1.500.000
60.000
0
14.144.762 15.644.762
0 60.000
510.774 510.774
36.375
0
604
59.933
0
979 398
B. Bestemmingsreserves B-1 Vrije bestemmingsreserves 7501001
Reserve doortrekking Baan van Fectio
35.557
818
7501002
Reserve uitv deelnota beeldende kunst
57.580
1.324
7501003
Reserve sociaal culturele voorzieningen
9.944
9.944
0
7501004
Reserve Monumentenbeleid
1.930
1.930
0
77
7501005
Reserve impuls mantelzorg
19.756
19.756
0
790
7501006
Reserve bedrijfsvoering
31.743
0
8.000
7501007
Reserve afkoop RGSHG regeling
12.701
12.701
0
508
7501009
Reserve Wet inschakeling werkzoekende
82.000
82.000
0
3.280
7501010
Reserve bestemmingsplannen
20.000
10.000
30.000
0
800
7501013
Reserve management traject
27.964
13.382
5.225
36.121
0
1.119
7501014
reserve waardevolle bomen
16.227
4.182
3.885
16.524
0
649
7501015
Reserve personeelsfeest
17.594
2.615
20.209
0
704
7501016
Reserve huisvesting senioren
77.641
77.641
0
3.106
7501017
Reserve onderwijshuisvesting
278.872
6.414
24.380
216.709
0
4.741
7501018
- A. Frankschool
121.240
2.789
27.475
151.504
0
2.061
7501019
- De Bongerd
589
14
603
0
10
7501020
- Barbaraschool
34.990
805
9.726
45.521
0
595
7501021
- Camminghaschool
43.343
997
6.052
50.392
0
737
7501022
- De Lage Engh
79.905
1.838
6.241
87.984
0
1.358
7501023
- St. Nicolaasschool
773
18
791
0
13
7501024
- De Beurthonk
633
15
648
0
10
7501025
- Dr. Delteykschool
49.981
0
0
0
1.999
1.029
200.000
7501026
- De Werkhof
7501027
onderh. Acc. peuterspeelzaal Kruimeltje
7501028
onderh. Acc. peuterspeelzaal Grutje
7501029
onderh. Acc.peuterspeelzaal Dozijntje
7501030
Reserve flankerende FPU-maatregelen
38.262
7501031
Reserve volkshuisvesting
0
7501032
Reserve Dorpshart Bunnik
7501033 7501034
168.258
92.957
0
49.981 105.293
105.293
0
0
76.016
1.748
9.211
0
0
4.212
86.975
0
1.293
385
9
51.821
0
0
394
0
6
0
0
2.073
880
5.104 2.949
44.246
0
650
2.949
0
0
0
0
0
0
Reserve maatregelen verkeer en mobiliteit
0
0
0
0
Reserve uitvoering collegeprogramma
0
0
0
0
7501035
Reserve persoonsgebonden budget
0
0
0
0
7501099
Reserve budgetoverheveling Totaal vrije bestemmingsreserves
538.500 1.999.497
518.705 1.642.298
0 0
21.540 62.311
17.669
208.805 331.151
51.821
0
0
228.600 706.019
0
0
129
Omschrijving van de reserve
Boekwaarde
Toevoegingen
Toevoegingen
Toevoegingen
Overige
Ten gunste
Ten gunste
Overige
Boekwaarde
Bespaarde
begin
inflatie
tlv de exploi-
tlv andere
vermeerde-
van de
van andere
vermin-
einde
rente
rente
dienstjaar
ontwikkeling
tatie
reserves
ringen
exploitatie
reserves
deringen
dienstjaar
t.g.v de
t.g.v. de
exploitatie
algemene
4,0%
reserve
2,30%
Bespaarde
B-2 Egalisatiereserves 7501101
Reserve inburgering nieuwkomers
13.643
13.643
0
7501102
Reserve kosten OR
11.950
11.950
0
478
7501103
Reserve stuurgroep kromme rijn lanschap
226.537
0
8.966
7501104
Reserve kosten riolering
7501008
Reserve egalisatie kosten gem.reiniging
7501011
Reserve egalisatie bouwleges Totaal egalisatiereserves
224.152
2.385
546
0
70.675
70.675
0
0
732.776
173.650
906.426
0
29.311
249.774 1.232.294
350.568 0
597.278
0
0
0
0
0
600.342
0
9.991
1.829.572
0
49.292
12.602.462
413.127
0
34.210
1.368
0
B-3 Geblokkeerde bestemmingsreserves 7501200
Reserve dekking kapitaallasten
7501203
Reserve afkoopsom erfpacht SV Aurora
10.328.171
2.689.428
415.137
34.210
Totaal geblokkeerde bestemmingsreserves
10.362.381
0
0
2.689.428
0
415.137
0
0
12.636.672
414.495
0
Totaal onderdeel B
13.594.173
17.669
928.429
2.689.428
0
1.121.156
0
0
16.108.542
414.495
111.603
Totaal reserves
27.863.527
17.669
1.664.003
2.888.518
3.523.258
1.514.243
2.689.428
0
31.753.304
474.495
622.377
130
Omschrijving van de voorziening
Boekwaarde
Toevoegingen
Toevoegingen
begin
tlv de exploi-
tlv de exploi-
dienstjaar
tatie ivm
tatie
Toevoeging tlv algemene reserve
Aanwending
vrijval
Boekwaarde
Bespaarde
einde
rente
rente
dienstjaar
t.g.v de
t.g.v. de
exploitatie
algemene
inflatie
Bespaarde
ontwikkeling
reserve
2,30%
1. Verplichtingen en verliezen 7600001
Voorziening FPU/voormalig personeel
7600002
Voorziening verplichtingen voormalige
7600003
Voorziening pensioenverplichtingen
wethouders wethouders
31.311
720
12.740
402.704
9.262
127.802
9.185
29.798 186.312
57.006
25.692
62.941
1.072.957
24.158
0
532
296.450
0
6.846
1.194.979
0
1.938
0
0
894
221.526
0
289 450
113.988
2.622
5.412
7600010
Voorziening cafetariamodel
52.566
1.209
34.858
7600011
Voorziening wachtgelduitk.voormalig pers.
