5
NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag 30 november 2011 om 19.00 uur. Nr: 11it00974
10
15
20
25
30
A G E N D A : 1. Opening. 2. Vaststelling van de raadsagenda. 3. Ingekomen stukken. AKKOORDSTUKKEN 4. Ontwerpbesluit inzake gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio. 5. Ontwerpbesluit inzake herbenoeming twee externe leden rekenkamer. BESPREEKSTUKKEN 6. Motie GroenLinks inzake een inventarisatie van opties in de casus Licom N.V. 7. Motie GroenLinks inzake een doorrekening van de effecten van alle opties in de casus Licom N.V. 8. Motie GroenLinks inzake een vervolgopdracht aan Langedijk SWO om de rol van de gemeenteraad te onderzoeken in de casus Licom N.V. 9. Motie GroenLinks inzake een benchmark voor de aanpak van de herstructurering SWbedrijven in de casus Licom N.V. 10. Sluiting. Aanwezig de leden:
40 Afwezig:
de heren P.H.L. Kockelkorn, A.M.J. Von Kann en S.H.G. Gorissen, met kennisgeving.
45 Medeaanwezig: Voorzitter:
50
J.G. Bok, E.C.C.J. BremenMunsters, L.J.M. Crombach, M.M.L. van Drunen, E.H. Gehlen, J.L.P. Hanssen, W.J. Heijltjes, A.M.J.G. HousenDonners, H.G. Housen, H.J.G.M. Jacobs, R.A. Kool, Y.J.F. Lataster, P.G.J. van der Mierden, M.S.A. RibbinkPieters, J. Roland, A. Rossel, J. Rozema, M.P.P. Ruiters, P.D. Schepers, J.H. Schlangen, D.W.J. Schneider, J.A. Severins, J.P.P. Spiertz, R.J.W. Sulmann, J.W.A. Vinders en P.J. Wöltgens.
mevrouw C. SzalataThomas, wethouder.
de heer J.J.M. Som, burgemeester.
Griffier: mw. H.J.W. Jacobsvan Dongen, griffier.
Pagina 1 van 8
PUNT 1
5 OPENING
10
15
20
De voorzitter heet de aanwezigen in de raadszaal en de mensen thuis van harte welkom en tevens mevrouw Szalata welke uitgenodigd is voor een aantal punten op de agenda. De voorzitter meldt dat de heren Kockelkorn, von Kann en Gorissen afwezig zijn met kennisgeving, en dat de heer Lataster iets later komt. De voorzitter zegt dat hij begrepen heeft dat de heer Ruiters van het CDA de overweging zal uitspreken. De heer Ruiters zegt dat de voorzitter weet dat het CDA geen voorstander is van het uitspreken van een overweging maar van het ambtsgebed. Tijdens het Seniorenconvent is aan het CDA het verzoek gedaan om toch een openingsoverweging uit te spreken. Aan dat verzoek voldoet hij dan ook bij deze. Het relikwie met de officiële tekst van het openingsgebed, hetwelk hij van zijn mederaadsleden heeft gekregen, heeft hij bij zich, echter hij zal dit niet uitspreken maar naast zich leggen. In het Seniorenconvent heeft hij aangegeven dat de openingsoverweging (geen gebed) welke in de Provinciale Staten van Limburg wordt gebruikt een mooie tekst zou zijn. Deze leest hij hierbij dan ook voor: “Aan het begin van deze vergadering, waarin wij samenkomen om de belangen van de gemeente Kerkrade en haar inwoners te dienen, spreken wij de hoop uit dat onze arbeid vrucht zal dragen. Mogen wij kracht en inspiratie putten uit onze geloofs en levensovertuiging met een juiste waardering voor elkaars mening. Dat is onze bede aan God of elkaar.” De voorzitter bedankt de heer Ruiters.
25 PUNT 2
30 VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA
35
40
De voorzitter deelt mede dat wethouder Terpstra na afloop van de vergadering nog een mededeling zal doen. De heer Rossel stelt voor om de 4 aparte agendapunten betreffende de moties als één agendapunt te behandelen in twee termijnen. De voorzitter vindt dit een goede zaak en vraagt of de overige raadsleden hiermee kunnen instemmen. Aldus wordt besloten dat de agendapunten 6, 7, 8 en 9 als één agendapunt worden behandeld. Alvorens de voorzitter naar de ingekomen stukken gaat, trekt hij eerst een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nummer 17, hetgeen correspondeert met de heer Kool. Dat betekent, dat de fractie Kool vandaag het eerste recht van spreken heeft.
