Jaarverslag 3H-WOW Huiswerk, Hulp en Huisvesting Werk, Onderwijs en Wonen
2012
Voorwoord Voor u ligt de rapportage van 3H-WOW over het jaar 2012. 3H-WOW werkt preventief.
3H staat voor : Huiswerk, Hulp en Huisvesting. WOW: Werk, Onderwijs en Wonen.
Met onze integrale aanpak biedt 3H-WOW perspectief op onderwijssucces: het behalen van een startkwalificatie door overbelaste mbo-studenten. 3H-WOW biedt kansrijke jongeren, die door hun persoonlijke situatie hun mbo-opleiding niet goed op orde krijgen, de mogelijkheid tot verandering. Jongeren die via 3H-WOW hun diploma behalen worden gestimuleerd tot het vervolgen van hun studie in het mbo of het hbo. Een startkwalificatie biedt een goede uitgangspositie op een perspectiefrijke loopbaan. Het voorkomt langdurige jeugdwerkloosheid en maatschappelijke uitval.
Aan 3H-WOW hebben in 2012 35 mbo-studenten van het ROC van Amsterdam deelgenomen. Ymere stelde hiertoe 29 studentenwoningen beschikbaar en Stadgenoot stelde 1 woning beschikbaar. De studenten woonden zelfstandig en kregen ambulante begeleiding van Spirit, gericht op het versterken van eigen kracht en het bereiken van schoolsucces. Bureau Westerbeek begeleidde de studenten bij budgettering en schuldhulpverlening. Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W hebben als private partijen de woonbegeleiding van noch eens 11 jongeren gefinancierd, waar dezelfde begeleidingsmethodiek werd gehanteerd. Hiermee komt het totale bereik van 3H/WOW in deze unieke publiek/private samenwerking op 46 jongeren.
De partners ROCvA, Ymere, Spirit en hebben hun ervaringen met de unieke formule van 3H vastgelegd in het Handboek 3H-WOW waarin procedures, protocollen en werkprocessen zijn vastgelegd.
Op 28 maart 2013 vierden we in aanwezigheid van wethouder Pieter Hilhorst het vierjarig bestaan, samen met alle Amsterdamse partners van de woon-leer-werk projecten, onder het inspirerende voorzitterschap van Jetty Mathurin. Op de bijeenkomst vond de première plaats van ‘Alles Start bij School’, de film over de Amsterdamse aanpak van de WLW-projecten.
R.J.W. Winter Lid Raad van Bestuur ROC van Amsterdam Penvoerder
2
0.
Managementsamenvatting
De samenwerkende partners hebben zich verplicht tot het verlenen van diensten en het opleveren van producten conform de subsidiebeschikking. Verwachte output op 31-12-2012:
1.
30 studenten nemen deel aan 3H-WOW.
2.
Meer dan 80% van deze studenten vervolgt de mbo-opleiding en/of behaalt een startkwalificatie.
3.
Er is een casusanalyse beschikbaar van deze 30 studenten.
4.
Van de aanpak is een overdraagbare methodiekbeschrijving beschikbaar.
Mijlpalen in 2012: 1.
Aan 3H/WOW namen 35 mbo-studenten deel, waarvan 89% de opleiding vervolgde en/of een startkwalificatie behaalde.
2.
In 2013 gaan de eerste jongeren met een startkwalificatie op zak uitstromen naar een baan en een uitstroomwoning.
3.
Er is een film en een handboek over de methodiek van 3H/WOW.
4.
De unieke formule van 3H/WOW is in 2012 uitgerold naar Stadgenoot. Stadgenoot, Ymere, ROCvA en Spirit hebben daartoe de vernieuwde Samenwerkingsovereenkomst afgesloten.
5.
De publiek-private samenwerking met Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W heeft geleid tot aanvullende private financiering van 11 trajecten, waarbij 91% van de jongeren de mboopleiding vervolgde en / of een startkwalificatie behaalde.
Nr
Realisatie 3H-WOW over 2012
N
%
1
Deelname studenten 3H-WOW
35
100
2
Vervolgt de mbo-opleiding in 2013 op weg naar startkwalificatie
22
63
3
Behaalt startkwalificatie én vervolgt mbo-studie op hoger kwalificatieniveau
6
17
4
Behaalt startkwalificatie én stroomt door naar het hbo
3
9
5
Is uitgevallen vanwege verhuizing
1
6
6
Is uitgevallen om gezondheidsredenen
2
6
7
Is uitgevallen vanwege werk
1
3
Schoolsucces
31
89
Uitval
4
11
3
Nr
Realisatie doelen 3H-WOW over 2012
Behaald
1
Deelname van 30 studenten aan 3H-WOW
2
Meer dan 80% van deze studenten vervolgt de mbo-opleiding en / of behaalt een startkwalificatie
3
Van 35 studenten is een casusanalyse beschikbaar
4
Van de aanpak is een overdraagbare methodiekbeschrijving beschikbaar
Conclusies:
De preventieve aanpak, beloning van goed gedrag werkt: 3H-WOW studenten halen schoolsucces.
Uniek in de formule is woonbegeleiding in een gewoon huis in een gewone straat in de stad.
De som is meer dan de delen, de synergie tussen de partners maakt de formule.
Uitrol heeft plaatsgevonden naar Stadgenoot. De succesvolle pilot met 1 woning in 2012 wordt in 2013 voortgezet en uitgerold naar 3 woningen van Stadgenoot. Stadgenoot, Ymere, ROCvA en Spirit hebben daartoe de Samenwerkingsovereenkomst hernieuwd.
1
Uit private middelen, Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W , werden aanvullend 11 trajecten gefinancierd.
Door de publiek-private samenwerking is er 2012 een totaal bereik voor de 3H/WOW aanpak gerealiseerd van 46 mbo-studenten met een succes van 90%.
1
www.wwenw.nl
4
1.
Doelstellingen
De doelen van 3H/WOW zijn: 1.
Behouden van mbo-studenten van het ROC van Amsterdam.
2.
Deelname van die mbo-studenten die in een risicovolle situatie verkeren aan 3H/WOW.
3.
Realiseren van schoolsucces in het mbo, behalen van een startkwalificatie door de studenten.
4.
Bevorderen van doorstroom van de studenten naar het maximaal mogelijke kwalificatieniveau.
5.
Ontwerpen, ontwikkelen, uitvoeren en beschrijven van de formule.
De prestatie-indicatoren van 3H-WOW voor 2012 zijn: 1.
30 jongeren nemen deel aan 3H/WOW.
2.
80% van de deelnemende jongeren vervolgt de mbo-opleiding en/of behaalt een startkwalificatie.
3.
Voor 30 jongeren is er een plek beschikbaar.
4.
Er is een casusanalyse van de geplaatste jongeren.
5.
Er is een overdraagbare methodiekbeschrijving.
5
2.
Realisatie
2.1.
Deelname van 30 jongeren
Er zijn in 2012 door het ROCvA in samenwerking met Spirit 35 mbo-studenten geselecteerd voor deelname aan de 3H/WOW die voldoen aan de criteria voor het project. Zij zijn gestart in een hulpverleningstraject van Spirit op basis van een ondertekende woonbegeleidingsovereenkomst. 30 jongeren nemen deel aan 3H/WOW. Conclusie deelname: Prestatie-indicator 1: Met 35 in de 3H/WOW geplaatste jongeren is de norm van 30 jongeren nemen deel aan de 3H/WOW ruimschoots gehaald. 2.2.
Behouden van 30 jongeren in de mbo-opleiding
Van de 35 studenten zijn de resultaten qua studieloopbaan: 1.
22 studenten (63%) vervolgen hun mbo-opleiding.
2.
9 studenten (26%) hebben een startkwalificatie behaald.
3.
4 studenten (11%) zijn uitgevallen.
tabel 1a Resultaten
Resultaat
Vervolgt de opleiding
Behaalt een startkwalificatie
Valt voortijdig uit
1 pilot (2010)
57 %
18%
25%
Vervolgpilot (2011)
55%
36%
9%
2012
63%
26%
11%
e
De trend is dat de resultaten stabiel blijven: tabel 1b Resultaten
6
Doorstroom Van de 9 studenten die in 2012 hun startkwalificatie hebben behaald vervolgden in schooljaar 2012/2013 6 studenten hun studie in een mbo-opleiding op een hoger kwalificatieniveau. 3 studenten behaalden hun mbo-4 diploma en zijn in schooljaar 2012/2013 doorgestroomd naar het hbo.
Tabel 2a Opleiding qua niveau
2012/2013 Aantal
2012/2013 % (N = 35)
2011/2012 Aantal
2011/2012 % (N = 33)
mbo-1
0
0%
1
3%
mbo-2
11
31%
5
15%
mbo-3
7
20%
5
15%
mbo-4
10
29%
13
39%
hbo
3
9%
6
19%
Uitgevallen
4
11%
3
9%
Totaal
35
100%
33
100%
Opleiding
Tabel 2b Opleiding qua niveau
7
Uitval De uitvalredenen zijn: a.
1 student is aan het werk gegaan in de ambulante handel
b.
1 student is verhuisd naar een woonplaats buiten Amsterdam
c.
2 studenten zijn gestopt wegens acute gezondheidsredenen. Zij doorlopen een medisch traject.
Wooncarrière Van de 35 studenten is dit de wooncarrière: a.
12 studenten hebben een campuscontract en vervolgen hun studie succesvol (34%).
b.
17 studenten vervolgen hun studie in combinatie met woonbegeleiding (49%).
c.
2 studenten vervolgen hun studie in zelfstandige huisvesting (6%).
d.
4 studenten zijn gestopt met de opleiding en hebben de woning verlaten (11%).
Tabel 3 a Wooncarrière 2012
8
Tabel 3 b Wooncarrière 2011
Conclusie resultaat: Prestatie-indicator 2: Met 31 studenten die behouden zijn in een passende beroepsopleiding (89%), waarvan 9 een startkwalificatie hebben behaald en zijn doorgestroomd naar een vervolgopleiding op mbo- of hbo-niveau is de norm dat 80% van de studenten behouden blijft voor de opleiding ruimschoots behaald.
2.3.
Casusanalyse studenten
Alle studenten voldoen aan de Winsemius-definitie van ernstig overbelaste jongeren. Hun situatie is te 2
kenmerken als zeer belastend dan wel onveilig . Zij werden geconfronteerd met complexe levensvragen en zijn bezig zaken een plek te geven. Rouwverwerking vanwege het verlies van dierbaren of geschonden vertrouwen trekt sporen, leidt tot concentratieverlies, en ondermijnt de actieve leercapaciteit. Leren vereist rust in hoofd en hart. Voor ieder van de studenten was er urgentie om ze uit de situatie te halen. Het gaat om een neutrale en veilige plek om te studeren.
