LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN MERCHTEM 2007-2012 OCMW MERCHTEM goedgekeurd OCMW-raad dd 29 november 2007
GEMEENTEBESTUUR MERCHTEM goedgekeurd Gemeenteraad dd 17 maart 2008 samen met een addendum
september 2007
INHOUDSTAFEL Afronding lokaal sociale beleidsplanning: beschrijving Wettelijk kader: overzicht hoofdstuk 1 Omgevingsanalyse hoofdstuk 2 Geïntegreerde visie hoofdstuk 3 Meerjarenplan hoofdstuk 4 Taakverdeling en afspraken hoofdstuk 5 Participatie hoofdstuk 6 Ontwikkeling hoofdstuk 7 Sectorale planverplichtingen
p.3 p.5 p. 7 p.10 p.12 p.17 p.35 p.42 p.46
2
AFRONDING LOKAAL SOCIALE BELEIDSPLANNING 2007-2012 De planning is opgestart in 2004 Het Gemeentebestuur van Merchtem droeg het OCMW op in 2004 om het Sociaal Beleidsplan te coördineren en op te stellen voor de periode 2007-2012.1 Het OCMW is immers de regisseur voor het sociale beleid in de gemeente en moet vanuit haar hoedanigheid vormgeven aan de werking van het SOCIAAL HUIS, toezien op de vlotte toegang tot de sociale dienstverlening van alle inwoners en het beleidsplan voorbereiden. De beleidsplanning is nu afgerond en kan worden besproken. Dit kan op het OVERLEGCOMITE2 van … . Hierbij zal men verder zoeken naar de ideale samenwerking om vlot aan te sluiten bij de behoeften van iedere inwoner uit de gemeente. De opmaak van de planning verliep volgens afspraak De procedure voor de opmaak van het sociale beleidsplan is beschreven in het voorlopig beleidsplan dat werd goedgekeurd door de gemeenteraad van december 20053. Met de Stuurgroep en de Planningsgroep is constructief samengewerkt gedurende het werkingsjaar 2006. De STUURGROEP bestaat uit het overlegcomité waarin Gemeentebestuur en OCMW overleggen over de resultaten, de doelstellingen en de taakverdeling. Het planningswerk is gestart op basis van een voorzet van de 10 RONDETAFELS4 afgenomen in de winter van 2005 waar tweehonderd inwoners uit de gemeente hun visie hebben gegeven op een gewenst sociaal beleid. Met het SOCIAAL FORUM werd een terugkoppeling gemaakt en op basis van de opmerkingen is de PLANNINGSGROEP aan het werk getogen. Alle resultaten zijn samengevat in het SOCIAAL DNA, een publicatie van het OCMW in het najaar 2006. DEZE PUBLICATIE IS DE SNEUVELTEKST WAAR DE STUURGROEP KEUZES MOET MAKEN. De PLANNINGSGROEP bestond uit drie werkgroepen en werkte aan de 36 doelstellingen5 - de werkgroep communicatie - de werkgroep afstemming tussen gemeentebestuur en OCMW - de werkgroep woonbeleid
1
verslag van de vergadering van het overleg Gemeente-OCMW donderdag 18 november 2004, derde punt het overlegcomité of later in een volgende fase op het schepencollege waar de voorzitter deel zal van uit maken.(nieuw gemeentedecreet, Titel IX, samenwerking met het OCMW, art 270-271) 3 zitting van 19 december 2005 goedkeuring stappenplan sociaal beleid gemeenteraadsbeslissing 2005 4 verslag van de rondetafels is opgenomen in SOCIAAL DNA, OCMW Merchtem, najaar 2006 5 zie de verslaggeving in bijlagen van iedere respectieve werkgroep (afstemming diensten, communicatie en sociaal woonbeleid) 2
3
DE INDIENING ZAL VERLOPEN VOLGENS DE VOORAFGAANDELIJK VASTGELEGDE PROCEDURE
6
:
BASIS Het SOCIAAL BELEIDSPLAN bestaat uit de voorgeschreven zeven hoofdstukken en de publicatie SOCIAAL DNA waarin omstandig alle werkzaamheden, doelstellingen en middelen werden beschreven. Verder is ook het beleidsplan voorschoolse kinderopvang opgenomen alsook het project LOKAAL WOONBELEID. Bij de bijlagen kan men de verslaggeving bekijken van alle uitgevoerde werkzaamheden aan de hand van een tijdslijn. RAAD OCMW Op de raad van het OCMW van …/…. zal het BELEIDSPLAN globaal worden goedgekeurd overeenkomstig de beschikbare middelen aanwezig in het meerjarenplan dat volledig is afgestemd op de beleidsplanning. GEMEENTERAAD van november 2007 Op de Gemeenteraad van november 2007 wordt akte genomen van de werkzaamheden, de planning en de Raadsbeslissing van het OCMW. Er wordt tevens gefocust op de verantwoordelijkheden inzake het sociaal beleid (communicatie, dienstverlening) vanuit de diensten van het Gemeentebestuur. Mogelijke randbemerkingen worden opgenomen in hoofdstuk 2 en nadien teruggekoppeld op het eerstvolgende overlegcomité. Ten slotte wordt het beleidsplan ter stemming voorgelegd en kan het beleidsplan finaal worden goedgekeurd en voorgelegd aan de administratie van de Vlaamse overheid.
WAT BEVAT HET SOCIAAL BELEIDSPLAN 2007-2012 De publicatie SOCIAAL DNA, verslagen van participatieprocessen en het beleidsplan kinderopvang. We kunnen daar inmiddels het LOKAAL WOONBELEIDSPLAN AAN TOEVOEGEN DAT BIJNA IS AFGEROND IN HET KADER VAN SUBSIDIEREGLEMENT WAAR MERCHTEM WIL OP INSPELEN VOOR DE PERIODE 2008-2016. UITEINDELIJKE INDIENINGSVORM: 7 HOOFDSTUKKEN EN BIJLAGEN DE 7 HOOFDSTUKKEN MAKEN HET BELEIDSPLAN OVERZICHTELIJK OMDAT HIER DE BESLISSINGEN WORDEN OPGENOMEN DIE IN HET OVERLEGCOMITE VAN SEPTEMBER AAN BOD ZULLEN KOMEN. IN DEZE HOOFDSTUKKEN ZULLEN DE VOETNOTEN VERWIJZEN NAAR HET PLANNINGSWERK, DE BIJLAGEN, DE VERSLAGGEVING.
6
zie notities alle wettelijke bepalingen p.5
4
WETTELIJK KADER Vertrekbasis: decreet 19 maart 2004 Geest decreet: iedere inwoner heeft recht op een even vlotte toegang tot het gebruik van alle diensten in Gemeente of OCMW. Iedere legislatuur wordt een globale analyse gemaakt waarbij men nagaat waar de uitdagingen liggen en hoe daar kan rond gewerkt worden. Het betreft hier niet de klassieke taken van het OCMW maar er kan verwezen worden naar alle aspecten van Gemeente en OCMW. (dus ook op vlak van cultuur, woonbeleid, jeugd, senioren). Uitgangspunt: iedere legislatuur een ontwerp lokaal sociaal beleidsplan opstellen (nu is het plan bedoeld voor de periode 2008-2012, het oudere beleidsplan loopt af in 2007) en met nieuwe besturen goedkeuren en aanpassen. Kern: gemeentebestuur en OCMW spreken samen af hoe zij tot een geïntegreerd beleid inzake sociale dienstverlening komen, vertalen dit in een beleidsdocument en plakken hier een meerjarenplanning aan vast. Vorige bindende document: goedgekeurd in december 2005 (voorlopig beleidsplan) op gemeenteraad en OCMW-raad
Aanvullingen ADVIEZEN, MEMORIE VAN TOELICHTING EN DECREET: (linken via volgende website: http://www.wvc.vlaanderen.be/lokaalsociaalbeleid/ het advies van de Raad van State (word-document 48,50kB) -(30 april 2003)het advies van de Hoge Raad voor Binnenlands Bestuur (word-document 268,50kB) -(14 mei 2003)de memorie van toelichting (word-document 209,50kB) het decreet van 19 maart 2004 betreffende het Lokaal Sociaal Beleid (pdf-formaat 29,66kB) Uitvoeringsbesluit Lokaal Sociaal Beleid (word document 48,00 kB) Schrijven van Kind en gezin: 02/10/2006(integratie beleidsplan kinderopvang in het lokaal sociaal beleidsplan) Ook op de website van het Vlaams Parlement (website) kan u het volledige dossier inkijken. Ga naar de knop ‘parlementaire documenten’ en open daar de zoek-functie. (Decreet Lokaal Sociaal Beleid = parlementair stuk nr.1777). OMZENDBRIEVEN BRIEF VAN MINISTER VERVOTTE (Word-document 48 kB), Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin betreffende Lokaal Sociaal Beleidsplan; Omzendbrief "Ondersteuningstraject 2006-2007 lokaal sociaal beleid" (word-document 45,5Kb) Uitvoeringsbesluit (24 februari 2006) als vertrekbasis voor indiening van beleidsplan 2008-2012 - de minister beschrijft hierin dat de beleidsdocumenten opgelegd in het kader van de sectorale regelgeving, geheel of gedeeltelijk kunnen opgenomen worden in sociaal beleidsplan [algemeen welzijnswerk, kinderopvang, maatschappelijk opbouwwerk, voorziening bejaarden (zorgstrategisch plan), voorziening thuiszorg, diensten oppashulp en beleid inzake ouderenparticipatie] DIT BETEKENT OP TERMIJN PLANLASTVERLICHTING VOOR GEMEENTEBESTUUR EN OCMW MAAR BETEKENT OOK NOOD AAN PERMANENTE AFSTEMMING EN VOORBEREIDING INLEIDEN DOSSIERS EN GOEDKEURING
5
DE MINISTER STIPPELDE OOK DE VORMVEREISTEN UIT VOOR DE INDIENING VAN HET PLAN 1° hoofdstuk 1. Omgevingsanalyse: deze analyse is gestoeld op onder meer de gegevens van de sociale conjunctuurbarometer, vermeld in artikel 4; 2° hoofdstuk 2. Geïntegreerde visie op het lokaal sociaal beleid: dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze alle andere lokale beleidsplannen van het lokaal bestuur die implicaties hebben op het lokaal sociaal beleid, afgestemd worden op het lokaal sociaal beleidsplan; 3° hoofdstuk 3. Meerjarenplan met betrekking tot de gewenste acties en inzet van de lokale middelen: dit hoofdstuk bevat minstens de volgende elementen : a) een verantwoording van de keuze van de doelstellingen en acties; b) de te verwachten resultaten; 4° hoofdstuk 4. Taakverdeling en werkafspraken: dit hoofdstuk omvat de taakverdeling en de werkafspraken zoals bepaald in artikel 4, 4°, van het decreet; 5° hoofdstuk 5. Betrokkenheid: dit hoofdstuk omvat de beschrijving, vermeld in artikel 4, 5°, van het decreet; 6° hoofdstuk 6. Ontwikkeling: in dit hoofdstuk wordt de ontwikkeling ten opzichte van het vorig lokaal sociaal beleidsplan aangegeven; 7° hoofdstuk 7. Sectorale planverplichtingen: in dit hoofdstuk kunnen de sectorale plannen opgenomen worden met betrekking tot de sectoren, vermeld in artikel 2, die het lokaal bestuur wenst te integreren in het lokaal sociaal beleidsplan. Op deze wijze kan het lokaal bestuur voldoen aan de sectorale regelgeving en kan het gebruikmaken van alle gegevens die al in het lokaal sociaal beleidsplan verwerkt werden. Onverminderd de bepalingen, vermeld in punt 1° tot en met 7°, kan de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, het model van lokaal sociaal beleidsplan verder specificeren, na overleg met de Vlaamse minister bevoegd voor het inburgeringsbeleid
6
HOOFDSTUK 1: OMGEVINGSANALYSE De RAAD van het OCMW (../..) en de Gemeenteraad (../..) van Merchtem hebben de omgevingsanalyse goedgekeurd die werd gepubliceerd in het SOCIAAL DNA. De omgevingsanalyse bestaat uit 2 luiken. Luik 1 is een kwalitatieve analyse waarbij vooral de dienstverlening van gemeentebestuur en OCMW door 200 inwoners werd ingeschat en geprojecteerd naar de toekomst. Het andere luik bevat objectief analysemateriaal dat kan worden gehanteerd in toekomstige dossiers en beleidsplanningsprocessen. Het eerste luik bevat de opmerkingen van 200 inwoners7 . De groep inwoners verwijst naar drie grote aandachtspunten: - betere communicatie omtrent de sociale dienstverlening - betere samenwerking tussen gemeentebestuur en OCMW inzake sociale dienstverlening - wonen als centraal aandachtpunt in de sociale dienstverlening Het tweede luik bevat een objectief cijferonderzoek inzake het sociale beleid Dit objectief cijfermateriaal is gebaseerd op de omgevingsanalyse van de provincie VlaamsBrabant8. Het OCMW van Merchtem heeft de omgevingsanalyse verder aangevuld en komt tot volgende indeling: STRUCTUUR VAN HET OBJECTIEF CIJFERONDERZOEK EN ESSENTIE VAN SOCIAAL DNA
1. INTERVIEWS MET BEVOORRECHTE GETUIGEN9 Bevoorrechte getuigen hebben hun ervaringen kort toegelicht. Er werden gesprekken gevoerd inzake schuldbemiddeling, kredietverstrekking, contacten tussen inwoners en justitie, indrukken van financiële instellingen, ervaringen uit het notariaat, noden inzake kinderopvang en het aanwenden van het gewestelijke wooninstrumentarium in deze gemeente. Uit de interviews blijkt dat de komende periode aandacht moet gaan naar volgende doelgroepen: o inzake schuldbemiddeling, budgetbegeleiding moeten er acties worden ondernomen waarbij speciale aandacht gaat naar de jongeren en waar ook een degelijke doorverwijzing moet resulteren in een vlotte instroom bij het Sociaal huis van Merchtem. o inzake kinderopvang: ouders met kinderen van 0-3 jaar verdienen prioritaire aandacht omdat het voorschoolse opvangbeleid duidelijk moet aansluiten bij de geboorten van de afgelopen jaren. o inzake woonbeleid: de gemeente moet vanuit OCMW en gemeentebestuur alle inwoners als prioritaire doelgroep beschouwen omdat er nood is aan meer ondersteuning, informatie en begeleiding. 7
DEEL 1 ANALYSE VAN SOCIAAL BELEID DOOR 200 INWONERS, SOCIAAL DNA, september 2006, p.8-p.72 INDICATOREN VOOR EEN OMGEVINGSANALYSE, CEL SOCIALE PLANNING EN OVERLEG, mei 2006 9 SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p.80-85 8
7
2. DE ANALYSE OP VERSCHILLENDE TERREINEN Het SOCIAAL DNA bevat compleet studiemateriaal en bevat chronologisch - Merchtem gesitueerd in de regio10 - Profiel van Merchtemse bevolking11 - Profiel van de huisvesting en de woonmarkt12 - Beschrijving van de verschillende doelgroepen13 - Een profiel volgens het gebruik van de sociale dienstverlening14 DE CONCLUSIES UIT DEZE ANALYSE VRAGEN OM EEN DUIDELIJKE KEUZE EN OPSTELLING - de regio: er zal in de komende periode meer aandacht moeten gaan om de werking van regionale instellingen sterker te laten aansluiten bij de inwoner (woonbeleid is een centraal aandachtpunt en zal in volgende omgevingsanalyses sterker worden onderzocht). - de Merchtemse bevolking: de 15.000 inwoners die in de gemeente zijn gehuisvest kenmerken zich voornamelijk als actieve volwassenen. In deze zin verdienen jonge gezinnen de aandacht omdat zij voor de welvaart van de gemeente zorgen en in hun arbeidsloopbaan moeten ondersteund worden met alle faciliteiten. Kinderopvang, communicatie en woonadvies en begeleiding van alle inwoners inzake sociale dienstverlening verdienen daarom alle aandacht. De vergrijzing zet zich pas in vanaf 2015 en verdient voorbereidende acties deze legislatuur. - De huisvestingssituatie en de woonmarkt vormen een complex gegeven. De huisvestingssituatie zal daarom tweejaarlijkse worden geüpdatet. Permanent kunnen dankzij de huidige analyse volgende variabelen worden getoetst: o verkoopprijzen van de bouwgronden o verkoopprijzen van de woningen o de eigendomsstructuur o de bodembezetting o de woningkenmerken o het woningcomfort o waarde van de woningen o sociale huisvesting - De doelgroepen. Permanent zullen volgende doelgroepen worden opgevolgd. (in 2010 wordt een nieuwe update uitgevoerd): o ouderen (65 plussers en belangrijke variabel omdat er ruimte is om met deze groep heel wat zaken voor te bereiden) o hoogbejaarden (aandachtspunt) o interne vergrijzing (Merchtem zal grootste groep 80 plussers bevatten) o geboorten in kansarme gezinnen (weinig van toepassing in de gemeente) o jongerenwerkloosheid (aandachtspunt op niveau van de werking van de diensten) o jongeren met leefloon (aandachtspunt vanuit schuldproblematiek) 10
SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p.85-102 SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p. 103-154 12 SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p. 155-187 13 SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p.188-232 14 SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p.237-256 11
8
o onderwijs en leerachterstand (weinig van toepassing in de gemeente) o werklozen (weinig van toepassing in de gemeente) o allochtonen (aandachtspunt en aandacht voor integratie van groep nieuwe Belgen) o personen met een handicap (aandachtspunt inzake toegankelijkheid dienstverlening voor deze groep) o mensen met een laag inkomen (belangrijke variabel voor toekomst gelinkt aan woondossiers)
3. TRENDS VOORSPELD DOOR SOCIALE DIENST OCMW15 o cliënteel komt meer en meer ingestroomd vanuit het Brussels gewest o schuldbemiddeling en budgetbegeleiding wordt een structureel gegeven binnen de Merchtemse bevolking en vraagt om permanente aandacht o mensen hebben liever niet dat je ze bezoekt o de doorverwijzing tussen gemeentebestuur en OCMW moet als aandachtspunt worden opgevolgd o woonplaats van cliënteel: voornamelijk in oude dorpskern en vanuit sociale woonwijken
15
SOCIAAL DNA, OCMW MERCHTEM september 2006, p.257-259
9
HOOFDSTUK 2: GEINTEGREERDE VISIE Dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze alle andere lokale beleidsplannen van het lokaal bestuur die implicaties hebben op het lokaal sociaal beleid onderling zullen afgestemd worden. Op dit ogenblik is de link gelegd naar drie beleidsplannen 1. LOKAAL WOONBELEID 2. LOKAAL BELEID KINDEROPVANG 3. BIBLIOTHEEK BELEIDSPLAN In dit hoofdstuk is ook de werkwijze vastgelegd om in de toekomst alle plannen te verbinden aan het lokaal sociaal beleidsplan. VISIE PLANNING TOEKOMST De gemeenteraad van november 2007 legt alle planningsmodaliteiten vast om het planningswerk in de toekomst meer geïntegreerd aan te pakken. Ieder beleidsplan zal worden onderzocht op mogelijke sociale implicaties. Het huidige lokaal sociaal beleidsplan legt het accent op drie terreinen: - woonbeleid - betere communicatie met inwoners inzake de dienstverlening - samenwerking tussen alle diensten op het grondgebied van de gemeente. VISIE WERKWIJZE Het OVERLEGCOMITE zorgt deze legislatuur voor de verdere aansturing en zal in bijzondere afspraken vastleggen hoe de planning binnen ieder beleidsdomein wordt gelinkt aan het LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN. Het WADOVERLEG is de afstemmingsplaats voor alle diensten van OCMW/GEMEENTEBESTUUR. Hier worden de planningswerkzaamheden georganiseerd. De resultaten worden op dit overleg beoordeeld en vervolledigd. Het OVERLEGCOMITE legt de stukken dan voor aan de respectieve raden.
