Jaarstukken 2012
JAARVERSLAG 2012
G e m e e n t e No o rd e n v e l d J a a r st u k ke n 2 012
JAARVERSLAG 2012
JAARVERSLAG 2012
Inhoudsopgave
Blz. 1
Inleiding
2
Jaarverslag 2.1 Programmaverantwoording 2.1.1 Burger en Bestuur 2.1.2 Integrale Veiligheid 2.1.3 Beheer Openbare Ruimte 2.1.4. Economische Ontwikkeling 2.1.5 Onderwijs 2.1.6 Sport 2.1.7 Cultuur 2.1.8. Recreatie en Toerisme 2.1.9 Werk en Inkomen 2.1.10 Zorg en Welzijn 2.1.11 Milieubeheer 2.1.12 Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting 2.2 Algemene dekkingsmiddelen 2.3 Onvoorzien 2.4 Paragrafen 2.4.1 Lokale heffingen 2.4.2 Weerstandsvermogen 2.4.3 Onderhoud kapitaalgoederen 2.4.4 Financiering 2.4.5 Bedrijfsvoering 2.4.6 Verbonden partijen 2.4.7 Grondbeleid
3
Jaarrekening 3.1 Resultaat en bestemming 3.2 Balans 3.3 Programmarekening 3.4 Toelichtingen 3.4.1 Begrotingsrechtmatigheid 3.4.2 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 3.4.3 Toelichting balans 3.4.4 Toelichting rekening per programma 3.4.5 Algemene dekkingsmiddelen 3.4.6 Incidentele baten en lasten 3.4.7 Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves 3.4.8 Onvoorzien 3.4.9 Investeringen 3.4.10 Single-information en single-audit 3.4.11 Controleverklaring 3.4.12 Vaststellingsbesluit
1
7 10 13 17 20 22 25 27 29 32 37 40 45 47 51 58 74 80 85 90 94
103 105 109 111 112 115 131 146 148 150 152 153 163
JAARVERSLAG 2012
JAARVERSLAG 2012
1 Inleiding Voor u liggen de jaarstukken 2012 van de gemeente Noordenveld. De jaarstukken zijn, naast de begroting en de voor- en najaarsnota, één van de sturingsinstrumenten met betrekking tot het financieel beleid en beheer. De jaarstukken bestaan uit het jaarverslag en de jaarrekening. Hierin wordt verantwoording afgelegd over de rechtmatigheid evenals de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid. “De start van deze bestuursperiode heeft zich gekenmerkt door op zijn minst grote onzekerheid over de (financiële) toekomst van onze gemeente. Wij hebben ervoor gekozen ons niet door deze onzekerheid te laten gijzelen. Dat zou onverantwoord zijn, niet alleen in de richting van de gemeenteraad maar ook in de richting van de inwoners, de bedrijven, de verenigingen en de instellingen in onze gemeente. Zij hebben er recht op in een zo vroeg mogelijk stadium te weten welke koers het gemeentebestuur gaat varen. Dat heeft niet alleen te maken met openheid van bestuur maar zeker ook met het kunnen nemen van verantwoordelijkheid. Het feit dat de gemeente Noordenveld fors minder inkomsten krijgt, telt bijvoorbeeld door in de subsidiëring van instellingen en organisaties”. Dit schreven wij in de inleiding van de programmabegroting 2012. In totaal is besloten om voor een bedrag van € 1,3 miljoen om te buigen door enerzijds heroverwegingen van beleid en anderzijds verantwoorde aanpassing in belastingtarieven. In de najaarsnota 2012 is een prognose van het jaarresultaat opgenomen van € 739.000. Het werkelijk jaarresultaat over 2012 is uitgekomen op € 1.020.000. Dit saldo is mede ontstaan door een aantal budgetten (€ 758.000) die weliswaar in 2012 zijn geraamd maar in 2013 zullen worden uitgegeven. Daarnaast is het saldo beïnvloed door het afsluiten van een project in de grondexploitaties (€ 287.000). Dit bedrag zal worden toegevoegd aan de reserve grondexploitatie. Als we rekening houden met deze ontwikkeling komt het nadelig saldo in de exploitatie uit op € 25.000 negatief. Dit resultaat draagt bij aan de continue zorg die wij hebben over de houdbaarheid van onze gemeentelijke financiën. Anderszins sterkt het ons om door te gaan op de ingeslagen weg daar waar het gaat om verdere ombuigingen alsmede de wijze waarop wij onze rol van overheid in de lokale samenleving anders willen vormgeven. In de begroting 2012 schreven wij dat wij de ingezette ombuigingsoperatie niet alleen benutten om onze uitgaven in overeenstemming te brengen met onze inkomsten. De ombuigingsoperatie is voor ons ook aanleiding tot bezinning over de rol van de overheid in de lokale samenleving. Wij hebben gekozen voor een samenleving waaraan iedereen naar beste vermogen meedoet. De vastgestelde visie op Noordenveld 2025 en het gebruik van de vastgestelde Communicatie- en participatienota helpen ons daarbij. Vorig jaar hebben we kritisch gekeken naar de ontwikkelingen van de bedrijventerreinen. Dit jaar hebben kritisch gekeken naar de ontwikkeling van de waarde van het gemeentelijke vastgoed. Wij hebben besloten om in 2012 € 250.000 extra af te schrijven. Voor 2013 houden wij zowel voor de bedrijventerreinen als voor het gemeentelijk vastgoed de vinger aan de pols. Evenals vorig jaar hebben we niet kunnen constateren dat de vraag naar bouwkavels is toegenomen. Tevens kunnen de uitkomsten van de gevolgen voor de accommodaties in verband met de overdracht leiden tot verdere aanpassingen in de waardeontwikkelingen van gemeentelijk vastgoed.
1
JAARVERSLAG 2012
Leeswijzer: De jaarstukken bestaan uit het jaarverslag en de jaarrekening. Het jaarverslag bestaat uit de programmaverantwoording en de paragrafen. De programma’s vormen een spiegelbeeld van de begroting 2012. De verklarende toelichting op de baten en lasten tussen begroting en rekening per programma kunt u vinden in hoofdstuk 3.4.4. De jaarrekening bestaat naast een kort overzicht van het resultaat en bestemming (3.1) uit de balans en toelichting en de programmarekening met toelichting. Daarnaast vindt u een overzicht van de incidentele baten en lasten alsmede een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. Tenslotte is per programma een overzicht opgenomen van de investeringen gedaan over het dienstjaar 2012 en de voortgang daarvan. Wij hebben kennis genomen van de informatieve wijze waarop het accountantsverslag van 2012 is vormgegeven. Vorig jaar heeft de gemeente Noordenveld een stresstest laten uitvoeren. In het accountantsverslag wordt hierop een vervolg gegeven. Daarnaast hebben wij als proef een fact-sheet ter inzage gelegd met betrekking tot de ontwikkeling van de WMO. Wij hopen met deze proef de informatievoorziening naar de gemeenteraad verder te verbeteren. De behandeling van de jaarstukken 2012 zal plaatsvinden in de raadscommissie van 22 mei 2013. De besluitvorming over de stukken is in de vergadering van 5 juni daaropvolgend. Het accountantsverslag 2012 is inmiddels besproken met het afstemmingsoverleg. De speeddate ten behoeve van de jaarstukken is gepland op 15 mei a.s.
Roden, 16 april 2013.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Noordenveld J.H. van der Laan, burgemeester A.H. Doornbos, secretaris
2
JAARVERSLAG 2012
J a a r ve r s la g
3
JAARVERSLAG 2012
4
JAARVERSLAG 2012
2 . 1 P ro g r a m m a v e ra n t wo o r d in g
5
JAARVERSLAG 2012
6
JAARVERSLAG 2012
2.1.1 Programma Burger en Bestuur Portefeuillehouder: J.H. van der Laan, G. Alssema en O.L Keizer
Omschrijving programma De relatie tussen burger en bestuur kent vele facetten: gedragsbeïnvloeding en algemene normhandhaving; interactie met als doel het bereiken van maatschappelijke doelstellingen; burgerparticipatie zodat de burger invloed heeft op het beleid en de dienstverlening van de gemeente; voorlichting en communicatie. Maar natuurlijk ook gewoon het zo goed mogelijk verlenen van diensten en verstrekken van onze producten zoals de paspoorten. Tot dit programma behoren o.a. kosten van: Bestuursorganen en -ondersteuning Behandeling van bezwaarschriften Subsidiëring van wijk- en dorpsbelangenverenigingen Sociaal wijkbeheer Onderscheidingen Voorlichting en communicatie Burgerzaken en verkiezingen Bestuursprogramma 2010-2014 gramma De gemeente wil bewoners stimuleren om actief betrokken te zijn bij de inrichting van hun eigen leefomgeving. Dat kan iedereen doen op zijn eigen manier. Sommige mensen willen betrokken worden bij abstracte kaderstellende besluitvorming, anderen voelen zich meer thuis in de concretiseringfase. Sommige mensen hebben een brede belangstelling, anderen richten hun aandacht liever op één onderwerp. En dan zijn er natuurlijk altijd burgers die ervoor kiezen om niet betrokken te zijn. Voor initiatieven vanuit de bevolking staan we open en die zullen we stimuleren. De gemeente Noordenveld tracht in haar contacten met bewoners in te spelen op de behoeften van de diverse (groepen) bewoners. Het gemeentebestuur heeft zich ten doel gesteld om de wederzijdse betrokkenheid van (groepen) bewoner(s) en bestuurders te vergroten. Dat is één van de belangrijkste onderwerpen van de bestuurlijke vernieuwing. Bestuurlijke vernieuwing is een continu en dynamisch proces. In dit bestuursprogramma beperken wij ons tot de doelstellingen van dit proces. Wij gaan in overleg met de gemeenteraad, de ondernemingsraad, de medewerkers en de burgers bepalen op welke manier we deze doelstellingen kunnen realiseren. Daarvoor gaan we een nieuwe communicatie- en participatienota opstellen. Kaders
Gemeentewet Inspraakverordening Regeling behandeling bezwaarschriften Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens Kieswet Verordening op de heffing en de invordering van leges
7
JAARVERSLAG 2012
Klachtenregeling Kwaliteitshandvest Noordenveld 2.0 (kadernota participatie- en communicatie)
1. Wat wilden we bereiken? De uiteindelijke doelstelling is tweeledig: 1. actieve betrokkenheid van de burger te verkrijgen bij de inrichting van de eigen leefomgeving 2. adequate dienstverlening door de gemeente aan burgers, bedrijven en instellingen Het gaat daarbij om: Het verlenen van diensten op maat (volgens onze kwaliteitsnormen zoals geformuleerd in het kwaliteitshandvest) Ondersteund door gestroomlijnde interne processen en gegevensbeheer en adequate ICT Het betrekken van burgers bij beleidsvormingstrajecten en het helder communiceren over besluiten die genomen (moeten) worden door het bieden van kwalitatief hoogwaardige dienstverlening waar de burger ons op aan kan spreken Meer sturen op digitale dienstverlening Een naar aard en onderwerp toegesneden vorm van vroegtijdige inspraak- en participatiemogelijkheden. 2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma)?
Onderzoek uitvoeren naar wenselijkheid buurtonderhoudsbudgetten. Implementeren en uitvoeren communicatienota en visie op burgerparticipatie. Project Gemeentelijk Contact Centrum: - Afronden fase 2 ‘Het Kanaal geeft Antwoord’ voor de onderdelen die per 1 januari 2012 niet werden gehaald; - Implementeren fase 3 ‘De frontoffice geeft Antwoord’ per 1 januari 2013.
3t mhet kosten? 2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat de wijk- en dorpsbelangenverenigingen geen structurele behoefte hebben aan buurtonderhoudsbudgetten. We zijn gestart met de implementatie van de Nota Communicatie en Participatie. In de paragraaf bedrijfsvoering gaan wij hier op in. In 2012 heeft de projectgroep GCC (Gemeentelijk Contact Centrum) fase 2 afgerond. Er is een keuzedocument vastgesteld en met fase 3 is een begin gemaakt. Op 2 januari 2013 is het GCC formeel geopend tijdens de Nieuwjaarsreceptie in het gemeentehuis. De invoering is daarmee een feit maar de komende jaren staan vooral in het teken van het verder doorontwikkelen van de kwaliteit van onze dienstverlening naar inwoners, instellingen en bedrijven. In 2012 zijn diverse wijk- en dorpsschouwen in Noordenveld uitgevoerd. De komende jaren worden de schouwen gestructureerd uitgebreid. De contacten met de wijk- en dorpsbelangenverenigingen zijn verder uitgebouwd, de komende jaren zal dit een blijvend aandachtspunt zijn.
8
JAARVERSLAG 2012
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
6.306 1.603 4.703
6.125 1.455 4.670
9
Begroting na wijziging 2012 6.547 1.546 5.001
Realisatie 2012 6.456 1.189 5.267
JAARVERSLAG 2012
2.1.2 Programma Integrale Veiligheid Portefeuillehouder: J.H. van der Laan en O. Huisman
Omschrijving programma Veiligheid staat volop in de belangstelling en is een belangrijk politiek onderwerp geworden. Veiligheid in een gemeente kent veel facetten, en vele instellingen en personen houden zich met veiligheid bezig. De gemeentelijke overheid heeft een regisseurstaak in het in samenhang en samenwerking met de ketenpartners bevorderen van de veiligheid in de gemeente. Tot dit programma behoren o.a. de kosten van: Brandweer en rampenbestrijding Openbare orde en veiligheid Handhaving van de gebruiksvergunningen, ruimtelijke regelgeving, milieuwetgeving, APV, Bouwregelgeving, voorlichting wet- en regelgeving A.P.V. en bijzondere wetten
Bestuursprogramma 2010-2014 De gemeente Noordenveld is een veilige gemeente. Dit college zal samen met overige partijen alles doen wat in haar vermogen ligt om dat zo te houden. Het is immers de primaire taak van de gemeente om de openbare orde en veiligheid te handhaven Zij moet de benadering van veiligheid en handhaving bij de betrokken partijen coördineren en stimuleren. Dit betekent dat er voor de uitvoering van de wettelijke taken geen belemmering mag zijn.
Kaders
Gemeentewet Wet Veiligheidsregio’s Politiewet Algemeen Plaatselijke Verordening (A.P.V.) Woningwet Bouwbesluit Wet milieubeheer Drank- en horecawetgeving Registratie externe veiligheid Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen Wet tijdelijk huisverbod Verordening brandveiligheid en hulpverlening Regionaal beheersplan rampenbestrijding en crisisbeheersing Rampenplan gemeente Noordenveld Nota integrale veiligheid gemeente Noordenveld 2011-2014 Nota integrale handhaving gemeente Noordenveld Ruimtelijke Integraal Handhavingsbeleid Gemeente Noordenveld 2009-2012
10
JAARVERSLAG 2012
Handhavingprogramma 2012-2013 Milieubeleidsplan 2008-2012 Afvalstoffenbeleidsplan Beleidsplan Brandveiligheid en Hulpverlening gemeente Noordenveld Het Preventieactiviteitenplan (PREVAB) Notitie Risicobeheer gemeente Noordenveld
1. Wat wilden we bereiken? De uiteindelijke doelstelling van ons Integraal Veiligheidsbeleid is het veiligheidsgevoel van de bevolking door de objectieve veiligheid te bevorderen. Het gaat daarbij om het voorkomen van: - onveilige situaties en - ongewenst gedrag van personen door het bieden van: - goed onderwijs - naar aard en samenstelling van de bevolking toegesneden welzijnsbeleid en sociaal wijkbeheer - een op zijn taken toegerust veiligheidsapparaat (brandweer en gemeente) Deze doelstellingen zijn ontleend aan het Bestuursprogramma 2010-2014 en aan de Kadernota Integrale Veiligheid 2011-2014. De doelstellingen gelden voor de lopende bestuursperiode. De gemeenteraad heeft begin 2006 bepaald dat verkeersveiligheid in wijken en rond scholen en het voorkomen en/of bestrijden van overlast door jongeren prioriteit hebben. 2a. Wat zouden we gaan doen in 2012?
Onderzoek doen naar een effectievere en efficiëntere bluswatervoorziening voor de brandweer. Besluitvorming over de districtsvorming brandweer Borging lokale veiligheid bij ontwikkeling districtsvorming politie Het bouwen van een nieuwe brandweerpost in Roden.
2b. Wat hebben wel/niet gerealiseerd ?
Effectiever en efficiëntere bluswatervoorziening: Het onderzoek is afgerond. Eind 2012 is besloten om het contract met de WaterMaatschappijDrenthe voor de bestaande brandkranen te beëindigen en te werken naar het tankwagensysteem. Dit moet per 1 januari 2015 operationeel zijn. Besluitvorming over de districtsvorming brandweer: In 2012 is gewerkt aan het verder implementeren van de districtlijke brandweerorganisatie Noord en Midden Drenthe. De gemaakte keuzes passen binnen de aanstaande verplichte regionalisering van de brandweer per 1 januari 2014. Borging lokale veiligheid bij ontwikkeling districtsvorming Drenthe: Binnen de regionale eenheid Noord Nederland van de Nationale Politie is Noordenveld gelegen in het district Drenthe. Vanuit het Basisteam Noord Drenthe is de burgemeester van Assen vertegenwoordigd in het Regionaal Bestuurlijk Politie Overleg Noord Nederland. Op lokaal
11
JAARVERSLAG 2012
niveau zijn met de lokale teamchef en de chef van het basisteam Noord afspraken gemaakt over de inzet van de politie in de gemeente. In het reguliere periodiek veiligheidsoverleg wordt de voortgang bewaakt en vindt tussentijdse bijsturing plaats. Het bouwen van een nieuwe brandweerpost Roden: De bouw is in 2012 gestart en wordt in 2013 afgerond. Ook de verhuizing naar de nieuwe kazerne staat gepland voor 2013. Met het brandweer-experiment bij de post Peize is uitgezocht of het mogelijk is om de aandacht te verschuiven van repressie naar preventie waarbij kostenreductie nadrukkelijk onderzocht is. Er is gebleken dat veruit het grootste deel van de kosten niet beïnvloedbaar is en dat een directe (substantiële) kostenreductie niet haalbaar is. De nadruk zal daarom met name moeten komen te liggen op het vergroten van de effectiviteit van de post Peize door een hoger brandveiligheidsniveau te bereiken.
2. Wat zouden we gaan doen in 2011? 3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
2.150 16 2.134
2.079 16 2.063
12
Begroting na wijziging 2012 2.000 29 1.971
Realisatie 2012 2.157 45 2.112
JAARVERSLAG 2012
2.1.3 Programma Beheer Openbare Ruimte Portefeuillehouders: J. Dam en O. Huisman
Omschrijving programma Tot de openbare ruimte behoren (on)verharde wegen, water, openbaar groen, speelplaatsen, begraafplaatsen en dergelijke. Ook de inrichting ervan, zoals openbare verlichting, behoort tot dit programma. Tot dit programma behoren o.a. kosten van: Wegen, straatreiniging en openbare verlichting Verkeer en vervoer Water, Watergangen en Bruggen Natuurbescherming, Openbaar Groen en Speelvoorzieningen Lijkbezorging
Bestuursprogramma 2010-2014 De openbare ruimte staat ten dienste van iedereen. Iedereen is gebaat bij goed onderhoud van die ruimte, zodat we er veilig en prettig kunnen verblijven. Om dat te bereiken én te behouden, is een aantal zaken van belang: Er zijn plannen om de openbare verlichting in de gemeente aan te passen. Hiervoor wordt een Openbaar Verlichtingsplan opgesteld. De ambitie is om het aantal lichtpunten te verminderen en de bestaande verlichting om te bouwen naar energiezuinige verlichting. Hierbij worden technieken gebruikt die bijdragen aan een verlaging van het energiegebruik. In het plan wordt ook rekening gehouden met de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid voor de burger. De investeringen worden betaald uit de toekomstige besparingen. Onkruidbestrijding moet milieuvriendelijk gebeuren en zodanig dat het afgesproken basisniveau wordt gerealiseerd. Bij nieuwe aanleg van of bij reconstructie van wegen moet rekening worden gehouden met de nieuwste technologie, die leidt tot vermindering van de kans op onkruid op de aangelegde wegen. De uitvoering van de BOR-systematiek (Beheer Openbare Ruimte) zal gebeuren op basis van de kwaliteit voor het beheer van de openbare ruimte die de gemeenteraad gevraagd heeft. Het uitgangspunt van die kwaliteit is tot nu toe ‘alles basis’. We zetten ons in voor duurzaam waterbeheer. Daarbij kijken we naar alle waterstromen (regenwater, oppervlaktewater, grondwater, drinkwater en afvalwater). Verkeer en vervoer Bij de besluitvorming over de noodzaak van nieuwe infrastructuur zullen argumenten op het gebied van leefomgeving, natuur en milieu zwaar meewegen. We gaan door met het wegennet duurzaam veilig in te richten. We zullen de maatregelen die voorkomen uit het Gemeentelijk Verkeer en Vervoersplan (GVVP) zo veel mogelijk realiseren middels ‘werk met werk maken’. Het duurzaam veilig inrichten van het centrum Norg wordt in deze raadsperiode afgerond. We zullen het openbaar vervoer in de driehoek Assen-Groningen-Drachten verder stimuleren, voor zover dat binnen de gemeentelijke mogelijkheden past. Bij nieuwe woonwijken zullen we in de ontwerpfase al rekening houden met de OV-functie.
13
JAARVERSLAG 2012
De stichtingen VOR (Vervoer Ouderen Roden) en SON (Stichting Ouderenvervoer Norg) doen waardevol vrijwillig vervoerswerk. Wij gaan onderzoeken of een bredere vervoerstaak tot de mogelijkheden behoort, onder meer in verband met de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Woonwijken en bedrijventerreinen moeten voor alle verkeersdeelnemers via goede en veilige infrastructuur bereikbaar zijn. Parkeren in de gemeente Noordenveld blijft de komende vier jaar gratis. Het college wil uitzoeken of er knelpunten zijn op het gebied van parkeren in het centrum van Roden. De hoofdontsluiting A7 Leek-Roden wordt verder ontwikkeld. Dit gebeurt op basis van de provinciale planuitwerking. We moeten de noodzaak hiervan onderbouwen en de mogelijke tracés verder uitwerken op basis van monitoring.
Kaders
Groenvisie Noordenveld Landschapsbeleidsplan Noordenveld Bosbeheerplan Noordenveld Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP) VTA- controle voor gemeentelijke bomen Monumentale bomenlijst Noordenveld Bomenbeleidsplan Beleidsplan Openbare Verlichting Speelbeleidsplan Noordenveld Scenario Beheer Openbare Ruimte (BOR) Verbreed Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) 2013-2017 Wet op de lijkbezorging en Inspectierichtlijn lijkbezorging
1. Wat wilden we bereiken? Het beleid rondom het beheer van de Openbare ruimte is gericht op: Het creëren van een aantrekkelijk en gevarieerd landschap als leefgebied voor mens, flora en fauna. Het tegen zo gering mogelijke maatschappelijke kosten (conform gekozen beheerscenario) realiseren, beheren en onderhouden van de openbare ruimte. Het duurzaam en veilig inrichten van het grondgebied van de gemeente Noordenveld. Het realiseren van een integraal en duurzaam waterbeheer. Integraal betekent een samenhang tussen de verschillende waterstromen (regenwater, oppervlaktewater, grondwater, drinkwater en afvalwater), waarbij het waterbeheer wordt afgestemd op andere beleidsterreinen. Het actief en passief onderhouden en behouden van monumentale bomen. Een evenwichtige verdeling van speelplekken in de gemeente Noordenveld per dorp, buurt of wijk en een inrichting die is afgestemd op de leeftijd van de aanwezige kinderen. De keuze om op begraafplaatsen in Noordenveld te worden begraven, verstrooid of worden bijgezet in urnenkelder of –muur.
14
JAARVERSLAG 2012
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012? GVVP Uitvoering fase acht Herinrichting Norg (Donderseweg) Evaluatie Gemeentelijk Verkeers- en Vervoers Plan (GVVP). Op basis van de uitkomsten van de evaluatie wordt een nieuw GVVP opgesteld, waarbij soberheid het uitgangspunt is. Aanleg fietspad tussen de Kastelenlaan en de Hofstedenlaan te Roden. Beheer Openbare Ruimte Het beheren van de onderdelen groen, verharding en meubilair op het kwaliteitsniveau “Alles laag”. Natuur en landschap Het monitoren en bestrijden van het doorbreken van de eikenprocessierups in de gemeente Noordenveld. Openbare verlichting Het planmatig wegwerken van het achterstallig onderhoud volgens een jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma. Daarnaast inspelen op nieuwe ontwikkelingen zoals het opstarten van Led-pilots, het dimmen en/of om en om schakelen van verlichting en het gebruik van kunststof masten Speelruimte Uitvoering geven aan het Speelbeleidsplan Noordenveld en meeliften met woningbouwprojecten en ontwikkelingen op het gebied van multifunctionele accommodaties. Water Er wordt gestreefd naar integraal en duurzaam waterbeheer. Er vindt daarom afstemming plaats met de andere beleidsterreinen (stedelijke wateropgave). In 2012 wordt het nieuwe GRP vastgesteld. Water en waterbeheer zullen daar uitgebreid in aan bod komen.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd ? GVVP De uitvoering van fase acht Herinrichting Norg (Donderseweg) is niet gerealiseerd. Duidelijkheid was vereist over het wel of niet aanleggen van een rotonde bij de insteek naar het Oosterveld. Nu dit voorlopig niet het geval is wordt momenteel een alternatief ontwerp gemaakt. Uitvoering staat gepland voor 2013. Aan de evaluatie van het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoers Plan (GVVP) wordt samen met de gemeente Tynaarlo gewerkt. Uitkomst hiervan wordt verwacht voorjaar 2013. Op basis van de uitkomst wordt een nieuw GVVP opgesteld. Aanleg fietspad tussen de Kastelenlaan en de Hofstedenlaan te Roden. De voorbereidingsfase heeft plaatsgevonden in 2012. Het uitgewerkte definitieve ontwerp staat voor uitvoering gepland voor het najaar van 2013. Beheer Openbare Ruimte Het afgesproken kwaliteitsniveau (Laag) is op alle onderdelen gehaald. De aspecten verzorging en meubilair hebben als gevolg van de doorwerking van de voorgaande jaren zelfs gemiddeld nog een basiskwaliteit. Voor de begraafplaatsen is een inspanningsverplichting afgesproken om daar een basiskwaliteit te halen. Dit is op het onderdeel groen na gelukt. Alleen het door derden uitgevoerde maaien (rondom de obstakels) voldeed niet aan de eisen. Bij het wegenonderhoud is gewerkt met duurzame oplossingen; in plaats van een complete vervanging van de constructie is gekozen voor het dusdanig repareren van het asfalt
15
JAARVERSLAG 2012
dat het nog jarenlang mee kan. In 2012 is vooral onderhoud gepleegd aan de elementenverharding (Bomenbuurt, Havezathenlaan, Altena). Asfaltonderhoud is onder andere uitgevoerd aan de Roderwolderweg en de Leutingewolderweg. Het Bomenbeleidsplan is vastgesteld. Er is een start gemaakt met de uitvoering van het onderhoud volgens dit plan. De rekenkamer heeft de uitvoering van de BOR in relatie tot de kaderstelling onderzocht. Het rapport is begin 2013 aan de gemeenteraad gepresenteerd. In een aanvullende brief hebben wij aangegeven op welke wijze wij de aanbevelingen uit het rapport gestand doen. Natuur en landschap In de gemeente Noordenveld en de omliggende gemeenten zijn nog geen nesten van de eikenprocessierups aangetroffen. Er heeft daarom alleen monitoring plaatsgevonden. Openbare verlichting Bij elk project volgens het uitvoeringsplan Openbare Verlichting wordt gekeken naar de mogelijkheden van het toepassen van nieuwe technieken en/of besparende maatregelen, zoals LED, het dimmen en/of om en om schakelen van verlichting en het gebruik van kunststof masten. In 2012 zijn op deze wijze in het project Nietap alle armaturen vervangen door LED armaturen. Ook is met de voorbereiding gestart van de vervanging van de verlichting in Norg (in 2013). Hier zal vanwege de geschiktheid van de masten gedeeltelijk LED worden toegepast. Verder zijn om ervaring op te doen bij kleine projecten (Veldkampen in Een, nieuwbouw Poolster) kunststof masten toegepast. Met dimmen en/of om en omschakelen is in 2012 nog niet begonnen; er wordt gezocht naar geschikte locaties om dit toe te passen. Speelruimte Het Speelbeleidsplan is in 2012 vastgesteld. Met de uitvoering hiervan (vervangen van speeltoestellen) is begonnen. Water Het verbreed GRP (vGRP) 2013- 2017 is vastgesteld. De gemeentelijke watertaken zijn hierin, naast de zorg voor het afvalwater, uitgebreid met de zorg voor het hemel- en grondwater. Het vGRP 2013-2017 bevat de nodige uitgangspunten voor het waterbeheer van de komende jaren.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
9.170 295 8.875
7.513 286 7.227
16
Begroting na wijziging 2012 9.645 295 9.350
Realisatie 2012 8.228 263 7.965
JAARVERSLAG 2012
2.1.4 Programma Economische Ontwikkeling Portefeuillehouders: J.H. van der Laan en J. Dam
Omschrijving programma Het programma omvat het scheppen van de condities voor een goed functionerend bedrijfsleven en de zorg voor een voldoende en zo mogelijk gedifferentieerd werkgelegenheidsaanbod. Het programma heeft nauwe samenhang met het programma Werk en Inkomen. Tot dit programma behoren onder andere kosten van: Economische ontwikkeling en deelname in nutsbedrijven maar ook promotie en acquisitie en ondersteuning van het Parkmanagement in Roden. Week- en jaarmarkten Bestuursprogramma 2010-2014 Het economisch beleid is aanvullend op het beleid van werk en inkomen. Deze beleidsterreinen zijn nauw met elkaar verbonden. Daarbij is een voortzetting van de goede samenwerking met buurgemeenten -in het bijzonder Leek- belangrijk. Kaders
Inter Gemeentelijk Structuurplan Beleidsvisie bedrijventerreinen Gemeentelijk promotie en acquisitiebeleid Optiebeleid bij uitgifte bedrijfskavels Marktverordening gemeente Noordenveld
1. Wat wilden we bereiken?
De promotie en acquisitie wordt verder versterkt. Daarbij wordt waar mogelijk de samenwerking gezocht met de overige gemeenten uit de Regio Groningen-Assen en de NOM. Er zijn voldoende kavels beschikbaar voor de vestiging van nieuwe of de verplaatsing van bestaande bedrijven. Een en ander in afstemming met de binnen de Regio GroningenAssen beschikbare voorraad. Er is aandacht voor de bestaande bedrijventerreinen; zowel voor de kwaliteit van de omgeving als het voorzieningenniveau. De gemeente participeert actief in de Vereniging Parkmanagement Bedrijventerreinen Noordenveld en vervult daarin een sterke stimulerende en ondersteunende rol. Bij de huisvesting van (door-)startende en groeiende ondernemingen uit de eigen gemeente spelen we een actieve rol. Ondermeer door te bekijken welke mogelijkheden de bestaande bedrijventerreinen op dat punt bieden. De samenwerking op economisch gebied binnen de Regio Groningen-Assen wordt waar mogelijk versterkt. Gestreefd wordt naar een betere balans in de kosten/baten verhouding van de Rodermarkt en de overige jaar-/weekmarkten. In de in april 2011 gepresenteerde visie “ Werken aan de toekomst van Veenhuizen ” is
17
JAARVERSLAG 2012
aangegeven dat het accent in de komende jaren ligt op het aantrekken van nieuwe bedrijvigheid. Tevens zal de economische weerbaarheid van de bestaande bedrijvigheid moeten worden vergroot. Daarbij wordt verder gebouwd aan wat in de afgelopen jaren in gang is gezet. 2a. Wat zouden we gaan doen in 2012?
De promotie en acquisitie ten behoeve van kennispark Haarveld worden versterkt voortgezet. Ingezet wordt op de verkoop van minimaal vier kavels op het bedrijventerrein Haarveld in Roden. De mogelijkheden tot herstructurering van – met name – bedrijventerrein Bitseveld worden actief verkend. Daarbij wordt waar mogelijk de samenwerking gezocht met OCN en Parkmanagementvereniging. Het project Springboard 2.0 gaat van start. Er wordt actief ingespeeld op de mogelijkheden, die dit voor de gemeente biedt. Sterk maken voor plaatsing van de koloniën van Weldadigheid op de Werelderfgoedlijst Unesco 2018. Opzetten van een netwerk van ambassadeurs / experts om te investeren in Veenhuizen. Zorg dragen voor een adequaat planologisch regiem voor de ruimtelijke ontwikkeling van Veenhuizen Uitvoering geven van het stappenplan Rodermarkt. Invoering B.I.Z.(Ondernemersfonds).
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd ?
In nauwe samenwerking met de betreffende partners is een nieuw concept voor Haarveld ontwikkeld. Op basis van dit concept worden gesprekken gevoerd met 2 serieuze gegadigden voor vestiging in Haarveld. Er zijn in 2012 in Haarveld geen kavels verkocht. Anticiperend daarop is medio 2012 de grondexploitatie reeds aangepast. Voor de herstructurering van het bedrijventerrein bij Roden is een bijdrage uit het Provinciaal Herstructurerings Programma (PHP) toegekend. Ook anderszins zijn afspraken gemaakt over de cofinanciering. Het projectplan en bijbehorende grondexploitatie zal begin 2013 ter besluitvorming worden voorgelegd. Op het gebied van bedrijfscontacten, acquisitie en promotie is in 2012 intensief samengewerkt met Springboard. Dit zowel voor wat betreft individuele bedrijfscontacten en de acquisitie, als op het vlak van promotie, netwerkversterking en ontwikkeling van faciliteiten voor de hightech-sector. Een en ander heeft nog geen tastbare resultaten opgeleverd maar wel een aantal hoopvolle contacten. Het ruimtelijk-/economisch visie-document "Werken aan de Toekomst van Veenhuizen" en de sociaal-/maatschappelijke opgave van Veenhuizen "Bewonersvisie Veenhuizen bijzonder gewoon" zijn in 2012 vastgesteld. Op basis van de ruimtelijk-/economische visie wordt nu verder gewerkt aan het opbouwen van het landelijk netwerk; aan herbestemming van de nog op te knappen panden; en aan het ontwikkelen van de voormalige locatie van het 3e gesticht.
18
JAARVERSLAG 2012
In het voorjaar van 2012 is de eerste nationale ambassadeursbijeenkomst Veenhuizen gehouden. Een symposium met landelijke sprekers om de positie van Veenhuizen op de nationale agenda nogmaals te onderstrepen. Aansluitend is samen met marketing Drenthe en de NRC een weekend proefondernemen in Veenhuizen georganiseerd. Deze actie heeft geleid tot een drietal bedrijfsvestigingen in Veenhuizen en een aantal potentiële geïnteresseerden, waarmee nog wordt gesproken. In 2012 is een start gemaakt met het voorontwerp-bestemmingsplan Veenhuizen (actualisatie geldend bestemmingsplan) In 2013 zal dit moeten worden afgerond. In 2012 is de samenwerkingsovereenkomst tot opname van de Kolonien van Weldadigheid op de UNESCO werelderfgoedlijst ondertekend. Met het onderzoek naar de Outstanding Universal Values van de Kolonien is een start gemaakt. De visie op week- en jaarmarkten van Noordenveld is vastgesteld. Er is gekozen voor behoud van de traditie, investeren in de regierol en het uitbesteden van de uitvoering om een meer bedrijfsmatige aanpak te bevorderen. De transitie van uitvoering naar regie op de week- en jaarmarkten is na de zomer gestart. De visie is in het najaar gepresenteerd aan de marktkooplieden van de weekmarkten en er lijkt draagvlak voor de aanpak. De voorbereidingen voor de uitbestedingsprocedure zijn in volle gang. Het stappenplan voor de Rodermarkt is met de vaststelling van de visie achterhaald. Gewerkt wordt nu met een meerjarenplanning gericht op alle week- en jaarmarkten. De invoering van BIZ voor het centrumgebied van Roden is gerealiseerd. Voor de bedrijventerreinen van Roden en Peize was het draagvlak helaas net onvoldoende.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
1.800 543 1.257
761 412 349
19
Begroting na wijziging 2012 4.042 3.691 351
Realisatie 2012 1.062 797 265
JAARVERSLAG 2012
2.1.5 Programma Onderwijs Portefeuillehouder: O.L. Keizer
Omschrijving programma De gemeente Noordenveld heeft twee verantwoordelijkheden voor onderwijs. Ten eerste zorgt zij als lokale overheid voor het algemene onderwijsklimaat in de gemeente. Ten tweede is zij het bestuur van het openbaar en speciaal basisonderwijs. Het schoolbestuur heeft zijn verantwoordelijkheid gemandateerd aan de Algemene Directie Openbaar Onderwijs. Lokale taken zijn: huisvesting van scholen uitvoering van de leerplichtwet voeren van lokaal onderwijsbeleid leerlingenvervoer natuur- en milieueducatie lichamelijke opvoeding en educatie (volwassenenonderwijs) realisatie van een sluitende aanpak voor de ontwikkeling van kinderen en jongvolwassenen van 0 tot en met 23 jaar Tot dit programma behoren kosten van onder andere: Openbaar / bijzonder onderwijs en onderwijsbeleid in de gemeente Noordenveld Leerplicht Leerlingenvervoer Gymnastieklokalen Educatie (volwassenenonderwijs) Bestuursprogramma 2010-2014 Een goed jeugdbeleid en goed lokaal onderwijs zijn van wezenlijk belang voor de ontwikkeling van de jonge inwoners van onze gemeente. Onderwijs is meer dan kennisoverdracht. Lichamelijke opvoeding, creatieve vorming, natuur & milieu en cultuureducatie zijn belangrijke onderdelen. Kinderen moeten zich optimaal kunnen ontwikkelen tot zelfstandig denkende mensen met respect voor elkaar. Kaders
Rijksregels en wetgeving; Verordening Lokaal Onderwijs Overleg (op overeenstemming gericht onderwijs overleg); Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs Gemeente Noordenveld; Verordening Leerlingenvervoer Gemeente Noordenveld; Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (IHP); Mandaatregeling Openbaar Onderwijs; Beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
20
JAARVERSLAG 2012
1. Wat wilden we bereiken?
De doelstelling van het onderwijs- en jeugdbeleid is: Optimale ontwikkelingskansen bieden zodat jeugdigen (0-23 jaar) in Noordenveld zich kunnen ontwikkelen tot gezonde zelfstandige burgers die volwaardig deelnemen aan de samenleving. Om deze doelstelling te realiseren hebben we het jeugd(zorg)beleid en het onderwijsbeleid volledig geïntegreerd. Daarom hebben we ervoor gekozen de uitwerking van het programma Onderwijs op te nemen in de beschrijving van het programma Zorg en Welzijn. 2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma 2010-2014)?
3 e Actualisatie van het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs. Besluitvorming over de realisatie van een mfa in Een. Realisatie nieuwbouw basisschool Nieuw-Roden.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Jaarlijks wordt er in samenwerking met de schoolbesturen een integraal huisvestingsplan (IHP) opgesteld. Het IHP 2013 bevat alleen het hoogst noodzakelijke omdat wij voor de toekomst de noodzaak zien om een meerjarig IHP 2014-2020 op te stellen. Hierbij zijn krimp en onderwijskwaliteit speerpunten. Het opstellen van zo’n meerjarig IHP vergt meer onderzoek en overleg, communicatie en participatie met de schoolbesturen. Door het vaststellen van een IHP-light voor 2013 ontstaat er tijd om een meerjarig IHP op te stellen. In 2012 zijn wij in samenwerking met de schoolbesturen begonnen met het opstellen ervan. Onderzoeksgroep Multifunctionele Accommodatie Een heeft onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van een multifunctionele accommodatie (MFA) in Een. Wij hebben met u afgesproken dat bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2013 een definitief voorstel over de MFA in Een aan u wordt voorgelegd. In 2012 hebben wij de bouw van een nieuwe openbare basisschool in Nieuw Roden gerealiseerd.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
16.461 12.521 3.940
15.618 11.509 4.109
21
Begroting na wijziging 2012 15.493 11.622 3.871
Realisatie 2012 17.240 13.202 4.038
JAARVERSLAG 2012
2.1.6 Programma Sport Portefeuillehouder: G. Alssema
Omschrijving programma Sport is niet alleen leuk (sport als doel), maar draagt in positieve zin ook bij aan een gezonde leefstijl, fysieke en psychische gezondheid, individuele ontplooiing, zelfredzaamheid, participatie van mensen, sociale samenhang en aan het voorkomen van overgewicht (sport als middel). Investeren in sport is investeren in de samenleving, omdat in zowel de georganiseerde (sportverenigingen) als ongeorganiseerde sport (niet aangesloten bij een sportvereniging) zijn duizenden mensen betrokken als sporter, vrijwilliger, sponsor of toeschouwer. Met ons sport- en beweegbeleid streven we ernaar dat iedere inwoner van Noordenveld naar eigen voorkeur kan deelnemen aan sport- en beweegactiviteiten van goede kwaliteit op ieder moment in zijn of haar leven. In samenwerking met anderen willen we zorgen voor een accommodatie- en activiteitenaanbod dat mensen in beweging brengt en houdt, zodat de vitaliteit en leefbaarheid van de gemeente vergroot. Tot dit programma behoren de kosten van onder andere: Sport algemeen Sportontwikkeling en sportstimulering Binnen- en buitensportaccommodaties Bestuursprogramma 2010 – 2014 Sport is een bindende factor in de samenleving. Sport is meer dan ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. Sport raakt alles wat we belangrijk vinden: gezondheid, normbesef, integratie, veiligheid en maatschappelijke binding. Daarom willen we alle mensen van alle leeftijden verleiden voldoende te gaan en blijven bewegen. Kaders
Bestuursprogramma Kadernota Sport & Bewegen 2010-2014 Beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning Meerjaren onderhoudsprogramma binnen- en buitensportaccommodaties Meerjaren subsidieafspraken met instellingen en organisaties Subsidieverordening Welzijn, Cultuur en Sport Tarievenverordeningen binnensport- en buitensportaccommodaties Algemene wet bestuursrecht
22
JAARVERSLAG 2012
1. Wat wilden we bereiken?
Toename van het aantal inwoners dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Faciliteren en stimuleren van actieve deelname aan sport en bewegen door doelgroepen die onvoldoende bewegen (jongeren, ouderen en mensen met een beperking). Stimuleren van sociale samenhang, een gezonde leefstijl en participatie van inwoners door sport en bewegen integraal in te zetten. Versterken van sportverenigingen. Stimuleren van (structurele) samenwerking tussen sportverenigingen onderling en tussensportverenigingen en andere (sport)organisaties. Stimuleren en ondersteunen van breedtesportactiviteiten. Handhaven van het aantal sport- en beweegaccommodaties en de kwaliteit ervan, mits voldoende draagvlak en draagkracht. Stimuleren van multifunctioneel gebruik van sport- en beweegaccommodaties. Een gemeentelijke organisatie die goed bereikbaar is voor het veld van sport en bewegen en proactief inspeelt op vragen uit het veld.
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma 2010-2014)?
Maken van (nieuw) integraal accommodatiebeleid. Onderzoek doen naar mogelijke privatisering van zwembad/sportcentrum de Hullen. Onderzoeken of we doorgaan met inzet van combinatiefunctionarissen.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Op basis van een inventarisatie van het bestaande accommodatiebeleid hebben we een aantal besluiten genomen over bijvoorbeeld harmonisatie van tarieven, behoud van De Dobbe in Roden voor sociaal culturele activiteiten, sloop van De Boskamp in Roden, een dorpshuisfunctie in De Essen in Peize en harmonisatie van ons dorpshuizenbeleid. We schrijven geen nota over het accommodatiebeleid, omdat we al bezig zijn met maken van (nieuw) beleid en tegelijkertijd met de uitvoering van onze besluiten. Wij hebben onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om Sportcentrum De Hullen te privatiseren en naar de mogelijkheden om structureel minimaal € 200.000 te besparen op de exploitatie van het sportcentrum vanaf 2015. Bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2013 krijgt u de resultaten van beide onderzoeken. Volgens de rijksregeling ‘Brede impuls combinatiefuncties’ mogen we 4,5 FTE buurt sportcoaches (nu nog combinatiefunctionarissen) aanstellen. Samen met Sport Drenthe zijn we aan het onderzoeken of we de bestaande combinatiefunctionarissen (2,7 FTE) kunnen behouden en of we daarnaast nog 1,8 FTE buurt sportcoaches kunnen aanstellen die de leeftijdsgroep 18+ bedient. Insteek hierbij is budgettaire neutraliteit.