2
misbruik en mishandeling
9
Profiel van de doelgroep De 3H/WOW-studenten zijn doorzetters, willers en kunners, voor wie geldt dat het noodlot bestaat. De trend is dat 3H/WOW vrijwel sexe neutraal is met een lichte oververtegenwoordiging van meisjes (57%), Uitval uit 3H/WOW is sinds 2012 sexe neutraal: 50% meisjes, 50% jongens. Bij het behalen van een startkwalificatie waren in 2012 de jongens sterk oververtegenwoordigd (77%). 80% heeft een dubbele identiteit en allen hebben een Nederlandse nationaliteit. Qua achtergrond wordt 3H/WOW steeds meer een evenredige vertegenwoordiging van de diverse Amsterdamse bevolking, met een sterke vertegenwoordiging van een Surinaamse achtergrond. Qua leeftijd ten tijde van plaatsing zijn de 18- en 19-jarigen sterk vertegenwoordigd (57%). Allen vallen onder de doelgroep LeerplichtPlus. Alle opleidingsniveau’s zijn vertegenwoordigd bij toelating tot 3H/WOW. Het aantal deelnemers met een opleiding op niveau 2 is sterk toegenomen in 2012. Overbelasting Alle studenten werden geconfronteerd met een ernstige situatie, een draaglast die voorbij een voor de leeftijd redelijke draagkracht ging. Vaak was er sprake van meervoudige complexe problematiek. In alle gevallen leidde de ernst van de problematiek tot schoolverzuim. Pas als hun schoolsucces in gevaar kwam, vroegen de studenten hulp bij het schoolmaatschappelijk werk van het Loopbaan Expertise Centrum. De ernst van de achterliggende problematiek verschilde nauwelijk van de pilots van 2010/2011 en 2008/2010. Nieuw is dat een drietal jongens geplaatst werden, omdat zij zich wilden ontrekken aan een criminele setting in het ouderlijk milieu; zij stapten er heel bewust uit. Opmerkelijk is de toename van het aantal specialistische behandelingen in de gezondheidszorg. Tachtig procent van de jongeren was in 2012 in specialistische behandeling. Bijna de helft (48%) van de jongeren werd doorverwezen naar psychische hulpverlening (zoals I-psy of Punt P) vanwege traumaverwerking. Dertig procent was in behandeling in de gezondheidszorg vanwege chronische ziekte (diabetes, astma) of ADHD, dyslexie, Asperger, PDD-NOS. Twee jongeren zaten in de Wajong. Drie kwart van de jongeren kampt met oplosbare schulden bij de plaatsing in 3H/WOW. Dit is gelijk aan de eerdere pilots.
10
Bloemlezing uit de aandraagformulieren 2012: -dakloos, slapend in Vondelpark op de vlucht voor stiefvader, obesitas; -slachtoffer ernstig geweldsmisdrijf; -mishandeling stiefvader, slaapt in kelderbox; -vijandige ouder, slaapt in houten hondenhok; -moeder psychotisch; -dyslexie en dakloos; -moeder na chemokuur naar Suriname en zelf ziek achtergebleven (dramatisch vermagerd); -moeder overleden en vader agressief en vanaf 14e gezworven; -moet inkomen afstaan aan moeder en tante die steeds meer geld eisen; -sofahopper met chronische diabetes; -neemt afstand van zijn criminele familie, broertje bij top-600; -mishandeld door vader; -nieuwkomer uit sloppenwijk Casablanca, ziet thuis criminaliteit en neemt daar afstand van; -OTS en broer verloren door zelfdoding en slaapt op straat of in bedden voor tegenprestatie; -vader alcoholist en moeder drugsverslaafd; -oma de opvoedouder is opgenomen in verzorgingshuis en nu is student sofahopper bij zwangere vriendin; -via veldtafel; -sofahopper ADHD met anti-kraakverleden; -wees; -mishandeld door ouders en vriend; -Asperger die thuis niet verder kon; -misbruik; -OTS en daarna in hulpverleningscircuit gezworven van crisisplek naar crisisplek; -Wajong-er die weg moet uit Begeleid Wonen 16+ van Spirit; -aangerand; -moeder in Suriname en vader agressief; -door moeder uit huis gezet vanwege seksuele geaardheid; -mishandeling door moeder en aangifte wegens bedreiging; -moeder dakloos in de schuldhulpverlening inwonend bij tante; -door vader mishandeld en uit huis gezet waardoor nu dakloze sofahopper; -hoogbegaafde ADHD-er waarvan vader overleden en moeder in buitenland; -overbelast door zorg voor het gezin van moeder; -opgegroeid bij oma waarna 16+-opvang Spirit die nu moet worden verlaten; -traumatisch verleden met alcoholistische moeder en misbruik door stiefvader; -onrustige thuissituatie, geplaatst via Nieuwe Perspectieven Preventief.
Bloemlezing uit de aandraagformulieren 2010/2011 ADHD, via veldtafel, alcoholische ouder, Asperger, wees, suikerziekte, slaapt in ‘houten hondenhok’ in woonkamer, ouder psychotisch, botst met tante op sofaplek, MS, mishandeling, antikraak, obesitas, loverboy, schizofrene ouder, geen acceptatie van sexuele geaardheid, geslagen, scheiding, ouder ernstig chronisch ziek, slaapt in garagebox, onder psychologische behandeling, incest, woont op sofa bij zwangere kennis, slaapt in park, politie ingrijpen, etc. etc.
De casusanalyse leidt tot nadere profilering van de doelgroep: 1.
De 3H/WOW-student valt onder de Winsemius-definitie van ‘ernstig overbelaste jongeren’.
2.
De 3H/WOW-student is vaker een meisje (57%), tussen de 18-21 jaar, met een dubbele identiteit en een Nederlandse nationaliteit, die een opleiding volgt op mbo 2-4 niveau.
3.
De 3H/WOW-student wil (motivatie) en kan (cognitie) een startkwalificatie halen.
4.
De 3H/WOW-student kent urgentie in het ordenen van de persoonlijke situatie.
5.
De 3H/WOW-student is een potentiële zorgmijder die liever de eigen zaakjes oplost.
6.
De 3H/WOW-student kampt met schulden. Er is een stevige doch oplosbare problematiek.
7.
De 3H/WOW-student kampt met stevige, doch behandelbare gezondheidsproblemen.
11
8.
De 3H/WOW-student is mentaal sterk, survivor met overlevingscapaciteit ‘hoe dan ook, wat dan ook’.
9.
De 3H/WOW-student houdt vast aan de eigen oplossingsstrategie ten koste van succes in de beroepsopleiding en loopt uiteindelijk vast. Dit leidt tot studievertraging.
10.
De 3H/WOW-student dreigt geen startkwalificatie te halen door overbelasting en/of onveiligheid in de persoonlijke leefsfeer door problematiek waar de 3H-student niet verantwoordelijk voor is.
Conclusie: Bij plaatsing is de 3H/WOW-student potentieel kansrijk, heeft voldoende mentale en cognitieve capaciteit mits de student uit de zeer risicovolle situatie wordt gehaald. De 3H/WOW-student is gebaat bij stevige en duidelijke steun en structuur waarbij de student leert om tijdig om hulp te vragen, hulp te accepteren en hierdoor tools te ontwikkelen om succesvol met behoud van de studieloopbaan te kunnen verzelfstandigen.
Er zijn risicofactoren waardoor het toch mis kan gaan: 1.
De student onttrekt zich onder druk van het oude systeem aan de hulpverlening en verhuist.
2.
De student wordt zwanger.
3.
De gezondheid stabiliseert onvoldoende.
4.
De student krijgt de schuldenproblematiek niet onder controle.
Conclusie casusanalyse:
3
Prestatie-indicator 3: met de casusanalyse die gebaseerd is op de ervaring met 84 mbo-studenten gedurende 4 jaar 3H/WOW is ruimschoots aan de norm voldaan dat er een casusanalyse is op basis van 30 jongeren.
3
In bijlage 2 treft u de uitgebreide casusanalyse aan.
12
De casusanalyse toont aan dat 3H/WOW een adequate voorziening is voor studenten uit de Winsemius-definitie van zwaar overbelaste studenten met een onveilige thuissituatie. Hun profiel: ze zijn vaker een meisje, 18-22 jaar, met een dubbele identiteit en de Nederlandse nationaliteit. Trend is dat er meer diversiteit ontstaat, dat er steeds meer sprake is van een afspiegeling van de Amsterdamse bevolking. Trend is ook dat de gezondheidsproblematiek ernstig doch oplosbaar is, evenals de schuldenproblematiek. Ze zijn mentaal sterk, survivors. Hun kracht is ook hun valkuil, ze zijn zorgmijders en vragen geen hulp. Hun problematiek: ze komen uit een onveilige of overbelaste situatie, zijn dakloos of sofahopper, zijn (half)wees. Trend is de problematiek van disfunctionele familieachtergrond die zich kenmerkt door afwezige ouders, stiefouders en criminele ouders. Hun perspectief: ze volgens een opleiding op mbo-1/2/3/4 niveau en kunnen die qua capaciteit goed aan. Door hun risicovolle persoonlijke situatie komt de startkwalificatie in gevaar. 3H/WOW haalt ze uit de situatie. Het merendeel (90%) pakt deze kans, vervolgt de opleiding succesvol, behaalt een startkwalificatie en studeert door in het mbo of het hbo. Trend is dat steeds meer mbo-studenten die een mbo-2 opleiding volgen baat hebben bij de 3H/WOW-formule, waardoor de 3H/WOW steeds meer een evenredige afspiegeling wordt van de studentenpopulatie van het ROCvA.
2.4.
