NOORDNIEUWS MAGAZINE VAN VNO-NCW NOORD JAARGANG 13 NUMMER 6 > 2008
Kredietcrisis: donkere dagen voor kerst
> VNO-NCW Noord neemt afscheid van Hans Haerkens en Louwe Dijkema > Staatssecretaris Van Bijsterveldt: “Ik weet dat ondernemers vaak tijd tekort komen” > N381: Ontsluiting Oosterwolde moet toekomstvast zijn > Een canon voor de noordelijke economie
Inhoud NoordNieuws 6 > 2008
1
4
10
14
20
22
26
Opinie
2 18
Kredietcrisis: Donkere dagen voor kerst MKB Vriendelijkste Gemeente: Stijgen met stip
Actualiteit
4 24 26
Ondernemenderwijs met Staatssecretaris Van Bijsterveldt N381: Vier banen voor bereikbaarheid Nooit voltooid verleden tijd: canon van de noordelijke economie
Vereniging
10 14 17 20
Women in Business 2008: Sterke verhalen Hans Haerkens: Noorderling met een zachte G Gewerkt aan water Louwe Dijkema: een dijk van een voorzitter
Praktijk
8 13 22 23 28
Goede tijden, slechte tijden Navigeren in de mist Noordermatch Sleutelen aan technisch onderwijs Frans Keur: “Ik geniet op afstand van het succes van anderen”
Vaste rubrieken
7 9 30 32 33 34 35
Bedrijfsnieuws Column Hoe is het een jaar later met... Actualiteiten VNO-NCW Noord in actie Personalia Welkom nieuwe leden
2
NoordNieuws december 2008
Jan-Willem Lobeek
[email protected]
Sinds afgelopen oktober is het alle hens aan dek. Door de totale paniek in de financiële sector konden de gevolgen voor de reële economie niet uitblijven. Met een grote klap kwamen de bouw keten en industrie tot stilstand. Een vraagterugval van 70% bleek geen uitzondering. Maar hoe staan we er nu voor?
Donkere dagen voor kerst Kredietcrisis vraagt alert bedrijfsleven en ondernemende overheid Hoewel de eerste helft van 2008 al tekenen liet zien van groeivertraging heeft bijna niemand de enorme dreun van de kredietcrisis zien aankomen. Met een grote klap, vergelijkbaar met 11 september 2001, kwam de financiële economie even tot stilstand. Nadat de banken ontwaakten uit hun – om met Herman Wijffels te spreken – ‘bijna dood ervaring’ was ineens het vertrouwen uit het financiële systeem verdwenen. Overal ter wereld traden overheden handelend op, de ene na de andere financiële instellingen nationaliserend. Het was een kwestie van tijd voordat deze financiële crisis zijn impact op de rest van de economie zou hebben. Het consumentenvertrouwen was achter de horizon verdwenen en wereldwijd trapten mensen op de rem waar het uitgaven betrof. Net als bij de bedrijven werden alle grote investeringsbeslissingen tot nader order uitgesteld. Inmiddels was het niet meer de vraag of de economie zou krimpen, maar met hoeveel.
Hectiek Recent werden de resultaten van de eerste Conjunctuurenquête Nederland (COEN) gepresenteerd. Dit gezamenlijke conjunctuuronderzoek van VNO-NCW en MKB Nederland samen met het Centraal Bureau voor de Statistiek, de Kamers van Koophandel en het Economisch Instituut
voor de Bouwnijverheid (EIB) verschijnt vier keer per jaar. Het brengt de belangrijkste ontwikkelingen en verwachtingen van het Nederlandse bedrijfsleven in kaart, uitgesplitst naar regio en bedrijfstak. De eerste enquête is midden in de hectiek van kredietcrisis (oktober/november) gehouden onder 12.000 ondernemers, over vrijwel de hele linie van het bedrijfsleven. De enquête is gebaseerd op kwalitatieve verwachtingen van ondernemingen en geeft daarom meer een stemmingsbeeld van ondernemingen over de huidige en toekomstige gang van zaken dan een kwantitatief beeld. Bedrijfsleven eind 2008 in onzekerheid Het Nederlandse bedrijfsleven heeft in het derde kwartaal van 2008 niet slecht gepresteerd, zeker niet in het licht van mondiale ontwikkelingen zoals de kredietcrisis. Wel moet met een volumedaling van de activiteiten rekening worden gehouden. De omzetbalans is nog wel positief over het derde kwartaal, terwijl de exportindicator licht negatief is. Het beeld van het bedrijfsleven in NoordNederland wijkt niet wezenlijk af van het landelijk beeld. Samengevat is het beeld van het bedrijfsleven als volgt • Economisch klimaat verslechtert • Omzetverwachting positiever dan -realisatie
• • • •
edrijfsresultaten onder druk B Werkgelegenheidsgroei vlakt af Investeringen lopen terug Tekort arbeidskrachten belangrijkste productiebelemmering • Export op de wip Harde landing ondernemersvertrouwen 2009 De indicator van het ondernemersvertrouwen heeft een harde landing gemaakt op het laagste niveau ooit gemeten sinds het bestaan van de index (sinds 1988). Dit heeft alles te maken met de kredietcrisis en de daaruit voortgekomen verslechterende economische situatie. Bij het bedrijfsleven overheerst onzekerheid over de nabije toekomst, dat zich laat samenvatten in de volgende termen: • Omzetverwachting loopt terug • Werkgelegenheidsverwachting negatiever • Investeringen zakken in • Exportgroei zwakt af Opmerkelijk is het gegeven dat wat betreft de lengte van de economische terugval uit de Conjunctuurenquête naar voren lijkt te komen dat de meeste ondernemers vooralsnog uitgaan van een betrekkelijk korte economische dip en niet van een verdere verslechtering in de tijd (glijbaan).
3
Index ondernemersvertrouwen in Noord-Nederland 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
2002
2003
2004
2005
jaar
2006
2007
2008
2009
De indicator voor het ondernemersvertrouwen bestaat uit de optelsom van saldi van negatieve en positieve verwachtingen van vier indicatoren: omzet, export, investeringen en werkgelegenheid.
Spelmaker
opinie
De overheden zullen ondernemend moeten gaan opereren. Niet omdat ze een aantal bedrijven hebben genationaliseerd, maar omdat ze voortdurend waakzaam moeten zijn. Het is nog steeds niet duidelijk wat de concrete gevolgen voor bedrijven of bedrijfstakken zal zijn. Maar daar waar als gevolg van de crisis meer dan een individueel bedrijfsbelang aan de orde is, kan de overheid zichzelf de vraag stellen of ingrijpen gerechtvaardigd is. Op zich is dat, in het licht van het liberale denken dat de laatste jaren opgeld deed, een revolutionaire wijzing van beleid: de overheid als spelmaker aan de bal. Een aantal generieke maatregelen om de nationale economie te schragen is gevraagd. Belangrijkste prioriteit is het zo veel mogelijk helpen voorkomen van een ernstige en hardnekkige economische terugslag voor ons bedrijfsleven als gevolg van de kredietcrisis. Daarnaast is het zaak dat voor de lange termijn verkeerde regulering als reactie op die kredietcrisis wordt voorkomen. Dit kabinet heeft zich vooralsnog tot vier maatregelen beperkt: invoering van een tijdelijke vervroegde afschrijving, verlenging van het verlaagde mkb-tarief in de vennootschapsbelasting, sneller betalen van rekeningen door de overheid en tijdelijke verruiming van de regeling voor werktijdverkorting. Dit pakket komt nog onvoldoende tegemoet aan de huidige financierings- en verzekeringsbottlenecks voor bedrijven. Verruiming en verleningen van de getroffen maatregelen zijn direct vereist en daarnaast kunnen nog meer (deels) fiscale tegemoetkomingen worden getroffen. Of een aldus aangevuld kabinetspakket voldoende zal zijn, is geenszins zeker. De
vooruitzichten voor onze economie als onlosmakelijk onderdeel van de Europese economie zijn zeer ongewis qua diepte en lengte van de economische terugslag. In verband met die ongewisheid valt nu nog niet goed vooraf aan te geven in welke mate en in welke vorm verder additioneel beleid nodig zal zijn. De vinger zal stevig aan de pols moetenworden gehouden. Op dit moment zal het kabinet worden aangesproken door VNO-NCW op de volgende zaken: • Open houden van de kredietlijnen en gezond maken van het financiële stelsel. • Het open houden voor gezonde bedrijven van de mogelijkheid van kredietverzekering van debiteurenrisico’s • Handhaven mogelijkheden tot werktijdverkorting ook na 1 januari. • Herwinnen consumentenvertrouwen • Versterking structureel groeivermogen • Geen overhaaste doorschietende regulering van de financiële sector • Geen stijging werkgeverslasten 2009
Regionale investeringen Nu de overheid het initiatief heeft op het gebied van investeringen is het de vraag waarin en met welk doel moet er geïnvesteerd worden. De roep om versnelling van investeringen in infrastructuur wordt alom gehoord. Zeker met de Zuiderzeelijngelden in het verschiet. Hier wreekt zich echter de complexe procedures die we in de afgelopen jaren gebouwd hebben. Deze kunnen niet zomaar buiten werking worden gesteld. Concrete projecten liggen niet panklaar op de plank. Dus versnelling nu betekent niet dat we in 2009 aan de slag gaan. Wat dan wel? De gehele bouwketen lijkt momenteel wel stil te liggen. Dit terwijl de bouwen renovatiedoelstellingen nog recht overeind staan. Dat er op de nieuwbouwmarkt voor koopwoningen weinig vraag
is betekent niet dat er niets te doen is. Juist in de bestaande woningvoorraad dient in het licht van het vorig jaar afgesloten Energieakkoord van het Noorden massief geïnvesteerd te worden. Woningcorporaties kunnen richting de nieuwe minister Van der Laan laten zien dat zij hun maatschappelijke taak serieus opvatten. Zij kunnen werk maken van het investeren in duurzame woningen die ook voor de laagste inkomens tot lage energielasten zullen leiden. De energietransitie is nog even actueel als voor de crisis. Noord-Nederland is Energy Valley. Dat betekent dat we drie vliegen in een klap kunnen slaan als we extra investeren in dit energie programma. De energiedoelstellingen kunnen eerder worden gehaald, Noord-Nederland kan zijn positie van energieregio versterken en de noordeljke economie krijgt een flinke impuls.
Veerkrachtig bedrijfsleven Gelukkig stond de noordelijke economie na de inhaalslag van de afgelopen decennia er niet slecht voor. Dat blijkt ook wel uit het feit dat de noordelijke cijfers niet wezenlijk van het landelijke beeld afwijken. Denken vanuit een achterstandspositie is dus onterecht en ongepast. Daarom is nu boven alles ondernemerschap gevraagd. In tijden van tegenwind is het vermogen tot aanpassing en innovatie essentieel om vitaal uit deze crisis tevoorschijn te komen. Het is duidelijk dat aan het einde van de crisis de wereld niet meer hetzelfde zal zijn. Bedrijven zullen daarop nu moeten inspelen, want degene met het grootste aanpassingsvermogen zullen overwinnen. Deze natuurwet is ook voor bedrijven van toepassing. Er wordt veel naar de overheid gekeken. Maar in de kern zal uiteindelijk het bedrijfsleven juist onafhankelijk van deze overheid succesvol moeten kunnen opereren. Dat was zo en dat blijft zo. Slechts in de randvoorwaardelijke sfeer kan de overheid op de langere termijn een rol spelen. Infrastructuur, ruimtelijke ordening, wet- en regelgeving zullen deze bedrijven moeten faciliteren. Voortdurend zullen lokale en provinciale overheden langs deze maatstaf worden getoetst en aangesproken. Daarin ligt de missie van VNO-NCW Noord opgesloten. Opdat een vitaal bedrijfsleven optimaal in en vanuit Noord-Nederland kan ondernemen. <
4
Annemarie van Oorschot
[email protected]
NoordNieuws december 2008
Foto: Hans Kouwenhoven
Ondernemenderwijs Staatssecretaris Van Bijsterveldt: “Ik weet dat ondernemers vaak tijd tekort komen”
Ontmoetingen tussen onderwijs en bedrijfsleven in de regio vindt Van Bijsterveldt ontzettend belangrijk. ‘Met name het middelbare beroepsonderwijs opereert op een regionale markt. Als in een gebied veel logistieke bedrijvigheid aanwezig is dat geen mensen kan krijgen, dan moet er in dat gebied een opleiding logistiek komen. In een andere regio kan een groot energieconcern actief zijn. Die heeft andere onderwijsbehoeften. Maar, het is waar, een ondernemer moet in de eerste plaats de schoorsteen laten roken.’
Wat bedoelt u? ’Steeds vaker vragen we werkgevers deel te nemen aan regionale platforms voor de aanpak van maatschappelijke problemen. Zij lopen van overleg naar overleg en kunnen daar gek van worden. Daarom wil ik voor een betere afstemming tussen onderwijs en arbeidsmarkt aansluiten bij “De regio werkt” van het ministerie van Sociale Zaken en geen nieuwe overlegstructuur in het leven roepen.’
Wat doet ‘De regio werkt’? ‘Het doel van “De regio werkt” is om honderdduizend mensen aan een betaalde baan te helpen. Driekwart van deze mensen zit in de kaartenbakken van de gemeenten en heeft een uitkering. In vier pilotgebieden willen we de komende maanden structureel overleg starten tussen bedrijfsleven, gemeente en onderwijs. Van deze regio’s brengen we beroepsbevolking, arbeidsparticipatie en opleidingsniveau in kaart. Centraal staat een optimale afstemming van vraag naar en aanbod van goed geschoolde (jonge)
mensen. Het overleg zal zich daarnaast buigen over vragen als: hoe kunnen we uitkeringsgerechtigden zo omscholen dat zij aantrekkelijk worden voor bedrijven in de regio en hoe kunnen we mensen mét een baan omscholen. Het bedrijfsleven zou in het overleg van “De regio werkt” vroegtijdig haar vraag naar personeel moeten inbrengen. Als we enkele jaren van tevoren weten waar vacatures en tekorten ontstaan, kan ons onderwijs veel beter aansluiten op de vraag.’
Het bedrijfsleven vraagt al jaren om die betere aansluiting. Wat gaat u anders doen dan uw voorgangers om aan deze wens tegemoet te komen? ‘Er zijn jongeren op het vmbo die al op hun veertiende, vijftiende jaar weten in welke sector ze willen werken. Daarom wil ik al op vmbo-niveau het onderwijs laten aansluiten op de arbeidsmarkt. De vakscholen van Hans de Boer, voorzitter Taskforce Jeugdwerkloosheid, passen hierbij. Een vakschool is een publiekprivate technische opleiding binnen het reguliere vmbo/mbo, dat jongeren een vak leert, zoals metselaar of technisch tekenaar, en hen een baan in dat vak garandeert. Inmiddels zijn er dertien vakscholen in Nederland. Er zijn nu al meer aanmeldingen dan plaatsen.”
Daarmee voorkomt u ook vroegtijdige schoolverlaters? ‘Ja, dit soort initiatieven voegen echt iets toe. De vakscholen mogen bovendien deelnemen aan het VM2-experiment. Sinds 2007 zijn jongeren tot 18 jaar
leerplichtig als zij nog geen startkwalificatie hebben. (De startkwalificatie is een diploma van mbo-niveau 2 , havo of vwo – red.) In 2002 waren er 75.000 jongeren die hun school zonder diploma verlieten, vorig jaar waren dat er 60.000, we willen naar 35.000 in 2012. In het VM2-experiment krijgen vijfduizend leerlingen de mogelijkheid in één keer door te stromen van het vmbo naar het mbo – niveau 2, op dezelfde vertrouwde school, met dezelfde docenten. Zij hoeven geen vmbo-examen te doen. De Tweede Kamer had aanvankelijk bezwaar tegen mijn plan, dat ik in december vorig jaar heb ingediend. Ze was bang dat nog meer jongeren zonder diploma het mbo zouden verlaten. Maar er zijn al scholen die hebben gezegd: we besparen zoveel tijd als examenvoorbereidingen en examen wegvallen, dat we de vier jaar kunnen terugbrengen tot drie jaar. Inmiddels is de eerste groep leerlingen aan het VM2-experiment begonnen. De Tweede Kamer is vanwege het grote enthousiasme in het veld inmiddels positief over het experiment. Over 3 of 4 jaar weten we of het geslaagd is.’ Behalve vakscholen zien bedrijfsscholen het levenslicht. Grote ondernemingen ontwikkelen, meestal in samenwerking met het regionale opleidingscentrum (ROC), binnen hun muren een middelbare beroepsopleiding. Tussen de betrokken onderwijsinstelling en bedrijf of groep van bedrijven worden afspraken gemaakt over verantwoordelijkheden, taken en bekostiging. De onderwijsinstelling blijft eindverantwoordelijk voor
actualiteit
Het beroepsonderwijs verplaatst zich steeds meer naar ondernemingen. Marja van Bijsterveldt, staatssecretaris van Onderwijs, ziet in dat de lasten voor kleine en middelgrote bedrijven (mkb) soms groot zijn. ‘Ik kom zelf uit een ondernemersgezin.’ Toch moeten ondernemers investeren in het beroepsonderwijs.
5
de ontwikkeling van de leerling en het halen van een door de overheid erkend diploma. In de strategische agenda voor het beroepsonderwijs 2008 – 2011 schrijft Van Bijsterveldt dat ze de oprichting van bedrijfsscholen wil stimuleren. Nog meer onderwijstaken op de schouders van het bedrijfsleven? Ook in het kader van leerwerktrajecten en stageplaatsen neemt het beroep op ondernemers immers toe.
