NOTULEN VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN
ZITTING VAN DONDERDAG 19 SEPTEMBER 2013
Aanvang zitting 17U30 Einde zitting 19U30 Aanwezig Ivan De Clerck, Voorzitter, Brigitta Monbaliu, Jochem Vincke, Stephanie De Deyne, Georgette Brak, Bo Bentein, Femke Ballegeer, Nadia Cloetens, Norman Schiltz, Kurt Decleer, Liesbeth Verhaeghe, Raadsleden, Luc Demeulemeester, Secretaris Verontschuldigd
Openbare zitting
Bestuur 1. Algemeen secretariaat - Mededelingen - Varia - Kennisneming Mevrouw Nadia Cloetens merkt op dat de speeltuin van de kinderkribbe er deze zomer onverzorgd bijlag. De heer voorzitter beaamt dit doch wijst op de uitzonderlijke situatie, waarbij verschillende personeelsleden van SEB, die instaan voor het tuinonderhoud, niet beschikbaar waren wegens ziekte en/of hospitalisatie. Inmiddels is een inhaalbeweging uitgevoerd. Mevrouw Nadia Cloetens vraagt of de deontologische code en het huishoudelijk reglement al af zijn. De heer voorzitter antwoordt dat deze documenten in de zitting van oktober of november zullen voorgelegd worden aan de raad. Mevrouw Nadia Cloetens wijst erop dat de locatie voor de Walking Dinner niet vermeld staat op de uitnodiging en dat er vermeld staat dat de Raad kookt. Graag had zij hierover meer informatie gehad. De heer voorzitter verduidelijkt dat de Raad zelf niet meer kookt, doch Aramark. Destijds werd er door de Raad zelf gekookt, doch de interesse nam af zodat de catering volledig werd toevertrouwd aan Aramark. Mevrouw Monbaliu vraagt of er al contact werd genomen met de organisaties inzake de drughulpverlening. De heer voorzitter antwoordt dat de dossiers worden opgemaakt en waarschijnlijk in oktober in Raad zullen worden voorgelegd. Op vraag van mevrouw Nadia Cloetens verduidelijkt de heer voorzitter dat de seniorenraad met het digi-ateljee een eigen werking heeft en hierbij financieel autonoom werkt.
2. Algemeen secretariaat - Notulen - Openbare zitting van 4 juli 2013 - Besluit Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De notulen worden goedgekeurd.
3. Algemeen secretariaat - Aankoop rijkswachtkazerne - Bespreking De heer voorzitter verklaart dat in Schepencollege alle opportuniteiten bekeken werden qua huisvesting . Zo zou het jeugdhuis, dat oorspronkelijk voorzien werd in het rijkswachtgebouw, gevestigd worden in het administratief gebouw van FOD Financiën. Binnen de Bezaan werd de uitbouw van de sociale dienst voorzien, doch deze piste wordt nu verlaten. Bedoeling is op lange termijn het woonzorgcentrum te vestigen op de site van de Bezaan en het speelplein ernaast. Nu de Bezaan verder verbouwen zou de bouw van het woonzorgcentrum hypothekeren. De rijkswachtkazerne biedt hier nu mogelijkheden voor de sociale dienst en het sociaal huis, waarbij de centrale ligging van het gebouw ongetwijfeld een pluspunt is. De structuur van het gebouw is ok zodat er met minimale kosten zou heringericht kunnen worden. Het gebouw is ook architectonisch van belang. Op lange termijn zouden de gebouwen ( kazerne + conciërgewoning ) eventueel verkocht kunnen worden, waarbij zeker een meerwaarde zou worden gerealiseerd, ofwel zou de ganse site kunnen gebruikt worden voor de uitbouw van de ganse ocmw-administratie. Mevrouw B. Monbaliu vindt de centralisatie van diensten positief (laagdrempeligheid, bereikbaarheid), doch maakt voorbehoud omtrent de onteigeningsprocedure, zoals de CD&V -fractie uitte in de gemeenteraad van 10 september ll. betreffende het verloop van de onteigeningsprocedure. De heer voorzitter bemerkt dat de onteigeningsprocedure voor de conciërgewoning, eigendom van de Regie der gebouwen, en de aankoop van de kazerne, eigendom van de politiezone BlankenbergeZuienkerke, twee afzonderlijke zaken zijn. Enkel de aankoop van de kazerne wordt nu behandeld. Het is de bedoeling zo vlug mogelijk te kunnen renoveren, te beginnen met de aanstelling van een architect, die het project begeleid. Er is momenteel een dringend plaatsgebrek voor de sociale dienst in de Bezaan. Mevrouw B. Monbaliu betreurt dat de communicatie via de pers werd gevoerd en dat het niet aangenaam is dit, als raadslid, in de krant te moeten vernemen. De heer voorzitter antwoordt dat er een probleem was gezien reeds in gemeenteraad een en ander diende gecommuniceerd. Er wordt voorgesteld vooraf een mail te sturen naar de raadsleden. De heer voorzitter gaat hiermee akkoord. Mevrouw Nadia Cloetens vraagt wat er concreet met de conciërgewoning zal gebeuren. De heer voorzitter antwoordt dat het gebouw momenteel wordt onteigend door het stadsbestuur, die het dan achteraf aan het OCMW kan verkopen. Deze aankoop zou in ieder geval een sterke belegging betekenen voor het ocmw. De heer Kurt Decleer verklaart dat nu duidelijke informatie werd verstrekt, wat voorheen niet het geval was. Indien de operatie financieel interessant is, is dit een goede zaak voor het ocmw. De Raad gaat unaniem principieel akkoord met de aankoop van het rijkswachtgebouw. De procedure wordt verder uitgewerkt. Toelichting
Het OCMW Blankenberge zou de rijkswachtkazerne willen aankopen van de politiezone Blankenberge-Zuienkerke, voor de huisvesting van het Sociaal Huis en de Sociale dienst.
Financiële informatie
Het gebouw wordt geschat door de ontvanger van de registratie te Brugge op € 420 000,00 (excl. notariskosten). Deze investering past binnen het budget 2011 van € 800 000,00 voorzien voor het project ‘Uitbreiding Bezaan’, onder investeringsproject 1/2011.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Besluit
Het OCMW Blankenberge is bereid de rijkswachtkazerne aan te kopen van de politiezone Blankenberge-Zuienkerke, voor de huisvesting van het Sociaal Huis en de Sociale dienst.
Bijlagen
Bijlage 1 – Schattingsverslag rijkswachtgebouw Bijlage 2 – Uittreksel kadastrale leggers (1) Bijlage 3 – Uittreksel kadastrale leggers (2) Bijlage 4 – Uittreksel kadastrale leggers (3) Bijlage 5 – Kadasterplan Bijlage 6 – Proces-verbaal van meting
Patrimonium H 1. Maatschappelijke dienstverlening – Studieopdracht renovatie rijkswachtkazerne Bestek - Besluit Toelichting
De Raad opteert om het rijkswachtgebouw van de politiezone BlankenbergeZuienkerke aan te kopen om er de sociale dienst en het Sociaal Huis in te huisvesten. Hiertoe dienen de nodige renovatiewerken uitgevoerd, waarbij de aanstelling van een architect noodzakelijk is.
Financiële informatie
Het voorziene investeringsbudget voor investeringsproject 1/2011 ‘Uitbreiding Bezaan’ bedraagt € 800 000,00.
Regelgeving
De Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten. Het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Het bestek ‘studieopdracht renovatie rijkswachtkazerne’ wordt goedgekeurd.
Ingesloten bijlagen
Bijlage 1 – Bestek studieopdracht renovatie rijkswachtkazerne en inschrijvingsformulier
BESTEK voor een opdracht voor aanneming van diensten:
Studieopdracht voor architectuur Renovatie rijkswachtkazerne Kerkstraat 153, 8370 Blankenberge
Aanbestedende Overheid : O.C.M.W.-BLANKENBERGE Jordaenslaan 34 – 8370 Blankenberge
Wijze van gunnen: onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave .........................................................................................................................5 1. Administratief Gedeelte ...................................................................................................6
1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6. 1.7. 1.8.
Van toepassing zijnde wetgeving .............................................................................6 Algemeen .................................................................................................................6 Toelatingsvoorwaarden ............................................................................................6 Indienen offerte ........................................................................................................7 Honorarium ..............................................................................................................8 Gunning ...................................................................................................................8 Uitvoering .................................................................................................................9 Facturatie en betaling ...............................................................................................9 2. Bijzondere aannemingsvoorwaarden .................................................................................10 2.1. Door de ontwerper te leveren diensten ...................................................................10 2.2. Bijkomende voorwaarden .......................................................................................12 Inschrijvingsformulier ...........................................................................................................11
1. Administratief Gedeelte
1.1. Van toepassing zijnde wetgeving Op deze opdracht zijn van rechtswege van toepassing : 1) 2) 3) 4) 5)
de organieke wet van 08 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn en latere wijzigingen; het decreet van de Vlaamse Gemeenschap dd. 19.12.2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; de wet dd. 15.06.2006 betreffende overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; het koninklijk besluit dd. 14.01.2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken alle andere besluiten en reglementen die terzake gelden, evenzo alle wijzigingen, errata en aanvullingen, ook al zijn ze niet bovenvermeld.
1.2. Algemeen Het O.C.M.W. wenst in het bestaand rijkswachtgebouw de sociale dienst en het sociaal huis te huisvesten. Hiertoe dienen de nodige renovatie- en verbouwingswerken (o.m. installatie lift) te geschieden.
Artikel 1 : De aanbestedende overheid is:
O.C.M.W.-Blankenberge Jordaenslaan 34 – 8370 Blankenberge
Alle bijkomende inlichtingen betreffende de huidige opdracht kunnen bekomen worden bij Hilde Van Renterghem, bestuurssecretaris en leidend ambtenaar in dit dossier, tel. 050 43 12 23, fax 050 43 12 10, e-mail :
[email protected].
Artikel 2 : Wijze van gunnen: Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking Artikel 3 : Voorwerp van de opdracht: Zie bijzondere aannemingsvoorwaarden
1.3. Toelatingsvoorwaarden Artikel 4 : Om in aanmerking te kunnen komen voor de gunning van de opdracht, moeten de
kandidaten, op straffe van nietigheid, de volgende documenten indienen: 1. bewijs van inschrijving op de tabel van de orde van de architecten; 2. het attest van de RSZ wordt door het OCMW opgevraagd via Digiflow; 3. bewijs van verzekering tegen beroepsrisico’s; 4. lijst van referenties van uitgevoerde nieuwbouw of verbouwingswerken op basis van de wetgeving op de overheidsopdrachten. De kandidaat staaft dit met de nodige bewijzen (een korte beschrijving, begin en einddatum van het project, kostprijs en eventueel een foto van de projecten).
1.4. Indienen offerte Artikel 5 : Adres: de offertes dienen toegezonden aan: O.C.M.W.- Blankenberge T.a.v. Hilde Van Renterghem Jordaenslaan 34 - 8370 Blankenberge
Artikel 6 : Wijze van indienen:
De offerte wordt geschoven in een “definitief gesloten omslag” waarop staat vermeld: ‘Studieopdracht voor architectuur renovatie rijkswachtkazerne’. Deze wordt uiterlijk afgegeven op maandag 07 oktober 2013 om 10u00. Bij inzending per post, als aangetekend stuk, wordt die gesloten omslag geschoven in een tweede gesloten omslag met opgave van het adres van het bestuur en met de vermelding “renovatie rijkswachtkazerne” en verzonden uiterlijk donderdag 03 oktober 2013. De offerte wordt in 4 exemplaren (één origineel, 3 kopieën) opgemaakt op de daartoe bestemde documenten van het lastenboek volgens bijgevoegd model. Alle andere documenten en bijlagen, bij de originele inschrijving gevoegd, worden door de gevolmachtigde geparafeerd. De offerte moet tevens digitaal worden bezorgd (PDF-formaat) tav.
[email protected].
Voor inlichtingen over de algemene bepalingen en de eventuele bijzondere bepalingen kan u zich richten tot: Hilde Van Renterghem Bestuurssecretaris OCMW Blankenberge Jordaenslaan 34 8370 Blankenberge Tel: 050 43 12 23
[email protected]
Artikel 7 : Opening der inschrijvingen:
De inschrijving dient uiterlijk op maandag 07 oktober 2013 om 10 uur te geschieden Er is geen publieke opening van de offertes.
Artikel 8 : Opmaken van de offerte:
De offerte wordt opgemaakt op het inschrijvingsformulier van dit bestek. Inschrijvingen op eigen formulieren zijn NIET toegelaten.
Artikel 9 : Bij de inschrijving te voegen documenten: De documenten zoals gevraagd bij de toelatingsvoorwaarden (zie artikel 4).
Artikel 10 : Ondertekening:
§ 1.
De inschrijver (of zijn gevolmachtigde) MOET het inschrijvingsformulier en alle doorhalingen, overschrijvingen, aanvullingen of wijzigingen, zowel in de offerte als in de bijlagen, die de essentiële voorwaarden kunnen beïnvloeden ondertekenen. § 2. Door de ondertekening van het inschrijvingsformulier verklaren de inschrijvers dat zij kennis genomen hebben van alle bepalingen van dit bestek.
1.5. Honorarium Artikel 11 : Honorarium
§ 1.
Prijsbepaling van de opdracht: Voor het geheel van de prestaties van de opdracht dient de ontwerper een percentage van de projectkost op te geven waarmee het honorarium zal berekend worden. De projectkost omvat de kostprijs van de renovatiewerken, de technische installaties en de vaste binneninrichting, inclusief de prijsherzieningen der bouwkosten na aanbesteding. Niet inbegrepen zijn de losse binneninrichting, de eventuele aansluitkosten van de nutsvoorzieningen en de BTW.
§ 2. Dit percentage omvat tevens de honoraria van de eventuele ontwerper(s) technieken en/of stabiliteit, door de inschrijver aan te stellen.
§ 3. De opdracht voor veiligheidscoördinatie wordt afzonderlijk aangesteld door de bouwheer.
§ 4. Aanvullende prestaties waartoe het bestuur in de loop van de uitvoering
opdracht geeft, geven slechts aanleiding tot het betalen van erelonen op voorwaarde dat ze niet het gevolg zijn van een onvolledigheid, een nalatigheid of een vergissing van de ontwerper.
Artikel 12 : Prijsherziening:
Er wordt geen prijsherziening toegestaan.
1.6. Gunning Artikel 13 : Gunningcriteria Bij de gunning van de opdracht wordt rekening gehouden met : a) De prijs b) Referenties op vlak van renovatie (overheids)gebouwen
Het voeren van de procedure houdt geen verplichting in tot het toewijzen van de opdracht. Het OCMW Blankenberge kan zowel afzien van het gunnen van de opdracht als de procedure herbeginnen, desnoods op een andere wijze.
Artikel 14 : Borgtochtstelling: Er wordt geen borgtocht gevraagd. 1.7. Uitvoering Artikel 15 : Uitvoering van de opdracht: § 1.
De regels die de uitvoering van de opdracht beheersen, zijn terug te vinden in het K.B. van 14.01.2013 en de Algemene Aannemingsvoorwaarden (A.A.V.) in bijlage van dat besluit.
§ 2. De partijen verklaren de opdracht uit te voeren overeenkomstig de bepalingen vastgelegd in dit bestek en goedgekeurd door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 19/09/2013.
1.8. Facturatie en betaling
Artikel 16 : Betalingsvoorwaarden: § 1.
a) b) c) d) e) f)
De betaling van het honorarium van de opdracht gebeurt als volgt: Na indiening van het voorontwerp: 20% van het ramingsbedrag Na goedkeuring van het aanbestedingsdossier door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn: 30% van het ramingsbedrag Na toewijzing door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn: 10% van het toewijzingsbedrag Naarmate de werken vorderen (op basis van de goedgekeurde vorderingsstaten): 30% Bij voorlopige oplevering der werken: 5% Bij definitieve oplevering der werken: 5%
§ 2. Bij de eindafrekening van de werken wordt een verrekening gemaakt aangaande de verschillen tussen geraamd bedrag en bedrag van uitvoering.
§ 3. De factuur, opgesteld in drie exemplaren, moet gestuurd worden aan: O.C.M.W.- Blankenberge Jordaenslaan 8370 Blankenberge
34
§ 4. De betaling geschiedt binnen de vijftig kalenderdagen te rekenen vanaf de datum waarop het O.C.M.W. in het bezit is van een regelmatig opgemaakte factuur.
2. Bijzondere aannemingsvoorwaarden
2.1.
Door de ontwerper te leveren diensten
Artikel 1 : Het opmaken van het ontwerp. Dit omvat voor het dossier o.a.: een stedenbouwkundig attest nr. 2 als dat door de aard van de werkzaamheden vereist is; brandweeradvies van de bevoegde brandweerdienst; een verslag over het gevolg dat is gegeven aan de voorafgaande werkvergaderingen en aan de aanbevelingen van de administraties; een raming van het project inplantings- en oriëntatieplan, grondplannen van alle bouwlagen, alle gevelplannen, de doorsneden, het rioleringsplan, de benodigde constructieve details (met de nodige foto’s); het administratief en technisch lastenboek; stabiliteitsstudie en studie technieken; voorbereidende contacten met de officiële instanties: stedenbouw, brandweer, nutsmaatschappijen, … om de randparameters van het project te bepalen; de gedetailleerde en samenvattende meetstaten met zo weinig mogelijk vermoedelijke hoeveelheden; een gedetailleerde raming volgens het model van de meetstaten; alle andere documenten die nodig zijn om het ontwerpdossier volledig te maken; opmaken van het volledig dossier bestemd voor de bouwaanvraag en het verstrekken van de nodige inlichtingen voor eventueel andere vergunningsaanvragen. De eventuele taksen hierop zijn ten laste van het bestuur, de kosten m.b.t. de Orde van Architecten zijn ten laste van de ontwerper; indienen en opvolgen van het dossier bestemd voor de bouwaanvraag;
De ontwikkeling van het ontwerp gebeurt in voortdurend en gestructureerd overleg met het bestuur, de eventuele studiebureaus technieken, stabiliteit en de veiligheidscoördinator. Indien het project ook de aanstelling vereist van een ontwerper technieken en/of stabiliteit staat de ontwerper architectuur in voor de (studie)coördinatie van de architectuur met de technische uitrusting en de stabiliteit. Het ontwerp houdt verder rekening met volgende wetgevingen: o het EPB-decreet van 22 december 2006 en het besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2005; o de bestaande stedenbouwkundige voorschriften. o regelgeving brandveiligheid
Artikel 2 : Uitvoering van het project a) aanbesteding: Na goedkeuring van het bestek door het bestuur, wordt de gunningprocedure opgestart binnen de 3 werkdagen: Het publiceren van de opdracht. De kosten voor de publicatie vallen ten laste van het bestuur. Het verstrekken van alle inlichtingen aan de inschrijvers tijdens de aanbestedingsfase. Opmaken en uitgeven van de aanbestedingsdossiers. Op de datum bepaald door het bestuur het openen van de inschrijvingen. Bijwonen van de openingszitting en het opmaken van het proces-verbaal van opening. Analyse van de offertes, binnen de 20 werkdagen na opening opmaken van een vergelijkend verslag met een voorstel van toewijzen. Samenstellen van de volledige gunningdossiers (minstens 3 stuks). b) Uitvoering:
Het beleggen van een coördinatievergadering ten laatste 14 dagen voor de aanvang van de werken. Opmaken van een gedetailleerde planning, rekening houdend met de totale uitvoeringstermijn. Leiding van de werken, omvattende de controle op de goede uitvoering van alle werken tot de volledige afwerking en de oplevering van het ganse project. Coördinatie van de technische uitrustingswerken en stabiliteitswerken. Voorzitten van de wekelijkse werfvergaderingen en het maken van de werfverslagen. Nazicht van de door de aannemers opgemaakte uitvoeringsdocumenten, teneinde de aannemers in staat te stellen hun opdracht uit te voeren. Vaststellen van overtredingen in een proces-verbaal. Eventuele wijzigingen aan de aanneming onderzoeken, adviseren en hiervoor de nodige documenten opstellen en ter goedkeuring voorleggen aan het bestuur. Bijhouden van een actuele en volledige plannenlijst alsook de verspreiding naar alle betrokkenen. Interpretatie van de resultaten van de proeven en controles zoals die in het bestek der werken zijn beschreven. Nazicht van de briefwisseling van de aannemer, de vorderingsstaten en de erbij horende schuldvorderingen met inbegrip van de controle op de uitgevoerde hoeveelheden, eenheidsprijzen, herzieningen, rekenkundige bewerkingen en de uitvoeringstermijnen. Nazicht van de eindafrekeningen. Controle van de volledigheid en de conformiteit van afgeleverde attesten. Opstellen van een As-built dossier (2 stuks) met alle As-built plannen. Afleveren van de As-built plannen op CD-ROM (pdf formaat). Opmaken van processen-verbaal van voorlopige en definitieve oplevering.
2.2.
Bijkomende voorwaarden
Artikel 3:
De ontwerper verbindt er zich toe alle besprekingen te voeren en/of bij te wonen en alle verplaatsingen te doen die nodig zijn in het kader van deze opdracht. De kosten die hij hiervoor maakt zijn inbegrepen in het honorarium.
Artikel 4 : Te leveren documenten:
De ontwerper levert alle door hem opgestelde documenten minstens in 3-voud aan het bestuur en in de nodige aantallen zoals gevraagd door de hogere en subsidiërende overheden. De aanbestedingsdossiers zullen rechtstreeks door de ontwerper aan de kandidaat-aannemers verkocht worden. Alle documenten worden in het Nederlands opgesteld.
Artikel 5:
Binnen het bouwteam dat bestaat uit de ontwerper, de veiligheidscoördinatoren, eventuele studiebureaus, de aannemers en het bestuur is het bestuur het enig aanspreekpunt voor de ontwerper. De ontwerper verbindt er zich toe zijn opdracht uit te voeren in nauwe samenwerking en goede coördinatie met de andere bouwteampartners.
