JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS PREDIKANTSTRAKTEMENTEN

JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS PREDIKANTSTRAKTEMENTEN

INHOUDSOPGAVE JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE

4

1. OPDRACHT BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS 2. WERKTIJDVERMINDERING PREDIKANT BIJ INSOLVABILITEIT GEMEENTE 3. RECHTSPOSITIE PREDIKANTEN 4. ANALYSE ZIEKTEVERZUIM 5. NIEUWE ARBODIENST 6. KERKORDELIJKE ZAKEN GENERALE REGELING RECHTSPOSITIE PREDIKANTEN UITVOERINGSBEPALINGEN 7. HET BELEID MET BETREKKING TOT DE CENTRALE KAS PREDIKANTSTRAKTEMENTEN REKENING EN BEGROTING NIEUWE ACCOUNTANT RISICO’S 8. BEZWAREN EN GESCHILLEN 9. SAMENSTELLING COMMISSIE EN BUREAU SAMENSTELLING BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS SAMENSTELLING COMMISSIE VAN BEROEP EX ARTIKEL 42 GRRP HRM– TEAM ARBEIDSVOORWAARDEN 10. TOEKOMSTIG BELEID

4 5 5 6 7 7 7 7 8 8 9 9 9 9 9 10 10 10

JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS

12

ALGEMEEN NAAM EN VESTIGINGSPLAATS VASTSTELLING EN GOEDKEURING DOELSTELLING CENTRALE KAS PREDIKANTSTRAKTEMENTEN SAMENVATTING BALANS PER 31 DECEMBER 2014 REKENING VAN BATEN EN LASTEN 2014 GRONDSLAGEN WAARDERING EN RESULTAATBEPALING ALGEMEEN SPECIFIEKE WAARDERINGSGRONDSLAGEN TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 TOELICHTING OP DE REKENING VAN BATEN EN LASTEN 2014 OVERIGE GEGEVENS VASTSTELLING EN GOEDKEURING VOORSTEL RESULTAATBESTEMMING GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT

12 12 12 12 13 14 16 18 18 18 20 25 33 33 33 33 33

JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS

3

JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE In het verslagjaar 2014 vergaderde de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers (BCP) drie keer. Onderstaand wordt per beleidsterrein beschreven wat de commissie adviseerde en besloot. 1. Opdracht Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers In haar Jaarverslag 2013 heeft de commissie gerapporteerd over de bezinning, die zij in 2013 startte over haar opdracht. In 2014 heeft de commissie hierover overlegd en gecorrespondeerd met het moderamen van de synode. Dit heeft uiteindelijk geleid tot het advies aan de kleine synode om aan de commissie als onafhankelijke instantie het beheer van de centrale kas predikantstraktementen op te dragen. Deze beheertaak omvat de volgende deeltaken: a. het beleid met betrekking tot de financiering van de predikantstraktementen en pensioenen via de omslagregeling b. het beleid met betrekking tot de keuze van een uitvoerder van de pensioenvoorziening en een verzekeraar voor de arbeidsongeschiktheidsvoorziening c. het advies over wijziging van de generale regeling rechtspositie predikanten d. de uitvoering van de traktementsregeling, waaronder het beleid met betrekking tot de inschaling van instromende predikanten e. de uitvoering van het verzuimbeleid, waaronder het contracteren van een arbodienst f. de uitvoering van beleid met betrekking tot de wachtgelden, waaronder het reintegratiebeleid g. de administratie van de centrale kas predikantstraktementen en -pensioenen en de opstelling van begroting en jaarrekening van deze kas h. de voorlichting over de traktements- en pensioenregeling. De concentratie op de beheersfunctie betekent dat de commissie wordt ontlast van de volgende taken. a. De taken om ‘de generale synode te adviseren over plaats en functie van predikanten en kerkelijk werkers met het oog op een optimale vervulling van het ambt en de bediening’ en ‘de generale synode te adviseren over wijziging van de generale regeling kerkelijk werkers’ worden overgedragen aan het bestuur van de Dienstenorganisatie. Waar de Dienstenorganisatie zich al bezig hield met de opleiding en begeleiding van de predikanten en kerkelijk werkers, wordt haar takenpakket nu volledig. Thema’s als ambtsvisie, rechtspositie, integriteit, deskundigheid, flexibiliteit en mobiliteit liggen nu in één hand bij de Dienstenorganisatie b. De taak om ‘ontwikkelingen inzake arbeidsvoorwaarden te vertalen naar de (rechts)positie van predikanten’ wordt overgedragen aan het Georganiseerd Overleg Predikanten. Dit overleg hield zich met deze taak ook al bezig, maar kan deze taak nu ongedeeld gaan vervullen. Bij deze taak moet gedacht worden aan het beleid met betrekking tot de hoogte van het traktement en de vergoedingen, de inhoud van de verlofregelingen en de hoogte en duur van het inkomen bij ziekte, arbeidsongeschiktheid, onvrijwillige werkloosheid, ouderdom en na overlijden. Als gevolg van de nieuwe taakstelling is voorgesteld de naam van de commissie te wijzigen in Beheercommissie centrale kas predikantstraktementen. De commissie zal bestaan uit vijf leden, die worden gekozen op hun deskundigheid op het gebied van accountancy, treasury, pensioenzaken, sociale verzekeringen, verzuimen re-integratiebeleid, arbeidsrecht en kerkrecht.


4

Tenslotte is geadviseerd om de verhouding tussen de nieuwe beheercommissie en het bestuur van de Dienstenorganisatie te regelen in een ‘huishoudelijk reglement’. Dit is nodig omdat het bestuur van de dienstenorganisatie de generale synode bijstaat bij de verzorging van de generale financiën van de kerk en de vermogensrechtelijke aangelegenheden beheert. Verder verzorgt een onderdeel van de dienstenorganisatie de professionele ondersteuning van de werkzaamheden van de beheercommissie. De voorstellen tot wijziging van de opdracht van de commissie zijn neergelegd in een voorstel tot wijziging van de generale regeling rechtspositie predikanten. Dat zal door de kleine synode behandeld worden in het voorjaar van 2015. 2. Werktijdvermindering predikant bij insolvabiliteit gemeente In artikel 20-5 van de generale regeling rechtspositie predikanten is een procedure gegeven, waardoor aan een predikant gedwongen vermindering van werktijd kan worden opgelegd, als de gemeente niet langer in staat is te voldoen aan haar financiële verplichtingen jegens de predikant. De laatste jaren begint het beroep op deze regeling, waarbij de predikant een wachtgeld krijgt voor de verloren werktijd, geleidelijk op gang te komen. De afloop van de overgangsmaatregel bij de invoering van de nieuwe traktementsregeling in 2005 doet zich steeds meer gelden. In de praktijk van de toepassing van artikel 20-5 kwamen bij de betrokken partijen steeds meer vragen aan het licht. Wanneer moeten we zeggen dat een gemeente insolvabel is en wie stelt dat vast? Hoe kan een gemeente bij insolvabiliteit het beste geholpen worden (steun uit Solidariteitskas of werktijdvermindering van de predikant met een wachtgeld uit de centrale kas predikantstraktementen)? Hoe moet de werktijdvermindering worden toegepast als een gemeente meer dan één predikant heeft? Hoe ver reikt de bevoegdheid van bovenplaatselijke instanties om bij insolvabiliteit in te grijpen in het beleid van de gemeente? Moet de procedure tot vermindering van de werktijd van de predikant bij insolvabiliteit van de gemeente kerkordelijk niet beter beschreven worden? Na overleg met betrokken partijen (regionale adviseurs classicale vergaderingen, gemeenteadviseurs kerkbeheer, regionale colleges voor de behandeling van beheerszaken, Commissie Steunverlening) bracht de commissie in 2014 aan het moderamen van de generale synode advies uit over deze vragen. Op het voorstel tot wijziging van de ordinantie 3 en artikel 20-5 van de generale regeling rechtspositie predikanten reageerde het moderamen afwijzend. Het vroeg aan de commissie een richtlijn op te stellen, waarmee de betrokken partijen voorlopig uit de voeten zouden kunnen. In 2015 stelde de commissie deze richtlijn vast. De richtlijn bevat een definitie van insolvabiliteit, een procedure voor vaststelling daarvan in concrete gevallen en een advies hoe te handelen als aan een insolvabele gemeente meer predikanten zijn verbonden. De richtlijn is toegezonden aan de betrokken partijen en gepubliceerd op de website. 3. Rechtspositie predikanten Van het moderamen van de generale synode kreeg de commissie het verzoek te adviseren over een voorgenomen onderzoek naar de arbeidsrechtelijke positie van de predikant voor gewone werkzaamheden. Om dit onderzoek was gevraagd door het Georganiseerd Overleg Predikanten en de Dienstenorganisatie had een concept geformuleerd van de opdracht van een in te stellen stuurgroep. De commissie bracht advies uit over de formulering van de opdracht, de samenstelling van de stuurgroep en de procedure tot instelling daarvan.


