OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE. VERKORTE OPLEIDING BOL en BBL OPDRACHTENBOEK. Gevorderd 1

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE VERKORTE OPLEIDING BOL en BBL OPDRACHTENBOEK Gevorderd 1

Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Crebo: 95 Versie: ODB G1 VERKORT 1516 Datum: Augustus 2015 Fase: Gevorderd 1, verkort BOL en BBL Naam student:………………….

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Albeda College Branche Gezondheidszorg

2

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

INHOUDSOPGAVE

Blz.

Inleiding

5

Beroepstaak B Ondersteunen bij de persoonlijke basiszorg Gevorderd 1  Beroepsopdracht B (praktijk)  Feedbackformulier B  Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten B

7

Beroepstaak C Begeleiden Gevorderd 1  Beroepsopdracht C (praktijk)  Feedbackformulier C  Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten C

29

Beroepstaak E Uitvoeren van organisatie- en professie gebonden taken Gevorderd 1  Beroepsopdracht E (praktijk)  Feedbackformulier E  Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten E

45

Toetsen  Algemene instructie toetsen beroepsopdracht voor studenten en werkbegeleiders  Toets beroepsopdracht B

63

Bijlagen  Bijlage 1: POP en werkplanning beroepsgericht POP en werkplanning persoonlijke leerdoelen  Bijlage 2: Overzicht activiteiten school/praktijk  Bijlage 3: Instructie feedbackformulier  Bijlage 4: Begrippenlijst  Bijlage 5: Leerplan en leerlijn BOL Verkort  Bijlage 6: Leerplan en leerlijn BBL Verkort

77 79 80 81 89 90-91 93-94 95-96

9 10 15

31 32 37

47 48 51

64-65-66 67

Studentenversie leren, ontwikkelen, beoordelen, ijken en assessen (dit document ontvang je van de docent) Instrumenten 1. IJkformulier 2. Overzicht activiteiten school/praktijk 3. Overzicht beroepsopdrachten 4. Waarderingsformulier overgang / voortgang /examendossier 5. Studentenresultaatkaart/rapport DSDO: 6. Stroomschema: harde en zachte eisen 7. Procedure communicatie studenten, ouders en praktijk


3

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


4

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

INLEIDING In deze inleiding krijg je uitleg over de beroepsopdrachten B, C en E in Gevorderde fase 1 en een uitleg over het gebruik van het feedbackformulier. Beroepsopdracht D wordt in een apart opdrachtenboek aangeboden. In dit opdrachtenboek zijn de beroepsopdrachten met de beoordelingscriteria opgenomen die je gaat doen in de gevorderde fase1. Beroepsopdracht B wordt in deze fase van de opleiding getoetst met een beoordelingsformulier. De instructie kun je in dit boek vinden bij het onderdeel toetsen. De beroepsopdrachten C en E worden in deze fase van de opleiding niet getoetst met een beoordelingsformulier, maar kun je afronden door een positief feedback formulier. BOL Verkort In deze fase van de opleiding komen de volgende zorgcategorieën aanbod; chronische zieke zorgvrager, klinische zorgvrager en psychiatrische zorgvrager. De tijd die je nodig hebt om aan deze beroepstaken op het niveau van gevorderd 1 te werken is ongeveer 20 weken BBL Verkort In deze fase van de opleiding komen de volgende zorgcategorieën aanbod; chronische zieke zorgvrager en klinische zorgvrager De tijd die je nodig hebt om aan deze beroepstaken op het niveau van gevorderd 1 te werken is ongeveer 20 weken De beroepsopdrachten zijn het uitgangspunt voor het leren. In een beroepsopdracht staat benoemd wat je aan het eind van gevorderde fase 1 moet kunnen. Om je op de beroepsopdrachten in de praktijk voor te bereiden doe je activiteiten op school en in de praktijk. De school-activiteiten staan op studentenmateriaal 2.0. Hierin vind je ook de taal en rekentaken. De praktijk-activiteiten van de gevorderde fase zijn verplicht, mits anders aangegeven. Zij dienen als voorbereiding op de toetsing van de beroepsopdrachten in de praktijk De praktijkactiviteiten kun je achter elke beroepsopdracht in het opdrachtenboek vinden. De uitgevoerde activiteiten teken je af in op overzicht activiteiten school en praktijk (bijlage 2) Het is belangrijk om duidelijke afspraken te maken met docenten/SLB, begeleiders en praktijkopleiders. Jij bent er zelf verantwoordelijk voor dat iedereen op de hoogte is van je voortgang. Je Persoonlijk OntwikkelPlan (POP) en werkplanning is daarbij hét hulpmiddel (bijlage 1) De SLB begeleid je bij het leerproces en het samenstellen van je portfolio. Verwacht wordt dat jij met behulp van het portfolio jouw leerproces en ontwikkeling aantoont aan de SLB. Jij bent zelf verantwoordelijk voor het verzamelen van het bewijsmateriaal in het portfolio. De SLB heeft regelmatig een gesprek met je om de voortgang van de opleiding te bespreken. Het portfolio helpt jou in het gesprek met de SLB en/of begeleider om je leerproces, ontwikkeling en studievoortgang aan te tonen De assessor waardeert op ijkmoment 5 je portfolio en geeft advies aan de sub examencommissie of je je voldoende hebt ontwikkeld om verder te mogen gaan met de opleiding. Het ijkmoment is een belangrijk moment in de opleiding. Het is een go/ no go moment. Voor jou is het dan ook van groot belang dat je weet wat er van je verwacht wordt.


5

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Een volledig overzicht van de ijkmomenten en de eisen waaraan je op dat moment moet voldoen, vind je in de studentenversie ijken en assessen.. Per ijkmoment wordt er een overzicht gegeven van de onderdelen waarop de assessor je waardeert. Gebruik dit dus bij het verzamelen van je bewijzen.

Veel succes met je opleiding!


6

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 BEROEPSTAAK B Ondersteunen van de verpleegkundige zorg

Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Crebo 95 Versie ODB G1 VERKORT 1415 Fase: Gevorderd 1 Naam student: ……………………


7

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


8

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Beroepsopdracht Beroepstaak B Gevorderd 1 Bieden van verpleegkundige (basis) zorg Toelichting Voorbereidend op deze beroepsopdracht voer je de activiteiten van het ondersteuningsmagazijn uit en vraag je feedback met behulp van het feedbackformulier Let op: als je gaat toetsen maak je gebruik van het beoordelingsformulier achter in het opdrachtenboek Beroepsopdracht Je werkt als leerling-verpleegkundige op een verpleegafdeling in een zorginstelling. Je leidinggevende geeft je de opdracht om, gedurende een aantal dag en/of avonddiensten, verpleegkundige (basis) zorg te verlenen aan patiënten in relatief stabiele zorgsituaties waarin het handelen voor een belangrijk deel kan verlopen volgens standaarden en richtlijnen. Je stelt het aantal patiënten vast volgens de afspraken van de afdeling en in overleg met je begeleider. Je voert de zorgverlening en coordatie van zorg onder supervisie van de begeleider uit. Dit wil zeggen; dat je de opdracht voorbespreekt, zelfstandig uitvoert en direct erna evalueert met je begeleider. Je herkent een crisissituatie of onvoorziene omstandigheden en roept hulp in van je begeleider of een andere verpleegkundige. Het accent ligt op het bieden van persoonlijke verzorging en het uitvoeren van verpleegtechnische handelingen. Je biedt de patiënten psychosociale begeleiding bij voorbereiding op verschillende operaties, therapieën, behandelingen of onderzoeken. Je verzamelt gegevens over dreigende of bestaande gezondheidsproblemen, stelt op basis hiervan een verpleegplan op en bespreekt dit met de patiënt en betrokkenen. Je biedt op basis van het verpleegplan de verpleegkundige zorg, observeert en monitort voortdurend veranderingen in de gezondheidstoestand en het welbevinden van de patiënt. Je houdt daarbij rekening met de omstandigheden, wensen en behoeften van de patiënt. Je rapporteert verkregen gegeven in het dossier en stelt zo nodig het verpleegplan bij. Je evalueert de verleende zorg met patiënt en begeleider. Je kunt het overzicht bewaren over de zorg en werkzaamheden voor de zorgverlening in logische volgorde plannen. Je raadpleegt indien nodig andere deskundigen en overlegt tijdig en regelmatig met hen. Daarnaast neem je deel aan voor de coördinatie en afstemming relevante overlegvormen en collegiale consultatie. Taaltaken1

-

Rekentaken -

1

Kan observatie- en vragenlijsten lezen Kan voorschriften / procedures/instructies/protocollen/een planning/een overdracht/ een dossier/een verpleegplan/ rapportage/vakliteratuur/leerplan lezen en interpreteren. Kan een zorgplan bespreken en evalueren Kan observatielijsten en vragenlijsten invullen Kan zorgdoelen/begeleidingsdoelen/een zorgplan/een leerplan formuleren en bijhouden(wijzigingen vastleggen). Kan een opname-overplaatsing-ontslag gesprek voeren Heeft numerieke vaardigheden m.b.t. vochtlijst en vochtbalans Kan ondersteunen bij bewegen en verplaatsen Kan de weg vinden en uitleggen in een instelling

Indien de student deze beroepsopdracht uitvoert, werkt hij tevens aan bovenstaande taal en rekentaken


9

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACKFORMULIER BEROEPSOPDRACHT B Naam student:

Datum:

Werkprocessen Beroepstaak B 1.1 De gevorderde verpleegkundige stelt het verpleegplan op of bij, op basis van de verpleegkundige diagnose, en bespreekt dit met de zorgvrager en andere betrokkenen. De gevorderde stemt af met de begeleider. (A-D-H-J-K-M)

Opleiding: MBOverpleegkundige

Niveau: Gevorderd 1

Feedback

1.2 De gevorderde verpleegkundige voert de persoonlijke basiszorg en zo nodig terminale zorg uit. Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied. Hierbij houdt zij rekening met de omstandigheden van de zorgvrager en betrokkenen. Bespreekt de bevindingen met de begeleider en zet zo nodig vervolgstappen. (E- F-J-K-R-V) 1.4 De gevorderde begeleidt de zorgvrager bij het handhaven en vergroten van zijn zelfredzaamheid door de zorgvrager te stimuleren en te motiveren de regie over zijn eigen leven te voeren. Daarnaast begeleidt zij de mantelzorger /naasten en let op de signalen van overbelasting (C-D-R) 1.7 De gevorderde verpleegkundige pakt een crisissituatie of een onvoorziene situatie op professionele wijze aan. Zij roept bij calamiteiten de hulp in van collega’s of deskundigen van andere disciplines. Zij reageert volgens geldende procedures en regelgeving. (E-T-V-) 1.8 De gevorderde maakt een planning en verdeling van de werkzaamheden, wijst werkzaamheden toe en geeft prioriteiten aan. De gevorderde heeft collega’s geconsulteerd en een actieve bijdrage geleverd aan overlegsituaties, waardoor de continuïteit van de zorgverlening gewaarborgd is. (B,E,Q)


10

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACKFORMULIER BEROEPSOPDRACHT B Naam student:

Datum:

Werkprocessen Beroepstaak B 1.9 De gevorderde evalueert de zorgverlening met de betrokken partijen en maakt hiervan een verslag. Zij bespreekt haar schriftelijke eindrapportages t.a.v. de uitgevoerde zorg met de begeleiding (C-J-M)


Niveau: Gevorderd 1

Feedback

Argumentatie Feedback (verplicht invullen) (maak bij de argumentatie van de feedback gebruik van de competenties zoals benoemd in het overzicht van de beroepstaak op de volgende bladzijde)

Datum: …………………………………

Naam begeleider in de praktijk:

Naam student:

…………………………………

………………………………….

Paraaf: ………………………

Paraaf: ………………………..


11

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OVERZICHT BEROEPSTAAK B Overzicht : beroepstaak, beroepsproducten, werkprocessen, competenties met prestatieindicatoren G1 Beroepstaak B Beroepsproducten Werkprocessen B. B.1 plannen van verpleegkundige 1.1, 1.8, 1.9 Verpleegkundige zorg zorg B.2 basis zorg 1.2, 1.4, 1.8 en 1.9 B.3 crisissituaties 1.7 Competenties A, B, C, D, E, F, H, J, K, M, Q, R, T, V

Competenties in Prestatie-indicatoren de werkprocessen A  Gaat in overleg met collega en/of begeleider na welke beslissingen in Beslissen en zorgsituaties genomen kan worden activiteiten initiëren  Benoemt bij het uitvoeren van palliatieve/terminale zorg de te nemen beslissingen t.a.v. veranderingen en voert dit uit  Maakt gericht keuzes in zorgsituaties en kan deze motiveren. B.  Zorgt voor duidelijk informatie/instructies voor collega’s, zodat zij Aansturen concreet weten wat er van hen verwacht wordt  Informeert collega’s over de prioriteiten van de zorgverlening C  Gaat in gesprek met de zorgvrager over het belang van eigen Begeleiden zelfredzaamheid.  Stimuleert de zorgvrager om handelingen en activiteiten zoveel mogelijk zelf uit te voeren  Biedt de zorgvrager steun bij het ontwikkelen van zelfredzaamheid en de regie voeren over het eigen leven in een leefsituatie en bespreekt dit.  Maakt de draagkracht en draaglast met de mantelzorger en naasten bespreekbaar. D  Neemt de tijd om op het juiste moment te luisteren Aandacht en  Luistert en kijkt aandachtig naar de gezondheidsproblemen, de begrip tonen. zorgbehoeften en de leefomstandigheden van de zorgvrager en naasten.  Kan zich inleven in de gevoelens van de zorgvrager en naasten  Betrekt de zorgvrager en naasten bij het opstellen van een verpleegplan  Biedt de nodige ondersteuning aan naasten bij het uitvoeren van de zorgtaken en bespreekt dit.  Toont betrokkenheid bij het fysieke en mentale welzijn van de zorgvrager  Behandelt zorgvrager en naasten met respect en geduld  Vraagt de zorgvrager en andere betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden zorg en begeleiding  Vraagt tijdens het evalueren van de zorgverlening zo nodig door E  Bespreekt met begeleider welke andere zorgverlener zo nodig Samenwerken en ingeschakeld kan worden. overleggen  Informeert en overlegt met alle betrokkenen.  Roept bij calamiteiten tijdig hulp in van ander deskundigen  Raadpleegt in het kader van coördinatie van zorgverlening indien nodig collega’s.  Heeft een actieve rol tijdens overlegmomenten.


12

ODB G1 VERKORT 1516

Competenties in de werkprocessen F Ethisch en integer handelen

Prestatie-indicatoren   

H Overtuigen en beïnvloeden. J Formuleren en rapporteren

          

K Vakdeskundigheid toepassen

M Analyseren

MBO-Verpleegkundige

       

Q Plannen en organiseren

     

R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant” richten

   

Stelt de belangen van zorgvrager centraal. Houdt rekening met de leefregels en gewoonten die voor de zorgvrager belangrijk zijn. Handelt volgens ethische maatstaven van de beroepsgroep [beroepscode] en de organisatie. Toont zich eerlijk en betrouwbaar. Respecteert vertrouwelijkheid. Accepteert en respecteert verschillen tussen zorgvragers. Behandelt de zorgvrager respectvol bij de persoonlijke verzorging. Past op doelgerichte wijze gesprekstechnieken toe. Voert anamnesegesprekken uit met standaard vragenlijst. Signaleert de verschillende belangen en mogelijkheden m.b.t. de verpleegkundige zorg en bespreekt deze. Verwerkt verkregen (anamnese)gegevens correct en accuraat Stelt zelfstandig verpleegdoelen, activiteiten en interventies van het verpleegplan op en bespreekt dit met collega’s Rapporteert haar bevindingen zelfstandig volgens standaarden Schrijft verslaglegging van de zorgverlening in begrijpelijke taal voor alle betrokkenen. Past haar kennis toe over stoornissen, beperkingen, functioneringsproblemen en ziektebeelden in de zorgverlening en bespreekt dit met collega’s. Weet vragen te beantwoorden Bespreekt observaties met collega’s Verzamelt met de juiste methodiek gegevens Raadpleegt anderen over de verkregen informatie en benoemt eigen bevindingen Legt verbanden tussen de verzamelde gegevens en bespreekt dit met collega’s Stelt de verpleegkundige diagnose en het verpleegplan op of bij en bespreekt dit. Benoemt de hoofd- en bijzaken uit de verkregen evaluatie gegevens en bespreekt dit. Plant in logische volgorde haar werkzaamheden voor de zorgverlening Maakt een dagindeling Controleert tussentijds de dagindeling met collega’s. Past indien nodig de planning aan. Stelt prioriteiten en bespreekt dit. Werkt in logische volgorde meerdere taken uit en oefent in het delegeren. Herkent in zorgsituaties de verwachtingen en wensen van de zorgvrager en bespreekt dit met hem/haar. Bespreekt de mogelijkheden en beperkingen van de zorgverlening met de zorgvrager. Gaat na of de zorgvrager tevreden is over de verleende zorg. Komt afspraken na.


