2011 Jaarverslag ‘hulp- en dienstverlening aan gedetineerden’
Gevangenis Gent
2
Inhoudstafel Inhoudstafel........................................................................................................................... 2 Lijst met afkortingen .............................................................................................................. 3 Voorwoord ............................................................................................................................. 4 Inleiding ................................................................................................................................. 5 Hoofdstuk 1: Situering van de gevangenis............................................................................. 6 Hoofdstuk 2: Samenwerkingsmodellen en organisatievormen voor de uitbouw van een kwalitatief aanbod (strategie 3) .............................................................................................10 1. Overlegstructuur ........................................................................................................10 2. Relevante niet-geformaliseerde overlegmomenten ....................................................14 3. Extralokaal relevant overleg .......................................................................................14 4. Dienst Sociaal-Cultureel Werk (DSCW) of culturele dienst.........................................15 5. Samenwerkingsovereenkomsten ...............................................................................16 6. Het GedetineerdenOpvolgSysteem (GOS) ................................................................16 7. Functies en organisaties ............................................................................................17 Hoofdstuk 3: uitbouw van een kwalitatief aanbod (strategie 1) .............................................20 1. Welzijn .......................................................................................................................20 2. Gezondheid ...............................................................................................................32 3. Onderwijs...................................................................................................................33 4. Tewerkstelling ............................................................................................................36 5. Sport ..........................................................................................................................37 6. Cultuur .......................................................................................................................38 7. Andere hulp- en dienstverlening ................................................................................40 8. Algemene tendensen .................................................................................................41 Hoofdstuk 4: profilering van het hulp- en dienstverleningsaanbod (strategie 2) ....................42 1. Vragen, noden en behoeften detecteren (signaalfunctie) ...........................................42 2. Bekendmaken van het aanbod ..................................................................................42 3. De oasemap ..............................................................................................................43 4. De dag van de … .......................................................................................................44 Hoofdstuk 5: verkrijgen vergroten van het draagvlak (strategie 4) ........................................45 1. Bij de Vlaamse Gemeenschapsactoren .....................................................................45 2. Bij de Justitieactor......................................................................................................45 3. Bij de bredere samenleving........................................................................................46 Hoofdstuk 6: een HRM- en Organisatieontwikkelingsbeleid (strategie 5) ..............................47 1. Introductieprocedure ..................................................................................................47 2. Leraars en sportmonitoren .........................................................................................47 3. Vertegenwoordiging t.o.v. de gevangenisdirectie .......................................................47 4. Infrastructurele en logistieke faciliteiten .....................................................................47 5. Vorming .....................................................................................................................48 6. Onderzoek .................................................................................................................49 7. Intervisie/supervisie ...................................................................................................49 8. Permanent informeren ...............................................................................................50 9. Deelname aan overleg ...............................................................................................50 10. Activiteiten FIDES (sociale vereniging personeel gevangenis Gent) ......................50 Hoofdstuk 7: algemene conclusie .........................................................................................51
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
3
Lijst met afkortingen ADL = Activiteiten Dagelijks Leven BIS = Begeleid Individueel Studeren CAP = Centraal Aanmeldingspunt CAW = Centrum voor Algemeen Welzijnswerk CBE = Centrum voor Basiseducatie CBM = Commissie ter Bescherming van de Maatchappij CGG = Centrum Geestelijke Gezondheidszorg CORT = Coördinatieteam (hulp- en dienstverlening aan gedetineerden) CVO = Centrum voor Volwassenenonderwijs DRA = De Rode Antraciet DSCW = Dienst Sociaal-Cultureel Werk DSO = Directe sociale omgeving ET = Elektronisch Toezicht FOD = Federale Overheidsdienst FROS Amateursportfederatie = Federatie voor Recreatie en Omnisport GBib = Gevangenisbibliotheek GOS = Gedetineerdenopvolgsysteem GPA = Gemeenschappelijk Plan van Aanpak ICT = Informatie- en Communicatietechnologie JWW = Justitieel Welzijnswerk KISP = Katholiek Instituut voor Sociale Promotie MO = Ministeriële Omzendbrief MSOC = Medisch Sociaal Opvangcentrum NT2 = Nederlands Tweede Taal OLC = Open Leercentrum OO = Organisatieondersteuner PBA = Penitentiair Bewakingsassistent PCVO = Provinciaal Centrum voor Volwassenenonderwijs PMD = Planningsteam Maatschappelijke Dienstverlening P&O = Personeel en Organisatie PSD = Psychosociale Dienst TB = Trajectbegeleider SAW = Steunpunt Algemeen Welzijnswerk SURB = Strafuitvoeringsrechtbank VAPH = Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap VDAB = Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding VLABUS = Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding VMG = Vorming voor Mensen met een verstandelijke beperking Vocvo = Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs VSPW = Vormingsleergang voor Sociaal en Pedagogisch Werk VVBV = Vlaamse Vereniging Behandelingscentra Verslaafdenzorg VTE = Voltijds Equivalent WEVO = Werkgroep Vorming en Ondersteuning
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
4
Voorwoord Het jaarrapport is het vijfde op rij sinds het strategisch plan hulp- en dienstverlening aan gedetineerden startte in de gevangenis van Gent. Het is opnieuw het resultaat van de inbreng van een hele reeks organisaties en medewerkers vanuit Vlaamse Gemeenschap, Justitie en andere partners. Het rapport is in de eerste plaats een ode aan de inspanningen die dagelijks geleverd worden om de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden van de gevangenis Gent mogelijk te maken en dit vanuit een bijzonder goede samenwerking tussen het penitentiair personeel en de vele medewerkers aan de hulp- en dienstverlening. Het is deze goede samenwerking en het wederzijds respect voor elkanders opdracht die maken dat er in de gevangenis van Gent veel mogelijk is. Koenraad Polfliet
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
5
Inleiding In 2002 ging in vijf gevangenissen in Vlaanderen de implementatie van het Vlaams strategisch plan hulp- en dienstverlening aan gedetineerden van start. Momenteel is dit plan in werking in alle gevangenissen in Vlaanderen en Brussel. De missie van de Vlaamse Gemeenschap staat centraal bij de uitvoering van dit plan: ‘De Vlaamse Gemeenschap waarborgt het recht van alle gedetineerden en hun directe sociale omgeving op een integrale en kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening zodat ook zij zich harmonisch en volwaardig kunnen ontplooien in de samenleving’. Deze missie vertaalt zich in 5 strategische doelstellingen: - Uitbouwen van een kwalitatief aanbod - Profileren van het hulp- en dienstverleningsaanbod - Ontwikkelen en implementeren van samenwerkingsmodellen en organisatievormen - Verkrijgen en vergroten van het draagvlak bij de actoren van de Vlaamse Gemeenschap, bij de stakeholder Justitie en bij de samenleving - Ontwikkelen en implementeren van een HRM- en Organisatieontwikkelingsbeleid De uitbouw van een kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening voor gedetineerden stoelt op een optimale samenwerking. Zowel op bovenlokaal niveau als in de lokale gevangenis zijn structuren uitgebouwd ter bevordering van de samenwerking tussen de verschillende Vlaamse partners en van de samenwerking met Justitie. Dit jaarverslag richt zich op de lokale ontwikkelingen op vlak van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden. Het rapport kwam tot stand i.s.m. de Vlaamse partners aanwezig in de gevangenis en werd gecoördineerd door de beleidsmedewerker. Ieder hoofdstuk stemt overeen met één van de 5 strategieën van het Vlaams strategisch plan hulp- en dienstverlening aan gedetineerden. Naast een omschrijving van de gerealiseerde initiatieven wordt ook steeds een reflectie weergegeven. Op basis van deze actuele situatie en de reflectie worden tevens aandachtspunten geformuleerd naar de toekomst toe. De samenwerking, wisselwerking en inspanningen van alle Vlaamse actoren om tot een kwaliteitsvolle hulp- en dienstverlening aan gedetineerden komen door dit stramien het best tot hun recht. De bijlage bij dit rapport bevat alle activiteiten die in 2011 doorgingen in de Gentse gevangenis.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
6
Hoofdstuk 1: Situering van de gevangenis De gevangenis te Gent dateert van 1862. Ze werd opgericht naast de toenmalige Centrale Gevangenis aan de Coupure die met capaciteitstekort had af te rekenen en kreeg de functie van “Verzekeringshuis” om de verdachten, beschuldigden en correctioneel veroordeelden in op te nemen. De crimineel veroordeelden, de landlopers en de bedelaars bleven in de centrale gevangenis. De architect van de nieuwe gevangenis, Francis Derre, inspireerde zich voor het ontwerp van dit “Maison de Sûreté Civile et Militaire Cellulaire” op het model van Pentonville (Noord-Londen, 1842). Het stervormig complex werd ingeplant op een terrein met de vorm van een onregelmatige negenhoek, en kostte 1.030.000 goudfrank. De bouw ervan duurde van 1858 tot 1962. In 1893 werd de naam van het verzekeringshuis officieel gewijzigd in Hulpgevangenis (Prison Secondaire). In 1935, bij de sluiting en het slopen van de Centrale Gevangenis, werd de Hulpgevangenis omgedoopt tot “Rijksgevangenis”. De gevangenis te Gent is een stervormige cel-gevangenis, in België het Ducpétiaux-model genoemd naar Edouard Ducpétiaux, de eerste leidende ambtenaar van het Belgisch gevangeniswezen. Ducpétiaux ijverde na 1830 voor een grondige hervorming van de gevangenissen. Onder zijn impuls werden in de 19e eeuw meer dan 20 cel-gevangenissen gebouwd. Met deze nieuwe modellen realiseerde hij gescheiden afdelingen voor mannen en vrouwen, voor minderjarigen en volwassenen en voerde hij het strikte onderscheid tussen beklaagden en veroordeelden in. Hij richtte bibliotheken op in elke gevangenis en zorgde voor de aanwezigheid van aalmoezeniers en onderwijzers. Hij liet de overplaatsing van gedetineerden gebeuren door middel van celwagens Zijn gevangenisconcept was gebaseerd op de idee dat de eenzame opsluiting de morele verbetering van de criminele mens kon bewerkstelligen. Ducpétiaux had zich hiervoor geïnspireerd op het model van de Quakers in Philadelphia (1778) in de Staat Pennsylvania1. Deze puriteinse sekte zocht de oorzaak van de criminaliteit in het verbreken door de mens van de relatie met God. Om die relatie te herstellen en zich te verbeteren werd hij best eenzaam in een cel opgesloten. Thans zijn deze ideeën achterhaald en hanteert men het principe van verblijf in de cel gedurende de nacht, gecombineerd met zoveel mogelijk activiteiten in gemeenschap overdag. Het Ducpétiaux-model heeft ook bepaalde kenmerken van het Panopticon van Jeremiah Bentham, een 18e eeuwse Engelse filosoof. In het Panopticon wordt het economisch principe gehuldigd dat één persoon vanuit één centraal punt alles moet kunnen zien zonder zelf gezien te worden2. De gevangenis te Gent heeft een meervoudige bestemming. Ze bestaat uit een mannen- en een vrouwenafdeling, en is uitsluitend bestemd voor volwassenen. ARRESTHUIS
Beklaagden uit het gerechtelijk arrondissement Gent Beklaagden uit Brugge, Ieper, Oudenaarde en Dendermonde die in beroep moeten verschijnen voor het Hof van Beroep te Gent
1
Pennsylvania werd in 1682 gesticht als Britse kolonie door William Penn, die van de regering dit stuk land had toegewezen gekregen als inlossing van een schuld die de regering bij zijn vader staan had. Penn had zich tijdens zijn studies aan de universiteit van Oxford laten omdopen tot Quaker. 2 Het panoptisch principe komt nog beter tot uiting in koepelgevangenissen, zoals deze te Breda.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
7 Beschuldigden die moeten verschijnen voor het Hof van Assisen van Oost-Vlaanderen STRAFHUIS
Veroordeelden die op aanduiding van het Directoraat-generaal hun straf te Gent dienen uit te boeten. Voor vrouwen veroordeeld tot criminele straffen of op aanduiding van het Directoraat-generaal.
PSYCHIATRISCHE ANNEXE (Mannen)
Voor in-observatie-gestelden en geïnterneerden die wachten op het verschijnen voor de Commissie tot Bescherming van de Maatschappij te Gent.
ANDERE CATEGORIEËN
Passanten, niet-definitief veroordeelden, kort gestraften, vreemdelingen die wachten op een beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken, nadat ze voor Justitie hebben voldaan.
De gevangenis te Gent is van het gesloten type3. De gemiddelde capaciteit in 2011 was 292 plaatsen. De theoretische capaciteit wordt bekomen door de oppervlakte van de cellen in acht te nemen: tot 8 m² voor 1 persoon; tot 16 m² voor 2 personen; boven 16 m² voor 3 à 4 personen.
Theoretische capaciteit 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Mannen Vrouwen 244 (+12 BD) 48 Gemiddelde bezetting 318 31 331 25 335 35 322 38 321 331 332 338 318
35 34 38 41 38
312 332 342 350,6 354,7 336 346,3
45 41 46 43,1 43,6 40,4 46,3
Totaal 292 (+12 BD) 349 356 370 360 356 366 370 379 356 373 357 373 388 393,7 398,3 376,4 392,6
3
Gesloten inrichtingen”: inrichtingen met uitgebreide veiligheidsvoorzieningen (hoge muren, tralies, prikkeldraad, detectieapparatuur enz.) Dit type vormt de meerderheid binnen het Belgisch gevangenispark.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
8 806 personen werden in vrijheid gesteld, 228 werden vrijgelaten onder elektronisch toezicht). -
naar categorie : Categorie (gemiddeld voor 2011) Beklaagden en niet definitief veroordeelden Veroordeelden Geïnterneerden Andere
aantal 162,6 119,8 105,6 4,6 392,6
% 41,4% 30,5% 26,9% 1,2% 100%
Legende: 1. Voorkoer 2. Wandeling vrouwen 3. koer B 4. Wandeling mannen 5. Werkplaats 6. Goedereningang 7. Refter personeel 8. Inrijsas werkplaats 9. Onderzoekseenheid 10. Cellenvleugel mannen C 11. Cellenvleugel mannen B 12. Cellenvleugel mannen A 13. Administratief gedeelte 14. Veilige inkom 15. Open centrum.
De gevangenis is gebouwd volgens een stervormig model met een centraal controlecentrum waarop 4 vleugels met cellen en een administratieve gang zijn ingeplant. Drie vleugels vormen de mannenafdeling en bestaan elk uit drie bouwlagen met cellen van 9 m² groot. De vierde vleugel vormt de vrouwenafdeling met een gelijkvloerse gang met nutsvoorzieningen en twee bouwlagen cellen. De gelijkvloerse gang vormde tot 1984 het klooster van een zusterorde. Behalve de cellen beschikt de gevangenis nog over de volgende accommodatie: Voor de arbeid: 4 werkplaatsen voor licht-industriële arbeid in de mannenafdeling (ca 125 plaatsen), 1 werkplaats voor geïnterneerden (ca 15 à 20 plaatsen) en 70 plaatsen voor huishoudelijke arbeid. Op de vrouwenafdeling is er 1 werkplaats voor 20 plaatsen en 8 plaatsen voor huishoudelijke arbeid. Voor het bezoek: een ruime bezoekzaal met compartimenten (40 tafels), een unit met individuele bezoekcellen met glazen tussenwand (10), een complex met 9 bezoekkamers voor ongestoord bezoek en een aparte bezoekzaal speciaal ingericht voor het kinderbezoek en een aangepaste speelruimte op de wandeling van de vrouwenafdeling
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
9 Voor de wandeling: 1 gemeenschappelijke wandelkoer met sportveld voor minivoetbal en volleybal, gymnastiekrekken, tafeltennistafels; 1 wandelplaats op de vrouwenafdeling met groenaanleg; 4 individuele wandelplaatsen bij de mannen en 1 bij de vrouwen Voor het onthaal: een fouilleer- en ontvangstunit, een access-controle eenheid en een fotografie- en dactyloscopielokaal Voor de technische dienst: een onderhoudsatelier en magazijnen. Voor de huishoudelijke diensten: een grootkeuken, een douche-unit op iedere vleugel, een kleedkamer, een wasserij en diverse magazijnen voor voeding, kledij en kantine. Voor de erediensten: een kapel. Voor de medische sector: een medisch kabinet, een tandartskabinet en een apotheek. Voor de administratieve diensten en de commissies: burelen voor de griffie, het secretariaat en de boekhouding en vergaderruimtes. Voor het penitentiair personeel: een personeelsrefter, 4 slaapkamers, een bureau op iedere sectie en een vergaderzaal. Voor PSD, zorgteam: burelen voor de PSD- en zorgteamleden en een zorg-zaal. De hulp- en dienstverlening van de Vlaamse Gemeenschap beschikt voer 5 polyvalente ruimtes voor vorming en onderwijs, 1 computerlokaal, een bibliotheek, een cinemazaal met 200 zitplaatsen, 4 gespreksruimtes voor individuele hulp- en dienstverlening op de mannenafdeling en 1 gespreksruimte op de vrouwenafdeling, een fitnessruimte, een sportkoer, een gemeenschappelijke ruimte met bureau voor de Vlaamse beleidsmedewerker en de onderwijscoördinator en 6 standplaatsen op locatie van de gevangenisbibliotheek. Het actuele personeelskader van de gevangenis te Gent is het volgende: GROEP DIRECTIE ADMINISTRATIE
DIENST
Boekhouding Commissie ter Bescherming van de Maatschappij Griffie Personeelsdienst PSYCHOSOCIALE DIENST Psychologen Maatschappelijk assistenten Adminstratief assistent MEDISCHE DIENST Interims en zelfstandigen Verpleegkundigen ZORGTEAM Interims en zelfstandigen Ergotherapeut, maatschappelijk assistent, opvoeder, psycholoog BEWAKING Penitentiair assistent Penitentiair bewakingsassistent ploegchef Penitentiair bewakingsassistent Technisch kader TOTAAL
AANTAL PERSONEELSLEDEN 5 26 6
FTE 4,8 22,51 5,4
5 11 4
3,85 9,7 3,56
13 7 5 1 13 7 6 9 5
11,57 6,46 4,16 0,95 7 3 4 6,2 2,5
4 216 7
3,7 200,5 6,2
29 172 8 282
27,69 159,05 7,6 252,58
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
10
Hoofdstuk 2: Samenwerkingsmodellen en organisatievormen voor de uitbouw van een kwalitatief aanbod (strategie 3) Om een kwalitatief hulp- en dienstverleningsaanbod te realiseren in de gevangenissen vanuit de Vlaamse Gemeenschap, is er nood aan het ontwikkelen en implementeren van samenwerkingsmodellen en organisatievormen. Hierbij is er aanhoudend aandacht voor de grootst mogelijke efficiëntie en effectiviteit van een integrale hulp- en dienstverlening. Er wordt tevens gestreefd de samenwerkings- en overlegstructuren zo transparant mogelijk te maken.
1. Overlegstructuur
Directieoverleg Justitie-VG
Vlaams directieoverleg
Algemene vergadering
WG focus op inhoud WG focus op samenwerking
WG focus op ondersteuning
Voorrapport
1.1. -
-
CORT
Basisoverleg
Coördinatieteam hulp- en dienstverlening aan gedetineerden (CORT): Dit overleg is het Planningsteam Maatschappelijke Dienstverlening (PMD) zoals het in het strategisch plan is beschreven. Het werd opgestart op 19 maart 2008 en kwam in 2011 driewekelijks samen. Het CORT heeft tot doel via gezamenlijk overleg, het maken van afspraken en het ontwikkelen van methodieken en instrumenten, in te staan voor een maximale afstemming van de (praktische) coördinatie, organisatie en ondersteuning van de hulp- en dienstverleningsactiviteiten aan gedetineerden van de gevangenis Gent zodat dit de efficiëntie, de kwaliteit en de resultaatgerichtheid van de (samen)werking ten goede komt. Het CORT is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Vlaamse Gemeenschap (beleidsmedewerker, JWW, centrum Obra, consortium, VDAB, CGG, DRA) en Justitie (gevangenisdirecteur, penitentiaire beambten culturele dienst, zorgteam, PSD). Het CORT kwam in 2011 16 keer samen. Directieoverleg Vlaamse Gemeenschap-Justitie: dit overleg vindt plaats met de Vlaamse beleidsmedewerker en de voltallige gevangenisdirectie en komt minstens tweemaal per jaar samen met als doel het (globale of domein-specifieke) hulp- en dienstverleningsbeleid t.a.v. gedetineerden te bespreken. In 2011 ging dit overleg eenmaal door.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
11
-
-
Vlaams directieoverleg: De verantwoordelijken van de hulp- en dienstverlenende organisaties met een permanente opdracht (CAW, Centrum OBRA, VDAB, CGG Eclips, Stedelijke Openbare Bibliotheek, De Rode Antraciet, Consortium Volwassenenonderwijs) komen tweemaal per jaar samen in kader van de bespreking van beleidsontwikkelingen op Vlaams niveau. In 2011 ging er bijzondere aandacht naar het ontwerp van decreet over de organisatie van de hulp- en dienstverlening. Algemene Vergadering: dit overleg is binnen het concept voorzien, maar dient nog verder uitgewerkt te worden.