Artikel 6:
Aansprakelijkheid
§ 1.
De ontwerper draagt de volledige verantwoordelijkheid voor de fouten en tekortkomingen in het ontwerp. Die verantwoordelijkheid wordt niet verminderd door goedkeuring van documenten door het bestuur of door het feit dat deze studies deels of gedeeltelijk door derden worden uitgevoerd. § 2. De ontwerper zal, bij het vaststellen van zulke fouten, onmiddellijk en kosteloos al het nodige doen om de gevraagde verbeteringen aan te brengen, zonder enige vertraging te veroorzaken. § 3. De tienjarige aansprakelijkheid van de ontwerper vangt overeenkomstig art 72§1 (AAV) aan bij de voorlopige oplevering van het geheel der werken waarop zijn studieopdracht betrekking heeft. § 4. De ontwerper zal zijn burgerlijke beroepsaansprakelijkheid in eerste rang laten verzekeren met inbegrip van zijn tienjarige aansprakelijkheid conform de bepalingen van de art. 1792 en art. 2270 van het burgerlijk wetboek. De verzekering van de beroepsaansprakelijkheid zal uitwerking blijven behouden gedurende een periode van tien jaar vanaf de voorlopige oplevering van het geheel der werken waar op de studieopdracht betrekking heeft. § 5. De ontwerper behoudt de intellectuele eigendommen van alle documenten die hij ter uitvoering van de overeenkomst opgemaakt heeft. Het bestuur mag deze bescheiden slechts gebruiken voor het uitvoeren van de werken met het oog waarop zij opgemaakt werden. § 6. Indien tijdens de uitvoering van de werken en niettegenstaande de goedkeuring van alle documenten blijkt dat aanvullende plannen of documenten nodig zijn om een perfecte uitvoering van de werken mogelijk te maken, verbindt de ontwerper zich er toe deze zo vlug mogelijke kosteloos te verstrekken.
Artikel 7:
Onderbreking of beëindiging van de opdracht - betwistingen
§ 1.
In geval van een voortijdige beëindiging van deze overeenkomst na onderling akkoord tussen beide partijen, zal de ontwerper gerechtigd zijn alleen de betaling
van zijn prestaties te ontvangen ten belope van de werkelijk gepresteerde diensten, gebaseerd op de honorariumverdeling zoals vermeld in artikel 11 van het administratief gedeelte. § 2. In geval van voortijdige beëindiging van deze overeenkomst op éénzijdig en ongefundeerd initiatief vanwege het bestuur, respectievelijk de ontwerper, wordt dit bedrag van de werkelijk gepresteerde en nog niet gefactureerde diensten verhoogd, respectievelijk verminderd met een schadeloosstelling ten belope van 10% van het nog niet uitgekeerde honorarium. § 3. Het bestuur kan de opdracht van de ontwerper beëindigen, zonder dat deze hiervoor compensatievergoeding kan eisen, bij het niet realiseren van het project om eender welke gefundeerde reden. Als gefundeerd wordt o.m. beschouwd: in geval van niet-naleving van de planning omwille van een reden rechtstreeks te wijten aan de ontwerper. in geval van technische ontoereikendheid van het dossier. § 4 Deze overeenkomst zal van rechtswege beëindigd worden in geval van faillissement, aanvraag tot concordaat of klaarblijkelijke onmogelijkheid van de ontwerper de in deze overeenkomst omschreven opdrachten tot een goed einde te brengen. In dit geval is het aan de ontwerper nog uit te keren bedrag gelijk aan de werkelijk gepresteerde en nog niet gefactureerde diensten verminderd met een schadeloosstelling die het bestuur kan eisen. § 5. In geval van overlijden wordt het werkelijk gepresteerde en nog niet betaald honorarium aan de rechthebbende uitbetaald. Het bestuur behoudt het recht de voor hem bruikbare ontwerpen en werken te behouden en te doen uitvoeren. § 6. Op deze opdracht is de Belgische wetgeving van toepassing. De bevoegde rechtbanken zijn deze van het arrondissement Brugge.
Inschrijvingsformulier
Studieopdracht voor architectuur Renovatie rijkswachtkazerne Kerkstraat 153, 8370 Blankenberge
.
1.
De inschrijver: Naam en voornaam:
..........................................................................................
Nationaliteit:
…………………………….
Woonplaats:
………………………………………………………………….. …………………………………………………………………..
ofwel De vennootschap (benaming, rechtsvorm): .................................................……………………………………………………………….. met maatschappelijke zetel te:
.............................................................................. ..............................................................................
vertegenwoordigd door (naam, voornaam): .................................................……………………………………………………………..
Telefoon:
.................................................…………….
Fax:
.................................................…………….
e-mail:
………………………@………………………
betalingswijze bankrek. nr.:
…………………………………………………
verbindt er zich toe de opdracht van het bestek: Studieopdracht voor architectuur: project Renovatie rijkswachtkazerne Kerkstraat 153, 8370 Blankenberge, uit te voeren overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van dit bestek, goedgekeurd door het Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 19/09/2013, voor het honorarium zoals hieronder aangeboden:
2.
3.
Aangeboden honorarium (voluit geschreven en in %) :
Bijkomende inlichtingen: § 1. De naam van de persoon die het project zal leiden ingeval van gunning: ……………………………………………………………………………………… § 3. De documenten gevraagd bij de toelatingsvoorwaarden zoals beschreven in artikel 4 van het administratief gedeelte zijn hierbij gevoegd:
(doorhalen wat niet past)
ja / neen
§ 4. De documenten gevraagd voor de gunningcriteria zoals beschreven in artikel 13 van het administratief gedeelte zijn hierbij gevoegd.
(doorhalen wat niet past)
ja / neen
§ 5. Alle documenten zoals beschreven in artikel 10 van het administratief gedeelte zijn ondertekend.
(doorhalen wat niet past)
ja / neen
Gedaan te ………………………………… op …………………………………….. De Inschrijver, …………………………………………………………………………………………… (naam en voornaam van de inschrijver of de gevolmachtigde) ......................
(handtekening)
Algemene administratie 4. Algemeen secretariaat - Overname computermateriaal vzw SEB - Besluit Toelichting
De functie van de open computerruimte (OCR) wordt verdergezet in ‘De Digiclub’ in De Bollaard. Het is bijgevolg opportuun het materiaal van de OCR 'Den Oapesteirt' over te nemen voor gebruik in de algemene administratie en het dienstencentrum De Bollaard.
Derdegegevens
Sociale Economie Blankenberge vzw
Financiële informatie
De uitgaven worden geboekt op de diverse exploitatierekeningen van het OCMW Blankenkeberge.
Regelgeving
De Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten. Het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De Raad gaat akkoord met de aankoop van volgende materialen van vzw SEB: Bollaard
Bezaan - Algemene administratie
PC bureel DELL
€ 100
cisco aironet 1140/2106/2960(200/500/250)
laptop DELL OCR, bij smartboard
€ 100
Kabels mini USB (5x)
€ 25
USB hub König + adapters (6x)
€ 30
smartbord + boxen
€ 2 000
Bij computers klanten:
€ 950
Muis medion (USB)
€1
Muis acer (PS/2)
€1
€ 90
Toetsenbord Compaq (PS/2)
€1
Muizen Logitech (6x)
€6
Toetsenbord Logitech (USB)
€1
Toetsenborden Logitech (6x)
€6
vuilnisbakken 2
Koptelefoons (jack) (3e blok) (6x)
€6
microgolf
Desktops (i7 920/6GB RAM/HDD 500GB) (3x) Schermen (LG Flatron W1943SS-PF) (6x)
Ncomputing L300 (3e blok) (6x) printer Brother HL 2150 N
€ 300
€ 100 € 20
€ 150
2 tafels +12 stoelen
€ 120
€ 50
frigo Siemens A++
€ 200
Camera's (3x)
€ 100
Bij computers personeel: Koptelefoons (Logitech H330) (18x)
€ 90
CO2 snelblusser
€ 140
Diascanner (Reflecta x4-scan)
€ 80
Schermen (LG Flatron W1943SS-PF) (12x)
€ 180
LPspeler Lenco L 3866USB
€ 15
Muizen Logitech (12x)
€ 12
HP scanset 3400C
€ 15
Toetsenborden Logitech (12x)
€ 12
Massicot snijmachine
€0
1 bureaustoel
€ 100 € 100
USB luidsprekers
€ 100
2 hoge receptietafels
USB Geluidskaart (16x)
€ 240
bar frigo
24 koptelefoons (+ 14 oudere ICIDU)
€ 100
€ 65
Printers: printer Brother DCP 585 CW
€ 30
3 kaartbakje ncici
€5
5 kaartbakje be.ID
€5
Externe DVD-writer LG (multidrive) PC DELL 't Villokot
€ 10 € 100
printer 't Villokot (Suzy thuis te gebruiken)
€ 30
HP Scanjet G2710 't Villokot
€ 15
Totaal
€ 3 643
Totaal
€ 2 158
Bijlagen
Bijlage 1 – Inventaris vzw SEB
Financiën 5. Algemeen secretariaat - Betaalbaarstelling investeringsfactuur - TMVW 655735 dd. 23 april 2013 - Besluit Toelichting
De investeringsfactuur is in overeenstemming is met de beslissing van de raad dd. 18 april 2013.
Derdegegevens
TMVW CVBA, Stropstraat 1, 9000 Gent.
Financiële informatie
€ 1.620,00.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Investeringsproject 1/2012 “Prikkloksysteem”
De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De investeringsfactuur 655735 dd. 23 april 2013 ten bedrage van € 1.620,00 opgemaakt door TMVW wordt goedgekeurd en betaalbaar gesteld.
Bijlagen
Bijlage 1 – Investeringsfactuur 655735 dd. 23 april 2013 voor een bedrag van € 1.620,00
6. Financiële dienst - Betaalbaarstelling investeringsfactuur - Schaubroeck nv 2013-482248 dd. 31 juli 2013 - Besluit Toelichting
De investeringsfactuur is in overeenstemming is met de beslissing van de raad dd. 16 mei 2013.
Derdegegevens
Schaubroeck nv, Steenweg Deinze 154, 9810 Nazareth.
Financiële informatie
€ 641,30.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De investeringsfactuur 2013-482248 dd. 31 juli 2013 ten bedrage van € 641,30 (incl. BTW) opgemaakt door Schaubroeck nv wordt goedgekeurd en betaalbaar gesteld.
Bijlagen
Bijlage 1 – Investeringsfactuur 2013-482248 dd. 31 juli 2013 voor een bedrag van € 641,30 (incl. BTW)
7. Financiële dienst - Betaalbaarstelling investeringsfactuur - Schaubroeck nv 2013-482286 dd. 31 juli 2013 - Besluit Toelichting
De investeringsfactuur is in overeenstemming is met de beslissing van de raad dd. 16 mei 2013.
Derdegegevens
Schaubroeck nv, Steenweg Deinze 154, 9810 Nazareth.
Financiële informatie
€ 114,95.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De investeringsfactuur 2013-482286 dd. 31 juli 2013 ten bedrage van € 114,95 (incl. BTW) opgemaakt door Schaubroeck nv wordt goedgekeurd en betaalbaar gesteld.
Bijlagen
Bijlage 1 – Investeringsfactuur 2013-482286 dd. 31 juli 2013 voor een bedrag van € 114,95 (incl. BTW)
8. Kinderdagverblijf 't Schelpje - Investeringsfactuur - Van Raes Decoratie 1291 dd. 5 augustus 2013 - Besluit Toelichting
De investeringsfactuur is in overeenstemming is met de beslissing van de raad dd. 4 juli 2013.
Derdegegevens
Van Raes Decoratie BVBA, Karel Deswertlaan 4, 8370 Blankenberge.
Financiële informatie
€ 8 740,98.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Investeringsproject 17/2009 “Nieuwbouw kribbe”
De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De investeringsfactuur 1291 dd. 5 augustus 2013 ten bedrage van € 8 740,98 (incl. BTW) opgemaakt door Van Raes Decoratie wordt goedgekeurd en betaalbaar gesteld.
Bijlagen
Bijlage 1 – Investeringsfactuur 1291 dd. 5 augustus 2013 voor een bedrag van € 8 740,98 (incl. BTW)
9. Woonzorgcentrum De Strandjutter - Bestek opname lening financiering meubilair Besluit Toelichting
Derdegegevens
Financiële informatie
In de periode 2011-2012 werd bij de firma Moments Furniture N.V. voor een totaal bedrag van 221.928,35 euro aan hoog-laagbedden met bijhorend meubilair gekocht. Hiervoor werden de investeringsprojecten 2/2010, 2/2011 en 6/2012 aangewend. Voor de financiering hiervan werd in het budget 2013 een lening voorzien.
Belfius Bank N.V. B.N.P. Paribas Fortis I.N.G. Bank N.V. K.B.C. Bank N.V.
De intrestlast wordt geraamd op +/- 40.000,00 euro over de volledige looptijd van 10 jaar. Dit werd voorzien in het exploitatiebudget. De kapitaalsaflossingen vallen ten laste van de gemeentelijke bijdrage.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Op basis van de geraamde intresten (+/- 40.000,00 euro) over de volledige looptijd van de lening, mag gewerkt worden via een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Hiervoor zouden de vier grootste banken aangeschreven worden.
Ingesloten bijlagen
Bijlage 1 – Bestek voor financiering van de aankoop van meubilair voor het woon- en zorgcentrum
AANBESTEDENDE OVERHEID : O.C.M.W.Blankenberge
BESTEK VOOR OPDRACHT VOOR AANNEMING VAN DIENSTEN Onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking
Voorwerp van de opdracht : de financiering van de aankoop van meubilair voor het woon- en zorgcentrum
HOOFDSTUK 1: ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
ARTIKEL 1 - ALGEMENE BEPALINGEN A. REGLEMENTAIRE EN WETTELIJKE REFERENTIEBEPALINGEN Deze opdracht is onderworpen aan de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake overheidsopdrachten voor diensten, die hierna worden opgesomd: de Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten (verder de “Wet” genoemd); het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren (verder het “K.B.P.” genoemd); Omzendbrief van 3 december 1997 – Overheidsopdrachten – Financiële diensten bedoeld in categorie 6 van bijlage 2 bij de wet van 24 december 1993: bank- en beleggingsdiensten en verzekeringsdiensten, met uitzondering van de punten 3 tot en met 6; Omzendbrief BA-98/04 van 23 juni 1998 aangaande sommige financiële diensten en andere aanbevelingen betreffende enige toepassingsproblemen i.v.m. de wetgeving op de overheidsopdrachten, enkel voor wat betreft punt II. Ingevolge artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken ( verder het “KBU” genoemd), is het KBU niet van toepassing op deze dienst, behoudens wanneer er expliciet in dit bestek naar verwezen wordt.
ARTIKEL 2 - VOORWERP VAN DE OPDRACHT, BEDRAG EN LOOPTIJD Deze opdracht heeft als voorwerp de financiering van de aankoop van meubilair voor het woonen zorgcentrum en de bij de financiering horende diensten dewelke dienen te kunnen geleverd worden. De opdracht omvat 1 categorie. -
Duurtijd: 10 jaar Vaste rentevoet Voorwerp Aankoop meubilair W.Z.C.
-
Artikel Bedrag 8341/240000221.928,35 EUR
Periodiciteit van de kapitaalaflossing en de interestaanrekening : driemaandelijks Berekeningswijze kapitaalaflossing : gelijke tranches
ARTIKEL 3 - AANBESTEDENDE OVERHEID - KENNISGEVINGEN De aanbestedende overheid is O.C.M.W.-Blankenberge. Elke brief, notificatie of andere kennisgeving in het kader van de toewijzing of uitvoering van deze opdracht, dient gedaan te worden op het adres vermeld in het artikel over het indienen van de offertes.
ARTIKEL 4 - WIJZE VAN GUNNEN De opdracht wordt bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking gegund.
ARTIKEL 5 - GUNNINGSCRITERIA 1. 2.
De prijs na de omzetting in lening (cfr. Art. 17) de uittredingsvergoeding (cfr. Art. 20) Financiële bijstand en informatorische ondersteuning (cfr Art. 25) :
90 punten 85 punten 5 punten 10 punten
diensten inzake bijstand en expertise elektronisch bankieren administratie op maat
4 punten 4 punten 2 punten
Totaal
100 punten
ARTIKEL 6 - GUNNING VAN DE OPDRACHT Het bestuur gunt de opdracht aan de inschrijver die de regelmatige offerte heeft ingediend die de economisch voordeligste is van uit het oogpunt van het bestuur, rekening houdende met de gunningscriteria vermeld in artikel 5,. De volledige opdracht wordt aan één inschrijver gegund.
ARTIKEL 7 - VERBINTENISTERMIJN De offerte is twee maanden geldig vanaf de uiterste datum waarop de offertes ingediend moeten zijn (cfr. artikel 9).
ARTIKEL 8 - INDIENEN VAN DE OFFERTES De inschrijver dient verplicht gebruik te maken van het model van offerte, waarvan een voorbeeld in bijlage. Elke offerte die op een ander document is opgemaakt, valt onder de volledige verantwoordelijkheid van de inschrijver die dient te verklaren dat het document conform het bij het bestek behorend model is. Een dergelijk document dient volgende formule te vermelden : “Ik, ondergetekende , verklaar te hebben nagezien dat de hierna vermelde gegevens in volstrekte overeenstemming zijn met de vermeldingen op het door de opdrachtgever verstrekte offerteformulier, en neem daartoe de volledige verantwoordelijkheid op mij. Iedere vermelding die strijdig is met het door het bestuur vastgestelde model moet als nietig beschouwd worden.” Overeenkomstig artikel 62 en 63 van het KBP dient het fiscale en RSZ-attest bij de offerte gevoegd worden. Door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van uitsluiting te bevinden, zoals bedoeld in artikel 61 van het KBP. De offerte moet naar keuze van de inschrijver afgegeven op of opgestuurd worden naar volgend adres : O.C.M.W.-Blankenberge t.a.v. de heer LAGAST Stefan J. Jordaenslaan 34 8370 Blankenberge. Op de “definitief gesloten omslag” waarin de offerte is gestoken moet worden vermeld : "OFFERTE FINANCIERING VOOR AANKOOP MEUBILAIR WOON- EN ZORGCENTRUM" "ZITTING dd. 19/09/2013" De offerte die per post verstuurd wordt, moet in een tweede gesloten omslag gestopt worden waarop het adres vermeld wordt evenals de melding "offerte".
ARTIKEL 9 - UITERSTE ONTVANGSTDATUM EN OPENING VAN DE OFFERTES De opening van de offertes zal geschieden op datum van 10 oktober 2013 om 11 uur in de raadszaal van O.C.M.W.-Blankenberge, J. Jordaenslaan 34, 8370 Blankenberge. Alle offertes moeten bij de voorzitter van de vergadering toekomen alvorens hij de vergadering opent.
ARTIKEL 10 - TAAL De offertes dienen opgesteld te worden in het Nederlands. Ook alle latere briefwisseling en contacten tussen de inschrijver en het bestuur verlopen in het Nederlands.
ARTIKEL 11 - GEDEELTELIJKE INSCHRIJVING Gedeeltelijke inschrijvingen zijn niet toegestaan.
ARTIKEL 12 - LEIDEND AMBTENAAR De financieel beheerder / LAGAST Stefan is de leidend ambtenaar. Deze is bevoegd voor alle handelingen welke betrekking hebben op de uitvoering van de opdracht, met uitzondering van de beslissingen welke tot de wettelijke bevoegdheden behoren van een ander bestuursorgaan.
ARTIKEL 13 - TOEPASSELIJKE WETGEVING EN BEVOEGDE RECHTBANK Op deze opdracht is de Belgische wetgeving van toepassing. De bevoegde rechtbanken zijn deze van het arrondissement Brugge.
1.9. HOOFDSTUK 2: VOORWAARDEN VAN DE FINANCIERING VIA LENINGEN
ARTIKEL 14 - UITVOERING VAN DE OPDRACHT De lening wordt in één keer, volledig opgenomen binnen de maand te rekenen vanaf de dag na de sluiting van de opdracht. De opdracht zal gegund worden in de raadszitting van 21 november 2013. De terbeschikkingstelling van de gelden gebeurt ten laatste twee bankwerkdagen na ontvangst door de inschrijver van het verzoek tot terbeschikkingstelling (via een bestelformulier) getekend door de leidend ambtenaar.
ARTIKEL 15 - HERZIENINGSPERIODICITEIT VAN DE RENTEVOET Niet van toepassing (cfr. Artikel 2).
ARTIKEL 16 - TERUGBETALING KAPITAAL EN AANREKENING VAN DE INTERESTEN De leningen worden terugbetaald volgens de formule vermeld in Artikel 2. Elke kapitaaltranche is gelijk aan het kapitaal gedeeld door het aantal tranches. Alle kapitaaltranches en interesten worden door de inschrijver geboekt op het debet van de rekening-courant die de ontlener bij de inschrijver aanhoudt . De eerste kapitaaltranche vervalt drie maanden na de opname van de lening. De volgende tranches volgen elkaar op met een tussentijd van drie maanden. De interesten van de lening, berekend tegen de rentevoet zoals bepaald in artikel 17 vervallen drie maanden na de opname van de lening. De volgende intrestbetalingen volgen elkaar op met een tussentijd van drie maanden. De intrestbetalingen gebeuren telkens na vervallen termijn.
