mm
iiii-n—™-""
-
Agendapunt nr.
NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag 26 november om 19.00 uur. Nr: 14it00880 10 AGENDA 1. Opening 15 2. Vaststelling van de raadsagenda. 3. Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van 29 oktober 2014 20 4. Ingekomen stukken AKKOORDSTUKKEN 5. Vierde wijziging APV 2011 25 BESPREEKSTUKKEN 6. Wijziging samenstelling Rekenkamercommissie 30
7. Toetreding tot de gemeenschappelijke regeling BsG W 8. Vaststellen beleidskaders Arbeidsmarktbeleid 9. Parkeren tijdens de uitvoering van het Centrumplan
35 10. Motie GroenLinks inzake woonwagenbeleid 11. Artikel 39 vragen inzake Jeugdzorg 40
12. Sluiting
Pagina 1 van 19
Aanwezig de leden: E.C.C.J. Bremen-Munsters, L.J.M. Crombach, J.P.M. Dautzenberg, M.M.L. van Drunen, J.P.J. Essers, A.M.J. Geers, W.H.H. De Groot, J.L.P. Hanssen, W.J. Heijltjes, A. van Horssen, H.G. Housen, A.M.J.G. Housen-Donners, J.J.H. Iding, H.J.G.M. Jacobs, N. Krasovec, J.H.J. Krewinkel, Y.J.F. Lataster, M.A.K.J. Laumann, M. Meijer, P.G.J. Van der Mierden, J.P.M. Paas, H.J.M. Quaedflieg, J. Roland, A. Rossel, J. 5 Rozema, P.D. Schepers, J.A. Severins, P.J.B.C. Thomas en J.W.A. Vinders Wethouders:
de heer Bok, de heer Schlangen, de heer Schneider, de heer Weijers en de heer Wiermans
10 Afwezige leden: Mede-aanwezig: Voorzitter:
de heer J.J.M. Som, burgemeester
Griffier:
mevrouw B.W.E. van der Wijst-Triepels, griffier
15
PUNT 1 20 OPENING De voorzitter heet alle aanwezigen en de mensen thuis van harte welkom. Het is, ook voor de raad, goed te weten dat mensen betrokken zijn bij wat in Kerkrade gebeurt. Hij spreekt vervolgens de gebruikelijke 25 overweging uit: "Aan het begin van deze vergadering, waarin wij samenkomen om de belangen van de gemeente Kerkrade en haar inwoners te dienen, spreken wij de hoop uit dat onze inspanning vrucht zal dragen. Mogen wij kracht en inspiratie putten uit elkanders geloofs- en levensovertuiging, met een juiste waardering voor elkanders mening". Er zijn geen afmeldingen. De familie Nijsten maakt een reportage rondom de heer Vinders. Dat gebeurt rustig 30 op de achtergrond. Deze film wordt met spanning afgewacht. De volgende portefeuillehouders zijn uitgenodigd: agendapunt 7, de gemeenschappelijke regeling BsGW: wethouder Schneider. Agendapunt 8, beleidskaders Arbeidsmarktbeleid: wethouder Wiermans. Agendapunt 9, parkeren tijdens de uitvoering van het Centrumplan en agendapunt 10, Woonwagenbeleid: 35 wethouder Bok. PUNT 2 VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA 40 De heer Rossel stelt voor een agendapunt toe te voegen. De gemeenteraad heeft in oktober j l . gezamenlijk een motie over het Centrumplan ingediend en unaniem aangenomen. In die motie wordt uitdrukkelijk verzocht uiterlijk 26 november 2015 een advies van het college te krijgen. Hij heeft dit advies niet gezien of gehoord. Hij wil dit advies tijdens deze raadsvergadering krijgen en de stuurgroep Centrum plan hiervoor 45 uitnodigen. De voorzitter zegt dat de stuurgroep Centrumplan niet aanwezig is. De heer Rossel zegt dat twee van de drie leden er sowieso zijn. De voorzitter herhaalt dat de stuurgroep Centrumplan niet aanwezig is De heer Rossel vindt dat de raad bepaalt wat er gebeurt. Twee van de drie leden zijn sowieso aanwezig. 50 De voorzitter blijft erbij dat de stuurgroep niet aanwezig is. Hij vindt het prima als de raad er zelf over wil debatteren aan de hand van de vraag van de heer Rossel. De heer Roland vindt dat alleen een debat geen zin heeft. In de motie staat duidelijk dat de raad voor deze vergadering in ieder geval een antwoord krijgt, al was het antwoord maar dat het nog twee weken duurt. Hij neemt dit de mensen wel kwalijk, maar hij vindt dat het geen zin heeft zonder een onderlegger te debatteren.
Pagina 2 van 19
5
10
15
20
25
30
De voorzitter stelt voor naar aanleiding van de opmerking van de heer Rossel de stuurgroep te vragen met buitengewone spoed antwoord te geven. De heer Lataster maakt een opmerking over een agendapunt dat vanavond wel op de agenda had moeten staan, maar dat er niet op staat, namelijk de regeling Compensatie eigen risico. Dit agendapunt stond wel als ontwerpbesluit op de agenda van de commissie B&S van 11 november 2014 met de mededeling dat het bijbehorende ontwerpbesluit wordt nagezonden. De agendering van dit onderwerp volgt uit het vastgestelde WMO-beleidsplan 2015 dat de raad in oktober j l . heeft vastgesteld. Hij citeert uit het betreffende stuk: "In samenspraak met het WMO-platform Kerkrade en de commissie en de raad, worden daartoe voorstellen aangereikt". Dat gaat over die invulling van de SER en de WTCG. De commissieleden kregen nog voor de commissievergadering de mededeling dat geen stuk wordt nagezonden, maar dat wethouder Jonge een mondelinge toelichting in de commissie zou geven. Dat is niet de meest wenselijk gang van zaken, omdat er dan niets kan worden voorbereid, maar de CDA-fractie heeft er begrip voor dat in de huidige drukte soms pragmatisch moet worden gewerkt. Gezien het gebrek aan voorbereiding, hebben meerdere fracties na de toelichting van wethouder Jongen besloten het voorstel van de wethouder in de eigen fractie te bespreken. Het voorstel bestaat uit twee delen. Het eerste voorstel is om de gelden van 2014 niet uit te keren, maar toe te voegen aan het budget 2015 en het tweede voorstel is om in het eerste kwartaal van 2015 een uitwerking voor een nieuwe regeling te presenteren. In de veronderstelling en volgens de afspraak dat op 26 november 2015 over dit onderwerp zou worden gedebatteerd en er een besluit over zou worden genomen, heeft de CDA-fractie in de commissie geen inhoudelijke inbreng geleverd. Hij was daarom verbijsterd toen hij uit de krant vernam dat het college het besluit over het doorschuiven van het budget heeft genomen zonder dit vooraf aan de commissie of de raad te melden en zonder hiervoor een raadsvoorstel te doen. Hij vraagt zich af of dit de bevoegdheid van de raad is omdat het gaat over het overhevelen van geld naar een ander jaar. Bovendien is deze werkwijze van het college weer een indicatie dat de raad niet serieus wordt genomen. De CDA-fractie voelt zich weer door dit college geminacht. Het kan niet zo zijn dat toezeggingen worden gedaan inzake agendering, dat meer dan de suggestie wordt gewekt dat de raad een besluit moet nemen en dat steeds wordt herhaald dat de raad wordt meegenomen, maar dat het college vervolgens maar doet wat het zelf wil. Zo werkt de democratie en samenwerking niet en zo wil hij niet met elkaar omgaan. Hij verwacht een verklaring van het college over deze handelswijze. Als het college alsnog is geïnteresseerd in de mening van de CDA-fractie over dit onderwerp: Het CDA is het oneens met het doorschuiven van het budget en het vindt de opmerking van wethouder Jongen hierover "Het is maar C 40,00" ongepast en volstrekt wereldvreemd in de richting van alle mensen voor wie C 40,00 wel een flink bedrag is. De voorzitter zegt dat het op de goede plek komt.
35
PUNT 3 GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 25 JUNI 2014
40
De heer Dautzenberg leest op pagina 62 bij punt a: "Het werkplein van de heer Dautzenberg". Hij is geen eigenaar van het werkplein, maar ervaringsdeskundige op het gebied van de sociale werkvoorziening. De notulen worden vastgesteld met inachtneming van deze wijziging. PUNT 4
45
INGEKOMEN STUKKEN
De voorzitter trekt een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nummer 12. Dat betekent dat de SP vanavond het eerste recht van spreken heeft. De heer Lataster heeft een aantal vragen en opmerkingen over twee ingekomen stukken. De eerste gaat over 50 het antwoord van het college op de vraag van het CDA over artikel 38, inzake de huisvestingsproblematiek van de reumapatiëntenverenging. In het antwoord op vraag 4 staat dat het niet mogelijk is en dat het teveel geld kost, maar dat wordt niet onderbouwd. Hij wil het college wel op zijn blauwe ogen geloven, maar dan doet hij zijn controlerende taak als raadslid tekort en hij vraagt een verdere onderbouwing. Hij heeft geen antwoord op vraag 5 gekregen. De vraag was of het college vindt dat het op deze manier goed is
Pagina 3 van 19
5
10
15
20
afgehandeld. Er wordt snel verwezen naar het strategisch vastgoedbeheer, maar dat is niet de essentie van de vraag. De essentie van de vraag is dat er toezeggingen zijn gedaan. De heer Jongen heeft tegen het bestuur van de reumapatiëntenvereniging gezegd dat het ď r Pool of de Hoofdstraat wordt. Er is ook gezegd dat het wordt geregeld voor de kerst van 2013. Er wordt hierop op dit moment niet ingegaan en hij vraagt dit agendapunt door te schuiven naar de commissie. Hij wil dan ook spreken over het feit dat dit college vaker toezeggingen niet nakomt. De voorzitter stelt dat de heer Lataster dit onderdeel van de ingekomen stukken op de volgende agenda wil zetten. De heer Lataster beaamt dit. Het CDA heeft ook vragen gesteld over de Europese gelden voor de bestrijding van de Jeugdwerkloosheid. Vraag 3 was of er daadwerkelijk aanvragen zijn ingediend. Op het moment dat de beantwoording binnenkwam, was dat nog niet duidelijk. De centrumgemeente zou voor 31 oktober 2014 een aanvraag indienen en hij wil weten of die aanvraag daadwerkelijk is ingediend. Er wordt ook geen antwoord op vraag 4 gegeven. Er wordt gerefereerd aan de subsidiegelden voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid, terwijl zijn vraag was of de gemeente actief monitort welke subsidiemogelijkheden binnen Europa op ieder gebied mogelijk zijn, zodat de gemeente er maximaal van kan gebruikmaken. De voorzitter zegt dat de onduidelijke antwoorden kunnen liggen aan de vragensteller of aan het feit dat het college de vraag niet heeft begrepen. Hij stelt voor kort te sluiten wat er precies wordt bedoeld. De heer Rossel merkt op dat een extern lid van de Rekenkamercommissie, de heer Verbeeten, aan het einde van 2014 stopt. Hij bedankt hem voorde negen jaar deskundige inzet voor de Rekenkamercommissie Kerkrade en hij stelt voor hem een bloemetje te sturen als blijk van dank. De voorzitter vindt dit een goed idee. Dit wordt geregeld. De ingekomen stukken worden conform voorstel vastgesteld.