13

ODB G1 VERKORT 1516

Competenties in de werkprocessen T Instructies en procedures opvolgen V Met druk en tegenslag omgaan

MBO-Verpleegkundige

Prestatie-indicatoren      

Benoemt in een gesprek met begeleider hoe ze handelt tijdens onvoorziene -/ crisissituaties en hoe ze de procedures daarbij gebruikt. Bespreekt met begeleider de (wettelijke) grenzen van haar beroep. Ondersteunt de collega’s in onvoorziene -/ crisissituaties Herkent eigen gevoelens en oefent in het effectief en professioneel blijven handelen in stressvolle zorgsituaties, ook in acute of onder emotionele omstandigheden. Dit onder begeleiding. Maakt op correcte wijze haar grenzen kenbaar tijdens de uitvoering van de zorg. Bespreekt en reflecteert met collega’s emoties en gevoelens.


14

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 Activiteiten Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak B

Praktijkactiviteiten Fase: gevorderd 1

Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Crebo 95 Versie ODB G1 VERKORT 1415 Naam student: ……………………


15

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK B Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten

Beroepstaak B

Activiteiten Alle activiteiten zijn verplicht, mits anders aangegeven 1. Oriëntatie op de organisatie van je stageplaats

Gevorderd 1

datum paraaf

2. Oriëntatie op het dossier van de zorgvrager en het verpleegplan 3. Oriëntatie op doelgroep en zorgvrager 4. Bieden van verpleegkundige zorg op basis van het verpleegplan 5. Opstellen van een verpleegplan 6. Opname van een zorgvrager 7. Ontslag en overplaatsing van een zorgvrager 8. Overleg op de afdeling 9. Het coördineren van de zorg 10. Handelen en reflecteren op een crisissituatie 11. Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag


16

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

1. Oriëntatie op de organisatie van je stageplaats Resultaat

Voorbereiding activiteit Uitvoering Activiteit Evaluatie activiteit Verplicht/ keuze

Je hebt je gedurende twee weken: - georiënteerd op de organisatie van je stageplaats - georiënteerd op de afdeling - alle informatie verzameld om te kunnen functioneren als leerling/werknemer Verzamel materialen die je nodig hebt om je te oriënteren op je stageplaats Verwerk de antwoorden op onderstaande vragen in een verslag Bespreek het verslag met je begeleider en vraag feedback Stel in overleg met je begeleider vast op welk niveau je deze activiteit uitwerkt (micro, meso- en/of macro niveau)

Activiteit Werk de activiteit uit met behulp van onderstaande vragen: Macroniveau: - Organogram van de instellingen: hoe is de hiërarchische structuur van je stage instelling vanaf Raad van Bestuur of Raad van Toezicht of Directeur Zorg tot en met degene die het dichtste bij de zorgvrager staat. Elke instelling heeft een eigen organogram. Wanneer je vergelijkt met een leerling uit je groep kun je de verschillen en overeenkomsten ontdekken. Hoeveel verschillende disciplines werkzaam zijn in de instelling? - Wat doen de verschillende disciplines dagelijks om de zorg voor de zorgvrager mogelijk te maken? - Hoeveel zorgvragers kunnen er verzorgd of verpleegd worden in deze instelling? - Heeft deze instelling een regionale functie? - Welke visie heeft de instelling? - Welke communicatiemiddelen zet de instelling in om zorgvragers en medewerkers te informeren? - Welke rechten en plichten heb ik om als medewerker in deze instelling te kunnen functioneren? Mesoniveau: - Welke afdelingen er zijn in deze organisatie? - Welke zorg bieden deze afdelingen? - Welke zorgvrager worden op deze afdelingen verpleegd of verzorgd? - Welke interne telefoonnummers zijn belangrijk Microniveau: - Hoe heet de afdeling waar je stage loopt? - Welke communicatiemiddelen zet de afdeling in om zorgvragers en medewerkers te informeren? - Welke zorg wordt hier gegeven en aan hoeveel zorgvragers? - Welke visie op zorg of verplegen hanteert je afdeling? - Welke zorgvragers verpleeg jij op je afdeling? - Hoe wordt de zorg op je afdeling georganiseerd? - Welke disciplines zijn er betrokken bij de zorg op je afdeling? - Welke informatie heb ik verder nodig om straks te kunnen functioneren als leerling/werknemer op deze afdeling? - Welke zaken vind de afdeling verder nog belangrijk voor mij om te weten of te onderzoeken?


17

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

2. Oriëntatie op het dossier van de zorgvrager en het verpleegplan2 Resultaat

Werkproces (sen) en competenties

Theorie Voorbereiding activiteit

Uitvoering activiteit

Evaluatie activiteit

Verplicht/keuze

2

Je hebt je georiënteerd op de samenstelling en werkwijze van het dossier van de zorgvrager en het verpleegplan Je kunt verwoorden door wie en op welke wijze het dossier en het verpleegplan op de afdeling worden gebruikt 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose. Stelt verpleegplan op (A-D-H-J-K-M) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D-J-M) Boek: Het verpleegplan vaststellen Onderzoek de samenstelling van het dossier van de zorgvrager en het verpleegplan op jouw afdeling. Onderzoek door wie en op welke wijze dit op de afdeling wordt gebruikt. Voer de activiteit uit en schrijf een verslag over je bevindingen Criteria zijn:  Je hebt beschreven wat de functie is van het dossier en het verpleegplan  Je hebt beschreven hoe het dossier en het verpleegplan wordt gebruikt  Je kunt uitleggen waarom het dossier en het verpleegplan belangrijk zijn  Je hebt beschreven wie er gebruikt maakt van het dossier en het verpleegplan Evalueer met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van feedbackformulier B Bij mutatie naar een andere afdeling binnen de instelling: keuze Bij een volgende stage binnen een andere instelling: verplicht

Waar verpleegplan staat kan ook gelezen worden verpleegkundig behandelplan, ondersteuningsplan, zorgleefplan, begeleidingsplan ed. Albeda College Branche Gezondheidszorg

18

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

3. Oriëntatie op doelgroep en zorgvrager Resultaat Zorgvrager categorieën (afhankelijk van werkveld/stageplek)


Theorie Voorbereiding activiteit Evaluatie activiteit

Verplicht/keuze

De student heeft zich georiënteerd op de doelgroep en de zorgvrager in één van de vijf onderstaande zorgvrager categorieën. De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose. Stelt verpleegplan op (A-D-H-J-K-M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheidstoestand en welbevinden (E-F-J-K-R-V) 1.9 Evalueert de zorgverlening D-J-M) Boek: - Boeken van de specifieke zorgvrager categorieën Oriënteer je op de doelgroep en de zorgvrager Gebruik de instructie als leidraad bij deze activiteit. Evalueer met je begeleider Vraag mondelinge en schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van feedbackformulier B Verplicht (op elke nieuwe afdeling)

Instructie Ga na wat de specifieke doelgroep is die op deze afdeling is opgenomen en wat de afdelingsdoelstelling is. Bekijk welke problematiek/ziektebeelden veel voorkomen en zoek hier theorie bij. In overleg met je begeleider kies je een aantal zorgvragers uit waarvan je gaat uitzoeken wat de complexiteit van zorg is, behorende bij de problematiek en/of het ziektebeeld. Je observeert deze zorgvragers een aantal dagen. Stel in overleg met je begeleider vast hoelang je deze zorgvragers gaat observeren Je gaat in het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan na of je doelen of interventies kan terugvinden die aansluiten bij deze complexiteit van zorg. Bespreek met je begeleider je observaties, de gevonden theorie en de bevindingen vanuit het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan Bespreek in het team de eventuele verschillen tussen jouw observaties en het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan. Kom ook met een voorstel om het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan aan te passen


19

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

4. Bieden van verpleegkundige zorg op basis van het verpleegplan Resultaat

Zorgvrager categorieën (afhankelijk van werkveld/stageplek)


Theorie

Voorbereiding activiteit


Verplicht/keuze

Je kunt op correcte wijze verpleegkundige zorg verlenen volgens het verpleegplan aan zorgvragers in één van de vijf onderstaande zorgvrager categorieën. De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose. Stelt verpleegplan op (A-D-H-J-K-M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheidstoestand en welbevinden (E-F-J-K-R-V) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C-D-R) 1.8 Coördineert de zorgverlening (B-E-Q) 1.9 Evalueert de zorgverlening D-J-M) Boek: - Het verpleegplan vaststellen - De zorgverlening coördineren en evalueren - Boeken van de specifieke zorgvrager categorieën Onderzoek hoe jij op de afdeling verpleegkundige zorg kunt verlenen volgens het verpleegplan aan de zorgvragers. Gebruik de instructie op de volgende bladzijde als leidraad bij deze activiteit. Evalueer met je begeleider Vraag mondelinge en schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van feedbackformulier B Verplicht (op elke nieuwe afdeling)

Instructie: In overleg met je begeleider kies je een aantal zorgvragers uit, aan wie jij verpleegkundige zorg gaat bieden volgens het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan Bestudeer literatuur over de ziekte/stoornis van deze zorgvragers , de verpleegkundige aandachtspunten en de consequenties voor de verpleegkundige zorg Maak een verslag van de bestudeerde literatuur en koppel hierin ook de kennis aan praktijkvoorbeelden. Bespreek het verslag met je begeleider en schenk ook speciale aandacht aan de aandachtspunten voor de verpleegkundige zorg, inclusief de begeleiding van de naasten. Bereid je voor op de zorgverlening d.m.v. het verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan Schenk aandacht aan je planning en de prioritering van je werkzaamheden en voer de zorg uit


20

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

5. Opstellen van een verpleegplan Resultaat

De student heeft een verpleegplan opgesteld voor een zorgvrager in één van de vijf onderstaande zorgvrager categorieën, de zorg uitgevoerd en het plan geëvalueerd. Zorgvrager De geriatrische zorgvrager categorieën De chronisch zieke zorgvrager (afhankelijk van De klinische zorgvrager werkveld/stageplek) De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager Werkprocessen en 1.1 competenties Stelt een verpleegkundige diagnose. Stelt verpleegplan op (A-D-H-J-K-M) 1.2 Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheidstoestand en welbevinden (E-F-J-K-R-V) 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C-D-R) 1.8 Coördineert de zorgverlening (B-E-Q) 1.9 Evalueert de zorgverlening D-J-M) Theorie Boek: - Het verpleegplan vaststellen - De zorgverlening coördineren en evalueren - Boeken van de specifieke zorgvrager categorieën Voorbereiding Binnen de afdeling waar je stage loopt ga je een verpleegplan activiteit opstellen. Je gebruikt het verpleegmodel van de afdeling of anders dat van Gordon. Je voert de zorg zo veel mogelijk zelf uit en na een afgesproken periode evalueer je het verpleegplan. Gebruik de instructie als leidraad bij deze activiteit. Evaluatie activiteit Evalueer met je begeleider Vraag mondelinge en schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van feedbackformulier B Verplicht/keuze Verplicht .Instructie: - In overleg met je begeleider kies je een aantal zorgvragers uit, voor wie jij een verpleegplan/begeleidingsplan/zorgplan gaat opstellen - Verzamel systematisch en op verschillende manieren (gesprekken, observaties, enz.) gegevens ten behoeve van het verpleegplan - Formuleer de verpleegproblemen volgens de PES - Maak een onderscheid tussen actuele en potentiële problemen. - De verpleegdoelen worden geformuleerd volgens de RUMBA, - Naast de verpleegkundige interventies formuleer je ook evaluatiecriteria. - Bespreek het verpleegplan met jouw begeleider, de zorgvrager en/of de naasten. - Voer het verpleegplan uit. - Evalueer na de afgesproken periode het verpleegplan en de verleende zorg d.m.v. een gesprek met je begeleider en de zorgvrager. - Bespreek ook met de zorgvrager jouw observaties van de afgelopen periode. Pas evt. het verpleegplan aan


21

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

6. Opname van een zorgvrager Resultaat


Theorie




Verplicht/keuze

Je kunt voorbereidingen treffen voor een anamnesegesprek Je kunt een anamnesegesprek voeren met een zorgvrager (in een laag complexe situatie) en/of mantelzorgers volgens de richtlijnen van de afdeling Je kunt verkregen gegevens verwerken in het verpleegkundig dossier 1.1 Stelt een verpleegkundige diagnose. Stelt het verpleegplan op. (A-D-H-J-K-M) 1.8 Coördineert de zorgverlening (B-E-Q) 1.9 Evalueert de zorgverlening D-J-M) Boeken: - Het verpleegplan vaststellen - De zorgverlening coördineren en evalueren  Maak op de afdeling bekend dat je een opname wilt verzorgen en het opnamegesprek wilt doen  Onderzoek welke voorbereidingen je moet treffen voor het voeren van een opnamegesprek en verdiep je in de methodiek die op de afdeling wordt gebruikt  Bedenk van te voren de aspecten die belangrijk zijn bij het afnemen van de anamnese bij deze zorgvrager. Denk hierbij aan ziektebeeld, emotionele aspecten van deze opname (afscheid thuissituatie, gescheiden worden van partner etc.)  Zorg voor alle benodigde faciliteiten die horen bij het voeren van een gesprek.  Voer, na overleg met je begeleider, een anamnesegesprek met een zorgvrager en/of mantelzorgers volgens de richtlijnen van de afdeling  Verwerk de verkregen gegevens in het verpleegkundig dossier en bespreek de resultaten met je begeleider  Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid  Evalueer met je begeleider  Vraag (schriftelijke) feedback aan je begeleider op werkproces/competenties van 1.1, 1.8 en 1.9 Verplicht Stel in overleg met je begeleider vast in welke fase van de opleiding je deze vaardigheid uitvoert. Gevorderde fase 1 of gevorderde fase 2


22

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

7. Ontslag en overplaatsing van een zorgvrager Resultaat Werkprocessen en competenties Theorie

Voorbereiding activiteit Evaluatie activiteit

Verplicht/keuze

De student heeft een volledig ontslag of overplaatsing georganiseerd voor een zorgvrager van de afdeling 1.8. Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) Boeken: Het verpleegplan vaststellen De zorgverlening coördineren en evalueren  Bereid je voor op deze activiteit met behulp van de instructie  Evalueer met je begeleider  Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 1.8 Verplicht Stel in overleg met je begeleider vast in welke fase van de opleiding je deze vaardigheid uitvoert. Gevorderde fase 1 of gevorderde fase 2

Instructie -

-

Maak op de afdeling bekend bij alle collega’s dat je een ontslag/overplaatsing wilt verzorgen. Kies in overleg met je begeleider een zorgvrager die binnenkort met ontslag gaat of wordt overgeplaatst. Inventariseer wat er allemaal geregeld moet worden voor deze zorgvrager tussen nu en de overplaatsing/ontslag. Verzamel alle relevante gegevens en verzamel alle benodigde formulieren Maak met je begeleider afspraken over welke onderdelen jij hierin zou kunnen uitvoeren Ga op zoek naar 3 verschillende settingen (of soorten zorg, bijvoorbeeld, ambulant, thuiszorg) die aansluiten als nazorg voor de zorgvrager op de afdeling waar je werkt Ga in gesprek met de zorgvrager die met ontslag gaat of overplaatst wordt . Het doel van het gesprek is om de verpleegkundige zorg te evalueren, na te gaan hoe de werkelijke situatie er uit ziet bij de zorgvrager na zijn ontslag/overplaatsing en welke verwachtingen hij heeft bij het ontslag/overplaatsing. Stel in overleg met je begeleider de gespreksonderwerpen vast. Schrijf een verpleegkundige overdracht over de zorgvrager die wordt overplaatst/ontslagen. De overdracht is bedoeld voor de verpleegkundige die de zorg van de zorgvrager gaat overnemen.