ARTIKEL 17 - WIJZE VAN PRIJSBEPALING De rentevoet van de lening is de rentevoet tegen de welke de som van de geactualiseerde kasstromen op basis van de Euribor of IRS ask zéro-coupon rentevoeten gelijk is aan het initieel ontleende kapitaal, aangepast met de aangeboden plus/min marge uitgedrukt in basispunten (= 0,01 %). Deze marge blijft vast tot de eindvervaldag van de lening. De actualisatierentevoeten worden SPOT gefixeerd, dit betekent twee bankwerkdagen voor de omzetting van de kredietopening in een lening, op basis van de IRS ask rentevoeten, dagelijks afgebeeld op de website www.icap.com op de snapshot pagina, via Post Trade Risk & Information Services - ICAP Information – Midday IRS Snapshot (in geval van onbeschikbaarheid van de rentevoeten op de internet site, zullen de rentevoeten, gepubliceerd om 13:00 op het Reutersscherm op de pagina ICAPEURO, gebruikt worden) of de Euribor rentevoeten, dagelijks gepubliceerd op het Reutersscherm op de pagina EURIBOR01 . De rentevoet van de lening wordt op consolidatie- en iedere herzieningsdatum berekend, conform hieronder vermelde formule :
n
C CFt * dft t 1
CFt K t I t
voor t < n
CFt K t I t RSS t
voor t=n
Rentevoet van de lening = r + marge r: rentevoet die de actualisatie van de cash flows op basis van de Euribor of IRS ask zérocoupon rentevoeten, gelijkstelt aan het initieel ontleende kapitaal. Deze rentevoet wordt afgerond op drie decimalen op volgende wijze: indien de vierde decimaal begrepen is tussen 0 en 4, wordt naar beneden afgerond, terwijl naar boven wordt afgerond indien de vierde decimaal begrepen is tussen 5 en 9. C: initieel ontleend kapitaal CFt: de cash flow (kasstroom) op tijdstip t Kt: aflossing in kapitaal op tijdstip t It : terugbetaling in interest op tijdstip t dft: actualisatiefactor op tijdstip t. De actualisatiefactor wordt berekend op basis van de IRS ask zéro-coupon rentevoet van de overeenstemmende periode voor periodes groter dan of gelijk aan 1 jaar. Voor periodes kleiner dan 1 jaar worden de EURIBOR rentevoeten gebruikt. De actualisatiefactoren worden bepaald op basis van eenzelfde berekeningsbasis. Indien geen rentevoet met overeenstemmende periode bestaat, wordt hij geïnterpoleerd via de Cubic Spline methode. n: aantal periodes dat de rentevoet geldig is RSSt: resterend schuldsaldo na terugbetaling in kapitaal op tijdstip t De aldus bekomen rentevoet houdt rekening met de gekozen periodiciteit van betalingen. De berekeningsbasis van de interestbetalingen is "360/360". De inschrijver zal behalve de toegepaste marge ook een indicatieve rentevoet meedelen berekend volgens deze methode, op basis van de IRS ASK rentevoeten gepubliceerd vier bankwerkdagen voor de datum waarop de offertes moeten ingediend worden. Voor de toekenning van de punten aangaande dit gunningscriterium, is het volgende van toepassing : aan de inschrijver die de meest voordelige marge (uitgedrukt in basispunten = 0,01%) met betrekking tot de hierboven omschreven rentevoet « r « heeft voorgesteld, wordt het maximum zoals voorzien in artikel 5 toegekend;
de marges voorgelegd door de andere inschrijvers zullen worden vergeleken met deze marge; per verschil van 0,01% zal het maximum met 0,5 punt verminderd worden. Ingeval de referentierentevoeten niet of niet meer representatief zouden zijn, niet gepubliceerd zouden worden, foutief zouden blijken, of niet meer gratis toegankelijk worden, zullen ze worden vervangen door gelijkwaardige referenties met betrekking tot de langetermijn- of kortetermijnfinancieringen. Dit kan tot gevolg hebben dat de aangeboden plus/min marge ten opzichte van de nieuwe referentierentevoet moet worden aangepast.
ARTIKEL 18 - AFLOSSINGSTABEL Bij de inschrijving dient de inschrijver een aflossingstabel te leveren voor een lening van 100.000 EUR (omzetting kredietopening per 30/6, eerste interestaanrekening op 1/1 van het volgende jaar, eerste kapitaalsaflossing op 1/7 van het volgende jaar) opgemaakt volgens de vereisten uit het artikel 16 voor een looptijd van 10 jaar en tegen een rentevoet van 5% die onveranderd blijft voor de volledige looptijd van de lening.
ARTIKEL 19 - WEDERBELEGGINGSVERGOEDING Iedere niet-contractueel voorziene verrichting die een aanpassing van de aflossingstabel tot gevolg heeft, wordt gelijkgesteld met een wijziging van het voorwerp van de opdracht en mag beschouwd worden als een eenzijdige verbreking van het contract. In die gevallen heeft de inschrijver recht op een verbrekingsvergoeding gelijk aan het reëel geleden financieel verlies. Het reëel financieel verlies wordt volgens de hierna vermelde formule berekend. n 1
RFV t 1
t: n: CFt:
CFt (1 it )
At 360
RSS
verschillende vervaldagen van de geldstromen van interesten en kapitaal die zich op de aflossingstabel bevinden tot de eerstkomende herzieningsdatum aantal betalingen tot en met de volgende herziening/ eindvervaldag geldstroom op vervaldagen t (interesten en kapitaal) voor t=1 : het bedrag in de aflossingstabel op de eerste vervaldag volgend op de vervroegde terugbetaling indien deze geldstroom betrekking heeft op de eerste vervaldag van interesten volgend op de vervroegde terugbetaling, moeten de gelopen interesten in mindering gebracht worden (dit bedrag zal betaald worden op de voorziene datum in de aflossingstabel) GI: gelopen maar nog niet vervallen interesten (deze zijn altijd verschuldigd)
GI
RSS .r.d 360
waar: RSS: resterend schuldsaldo op het ogenblik van de vervroegde terugbetaling r: rentevoet van de lening d: aantal dagen tussen de laatste interestbetaling en de dag van de vervroegde terugbetaling voor t = 2…n : het bedrag in de aflossingstabel op de 2de, 3de, nde vervaldag volgend op de vervroegde terugbetaling voor t = n+1 = datum van herziening of eindvervaldag : het schuldsaldo op die datum + de gelopen maar nog niet vervallen interesten op die datum, te rekenen vanaf de laatste interestbetaling tot datum (n+1) it : ICAP- rentevoet van de overeenkomstige looptijd (periode tussen datum van vervroegde terugbetaling en tijdstip t); indien deze rentevoet niet bestaat, wordt hij berekend door Cubic Spline interpolatie At: aantal dagen tussen de vervroegde terugbetaling en de betaling op tijdstip t RSS: resterende schuldsaldo op het ogenblik van de vervroegde terugbetaling -
Bij gedeeltelijke terugbetalingen dienen de geldstromen CFt aangepast te worden in functie van het terugbetaald bedrag.
ARTIKEL 20 – UITTREDINGSVERGOEDING Bij vervroegde terugbetalingen is het bestuur steeds een uittredingsvergoeding verschuldigd. Deze zal aangerekend worden per resterend jaar vanaf de datum van de terugbetaling tot en met de eindvervaldag van het contract op basis van het gehanteerde afbouwschema van het kapitaal. De inschrijver bepaalt hoeveel basispunten aangerekend zullen worden. Aan de inschrijver die eerst gerangschikt is zal 100 % van het maximale aantal punten zoals voorzien in artikel 5 toegekend worden; aan de inschrijver die tweede gerangschikt is, zal 80 % van de punten worden toegekend; aan de inschrijver die derde gerangschikt is, zal 60 % van de punten worden toegekend en aan de anderen al of niet gerangschikt, zal nul punten worden toegekend.
ARTIKEL 21 - DE GEVRAAGDE WAARBORGEN EN SAMENWERKING Notoriteit
ARTIKEL 22 - DOSSIER-, WAARBORG- EN BEHEERSKOSTEN Er mogen geen dossier-, waarborg- of beheerskosten worden gevraagd.
ARTIKEL 23 – INTEREST VOOR LAATTIJDIGE BETALING EN INVORDERINGSKOSTEN Bij gehele of gedeeltelijke laattijdige betaling van de verschuldigde bedragen, zijn – ingevolge artikel 6 juncto 9 §3 van het K.B.U. - de interesten voor laattijdige betaling en de vergoeding voor invorderingskosten van rechtswege en zonder ingebrekestelling verschuldigd, berekend zoals voorzien in artikel 69 van het K.B.U.
ARTIKEL 24 – VERVROEGDE OPEISBAARHEID De inschrijver heeft het recht om de kredietopening of de lening vervroegd te beëindigen of te schorsen en de onmiddellijke terugbetaling te eisen van al zijn schuldvorderingen (kapitaal, interesten, reserveringscommissies, kosten en andere vergoedingen) in het kader van deze opdracht, in de volgende gevallen: - wanneer de betalingsachterstand oploopt tot meer dan 30 dagen; De opzegging of schorsing gebeurt schriftelijk (per aangetekende zending, fax, e-mail, ..) en dit na voorafgaandelijke ingebrekestelling. De inschrijver is gerechtigd om bij opzegging of schorsing alle door het bestuur verschuldigde bedragen te debiteren van de rekening-courant.
1.10. HOOFDSTUK 3: FINANCIELE BIJSTAND, INFORMATorISCHE ONDERSTEUNING EN ADMINISTRATIEVE DIENSTVERLENING
ARTIKEL 25 - FINANCIELE BIJSTAND EN INFORMATORISCHE ONDERSTEUNING De inschrijver beschrijft in zijn offerte de diensten i.v.m. het krediet die hij aan het bestuur zal geven bovenop de administratieve dienstverlening (artikel 26), waarbij volgende drie categorieën onderscheiden worden: 1) Diensten inzake bijstand en expertise Het bestuur wenst haar beslissingen met een financiële impact steeds met de nodige kennis van zaken te kunnen nemen. In dat kader wenst zij te vernemen op welke wijze de inschrijvers hun expertise ter beschikking van het bestuur stellen.
2)
Elektronisch bankieren Het bestuur wenst alle verrichtingen in uitvoering van deze opdracht in de mate van het mogelijke te digitaliseren en hiervoor de nodige bijstand te krijgen.
3)
Administratie op maat Het bestuur wenst dat haar dossier zo veel als mogelijk op haar maat wordt beheerd en verwacht de nodige bijstand ( “service na verkoop” ) vanwege de inschrijver wanneer haar noden wijzigen. Voor elke aangeboden modaliteit of dienst zal de inschrijver de volgende informatie opgeven die het de aanbestedende overheid mogelijk moet maken de toegevoegde waarde en de ernst van het geoffreerde te beoordelen: tot welke categorie de dienst behoort; de wijze waarop deze dienst kan bijdragen tot het beoogde doel zoals hoger beschreven, indien mogelijk vergezeld van (cijfer)voorbeelden uit gelijkaardige dossiers ( zonder vermelding van de klant ); onder welke voorwaarden de dienst beschikbaar en bruikbaar is, zoals onder meer de frequentie of het aantal keer dat de aanbestedende overheid zal kunnen genieten van de aangeboden dienst; de eventuele beperkingen waaraan de dienst onderworpen is en de eventuele prijs die eraan verbonden is; indien de inschrijver verwijst naar bepaalde documenten die in de loop van de opdracht zullen worden overgemaakt aan de aanbestedende overheid, stuurt hij een (anoniem gemaakt) voorbeeld mee uit een gelijkaardig dossier. Voor het toekennen van de punten voor dit gunningscriterium zal het bestuur in elke categorie de inschrijvers rangschikken in functie van de praktische toepasbaarheid en de toegevoegde waarde van de aangeboden diensten en de mate waarin deze het bestuur kunnen helpen bij het verkleinen van haar ecologische voetafdruk. Het loutere aantal aangeboden diensten is hierbij niet van belang. De inschrijver die geen modaliteiten of diensten aanbiedt – of die niet aannemelijk kan maken dat hij de aangeboden diensten ook werkelijk kan presteren -, wordt niet gerangschikt. In elke categorie zal aan de inschrijver die eerst gerangschikt is 100 % van het maximale aantal punten zoals voorzien in artikel 5 toegekend worden; aan de inschrijver die tweede gerangschikt is, zal 80 % van de punten worden toegekend; aan de inschrijver die derde gerangschikt is, zal 60 % van de punten worden toegekend en aan de anderen al of niet gerangschikt, zal nul punten worden toegekend.
ARTIKEL 26 - DE ADMINISTRATIEVE DIENSTEN TE VERLENEN GEDURENDE DE VOLLEDIGE DUUR VAN DE LENINGEN De inschrijver levert zonder bijkomende kosten voor het bestuur volgende administratieve diensten: 1. Het leveren van een aflossingstabel die volledig kadert in het begrotings- en boekhoudkundig systeem van het bestuur, zoals vastgelegd in de huidige reglementering. Dit gebeurt onverwijld. Deze aflossingstabel bevat minstens volgende gegevens : het identificatienummer, de functioneel economische code, de aanvangs- en einddatum van de lening, het aanvangskapitaal, de duur van de lening, de rentevoet, een tabel met per vervaldag, de te betalen kapitaaltranche, de te betalen interesten, het totaal van de lasten en de nog resterende schuld. 2. Het leveren, ten behoeve van de opmaak van de begroting, van een tabel van de leningen en een (geglobaliseerde) evolutie van de schuld opgemaakt op minimum 6 jaar, uiterlijk eind augustus. De tabel van de leningen bevat minimaal de gegevens zoals vermeld in de aflossingstabel, gesorteerd per functionele code, met dien verstande dat de toestand op 1 januari van het betrokken begrotingsjaar wordt geschetst. 3. Het leveren, ieder jaar in de loop van de maand januari, van een vooruitzicht van de leningslast van het dienstjaar per vervaldag. 4. Het leveren , zodra het bestuur hierom verzoekt, van de gegevens voor : -het geautomatiseerd boeken van interesten en aflossingen; -het automatisch bijhouden van de leningeninventaris, ter beschikking gesteld op informatorische wijze. Deze gegevens kaderen in het begrotings- en boekhoudkundig systeem van het bestuur, zoals vastgelegd in de huidige reglementering. 7. Een contactpersoon, belast met de opvolging van het leningsdossier, staat permanent ter beschikking van het bestuur. 8. Bij de afsluiting van het dienstjaar: een controletabel van de leningen ten behoeve van de jaarrekening te leveren in de maand januari. Deze tabel bevat, per 31 december van het dienstjaar, minimaal het identificatienummer, het bedrag van de lening, het omgezette bedrag van de lening, de resterende schuld, de voorziene tranche van het afgelopen dienstjaar, de betaalde tranche van het afgelopen dienstjaar, het verschil tussen de voorziene en de betaalde tranche van het afgelopen dienstjaar en de voorziene tranche van het volgende dienstjaar. 9. Het leveren, ten laatste 5 bankwerkdagen na de vervaldag, van een gedetailleerde opgave van de werkelijk betaalde interesten en aflossingen. De inschrijver garandeert in zijn antwoord punt per punt de beschikbaarheid van de administratieve dienstverlening. Van elk gevraagd document verstrekt de inschrijver een model in bijlage aan zijn antwoord. Dit om het bestuur toe te laten de kwaliteit ervan te evalueren. Alle hierboven vermelde gegevens kunnen aan het bestuur op informatorische wijze overgemaakt worden, en dit om hun integratie in de boekhoudkundige systemen te vergemakkelijken (betreffende informatorische dienstverlening dienen de noodzakelijke protocollen met de informaticacentra op eenvoudig verzoek ter beschikking gesteld te worden). Het bestuur verbindt er zich toe over het nodige materieel en de nodige software te beschikken bij de ontvangst en de exploitatie van deze gegevens. De inschrijver zal het bewijs moeten leveren (door referenties, attesten) dat hij in staat is deze informatorische dienst te leveren. Indien de modeldocumenten en/of bewijzen al in het bezit zijn van het bestuur en een actualisering niet noodzakelijk is, vermeldt de inschrijver dit in zijn offerte en is hij niet meer gehouden deze te leveren. De inschrijver is verplicht zijn dienstverlening aan te passen wanneer het bestuur overschakelt naar de BBC-boekhouding.
OFFERTE Bestek Financiering meubilair W.Z.C. van 19/09/2013 Omvat 6 pagina’s - De ondergetekende: (naam en voornamen) Hoedanigheid of beroep: Nationaliteit : Woonplaats : (land, gemeente, straat, nummer) Ofwel (1) - De rechtspersoon: (handelsnaam of benaming, rechtsvorm, BTW en RPR-nummer, nationaliteit, maatschappelijke zetel) vertegenwoordigd door de ondergetekende(n), krachtens de volmacht gepubliceerd op ………… in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad / krachtens de volmacht gevoegd in bijlage (1).
Ofwel (1) - De ondergetekenden: (voor iedere deelnemer de informatie vermelden die boven gevraagd wordt voor een natuurlijk persoon, respectievelijk een rechtspersoon)
die zich hebben verenigd voor deze aanneming onder de vorm van een tijdelijke handelsvennootschap of gelijkaardig samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid en die onder hen …………………………………………………………………………………………………………………….. aanwijzen om de tijdelijke handelsvennootschap of gelijkaardig samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid t.a.v. de aanbestedende overheid te vertegenwoordigen. Verbindt (of verbinden) zich op zijn (of op hun) roerende en onroerende goederen tot de uitvoering, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van de in het bestek beschreven opdracht. (1) schrappen wat niet past
2. Naam inschrijver :
………………………………………………………………………..
1.11. 1. - De aangeboden prijs De inschrijver verbindt zich ertoe, overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van het bestek, de opdracht, uit te voeren tegen de volgende voorwaarden :
1. NA DE OMZETTING IN LENING N
Categorie
Geraamd Bedrag
1
Rentevoetherziening
Interestperiodiciteit
Marge t.o.v. de IRS ask duration
EUR
Waar nodig zal de aldus bekomen rentevoet geconverteerd worden in functie van de gekozen betalingsperiodiciteiten. Toegepast op datum van ../../.... geeft dit, ter indicatieve titel : IRS ask duration
Marge
Nominale rentevoet op jaarbasis
3. Naam inschrijver :
……………………………………………………..
2. DE UITTREDINGSVERGOEDING: De uittredingsvergoeding per resterend jaar bedraagt: …… basispunten
1.12. 2 – De waarborg De leningen worden verstrekt onder de volgende waarborg en samenwerkingsmodaliteiten :
4. Naam inschrijver :
……………………………………………………..
1.13. 3. - Financiële bijstand, INFORMATorISCHE ONDERSTEUNING en administratieve dienstverlening
A. FINANCIËLE BIJSTAND EN INFORMATORISCHE ONDERSTEUNING
1. DIENSTEN INZAKE BIJSTAND EN EXPERTISE
2. ELEKTRONISCH BANKIEREN
3. ADMINISTRATIE OP MAAT
B. DE ADMINISTRATIEVE DIENSTVERLENING TE LEVEREN GEDURENDE DE VOLLEDIGE DUUR VAN DE LENINGEN Vandaag beschikbaar 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Aflossingstabel Inventaris van de schuld Vooruitzicht leningslast Automatisch bijhouden van de leningeninventaris / geautomatiseerd boeken van interesten en aflossingen Contactpersoon Controletabel van de schuld Opgave van de tranches en interesten
5. Naam inschrijver :
……………………………………………………..
1.14. Bijlagen
aflossingstabel(len) modeldocumenten administratieve dienstverlening en beschrijving verklaring betreffende de totale omzet en de omzet betreffende de diensten waarover de opdracht gaat, over de laatste drie boekjaren; een beschrijving van de door de inschrijver genomen maatregelen om de kwaliteit van de uitvoering van de opdracht te verzekeren. Het fiscale en RSZ-attest overeenkomstig artikel 62 en 63 van het KBP
6. Naam inschrijver :
……………………………………………………..
Het personeel belast met uitvoering van de opdracht is van ............................ nationaliteit. De inschrijver machtigt de aanbestedende overheid om alle nuttige inlichtingen van financiële of morele aard in te winnen omtrent de ondergetekende bij andere organismen of instellingen. Deze offerte behelst de verbintenis om op eenvoudig verzoek en binnen de kortst mogelijke tijd aan het bestuur de documenten en attesten te laten geworden waarvan het de voorlegging op grond van het bestek eist.
Gegeven te ................................. de .................................. .............................................................................................. (handtekening inschrijver)
Personeel 10. Personeelsdienst - Wijziging uurroosters in het kader van tijdregistratie - Besluit Toelichting
We beschikken over de raadsbeslissing dd. 20/01/2011 houdende de wijziging van de uurroosters voor het personeel. We beschikken over de raadsbeslissing dd. 21/03/2013 houdende de wijziging van het arbeidsreglement voor het personeel. We starten met het tijdsregistratiesysteem per 1 januari 2014. De wijziging van de uurregeling werd aan het personeel werd toegelicht en heeft ter inzage gelegen vanaf dinsdag 18 juni 2013 tot en met dinsdag 2 juli 2013. We beschikken over de lijst met opmerkingen voor wat betreft De Bezaan, De Bollaard en het Woonzorgcentrum.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Adviezen
Advies 1 – MAT. dd. 3 september 2013 Advies 2 – H.O.C. dd. 13 september 2013
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Het arbeidsreglement deel I, II en voor de mensen tewerkgesteld in uitvoering van artikel 60 §7 van de organieke wet op de O.C.M.W’s wordt met ingang vanaf 1 januari 2014, zoals in de bijlages vermeld, aangepast.