25
AKKOORDSTU KKEN PUNT 5 VIERDE WIJZIGING APV 2011
30 De vierde wijziging APV 2011 wordt zonder nader beraad en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. BESPREEKSTUKKEN 35
U P NT 6 WIJZIGING SAMENSTELLING REKENKAMERCOMMISSIE Eerste ronde
40 De voorzitter geeft aan dat de raad formeel het ontslag van de heer Verbeeten als extern lid van de Rekenkamercommissie verleent. Het voorstel is over te gaan tot invulling van deze vacante functie en hiervoor een procedure te starten. De heer Quaedflieg geeft de volgende keer de opzet en de manier van omgaan met de Rekenkamercommissie aan. 45 Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 7 50 TOETREDING TOT DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BSGW Eerste ronde
Pagina 4 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De voorzitter geeft aan dat de BsGW een zelfstandig samenwerkingsverband voor heffing en inning van de gemeentelijke belastingen, waterschapsbelasting en de uitvoering van de wet WOZ is. Het voorstel is per 1 januari 2015 aan te sluiten bij de BsGW. Wethouder Schneider geeft aan dat hij na het debat in de commissie Algemene zaken en Middelen op14 november jl. een brief naar de raadsfracties gestuurd heeft gestuurd over een aantal zaken dat destijds is besproken. Dat schrijven gaat vooral over hoe de gemeente in de nieuwe situatie nog kan sturen, maar er wordt ook ingegaan op de vraag om meer inzicht in de financiële meerwaarde, de frictiekosten, de consequenties van de gewijzigde betaaltermijnen, inzicht in contante betalingen en onduidelijkheden over de ontvlechting van de informatiestromen. De Ondernemingsraad is vandaag akkoord gegaan met het voornemen dat het college heeft geformuleerd. De Ondernemingsraad heeft met name ingezoomd op de personele consequenties en ze heeft formeel haar goedkeuring gegeven. Mevrouw Laumann is in principe niet tegen gezamenlijke regelingen, maar ze heeft problemen met de haast waarmee het wordt ingevoerd. Er verandert nogal iets voor de burgers in Kerkrade als deze regeling in de huidige vorm wordt goedgekeurd. Er ontstaan problemen met de uitvoering van de regeling omdat de BsGW minder betaaltermijnen hanteert dan de gemeente Kerkrade. Bij automatische incasso gaat het om een verlaging van elf naar tien termijnen en bij niet automatische incasso van elf naar twee termijnen. Ongeveer 6 0 7 o van de mensen betaalt momenteel via automatische incasso. Mensen worden gedwongen AIC te gebruiken, met tien termijnen wordt het maandbedrag bijna 1 0 7 o hoger en dat kan tot problemen leiden voor mensen in een stad met veel sociaal zwakkeren. De gemeente kent nu acht vervolgingstermijnen en de BsGW slechts één. Dat betekent dat mensen eerder, al dan niet terecht, in aanraking met de deurwaarder kunnen komen met de daaruit voortvloeiende verhoging van de kosten. Ze maakt zich hierover grote zorgen. In de motivatie voor toetreding staat dat met de BsGW-regeling het aantal klantcontacten op het gebied van dwanginvordering afneemt en dat de opbrengsten van aanmaningen afnemen. Ze vindt principieel dat opbrengsten van aanmaningen een perverse prikkel vormen om een aanmaningstraject voort te zetten. Dat leidt niet tot het in gesprek gaan met de betreffende burgers om een en ander op te lossen. Ze vindt de huidige aan de raad aangeboden BsGW-regeling niet goed uitonderhandeld op de eerder genoemde punten. De drive om nu al toe te treden is zuiver financieel, geredeneerd vanuit de gemeentelijke organisatie en houdt te weinig rekening met de specifieke situatie in Kerkrade. Ze kiest voor een doordachte toetreding tot de regeling en ze is daarom tegen toetreding tot de BsGW in de huidige vorm en op het huidige tijdstip. De heer De Groot merkt op dat de W D al in de commissie heeft aangegeven voor toetreding tot de BsGW te zijn. Hij denkt dat het geen haastklus is; je moet soms op een trein stappen die langskomt. Als je hem mist, kan het veel meer geld kosten. Het is goed aan deze Gemeenschappelijke regeling deel te nemen, ook omdat de zaken in de personele sfeer goed zijn geregeld, het gaat niet echt ten koste van mensen. Hij is bij dat de Ondernemingsraad dit heeft goedkeurt. Wat de W D betreft staat er niets meer in de weg om toe te treden. De heer Heijltjes geeft aan dat vrijwel alle Limburgse gemeenten bij de BsGW zijn aangesloten. Hij vindt het niet goed als Kerkrade als enige gemeente niet deelneemt aan deze intergemeentelijke samenwerking. Burgerbelangen vindt dat een en ander past in het beleid om terug te gaan naar de kerntaken van de gemeente en dat het in lijn is met strategisch personeelsbeleid en de personele taakstelling oplopend tot C 1 miljoen in 2018. Op korte termijn is toetreding budgettair neutraal en er is na zes jaar een financieel voordeel. Eén taxateur gaat over naar de BsGW en de overige twaalf personeelsleden naar vacatures binnen de organisatie. Hij verwacht dat het problematisch wordt om als enige gemeente nog de software voor de technische ondersteuning van de uitvoering te blijven krijgen. Hij gaat akkoord met het voorstel. De heer Van Drunen merkt op dat de financiële voordelen als belangrijkste reden voor de toetreding tot de BsGW worden gezien. Die voordelen waren er bij eerdere verzoeken om samenwerking niet. Een ander argument van het college is dat Kerkrade kennelijk moet aantonen dat ze wil en kan samenwerken met andere gemeenten omdat het solitair blijven van Kerkrade niet houdbaar zou zijn. Er wordt ook aangegeven dat de er nu moet worden toegetreden omdat nu op een deel van de frictiekosten kan worden bespaard omdat de medewerkers vrijwillig of gedwongen gebruik kunnen of moeten van maken van vacatures elders in het apparaat. Financieel gezien lijkt de toetreding op termijn positief uit te pakken, maar het college houdt nogal wat slagen om de arm. Op basis van het onderzoek door bureau Thorbecke zouden de voordelen pas over zes jaar plaatsvinden. Het voordeel zou mogelijk neerkomen op C 100.000,00 op jaarbasis. Hij vindt dat het college terecht een slag om de arm houdt, met name omdat dit bureau bij de berekening rekening houdt met het binnen twee jaar terugbrengen van C 400.000,00 aan indirecte kosten. Zoals het college in het parkeerschijfdossier zelf aangeeft, vindt ook hij dat het erg moeilijk is deze indirecte kosten terug te dringen,
Pagina 5 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
in ieder van geval moeilijker dan bureau Thorbecke wil doen geloven. Hij denkt dat Kerkrade pas veel later dan over zes jaar profiteert van deze toetreding. Als rekening wordt gehouden met de č 600.000,00 aan toetredingskosten, het zogenaamde inschrijfgeld, is het financiële plaatje veel minder gunstig. Hij ziet nog enkele negatieve consequenties van de toetreding tot de BsGW. De dienstverlening aan de burger wordt beduidend slechter. Hij citeert uit het rapport van bureau Thorbecke: "De ervaring bij andere gemeenten is dat het merendeel van de burgers weinig tot niets merkt van de verandering. Dat ligt in Kerkrade volgens ons iets anders. Het huidige aantal klantcontacten is beduidend hoger dan in andere gemeenten met een vergelijkbare omvang. Voor de burgers die prijs stellen op een persoonlijke dienstverlening kan de aansluiting bij de BsGW een versobering inhouden". Er zijn in Kerkrade jaarlijks 3.000 balieverzoeken, 4.400 telefonische reacties, 1.550 kwijtscheldingsverzoeken, exclusief de automatische kwijtscheldingen, 15.750 aanmaningen, 6.700 dwangbevelen en 5.000 bezoeken van deurwaarders. De dienstverlening in Kerkrade is erg uitgebreid. Gelet op de contacten is de behoefte aan deze vorm van dienstverlening bijzonder groot. Dat is begrijpelijk gezien de samenstelling van de bevolking in Kerkrade met veel minder draagkrachtige mensen en relatief veel ouderen. De PvdA Kerkrade hecht bijzonder aan de huidige relatief persoonlijke dienstverlening en met name aan de snelle reactie op het niet betalen van termijnen. Dit voorkomt bijvoorbeeld ook te hoge schulden. Deze snelle persoonlijke reactie geeft ook de mogelijkheid snel te reageren en te helpen; een activiteit die past binnen de 3D-werkwijze. De PvdA is er daarom van overtuigd dat de huidige uitgebreide en door de burger gevraagde dienstverlening bijdraagt aan de beperking van de maatschappelijk kosten, maar er wordt totaal geen rekening gehouden met deze schadelastbeperking. Naast de relatief verminderde dienstverlening, ziet PvdA Kerkrade nog een belangrijk toetsingselement, namelijk werk, werk en nog eens werk. De PvdA heeft al eens gezegd bij ieder verzoek tot toetreding tot een Gemeenschappelijke regeling ook te willen kijken naar de gevolgen voor de werkgelegenheid. Toetreding tot de BsGW kost Kerkrade tien fulltime arbeidsplaatsen; ambtenaren die zichzelf betaalden via de uitvoering van de regeling. Dat is werkgelegenheid die verdwijnt uit het toch al verzwakte centrum. De PvdA stemt op grond van de mindere dienstverlening, de naar het oordeel van de PvdA minder gunstige financiële vooruitzichten en het verdwijnen van werkgelegenheid niet in met het voorstel tot toetreding. Het argument dat Kerkrade moet samenwerken als het kan, is niet erg sterk; Kerkrade moet samenwerken als dit het beste is voor het algemeen belang en specifiek voor de burger van Kerkrade, maar dat is hier niet het geval. Mevrouw Bremen vindt dit het juiste moment voor toetreding. De personele afwikkeling is geregeld; een aantal mensen stroom uit en een aantal mensen kan in het kader van de decentralisaties overstappen zodat de gevolgen voor het personeel beperkt zijn. Ze is blij dat de Ondernemingsraad akkoord gaat. Er is geen sprake van een haastige beslissing omdat Kerkrade