1. LOKAAL WOONBELEID Op het ogenblik dat het OCMW met de planning is aangevat was er nog geen sprake van een lokaal woonbeleidsplan. Sinds de minister voor Woonbeleid, Marino Keulen, een subsidiereglement16 heeft uitgeschreven wordt er een rechtstreekse link gemaakt met het sociaal beleidsplan. Directe linken met het sociaal beleidsplan zijn volgende activiteiten: 1° het ontwikkelen van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2° het organiseren van het lokaal woonoverleg; 3° het uitbouwen van een klantgerichte dienstverlening aan de burger; 4° het verbeteren van de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving. Voornamelijk op het Lokaal Woonoverleg zal de link worden gemaakt met het sociaal beleidsplan en op het overlegcomité zal ook waakzaam worden opgevolgd of er geen 16
Besluit van de Vlaamse regering houdende de ondersteuning van het lokaal woonbeleid, 19 juli 2007
10
bijsturingen moeten plaatsvinden. De eindverantwoordelijkheid voor het lokaal woonbeleid is het gemeentebestuur. Tijdens de evaluatie in 2010 zal het lokaal sociaal beleidsplan ook inzake woonbeleid verder worden getoetst.
2. LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG Op 4 mei 2007 17 keurde de Vlaamse Regering het ontwerp van besluit houdende het lokaal beleid kinderopvang definitief goed. Het besluit treedt in werking op 19 juni 2007. Dit besluit geeft invulling aan het oprichtingsdecreet van Kind en Gezin dat het lokaal bestuur erkent als lokale regisseur m.b.t. kinderopvang. Het lokaal bestuur oefent zijn lokale regierol uit in samenspraak met Kind en Gezin, wat betekent dat Kind en Gezin – bij de uitbouw van opvangvoorzieningen binnen de gemeente – advies zal vragen aan het lokaal bestuur. Tegelijk maakt het besluit van het Lokaal Overleg Kinderopvang een gemeentelijke adviesraad, bevoegd voor zowel voorschoolse (dagopvang) als buitenschoolse kinderopvang. Het inwerkingtreden van het besluit houdt in dat: • het lokaal bestuur eindverantwoordelijkheid draagt voor de opmaak van het lokaal beleidsplan kinderopvang en de organisatie van het Lokaal Overleg Kinderopvang; • elk lokaal bestuur een nieuw beleidsplan kinderopvang maakt, als deel van het lokaal sociaal beleidsplan; het Lokaal Overleg Kinderopvang, in overleg met de lokale beleidsverantwoordelijke kinderopvang, zijn samenstelling en werking laat vastleggen door de gemeenteraad. •
Met het beleidsplan voorschoolse kinderopvang wordt ingespeeld op de nieuwe regelgeving die op 4 mei 2007 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Het besluit houdende het lokaal beleid kinderopvang treedt in werking op 19 juni 2007.
3. BELEIDSPLAN BIBLIOTHEEK Met de bibliotheek werd afgesproken om tijdens de legislatuur 2007-2012 verder af te stemmen en voornamelijk in communicatieacties te streven naar samenwerking voor wat het uitvoerende gedeelte betreft. De dienstverlening nog meer ontsluiten voor iedere inwoner is een concrete doelstelling waar ook samen met de bibliotheek kan aan gewerkt worden. Het beleidsplan van de bibliotheek voor de komende werkingsperiode bevat dan ook specifieke antwoorden om het communicatiebeleid van het Gemeentebestuur en het OCMW mee te ondersteunen.18 Tegelijk is er binnen de communicatieplanning van het OCMW een duidelijke link met alle partners in de gemeente om maximaal te streven naar een toegankelijke dienstverlening.
17 18
www.kindengezin.be
voorbereidingen juni 2007 en beleidsplan bibliotheekwerking Merchtem 2007-2012 p.
11
HOOFDSTUK 3: MEERJARENPLANNING 1. MISSIE SOCIAAL BELEID 2007-2013 1.1. AANDACHTSPUNTEN De missie staat voor concrete werkdoelen die men in 2007-2013 kan uitvoeren. Deze werkdoelen beschrijven meteen ook de verhoudingen, de dienstverlening en de relatie met de bevolking. (het gaat om een beschrijving van de huidige middelen die nodig zijn om de visiedoelstellingen te realiseren). De werkgroepen hebben 36 doelstellingen uitgewerkt in doelstellingenfiches. Deze 36 doelstellingen hangen op aan een aantal aandachtspunten die in deze ontwerpnota zijn uitgewerkt en ter discussie staan. Op het einde van de nota moet u als mandataris keuzes gemaakt hebben. Welke visiedoelstellingen bereiken? Merchtem op de regionale kaart zetten inzake dienstverlening De brugverbinding leggen en afstemming zoeken tussen management van het OCMW en de gemeentelijke administratie Het vastleggen van sociale infrastructuurelementen binnen het structuurplan 1.2.
TOEGANKELIJKERE DIENSTVERLENING
De verschillende bestaande diensten worden in de loop van de komende legislatuur toegankelijker gemaakt. De gemeente beschikt met de twee lokale besturen over een goede basisinfrastructuur die onderling moet afgestemd zijn. Het lokettensysteem biedt transparante aanspreekpunten LOKET SOCIALE VRAGEN: alles over sociale diensten en mogelijkheden LOKET WOONVRAGEN: alles over wonen in Merchtem LOKET IDENTITEITSVRAGEN: alles over de inwoner zijn persoonlijke administratie Overzicht loketten 2006-2013
MENSEN ONDERSTEUNEN EN BIJSTAAN IN HUN ZOEKTOCHT Mensen moeten zelf de stap zetten. Diensten kunnen zich niet opdringen maar kunnen wel efficiënter functioneren. Dat kan door meer activiteit te ontwikkelen en nieuwe dossiers goed voor te bereiden. Men kan tegenwoordig beperkte doelgroepen aanspreken en informeren over een specifiek aanbod en niet iedere maatregel moet voor alle inwoners gelden. Er kan verfijnd worden in functie van de doelstelling maar daar komt ook meer voorbereidend werk aan te pas. Alle inwoners willen een goed overzicht hebben in het dienstenaanbod. In de tweede plaats moeten diensten nog meer anticiperen op de nabije toekomst en noden. Daarover moet er onderling meer gecommuniceerd worden. Een lokale overheid zoals het OCMW of het gemeentebestuur van MERCHTEM is de meeste nabije dienstverlening voor inwoners. Diensten en personeel moeten zich daarom ook toeleggen op de samenhang en het overzicht van alle sociale diensten in de ruime omgeving. Ook 12
wanneer het uitdagingen betreft die de eigen werking overstijgt; doorverwijzing en gericht ondersteunen in de zoektocht naar meer welzijn (wonen, werken, welbevinden) Merchtem is de grote topprioriteit voor de diensthoofden. In 2007-2013 zal klantvriendelijkheid zich op deze wijze moeten manifesteren binnen de diensten. Dat vraagt om een langzame maar degelijke omschakeling. (hier zijn goede voorbereidingen en intern overleg echt wel aangewezen) Dat alles heeft niets te maken met nieuwe sociale diensten of nieuwe ideeën maar met de mentaliteit van een personeelslid. De dienstverlening in de gemeente hangt af van de persoonlijke aanpak van een personeelslid in een van de loketten. Dit personeelslid houdt hierbij de twee perspectieven voor ogen: DE EIGEN DIENSTEN GOED AANBIEDEN (wat Merchtem aan eigen diensten ontwikkeld heeft moet toegankelijk zijn voor de mensen die er recht op hebben of het nodig hebben.) SPONTAAN AANBOD OM MEE TE ZOEKEN (de toenemende complexiteit is een veel grotere uitdaging dan te streven naar een overaanbod van zorgen. Mensen moeten de boodschap krijgen dat iedere dienst meezoekt naar een oplossing maar dat men zelf de keuzes moet maken als inwoner) Deze persoonlijke aanpak van het personeel in Merchtem is nu al gerealiseerd. Maar ieder personeelslid moet ook uitstekend kunnen samenwerken met de andere diensten. En dit laatste is zeker nog niet gerealiseerd. Het managen van het personeelsbestand heeft dus eerder iets te maken met de structuren, het overleg en het strategische management waar deze uitdagingen moeten aangepakt worden. Er is blijkens de getuigenissen van de bevolking een grote tevredenheid over de klantvriendelijke aanpak van het personeel. 1.3.
EEN STRENGER INFORMATIEMANAGEMENT VOEREN
Er is een verschil tussen nieuwsspreiding en informatieduiding. Op dit ogenblik worden mensen overspoeld met informatie. Er is echter een grote behoefte aan objectieve informatie over de werking van de diensten, het aanbod en de mensen uit Merchtem. De grote doelstelling inzake een betere communicatie is een objectief aanbod aan informatie en een eigen rechtstreeks kanaal met de inwoner. Merchtem wil in 2007-2013 zelf de informatie brengen naar de inwoner. Dat is haar eerste kerntaak. Daarom wordt in dit ontwerpbeleidsplan eerst meer aandacht geschonken aan het beheer van wat bestaat (doelstelling 1-14) om nadien de mogelijkheden uit te breiden met nieuwe ontwikkelingen (doelstelling 15-35). Het gemeentebestuur en het OCMW ervaren de nood om ieder met een meer uitgesproken huisstijl naar de inwoner te werken. Bedoeling is om vanuit de eigenheid van ieder lokaal bestuur (OCMW of GEMEENTEBESTUUR) de link te leggen en transparant te communiceren over de diensten.
13
1.4.
HOE SOCIAAL BELEID MAKEN?
OCMW en Gemeentebestuur vervullen ieder een eigen rol inzake de sociale dienstverlening. In eerste instantie worden de loketten onderling goed afgestemd. Maar ook het SOCIAAL HUIS krijgt een duidelijke plaats in het geheel. Met het SOCIAAL HUIS verwijst het bestuur van Merchtem naar de samenwerking tussen de diensten maar ook naar een specifieke locatie waar inwoners terecht kunnen met vragen. In eerste instantie zal binnen deze legislatuur vooral gestreefd worden naar maximale afstemming (dankzij de coördinatie) en op langere termijn opteert men de centrale invulling van het SOCIAAL HUIS.
14
2. MEERJARENPLANNING De doelstellingen die onder deze paragraaf worden beschreven zijn opgenomen in de meerjarenplan19. 2.1.