Ingesloten bijlagen
Bijlage 1 – Uurroosters
Bijlagen
Bijlage 1 – Bemerkingen arbeidsreglement
Bijlage 2 – Tekst tijdregistratie in arbeidsreglement
ADMINISTRATIE ’t Schelpje: glijdend uurrooster 38 uur
BIJLAGE 1 UURROOSTERS
DIENSTROOSTERS VOOR ALLE DIENSTEN EN FUNCTIES BINNEN HET KINDERDAGVERBLIJF ‘T SCHELPJE UURROOSTERS VAN TOEPASSING VANAF 01 JANUARI 2014 ONDERHOUD ’t Schelpje: vast uurrooster 38 uur dienst
Voormiddag
Namiddag
1 Vroegdienst
06 u 30
11 u 30
12 u 00
14 u 36
2 Dagdienst
09 u 00
13 u 00
13 u 30
17 u 06
3 Keukendienst
09 u 00
12 u 30
13 u 00
17 u 06
4 Sociale tewerkstelling. art. 60
08 u 30
12 u 00
13 u 00
17 u 06
5 Halve dag voormiddag
09u15
13u03 15u15
19u03
6 Halve dag namiddag 7
08u00
12u30
16u00
19u06
8
07u30
12u30
14u00
16u36
12u30
16u00
16u30 – 20u36
9
100% tewerkstelling
38 maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
glijtijd
6.45-9.00
2,25
6.45-9.00
2,25
6.45-9.00
2,25
6.45-9.00
2,25
6.45-9.00
2,25
stamtijd
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
stamtijd
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
glijtijd
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
0,30 uur pauze
12
12
12
12
12
11,5
11,5
11,5
11,5
11,5
BEGELEIDERS kinderdagverblijf ’t Schelpje: vast uurrooster 40 uur
dienst
voormiddag
namiddag
Uren VM
Uren NM
Vroegvroegdienst 2
06u45 – 12u30
13u00 – 15u15
5u45
2u15
Vroegdienst 2
07u15 – 12u30
13u00 -15u45
5u15
2u45
Dagdienst 2
08u00 – 12u30
14u00 – 17u30
4u30
3u30
Late dagdienst 2
09u30 – 13u00
13u30 – 18u00
3u30
4u30
Extra dienst 2
08u30 – 12u30
13u00 – 17u00
4u00
4u00
Late dienst 2
09u00 – 13u00
14u15 – 18u15
4u00
4u00
totaal uren
57,5
Late dagdienst 3
09u00 – 13u00
14u00 – 18u00
4u00
4u00
DIENSTROOSTER VOOR SOCIAAL HUIS
UURROOSTER VAN TOEPASSING VANAF 01 JANUARI 2014
Sociaal Huis 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
glijtijd
8.00-8.30
0,5
stamtijd
8.30-12.00
3,5
glijtijd
12.00-13.30
stamtijd glijtijd minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
8.00-8.30
0,5
8.00-8.30
0,5
8.00-8.30
0,5
8.00-8.30
0,5
8.30-12.00
3,5
8.30-12.00
3,5
8.30-12.00
3,5
8.30-12.00
3,5
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
totaal uren
52,5
Dienstroosters voor alle diensten en functies binnen De Bezaan Uuroosters van toepassing vanaf 1 januari 2014 Permanentie volgens uurroosterplanning Onthaal open van 9.00-12u & 14u-16.30, gesloten op vrijdagnamiddag Jobkracht10 open van 8u tot 12u & van 13u15 tot 16u30 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
glijtijd
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
stamtijd
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
2,25
11.45-14.00
2,25
stamtijd
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
2
14.00-16.00
2
glijtijd
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
9.00-11.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
2,75
16.00-18.45
2,75
minimum 0,30 uur pauze 50% tewerkstelling
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
19
Keuze dagdelen in overleg met diensthoofd Voorbeeld 1 maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
glijtijd
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
stamtijd
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-12.00
0,25
11.45-12.00
0,25
11.45-12.00
0,25
9.00-11.45 11.4512.00
0,25
11.45-12.00
0,25
4,25
4,25
4,25
4,25
4,25
Voorbeeld 2 maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
glijtijd
7.45-9.00
0
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
stamtijd
9.00-11.45
0
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
0
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
0
stamtijd
14.00-16.00
0
14.00-16.00
2
14.00-16.00
0
glijtijd
16.00-18.45
0
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
0
9.00-11.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
0,30 uur pauze
vrijdag
uren
0
7.45-9.00
1,25
0
9.00-11.45
2,75
0
11.45-14.00
2,25
0
14.00-16.00
2
0
16.00-18.45
0
0
11
4
0
8,25
0
10,5
4
0
7,75
Onderhoud maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
glijtijd
7.00-8.00
1
7.00-8.00
1
7.00-8.00
1
7.00-8.00
1
7.00-8.00
1
stamtijd
8.00-11.00
3
8.00-11.00
3
8.00-11.00
3
3
8.00-11.00
3
glijtijd
11.00-12.00
1
11.00-12.00
1
11.00-12.00
1
8.00-11.00 11.0012.00
1
11.00-12.00
1
5
Deeltijds 80%
5
5
vrijdag
5
uren
5
30,4
Keuze 1 dag of 2 halve dagen te bepalen in overleg met diensthoofd in het kader van servicetijd (permanentie)
Voorbeeld 1
80% keuze 1 volledige dag
glijtijd
maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
7.45-9.00
0
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
stamtijd
9.00-11.45
0
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
0
11.45-14.00
2,25
stamtijd
14.00-16.00
0
14.00-16.00
2
glijtijd
16.00-18.45
0
16.00-18.45
2,75
0,30 uur pauze
Voorbeeld 2
9.0011.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
2,75 2,25 2 2,75
9.0011.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
2,75
9.00-11.45
2,75
2,25
11.45-14.00
2,25
2
14.00-16.00
2
2,75
16.00-18.45
2,75
0
11
11
11
11
0
10,5
10,5
10,5
10,5
80% keuze 2 halve dagdelen maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
glijtijd
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
1,25
7.45-9.00
1,25
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
2,25
11.45-14.00
2,25
stamtijd
14.00-16.00
2
14.00-16.00
2
0
14.00-16.00
2
glijtijd
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
2,75
7.45-9.00 9.0011.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
1,25
stamtijd
7.45-9.00 9.0011.45 11.4514.00 14.0016.00 16.0018.45
0
16.00-18.45
2,75
0,30 uur pauze
Deeltijds 75%
2,75 2,25 0 0
11
11
6,25
6,25
11
10,5
10,5
5,75
5,75
10,5
28,5
Voorbeeld 1 keuze 3 halve dagdelen maandag
uren
dindsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
glijtijd
7.45-9.00
1,25
7.45-9.00
1,25
1,25
7.45-9.00
1,25
9.00-11.45
2,75
9.00-11.45
2,75
2,75
7.45-9.00 9.0011.45
1,25
stamtijd
7.45-9.00 9.0011.45
2,75
9.00-11.45
2,75
glijtijd
11.45-14.00
2,25
11.45-14.00
2,25
11.45-
2,25
11.45-
2,25
11.45-14.00
2,25
14.00 stamtijd
14.00-16.00
2
14.00-16.00
0
glijtijd
16.00-18.45
2,75
16.00-18.45
0
0,30 uur pauze
14.0016.00 16.0018.45
14.00 0 0
14.0016.00 16.0018.45
0
14.00-16.00
2
0
16.00-18.45
2,75
11
6,25
6,25
6,25
11
10,5
5,75
5,75
5,75
10,5
DIENSTROOSTERS VOOR ALLE DIENSTEN EN FUNCTIES BINNEN HET WOONZORGCENTRUM DE STRANDJUTTER UURROOSTER VAN TOEPASSING VANAF 01 JANUARI 2014 Administratie /onthaal glijtijd
7u45 -9u
1,25
stamtijd
9u-11u45
2,75
glijtijd
11u45 - 14u
2,25
stamtijd
14u - 16u00
glijtijd
16u00 - 18u45
2 2,75 11
Onthaal open van 9u - 12u 14u - 16u30 Permanentie in de namiddag tot 16u30 in onderlinge afspraak Algemeen onderhoud - linnenkamer glijtijd
7u45 -9u
1,25
stamtijd
9u-11u45
2,75
glijtijd
11u45 - 14u
2,25
stamtijd
14u - 16u30
glijtijd
16u30 - 18u45
2,5 2,25 11
Cafetaria open tot 17u ( permanentie tot 17u) Technische dienst glijtijd
7u45 -9u
1,25
stamtijd
9u-11u45
2,75
glijtijd
11u45 - 14u
2,25
stamtijd
14u - 16u30
glijtijd
16u30 - 18u45
2,5 2,25 11
Minimum permanentie van 1 medewerker van 8 u tot 11u45 - 14u tot 16u30 Animatie en reactivering glijtijd
7u45 -9u
1,25
stamtijd
9u-11u45
2,75
glijtijd
11u45 - 14u
2,25
stamtijd
14u - 16u30
2,5
glijtijd
16u30 - 18u45
2,25 11
De aanwezigheid is gebaseerd op de organisatie (voorbereiding, uitvoering, nazorg) van de animatieactiviteiten Afwijkingen buiten de werkuren en ten gevolge van het programma worden op voorhand voorgelegd ter goedkeuring bij de directie Ergo - kine glijtijd
7u45 - 9u
1,25
stamtijd
9u-11u45
2,75
glijtijd
11u45 - 14u
2,25
stamtijd
14u - 16u30
2,5
glijtijd
16u30 - 18u45
2,25 11
De aanwezigheid is gebaseerd op de organisatie van de activiteiten Verpleging/ verzorging/technisch beambte logistiek
De concrete toepassing van de uurroosters gebeurt met inachtname van de bepalingen van de arbeidswet van 16/03/1971 Hoofdverpleegkundige
38u
glijtijd
7u45
9u
1,25
stamtijd
9u
11u45
2,75
glijtijd
11u45
14u
2,25
stamtijd
14u
16u00
2
glijtijd
16u00
18u45
2,75 11
min. 1/2 pauze in functie van toezicht en noodwendigheden van de dienst zijn de uurregelingen van verpleegkundigen en zorgkundigen van toepassing
Verpleging Vroegdienst
6u45
15u15
8,5 *
Late dienst
12u45
21u15
8,5*
Vroeg-laat dienst
7u
11u
4
17u15
21u15
4
8u
12u30
4,5
14u
17u30
3,5
7u
12u
5
16u
19u
3
Dagdienst
Dagdienst 2
Dagdienst 3
7u30
12u30
5
16u
19u
3
21u
7u
10
Vroegdienst
6u45
12u45
6
Vroeg 4u
7u
11u
4
Late dienst
15u15
21u15
6
Late dienst 4u
17u15
21u15
4
Dagdienst VM
8u
12u30
4,5
Dagdienst NM
14u
17u30
3,5
Vroegdienst
7u
15u30
8,5*
Vroegdienst
6u45
15u15
8,5*
12u
18u
6
18u30
20u30
2
Nachtdienst Enkel deeltijds tewerkgesteld personeel
Zorgkundige
permanentie Late dienst 1
Late dienst 2
12u45
18u30
5,75
permanentie
19u00
21u15
2,25
Late dienst 3
8u
11u
3
gesplist
15u30
20u30
5
Dagdienst 1
8u
12u30
4,5
14u
17u30
3,5
7u
12u
5
16u
19u
3
7u30
12u30
5
16u
19u
3
7u
12u
5
16u30
19u30
3
21u
7u
10
Vroegdienst
7u
12u30
5,5
Vroegdienst 4u
7u
11u
4
Late dienst
14u30
20u30
6
Late dienst 4u
16u30
20u30
4
Dagdienst 2
Dagdienst 3
Dagdienst 4
Nachtdienst Enkel deeltijds tewerkgesteld personeel
Middagdienst
15u
19u
4
7u30
12u30
5
16u
19u
3
7u
12u
5
13u
16u
3
7u45
12u45
5
13u15
16u15
3
Dagdienst VM
7u30
12u30
5
Dagdienst 2 VM
7u
12u
5
Dagdienst NM
13u
16u
3
Dagdienst 2 NM
16u
19u
3
Technisch beambte logistiek Dagdienst 1
Dagdienst 2
Dagdienst 3
Enkel deeltijds tewerkgesteld personeel
* verplichte pauze 1/2 u - verzekering permanentie dienstoverschrijdend
Dagverzorging De Vierboete Uurroosters dagvezorging uren glijtijd
7u45 - 9u
1,25
stamtijd
9u -12u
3
glijtijd
12u- 14u
2
stamtijd
14u -16u30
glijtijd
16u30-18u45
2,5 2,25 11
permantie voor busvervoer 's morgens en 's avonds in onderlinge afspraak , volgens uurroosterplanning middagpauze min 0,5 uur in onderlinge afspraak - permanentie van 2 personen moet verzekerd zijn.
DIENSTROOSTERS VOOR ALLE DIENSTEN EN FUNCTIES BINNEN DIENSTENCENTRUM DE BOLLAARD
UURROOSTERS VAN TOEPASSING VANAF 01 JANUARI 2014
Onderhoud 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
glijtijd
7.30-8.00
0,5
stamtijd
8.00-11.30
glijtijd
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
7.30-8.00
0,5
7.30-8.00
0,5
7.30-8.00
0,5
7.30-8.00
0,5
3,5
8.00-11.30
3,5
8.00-11.30
3,5
8.00-11.30
3,5
8.00-11.30
3,5
11.30-13.30
2
11.30-13.30
2
11.30-13.30
2
11.30-13.30
2
11.30-13.30
2
stamtijd
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
13.30-15.30
2
glijtijd
15.30-18.30
3
15.30-18.30
3
15.30-18.30
3
15.30-18.30
3
15.30-18.30
3
minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
vrijdag
uren
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
totaal uren
52,5
Cafetaria 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
glijtijd
8.30-9.00
0,5
stamtijd
9.00-12.30
glijtijd
12.30-14.00
stamtijd glijtijd minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
8.30-9.00
0,5
8.30-9.00
0,5
8.30-9.00
0,5
8.30-9.00
0,5
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
1,5
12.30-14.00
1,5
12.30-14.00
1,5
12.30-14.00
1,5
12.30-14.00
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
15.30-19.30
4
15.30-19.30
4
15.30-19.30
4
15.30-19.30
4
15.30-19.30
4
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
cafetaria open van 9.0016.30 permanentie in de namiddag tot 16.30 in onderlinge afspraak permanentie over de middag in onderlinge afspraak: geen overlappende middagpauze van min. 0,5 uur
totaal uren
52,5
Onthaal + animatie 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
glijtijd
8.00-9.00
1
stamtijd
9.00-12.00
glijtijd
12.00-14.00
stamtijd glijtijd
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
vrijdag
uren
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
totaal uren
52,5
Onthaal open van 9.00-12u & 14u-16.30, gesloten op vrijdagmiddag permanentie in de namiddag tot 16.30 in onderlinge afspraak Chauffeurs 50% tewerkstelling
19 maandag
uren
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
stamtijd
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
9.00-12.30
3,5
glijtijd
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
0,5
4
4
4
4
4
totaal uren
20
Vaste chauffeur Bollaard + Vierboete 100%
40 maandag
VAST uren
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
8.00-12.00
4
8.00-12.00
4
8.00-12.00
4
vrijdag
uren
8.00-12.00
4
stamtijd
8.00-12.00
4
pauze
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
12.00-13.30
1,5
stamtijd
13.30-17.30
4
13.30-17.30
4
13.30-17.30
4
13.30-17.30
4
13.30-17.30
4
8
8
8
8
8
totaal uren
40
met C38
Chauffeur art. 60 100%
40 maandag
VAST
stamtijd
8.30-12.30
uren 4
pauze
12.30-13.00
stamtijd
13.00-17.00
8.30-12.30
uren 4
0,5
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
0,5
12.30-13.00
4
13.00-17.00
4
13.00-17.00
4
13.00-17.00
8 met C38
dinsdag
8
woensdag
donderdag
8.30-12.30
uren 4
8.30-12.30
uren 4
8
8.30-12.30
uren 4
0,5
12.30-13.00
0,5
4
13.00-17.00
4
8
vrijdag
8
totaal uren
40
Centrumleider 100% tewerkstelling
38 maandag
uren
glijtijd
8.00-9.00
1
stamtijd
9.00-12.00
glijtijd
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
stamtijd
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
1,5
glijtijd
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
3,5
minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
vrijdag
uren
11
11
11
11
11
10,5
10,5
10,5
10,5
10,5
totaal uren
52,5
DIENSTROOSTER VOOR KLEDINGDEPOT UURROOSTER VAN TOEPASSING VANAF 01 JANUARI 2014
Kledingdepot 50% maandag
uren
glijtijd
8.00-9.00
1
stamtijd
9.00-12.00
glijtijd stamtijd glijtijd minimum 0,30 uur pauze
dinsdag
uren
woensdag
uren
donderdag
uren
vrijdag
uren
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
1
8.00-9.00
0
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
3
9.00-12.00
0
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
2
12.00-14.00
0
14.00-15.30
0
14.00-15.30
0
14.00-15.30
1,5
14.00-15.30
0
14.00-15.30
0
15.30-19.00
0
15.30-19.00
0
15.30-19.00
3,5
15.30-19.00
0
15.30-19.00
0
6
6
11
6
0
0
0
10,5
0
0
totaal uren
29 10,5
BIJLAGE 2 UITLEG TIJDSREGISTRATIE Het tijdsregistratiesysteem: richtlijnen voor medewerkers binnen het VAST uurrooster
1. Arbeidsduur De registratie van de arbeidstijd gebeurt door een tijdsregistratiesysteem. De centrale eenheid voor het beheer en toezicht bevindt zich op de personeelsdienst. De arbeidsduur is de tijd waarin de medewerkers ter beschikking is van zijn werkgever. De arbeidsduur is dus niet noodzakelijk de tijd waarop de medewerker effectieve prestaties heeft verricht. De gemiddelde arbeidsduur van een voltijdse medewerker bedraagt 38 uren per week (5-dagen week), onder voorbehoud van de wettelijke afwijkingen toegestaan voor het personeel tewerkgesteld in gezondheidsinstellingen. De maximum arbeidsduur op jaarbasis bedraagt 1976 u (52 weken x 38 u). De maximumduur van de dagelijkse prestatie is vastgesteld op 11 uur per dag. De van kracht zijnde uurroosters kunnen geconsulteerd worden. Het uurrooster legt de spreiding van de arbeidstijd vast. De arbeidsduur van het deeltijds tewerkgesteld personeel wordt bepaald volgens de breuk : werkuren per week/38u.
2. Toepassingsgebied vast uurrooster: 38 - of 40 uren -week 40 uren per week:
Woonzorgcentrum De Strandjutter: o
zorgkundigen
o
verpleegkundigen (NIET hoofdverpleegkundigen)
o
Kinderdagverblijf ‘ Schelpje: o
technisch beambte logistiek begeleiders
Dienstencentrum De Bollaard/Dagverzorging de Vierboete: o
Chauffeur
38 uren per week:
Kinderdagverblijf ‘ Schelpje: o
Technisch beambte schoonmaak (onderhoud)
Alle andere medewerkers die hierboven niet vermeld staan werken met een glijdend uurrooster (zie deel II: tijdsregistratie: richtijnen voor medewerkers binnen het glijdend uurrooster). De medewerkers in art.60 volgen het uurrooster conform de functie/afdeling waarbinnen ze zijn tewerkgesteld tenzij specifiek bepaald in de uurroosters. De prikklok registreert pas de prikkingen vanaf de start van de officiële arbeidstijd, tenzij op uitdrukkelijk vraag van het diensthoofd er vroeger moet gestart worden.
3. Arbeidsduurvermindering
In praktijk werken de medewerkers met een vast uurrooster 40 uren per week. Hiervoor krijgt de voltijdse medewerker per maand één compensatiedag, met name 8 uur (C38). Voor deeltijdse medewerkers wordt dit verlof pro rata berekend. Het onderhoudspersoneel binnen het kinderdagverblijf hebben GEEN recht op deze compensatiedag.
In navolging van het gemeenteraadsbesluit van 22/11/1985 waarbij de wekelijkse arbeidsduur naar 37 uur 30 minuten wordt teruggebracht, krijgt de medewerker op weekbasis 30 minuten bijkomend verlof. Voor deeltijdse medewerkers wordt dit verlof pro rata berekend. Op jaarbasis betekent dit 26 uur bijkomend verlof voor een voltijdse medewerker (0,5*52 weken, pro rata voor deeltijdse medewerkers).
4. Hoe werkt dit systeem? Elke medewerker krijgt bij zijn/haar indiensttreding een personeelsbadge.
Deze badge is persoonlijk en:
Registreert de arbeidstijden (in –en uitbadgen)
Geeft je toegang tot de verschillende dienstencentra
Elke medewerker moet zich in werkkledij (indien van toepassing) met de personeelsbadge registreren bij het binnenkomen en bij het buitengaan van het gebouw. Je houdt je badge voor de terminal. Op deze manier wordt het beginuur en het einduur van de arbeidsprestatie geregistreerd. Uitzonderingen:
trein- en/of busvertraging: er moet een vertragingsattest van De Lijn of NMBS voorgelegd worden. Dit attest moet doorgestuurd worden naar de personeelsdienst.
wanneer een medewerker om persoonlijke redenen niet tijdig het werk kan aanvangen, moet het diensthoofd op voorhand verwittigd worden alsook toelating gegeven hebben. Gaat het om een dringend doktersbezoek, dan dient een attest voorgelegd te worden aan het diensthoofd dat dit ‘voor gezien’ ondertekent en daarna opstuurt naar de personeelsdienst.
Indien een medewerker uitzonderlijk de dienst vroeger wenst te verlaten moet betrokken medewerker toestemming vragen aan het diensthoofd. Het uitgangspunt voor afwezigheden voor persoonlijke redenen is dat altijd verlof moet genomen worden. Afwijken van deze regel is uitzonderlijk en daar mag geen misbruik van gemaakt worden.
Badge vergeten? Meld je de dag zelf nog bij jouw diensthoofd en laat je uren registreren. Badge verloren of stuk? Bij verlies, diefstal of beschadiging van de badge dient de medewerker onmiddellijk zijn diensthoofd te verwittigen met het oog op het vernieuwen van de badge. Aan de betrokken medewerker zal een nieuwe badge overhandigd worden. Indien de medewerker een tweede maal zijn badge verliest of beschadigt, zal hij slechts een nieuwe badge ontvangen tegen betaling van een vergoeding van € 10,00 . Deze vergoeding zal niet aangerekend worden indien de beschadiging van de badge het gevolg is van normale slijtage of als er sprake is van overmacht (vb. diefstal). Je badge is strikt persoonlijk. Bij uitdiensttreding lever je je badge terug in bij de personeelsdienst.
