1
September 2011
Nieuwsbrief Lectoraat Politiegeschiedenis
Jaargang 1
1
Het nieuwe lectoraat Politiegeschiedenis Met ingang van dit voorjaar telt de Politieacademie een lectoraat Politiegeschiedenis, met als lector Guus Meershoek. Doel van het lectoraat is bevordering van de overdracht van kennis over het politieverleden in het politieonderwijs en het verrichten van historisch onderzoek naar dat verleden. Dat doel willen wij nastreven samen met docenten en onderzoekers binnen en buiten de Politieacademie, met het Nederlands Politiemuseum en het Marechausseemuseum en met geïnteresseerden binnen en buiten de politie. Verspreid over het land en over uiteenlopende instellingen bestaat er al heel wat actieve en passieve belangstelling voor het politieverleden. Door middel van deze nieuwsbrief willen wij geïnteresseerden op de hoogte houden van de ontwikkelingen rond en de plannen van het nieuwe lectoraat maar willen wij ook wetenswaardigheden op het vakgebied meer bekendheid geven. De Nieuwsbrief wordt elektronisch verspreid en is te downloaden op de website van het lectoraat www.politieacademie.nl/kennis/LectoraatPolitiegeschiedenis/Pages/LectoraatPolitiegeschiedenis .aspx. Aanmelden voor elektronische toezending kan bij
[email protected]. Ons streven is drie a viermaal per jaar een nieuwsbrief uit te brengen. Nieuws over ontwikkelingen op het vakgebied nemen wij graag op. English summary at the end.
Medewerkers van het lectoraat Guus Meershoek is niet alleen als lector Politiegeschiedenis verbonden aan de Politieacademie maar blijft daarnaast als universitair docent Maatschappelijke Veiligheidszorg werkzaam bij de Universiteit Twente. Hij studeerde in de eerste helft van de jaren tachtig politicologie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA) en was vervolgens enkele jaren daar als assistent-docent verbonden aan de vakgroep Politieke Geschiedenis en Geschiedenis van Politieke Ideeën. In de eerste helft van de jaren negentig verrichtte hij in dienst van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek een promotieonderzoek naar de Amsterdamse politie tijdens de Duitse bezetting. In 1999 promoveerde hij bij prof.dr. J.C.H. Blom aan de UvA op de studie Dienaren van het gezag. De Amsterdamse politie tijdens de Duitse bezetting (Amsterdam, Van Gennep). Inmiddels was hij reeds enkele jaren in dienst van de Universiteit Twente en in die functie gedetacheerd bij het Kernteam Noord- en Oost-Nederland als projectleider fenomeenonderzoek Centraal en Oost-Europa. Binnen het kader van het onderzoeksproject naar de geschiedenis van de Nederlandse politie verrichtte hij het deelonderzoek naar de gemeentepolitie. (De gemeentepolitie in een veranderende samenleving. Amsterdam, Boom, 2007). Voor de Amsterdamse politie schreef hij in de zomer van 2009 een korte biografie van een inspecteur die tijdens de Duitse bezetting, in september 1942, weigerde joden op te halen: Jan van den Oever. (Dienstbevel geweigerd. Jan van den Oever, zijn geweten en de grenzen van het aanvaardbare in politiedienst. Amsterdam, 2009). Dit voorjaar publiceerde hij een kleine studie naar een undercovereenheid van de Amsterdamse politie die eind jaren zestig actief was in linksradicale kringen. (De groep IJzerman. Amsterdam, Boom) Samen met Piet de Rooy, Paul Knevel en Maarten Hell schreef hij het boek Waakzaam in Amsterdam. Hoofdstad en politie vanaf 1275, dat eind oktober verschijnt.
Guus Meershoek tijdens het Polizeihistorische Kolloquium in het Duitse Meiningen (8-7-2011). Achter de tafel: Alf Lüdtke.