16.970
390
7600016
Voorziening afronding UWIX Dalenoord
26.453
608
27.061
0
0
7600017
Voorziening afronding plan Avezaath
37.842
870
38.712
0
0
7600018
Voorziening grondexploitatie
2.218.415
51.024
7603020
Wegen/parkeren sportpark Bunnik
7603021
Achterstallig onderhoud sport
274.384
70.218
2.487.896
57.775
1.329
260.180
5.984
Voorziening egalisatie kosten riolering
1.765.454
40.605
287.536
Totaal t.b.v. verplichtingen/risico's
4.983.658
114.623
2.956.244
4.757.335 78.198
644 37.713
59.104
0
0
982
7.066
180.900
0
4.423
2.020.792
0
30.013
8.696.139
0
84.723
903
2. Egalisatievoorzieningen 7600014
72.803 1.356.526
463.022
251.890
2. Onderhoudsvoorzieningen Voorziening onderhoud accommodaties: 7603008
- gebouw muziekschool
53.107
1.221
4.232
14
58.546
0
7603009
- ambtswoning burgemeester
13.050
300
9.285
290
22.345
0
222
7603010
- brandweergarage Bunnik
59.541
1.369
5.905
0
66.815
0
1.013
7603011
- brandweergarage Werkhoven
52.849
1.216
9.656
1.125
62.596
0
898
7603012
- jeugdcentrum Schoudermantel
21.335
491
10.180
2.437
29.569
0
362
7603014
- gebouw Jong Nederland
54.747
0
0
54.747
0
0
2.190
7603015
- woning Langstraat 11
12.357
284
2.917
0
15.558
0
210
7603016
- poortgebouw begraafplaats
27.455
631
4.781
28.843
4.024
0
467
7603017
Onderhoud gebouwen gemeentewerf
40.808
939
15.516
20.204
37.059
0
693
7603018
Onderhoud gemeentehuis
327.301
7.528
78.633
97.972
315.490
0
5.564
7603019
Onderhoud wegen
936.219
21.533
299.228
503.660
753.320
0
15.916
7603022
Muziektent Werkhoven
2.098
48
1.970
1.410
2.706
0
36
Totaal onderhoudsvoorzieningen
1.600.867
35.560
442.303
0
710.702
0
1.368.028
0
28.475
Totaal voorzieningen
6.584.525
150.183
3.398.547
1.356.526
1.173.724
251.890
10.064.167
0
113.198
131
Begrotingsrechtmatigheid
132
133
Begrotingsrechtmatigheid Bij de rechtmatigheidcontrole vormt het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. In de toelichting op het BAPG wordt begrotingsrechtmatigheid omschreven als: “Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten, alsmede de balansposten, dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting en hiermee samenhangende programma’s (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door de raad zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste programma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag, alsmede het begrotingsjaar van belang zijn.” De toe te passen normen voor het begrotingscriterium zijn op hoofdlijnen door de wetgever bepaald (artikel 189, 190 en 191 van de Gemeentewet) en worden door de gemeenteraad zelf nader ingevuld en geconcretiseerd. Dit gebeurt door middel van de begroting en via de verordening op het financieel beheer ex artikel 212 van de Gemeentewet. Het normenkader voor het begrotingscriterium bestaat uit de door de raad vastgestelde begroting 2012-2015. Met de controle op de juiste toepassing van het begrotingscriterium wordt getoetst of het budgetrecht van de gemeenteraad is gerespecteerd. Hierbij wordt getoetst of er afwijkingen zijn tussen begroting en realisatie middels een analyse van de lasten per programma. Bij eventuele overschrijdingen van de lasten wordt vervolgens getoetst in hoeverre de raad hier (via begrotingswijzigingen) achteraf goedkeuring voor heeft verleend. Heeft dit niet plaatsgevonden dan is er in principe sprake van een onrechtmatigheid. Hier kan van worden afgeweken in een aantal gevallen. Te denken valt aan open einde regelingen waarbij vooraf niet goed in te schatten was hoeveel de lasten exact zullen zijn. Tevens kunnen hogere lasten worden gecompenseerd door een onttrekking uit reserve of voorziening. Dit is eveneens niet onrechtmatig aangezien de raad hiervoor separaat een besluit neemt over de onttrekkingen aan reserves. De in de kadernota ‘Rechtmatigheid’ genoemde criteria zijn voor onze gemeente leidraad voor de controle op begrotingsrechtmatigheid. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de volgende zeven soorten overschrijdingen en de daarbij behorende consequentie voor het oordeel van de accountant: Tabel: overzicht van soorten overschrijdingen van begrotingsrechtmatigheid Nr Soorten van overschrijdingen Onrechtmatig maar telt niet mee voor het oordeel
Onrechtmatig en telt mee voor het oordeel
1
X
2
3
4
5
6
Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten die niet passen binnen het bestaande beleid en waarvoor men tegen beter weten in geen voorstel tot begrotingsaanpassing heeft ingediend. Bijvoorbeeld de doelgroep c.q. de activiteiten zijn in de praktijk aantoonbaar ruimer geïnterpreteerd dan in regelgeving (subsidieregeling, -verordening) was gedefinieerd. Kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid, maar waarbij de accountant ondubbelzinnig vaststelt dat die ten onrechte niet tijdig zijn gesignaleerd. Bijvoorbeeld: de verwachte kostenoverschrijding op jaarbasis was via tussentijdse informatie al wel bekend, maar men heeft geen voorstel tot begrotingsaanpassing ingediend en dit is in strijd met de budgetregels zoals afgesproken met de raad. Kostenoverschrijdingen die geheel of grotendeels worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet. Kostenoverschrijdingen bij open einde (subsidie)regelingen. Vaak blijkt vanwege dit open karakter in het kader van het opmaken van de jaarrekening een (niet eerder geconstateerde) overschrijding. Kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door extra inkomsten die niet direct gerelateerd zijn. Over de aanwending van deze extra inkomsten heeft de raad nog geen besluit genomen Kostenoverschrijdingen inzake activiteiten welke achteraf als
X
X
X
X
134 Nr
6a 6b
Soorten van overschrijdingen
onrechtmatig moeten worden beschouwd omdat dit bijvoorbeeld bij nader onderzoek van de subsidieverstrekker, belastingdienst of een toezichthouder blijkt (bijvoorbeeld een belastingnaheffing). Het zal hier in de praktijk vaak gaan om interpretatieverschillen bij de uitleg van wet- en regelgeving die na het verantwoordingsjaar aan het licht komen. Er zijn dan geen rechtmatigheidgevolgen voor dat verantwoordingsjaar. Wel zal de gemeente er voor moeten zorgen dat de overschrijdingen getrouw in de jaarrekening worden weergegeven. Ook kunnen er gevolgen zijn voor het lopende jaar.