5. Middagpauze De medewerker registreert voor het begin van de pauze en na het einde van de pauze.
Elke medewerker dient minimum een half uur pauze te nemen. Als de medewerker herhaaldelijk de pauze niet registreert zonder rechtvaardiging bij het diensthoofd, wordt de medewerker hierop aangesproken door het diensthoofd.
6. Koffie/rookpauzes
Koffiepauze= arbeidstijd:
o
Voor de medewerkers van wie de functie het toelaat kan er op elk moment van de arbeidstijd koffie genuttigd op voorwaarde dat de dienstverlening gegarandeerd blijft.
o
Voor medewerkers van wie de functie het niet toelaat (onderhoud en paramedici) om tussendoor koffie te nuttigen wordt op een vast tijdstip, vastgelegd door het diensthoofd, 10 minuten toegestaan in de voorziene ruimte.
Rookpauze= geen arbeidstijd:
Iedereen die wil roken prikt uit met een max. van 2* 10 min op dagbasis: o
Dit wordt gecompenseerd met in cascade:
Saldo 26 uur bijkomend verlof: 38- uren week en 40 - uren week
C38 voor 40 uren-week
7. Verlof Voor de algemene verlofregeling verwijzen we naar art. 7 en 8 in het arbeidsreglement. Het verlof wordt per uur aangevraagd via het online verlofsysteem. Voor de opname van de C38 en feestdag blijft de huidige regeling gelden.
8. Dienstverplaatsingen Wat wordt hieronder verstaan?
Opleiding/studiedag
Vergadering in een ander activiteitencentrum binnen het O.C.M.W. of extern, huisbezoeken, bijwonen begrafenis resident,…
Hoe registreren? Vertrek je vanuit je plaats tewerkstelling en kom je diezelfde dag nog terug: je gebruikt de speciale toets (auto-symbool) voorzien op de prikklok voor het in –en uitbadgen. Ga je rechtstreeks: je brengt je diensthoofd op de hoogte via het verlofaanvraagsysteem dat er een dienstverplaatsing zal plaatsvinden en dat je dus niet kan prikken. Er wordt conform de Rechtspositieregeling artikel 97 en 387 dienstvrijstelling verleend voor de reële lestijd evenals de reële verplaatsingstijd. Wanneer de vormingsactiviteit doorloopt tot na het middagmaal, wordt forfaitair één uur middagpauze afgetrokken van de vormingstijd. Indien de verplaatsing meer tijd in beslag neemt, kan het diensthoofd meer uren toekennen mits verantwoording door het personeelslid (vraagt deze aan via het verlofaanvraagsysteem). Bij een halve dag wordt standaard 4 uur in rekening gebracht. Bij een volledige dag 8 uur.
9. Maatregelen bij inbreuken op het naleven van de richtlijnen binnen het tijdregistratiesysteem Van de medewerkers wordt een loyale toepassing van dit systeem verwacht, alleen al omdat enkel bij een loyale toepassing het tijdsregistratiesysteem in stand kan worden gehouden. Tegenover elk misbruik zal dan ook streng opgetreden worden. Volgende handelingen worden beschouwd als inbreuk op de richtlijnen: 1. binnen de stamtijd het ontbijt/middagmaal nuttigen 2. tijdens de middagpauze uit -en onmiddellijk terug inprikken (het niet respecteren van de verplichte min. middagpauze van een 0.5 uur) 3. het ‘vergeten’ van de badge 4. het “niet” in- of uitprikken 5. het te laat inprikken of het te vroeg uitprikken tijdens de stamtijden 6. inprikken en zich niet onmiddellijk naar het werk begeven. 7. niet uitprikken voor rookpauze
8. het werk verlaten zonder uit te prikken en pas later uitprikken. 9. een collega of andere persoon laten prikken, dit kan voor beide betrokken medewerkers gevolgen hebben 10. het systematisch herhalen van een overtreding, ook na hierop expliciet te zijn aangesproken door de rechtstreekse leidinggevende of het diensthoofd Medewerkers die één van bovenstaande overtredingen begaan, moeten onmiddellijk en spontaan hun diensthoofd op de hoogte stellen of de nodige aanvragen te doen via het tijdsregistratiesysteem om de foute boekingen te corrigeren. Het diensthoofd is verantwoordelijk voor de aanpassingen. De beoordeling van de aanpassing gebeurt door het diensthoofd en dit in functie van de dienst en de noodwendigheden. De personeelsdienst voert de controles uit. Doet de medewerker dit niet, dan kunnen volgende sancties voorzien worden:
Het opnemen van de bemerkingen en vaststellingen in het individuele evaluatiedossier van de medewerker d.m.v. bijsturinsgnota’s.
Blijven de inbreuken zich herhalen na de genomen maatregelen kan er voor de statutaire personeelsleden opgetreden worden met een tuchtregeling overeenkomstig het OCMW-decreet (art.117-143).
Voor contractuele personeelsleden kan dit beschouwd worden als een zwaarwichtige reden die aanleiding kan geven tot ontslag.
10. Defecte prikklok/badge Indien een medewerker een defect aan het prikkloksysteem of zijn/haar badge vaststelt, zal die onmiddellijk zijn diensthoofd hiervan verwittigen en de personeelsdienst. In afwachting van de herstelling, indien de personeelsdienst meldt dat deze langdurig is en niet te wijten is aan een communicatiestoornis, dient ieder diensthoofd de nodige schikkingen te treffen voor het aantekenen van de aanwezigheidstijden van het onder zijn leiding staand personeel.
Het tijdsregistratiesysteem: richtlijnen voor medewerkers binnen het GLIJDEND uurrooster
11.Arbeidsduur De registratie van de arbeidstijd gebeurt door een tijdsregistratiesysteem. De centrale eenheid voor het beheer en toezicht bevindt zich op de personeelsdienst. De arbeidsduur is de tijd waarin de medewerkers ter beschikking is van zijn werkgever. De arbeidsduur is dus niet noodzakelijk de tijd waarop de medewerker effectieve prestaties heeft verricht. De gemiddelde arbeidsduur van een voltijdse medewerker bedraagt 38 uren per week (5-dagen week), onder voorbehoud van de wettelijke afwijkingen toegestaan voor het personeel tewerkgesteld in gezondheidsinstellingen. De maximum arbeidsduur op jaarbasis bedraagt 1976 u (52 weken x 38 u). De maximumduur van de dagelijkse prestatie is vastgesteld op 11 uur per dag. De van kracht zijnde uurroosters kunnen geconsulteerd worden. Het uurrooster legt de spreiding van de arbeidstijd vast. De arbeidsduur van het deeltijds tewerkgesteld personeel wordt bepaald volgens de breuk : werkuren per week/38u.
12. Wie? Alle medewerkers die niet vermeld staan in deel I: uitleg tijdsregistratie vast uurrooster.
13. Arbeidsduurvermindering De medewerker die op weekbasis 38 uur presteert, krijgt hiervoor, in navolging van het gemeenteraadsbesluit van 22/11/1985 waarbij de wekelijkse arbeidsduur naar 37 uur 30 minuten wordt teruggebracht, op weekbasis 30 minuten bijkomend verlof. Voor deeltijdse medewerkers wordt dit verlof pro rata berekend.
Op jaarbasis betekent dit 26 uur bijkomend verlof voor een voltijdse medewerker (0,5*52 weken, pro rata voor deeltijdse medewerkers). Dit bijkomend verlof zal in eerste instantie gehanteerd worden om brugdagen, die niet kunnen gecompenseerd worden met feestdagen die in het weekend vallen, collectief vast te leggen.
14. Principe van de glijdende werktijdregeling Het systeem van een glijdend uurrooster heeft tot doel de medewerkers de mogelijkheid te bieden om, binnen bepaalde grenzen, vrij het tijdstip van begin en einde van de dagtaak te kiezen. Werken met glijdende uren mag geen afbreuk doen aan de verplichtingen die het OCMW heeft tegenover het publiek. Ook tijdens de glijtijden moeten de openingsuren van de diensten verzekerd zijn. We spreken hier van de servicetijd. Dit is de tijdsduur waarbinnen elke dienst intern en extern moet bereikbaar zijn. De servicetijd wordt per dienst afzonderlijk bepaald in de uurroosters. Een gewone werkdag is opgedeeld in twee soorten tijden: stamtijden en glijtijden. Stamtijden zijn de periodes van de dag waarop je op het werk moet zijn. Glijtijden zijn periodes van de dag waarop je kunt beginnen werken of kunt stoppen. Per activiteitencentrum kunnen de stam-en glijtijden vastgelegd worden (zie uurroosters). Een gewone werkdag ziet er bijvoorbeeld als volgt uit: a.
Glijtijd: 7.45- 9.00 (1,25 uur)
b.
Stamtijd: 9.00-11.45 (2,75 uur)
c.
Glijtijd: 11.45- 14.00 (2.25 uur)
d.
Stamtijd: 14.00- 16.00 ( 2 uur)
e.
Glijtijd: 16.00-18.45 (2.75 uur)
Je werkt per dag minimum 4.45 uur = stamtijd. Maximum totaal glijtijd + stamtijd per dag = 11 uur. De prikklok registreert pas de prikkingen vanaf de start van de officiële arbeidstijd, tenzij op uitdrukkelijk vraag van het diensthoofd er vroeger moet gestart worden. Prik je bijvoorbeeld ‘s morgens om 7u 30, dan start de registratie van de arbeidstijd pas om 7.45 (= startuur glijtijd).
15. Hoe werkt dit systeem? Elke medewerker krijgt bij zijn/haar indiensttreding een personeelsbadge. Deze badge is persoonlijk en:
Registreert de arbeidstijden (in –en uitbadgen)
Geeft je toegang tot bepaalde gebouwen
Elke medewerker moet zich in werkkledij (indien van toepassing) met de personeelsbadge registreren bij het binnenkomen en bij het buitengaan van het gebouw. Je houdt je badge voor de terminal. Op deze manier wordt het beginuur en het einduur van de arbeidsprestatie geregistreerd. Voor de diensten waar geen prikklok is voorzien, wordt via de PC geregistreerd.
Uitzonderingen:
trein- en/of busvertraging: er moet een vertragingsattest van De Lijn of NMBS voorgelegd worden. Dit attest moet doorgestuurd worden naar de personeelsdienst.
wanneer een medewerker om persoonlijke redenen niet tijdig het werk kan aanvangen, moet het diensthoofd op voorhand verwittigd worden alsook toelating gegeven hebben. Gaat het om een dringend doktersbezoek, dan dient een attest voorgelegd te worden aan het diensthoofd dat dit ‘voor gezien’ ondertekent en daarna opstuurt naar de personeelsdienst.
Indien een medewerker uitzonderlijk de dienst vroeger wenst te verlaten moet betrokken medewerker toestemming vragen aan het diensthoofd. Dit kan echter met een max. van 1 uur binnen de stamtijd. Het uitgangspunt voor afwezigheden voor persoonlijke redenen is dat altijd verlof moet genomen worden. Afwijken van deze regel is uitzonderlijk en daar mag geen misbruik van gemaakt worden.
Badge vergeten? Meld je de dag zelf nog bij jouw diensthoofd en laat je uren registreren. Badge verloren of stuk? Bij verlies, diefstal of beschadiging van de badge dient de medewerker onmiddellijk zijn diensthoofd te verwittigen met het oog op het vernieuwen van de badge. Aan de betrokken medewerker zal een nieuwe badge overhandigd worden.
Indien de medewerker een tweede maal zijn badge verliest of beschadigt, zal hij slechts een nieuwe badge ontvangen tegen betaling van een vergoeding van € 10,00. Deze vergoeding zal niet aangerekend worden indien de beschadiging van de badge het gevolg is van normale slijtage of als er sprake is van overmacht (vb. diefstal). Je badge is strikt persoonlijk. Bij uitdiensttreding lever je je badge terug in bij de personeelsdienst.
16. Verrekening op het einde van de maand Er wordt steeds gewerkt volgens het 38 uren - systeem. Alleen kan je in het systeem van de glijdende werktijden ervoor te kiezen om de ene week bijvoorbeeld meer uren te presteren en de week erna minder (uiteraard steeds binnen de glijtijd). Je moet er wel mee rekening houden dat je per maand steeds de normtijd haalt. De normtijd is het aantal uren dat maandelijks moet gewerkt worden en wordt bekomen door het aantal werkdagen in de maand te vermenigvuldigen met 7 uur 36 minuten (voor deeltijdsen is dit pro rata). De meeste medewerkers die van het systeem van glijdende werktijd genieten, presteren regelmatig wat extra uren. Ze werken dus meer dan gemiddeld 7.36 uur er dag. Op het einde van de maand worden de gepresteerde uren verrekend met de normtijd. Het saldo wordt overgedragen naar een volgende maand onder volgend voorbehoud:
Het is niet de bedoeling dat je op maandbasis minder uren gaat presteren. Dit wordt beperkt tot maximum -7.36 uren voor voltijdse en pro rata voor deeltijdse medewerker. Dit maximum debet is een totaalsom op maandbasis en niet op dagbasis. Jouw diensthoofd bekijkt regelmatig, evenals de personeelsdienst, wat de oorzaak van de minuren is als die niet meer afgebouwd worden met het saldo aan glijuren. Medewerkers die een dergelijke overtreding begaan, krijgen een verwittiging. Het tekort moet aangezuiverd zijn ten laatste op het einde van de volgende maand. Indien het tekort niet tijdig is aangezuiverd, wordt verlof afgetrokken om het tekort aan te zuiveren.
Er geldt een maximum van 75 uur glijtijd die je kan opbouwen (pro rata voor deeltijdse medewerkers). Deze worden overgedragen naar de volgende maand. Let wel, op geen enkel moment kan het maximum van 75 uur overschreden worden. Ga je erover, dan gaan die onherroepelijk verloren. Door het diensthoofd en de personeelsdienst wordt erop toegezien dat dit saldo stelselmatig wordt afgebouwd. Bij uitdiensttreding/oppensioenstelling wordt geadviseerd om dit saldo op te nemen want deze glijuren worden NIET uitbetaald.
17. Opname saldo glijuren
Je kan deze opnemen tijdens de glijtijden. Je zou ’s morgens later kunnen komen werken of ’s avonds vroeger naar huis gaan, of over de middag een langere middagpauze nemen. Op die manier presteer je minder uren en wordt jouw overschot automatisch weggewerkt. Binnen elke dienst wordt er bepaald op welk moment(en) er toch glijtijd kan opgenomen binnen de stamtijd (zie uurroosters): a.
Voor alle medewerkers binnen De Bezaan, Jobkracht 10, de administratieve diensten en de hoofdverpleegkundigen binnen De Strandjutter bestaat enkel op vrijdagnamiddag de mogelijkheid om de extra glijtijden tijdens de stamtijd op te nemen en is er geen permanentie vereist. M.a.w. er is geen dienstverlening naar de burger toe. De starttijd van de glijtijd in de namiddag valt samen met de starttijd van de glijtijd van de middagpauze (dit is bijvoorbeeld 11u.45 voor de Bezaan).
b.
Voor de medewerkers binnen ’t Schelpje en De Bollaard bestaat enkel op vrijdagnamiddag de mogelijkheid om de extra glijtijden tijdens de stamtijd op te nemen maar is permanentie vereist voor bepaalde diensten.
c.
Voor de overige medewerkers binnen De Strandjutter bestaat maximum 2 dagdelen per maand de mogelijkheid om de extra glijtijden tijdens de stamtijd op te nemen volgens de mogelijkheden binnen de planning.
18. Wat met de uren die je buiten de glijtijden hebt opgebouwd, uitzonderlijk en op vraag van het diensthoofd?
Deze overuren kan je opnemen tijdens de stamtijden en binnen de maand volgend waarin je deze hebt opgebouwd. Het diensthoofd kan hier uitzonderlijk van afwijken.
Hier wordt geen maximum op geplaatst.
De oude overuren, opgebouwd voor de implementatie van het glijdend uurrooster, worden op een aparte verlofteller geplaatst en kunnen binnen een termijn van 3 jaar nog worden opgenomen.
19. Deeltijdse arbeid Deeltijdse medewerkers hebben de mogelijkheid om te werken met glijdende uren maar niet onbeperkt. Er moet met het diensthoofd 1 dag of 2/3 halve dagen, afhankelijk van tewerkstellingspercentage, afgestemd worden. Afhankelijk van de dienst kan dit permanent vastgelegd zijn of per maand bepaald worden volgens de planning. Er wordt steeds rekening gehouden worden met de maximumgrenzen van de glijtijd.
Een voltijdse medewerker dient 5 dagen van gemiddeld 7u36' te werken. Een 4/5 de medewerker (80%) dient 3 dagen van gemiddeld 7u36' en 2 dagen van gemiddeld 3u48' te werken of 4 dagen van gemiddeld 7u36'. Een 3/4 de medewerker (75%) dient 3 dagen van gemiddeld 7u36' en 0,5 dag van gemiddeld 3u48' te werken of 2 dagen van gemiddeld 7u36' en 3 dagen van gemiddeld 3u48'. Een 1/2de medewerker (50%) werkt bijvoorbeeld 5 dagen van gemiddeld 3u48'. Personeelsleden die toch presteren op een dag en/of een halve dag waarop ze met verminderde prestaties of loopbaanonderbreking zijn, moeten dit kenbaar maken aan de personeelsdienst. Volgende regels dienen in acht genomen te worden bij gewijzigde prestatiedagen: -
Het wijzigen van prestatiedagen moet uitzonderlijk blijven.
-
In functie van de wetgeving en van de arbeidsongevallenverzekering moet op voorhand een mail, met akkoord van het diensthoofd doorgestuurd worden naar de personeelsdienst waarop volgende vermeld staat:
-
o
Reden van de uitzonderlijke prestatie (cursus, dienstreis, werkoverleg,…).
o
Dag wanneer de afwijking van het werkrooster zal gebeuren (hele dag, enkel voor-of namiddag).
Deze uitzonderlijke afwijkingen dienen te gebeuren door een omwisseling van de prestatiedag (wijziging dagrooster). Deze bijkomende halve of volledige dag dient teruggenomen te worden op een andere werkdag in samenspraak met het diensthoofd. Er mag dus geen verlof of overuren ingeschreven worden!
20. Middagpauze De medewerker registreert voor het begin van de pauze en na het einde van de pauze. Elke medewerker dient minimum een half uur pauze te nemen. Als de medewerker de pauze niet registreert, kent het tijdsregistratiesysteem automatisch een pauze toe die gelijk is aan de pauze (maximum glijtijd) die voorzien is in het dienstrooster, tenzij uitzonderlijke omstandigheden het niet respecteren van de pauze rechtvaardigen. De correctie gebeurt door het diensthoofd na motivering van de medewerker. De verplichte minimum middagpauze van een half uurwordt ALTIJD in mindering gebracht van de arbeidstijd.
Komt dit herhaaldelijk voor zonder rechtvaardiging, dan wordt de medewerker hierop aangesproken door het diensthoofd.
21. Koffie/rookpauzes
Koffiepauze= arbeidstijd:
o
Voor de medewerkers van wie de functie het toelaat kan er op elk moment van de arbeidstijd koffie genuttigd op voorwaarde dat de dienstverlening gegarandeerd blijft.
o
Voor medewerkers van wie de functie het niet toelaat (onderhoud en paramedici) om tussendoor koffie te nuttigen wordt op een vast tijdstip, vastgelegd door het diensthoofd, 10 minuten toegestaan in de voorziene ruimte.
Rookpauze= geen arbeidstijd:
Iedereen die wil roken prikt uit met een max. van 2* 10 min op dagbasis. Dit wordt gecompenseerd met glijtijd.
22. Verlof Voor de algemene verlofregeling verwijzen we naar art. 7 en 8 in het arbeidsreglement. Het verlof blijft voor iedereen in uren staan MAAR aangezien je niet op voorhand kan zeggen hoeveel uur per dag je gaat presteren, werken we met een systeem van dagdelen(= halve dag). Een dagdeel voor iemand die voltijds werkt is vastgesteld op 3 uur 48 minuten. Dit wil zeggen dat als je een halve dag verlof aanvraagt via het verlofaanvraagsysteem, er 3 uur 48 minuten van je verlof wordt afgetrokken. Bij een volledige dag wordt 7 uur 36 minuten afgehouden.
Brugdagen Indien er zich in een kalenderjaar brugdagen voordoen worden deze collectief overbrugd door feestdagen die in het weekend vallen. Indien er geen feestdagen in het weekend vallen wordt collectief verlof aan de hand van de 26 uren bijkomend verlof (zie punt 3) geplaatst.
23. Dienstverplaatsingen Wat wordt hieronder verstaan?
Opleiding/studiedag
Vergadering in een ander activiteitencentrum binnen het O.C.M.W. of extern, huisbezoeken, bijwonen begrafenis resident,…
Hoe registreren? Vertrek je vanuit je plaats tewerkstelling en kom je diezelfde dag nog terug: je gebruikt de speciale toets (auto-symbool) voorzien op de prikklok voor het in –en uitbadgen. Ga je rechtstreeks: je brengt je diensthoofd op de hoogte via het verlofaanvraagsysteem dat er een dienstverplaatsing zal plaatsvinden en dat je dus niet kan prikken. Er wordt conform de Rechtspositieregeling artikel 97 en 387 dienstvrijstelling verleend voor de reële lestijd evenals de reële verplaatsingstijd. Wanneer de vormingsactiviteit doorloopt tot na het middagmaal, wordt forfaitair één uur middagpauze afgetrokken van de vormingstijd. Indien de verplaatsing meer tijd in beslag neemt, kan het diensthoofd meer uren toekennen mits verantwoording door het personeelslid (vraagt deze aan via het verlofaanvraagsysteem). Bij een halve dag wordt standaard 3 uur 48 minuten in rekening gebracht. Bij een volledige dag 7 uur 36 minuten.