Jos Smeets is sinds 2000 verbonden aan de Politieacademie als onderzoeker en behoorde tot de voormalige onderzoeksgroep van die academie. Hij studeerde in de jaren tachtig geschiedenis aan de Universiteit Utrecht en sloot zijn studie af met een scriptie over de Utrechtse politie in oorlogstijd. Smeets is zich daarna met politiegeschiedenis blijven bezighouden. In 1997 promoveerde hij aan de Universiteit Leiden op een proefschrift over het voormalige korps Politietroepen: de militaire politie, in het Nederland tussen 1918 en 1940, die vooral bekend werd door het verlenen van bijstand bij onlusten en de strategische beveiliging van bruggen en andere belangrijke objecten. In 2001 publiceerde hij De affaireOss. Van lokaal conflict tot nationale rel. (Wereldbibliotheek, Amsterdam) Dit boek gaat in op de gebeurtenissen die eind jaren dertig naar aanleiding van de criminaliteitsgolf in het Brabantse Oss plaatsvonden en die bekend zijn geworden als de eerste politieaffaire van Nederland. Vanwege de première van de speelfilm “De bende van Oss” staat dit boek nu weer in de belangstelling. In het onderzoeksproject naar de geschiedenis van de Nederlandse politie verrichtte hij het deelonderzoek naar de rijkspolitiekorpsen. (Verdeeldheid en eenheid in het rijkspolitieapparaat. Amsterdam Boom 2007). Momenteel legt hij de laatste hand aan een biografie van de kolonel der Koninklijke Marechaussee Marius van Houten. Deze laatste heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt voor de internationale politiesamenwerking na de Eerste Wereldoorlog en als beveiliger van de voormalige Duitse keizer in Doorn. (Marius van Houten. Marechaussee en diplomaat. Amsterdam, Boom, 2011)
Aukje Kramps verzorgt de secretariële ondersteuning van het lectoraat Politiegeschiedenis alsmede van het lectoraat Financieel Economische Criminaliteit. Zij is sinds 2005 verbonden aan de onderzoeksgroep van de Politieacademie en was eerder reeds managementassistente van het lectoraat Multicultureel Vakmanschap en Diversiteit. Voorheen was zij zo’n 25 jaar als directiesecretaresse verbonden aan de voormalige Nederlandse Politie Academie (NPA) aan de Kleiberg in Apeldoorn. Haar hobby’s zijn verre reizen, maar ook wandelen en fietsen. Zij houdt van klassieke muziek, toneel en ballet.
Op afstand verbonden aan het lectoraat Politiegeschiedenis is voorts Ronald van der Wal. Hij studeerde geschiedenis aan de Universiteit Utrecht en promoveerde in 2002 op een proefschrift over de militaire bijstand bij de ordehandhaving tussen 1840 en 1920. (Of geweld zal worden gebruikt. Militaire bijstand bij de handhaving en het herstel van de openbare orde 1840-1920. Hilversum, Verloren, 2003) In het kader van het project naar de geschiedenis van de Nederlandse politie deed hij onderzoek naar de politievakbeweging en het politieonderwijs. (De vakorganisatie en het beroepsonderwijs. Amsterdam, Boom, 2011) Sindsdien is hij in dienst van de Politieacademie actief als onderzoeker bij diverse lectoraten. Hij verrichtte onder meer onderzoek naar diversiteit bij de politie, de wijkpolitie en grootschalig etnisch geweld in een internationale context. Dit laatste onderzoek resulteerde in het boek Zijn wij anders? Waarom Nederland geen grootschalige etnische rellen heeft. Momenteel is hij verbonden aan het lectoraat Criminaliteitsbeheersing & recherchekunde. Samen met lector Nicolien Kop schrijft hij aan een geschiedenis van de recherche in Nederland.