23
JAARVERSLAG 2012
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
2.833 1.303 1.530
2.568 745 1.823
24
Begroting na wijziging 2012 3.000 897 2.103
Realisatie 2012 2.658 770 1.888
JAARVERSLAG 2012
2.1.7 Programma Cultuur Portefeuillehouder: O.L. Keizer en J. Dam
Omschrijving programma Cultuur heeft een bindende functie voor de inwoners van een gemeenschap. Wij vinden het belangrijk dat onze inwoners zich thuis voelen in de plaats waar zij wonen. Daarom is stimulering van cultuur een belangrijke taak van de gemeentelijke overheid. Gemeenten zijn autonoom in de vormgeving van hun cultuurbeleid en in de besteding van de financiële middelen. Onze taken liggen op het gebied van lokale voorzieningen zoals amateurkunsten, podiumkunsten, beeldende kunst, musea, de instelling voor kunstzinnige vorming, de openbare bibliotheek, het gemeentearchief en cultureel erfgoed. Tot dit programma behoren de kosten van onder andere: Bibliotheekwerk Cultuureducatie Amateurkunst Musea en monumenten Bestuursprogramma 2010 - 2014 Cultuur is wezenlijk voor de kwaliteit van de samenleving. Cultuur heeft een bindende functie voor de inwoners van een gemeenschap en draagt in belangrijke mate bij aan de sociale samenhang. Ook draagt cultuur bij aan de ontplooiing van de mens. Een goed cultureel klimaat is goed voor Noordenveld. Het houdt de gemeente aantrekkelijk voor wonen, ondernemen, recreatie en toerisme. Bij de uitvoering van het cultuurbeleid is de Kadernota 2009-2014 Cultuur bloeit in Noordenveld leidend.
Kaders
Kadernota “Cultuur Bloeit in Noordenveld” Beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning Jeugdagenda Noordenveld Meerjaren subsidieafspraken met instellingen en organisaties Subsidieverordening Welzijn, Cultuur en Sport Monumentenwet Algemene wet bestuursrecht
1. Wat wilden we bereiken?
Versterken van de slagkracht van de culturele sector. Inzetten van cultuur om de sociale samenhang en participatie te bevorderen. Behouden en benutten van het cultureel erfgoed. Bieden van een podium voor artistieke producties. Vergroten van de jongerenparticipatie in het culturele leven. Versterken van de kwaliteit van de openbare ruimte en verbeteren van de leefomgeving
25
JAARVERSLAG 2012
door kunst en cultuur. Bijdragen aan de gemeentelijke aantrekkingskracht als woon-, werk- en recreatieplaats.
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012?
Prestatieafspraken maken met Openbare Bibliotheek Noordenveld, Stichting Museum Kinderwereld en ICO Centrum voor Creatieve Ontwikkeling. Uitbrengen cultureel jaarverslag. Onderzoeken of we zelf systeem van monitoring op moeten zetten of dat we kunnen aanhaken bij Culturele Atlas Drenthe nieuwe stijl. Besluitvorming over voortzetting cultuurloket. Een cultuurhistorische waardenkaart opstellen
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Voor de grotere gesubsidieerde instellingen geldt dat zij het afgelopen jaar veel aandacht hebben moeten besteden aan het vinden van mogelijkheden om te bezuinigen. Daardoor is het niet gelukt de prestatieafspraken al in 2012 af te ronden; eerst moet duidelijk zijn hoe de bezuinigingen kunnen worden gerealiseerd en welke gevolgen dat heeft voor het aanbod. We hebben in 2012 samen met het bibliotheekbestuur gewerkt aan een beleidskader voor het bibliotheekwerk. Dit beleidskader wordt in 2013 aan de raad voorgelegd. De in het beleidskader geformuleerde uitgangspunten worden uitgewerkt in nieuwe subsidieafspraken. Met het ICO hebben we afspraken gemaakt over te leveren producten. In 2012 heeft het ICO voor het eerst een productbegroting gemaakt. Dit is een belangrijke stap op weg naar de verdere uitwerking in prestatieafspraken. Met museum Kinderwereld zijn we nog niet begonnen met het formuleren van prestatieafspraken, omdat er in 2012 een directiewisseling heeft plaatsgevonden en de directie zich nu eerst richt op het opstellen van een nieuw beleidsplan voor het museum. Ook in 2012 hebben we een cultureel jaarverslag gemaakt. De Culturele Atlas Drenthe nieuwe stijl is geen optie voor het monitoren van het cultuurbeleid omdat de provincie gestopt is met de ontwikkeling van deze atlas. Of we dan een eigen systeem van monitoring moet ontwerpen willen bij de nieuwe cultuuragenda afwegen. Het cultuurloket is geëvalueerd en we hebben besloten de taken van het cultuurloket onder te brengen bij het vrijwilligersloket van de Stichting WiN. De opdracht voor de cultuurhistorische waardenkaart is verleend en met de realisatie is begonnen. Deze wordt in 2013 afgerond.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
1.813 81 1.732
1.931 57 1.874
26
Begroting na wijziging 2012 1.728 93 1.635
Realisatie 2012 1.638 118 1.520
JAARVERSLAG 2012
2.1.8 Programma Recreatie & Toerisme Portefeuillehouder: J. Dam en J.H. van der Laan
Omschrijving programma Recreatie en toerisme ontwikkelen zich in toenemende mate tot een belangrijke sociale en economische pijler van de gemeente Noordenveld. De gemeente onderkent het belang hiervan en ondersteunt en faciliteert kwaliteitsverbetering, aanbodsverbreding en seizoenverlenging van de dag- en verblijfsrecreatieve sector. Tot dit programma behoren o.a. de kosten van: Subsidiëring Tourist Info Drenthe en lokale Tourist Info’s Subsidiëring Recreatieschap Drenthe Diverse recreatieve voorzieningen
Bestuursprogramma 2010-2014 Drenthe kent een aantrekkelijk toeristisch landschap en de vraag naar toeristische activiteiten neemt steeds meer toe. De gemeente Noordenveld levert daar zeker een positieve bijdrage aan en plukt er ook de (economische) vruchten van. Bovendien draagt de sector recreatie en toerisme bij aan het in stand houden van voorzieningen in de dorpen. Recreatie en toerisme is verder belangrijk voor de werkgelegenheid. Voor toerisme is een vitaal platteland van groot belang. Voor veel agrarische ondernemers is recreatie (en de daarbij behorende natuurontwikkeling) een aanvullend inkomen.
Kaders Rijks- en provinciale wet- en regelgeving IGS Beleidsplannen recreatie en toerisme gemeenten Norg, Roden en Peize Recreatieve Ontwikkelingsvisie Leekstermeer e.o. Notitie Permanente bewoning Recreatieverblijven “Veenhuizen: Anders dan anders”, Visie Recreatie en Toerisme en “Vitaal Veenhuizen”, productontwikkelingsprogramma 2008-2012 van de Stichting Veenhuizen Cultuur & Toerisme Kampeerbeleid gemeente Noordenveld Beleidskader Bed & Breakfast voorzieningen Ruimtelijk ontwikkelingskader voor de verblijfsrecreatie in het Leekstermeergebied t willen 1. Wat wilden we bereiken ?
Het toeristische profiel van de gemeente binnen haar mogelijkheden verder versterken. Goede voorzieningen voor fietsers (knooppuntroutes), wandelaars (kerk- of klompenpaden) en watersporters (kanoroutes) zijn van groot belang. In 2012 is de Stichting Kop van Drenthe operationeel en voert taken uit op het gebied van
27
JAARVERSLAG 2012
toeristische informatievoorziening (inclusief lokale Tourist Info’s), marketing en promotie, productontwikkeling en ondersteuning van de deelnemers, op basis van gezamenlijke financiële verantwoordelijkheid. Realisatie ,middels de bestuurscommissie Peize, van de grootschalige waterberging respectievelijk nieuw natuurgebied De Onlanden inclusief toeristisch/recreatieve maatregelen
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma 2010-2014)?
De Recreatiebeleidsnota wordt (in samenhang met recreatieondernemers) opgesteld en medio 2012 vastgesteld. Uitvoering geven aan een pakket recreatief/toeristische maatregelen in het gebied De Onlanden.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Omdat de raad eerst kaders heeft gesteld, is de vaststelling van de nota doorgeschoven naar het voorjaar van 2013. In 2012 is Stichting Kop van Drenthe opgericht. De stichting richt zich op de toeristisch recreatieve promotie van de Kop van Drenthe, toeristische informatievoorziening, productontwikkeling en het bevorderen van onderlinge samenwerking. De waterberging in de Onlanden is in 2012 voor het eerst gedeeltelijk benut. In 2012 is een aantal fietspaden en bruggen met uitkijkpunten in De Onlanden gerealiseerd. Ook is er in het gebied een kanoroute geopend en is een 'mijmerbank' aan de Hooiweg gerealiseerd. Eind 2013 / begin 2014 wordt naar verwachting het gehele project opgeleverd.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
575 57 518
302 7 295
28
Begroting na wijziging 2012 648 208 440
Realisatie 2012 404 53 351
JAARVERSLAG 2012
2.1.9 Programma Werk en Inkomen Portefeuillehouder: O. L. Keizer Omschrijving programma Werk boven inkomen staat centraal in de Wet Werk en Bijstand (WWB). Re-integratie is het geheel aan activiteiten dat leidt tot arbeidsinschakeling. De WWB stelt gemeenten mede verantwoordelijk door de opdracht de burger bij zijn arbeidsinschakeling te ondersteunen. Inkomenswaarborg is in deze opdracht een belangrijke kernfunctie. De opdracht om mensen met een handicap te plaatsen op een werkplek die bij hun past is op genomen in de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW). Tot dit programma behoren kosten van onder andere: bijdrage aan ISD Noorderkwartier; bijdrage aan Werkvoorzieningschap Novatec; gemeentelijk minimabeleid waaronder kwijtscheldingen. Bestuursprogramma 2010 - 2014 Werk hebben is belangrijk. Werk gaat boven inkomen. Doelstelling van ons is daarom, dat iedereen die dat kan betaald werk heeft. Toch blijft een aantal mensen aangewezen op een uitkering. Voor deze mensen zijn twee zaken van groot belang. Ten eerste moeten ze actief kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven. Ten tweede moeten ze actief proberen werk te krijgen of de afstand tot betaald werk te verkleinen. Met oog voor het individu bieden we maatwerk om deze twee doelen te bereiken. Hiermee willen we voorkomen dat mensen inactief worden en in een sociaal isolement terecht komen. Meedoen in de maatschappij is en blijft het belangrijkste uitgangspunt van het werk- en inkomensbeleid. Kaders
Wet Sociale Werkvoorziening; Gemeenschappelijke regeling WSW ’NOVATEC’; Gemeenschappelijke regeling WWB ’Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier’; Verordeningen WSW Persoonsgebonden Budget, Wachtlijstbeheer, Cliëntparticipatie; Wet Werk en Bijstand; Wet Investeren in Jongeren (WIJ); Beleidsplannen en -verslagen WWB; Toeslagenverordening WWB; Maatregelenverordening WWB; Handhavingplan WWB; Re-integratieverordening WWB; Re-integratiebeleidsplan WWB Verordening Werk- leeraanbod WIJ; Notitie Arbeidsmarktbeleid; Inkoopbeleid re-integratiediensten WWB; Verslag over de uitvoering WWB; Nota Bijzondere Bijstand;
29
JAARVERSLAG 2012
Verordening Krediethypotheek en Pandovereenkomst; Nota Minimabeleid; Verordening op de Wet Kinderopvang; Verordening Langdurigheidtoeslag; Jaarplannen, -verslagen, rekeningen en begrotingen SW bedrijf; Sturingsmodel WWB/WSW.
1. Wat wilden we bereiken?
Volwaardige deelname aan de samenleving in Noordenveld door iedere inwoner. Hierbij zijn de individuele mogelijkheden de norm zijn en niet langer de beperkingen. Een goed werkende lokale/regionale arbeidsmarkt door voldoende passende werkgelegenheid en een adequate personeelsvoorziening.
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma 2010-2014)?
In GR verband de gevolgen van de WWNV (Wet Werken naar Vermogen) in kaart brengen en op basis daarvan een toekomstscenario ontwikkelen Voortzetten in 2012 van het re-integratiebeleid 2008-2011, ‘Meedoen geeft perspectief’(ter overbrugging naar de WWNV) Een deel van de doelgroep WWB inzetten op gemeentelijke taken waarvan de uitvoering als gevolg van bezuinigingen onder druk komt te staan Intensivering van de inhoudelijke en financiële regie op Novatec Uitvoeren van het regionale actieplan ‘Werk in Zicht’ om de jeugdwerkloosheid te bestrijden in de provincie Groningen en gemeente Noordenveld Extra aandacht voor mensen die net werkloos zijn. Hiervoor is het noodzakelijk dat Noordenveld een vestiging houdt van het UWV Werkplein
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Het jaar 2012 stond in eerste instantie volledig in het teken van de voorbereidingen op de uitvoering van de WWNV. De val van het kabinet en het als gevolg daarvan controversieel verklaren van die wet is voor ons geen reden geweest die voorbereidingen te stoppen. De verwachting dat een nieuw kabinet een vervolg zou geven aan de WWNV is met de Participatiewet per 1 januari 2014 uitgekomen. Eind 2012 hebben we in GR verband een notitie opgeleverd waarin de uitgangspunten voor de uitvoering van de Participatiewet zijn opgesteld. De uitvoering van de notitie zal in 2013 plaatsvinden. In verband met in 2012 aangekondigde wetswijzigingen zoals de Wet handhaving en sanctiebeleid SZW en de Participatiewet hebben wij ook in 2012 in GR verband uitvoering gegeven aan het re-integratiebeleid 2008-2011 zoals vastgesteld in de nota 'Meedoen geeft perspectief'. Wanneer de gevolgen van de wetswijzigingen meer duidelijk zijn wordt het re-integratiebeleid hierop aangepast. Wij hebben in 2012 een drietal zogenaamde participatieplaatsen voor mensen met een WWB uitkering in de gemeentelijke organisatie gerealiseerd. We gaan het aantal participatieplaatsen in 2013, niet alleen binnen de gemeente zelf, maar ook bij maatschappelijke instellingen uitbreiden.
30
JAARVERSLAG 2012
In 2012 zijn we in GR verband gestart met de herstructurering van Novatec. Op hoofdlijnen is duidelijk hoe het herstructureringsproces eruitziet en wat de kosten zijn. Het project 'Werk in Zicht' is in 2012 afgerond. Momenteel wordt gewerkt aan de evaluatie. Wij hebben na de afronding van het project in 2012 besloten in GR-verband verder te gaan met de belangrijkste acties uit het project, namelijk het bevorderen van de bovenregionale samenwerking werkgeversbenadering en het bevorderen van een betere aansluiting van het beroepsonderwijs op de arbeidsmarkt. De dienstverlening van het UWV is onder druk van bezuinigingen in 2012 omgebogen naar een internetdienstverlening. Het UWV is in 2012 wel betrokken gebleven bij het Werkplein op het terrein van de gezamenlijke werkgeversbenadering.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
14.205 10.244 3.961
12.293 9.350 2.943
31
Begroting na wijziging 2012 13.362 9.927 3.435
Realisatie 2012 13.758 10.686 3.072
JAARVERSLAG 2012
2.1.10 Programma Zorg en Welzijn Portefeuillehouder: G. Alssema en O.L. Keizer
Omschrijving programma Alle inwoners van de gemeente Noordenveld worden gestimuleerd en in staat gesteld actief deel te nemen aan de samenleving. Bijzondere aandacht gaat uit naar mensen die daarbij belemmeringen of beperkingen ondervinden zoals jeugd, ouderen, gehandicapten en vreemdelingen. Hierbij staan de volgende kernwaarden centraal: Meedoen Ontwikkelen Zelfstandigheid Sociale verbondenheid Tot dit programma behoren de kosten van onder andere: Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Maatschappelijke begeleiding en advies Sociaal cultureel werk Kinderopvang en peuterspeelzaalwerk Jeugdzorg en jeugd- en jongerenwerk Ouderenwerk Openbare Gezondheidszorg (OGZ) Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Multifunctionele accommodaties Bestuursprogramma 2010 – 2014 De gemeente heeft serieuze aandacht voor de kwetsbaren in onze samenleving. Wij zullen een nadrukkelijke rol blijven vervullen in de zorg voor onze burgers. Ook zullen wij inkomensondersteunende maatregelen nemen voor mensen die niet kunnen werken in de vorm van een preventief minima- en armoedebeleid. Daarbij is een actief en uitnodigend beleid van sociale activering van groot belang. Daardoor kunnen mensen via een werksituatie aan de slag. We moeten er zo veel mogelijk voor zorgen dat iedereen meedoet. Maar ook daar geldt weer: wanneer dat niet mogelijk is, moet de overheid ervoor zorgen dat er een goed, bekend en toegankelijk financieel vangnet is. De gemeente moet samen met de burgers een omgeving creëren waarin iedereen tot zijn recht kan komen. Zonder de eigen principes geweld aan te doen, zal de één respect op moeten brengen voor de ander. De gemeente stelt grenzen aan de 24-uurs economie en wil een omgeving creëren waarin iedereen voldoende tot rust kan komen. Wij zullen actief meewerken om de sterke sociale samenhang te versterken. Dat zullen wij onder meer doen door vrijwilligerswerk te stimuleren en een samenhangend geheel van woon-, zorg- en welzijnsvoorzieningen in een wijk verder te ontwikkelen.
32
JAARVERSLAG 2012
De gemeente zal het geld dat het Rijk beschikbaar stelt voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) volledig gebruiken voor uitvoering van de Wmo. Wij streven ernaar om de voorzieningen in de Wmo voor iedereen bereikbaar te houden op het huidige niveau. Mogelijke efficiëntievoordelen moeten aan de bestemde reserves worden toegevoegd. Ouderen moeten zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen en leven. Sport en cultuur zijn en blijven belangrijke bouwstenen van het welzijnsbeleid. Mensen ontwikkelen zich, ontspannen zich en ontmoeten elkaar. De gemeente zal mensen stimuleren om deel te nemen aan sport- en cultuurverenigingen en activiteiten. Investeren in sport en cultuur is investeren in de samenleving. Het Centrum voor Jeugd en Gezin in Noordenveld blijft gehandhaafd. Het is een belangrijk middel om burgers te helpen bij het opvoeden en opgroeien, om werk te maken van preventie, om de zorglijnen kort te houden en om adequaat te kunnen optreden bij ontsporingen tijdens de opvoeding en opgroeien van jeugdigen. Kaders
Algemene wet bestuursrecht (Awb) Wet maatschappelijke ondersteuning Beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning Verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld Verstrekkingenboek maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordenveld Subsidieverordening Welzijn, Cultuur en Sport Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Nota toezicht en handhaving kwaliteit kinderopvang Regeling verlaging ouderbijdrage peuterspeelzaal Wet op de Jeugdzorg Notitie peuterspeelzaalbeleid Jeugdagenda Verordening Individuele Minimaregeling Noordenveld Verordening Categoriale Minimaregeling Noordenveld Invorderingswet Wet Publieke Gezondheid Mantelzorgnotitie “Zorgen voor de ander is zorgen voor elkaar” Notitie openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ) “Bijzondere zorg voor kwetsbare mensen” Nota Wonen in Noordenveld
1. Wat willen we bereiken? 2 Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Een verbrede dienstverlening van het Wmo-loket. Efficiënt inzetten van Wmo geld Leefbaarheid Ouderen en mensen met een beperking blijven zo lang als mogelijk zelfstandig en zelfredzaam en betrokken bij hun sociale woonomgeving.
33
JAARVERSLAG 2012
Kwalitatief goed onderwijs blijft behouden in de kleine kernen. Verbeterde sociale samenhang door het stimuleren van vrijwilligerswerk en het ontwikkelen van een samenhangend geheel van woon-, zorg- en welzijnsvoorzieningen in de wijk. Jongeren hebben de gelegenheid elkaar te ontmoeten zonder dat dit leidt tot overlast voor de omgeving en onwettig gedrag. Iedereen heeft de mogelijkheid zich cultureel te ontplooien en te vormen. Een huisvestingsbeleid dat is gericht op verschillende doelgroepen, zoals ouderen, eenoudergezinnen, jongeren en alleenstaanden.
Welzijn Inwoners met een minimuminkomen kunnen deelnemen aan sociaal-culturele, sportieve, recreatieve, kunstzinnige en culturele activiteiten. Optimale (h)erkenning en ondersteuning van mantelzorgers. Goede ondersteuning van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties en meer vrijwillige inzet. Mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking hebben de mogelijkheid om voldoende te sporten en te bewegen. Zorg Uitvoeren van de Wet Publieke Gezondheid door in te zetten op de preventie van ziekte en het in stand houden en bevorderen van de lichamelijke, geestelijke en sociale gezondheid van alle inwoners. Minder maatschappelijke uitval van kwetsbare groepen (doelgroep Openbare Geestelijke Gezondheidszorg) in de Noordenveldse samenleving. Een goede ondersteuning aan deze kwetsbare mensen in hun herstel naar zelfredzaamheid en maatschappelijk meedoen. Goede regie op de lokale gezondheidszorg. Jeugdigen kunnen gezond en veilig opgroeien. Jeugd (0-23 jaar) Jongeren kunnen gezond en veilig opgroeien en zich ontwikkelen tot zelfstandig denkende mensen met respect voor elkaar. Verbeterde inzet van voor- en vroegschoolse educatie (VVE), door uitvoering te geven aan het uitvoeringsplan ‘VVE vooruit’. Opvoedings- en opgroeiproblemen bij jeugd en ouders worden vroegtijdig gesignaleerd en aangepakt, waardoor er geen jeugdigen tussen wal en schip raken. Er is voorzien in adequate (en op onderwijsbehoefte afgestemde) huisvesting voor primair-, speciaal- en voortgezet onderwijs. Een brede taalontwikkeling en doorgaande ontwikkelingslijn 0-6 jarigen. Preventieve logopedie 0 – 6 jaar Zoveel mogelijk leerlingen hebben een doorlopende schoolloopbaan (voorkomen voortijdig schoolverlaten). Jongeren behalen een startkwalificatie, werken of volgen een traject naar opleiding of werk. Een adequate signalering en registratie voor 0 tot 23 jarigen is gerealiseerd. Door actieve deelname aan sociaal-culturele, sportieve, recreatieve, kunstzinnige en culturele activiteiten worden jongeren gestimuleerd en wordt hen de gelegenheid geboden om leeftijdsgenoten te ontmoeten.
34
JAARVERSLAG 2012
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma)? Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Invoeren van het model Noordenveldwerker Invulling geven aan het project De Kanteling Leefbaarheid Opstellen van uitgangspunten voor de mogelijkheid van mantelzorg in of aan huis. Dit is een vervolg op de ontwerpnotitie ‘Regeling huisvesting mantelzorg’. Welzijn Samen met WiN uitvoering geven aan Welzijn Nieuwe Stijl Opstellen Wmo-beleidsplan (inclusief lokaal gezondheidsbeleid) Uitvoeren barometer leefbaarheid Jeugd Verder ontwikkelen van het Jeugdpunt Noordenveld tot een volwaardig Centrum voor Jeugd en Gezin.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Transities In 2012 hebben we het Transitieteam opdracht gegeven de drie transities in het sociale domein vorm te geven. Hieruit voortvloeiend is de kaderstellende notitie op de transities Jeugdzorg, AWBZ-begeleiding en Participatiewet met u uitgewerkt. Deze notitie vormt mede de basis voor de Wmo-visie 2013 - 2016. Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning De pilot Noordenveldwerker is gestart in mei 2012. De eerste tussenevaluatie is in 2012 afgerond. De Kanteling vormt de basis voor de Wmo-visie 2013 - 2016. Met de pilot Noordenveldwerker krijgt De Kanteling daadwerkelijk een gezicht. Leefbaarheid In 2012 hebben wij de ontwerp beleidsnotitie Regeling huisvesting mantelzorg en het voorontwerp bestemmingsplan Regeling huisvesting mantelzorg aangepast aan de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO). Voor medio 2013 leggen wij het voorontwerp bestemmingsplan ter inzage. Welzijn De stichting Welzijn in Noordenveld (WiN) levert inzet op de gemeentelijke beleidsterreinen sociaal wijkbeheer, jeugd en vrijwilligerswerk/mantelzorg. In 2012 hebben we vastgelegd welke resultaten de gemeente per beleidsterrein gerealiseerd wil zien. WiN heeft op basis daarvan een aanbod geformuleerd gericht op het bereiken van die gewenste resultaten. Daarbij hebben we afgesproken dat de werkwijze Welzijn Nieuwe Stijl (WNS) leidend is voor de samenwerking. Begin 2013 wordt het traject officieel afgerond waarna 2013 het eerste jaar is waarin we volgens de werkwijze WNS samenwerken. In 2012 is de kaderstellende notitie Wmo en transities geschreven. De kaderstellende
35
JAARVERSLAG 2012
notitie vormt de basis voor de Wmo-visie. Met deze visienota worden de kaders vastgesteld voor het Wmo beleid. Nadat in eerste instantie de Wmo ‘smal’ is ingevoerd, is het nu de bedoeling dat bepaalde beleidsterreinen ingekleurd worden volgens de kaders van de Wmo. Daarna wordt bekeken of deze nieuwe werkwijze het doel van meer samenhang in het Wmo-beleid tot gevolg heeft en of de werkwijze uitgebreid kan worden naar andere beleidsterreinen. Wij hebben het lokaal gezondheidsbeleid niet integraal opgenomen in de visienota Wmo, zoals aanvankelijk de bedoeling was. Het gezondheidsbeleid wordt opgenomen in een gezondheidsagenda 2013 die direct valt onder de visienota Wmo. Het begrip ‘leefbaarheid’ geeft aan hoe aantrekkelijk en/of geschikt een gebied of gemeenschap is om er te wonen, te werken en te recreëren. In 2012 hebben wij de Barometer leefbaarheid opgesteld. Daarin staat de vraag centraal in hoeverre de woonomgeving en de voorzieningen aansluiten bij de verwachtingen, wensen en behoeften van de mensen die er wonen.
Jeugd Het CJG Noordenveld is in 2011 gerealiseerd. In 2012 is gewerkt aan een verdere uitbouw van het CJG, waaronder de coördinatie van zorg (één gezin, één aanspreekpunt, één plan) en de implementatie van de zorgroutes. In 2012 hebben wij ingestemd met het onderbrengen van de Integrale JGZ bij de GGD Drenthe per 1 januari 2014. Integrale JGZ houdt in dat de knip tussen 0-4 jaar (uitgevoerd door Icare) en 4-19 jaar (uitgevoerd door GGD Drenthe) wordt opgeheven, waardoor er een doorgaande lijn van 0-19 jaar ontstaat binnen één uitvoeringsorganisatie. In het kader van de Transitie van de Jeugdzorg heeft u in 2012 de notitie ‘Als Jeugd en Toekomst tellen’ vastgesteld.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
Begroting na wijziging 2012
Realisatie 2012
11.677 3.955 7.722
11.050 2.876 8.174
11.704 2.384 9.320
11.081 2.253 8.828
36
JAARVERSLAG 2012
2.1.11 Programma Milieubeheer Portefeuillehouder: O. Huisman
Omschrijving programma Het programma Milieubeheer beoogt het zorg dragen voor een goed en leefbaar milieu. De milieuambities van de gemeente Noordenveld zijn vastgelegd in het Milieubeleidsplan 20082012. Deze ambities hebben betrekking op de wettelijke en de autonome taken. Milieubeheer algemeen (gemeentelijk milieubeleidsplan, milieuprogramma en -verslag, Milieuadviesraad, monitoring en milieubeleid algemeen) Milieubeheer specifiek (milieucommunicatie, energiebesparing, milieuzorgprogramma, externe veiligheid, afvalbeleid, duurzame ontwikkeling, luchtkwaliteit en geurhinder en overige milieutaken) Milieuvergunningverlening en meldingen Wet bodembescherming Wet geluidhinder Gemeentelijk Rioleringsplan Afvalbeleid, -verwerking en -verwijdering Bestuursprogramma 2010-2014 De gemeente wil zich in al haar beslissingen laten leiden door het principe dat wij deze aarde in bruikleen hebben. Dit betekent dat de gemeente steeds zal kijken of oplossingen duurzaam en mens-, dier- en milieuvriendelijk zijn. Dit alles met het streven de gemeente Noordenveld uiterlijk in 2040 klimaatneutraal te laten zijn. Binnen het milieu- en duurzaamheidbeleid zijn de volgende aandachtspunten van belang: • De gemeente Noordenveld heeft de afgelopen jaren relatief onvoordelig gas en elektriciteit ingekocht. Door met een energiemakelaar te werken, kunnen we aanmerkelijke financiële besparingen realiseren, die inmiddels zijn ingeboekt in de meerjarenbegroting. Besparingen door energiebesparende maatregelen worden geïnvesteerd in verdere energiebesparende maatregelen of aangewend voor de inkoop van groene energie. • Door de bouwvoorschriften aan te vullen bij het opstellen en ontwikkelen van nieuwe bestemmingsplannen streven we ernaar huizen te bouwen die zo energieneutraal mogelijk zijn. Dat betekent dat deze huizen net zoveel energie opleveren als verbruiken. • De gebouwen die de gemeente zelf realiseert, moeten zo energieneutraal mogelijk gebouwd worden. Niet alleen uit milieuoverwegingen, maar ook om de kosten op lange termijn te beperken en zeker om als voorbeeld te dienen voor de burger. • Voor zover dit binnen de mogelijkheden en bevoegdheden van de gemeente mogelijk is, streven wij ernaar om mens-, milieu- en diervriendelijke bedrijvigheid aan te trekken. • In deze raadsperiode wordt zo spoedig mogelijk een duurzaamheidnota vastgesteld. Deze nota moet leiden tot een stappenplan om klimaatneutraal te zijn. • De gemeente wil geen CO2-opslag faciliteren.
37
JAARVERSLAG 2012
Kaders
Milieubeleidsplan 2008-2012 Milieuprogramma 2012 Afvalstoffenbeleidsplan Bodembeleidsplan 2008-2012 Bodembeheerplan 2008-2013 Energieakkoord Samenwerkingsverband Noord-Nederland Gemeentelijke Visie Externe Veiligheid Het Milieuzorgprogramma 2010-2011 Ruimtelijk Integraal Handhavingsbeleid Gemeente Noordenveld 2009-2012 Handhaving Uitvoeringsprogramma Gemeentelijk Rioleringsplan Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid Drenthe 2011-2014 Beleidsplan Openbare Verlichting
1. Wat wilden we bereiken? De uiteindelijke doelstelling van het programma milieubeheer is het zorg dragen voor een goed en leefbaar milieu. Dat willen we bereiken door: In te zetten op duurzaamheid en duurzame ontwikkeling waarbij een balans wordt nagestreefd tussen ecologische, economische en sociale duurzaamheidaspecten. De milieukwaliteiten op een hoog peil te houden, of te brengen. Duurzaam in te kopen. Het helpen realiseren van doelstellingen op het gebied van klimaat en energie uit het Energieakkoord van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland. Het terugdringen van het afvalaanbod door preventie, het optimaliseren van gescheiden afvalinzameling en het terugdringen van zwerfvuil. Het realiseren en behouden van een duurzaam geschikte bodemkwaliteit. Het creëren en behouden van een zo veilig mogelijke leefomgeving (externe veiligheid). Geluid- en geuroverlast zoveel mogelijk te beperken en knelpunten zo snel mogelijk aan te pakken. Een open relatie te onderhouden met groepen bewoners, belangenorganisaties, natuuren milieuorganisaties. Regelmatig voorlichting te geven met betrekking tot thema’s, die zich bij uitstek hiervoor lenen, zoals afval, energie en duurzaamheid. Een integraal en duurzaam waterbeheer.
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma)?
Op basis van de bestuursopdracht zal verder worden gewerkt aan het opstellen van het Beleidsplan duurzame ontwikkeling . Vorming Regionale Uitvoeringdienst (RUD)
38
JAARVERSLAG 2012
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Beleidsplan duurzame ontwikkeling: Momenteel is de nulmeting uitgevoerd en zijn de sectoren en fasen bepaald. Tevens is er een routekaart opgesteld. Over de nulmeting en de routekaart is advies gevraagd aan de Milieuadviesraad (Marn). Momenteel wordt er gewerkt aan het vaststellen van de procedure met betrekking tot de routekaart. Het uitgebrachte advies van de Marn, het ambitieniveau en de actuele ontwikkelingen zijn aanleiding om een aantal zaken te heroverwegen. In het eerste kwartaal van 2013 vindt besluitvorming plaats over het vervolg van het proces. RUD: Het proces tot de vorming van de RUD Drenthe is in 2012 voorbereid. Medio 2013 zullen de raden worden verzocht in te stemmen met het aangaan van een gemeenschappelijke regeling voor de RUD. De RUD Drenthe zal dan op 1 januari 2014 operationeel zijn. Millenniumgemeente: De gemeenteraad heeft in 2010 besloten Millenniumgemeente te willen zijn en daar jaarlijks € 10.000 voor ter beschikking te willen stellen. In 2012 is de stichting Over-Leven aangewezen om dit Millenniumbudget te beheren. De subsidie van twee stichtingen in de gemeente Noordenveld die zich ook bezighouden met het bereiken van Millenniumdoelen wordt afgebouwd. Zij kunnen voor een bijdrage aan hun projecten bij de stichting Over-Leven terecht. Het idee dat afval in feite grondstof is resulteerde in een bijzonder gunstige aanbesteding van de afvalstromen van het brengstation. Een positieve ontwikkeling voor de toekomstige hoogte van de afvalstoffenheffing.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
7.209 9.089 1.880-
7.374 7.540 166-
Begroting na wijziging 2012 6.888 7.342 454-
Realisatie 2012 6.666 7.269 603-
In de inleiding hebben wij aangegeven dat het verschil tussen begroting en rekening per programma kunt terugvinden in paragraaf 3.4.4 Toelichting per programma. Voor dit programma maken wij een uitzondering i.v.m. het grote verschil tussen realisatie 2011 en 2012. Bij de jaarrekening 2011 heeft de accountant de voorziening riolering als reserve aangemerkt. Ingevolge de voorschriften moeten mutaties in de voorziening via de exploitatie worden verantwoord. De toevoeging aan de reserve riolering is als last opgenomen op het onderdeel “mutatie reserves”. De mutatie verloopt budgettair neutraal.
39
JAARVERSLAG 2012
2.1.12 Programma Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting Portefeuillehouder: J. Dam.
Omschrijving programma Ruimtelijke Ordening Het vastleggen van ruimtelijke ontwikkelingen voor de korte en lange termijn in ruimtelijk relevante plannen met in achtneming van de planologische kaders van de hogere overheden; het beoordelen van ruimtelijke ontwikkelingen buiten onze gemeente op hun relevantie voor onze gemeente en deze plannen zo nodig en zo mogelijk inhoudelijk beïnvloeden met gemeentelijke visie; het up to date houden van bestemmingsplannen en het juridisch mogelijk maken van nieuwe onvoorziene gewenste ruimtelijke ontwikkelingen. Volkshuisvesting Volkshuisvesting houdt zich bezig met het uitvoeren van de in de woonvisie vervatte actiepunten en van de in prestatieafspraken geformuleerde doelstellingen. Het beleidskader wordt regelmatig getoetst aan de maatschappelijke ontwikkelingen en waar nodig geactualiseerd. Gebiedsontwikkeling Gebiedsontwikkeling is gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de (on-) bebouwde omgeving op verschillende beleidsterreinen zoals volkshuisvesting, infrastructuur, voorzieningen etc. Tot dit programma behoren o.a. kosten van: Ruimtelijke Ordening Volkshuisvesting Stads- en dorpsvernieuwing Bouw- en woning toezicht / omgevingsvergunningen Bouwexploitatie Ruimtelijk Integraal Handhavingsbeleid Gemeente Noordenveld Handhaving Uitvoeringsprogramma
Bestuursprogramma 2010- 2014 Ruimtelijke Ordening De ruimtelijke ordening heeft tot doel om aan de bewoners en andere belanghebbenden duidelijk te maken wat wel en wat niet kan in een bepaald gebied. De ruimtelijke ordening is tevens een middel om kaders vast te stellen voor de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling. Gegeven de beperkte ruimte wordt getracht meerdere gebruiksfuncties van de ruimte nevengeschikt te laten plaatsvinden.
40
JAARVERSLAG 2012
Volkshuisvesting In de gemeente Noordenveld moet de woningvoorraad voorzien in de woonwensen van alle bevolkingsgroepen. Woonwijken moeten een gemengd woningaanbod hebben en kunnen beschikken over voldoende faciliteiten. Dit bevordert de leefbaarheid en het maken van een wooncarrière in de eigen woonwijk. Daar waar mogelijk zullen ter modernisering van het woonbeleid realistische op een plattelandsgemeente gerichte woonexperimenten worden ondersteund. Bij nieuwbouwplannen moet worden uitgegaan van gevarieerde soorten woningen, waaronder levensloopgeschikte woningen, met gemiddeld 30 % voor de sociale sector, zowel huur als koop. Nieuwe wijken worden duurzaam en verkeersveilig ingericht. Ze worden aantrekkelijk gemaakt door voorzieningen en diversiteit. Er moet aandacht zijn voor de groene ruimte in nieuwbouwplannen en er moet rekening gehouden worden met het openbaar vervoer. Bij de aanleg van woongebieden wordt openbare ruimte, speelruimte en ruimte voor wijkvoorzieningen ingepland. -Voor kleine kernen zoals die zijn genoemd in de woonvisie van de gemeente Noordenveld, streven wij op beperkte schaal mogelijkheden tot woningbouw na. -Op een aantal grotere woningbouwlocaties gaan wij nieuwe eigenaars de mogelijkheid bieden om te bouwen met een eigen architect of met een ontwerp dat is afgestemd op de eigen woningbehoefte. -Het huisvestingsbeleid van de gemeente is gericht op de verschillende doelgroepen zoals ouderen, eenoudergezinnen, jongeren en alleenstaanden. -De sociale woningvoorraad moet op peil blijven. Herstructurering is nodig om kwaliteit te garanderen. Kaders Ruimtelijke Ordening Structuurschema's (rijksbeleid) Provinciaal Omgevingsbeleid Drenthe 2010 en overige provinciale beleidsnota’s Regiovisie Intergemeentelijke structuurvisie Leek-Roden Diverse beleidsplannen zoals Landschapsbeleidsplan, Woonnota, Gemeentelijk Verkeersen Vervoersplan (GVVP) Volkshuisvesting Woonvisie Noordenveld een tussenbalans Prestatieconvenant met de corporatiesector Intergemeentelijke structuurvisie Leek-Roden Bouw- en Woningtoezicht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO)
1. Wat wilden we bereiken? Ruimtelijke Ordening Het ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening hebben van actuele (niet ouder dan 10 jaar) één of meer structuurvisies en bestemmingsplannen voor het gehele grondgebied van de gemeente. Het hebben van actuele bestemmingsplannen biedt tevens de mogelijkheid om het aantal ontheffingsmogelijkheden in te perken.
41
JAARVERSLAG 2012
Volkshuisvesting Een toekomstgerichte woonsector die zich kenmerkt door een evenwichtige balans tussen vraag- en aanbod. Dat vraagt om een woonsector met een goede match tussen een veelzijdig product dat goed aansluit op de verschillende leefstijlen, woonfases en financiële mogelijkheden van de inwoners in onze gemeente, maar ook met een voldoende flexibele structuur om tijdig en adequaat te kunnen anticiperen op veranderingen aan de vraagkant. Doorzettende vergrijzing en stijgende energielasten zijn daarbij belangrijke ankerpunten met voldoende aandacht voor de starters op onze woningmarkt. Het provinciaal omgevingsbeleid verplicht de Drentse gemeenten (verdeeld over 3 regio’s) woonvisies op te stellen. In dat kader wordt medio 2012 de vaststelling verwacht van de regionale woonvisie Noord-Drenthe (Assen, Aa en Hunze, Midden-Drenthe, Noordenveld en Tynaarlo) Gebiedsontwikkeling Gebiedsontwikkeling is gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de (on)bebouwde omgeving voor verschillende aspecten zoals volkshuisvesting, voorzieningen, infrastructuur, bedrijvigheid en recreatie. Omgevingsvergunning Met de omgevingsvergunning wordt ingezet op een betere en snellere dienstverlening aan burgers en bedrijven. Een en ander is sterk afhankelijk van het functioneren van de ICT voorzieningen ook op landelijk niveau. Tot op heden functioneren deze voorzieningen nog niet zoals gewenst.
2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma)? Ruimtelijke ordening Het verder ontwikkelen van één of meer (digitale) structuurvisies voor het hele grondgebied van de gemeente. Volkshuisvesting Vaststelling van de regionale woonvisie Noord-Drenthe (Assen, Aa en Hunze, MiddenDrenthe, Noordenveld en Tynaarlo) In harmonie met de regionale woningbouwafstemming zal een start worden gemaakt met de ontwikkeling van een bestemmingsplan voor Roden-zuid Het plan Roderveld IV te Roden zal nadrukkelijk worden gepromoot nu uitgifte door de economische recessie achter blijft bij de aanvankelijke verwachtingen Voor de locatie Oude Velddijk te Peize wordt onderzocht welke mogelijkheden voor dit gebied zijn in de sfeer van Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Gebiedsontwikkeling Uitvoering wordt gegeven aan het faciliteren en afronden van diverse inbreidingsprojecten zoals bijvoorbeeld herinvulling van de Beukerlocatie/schoollocatie en de Carré te NieuwRoden, de herstructurering Esweg/Hekakkerstraat in Norg, de Centrumschoollocatie en Raadhuisstraat e.o. te Peize, de herstructurering van de Koerskamp e.o. alsook de invulling van de hoek Wilhelminastraat/Kanaalstraat te Roden en vele andere (her)invullingsopgaven. In 2012 komen we met een plan van aanpak ten behoeve van de ontwikkeling van starterswoningen.
42
JAARVERSLAG 2012
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd?
Ruimtelijke ordening In 2012 zijn we gestart met de voorbereiding voor het opstellen van één of meerdere structuurvisies. In verband met de ontwikkelingen met betrekking tot het IGS hebben wij een pas op de plaats gemaakt. Nu er duidelijkheid is omtrent de voorgang van het IGS hebben wij dit weer opgepakt. In 2013 wordt er een startbijeenkomst georganiseerd over het Plan van aanpak en de kaderstelling. Volkshuisvesting In opdracht van de provincie Drenthe is een afstemmingsdocument ontwikkeld dat de methodiek van het instemmingsmodel van de Regiovisie overneemt. De vaststelling vindt begin 2013 plaats. In het perspectief van de discussie rond de IGS (en daarmee de planninglijsten woningbouw) is de ontwikkeling van een bestemmingsplan voor Roden Zuid doorgeschoven naar 2013. Afgelopen jaar is een prijsverlaging doorgevoerd voor de bouwkavels van de gemeente in Roderveld IV. In het tweede halfjaar is de vraag naar opties toegenomen. Woningcorporatie Actium is in 2012 gestart, na de eerste acht, met de bouw van de overige 34 woningen, waarmee na realisatie haar bouwvolume is gerealiseerd. De locatie Oude Velddijk te Peize is geschikt bevonden voor Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Door ontbrekende capaciteit kon de bestemmingsplanprocedure nog niet worden opgestart. Er is inmiddels wel een concreet initiatief tot mogelijke invulling van de locatie. Gebiedsontwikkeling Een aantal inbreidingslocaties is in 2012 afgerond zoals de Centrumschoollocatie, waar nog 3 kavels beschikbaar zijn en de Raadhuisstraat te Peize. Daarnaast kon een begin worden gemaakt met de herstructurering van een aantal woningen aan de Hekakkerstraat te Norg. Er kon in 2012 nog geen definitieve locatiekeuze worden gemaakt voor starterswoningen Hierdoor is het plan van aanpak vertraagd. Kanaalstraat/Wilhelminastraat en Brinkhofweide hebben geen prioriteit van Woonborg en Actium, mee door de rijksmaatregelen in de richting van corporaties. De ontwikkeling van het laatste terrein van de Carré stagneert door het faillissement van een bouwbedrijf. In overleg met de curator wordt bezien welke mogelijkheden nog resteren. In de Lange Streeken II heeft woningcorporatie Actium in 2012 haar dertig woningen (10 koopgarant en 20 sociale huur) opgeleverd. Actium heeft haar bouwvolume hiermee gerealiseerd. De gemeente heeft vijf bouwkavels verkocht. Een aannemer heeft 3 woningen (twee onder één kap) verkocht en start in het eerste kwartaal van 2013 met de bouw hiervan. Samen met woningcorporatie Woonborg is een herontwikkelingsvisie opgesteld voor het gebied Koerskamp/Boskamp waarin grondgebonden sociale huurwoningen gebouwd gaan worden aan de Koerskamp. De gemeente heeft het voornemen om de gebruikers van de Boskamp uit te plaatsen en het gebouw in 2013 te slopen. Met het bibliotheek bestuur zijn gesprekken gaande over een andere accommodatie. Eind 2012 heeft Woonborg bij de gemeente aangegeven dat zij vanwege de economische crisis op dit moment niet de financiële middelen hebben om te investeren in de woningen aan de Koerskamp. Er wordt nog bezien of Woonborg private partijen bij dit gebied kan betrekken.