1.2. -
-
-
-
-
-
Werkgroep sport: deze werkgroep had de initiële opdracht om een actieplan sport uit te schrijven voor de periode 2011-2013. De werkgroep staat nu in voor de verdere opvolging van de actieplan en van de sportactiviteiten. De werkgroep is samengesteld uit de sportfunctionaris van DRA, de Vlaamse beleidsmedewerker, de coördinator van het project Ontgrendeld van het centrum Obra, de kinesitherapeut van het zorgteam, een pba van de culturele dienst en een vertegenwoordiging van de gevangenisdirectie. De werkgroep kwam in 2011 twee keer samen. Werkgroep onderwijs: de werkgroep had het initiële doel om een onderwijsactieplan op te maken voor de periode 2009-2012. Nadien focust de werkgroep zich op de opvolging van het onderwijsaanbod in de gevangenis. De werkgroep is samengesteld uit de onderwijscoördinator, de beleidsmedewerker, de VDAB-consulent, een vertegenwoordiging van de trajectbegeleiders en de gevangenisdirectie. De werkgroep kwam in 2011 drie maal samen. Werkgroep ‘geestelijke gezondheidszorg’: deze werkgroep werd opgericht op 11 september 2008 en had tot doel een operationeel plan en samenwerkingsakkoord op te stellen en te ondertekenen door alle partners over de inzet van de geestelijke gezondheidszorg t.b.v. de gedetineerden van de gevangenis Gent conform de richtlijnen uit de MO van 29 juli 2008. De werkgroep is samengesteld uit medewerkers van het CGG, justitieel welzijnswerk, PSD, zorgteam, centrum Obra, het VVBV, de levensbeschouwelijke dienstverlening, de gevangenisdirectie en de Vlaamse beleidsmedewerker. Op de evaluatiebijeenkomst werd beslist om er een permanente werkgroep van te maken met als doel de opvolging en evaluatie van de werking van de geestelijke gezondheidszorg in de gevangenis. De werkgroep kwam in 2011 eenmaal samen. Stuurgroep gevangenisbibliotheek: de stuurgroep is er gekomen naar aanleiding van de opmaak van de afsprakennota in het kader van de convenant tussen de Vlaamse overheid en de stad Gent. De stuurgroep is samengesteld uit de beleidsmedewerker en uit vertegenwoordigers van de Openbare Bibliotheek, de provincie en de gevangenisdirectie en heeft tot doel de werking op te volgen, te evalueren en bij te sturen. De stuurgroep kwam in 2011 twee maal samen. Werkgroep Feesten: Deze werkgroep heeft tot doel om 2 feestenperiodes (Gentse Feesten en eindejaarsfeesten) voor te bereiden en te evalueren. De werkgroep is samengesteld uit de beleidsmedewerker en uit vertegenwoordigers van de culturele dienst, van het zorgteam, van de diverse vleugels, van het team veilige inkom en van de gevangenisdirectie. De werkgroep Feesten kwam in 2011 vier keer samen. Themawerkgroep agressie: Komen tot een advies over een hulp- en dienstverleningsaanbod dat de agressie bij gedetineerden aanpakt. De werkgroep is in 2011 drie maal samen gekomen.
1.3. -
Werkgroepen met focus op inhoud
Werkgroepen met focus op samenwerking
Vierhoekoverleg: dit overleg is samengesteld uit vertegenwoordigers van TB, PSD, zorgteam en het centrum OBRA. Het vindt driemaandelijks plaats en heeft tot doel structurele thema’s te bespreken en samenwerkingsafspraken te maken. De PSD- en
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
12
-
-
-
zorgteamdirecteur nemen deel aan het overleg. De beleidsmedewerker van de Vlaamse overheid zit dit overleg voor. Het vierhoekoverleg ging in 2011 driemaal door. Cliëntoverleg: dit vindt plaats tussen het betrokken TB- en PSD-lid. Wanneer het gaat over geïnterneerden dan kan het overleg ook plaatsvinden met een zorgteamlid en/of OBRA-medewerker. Ook de VDAB-consulent, de CGG-therapeut of elke andere relevante actor kan bij dit cliëntoverleg aansluiten. Elke actor in het netwerk rond de cliënt kan dergelijk overleg aanvragen. Overleg samenwerking hulp- en dienstverlening – penitentiaire beambten: Halfjaarlijks vindt een overleg plaats tussen een uitgebreide delegatie penitentiaire beambten en de leden van het CORT over de samenwerking inzake de hulp- en dienstverleners. Dit overleg ging tweemaal door. Overleg samenwerking doelgroep geïnterneerden: deze werkgroep werd in 2011 opgericht op vraag van de diverse actoren die met deze doelgroep werken, enerzijds omwille van de specifieke kenmerken van de doelgroep en anderzijds omwille van de nood aan afstemming van de diverse werkingen. De werkgroep ging in 2011 eenmaal door.
1.4. -
-
-
-
-
-
-
-
Werkgroepen met focus op ondersteuning
Kwartaaloverleg: Dit overleg ging voor het eerst door in 2010 en komt eenmaal per kwartaal samen om de financiële afrekening met middelen van het steunfonds te bekijken voor de hele hulp- en dienstverlening en de activiteiten van het zorgteam en een begrotingscontrole uit te voeren. Werkgroep be-pro-ma (bekendmaking, profilering en materiaalbeheer): Deze werkgroep heeft de taak gekregen om een voorstel uit te werken om de bekendmaking van de hulp- en dienstverlening op een efficiëntere wijze te organiseren, de hulp- en dienstverlening van de Vlaamse Gemeenschap te profileren en een systeem uit te werken voor het collectief beheer van materialen die aangewend kunnen worden voor de hulp- en dienstverlening. De werkgroep kwam in 2011 vier keer samen. Lerarenoverleg: is samengesteld uit alle leerkrachten volwassenenonderwijs onder voorzitterschap van de onderwijscoördinator en heeft tot doel om de leerkrachten te ondersteunen in hun opdracht in de gevangenis, dit vooral d.m.v. informatieverstrekking en ervaringsuitwisseling. Het lerarenoverleg gaat vijfmaal per jaar door. Sportmonitorenoverleg: is samengesteld uit alle sportmonitoren onder voorzitterschap van de sportfunctionaris en heeft tot doel om de sportmonitoren te ondersteunen in hun opdracht in de gevangenis, dit vooral d.m.v. informatieverstrekking en ervaringsuitwisseling. Het sportmonitorenoverleg gaat driemaal per jaar door. Crea-werkersoverleg: is samengesteld uit alle particuliere creawerkers onder voorzitterschap van een organisatieondersteuner en heeft tot doel om de creawerkers te ondersteunen in hun opdracht in de gevangenis, dit vooral d.m.v. informatieverstrekking en ervaringsuitwisseling. Het creawerkers-overleg gaat driemaal per jaar door. Overleg centrum OBRA en zorgteam: dit overleg gaat wekelijks door waarbij individuele cliëntdossiers worden besproken, algemene informatie wordt uitgewisseld en afspraken worden gemaakt over de aan de doelgroep aangeboden dienstverlening. Briefing Culturele Dienst: Elke woensdagmiddag gaat er een briefing door met de leden van de culturele dienst. De permanenties worden overlopen en de praktische afspraken voor de komende week. Dit overleg werd in 2011 stopgezet. GOS-comité: De opstart van de werking van het GedetineerdenOpvolgSysteem noodzaakte een overlegforum waar de technische ontwikkelingen werden
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
13
-
meegedeeld en besproken, waar de oplijsting gebeurde van de knelpunten in het gebruik van het systeem en waar afspraken werden gemaakt over de toepassing. Het GOS-comité is samengesteld uit de beleidsmedewerker, de onderwijscoördinator, de GOS-verantwoordelijke (trajectbegeleider van JWW), de organisatieondersteuners en de co-teambegeleider van JWW. Dit comité kwam in 2011 drie keer samen. Werkgroep introductie: deze werkgroep werkt de wegwijzer voor de hulp- en dienstverlener verder uit.
1.5. -
-
-
-
-
Voorrapport directie: de directie komt werk-dagelijks samen om regime-, personeelen andere onderwerpen te bespreken. Een vertegenwoordiging van de penitentiaire assistenten is hierbij ook aanwezig. De Vlaamse beleidsmedewerker neemt deel aan het voorrapport. Zijn rol is vooral relevante informatie mee te delen, nieuwe initiatieven aan te kondigen en goedkeuring te krijgen over penitentiaire tussenkomsten in de hulp- en dienstverlening. Teamleider-vergadering: De gevangenis kent verschillende teams (bv. team veilige inkom, team vleugel A). Elke team wordt aangestuurd door een teamleider. Deze teamleiders vergaderen driemaandelijks. Beurtelings wordt er vergaderd met en zonder directie. De beleidsmedewerker van de Vlaamse overheid sluit aan op dit overleg om hulp- en dienstverleningsthema’s te bespreken (in beide richtingen). Stuurgroep drugs: de stuurgroep is een initiatief van de FOD Justitie (cfr. M.O. 1785 van 18 juli 2006) en is samengesteld uit vertegenwoordigers van directie, PSD, zorgteam, medische dienst, penitentiaire beambten, JWW en de drughulpverlening. De stuurgroep kwam in 2011 viermaal samen. Kerngroep 2012: deze groep staat in voor de voorbereiding en opvolging van het feestjaar 2012. De Vlaamse beleidsmedewerker vertegenwoordigde op dit overleg de Vlaamse hulp- en dienstverlening. Het overleg kwam in 2011 vijfmaal samen. In het verlengde hiervan werd een overleg georganiseerd met diverse culturele partners (stadsdiensten, vzw’s en particulieren) met het oog op een mogelijke samenwerking. Stuurgroep Suïcidepreventie: Stuurgroep van het Meldpunt Suïcidepreventie, vorming en supervisie voor het Meldpunt Suïcidepreventie, voorbereiding studiedag Suïcidepreventie.
1.6. -
-
4
Overleg van de gevangenis waarbij aangesloten wordt
Ander geformaliseerd relevant overleg
Overleg teambegeleider JWW-beleidsmedewerker: de inzet en werking van het JWW, de onderlinge samenwerking met de Vlaamse beleidsmedewerker, met andere hulp- en dienstverlenende organisaties en met de diensten van de gevangenis worden maandelijks besproken. Het CAW Artevelde en de Vlaamse beleidsmedewerker dienen een tweejaarlijks Gezamenlijk Plan van Aanpak (GPA) te realiseren. Werkgroep GPA: deze werkgroep staat in voor de realisatie van de doelstellingen4 zoals bepaalde in het GPA 2011-2012. De werkgroep kwam 5 keer samen. Overleg verantwoordelijken hulpen dienstverleningsorganisatiesbeleidsmedewerker: minstens jaarlijks gaat een overleg door met de verantwoordelijke van de structurele partners (consortium Volwassenenonderwijs, VDAB, centrum OBRA, De Rode Antraciet, Stedelijke Openbare Bibliotheek, CGG Eclips)
Doelstellingen GPA: 1) Tegen eind 2012 is er een evaluatiesysteem uitgewerkt voor het hulpdienstverleningsaanbod aan gedetineerden in de gevangenis van Gent teneinde het hulpdienstverleningsaanbod bij te sturen. 2) Tegen eind 2012 is er een systematische behoeftemeting gedetineerden verblijvende in de gevangenis van Gent en hun directe sociale omgeving teneinde het hulpdienstverleningsaanbod bij te sturen.
en en bij en
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
14
-
-
Overlegforum juridische begeleiding Lokaal Sociaal Beleid (LSB) : Het voorbereiden en opvolgen van het lokaal sociaal beleid betreffende de cluster juridische begeleiding. Het overleg met de directies van de CVO’s en het CBE (met een aanbod in de gevangenis) verloopt vooral via de Algemene Vergadering en Raad van Bestuur van het consortium. Hier worden terugmeldingen gedaan over het lopende aanbod, de betrokkenheid levendig gehouden en de continuering van het aanbod of nieuwe aanvragen besproken. Met verschillende aanbodverstrekkers (het HvN, CBE, vrijwilligers …) wordt minimum 1 keer per jaar een extra overlegmoment gepland.
2. Relevante niet-geformaliseerde overlegmomenten -
-
-
-
-
Op 25 januari ging een overleg door tussen de gevangenisdirectie, de penitentiaire gezondheidsdienst, het zorgteam, het centrum OBRA en de Vlaamse beleidsmedewerker over de ondersteuning van de werking van het zorgteam ten gevolge van de aanslepende onder-bemanning van het zorgteam. Overleg over pauzes tijdens groepsactiviteiten: dit overleg ging door op 17 februari met enkele leden van het coördinatieteam en een delegatie van de penitentiair assistenten, het centrum en vleugel A. Opzet was een alternatief te vinden voor de verplichte pauzes op de locatie individuele wandeling. Overleg draaiboeken werking organisatieondersteuning: voor de thema’s waar de organisatieondersteuners voor verantwoordelijk waren werden draaiboeken gemaakt. Naar aanleiding van de dalende interesse voor de cursus Slachtoffer in Beeld werd op 25 februari overlegt met De Rode Antraciet met oog op bijsturing. Op 30 mei werd deelgenomen aan het Inter-levensbeschouwelijk Overleg (ILO). Doel was kennismaking en samenwerking bespreken. Overleg SURB met de diensten van Justitie en Vlaamse Gemeenschap op 24 juni: dit overleg kwam er n.a.v. de komst van de bovenlokale werkgroep Justitie-Vlaamse Gemeenschap. In functie van de realisatie van de tentoonstelling 2012 werden diverse overlegmomenten georganiseerd met de medewerkers die hier aan wilden meewerken. Op 21 december ging een overleg door met diverse vormingsinstellingen over het indienen van een gezamenlijk dossier in het kader van het participatiedecreet.
3. Extralokaal relevant overleg -
-
-
-
Bovenlokale werkgroep Justitie-Vlaamse Gemeenschap: op 3 maart kwam de bovenlokale werkgroep naar de gevangenis van Gent om een stand van zaken op te maken over de samenwerking tussen de diensten van de gevangenis en de Vlaamse Gemeenschap. Provinciale toetsingsgroep CGG Eclips: deze is groep is samengesteld uit de directie, de teamverantwoordelijke van het forensisch team en medewerkers van het CGG Eclips, uit directieleden van de CGG’s op wiens werkingsgebied de gevangenissen van Oudenaarde en Dendermonde liggen en uit de Vlaamse beleidsmedewerkers van de gevangenissen van Oudenaarde, Dendermonde en Gent. Bedoeling is om de penitentiaire en post-penitentiaire inzet te bespreken. Overleg ambulante hulpverlening Gentse regio en Justitie: de samenwerking tussen deze partners m.b.t. de voorbereiding op de invrijheidstelling en de opvolging tijdens invrijheidstelling wordt op dit overleg besproken. Provinciaal OO-overleg: Informatie en ervaringen delen, uitklaren van gemeenschappelijke doelen rond welzijn en de oo-rol. Zoeken naar financiële tussenkomsten voor het realiseren van het hulp- en dienstverleningsaanbod.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
15
-
-
-
-
Overleg Forensische initiatieven: knowhow uitwisselen, afstellen van de visie en het beleid tussen een aantal VAPH –voorzieningen voor geïnterneerden met een handicap (overleg tussen ortho-agogen/psychologen, coördinatoren en maatschappelijke werkers) voor geïnterneerden met een handicap met oog op dienstverlening en het uitwisselen van knelpunten om zo de eigen werking te optimaliseren. Stuurgroep Internering VAPH: overleg tussen de directies van de VAPH voorzieningen voor geïnterneerden met een handicap en de beleidsverantwoordelijken van het VAPH i.k.v. uitstippelen van het verdere beleid. Werkgroep Forensische Zorg: Overlegplatform tussen alle coördinatoren van de Vlaamse CGG met een gespecialiseerd forensisch team; aanwezigheid van stafmedewerkers van de twee koepels van de CGG. VOC: Op VOCVO komen alle Vlaamse onderwijscoördinatoren op regelmatige basis samen (VOC) om een Vlaams onderwijsbeleid in de gevangenissen uit te werken en uit te voeren. Op 30 en 31 maart was er een visie-tweedaagse met alle Vlaamse onderwijscoördinatoren die uiteindelijk resulteerde in een actualisering van het Vlaams beleidsplan onderwijs aan gedetineerden. Daarnaast waren er ook nog 5 gewone overlegmomenten en op 21 oktober was er een werkbezoek aan de gevangenissen in Noorderkempen (oa Merksplas en Hoogstraten). Om een aantal prioritaire strategische doelen verder uit te werken en te realiseren zijn verschillende werkgroepen opgericht. De onderwijscoördinator van Gent neemt deel aan 3 van de 6 werkgroepen (leer-traject-beleleiding, digitalisering en data).
4. Dienst Sociaal-Cultureel Werk (DSCW) of culturele dienst De ondersteunende organisatiestructuur voor de hulp- en dienstverlening in de gevangenis van Gent is de Dienst Sociaal Cultureel Werk (DSCW) of ook nog de Culturele Dienst genoemd. Deze dienst staat vooral in voor de praktische organisatie van de meeste groepsactiviteiten en voor bepaalde basisdienstverlening aan gedetineerden. Initieel is deze dienst een samenwerkingsverband tussen de gevangenis en het CAW Artevelde. Door de komst van het strategisch plan naar de gevangenis van Gent kwamen er een aantal actoren bij die mede verantwoordelijk zijn voor de organisatie en coördinatie van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en dus deel uitmaken van het coördinerend samenwerkingsverband. Er deden zich ook heel wat verschuivingen voor in het takenpakket van de oorspronkelijke leden van de culturele dienst. Daarom is het noodzakelijk dat deze organisatiestructuur herbekeken wordt en geformaliseerd wordt in een nieuw samenwerkingsakkoord dat erkend wordt door alle betrokken partijen. Bovendien dient er ook afstemming gevonden te worden met andere diensten die zich ook hulpen dienstverlenend opstellen naar een specifieke doelgroep, zoals het zorgteam en de levensbeschouwelijke diensten. Een samenwerkingsakkoord tussen deze diensten dringt zich ook verder op. Een eerste directieoverleg Justitie-Vlaamse Gemeenschap gaf reeds de aanzet tot een gefaseerde uitwerking van deze hertekening. In 2010 is hier verder aan gewerkt, vooral aan het verkrijgen van een draagvlak voor deze hertekening. Veel zal ook afhangen van hoe het decreet op de organisatie van de hulp- en dienstverlening er zal uitzien en welke impact dit zal hebben op lokale samenwerkingsverbanden. In 2011 waren er zes vergaderingen door over de reorganisatie. De leiding over de DSCW of Culturele Dienst is in handen van de Vlaamse beleidsmedewerker en een lid van de gevangenisdirectie.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
16
5. Samenwerkingsovereenkomsten De gevangenis is een netwerkorganisatie waar heel wat organisaties en diensten een opdracht hebben en met elkaar dienen samen te werken. Om deze samenwerking structureel uit te bouwen is het noodzakelijk om deze formeel vast te leggen en te bekrachtigen. In 2011 werden geen nieuwe samenwerkingsovereenkomsten afgesloten: Voordien bestonden reeds volgende overeenkomsten: -
-
-
-
-
Afsprakenkader tussen de Vlaamse beleidsmedewerker en de gevangenisdirectie over de onderlinge samenwerking in het kader van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden (23/11/10); Samenwerkingsovereenkomst tussen het centrum OBRA en de gevangenis in functie van het convenant tussen het centrum OBRA en het VAPH (14 juli 2010) Samenwerkingsovereenkomst tussen De Rode Antraciet, de gevangenis Gent en de Vlaamse beleidsmedewerker van 10 september 2009 over het sportgebeuren aan gedetineerden van de gevangenis Gent. Samenwerkingsovereenkomst tussen het consortium Volwassenenonderwijs Wonderwijs, de gevangenis Gent en de Vlaamse beleidsmedewerker van 1 september 2009 over het onderwijs aan gedetineerden in de gevangenis Gent. Intentieverklaring tot samenwerken tussen het CGG Eclips, de gevangenis Gent, de Vlaamse beleidsmedewerker, het CAW Artevelde en het VVBV van over het plan van aanpak voor de penitentiaire werking van het CGG Eclips in de gevangenis van Gent. De afsprakennota 2009-2013 in functie van het Convenant tussen de Vlaamse overheid en de Stad Gent m.b.t. de bibliotheekwerking in de gevangenis van Gent in het kader van het participatiedecreet van 1 december 2009 tussen de gevangenis, de Vlaamse beleidsmedewerker, de Stad Gent en de provincie Oost-Vlaanderen over de ondersteuning van de werking van de gevangenisbibliotheek. Bedoeling is om deze werkwijze op termijn toe te passen voor alle relevante samenwerkingsverbanden aangaande de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden.