Wordt het niet tijd dat ondernemers een financiële tegemoetkoming krijgen voor al die onderwijstaken? Dan kunnen ze bijvoorbeeld een stagebegeleider aanstellen. ‘Ik kom zelf uit een mkb-gezin. Ik weet dat ondernemers vaak tijd tekort komen en realiseer me heel goed dat je dus niet altijd ruimte voor stagiaires hebt. Scholen maken hun opleidingen praktijkgerichter en programmeren daardoor ook steeds meer stagetijd in de beroepsopleidende leerweg (BOL). Dat is een dagopleiding, waar leerlingen minimaal 40 procent van de tijd op school en dus maximaal 60 procent in een leerbedrijf zitten. Het vergoten van de tijd in een leerbedrijf door scholen maakt het voor
het bedrijfsleven zwaarder, maar biedt natuurlijk ook de mogelijkheid om toekomstige medewerkers te vormen. Dat zie je van oudsher al bij de leerling in de deeltijdopleiding (BBL), die 4 dagen per week in een bedrijf werkt en 1 dag op school zit. Maar ik zie ook dat scholen echt gaten laten vallen in de begeleiding van hun leerlingen in bedrijven. Dat moet beter en daarom onderzoek ik op dit moment de mogelijkheid van een prikkel in de wet en/of de bekostiging van scholen, waarbij ik de tevredenheid van bedrijven wil laten meewegen.’
De vraag is of het voor het bedrijfsleven behapbaar blijft. ‘Beroepsonderwijs is in het belang van het bedrijfsleven. In New York heeft telecombedrijf AT&T 100 miljoen dollar gestoken in de aanpak van voortijdige schoolverlaters. Ondernemers treden op scholen op als mentor. In Amerika zien we steeds meer van dit soort projecten. Ze werken. Het bedrijfsleven zal ook veel meer energie moeten steken in beroepsoriëntatie, eigenlijk al op de basisschool. Jongeren hebben geen idee wat techniek inhoudt en wat je ermee
Curriculum Vitae Janneke Marlene (Marja) van Bijsterveldt-Vliegenthart Geboren op 27 juni 1961 te Rotterdam. 1981 – 1990 werkzaam in de gezondheidszorg als verpleegkundige 1990 – 1994 lid gemeenteraad Almere voor het CDA, waarvan het laatste jaar als fractievoorzitter 1990 – 1993 wethouder sociale zaken en welzijn van Almere. 1994 – 2002 burgemeester Schipluiden (Westland) 2002 – 2007 voorzitter CDA Sinds 22 februari 2007 staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het Vierde Kabinet-Balkenende.
6
NoordNieuws december 2008
kan doen. Laat het zien! Natuurlijk moet het behapbaar blijven voor het bedrijfsleven. Maar wat behapbaar is, kan ik hier in Den Haag niet bepalen. Dat moet op regionaal niveau gebeuren. Van belang is dat het bedrijfsleven representatieve mensen naar het regionale overleg van gemeenten, bedrijfsleven en onderwijs afvaardigt, mensen die met de voeten in de praktijk staan. Daar ontbreekt het nog wel eens aan.’
hoe kan onderwijs inspelen op vraag naar technisch personeel vanuit de energiesector? ‘Als het regionale bedrijfsleven de behoefte naar personeel duidelijk voor ogen heeft (in termen van kennis en vaardigheden) en de loopbaanperspectieven (die vaak heel goed zijn!) helder zijn, dan kunnen jongeren uit de regio daarop hun studiekeuze baseren. Dat neemt niet weg dat het een individuele keuze van jongeren is om een richting te kiezen. Jongeren kunnen nu eenmaal niet worden gedwongen om een bepaalde opleiding te volgen. Maar een school kan wel de te verwachten arbeidsmarkt-
positie van afgestudeerden transparanter maken en duidelijker studiekeuzevoorlichting bieden waardoor jongeren een meer afgewogen keuze kunnen maken. Overigens gebeurt er op dit terrein al
(advertentie)
Oosteinde 4b Postbus 145 9300 AC Roden T 050 50 15 455 F 050 50 15 456 www.schuurmans.nl E
[email protected]
het nodige. Zo maakt COLO steeds meer zichtbaar wat de kans op werk is voor afgestudeerden van de diverse mboopleidingen. Deze informatie is op de website van COLO raadpleegbaar.” <
7
>B oelens Jorritsma biedt al haar woonconsumenten in het noorden sinds 8 december een digitaal woondossier aan. Het digitale woondossier is een website voor de eigen woning, waarop de koper zelf eenvoudig onder andere foto’s kan plaatsen en een dagboek. Daarnaast wordt de mogelijkheid geboden verhuisplanningen te maken en de nutsvoorzieningen te regelen. Ook ontvangt de consument herinneringen met betrekking tot zaken als het versturen van verhuisberichten.
heden bij Zodiak werden uitgevoerd. Vanaf 1 januari 2009 worden deze voortgezet door Administratiekantoor Kuipers. De twee medewerkers van Zodiak Administratief bedrijf worden op basis van detachering bij Administratiekantoor Kuipers BV geplaatst. Inzet van de samenwerking is het bevorderen van arbeidsontwikkeling voor de administratieve medewerkers van Zodiak.
>N HL Kenniscentrum Jachtbouw gaat tien bestaande mo>A rriva heeft een akkoord bereikt met de provincie Fryslân in een geschil over het busmaterieel in Zuidoost Fryslân. De provincie Fryslân startte de boete-procedure nadat Arriva de dienstregeling niet volledig uitvoerde met bussen met een lage instap. Arriva verzorgt het vervoer in dit concessiegebied weer volledig met lagevloerbussen waarmee het voldoet aan de concessievoorwaarden. De provincie Fryslân zet op haar beurt de boete-procedure stop,
torjachten uit de verhuurbranche duurzaam ombouwen. De dieselaandrijving van de boten wordt vervangen door elektro/ hybride aandrijving. Het project ‘Elektrificering van de Friese verhuurvloot’ van het Kenniscentrum Jachtbouw is door Provinciale Staten goedgekeurd in het kader van het programma Fryslân Fernijt. De provincie ziet in het project een kans om de aanwezige kennis voor innovatie te benutten.
>D e Jong & Laan accountants belastingadviseurs hebben hun >A lgemeen Belang werkt ter ere van haar 75-jarig bestaan samen met Stichting De Brug provincie Groningen in het project ‘School en Sport Speciaal Groningen’. Het project wil kinderen met een verstandelijke beperking de mogelijkheid bieden wekelijks te sporten in een (reguliere) sportomgeving. Stichting De Brug provincie Groningen organiseert in totaal vijf sportdagen die Algemeen Belang financieel ondersteunt. De sportdagen worden georganiseerd op de vijf ZMLK-scholen in de provincie Groningen.
>N UON is een stap dichterbij hervatting van de bouw van de
Bedrijfsnieuws
elektriciteitscentrale NUON Magnum gekomen. De minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit heeft een Beslissing op Bezwaar afgegeven. De minister acht de meeste bezwaren die zijn ingediend tegen de bouw van de centrale ongegrond. Wel schrijft zij in haar Beslissing op Bezwaar enkele extra maatregelen voor om de nieuwe centrale zo verantwoord mogelijk in de omgeving in te passen. De Beslissing op Bezwaar is afgegeven in het kader van de Natuurbeschermingswet.
nieuwe kantoor op het Europapark in Groningen feestelijk in gebruik genomen. Zij zijn verhuisd vanuit de binnenstad naar de nieuwe zichtlocatie aan de A7 waar ze de onderste twee verdiepingen van het pand huren. De vestiging biedt de ruimte om nieuwe medewerkers te kunnen huisvesten. Bij de Jong & Laan werken 850 medewerkers verspreid over 30 kantoren in Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland en Flevoland.
>H ooghoudt heeft met het product Hooghoudt& Vodkamix de Innova Klassiek 2004-2008 in de wacht gesleept. Voor de prijs kwamen 140 producten in verschillende categorieën in aanmerking. Deze producten hebben allemaal met elkaar gemeen dat de introductiedatum in 2004 lag en nog altijd in de schappen van de Nederlandse supermarkten te vinden zijn. Hooghoudt was genomineerd in de categorie alcoholische dranken. Ten tijde van de introductie van Hooghoudt& Vodkamix was een prijzenoorlog aan de gang, waarbij er voor nieuwe producten des te minder tijd was om zich te bewijzen.
>G roningen Airport Eelde heeft op 12 november jl. haar 185.000ste passagier van dit jaar verwelkomd. Met dit resultaat heeft Groningen Airport Eelde het record van 2003 ruim verbroken. Toen maakten 178.000 passagiers gebruik van de luchthaven. De 185.000ste passagier, de heer Bosma uit Steenwijk, werd door Luchthavendirecteur Jeroen Meulendijks feestelijk onthaald met champagne.
> Totaalduurzaam.nl is onlangs als partner aangesloten bij MVO Nederland, een kennis- en netwerkorganisatie die het bedrijfsleven stimuleert maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Totaalduurzaam.nl is een online (in)koopcentrum met meer dan 1100 energiebesparende producten. Totaalduurzaam.nl is een onderdeel van ANY Concept bv.
>D SW Stadspark heeft een overeenkomst gesloten met Administratiekantoor Kuipers over het onderbrengen van de bedrijfs- en verenigingsadministraties voor derden die tot op
– Geef uw bedrijfsnieuws door via
[email protected] –
8
NoordNieuws december 2008
R.W. Lagerwaard
[email protected]
Goede tijden, slechte tijden De invloed van de kredietcrisis op de advocatuur De gevolgen van de kredietcrisis worden zowel in negatieve als positieve zin ondervonden in de advocatuur. In mindere tijden wordt misschien wel nog meer dan in goede tijden een beroep gedaan op de advocatuur.
Inmiddels hebben deskundigen al voorspeld dat ook de strafrechtadvocaten in ieder geval niet onder de financiële crisis zullen lijden. Recessies schijnen gepaard te gaan met een hogere criminaliteit. Burgers en buitenlui, waaronder ondernemers, zijn zodoende gewaarschuwd. Men doet er als ondernemer goed aan om meer oog te hebben voor eventuele (interne) fraude en/of criminaliteit. Tevens zijn er reeds legio bedrijven die de financiële crisis in zoverre gebruiken, danwel zelfs enigszins misbruiken, om hun organisatie met rigoureuze hand te stroomlijnen. Deze (arbeidsrechtelijke)
reorganisaties worden vaak begeleid door daarin gespecialiseerde advocaten. Ook zij kunnen betere tijden tegemoet zien. Kantoren die voor particulieren optreden krijgen zowel te maken met een toename als afname van zaken. Zo wordt er in economisch slechtere tijden enerzijds meer gescheiden (onenigheid over o.a. de financiën) terwijl anderzijds minder vaak bijstand verleend wordt bij burenruzies, omdat de burger daar simpelweg zijn goede (schaarsere) geld niet meer aan wenst uit te geven. Niet dat er minder geschillen zijn, maar zij worden anders (of niet) opgelost. Vooral binnen het ondernemingsrecht is een verschuiving waarneembaar. De overnamemarkt is in het derde kwartaal van dit jaar nagenoeg ingestort. Een en ander valt af te leiden uit publicaties op OverFusies.nl. De grootste recente overname kan op het conto van de Nederlandse staat worden bijgeschreven. Zij was het die Fortis, inclusief ABN-AMRO bank, opkocht. Overnames die te bestempelen zijn als ‘zonder franjes’ waarbij de aankopende partij voldoende geld heeft en dit niet hoeft te lenen, vinden nog steeds plaats. Maar ingewikkelde overnames waarbij (financiële) syndicaten worden ingeschakeld, zijn thans haast non-existent. Tevens valt in de sector herstructurering en insolventie de toename
van het werk op, hetgeen alleen maar zal toenemen. De laatste jaren was er sprake van een tendens van steeds minder faillissementen op jaarbasis, wat zeer zeker zal gaan veranderen. In Noord-Nederland kan geconstateerd worden dat een aantal kantoren het zekere voor het onzekere neemt. Advocatenkantoren kijken voornamelijk naar hun duurste kostenpost, namelijk hun medewerkers. Van enkele kantoren is al bekend dat zij medewerkers hebben aangemoedigd om naar een andere werkkring om te zien. Een en ander vindt meestal in stilte plaats, maar in de branche spreekt het zich vrij snel rond. Echter zo massaal als bijvoorbeeld in de Verenigde Staten, waar honderden advocaten op straat worden gezet, zal het hier in Nederland niet plaatsvinden. Dit laatste is mede het gevolg van het feit dat het percentage advocaten per honderdduizend inwoners hier aanmerkelijk lager ligt dan in de Verenigde Staten. Ook in Engeland zijn de tijden in de advocatuur slechter dan hier in Nederland, getuige de verhalen dat zaken als kantooruitjes, broodjes bij een vergadering en koffie tijdens intern overleg worden geschrapt. Het ziet er niet naar uit dat het hier ooit zo ver zal komen, doch wanneer dat het geval is, dan is het daadwerkelijk: armoe troef. <
praktijk
Bij een inschatting van de gevolgen van de kredietcrisis binnen de advocatuur, dient een onderscheid gemaakt te worden tussen de echte grote kantoren, die voornamelijk in het westen van het land voorkomen, en de middelgrote en kleinere kantoren, verspreid over heel Nederland. Voor de hele grote advocatenkantoren (80 – 100 advocaten of meer) kan de stelling worden geponeerd dat slechte tijden voor hen niet bestaan. Als het economisch goed gaat, wordt hun hulp ingeroepen bij overnames, fusies, uitgebreide patentgeschillen. In mindere tijden, zoals thans, dient veel werk te worden verleend ten behoeve van de financiële wereld. Denk aan reorganisaties, het opzetten van sterfhuisconstructies, etc..
COLUMN
9
Hoezo, nuchtere Groningers? Het lijkt op het eerste gezicht een ’mission impossible’, maar de realiteit is dat steeds meer mensen serieus aandacht vragen voor het onderwerp van een kabelbaan in Groningen. Al tijden wordt gekeken naar een oplossing voor de alsmaar sterk toenemende stroom mensen die zich dagelijks van buiten de stad Groningen naar de binnenstad verplaatst. Met de kabelbaan krijgt het openbaar vervoer een nieuwe impuls. Men hoeft niet meer te wachten tot er een bus, trein of tram vertrekt, je stapt gewoon in. De kans op vertraging is er niet. Een tocht van het Europapark naar de Grote Markt duurt ongeveer tien minuten. Recentelijk is een debatavond georganiseerd over de kabelbaan. Deze debatavond werd georganiseerd op initiatief van Jan Evenhuis van de VVD in samenwerking met de JOVD. Tijdens het debat hield de Oostenrijkse kabelbaanfabrikant Doppelmayr een presentatie. Doppelmayr schat de kosten van een baan tussen het Europapark en de binnenstad op 25 miljoen euro. Het idee voor een kabelbaan – op het traject Europapark, UMCG, het Groninger Forum – kreeg in eerste instantie niet voldoende steun bij B en W van de gemeente. Nu de tram op dit traject is afgeblazen, komen de kaarten voor de kabelbaan anders te liggen. In de gemeenteraad kijkt men thans welwillend naar dit initiatief. Daarnaast ben ik als voorzitter VNO-NCW Gro(advertentie)
* Meer weten over het Afierisme? Vraag het boekje aan: afierisme@ afier.com
‘Hoe een accountantskantoor kan zijn’
‘Inzicht in structuren’ belastingadviseur/vennoot
mensen voor cijfers Afier 86x134 Kool.indd 1
Jaap Borg, Voorzitter VNO-NCW Groningen (advertentie)
Het Afierisme*
mr. André Kool FB
ningen positief gestemd over de hernieuwde belangstelling voor dit initiatief. Niet alleen voor forenzen en winkelend publiek is de kabelbaan namelijk een interessante manier van vervoer. Met de komst van de kabelbaan naar de Groninger binnenstad, lijkt Groningen verzekerd van een permanente stroom bezoekers, terwijl de baan tegelijkertijd parkeerproblemen oplost.
Handelsweg 16c Tynaarlo T (0592) 53 09 53
www.afier.com
03-07-2008 13:21:33
10
NoordNieuws december 2008
Akke Groenewoud
[email protected]
Foto’s: Jan Buwalda
Sterke verhalen Women in Business 2008
Onder luid gejuich werd Renske Bos van Bos& Bos Catering op 28 oktober jl. uitgeroepen tot Zakenvrouw van het Noorden 2008. In een bomvol Martinplaza in Groningen werd de kersverse zakenvrouw van het noorden 2008 uitbundig onthaald. Naast Renske Bos waren Alfride Groenewold van Area Reiniging en Manon Copini van ING genomineerd voor de prijs die dit jaar voor de tweede keer werd uitgereikt. Het drietal was eerder door een negenkoppig jurypannel geselecteerd uit de groep van 11 zakenvrouwen die zich kandidaat hadden gesteld voor de verkiezing. Een absoluut record. Met de verkiezing van Renske Bos is gekozen voor kenmerkend ondernemerschap. Renske Bos straalde dat vooral uit. Door zowel de jury als het publiek werd dit overtuigend beloond.
Profiel Renske Bos Als mede-eigenaar van Bos&Bos Catering (2003), het Koetshuys Ennemaborgh (2004) en Brasserie Bites (2006) heeft Renske Bos met haar zakelijke instinct en onuitputtelijke drive een prachtige portfolio opgebouwd als succesvolle Noordelijke onderneemster. In 2003 startte zij het succesvolle cateringconcept Bos&Bos Catering; een bedrijf dat binnen de afgelopen jaren is uitgegroeid tot een nog steeds vernieuwend cateringconcern met vele terugkerende opdrachtgevers.
Voordat de uitslag van de verkiezing bekend werd gemaakt door juryvoorzitter Eric Jansen, directeur van de Noordelijke Kamer van Koophandel, was het woord aan Alice Wösten, directeur van HanzeConnect. Zij won in 2007 als eerste de Verkiezing van Zakenvrouw voor het
Noorden. In een terugblik op haar jaar als zakenvrouw van het noorden gaf Wösten aan dat het winnen van de verkiezing onvermoede gevolgen met zich mee heeft gebracht. Variërend van het werkelijk overal voor gevraagd worden, tot het feit dat het voor HanzeConnect de nodige
vereniging
De Zakenvrouw van het Noorden 2007, Alice WöstenKreeft, zei het vorig jaar al: “Vrouwen in topfuncties hebben een meerwaarde.” Dit bleek wel toen voor de verkiezing voor Zakenvrouw van het Noorden 2008 een recordaantal kandidaten werd opgegeven.