5

4. Analyse ziekteverzuim Nadat de commissie over 2009 door de arbodienst een verzuimanalyse had laten uitvoeren, heeft zij dat in 2014 opnieuw laten doen over het jaar 2013. De resultaten kunnen als volgt worden samengevat. - In 2013 werd 2,16% van de werktijd verzuimd, waar dat in 2009 2,57% was. Deze cijfers zijn geflatteerd, omdat gemeenten kortdurende verzuimen niet bij de arbodienst melden. Niettemin kan gesteld worden dat het verzuim onder predikanten vergeleken met de Nederlandse beroepsbevolking laag is. Daar ligt het verzuimpercentage rond de 4%. - Het grootste deel van de verzuimen is langdurig en heeft psychische aandoeningen als oorzaak. Ten opzichte van eerdere analyses is het verzuim vanwege hart- en vaatziekten iets toegenomen. - 52% van het verzuim heeft psychische aandoeningen als achtergrond. Daarvan is 23% aan de arbeid gerelateerd en 29% niet. De overige 48% verzuim is niet aan de arbeid gerelateerd. PKN totaal verzuim 100%

51,9% psychische oorzaken

23,4% arbeidsgerelateerd

-

-

28,5% niet arbeidsgerelateerd

48,1% overige oorzaken

0,4% arbeidsgerelateerd

47,7% niet arbeidsgerelateerd

Waar verzuim aan de arbeid gerelateerd is, komt dat niet door de arbeidsvoorwaarden, maar in de eerste plaats door de werkdruk en in tweede plaats door de arbeidsverhoudingen. Ten opzichte van eerdere analyses is werkdruk als oorzaak toegenomen. Gemeten naar de leeftijd doet het meeste verzuim zich voor onder de zestigers, gevolgd door de vijftigers. Het minst wordt verzuimd onder de veertigers. De dertigers verzuimen meer dan de veertigers. Onder de vijftig wordt relatief veel vanwege psychische aandoeningen verzuimd, boven de vijftig relatief veel vanwege lichamelijke aandoeningen. Aan de arbeid gerelateerd verzuim was het hoogst onder de dertigers.

Over de afgelopen jaren constateert de arbodienst dat de kerk nuttige instrumenten heeft ingezet om uitval door ziekte te beperken, zoals: - de normering van de werktijd - de invoering van jaargesprekken met jaarplannen - de invoering van permanente educatie De arbodienst adviseert preventiebeleid te voeren door: - meer duidelijkheid te creëren op het gebied van kerntaken, werktijden, taakdelegatie, levensfasen, loopbaan en management van verwachtingen van kerkenraad en gemeenteleden - in de permanente educatie aandacht te besteden aan het omgaan met de werkprivébalans, werkdruk en het oplossen van samenwerkingsproblematiek. - naast permanente educatie ook intervisie verplicht te stellen - kerkenraden te stimuleren tot het geven van positieve feedback aan haar predikanten. Als het gaat om verzuimbeleid adviseert de arbodienst onder meer om een richtsnoer op te stellen voor het omgaan met verzuim bij verstoorde verhoudingen en een regeling te treffen


6

voor de financiering van interventies, die niet door de ziektekostenverzekeraar vergoed wordt. Na aanvaarding van de voorgestelde taakwijziging van de commissie in 2015 is het aan (het bestuur van) de Dienstenorganisatie en de Werkgroep Permanente Educatie om de adviezen van de arbodienst te wegen en desgewenst om te zetten in beleid. 5. Nieuwe arbodienst Sinds 2005 werkt de Protestantse Kerk in Nederland met een verzuimprotocol voor predikanten. Dit protocol regelt bij ziekte van de predikant de verhouding met de gemeente en het voorziet ook in de begeleiding van de predikant door een bedrijfsarts. Vanaf 2005 wordt gebruik gemaakt van de arbodienstverlening van ArboVitale (voorheen Achmea Vitale). In 2014 heeft de commissie besloten om met ingang van 1 januari 2015 over te stappen naar Perspectief BV te Harderwijk. Deze arbodienst voert het verzuimprotocol uit tegen een lager tarief en met een administratief systeem dat beter op de wensen van de gemeenten en de kerk kan worden aangepast. Met dit systeem kan de klant zelf verzuimanalyses maken. Voorts werkt Perspectief met een verzuimconsulent die het gehele ziekteproces bewaakt en erop toeziet dat geen onnodige uren voor consulten bij de bedrijfsarts worden gemaakt. Perspectief garandeert bedrijfsartsen te kunnen leveren die kennis hebben van het werk van een predikant en van verhoudingen binnen een kerkelijke gemeente. Bij een tiental klanten van Perspectief, waaronder een kerkgenootschap en aan aantal christelijke organisaties, zijn referenties opgevraagd. Die waren zonder uitzondering positief. Lopende ziektegevallen zijn eind 2014 uitgebreid geïnformeerd over de overgang. Voor de ziektegevallen die tegen de arbeidsongeschiktheidskeuring aanlopen, is afgesproken dat ArboVitale hun dossier afrondt. 6. Kerkordelijke zaken Generale regeling rechtspositie predikanten In 2014 werd binnen het Georganiseerd Overleg Predikanten een akkoord bereikt over actualisering van de wachtgeldregeling voor predikanten. Twee afspraken vroegen een wijziging van de generale regeling rechtspositie predikanten. - In artikel 14-4 staat geregeld dat een predikant die wegens emeritaat de ambtwoning moet verlaten, recht heeft op vergoeding van de verhuiskosten. Daar moet nu aan worden toegevoegd dat het recht op vergoeding ook bestaat als de ambtswoning wordt verlaten na een losmaking wegens spanningen (ordinantie 3-20), ongeschiktheid (ordinantie 3-21) en losmaking wegens insolvabiliteit van de gemeente (artikel 20-5). - In artikel 28-11 staat dat een wachtgeld eindigt bij het bereiken van de 65 jarige leeftijd. Dat moet gewijzigd worden in de AOW-gerechtigde leeftijd. De commissie adviseerde positief over beide wijzigingen. Voorts is in 2014 aan de kleine synode een voorstel aangeboden om de generale regeling rechtspositie predikanten te wijzigen in verband met de taakwijziging van de commissie. Uitvoeringsbepalingen De beleidscommissie heeft tot taak om regels te stellen bij de uitvoering van de wachtgeldregeling. Als uitvloeisel van het akkoord over de wachtgeldregeling heeft het Georganiseerd Overleg Predikanten aan de beleidscommissie gevraagd de regels voor verrekening van inkomsten uit arbeid en bedrijf met het wachtgeld te versoepelen. De commissie heeft met dit verzoek ingestemd en de uitvoeringsbepalingen aangepast. Waar een predikant met wachtgeld voorheen de eerste € 1.500 per jaar aan inkomsten naast het wachtgeld mocht behou-


7

den, mag die nu naast de eerste € 1.500 per jaar ook nog 30% van het meerdere behouden. Deze maatregel is bedoeld als financiële prikkel tot het vinden van betaald werk. 7. Het beleid met betrekking tot de centrale kas predikantstraktementen Rekening en begroting Voor de begroting is de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers in grote mate afhankelijk van het beleid dat door het Georganiseerd Overleg Predikanten wordt gevoerd met betrekking tot de hoogte van de traktementen en de vergoedingen. Voor de primaire arbeidsvoorwaarden heeft het Georganiseerd Overleg Predikanten besloten de CAO van de rijksambtenaren te blijven volgen vanaf 2011. Per einde van het verslagjaar hadden de Minister van Binnenlandse Zaken en bonden nog steeds geen akkoord bereikt voor de salarissen vanaf 1 januari 2011. In de begrotingen 2014 en 2015 is uitgegaan van 2% stijging ten opzichte van het niveau 2011. In 2014 stelde de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers onder goedkeuring van de kleine synode de jaarrekening 2013 van de centrale kas predikantstraktementen vast, alsmede de begroting 2015. In de begrotingen 2014 en 2015 zijn tekorten geraamd, die gefinancierd kunnen worden uit de Restitutiereserve, die gevormd kon worden uit overschotten van eerdere jaren.