24. Maatregelen bij inbreuken op het naleven van de richtlijnen binnen het tijdregistratiesysteem Van de medewerkers wordt een loyale toepassing van dit systeem verwacht, alleen al omdat enkel bij een loyale toepassing het tijdsregistratiesysteem in stand kan worden gehouden. Tegenover elk misbruik zal dan ook streng opgetreden worden. Volgende handelingen worden beschouwd als inbreuk op de glijtijd: A. binnen de stamtijd het ontbijt/middagmaal nuttigen
B. tijdens de middagpauze uit -en onmiddellijk terug inprikken (het niet respecteren van de verplichte min. middagpauze van een 0.5 uur) C. het ‘vergeten’ van de badge D. het “niet” in- of uitprikken E. het te laat inprikken of het te vroeg uitprikken tijdens de stamtijden De niet-gepresteerde tijd telt niet mee als arbeidstijd. Er wordt aanvullend ALTIJD afgerond naar 15 minuten. Wanneer je bijvoorbeeld 5 minuten te laat of te vroeg in-of uitprikt tijdens je stamtijd, wordt dit aanvullend afgerond naar 15 minuten. In totaal verlies je dus 15 minuten arbeidstijd. F. het toegelaten aantal uren in debet overschrijden, dus meer dan 7.36 in minuren G. inprikken en zich niet onmiddellijk naar het werk begeven H. niet uitprikken voor rookpauze I.
het werk verlaten zonder uit te prikken en pas later uitprikken
J.
een collega of andere persoon laten prikken, dit kan voor beide betrokken medewerkers gevolgen hebben
K. het systematisch herhalen van een overtreding, ook na hierop expliciet te zijn aangesproken door de rechtstreekse leidinggevende of het diensthoofd Medewerkers die één van bovenstaande overtredingen begaan, moeten onmiddellijk en spontaan hun diensthoofd op de hoogte stellen of de nodige aanvragen te doen via het tijdsregistratiesysteem om de foute boekingen te corrigeren. Het diensthoofd is verantwoordelijk voor de aanpassingen. De beoordeling van de aanpassing gebeurt door het diensthoofd en dit in functie van de dienst en de noodwendigheden. De personeelsdienst voert de controles uit. Doet de medewerker dit niet, dan kunnen volgende sancties voorzien worden:
Het opnemen van de bemerkingen en vaststellingen in het individuele evaluatiedossier van de medewerker d.m.v. bijsturinsgnota’s.
Bij herhaaldelijke inbreuken kan de medewerker tijdelijk verplicht worden om in een vast uurrooster tewerkgesteld te worden. De duur wordt bepaald door het desbetreffende diensthoofd in samenspraak met de personeelsdienst.
Blijven de inbreuken zich herhalen na de genomen maatregelen kan er voor de statutaire personeelsleden opgetreden worden met een tuchtregeling overeenkomstig het OCMW-decreet (art.117-143).
Voor contractuele personeelsleden kan dit beschouwd worden als een zwaarwichtige reden die aanleiding kan geven tot ontslag.
25. Defecte prikklok/badge
Indien een medewerker een defect aan het prikkloksysteem of zijn/haar badge vaststelt, zal die onmiddellijk zijn diensthoofd hiervan verwittigen en de personeelsdienst. In afwachting van de herstelling, indien de personeelsdienst meldt dat deze langdurig is en niet te wijten is aan een communicatiestoornis, dient ieder diensthoofd de nodige schikkingen te treffen voor het aantekenen van de aanwezigheidstijden van het onder zijn leiding staand personeel.
Kinderopvang 11. Kinderdagverblijf 't Schelpje - Wijziging huishoudelijk reglement - Besluit Toelichting
Procedure laattijdig betalen We wensen de procedure laattijdig betalen aan te vullen met een extra tussenstap alvorens over te gaan tot een definitieve stopzetting van de opvang van een kind. Kleine aanpassingen ten gevolge van veranderingen bij FAVV, Kind&Gezin, alsook onze interne werking Er is een nieuwe autocontrolegids van het Federaal Agentschap voor de VoedselVeiligheid voor handen. Dit vergt enkele kleine aanpassingen. Kind&Gezin wenst in januari een jaarlijkse herberekening van de ouderbijdrage. Tot nu was dat in oktober. Betreffende de inschrijvingsprocedure zijn er enkele kleine wijzigingen nodig om de planning van de nieuwe kinderen te optimaliseren. Gebruik koortswerende middelen Kind&Gezin raadt het gebruik van suppo’s af. In de dagelijkse praktijk blijkt dat werken met siroop i.p.v. suppo’s voor de jongste leeftijdsgroep (baby’s) moeilijk haalbaar is. Om geen onwaarheden in het huishoudelijk reglement te laten sluipen, wensen we de reële situatie kenbaar te maken via het huishoudelijk reglement.
Regelgeving
Besluit van de Vlaamse Regering van 6 mei 2011 (BS 15 juni 2011) tot regeling van het kwaliteitsbeleid in de erkende kinderopvangvoorzieningen. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Het huishoudelijk reglement van het kinderdagverblijf ‘t Schelpje wordt goedgekeurd.
Bijlagen
Bijlage 1 – Huishoudelijk reglement kinderdagverblijf ‘t Schelpje
Thuiszorg 12. Dienstencentrum De Bollaard - Toewijzing pedicure - Besluit Toelichting
Tijdens de zitting van 21 maart 2013 besliste de Raad Voor Maatschappelijk Welzijn: “alle inwoners van Blankenberge (geen tweedeverblijvers) kunnen bij een pedicure terecht. Er worden twee prijzen gehanteerd. Een normaal tarief en een sociaal tarief voor mensen met een RVV-statuut en leefloongerechtigden. De gelden worden ontvangen in De Bollaard en er wordt een eenheidsprijs per klant doorgestort aan de zelfstandige pedicure.” De Raad Voor Maatschappelijk Welzijn gaf tevens de opdracht mee een bestek/procedure op te maken om dit scenario concreet uit te werken. Tijdens de zitting van 16 mei 2013 verklaarde de Raad Voor Maatschappelijk
Welzijn zich akkoord met de uitgetekende procedure. Afhankelijk van de meest gunstige prijs die onder gesloten omslag werd ingediend, zouden de normale en sociale tarieven voor zowel een uitgebreide als gewone behandeling op een latere datum bepaald worden. Na de raadzitting van mei werden alle medische pedicures in Blankenberge aangeschreven en uitgenodigd op een informatievergadering. Er kwamen uiteindelijk 2 geïnteresseerde kandidaten opdagen. Op de vergadering werd de door de Raad Voor Maatschappelijk Welzijn goedgekeurde procedure toegelicht. Na de informatievergadering was er een tijdspanne van 2 weken om een prijsvoorstel onder gesloten omslag in te dienen. Beide kandidaten hebben een prijsvoorstel ingediend.
Regelgeving
Het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009 Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Motivering
Een vergelijking tussen de kandidaten zowel qua prijs, inhoud van de behandeling als kwalificaties werd opgemaakt en is in bijlage bij dit agendapunt gevoegd. Naar prijssetting is er geen verschil tussen de kandidaten. De Schepper Frieda is € 3 duurder dan Westerlinck Saskia voor de gewone behandeling, maar voor de uitgebreide behandeling is Westerlinck Saskia dan weer € 3 duurder dan De Schepper Frieda. Enkel bij de eventuele meerkost is er een verschil. Hier geeft De Schepper Frieda aan dat die maximaal € 2 zal zijn, terwijl Westerlinck Saskia maximaal € 5 zal aanrekenen. Naar inhoud van de behandeling, lijkt de behandeling van Westerlinck Saskia iets vollediger aangezien zij bij zowel de gewone als uitgebreide behandeling een voetbad aanbiedt. Beide kandidaten hebben een diploma als pedicure. Westerlinck Saskia kan een getuigschrift voor de bijscholing “voetverzorging voor diabeten” voorleggen. Bij deze vergelijking is meteen ook een voorstel geïntegreerd voor de aan de klanten aan te rekenen prijzen. Hierbij wordt voor het sociaal tarief steeds €2 minder gevraagd dan de eenheidsprijs die de pedicure per klant ontvangt en voor het normaal tarief €3 meer gevraagd dan die eenheidsprijs. De meerkost voor klanten die aan normaal tarief betalen dekt op die manier (deels) het verlies dat gemaakt wordt bij de klanten die een sociaal tarief betalen.
Besluit
De Raad Voor Maatschappelijk Welzijn wijst de opdracht om een medische pedicure in het dienstencentrum De Bollaard te organiseren toe aan Saskia Westerlinck. Dit onder de voorwaarden zoals bepaald in de samenwerkingsovereenkomst. De Raad Voor Maatschappelijk Welzijn bepaalt dat het sociaal tarief voor een gewone behandeling € 13 en het normaal tarief voor een gewone behandeling € 18 bedraagt. De Raad Voor Maatschappelijk Welzijn bepaalt dat het sociaal tarief voor een uitgebreide behandeling € 21 en het normaal tarief voor een uitgebreide behandeling € 26 bedraagt. Deze bedragen kunnen jaarlijks geïndexeerd worden.
Bijlagen
Bijlage 1 – Vergelijking Kandidaten Pedicure
Bijlage 2 – De Schepper Frieda dossier Bijlage 3 – Westerlinck Saskia dossier Bijlage 4 – Samenwerkingsovereenkomst medische pedicure
13. Dienstencentrum De Bollaard - Aanvulling huishoudelijk reglement - Besluit Toelichting
Bij raadsbeslissing dd. 19 september 2013 werd het huidige huishoudelijk reglement van het dienstencentrum De Bollaard goedgekeurd. Er dient een extra deel te worden toegevoegd aan het huishoudelijk reglement van De Bollaard. Dit wegens de integratie van het Digi-Ateljee in de werking van het dienstencentrum.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Het huishoudelijk reglement van het dienstencentrum De Bollaard wordt goedgekeurd.
Bijlagen
Bijlage 1 – Deel IV. Digi-ateljee
Ouderenzorg 14. Woonzorgcentrum De Strandjutter - Aanpassing dagprijs - Besluit Toelichting
Het persoonlijk linnen van de bewoner is opgenomen in de dagprijs van het woonzorgcentrum. Het voorstel is om vanaf 1 januari 2014, voor de nieuw opgenomen residenten, de kostprijs voor het persoonlijk linnen van de bewoner afzonderlijk aan te rekenen. Voor de reeds opgenomen bewoners blijft de bestaande regeling van toepassing. De jaarlijkse kostprijs van het persoonlijk linnen bedroeg in 2012 € 95 238,50. Het voorstel wordt genomen om volgende redenen: ● de dagprijs dekt niet de reële kostprijs van het woonzorgcentrum; ● in de meeste woonzorgcentra wordt hetzelfde principe toegepast; ● het garandeert aan de bewoner een keuzevrijheid om al dan niet zijn persoonlijk linnen door het woonzorgcentrum te laten uitvoeren. In de nieuw voorgestelde prijs (€ 49,25) is tevens de geraamde indexatie van 2013 opgenomen. De korting voor inwoners van Blankenberge (€ 3,70) blijft behouden.
Regelgeving
De Wet van 22 januari 1945 betreffende de economische reglementering en de prijzen (BS 04.02.1945). Het Ministerieel Besluit van 12 augustus 2005 houdende bijzondere bepalingen inzake prijzen voor de sector van de instellingen voor bejaardenopvang.
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Een prijsverhogingsaangifte , waarbij de dagprijs bepaald wordt op € 49,25 en het persoonlijk linnen afzonderlijk wordt aangerekend, zal worden ingediend bij de FOD Economie, Middenstand en Energie.
15. Woonzorgcentrum De Strandjutter - Aanvraag voorbehouden parkeerplaatsen Bespreking Toelichting
Tijdens de voorbije zomer waren er heel wat parkeerproblemen aan het woonzorgcentrum de Strandjutter. Zowel de bezoeker als de zorgverstrekker dienden heel wat rond te rijden vooraleer een geschikte parkeergelegenheid te vinden. De reden is het invoeren van betalend parkeren aan de Koning Boudewijnlaan, het gevolg hiervan is dat iedereen zijn wagen parkeert op een niet betalende plaats. Vraag en voorstel van de CD&V (Brigitte Monbaliu, 29 augustus 2013): Het plaatsen van borden aan het woon-zorgcentrum met melding: ● parking voorbehouden aan bezoekers (2 à 3 plaatsen); ● parking voorbehouden aan zorgverstrekker (één plaats).
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De heer voorzitter verklaart dat er een nieuwe verkeerssituatie gecreëerd werd door de plaatsing van parkeerautomaten in de Boudewijnlaan. Het College van Burgemeester en Schepenen zal een evaluatie doen van deze nieuwe situatie, waarbij er mogelijks wordt bijgestuurd. Er zijn blijkbaar slechts enkele dagen werkelijk overlast. Mogelijks kunnen enkele plaatsen ter beschikking gesteld worden van de zorgverstrekkers op de parking van het personeel of de parking directie. Het probleem zal waarschijnlijk volgend jaar opgelost zijn.
16. Woonzorgcentrum De Strandjutter - Definiëren begrip inwoner/niet-inwoner van Blankenberge bij opname - Besluit Toelichting
Het woonzorgcentrum De Strandjutter geeft aan Blankenberge een teruggave in de dagprijs van € 3,72.
de
inwoners
van
Bij opname in het woonzorgcentrum wordt als inwoner gedefinieerd: De resident die onafgebroken in de bevolkingsregisters te Blankenberge is ingeschreven, minimaal zes maand voorafgaand aan de datum van opname in het woonzorgcentrum. Het statuut inwoner/niet-inwoner van Blankenberge
blijft behouden voor het ganse verblijf. Er wordt gevraagd om het begrip inwoner/niet-inwoner op een zelfde manier te definiëren zoals in de andere activiteitencentra van het OCMW. Met name: de aanvrager is ingeschreven in het bevolkingsregister van Blankenberge en er in de laatste 6 jaar vóór de toekenning van de premie ten minste 3 jaar ingeschreven was.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
Bij opname in het woonzorgcentrum wordt als inwoner gedefinieerd: De resident is ingeschreven in het bevolkingsregister van Blankenberge. De resident is in de laatste 6 jaar vóór de opname in het woonzorgcentrum tenminste 3 jaar ingeschreven in het bevolkingsregister van Blankenberge.
VZW 17. Sociale Economie Blankenberge - Statutenwijziging - Akteneming Toelichting
Op 3 juli 2013 werden door de Algemene Vergadering van de vzw SEB de statuten aangepast aan de actuele situatie. Tevens werd een nieuw bestuursorgaan opgericht, namelijk het dagelijks bestuur.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Besluit
Er wordt akte genomen van de statutenwijziging van de vzw SEB.
Ingesloten bijlagen
Bijlage 1 – Statuten vzw SEB
STATUTEN VZW SOCIALE ECONOMIE BLANKENBERGE
HOOFDSTUK I. — Benaming, zetel en doel van de vereniging.
Art. 1 De vereniging wordt opgericht voor onbepaalde duur. De vereniging wordt genoemd ”Sociale Economie Blankenberge“ vereniging zonder winstoogmerk of verkort “S.E.B.” vzw.
Art. 2 De maatschappelijke zetel is gevestigd te 8370 Blankenberge, Jordaenslaan 34 en ressorteert onder het gerechtelijk arrondissement Brugge. De plaats van de vestiging wordt bepaald door de algemene vergadering. Art. 3 Het doel van de vereniging is werk te verschaffen aan werkzoekenden en diensten te verlenen aan de bevolking door het opzetten van initiatieven en diensten en alle hieraan gerelateerde acties en activiteiten op vlak van begeleiding en opleiding. Dit sluit aan op gedetecteerde noden en behoeften van de bevolking zowel op individueel als collectief vlak. Om dit doel te verwezenlijken mag de VZW alle passende technieken en middelen aanwenden. Zij is bevoegd alle overeenkomsten af te sluiten, activiteiten in onderaanneming te aanvaarden, promotieacties te ondernemen in functie van de realisatie van de doelstellingen. De vereniging beoogt geen stoffelijk voordeel te verschaffen aan haar leden. Zij kan alle roerende en onroerende goederen die zij voor het verwezenlijken van haar doel nodig heeft, bezitten of verkrijgen en er alle zakelijke rechten op uitoefenen.
HOOFDSTUK II. — Leden : Categorieën, verplichtingen, toetreding, uittreding, uitsluitingen.
Art. 4. De vereniging is samengesteld uit de werkende leden en uit de toegetreden leden. Het aantal werkende leden mag niet lager zijn dan zeven. De ocmw-voorzitter en de schepen van sociale zaken van de stad Blankenberge zijn van rechtswege werkend lid van de vereniging. Eén lid wordt voorgedragen door de VZW “Het Strijkatelier” en vijf leden door het OCMW Blankenberge. Elk fysiek persoon of rechtspersoon, toegelaten door de algemene vergadering, kan werkend lid zijn van de vereniging, waarbij evenwel de meerderheid van de leden van de algemene vergadering lid dient te zijn van de ocmw-raad van de stad Blankenberge.
Rechts- en natuurlijke personen, kunnen omwille van hun deskundigheid op het vlak van de in de doelstellingen geformuleerde materie, toegetreden lid worden van de vzw. Toegetreden leden worden aanvaard door de Raad van Bestuur. Zij hebben geen stemrecht op de algemene vergadering. De verdere rechten en plichten van de toegetreden leden worden uitgewerkt in een huishoudelijk reglement.
Art. 5. Elk lid van de vereniging is vrij zich ten allen tijde terug te trekken door zijn ontslag te richten tot de Raad van Bestuur die er kennis van neemt.
Het lidmaatschap wordt automatisch beëindigd bij einde van het mandaat als ocmw-voorzitter, schepen, ocmw- raadslid of lidmaatschap VZW “Het Strijkatelier”. Het lidmaatschap wordt van rechtswege beëindigd op de eerste algemene vergadering die plaatsvindt nadat de raad voor maatschappelijk welzijn, ingevolge artikel 16 van het OCMW Decreet, geïnstalleerd is. Art. 6. De uitsluiting van een werkend lid kan slechts door de algemene vergadering uitgesproken worden en dit onder de voorwaarden omschreven door de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. Dit lid moet ervan verwittigd worden en per aangetekend schrijven uitgenodigd worden op de algemene vergadering. Om geldig te zijn moet de uitsluiting vermeld staan op de dagorde van de algemene vergadering en minstens twee derden van de stemmen verenigen. De beslissing zal door de Raad van Bestuur binnen de acht dagen aan de belanghebbende betekend worden bij aangetekend schrijven.
De uitsluiting van een toegetreden lid behoort tot de bevoegdheid van de Raad van Bestuur, die beslist met een gewone meerderheid van stemmen, na betrokken lid gehoord te hebben.
HOOFDSTUK III. — Algemene vergadering : machten, samenstelling, uitnodigingen, dagorde.
Art. 15. De regelmatig samengestelde algemene vergadering vertegenwoordigt de algemeenheid der leden. Ze heeft de meest uitgebreide macht om alle verrichtingen die de vereniging aanbelangen uit te voeren. Alle werkende leden worden verondersteld aanwezig te zijn op de algemene vergadering. De Algemene Vergadering benoemt de bestuurders. Haar beslissingen zijn bindend voor al de leden, zelfs voor diegenen die op de vergadering niet aanwezig waren. Art. 16 De algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur, of in geval van diens afwezigheid door de ondervoorzitter of bij ontstentenis hiervan door het oudste lid in jaren. De O.C.M.W.-secretaris is secretaris van de vereniging. Hij kan zich laten bijstaan door een personeelslid van de vereniging. Bij zijn afwezigheid duidt de voorzitter van de vergadering een secretaris aan. De secretaris is geen werkend lid van de vereniging.
Art. 17. De beslissingen van de algemene vergadering worden genomen bij gewone meerderheid van aanwezige of vertegenwoordigde leden, behalve inzake
-
wijziging statuten ( art 18 )
-
uitsluiting van een lid van de vereniging ( art 7 )
-
afzetting van een bestuurder ( art 11 )
-
ontbinding van de vereniging ( art 31)
-
omzetting van de vereniging in een vennootschap met sociaal oogmerk ( art 18)
Art. 18. De statuten mogen slechts gewijzigd worden bij toepassing van artikel 8 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002 die stelt : De algemene vergadering kan over de wijzigingen in de statuten alleen dan geldig beraadslagen wanneer het voorwerp daarvan bijzonder is vermeld in de oproepingsbrief en wanneer twee derde van de leden op de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Tot geen wijziging kan worden besloten tenzij met een meerderheid van twee derde der stemmen. Echter wanneer de wijziging een der doeleinden betreft, waarvoor de vereniging werd opgericht, is zij slechts geldig wanneer zij door een meerderheid van vier vijfde van de ter vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden wordt goedgekeurd. Een vier vijfde meerderheid is eveneens vereist bij omzetting van de vereniging in een vennootschap met sociaal oogmerk overeenkomstig art. 26 bis van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. Zijn twee derde van de leden op de eerste vergadering niet aanwezig of niet vertegenwoordigd, dan kan een tweede algemene vergadering samengeroepen worden. Deze kan beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezige leden. De tweede vergadering mag niet binnen de vijftien dagen volgend op de eerste vergadering worden gehouden.
Art. 19. De beraadslagingen van de algemene vergadering zijn ingeschreven in een speciaal daartoe bestemd register en door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Dit register zal op de sociale zetel neergelegd worden en zal door de werkende leden kunnen geraadpleegd worden. Beslissingen die derden aanbelangen, zullen schriftelijk te hunner kennis gebracht worden.
Art. 20. De bevoegdheid om de algemene vergadering bijeen te roepen wordt gedelegeerd aan de voorzitter van de Raad van Bestuur. De leden van de vereniging komen minstens éénmaal per jaar in algemene vergadering bijeen, hetzij op de maatschappelijke zetel, hetzij op elke andere door de Raad van Bestuur aangeduide plaats. Te allen tijde kan de voorzitter van de Raad van Bestuur een buitengewone algemene vergadering uitschrijven. De Raad van Bestuur is hiertoe gehouden, wanneer een vijfde van de werkende leden dit schriftelijk aanvraagt.