Onrechtmatig maar telt niet mee voor het oordeel
Onrechtmatig en telt mee voor het oordeel
X X
- geconstateerd tijdens verantwoordingsjaar
7 7a 7b
- geconstateerd na verantwoordingsjaar Kostenoverschrijdingen op activeerbare activiteiten (investeringen) waarvan de gevolgen voornamelijk zichtbaar worden via hogere afschrijvings- en financieringslasten in het jaar zelf of pas in de volgende jaren. - jaar van investeren
X X
- afschrijvings- en financieringslasten in latere jaren
Bevindingen 2012 Bij de beoordeling van de begrotingsrechtmatigheid is gekeken op programmaniveau (in tegenstelling tot de toelichting bij de jaarrekening, waarbij naar afwijkingen > € 25.000 op subproductniveau gekeken is) en zijn de werkelijke lasten afgezet tegenover de begrote lasten. Met uitzondering van programma 1 Bestuur en Burgers en Programma 5 Educatie (beiden overschrijding) is er voor de overige programma’s sprake van lagere werkelijke lasten dan begroot. Deze programma’s zijn vervolgens nader geanalyseerd aan de hand van de hierboven genoemde criteria in hoeverre er sprake is van een (on)rechtmatigheid. Tussen haakjes is aangegeven welke soort overschrijding van toepassing is zoals weergegeven in bovenstaande tabel. Bij programma 1 Burger en bestuur was er sprake een aanzienlijke overschrijding van de lasten met 1,271 mln; begroot was 3,521 mln, de werkelijke lasten waren 4,792 mln. De voornaamste oorzaak is gelegen in het product Bestuursorganen, in 2012 is de voorziening wethouderspensioenen aangevuld zodat deze toereikend is (1,073 mln). Op de producten Bestuurlijke samenwerking, Bestuursondersteuning en het product Bestuursinstrumenten waren de lasten hoger dan begroot, dit betrof een hogere doorbelasting van interne uren Op het programma 2 Openbare orde en Veiligheid werd voor 95.000 euro minder lasten verantwoord. De voornaamste oorzaken hiervan zijn gelegen in het uitstellen van investeringen, het minder besteden van uren aan de producten Brandweer en Rampenbestrijding en een onderschrijding met betrekking tot de kostenposten onderhoud, energie en schoonmaak op het product Brandweer. Bij programma 3 Verkeer en vervoer was er sprake van een onderschrijding van 101.000 euro. Dit betrof grotendeels het product Wegen (148.000 euro). De oorzaken hiervan zijn gelegen in een onderuitputting kapitaallasten in verband met temporisering van een drietal investeringen: Verkeersmaatregelen Bunnik, fietspad Werkhoven – Houten en Salto A12. Daarnaast zijn er minder uren op het product verkeer en vervoer gemaakt ten laste van het product groen.
135 Bij programma 4 Economische ontwikkelingen was er sprake van een onderschrijding van 54.000 euro. Dit betrof grotendeels minder uren aangewend bij het product economische aangelegenheden a.g.v. het neerwaarts bijstellen van het ambitieniveau inzake het economisch beleidsplan. Bij programma 5 Educatie is er een overschrijding van € 151.000,-. De voornaamste oorzaak is gelegen in afrekeningen van de servicekosten over 2010, 2011 en 2012 van de peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang. Daarnaast is er in verband met de afrekening van de Regeling verbetering binnenklimaat nog een aanbetaling gedaan en zijn in verband met het volgen van de beleidsontwikkelingen op het gebied van onderwijshuisvesting meer uren gemaakt dan geraamd. Bij het programma 6 Sport, recreatie en landschap zijn er lager lasten (€ 128.000), vrijwel geheel gelegen in het product Recreatieve voorzieningen en landschap. (voornaamste oorzaak; een incidentele meevaller i.v.m. afwikkeling krediet subsidie Bol 2007-2009. Bij programma 7 Maatschappelijke ondersteuning zijn er lagere lasten (€ 321.000), voornamelijk terug te voeren op een afrekening van het krediet van de multifunctionele accommodatie Werkhoven. Tezamen met deze afrekening zijn de boekwaarden van de voormalige jeugdaccommodatie Werkhoven ineens afgeschreven. Dit is echter niet ten laste van dit product gegaan (zoals begroot), maar ten laste van de daarmee samenhangende grondexploitaties gegaan. Bij programma 8 Inkomen en Werkgelegenheid zijn er € 49.000 lagere lasten dan begroot De oorzaak hiervan is vrijwel geheel terug te voeren op het uit voorzichtigheidsoverwegingen bijramen van het budget e gebundeld inkomensdeel in de 1 bestuursrapportage. Deze bijraming was gebaseerd op gegevens vanuit de voorjaarsnota van de RSD waarin een aanzienlijke stijging van het aantal aanvragen voor een uitkering werd voorzien. In de loop van het jaar bleek dat het aantal uitkeringen zich stabiliseerde. Bij programma 9 Milieu zijn er € 416.000,- lagere lasten dan begroot. Er zijn een drietal hoofdoorzaken hiervoor aan te voeren, te weten: 1.In 2012 zijn de kosten voor transport en verwerking van huisvuil, GFTen restafval lager (onderschrijding € 88.000). 2. Onderuitputting kapitaallasten. In 2012 is het vernieuwde gemeentelijk rioleringsplan vastgesteld. Voor 2012 zijn er kapitaallasten opgenomen voor vervanging van rioleringen. Deze investeringen zijn deels uitgevoerd, maar nog niet afgerond (onderschrijding € 364.000). 3. In de begroting was rekening gehouden met een onttrekking uit de voorziening (nadelig resultaat) van € 227.900,-. Dit bedrag wordt gestort in de voorziening egalisatie kosten riolering en is een last op de exploitatie. Daarnaast wordt het verschil tussen de kosten en opbrengsten riolering van € 70.700 in de reserve egalisatie kosten riolering gestort. Deze storting is verantwoord op programma 11. Bij programma 10 Ruimtelijke ordening en woonomgeving zijn er € 4.115.000,- lagere lasten dan begroot. Deze onderschrijding valt weg tegenover een lagere baat welke ten gunste van de grondexploitatieprojecten is gebracht, veroorzaakt door vertragingen in de grondexploitatieprojecten. Tevens is er sprake van een storting in de voorziening grondexploitatie als gevolg van afwaardering Odijk West. Bij programma 11 Dekkingsmiddelen zijn er € 3.834.000,- hogere lasten dan begroot. Dit is terug te voeren op de volgende oorzaken: bij de jaarrekening 2011 zijn een aantal voorzieningen reserves geworden -
de meeropbrengsten van bouwleges 2012 is in een reserve bouwleges gestort. Dit ter egalisatie van de opbrengsten bouwleges voor de komende jaren
-
er is meer bespaarde rente ten gunste van de algemene reserve geboekt
-
In 2012 is een voordeel ontstaan op gemeentereiniging (zie programma 9) en dit wordt gestort in de reserve egalisatie kosten gemeentereiniging. Daarnaast is een bedrag van € 70.000 in de reserve riolering gestort.