6. Het GedetineerdenOpvolgSysteem (GOS) In 2009 is het GOS, net als in alle andere gevangenissen, van start gegaan in de gevangenis van Gent. Dit is een beveiligd elektronisch webgebaseerd opvolg- en registratiesysteem. De trajectbegeleiders, organisatieondersteuners, beleidsmedewerker en alle andere relevante betrokken organisatoren (onderwijscoördinator, sportfunctionaris, coördinator ontgrendeld, …) zullen dit systeem hanteren om het volledige aanbod in weer te geven, evenals om de participatie van de gedetineerden hieraan in kaart te brengen. De trajectbegeleiders gebruiken het systeem ook om in functie van de opvolging van hun cliënten. Het systeem draait nog niet optimaal, maar hier wordt volop aan gewerkt. Op basis hiervan zullen statistieken getrokken kunnen worden waar beleidsmatig mee gewerkt zal worden. Het GOS-comité van Gent evalueert regelmatig de voortgang binnen het GOS bij de lokale gebruikers en zorgt voor de afstemming met bovenlokale ontwikkelingen. Op 1 juni werd met alle domeincoördinatoren een GOSdag gehouden in Brussel. Dit initiatief zal jaarlijks herhaald worden.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
17
7. Functies en organisaties
Vlaamse overheid CAW-jww CAW-jwwoo Centrum OBRA CGG consortium lesgevers VDAB vokans Sted. Op Bib DRA sport sportmonit crea privé vorming brugteam gevangenis VVBV
coördinatie vte aantal
begeleiding vte aantal
vrijwilligers aantal
1 0,3
1 1
0 6,3
0 9
0 14
1,3
2
0
0
0
0,65 0,1 1 0 0,2 0
1 1 1 0 1 0
6,9 0,9 0 1 1 0,5
8 3 0 10 1 2
0 0 0 2 0 0
0,1 0,3 0 0 0 0 2 0,1 7,05
4 1 0 0 0 0 2 1 16
0,5 0 0,5 0,2 ? 0,1 0 0,2 17,6
1 0 8 2 5 1 0 2 54
0 0 0 0 0 2 0 0 18
In 2011 waren er 102 personen die meewerkten aan de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent. Hiervan waren er 54 medewerkers die beroepsmatig een begeleidingsopdracht (individueel of in groep) opnamen, waren er 18 vrijwilligers actief en waren er 14 medewerkers die een éénmalige opdracht uitvoerden. 16 personen waren betrokken op de coördinatie, samen goed voor 7,05 VTE. Er was opnieuw een grote personeelswissel. Vooral bij de sportmonitoren was dit het geval. Maar ook in de coördinatie was er verloop. Eén van de twee beambten die als vaste waarde ondersteuning boden veranderde van job, de twee organisatieondersteuners gaven aan eind 2011 te veranderen van werk. De meerderheid van de functies situeert zich binnen het domein welzijn (CAW en Centrum OBRA), zowel bij de beroepskrachten als bij de vrijwilligers, gevolgd door onderwijs. De beleidsmedewerker is een personeelslid van de Vlaamse overheid en is tewerk gesteld binnen de afdeling Welzijn en Samenleving van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. De beleidsmedewerker leidt samen met de gevangenisdirectie en de verantwoordelijken van de verschillende hulp- en dienstverleningsorganisatie het geheel aan hulp- en dienstverlening in goede banen. Hij/ zij coördineert de hulp- en dienstverleningsinitiatieven in de gevangenis en zorgt ervoor dat de verschillende actoren samenwerken en hun werking plannen, bijsturen en op elkaar af te stemmen. De beleidsmedewerker vertegenwoordigt de Vlaamse overheid en de hulp- en dienstverleners bij de gevangenisdirectie en tracht in overleg het aanbod af te stemmen op de penitentiaire context en de noden van de doelgroep. De organisatieondersteuner is een medewerker van de dienst Justitieel Welzijnswerk (JWW) binnen het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk Artevelde
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
18 (CAW). In samenwerking met de beleidsmedewerker zorgt de organisatieondersteuner ervoor dat de hulp- en dienstverleners hun werk goed kunnen doen. De organisatieondersteuner staat in voor de praktische organisatie van de hulp- en dienstverlening in de gevangenis zoals bekendmaking van activiteiten, het peilen naar verwachtingen van gedetineerden, … . Daarnaast staan zij ook in voor het voorbereiden van nieuwe initiatieven (afgestemd op de noden en behoeften van de doelgroep) en het evalueren van het bestaande aanbod. Tenslotte voorzien zij in het bijzonder in een hulp- en dienstverleningsaanbod op het domein welzijn (zie verder). Ook de zes trajectbegeleiders zijn medewerkers van de dienst JWW binnen het CAW. Ze wijzen de gedetineerden de weg doorheen de waaier aan hulp- en dienstverlening tijdens en na de detentie en motiveren de gedetineerden om aan hun persoonlijke situatie te werken. Ze gaan na welke vragen, noden en behoeften de gedetineerden hebben. Ze informeren hen over het bestaande aanbod binnen de gevangenis, oriënteren hen en leiden hen naar het aanbod toe. Ze volgen het verloop van het hulp- en dienstverleningstraject en evalueren het. Bovendien kan de trajectbegeleider gedetineerden helpen bij het uitbouwen van hun reclassering. Bij dat alles werkt de trajectbegeleider nauw samen met de psychosociale dienst en met andere relevante diensten van de gevangenis. Vanuit het consortium volwassenenonderwijs is een onderwijscoördinator tewerkgesteld in de gevangenis. Hij/ zij heeft als taak hier een behoefte-dekkend onderwijsaanbod uit te bouwen. Daartoe werkt hij/zij nauw samen met de andere diensten en de directie in de gevangenis. Hij onderzoekt en verzamelt ook de opleidingsbehoeften van de gedetineerden, hij geeft informatie over het aanbod, hij onderhandelt met de centra over de uitbouw van een aanbod. Ook de ondersteuning van de leerkrachten behoort tot het takenpakket van de onderwijscoördinator. Daarnaast ondersteunt hij/zij de gedetineerden bij hun zelfstudie, helpt hen bij hun vragen, geeft steun wanneer het moeilijker loopt. Ook kan de onderwijscoördinator een deel van de extra administratieve last op zich nemen: de rapportering aan de verschillende overheden, registratie van deelname, de zorg voor de logistiek, enz. Parallel aan de werking van sportdiensten verbonden aan steden en gemeenten, streeft de sportfunctionaris van De Rode Antraciet ernaar om, in samenwerking met anderen, zoveel mogelijk gedetineerden in de gevangenis aan te zetten om gezond te bewegen of te sporten in kwaliteitsvolle omstandigheden. In samenwerking met diverse interne (beambten, sportmonitoren, …) en externe partners staat de sportfunctionaris in voor de uitbouw van een continu, duurzaam en kwaliteitsvol sportaanbod. Hij/zij zet samenwerkingsverbanden op met externe sportorganisaties, werkt vernieuwde sportinitiatieven uit die inspelen op de behoeften van de gedetineerden, staat mee in voor het goede verloop van bijvoorbeeld sporttornooien en geeft advies bij de (her)inrichting van de sportinfrastructuur. De coördinator project Ontgrendeld is een personeelslid van het centrum OBRA en staat in voor de algemene opvolging en coördinatie van de werking van het project voor geïnterneerden met een verstandelijke beperking. De VDAB-consulent staat in voor de individuele begeleiding van gedetineerden in hun zoektocht naar een geschikte beroepsopleiding of tewerkstelling. De consulent levert ook een bijdrage tot de assessmenttrainingen en geeft, indien nodig, sollicitatietrainingen. De consulent gevangenisbibliotheek gevangenisbibliotheek.
staat
in
voor
het
beheer
van
de
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
19
De therapeuten van het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg bieden begeleiding aan gedetineerden op doorverwijzing en wanneer zijn een hulpvraag en een psychische lijdens-druk ervaren. Penitentiaire beambten werkzaam binnen de culturele dienst (DSCW) : Er werken twee fulltime beambten op de culturele dienst. Zij staan mee in voor de praktische organisatie, coördinatie en ondersteuning van de hulp- en dienstverlening. Door hun functie zijn zij tevens vertegenwoordigers van het penitentiair korps en zijn zij in staat om opdrachten uit te voeren waartoe enkel een penitentiaire beambte gemachtigd is (bewakingsfunctie, begeleiden bewegingen, …). Ook andere penitentiaire beambten staan mee in voor een goed verloop van de hulp- en dienstverleningsactiviteiten. Zij zorgen ervoor dat de gedetineerden ‘gelost’ en ‘gebracht’ worden naar de hulp- en dienstverleningsactiviteiten en dat deze activiteiten penitentiair afgestemd geraken, maar tevens staan zij mee in voor het luisteren naar de noden en behoeften van gedetineerden en naar de ervaringen met hulp- en dienstverlening. Samenwerkingspartners zijn die partners die door hun regelgeving een permanente opdracht hebben gekregen ten behoeve van de doelgroep van de gedetineerden of die via een contract of overeenkomst activiteiten aanbieden aan de doelgroep gedetineerden In 2011 waren er 30 samenwerkingspartners. Nieuw in 2011 was de samenwerking met Vorming Plus, Similes en de vzw Jong. Er waren in 2011 ook resultaatsverbintenissen met de provincie (voor sport en bibliotheek) en met het stad (bibliotheek).
CAW Artevelde
Centrum OBRA
Tele-Onthaal
Suggnomè
CGG Eclips
VDAB
Vokans
Consortium Wonderwijs
CVO De Bargie
PCVO Het Perspectief
PCVO Meetjesland
CVO ISBO
CBE
De Rode Antraciet
VMG
Vormingplus
Huis van het Nederlands
Stichting Morele Bijstand
VLABUS
FROS
vzw Jong
VVBV
AA
VCOK
Similes
Justitiehuis
OCMW
Over de Muur
Commissie Juridische Bijstand
Stedelijke Openbare Bibliotheek
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
20
Hoofdstuk 3: uitbouw van een kwalitatief aanbod (strategie 1) Binnen dit derde hoofdstuk wordt per gevangenis een omschrijving gegeven van de uitbouw van een kwalitatief hulp- en dienstverleningsaanbod. Dit aanbod wordt getoetst aan de volgende kwaliteitscriteria: toegankelijk, kwaliteitsvol, continu (voor, tijdens en na detentie), laagdrempelig en op maat van de gedetineerde. Per beleidsdomein worden de belangrijkste realisaties van het afgelopen werkjaar benoemd en de structurele werkpunten en aanbevelingen omschreven. Een gedetailleerd overzicht van de verschillende activiteiten is terug te vinden in bijlage 1.
welzijn
gezondheid
werk
intakes anderstaligen (Huis vh Nederlands)
trajectbegeleiding (CAW Artevelde-JWW) geestelijke gezondheidszorg (CGG Eclips)
aanbod directe sociale omgeving (CAW Artevelde-JWW)
onderwijs
Frans (CVO)
cultuur
sport
andere
Fitness
Juridisch spreekuur (Commissie Juridische Bijstand)
spinning
slachtofferdaderbemiddeling (vzw Suggnomè)
Zumba
Gentse Feesten
voetbal/volleybal tegen buitenploegen
Eindejaarsfeesten
Bibliotheek (Stedelijke Openbare Bib) basis- en uitgebreide dienstverlening (VDAB)
Film
Spaans (CVO) kinderbezoek (CAW Artevelde-JWW)
Optredens
Engels (CVO) familieactiviteiten (CAW Artevelde-JWW)
Italiaans (CVO) Lezingen
bezoekvrijwilliger (CAW Artevelde-JWW)
Centraal Aanmeldingspunt CAP (VVBV)
NT2 (CVO)
sollicitatietraining (VDAB) Theater
ondersteuning drughulp (CAW Artevelde-Brugteam)
Computer (CVO) Rekenen (CBE)
creatieve vorming
Werking Ontgrendeld (Centrum OBRA) Rijbewijs (CBE) Tele-onthaal (Teleonthaal OostVlaanderen)
AA
PRH-vormingen
Open Leercentrum (CBE) afstandsonderwijs
assessmenttraining (Vokans)
sociaalartistieke projecten
PRH-vormingen
1. Welzijn 1.1.
CAW Artevelde – dienst justitieel Welzijnswerk5
De trajectbegeleiders (4,8 VTE of 6/7 personen – cfr. fiche bijlage blz. 5) startten met hun nieuwe opdracht op 4 juni 2007. De functie trajectbegeleiding voorziet in vier kernopdrachten, zijnde het aanbieden van een (vindplaatsgericht) onthaal, een integrale individuele begeleiding in detentiecontext, coördinatie van hulp- en dienstverleningstrajecten en het signaleren. De bedoeling is dat elke gedetineerde een trajectbegeleider heeft, evenwel kan dit 5
Sedert 01/06/2009 is het GedetineerdenOpvolgSysteem (GOS) ingevoerd. Naast het registreren van het traject dat een gedetineerde volgt in de gevangenis, worden daarin ook alle registratiegegevens verzameld. Na 2 jaar registreren in het GOS merken we dat er verschillen blijven als we de COGNOS-rapporten vergelijken met de Tellus (webreg) rapporten Op die manier zijn de cijfers voor de onthaal -en begeleidingsmodules geen correcte afspiegeling van het werk dat door de trajectbegeleiders in 2011 verricht is. Er werd voor gekozen om de cijfers uit webreg te gebruiken. (die lager zijn dan die uit de cognos rapporten) Het probleem is gesignaleerd bij de verantwoordelijke diensten.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
21 met de huidige personeelsbezetting en in een arresthuis waar er een groot verloop is, niet gerealiseerd worden. Gedetineerden kunnen een beroep doen op trajectbegeleiding via doorverwijzing door interne (PSD, zorgteam, centrum Obra, beambten ….) of externe diensten en op eigen initiatief. Om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk gedetineerden de weg naar het aanbod trajectbegeleiding vinden worden de folders van JWW (beschikbaar in verschillende talen) ruim verspreid binnen en buiten de gevangenis. Er werden bij de trajectbegeleiders van JWW in 2011 735 gedetineerden/cliënten (628 mannen en 105 vrouwen) aangemeld. Gemiddeld zien de trajectbegeleiders ongeveer 60 % van de gedetineerden. Deze aantallen liggen in dezelfde lijn als vorig jaar. Met de huidige personeelsbezetting is er nu reeds een hoge werkdruk vooral omdat deze voor JWW berekend is op de officiële capaciteit van de gevangenis Gent. In werkelijkheid ligt het aantal gedetineerden dat opgesloten is hoger. Er dient dus rekening gehouden te worden met de gemiddelde dag-populatie in 2011, die gezien de voortdurende overbevolking in de gevangenis veel hoger ligt dan de officiële capaciteit. De grootste groep gedetineerden behoort tot de leeftijdscategorie 26-59jarigen (587 gedetineerden ). De meeste gedetineerden bereiken de trajectbegeleiders op eigen initiatief. De meeste doorverwijzingen gebeurden door de PSD (50). Vaak is het evenwel zo dat gedetineerden doorverwezen worden maar ook zelf het initiatief nemen om een rapportbriefje te schrijven. In 2011 ontving het JWW minstens 4105 rapportbriefjes van gedetineerden (in 2010 waren er dat nog een kleine 3000) die een eerste gesprek vragen of die door de trajectbegeleiders voor een nieuw gesprek wensen opgeroepen te worden. Ook gedetineerden die zich voor een vorming of activiteit in het kader van het hulp- en dienstverleningsaanbod wensen in te schrijven en waarvoor de trajectbegeleiders de toeleiding doen, zijn meegeteld. We merken dat in 2011 het appèl op deze dienst steeds groter wordt. 42% van de gedetineerden behoort tot een etnisch culturele minderheid. In totaal werden er in 2011 738 onthalen aangeboden. Het onthaal (in het geval van JWW het vindplaatsgericht onthaal) is één van de kernopdrachten van het algemeen welzijnswerk. Het is belangrijk om aan te geven dat het ontvangen van de aanmelding slechts het begin van het verhaal is. Onthaal is een proces dat start bij het eerste directe hulpverlenende contact met de potentiële hulpvrager en dat via het verstrekken van informatie, advies of andere vormen van directe hulp, leidt tot vraagverduidelijking, een onmiddellijke probleemoplossing en/of een eventuele opstap naar verdere begeleiding in het eigen centrum of elders. ' 6 In het kader van het onthaal werd door de trajectbegeleiders hoofdzakelijk volgende hulp geboden: ondersteuning, vraagverheldering, informatie en advies, praktische dienstverlening en toeleiding naar het hulp- en dienstverleningsaanbod. Er werden door JWW in 2011 7 gedetineerden begeleid (mannen en vrouwen). De trajectbegeleiders deden in 2011 actieve toeleidingen van gedetineerden naar alle persoonsgerichte, relationele en herstelgerichte vormingen, het kinderbezoek en naar het (onderwijs)aanbod Nederlands tweede taal. Op die manier krijgen de trajectbegeleiders de kans om bij het toeleiden naar bovengenoemde activiteiten ook nog eens het aanbod van JWW voor te stellen. De trajectbegeleiders verzorgen daarnaast ook nog de vraagverheldering voor gedetineerden die geen uitgangsvergunning krijgen en de vraag stellen naar een 6
Uit de visietekst 'werken aan verbinding' juni 2006
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
22 residentiële opvang in één van de onthaaltehuizen in onze regio. Voor deze opdracht wordt nauw samengewerkt met de CAW-onthaal en het jongerenonthaal. De trajectbegeleiders staan ook in voor de toeleiding naar alle andere hulp- en dienstverleningsaanbod, maar dit gebeurt niet via de specifieke procedure (toeleidings-fiche, …) die voor de actieve toeleiding is voorzien. Omwille van de specificiteit van de doelgroep is er voor bepaalde activiteiten (bijvoorbeeld voor geïnterneerden) ook een actieve toeleiding door het centrum Obra en het zorgteam. Het justitieel welzijnswerk heeft ook een aanbod DSO (Directe Sociale Omgeving – cfr. fiche bijlage blz. 8) waar een voltijdse medewerker instaat voor de hulp aan partner, familie en vrienden en voor de organisatie van het kinderbezoek. De DSO-medewerker ontving in 2011 38 cliënten (29 vrouwen, 9 mannen). Zij bood in 35 dossiers een onthaal en in 5 dossiers een begeleiding aan. Het zijn vooral de partner en de ouders die op de medewerker een beroep doen. De cijfers zijn nagenoeg dezelfde als vorig jaar. Het is een keuze om omwille van de beperkte personeelsinzet meer cliënten te onthalen en deze voor begeleiding door te verwijzen naar andere hulpverlenende instanties. Wanneer we weten dat de inzet vanuit JWW voor de Directe Sociale Omgeving uit slechts één voltijdse medewerker bestaat (die daarnaast ook instaat voor de begeleiding ouder-kind contact tijdens detentie) dan kan niet anders dan samengewerkt worden met diensten binnen en buiten CAW Artevelde. De wijze waarop het aanbod naar de Directe Sociale Omgeving toe georganiseerd is zorgt voor een grote impact op de voor hulpverlening beschikbare tijd. We denken hierbij vooral aan het feit dat er mobiel gewerkt wordt en er in het kader van deze hulpverlening veel extern overleg en veel externe contacten doorgaan. De meeste cliënten kwamen via niet-professionele diensten en op eigen initiatief bij de medewerker DSO terecht. De meeste problematieken betroffen zowel bij onthaal als bij begeleiding administratieve/juridische problemen, problemen binnen de gezinsrelatie en psychische/persoonlijke problemen. Er werd vooral informatie gegeven en ondersteunend gewerkt. Ondanks de beperkte personeelsbezetting worden vanuit JWW inspanningen geleverd om het aanbod naar de directe sociale omgeving zo breed mogelijk te verspreiden. Zo zijn in de wachtzaal van de gevangenis (voor het bezoek) folders over de familiewerking te vinden. In 2011 gingen twee infomomenten door voor de familie van de geïnterneerden (cfr. fiche bijlage blz. 17). Voor het eerst gingen in 2011, in samenwerking met de medewerkers van het Zorgteam en Centrum Obra, twee bezoekactiviteiten door voor geïnterneerden en hun familie (cfr. fiche bijlage blz. 16). Het gaat hier over een begeleid bezoek met het doel het ondersteunen en versterken van contact tussen geïnterneerden bij wie participatie aan het gewone (zaal)bezoek moeilijk loopt en hun familieleden. De DSO-medewerker organiseerde in samenwerking met een vaste vrijwilligster 102 kinderbezoeken (153u) (cfr. fiche bijlage blz. 10). Er waren 397 gedetineerdendeelnames en 604 kind-deelnames. Een lichte daling ten opzichte van 2010. Het aantal begeleidingen ouder-kind contact tijdens detentie daarentegen is gestegen ten opzichte van voorgaande jaren: 86 begeleidingen tegenover 73 in 2010. De organisatieondersteuners (1,3 VTE of 2 personen) staan mee in voor de praktische organisatie en ondersteuning van de hulp- en dienstverlening in de gevangenis. Meer concreet wil dit zeggen dat ze naast de planning, organisatie en evaluatie mee instrumenten ontwikkelen voor informatie, rekrutering en opvolging van deelnemers. Zij bieden ook ondersteuning aan externen die hulp- en dienstverlening aanbieden en
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
23 dragen bij tot de uitbouw van een netwerk van personen en organisaties die willen meewerken aan hulp- en dienstverlening. Tenslotte richten de organisatieondersteuners zich in het bijzonder op het voorzien in een hulp- en dienstverleningsaanbod op het domein welzijn. Daaronder begrijpen wij onder meer: persoonsgerichte en relationele vormingen, activiteiten voor gedetineerden en hun directe sociale omgeving en een aanbod rond herstel en sociale re-integratie. De organisatieondersteuner werkt ook mee aan het signaleren van noden, behoeften en knelpunten van gedetineerden en hun directe sociale omgeving. De organisatieondersteuners hebben hun standplaats in de gevangenis. Er werden in 2011 door de organisatieondersteuner 7 gezinsactiviteiten7 (cfr. fiche bijlage blz. 12) ingericht met een gemiddelde van 18 gezinnen aanwezig per activiteit en 2 partneractiviteiten8 (respectievelijk 31 en 30 aanwezige koppels) (cfr. fiche bijlage blz. 15). De organisatieondersteuners stonden in 2011 ook in voor het organiseren van 7 persoonsgerichte, relationeel en herstelgerichte vormingen, 4 literaire lezingen en 1 theatervoorstelling, 12 infoavonden rond thema’s i.v.m. sociale re-integratie (wonen, OCMW, Schulden ….), het muziek-atelier 2011 en 4 lezingen venster op de wereld (zie blz. 37-38). Het justitieel welzijnswerk is in 2011 op experimentele basis gestart met een bezoekvrijwilliger (cfr. fiche bijlage blz. 18). Eén van de vaste JWW-vrijwilligers gaat tweewekelijks bij gedetineerden (die weinig tot geen bezoek ontvangen en aangeven dit wel te willen) op bezoek in de bezoekzaal. Een evaluatie is gepland in het voorjaar 2012 en er zal pas tot uitbreiding (van het aantal bezoekvrijwilligers) overgegaan worden indien zowel het JWW-team als de gevangenis zich hierop goed kunnen organiseren. Het CAW Artevelde (JWW) had in 2011 geen nieuwe projecten. Er werden evenwel belangrijke inspanningen geleverd om de projecten van voorgaande jaren te verdiepen. In opvolging van het project herstel in detentiecontext gaat een tweemaandelijkse intervisie door tussen JWW, het team Slachtofferhulp en de bezoekruimte van CAW Visserij en de dader-slachtofferbemiddelaar van vzw Suggnomè. Na de evaluatie in 2010 is het nog steeds de bedoeling de Ik KOMPAS Vrij-gids in 2012 te actualiseren en te herdrukken. In 2011 werden door de trajectbegeleiders 50 gidsen uitgedeeld en er werden twee infoavonden over het gebruik van de Ik KOMPAS Vrij-gids georganiseerd. Het JWW heeft in 2011 ook aandacht besteed aan de promotie en de verspreiding van de oasemap. De werking en inzet van het justitieel welzijnswerk tenslotte wordt mede bepaald door het Gezamenlijk Plan van Aanpak 2011-2012 (GPA) dat tussen het CAW Artevelde en de beleidsmedewerker van de Vlaamse overheid werd opgemaakt en gevalideerd door de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. In het nieuwe GPA zijn doelstellingen rond de evaluatie van het hulp- en dienstverleningsaanbod en het peilen naar noden en behoeften (omtrent de hulp- en dienstverlening) opgenomen. 7
Gezinsactiviteit : een extra bezoek voor ouders met kinderen rond een bepaald thema (bv. Sinterklaas). 8 Partneractiviteit : een extra bezoek voor partners rond een bepaald thema (bv. Valentijn).