Art. 21. Al de leden worden tot de algemene vergadering opgeroepen door middel van een gewone brief of e-mail, die minstens acht kalenderdagen op voorhand gestuurd wordt. De dagorde wordt bij de oproeping gevoegd.
Art. 22. Alle leden hebben een gelijk stemrecht op de vergadering. Een stemgerechtigd lid kan slechts vertegenwoordigd worden door een lid, beschikkend over hetzelfde recht. De stemmingen gebeuren mondeling, behoudens wanneer het gaat om de benoeming, ontslag of afzetting van een bestuurder of de aanvaarding, ontslag of uitsluiting van een lid, dan is de stemming geheim. Art. 23. Ieder voorstel dat ondertekend is door een aantal leden dat overeenstemt met het twintigste deel van dit van de laatste ledenlijst, neergelegd minstens twee kalenderdagen vòòr de vergadering volgens artikel 10 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002, zal op de dagorde geplaatst worden.
HOOFDSTUK IV. — Raad van Bestuur : bevoegdheden, benoemingen, ontslagen, sancties, samenstelling, verplichtingen.
Art. 8. De vereniging wordt bestuurd door een Raad van Bestuur bestaande uit zes leden, gekozen door de algemene vergadering onder de werkende leden, waaronder de O.C.M.W. – voorzitter, de schepen van sociale zaken, één lid voorgedragen door de VZW “Het Strijkatelier” en drie leden voorgedragen door het OCMW Blankenberge. De voorzitter van het OCMW is de voorzitter van de Raad van Bestuur, de schepen van sociale zaken ondervoorzitter. Bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter wordt zijn ambt waargenomen door de ondervoorzitter .
Art. 9. Het mandaat als bestuurder wordt van rechtswege beëindigd op de eerste algemene vergadering die plaatsvindt nadat de raad voor maatschappelijk welzijn, ingevolge artikel 16 van het OCMW Decreet, geïnstalleerd is. Het mandaat wordt automatisch beëindigd bij einde van het mandaat als ocmw-voorzitter, schepen, ocmw- raadslid of lidmaatschap VZW “Het Strijkatelier”. Het mandaat is hernieuwbaar.
Art. 10. Een bestuurder kan ten aller tijde zijn ontslag indienen bij de vereniging, bij middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter. Het ontslag heeft uitwerking drie kalenderdagen volgend op het aangetekend schrijven.
Art. 11. Wat de afzetting van een bestuurder betreft, zijn de bepalingen voorzien bij de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002, inzake uitsluiting tevens van toepassing.
Art. 12. De Raad van Bestuur bezit de bevoegdheid inzake het beheren van de belangen der vereniging.
Alle bevoegdheden die niet uitdrukkelijk door de wet of de statuten van de vereniging aan de algemene vergadering zijn toegekend, worden uitgeoefend door de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur houdt zitting telkens de belangen van de vereniging zulks vereisen. De dagorde wordt verstuurd, minstens vijf kalenderdagen vooraf, bij gewone brief of E-mail. Een bestuurder mag zich laten vertegenwoordigen door een andere bestuurder. De Raad van Bestuur mag slechts een beslissing nemen wanneer de meerderheid van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Hij beslist bij volstrekte meerderheid. De stem van de voorzitter of van zijn vervanger is beslissend bij staking. De Raad van Bestuur kan zich in zijn werkzaamheden laten bijstaan door derden omwille van hun specifieke deskundigheid. Deze derden zetelen met raadgevende stem in de vergadering.
Art. 13. De rechtsgedingen in naam van de vereniging worden door de Raad van Bestuur gevoerd.
Art. 14. De beraadslagingen van de Raad van Bestuur worden in een bijzonder register geboekt. Elk proces-verbaal wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris. Bovenvermeld register zal op de sociale zetel neergelegd worden en zal door de werkende leden kunnen geraadpleegd worden. Beslissingen die derden aanbelangen, zullen schriftelijk te hunner kennis gebracht worden.
HOOFDSTUK V. — Dagelijks Bestuur : bevoegdheden, samenstelling, uitnodigingen, dagorde.
Art. 24. De Raad van Bestuur kan een Dagelijks Bestuur oprichten waarin de voorzitter van de vereniging en de schepen van sociale zaken van rechtswege zetelen. Daarnaast kan de Raad van Bestuur één van haar leden, tevens ocmw-raadslid, aanduiden om te zetelen in het Dagelijks Bestuur. De secretaris van de vereniging neemt met raadgevende stem deel aan de vergaderingen van het Dagelijks Bestuur De duur van het mandaat loopt samen met dit van lid van de Raad van Bestuur en kan te allen tijde door de Raad van Bestuur worden beëindigd, waarbij een twee derde meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde stemmen vereist is. Een dagelijks bestuurder kan ten aller tijde zijn ontslag indienen bij de vereniging, bij middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter. Het ontslag heeft uitwerking drie kalenderdagen volgend op het aangetekend schrijven.
Art. 25. Het Dagelijks Bestuur heeft, onder toezicht van de Raad van Bestuur, de bevoegdheid handelingen en verrichtingen te stellen die door het dagelijks leven van de vereniging worden vereist of die zowel wegens hun gering belang als wegens de noodzakelijkheid van een snelle oplossing de tussenkomst van de Raad van Bestuur zelf niet rechtvaardigen. De beslissingen van het Dagelijks Bestuur moeten achteraf door de Raad van Bestuur bekrachtigd worden.
Art. 26. Het Dagelijks Bestuur treedt op als College, waarbij de beslissingen met gewone meerderheid worden genomen. De stem van de voorzitter of van zijn vervanger is beslissend bij staking. Beslissingen van het Dagelijks Bestuur zijn tegenstelbaar aan derden indien ze ondertekend zijn door ofwel de voorzitter, ofwel twee leden.
Art. 27. Het Dagelijks Bestuur wordt bijeengeroepen door de voorzitter of minimaal twee leden door middel van een gewone brief of E-mail, die minstens drie dagen op voorhand gestuurd wordt. De dagorde zal bij de oproeping gevoegd worden. In geval van hoogdringendheid kan vermelde periode ingekort worden.
Art. 28. De notulen en de beslissingen van het Dagelijks Bestuur worden bijgehouden in een notulenboek dat op de zetel van de VZW ter inzage is van de werkende leden van de vereniging.
HOOFDSTUK VI. — Rekeningen en begrotingen.
Art. 29. Het maatschappelijk jaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december. Op het einde van ieder maatschappelijk jaar, zullen de boeken afgesloten worden en de Raad van Bestuur zal de slotrekening van het afgesloten dienstjaar en de begroting voor het volgende opmaken. Hij onderwerpt ze aan de goedkeuring van de gewone algemene vergadering.
HOOFDSTUK VII. — Vertegenwoordiging
Art. 30. De vereniging wordt vertegenwoordigd door de Raad van Bestuur. De handtekening van de voorzitter of twee leden van de Raad van Bestuur verbinden de vereniging t.o.v. derden. Inzake financiële verrichtingen is de voorzitter, de penningmeester of de gevolmachtigde bestuurder, aangewezen door de Raad van Bestuur, bevoegd.
HOOFDSTUK VIII. — Ontbinding.
Art. 31. De algemene vergadering kan de ontbinding van de vereniging alleen uitspreken in de voorwaarden bepaald bij artikels 8 en 20 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. De algemene vergadering kan over de ontbinding van de vereniging alleen dan geldig beraadslagen wanneer twee derde van de leden op de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Het ontbindingsbesluit moet worden genomen met een meerderheid van vier vijfde. Zijn twee derde van de leden op de eerste vergadering niet aanwezig of niet vertegenwoordigd, dan kan een tweede algemene vergadering samengeroepen worden; deze kan beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden. De beslissing zelf moet wel met een vier vijfde meerderheid worden genomen. De verdeling van het eventueel batig saldo wordt geregeld door de wet en/of de werkende leden komen overeen dat, mocht hun vereniging - omgelijk welke reden - het voordeel van de rechtspersoonlijkheid verliezen, het patrimonium - na delging van het passief van de ontbonden vereniging - zal overgedragen worden aan een vereniging of een rechtspersoon met een door de Raad van Bestuur nader te bepalen doel. Indien geen overeenstemming wordt bekomen wordt het patrimonium overgedragen aan het OCMW Blankenberge. De algemene vergadering duidt 2 vereffenaars aan die handelen overeenkomstig de bepalingen van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002.
Deze statuten zijn goedgekeurd op 03 juli 2013 te Blankenberge.
18. Het Strijkatelier - Statutenwijziging - Akteneming Toelichting
Op 3 juli 2013 werden door de Algemene Vergadering van de vzw Het Strijkatelier de statuten aangepast aan de actuele situatie. Tevens werd een nieuw bestuursorgaan opgericht, namelijk het dagelijks bestuur.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de
openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Besluit
Er wordt akte genomen van de statutenwijziging van de vzw Het Strijkatelier.
Ingesloten bijlagen
Bijlage 1 – Statuten vzw Het Strijkatelier
SOCIALE WERKPLAATS
OCMW BLANKENBERGE
STATUTEN VZW HET STRIJKATELIER
Het O.C.M.W Blankenberge heeft bij raadsbeslissing dd. 12 december 2002, goedgekeurd in gemeenteraad op 12 december 2007, beslist een vereniging zonder winstoogmerk op te richten overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk XII ter, art 135 novies van de Wet van 08 juli 1976 op de O.C.M.W. HOOFDSTUK I. — Benaming, zetel en doel van de vereniging.
Art. 1 De vereniging wordt opgericht voor onbepaalde duur. De vereniging wordt genoemd : VZW ”Het Strijkatelier”. Art. 2 De maatschappelijke zetel is gevestigd in het OCMW van Blankenberge, Jordaenslaan 34 te 8370 Blankenberge, en ressorteert onder het gerechtelijk arrondissement Brugge. Binnen deze gemeente wordt de plaats van de vestiging bepaald door de algemene vergadering. Art. 3 Het doel van de vereniging is werk te verschaffen aan zeer moeilijk tot onbemiddelbare werkzoekenden in een beschermende omgeving, onder vorm van een sociale werkplaats zoals beschreven in het decreet van de Vlaamse regering dd. 8/7/98, naast doorstroming naar het regulier arbeidscircuit. Om zijn doel te verwezenlijken mag zij alle passende technieken en middelen aanwenden. Zij is bevoegd alle overeenkomsten af te sluiten, activiteiten in onderaanneming te aanvaarden, promotieacties te ondernemen in functie van de realisatie van de doelstellingen. De vereniging beoogt geen stoffelijk voordeel te verschaffen aan haar leden. Zij kan alle roerende en onroerende goederen die zij voor het verwezenlijken van haar doel nodig heeft, bezitten of verkrijgen en er alle zakelijke rechten op uitoefenen.
HOOFDSTUK II. — Leden : Categorieën, verplichtingen, toetreding, uittreding, uitsluitingen.
Art. 4. De vereniging is samengesteld uit de werkende leden en uit de toegetreden leden. Het aantal werkende leden mag niet lager zijn dan zeven. Volgende personen zijn werkend lid van de vereniging :
1) Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Blankenberge 2) De voorzitter van het ocmw Blankenberge 3) De schepen van sociale zaken van de stad Blankenberge. Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn is in de organen van de vereniging vertegenwoordigd door vijf leden van de raad voor maatschappelijk welzijn, die elk over één stem beschikken. Elk fysiek persoon of rechtspersoon, toegelaten door de algemene vergadering, kan werkend lid zijn van de vereniging, waarbij evenwel de meerderheid van de leden van de algemene vergadering lid dient te zijn van de ocmw-raad. Rechts- en natuurlijke personen, kunnen omwille van hun deskundigheid op het vlak van de in de doelstellingen geformuleerde materie, toegetreden lid worden van de vzw. Toegetreden leden worden aanvaard door de Raad van Bestuur. Zij hebben geen stemrecht op de algemene vergadering. De verdere rechten en plichten van de toegetreden leden worden uitgewerkt in een huishoudelijk reglement. Art. 5. Elk lid van de vereniging is vrij zich ten allen tijde terug te trekken door zijn ontslag te richten tot de Raad van Bestuur die er kennis van neemt.
Het lidmaatschap wordt automatisch beëindigd bij einde van het mandaat als ocmw-voorzitter, schepen of ocmw- raadslid. Het lidmaatschap wordt van rechtswege beëindigd op de eerste algemene vergadering die plaatsvindt nadat de raad voor maatschappelijk welzijn, ingevolge artikel 16 van het OCMW Decreet, geïnstalleerd is.
Art. 6. De uitsluiting van een werkend lid kan slechts door de algemene vergadering uitgesproken worden en dit onder de voorwaarden omschreven door de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. Dit lid moet ervan verwittigd worden en per aangetekend schrijven uitgenodigd worden op de algemene vergadering. Om geldig te zijn moet de uitsluiting vermeld staan op de dagorde van de algemene vergadering en minstens twee derden van de stemmen verenigen. De beslissing zal door de Raad van Bestuur binnen de acht dagen aan de belanghebbende betekend worden bij aangetekend schrijven. De uitsluiting van een toegetreden lid behoort tot de bevoegdheid van de Raad van Bestuur, die beslist met een gewone meerderheid van stemmen, na betrokken lid gehoord te hebben.
HOOFDSTUK III. — Algemene vergadering : machten, samenstelling, uitnodigingen, dagorde.
Art. 7. De regelmatig samengestelde algemene vergadering vertegenwoordigt de algemeenheid der leden. Ze heeft de meest uitgebreide macht om alle verrichtingen die de vereniging aanbelangen uit te voeren. Alle werkende leden worden verondersteld aanwezig te zijn op de algemene vergadering. De Algemene Vergadering benoemt de bestuurders. Haar beslissingen zijn bindend voor al de leden, zelfs voor diegenen die op de vergadering niet aanwezig waren. Art. 8 De algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur, of in geval van diens afwezigheid door de ondervoorzitter of bij ontstentenis hiervan door het oudste lid in jaren. De O.C.M.W.-secretaris is secretaris van de vereniging. Hij kan zich laten bijstaan door een personeelslid van de vereniging. Bij zijn afwezigheid duidt de voorzitter van de vergadering een secretaris aan. De ontvanger van het OCMW zetelt als penningmeester. De secretaris en penningmeester zijn geen werkend lid van de vereniging.
Art. 9. De beslissingen van de algemene vergadering worden genomen bij gewone meerderheid van aanwezige of vertegenwoordigde leden, behalve inzake
-
wijziging statuten ( art 18 )
-
uitsluiting van een lid van de vereniging ( art 7 )
-
afzetting van een bestuurder ( art 11 )
-
ontbinding van de vereniging ( art 31)
-
omzetting van de vereniging in een vennootschap met sociaal oogmerk ( art 18)
Art. 10. De statuten mogen slechts gewijzigd worden bij toepassing van artikel 8 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002 die stelt : De algemene vergadering kan over de wijzigingen in de statuten alleen dan geldig beraadslagen wanneer het voorwerp daarvan bijzonder is vermeld in de oproepingsbrief en wanneer twee derde van de leden op de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Tot geen wijziging kan worden besloten tenzij met een meerderheid van twee derde der stemmen. Echter wanneer de wijziging een der doeleinden betreft, waarvoor de vereniging werd opgericht, is zij slechts geldig wanneer zij door een meerderheid van vier vijfde van de ter vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden wordt goedgekeurd. Een vier vijfde meerderheid is eveneens vereist bij omzetting van de vereniging in een vennootschap met sociaal oogmerk overeenkomstig art. 26 bis van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. Zijn twee derde van de leden op de eerste vergadering niet aanwezig of niet vertegenwoordigd, dan kan een tweede algemene vergadering samengeroepen worden. Deze kan beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezige leden. De tweede vergadering mag niet binnen de vijftien dagen volgend op de eerste vergadering worden gehouden.
Art. 11. De beraadslagingen van de algemene vergadering zijn ingeschreven in een speciaal daartoe bestemd register en door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Dit register zal op de sociale zetel neergelegd worden en zal door de werkende leden kunnen geraadpleegd worden. Beslissingen die derden aanbelangen, zullen schriftelijk te hunner kennis gebracht worden. De agenda en beslissingen van de beheersorganen, het jaarverslag, de begroting en de rekeningen van de vereniging worden ter kennisname aan de Raad voor Maatschappelijk Welzijn overgemaakt.
Art. 12. De bevoegdheid om de algemene vergadering bijeen te roepen wordt gedelegeerd aan de voorzitter van de Raad van Bestuur. De leden van de vereniging komen minstens éénmaal per jaar in algemene vergadering bijeen, hetzij op de maatschappelijke zetel, hetzij op elke andere door de Raad van Bestuur aangeduide plaats. Te allen tijde kan de voorzitter van de Raad van Bestuur een buitengewone algemene vergadering uitschrijven. De Raad van Bestuur is hiertoe gehouden, wanneer een vijfde van de werkende leden dit schriftelijk aanvraagt. Art. 13. Al de leden worden tot de algemene vergadering opgeroepen door middel van een gewone brief of e-mail, die minstens acht kalenderdagen op voorhand gestuurd wordt. De dagorde wordt bij de oproeping gevoegd.
Art. 14. Alle leden hebben een gelijk stemrecht op de vergadering. Een stemgerechtigd lid kan slechts vertegenwoordigd worden door een lid, beschikkend over hetzelfde recht. De stemmingen gebeuren mondeling, behoudens wanneer het gaat om de benoeming, ontslag of afzetting van een bestuurder of de aanvaarding, ontslag of uitsluiting van een lid, dan is de stemming geheim.
Art. 15. Ieder voorstel dat ondertekend is door een aantal leden dat overeenstemt met het twintigste deel van dit van de laatste ledenlijst, neergelegd minstens twee kalenderdagen vòòr de vergadering volgens artikel 10 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002, zal op de dagorde geplaatst worden.
HOOFDSTUK IV. — Raad van Bestuur : bevoegdheden, benoemingen, ontslagen, sancties, samenstelling, verplichtingen.
Art. 16. De vereniging wordt bestuurd door een Raad van Bestuur bestaande uit zes leden, gekozen door de algemene vergadering onder de werkende leden, waaronder de O.C.M.W. – voorzitter, de schepen van sociale zaken, en vier leden voorgedragen door het OCMW Blankenberge. De voorzitter van het OCMW is de voorzitter van de raad van bestuur, de schepen van sociale zaken ondervoorzitter. Bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter wordt zijn ambt waargenomen door de ondervoorzitter . De secretaris en de penningmeester vervullen deze functie tevens in de raad van bestuur. Art. 17. Het mandaat als bestuurder wordt van rechtswege beëindigd op de eerste algemene vergadering die plaatsvindt nadat de raad voor maatschappelijk welzijn, ingevolge artikel 16 van het OCMW Decreet, geïnstalleerd is. Het mandaat wordt automatisch beëindigd bij einde van het mandaat als ocmw-voorzitter, schepen of ocmw- raadslid. Het mandaat is hernieuwbaar.
Art. 18. Een bestuurder kan ten aller tijde zijn ontslag indienen bij de vereniging, bij middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter. Het ontslag heeft uitwerking drie kalenderdagen volgend op het aangetekend schrijven.
Art. 19. Wat de afzetting van een bestuurder betreft, zijn de bepalingen voorzien bij de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002, inzake uitsluiting tevens van toepassing.
Art. 20. De Raad van Bestuur bezit de bevoegdheid inzake het beheren van de belangen der vereniging. Alle bevoegdheden die niet uitdrukkelijk door de wet of de statuten van de vereniging aan de algemene vergadering zijn toegekend, worden uitgeoefend door de Raad van Bestuur. De Raad van Bestuur houdt zitting telkens de belangen van de vereniging zulks vereisen. De dagorde wordt verstuurd, minstens vijf kalenderdagen vooraf, bij gewone brief of E-mail. Een bestuurder mag zich laten vertegenwoordigen door een andere bestuurder. De Raad van Bestuur mag slechts een beslissing nemen wanneer de meerderheid van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Hij beslist bij volstrekte meerderheid. De stem van de voorzitter of van zijn vervanger is beslissend bij staking. De raad van bestuur kan zich in zijn werkzaamheden laten bijstaan door derden omwille van hun specifieke deskundigheid. Deze derden zetelen met raadgevende stem in de vergadering.
Art. 21. De rechtsgedingen in naam van de vereniging worden door de Raad van Bestuur gevoerd.
Art. 22. De beraadslagingen van de Raad van Bestuur worden in een bijzonder register geboekt. Elk proces-verbaal wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris. Bovenvermeld register zal op de sociale zetel neergelegd worden en zal door de werkende leden kunnen geraadpleegd worden. Beslissingen die derden aanbelangen, zullen schriftelijk te hunner kennis gebracht worden. HOOFDSTUK V. — Dagelijks Bestuur : bevoegdheden, samenstelling, uitnodigingen, dagorde.
Art. 23. De Raad van Bestuur kan een Dagelijks Bestuur oprichten waarin de voorzitter van de vereniging en de schepen van sociale zaken van rechtswege zetelen. Daarnaast kan de Raad van Bestuur één van haar leden, tevens ocmw-raadslid, aanduiden om te zetelen in het Dagelijks Bestuur. De secretaris van de vereniging neemt met raadgevende stem deel aan de vergaderingen van het Dagelijks Bestuur De duur van het mandaat loopt samen met dit van lid van de Raad van Bestuur en kan te allen tijde door de Raad van Bestuur worden beëindigd, waarbij een twee derde meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde stemmen vereist is. Een dagelijks bestuurder kan ten aller tijde zijn ontslag indienen bij de vereniging, bij middel van een aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter. Het ontslag heeft uitwerking drie kalenderdagen volgend op het aangetekend schrijven.