aantal fte uitgaven (x € 1.000) basistraktement periodieken verhogingen vakantietoeslag eindejaarsuitkering secundaire voorwaarden wachtgelden uitkering woonbijdragen pensioenpremies overgangsmaatregelen beheer en administratie overige lasten totaal inkomsten (x € 1.000) bijdragen gemeenten bijdragen predikanten overige inkomsten totaal resultaat (x € 1.000) voordelig (+), nadelig (-) bijdragen (x € 1) bezettingsbijdrage vacaturebijdrage beschikbaarheidsbijdrage

rekening 2012 1.679

rekening 2013 1.632

begroting 2014 1.580

begroting 2015 1.530

34.217 7.300 7.576 709 380 0 0 2.526 414 9 53.131

55.442 33.000 7.075 7.342 1.129 642 7.703 24.573 2.188 473 3 139.570

54.727 32.555 6.983 7.244 1.522 1.555 6.550 24.542 2.100 500 0 138.278

52.995 31.250 6.740 6.992 1.415 1.423 7.767 22.592 1.650 523 0 133.347

54.724 0 1.013 55.737

125.782 18.171 351 144.304

117.865 16.991 450 135.306

112.741 17.756 150 130.647

2.606

4.734

- 2.972

- 2.700

31.314 8.172 2.292

75.810 7.956 2.220

73.404 7.956 960

72.468 7.836 960


8

Nieuwe accountant In het verslagjaar is door de kleine synode het besluit genomen om een andere accountant te kiezen voor de consolidatiekring van de Protestantse Kerk in Nederland. Eind 2014 heeft Deloitte Accountants BV een start gemaakt met de controlewerkzaamheden voor de jaarrekening 2014. Risico’s De bijdragen voor de centrale kas predikantstraktementen worden bij begroting vastgesteld in september van het jaar voorafgaande aan het begrotingsjaar. Waar de inkomsten vaststaan, bestaat het risico dat de uitgaven hoger zullen zijn dan bij begroting geraamd. Dit kan zich met name voordoen als in het Georganiseerd Overleg Predikanten een hogere traktementsstijging wordt overeengekomen dan in de begroting geraamd, of als een veel groter beroep op de wachtgeldregeling wordt gedaan dan op grond van de ontwikkelingen in de afgelopen jaren verwacht kon worden. Voor het opvangen van deze risico’s is de algemene reserve gevormd met een maximale omvang van 5% van de jaaromzet van de kas. 8. Bezwaren en geschillen In de verslagperiode heeft één predikant met gebruikmaking van het bepaalde in artikel 41-1b van de generale regeling rechtspositie predikanten bezwaar aangetekend tegen het besluit van de Beleidscommissie om een bepaald aantal periodieke verhogingen toe te kennen. De Beleidscommissie besloot haar aanvankelijke besluit te bevestigen en heeft dat met redenen omkleed aan betrokkene laten weten. In de verslagperiode heeft een predikant een bezwaarschrift voorgelegd aan de Commissie van Beroep. Het ging om de terugvordering door een gemeente van een verhuiskostenvergoeding, nadat de predikant binnen vier jaar na de intrede de pastorie had verlaten. De commissie verklaarde het bezwaar niet ontvankelijk, omdat de predikant dezelfde zaak eerder al bij het regionale college voor de behandeling van bezwaren en geschillen had voorgelegd en door dit college in het ongelijk was gesteld. Het regionale college had geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de zaak door te spelen aan de commissie van beroep. 9. Samenstelling commissie en bureau Samenstelling Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers Per einde van het verslagjaar legde Mevr. Drs. C.D. Vroegindeweij haar lidmaatschap van de commissie neer, nadat ze haar eerste zittingstermijn met één jaar had verlengd om de overgang naar een nieuwe samenstelling van de commissie te overbruggen. Ultimo 2014 was de samenstelling van de commissie als volgt: - Mevr. Drs. H. van Camp te Rijswijk (ZH) - Mevr. Mr. Dr. H. Evers te Zwolle - Dhr. Dr. L.W. Nijendijk te Midlum - zes vacatures De drie zittende leden hebben zich bereid verklaard als lid aan te blijven totdat in 2015 de opdracht van de commissie wordt gewijzigd en haar samenstelling wordt gewijzigd.


9

Samenstelling Commissie van Beroep ex artikel 42 GRRP Ultimo 2014 was de samenstelling van de Commissie van Beroep als volgt: - Drs. M.J. Valk te Maarssen, voorzitter - Drs. R.S.E. Vissinga te Enschede (op voordracht van de Bond van Nederlandse Predikanten) - Mr. J. Kos te Hilvarenbeek (op voordracht van de Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk Beheer) HRM– Team Arbeidsvoorwaarden De beleidsmatige, secretariële en administratieve ondersteuning van de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers geschiedt door het Team predikantstraktementen en – pensioenen van de Stafafdeling HRM van de Dienstenorganisatie. Per einde van de verslagperiode heeft het Team de volgende personele bezetting: - Mevr. Mr. Drs. P.J.E. van den Bosch, hoofd HRM, 25% fte - Dhr. J. Runherd, teamleider, 100% fte - Mevr. Drs. E. van As, re-integratieconsulent, 67% fte - Dhr. F.C.M. Scalzo, medewerker uitkeringen, 100% fte - Dhr. B.J. Tack, medewerker bijdragen, 100% fte - Dhr. P. den Breejen, boekhouder, 50% fte - Mevr. J. Schaap, secretaresse, 25% fte 10. Toekomstig beleid In het jaar 2015 zullen naast het beheer van de centrale kas predikantstraktementen de volgende twee zaken de agenda van de commissie bepalen. - De omvorming van de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers tot de Beheercommissie centrale kas predikantstraktementen. - Het onderzoek van de Adviescommissie Rechtspositie Predikanten naar de rechtspositie van de predikanten voor gewone werkzaamheden. De predikanten voor gewone werkzaamheden hebben een rechtspositie, die op grond van artikel 2:2 BW geheel bepaald wordt door kerkelijk recht. Een eventueel besluit tot de toepassing van een rechtspositie uit het burgerlijk recht (b.v. arbeidsovereenkomst of opdrachtovereenkomst) kan consequenties hebben voor de centrale kas predikantstraktementen. Daarbij moet gedacht worden aan arbozaken, werkloosheidsvoorziening, arbeidsongeschiktheidsvoorziening, zorgverzekering en fiscale zaken.


10

JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS VOOR DE PREDIKANTSTRAKTEMENTEN

11

JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS Algemeen Naam en vestigingsplaats De Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers is overeenkomstig artikel 2 van de generale regeling rechtspositie predikanten van de Protestantse Kerk in Nederland onderdeel van de rechtspersoon Protestantse Kerk in Nederland. De Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers is gevestigd te Utrecht. Vaststelling en goedkeuring In overeenstemming met artikel 2-3 van de generale regeling rechtspositie predikanten legt de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers hierbij de jaarrekening 2014 van de centrale kas predikantstraktementen ter goedkeuring voor aan de kleine synode. Deze jaarrekening wordt opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de rechtspersoonlijkheid bezittende Protestantse Kerk in Nederland, gevestigd te Utrecht. Doelstelling centrale kas predikantstraktementen Volgens artikel 22 van de generale regeling rechtspositie predikanten heeft de centrale kas voor de predikantstraktementen tot doel de kosten van de financiering van de predikantstraktementen zoveel mogelijk naar draagkracht over alle gemeenten om te slaan. Deze doelstelling kan verbijzonderd worden naar de volgende aspecten. 1. Het aspect van de verevening van de predikantslasten: de gemeenten dragen gezamenlijk de traktementsbestanddelen die per predikant kunnen verschillen, namelijk de periodieke verhogingen, de vakantietoeslag, de eindejaarsuitkering, de pensioenpremies en de woonbijdragen. Door voor een gemeente de hoogte van de traktementslasten onafhankelijk te maken van de rechten van de eigen predikant, kan zij zonder rekening te hoeven houden met de hoogte van de kosten een beroep uitbrengen op elke gewenste predikant. De bedoeling hiervan is om de doorstroming van de predikanten tussen de gemeenten te bevorderen. Deze doelstelling beslaat grofweg zo’n 98% van de omzet van de centrale kas predikantstraktementen. 2. Het aspect van verzekering: de gemeenten dragen gezamenlijk de incidentele loonkostencomponenten, namelijk de kosten van de verhuiskosten bij emeritaat, de verhuiskosten van de nabestaanden na overlijden van de predikant, de jubileumgratificaties, de overlijdensuitkering, de kosten van de Arbodienst en de wachtgelden (= uitkeringen bij onvrijwillige werkloosheid). Deze lasten worden niet direct gelegd bij de gemeente, waaraan de rechthebbende predikant verbonden is. Deze doelstelling beslaat grofweg zo’n 2% van de omzet van de centrale kas predikantstraktementen. 3. Het aspect van draagkracht: doordat de traktementslasten door de gemeenten gezamenlijk gedragen worden, wordt het mogelijk de lasten naar draagkracht over de gemeenten te verdelen. Dit draagkrachtprincipe is vertaald in een systeem, waarbij een gemeente aan de kas bijdraagt naar rato van de totale werktijd van haar predikanten. Een gemeente die kiest (= kan kiezen) voor een hoge bezetting, draagt meer bij aan de kas, dan een gemeente die kiest voor een lage bezetting. Met het oog op de bijdrage aan de solidariteit dragen ook gemeenten zonder predikant en gemeenten met een predikantsvacature aan de centrale kas bij.