bijna de laatste gemeente is die toetreedt en de gemeente die als laatste toetreedt, kan niet de speltregels veranderen. De gemeente kan wel de toeslagen- en kwijtscheldingsafspraken blijven bepalen. De optie om alleen te blijven is in de toekomst niet haalbaar omdat de software voor een gemeente alleen bijna niet is te onderhouden. Ze wil wel goede voorlichting om zoveel mogelijk problemen te voorkomen. Ze gaat akkoord met het voorstel. De heer Paas merkt op dat twintig gemeenten en twee waterschappen lid van de BsGW zijn en drie gemeenten niet. Hij vindt datje in deze tijd niet meer op een eiland kunt zitten en je de ICT-ondersteuning niet meer zelf kunt behappen. Als het achteruitgaan van de betalingstermijnen zo'n groot probleem zou zijn als nu wordt voorgesteld, zou dat in die twintig gemeenten en twee waterschappen al lang de krant hebben gehaald. Hij heeft hierover nooit iets gehoord en hij denkt daarom dat dit wel meevalt. De Ondernemingsraad gaat akkoord en hij denkt dat de personele consequenties wel meevallen. De ouderenpartij gaat mee met het voorstel. De heer Meijer zegt dat het na zes jaar een besparing voor Kerkrade oplevert. Dat is nog ver weg, maar het CDA-Kerkrade stemt in met het op dit moment toetreden tot de BsGW. Later worden de condities alleen maar ongunstiger. Er komen tussentijdse kwartaalrapportages en onderbouwde prognoses en die zijn belangrijk om te kunnen evalueren of de toetreding voor Kerkrade voordelen oplevert en geen nadelen heeft. De heer R ozema is er niet van overtuigd dat de gemeente beter af is door zich bij de BsGW aan te sluiten. Op vragen over het personeel kwamen steeds ontwijkende antwoorden en de wethouder zegt nu dat de Ondernemingsraad akkoord gaat en dat de personele zaken zijn ingevuld. Er wordt ook steeds gezegd dat er op de kosten kan worden bespaard, maar niets is minder waar; het kost de eerste zes jaar alleen maar geld. Er wordt pas na zes jaar iets terugverdiend en dat is wel een erg lange termijn in een tijd waar er niet genoeg geld is. Er wordt steeds gezegd dat het goedkoper en beter moet. Hij kan zich iets voorstellen bij goedkoper, maar het is de vraag of goedkoper ook altijd beter is. Hij heeft ook twijfels over of het beter wordt. Hij is
Pagina 6 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
daarvan nog steeds niet overtuigd omdat het nog altijd de vraag is hoe snel dit wordt ingevoerd. Hij is ervan overtuigd dat de gemeente niet alleen kan blijven staan, maar het moment van invoeren en de snelheid daarvan gaat hem te ver. Er is geen gedegen onderbouwing. De inwoners van Kerkrade moeten wennen een andere manier van belasting innen en daar moet naartoe worden gewerkt. Hij vraagt na een jaar te evalueren welke knelpunten er zijn, welke problemen zich voordoen en die problemen aan te pakken. De heer Rossel sluit zich aan bij de ijzersterke argumenten van de PvdA. Veel mensen in Kerkrade kennen de dienstverlening van de BsGW al; die int ook de waterschapsbelasting. Hij noemt drie aanvullende argumenten. - De voordelen zijn op dit moment niet te doorzien. Er wordt enigszins gegoocheld met cijfers en de wethouder heeft aangegeven dat de voordelen eigenlijk inschattingen zijn. Hij sluit zich aan bij de woorden van de heer Van Drunen dat alles wel erg rooskleurig wordt ingeschat. - De raad heeft in de vorige periode aangegeven niet te willen kijken naar herindeling van de gemeente of bijvoorbeeld een ambtelijke fusie omdat de afstand van de burger tot het bestuur dan groter zou worden. Steeds meer taken die bij de gemeente horen worden echter in een Gemeenschappelijke regeling gestopt en de sturing en controle van de gemeenteraad wordt daardoor steeds meer uitgehold. - Als het argument van het college van samenwerken waar het kan, wordt doorgetrokken, wil hij dat meer mogelijkheden worden onderzocht zoals een ambtelijke fusie met een omliggende gemeente. Hij wil daarvan een fatsoenlijke cijfermatige onderbouwing. Dit is al de negende Gemeenschappelijke regeling los van de drie decentralisaties. De raad staat steeds meer op afstand en GroenLinks gaat ook daarom niet akkoord met het voorstel. Wethouder Schneider geeft aan dat een aantal door de fracties genoemde punten uitentreuren in de commissie zijn behandeld. De eigen interpretaties en de waarden die diverse fracties aan sommige punten geven, zijn politieke standpunten en hij gaat daarop niet in. Hij heeft moeite met een aantal genoemde punten. De SP maakt gewag van het feit dat niet is onderhandeld. Als je in gesprek gaat als je aan een regeling wilt gaan deelnemen, kan een gemeente niet enkele modules kiezen of de regeling naar eigen inzicht perfectioneren. Onderhandelen is een heel andere situatie. Er is niet onderhandeld, maar er zijn wel diverse gesprekken gevoerd om zo veel mogelijk inzicht te krijgen en uit de balans tussen de voor- en nadelen is dit voorstel gedestilleerd. De VVD zegt terecht dat de kosten kunnen oplopen als je de trein mist. De heer Rossel zegt dat het een indicatie is en dat is ook zo omdat er ook een doorkijk moet zijn naar de consequenties van een stand alone situatie. Bij software is er een hele andere onderhandelingspositie bij niet toetreding en dat kan op dit moment niet worden gekwantificeerd. Het college heeft geprobeerd de toetredingsfee en de frictiekosten wel zoveel mogelijk te kwantificeren en op basis daarvan ontstaat rond het zesde jaar een terugverdienmoment. Als nu tot de BsGW wordt toegetreden, zijn er mogelijkheden voor de medewerkers om niet buiten de organisatie te worden geplaatst. Op het moment dat je de trein mist, is die mogelijk er niet meer. Er komt een evaluatie, maar niet na een jaar. De gemeente is vertegenwoordigd in het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling en daarmee is er een continue monitoring van de financiële gegevens, de individuele prestatieafspraken, de financiële consequenties daarvan en de terugkoppeling van de diverse gremia naar de gemeenteraden. Er is daardoor afstemming en een optimalisatie van de bedrijfsprocessen in de dienstverlening en in financiële zin. De heer Rossel geeft aan dat de gemeente Kerkrade geen ambtelijke fusie of een herindeling willen, maar juist samenwerken op gebieden waar op middellange of langere termijn effectiviteit kan worden behaald, maakt dat een gemeente zelfstandig beleid kan blijven uitvoeren. Dat is juist een argument voor samenwerking. Dan raakt de gemeente niet geïsoleerd en wordt die niet tot die keuze wordt gedwongen. De heer Rossel zegt dat ook voor alle andere taken van de ambtelijke organisatie de effectiviteit door samenwerking met andere gemeenten kan worden onderzocht. Met het huidige voorstel wordt de financiële afwikkeling van de gemeentelijke belastingen niet meer zelfstandig gedaan, maar doet de BsGW in Roermond dit. Tweede ronde
50 De heer Van Drunen wil helemaal niet op de trein stappen, maar hij wil de huidige perfecte dienstverlening behouden. Hij is blij dat mensen op openstaande vacatures kunnen worden geplaatst, maar er verdwijnen wel tien fulltime arbeidsplaatsen. Daarvoor hadden ook mensen van buiten kunnen worden aangetrokken.
Pagina 7 van 19
5
10
15
20
25
De heer Rozema is het ermee eens dat er in de toekomst iets moet gebeuren, maar hij vindt dat de aansluiting op de BsGW te snel gaat en hij steunt dit voorstel niet. De heer Rossel wil antwoord zijn twee vragen. Wethouder Schneider gaat eerst in op de opmerking van de heer van Drunen. Het klopt dat mensen moeten worden aangetrokken als er mensen worden geherpositioneerd en op de huidige manier wordt doorgegaan, maar dan worden ook extra kosten gemaakt. Er is een taakstelling en hij wil zo efficiënt mogelijk met de arbeidsplekken omgaan. De heer Rossel interrumpeert. Er is inderdaad een taakstelling, maar hij wil geen mensen ontslaan. Hij wil de taakstelling halen door te kijken naar de indirecte kosten van ongeveer 3 0 7 o . Wethouder Schneider geeft aan dat de dienstverlening bij toetreding een feit is. De gemeente kijkt wel naar een zo efficiënt mogelijke uitvoering van de taken en er wordt geprobeerd dat met de samenwerking te bewerkstelligen. Er kan geen langjarig beleid wordt geformuleerd op grond van uitzonderingen. Er moet naar efficiency worden toegewerkt, maar er moet wel goed worden gemonitord en dat gebeurt ook. Als er onoverkomelijke problemen komen, worden die teruggekoppeld en dan wordt gekeken naar hoe dit probleem efficiënt kan worden opgelost. Die discussie wordt in de breedte gevoerd. De gemeente let scherp op ontwikkelingen en samenwerkingsmogelijkheden en is extern gericht om dat soort zaken steeds te bespreken. Als er voordelen zijn te behalen volgt er een voorstel. Er kunnen meerdere voorstellen komen omdat de gezamenlijke gedachte is dat efficiency kan worden behaald en dat de kwaliteit van de uitvoering blijft gewaarborgd. De heer Rossel vraagt of de wethouder onderkent dat het aangaan van steeds weer een nieuw Gemeenschappelijke regeling de democratische sturing en controle van de raad uitholt. Dat is een pijnpunt voor GroenLinks. Bij een ambtelijke fusie of een herindeling houdt de raad wel directe sturing en controle op de ambtelijke organisatie. Die sturing wordt nu indirect: De wethouder zit in het Algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling en de raad heeft dan via de wethouder nog beperkte invloed. Wethouder Schneider geeft aan dat de sturing van de raad anders ligt bij samenwerking in een Gemeenschappelijke regeling. Dat is een keuze. De voorzitter constateert dat Ons Kerkrade, de PvdA, de SP en GroenLinks tegen het voorstel zijn. De overige partijen gaan ermee akkoord. Het voorstel is aangenomen.