Een terugblik In 1985 brak Cyrille Fijnaut in de bundel Redenen van Wetenschap (Arnhem, Gouda Quint, 1985) een lans voor de beoefening van de geschiedenis van de politie in het algemeen en Nederland in het bijzonder. Hij constateerde toen dat er op dit gebied relatief weinig was gebeurd en dat Nederland een achterstand had. Politiegeschiedschrijving had volgens hem op de eerste plaats intrinsiek nut. Omdat de politie een van de belangrijkste publieke organen in onze samenleving vormt, achtte hij het zowel vanuit wetenschappelijk als maatschappelijk oogpunt relevant dat werd beschikt over een goed overzicht van de evolutie van dit apparaat. Maar het had ook politiek nut. Politiegeschiedenis is een belangrijk hulpmiddel bij legitimatie van het gevoerde of te voeren beleid. En ten derde was er een praktisch nut in die zin dat het kon bijdragen aan een betere formulering, een beter begrip en een betere oplossing van aan de politie gerelateerde problemen. Fijnaut hoopte tot slot dat historische kennis van het politieapparaat vast onderdeel zou gaan worden van de politiediscussie. In de vijfentwintig jaar die sindsdien zijn verstreken is er het nodige gebeurd op het vlak van de politiehistorie in Nederland. Vanaf het midden van de jaren tachtig verschenen boeken, dissertaties en scripties die vooral betrekking hadden op het functioneren van de Nederlandse politie tijdens de Tweede Wereldoorlog en de bezetting. Hiermee ontstond ook interesse voor de geschiedenis van de Nederlandse politie in andere perioden. Deze ontwikkeling culmineerde in februari 2007 in de presentatie van De geschiedenis van de Nederlandse politie. Deze omvangrijke studie, die vier delen en in totaal bijna 3000 pagina’s beslaat, geeft op gedetailleerde wijze de evolutie van de Nederlandse politieorganisatie weer sinds het vertrek van de Franse bezetter aan het begin van de negentiende eeuw. Eind 2009 voegde Marieke Bloembergen aan deze reeks het boek De Geschiedenis van de politie in Nederlands-Indië toe en in oktober van dit jaar zullen er nog twee boeken verschijnen waarmee de serie compleet zal zijn. Het gaat hier om De Geschiedenis van de politie op de Nederlands Caribische eilanden, 1839-2010 en De geschiedenis van de politie in Suriname 1863-1975. De schrijvers van deze boeken zijn respectievelijk Aart Broek en Ellen Klinkers. Het project werd financieel mogelijk gemaakt door de ministeries van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, door enkele regiokorpsen, de Koninklijke Marechaussee en de Politieacademie. Uniek aan dit grote project was het uitgebreide bronnenonderzoek in vele archieven. Met de komende presentatie eindigt in feite waaraan in 2000 is begonnen en is de geschiedenis van de Nederlandse politie en de politie in de koloniën in grote lijnen vastgelegd.
Doel van het lectoraat De lectoraten binnen de Politieacademie hebben tot doel de bevordering van de kwaliteit, legitimiteit en effectiviteit van het politiële en politiekundige vakgebied. Referentiekader is daarbij de positie van de politie in de samenleving en in de internationale context. Politiegeschiedenis schept binnen dat kader mogelijkheden om ontwikkelingen op de lange, middellange en op de relatief korte termijn kritisch in ogenschouw te nemen en om deze met een zogeheten “helicopterview” in een breed perspectief te plaatsen. Te denken valt aan de evolutie van het Nederlandse politiebestel en de daarbij horende bijna permanente, soms zeer heftige discussie. De “vermaatschappelijking” van de Nederlandse politie in de jaren zestig en zeventig en de gevolgen die dat nu (nog) heeft. Of de veranderingen van het politievak in de laatste vijfendertig jaar: hoe wordt deze door politiemensen ervaren?