-
In de raad is besloten om een aantal investeringen te dekken uit de algemene reserve. Deze investeringen moeten volgens de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) afgeschreven worden. Daarom worden deze bedragen uit de algemene reserve gehaald en gestort in de reserve dekking kapitaallasten zodat de afschrijvingen in de toekomst gedekt zijn.
136 -
In 2012 zijn diverse budgetten om verschillende redenen niet gebruikt. Hiervoor wordt gevraagd om deze budgetten over te hevelen. De overheveling is al verwerkt in de jaarrekening 2012.
.Samenvattend Programma Burger en bestuur Openbare orde en Veiligheid Verkeer en vervoer Economische ontwikkelingen Educatie Sport, Recreatie en Landschap Maatschappelijke ondersteuning Inkomen en Werkgelegenheid Milieu Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Dekkingsmiddelen Resultaatbestemming Totaal in mln euro
Begrote lasten 3.521 1.365 2.472 89 1.225 1.306 4.443 2.137 2.804 16.522
Werkelijke lasten 4.792 1.270 2.372 35 1.376 1.179 4.122 2.087 2.388 12.407
1.477
741 4.570 37.340
37.361
eindoordeel Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig Rechtmatig
De volgende overschrijdingen zijn onrechtmatig: Programma 3: Verkeer en Vervoer Product Verkeer en voer: Budgetoverschrijding gebiedsgerichte aanpak omgeving N229 en oostelijke ontsluiting Houten; onrechtmatigheid € 12.500,Programma 5: Educatie Product Basisonderwijs: In verband met de afrekening van de Regeling verbetering binnenklimaat is er nog een nabetaling gedaan; onrechtmatigheid € 28.200,Totale begrotingsonrechtmatigheid:
€ 40.700,-
137
Restantkredieten
138 Restantkredieten per 31 december 2012 Onderstaand wordt een overzicht weergegeven van de ontwikkeling van de nog niet afgewikkelde investeringskredieten die tot en met 2012 door de gemeenteraad zijn verstrekt. Tevens treft u een overzicht aan van de restantkredieten die zijn afgevoerd in verband met afronding van werkzaamheden.
Overzicht restantkredieten per 31-12-2012 Rekening Omschrijving
Jaar beschikbaar gesteld
Beschikbaar gesteld krediet
Besteed t/m 2011
Besteed in 2012
Restant
Te handhaven 7003005 implementatie Basisregistratie 2011
41.000
10.663
10.710
19.628
7003006 implementatie Basisregistratie 2012
34.000
-
-
34.000
7050009 Vervanging Airco computerruimte
10.000
-
-
10.000
7050017 Toegangsbeveilingssysteem
15.000
-
3.746
11.254
7050033 digitalisering Bouwvergunningen
75.000
-
-
75.000
7050037 vernieuwing Programmatuur
12.000
-
-
12.000
7050050 DAF Vrachtwagen
140.000
-
-
140.000
7050061 Grote sneeuwschuiver
15.000
-
-
15.000
7050093 Oprichten RID Utrecht
315.604
330.000
-
14.396
7050094 Vervanging telefooncentrale
60.000
-
10.125
49.875
7050095 Vervanging netwerkbekabeling
67.500
-
-
67.500
7050096 Vervanging automatiseringsapparatuur 12
62.200
-
-
62.200
7050097 Migratie Oracle database
12.000
-
-
12.000
6.000
-
-
6.000
50.000
-
-
50.000
-
-
-
7050098 Digitalisering tekeningen gebouwen 7120024 Vloeistofdichte vloer Bunnik/Werkhoven 7120025 Verbouw brandweergarage Werkhoven
-
7120026 Aanpassen afzuiginstallatie
15.000
-
-
15.000
7120027 Bouwkundige aanpassing
95.000
-
-
95.000
7210015 Verkeersmaatregelen Bunnik
600.000
207.715
376.204
16.081
7210016 Fietspad Werkhoven - Houten
1.000.000
15.476
689.418
295.106
7210017 Verkeersprojecten A12/Salto
1.300.000
40.678
152.051-
60.000
152.138
29.552-
62.586-
-17.815
15.535-
33.350
7210028 Schoolomgeving Rijneiland 7210033 Glasvezel 7210035 Ontsluitingsweg Fort Vechten 7210036 Fiets File Vrij
1.100.000
7211004 Actualisatie IVVV
25.000
7211007 Verbeteren OV en fietsverkeer
40.000
16.697
7310002 Stroomkast markt
10.000
7530019 2e veld Aurora
89.490
76.895
7630001 Ontwikkeling accommodatiebeleid
30.000
3.439
7724003 Urnenmuur begraafplaats
20.000
-
-
583.2007.050
1.411.373
583.200 1.092.950
-
25.000
1.680
21.624
-
10.000
-
12.595
-
26.561
1.298
18.702
7822004 Welstandsnota
11.100
5.440
539
5.121
7822006 Toetsingsprotocollen
35.000
14.508
3.725
16.767
338.553
4.495.904
Totaal
5.360.290
525.833
NB Krediet verkeersprojecten A12/Salto is netto krediet (rekening houdend met bijdragen van derden).