Overdraagbare methodiekbeschrijving
Het proces De drie partners ROCvA, Spirit en Ymere voelen ieder vanuit de eigen missie een maatschappelijke verantwoordelijkheid voor de jeugd van Amsterdam. Vanuit de samenwerking op andere gebieden bundelden ze hun krachten en sloten op 1 december 2008 de samenwerkingsovereenkomst 3H’s. Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W zetten in 2009 uit eigen middelen het project WOW op voor werkende jongeren (toeleiding naar mbo) en mbo-studenten in een beroepsbegeleidende leerweg met een andere instelling voor jeugdhulpverlening. Na uitwisseling en evaluatie van de pilotervaringen in de 3H’s en WOW is in 2011 besloten de methodiek van beide pilots te combineren en de projectorganisatie daartoe in elkaar te schuiven. In 2011 besloot Stadgenoot toe te treden tot het samenwerkingsverband. Na de positieve ervaringen met een pilot met 1 woning, werd besloten het volume in 2012 uit te breiden naar 3 woningen. Daartoe werd eind 2011 de vernieuwde samenwerkingsovereenkomst ondertekend door de bestuurders van W,W&W, Ymere, Stadgenoot, Spirit en het ROC van Amsterdam. De projectorganisatie, bestaande uit de plaatsingscommissie (selectie studenten), projectgroep (casuïstiekbespreking) en de stuurgroep (procesbewaking) werd beschreven en bemenst op basis van het vernieuwde partnerschap.
13
De innovatieve aanpak
3H/WOW ontwikkelt zich continue op basis van actieonderzoek. De ontwikkelprincipes zijn: 1.
Begin samen en leer door te doen
2.
Schoenmaker hou je bij je leest, benut ieders specifieke expertise
3.
Start klein, observeer, evalueer en analyseer de werkprocessen en maak daarna volume
4.
Communiceer open, los fricties op. Leer met behoud van de relatie
5.
Gebruik humor, kies voor de student, doe waar nodig anders dan gewend
6.
Vier successen, verbreed de aanpak, deel kennis met nieuwe partners
De borging van de kwaliteit van de werkprocessen vond plaats door het beschrijven van de methodiek in het Handboek 3H/WOW.
In het najaar van 2012 nam 3H/WOW het initiatief tot het organiseren van een kennisdeelsessie van alle Amsterdamse Woon-Leer-Werk projecten. Deze heeft begin april 2013 plaatsgevonden in het Talentenhuis in Amsterdam West. Meer dan zeventig aanwezigen, een diverse mix van studenten, uitvoerenden en bestuurders, spraken betrokken en gedreven met elkaar over de WLW-aanpak. Met Taante, Jetty Mathurin, als gespreksleider sprak Wethouder Pieter Hilhorst open met de betrokken bestuurders over nut, noodzaak en effectiviteit van deze preventieve aanpak. De film van Johan Zwaan “Alles Start bij School” over de formule van de WLW-projecten ging in première.
Conclusie overdraagbare methodiekbeschrijving: Prestatie-indicator 4: met de organisatie van de kennisdeelsessie en de film ‘Alles Start bij School’ en het Handboek en het Jaarverslag heeft 3H/WOW ruimschoots voldaan aan de norm dat er een overdraagbare methodiekbeschrijving beschikbaar komt.
14
15
3.
De formule 3H/WOW
3.1.
De formule
Uniek in de formule zijn de vijf elementen: a.
De veilige plek: 3H-studenten krijgen de beschikking over een echt veilige plek in een gewone straat, verspreid over de stad. De huizen zijn aantrekkelijk; kleine, goedkope woningen, geschikt voor een student. Verspreid over de stad, niet herkenbaar, in een gemengde straat met ouderen en gewone studenten. De studenten krijgen positieve reacties op de verhuizing, ze gaan opbouwen, hoeven niks uit te leggen. Met de sleutel van hun nieuwe voordeur laten ze hun verleden achter zich. Voor buren en studiegenoten zijn ze gewoon studenten die worden aangesproken op de normale issues en uitdagingen om veel ballen in de lucht te houden: huiswerk maken, stage lopen, bijbaantjes, boodschappen doen, koken en wassen, examen doen en zich inschrijven voor een vervolgstudie. Met de focus op een perspectiefrijke toekomst, een normale studieloopbaan. Spirit huurt daartoe van Ymere of Stadgenoot, de student tekent de woonbegeleidingsovereenkomst met Spirit.
b.
Er is één begeleider voor de student die wekelijks contact heeft met de student op alle leefgebieden: school, wonen, praktische zaken, financiën, gezondheid, relaties herstellen, huishouden organiseren. De begeleider komt naar de student toe, zorg vermijden is geen optie. De begeleiding is actief, praktisch en coachend: een verhuisbusje regelen, inschrijven bij Woningnet, internetbankieren aanvragen, administratie ordenen, zorgverzekering regelen. Kwesties waar normaliter ouders hun jongvolwassen dochter / zoon in bijstaan. De begeleiding gaat van sturend naar activerend, zelf plannen, organiseren en oplossen door de student. Zodra de student zelfstandig gedrag laat zien, wordt er gesproken over een campuscontract, eerder niet. De student weet dat dit zelfstandig gedrag binnen 6 - 15 maanden zichtbaar moet zijn. De ambitie is schoolsucces.
c.
Interdisciplinaire aanpak: iedere professional brengt de eigen expertise in. Er is wekelijks, zo nodig dagelijks, feedback op elkaars aanpak. De jeugdhulpverleners houden feeling met de professionals uit andere disciplines, docenten, gezondheidszorg, schuldhulpverlening. Ze delen en checken informatie snel. Ze krijgen supervisie van de gedragswetenschapper en houden via de monitor de vinger aan de pols. Medewerkers overleggen via korte lijnen: whatsapp, sms, e-mail. Er vindt continu uitwisseling plaats van inzicht over de aanpak. De interdisciplinaire aanpak is vasthoudend, er zijn geen eilandjes in de ketenaanpak. Met behoud van eigen expertise kijken de partners in elkaars keuken, reiken elkaar de hand, doen waar nodig anders dan gewend en laten niet los. De ambitie is 90% resultaat. Elke medewerker haalt alles uit de kast en zoekt voor elke student een begaanbare weg.
16
d.
De heldere aanpak gericht op beloning van resultaten: de begeleiding stimuleert, beloont en bekrachtigt. Goed gedrag wordt beloond. De lat ligt hoog. Je niet aan de afspraken houden wordt niet getolereerd. We werken volgens het principe: 'kom na of leg uit'. Er is een duidelijke sanctieregeling met waarschuwing, gele kaart, rode kaart. Studenten mogen eenmaal in de fout gaan, als ze er maar van leren. Krachtiger dan de sanctieregeling is de beloningsregeling. In onze formule mogen de studenten bij het succesvol doorlopen van het begeleidingstraject bij Spirit én het succesvol vervolgen van de studie in hun huisje blijven wonen met een campuscontract van Ymere of Stadgenoot. Het perspectief op een campuscontract bij succesvol studiegedrag stimuleert de student om een diploma te halen én door te studeren. 3H/WOW-studenten die hun startkwalificatie behalen, kunnen hun studie op mbo-3/4 niveau of op hbo-niveau vervolgen met behoud van de woning. Het sterkt ze:
'Mijn verleden, wat mij is overkomen, kan ik niet veranderen, maar mijn toekomst is van mij, met mijn diploma op zak. De kennis die in mijn hoofd zit, dat kan niemand mij meer afpakken. Ik heb vroeger vaak gewanhoopt, maar nu nooit meer. Ik ben niet meer bang, slaap heerlijk door in mijn eigen bed, sta ’s ochtends uitgerust op met een glimlach, nieuwsgierig naar wat deze dag mij gaat brengen aan nieuwe kennis en inzichten”. Zo verwoordde de eerste 3H-studente het, na haar toelating tot de hbostudie Communicatiemanagement op de HvA.
e.
De flexibele en kostenbewuste uitvoering. De vereiste flexibiliteit voortvloeiend uit het consequent toepassen van het principe dat de student het tempo bepaalt, levert logistieke uitdagingen op voor de bedrijfsvoering van de 3H/WOW-partners. Bij het behalen van een startkwalificatie en/of afsluiting van het campuscontract met de succesvolle 3H/WOW-student, komt er immers tijd bij Spirit vrij voor een nieuwe 3H/WOW-student in een nieuwe woning. Spirit past de workflow zeer flexibel aan en levert de benodigde begeleidingscapaciteit. Per direct beslist de plaatsingscommissie welke student in woonbegeleiding kan en vinden Ymere en Stadgenoot een veilige studentenwoning. Dat Ymere en Stadgenoot hun belofte van doorstroom waarmaakt voor de 3H/WOW, getuigt van grote betrokkenheid bij de studerende Amsterdamse jeugd. Dat Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W uit eigen middelen 11 trajecten bekostigen, tekent hen als maatschappelijk verantwoorde ondernemers.
17
4.
Conclusies
4.1.
Realisatie doelen
3H/WOW is succesvol en wordt gewaardeerd. De doelgroep is nauwkeurig gedefinieerd. De resultaten bestendigen zich en zijn zeer bevredigend. Het rendement van 90% behoud voor het onderwijs op weg naar een startkwalificatie, dan wel met een startkwalificatie op zak doorstuderend in het mbo 3/4 of hbo, is vastgehouden in 2012. De werkprocessen zijn ontworpen, ontwikkeld, geëvalueerd, bijgesteld, beschreven en gedeeld. Overdracht vond plaats in april 2013. De doelen zijn gehaald 1.
2.
Doel:
Plaatsing van 30 studenten
Realisatie:
Er zijn 35 studenten geplaatst
Doel:
Meer dan 80% van deze studenten vervolgt de mbo-opleiding en / of behaalt een startkwalificatie
Realisatie:
Bijna 90% van de studenten vervolgt de mbo/hbo-opleiding en 9 studenten behaalden een startkwalificatie
3.
Doel:
Er is een casusanalyse beschikbaar van 30 studenten
Realisatie:
Er is een casusanalyse van 35 studenten met trendvergelijking met de 49 studenten uit de eerdere pilots
4.
Doel:
Van de aanpak is een overdraagbare methodiekbeschrijving beschikbaar.
Realisatie:
Er is een bijgesteld handboek 3H/WOW beschikbaar en de film over de werkwijze van de gezamenlijke Amsterdamse WLW-projecten ‘Alles Start bij School’ is beschikbaar. In april 2013 organiseerde 3H/WOW de Amsterdamse kennisdeelsessie ‘Alles Start bij School’.
4.2.
Perspectief
3H/WOW draagt aantoonbaar bij aan het schoolsucces van zeer overbelaste mbo-studenten.
3H/WOW heeft haar bestaansrecht bewezen als preventieve voorziening.
De formule van 3H/WOW werkt en het partnerschap verbreedt zich naar Stadgenoot.
Dankzij de publiek/private samenwerking en de investeringen van de Gemeente Amsterdam, Ymere en W,W&W werden in 2012 in totaal 46 jongeren bereikt met een rendement van 90%.