23

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

8. Overleg op de afdeling Resultaat

Werkproces (sen) Competentie(s)


Uitvoering activiteit Evaluatie activiteit

Keuze/verplicht

Je hebt: - actief deelgenomen aan een werkoverleg of een teamoverleg - actief deelgenomen aan een zorgvrager bespreking 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) B. Aansturen E. Samenwerken en overleggen Q. Plannen en organiseren Boek De zorgverlening coördineren en evalueren Bij een werkoverleg of een teamoverleg  Stel voor jezelf vast welke vormen van overleg er zijn op de afdeling en zoek afdelingsdocumentatie op over het doel en de werkwijze van deze overlegvormen Bij een zorgvrager bespreking:  Maak in overleg met je begeleider een keuze welke zorgvragers jij gaat inbrengen  Voer de vaardigheid uit  Evalueer met je begeleider  Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 1.8 Minimaal één zorgvrager bespreking is verplicht Keuze uit een teambespreking of een werkoverleg


24

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

9. Het coördineren van de zorg Resultaat





Verplicht/keuze

Je kunt een werkplanning maken om de zorg te coördineren Je kunt de zorg coördineren van zorgvragers in een laag complexe situatie op jouw afdeling 1.8 Coördineert de zorgverlening (B, E, Q) B Aansturen E Samenwerken en overleggen Q Plannen en organiseren Boek de zorgverlening coördineren en evalueren  Kies in overleg met je begeleider een aantal zorgvragers in een laag complexe situatie van wie je de zorg gaat organiseren en coördineren  Woon de overdracht bij van deze zorgvragers en selecteer informatie die jij nodig hebt voor de zorgverlening  Maak een werkplanning en voer deze uit  Coördineer de werkzaamheden die behoren bij je planning en voer samen en in overleg met je collega’s de verpleegkundige zorg uit.  Evalueer met je begeleider, zorg ervoor dat je kunt onderbouwen waarom je van je planning moest of wilde afwijken  Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 1.8 Verplicht


25

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

10. Handelen en reflecteren op een crisissituatie* Resultaat





Verplicht/keuze

Jij weet wat je moet doen als zich een crisissituatie voordoet Je hebt gereflecteerd als je een crisissituatie hebt meegemaakt Dat betekent dat je:  De signalen van de crisissituatie herkent  De juiste personen waarschuwt  Handelt naar de eisen die deze crisis aan je stelt  De crisissituatie nabespreekt met het team, de zorgvrager en/of met de omstanders  Het eigen handelen met je begeleider nabespreekt  Feedback vraagt op je handelen  Reflecteert op je handelen tijdens deze crisissituatie  Een reflectieverslag schrijft De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties ( E,T,V) E. Samenwerken en overleggen T. Instructies en procedures opvolgen V. Met druk en tegenslag omgaan Boek ondersteunen bij persoonlijke basiszorg Afdelingsinformatie/protocollen crisissituaties Maak een POP-werkplan van deze activiteit Onderzoek hoe jij op je afdeling met crisissituaties om moet gaan en hoe je daarop reflecteert Voer de onderdelen van de activiteit uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid middels een verslag Evalueer met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op het verslag met behulp van het feedbackformulier *Kies één van de twee activiteiten uit werkproces 1.7 Handelen en reflecteren op crisissituaties of Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag


26

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

11. Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag* Resultaat

De student kan omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag op de afdeling waar hij/zij stage loopt. Zorgvrager De geriatrische zorgvrager categorieën De chronisch zieke zorgvrager (afhankelijk van De klinische zorgvrager werkveld/stageplek) De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager Werkprocessen en 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties (E, T, V) competenties Theorie Boek ondersteunen bij persoonlijke basiszorg Afdelingsinformatie/protocollen over omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag Voorbereiding Maak een POP-werkplan van deze activiteit activiteit Bereid deze activiteit voor met behulp van de instructie Evaluatie activiteit Bespreek de 2 reflectieverslagen met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op het verslag met behulp van het feedbackformulier Verplicht/keuze *Kies één van de twee activiteiten uit werkproces 1.7 Handelen en reflecteren op crisissituaties of Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag

Instructie : - Onderzoek welke: o vormen van agressie en grensoverschrijdend gedrag voorkomen op de afdeling waar jij stage loopt o protocollen/richtlijnen er zijn m.b.t. met agressie en grensoverschrijdend gedrag binnen de instelling/afdeling waar jij stage loopt - Reflecteer op 2 situaties die indruk hebben gemaakt op je en schrijf een reflectieverslag Deze situaties moeten gaan over agressie en grensoverschrijdend gedrag - Gebruik voor dit reflectieverslag een reflectiemodel bijvoorbeeld STARR, Korthagen etc.


27

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


28

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 BEROEPSTAAK C

Ondersteunen bij begeleiden



29

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


30

ODB G1 VERKORT 1516

Beroepsopdracht

MBO-Verpleegkundige

Beroepstaak C Ondersteunen bij begeleiden

Gevorderd 1

Toelichting: Voorbereidend op deze beroepsopdracht voer je de activiteiten van het ondersteuningsmagazijn uit en vraag je feedback met behulp van het feedbackformulier Let op: Deze beroepsopdracht wordt niet beoordeeld in gevorderde fase 1 van de verkorte opleiding Beroepsopdracht Je werkt als leerling verpleegkundige op een afdeling in een zorginstelling. Je leidinggevende geeft je de opdracht om duidelijke en begrijpelijke voorlichting, advies, en instructie te geven aan zorgvragers en/of groepen over het behouden of vergroten van de zelfstandigheid en mogelijkheden om met ziekten of beperkingen om te gaan. Je moet ook aanvullende voorlichting geven over ziekten, onderzoeken, behandelmethoden of ingreep die een zorgvrager moet ondergaan, therapieën, gezonde levensstijl, handicaps en hulpmiddelen. Daarnaast ondersteun en begeleid je de zorgvrager op psychosociaal en maatschappelijk gebied, zowel individueel als in de groep, gedurende een aantal dag en/of avonddiensten. Je stelt het aantal zorgvragers en het aantal diensten vast volgens de afspraken van de afdeling en in overleg met je begeleider. Je voert deze opdracht onder supervisie van de begeleider uit. Dit wil zeggen; dat je de opdracht voorbespreekt, zelfstandig uitvoert en direct erna evalueert met je begeleider. Wat moet je doen? Met je begeleider kies je een aantal zorgvragers uit waarbij je bovenstaande opdracht kunt uitvoeren. Ga aan de hand van het verpleegplan na wat de gevolgen zijn van de gezondheidsproblemen. Je laat zien dat je zorgvragers voorlichting, advies en instructie kunt geven en kunt begeleiden op psychosociaal en maatschappelijk gebied. Je observeert hoe de zorgvrager reageert op jouw advies, instructie en voorlichting en gaat na of de informatie begrepen is. Je motiveert de zorgvrager zoveel mogelijk de regie over zijn eigen leven te voeren en hebt aandacht voor zingevingsvragen. Je rapporteert zelfstandig je bevindingen in het verpleegkundig dossier. Daarnaast kan het voorkomen dat je advies, voorlichting en instructie en psychosociale begeleiding geeft aan een groep zorgvragers en besteed je aandacht aan het groepsproces. Tijdens het uitvoeren van de zorg werk je zoveel mogelijk zelfstandig, daarbij overleg je regelmatig met je begeleider. Wanneer er onvoorziene omstandigheden zijn, bijvoorbeeld bij gedragsproblemen en/of conflicten roep je de hulp in van je begeleider of andere disciplines. Vervolgens los je de problemen zo zelfstandig mogelijk op. Taaltaken3

3

-Voert een slechtnieuws gesprek -Kan feedback geven en ontvangen -Kan voorlichting geven aan een individu of een groep -Kan mantelzorgers en zorgvragers informeren -Kan reflectiegesprekken voeren -Kan individuen/ groepen coachen/ activeren/ begeleiden/ stimuleren

Indien de student deze beroepsopdracht uitvoert, werkt hij tevens aan bovenstaande taaltaken


31

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACKFORMULIER BEROEPSOPDRACHT C Naam student:

Datum:

Werkprocessen Beroepstaak C Gevorderd niveau 1 1.1 De gevorderde verpleegkundige stelt een verpleegplan op, op basis van de anamnese gegevens en de verpleegkundige diagnose. Zij4 bespreekt dit met de zorgvrager en andere betrokkenen. De gevorderde stemt af met de begeleider. (A-D-H-J-K-M)

MBO-Verpleegkundige

Niveau: Gevorderd 1

Feedback

1.4 De gevorderde verpleegkundige bewaakt, begeleidt en stimuleert de zorgvrager bij het handhaven van de zelfredzaamheid op psychosociaal en maatschappelijk gebied. Zij ondersteunt zonodig naasten en betrokkenen. (C-D-R) 1.55 De gevorderde verpleegkundig geeft begeleiding aan een groep zorgvrager en creëert een zo optimaal mogelijke leef – en verblijfsomgeving. Zij besteedt aandacht aan het groepsproces en het gedrag van de zorgvrager. Zij bemiddeld en grijpt in bij conflicten (C-D)

1.6 De gevorderde verpleegkundige heeft een zorgvrager of doelgroep duidelijke en begrijpelijke voorlichting, advies en instructie gegeven. (I-L)

1.9 De gevorderde verpleegkundige heeft de zorgverlening regelmatig en zorgvuldig geëvalueerd. Zij heeft haar bevindingen gerapporteerd in het verpleegdossier en zonodig het verpleegplan bijgesteld. (D-J-M)

5

Dit werkproces is niet van toepassing voor studenten in het ziekenhuis


32

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACKFORMULIER BEROEPSOPDRACHT C Naam student:

Datum:

MBO-Verpleegkundige

Niveau: Gevorderd 1


Datum: …………………………………

Naam begeleider:

Naam student:

………………………………………..

…………………………………………

Paraaf: ……………………………….

Paraaf: ……………………………….


33

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OVERZICHT BEROEPSTAAK C Overzicht : beroepstaak, beroepsproducten, werkprocessen, competenties met prestatie indicatoren G1 Beroepstaak C Beroepsproducten Werkprocessen Ondersteunen bij begeleiding C1: Advies, instructie en 1.6 voorlichting C2: Psychosociale 1.1, 1.4 en 1.9 begeleiding C3: Groepsbegeleiding 1.56 Competenties: A, C, D ,E, H, I, J, K, L, M, R Competenties in de werkprocessen A Beslissen en activiteiten initiëren C Begeleiden

Prestatie-indicatoren 

Gaat na of de te nemen beslissing genomen kan worden in overleg met collega en/of behandelaar. Maakt gericht keuzes en kan deze motiveren. Stimuleert de zorgvrager om handelingen en activiteiten zoveel mogelijk zelf uit te voeren Gaat in gesprek met de zorgvrager over het belang van eigen zelfredzaamheid en autonomie Motiveert de zorgvrager zoveel mogelijk regie over eigen leven te voeren Check of de zorgvrager tevreden is over de begeleiding Maakt de draagkracht en draaglast met de mantelzorger en naasten bespreekbaar. Geeft begeleiding aan een groep Creëert een zo optimaal mogelijk omgeving en groepsklimaat Observeert groepsprocessen en het gedrag van de zorgvragers in de groep Motiveert de groep zorgvragers om zich, binnen hun mogelijkheden, zo ver mogelijk te ontwikkelen op sociaal-maatschappelijk gebied. Bemiddeld en grijpt in bij conflicten (onder begeleiding) Luistert en kijkt aandachtig naar de gezondheidsproblemen, zorgbehoeften en de leefomstandigheden van de zorgvrager Biedt de nodige ondersteuning aan mantelzorgers en naasten met zorgtaken en bespreekt dit met collega. Biedt de zorgvrager steun bij het ontwikkelen van zelfredzaamheid en de regie voeren over het eigen leven in een leefsituatie en bespreekt dit met collega. Neemt de tijd om op het juiste moment te luisteren. Toont een geduldige en open werkhouding. Behandeld de zorgvrager met respect Heeft begrip voor de standpunten en houding van anderen. Begrijpt waarom anderen zich op een bepaalde manier gedragen in de groep

         

D Aandacht en begrip tonen.

        

6

Nvt voor branche Ziekenhuis


34

ODB G1 VERKORT 1516

Competenties in de werkprocessen E Samenwerken en overleggen

Prestatie-indicatoren 

H Overtuigen en beïnvloeden.

     

I Presenteren.

    

J Formuleren en rapporteren


L Materialen en middelen inzetten M Analyseren

             


MBO-Verpleegkundige

   

Bespreekt met begeleider welke andere zorgverlener zonodig ingeschakeld kan worden en waarom Informeert en overlegt met alle betrokkenen [onder begeleiding] Schat in en benoemt belangrijke zaken aan begeleider. Roept bij calamiteiten tijdig hulp in van ander deskundigen Voert anamnesegesprekken uit met standaard vragenlijst. Past op doelgerichte wijze gesprekstechnieken toe. Signaleert de verschillende belangen en mogelijkheden m.b.t. de verpleegkundige zorg en bespreekt deze. Streeft overeenstemming na en creëert draagvlak Legt onderwerpen duidelijk en correct uit Houdt in haar stijl van communiceren rekening met de zorgvrager of doelgroep Benoemt de beperkingen en mogelijkheden van de zorgvrager of doelgroep en bespreekt de te nemen stappen. Speelt in op de beperkingen en mogelijkheden van de zorgvrager of doelgroep. Controleert regelmatig of de informatie goed is overgekomen. Stelt zelfstandig de doelen en activiteiten van het verpleegplan op en bespreekt dit. Rapporteert zelfstandig volgens standaarden Raadpleegt anderen over de verkregen informatie en benoemt eigen bevindingen. Schrijft in begrijpelijke taal voor alle betrokkenen. Past haar kennis toe over stoornissen, beperkingen, functioneringsproblemen en ziektebeelden in de zorgverlening en bespreekt dit met collega’s. Weet vragen te beantwoorden Maakt informatie op basis van observaties bespreekbaar met collega’s Kiest en gebruikt gericht de voorlichtingsmaterialen, hulpmiddelen of instructiematerialen, die aansluiten bij het onderwerp en bespreekt dit. Gebruikt materialen en middelen tijdens het geven voorlichting en advies aan zorgvrager. Verzamelt met juiste methodiek gegevens. Legt verbanden tussen de verzamelde gegevens en bespreekt dit. Oefent in het opstellen van verpleegkundige diagnose en gebruikt de RUMBA- regels voor het verpleegplan maken. Benoemt de hoofd- en bijzaken uit de verkregen evaluatie gegevens en bespreekt dit met de begeleider. Herkent en bespreekt met de zorgvrager in zorgsituaties zijn verwachtingen en wensen Bespreekt de mogelijkheden en beperkingen van de zorgverlening met de zorgvrager. Gaat na of de zorgvrager tevreden is over de verleende zorg. Komt afspraken na.