30
PUNT 8 VASTSTELLEN BELEIDSKADERS ARBEIDSMARKTBELEID Eerste ronde
35 Mevrouw Laumann maakt zich zorgen over de voortgang de vele verordeningen die nog moeten worden vastgesteld. Op 2 januari 2015 staan de eerste klanten op de stoep. 2015 is voor de W M O in principe een transitiejaar en ook de Jeugdzorg staat goed in de steigers, maar op het gebied van de 3D moeten de steigers nog worden besteld, terwijl de winkel al op 2 januari 2015 open gaat. Het college kiest voor beleidsarme 40 verordeningen om de deadline van 1 januari 2015 te halen. Hoe wordt met deze mensen omgegaan als het huis nog in de steigers staat en hoe voorkomt het college dat mensen tussen de wal en het schip vallen? Bijvoorbeeld voor iemand met downsyndroom is de oude regeling de Wajong en nu de Participatiewet met tegenprestatieplicht. Er komen veel verordeningen zoals die over de individuele inkomenstoeslag, de afstemmingsverordening, de handhavingsverordening en de verordening individuele studietoeslag. De grote 45 problemen liggen bij de nota van toelichting 14t10.45. Het middels een raadsprocedure verwerken van de beleidskeuzen in de verordeningen leidt onherroepelijk tot een onacceptabel late inwerkingtreding van op zijn vroegst op 1 april 2015. Er is daarom noodgedwongen voor beleidsarme verordeningen gekozen en omdat een collegeprocedure wel haalbaar is, wordt een appel op de raad gedaan om in het belang van een tijdige en juiste uitvoering naar de burgers toe voor deze ene keer de beleidskeuzes voor 2015 zoveel 50 mogelijk uit te zetten met een collegeprocedure. Ze wil een harde garantie van de wethouder dat een en ander zo snel mogelijk met een harde datum naar de raad komt. De te maken beleidskeuzes worden met de raad afgestemd. Deze fundamenten worden opgenomen in nieuwe verordeningen voor 2016 als in de loop van 2015 de fundamenten voor een integraal beleid definitief gestalte hebben gekregen. Daarmee is tegen die tijd op een volwaardige manier aan de opdracht van de raad voldaan. Hoe voorkomt het college dat de
Pagina 8 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
mensen tussen de wal en het schip vallen en dat willekeur ontstaat omdat de verordeningen pas achteraf in 2015 worden ingevuld? De heer de Groot merkt op dat de vragen van de VVD naar behoren zijn beantwoord. De VVD heeft dit beoordeeld als een beleidsdocument en hij is erg benieuwd naar de verordeningen. De W D gaat akkoord met deze beleidsnotitie. Hij is het wel met de vorige spreker eens over de hectiek waarmee dit gebeurt, maar dat heeft wel een reden. Het heeft te maken met de informatievoorziening die erg laat op gang kwam. De heer Heijltjes vindt dit een uitstekend kader voor arbeidsmarktbeleid gericht op de doelgroepen van de Participatiewet. De vragen die Burgerbelangen in de commissievergadering heeft gesteld, zijn duidelijk beantwoord. Het is belangrijk dat de prioritering van de doelgroepen een lokale gemeentelijke zaak is, in afstemming met de regio. Burgerbelangen onderschrijft het principe van kansen voor iedereen en gaat akkoord met het ontwerpbesluit. De heer Vinders deelt de zorgen van de vorige sprekers. In de regio Kerkrade zitten driemaal zoveel mensen in de WWB, de Wajong en de WSW. Er is er veel te doen. Er is een grote mismatch tussen opleiding en vraag; veel laagopgeleiden en weinig vraag. Er moet daarom een inhaalslag worden gemaakt en de vicieuze cirkel van armoede, een lage opleiding, gebrek aan werk en afhankelijkheid van een gemeentelijke uitkering moet worden doorbroken. Hij gaat ervan uit dat 2015 een transitiejaar is waarin het fundament wordt gelegd vooreen integraal gewestelijk en regionaal arbeidsmarktbeleid. Het is een beleidsarm stuk, maar er moet nog op algemene maatregelen van bestuur worden gewacht die eind december a.s. komen. Hij deelt de zorgen: Er is nog erg veel werk te doen, het gaat over mensen en hij hoopt ook dat niemand tussen de wal en het schip valt en dat iedereen kansen krijgt. De heer Dautzenberg zegt dat de gemeente zelf verantwoordelijk is voor het arbeidsmarktbeleid en dat situatie lastig is gezien wat er wel en niet gebeurt. Wetgeving is altijd te laat en dat betekent dat er wel beleid moet zijn over hoe wordt gestart. Er moet een start worden gemaakt om er later invulling aan te kunnen geven. Het beleid moet de komende tijd steeds worden bijgesteld. Hij weet dat de ambtenaren druk bezig zijn met de verordeningen en het maken van afspraken met andere gemeenten en hij heeft er vertrouwen in dat de zaken binnen Parkstad tijdig goed worden geregeld. Hij gaat akkoord met de voorliggende beleidskaders. De heer Paas is het helemaal eens met de vorige spreker en met de uitgangspunten. Het is een goed stuk en hij bedankt de opstellers van het stuk. Op pagina 8 gaat het over de aanpak scholings- en arbeidsperspectief voor jongeren en hij heeft in de commissie gevraagd of dit ook voor ouderen kan. Er is toen toegezegd dat dit ook voor ouderen wordt uitgewerkt, maar nu leest hij bij de toezegging: "De vraag waarom de jongerenaanpak op pagina 8 en verder is uitgewerkt en de andere niet, zal worden meegenomen naar de regio en vervolgens worden teruggekoppeld". De vraag was niet waarom het niet is uitgewerkt, maar er is gezegd: Werk het uit. Dat is iets anders dan het aan de regio te vragen. Hij heeft weinig boodschap aan de regio, er moet in Kerkrade iets voor de ouderen worden geregeld. De heer Lataster maakt van de gelegenheid gebruik twee opmerkingen te maken naar aanleiding van de behandeling van dit onderwerp in de commissie B&S en de behandeling daar omheen. Tijdens de commissievergadering constateerde de CDA-fractie helaas dat de vakwethouder inzake arbeidsmarktbeleid, de heer Wiermans, onvoldoende op de hoogt is van de ontwikkelingen en de context waarin de arbeidsmarkt en de daarin voortgaande decentralisatie van de Participatiewet zich beweegt. De onbekendheid met het rapport van Geel en de ontbrekende kennis over de totstandkoming van de regionale arbeidsmarkt en de beleidskaders waren ronduit stuitend. Dat geeft niet het beeld dat de wethouder daadwerkelijk in control is. De burgers mogen verwachten dat de belangen van de gemeente Kerkrade voldoende in de regionale bestuurlijke overleggen naar voren worden gebracht, dat de wethouder een visie op de verdere invulling van de Participatiewet heeft en dat de wethouder inhoudelijk stuurt. Het vertrouwen van het CDA hierin is op dit moment flinterdun. Het CDA gaf deze wethouder tijdens de commissievergadering niet voor iets een gele kaart. Het CDA deelt deze kaart niet lichtzinnig en alleen in uitzonderlijke gevallen uit en het verbaast het CDA des te meer dat het college er niet op heeft gereageerd. Hij hoopt in het belang van de inwoners snel verbeteringen te zien. Hij complimenteert het ambtelijke apparaat. De decentralisatiesessie van begin november jl. was een fijne en inspirerende bijeenkomst en de inhoudelijke sessie oversteeg de verwachtingen van de CDA-fractie op meerdere punten. Het gaf een bijzondere mogelijkheid samen de diepte op te zoeken, kennis te vergroten en samen de mogelijkheden voor de verdere transformatie te ontdekken. Het CDA ondersteunt deze manier van samenwerken en hij ziet met veel interesse uit naar het vervolg.
Pagina 9 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Het voorliggend beleidsplan is een plan op hoofdlijnen waarmee enkele afspraken met verschillende gemeenten worden gemaakt om de vruchten van de samenwerking te plukken en de oogst voor de toekomst te maximaliseren. Er wordt vandaag feitelijk een besluit genomen over de diagnose en de loonwaardebepaling in Parkstadverband, het werkgeversservicepunt en de aanpak van de jeugdwerkloosheid. De gemeenten moeten over sommige onderdelen de komende maanden nog keuzes maken. Het samenwerken op Zuid-Limburgse schaal en in parkstadverband dat middels deze kaders verder invulling krijgt, kan daarom rekenen op de enthousiaste steun van de CDA-fractie. De arbeidsmarktproblematiek komt weliswaar op de bordjes van de afzonderlijke gemeenten, maar de echte oplossingen kunnen voor een groot deel alleen regionaal worden bereikt en daar zit ook de crux. Er is in deze regio een beperkt aanbod van werk en er is een mismatch tussen het aangeboden werk en kwetsbare burgers die aan de kant staan. Dat kan niet worden opgelost door beleidsplannen, loonwaardensystematiek of een werkgeversservicepunt. Dat gebrek aan werk en die mismatch kunnen alleen worden opgelost met werk. Alleen meer werk kan ervoor zorgen dat significant meer mensen gaan werken. Deze mensen kunnen natuurlijk via allerlei regelingen werkzaamheden verrichten, maar uiteindelijk zijn nieuwe banen die aansluiten op de behoefte van de inwoners de werkelijke oplossing. Hij vindt dat dit document daarom geen op zichzelf staand stuk moet zijn, maar integraal onderdeel moet uitmaken van een visie op en het beleid voor de regionale economische ontwikkeling. Als dit wordt verweven in een economische agenda voor de toekomst, kunnen werkelijke slagen voor de burgers en de regionale economie worden gemaakt. De afwezigheid van deze link in dit plan is in ogen van het CDA een groot gemis. Hij roept het college daarom op een integrale benadering op te pakken en dit in regionaal verband bespreekbaar te maken. Een aspect dat daarop voortborduurt en dat ook in dit plan ontbreekt, zijn de mogelijkheden in regionaal verband. Kerkrade ligt aan de grens met een van de meest sterke economische regio's van Europa. Zuid-Limburg noemt zich de poort naar Europa en Kerkrade grenst zelfs meer aan Europa dan aan Nederland. Toch staat er in dit plan geen woord over de kansen die zich 2 km verderop voordoen. Het potentieel aan arbeidsplaatsen overstijgt volgens sommige experts zelfs het potentieel in de Randstad, maar dat wordt in dit plan helemaal genegeerd. De CDA-fractie vindt dit moeilijk te begrijpen. Het CDA begrijpt dat fiscale arbeidstechnische verschillen in wet- en regelgeving een barrière vormen, maar barrières zijn er om te worden geslecht. Hoewel het wijzigen van deze wet- en regelgeving geen taak van de gemeente of de regio is, moet de gemeente op zijn minst de ambitie uitspreken het maximaal haalbare uit de euregionale ligging te halen. De CDA-fractie roept het college op hiermee in Euregionaal verband aan de slag te gaan. Vervolgens maakt hij enkele opmerkingen over zaken die wel in het beleidsplan staan. Het organiseren van toegang tot de verschillende regelingen in de Participatiewet is een lokale aangelegenheid die de komende maanden verder wordt ingevuld. In gezamenlijkheid met de overige decentralisaties wordt de toegang zo dicht mogelijk bij de burger georganiseerd. De CDA-fractie steunt dit en drukt het college op het hart, zoals al in het rapport Vertrouwen en loslaten staat, hierbij de informele netwerken nadrukkelijk te betrekken. Zo kan een eerste aanzet worden gegeven voor de verandering van de mindset en dat is de grootste uitdaging die met deze decentralisatie gepaard gaat. in de Participatiewet is een belangrijke rol weggelegd voor vrijwilligers en mantelzorgers. Het aantal helden van vandaag moet groeien en ze mogen op de steun van de gemeente rekenen. De rol van de gemeente en misschien wel van de regio is van groot belang en die moet snel een nadere invulling krijgen. Het CDA kijkt met smart uit naar de invulling van het college. Als mantelzorgers tegen problemen aanlopen, kunnen zij zich melden bij het meldpunt dat het CDA-Tweede Kamerlid Mona Keijzer heeft ingericht op www.cda.nl/meldhetmona. In de paragraaf over het werkgeversservicepunt wordt een gezamenlijk marktbewerkingsplan op de schaal van Zuid-Limburg genoemd. Hierbij worden harde targets aan de gemeente gesteld met betrekking tot de invulling van dit plan en de gemeentelijke instrumenten die hierin kunnen worden meegenomen, maar het is voor de CDA-fractie een raadsel wanneer dit marktbewerkingsplan klaar moet zijn, welke targets moeten worden gehaald en hoe de gemeenten zelf de keuze voor de instrumenten kunnen maken. Deze aanpak moet leiden tot een betere, sneller en grotere plaatsing van de inwoners van Kerkrade en hij ontvangt daarom zo snel mogelijk een conceptplan ter bespreking in de commissie. Hij hoort graag van het college wat de stand van zaken is en wanneer de raad dit conceptplan ontvangt. Hij heeft bij de behandeling van de vorige besluiten in het kader van de decentralisaties namens de CDA-fractie twee concrete voorstellen gedaan. Voorstellen om als lokale politiek participatie niet alleen met de mond te belijden, maar ook voorop te gaan, te faciliteren en het goede voorbeeld te geven. Deze voorstellen zijn destijds, mogelijk vanwege de lange vergadering, aan de aandacht ontsnapt en hij brengt ze nogmaals onder de aandacht.