11
bekendheid en handel heeft opgeleverd. Hoewel het winnen van de titel Wösten geen windeieren heeft gelegd, beschreef ze ook de keerzijde. Het voortdurende bewustzijn als roll-model was soms zwaar: ‘Ineens verkondigde ik niet meer een persoonlijke mening of overtuiging, maar leek het wel of het een waarheid was waarop ook ik kon worden afgerekend.’ Het feit dat bovendien werd verwacht dat Wösten vrijwel overal ‘ja’ op zou zeggen, of het nu om een bestuursfunctie of ambassadeursrol ging, eiste op den duur z’n tol. ‘Het winnen van de titel heeft daarmee toch een extra druk op de organisatie HanzeConnect maar ook op mijn persoonlijke situatie gelegd’ aldus Wösten, die haar man Ben en de medewerkers van
vermogen gehad de negatieve ervaringen die zich in haar leven aandienden om te zetten in positieve energie. Energie waarmee ze zelf ‘the best female fighter in the world’ werd en waarmee ze velen in haar directe en indirecte omgeving motiveerde.
HanzeConnect dankte voor hun support gedurende het afgelopen jaar.
ondersteunt dit initiatief. ‘Ambassadeurs’ van deze werkgevers en vertegenwoordigers van andere betrokken partijen zoals vakbonden en de RUG kwamen op 10 november jongstleden voor het eerst bij elkaar in het NAM-hoofdkantoor in Assen voor een debat over de kansen en hinder-
Boeddhist Na de inleidende woorden van Alice Wösten, was het aan Lucia Rijker, veelvoudig wereldkampioen kickboksen, actrice en presentatrice om het publiek te inspireren met haar bespiegelingen. ‘Waar ligt jouw kracht?’ Was de vraag die Rijker repeterend terughaalde. Want hoewel Lucia Rijker jarenlang ongenaakbaar was als kickbokser en ook als actrice in de Verenigde Staten inmiddels naam heeft gemaakt, gaf zij aan dat haar levensloop niet bepaald over rozen is gegaan. Ook een fenomeen als Rijker heeft voortdurend moeten vechten voor haar positie. Letterlijk en figuurlijk. Want hoe wordt je als vrouw überhaupt serieus genomen in de bokswereld? Natuurlijk heeft een flinke portie fysiek vermogen daaraan bijgedragen, maar Rijker gaf aan dat het meeste dat ze in haar leven heeft bereikt, is geput uit mentale kracht. Als overtuigd boeddhist heeft Rijker voordurend het
Ambassadeursnetwerk Ook het noordelijk bedrijfsleven heeft er een groot zakelijk belang bij meer vrouwen op te nemen in het management. Om dat te bevorderen hebben zeventien grote werkgevers in het noorden zich verenigd in een regionaal netwerk. Van Gasunie tot Alescon, van de Regiopolitie Drenthe tot partijen in de Geestelijke Gezondheidszorg. Ook VNO-NCW Noord
Federatie Zakenvrouwen: De vrouwelijke ondernemer van 2008 De Groningse Joke van der Ven is op 10 november 2008 in Utrecht uitgeroepen tot Dé Vrouwelijke Ondernemer 2008. ’We hebben Groningen hiermee op de kaart gezet’ riep de directeur-eigenaar van Briefopbestelling na afloop. Joke van der Ven was door VNONCW Noord gekandideerd voor deze prestigieuze verkiezing. De prijs, ook wel FZ-award genoemd, is voor de vierde keer uitgereikt. Het is de prijs van de Federatie Zakenvrouwen en bedoeld voor ondernemende vrouwen. De FZ-award heeft als eis dat de onderneemster minstens drie jaar een eigen onderneming runt. Van der Ven begon in 2004 met Briefopbestelling. Via internet kan men bij dit bedrijf een sollicitatiebrief of CV bestellen, maar ook een rouwbrief of een liefdesbrief. In Nederland werken reeds 150 medewerkers voor Van der Ven. Ook in Duitsland, België, en Engeland heeft Van der Ven vestigingen. En in China gaat ze binnenkort de markt op. Joke van der Ven won in 2007 de Jonge Ondernemersprijs van Noord-Nederland.
nissen om meer vrouwen in de top van het noordelijk bedrijfsleven te krijgen. Onderzoek van onder andere McKinsey en The Economist wijst uit dat bedrijven met meer vrouwen in de directiekamer meer winst en hogere verkoopresultaten behalen. <
12
NoordNieuws december 2008 (advertorial)
Bondgenoot Brussel
Forse investeringen in Noord-Nederland Regionaal beleid is sinds kort de grootste financiële poot van het Europese beleid. Met een budget van 347,4 miljard voor 2007-2013 (35,6% van het EU-budget voor dezelfde periode) werd het landbouwbeleid ingehaald. Daarmee wordt fors geïnvesteerd in regionale ontwikkeling. Kurt Vander Eecken werkt sinds 1991 voor de Europese Commissie en houdt zich binnen het Directoraat Generaal voor Regionaal Beleid bezig met Nederland. Het was een bewuste keuze om voor dit beleid te werken: ‘Mensen willen zich vaak identificeren met een geografische entiteit. Doordat markteconomie, informatie en fysieke mobiliteit steeds minder gehinderd worden door nationale grenzen, vervagen deze laatste. Daardoor wint het niveau regio sinds een tiental jaren aan belang. Mijn ervaring met regio’s in verschillende lidstaten heeft mij overtuigd dat er een specifieke kracht van uitgaat. Ze zijn vaak dichter bij mensen dan een natie, maar hebben toch een zekere economische, culturele, politieke massa. En deze herkenbaarheid, dit “thuis”-gevoel, speelt volgens mij voor velen mee in de keuze van de omgeving waar ze gaan wonen en werken. Dit persoonlijke gezichtspunt sluit aan bij de hoofddoelstelling van het Europese regionale beleid: de mensen kansen bieden om zich te vestigen en ontplooien niet alleen in de meest welvarende delen van een land, maar net zo goed in regio’s waar de ontwikkeling niet zo vlug is gegaan. Hierdoor en hiervoor wordt optimaal gebruik gemaakt van het regionale potentieel.’
In 2006 onderhandelde de Europese Commissie met lidstaten en regio’s over de programmaperiode 2007-2013 van het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Voor elk van de vier Nederlandse landsdelen (noord, oost, zuid en west) werd een operationeel programma vastgesteld. Tijdens de onderhandelingen was het soms moeilijk om de juiste balans te vinden tussen enerzijds de aspiraties
van Nederland als natie en anderzijds de wensen van de regio’s. Het zijn dan ook intensieve onderhandelingen geweest, waarbij de wensen van de nationale overheid niet altijd ingewilligd werden. Volgens Vander Eecken steunt het regionale beleid in de programma’s – eens de hoofdlijnen op niveau van Europa vastliggen en voor zover in overeenstemming met nationaal gecoördineerde acties - voornamelijk op wat de regio’s zelf voorstellen: ‘Vermits de regio’s het best geplaatst zijn om hun specifieke noden en sterkten te kennen, blijft de Europese Commissie op redelijk grote afstand wat betreft de concrete invulling van de overeengekomen prioriteiten. Subsidiariteit dus.’
Wat is de doelstelling voor Noord-Nederland? ‘Noord-Nederland heeft nog een achterstand in te halen. Daarom werd voor het Operationeel Programma voor NoordNederland een relatief grotere investering gereserveerd dan voor de andere landsdelen. Uiteindelijk is de doelstelling dat het bruto regionale product en de werkgelegenheid tijdens de periode 20072013 procentueel sneller groeien dan het Nederlandse gemiddelde. De afname van de werkloosheid moet onder het Nederlandse gemiddelde komen te liggen en de uitgaven voor Onderzoek en Ontwikkeling moeten zich minimaal gelijk ontwikkelen als het nationale gemiddelde. Om dit te bereiken zijn drie sleutelgebieden in Noord-Nederland aangewezen die een rol kunnen spelen op internationaal niveau: Energy Valley, het Watercluster en (multi) sensortechnologie (met als belangrijkste project ASTRON/LOFAR). Daarnaast zijn een aantal speerpuntsectoren benoemd in verband met een groot innovatiepotentieel: agribusiness, chemie, commerciële zorg, life sciences, scheepsbouw/ metaal en toerisme. Voor de invulling is in totaal zo’n 372 miljoen euro beschikbaar waarvan bijna 170 miljoen euro afkomstig van de Europese Unie.’
Wat kunnen ondernemers met dit programma? ‘Om voor subsidie in aanmerking te komen, moeten ingediende projecten aansluiten bij de genoemde sleutelgebieden of
de speerpuntsectoren. Bovendien moet het project voldoende kritische massa hebben. Wanneer een ondernemer in zijn eentje een project indient, is deze minder kansrijk dan wanneer een collectief van ondernemers met een voorstel komt. Projecten kunnen worden ingediend bij de noordelijke provincies. Daar zitten mensen met kennis van de Europese regelingen en die kanaliseren welke projecten het beste bij welke subsidiekanalen passen. Dat gebeurt al in een vroeg stadium. Vaak gaan ze om tafel met mensen met een idee en helpen ze mee om die ideeën in een concrete vorm te gieten, zodat het als projectvoorstel kan worden ingediend. Vervolgens worden de projecten in noordelijk verband beoordeeld. Vaak bestaat hierover misverstand maar de Europese Commissie laat zich niet in met de selectie van individuele projecten. Om mee te beslissen over het al dan niet opportuun zijn van cofinanciering van één of ander project, zijn wij meestal niet goed geplaatst, dus dat wordt overgelaten aan de mensen van de betreffende provincies en het SNN.’ Afgaande op de cijfers waarover we beschikken, doet Noord-Nederland het qua projecten erg goed. Waar het gaat om het oormerken van geld voor projecten heeft Noord-Nederland op dit moment de koppositie ten opzichte van andere landsdelen. Dat is vooral te danken aan de samenwerking in het SNN. Vander Eecken: “Op het moment dat de Europese Commissie haar akkoord gegeven had voor het Operationeel Programma Noord, had het noorden al een aantal grote projecten in voorbereiding, die nu in een vergevorderd stadium van goedkeuring zitten. Hierbij haalt het programma voordeel uit de rol die SNN speelt want via hun vele contacten bereikt de informatie over de beschikbare middelen binnen de kortste keren net die ondernemers die op innovatieve wijze het economische weefsel van Noord-Nederland kunnen helpen versterken.’
13
Hans van der Stijl
[email protected]
navigeren in de mist Lange termijnvisie bij slecht zicht
praktIjk
De ondernemingswereld staat op scherp: de Crisis dreigt toch een Recessie te worden. Voor velen voelt de huidige situatie als een dichte mist met zo’n 20 meter zicht. Er valt niet te navigeren, dus blijven we even stilstaan. Momenteel wordt veelal nog een afwachtende houding aangenomen. Orders worden stopgezet, aankopen uitgesteld en beslissingen op de lange baan geschoven. Dat geeft aan dat ondernemers voor de korte termijn ongerust zijn en hopen dat de economie wel weer aantrekt wanneer de mist is opgetrokken en de rust enigszins terugkeert. Deze ondernemers willen graag maatregelen nemen om op dat moment te anticiperen. Dat blijkt bijvoorbeeld duidelijk uit de vele verzoeken vanuit ondernemingen om werktijdverkorting. Bedrijven willen hun duur verworven en pas ingewerkte personeel niet de laan uitsturen als het even minder gaat. Dat wordt beschouwd als een ongewenste korte termijnreactie,
Werkgeversvereniging AWVN verleent diensten rond onder meer arbeidsvoorwaarden (cao’s), functiewaardering, arbeidsrecht, beloningssystemen, competentiemanagement en sociale innovatie. AWVN werkt nauw samen met VNO-NCW. Het hoofdkantoor is gevestigd in Den Haag. AWVN heeft vestigingen in Haarlem, Barendrecht, Apeldoorn, Roermond en Groningen. Meer informatie: www.awvn.nl of neem contact op met de AWVN-werkgeverslijn, 070 850 86 05.
omdat dit zowel intern als extern veel onrust en onzekerheid teweegbrengt. In essentie gezonde bedrijven verwachten hun personeel binnenkort weer nodig te hebben. De krapte op de arbeidsmarkt is misschien nu even minder zichtbaar, maar het risico van een tekort is op iets langere termijn nog zeer nadrukkelijk aanwezig. Om dezelfde redenen is het verstandig om bij onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden rekening te houden met die lange termijn. Alhoewel we met z’n allen nu heel reactief reageren op de huidige onzekere periode, biedt deze voor de goede verstaander ook kansen om structureel anders tegen de invulling van bepaalde arbeidsvoorwaarden aan te kijken. Na de recessie komen we toch weer terecht in de lange termijnproblematiek van vergrijzing en krapte, en daar
moeten we dan ook nu al rekening mee houden. Zo kunnen mogelijk afspraken worden gemaakt over flexibilisering bij de inzet van medewerkers. Immers, niet alleen in de macro-economie zitten pieken en dalen, ook op bedrijfsniveau komen altijd drukke en minder drukke periodes voor. Denk bijvoorbeeld ook aan de wijze waarop de inzetbaarheid van werknemers wordt bevorderd. Juist in tijden dat de inzet van het personeel wat lager kan is er ruimte voor aanvullende scholing, een investering waar zowel de werkgever als de werknemer baat bij heeft. Welke maatregelen passend zijn is vanzelfsprekend afhankelijk van de bedrijfssituatie. Een frisse blik kan u helpen door de mist de kansen te zien, en daar een invulling aan te geven waar u tot ver na de recessie plezier van heeft. <
14
Daan Bultje
[email protected]
NoordNieuws december 2008
Noorderling met een zachte G Bij het afscheid van Hans Haerkens
Hans Haerkens was de afgelopen vijftien jaar gezichtsbepalend voor VNO-NCW Noord. Als Brabander bleek hij goed te kunnen aarden temidden van de nuchtere noorderlingen. Een afscheidsinterview over de kracht van het collectief, engagement en noordelijk ondernemerschap.
De carrière van Hans Haerkens bij VNONCW Noord begon met een toevallige blik in de advertentiebijlage van het NRC, waar gevraagd werd naar een secretaris VNO Noord-Nederland. ‘Ik was vooral geraakt door VNO-NCW, want ik vond een ondernemers-collectief met Alexander Rinnooy Kan als voorzitter een spannende werkgever. Op hetzelfde moment werd ik gevraagd voor een aantrekkelijke positie bij Afvalbedrijf Rotterdam. Maar ik heb de keuze geen moment betreurd.’ Tot dan toe was Hans Haerkens na gymnasium, Nijenrode, een masterstudie international business in de VS, werkzaam geweest bij Cargill en Campbell Soup. ‘Daarna werd ik door mijn vader gevraagd mijn bijdrage te leveren aan het champignonbedrijf te Oeffelt. Een vraag die net op tijd kwam, omdat ik op het punt stond in Amerika aan de slag te
gaan. Gedurende de vakanties en in mijn vrije tijd was het volstrekt normaal actief te zijn in het familiebedrijf. Zelf was ik er nooit zo mee bezig geweest dat het ook mijn bedrijf zou kunnen worden. Ik vond het vanzelfsprekend iets terug te doen voor de kansen die ik had gekregen dankzij het thuisfront. Samen met mijn broers heb ik ruim zeven jaar het bedrijf geleid. Een middelgroot bedrijf met 120 medewerkers. Ik heb daar geleerd wat het betekent in een marktomgeving actief te zijn en verantwoordelijkheid te dragen. Uiteindelijk is het bedrijf in andere handen overgegaan en ben ik zelf naar Groningen vertrokken.’
in de strijd tot de dag van vandaag. De organisatie kende vier personen en de onderlinge band was intensief. Het werkgeversfront was destijds ook in de regio behoorlijk verdeeld met liefst vijf collectiviteiten. Zonder valse overdrijving waren we geen fractie van wat we nu zijn. In de loop van de tijd is er erg veel veranderd. Ik ben er wel achter gekomen hoeveel kracht te mobiliseren valt door collectief op te treden en hoeveel kennispotentieel er in ondernemend (Noord-)Nederland zit. Om dat optimaal te benutten is het zaak vooruit te kijken en de juiste strategie te kiezen. Polderen beheersen we hier tot in de vingertoppen.’