12

Samenvatting De jaarrekening 2014 eindigt met een positief saldo van € 472.589, waar een tekort van € 2.972.000 was begroot. De verschillen tussen begroting en rekening kunnen als volgt in overzicht gebracht worden.

minder uitgegeven dan begroot premie Aegon basistraktement pensioenpremie PFZW periodieke verhogingen permanente educatie overgangsmaatregel gemeenten eindejaarsuitkering vakantietoeslag jubileumgratificaties verhuiskosten bij emeritaat/overlijden kosten studieverlof (overgangsmaatregel) kosten Bureau aanvulling AOP eerste jaar meer uitgegeven dan begroot overige kosten ARBO-dienst suppleties overlijdensuitkering GKN-wachtgelden PKN-wachtgelden uitkering gemiddelde woonbijdrage meer ontvangen dan begroot woonbijdragen predikanten bezettingsbijdragen predikantenpremie PFZW beschikbaarheidsbijdragen minder ontvangen dan begroot vacaturebijdragen te ontvangen rente

begroting

rekening

verschil

-3.776.000 -54.727.000 -20.766.000 -32.555.000 -710.000 -800.000 -7.244.000 -6.983.000 -306.000 -336.000 -20.000 -500.000 -1.000

-3.106.314 -54.103.460 -20.239.226 -32.063.712 -364.732 -590.977 -7.153.077 -6.895.775 -247.105 -303.786 -6.131 -495.465 -

669.686 623.540 526.774 491.288 345.268 209.023 90.923 87.225 58.895 32.214 13.869 4.535 1.000

-115.000 -1.300.000 -34.000 -1.555.000 -6.550.000

-390 -120.501 -1.310.841 -108.799 -140.544 -1.924.971 -7.851.537

-390 -5.501 -10.841 -74.799 -140.544 -369.971 -1.301.537

6.550.000 115.976.000 10.441.000 139.000

7.892.577 116.956.255 10.584.381 149.478

1.342.577 980.255 143.381 10.478

1.750.000 450.000 -2.972.000

1.693.479 223.762 472.589

-56.521 -226.238 3.444.589

In grote lijnen is het exploitatiesaldo te verklaren door: - meevallers: geen traktementsstijging, premieverlaging Aegon, lagere premie PFZW, lagere kosten permanente educatie, lagere kosten overgangsmaatregel gemeenten - tegenvallers: hogere kosten wachtgelden door wachtgeldakkoord in het Georganiseerd Overleg Predikanten, lagere rentebaten. De beleidscommissie heeft besloten het resultaat van € 472.589 voor - € 472.979 toe te voegen aan de Reserve restitutie bijdragen, zodat dit bedrag via de begroting in komende jaren aan de gemeenten kan worden teruggegeven. - € 390 te onttrekken aan de Reserve pensioenrisico’s.


13

Balans per 31 december 2014 (na resultaatbestemming)

31 dec. 2014

31 dec. 2013

16.686 1.250.000 1.266.686

25.029 1.250.000 1.275.029

Vorderingen gemeenten/classes (3) Overige vorderingen (4) Liquide middelen (5) Vlottende activa

1.493.582 229.751 19.338.097 21.061.430

1.788.006 337.364 17.849.365 19.974.735

TOTAAL ACTIVA

22.328.116

21.249.764

ACTIVA Materiële vaste activa (1) Financiële vaste activa (2) Vaste activa


14

31 dec. 2014

31 dec. 2013

7.000.000 6.179.938 496.745 13.676.683

7.000.000 5.706.959 497.135 13.204.094

Voorziening wachtgelden PKN (9) Voorziening wachtgelden GKN (10) Voorzieningen

3.667.904 539.384 4.207.288

2.867.381 619.373 3.486.754

Kortlopende schulden centrale kas PKN (11) Kortlopende schulden

4.444.145 4.444.145

4.558.916 4.558.916

22.328.116

21.249.764

PASSIVA Algemene reserve (6) Reserve restitutie bijdragen (7) Reserve pensioenrisico’s (8) Eigen vermogen

Totaal Passiva


15

Rekening van baten en lasten 2014 rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

116.956.255 1.693.479 0 149.478 118.799.212

115.976.000 1.750.000 0 139.000 117.865.000

123.778.124 1.678.795 0 324.709 125.781.628

7.892.577 10.584.381 18.476.958

6.550.000 10.441.000 16.991.000

7.662.527 10.508.449 18.170.976

223.762 223.762

450.000 450.000

351.282 351.282

137.499.932

135.306.000

144.303.886

BATEN Bezettingsbijdragen (12) Vacaturebijdragen (13) Schorsingsbijdragen (14) Beschikbaarheidsbijdragen (15) Bijdragen van gemeenten Woonbijdragen predikanten (16) Pensioenpremies predikanten (17) Bijdragen van predikanten Ontvangen rente (18) Diverse inkomsten

TOTALE BATEN


16

rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

LASTEN Basistraktement (19) Periodieke verhogingen (20) Vakantietoeslag (21) Eindejaarsuitkering (22) Primaire arbeidsvoorwaarden

54.103.460 32.063.712 6.895.775 7.153.077 100.216.024

54.727.000 55.442.357 32.555.000 33.000.001 6.983.000 7.075.420 7.244.000 7.341.812 101.509.000 102.859.590

Studieverlof (23) Permanente educatie (24) Verhuiskosten bij emeritaat/overlijden (25) Jubileumgratificatie (26) Aanvulling AOP eerste jaar (27) Overlijdensuitkering (28) ARBO-dienst (29) Secundaire arbeidsvoorwaarden

6.131 364.732 303.786 247.105 0 108.799 120.501 1.151.054

20.000 710.000 336.000 306.000 1.000 34.000 115.000 1.522.000

25.740 351.205 425.279 200.271 407 12.808 113.212 1.128.922

Wachtgelden PKN (30) Wachtgelden GKN (31) Wachtgelden

1.924.971 140.544 2.065.515

1.555.000 0 1.555.000

530.801 111.050 641.851

Uitkering gemiddelde woonbijdragen (32) Woonbijdragen

7.851.537 7.851.537

6.550.000 6.550.000

7.703.142 7.703.142

20.239.226 3.106.314 23.345.540

20.766.000 3.776.000 24.542.000

20.812.217 3.761.242 24.573.459

1.310.841 590.977 1.901.818

1.300.000 800.000 2.100.000

1.446.083 741.779 2.187.862

495.465 495.465

500.000 500.000

472.496 472.496

390 390

0 0

2.865 2.865

Pensioenpremies PFZW (33) Pensioenpremies Aegon (34) Pensioenpremies Suppleties predikanten (35) Conversiebijtelling/aftrek gemeenten (36) Kosten overgangsmaatregelen Kosten Bureau Predikanten (37) Kosten beheer en administratie Uitvoeringskosten AO-uitkeringen PFZW (38) Overige lasten TOTALE LASTEN

137.027.343

138.278.000 139.570.187

SALDO BATEN EN LASTEN

472.589

- 2.972.000

4.733.699

Resultaatbestemming - Voorziening Restitutie Bijdragen - Reserve Pensioenrisico’s - Algemene Reserve

472.979 - 390 0

- 2.972.000 0 0

2.735.669 - 2.865 2.000.895


17

Grondslagen waardering en resultaatbepaling Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Richtlijn Organisaties Zonder Winststreven die door de Raad voor de Jaarverslaggeving is gepubliceerd (richtlijn RJ 640). De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar. Specifieke waarderingsgrondslagen Posten in de balans - Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. - De computerprogrammatuur is gewaardeerd tegen de historische kostprijs, verminderd met de op de geschatte gebruiksduur (4 jaar) gebaseerde afschrijvingen met ingang van het aanschafjaar. - De Beleidscommissie beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroom genererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. - De financiële vaste activa worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Financiële vaste activa worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. - Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. - Liquide middelen bestaan uit banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. - Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. - Schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de schulden worden in de waardering bij eerste verwerking opgenomen. Schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Posten in de rekening van baten en lasten - De baten aan bezettingsbijdragen, vacaturebijdragen, beschikbaarheidsbijdragen, rente en vergoeding voor geleverde diensten worden verantwoord ten gunste van het jaar, waarover de vordering ontstaat. - De lasten worden verantwoord ten laste van het jaar waarin ze verschuldigd zijn of waarop ze betrekking hebben.