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
24 Ook schreef het JWW zich in onder een aantal strategische en operationele doelstellingen van het beleidsplan 2011-2015 van CAW Artevelde. Het justitieel welzijnswerk Gent formuleerde enkele conclusies en aanbevelingen: - Er is nood aan een minimum halftijdse sociaal cultureel werker (naar analogie met sport en onderwijs) om het cultuuraanbod in Gent te organiseren en uit te werken. Er dient te worden voorzien in het schrijven van een cultuur-beleidsplan met weloverwogen keuzes en aandacht voor de prospectie van nieuwe aanbodverstrekkers. Ook de samenwerking met de bibliotheekconsulent biedt mogelijkheden. - De afwezigheid van een domeinspecialist ‘cultuur’ zal zich in 2012 nog scherper stellen gezien het feit dat vanaf 2012 twee nieuwe organisatieondersteuners gestart zijn en dit aanleiding was tot het maken van duidelijke keuzes voor de organisatieondersteunings-functie. Organisatieondersteuners staan mee in voor de gehele opvolging van het hulp- en dienstverleningsaanbod maar hebben ook de opdracht om te focussen op welzijnsthema’s zoals sociale re-integratie, gezinsactiviteiten en partneractiviteiten, persoonsgerichte, relationele en herstelgerichte vormingen en de directe sociale omgeving van gedetineerden. Dit sluit nauw aan bij de visie rond 'werken aan verbinding' in het algemeen welzijnswerk waartoe het justitieel welzijnswerk behoort. - Er is blijvend aandacht nodig voor het ontwikkelen van goede evaluatieinstrumenten die meten hoe activiteiten werden ervaren en welke ideeën gedetineerden zelf hebben rond de organisatie en het aanbod hulp- en dienstverlening. Daarbij dienen ook het personeel van de gevangenis en andere actoren betrokken te worden. - Er is blijvend aandacht nodig voor een evenwichtige verdeling van tijd, middelen en infrastructuur voor de domeinen welzijn, gezondheid, cultuur, sport, onderwijs en werk. - Het JWW doet nu al beroep op een equipe vrijwilligers. Rekening houdend met alle (nieuwe) vragen en verzuchtingen die is het JWW ervan overtuigd dat het meer inschakelen van de vrijwilligers hierop zeker een antwoord kan bieden. Bij de indiensttreding van de nieuwe organisatieondersteuners werd ervoor gekozen om de vrijwilligerswerking beter uit te bouwen en te ondersteunen. Dit heeft evenwel repercussies op het takenpakket van de organisatieondersteuner die daardoor andere opdrachten (ondersteuning sociaal-artistieke projecten, opvolging crealeraren) niet meer kan uitvoeren. - Het aantal trajectbegeleiders en bij uitbreiding de totale medewerkers-inzet van JWW is berekend op de officiële capaciteit van de gevangenis Gent zonder rekening te houden met de voortdurende overbevolking. Er is onvoldoende personeelsinzet voor JWW op alle functies: de trajectbegeleiding, de organisatieondersteuning, het aanbod aan de directe sociale omgeving en de ondersteuning van de JWW-werking. Bij een officieuze berekening van het aantal VTE op basis van bevolking aanwezig op 20/01/2012 in de gevangenis van Gent zou het JWW-team geen 8 VTE maar wel 9,31 VTE moeten tellen. - In het strategisch plan is heel weinig aandacht besteed aan de directe sociale omgeving van gedetineerden. Eén van de voorwaarden voor een succesvolle reintegratie in de samenleving is net de aanwezigheid van sociale netwerken. Aandacht voor en het voorzien in voldoende middelen voor hulp aan de directe sociale omgeving van gedetineerden kan bijdragen tot een goede reclassering. Het verbindend werken tussen de gedetineerde en zijn/haar context verdient een plaats in het Strategisch plan. -Het is duidelijk dat elke reorganisatie binnen de gevangenis een zware impact heeft op de werking van de externe diensten. We denken hierbij concreet aan de invoering van een nieuw oproepregeling en dispatch. Voor JWW wil dit zeggen dat wekelijks 21 à 28 cliënten minder kunnen opgeroepen en gezien worden.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
25 -De Vlaamse overheid voorziet voor JWW uitsluitend in personeelsmiddelen (en de daaraan verbonden werkingsmiddelen) die in de gevangenis kunnen ingezet worden. Er zijn geen financiële middelen voorzien om een hulp- en dienstverleningsaanbod te dragen. Hierdoor blijven wij afhankelijk van de middelen die door de gevangenis ter beschikking gesteld worden. Hierdoor kan een kwalitatief aanbod met een hoog prijskaartje niet meer georganiseerd worden. Wij dienen zelf op zoek te gaan naar middelen wat vandaag de dag niet zo evident is en wij zullen prioritair middelen zoeken om in te zetten op het welzijnsaanbod. Voor andere beleidsdomeinen (bv. Cultuur) kan dit tot gevolg hebben dat er zo goed als geen aanbod meer kan gerealiseerd worden. - Ondanks het feit dat JWW slechts een beperkte personeelsinzet kan vrijstellen voor het onthaal en de begeleiding van de directe sociale omgeving, worden inspanningen geleverd om het aanbod naar de familie zo breed mogelijk te verspreiden. Men zal op zoek gaan naar manieren om de familie die wij nu veel te weinig bereiken (afhankelijk van de situatie) te informeren over het aanbod van JWW of het bredere CAW-aanbod. Een ruimte dichtbij de bezoekzaal (in de gevangenis) om de directe sociale omgeving te ontvangen zou ten goede komen aan de bredere toegankelijkheid van de JWW-opdracht naar de familie. -De deelnamecijfers voor een langer lopende persoonsgerichte of herstelgerichte vorming dalen. Dit heeft onder andere te maken met het statuut van de gevangenisarbeid en het feit dat werkers in de gevangenis beloond worden met een extra wandeling of film. Deze vaststelling gekoppeld aan het feit dat geen duidelijkheid (kan) gegeven wordt of men na de cursus al dan niet terug aan het(zelfde) werk kan zorgt ervoor dat mensen minder te motiveren zijn om van dit aanbod gebruik te maken. Gedetineerden zijn ook moeilijker te motiveren om van dit aanbod gebruik te maken omwille van het hoogdrempelig karakter van deze vormingen (kwetsbaar opstellen, groepssamenstelling, inspannend, …). In een arresthuis met veel anderstaligen is het moeilijk om een langer lopende vorming aan te bieden. Het onvoldoende beheersen van de Nederlandse taal en de onzekerheid of men al dan niet op transfer zal gaan zijn elementen die drempelverhogend kunnen werken. De infoavonden kennen daarentegen wel een hoge deelname. De infoavonden gaan ’s avonds door en per infoavond wordt één thema behandeld. Dat maakt dat werkers en gedetineerden in voorhechtenis makkelijk aan deze activiteiten kunnen deelnemen. 1.2.
CAW Artevelde – Brugteam
In 2011 is De Eenmaking opgegaan in het Brugteam van het CAW Artevelde (cfr. fiche bijlage blz. 53) doet aan algemene drugpreventie bij de (allochtone) gedetineerden, geeft hen informatie over de intra- en extramurale drughulpverleningmogelijkheden en begeleidt hen hierbij. Na de detentie kunnen ze verder begeleid worden. De directe omgeving wordt indien gewenst betrokken. Er is samenwerking met de VVBV en andere hulp- en dienstverleningsdiensten. Er worden groepssessies gehouden evenals casemanagement. In totaal werden in 2011 43 personen begeleid in hun zorgtraject. Omdat er vooral met een vrijwilliger van Maghrebijnse afkomst werd gewerkt, werd vooral gedetineerden met dezelfde afkomst bereikt. Men stelt vast dat de werking van het CAP een zeer grote meerwaarde betekent voor de toeleiding naar de drughulpverlening voor gedetineerden. Anderzijds merken we dat het aantal mensen dat wat extra tijd en ruimte nodig heeft om hun hulpvraag nader te omschrijven, niet afneemt. De vragen die gedetineerden stellen tijdens hun gesprekken met Brugteam draaien heel vaak over: “heb ik een drugprobleem”, “wat doe ik ermee”, “wat kan ik verwachten van de hulpverlening”, “hoe zal mijn familie hier mee omgaan”.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
26 Aangezien het Brugteam zich richt op gedetineerden van allochtone origine is taal een van de voornaamste drempels. We merken dat de diversiteit inzake etnischculturele afkomst binnen stijgt o.a. door de grote instroom van Oost-Europese groepen. De groep die nog via Frans of Engels kan worden geholpen wordt steeds beperkter. Om die reden proberen wij anderstalige vrijwilligers te rekruteren, die de hulpverlener vergezellen en ondersteuning bieden om de taal- en culturele barrière te overstijgen. In 2011 werd vrij intensief gezocht naar vrijwilligers van Turkse en OostEuropese afkomst echter zonder resultaat. Het is wenselijk dat de begeleiders van het Brugteam tijdens hun gesprekken gebruik kunnen maken van het telefonisch tolken en van telefonische contacten met betrokken instanties. Een lokaal met telefoon is daarom noodzakelijk. De ter beschikking gestelde accommodatie roept bij de medewerkers ook vragen op naar veiligheid. Gezien de grootte van de zaal en slechte bereikbaarheid van de alarmknop is niet zeker of bij eventuele agressie-incidenten tijdig hulp ter plaatse kan zijn. Binnen de gevangeniswerking waren de PSD en het CAP de belangrijkste samenwerkingspartners. De PSD was onze belangrijkste doorverwijzer. Het CAP is vanzelfsprekend een belangrijke partner, aangezien de hulpverlening er op gericht is om gedetineerde voor te bereiden op de intake door het CAP. Eerder gemaakte afspraken werden in 2011 goed opgevolgd. Bij eender welke opnamevraag werd er consequent doorverwezen naar het CAP en werd vermeden dat er een parallel circuit werd opgestart. Onze werking is sterk complementair aan die van het CAP. Cliënten komen sterker voorbereid op het gesprek met CAP. Dit komt de inhoud van de intake ten goede en zorgt voor een effectieve en efficiënte hulpverlening t.a.v. groepen die anders moeilijk te bereiken zijn. Omgekeerd waren er in 2011 ook een aantal doorverwijzingen van het CAP naar het Brugteam. Men deed beroep op de specifieke expertise/kennis ervaring inzake cultuur-sensitieve hulpverlening. Op deze manier kon een traject optimaal worden uitgewerkt. Vanuit het JWW zijn er geen rechtstreekse doorverwijzingen omdat, conform de afspraken, JWW steeds rechtstreeks aanmeldt bij het CAP. In 2012 wordt een overleg tussen JWW en het Brugteam gepland in kader van opvolging van de werking en het optimaliseren van de samenwerking. Het is belangrijk dat de gevangeniswerking van het Brugteam in 2012 kan gecontinueerd worden. Dit zal vooral afhangen van de verderzetting van de subsidiëring door de FOD Justitie. Het Brugteam slaagt er in om een doelgroep te bereiken die zonder specifieke ondersteuning en motivatie niet bij de hulpverlening (i.c. het CAP) dreigt te geraken. Er is binnen de gevangenis nog voldoende doelpubliek die nood heeft aan deze ondersteuning. 1.3.
Centrum OBRA (cfr. fiche bijlage blz. 19-45)
Het centrum OBRA stelt 9 personen9 (7,55 VTE) tewerk in het kader van het project Ontgrendeld. Zij geven zowel intra- als extra-muros begeleiding aan geïnterneerde personen met een handicap. Hun aanbod behelst zowel individuele als groepsactiviteiten. Intramuraal aanbod : - Activiteiten Dagelijks Leven (ADL) : individuele ondersteuning op het vlak van de persoonlijke zorg, hygiëne en het onderhoud van de cel. Deze ondersteuning varieert in intensiteit naargelang de zorgvraag (gaande van stimuleren, 9
Coördinator, ortho-agoge, een seksuologe/psychologe, 5 begeleiders en een medewerker van de sociale dienst
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
27
-
-
-
-
controleren tot het meehelpen). Per moment worden 10 tot 15 geïnterneerden bereikt. Het aantal deelnemers met de vraag tot ondersteuning bij de ADLmomenten is in stijgende lijn (toenemende zorgvraag, complexere problematiek,…..). Vaak is de persoon omwille van zijn ziektebeeld, psychische/psychiatrische problematiek niet in de mogelijkheid om zelfstandig in te staan voor zijn zelfzorg. Bij een aantal van hen wordt aanvullend extra tijd uitgetrokken om ondersteuning te beiden bij het onderhoud van de cel. Creatieve activiteiten : De crea-activiteiten zijn laagdrempelig door het organiseren van de activiteit op maat van de deelnemer. De opkomst schommelt vaak door het simultaan verlopen van activiteiten zoals werk, bezoek….Thema of opdrachtgerichte werken zijn steeds een welgekomen afwisseling en zorgen ook voor een ruimere feedback op hun prestaties (vb. werken voor de tentoonstelling). Deelnemers zijn vaak bezig met zaken voor zichzelf te maken (op cel, familie) en zijn minder geneigd om werkjes voor derden te produceren. Samenwerking met andere opdrachtgevers brengt hier verandering in. Binnen de groep is er een grote diversiteit op het vlak van ‘kennen’, ‘kunnen’ en ‘aankunnen’. Er wordt voor gekozen de groepen meer samen te stellen op basis van hun ‘aankunnen’ (draagkracht) waarbij op dinsdag het accent meer op productie komt te liggen en op donderdag op belevingsgerichte activiteiten. In 2011 namen 28 geïnterneerden aan deze activiteit deel. Individuele begeleiding : Het aantal cliënten dat individueel kan opgevolgd worden fluctueert sterk van week tot week. Hierbij zijn factoren als de psychische draagkracht van het individu, zijn regime, de gevangenis als setting,… bepalend voor het al dan niet kunnen aanbieden van ondersteuning. Er is een duidelijke toename van het aantal geïnterneerden met een vergrote zorgvraag omwille van hun psychische/psychiatrische ziektebeeld. Hierdoor is het vaak nodig om meer middelen (begeleiding) in te zetten op de individuele ondersteuning dan op de groepsactiviteiten. Individuele gesprekken : de aandachts-begeleiding wordt zoveel mogelijk op maat gegeven zowel qua inhoud als qua vorm (bvb. iets samen doen i.p.v. gesprek). Individuele momenten gaan dan ook op verschillende plaatsen door (aan de celdeur als de deelnemer zich te onveilig voelt bij al die bewegingen naar een bureau). Er is een significante groep die dagelijks zou gezien moeten worden door een aandachts-begeleider. De aandachts-begeleider moet voor die groep extra alert zijn, met heel wat zaken rekening houden om de begeleiding te kunnen doen (regime, veiligheid, …). Dit is niet altijd makkelijk (bvb. gesprek doen in het infolokaal is heel zichtbaar). Er gaat van die deelnemers ook een groot appel uit en het is een hele opdracht om alle actoren op elkaar af te stemmen. De toename aan actoren binnen de gevangenis maken het voor de geïnterneerde niet altijd duidelijker (met welke vraag kan ik bij wie terecht?) en werken hun shopgedrag in de hand. Eenduidigheid is soms ver te zoeken. We zijn er voorstander van bij aanvang van onze begeleiding steeds afspraken te maken met de betrokken actoren en dit ook zo te communiceren naar de deelnemer. Ook de diensten zelf moeten onderling beter afstemmen om te vermijden dat iemand op één dag van verschillende diensten aandacht krijgt en op andere dagen dan weer niets. Het structureel organiseren van info-momenten over onderwerpen waar herhaaldelijk opnieuw individuele vragen over komen, kunnen handvaten bieden om op verder te werken (bv. waar bepaalde diensten voor staan, infoavond over internering,…). Individuele ondersteuning budgetbeheer : Er is een duidelijke toename van het aantal deelnemers die opgevolgd moeten worden voor hun budgetbesteding. De deelnemers worden geholpen niet over hun grenzen te gaan en een minimale invulling van hun wekelijks terugkerende behoeften te garanderen (bvb rookgerief). Het gebrek aan of het beperkte inkomen van de meeste geïnterneerden maakt het moeilijk werkbaar. Gezien hun problematiek zijn zij vaak niet in de mogelijkheid om (goed) te werken, waardoor ze geen bron van
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
28
-
-
-
-
-
inkomen hebben tijdens de detentie. Slechts weinigen hebben financiële steun van familie, kennissen,…. Meer en meer is men genoodzaakt om het steunfonds aan te spreken. Soms zijn er geïnterneerden die omwille van hun psychiatrische problematiek hun agressie richten op het aanwezige meubilair op cel of in een activiteitenruimte. Hier uit volgt de opmaak van een braakrapport waardoor de meeste onder hen in nog meer financiële problemen geraken. (negatieve spiraal). Bijna alle deelnemers aan de werking ontgrendeld krijgen ondersteuning bij hun budgetbeheer. Koken : 42 momenten met een gemiddelde van 7 deelnemers per keer. Vorming over het thema ‘praktische vaardigheden’ : De groep met lees– en schrijfproblemen stijgt. Dit uit zich o.a. in de praktische uitvoering van de dagdagelijkse handelingen (vb. niet zelfstandig kunnen invullen van de kantinelijst/rapportbriefje, het niet begrijpen (kunnen lezen) van de CBMbeslissing,….) Vorming over het thema ‘sociale vaardigheden’ : Het blijft moeilijk om de hele groep deelnemers aan te spreken. Dit hebben we proberen te ondervangen door het organiseren van een instapgroep. Sommige deelnemers zijn niet gebaat bij het volgen van een groepsvorming (cf. die deelnemers bij wie de zorgvraag zich vooral richt op het helpen structuren en invullen van hun dag en de emotionele ontwikkelingsleeftijd te laag ligt of de emotionele draagkracht te beperkt is). Of mensen die omwille van hun problematiek (e.g. autismespectrumproblematiek) gebaat zijn bij een aparte aanpak. Een andere groep deelnemers willen we graag aanspreken, maar is er geen motivatie om deel te nemen aan een vorming sociale vaardigheden (geen hulpvraag, erkennen hun beperking niet en vinden dat ze niet thuishoren bij de doelgroep van Ontgrendeld, voelen zich niet veilig om in groep te spreken, ...). We merken ook dat het steeds moeilijker wordt om een moment te vinden om de sociale vaardigheden te organiseren. Het ruime aanbod aan activiteiten dat wordt aangeboden speelt hierin zeker een rol, maar ook omwille van bezoek, CBM-zitting, e.d. wordt de vorming soms doorkruist. In totaal namen 22 personen hieraan deel. Groepsport : De opkomst kan sterk variëren . Een aantal extrinsieke factoren (simultaan aanbod, oproepen voor advocaat, …) zijn bepalend voor de deelname. De deelname, uit cel komen,…. is voor velen een fysieke en mentale uitlaatklep waardoor men na deelname vaak vermoeid maar met een rustiger gevoel terug op cel gaat. Gemiddeld nemen er zo’n 8 geïnterneerden deel aan de groepssport. Individueel sporten: De deelname wordt sterk bepaald door de psychische draagkracht van de deelnemer en is afhankelijk van zijn regime en andere factoren. We merken dat dit individuele aanbod wel meer mogelijkheden schept om personen gradueel voor te bereiden op instroom in een groepssituatie. Anderzijds merken we dat de belangstelling gestaag afnam waardoor we besloten om de activiteit tijdelijk stop te zetten. In de plaats werd er extra begeleiding ingezet als individuele ondersteuning in werkhuis zorg-zaal waar op dat ogenblik de vraag het grootst was. (Pre-)therapeutisch programma: De (pre-)therapie richtte zich aanvankelijk enkel tot die deelnemers van Ontgrendeld die seksueel grensoverschrijdend gedrag hebben gesteld. In 2011 werd de (pre-)therapie verder uitgewerkt en richten men zich ook tot deelnemers die zelf een vraag stellen naar therapeutische ondersteuning of die vastlopen op andere levensdomeinen (bijv. agressie, rouwverwerking, ...). De voornaamste groep blijft echter mensen die seksueel grensoverschrijdend gedrag (SGG) hebben gepleegd. In deze gesprekken wordt gewerkt rond het bespreekbaar stellen van het SGG, veelal als voorbereiding op een later traject binnen het forensisch zorgcircuit. Het programma werd opgestart vanaf 10 november 09 en bestaat uit drie pijlers (beeldvorming, diagnostiek en (pre-)therapeutische werking). In totaal werd er gewerkt met 24 gedetineerden. Er werden 21 geïnterneerden bereikt.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
29
-
-
Initiatie computerles: Deze vorming is geliefd bij de deelnemers. Het medium computer laat toe dat men een heel geïndividualiseerd en gevarieerd aanbod kan uitwerken voor elke deelnemer. De meeste onder hen zijn, mits een aangepast programma/ondersteuning, in de mogelijkheid om een aantal basisvaardigheden van het computergebruik onder de knie te krijgen. Sommigen onder hen slagen erin om door te schuiven naar het reguliere lesprogramma (bvb. taallessen) of het OLC. De lessen gaan door op de zorg-zaal. Er werd een computereiland geplaatst waar de geïnterneerden op hun eigen wijze en tempo leren omgaan met het medium computer. De bestaande computerlessen waren te hoogdrempelig (naar niveau, taakspanning, duur, …). Zaterdagwerk: Dit is een nieuwe werkvorm in 2011 (start 21 mei). Er is een significante groep die eigenlijk dagelijks nood heeft om gezien te worden door de begeleiding. In de loop van de week laat het gevangenisregime (bewegingen,….) het niet steeds toe om met bepaalde deelnemers een uitgebreid contact te hebben. Het weekend biedt het voordeel omwille van zijn rustiger verloop (geen werkhuizen, geen oproepen, minder drukte,….) dat er meer tijd kan vrij gemaakt worden voor de individuele benadering
Extramuraal aanbod10 : - Individuele begeleiding : Elke dinsdag-voor- of namiddag wordt onder begeleiding van een aantal medewerkers van het centrum OBRA buiten de gevangenis gewerkt. Er wordt sterk op maat van de persoon gewerkt. De doelstellingen liggen voor elke persoon weer anders. Op die manier wordt er meer aangesloten bij de interesses van de deelnemer en wordt zijn betrokkenheid verhoogd. De begeleidingsrelatie wordt er steviger door. Er is geen uitval op deze activiteiten. Het totale aantal momenten en uren ligt lager dan het voorbije jaar omdat bewust gekozen werd om de individuele begeleiding buiten de gevangenis te reduceren i.f.v. de individuele intramurale ondersteuning. We kenden een toename van de vraag naar begeleiding bij familiaal bezoek. In 2011 kreeg dit project meer concrete vorm om in 2012 uiteindelijk tot de operationele uitvoering te komen. In totaal namen 13 geïnterneerden hieraan deel. Werkprojecten: De projecten worden steeds opgezet in samenwerking met een externe partner. In 2011 was dit een gevarieerd werkaanbod in het jongerenhuis en schilderwerken in het oud gerechtsgebouw. Met de projecten wil men de beeldvorming van de zelfredzaamheid van de deelnemer (de draagkracht, mogelijkheden en beperkingen) verruimen en werken aan de werkvaardigheden en -attitudes van de deelnemer. De werkprojecten bieden een belangrijke bijdrage in de totale beeldvorming van de deelnemer. Het reguliere (wekelijks verloop) maakt het mogelijk om procesmatig bepaalde observaties te kunnen realiseren (taakspanning, motivatie, manipulatief gedrag,….). Intra- en extramuraal aanbod: - Individuele trajectbegeleidingen: met alle deelnemers wordt regelmatig het reclasseringsverloop, de deelname aan de activiteiten besproken. Met elke deelnemer wordt het individuele traject opgenomen. Naargelang de aard van het dossier, het moment in het reclasseringstraject,… gebeurt de begeleiding intenser. Omwille van de geringe uitstroom, zeker bij bepaalde delicten, is het vaak moeilijk om de deelnemers actief te blijven betrekken in het reclasseringsverloop. 10
Daar deze activiteit buiten de gevangenis doorgaat dienen de deelnemers aan bepaalde voorwaarden te voldoen, waaronder een positief advies van de PSD, een goedkeuring door de CBM en het afsluiten van een contract.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
30 Het gehele proces duurt vaak veel te lang waardoor een aantal onder hen de ‘neiging’ hebben om zich te gaan settelen binnen de gevangenis wat uiteindelijk niet de bedoeling kan zijn. Er is heel veel afstemming nodig met de andere diensten op dit vlak: wie neemt wat op, wie zegt wat tegen de deelnemer, enz. Dit is van belang om ook transparantie naar de deelnemer zelf te garanderen. Regelmatig overleg met de betrokken diensten is dan ook nodig. Het heeft overigens een sterke meerwaarde als ook de deelnemer zelf bij zo’n overleg kan zijn, maar dit is momenteel niet de werkwijze binnen de gevangenis. Betrokken familieleden blijven vaak in de kou staan. Ook van die kant wordt er in toenemende mate appel gedaan op ons. De maatschappelijk werker van het ZT speelt hierin een belangrijke rol. In 2011 waren er 65 nieuwe aanmeldingen. Na screening kwamen daarvan 21 personen in aanmerking om in de werking te starten. In een zestal dossiers was nog een diagnosestelling nodig om een aanvraag voor een VAPH erkenning te kunnen opstarten (vnl. dossiers waarbij er een vermoeden van NAH of ASS was). Sommige van deze dossiers werden op transfer gezet vooraleer we deze beeldvorming konden afronden. In totaal namen 51 geïnterneerden effectief deel aan onze werking in 2011. Daarvan waren 30 reeds in 2010 of eerder opgestart). De zorgvraag binnen de muren wordt steeds zwaarder. Meer en meer worden de medewerkers van het centrum OBRA geconfronteerd met cliënten die naast hun verstandelijke beperking één of meerdere psychiatrische problemen hebben. Door hun lange verblijf in de gevangenis en het ontbreken van de juiste kaders merken we dat bij een aantal van hen deze psychiatrische problematiek de bovenhand krijgt op de verstandelijke beperking. De detentie laat bij hen des te scherper zijn sporen na. Met zo’n complexe problematiek valt men op den duur overal tussen de mazen van het net. Bij de uitbouw van de zorgvraag botst men vaak op de structurele beperkingen eigen aan een gevangenis (vb. geen aangepaste time-out ruimte, tekort aan mono-cellen,…). Dit maakt het werken aan re-integratie niet makkelijker, het demotiveert de cliënt. Een bijkomende probleem dat we bij sommige ‘langblijvers’ zien opduiken is dat ze zich gaan ‘nestelen’ in de gevangenis. Het gebeurt dat een geïnterneerde, die vrij op proef is in een voorziening, zich terug aanmeldt met de vraag zich om weer te laten opsluiten. Het stijgend aantal geïnterneerden met een verstandelijke beperking, een grotere wordende zorg intramuraal,….. maken dat het centrum OBRA genoodzaakt is om haar werking tijdig bij te sturen of/en aan te passen. Het blijvende probleem van de overbevolking heeft zijn weerslag op het dagelijks leven in de Gentse gevangenis. Geïnterneerden en andere categorieën van gedetineerden zitten onder hetzelfde regime (cf. situatie van arresthuis), maar door de overbevolking ligt het steeds moeilijker om mensen individuele cellen te geven, wat gezien hun problematiek doorgaans een noodzaak is. De setting kan daardoor ook weinig groeien naar een meer aangepaste setting die rekening houdt met de specifieke behoeften van de doelgroep. Zo is er nood aan meer afgebakende leefruimtes, meer aangepaste rust- of isoleerruimtes, een aangepast tuchtregime, beter afgestemde loonsituatie, enz. Het centrum OBRA streeft naar een integrale en inclusieve benadering. De detentieschade op vlak van sociale relaties en sociaal netwerk bij de doelgroep is enorm omdat zij zelf minder in de mogelijkheid zijn deze relaties te onderhouden omwille van hun beperkingen (geen brieven schrijven, minder financiële mogelijkheden, …). Ook de netwerken van onze deelnemers zijn veelal beperkt op verschillende vlakken, waardoor de kansen op een het onderhouden van de sociale relaties verkleinen (financieel, praktisch, cognitief, …).