DOELSTELLING 1-14: bestaande werking van OCMW en GEMEENTEBESTUUR
DOELSTELLING 1: GEBOORTEPREMIE KADEREN IN GEHEEL VAN SOCIALE DIENSTVERLENING ZORGEN DAT OUDERS IN CONTACT KOMEN MET SOCIALE DIENSTVERLENING MERCHTEM DOELSTELLING 2: GEHANDICAPTENBELEID OP PUNT STELLEN GEHANDICAPTENBELEID LINKEN AAN WERKING SOCIALE DIENST DOELSTELLING 3: KINDBELEID MERCHTEM GLOBAAL AFSTEMMEN EEN DUIDELIJKER KINDBELEIDVOEREN DOELSTELLING 4: REALISEREN 41 WONINGEN MIEREGEMSTRAAT OPVOLGEN VAN TOEGEWEZEN KAVELS DOELSTELLING 5: PROJECT BURENBEMIDDELING VERDER ZETTEN WIJKWERKING BEVORDEREN MET ALLE BETROKKEN DIENSTEN DOELSTELLING 6: SERVICEFLATS TER LINDE EN LIJSTERBEST BEHEER SERVICEFLATS + 40 NIEUWE LOCATIES PLANNEN PEIZEGEM/BRUSSEGEM DOELSTELLING 7: THUISDIENSTEN THUISZORG STERKER COORDINEREN
VERDER
VOORBEREIDEN
OP
TOEKOMST:
DOELSTELLING 8: RUSTHUISCAPACITEIT VERHOGEN NAAR 89 BEDDEN EN 3 TIJDELIJKE OPVANGPLAATSEN RUSTHUISWERKING VERGROTEN DOELSTELLING 9: DIENST BUDGETBEGELEIDING EN SCHULDBEMIDDELING INTENSIVEREN MEER AANDACHT VOOR BUDGETBEGELEIDING EN SNELLER SCHULDBEMIDDELING INSCHAKELEN DOELSTELLING 10: ASIELWERKING AANSLUITEN OP GEHEEL IN MERCHTEM ASIELZOEKERS SNELLER INTEGREREN + VERENIGINGEN BETREKKEN DOELSTELLING 11: STEUNAANVRAGEN ALS OCMW VERWERKEN WETTELIJKE OMSCHREVEN TAKEN KOPPELEN AAN TEWERKSTELLINGSBELEID DOELSTELLING 12: GRATIS RECHTSHULP INWONERS SENSIBILISEREN OVER HET BESTAAN VAN GRATIS DIENST DOELSTELLING 13: WERKING SOCIAAL VERHUURKANTOOR VIA HUURTOELAGEN CORRECTIES OP WOONMARKT BRENGEN DOELSTELLING 14: TWEEDEHANDSWINKEL OCMW VRIJWILLIGERSBELEID OP LANGE TERMIJN VORM GEVEN
19
MEERJARENPLANNING GOEDGEKEURD OP OVERLEGCOMITE EN MEE VOORGELEGD AAN GEMEENTERAAD OP ../…/2007 zie bijlage
15
2.2.
Weergave en essentie van de nieuwe accenten 2007-2013
I. AFSTEMMING BRENGEN IN GEHEEL VAN DIENSTVERLENING DOELSTELLING 16: ONTHAALDIENST OP OCMW INFORMATIELIJN VOOR DE BEVOLKING ONTHAALBELEID VERBETEREN EN 0800/1785 VOOR INFO
+
GEMEENTEHUIS
EN
DOELSTELLING 21: GEZONDHEIDSPREVENTIE MERCHTEM ACTIVEREN VIA LOGO EN SIT GEZONDHEIDSPREVENTIE PLANNEN VOOR 2007-2013 IN SAMENWERKING MET CENTRUMLOGO GRIMBERGEN DOELSTELLING 22: EXTRA ONDERSTEUNING THUISZORG THUISZORG INTENSIVEREN EN DOELGROEPEN INFORMEREN OVER AANBOD
II. WOONBELEID VOOR INWONERS UIT MERCHTEM VERBETEREN DOELSTELLING 23: VERDERE OPRICHTING DIENST HUISVESTING, WOONLOKET EN AANDUIDING HUISVESTINGSCOÖRDINATOR WOONLOKET IS VOOR ALLE VRAGEN IN VERBAND MET HUISVESTING VOOR INWONERS UIT MERCHTEM EN GELINKT AAN DE SOCIALE WOONDIENSTVERLENING DOELSTELLING 24: OPRICHTING VAN HET LOKAAL WOONOVERLEG OVERLEG SOCIAAL WOONBELEID ALS THEMA BINNEN GECORO MET INWONERS DOELSTELLING 25: BETAALBARE WONINGEN VOOR JONGE GEZINNEN 181 WONINGEN 2007-2020 VOOR GEZINNEN MET INKOMEN VAN MAXIMAAL 48.420 NETTO (KOOP) of 41.300 NETTO (HUUR) DOELSTELLING 26: BESTAND SOCIALE WONINGEN OP PEIL HOUDEN 73 EXTRA SOCIALE WONINGEN PLANNEN MAAR NIET MEER CONCENTREREN IN WIJKEN WEL AFZONDERLIJK INGEPLANT IN GEHEEL VAN WONINGEN OVER GEMEENTE DOELSTELLING 27: WOONUITBREIDINGSGEBIED ENKEL VIA PROJECTEN VAN OPENBAAR NUT ALLEEN DE OVERHEID ZAL NOG WOONUITBREIDINGSGEBIED KUNNEN ONTWIKKELEN DOELSTELLING 28: STEUNMAATREGELEN VOOR INWONERS INZAKE WOONBELEID MAATREGELEN VOOR STEUN JONGE GEZINNEN (RENTELOZE LENING, RENOVATIEPREMIE, HUURTOELAGE) DOELSTELLING 29: RANDVOORWAARDEN MOETEN SOCIALER WOONBELEID CREËREN BOETE VOOR NIET BOUWEN GARAGE IN PRIORITAIR GEBIED, MEER GROENZONES OM WAARDE BUURT TE VERHOGEN, STRENGERE WOONCRITERIA (HUURMARKT)
III. EEN BETERE COMMUNICATIE TUSSEN LOKALE BESTUREN EN INWONERS DOELSTELLING 31: COMMUNICATIEPLANNING SOCIALE DIENSTVERLENING 2007-2013 EEN DEGELIJK PLAN WAARIN DE GROTE LIJNEN COMMUNICATIEBELEID ZIJN OPGENOMEN DOELSTELLING 33: COMMUNICATIEPROTOCOL 2007-2013 AFSPRAKEN MET POLITICI OM COMMUNICATIE OBJECTIEF TE BRENGEN DOELSTELLING 36: BIBLIOTHEEK IS PARTNER IN COMMUNICATIEMANAGEMENT DE BIBLIOTHEEK IS MEE BETROKKEN BIJ DE COMMUNICATIEPLANNING EN VERVULT ZELF EEN INFORMERENDE ROL NAAR DE INWONERS
16
HOOFDSTUK 4: TAAKVERDELING EN AFSPRAKEN 1. VOORAF Het OCMW is voor de komende periode 2007-2012 coördinator van de uitvoering van de doelstellingen inzake sociaal beleid, moet zorgen voor een goed initiatief inzake overleg tussen beleidsmensen van beide besturen en organiseert tevens het WADOVERLEG. Dit laatste is het werkoverleg afstemming diensten waaraan personeel van beide administraties deelnemen. De coördinatie wordt waargenomen door Sonja Van Lierde, stafmedewerker OCMW. Zij bereidt samen met de secretaris van het OCMW het WADOVERLEG voor nadat de nodige instructies werden gegeven op het overlegcomité (STUURGROEP SOCIAAL BELEID). COORDINATIE SOCIAAL BELEID De coördinator bewaakt alle sociale implicaties van het beleid in het algemeen. Communicatie tussen beide besturen is een zeer belangrijk aandachtspunt en daarom is de afstemming van de verschillende diensten onderling essentieel. De taakverdeling, afspraken en invulling van het sociaal huis zijn daarom specifiek vastgelegd. De coördinator van het sociaal beleid moet in eerste instantie aan procesbewaking doen. Het is niet eenvoudig om tegelijk met verschillende besturen en respectieve administraties te werken aan dezelfde dienstverlening. Wat is hier essentieel? De coördinator moet beleidsvoorbereidend werk leveren. Dat is het dossierwerk om de beleidsverantwoordelijken keuzes te laten maken. Hierbij moet de Stuurgroep Sociaal beleid (het vroegere overlegcomité tussen gemeentebestuur en OCMW concreet gemaakt worden. De coördinator moet zorgen voor interne afstemming. De informatie en de dienstverlening is vaak zo specifiek dat men geregeld overleg moet organiseren tussen de betrokken afdelingen die een rol spelen inzake de sociale dienstverlening. In het huidige beleidsplan wordt vooral aandacht geschonken aan woonbeleid, duidelijke dienstverlening en het kenbaar maken van de sociale diensten uit de gemeente. De coördinator moet inspelen op de verschillen tussen beide administraties en zorgen dat alle diensten tot een goed afgestemd geheel komen voor de inwoner. 1.1. HET WADOVERLEG (werkgroep afstemming diensten) Tijdens de voorbereidende werkzaamheden bleek dat de werking, de planning en belangrijke beslissingen vooraf meer zou worden uitgewisseld tussen de administraties van OCMW en Gemeentebestuur. Dit is in de eerste plaats een uitdaging voor het personeel om via het WAD-overleg tot de noodzakelijke afstemming kan komen. Bedoeling is dat beide administraties grondiger inzoomen op de dienstverlening en de werking van de verschillende diensten. Uiteindelijk moeten inwoners op een eenvoudige en transparante wijze geloodst worden naar de betreffende dienst. Om dat te realiseren is het noodzakelijk een minimaal periodiek overleg te organiseren. Merchtem is een gemeente met 15.000 inwoners en men moet dit realistisch aanpakken: de werking moet vooral in de praktijk tot uiting komen. De
17
coördinator van het lokaal sociaal beleidsplan zorgt voor initiatief. Dit kan door samen te werken tussen het personeel van volgende loketten: het loket burgerzaken, het sociaal dienstverleningsloket (SOCIAAL HUIS) en het loket wonen.20 1.2. SOCIAAL HUIS Het OCMW opteert om aansluitend naast het WAD-overleg te werken aan een moderne dienstverlening die transparant en doelgroepgericht is. Het concept ‘SOCIAAL HUIS’ 21 werd al enkele jaren geleden door de Vlaamse overheid gepromoot waarbij een maximale toegankelijkheid van de dienstverlening voor elke burger en een optimaal bereik van de beoogde doelgroep in het kader van het Lokaal Sociaal Beleid belangrijke doelstellingen zijn van het decreet inzake sociaal beleid. Het sociaal beleid wordt in sterke mate gemonitord door het OCMW. Het biedt het personeel de mogelijkheid om de planning op lange termijn uit te voeren en in alle duidelijkheid met elkaar te werken over de besturen heen. Het SOCIAAL HUIS is in eerste instantie een onderdeel van de geïntegreerde loketwerking van de gemeente Merchtem. Op langere termijn vormt het een modern sluitstuk van alle sociale dienstverlening. Hierbij wordt niet alleen geopteerd voor een samenwerking met het Gemeentebestuur. Vanaf 2010-2012 zal het SOCIAAL HUIS: - alle sociale diensten op het grondgebied coördineren - regisseur zijn van het integreren van sociale correcties in alle andere beleidsdomeinen door samen te werken met andere diensten - een fysieke locatie aanbieden aan iedere partner die wenst op het grondgebied van Merchtem tot betere dienstverlening te komen.
2. TAAKVERDELING: MEER COORDINATIE EN AFGESTEMDE LOKETWERKING De nieuwe samenwerking22 tussen OCMW en Gemeentebestuur komt neer op een meer structurele vorm van overleg waarbij men vooraf tot meer afstemming komt en zo beter de diensten kan aanbieden aan de bevolking. Dit moet zowel plaatsvinden op bestuurlijk niveau als op personeelsniveau
20
Zie de publicatie Sociaal DNA, OCMW Merchtem 2006 en de Coördinatienota lokaal sociaal beleid voor verdere omschrijving en toelichting. 21 http://www.vvsg.be/nl/welzijn/welzijn/lokaal_sociaal_beleid/sociaal_huis.shtml of http://www.wvc.vlaanderen.be/lokaalsociaalbeleid/vragen/doel%20sociaal%20Huis.doc
22
Coördinatienota uitvoering lokaal sociaal beleid p.8-9-10
18
Stroomschema: wie zorgt voor dynamiek?
De coördinator zorgt voor een goede uitvoering van het beleidsplan en neemt hiervoor alle initiatieven die noodzakelijk zijn binnen de krijtlijnen van het overlegcomité (STUURGROEP SOCIAAL BELEID) en het WADOVERLEG.
Stroomschema: organogram sociale dienstverlening (wie moet er samenwerken)
19
De STUURGROEP SOCIAAL BELEID en het WADOVERLEG zijn misschien nieuwe begrippen maar feitelijk zijn het termen die het bestaande overleg verder formaliseren. Het is precies deze aanpak die er toe leidt dat men iets meer gestructureerd kan werken. Om samen te werken tussen twee besturen is dit de voornaamste optie: vooraf goed doorpraten wat de bedoeling is, nagaan wat de mogelijkheden zijn en een werkwijze afspreken (wie doet wat en wanneer? En om dit goed te organiseren is het essentieel om de opvolging toe te vertrouwen aan de coördinator. Dit is de brugpersoon die in opdracht van de politici werkt aan een goede afstemming tussen beide dienstverlenende administraties.
OCMW EN GEMEENTEBESTUUR ZIJN VOOR ALLE VRAGEN AANSPREEKBAAR
Welke inrijpoorten zijn er voor de inwoners?
Inwoners gebruiken diensten en informatie via 3 grote kanalen (loket sociaal, loket wonen en loket burgerzaken (loket sociaal = SOCIAAL HUIS)
20
Communicatie-inspanningen worden bewaakt door ieder bestuur zelf. De coördinator van het LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN neemt initiatief indien nodig en speelt in op beide besturen en respectieve administraties.
21
!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
WAT IS NIEUW IN DE AANPAK? 1. Loketten zijn eigentijdse onthaalformules van iedere dienst die een rol vervult in het sociale beleid.
Sociaal loket: groepeert alle sociale diensten Loket burgerzaken: groepeert persoonlijke administratie van iedere inwoner Woonloket: groepeert alle diensten inzake ondersteuning woonbeleid
2. Permanent overleg tussen Gemeentebestuur en OCMW Het vroegere overlegcomité wordt nu een STUURGROEP SOCIAAL OVERLEG (om deze stuurgroep operationeel te maken is een sterke onderbouw met personeelsinbreng noodzakelijk en moet er een coördinator zijn die het geheel goed stroomlijnt) Nieuw tussen Gemeentebestuur en OCMW is het WAD-overleg. Dit staat voor de Werkgroep Afstemming Diensten. Dit overleg dient om het personeel onderling goed af te stemmen.
3. Onthaaldesk + informatiewerking van de Bibliotheek De onthaaldesk is geen frontoffice of een zelfstandige dienst maar maakt deel uit van het communicatieteam en moet inwoners zo efficiënt mogelijk Informeren Doorsturen Ondersteunen in de zoektocht De onthaaldesk is het voorportaal van iedere organisatie (aan de ingang van gemeentehuis en OCMW worden inwoners vriendelijk opgevangen of telefonisch onthaald). Met de bibliotheek heeft men een bijzondere troef om de eigen inwoners te informeren over het aanbod.
4. Coördinator sociale beleidsplanning De coördinator zorgt dat de doelstellingen en het beleidsplan worden uitgevoerd Opvolgen van de diensten die aan het sociale beleid meewerken Bevorderen communicatie tussen personeelsleden van Gemeente en OCMW Organiseren structureel overleg op bestuurlijk niveau tussen politici De coördinator is geen hiërarchische overste maar zorgt wel voor continuïteit en specialistische inbreng.