18

-

Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende activa en passiva.


19

Toelichting op de balans per 31 december 2014 31 dec. 2014

31 dec. 2013

25.029 0 - 8.343 16.686

584 33.371 - 8.926 25.029

1.250.000

1.250.000

Materiële vaste activa (1) Boekwaarde begin boekjaar Bij: investeringen programmatuur Af: afschrijving Balanswaarde einde boekjaar Alle materiële vaste activa betreffen investeringen in software. Financiële vaste activa (2) SKG deposito

Deposito’s met een resterende looptijd van langer dan één jaar worden niet onder de liquide middelen verantwoord, maar onder de financiële vaste activa. Er is één deposito met een looptijd tot 14 mei 2016. Vorderingen gemeenten/classes (3) Debiteuren bijdragen centrale kas PKN Debiteuren bijdragen wachtgelden PKN Debiteuren bijdragen wachtgelden classes GKN Balanswaarde einde boekjaar

1.490.439 0 3.143 1.493.582

1.715.971 6.805 65.230 1.788.006

192.545 6.759 7.015 23.432 229.751

0 10.015 102.927 224.422 337.364

7.201.601 5.886.085 1.250.000 411 5.000.000 19.338.097

7.824.007 4.250.000 5.750.000 25.358

Alle vorderingen hebben een looptijd van korter dan 1 jaar. Overige vorderingen (4) Debiteuren divers Te veel uitgekeerde traktementsbestanddelen Vooruit betaalde facturen Te ontvangen rente Balanswaarde einde boekjaar Alle vorderingen hebben een looptijd van korter dan 1 jaar. Liquide middelen (5) SKG rekening courant SKG spaarrekening SKG deposito Rabobank rekening courant Rabobank spaarrekening Balanswaarde einde boekjaar


17.849.365

20

Met uitzondering van de deposito’s staan alle liquide middelen ter vrije beschikking. De deposito’s vallen binnen één jaar na de balansdatum vrij. 31 dec. 2014

31 dec. 2013

7.000.000 0 7.000.000

4.999.105 2.000.895 7.000.000

Algemene reserve (6) Stand begin boekjaar Toevoeging exploitatiesaldo Balanswaarde einde boekjaar

De Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers voert als beleid om een algemene reserve aan te houden van rond de 5% van de jaaromzet van de centrale kas predikantstraktementen. Deze reserve dient om tegenvallers te kunnen opvangen die mogelijk ontstaan doordat: - de kosten van de primaire arbeidsvoorwaarden in de kas als gevolg van onderhandelingen in het Georganiseerd Overleg Predikanten hoger uitvallen dan door de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers begroot - de kosten van secundaire arbeidsvoorwaarden, de wachtgelden en de overgangsmaatregelen hoger uitvallen dan de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers op grond van aannames uit het verleden begrootte Verder dient de reserve om de continuïteit van de uitvoering van de regeling door het Bureau Predikanten te kunnen garanderen. In 2014 behoefde geen beroep op de reserve gedaan te worden. Bij een jaaromzet van ruim € 137 miljoen hoefde ook niet aan de reserve te worden toegevoegd. Reserve restitutie bijdragen (7) Stand begin boekjaar Toevoeging t.l.v. exploitatiesaldo Balanswaarde einde boekjaar

5.706.959 472.979 6.179.938

2.971.290 2.735.669 5.706.959

Met betrekking tot exploitatieoverschotten voert de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers het beleid om deze in eerste instantie toe te voegen aan de algemene reserve. Als de algemene reserve het niveau van 5% van de jaaromzet heeft bereikt, wordt het resterende overschot aangewend voor restitutie aan de gemeenten. Eind 2013 bedroeg de reserve restitutie bijdragen € 5,7 miljoen De bedoeling was om dit bedrag via kortingen op de bezettingsbijdrage aan de gemeenten te restitueren: € 3 miljoen in 2014 en € 2,7 miljoen in 2015. Doordat in 2014 opnieuw een overschot in de exploitatie bestaat, hoeft de reserve in 2014 niet te worden aangesproken en kan zij zelfs met € 0,5 miljoen worden aangevuld. Waar de reserve ultimo 2014 een stand heeft van € 6,2 miljoen en in de begroting 2015 voor € 2,7 miljoen een beroep gedaan wordt op dit bedrag, is een bedrag van ongeveer € 3,5 miljoen beschikbaar voor korting van de bezettingsbijdrage in het begrotingsjaar 2016. Reserve pensioenrisico’s (8) Stand begin boekjaar Kosten van herkeuringen t.l.v. resultaat Balanswaarde einde boekjaar

497.135 - 390 496.745

500.000 - 2.865 497.135

Bij de overdracht van het Pensioenfonds Predikanten aan het Pensioenfonds Zorg & Welzijn heeft de Protestantse Kerk in Nederland in 2012 het Pensioenfonds Zorg & Welzijn gevrijwaard voor iedere aansprakelijkheid voor:


21

vorderingen op pensioenaanspraken of – rechten die uit hoofde van een pseudoloondienstverband bij gemeenten van de Protestantse Kerk in Nederland zijn verworven, maar die naar aard en (nominale) omvang niet zijn begrepen in de pensioenverplichtingen die door middel van een bestand zijn overgedragen op 1 juli 2012; - kosten die gemoeid zijn met het voeren van verweer tegen deze vorderingen. De aansprakelijkheid voor deze vorderingen en kosten blijft na de liquidatie van het Pensioenfonds Predikanten achter bij de Protestantse Kerk in Nederland. De Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers heeft deze aansprakelijkheid aanvaard onder gelijktijdige aanvaarding voor dit doel van een somma van € 500.000 uit het liquidatiesaldo van het Pensioenfonds Predikanten. In 2014 zijn geen pensioenaanspraken geclaimd bij de Protestantse Kerk in Nederland, waarvoor de onderhavige reserve zou moeten worden aangesproken. Wel zijn via de verdeling van het exploitatieresultaat ten laste van deze reserve de kosten gebracht voor de herkeuring van predikanten met een arbeidsongeschiktheidspensioen bij het Pensioenfonds Zorg & Welzijn (zie punt 38). Deze kosten vloeien voort uit de overdracht van de pensioenvoorziening zonder dat ze bij de overdracht voorzien werden. -

31 dec. 2014

31 dec. 2013

Voorziening wachtgelden PKN (9) Balanswaarde begin boekjaar af: uitkeringen art. 29 GRRP (spanningen) af: uitkeringen art. 29 GRRP (ongeschiktheid) af: uitkeringen art. 31 GRRP (tuchtmaatregel) af: uitkeringen art. 32 GRRP (AO met verdiencapaciteit) af: uitkeringen art. 33 GRRP (herstel na AO) af: uitkeringen art. 34 GRRP (afloop tijdelijke dienst) af: uitkeringen art. 35 GRRP (insolvabiliteit) af: correctienota Pensioenfonds Predikanten 2012 bij: bijdragen gemeenten (spanningen) bij: bijdragen gemeenten (afloop tijdelijke dienst) bij: toevoeging t.l.v. exploitatie i.v.m. indexatie, nieuwe gevallen en mutaties in bestaande gevallen Balanswaarde einde boekjaar

2.867.381 - 1.008.904 - 5.658 - 44.401 - 128.765 - 241.643 - 21.353 - 91.817 0 411.046 14.518 1.917.500

3.551.352 -1.037.462 -34.746 0 -115.696 -330.877 -38.326 -95.943 -5.768 422.627 27.101 525.119

3.667.904

2.867.381

Per 31 december 2014 hebben 47 predikanten recht op een wachtgeld krachtens de wachtgeldregelingen van de Protestantse Kerk in Nederland in de jaren na 2014. Dit aantal is als volgt te specificeren (bij de getallen gaat het om aantal personen en niet om fte’s). regeling GRRP

omschrijving

artikel 29 artikel 29 artikel 31 artikel 32 artikel 33 artikel 34 artikel 35 totaal

ontheffing wegens spanningen ontheffing wegens ongeschiktheid toepassing tuchtmaatregel afkeuring met verdiencapaciteit herstel uit arbeidsongeschiktheid afloop tijdelijke dienst werktijdvermindering bij insolvabiliteit gemeente

aantal nieuw beëindigd aantal eind in in 2014 eind 2013 2014 2014 21 6 -6 21 0 1 0 1 0 3 -1 2 6 2 -2 6 14 1 -4 11 1 0 0 1 4 2 -1 5 46 15 -14 47