In het kantoor van VNO Noord-Nederland ontdekte Haerkens gaandeweg pas wat het werk van een algemeen secretaris inhield. ‘We deelden de etage met AWVN en FME-CWM. Mannenbroeders
Op basis van de opgedane ervaring kon Hans Haerkens ook eigen accenten leggen binnen de organisatie. Een belangrijk voorbeeld daarvan is het gegeven dat VNO-NCW Noord zich breder betrokken
15
voelt dan alleen bij zaken die ondernemers direct raken. ’Maatschappelijke vraagstukken zijn niet het exclusieve domein van de politiek. Ondernemers zijn betrokken bij hun omgeving en zijn ook bereid actief uiting te geven aan hun engagement.’ Een ander belangrijk accent is de positionering van VNO-NCW Noord binnen de internationale context. ’Noordelijke ondernemers leven niet op een eiland. Velen weten hun markten uit te breiden naar andere regio’s in binnen- en buitenland. Het is belangrijk vanuit een sterke regionale verbondenheid te blijven acteren in een globaliserende wereld. Niet achterom kijken maar vooruit. De grenzen vervagen, dus ook de mentale barrière moet geslecht worden. Om ondernemers daarbij te faciliteren is vorig jaar het VNDU opgericht. Die samenwerking richting het oosten zal in de komende jaren alleen nog maar verder worden uitgebouwd.’
vereniging
Er zijn weinig mensen die zo gepassioneerd spreken over Noord-Nederland. Voor mensen die Hans Haerkens niet kennen zal het wellicht enige verbazing wekken hoe iemand met Brabantse tongval zo vol vuur over de noordelijke zaak spreekt. Haerkens: ’Ik ben vanaf mijn eerste kennismaking met deze regio geholpen en gesteund door mensen die het voor me opnamen. Gevraagd en ongevraagd. Het was een vorm van thuiskomen. Ik wist me omringd door mensen die in hun omgeving het verschil maakten. Heel veel kanjers die mijn denken en doen hebben beïnvloed. Mijn kinderen zijn hier geboren en getogen en spreken inmiddels met een harde g. Daarbij gaf het werk me erg veel energie. Never a dull day. Ik genoot met volle teugen van maatschappelijk relevant bezig kunnen zijn voor dit lands-
deel. Het heeft me altijd licht verbaasd dat ik hiervoor maandelijks een financiële beloning ontving. Daarbij denk ik dat het voor een zuiderling gemakkelijker aarden is in het noorden dan voor een noorderling in het zuiden.’ VNO-NCW Noord was in de afgelopen jaren een belangrijke speler binnen de noordelijke samenwerking. Haerkens heeft vanuit die positie ook altijd goed zicht gehad op de ontwikkeling van de bestuurlijke samenwerking in NoordNederland. ‘Het georganiseerde bedrijfsleven heeft er veel aan gedaan dat het noordelijke denken zich heeft ontwikkeld. Ik verwijs naar de Noordelijke Ronde Tafel (1995-1999) die provincies opriep werk te maken van noordelijk vormgegeven ruimtelijk-economisch beleid. Sociale partners hebben bij herhaling in de SEAN en SER Noord-Nederland de dames en heren politici opgeroepen werk te maken van noordelijk gestroomlijnd overheids-
beleid. De lijst met discussieonderwerpen is eindeloos: mal-contramal, economische kernzones, de transformatie van regionaal beleid naar ruimtelijk economisch beleid, het Langman rapport, provincie-overstijgende regiovisies, vestigingslocaties van ministeries, vermoeiende discussies over FES middelen, het noordelijke duurzaamheidsakkoord, de identificatie van de noordelijke Pieken in de Delta, de natuurlijke en economische waarden van de Waddenzee, de Zuiderzeelijn en andere infra-projecten. Deze discussies hebben allemaal bijgedragen aan beter gearticuleerd noordelijk denken. Geleidelijk ontstond er bij politieke partijen het inzicht dat provinciale belangen gediend zijn bij een noordelijke insteek. Bovendien vereisen nogal wat nieuwe vraagstukken een provincie-overstijgende aanpak om voldoende kritische massa te kunnen mobiliseren. Illustratief voor dit kantelend denken is bijvoorbeeld het gegeven dat in het verleden het noordelijke belang vooral werd afgemeten aan de omvang van de regionale paraaf in de rijksbegroting. Daar durf je nu niet meer mee aan te komen als politicus.’ Desondanks moet Haerkens ook constateren dat de noordelijke samenwerking niet per definitie een opgaande lijn is. ‘Telkens opnieuw zul je op het niveau van gemeenteraden, provinciale staten en Samenwerkingsverband Noord-Nederland je positie sterk moeten herdefiniëren, rekening houdend met snel veranderende omstandigheden. Dingen gaan nooit vanzelf. Zeker niet op onderwerpen die noodzakelijk zijn. Het veronderstelt ook krachtige bestuurders die het brede verhaal willen en kunnen vertellen. Politiek gaat over de toekomst. Mensen verwachten van de
16
NoordNieuws december 2008
Wellicht dat hij vanuit zijn nieuwe functie bij VNO-NCW in Den Haag nog een steentje kan bijdragen aan het noordelijke infra-wensenlijstje. Haerkens: ’Ik ga me in Den Haag bezig houden met de “wespennest-dossiers”. Denk nu niet wat sneu. Ik vind dat bijzonder leuk. Onderwerpen die niet vanzelf gaan. Ruimtelijk – economische vraagstukken van nationaal belang. Strategische issues zoals Schiphol, de Maasvlakte, vernieuwende werklandschappen, het in de praktijk brengen van de aanbevelingen van Noordanus, kernenergie, het beter duiden van knelpuntoplossende investeringen versus strategische investeringen etc. Het debat over de Zuiderzeelijn was destijds in essentie een discussie over een andere ruimtelijke kaart van Nederland versus de beperkte ‘Haagse’ insteek dat het hier een knelpuntoplossende investering zou zijn. Ook bij VNO-NCW nationaal hebben we verhalenvertellers nodig die op een vernieuwende wijze het publieke debat voeden met – als het even kan - scherpe observaties.’
politiek dat ze bindend vermogen hebben en met antwoorden komen over lastige maatschappelijke vraagstukken.’ Gevraagd naar de meest in het oog springende gebeurtenissen en dossiers die Haerkens gedurende zijn tijd heeft meegemaakt, volgt een top 6 in willekeurige volgorde: • fusie VNO-NCW in de regio • w isselwerking onderwijs – arbeidsmarkt / aandacht voor ondernemerschap • p ubliek debat Zuiderzeelijn / ‘hier trekken we de lijn’ • gaswinning Waddenzee • h oofdlijnen noordelijk ruimtelijk economisch beleid • v erdieping relatie ondernemend NoordNederland en Noord-Duitsland
Vooral de rol van actieleider die Hans Haerkens vervulde in het kader van Hier trekken we de lijn zal velen nog lang bijblijven. Middels een intensieve campagne met als hoogtepunt de demonstratie op 23 mei 2006 in Den Haag, werd de doodverklaarde Zuiderzeelijn weer teruggezet op de politieke agenda. Uiteindelijk besloot het kabinet dat de Zuiderzeelijn niet uit kon en werd een alternatief pakket ingesteld ter hoogte van 2.16 miljard euro. Het is zeer de vraag of dit bedrag ook zo hoog was geweest zonder de acties van Hier trekken we de lijn. Haerkens: ’ik heb bij dit dossier geleerd om het eindresultaat te aanvaarden, zonder het te accepteren. Ik ben ervan overtuigd dat die snelle verbinding er gaat komen, en waarschijnlijk sneller dan verwacht. ’
Wat betreft de toekomst van VNO-NCW Noord wil Haerkens nog wel een aantal zaken benadrukken: ’Koester en kapitaliseer het merk NoordNederland; de ware avant garde wordt niet ontdekt maar pas later herkend; wees zelfbewust over je toekomstige (investerings)-agenda. Ons talent voor ondergeschiktheid zijn we kwijtgeraakt en moeten we ook nooit meer terug willen vinden; houdt vast en werk actief aan krachtige noordelijke samenwerkingsverbanden; de ‘licence to operate’ wordt niet langer alleen afgegeven door de overheid, zorg ervoor dat je in touch blijft met je omgeving en handel hiernaar; Duurzame ontwikkeling zal de basis zijn van toekomstig economisch handelen; hoe eerder je hiermee begint des te beter. Betrek hierin ook de buurregio’s ten volle. Tot slot dank ik iedereen vanuit het diepst van mijn hart. Het is veeleer een voorrecht dan een verdienste zo lange tijd algemeen secretaris te zijn geweest van VNO-NCW Noord. Mijn opvolger mag zich gelukkig prijzen.’ <
17
Akke Groenewoud
[email protected]
Gewerkt aan Water 10 zetels voor zakelijke waterschapspartij De waterschapsverkiezingen in een notedop: tegenvallende opkomst, relatief veel ongeldige stembiljetten, een versnipperde uitslag, maar wel tien zetels in vijf waterschappen voor Werk aan Water.
vereniging
Bij de invoering van een nieuw kiessysteem is vooraf lastig te bepalen met welke uitslag je als partij tevreden zou moeten zijn. Dat gold ook zeker voor de afgelopen waterschapsverkiezingen. Deze verkiezingen werden altijd gekenmerkt door een lage opkomst. Zou dit veranderen door de deelname van politieke partijen aan de verkiezingen? Achteraf moet vastgesteld worden dat de landelijke opkomst met 24% nagenoeg gelijk was aan voorgaande edities en dat de deelname van politieke partijen niet heeft geleid tot meer kiezers en dus ook niet tot meer draagvlak onder de bevolking. Sterker nog, het waterschapsbestuur is vooral versnipperd geraakt. De vraag dient dan ook gesteld te worden wat de meerwaarde is van politisering van een functioneel bestuur.
Werk aan Water was voor de waterschapsverkiezingen een uniek samenwerkingsverband van ondernemersorganisaties VNO-NCW Noord, MKB-Noord en LTO Noord. Nergens anders in Nederland deed een dergelijke lijst mee. In vijf waterschappen werden 10 zetels behaald: 3 zetels in Reest en Wieden, 2 zetels in Hunze en Aa’s, Noorderzijlvest en Wetterskip Fryslân en 1 zetel in Velt en Vecht. VNO-NCW Noord is tevreden met dit resultaat. Gemiddeld twee zetels in vijf waterschappen betekent een stevig draagvlak voor de zakelijke belangen. Zeker wanneer de krachten gebundeld worden met de geborgde zetels ingevuld door de Kamer van Koophandel, LTO Noord en het Bosschap. Het is naar verluid goed vissen in troebel water, maar in dit geval liepen de achterbannen van de verschillende deelnemende partijen misschien wel iets te veel door elkaar. Menig ondernemer is lid van een politieke partij en/of natuurorganisatie en vice versa. Dit kan tot gevolg hebben gehad dat potentiële kiezers in een innerlijke loyaliteitsstrijd terecht gekomen zijn. Overigens is het succes van de partij Water Natuurlijk, sterk gestoeld op de provinciale milieufederaties, opvallend maar niet geheel onverklaarbaar.
Het heeft een relatief grote achterban en de partij was waarschijnlijk een veilig alternatief voor mensen die vonden dat politieke partijen niets in de waterschappen te zoeken hebben en voor hen die zich minder in de materie verdiept hebben. Duurzaam, natuurlijk, groen, daar kun je je nauwelijks een buil aan vallen. Maar ook Water Natuurlijk heeft in de verschillende waterschappen meestal maar één zetel meer gehaald dan de nummer twee. De waterschapsverkiezingen hebben vooral geleid tot versnippering van het waterschapsbestuur. Veel partijen met 2 á 3 zetels. Daardoor zal het naar alle waarschijnlijkheid meer tijd en energie kosten om tot overeenstemming te komen op dossiers die juist met voorrang afgehandeld moeten worden. De namens Werk aan Water gekozenen zullen in elk geval in het belang van een efficiënt waterschap de samenwerking zoeken met bestuursleden in het waterschap die een vergelijkbare heldere en zakelijke lijn voorstaan. Hartelijk dank aan iedereen die op Werk aan Water heeft gestemd en een bijdrage geleverd heeft aan draagvlak voor een zakelijk waterschap in NoordNederland! <
De gekozenen namens Werk aan Water: Hunze en Aa’s: Pieter Hofstra, Hein in ’t Hout
Reest en Wieden: Karst Spijkervet, Dirk Bruins, René Genee
Noorderzijlvest: Frans Jaspers, Wouter Schep
Velt en Vecht: Jan van Keulen
Wetterskip Fryslân: Tine Bijstra, Harm Beerda
18
NoordNieuws december 2008
Christel Slim
[email protected]
Stijgen met stip
MKB Vriendelijkste Gemeente Noord-Nederland Op 7 oktober jongstleden werd voor de derde keer op rij de prijs voor de ‘MKB-Vriendelijkste Gemeente van Noord-Nederland’ uitgereikt. De prijs dient als stimulans voor de gemeenten om zich meer in te spannen voor het midden- en kleinbedrijf. De prijsuitreiking is een initiatief van MKB-Nederland, samen met het Ministerie van Economische Zaken en de landelijke Kamer van Koophandel. Door de prijs moet een positief ondernemersklimaat in gemeenten dichterbij gebracht worden. De ranglijst geeft aan wat de relatieve positie is van iedere gemeente in haar provincie als het gaat om de kwaliteit van het ondernemersklimaat. Het zegt feitelijk niet zozeer iets over de absolute prestaties van de afzonderlijke gemeenten, maar wel over de prestaties in vergelijking met andere gemeenten.
De rangorde van de gemeenten is gebaseerd op volgende vier onderdelen: • T evredenheid van de ondernemers over de eigen gemeente; • H et imago van de gemeente bij ondernemers buiten de gemeente; • C ommunicatie en beleid met betrekking tot het MKB; en • H oogte van de gemeentelijke lasten. Deze vier onderdelen zijn bepaald doormiddel van een kwantitatief digitaal en telefonisch onderzoek. Het onderzoek is in iedere gemeente in Nederland gehouden. Hiervoor hebben in totaal 15.537 ondernemers (die voldoen aan de MKB-criteria) hun medewerking verleend. Dit zijn gemiddeld 35 ondernemers per gemeente; de grootste gemeenten meer, de kleinere meestal minder. Onderzoeksleider Edwin van der Woude geeft aan dat de verkiezing van invloed is op het beleid van gemeenten. ‘Wat opvalt is dat veel gemeenten aan de slag gaan aan de hand van hun positie op de ranglijst. Zo zijn er gemeenten die zich ten doel stelden om in de top tien of een aantal plaatsen hoger te komen. Zij gingen actief aan het werk om de dienstverlening en communicatie richting ondernemers verder te verbeteren. Een goed voorbeeld hiervan is de gemeente Assen.’ De gemeente Assen stond op de vorige MKB-ladder ongeveer in het midden. Marco Attema, senior adviseur Economische Zaken
Top 20 MKB-Vriendelijkste Gemeente van Noord-Nederland Rang 2008
Rang 2006
Gemeente
Provincie
1
1
Skarsterlân
Fryslân
2
14
Ferwerderadiel
Fryslân
3
2
Leek
Groningen
4
7
Sneek
Fryslân
5
5
Tytsjerksteradiel
Fryslân
6
16
Hoogeveen
Drenthe
7
6
Leeuwarderadeel
Fryslân
8
12
Bolsward
Fryslân
9
36
Ten Boer
Groningen
10
62
Menaldumadeel
Fryslân
11
11
Smallingerland
Fryslân
12
3
Vlagtwedde
Groningen
13
22
Pekela
Groningen
14
32
Stadskanaal
Groningen
15
17
Coevorden
Drenthe
16
19
Harlingen
Fryslân
17
8
Heerenveen
Fryslân
18
30
Marum
Groningen
19
40
Wûnseradiel
Fryslân
20
50
het Bildt
Fryslân
opinie
Het onderzoek dat aan de basis ligt van de rangordening van de MKB-Vriendelijkste Gemeente Noord-Nederland werd evenals de vorige edities uigevoerd door HanzeConnect. Naast de verkiezing van de `MKB-Vriendelijkste Gemeente van NoordNederland` heeft dit jaar tevens een verkiezing plaatsgevonden van de meest `MKB-Vriendelijke Gemeente van Nederland’. Het onderzoek naar de MKB-Vriendelijkste Gemeente van NoordNederland heeft betrekking op 68 gemeenten. HanzeConnect heeft voor heel Nederland onderzoek gedaan naar het ondernemersklimaat van alle 443 gemeenten.
van de gemeente Assen zegt daarover: ‘de gemeente doet veel voor ondernemers, maar niet alles is zichtbaar. We werken aan verbetering van de communicatie met ondernemers.’ Marco Attema geeft aan dat de notering van de gemeente Assen op de MKB-ranglijst intern is besproken. De gemeente heeft als reactie hierop besloten geen ad hoc veranderingen door te voeren. Dat geeft alleen op de korte termijn succes en dat is volgens Attema niet de keuze van de gemeente. Assen was al bezig om de werkwijze richting ondernemers structureel te verbeteren en zal dat voortzetten. Een voorbeeld van de verbetering van het ondernemersklimaat waar Assen aan werkt, is de vermindering van de regeldruk. ‘Er zijn nou eenmaal regels waar iedereen zich aan moet houden, maar we kunnen er als gemeente wel voor zorgen dat het proces voor een ondernemer soepeler en duidelijker verloopt. Verder vinden we het noodzakelijk dat we meer naar ondernemers toe gaan; ons proactief opstellen. Hoe eerder we op de hoogte zijn van plannen en wensen van een
19
MKB-Vriendelijkste Gemeente
Noord-Nederland 2008
Hoe ondernemend is uw gemeente?
De verkiezing is een initiatief van MKB-Noord met medewerking van HanzeConnect en de KvK Noord
(advertentie)
ondernemer, des te beter we kunnen meedenken en adviseren.’ Dit accountmanagement komt inmiddels van de grond. De gemeente is steeds vaker actief betrokken bij activiteiten van ondernemers. Assen kan ondernemers bij elkaar brengen, fungeren als aanjager en uiteraard ook meefinancieren. Zo is de gemeente betrokken geweest bij het opzetten van parkmanagement op drie bedrijventerreinen in Assen en bij het oprichten van de Binnenstadvereniging MKB Assen, voor alle ondernemers in de binnenstad. Marco Attema geeft aan dat of de gemeente Assen nu hoog, laag of in het midden eindigt, de gemeente haar werk zo doet, dat ondernemers goed kunnen ondernemen, maar sluit af met de volgende woorden: ‘Iets hoger zou natuurlijk wel mooi zijn.’ Gemeenten zijn zich dus goed bewust van de MKB-ladder en proberen een goede notering te bewerkstelligen. Waar het bij de verkiezing voor de `MKB-Vriendelijkste Gemeente van Noord-Nederland` om gaat is om gemeenten en ondernemers bewust te laten worden van de beleving van het ondernemersklimaat in de gemeente. In het algemeen kan voorzichtig worden geconcludeerd dat de kwaliteit van het ondernemersklimaat van een gemeente in belangrijke mate samenhangt met de mate waarin ondernemers en gemeente samen het ondernemersklimaat willen verbeteren. Door naar elkaar te luisteren en elkaars doelen beter te begrijpen wordt al een belangrijke stap gemaakt naar een beter ondernemersklimaat. Dat gemeenten de lijst “meenemen” bij het bepalen van beleid, geeft aan dat het op de agenda staat en dat zal haar vruchten afwerpen voor een gunstiger ondernemersklimaat. <
(advertentie)
Ondernemen met talenten...