Pagina 10 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Het eerste voorstel betreft een afspraak tussen de raad en het college om minimaal eenmaal per jaar de handen uit de mouwen te steken en als vrijwilligers en mantelzorgers actief in de lokale samenleving aan de slag te gaan om feeling te krijgen en te houden met de werkzaamheden die de helden dagelijks uitvoeren. Het tweede voorstel betreft het vergroten van de betrokkenheid van de inwoners. Hij stelt voor dat de raad minimaal driemaal per jaar samen de wijken in trekt om het gesprek met burgers en maatschappelijke instellingen aan te gaan, te luisteren en te inspireren door te tonen dat de raad, ondanks de verschillende meningen, gezamenlijk optrekt voor een betere toekomst van Kerkrade. De heer Krasovec merkt op dat dit beleidskader in een maand moet worden goedgekeurd. De heer de Groot gaf al aan dat het beleidskaders zijn. Het werk komt nog: Wat gebeurt er met de keuzes en met beschut werk, wie steekt de gemeente een handje toe en welke doelgroepen komen als eerste aan de beurt? De taaleis kan een financiële tegenvaller opleveren. Er komt in maart 2015 een aanvalsplan Participatie en hij denkt dat daarin wat duidelijker wordt waar Kerkrade naartoe gaat. Hij gaat akkoord met het stuk. De heer Rossel schetst een stuk historische perspectief. Hij vindt het opmerkelijk dat nu nog akkoord moet worden gegaan met een beleidskader en volgende week nog met tien verordeningen, terwijl de wet per 1 januari 2015 en deels per 1 juli 2015 in werking treedt. Het college heeft er in 2011 bewust voor gekozen het sociale werkbedrijf Licom NV failliet laten gaan om betere sturing en controle te krijgen, directe opdrachten te kunnen verstrekken en de regie meer in eigen handen te krijgen. Dat was een bestuurlijk keuze, maar de bestuurlijke keuze over hoe het nu verder gaat met WIOZL gaat is nog niet gemaakt. Dat is wel een erg wezenlijke keuze die ook voor de gemeenteraad van belang is om bij de uitvoering van de Participatiewet te weten waar ze aan toe is. Er is een aantal externe partijen ingeschakeld, o.a. de heer Langedijk en Berenschot die in een vroegtijdig stadium hebben geadviseerd. Er zijn drie onderzoeksrapporten gepresenteerd, twee van bureau Langedijk SVO en een van Berenschot over hoe de gemeente zich samen met de regio moet voorbereiden. Toen ging het om de Wet Werken naar vermogen, maar de Participatiewet is op hoofdlijnen hetzelfde als wat de Wet Werken naar vermogen altijd heeft beoogd. Hij vraagt zich af wat er is concreet is gebeurd met de onderzoeken die de raad in 2011 en begin 2012 heeft besproken en met de doorvertaling van die onderzoeken. Vervolgens stipt hij het rapport van de commissie Van Geel van 20 maart 2015 aan. De provincie heeft er bewust voor gekozen dit rapport pas een dag na de gemeenteraadsverkiezingen openbaar te maken omdat in dat rapport veel gevoeligheden staan die met name de oppositiepartijen goed konden gebruiken in de campagne. Het grootst hoofdpijndossier van de gemeente Kerkrade met betrekking tot de drie decentralisaties is het Arbeidsmarktbeleid. Het is opmerkelijk dat van de drie decentralisaties, het Arbeidsmarktbeleid al laatste in de raad wordt behandeld, terwijl het college in mei j l . heeft toegezegd: We starten vanaf mei iedere maand, iedere commissie B&S om 17.00 uur en de eerste twee uur worden de drie decentralisaties besproken, zelfs gedurende de zomer, maar dat is niet gebeurd en pas eind oktober begin november zijn de eerste informatiebijeenkomst over de Participatiewet. Een vierde punt is de motie van GroenLinks tijdens de beschouwingen. GroenLinks heeft toen gezegd extra te willen investeren om de mensen die afhankelijk van de Participatiewet zijn zo snel mogelijk uit die wet te krijgen en de gelden uit de afwikkeling van het faillissement van Licom NV daarvoor te gebruiken. Het college geeft in het verslag dat de raad op 24 november j l . heeft gekregen het bedrag aan waarvan het denkt dat het uit de faillissementsafwikkeling komt en dat is precies het bedrag dat GroenLinks bij de beschouwingen noemde, namelijk 6 2 miljoen tot C 2,5 miljoen. De heer Bakker, een goed beleidsmedewerker, benadrukte bij de tweede informatiebijeenkomst nogmaals dat het gezien de financiële cijfers erg urgent is dat zoveel mogelijk mensen zo snel mogelijk uit die uitkeringsregeling komen en daarvoor moet extra worden geïnvesteerd. Hij ziet graag dat het college zo snel mogelijk een standpunt over de gelden van Licom NV inneemt en dat het de strekking van de motie overneemt zodat hij de motie kan intrekken. Hij ziet ook graag dat het college toezegt de ongeveer C 2,5 miljoen te investeren in extra reintegratie en participatie voor deze doelgroep. Er waren twee informatiebijeenkomsten, GroenLinks heeft 21 schriftelijke vragen gesteld, er was een uitvoerige behandeling in de raadscommissie en in het conceptverslag van de commissie B&S staan veel antwoorden over dit beleidskader, maar er is nog steeds veel onduidelijk. Er is bijvoorbeeld onduidelijk hoe het beschut werken wordt ingericht, op welke doelgroepen met betrekking tot re-integratie en participatie de gemeente zich richt en welke systemen adequaat zijn en het beste kunnen worden gebruikt. Er is zelfs discussie over of Heerlen wel centrumgemeente moet blijven. Hij wil hierover nu niet discussiëren omdat er op 1 januari 2015 een taak moet worden vervuld. Als er nu nog discussie is over wie de kar trekt, is de vraag of dit goed komt. Kijkend naar alle nog onbeantwoorde vragen, de grote leemtes
Pagina 11 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
en een wethouder die al zeveneneenhalve maand in functie is, maar die bepaalde stukken niet kent, bekruipt hem het gevoel dat er nog erg veel werk is. Hij gaat er niet zomaar vanuit dat het goed komt. Hij betreurt dit omdat de raad deze afweging wel bij de Jeugdzorg en de W M O heeft kunnen maken. De vraag of de raad er vertrouwen in heeft dat het college er alles aan heeft gedaan om de decentralisatie te laten slagen is toen met "ja" beantwoord, maar dat is bij de Participatiewet helaas niet zo. Dat is te zien aan het tijdstip en het beleidsarme aspect; in de tien verordeningen die op 18 december a.s. worden vastgesteld is geen enkele keuze gemaakt. Sterker nog, het college wil een carte blanche van de raad over de uitvoering van de Participatiewet in 2015. Dan stuurt en controleert de raad niet en dat had hij liever anders gezien. GroenLinks stemt daarom niet in met het voorliggende beleidskader. Wethouder Wiermans zegt dat de gemeente op 1 januari 2015 klaar is voor de uitvoering van de Participatiewet, maar dat niet zeker is dat er geen fouten worden gemaakt. Er zijn in het leven maar twee zekerheden: ledereen moet zijn hele leven belasting betalen en iedereen verdwijnt een keer van deze aardse bodem, verder zijn er niet veel zekerheden in het leven. Het college en het ambtelijke apparaat hebben erg hard gewerkt om ervoor te zorgen dat de kaders zo zijn dat de gemeente op 1 januari 2015 van start kan gaan, dat er geen mensen tussen de wal en het schip vallen en dat alles correct kan worden opgelost. Mevrouw Laumann refereert aan de verordeningen. Die komen op 2 december a.s. uitgebreid aan de orde in de commissie B&S. Het college is tot beleidsarme verordeningen gekomen omdat er in oktober, november en december 2015 landelijk een aantal algemene maatregelen van bestuur moeten worden genomen die in beleidsregels moeten worden ingepast. Dat lukt niet op een zo korte termijn en daarom moet het juridische kader, de verordeningen, zijn geregeld. Daarna moeten de beleidsregels met spoed goed worden neergezet. De PvdA gaf aan dat 2015 een transitiejaar is, maar dat betekent niet dat er niets wordt gedaan. Gemeentelijke overheden hebben geen ervaring met dit traject en dat betekent Learning by doing. Er wordt begonnen en er wordt snel gecorrigeerd, maar de kaders zijn goed op orde en daarna moeten zaken correct worden uitgevoerd. Hij is ervan overtuigd dat de organisatie dit goed regelt. De Ouderenpartij sprak over de prioritering van doelgroepen. Dat vindt op gemeentelijk niveau plaats. Er is wel afstemming in Parkstadverband zodat de grote gemene deler in de gaten wordt gehouden. Het is niet zo dat er geen prioriteit is voor de andere doelgroepen omdat de jongeren met name worden genoemd. In het verhaal van de heer Lataster zit een aantal waarheden en hij zegt de heer Lataster toe dat de punten die hij nu niet beantwoordt alsnog worden beantwoord. De heer Lataster gaf hem tijdens de commissievergadering terecht een gele kaart omdat hij niet bekend was met een aantal rapporten en details. Als achter de collegetafel een wethouder en ambtelijke ondersteuning zit, mag de commissie ervan uitgaan dat op alle onderdelen inhoudelijk goed wordt gereageerd en als dat niet zo is, neemt hij daarvoor de volledige verantwoordelijkheid. Hij heeft alles in gang gezet om te voorkomen dat dit nog eens gebeurt. Hij bemoeit zich niet met allerlei uitvoerende operationele details, maar hij bestuurt op hoofdlijnen. Hij moet de onderwerpen kennen, maar niet de details, daarvoor zijn er 440 ambtenaren. Hij is blij met het compliment van de heer Lataster voor het ambtelijke apparaat. Hij zegt nogmaals toe dat hij schriftelijk terugkomt op de overige punten uit het betoog van de heer Lataster. In de commissievergadering van 2 december a.s. worden de contouren van het aanvalsplan Participatie in detail weergeven en hij is ervan overtuigd dat dit verhelderend werkt. De heer Rossel sprak over de motie in relatie tot het faillissement van Licom en de C 2,5 miljoen. Die inschatting is inderdaad al eens gemaakt en hij zegt toe in de commissievergadering tot in detail aan te geven hoe met de C 2,5 miljoen wordt omgegaan. De voorzitter merkt op dat er in januari 2015 een beleidskader nodig is, de gemeente met wetgeving heeft te maken, veel zaken nog niet bekend zijn, er moet worden geprioriteerd en moet worden gedebatteerd over de goede situatie op de goede plekken. Dat is een kwestie van landing die de komende maanden moet worden besproken. Hoe je het ook wendt of keert, de gemeente is klaar om te beginnen. Het beginproces is een stuk transitie en samen delen. Het is niet de casus X of Y, maar mevrouw X of mijnheer Y. Het gaat om mensen en je moet daarmee zorgvuldig omgaan. Het is daarom goed dat zorgen worden gedeeld en besproken. Tweede ronde