43
JAARVERSLAG 2012
Het project overloopparkeerterrein te Norg met een zgn. "TOP " (Toeristisch Overstap Punt) aan de Schapendrift en de privatisering van het Natuurvriendenterrein kon in 2012 worden afgerond.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
19.660 13.651 6.009
4.240 2.519 1.721
Begroting na wijziging 2012 9.729 4.586 5.143
In 2011 zijn de boekwaarden van diverse gronden (oa regiovisie/IGS) afgewaardeerd.
44
Realisatie 2012 10.832 6.808 4.024
JAARVERSLAG 2012
2.2 Algemene Dekkingsmiddelen Portefeuillehouder: G.Alssema
Omschrijving programma In dit hoofdstuk worden de inkomsten en uitgaven van de gemeente, die niet direct aan een programma zijn toe te rekenen, toegelicht. Tot dit programma behoren o.a. de volgende inkomsten: belastingen de algemene uitkering uit het gemeentefonds deelnemingen (dividend aandelen BNG, Enexis en WMD) Ook tot dit hoofdstuk worden gerekend de kosten die betrekking hebben op de uitvoering van de Wet WOZ, de post onvoorziene uitgaven en het saldo van het BTW-compensatiefonds. Bestuursprogramma 2010-2014 Omschrijving algemene dekkingsmiddelen Geld dat je niet hebt, kun je niet uitgeven. Bezuinigingen zullen de komende jaren onontkoombaar zijn, hoewel de exacte taakstelling vanuit het Rijk op dit moment nog onduidelijk is. Afhankelijk van toekomstig kabinetsbeleid kunnen wij genoodzaakt zijn om het financiële beleid tussentijds aan te passen. We kunnen en moeten starten met de uitwerking van het KplusV rapport. Hierbij merken wij op dat de kosten voor de baten uitgaan; er moeten middelen beschikbaar worden gesteld om de aanbevelingen te kunnen uitwerken. Uitvoering van dit rapport zal niet voldoende zijn om de bezuinigingen te halen. Dit betekent dat we op korte termijn een kerntakendiscussie gaan voeren. Vervolgens zullen we zeer kriisch naar investeringen en projecten kijken. Deze beoordelen we op noodzaak, haalbaarheid en betaalbaarheid. Verder kijken we naar het fysieke domein. Ook hier zal waarschijnlijk in de toekomst niet alles kunnen wat we graag willen. Voor nieuw beleid is alleen ruimte wanneer er oud beleid wordt ingeleverd. Alleen wanneer bezuinigingen op de bedrijfsvoering, de investeringen en projecten en het fysieke domein niet toereikend zijn, kunnen we denken aan een meer dan trendmatige verhoging van de Onroerendezaakbelasting (OZB). Dit zal tot het uiterste beperkt worden. Wanneer voorgaande maatregelen niet toereikend zijn, zullen in het uiterste geval bezuinigingen in het sociale domein noodzakelijk zijn. Uitgangspunt is dat op het minimabeleid en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) niet zal worden bezuinigd. In principe moeten leges, de rioolbelasting en de afvalstoffenheffing kostendekkend zijn. De hoogte van de grafrechten mogen het de burgers niet onmogelijk maken om voor begraven te kiezen in plaats van cremeren. De eerder vastgestelde kostendekking van 75 procent geldt daarbij als randvoorwaarde. Binnen de financiële mogelijkheden zullen de rentebaten worden aangewend om de reserves op een aanvaardbaar niveau te houden of te brengen. De gemeente biedt transparantie over de besteding van middelen. Het financiële beleid van de gemeente richt zich op een sluitende meerjarenbegroting.
45
JAARVERSLAG 2012
Kaders
Budgetcyclus Financiële kaderbrief Voorjaarsnota / Najaarsnota Circulaires van het Rijk inzake ontwikkelingen Gemeentefonds Paragrafen in de begroting Nota treasury Diverse belastingverordeningen
1. Wat wilden we bereiken? Het genereren van inkomsten tot een zodanige omvang dat wij in staat zijn die taken uit te voeren welke ons door wetgever zijn of worden opgelegd en uitvoering kunnen geven aan de wensen welke de maatschappij van ons verlangt. Uitgangspunt daarbij is het zo efficiënt mogelijk inzetten van middelen waardoor de lastendruk voor de burger beperkt blijft. Voor de directe dienstverlening wordt gestreefd naar volledige kostendekking. 2a. Wat zouden we gaan doen in 2012 (basis Bestuursprogramma 2010-2014)?
Op basis van een risico analyse van het gemeentelijke huishoudboekje wordt bezien welke reservepositie gewenst is. Daarbij is uitgangspunt dat het eigen vermogen verder versterkt zal worden. Vanuit de principes van Lean gaan wij een filosofie hanteren waarin continu gestreefd wordt om de tevredenheid te verhogen. Wij richten ons daarbij op het samenspel tussen medewerkers en leidinggevenden die gericht moet zijn op het wegnemen van verspilling uit processen. Daarbij is de burger uitgangspunt.
2b. Wat hebben we wel/niet gerealiseerd ?
In 2012 is het beleid met betrekking tot de reservepositie aangescherpt. Dit beleid hebben wij voor het eerst opgenomen in de begroting 2013. Als rode draad is opgenomen dat het eigen vermogen verder versterkt zal worden tot minimaal het vereiste niveau gebaseerd op de risico’s vermeld in de paragraaf weerstandsvermogen. Een aantal processen (Lean) bevinden zich in het stadium van afronding. Bij de begroting 2014 komen wij terug op de wijze waarop wij de als gevolg van het efficiënter inrichten van de werkprocessen behaalde besparing gaan invullen.
3. Wat mocht het kosten en wat heeft het gekost ? LASTEN EN BATEN (bedragen x € 1.000) Omschrijving Lasten Baten Saldo
Realisatie 2011
Begroting voor wijziging 2012
465 36.574 36.109-
11 35.249 35.238-
46
Begroting na wijziging 2012 602 36.221 35.619-
Realisatie 2012 8 35.592 35.584-
JAARVERSLAG 2012
2.3 Onvoorzien
In de programmaverantwoording wordt inzicht gegeven in het gebruik van het geraamde bedrag voor onvoorzien. De post onvoorzien is niet per programma, maar als één post in de begroting opgenomen. De aanwending van de post onvoorzien wordt in ieder geval per programma zichtbaar gemaakt. In de primitieve begroting is in het hoofdstuk ‘Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’ een post voor onvoorziene uitgaven opgenomen van € 85.000. De raming van deze post is gebaseerd op een bedrag van € 2,75 per inwoner .
47
JAARVERSLAG 2012
48
JAARVERSLAG 2012
2 . 4 P a ra g r a f e n
49
JAARVERSLAG 2012
50
JAARVERSLAG 2012
2.4.1 Lokale heffingen
Algemeen De gemeentelijke belastingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente. Van de lokale heffingen die bij de algemene dekkingsmiddelen horen is de OZB de belangrijkste. Ook de opbrengsten toeristenbelasting en forensenbelasting moeten als algemeen dekkingsmiddel worden aangemerkt. Daarnaast zijn er nog heffingen die niet tot de algemene dekkingsmiddelen horen, maar wel in het beleidsmatige deel van het overzicht betrokken zouden kunnen worden. De belangrijkste zijn de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Prijzen van zwembaden en dergelijke komen niet in het overzicht aan de orde. Ongeveer 19% van de inkomsten van de gemeente Noordenveld zijn afkomstig uit lokale heffingen. De lokale heffingen vormen dus een belangrijke inkomstenbron van de gemeente, welke vooral dienen te worden opgebracht door de burgers. Deze paragraaf geeft een overzicht van de diverse lokale heffingen en belastingen op hoofdlijnen. Hiermee ontstaat inzicht in de lokale lastendruk. Overzicht van de lokale heffingen Onderstaande tabel geeft weer welke opbrengsten uit lokale heffingen in 2012 zijn gerealiseerd. Overzicht belastingen en heffingen (x € 1000) Onroerende zaakbelastingen Afvalstoffenheffing/reinigingsrechten Rioolheffing Bouwleges Secretarieleges Lijkbezorgingrechten Toeristenbelasting Forensenbelasting Hondenbelasting Marktgelden BIZ-heffing Baatbelasting Totaal belastinginkomsten
4.622.216 3.008.895 3.855.225 416.946 503.146 141.782 190.651 211.544 78.888 53.106 75.700 493 13.158.592
Gemeentelijk tarievenbeleid Uitgangspunten welke voor de lokale heffingen zijn geformuleerd: * Schommelingen in retributies en belastingen dienen zoveel mogelijk te worden voorkomen door het handhaven van een, in relatie tot de inflatie, trendmatige verhoging; * Tarieven en heffingen dienen zoveel mogelijk kostendekkend te zijn.
51
JAARVERSLAG 2012
Belastingtarieven 2012 Hierna wordt het verloop van de tarieven van de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de onroerende zaakbelastingen vanaf 2006 weergegeven. Verder worden de tarieven 2011 vergeleken met de andere gemeenten in Drenthe.
Afvalstoffenheffing Afvalstoffenheffing Eenpersoonshuishoudingen Meerpersoonshuishoudingen
2006 190 237
2007 197 246
2008 197 246
2009 190 239
2010 176 221
2011 179 225
2012 179 225
Uitgangspunt bij de afvalstoffenheffing is al sinds jaren dat het tarief 100% kostendekkend moet zijn.
VERLOOP TARIEVEN AFVALSTOFFENHEFFING 2006-2012
TARIEF
270,00 250,00 230,00 210,00 190,00 170,00 150,00
JAAR 12 20
11 20
10 20
09 20
08 20
07 20
06 20
éénpersoonstarief
meerpersoonstarief
52
JAARVERSLAG 2012
Overzicht afvalstoffenheffing in onze provincie
Afvalstoffenheffing Drenthe 2012 (meerpersoonstarief)
bedrag
310
300
295 290 276
278
270 253 250
243
239 225
230 210
215
211
206
227
190 170
m en Em
e W es te rv el d H oo ge ve en C oe vo rd en
Hu nz
el
en
M ep p
Aa
As se n
nt he oo rd en ve ld Ty na ar lo N
Dr e
W
M id de n
D e
Bo rg er -
O do
or n
old en
150
Het gemiddelde tarief in Drenthe bedraagt € 243,00. We moeten hierbij wel enkele kanttekeningen maken. Het is niet bekend hoe de kostendekking van andere gemeenten is. In onze gemeente is het 100%. De gemeenten Tynaarlo en Borger-Odoorn heffen volgens het Diftar systeem. Een vast bedrag per meerpersoons huishouden is hierdoor niet bekend. In deze vergelijking is ervoor gekozen om het gemiddelde aanslagbedrag van een meerpersoons huishouden weer te geven in deze gemeenten.
Rioolheffing Rioolrechten Rioolrecht woning
2006 177
2007 187
2008 198
2009 208
2010 225
2011 243
2012 243
(tarief voor de rioolheffing is afhankelijk van de WOZ-waarde. De in dit overzicht opgenomen tarieven vanaf 2010 zijn gemiddelde tarieven).
53
JAARVERSLAG 2012
Rioolheffing (rioolrecht) 2006-2012
tarief 250 240 230 220 210 200 190 180 170
12 20
11 20
10 20
09 20
08 20
07 20
06 20
jaar
Overzicht rioolheffing in de provincie Drenthe
Rioolheffing Drenthe 2012 tarief 275 239
250
243
252
220
225 200 169
175
170
184
171
190
186
199
147
150 125 100 75 50 25
el W d es te rv el d
de nv
nt he N
oo r
Dr e
M
id de
n
e
W ol de
n
aa rl o D
ze
Ty n
Hu n
or n
en
Aa
Bo
rg er
-O do
se
n
l As
ep pe M
de n or
oe v
Em
m en C
H
oo g
ev e
en
0
Het gemiddelde tarief in Drenthe bedraagt € 197,50. Bij deze vergelijking plaatsen we wel een aantal kanttekeningen. Het is niet bekend hoe de kostendekking van andere gemeenten is. In onze
54
JAARVERSLAG 2012
gemeente is het 100%. Een aantal gemeenten financiert de lasten van de riolering voor een deel uit de opbrengst van de onroerende zaakbelastingen. De gemeenten Emmen en Borger-Odoorn heffen bovendien een rioolheffing opgebouwd uit een vast bedrag en een variabel bedrag op basis van de WOZ-waarde. Een vast bedrag is hierdoor niet bekend. In deze vergelijking is er daarom voor gekozen om het aanslagbedrag van een meerpersoons huishouden met de gemiddelde WOZ-waarde in die gemeente weer te geven.
Onroerende-zaakbelastingen De heffing per € 2500,00 van de WOZ-waarde is komen te vervallen. Sinds 1 januari 2009 worden de onroerende-zaakbelastingen berekend naar een percentage van de WOZ-waarde. Om vergelijking mogelijk te maken tussen 2009 en voorgaande jaren is het tarief per € 2500,00 van de jaren 2006 t/m 2008 omgerekend naar een percentage van de WOZ-waarde. Woningen Eigenaren
2006 0,0924
2007 0,0844
2008 0,0788
2009 0,0774
2010 0,0801
2011 0,08371
2012 0,09210
Niet-woningen Eigenaren Gebruikers Totaal
2006 0,1324 0,1060 0,2384
2007 0,1192 0,0960 0,2152
2008 0,1180 0,0944 0,2124
2009 0,11097 0,08877 0,19974
2010 0,11439 0,09750 0,21189
2011 0,11975 0,10192 0,22167
2012 0,12174 0,10254 0,22428
Onroerende zaakbelastingen woningen en niet-woningen 2006-2012 percentage
0,27000 0,24000 0,21000 0,18000 0,15000 0,12000 0,09000 0,06000 0,03000 0,00000
jaar 12 20 11 20 10 20 09 20 08 20 07 20 06 20
woningen
55
niet-woningen
JAARVERSLAG 2012
Overzicht onroerende zaakbelastingen voor woningen in onze provincie in 2012 Onroerende zaak belastingen Drenthe 2012 pe rcentages w oningen pe rcentage 0,19000 0,17000 0,15000 0,13000 0,11000 0,09000 0,07000
D
re nt he M ep pe Ho l og ev ee n As se C n oe v or Bo de rg n er -O do or n Em m en
eld en v M id
de n
old en
oo rd N
e
W
D e
Hu nz
ar lo
en
Aa
Ty na
W es te
rv el d
0,05000
Het gemiddelde percentage in Drenthe is 0,11397% voor woningen. Voor niet-woningen is het 0,29307% (0,16380% voor eigenaren en 0,12927% voor gebruikers). Emmen en Borger-Odoorn kennen de hoogste percentages. Reden hiervan is onder andere het feit dat deze gemeenten in vergelijk met de andere gemeenten lagere tarieven kennen voor de rioolheffing. Overzicht lasten 2012 per huishouden per gemeente in Drenthe
Gemeentelijke woonlasten 2012 per huishouden Drenthe 800,00
750,00
700,00
2011 2012
650,00
600,00
ld W B ol or de g er n -O do or W n es te rv el Co d ev or de n Em m en
nv e
D e
oo rd e
ss en N
A
ep pe H oo l ge v A ee a n en M H id un de ze n D re nt he
M
Ty
na a
rlo
550,00
56
JAARVERSLAG 2012
De OZB in Noordenveld is berekend uitgaande van een woningwaarde van € 218.000 (eigenarenbelasting).
Overzicht heffingen Van de belangrijkste heffingen is hieronder op basis van de jaarrekening 2012 het procentuele aandeel in het totaal weergegeven.
2%
Overzicht heffingen
1% 3% 4% 3% 34% onroerende zaakbelastingen reinigingshef fingen
29%
rioolheff ing bouw leges secretarieleges f orensen- en toeristenbelasting
24%
lijkbezorgingsrechten overig
Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Gemeenten kunnen, met inachtneming van de Invorderingswet 1990, kwijtschelding verlenen van gemeentelijke heffingen. Gemeenten beslissen zelf voor welke heffingen kwijtschelding mogelijk is. Gemeenten zijn gebonden aan de landelijke Uitvoeringsregeling. Alleen ten aanzien van de kosten van bestaan hebben gemeenten de mogelijkheid om af te wijken van de regeling. De rijksregeling gaat uit van 90% van de bijstandsnorm. In onze gemeente is gekozen om 100% van de bijstandsnorm als bestaansminimum te hanteren. Daarnaast is ervoor gekozen om kwijtschelding mogelijk te maken voor onroerende zaakbelastingen, afvalstoffenheffing, rioolheffing en hondenbelasting voor de eerste hond. Sinds 2004 voert het waterschap Noorderzijlvest, thans het Hefpunt, de kwijtscheldingsregeling uit voor onze gemeente. Met de kwijtscheldingverlening zijn de volgende bedragen gemoeid: rekening 2007 totaal € 173.679
rekening 2008 € 167.501
rekening 2009 € 165.947
rekening 2010 € 73.239
57
rekening 2011 € 74.722
rekening 2012 € 80.822
JAARVERSLAG 2012
2.4.2 Paragraaf weerstandsvermogen 1. Inleiding De paragraaf weerstandsvermogen geeft aan hoe robuust de financiële middelen zijn. Dit is van belang wanneer er zich een financiële tegenvaller voordoet. Door aandacht voor het weerstandsvermogen kan worden voorkomen dat elke financiële tegenvaller dwingt tot bezuinigen. Het weerstandsvermogen kan betrekking hebben op het exploitatiejaar zelf (statisch weerstandsvermogen), het kan ook betrekking hebben op de consequenties voor meerdere exploitatiejaren (dynamisch weerstandsvermogen) ingeval van een financiële tegenvaller. Voor het beoordelen van de robuustheid van de financiële middelen is inzicht nodig in de omvang en in de achtergronden van de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. Het gaat om die elementen waarmee tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden zoals de algemene reserve en de onbenutte belastingcapaciteit. Onderscheid kan worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Met het eerste wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau. Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van bestaande taken. De risico’s relevant voor het weerstandsvermogen zijn die risico’s die niet anderszins zijn ondervangen. Reguliere risico’s – risico’s die zich regelmatig voordoen en die veelal vrij goed meetbaar zijn – maken geen deel uit van de risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen. Hiervoor kunnen immers verzekeringen worden afgesloten of voorzieningen worden gevormd. Voor-beelden van risico’s die wel tot de paragraaf weerstandsvermogen horen zijn bedrijfsrisico’s met betrekking tot grondexploitatie, open-einde regelingen en de algemene uitkering uit het gemeentefonds. In
het vervolg van deze paragraaf zal nader worden in gegaan op: weerstandscapaciteit; risico’s; weerstandsvermogen.
Vervolgens kunnen conclusies worden getrokken over weerstandsvermogen zich verhoudt tot de weerstandscapaciteit.
hoe
het
gewenste
2. Weerstandscapaciteit Zoals hiervoor is aangegeven bestaat de weerstandscapaciteit uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. Tot de incidentele weerstandscapaciteit kunnen de reserves behoren en tot de structurele buffer de onbenutte belastingcapaciteit van de onroerende zaakbelasting. In het vervolg van dit hoofdstuk zal nader worden ingegaan op de beschikbare incidentele en structurele weerstandscapaciteit.
58
JAARVERSLAG 2012
2.1 Reserves en voorzieningen In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt een duidelijke afbakening gegeven van reserves en voorzieningen. Reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken. De reserves worden onderscheiden naar: de algemene reserve; bestemmingsreserves die dienen om ongewenste schommelingen op te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht (egalisatiereserves); overige bestemmingsreserves. Zodra door de gemeenteraad een bestemming aan een reserve is gegeven, is er sprake van een bestemmingsreserve. Zonder een dergelijk oormerk behoort het beschikbaar eigen vermogen tot de algemene reserve. Deze reserve is geheel vrij aanwendbaar. Voorzieningen zijn te beschouwen als vreemd vermogen. Voorzieningen hebben betrekking op de per balansdatum te verwachten verplichtingen en verliezen. Voorts kunnen voorzieningen worden getroffen voor kosten die in een volgend exploitatiejaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het (lopende) exploitatiejaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal jaren (onderhoudsvoorzieningen). De gemeente Noordenveld beschikt per balansdatum over de volgende reserves en voorzieningen (x € 1.000): Reserve/voorziening Algemene reserve Bestemmingsreserve Voorzieningen Jaarresultaat 2012 Jaarresultaat 2011 Totaal
Balans 2011 8.406 21.635 2.122 -4.062 28.101
Balans 2012 7.302 14.515 2.313 1.020 0 25.150
Voor de reserves en voorzieningen geldt dat sprake is van (toekomstige) claims op grond van besluitvorming van de gemeenteraad. In bovenstaande bedragen is hiermee nog geen rekening gehouden. Hiervoor wordt verwezen naar de toelichting op de balans. 2.1.1 Algemene reserve De algemene reserve bedraagt ultimo 2012 € 7.302.000 Bij deze reserve is sprake van diverse (toekomstige) claims. In feite zijn deze claims aan te merken als bestemmingsreserve. Hier is concrete besluitvorming door de gemeenteraad aan voorafgegaan. Daarom worden deze claims niet gerekend tot de beschikbare weerstandscapaciteit. Na aftrek van de claims bedraagt en het jaarresultaat 2012 bedraagt het nog aanwendbare deel van de algemene reserve € 5.387.000. Zie hiervoor de toelichting op de balans. In het vervolg van deze paragraaf wordt toegelicht dat de algemene reserve behoort tot de weerstandscapaciteit van de gemeente. 2.1.2 Bestemmingsreserves De bestemmingsreserves ultimo 2012 worden vooral gevormd door: reserve volkshuisvesting (€ 1,0 miljoen); reserve onderhoud kapitaalgoederen (€ 1,8 miljoen); reserve dekking kapitaallasten (€ 5,6 miljoen); reserve riolering (€ 2,7miljoen) reserve bijdrage Regiofonds (€ 1,3 miljoen).
59
JAARVERSLAG 2012
Daarnaast hebben wij vanaf 2012 een 1 e storting gedaan van € 200.000 in de reserve grondexploitatie. Voor een volledig overzicht van de beschikbare bestemmingsreserves wordt verwezen naar de toelichting op de balans. De bestemmingsreserves zijn door de gemeenteraad ingesteld voor het concretiseren van bepaalde doelstellingen. Bij aanwending voor andere doeleinden zou het oorspronkelijk voorgenomen besluit niet meer gerealiseerd kunnen worden. Op grond van het vorenstaande worden de bestemmingsreserves niet tot de weerstandscapaciteit gerekend. 2.1.3 Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor: verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs ingeschat kan worden; op de balansdatum bestaande risico’s met betrekking tot bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs kan worden ingeschat; kosten die in een volgend exploitatiejaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het (lopende) jaar of in een voorafgaand jaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal jaren (zgn. onderhoudsvoorzieningen). Uit het vorenstaande blijkt, dat de voorzieningen slechts voor bepaalde doeleinden mogen en kunnen worden aangewend. Bestuurlijk kan hiervan ook niet worden afgeweken. De voorzieningen worden dan ook als vreemd vermogen beschouwd en als zodanig niet tot de weerstandscapaciteit gerekend. 2.2 Omvang reserves in relatie tot andere gemeenten In onderstaand overzicht zijn de gemiddelde reserves per inwoner van de gemeente Noordenveld over 2011 en 2012 (31.032 inwoners) vermeld. Ter vergelijking zijn de laatst bekende (jaarrekening 2011) gemiddelde reserves per inwoner van gemeenten in Drenthe opgenomen. Soort reserve Algemene reserve Bestemmingsreserve Totaal (excl. jaarresultaat)
Noordenveld 2011 € 272 € 699 € 971
Noordenveld 2012 € 235 € 467 € 702
Drenthe 2011 € 472 € 793 € 1.265
2.3 Omvang van de weerstandscapaciteit In de inleiding van deze paragraaf is aangegeven, dat de weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. De weerstandscapaciteit kan betrekking hebben op zowel een incidentele als structurele buffer. De hiervoor aangegeven algemene reserve behoort tot de incidentele weerstandscapaciteit. Tot de structurele weerstandscapaciteit behoort de onbenutte belastingcapaciteit van de onroerende zaakbelasting. Deze kan gehanteerd worden als het verschil tussen gehanteerde tarieven en de maximumtarieven. Voor deze belasting geldt echter geen wettelijk vastgesteld maximum meer. In theorie is de ruimte binnen de onroerende zaakbelasting dus onbeperkt. Wel zou gesproken kunnen worden van een maatschappelijk aanvaardbaar tarief, maar dat is niet eenduidig vast te stellen. De omvang van deze buffer wordt dus bepaald door wat als maatschappelijk aanvaardbaar wordt beschouwd door het bestuur van de gemeente. Daarnaast wordt de buffer met ingang van 2006 beperkt door het vervallen van het
60
JAARVERSLAG 2012
gebruikersgedeelte. De aanwending van de incidentele weerstandscapaciteit - de algemene reserve - leidt tot een lagere renteopbrengst in de jaarlijkse exploitatie. De onbenutte belastingcapaciteit zou gelijk kunnen worden gesteld aan de derving van deze rentebaten. Samengevat kan worden geconcludeerd, weerstandscapaciteit van € 5,4 miljoen.
dat
de
gemeente
beschikt
over
een
3. Risico’s In deze paragraaf staat het weerstandsvermogen van de gemeente centraal. De omvang van het benodigde weerstandsvermogen wordt bepaald door de omvang van de weerstandscapaciteit in relatie tot de ‘resterende risico’s’. De omvang van de weerstandscapaciteit is in het vorige hoofdstuk bepaald. Met ‘resterende risico’s’ worden bedoeld de risico’s die onvoldoende onder controle kunnen worden gehouden door stuur- en beheersmaatregelen en waarvoor (nog) geen specifieke voorzieningen zijn of kunnen worden getroffen. Zoals in de inleiding al is aangegeven behoren hier niet toe de reguliere risico’s. Reguliere risico’s doen zich regelmatig voor en zijn veelal goed meetbaar. Deze risico’s zijn in beginsel goed in te schatten en te ondervangen door het afsluiten van een verzekering of het treffen van een voorziening. In bijlage 2 van deze paragraaf zijn de geïnventariseerde risico’s ultimo 2012 opgenomen. In hoeverre alle risico’s in beeld zijn gebracht, is moeilijk te zeggen. Gemeenten zijn complexe organisaties, die te maken hebben met een grote diversiteit aan risico’s. Absolute zekerheid met betrekking tot de volledigheid van de risico’s bestaat dus niet. 4. Weerstandsvermogen Wetenschappelijke of algemeen geldende normen voor de gewenste omvang van het weerstandsvermogen zijn er niet. Iedere organisatie zal aan de gewenste omvang op haar eigen wijze, gelet op haar eigen situatie, zelf invulling moeten geven. Uitgangspunt is evenwel dat de omvang van het weerstandsvermogen in verhouding moet staan tot de risico’s die de gemeente Noordenveld loopt. Vanaf 2011 is een nieuwe systematiek ontwikkeld van het kwantificeren van risico’s die meer aansluit bij de kans dat zich een risico voordoet en de financiële schade die daaruit kan voortvloeien. Bij elk risico’s zijn door de risicobeheerders aangegeven hoe groot de kans is dat zich een risico voordoet. De inschatting hiervan kan bijvoorbeeld gebaseerd zijn op ervaringsgegevens. In de praktijk worden vijf risicoklasse’s gehanteerd. De indeling is gebaseerd op het aantal keren dat een risico zich in/over de jaren kan voordoen. De lichtste klasse is 1 keer per jaar (of vaker), in de zwaarste klasse doet een risico zich 1 keer per 10 jaar voor. Aan elke klasse is een percentage gehangen dat vermenigvuldigd wordt met het financiële gevolg. Ook deze zijn ingedeeld in (vijf) klassen. Die loopt op van € 25.000 - € 50.000 tot groter dan € 750.000.
Kans Klasse 1 2 3 4 5
Referentiebeelden < of 1 keer per 10 jaar 1 keer per 5 - 10 jaar 1 keer per 2 - 5 jaar 1 keer per 1 - 2 jaar 1 keer per jaar of vaker
Kwantitatief 10% 30% 50% 70% 90%
61
JAARVERSLAG 2012
Gevolg Klasse 1 2 3 4 5
€ € € € >
25.000 - € 50.000 50.000 - € 100.000 100.000 - € 250.000 250.000 - € 750.000 € 750.000
In bijlage 1 is een integraal overzicht opgenomen van alle risico’s ingedeeld naar kans x gevolg. In bijlage 2 zijn de risico’s nader uitgewerkt. 5. Conclusie Zoals vermeld zijn alle risico’s ingedeeld naar kans x gevolg. Op basis van deze benadering is het minimaal benodigde bedrag van het weerstandsvermogen € 3,0 miljoen. Het maximale beslag op het weerstandvermogen bedraagt € 5,7 miljoen. Rekening houdend met een algemene reserve van € 5,4 miljoen is de conclusie dat het weerstandsvermogen nagenoeg toereikend is om weerstand te bieden aan de vermelde risico’s. Opgemerkt moet worden dat een deel van de algemene reserve niet vrij aanwendbaar is doordat het deel van de reserve wat betrekking heeft op de verkoopopbrengst aandelen Essent “belast” is met rente ter compensatie van het gederfde dividend over de aandelen. In de jaren 2012 t/m 2014 zal de rentetoevoeging komen te vervallen waarna de reserve in 2014 weer geheel vrij aanwendbaar is.
62
Bijlage 1 Indeling risico's (kans x gevolg)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Garantstellingen en waarborgfondsen Risico van extra kosten bij oplopende renteontwikkelingen Algemene uitkering uit het Gemeentefonds Personeelsbestand Kostenrisico’s voortvloeiend uit ARBO-wetgeving Informatie- en communicatiesystemen Grondexploitaties (incl Regiovisie) Exploitatiebijdrage Novatec Open eind regeling inkomensdeel Wet Werk en Bijstand Risico van planschadeclaims IHP onderwijs Lumpsumfinanciering onderwijs Risico milieuverontreinigingen Regionale ontwikkelingen RUD/VRD Open eind regeling WMO Toereikendheid voorzieningen (met name onderhoud kapitaalgoederen) 17 Wegenbeheer en groenbeheersplan
50%
x x
4
5
x x
x
x
x
x
x
x x
x x
x x x x x
x x x x x
x x
x x
x x x
x x x
Kans x gevolg Minimaal Maximaal
> € 750.000
3
€ 250.000-€ 750.000
90%
2 € 50.000-€ 100.000
70%
1 € 25.000-€50.000
5 1 keer per jaar of >
30%
Gevolg 4 1 keer per 1-2 jaar
10%
3 1 keer per 2-5 jaar
1 keer per 5-10 jaar
2
< 1keer per 10 jaar
1
€ 100.000-€250.000
Kans
Ricio's per afdeling
25.000 75.000 25.000 75.000 750.000 1.500.000 25.000 50.000 2.500 5.000 25.000 50.000 1.234.600 1.234.600 225.000 675.000 175.000 525.000 17.500 35.000 125.000 375.000 25.000 50.000 10.000 25.000 70.000 175.000 125.000 375.000 125.000 375.000 50.000
125.000
3.034.600 5.724.600
63
JAARREKENING 2012
Bijlage 2 Toelichting op de risico’s In deze toelichting zijn de nu bekende risico’s benoemd en volgens de nieuwe klassensystematiek gewogen en gewaardeerd. 1. Garantstellingen en waarborgfondsen De gemeente heeft zich borg gesteld voor een aantal instanties ten behoeve van het verstrekken van een geldlening. De gemeente loopt hierbij het risico als de verplichtingen door de geldnemer niet worden nagekomen. Daarbij gaat het niet om de aan het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW- ook wel Nationale Hypotheekgarantie) overgedragen voormalige gemeentegaranties eigen woningen. Dit geldt eveneens voor de overdracht van de in het verleden afgegeven gemeentegaranties ten behoeve van door corporaties aangetrokken geldleningen. Deze zijn overgedragen aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) Per 31-12-2012 is het totaal aan garantstellingen € 4.625.000 Kwantificering Kans: klasse 1 (minder of 1 keer per 10 jaar) = 10% Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 25.000 (10% x € 250.000) tot maximaal € 75.000 (10% x € 750.000) 2. Risico van extra kosten bij oplopende renteontwikkelingen De gemeente is volop deelnemer in het economisch verkeer waaronder het aantrekken van langlopende geldleningen op de kapitaalmarkt. De rente ontwikkelingen op de kapitaalmarkt zijn de afgelopen jaren relatief stabiel. Eventuele effecten kunnen vanuit de lopende exploitatiebegroting jaarlijks worden meegenomen. In de begroting wordt 5% rente geraamd voor consolidatie van het te verwachten financieringstekort, terwijl de huidige marktrente voor langlopende geldleningen in de loop van 2012 gedaald is naar 3,1%. Kwantificering Kans: klasse 1 (minder of 1 keer per 10 jaar) = 10% Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 25.000 (10% x € 250.000) tot maximaal € 75.000 (10% x € 750.000) 3. Risico algemene uitkering
Herverdeling gemeentefonds Het huidige systeem voor de gemeentefinanciën is ingevoerd in 1997. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft aangekondigd groot onderhoud te willen toepassen. Er wordt geconstateerd dat de gemeentelijke uitgaven sinds enkele jaren hoger liggen dan de genormeerde bedragen. Een tweede reden heeft betrekking op het feit dat de economische crisis in combinatie met de aanstaande bestuurlijke en financiële decentralisaties veel van rijk en gemeenten vergt. De toets van de uitkomsten van het onderzoek aan het nieuwe verdeelsysteem leidt tot een herziene indeling en omvang van de clusters. Het effect van de herverdeling op de algemene uitkering per gemeente is maximaal € 15 euro per inwoner per jaar. De VNG heeft vorig jaar aangegeven dat de herverdeling op een slecht moment komt, met de grote decentralisatieoperaties op komst. Dat brengt grote onzekerheid en financiële risico’s voor gemeenten met zich mee. Bovendien wordt de door het rijk voorgestelde normatieve weging door gemeenten verworpen. Eind 2011 is, mede op aandringen van de VNG, besloten om de prioriteit te leggen bij de decentralisaties Begeleiding, Jeugdzorg en de uitvoeringslasten Wet werken naar vermogen. Waarschijnlijk zal bij de meicirculaire 2013 meer bekend worden over de herverdeling. Veranderingen in de woningvoorraad per 1 januari 2013
64
JAARREKENING 2012
De gegevens over gebouwen en adressen in de BAG zijn vanaf 2013 bepalend voor de verdeling van het gemeentefonds. De gegevens over gebouwen en adressen zijn ondergebracht in de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG). Op 1 juli 2011 is er een gebruiksplicht voor overheidsorganen in werking getreden. Dit betekent dat ook het CBS verplicht is voortaan de adressen en gebouwgegevens uit de Landelijke Voorziening BAG te gebruiken (voorheen vroeg het CBS de gegevens op bij gemeenten). De overstap van het CBS op de BAG leidt tot veranderingen in de woningvoorraad per 1 januari 2013 (de woningvoorraad per 1 januari 2012 is nog gebaseerd op de huidige werkwijze) en heeft dus gevolgen voor de verdeling van het gemeentefonds met ingang van het uitkeringsjaar 2013. In de junicirculaire 2012 schrijft de minister dat uit een gezamenlijke analyse van het ministerie en de VNG is gebleken dat voor een grote groep gemeenten forse herverdeeleffecten zullen optreden. Om die reden is besloten de invoering van de BAG voor het gemeentefonds uit te stellen en te koppelen aan de komende herijking van het gemeentefonds. De herijking zal leiden tot een nieuwe verdeling, niet eerder dan met ingang van 2014. Bij de meicirculaire 2013 zal naar alle waarschijnlijk meer bekend worden over de gevolgen van de invoering van de BAG. Alle verdeelmaatstaven van het gemeentefonds maken bij de herijking integraal onderdeel uit van het onderzoek, waarbij een relatie wordt gelegd tussen de kosten van gemeenten en de structuurkenmerken (kostendragende factoren) die hierbij een rol spelen. Deze integrale aanpak moet, volgens de minister, er in resulteren dat de onbedoelde herverdeeleffecten van dit specifieke onderdeel tot een minimum worden beperkt. Rijksbezuinigingen Het gemeentefonds ademt mee met de rijksbegroting (normering- of trap op-trap af systematiek). Deze systematiek brengt het risico met zich mee dat bij dalende rijksuitgaven (als gevolg van rijksbezuinigingen) het gemeentefonds ook dienovereenkomstig daalt. De hoge accrespercentages uit voorgaande jaren zullen de komende jaren zeker niet terugkeren. In verband met de economische crisis is de systematiek tijdelijk uitgeschakeld geweest maar is vanaf begrotingsjaar 2012 weer in werking getreden. De accrespercentages zijn nominale percentages. De komende jaren liggen die net boven de nullijn. De reële percentages (dus gecorrigeerd voor inflatie: het BBP Bruto Binnenlands Product) liggen beneden de nullijn, wat wil zeggen dat gemeenten reëel minder te besteden hebben. Aanvullende uitkering Door de economische crisis zullen meer gemeenten niet meer een sluitende begroting kunnen presenteren. Als gevolg van onder meer grote verliezen met grondexploitaties en een groter aanslag op de sociale voorzieningen zullen gemeenten genoodzaakt zijn aanvullende steun bij het rijk aan te vragen (zogenaamde artikel 12-Financiële Verhoudingswet-aanvraag). De (tijdelijke) uitkering wordt ten laste van het gemeentefonds gebracht waardoor de overige gemeenten gaan “meebetalen” aan de steunverlening aan individuele gemeenten. Decentralisaties Uit het Regeerakkoord blijkt dat de decentralisatie van de Jeugdzorg, delen van de AWBZ en de uitvoering van de Participatiewet gepaard gaan met zeer forse bezuinigingen (efficiencykortingen) op de over te dragen budgetten. Daarnaast is in het Regeerakkoord ook een grote bezuiniging op de WMO (hulp bij huishouden) opgenomen. Deze is in de decembercirculaire 2012 al in meerjarenperspectief opgenomen. In 2015 wordt € 975 miljoen gekort, in 2016 loopt deze op naar € 1.140 miljoen. Duidelijk mag zijn dat de dienstverlening en ondersteuning voor de inwoners in gevaar komt. Op dit moment zijn de gevolgen voor de individuele gemeenten nog niet bekend. Gelet op de informatie die wij nu ontvangen van het Rijk en de VNG moet het risico op kortingen in het
65
JAARREKENING 2012
gemeentefonds als hoog worden aangemerkt. Vooralsnog houden wij een bandbreedte aan van € 750.000 tot € 1.500.000. Kwantificering Kans: klasse 5 (1 keer per jaar: 90%) Gevolg: klasse 5 (> € 750.000) Kans x gevolg: € 750.000-€ 1.500.000 4. Personeel De gemeente moet een taakstellende bezuiniging van € 1,4 miljoen op de formatie realiseren. Daarnaast wordt er gekeken naar mogelijkheden voor het uitbesteden van werkzaamheden en verdergaande samenwerking. Als deze ontwikkelingen leiden tot (onvrijwillige) uitstroom van medewerkers, dan zullen hiervoor kosten gemaakt worden. Voor deze kosten is geen voorziening getroffen. De huidige post flankerend beleid voorziet alleen in de huidige kosten. Tot nu toe is de terugloop in formatie gerealiseerd zonder gedwongen ontslagen. De verwachting is dat dit ook in 2013 het geval zal zijn. Naast onvrijwillige uitstroom kunnen onzekerheid over de toekomst, krimp van de formatie (zeker als deze niet gepaard gaat met afname van de hoeveelheid werk) en geen of beperkte vervanging bij ziekte ook leiden tot toename van het ziekteverzuim met bijbehorende kosten. Tot nu toe wijkt ons ziekverzuimpercentage overigens niet significant af van het landelijk gemiddelde. Echter het budget waaruit we ziektevervanging betalen krimpt ook. Belangrijk is om aandacht te hebben voor dit effect vooral voor de medewerkers zelf, maar ook om daarmee de financiële risico’s te beperken. Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2 a 5 jaar ) = 50% Gevolg: klasse 2 (€ 50.000 - € 100.000) Kans x gevolg: minimaal € 25.000 (50% x € 50.000) tot maximaal € 50.000 (50% x € 100.000) 5. Kostenrisico’s voortvloeiend uit Arbo-wetgeving De onlangs gehouden risicoinventarisatie en -evaluatie (RI&E) leidt tot de conclusie dat de te maken kosten bekostigd kunnen worden uit de bestaande Arbo- budgetten. Kwantificering Kans: klasse 1 (minder of 1 keer per 10 jaar ) = 10% Gevolg: klasse 1 (€ 25.000 - € 50.000) Kans x gevolg: minimaal € 2.500 (10% x € 25.000) tot maximaal € 5.000 (10% x € 50.000) 6. Informatie- en communicatiesystemen De rijksoverheid heeft hoge ambities voor de informatiesystemen en -voorziening bij de gehele overheid. Dit uit zich onder andere in de geformuleerde ambities m.b.t. het Nationaal Uitvoerings Programma (NUP). De noodzakelijke financiële middelen om deze, door de rijksoverheid geformuleerde ambities te bereiken, worden niet volledig meegeleverd. De gemeente moet het programma dus deels zelf financieren. De technische inrichting van de informatiesystemen is verbeterd, maar moet op het gebied van continuïteit i.v.m. calamiteiten nog verder worden geoptimaliseerd. Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2 a 5 jaar ) = 50% Gevolg: klasse 2 (€ 50.000 - € 100.000) Kans x gevolg: minimaal € 25.000 (50% x € 50.000) tot maximaal € 50.000 (50% x € 100.000)
66
JAARREKENING 2012
7. Grondexploitaties De uitkomst van de grondexploitaties is voor een belangrijk deel afhankelijk is van economische factoren. Indien het "economische tij tegen zit", zoals nu het geval is, kan dit leiden tot hogere kosten en lagere opbrengsten. Een stagnatie van de verkopen en / of een verlaging van de grondprijzen zal tot gevolg hebben dat de winstgevendheid van de complexen onder druk komt te staan. Specifiek voor het complex Haarveld is dit risico groot, daar er slechts een beperkte winstmarge aanwezig is om verdere tegenvallers te kunnen opvangen. Voor een verdere toelichting verwijzen wij naar de paragraaf grondbeleid Voor de risico’s voortvloeiende uit grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid, onderdeel ‘risicoparagraaf’. De totale boekwaarde per 31-1-2012 bedraagt: -in exploitatie genomen complexen € 4.444.000 -nog niet in exploitatie genomen complexen “ 2.396.000 -overige voorraden “ 5.506.000 Totaal € 12.346.000 Op basis van de vuistregel dat de reserve grondexploitatie een risicobuffer van ca 10% van de boekwaarde van de complexen moet bedragen, moet de gemeente over een minimaal risicokapitaal kunnen beschikken van € 1.234.600. 8. Risico exploitatiebijdrage Novatec De gemeente draagt bij in het exploitatietekort van Novatec. Het exploitatietekort is het gevolg van het verschil tussen de daadwerkelijke sw-personeelskosten en de rijksvergoeding daarvoor. Op het tekort wordt het bedrijfsresultaat van Novatec in mindering gebracht. Het dan nog resterende tekort wordt conform de GR regeling naar rato door de gemeenten aangezuiverd. Jaarlijks begroot de gemeente hiervoor een post ‘exploitatiebijdrage aan Novatec’. De gemeente baseert zich daarbij op de begroting van Novatec, waarin het exploitatietekort per GR gemeente wordt geraamd. Risico’s In 2012 is de start gemaakt met de herstructurering van Novatec. Het aantal werkplaatsen binnen de infrastructuur van Novatec wordt sterk teruggebracht. Dit betekent dat er voor een groot deel van de huidige sw-medewerkers extern een werkplaats gevonden moet worden (de beweging van binnen naar buiten). In dat kader moeten de medewerkers groenonderhoud van Novatec zo veel mogelijk terug naar de gemeenten. Novatec kan dan in 2013 haar groenafdeling opheffen. Novatec neemt in haar begroting 2013 een voorschot op de positieve financiële gevolgen hiervan. Het succes hiervan is echter sterk afhankelijk van het tempo waarin het de gemeenten lukt deze groep medewerkers terug te halen in de eigen organisatie. Wanneer dit niet lukt in het tempo waarmee de begroting van Novatec rekent zal de afbouw van de groenafdeling vertraging oplopen met als gevolg hogere exploitatiebijdragen voor de gemeenten. De kans hierop is aanzienlijk aangezien het opnieuw in huis halen van een groot aantal medewerkers voor gemeenten geen eenvoudige opgave is. De omzet industriële werken van Novatec staat als gevolg van de economische situatie de laatste jaren onder druk. Aangezien het de verwachting is dat de situatie in 2013 niet wezenlijk verbetert is de omzet door Novatec in 2013 defensief begroot. Dit neemt echter niet weg dat er een kans is dat ook in 2013 de omzet niet wordt gehaald. De exploitatiebijdrage aan Novatec zal dan hoger uitvallen. Kwantificering Kans: klasse 5 (1 keer per jaar: 90%) Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 225.000 (90% x € 250.000) tot maximaal € 675.000 (90% x € 750.000)
67
JAARREKENING 2012
9. Risico openeinderegeling Wet Werk en Bijstand (WWB) De ISD stelt in het eerste kwartaal van het jaar voorafgaand aan het uitvoeringsjaar haar begroting op. De belangrijkste posten in de begroting van de ISD zijn: bijstandsuitkeringen, bijzondere bijstand, participatie en apparaatskosten. In haar begroting geeft de ISD tevens aan wat de te verwachte rijksbijdrage zal zijn. De gemeente neemt de begroting van de ISD en de te verwachten rijksbijdrage nagenoeg ongewijzigd over in haar eigen begroting. Risico’s De afgelopen twee jaar is het klantenbestand van de ISD als gevolg van de recessie steeds sterker gegroeid dan verwacht en begroot. In 2013 wordt een verdere stijging van het aantal klanten verwacht. Die stijging is verwerkt in de begroting. Toch is het mogelijk dat het klantenbestand ook weer in 2013 harder stijgt dan verwacht en begroot. De kosten voor bijstandsverlening, bijzondere bijstand en schuldhulpverlening zullen dan hoger zijn dan begroot. Dit risico wordt voor een deel getemperd door de gewijzigde financieringssystematiek WWB per 2012. Deze stelt dat er voor alle gemeenten samen een toereikend budget bijstandsuitkeringen moet zijn. Het totale budget wordt via een complexe methodiek verdeeld over de gemeenten. In theorie is voor Noordenveld het budget in 2013 gelijk aan de kosten voor de bijstandsuitkeringen. In de praktijk kunnen er door “fouten” in het verdeelsysteem toch tekorten ontstaan. Wanneer Noordenveld in 2013 geconfronteerd wordt met een tekort dat groter is dan 10% van het toegekende budget kan een beroep worden gedaan op een IAU (incidentele aanvullende uitkering). Een IAU dekt de kosten voor gemeenten die boven de 110% van het budget uitgaan. Om voor een IAU in aanmerking te komen moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. De gemeente heeft het recht een IAU aan te vragen maar de toekenning daarvan is echter geen garantie. Het definitieve budget WWB wordt door het ministerie pas in september van het uitvoeringsjaar bekend gemaakt. Tot die tijd blijven gemeenten daarom altijd met een mate van onzekerheid geconfronteerd. Kwantificering Kans: klasse 4 (1 keer per 1-2 jaar: 70%) Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 175.000 (70% x € 250.000) tot maximaal € 525.000 (70% x € 750.000) 10. Risico planschadeclaims Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor de waarde van in de nabijheid gelegen onroerende zaken of kunnen leiden tot inkomensderving voor derden. De wetgever heeft geoordeeld, dat dit soort schade niet in z’n geheel ten laste hoort te komen van de individuele burger en heeft in de Wet ruimtelijke ordening opgenomen dat deze schade deels vergoed dient te worden door de gemeente. Deze bevoegdheid is aan het college van burgemeester en wethouders. Als oorzaak van de schade wordt het ruimtelijke plan gezien waarmee de nieuwe ontwikkeling mogelijk wordt gemaakt. Hierbij moet gedacht worden aan een bestemmingsplan, de wijziging of uitwerking van een bestemmingsplan, een projectbesluit, afwijking van het bestemmingsplan en aanhouding van vergunningen als gevolg van een in procedure zijnd bestemmingsplan of een voorbereidingsbesluit. Voor de bepaling van de omvang van de schade wordt een externe deskundige ingeschakeld zoals de Stichting Advisering Onroerende Zaken (SAOZ). Een deel van de schade zal vrijwel altijd voor rekening van de aanvrager blijven omdat ruimtelijke ontwikkelingen tot het normale maatschappelijke risico horen. Ook voorzienbaarheid speelt een rol bij de schadebepaling. Als bijvoorbeeld iemand een woning koopt naast een perceel waarvan op dat moment al bekend is dat er in de toekomst nieuwe ontwikkelingen plaats zullen gaan vinden, dan neemt hij bewust het risico en heeft geen recht op schadevergoeding.