Natuurlijk drukwerk Koninklijke Van Gorcum BV Industrieweg 38, 9403 AB Assen Postbus 43, 9400 AA Assen
...Competentie én commitment. NIEUWE COLLECTIE
MARELLA | WEEKEND by MaxMara
ALCHEMIST | ROSEMUNDE Copenhagen
Tel. 050 312 34 85 | www.vanede.nl Emmaplein 5 | 9711 AP Groningen [t] 0592 37 95 55 [f] 0592 37 20 64 [e]
[email protected] [i] www.vangorcum.nl
AMSTERDAM . ARNHEM . BREDA . DEN HAAG . EINDHOVEN . ENSCHEDE GRONINGEN . MAASTRICHT . NIJMEGEN . ROTTERDAM . ZEIST . ZWOLLE
20
NoordNieuws december 2008
Daan Bultje
[email protected]
Foto’s: JAV Studio’s; Bas van Mierlo
Een dijk van een voorzitter
Louwe Dijkema neemt het stokje over van Erica Terpstra in het kader van Sport en Zaken Louwe Dijkema werd in 2004 voorzitter van VNO-NCW Noord. Een jaar eerder had Popke de Jong zijn voorzitterschap onverwachts moest neerleggen, waardoor nog niet in de opvolging voorzien was. Symen van der Velde, toenmalig voorzitter van VNO-NCW Friesland, werd bereid gevonden om als interimvoorzitter de tijd te overbruggen tot een opvolger gevonden was. Dijkema trad in 2004 als beoogd voorzitter toe tot het bestuur van VNO-NCW Noord, om, na eerst een paar maanden proefgedraaid te hebben, de voorzittershamer ter hand te nemen. Hij liep toen al een kleine tien jaar rond binnen de vereniging: ‘Persoonlijk ben ik in 1995 lid geworden. Daarvoor was Van Gorcum al wel lid. Zo is mijn voorganger bij Van Gorcum, Gerrit Vlieghuis, voorzitter van VNO-NCW Drenthe geweest en heeft hij de fusie mede vorm gegeven. Hij was ook degene die me in de vereniging introduceerde. Dus ik was al wel goed bekend met het werk van VNO-NCW, maar ben pas lid geworden toen ik het bedrijf overnam. Sindsdien ben ik een betrokken lid geweest en kwam ik in 2003 in het bestuur van Drenthe.’
Vier jaar geleden trad Louwe Dijkema aan als voorzitter van VNO-NCW Noord. Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 4 december jl. droeg hij de voorzittershamer over aan Bert van der Haar. Hoe kijkt Dijkema terug op vier jaar voorzitterschap?
geworden en niet in de laatste plaats het teleurstellende eindresultaat. Ik ben zijn de verhoudingen binnen het bestuur er van overtuigd dat we er meer hebben sterker geworden. Er zit vriendschap en uitgesleept dan er anders voor Noordcollegialiteit in, inhoudelijk professioneel Nederland beschikbaar zou zijn gekomen. maar vanuit betrokkenheid bij elkaar. Als Het heeft in Noord Nederland de gelededagelijks bestuur durf je elkaar inhoudelijk ren gesloten, we hebben laten zien dat we de maat te nemen, maar tegelijkertijd is met elkaar op kunnen en durven trekken. er een grote wil om er De immateriële winst van Louwe Dijkema: “ik ben de hele actie rond de Zuisamen uit te komen. Ik doe dingen graag met groot voorstander van derzeelijn is in die zin ook een beetje passie en het gunstig voor de verenihet poldermodel met een ging: daar hebben wij aan liefst met mensen die ook beetje peper erin” gepassioneerd zijn. Als alle partijen laten zien ik het huidige team zie, dat we een betrouwbare en zeker het dagelijks bestuur, dan is er partner zijn. Ondanks de scepsis die er af een onderlinge chemie, en daar wordt het en toe wel was, ook binnen de vereniging, werk veel leuker van.’ “moeten we wel zo ver gaan?”, denk ik dat het goed is geweest dat we zover zijn Er is de afgelopen jaren veel gebeurd. doorgegaan.’
Wat beschouw je als de hoogtepunten van je voorzitterschap? ‘Er zijn een paar dingen waar ik heel content mee ben. De Zuiderzeelijn bijvoorbeeld, omdat het veel positiefs voor de vereniging betekend heeft, ondanks
Louwe Dijkema kijkt ook met een goed gevoel terug op de samenwerking met MKB: ’Ik ben die samenwerking persoonlijk gestart door Jan Henk Veenhouwer te benaderen en te kijken naar de samenwerking
In hoeverre is de vereniging van nu anders dan toen je aantrad? ‘Ik ben me in de eerste plaats persoonlijk bewuster geworden van de betekenis die VNO-NCW heeft, landelijk maar ook noordelijk. Die betekenis is veel groter dan ik ooit voor mogelijk had gehouden. Verder vind ik dat we behoorlijk gegroeid zijn: onze invloed in de regio is sterker. We worden door vooraanstaande bestuurders en politici vaker gezien als een partij die staat voor z’n woord en er toe doet, maar vooral ook als een betrouwbare partner in allerlei trajecten. Ook intern is de vereniging sterker geworden. De kwaliteit van de programma’s die we bieden is hoger
3 voorzitters: Bruggeling, Dijkema en Van der Haar
21
in het Noorden. Dat heeft goed uitgepakt. Voor de ontwikkelingen in Noord-Nederland is het goed geweest dat wij als ondernemers met één mond zijn gaan praten. De animositeit tussen beide verenigingen die er eerder wel was, is nu helemaal weg. Beide besturen trekken goed op, we zitten zelfs onder één dak. Ik heb alle vertrouwen in de stappen die in dit kader nog gemaakt zullen worden. Ik ben er ook trots op dat we met alle betrokkenen één Kamer van Koophandel hebben kunnen realiseren in Noord Nederland. Volgens mij opereert die nu ook heel goed. Er zijn natuurlijk kanttekeningen bij te plaatsen, zoals altijd bij alles, maar ik ben er heel gelukkig mee. We hebben een goede verhouding met directie en bestuur.’ Toch waren er gedurende vier jaar voorzitterschap ook momenten van teleurstelling. Zoals het niet van de grond komen van Horizon Noord: de bundeling van krachten door het bedrijfsleven, de kenniswereld en de overheid om te komen tot concrete projecten rondom kansrijke economische clusters. Dijkema: ‘Wij stonden in de startblokken. Ik vind het jammer dat op dat moment onvoldoende draagvlak te vinden was op bestuurlijk niveau. Ze durfden op het goede moment niet door te pakken, en dat is een verlies voor Noord-Nederland.
Meet the Chairmen: Bernard Wientjes en Louwe Dijkema
Wat neem je voor jezelf mee uit de afgelopen vier jaar? ‘Een enorm stuk ontwikkeling. Ik ben een ander persoon geworden door alles wat ik gezien en gehoord heb en mee heb mogen maken, zeker ook op landelijk niveau. Ik heb met veel genoegen geparticipeerd in het landelijk bestuur van de vereniging en daar geprobeerd voor Noord te doen wat nodig is. Ik heb het gevoel dat dit goed is aangeslagen en dat we goed gerespecteerd worden bij directie en dagelijks bestuur. Ik heb het altijd als een plicht
vereniging Overhandiging bedrijventerreinenrapport aan minister Cramer
Gelukkig worden er nu weer vergelijkbare initiatieven opgepakt. Het is belangrijk dat alle partijen samen worden gebracht: de overheden, het onderwijs, de werkgeversen werknemersorganisaties en natuurlijk de individuen daarbinnen. Daar moet regie op gevoerd worden.’
gezien om daar veel te zijn, want dan pas heb je recht van spreken en word je ook gehoord. Ik ben inmiddels al weer een paar jaar voorzitter van de klankbordgroep levensbeschouwing en ondernemen op het landelijk niveau. Dat doe ik met ongelooflijk veel plezier. Ik merk dat ik ook daar een bijdrage mag leveren. Men heeft mij
gevraagd voorlopig aan te blijven dat blijf ik heel graag nog een tijdje doen.’ Het voorzitterschap blijkt ook nuttig zijn waar het gaat om het leiding geven aan een onderneming. Dijkema: ’Ik heb mezelf vooral ontwikkeld in het spel van het besturen van een onderneming. Het spel tussen leiding geven, leiding krijgen en geleid willen worden, verantwoordelijkheid nemen en geven. Deel uitmaken van de bestuurlijke organisatie van VNO-NCW Noord betekent dat je een enorme verdieping krijgt in hoe het spel gespeeld wordt en gespeeld dient te worden. De krachten die er spelen en de complexiteit daarvan. Maar ook hoeveel je kunt bereiken als je een gezamenlijk doel hebt. Ik ben en blijf een Rijnlander en een Polderaar: ik vind de manier waarop wij in Nederland vorm en inhoud proberen te geven aan sociaal-economische rechtvaardigheid, gebouwd op een solide economie, veruit te verkiezen boven de vechtmentaliteit die je bijvoorbeeld in Frankrijk of Duitsland vaak tegenkomt. Al moeten we daarin ook niet te ver gaan. Zo nu en dan is een beetje wapengekletter wel nodig. Maar ik ben een groot voorstander van het poldermodel met een beetje peper erin. Met een open vizier en zonder dubbele agenda’s.’ Uiteindelijk overheerst bij Louwe D ijkema de trots: ‘ik ben trots op de mooie bloeiende vereniging die we hebben, met een sterk bestuur en een goed bureau. Ik ben ervan overtuigd dat Lambert Zwiers dit straks goed oppakt en dat Bert van der Haar de ingezette lijn doorzet. Hij heeft natuurlijk deze periode ook al meegemaakt en mee vorm en inhoud gegeven. Wat dat betreft laat ik de zaak met een gerust hart over aan mijn opvolger.’ <
22
NoordNieuws december 2008
Christel Slim
[email protected]
Sleutelen aan technisch onderwijs Stichting Engineering Noord In Stichting Engineering Noord werken technische bedrijven en het Noorderpoort College samen met als doel het realiseren van technisch toponderwijs in NoordNederland. Zodoende worden kwaliteit en aantrekkelijkheid van het technisch onderwijs vergroot.
Naast het imagoprobleem spelen nog een aantal andere factoren een rol. Zo verlaat één op de zes MBO-studenten het onderwijs zonder diploma. Terwijl de vraag vanuit het bedrijfsleven juist verschuift van laag gekwalificeerde technici (web 1 & 2 niveau) naar hoger gekwalificeerde technici (web 3 & 4 niveau). Een uitdaging dus voor onderwijs, bedrijfsleven en intermediairs om te komen tot een betere aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt. Het is van groot belang dat deze partijen met elkaar samenwerken. Alleen dan kan gewerkt worden aan een oplossing. Het hoofddoel is het interesseren van meer jongeren voor de techniek. Het bedrijfsleven zal hierin als belanghebbende partij een heldere,
Stichting Engineering Noord is een samenwerking van een aantal technische bedrijven in en het Noorderpoort College met als doel het realiseren van technisch toponderwijs in Noord-Nederland. Door deze samenwerking is het mogelijk om de aantrekkelijkheid en de kwaliteit van het technisch onderwijs te vergroten en onder de aandacht te brengen. De visie van Stichting Engineering Noord is een duurzame samenwerking met één regionale ROC en een groot aantal regionale bedrijven die gezamenlijk de volgende doelen nastreven: • Bevorderen instroom leerlingen voor de technische opleiding; • Optimaliseren kwaliteit onderwijs/ opleiding; • Verhogen uitstroom leerlingen met diploma; • Verbeteren imago techniek/opleiding. Door deze samenwerking is de gehele opleiding (MBO op web-niveau 4) voor de student gratis. Bij het succesvol afronden van de opleiding heeft de student gegarandeerd een baan bij een van de bij het samenwerkingsverband aangesloten bedrijven. De student is vrij om te bepalen waar hij gaat werken. Als vangnet is het voor de student mogelijk om uit te stromen op web 3 niveau, ter voorkoming van de uitstroom zonder diploma. Na een succesvolle afronding van zijn studie, heeft de student de mogelijkheid om duaal een HBO studie te volgen. Het eerste en tweede schooljaar worden de studenten breed opgeleid, vanaf het derde jaar vindt differentiatie plaats. Voor de bedrijven geldt dat zij de samenwerking voor vijf jaar aangaan. In de statuten van de Stichting is bepaald dat ieder bedrijf hetzelfde stemrecht heeft. De reeds aangesloten bedrijven en/of grote bedrijven hebben dus niet meer zeggenschap. Stichting Engineering Noord heeft als kenmerk dat zij zich niet beperkt tot de grote technische bedrijven. Het kan een belangrijke rol spelen voor het mid-
Aantal
Percentage
MBO
81.000
10%
HBO
31.000
13%
WO
12.500
9%
Bron: ROA, De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2012.
den- en kleinbedrijf bij het opleiden en vinden van gekwalificeerd technisch personeel. De Stichting sluit overeenkomsten met het ROC voor de praktische uitvoering van de door de Stichting/bedrijven te behalen doelstellingen. De ROC draagt op haar beurt de verantwoordelijkheid voor de organisatie van de opleiding en voert Stichtingsactiviteiten uit. Het ROC rapporteert periodiek over vorderingen en behaalde resultaten van de leerlingen aan de Stichting. Daarnaast bevordert de ROC dat leerlingen zoveel mogelijk stageopdrachten uitvoeren bij deelnemende bedrijven. De Stichting zorgt voor de financiële continuïteit voor zover de beschikbare middelen niet uit de reguliere gelden opgebracht kunnen worden. En het draagt zorg voor het beschikbaar stellen van voldoende stageplaatsen en voor de professionele begeleiding van de leerling tijdens de stage. Tenslotte is de Stichting actief in diverse werkgroepen. Stichting Engineering Noord heeft de ambitie uitgesproken om de technische opleiding te laten groeien tot één van de best presterende opleidingen van Nederland door toponderwijs aan te bieden. Teneinde dit te kunnen realiseren wordt de nadruk gelegd op de kwaliteit van de opleiding, het interesseren van nieuwe studenten en het zorgdragen voor een grotere instroom studenten. Voor meer informatie kunt u terecht op www.engineeringnoord.nl of u kunt een e-mail te sturen naar
[email protected]. <
praktijk
Een belangrijke vraag die veel bedrijven bezighoudt is op welke wijze jongeren kunnen worden geïnteresseerd voor de techniek en hoe zij daarnaast gekwalificeerd technisch personeel aan zich kunnen binden. Techniek is namelijk toe aan een nieuw imago. Het oude jasje moet hoognodig worden verruild voor een hedendaags outfit. De technicus van tegenwoordig staat in het centrum van spectaculaire ontwikkelingen in de maatschappij en er zijn steeds meer technici nodig. De verwachting bestaat dat zich in 2012 de volgende tekorten aan technisch personeel zullen voordoen: Dit tekort heeft structurele oorzaken. De vervangingsvraag is veel hoger dan de arbeidsmarktinstroom van schoolverlaters. De werkgelegenheid voor hoger opgeleiden groeit vanwege een upgrading van de opleidingseisen.
gezamenlijke opvatting moeten hebben over wat wordt beoogd, waarbij deelbelangen moeten worden overstegen en gedacht moet worden op het niveau van de T van Techniek.
23
Daan Bultje
[email protected]
inspirerende ervaringen en innovatieve marktprincipes uit de muziekindustrie.
Noordermatch 2009 Co-creatie, export en subsidie Op donderdag 15 januari vindt in Cultuurcentrum De Oosterpoort Groningen, Noordermatch 2009 plaats. Een evenement van inspirerende en zinvolle ontmoetingen tussen circa 75 beslissers uit de creatieve industrie en 75 beslissers uit het NoordNederlands bedrijfsleven. Van donderdag 15 tot en met zaterdag 17 januari staat de stad Groningen geheel in het teken van Noorderslag Eurosonic. Zo’n 2.500 professionals uit de creatieve (muziek)industrie uit heel Europa komen een lang weekend samen, om de laatste ontwikkelingen in de branche te bespreken en aanstormend talent live aan het werk te zien.
Al ver voor de kredietcrisis had de muziekindustrie te maken met een aantal revolutionaire verschuivingen in de markt. Als gevolg van de digitalisering van muziek - mp3’s - en nieuwe distributiekanalen van muziek - internet - kwamen grote, gevestigde platenmaatschappijen in zware problemen. Deels leidde die verandering tot faillissementen, ontslagen en reorganisaties, deels tot innovatieve en succesvolle productmarktcombinaties. De muziekindustrie verkeert nog altijd in zwaar weer. Toch hebben er in de afgelopen jaren interessante ontwikkelingen plaatsgevonden. Dankzij het ontwikkelen van nieuwe producten, nieuwe distributiekanalen en het toepassen van interactieve web 2.0-principes, waaronder user generated content, weblogs, web-tv, podcast en co-creatie, werden succesvolle business cases gerealiseerd. Hoewel de muziekindustrie natuurlijk een specifieke branche is, kan het reguliere bedrijfsleven wel degelijk iets leren van de
Netwerken en matchen Noordermatch 2009 begint met een aantal succesvolle matches uit de twee voorgaande edities. Tijdens de gezamenlijke Business Lunch is er alvast gelegenheid om te netwerken. Na de lunch doen diverse sprekers kort en krachtig hun succesvolle business case uit de doeken. In een korte film trekken de beschikbare subsidieregelingen voor noordelijke bedrijven voorbij. Vervolgens kunnen de handen uit de mouwen tijdens de snelkookpansessie. Deelnemers buigen zich concreet over vragen als: ‘hoe kan mijn bedrijf gebruikmaken van de ervaringen uit de muziekindustrie, bij het innoveren en/of exporteren van mijn product/ dienst? en: ‘welke rol kunnen de noordelijke onderwijsinstellingen spelen in dit proces’ en: ‘welke subsidieregelingen zijn hierop mogelijk van toepassing?’