50 Mevrouw Laumann is het ermee eens dat er geen pasklare antwoorden zijn, maar ze weet nog steeds niet of de gemeente er klaar voor is en hoe het wordt ingevuld. De wethouder noemt learning by doing, maar het gaat om mensen en het is ook bij een beleidsarme nota belangrijk dat de raad weet dat het gaat gebeuren. Er wordt gezegd dat ze vertrouwen moet hebben. De verordeningen staan voor 2 december a.s. op de agenda, maar ze zijn er inhoudelijk nog niet en ze vraagt zich af waarin ze vertrouwen in moet hebben. Ze is het
Pagina 12 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
ermee eens dat een wethouder niet alles hoeft te weten, maar hij is wel eindverantwoordelijk en hij moet er wel voldoende van afweten. Ze blijft erbij dat het een huis zonder fundament is. De steigers zijn er nog niet eens en de winkel wordt al geopend. De wethouder geeft niet genoeg zekerheid en onderbouwing om hiermee akkoord te gaan. De heer Lataster vindt het fijn dat de wethouder bevestigde dat zijn betoog duidelijke waarheden bevatte. Het siert de wethouder, ook als mens, dat hij aangaf de gele kaart terecht te vinden. Hij begrijpt dat een wethouder op hoofdlijnen werkt, dat niet ieder detail in de raadsvergadering kan worden beantwoord en dat vragen schriftelijk moeten kunnen worden beantwoord, maar er wordt hier een debat gevoerd en dat hangt af van de antwoorden. Er moeten daarom wel op hoofdlijnen antwoord worden gegeven. Hij heeft geen enkel inhoudelijk antwoord gekregen en hij herhaalt de vragen. De voorzitter wil niet dat de heer Lataster alles herhaalt wat hij in de eerste ronde heeft gezegd. De heer Lataster herhaalt niet alles, hij noemt alleen de vragen: - De eerste vraag gaat over de samenhang met de economie en of dit in regionaal verband kan worden opgepakt om tot een integrale aanpak en wellicht een integraal document te komen zodat de commissie het kan bespreken. - Het tweede aspect heeft ermee te maken hoe het in Euregionaal verband wordt opgepakt. Kan de wethouder het in Euregionaal verband inbrengen en er op korte termijn mee terugkomen? - De toegang tot de mantelzorg is decentralisatiebreed. Hij heeft er nog onvoldoende vertrouwen in dat het goed komt. Op 2 januari staan de mensen niet alleen aan de deur, maar staan ze ook in de wijken en het moet dan ook in de wijken goed zijn geregeld, ook de informele netwerken die er een rol in spelen. - Hoe staat het met het Marktbewerkingsplan en wanneer komt daarvan en concept? Het is een vast onderdeel en het staat ook in het beleidsdocument, maar het is wel erg wezenlijk om mensen daadwerkelijk via de werkgeversservicepunten aan het werk te krijgen. Verder heeft hij zijn voorstellen van de vorige keer herhaald, maar hij heeft hierop nog steeds geen reactie gekregen. Misschien betekent zwijgen instemmen, maar hij hoort graag een reactie. De heer Rossel vraagt of de heer Lataster deze vragen schriftelijk aan alle fracties wil sturen. Dan kunnen die mogelijk bij de bespreking van de verordeningen direct in de verordening worden ingebed. De heer Lataster bedoelt de voorstellen over dat de raad met betrekking tot de participatie actief naar buiten treedt. Dat staat los van deze beleidsvoorstellen. De voorzitter zegt dat dit hem niet ontslaat de door hem gevraagde zaken bij de andere fracties op tafel te leggen. De heer Lataster zegt toe het gevraagde toe te sturen. Hij vraagt nu ook te reageren. De heer Rossel vindt het vervelend dat hij geen inhoudelijk antwoorden kreeg, maar het siert de wethouder dat hij de hand in eigen boezem steekt. Het gaat hem niet om al het werk dat de vele ambtenaren de afgelopen maanden hebben voorbereid, maar hij vindt dat bestuurlijke keuzes moeten worden gemaakt. Het is kwalijk dat geen bestuurlijke keuzes zijn gemaakt over de inrichting van het beschut werken en het lokale werkbedrijf, wat de doelgroepen van de re-integratie en de participatie zijn en wie de kar blijft trekken. Het is kwalijk dat er nu nog discussie is over of Heerlen de centrumgemeente voor de uitvoering van de Participatiewet moet zijn. Hij concludeert daaruit dat er bestuurlijke onenigheid is en hij vindt dat die er nu niet meer mag zijn omdat er op 1 januari 2015 moet worden gestart. Hij betreurt het te moeten concluderen dat, in tegenstelling tot de nieuwe W M O die in juli j l . in het Staatsblad stond en de Jeugdwet die een paar maanden daarvoor in het Staatsblad stond, met betrekking tot de Participatiewet in november nog de vraag moet worden gesteld of de raad er vertrouwen in heeft dat bekend is waar de mensen per 1 januari 2015 aan toe zijn. Hij kan de mensen, de bestaande doelgroep en zeker de nieuwe instroom, niet uitleggen waar ze op 2 januari a.s. aan toe zijn. Hij kan dit wel uitleggen voor de Jeugdwet en de nieuwe W M O , maar als iemand naar beschut werk zou moeten: Gaan ze dan naar beschut OZL? Dat staat niet in het beleidskader of de verordening. Als mensen willen re-integreren, wordt daarvoor OZL-detachering of Salto ingezet? Die keuzes zijn niet gemaakt. Hij moet als volksvertegenwoordiger naar buiten kunnen uitleggen waar men op 2 januari 2015 aan toe is en hij betreurt het ten zeerste dat hij dit onvoldoende kan. Wethouder Wiermans is het er niet mee eens dat het een huis zonder fundament is. Het fundament is gestort, de stenen liggen klaar, de metselaar is aanwezig en het bouwwerk wordt vanaf 1 januari 2015 op deze stevige fundamenten gebouwd. Hij vertrouwt erop dat er geen mensen tussen de wal en het schip vallen en dat op 1 januari 2015 alles klaar is. In het transitiejaar wordt het bouwwerk neergezet. De heer Lataster stelde vier vragen. De eerste gaat over de samenwerking op regionaal niveau en de tweede over de Euregionale
Pagina 13 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
samenwerking op het gebied van de arbeidsmarkt. Deze twee punten gaan deel uitmaken van de conferentie die in het tweede kwartaal van 2015 wordt georganiseerd. Er is daarover gesproken in het portefeuillehoudersoverleg van de wethouders die zich met de arbeidsmarkt bezighouden en er is aangegeven dat de voorbereidingen daarvoor worden getroffen. Hij gaat nog eens extra benadrukken dat het college eraan hecht dat deze twee zaken duidelijk aan de orde worden gesteld. De heer Lataster bedoelt niet de samenwerking, maar hij mist in dit document de link tussen een arbeidsmarkbeleid en economisch beleid dat in de regio wordt gevoerd en daaraan gekoppeld een Euregionaal beleid. 2 km verderop liggen kansen voor mensen die in Kerkrade in de bijstand zitten. Hij vindt het erg vreemd dat dit niet in een regionaal plan wordt opgepakt. Hij begrijpt dat de gemeente Kerkrade niet met half Duitsland afspraken kan maken en dat dit regionaal moet worden opgepakt, maar dat moet prioriteit hebben. Hij wil dat ervoor wordt gezorgd dat ermee wordt gewerkt en dat er aandacht aan wordt besteed. Hij wil een document waarin niet alleen het arbeidsmarktbeleid, maar ook het regionale economische beleid wordt benoemd. Dat hangt samen; er is meer werk nodig om meer mensen te laten werken en dat moet vanuit één positie worden benaderd. Wethouder Wiermans weet dat economisch beleid, arbeidsmarkt en werkgelegenheid nauw samenhangen en hij heeft in het portefeuillehoudersoverleg aangekaart dat dit twee belangrijke elementen zijn. Er is nog een aantal werkgroepen bezig en die ronden de zaak in het eerste kwartaal van 2015 af. De gemeente Vaals heeft een accountmanager die continu op Duits gebied bezig is een link te leggen tussen banen aan de Nederlandse kans en in Aken. Hij heeft hem uitgenodigd om te kijken hoe over de grenzen heen op een aantal gebieden kan worden samengewerkt. Dat wordt op microniveau van de gemeente Kerkrade en de regio Aken opgepakt. Hij vindt het ook belangrijk dat dit gebeurt en hij zorgt ervoor dat dit de nodige aandacht krijgt. De heer Lataster vraagt of er in het eerste kwartaal een aanvulling op het beleid over deze onderwerpen komt. Wethouder Wiermans heeft gezegd dat er Parkstadbreed werkgroepen op het gebied van o.a. jeugdwerkloosheid, monitoring en de loonwaardensystematiek actief zijn. Er is in het portefeuillehoudersoverleg besloten de resultaten daarvan af te wachten. Daarna wordt een uitgebreide conferentie georganiseerd waar de elementen allemaal apart worden ingebracht, ook de grensoverschrijdende werkgelegenheid en de samenwerking op dat gebied. Het is belangrijk de door de heer Lataster genoemde elementen in het arbeidsmarktbeleid mee te nemen. De heer Lataster hoort dat de wethouder het uitermate belangrijk vindt om het mee te nemen, maar hij ziet het niet in het stuk terug. Hij hoort ook dat er nog werkgroepen bezig zijn met de loonwaardensystematiek, diagnose en de jeugdwerkloosheid, maar hij wil een integrale aanpak met betrekking tot het arbeidsmarktbeleid en het economische beleid, in samenhang met de Euregionale ligging. De heer Rossel begrijpt het CDA niet meer. Het CDA zei in de eerste termijn met de kaders in te stemmen en nu vindt het dat er zaken in de kaders ontbreken en vraagt het aan de wethouder waarom dit er niet in staat. Dan moet het CDA zeggen dat het de kaders onvoldoende vindt en dat het er niet mee instemt. GroenLinks heeft in de commissie aangegeven dat het grensoverschrijdende aspect, dat al in de economische structuurversterking van de Gemeenschappelijke regeling Parkstad Limburg ligt, hierin had moeten staan. Dat is een van de pijnpunten die het college onvoldoende bestuurlijk motiveert. De heer Lataster geeft aan dat de CDA-fractie niet heeft gezegd in te stemmen. Hij denkt het met de heer Rossel eens te zijn, ze willen het er allebei in hebben. De voorzitter zegt dat dit soort zaken de volgende keer in de commissie kunnen worden besproken. Wethouder Wiermans neemt het mee terug naar het portefeuillehoudersoverleg. Hij zal erop aandringen dat die elementen goed in het document worden verwoord. Hij koppelt het op korte termijn terug. De heer Lataster vraagt een schorsing voor overleg in zijn fractie over de wijze van beantwoording door het college in de tweede termijn. De voorzitter schorst de vergadering. Schorsing.