18
In 2008/2010 startten we met een capaciteit van 10 studenten. In 2010/2011 breidden we de capaciteit uit naar 30 studenten. In 2012 realiseerden we dankzij de publiek/private samenwerking met Ymere en leerwerkbedrijf W,W&W capaciteit voor 46 studenten. Wethouder Asscher overhandigde in oktober 2009 het eerste campuscontract. Wethouder Ossel beschikte in september 2010 positief over de vervolgpilot. De Gemeente Amsterdam stelde in 2012 structurele financiering beschikbaar voor 3H/WOW. Wethouder Hilhorst spreekt in 2013 met de corporaties over het uitstroomperspectief waardoor succesvolle jongeren kunnen doorstromen naar een woning buiten het project.
19
Bijlage 1
Casusanalyse
Persoonlijke kenmerken: sexe In de eerste pilot 2008/2010 waren meisjes duidelijk oververtegenwoordigd (75%). De trend is dat 3H/WOW vrijwel sexe neutraal is met een lichte oververtegenwoordiging van meisjes (57%), Uitval uit 3H/WOW is sinds 2012 sexe neutraal: 50% meisjes, 50% jongens. Bij het behalen van een startkwalificatie waren in 2012 de jongens sterk oververtegenwoordigd (77%). Tabel 4a Sexe
2012 Aantal
2012 % (N=35)
2010-11 Aantal
2010-11 % (N=33)
2008-10 Aantal
2008-10 % (N=16)
Meisjes
20
57%
18
55%
12
75%
Jongens
15
43%
15
45%
4
25%
Totaal
35
100%
33
100%
16
100%
Sexe
Tabel 4b Sexe
Persoonlijke kenmerken: leeftijd In de eerste pilot was de gemiddelde leeftijd 21 jaar. De trend is dat in 3H/WOW de gemiddelde leeftijd zich stabiliseert op 20 jaar. Daarbij is sprake van een flinke vertegenwoordiging van de leeftijdsgroep 18-19 jarigen. Nieuw is dat er een drietal oudere jongens is geplaatst om zich te onttrekken aan een crimineel milieu. Hierdoor is meer sprake van e
spreiding, waarbij de jongste overstapte op de 18 verjaardag van begeleid kamer bewoning naar 3H/WOW en de oudsten 26 waren bij de plaatsing.
Tabel 5a Leeftijd 2012
Leeftijd / sexe
18-19
20-21
22-23
24-25
26
Meisjes
13
37%
4
11%
1
3%
2
6%
0
0%
Jongens
7
20%
1
3%
4
11%
0
0%
3
9%
Totaal
20
57%
5
14%
5
14%
2
6%
3
9%
20
Tabel 5a Leeftijd 2010/2011
Leeftijd / sexe
18-19
20-21
22-23
24-25
26
Meisjes
8
24%
4
12%
5
15%
1
6%
0
0%
Jongens
3
9%
5
15%
5
15%
2
6%
0
0%
Totaal
11
33%
9
27%
10
30%
3
9%
0
0%
Tabel 5b Leeftijd
Persoonlijke kenmerken: diversiteit Aan de eerste pilot namen geen jongeren met een Marokkaanse of Turkse identiteit deel en bijna geen autochtone jongeren. De trend is dat 3H/WOW een afspiegeling vormt van de Amsterdamse bevolking qua herkomst. Daarbij is er sprake van een flinke vertegenwoordiging van jongeren met een Surinaamse identitiet. Merendeel van de jongeren is in Nederland geboren, hoewel ook nieuwkomers de weg weten te vinden. Allen hebben de Nederlandse nationaliteit. Surinaamse meisjes zijn flink vertegenwoordigd.
21
Tabel 6a Achtergrond
Achtergrond e e e 1 , 2 of 3 generatie
2012 Aantal
2012 % (N=35)
2010-11 Aantal
2010-11 % (N=33)
2008-10 Aantal
2008-10 % (N=16)
Autochtoon
7
20%
8
24%
1
6%
Surinaams
11
31%
11
34%
6
37%
Antilliaans
1
3%
1
3%
2
13%
Marokkaans
6
17%
4
12%
-
-
Turks
2
6%
1
3%
-
-
Mix
5
14%
5
15%
4
25%
Overig
3
9%
3
9%
3
19%
Totaal
35
100%
33
100%
16
100%
4
5
6
De 3H/WOW-studenten zijn doorzetters, willers en kunners, voor wie geldt dat het noodlot bestaat. Ze zijn vaker meisjes (57%) dan jongens. 80% heeft een dubbele identiteit en allen hebben een Nederlandse nationaliteit. Qua leeftijd van plaatsing zijn de 18- en 19-jarigen sterk vertegenwoordigd (57%). Qua achtergrond wordt 3H/WOW steeds meer een evenredige vertegenwoordiging van de diverse Amsterdamse bevolking, met een sterke vertegenwoordiging van een Surinaamse achtergrond. Allen vallen onder de doelgroep LeerplichtPlus.
4
Engeland, Ethiopië, Ghana Spanje, Kaapverdië, Filippijnen 6 China, Kaapverdië, Filippijnen 5
22
Tabel 6b Achtergrond
23
Opleidingsniveau bij plaatsing Alle opleidingsniveau’s zijn vertegenwoordigd bij toelating tot 3H/WOW. Het aantal deelnemers met een opleiding op niveau 2 is sterk toegenomen in 2012. Tabel 7a Opleidingsniveau bij toelating tot 3H/WOW
2012 Aantal
2012 % (N=35)
2011 Aantal
2011 % (N=33)
mbo-1
1
3%
3
9%
mbo-2
15
43%
9
27%
mbo-3
6
17%
6
19%
mbo-4
13
37%
15
45%
Totaal
35
100%
33
100%
Opleidingsniveau bij plaatsing
Tabel 7b Opleidingsniveau bij toelating tot 3H/WOW 2012
Tabel l 2b Opleiding per 01-09-2012
Tabel 8b Opleidingsniveau bij toelating tot 3H/WOW 2010
Tabel l 8b Opleiding per 01-09-2011
24
Overbelasting
Alle studenten werden geconfronteerd met een ernstige situatie, een draaglast die voorbij een voor de leeftijd redelijke draagkracht ging. Vaak was er sprake van meervoudige complexe problematiek. In alle gevallen leidde de ernst van de problematiek tot schoolverzuim. Pas als hun schoolsucces in gevaar kwam, vroegen de studenten hulp bij het schoolmaatschappelijk werk van het Loopbaan Expertise Centrum. De ernst van de achterliggende problematiek verschilde nauwelijk van de pilots van 2010/2011 en 2008/2010. Nieuw is dat een drietal jongens geplaatst werden omdat zij zich wilden ontrekken aan een criminele setting in het ouderlijk milieu, zij stapten er heel bewust uit. Trend is de opmerkelijke toename van het aantal specialistische behandelingen in de gezondheidszorg. 80% van de jongeren was in 2012 in specialistische behandeling tegenover 27% in de vorige pilots.. Bijna de helft (48%) van de jongeren werd doorverwezen naar psychische hulpverlening (zoals I-psy of Punt P) vanwege traumaverwerking. 30% was in behandeling in de gezondheidszorg vanwege chronische ziekte (diabetes, astma) of ADHD, dyslexie, Asperger, PDDNOS. Twee jongeren zaten in de Wajong. Drie kwart van de jongeren kampt met oplosbare schulden bij de plaatsing in 3H?WOW. Dit is gelijk aan de eerdere pilots.
25
Tabel 9a Plaatsingsbeslissing
2012
Reden tot plaatsing
Aantal (N=35)
%
2010/2011
2008/2010
Aantal (N=33)
Aantal (N=16)
%
%
Dakloos - sofahopper
10
28%
10
31%
6
37%
Onveilig – fysiek, psychisch en/of sexueel geweld
13
37%
12
36%
4
25%
Overbelast – jonge mantelzorger
6
17%
9
27%
4
25%
Onttrekken aan crimineel thuismilieu
3
9%
-
-
-
-
(Half)wees
3
9%
2
6%
2
13%
Totaal
35
100%
33
100%
16
100%
Tevens in specialistische behandeling voor gezondheidsproblemen
28
80%
9
27%
-
-
27
77%
25
76%
-
-
(psychisch, functiebeperking, chronisch ziek)
Tevens jeugdschuld
26
Tabel 9b Plaatsingsbeslissing 2012
Tabel 9b Plaatsingsbeslissing 2010/2011
Tabel 9b Plaatsingsbeslissing 2008/2010
27
Bloemlezing uit de aandraagformulieren 2012: -dakloos, slapend in Vondelpark op de vlucht voor stiefvader, obesitas; -slachtoffer ernstig geweldsmisdrijf; -mishandeling stiefvader, slaapt in kelderbox; -vijandige ouder, slaapt in houten hondenhok; -moeder psychotisch; -dyslexie en dakloos; -moeder na chemokuur naar Suriname en zelf ziek achtergebleven (dramatisch vermagerd); -moeder overleden en vader agressief en vanaf 14e gezworven; -moet inkomen afstaan aan moeder entante die steeds meer geld eisen; -sofahopper met chronische diabetes; -neemt afstand van zijn criminele familie, broertje bij top-600; -mishandeld door vader; -nieuwkomer uit sloppenwijk Casablanca, ziet thuis criminaliteit en neemt daar afstand van; -OTS en broer verloren door zelfdoding en slaapt op straat of in bedden voor tegenprestatie; -vader alcoholist en moeder drugsverslaafd; -oma de opvoedouder is opgenomen in verzorgingshuis en nu is de student sofahopper bij zwangere vriendin; -via veldtafel; -sofahopper ADHD met anti-kraakverleden; -wees; -mishandeld door ouders en vriend; -Asperger die thuis niet verder kon; -misbruik; -OTS en daarna in hulpverleningscircuit gezworven van crisisplek naar crisisplek; -Wajong-er die weg moet uit Begeleid Wonen 16+ van Spirit; -aangerand; -moeder in Suriname en vader agressief; -door moeder uit huis gezet vanwege seksuele geaardheid; -mishandeling door moeder en aangifte wegens bedreiging; -moeder dakloos in de schuldhulpverlening inwonend bij tante; -door vader mishandeld en uit huis gezet waardoor nu dakloze sofahopper; -hoogbegaafde ADHD-er waarvan vader overleden en moeder in buitenland; -overbelast door zorg voor het gezin van moeder; -opgegroeid bij oma waarna 16+-opvang Spirit die nu moet worden verlaten; -traumatisch verleden met alcoholistische moeder en misbruik door stiefvader; -onrustige thuissituatie, geplaatst via Nieuwe Perspectieven Preventief.