Korting leden VNO-NCW Noord Leden van VNO-NCW Noord kunnen aan Noordermatch 2009 deelnemen voor 85 euro (normaal 95 euro), exclusief BTW, inclusief Business Lunch en consumpties. Registratie is mogelijk via: www.noordermatch.nl/registratie Vermeld bij opmerkingen s.v.p.: “Lid VNONCW”. Aangezien er slechts een beperkt aantal plaatsen beschikbaar is, geldt het principe vol=vol. Na ontvangst van de bevestiging is uw deelname verzekerd. Datum: donderdag 15 januari 2009 Tijd: 11 tot 17 uur Plaats: Cultuurcentrum De Oosterpoort, Trompsingel, Groningen Entree: voor VNO-NCW-leden 85 euro, ex BTW (normaal 95 euro) inclusief Business Lunch en consumpties Website: www.noordermatch.nl Noordermatch is een initiatief van Stichting Noorderslag, uitgeverij iMediate, Buma Cultuur, Statement communicatieadviesbureau en theFactor.e, in samenwerking met SNN/Nordconnect, provincie Groningen, gemeente Groningen, provincie Fryslân en VNO-NCW Noord. <
24
NoordNieuws december 2008
Akke Groenewoud
[email protected]
Vier banen voor bereikbaarheid
Ontsluiting Oosterwolde moet toekomstvast zijn De N381 is een belangrijke verkeersroute door ZuidoostFryslân maar is als doorgaande route niet aantrekkelijk. Automobilisten kiezen vaak alternatieve routes, waardoor ook andere wegen in het gebied te zwaar worden belast. VNO-NCW Noord zet nog steeds in op een 4-baansweg. De N381 loopt van Drachten via Oosterwolde en Appelscha naar Beilen en via Emmen naar Duitsland. VNO-NCW Noord heeft altijd ingezet op een vierbaans weg van Drachten naar Oosterwolde. Voor de veiligheid en doorstroom van het verkeer heeft Oosterwolde de meeste baat bij opwaardering van de N381 tot een vierbaanstracé. Maar de Friese politiek heeft besloten dat het Friese deel van de N381 wordt opgewaardeerd tot een autoweg (100 km/uur) met ongelijkvloerse
kruisingen. VNO-NCW Noord vindt dit teleurstellend. Met het uitblijven van een vierbaans verkeersader dreigt Oosterwolde één van de slechtst ontsloten kernplaatsen in Friesland te worden. Dat is jammer, zeker omdat Oosterwolde in het Streekplan van 2007 is gedefinieerd als regionaal centrum en de N381 als onderdeel van de Friese hoofdinfrastructuur wordt gezien. De politiek had haar verantwoordelijkheid moeten nemen en een toekomstvaste variant voor Ooster-
wolde moeten bedingen. De ontsluiting van Oosterwolde middels opwaardering van de N381 moet vooral ook in samenhang gezien worden met het ontwikkelen van de Centrale As naar Dokkum. De Centrale As is onderdeel van integrale gebiedsontwikkeling dat van groot belang is voor de gehele vitaliteit van Noord-Oost Friesland. Oosterwolde mag daarom niet opzij geschoven worden in de discussie rond de N381. Een regionaal centrum hoort te worden meegewogen in de integrale kaart van Friesland. De opwaardering van de N381 is niet slechts een infrastructureel werk in uitvoering, maar een exercitie in het licht van gebiedsontwikkeling voor een vitale zuidoosthoek van Friesland.
25
De doelen van de opwaardering van de N381 zijn: 1. betere verbinding tussen economische kernzones 2. een veilig wegennetwerk in ZuidoostFryslân 3. betere bereikbaarheid van Drenthe en Duitsland 4. verbetering van de veiligheid op en om de N381 5. verbetering van de leefbaarheid in het gebied rond de N381
Elf alternatieven
actualiteit
Gedeputeerde Staten hebben eind november 2008 ingestemd met de concept MER/Tracéstudie voor het middengedeelte van de N381 (het traject Donkerbroek-Oosterwolde). In de deze uitvoerige studie zijn elf verschillende tracéalternatieven onderzocht. Vier van deze alternatieven zijn aangedragen door inwoners en organisaties tijdens de inspraakperiode van 3 december 2007 tot en met 28 januari 2008 op de Startnotitie/MER. Bij gedeputeerde staten zijn 93 inspraakreacties binnengekomen van zowel voor- als tegenstanders. Uit de inspraakreacties zijn 9 kernkwesties te onderscheiden: • het coalitieakkoord 2007 – 2011 • de positie van de landbouw • de relatie met de RAK Tjabbekamp • De beoordeling van het landschap • De cultuurhistorische betekenis van het gebied • Het verleggen van de Opsterlânske Kompajonsfeart • De verkeersveiligheid en doorstroming bij W1 • De keuze van het Meest Milieuvriendelijke Alternatief • De vraag waarom er niet verdubbeld wordt Er komt uit de studie één meest milieuvriendelijk alternatief (MMA) naar voren. Dit alternatief volgt het huidige tracé, maar vraagt wel enkele ingrijpende maatregelen. Consequentie van dit ’inspraakalternatief’ is, dat er 12 huizen gesloopt moeten worden. Met betrekking tot levende natuur en milieu kent dit tracéalternatief de minste negatieve effecten, maar op het thema ‘cultuurhistorie’ pakt het negatief uit. Zowel voor het landgoed Ontwijk als ook de Opsterlânske Kompanjonsfeart wordt de bele-
vingswaarde aangetast. Ondanks dat dit het meest milieuvriendelijke alternatief (MMA) is, steekt het alternatief niet met kop en schouders boven de andere alternatieven uit. Twee andere alternatieven, het tracé met een ruime boog om bos Ontwijk en het oostelijk tracéalternatief met aquaduct, komen als zeer kansrijk uit de studie naar voren. Het verschil met het MMA is afhankelijk van het accent dat wordt gelegd: is cultuurhistorie belangrijk, of juist woon- en werkklimaat. De keuze voor een voorkeurstracé is dan ook sterk afhankelijk van de bestuurlijke accenten. De tracékeuze voor de N381 op het gedeelte Donkerbroek – Oosterwolde wordt door de provincie als een complex vraagstuk gezien. Voordat een definitieve tracékeuze wordt gemaakt door GS, worden er diverse onderzoeken uitgevoerd. Dit levert enerzijds veel vertraging op, maar vergroot anderzijds het draagvlak onder ondernemers en omwonenden. ‘Juist in deze complexe situatie waar de effecten van de alternatieven niet eenduidig dezelfde richting op wijzen, is een breed maatschappelijk draagvlak van groot belang,’aldus gedeputeerde Piet Adema. Het college wil voor de keuze voor een voorkeurstracé eerst de reacties vernemen van bewoners, de Commissie m.e.r. en andere wettelijke adviseurs. Als deze bekend zijn neemt de provincie een besluit. VNO-NCW Noord het uiteindelijke besluit in ieder geval toetsten op toekomstvastheid en doorstroom. Ook als er niet voor een vierbaanstracé gekozen wordt, dringen we erop aan de opwaardering zodanig te doen, dan het tracé in de toekomst relatief eenvoudig kan worden opgewaardeerd tot een vierbaanstracé. Provinciale Staten van Fryslân vergaderen op 17 december aanstaande over de MER/ Tracéstudie N381 Donkerbroek - Oosterwolde. Als Provinciale Staten instemmen worden de stukken vanaf 5 januari 2009 zes weken lang ter inzage gelegd. Het Realisatiebesluit voor de aanpak van het gehele tracé, dus inclusief de tracégedeelten Noord en Zuid waar al een tracé voor is vastgesteld, wordt medio 2009 door Provinciale Staten genomen. <
26
NoordNieuws december 2008
Daan Bultje
[email protected]
Nooit voltooid verleden tijd Een aanzet tot de canon van de Noordelijke economie
Het verleden leeft. Vele canons zien het levenlicht met feiten die iedereen dient te kennen. De bijdragen die ondernemers leveren aan de ontwikkeling van hun omgeving rechtvaardigen een canon van de Noordelijke economie.
Elke dag wordt geschiedenis geschreven. Letterlijk en figuurlijk. Dat het verleden leeft blijkt wel uit de vele canons die het levenslicht zien: van Nederland, van Groningen en op 11 november jl. werd de Friese canon gepresenteerd. Deze presentatie was een van de activiteiten in het kader van het project ‘Het verleden van Nederland’ dat tussen 10 oktober en 7 december plaatshad. Deze multimediacampagne is gevormd rond de gelijknamige documentaireserie over de Nederlandse geschiedenis en werd per provincie gelardeerd met talloze activiteiten rond het verleden. Zo werd op 12 november in samenwerking met VNO-NCW Noord een bijeenkomst georganiseerd over het verleden van de noordelijke economie. Tijdens de bijeenkomst presenteerde Jaap Borg, voorzitter van VNO-NCW Groningen, een aanzet tot de canon van de noordelijke economie. Deze 10 ’vensters’ geven een verre van compleet beeld. Het is een overzicht van gebeurtenissen en ondernemers uit Noord-Nederland die tot op de dag van vandaag een impact gehad hebben en waarvan nog altijd sporen terug te vinden zijn; in NoordNederland, nationaal en soms zelfs internationaal. In de komende periode wil VNO-NCW Noord samen met haar leden verder bouwen aan deze canon. Opmerkingen, aanvullingen en verbeteringen zijn dan ook van harte welkom.
[1] Fré Meis Om maar provocatief te beginnen: als VNO-NCW Noord zouden we eigenlijk moeten beginnen met Fré Meis, de communistenleider uit Oost-Groningen. Ondernemers in Noord-Nederland begonnen zich rond de jaren ’60 te verenigen onder druk van zijn mobiliserende vermogen, vooral onder arbeiders in oost-Groningen. Dus in zekere zin hebben we het bestaan van onze vereniging te danken aan een communist.
[2] W.A. Scholten & J.E. Scholten Tegenover Fré Meis kunnen we bij uitstek industriëlen pur sang als Willem Albert en Jan Evert Scholten zetten. Willem Albert Scholten begon in 1841 een aardappelmeelfabriek in de Veenkoloniën. Daarmee was hij de grondlegger van de aardappelmeelindustrie
in Nederland (en van de achterban van Fré Meis). Zijn zoon Jan Evert Scholten (18491918) nam later de leiding over het concern over. Mede op zijn initiatief kwam in 1896 de eerste suikerfabriek in Groningen tot stand. De was in Groningen zou nooit meer hetzelfde ruiken.
[3] Douwe Egberts Dan liever de geur van koffie. De ouders van Douwe Egberts begonnen in 1753 een winkel in koloniale waren in Joure. Douwe kwam rond 1780 bij de zaak en zorgde ervoor dat de afzetmarkt steeds groter wordt. Inmiddels is Douwe Egberts onderdeel van het Amerikaanse Sara Lee, maar er staat nog steeds een grote fabriek in Joure. Het bekende spaarpuntensysteem werd in 1924 ingevoerd.
[4] TT Assen Een jaar later (1925) werd de eerste motorwegrace verreden in Nederland. Organisator was de in 1922 opgerichte motorclub ‘Assen & Omstreken’. Het circuit liep over de 28,4 kilometer lange
27
mogen momenteel is, is niet zeker, want het blijven dagkoersen.
[9] Havenschap Delfzijl/Eemshaven
wegendriehoek tussen Rolde en Borger en Schoonloo. Er werd gereden over zandwegen, over bruggetjes van twee planken breed en de coureurs moesten hun machines sturen door onverharde bochten. De gemeente Borger wilde geen geld steken in de verbetering van het circuit, waardoor de tweede Dutch TT een jaar later al verhuisde naar een nieuwe locatie even ten zuiden van Assen. Inmiddels is de TT in Assen uitgegroeid tot het grootste sport-event in Nederland.
actualiteit
[5] Theodorus Niemeyer Hoewel tabakreclames inmiddels zelfs niet meer zijn toegestaan op racecircuits, herbergt Groningen tot de dag van vandaag een tabaksfabriek. Meindert Niemeyer begon in 1819 een groothandel in tabak, koffie en thee. Zijn zoon Theodorus Niemeyer bouwde het bedrijf uit tot een tabaksfabriek. Na overname van diverse andere tabaksfabrieken, werd in 1904 een nieuwe fabriek neergezet aan de Paterswoldseweg. Het ontwikkelde zich tot internationale onderneming met producten als Samson en Javaanse Jongens. Bij het 150-jarig bestaan in 1969 ontving Niemeyer het predikaat ‘koninklijk’.
[6] Zuivel Eveneens koninklijk, zij het pas sinds 1 januari 2005, is Koninklijke Friesland Foods. Het was een sluitstuk op een proces dat in 1879 begon toen in Veenwouden de Freia, de eerste zuivelfabriek van Nederland gesticht werd. Binnen 10 jaar waren er 87 zuivelfabrieken in Friesland, waarvan 44 cooperatief. In 1898 werd de Friesche Cooperatieve Zuivel Export Vereenging (Frico) gesticht, dat een kleine eeuw later fuseerde met DOMO
en uiteindelijk in 1997 samensmolt met Coberco, Twee Provinciën en de ZuidOost Hoek tot Friesland Coberco Dairy Foods en uiteindelijk: Friesland Foods.
[7] Roelof van Echten Overzichtelijker was de vervening in het gebied waar nu Hoogeveen ligt. Roelof van Echten sloot in 1625 een overeenkomst met de buren van Steenbergen en Ten Arlo. Hij kreeg de beschikking over het grootste deel van het veengebied van beide buurschappen en vroeg onmiddellijk octrooi aan voor de ontginning van zijn venen. In 1631 werd de Algemene Compagnie van de 5000 Morgen opgericht om de uitgifte aan derden te organiseren. Van Echten vond vooral participanten onder Leidse notabelen en onder de Bentincks, familieleden van zijn vrouw.
Ondanks de economisch mindere tijden, komen er positieve geluiden vanuit Groningen Seaports. De basis voor deze havens werd gelegd rond 1300, toen in de Delf (tegenwoordig bekend als het Damsterdiep) een zijl (sluis) aangebracht. Doordat de schepen moesten wachten voor de sluis, ontstond handel en vestigden zich mensen rondom de sluis. Zo ontstond Delfzijl. In juni 1973 werd de Eemshaven geopend. Eind jaren ’60 werd tot de bouw van de diepzeehaven besloten als overloop voor de groeiende zeehavenindustrie. De oliecrises in 1973 en 1979, en de daarmee samenhangende economische recessie, gooiden echter roet in het eten. Maar inmiddels groeit de Eemshaven als kool, met grote investeringen, waaronder twee innovatieve energiecentrales.
[8] Clemens & August Brenninkmeijer Eveneens een familie-aangelegenheid: de broers Clemens en August (C&A) Brenninkmeijer verlieten halverwege de 19de eeuw hun geboorteplaats Mettingen in Duitsland en belanden in Sneek. Daar begonnen ze in 1841 een handel in linnen. Het eerste C&A filiaal werd in 1861 geopend in Sneek en was één van de eerste winkels die kant en klare kledingstukken in verschillende maten aan een breed publiek aanbood. De onderneming had in 1910 al tien filialen in Nederland, waarna geleidelijk ook filialen in het buitenland volgden. De familie Brenninkmeijer stond in 2008 bovenaan in de Quote 500 met een geschat vermogen van 24,1 miljard euro. Hoe hoog dat ver-
[10] NAM De basis van Noord-Nederland als energieregio werd gelegd in 1947, toen de Nederlandse Aardolie Maatschappij werd opgericht voor de exploitatie van Nederlandse aardolie. In 1948 kreeg de NAM het exclusieve recht op opsporing en ontginning van olie en andere delfstoffen in een gebied van 15.000 ha in onder meer de Drentse gemeenten Schoonebeek, Coevorden, Dalen, Emmen en Sleen. In 1948 werd bij Steenwijksmoer de eerste aardgasvondst gedaan. Hoewel de NAM primair een oliebedrijf bleef, kenmerkten de jaren ‘50 zich vooral door aardgasvondsten. Na de ontdekking van het Groningse gasveld bij het Groningse Slochteren in 1959, richtte de maatschappij zich vooral op gas. Het Groningse gasveld werd voor rekening van een maatschap (waarin zijzelf voor 60% participeerde) door de NAM geëxploiteerd. In 1967 werd het hoofdkantoor vanwege de voornamelijk noordelijke activiteiten naar Assen verplaatst. <
28
NoordNieuws december 2008
Daan Bultje
[email protected]
“Ik geniet op afstand van het succes van anderen” Frans Keur: van arbeider via manager naar consultant In de afgelopen vijftig jaar was Frans Keur (64) achtereenvolgens textielarbeider, directeur van een arbeidsbureau, hoofd personeelszaken bij Stork, om uiteindelijk voor zichzelf te beginnen met Keur Consultancy voor personeelsontwikkeling. Een boeiend carrièreverloop dat bovendien goed van pas komt bij zijn huidige werkzaamheden.