68
JAARREKENING 2012
Ook kan de planschade anderszins verzekerd zijn waardoor geen beroep kan worden gedaan op de planschaderegeling. Een aanvraag moet binnen 5 jaar na het onherroepelijk worden van het betrokken plan of besluit worden ingediend. Risico’s In geval van bestemmingsplannen of andere procedures ten behoeve van nieuwe ontwikkelingen in beheer van de gemeente wordt tegenwoordig vooraf een planschaderisicoanalyse uitgevoerd. Hierdoor kan in de exploitatie een bedrag voor planschadevergoedingen opgenomen worden. Wordt een procedure gevoerd voor een project dat in handen is van een derde, zoals een projectontwikkelaar, dan wordt vooraf een anterieure overeenkomst gesloten waarin onder andere de vergoeding van de planschade geregeld wordt. In geval van kruimelgevallen wordt een planschadeovereenkomst met de aanvrager gesloten. Dit betekent dat het merendeel van de planschadeclaims afgedekt is en dat ze niet ten laste van de algemene reserves hoeven te komen. Het kan echter nog steeds voorkomen dat er schade is waar geen rekening mee is gehouden. Mogelijk is dat in actualiseringplannen iets ruimere bouwmogelijkheden bij recht zijn geboden dan in de voorgaande plannen. Dit kan planschade opleveren. Grote bedragen zullen dit echter niet zijn. Gedacht moet bijvoorbeeld worden aan het bouwen van een groter en hoger bijgebouw dan in het verleden mogelijk was. Dit kan gevolgen hebben voor de waarde van het huis van de buren, maar dit zal nooit veel zijn. Kwantificering Kans: klasse 4 (1 keer per 1-2 jaar) = 70% Gevolg: klasse 1 (€ 25.000 - € 50.000) Kans x gevolg: minimaal € 17.500 (70% x € 25.000) tot maximaal € 35.000 (70% x € 50.000) 11. Risico Integraal Huisvestingsplan Onderwijs De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting van scholen voor basis, speciaal basis, speciaal en voortgezet onderwijs die zijn gehuisvest op het grondgebied van de gemeente. De komende jaren krijgen we te maken met een daling van het aantal leerlingen. Dit betekent dat er in toenemende mate leegstand gaat ontstaan in de bestaande schoolgebouwen. Er vinden met regelmaat gesprekken plaats met de schoolbesturen over de nodige capaciteit aan schoolgebouwen. Jaarlijks wordt er in samenwerking met de schoolbesturen een integraal huisvestingsplan (IHP) opgesteld. Het IHP 2012 is in uitvoering genomen en IHP 2013 is vastgesteld. Het IHP 2013 bevat alleen het hoogst noodzakelijke , omdat wij voor de toekomst de noodzaak zien om een meerjarig IHP 2014-2020 op te stellen, waarbij krimp en onderwijskwaliteit speerpunten zijn. Het opstellen van zo’n meerjarig IHP vergt meer onderzoek en overleg, communicatie en participatie met de schoolbesturen. Door het vaststellen van een IHP-light voor 2013 ontstaat er tijd om een meerjarig IHP op te stellen. Het is de bedoeling om dit meerjarig IHP voor de begrotingsbehandeling 2014 aan u voor te leggen. Risico’s In het noorden van het land wordt de komende jaren een daling van het aantal leerlingen verwacht en ook in Noordenveld zal dit gebeuren. In 2012 zijn nieuwe leerlingenprognoses opgesteld. Met name in het basisonderwijs zullen nogal wat scholen te maken krijgen met een dalend leerlingenaantal en als gevolg daarvan toenemende leegstand. Het kan daarom nodig zijn op termijn scholen samen te voegen en wellicht op te heffen. Op dat moment vervallen de vrijkomende schoolgebouwen aan de gemeente. Omdat schoolgebouwen in 40 jaar worden afgeschreven is er vaak sprake van een aanzienlijke boekwaarde. Afhankelijk van de locatie en de leeftijd van het gebouw kan pas daarna een goede vervangende bestemming worden gezocht voor deze gebouwen. Als gevolg van de in 2013 op te stellen IHP 2014-2020 kan voor die gebouwen of gebouwdelen die niet langer nodig zijn voor
69
JAARREKENING 2012
onderwijs zo vroegtijdig naar een vervangende bestemming worden gezocht. Desondanks blijft er een behoorlijk risico omdat het niet altijd eenvoudig zal zijn nieuwe gebruikers voor de vrijkomende gebouwen te vinden. Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2-5 jaar: 50%) Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 125.000 (50% x € 250.000) tot maximaal € 375.000 (50% x € 750.000) 12. Risico lumpsumfinanciering openbaar onderwijs
De gemeente is integraal schoolbestuur voor 15 openbare scholen voor basis en speciaal basisonderwijs Daarvoor ontvangen wij van de rijksoverheid jaarlijks een genormeerde vergoeding voor de kosten van personeel en materiële exploitatie. Deze vergoeding is de afgelopen jaren verlaagd in verband met bezuinigingen van het rijk. Er is dan ook sprake van een tekort op de begroting terwijl de meerjarenbegrotingen eveneens een jaarlijks tekort laten zien. Naast verdergaande bezuinigingen wordt het tekort de komende jaren verder veroorzaakt door daling van het aantal leerlingen. In de komende vijf jaar bereiken veel personeelsleden de pensioengerechtigde leeftijd. (ca. 20 fte) Door te sturen op natuurlijk verloop van het personeel kunnen de tekorten grotendeels afgedekt worden. Daarnaast kunnen tekorten afgedekt worden door gebruik te maken van de reserve openbaar onderwijs. Die reserve is hiervoor toereikend. Volgens de normering van de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen moet een schoolbestuur een kapitalisatiefactor hebben van omstreeks 35% (Dat wil zeggen men moet beschikken over een reserve van omstreeks 35% van de jaarlijkse omzet). Op dit moment is de kapitalisatiefactor voor het openbaar onderwijs 54%. Risico’s De komende jaren zal het aantal leerlingen teruglopen. Middels het regelmatig maken van leerlingenprognoses wordt dit dalende verloop in beeld gebracht. Het kan nodig zijn scholen op te heffen of samen te voegen. Er worden nieuwe regels ingevoerd voor Passend Onderwijs die gevolgen hebben voor schoolbesturen. Zij zullen verantwoordelijk worden voor de kosten van verwijzing van leerlingen naar speciaal onderwijs. De nu hiervoor op landelijk niveau beschikbare budgetten zullen worden verlaagd en volgens nieuwe verdeelsleutels worden herverdeeld. Het personeelsbestand is relatief vergrijsd. Dit brengt een hogere personeelslast met zich mee dan de gemiddelde vergoeding op basis van de lumpsum. Door de daling van het aantal leerlingen zal er niet of nauwelijks jong personeel instromen. Daarnaast wordt de komende vijf jaar voor ongeveer 20 fte gebruik gemaakt van pensionering. In 2012 en voorgaande jaren is het gelukt om de het geraamd verlies grotendeels te voorkomen en daarmee de risico’s zeer beperkt te houden. Kwantificering: Kans: klasse 3 (1 keer per 2-5 jaar) Gevolg: klasse 2 (€ 50.000 tot € 100.000) Kans x gevolg: minimaal € 25.000 (50% x € 50.000) tot maximaal € 50.000 (50% x € 100.000)
13. Risico Milieuverontreinigingen
Bedrijven moeten voldoen aan steeds strengere milieuwetgeving. Brengt een inrichting schade toe aan het milieu dan zullen zij de kosten voor de reiniging moeten betalen. Is de dader echter niet meer te achterhalen dan kan het zijn dat deze kosten voor rekening van de
70
JAARREKENING 2012
gemeente komen. De kosten van bijvoorbeeld bodem- of grondwatersanering kunnen hoog oplopen. Risico’s Het betreft hier de risico’s van nog niet getaxeerde kosten als gevolg van bekende en onbekende milieuverontreinigingen. Kwantificering Kans: klasse 1 (< of 1 keer per 10 jaar) = 10% Gevolg: klasse 3 (€ 100.000 – € 250.000) Kans x gevolg: minimaal € 10.000 (10% x € 100.000) tot maximaal € 25.000 (10% van € 250.000) 14. Regionale ontwikkelingen (RUD en VRD)
In Drenthe is de vorming van een RUD (Regionale Uitvoeringsdienst) en een VRD (Veiligheidsregio Drenthe) in volle gang. De kosten die gepaard gaan met (de vorming van) de RUD/VRD zijn afhankelijk van nog te maken keuze’s en kunnen oplopen. Daarbij kan gedacht worden aan overheadkosten, kosten om te komen tot één bedrijfsprocessensysteem etc. Momenteel is er nog geen zicht op de kosten die de RUD/VRD met zich meebrengt voor de gemeente Noordenveld. Risico Het College heeft als uitgangspunt gesteld dat de vorm van een Drentse RUD/VRD financieel neutraal dan wel voordeliger moet zijn dan de huidige opzet. Of aan dit uitgangspunt voldaan wordt is afhankelijk van de uitvoering. Kwantificering Kans: klasse 4 (1 keer per 1 -2 jaar) = 70% Gevolg: klasse 3 (€ 100.000 - € 250.000) Kans x gevolg: minimaal € 70.000 (70% x € 100.000) tot maximaal € 175.000 (70% van € 250.000) 15. Open eind regeling WMO etc.
Sinds 1 januari 2007 is er een nieuwe wet: de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het maatschappelijke doel van de Wmo is ‘meedoen’. De wet moet er voor zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mee kunnen doen in de samenleving, al of niet geholpen door vrienden, familie of bekenden. Dat is de onderlinge betrokkenheid tussen mensen. En als dat niet kan, is er ondersteuning vanuit de gemeente. De Wmo regelt dat mensen die hulp nodig hebben in het dagelijkse leven ondersteuning krijgen van hun gemeente. Het gaat om voorzieningen als hulp bij het huishouden, een rolstoel of woningaanpassing. De uitvoering van de Wmo houdt meer in dan alleen het verstrekken van voorzieningen. De Wmo richt zich ook op mensen die zich inzetten voor hun medemens of buurt. Het gaat dan bijvoorbeeld om mantelzorgers en vrijwilligers. De Wmo stimuleert activiteiten die de onderlinge betrokkenheid in buurten en wijken vergroten. De Wmo biedt ondersteuning om te voorkomen dat mensen later zwaardere vormen van hulp nodig hebben. Het gaat bijvoorbeeld om opvoedingsondersteuning en activiteiten tegen eenzaamheid. Het verstrekken van voorzieningen zoals hiervoor aangeduid gaat op aanvraag. De aanvragen worden in behandeling genomen en in samenspraak met de Wmo-consulent wordt bezien op welke wijze de gemeente zodanige ondersteuning kan bieden dat de belemmeringen in zelfredzaamheid en participatie worden weggenomen. Mensen met een beperking en ouderen kunnen geen ‘voorzieningen’ meer eisen. Zij moeten benoemen waarin zij in hun activiteiten
71
JAARREKENING 2012
belemmerd worden. Er moet gedacht worden in oplossingen in plaats van voorzieningen. Daarnaast wordt waar mogelijk de eigen mogelijkheden en die van het eigen sociale systeem aangesproken. Dit proces om tot een volledige invulling van de compensatieplicht te komen, wordt ook wel aangeduid als ‘de kanteling van de Wmo’. De geplande overheveling van AWBZ-taken naar de Wmo is voorlopig uitgesteld. Het nieuwe kabinet neemt hier een definitief besluit over. Op het moment dat het nieuwe kabinet besluit alsnog de transitie van AWBZ-taken door te zetten en ook de budgetten bekend zijn kunnen wij een inschatting van de risico’s maken. In de oorspronkelijke plannen van het kabinet Rutte werd er wel voorzien in forse kortingen op de macro-budgetten. De decentralisatie van extramurale begeleiding geldt ook voor het vervoer en voor de groep licht verstandelijk gehandicapten (lvg) jongeren en voor kinderen met Jeugd-GGZ zorg (vanaf 2013). Als er sprake is van een verblijfsindicatie dan blijft de begeleiding vanuit de AWBZ geregeld. De decentralisatie van begeleiding naar de Wmo biedt kansen om op lokaal niveau deze ondersteuning bij zelfredzaamheid en participatie dichterbij de burger te organiseren. Gemeenten zijn in staat de eigen kracht en mogelijkheden van burgers en hun sociale netwerk aan te spreken en maatwerk in de directe omgeving te realiseren. Ook kunnen zij verbindingen leggen met andere Wmo-voorzieningen en andere gemeentelijke domeinen, zoals re-integratie, de bijstand of het woonbeleid. Zo wordt de begeleiding meer doelmatig en meer effectief georganiseerd. Risico’s Een inwoner die conform de gestelde indicatie recht heeft op een individuele Wmovoorziening, ontvangt deze ook. Er is dus sprake van een open einde regeling waarmee de gemeente een financieel risico loopt. Om dit risico beheersbaar te houden, is het noodzakelijk het aantal verstrekkingen in de gaten te houden, en de eventuele toe- dan wel afname. De gevolgen van de vergrijzing van deze gemeente worden nu al langzaam maar zeker zichtbaar. Omdat vooral de groep 85-plussers relatief veel gebruik maakt van individuele Wmo-voorzieningen, kan dit tot een kostenstijging leiden. De te verwachten stijging van de kosten vanwege de vergrijzing zal daarentegen weer enigszins gedempt worden door de betere inkomenspositie van de toekomstige ouderen (in verband met een hogere pensioenopbouw). In de voorjaarsnota 2011 werd duidelijk dat de toename van kosten zich nu al voordoet bij de verstrekking van rolstoelen en het collectieve openbare vervoer. Overigens kan de toename van kosten nog steeds worden opgevangen door de reserve Wmo. Naast de gevolgen van vergrijzing en daarmee een toenemende vraag naar voorzieningen hebben we ook van doen met wijziging van contracten met zorgaanbieders en leveranciers. Gelet op de bedragen die omgaan in de Wmo dienen contracten aangegaan te worden middels Europese aanbesteding. Dergelijke contracten hebben een bepaalde duur (veelal 3 tot 5 jaar). Hetgeen betekent dat na verloop van tijd een nieuw contract aangegaan dient te worden. De financiële gevolgen van een nieuwe aanbesteding zijn van te voren niet of nauwelijks in te schatten. Overigens kan een eventuele toename van kosten om deze reden ook worden opgevangen door de reserve Wmo.
72
JAARREKENING 2012
Welk risico de nieuwe functie extramurale begeleiding met zich mee brengt vanaf 2013 is nog onduidelijk. Duidelijk is dat deze functie wordt ondergebracht in de Wmo, op welke wijze de wetgeving en financiering exact vorm wordt gegeven is echter nog onduidelijk. Er is al wel gecommuniceerd dat de gemeenten worden geconfronteerd met een korting van 5% op het huidige Awbz-budget voor extramurale begeleiding. Transities De risico’s van de gevolgen van de transities zijn op dit moment nog niet in beeld te brengen. Veel hangt af van de bestuurlijke besluitvorming. In de Financiële Kadernota 2014 wordt hier uitvoering op in gegaan (vanaf blz 22). Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2-5 jaar) = 50% Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 125.000 (50% x € 250.000) tot maximaal € 375.000 (50% x € 750.000) 16. Risico toereikendheid voorzieningen Er zijn voldoende onderbouwingen van het benodigde voorzieningenniveau aanwezig.. Risico’s Desondanks kan vanwege onvoorziene omstandigheden of calamiteiten (stormschade, waterschade etc) het voorkomen dat de voorzieningen op enig moment niet toereikend meer zijn. Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2-5 jaar: 50%) Gevolg: klasse 4 (€ 250.000 - € 750.000) Kans x gevolg: minimaal € 125.000 (50% x € 250.000) tot maximaal € 375.000 (50% x € 750.000) 17. Risico wegenbeheer en groenbeheersplan Voor het beheer van de openbare ruimte wordt gewerkt aan een systematiek om jaarlijkse benodigde budgetten in beeld te krijgen. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van beheerplannen en van scenario’s uit de BOR systematiek. Risico’s Voor de openbare ruimte geldt dat nog niet alle beheerplannen zijn vastgesteld. Tot die tijd is onzeker of de huidige budgetten toereikend zijn. De beheerplannen zijn in verband met de bezuinigingen begroting 2012 aangepast op het kwaliteitsniveau “laag”. Met name de onderhoudssituatie van bepaalde wegvakken kan door intensief gebruik en als gevolg van weersomstandigheden sneller achteruitgaan, waardoor versneld onderhoud moet worden uitgevoerd. Indien schade aan personen, voertuigen of gebouwen ontstaat door onvoldoende onderhoud aan infrastructuur kunnen benadeelde personen een schadeclaim indienen. Daarnaast bestaan de risico’s van schadeclaims door takbreuk en achterstallig onderhoud van speeltoestellen. Kwantificering Kans: klasse 3 (1 keer per 2-5 jaar: 50%) Gevolg: klasse 3 (€ 100.000 - € 250.000) Kans x gevolg: minimaal € 50.000 (50% x € 100.000) tot maximaal € 125.000 (50% x € 250.000)
73
JAARVERSLAG 2012
2.4.3 Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding De gemeente Noordenveld is een gemeente met een grondoppervlakte van ruim 20.000 hectare en kent 26 kernen. De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Daarbij gaat het om de volgende kapitaalgoederen; * Infrastructuur, zoals wegen, water, riolering en kunstwerken; * Voorzieningen zoals plantsoenen en bermen, speel- en sportterreinen, openbare verlichting; * Gebouwen zoals openbare gebouwen, scholen, monumenten Om te voldoen aan artikel 212 van de gemeentewet is het onderhoud van de kapitaalgoederen vertaald in het Beheer Openbare Ruimte (BOR). Met het BOR kunnen keuzes worden gemaakt in de mate van onderhoud met de daarbij behorende budgetten. In 2006 is een start gemaakt met het opstellen van het BOR. In 2009 zijn de eerste bestekken op de markt gebracht. Met de invoering van de BOR is er een beleidsmatig kader ontstaan met een financiële vertaalslag voor het Beheer van de Openbare Ruimte. Van de kapitaalgoederen wordt aangegeven: o het beleidskader o de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties en o de vertaling van de financiële consequenties in de begroting. Beleidskader Het beleid van de gemeente Noordenveld voor het onderhoud van kapitaalgoederen is onder meer opgenomen in de nota’s: • Groenvisie Noordenveld • Landschapsbeleidsplan Noordenveld • Waterplan Noordenveld • Bosbeheerplan Noordenveld • G.V.V.P. • vG.R.P. 2013-2017 • Beleidsplan openbare verlichting • Speelbeleidsplan • IHP (integraal huisvestingsplan) • VTA-controle voor gemeentelijke bomen. • Monumentale bomenlijst Noordenveld • Scenario Beheer Openbare Ruimte. • Bomenbeleidsplan • Gedragscode Flora en fauna (2012 in voorbereiding)
74
JAARVERSLAG 2012
Inventarisatie van te onderhouden arealen Onderwerp
Karakteristiek
Verhardingen
Totaal
Onderhoud 2012 (peildatum okt 2012) 2.576.471 m2
Rijbanen en parallelwegen
1.824.598 m2
Verharde fietspaden
183.912 m2
Verharde voetpaden
360.244 m2
Overig wegen (parkeervakken, drempels e.d.)
207.717 m2
Abri’s
11 st
Bebording
Ca. 3.000 st.
Straatreiniging
Afvalbakken c.q. blikvangers
300 st.
Openbare verlichting
Lichtarmaturen
Ca. 7.000 st.
Bruggen
Steigers
3 st.
Bruggen
52 st.
Duikers
78 st.
Schouwsloten
156 km1
Water
414 ha
Totaal aantal Bomen
Ca. 48.000 st.
Waardevolle bomen
Ca 7.000 st.
Bos en natuur
210 ha
Totaal oppervlakte
2.472.093 m2
Bosplantsoen
486.878 m2
Gazon / schraal gras (inclusief bermen)
1.811.2793 m2
Hagen
15.186 m2
Heesters
111.626 m2
Rozen
3.394 m2
Wisselperken
108 m2
Speeltoestellen
351 st.
Speelveldjes
83 st.
Minicontainers
28.780 st.
Riolering
283 km
Drukriolering
151 km
Rioolputten
6.700 st.
Straat/ trottoirkolken
12.630 st.
Rioolpompen
536 st.
Rioolgemalen
58 st.
Bergbezinkbassins
16
Begraafplaatsen
17 ha/ 7 st.
Watergangen
Natuurbescherming
Openbaar Groen
Speelvoorzieningen
Afvalverwijdering/verwerking Riolering
Lijkbezorging
75
JAARVERSLAG 2012
Sport
Gebouwen
Graven in onderhoud
313 st.
Urnenmuren
18 st.
Sportcomplexen
10 st.
Sportvelden
26 st.
Kantoren, werkplaatsen en brandweerkazernes voor eigen organisatie Onderwijsgebouwen, scholen en gymnastiekgebouwen Dorpshuizen, bibliotheken en multifunctionele gebouwen Overige gebouwen, zoals kerktorens, molens, bergingen, aula, woningen, sportgebouwen etc., waarvan 11 monumenten
12 st. 27 st. 7 st. 43 st.
De hoeveelheden zijn continu aan veranderingen onderhevig. Naast kleine mutaties kan men hierbij ook denken aan uitbreidingsplannen( Lange Streeken, Roderveld IV en De Veldkampen) en de Herinrichting Peize. Deze hoeveelheden moeten nog worden opgenomen in het GBI en zijn daarom nog niet verdisconteerd in de bovenstaande tabel. Beheer Openbare Ruimte In 2006 is een start gemaakt met de invoering van de BOR-systematiek. Met deze systematiek wil de gemeente Noordenveld de mogelijkheid creëren om te kunnen discussiëren over de kwaliteit van de openbare ruimte met zowel het bestuur als de inwoners van de gemeente. Daarnaast kan sturing worden gegeven aan de kwaliteit van de openbare ruimte. Het College en de Raad heeft in 2008 aan de hand van verschillende beheerscenario’s bepaald dat de kwaliteit van de openbare ruimte moet voldoen aan het scenario “Huidig Budget”.
Bedrijventerrein
Hoofdwegen
Buitengebied
Begraafplaats
Accenten
Sport en recreatie
Verharding
Woongebied
Scenario Alles Laag
Centra
Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2011 heeft uw gemeenteraad besloten om € 500.000 te bezuinigen op de BOR. Door het verlagen van het beschikbare budget met €500.000 hebben alle onderdelen het kwaliteitsniveau Laag gekregen en is dit vertaald in het scenario “Alles Laag”.
L
L
L
L
L
L
L
L
Groen
L
L
L
L
L
L
L
L
Meubilair
L
L
L
L
L
L
L
L
Verzorging
L
L
L
L
L
L
L
L
Om het groenbeheer binnen de gemeente Noordenveld zodanig vorm te geven dat met het beheer rekening wordt gehouden met de flora en faunawet beschermde soorten, is in 2012 begonnen met het opstellen van de leidraad voor de gedragscode Flora en Fauna. In 2013 wordt deze afgerond en geïmplementeerd bij de afdeling OW&A. De leidraad is een document met werkinstructies voor beheeronderdelen die aangeeft hoe te handelen. De implementatie van de nieuwe wet betekent aanpassing van werkprocessen en procedures in de gemeentelijke organisatie.
76
JAARVERSLAG 2012
L B H
L B L B L B
B
L B L H B
L B B B L
L B B
Woonwijk
Kwaliteitsniveau Laag Kwaliteitsniveau Basis Kwaliteitsniveau Hoog
L B B
Sport en recreatie
L B B B L
Hoofdwegen
L B B B L
Centra
Bedrijventerrein
L B B B L B
Buitengebied
Accent
Groen (ts + vs) Verzorging Meubilair Verharding Asfalt Verharding elementen Halfverharding
Totaaloverzicht BOR 2012
Begraafplaats
Totaal
In onderstaande tabel is een algemene indruk van de gehaalde kwaliteit per structuurelement gegeven. Het totaal resultaat van de kwaliteit is een optelling van alle schouwen (drie ronden verzorging en één ronde technische staat) die in de loop van het jaar gehouden zijn, inclusief de wegeninspectie en de onafhankelijke schouw die jaarlijks door een extern bureau wordt uitgevoerd.
L B B L L
Geconcludeerd kan worden dat voldaan is aan het vastgestelde scenario ‘’Alles Laag’’. Vooral bij de aspecten verzorging (straatreiniging en zwerfafval) en meubilair is een hoger kwaliteitsniveau behaald dan het vastgestelde scenario. Net als in voorgaande jaren is in 2012 geprobeerd meer kwaliteit uit het budget te halen. Hierbij is de nadruk gelegd op de begraafplaatsen. Hier is gestreefd naar een Basiskwaliteit. Bomenbeleid en speelbeleid Met het speelbeleidsplan is het speelbeleid van de gemeente geactualiseerd en bijgesteld. Het biedt een richtlijn waarmee de realisatie van speelveldjes afhankelijk wordt van de vraag en richt zich op speelvoorzieningen op buurt- en wijkniveau. Daarnaast wordt meer dan voorheen aandacht besteed aan de kwaliteit van de informele speelruimte, omdat kinderen daar het grootste deel van de tijd buiten spelen. Ook wordt dieper ingegaan op welke burgerparticipatie-vorm moet worden gebruikt in bepaalde situaties. Met het bomenbeleidsplan wordt meer structuur en samenhang in het bomenbeleid van de gemeente gebracht. Het analyseert de huidige stand van zaken en brengt sterke punten en verbeterpunten in beeld. Hierin staat het behoud en versterking van de kwaliteit van het huidige bomenbestand tegen aanvaardbare kosten op de eerste plaats. De zorgplicht, het wegwerken van de achterstand in eenmalige beheerstaken en de bescherming van bomen bij werkzaamheden zijn belangrijke verbeterpunten. Verder wordt ingegaan op de raakvlakken met andere beleidsterreinen, zoals klimaatbeleid en verkeersveiligheid. Natuurbescherming/landschapsbeleid De post ”natuurbescherming “maakt geen deel uit van de BOR. De gemeente heeft 210 ha bos en landschapselementen in beheer. Bossen met een duurzame instandhouding, waarbij we streven naar een hoge mate van afwisseling in flora en fauna en waar mogelijk handhaven/ bevorderen van het recreatief medegebruik. Het bosbeheerplan Noordenveld, wat het beheer en gebruik regelt conform FSC-certificering, is hierbij uitgangspunt. Arcadis onderhoudt als rentmeester de gemeentelijke bossen.
77
JAARVERSLAG 2012
Daarnaast heeft de gemeente een prestatieafspraak met landschapsbeheer Drenthe. Deze voert jaarlijks een aantal beheersprojecten uit, bijvoorbeeld het onderhoud van grafheuvels en het snoeien van fruitbomen. Ook dit jaar zijn er conform beheerprojecten uitgevoerd. Riolering en waterzuivering De gemeente heeft in 2012 een nieuw Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017 ( GRP) gekregen. Op 1 januari 2008 is de Wet gemeentelijke watertaken (Wgw) in werking getreden. Deze nieuwe wetgeving stelt de gemeente beter in staat een bijdrage te leveren aan de aanpak van watervraagstukken in bebouwd gebied. De gemeente heeft met deze wet de zorgplichten gekregen voor hemel- en grondwater binnen bebouwd gebied. Het nieuw vGRP geeft hieraan invulling. Het vorige GRP is over een langere tijd dan gepland volledig uitgevoerd. Dit betekent dat de gestelde doelen zoals het behalen van de basisinspanning gehaald zijn. Met het plaatsen van negen bergbezinkbassins en het afkoppelen van regenwater is voldaan aan de normen voor het hydraulisch functioneren van het bestaande stelsel. De opgaven vanuit het verleden zijn afgerond. De stijging van het rioolrecht is de afgelopen jaren zoals beloofd, beperkt gebleven tot een tientje per jaar. Vanwege de aanpassing van de regelgeving als gevolg van de Waterwet moest de financieringsstructuur aangepast worden en is de verbrede rioolheffing ingevoerd. De voorziening/reserve van de riolering mag namelijk niet meer negatief zijn. Daarnaast zijn in het kader van de verbrede zorgplichten de kosten van het onderhoud van de schouwsloten onder de nieuwe verbrede rioolheffing gebracht. Water/watergangen Het schoonhouden van A-watergangen is een wettelijke verplichting. Het schoonhouden van de overige watergangen is een autonome gemeentelijke taak voor zover de volksgezondheid niet in het geding is. Wanneer dit wel het geval is, is het een wettelijke taak. Het onderhouden van de schouwsloten gebeurt via een schouwbestek. Vanuit het nieuwe vGRP 2013-2017 worden projecten uitgevoerd waarmee gestreefd wordt naar een integraal en duurzaam waterbeheer. Integraal betekent een samenhang tussen de verschillende waterstromen (regenwater, oppervlaktewater, grondwater, drinkwater en afvalwater), waarbij het waterbeheer wordt afgestemd op andere beleidsterreinen. Er wordt gestreefd naar optimale waterkwaliteit en -kwantiteit. Gebouwen Het gebouwenbeheerplan is geactualiseerd. Het beheerplan 2012-2014 vormt de basis van de uitgaven voor het gebouwenonderhoud .Het gebouwenonderhoud vindt plaats op basis van onderhoudsplanningen die in eigen beheer zijn opgesteld en jaarlijks worden geactualiseerd.
78
JAARVERSLAG 2012
De scoop van het beheerplan is om alle geplande uitgaven de komende drie jaar zo effectief en efficiënt mogelijk uit geven. Totaal overzicht.
2012
2013
2014
Uitgesteld onderhoud
€ 143.000
€ 25.000
€0
Investeringen uit ontwikkelingen
€ 307.000
€0
€0
Totaal groot onderhoud gebouwen.
€ 387.435
€ 312.343
€ 193.080
Getotaliseerd
€ 837.435
€ 337.343
€ 193.080
Jaarschijf
€ 390.000
€ 390.000
€ 390.000
-€ 447.435
€ 52.657
€ 196.920
Stand voorziening 1 jan.
€ 460.000
€ 12.565
€ 65.222
Stand voorziening 31-12
€ 12.565
€ 65.222
€ 262.142
Onttrekking /dotatie voorziening
2015
€ 262.142
De jaarschijf 2012 is dit afgelopen jaar voor de helft gebruikt. In 2013 zullen veel werken afgerond worden. Daarnaast is er ten aanzien van een aantal gebouwen bewust voor gekozen om geen uitgaven te doen in verband met allerlei beleidsmatige ( bezuinigingen) ontwikkelingen. Alhoewel er gericht werken zijn uitgesteld omdat een aantal investeringen gekoppeld worden, zodat een object in één keer in 2013 of 2014 onderhanden genomen wordt.
79
JAARVERSLAG 2012
2.4.4 Paragraaf financiering
Inleiding De financieringsfunctie ondersteunt de uitvoering van de in de begroting opgenomen programma’s. De financieringsfunctie omvat de financiering van beleid en het uitzetten van geldmiddelen die niet direct nodig zijn. Volgens de ministeriële voorschriften neergelegd in het BBV dient de paragraaf financiering minimaal de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille te bevatten. Volgens de vastgestelde financiële verordening gemeente Noordenveld (ex artikel 212 gemeentewet) dient in de paragraaf financiering verslag te worden gegeven over: * kasgeldlimiet; * renterisiconorm; * liquiditeitsplanning en -positie; * omvang en samenstelling van het vreemd vermogen; * omvang en samenstelling van de uitzettingen. De financieringsparagraaf is, in samenhang met het financieringsstatuut, een belangrijk instrument voor het transparant maken, en daarmee voor het sturen, beheersen en controleren, van de financieringsfunctie. Het financiering-(of treasury)statuut geeft de infrastructuur voor de inrichting van de financieringsfunctie aan (in de vorm van uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten). Ingevolge de financiële verordening ex artikel 212 gemeentewet wordt door het College het treasurystatuut vastgesteld en ter kennisname aan de gemeenteraad gebracht. Er wordt gewerkt binnen het juridische kader van de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido). De berekening van de kapitaalbehoefte per 1 januari 2012, resp. 31 december 2012 is als volgt (bedragen x € 1.000): Omschrijving Reserves en voorzieningen Vaste schuld Totaal geïnvesteerd bedrag *) Financieringstekort
begin 2012 28.101 51.577 79.678 95.667 -15.989
*) incl. voorraden gronden
80
eind 2012 25.150 48.820 73.970 92.105 -18.135
JAARVERSLAG 2012
De toename van het financieringstekort met ruim € 2,1 miljoen is als volgt tot stand gekomen (bedragen x € 1.000): Financieringstekort bij aanvang jaar Af: -netto investeringen -afname reserves -aflossing opgenomen geldleningen
-15.989 9.526 4.162 2.757 -16.445
Bij: -jaarresultaat -afname voorraad grond -afschrijvingen op activa -ontvangen aflossingen verstrekte geldleningen -toename voorzieningen
1.020 5.821 6.935 332 191 14.299 -18.135
Financieringstekort einde jaar
Kasgeldlimiet Om een grens te stellen aan kortlopende financiering is in de Wet Fido de kasgeldlimiet opgenomen. De kasgeldlimiet wordt bepaald door het begrotingstotaal bij aanvang van het dienstjaar te vermenigvuldigen met een bij ministeriele regeling vastgesteld percentage van 8,5%. De kasgeldlimiet (de ruimte voor korte financiering) was in het verslagjaar: 8,5% van het begrotingstotaal ad. € 73.669.000 is € 6.261.865 (afgerond). Bij overschrijding van de kasgeldlimiet moet een geldlening worden aangetrokken. In het verslagjaar is de kasgeldlimiet niet structureel overschreden. In het financieringstekort is voorzien door geldleningen aan te trekken met een kortere looptijd. Rente(ontwikkeling) In het verslagjaar heeft geen renteherziening van een bestaande vaste geldlening plaatsgevonden. De gemeente Noordenveld heeft elf leningen. De rentepercentages van deze leningen schommelen tussen de 3,83% en 6,32%. Het (gewogen) gemiddelde rentepercentage (per 1-1) bedraagt 4,32%. De geldleningen met een hoger rentepercentage betreffen leningen die niet vervroegd kunnen worden afgelost. In het verslagjaar is de kapitaalmarktrente (lineaire vaste geldleningen met rentevaste periode van 25 jaar) gedaald van 3,84% (1 januari 2012) tot 3,12% (31 december 2012). Renterisiconorm en renterisico’s van de vaste schuld per 31-12-2012 De rente van vaste geldleningen vormt een onderdeel van de exploitaties van de begrotingen van gemeenten. Bij de gemeente Noordenveld bedraagt de rentelast € 2.224.000 per jaar. Ten einde forse schommelingen in de exploitatielasten te voorkomen is de zogenaamde renterisiconorm ingevoerd. Ingevolge de wettelijke regeling mogen de vaste geldleningen voor herfinanciering samen met de leningen waarop renteherziening plaatsvindt in enig jaar niet meer bedragen dan 20% van de totale omvang van de vaste geldleningen. Het doel is op deze wijze spreiding te krijgen in de leningenportefeuille waardoor een verandering in de rente vertraagd doorwerkt op de rentelasten.
81
JAARVERSLAG 2012
Bedragen x €1.000 Renterisico op vaste schuld Netto renteherziening op vaste schuld o/g Betaalde aflossingen Herfinanciering
2.642
2.642 Renterisiconorm Stand van de vaste schuld per 1 januari het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage
Toets renterisiconorm Renterisiconorm Renterisico op vaste schuld Ruimte
51.462 20% 10.292
10.292 2.642 7.650
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat in 2012 de renterisiconorm niet is overschreden. Liquiditeitspositie De gemeente beschikt over een aantal bankrekeningen. Bij tegoeden of schulden in rekening-courant worden de overtollige middelen belegd of worden de tekorten met kasgeldleningen gefinancierd. De liquiditeitspositie (x € 1.000) is als volgt: 1-1-2012 Tegoeden Kassaldi Rabobank BNG (OSG) Totaal tegoeden Verschuldigd BNG BNG-kasgeldlening BNG (OSG) Totaal verschuldigd
1 34 0
31-12-2012 1 52 0
35
5.971
53
4.697 5.000 172
377 6.348
9.869
Ten opzichte van ultimo 2011 is de liquiditeitspositie per ultimo 2012 € 3.521.000 toegenomen. Het financieringstekort is voornamelijk door middel van geldleningen met een korte looptijd gefinancierd, zoals al vermeld is. Omvang en samenstelling vreemd vermogen De activa worden gefinancierd met eigen en vreemd vermogen. Tot het eigen vermogen behoren de algemene reserve en de bestemmingsreserves. Bij het vreemd vermogen wordt onderscheid gemaakt tussen lang vreemd vermogen (voorzieningen en de vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar) en het kort vreemd vermogen. Het onderscheid wordt bepaald door de rentetypische looptijd. Bij kort vreemd vermogen is deze tot 1 jaar.