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
31 Sommige deelnemers hebben een steunend netwerk, maar veel van de deelnemers hebben weinig intacte sociale relaties en ontvangen weinig bezoek. Relaties zijn soms al van in de kindertijd verbroken wegens veelvoorkomende opvoedings- en/of gedragsproblemen. Plaatsingen door de jeugdrechtbank komen vaak voor in de levenslijn van onze deelnemers. Het werken aan onderhouden of herstellen van deze relaties is belangrijk, niet alleen i.f.v. de persoonlijke ontwikkeling van de deelnemer (zelfbeeld, zelfwaarde, …) maar ook i.f.v. zijn kansen op een geslaagde reclassering. Het zoeken naar ‘hulpbronnen’ is hierin cruciaal. In 2012 wil het Centrum OBRA een aanspreekpunt voor familie en andere betrokkenen uitwerken waar men terecht kan met vragen rond functioneren in de gevangenis, rond dagelijks leven in de gevangenis, rond begeleiding bij bepaalde moeilijkheden van hun familielid (bvb. financieel). Ook hier zal afstemming nodig zijn (DSO van JWW, maatschappelijk werkster ZT, PSD…). Daarnaast werken we nu al mee aan aangepaste bezoekmogelijkheden met begeleiding, zowel intramuraal (begeleide bezoekactiviteit) als extramuraal (begeleiding bij een uitgaansvergunning naar familie). De toename van het aantal aanbodverstrekkers onder de vleugels van de Vlaamse Gemeenschap resulteerde in een breder aanbod waaruit elke gedetineerde kan kiezen. Een gegeven dat enkel maar kan toegejuicht worden. Ook naar werk in de gevangenis zien we een groep van ons publiek steeds beter de weg vinden en mits wat extra ondersteuning goed meedraaien. Door de concentratie van het aanbod tijdens de dag-uren (activiteiten, lessen, bezoek, werk,….), worden we geconfronteerd met allerlei beperkingen (bureauruimtes, leslokalen, deelname, ….). Daarom zou het goed zijn mocht de werking over een groter deel van de dag en de week worden gespreid. 1.4.
Tele-onthaal (cfr. fiche bijlage blz. 46)
Tele-onthaal Oost-Vlaanderen heeft een werking in de drie gevangenissen van OostVlaanderen. Zij bieden anonieme telefonische hulp voor mensen die willen praten over hun angsten, zorgen en levensmoeilijkheden. Binnen de Gentse gevangenis kunnen zij elke dag gecontacteerd worden van 9u tot 2u ’s nachts. Indien de gedetineerde hier gebruik wenst van te maken dan kan hij de GSM vragen aan de penitentiaire beambte. In 2011 werd er volgens het registratieboek van de gevangenis 121 keer gebruik gemaakt van dit aanbod door 22 verschillende personen. Dit komt neer op 5,5 gesprekken per gedetineerde. 1.5.
Relatie dader-slachtoffer
De bemiddelingsdienst arrondissement Gent van de vzw Suggnomè kreeg 16 aanvragen voor dader-slachtofferbemiddeling (cfr. fiche bijlage blz. 134). Hiervan werden er 11 opgenomen. Uiteindelijk werden er 3 bemiddelingen opgestart, waarvan 2 in het kader van de strafuitvoering en 1 bij het Hof van Beroep. Het aantal aanvragen vanuit de gevangenis van Gent is opmerkelijk gedaald in vergelijking met 2010 en dat in tegenstelling met het totaal aantal bemiddelingsaanvragen in 2011 op de Gentse bemiddelingsdienst (stijging met +40%). Deze daling is mogelijk voor een deel te wijten aan het feit dat in 2011 geen infosessies rond herstelbemiddeling in de gevangenis konden plaatsvinden. De infosessie, voorzien op 19 april, werd geannuleerd omdat werd getwijfeld rond de motivatie van de deelnemers voor deze infosessie. Ook in het najaar vond geen sessie plaats. Het aantal verwijzingen vanuit de trajectbegeleiders blijkt dan weer gelijklopend met 2010. In dit kader dient ook gewezen op de passieve tussenkomst van de onderzoeksrechters bij de doorverwijzing van dossiers. Volgens de wet van 22 juni
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
32 2005 kunnen ook onderzoeksrechters een aanbod van bemiddeling doen aan partijen wanneer zij dit opportuun vinden. De Gentse onderzoeksrechters maken hier geen gebruik van. Er zijn m.a.w. geen rechtstreekse doorverwijzingen in dossiers gerechtelijk onderzoek (waarbij verdachten al dan niet in voorarrest zitten). In afspraak worden alle aanvragen gerechtelijk onderzoek vanwege derden voorgelegd aan de verbindingsmagistraat die contact opneemt met de bevoegde onderzoeksrechter. De Bemiddelingsdienst Gent blijft permanent aandacht schenken aan sensibilisering van de diverse samenwerkingspartners binnen de gevangenis (PSD, JWW, Zorgteam, aalmoezeniers en moreel consulenten). Eerder werd de nood aangevoeld om te reflecteren over de wijze waarop het herstelgericht aanbod in de gevangenis wordt gebracht. Hoe kan tegemoet worden gekomen aan de onoverzichtelijkheid van het aanbod rond herstel? Hoe kan de geïnteresseerde cliënt worden bereikt? Hoe kan herstel opnieuw meer aanwezig zijn in de gevangenis? Wat hebben de potentiële verwijzers nodig om efficiënt, effectief te verwijzen naar de herstelbemiddeling? Bij de aanstelling van de nieuwe organisatieondersteuners (begin 2012) wordt opnieuw bekeken welke initiatieven mogelijk zijn. De arrondissementele stuurgroep herstelbemiddeling is pleitbezorger van een uitbreiding van het herstelfonds naar de gevangenis van Gent en zal in 2012 gerichte actie ondernemen. De Rode Antraciet verzorgde de vorming ‘Slachtoffer in Beeld’ (cfr. fiche bijlage blz. 126) voor 7 gedetineerden. Het aantal activiteiten en acties gericht op de relatie dader-slachtoffer is opnieuw verminderd. Dergelijke acties moeten meer gestimuleerd en bewuster gepland worden. Eén van de mogelijkheden is om iemand themabeheerder te maken over alle domeinen heen.
2. Gezondheid 2.1.
CGG Eclips
Het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Eclips (cfr. fiche bijlage blz. 47) voert psychotherapeutische gesprekken met gedetineerden met psychologische en/of psychiatrische problemen met het doel hun psychologische en/of psychiatrische klachten te verlichten of hen te leren hiermee om te gaan. De gedetineerden kunnen toegeleid worden door vijf diensten volgens een afgesproken procedure. Na bespreking op de teamvergadering van het CGG kunnen de CGG-medewerkers starten met psychotherapeutische gesprekken. Voor Gent wordt er ongeveer één fulltime ingezet verspreid over 3 medewerkers. In 2011 kreeg het CGG 96 doorverwijzingen waarvan de grote meerderheid door de PSD en het JWW. In totaal waren er 101 dossiers in 2011. Er werden 57 dossiers afgesloten meestal omwille van transfer of vrijlating. Het CGG Eclips is vanuit hun expertise ook betrokken bij het zelfmoordpreventieproject van de gevangenis Gent. Het CGG Eclips startte vanaf juli 2010 met een post-penitentiaire werking. Voornaamste moeilijkheid met deze werking is de zwaarte van de aanmeldingen – het gaat vaak om aanmeldingen die een te hoog risico op herval hebben om in een ambulante setting terecht te kunnen. Er wordt gekeken hoe deze aanmeldingen beter gestuurd kunnen worden. De noodgedwongen stopzetting van de begeleidingen omwille van transfers doorbreekt vaak een noodzakelijk begeleidingsproces wat nefast is voor de individuele gedetineerde en de behandeling van zijn probleem en voor de goede
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
33 werking van het CGG. Een transferbeleid dat hier meer rekening mee houdt is nodig. Er werden in 2011 een aantal initiatieven genomen om de zorgcommunicatie met CGG in andere gevangenissen te verbeteren. Uit de aanmeldingsklachten, de diagnosestelling en het beperkte aantal aanmeldingen dat niet wordt opgenomen o.w.v. het ontbreken van een hulpvraag, blijkt dat de verwijzers duidelijk zicht hebben op het aanbod en de mogelijkheden van het CGG. Het CGG-aanbod heeft zich gestabiliseerd wat maakt dat er geleidelijk aan meer gekeken kan worden naar hoe het aanbod verder kan evolueren. Belangrijke voorbeelden hiervan zijn de uitbouw van het groepsaanbod rond ‘omgaan met stress’ en de participatie aan de werking rond suïcidepreventie. 2.2.
VVBV
De VVBV11 (cfr. fiche bijlage blz. 51) organiseert binnen de gevangenis het CAP (Centraal AanmeldingsPunt). Elke woensdagvoormiddag houdt een medewerker er permanentie (6 uur waarvan 2 uur administratie) met als doel de aanvragen bij de drughulpverlening-centra te centraliseren. In maart 2011 ging het VVBV met een CAP-werking van start in elke gevangenis. In 2011 waren er 170 aanmeldingen, werden er 113 gedetineerden gezien en waren er in totaal 194 gesprekken. Van de 113 gedetineerden werden er 36 mensen doorverwezen naar de ambulante en 6 mensen naar de residentiële drughulpverlening. 6 personen werden doorverwezen naar een psychiatrische setting en 8 naar een andere vorm van hulpverlening. 56 mensen kregen enkel info over de bestaande drughulpverlening. 57 gedetineerden gingen op transfer of vrij of werden rechtstreeks via de drugbehandelkamer begeleid. 2.3.
AA
De AA (Anonieme Alcoholisten) (cfr. fiche bijlage blz. 50) bezoeken tweewekelijks de gevangenis. In 2011 waren er 24 bijeenkomsten waar in totaal 19 personen op afkwamen. Er waren gemiddeld 4,37 gedetineerden per sessie.
3. Onderwijs Het onderwijs aan gedetineerden van de gevangenis Gent wordt aangeboden door het volwassenenonderwijs (Centrum Basiseducatie en 4 Centra voor Volwassenenonderwijs) onder de coördinatie van het consortium volwassenenonderwijs Wonderwijs, vertegenwoordigd door de onderwijscoördinator. Er waren 10 professionele en 3 vrijwillige lesgevers actief. 3.1.
Klassikaal Onderwijs (cfr. fiche bijlage blz. 55-99)
Het officieel onderwijs werd in 2011 voorzien door het Centrum voor Basiseducatie Leerpunt Gent-Meetjesland-Leieland (CBE), het CVO ISBO, het CVO De Bargie, het PCVO Het Perspectief en het PCVO Meetjesland. Het CBE verzorgde het ‘Open Leercentrum’, ‘Theorie rijbewijs B’ en ‘rekenen’. De CVO’s van het consortium verzorgden de cursussen ‘Engels’ (CVO ISBO en CVO Het Perspectief), ‘Frans’ (CVO ISBO), ‘computer’ (PCVO Meetjesland), ‘Nederlands voor anderstaligen’ (CVO De Bargie), ‘Spaans‘ (PCVO Het Perspectief) en ‘Italiaans’ (CVO ISBO). 11
VVBV : Vlaamse Vereniging Behandelingscentra Verslaafdenzorg
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
34
Het onderwijsaanbod wordt uitgevoerd volgens het opleidingsplan 2010-2011. Het grootste deel van het aanbod bestaat uit groepsgericht modulair onderwijs zoals omschreven in de leerplannen. De modules worden ingericht binnen een achtwekencyclus waarvan er vier per schooljaar worden georganiseerd. Per module is een intake voorzien voor nieuwe kandidaat deelnemers. Na elke cyclus is er een proclamatie voor alle geslaagde deelnemers. In 2011 werden 25 modules ingericht (hiervan waren er reeds een aantal gestart in 2010 en lopen er nog een aantal modules door in 2012. Dit omdat modules worden ingericht per schooljaar en niet per kalenderjaar. De verder cijfers zijn gebaseerd op de modules die waren afgewerkt in 2011).
Gemiddelde module 2011 20,0 15,0
17,6
Aantal deelnemers bij de start Effectieve dlnrs (min 2 lessen aanwezig)
11,8
Gemiddeld aantal deelnemers
10,0 6,1 5,0
5,7
4,5
Aantal eindigers Aantal behaalde ‘officiële’ attesten
0,0
Er is een grote interesse voor onderwijs en de participatie ligt hoog. Er waren 240 effectieve deelnemers in modules, een 150 tal deelnemers aan open leren en 70 gedetineerden hadden een vraag met betrekking tot individueel of afstandsonderwijs. De systematische evaluatie van het onderwijs(aanbod) bij gedetineerden en lesgevers gaf aan dat er een hoge tevredenheid is over het onderwijs(aanbod) in de Gentse gevangenis. Dit zowel over de praktische organisatie als over de inhoud. Toch is er een vrij hoge uitval bij het onderwijsaanbod. Een derde van de deelnemers blijft komen tot op het einde, een derde haakt af op eigen initiatief en nog een derde
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
35 haakt af door overmachtssituaties of wordt door de organisatie uit de les gezet. Waarschijnlijk is een deel van deze uitval te wijten aan de specifieke context waarin wordt gewerkt. Opvallend is wel dat een derde van de mogelijke deelnemers afhaakt voor ze effectief participeren en dat bij de effectieve deelnemers het aantal volhouders hoog ligt. Een grondige analyse van de cijfers de laatste 3 jaren toont aan dat er geen essentiële verschuivingen zijn binnen het profiel van de participerende gedetineerden, in de uitval of behaalde certificaten. Gent is in hoofdzaak een arresthuis. Dat kan je ook zien aan het in het profiel van de cursisten: 51 % van de starters was beklaagd, 37 % veroordeeld en 12 % geïnterneerd. De meeste cursisten zijn mannen, maar toch waren er ook 16 % vrouwelijke cursisten. Vooral het aantal geïnterneerden is ondervertegenwoordigd in het onderwijs t.a.v. hun aandeel binnen de totale populatie. Dit is waarschijnlijk te wijten aan hun specifiek profiel en de problemen waarmee ze kampen. In de toekomst willen we een meer grondige analyse van de redenen van uitval en de verschillen in uitval en profiel tussen de deelnemers bij start, de effectieve deelnemers en de volhouders binnen het onderwijsaanbod. Er is geen specifieke subsidieregeling voorzien voor onderwijs aan gedetineerden. Vooral in een arresthuis is het daarom moeilijk de delers te halen en dus het noodzakelijk onderwijsaanbod te (blijven) voorzien. Engels werd vanaf het schooljaar 2011-2012 opnieuw opgenomen. Dit aanbod wordt alternerend opgenomen door 2 CVO’s. Ook het aanbod rijbewijs was nieuw in 2011. Om aan de leervraag van een aantal anderstaligen, die niet kunnen instromen in het groepsaanbod, tegemoet te komen werd vorig jaar geëxperimenteerd met een onthaalmodule voor anderstaligen onder begeleiding van een vrijwilliger. Hiervoor werd materiaal ontwikkeld Een andere vaste partner is het Huis van het Nederlands. Zij schatten op basis van de COVAAR-test in of een kandidaat deelnemer best Nederlandse les volgt bij een centrum basiseducatie of een CVO (al dan niet in verlengd traject). Dit gebeurt enkel voor personen die voordien nog geen NT2-aanbod hebben gevolgd. In sommige gevallen neemt de lesgever een bijkomende test af om het bereikte niveau Nederlands te kunnen inschatten en zo de kandidaat in de juiste module te plaatsen. In 2011 is het Huis van het Nederlands 4 keer langsgekomen en hebben zij een honderdtal gedetineerden gescreend. Het Open Leercentrum telde in 2011 79 sessies, 35 sessies meer dan vorig jaar. Er werd net als vorig jaar vooral gewerkt aan computervaardigheden, rijbewijs, Nederlands voor anderstaligen en eigen materiaal. Gemiddeld waren er per moment 10 cursisten aanwezig. De combinatie van 1 moment op avond en 2 momenten overdag lijkt het meest succesvol en het best aangepast aan de context. Het avondmoment wordt hoofdzakelijk ingenomen door gedetineerden die overdag niet vrij zijn wegens penitentiaire arbeid. Het OLC wordt steeds meer ingezet als aanvulling op het bestaande onderwijsaanbod in de gevangenis. Voor deze specifieke onderwijsvorm worden geen subsidies voorzien. De middelen komen van het globale pakket coördinatie-uren dat het centrum basiseducatie ter beschikking heeft. 3.2.
Afstandsonderwijs (cfr. fiche blz. 103)
De begeleiding bij het afstandsonderwijs is steeds meer aan het evolueren naar trajectbegeleiding voor gedetineerden met individuele leervragen. Tijdens het intakegesprek worden o.a. de leervraag en motivatie van de cursist gepeild, er wordt een intakeformulier ingevuld en er wordt nagegaan of de leervraag van de gedetineerde realistisch is. Dit gebeurt door het gesprek en eventueel aan de hand
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
36 van een soort instapoefening. Heel wat mensen worden na dit gesprek doorverwezen naar het groepsaanbod binnen de gevangenismuren of het beschikbare materiaal in de gevangenisbibliotheek. Er wordt specifiek toe-geleid naar het groepsaanbod en het OLC als de leervraag daar kan worden aangepakt of voorbereid. Bijvoorbeeld naar het reken- en computeraanbod voor vragen rond bedrijfsbeheer, tweedekansonderwijs en beroepsopleidingen. Als de motivatie en leervraag positief worden geëvalueerd, en de leervraag kan niet worden opgenomen binnen het OLC of het groepsaanbod, dan worden verdere stappen gezet. Er wordt m.a.w. extra informatie gezocht over de te volgen opleiding(en), er worden contacten gelegd met scholen, het nodige materiaal wordt gezocht en/of besteld… In de opvolgingsgesprekken worden de resultaten van de instaptoets besproken. De gezochte informatie over het aanbod van het volwassenenonderwijs binnen en buiten de gevangenismuren en de (on)mogelijkheden van afstandsonderwijs binnen de gevangenismuren wordt doorgegeven en besproken, materialen worden bezorgd en leervorderingen besproken. Er werden een 30-tal begeleidingsmomenten voorzien voor een 70-tal gedetineerden. Bij het afstandsonderwijs worden vooral Nederlandstaligen bereikt. Ook het aantal Belgen ligt veel hoger dan bij het andere onderwijsaanbod. Het aantal veroordeelden dat participeert aan deze vorm van onderwijs ligt hoger dan bij het andere onderwijsaanbod. 3.3.