Keur gooide het over een andere boeg in een andere omgeving en werd beroepskundige in Middelburg bij de Arbeidsvoorziening. Het was een boeiende tijd omdat er veel vernieuwende ontwikkelingen gaande waren. Zo begon de SOB (Scholing in samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven) en deed hij een project rondom de bouw van
de Oosterscheldekering. Uiteindelijk kwam hij terecht bij het Arbeidsbureau “nieuwe stijl” in Terneuzen: ‘daar mocht ik de begeleiding van de mensen doen. Daar was de eerste grote reorganisatie bij de arbeidsvoorziening, waarbij er een overgang plaatsvond van vakbemiddelaars naar algemene bemiddelaars. De bouwbemiddelaar moest plotseling naar het ziekenhuis om vacatures te vervullen. Dat was best heftig, maar op den duur werkte het redelijk. Ze moesten op een heel andere manier gaan werken, met nieuwe vormen van informatievoorziening zoals een vacaturebank. Als je dat soort nieuwe dingen mag doen, dan ben je spekkoper. Dat vind ik leuk! Laat mij geen routineklussen doen.’ Na tien jaar werken in Zeeland vertrok Frans Keur in 1981 naar NoordNederland. Hij kon als directeur van het arbeidsbureau in Hoogezand-Sappemeer aan de slag. ‘Ik had ervaring met het arbeidsbureau nieuwe stijl, en dit was een nieuw bureau. Ik kon daar helemaal opnieuw beginnen. In die tijd stond de scheepsbouw hier zwaar onder druk en kon ik me opnieuw met een reorganisatie bezighouden.’ De overgang van Zeeland naar Groningen was niet makkelijk, Keurs echtgenote wilde Zeeland eigenlijk helemaal niet verlaten. ‘Daarom gaan we hier ook niet meer weg.’ In 1987 maakte Keur de overstap van overheid naar bedrijfsleven. Hij ging werken voor Stork in Assen, onderdeel van de Pompengroep. Toen hij daar net was begonnen, wilden ze het bedrijf sluiten. Na wat twijfel over of hij wel de juiste keuze had gemaakt, ging het ditmaal
praktijk
Frans Keur heeft er inmiddels een halve eeuw aan werk opzitten. Hij groeide op in Losser, tegen Enschede aan, waar werken in de textielsector vanzelfsprekend was. Keur: ‘Mijn vader was textielarbeider, dus ik moest gewoon de textiel in. Ik begon als leerling-wever. Toen ik daar binnenkwam kreeg ik een hand van de baas die zei “daar staan twee weefgetouwen waar tetraluiers op geweven worden. Je hebt er genoeg versleten, dus nu maak je er maar weer een paar bij.”’ Na stages binnen het hele bedrijf volgde Keur een opleiding tot arbeidsanalist. Vlak na de afronding daarvan werd hij bij de directeur ontboden met de mededeling dat de fabriek op korte termijn ging sluiten en hij er goed aan zou doen alvast elders te solliciteren. Maar dit was makkelijker gezegd dan gedaan. Keur: ‘Ik had geen schijn van kans, de hele textielindustrie lag op z’n gat. Er waren zoveel arbeidsanalisten en ik was het nog maar net. Dus ik heb een jaar maar wat aangerommeld, tot ik aan de slag kon bij de Technische Hogeschool Twente, collegeondersteuning bij de afdeling chemische technologie.’ Maar ook daar kreeg hij na 3 jaar een seintje van de directie dat het niet zo goed ging met de chemische sector en het beter was om rond te gaan kijken naar een andere baan.
toch goed. Na wat interne strubbelingen werd Keur hoofd personeelszaken van de beide vestigingen in Assen en die in Hengelo. In 1997 werd de zaak verkocht. Keur handelde voor de nieuwe eigenaar de reorganisatie in Assen en Hengelo af en er was eigenlijk geen werk meer voor hem. ‘Ik ben gaan solliciteren, maar dat is buitengewoon lastig als je 54 bent. Tegen mijn cliënten zei ik altijd dat ze zich daar niets van moesten aantrekken, maar in de praktijk werkt dat anders. Je bent te duur en niet zo makkelijk meer te sturen.’ Na een heel aantal gesprekken besloot Keur voor zichzelf te beginnen. Hij kon direct weer bij Stork aan de slag met een interim klus. Vervolgens rolde hij door in nieuwe klussen, en werkte in de loop der jaren bij een veelvoud aan bedrijven. Hij richt zich vooral op personeelsontwikkeling. `Bedrijven moeten wel weten wat ze met hun mensen willen doen. De expertise en het potentieel bepaalt waar de mensen kunnen worden
29
ingezet. Niemand is erbij gebaat als mensen beschadigd raken. Werkgevers hebben baat bij gemotiveerd personeel en wat betreft werknemers: werken is de spil van je leven. Als je met tegenzin naar je werk gaat, dan trekt dat een wissel op je thuissituatie.’ De ervaringen die Frans Keur opdeed gedurende zijn carriere hielpen daarbij enorm. ‘Ik ben gewoon arbeider geweest, ik heb in het middenkader gezeten, ik heb in het managementteam van bedrijven gezeten, ik heb interim werk gedaan. Doordat je erin werkt, wordt je geconfronteerd met de sfeer van de verschillende kanten. Ik ben jaren hoofd personeelszaken geweest en ben niet iemand die zich laat platdrukken door enerzijds de werknemers en anderzijds de directie. Ik vind daar mijn weg in en probeer daar integer en eerlijk in te zijn. Dat geldt ook voor de ontslagadviescommissie waar ik al heel lang namens de werkgevers in zit. Daar praat je ook met de vakbond, want dat is de andere partij. Ik geloof dat we in al die jaren nog nooit een conflict gehad hebben.’
Tegenwoordig is Keur lid van de Mensium groep, waarbij 26 zelfstandigen een basisorganisatie vormen. Via die constructie kan hij ook grotere klussen aannemen, waarvan de groep penvoerder is. De leden zijn geen concurrenten van elkaar, maar vullen elkaar juist aan. Keur: ‘Ik ben niet echt een trainer, meer een begeleider. Dus als ik een klus heb waarbij een training verzorgd moet worden, dan doe ik dat altijd samen met iemand van de Mensium groep. Dat werkt ideaal. Je moet je beperkingen kennen en vooral niet met alle geweld proberen iets te doen wat je eigenlijk niet in je hebt. Mijn motto is: “Iedereen deugt, de vraag is waarvoor”. Dus ik werk met mensen om erachter te komen of ze op de juiste plek zitten of misschien eens iets heel anders zouden moeten doen. En als dat na een periode van hard werken leidt tot succes, dan zet ik een stapje terug. Ik geniet op afstand van het succes van anderen.’ Soms haalt Frans Keur tijdens zijn werk een maquette te voorschijn die hij gedurende zijn opleiding tot arbeidsanalist maakte van een systeem om Wehkamp-
Keur Consultancy de Akkers 23 9649 JA MUNTENDAM Telefoon: 0598 63 14 68 Telefax: 0598 63 14 89 http://www.keurconsultancy.nl/ fkeur@keurconsultancy
pakketten voor de uitzet in te pakken. ‘Ik gebruik het als lesmateriaal om teamwork en functieverdeling duidelijk te maken: je hebt een inpakker, iemand die het pakket weegt om te bepalen of het compleet is, en iemand die het materiaal aanvoert en de pakketten afvoert. Dus dan geef ik mensen de opdracht om een functieomschrijving te maken en de taken die daarbij hoort. Zo krijgen mensen spelenderwijs mee hoe dat in elkaar zit. En dat met een maquette van bija 40 jaar oud! Dan is de cirkel weer rond.’ <
30
NoordNieuws december 2008
Akke Groenewoud
[email protected]
Foto: Kamer van Koophandel
Jacob Emmelkamp, voorzitter Kamer van Koophandel Noord Nederland?
Een jaar geleden fuseerden de drie noordelijke Kamers van Koophandel tot één Kamer voor alle drie de noordelijke provincies. Jij werd voorzitter. Hoe gaat het na dit eerste jaar met je? ’Met mij gaat het goed. Met de Kamer ook. De opbouw van een nieuwe organisatie na een dergelijke ingrijpende fusie neemt echter toch meer tijd dan ik vooraf had gedacht.’
Waarom? ’Eigenlijk gewoon omdat we ineens een heel groot geografisch gebied beslaan waardoor we met veel stakeholders te maken hebben. Denk je maar in: ineens ben je een organisatie die niet meer met één maar met drie provinciebesturen moet communiceren. Je hebt niet één of twee grotere steden in je gebied maar een veelvoud. Ieder met z’n eigen dynamiek. Dat vergt toch het nodige van de organisatie.’
Zijn de mensen in de organisatie in staat gebleken deze veranderingen op te vangen? ’In mijn beleving wel. Kijk, een fusie levert intern verschuivingen op. We hebben daarnaast een heel nieuw bestuur, een andere directiestructuur. Dat geeft gewoon een nieuwe dynamiek. Ik beschouw dat als positief. Het leuke is dat de organisatie dat zelf ook op die manier oppikt. Medewerkers vroegen zich het afgelopen jaar ineens af, hé welke mogelijkheden zijn er binnen de nieuwe constellatie voor mij? Daarmee verdween de onzekerheid die door de fusie was ontstaan. Ineens was de fusie een kans.’
Je klinkt verrast. Had je dat niet verwacht? ’Ik vond dat inderdaad verrassend. En nee, daar had ik eerlijk gezegd niet op gerekend. Het effect ervan is echter wel heel goed. Voor ons allemaal. Want dat
positieve gevoel neem je mee en straal je ook weer uit in je omgeving. Iedere medewerker op z’n eigen manier.’
Zijn Groningen, Friesland en Drenthe nu echt één? ’Nee, het zou te ver gaan dat te beweren. Je houdt regionale verschillen. We hebben natuurlijk ook nog steeds drie grote regionale kantoren. Zelfs als je daar in de verre toekomst iets aan zou willen veranderen, dan nog blijft de provinciale signatuur. Dat kan ook niet
anders in mijn beleving. Het gebied loopt van Emmen tot Harlingen, van Oude Pekela tot Meppel. Dan heb je het ook over wezenlijk verschillende gebieden.’
Maar je kunt natuurlijk wel degelijk kijken naar zaken die los van geografie integraal kunnen worden opgepakt. Hoe zie jij dat? ’Ik ben ervan overtuigd dat de provinciale verschillen kunnen worden ontstegen. Denk aan aansturing, exportbegeleiding, regiostimulering. Op die terreinen zie
een jaar later
Hoe is het een jaar later met…
31
je na één jaar echt al één Kamer van Koophandel Noord Nederland. Niets is volmaakt na een jaar, dus daarin zullen we blijven ontwikkelen en verfijnen. Maar het is goed te zien dat we op die terreinen meer en meer overstijgend werken.’
Bestuurlijk en aan de directietafel zal dat zo zijn. Maar beleven de medewerkers dit ook zo? ’We zijn nog maar een jaar onderweg. Het blijft natuurlijk best zo nu en dan nog een beetje zoeken. Voor de één is het soms meer dan voor de ander nog even wennen. En als je je vroeger als medewerker regiostimulering alleen maar hoefde te verdiepen in gemeente X en je moet dit nu ook voor gemeente Y en Z doen, tja, dan is het zaak dat de medewerker zich in die nieuwe omgeving verdiept. De instrumenten waarmee je die regiostimulering toepast zijn echter gelijk gebleven. Daarmee is er dan toch ook weer een stuk herkenning en rust. Ik heb daar alle vertrouwen in. En trouwens, ook voor een bestuur is een hele nieuwe constellatie wel even wennen. Wij hebben daarom de bestuurlijke verantwoordelijkheden ook niet geografisch verdeeld, maar juist thematisch. Elk DBlid heeft een aandachtsgebied dat samen met enkele AB-leden wordt bestierd. Door dekking te zoeken op thema’s zorgen we dat we niet ongemerkt teveel terugvallen op geografie.’
als je terugkijkt, wat heeft je dan het afgelopen jaar als meest opvallend getroffen? ’Dat is de kwaliteit van de mensen. Er gebeurt zo ontzettend veel bij de Kamer. Als ondernemer had ik niet het vermoeden dat de Kamer zoveel in huis heeft. Zoveel kennis en kunde. Maar tegelijk constateer ik ook dat we dat echt te weinig naar buiten brengen. De Kamer heeft naar mijn mening een ongelooflijke beleidskracht. Dat moet je veel meer inzetten. Enerzijds zelf, maar ook via lobby- en belangenorganisaties als VNONCW Noord en MKB-Noord. Dan toon je pas je toegevoegde waarde voor het noordelijk bedrijfsleven.’
wat is jouw kritiek als je achterom kijkt naar dit eerste jaar? ’Dat we in de markt bij tijd en wijle veel te veel langs elkaar heen werken. Dan zie ik dat een grote stad een handelsmissie naar bijvoorbeeld noordoost Europa stuurt, vervolgens vaardigt een provincie een maand later een missie af naar datzelfde gebied en weer een half jaar later heeft Kamer van Koophandel bij wijze van spreken een hele noordelijke delegatie in zo’n gebied rondlopen. Dat vind ik jammer. Dat moet je veel meer kunnen combineren en coördineren. Zo zijn wij nu aan het kijken of er niet soort database kan komen waarin we alle activiteiten in het noorden inzichtelijk kunnen maken. Dan heb je direct een antwoord
als je wilt weten wat er op enig moment op een bepaalde plek gebeurt. Kunnen we ook allemaal wat beter rekening met elkaars planning en initiatieven houden.’
hoe zie jij de toekomst van de kamer van koophandel noord nederland? ’Mijn wens is dat de Kamer van Koophandel Noord Nederland een zelfstandige organisatie blijft waar iedereen plezier heeft en met betrokkenheid voor een goed ondernemersklimaat werkt. Dat kan wat mij betreft ook. Want we hebben in Noord Nederland goede contacten met elkaar en het netwerk is voor een groot deel noordelijk en homogeen. We kennen elkaar. Tegelijk denk ik dat we als noordelijke Kamer meer over grens moeten gaan kijken. Meer in NOA verband moeten denken. Internationalisering is voor mij een kerndoel voor het Noorden. Zelf zal ik daar met veel inzet voor ijveren. Want ik heb ongelooflijk veel plezier in mijn rol bij de Kamer. Zoveel plezier, dat had ik niet kunnen vermoeden toen ik werd gevraagd voorzitter te worden.’
kunnen we spreken van een onverwacht genoegen? ’Ja, zo zou je het zeker kunnen noemen. Een onverwacht genoegen!’ <
(advertentie)
Martini Hotel Groningen Al sinds 1871 een gastvrij huis in hartje Stad. Slapen op steenworpafstand van de Martinitoren.
32
NoordNieuws december 2008
Halvering energieverbruik Huishoudens in Nederland zijn de afgelopen dertig jaar de helft minder gas gaan verbruiken. Dat blijkt uit onderzoek van het CBS. In 2007 verstookten huishoudens in ons land gemiddeld bijna 1400 kubieke meter gas. Dat is bijna een halvering van het verbruik sinds 1978. Deze daling houdt onder meer verband met de fors verbeterde isolatie van woningen en de warmere winters van de laatste jaren. Dertig jaar geleden waren de meeste woningen nog niet geïsoleerd: minder dan 1 op de 3 woningen had dubbel glas en maar 20 procent dakisolatie en spouwmuurisolatie. In 2007 hadden ruim 9 op de 10 woningen dubbel glas, 60 procent had dakisolatie, en ruim 60 procent spouwmuurisolatie. Huishoudens zijn de laatste jaren wel steeds meer geld gaan besteden aan gas. In 2007 was een huishouden in Nederland gemiddelde 838 euro kwijt aan gas, tegenover 511 euro in 2000 (in prijzen van 2007). De huidige bestedingen liggen wel onder het niveau van de jaren tachtig. In 1985 was een huishouden omgerekend naar huidige prijzen bijna duizend euro kwijt. Vaste momenten wijziging wetgeving Nieuwe wetten en algemene maatregelen van bestuur met directe relevantie voor bedrijven en instellingen, worden voortaan op twee vaste momenten ingevoerd. Het kabinet komt hiermee tegemoet aan de klachten van ondernemers over frequente wijzigingen van wetten en regels gedurende het jaar. Met ingang van 2009 gelden 1 januari en 1 juli als de vaste invoeringsmomenten. Daarnaast zal een minimale invoeringstermijn gaan gelden van drie maanden tussen publicatie en inwerkingtreding. Zodoende hebben bedrijven en instellingen de tijd zich voor te bereiden op nieuwe wetgeving. In het kader van het reduceren van administratieve lasten zal per 1 januari ook de eerstedagsmelding afgeschaft worden. Daarmee vervalt de verplichting om nieuwe werknemers aan te melden bij de Belastingdienst op de dag dat de werkzaamheden beginnen. VNO-NCW prominent in ranglijst invloedrijke Nederlanders VNO-NCW heeft haar positie in de ranglijst van 200 invloedrijkste Nederlanders, van de Universiteit van Amsterdam, verstevigd. Voorzitter Bernard Wientjes is ten opzichte van vorig jaar twee plaatsen gestegen en staat nu op plek 4. Algemeen directeur Niek Jan van Kesteren is met stip gestegen van plek 46 naar 12. De rangschikking
van de lijst is gebaseerd op een netwerkanalyse, waarbij geldt: hoe hoger op de lijst, des te groter de kans dat iemand invloed kan uitoefenen op het regeringsbeleid. Dit jaar is voor het eerst ook rekening gehouden met de zogeheten ‘Unieke Buren’: exclusieve contacten met bestuurders in andere gremia die hun collega’s niet bezitten. SER-voorzitter Rinnooy Kan voert de lijst aan. Nummer 2 is Bouwend Nederland-voorman (en vice-voorzitter van VNO-NCW) Elco Brinkman. Agnes Jongerius is op plek 6 de meest invloedrijke vrouw. Groen licht omgevingsvergunning De Eerste Kamer heeft groen licht gegeven aan de omgevingsvergunning. Burgers en ondernemers kunnen met deze vergunning gemakkelijker, goedkoper en sneller vergunningen van gemeenten krijgen benodigd om bouwplannen te realiseren. Vanaf januari 2010 kan de vergunningaanvrager terecht bij één loket waar in één keer alle benodigde gegevens aangeleverd worden. De gemeente moet vervolgens alle elementen bijeen brengen en één vergunning verlenen. Op dit moment moet iemand die iets wil bouwen, rekening houden met 25 verschillende wetten en talloze lokale verordeningen. Verschillende vergunningen moeten bij verschillende loketten opgehaald worden. In de toekomst zal het ook mogelijk worden om de aanvraag digitaal in te dienen. Tijdelijke krimp Volgens het CPB krimpt de economie in 2009 naar verwachting ¾ procent. De terugval van de economische bedrijvigheid wordt toegeschreven aan de kredietcrisis. Voor 2010 verwacht het CPB een licht herstel van de wereldhandel en kredietverlening. Hierdoor trekt de groei van de Nederlandse economie aan en wordt een groei van 1% verwacht. Lagere prijzen voor grondstof en energie drukken de inflatie. Dit komt volgens het planbureau de koopkracht ten goede.
2226 • Adv fc VNO 86*76 25-02-2004 (advertentie)
Koeltechniek: Commercieel en Industrieel • Koelmeubelen • Koel- en vriescellen • Koel- en vriesinstallaties • Procesregeling Klimaatbeheersing • Airconditioning • Bedrijfsventilatie • Luchtbehandelingkasten • Warmtepompen
15:58
Pagina 1
Postbus 55, 9480 AB Vries Handelsweg 32 9482 WE Vries/Tynaarlo Bedr.terr. Vriezerbrug a/d A28, afslag 35 Telefoon (0592) 530 310 Fax (0592) 530 315 Internet: www.koelgroep.nl E-mail:
[email protected] U bent van harte welkom in onze 500 m2 grote showroom in Vries. Koeltechniek Dorenbos, Coolings Systems Holland, KoelAirco en Wiekamp Installaties maken deel uit van KoelGroep Dorenbos.
ACTUALITEITEN
Compensatieregeling Met ingang van 1 juli 2009 krijgen werkgevers de loonkosten vergoed van oudere en langdurig zieke werknemers die voor ze in dienst kwamen minstens 52 weken werkloos waren. De regeling geldt voor personen die 55 jaar of ouder zijn. Deze compensatiemaatregel is door het kabinet toegezegd aan de sociale partners tijdens het Najaarsoverleg. Het doel van de maatregel is het vergroten van de kans dat oudere werklozen een baan krijgen. Deze groep kampt met de beeldvorming dat ouderen een hoger ziekteverzuim hebben. Om die drempel weg te nemen, gaat het UWV de werkgever compenseren voor de doorbetaling van het loon als de oudere werknemer langer dan dertien weken ziek is. De werkgever krijgt de compensatie als de werknemer binnen vijf jaar na indiensttreding ziek wordt. De regeling geldt tot 1 juli 2019.