Bloemlezing uit de aandraagformulieren 2010/2011 ADHD, via veldtafel, alcoholische ouder, Asperger, wees, suikerziekte, slaapt in ‘houten hondenhok’ in woonkamer, ouder psychotisch, botst met tante op sofaplek, MS, mishandeling, antikraak, obesitas, loverboy, schizofrene ouder, geen acceptatie van sexuele geaardheid, geslagen, scheiding, ouder ernstig chronisch ziek, slaapt in garagebox, onder psychologische behandeling, incest, woont op sofa bij zwangere kennis, slaapt in park, politie ingrijpen, etc. etc.
28
Veerkracht om kansen te pakken De casusanalyse leidt tot nadere profilering van de doelgroep: 1.
De 3H/WOW-student valt onder de Winsemius-definitie van ‘ernstig overbelaste jongeren’.
2.
De 3H/WOW-student is iets vaker een meisje (57%), tussen de 18-21 jaar, met een dubbele identiteit en een Nederlandse nationaliteit, die een opleiding volgt op mbo 2-4 niveau.
3.
De 3H/WOW-student wil (motivatie) en kan (cognitie) een startkwalificatie halen.
4.
De 3H/WOW-student kent urgentie in het ordenen van de persoonlijke situatie
5.
De 3H/WOW-student is een potentiële zorgmijder die liever de eigen zaakjes oplost
6.
De 3H/WOW-student kampt met schulden. Er is een stevige doch oplosbare problematiek.
7.
De 3H/WOW-student kampt met stevige, doch behandelbare gezondheidsproblemen.
8.
De 3H/WOW-student is mentaal sterk, survivor met overlevingscapaciteit ‘hoe dan ook, wat dan ook’.
9.
De 3H/WOW-student houdt vast aan de eigen oplossingsstrategie ten koste van succes in de beroepsopleiding en loopt uiteindelijk vast. Dit leidt tot studievertraging.
10.
De 3H/WOW-student dreigt geen startkwalificatie te halen door overbelasting en/of onveiligheid in de persoonlijke leefsfeer door problematiek waar de 3H-student niet verantwoordelijk voor is.
Conclusie: Bij plaatsing is de 3H/WOW-student potentieel kansrijk, heeft voldoende mentale en cognitieve capaciteit mits de student uit de zeer risicovolle situatie wordt gehaald. De 3H/WOW-student is gebaat bij stevige en duidelijke steun en structuur waarbij de student leert om tijdig om hulp te vragen, hulp te accepteren en hierdoor tools te ontwikkelen om succesvol met behoud van de studieloopbaan te kunnen verzelfstandigen.
Er zijn risicofactoren waardoor het toch mis kan gaan: 1.
De student onttrekt zich onder druk van het oude systeem aan de hulpverlening en verhuist.
2.
De student wordt zwanger.
3.
De gezondheid stabiliseert onvoldoende.
4.
De student krijgt de schuldenproblematiek niet onder controle.
De beschermende factoren waardoor jongeren succes behalen zijn consistent met de vorige pilot: 1.
De student kan, na interventie door jeugdhulpverlening, weer een normale, positieve relatie aangaan met de mensen die hem/haar in de privésfeer ondersteunen.
2.
De student leert van de andere studenten in 3H/WOW via lotgenotencontact.
3.
De student krijgt stimulerende reacties van docenten, aandacht en steun in de klas.
29
Bijlage 2
Portretten van de 3HWOW student
De portretten geven richting aan de onderzoeksvragen voor de professionele verwijzer: 1.
Wat is de draaglast van de student?
2.
Wat is de draagkracht van de student?
3.
Wat zijn beschermende en risicofactoren?
4.
Is 3H/WOW de juiste voorziening? 3H/WOW stelt hoge eisen aan de draagkracht van de student. Is deze student in staat binnen de gestelde termijn te voldoen aan die eisen? - termijn: minimaal 6 maanden, standaard 9 maanden, maximaal 15 maanden - gestelde eisen: goed begeleidbaar naar zelfstandig studeren, goed bewonerschap,
financieel. Portret 1 – versneld De studente oogt stevig. Ze wil de beveiliging in. Vanaf de start van de opleiding is er altijd wat. Veel conflicten thuis, weinig concentratie. Zij belt vaak af . Ze heeft geen startkwalificatie. Leerplicht roept haar op. Zij heeft zich met de onderwijs overeenkomst verplicht om op school aanwezig te zijn. Waarom verzuimt zij zoveel? Zij vertelt dat het haar eigen domme fout is. Zij zit in de schulden. Haar moeder overleed toen zij net 18 was. Als wees kreeg ze een flinke erfenis van haar moeder. Daar ging het mis. Zij was jong, niet serieus, had een verkeerde vriendenkring, zij was de vrouw met het geld. Bij een botsing maakte haar vriend met haar auto een flinke schade. Plotseling zat zij zwaar in de schulden. Zij was aansprakelijk, hij had geen rijbewijs. Zij wil er van af, schoon schip maken en opnieuw beginnen. Daarom werkt zij veel. Ze moet extreem veel betalen voor haar sofaplek aan een familielid dat haar financieel uitbuit. Het LEC verwijst haar naar jeugdschuldhulpverlening, meldt haar aan voor de 3H’s. Zij is er blij mee. Door haar eigen huisje in de stad kan zij afstand nemen van de vriendengroep. Niemand weet waar zij woont. Zij betaalt trouw haar huur, gedraagt zich verantwoordelijk als bewoner, is prettig in de omgang. Spirit begeleidt haar op weg naar verzelfstandiging. Haar moeder heeft haar goed opgevoed, zij pakt de draad weer op , wil het goede doen, een diploma halen, zodat moeder vanuit de hemel trots op haar kan zijn. Ze maakt nieuwe vrienden, houdt afstand. Met school gaat het goed, met het wonen gaat het goed. Na zes maanden tekent ze haar campuscontract. Portret 2 - standaard De student oogt tiptop, straalt vriendelijkheid, innerlijke beschaving en ambitie uit. Hij doet het goed op school. Bij de introductie deelt hij zijn toekomstplan: “over 3 jaar ga ik naar het hbo. Ik word ondernemer met mijn eigen bedrijf ”. Hij heeft een positieve invloed op de klas. Zijn studieloopbaanbegeleider is blij met hem. Na de herfstvakantie belt hij vaker af. Migraine, verslapen, het past niet in het beeld dat hij heeft neergezet. De studieloopbaanbegeleider verwijst hem vanwege een “niet-pluis” gevoel naar de zorgcoördinator. Deze stuurt de student naar het LEC. “Bij het LEC kunnen ze je aan een veilige plek helpen. Zo kan het niet, dit is niet goed voor je.” De 3H’s brengt de risico’s in kaart: moeder is hertrouwd, stiefvader kan zijn handen niet thuis houden. Er zijn weinig beschermende factoren, moeder is emotioneel afhankelijk, heeft moeite voor zichzelf en haar kinderen op te komen. Het gezin leeft geïsoleerd, in de thuiscultuur spreekt men hier niet over . Zoon voelt zich verantwoordelijk, heeft moeite voor zichzelf te kiezen, weet dat het ten koste gaat van zijn studie. Hij wil het zelf oplossen, thuis volhouden: ‘’in onze cultuur is het niet gewoon dat je hierover spreekt, ongetrouwd het huis uit gaat.” Dan betrekt stiefvader vrienden bij de onveilige situatie. Dat is de druppel die de emmer doet overlopen. “Het gaat niet goed met me aflopen, er komt een moment dat ik explodeer. Ik moet weg en wel snel”, meldt hij zich. De 3H’s plaatst hem met urgentie, met als voorwaarde dat hij zijn adres geheim houdt. Spirit regelt dezelfde avond de verhuizing. Met het geld dat hij gespaard blijkt te hebben, richt hij het huisje in. Moeder is opgelucht dat hij er niet meer tussen zit, er is minder spanning. De hulpverlener van Spirit coacht de student bij het herstellen van het contact met moeder. De student is zo blij dat het een gewone woning in een gewone buurt is, “de buren zien niks aan me, hier ben ik gewoon de nieuwe buurman, een student, het is echt een nieuwe start.” Hij kan zich weer concentreren, is er altijd op school, hoe druk hij ook is met zijn bijbaantje en het huis, zijn focus ligt bij schoolsucces. Zijn schoolresultaten gaan met sprongen vooruit , hij kan op stage. Negen maanden na de plaatsing tekent hij zijn campuscontract.
30
Portret 3 - vertraagd De student weet nog niet zo goed wat hij wil met zijn studie. In de zomervakantie sliep hij in het Vondelpark of bij vrienden. Telefonisch was hij slecht bereikbaar, reageerde niet op oproepen van zijn studieloopbaanbegeleider. Hij studeert voor Administratief Medewerker, maar is veel verkouden en meldt zich vaak ziek, longontsteking. De student kampt met flink overgewicht. Bij familie kan hij niet terecht. Hij is altijd moe, hij wil wel maar het lukt niet. En eigenlijk is de opleiding helemaal niet wat hij wil. Hij wilde altijd iets met kinderen, maar ja, een jongen in de kinderopvang, dat is niet gebruikelijk thuis. Het LEC plaatst hem in de doorstartklas voor een opleidingskeuze en verwijst hem naar het schoolmaatschappelijk werk. Deze stuurt hem naar de huisarts. “Misschien heb je astma en je moet iets met dat overgewicht. In ieder geval moet je een dak boven je hoofd hebben, in de winter kun je niet buiten slapen”. Hoofd LEC meldt hem aan voor de 3H’s. Gezien het feit dat deze student dakloos is en weinig sofa’s in zijn vriendenkring heeft, krijgt hij urgentie. Maar hij moet snel een heroriëntatie maken in de doorstartklas en in februari met een nieuwe opleiding beginnen. Voorwaarde van de 3H’s om in aanmerking te komen voor een campuscontract is dat hij laat zien dat hij het goed doet in de opleiding qua presentie en prestaties (studieresultaten). De student krijgt de woning, familie helpt verhuizen, want zelf kan hij niet veel. Hij moet nu elke dag een paar trappen op en af en dat is niet slecht voor zijn conditie, concludeert de jeugdhulpverlener. Na de doorstartklas gaat hij naar de carrouselklas in werkmaatschappij RAI en start met zijn wensopleiding. De woning gaat goed, hij betaalt de huur keurig. Maar de presentie op school blijft lastig. De resultaten zijn goed, maar te weinig, hij moet in september weer in de 1 e klas starten. De student krijgt een verlenging van de begeleiding met als opdracht zijn gezondheid te stabiliseren en het studieritme vast te houden, regelmatige presentie te laten zien. Pas dan komt hij in aanmerking voor een campuscontract. In september start hij goed in de nieuwe klas, hij gaat er voor. Blijkbaar valt alles op zijn plaats, is er rust in hoofd en hart. Voor kerst, 15 maanden na plaatsing, tekent hij zijn campuscontract.