45
PUNT 3 INGEKOMEN STUKKEN.
50 1.
Schrijven d.d. 21 juni 2011 van de fractie van Burgerbelangen (11i0006786) met vragen ex art. 38 RvO inzake “preekstoel” in Eygelshoven.
Pagina 2 van 8
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021447) aan de fractie van Burgerbelangen.
5
Conform het verzoek wordt besloten. 2.
10
Schrijven d.d. 23 september 2011 van de fractie Kool (11i0009894) met vragen ex art. 38 RvO betreffende Carisborg. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021077) aan de fractie Kool. Conform het verzoek wordt besloten.
15
3.
Schrijven d.d. 26 september 2011 van de fractie GroenLinks (11i0009952) met vragen ex art. 38 RvO betreffende ontwerpmonumentenvergunning kloostervleugel Pannesheiderstraat 71. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021847) aan de fractie GroenLinks.
20
Conform het verzoek wordt besloten. 4.
25
Schrijven d.d. 23 september 2011 van de fractie PvdA Kerkrade (11i0009953) met vragen ex art. 38 RvO betreffende het toegankelijkheidsbeleid van de gemeente Kerkrade. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0023047) aan de fractie PvdA. Conform het verzoek wordt besloten.
5.
Schrijven d.d. 27 september 2011 van de fractie Burgerbelangen (11i0009984) met vragen ex art. 38 RvO betreffende overlast Prickbos. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021436) aan de fractie Burgerbelangen.
35
Conform het verzoek wordt besloten.
40
6.
Schrijven d.d. 4 oktober 2011 van de fractie Kool (11i0010191) met vragen ex art. 38 RvO betreffende flats Bleijerheide. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021893) aan de fractie Kool.
45
Conform het verzoek wordt besloten. 7.
50
Schrijven d.d. 6 oktober 2011 van de fractie Burgerbelangen (11i0010424) met vragen ex art. 38 RvO betreffende afkoopsom. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0021260) aan de fractie Burgerbelangen.
Pagina 3 van 8
Conform het verzoek wordt besloten. 8.
5
Schrijven d.d. 24 oktober 2011 van de fractie Jacobs (11i0011253) met vragen ex art. 38 RvO betreffende Voortgezet Onderwijs; Zo Concreet. Voor beantwoording aan college.
9.
10
Schrijven d.d. 25 oktober 2011 van de fractie Jacobs (11i0011458) met vragen ex art. 38 RvO betreffende Voortgezet Onderwijs; onderzoek door BMC. Voor beantwoording aan college.
15
10. Schrijven d.d. 28 oktober 2011 van de fractie Jacobs (11i0011505) met vragen ex art. 38 RvO betreffende herstructurering nieuwbouw. Voor beantwoording aan college.
20
11. Schrijven d.d. 9 november 2011van de fractie GroenLinks (11i0011973) met vragen ex art. 38 RvO betreffende rapport RIVM ‘gezondheid in krimpregio’s’. Voor beantwoording aan college.
25
12. Schrijven d.d. 11 november 2011 van de fractie Burgerbelangen (11i0012069) met vragen ex art. 38 RvO betreffende sloop van woning in stadsdeel Oost. Voor beantwoording aan college.
30
13. Raadsinformatiebrief d.d. 6 oktober 2011 van het college (11it00763) betreffende de septembercirculaire 2011. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 14 november 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen.
35
Conform het verzoek wordt besloten. 14. Raadsinformatiebrief d.d. 10 oktober 2011 van het college (11u0020561) betreffende geschil tussen WOZL en Maecon.
40
Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van 15 november 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten. 15. Raadsinformatiebrief d.d. 3 november 2011 van wethouder Weijers betreffende adoptie rotondes.
50
Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Grondgebied en Economische Zaken van 16 november 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten.
Pagina 4 van 8
5
10 PUNT 4
15
20
ONTWERPBESLUIT INZAKE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VEILIGHEIDSREGIO. De heer Kool heeft de stukken allemaal doorgelezen en hij denkt dat deze personeel gezien goed in elkaar zitten. Echter wat betreft de afwikkeling van de zaken vraagt hij zich af of daar eenzelfde homogeniteit is als in de organisatie. Hij maakt zich daar zorgen over. De voorzitter merkt op dat de heer Kool dit ook helder heeft aangegeven in de commissie en dat zij daar een mening over delen. De rechten en plichten blijven bestaan zoals deze zijn. Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
25
PUNT 5 ONTWERPBESLUIT INZAKE HERBENOEMING TWEE EXTERNE LEDEN REKENKAMER.