22

Voor de toekomstige verplichtingen is een voorziening opgenomen op basis van de volgende uitgangspunten: - de wachtgelden worden voor de maximale duur uitgekeerd, zonder rekening te houden met sterftekans (als in 2013) - bij de wachtgelden krachtens ordinantie 3-20 wordt ervan uitgegaan dat de gemeente 1 jaar en 4 maanden 100% van het wachtgeld draagt en vervolgens maximaal 2 jaar en 8 maanden 15% (als in 2013). - de verplichting wordt berekend op basis van het prijspeil 2014 - de totale verplichting wordt met 9,1% verminderd vanwege de verwachte verrekening van inkomsten uit arbeid of bedrijf. Dit is als voorheen het voortschrijdend driejaarsgemiddelde (13% in de jaren 2012, 1013 en 2014), maar verminderd met 30%. Deze vermindering met 30% is nieuw en toegepast omdat predikanten met een wachtgeld met ingang van 2015 30% van hun inkomsten uit arbeid en bedrijf mogen behouden. De voorziening is op basis van bovenstaande uitgangspunten als volgt te specificeren. Jaar

GRRP 29 spanningen

GRRP 29 ongeschikt

GRRP 31 schorsing OT

GRRP 31 ontzetting

GRRP 32 AO verdiencap.

GRRP 33 herstel AO

GRRP 34 afloop TD

GRRP 35 insolvabel

totaal

2015

545.656

72.230

19.294

2.915

102.284

234.438

499

113.542

1.090.858

2016

475.327

65.337

84.310

115.424

98.534

838.932

2017

339.596

59.164

53.220

74.829

81.798

608.607

2018

200.024

55.887

14.537

34.132

58.625

363.205

2019

158.344

55.887

6.656

18.015

19.084

257.986

2020

158.344

55.887

10.024

4.803

229.058

2021

153.687

55.887

4.225

2022

114.179

55.887

170.066

2023

86.623

50.453

137.076

2024

44.321

27.943

72.264

2025

21.423

27.943

49.366

3.881

3.881

2026 totaal VNI: 9,1% totaal

2.297.524

586.386

19.294

2.915

261.007

213.799

491.087

499

376.386

4.035.098

-209.075

-53.361

-1.756

-265

-23.752

-44.689

-45

-34.251

-367.194

2.088.449

533.025

17.538

2.650

237.255

446.398

454

342.135

3.667.904

31 dec. 2014

31 dec. 2013

619.373 - 187.310 - 33.223 0 0 140.544

758.207 -243.129 -37.047 20.851 9.441 111.050

539.384

619.373

Voorziening wachtgelden GKN (10) Balanswaarde begin boekjaar af: uitkeringen art. 18 (spanningen) af: uitkeringen art. 16-8 (herstel uit arbeidsongeschiktheid) bij: bijdragen kerken bij: bijdragen classes af/bij: onttrekking t.g.v./toevoeging t.l.v. exploitatie i.v.m. indexatie en mutaties in bestaande gevallen Balanswaarde einde boekjaar


23

Per 31 december 2014 hebben 7 predikanten recht op een wachtgeld krachtens de wachtgeldregeling GKN in de jaren na 2014. Dit aantal is als volgt te specificeren (bij de getallen gaat het om aantal personen en niet om fte’s). regeling KO-GKN Omschrijving aantal beëindigd aantal eind 2013 in 2014 eind 2014 artikel 16-8 (herstel uit) arbeidsongeschiktheid 2 2 artikel 18 ontheffing wegens spanningen 6 -1 5 totaal 8 -1 7 Voor de toekomstige verplichtingen is een voorziening opgenomen op basis van de volgende uitgangspunten: - de wachtgelden worden voor de maximale duur uitgekeerd, zonder rekening te houden met sterftekans (als in 2013) - bij de wachtgelden krachtens artikel 18-KO-GKN dragen gemeenten en classes aan de financiering bij op basis van de volgende verdeelsleutel (als in 2013): o gedurende vacature: 100% gemeente o vervolgens 7 jaren: 60% UFP, 30% classis, 10% gemeente, o vervolgens 100% UFP - de verplichting wordt berekend op basis van het prijspeil 2014 - de totale verplichting wordt met 24,5% verminderd vanwege de verwachte verrekening van inkomsten uit arbeid of bedrijf. Dit is het voortschrijdende driejaarsgemiddelde (35% in de jaren 2012, 2013 en 2014), verminderd met 30%. Deze vermindering met 30% is nieuw en toegepast omdat predikanten met een wachtgeld met ingang van 2015 30% van hun inkomsten uit arbeid en bedrijf mogen behouden. De voorziening is op basis van bovenstaande uitgangspunten als volgt te specificeren. jaar 2015 2016 2017 2018 2019 2020 totaal VNI: 24,5% totaal

artikel 16-8 herstel AO 80.752 80.752 80.752 48.587 4.436 295.279 -72.343 222.936

artikel 18 spanningen 178.065 95.455 64.337 35.607 23.618 22.054 419.136 -102.688 316.448

totaal 258.817 176.207 145.089 84.194 28.054 22.054 714.415 -175.031 539.384

31 dec. 2014

31 dec. 2013

0 3.907.447 7.894 28.133 0 447.195 13.579 39.864 33

18.806 4.025.523 0 31.789 416.459 15.987 12.705 37.647 0

Kortlopende schulden centrale kas PKN (11) Te betalen traktementsbestanddelen Te betalen vakantietoeslag Te betalen pensioenpremie PFZW Te betalen loonbelasting en premie ZVW Rekening-courant PKN Te betalen vergoedingen en facturen Te betalen accountantskosten Vooruit of teveel ontvangen bijdragen Overige te betalen bedragen (rente en bankkosten)


24

Balanswaarde einde boekjaar

4.444.145

4.558.916

Alle kortlopende schulden hebben een looptijd van korter dan 1 jaar.

Toelichting op de rekening van baten en lasten 2014 rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

Bezettingsbijdragen (12) Totale baten (€) Aantal fte predikanten Bedrag per fte per jaar (€)

116.956.255 115.976.000 123.778.124 1.593 1.580 1.632 73.404 73.404 75.810

De bezettingsbijdragen zijn € 980.255 hoger dan begroot, doordat er in 2014 gemiddeld 13 fte predikanten meer waren dan begroot. Tegenover deze hogere opbrengst staan hogere uitgaven aan periodieke verhogingen, vakantietoeslag en eindejaarsuitkering. Vacaturebijdragen (13) Totale baten (€) Aantal fte vacatures (afgerond op geheel getal) Bedrag per fte per jaar (€)

1.693.479 213 7.956

1.750.000 220 7.956

1.678.795 211 7.956

De inkomsten uit vacaturebijdragen zijn € 56.521 lager dan begroot doordat er in 2014 gemiddeld 7 fte minder vacatures waren dan begroot. In 2014 is voor een bedrag van € 13.547 gebruik gemaakt van de restitutieregeling als bedoeld in artikel 8 van de omslagregeling. Schorsingsbijdragen (14) Totale baten (€) Aantal fte predikanten Bedrag per fte per jaar (€)

0 0 7.956

0 0 7.956

0 0 7.956

149.478 156 960

139.000 145 960

324.709 146 2.220

Beschikbaarheidsbijdragen (15) Totale baten (€) Aantal gemeenten (afgerond op heel getal) Bedrag per gemeente per jaar (€)

Het aantal gemeenten zonder predikant is ten opzichte van 2013 gestegen van 146 naar 156, waar in de begroting was uitgegaan van een nagenoeg gelijk blijvend aantal. In 2014 is geen gebruik gemaakt van de restitutieregeling als bedoeld in artikel 8 van de omslagregeling. Woonbijdragen predikanten (16) Totale baten Gemiddeld aantal periodieke verhogingen Aantal predikanten in ambtswoning

7.892.577 16,22 1.205

6.550.000 16,83 980

7.662.527 16,47 1.176

Als gevolg van een rekenfout is in de begroting uitgegaan van een te laag aantal pastorie-


25

bewoners. Voor het resultaat maakt dit geen verschil, omdat tegenover de hogere woonbijdragen hogere uitbetaalde gemiddelde woonbijdragen aan de gemeenten staan (zie punt 32). rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

10.584.381 12,76% 11.005 6.644 1.593

10.441.000 12,57% 11.000 6.693 1.560

10.508.449 12,08% 10.940 6.439 1.632

223.762

450.000

351.282

Pensioenpremies predikanten (17) Totale premie Premiepercentage predikant Franchise Gemiddelde pensioenpremie Aantal fte predikanten Ontvangen rente (18) Totale baten (€)