139 Toelichting op Restantkredieten Te handhaven kredieten 7003005 Implementatie Basisregistratie 2011 Er was voorzien dat er voor de basisregistratie grootschalige topografie (BGT) een systeem aangeschaft zou gaan worden. Door vertraging bij het vaststellen van de randvoorwaarden en inhoud van deze basisregistratie, zijn er nog maar beperkt systemen beschikbaar. De verwachting is dat een aanbesteding in 2013 gaat plaatsvinden. 7003006 Implementatie Basisregistratie 2012 Doordat er geen BGT-systeem is aangeschaft is ook de geplande implementatie en inrichting nog niet opgestart. Daarnaast is de invoering van de Registratie Niet Ingezetenen uitgesteld. De voorbereidingen voor de invoering van deze basisregistraties zijn nu in 2013 voorzien. 7050009 Vervanging Airco computerruimte Het krediet is gereserveerd voor het vervangen van de airco van de computerruimte. Er is nog niet bekend of de gemeente Bunnik een computerruimte nodig heeft in de toekomst. Dit in verband met de regionale ICT dienst (RID). Het krediet moet dit jaar nog worden doorgeschoven. 7050017 Toegangsbeveiligingssysteem In 2012 mee begonnen; in 2013 wordt dit afgerond. 7050033 Digitalisering bouwvergunningen Voor alle overheidsorganisaties geldt dat blijvend te bewaren archiefbescheiden van een overheidsorgaan na 20 jaar overgebracht moeten worden naar een archiefbewaarplaats. Bunnik loopt achter met de overbrenging omdat de dossiers éérst gedigitaliseerd moeten worden. Het project digitalisering bouwvergunningen is afhankelijk van het project aanschaf zaaksysteem. Door vertraging in de aanschaf van een zaaksysteem heeft het project digitalisering bouwvergunningen ook vertraging opgelopen. In 2013 gaat het nieuwe zaaksysteem in productie en kan ook het project digitalisering bouwvergunning worden uitgevoerd. 7050037 Vernieuwing Programmatuur Een belangrijke leverancier van kernsystemen van de gemeente is bezig met vernieuwing van programmatuur. Enkele systemen zijn reeds vernieuwd en de resterende systemen die op de rol stonden voor 2012 zullen in Bunnik in 2013 vernieuwd worden. 7050050 DAF Vrachtwagen De vervanging van de vrachtwagen was uit bezuinigingsoverweging en in verband met het onderzoek van de werf opgeschoven. Vervanging zal uiterlijk eind 2013 plaatsvinden. 7050061 Grote sneeuwschuiver De vervanging van de grote sneeuwschuiver is uit bezuinigingsoverweging verschoven van 2012 naar 2014. Om deze reden is het beschikbare krediet niet aangesproken. 7050093 Oprichten RID Utrecht Om de Regionale ICT Dienst Utrecht (RID) tot stand te brengen worden incidentele kosten gemaakt en zijn er frictiekosten (zoals achterblijvende kapitaallasten) die door de deelnemende organisaties zelf worden gedragen. In 2012 zijn er alleen incidentele kosten voor de oprichting ten laste gebracht van dit budget. In 2013 en 2014 zal duidelijk worden welke achterblijvende kapitaallasten ten laste van dit budget gebracht moeten worden. 7050094 Vervanging telefooncentrale In 2012 is er alleen een noodzakelijke opwaardering van de bestaande telefooncentrale uitgevoerd. In 2013 zal er een aanbesteding van een nieuwe telecommunicatieoplossing door de RID plaatsvinden, waarna zal blijken welke kosten er nog gemaakt moeten worden op het gebied van telefonie.
140
7050095 Vervanging netwerkbekabeling gemeentehuis De vervanging van de netwerkbekabeling is opgeschort in afwachting van de nieuwe ICTvoorzieningen die door de RID wordt geïmplementeerd in 2013 en 2014. Zo kan een optimale keuze voor de benodigde netwerkbekabeling worden gemaakt. 7050096 Vervanging Automatiseringsapparatuur 2012 In verband met de oprichting van de Regionale ICT Dienst Utrecht (RID) en de plannen van de RID om binnen afzienbare tijd over te gaan op een nieuwe gecentraliseerde ICT-voorzieningen zijn de beoogde investeringen voor 2012 uitgesteld om desinvesteringen te voorkomen. Zodra de implementatieplanning van de nieuwe ICT-voorziening duidelijk is, zal duidelijk worden of deze investeringen alsnog moeten worden gedaan. 7050097 Migratie Oracle database De RID zal de migratie van Oracle databases centraal gaan regelen voor alle deelnemende organisaties. Deze migratie is door de RID gepland voor 2013. 7050098 Digitalisering tekeningen gebouwen Dit krediet is, in afwachting van de verbouwing van het gemeentehuis, niet in 2012 uitgevoerd. Dit krediet wordt nu in 2013 uitgevoerd. 7120024 Vloeistofdichte vloer Bunnik-Werkhoven/7120025 Verbouw brandweergarage Werkhoven 7120026 Aanpassen afzuiginstallatie/7120027 Bouwkundige aanpassing De werkzaamheden waarvoor in het verleden kredieten beschikbaar zijn gesteld (vloeistofdichte vloeren, aanpassen afzuiginstallatie en andere bouwkundige aanpassingen) zijn uitgesteld tot het moment waarop duidelijkheid is over het dekkingsplan van de VRU ten aanzien van de brandweergarages in de hele regio. Inmiddels is er duidelijkheid en wordt er gewerkt aan de concrete plannen voor de beide brandweergarages. Het is van belang deze bedragen ook komend jaar ter beschikking te houden ten einde de werkzaamheden uit te laten voeren als onderdeel van de andere aanpassingen. 7210015 Verkeersmaatregelen Bunnik Met betrekking tot de afhandeling van dit krediet dient nog een afrekening plaats te vinden met de gemeente Zeist. Dit vindt plaats in 2013. Daarna kan dit krediet afgehandeld worden. 7210016 Fietspad Werhoven –Houten (Oostromsdijkje) Het fietspad is in 2012 gerealiseerd. De grondaankoop heeft meer tijd gekost dan was ingeschat. De gemeente Houten legt ook een fietspad aan langs de Beusichemseweg. Beide fietspaden zijn tegelijkertijd aanbesteed. De oplevering en financiële afronding van het fietspad zal in 2013 plaats vinden. Daarom zal het krediet voor 2013 nog gehandhaafd moeten blijven. 7210017 Verkeersproject A12 Salto Het budget Salto groot € 1.600.000 is bedoeld voor de aanleg van (nieuwe) infrastructuur, het verkeersluw en verkeersveilig inrichten van het buitengebied. Op dit moment wordt door de provincie Utrecht, gemeente Houten en Bunnik, Rijkswaterstaat en het BRU een verkeerskundig onderzoek uitgevoerd naar de beste Oostwest verbinding tussen Houten en de A12 ten behoeve van het verkeer in oostelijke richting (Arnhem v.v.). De gewenste omlegging van de N229 maakt daarvan onderdeel uit. In die studie staan niet alleen de verkeerskundige aspecten centraal, maar worden ook ruimtelijke en landschappelijke aspecten betrokken. Ook deze aspecten e worden meegenomen bij de uiteindelijke keuze voor de nieuwe infrastructuur. In de 2 helft van 2013 zullen bestuurlijke keuzes worden gemaakt. Daarmee ligt dan de toekomstige hoofdstructuur vast. Vervolgens kan de gemeente Bunnik in samenwerking met de gemeente Houten en de provincie Utrecht besluiten nemen over de onderliggende infrastructuur: het verkeersluw maken van het buitengebied, de aanleg van fietspaden, het aanbrengen van (mogelijke) spitsafsluitingen en het verkeersveilig inrichten van wegen. Van het door de raad ter beschikking gestelde budget voor verkeersprojecten Salto groot € 1.600.000, is de aanleg van het fietspad Oostromsdijkje gefinancierd dat in 2013 zal worden opgeleverd. Het resterende krediet zal daarvoor nodig zijn. 7210028 Schoolomgeving Rijneiland In 2013 wordt nog een subsidie ontvangen. Daarom kan dit krediet in 2012 nog niet worden afgesloten.