5. Communicatiedienst + redactie van de communicatie De communicatiedienst van de Gemeente en het OCMW zorgt voor interne en externe communicatie Intern (heldere nota’s op basis van inbreng diensten om afstemming te vergroten) Extern (een gestroomlijnd informatiekanaal met de inwoner, de verenigingen en de bedrijven GEMEENTEBESTUUR EN OCMW VOEREN IEDER EEN EIGEN BELEID MET DAARBIJ HORENDE INSTRUMENTEN Het gemeentebestuur voert de communicatieafspraken wat haar aandeel betreft (map inwoner met infobrochures, adverteert in de lokale bladen) Het OCMW zoekt maximale aansluiting bij gemeentelijke informatieacties en voert een eigen communicatiebeleid uit (zie bijgevoegde communicatienota november 2007)
22
2. WERKING LOKETTEN (KORTE TERMIJN integreren sociale dienstverlening) Inwoners komen in contact met de diensten via het woonloket + het identiteitsloket + het sociale loket of via de onthaalbalie en de infolijn. Men moet immers ook niet de motor kennen om met een auto te kunnen rijden. De achterliggende functies om tot meer afstemming te komen zijn niet essentieel in de communicatie omtrent het gebruik van diensten. Gebruiksvriendelijkheid is het grote thema van dit beleidsplan. Daarom is het enorm belangrijk dat mensen weten waar ze terecht kunnen. Ze kunnen terecht bij drie loketten die onderling doorverwijzen en basisinformatie kunnen aanleveren van iedere dienst. ONTHAAL INFOBALIE GEMEENTEHUIS + INFOLIJN ALLE VRAGEN
ONTHAAL INFOBALIE OCMW + INFOLIJN ALLE
COMMUNICATIEDIENST: VERSPREIDING INFORMATIE GEBRUIK DIENSTEN
WOONLOKET locatie: GEMEENTEHUIS beherende dienst: huisvestingsdienst eindverantwoordelijkheid: gemeentebestuur
aanspreekpunt alles over wonen en buurt
IDENTITEITSLOKET
SOCIAAL LOKET
locatie GEMEENTEHUIS
locatie sociale campus Gasthuisstraat
beherende dienst: dienst burgerzaken
beherende dienst: OCMW sociale dienst
eindverantwoordelijkheid: gemeentebestuur aanspreekpunt burgerzaken + gerelateerde thema's rond welzijn (gehandicapten, pensioen, geboortepremie)
eindverantwoordelijkheid: OCMW-bestuur centraal aanspreekpunt sociale zaken voor werk, alle zorg en hulp, info en ondersteuning in Merchtem
WERKGROEP AFSTEMMING DIENSTEN Overleg tussen diensten die loket + infolijn/communicatiestroom beheren niveau diensthoofden + niveau loketmedewerkers
STUURGROEP LOKAAL SOCIAAL BELEID overleg tussen gemeentebestuur + OCMW
Bron. Overzicht ontwikkeld door de werkgroep afstemming diensten mei 2006 2.1. VIA LOKET WOONVRAGEN De dienst Huisvesting van het gemeentebestuur is de specialist inzake ruimtelijke ordening en huisvesting. Om voldoende duidelijk te maken aan iedere inwoner hoe men zich kan informeren over specifieke woonvragen wordt een woonloket opgezet. Hier kan men terecht voor alle vragen inzake wonen. Dus ook voor de sociale vragen omtrent het woonbeleid en de plannen die gemeentebestuur en OCMW samen uitwerken. De hoofddoelstelling van het loket is dat inwoners weten dat zij er terecht kunnen voor: advies; bemiddeling; steun om te wonen in Merchtem. (informatie, overzicht, steunaanvraag); Het project burenbemiddeling krijgt ook een vaste vorm binnen het LOKET WOONVRAGEN omdat de aanspreekbaarheid van deze medewerker groot is en samenvalt met noden in een buurt. De wijkwerking is in de eerste plaats een opdracht van de politiezone AMOW. 23
Maar de medewerker van het WOONLOKET is aanspreekbaar op het loket en ook in de wijken. En samen met de burenbemiddelaar moet er contact gehouden worden met alle diensten die in de wijk actief zijn. 2.1.1. Beschrijving van het woonloket en de huisvestingsdienst DE DIENST IS HET AANSPREEKPUNT (WOONWINKEL) VOOR DE INWONERS (VRAAG EN HET AANBOD) Alle informatie maximaal doorspelen naar bevolking Consultaties organiseren en adviesgesprekken voor iedere inwoner die zich oriënteert Bijhouden van alle subsidies en mogelijkheden beleidsvoorbereiding en uitwerken dossiers om beleid te ondersteunen inzake huisvesting (prioriteit wordt bij aanvang gelegd op in kaart brengen van de vraagpatronen inwoners); Optreden als vertrouwensfiguur voor bewoners en de huisvestingsinstanties. Men kan terecht voor informatie, advies en dienstverlening; Het bijhouden van de gemeentelijke database (overzicht subsidies, huuradvertenties, zoekertjes); Coördinatie van het beleid en het aansturen van de gemeentelijke ontwikkelingsmanager in opdracht van het managementteam; Uitbouw van het beleidsnetwerk “wonen” met het oog op samenwerking en onderlinge afstemming met andere huisvestingsfactoren; RESULTAATGEBIEDEN WAAROP AMBTENAAR WERKT: Overleg interne en externe instanties (beleid verduidelijken) Overleg met OCMW (lokaal woonoverleg en huursubsidie) Conformiteitsattestering 2007-2013 (gefaseerd per doelgroep) Werking toelichten van de huisvestingsdienst; Overleg met inwoners en partners om gegevens en info te verzamelen over wonen;
EEN GEMEENTELIJKE WOONCOÖRDINATOR HUISVESTINGSDIENST(VOLT B1- B3)
ZORGT
VOOR
STURING
VAN
DE
De huisvestingsdienst wordt geleid door een gemeentelijke wooncoördinator. Hij/zij zal het sociale woonbeleid in de praktijk omzetten, opvolgen en ook rapporteren aan het bestuur. Deze persoon moet ook met alle partners projecten vormen en de streefcijfers voor een socialer woonbeleid nastreven. De wooncoördinator is tegelijk ook de projectverantwoordelijke voor dossiers van gemeente en OCMW
DE TAKEN VAN DE BURENBEMIDDELAAR (80% VOLTIJDS NIV B) Herstellen van communicatie tussen buren Proces van oplossingen zoeken tussen buren, begeleiden in de oplossing Onderlinge oplossingen bevorderen Werken op neutraal terrein Herstellen van buurtcontacten Aantal voorziene dossiers op jaarbasis 2007-2013: 70
24
2.2.
VIA LOKET SOCIALE VRAGEN (SOCIAAL HUIS)
Het tweede loket is het aanspreekpunt voor inwoners die informatie of steun wensen inzake de sociale dienstverlening. Iedere inwoner kan er voortaan terecht met alle vragen. Tegelijk is het ook het aanspreekpunt om van alle sociale diensten gebruik te maken. In dit loket sociale vragen wordt gewerkt zoals een OCMW aan opvang en onthaal doet (intake, voorbereiden beslissing en terugkoppeling). Mensen hoeven het totale aanbod niet te kennen. Bijzondere aandacht gaat naar het overbrengen van de nieuwe boodschap in 20072013: de sociale campus bundelt alle diensten samen en op het sociale loket kan men informatie krijgen over de dienstverlening. In de komende legislatuur kan men op het sociale loket terecht voor heel wat diensten. De thuisdienst, de sociale dienst van het OCMW, het project serviceflats, gezinsondersteunende diensten die gehuisvest zijn op de campus en informatie over alle andere bestaande diensten, kinderopvang en residentiële ouderenzorg. THUISDIENSTEN De thuisdiensten vormen de ruggengraat van het beleid voor senioren. Mensen willen zolang mogelijk thuis blijven wonen en het OCMW speelt daarop in met de huidige dienstverlening (warme maaltijden, poetsdienst, overleg in SIT om individuele dossiers te organiseren, personenalarmcentrale en informatie over thuiszorg op wijkniveau) SOCIALE DIENST OCMW De maatschappelijke werkers ontvangen iedere inwoner om dossiers in te leiden op het bijzondere comité. Het gaat hier over: Inkomensvragen: leefloon, voorschotten, huurtoelage begeleidingsvragen (budgetbeheer, schuldbemiddeling) psychosociale hulp oriëntering op het gebruik van gespecialiseerde dienstverlening in de regio Gebruik van het sociale verhuurkantoor van het OCMW PROJECT SERVICEFLATS Iedere inwoner kan terecht op het sociale loket om zich in te schrijven in één van de serviceflats. De projecten worden tussen 2007-2013 toegespits op drie locaties sociale campus zelf (Lijsterbes en Ter Linde 48 flats) nieuw project in Peizegem Centrum (12 flats) nieuw project in Brussegem (15 flats) GEZINSONDERSTEUNENDE DIENSTEN Iedere inwoner kan terecht op het sociale loket om een poetsdienst of klusjesdienst in te schakelen. Het PWA-kantoor en de Dienstenonderneming zullen in de loop van 2008 ondergebracht worden op de sociale campus. Mensen hoeven de verschillende systemen niet meer te kennen, op het sociale loket wordt het meest interessante systeem aangeboden. Deze gezinsondersteunende dienst bestaat uit een partnership dat door het OCMW wordt aangestuurd en waar iedere partner binnen een eigen filosofie werkt. Het sociale loket engageert zich om goede informatie te verspreiden en de juiste dienst in te schakelen. 25
KINDEROPANG Aan het sociale loket kan iedere jonge vader of moeder terecht om informatie te krijgen ovr het bestaande aanbod voor kinderopvang. Het betreft hier in eerste instantie het aanbod van bestaande onthaalouders en opgerichte crèches uit de regio en Merchtem. Bedoeling is dat iedere inwoner mee ondersteund wordt in de zoektocht naar een gepaste opvangplek. Er kunnen ook aanvragen ingediend worden om de opvangplaats voor het betreffende kind betaalbaar te maken via het bijzondere comité van het OCMW. Het sociale loket zorgt voor deze aanvraag. RESIDENTIËLE OUDERENZORG Het sociale loket is ook aanspreekpunt voor inwoners die gebruik willen maken van de 89 vaste opvangplaatsen in het rusthuis. Het sociale loket is tevens het aanspreekpunt waar informatie over de nooduitleendienst (hulpmateriaal in de thuiszorg) wordt beheerd. 2.3.
VIA LOKET VRAGEN BURGERZAKEN
Het derde loket binnen de globale sociale infrastructuur wordt aangestuurd door de dienst Burgerzaken. Hier kan men terecht voor alle informatie en zaken die verband houden met identiteit, burgerlijke stand. Maar ook met zaken die verband houden met vreemdeling zijn, nieuwe Belg worden, de asielprocedure. Door de vele vragen biedt dit loket een schat aan informatie om zich als inwoner in Merchtem te verplaatsen. De informatiemomenten hangen op aan de ondersteuning die de dienst Burgerzaken aanbiedt:
inburgering uitreksels en afschriften identiteitskaart, paspoort en rijbewijzen wettigen van handtekeningen bewonerskaarten arbeidskaart huwelijksaangifte beheer sportzalen en feestzalen laatste wilsbeschikking en orgaandonatie (officiële registratie) verkiezingen: organisatie, briefwisseling, coördinatie seniorenfeest: organisatie en coördinatie verplichte inentingen invaliditeit (administratie, inleiden dossier, contactpunt) pensioenen (aanvraag, administratie, +3PAS, aanspreekpunt) parkeerkaart voor mindervaliden nationaliteit (naturalisaties en betwistingen)
LAGE DREMPEL Het loket is bijzonder laagdrempelig en kan ook mensen doorverwijzen naar het loket sociale vragen of loket woonvragen. De ondersteuning van de dienst wordt voorgesteld vanuit een vraaggerichte structuur. De inwoner kan zo via eigen gestelde vragen zien welk aanbod er bestaat en hoe hij daar gebruik kan van maken.
26
GERICHTE INFORMATIECAMPAGNES Een van de knelpunten inzake gerichte informatiecampagnes is de wet op de privacy. Men kan niet zomaar mensen in bestanden opnemen. Enkele de dienst burgerzaken kan in het belang van de inwoners gerichte communicatie verzenden. De samenwerking met de dienst burgerzaken in 2007-2013 spitst zich voornamelijk toe op het definiëren van doelgroepen die gebaat zijn bij meer en gerichte informatie over de dienstverlening. Hierbij kunnen gerichte informatiecampagnes leiden tot rechtstreekse contacten. Bijvoorbeeld : enquête inzake kinderopvang verzonden naar 650 gezinnen om behoeften te peilen, contact met de 80plussers om de thuisdiensten voor te stellen. De efficiëntie van een sociale dienstverlening is niet het aantal gebruikers maar wel de bekendheid van de dienstverlening.
3. SOCIAAL HUIS TOELICHTING Op korte termijn wil men de loketten integreren die van betekenis zijn om als inwoner informatie in te winnen over sociale dienstverlening. Op langere termijn wil men in Merchtem het accent leggen op een centrale en herkenbare dienstverlening via het SOCIAAL HUIS. Dit is het verzamelbegrip voor alle sociale diensten in de Gasthuisstraat. Dit houdt onder andere in dat elke vorm van sociale dienstverlening op termijn gelinkt wordt aan diensten die zijn gehuisvest op deze campus. Dit kan door er alle bestaande sociale dienstverlening in onder te brengen. Men moet echter realistisch zijn en op het grondgebied met 15.000 inwoners en iets meer dan 5.000 gezinnen blijven de verschillende loketten het ideale kompas om mensen door te verwijzen. Met het SOCIAAL HUIS kiest men op termijn voor een andere invulling van de opdrachten van het OCMW. Van ondersteuningsdiensten voor minst bedeelde moet men evolueren naar een ruime ondersteuning van alle gezinnen op sociaal vlak. Dat kan door diensten aan te bieden maar ook door alle sociale aspecten te bewaken binnen andere beleidsdomeinen. 3.1.
INVALSHOEKEN SOCIAAL HUIS
3.1.1. SOCIAAL HUIS ALS LOCATIE De oorspronkelijke site van het OCMW is stilaan uitgegroeid tot een toegankelijk geheel. De nieuwe functies zorgen voor een nog vlottere instroom van mensen en de toegang tot het OCMW wordt eenvoudiger. De serviceflats van de senioren, het nieuwe rusthuis, het park en het OCMW-gebouw, vormen samen een campus voor sociale dienstverlening waaraan ook in de toekomst verder projecten kunnen toegevoegd worden. Tegelijk is het ook een aanspreekpunt voor professionele zorgverleners in Merchtem. Door te bemiddelen en zich als OCMW bereikbaar op te stellen kan men via het SOCIAAL HUIS nieuwe vormen van ondersteuning bieden waardoor de dienstverlening nog meer raakt afgestemd. De locatie kan in de toekomst verder benut worden met nieuwe vormen van sociale dienstverlening. De campus sociale dienstverlening wordt zo een herkenbaar begrip voor inwoners die zich willen informeren.