Aanbevelingen
Inzetten op geletterdheid binnen het aanbod lijkt de goede weg en past ook binnen het kader van het Vlaams beleidsplan onderwijs gedetineerden. In dat opzicht zou een cursus rijbewijs met daaraan een examen gekoppeld zeker tot de mogelijkheden moeten behoren. Ook een flexibel aanbod Nederlands moedertaal zou welkom zijn. Internet op een gecontroleerde manier toegankelijk maken voor gedetineerden zal in de toekomst een must worden om verder kwalitatief onderwijs te kunnen aanbieden. Er wordt nog weinig educatieve software uitgebracht en voor het OLC zou het dus een zegen zijn mocht internet (beperkt) toegankelijk zijn voor de gedetineerden en de lesgever. Ook voor het aanbieden van gecombineerd onderwijs, vormen van afstandsonderwijs wordt internet steeds belangrijker. Een goede (traject)begeleiding voor deze doelgroep, ook op het vlak van onderwijs, is heel belangrijk. Deze begint met het uitstippelen van een (onderwijs)traject samen met de gedetineerde, impliceert een goede screening, registratie en tenslotte een goede opvolging.
4. Tewerkstelling 4.1.
VDAB
De VDAB-consulent werkt fulltime voor de gedetineerden van de Gentse gevangenis (cfr. fiche bijlage blz. 105). Zij doet vooral aan basisdienstverlening wat hoofdzakelijk neerkomt op het geven van uitleg over de dienstverlening van de VDAB, in al zijn aspecten, inschrijving VDAB als vrije werkzoekende, het up-to-date houden van het werkzoekende dossier. Naast deze basisdienstverlening doet zij ook actieve bemiddeling naar werk, toeleiding naar opleidingen in verschillende sectoren. Zij heeft in 2011 met 485 gedetineerden een eenmalig gesprek gevoerd. Ze begeleidde 137 gedetineerden in een actief traject met een gemiddelde van 6 gesprekken per traject. Zij was in totaal 780 uur aanwezig in de gevangenis. Er werden in 2011 geen sollicitatietrainingen georganiseerd omdat er te weinig potentiële kandidaten waren om een groep te vormen.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
37 De VDAB is reeds lang vragende partij voor een overleg met de Commissie ter Bescherming van de Maatschappij. De VDAB wordt regelmatig geconfronteerd met geïnterneerden, met een besluit tot reclassering, die volgens VDAB niet toe te leiden zijn naar werk, hetzij binnen het normaal economisch circuit of het beschermd circuit, hetzij binnen arbeidszorg. Tijdens dit overleg, wil VDAB de situatie en de gevolgen die dit heeft op onze tewerkstelling in de gevangenis en de samenwerking met andere diensten binnen de gevangenis schetsen. In 2011 nam VDAB deel aan de werkgroep detentiearbeid binnen de gevangenis Gent. VDAB stelt zich de vraag over verdere deelname aan de werkgroep aangezien het ontbreken van een duidelijke visie en doel van de werkgroep. 4.2.
Vokans (cfr. fiche bijlage blz. 107)
2010 was een jaar waarin geen assessment werd aangeboden maar wel de werking werd geëvalueerd. In 2011 werd de assessment heropgestart. Er werd niet meer op groepsaanbod ingezet maar op individueel aanbod en er werd een sterke koppeling gemaakt met de penitentiaire tewerkstelling. Het komt er op aan de gedetineerde te coachen in werk-gerelateerde competenties aan de hand van observaties, het matchen met beoogde tewerkstelling en het opstellen van een Persoonlijk Actieplan. Hierin worden mogelijke acties geformuleerd om binnen een welbepaalde tijdspanne specifieke competenties te versterken die noodzakelijk zijn om een duurzame tewerkstelling te kunnen verwerven. Er waren twee assessmentperiodes in 2011 waarbij 12 momenten per deelnemer werden voorzien. In totaal namen 13 gedetineerden hieraan deel, 2 deelnemers vielen uit omwille van transfer.
5. Sport 2010 was het jaar waarin het thema ‘sport en beweging’ hoog op de agenda stonden. Er werd een werkgroep sport opgericht die een actieplan sport voor allen voor de periode 2010-2013 uitwerkte, er werd een nieuwe polyvalente beweeg en fitnessruimte in gebruik genomen met nieuwe toestellen, de sportvereniging aangesloten bij FROS werd verder uitgebouwd, de sportmonitoren werden allen onder contract gebracht bij VLABUS en er werd een samenwerking opgezet met de gevangenissen van Oudenaarde en Dendermonde. Het Oost-Vlaams sportverhaal werd ondergebracht in een aparte vzw Over de Muur. Deze vzw doet projectaanvragen op Vlaams, provinciaal en lokaal niveau en beheert de subsidies die ingezet worden ten behoeve van de gedetineerden in de drie gevangenissen. 2011 was het jaar waarin het sportverhaal geconfronteerd werd met bijzondere moeilijkheden. Er was voor een aantal maanden geen sportfunctionaris aanwezig. Pas in de zomer werd een nieuwe sportfunctionaris aangesteld die nog diende ingewerkt te worden. De samenwerking tussen Over de Muur en De Rode Antraciet kende een zeer moeizaam proces dat uiteindelijk resulteerde in de opheffing van Over de Muur. Hierdoor werden de goedgekeurde projecten geannuleerd en werden de resterende middelen niet uitbetaald. Bovendien was het steunfonds gedetineerden medio 2011 praktisch uitgeput. Een heronderhandeling met de gevangenisdirectie resulteerde in een beperkte verderzetting van de sportbegeleiding. Deze sportbegeleiding werd echter bemoeilijkt door de vele wissels bij sportmonitoren waardoor de continuïteit van het sportaanbod steeds in het gedrang was. Daarenboven verhoogde Vlabus eenzijdig de tarieven voor sportbegeleiding aan gedetineerden tot het hoogste niveau. Eind 2011 werd de gevangenis Gent geconfronteerd met zo goed als geen begeleid sportaanbod meer. Het uitgewerkte sportactieplan bleef noodgedwongen dode letter.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
38 De gevangenis had zich ingeschreven in ‘Gent, sportstad Vlaanderen 2011’. Op de kick-off (12 februari) werd er een spinningsmarathon gehouden en werden er initiaties panna-voetbal georganiseerd. Deze initiaties kenden een groot succes waardoor de panna-voetbal ook geprogrammeerd werd tijdens de Gentse Feesten. In 2011 werd ook de sportkoer gefinaliseerd. Onder andere omwille van de aangehaalde problemen kon dit terrein niet gebruikt worden voor begeleide sportacties. Omwille van het wegvallen van de sportfunctionaris is het sportaanbod in 2011 weinig tot niet geregistreerd. Een systematische registratie van het aanbod is echter noodzakelijk om een gericht sportbeleid te kunnen voeren. In de gevangenis van Gent wordt voor de mannelijke gedetineerden hoofdzakelijk fitness (cfr. fiche bijlage blz. 131) aangeboden. Elke werkdag zijn er 3 fitnessbeurten (15 per week). Per fitnessbeurt nemen gemiddeld 12 gedetineerden deel. In het najaar werden er zumba-lessen (cfr. fiche bijlage blz. 132) gegeven aan de vrouwelijke gedetineerden. In 2011 was er slechts 1 voetbalwedstrijd tussen gedetineerden en buitenploegen. Net als vorig jaar gaven studenten van de Artevelde Hogeschool sportinitiatielessen aan de geïnterneerden. Tijdens de Gentse Feesten en Eindejaarfestiviteiten worden heel wat sportactiviteiten ingericht. Deze zijn terug te vinden in de fiches die deze feesten behandelen.
6. Cultuur 6.1.
Bibliotheek (cfr. fiche bijlage blz. 108)
De gevangenisbibliotheek werd in 2010 uitgebouwd tot een volwaardige dienstenbibliotheek zoals afgesproken in de afsprakennota van het convenant. De gevangenisbibliotheek is een samenwerkingsverband tussen de Vlaamse overheid, de stad Gent, de provincie Oost-Vlaanderen en de gevangenis. Er werd een nieuwe ruimte in gebruik genomen ingericht met hoogwaardig bibliotheekmeubilair, het IBLverkeer werd mogelijk gemaakt, er werd een reglement opgemaakt, de collectie werd aangepast en uitgebreid met Cd’s, Dvd’s en games en de uitleenfrequentie met de reguliere bibliotheek werd verhoogd tot eenmaal per week. Elke gedetineerde kan eenmaal per week naar de bibliotheek komen. Gemiddeld komen een 225 gedetineerden per maand naar de bibliotheek. Op vrijdag is er een bibliotheekmoment voor geïnterneerden onder begeleiding van het zorgteam en centrum OBRA. Men kan boeken uitlenen vanuit de hoofdbibliotheek en haar 16 filialen. Er werden in 2011 467 boeken op deze manier aangevraagd. De bibliotheek bestaat uit 7931 materialen (3246 boeken, 1541 strips, 499 Cd’s, 53 Dvd’s, 370 games, 170 studieboeken). De strips worden het meest uitgeleend, gevolgd door non-fictie, fictie en cd’s. Op 21 februari kwam een delegatie van de gevangenis Dendermonde de gevangenisbibliotheek van Gent bezoeken. Op 2 maart werd de gevangenisbibliotheek officieel geopend door vertegenwoordigers van Vlaamse overheid, stad, provincie en Justitie. Op 27 april bracht de raadscommissie cultuur van de provincie een bezoek aan de gevangenisbibliotheek.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
39
De registratie toont aan dat de gevangenisbibliotheek succesvol is. Dit is mede het gevolg van de inzet van de verschillende partners. Een halftijdse consulent is echter te weinig om de werking volledig en optimaal te laten lopen. De uitleensessies en het behandelen van de IBL-aanvragen nemen veel tijd in beslag. Er dient beroep gedaan te worden op de ondersteuning van fatiken om de dagelijkse werking van de bibliotheek te kunnen garanderen. Er is geen tijd voor het organiseren van andere bibliotheekactiviteiten zoals het organiseren van een leesgroep, lezingen, … 6.2.
Film
Elke zondag (uitzondering periode mei-augustus) wordt in de cinemazaal een filmvoorstelling (cfr. fiche bijlage blz. 111) aangeboden. De film wordt sinds 2010 enkel nog vertoond voor de groep werkers. Dit werd beslist door de gevangenisdirectie met de bedoeling het filmaanbod als een gunst te beschouwen voor gedetineerden die werken en zo gedetineerden te stimuleren om penitentiaire arbeid te verrichten. In 2011 waren er 39 filmvoorstellingen. Er is plaats voor ongeveer 110 personen per voorstelling. Gemiddeld kwamen ongeveer 80 personen (60 mannen en 14 vrouwen) naar de voorstelling. Daarnaast kunnen de gedetineerden tijdens het weekend en op feestdagen ook naar films kijken op het intern videokanaal van de gevangenis (cfr. fiche bijlage blz. 112). Er werden 118 films aangeboden. 6.3.
Optredens, lezingen en theater
Er werden in 2011 4 lezingen (cfr. fiche bijlage blz. 114) gegeven binnen het thema ‘venster op de wereld’. Op deze manier proberen we andere culturen, verrassende geschiedenissen en interessante personen tot bij de gedetineerde te brengen. Er werden in totaal 129 deelnames geregistreerd wat neerkomt op een gemiddelde van 30,7 deelnames per lezing. Daarnaast waren er 2 lezingen met auteurs over hun literair werk en een toneelvoorstelling over pater Damiaan (cfr. fiche bijlage blz. 115). In kader van de dag van de poëzie was er een haiku-workshop. Twee muziekgroepen hebben 4 optredens12 gegeven aan 2 groepen gedetineerden (cfr. fiche bijlage blz. 113). In totaal werden de optredens bijgewoond door 272 personen, waarvan 227 mannen en 45 vrouwen. 6.4.
Creatieve vorming
De creatieve vorming in de gevangenis van Gent wordt hoofdzakelijk verzorgd door particulieren die door de FOD Justitie vergoed worden (cfr. fiches bijlage blz. 116118). In 2011 waren 2 leraren creatieve vorming actief. De samenwerking met de tekenleerkracht werd omwille van een incident beëindigd. Deze vormingen zijn doorlopend in de zin dat er steeds cursisten kunnen in- en uitstappen. We spreken dan ook van creatieve ateliers. Zij boden in 2011 crea, tekenen en keramiek. Voor de doelgroep geïnterneerden was er zoals vorige jaren een wekelijkse gezamenlijke activiteit van de leraars tekenen en keramiek. In totaal werden er 85 creatieve vormingsmomenten aangeboden wat neerkomt op 170 uren. Gemiddeld namen per vormingsmoment 10 personen deel. Het crea-aanbod verminderd per jaar. Enkel het keramiek-atelier blijft actief. Dergelijk aanbod gaat vaak ten koste van meer re-integratiegericht aanbod. Bovendien is er geen domeincoördinator actief die dit aanbod onderhoudt en verder uitbouwt.
12
De optredens tijdens de feestenperiodes (Gentse Feesten en Eindejaarsfeesten) worden hier niet bij gerekend.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
40 Naar aanleiding van het succes van het muziektheaterproject Hotel California en het tussentijds optreden van een aantal deelnemers tijdens de Gentse Feesten van 2009, werd besloten om de komende jaren een gelijkaardig optreden te verzorgen tijdens de feestenperiode. Er werden muziekateliers (cfr. fiche bijlage blz. 119) ingericht en op 7 augustus werd een optreden gegeven voor meer dan 200 gedetineerden. Het slaat bijzonder goed aan om voor eigen publiek te spelen. 6.5.
Persoon, relationeel en herstelgerichte vorming
In totaal zijn in 2011 7 vormingen (cfr. fiches bijlage blz. 123-130) doorgegaan die een persoon- of relationeel thema hadden. Deze werden gegeven door 4 organisaties (drie cursussen door De Rode Antraciet, twee cursussen door het VMG, één cursus door Morele Bijstand aan Gevangenen en één cursus door Vormingplus). In totaal hebben zij 61 sessies verzorgd, wat neerkomt op 163 uren vorming. Dit zijn 25 sessies en 58 uur meer dan in 2010. Voornaamste reden is dat er één activiteit meer was gepland en geen enkele activiteit vroegtijdig is stopgezet. 71 gedetineerden startten met de vormingen, wat neerkomt op 10,1 starters per vorming. 69 % werkte de vorming af, wat neerkomt op 7 eindigers per vorming. Er was een gemiddelde aanwezigheid van 7,3 deelnemers. In 2011 werd opnieuw een reeks infoavonden (cfr. fiche bijlage blz. 121) georganiseerd met thema’s die nauw aansluiten bij de re-integratie. De 11 avonden ging o.a. over burgerlijke partijen, het Justitiehuis, internering, het OCMW, … In totaal namen 113 gedetineerden hieraan deel met een gemiddelde van 10,3 gedetineerden per moment. Beklaagden zijn moeilijker te motiveren om hier aan deel te nemen en de Gentse gevangenis is hoofdzakelijk een arresthuis. Ook liggen de inclusie- en exclusiecriteria om aan een dergelijke vorming deel te nemen hoger dan bij ander aanbod of richt een dergelijke vorming zich op een welbepaalde subdoelgroep binnen de gevangenis. Persoons- en relationele vormingen zijn in die zin hoogdrempelig. In deze cursussen moet men zich vaak in groep durven bloot geven waardoor dit voor een aantal gedetineerden te bedreigend kan overkomen. Minder bedreigende cursussen (bv. mindfulness) kennen een hoger deelnemersaantal. Tot slot kan de gedetineerde vaak kiezen tussen activiteiten die op het zelfde moment doorgaan.
7. Andere hulp- en dienstverlening De Commissie Juridische Bijstand houdt meestal tweewekelijks ‘juridisch spreekuur’ (cfr. fiche bijlage blz. 133) in de gevangenis van Gent. Er waren heel weinig gedetineerden die van deze dienstverlening gebruik maakten. De laatste maanden van 2011 ging het juridisch spreekuur niet meer door. Dit heeft vooral te maken met het feit dat dit aanbod niet wordt opgevolgd en daardoor ook niet wordt bekend gemaakt bij de gedetineerden. In 2012 zal bekeken worden wie dit thema kan opvolgen. De gevangenis van Gent kent twee grote manifestaties per jaar, de Gentse Feesten (cfr. fiche bijlage blz. 136) en de Eindejaarsfeesten (cfr. fiche bijlage blz. 138). Deze manifestaties vormen een alternatief voor de sluiting van de werkhuizen en voor schoolvakanties waarbinnen er bijna geen groepsactiviteiten zijn. Er wordt voorzien in sporttornooien, quiz, kooksessies, optredens, … De organisatie van beide programma’s berust bij de medewerkers van de culturele dienst. Zij werken hiertoe nauw samen met verschillende organisaties en particulieren. Het zorgteam en het
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
41 centrum OBRA organiseren voor hun respectievelijke doelgroepen een eigen programma. In 2011 waren er voor de Gentse Feesten (207 uur aanbod op 23 dagen) 1026 inschrijvingen voor 9 activiteiten (optredens niet meegerekend). Dit komt neer op gemiddeld 114 deelnemers per activiteit. 279 verschillende personen hebben deelgenomen. Dit betekent dat elke deelnemer aan gemiddeld 3,6 activiteiten deelnam. De eindejaarsfeesten (150 uur aanbod op 15 dagen) kenden 801 inschrijvingen voor 7 activiteiten (optredens niet meegerekend). Dit komt neer op 114 deelnemers per activiteit. In totaal deden 288 individuele gedetineerden hieraan mee. Dit betekent dat elke deelnemer aan gemiddeld 2,8 activiteiten deelnam. Er waren minder activiteiten omdat de werkhuizen eerder op het jaar open gingen, het bibliotheekbezoek ook diende georganiseerd te worden en men het maken van overuren diende in te perken.
8. Algemene tendensen De hulp- en dienstverlening kende de laatste jaren een sterke groei, zowel naar aanbod als naar deelname. In 2011 werd de verdere groei afgeremd door een tekort aan financiële middelen vanuit het steunfonds gedetineerden. Dit had tot gevolg dat er op een meer doordachte manier met het aanbod en de middelen diende omgegaan te worden en dat andere financieringsbronnen de regel dienden te worden. Vooral de sport- en culturele activiteiten werden hierdoor getroffen. Er stoppen nog teveel gedetineerden met de individuele hulpverlening en de groepsactiviteiten ten gevolge van invrijheidstelling en transfer. Deze uitval is relatief constant. Een transferpolitiek die ook rekening houdt met de participatie aan vaak noodzakelijke hulp- en dienstverlening kan een bijdrage leveren om deze uitval te beperken. Tijd en ruimte zijn een schaars goed in de gevangenis. Bepaalde domeinen kennen een sterkere uitbreiding dan andere. Een debat over een correcte verdeling van tijd en ruimte voor de verschillende domeinen dringt zich op. Bepaald aanbod wordt onvoldoende opgevolgd. Dit moet in 2012 opgelost zijn.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
42
Hoofdstuk 4: profilering van het hulp- en dienstverleningsaanbod (strategie 2) In hoofdstuk IV staat de profilering van het hulp- en dienstverleningsaanbod centraal. De bekendmaking van het aanbod is essentieel om gedetineerden ervan gebruik te laten maken. Hiervoor dienen de gedetineerden geïnformeerd, geadviseerd, gesensibiliseerd en gemotiveerd te worden. 1. Vragen, noden en behoeften detecteren (signaalfunctie) Er zijn verscheidene manieren om de vragen, noden en behoeften bij gedetineerden te detecteren. De trajectbegeleiders hebben hier een belangrijke taak, maar ook het penitentiaire personeel en de hulp- en dienstverleners kunnen noodzakelijke informatie over de vraag verschaffen. De evaluaties van het bestaande aanbod en (wetenschappelijk) onderzoek kunnen in deze evenzeer de nodige gegevens opleveren. Tenslotte kunnen bevragingen bij de doelgroep een bepaald beeld geven van de behoefte die leeft. In 2007 werd de signaalfunctie bij trajectbegeleiding als een kernopdracht omschreven. In het gezamenlijk plan van aanpak 2008-2010 tussen het CAW Artevelde en de beleidsmedewerker werd het ‘komen tot een afsprakenkader waarbij de verscheidene signaleringsprocedures op elkaar afgestemd worden’ als doel opgenomen. Deze doelstelling werd in 2009 gefinaliseerd. Er werd een signaleringsinstrument ontworpen dat door de JWW-medewerkers wordt ingevuld en besproken op het overleg tussen de teambegeleider en de beleidsmedewerker. De trajectbegeleiders kunnen ook ingeschakeld worden om gerichte behoeftepeilingen te doen. Het GPA 2011-2012 heeft als doel dat er een systeem zal uitgewerkt worden om op een systematische wijze de behoeften van gedetineerden in kaart zal brengen. Hiertoe zal nauw samengewerkt worden met alle actoren uit het coördinatieteam. 2. Bekendmaken van het aanbod -
-
Werkgroep bekendmaking-profilering-materiaalbeheer (be-pro-ma) Omdat we de kwaliteit, de efficiëntie en de effectiviteit van de bekendmaking wilden verbeteren werd in 2008 een ad hoc werkgroep bekendmaking opgericht. Deze werkgroep werkte een voorstel uit dat in 2009 aan het Coördinatieteam hulp- en dienstverlening aan gedetineerden (CORT) werd gepresenteerd. Hier werd deels mee verder gewerkt. Het voorstel diende echter verfijnd te worden. Pas in 2011 werd de werkgroep opnieuw samengebracht in een nieuwe samenstelling en opdracht. Naast de bekendmaking aan gedetineerden diende er ook werk gemaakt te worden van de profilering van de Vlaamse Gemeenschap en diende er een systeem van materiaalbeheer uitgewerkt te worden. Bekendmaking via affiches en flyers Ook in 2011 was het verspreiden van nieuwe activiteiten via flyers die bedeeld worden op cel door de fatiken van de culturele dienst de meest gehanteerde bekendmakingwijze. Gelijktijdig werden er affiches uitgehangen aan de valven. Bepaald aanbod (Tele-onthaal, geestelijke gezondheidszorg) wordt ook op andere plaatsen uitgehangen (wachthokjes medische dienst, telefoonlokalen). Meestal leveren de aanbodverstrekkers de inhoud aan en zetten de medewerkers van de
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
43 culturele dienst die grafisch om in een flyer. In een aantal gevallen leveren de organisaties zelf de flyer of affiche (bv. De Rode Antraciet). Omdat de bedeling meestal eenmalig is, is het noodzakelijk dat gedetineerden die na de bedeling in de gevangenis opgesloten worden, ook op de hoogte gebracht kunnen worden. De affiches ondervangen dit in geringe mate. Daarom worden de flyers ook uitgedeeld aan trajectbegeleiding en andere actoren. Zowel op de mannenafdeling, de vrouwenafdeling als in de bibliotheek staat een folderrek of –zuil waarin folders en brochures zitten over zowel het intramurale als extramurale hulp- en dienstverleningsaanbod. -
-
-
-
Bekendmaking via trajectbegeleiding Door de komst van de trajectbegeleiders werd de mogelijkheid geschapen om de gedetineerden individueel te informeren over het hulp- en dienstverleningsaanbod. Door de komst van het GOS heeft de trajectbegeleider een volledig overzicht van het aanbod. Wanneer het een (nieuw) aanbod betreft waarbij trajectbegeleiding de actieve toeleiding verzorgt, dan komt de aanbodverstrekker het aanbod voorstellen op een teamvergadering van JWW. Bij het onthaal en tijdens de vervolggesprekken met gedetineerden hebben de trajectbegeleiders oog voor het bekendmaken van het aanbod. Bekendmaking via derden Hieronder verstaan we het penitentiair personeel en de hulp- en dienstverleners. Via diverse kanalen wordt getracht deze derden op de hoogte te brengen van het aanbod. Op hun beurt kunnen zij de gedetineerden ad hoc informeren. Op de gemeenschappelijke schijven (CUL en TRANS) van het intranet van de gevangenis is de kalender terug te vinden waar aangegeven staat wanneer welk aanbod doorgaat. Op de teamleidersvergadering en andere overlegorganen wordt eveneens het nieuwe aanbod bekendgemaakt. Bekendmaking via brochures De ‘Wegwijs’ is de informatiebrochure en het huishoudelijk reglement van de gevangenis voor de gedetineerde. Hierin wordt het aanbod meegedeeld. Vanaf 2008 werd krant X als nieuw informatiekanaal in de gevangenis ingevoerd. Het eerste nummer gaf een algemeen overzicht van het hulp- en dienstverleningsaanbod in de gevangenis. Er verschenen in 2011 3 nummers van krant X in de gevangenis. In 2011 is gestart met de ‘bekendmakingskaart’ waarbij het vast wekelijkse hulp- en dienstverleningsaanbod in kaart wordt gebracht gedurende de periode van een cyclus (ongeveer 2 maanden). Deze kaart wordt bekend gemaakt aan het personeel van de gevangenis. Informatiesessies Afhankelijk van het soort aanbod worden er soms informatiesessies ingericht die aan een groep gedetineerden uitleg verschaft over het aanbod dat zal uitgevoerd worden.