Portret 4 - verwijzing De studente oogt jong, verfrommeld en emotioneel verwaarloosd. Al snel komt zij via de studieloopbaanbegeleider bij het LEC. Er zijn veel risicofactoren. Haar geschiedenis is dramatisch. Bij woningbrand is een jonger broertje overleden, hebben moeder en zusjes ernstige brandwonden opgelopen. Moeder ging na de brand een ernstige depressie in. De studente zorgde voor het gezinnetje als jonge mantelzorger tot moeder een nieuwe vriend kreeg. De nieuwe partner had geen behoefte aan kinderen in huis. Hij stelde moeder voor de keus, “zij eruit of ik eruit” en zij koos voor haar partner. Onze studente kwam in een opvanghuis. Daar is het te druk, komt ze niet tot studeren. Docenten krijgen de indruk dat zij minder gemotiveerd is. Stage loopt stroever, ze is er met haar hoofd niet bij. Er zijn beschermende factoren: zij is slim, pakt leerstof snel op. De zorgcoördinator van het team wil haar een kans geven, is met haar begaan. De studente wil een nieuwe start maken, op zichzelf wonen: “Juf, ik heb altijd voor anderen gezorgd. Nu wil ik voor mezelf zorgen, dat kan ik heus wel, het komt goed met mij.” De plaatsingscommissie meldt haar aan bij jeugdschuldhulpverlening. Zodra de studente in de woning zit, blijkt het tegen te vallen. Zij toont zich enorm afhankelijk, betaalt geen huur, wast de lakens niet, richt de woning niet in. Ze krijgt verlenging van de woonbegeleiding. Ze kan niet op de kale vloer blijven slapen met kranten voor de ramen. Ze moet leren de huur op tijd te betalen, anders gaat het niet lukken. Ze knikt, wil wel, maar het lukt niet, het is veel allemaal. Ze vindt het echt erg wat er gebeurd is, slaapt slecht, alles komt terug, zit midden in de verwerking. Ze is eenzaam, haar enige troost is haar hond. Spirit stimuleert haar: “het was niet makkelijk, best veel, maar je moet door. Kom op.” Bij vlagen gaat ze trouw naar school en stage. Ze krijgt een tweede verlenging van de begeleiding. Er wordt haar op het hart gedrukt dat dit de laatste begeleidingsperiode is. Hierna moet ze zelfstandig studeren en haar woning, de huurbetaling op orde hebben. Ze knikt, wil wel. Maar ze kan niet, ze is zo moe. Na de 2 e verlenging concluderen we dat ze onvoldoende in staat is tot zelfzorg. Ze mag naar een therapeutische setting, maar daar zijn huisdieren niet welkom. Dat is onbespreekbaar. Haar hond heeft haar er door heen gesleept. Gelukkig heeft oma zich bij elkaar geraapt. Onze studente is welkom bij haar . Een nieuw beging in een nieuwe stad. Inschrijving in de mbo-opleiding is al geregeld.
31
Bijlage 3
Hoofdlijnen van het Handboek 3H/WOW
Stap 1 Van aanmelding tot plaatsing Een 3H/WOW-plaatsing is een kostbaar instrument dat ingezet wordt om die ROCvA student die in een zeer risicovolle situatie verkeert in staat te stellen een startkwalificatie te behalen. Plaatsing is een zorgvuldig proces van detectie tot selectie. Om tot een zorgvuldige plaatsing te komen zijn er 3 stappen: a.
De betrokken professionals van het ROC van Amsterdam kennen het profiel van de 3H/WOW-student en de aanmeldingscriteria van 3H/WOW.
b.
De betrokken professionals van het ROCvA dragen de juiste aanmelders voor bij de schoolmaatschappelijk werkers van Spirit.
c.
De schoolmaatschappelijk werkers van Spirit screenen de aanmelders, lichten de aanmelder voor over de formule en de voorwaarden tot deelname en draagt de aanmelder voor bij de plaatsingscommissie via de aanmeldprocedure met gebruikmaking van het aandraagformulier.
d.
De plaatsingscommissie toetst de aanmelding op de contra-indicaties, beslist over plaatsing en houdt de wachtlijst bij op basis van urgentie.
Om de juiste studenten in de 3H/WOW te plaatsen zijn er 5 hulpmiddelen: 1.
Profielbeschrijving met portretten.
2.
Flyer voor de verwijzer met aanmeldcriteria én contra-indicaties.
3.
Plaatsingsprocedure inclusief administratieve organisatie.
4.
Aandraagformulier voor de verwijzer.
5.
Plaatsingsformulier voor de plaatsingscommissie.
Profiel van de 3H/WOW-student De 3H/WOW-studenten zijn doorzetters, willers en kunners, voor wie geldt dat het noodlot bestaat. De casusanalyse leidt tot de nadere precisering van het profiel van de doelgroep: 1.
De 3H/WOW-student valt onder de Winsemius-definitie van “ernstig overbelaste jongeren”.
2.
De 3H/WOW-student is vaker een meisje, tussen de 19-23 jaar, met een dubbele identiteit en Nederlandse nationaliteit, die een opleiding volgt op mbo-niveau .
3.
De 3H/WOW-student wil (motivatie) en kan (cognitie) een startkwalificatie halen.
4.
De 3H/WOW-student kent urgentie in het ordenen van de persoonlijke situatie.
5.
De 3H/WOW-student is een potentiële zorgmijder die liever zelf zijn / haar zaakjes oplost.
6.
De 3H/WOW-student kampt met schulden. Er is een stevige, doch oplosbare financiële problematiek.
7.
De 3H/WOW-student kampt met gezondheidsproblemen door stress of chronische ziekte.
8.
De 3H/WOW-student is mentaal sterk, een survivor met overlevingscapaciteit “hoe dan ook, wat dan ook”.
32
9.
De 3H/WOW-student houdt vast aan de eigen oplossingsstrategie ten koste van succes in de beroepsopleiding en loopt uiteindelijk vast. Dit leidt tot studievertraging.
10.
De 3H/WOW-student dreigt geen startkwalificatie te halen door overbelasting en/of onveiligheid in de persoonlijke leefsfeer door problematiek waar de 3H/WOW-student niet verantwoordelijk voor is.
Om het profiel van de 3H/WOW-student te verhelderen zijn er op basis van casuïstiek 4 portretten gemaakt. De portretten geven een beeld van: a.
een student die de studie al snel weer goed oppakt,
b.
een student die na de standaard woonbegeleiding de studie weer op orde heeft,
c.
een student die de studie weer op de rails krijgt na verlengde woonbegeleiding en
d.
een student voor wie de 3H niet geschikt is vanwege de ernst van de draaglast, en voor wie beter een ander zorgtraject ingezet kan worden.
Criteria aanmelding Aanmeldingscriteria voor 3H/WOW zijn: de aanmelder Criteria aanmelding 3H 1
is 18 jaar t/m 23 jaar
2
volgt een mbo-opleiding aan het ROCvA via de BOL (Beroeps Opleidende Leerweg) of BBL (Beroeps Begeleidende Leerweg)
3
heeft nog geen startkwalificatie (diploma mbo-2, havo, vwo)
4
is ingeschreven bij : http://www.woningnet.nl én http://www.studentenwoningweb.nl/
5
heeft studiefinanciering en/of een ander aantoonbaar inkomen om de vaste lasten te betalen
6.
is begeleidbaar, toont discipline om huishouding en bijbaantje te combineren met de opleiding
7
zit aantoonbaar knel, de huidige thuissituatie bedreigt de studievoortgang buiten eigen schuld
8
is minimaal drie maanden binnen Amsterdam woonachtig
9
woont niet samen en heeft geen huisdier dat overlast geeft
33
Contra-indicaties voor plaatsing bij de 3H/WOW zijn: de aanmelder Contra-indicaties 3H/WOW 1
is verantwoordelijk als (co-) ouder voor de opvoeding van een kind en/of is zwanger
2
kent verslavingsproblematiek (drank, drugs, gokken, etc.)
3.
heeft grote schulden die binnen de 3H/WOW niet oplosbaar zijn
4
toont complexe gedragsproblematiek, accepteert geen hulp, zorgmijder;
5
toont ongemotiveerd gedrag in de opleiding met veel absentie.
6
heeft geen verblijfsstatus
7
heeft een inkomen boven de € 33.000
8
heeft een woonhistorie met overlast bij Ymere of Stadgenoot
9
toont zeer problematisch gedrag, functioneert binnen een crimineel netwerk
Procedure plaatsing Elke student meldt zich met een motivatiebrief. De schoolmaatschappelijk werker van Spirit maakt een draagkracht- en draaglastanalyse, benoemt daartoe in het aandraagformulier risico- en steunfactoren. Methodisch leren we de studenten om buiten de betrokken verwijzer, geen persoonlijke details prijs te geven. Alle studenten die geplaatst worden in 3H/WOW, voldoen aan de Winsemius-definitie van ernstig overbelaste jongeren. Hun situatie is te kenmerken als zeer belastend, dan wel onveilig. Zij worden geconfronteerd met complexe levensvragen en dienen zaken een plek te geven. Rouwverwerking vanwege het verlies van dierbaren of geschonden vertrouwen trekt sporen, leidt tot concentratieverlies en ondermijnt de actieve leercapaciteit. Leren vereist rust in hoofd en hart. Voor iedere student die in aanmerking komt voor de 3H/WOW is er urgentie om de student uit de situatie te halen. Het gaat om een neutrale en veilige plek om te studeren. De begeleiding geeft ze de ruimte en positieve bekrachtiging om te kunnen verzelfstandigen. Het biedt praktische handvatten waarmee ze leren hoe je dat doet: “eerst een koelkast, dan een mooie bank”. Het biedt ruimte om zelfvertrouwen te herstellen, met hoop op een normale toekomst door stap voor stap effectiever te worden en succes, de startkwalificatie, te behalen. Stap 2 Begeleiding naar campuscontract (fase A) Bij een positief plaatsingsbesluit voert de jeugdhulpverlener van Spirit het startgesprek met de student om de begeleidingsvraag op de drie gebieden huiswerk (studie), hulp (zelfredzaamheid) en huisvesting (wonen) goed in kaart te brengen. Dit startgesprek is tevens de laatste check op de plaatsingsbeslissing. De jeugdhulpverlener kan naar aanleiding van het startgesprek aan de plaatsingscommissie vragen om het plaatsingsbesluit te heroverwegen.