35

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


36

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 Activiteiten Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak C


Albeda College Branche Gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Crebo 95 Versie ODB G1 VERKORT 1415 Naam student: ……………………


37

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK C Ondersteuningsmagazijn Praktijk

Beroepstaak C

Activiteiten Alle activiteiten zijn verplicht, mits anders aangegeven 1. Voorlichtingsgesprek met de zorgvrager

Gevorderd 1

datum paraaf

2. Gesprek met een zorgvrager 3. Motiverende gesprekstechnieken 4. Analyse leefklimaat (NVT voor klinische zorgvrager/ziekenhuis) 5. Activiteiten organiseren (NVT voor klinische zorgvrager/ziekenhuis)


38

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

1. Voorlichtingsgesprek met de zorgvrager Resultaat


Werkproces (sen) Competentie(s) Theorie Voorbereiding activiteit



Verplicht/keuze

Je kunt een voorlichtingsplan en/of instructieplan uitwerken dat voldoet aan de criteria Je kunt een voorlichtings- of instructiegesprek voeren met een zorgvrager in een laag –midden complexe zorgsituatie a.d.h.v. het voorlichtingsplan of instructieplan De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.6 Voorlichting advies en instructie (I, L) I Presenteren L Materialen en middelen inzetten Boek Voorlichting advies en instructie thema 4 hoofdstuk 2 Boeken van specifieke zorgvrager categorieën  Selecteer een zorgvrager in een laag complexe zorgsituatie die moet worden voorgelicht/geïnstrueerd  Maak een voorlichtingsplan of instructieplan  Bespreek je plan met je begeleider  Gebruik de juiste gesprekstechnieken tijdens de voorlichting  Evalueer de voorlichting/instructie met de zorgvrager  Rapporteer de gegeven voorlichting/instructie in het verpleegplan Voer de onderdelen van de activiteit uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid middels een verslag (Korthage of STARTT) Evalueer met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van het feedbackformulier, werkproces 1.6 (I, L) Verplicht


39

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

2. Gesprek met een zorgvrager Resultaat


Werkproces (sen)

Competentie(s)

Theorie




Verplicht/keuze

Je hebt een gesprek gevoerd met een zorgvrager, over hoe hij/zij omgaat met de gevolgen van het ziektebeeld, de aandoening of de handicap en wat dit voor de zorgvrager betekent op lichamelijk, psychisch en sociaal gebied De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) 1.9 Evalueert de zorgverlening (D, J, M ,)

A.Beslissen en activiteiten initiëren C Begeleiden D Aandacht en begrip tonen H Overtuigen en beïnvloeden J Formuleren en rapporteren K Vakdeskundigheid toepassen M Analyseren R Op behoeften en verwachtingen van de klant richten Boeken: Begeleiden van de zorgvrager Ondersteunen bij persoonlijke basiszorg Eén van de zorgvrager categorieën  Kies in overleg met je begeleider een aantal zorgvragers uit, waarmee je in gesprek gaat over de gevolgen van het ziektebeeld, de aandoening of de handicap en wat dit voor de zorgvrager betekent op lichamelijk, psychisch en sociaal gebied  Bespreek met je begeleider hoe je ’t wilt aanpakken Voer de vaardigheid onder begeleiding uit Evalueer het gesprek met de zorgvrager Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid Schrijf een reflectieverslag van het gesprek als je begeleider niet bij het gesprek aanwezig was. Evalueer met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider met behulp van het feedbackformulier op werkproces 1.4 en 1.9 BOL/BBL Verkort: Keuze


40

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

3. Motiverende gesprekstechnieken Resultaat Zorgvrager categorieën (afhankelijk van werkveld/stageplek)

Werkproces Competenties


Uitvoering activiteit Evaluatie activiteit Verplicht/keuze

Je kunt met een zorgvrager een gesprek aangaan, gebruik makend van motiverende gesprekstechnieken De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De klinische zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.4 Begeleidt een zorgvrager (C, D, R) C: Begeleiden D: Aandacht en begrip tonen R: Op behoeften en verwachtingen van de klant richten Zie informatie bij de activiteit over motiverende gesprekstechniek van school Kies een zorgvrager die je moet motiveren om leefregels na te leven bijv.: Het motiveren van een zorgvrager om medicatie in te nemen, deel te nemen aan activiteiten of het motiveren van een zorgvrager zich te wassen, uit bed te gaan of zich te houden aan een voorgeschreven dieet en dergelijke. Voer een motiverend gesprek met de zorgvrager. Feedback middels feedbackformulier motiverende gespreksvoering (materiaal school) BOL/BBL Verkort: Keuze


41

ODB G1 VERKORT 1516

4.

MBO-Verpleegkundige

Analyse van het leefklimaat

Resultaat Zorgvrager categorieën (afhankelijk van werkveld/stageplek) Werkprocessen en competenties Theorie Voorbereiding activiteit Evaluatie activiteit

Verplicht / keuze

De student maakt een analyse van het leefklimaat en begeleidt een groep zorgvragers De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.5 Begeleidt een groep zorgvragers ( C, D ) Boek; begeleiden Maak bij de voorbereiding en uitvoer van deze activiteit gebruik van de instructie Bespreek het verslag met je begeleider Evalueer jouw begeleiding aan een groep zorgvragers a.d.h.v. het feedbackformulier BOL/BBL Verkort: Keuze Nvt klinische zorgvrager

Toelichting Wanneer je het woord leefklimaat opzoekt in het woordenboek, kom je de volgende betekenissen tegen: “de sfeer waarin men leeft” of “subjectief geheel van omstandig heden waarin een mens leeft”. In zorginstellingen leven de zorgvragers als groep met elkaar samen in een leefgroep. De zorgvragers eten samen, ondernemen samen activiteiten en krijgen behandeling en therapie. Het samenleven met elkaar kan bevorderend werken voor de individuen, maar de zorgvragers kunnen ook last hebben van strubbelingen en problemen.. Instructie: Schrijf een verslag over het leefklimaat op jouw afdeling waarin je de volgende vragen beantwoord: 1a. Uit hoeveel personen bestaat de leefgroep? 1b. Wat is de samenstelling van de leefgroep? 1c. Wat zijn de leeftijden van de zorgvragers? 1d. Wat is het doel van de leefgroep? 1e. Wat voor invloed heeft vraag a t/m d op het leefklimaat van de groep? 2a. 2b. 2c. 2d.

Wat zijn de regelingen rondom de dagindeling, werk/dagbesteding, vrijetijdsbesteding en weekendbesteding? Hoe wordt dit aan de zorgvragers duidelijk gemaakt? Wat is het dagprogramma van de zorgvragers? Kunnen zij dit zelf invullen?

3.

Krijgen de zorgvragers gezamenlijke of individuele therapie aangeboden? Beargumenteer de reden hiervoor.

4a.

Is er ruimte voor religie in de behandeling? Zo ja, waaruit bestaat dit? Indien nee, welke motivatie zit hier achter? Hoe wordt dit de zorgvragers duidelijk gemaakt? Beargumenteer de evt. gevolgen?

4b. 4c. 5a.

Wat is de rol en taak van de verpleegkundige m.b.t. het begeleiden van de leefgroep op jouw stage afdeling


42

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

5. Activiteiten organiseren Resultaat Zorgvrager categorieën (afhankelijk van werkveld/stageplek) Werkproces (sen) Competentie(s) Theorie Voorbereiding activiteit

Uitvoering activiteit Evaluatie activiteit Keuze/verplicht

Je kunt een weekplan maken met geschikte activiteiten voor een groepje zorgvragers De geriatrische zorgvrager De chronisch zieke zorgvrager De psychiatrische zorgvrager De verstandelijk gehandicapte zorgvrager 1.5 Begeleidt een groep zorgvragers (C, D) C Begeleiden D Aandacht en begrip tonen Boek Begeleiden van zorgvragers Boek van specifieke zorgcategorie  Kies in overleg met je begeleider een aantal zorgvragers uit die je bij deze activiteit wil betrekken. Stel het aantal in overleg met je begeleider vast  Denk na over de manier waarop je kunt inventariseren welke wensen of behoeften deze zorgvragers hebben.  Inventariseer de wensen en behoeften tot activiteiten bij je zorgvragers.  Kies uit de inventarisatie 3 activiteiten die je verder gaat uitwerken. Motiveer waarom je deze activiteiten kiest.  Maak een planning van deze activiteiten verspreid over een week. Motiveer je planning.  Noteer nu wat en wie je nodig hebt per activiteit. Dus bijvoorbeeld: in welke ruimte, wat heb je ervoor nodig aan materiaal en middelen, hoeveel begeleiding heb je nodig, wat is het doel, hoe evalueer je activiteiten?  Voer nu één en/of meerdere activiteiten met deze groep zorgvragers uit Voer de vaardigheid onder begeleiding uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid Evalueer met je begeleider Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider BOL/BBL Verkort: Keuze Nvt klinische zorgvrager


43

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


44

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 BEROEPSTAAK E

Organisatie en professiegebonden taken



45

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


46

ODB G1 VERKORT 1516

Beroepsopdracht

MBO-Verpleegkundige

Beroepstaak E

Gevorderd 1

UITVOEREN VAN ORGANISATIE- EN PROFESSIEGEBONDEN TAKEN Toelichting Voorbereidend op deze beroepsopdracht voer je de activiteiten van het ondersteuningsmagazijn uit en vraag je feedback met behulp van het feedbackformulier Let op: Deze beroepsopdracht wordt niet beoordeeld in gevorderde fase 1 van de verkorte opleiding. Beroepsopdracht Je werkt als leerling-verpleegkundige op een verpleegafdeling in een zorginstelling Je krijgt de opdracht om te werken aan het bevorderen van je deskundigheid en een bijdrage te leveren aan de professionalisering van het beroep. Je leest vakliteratuur en volgt minimaal 2 klinische lessen. Je vraagt feedback over eigen functioneren en geeft feedback aan anderen. Je stelt een persoonlijk ontwikkelplan op en voert deze uit. Je reflecteert op eigen handelen en bespreekt dit met collega’s. Daarnaast moet je werken aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Verwacht wordt dat jij knelpunten signaleert op microniveau. Je maakt deze knelpunten bespreekbaar in het team en brengt verbeterpunten naar voren. Je voert je werkzaamheden uit conform de voorgeschreven procedures en overeenkomstig de wettelijke richtlijnen.. Je voert deze opdracht onder begeleiding van de werkbegeleider uit. Dit wil zeggen; dat je de opdracht voorbespreekt, zelfstandig uitvoert en direct erna evalueert met je werkbegeleider. Bespreek met je begeleider welke activiteiten uit het ondersteuningsmagazijn je gaat uitvoeren op de afdeling en op welk moment Feedback op beroepsopdracht. Nadat alle activiteiten zijn afgerond maak je een reflectieverslag over werkproces 2.1 en 2.2 volgens de STARR(T) methode. In het reflectieverslag beschrijf je 1 of meerdere persoonlijke ontwikkelpunten. Je bespreekt je reflectieverslag met je begeleider en laat een feedbackformulier invullen.

Taaltaken7

7

-Kan actief luisteren -Kan instructies opvolgen en opdrachten uitvoeren -Kan een gesprek met diverse disciplines met vakjargon begrijpen -Kan een klinische les volgen

Indien de student deze beroepsopdracht uitvoert, werkt hij tevens aan bovenstaande taaltaken


47

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACK FORMULIER BEROEPSOPDRACHT E Naam student:

Datum:

Werkprocessen Beroepstaak E8 Gevorderd Niveau 1 2.1 De gevorderde student werkt actief aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. Zij stelt zelfstandig een persoonlijk ontwikkelplan op en voert deze uit. De gevorderde student leest vakliteratuur en volgt minimaal 2 klinische lessen. (K)

Feedback

Opleiding: Verpleegkundige

Niveau: Gevorderd 1

2.2 De gevorderde student werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij heeft de juiste activiteiten ontplooid om een bijdrage te leveren aan het beleid op microniveau van de afdeling (H, T)

2.3 De gevorderde student is in staat om werkbegeleiding te ontvangen en feedback te vragen over haar eigen functioneren. Daarnaast is zij in staat om feedback te geven aan anderen (C)

8

De werkprocessen 2.1, 2.2 en 2.3 zijn branche-onafhankelijk


48

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

FEEDBACK FORMULIER BEROEPSOPDRACHT E Naam student:

Datum:

Opleiding: Verpleegkundige

Niveau: Gevorderd 1


Datum: ………………………………… Naam begeleider in de praktijk

Naam student:

………………………………………………….

…………………………………………

Paraaf: ………………………………………...

Paraaf: ……………………………….


49

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OVERZICHT BEROEPSTAAK E Overzicht: beroepstaak, beroepsproducten, werkprocessen, competenties met prestatie-indicatoren Beroepstaak E Beroepsproducten Werkprocessen E. Uitvoering van organisatie- en E1. Deskundigheidsbevordering 2.1 professiegebonden taken professionalisering van het beroep (K) E2. Bevorderen en bewaken 2.2 van kwaliteitszorg (H, T) E3. Geeft werkbegeleiding (C) 2.3 Competenties: C, H, K, T Competenties in de werkprocessen C. Begeleiden

Prestatie-indicatoren  


   

H. Overtuigen en beïnvloeden

         

T. Procedures en instructies opvolgen

     

Geeft duidelijke informatie, instructies en aanwijzingen aan begeleider Herkent een optimaal leer- en werkklimaat, die studenten en stagiaires stimuleert zich te ontwikkelen Houdt vakkennis en vaardigheden bij Leest vakliteratuur en praat met werkbegeleider over actuele vakkennis Volgt minimaal 2 klinische lessen Draagt de eigen kennis en expertise op begrijpelijke wijze over aan collega’s en andere deskundigen Vraagt feedback over haar eigen functioneren Geeft feedback aan anderen Stelt een persoonlijk ontwikkelplan op en voert dit uit. Reflecteert op eigen ontwikkeling en past zijn leerproces aan. Maakt in eigen leerproces gebruik van actuele vakkennis. Laat een open houding zien in vakinhoudelijke discussies Signaleert knelpunten op microniveau en maakt deze bespreekbaar in het team Doet voorstellen om knelpunten op te lossen Komt met ideeën, standpunten en/of voorstellen en zorgt voor onderbouwing Gebruikt waar mogelijk informatie uit wetenschappelijk onderzoek (Evidence Based Practice) Houdt zich aan de voorgeschreven procedures rondom kwaliteitsverbetering en aan wettelijke richtlijnen Werkt conform voorgeschreven procedures en overeenkomstig de wettelijke richtlijnen Stimuleert anderen om zich hier ook aan te houden Bespreekt de geobserveerde verschillen in procedures en achterhaalt waarom dat zo is. Reflecteert op eigen handelen in kader van de procedures rondom kwaliteitsverbeteringen. Toont een proactieve houding


50

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 Activiteiten Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak E



Kwalificatieniveau 4 Crebo 95 Versie ODB G1 VERKORT 1415 Fase Gevorderd 1 Naam student: ……………………


51

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK E Ondersteuningsmagazijn Praktijk

Beroepstaak E

Activiteiten Alle activiteiten zijn verplicht, mits anders aangegeven 1. Samenwerken met werkbegeleider

Gevorderd 1

Datum Paraaf

2. Werkbegeleider informeren 3. Feedback vragen, geven en ontvangen 4. Klinische les volgen 5. Reflectie op praktijksituatie met collega’s I 6. Reflectie op praktijksituatie met collega’s II 7. Kwaliteitsverbetering 8. Verantwoordingverslag op de werkprocessen 2.1 en 2.2 STARTT methode


52

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

1. Samenwerken met de werkbegeleider Resultaat Werkproces (sen)

Competentie Theorie Voorbereiding activiteit


Verplicht-keuze

De student heeft zijn/haar begeleider duidelijk gemaakt wat hij wil leren en welke begeleiding hij daarbij nodig heeft 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep (K) 2.3 Werkbegeleiding ontvangen (C) K. Vakdeskundigheid toepassen C. Begeleiden Boek Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Stel in overleg met je werkbegeleider een tijdstip/dag vast waarop jij aan deze activiteit gaat werken. Bespreek: - elkaars verwachtingen - hoe je wilt samenwerken - welke samenwerkingsafspraken je wilt maken - hoe je de taken gaat verdelen - aan welke (onderdelen van een) activiteit je bezig bent - wat je wilt leren - welke begeleiding je daarbij wilt - hoe en wanneer je de dag gaat evalueren Zet het desgewenst vooraf op papier Voer de vaardigheid onder begeleiding uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid Evalueer met je werkbegeleider Vraag feedback aan je werkbegeleider over werkproces 2.1 en competentie K BOL/BBL Verkort: Verplicht


53

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

2. De werkbegeleider informeren Resultaat Werkproces (sen)

Competentie Theorie Voorbereiding activiteit


Verplicht-keuze

De student heeft een begeleider uitleg geven over de werkwijze rond de BPV activiteiten. 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep (K) 2.3 Werkbegeleiding ontvangen (C) K. Vakdeskundigheid toepassen C. Begeleiden Boek: Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Stel voor jezelf vast of je op de hoogte bent wat er in de BPV van jou verwacht wordt en of je uitleg kunt geven aan je werkbegeleider over de werkwijze van de activiteiten. Zet het desgewenst vooraf op papier Plan een gesprek met je werkbegeleider. Voer de vaardigheid onder begeleiding uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid Evalueer met je werkbegeleider Vraag feedback aan je werkbegeleider over werkproces 2.1 en competentie K BOL/BBL Verkort: Verplicht