Door het besluit om - een algemene reserve aan te houden ter hoogte van 5% van de jaaromzet van de kas - de wachtgelden zoveel mogelijk op basis van kapitaaldekking te financieren - enkele andere voorzieningen aan te houden waarvan de bestedingen in komende jaren voorzien worden ontstaat de mogelijkheid om de betreffende middelen op een spaarrekening te zetten. Daarbij wordt rekening gehouden met de termijn waarop de middelen beschikbaar moeten zijn. Door de sterk gedaalde rentestand liggen de rentebaten onder het begrote niveau. Basistraktement (19) Totale lasten (€) Gemiddeld aantal fte Bedrag basistraktement (€ per maand)

54.103.460 1.593 2.829,95

54.727.000 1.580 2.886.45

55.442.357 1.632 2.829,95

De uitgaven voor het basistraktement zijn € 623.540 lager dan begroot. Dit wordt voor: - € 447.700 (hoger) verklaard door het hogere aantal fte’s dan begroot (13 fte) - € 1.071.240 (lager) verklaard doordat de geraamde traktementsstijging niet is doorgegaan. Periodieke verhogingen (20) Totale lasten (€) Rekenkundig gemiddeld aantal fte Rekenkundig gem. aantal periodieken Bedrag van 1 periodiek (€ per maand)

32.063.712 1.593 17,17 97,70

32.555.000 1.580 17,23 99,65

33.000.001 1.632 17,24 97,70

De uitgaven aan periodieke verhogingen zijn € 491.288 lager dan begroot. Dit wordt voor een bedrag van - € 267.847 (hoger) verklaard doordat er 13 fte predikanten meer waren dan begroot. - € 122.135 (lager) verklaard door het lagere gemiddelde aantal periodieke verhogingen dan begroot (0,06 lager) - € 637.000 (lager) verklaard doordat de verwachte traktementsstijging niet is gerealiseerd.


26

rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

Vakantietoeslag (21) Totale lasten (€) Toeslagpercentage

6.895.775 8,00%

6.983.000 8,00%

7.075.420 8,00%

7.153.077 8,30%

7.244.000 8,30%

7.341.812 8,30%

6.131 14 437

20.000 50 400

25.740 47 548

Eindejaarsuitkering (22) Totale lasten (€) Uitkeringspercentage Studieverlof (23) Totale lasten (€) Aantal declaraties Gemiddeld bedrag per declaratie (€), afgerond

In 2012 is het studieverlof voor predikanten vervangen door de permanente educatie. Voor de jaren 2012 en 2013 gold een overgangsregeling studieverlof. De verlofrechten die een predikant in de jaren vóór 2014 had opgebouwd, mogen nog in 2014 of daarna worden opgenomen. In 2014 hebben 14 predikanten nog declaraties ingediend tot een totaalbedrag van € 6.131. Permanente educatie (24) Totale lasten (€)

364.732

710.000

351.205

De kosten van de permanente educatie worden verdeeld over de algemene kas (quotum) en de centrale kas predikantstraktementen. Over 2014 kreeg de beleidscommissie een factuur van € 364.732 van de Werkgroep Permanente Educatie die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de permanente educatie en daarvan verslag doet in haar jaarrekening. Het bedrag is lager dan begroot, omdat het gebruik van de regeling in 2014 lager was dan geraamd. Verhuiskosten bij emeritaat/overlijden (25) Totale lasten (€) Aantal declaraties Gemiddeld bedrag per declaratie (€)

303.786 37 8.210

336.000 40 8.400

425.279 49 8.679

In 2014 ligt het aantal en de hoogte van de declaraties van verhuiskosten bij emeritaat en na overlijden iets onder het niveau van de begroting. De gemiddelde declaratie van € 8.210 bestaat voor € 5.750 uit de vergoeding van herinrichtingskosten en voor € 2.460 uit de vergoeding van de kosten van de verhuizer. Jubileumgratificaties (26) Totale lasten (€) Aantal gratificaties Gemiddeld bedrag per gratificatie (€)

247.105 76 3.251

306.000 82 3.732


200.271 58 3.453

27

Het aantal gratificaties wordt bepaald door het aantal predikanten dat in het verslagjaar, al dan niet na een onderbroken levensloop, een rechtspositioneel jubileum van 25 of 40 jaar bereikt. De hoogte van de gratificatie wordt bepaald door de gemiddelde werktijd in de jubileumperiode. rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

Aanvulling arbeidsongeschiktheidspensioen eerste jaar (27) Totale lasten (€) Aantal uitkeringsgerechtigden Gemiddeld bedrag per uitkering (€)

0 0 n.v.t.

1.000 2 400

407 1 407

In 2014 is geen beroep gedaan op de regeling om bij afkeuring binnen een jaar na het begin van de ziekte de arbeidsongeschiktheidsuitkering tot één jaar na het begin van de ziekte aan te vullen tot 100% van het eerdere traktement. Overlijdensuitkeringen (28) Totale lasten (€) Aantal uitkeringen Gemiddeld bedrag per uitkering (€)

108.799 7 15.543

34.000 2 17.025

12.808 1 12.808

In 2014 zijn 7 dienstdoende predikanten overleden. De gemiddelde leeftijd was 58 jaar. De overlijdensuitkering bestaat uit 3 bruto maandtraktementen. ARBO-dienst (29) Totale lasten (€) - Basistarief aansluiting Achmea Arbo (€) - Declaratie consulten en administratie (€) - Verzuimanalyse (€)

120.501 39.436 76.265 4.800

115.000 40.000 75.000 0

113.212 39.321 73.891 0

1.924.971 1.917.500 7.471

1.555.000 1.505.000 50.000

530.801 525.119 5.682

Wachtgelden PKN (30) Totale lasten (€) Toevoeging aan Voorziening wachtgelden PKN Kosten re-integratiebeleid

Onder punt 9 (Voorziening wachtgelden PKN) wordt een nadere specificatie gegeven van de uitgaven voor wachtgelden in 2014 en van de toekomstige verplichtingen. In 2014 is een akkoord bereikt over aanpassing van de wachtgeldregeling voor predikanten. Voor lopende uitkeringen is afgesproken dat zij verlengd zullen worden van 65 jaar tot de (steeds verder opschuivende) AOW-datum. Deze verlengde uitkering is beperkt in hoogte. De verlenging van de lopende uitkeringen kost ruim € 400.000 en is verwerkt in de toevoeging aan de voorziening wachtgelden. Als het regeerakkoord met het plan tot versnelde verhoging van de AOW-leeftijd in 2105 zal worden uitgevoerd, zal in 2105 nogmaals een ‘verlengoperatie’ op de lopende uitkeringen moeten worden uitgevoerd. Verder is een extra dotatie aan de voorziening nodig omdat in het wachtgeldakkoord is overeengekomen dat predikanten van de bijverdiensten een groter deel mogen behouden dan voorheen. Deze dotatie kost ruim € 150.000 en is verwerkt in de toevoeging aan de voorziening wachtgelden.


28

rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

Wachtgelden GKN (31) Toevoeging/Vrijval voorziening wachtgelden GKN

140.544

0

111.050

Onder punt 10 (Voorziening wachtgelden GKN) wordt een specificatie gegeven van de uitgaven voor wachtgelden in 2013 en van de toekomstige verplichtingen. Voor lopende uitkeringen is afgesproken dat zij verlengd zullen worden van 65 jaar tot de (opschuivende) AOW-datum. Deze verlengde uitkering is beperkt in hoogte. De verlenging van de lopende uitkeringen kost ruim € 100.000 is verwerkt in de toevoeging aan de voorziening wachtgelden. Als het regeerakkoord met het plan tot versnelde verhoging van de AOWleeftijd in 2105 zal worden uitgevoerd, zal in 2105 nogmaals een ‘verlengoperatie’ op de lopende uitkeringen moeten worden uitgevoerd. Verder is een extra dotatie aan de voorziening nodig omdat in het wachtgeldakkoord is overeengekomen dat predikanten van de bijverdiensten een groter deel mogen behouden dan voorheen. Deze dotatie kost € 75.000 en is verwerkt in de toevoeging aan de voorziening wachtgelden. Uitkering gemiddelde woonbijdrage (32) Totale lasten Gemiddelde woonbijdrage Aantal predikanten in ambtswoning