Art. 24. Het Dagelijks Bestuur heeft, onder toezicht van de Raad van Bestuur, de bevoegdheid handelingen en verrichtingen te stellen die door het dagelijks leven van de vereniging worden vereist of die zowel wegens hun gering belang als wegens de noodzakelijkheid van een snelle oplossing de tussenkomst van de Raad van Bestuur zelf niet rechtvaardigen. De beslissingen van het Dagelijks Bestuur moeten achteraf door de Raad van Bestuur bekrachtigd worden.
Art. 25. Het Dagelijks Bestuur treedt op als College, waarbij de beslissingen met gewone meerderheid worden genomen. De stem van de voorzitter of van zijn vervanger is beslissend bij staking. Beslissingen van het Dagelijks Bestuur zijn tegenstelbaar aan derden indien ze ondertekend zijn door ofwel de voorzitter, ofwel twee leden.
Art. 26. Het Dagelijks Bestuur wordt bijeengeroepen door de voorzitter of minimaal twee leden door middel van een gewone brief of E-mail, die minstens drie dagen op voorhand gestuurd wordt. De dagorde zal bij de oproeping gevoegd worden. In geval van hoogdringendheid kan vermelde periode ingekort worden.
Art. 27. De notulen en de beslissingen van het Dagelijks Bestuur worden bijgehouden in een notulenboek dat op de zetel van de VZW ter inzage is van de werkende leden van de vereniging.
HOOFDSTUK VI. — Rekeningen en begrotingen.
Art. 28. Het maatschappelijk jaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december. Op het einde van ieder maatschappelijk jaar, zullen de boeken afgesloten worden en de Raad van Bestuur zal de slotrekening van het afgesloten dienstjaar en de begroting voor het volgende opmaken. Hij onderwerpt ze aan de goedkeuring van de gewone algemene vergadering. Art 29 De algemene vergadering kan een commissaris aanduiden belast met de verificatie van de rekeningen . Hij wordt benoemd en ontslagen door de algemene vergadering met meerderheid van stemmen.
HOOFDSTUK VII. — Vertegenwoordiging
Art. 30. De vereniging wordt vertegenwoordigd door de Raad van Bestuur.
De handtekening van de voorzitter of twee leden van de Raad van Bestuur verbinden de vereniging t.o.v. derden. Inzake financiële verrichtingen is de voorzitter, de penningmeester of de gevolmachtigde bestuurder, aangewezen door de Raad van Bestuur, bevoegd.
HOOFDSTUK VIII. — Ontbinding.
Art. 31. De algemene vergadering kan de ontbinding van de vereniging alleen uitspreken in de voorwaarden bepaald bij artikels 8 en 20 van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002. De algemene vergadering kan over de ontbinding van de vereniging alleen dan geldig beraadslagen wanneer twee derde van de leden op de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Het ontbindingsbesluit moet worden genomen met een meerderheid van vier vijfde. Zijn twee derde van de leden op de eerste vergadering niet aanwezig of niet vertegenwoordigd, dan kan een tweede algemene vergadering samengeroepen worden; deze kan beraadslagen ongeacht het aantal aanwezige of vertegenwoordigde leden. De beslissing zelf moet wel met een vier vijfde meerderheid worden genomen. De verdeling van het eventueel batig saldo wordt geregeld door de wet en/of de werkende leden komen overeen dat, mocht hun vereniging – om gelijk welke reden - het voordeel van de rechtspersoonlijkheid verliezen, het patrimonium - na delging van het passief van de ontbonden vereniging - zal overgedragen worden aan een vereniging of een rechtspersoon met een door de Raad van Bestuur nader te bepalen doel. Indien geen overeenstemming wordt bekomen wordt het patrimonium overgedragen aan het OCMW Blankenberge. De algemene vergadering duidt 2 vereffenaars aan die handelen overeenkomstig de bepalingen van de Wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de Wet van 02 mei 2002.
Deze statuten zijn goedgekeurd op 03 juli 2013 te Blankenberge.
Maatschappelijke dienstverlening 19. Tewerkstellingsdienst Jobkracht 10 - Doelgroepenverdeling OCMW's regio Brugge en VDAB - Besluit Toelichting
De vorige doelgroepenverdeling tussen Jobkracht 10 en de VDAB dateert van 2010 en is aan vernieuwing toe. De nieuwe doelgroepenverdeling werd onderhandeld met de OCMW’s van regio Brugge en de VDAB.
Regelgeving
De Wet van 26 mei 2002 op de maatschappelijke integratie. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn verklaart zich akkoord met de voorgestelde doelgroepenverdeling betreffende trajectbegeleiding tussen het OCMW en de VDAB.
Bijlagen
Bijlage 1 – Doelgroepenafspraken OCMW's regio Brugge en VDAB 2013 06 principes
20. Sociale dienst - Participatie en Sociale Activering - Besluit Toelichting
In en rond Blankenberge wordt een ruim aanbod van vrijetijdsactiviteiten georganiseerd: sportclubs, jeugdverenigingen, cursussen, sportwedstrijden, culturele voorstellingen,… Gezinnen met een beperkt inkomen kunnen veelal niet deelnemen aan die activiteiten wegens te duur. Iedereen dient de kans te krijgen om, ondanks persoonlijke of financiële problemen deel te nemen aan het Blankenbergse vrijetijdsleven.
Financiële informatie
In 2013 wordt een subsidie toegekend ten bedrage van € 11 544,00 om de sociale participatie en de culturele en sportieve ontplooiing van de gebruikers van de dienstverlening van het OCMW te bevorderen. Er wordt daarnaast een subsidie van € 7 283,00 toegekend voor activiteiten gelieerd aan de niet-verderzetting van de armoede bij kinderen.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Koninklijk Besluit houdende maatregelen ter bevordering van de maatschappelijke participatie en de culturele en sportieve ontplooiing van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
10 stemmen voor (Ivan De Clerck, Jochem Vincke, Stephanie De Deyne, Georgette Brak, Bo Bentein, Femke Ballegeer, Nadia Cloetens, Norman Schiltz, Kurt Decleer, Liesbeth Verhaeghe). 1 stem onthouding (Brigitta Monbaliu) Mevrouw Brigitte Monbaliu verduidelijkt dat de CD&V kansarme gezinnen op verschillende domeinen wil ondersteunen, ook op vlak van onderwijs. Vandaar het voorstel om voor die gezinnen, die geen recht hebben (niet voldoen aan de voorwaarden) op schoolcheques, de schoolfacturen , in het kader van de strijd tegen kinderarmoede, integraal ten laste te nemen en niet voor 50 % en dit volgens de modaliteiten die gehanteerd worden voor participatie en activering. Vandaar geen goedkeuring.
Besluit
Ingesloten bijlagen
De toekenningsvoorwaarden betreffende de maatregel Participatie en Sociale Activering worden goedgekeurd.
Bijlage 1 – Toekenningsvoorwaarden betreffende de maatregel Participatie en Sociale Activering (Participatie en Sociale Activering) Bijlage 2 – Toekenningsvoorwaarden betreffende de maatregel Participatie en Sociale Activering (Strijd tegen kinderarmoede)
Participatie en Sociale Activering In 2003 werd op initiatief van toenmalig minister van Maatschappelijke Integratie Johan Vande Lanotte een nieuw Koninklijk Besluit gelanceerd. Sindsdien beschikken de Belgische OCMW’s samen
jaarlijks over 6,2 miljoen euro. Dat budget is bestemd voor initiatieven die de culturele, sociale en sportieve participatie en ontplooiing van OCMW-cliënten beogen. Deze maatregel wil de kansarmen in het sociale leven betrekken, door ze te laten deelnemen aan cultuur, sport en de nieuwe informatie- en communicatietechnologie. Wanneer de doelgroep meer buiten en onder de mensen komt, kan dit een opstap vormen voor het volwaardig kunnen meepraten, kunnen deelnemen aan de samenleving. Integratie is in essentie werken aan alle levensdomeinen waarop uitsluiting kan voorkomen worden. Cultuur en sport vormen daar een wezenlijk onderdeel van. De rol van het OCMW hierin is dat het de doelgroep definieert, de projecten formuleert, en de deelnemers in contact brengt met de aanbieders. Het OCMW krijgt middelen ter beschikking waarmee het de actieve of passieve deelname door de doelgroep aan activiteiten of manifestaties kan stimuleren. Het kan dit doen door een individueel voordeel toe te kennen, zoals de tussenkomst in de kosten voor een toegangsticket, maar het kan ook een collectief voordeel toekennen door een manifestatie te ondersteunen die zich (niet exclusief) tot de doelgroep richt. Het OCMW kan deze subsidie aanwenden voor: 1° de volledige of gedeeltelijke financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, sportieve of culturele manifestaties; 2° de volledige of gedeeltelijke financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, culturele of sportieve verenigingen met inbegrip van lidgeld en de voor de deelname noodzakelijke benodigdheden en uitrustingen; 3° de ondersteuning en financiering van initiatieven van of voor de doelgroep op sociaal, cultureel of sportief vlak; 4° de ondersteuning en financiering van initiatieven die de toegang van de doelgroep tot de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën bevorderen. 1. De individuele tussenkomsten zijn bedoeld voor personen met een laag inkomen die voldoen aan de volgende voorwaarden:
1. Het totaal jaarlijks bruto belastbare gezinsinkomen mag niet hoger zijn dan de inkomstenbarema’s van de rechthebbenden op de verhoogde (verzekerings)tegemoetkoming (RVV) EN het totaal niet-geïndexeerd kadastraal inkomen mag niet hoger zijn dan € 1 000,00.
OF
2. Ook mensen die in budgetbegeleiding, budgetbeheer of collectieve schuldenregeling zijn, kunnen, ongeacht het gezinsinkomen, gebruik maken van deze maatregel.
Het verlenen van de tussenkomsten vereist de volledige medewerking van de aanvrager tijdens het hulpverleningsproces. De maximum toelage per persoon per jaar bedraagt € 100,00 behalve ingeval van sportkampen/jeugdkampen of schoolreizen > 1 dag, zoals bosklassen, sneeuwklassen, GWP,… waarvan de volledige kostprijs in aanmerking komt voor terugbetaling. Er wordt nagegaan in hoeverre de mutualiteit en het Steunpunt Vakantieparticipatie eveneens kunnen tussenkomen in de kosten. De tussenkomsten worden verleend tot uitputting van de verkregen subsidie op 30 april, 31 augustus en vanaf deze datum tot volledige uitputting van de jaarlijkse subsidie. Enkele voorbeelden van individuele deelname : aankoop van een theater-, film- of operaticket, een ticket voor een dansvoorstelling, een musical, een abonnement van het cultuurcentrum, een
concertticket, een zwemkaart, een inkomkaart voor een festival, een museumbezoek, een lidkaart voor de bibliotheek, een kaartje voor het bijwonen van een sportwedstrijd, een schooluitstap, een stadsbezoek, een uitstap naar een pretpark, een abonnement op een tijdschrift of krant, een boekencheque, een sportcheque…, inschrijving in een sportclub, in een jeugdbeweging, in een seniorenvereniging, in een vissersclub, in een academie (muziek, woord, dans), in een sportieve of creatieve cursus, een zwemabonnement, inschrijving in een cursus die handelt over het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, in een sport- of crea-vakantie enz. Wanneer individuele tussenkomsten voor participatie niet worden vergezeld door een intense toeleiding en veel aandacht voor de drempels, zullen vooral de cliënten die ook in het verleden al actief waren op sociaal, cultureel of sportief vlak, gebruik maken van de mogelijkheden. Generatiearmen, personen die al heel hun leven uitsluitingssituaties ervaren, zijn niet gebaat bij een louter financiële tegemoetkoming. Het is dan ook aangewezen om extra te investeren in omkadering en begeleiding én naast de individuele tussenkomsten nog andere initiatieven te voorzien op maat van de meest kwetsbare cliënten. 2.Gerichte activiteiten of projecten zijn bedoeld voor een bijzondere doelgroep (vb. koken voor kinderen, sportproject met leefloongerechtigde vrouwen). Voor mensen in kansarmoede is het vaak een te grote stap om alleen deel te nemen aan activiteiten. Vaak voelen ze zich minderwaardig, schamen ze zich voor hun kledij, weten ze niet hoe zich te gedragen op plekken waar ze nog nooit zijn geweest. Bovendien is hun sociaal netwerk vaak erg beperkt en vinden ze in hun directe omgeving niemand die met hen mee wil. Voor hen kunnen groepsactiviteiten of -uitstappen een goede opstap zijn. Het OCMW organiseert zelf 2 groepsactiviteiten : -ontmoetingsruimte de Binnewipper -kerstfeest voor kinderen van het OCMW-cliënteel (0 tot en met 12 jaar). Deelname aan de groepsactiviteiten is gratis.
Strijd tegen kinderarmoede Sedert 2010 wordt een specifieke subsidie toegekend voor activiteiten gelieerd aan de nietverderzetting van de armoede van kinderen van de doelgroep. De steun moet terechtkomen bij minderjarigen en voornamelijk gaan naar kinderen en kleine kinderen. Het OCMW kan deze subsidie aanwenden voor: 1° de volledige of gedeeltelijke financiering van maatschappelijke dienstverlening om de maatschappelijke integratie van kinderen van gebruikers via deelname aan sociale programma’s te bevorderen. Worden inzonderheid bedoeld: -maatschappelijke dienstverlening in het kader van de deelname aan sociale programma's; -maatschappelijke dienstverlening in het kader van onderwijsondersteuning; -maatschappelijke dienstverlening in het kader van psychologische ondersteuning voor het kind of voor de ouders in het kader van de raadpleging van een specialist; -maatschappelijke dienstverlening in het kader van paramedische ondersteuning; -steun bij de aankoop van pedagogisch materiaal en spellen. 2° de volledige of gedeeltelijke financiering van initiatieven met of voor kinderen van gebruikers om hun maatschappelijke integratie te bevorderen. Worden inzonderheid bedoeld de kosten voor het opzetten van acties met het oog op de sociale integratie van kansarme kinderen. Soorten individuele acties 1. Maatschappelijke dienstverlening in het kader van de deelname aan sociale programma’s:
Opleidingen voor de ouders die verband houden met de ontwikkeling van het kind. Voorbeelden van dit soort opleidingen:
Begrippen over gezondheid en hygiëne van het kind, preventie van ongevallen thuis;
De rol van de ouders;
Zijn kind begrijpen: de eigen ritmes van het kind, de traantjes, de woedeaanvallen, de beperkingen, de angsten, de slaap…;
Een goed evenwicht vinden tussen het privéleven en het beroepsleven;
Hoe de ruimte in huis inrichten zodat het kind zich zo goed mogelijk kan ontwikkelen;
Voorkeur geven aan een evenwichtigere voeding.
Participatie aan initiatieven waar luisteren en dialoog met betrekking tot de ontwikkeling van het kind centraal staan. Het kan bijvoorbeeld gaan om initiatieven:
ter bevordering van de taalbeheersing
ter bevordering van de muzikale ontwikkeling
ter bevordering van de leesvaardigheid
om specifieke leerstoornissen aan het licht te brengen en te remidiëren: dyslexie, dyscalculie,…
2. Maatschappelijke dienstverlening in het kader van schoolondersteuning: Het kan bijvoorbeeld gaan om:
het ten laste nemen van de al dan niet verplichte schoolkosten (schoolboeken, fotokopieën,…)
het ten laste nemen van een schoolabonnement voor de kosten die niet elders worden terugbetaald
het ten laste nemen van bijlessen
het deelnemen aan de huiswerkschool
3. Maatschappelijke dienstverlening in het kader van de psychologische ondersteuning van het kind of de ouders in het kader van de raadpleging van een specialist: Voorbeeld van psychologische ondersteuning:
Maatschappelijk overleg en maatschappelijke dialoog
Confrontatie met trauma’s en rouwsituaties
Omgaan met emoties en stress
Ondersteuning van de relatie tussen ouders en hun kinderen met een handicap
Vroegtijdig opsporen van psychologische of psychische problemen bij kinderen
Herstellen van de gezinsband
Opsporen van specifieke leerstoornissen: dyslexie, dyscalculie,…
4. Maatschappelijke dienstverlening in het kader van paramedische ondersteuning
Ofwel in het kader van de raadpleging of de tussenkomst van een specialist Het kan bijvoorbeeld gaan om:
Ofwel in de
Audiologist Specialist voor oorprothesen Diëtist Ergotherapeut Kinesitherapeut Opticien Orthofonist, logopedist Orthoptist Psychomotoriekspecialist Hulpkracht voor het sociaal leven Hulpkracht voor kinderverzorging steun bij het aankopen van de noodzakelijke uitrusting
Het kan bijvoorbeeld gaan om:
Aankoop van een aangepaste matras, vooral voor baby’s
Aankoop van paramedische benodigdheden niet of gedeeltelijk door het ziekenfonds of door een andere instelling worden terugbetaald: bril, hoorapparaten, tandprothesen,…
5. Steun bij het aankopen van pedagogische hulpmiddelen en spelletjes Soorten collectieve acties Het ten laste nemen van de kosten voor acties om kansarme kinderen maatschappelijk te integreren: Soorten acties: Bijvoorbeeld:
Activiteiten rond specifieke aandachtspunten
Vroegtijdige steun bij het leren/schoolrijpheid
Kinderopvangplaatsen; opvanginitiatieven
Opleidingsprogramma over de rol van de ouder
Ondersteuning van de gezinnen door het organiseren van ateliers, gespreksgroepen,… rond diverse thema’s (welzijn, gezondheid, voeding, ontwikkeling van kinderen,…)
Soorten kosten: Bijvoorbeeld:
Steun waardoor de bekendmaking van de actie mogelijk is: brochures, folders, kaarten, huur van lokaal,…
Steun waardoor het organiseren van acties mogelijk is: speelgoed, keukenmateriaal, voedingsmiddelen,…
Steun waardoor het betalen van de verschillende actoren mogelijk is: honoraria, deelname in de kosten van een spreker, partnerschap met een vereniging…
1.De individuele tussenkomsten zijn bedoeld voor gezinnen met kinderen tot 18 jaar die voldoen aan de volgende voorwaarden:
1. Het totaal jaarlijks bruto belastbare gezinsinkomen mag niet hoger zijn dan de inkomstenbarema’s van de rechthebbenden op de verhoogde (verzekerings)tegemoetkoming (RVV) EN het totaal niet-geïndexeerd kadastraal inkomen mag niet hoger zijn dan € 1 000,00.
OF
2. Ook mensen die in budgetbegeleiding, budgetbeheer of collectieve schuldenregeling zijn, kunnen, ongeacht het gezinsinkomen, gebruik maken van deze maatregel.
Het verlenen van de tussenkomsten vereist de volledige medewerking van de aanvrager tijdens het hulpverleningsproces. De volledige kostprijs komt in aanmerking voor terugbetaling behalve ingeval van schoolfacturen en orthodontische behandeling. Schoolfacturen (niet kleuter- en lager onderwijs) worden 50% ten laste genomen mits de aanvrager zijn rechten op onderwijscheques en studietoelage laat gelden. Ingeval van orthodontische behandeling consulteert de aanvrager een orthodontist naar keuze. Het OCMW verleent een tussenkomst ten bedrage van maximum € 1 500 per jaar op voorwaarde dat de cliënt de behandeling start wanneer hij jonger is dan 14 jaar en op voorwaarde dat de behandeling niet meer dan 6 maanden wordt stopgezet (tenzij de onderbreking van meer dan 6 maanden werd goedgekeurd door de medisch adviseur). Er wordt nagegaan in hoeverre de mutualiteit een tussenkomst verleent. De tussenkomsten worden verleend tot uitputting van de verkregen subsidie op 30 april, 31 augustus en vanaf deze datum tot volledige uitputting van de jaarlijkse subsidie. 2.Collectieve acties worden momenteel niet gepland.
Maatschappelijke dienstverlening - Hulpverlening 21. Sociale dienst - Aanpassing budgetstandaard - Besluit Toelichting
Mevrouw Brigitte Monbaliu (CD&V) stelt voor om de budgetstandaard aan te
passen, gelet op de gestegen levenduurte. Huidige situatie: Alleenstaande
Wekelijks leefgeld
60 euro
Alleenstaande + 1 kind
Wekelijks leefgeld
85 euro
Alleenstaande + 2 kinderen
Wekelijks leefgeld
115 euro
Samenwonenden
Wekelijks leefgeld
100 euro
Samenwonenden + 1 kind
Wekelijks leefgeld
130 euro
Samenwonenden + 2 kinderen
Wekelijks leefgeld
155 euro
Nieuw voorstel: De richtlijnen voor het berekenen en toekennen van een voedselpakket (overeenkomst OCMW/Vincentius) zijn 70 euro leefgeld voor een gezinshoofd + 30 euro voor een bijkomend gezinslid.
Regelgeving
Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
De budgetstandaard wordt als volgt aangepast vanaf 1 januari 2014:
Bijlagen
Gezinshoofd: € 70; Per bijkomend gezinslid: € 30.
Bijlage 1 – Brigitte Monbaliu - Aanpassing budgetstandaard 27 augustus 2013
Algemeen beleid 22. Financiële dienst - Beleids- en beheerscyclus - Vastlegging beleidsdomeinen - Besluit Toelichting
Vanaf 1 januari 2014 is de beleids- en beheerscyclus van toepassing voor gemeenten en OCMW’s. De beleidsdomeinen dienen vastgelegd te worden.
Regelgeving
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010. Het Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. De Organieke Wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Stemming
Met eenparigheid van stemmen.
Besluit
In het kader van de beleids- en beheerscyclus worden volgende beleidsdomeinen vastgelegd: ● 00 Algemene financiering ● 01 Algemeen beleid ● 02 Sociaal beleid ● 03 Gezinsbeleid ● 04 Ouderenbeleid
Bijlagen
De secretaris
Luc Demeulemeester
Bijlage 1 – Beleidsdomeinen, -velden en -items
De voorzitter
Ivan De Clerck