34
Bij het plaatsingsgesprek worden praktische afspraken gemaakt over de wooncheck door Ymere/Stadgenoot, het bewijs van het maandelijks inkomen, de start van de wekelijkse begeleiding door de jeugdhulpverlener, over de start van de jeugdschuldhulpverlening door Bureau Westerbeek, over het openen van internetbankieren, de inschrijving bij woningnet, de voorbereiding van de verhuizing en het afsluiten van de woonbegeleidingsovereenkomst. In deze fase kenmerkt de methodiek zich door de intensieve en integrale werkwijze. De student wordt in een wekelijks face-to-face gesprek in alle facetten van het leven en de studie gesteund. Bij de intervisie rondom de methodiek voor een effectief steunsysteem is het dilemma tussen ”loslaten en beetpakken”, zo kenmerkend voor de adolescentie, onderwerp van het interdisciplinair gesprek tussen de professionals. Wat is de aanspreektoon, wat zijn de begeleidingsonderwerpen en wat is de optimale begeleidingsmethodiek. In het methodisch werken staat de toepassing van “sturen of volgen, steunen of structureren”, centraal. De student dient zich begeleidbaar op te stellen en zich aan de gemaakte afspraken te houden. Met betrekking tot gemaakte begeleidingsafspraken geldt het principe “kom na of leg uit”. Zeswekelijks is er casuïstiekoverleg in de projectgroep waarin besloten wordt of een student in aanmerking komt voor een campuscontract. Dit kan na 6 (versneld), 9 maanden e
e
(standaard), 12 maanden (1 verlenging) of uiterlijk 15 maanden (2 verlenging). Indien nodig kan in het casuïstiekoverleg, op basis van consensus, het besluit genomen worden tot sanctionering. Sanctionering vindt plaats volgens het escalatieprotocol. De meeste studenten pikken de intensieve begeleiding in fase A goed op en krijgen hun studie op orde.
Stap 3 Begeleiding naar startkwalificatie (fase B)
Na het besluit tot het aanbieden van een campuscontract voert Ymere / Stadgenoot een check uit op het woongedrag. De student zet de energie over op eigen naam en tekent het door Ymere / Stadgenoot aangeboden campuscontract. In deze fase kenmerkt de methodiek zich door coaching op schoolsucces in een maandelijks face-to-face gesprek. Het doorstroomperspectief bij het behalen van het diploma (de startkwalificatie) is tevens gespreksonderwerp. Bij de intervisie is de begeleiding naar effectief studiegedrag onderwerp van het interdisciplinair gesprek tussen de professionals. Welk studieperspectief is er, wat is de toon van het gesprek, welke keuzes liggen er open en wat is de optimale begeleidingsmethodiek. In het methodisch werken staat de toepassing van “volgen en steunen” centraal. De student dient zelfstandig te studeren. Zeswekelijks is er casuïstiekoverleg waarin gemonitord wordt of de student op weg is naar de startkwalificatie. In fase B krijgen de meeste studenten een duidelijke focus op het behalen van de startkwalificatie en het bepalen van een vervolgstudie. De meeste studenten vervolgen hun studie na het behalen van de startkwalificatie in het mbo (3/4) of het hbo. Indien de student na het afstuderen gaat werken dient deze de studentenwoning binnen 3-6 maanden te verlaten. De professionals onderzoeken in hoeverre de student in aanmerking komt voor een uitstroomwoning in het kader van de nazorg.
35
Stap 4 Woonbegeleiding na gediplomeerde doorstroom (fase C)
Na het behalen van de startkwalificatie kan de student het campuscontract met Ymere voortzetten indien de student zich inschrijft voor een fulltime vervolgstudie in Amsterdam. In fase C nemen de studenten verantwoordelijkheid voor hun loopbaan. Deze fase kenmerkt de methodiek zich door monitoring op schoolsucces via een kwartaalgesprek. De student studeert zelfstandig. Indien de student de studie staakt of na afstuderen gaat werken, dient deze de woning binnen 3-6 maanden te verlaten. Indien de student na het afstuderen gaat werken dient deze de studentenwoning binnen 3-6 maanden te verlaten. De professionals onderzoeken in hoeverre de student in aanmerking komt voor een uitstroomwoning in het kader van de nazorg.
Stap
Sanctionering (fase D)
Indien de student geen ontwikkeling toont op de afgesproken doelen uit het startgesprek of de voorgaande evaluatie en zich niet houdt aan de bepalingen in de woonbegeleidingsovereenkomst kan er besloten worden om over te gaan tot sanctionering. Reden voor het opleggen van een sanctie is het verwijtbaar niet nakomen van de discipline-eisen in de woonbegeleidingsovereenkomst. Uitgangspunt in de begeleidingsmethodiek is: Afspraak is afspraak → kom na of leg uit. Sanctionering vindt plaats bij verwijtbaar falen van de student op 1 van de 3 gebieden: a. Hulp
Spirit: aanwezigheid bij afspraken, afspraken nakomen m.b.t. zelfredzaamheid
b. Huiswerk
ROCvA: presentie + prestaties
c. Huren
Ymere/Stadgenoot: betaling huur + goed bewonerschap, hygiëne
Escalatie in de sanctionering vindt plaats door: 1. mondelinge waarschuwing, 2. schriftelijke gele kaart, 3. schriftelijke rode kaart, de student dient de woning te verlaten.
Procedure: 1. Eén van de partners signaleert de noodzaak tot het nemen van een maatregel 2. De projectleider agendeert het nemen van een maatregel 3. De partners bereiken consensus over de te nemen maatregel 4. Bij de partners is bewustzijn dat maximaal 1 op de 10 studenten een rode kaart krijgt
36
Bijlage 4
Inrichting werkprocessen 3HWOW
Stap
Procedure - Van aanmelding naar plaatsing
1
Aanmelding door schoolmaatschappelijk werker Spirit naar Hoofd LEC van het ROC van Amsterdam
2
Check op contra-indicaties door Hoofd LEC van het ROC van Amsterdam
3
Bespreking in plaatsingscommissie met gedragswetenschapper Spirit
4
Plaatsingsbesluit
5
Check op huurgedrag door Ymere of Stadgenoot
6.
Oproepen voor startgesprek door Spirit
7
Huurovereenkomst Ymere c.q. Stadgenoot – Spirit afsluiten door Ymere / Stadgenoot
8
Woonbegeleidingsovereenkomst Spirit – student afsluiten door Spirit
9
Inschrijven in Woningnet door student Huurtoeslag aanvragen door student o.b.v. Bureau Westerbeek en Spirit Jeugdhulpverlener
10
Woonbegeleiding start met een gesprek van de student, de jeugdhulpverlener en de loopbaanbegeleider van school
AO van aanmelding tot plaatsing (Administratieve Organisatie)
Stap
Administratieve Organisatie - Van aanmelding naar plaatsing
1
Student schrijft motivatiebrief naar Hoofd LEC
2
Aandraagformulier invullen door schoolmaatschappelijk werker van Spirit
3
Plaatsingsformulier invullen door gedragswetenschapper Spirit
4
Mail met naam, geboortedatum, naar Ymere / Stadgenoot t.b.v. check op woonhistorie
5
Formulier Startgesprek invullen door jeugdhulpverlener Spirit
6
Kopie paspoort / ID-kaart met verblijfsstatus door jeugd hulpverlener Spirit in dossier
7
Bewijs van inkomen / studiefinanciering (DUO) door jeugdhulpverlener Spirit in dossier
8
Woonbegeleidingovereenkomst model 3H/WOW door jeugdhulpverlener Spirit in dossier
9
Huurovereenkomst tussen Ymere /Stadgenoot– Spirit door jeugdhulpverlener Spirit in dossier
10
Compleet startdossier door Spirit naar projectleider
11
Compleet aanmelddossier door Spirit naar projectleider
12
Kopie paspoort / ID-Kaart met verblijfsstatus + bewijs inkomen naar Ymere / Stadgenoot door jeugdhulpverlener Spirit
37
Werkproces begeleiding Fase A: weekbegeleiding
Stap
Werkproces intensieve woonbegeleiding fase A (wekelijks face-to-face)
1
Jeugdhulpverlener maakt afspraken woningbezichtiging, inventariseert hulpvraag wonen, studie en persoonlijke effectiviteit en vult begeleidingsplan Fase A in.
2
Meterstanden lezen samen met de student van gas, water, licht
3
Jeugdhulpverlener legt contact tussen student en Bureau Westerbeek (Jeugdschuldhulpverlening) voor steun bij financiële planning.
4
Jeugdhulpverlener begeleidt de student bij inschrijven bij woningnet en reageren op advertenties zelfstandige huisvesting bij woningnet i.v.m. opbouwen historie
5
Jeugdhulpverlener maakt wekelijkse afspraak met student en bespreekt de voortgang m.b.t. de hulpvragen wonen, studie en persoonlijke effectiviteit
6
Jeugdhulpverlener onderhoudt wekelijks contact met de opleiding over de studievoortgang
7
Na 2,5 maand inventariseert de jeugdhulpverlener de stand m.b.t. “groene kaarten” bij opleiding, Ymere / e Stadgenoot en schuldhulpverlening ter voorbereiding op 1 evaluatie
8.