54

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

3. Feedback vragen, geven en ontvangen Resultaat

Werkproces (sen)

Competenties Theorie



Verplicht/keuze

De student kan: - feedback vragen aan anderen over eigen functioneren - volgens de richtlijnen feedback geven aan begeleider en collega’s - volgens de richtlijnen feedback ontvangen van begeleider en collega’s 2.1 Werkt actief aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep (K) 2.3 Werkbegeleiding ontvangen (C) K. Vakdeskundigheid toepassen C. Begeleiden Boek: Begeleiden van de zorgvrager/ Feedback geven en ontvangen Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Neem de richtlijnen over het geven en ontvangen van feedback door. Kies een situatie uit waarin je feedback vraagt, ontvangt en/of geeft aan een collega. Dit kan ook je begeleider zijn. Oefen het vragen, geven en ontvangen van feedback in verschillende situaties op de afdeling Voer de vaardigheid onder begeleiding uit Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid Evalueer met je werkbegeleider Vraag schriftelijke feedback aan je werkbegeleider op het resultaat en werkproces 2.1 en 2.3 BOL/BBL Verkort: Verplicht


55

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

4. Klinische les volgen op de afdeling Resultaat Werkproces (sen)

Competentie(s) Theorie Voorbereiding activiteit



Keuze/verplicht

Je hebt minimaal 2 klinische lessen gevolgd op je afdeling 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep K. Vakdeskundigheid bevorderen Boek Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Zoek op je afdeling informatie op over het volgen van klinische lessen Wat zijn de mogelijkheden? Hoe vaak worden er klinische lessen gegeven? Wat is het onderwerp van de klinische les? Maak een afspraak met je begeleider voor het bijwonen van een klinische les. Formuleer naar aanleiding van het onderwerp van de klinische les leervragen. Woon een klinische les bij. Stel je vragen en neem deel aan de discussie. Maak een verslag van de klinische les max.1A4, beschrijf hierin ook wat je hebt geleerd. Evalueer het verslag met je begeleider. Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 2.1 en competentie K BOL/BBL Verkort: keuze


56

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

5. Reflectie op een praktijksituatie met collega’s I Resultaat Werkproces (sen)



Keuze/verplicht

Je hebt een praktijksituatie besproken met collega’s in een gepland overlegmoment 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep K. Vakdeskundigheid bevorderen Boek Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Maak een afspraak met je begeleider voor het uitvoeren van deze activiteit. Beschrijf de situatie die je wilt bespreken met je collega’s. Geef voor jezelf antwoord op de volgende vragen: - Om welke gebeurtenis gaat het? - Tijdens welk dagdeel en waar deed de situatie zich voor? - Wat heb je gedaan of niet gedaan? - Wat vind je van de situatie? (hoofd, hart en handen)  Wat denk je bij deze situatie, welke normen spelen voor jou een rol?  Welk gevoel heb je bij deze situatie?  Wat moet je kunnen in deze situatie?  Waarom kies ik voor deze situatie? - Wat is volgens jou in deze situatie het dilemma? Bespreek je praktijksituatie met collega’s. Evalueer het verslag met je begeleider. Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 2.1 en competentie K 1x reflectie op praksituatie verplicht Keuze uit reflectie I of reflectie II


57

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

6. Reflectie op een praktijksituatie met collega’s II Resultaat Werkproces (sen)



Keuze/verplicht

Je hebt een praktijksituatie besproken met collega’s in een gepland overlegmoment 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep K. Vakdeskundigheid bevorderen Boek Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg Maak een afspraak met je begeleider voor het uitvoeren van deze activiteit. Beschrijf de situatie die je wilt bespreken met je collega’s. Geef voor jezelf antwoord op de volgende vragen: - Om welke gebeurtenis gaat het? - Tijdens welk dagdeel en waar deed de situatie zich voor? - Wat was er aan de hand volgens jou? - Wat vond je in de situatie het goede om te doen? - Waren er meerdere mogelijkheden, waar je tussen moest kiezen? - Wat werd er beroepsmatig van je verwacht? - Wat vonden collega’s dat er behoorde te gebeuren? - Wat wordt in jouw organisatie als goed handelen beschouwd? Bespreek je praktijksituatie met collega’s. Evalueer het verslag met je begeleider. Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 2.1 en competentie K 1x reflectie op praksituatie verplicht Keuze uit reflectie I of reflectie II


58

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

7. Werken aan kwaliteitsverbetering Resultaat

Werkproces (sen) Competentie(s) Theorie Voorbereiding activiteit



Keuze/verplicht

Je kunt: - een knelpunt op micro niveau signaleren en benoemen in de uitvoering van de zorg. - een plan van aanpak opstellen ter verbetering van dit knelpunt - je plan van aanpak presenteren in je team 2.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg (H, T) H. Overtuigen en beïnvloeden T. Instructies en procedures opvolgen Boek deskundigheidsbevordering, professionalisering en kwaliteitszorg  Onderzoek welk(e) knelpunt (en) jij tegenkomt in de uitvoering van de directe zorgverlening en maak een keuze welk knelpunt jij wilt aanpakken  Onderzoek met behulp van de pareto analyse of een ander model (SWOT) wat de oorzaak van het knelpunt is  Maak een plan van aanpak om tot verbetering van de kwaliteit te komen  Presenteer het plan van aanpak in je team en maak afspraken over de daadwerkelijke invoering van je plan  Rapporteer de gemaakte afspraken  Zorg ervoor dat jij zelf een bijdrage levert aan de invoering van het plan  Reflecteer op de uitgevoerde vaardigheid  Evalueer met je begeleider  Vraag schriftelijke feedback aan je begeleider op werkproces 2.2 en de bijbehorende competenties H en T BOL/BBL Verkort: keuze


59

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

8. Verantwoordingverslag op de werkprocessen 2.1 en 2.2 Resultaat Werkprocessen en competenties

Theorie Voorbereiding activiteit Evaluatie Verplicht/keuze

De student heeft een verantwoordingsverslag geschreven over twee werkprocessen via de STARTT--methode 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. (K) 2.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg (H en T) Boek Deskundigheid, professionalisering en kwaliteitszorg STARTT methode Maak een afspraak met je begeleider voor het bespreken van het verantwoordingsverslag Bereid je met behulp van de instructie voor. Bespreek de van het verantwoordingsverslagen met je begeleider Vraag feedback a.d.h.v. het feedbackformulier BOL/BBL Verkort: keuze

Instructie: - Alle praktijkactiviteiten van beroepstaak E uit de fase gevorderd1 zijn afgerond. - Per werkproces beschrijf je een kritische beroepssituatie waar jij centraal in stond. - Je reflecteert op deze twee kritische beroepssituaties en schrijft het verantwoordingsverslag via de STARTT methode -  Formuleer 1 of meerdere persoonlijke leerdoelen/ontwikkelpunten waar je in de fase gevorderd 2 mee aan de slag gaat.


60

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

STARRT De STARRT-methode is een instrument om je handelen binnen een kritische beroepssituaties te analyseren. Je kunt het goed gebruiken bij het maken van je verantwoordingsverslag 1. SITUATIE:  Wat was de situatie?  Wat gebeurde er?  Wat was de aanleiding?  Wie waren er bij betrokken?  Waar speelde het zich af?  Wanneer?

3. ACTIE:  Hoe heb je het aangepakt?  Wat zijn je argumenten van deze aanpak?

2. TAAK:  Wat was jouw taak?  Wat was jouw rol?  Wat wilde jij bereiken?  Wat werd van jou verwacht?  Wat verwacht jij van jezelf in deze situatie?  Wat vond jij dat er moest gebeuren?  4. RESULTAAT:  Wat is het resultaat van je aanpak?  Welke feedback heb je gekregen?  Welke competenties heb je ingezet?  Wat is het resultaat van deze ingezette competenties (welke gedrag heb je laten zien)?

5. REFLECTIE:.  Hoe kijk je terug op de situatie ?  Waarom heb je het zo gedaan ?  Waar ben je trots op?  Wat wil je verbeteren?

6. TRANSFER

 Hoe ga je de ontwikkelde competenties inzetten in andere beroepssituaties?  Wat ga je in de toekomst anders doen?  Welke ontwikkelpunt(en) formuleer je voor fase gevorderd 2


61

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


62

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT VOOR

STUDENTEN EN BEOORDELAARS

Datum: AUG.2014 Crebo 95


63

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Algemene inleiding Elke beroepstaak bestaat uit een aantal beroepsopdrachten dat de student geacht wordt te doorlopen gedurende de opleiding. Uiteindelijk zal de student de beroepsopdrachten op startbekwaam niveau uitoefenen. Gedurende de opleiding heeft de student geoefend met de opdrachten en heeft hij feedback verzameld. In overleg met de studieloopbaanbegeleider en de werkbegeleider/praktijkopleider wordt besloten of de student in staat is de beroepsopdracht als toets uit te voeren. De toets wordt uitgevoerd op een vastgesteld moment dat van te voren bij de deelnemer en de beoordelaar bekend is. De afdeling waar de toets wordt afgenomen is eveneens bekend. Op de volgende pagina’s wordt een precieze en algemene instructie beschreven voor de deelnemer en de beoordelaar. De algemene instructie geldt voor alle beroepsopdrachten die als toets uitgevoerd worden. Daar waar de instructie afwijkt, zal dat per beroepsopdracht aangegeven worden.


64

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Instructie voor de student Binnenkort ga je een beroepsopdracht als toets uitvoeren. Op deze pagina vind je de instructie voor het uitvoeren van de toets. Voorbereiding 1. Bereid je met behulp van de activiteiten uit het ondersteuningsmagazijn voor op het uitvoeren van de toets. 2. Verzamel de feedbackformulieren zodat je je goed kunt voorbereiden op de toets (wat is belangrijk voor je om op te letten/wat doe je goed/waar moet je nog wat extra aandacht aan schenken voordat je de toets gaat uitvoeren etc.) Overleg hierover ook met je SLB en je begeleider in de praktijk. 3. Vraag toestemming voor het uitvoeren van de toets aan je werkbegeleider/ praktijkopleider. 4. Maak een planning en schrijf de afspraken die je maakt voor de uitvoering en de beoordeling van de toets in het daarvoor bestemde formulier. (zie het afspraken-formulier toets beroepsopdracht achter in het opdrachtenboek) 5. Voeg het formulier bij het beoordelingsformulier van de toets. Uitvoering toets 1. Voer de toets uit volgens de planning

Nabespreking toets 1. Bespreek de beoordeling van de toets met de beoordelaar en vraag om eventuele toelichting op de beoordeling. 2. Bij een voldoende beoordeling:  vraag de beoordelaar het beoordelingsformulier af te tekenen en te voorzien van een stempel van de praktijkorganisatie.  zet zelf ook de handtekening op het beoordelingsformulier Stel je POP en Werkplan in overleg met je studieloopbaanbegeleider / beoordelaar bij. Maak daarbij gebruik van de argumentatie waarop de beoordeling gebaseerd is. Bij een onvoldoende beoordeling:  vraag de beoordelaar om een beschrijving van de beoordeling  maak een plan voor de voorbereiding van de herkansing  start opnieuw de voorbereiding van de toets Voldoende beoordeling De toets is voldoende als ALLE werkprocessen met VOLDOENDE zijn beoordeeld.


65

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

INSTRUCTIE VOOR DE BEOORDELAAR VAN DE TOETS

Binnenkort gaat u een student beoordelen die een beroepsopdracht als toets zal uitvoeren. Op deze pagina vindt u de instructie voor het beoordelen van de toets. Voorbereiding 1. Bespreek met de student de planning en leg samen met de student de afspraken voor de uitvoering en beoordeling van de toets vast in het daarvoor bestemde formulier. (Zie het afsprakenformulier toets beroepsopdracht achter in het opdrachtenboek)

Uitvoering en beoordeling van de toets 1. Observeer de uitvoering van de toets. 2. Beoordeel aan de hand van het beoordelingsformulier de uitgevoerde werkprocessen met voldoende/onvoldoende.  

Voldoende = de student zet de genoemde competenties en prestatie-indicatoren bij de uitvoering van het werkproces in samenhang in. Het werkproces wordt hierdoor adequaat en met positief resultaat uitgevoerd. Onvoldoende = de student geeft niet of te weinig blijk van de competenties en prestatie-indicatoren, die nodig zijn voor de adequate uitvoering van dit werkproces.

3. Vervolgens geeft u het totaal oordeel aan op het formulier. De beroepsopdracht is voldoende als alle werkprocessen met een voldoende zijn beoordeeld. Het is belangrijk dat u uw beoordeling onderbouwt en toelicht met voorbeelden van uw waarnemingen. 4. Beargumenteer en beschrijf uw beoordeling op het beoordelingsformulier. Maak daarbij gebruik van de competenties en prestatie-indicatoren zoals die op het overzicht van de beroepstaak worden genoemd.

Nabespreking van de toets 1. Bespreek de beoordeling van de toets binnen 2 dagen na het afnemen met de student. Bij een voldoende beoordeling:  tekent u de toets af met handtekening en stempel van de organisatie;  laat de student eveneens het beoordelingsformulier tekenen. Bij een onvoldoende beoordeling:  evalueert u uitvoerig de resultaten van de toets met de student en geeft u toelichting op de beschreven beoordeling;  maakt u met de student afspraken m.b.t. de voorbereiding en uitvoering van de herkansing.


66

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE

Toets Beroepsopdracht

Ondersteunen bij Verpleegkundige (Basis)zorg

Beroepstaak B Verpleegkundige (Basis)zorg

Niveau Gevorderd 1

Datum: AUG.2014 Crebo 95


67

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


68

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Inleiding Binnenkort ga je de toets “Ondersteunen bij verpleegkundige (basis)zorg ” afleggen. Wat je moet doen en hoe je je kunt voorbereiden op de toets lees je in de “Algemene instructie toets beroepsopdracht voor studenten en beoordelaars” achter het tabblad toetsen van het opdrachtenboek. Wat er van de beoordelaar van de toets verwacht wordt staat ook beschreven in deze algemene instructie. Beroepsopdracht

Beroepstaak B

Gevorderd 1

Je werkt als leerling-verpleegkundige op een verpleegafdeling in een zorginstelling. Je leidinggevende geeft je de opdracht om, gedurende een aantal dag en/of avonddiensten, verpleegkundige (basis) zorg te verlenen aan zorgvragers in relatief stabiele zorgsituaties waarin het handelen voor een belangrijk deel kan verlopen volgens standaarden en richtlijnen. Je stelt het aantal zorgvragers vast volgens de afspraken van de afdeling en in overleg met je begeleider. Je voert de zorgverlening en coordatie van zorg onder supervisie van de begeleider uit. Dit wil zeggen; dat je de opdracht voorbespreekt, zelfstandig uitvoert en direct erna evalueert met je begeleider. Je herkent een crisissituatie of onvoorziene omstandigheden en roept hulp in van je begeleider of een andere verpleegkundige. Het accent ligt op het bieden van persoonlijke verzorging en het uitvoeren van verpleegtechnische handelingen. Je biedt de zorgvragers psychosociale begeleiding bij voorbereiding op verschillende operaties, therapieën, behandelingen of onderzoeken. Je verzamelt gegevens over dreigende of bestaande gezondheidsproblemen, stelt op basis hiervan een verpleegplan op en bespreekt dit met de zorgvrager en betrokkenen. Je biedt op basis van het verpleegplan de verpleegkundige zorg, observeert en monitort voortdurend veranderingen in de gezondheidstoestand en het welbevinden van de zorgvrager. Je houdt daarbij rekening met de omstandigheden, wensen en behoeften van de zorgvrager. Je rapporteert verkregen gegeven in het dossier en stelt zo nodig het verpleegplan bij. Je evalueert de verleende zorg met zorgvrager en begeleider. Je kunt het overzicht bewaren over de zorg en werkzaamheden voor de zorgverlening in logische volgorde plannen. Je raadpleegt indien nodig andere deskundigen en overlegt tijdig en regelmatig met hen. Daarnaast neem je deel aan voor de coördinatie en afstemming relevante overlegvormen en collegiale consultatie. Taaltaken9