33
VNO-NCW NOORD IN ACTIE
In deze rubriek houden we u op de hoogte van de activiteiten van VNO-NCW Noord in de regio.
Nieuws uit Friesland
Nieuws uit Groningen
Economisch belang Centrale As onderschat
Belang Blauwestad overschaduwd
VNO-NCW Friesland heeft op 12 december 2008 krachtig afstand genomen van de berichtgeving in de media dat de Centrale As weinig bedrijvigheid op zou leveren. In diverse media werd begin december de afstudeerscriptie aangehaald van een student Economische Geografie met de stelling dat de Centrale As de bedrijvigheid in Noordoost Friesland nauwelijks stimuleert. Er valt echter het nodige af te dingen op het onderzoek waarop deze conclusies stoelen. Voor het afstudeeronderzoek werden 175 bedrijven geselecteerd in de kern direct liggend aan de huidige hoofdweg (N356) die vervangen gaat worden door de Centrale As. De selectie van bedrijven in deze afstudeeropdracht is op geen enkele wijze representatief voor de economie in het gebied dat als gevolg van de aanleg van de Centrale As een positieve impuls moet krijgen. De Centrale As is juist gericht op integrale gebiedsontwikkeling en gaat dus veel verder dan enkele ondernemers die langs de huidige hoofdontsluiting gevestigd zijn. VNONCW en MKB zijn warm voorstander van de Centrale As en hebben hoge verwachtingen van de economische spin-off van de weg. VNO-NCW Noord ijvert al jaren voor een goede regionale infrastructuur. In een recent landelijk onderzoek van MKB-Nederland is de grote economische betekenis van goede regionale infrastructuur nog eens bevestigd. Volgens VNONCW Friesland heeft de Centrale As niet alleen voordelen voor de economie maar ook voor de bereikbaarheid, leefbaarheid in de dorpen en sociaal-economische infrastructuur. Een ander belangrijk argument om de Centrale As direct als 2x2 autoweg uit te voeren is dat alleen daarmee het probleem van de verkeersonveiligheid in het gehele gebied Noord Oost Fryslan wordt opgelost. VNO-NCW Friesland vindt dat de tijd rijp is om na jaren van debat de schop in de grond te zetten.<
Als gevolg van de discussies over gevolgde procedures rond Blauwestad, dreigt volgens VNO-NCW Groningen het belang en het succes van het project overschaduwd te worden. Blauwestad is een diepte-investering die zorgt voor een kwaliteitsimpuls voor de regio OostGroningen. Een project van een dergelijke omvang vergt een lange adem en het vermogen verder vooruit te kijken. Daarom is het zaak ook in economisch mindere tijden vast te houden aan het concept de Blauwestad. Het is een uniek project in Nederland dat tot stand is gekomen door publieke en private partijen die bereid waren hun nek uit te steken. Eind november werd bekend dat de werkgelegenheid in omliggende dorpen stevig in de lift zit door de komst van tientallen banen. Daarnaast is ook de kavelverkoop gestegen, ondanks de recente negatieve publiciteit. De Blauwestad geeft het platteland in het Oldambt een nieuwe economische basis. Een spectaculair en maatschappelijk relevant landschapsproject dat een dam opwerpt tegen een dreigende leegloop.<
Nieuws uit Drenthe Eurochamp verdient opvolger Bij tijd en wijle komen de zwarte kanten van een individuele ondernemer in de publiciteit. Sinds de zomer sudderde in Drenthe de ‘affaire Eurochamp’. Als gevolg van een omslachtige aanbestedingsconstructie die samen met de provincie Drenthe was opgezet bleek dat de directeur het niet zo nauw nam met zijn financiële handel en wandel. Complicerende factor was dat hij zijn eigen bedrijf inhuurde voor allerhande activiteiten. Als gevolg van deze malversaties ging afgelopen zomer deze stichting failliet. VNO-NCW Drenthe werd hierbij meermalen aangesproken om een moreel oordeel te geven over deze feiten. Hoewel VNO-NCW Drenthe zich altijd heeft uitgesproken voor een transparante
aanbestedingsprocedure is het niet aan een werkgeversorganisatie om op de stoel van de rechter te gaan zitten. Ondertussen was de doelstelling van de Stichting Eurochamp uit beeld verdwenen. Deze stichting was opgericht om evenementen en andere activiteiten te organiseren voor de gehandicapten (top)sport. Een zeer eerbare doelstelling die werd ondersteund door diverse Drentse bedrijven. Om de focus weer terug te krijgen waar deze thuishoorde heeft VNO-NCW Drenthe publiekelijk een oproep geplaatst om werk te maken van een opvolger van de failliete stichting. Dat bleek niet zonder effect. Als gevolg hiervan trok de provincie aan de bel en enkele gemeenten. Ook diverse bedrijven lieten weten deze oproep te ondersteunen. Inmiddels is VNO-NCW Drenthe bezig met allerlei partijen te kijken hoe een en ander uitgewerkt moet worden. Dit onder de voorlopige werktitel ‘Platform Aangepast Sporten’. Naar het zich laat aanzien zal binnen afzienbare tijd er voldoende basis zijn om de gehandicaptensport weer eer aan te doen met een stichting die in staat zal zijn om topsportevenementen naar Drenthe te halen. Een van de eerste grote toernooien waar het platform zich op gaat richten is het organiseren van het WK voetbal voor gehandicapten in 2011. En in de verdere toekomst, Als Nederland zich in 2028 kandidaat stelt voor de Olympische Spelen, wil Drenthe de Paralympics, de spelen voor gehandicapten, organiseren.<
34
NoordNieuws december 2008
Roel Dijkhuis neemt op 31 december afscheid als directeur-hoofdredacteur van RTV Noord in verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Dijkhuis vervulde deze functie sinds april 1990, toen het nog enkel Radio Noord was. TV kwam er in 1995 bij. Na zijn afscheid zal Dijkhuis zich onder andere bezig gaan houden met de organisatie van een congres in Groningen van Circom, de Europese organisatie van regionale omroepen.
Anita Andriesen, Gedeputeerde in de provincie Fryslân namens de PvdA, is op 3 december overleden. VNO-NCW Noord en MKB-Noord zullen haar met respect gedenken als een betrokken en kundig bestuurder. Hoewel het Friese belang altijd richtsnoer van handelen is geweest, heeft zij zich voortdurend met veel energie en overtuiging ingezet voor de noordelijke samenwerking. Bert van der Haar is op 4 december door de Algemene Ledenvergadering gekozen tot voorzitter VNO-NCW Noord. Hij nam de voorzittershamer over van Louwe Dijkema. Bert van der Haar geeft succesvol leiding aan !pet Hoogeveen dat in 2007 haar 150-jarig bestaan vierde en bij die gelegenheid het predicaat hofleverancier verwierf. !pet Hoogeveen telt 150 medewerkers. Bert van der Haar is tevens uitgever van de Hoogeveensche Courant sinds 1857. In de volgende editie van NoordNieuws een interview met de nieuwe voorzitter.
Janny Vlietstra ruilt haar burgemeesterspost in Winschoten in voor het gedeputeerdenschap in Drenthe. Vlietstra volgt de zieke gedeputeerde Huub Looman op. Zij was de afgelopen veertien jaar burgemeester van Winschoten en was daarvoor wethouder in Leeuwarden. Frank Tichelaar is per 1 januari 2009 Regiodirecteur Leeuwarden, Groningen, Enschede van Holland Casino. De benoeming van Tichelaar hangt samen met de invoering van een regiostructuur bij Holland Casino. Franks Tichelaar is momenteel nog locatiemanager bij Holland Casino in Scheveningen. Wierd Koops is per 1 december als lector ‘Maritiem, Marien Milieu & Veiligheidsmanagement’ benoemd aan het Maritiem Instituut Willem Barentsz van de NHL. Vanuit het instituut op Terschelling zal Koops leiding geven aan praktisch onderzoek gerelateerd aan de opleiding Ocean Technology. Ruud Lozeman van Toscana IJsmakerij heeft Dé Jonge Ondernemers Prijs 2008 gewonnen. Lozeman opende in maart 2003 Toscana IJsmakerij en heeft inmiddels vestigingen in Emmen, Hoogeveen, Meppel, Haren en Groningen. Volgens de jury blonk hij uit door het goede concept van zijn franchiseformule, doelmatigheid, consistent in opbouw, heldere doelstellingen en de al geboekte resultaten. De publieksprijs ging naar Sylvia van der Laan van Stichting Droomkinderen uit Bourtange. Olaf Keur van KeurICT heeft de regiofinale van LiveWIRE Young Business Award gewonnen. Hij wist op 25 november in het gebouw van de NAM het publiek en de jury met een elevator pitch van vijf minuten te overtuigen van het succes van zijn onderneming. KeurICT pioniert op het snijvlak van gps, serious gaming en educatie. Olaf Keur vertegenwoordigt op 13 januari het Noorden in de landelijke finale van de Young Business Award. Hij maakt daar kans op de prijs van w 10.000,-.
Janneke Hadders volgt Alfred Welink op als voorzitter van JNO (Jonge Noordelijke Ondernemers), de afdeling van VNONCW Noord voor leden onder de 40 jaar. Hadders is directeureigenaar van Dacom Plant Service B.V.. Alfred Welink, directeureigenaar van Distrivers wordt op zijn beurt voorzitter van VNO-NCW Drenthe, als opvolger van Bert van der Haar. Jaap Brakke, plaatsvervangend directeur van het Drents Museum, wordt de nieuwe directeur van het Landesmuseum van Hannover. Brakke wil het museum modernerniseren en internationaler laten werken. Hij begint in april 2009 in Hannover.
NoordNieuws neemt afscheid van Lilian de Winter. Jarenlang verzorgde zij de advertentieacquisitie voor het magazine van VNO-NCW Noord. De redactie van NoordNieuws dankt Lilian de Winter voor de zeer prettige samenwerking! Voor nadere informatie over adverteren in NoordNieuws kunt u contact opnemen met VNONCW Noord via 050-5343844 of
[email protected]
Personalia
Arij Peerbolte (47) treedt per 1 januari 2009 toe tot PeoplePro HR Professionals. Hij zal als partner HR vooral ondersteuning bieden aan bedrijven, organisaties en instellingen in de provincie Friesland. Peerbolte was de afgelopen vier jaar manager P&O, Hygiëne en Algemene zaken bij Koopmans Koninklijke Meelfabrieken BV in Leeuwarden.
Hans Haerkens
[email protected]
35
Microkredieten tegen microcrises Toegang tot financiële diensten essentieel voor economische ontwikkeling Door de kredietcrisis beseffen we ook hier weer hoe belangrijk een betrouwbare en transparante financiële sector is. Zonder een goed functionerend financieel systeem loopt de hele economie en samenleving vast. In de meeste ontwikkelingslanden hebben mensen aan de onderkant nog geen toegang tot financiële diensten en dat is één van de oorzaken van armoede. Microfinanciering biedt die toegang door kleine leningen aan mensen die daarmee hun bedrijfje verder kunnen uitbouwen.
NIEUWE LEDEN
Marilou van Golstein Brouwers, directeur Triodos Investment Management: ‘Microfinancieringsbanken houden zich bezig met de kernfunctie van bankieren het vervullen van een intermediaire rol tussen spaarders en kredietnemers. Dit gaat ook in tijden van crisis gewoon door. De goede microfinancieringsbanken doen dat op een transparante en zorgvuldige manier; zij kennen hun klanten. Ze letten er op dat mensen niet te veel lenen en dat ze in staat zijn hun lening terug te betalen, ook als het misschien wat tegen zit. Daarnaast kunnen arme mensen
ook steeds vaker bij deze banken sparen. En dat is soms nog wel belangrijker dan het krijgen van een krediet. Zo kun je veilig sparen voor het schoolgeld van je kinderen of een buffer voor tegenslagen als ziekte. Deze basale financiële diensten zijn cruciaal voor het opbouwen van een lokale economie.’ Er komen nog ieder jaar nieuwe microfinancieringsbanken bij. De groei in de leningen die ze verstrekken gaat in eerste instantie vaak sneller dan het aantrekken van spaargeld. Daarom zijn juist bij deze groeifase investeringen nodig uit het buitenland van fondsen zoals Triodos Fair Share Fund. Dat investeert in microfinancieringsinstellingen in ontwikkelingslanden via leningen en via deelnemingen in het aandelenkapitaal. Meer informatie over microfinanciering en Triodos Fair Share Fund is te vinden op www.triodos.nl <
Welkom nieuwe leden
De volgende personen zijn lid geworden van de vereniging: ir. J.H. Bogers Mw M. Hofstra H. Jansen drs. D.J. van Leeuwen L.S. Meertens M. Nagel J.M.M. Polman
Hoomark Gift-Wrap Partners BV, Hoogeveen Arbo Unie, Heerenveen Nederlandse Aardolie Maatschappij BV, Assen Congrescentrum De Tamboer, Hoogeveen Lucien Meertens, Gieten Hof van Saksen, Assen Arcadis Nederland BV, Assen
drs.ing. J.O.K. Vroom Vroom Management & Advies, Heerenveen J. Beckers A.K.E. Hof G.J. Koers mr. D. Plantinga P.A. Schipper R.J. Tinga
PQ Nederland B.V., Amersfoort Idiomorf infographics, Bedum Thermiek BV, Groningen PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Groningen Nedmag Industries Mining & Manufacturing B.V., Veendam Perspectief-Match & Mobiliteit, Groningen
Colofon
Woensdag 14 januari Net wakker, netwerken De ontbijttafel wordt gedekt voor 15 ondernemers die allemaal de mogelijkheid krijgen zich in drie minuten aan hun tafelgenoten te presenteren. Plaats: Restaurant Van der Valk, Spier Ontvangst: 07.45 Einde: 09.00 beperkte deelname
NoordNieuws, het magazine van VNO-NCW Noord verschijnt zes maal per jaar en wordt verspreid onder leden in Drenthe, Friesland en Groningen. Jaargang 13 nummer 6 December 2008 Oplage 2.000 exemplaren Redactie Daan Bultje (hoofdredacteur) Akke Groenewoud Hans Haerkens Jan-Willem Lobeek Christel Slim
[email protected] Postbus 132 9700 AC Groningen T 050 5343844 F 050 5346145 www.vno-ncwnoord.nl
Basisvormgeving studio Tineke Wieringa bno, Haren Prepress, druk en distributie Koninklijke Van Gorcum bv, Assen
VNO-NCW Noord vertegenwoordigt in Groningen, Friesland en Drenthe 12.000 bedrijven waarbij ruim 1.400 persoonlijke leden de harde kern van de vereniging vormen. Genoemde bedrijven representeren tachtig procent van de werkgelegenheid in de marktsector. Zestig procent van het ledenbestand zijn mkbbedrijven.
agenda
Advertentieverkoop Koninklijke Van Gorcum bv, Assen Lilian de Winter T 0592 37 69 33
Donderdag 15 januari Noordermatch De derde editie van Noordermatch tijdens het Noorderslag EuroSonic festival in Groningen. Noordermatch 2009 richt zich op het faciliteren van inspirerende en zinvolle ontmoetingen tussen 75 beslissers uit de creatieve industrie en 75 beslissers uit het Noord-Nederlandse bedrijfsleven, met als doel succesvolle matches. Het thema is: “Co-creatie en Subsidie”. Diverse sprekers belichten de rol van co-creatie in het proces van waardevolle content development en (creatieve) zakelijke dienstverlening. Noordermatch is een initiatief van Stichting Noorderslag, uitgeverij iMediate, Statement communicatie adviesbureau en theFactor.e, in samenwerking met onder andere VNO-NCW Noord. Kijk voor meer informatie op www.noordermatch.nl Plaats: De Oosterpoort, Groningen Ontvangst: 11.00 uur Aanvang: 11.30 uur Einde: 18.00 uur Dinsdag 20 januari It runs in the family JNO-bijeenkomst over bedrijfsovernames. Met praktijkvoorbeelden van Janneke Hadders (Dacom Plant Service) en Jeanine de Vries-Zwart (Ecostyle). JNO is een afdeling binnen VNO-NCW Noord voor ondernemers en managers tot en met 40 jaar. Plaats: Ecostyle, Appelscha Ontvangst: 15.00 uur Einde: 18.00 uur
Dinsdag 27 januari Lunch met inhoud: goed werkgeverschap buiten de poorten van het bedrijf In navolging van de netwerkontbijten
organiseert VNO-NCW Noord dit verenigingsjaar ook een tweetal themalunches. Onder het genot van een lunch kunnen de deelnemers van gedachten wisselen over het thema ‘goed werkgeverschap’. Plaats: Het Wapen van Leiden, Vries Ontvangst: 11.30 uur Aanvang: 11.50 uur Einde: 13.00 uur beperkte deelname Maandag 2 februari Statebijeenkomst Het vermarkten van een regio. ‘Friesland moet niet willen bieden wat het niet heeft, maar z’n beperkingen accepteren om vervolgens de kernwaarden van de provincie te promoten. De consument moet een product kennen om het te kunnen kopen.’ Sprekers: Johan Priem, Board of Management Friesland Foods, voormalig voorzitter RvT Stichting Marketing Drenthe Paul van Gessel, directeur Fryslân Marketing Plaast: Epema State Ysbrechtum Ontvangst: 17.00 uur Welkom: 17.30 uur Einde: 20.30 uur Dinsdag 10 februari Net wakker, netwerken De ontbijttafel wordt gedekt voor 15 ondernemers die allemaal de mogelijkheid krijgen zich in drie minuten aan hun tafelgenoten te presenteren. Plaats: Restaurant Hajé, Heerenveen Ontvangst: 07.45 Einde: 09.00 beperkte deelname Woensdag 11 februari Olifanten nabij stadshart Gebiedsgericht ontwikkelen par excellence. Sprekers: Cees Bijl, burgemeester Emmen Henk Hiddingh, directeur Noorder Dierenpark Emmen Gert de Roo, hoogleraar ruimtelijke ontwikkeling RUG Plaats: Paviljoen Noorder Dierenpark, Emmen Ontvangst: 13.30 uur Einde: 17.15 uur