Na 3 maanden voert de jeugdhulpverlener van Spirit samen met Hoofd LEC het 1 evaluatiegesprek. In de voorbereiding van het evaluatiegesprek toetst Spirit bij Ymere / Stadgenoot of het wonen goed e gaat. Het 1 evaluatiegesprek heeft als mogelijke beoordeling: -op streek met ontwikkeldoelen -vertraging met ontwikkeldoelen -versnelling met ontwikkeldoelen
9
Na 6 maanden voert de jeugdhulpverlener van Spirit samen met Hoofd LEC het 2 evaluatiegesprek met als mogelijke beoordeling : -op streek met ontwikkeldoelen -heeft versneld certificaat A behaald en krijgt een campuscontract -vertraging met ontwikkeldoelen
10
Na 9 maanden voert de jeugdhulpverlener van Spirit samen met Hoofd LEC het 3 evaluatiegesprek met als mogelijke beoordeling: -heeft certificaat A behaald en krijgt een campuscontract e -krijgt 1 verlenging met ontwikkeldoelen
11
Na 12 maanden voert de jeugdhulpverlener van Spirit samen met Hoofd LEC het 4 evaluatiegesprek met als mogelijke beoordeling: -heeft certificaat A behaald en krijgt campuscontract e - krijgt 2 verlenging met ontwikkeldoelen
12
Na 15 maanden voert de jeugdhulpverlener van Spirit samen met Hoofd LEC het 5 evaluatiegesprek met als mogelijke beoordeling: - heeft certificaat A behaald en krijgt campuscontract - verlaat 3H/WOW met als vervolgperspectief ….
e
e
e
e
e
38
AO van Begeleiding Fase A: weekbegeleiding
Stap
Werkproces intensieve woonbegeleiding fase A (wekelijks face-to-face)
1
Jeugdhulpverlener schrijft Weekverslag volgens format en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider
2
Jeugdhulpverlener schrijft elk kwartaal het Evaluatieverslag volgens format en bespreekt deze met de gedragswetenschapper Spirit. Na goedkeuring door gedragswetenschapper zorgt de jeugdhulpverlener voor ondertekening door student, Hoofd LEC en Spirit. De jeugdhulpverlener stuurt het ondertekende evaluatieverslag door naar de projectleider.
3
Jeugdhulpverlener geeft samen met Hoofd LEC ROCvA zodra van toepassing de student een ondertekend certificaat A en stuurt een kopie naar de projectleider
4
Projectleider zorgt voor archivering van de verslagen en het certificaat A in het dossier van de student en voor opname van de voortgangsgegevens in de monitor.
5
Spirit meldt 3 weken voor overgang naar campuscontract aan Ymere / Stadgenoot de gegevens t.b.v. het campuscontract
6
Spirit begeleidt de student bij de overschrijving van de energielevering en de overige handelingen behorend bij een zelfstandig campuscontract.
Werkproces begeleiding Fase B: maandbegeleiding
Stap
Werkproces woonbegeleiding fase B (maandelijks face-to-face)
1
Ymere / Stadgenoot sluit campuscontract af. Jeugdhulpverlener Spirit begeleidt verzelfstandiging van leveranties van Gas, Water & Licht.
2
Jeugdhulpverlener Spirit vult bij overhandigen certificaat A begeleidingsplan fase B in met student 3H/WOW t.b.v. maandelijks voortgangscontact.
3
Jeugdhulpverlener Spirit begeleidt de student en monitort maandelijks bij de opleiding de voortgang.
4
Bij stagnatie van de opleiding of het wonen inventariseert de Jeugdhulpverlener Spirit de hulpvraag en herstart de intensieve begeleiding (fase A).
5
Bij behalen startkwalificatie (diploma mbo-2 / 3 /4) inventariseert de jeugdhulpverlener Spirit of er sprake is van doorstroom naar een vervolgopleiding en zo ja, naar welke opleiding.
6
Bij gediplomeerde doorstroom naar vervolgopleiding verzorgt Spirit uitreiking van Certificaat B Bij gediplomeerde uitstroom naar werk adviseert de hulpverlener Spirit de student op weg naar zelfstandige huisvesting buiten het project binnen 3-6 maanden volgens de uitstroomregeling van de Gemeente Amsterdam. Bij gediplomeerde uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit na 1 maand contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
7
8
Bij gediplomeerde uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit na 6 maanden contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
9
Spirit sluit het dossier af en informeert de student hierover.
39
AO van Begeleiding Fase B: maandbegeleiding
Stap
Werkproces woonbegeleiding fase B (maandelijks face-to-face)
1
Jeugdhulpverlener schrijft maandverslag volgens format en mailt deze, na check door de gedragswetenschapper Spirit , naar projectleider.
2
Projectleider zorgt voor archivering van de maandverslagen in het dossier van de student en voor opname van de voortgangsgegevens in de monitor.
3
Spirit vraagt bij het behalen van het diploma (minimaal startkwalificatie) een kopie van het diploma op bij de student en mailt deze door naar projectleider.
4
Bij doorstroom: Spirit vraagt bij start van het nieuwe schooljaar een bewijs van plaatsing op van de vervolgopleiding en stuurt deze door naar Ymere / Stadgenoot en de projectleider.
5
Bij gediplomeerde uitstroom: Spirit stuurt Ymere / Stadgenoot een mail. Ymere / Stadgenoot zegt de huur van de studentenwoning schriftelijk op per datum 3-6 maanden na de mail van Spirit. Spirit maakt gespreksverslag van advisering naar uitstroom op weg naar zelfstandige woonruimte volgens format Uitstroom en mailt deze, na check door de gedragswetenschapper Spirit , naar projectleider en Ymere/Stadgenoot.
6
Bij gediplomeerde uitstroom maakt de jeugdhulpverlener Spirit na 1 maand een gespreksverslag nazorg volgens format Uitstroom en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider en Ymere/Stadgenoot.
7
Bij gediplomeerde uitstroom maakt de jeugdhulpverlener Spirit na 6 maanden gespreksverslag nazorg volgens format Uitstroom en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider en Ymere/Stadgenoot. Spirit sluit het dossier administratief af en stuur het dossier naar de projectleider ter archivering.
8
Werkproces begeleiding Fase C: kwartaalbegeleiding
Stap
3H - Werkproces begeleiding Fase C (na gediplomeerde doorstroom)
1
Spirit vult bij overhandigen certificaat B monitoringsplan fase C in met student 3H/WOW t.b.v. kwartaalcontact.
2
Jeugdhulpverlener Spirit monitort elk kwartaal bij de opleiding de voortgang.
3
Bij stoppen met de vervolg opleiding informeert de Jeugdhulpverlener Ymere/Stadgenoot.
.4
Bij gediplomeerde uitstroom adviseert de jeugdhulpverlener Spirit de student op weg naar zelfstandige huisvesting buiten het project binnen 3-6 maanden. Spirit maakt gespreksverslag van advisering naar uitstroom op weg naar zelfstandige woonruimte volgens de uitstroomregeling van de Gemeente Amsterdam format Uitstroom en mailt deze, na check door de gedragswetenschapper Spirit , naar projectleider en Ymere/Stadgenoot.
5
1 maand na uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
6
6 maanden na uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
7
Spirit sluit het dossier af en informeert de student hierover.
40
AO van Woonbegeleiding Fase C (op weg naar gediplomeerde uitstroom)
Stap
3H - Werkproces begeleiding Fase C (na gediplomeerde doorstroom)
1
Spirit vult bij overhandigen certificaat B monitoringsplan fase C in met student 3 H t.b.v. kwartaalcontract en mailt dit na check gedragswetenschapper naar projectleider
2
Jeugdhulpverlener schrijft kwartaalverslag volgens format C en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider
3
Bij uitstroom: Spirit stuurt Ymere een mail. Ymere zegt de huur schriftelijk op per datum 3 -6 maanden na de mail van Spirit. Spirit maakt gespreksverslag van advisering op weg naar zelfstandige woonruimte volgens format Uitstroom en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider en Ymere/Stadgenoot.
4
Spirit maakt 1 maand na uitstroom een gespreksverslag en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider.
5
Spirit maakt 6 maanden na uitstroom een gespreksverslag en mailt deze na check door gedragswetenschapper Spirit naar projectleider. Spirit sluit het dossier administratief af en stuur het dossier naar de projectleider ter archivering.
6
Spirit sluit het dossier administratief af en stuur het dossier naar de projectleider ter archivering.
Werkproces sanctionering fase D
Stap
Werkproces sanctionering Fase D (waarschuwing - gele kaart - rode kaart)
1
Jeugdhulpverlener Spirit bespreekt bij afsluiting woonbegeleiding overeenkomst de escalatieprocedure met de jongere.
2
Bij klacht van ROCvA of Ymere/Stadgenoot of Spirit geeft de jeugdhulpverlener Spirit mondeling de beargumenteerde waarschuwing aan de student en maakt concrete afspraken hoe de student gewenst correct gedrag gaat tonen. Na interdisciplinair overleg, op basis van consensus tussen de partners vanwege herhaalde klacht van ROCvA, Spirit, Ymere/Stadgenoot geeft de teamleider Spirit de 1e schriftelijk onderbouwde waarschuwing aan de student met een concrete aanwijzing hoe de student zijn gedrag dient te corrigeren – gele kaart. Na interdisciplinair overleg, op basis van consensus tussen de partners vanwege herhaalde klacht van ROCvA, Spirit, Ymere/Stadgenoot geeft de teamleider Spirit de schriftelijk onderbouwde beslissing tot stopzetting van de woonbegeleidingovereenkomst aan de student – rode kaart. Na de Rode Kaart begeleidt de jeugdhulpverlener de student bij de ontruiming van de woning, afsluiting van de meterstanden en overdracht naar zorgtraject / ander perspectief Spirit neemt de benodigde maatregelen om betaling van huurachterstand c.q. ontruimingskosten op de student te verhalen. 1 maand na uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
3
.4
5
6 7
6 maanden na uitstroom neemt jeugdhulpverlener Spirit contact op met de jongere in het kader van de nazorg.
8
Spirit sluit het dossier af en informeert de student hierover.
41
Stap
AO Sanctionering Fase D (van gele kaart naar rode kaart)
1
Jeugdhulpverlener Spirit geeft bij afsluiting woonbegeleiding overeenkomst schriftelijk de flyer procedure gele kaart / rode kaart (escalatieprocedure).
2
Jeugdhulpverlener Spirit noteert in het weekverslag de beargumenteerde mondeling waarschuwing aan de student met concrete afspraken hoe de student gewenst correct gedrag gaat tonen.
3
Teamleider Spirit stuurt schriftelijk de onderbouwde waarschuwing (gele kaart) aan de student en stuurt een kopie naar de projectleider ter archivering.
.4
Teamleider Spirit stuurt schriftelijk de onderbouwde waarschuwing (rode kaart) aan de student en stuurt een kopie naar de projectleider ter archivering - rode kaart.
5
De jeugdhulpverlener zegt het huurovereenkomst op met Ymere / Stadgenoot.
6
Jeugdhulpverlener Spirit maakt 1 maand na uitstroom gespreksnotitie van het perspectief en stuurt dit naar de projectleider.
7
Jeugdhulpverlener Spirit maakt 6 maanden na uitstroom gespreksnotitie van het perspectief en stuurt dit naar de projectleider.
8
Spirit sluit het dossier af en informeert de student hierover.
42