27
3.1.2. KLANTGERICHTE DIENSTVERLENING Diensten worden effectief beter gebruikt als mensen zijn ingelicht over de mogelijkheden. Deze klantgerichte aanpak is het voornaamste kenmerk. Het OCMW kiest voor een eenvoudig maar samenhangend geheel. Alles wat met sociale dienstverlening te maken heeft wordt ondergebracht in het SOCIAAL HUIS. Het gaat om een duidelijke methode waarbij men de eigen diensten beter ordent en voorstelt en de gemeenschappelijke dienstverlening onderling goed regelt en afstemt. Het gaat hierbij om 4 sporen van klantgerichtheid. - Spoor 1. Eigen diensten op eenvormige wijze voorstellen (inclusief communicatiestrategie) - Spoor 2. Degelijk onthaal van inwoners die zich willen infomeren over het aanbod sociale dienstverlening - Spoor 3. Gerichte samenwerking met de gemeentelijke administratie en alle gespecialiseerde diensten op grondgebied. Het is niet de bedoeling om alle diensten samen te voegen, maar het SOCIAAL HUIS leent zich ertoe om periodiek via sociale thema’s activiteiten en informatieavonden te organiseren waarbij alle betrokken diensten aanwezig zijn en zich samen voorstellen. Bijvoorbeeld inzake betaalbaar wonen worden alle diensten samen voorgesteld en kunnen inwoners een globaal beeld krijgen over de mogelijkheden. - Spoor 4. Inwoners kunnen terecht bij elke gespecialiseerde dienst die spreekuur aanbiedt of afspraken vastlegt op het SOCIAAL HUIS. Met dit laatste spoor hoeven inwoners niet meer na te gaan waar ze terecht kunnen omdat het OCMW met alle partners een overeenkomst sluit; diensten kunnen dan vanuit het SOCIAAL HUIS worden aangeboden. (OCMW zorgt voor huisvesting, de partner kan met personeel inspelen op behoeften en het onthaalloket en informatie maakt aan inwoners bekend wat er allemaal op de campus voorhanden is)
3.1.3. DOELGROEPGERICHTE AANPAK Het SOCIAAL HUIS biedt zeer veel mogelijkheden. De vroegere rusthuissite bepaalde in sterke mate de beeldvorming bij de bevolking. Een OCMW biedt nochtans meer dan een rusthuis alleen. Het beeld van armensteun van enkele eeuwen terug wordt nog steeds gelinkt aan de ‘vroegere’ OCMW-werking. In essentie betekent dit dat het totale aanbod op verschillende wijzen moet gecommuniceerd worden aan de verschillende doelgroepen op het grondgebied. Pas dan kan men spreken van een veranderde beeldvorming. Zo is het relevanter om jonge gezinnen aan te spreken via kinderopvang en senioren via het ondersteuningsaanbod “ouder worden”. Uiteindelijk bepaalt dan iedere doelgroep voor zichzelf hoe de campus eruitziet en wat er mogelijk is aan dienstverlening. En stilaan groeit het inzicht dat mensen met alle vragen over sociale dienstverlening terecht kunnen op de campus. Zie verder het communicatieplan 2007-2013 van het OCMW.
28
3.2. -
Strategie (hoe uitwerken) communicatieaccenten (korte termijn) onthaal + loketfunctie (korte termijn) beheer van de verschillende kennisgebieden (korte termijn) samenwerking met derden (korte termijn) multifunctionele ontmoetingsruimte (langere termijn) verwachtingen (effecten)
3.2.1. Communicatieaccenten (korte termijn) Herkenbaarheid SOCIAAL HUIS Om de herkenbaarheid van de werking te vergroten, zal men moeten investeren in een naam die helder aansluit bij iedere inwoner. De term SOCIAAL HUIS is duidelijk en verwijst naar een ruime invulling van alles wat met sociale dienstverlening te maken heeft. Om tot een goede herkenbaarheid te komen zijn volgende middelen essentieel: - Ontwerp informatieborden (in huisstijl OCMW) “ SOCIAAL HUIS” (toeleiding vanuit iedere deelgemeente naar locatie en vanuit centrum). De borden vermelden meteen ook het adres van de portaalsite waar iedere inwoner zich op exact dezelfde wijze online kan informeren. - algemene folder betekenis “SOCIAAL HUIS” (wat biedt de campus en wat heb ik daar als inwoner aan) - naam informatieblad van het OCMW SOCIAAL HUIS 3.2.2. Onthaal + loketfunctie (korte termijn) Centraal op de campus wordt het onthaal voorzien waar iedere inwoner zich kan informeren. Bedoeling is om via een baliegesprek snel uit te klaren wat de persoon wil. Belangrijk is hierbij de inrichting. Dit verloopt best op een vlotte moderne wijze waarbij men even afgezonderd een kort gesprek kan hebben in een moderne omgeving. Hierbij gaat de medewerker na wat de persoon wil en werkt hierbij volgens een vast stramien. - optie 1: doorverwezen worden naar een van de bestaande diensten van OCMW of gemeentebestuur - optie 2: verzoek informatie die wordt nagezonden (nieuwsbrief specifiek onderwerp) - optie 3: eerste gesprek met medewerker op zoek naar oplossing - optie 4: onthaal voor gecontacteerde organisatie die spreekuur houdt op de campus. WAARVOOR STAAT DE ONTHAALDIENST - voor onthaal en doorverwijzing: iedere bezoeker wordt aangesproken en actief onthaald - eenvoudige informatie over diensten, rechten of link met bestaande diensten van gemeentebestuur en OCMW - noteert contactgegevens om nadien door collega verder op te laten volgen
29
-
inwoners kunnen zich inschrijven op speciale nieuwsbrief of kunnen wachtlijsten/aanbod consulteren van dienstverlening (adressen diensten, opvangadressen voorschools of naschoolse opvang, crisisadressen)
MET DIT LOKET WORDT EEN BELANGRIJKE OPTIE GENOMEN: - één personeelslid legt zich toe op het onthaal in het algemeen en moet geïnteresseerd zijn in vele domeinen zonder over alles een specialist te zijn (profiel = generalist). De nadruk ligt op klantvriendelijk onthaal. - het loket is desnoods toegankelijk op andere uren dan de openingsuren van het OCMW (bijvoorbeeld tijdens avonddiensturen gemeentediensten) - het loket staat centraal bij de inkom - mensen kunnen zitten tijdens het gesprek (persoonlijk en gebruiksvriendelijk karakter) - er wordt systematisch bijgehouden welke vragen mensen stellen en op welk niveau zij zich laten ondersteunen 3.2.3. Beheer van de verschillende kennisgebieden Om het SOCIAAL HUIS goed uit te bouwen is het essentieel dat er een goed kennisbeheer wordt opgezet. De verschillende kennisgebieden moeten grondig worden opgevolgd en toegankelijk gemaakt. Afstemmingsplan (lokaal sociaal beleidsplan P. 304 SOCIAAL DNA) Er wordt werk gemaakt van een grondig afstemmingsplan. Dit is een overzicht van alle bestaande diensten in Merchtem, wat ze specifiek doen, wat ze aanbieden aan inwoners en welke taken ze beheren). Met dit plan is het mogelijk om overzicht te houden over de dienstverlening en wie kan gecontacteerd worden. Het onthaalloket van het OCMW en het Gemeentebestuur kan op die wijze grondig mensen informeren en overzicht houden over het geheel van alle diensten. Zonder dit instrument is het onmogelijk om overzicht te hebben van de werking van beide lokale besturen. Taakverdeling opvolging kennisgebieden Er is binnen het OCMW een grondige taakverdeling noodzakelijk inzake de opvolging van de verschillende kennisgebieden. Dit zijn aandachtspunten die men vanuit het Team sociale dienstverlening vooropstelt en noodzakelijk acht om verder op te volgen. Zo kan men zich bijvoorbeeld toeleggen op alle diensten die actief zijn inzake een sociaal woonbeleid in de regio van Merchtem. Wat houdt dit in? Jaarlijks wordt opgevolgd welke kennisgebieden er noodzakelijk zijn om verder op te volgen. In overleg met de communicatieverantwoordelijke kan men tot identieke dossiers komen die ook kunnen uitgewisseld worden met de bibliotheek en de communicatieverantwoordelijke van het gemeentebestuur. Dit maakt het mogelijk om informatie uit te wisselen en samen te beheren. Dat hoeft niet met grote kosten gepaard te zijn omdat het een taakinvulling is van bestaand personeel die formeel worden aangeduid om een dossier op te volgen en te beheren. De communicatieverantwoordelijke speelt een belangrijke rol om alle informatie toegankelijk te maken.
30
3.2.4. Samenwerking met derden (korte termijn) OCMW stelt samenwerking voor Het OCMW stelt het SOCIAAL HUIS voor aan iedere samenwerkende partner. Iedere organisatie die diensten aanbiedt aan de inwoners van Merchtem kan gebruik maken van de infrastructuur en wordt ook mee voorgesteld in het ruimere aanbod. OCMW biedt samenwerkingsconvenant aan Wie wil kan intekenen op een samenwerkingsconvenant. Het OCMW biedt huisvesting aan partners die hun dienstverlening aan de inwoners uit de gemeente willen personaliseren. Invalshoek - gebruik maken van lokaal en infrastructuur om met inwoners af te spreken (huisvesting om in te spelen op vragen van inwoners) - gebruik maken van informatiekanaal. Door de samenwerking worden de diensten, troeven en mogelijkheden in de nieuwsbrief van het OCMW voorgesteld aan diverse doelgroepen. Overzicht partners - antennepost voor Wit-gele Kruis, Familiehulp, Solidariteit , OTV, Kind&Gezin - antennepost voor CLB, mutualiteiten, organisaties kinderopvang - sociale huurwinkel, woonwinkel, sociale woningmaatschappij - CAW-werkingen - Dienstenonderneming en PWA - Verenigingen die werk willen maken van het ondersteunen van vrijwilligers 3.2.5. Multifunctionele ontmoetingsruimte + vaste ruimtes voor partners (langere termijn) OCMW plant verbouwingen op langere termijn Op langere termijn bouwt het OCMW vier polyvalente ruimtes uit die ook kunnen omgevormd worden tot één grote multifunctionele ontmoetingsruimte. Iedere partner kan er op termijn vaste spreekuren organiseren, terugvallen op de ondersteuning van het OCMW en ook overleg organiseren voor grotere groepen. De polyvalente ruimtes zullen operationeel zijn voor 2013. 3.2.6. Verwachtingen en effecten Effecten: Gestadige toename hulpvragen inwoners Het SOCIAAL HUIS is als concept niet onmiddellijk gerealiseerd. Kleine stapjes bieden de mogelijkheid om met partners beter te communiceren ten aanzien van de verschillende doelgroepen in Merchtem. Men kan zeker stellen dat er een betere bekendheid zal ontstaan en dat er ook meer hulpvragen zullen worden geformuleerd door de inwoners. Effectieve metingen Door alle hulpvragen te centraliseren kan men sneller inspelen op tendensen bij de bevolking. Door aan het loket meer te registreren kan men beter zicht krijgen op reële hulpvragen van inwoners. Het biedt meer mogelijkheden om het team sociale dienstverlening sterker af te stemmen op de behoeften bij de bevolkingsgroepen.
31
4. PLANNING STUURGROEP/WADOVERLEG 4.1.
DE BELEIDSMENSEN AAN HET WERK ZETTEN
De Stuurgroep Sociaal Beleid (overlegcomité 2007-2012, stuurgroep vanaf 2013) is het overlegpunt waar de politici het sociale beleid samen ontwikkelen. De Stuurgroep kan degelijk werken als er een aantal criteria bewaakt worden. De werking van de Stuurgroep is gegarandeerd door de coördinator die vooraf het overleg voorbereidt en ook afspraken maakt met de diensten. Zo wordt er op de Stuurgroep overlegd inzake strategische items die vooraf door het personeel werden voorbereid. Op die wijze ontstaat een continuüm inzake de sociale planning op langere termijn. De Coördinator zorgt zelf voor uitnodigingen en plant het overleg op de campus van het OCMW. Dit zorgt voor een onderbouwde werkwijze waarbij beleidsmensen telkens worden betrokken als er een concreet dossier is voorbereid.
4.1.1. Minimale overlegdata voorzien Overlegdata STUURGROEP SOCIAAL BELEID OVERLEG 1. MAART 2007 OVERLEG 2. OKTOBER 2007 OVERLEG 3. OKTOBER 2008 OVERLEG 4. OKTOBER 2009 OVERLEG 5. MAART 2010 OVERLEG 6. OKTOBER 2010 OVERLEG 7. OKTOBER 2011 OVERLEG 8. MAART 2012
AANDACHTSPUNTEN VOOR DIT OVERLEG INSTALLATIE EN GOEDKEURING BELEIDSPLAN 2007-2012 OPVOLGINGSNOTA 1 + BEGROTING 2008 OPVOLGINGSNOTA 2 + BEGROTING 2009 OPVOLGINGSNOTA 3 + BEGROTING 2010 TUSSENTIJDSE EVALUATIE OPVOLGINGSNOTA 4 + BEGROTING 2011 OPVOLGINGSNOTA 4 + BEGROTING 2011 OPMAAK NIEUW BELEIDSPLAN 2013-2018
OPMAAK OPVOLGINGSNOTA Jaarlijks moet er over de doelstellingen kunnen overlegd worden. De grote basis en de rode draad moeten op ieder overleg telkens terugkomen. 1. Betere transparantie van de diensten (onderlinge goede afstemming) 2. Betere communicatie met de bevolking (afwerking communicatieplan) 3. Beter en een betaalbaar woonbeleid (uitvoering concrete doelstellingen) De stuurgroep doet geen dagelijks beheer van de doelstellingen. Dat ligt binnen de bevoegdheid van de voorzitter van het OCMW die samen met personeelsleden werkt aan de uitvoering van een concreet dossier. (al dan niet in samenwerking met een andere dienst) De coördinator van de uitvoering van het lokaal sociaal beleidsplan maakt de uitvoering concreet en operationeel. Deze laatste waakt tevens over een afstemming tussen beide besturen en de voorbereiding van het nodige overleg. Wat moet de stuurgroep dan wel doen? (overlegcomité) Strategische keuzes maken. Het is de bedoeling om met het Gemeentebestuur en het OCMW tegelijk tot bepaalde standpunten te komen die dan nadien in het eigen bestuur 32
kunnen verder uitgewerkt worden. Deze strategische keuzes kan men maken als de coördinator in overleg met alle betrokken diensten grondige dossiers opstelt die dan ook vooraf kunnen ingekeken worden. Op het ogenblik dat een Stuurgroep sociaal beleid plaatsvindt kan men dan met kennis van zaken uitspraken doen over bepaalde dossiers. En zo is er een sterkere dynamiek omdat het in overleg met beide besturen tegelijk is gebeurd. Structuur van iedere opvolgingsnota AGENDAPUNT 1. DOSSIERS WAAR DRINGEND GEZAMENLIJK OVERLEG MOET GEBEUREN AGENDAPUNT 2. NIEUWS EN VOORSTELLEN VAN SOCIAAL FORUM EN LOKAAL WOONOVERLEG AGENDAPUNT 3. STAND VAN ZAKEN DOELSTELLINGEN AFSTEMMING DIENSTEN AGENDAPUNT 4. STAND VAN ZAKEN WOONDOELSTELLINGEN AGENDAPUNT 5. COMMUNICATIEACTIES (STAND VAN ZAKEN) AGENDAPUNT 6. BEGROTING GEMEENTE+OCMW VOLGENS MEERJARENPLAN 4.1.2. VERSLAGGEVING Na een overleg tussen gemeentebestuur en OCMW moeten diensten kunnen uitvoeren wat men samen heeft voorbereid. Dit betekent dat de coördinator zorgt voor een degelijke verslaggeving en dat vanaf dat ogenblik beide administraties (gemeentediensten en OCMWdiensten) verder werken binnen de eigen structuur. Om degelijk te rapporteren aan beide managementteams wordt in de verslaggeving na ieder overleg van de Stuurgroep Sociaal beleid, volgende minimale structuur gehanteerd: -
4.2.