82
JAARVERSLAG 2012
Het verloop in 2012 is als volgt (x € 1.000): Lang vreemd vermogen Voorzieningen Vaste schulden - geldleningen - belegde reserves
1-1-2012
31-12-2012
2.122
2.313
51.461 116
48.820 0
Totaal
51.577
48.820
53.699
51.133
1-1-2012
31-12-2012
Banksaldi Overige schulden
6.348 3.574
9.869 3.022
Totaal
9.922
12.891
Kort vreemd vermogen
Omvang en samenstelling van de uitzettingen Het beleid van de gemeente Noordenveld is om de tijdelijke overtollige middelen risicomijdend uit te zetten. Overtollige middelen worden op een deposito gestort bij een kredietinstelling die voldoet aan de voorwaarden die in het treasurystatuut zijn gesteld. Daarnaast heeft de gemeente Noordenveld diverse uitzettingen/beleggingen uit hoofde van haar publieke taak. Het betreffen aandelen en achtergestelde leningen. Zie verder de toelichting op de balans. Kengetallen (ratio’s) De investeringscapaciteit van een gemeente hangt af van de ruimte om meer schulden aan te gaan. Goede kengetallen voor het beoordelen van de hoogte van de schuld zijn de debt-ratio en de schuld als aandeel van de exploitatie. Debt-ratio De debt-ratio zegt welk aandeel van de bezittingen (activa) is belast met schulden. De debt-ratio is de resultante van de som van de voorzieningen, de kortlopende- (incl overlopende passiva) en langlopende schulden te delen door het balanstotaal, uitgedrukt in procenten. Een debt-ratio van meer dan 80% geeft aan dat de gemeente zijn bezit zeer hoog heeft belast met schulden. De uitkomst is: (€ 75.250/€ 97.906) *100% = 77 % (2011: 74%) Schuld als aandeel van de exploitatie De schuld als aandeel van de exploitatie geeft een indicatie van de druk van de rentelasten op de exploitatie en het investeringsvolume uit het nabije verleden. De schuld als aandeel van de exploitatie wordt bepaald door de som van de voorzieningen, de kortlopende- en langlopende schulden, hierop in mindering te brengen de verstrekte geldleningen, geldelijke tegoeden en debiteurenvorderingen, banktegoeden en uitstaande deposito’s te delen door de totale inkomsten (excl bijdragen reserves). Bij een percentage tussen de 100% en 150% is voorzichtigheid geboden. Indien dit kengetal hoger dan 150% is dan springt het licht voor een gemeente op rood. Een groot deel van de inkomsten gaat
83
JAARVERSLAG 2012
dus op aan rentebetalingen. De speelruimte van een gemeente is dan klein omdat een groot deel van de uitgaven al, in verband met het medebewindstaken, vastligt. De uitkomst is: (€ 67.924/€ 79.045) *100% = 86 % (2011: 76%)
84
JAARVERSLAG 2012
2.4.5 Bedrijfsvoering Algemeen Tegenwoordig worden aan overheden hoge eisen gesteld voor wat betreft transparantie, rechtmatigheid, integriteit, wendbaarheid en de kwaliteit van de dienstverlening. Deze eisen verankeren wij in onze organisatiecultuur, de organisatie van onze werkprocessen, onze wijze van plannen en verantwoorden en de competenties van onze medewerkers. Met de instrumenten van bedrijfsvoering die ons ter beschikking staan geven wij invulling aan de genoemde ambities ten aanzien van ons overheidshandelen. We sturen op ontwikkeling van deze ambities in onderlinge samenhang. Hieronder geven wij u inzicht in de wijze waarop wij dit doen. Gemeentelijk Contact Centrum Landelijk neemt de kwaliteit van de overheidsdienstverlening een prominente plaats in op de bestuurlijke agenda. Doelstelling is dat gemeenten in 2015 een herkenbare ingang zijn voor alle vragen aan de overheid. Herkenbaar door één centraal telefonisch toegangsnummer, één fysieke informatiebalie en één website en webloket. Welk kanaal de burger ook kiest, hij krijgt steeds hetzelfde betrouwbare antwoord en hij kan de overheid houden aan overheidsbrede kwaliteitsnormen voor afhandeltijd, juistheid en vriendelijkheid. De belangrijkste ambities zijn: - burgers hebben een duidelijke ingang waar ze met al hun vragen aan de overheid terechtkunnen. Dit is voor onze gemeente het Gemeentelijk Contact Centrum (hierna: GCC); - het GCC handelt gemiddeld 80% van de vragen aan de overheid in één keer en goed af. De overige 20% worden vraaggericht en gecontroleerd afgehandeld. Dit kan door de gemeente, maar ook door andere overheidsorganisaties; - de burger wordt geholpen binnen de gestelde termijn. De overheidsorganisaties zijn om de burger georganiseerd in plaats van dat de burger de inrichting van de organisatie moet kennen. De projectgroep GCC heeft zich vanaf 2010 gebogen over een contourenschets en een visie op dienstverlening (2011). Kernwaarden in deze visie zijn: mensgericht, vraag gestuurd, inventief, transparant en toegankelijk. In 2012 is gewerkt aan een vastgesteld document waarin de visie en ambities verder zijn uitgewerkt voor het GCC. In dit jaar is ook fase 2 afgerond: (communicatie)kanalen heeft antwoord en zijn de voorbereidingen getroffen voor de derde fase: front office heeft antwoord. Vanaf het najaar zijn er concrete stappen gezet om het GCC vanaf de start in 2013 te kunnen faciliteren, te bemensen en fysiek in te richten, zoals: - het implementeren van een nieuwe website, kennisbank, digitale zuil en een contactsysteem - het in gebruik nemen van het 14 050 nummer - het aanstellen van de GCC medewerkers - het beschrijven van een aantal processen die het GCC opstart en bewaakt - het uitvoeren van een tevredenheidonderzoek onder “baliebezoekers” - het verplaatsen van de telefonie vanuit de hal naar een aparte telefonieruimte. De komende twee jaren wordt het GCC verder uitgebouwd zodat de contacten met inwoners, bedrijven en instellingen geconcentreerd worden in het GCC. We werken stapsgewijs toe naar de laatste twee fasen van het verbeterproces: gemeente heeft antwoord (2014) en de overheid heeft antwoord (2015).
85
JAARVERSLAG 2012
Communicatie en participatie In februari 2012 stelde de gemeenteraad de nota Noordenveld 2.0 communicatie en participatie vast. Doel van de nota is de communicatie met onze inwoners, instellingen en bedrijven actiever en duidelijker vorm en inhoud te geven. Dat betekent ook een verdere bewustwording van onze medewerkers. De vakgroep Communicatie heeft over dit onderwerp bijeenkomsten georganiseerd met medewerkers. Hierin werd de nota toegelicht en benadrukt wat het betekent om actief in te spelen op ontwikkelingen dan wel dat we zelf als gemeente nieuws melden. Om inwoners eerder te betrekken bij ontwikkelingen die voor hen van belang zijn, is een checklist ontwikkeld. Verder is er een communicatie- en participatieparagraaf ontwikkeld voor de B&W adviezen. Goede voorbeelden van participatie zijn de totstandkoming van de Recreatiebeleidsnota, het bomenbeleidsplan en het Gemeentelijke verkeer- en vervoersplan (GVVP). Op de raadsvoorstellen is de paragraaf maatschappelijk draagvlak toegevoegd, waarin wordt vermeld hoe participatie heeft plaatsgevonden of gaat plaatsvinden. Mede ingegeven door de Nota communicatie, hebben wij onze communicatiestrategie gewijzigd. Met de inzet van een bestuursadviseur communicatie kijken we vooraf bewuster naar besluiten en onderwerpen die spelen. Hierbij wordt extra aandacht geschonken aan hoe wij gaan communiceren met betrokkenen en andere belanghebbenden. Ook de maandelijkse perslunch is een goed voorbeeld van de veranderende werkwijze. Dit alles maakt dat wij als College bewuster omgaan met het nieuws dat we brengen als gemeente, bewuster omgaan met de mogelijkheden van media en bewuster oog hebben voor inbreng van onze inwoners. In 2012 is achter de schermen hard gewerkt aan de nieuwe website. Deze is gelanceerd op de nieuwjaarsbijeenkomst op 2 januari 2013. De opzet was onze nieuwe website toegankelijker en gebruiksvriendelijker te maken voor de bezoekers. Onze vijf kernwaarden: leefbaar, groen, ondernemend, duurzaam en transparant kregen een prominente plaats op www.gemeentenoordenveld.nl. We zijn blij met het eindresultaat en ontvangen positieve reacties. Social media neemt ook een steeds belangrijkere plek in. In het voorjaar 2013 verwachten we de Nota social media. Via Twitter ontvangen wij veel berichten (tweets) over de gemeente. Als dat nodig is, wordt er op gereageerd. Daarnaast worden al onze nieuwsberichten die op de website worden geplaatst via Twitter verspreid. Het aantal volgers bedraagt begin februari 2013 1619. Wendbare organisatie Wij stellen ons ook de vraag hoe het personeelsmanagement kan bijdragen aan de kwaliteit van de dienstverlening en producten die onze medewerkers leveren. Zij bepalen immers uiteindelijk of wij succesvol zijn in het realiseren van onze doelstellingen. Om het realiseren van onze organisatiedoelstellingen het beste te kunnen faciliteren, werken wij aan een personeelsmanagement dat gekenmerkt wordt door differentiatie (dé medewerker bestaat niet), resultaatgerichtheid en flexibiliteit. We laten ons hierbij leiden door de uitgangspunten in “Zicht op 2015”. Daarbij hebben we in 2012 ingezet op een wendbare organisatie. Wendbaarheid zit met name in onze medewerkers van wie we verwachten dat ze meebewegen met ontwikkelingen van buitenaf, als het gaat om nieuwe taken of verandering van wetgeving. En ontwikkelingen van binnenuit, als het gaat om het niet geheel vervangen van een collega die met pensioen gaat dan wel andere indeling van werkzaamheden als gevolg van een verleand werkproces of samenwerking met een of meer andere gemeenten. Als er al vacatures zijn is onze eerste insteek om intern te werven dan wel bij de andere gemeenten in Noord-Drenthe. Voor de uitvoering van onze ambities stond ons de volgende formatie ter beschikking zoals vastgesteld in de begroting: 01-01-2009 247,05 FTE 01-05-2009 248,14 FTE 100% 01-01-2010 248,14 FTE
86
JAARVERSLAG 2012
01-01-2011 245,56 FTE Vastgestelde formatie 01-01-2012 232,60 FTE 01-01-2013 223,76 FTE
98,96% 93,74% 90,17%
Bij de behandeling van de voorjaarsnota 2009 is besloten het maximale niveau van de formatie te houden op het niveau van 1 mei 2009. Vandaar dat ook de formatie op deze datum vermeld wordt. De terugloop in formatie per 1 januari 2013 ten opzichte van 2012 kan vooral verklaard worden door het schrappen van de vacatureruimte. Deze daling zet zich de komende jaren door, mede door ons beleid om vertrekkende collega’s in de meeste gevallen niet te vervangen. Door deze ontwikkeling, in combinatie met de benoeming op 18 december 2012 van het hoofd Middelen & Ondersteuning tot gemeentesecretaris-directeur, wordt de structuur van de organisatie aangepast, die in 2013 zijn beslag krijgt. De structuur past bij een kleinere en plattere organisatie en draagt bij aan de wendbaarheid. Deze daling zet zich de komende jaren door mede door ons beleid om vertrekkende medewerkers in de meeste gevallen niet te vervangen. Wij hechten, naast wendbaarheid, aan het belang van duurzame inzetbaarheid van onze medewerkers. Een op preventie gericht ziekteverzuimbeleid en investeren in (loopbaan)ontwikkeling, in relatie tot de levensfase waarin de medewerker zich bevindt, helpen ons hierbij. Het ziekteverzuimcijfer is een cruciale indicator als het gaat om de vraag of we hierin slagen. Hieronder zijn enkele cijfers in overzicht geplaatst: Ziekteverzuim (excl. = exclusief ziekte langer dan een jaar) Inclusief Exclusief Meldings% % frequentie 2007 5,88 5,37 1,50 2008 5,51 4,63 1,60 2009 5,38 4,88 1,60 2010 5,12 4,40 1,35 2011 5,06 3,86 1,45 2012 4,13 3,78 1,30
Duur in dagen (inclusief) 20,70 14,70 10,80 18,94 20,56 17,37
Het voortdurend dalende ziekteverzuimpercentage was ook in 2012 waarneembaar. Ook de meldingsfrequentie en de verzuimduur in dagen is in 2012 gedaald. Medewerkers melden zich minder vaak en korter ziek. Deze tendens is ook landelijk zichtbaar en wordt mede ingegeven door de economische omstandigheden. Als gevolg van de financiële crisis geldt voor veel organisaties dat dezelfde hoeveelheid werk moet worden verzet met minder medewerkers. Voor medewerkers betekent dit o.a. een hogere werkdruk en minder mogelijkheden om het werk te organiseren en te verdelen. In 2012 is concreet onze bijdrage geweest: - we zijn aangesloten bij HR21. HR21 is een systeem voor het beschrijven en waarderen van functies dat in opdracht van de VNG speciaal is ontwikkeld voor de gemeentelijke overheid. Wij vinden dat dit systeem goed past bij het personeelsbeleid dat wij willen voeren. De overgang heeft geleid tot een bescheiden stijging van de salariskosten, minder dan € 20.000. Met de medezeggenschapsorganen (commissie voor georganiseerd overleg en ondernemingsraad) is overeenstemming bereikt over de uitkomsten van deze, vooral technische, omzetting. Aan het eind van 2012 is aan alle medewerkers een voorlopig indelingsbesluit verzonden. In 2013 vindt definitieve besluitvorming plaats en zal de procedure worden afgerond. - Uit een risico-inventarisatie en –evaluatie kwam een belangrijke conclusie: voer een periodiek medisch onderzoek uit onder de medewerkers. Doel van dit onderzoek is om te toetsen of de maatregelen, gericht op de risico’s in het werk, voldoende worden beheerst. Alle medewerkers
87
JAARVERSLAG 2012
-
-
-
zijn in de gelegenheid gesteld om een lijst met vragen over gezondheidsaspecten in te vullen. De uitkomsten zijn geanalyseerd door de arbodienst. Zij vormen de basis voor ons arbobeleid in 2013. Hierin worden ook onderwerpen meegenomen als werkdruk en werktevredenheid, dit in verband met de bezuinigingen op het personeel. het omgaan met agressie kreeg in 2012 opnieuw aandacht. We hebben intern onderzoek gedaan naar de effectiviteit van ons agressieprotocol. Op basis van de uitkomsten is het protocol aangepast en een nieuwe ronde van de periodieke training “Omgaan met agressie” georganiseerd voor medewerkers met publiekstaken. Deze training rollen we uit begin 2013. in het kader van ons flexibel beloningsbeleid hebben in 2012 36 medewerkers een schouderklopje gehad voor bijzondere prestaties. Het schouderklopje varieerde van een geldbedrag tot een etentje met collega’s. we hebben € 163.005 besteed aan opleidingen, dit is 1,37% van de loonsom. Vorig jaar was dit nog 1,24% en ons streven is 2%.
Transparantie en Procesontwikkeling Het verhogen van de kwaliteit van onze dienstverlening gaat hand in hand met het vergroten van de transparantie in de bedrijfsvoering en ontwikkeling van werkprocessen. Dit is een doorgaand proces dat blijvend onze aandacht vraagt. In 2012 is het Informatiebeleidsplan vastgesteld. Hierin staan de lijnen voor de komende drie jaren uitgewerkt hoe we omgaan met alle eisen en wensen als het gaat om informatievoorziening, zowel intern als naar onze inwoners, bedrijven en instellingen toe. In 2012 hebben we verdere stappen gezet in het digitaal en zaakgericht werken. Dat is van belang voor onze burgers, die steeds meer digitaal producten en diensten willen afnemen en voor een efficiënte bedrijfsvoering. Zaakgericht werken is ook van groot belang voor een goed functionerend Gemeentelijk Contactcentrum zodat zij een integraal beeld hebben van de burger. Zaakgericht werken is een vorm van digitaal werken, waarbij de gemeente: • de zaak als leidend ordeningsprincipe van de informatiehuishouding neemt; • steeds adequate koppelingen van zaken met werkprocessen kan aanbrengen; • via een logische opeenvolging van taken en binnen vooraf gedefinieerde voorwaarden naar het resultaat toewerkt; • in ieder fase compleet zicht heeft op het afhandelingproces en op basis daarvan de burger / belanghebbende adequaat kan informeren. Om het digitaal werken verder te kunnen ontwikkelen is in 2012 aan twee belangrijke randvoorwaarden voldaan. We hebben een veilige zone ingericht waardoor we informatie kunnen uitwisselen en hebben Wifi in het gemeentehuis aangelegd. U als Raad en wij als College kunnen hierdoor sinds 2012 papierloos vergaderen. Het zijn ook belangrijke randvoorwaarden om het plaats- en tijdonafhankelijk werken Het Nieuwe Werken (HNW) vorm te geven. HNW laat zich het beste beschrijven als een filosofie van werken waarbij het zelfmanagend vermogen van de organisatie, resultaat gericht werken en flexibilisering van arbeidsvoorwaarden, centraal staan. Lean Lean is vanaf 2011 onze bedrijfsfilosofie en gericht op verbetering van kwaliteit en het efficiënt inrichten van onze werkprocessen. Wij hebben eerder aangegeven dat door middel van efficiencyverbetering (verleaning van processen) € 308.000 is gerealiseerd. Dit bedrag zal naar verwachting oplopen op tot € 800.000 in 2015. De resultaten daarvan zullen in de komende jaren kunnen worden ingeboekt. Samenwerking STAAN De samenwerking in Noord-Drenthe kreeg in 2012 de naam STAAN mee: Samenwerking Tynaarlo Aa&Hunze, Assen en Noordenveld. Dit was een vervolg op het initiatief om samenwerking te onder-
88
JAARVERSLAG 2012
zoeken voor de gebieden van inkoop en belastingen. Mede door ontwikkelingen van buitenaf zoals schaalvergroting voor Brandweer en Regionale uitvoeringsdiensten en druk op financiën, is besloten de samenwerking verder te onderzoeken. Het gaat om onderwerpen van de bedrijfsvoering: ICT, personeels- en salarisadministratie, materieel openbare werken, duurzaam inzetbaarheid van medewerkers, repro c.a., juridisch en de basisregistratie grootschalige topografie. De vier gemeenten zien allen voordeel in samenwerking als het gaat om behoud van kwaliteit en kennis, vermindering van kwetsbaarheid en vermindering van kosten. Er is een gedeelde ambitie voor deze samenwerking: • Noord-Drenthe wordt beschouwd als een geografisch geheel met enerzijds stedelijke en anderzijds landelijke kenmerken; • Samenwerking is voor geen van de gemeenten doel op zich. Dat betekent dat samenwerking niet steeds “alles met iedereen” betekent; • Het karakter van de samenwerking is pragmatisch, nuchter, concreet en organisch. Gebruik makend van natuurlijke momenten en inzet van eigen medewerkers; • De samenwerking moet aantoonbare meerwaarde hebben met daarbij de opmerking dat de kost soms voor de baat uitgaat. Meerwaarde is te vinden op de gebieden van de K’s; kwaliteit, kwetsbaarheid, kennisdeling, kosten en inwoners. Eind 2012 is door de vier colleges van burgemeester en wethouders een intentieovereenkomst vastgesteld waarin de uitgangspunten en ambities zijn verwoord. Dit besluit is aan de Ondernemingsraden voorgelegd voor advies.
89
JAARVERSLAG 2012
2.4.6 Verbonden partijen Inleiding In het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (gebaseerd op art 186 van de Gemeentewet) is in artikel 9, lid 2 onder f bepaald dat in de begroting een afzonderlijke paragraaf gewijd wordt aan de verbonden partijen. Een verbonden partij is een partij waarin de gemeente samen met derde partijen, ter uitvoering van een bepaalde publieke taak, zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. De gemeente kan bestuurlijk en financiële belangen hebben in verschillende verbonden partijen. Dit kunnen gemeenschappelijke regelingen, stichtingen, verenigingen en vennootschappen zijn. Uitgangspunt is dat deze partijen beleid uitvoeren voor de gemeente. De gemeente blijft beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheden houden ten aanzien van deze partijen. Hieronder wordt een opsomming gegeven van alle verbonden partijen en hoe wij daaraan deelnemen. Waar mogelijk is de visie opgenomen op de verbonden partij in relatie tot de realisatie van de doelstellingen zoals deze zijn opgenomen in de begroting en worden de beleidsvoornemens over de verbonden partijen vermeld. Daarnaast wordt kort weergegeven wanneer er bijzondere ontwikkelingen zijn. De visie Verbonden partijen zijn of worden ingesteld ter uitvoering van een bepaalde activiteit, waarbij de redenen van instelling gelegen zijn in doelmatigheid, doeltreffendheid en/of bestuurlijke krachtenbundeling. De kern hierbij is dat gebruik wordt gemaakt van verbonden partijen wanneer dat een meerwaarde heeft voor het bereiken van politieke doelstellingen. Medio 2007 is de notitie van de werkgroep verbonden partijen door de raadscommissie besproken. De notitie bevat een aantal aanbevelingen. De kern van de aanbevelingen is dat de rollen moeten worden verhelderd en dat het contact tussen de gemeenschappelijke regelingen en de gemeente die er aan deelnemende geïntensiveerd. Dat geldt zowel voor de raad, het college en de ambtelijke organisatie. Daarbij is het uitgangspunt dat de gezamenlijke gemeenten een veel helderder taakformulering voor de gemeenschappelijke regeling aangegeven zodat geen situatie ontstaat dat bij gemeenschappelijke regelingen in feite de regeling haar eigen agenda bepaalt. Verbonden partijen: een opsomming Hieronder is weergegeven welke typen verbonden partijen worden onderscheiden en aan welke vormen de gemeente deelneemt: a. Gemeenschappelijke Regelingen. De gemeenteraad of colleges van burgemeester en wethouders van twee of meer gemeenten kunnen een gemeenschappelijke regeling treffen ter behartiging van één of meer belangen van de gemeente. De gemeente neemt deel in de volgende gemeenschappelijke regelingen: 1. Veiligheidsregio Drenthe (VRD) 2. GGD Drenthe 3. Werkvoorzieningsschap Novatec 4. ISD Noordenkwartier 5. Recreatieschap Drenthe 6. Gemeenschappelijke regeling inzake aanleg, instandhouding, beheer en onderhoud van systemen voor de individuele behandeling van afvalwater (I.B.A.’s) 7. Stichting Centrale Dienst samenwerkingsverband Noordenveld/Westerwijs 8. Stichting Bestuursacademie Noord Nederland (garantieregeling) 9. Cevan (in liquidatie) 10. ICO (in liquidatie)
90
JAARVERSLAG 2012
b.
Deelnemingen. Vanuit het oogpunt van het behartigen van het publieke belang is de gemeente geheel of gedeeltelijk in het bezit van de aandelen van een aantal vennootschappen. De gemeente beschikt over aandelen in de volgende bedrijven: Enexis, Waterleiding Maatschappij Drenthe en Bank Nederlandse Gemeenten.
c.
Stichtingen en verenigingen. Het college kan, de raad gehoord hebbende, besluiten deel te nemen in een stichting of vereniging. De gemeente neemt op dit moment niet deel in een stichting of vereniging.
d.
PPS-constructies. Publiek private samenwerking is een middel om bepaalde doeleinden te realiseren. De samenwerking met marktpartijen moet een meerwaarde opleveren. Meerwaarde in de vorm van het benutten van kennis en expertise van andere partijen en het spreiden van risico's kan leiden tot efficiëntere uitvoering van plannen en projecten. De gemeente neemt op dit moment niet deel in PPS-constructies.
Verbonden partijen: een nadere toelichting/bijzondere ontwikkelingen In het navolgende wordt aangegeven welke doelstelling met de betreffende verbonden partij wordt nagestreefd. In het kader van het vermelden van beleidsvoornemens wordt aangegeven welke bijzondere ontwikkelingen zich voordoen. 1. Veiligheidsregio Drenthe (VRD) Doel: De Veiligheidsheidsregio Drenthe (VRD) is een samenvoeging van de Regionale Brandweer Drenthe (RBD) en de Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen (GHOR). De Hulpverleningsdienst Drenthe (HVD) is de uitvoeringsorganisatie van de VRD en kent drie districten: Noord- en Midden Drenthe, Zuid Oost Drenthe en Zuid West Drenthe. De vorming van de veiligheidsregio is een wettelijke verplichting. Alle activiteiten richten zich op het vergroten van de veiligheid van de inwoners van Drenthe. Betrokken: Alle 12 Drentse gemeenten. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: Het bestuur van de VRD is verantwoordelijk voor het beleid van de veiligheidsregio. Beleidsterreinen waar de VRD zich mee bezighoudt zijn: brandweerzorg, rampenbestrijding, crisisbeheersing, geneeskundige hulpverlening bij rampen en handhaving van de openbare orde en veiligheid. Het algemeen bestuur bestaat uit alle Drentse burgemeesters, het dagelijks bestuur uit de burgemeesters van Assen (voorzitter), Emmen en Meppel. Het veiligheidsbestuur wordt geadviseerd door het Directieoverleg Veiligheid. Hierin zitten de verantwoordelijke managers van de politie, GHOR en regionale brandweer, onder voorzitterschap van de coördinerend gemeentesecretaris. Financieel belang: Jaarlijkse bijdrage op basis van de vastgestelde begroting. Voor 2012 was de bijdrage van onze gemeente € 223.429. Naast de gemeentelijke bijdragen wordt de VRD gefinancierd vanuit een rijksbijdrage (BDUR). Via de drie districten in Drenthe wordt gewerkt aan de verplichte regionalisering van de brandweer per 1 januari 2014. De financiering hiervoor verloopt via HVD. Gemeente Noordenveld heeft, conform hetgeen is opgenomen in de voorjaarsnota, € 36.599 overgemaakt aan de HVD voor extra personeelskosten voor het brandweerdistrict Noord- en Midden Drenthe. Ontwikkelingen: Het regionaliseringproces is volop gaande. Belangrijk onderdeel hierbij is de ontvlechting van de brandweer uit de gemeentelijke begroting, om vervolgens op een correcte wijze in de begroting van de HVD terecht te komen.
91
JAARVERSLAG 2012
2. GGD Drenthe Doel: Het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de Drentse gemeenten op het gebied van de preventieve openbare gezondheidszorg. Dit wordt bekostigd door een jaarlijkse bijdrage van de deelnemers. Betrokken: Alle 12 Drentse gemeenten. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: Een collegelid is lid van het algemeen bestuur. Financieel belang: Voor 2012 was de totale bijdrage voor de GGD € 561.112 (Algemene Gezondheidszorg en Jeugdgezondheidszorg). Ontwikkelingen: In 2012 hebben wij ingestemd met het onderbrengen van de Integrale JGZ bij de GGD Drenthe per 1 januari 2014. Integrale JGZ houdt in dat de knip tussen 0-4 jaar (uitgevoerd door Icare) en 4-19 jaar (uitgevoerd door GGD Drenthe) wordt opgeheven, waardoor er een doorgaande lijn van 0-19 jaar ontstaat binnen één uitvoeringsorganisatie. 3. Werkvoorzieningschap Novatec Doel: Uitvoering van de Wet sociale werkvoorzieningschap en scheppen en in stand houden van een organisatie ter voorziening in aangepaste werkgelegenheid. De regeling wordt bekostigd middels een jaarlijkse bijdrage van de deelnemende gemeenten. Betrokken: Grootegast, Leek, Marum, Noordenveld en Zuidhorn. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: Een collegelid is lid van het dagelijks- en algemeen bestuur. Financieel belang: Jaarlijkse bijdrage op basis van vastgestelde begroting. In de begroting van de gemeente Noordenveld is een bedrag geraamd van € 197.000. Ontwikkelingen: De ontwikkelingen rond Novatec stonden begin 2012 nog voor een belangrijk deel in het teken van de beoogde Wet werken naar vermogen (WWNV) per 1 januari 2013. Na de val van het kabinet is die wet controversieel verklaard. Het nieuwe kabinet zet de gedachte achter de WWNV echter voort in de Participatiewet per 1 januari 2014. Met die wet komt er één regeling voor iedereen die in staat is regulier te werken, ook mensen met een beperking. Nieuwe instroom in de WSW is onder de Participatiewet niet meer mogelijk. Gemeenten krijgen wel de mogelijkheid om zelf een beperkt aantal plaatsen voor beschut werken te realiseren voor mensen waarvoor regulier werk niet mogelijk is. In 2012 is daarom een begin gemaakt met de herstructurering van Novatec. Novatec wordt teruggebracht tot een kleine organisatie die plaats biedt aan ca. 125 plaatsen voor beschut werken. 4. ISD Noordenkwartier Doel: Uitvoeren van de gemeentelijke taken inzake de sociale zekerheid. Betrokken: Leek, Marum en Noordenveld. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: Een collegelid is lid van het dagelijks- en algemeen bestuur. Financieel belang: Gemeentelijke bijdrage is afhankelijk van de uitkeringen en de rijksbijdrage. Ontwikkelingen: In 2012 is de druk op de ISD organisatie onverminderd groot gebleven. Zo is het aantal cliënten in 2012 verder gestegen, zijn de budgetten voor re-integratie gekrompen en hebben er de nodige wijzingen in wet- en regelgeving plaatsgevonden. Het nieuwe kabinet heeft nu per 1 januari 2014 de Participatiewet aangekondigd. Met die wet komt er één regeling voor iedereen die in staat is regulier te werken, ook mensen met en beperking. In de stuurgroep Werken naar Vermogen is eind 2012 besloten dat de GR ISD Noordenkwartier omgebouwd gaat worden naar de GR Dienst Werk en Inkomen die namens de gemeenten Leek, Marum en Noordenveld de Participatiewet gaat uitvoeren. De uitvoering van die ombouw moet in 2013 vorm krijgen. 5. Recreatieschap Drenthe Doel: Behartiging van de belangen van recreatie en toerisme van de deelnemende gemeenten. Betrokken: Alle 12 Drentse gemeenten en de gemeente Ooststellingwerf. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: Een collegelid is lid van het dagelijks- en algemeen bestuur.
92
JAARVERSLAG 2012
Financieel belang: Jaarlijkse bijdrage op basis van de begroting 2012. In de begroting 2012 is de bijdrage vastgesteld op € 55.517 (exploitatiekosten € 40.266 + bijdrage fonds recreatie en toerisme € 15.251) Ontwikkelingen: Geen bijzonderheden. 6. Gemeenschappelijke regeling inzake aanleg, instandhouding, beheer en onderhoud van systemen voor de individuele behandeling van afvalwater (IBA’s) Doel: Aanleg, instandhouding, beheer en onderhoud van systemen voor de individuele behandeling van afvalwater. Betrokken: Noordenveld en waterschap Noorderzijlvest. Financieel belang: De bijdrage wordt toegekend op basis van verleende diensten. De kosten hiervoor worden voldaan uit het GRP. Ontwikkelingen: Geen bijzonderheden. 7. Stichting Centrale Dienst samenwerkingsverband Noordenveld/Westerwijs Doel: Het gezamenlijk vormgeven van de zorg voor leerlingen binnen het openbaar onderwijs in de gemeenten Leek en Noordenveld die zijn aangewezen op speciaal basisonderwijs Betrokken: De gemeente Noordenveld als schoolbestuur van de openbare basisscholen en de openbare school voor speciaal basisonderwijs in de gemeente Noordenveld en de Stichting Westerwijs te Marum voor zover het betreft de openbare basisscholen in de gemeente Leek. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: de wethouder van onderwijs vormt samen met een bestuurslid van de Stichting Westerwijs het bestuur van de stichting Financieel belang: De deelnemende partijen zijn verantwoordelijk voor eventuele tekorten van de stichting. Ontwikkelingen: De gemeente Leek heeft met ingang van 1 januari 2009 het bestuur van de openbare basisscholen in de gemeente Leek overgedragen aan de Stichting Westerwijs te Marum. Deze stichting verzorgt het openbaar onderwijs in de gemeenten Leek, Marum en Grootegast. De stichting Westerwijs is in de loop van 2011 gefuseerd met de stichting voor openbaar onderwijs in de gemeente Zuidhorn. Met ingang van 1 januari 2012 verzorgt de stichting ook het openbaar onderwijs in de gemeente Zuidhorn Toelichting: De gemeenten Roden en Leek hebben in 1995 op grond van de Wet op het primair onderwijs in hun rol als integraal bestuur van het openbaar basisonderwijs in de gemeenten Leek en Roden verplicht een stichting moeten oprichten om de zorg te regelen voor kinderen in het openbaar speciaal basisonderwijs in de gemeenten Leek en Roden. In 1998 is de samenwerking uitgebreid met de openbare basisscholen in Norg en Peize en zijn de statuten van de stichting hierop aangepast. 8. Stichting Bestuursacademie Noord Nederland (garantieregeling) Doel: Doet dienst als garantieregeling in verband met de afwikkeling van de lopende verplichtingen van de opgeheven gemeenschappelijke regeling BANN. Betrokken: vrijwel alle gemeenten van de provincies Drenthe, Friesland en Groningen, de drie noordelijke provincies en de waterschappen in dat gebied. Bestuurlijk belang/bevoegdheid: De gemeentesecretaris is lid van het algemeen bestuur. Financieel belang: Deelnemersbijdrage: geen bijdrage meer verschuldigd. Ontwikkelingen: Definitieve beëindiging van de deelnemersbijdrage (en op termijn van de garantieregeling) wordt verwacht. Rechtsvorm is m.i.v. 18 december 2012 een stichting geworden. Gemeenschappelijke regelingen in liquidatie waarover geen bijzondere ontwikkelingen te melden zijn: 9. Cevan 10. ICO
93
JAARVERSLAG 2012
2.4.7 Grondbeleid Inleiding Op 13 mei 2009 is door de gemeenteraad de Nota Grondbeleid vastgesteld. In deze Nota is omschreven op welke wijze de gemeente uitvoering wil geven aan haar grondbeleid. Hiertoe is ook een aantal instrumenten in de nota opgenomen, die op termijn opgesteld worden. Visie grondbeleid in relatie tot de doelstellingen van de programma’s In de Nota Grondbeleid is de visie verwoord hoe de gemeente haar doelstellingen wil verwezenlijken. In de praktijk betekent dit dat de gemeente haar instrumenten strategisch inzet, zodat zij in voorkomend geval haar doelstellingen het beste kan bereiken. Het wettelijk verplicht kostenverhaal heeft als basis een onderbouwd integraal gemeentelijk (ruimtelijk) beleid. Het uitgangspunt is eerst te komen tot privaatrechtelijke afspraken. Het kostenverhaal via het exploitatieplan wordt in principe als laatste middel ingezet. De uitvoering van het gemeentelijk grondbeleid De Nota Grondbeleid is een kadernota en de onderliggende opgave is nog steeds groot. In 2012 heeft een marktanalyse plaatsgevonden, die onder andere heeft geleid tot een bijstelling van de grondprijzen. Een en ander is verwoord en vastgesteld in de Kadernota grondprijzen, en de Grondprijsbrief 2013. Tevens is de optieregeling verruimd voor belangstellenden voor een kavel. Tenslotte heeft de gemeente een uitgebreide risicoanalyse laten uitvoeren naar de kansen en risico’s in de grondexploitaties, NIEGG, grondvoorraden. Deze risicoanalyse geeft inzicht in de risico’s, zodat hierop gestuurd kan worden, maar ook de benodigde weerstandscapaciteit ten behoeve van de grondbedrijfcomplexen. Op 3 december 2012 is een proces gestart waarbij ingezet wordt op nieuwe structuurvisie(s)voor het gehele gemeentelijke grondgebied zodat op termijn afscheid genomen wordt van de Intergemeentelijke Structuurvisie Leek-Roden zoals deze in samenwerking met de gemeente Leek tot stand is gekomen. Ontwikkelingen m.b.t. de grondexploitatie De economische crisis wordt ook bij de lopende grondexploitaties gevoeld. De verkoop van projectmatige bouw en vrije kavels loopt minder hard, hoewel er wel nog steeds verkocht wordt. Op termijn kan dit de resultaten van de exploitaties onder druk zetten. Hiertegenover staan echter ook behaalde aanbestedingsvoordelen, zodat de gevolgen vooralsnog beperkt zijn gebleven. In de exploitaties wordt rekening gehouden met deze kansen en risico’s, zodat de negatieve effecten zo klein mogelijk zullen zijn. Vanuit de ontmanteling van de regiovisie en vanuit de aangescherpte regelgeving van de BBV1, heeft er ook een herverdeling plaatsgevonden van de complexen binnen de “grondvoorraden” en “Nog niet in exploitatie genomen gronden” (NIEGG). Een en ander blijkt uit de tabellen hieronder. Vanwege de naar beneden bijgestelde woningbouwprogrammering wordt rekening gehouden met een scenario van circa 80 nieuwbouwwoningen per jaar. Dit betekent dat gronden die zijn gekocht op basis van de Regiovisie/de Intergemeentelijke Structuurvisie grotendeels niet zullen worden benut voor woningbouw, en vorig jaar voor een groot deel zijn afgeboekt. Er wordt actie ondernomen om een groot deel van deze grondposities weer te verkopen of hiervoor een andere bestemming te zoeken.
1
Notitie grondexploitatie (bijgesteld) februari 2012, BBV
94
JAARVERSLAG 2012
A. Vastgestelde grondexploitaties. Laatst vastgestelde exploitatie
Grondexploitaties Omschrijving
Roderveld IV Lange Streeken Fase II Woldzoom Veldkampen Natuurvrienden Bedr.terr. De Westerd Bedrijventerrein Haarveld Bedrijventerrein Uitbreiding Westeres Ronerborg Brinkhofweide
Roden Peize Roden Een Norg Peize Roden Roden Roden Norg
JR 11-7-2012 JR 11-7-2012 JR 11-7-2012 JR 11-7-2012 JR 11-7-2012 JR 11-7-2012 Raad 5-11-2012 Raad 13-2-2013 Raad 27-1-2005 Raad 23-9-2004
Totalen
Laatst vastgestelde exploitatie
Kostenverhaal
Hekakkerstraat
Norg
JR 11-7-2012
Totalen Totaal generaal
De totale boekwaarde van de bovenstaande exploitaties bedraagt € 3,5 mln. De boekwaarde van de lopende exploitaties worden, zoals uit de grondexploitaties blijkt, naar verwachting op termijn terug verdiend. Voor wat betreft Brinkhofweide en Ronerborg is hier nog geen goed zicht op, de boekwaarden van beide complexen bedraagt gezamenlijk bijna € 0,3 mln. Voor Brinkhofweide werd verwacht dat er medio 2012 meer duidelijkheid zou komen en dat er een grondexploitatie aan de raad aangeboden zou gaan worden. Ontwikkelingen op de markt voor corporaties leiden ertoe dat rondom dit project nog teveel onzekerheden bestaan om een herziene grondexploitatie richting de raad te brengen. Met de private partij die de voormalige Ronerborglocatie zou ontwikkelen is inmiddels tot een schikking gekomen. Omdat omtrent de invulling van deze locatie nog geen nieuw programma van eisen is opgesteld, is ook van deze locatie geen herziene grondexploitatie aan de raad aangeboden. Hieronder wordt een korte toelichting gegeven op de belangrijkste exploitaties: Roderveld IV Het gehele gebied is inmiddels bouwrijp gemaakt. Alle grond voor de sociale woningbouw is afgenomen. Er wordt gestuurd op cashflow en er wordt nog steeds uitgegaan van een minimaal sluitend plan. De woningverkoop en kavelverkoop gaan niet hard, hoewel er wel nog steeds verkopen worden gerealiseerd. In 2012 heeft een prijsaanpassing plaatsgevonden voor de vrije kavels. Lange Streeken fase II Het gehele gebied is bouwrijp. In 2012 heeft ook voor Lange Streeken een beperkte prijsaanpassing plaatsgevonden voor de vrije kavels. Alle grond voor de sociale woningbouw is afgenomen, en de kavelverkoop loopt langzaam door. Ook Van Dijk heeft inmiddels een aantal projectgebonden ener-
95
JAARVERSLAG 2012
giezuinige woningen verkocht, en de voormalige Bouwfonds kavels worden nu verkocht als kavels voor particulier opdrachtgeverschap. Er wordt gestuurd op cashflow en er wordt nog steeds uitgegaan van een minimaal sluitend plan. Woldzoom Verwacht werd dat de gronden medio 2012 afgenomen zouden worden, dat is bijgesteld naar medio 2014. Er wordt nog steeds een sluitende grondexploitatie verwacht. Veldkampen Er zijn nog vier kavels in de verkoop, in 2012 zijn er geen vrije kavels verkocht. Er wordt gestuurd op cashflow en er wordt nog steeds uitgegaan van een minimaal sluitend plan. De looptijd van de exploitatie is verlengd naar 1/1/2018. De Westerd fase II Ook bij de verkoop van bedrijventerreinen is de crisis voelbaar. Hoewel er wel voldoende belangstelling is gebleken, is in 2012 geen kavel verkocht. De verwachting is nog wel dat deze exploitatie minimaal sluitend op einddatum kan worden afgesloten. Haarveld Bij de jaarrekening van 2011 is een bedrag van € 1,0 mln afgeboekt op de exploitatie. In 2012 hebben er geen grondverkopen. De focus blijft vooralsnog gericht op de vestiging hightech bedrijvigheid. In de risicoparagraaf wordt hier nader op ingegaan. Uitbreiding Westeres Voor de locatie aan de Westeresch, tegenover de Gamma, is een grondexploitatie opgesteld en vastgesteld. Een deel van de grond is inmiddels afgenomen voor de realisatie van de brandweerkazerne. Verwacht wordt dat deze exploitatie met een minimaal sluitend resultaat over enige jaren kan worden afgesloten. B. Nog niet in exploitatie zijnde complexen (NIEGG) Als gevolg van de aangescherpte regelgeving van de commissie BBV2, is de onderverdeling naar NIEGG en grondvoorraad nader beschouwd en opnieuw door concerncontrol gelabeld. Daarnaast heeft de raad op 3 december 2012 afstand genomen van het IGS, zoals dit de afgelopen jaren in samenwerking met de gemeente Leek is ontwikkeld. De IGS gronden waren voorheen opgenomen onder de NIEGG. Deze zullen worden ontmanteld en per complex als afzonderlijke voorraad of NIEGG gelabeld. Omdat hierover nog geen inventarisatie en besluitvorming heeft plaatsgevonden, worden de IGS gronden op dit moment nog als één geheel benaderd en zijn onder de voorraden opgenomen. Nog niet in exploitatie genomen gronden
Oosterveld Oude Velddijk
2
Norg Peize
Besluit Begroting en Verantwoording
96
JAARVERSLAG 2012
C. Overige voorraden: Overige voorraden
Hoofdstraat Revitalisering Industrieterrein Verspreide Gronden Eskampen Voormalige regiovisie gronden en gebouwen Regiovisie vorderingen
Een Roden Gemeente Peize
Kanaalstraat/Wilhelminastraat Bedrijvenkavels Helterbult Centrumschool Peize
Roden Roden Roden Peize
Gemeente
De boekwaarde van de overige voorwaarden bedraagt ruim € 6,7 mln. Deze boekwaarde is voor het grootste deel toe te schrijven aan de voormalige IGS-gronden. Financiële resultaten 2012 Uit hoofde van het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV), artikel 16, kan onder bepaalde voorwaarden tussentijdse winstneming op het gerealiseerde deel van een complex plaatsvinden. Dit kan alleen bij grote projecten die vele jaren duren en onderverdeeld zijn in duidelijk herkenbare delen. Gelet op de tijdsduur van de uitvoering van de toekomstige projecten zal geen tussentijdse winst worden genomen. Aan de boekwaarde van de in exploitatie genomen gronden wordt jaarlijks rente toegevoegd. Van de overige gronden komt het renteverlies ten laste van de algemene middelen. Regiovisie/IGS Zoals vorenstaand aangegeven zullen de gronden die zijn aangekocht op basis van de Regiovisie/IGS grotendeels niet worden benut voor woningbouw. Dit betekent dat deze gronden deels zijn en nog worden afgewaardeerd. De boekwaarde van deze gronden bedraagt per 1/1/2013 € 2.905.000. De voor 2012 toegezegde middelen vanuit de provincie Drenthe en de Regio Groningen-Assen zijn ontvangen.. Natuurvrienden In 2012 is het grootste deel van de 87 kavels verkocht. Er werd vorig jaar vanuit gegaan dat de betalingsregeling voor ca 10 kavels zou gaan gelden, inmiddels is gebleken dat de eigenaren van de huisjes voor 15 kavels hier gebruik van willen maken. Hoewel er dus nog opbrengsten te verwachten zijn de komende jaren, wordt het complex natuurvrienden bij de jaarrekening 2012 afgesloten. Er wordt nog een voorziening getroffen van € 30.000,- om de begeleiding van de kavelverkoop te kunnen bekostigen. Raming toekomstige resultaten
97
JAARVERSLAG 2012
De exploitaties tonen de verwachte momenten waarop middelen uit de grondexploitaties beschikbaar komen. Uit onderstaande tabel komt naar voren dat eind 2017 naar verwachting de meeste middelen beschikbaar komen.
Beschikbare middelen uit grondexploitaties € 7.000.000 € 6.000.000 € 5.000.000
Euro's
€ 4.000.000 € 3.000.000
Eindwaarde
€ 2.000.000 € 1.000.000 €2025
2024
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
2011
€ 1.000.000-
Pe riode
Figuur 1: Beschikbare middelen uit grondexploitatie
Reserve grondexploitatie
De reserve grondexploitatie is in 2011 volledig ingezet voor de dekking van de kosten van afwaardering van diverse gronden. In het verslagjaar is de exploitatie Natuurvrienden financieel afgewikkeld. Voor de gebruikers van ca. 10 kavels geldt nog een uitgestelde koop. Bij de bestemming van het jaarresultaat wordt voorgesteld het saldo ad € 287.000 toe te voegen aan de reserve grondexploitatie. Om de reserve als buffer te versterken wordt jaarlijks € 200.000 ten laste van de exploitatie gedoteerd. Reserve bovenwijkse voorzieningen Ook deze reserve is in 2011 volledig ingezet voor de kosten van afwaardering van de grondvoorraden. Risicoparagraaf Er wordt gewerkt aan een uitgebreide risicoanalyse naar de kansen en risico’s in de grondcomplexen, de NIEGG, de voorraden en het gewenst weerstandscapaciteit voor de grondbedrijfcomplexen als totaal. Deze zal bij de voorjaarsnota gereed zijn, en het effect van de cijfers zal worden meegenomen in de begroting. Om die reden wordt vooralsnog de “oude methode” gehanteerd. Hieronder wordt ingegaan op de vooralsnog twee belangrijkste complexen. De uitgifte van bedrijventerreinen stagneert nog steeds, het aanbod in de regio is groot. Haarveld blijft in dat kader een punt van zorg. De gemaakt investeringen zijn hoog omdat het gebied reeds in eigendom is en bouw- en woonrijp is gemaakt. De afboekingen die zijn gedaan hebben in dat kader wel de rentelast enigszins verlaagd. De terugverdientijd blijft echter lang en tegenvallende verkopen werken negatief door in het resultaat. In 2012 zijn er geen kavels verkocht. Omdat hiermee in de geactualiseerde exploitatie al rekening was gehouden, levert dit echter geen nieuwe tegenvaller op. Naar de toekomst toe moet de vinger aan de pols worden gehouden. Daarom heeft de gemeente in nauwe samenwerking met marktpartijen uit Roden een nieuw concept voor Haarveld ontwikkeld. In de recent opgestelde beheersverordening voor Haarveld is een vrijstellingsbevoegdheid meegenomen. Het college heeft nu de bevoegdheid om vrijstelling te verlenen ten behoeve van bedrijven die
98
JAARVERSLAG 2012
niet binnen de primaire doelgroep passen. Vanaf eind maart zouden we hier desgewenst gebruik van kunnen maken; de instandhoudingsverplichting eindigt namelijk op 21 maart 2013. Daarnaast blijven ook de woningbouwlocaties nog een punt van aandacht, met name de projectbouw in de vrije sector. De risico’s in de lopende grondexploitaties zijn in de betreffende exploitatieberekeningen voor het grootste deel al opgevangen. Hier wordt ook sterk op gestuurd. Het risicoprofiel is daarmee beperkt. Van de nog niet in exploitatie genomen gronden is met name het Oosterveld een punt van zorg. Langdurige onderhandelingen en tegenvallende markt zet het eventuele grondexploitatieresultaat bij ontwikkeling onder druk. De totale boekwaarde van de complexen per 31 december 2012 is samengevat in onderstaande tabel, en bedraagt € 12,4 mln.