Voor de politieorganisatie als geheel is geschiedenis een onmisbaar instrument om te bezien waar problemen en frictie optreden, maar vooral ook waar “best practices” zijn waar te nemen. Historische kennis is een belangrijk hulpmiddel als het gaat om de beslissing wat vooral niet te doen en wat wellicht wijselijk is wel te doen. Historische kennis is verder van belang, Fijnaut gaf dat al eerder aan, om het (toekomstige) beleid van en over de politie te kunnen formuleren en legitimeren. En dit op alle niveau’s. Of het nu gaat om bijvoorbeeld de politieke besluitvorming, de handhaving van de openbare orde of de opsporing van strafbare feiten. Dit alles tegen de achtergrond van een veranderende samenleving waarvan de politie immers integraal deel uitmaakt. Het is daarom van groot belang om kennis te bezitten van de evolutie van het politieapparaat om zo te kunnen begrijpen waarom deze organisatie zijn huidige vorm heeft aangenomen, waar frictiepunten liggen en welke positie de politie momenteel binnen de samenleving inneemt. Kortom, binnen een lectoraat Politiehistorie is ruimte voor reflectie op de meest uiteenlopende aspecten van de politieorganisatie en het politievak. Door het verleden te bestuderen wordt kennis vergaard die, omgezet in gedegen lesmateriaal, directe praktische waarde heeft voor de organisatie als geheel en de politieambtenaar als individu. Het is echter niet altijd even gemakkelijk de vaak complexe verkregen historische kennis op een zodanige wijze aan te bieden dat politiemensen ― en andere belangstellenden ― er hun voordeel mee kunnen doen. Zoals eerder aangestipt heeft het historische project zijn neerslag gevonden in een samenvatting en een viertal lijvige boekwerken. Een tamelijk statische vorm die weinig geschikt is voor pedagogische of didactische doeleinden. Daarenboven is bekend dat politiemensen “doeners” zijn en geen grote lezers. Het oogmerk van het lectoraat zou dus moeten zijn de al door uitvoerig onderzoek verkregen kennis te thematiseren, mogelijk verder uit te diepen, en in de breedste zin van het woord geschikt te maken voor het politieonderwijs in de vorm van ― digitaal ― lesmateriaal. Een mogelijkheid tot verdere exploitatie van de historische kennis zou kunnen bestaan uit het organiseren van seminars waarbij meer hoger opgeleid politiepersoneel doelgroep is. De thema’s/onderwerpen zijn legio en kunnen vrijwel ieder aspect van het politievak beslaan. Enkele voorbeelden zijn: de besteldiscussie, de professionalisering van het politievak, de veranderende aard van het politievak, de recherche, het onderwijs, integriteit en diversiteit. De fundamentele vraag is nu hoe de in de afgelopen jaren verworven kennis verder uit te bouwen. Ons staan vooralsnog de volgende doeleinden met het lectoraat voor ogen:
1. Een lezerskring in de politie aanboren: voor politiegeschiedenis bestaat reeds een bescheiden algemeen lezerspubliek waaronder ook politiemensen maar als lectoraat zullen wij ons inspannen om in de politiekorpsen en de Politieacademie zelf de belangstelling voor het eigen verleden te vergroten, bijvoorbeeld door bijeenkomsten/lezingen te organiseren. 2. Een positie verwerven in het politieonderwijs: als lectoraat beschikken we over bescheiden mogelijkheden om zelf onderwijs te verzorgen maar toch zullen wij dat naar vermogen doen en daarnaast docenten ondersteunen bij het geven van onderwijs over (thema’s uit) het politieverleden 3. De politie een herkenbare plek bezorgen in de Nederlandse geschiedschrijving door meer erkenning te krijgen van en intensiever samen te werken met de academische geschiedbeoefening. Het lectoraat zal de resultaten van het eigen onderzoek voor een breed
publiek toegankelijk maken, zowel in publieksboeken als in academische vaktijdschriften als in de politiemedia. 4. Sociaalwetenschappelijke inzichten over het functioneren van de politie in de politiegeschiedschrijving integreren: om relevant te zijn voor de huidige politie willen wij ervoor zorgen dat onze publicaties ook getuigen van inzicht in actuele politievraagstukken, in het huidige functioneren van de politie. 5. Aansluiting vinden bij de politiegeschiedschrijving in het buitenland: met name in Engeland, Duitsland en de Verenigde Staten wordt op hoger niveau dan in Nederland politiegeschiedschrijving bedreven. Zo bestaat in Münster het museum, studie- en documentatiecentrum Villa Ten Hompel, gevestigd in een voormalig hoofdkwartier van de Ordnungspolizei in de oorlog dat lezingen, conferenties, cursussen en tentoonstellingen organiseert. Voorts is er momenteel in het prestigieuze Deutsches Historische Museum in Berlijn een op initiatief van de zusterorganisatie van de Politieacademie tot stand gekomen tentoonstelling met als titel “Die Polizei im NS-Staat. Ordnung und Vernichtung”.
Canon van de politiegeschiedenis op Politiekennisnet Op het Politiekennisnet, via internet in dit geval ook bereikbaar voor niet-politiemensen, kunt u een door Jos Smeets geschreven geschiedenis van de Nederlandse politie vinden. Iedere pagina heeft een specifiek thema, maar er is ook gelet op de chronologie. Er zijn veel afbeeldingen en zelfs filmpjes aan het geheel toegevoegd en in feite is het verhaal een soort canon van de politiegeschiedenis sinds het midden van de negentiende eeuw. Belangstellenden kunnen surfen naar www.pkn.politieacademie.nl.