3. De oasemap De gevangenis van Gent was de initiatiefnemer voor de ontwikkeling van de oasemap. Deze map is een hulpmiddel voor de gedetineerde dat tot doel heeft hem te ondersteunen in het bijhouden van gegevens over het doorlopen hulp- en dienstverleningstraject. De map is vrijblijvend. Afhankelijk van de nood en behoefte kan een gedetineerde hier gebruik van maken. De map werd experimenteel toegepast in Gent voor een bepaalde periode met positieve resultaten. Omdat men dit instrument wilde ter beschikking stellen van alle gedetineerden in Vlaanderen,
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
44 heeft het SAW deze opdracht overgenomen en verder uitgewerkt. In 2010 werd deze map verspreid onder de gevangenissen. Het justitieel welzijnswerk Gent heeft deze map bekend gemaakt onder de gedetineerden. Een aantal gedetineerden is hier sindsdien mee aan de slag gegaan. 4. De dag van de … Het coördinatieteam heeft in 2010 een nieuwe vorm van bekendmaking uitgewerkt waarbij enerzijds een relevant thema onder de aandacht wordt gebracht van de gedetineerden en het personeel en anderzijds de link met een actie in de vrije samenleving wordt gelegd. Deze bekendmaking werd ‘de dag van de …’ genoemd. Er werd ook in 2011 een oplijsting gemaakt van onderwerpen die op een welbepaalde dag of periode in het jaar expliciete aandacht krijgen (bv. Wereld-dag verzet tegen armoede, dag van de aarde). Uit deze lijst koos elk domeinspecialist een welbepaald thema op een welbepaalde dag die verband houdt met hun domein. Op of rond die dag wordt dan een originele bekendmakingsactie opgezet voor iedereen die in de gevangenis verblijft. De domeinspecialist werkt en voert de actie uit. Indien nodig wordt er ondersteuning geboden door de andere leden van het coördinatieteam. Er werden acties gedaan op de wereld-dag poëzie (21/03), tijdens de week van de gezondheid (7-13/04), op de dag van het gezin (15/05), op de dag van de alfabetisering (8/09) en op de internationale dag van mensen met een beperking (03/12).
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
45
Hoofdstuk 5: verkrijgen vergroten van het draagvlak (strategie 4) Een draagvlak creëren gebeurt nooit vanzelf. Het is bovendien niet vanzelfsprekend om een draagvlak te vergroten en uit te bouwen. Dit hoofdstuk staat stil bij de initiatieven die de Vlaamse partners ondernemen om deze 4e strategie te realiseren. 1. Bij de Vlaamse Gemeenschapsactoren Net als vorig jaar diende er vooral gewerkt te worden aan het onderhouden van de partnerschappen, het blijvend informeren over nieuwe of wijzigende initiatieven, over relevante onderwerpen, … en het betrekken van deze partners bij werkvormen en – processen die de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden als onderwerp hadden. Het bestaan van het coördinatieteam hulp- en dienstverlening aan gedetineerden als motor voor de organisatie van de hele hulp- en dienstverlening is tevens een katalysator voor het bevorderen van het draagvlak bij de vaste samenwerkingspartners (JWW, centrum OBRA, …) over de relevantie en werkwijze van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden. Met deze vaste samenwerkingspartners wordt er minstens jaarlijks overleg gepleegd over hun werking aan gedetineerden en hun samenwerking met andere hulp- en dienstverleners en met justitie-actoren. Nieuwe partners werden in 2011 tijdig en correct geïnformeerd en betrokken bij de werking van de hulp- en dienstverlening in de gevangenis. 2. Bij de Justitieactor De Justitieactor betrekken bij de uitvoering van het strategisch plan en ruimer bij de totstandkoming en het opvolgen van de hulp- en dienstverleningsacties is noodzakelijk omdat de hulp- en dienstverlening zich grotendeels afspeelt binnen de gevangenis en dus een invloed heeft op de werking van de gevangenis. T.a.v. de gevangenisdirectie De gevangenisdirectie wordt permanent op de hoogte gehouden van nieuwe ontwikkelingen die zich voordoen over de hulp- en dienstverlening van de Vlaamse Gemeenschap. Dit gebeurt door de aanwezigheid van de beleidsmedewerker op het dagelijks voorrapport en op directievergaderingen maar evenzeer door mail- en telefoonverkeer en contacten tussendoor. Minstens tweemaal per jaar wordt er met de voltallige gevangenisdirectie samen gezeten om het hulpen dienstverleningsbeleid aan gedetineerden te bespreken. Daarnaast is er met de individuele directieleden overleg overeenkomstig de terreinen waar zij bevoegd voor zijn. T.a.v. de PSD/het zorgteam : De PSD- en zorgteamleden worden op diverse manieren op de hoogte gehouden van nieuwe ontwikkelingen in het hulp- en dienstverleningsaanbod. Vooral de participatie aan het coördinatieteam en het vierhoeks-overleg draagt hiertoe bij. T.a.v. de penitentiaire beambten : De penitentiaire beambten worden binnen de basisopleiding geïnformeerd over de ‘hulp- en dienstverlening aan gedetineerden, de Vlaamse Gemeenschap in de
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
46 gevangenis’. Daarnaast is het belangrijk dat er ook lokale initiatieven ontwikkeld worden om het draagvlak bij de penitentiaire beambten te verkrijgen. De penitentiaire beambten in opleiding dienen na te gaan hoe de hulp- en dienstverlening in hun moedergevangenis georganiseerd is. Deze beambten worden tijdens een terreinweek in de moederinrichting hierover ingelicht door de beleidsmedewerker of andere medewerkers van de Vlaamse Gemeenschap. Tijdens de teamleidersvergaderingen wordt er informatie gegeven over hulp- en dienstverleningsactiviteiten die zullen opgestart worden, maar ook over instrumenten en processen die ingevoerd werden of zullen worden ten behoeve van de ondersteuning van de hulp- en dienstverlening. De onderlinge samenwerking kan besproken worden en afspraken kunnen gemaakt worden. Er is in de meeste werkgroepen ook een vertegenwoordiging van de penitentiaire beambten aanwezig. Halfjaarlijks is er ook een evaluatievergadering over de samenwerking tussen de hulp- en dienstverleningsactoren en een vertegenwoordiging van de diverse teams van penitentiair beambten binnen de inrichting. De hulp- en dienstverlening wordt penitentiair ondersteund door twee VTE penitentiaire bewakingsassistenten die mee bijdragen tot het verkrijgen van draagvlak voor activiteiten. Er gebeuren heel wat informele gesprekken met het penitentiair personeel. Dit is essentieel om de eigen functie, het thema hulp- en dienstverlening en de onderlinge samenwerking op een losse en persoonlijke manier aan te kaarten. T.a.v. overige penitentiair personeel (griffie, boekhouding, personeelssecretariaat, medische dienst, …) : Deze personeelsleden staan iets verder af van de samenwerking over hulp- en dienstverlening. Zij worden betrokken en geïnformeerd wanneer dit relevant is voor hun werking. 3. Bij de bredere samenleving De gevangenis krijgt tal van bezoekers over de vloer die geïnformeerd worden over de gevangenis van Gent. In 2011 gingen 35 groepsbezoeken door met een gemiddelde groepsgrootte van 25 personen per bezoek. De grote meerderheid bestond uit studenten, maar ook politie, magistratuur en andere relevante sectoren kwamen op bezoek. Het geven van gastcolleges is een andere vorm van betrekken van de samenleving bij de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden. Diverse hulp- en dienstverleners geven gastlezingen of –colleges aan hogescholen of universiteiten. Sommige hulpen dienstverleners schrijven ook artikels of komen uitleg geven op vraag van bepaalde maatschappelijke voorzieningen.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
47
Hoofdstuk 6: (strategie 5)
een
HRM-
en
Organisatieontwikkelingsbeleid
Met deze vijfde strategie trachten we te komen tot een HRM- en organisatieontwikkelingsbeleid om alle interne en externe medewerkers van de Vlaamse Gemeenschap te motiveren, te ontplooien en optimaal efficiënt en effectief in te zetten in hun opdracht voor hulp- en dienstverlening in de Vlaamse gevangenissen.
1. Introductieprocedure Met de komst van het strategisch plan werd er een introductieprocedure ingevoerd die alle nieuwe medewerkers aan de hulp- en dienstverlening dienen te doorlopen. Het gaat vooral om het vervullen van administratieve formaliteiten (invullen van een medewerkersfiche, ondertekenen van een aantal documenten waaronder de gedragscode) en het voeren van een gesprek met de beleidsmedewerker en/of domeincoördinator waarbij de betrokkene uitgebreid wordt ingelicht over het werken binnen de gevangenis. De nodige documenten worden meegegeven en er wordt geijverd om na enige maanden tewerkstelling een opvolgingsgesprek te doen. De beleidsmedewerker of een lid van het coördinatieteam zorgt dan voor een rondleiding. De beleidsmedewerker en de domeincoördinatoren houden een medewerkerslijst bij die up-to-date gehouden wordt en ter beschikking wordt gesteld van de gevangenisdirectie, de dienst P&O en de medewerkers van het CORT.
2. Leraars en sportmonitoren De gevangenis kende in 2011 slechts 2 personen meer die onder direct contract met de gevangenis vielen. Alle sportmonitoren werden in 2011 ondergebracht bij VLABUS.
3. Vertegenwoordiging t.o.v. de gevangenisdirectie De beleidsmedewerker vertegenwoordigt de hulp- en dienstverleners t.o.v. de gevangenisdirectie. De gevangenisdirectie kan de beleidsmedewerker aanspreken over elementen die te maken hebben met de mede- en samenwerking tussen het penitentiair personeel en de hulp- en dienstverleners. Conform de gedragscode wordt er tussen de gevangenisdirecteur en de beleidsmedewerker een collegiale beslissing genomen. De beleidsmedewerker zet zich ook in om de belangen van de hulp- en dienstverleners zo goed mogelijk te behartigen (bv. infrastructurele en logistieke faciliteiten, betrekken bij processen die een invloed kunnen hebben op de hulp- en dienstverlening, …).
4. Infrastructurele en logistieke faciliteiten De diverse diensten die individuele gesprekken voeren met gedetineerden (JWW, centrum Obra, CGG Eclips, VVBV, De Eenmaking) beschikken sinds 2009 over vier bijkomende gesprekslocaties voorzien van telefoon en computer. In 2011 werden deze locaties heringericht met bureaumateriaal van de Vlaamse overheid (bureau, bureaustoel, kasten, prikborden, …). Er werd een schema opgesteld dat de bezetting van de gesprekslocaties regelt onder de hulp- en dienstverleners. Omdat de gevangenis een organisatie in beweging is, dient deze herverdeling bij iedere structurele verandering herbekeken te worden. Omdat er meer vraag was naar
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
48 gesprekslocaties werd een nieuw instrument uitgewerkt dat de verdeling per dag en per uur en per locatie omschrijft voor alle (externe en interne) diensten van de gevangenis. Dit instrument zal definitief ingevoerd worden in 2012. Bijna alle medewerkers aan de hulp- en dienstverlening die een permanente opdracht hebben in de gevangenis werden een antennekaart en sleutels ter beschikking gesteld, zodat zij hun opdracht efficiënter kunnen vervullen. Deze schikking ontlast het werk van het penitentiair personeel. Er zijn echter nog een aantal functies met een permanente opdracht die nog geen sleutels hebben. Dit heeft te maken met het tekort aan sleutelkastjes. Vooral de medewerkers van het centrum OBRA worden hier mee geconfronteerd en voelen zich benadeeld ten opzichte van de andere hulp- en dienstverleners. Andere medewerkers, zoals de leerkrachten en sportmonitoren, beschikken enkel over een antennekaart en badge zodat zij vlot de inrichting binnen en buiten kunnen. Alle medewerkers die een permanente opdracht in de gevangenis vervullen krijgen de nodige ICT-faciliteiten (account, email, office, internet, een persoonlijke map op het netwerk, toegang tot de gemeenschappelijke map van de trans, van de cul en van de Vlaamse Gemeenschap). Het op orde krijgen van deze ICT-faciliteiten lukte vooral in de eerst helft van 2011 opnieuw moeizaam. De organisatorische veranderingen binnen de FOD op dit vlak creëren op het terrein onduidelijkheid en de nodige vertraging bij het op orde krijgen van de ICT-faciliteiten voor de medewerkers. De laatste maanden van 2011 verliep dit een stuk beter. In 2009 werd gestart met het uitdenken van een herverdeling van de groepslokalen in functie van de verdere ontwikkeling van het hulp- en dienstverleningsaanbod. Deze herverdeling werd in 2010 concreet gemaakt. Er werd een nieuwe fitnessruimte ingericht evenals een nieuwe volwaardige gevangenisbibliotheek, de culturele dienst kreeg een nieuwe stek en er werd een nieuw computerlokaal in gebruik genomen. De geplande herinrichting van de bestaande polyvalente vormingslokalen, het creëren van 3 bijkomende gespreksruimtes werden in 2011 niet uitgevoerd. Alle aandacht ging naar het inrichten van de sportkoer. Deze sportkoer werd afgewerkt voor de Gentse Feesten in de gevangenis van start gingen.
5. Vorming Introductiecursus : jaarlijks wordt, op initiatief van de WEVO13, een meerdaagse introductiecursus georganiseerd voor hulp- en dienstverleners van de Vlaamse Gemeenschap. In deze cursus krijgen zij informatie over de gevangenisstraf, over de organisatie van het gevangeniswezen, over de strafuitvoeringsmodaliteiten, over de organisatie van de hulp- en dienstverlening en over de samenwerking Justitie-Vlaamse Gemeenschap. Navorming op bovenlokaal niveau: naast de introductiecursus organiseert de WEVO vanaf 2011 jaarlijks een navorming voor alle hulp- en dienstverleners die werkzaam zijn in de gevangenissen in Vlaanderen en Brussel. Dit jaar werd op 12 december een studiedag georganiseerd over de strafrechtsketen. Dag van de hulp- en dienstverlener : voortbouwend op de traditie om de leraars (onderwijs, cultuur en sport) jaarlijks samen te brengen op een leraren-dag, werd beslist om dit vanaf 2008 open te stellen voor alle hulp- en dienstverleners die verbonden zijn aan de gevangenis. Deze dag vond plaats op zaterdag 25 november in de lokalen van dienst buurtwerk Macharius-Heirnis-Scheldeoord van 13
WEVO : Werkgroep Vorming- en Ondersteuning. De WEVO is samengesteld uit vertegenwoordigers van het departement welzijn en van de diverse sectoren (SAW, DRA, Vocvo, VDAB, CGG) en heeft tot doel intersectorale en interpenitentiaire ondersteuning- en vormingsinitiatieven te ontwikkelen voor medewerkers van de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
49 de stad Gent. 26 hulp- en dienstverleners namen hier aan deel. Tijdens de voormiddag was er aandacht voor kennismaking en werd er in groepjes gedebatteerd over een aantal stellingen. Tijdens de namiddag werd er dieper ingegaan op de regels en veiligheidsprocedures die in de gevangenis nodig zijn en over het thema geïnterneerd zijn. De dag werd afgesloten met een ludiek journaal over de gevangenis Gent. Vorming aangeboden door de gevangenis: door de goede samenwerkingscultuur krijgen de hulp- en dienstverleners de mogelijkheid om vorming te volgen of informatie te krijgen die in principe enkel bedoeld is voor het penitentiaire personeel. De hulp- en dienstverleners kunnen telkens aansluiten bij vorming die georganiseerd wordt voor nieuw penitentiair personeel. In 2011 gaf een penitentiair assistent tweemaal vorming voor medewerkers hulp- en dienstverlening over de nieuwe artikels van de basiswet die in uitvoering gingen (08/09 en 12/09) Vorming over Commissie van Toezicht: op vraag van verscheidene medewerkers gaf de voorzitter van de Commissie op 12 mei vorming over de werking en opdracht in het CAW Artevelde. Vorming over Oostblokcliënten: de organisatieondersteuner had in het kader van zijn diversiteitsopdracht een onderzoek gedaan naar Oostblokcliënten bij het JWW. De resultaten van dit onderzoek werden op 4 oktober aan geïnteresseerde hulp- en dienstverleners gepresenteerd in de gevangenis. Preventiedag: Op 28 februari werden de preventieadviseurs en arbeidsgeneesheren van de diverse hulp- en dienstverleningsorganisaties in de gevangenis ontvangen voor een rondleiding en voor toelichting over de gezondheidsrisico’s en over de gezondheidsbeschermingsmaatregelen voor het gevangenispersoneel. Werkbezoek gevangenis Vught (Nederland): op 18 maart werd een werkbezoek gebracht aan de gevangenis van Vught door een groep hulp- en dienstverleners. De OC neemt deel aan een Grundtvig leerpartnerschap en een multilateraal project. Naar aanleiding van de deelname van de OC aan een studiebezoek van het Hippo project in Leuven op 22 oktober 2010, werd hij door het deelnemende consortium volwassenenonderwijs L4 uitgenodigd voor het HIPPO studiebezoek in Berlijn. Door contacten, gelegd op het studiebezoek in Berlijn, kreeg de OC ook de kans om deel te nemen aan het slotcongres van het multilateraal project KEYS in Wenen op 13 oktober 2011. Daarnaast organiseert zorgt elke organisatie, sector of domein specifieke vorming voor hun personeel.
6. Onderzoek Er gebeurt heel wat onderzoek door studenten/stagiairs vooral vanuit de opleidingen criminologie en maatschappelijk werk. In 2011 werd de gevangenis Gent betrokken in het onderzoek van de KUL (in opdracht van de Vlaamse overheid) over ‘keten- en netwerkmanagement in de hulpen dienstverlening aan gedetineerden’. De resultaten van dit onderzoek werden nog niet vrijgegeven.
7. Intervisie/supervisie Vooral hulpverleningsorganisaties organiseren intervisiemomenten om cases te bespreken en te leren van elkaar.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
50
8. Permanent informeren De hulp- en dienstverleners kunnen permanent beroep doen de beleidsmedewerker en de medewerkers van het coördinatieteam. Zij worden ook per mail gebrieft wanneer er nieuwe informatie beschikbaar is. Bovendien beschikken de meeste hulpen dienstverleners over een bakje in het bureau van de culturele dienst of het PSDsecretariaat waar zij informatie kunnen aantreffen. Wanneer omwille van bepaalde omstandigheden activiteiten niet kunnen plaatsvinden, dan worden de hulp- en dienstverleners zo vlug als mogelijk op de hoogte gesteld.
9. Deelname aan overleg De hulp- en dienstverleners kunnen betrokken worden bij bepaalde overlegfora waarbij hun inbreng een belangrijke meerwaarde kan betekenen voor het doel van het overleg. De ondersteuning van de hulp- en dienstverlener is ook altijd een item bij de evaluatie met de aanbodverstrekker. Op die manier wordt getracht de dienstverlening continu te verbeteren.