Samenvatting Grondexploitaties Nog niet in exploitatie genomen gronden Overige voorraden Totaal
€ € € €
Boekwaarde in mln. 3,58 2,10 6,72 12,40
Dit betekent dat, op basis van de vuistregel dat de reserve grondexploitatie een risicobuffer van ca. 10% van de boekwaarde van de complexen moet bedragen, de gemeente over een minimaal risicokapitaal moet kunnen beschikken van € 1,2 mln.
99
JAARVERSLAG 2012
100
JAARREKENING 2012
J a a r re k e n i n g
101
JAARREKENING 2012
102
JAARREKENING 2012
3.1 Exploitatieresultaat Resultaat In de najaarsnota is een prognose van het jaarresultaat over 2012 van € 739.000 vermeld. Het werkelijk jaarresultaat over 2011 is uitgekomen € 1.020.000. In het volgende overzicht zijn de belangrijkste verschillen weergegeven tussen het definitieve jaarresultaat en de prognose bij de najaarsnota. Raming jaarresultaat najaarsnota Voordelig: Verkoop onroerend goed Onderhoud wegen Openbare verlichting Combifunctionarissen Rijksbijdrage bijstandskosten Salariskosten
Af: Nadelig: Reserveringen pensioen en wachtgeldverplichtingen Uitvoering Wet Werk en Bijstand Centrum voor Jeugd en Gezin Grondexploitaties Resultaat op rente Extra afschrijving voormalig schoolgebouw Saldo overige kleinere afwijkingen
€ “ “ “ “ “
€
739.000
“ €
1.762.000 2.501.000
“ €
1.481.000 1.020.000
111.000 180.000 153.000 139.000 619.000 560.000
€ “ “ “ “
408.000 168.000 116.000 370.000 119.000
“ “
250.000 50.000
Jaarresultaat
Voor een nadere analyse wordt verwezen naar het onderdelen “Toelichting op de exploitatierekening” en “Algemene dekkingsmiddelen”. Bestemming jaarresultaat In 2012 is het project privatisering Natuurvrienden financieel afgesloten. Het (voorlopig) resultaat bedraagt € 287.000. Het is gebruikelijk dat het saldo van afgewikkelde grondexploitaties, waartoe ook de exploitatie Natuurvrienden behoort, wordt toegevoegd of onttrokken aan de reserve grondexploitatie. Een aantal beschikbare budgetten is (nog) niet besteed. Hierdoor is het rekeningsaldo positiever dan verwacht. Voor deze budgetten wordt echter nog wel een verplichting aangegaan. Het gaat hierbij om een bedrag van € 958.000, waarvan € 200.000 ten laste van subsidies, reserves en voorzieningen. Voor een bedrag van € 758.000 dient dus voor 2013 nog dekkingsmiddelen te worden herbevestigd. Voor een overzicht van de budgetten wordt verwezen naar de bijlage bij deze jaarstukken.
103
JAARREKENING 2012
Resumerend leidt dit tot de volgende uitkomst: - jaarresultaat - beschikbaar stellen voor overloopbudgetten € 758.000 - toevoeging aan reserve grondexploitatie “ 287.000
€
1.020.000
“ 1.045.000 € -/25.000
Netto nadelig jaarresultaat
Netto nadelig resultaat zal worden onttrokken aan de algemene reserve. Rekening houdende met vorenstaande mutaties kan de stand van de algemene reserve als volgt worden weergegeven: saldo 31 december 2012 € 7.302.000 af: toevoeging deel jaarresultaat 2012 “ 25.000 € 7.277.000 af: beschikbaar gestelde kredieten “ 1.890.000 € 5.387.000 deel waarover rente wordt toegerekend aan de exploitatie (derving dividend aandelen Essent) “ 1.500.000 vrij besteedbaar per 15 maart 2013
€
3.887.000
In 2009 heeft de gemeente de aandelen van Essent verkocht. Ter compensatie van de derving van de jaarlijkse dividendopbrengst wordt in de begroting over een deel van de algemene reserve rente berekend en toegevoegd als inkomst op de exploitatie. Dit deel van de algemene reserve is dus niet vrij aanwendbaar. In de jaren 2012 t/m 2014 zal, conform de meerjarenbegroting, deze rentetoevoeging komen te vervallen. Het rentevrij maken van de laatste tranche van € 1.500.000 zal in de begroting 2014 worden verwerkt.
104
JAARREKENING 2012
B a la n s
105
JAARREKENING 2012
3.2. Balans (x € 1.000)
Ultimo 2012
Ultimo 2011
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Investeringen economisch nut Investeringen maatschappelijk nut
78.398 67.872 10.526
Financiële vaste activa Kapitaalverstrekking aan: -deelnemingen Leningen aan: -deelnemingen Overige langlopende leningen u/g
75.807 65.083 10.724
1.361
1.693
120
120
1.076 165
1.396 177
Totaal vaste activa
79.759
77.500
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Grondexploitaties Overige grond- en hulpstoffen Gereed product
12.363 12.346 14 3
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen
18.184 18.167 13 4
4.232 2.813 1.419
Liquide middelen Kassaldi Banksaldi
5.116 3.343 1.773
53 1 52
Overlopende activa
35 1 34
1.499
554
Totaal vlottende activa
18.147
23.889
Totaal-generaal
97.906
101.389
106
JAARREKENING 2012
Ultimo 2012
Ultimo 2011
VASTE PASSIVA Eigen vermogen Algemene reserve Nog te bestemmen resultaat 2011 Nog te bestemmen resultaat 2012 Bestemmingsreserves
22.837 7.302 0 1.020 14.515
Voorzieningen Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Onderhoudsegalisatievoorzieningen Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting
25.979 8.406 -4.062 0 21.635
2.313
Vaste schulden met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer Onderhandse leningen van binnenlandse banken Door derden belegde gelden
2.122
838 460
813 460
1.015
849 48.820
48.820 0
Totaal vaste passiva
51.577 51.461 116
73.970
79.678
VLOTTENDE PASSIVA Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Banksaldi Kasgeldlening Overige schulden
9.922
12.891 4.869 5.000 3.022
6.348 0 3.574
Overlopende passiva
11.045
11.789
Totaal vlottende passiva
23.936
21.711
Totaal-generaal
97.906
101.389
Gewaarborgde geldleningen
29.331
4.778
107
JAARREKENING 2012
108
JAARREKENING 2012
P r o g ra m m a r e k e n in g
109
JAARREKENING 2012
3.3 Programmarekening ( x € 1.000) Burger en bestuur Integrale veiligheid Beheer openbare ruimte Economische ontwikkeling Onderwijs Sport Cultuur Recreatie & toerisme Werk & inkomen Zorg & welzijn Milieubeheer Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
Begroting voor wijziging Lasten Baten Saldo 6.125 1.455 4.670 2.079 16 2.063 7.513 286 7.227 761 412 349 15.618 11.509 4.109 2.568 745 1.823 1.931 57 1.874 302 7 295 12.293 9.350 2.943 11.050 2.876 8.174 7.374 7.540 -166 4.240 2.519 1.721 71.854 36.772 35.082
Algemene dekkingsmiddelen
11
Onvoorzien
85
Resultaat voor bestemming
71.950
35.249
-35.238
Begroting na wijziging Lasten Baten Saldo 6.547 1.546 5.001 2.000 29 1.971 9.645 295 9.350 4.042 3.691 351 15.493 11.622 3.871 3.000 897 2.103 1.728 93 1.635 648 208 440 13.362 9.927 3.435 11.704 2.384 9.320 6.888 7.342 -454 9.729 4.586 5.143 84.786 42.620 42.166
Lasten 6.456 2.157 8.228 1.062 17.240 2.658 1.638 404 13.758 11.081 6.666 10.832 82.180
Realisatie Baten 1.189 45 263 797 13.202 770 118 53 10.686 2.253 7.269 6.808 43.453
Saldo 5.267 2.112 7.965 265 4.038 1.888 1.520 351 3.072 8.828 -603 4.024 38.727
602
36.221
-35.619
8
35.592
-35.584
85.388
78.841
6.547
82.188
79.045
3.143
85 72.021
-71
Mutatie reserves
-657
-7.286
-4.163
Resultaat na bestemming
-728
-739
-1.020
110
JAARREKENING 2012
3.4.1 Begrotingsrechtmatigheid
De gemeentelijke begroting is onderdeel van het normenkader. De gemeentewet bepaalt immers dat slechts uitgaven mogen worden gedaan tot de bedragen die hiervoor in de begroting zijn opgenomen. Op grond van artikel 189, lid 3 van de Gemeentewet, zijn alle begrotingsoverschrijdingen (en daarmee overeenstemmende balansmutaties) onrechtmatig. Bij de afweging van de relevantie van deze onrechtmatige lasten is het criterium “passend binnen het door de Raad uitgezette beleid” van toepassing. In geval van strijd met een wettelijke bepaling of met een door de Raad genomen beslissing is duidelijk dat een en ander niet “passend” is en dus sprake is van onrechtmatigheid. Indien de overschrijdingen wel passen binnen het gemeentelijke beleid en niet in strijd zijn met wettelijke bepalingen kan de gemeenteraad de overschrijdingen alsnog accorderen bij de behandeling van de jaarrekening. Uit de jaarstukken blijkt, dat de lasten van de volgende programma’s in 2012 zijn overschreden: lasten -integrale veiligheid € 157.000 -onderwijs “ 1.747.000 -werk & inkomen “ 396.000 -ruimtelijke ordening en volkshuisvesting “ 1.103.000
In het onderdeel ‘3.4.4 Toelichting exploitatierekening per programma’ worden de oorzaken van deze lastenvermeerderingen nader aangegeven. Uit de argumentatie blijkt dat de overschrijdingen passen binnen het door de gemeenteraad vastgestelde beleid zodat geen sprake is van begrotingsonrechtmatigheid. Voorgesteld wordt dan ook om deze overschrijdingen alsnog te accorderen.
111
JAARREKENING 2012
3.4.2 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling De grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn onder andere gebaseerd op het BBV welke per 1 januari 2004 in werking is getreden. Materiële vaste activa De activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingprijs. Op de waarde van activa met een economisch nut mogen vanaf 1 januari 2004 geen bijdragen van reserves meer in mindering worden gebracht. Specifieke investeringsbijdragen van derden dienen wel met de betreffende investeringslasten te worden verrekend; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Op investeringen wordt vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur, zoals opgenomen in de financiële verordening artikel 212. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. In afwijking van de bepalingen in de financiële verordening worden de activa van vóór de invoering van verordening ex art 212 gemeentewet afgeschreven op basis van het destijds geldende afschrijvingsbeleid. Onder de materiele vaste activa bevinden zich eigendommen van de gemeente Noordenveld die in erfpacht zijn uitgegeven. Hiertoe behoren onder andere de sportveldcomplexen in Roden (Norgerweg en Hullenweg), Nieuw Roden (Zevenhuisterweg) en Peize (Hereweg). Voorraden De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. Er wordt, behoudens de Regiovisie, geen rente bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden. De als onderhanden werk opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingprijs De vervaardigingprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), en een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. De overige grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs dan wel, indien deze lager is, de marktwaarde. Overige activa De overige activa worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves worden alleen ingesteld indien de gemeenteraad daartoe als zodanig een besluit heeft genomen. Op deze reserves wordt geen rente bijgeschreven tenzij de gemeenteraad hiertoe uitdrukkelijk heeft besloten. Voorzieningen Voorzieningen worden op grond van het BBV gevormd voor: * verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten;
112
JAARREKENING 2012
* *
*
bestaande risico’s op balansdatum terzake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is; kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar de oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie; van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden (bijdragen van overheden zijn verantwoord onder de overlopende passiva).
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting en/of het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen dienen gebaseerd op de meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen. In de paragraaf ‘onderhoud kapitaalgoederen’ wordt nader ingegaan op de ontwikkelingen met betrekking tot het onderhoud van kapitaalgoederen. In de balanspresentatie is overeenkomstig de voorschriften een onderscheid gemaakt tussen de volgende categorieën voorzieningen: a. voor verplichtingen, verliezen en risico’s; b. onderhoudsegalisatievoorzieningen; c. door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting. Ad b.
Tot deze categorie voorzieningen worden gerekend instandhouding gebouwen, sport en instandhouding riolering.
Ad c. Tot de categorie ‘door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting’ behoren o.a. het parkeerfonds. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van een jaar of langer. Overige passiva De overige passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Exploitatie De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Winsten uit grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingkosten in mindering gebracht. Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperi-
113
JAARREKENING 2012
ode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Indien er sprake is van (éénmalige) schokeffecten (bijv. reorganisaties) wordt wel een verplichting gevormd.
114
JAARREKENING 2012
3.4.3 Toelichting balans VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Per ultimo 2012 zijn geen posten opgenomen onder de immateriële activa. Materiële vaste activa De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen: a. investeringen met een economisch nut; b. investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut. Ad a. Investeringen met een economisch nut Investeringen met een economisch nut zijn investeringen die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten. Het onderstaande overzicht geeft de (verplichte) onderverdeling en het verloop van de boekwaarde van de investeringen met economisch nut weer (bedragen x € 1.000):
Soort activa (bedragen x € 1.000)
Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële activa Totaal activa
Boekwaarde 01-01-2012
Correctie
1.378 16 37.005 19.673 449
-117
1.386 5.176
Investeringen
Afschrijvingen
17
247
3.495
2.028
2.889 141
1.664 82
409 1.510
280 1.250
Bijdragen derden
4
Boekwaarde 31-122012 1.148 16 38.472 20.781 504 1.515 5.436
65.083
67.872
De afschrijving op gronden en terreinen heeft betrekking op sportcomplexen. Het betreft de kosten van aanleg van parkeerterreinen, tennisbanen, etc. De correctie per 1-1 heeft betrekking op een tweetal activa die per abuis zijn ondergebracht bij de categorie investeringen met een economisch nut (zie hierna)
Ad b. Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut Op grond van het BBV worden investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut in principe niet geactiveerd. Om budgettaire redenen mag hiervan worden afgeweken. Infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals bijv. wegen, pleinen, bruggen, openbare verlichting en parken worden, conform de vastgestelde verordening, geactiveerd en afgeschreven in 20 jaar. De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd (en dus ook afgeschreven). Voor zover in voorkomende gevallen een snellere budgettaire dekking mogelijk is, zal op dergelijke activa overigens (resultaatafhankelijk) extra worden afgeschreven. De boekwaarden moeten dus nadrukkelijk als nog te dekken investeringsrestanten worden gezien. Soort activa (bedragen x € 1.000) Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
Boekwaarde 01-01-2012 10.724
Correctie 117
115
Investeringen 1.092
Afschrijvingen 1.384
Bijdragen derden 23
Boekwaarde 31-12-2012 10.526
JAARREKENING 2012
Voor een specificatie van de investeringen en bijdragen derden wordt verwezen naar de staat van investeringen. Financiële vaste activa Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2012 wordt in onderstaand overzicht weergegeven: Soort financiële activa (bedragen x € 1.000) Kapitaalverstrekking aan: -deelnemingen Leningen aan: -deelnemingen Overige langlopende leningen
Boekwaarde 01-01-2012
Totaal
Vermeerderingen
Aflossing
Boekwaarde 31-12-2012
120
120
1.396 177
320 26
14
1.693
1.076 165 1.361
Kapitaalverstrekking (aan deelnemingen) Onder kapitaalverstrekking aan deelnemingen wordt verstaan participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s. De aandelen zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs. De gemeente Noordenveld heeft aandelen in: Bank Nederlandse Gemeenten Waterleidingmaatschappij Drenthe
69.816 2.450
(30.771 aandelen) (72 aandelen)
Bij de verkoop van de aandelen Essent in 2009 hebben de verkopende aandeelhouders een belang gehouden in een aantal speciale vennootschappen, opgericht ter bewaking en registratie van hun rechten en verplichtingen uit hoofde van de verkoop van de aandelen Essent NV, te weten: - Enexis Holding NV 48.367 - Vordering op Enexis BV 14 - Verkoop Vennootschap BV 14 - Essent Milieu Holding NV 1 - Vordering Verkoop Vennootschap BV 284.880 Voorziening vordering Verkoop Vennootschap BV - 284.880 0 - CBL Vennootschap BV 14 - Claim Staat Vennootschap BV 14 120.690 Vordering op Verkoop Vennootschap BV Een deel van de verkoopopbrengst aandelen Essent is niet aan de aandeelhouders uitbetaald maar op een afzonderlijke bankrekening gestort. Met dit bedrag is een voorziening gevormd. In het kader van de transactie is door de verkopende aandeelhouders een aantal garanties afgegeven aan RWE. Het gaat hierbij onder meer om risicoafdekking voor eventuele aansprakelijkheid van publieke aandeelhouders. Met de gezamenlijke voorziening kunnen aansprakelijkheden flexibel, op een eenvoudige wijze en beheersbaar worden afgewikkeld. De looptijd van de voorziening is afhankelijk van de periode dat claims kunnen worden ingediend en afgewikkeld. Op de voorziening zal een rentevergoeding worden uitgekeerd en een eventueel overschot aan het einde komt geheel ten goede aan de verkopende aandeelhouders.
116
JAARREKENING 2012
April 2011 is bericht ontvangen van de Verkoop Vennootschap BV dat het eerste deel van de General Escrow is vrijgevallen. Bij de verkoop van de aandelen Essent zijn een aantal garanties afgegeven door de verkopende aandeelhouders aan RWE. Hierbij is € 800 miljoen van het verkoopbedrag gestort in een speciaal daarvoor ingerichte voorziening, ook wel escrow genoemd. De gemeente Noordenveld draagt hier € 569.760 in bij. Op 30 maart 2011 is 50% van deze escrow vrijgevallen onder aftrek van ingediende claims van RWE (€ 40 miljoen). Hiermee kan de deelneming aan de BV worden verlaagd met 50% tot € 284.880. Het restant van de escrow zal vrijvallen op 30 september 2015. Leningen (aan deelnemingen) Balans 1-1 In het verleden zijn door de voormalige gemeenten Norg, Peize en Roden achtergestelde leningen verstrekt aan Essent: Uit de verkoopovereenkomst met Essent vloeien nog de volgende leningen aan deelnemingen voort: - Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV - Vordering op Enexis BV
Aflossing
114.353
1 1.281.760 1.396.114
Balans 31-12
114.353
320.400
1 961.360 1.075.714
In het verslagjaar heeft Enexis op de verstrekte geldlening 2 tranches afgelost. Naar verwachting zal in 2013 een 3 e tranche volgen van € 356.000. Het restant van de verstrekte geldlening bedraagt dan nog € 605.360. Op de achtergestelde leningen aan Essent is in het verslagjaar € 10.290 rente ontvangen. Van Enexis is € 49.154 rente ontvangen over de leningen.
Overige langlopende leningen In 2012 is het verloop als volgt: Bibliotheek Peize Personeelsvereniging gemeente Fietsprivé personeel gemeente
Balans 1-1 107.380 39.481 30.599 177.460
Lening
14.149
Aflossing 4.613 2.193 19.217
Balans 31-12 102.767 37.288 25.531 165.586
Op de lening aan de bibliotheek Peize is € 6.442 rente ontvangen. De leningen aan de personeelsvereniging en fietsprivé personeel zijn rentevrij. VLOTTENDE ACTIVA Voorraden De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën (x € 1.000): 2011 2012 Grondexploitaties: -in exploitatie genomen gronden 5.623 4.444 -niet in exploitatie genomen gronden 10.922 2.396 -overige voorraden grondexploitatie 1.622 5.506 18.167 12.346
117
JAARREKENING 2012
Overige grond en hulpstoffen Gereed product en handelsgoederen
13 4 18.184
14 3 12.363
Het verloop van de in exploitatie genomen gronden is als volgt: (x € 1.000) Boekwaarde begin dienstjaar 5.623
Vermeerderingen
Verminderingen
1.722
2.901
Boekwaarde eind dienstjaar 4.444
Nog te maken kosten 7.593
Nog te realiseren opbrengsten 19.819
Contante waarde eindresultaat 5.149
In exploitatie genomen gronden Zoals blijkt uit het bovenstaand overzicht, bedraagt de boekwaarde van de complexen die in ontwikkeling zijn € 4,4 miljoen per 31 december 2012. Rekening houdend met de nog te maken kosten en de te verwachten opbrengsten kunnen de diverse complexen op termijn worden afgesloten met een voordelig resultaat van in totaal € 5,1 miljoen. Hierbij wordt echter de kanttekening geplaatst dat het behalen van dit resultaat voor een belangrijk deel afhankelijk is van economische factoren. Indien het "economische tij tegen zit", zoals nu het geval is, kan dit enerzijds leiden tot een stijging van de nog te maken kosten en anderzijds tot een stagnatie van de verkopen en / of lagere verkoopopbrengsten. Een stagnatie in de verkopen leidt in het algemeen tot een drukkend effect op de winstgevendheid van de complexen. Voor complex Haarveld is de aanwezige marge om verdere tegenvallers binnen de exploitatie te kunnen opvangen beperkt, waardoor tegenvallende verkopen snel zullen leiden tot een verlies op deze exploitatie. De nog te maken kosten en de nog te realiseren opbrengsten kunnen als volgt worden onderverdeeld: Omschrijving
Bedrag (x € 1.000)
Nog te maken kosten: Bouw- en woonrijpmaken Reserves en voorzieningen Planschade Plankosten Voorbereiding en toezicht Onvoorzien
3.910 611 297 1.637 556 582 7.593
Nog te realiseren opbrengsten: Opbrengsten bouwkavels: - woningbouw - bedrijventerreinen - maatschappelijke voorzieningen Bijdragen derden
10.101 9.352 233 133 19.819
Nog niet in exploitatie genomen gronden Complexen waarin nog geen activiteiten worden ontwikkeld worden gepresenteerd als "voorraad gronden nog niet in exploitatie". In deze complexen zitten de gronden die voor toekomstige in- en uitbreidingslocaties benodigd zijn. De waarde van deze gronden bestaat voornamelijk uit de aanschafprijs, rente, belastingen en vaste laten. Om een winstgevende exploitatie mogelijk te maken, dienen de boekwaarden van deze gronden niet te hoog te worden. Hoe hoger de boekwaarde per vierkante meter, des te hoger
118
JAARREKENING 2012
wordt het risico dat de uiteindelijke exploitatie niet kostendekkend zal kunnen worden uitgevoerd. De boekwaarde van de niet in exploitatie genomen gronden ad € 2.396.000 heeft betrekking op 12.98.61 ha. De boekwaarde per m² bedraagt € 18,50. Voor nadere informatie m.b.t. de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. Uitzettingen korter dan 1 jaar De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is bepaald conform de richtlijnen zoals opgenomen in het treasurystatuut. De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van een jaar of minder kunnen als volgt worden gespecificeerd (x € 1.000): 2011 2012 Vorderingen op: - openbare lichamen 3.343 2.813 - overige 1.940 1.542 voorziening dubieuze debiteuren -167 -123 1.773 1.419 5.116 4.232 Het BBV schrijft voor dat in de balanspresentatie de voorziening dubieuze debiteuren in mindering moet worden gebracht op het saldo aan uitstaande vorderingen per ultimo van het verslagjaar. De vorderingen zijn op de mate van inbaarheid beoordeeld. In het verslagjaar is € 24.000 als mogelijk oninbaar aangemerkt en toegevoegd aan de voorziening. Als definitief oninbaar is in het verslagjaar € 68.000 ten laste van de voorziening afgeboekt. Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten (x € 1.000): 2011 2012 Kassaldi 1 1 Banksaldi 34 52 35 53 Overlopende activa De post overlopende activa kan als volgt worden onderscheiden (x € 1.000): 2011 2012 Vooruitbetaalde bedragen 155 195 Nog te ontvangen bedragen 399 1.304 554 1.499 Aan het eind van het verslagjaar is een balanspost opgenomen voor de afwikkeling van de 10% regeling 2011 (€ 620.000). De vordering wordt in de loop van 2013 afgewikkeld.
119
JAARREKENING 2012
VASTE PASSIVA Eigen vermogen Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten (x € 1.000): Eigen vermogen (bedragen x € 1.000) Algemene reserve Jaarresultaat 2011 Jaarresultaat 2012 Bestemmingsreserves Totaal
Saldo 01-01-2012 8.406 -4.062 0 21.635
Toevoeging
Onttrekking
2.462 1.020 4.122
3.566 -4.062 11.242
25.979
Saldo 31-12-2012 7.302 0 1.020 14.515 22.837
Algemene reserve Aan de algemene reserve zijn saldo’s van de volgende bestemmingsreserves en voorzieningen toegevoegd: -reserve WMO € 2.084.000 -reserve lokaal onderwijsbeleid “ 194.000 -saneringsfonds recreatie & toerisme “ 15.000 -reserve mitigerende maatregelen NAM-locatie “ 126.000 -voorziening ICO “ 43.000 € 2.462.000 Aan de algemene reserve is een deel van het nadelige rekeningresultaat 2011 (€ 2.418.000) onttrokken. Op basis van diverse raadsbesluiten is € 1.148.000 onttrokken. Op de reserve ligt nog een begroot beslag van: - bijdrage Kolonie in Beeld, Veenhuizen - landschapsontwikkelingsplan - meeliftprojecten gvvp 2010 - overige maatregelen ikv GVVP 2010 - parkeerterrein Schapendrift Norg en Hullenweg Roden - bijdrage in inrichtingsplan/waterberging Peize - bijdrage in ontwikkelingsbureau Veenhuizen - opstellen structuurvisie 2011 - meeliftprojecten gvvp 2011 - project versterking toeristische- en recreatieve infrastructuur landgoederenzone Roden-Leek, deeluitwerking TerheijlMensinge - bestemmingsplan Veenhuizen - Springboard e - aankoop grond v.m. 3 gesticht Veenhuizen *) - aanvullend krediet ontwikkelingsbureau Veenhuizen - aanvullend krediet herinrichting Peize - investeringen GCC (Gemeentelijk Contact Centrum)
120
€ “ “ “ “ “ “ “ “
118.000 25.000 22.000 165.000 248.000 468.000 25.000 70.000 89.000
“ 15.000 “ 55.000 “ 100.000 “ 296.000 “ 100.000 “ 45.000 “ 49.000 € 1.890.000
JAARREKENING 2012 *) bij de 1e wijziging 2013 heeft de raad ingestemd met de aankoop grond v.m. 3 e gesticht Veenhuizen met de toezegging dat er een afwaardering zou plaatsvinden met € 100.000. Deze toezegging zal geëffectueerd worden bij de jaarrekening 2013. De stand van de algemene reserve na de raadsvergadering van mei 2013 bedraagt: Saldo 31 december 2012 Af: Jaarresultaat 2012 Af: Onttrekkingen kredieten Deel waarover rente wordt berekend aan de exploitatie Vrij aanwendbaar maart 2013
€ 7.302.000 “
25.000
“ 1.890.000 € 5.387.000 “ 1.500.000 € 3.887.000
In 2009 heeft de gemeente de aandelen van Essent verkocht. Ter compensatie van de derving van de jaarlijkse dividendopbrengst wordt in de begroting over een deel van de algemene reserve rente berekend en toegevoegd als inkomst op de exploitatie. Dit deel van de algemene reserve is dus niet vrij aanwendbaar. In de jaren 2012 t/m 2014 zal, conform de meerjarenbegroting, deze rentetoevoeging komen te vervallen. Het rentevrij maken van de laatste tranche van € 1.500.000 zal in de begroting 2014 worden verwerkt. Jaarresultaat 2011 Het negatieve jaarresultaat 2011 is, conform raadsbesluit bij de vaststelling van de jaarrekening als volgt bestemd: -dotatie reserve overgehevelde budgetten € 1.210.000; -onttrekking reserve bovenwijkse voorzieningen € 565.000; -onttrekking reserve grondexploitatie € 256.000; -onttrekking volkshuisvestingsreserve € 1.400.000; -onttrekking algemene reserve € 3.051.000. Jaarresultaat 2012 (nog te bestemmen) Voor een toelichting op de bestemming van het jaarresultaat 2012 (€ 1.020.000) wordt verwezen naar het hoofdstuk ‘Resultaat en bestemming’. Bestemmingsreserves De stand ultimo verslagjaar per reserve is: Bestemmingsreserves (bedragen x € 1.000) Bovenwijkse voorzieningen Volkshuisvesting Grondexploitatie Bijdrage Regiofonds 2012-2016 Aankoop kunstwerken Mitigerende maatregelen NAM-locatie WMO Lokaal onderwijsbeleid Recreatie en toerisme Moderniseringsfonds Molenduinbad Saneringsfonds recreatie en toerisme Onderhoud kapitaalgoederen
Saldo 01-01-2012 565 4.393 1.886 13 126 2.396 189 116 64 15 2.531
121
Toevoeging
25 200 1.630 1 449 5 2
Onttrekking 565 3.345 1.886 326 126 2.171 194 19 66 15 688
Saldo 31-12-2012 0 1.073 200 1.304 14 0 674 0 97 0 0 1.843
JAARREKENING 2012
BTW-compensatiefonds Dekking kapitaallasten Reserve riolering Frictiekosten Overgeboekte budgetten Herinrichting Roden-Norg Instandhouding inventaris sportaccommodaties Instandhouding inventaris bewegingsonderwijs
152 5.805 2.402 9 0 450
7 291 303 1.210
159 464 9 1.210
0 5.632 2.705 0 0 450
250
250
273
273
21.635
14.515
Hierna volgt een nadere uiteenzetting van de aard en reden van de bestemmingsreserves en de mutaties die hebben plaatsgevonden. Reserve bovenwijkse voorzieningen In de aanbiedingsbrief bij de begroting 2013 is een voorstel opgenomen tot het ontschotten van reserves. De betrokken reserves zijn bij de jaarrekening 2012 opgeheven. De restanten zijn toegevoegd aan de algemene reserve. Reserve volkhuisvesting In het verslagjaar zijn de volgende bedragen onttrokken aan de reserve: deel jaarresultaat 2011 € 1.400.000, aftoppingsbijdrage de Helte € 218.000, packagedeal € 327.000, archeologisch onderzoek Esweg Norg € 200.000, herstructurering Norg € 300.000, ontwikkeling Oosterveld € 450.000 en bijdrage in exploitatie grondcomplex Brinkhofweide € 450.000. Op de reserve ligt nog een begroot beslag van € 1.073.000 voor de packagedeal met Actium. Voor nadere informatie met betrekking tot de reserve wordt verwezen naar het programma Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting. Reserve grondexploitatie De reserve grondexploitatie dient als weerstandsvermogen voor toekomstige risico’s. Voor de noodzakelijke omvang van het weerstandsvermogen bestaan geen wetenschappelijke normen. Iedere organisatie zal aan de gewenste omvang op haar eigen wijze, gelet op haar eigen situatie, zelf invulling moeten geven. Uitgangspunt is wel, dat de omvang van het weerstandsvermogen in verhouding moet staan tot de risico’s die de gemeente Noordenveld loopt. Als norm kan worden gesteld, dat de weerstandscapaciteit 10% van de boekwaarde van de grondexploitaties dient te bedragen. Op de reserve is een deel van het jaarresultaat 2011 (€ 256.000) in mindering gebracht. Het resterende saldo van de reserve (€ 1.630.000) is gestort in de reserve bijdrage Regiofonds 2012-2016. Bij de vaststelling van de begroting 2012 is besloten de reserve jaarlijks, ten laste van de exploitatie te doteren met € 200.000, teneinde de risicoreserve weer op peil te brengen. Reserve bijdrage Regiofonds 2012-2016 De reserve is gevormd door het restant van de reserve grondexploitatie in deze reserve te storten. In het verslagjaar is de bijdrage 2012 (€ 326.000) aan de reserve onttrokken. Op de reserve ligt nog een begroot beslag van € 1.304.000 voor de bijdragen 2013-2016.
122
JAARREKENING 2012
Reserve aankoop kunstwerken De reserve is gevormd ten behoeve van de aankoop van kunstwerken voor culturele doeleinden. Reserve mitigerende maatregelen NAM-locatie In de aanbiedingsbrief bij de begroting 2013 is een voorstel opgenomen tot het ontschotten van reserves. De betrokken reserves zijn bij de jaarrekening 2012 opgeheven. De restanten zijn toegevoegd aan de algemene reserve. Reserve Wet Maatschappelijke Ondersteuning Door de gemeenteraad is een bestemmingsreserve ingesteld teneinde niet bestede rijksmiddelen te oormerken en te storten in deze reserve. In het verslagjaar is € 72.000 rente toegevoegd. Daarnaast is het resultaat over het verslagjaar € 377.000 aan de reserve toegevoegd. Bij de najaarsnota 2010 is besloten om ten laste van de reserve € 290.000 beschikbaar te stellen voor diverse taken op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. In 2012 is hierop € 88.000 uitgegeven. Er ligt nog een beslag op de reserve WMO van € 147.000. Het maximum van de reserve bedraagt 10% van de exploitatieomvang van de WMO. Voor schommelingen hoger dan 10% geldt de algemene reserve als buffer. De afroming is in voorgaande jaren achterwege gebleven. Bij het voorstel tot ontschotting van reserves, opgenomen in de aanbiedingsbrief 2013, is aangegeven dat het restant in de algemene reserve gestort kan worden. Per ultimo 2012 bedraagt de onttrekking € 2.171.000. In de reserve resteert derhalve € 674.000 (10% van de exploitatieomvang € 527.000 + het beslag op de reserve van € 147.000) Reserve lokaal onderwijsbeleid In de aanbiedingsbrief bij de begroting 2013 is een voorstel opgenomen tot het ontschotten van reserves. De betrokken reserves zijn bij de jaarrekening 2012 opgeheven. De restanten zijn toegevoegd aan de algemene reserve. Reserve recreatie en toerisme Het doel van de reserve is het ondersteunen van initiatieven op toeristisch-recreatief terrein. In het verslagjaar is € 19.000 ten laste van de reserve gebracht. Er ligt nog een begroot beslag op de reserve van € 19.000. Dit betreft de in het verleden beschikbaar gestelde kredieten voor ruiter- en wandelpaden in het kader van herinrichting Roden-Norg en het opstellen van de recreatiebeleidsnota. Reserve moderniseringsfonds Molenduinbad Norg De reserve, ingesteld bij de bouw van het bad, is bestemd voor de dekking van kleinere bouwkundige aanpassingen en rendementsverbeteringen. In het verslagjaar is het restant van het saldo overgemaakt aan de stichting. Reserve saneringsfonds recreatie en toerisme In de aanbiedingsbrief bij de begroting 2013 is een voorstel opgenomen tot het ontschotten van reserves. De betrokken reserves zijn bij de jaarrekening 2012 opgeheven. De restanten zijn toegevoegd aan de algemene reserve. Reserve onderhoud kapitaalgoederen De reserve is bestemd voor het onderhoud aan infrastructuur en gebouwen in de gemeente. Aan de reserve ligt een meerjaren onderhoudsplanning ten grondslag.
123
JAARREKENING 2012
In een notitie van de commissie BBV ‘verkrijging/vervaardiging en onderhoud van kapitaalgoederen’, verschenen in mei 2007, is door de commissie gewezen op het feit dat de kosten van (klein en groot) onderhoud, die als niet levensduurverlengend worden aangemerkt, niet mogen worden geactiveerd. Dat betekent concreet dat de jaarlijkse kredietvoteringen voor (groot) onderhoud aan wegen en dergelijke ten laste van de exploitatie komen. De reserve onderhoud kapitaalgoederen is met name gevormd om deze problematiek (mede) op te vangen. Voor planmatig onderhoud gebouwen zijn voorzieningen gevormd. Voor een toelichting op het onderhoud van kapitaalgoederen wordt verder verwezen naar de desbetreffende paragraaf in het jaarverslag. Reserve BTW-compensatiefonds Met ingang van 1 januari 2003 is het BTW-compensatiefonds ingesteld. De reserve dient voor de dekking van kapitaallasten van investeringen die voor 2003 zijn gepleegd. In deze kapitaallasten zit nog de niet terugvorderbare BTW verdisconteerd. De gemiddelde looptijd van deze investeringen bedroegen op 1 januari 2003 nog 11 jaar. In deze periode zal jaarlijks een deel van de reserve vrijvallen ten gunste van de exploitatie. In 2012 heeft de laatste onttrekking ten gunste van aan de exploitatie plaatsgevonden. Reserve dekking kapitaallasten De reserve is in 2004 ingesteld als gevolg van de invoering van het BBV. Mochten voorheen nog investeringen worden gedekt door onttrekkingen aan reserves, per 1 januari moeten investeringen bruto op de balans worden opgenomen. Slechts de kapitaallasten, voortvloeiend uit de investering, mogen worden gedekt door een reserve. Consequentie hiervan is dat kapitaallasten van investeringen gedurende de looptijd van een actief ten laste van de betreffende reserve wordt gebracht. Indien de Raad besluit een bestemmingsreserve aan te wijzen ter dekking van een investering wordt deze op begrotingsbasis in zijn geheel overgeboekt naar de reserve dekking kapitaallasten. Met deze nieuwe systematiek wordt beoogd dat de balans een reëler beeld van de bezittingen van de gemeente geeft. Aan de reserve wordt rente toegevoegd. Reserve riolering Het verbreed GRP 2013-2017 is de basis voor de bestemmingsreserve. De reserve bedraagt ultimo 2012 € 2,7 miljoen. De inzet van de reserve is weergegeven in de rekenkundige bijlage van het verbreed GRP. In het verleden werd gewerkt met een voorziening. De commissie BBV heeft in de notitie riolering het verschil tussen een voorziening en een reserve ten aanzien van het product riolering versterkt. In die redenering was de voorziening riolering van de gemeente Noordenveld feitelijk een bestemmingsreserve. Naar aanleiding van de notitie riolering is op advies van de accountant de voorziening omgedoopt als bestemmingsreserve. Aangezien de methodiek ter bepaling van de grootte van de reserve niet ter discussie staat en er nog steeds een duidelijke koppeling bestaat met de rioolheffing, betreft het effectief alleen maar een naamsverwisseling. In het verslagjaar is het resultaat 2012 € 302.000 aan de reserve toegevoegd. Er ligt nog een beslag op de reserve van € 152.700 (centrumplan Leek-Nietap) Reserve frictiekosten organisatie In 2012 is € 9.000 onttrokken aan de reserve en is daarna nihil.
124
JAARREKENING 2012
Reserve overgehevelde budgetten Bij de bestemming van het jaarresultaat 2011 is € 1.210.000 gestort in de reserve. Dit betreft een aantal budgetten 2011 die nog niet (of deels) zijn besteed maar waarvoor wel verplichtingen zijn aangegaan. In 2012 is € 1.210.000 onttrokken aan de reserve. Reserve herinrichting Roden-Norg Bij de jaarrekening 2010 is vermeld dat in het kader van de herinrichting Roden-Norg rekening moet worden gehouden met een bijdrage van de gemeente Noordenveld van € 300.000 door een overbedeling van gronden. Bij de najaarsnota 2011 bleek het bedrag uiteindelijk € 450.000 te zijn en is voorgesteld om hiervoor een bestemmingsreserve te vormen. De eigendomsoverdracht (inbreng en toedeling van gronden) zal in 2013 zijn beslag krijgen. Reserve instandhouding inventaris sportaccommodaties. Voor het onderhoud aan het inventaris van het sportcomplex de Hullen en de sporthallen te Norg (Brinkhof) en Peize zijn in het verleden voorzieningen gevormd. Met ingang van 1 januari 2011 zijn de voorzieningen als bestemmingsreserve aangemerkt. De bestemming van de reserve was gelieerd aan een vervangingsplan betreffende de inventaris van de sportaccommodaties. De bestemming van de reserve zal waarschijnlijk naar aanleiding van het onderzoek naar verzelfstandiging, dan wel privatisering heroverwogen worden. In elk geval zal een vorm van verzelfstandiging automatisch leiden tot een bredere inzet van de reserve binnen de exploitatie van de sportaccommodaties. Reserve instandhouding inventaris bewegingsonderwijs Voor de vervanging van gymmaterialen scholen is in het verleden een voorzieningen gevormd. Met ingang van 1 januari 2012 is de voorziening als bestemmingsreserve aangemerkt. Hierbij geldt dezelfde overweging als bij de bestemmingsreserve ‘Reserve instandhouding inventaris sportaccommodaties”. Vermogensvergelijking De mutatie in het eigen vermogen van de gemeente (algemene reserve en de bestemmingsreserve) moet gelijk zijn aan de in de exploitatie opgenomen mutaties reserves (bedragen x € 1.000): Begin verslagjaar: Algemene reserve Bestemmingsreserves
8.406 21.635 30.041
Mutaties reserves Exploitatierekening Bestemming resultaat 2011: Algemene reserve Reserve grondexploitatie Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve volkshuisvesting Reserve overgeboekte budgetten
-4.163 -3.051 -255 -565 -1.400 1.210 -8.224 21.817
Eind verslagjaar: Algemene reserve ultimo verslagjaar
7.302
125
JAARREKENING 2012
Bestemmingsreserves
14.515 21.817
Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen in 2012 wordt in onderstaand overzicht weergegeven: Voorzieningen (bedragen x € 1.000) Verplichtingen/verliezen/risico’s: Pensioenverplichtingen wm wethouders Wachtgeldverplichtingen vm wethouders Wachtgeldverplichtingen nonactiviteitenregeling Sub-totaal
Saldo 01-01-2012
Onttrekking
Saldo 31-12-2012
288
85
64
309
246
15
50
211
279 813
308
268
318 838
Onderhoudsegalisatievoorzieningen: Onderhoud gebouwen
460
Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting: Afvalverwijdering Parkeerfonds Frictiekosten ICO Sub-totaal
672 83 94 849
Totaal
Toevoeging
2.122
460
206 3 43
878 86 51 1.015 2.313
Alle voorzieningen hebben een looptijd langer dan 10 jaar.
Voorziening pensioenverplichtingen v.m. wethouders Uit deze voorziening worden de pensioenverplichtingen aan oud-wethouders bekostigd. Bij het bepalen van de omvang van het fonds is uitgegaan van een gemiddelde leeftijd van 84 jaar. In het verslagjaar is € 64.000 onttrokken aan de voorziening. Een groot deel van dit bedrag is incidenteel van aard. Teneinde de toekomstige verplichtingen af te dekken is de voorziening gedoteerd met € 85.000. Voorziening wachtgeldverplichtingen v.m. wethouders Voor toekomstige wachtgeldverplichtingen van wethouders is een voorziening gevormd. In 2011 is € 50.000 aan de voorziening onttrokken. Met een bijstorting van € 15.000 is de omvang van de voorziening voldoende om de verplichtingen, die lopen t/m 2016, af te dekken. Voorziening wachtgeldverplichtingen non-activiteitenregeling De voorziening is bestemd voor wachtgeldverplichtingen van voormalig personeel. In het verslagjaar is hiervoor € 268.000 aan de voorziening onttrokken. Bij de begroting 2012 is, teneinde budgettaire ruimte te scheppen, besloten de fpuverplichtingen uit de voorziening te bestrijden. Hierdoor is in 2012 € 83.000 aan de voorziening onttrokken en € 121.000 (2013/2014) gedoteerd. Op grond van (nieuwe) verplichtingen moest daarnaast nog € 187.000 extra worden gedoteerd. Voorziening onderhoud gebouwen Aan de voorziening ligt een meerjarenonderhoudsplanning van de gemeentelijke gebouwen ten grondslag. Deze is door de gemeenteraad vastgesteld op 17 oktober 2012.