Stages Voor studenten is het mogelijk in het kader van een studie elders stage te lopen bij het lectoraat Politiegeschiedenis. Zij krijgen dan gelegenheid om onderzoek voor een werkstuk te verrichten, worden daarbij begeleid en kunnen kennismaken met de politiepraktijk. Van hen zal worden gevraagd om in beperkte mate te participeren in het politieonderwijs. Belangstellenden kunnen zich aanmelden bij Aukje Kramps.
Kenniskring Teneinde onderzoekers van en geïnteresseerden in de politiegeschiedenis met elkaar in contact te brengen richt het lectoraat een kenniskring op. Het voornemen is tweemaal per jaar op een middag samen te komen voor een voordracht op het vakgebied en een uitwisseling van ervaringen en plannen. Een eerste bijeenkomst is gepland begin november op de concernlocatie van de Politieacademie in Apeldoorn. Herbert Reinke, verbonden aan de Universiteit Wuppertal en de Freie Universität Berlin en een van de meest vooraanstaande historici van de (Duitse) politie, zal dan een voordracht houden over de internationale historiografie van de politie. Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden bij Aukje Kramps.
Polizeihistorisches Kolloquium Meiningen 2011 Al meer dan twintig jaar vindt in de eerste week van juli het zogeheten Polizeihistorisches Kolloquium plaats. Dit jaar genoot het de gastvrijheid van het Bildungszentrum der Thüringer Polizei in de stad Meiningen. Het centrale thema was dit jaar Regionale und nationale Tradition; internationale Ambition. Bijzondere aandacht was er voor de grensoverschrijdende politie-inzet, zowel de reguliere als die in het kader van vredesmissies. Daarnaast kwamen diverse andere thema’s aan bod. Zo leverden Tsjechische collega’s een levendige bijdrage over de gendarmerie in het vooroorlogse Tsjecho-Slowakije en Bettine Blum (Ville ten Hompel, Münster) verslag van een vergelijkend onderzoek naar de positie van vrouwen in de Oost-Duitse en West-Duitse politie tussen 1945 en 1970. Dirk Götting (Hannover) sprak over de historische ontwikkeling van de criminaliteitspreventie bij de Duitse politie en informeerde de aanwezigen van zijn inspanningen bij het opzetten van geschiedenisonderwijs bij de politie van Nieder-Saksen. Jaroslava Plosova en Petr Klinovsky (Brno, Tsjechië) en Guus Meershoek gaven voordrachten over de stand van het historisch politieonderzoek in respectievelijk Tsjechië en Nederland.
Recente en verwachte publicaties op het vakgebied Timothy Brain, A history of policing in England and Wales from 1974. A turbulent journey. Oxford, Oxford University Press, 2010. Guus Meershoek, De groep IJzerman. Hoe de politie infiltreerde in de linksradicale beweging van de jaren zestig. Amsterdam, Boom, 2011. Jean-Marc Berlière, René Lévy, Histoire des polices en France. De l’ancien régime à nos jours. Parijs, Nouveau Monde, 2011 The history of policing (series editor Clive Emsley): Clive Emsley (ed.), Theories and origins of the modern police. Farnham, Ashgate, 2011. Paul Lawrence (ed.), The new police in the nineteenth century. Farnham, Ashgate, 2011. Georgina Sinclair (ed.), Globalising British policing. Farnham, Ashgate, 2011. Chris A. Williams (ed.), Police and Policing in the twentieth century. Farnham, Ashgate, 2011.
Verwacht P. de Rooij (red.), Waakzaam in Amsterdam. Hoofdstad en politie sinds 1275. Amsterdam, Boom, 2011. Jos Smeets, Marius van Houten. Marechaussee en diplomaat. Amsterdam, Boom 2011. Aart Broek, De Geschiedenis van de politie op de Nederlands Caribische eilanden 1839-2010. Amsterdam, Boom 2011.