-

Rekentaken -

9

Kan observatie- en vragenlijsten lezen Kan voorschriften / procedures/instructies/protocollen/een planning/een overdracht/ een dossier/een verpleegplan/ rapportage/vakliteratuur/leerplan lezen en interpreteren. Kan een zorgplan bespreken en evalueren Kan observatielijsten en vragenlijsten invullen Kan zorgdoelen/begeleidingsdoelen/een zorgplan/een leerplan formuleren en bijhouden(wijzigingen vastleggen). Heeft numerieke vaardigheden m.b.t. vochtlijst en vochtbalans Kan ondersteunen bij bewegen en verplaatsen Kan de weg vinden en uitleggen in een instelling

Indien de student deze beroepsopdracht uitvoert, werkt hij tevens aan bovenstaande taal en rekentaken


69

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BEOORDELINGSFORMULIER Beroepsopdracht B Naam student:

Datum:


Niveau: Gevorderd 1

Werkprocessen Beroepstaak B Gevorderd Niveau 1.1 De gevorderde verpleegkundige stelt een verpleegplan op, op basis van de anamnese gegevens en de verpleegkundige diagnose. Zij10 bespreekt dit met de zorgvrager en andere betrokkenen. De gevorderde stemt af met de begeleider. (A-D-H-J-K-M) 1.2 De gevorderde verpleegkundige heeft de persoonlijke verzorging en zonodig terminale zorg op een professionele wijze uitgevoerd. Zij heeft hierbij rekening gehouden met de omstandigheden van de zorgvrager en betrokkenen. De gevorderde verpleegkundige monitort voortdurend veranderingen in de gezondheidstoestand en welbevinden van de zorgvrager. (E-F-J-K-R-V) 1.4 De gevorderde verpleegkundige bewaakt, begeleidt en stimuleert de zorgvrager bij het handhaven van de zelfredzaamheid op psychosociaal en maatschappelijk gebied. Zij ondersteunt zonodig naasten en betrokkenen. (C-D-R) 1.7 De gevorderde verpleegkundige pakt een crisissituatie of een onvoorziene situatie op professionele wijze aan. Zij roept bij calamiteiten de hulp in van collega’s of deskundigen van andere disciplines. Zij reageert volgens geldende procedures en regelgeving. (E-T-V) 1.8 De gevorderde verpleegkundige heeft de zorgverlening gecoördineerd, besproken en afgestemd met de betrokkenen. Zij heeft collega’s geconsulteerd en een actieve bijdrage geleverd aan overlegsituaties, waardoor de continuïteit van de zorgverlening gewaarborgd is. (B-E-Q) 1.9 De gevorderde verpleegkundige heeft de zorgverlening regelmatig en zorgvuldig geëvalueerd. Zij heeft het verpleegplan zonodig bijgesteld. De gevorderde verpleegkundige schrijft een (eind) evaluatie ten behoeve van ontslag of overdracht naar een andere afdeling/zorgsetting (D-J-M)

O

Totaal Oordeel Beroepsopdracht B

Onvoldoende

10

Voldoende

V

Daar waar in de tekst ‘zij’ staat wordt ook ‘hij’ bedoeld.


70

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BEOORDELINGSFORMULIER Beroepsopdracht B Naam student:

Datum:


Niveau: Gevorderd 1

Argumentatie beoordeling (verplicht invullen) Bij onvoldoende: Wat maakt dat de student een onvoldoende heeft voor deze toets? Bij voldoende: Wat maakt dat de student een voldoende heeft voor deze toets? Onderbouw uw beoordeling met behulp van de competenties en prestatie-indicatoren zoals benoemd in het overzicht van de beroepstaak op de volgende bladzijde. Illustreer uw argumenten met uw waarnemingen.

Afspraak:

Naam beoordelaar:

Paraaf beoordelaar:

Paraaf student:

Stempel praktijkorganisatie* *paraaf door stempel


71

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OVERZICHT BEROEPSTAAK B Overzicht : beroepstaak, beroepsproducten, werkprocessen, competenties met prestatieindicatoren Beroepstaak B Beroepsproducten Werkprocessen B. B.1 plannen van verpleegkundige zorg 1.1, 1.9 ’Verpleegkundige zorg’ B.2 basis zorg 1.2, 1.4, 1.8 en 1.9 B.3 crisissituaties 1.7 Competenties A,, B, C, D, E, F, H, J, K, M, R, T, V,Q Competenties in Prestatie-indicatoren de werkprocessen A  Gaat in overleg met collega en/of begeleider na, of de te nemen Beslissen en beslissing in zorgsituaties genomen kan worden activiteiten initiëren  Benoemt bij het uitvoeren van palliatieve/terminale zorg de te nemen beslissingen t.a.v. veranderingen en voert dit uit  Maakt gericht keuzes in zorgsituaties en kan deze motiveren. B.  Zorgt voor duidelijk informatie/instructies voor collega’s, zodat zij Aansturen concreet weten wat er van hen verwacht wordt  Informeert [onder begeleiding] collega’s over de prioriteiten van de zorgverlening C  Gaat in gesprek met de zorgvrager over het belang van eigen Begeleiden zelfredzaamheid.  Stimuleert de zorgvrager om handelingen en activiteiten zoveel mogelijk zelf uit te voeren  Biedt de zorgvrager steun bij het ontwikkelen van zelfredzaamheid en de regie voeren over het eigen leven in een leefsituatie en bespreekt dit met collega  Maakt de draagkracht en draaglast met de mantelzorger en naasten bespreekbaar. D  Neemt de tijd om op het juiste moment te luisteren Aandacht en  Luistert en kijkt aandachtig naar de gezondheidsproblemen, de begrip tonen. zorgbehoeften en de leefomstandigheden van de zorgvrager en naasten.  Leeft zich in de gevoelens van de zorgvrager en naasten  Betrekt de zorgvrager en naasten bij het opstellen van een verpleegplan  Biedt de nodige ondersteuning aan naasten bij het uitvoeren van de zorgtaken en bespreekt dit met collega.  Toont betrokkenheid bij het fysieke en mentale welzijn van de zorgvrager  Behandelt zorgvrager en naasten met respect en geduld  Vraagt de zorgvrager en andere betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden zorg en begeleiding  Vraagt tijdens het evalueren van de zorgverlening zonodig door E  Bespreekt met begeleider welke andere zorgverlener zonodig Samenwerken en ingeschakeld kan worden en waarom overleggen  Informeert en overlegt met alle betrokkenen [onder begeleiding]  Schat in en benoemt belangrijke zaken aan begeleider.  Roept bij calamiteiten tijdig hulp in van ander deskundigen  Raadpleegt in het kader van coördinatie van zorgverlening indien nodig collega’s.


72

ODB G1 VERKORT 1516

Competenties in de werkprocessen E Samenwerken en overleggen F Ethisch en integer handelen

Prestatie-indicatoren  

Heeft een actieve rol tijdens overlegmomenten. Herkent en gebruikt expertise van betrokkenen.

 

Stelt de belangen van zorgvragers centraal. Houdt rekening met de leefregels en gewoonten die voor de zorgvrager belangrijk zijn. Handelt volgens ethische maatstaven van de beroepsgroep [beroepscode] en de organisatie Toont zich eerlijk en betrouwbaar Respecteert vertrouwelijkheid Accepteert en respecteert verschillen tussen zorgvragers Behandeld de zorgvrager respectvol bij de persoonlijke verzorging en in voorkomende gevallen bij terminale zorg Past op doelgerichte wijze gesprekstechnieken toe. Voert anamnesegesprekken uit met standaard vragenlijst. Signaleert de verschillende belangen en mogelijkheden m.b.t. de verpleegkundige zorg en bespreekt deze. Verwerkt verkregen anamnesegegevens correct en accuraat Stelt zelfstandig verpleegdoelen, activiteiten en interventies van het verpleegplan op en bespreekt dit met collega’s Rapporteert haar bevindingen zelfstandig volgens standaarden Schrijft verslaglegging van de zorgverlening in begrijpelijke taal voor alle betrokkenen. Past haar kennis toe over stoornissen, beperkingen, functioneringsproblemen en ziektebeelden in de zorgverlening en bespreekt dit met collega’s. Weet vragen te beantwoorden Maakt informatie op basis van observaties bespreekbaar met collega’s Verzamelt met de juiste methodiek gegevens Raadpleegt anderen over de verkregen informatie en benoemt eigen bevindingen Legt verbanden tussen de verzamelde gegevens en bespreekt dit met collega’s Oefent in het opstellen van de verpleegkundige diagnose [volgens de RUMBA-regels] en het verpleegplan en bespreekt dit met collega’s. Benoemt de hoofd- en bijzaken uit de verkregen evaluatie gegevens en bespreekt dit met de begeleider Plant in logische volgorde haar werkzaamheden voor de zorgverlening Maakt een dagindeling Controleert tussentijds de dagindeling met collega’s. Past indien nodig de planning aan. Oefent in het stellen van prioriteiten en bespreekt dit. Werkt in logische volgorde meerdere taken uit en oefent in het delegeren. Herkent in zorgsituaties de verwachtingen en wensen van de zorgvrager en bespreekt dit met hem/haar. Bespreekt de mogelijkheden en beperkingen van de zorgverlening met de zorgvrager. Gaat na of de zorgvrager tevreden is over de verleende zorg. Komt afspraken na.

     H Overtuigen en beïnvloeden.

  

J Formuleren en rapporteren

   


M Analyseren

MBO-Verpleegkundige

       

Q Plannen en organiseren

     


   


73

ODB G1 VERKORT 1516

Competenties in de werkprocessen T Instructies en procedures opvolgen V Met druk en tegenslag omgaan

MBO-Verpleegkundige

Prestatie-indicatoren      

Benoemt in een gesprek met begeleider hoe ze handelt tijdens een onvoorziene -/ crisissituaties en hoe ze de procedures daarbij gebruikt. Bespreekt met begeleider de (wettelijke) grenzen van haar beroep. Ondersteunt de begeleider in onvoorziene -/ crisissituaties Herkent eigen gevoelens en oefent in het effectief en professioneel blijven handelen in stressvolle zorgsituaties, ook in acute of onder emotionele omstandigheden. Dit onder begeleiding. Maakt op correcte wijze haar grenzen kenbaar tijdens de uitvoering van de zorg. Bespreekt en reflecteert met collega’s emoties en gevoelens.


74

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Afspraken voor de uitvoering van de toets Naam student:

:

………………………………………………………

Opleiding

:

……………………………………………………….

Cursusjaar

:

………………………………………………………

De Toets Beroepsopdracht Niveau

A – B – C – D – E (omcirkel de beroepstaakletter) Beginner – Gevorderd 1- Gevorderd 2- Startbekwaam (omcirkel het niveau)

: :

wordt afgenomen op: Datum : …………………………………………………………… Tijdstip

:

van ………… tot ………………………………………

tijdstip nagesprek

:

van ………… tot ………………………………………

Afdeling

:

……………………………………………………………..

Naam Beoordelaar

:

……………………………………….……………………

Overige relevante afspraken:

Datum; …………………… Begeleider/praktijkopleider:

Student:

Paraaf: ………………

Paraaf: ………………

Naam:

………………………………………

Naam: …………………………………


75

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


76

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

OPLEIDING Verpleegkundige niveau 4 BIJLAGEN



77

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGEN GEVORDERDE FASE 1 Bijlage 01

POP en werkplan

Bijlage 02

Overzicht activiteiten theorie en praktijk

Bijlage 03

Instructie feedbackformulier

Bijlage 04

Begrippenlijst

Bijlage 05

Leerplan/leerlijn gevorderde fase 1


78

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGE 1 POP en werkplanning Naam student: ………………………………………. Groep: ……………………………………………….. Datum:…………………………………………………

Beroepsgericht leerdoel

Planning van activiteiten

Leerdoel:

Activiteiten:

omdat:

Begeleiding:

Beroepstaak, beroepsproduct:

Planning

Werkprocessen, competenties:

Bewijsvoering en evaluatie:


79

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

POP en werkplanning Naam student: ………………………………………. Groep: ……………………………………………….. Datum:…………………………………………………

Persoonlijk leerdoel

Planning van activiteiten

Leerdoel:

Activiteiten:

omdat:

Begeleiding:

Planning:

Bewijsvoering en evaluatie:


80

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGE 02. Overzicht activiteiten in theorie en praktijk Toelichting: In het opdrachtenboek kan de student een overzicht van de theorie en praktijkactiviteiten. Het overzicht wordt door de student ingevuld en moet aanwezig zijn in het portfolio bij alle soorten gesprekken. De student maakt hiermee voor zichzelf en zijn begeleider inzichtelijk hoever hij is met zijn activiteiten in theorie en praktijk. Naam student: ……………………………………………………………………………………….. Groep: ………………………………………………Opleiding:……………..…………………….. Fase:………………………………………………………………………………………………….. Naam SLB:………………………………………………………………………………………….. Naam BPV instelling: …………………………………………………………………………….. Naam Praktijkopleider: ……………………………………………………………………………

Overzicht activiteiten Beroepstaak B en C Ondersteuningsmagazijn school

Chronische zieke zorgvrager

Beroepstaak B en C Chronische zieke

1. Orientatie chronisch zieke zorgvrager VPK 1.1 Orientatie Chronisch zieken VPK 1.2 Kenmerken Chronisch zieken VPK 1.3 Job aid Chronisch zieke VPK 1.4 Ervaringsdeskundige MEE C 1.1 Autonomie en Empowerment C 1.2 Coping en copingstijlen 1. Zorgvrager met CVA VPK 2.1 Gezondheids- en bestaansproblemen na een CVA 2.2 Verplegen van een zorgvrager met een CVA VPK 2.3 Neurorevalidatie na een CVA VPK 2.4 Opname van een chronisch zieke zorgvrager VPK 2.5 Opnamegesprek chronisch zieke zorgvrager VPK 2.1 CVA en voeding VDL PAAF 2.1 Basiskennis hersenen PAAF 2.2 CVA orientatie/kijkactiviteit/mindmap PAAF 2.3 CVA opdracht PAAF 2.4 CVA folder PAAF 2.5 Zelftest hersenen PAAF 2.6 Bloedrukregulatie en nieren PAAF 2.7 Circulatie herhalingsopdracht PAAF 2.8 Circulatie lymfatisch systeem PAAF 2.9 Bloedgroepen en rhesusfactor C 2.1 Begeleidingsgesprek zorgvrager met Afasie


Gevorderde fase 1 VERKORT BOL en BBL Datum

Paraaf

81

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige




Gevorderde fase 1 VERKORT BOL en BBL

2. Zorgvrager met chronisch hartfalen VPK 3.1 Verplegen van zorgvragers met chronisch hartfalen VPK 3.2 Verpleegplan opstellen bij chronisch hartfalen PAAF 3.1 Chronisch hartfalen I PAAF 3.2 Chronisch hartfalen II PAAF 3.3 Zelftest chronisch hartfalen C 3.1 Begeleidingsgesprek zorgvrager met chronisch hartfalen VP 4.1 Gezondheid en bestaansproblemen VP 4.2 Verplegen van zorgvrager met Parkinson VP 4.3 Verpleegplan vaststellen Parkinson PAAF 4.1 Oriëntatie Parkinson PAAF 4.2 Kijkactiviteit Parkinson PAAF 4.3 Parkinson, Folder maken PAAF 4.4 Zenuwstelsel I PAAF 4.5 Zenuwstelsel 2 C 4.1 Advies geven over hulpmiddelen en voorzieningen 5. Zorgvrager met Chronische pijn VP 5.1 Pijn en pijnmodel Loeser VP 5.2 Pijnmeetinstrumenten VP 5.3 Verpleegkundige interventies bij chronisch pijn PAAF 5.1 Oriëntatie pijn PAAF 5.2 Pijn en pijnbestrijding C 5.1 Pijn en pijnbeleving 6. Zorgvragers met COPD VP 6.1 Klachten, observaties, interventies COPD VP 6.2 Verpleegplan voor zorgvrager met COPD PAAF 6.1 Pathologie van de luchtwegen PAAF 6.2 Zelftest luchtweg en longaandoeningen VDL 6.1 Voeding bij hart en longziekten C 6.1 Advies gesprek voeren C 6.2 Patiëntenvoorlichting en/of instructie geven 7. Zorgvrager met Diabetes Mellitus VP 7.1 Verpleegkundige aandachtspunten DM VP 7.2 Gevolgen DM-DVD kijken PAAF 7.1 Overzicht hormoonstelsel PAAF 7.2 Het hormoonstelsel PAAF 7.3 DM Oriënterende opdracht PAAF 7.4 Herhaling spijsvertering in relatie met DM PAAF 7.5 Anatomie/fysiologie DM I PAAF 7.6 Anatomie/fysiologie DM I VDL 7.1 Voeding en diabetes C 7.1 Patiëntenvoorlichting en/of instructie geven 8. Coordinatie van zorg VP 8.1 Continuïteit en coördinatie van zorg VP 8.2 Organisatie van de verpleegkundige zorg VP 8.3 Werkplanning maken