30 Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
PUNT 6, 7, 8 en 9
35
40
MOTIES GROENLINKS INZAKE: - EEN INVENTARISATIE VAN OPTIES IN DE CASUS LICOM N.V - EEN DOORREKENING VAN DE EFFECTEN VAN ALLE OPTIES IN DE CASUS LICOM N.V. - EEN VERVOLGOPDRACHT AAN LANGEDIJK SWO OM DE ROL VAN DE GEMEENTERAAD TE ONDERZOEKEN IN DE CASUS LICOM N.V. - EEN BENCHMARK VOOR DE AANPAK VAN DE HERSTRUCTURERING SWBEDRIJVEN IN DE CASUS LICOM N.V.
45 De voorzitter zoekt naar een mogelijkheid om deze moties te behandelen. Naar aanleiding van de
50
commissiebehandeling zijn er 60 à 80 vragen gesteld, welke afgelopen vrijdag inmiddels allemaal beantwoord zijn. Deze vragen worden dan ook niet meer besproken, maar het kan best zijn dat naar aanleiding van de vragen/antwoorden dingen zijn blijven liggen en nu aan de orde komen. De voorzitter stelt voor om wethouder Szalata een korte toelichting te laten geven. Vervolgens zal hij dan de heer Rossel vragen of deze het eens is met de wijze waarop de moties worden behandeld. Met deze handelwijze doe je iedereen eer en recht.
Pagina 5 van 8
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Wethouder Szalata geeft vervolgens een korte toelichting op de voorliggende 4 moties, alhoewel deze ook al in de commissie behandeld zijn. De eerste motie “een inventarisatie van opties in de casus Licom N.V.”. De vraag hierbij is of dit alle opties zijn. In de commissie heeft wethouder Szalata al gezegd dat er in het eerste half jaar van 2012 verschillende scenario’s uitgewerkt worden.Deze opties worden meegenomen maar ook andere. De tweede motie “een doorrekening van de effecten van alle opties in de casus Licom N.V.”. Deze opties worden uiteraard doorgerekend. Tijdens de commissiebehandeling is gezegd dat dit een voorwaarde is om überhaupt tot een keuze te kunnen komen. Alleen de termijn eerste kwartaal 2012 is geen haalbare kaart, de termijn is het eerste half jaar 2012. De derde motie “een vervolgopdracht aan Langedijk SWO om de rol van de gemeenteraad te onderzoeken in de casus Licom N.V.”. De vraagstelling in deze motie is de wethouder niet helemaal duidelijk. Gaat het over de rol van de gemeenteraden in het verleden of in de toekomst? De vraag of de gemeenteraad zich zelf ook kan onderzoeken is de wethouder ook niet helemaal duidelijk. De vierde motie “een benchmark voor de aanpak van de herstructurering SWbedrijven in de casus Licom N.V.”. In de commissie is al gezegd dat deze benchmark gedaan wordt door Cedris. Welke effecten de bezuinigingen hebben en hoe de verschillende SWbedrijven er mee om gaan is lastig. De SWbedrijven hebben verschillende uitgangsposities, er zijn er welke het goed doen, anderzijds zijn er sommigen welke veel problemen hebben. Dat maakt het lastig om de bedrijven met elkaar te vergelijken. De heer Langedijk komt bij veel SWbedrijven in het land. De wethouder weet dat de heer Langedijk zijn werkzaamheden best practice oppakt. De voorzitter bedankt de wethouder voor haar toelichting en geeft vervolgens het woord aan de heer Rossel. De heer Rossel wenst de moties niet separaat toe te lichten, daar dit al is gebeurd in de commissie. Hij zal in de eerste termijn reageren. De heer Kool slaat zijn beurt even over.Na inbreng van de heer Rossel zal hij reageren. De heer Rossel zegt dat hij vlak voor de vergadering heeft aangegeven dat het niet mogelijk is om iets over de moties te zeggen zonder de rapporten van Langedijk aan te halen. De heer Rossel gaat niet in op alle 103 genotuleerde vragen en ook niet op de 103 genotuleerde antwoorden, maar hij wil wel een fatsoenlijke inbreng kunnen leveren in dit debat. Alvorens zijn inbreng te leveren leest hij een aantal citaten voor uit het rapport van Langedijk: op pagina 6 en 7: “De gemeenten hebben vanaf het moment dat gemeentelijke leningen en garanties waren ingelost als aandeelhouders afstand gehouden van het te voeren ondernemingsbeleid, mede doordat vanuit zowel directie als Raad van Commissarissen erop gehamerd werd dat het aan de ondernemersleiding is om het ondernemingsbeleid te bepalen en uit te voeren. In de situatie dat jarenlang aan gemeenten is voorgehouden dat er geen gemeentelijke bijdragen nodig waren om de begroting sluitend te maken, hebben de gemeentelijke aandeelhouders het te voeren ondernemingsbeleid ook feitelijk overgelaten aan directie/Raad van Commissarissen. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders nam een afstandelijke positie in (vergelijkbaar met de positie van belegger in een structuurvennootschap). Zelfs een eenmalige kapitaalsinjectie in 2006 van € 6 miljoen heeft niet geleid tot meer kritische vragen of bemoeienis vanuit gemeenten”. Einde citaat. Citaat op pagina 8 van voornoemd rapport: “Voorts hebben de aandeelhouders zich onvoldoende bekommerd om de vraag of de toezichthoudende functies wel voldoende waren verankerd in de door directie en Raad van Commissarissen gehanteerde werkprocessen.” Citaat op pagina 26 van voornoemd rapport: “Voor de hand zou hebben gelegen wanneer de gemeenten als opdrachtgever, verantwoordelijke voor de uitvoering van de wet en als eigenaar eerst hun visie hadden gegeven, waarna Licom haar plan had opgesteld”. De heer Ruiters interrumpeert met de opmerking dat hij zich hierop niet heeft voorbereid. Hij heeft alleen naar de moties gekeken en hij heeft ook het rapport Langedijk niet bij zich daar gaat het hier ook niet over hij heeft met zijn fractie puur naar de strekking van de moties gekeken. De heer Ruiters vindt het zeer interessant om eens een discussie te voeren over het rapport en de mogelijke gevolgen, maar naar zijn mening zouden nu de moties behandeld worden. Dit is in de commissie ook afgesproken, nu heeft hij
Pagina 6 van 8
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
het gevoel dat het Licombreed gaat. Daarop heeft hij zich dus niet voorbereid en hij vindt dat dus ook heel lastig. De heer Rossel geeft aan dat het onmogelijk is om deze moties te behandelen zonder de rapporten te bestuderen. Alle 103 genotuleerde vragen en antwoorden, zijn vragen en antwoorden die tot stand zijn gekomen door die twee voorliggende rapporten. Hij vindt het jammer dat de heer Ruiters zegt “ik heb die rapporten niet bij me en daar gaat het hier niet over” daar in alle vier de moties de twee rapporten letterlijk worden genoemd. De voorzitter kan zich die opmerkingen wel voorstellen. Dat is ook de reden waarom van te voren is kortgesloten hoe om te gaan met behandeling van de moties. De voorzitter is niet van plan om alle 120 vragen te behandelen, daar zijn de commissies voor. Temeer daar over 14 dagen de financiën in de commissie worden behandeld. Er moet een verschil gemaakt worden tussen raadswerk en commissiewerk. Het is misschien verstandiger om, als alle rapporten en financiële onderzoeken klaar zijn en de uitgangspunten bekend zijn, dan een finaal debat te voeren. De moties krijgen dan de volledige aandacht. De heer Rossel heeft veel werk besteed aan de moties en hij heeft recht op goede behandeling hiervan. De voorzitter geeft de heer Rossel mee goed na te denken op welke wijze hij de moties behandeld wil zien. De voorzitter zal de mening van de raad vragen hoe te handelen in deze. Hij probeert niet de koe en de geit te sparen maar een goed voorstel te doen in deze. De heer Rossel merkt op, dat wie de antwoorden en juist de niet antwoorden goed heeft bestudeerd, maar één ding kan constateren. Dit college wil antwoorden en meningen van de raad hebben. Op 45 van de 60 vragen die GroenLinks heeft gesteld, reageert het college dat zij nog geen waardeoordeel hebben gegeven, maar eerst de meningen, vragen en suggesties vanuit de raad en commissies willen krijgen. De heer Rossel wil niet ingaan op alle details maar wenst in algemene lijn een inbreng te geven. De voorzitter vraagt naar aanleiding van de opmerkingen van de heer Ruiters naar de mening van de raad. De heer Roland vraagt aan de voorzitter wat er nu precies van hen verwacht wordt. De voorzitter wenst helderheid te scheppen in deze. Er zijn twee mogelijkheden. De moties worden uitvoerig behandeld waarna deze in stemming worden gebracht met het gevaar dat er een verknipt beeld ontstaat. De heer Ruiters en ook andere raadsleden hebben aangegeven dat zij dit niet voorbereid hebben en alleen zijn uitgegaan van de moties. Een andere mogelijkheid is om de rapporten en financiële gegevens af te wachten en dan een plenair debat te voeren met alle feiten en gegevens. De voorzitter wil de Rossel