50 De voorzitter heropent de vergadering en hij geeft het woord aan de heer Lataster. De heer Lataster meldt dat het feit dat de decentralisatie op 1 januari 2015 moet ingaan, betekent dat alle focus daarop moet liggen om ervoor te zorgen dat alles op 1 januari 2015 goed komt. Het CDA heeft een immens vertrouwen in het ambtelijke apparaat en hij veronderstelt dat de mening van het CDA over het
Pagina 14 van 19
college duidelijk is. Het kan niet zo zijn dat vragen, zelfs vragen op hoofdlijnen, steeds worden teruggenomen. In dat geval kan er geen debat plaatsevinden en komt nut en noodzaak van deze vergaderingen in het geding. Het CDA stemt niet in met het voorliggende beleidsplan omdat het niet volledig is en omdat de beantwoording van het college het CDA niet heeft overtuigd. 5 De voorzitter constateert dat het CDA, de SP en GroenLinks niet akkoord gaan met het voorliggende voorstel. Het voorstel is aangenomen. PUNT 9 10 PARKEREN TIJDENS DE UITVOERING VAN HET CENTRUMPLAN Eerste ronde De voorzitter meldt dat het de bedoeling was het gewijzigde stuk over de uitvoering van het centrumplan te 15 behandelen, maar hij ontving een amendement waarin een aantal zaken wordt overwogen en wordt voorgesteld hierover besluitvorming te plegen. Dit amendement is ondertekend door de fractievoorzitters van alle partijen in de raad. Hij vraagt of een van de indieners een toelichting op het amendement willen geven. De heer De Groot blikt terug op hoe een en ander is ontstaan. Hij had tijdens de algemene beschouwingen een een-tweetje met de heer Roland van Ons Kerkrade over het parkeren en hij heeft de heer Roland toen 20 gevraagd die handschoen samen op te pakken, nog niet wetende wat de uiteindelijke voorstellen zouden zijn. Ze hebben samen nagedacht over vrij parkeren, maar ze hebben ook gekeken naar de financiële cijfers. Er is ook afgesproken niet alleen te roepen dat er vrij parkeren moet komen, maar ook waarom dit moet en waar het geld vandaan komt. Ze hebben kennisgenomen van het voorstel van het college, maar ze vonden dit niet ver genoeg gaan en daarom hebben ze een amendement opgesteld. Hij concludeert uit de recente cijfers dat 25 het gebruik van de parkeervoorzieningen in het centrum van Kerkrade sterk daalt. Kerkrade verandert en het centrum wordt minder aantrekkelijk. Andere gemeenten, behalve Heerlen, voeren al enige tijd het beleid van parkeren met een blauwe schijf. De ondernemers in Kerkrade hebben ook een duidelijk signaal naar de politiek afgegeven. Ze hebben daar goed naar gekeken en ze willen daaraan tegemoet komen. Hij wil in een jaar bekijken of de zaken die nu over vrij parkeren worden verondersteld bewaarheid worden omdat het wel 30 functioneel moet zijn. De opdracht zit besloten in het amendement. De heer Roland en hij hebben geprobeerd de hele raad achter het amendement te krijgen en de heer Roland heeft met de oppositie overlegd en hij met de coalitie. Alle fracties staan achter dit amendement nadat de suggesties van de diverse partijen erin zijn opgenomen. De vele, ongeveer 28, suggesties tonen de betrokkenheid bij dit onderwerp aan. Hij biedt met trots dit amendement aan waar de voltallige raad achter 35 staat.http:77raadsinformatie.kerkrade.nlAZergaderingen7Gemeenteraad72014Z26-november7l9:007Parkerentijdens-de-uitvoering-van-het-Centrumplan7amendement-parkeerbeleid.pdf De heer Roland memoreert dat er na erg veel conceptversies nu een definitief amendement voorligt. De insteek van diverse partijen verschilde, maar aan de ander kant waren ze ook hetzelfde. Er kan dan individueel worden geprobeerd een opgeblazen bal onder water te houden, maar dat kost erg veel energie en 40 het lukt uiteindelijk toch niet. Het is beter de bal te laten drijven en samen te kijken naar de mogelijkheden. Door samen te werken met de politiek onderling en met de ondernemers is er in het amendement een gezamenlijk doel verwoord. Ook daar moet samenwerking zijn tussen de politiek, het college en de ondernemers. Hij wil inzicht krijgen in het bezoekersaantal en daarvoor is de hulp van de ondernemers nodig. Die moeten aangeven of de omzet is toegenomen of afgenomen zodat daarop eventueel kan worden 45 ingespeeld. Een andere vraag is wat de financiële consequenties voor de gemeente zijn: Het is erg belangrijk dat inzichtelijk is wat dit kost en wat het op termijn kost als met de parkeerheffing. Voordat een debat kan worden gevoerd moet dit allemaal in kaart worden gebracht. Er moet ook in kaart worden gebracht wat het effect van handhaving is. Er kan handhaving worden ingezet op de ergernis top 10 en ook daar moet over worden gesproken. Hij verwacht deze informatie eind 2015 en dan is er een goede onderlegger om een 50 gedegen beslissing over het parkeerbeleid in Kerkrade te kunnen nemen. Mevrouw Laumann is blij dat iedereen het hierover eens is. Ze vindt het jammer dat er bij het maken van het Centrumplan geen rekening is gehouden met een vermindering van het parkeren. De SP heeft al eerder voorgesteld gratis parkeren in te voeren, maar toen wilde de VVD dit niet.
Pagina 15 van 19
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De heer de Groot geeft aan dat de VVD dit nooit heeft gezegd. De VVD heeft wel eens gezegd er op een bepaald moment niet over te willen spreken, maar de VVD is altijd voor vrij parkeren geweest. De heer Heijltjes vindt dat alle zaken die in het amendement moeten staan er ook in staan. Hij kijkt uit naar de evaluatie. De heer Van Drunen stelt dat iedereen hetzelfde met het centrum van Kerkrade wil; de winkels moeten floreren, de horeca moet bruisen en het moet er goed toeven zijn voor jong en oud. Als de burgers, de ondernemers en de gemeente hetzelfde doel nastreven, moet worden samengewerkt en dat kan alleen met respect voor elkaar. Er moet een oplossing komen voor de problemen waarmee Kerkrade momenteel kampt. Een daarvan is de sluimerende teloorgang van het centrum van Kerkrade die al jaren gaande is. Tot voor kort was de stemming nog positief als gevolg van de besluitvorming over het Centrumplan. Die stemming sloeg plotseling om in een soort paniek door de problematiek met betrekking tot hetzelfde Centrumplan en de sluiting van de Hema. Het is erg begrijpelijk dat ondernemers in actie komen, hij heeft ondernemers gesproken en hun zorg was erg voelbaar. De burgers, de ondernemers, de gemeente en iedere ander buiten Kerkrade die iets met Kerkrade heeft moeten alles op alles zetten om de ondernemers die nu nog in het centrum zitten over de komende jaren heen te helpen. Met dit amendement wordt een gelijk speelveld voor de ondernemers in het centrum van Kerkrade gecreëerd. De PvdA-Kerkrade hoopt van harte dat deze tijdelijke voorziening eraan bijdraagt dat er weer voldoende bezoekers naar Kerkrade komen. Verder moet er iets in de stad zijn te beleven, het kan niet alleen komen van de ondernemers in het centrum, maar zij hebben er wel een belangrijke invloed op. Hij hoopt dat de recente saamhorigheid van de ondernemers langer duurt dan deze actie en dat burgers, ondernemers en de gemeente samen de schouders onder Kerkrade blijven zetten. Mevrouw Bremen wil de ondernemers een hart onder de riem steken ondanks haar zorgen over de slinkende reserves. Ze hoopt dat door deze maatregel veel mensen naar het centrum komen en dat geen drijvende bal wordt opgeblazen, maar een soort zwemband die de ondernemers boven water houdt. De heer Paas zegt dat ook de ouderenpartij altijd al voor gratis parkeren in het centrum was. Hij is blij dat de hele raad achter dit amendement staat en hij hoopt dat het geld dat dit de gemeente kost uiteindelijk zijn vruchten afwerpt: Meer bezoekers en meer omzet voor de ondernemers, dat hebben ze nodig. De heer Meijer geeft aan dat het CDA al anderhalfjaar pleit voor het instellen van een blauwe zone. Dit is in meerdere commissievergaderingen uitgebreid besproken en er is een uitgebreide e-mailuitwisseling over geweest. Het CDA heeft een aantal malen aangegeven twijfels te hebben over de ter inzage liggende cijfers. Die cijfers zijn enige malen veranderd en de kosten van het vrije parkeren zijn uiteindelijk drastisch verminderd. Waar het college zegt dat bepaalde besparingen niet mogelijk zijn, denkt het CDA een besparing van minimaal Ê 2 5 0 . 0 0 0 , 0 0 mogelijk is. Het CDA heeft daarover een uitgebreide berekening gemaakt die hij graag aan het college geeft en hij wil er graag met het college over sparren. Hij is benieuwd of na het invoeren van het gratis parkeren de cijfers van het CDA kloppen. Dat maakt het CDA tot goede rekenaars en dat is dan aan de overkant niet het geval. Het CDA-Kerkrade stemt in met het nu voorliggende voorstel. Hij is er trots op dat dit amendement raadsbreed wordt ingediend. Het is een mooi statement; goed voor Kerkrade, goed voor de burgers en goed voor de ondernemers. Het CDA heeft iedereen een parkeerschijf gegeven met daarop de slogan: "Wie had dat gedacht; van blauw betalen aan parkeren, naar blauwe zone, het kan verkeren". De heer Rossel zegt dat alle partijen voor gratis parkeren waren, behalve GroenLinks. Gratis parkeren hoort niet bij de idealen van deze partij. Acht van de negen fracties spraken zich uit voor het voorstel en GroenLinks is toch akkoord gegaan om de lieve vrede te bewaren. GroenLinks kan ermee instemmen omdat er een dekkingsvoorstel in zit en omdat de effecten van het gratis parkeren worden gemonitord. Als het werkt moet het worden voortgezet en als het niet werkt, kan de parkeerbelasting weer worden ingevoerd. Dat zou goed voor de begroting zijn. Er is op dit moment op geen enkele parkeerplaats in het centrum van Kerkrade met een oplaadpaal voor hybride auto's of volledig elektrische auto's. Er stond er een op het Museumplein, maar daar is nu een groot gat en het zou het goed zijn dat op ieder plein in het centrum van Kerkrade ten minste één parkeerplaats met een oplaadpaal wordt ingericht zodat ook de duurzaamheidsbewuste automobilist het centrum van Kerkrade aandoen en daar hun auto opladen. Wethouder Bok gaat aan de slag met dit amendement en hij voert uit wat de raad het college opdraagt. Hij vindt het erg kwalijk dat het CDA de begrotingscijfers in twijfel trekt. Hij pakt wel de handschoen op en hij beantwoordt de vragen over de berekeningen. Het amendement heeft nogal wat praktische consequenties en hij kan niet op 1 december a.s. overal aan voldoen. Voor sommige zaken is twee tot drie weken nodig. Hij