Ellen Klinkers, De geschiedenis van de politie in Suriname 1863-1975. Amsterdam, Boom 2011. Ronald van der Wal, ‘United Kingdom: policing EDL manifestations and demonstrations across England’, in: O. Adang, Managing collective violence around public events: an international comparison, Amsterdam 2011, Politiewetenschap nr. 55, pp. 119-152. Ronald van der Wal, (met O. Adang en H. Quint), ‘Waarom Nederland geen grootschalige etnische rellen heeft’, in: B. van Stokkom (e.a, ed.), Cahiers Politiestudies Social disorder, Antwerpen 2011, jg. 2011/1, nr. 18, pp. 19-34.
Agenda (2011)
5 september
Opening academisch jaar Politieacademie
18 september
Interview met Jos Smeets, VPRO radio, OVT, naar aanleiding van de première van de film “De Bende van Oss”
21 september
Première speelfilm “De bende van Oss”
3 oktober
Lectorale rede Arie de Ruijter, lector Politieleiderschap
26 oktober
Lectorale rede Christianne de Poot, lector Forensisch Onderzoek
27 oktober
Afscheid hoofdcommissaris Bernard Welten van regiopolitie Amsterdam-Amstelland en presentatie van het boek Waakzaam in Amsterdam.
Oktober
Presentatie De Geschiedenis van de politie op de Nederlands Caribische eilanden, 1839-2010 en van De geschiedenis van de politie in Suriname 1863-1975.
28 oktober
Presentatie biografie Marius van Houten van de hand van Jos Smeets op de Wapendag, Koninklijke Marechaussee, Apeldoorn, LOK CKmar, Willem III kazerne.
18 november
Lectorale rede W. Faber, lector Financieel Economische Criminaliteit, aan de Politieacademie.
november
Bijeenkomst Kenniskring Politiegeschiedenis, Concernlocatie Politieacademie, Apeldoorn.
Summary Since March this year, Guus Meershoek is lecturer in the history of the police at the Dutch Policeacademy. His chair is called lectoraat Politiegeschiedenis. Guus will be assisted by Jos Smeets and, part-time, by Ronald van der Wal. Mrs. Aukje Kramps takes care of logistical and secretarial matters. This newsletter informs a wider public of the activities to be taken. The lectoraat results from the historiographical project “The history of the Dutch Police”, headed by prof.dr. Cyrille Fijnaut. This comprehensive historiography took several years to complete. The first four volumes were presented in February of 2007. In 2009, the history of the police in the Dutch East-Indies was finished. In October this year, the history of the police in Surinam and the Dutch Antilles will be presented. After the presentation of the first four volumes, the discussion started how the newly acquired historical knowledge could be used within the police and how to stimulate further research in police history. Eventually, a lectoraat was considered to be the most appropriate follow up. A small unit like the lectoraat history of the police has to rely on other partners. We will therefore search cooperation with teachers and researchers, with the Museum of the Dutch Police and that of the Dutch Gendarmerie and with academics at home and abroad. We realise that in neighbouring countries like Germany, Great-Britain and France a longer tradition and a further developed practice in police historiography exists. In the past, we benefitted from the expertise of foreign colleagues, for example at the yearly “Kolloqium zur Polizeigeschichte”. We first of all will continue to serve the small but growing amount of readers inside and outside the police by published new articles and books of Dutch police history. Although we are a small unit, we will make great efforts to enlarge the historical knowledge transfer in police schooling and training. The production of educational materials is one of the ways to achieve this. The integration of social-scientific concepts and insights in historiography might be the right way to connect with the practically oriented policemen and -women. Apart from that, we will stimulate the growing attention for policing among Dutch historians, by publishing about police history in scientific journals. Last but not least, we will try to strengthen the bonds with our foreign colleagues.
Colofon Uitgegeven door het lectoraat Politiegeschiedenis, Politieacademie Postadres: Arnhemseweg 348, 7334 AC Apeldoorn
Redactie Jos Smeets, Aukje Kramps, Guus Meershoek,
Contactgegevens Aukje Kramps:
[email protected] Tel 055-5392347 Guus Meershoek:
[email protected] tel 06- 11.87.04.54 Jos Smeets:
[email protected] Tel 06-101.699.08 Ronald van der Wal
[email protected] 06-516.64.329