141
7210033 Glasvezel In 2011 is gestart met de voorbereiding voor de aanleg van een glasvezelnetwerk in de dorpen. Onderdeel van de aanleg is de plaatsing van zogenaamde PoP-huisjes op openbare grond. In 2011 zijn twee huisjes in Bunnik geplaatst. Voor het plaatsen van de huisjes is een recht van opstal gevestigd. De kosten verbonden aan dit recht zijn afgekocht en in 2011 door de gemeente ontvangen. In 2012 is de aanleg van de bekabeling in alle straten gestart. Hiervoor moet de gemeente ook kosten maken. Dit project wordt rond juni 2013 afgerond. 7210035 Ontsluitingsweg Fort Vechten Er is 100% subsidie van de provincie Utrecht ontvangen voor de verbetering van de ontsluitingsweg Fort Vechten (90% van het subsidiebedrag is al aan de gemeente Bunnik ter beschikking gesteld). De aanleg vindt mogelijk plaats in 2014, nadat in 2013 keuzes gemaakt worden van de OostWestverbinding tussen Houten en de A12. Dat heeft te maken met onder andere de uitkomsten van de gebiedsgerichte studie respectievelijk de studie naar de Oost-Westverbinding Houten-A12 die in de loop van 2013 beschikbaar komen. 7210036 Fiets File Vrij Eind 2013 zal met de uitvoering van de aanleg van het fietspad worden gestart. 7211004 Actualisatie IVVV Om tijdig tot een nieuw of geactualiseerd verkeersbeleid te komen is in de begroting 2011 een bedrag opgenomen van € 15.000. De opstelling van het IVVV kon nog niet worden gestart, mede vanwege de nog niet afgeronde besluitvorming inzake Salto. Nu de besluitvorming daarover vrijwel is afgerond, kan het IVVV in 2013 worden opgesteld. 7211007 Verbeteren openbaar vervoer (OV) en fietsverkeer Dit jaar worden nog enkele maatregelen uitgevoerd voor het verbeteren van het openbaar vervoer en het fietsverkeer. Daarom moet het krediet nog voor 2013 gehandhaafd blijven. 7310002 Stroomkast markt In 2012 zijn de nodige acties ondernomen om de bestaande stroomvoorziening, afgetapt van diverse bedrijven, om te zetten naar één voorziening, zijnde een stroomkast voor de standplaatsen in Odijk. Hiermee kan de veiligheid voor de bezoekers van de standplaatsen beter gewaarborgd worden. Er zijn offertes aangevraagd en richting de standplaatshouders is gecommuniceerd, middels brieven, dat een stroomkast door de gemeente geplaatst zal worden. e
7530019 2 veld Aurora In 2011 is een aanvullend krediet beschikbaar gesteld voor de aanleg van het tweede veld voor Aurora in Werkhoven. In het voorstel is aangegeven dat het veld gedurende 5 jaar als voetbalveld gebruikt zou worden. Daarna zou het eventueel omgevormd moeten worden naar andersoortige speelruimte. Het omvormen naar een andersoortige speelruimte maakt onderdeel uit van het krediet. Daarom dient het restantkrediet beschikbaar te blijven voor de kosten van deze aanpassing. 7630001 Ontwikkeling Accommodatiebeleid Enkele jaren geleden is een krediet beschikbaar gesteld voor accommodatiebeleid. Door allerlei omstandigheden is het nog niet gelukt deze notitie te maken. Er is een grote behoefte om te komen tot een eenduidig accommodatiebeleid voor de gemeente. Het is van belang dit krediet over te hevelen naar het volgend jaar. 7724003 Urnenmuur begraafplaats De investering voor de aanleg van de urnenmuur wordt in 2013 afgerond. Daarna kan dit krediet worden afgesloten. 7822004 Welstandsnota In verband met problematiek met de leverancier dient dit krediet voor 2013 gehandhaafd te blijven. 7822006 Toetsingsprotocollen In 2012 zijn en in 2013 zullen de toetsingprotocollen geïmplementeerd worden.
142 De volgende (restanten) van kredieten zijn niet meer nodig en worden afgeraamd:
Rekening Omschrijving
Jaar beschikbaar gesteld
Beschikbaar gesteld krediet
Besteed t/m 2011
Besteed in 2012
Restant afvoeren
Restant niet meer nodig - afgeraamd 7006001
Digitalisering dienstverlening
25.000
7006002
Plan van aanpak ombuigingen
40.000
7050021
Invoering BIN
7050032
Call-management systeem
7050039
Facilitaire software
7050043
Vouwmachine repro
7050071
Stichtingskosten
* 2009
7050072
Verbouw
* 2009
7050078
MFA Werkhoven
2009
2.098.000
7050100
MFA Werkhoven tlv res.inc.invest.