126
JAARREKENING 2012
Voorziening afvalverwijdering De voorziening is bestemd voor het egaliseren van nacalculatorische verschillen in de tarieven afvalverwijdering. In het verslagjaar is € 206.000 aan de voorziening toegevoegd. Ultimo 2012 bedraagt deze € 878.000. Voorziening parkeerfonds De voorziening is bestemd voor het aanleggen van parkeervoorzieningen. Het fonds wordt gedoteerd door de afkoop van de verplichting tot het treffen van parkeerplaatsen in de openbare ruimte. Voorziening frictiekosten ICO In verband met de opheffing (en/of afwikkeling) van de gemeenschappelijke regeling ICO heeft de gemeenteraad besloten om in 2005 een eenmalige bijdrage voor frictiekosten beschikbaar te stellen van € 323.000. De bijdrage is in 2006 neerwaarts bijgesteld tot € 256.000. Vanaf 2007 is € 145.000 onttrokken. De bijdrage kon in het verslagjaar nog eens met € 43.000 worden verlaagd en is gestort in de algemene reserve (ontschotting reserves). Vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar De onderverdeling van de in de balans opgenomen langlopende schulden is als volgt (x € 1.000): Leningen (bedragen x € 1.000) Onderhandse leningen: -binnenlandse banken Door derden belegde gelden Totaal
Saldo 01-01-2012
Vermeerderingen
51.461 116
1
51.577
Aflossing
2.641 117
Saldo 31-12-2012 48.820 0
Rente
2.224
48.820
Onderhandse leningen Ultimo 2012 staan 11 geldleningen op de balans. Door derden belegde gelden In het verslagjaar is besloten de door enkele verenigingen bij de gemeente belegde reserves te restitueren.
VLOTTENDE PASSIVA Kortlopende schulden De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt worden gespecificeerd (x € 1.000): 2011 2012 Bank- en girosaldi 6.348 4.869 Kasgeldlening 0 5.000 3.022 Overige schulden 3.574 9.922 12.891 Per ultimo van het verslagjaar is er een schuld in rekening-courant bij de Bank Nederlandse Gemeenten van € 4.869.000. Begin 2012 is in het kader van het kortkredietarrangement met de BNG een kasgeldlening aangetrokken van € 5.000.000. De rente hierop varieert van 0,12% (1 maand) tot 0,60% (heel
127
JAARREKENING 2012
jaar). In de loop van 2013 zal worden bezien of tot consolidatie (aantrekken van een vaste geldlening) moet worden overgegaan. De rentetarieven op leningen 25 jaar gelijk bedraagt momenteel (maart 2013) 3,23%. Overlopende passiva De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt (bedragen x € 1.000): 2011 2012 Vooruitontvangen subsidies 6.992 5.423 Vooruitontvangen 139 Nog te betalen bedragen 4.797 5.483 11.789 11.045 Van de vooruit ontvangen subsidies kan de volgende specificatie (per ultimo 2012) worden gegeven: Stand 1-1 Dotatie Onttrekking Stand 31-12 Besluit locatie gebonden subsidies 2005 *) 32.171 32.171 Besluit locatie gebonden subsidies 2006 *) 6.575 6.575 Besluit locatie gebonden subsidies 2007 *) 21.440 21.440 Besluit locatie gebonden subsidies 2008 *) 141.296 141.296 Besluit locatie gebonden subsidies 2009 46.532 46.532 0 Provincie-bijdrage BDU (locatie vm Eskampenschool) 100.000 100.000 Sanering verkeerslawaai Groningerweg 1.044 1.044 0 Bijdrage provincie in aanschaf aardgasvoertuigen 3.360 3.360 0 Min VROM – eindafrekening Stim 5.706 5.706 0 Provincie – subsidie project buitenterrein Mensinge 25.000 25.000 0 Provincie - eindafrekening Stim 8.713 8.713 Provincie - sociale agenda combifunctionaris 18.108 18.108 0 Provincie - sociale agenda sportstimulering 52.750 52.750 0 Provincie - sociale agenda mfa’s 70.000 10.000 60.000 Rijk - bijdrage huisvesting gehandicapten 28.594 6.790 21.804 Provincie - bijdrage inrichting landelijk gebied 8.650 8.650 0 Provincie - subsidie BDU in GVVP 25.812 25.812 0 Subsidie Mr Scheepstraschool 105.105 105.105 0 Subsidies Kolonie in Beeld Veenhuizen 941.067 941.067 0 Provincie - subsidie kunst & cultuur 12.700 12.700 0 Gemeente Assen – subsidie project energiebesparing gebouwen 12.070 12.070 0 ESF-subsidie project bestuurlijke vernieuwing 16.855 16.855 0 Provincie – subsidie abri’s 25.853 25.853 0 Provincie-subsidie opwaarderen P&R Peize 27.947 27.947 Min VROM-subsidie geluidswerende maatregelen Groningerweg, Peize 6.355 6.355 WSNS-gelden centrale dienst 157.009 157.009 Diverse vooruit ontvangen subsidies onderwijs 5.225.446 385.511 4.839.935 Totaal vooruitontvangen 6.991.856 5.423.245
128
JAARREKENING 2012
*) De van de provincie ontvangen gelden in het kader van het Besluit locatiegebonden subsidies 2005 t/m 2008 (€ 201.482) worden ingezet ter gedeeltelijke dekking van het bij de begroting 2012 beschikbaar gestelde krediet Centrumplan Leek-Nietap. Specificatie nog te betalen (> € 25.000): Overschrijdingsuitkering bijzonder onderwijs -2001 -2002 -2003 -2004 -2005 -2006 -2007 -2008 -2009 -2010 -2011 -2012 Rijk-algemene uitkering Novatec-exploitatiebijdrage 2012 Iedersz Hulpverleningsdienst Drenthe-bijdrage Regionale Regeling Operationele Leiding (ROLL) WMO-diversen Brandweervergoedingen Termijnstaten OW&A Rente langlopende geldleningen ISD Noordenkwartier Kruisposten Belastingdienst-loonheffing Overige kleine bedragen < € 25.000 Sub-totaal OSG (onderwijs)
€ “ “ “ “ “ “ “ “ “ “ “ “ “ “
22.689 25.000 23.600 25.000 25.000 25.000 25.000 15.000 30.300 70.060 69.143 30.188 340.000 518.000 37.000
“ 45.000 “ 197.000 “ 304.000 “ 64.000 “ 803.000 “ 290.000 “ 141.000 “ 534.000 “ 277.020 € 3.936.000 “ 1.677.000 € 5.613.000
In 2012 is de overschrijdingsregeling bijzonder onderwijs 1996 t/m 2000 afgerekend.
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Waarborgen en garanties Het onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening gespecificeerd worden: Specificatie van in het verleden afgegeven garanties (bedragen x € 1.000): Naam REO
Oorspronkelijk bedrag 700
Restant aanvang 2012 280
129
Restant ultimo 2012
Aard van de garantstelling 0
Investeringen tenniscomplex
JAARREKENING 2012
St. Mensingecomplex St. Manege Norg
100 15
60 15
50 14
Totaal
815
355
64
Investeringen Winsinghhof e Realisatie 2 rijhal
Specificatie van in het verleden afgegeven borgstellingen (bedragen x € 1.000): Naam
Interzorg
Percentage van het leningbedrag waarvoor borgstelling is verleend 100%
Oorspronkelijk bedrag
Restant aanvang 2012
Restant ultimo 2012
5.910
4.399
4.275
Woonborg
50%
23.906
Habion
50%
1.150
Totaal
5.910
4.399
Aard van de garantstelling
Investeringen bejaardentehuizen Investeringen volkshuisvesting Investeringen volkshuisvesting
29.331
In de jaren negentig zijn de door de gemeente verstrekte borgstellingen aan woningbouwcorporaties overgedragen aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). De gemeente neemt hierin een tertiaire achtervangpositie in. Dat houdt in dat indien corporaties in de problemen komen de corporatie eerst het Centraal Fonds Volkshuisvesting zal moeten benaderen voor financiële steun (primaire zekerheid). De borgstellingsreserve van het WSW vormt de tweede (secundaire) zekerheid aangevuld met obligo’s te verstrekken door de WSW deelnemers. Hiermee beschikt het WSW over een totaal vermogen van €3,7 miljard. De derde (tertaire) achtervangpositie betreft Rijk en gemeenten (elk voor 50%) in de vorm van het verstrekken van renteloze leningen aan het WSW. Met ingang van 2012 zullen deze verplichtingen worden vermeld in de toelichting bij de balans. Overige niet in de balans opgenomen verplichtingen De gemeente kan voor een aantal toekomstige jaren verbonden zijn aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen. Hierbij moet gedacht worden aan (langlopende) huurovereenkomsten, operational lease-contracten etc. Operational lease-contracten In 2012 zijn nieuwe leasecontracten afgesloten voor drie bedrijfswagens. In 2013 worden nog eens drie bedrijfswagens geleased van een leasebedrijf. Het betreffen langjarige contracten (looptijd vijf jaar). De nog resterende leaseverplichtingen bedragen € 59.000. Vakantiegelden Bij vakantiegelden worden gedurende een begrotingsjaar verplichtingen opgebouwd die in het daaropvolgende begrotingsjaar tot betaling komen. Artikel 49 van het BBV verbiedt het opnemen van dergelijke verplichtingen (onder de balanspost ‘overlopende passiva’) op de balans als de verplichtingen jaarlijks van een vergelijkbaar volume zijn. Bij gemeenten, waarbij de personeelsomvang een licht stijgend of dalend trendmatig volume te zien geven bij een eveneens gelijkmatige loonontwikkeling, is sprake van een overlopende verplichting die jaarlijks van een vergelijkbaar volume is. Voor de periode 1 juni 2012 t/m 31 december 2012 zijn de opgebouwde vakantiegelden €398.000.
130
JAARREKENING 2012
3.4.4 Toelichting exploitatierekening per programma Belangrijke afwijkingen tussen de realisatie en de begroting na wijziging worden hierna per programma aangegeven. Tot de lasten per programma behoren onder meer de toerekening van kosten (uren) van eigen personeel en overhead. Aangezien een toename van deze toegerekende kosten op een programma (nagenoeg geheel) wordt gecompenseerd door een afname van deze kosten op andere programma's zijn deze verschillen niet op alle programma’s nader toegelicht. Voor eventuele afwijkingen met betrekking tot de totale personeelskosten en de kosten van overhead wordt verwezen naar het hoofdstuk algemene dekkingsmiddelen. Als gevolg van het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten (BBV) moeten investeringen die onttrokken worden aan (bestemmings-) reserves ten laste van een programma worden begroot. De dekking wordt opgenomen bij resultaat na bestemming (toevoeging/onttrekking aan reserves). Deze wijze van administreren kan tot gevolg hebben dat, indien de uitgaven substantieel lager uitvallen, op rekeningbasis een fors verschil op het programma ontstaat. Het voordelige verschil wordt vervolgens gecompenseerd bij “toevoeging/onttrekkingen aan reserves”. Per saldo is het budgettaire effect nihil. Programma Burger en Bestuur Realisatie
X € 1.000
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
6.456
6.547
91 V
Baten
-1.189
-1.546
357 N
Resultaat voor bestemming
5.267
5.001
266 N
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
-100 5.167
-403 4.598
303 N 569 N
Om te kunnen voldoen aan het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dienen ook de lasten, die worden gedekt door beschikking over reserves, via de exploitatierekening te worden verantwoord. Toelichting: Nadelig: Reservering pensioen- en wachtgeldverplichtingen v.m. wethouders Flankerend beleid - levering derden Reservering toekomstige wachtgeldverplichtingen personeel Reservering dubieuze debiteuren Bestuurlijke vernieuwing Toegerekende eigen uren
Af: voordelig: Raadsvergoeding Kosten controle gemeentefinanciën Salarislasten
“ ”
100.000 11.000
“ “ “ “ €
308.000 24.000 67.000 409.000 919.000
€ ” “
11.000 15.000 98.000 131
JAARREKENING 2012
Organisatieontwikkeling Contributies en bijdragen Kosten rekenkamercommissie Verkoop onroerend goed Kapitaallasten Overige verschillen Nadelig resultaat
“ “ “ “ “ “ €
31.000 25.000 20.000 111.000 10.000 29.000 569.000
Reservering pensioen- en wachtgeldverplichtingen wethouders € 100.000 N Bij het bepalen van de omvang van het fonds voor pensioenverplichtingen wethouders is uitgegaan van een gemiddelde leeftijd van 84 jaar. Een groot deel van de verplichtingen betreft oud-wethouders die deze leeftijd al overschreden hebben waardoor bijstorting van € 85.000 noodzakelijk is. Bij een herberekening van de uitstaande wachtverplichtingen wethouders is gebleken dat het fonds niet helemaal toereikend is. Met een additionele storting van € 15.000 is het fondsvermogen op peil. Hiermee worden de toekomstige verplichtingen (die lopen t/m 2016) afgedekt. Flankerend beleid – levering derden € 11.000 N Deze kosten van begeleiding worden nooit geraamd maar op rekeningbasis ten laste van de voorziening gebracht. Reservering toekomstige wachtgeldverplichtingen gemeentepersoneel € 308.000 N Bij de begroting is, teneinde budgettaire ruimte te scheppen, besloten de FPU-verplichtingen over 2012 uit de voorziening te bestrijden. Voor de verwachte verplichtingen t/m 2014 moest in de jaarrekening derhalve € 121.000 worden bijgestort. Op grond van (nieuwe) verplichtingen die in het verslagjaar zijn ontstaan moest daarnaast nog eens € 187.000 extra in de voorziening worden gestort. Reservering dubieuze debiteuren € 24.000 N Aan het eind van het verslagjaar wordt de mate van inbaarheid van uitstaande vorderingen beoordeeld. Hiervoor is een voorziening dubieuze debiteuren getroffen. Ultimo 2011 blijkt dat de voorziening gedoteerd moet worden met € 24.000 teneinde het ingeschatte verlies op debiteuren af te dekken. De voorziening bedraagt ultimo 2012 € 123.000. Bestuurlijke vernieuwing € 67.000 N Bij de najaarsnota 2012 zijn de ramingen voor dit onderdeel afgeroomd. Dit bedrag is echter ten onrechte niet gecorrigeerd op de onttrekking aan de algemene reserve maar ten gunste van begrotingsresultaat gebracht. Raadsvergoeding € 11.000 V Ten opzichte van vorig jaar zijn er drie raadsleden die de afdracht van de loonheffing en inkomensafhankelijke ZVW-bijdrage over hun onkostenvergoeding zelf afhandelen. Hierdoor hoeft de gemeente de onkosten niet te bruteren in de verantwoording. Het voordeel voor de gemeente is € 4.100. Tevens was in de begroting op basis van de ontwikkeling van de raadsvergoedingen in de voorgaande jaren rekening gehouden met een stijging van de vergoeding voor werkzaamheden van 2%. De index over 2012 is ongeveer gelijk gebleven zodat de begrote index van 2 % een voordeel oplevert van € 5.000. Kosten controle gemeentefinanciën € 15.000 V Door de voormalige accountant van de gemeente is een bedrag van € 11.000 gerestitueerd in het kader van de afrekening van de controlekosten over 2011.
132
JAARREKENING 2012
Salarislasten € 98.000 V Voor een nadere toelichting op de salariskosten wordt verwezen naar onderdeel 3.4.5 algemene dekkingsmiddelen van deze jaarrekening. Organisatieontwikkeling € 31.000 V Waar het opleidingsbudget wordt ingezet om individuele ontwikkelactiviteiten te bekostigen is het budget organisatieontwikkeling een budget wat wordt ingezet om activiteiten te dekken met een organisatiebreed karakter of die grotere groepen medewerkers raken. De besteding over de jaren fluctueert: het ene jaar volledige besteding, het afgelopen jaar niet. In het afgelopen jaar is dit budget ondermeer ingezet om de begeleiding bij de invoering van het nieuwe FUWA-systeem HR21 te bekostigen en zijn de kosten voor bijeenkomsten rond organisatieontwikkeling gedekt. Dit jaar is geen beroep gebruik gemaakt van het budget om bezuinigingen op het personeelsbudget extra te faciliteren. Voor de komende jaren wordt wel een toenemend beroep op dit budget verwacht om de aanpassingen van de organisatie, onder druk van bezuinigingen, te begeleiden. Contributies en bijdragen € 25.000 V In het verslagjaar is ten onrechte btw op deze post verrekend (€ 8.000). Daarnaast is in 2012 een correctie uit het vorige verslagjaar verantwoord wat heeft geleid tot een eenmalige meevaller van € 5.000. De bijdrage aan de voormalige GR Cevan viel in 2012 € 1.000 lager uit. Het resterende verschil (€ 11.000) is niet benut. Bij de begroting 2014 zal de raming neerwaarts worden bijgesteld. Kosten rekenkamercommissie € 20.000 V Rekening houdend met zijn resterende budget voor 2012 van €20.000 heeft de rekenkamercommissie in dat jaar een onderzoek naar de sturende rol van de gemeenteraad aanbesteed. Kosten: € 19.000. Al in 2012 is met de uitvoering ervan begonnen, het onderzoek zal naar verwachting pas in het tweede kwartaal van 2013 worden afgerond. De facturen komen pas in 2013 binnen en worden dus in dit jaar betaald. Verkoop onroerend goed € 111.000 V In 2012 is de Scheepstraschool aan Schoolstraat in Roden verkocht aan Woonborg. Het verschil tussen de verkoopsom en de boekwaarde van het pand ad € 105.000 is op dit onderdeel verantwoord.
Programma Integrale Veiligheid Realisatie
X € 1.000
Lasten
Begroting na wijziging
Verschil
2.157
2.000
157 N
-45
-29
16 V
Resultaat voor bestemming
2.112
1.971
141 N
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
0 2.112
0 1.971
0 141 N
Baten
Toelichting Nadelig: Kosten vergoedingen brandweer Deelname ROLL Toegerekende eigen uren
€ “ “
61.000 31.000 35.000 133
JAARREKENING 2012
Overige kleinere afwijkingen Nadelig resultaat
“ €
14.000 141.000
Kosten vergoedingen brandweer € 61.000 N De overschrijding wordt met name veroorzaakt doordat de korpsleden meer oefenuren hebben gemaakt. Daarnaast is in 2012 een nabetaling verantwoord over de brandweervergoedingen 2011. Deelname ROLL € 31.000 N Als gevolg van een nagekomen rekening voor de ROLL (Regionale Regeling Operationele Leiding) over 2011 is er een overschrijding ontstaan. In 2013 komt nog een correctie op de afrekening 2012 waarbij de bijdrage uiteindelijk € 5.000 minder wordt. Het definitieve tekort bedraagt dan € 26.000. Programma Beheer Openbare Ruimte Realisatie
X € 1.000
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
8.228
9.645
1.417 V
Baten
-263
-295
32 N
7.965
9.350
1.385 V
-1.068 6.897
-2.178 7.172
1.110 N 275 V
Resultaat voor bestemming Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
Toelichting verschillen lasten en toevoeging/onttrekking reserves. Als gevolg van het BBV moeten investeringen die onttrokken worden aan reserves ten laste van een programma worden begroot. Indien deze investeringen niet dan wel gedeeltelijk niet zijn uitgevoerd is de onttrekking aan een reserve evenredig lager. Overigens worden de restantkredieten en het beslag op de reserves overgebracht naar 2012. De betreffende kredieten zijn: -Kolonie in Beeld Veenhuizen -inrichtingsplan/waterberging Peize -parkeerterrein Schapendrift/Hullenweg -GVVP maatregelen Toelichting Voordelig: Onderhoud wegen Beheer GBI Kosten openbare verlichting Verkeer en vervoer algemeen Kosten waterbeheersing Parken en plantsoenen Overige kleinere afwijkingen Af nadelig: Bosbeheerplan Begrafenisrechten Toegerekende eigen uren Voordelig resultaat
€ “ “ “ “ “ “ €
180.000 13.000 153.000 11.000 77.000 69.000 14.000 517.000
“ “ “ €
17.000 35.000 190.000 275.000
134
JAARREKENING 2012
Onderhoud wegen € 180.000 V Het overschot is met name ontstaan doordat een werk niet op tijd door de aannemer gerealiseerd kan worden. Het betreft een gecombineerd werk in Altena ( riolering en wegenonderhoud). Beheer GBI € 13.000 V De kosten voor de uitvoering van de grondroerdersregeling vallen mee. Het budget maakt onderdeel uit van de kosten die gemaakt worden in het kader van het beheer van de BOR. Derhalve is het budget voor 2013 bijgesteld. Kosten openbare verlichting € 153.000 V Het overschot is te verklaren door de opzegging van het contract met Ziut per 1-1-2012. Expoitatiebudget wordt niet meer 1 op 1 doorgesluisd, maar bijvoorbeeld. remplace (vervangen lampen) wordt aanbesteed. Na de gezamenlijke aanbesteding van het beheer en onderhoud van de openbare verlichting per juli 2013 zal duidelijk worden wat de extra kosten per jaar zullen zijn. De raming voor 2013 kan dan worden bijgesteld. Verkeer en vervoer algemeen € 11.000 V In 2012 is gestart met de voorbereidingen van de evaluatie van het GVVP. Begin 2013 wordt de evaluatie uitgevoerd en vervolgens mogelijk geactualiseerd. Kosten waterbeheersing € 77.000 V Een onderschrijding van € 41.000 is het gevolg van het niet uitgeven van al het geld dat gereserveerd was voor de groenblauwe buffer Peizermade. Overschot schouwsloten ad € 36.000 is veroorzaakt door gunstige aanbesteding en het wegvallen (laatste jaar) van het areaal in de waterberging. Parken en plantsoenen € 69.000 V Op levering derden is meer werk uitgevoerd, vanwege geraamde meevallers in stortkosten als gevolg van betere verwerkingstarieven en een administratieve verbeterslag. Conform BOR systematiek zijn er andere uitgaven gedaan, o.a. aansluiten bij Nationale Databank Flora en Fauna (€ 8.000). Er is bij de stortkosten altijd sprake van een overloop, omdat de afvoer van blad in december en januari plaatsvindt en de facturen later binnenkomen. Deze overloop valt dit jaar door personele en weersomstandigheden extra hoog uit. Bosbeheerplan € 17.000 N In de najaarsnota is aanvullend € 25.000 houtopbrengsten geraamd. De post levering derden is niet evenredig opgehoogd. Daar zijn echter welk de uitgaven op geboekt voor de extra werkzaamheden. Begrafenisrechten € 35.000 N Tijdens de najaarsnota 2012 is de begroting voor de baten begrafenisrechten al met € 50.000 naar beneden bijgesteld, vergelijkbaar met voorgaande jaren. Achteraf gezien is de bijstelling onvoldoende geweest. De afgelopen jaren zien we een dalende trend qua begrafenisrechten, met uitzondering van vorig jaar toen in het 4e kwartaal een onverwachte verdubbeling optrad in de cijfers. Dit laatste is de reden waarom we gewacht hebben met een structurele aanpassing van de begroting. Prognoses blijven moeilijk te geven omdat er enerzijds sprake is van een dalende trend (landelijk) in begraven en toename voor crematie. Anderzijds kopen mensen soms al jaren vooruit een grafrecht, dat dus los staat van het daadwerkelijke overlijden van die persoon. En soms worden er voor meerdere familieleden tegelijk aangekocht. De cijfers fluctueren daardoor per jaar.
135
JAARREKENING 2012
Programma Economische Ontwikkeling Realisatie
X € 1.000
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
1.062
4.042
2.980 V
Baten
-797
-3.691
2.894 N
Resultaat voor bestemming
265
351
86 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
0 265
-100 251
100 N 14 N
Het bruto verschil tussen en lasten en baten wordt veroorzaakt door niet gerealiseerde investeringen en verkopen op diverse grondcomplexen. Toelichting Het netto verschil op dit programma heeft betrekking op de urentoerekening voor industrieterreinen in voorbereiding. Programma Onderwijs Realisatie
X € 1.000
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
17.240
15.493
1.747 N
Baten
-13.202
-11.622
1.580 V
Resultaat voor bestemming
4.038
3.871
167 N
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
0 4.038
0 3.871
0V 167 N
De voordelen zijn ten opzichte van de ramingen in de begroting. Uit het meerjarenperspectief was al aangegeven dat het resultaat uiteindelijk negatief zou zijn en ten laste van de reserve OPON zou komen. Uiteindelijk is de negatieve exploitatie OPON 2012 minder negatief geworden. Toelichting Voordelig: Overschrijding kosten administratie, bestuur en beheer Rentebijschrijving voorziening openbaar onderwijs Huisvesting DNC Gymnastieklokalen Toegerekende eigen uren Overige kleinere afwijkingen
€
51.000
“ “ “ “ “ €
40.000 14.000 63.000 47.000 12.000 227.000
Af: nadelig: 136
JAARREKENING 2012
Huisvesting openbaar onderwijs Overschrijdingsregeling bijzonder onderwijs Kosten vervoer gymnastiekonderwijs Overschrijding onderhoudsnorm openbaar speciaal onderwijs Extra afschrijving voormalig schoolgebouw Nadelig resultaat
“
31.000
“
41.000
“
22.000
“
50.000
“ €
250.000 167.000
Overschrijding kosten administratie, bestuur en beheer (ABB) € 51.000 V De kosten ABB vallen lager uit omdat het oorspronkelijk begroot bedrag wegens bovenformatieve loonkosten verkeerd was geraamd. Rentebijschrijving voorziening openbaar onderwijs € 40.000 V In de begroting 2012 is uitgegaan van een hogere belegde reserve waarover rente moet worden toegevoegd. Huisvesting Dr Nassau College (DNC) Norg € 14.000 V Betreft de huurvergoeding door DNC wegens gebruik voormalig dorpshuis. Gymnastieklokalen € 63.000 V Omdat de raad het gebouwen beheerplan eind 2012 heeft vastgesteld hebben we niet alle geplande onderhoudswerkzaamheden kunnen uitvoeren in 2012. De geplande werkzaamheden hebben we doorgeschoven naar 2013 en 2014, omdat het gebouwen beheerplan ‘loopt’ tot en met 2013. Ook hebben we meer inkomsten uit verhuur dan begroot vanwege een verhoging van de tarieven met meer dan de gebruikelijke indexering. Huisvesting openbaar onderwijs € 31.000 N De schade aan schoolgebouwen voor openbaar basisonderwijs bedroeg over 2012 € 10.000. De schade aan gebouwen is niet vooraf in een begroting te ramen. De kosten komen op grond van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs voor rekening van de gemeente. Verder zijn de kosten van belastingen en verzekeringen toegenomen. Overschrijdingsregeling bijzonder onderwijs € 41.000 N In 2012 is een 5-jaarlijkse afrekening 1996-2000 vastgesteld en heeft geleid tot extra kosten voor inhuur van personeel van € 13.000. De overschrijdingsregeling heeft over die periode geleid tot een doorbetaling aan het bijzonder onderwijs van € 112.000. Over deze jaren is hiervoor een bedrag van € 99.000 gereserveerd, zodat per saldo € 13.000 ten laste van de exploitatie is gebracht. Voor de doorbetaling van de overschrijding van de kosten van openbaar onderwijs aan de schoolbesturen van bijzondere scholen wordt jaarlijks een bedrag gereserveerd. In 2012 bedraagt de stortingen bedrag van € 30.000. Deze reservering is € 15.000 hoger dan de raming in de begroting. Kosten vervoer gymnastiekonderwijs € 22.000 N De kosten voor het vervoer van leerlingen van school naar gymnastiekonderwijs valt al enige jaren hoger uit dan geraamd. Dit komt doordat er meer beroep wordt gedaan op gymnastiekvervoer.
137
JAARREKENING 2012
Overschrijding onderhoudsnorm openbaar speciaal onderwijs € 50.000 N De installatie van ’t Hoge Holt moest drastisch aangepast worden omdat de besmettingen niet met kleine ingrepen te stoppen waren. In 2012 werd wederom enige besmetting (niet gevaarlijke soort) aangetroffen. Een onderzoek door een onafhankelijk adviesbureau leerde dat het gebouw en de installatie nog steeds legionella gevoelig was en verbeteringen noodzakelijk waren. Onder regie van dit bureau zijn verbeteringen ( leidingen verleggen, radiatoren verplaatsen, vervangen leidingen, automatische spoelingen) aangebracht. Ook is de gehele installatie een paar maal gedesinfecteerd. Eind 2012 was de situatie stabiel. Extra afschrijving voormalig schoolgebouw € 250.000 N Gemeentelijk vastgoed dient gewaardeerd te worden op basis van de verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs. Bij wijziging van de bestemming dient de waardering plaats te vinden op basis van de actuele waarde van de nieuwe bestemming. Onlangs is een inventarisatie uitgevoerd op het vastgoed van onze gemeente. De Mr. De Vriesschool in Nieuw-Roden is vervangen door nieuwbouw. Het schoolgebouw heeft hierdoor geen bestemming meer voor het onderwijs. Op grond hiervan is de boekwaarde geactualiseerd. Dit heeft geleid tot een afwaardering van € 250.000. Programma Sport X € 1.000
Realisatie
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
2.658
3.000
342 V
Baten
-770
-897
127 N
Resultaat voor bestemming
1.888
2.103
215 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
-230 1.658
-217 1.886
13 V 228 V
Toelichting Voordelig: Combifunctionarissen De Hullen Uitgaven sportstimulering Kapitaallasten Toegerekende eigen uren Overige kleinere afwijkingen Voordelig resultaat
€ “ “ “ “ “ €
139.000 40.000 28.000 12.000 9.000 228.000
Combifunctionarissen € 139.000 V Sinds 2010 krijgen we een subsidie van het rijk voor combinatiefunctionarissen. Met de werkgevers van de combinatiefunctionarissen hebben we (subsidie) afspraken gemaakt tot 1 september 2013. Het college heeft besloten de mogelijkheden te onderzoeken om de combinatiefunctionarissen te behouden na 1 september.
138
JAARREKENING 2012
De Hullen € 40.000 V Het voordeel op de exploitatie van de Hullen wordt voornamelijk verklaard door de verminderde inzet van flexibel personeel. In het kader van de bezuinigingstaakstelling zijn de openingstijden van de Hullen aangepast wat de vermindering verklaart. Zo is op de volgende posten een klein voordeel behaald. Personeel van derden zwembadpersoneel1 € 10.000 Personeel van derden kantine € 11.000 Personeel van derden schoonmaak sporthallen € 10.000 Uitgaven sportstimulering € 28.000 V Sinds 2009 krijgen we geld van de provincie voor uitvoering van een Sociale Agenda. Een van de onderdelen is een budget voor sportstimulering. Formeel is de agenda geëindigd op 31 december 2012, maar in 2013 mogen we lopende projecten afronden. Programma Cultuur x € 1.000 Lasten
1.638
Begroting na wijziging 1.728
Baten
-118
-93
25 V
Resultaat voor bestemming
1.520
1.635
115 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
42 1.562
-9 1.626
51 N 64 V
Toelichting Voordelig: Uitgaven t.b.v. Unesco voordracht Mij. van Weldadigheid Opstellen cultuurhistorische waardekaart Culturele alliantie Toegerekende eigen uren Overige kleinere afwijkingen Af: nadelig: Onderhoud molen Roderwolde Huisvesting ICO Voordelig resultaat
Realisatie
€
50.000
“ “ “ “ €
15.000 18.000 34.000 18.000 135.000
“ “ €
55.000 16.000 64.000
Verschil 90 V
Uitgaven t.b.v. Unesco voordracht Mij. van Weldadigheid € 50.000 V De uitgaven ten behoeve van dit proces worden op jaarbasis achteraf (te beginnen in 2013) bij de gemeente in rekening gebracht. De laatste termijn zal derhalve in 2018 (uitgaande van een succesvolle voordracht) worden gedeclareerd. Daarna kan dit budget worden afgesloten. Opstellen cultuurhistorische waardekaart € 15.000 V Eind 2012 is het vervaardigen van de cultuurhistorische beleidskaart gegund aan een extern bureau en is een eerste start gemaakt met de uitvoering. De oplevering staat gepland voor het najaar van 2013.
139
JAARREKENING 2012
Culturele alliantie € 18.000 V Vanaf 2009 hebben provincie en gemeente afspraken over gezamenlijke culturele ambities vastgelegd in culturele allianties. De culturele alliantie van 2011-2012 was de laatste alliantie. In 2013 moeten wij verantwoording afleggen over de besteding van de provinciale middelen. Het college heeft ingestemd met het voorstel om het restant te gebruiken als dekking voor de eenmalige bijdrage aan het filmhuis De W insinghhof. De provincie is hiermee akkoord gegaan. Onderhoud molen Roderwolde € 55.000 N De overschrijding wordt grotendeels veroorzaakt door een calamiteit met het spoorwiel. Van dit raderwerk zijn alle kammen stuk gegaan en vervangen.
Huisvesting ICO € 16.000 N De meerkosten op energie van het ICO-gebouw heeft te maken met de maandelijkse voorschotnota van NUON die te hoog (gebaseerd op geschat verbruik door NUON) is vastgesteld voor deze locatie en tussentijds niet bijgesteld kan worden. Hier volgt nog een correctie op als er op basis van meterstanden wordt afgerekend. Programma Recreatie en Toerisme x € 1.000
Realisatie
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
404
648
244 V
Baten
-53
-208
155 N
Resultaat voor bestemming
351
440
89 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
-61 290
-144 296
83 N 6V
Als gevolg van het BBV moeten investeringen die onttrokken worden aan reserves ten laste van een programma worden begroot. Indien deze investeringen niet geheel dan wel gedeeltelijk zijn uitgevoerd is de onttrekking aan een reserve evenredig lager. Het betreft de volgende kredieten: -ruiter- en wandelpaden i.k.v. herinrichting Roden-Norg -bijdrage Ontwikkelingsbureau Veenhuizen -bijdrage landschapsontwikkelingsplan Veenhuizen Het verschil tussen het geraamde en werkelijke resultaat na bestemming geeft geen aanleiding tot een nadere toelichting. Programma Werk en Inkomen x € 1.000
Realisatie
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
13.758
13.362
396 N
Baten
-10.686
-9.927
759 V
3.072
3.435
363 V
Resultaat voor bestemming Toevoeging/onttrekking aan reser-
140
JAARREKENING 2012
ves Resultaat na bestemming
0 3.072
0 3.435
0 363 V
De bruto verschillen in de baten en lasten zijn het gevolg van de hogere werkelijke uitkeringsverstrekkingen en de toename van de rijksbijdragen ten opzicht van de begroting. Toelichting Voordelig: WWB-inkomensdeel – 10% regeling 2011 Bijzondere bijstand Bijdrage Alescon Toegerekende eigen uren Overige kleinere afwijkingen Af nadelig: Apparaatskosten ISD WWB-inkomensdeel Exploitatiebijdrage Novatec Minimabeleid Voordelig resultaat
€ “ “ “ “ €
619.000 44.000 25.000 31.000 9.000 728.000
€ “ “ “ €
95.000 168.000 79.000 23.000 363.000
WWB-inkomensdeel – 10% regeling 2011 € 619.000 V Deze regeling voorziet in het beperken van het financiële risico voor gemeenten als gevolg van hogere uitgaven voor bijstandsuitkeringen dan de Rijksbijdrage daarvoor. Tot 10% budgetoverschrijding is voor rekening van de gemeente. Het deel daarboven wordt gecompenseerd. Op basis van de huidige informatie gaat het hier om een bedrag van € 619.000. Bijzondere bijstand € 44.000 V De raming voor bijzondere bijstand 2012 is ten opzichte van de raming 2011 fors bijgesteld in die zin dat meer uitgaven werden verwacht. De werkelijke cijfers geven aan dat er weliswaar een toename is van de uitgaven maar niet het geraamde niveau hebben behaald. Bijdrage Alescon € 25.000 V In 2011 is een nog te betalen post opgenomen die achteraf niet noodzakelijk bleek. Dit verklaart waarom we in 2012 een voordeel op dit budget hebben. Apparaatskosten ISD € 95.000 N De druk op de uitvoering als gevolg van continue veranderende wet- en regelgeving en de aanhoudende groei van het aantal cliënten laat op dit moment geen ruimte, ondanks de efficiencyinspanningen die de ISD doorvoert in haar organisatie, voor besparingen op de uitvoeringskosten zoals deze in de gemeentelijke begroting zijn opgenomen. De gevolgen voor de ombuiging zullen in de voorjaarsnota 2013 structureel worden verwerkt. Daarnaast valt de teruggave btw via het BCF (BTW Compensatie Fonds) met € 35.000 tegen. Dit is een eenmalige tegenvaller in 2012. WWB-inkomensdeel € 168.000 N De ISD is bij het opstellen van haar begroting 2012 uitgegaan van een stabilisatie van het aantal cliënten. Aangezien de economische situatie in 2012 niet verbeterde is dit niet uitgekomen en is het aantal klanten verder gestegen. Verder is de gezinstoets, die het aantal uitkeringen zou doen verminderen, na de val van het kabinet in het Lenteakkoord teruggedraaid. 141
JAARREKENING 2012
Het tekort van Noordenveld in 2012 op het budget Inkomen is groter dan 10% van dat budget. Dit betekent dat wij in 2013 een beroep zullen doen op de IAU (incidenteel aanvullende uitkering). Bij een toekenning worden de kosten die boven de 10% overschrijding liggen gecompenseerd. Exploitatiebijdrage Novatec € 79.000 N Ten tijde van de voorjaarsnota was er nog sprake van een rijkssubsidie voor de herstructureringskosten van de sw-sector. Na de val van het kabinet is deze subsidie geschrapt. Desondanks wordt de herstructurering van Novatec voortgezet. Ook gebeurt dit in een hoger tempo dan oorspronkelijk gepland. Dit betekent dat de exploitatiebijdrage in 2012 fors hoger is uitgevallen dan begroot. In de vooren najaarsnota zijn daarom maatregelen genomen. In de najaarsnota hebben wij aangegeven dat het exploitatietekort nog verder kan oplopen. Als gevolg van verder tegenvallende omzetten en het afstoten van de deelneming Alreno Bouw BV, is dat ook gebeurd. Minimabeleid € 23.000 N Het minimabeleid is een open eind regeling. Er zijn voor deze vergoeding meer aanvragen ingediend dan voorgaande jaren. Daarnaast stijgen de kosten voor het Jeugdsportfonds omdat daar ook steeds meer gebruik van wordt gemaakt. Die kosten vallen ook onder het minimabeleid.
Programma Zorg en Welzijn Realisatie
x € 1.000
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
11.081
11.704
623 V
Baten
-2.253
-2.384
131 N
Resultaat voor bestemming
8.828
9.320
492 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
141 8.969
-434 8.886
575 N 83 N
Toelichting Nadelig: Provinciale bijdrage multifunctionele accommodaties Voor- en vroegschoolse educatie Subsidies WMO Preventieve maatregelen legionella-onderzoek Centrum voor Jeugd en Gezin Toegerekende eigen uren Overige kleine afwijkingen Af: voordelig: Exploitatielasten De Brinkhof Groot onderhoud multifunctionele accommodaties Participatiebudget Nadelig resultaat
€ “ “
30.000 10.000 16.000
“ “ “ “ €
49.000 84.000 21.000 27.000 237.000
“
78.000
“ “ €
55.000 21.000 83.000
142
JAARREKENING 2012
Provinciale bijdrage multifunctionele accommodaties € 30.000 N Sinds 2009 krijgen we geld van de provincie voor uitvoering van een Sociale Agenda. Een van de onderdelen is een budget voor multifunctionele accommodaties MFA's) en dagarrangementen. Formeel is de agenda geëindigd op 31 december 2012, maar in 2013 mogen we lopende projecten afronden. Geld dat overblijft, moeten we terugbetalen aan de provincie eind 2013. Voor- en vroegschoolse educatie € 10.000 N Bij de rekening 2011 is per abuis de subsidieontvangst van de provincie niet overgeheveld naar 2012. Dit leverde in 2011 een eenmalige voordeel op, terwijl de kosten hiervoor in 2012 zijn gemaakt. Subsidies WMO € 16.000 N Hierop zijn kosten verantwoord die nog betrekking hebben op 2011. Bij de jaarrekening over dat jaar is daarmee geen rekening gehouden. Preventieve maatregelen legionella-onderzoek € 49.000 N De installatie van ’t Hoge Holt moest drastisch aangepast worden omdat de besmettingen niet met kleine ingrepen te stoppen waren. Vanaf de nieuwbouw zijn er van tijd tot tijd besmettingen opgetreden. Een onderzoek door een onafhankelijk adviesbureau leerde dat het gebouw en de installatie nog steeds legionella gevoelig was en verbeteringen noodzakelijk waren. Onder regie van dit bureau zijn verbeteringen ( leidingen verleggen, radiatoren verplaatsen, vervangen leidingen, automatische spoelingen) aangebracht. Ook is de gehele installatie een paar maal gedesinfecteerd. Eind 2012 was de situatie stabiel. Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) € 84.000 N Bij de najaarsnota 2012 is aangegeven dat een deel van het eenmalige budget CJG kon worden verlaagd. Dit bedrag is bij de najaarsnota ten gunste van het begrotingsresultaat gebracht. Dit had echter de algemene reserve moeten zijn. Bij de jaarrekening is de juiste dekking opgenomen. Exploitatielasten De Brinkhof € 78.000 V Het voordeel op de exploitatie van de Brinkhof wordt verklaard door een drietal factoren. In de eerste plaats is één fte vaste formatie vrijgekomen omdat de desbetreffende medewerker ander werk vond. Deze fte is flexibel ingevuld. Voordeel € 17.000. De doorberekening van de overheadkosten is met € 20.000 verminderd. Dit heeft deels ook te maken met de doorberekenende uren van de bedrijfsleiding. Door ziekte/afwezigheid zijn deze verminderd. Tot slot is er overall strak gewerkt binnen de begroting. Zo laten de verhuurinkomsten en de kantine een plus zien en is er voordeel behaald op allerlei kleine zaken zoals de inhuur van Novatec, energiekosten etc. Groot onderhoud multifunctionele accommodaties € 55.000 V Het onderhoud aan de Boskamp is niet uitgevoerd i.v.m. plannen voor sloop van het gebouw. (€12.000). Het onderhoud aan het gebouw de Essen is eveneens uitgesteld (€ 26.000). Dit i.v.m. met plannen om het voorste gedeelte van het gebouw anders in te richten met een veranderde functie van dat gedeelte. De onderschrijding betreft uitgesteld onderhoud. In 2013 wordt het Koetshuis in één keer aangepakt. (verlichting, apparatuur en de inbraakinstallatie) Participatiebudget € 21.000 V De regel is dat de uitgaven voor participatie gelijk zijn aan de rijkssubsidie daarvoor. De werkelijke uitgaven voor o.a. ROA, taalcoaches en het project Cordis waren iets hoger dan de ontvangen rijksbijdrage, maar lager dan de geraamde kosten. Hierdoor is een voordeel ontstaan op dit budget.