Stand van zaken omtrent de voorgelegde dossiers (welke beslissing heeft stuurgroep genomen en wat moet verder uitgewerkt worden) Wat is de volgende deadline binnen het uitgewerkte dossier Hoe zal men met een bepaald dossier de werking opstarten (administratieve eindverantwoordelijke, begroting aanpassen en opvolgingsafspraken met coördinator) WADOVERLEG IS DENKTANK PERSONEEL
4.2.1. DEGELIJKE DOSSIERS VOORBEREIDEN Het personeel wil meer overlegmomenten om tot een degelijk wederzijds inzicht te komen van de diensten, de werking en de afspraken die men maakt met de bevolking. De Werkgroep Afstemming Diensten (WAD) zal daarom geregeld afspreken. In eerste instantie gaat het om de diensthoofden van de betrokken aanspreekpunten (sociaal huis, woonloket, burgerzaken). Op dit overleg is ook telkens de communicatieverantwoordelijke aanwezig die de veranderingen mee opvolgt omdat hij/zij moet zorgen dat de onthaalmedewerkers op de hoogte blijven en dat er ook in de communicatie met de inwoners wordt ingezoomd op veranderingen en of evoluties. Het WAD-overleg moet men dus zien als een overleg waar diensten verder afstemming blijven zoeken. Het is geen aparte structuur. Iedere dienst zit opgenomen binnen een eigen bestuurlijk organigram. Essentie is het overleg tussen de diensten en bovendien is het de
33
taak van de Coördinator om de dossiers in eerste instantie te ontwikkelen met de betrokken diensthoofden. Op die wijze ontstaat een wisselwerking en kan men meer integraal aan dienstverlening denken. Het WAD-overleg tussen de diensthoofden vindt minstens eenmaal plaats per jaar (net voor de Stuurgroep Sociaal Beleid samenkomt). Maar het hangt van de coördinator af hoe vaak wordt overlegd omdat de dossiers tot stand komen door onderlinge samenwerking. Stel dat er een dossier kinderopvang moet worden uitgewerkt dan komen de diensthoofden zoveel maal samen als nodig om tot een goed dossier te komen. Het WAD-overleg is geen praatbarak maar een vast punt in de gemeente om tussen de verschillende diensten tot overleg te komen. AGENDA WADOVERLEG DIENSTHOOFDEN Agendapunt 1. Terugkoppeling STUURGROEP SOCIAAL BELEID (stand van zaken rond uitgewerkte dossiers en opnieuw taakverdeling na beslissingen op niveau van stuurgroep. Dit betekent dat de diensten zelf nu de afgestemde nota’s voorleggen binnen de eigen administratie en de eigen beslissingsorganen (schepencollege, gemeenteraad, vast bureau en OCMW-raad). Agendapunt 2. Stand van zaken omtrent samenwerking of overdracht van administratieve taken. (hoe de diensten samenwerken, wat ze samen doen en hoe er wordt gewerkt aan efficiënte taakverdeling) Agendapunt 3. Interne communicatie (welke acties opzetten of informatie verspreiden om de diensten onderling beter af te stemmen) Agendapunt 4. Communicatie met de bevolking (overlopen met communicatieambtenaar wat de communicatieaccenten zijn van het lopende werkjaar en hoe iedere dienst moet bijdragen tot concrete acties) Agendapunt 5. Nieuwe dossiers (verder doelstellingen die nog moeten uitgewerkt worden.) Agendapunt 6. Begrotingsopmaak (essentiële informatie uitwisselen en afstemmen)
Minimaal te organiseren overleg op jaarbasis en op basis van hele legislatuur WADOVERLEG 1 2007 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2007 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid WADOVERLEG 1 2008 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2008 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid WADOVERLEG 1 2009 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2009 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid WADOVERLEG 1 2010 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2010 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid WADOVERLEG 1 2011 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2011 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid WADOVERLEG 1 2012 Overleg tussen diensthoofden WADOVERLEG 2 2012 Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid
34
Om met de verschillende aanspreekpunten op een identieke wijze te werken aan onthaal, doorverwijzing en informatie van inwoners is het essentieel om alle mensen te betrekken. De loketmedewerkers en de onthaalbediendes (zowel OCMW als gemeentebestuur hebben een onthaalbalie voorzien in de werking) moeten daarom minstens eenmaal per jaar overleggen over werkwijze en aanpak. Dit gebeurt op initiatief van de coördinator die zorgt dat ook op technisch vlak wordt samengewerkt. Er moet immers ook op vlak van telefonie, lijnbeheer en informatica nog gezorgd worden dat de diensten onderling met mekaar verbonden zijn en dat er een vorm van klantregistratie is zodat kan uitgemaakt worden welke vragen mensen het meest stellen, waaraan men kan voldoen en waar men nog acties moet rond ondernemen. AGENDA WADOVERLEG LOKETMEDEWERKERS Agendapunt 1. Overlopen vragen van inwoners en werkwijze onthaal onderling afstemmen Agendapunt 2. Nieuwe dossiers, wijzigingen binnen bestaande diensten, essentiële informatie om onderling te kunnen doorverwijzen Agendapunt 3. De timing van de uitgevoerde doelstellingen (stand van zaken) Agendapunt 4. Bespreken van de communicatieacties (welke middelen, welke producten en welke doelstellingen
35
HOOFDSTUK 5: BETROKKENHEID EN PARTICIPATIE Dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze betrokkenheid is georganiseerd tijdens het planningsproces en hoe de verschillende actoren kunnen blijven deelnemen aan de planning inzake sociale planning - de inwoners - de professionelen - organisaties of verenigingen - personeel IN BIJLAGE ZIJN ALLE VERSLAGEN VAN DE WERKGROEPEN, SOCIALE FORA OPGENOMEN. 1. betrokkenheid en participatie tijdens het planningsproces 2005-2007 2. betrokkenheid en participatie tijdens de volgende legislatuur
1. BETROKKENHEID EN PARTICIPATIE TIJDENS HET PLANNINGSPROCES Vooraf Het was een bewuste keuze om rechtstreeks met de bevolking te overleggen. Zo ontstond het model van de rondetafels waarin met verschillende doelgroepen is overlegd omtrent de aarde van de dienstverlening, de identiteit en het aanbod in Merchtem. Tijdens de voorbereidende besprekingen werd geopteerd voor open adviesgesprekken om na te gaan hoe verschillende groepen inwoners kijken naar de dienstverlening23. Er is in Merchtem al een zekere traditie waarbij inwoners regelmatig werden geïnformeerd en geraadpleegd24. De techniek van de rondetafels bestond uit het toepassen van outreach (zoek voormannen of voorvrouwen op, motiveer hen mee te werken en je bereikt een specifieke doelgroep om samen te overleggen). Participatieladder
Rol van overheid
Rol van participant
Zelfbestuur (directe democratie) Meebeslissen (samenwerking) Coproductie (delegeren) Adviseren
ondersteuning bieden
initiatief nemen keuzes maken Idem
Raadplegen Informeren
overheid en andere partijen hebben een gelijkwaardige rol en vullen plannen samen in; ruim kader scheppen waarbinnen participanten kunnen beslissen; Ruimte bieden voor meepraten en meebeslissen; Gesloten advies vragen binnen randvoorwaarden Informatie verstrekken over beslissingen
zeer
strikte
en
eigen
beslissen binnen aangegeven kader Deelnemen aan discussie en geven van open advies Mening geven en commentaar leveren Consumeren van de informatie
gebaseerd op PRÖPPER I., STEENBERGEN D., De aanpak van interactief beleid, elke situatie is anders, uitgeverij Coutinho, Bussum, 1999, pag. 51-52.
23
Resultaten “Politiecafé te Merchtem “op vrijdag 03.03.2006 laatste initiatief “uw burgemeester luister” maart 2006 Merchtem/Brussegem/Hamme/Peizegem www.merchtem.be 24
36
1.1. RONDETAFELS VOOR INWONERS RODE DRAAD De rondetafels hebben plaatsgevonden op 10 locaties en hebben verschillende doelgroepen beoogd. De afbakening is gebaseerd op volgende combinatie en ook op een zekere regionale spreiding. LEEFTIJD/STADIUM JONGEREN JONGE GEZINNEN SENIOREN TACHTIG PLUSSERS KANSENGROEPEN NIEUWE BELGEN GROEP OUDERS INZAKE KINDEROPVANG TWINTIGERS
SPREIDING IN GEMEENTE MERCHTEM PEIZEGEM BRUSSEGEM OSSEL HAMME
overzicht doelgroepen Merchtem Rondetafels 2005
De resultaten van de RONDETAFELS zijn te lezen in de publicatie van het OCMW, SOCIAAL DNA.25 Het OCMW is van plan om in 2010 opnieuw een inspraakronde te organiseren waarbij eventueel andere groepen worden aangesproken omtrent hun ervaringen inzake de dienstverlening. WEERGAVE U kunt het verslag van iedere rondetafel beoordelen op zichzelf26. Dat is goed om na te denken over een gepast doelgroepenbeleid (jeugd) of een gepast beleid op deelgemeenteniveau (Ossel, Hamme, Brussegem, Peizegem, Merchtem). De Merchtemenaar bestaat immers niet en hoort telkens bij een groep mensen met specifieke ideeën. Bovendien is de leeftijd nogal determinerend om uitspraken over zorg, sociaal beleid en opvang keurig te plaatsen. Er werd in de vorige paragrafen al verwezen naar de vrij unieke situatie: een meerderheid van vrouwelijke inwoners nam deel aan het overleg en in die zin moet er zeker bijkomend onderzoek gedaan worden vooraleer definitieve conclusies kunnen getrokken worden. Toch kunt u in dit rapport ook op zoek naar de rode draad. Wat hebben de tafels onderling gemeen? Welke ideeën worden telkens opnieuw naar voren geschoven en wat kan men hieruit concluderen?
25 26
SOCIAAL DNA , OCMW MERCHTEM SEPTEMBER 2006 p.9-p.72 SOCIAAL DNA , OCMW MERCHTEM SEPTEMBER 2006, inhoudstafel p.2
37
RODE DRAAD VAN RONDETAFELS COMMUNICEER MEER, BETER EN OP VERSCHILLENDE NIVEAUS Het is erg vaak besproken op alle rondetafels; communicatie. Mensen uit MERCHTEM voelen zich niet zo goed bij de formele communicatie alleen. Zij verkiezen voor meer directe en aanspreekbare media en voor persoonlijk contact. - verfijn informatiebeleid o persaankondiging en politieke boodschappen in Klakson, Goeie Dag, Cursief, andere middelen inschakelen om mensen vlot te informeren (brochures, overzicht met rechten als inwoner en contactpersoon) o zorg voor 1 interactief loket op internet voor beide besturen o iemand als personeel aanspreekpunt of aanspreekpersoon o communicatie moet gepland worden per doelgroep o informatie toegankelijker voorstellen (aantrekkelijk gebracht, regelmaat, kalender, overzichtelijk en verwijzen naar persoon die verder helpt) o actief onthaalbeleid is taak voor ieder personeelslid - herkenbaarheid OCMW-gemeente o voor de meeste mensen gaat het om een geheel van diensten die zo logisch mogelijk moeten worden aangeboden o de essentie is niet meer informatie alleen, vooral de attitude van de besturen om mensen te ondersteunen in hun zoektocht SOCIALE VOORZIENINGEN TOEGANKELIJK MAKEN De naam ‘OCMW’ dekt volgens vele mensen niet altijd een duidelijke lading en bovendien is de drempel bij verschillende bevolkingsgroepen vrij hoog. Men identificeert zich voornamelijk op de diensten zelf in plaats van op het OCMW als geheel. Ook kan men vaststellen dat heel wat diensten niet overal even bekend zijn. Integreer daarom de diensten van het OCMW nog sterker binnen het geheel en biedt alle diensten globaal aan. Gebruik hierbij de fiche met enkel maar een overzicht van rechten (inclusief telefoonnummer en contactpersoon) en hanteer een vlotte brochure. Soms moet men moderne doorverwijstechnieken hanteren (budgetbegeleiding via bankinstellingen promoten, warme maaltijden anders voorstellen) en soms moet de methodiek veranderen (van individueel maatschappelijk werk naar buurtwerk of jongerenwerk en een gestructureerd onthaal waar alle personeelsleden aan deelnemen). WOONVOORZIENINGEN VOOR MEERDERE GROEPEN De meeste mensen zien dat de woonmarkt steeds meer onder druk staat. De mensen met een goed inkomen vergelijken dit met de omgeving en concluderen dat het nog meevalt. De mensen met een lager inkomen voelen duidelijker de druk. Een algemene feedback is wel in iedere groep vast te stellen: - Merchtem verandert razendsnel - Woonkwaliteit gaat achteruit - Er is grote nood aan meer informatie over wonen - Men vindt dat er weinig visie is op woonbeleid - Wonen is relatief duur - Jongeren verdwijnen omwille van de schaarste en de hoge kostprijs
38
EENS IN CONTACT MET DIENST = VAAK GROTE TEVREDENHEID Het moet ook gezegd worden als het erg positief is. Deze analyse is op initiatief van de besturen zelf uitgevoerd. De honderdvijftig inwoners hebben constructief voorstellen geformuleerd en zijn in eerste instantie ook niet negatief. Men is wel erg kritisch voor zichzelf, de buurt, de diensten en de besturen. Men verwacht vooral een goede communicatie. En als er goed gecommuniceerd wordt, dan kunnen mensen ook beter bepaalde keuzes begrijpen, inschatten en zelfs benutten. Dat is de kern die de Merchtemse inwoner hanteert in zijn/haar redenering over afstemming, gebruik van diensten en over communicatie. Dat is natuurlijk de ideale situatie. Er zijn grote troeven maar ook enkele stoorzenders. LEEFMILIEU/WOONOMGEVING STAAT ONDER DRUK Uit de vele opmerkingen en vragen blijkt duidelijk dat er heel wat vragen en behoeften leven om de directe leefomgeving aantrekkelijker te maken, de verkeersveiligheid te verhogen en te waken over een kwalitatief woonbeleid. Voor veel mensen is dit een recent fenomeen en zullen de vele ‘werven’ hier ook wel een rol spelen. Maar overal hebben mensen opmerkingen gemaakt over de verkeersveiligheid en de omgeving. Jonge ouders springen nog het meest naar voor: zij willen een kindvriendelijke gemeente en geen ruimtelijke indeling die op maat lijkt van een automobilist. De individuele woonruimte verkleint en dit kan ook een reden zijn waarom mensen meer kwaliteitseisen naar voor schuiven. De publieke ruimte moet heringedeeld worden (groene ruimtes, pleintjes, infrastructuur, centrum aantrekkelijker maken). Er is ook een grote vraag naar meer ontmoetingsruimte. Mensen willen niet meteen een cultureel centrum maar verlangen naar een goede centrale ontmoetingscentrum dat toegankelijk is voor alle groepen, waar cultuur kan georganiseerd worden en waar men kan afspreken. Het gaat dan niet om de recreatie die men ook vindt in de cafés, maar men wil een zekere organisatie analoog het opzet van ‘Merchtem feestgemeente’. NOOD AAN AFSTEMMING VRIJWILLIGERSWERK Sinds geruime tijd worstelen vele verenigingen en ook het OCMW met het probleem om vrijwilligers te vinden. Het gaat om mensen die vroeger makkelijker waren te sensibiliseren om mee te werken. Hierbij kan verwezen worden naar de chauffeurs voor de minder mobielen centrale, het rusthuis, scholen (oversteekplaatsen, middagpauzes). Er zijn sinds enkele jaren duidelijke tendenzen waarbij er nood is aan een initiatiefnemer die het vrijwilligerswerk voorstelt, promoot en ondersteunt. Dit is een nieuwe rol voor de overheid en moet in nauw overleg met de verenigingen worden opgenomen. In dit rapport wijzen de senioren enerzijds op een zeker engagement maar wil men wel de garantie dat het vrijblijvend is en occasioneel. De ‘Nieuwe Belgen’ vinden het enorm belangrijk om ook mee te werken omdat zij inzien dat het een manier is om positief te integreren.