7.851.537 6.516 1.205

6.550.000 6.683 980

7.703.142 6.550 1.176

In 2014 betaalde de beleidscommissie voor € 7.851.537 uit aan gemiddelde woonbijdragen, terwijl van predikanten en bedrag aan woonbijdragen werd ontvangen van € 7.892.577. Het verschil van € 41.040 (= 0,5% van de woonbijdragen) is een inkomstenpost voor de kas. Pensioenpremies Pensioenfonds Zorg & Welzijn (33) Totale lasten Percentage totale premie Franchise Gemiddelde pensioenpremie Aantal fte predikanten

20.239.226 24,4% 11.005 12.705 1.593

20.766.000 25,0% 11.000 13.312 1.560

20.812.217 24,4% 10.940 12.753 1.632

De pensioenpremie voor Pensioenfonds Zorg & Welzijn is € 526.774 lager dan begroot. Hoewel er meer fte aan predikanten was dan geraamd, was de totale premie lager doordat a) het premiepercentage lager was dan begroot en b) het pensioengevend traktement lager was dan geraamd. Pensioenpremies Aegon (34) Totale lasten Percentage totale premie Gemiddelde premie Aantal fte predikanten

3.106.314 3,16% 1.950 1.593

3.776.000 3,72% 2.390 1.580

3.761.242 3,72% 2.305 1.632

De pensioenpremie voor Aegon is begroot op het moment dat de onderhandelingen over het


29

premiepercentage voor 2014 nog niet waren afgerond. De onderhandelingen hebben geleid tot een behoorlijke premiereductie: van 3,72% naar 3,16%. Dit verklaart grotendeels het voordeel ten opzichte van de begroting van € 669.686. Voor het overige wordt het verschil verklaard doordat het traktement lager was dan begroot en het aantal fte iets hoger dan begroot. rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

1.310.841 785 1.670

1.300.000

1.446.083 849 1.703

Suppleties predikanten (35) Totale lasten (€) Aantal predikanten met suppletie Gemiddeld bedrag per predikant (€)

Bij de invoering van de nieuwe traktementsregeling op 1 januari 2005 is voor predikanten een overgangsmaatregel getroffen waardoor zij er ten opzichte van hun traktement in de voormalige kerkeigen regeling (NHK, GKN en ELK) netto niet op achteruit zouden gaan. Omdat de top van de hoogste hervormde en gereformeerde schaal hoger was dan de top van de protestantse schaal is aan een groot aantal predikanten een suppletie toegekend (de zogenaamde primaire suppletie). In de jaren tot en met 2009 wordt de suppletie ook nog toegekend aan predikanten die op de termijn van vijf jaren hun inkomensperspectief zagen afnemen (de zogenaamde ingroeisuppletie). De hoogte van de suppletie wordt met de traktementsontwikkeling geïndexeerd. Door pensionering en ontheffing van het ambt neemt het aantal predikanten met een suppletie af. Conversiebijtelling/aftrek gemeenten (36) Totale lasten (€)

590.977

Bedrag aan conversiebijtellingen (€) Aantal gemeenten met conversiebijtelling Gemiddelde conversiebijtelling per gemeente (€)

454.118 90 5.046

660.065 118 5.594

1.045.095 348 3.003

1.401.844 417 3.362

Bedrag aan conversieaftrekken (€) Aantal gemeenten met conversieaftrek Gemiddelde conversieaftrek per gemeente (€)

800.000

741.779

Bij de invoering van de nieuwe traktementsregeling op 1 januari 2005 is voor gemeenten een overgangsmaatregel getroffen waardoor zij in staat werden gesteld om in stappen van € 1.000 per fulltime predikant per jaar toe te groeien van het kostenniveau onder de oude kerkeigen regeling (NHK, GKN en ELK) naar het kostenniveau onder de nieuwe regeling van de Protestantse Kerk in Nederland. Het aantal gemeenten met een bijtelling of aftrek wijzigt door vorming of ontbinding van fusies, federaties, combinaties en streekgemeenten en door afbouw van het conversiebedrag met € 1.000 per fulltime predikant per jaar. Deze afbouw heeft in de jaren 2006 tot en met 2008 niet plaats gevonden. De overgangsmaatregel eindigt in 2017.


30

rekening 2014

begroting 2014

rekening 2013

Totale lasten (€) Aantal fte per einde jaar voor traktementen

495.465 4,67

500.000

472.496 4,82

Loonkosten, incl. sociale lasten/pensioenpremie Doorberekening PLD: - huisvesting (€) - directie (€) - financiën (€) - HRM (€) - management FZ (€) - automatisering (€) - postkamer en repro (€) - logistiek (€) - servicedesk (€) Onderhoud software (€) Afschrijving software (€) Accountantskosten controle jaarrekening (€) Uitbestede werkzaamheden (€) Betalingsverkeer en betalingsverschillen (€) Contributies en abonnementen (€) Portikosten (€) Reis-, verblijf- en vergaderkosten (€) Diversen (€) Bijdragen voor dienstverlening

295.760

242.995

37.590 8.821 5.500 18.465 9.558 38.147 10.788 9.538 6.430 24.904 8.343 13.579

37.030 8.810 5.500 18.420 9.084 39.166 19.191 13.786 6.408 19.185 8.926 21.780 6.454 383 547 16.254 3.586 646 - 5.655

Kosten Bureau Predikanten (37)

551 329 10.421 2.341 116 - 5.716

De medewerkers van het bureau zijn in dienst van de Dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk in Nederland. De Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers heeft zelf geen personeel in dienst. De loonkosten zijn in 2014 hoger dan in 2013. In 2014 rusten de loonkosten van de teamleider en de re-integratieconsulent volledig op de centrale kas predikantstraktementen. In 2013 werd 25% van de loonkosten van de teamleider nog doorbelast aan P&O i.v.m. zijn taak voor de arbeidsvoorwaarden voor kerkelijke medewerkers. Bij de vorming van het Shared Service Centre in 2014 is deze taak komen te vervallen. Vanaf 2014 is een P&Omedewerker echter ook niet meer beschikbaar voor de voorlichting over predikantstraktementen, waardoor de teamleider nu de voorlichting geheel zelf moet uitvoeren. In 2013 werden de loonkosten van de re-integratieconsulent nog ten laste gebracht van P&O. Dit gebeurde omdat de Dienstenorganisatie krachtens een arbitrale uitspraak in 2006 nog een schuld had bij de beleidscommissie. In 2014 was die schuld geheel afgelost en komen de kosten van de re-integratieconsulent volledig voor rekening van de centrale kas predikantstraktementen. Door de overgang naar de nieuwe accountant liggen de accountantskosten lager. Die waren in 2013 bij de vorige accountant overigens extra hoog door extra werkzaamheden voor de overgang van het Pensioenfonds Predikanten naar het Pensioenfonds Zorg & Welzijn. De bijdragen voor dienstverlening worden hoofdzakelijk betaald door de EvangelischAltreformierte Kirche en de Nederlandse Protestantse Gemeente in Luxemburg, voor wie de beleidscommissie als tussenpersoon optreedt naar Aegon en het Pensioenfonds Zorg & Welzijn.


31

Uitvoeringskosten AO-uitkeringen PFZW (38) Totale lasten (€)

390

0

2.865

Bij de overdracht van de pensioenvoorziening van het Pensioenfonds Predikanten naar het Pensioenfonds Zorg & Welzijn zijn 130 lopende arbeidsongeschiktheidsuitkeringen overgegaan naar het Pensioenfonds Zorg & Welzijn. Na de overdracht van de pensioenvoorziening is tussen de Protestantse Kerk in Nederland en het Pensioenfonds Zorg & Welzijn afgesproken dat de Protestantse Kerk in Nederland de herkeuring van deze predikanten bewaakt en financiert. Via de verdeling van het exploitatieresultaat worden deze onvoorziene kosten ten laste gebracht van de Reserve pensioenrisico’s (zie punt 8).

Lage Vuursche, 12 mei 2015


32

Overige gegevens Vaststelling en goedkeuring De jaarrekening van de centrale kas voor de predikantstraktementen wordt volgens artikel 2 van de generale regeling rechtspositie predikanten vastgesteld door de Beleidscommissie Predikanten en Kerkelijk Werkers en ter goedkeuring voorgelegd aan de kleine synode. Voorstel resultaatbestemming Besloten is het positieve resultaat van € 472.589 voor - € 472.979 toe te voegen aan de Reserve restitutie bijdragen - € 390 te onttrekken aan de Reserve pensioenrisico’s. Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen gebeurtenissen na de balansdatum die hier gemeld dienen te worden. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant De controleverklaring is opgenomen op de volgende pagina.


33


34


35

JAARVERSLAG 2014 BELEIDSCOMMISSIE PREDIKANTEN EN KERKELIJK WERKERS JAARREKENING 2014 CENTRALE KAS PREDIKANTSTRAKTEMENTEN

Recommend Documents