2009
2.000.000
7050084
Couverteermachine
2007
4.800
7050088
Cafetariamodel
2007
7050092
Autom.apparatuur'11
28.500
7050099
Brandveiligheid Palet 2
17.000
2006
20.000
31.812 -
24.300
700
402
7.786
-
20.000
6.500
1.562
-
4.938
2.009
15.000
9.265
1.084
4.651
2009
6.500 -
-
7120032
Noodstr.voorz. tbv crisisbeheersing
7210027
Plan van aanpak Schoudermantel
100.000
15.000 100.000
-
-
223.766
-
20.779 6.359.076 -
-
6.500 223.76620.779-
3.811.351-
449.724-
1.700.000
300.000
-
4.800
1.846
-
-
1.846-
5.750
23.442
-
15.584
-19.595
-
15.000
19.595
100.000
99.255
745
7210029
Griendbrug Odijk/Julianalaanbrug
7210030
Verkeersmaatr2: Schoudermantel
-
323.124
323.124-
-
7210031
Verk: Schoudermantel
-
2.225
2.225-
-
-
7.612
7.612-
7210032
Verkeersmaatr5: Inhuurbudget
7211005
Verkeersteller + software
10.000 290.000
-
6931.416
61.496
-
-
10.000
-
228.505
7211006
Duurzaam veilig Werkhoven / buitengebied
7212003
Aanpassing N229-ontsluiting Houten
70.000
-
-
70.000
7310001
Focus op de Kromme Rijn
25.000
-
-
25.000
7423013
Gebouw Het Witte Paardje
*
-
67.467
-
67.467-
7423014
Gebouw Dr. Delteykschool
*
-
172.431
-
172.431-
7423015
Grondkosten
*
-
122.766
-
122.766-
7423019
Grondkosten
*
-
73.819
-
73.819-
7423020 Gebr.verg. bijz.ond.
80.396
72.638
-
7.758
7423025
15e owlp camminghaschool
13.050
13.049
-
1
7530018
De Veldruiters
-
7540001
Digitalisering monumenten
7630005
Stichtingskosten
* *
7630009
Tijdelijke huisvesting Jong Nederland
7721006
Opslag kadavers
7721007
Aanpassen afvalbrengstation
10.000
81.105
81.105-
-
2.025
4.526
-
412.317
-
412.317-
-
83.209
-
83.209-
4.000 200.000
105.897
3.449
633
3.367
24.450
69.653
7722029 Bergbezinkvoorziening Griendp
1.250.000
630.900
6.109
612.991
7722031 Bergbezinkvoorziening Cammingha
1.228.908
898.162
13.206
317.540
15.969-
7724002 Aanpassing begraafplaats
21.000
37.306
7810002
Digitaliseren bestemmingsplannen
93.325
74.200
7810005
Scanner
8.000
-
19.125
-
8.000
7810006
Bestemmingsplan buitengebied
34.191
282.139
-
7822005
Opstellen welstandsnota
15.000
14.762
161
Totaal
7.829.170
10.172.908
2.308.639-
NB * Dit betreffende krediet heeft te maken met afwikkeling van de MFA Het Kwartier in Werkhoven.
337-
-
247.94878 35.099-
143 De volgende kredieten bleken niet geheel toereikend Rekening Omschrijving
Jaar beschikbaar gesteld
Beschikbaar gesteld krediet
Besteed t/m 2011
Besteed in 2012
Restant afvoeren
Restant niet meer nodig - afgeraamd 7423026 Brandveiligheid Het Palet Totaal
47.000 47.000
68.147 68.147
6.042
27.189-
6.042
27.189-
144
145
Controle verklaring
146
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de gemeenteraad van de gemeente Bunnik. Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2012 van gemeente Bunnik gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012 en de programmarekening over 2012 en de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de SiSa-bijlage. Verantwoordelijkheid van het College van Burgemeester en Wethouders Het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Bunnik is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder de verordeningen van gemeente Bunnik. Het College van Burgemeester en Wethouders is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van gemeente Bunnik. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het College van Burgemeester en Wethouders van gemeente Bunnik gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten en toevoegingen aan reserves. Deze goedkeuringstolerantie is door de gemeenteraad bij raadsbesluit van 8 februari 2007 met kenmerk Bunn-6232 vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van gemeente Bunnik een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2012 als van de activa en passiva per 31 december 2012 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2012 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder de verordeningen van gemeente Bunnik.
147
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213 lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Utrecht, 16 mei 2013 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
Origineel getekend door: W.J.J. Verdegaal-Ong RA
148 Bijlage: Inventarisatie risico’s
In onderstaande bijlage zijn alle potentiële risico’s geïnventariseerd. Van belang daarbij is een brede en gestructureerde benadering waarmee zoveel mogelijk risico’s in beeld kunnen worden gebracht. Het in kaart brengen van de risico’s maakt het mogelijk om deze te analyseren. De analyse bestaat uit de volgende onderdelen: • Een inschatting van de kans dat een risico optreedt • De financiële gevolgen van het zich voordoen van elk risico moeten in beeld worden gebracht Het toekennen van scores aan kansen en gevolgen heeft tot doel risico’s te kunnen beoordelen. De beoordeling maakt het mogelijk risico’s onderling te rangschikken zodat bekend is welke risico’s het grootst zijn. De risico’s zijn Bunnik specifiek gemaakt.
149 PROGRAMA
SOORT RISICO (ECONOMISCH/POLITIEK/J
RISICO
URIDISCH/MILIEU/FINA NCIEEL)
Economisch Economisch Financieel Financieel
GECALCULEERD RISICOBEDRAG/
KANS
FINANCIËLE IMPACT/ BENODIGDE WEER-
BEHEERSING RISICO
I/S
STANDS- CAPACITEIT
FINANCIEEL EFFECT
€ 700.000 pm € 200.000 pm
30% 5% 70% 20%
€ 210.000 pm € 140.000 pm
Accepteren Accepteren Accepteren Accepteren
I I S I/S
pm
10%
pm
Accepteren
I
Economisch Financieel Milieu
Urentoerekening Project X Algemene uitkering gemeentefonds Verdeelsystematiek algemene uitkering (herijking clusters) Regionale Dienst Werk en Inkomen (voorheen: Sociale Werkvoorziening Zeist (SWZ) en Regionale Sociale Dienst) Samenwerking met gemeenten of instanties Subsidies Bodemsanering
€ 2.000.000 €0 pm
5% 0% 20%
€ 100.000 €0 pm
S S S
Economisch