143
JAARREKENING 2012
Programma Milieubeheer x € 1.000
Realisatie
Begroting na wijziging
Verschil
Lasten
6.666
6.888
222 V
Baten
-7.269
-7.342
73 N
Resultaat voor bestemming
-603
-454
149 V
Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
282 -321
282 -172
0V 149 V
Toelichting Voordelig: Bodemsanering Toegerekende eigen uren Overige kleinere afwijkingen Voordelig resultaat
“ “ “ €
16.000 120.000 13.000 149.000
Bodemsanering € 16.000 V Op basis van het ‘Meerjarenprogramma bodemsanering 2010 t/m 2014 van de provincie is een inschatting gemaakt van de kosten voor dit jaar. Deze blijken echter lager uit te vallen. Programma Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting Realisatie Begroting na x € 1.000 wijziging Lasten 10.832 9.729 Baten Resultaat voor bestemming Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
Verschil 1.103 N
-6.808
-4.586
2.222 V
4.024
5.143
1.119 V
-2.207 1.817
-3.591 1.552
1.384 N 265 N
Als gevolg van het BBV moeten investeringen die onttrokken worden aan reserves ten laste van een programma worden begroot. Indien deze investeringen gedeeltelijk zijn uitgevoerd is de onttrekking aan een reserve evenredig lager. Het betreft hier onder meer de kosten van: - aftoppingsbijdragen voor sociale woningbouw met betrekking tot diverse woningbouwprojecten; Verder hebben de bruto verschillen tussen begroting en rekening betrekking op grondexploitaties. Toelichting Nadelig: Grondexploitaties Kosten bestemmingsplannen Bijzondere procedures WRO Leges bouwvergunningen Overige kleinere afwijkingen
€ “ “ “ “
370.000 15.000 10.000 30.000 6.000 144
JAARREKENING 2012
€
431.000
Af voordelig: Bouwvergunningen Huur gemeentewoningen en overige gebouwen Toegerekende eigen uren Nadelig resultaat
“
15.000
“ “ €
12.000 139.000 265.000
Grondexploitaties € 370.000 N Begroting Werkelijk resultaat Saldo
€ “ €
16.000 V 354.000 N 370.000 N
Het werkelijk resultaat van de grondexploitaties voor 2012 is als volgt: Nadelige resultaten exploitaties: - gronden regio (incl. uren) € 479.000 - voorbereidingskrediet Eskampen “ 12.000 - voorbereidingskrediet CPO-project “ 11.000 - woningbouwlokaties in voorbereiding “ 139.000 € 641.000 Af: voordelige resultaten afgesloten exploitaties: - Natuurvrienden “ -287.000 Totaal nadelig resultaat € 354.000 Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. Kosten bestemmingsplannen € 15.000 N In verband met de deadline van 1 juli 2013 wordt er momenteel hard gewerkt aan het actualiseren van verschillende plannen en het opstellen van beheersverordeningen. De kosten daarvan worden gedekt uit dit budget. Daarnaast is een deel van de kosten voor de afronding van de Planmer en het bestemmingsplan buitengebied betaald uit dit budget. De kosten van externe ondersteuning waren hoger dan voorzien. Bijzondere procedures WRO € 10.000 N Als gevolg van de economische crisis is het aantal vergunningen voor bijzondere procedure afgenomen waardoor het geraamde bedrag aan legesinkomsten niet is gehaald. Leges bouwvergunningen € 30.000 N Als gevolg van de economische crisis is het aantal omgevingsvergunningen tot bouw drastisch afgenomen waardoor het geraamde bedrag aan legesinkomsten niet is gehaald. Bouwvergunningen € 15.000 V Betreft een restant van het automatiseringskrediet WABO. Na het verleanen van het WABO-proces zal een fundamentele keuze volgen om het proces grondig te verbeteren of een andere back office applicatie aan te schaffen. Hiertoe zal dan t.z.t. een nieuw krediet worden gevraagd. Huur gemeentewoningen en overige gebouwen € 12.000 V De voormalige school in Roderwolde is verhuurd aan DLG te Groningen ten behoeve van directie waterberging. De huurovereenkomst is met een aantal maanden verlengd. Hiermee is in de begroting geen rekening gehouden.
145
JAARREKENING 2012
3.4.5 Algemene dekkingsmiddelen De Algemene Dekkingsmiddelen van de gemeente Noordenveld bestaan uit het saldo van de lokale heffingen, de algemene uitkeringen, bespaarde rente, het renteresultaat en het saldo van de kostenplaatsen (overhead). x € 1.000
Realisatie
Begroting na wijziging
Afwijkingen
Baten Onroerende zaakbelastingen Forensenbelasting Toeristenbelasting Hondenbelasting Totaal belastinginkomsten Algemene uitkering gemeentefonds: - algemene uitkering - wmo uitkering Saldo financieringsfunctie Dividend Saldo kostenplaatsen Totaal baten
4.623 212 191 79 5.105
4.663 203 190 77 5.133
40 9 1 2 28
N V V V N
25.159 3.269 1.865 183 11 35.592
25.106 3.268 2.529 185 0 36.221
53 1 664 2 11 629
V V N N V N
Lasten Saldo kostenplaatsen Diversen Resultaat voor bestemming Toevoeging/onttrekking aan reserves Resultaat na bestemming
0 8 35.584 -960 36.544
598 4 35.619 -492 36.111
598 V 4N 35 N 468 V 433 V
Belastingen De mindere opbrengst van de onroerende zaakbelastingen is veroorzaakt door een aantal factoren. De correcties door bezwaar (€12.650/165 objecten) en ambtshalve aanpassing (€13.900/61 objecten) van de waarde zijn hoger uitgevallen dan geraamd. Ten laste van 2012 zijn ook nog verminderingen over voorgaande jaren gebracht. Algemene uitkering gemeentefonds Na de najaarsnota 2012 hebben zich binnen de algemene uitkering nog enkele mutaties voorgedaan. Uit de decembercirculaire blijkt dat de uitkeringsfactor, als gevolg van de uitdeling van de verdeelreserves 2011 en 2012, 2 punten hoger uitkomt. Daarnaast is de algemene uitkering eenmalig verhoogd met € 19,2 miljoen in verband met de transitiekosten van de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s). In december zijn eveneens de aantal berekende eenheden op een aantal verdeelmaatstaven door actualisatie van gegevens aangepast. M.n. de eenheden op “abw schaalnadeel” en “bijstandsontvangers” zijn fors hoger uitgevallen. (Hiertegenover staan hogere uitkeringslasten welke zijn verantwoord op het programma Werk & Inkomen). Al deze maatregelen bij elkaar zorgen dat de algemene uitkering ten opzichte van de bij de najaarsnota bijgestelde raming € 390.000 hoger uitvalt. In de decembercirculaire is opgemerkt dat het accres 2012 als gevolg van onderuitputting (lagere uitgaven) bij het Rijk lager uitvallen dan in de septembercirculaire 2012 is gemeld. De definitieve uitkomst volgt bij de meicirculaire 2013. In verband hiermee is bij de jaarrekening 2012 rekening gehouden met een tegenvaller van € 180.000. Daarnaast is in de algemene uitkering een maatstaf opgenomen voor “nieuwbouwwoningen”. De maatstaf is opgenomen ten behoeve van het bestrijden van kosten voor munitieruiming. Gemeenten die in het verleden zijn geconfronteerd met uitgaven voor munitieruiming krijgen, bij voorschot, een
146
JAARREKENING 2012
bedrag uitgekeerd. Deze voorschotten zijn gebaseerd op een verwacht aantal te realiseren nieuwbouwwoningen welke, naar gegevens uit de BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen) substantieel lager uitvalt. Ook hierop is in de jaarrekening geanticipeerd door een terugbetaling op te nemen van € 160.000. Hiermee komt het uiteindelijke voordeel, ten opzichte van de raming, uit op € 50.000 voordeliger. Saldo financieringsfunctie Bij de najaarsnota is de verschuldigde rente over uitstaande korte geldleningen bijgesteld. Dit als gevolg van achterblijvende investeringen en een lagere rentevergoeding voor het aantrekken van kort geld. De bijstelling is enigszins te optimistisch geweest, waardoor de werkelijke kosten uiteindelijk € 119.000 zijn overschreden. De reserves en voorzieningen van de gemeente worden ingezet voor de financiering van activa. Aan een deel van de eigen financieringsmiddelen wordt rente toegerekend (€ 546.000). De doorberekening vindt plaats via “mutaties reserves”. Daarmee verloopt de mutatie budgettair neutraal. Dividend In 2012 zijn de volgende dividendopbrengsten verantwoord: begroting rekening Bank Nederlandse Gemeenten € 35.000 € 35.000 Enexis “ 150.000 “ 137.000 Publiek Belang “ 0 “ 0 CBL Vennootschap “ 0 “ 0 Attero/Essent Milieu “ 0 “ 6.000 Verkoop Vennootschap BV “ 0 “ 4.000 “ 100 Waterleidingmaatschappij Drenthe “ 200 € 185.000 € 182.100 Saldo kostenplaatsen Het resultaat van de kosten plaatsen is per saldo € 609.000 voordeliger ten op opzichte van de begroting. Dit voordeel heeft met name betrekking op de salariskosten. Deze kosten worden grotendeels op de kostenplaatsen verantwoord. Vanwege de bezuinigingen is er extra gelet op de personeelsuitgaven. Conform beleid is er zoveel mogelijk getracht om in huis vervanging te regelen voor vrijkomende vacatures. Hierbij gaat zowel om de vacatures die vrijgekomen zijn naar aanleiding van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd als vacatures in verband met vertrek van medewerkers. Het totaalbedrag in verband met vervallen formatie bedraagt. € 290.000. Een andere bezuiniging betreft de budgetten die in 2012 beschikbaar waren voor vervanging van personeel, zoals het vervangingsbudget. Door anders om te gaan met het werk en door interne vervanging is hier ook een bedrag van € 215.000 bezuinigd. Tot slot is vanwege allerlei incidentele gebeurtenissen zoals opname ouderschapsverlof, onbetaald verlof en tijdelijke detachering van gemeente personeel een bedrag van € 55.000 incidenteel bezuinigd. Naast het voordeel op de salariskosten heeft tevens een bezuiniging plaatsgevonden op de overige overheadkosten. De besparing op deze kosten bedraagt totaal € 49.000.
147
JAARREKENING 2012
3.4.6 Incidentele baten en lasten Conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is in de programmarekening een overzicht opgenomen van de incidentele baten en lasten per programma. Hiermee wordt beoogd duidelijkheid te geven omtrent de aard van de baten en lasten. Door het overzicht incidentele baten en lasten wordt informatie gegeven die relevant is voor het beoordelen van de financiële positie. Het verschil tussen incidenteel en structureel is niet altijd even scherp te trekken. Structurele lasten en baten worden in beginsel jaarlijks gemaakt. Tot het begrip incidenteel worden die lasten en baten gerekend die zich maximaal drie jaar voordoen. Het is daarbij van belang dat het gaat om ‘eenmalige zaken’. Bij het vermelden van de achteraf geconstateerde, incidentele basten en lasten zijn het vooral de uitschieters die er toe doen. In het hiernavolgende overzicht zijn dan ook alleen de majeure incidentele baten en lasten opgenomen. Als ondergrens is een bedrag van € 50.000 gehanteerd. Ook toevoegingen en onttrekkingen aan reserves worden, voor zover ze niet een structureel karakter hebben (zie daarvoor onderdeel 3.4.7 Structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves), als een incidentele baat of last aangemerkt. Het BBV schrijft voor dat de lasten en baten per programma worden gepresenteerd. Voor zover de verschillen tussen de begroting en rekening invloed hebben op het rekeningresultaat wordt voor een nadere uitleg verwezen naar het onderdeel 3.4.4 Toelichting rekening per programma. Incidentele lasten
Realisatie (x € 1.000)
Programma Burger en Bestuur Kosten bestuurlijke vernieuwing en verbetering bedrijfsvoering Programma Zorg & Welzijn Besteding WMO-gelden Storting in reserve WMO
91
88 378
Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting PlanMER buitengebied
Totaal incidentele lasten
57
614
148
JAARREKENING 2012
Incidentele baten
Realisatie (x € 1.000)
Programma Burger & Bestuur Verkoop onroerend goed
105
Programma Beheer Openbare Ruimte Bijdrage algemene reserve in Kolonie in Beeld Bijdrage algemene reserve in parkeerterrein Hullenweg/Schapendrift Bijdrage algemene reserve in GVVP 2010
745 155 110
Programma Werk & Inkomen Min Sozawe-10% regeling 2011
620
Programma Zorg & Welzijn Onttrekking reserve WMO i.v.m. besteding WMO-gelden Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Bijdrage volkshuisvestingsreserve in archeologisch onderzoek Esweg Norg Bijdrage volkshuisvestingsreserve in Brinkhofweide en Oosterveld Norg Bijdrage volkshuisvestingsreserve in herstructurering Norg Bijdrage volkshuisvestingsreserve in aftopping de Helte
Totaal incidentele baten
88
500 900 300 218
3.741
149
JAARREKENING 2012
3.4.7 Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves Conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is in de programmarekening een overzicht opgenomen van de geraamde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. In principe worden toevoegingen en onttrekkingen aangemerkt als incidentele baten en lasten. Hiervoor wordt verwezen naar onderdeel 3.4.6 Incidentele baten en lasten. Afwijkingen hierop zijn toevoegingen en onttrekkingen met een structureel karakter zoals bijvoorbeeld bestemmingsreserves die gevormd zijn voor de dekking van een investering met economisch nut of bestemmingsreserves waarvan de rente jaarlijks aan de exploitatie wordt toegevoegd. Structurele onttrekkingen aan reserves
Realisatie (x € 1.000)
Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Reserve Regiofonds
326
Algemene Dekkingsmiddelen Reserve BTW Compensatiefonds (BCF)
160
Reserve dekking kapitaallasten
464
Reserve onderhoud kapitaalgoederen
688
Totaal
1.638
Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Uit de reserve wordt gedurende 5 jaar (2012-2016) een bijdrage aan het Regiofonds bestreden. Algemene Dekkingsmiddelen Bijdrage reserve BCF Met ingang van 1 januari 2003 is het BTW-compensatiefonds ingesteld. De reserve dient voor de dekking van kapitaallasten van investeringen die voor 2003 zijn gepleegd. In deze kapitaallasten zit nog de niet terugvorderbare BTW verdisconteerd. De gemiddelde looptijd van deze investeringen bedroegen op 1 januari 2003 nog 10 jaar. In deze periode zal jaarlijks een deel van de reserve vrijvallen ten gunste van de exploitatie. Reserve dekking kapitaallasten De reserve is in 2004 ingesteld als gevolg van de invoering van het BBV. Mochten voorheen nog investeringen worden gedekt door onttrekkingen aan reserves, per 1 januari moeten investeringen bruto op de balans worden opgenomen. Slechts de kapitaallasten, voortvloeiend uit de investering, mogen worden gedekt door een reserve. Consequentie hiervan is dat kapitaallasten van investeringen gedurende de looptijd van een actief ten laste van de betreffende reserve wordt gebracht. Indien de Raad besluit een bestemmingsreserve aan te wijzen ter dekking van een investering wordt deze op begrotingsbasis in zijn geheel overgeboekt naar de reserve dekking kapitaallasten. Reserve onderhoud kapitaalgoederen De reserve is bestemd voor het onderhoud aan infrastructuur en gebouwen in de gemeente. Aan de reserve ligt een meerjaren onderhoudsplanning ten grondslag.
150
JAARREKENING 2012
In een notitie van de commissie BBV ‘verkrijging/vervaardiging en onderhoud van kapitaalgoederen’, verschenen in mei 2007, is door de commissie gewezen op het feit dat de kosten van (klein en groot) onderhoud, die als niet levensduurverlengend worden aangemerkt, niet mogen worden geactiveerd. Dat betekent concreet dat de jaarlijkse kredietvoteringen voor (groot) onderhoud aan wegen en dergelijke ten laste van de exploitatie komen. De reserve onderhoud kapitaalgoederen is met name gevormd om deze problematiek (mede) op te vangen. Structurele toevoegingen aan reserves
Realisatie (x € 1.000)
Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Dotatie reserve grondexploitatie
200
Algemene Dekkingsmiddelen Toevoeging rente aan reserves
402
Totaal
603
Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Bij de vaststelling van de begroting 2012 is besloten de reserve jaarlijks, ten laste van de exploitatie te doteren met € 200.000, teneinde de risicoreserve weer op peil te brengen. Algemene Dekkingsmiddelen Aan diverse reserves en voorzieningen wordt rente toegevoegd.
151
JAARREKENING 2012
3.4.8 Onvoorzien
In de primitieve begroting is in het programma ‘Algemene Dekkingsmiddelen en onvoorzien’ een post voor onvoorziene uitgaven opgenomen ad. € 85.000 De raming van deze post is gebaseerd op een bedrag van € 2,75 per inwoner. In het begrotingsjaar is het budget bij de najaarsnota 2012 geheel afgeraamd.
152
JAARREKENING 2012
3.4.9 Investeringen Door de gemeenteraad worden elk jaar kredieten beschikbaar gesteld voor investeringen in de bedrijfsvoering, infrastructuur, gebouwen etc. Er wordt een onderscheid gemaakt naar vervangings- en uitbreidingsinvesteringen. In voorgaande jaren werd kredietinformatie opgenomen bij de programma’s. De informatie beperkte zich veelal tot een puur cijfermatig overzicht van beschikbaar gestelde kredieten en de uitgaven in het dienstjaar. Met ingang van de jaarrekening 2012 is deze informatie in een apart onderdeel van de jaarrekening opgenomen, waarbij de cijfermatige informatie, voor zover van belang wordt ondersteund door toelichtende teksten. Hierna wordt per begrotingsprogramma een overzicht gegeven van de kredieten die in 2012 in omloop zijn geweest: 1 Programma Burger & Bestuur Uitgaven Investeringen (x € 1.000) Raming RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten 40 40 < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Vervanging ICT 100 98 2 structuur Overige kredieten < € 100.000 152 99 53 292 197 40 55
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Aanschaf module burgerlijke stand Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 42.000 Restant 42.000 De raming voor de module Burgerlijke Stand (onderdeel GBA) is achteraf gezien niet nodig gebleken, omdat de betreffende module wordt meegenomen met de invoering van de modules voor de mGBA. Voor de invoering mGBA krijgen wij geen aparte rekening, omdat dit door de leverancier als update wordt gezien van onze huidige proweb-versie. 2 Programma Integrale Veiligheid Uitgaven Investeringen (x € 1.000) Raming RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten < € 100.000 107 82 35 -10 Overloopkredieten voorgaande jaren: Nieuwbouw
153
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
JAARREKENING 2012
brandweerkazerne Roden Tankautospuit Norg Overige kredieten < € 100.000
1.265
338
250
243
94 1.716
43 706
927 7 45 1.007
6 3
Nieuwbouw brandweerkazerne Roden Kredietvotering 01-01-2010/ 08-09-2010 Krediet 1.300.000 Restant 927.000 N.a.v. de tegenvallende aanbesteding is nog nader overleg gepleegd over de te nemen maatregelen om het krediet toch te kunnen uitvoeren. Oplevering is voorzien rond de bouwvak 2013. Het restant zal in zijn geheel worden besteed. 3 Beheer Openbare Ruimte
Investeringen (x € 1.000) Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Herinrichting Donderseweg Reconstructie wegen Vervangen openbare verlichting Verv.vrachtwagen Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Herinrichting Asserstraat 30km-zones Peest/Steenbergen Reconstructie wegen Vervanging openbare verlichting Meeliftprojecten GVVP Inrichtingsplan Peize en waterberging Kolonie in Beeld Herinrichting Eenerstraat Overige maatregelen ikv GVVP Openbare parkeerterreinen Hullenweg en Schapendrift Norg
Raming
350 430
Uitgaven RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten
139
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
350 291
280 180
32
248 180
262
122
140
242
187
162 144
45 147
160 100
160 11
89
474 357
6 66
468 291
174
134
163
85
78
403
155
248
50
55
195
-3
50 20
40
275
117
154
-137
50
195 50 23
-3
275 -50
-87
JAARREKENING 2012
Overige kredieten < € 100.000
251 4.132
195 1.484
31 2.531
25 117
453
23
433
-3
Herinrichting Asserstraat, Norg Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 390.000 Restant 55.224 Door een voordelige aanbesteding resteert een bedrag van € 55.000. De BDU-subsidie moet nog worden afgerekend. Inrichting tot 30-km zones Peest/Steenbergen Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 281.725 Restant 117.188 In december 2012 heeft de aanbesteding plaats gehad van de resterende werkzaamheden. Vertraging in de uitvoering van dit krediet is o.a. ontstaan als gevolg van overleg met Dorpsbelangen en archeologisch onderzoek. Tevens zijn de werkzaamheden gecombineerd met een tweetal andere werken in één bestek (werk met werk) wat ook tot vertraging heeft geleid. Dit noopt tot het langer in stand houden van het krediet. Bijdrage in inrichtingsplan Peize/waterberging Votering 01-01-2009/ 01-01-2010 Krediet 695.000 Restant 468.172 Afsluiten nee Op basis van de bestuurlijke afspraken met de Bestuurscommissie Peize en de daaraan verbonden overheden is door de gemeente een financiële bijdrage toegezegd. Tot in 2013 worden door de BC Peize de nog resterende werkzaamheden uitgevoerd. Op basis van de aanbestedingen (en nog te realiseren aanbestedingen) zal het gehele toegezegde bedrag medio 2013 moeten worden betaald. Naar verwachting zal eind 2013 een eindafrekening worden opgesteld. Een en ander is reden het krediet door te schuiven naar 2013. Kolonie in Beeld Veenhuizen-Fietspad Rolpaal Kredietvotering 09-06-2008 01-01-2009 01-01-2010 Krediet 208.800 Restant 59.292 Kolonie in Beeld-Voorbereiding en toezicht (algemeen en coördinatie) Krediet 449.724 Restant 232.083 Afsluiten nee Tussen de vier deelnemende partijen is een samenwerkingsovereenkomst gesloten. De door partijen uit te voeren werkzaamheden worden eind 2012 definitief afgerond. Verwacht mag worden dat de gemeente als eindverantwoordelijke voor de eindafrekening naar de 2 subsidiegevers en de 3 deelnemende partijen in het najaar 2013 duidelijkheid kan geven over
155
JAARREKENING 2012
de definitieve financiële eindafrekening. Naar verwachting kan binnen het krediet worden gebleven. Dit noopt tot het langer in stand houden van het krediet Herinrichting Eenerstraat Norg Votering 01-01-2010 Krediet 675.000 Restant 40.132 Door een voordelige aanbesteding resteert een bedrag van € 40.000. Openbaar parkeerterrein Schapendrift en Hullenweg Kredietvotering 13-01-2010 Krediet 482.000 Restant 248.048 Het werk is nagenoeg volledig uitgevoerd. Er moeten nog nota’s betaald worden tot een bedrag van € 85.000. Het restant valt na afsluiting van het krediet vrij ten gunste van de algemene middelen. Meeliftprojecten GVVP 2011 Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 100.000 Restant 97.119 De aanbesteding van de werken in Roderveld II heeft plaats gehad in december 2012. Het gedeelte oversteek Raadhuisstraat te Peize is voorzien meegenomen te worden (werk met werk) bij de uitvoering van het krediet herstraten Zuivelplein en omgeving. De vertraging in uitvoering is onder meer veroorzaakt door voorafgaand overleg met wijk- en dorpsbelangenverenigingen. Reden om het krediet door te schuiven naar 2013. Overige maatregelen ikv gvvp 2010 Kredietvotering 01-01-2010 Krediet 275.000 Restant 77.905 Het nog resterend deel van het krediet zal worden ingezet voor de 30-km zones in Westervelde. Uitvoering daarvan is voorzien in 2013. Hierna kan tot afsluiting van het krediet worden overgegaan. Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Meeliftprojecten gvvp 2010 Fcl 7.72.88 Votering 01-01-2010 Krediet 100.000 Restant 21.960 Onlangs is de toezegging voor het verkrijgen van BDU-subsidie ontvangen. De werken zullen worden uitgevoerd in het gebied Roderveld II in combinatie met de Meeliftgelden GVVP 2011. 5 Programma Onderwijs Investeringen (x € 1.000) Raming
Uitgaven RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten
Beschikbaar gestelde kredieten in 2012:
156
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
JAARREKENING 2012
Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Bouw nieuwe school Nieuw Roden Overige kredieten < € 100.000
63
44
19
3.470
3.222
248
106 3.639
89 3.355
40 307
-23 -23
-17 -17
-17
Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Renovatie cbs Veenster Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 6.900 Restant 6.900 H et schoolbestuur van CBS Veenster moet nog met een eindafrekening komen. Verbetering binnenklimaat scholen Kredietvotering 09-12-2009 21-06-2010 Krediet 354.500 Restant 32.972 Nacalculatie heeft i.v.m. personele S ubsidietraject nog afronden.
omstandighedenvertrek
nog
niet
plaatsgevonden.
Uitbreiding Hoge Holt Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 531.000 Restant -11.275 De overschrijding wordt veroorzaakt door extra investeringen in de fundering en wijzigingen in CV-ruimte ten behoeve van de benodigde CV-capaciteit. Renovatie gymlokaal Veenhuizen Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 375.000 Restant -8.609 De overschrijding is het gevolg van extra aanpassingen met betrekking akoestiek en onvoorzienbare werkzaamheden aan water en CV-leidingen. Valbeveiliging obs de Flint Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 3.000 Restant -176 Het totaalkrediet “valbeveiliging gemeentelijke gebouwen” ad € 92.600 is verdeeld over 12 objecten. De overschrijding op het totale budget bedraagt € 7.800. Het budget was iets te scherp begroot 6 Programma Sport Investeringen (x € 1.000)
Raming
Uitgaven RealiOver-
157
Af-
Raming
Inkomsten Reali- Restant
Af-
JAARREKENING 2012
satie Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Overige kredieten < € 100.000
28
41 69
7 Programma Cultuur Investeringen (x € 1.000) Raming Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Overige kredieten < € 100.000
hevelen sluiten
24 24
satie
sluiten
28
37 37
28
4 4
Uitgaven RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten
8 8
9 9
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
7 7
Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Renovatie toren kerk Roden Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 7.140 Restant 5.132 Delen van het werk zijn gecombineerd met andere werkzaamheden uit 2010 en niet ten laste gebracht van dit krediet. Daardoor resteert een relatief groot bedrag. In 2011 was er ook groot onderhoud gepland voor de toren. Dus we hadden een groot onderhoud en een krediet nummer voor de toren. Nu bleek dat er ruimte was ontstaan in het groot onderhoud doordat de geplande wijzerplaatonderhoud al in 2010 was opgepakt. Hiervoor hebben we ook de houten ladders vervangen/ verbeterd wat genoemd was bij het onderhoud waar een krediet voor was aangevraagd. Renovatie toren kerk Norg Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 7.140 Restant 7.140 Gezien werkdruk en prioritering is de voorbereiding laat opgepakt. Werkzaamheden (voegen) zijn echter weersafhankelijk en kunnen niet bij (te) koud weer worden uitgevoerd. Uitvoering gepland na winter 2013. Renovatie duiventil Mensinge Kredietvotering 01-01-2011
158
JAARREKENING 2012
Krediet 1.500 Restant 1.433 Vanwege een lage prioritering heeft een benodigde inspectie in de duiventil niet plaatsgevonden. De eventuele benodigde werkzaamheden kunnen ook met het reguliere onderhoud worden meegenomen, omdat er maar een gering bedrag mee is gemoeid. 8 Programma Recreatie & Toerisme Uitgaven Investeringen (x € 1.000) Raming RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Overige kredieten < € 100.000 144 62 82 144 62 82
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Ruiter- en wandelpaden (ikv herinrichting Roden-Norg_ Kredietvotering 01-01-2008 Krediet 60.000 Restant 24.918 Het krediet betreft het restant van de op basis van de meerjarige afspraken tussen de gemeente en de Landinrichtingscommissie Roden-/Norg te verstrekken bijdrage in de uitvoering van kleinschalige toeristisch/recreatieve maatregelen in het landelijk gebied. Dit traject zal eind 2013 worden afgerond en dan ook worden afgerekend. Recreatiebeleidsnota Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 20.000 Restant 7.841 In april 2012 is gestart met de ontwikkeling van de Recreatiebeleidsnota. Vertraging is opgelopen door de tijd nodig voor de kaderstelling door de Raad. Naar verwachting kan de e Recreatiebeleidsnota 1 kwartaal 2013 worden vastgesteld. Een en ander is reden het krediet door te schuiven naar 2013. Bijdrage Ontwikkelingsbureau Veenhuizen Votering 29-06-2009 01-01-2011 Krediet 140.000 Restant 25.046 Ten behoeve van het in stand houden van het Ontwikkelingsbureau is tussen Rijk, provincie en gemeente afgesproken dat de gemeente voor de periode 1 oktober 2009 t/m 31 december 2012 voor een bedrag van € 60.000 per jaar bijdraagt in de exploitatie. In 2012 is geen krediet aangevraagd. De dit jaar (2012) gerealiseerde kosten zullen ten laste worden gebracht van het restkrediet van de voorgaande jaren. Voor de zomer 2013 zal een eindafrekening over deze periode worden opgesteld. Reden om het krediet door te schuiven naar 2013.
159
JAARREKENING 2012
Landschapsontwikkelingsplan Veenhuizen Kredietvotering 29-06-2009 Krediet 25.000 Restant 24.580 Door personele problemen kan het ontwerpplan pas begin 2013 worden afgerond. Zodra de daarbij behorende begroting gereed is, zal op basis daarvan de verwerving starten van de noodzakelijke externe bijdragen voor de uitvoering van dit plan. Het betreft een klein krediet dat als grote multiplier kan bijdragen aan investering in de openbare ruimte in dit potentieel Unesco-werelderfgoedgebied. Overheveling naar 2013 is gewenst 10 Programma Zorg & Welzijn Investeringen (x € 1.000) Raming Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Overige kredieten < € 100.000
18
35
17
18 36
22 57
4 21
11 Programma Milieu Investeringen (x € 1.000) Raming Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Vrijverval riolering Afkoppelen afvoerend oppervlak Drukriolering/IBA’s Vervanging minicontainers Papierinzamelvoertuig Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Afkoppelen afvoeren oppervlak riolering Waterbodems/ overstort Vervanging huisvuilwagen Vervanging
Uitgaven AfRaming RealiOversatie hevelen sluiten
Uitgaven AfRaming RealiOversatie hevelen sluiten
690
388
302
600 265
263 117
337 148
1.000 220
1.000 220
105
105
590
588
100
18
141
141
2 82
160
Inkomsten AfReali- Restant sluiten satie
Inkomsten AfReali- Restant sluiten satie
JAARREKENING 2012
papiercontainers
180
Riolering Bitseveld
325
108
217
Gemaal Nietap
178
181
-3
Gemaal Slotlaan
178
149
29
232 4.804
250 2.203
2.403
Overige kredieten < € 100.000
180
-18 198
Investeringen riolering 2011 – waterbodems/overstort Kredietvotering 01-01-2011 Krediet 100.000 Restant 81.918 Er moeten nog een aantal werkzaamheden verricht worden o.a. sloot uitbaggeren Albert Schweitzerplantsoen. Het werk word gecombineerd met een ander bestek. De bedoeling is om in het voorjaar het werk afgerond te hebben. Vervanging papiercontainers Kredietvotering 01-01-2009 Krediet 200.000 Restant 179.570 Het krediet wordt nog niet afsluiten omdat eerst een keus moet worden gemaakt voor het aan te schaffen afvalmanagementysteem voordat we overgaan tot de aanschaf van containers. De aanbesteding wordt voorzien medio mei 2013. Het college wordt hierin vooraf geadviseerd. Investeringen riolering 2010 – gemaal Slotlaan Kredietvotering 01-01-2010 Krediet 200.000 Restant 28.877 Is bijna afgerond, maar het project zit nog in de onderhoudstermijn. Investeringen riolering 2010 – Bitseveld Kredietvotering 01-01-2010 Krediet 1.000.000 Restant 217.104 Uitvoering werk conform Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Aanpassen brengstation i.k.v. inrichtingsvergunning Kredietvotering 27-06-2011 Krediet 56.000 Restant -10.770 Overschrijding is het gevolg van de aanschaf van een speciale asbest container. Een van de problemen was dat de inzameling van asbest niet helemaal voldeed aan de regels. De goedkoopste oplossing was de aanschaf van een speciale asbest container. 12 Programma Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting Uitgaven Investeringen (x € 1.000) Raming RealiOverAfRaming satie hevelen sluiten
161
Inkomsten Reali- Restant Afsatie sluiten
JAARREKENING 2012
Beschikbaar gestelde kredieten in 2012: Aftoppingsbijdrage de Helte Springboard Overige kredieten < € 100.000 Overloopkredieten voorgaande jaren: Packagedeal Actium Restauratie vm Scheepstraschool Overige kredieten < € 100.000
218 100
218 100
55
1.320
55
300
1.020
76 70 1.839
518
70 1.245
76
-29
-29
76
-29
-29
Packagedeal (Brinkhofweide/Hekakkerstraat/De Carre) Kredietvotering 23-02-2006 Krediet 1.400.000 Restant 1.020.000 Het krediet van € 1.020.000 betreft het restant van de packagedeal van maart 2010. Toen is besloten over een bredere inzet van de bijdrage die ten laste van de bestemmingsreserve volkshuisvesting in 2006 voor het project Brinkhofweide beschikbaar is gesteld aan Actium. Van de 3 projecten die Actium mede met behulp van deze bijdrage realiseert, is De Carré (Nieuw-Roden) inmiddels afgerond en uitbetaald. De rest van het krediet is beschikbaar ten behoeve van de herstructurering in Norg aan de Esweg, Hekakkerstraat e.o. en een appartementencomplex op de Brinkhofweide (Norg). De uitvoering vergt, mee door recente ontwikkelingen (on hold zetten door Actium van de Brinkhofweide) de nodige jaren hetgeen noopt tot het langer in stand houden van het krediet. Restauratie vm Scheepstraschool Kredietvotering 10-02-2010 Krediet 355.000 Restant 75.779 Mede door een voordelige aanbesteding resteert een bedrag van € 76.000. Toelichting overige kredieten voorgaande jaren < € 100.000 Opstellen structuurvisie Fcl 7.47.00 Votering 01-01-2011 Krediet 70.000 Restant 70.000 De startnotitie op basis waarvan wij en u keuzes kunnen maken is medio 2012 aan ons gepresenteerd. In verband met de ontwikkelingen rondom het IGS hebben wij in 2012 echter een pas op de plaats gemaakt met het laten opstellen van een of meerdere structuurvisie(s) tot er meer duidelijkheid was. Derhalve is het krediet niet besteed. Nu er duidelijkheid is omtrent de voortgang van het IGS wordt het Plan van Aanpak geactualiseerd. Vervolgens zal het Plan van Aanpak aan u worden voorgelegd. Het is de bedoeling om medio dit jaar te starten met het opstellen van een of meerdere structuurvisie(s). Het krediet dient dan ook doorgeschoven te worden naar 2013.
162
JAARREKENING 2012
3.4.10 Single-Information en Single-Audit Het ministerie van SZW verstrekt middelen voor specifieke doelen aan gemeenten. Dit zijn specifieke uitkeringen. Voor de verantwoording over deze uitkeringen geldt het principe van Single information, Single audit (SiSa). SiSa houdt in dat gemeenten over de besteding van specifieke uitkeringen aan SZW verantwoording afleggen via de reguliere jaarrekening (beperkte informatie en eenmalige informatieverstrekking) in plaats van afzonderlijke uitgebreide verantwoordingen per uitkering. Het houdt ook in dat de reguliere sobere accountantscontrole op de jaarrekening (single audit) volstaat in plaats van intensieve controles per specifieke uitkering. Vanaf het verantwoordingsjaar 2010 geldt dat openbare lichamen, die zijn ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr), de uitvoering van SZW uitkeringen via SiSa verantwoorden aan gemeenten. Deze verantwoording van openbare lichamen aan gemeenten wordt, onder meer in wet- en regelgeving, aangeduid als SiSa tussen medeoverheden. Dit betekent dat openbare lichamen uiterlijk 15 juli volgend op het verantwoordingsjaar via SiSa naar gemeenten verantwoorden. Hierdoor zijn openbare lichamen niet meer genoodzaakt om versneld en apart door de accountant gecertificeerd een separate verantwoording aan te leveren bij een gemeente. Dit zorgt voor minder bestuurlijke drukte en administratieve lasten. Deze regeling is voor onze gemeente van toepassing voor de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noorderkwartier en Werkvoorzieningschap Novatec. Verder geldt met ingang van de SiSa-verantwoording 2010 voor alle specifieke uitkeringen het baten- en lastenstelsel. Het kas-verplichtingenstelsel is niet langer van toepassing voor de verantwoording van specifieke uitkeringen. Hiermee wordt voorkomen dat extracomptabele administraties met afwijkende waarderingsregels en aanvullende controles bij medeoverheden nodig zijn ten behoeve van de aansluiting op de Rijksadministratie. De jaarstukken van de gemeente dienen uiterlijk 15 juli van het jaar volgend op het jaar waarover verantwoording moet worden afgelegd via het CBS te worden aangeleverd. In de hierna volgende bijlage is de SISA-verantwoordingsinformatie over het afgelopen verslagjaar opgenomen.
163
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer D9
Specifieke uitkering
Departement OCW
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2012 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa
Onderwijsachterstandenb Besteding (jaar T) aan voorzieningen voor eleid 2011-2014 (OAB) voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO) Gemeenten
I Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO)
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01
I&M
E3
€ 36.823 Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (inclusief bestrijding spoorweglawaai)
N D I C A T O R E N Besteding (jaar T) aan Opgebouwde reserve ultimo afspraken over voor- en (jaar T-1) vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van Deze indicator is bedoeld voor scholen, houders van de tussentijdse afstemming van kindcentra en peuterspeelzalen de juistheid en volledigheid van (conform artikel 167 WPO) de verantwoordingsinformatie.
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 02
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 03
€0 €0 Besteding (jaar T) ten laste van Overige bestedingen (jaar T) rijksmiddelen
Aard controle nvt Indicatornummer: D9 / 04
€0 Eindverantwoording Ja/Nee
Kosten ProRail (jaar T) als bedoeld in artikel 25 lid 4 van deze regeling ten laste van rijksmiddelen
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai Provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen (Wgr) Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E3 / 01
I&M
E27B
1 77705100 Hieronder per regel één Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de tussen medeoverheden verantwoordingsinformatie Provinciale beschikking en/of verordening Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 01
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 02
vvbd/20110091 201000066 201101479 201000067 45/RO/2009/014609 201101478 201101476 201101477 201000068 Het totaal aantal geïndiceerde Wet sociale inwoners per gemeente dat een werkvoorziening (Wsw) dienstbetrekking heeft of op de Gemeentedeel 2012 wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als Wet sociale bedoeld in artikel 2, eerste lid, werkvoorziening (Wsw) of artikel 7 van de wet te Gemeenten verantwoorden aanvaarden op 31 december hier alleen het gemeentelijk (jaar T); deel indien er in (jaar T) exclusief deel openbaar lichaam enkele of alle inwoners werkzaam zijn bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Wgr. Aard controle R
€ 31.712 € 50.000 € 40.066 € 134.651 € 271.880 € 18.278 € 7.719 €0 € 997 Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren;
1 2 3 4 5 6 7 8 9
SZW
G1C-1
Aard controle R Indicatornummer: E3 / 02
SZW
G1C-2
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1)
G2C-1
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 04
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 05
Ja Ja Ja Ja Ja Nee Nee Nee Nee
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 02
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 05
242,75 Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
6,95 Besteding (jaar T) IOAW
181,47 Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk)
13,71 Besteding (jaar T) IOAZ
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar exclusief geldstroom lichaam openbaar lichaam
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 01
€0
Aard controle R Indicatornummer: E3 / 05
€0 Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle R Indicatornummer: G1C-1 / 02
3,00 Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T1);
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1C-2 / 01
SZW
Aard controle R Indicatornummer: E27B / 03
€ 31.712 € 90.146 € 120.200 € 134.651 € 271.880 € 54.834 € 23.157 €0 € 997
inclusief deel openbaar lichaam
1 1699 (Noordenveld) Gebundelde uitkering op Besteding (jaar T) algemene grond van artikel 69 WWB bijstand Gemeentedeel 2012 exclusief geldstroom openbaar Gemeenten die uitvoering lichaam in (jaar T) geheel of I.1 Wet werk en bijstand (WWB) gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E3 / 04
Nee Toelichting afwijking
exclusief deel openbaar lichaam
Indicatornummer: G1C-1 / 01
11,00 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Aard controle R Indicatornummer: E3 / 03
€0 € 395 Besteding (jaar T) ten laste van Overige bestedingen (jaar T) provinciale middelen
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 02
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 03
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 04
€0
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 05
€0
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 06
€0
Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.5 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 07
G2C-2
€0 Gebundelde uitkering op Hieronder per regel één grond van artikel 69 WWB gemeente(code) uit (jaar T-1) Totaal 2011 (Gemeenten selecteren en in de kolommen ernaast de inclusief deel verantwoordingsinformatie voor gemeenschappelijke die gemeente invullen regelingen)
Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G2B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G2C-1)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 01
inclusief geldstroom openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 06
1 € 48.305 Besteding (jaar T-1) WIJ
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Gemeentedeel
G3C-2
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 02
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 03
€ 4.658.605 € 100.741 Baten (jaar T-1) IOAZ (exclusief Besteding (jaar T-1) Bbz 2004 Rijk) levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk I.4 Besluit bijstandverlening arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen (IOAZ) zelfstandigen) (Bbz 2004) Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 07
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 09
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
I.5 Wet investeren in jongeren (WIJ)
I.5 Wet investeren in jongeren (WIJ)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 12
€0 Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk),
€0 Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk),
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 03
€0 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk),
€0 €0 Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004,
exclusief geldstroom openbaar lichaam
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 07
€0 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 13
€ 5.723 Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob),
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 02
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 05
€ 9.376
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 08
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 11
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 04
€ 390.147 Baten (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 01
Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Totaal 2011
inclusief geldstroom openbaar lichaam
€ 1.900 Baten (jaar T-1) WWIK (exclusief Rijk)
exclusief geldstroom openbaar lichaam
Gemeenten die uitvoering in (jaar T) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
Baten (jaar T-1) IOAW (exclusief Rijk)
€ 8.588 Besteding (jaar T-1) WWIK
1 € 487.286 Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob),
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004
Besteding (jaar T-1) IOAW
€0 Baten (jaar T-1) WIJ (exclusief Rijk)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-2 / 10
G3C-1
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 09
€0 Baten (jaar T-1) algemene bijstand (exclusief Rijk)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
1 1699 (Noordenveld) Besteding (jaar T-1) IOAZ
SZW
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2C-1 / 08
€0 Besteding (jaar T-1) algemene bijstand
Besteding (jaar T) Bob, Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob), exclusief geldstroom openbaar exclusief geldstroom lichaam openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 06
€0
€0
€0
Baten (jaar T-1) Besteding (jaar T-1) aan kapitaalverstrekking (exclusief onderzoek als bedoeld in Bob) (exclusief Rijk) artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-1 / 08
€0 Besteding (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besteding (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Baten (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G3B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G3C-1)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3C-2 / 01
1 1699 (Noordenveld)
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 02
€ 81.289
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 03
€ 172.000
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 04
€ 8.158
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 05
€ 90.639
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 06
€ 54.059
Besteding (jaar T-1) Bob
Baten (jaar T-1) Bob (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T-1) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 07
SZW
G5C-1
Wet Participatiebudget (WPB) Gemeentedeel 2012
1€0 Besteding (jaar T) participatiebudget, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 08
€0 Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G3C-2 / 09
€0 Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s, exclusief geldstroom openbaar lichaam
Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten die uitvoering in (jaar T) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier alleen het gemeentelijke deel (jaar T).
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 01
€0 Het aantal door de gemeente in (jaar T) ingekochte trajecten basisvaardigheden.
Aard controle D1 Indicatornummer: G5C-1 / 06
G5C-2
Wet Participatiebudget (WPB) Totaal 2011 (Gemeenten inclusief deel gemeenschappelijke regelingen)
0 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 03
€0 €0 Het aantal door volwassen inwoners van de gemeente in (jaar T) behaalde NT2certificaten, dat niet meetelt bij de output-verdeelmaatstaven uit de verdeelsleutel van Onze Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel.
Besteding (jaar T) Regelluw Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing voor gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 04
€0
Aard controle R Indicatornummer: G5C-1 / 05
€0
Aard controle D1 Indicatornummer: G5C-1 / 07
0 Besteding (jaar T-1) participatiebudget
Waarvan besteding (jaar T-1) van educatie bij roc's
inclusief geldstroom openbaar lichaam
inclusief geldstroom openbaar lichaam
Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G5B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G5C-1)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5C-2 / 01
1 1699 (Noordenveld) Baten (jaar T-1) (niet-Rijk) participatiebudget inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 02
€ 1.243.156 Waarvan baten (jaar T-1) van educatie bij roc’s inclusief geldstroom openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 03
€ 148.796 Het aantal in (jaar T-1) gerealiseerde duurzame plaatsingen naar werk van inactieven Dit onderdeel behoeft alleen te worden ingevuld, indien een gemeente aanspraak wil maken op regelluwe bestedingsruimte in jaar T+1
Besteding (jaar T-1) Regelluw
Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing voor gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam
VWS
H10_2010
Brede doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin (BDU CJG)_Hernieuwde uitvraag 2008 tot en met 2011 Tijdelijke regeling CJG Gemeenten
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 06
Aard controle R Indicatornummer: G5C-2 / 07
1 € 18.150 Besteding 2008 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
€0 Besteding 2009 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
0 Besteding 2010 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
€0 Besteding 2011 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 01
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 02
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 03
€ 502.049
€ 494.638
€ 575.624
Is er ten minste één centrum voor jeugd en gezin in uw gemeente gerealiseerd in de periode 2008 tot en met 2011? Ja/Nee
Aard controle R Aard controle D1 Indicatornummer: H10_2010 / 04 Indicatornummer: H10_2010 / 05
€ 1.181.197
Ja
JAARREKENING 2012
3.4.12 Vaststellingsbesluit
De raad van de gemeente Noordenveld, Gelet op artikel 197 van de Gemeentewet waarin het college van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad verantwoording aflegt over het door hem gevoerde bestuur; Gelet op artikel 198 van de Gemeentewet waarin is bepaald dat de gemeenteraad de jaarrekening en het jaarverslag vaststelt; Besluit: De jaarrekening en het jaarverslag 2012 vast te stellen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Noordenveld op 5 juni 2013,
De griffier,
de voorzitter,
JAARREKENING 2012