niet te kort doen en hem ook niet afkappen maar vraagt naar het gevoelen van de raad in deze. De heer Roland vindt, gezien het feit dat van de 66 vragen van GroenLinks er 40 nog niet zijn beantwoord, en het vele werk dat de heer Rossel hieraan heeft besteed, het beter om de moties eerst in de commissie uitvoerig te bespreken, waarna vervolgens behandeling in de raad plaatsvindt. De heer Gehlen brengt naar voren, dat het ook nog mogelijk is dat naar aanleiding van behandeling in de commissie er nieuwe ontwikkelingen naar voren komen, welke van invloed zijn op de stemming over de moties. Daarom is de VVD er voorstander van om de behandeling uit te stellen. De heer Bok zegt dat ook zijn fractie zich heeft voorbereid op de 4 moties. Los van het feit, dat zijn fractie de 3 moties over de toekomst steunt, sluit hij zich aan bij de woorden van de heer Roland. Mede gezien de vele energie welke de heer Rossel in de moties heeft gestoken, verdienen deze een fatsoenlijke behandeling in de commissie en vervolgens in de raad. De heer Schlangen sluit zich aan bij de voorgaande spreker, daar veel vragen nog niet zijn beantwoord en zijn fractie zich alleen heeft voorbereid op de moties an sich. De heer van Drunen zegt dat zijn fractie zich goed heeft voorbereid op de moties, maar dat zij een aantal stukken en uitspraken van de aandeelhouders missen. De PvdA is voorstander van behandeling in de commissie en vervolgens in de raad. De heer Kool heeft al eerder in de commissie aangegeven, dat als niet alle rapporten voorhanden zijn en de beantwoording niet compleet is, er geen eensluidend antwoord kan zijn.
Pagina 7 van 8
5
10
15
20
25
De voorzitter concludeert dat de meerderheid van de raad het werk van de heer Rossel waardeert en graag hierover een volgende keer als alle ingrediënten er zijn met de heer Rossel het debat wil voeren. De heer Rossel respecteert de mening van de meerderheid van de raad, dat is democratie maar hij vraagt aandacht voor twee zaken. Ten eerste de moties komen voort uit de twee rapporten. Het is onmogelijk om omtrent de moties een discussie te voeren zonder die twee rapporten. De heer Rossel geeft dat de raad mee voor een volgende discussie.Ten tweede voor de beantwoording van de vragen wenst het college de mening van de raad. Mevrouw van Bremen merkt op dat de voorzitter in zijn antwoord heeft aangegeven de reactie van de commissie te willen zien. Deze staat over twee weken op de agenda en niet de reactie van de raad. De voorzitter zegt gezien de inhoud, het vele werk het een goede zaak te vinden tot eerste behandeling in de commissie. Daar ontstaat er een totaalbeeld en kan met elkaar worden afgesproken in welke richting men wil gaan. Ook over de vragen kan in de commissie uitvoerig worden gesproken. Op grond daarvan kan het college zich een beeld gaan vormen. De raad kan dan vervolgens het debat gaan voeren. De heer Rossel wenst, gezien het feit dat er nu geen debat zal worden gevoerd, de 4 moties aan te houden tot behandeling in de commissie van volgende week, waarna behandeling in de raad van december. Het gevaar dreigt dan wel dat de agenda van de raad overvol wordt. De voorzitter zegt dat behandeling dan eventueel kan worden doorgeschoven naar januari. De heer Hanssen doet de suggestie om in plaats van behandeling in de commissie, vóór 8 december a.s. een raadsconferentie te houden waarin de moties behandeld worden. De voorzitter vindt het verstandig eerst behandeling te laten plaatsvinden in de commissie en vervolgens in de raad. Als de agenda van de raad te vol is, dan zal het presidum daarvoor een gepaste maatregel zoeken. De heer Roland verzoekt of de heer Rossel zijn betoog wil afmaken, zodat de overige raadsleden weten naar welke richting hij toe wil. De voorzitter vindt dit dubbelop en stelt voor om dit niet te doen. Er wordt besloten de 4 moties aan te houden tot behandeling in de commissie.
30
PUNT 10 SLUITING.
35
De voorzitter vraagt de heer Terpstra om na afloop van de vergadering zijn mededeling te doen. Vervolgens wenst hij een ieder wel thuis en sluit vervolgens de vergadering om 19.25 uur.
40 Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 21 december 2011. De raad voornoemd,
45
De voorzitter,
De griffier,
Pagina 8 van 8