Pagina 16 van 19
5
10
15
20
heeft geen zicht op wanneer de borden en de blauwe verf er zijn. Hij wil het zo oplossen dat er zeker de eerste twee weken en misschien de eerste drie weken van december gratis parkeren zonder blauwe zone komt. Het college moet nog een verkeersbesluit nemen. Op maandag 1 december a.s. worden de parkeermeters buiten werking gesteld. Dat wordt met behulp van stickers aangegeven en dan kan gratis worden geparkeerd. Daarna worden successievelijk blauwe zones en de nodige borden aangebracht. Het is veel werk alles juridisch te regelen met vergunninghouders en abonnementhouders. Het meeste kan in week 48 en 49 gebeuren, maar er is voor de levering van materiaal ook afhankelijkheid van derden. Er is in Eygelshoven wel een oplaadpunt voor elektrische auto's en het is de bedoeling dat ze in Kerkrade terugkomen. Er wordt in Eygelshoven zo weinig van de oplaadpalen gebruikgemaakt dat er niet twee maar nog maar één oplaadplek is. Hij weet nog niet of er voor Kerkrade een alternatief kan worden bedacht, maar er komt in het kader van de duurzaamheid van het Centrumplan nadrukkelijk aandacht voor. De heer Meijer stelt voor dat er ook stickers op de automaten en de borden kunnen worden geplakt, dan hoeven er niet direct nieuwe borden te worden geplaatst. De voorzitter laat dit aan de wethouder over. De heer Roland complimenteert GroenLinks. De insteek van de verschillende partijen was anders. Het CDA ging wat meer op de cijfers in en rekende al besparingen uit, terwijl GroenLinks het autoverkeer wil belasten. Het is fantastisch dat de raad uiteindelijk toch tot een besluit is gekomen. De voorzitter dacht dat het in de aanloop van de provinciale verkiezingen pragmatisme van de heer Rossel was. Hij feliciteert de raad met de wijze waarop dit tot stand is gekomen en hij wenst wethouder Bok veel wijsheid en har werken toe om het op tijd af te hebben. Het voorstel is met inachtneming van het amendement aangenomen. PUNT 10
25
MOTIE GROENLINKS INZAKE WOONWAGENBELEID Eerste ronde
De voorzitter meldt dat er een motie is ingediend waarin het college wordt verzocht het huidige beleid ten 30 aanzien van de woonwagens dusdanig te wijzigen dat de huidige 31 standplaatsen voor de woonwagens worden gehandhaafd door opvolging van de huur tot aan derdegraads familie mogelijk te maken. Hij geeft het woord aan wethouder Bok. http://raadsinformatie.kerkrade.nI/Vergaderingen/Gemeenteraad/2014/26-november/19:00ZMotie-GroenLinksinzake-woonwagenbeleid/Motie-ex-art.-34-woonwagenbeleid-gewijzigd.pdf 35 Wethouder Bok meldt dat het college aan de slag wil gaan met deze motie. De heer Rossel vindt het goed dat het college toezegt de motie uit te voeren, maar hij wil wel polsen of een meerderheid van de raad de motie omarmt omdat deze is gewijzigd om een meerderheid te krijgen. Mevrouw Laumann gaat akkoord met de motie. De heer Iding is wat verrast door de woorden van wethouder Bok. Hij wenst het college veel succes met de 40 uitwerking van een en ander. De gemeente zag in 2007 geen reden het beleid te wijzigen. Het is daarna wel gewijzigd. Hij blijft bij zijn standpunt en hij steunt de motie niet. De heer Heijltjes steunde de motie van 23 september j l . niet, maar door de aanpassing en iets aan de standplaatsen te doen, steunt hij deze motie wel. De heer Van Drunen is het daarmee volledig eens. 45 De heer Dautzenberg ging al akkoord met een deel van de motie en nu de motie is aangepast, gaat hij akkoord met de aangepaste motie. De heer Paas gaat akkoord met de motie. Mevrouw Housen, komt terug op de commissievergadering. Het CDA gaf toen aan tegen de motie te stemmen omdat het CDA tegen de verkoop van standplaatsen is. De motie is op dit punt aangepast en het 50 CDA gaat daarom akkoord met de motie. De heer Jacobs ging wel akkoord met de eerdere motie. Bij zijn partij staat de mens in zijn eigen leefomgeving centraal; leven en laten leven. Hij gaat akkoord met de motie die wat hem betreft nog verder had mogen gaan. De voorzitter constateert dat de motie is aangenomen en de VVD wordt geacht te hebben tegengestemd.
Pagina 17 van 19
PUNT 1 1 ARTIKEL 3 9 VRAGEN INZAKE JEUGDZORG 5
Eerste ronde
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Wethouder Schlangen leest de vragen en antwoorden voor: 1 . Hoe ver is het college gevorderd met betrekking tot het sluiten van contracten met verschillende aanbieders van jeugdzorg? Met welke instellingen zijn contracten/afspraken gemaakt en met welke instellingen lopen de gesprekken nog? De contracten met de verschillende aanbieders worden voor de 1 8 gemeenten in Zuid-Limburg centraal door de gemeente Maastricht gesloten; zie de door de raad vastgestelde centruminkoop Jeugdzorg regio Zuid-Limburg. Er zijn met de meeste instellingen afspraken gemaakt. Ten aanzien van een aantal aanbieders loopt het contracteren nog. In willekeurige volgorde: Rubicon heeft in Zuid-Limburg een beperkt aantal cliënten en werkt samen met Xonar. Rubicon heeft daarom niet ingeschreven, maar die heeft uiteindelijk besloten toch in te schrijven. De gegevens zijn de afgelopen week bekendgemaakt en naar verwachting wordt begin december a.s. een contact gesloten. Pergamijn is een instelling die werkt met lichamelijk beperkte mensen. Deze instelling heeft een klein aandeel in de cliënten van de Jeugdwet en moet nog gegevens aanleveren. Zigzagzorg is een medisch kinderdagverblijf. Het heeft een klein deel cliënten vanuit de Jeugdwet en heeft inconsequente gegevens aangeleverd. Hij gaat met Zigzagzorg in gesprek om een indruk van de cijfers te krijgen. Vincent van Gogh heeft een klein aantal cliënten in Zuid-Limburg en had niet ingeschreven. Deze instelling heeft tot nu toe niets aangeleverd, maar geeft op dit moment aan dat dit binnenkort komt. De Koraalgroep is een grote aanbieder in Zuid-Limburg die wel gegevens heeft aangeleverd, maar die de dienstverleningsovereenkomst niet heeft getekend omdat ze niet kan instemmen met de korting op het tarief van de zzp 4 en 5 . Dat zijn plekken voor kinderen die ernstig beperkt zijn. De Koraalgroep is de enige in de regio die deze zorg biedt. Er vinden intensieve gesprekken plaats met de Koraalgroep en er wordt nu gekeken naar een andere manier van berekenen van arrangementsprijzen met meer differentiatie die meer recht doet aan deze zware doelgroep. De basis blijft de garantstelling van een RTA en op 2 4 november j l . zijn er met de Koraalgroep voorgesprekken gevoerd. De uitslag hiervan zal morgen of overmorgen bekend worden. De verwachting is dat men eruit komt. Beide partijen hechten hieraan veel belang. Orbis geeft aan niet te kunnen leven met een korting van 2 0 7 o op de daghulp. Er wordt een onderzoek ingesteld om te kijken of dit echt het geval is en wat er nodig is om de hulp te kunnen continueren. 2 . Verwacht het college voor 1 december a.s. alle contracten en afspraken gemaakt te hebben ten behoeve van de uitvoer van jeugdzorgtaken? Zo nee, welke zullen pas na 1 december a.s. worden gesloten? Naar verwachting sluiten de meeste van de bovengenoemde instellingen begin december 2 0 1 4 een contact. 3 . Is er al meer duidelijkheid over de aantallen cliënten die gaan gebruikmaken van de jeugdzorg in Kerkrade? Zo ja, kan de gemeenteraad dan een overzicht van de meest recente cijfers ontvangen? De cijfers van het aantal cliënten dat gaat gebruikmaken van de jeugdhulp 2 0 1 5 zijn nog niet bekend. Alle berekeningen van toekomstig gebruik zijn op dit moment schattingen. De gegevens over 2 0 1 4 zijn maar gedeeltelijk beschikbaar. 4 . Krijgt het college momenteel veel meldingen van zorgaanbieders die verwachten kopje onder te gaan? Zo ja, om hoeveel meldingen gaat het, wat is de mogelijke impact hiervan op het aanbod en hoeveel arbeidsplaatsen staan mogelijk op het spel? Er komen bij het college van de gemeente Kerkrade geen meldingen binnen. Als er meldingen binnenkomen, komen bij de gemeente Maastricht binnen. Er zijn momenteel geen meldingen van zorgaanbieders die verwachten kopje onder te gaan. 5 . Is het college bekend met de extra C 2 0 0 miljoen van staatsecretaris Van Rijn? Zo ja, heeft het college al enig zicht op de wijze van inzetten en eventueel gemeentelijk beleid?
Pagina 1 8 van 1 9
Het college is bekend met de extra C 200 miljoen voor het hele land van staatsecretaris Van Rijn en de middelen worden toegevoegd aan het budget voor de decentralisatie van de jeugdhulp. PUNT 15 5 SLUITING De voorzitter sluit de vergadering. 10 Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 17 december 2014. De raad voornoemd, 15 De griffier,
Pagina 19 van 19