Datum

Paraaf

82

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige




Groepsbegeleiding C 9.1 Groepsdynamiek bevorderen C 9.2 Integreren in een nieuwe groep-groepsontwikkeling


Gevorderde fase 1 VERKORT BOL en BBL Datum

Paraaf

83

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Overzicht activiteiten Beroepstaak B en C

Klinische zorgvrager

Ondersteuningsmagazijn school

Gevorderd 1 VERKORT BOL en BBL

Beroepstaak B en C Klinische zorgvrager

1. Oriëntatie klinische zorgvrager VP 1.1 Heden en verleden VP 1.2 Power point verleden en heden VP 1.3 Oriëntatie op de klinische zorgvrager 2. Pre- en postoperatieve zorg VP 2.1 Oriëntatie chirurgische zorgvrager VP 2.2 Pre- en postoperatieve zorg pp + verpleegkundige zorg bij postoperatieve complicaties pp VP 2.3 Kennistest pre- en postoperatieve zorg VPC1 2.1 De pre- en postoperatieve zorgvrager VPC2 2.2 Begeleidingsgesprek VPC1 2.3 Voorlichtingsbijeenkomst in de klinische zorg PAAF 2.1 Postoperatieve complicaties PAAF 2.2 Anesthesie VDL Voeding en chirurgische ingrepen 3.Diagnostische onderzoeken VP 3.1 Verpleegkundige zorg bij diagnostische onderzoeken VP 3.2 Diagnostische onderzoeken power points VPC1 3.3 Voorlichting diagnostisch onderzoek PAAF 3.1 Diagnostisch onderzoek 4. Zorgvrager met botbreuken, total hip, knee VP 4.1 Verpleegkundige zorg en revalidatie na collum fractuur etc. VPC1 4.2 Patiënten educatie aan de hand van PowerPoint I VPC1 4.3 Patiëntenvoorlichting II PAAF 4.1 Algemene fractuurleer 1 PAAF 4.2 Collumfractuur en total hip 5. Fysiologie zwangere, barende, kraambed, pasgeborene VP 5.1 Verpleegkundige zorg aan zwangere, kraamvrouw en pasgeborene VP 5.2 Verpleegplan zwangere, kraamvrouw en pasgeborene VP 5.3 Zorg aan kraamvrouw en pasgeborene VPC2 5.4 Begeleidingsgesprek met de zwangere zorgvrager PAAF 5.1 Voortplantingsorganen man PAAF 5.2 Voortplantingsorganen vrouw PAAF 5.3 Voortplantingsstelsel PAAF 5.4 Fysiologie zwangerschap PAAF 5.5 Fysiologie bevalling PAAF 5.6 Pasgeborene VDL Voeding bij zwangere VDL Zuigelingen- en borstvoeding


Datum

Paraaf

84

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Overzicht activiteiten Beroepstaak B en C

Klinische zorgvrager

Ondersteuningsmagazijn school

Gevorderd 1 VERKORT BOL en BBL

Beroepstaak B en C Klinische zorgvrager

6. Jeugdige zorgvrager en ouderparticipatie VP 6.1 Oriëntatie kinderafdeling VP 6.2 Ontwikkelingsfasen kind en jeugdigen VP 6.3 Ouderparticipatie 7. De zorg coördineren VP 7.1 Verdiepen in overdracht van zorg gericht op ontslag VP 7.2 Multidisciplinair overleg VP 7.3 Vergaderen 08. Crisissituaties en onvoorziene situatie VP 8.1 Crisissituaties in het ziekenhuis VP 8.2 Omgaan met agressie in het ziekenhuis


Datum

Paraaf

85

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


Psychiatrische zorgvrager

Beroepstaak B en C Psychiatrische zorgvrager

1. De psychiatrische zorgvrager VP 1.1 KR Kenmerken gestoord afwijkend gedrag VP 1.2 KR Invloed van een psychiatrische ziekte op het leven van een zorgvrager [voorlichting door Pandora) VP 1.3 Zorgsettings in de Geestelijke Gezondheidszorg PchP 1.4 DSM IV-TR PchP 1.5 KR Psychisch functies PchP 1.6 Theorieën in de psychologie C1.1 Patiëntenvoorlichting C1.2 Presentaties stromingen in de GGZ (Taaltaak spreken) C2.1 Beroepshouding: Beroepshouding 2. Depressie en manie VP 2.1 KR Beginsituatieverkenning depressie VP 2.2 Kennisvragen over stemmingsstoornis VP 2.3 KR Verpleegplan voor zorgvrager met depressie VP 2.4 KR Verpleegplan voor zorgvrager met manie VP 2.5 Zelftest stemmingsstoornissen PchP 2.6 Psychopathologie depressie PchP 2.7 KR Psychopathologie bipolaire stoornis VDL 2.8 Ondervoeding VDL 2.9 Overgewicht C3.1 Ontwerp een leefklimaat 3 Schizofrenie en psychose VP 3.1 Dagstructuur VP 3.2 Verpleegplan opstellen VP 3.3 Verstoorde psychische functies VP 3.3 Kennistest aan de hand van casus schizofrenie [K] PchP 3.5 Psychopathologie schizofrenie PchP 3.6 Zelftest behandeling schizofrenie (K) C2.2 Begeleiden: Schizofrenie en territorium C2.3 Specifieke begeleidingsmethoden: De zorgvrager met schizofrenie C2.4 Begeleiden: Begeleidingsgesprek met een zorgvrager (Taaltaak gesprekken voeren) C2.5 Begeleiden: Motiverende gesprekstechnieken (Taaltaak gesprekken voeren) C3.2 Groepsvoorlichting 4 Continuïteit en coordinatie van zorg VP 4.1 Overleg met familie


Gevorderd 1 VERKORT BOL Datum

Paraaf

86

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige


Psychiatrische zorgvrager

Beroepstaak B en C Psychiatrische zorgvrager

Gevorderd 1 VERKORT BOL

5 Crisissituaties VP 5.1 Handelen bij agressie-eigen ervaringen VP 5.2 Omgaan met agressie VP 5.3 Agressie hoe ontstaat het in de GGZ CFB 5.4 Training CFB C2.6 Specifieke begeleidingsmethoden: Oriëntatie gedragsproblemen C2.7 Gedragsproblemen: Preventie van agressie d.m.v. signaleringsplan

Overzicht van activiteiten

Beroepstaak E

Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak E School 2.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep


Activiteiten 1. Ontwikkelingen van het beroep 2. Vakbladen verzamelen-vakliteratuur lezen-kennis delen11 3. Deskundigheidsbevordering-klinische les-referaat-themabijeenkomst 4. Vergaderen-standpunt inbrengen en beargumenteren 5. Persoonlijke ontwikkeling: kernkwaliteiten-kernkwadrant 6. Intercollegiale ondersteuning m.b.v. feedback-intervisiemethoden 7. Kritische beroepssituatie-dilemma’s

Datum

Ondersteuningsmagazijn Beroepstaak E School 2.2 Werkt aan het bevorderen aan bewaken van kwaliteitszorg


Activiteiten 8. Evidence bases practice handelen 9. OR, CAO, ARBO, vakbonden en beroepsverenigingen 10. Kwaliteit van zorg-werken volgens standaarden en criteria 11. Afdelingsgebonden kwaliteitstoetsing-SWOT analyse 12. Kwaliteit van zorg op microniveau-veranderplan presenteren

Datum

11

Paraaf

Paraaf

Activiteit 2 en 5 hebben een relatie met Loopbaan en Burgerschap


87

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK B-BOL en BBL Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten

Beroepstaak B

Activiteiten Oriëntatie op de organisatie van je stageplaats Oriëntatie op het dossier van de zorgvrager en het verpleegplan Oriëntatie op doelgroep en zorgvrager Bieden van verpleegkundige zorg op basis van het verpleegplan Opstellen van een verpleegplan Opname van een zorgvrager Ontslag en overplaatsing van een zorgvrager Het coördineren van de zorg Handelen en reflecteren op een crisissituatie Omgaan met agressie en grensoverschrijdend gedrag

Gevorderd 1

Datum Paraaf

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK C-BOL en BBL Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten

Beroepstaak C

Activiteiten Voorlichtingsgesprek met de zorgvrager Gesprek met een zorgvrager Motiverende gesprekstechnieken Analyse leefklimaat Activiteiten organiseren

Gevorderd 1

Datum Paraaf

PRAKTIJKACTIVITEITEN BEROEPSTAAK E-BOL en BBL Ondersteuningsmagazijn Praktijkactiviteiten

Beroepstaak E

Activiteiten Samenwerken met werkbegeleider Werkbegeleider informeren Feedback vragen, geven en ontvangen Klinische les volgen Reflectie op praktijksituatie met collega’s I Reflectie op praktijksituatie met collega’s II Kwaliteitsverbetering Verantwoordingverslag op de werkprocessen 2.1 en 2.2 STARTT methode


Gevorderd 1

Datum Paraaf

88

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Bijlage 3 Instructie Feedbackformulier Inleiding Tijdens het leren kun je een beroepsopdracht, of delen daarvan meerdere keren uitvoeren. Dit met het doel feedback te verzamelen m.b.t. je handelen, zodat je het uitvoeren van de opdracht steeds verder kunt verbeteren. Instructie voor de student Er zijn verschillende mogelijkheden om het feedbackformulier te gebruiken. Enkele suggesties: - Probeer een goed beeld te krijgen van de competenties en werkprocessen waarvan men verwacht dat je die laat zien. Praat erover met collega’s, met je begeleider etc. Let op hoe anderen het werk uitvoeren en wat jij daarvan kan leren. - Ga na welke competenties je al goed beheerst en met welke competenties je nog moeite hebt. Vraag collega’s, begeleiders om je op specifieke onderdelen, competenties/prestatie-indicatoren, feedback te geven. Dit kan door middel van een gesprek, een gerichte observatie etc. - Voer de opdracht meerdere keren uit en vraag verschillende begeleiders het feedbackformulier in te vullen. Bespreek de uitkomsten met je eigen begeleider. - Kruis een paar competenties/werkprocessen aan waar je extra aandacht aan wil schenken. Beschrijf zelf hoe je vindt dat je deze uitvoert en vergelijk je eigen mening met die van collega’s. - Zorg ervoor dat je voldoende feedback hebt verzameld en voeg de formulieren als bewijslast toe aan je portfolio. Gebruik de formulieren in gesprekken met je Slb bijvoorbeeld tijdens voortgangsgesprekken. Zorg er wel steeds voor dat datum, naam en paraaf van de begeleider op het formulier staan. Instructie voor de begeleider Er zijn verschillende mogelijkheden om het feedbackformulier te gebruiken. Enkele suggesties: - Samen met de student bekijkt u de inhoud van de opdracht, neemt u de werkprocessen, de competenties en prestatie-indicatoren door. Samen scherpt u het beeld aan van wat er verwacht wordt van de student en de betekenis daarvan voor uw praktijksituatie. - Samen met de student neemt u het feedbackformulier door. De student vertelt wat hij daarin moeilijk vindt, goed vindt gaan etc.. U vertelt de student wat uw bevindingen zijn. Een dergelijk gesprek levert informatie op voor het leren en begeleiden van de student. Er kan een keuze gemaakt worden om de komende tijd extra aandacht te hebben voor bepaalde werkprocessen/competenties. - U vindt dat de student al veel geoefend heeft met onderdelen van de beroepstaak. Volgens u is de student in staat de totale zorg voor bijv. 1 zorgvrager uit te voeren. U gebruikt het feedbackformulier om de student van informatie te voorzien over zijn handelen - U vindt dat de student voldoende geleerd heeft om de opdracht uit te voeren en met behulp van feedback zijn handelen te vervolmaken. U maakt een planning met hem welke zorgvragers hij wanneer gaat verzorgen en gebruikt het feedbackformulier om de student van feedback te voorzien. NB: Bij het geven van feedback is het van belang dat u het gedrag van de student (prestatieindicator) altijd bekijkt in het totaal van de opdracht en de werkprocessen. Gebruik hiervoor naast de opdracht altijd het overzicht van de werkprocessen, competenties en prestatieindicatoren


89

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Bijlage 4 Begrippenlijst Om dit opdrachtenboek goed te kunnen lezen worden eerst begrippen uitgelegd die gebruikt worden. Begrip Assessor

Uitleg Waardeert op de ijkmomenten het portfolio en geeft advies aan de subexamencommissie of de student verder mag gaan met de opleiding.

Beroepsopdracht

Een beroepstaak die een student uitvoert op het niveau van beginner, gevorderd en/of startbekwaam niveau. Deze opdracht meet het niveau van de student en kan in de praktijk of op school worden afgenomen. Dit staat omschreven in de opdracht.

Beroepsproduct

Een door de beroepsbeoefenaar te leveren dienst (immaterieel) of product (materieel) in de context van het beroep.

Beroepstaak

Een beroepstaak is herkenbare taak / onderdeel in het werk (beroep) en bevat een cluster van werkprocessen uit het kwalificatiedossier.

BPV

Beroepspraktijkvorming (praktijk/stage)

Casustoets

Een toets waarmee gemeten wordt of studenten in staat zijn om voor de beroepstaak specifieke kennis en inzicht in te zetten om specifieke problemen binnen die beroepstaak te analyseren en op te lossen.

Competentie

Een vermogen dat kennis (wat je moet weten), houding (gedrag) en vaardigheden (wat je moet kunnen uitvoeren) omvat, om in een concrete beroepssituatie doelen te kunnen bereiken.

Feedbackinstrumenten

Instrumenten die vanuit verschillende invalshoeken feedback geven aan de student zoals een zelftest of observatielijst.

IJkmoment

Moment waarop vastgesteld wordt waar de student zich bevindt in het leerproces en of hij/zij verder mag gaan: go/no go.

Kwalificatiedossier

Beschrijft wat de student aan het einde van de opleiding moet kennen en kunnen.


90

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

Begrip Ondersteuningsmagazijn

Uitleg Een gestructureerde verzameling van middelen om het leren van de student te ondersteunen zowel op school als in de praktijk.

PAP

Persoonlijk Activiteiten Plan

Portfolio

Een map met bewijzen die laat zien hoe ver de student is in de opleiding

Prestatie-indicatoren

Indicatie om te bepalen of het gewenste resultaat van de opdracht is behaald. Deze zijn beschreven in het kwalificatiedossier.

Studieloopbaan begeleider (SLB)

De student krijgt tijdens zijn opleiding begeleiding van een SLB. Deze begeleiding betreft het leerproces en de loopbaan van de student.

Toetsmagazijn

Een gestructureerde verzameling van feedback instrumenten. Is bedoeld als evaluatie-instrument om te kunnen bekijken hoe ver iemand op een bepaald moment is.

Werkproces

Beschrijving van activiteiten die van een beroepsbeoefenaar verwacht worden. Deze zijn beschreven in het kwalificatiedossier.