10. Activiteiten FIDES (sociale vereniging personeel gevangenis Gent) Hulp- en dienstverleners worden vaak uitgenodigd en betrokken bij activiteiten van FIDES (personeelsfeest, quiz, bowling, …) wat de onderlinge samenwerking ook ten goede komt. Penitentiair personeel wordt ook soms uitgenodigd op personeelsactiviteiten van hulp- en dienstverleningsorganisaties.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
51
Hoofdstuk 7: algemene conclusie Aanbod Het hulp- en dienstverleningsaanbod aan gedetineerden van de gevangenis Gent werd wederom gekenmerkt door zijn uitgebreidheid en diversiteit en dit op alle domeinen, maar stagneerde door de financiële belemmeringen. 2011 was vooral het jaar waarbij het domein sport veel moeilijkheden kende. Gent was sportstad Vlaanderen in 2011 waarvoor de gevangenis zich mee had ingeschreven. Er werd via de vzw Over de Muur op Vlaams, provinciaal en lokaal niveau verder gezocht naar samenwerkingspartners en middelen. De sportfaciliteiten in de gevangenis werden verder uitgebreid (realisatie sportkoer, in 2010 was de nieuwe fitnessruimte operationeel). Dit alles kaderde binnen het sportbeleidsplan van de werkgroep sport. Ten gevolge conflicterende organisatiebelangen werd de vzw Over de Muur stopgezet. Hierdoor konden de engagementen niet verder opgenomen worden. Ook was er gedurende enkele maanden geen sportfunctionaris van De Rode Antraciet actief. Het terugkerend probleem van de continuïteit van de sportbegeleiding was ook in 2011 manifest aanwezig. Teveel sportmonitoren konden maar op bepaalde momenten ingezet worden. Het sportaanbod werd echter het zwaarst getroffen door het wegvallen van structurele financieringsbronnen. Hier bovenop kwam nog de eenzijdige beslissing van VLABUS om de kostprijs van de inzet van sportmonitoren per uur te verhogen naar het hoogste bedrag, zijnde dat wat gevraagd wordt aan een overheidsinstelling. Signalen dat de betaling niet gebeurt met overheidsmiddelen maar met middelen van de gedetineerden zelf kregen geen gehoor. Dit resulteerde in de vaststelling dat er eind 2011 wel kwaliteitsvolle sportinfrastructuur was, maar geen sportbegeleiding. Het sportbeleidsplan werd noodgedwongen opzijgeschoven. Uitval en trajecten De hulp- en dienstverlening blijft sterk geconfronteerd worden met het stopzetten van deelname aan individuele begeleidingen en groepsmatig aanbod ten gevolg van transfer. Een arresthuis met structurele overbevolking is hier meer onderhevig aan. Naast het signaleren aan Justitie komt het er voor de Vlaamse Gemeenschapsactoren op aan om meer trajectmatig te denken en inter-penitentiaire trajecten uit te bouwen. Dit veronderstelt een quasi uniforme aanpak en aanbod per gevangenis. Vooral op het niveau van de trajectbegeleiding van het CAW, de geestelijke gezondheidszorg, de VDAB-werking en het onderwijsaanbod kunnen hier nog belangrijke stappen in gezet worden. Naast transfer en invrijheidstelling blijven ook andere factoren een rol spelen bij de stopzetting van deelname aan vooral het groepsaanbod. Het bezoek in de namiddag, de vrees om werk te verliezen, andere hulp- en dienstverleningsactiviteiten die op hetzelfde moment gepland zijn, slecht-nieuws boodschappen die demotiverend werken, gebrek aan volharding, het aanbod voldoet niet aan de initiële verwachtingen, ziekte, faalangst, groepsdruk, … spelen allemaal mee bij het afhaken. Bij aanbod dat in de voormiddag gepland staat blijkt vooral de vrees van verlies van tewerkstelling mee te spelen. Deze factor speelt ook mee tijdens de namiddag enkel voor die gedetineerden die niet tewerkgesteld zijn in de werkhuizen. Werkende gedetineerden zijn vaak ook het meest gemotiveerd om aan het hulp- en dienstverleningsaanbod deel te nemen. Uit evaluatiestudies van het onderwijsaanbod blijkt dat een derde afhaakt op eigen initiatief en een derde door overmachtssituatie of door een verwijderingsbeslissing van de organisatie. Opvallend is dat een derde van de mogelijke deelnemers afhaakt nog voor ze effectief participeren en dat bij de effectieve deelnemers het aantal volhouders hoog ligt. In de toekomst willen we een meer grondige analyse van de redenen van uitval en de verschillen in uitval en profiel tussen de deelnemers bij start, de effectieve deelnemers en de volhouders.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
52 Onderwijs Een grondige analyse van de cijfers de laatste drie jaren toont aan dat er geen essentiële verschuivingen zijn binnen het profiel van de participerende gedetineerden, in de uitval of behaalde certificaten. De systematische evaluatie van het onderwijs(aanbod) bij gedetineerden en lesgevers gaf duidelijk aan dat er een hoge tevredenheid is over het onderwijs(aanbod) in de Gentse gevangenis. Inzetten op geletterdheid binnen het aanbod lijkt de goede weg en past ook binnen het kader van het Vlaams beleidsplan onderwijs gedetineerden. In dat opzicht zou een cursus rijbewijs met daaraan een examen gekoppeld zeker tot de mogelijkheden moeten behoren. Ook een flexibel aanbod Nederlands moedertaal zou welkom zijn. Internet op een gecontroleerde manier toegankelijk maken voor gedetineerden zal in de toekomst een must worden om verder kwalitatief onderwijs te kunnen aanbieden. Er wordt nog weinig educatieve software uitgebracht en voor het OLC zou het een zegen zijn mocht internet (beperkt) toegankelijk zijn voor de gedetineerden en de lesgever. Ook voor het aanbieden van gecombineerd onderwijs en vormen van afstandsonderwijs wordt internet steeds belangrijker. Financiering van de hulp- en dienstverlening De financiering van bepaalde aspecten van de hulp- en dienstverlening kwam in 2011 onder druk te staan. Een aantal activiteiten is afhankelijk van de volledige of cofinanciering door het steunfonds gedetineerden. Midden 2011 werd de hulp- en dienstverlening plots geconfronteerd met een steunfonds dat zo goed als leeg was. Dit kwam mede door de grote uitgaven die gedaan werden voor infrastructuurwerken in de gevangenis, zoals de aanleg van de sportkoer, de nieuwe gevangenisbibliotheek en de installatie van het nieuwe computerlokaal. Dit bracht de planning van de activiteiten in de tweede jaarhelft in de problemen en dreigde ook een hypotheek te leggen op de financiering in de komende jaren. Een herberekening van de toekomstige uitgaven, de annulering van bepaalde activiteiten en de heronderhandeling met andere financiers leidde ertoe dat 2011 kon overbrugd worden. Vooral culturele en sportactiviteiten werden getroffen door deze financiële crisissituatie. Op die domeinen is er immers geen structurele subsidiëring van uitvoerende opdrachten. Concreet gaat het om de verloning van sportmonitoren en diverse vormingswerkers. Voor deze opdrachten blijft men afhankelijk van de inbreng vanuit het steunfonds gedetineerden en van tijdelijke projectsubsidiëring, wat de continuïteit van deze activiteiten steeds in het gedrang brengt. Er dient ook duidelijkheid te komen over de verhouding van de Vlaamse Gemeenschap ten opzichte van het steunfonds gedetineerden. Dit solidariteitsfonds wordt gespijsd door gedetineerden en is bedoeld ter ondersteuning van gedetineerden. Het beheer ligt bij de FOD Justitie. Indien dit fonds ook kan gebruikt worden ter ondersteuning van Vlaamse Gemeenschapsactiviteiten dan dienen er formele afspraken gemaakt te worden over het beheer en de besteding ervan. Naast subsidiëring van het aanbod is een apart budget werkingsmiddelen nodig om de kosten van bepaalde ondersteuningsacties te kunnen betalen. Dit budget is voornamelijk bedoeld voor domein-overstijgende activiteiten zoals de dag van de hulp- en dienstverlening, profilering van de hulp- en dienstverlening, … Dit werkjaar is geen volledige financiële analyse kunnen gebeuren omdat er teveel gegevens ontbraken om de nodige conclusies te trekken. We kunnen wel stellen dat de financiële bijdrage voor het aanbod hulp- en dienstverlening vanuit Vlaamse Gemeenschap groter wordt en vanuit Justitie kleiner. De grootste bijdrage vanuit Justitie is vooral de loonkost van de beambten van de culturele dienst. De grootste bijdrage vanuit Vlaamse Gemeenschap betreft de loonkosten van de medewerkers van het justitieel welzijnswerk, het centrum OBRA, het CGG Eclips, de leerkrachten en de coördinatiefuncties. Aan de andere kant is de werking van het Brugteam van het CAW Artevelde volledig afhankelijk van de subsidiëring vanuit de FOD Justitie. Hopelijk wordt deze financiering in 2012 verder gezet. Het domein welzijn kent nog steeds de grootste investering. Dit heeft vooral te maken met de personeelskost van de medewerkers van het justitieel welzijnswerk en het centrum OBRA.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
53 Regime De hulp- en dienstverlening werd medio 2011 geconfronteerd met een structurele wijziging van het regime. Er werd bepaald dat er tussen 12u en 13u geen gedetineerden en tussen 13u en 14u30 slechts één gedetineerde meer mocht gezien worden voor individuele begeleidingsgesprekken. Alle deelnemers aan groepsactiviteiten dienden gezamenlijk om 13u opgeroepen te worden. De regeling werd niet op voorhand besproken met de Vlaamse Gemeenschap. Er werd verwacht van de organisaties dat men zich hieraan aanpaste. Deze wijziging had een grote impact op de werking van verschillende hulp- en dienstverleningsorganisaties. Er konden hierdoor minder cliënten gezien worden (voor het JWW betekende dit dat er wekelijks tot 28 gedetineerden minder konden gezien worden) en organisaties dienden hun reeds vastgelegde programma’s te wijzigen. Dit gaf heel wat frustratie en ongerustheid over de samenwerking. Samenwerking Net als vorige jaren kende de gevangenis Gent in 2011 een positief samenwerkingsklimaat dat zich laat voelen op alle niveaus en tussen de diverse beroepsgroepen. Er wordt ook werk gemaakt van een goed uitgebouwd introductie- en ondersteuningsbeleid van de vele medewerkers. De diverse medewerkers worden ondersteund vanuit hun specifieke teams. Eenmaal per jaar komen al deze medewerkers samen op de ‘dag van de hulp- en dienstverlener’. Er wordt ook gestreefd naar een zo optimaal mogelijke samenwerking met het penitentiair personeel. Tweemaal per jaar gaat er daarom een evaluatie door van de samenwerking tussen de penitentiaire beambten en de hulp- en dienstverleners en wordt er deelgenomen aan de overlegfora van de penitentiaire beambten. Er gaat ook tweemaal per jaar een overleg door met de voltallige gevangenisdirectie over het hulp- en dienstverleningsbeleid t.a.v. gedetineerden. De samenwerking tussen de trajectbegeleiders, de PSD, de medewerkers van het zorgteam en het centrum OBRA op het niveau van de individuele begeleiding van gedetineerden krijgt gestalte in het vierhoeksoverleg. Daarnaast zijn er tal van domein- of thema-gebonden werkgroepen. Personeel Er waren in 2011 in totaal 30 hulp- en dienstverleningsorganisaties actief en 102 medewerkers die meewerkten aan de hulp- en dienstverlening. Hiervan hebben een 70 medewerkers een relatief permanente opdracht. De hulp- en dienstverlening kent een groot personeelsverloop. Dit is ook het geval bij het penitentiair personeel. Dit betekent een voortdurend verlies aan ervaring en een constante investering in inwerking van nieuwe medewerkers. De oorzaken zijn divers maar hebben vaak ook te maken met het uitvoeren van opdrachten in een niet-evidente context. Er dient meer dan elders rekening gehouden te worden met procedures, regels, culturele verschillen en de eigenheid van dit totaalinstituut. Een retentiepolitiek die hier maximaal mee rekening houdt kan misschien een rem zetten op het personeelsverloop. Hoeveel VTE-inzet is er nodig om dagelijks 400 gedetineerden en jaarlijks 2000 gedetineerden hulp- en dienstverlening aan te bieden? Het JWW heeft berekend dat zij gelet op de voortdurende overbevolking een grotere personeelsinzet nodig hebben om te voldoen aan de verwachtingen van de opdrachten trajectbegeleiding, organisatieondersteuning en ondersteuning van de directe sociale omgeving. De uitbouw van een vrijwilligerswerking ter ondersteuning van de beroepsmatige opdrachten zal vanaf 2012 uitgevoerd worden. Het justitieel welzijnswerk heeft ervoor gekozen om de coördinatierol voor het vrijwilligerswerk op te nemen. Ook de andere organisaties kampen met een tekort aan personeel om hun opdracht naar behoren te kunnen uitvoeren. Een halftijdse bibliotheekconsulent bv. is te weinig om het volledige beheer van de gevangenisbibliotheek te kunnen uitvoeren. Coördinatie De coördinatie van de hulp- en dienstverlening zit verdeeld over verscheidene personen van verschillende organisaties. De beleidscoördinatie ligt bij de beleidsmedewerker van de
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
54 Vlaamse overheid, de domein- of doelgroep-specifieke coördinatie bij personeelsleden van het CAW (organisatieondersteuners), het centrum OBRA (coördinator Ontgrendeld), het consortium (onderwijscoördinator), de Rode Antraciet (sportfunctionaris). De functie organisatieondersteuning staat mee in voor het opvolgen van het gehele hulp- en dienstverleningsaanbod, maar gelet op de ontwikkelingen bij de andere domeinen zal het CAW vanaf 2012 meer inzetten op de ondersteuning van welzijnsgerichte en op sociale reintegratie gerichte activiteiten. De domeinen gezondheid, werk en cultuur kennen geen specifieke coördinatiefunctie. Op die domeinen is er wel structureel aanbod zoals de begeleidingen door het CGG Eclips en de opdracht van de VDAB-consulent. Bovendien is de inzet van de coördinatiefuncties ook onevenredig. Voor sport is er bv. een inzet van 30%, voor onderwijs 100%. De inzet bepaald ook voor een groot deel de domeinuitbouw in de gevangenis: hoe meer structurele coördinatie-inzet hoe meer mogelijkheden om het aanbod van dit domein te realiseren. Aan de andere kant kan een kleinere coördinatie-inzet ook veel aanbod genereren door het mobiliseren van partners om acties voor gedetineerden te ondernemen, maar de praktische opvolging (werving, opvolging deelname, onthaal en opvolging aanbodverstrekker,…) van deze acties komt vaak ten laste van andere coördinatiefuncties die meer aanwezig zijn. We stellen vast dat de coördinatie-inzet voor het grootste deel op het realiseren van groepsactiviteiten is gericht. Dit komt omdat groepsactiviteiten meer ondersteuning vragen dan individuele activiteiten. Deze grotere nood aan ondersteuning mag echter niet betekenen dat er minder aandacht zou zijn voor het aanbod van individuele hulp- en dienstverlening. De coördinatie-inzet zit vooral ook op inhoud (realiseren van aanbod) en minder op het realiseren en optimaliseren van de andere doelstellingen (draagvlak, HRM en organisatieontwikkeling, profilering en bekendmaking, evaluatie, …). Deze andere doelstellingen zijn vaak domein-overstijgend en werken verbindend. Een bepaald percentage van de inzet gaat ook naar organisatie-specifieke of bovenlokale opdrachten waardoor de aanwezigheidsgraad niet gelijk is aan de VTE-graad. Niet aanwezig zijn betekent dat men voor ondersteuning afhankelijk is van andere coördinatiefuncties. Deze andere coördinatiefuncties zijn enerzijds de andere Vlaamse Gemeenschapsactoren maar anderzijds ook de inzet van penitentiair personeel. De hulp- en dienstverlening kan beroep doen op twee penitentiair beambten die vrijgesteld zijn om de permanente penitentiaire ondersteuning te bieden van vooral groepsactiviteiten. Daarnaast worden er 2 tot 3 fatiken ingezet om bijkomende ondersteuning te bieden. Naast de hulp- en dienstverlening vanuit de Vlaamse Gemeenschap is er ook individueel en groepsmatig aanbod vanuit het zorgteam en de levensbeschouwelijke diensten. Een goede afstemming met deze diensten in functie van de programmatie van de activiteiten is belangrijk. De vertegenwoordigers van de diverse hulp- en dienstverleningsdiensten en van de relevante diensten van de gevangenis kwamen in 2011 samen in het coördinatieteam hulpen dienstverlening aan gedetineerden (CORT). Dit CORT staat in voor de volledige coördinatie en programmatie van de hulp- en dienstverlening. Een evaluatie van het CORT gaf aan dat, in functie van de efficiëntie, de bespreking van de coördinatie van de hulp- en dienstverlening en het inhoudelijk beleidsmatig debat over de hulp- en dienstverlening best gescheiden zou worden. Vanaf 2012 zal het CORT bestaan uit de domeincoördinatoren onder aansturing van de Vlaamse beleidsmedewerker. Een eerder beleidsmatig overleg zal uit de vertegenwoordigers van de diverse diensten bestaan. Bij de organisatie van hulp- en dienstverleningsactiviteiten komt er heel wat administratief werk kijken. Bijna elke stap vraagt een administratieve tussenkomst. Elke functie heeft zijn administratieve taken maar draagt vaak ook de administratieve last van de specifieke context (bv. toelatingsformulieren, lijsten invullen, aanwezigheden registreren) of van andere activiteiten (bv. verslaggeving overleg, wijziging in regelgeving en procedures doorgeven aan medewerkers). Er is met andere woorden nood aan een ondersteunend secretariaat. De Vlaamse beleidsmedewerker heeft geen medewerker waar hij ter ondersteuning voor de vele en diverse vaak overkoepelende opdrachten beroep op kan doen. Nochtans werd dit wel voorzien in het strategisch plan en werd de eerste jaren een stafmedewerker toegevoegd aan de beleidsmedewerker in gevangenissen met meer dan 300 gedetineerden. De inzet
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent
55 van een managementassistent of stafmedewerker is noodzakelijk om op een kwaliteitsvolle manier de opdracht uit te voeren. Het beleidsmatig werken staat bijna constant onder druk van de vele operationele opdrachten die moeten uitgevoerd worden. Beleid De richting, het aanbod, de organisatie, de investering, … wordt hoofdzakelijk bepaald door reguliere en projectmatige overheidssubsidiëring, door domein-specifieke regelgeving, door organisatie-specifieke beleidsplannen en goodwill, door spontaan aanbod, door momentane ingevingen en contextmogelijkheden, … door een permanente vooral organisch groeiende opbouw van hulp- en dienstverleningsaanbod. Het lijkt nog teveel patchwork en te weinig constructie. Er ontbreekt een gezamenlijk lokaal beleidsplan over de hulp- en dienstverlening aan gedetineerden. Een debat over een hulp- en dienstverleningsaanbod dat onderling afgestemd is (ook naar tijd, middelen en ondersteuning) in relatie tot een evoluerende detentiecontext blijft een beleidsmatige uitdaging. De uitwerking van de GPA-doelstellingen in verband met de behoeftemeting en evaluatie van het aanbod kunnen hiertoe een belangrijke bijdrage leveren. Geïnterneerden met verstandelijke beperking Het centrum OBRA stelde vast dat er een toenemend aantal geïnterneerden is met een vergrote zorgvraag. Naast de verstandelijke beperking hebben meer personen één of meerdere psychiatrische problemen. Deze vergrote zorgvraag resulteert in meer ADL, meer budgetbegeleiding, … dus in meer individuele begeleiding. Deze meer-inzet betekent minder inzet op groepsmatig aanbod. Bij de verdere uitbouw van het aanbod botst men op de structurele beperkingen van de gevangenis. Er is onder andere een tekort aan mono-cellen en er is geen aangepaste time-out-ruimte. Door het groter aantal actoren die de gevangenis aandoen wordt het voor bepaalde geïnterneerden moeilijker om hier hun weg in te vinden. Dit werkt shopgedrag in de hand. Structurele samenwerkingsafspraken zijn hierdoor bijzonder belangrijk. Ook de vraag naar meer ondersteuning van de familie groeit. Daarom zal het centrum OBRA in overleg met de organisaties die reeds familie-ondersteunend werken deze begeleiding verder uitbouwen. Het centrum OBRA stelt ook vast dat, omwille van de geringe uitstroom, het moeilijker wordt om de cliënten actief te betrekken bij het verdere reclasseringsverloop. Herstel Het aantal aanvragen vanuit de gevangenis van Gent voor slachtoffer-daderbemiddeling is opmerkelijk gedaald in vergelijking met 2010 en dat in tegenstelling met het totaal aantal bemiddelingsaanvragen in 2011 op de Gentse bemiddelingsdienst (stijging met +40%). Deze daling is mogelijk voor een deel te wijten aan het feit dat in 2011 geen infosessies rond herstelbemiddeling in de gevangenis konden plaatsvinden. Het aantal verwijzingen vanuit de trajectbegeleiders blijkt dan weer gelijklopend met 2010. In dit kader dient ook gewezen op de passieve tussenkomst van de onderzoeksrechters bij de doorverwijzing van dossiers. Er zijn geen rechtstreekse doorverwijzingen in dossiers gerechtelijk onderzoek (waarbij verdachten al dan niet in voorarrest zitten). De arrondissementele stuurgroep herstelbemiddeling is vragende partij voor de uitbreiding van het ‘herstelfonds’ naar de gevangenis Gent. De Centrale Stuurgroep spreekt zich niet onmiddellijk uit over uitbreiding naar andere gevangenissen. De stuurgroep wil deze vraag verder bekijken in 2012. Op de Centrale Stuurgroep Herstelfonds zal uitdrukkelijk de vraag naar een standpunt inzake uitbreiding worden voorgelegd. 150 jaar gevangenis Gent In 2012 bestaat de gevangenis 150 jaar. 2011 stond vooral in het teken van de voorbereiding van dit feestjaar. Ook de actoren van de Vlaamse Gemeenschap werden betrokken in het hele gebeuren. Naast de deelname aan het kernoverleg heeft de Vlaamse Gemeenschap meegewerkt aan de voorbereiding van de tentoonstelling, van het sociaal-artistiek project, van de studiedag suïcidepreventie en van de familieactiviteiten voor gedetineerden.
jaarverslag 2011 hulp- en dienstverlening aan gedetineerden in de gevangenis van Gent