RUD vorming (regionale uitvoeringsdienst = opstartfase)
€ 15.000
20%
€ 3.000
Accepteren Vermijden Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen Accepteren Accepteren Accepteren Accepteren Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen Accepteren Accepteren Accepteren
S S S S
Verminderen/Beheersen Accepteren Accepteren
S S S
Verminderen/beheersen
S S S
Economisch
I
Omgevingsdienst (gaat naar de RUD) Economisch Politiek Financieel Financieel/milieu Juridisch
Openbaar onderwijs Stichting begraafplaats Odijk Planschadevergoedingen Aansprakelijkheid
pm pm € 50.000 pj €0 pm
10% 30% 10% 30% 5%
pm pm € 5.000 €0 pm
Economisch
Vervanging personeel
pm
20%
pm
Economisch Economisch Economisch/politiek Economisch
Garantiestellingen woningen Overige gemeentegaranties Inkomsten omgevingsvergunningen
€ 1.270.000 € 1.920.000 € 230.000
5% 5% 70%
€ 63.500 € 96.000 € 161.000
Investeringen (o.a. renovaties/wegconstructies)
€ 400.000
0%
€0
Juridisch/milieu Economisch Financieel
Rampen en calamiteiten Regiotaxi Decentralisatie rijkstaken sociale domein (decentralisatie jeugdzorg, AWBZ, onderkant arbeidsmarkt; participatiewet, passend onderwijs) (efficiencykorting door het rijk bij het overhevelen van AWBZ en jeugdzorg naar de gemeente)
p.m €0
10% 0%
p.m. €0
Pm Pm Pm
20% 30% 50%
S S S S
150 PROGRAMA
SOORT RISICO (ECONOMISCH/POLITIEK/J
RISICO
URIDISCH/MILIEU/FINA NCIEEL)
GECALCULEERD RISICOBEDRAG/
KANS
FINANCIËLE IMPACT/ BENODIGDE WEER-
BEHEERSING RISICO
I/S
STANDS- CAPACITEIT
FINANCIEEL EFFECT
Juridisch/financieel Milieu Financieel
Rechtmatigheid
Pm € 2.000.000 € 1.420.000
30%
S
Bodemverontreiniging Open-einde regeling Wet Werk en Bijstand
pm pm
5% 20%
pm pm
Financieel
Open-einde regeling Leerlingenvervoer
€0
0%
€0
Financieel Economisch/politiek Economisch
Invoering passend onderwijs (vanaf 2014) Kwijtscheldingen gemeentelijke belastingen
PM € 32.000
50% 20%
PM € 6.400
ontbreken van actuele beheersplannen Openbare Ruimte
€ 2.000.000
10%
€ 200.000
Economisch Economisch
Bomenbeheerplan Kwaliteit van het personeel
€ 100.000 pm
10% 20%
€ 10.000 pm
Politiek
€ 150.000
20%
€ 30.000
Financieel
Bestuurlijke aangelegenheden (wachtgeld huidige wethouders) Ombuigingen worden niet gehaald
50%
€ 47.500
Economisch
storing hard- en software
€ 95.000 (= 10% taakstelling; ruimte bovenop begrotingssaldo begroting 2012); zie blz. 11 eindrapportage Bunnik In Balans € 100.000
10%
€ 10.000
Juridisch/Financieel Juridisch/Politiek Juridisch
vandalisme/(moedwillige) vernieling gemeentelijke bezittingen ontwikkeling BRU Bestemmingsplannen
PM
20%
PM
PM pm
50% 10%
PM pm
Economisch Juridisch
storm- en bliksemschade openbaar groen trajecten medewerkers en WW-verplichtingen gedragen door de gemeente
€ 5.000 € 100.000
10% 50%
€ 500 € 50.000
5%
€ 600.000 € 71.000
Verminderen/beheersen Accepteren Verminderen/beheersen Accepteren
S
Accepteren Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen
S S
Accepteren Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen Accepteren
S S
Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen Accepteren Verminderen/beheersen Accepteren Accepteren
S S S
S
I/S S
S S S S I S
151 PROGRAMA
SOORT RISICO (ECONOMISCH/POLITIEK/J
RISICO
URIDISCH/MILIEU/FINA NCIEEL)
Financieel Economisch Financieel
GECALCULEERD RISICOBEDRAG/
KANS
BEHEERSING RISICO
I/S
STANDS- CAPACITEIT
FINANCIEEL EFFECT
€ 55.000 pm pm
70% 20% 20%
€ 38.500 pm pm
Accepteren Accepteren Accepteren
I S S
pm pm € 15.000
30% 10% 10%
pm pm € 1.500
Accepteren Accepteren Verminderen/beheersen
S S I/S
€ 15.000
10%
€ 1.500
Verminderen/beheersen
I/S
€ 100.000
10%
€ 10.000
I/S
€ 50.000
10%
€ 5.000
S
€ 10.000
50%
€ 5.000
Accepteren
S
Milieu
Wet sociale werkvoorziening/ onderrealisatie WSWplaatsen Meer aanvragen schuldhulpverlening (meer uitgaven armoedebeleid) Kosten afval
Verminderen/beheersen Accepteren
€ 15.000
10%
€ 1.500
I
Politiek
Sport; voorzieningenniveau sportaccommodaties
€ 24.000
50%
€ 12.000
Milieu Politiek Politiek
Verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan (vGRP) Dorpshuis Sporthuis Onrechtmatige vestiging voorkeursrecht op gronden in Werkhoven-West WMO verstrekkingen (Wet Maatschappelijke ondersteuning)
pm pm pm € 1.500.000
10% 10% 10% 50%
pm pm pm € 750.000
Verminderen/beheersen Verminderen/beheersen Accepteren Accepteren Accepteren Verminderen/beheersen
Hulp bij het Huishouden
€0
50%
€0
Accepteren
S
Aanbesteding en basistarieven
PM
20%
PM
Accepteren
S
Vermogensinkomensbijtelling voor vaststelling eigen bijdragen zorg of voorzieningen
€0 ( pos)
0%
€0
Accepteren
S
Invoering ZZP 1 en 2 per 1 januari 2013 WMO verstrekkingen (Wet Maatschappelijke ondersteuning)
€0 €0
0% 0%
€0 €0
Accepteren Vermijden
S I
Economisch Economisch Economisch
Financieel Financieel
Economisch
Economisch
Pensioenpremie ontwikkelingen op de arbeidsmarkt loonkosten (CAO hoger dan de raming van de verwachte loonstijging); Demografische ontwikkelingen (invloed op o.a. WMO) Vergrijzing Schadeclaims door schade aan wegen, riolering, openbare voorzieningen
FINANCIËLE IMPACT/ BENODIGDE WEER-
S S S S I
152 PROGRAMA
SOORT RISICO (ECONOMISCH/POLITIEK/J
RISICO
URIDISCH/MILIEU/FINA NCIEEL)
Economisch
Economisch
GECALCULEERD RISICOBEDRAG/
KANS
Wmo Kanteling Grondexploitatie/malaise op de woningmarkt (lagere opbrengsten bouwleges, meer leegstand, minder OZBopbrengsten, vertraging of afstel in de ontwikkeling van grondexploitaties) TOTAAL BENODIGDE WEERSTANDS-CAPACITEIT
€0
BEHEERSING RISICO
I/S
Accepteren
S
STANDS- CAPACITEIT
FINANCIEEL EFFECT
Wonen, Rollen en Vervoer WMO verstrekkingen (Wet Maatschappelijke ondersteuning)
FINANCIËLE IMPACT/ BENODIGDE WEER-
0%
€0
€ 7.807.261
€ 2.475.413
€ 22.378.261
€ 5.104.313
153