39
1.2.
SOCIAAL FORUM VOOR VERENIGINGEN
Het sociaal forum is een ontmoetingsplaats voor verenigingen en inwoners om met personeel en mandatarissen van gemeentebestuur en OCMW te overleggen rond het gewenste toekomstige sociaal beleid 2007-2012. De bijeenkomst dient om het sociaal beleidsplan dat wordt opgemaakt, te voorzien van commentaar en opmerkingen. Deze inspraakronde is geenszins afgerond. Het is de bedoeling dat het sociaal forum bij de installatie van de nieuwe gemeenteraad en OCMW-raad, opnieuw wordt georganiseerd. Het huidige ontwerp van het sociaal beleidsplan zal dan definitief vastgelegd worden met het nieuwe bestuur voor de periode 2007-2012. NA het vastleggen van de prioriteiten wordt aan het Sociaal Forum toegelicht wat haalbaar is en wat niet.27 1.3. WADOVERLEG VOOR PERSONEEL Tijdens de opmaak van het sociale beleidsplan 2007-2012 kwamen de respectieve secretarissen tot de conclusie dat men tussen het personeel van beide besturen meer overleg moet organiseren teneinde een betere informatie-uitwisseling te bekomen. In de werkgroep afstemming tussen diensten werd het WADOVERLEG geboren. Het zou na de voorzet van de politici (welke doelstellingen men wil realiseren) kunnen inspelen op de werking van het sociale huis en de loketten. Personeel kan zelf voor verduidelijking zorgen en informatie over initiatieven vooraf uitwisselen. In de aanloop en de beleidsplanning werd samengewerkt in de werkgroepen - werkgroep afstemming diensten - werkgroep communicatieacties - werkgroep woonbeleid
2. BETROKKENHEID EN PARTICIPATIE TIJDENS LEGISLATUUR 2007-2012 2.1. RONDETAFELS Het OCMW plant in de periode 2007-2012 opnieuw een inspraakronde. Dit zal plaatsvinden rond 2010, bij de opmaak van de evaluatie van het beleidsplan. 2.2. SOCIAAL FORUM Het sociale forum kan blijven bestaan in de werking tijdens de huidige legislatuur. Het wordt als het ware de welzijnsraad van de gemeente en het OCMW. De voorzitter van het OCMW en de schepen voor sociaal beleid nodigen de leden uit in november 2007. Het is de bedoeling om jaarlijks een overleg op te zetten zodat er een goede wisselwerking blijft bestaan tussen de verenigingen, de inspraakinitiatieven die de lokale besturen opzetten en de werking van de sociale dienstverlening in Merchtem.
27
verslaggeving sociaal forum 13/06/2006
40
Het SOCIAAL FORUM wordt jaarlijks georganiseerd en er zijn binnen de legislatuur 20072012 volgende accenten: 2007: 2008: 2009: 2010: 2011: 2012:
toelichting goedgekeurde versie SOCIAAL BELEIDSPLAN agenda SCHEPEN SOCIALE ZAKEN/VOORZITTER agenda SCHEPEN SOCIALE ZAKEN/VOORZITTER EVALUATIE TUSSENTIJDS SOCIAAL BELEIDSPLAN agenda SCHEPEN SOCIALE ZAKEN/VOORZITTER planning nieuw LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN
2.3. WAD-OVERLEG28 2.3.1.
TAKEN WAD-OVERLEG DEGELIJKE DOSSIERS VOORBEREIDEN
Het personeel wil meer overlegmomenten om tot een degelijk wederzijds inzicht te komen van de diensten, de werking en de afspraken die men maakt met de bevolking. De Werkgroep Afstemming Diensten (WAD) zal daarom geregeld afspreken. In eerste instantie gaat het om de diensthoofden van de betrokken aanspreekpunten. - Diensthoofd sociale dienst - Diensthoofd grondgebiedzaken - Diensthoofd burgerzaken - Coördinator LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN Op dit overleg is ook telkens de communicatieambtenaar aanwezig die de veranderingen mee opvolgt omdat hij/zij moet zorgen dat de onthaalmedewerkers op de hoogte blijven en dat er ook in de communicatie met de inwoners wordt ingezoomd op veranderingen en of evoluties. Het WAD-overleg moet men dus zien als een overleg waar diensten verder afstemming blijven zoeken. Het is geen aparte structuur. Iedere dienst zit opgenomen binnen een eigen bestuurlijk organigram. Essentie is het overleg tussen de diensten en bovendien is het de taak van de Coördinator om de dossiers in eerste instantie te ontwikkelen met de betrokken diensthoofden. Op die wijze ontstaat een wisselwerking en kan men meer integraal aan dienstverlening denken. Het WADoverleg tussen de diensthoofden vindt minstens éénmaal plaats per jaar (net voor de Stuurgroep Sociaal Beleid samenkomt). Maar het hangt van de coördinator af hoe vaak wordt overlegd omdat de dossiers tot stand komen door onderlinge samenwerking. Stel dat er een dossier kinderopvang moet worden uitgewerkt dan komen de diensthoofden zoveel maal samen als nodig om tot een goed dossier te komen. Het WAD-overleg is geen praatbarak maar een vast punt in de gemeente om tussen de verschillende diensten tot overleg te komen. AGENDA WADOVERLEG DIENSTHOOFDEN Agendapunt 1. Terugkoppeling STUURGROEP SOCIAAL BELEID (stand van zaken rond uitgewerkte dossiers en opnieuw taakverdeling na beslissingen op niveau van stuurgroep. Dit betekent dat de diensten zelf nu de afgestemde nota’s voorleggen binnen de eigen administratie en de eigen beslissingsorganen (schepencollege, gemeenteraad, vast bureau en OCMW-raad). Agendapunt 2. Stand van zaken omtrent samenwerking of overdracht van administratieve taken. (hoe de diensten samenwerken, wat ze samen doen en hoe er wordt gewerkt aan efficiënte taakverdeling) Agendapunt 3. Interne communicatie (welke acties opzetten of informatie verspreiden om de diensten onderling beter af te stemmen) Agendapunt 4. Communicatie met de bevolking (overlopen met communicatieambtenaar wat de communicatieaccenten zijn van het lopende werkjaar en hoe iedere dienst moet bijdragen tot concrete acties) Agendapunt 5. Nieuwe dossiers (verder doelstellingen die nog moeten uitgewerkt worden.) Agendapunt 6. Begrotingsopmaak (essentiële informatie uitwisselen en afstemmen) 28
coördinatienota opgemaakt in september 2006 ter opvolging van het lokaal sociaal beleidsplan
41
Minimaal te organiseren overleg op jaarbasis en op basis van hele legislatuur WADOVERLEG 1 2007 WADOVERLEG 2 2007 WADOVERLEG 1 2008 WADOVERLEG 2 2008 WADOVERLEG 1 2009 WADOVERLEG 2 2009 WADOVERLEG 1 2010 WADOVERLEG 2 2010 WADOVERLEG 1 2011 WADOVERLEG 2 2011 WADOVERLEG 1 2012 WADOVERLEG 2 2012
2.3.2.
Overleg tussen diensthoofden Overleg ts personeel loketten sociaal beleid Overleg tussen diensthoofden Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid Overleg tussen diensthoofden Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid Overleg tussen diensthoofden Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid Overleg tussen diensthoofden Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid Overleg tussen diensthoofden Overleg tussen personeel loketten sociaal beleid
WAD-OVERLEG ZORGT VOOR IDENTIEKE AANPAK LOKETWERKING
ONTHAAL INFOBALIE GEMEENTEHUIS + INFOLIJN ALLE VRAGEN
ONTHAAL INFOBALIE OCMW + INFOLIJN ALLE
COMMUNICATIEDIENST: VERSPREIDING INFORMATIE GEBRUIK DIENSTEN
WOONLOKET locatie: GEMEENTEHUIS beherende dienst: huisvestingsdienst eindverantwoordelijkheid: gemeentebestuur
aanspreekpunt alles over wonen en buurt
IDENTITEITSLOKET
SOCIAAL LOKET
locatie GEMEENTEHUIS
locatie sociale campus Gasthuisstraat
beherende dienst: dienst burgerzaken
beherende dienst: OCMW sociale dienst
eindverantwoordelijkheid: gemeentebestuur aanspreekpunt burgerzaken + gerelateerde thema's rond welzijn (gehandicapten, pensioen, geboortepremie)
eindverantwoordelijkheid: OCMW-bestuur centraal aanspreekpunt sociale zaken voor werk, alle zorg en hulp, info en ondersteuning in Merchtem
WERKGROEP AFSTEMMING DIENSTEN Overleg tussen diensten die loket + infolijn/communicatiestroom beheren niveau diensthoofden + niveau loketmedewerkers
STUURGROEP LOKAAL SOCIAAL BELEID overleg tussen gemeentebestuur + OCMW
Om met de verschillende aanspreekpunten op een identieke wijze te werken aan onthaal, doorverwijzing en informatie van inwoners is het essentieel om alle mensen te betrekken. De loketmedewerkers en de onthaalbediendes (zowel OCMW als gemeentebestuur hebben een onthaalbalie voorzien in de werking) moeten daarom minstens éénmaal per jaar overleggen over werkwijze en aanpak. Dit gebeurt op initiatief van de coördinator die zorgt dat ook op technisch vlak wordt samengewerkt. Er moet immers ook op vlak van telefonie, lijnbeheer en informatica nog gezorgd worden dat de diensten onderling met mekaar verbonden zijn en dat er een vorm van klantregistratie is zodat kan uitgemaakt worden welke vragen mensen het meest stellen, waaraan men kan voldoen en waar men nog acties moet rond ondernemen. AGENDA WADOVERLEG LOKETMEDEWERKERS Agendapunt 1. Overlopen vragen van inwoners en werkwijze onthaal onderling afstemmen Agendapunt 2. Nieuwe dossiers, wijzigingen binnen bestaande diensten, essentiële informatie om onderling te kunnen doorverwijzen Agendapunt 3. De timing van de uitgevoerde doelstellingen (stand van zaken) Agendapunt 4. Bespreken van de communicatieacties (welke middelen, producten en welke doelstellingen
42
HOOFDSTUK 6: ONTWIKKELING In dit hoofdstuk wordt summier ingegaan op mogelijke ontwikkelingen sinds het vorige beleidsplan. In tegenstelling tot vele andere gemeente is Merchtem actief gestart met de planning sinds 2005. Dit leverde een duidelijke insteek van personeel, bevolking en politici op. De periode 2005-2007 is aangewend om de doelstellingen te verduidelijken en antwoorden te voorzien op de voornaamste bekommernissen die men heeft geuit ten opzichte van een zorgeloos gebruik van de sociale dienstverlening. Sommige voorstellen waren wat overdreven en niet alle ideeën overleefden de meerjarenplanning. Toch blijft het accent liggen op volgende aspecten - meer aandacht voor het lokale woonbeleid - meer aandacht voor communicatie met de bevolking - meer aandacht voor samenwerking en afstemming tussen alle diensten actief op het grondgebied van de gemeente Merchtem
1.
LOKAAL WOONBELEID
De communicatie inzake woonbeleid met alle betrokkenen vooraf goed organisere, de mogelijkheden sterker onderzoeken en de partners sterker aansturen op het grondgebied van de gemeente Merchtem.
Tijdens de planning is er in tegenstelling tot de vorige beleidsplanperiode extra visie ontwikkeld waarbij het vooral het Gemeentebestuur van Merchtem is die het lokale woonbeleid vormgeeft. Belangrijke uitdaging is het integreren van de wooninspanningen van het OCMW voor bijzondere groepen en een gepast beleid ontwikkelen voor de bevolkingsgroepen die een hoger inkomen hebben maar toch niet in aanmerking komen voor de klassieke steunmaatregelen. Merchtem nam het initiatief om een samenwerking op te zetten die inspeelt op het nieuwe subsidiebesluit voor gemeenten die iets willen doen aan hun lokaal woonbeleid. 29 29
Strategische nota burgemeester Merchtem (intergemeentelijke samenwerking inzake woonbeleid met Asse, Dilbeek, Londerzeel,Merchtem, Opwijk,Wemmel)
43
2. BESTAANDE DIENSTVERLENING BETER BEVOLKING DAN VOORHEEN
COMMUNICEREN MET DE
Zowel gemeentebestuur als het OCMW zullen meer inspanningen leveren inzake communicatie. 2.1.
OCMW voert specifiek communicatiebeleid
Het OCMW zal jaarlijks een informatiebrief/nieuwsbrief sociaal verspreiden, flyers maken van de diensten die door inwoners kunnen ingeschakeld worden en op regelmatige tijdstippen aan mensen aantonen hoe het beleid is gericht op specifieke uitdagingen en doelstellingen. Het OCMW zal ook maximaal inspelen op de communicatie-opportuniteiten van het gemeentebestuur. Het OCMW werkt aan een communicatieplan dat bij de goedkeuring van deze beleidsnota zal worden toegevoegd als bijlage.
2.2.
GEMEENTEBESTUUR
Het Gemeentebestuur zal in de nabije toekomst een specifiek communicatiebeleid voeren waarbij telkens wordt ingespeeld op een ander thema: WONEN in Merchtem WERKEN in Merchtem LEVEN in Merchtem Hierbij zal men zo uitgebreid mogelijk de link leggen met de communicatie-inspanningen van het OCMW. 2.3. Voorbereiden van de digitale dienstverlening en informatiemogelijkheden Beide besturen bereiden een degelijke uitbouw voor van hun digitale loketfuncties. In 2010 worden deze inspanningen samengevoegd om te oordelen hoe deze inspanningen maximaal kunnen renderen inzake het gebruik door inwoners.