Zorgsetting

Een organisatie waar zorg wordt verleend: verpleeghuis/verzorgingshuis/thuiszorg, gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg en Ziekenhuis (Klinische zorg)


91

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGE 5 LEERPLAN BOL VERKORT Leerplan MBO-Verpleegkundige KD 2012-2013 CREBO 95520 Gevorderde fase 1 BOL VERKORTE OPLEIDING Schooljaar 2015-2016

7 weken Chronische zorgvrager

8 weken Klinische zorgvrager

Beroepstaken Kennis Vaardigheden/houding B: Verpleegkundige basiszorg B1: Plannen van zorg B1: Plannen van zorg B2: Basiszorg B2: Basiszorg B3: Crisissituaties B3: Crisissituaties C1: Voorlichting, advies en instructie C1: Voorlichting, advies en instructie C: Begeleiding C2: Psychosociale begeleiding C2: Psychosociale begeleiding C3: Groepbegeleiding D: Verpleegtechnische handelingen Verpleegtechnische handelingen Verpleegtechnische handelingen E: Uitvoeren van professieE1 Deskundigheidsbevordering E1 Deskundigheidsbevordering en gebonden taken professionalisering professionalisering E2 Bevorderen en E2 Bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg bewaken van kwaliteitszorg E3 Werkbegeleiding krijgen E3 Werkbegeleiding krijgen Werkprocessen 1.1, 1,2, 1.3, 1,4, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8, 1.1, 1,2, 1.3, 1,4, 1.6, 1.7, 1.8 1.9, 1.9, 2.1, 2.2, 2.3 2.1, 2.2, 2.3 Competenties A, B, C,D,E, F, H,I, J, K, L, M, R, V, Q A, B, C,D,E, F, H,I, J, K, L, M, R, V, Q Toetsing Kennistoetsen B PAAF Kennistoetsen B PAAF Toetsing Beroepstaak D Casustoets B Chronische zv Casustoets C Chronische zv

5 weken GGZ zorgvrager basis

B1: B2: B3: C1: C2:

Plannen van zorg Basiszorg Crisissituaties Voorlichting, advies en instructie Psychosociale begeleiding

Verpleegtechnische handelingen E1 Deskundigheidsbevordering en professionalisering E2 Bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg E3 Werkbegeleiding krijgen 1.1, 1,2, 1.3, 1,4, 1.6, 1.7, 1.8 1.9, 2.1, 2.2, 2.3 A, B, C,D,E, F, H,I, J, K, L, M, R, V, Q

Toetsing Beroepstaak D

Casustoets B Klinische zv Casustoets C Klinische zv Casustoets E

IJkmoment

NVT

Toetsing Nederlands Toetsing Rekenen Toetsing Engels 5: 18-19 weken Kun je naar de gevorderde-2? Bewijsstukken volgens ijkformulier


93

BIJLAGE 5 LEERLIJN BOL VERKORT Gevorderde-1 BOL VERKORTE OPLEIDING 2e leerjaar Beroepstaken Beroepstaak B B1: Plannen van zorg WP 1.1

7 WEKEN Chronisch zieke zorgvrager

8 WEKEN Klinische zorgvrager

5 WEKEN GGZ zorgvrager

Methodisch handelen, klinische redeneren Verpleegplan opstellen opname- overplaatsing-ontslag Orientatie op chronisch ziek CVA Parkinson Diabetes Mellitus Chronische hartfalen COPD Chronisch pijn

Methodisch handelen, klinisch redeneren Verpleegplan opstellen

Methodisch handelen,klinisch redeneren Verpleegplan opstellen

Oriëntatie op klinische zorgvrager Diagnostische onderzoeken Chirurgische behandeling

Orientatie op opGGZ de psychiatrische zorgvrager zorgvrager Verpleegkundige zorg aan zorgvragers met: Depressie/manie (basis) Schizofrenie en psychose (basis)

WP 1.8

Organisatie verpleegkundige zorg Coordinatie: maken van een werkplanning en prioriteiten stellen microniveau

Collega's en andere disciplines consulteren Ovelegvormen en vergaderen

Overleg met familie/naasten/ wettelijk vertegenwoordiger

Anatomie/Fysiologie/ Pathologie

Parkinson Zenuwstelsel 2 (rest) Lymfatische stelsel Hormoonstelsel Chronisch hartfalen Astma-COPD Chronisch pijn

Anesthesie-postOK complicaties-acute pijnacute sepsis Fractuurleer [basis] Orthopedie: Total HIP/Knie Voortplantingsstelsel Embryologie Fysiologie zwangerschap, bevalling en kraambed Fysiologie pasgeborene Fysiologie van baring/kraambed Prenatale zorg

psychische functies (orienterend) Visies in de psychiatrie (orienterend) Psychopathologie (algemeen) passend bij de ziektebeelden Behandelmethoden (basis) in de psychiatrie

Recht Beroepstaak B-D

Professioneel gedrag Wet BIG

Minderjarige kind De geboorte

Voedingsleer beroepstaak B

voed. bij chronische long- hartziekten voed. bij CVA

Voeding bij chirurgische ingrepen Voeding bij zwangeren Zuigelingen- en borstvoeding

De BOPZ-klacht Onvrijwillig opgenomen psychiatrische patient Ondervoeding Overvoeding

B2: Basiszorg WP 1.2

B3 Crisissituaties

Pre- en postoperatieve zorg Zorgvrager met Total hip/knee Pre en postoperatieve zorg Fysiologie zwangere,barende,kraambed Fysiologie pasgeborenen Jeugdige zorgvrager Ouderparticipatie

Omgaan met agressie in het ziekenhuis

Voorkomen van agressie Conflicthantering

C1: Voorlichting/instructie

C2: Begeleiding

Ethiek en levensbeschouwing (LBO) C3: Groepsprocessen Doorlopende leerlijn

Secundaire preventie Instructieplan Voorlichting gericht op doelgroep Verstoring van lichaamsbeeld en zelfbeeld Autonomie en empowerment Begeleidingsmethodiek gericht op CVA Begeleidingsmethodiek gericht op doelgroep Pijnbeleving + begeleiding bij chronisch pijn Relevante ethiek en LBO Zingevingvragen Groepsvoorlichting Begeleiden bij groepsprocessen Doorlopende leerlijn

D: Verpleegtechnische handelingen Deel 2 waaronder voorbehouden handelingen EHBO bij ademstilstand en (functionele zelfstandigheid*) Circulatiestilstand (reanimeren) Toedienen van zuurstof Rekentaak: Berekenen zuurstof

Secundaire preventie Voorlichting diagnostisch onderzoek Begeleiding van zwangere vrouw Spectiefiek begeleidingsmethoden bij doelgroep

Relevante ethiek en LBO

Doorlopende leerlijn Deel 2 EHBO bij ademstilstand en Circulatiestilstand (reanimeren) Toedienen van zuurstof Rekentaak: Berekenen zuurstof

Deel 3 Katheteriseren vrouw Katheteriseren man Verzorgen en Irrigeren van een stoma [VVT-ZH-GGZ] Uitvoeren van darmspoeling


Deel 4 PEG sondevoeding toedienen (ZH-VVT) Toedienen van sondevoeding en bedienen pomp Inbrengen en verzorgen maagsonde Vloeistoffen via perifeer infuus toedienen Maagspoeling uitvoeren ( ZH-VVT-GGZ) Uitzuigen mond- en keelholte Verzorgen tracheacanule en -stoma(ZH-VVT-GGZ) Hielprilk neonaten Rekentaak: Toedienen van parenterale vloeistoffen Berekenen druppelsnelheid sondevoeding Doorlopende leerlijn

Deel 4 PEG sondevoeding toedienen (ZH-VVT) Toedienen van sondevoeding en bedienen pomp Inbrengen en verzorgen maagsonde Vloeistoffen via perifeer infuus toedienen Maagspoeling uitvoeren ( ZH-VVT-GGZ) Uitzuigen mond- en keelholte Verzorgen tracheacanule en -stoma(ZH-VVT-GGZ) Hielprilk neonaten Rekentaak: Toedienen van parenterale vloeistoffen Berekenen druppelsnelheid sondevoeding Doorlopende leerlijn

Doorlopende leerlijn Uitvoeren van professie gebonden taken Beroepsbeeld: E1 deskundigheidsbevordering Visieontwikkeling op beroep en professionalisering van het beroepen beroepsuitvoering Evidence Bases Practice Klinische les volgen Krititsche beroepssituatie, reflecteren

Beroepsbeeld; Visieontwikkeling op beroep en beroepsuitvoering Evidence Bases Practice Klinische les volgen Krititsche beroepssituatie, reflecteren

E2 Bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Kwaliteitszorg: gericht op zorgvrager-knelpunten op microniveau

Kwaliteitszorg: gericht op zorgvrager-knelpunten op microniveau

E3 Werkbeleiding geven Nederlands Rekenen Engels

Taal Niveau Toets (TNT) Rekenen Niveau Toets (RNT) Engels Niveau Toets (LLA)

Burgerschap

Domeinen

Domeinen

Studieloopbaan

Pop/Pap Individuele coaching Groepscoaching Voortgang praktijk

Pop/Pap Reflectie Korthage Individuele coaching Voorbereiding praktijk

Praktijk

Activiteiten ter voorbereiding op beroepsopdrachten

Activiteiten ter voorbereiding op beroepsopdrachten Beroepsopdracht B en D op beoordelingniveau

Doorlopende leerlijn

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGE 6 LEERPLAN BBL VERKORT

Leerplan MBO-Verpleegkundige KD 2012-2013 CREBO 95520 Gevorderde fase 1 BBL VERKORTE OPLEIDING - 1/2 jaar Schooljaar 2015-2016

10 lesweken Chronische zorgvrager

10 lesweken Klinische zorgvrager

Beroepstaken Kennis Vaardigheden/houding B: Verpleegkundige basiszorg B1: Plannen van zorg B1: Plannen van zorg B2: Basiszorg B2: Basiszorg B3: Crisissituaties B3: Crisissituaties C1: Voorlichting, advies en instructie C1: Voorlichting, advies en instructie C: Begeleiding C2: Psychosociale begeleiding C2: Psychosociale begeleiding C3: Groepbegeleiding D: Verpleegtechnische handelingen Verpleegtechnische handelingen Verpleegtechnische handelingen E: Uitvoeren van professieE1 Deskundigheidsbevordering E1 Deskundigheidsbevordering en gebonden taken professionalisering professionalisering Werkprocessen 1.1, 1,2, 1.3, 1,4, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8, 1.1, 1,2, 1.3, 1,4, 1.6, 1.7, 1.8 1.9, 1.9, 2.1 2.1 Competenties A, B, C,D,E, F, H,I, J, K, L, M, R, V, Q A, B, C,D,E, F, H,I, J, K, L, M, R, V, Q Toetsing Kennistoetsen B PAAF Kennistoetsen B PAAF Toetsing Beroepstaak D Casustoets B/C Chronische zv

IJkmoment

NVT


Casustoets B/C Klinische zv

Beroepsopdracht B en D Toetsing Nederlands Toetsing Rekenen Toetsing Engels 5: 19-20 weken Kun je naar de gevorderde-2? Bewijsstukken volgens ijkformulier

95

ODB G1 VERKORT 1516

MBO-Verpleegkundige

BIJLAGE 6 LEERLIJN BBL VERKORT Leerlijn MBO-Verpleegkundige (BBL) KD 2012-2013 CREBO 95 Gevorderde-1 BBL VERKORTE OPLEIDING 1/2 jaar 2e leerjaar Beroepstaken Beroepstaak B B1: Plannen van zorg

10 Weken Chronisch zieke zorgvrager

10WEKEN Klinische zorgvrager

Beroepsbeeld: Visieontwikkeling op het beroep en beroepsuitvoering Evidence Bases Practice handelen Methodisch handelen, klinische redeneren Verpleegplan opstellen opname- overplaatsing-ontslag Orientatie op chronisch ziek Parkinson Diabetes Mellitus Chronisch hartfalen COPD Chronisch pijn

Methodisch handelen, klinisch redeneren

WP 1.8

Organisatie verpleegkundige zorg Coordinatie: maken van een werkplanning en prioriteiten stellen microniveau

Collega's en andere disciplines consulteren Ovelegvormen en vergaderen

Anatomie/Fysiologie/ Pathologie

Parkinson Zenuwstelsel 2 (rest) Lymfatische stelsel Hormoonstelsel Chronisch hartfalen Astma-COPD Chronisch pijn

Anesthesie-postOK complicaties-acute pijnacute sepsis Fractuurleer [basis] Orthopedie: Total HIP/Knie Voortplantingsstelsel Embryologie Fysiologie zwangerschap, bevalling en kraambed Fysiologie pasgeborene Fysiologie van baring/kraambed Prenatale zorg

Voedingsleer beroepstaak B

voed. bij chronische long- hartziekten voed. bij CVA

Voeding bij chirurgische ingrepen Voeding bij zwangeren Zuigelingen- en borstvoeding

WP 1.1

B2: Basiszorg WP 1.2

B3 Crisissituaties C1: Voorlichting/instructie

C2: Begeleiding

Ethiek en levensbeschouwing (LBO) C3: Groepsprocessen Doorlopende leerlijn

Verpleegplan opstellen

Oriëntatie op klinische zorgvrager Diagnostische onderzoeken Chirurgische behandeling Pre- en postoperatieve zorg Zorgvrager met Total hip/knee Pre en postoperatieve zorg Fysiologie zwangere,barende,kraambed Fysiologie pasgeborenen Jeugdige zorgvrager Ouderparticipatie

Omgaan met agressie in het ziekenhuis Secundaire preventie Instructieplan Voorlichting gericht op doelgroep Verstoring van lichaamsbeeld en zelfbeeld Autonomie en empowerment Begeleidingsmethodiek gericht op CVA Begeleidingsmethodiek gericht op doelgroep Pijnbeleving + begeleiding bij chronisch pijn Relevante ethiek en LBO Groepsvoorlichting Begeleiden bij groepsprocessen Doorlopende leerlijn

D: Verpleegtechnische handelingen Deel 2 w aaronder voorbehouden handelingen E HBO bij ademstilstand en (functionele zelfstandigheid*) Circulatiestilstand (reanimeren) Toedienen van zuurstof Rekentaak: Berekenen zuurstof

Secundaire preventie Voorlichting diagnostisch onderzoek Begeleiding van zwangere vrouw Spectiefiek begeleidingsmethoden bij doelgroep

Relevante ethiek en LBO

Doorlopende leerlijn Deel 2 EHBO bij ademstilstand en Circulatiestilstand (reanimeren) Toedienen van zuurstof Rekentaak: Berekenen zuurstof



Deel 4 PEG sondevoeding toedienen (ZH-VVT) Toedienen van sondevoeding en bedienen pomp Inbrengen en verzorgen maagsonde Vloeistoffen via perifeer infuus toedienen Maagspoeling uitvoeren ( ZH-VVT-GGZ) Uitzuigen mond- en keelholte Verzorgen tracheacanule en -stoma(ZH-VVT-GGZ) Hielprlk neonaten Rekentaak: Toedienen van parenterale vloeistoffen Berekenen druppelsnelheid sondevoeding Doorlopende leerlijn

Deel 4 PEG sondevoeding toedienen (ZH-VVT) Toedienen van sondevoeding en bedienen pomp Inbrengen en verzorgen maagsonde Vloeistoffen via perifeer infuus toedienen Maagspoeling uitvoeren ( ZH-VVT-GGZ) Uitzuigen mond- en keelholte Verzorgen tracheacanule en -stoma(ZH-VVT-GGZ) Hielprik neonaten Rekentaak: Toedienen van parenterale vloeistoffen Berekenen druppelsnelheid sondevoeding Doorlopende leerlijn

Doorlopende leerlijn Uitvoeren van professie gebonden taken E1 deskundigheidsbevordering Klinische les volgen en professionalisering van het beroep

Klinische les volgen

Nederlands Rekenen Engels

Taal Niveau Toets (TNT) Rekenen Niveau Toets (RNT) Engels Niveau Toets (LLA)

Burgerschap

Domeinen

Domeinen

Studieloopbaan

Pop/Pap Individuele coaching Groepscoaching Voortgang praktijk

Pop/Pap Reflectie Korthage Individuele coaching Voorbereiding praktijk

Praktijk

Activiteiten ter voorbereiding op beroepsopdrachten

Activiteiten ter voorbereiding op beroepsopdrachten Beroepsopdracht B en D op beoordelingniveau


96

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE. VERKORTE OPLEIDING BOL en BBL OPDRACHTENBOEK. Gevorderd 1

Recommend Documents