3. GLOBAAL OVERZICHT VAN DE UIT TE VOEREN DOELSTELLINGEN 20072012 De doelstellingen 1-36 die werden voorgesteld in het SOCIALE DNA zijn inmiddels in volle evolutie en sinds de werkgroepen de oplossingen hebben uitgewerkt, zijn er op het terrein duidelijke realisaties merkbaar. Tijdens het overlegcomité van september 2007 werd daarom in functie van de beschikbaarheid van de middelen het accent gelegd op enkele doelstellingen die zijn opgenomen in de meerjarenplanning. In hoofdstuk 3 kan men in de meerjarenplanning deze duidelijke accenten vaststellen, naast de bestaande werking van OCMW en Gemeentebestuur die reeds in het vroegere budget zijn vertaald. Ondanks deze afbakening is er toch al een hele weg afgelegd. Deze evolutie is meetbaar over de
44
verschillende reeksen (REEKS 1 bestaande werking doelstellingen 1-14, REEKS 2 afstemming brengen tussen de diensten doelstellingen 15-23, REEKS 3 lokaal woonbeleid doelstellingen 24-29 en REEKS 4 communicatie doelstellingen 30-36) REEKS 1 BESTAANDE WERKING Van doelstelling 1-15 kan men stellen dat de financiële inschatting volledig binnen de bestaande werking van gemeentebestuur of OCMW valt. Dit betekent dat de meerjarenplanning alle middelen bevat om de eerste 15 doelstellingen uit te werken. (er is wel rekening gehouden met een meerkost omwille van de tijd (index) en de toenemende intrestlast van het rusthuis in aanbouw. In de eerste doelstellingen zitten ook taken die worden uitgevoerd door het Gemeentebestuur. Deze taken kunnen best nogmaals besproken worden op het overlegcomité waarna een definitief standpunt kan worden ingenomen. Bij de goedkeuring van het LOKAAL SOCIALE BELEIDSPLAN zal men daarom ook de taakverdeling30 grondig moeten overlopen zodat in de toekomst duidelijk wordt hoe men tussen de verschillende loketten kan doorverwijzen. De weergegeven doelstellingen 1-16 verwijzen daarom meer naar objectieven volgens inhoud of samenwerking dan naar extra financiële uitgaven. REEKS 2. AFSTEMMING BRENGEN IN GEHEEL VAN DIENSTVERLENING De tweede reeks doelstellingen is een reeks met nieuwe doelen waar in de bestaande werking van het OCMW en gemeentebestuur nog geen financiële ruimte voor werd gecreëerd. In orde van belangrijkheid kan op een volgende overlegcomité overwegen prioriteit te geven aan doelstelling 16. Het betreft de uitbouw van de onthaaldiensten (vorming sociaal huis) die op het OCMW en op het GEMEENTEBESTUUR tot een sterkere dienstverlening moet leiden vanuit een grotere onderlinge afstemming. De meerkost van deze doelstelling is moeilijk inschatbaar. We verwijzen hierbij naar de nota sociaal huis31 en naar de intenties van het gemeentebestuur om onder andere een subsidieverantwoordelijke aan te stellen die door alle inwoners kan aangesproken worden. Het gaat hier opnieuw om doelstellingen die eerder inhoudelijk van aard zijn en waar voor al procesmatig moet ingegrepen worden, dan dat er extra financiële inspanningen moeten geleverd worden. Men kan stellen dat het dus gaat om de typische toepassing van bestaande werkingsmiddelen binnen de krijtlijnen van de meerjarenplanning binnen ieder bestuur afzonderlijk. De doelstelling heeft daarom geen extra financiële consequenties voor de meerjarenplanning van het OCMW en Gemeente. Doelstelling 17 (kinderopvang) is inmiddels deels gerealiseerd en indien de middelen het toelaten kan er in 2008 gestreefd worden naar meer kinderopvangplaatsen.32 Dit heeft opnieuw geen directe consequenties voor de meerjarenplanning. Wel is het raadzaam rekening te houden met de huisvesting van de nieuw op te zetten opvanginitiatieven waar de overheid al dan niet in participeert. De gemeente Merchtem houdt daarom best rekening 30
zie nota taakverdeling en werking sociaal huis nota sociaal huis opgesteld door OCMW Merchtem juni 2007 32 in 2008 voorziet de Vlaamse overheid een nieuwe verdeelronde inzake kinderopvanginitiatieven. Vanuit het LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG kunnen nieuwe initiatieven worden ontwikkeld. Dit kan alleen maar als Vlaanderen meer middelen toezegt. 31
45
met de nood aan extra opvangruimte van 250m² (overeenkomstig de regelgeving van de Vlaamse overheid). Dit laatste heeft wel financiële gevolgen maar kan eventueel in andere (bestaande) uitgavenposten worden opgenomen omdat het onrechtstreekse uitgaven betreft (huisvesting van projecten met een openbaar nut). REEKS 3 WOONBELEID AFSTEMMEN OP HUIDIGE MARKTSITUATIE Omdat de woonsituatie van inwoners om meer aandacht vraagt, heeft het OCMW van Merchtem sinds januari 2007, actief gespeurd naar extra middelen van andere overheden om concrete ondersteuning te bieden. Het betreft hier vooral ondersteuning om mensen doorheen het ingewikkelde landschap te loodsen van ruimtelijke ordening, woonbeleid, subsidies en ondersteuningsmogelijkheden gecreëerd door de lokale overheid. Doelstellingen 23, 24,25,26,27 kunnen daarom in het dossier lokaal woonbeleid33 worden opgevangen. Het gaat om een samenwerkingsproject waarbij de minister voor Woonbeleid gedurende 9 werkingsjaren (2008-2016), heel wat middelen veil heeft voor gemeenten die de handen in elkaar slaan om het lokale woonbeleid te versterken34. De kost van dit project bedraagt op jaarbasis 17.000€, de rest wordt gefinancierd door andere overheden. Met deze inspanning realiseert men deze legislatuur 6000 extra topadviesuren die men kan aanwenden om het woonloket om te vormen of om inwoners meer te ondersteunen. Dit is een element voor de meerjarenplanning en met name voor de begroting van het gemeentebestuur omdat zij op deze wijze van haar woonbeleid een speerpunt kan maken aan een gunstige kostprijs. Hiervoor is samenwerking met andere gemeentebesturen wel de aangewezen weg. Doelstellingen 28 en 29 passen ook binnen het net beschreven project “lokaal woonbeleid”35 omdat er tevens middelen zijn gevonden om goedkopere kredieten te verschaffen aan de eigen inwoners (maatregelen energiereductie). De overige maatregelen die werden voorgesteld op pagina 333-335 van het SOCIAAL DNA, hebben geen gevolgen op de meerjarenplanning. Het gaat hier om bijkomende maatregelen zoals een goedkoop krediet, ondersteunende subsidies ter renovatie, investeringen in openbaar groen en aanpassing van de gemeentelijke regelgeving (oa boetes niet bouwen van garages in prioritaire zones). Wel moet er op het OVERLEGCOMITE eensgezindheid zijn dat men in feite inkomsten met uitstel van betalingen in de begroting opneemt. Het gaat immers over maatregelen met uitstel van betaling die winstgevend zijn voor de openbare financiën36 van de gemeente Merchtem na verloop van tijd. De laatste doelstellingen veronderstellen wel enkele op te stellen gemeentelijke subsidiereglementen maar hebben verder geen extra financiële gevolgen. Dit kan behandeld worden in het op te richten lokale woonoverleg. REEKS 4. EEN BETERE COMMUNICATIE TUSSEN LOKALE BESTUREN EN INWONERS Tijdens de planningsperiode is in de werkgroep communicatie duidelijk geworden dat het communicatiebeleid vanuit ieder bestuur afzonderlijk zal blijven gevoerd worden in de beleidsperiode 2007-2012. Toch zal men regelmatig nagaan in hoeverre publicatie samen 33
ministerieel besluit LOKAAL WOONBELEID OKTOBER 2007 nota lokaal woonbeleid voorstel ingediend door Merchtem in september 2007 35 Fonds ter reductie van het energieverbruik. 36 zie nota ASSELMAN LUC FINANCIELE PROJECTIES WOONMAATREGELEN 34
46
enig nut zouden kunnen hebben. De invalshoek hierbij is de praktische bruikbaarheid van informatie voor iedere inwoner. De volgende doelstellingen wegen daarom niet door binnen de meerjarenplanning en vindt men eerder terug in de bestaande begrotingsposten van beide besturen: het gaat om communicatie-inspanningen die ook in het verleden plaatsvonden. Doelstelling 30 is daarom nog maar weinig relevant. Doelstelling 31 wordt overgelaten aan het belang dat ieder respectief bestuur hecht aan planning. Het OCMW heeft een eigen communicatieplan voor de komende periode opgesteld en zal de initiatieven opnemen binnen haar meerjarenplanning. (nieuwsbrief, folder, extra informatiemomenten). Doelstelling 32 is een logisch gevolg van doelstelling 31 en is door het OCMW uitgewerkt in een eigen communicatieplan. Er zijn daarom geen financiële gevolgen meer voor de meerjarenplanning. Doelstelling 33 is een doelstelling zonder financiële gevolgen en omhelst inhoudelijke afspraken. Doelstelling 34 (website beide besturen) wordt afzonderlijk behandeld. Het Gemeentebestuur zal haar eigen website vernieuwen en het OCMW onderzoekt verder hoe meer basisinformatie kan doorstromen vanuit een informatieportaal MERCHTEM. De kost van deze doelstelling zit daarom al in de bestaande werking en of begroting van het OCMW en heeft geen verdere gevolgen op een meerkost binnen de meerjarenplanning van het OCMW. Doelstelling 35 is grotendeels gerealiseerd. Doelstelling 36 heeft geen financiële gevolgen. Conclusie: De verschillende doelstellingen worden samen gepresenteerd ter bespreking op het overlegcomité van september 2007 omdat ze een grondig overleg vereisen om de dienstverlening voor iedereen te verduidelijken. Na dit overleg kan een eerste overleg tussen personeel van Gemeentebestuur en OCMW georganiseerd worden. Tijdens een volgend overlegcomité kan men daarom uitdrukkelijk kiezen voor: - uit te voeren doelstellingen (op basis van deze voorzet); - doelstellingen die al gerealiseerd zijn door recente inspanningen (en waar kan over gecommuniceerd worden); - doelstellingen waarvoor geen middelen voorhanden zijn (om op het SOCIAAL FORUM van oktober 2007 duidelijk te motiveren wat haalbaar is en wat niet op basis van de beschikbare middelen). WONEN ONDERSTEUNING EN LOKETFUNCTIE (SOCIAAL HUIS) Doelstelling 16 is erg belangrijk en vereist vorm- en samenwerkingsafspraken tussen de verschillende diensten op het niveau van personeel37. Doelstellingen 23, 24,25,26,27 passen in het dossier lokaal woonbeleid dat dankzij de minister voor Woonbeleid kan worden vormgegeven.
37
zie de coördinatienota van het sociaal beleidsplan opgesteld door OCMW MERCHTEM september 2006
47
HOOFDSTUK 7: SECTORALE PLANVERPLICHTINGEN In dit hoofdstuk kunnen de sectorale plannen opgenomen worden met betrekking tot de sectoren, vermeld in artikel 2, die het lokaal bestuur wenst te integreren in het lokaal sociaal beleidsplan. Op deze wijze kan het lokaal bestuur voldoen aan de sectorale regelgeving en kan het gebruikmaken van alle gegevens die al in het lokaal sociaal beleidsplan verwerkt werden. 1° het algemeen welzijnswerk 2° de kinderopvang; 3° het maatschappelijk opbouwwerk; 4° de voorzieningen voor bejaarden; 5° de voorzieningen in de thuiszorg; 6° de diensten voor oppashulp; 7° het beleid rond ouderenparticipatie Bij de goedkeuring van het LOKAAL SOCIALE BELEIDSPLAN worden volgende sectorale plannen opgenomen. LOKAAL BELEIDSPLAN KINDEROPVANG LOKAAL WOONBELEIDSPLAN BIBLIOTHEEK BELEIDSPLAN JEUGDWERKGARANTIEPLAN
1. LOKAAL BELEIDSPLAN KINDEROPVANG Op 4 mei 2007 38 keurde de Vlaamse Regering het ontwerp van besluit houdende het lokaal beleid kinderopvang definitief goed. Het besluit treedt in werking op 19 juni 2007. Dit besluit geeft invulling aan het oprichtingsdecreet van Kind en Gezin dat het lokaal bestuur erkent als lokale regisseur m.b.t. kinderopvang. Het lokaal bestuur oefent zijn lokale regierol uit in samenspraak met Kind en Gezin, wat betekent dat Kind en Gezin – bij de uitbouw van opvangvoorzieningen binnen de gemeente – advies zal vragen aan het lokaal bestuur. Tegelijk maakt het besluit van het Lokaal Overleg Kinderopvang een gemeentelijke adviesraad, bevoegd voor zowel voorschoolse (dagopvang) als buitenschoolse kinderopvang. Het inwerkingtreden van het besluit houdt in dat: • Het lokaal bestuur eindverantwoordelijkheid draagt voor de opmaak van het lokaal beleidsplan kinderopvang en de organisatie van het Lokaal Overleg Kinderopvang; • Elk lokaal bestuur een nieuw beleidsplan kinderopvang maakt, als deel van het lokaal sociaal beleidsplan; het Lokaal Overleg Kinderopvang, in overleg met de lokale beleidsverantwoordelijke kinderopvang, zijn samenstelling en werking laat vastleggen door de gemeenteraad. •
38
www.kindengezin.be
48
Stand van zaken anno indiening van het lokaal sociaal beleidsplan Het OCMW heeft bij de goedkeuring van dit sociaal beleidsplan tevens het beleidsplan inzake voorschoolse kinderopvang uitgewerkt en goedgekeurd. Het nam akte van de voorstellen van het LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG dat het beleidsplan nader heeft besproken en becommentarieerd. De aanvullingen zijn als bijlage bij het beleidsplan voorschoolse kinderopvang toegevoegd.39 De gemeenteraad zal op voordracht van het OCMW het LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG installleren in oktober 2007. Het beleidsplan voorschoolse kinderopvang zoomt in op volgende aspecten I. Inleiding (5 aandachtspunten om sector en belang te situeren) II. Omschrijving beleidsvraag (welke rol moet overheid spelen?) III. Voorstelling sector 1. aanbodzijde beschrijving van aanbieders de noden van de sector 2. de ouders (vraagzijde) die opvang wensen essentie van conclusies enquête IV. 10 Indicatoren om beleid te bepalen V. Conclusies VI. Advies 1. Meer erkenning van sector 2. Beleid voeren voor alle types opvang 3. Lokaal overleg kinderopvang is forum voor afstemming 4. Streven naar hybride opvangvormen en betaalbare opvang 5. Flexibele opvangnoden onderzoeken VII. Enkele simulaties VIII. Recente besluiten en flexibele programmering IX. De werking van het lokaal overleg kinderopvang X. Opmaak van beleidsplan kinderopvang (voorwaarden en vorm)
Met het beleidsplan voorschoolse kinderopvang wordt ingespeeld op de nieuwe regelgeving die op 4 mei 2007 werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Het besluit houdende het lokaal beleid kinderopvang treedt in werking op 19 juni 2007. De doelstellingen op het vlak van kinderopvang in Merchtem voor de periode 2007-2012 a. Het aantal opvangplaatsen doen toenemen in de gemeente b. Zoeken naar alternatieven om de opvang op lange termijn te garanderen en betaalbaar te houden (inspelen op de nieuwe verdeelronde van Vlaamse Overheid in 2008) c. Stimulerende acties ter oprichting van extra kindercrèches op het grondgebied van Merchtem d. Informatie- en communicatieacties op regelmatige basis voor zwangere vrouwen uit de gemeente (meteen kennismaking met de sector) e. Het beroep van onthaalmoeder aantrekkelijk houden (ophalen luiers bij opvangplaatsen in gemeente)
39
beleidsplan voorschoolse kinderopvang Merchtem (goedgekeurd door het lokaal overleg kinderopvang van oktober 2007)
49
2. LOKAAL WOONBELEIDSPLAN De gemeente Merchtem speelt in op de oproep van juli 2007 van de minister voor Woonbeleid. In de loop van 2008-2009 zal het lokale woonbeleidsplan worden vorm gegeven. Omdat de noden inzake wonen zo sterk bleken bij de bevolking wordt hiervan één van de speerpunten gemaakt in het lokaal sociaal beleidsplan. Het Lokaal woonbeleidsplan zal daarom inspelen op - de sociale huisvestingsprojecten en plannen op lange termijn - de woonvisie in het algemeen - de uitbouw van het woonloket
3. JEUGDWERKGARANTIEPLAN Het Gemeentebestuur van Merchtem stelt op dit ogenblik het jeugdwerkgarantieplan op en zal ook de link leggen naar dit SOCIAAL BELEIDSPLAN van de gemeente. Gezien de huidige fase (eerder beginnend stadium) zal er op een volgend overlegcomité worden beoordeeld wat de relevantie is van het jeugdwerkgarantieplan en welke onderdelen passen in het lokaal sociaal beleidsplan.
4. SENIORENBELEIDSPLAN Na instructies van de Vlaamse overheid zal op het overlegcomité een werkvorm worden vastgelegd om in de loop van 2008-2012 te werken aan het seniorenbeleidsplan. Tot nader order werden geen instructies ontvangen.
50