jaarverslag 2007
sterk in mensenwerk
sterk in mensenwerk
Impuls is een moderne organisatie voor welzijn en kinderopvang. Zij verzorgt de opvang en ontwikkeling van kinderen en biedt diensten aan op het gebied van zorg, werk, scholing en vrije tijd. Impuls helpt mensen van jong tot oud, door te stimuleren, te ondersteunen en te bemiddelen. Impuls staat voor mensenwerk.
voorwoord
Welzijn is mensenwerk, meedoen aan de maatschappij. Werk dat zich meer en meer toespitst op re-integratie en zorg, zodat mensen (weer) actief worden in de maatschappij. In 2007 heeft Impuls veel nieuwe opdrachten op dit gebied binnengehaald. Onder meer in opdracht van de gemeente Amsterdam en van ministeries. Het aantal voorscholen is ook in 2007 verder gegroeid. Op dit moment bereidt Impuls bijna honderd groepen peuters voor op de basisschool, onder andere door ze te helpen met taalontwikkeling. Ook kinderopvang rond schooltijd is in 2007 explosief gegroeid door invoering van dagarrangementen. Daarmee heeft de ondersteuning die Impuls aan het onderwijs biedt, een grote vlucht genomen. Marktontwikkelingen vragen om voortdurende kwaliteitsverbetering en –bewaking. Daarom heeft Impuls zich in 2007 voorbereid op HKZ-certificering. Werken volgens de hoge standaarden van dit keurmerk vereist een efficiënte, klantgerichte organisatie. Impuls verwacht het HKZ-certificaat in 2008 te behalen. Zelfreflectie en analyse zijn belangrijke gereedschappen voor vernieuwing en verandering. 2007 stond dan ook in het teken van leren. Leren van jezelf en van anderen. Alleen zo is het mogelijk om meer uit mensen te halen. Dat is waar impuls voor staat: sterk mensenwerk.
Grada Blok Magda Heijtel Raad van Bestuur
jaarverslag 2007
4
jaarverslag 2007
5
inhoud
Voorwoord
5
Brede School
Kinderopvang
10
Ondersteuning
Hele Dagopvang
12
Maatschappelijke Dienstverlening
Buitenschoolse Opvang
14
29
32
Richting Werk In de buurt
Jongerenwerkplaatsen & kick off
Cultureel werk
18
Jeugd en Jongeren
22
Algemeen
Rond school Peuterspeelzalen, voorscholen en
26
opvoedingsondersteuning Dagarrangementen jaarverslag 2007
28 6
38
Financiën
40
Personeel
42
Ondernemingsraad
45
Raad van Toezicht
46
Klachtencommissie
48
jaarverslag 2007
7
kinderopvang Algemeen
Sinds de invoering van de Wet Kinderopvang in 2005, beweegt het bedrijfsonderdeel Kinderopvang steeds zelfstandiger naast de welzijnsonderdelen van Impuls. De wet hield een stevige verzakelijking van de markt in, waardoor Kinderopvang meer aandacht moest geven aan zaken als het veroveren van marktaandeel, de werving van personeel, enzovoort. De kinderopvangmarkt is dynamisch. Ontwikkelingen volgen elkaar snel op. Zo moet Impuls steeds nadrukkelijker in de slag met concurrenten. Niet alleen een slag om de klanten, ook om personeel, zoals bleek bij de invoering van de dagarrangementen op 1 september 2007. Om aan de groeiende vraag te kunnen voldoen, is er een brede mediacampagne gehouden voor nieuwe leidsters. Tegen de landelijke trend in, is de werving voor het belangrijkste deel geslaagd. Impuls heeft enkele tientallen nieuwe pedagogisch medewerkers kunnen aantrekken. Impuls is in Nieuw-West de grootste aanbieder van kinderopvang. Tegen deze jaarverslag 2007
achtergrond heeft Kinderopvang zich afgelopen jaar laten adviseren over de toekomst. Kan Impuls een zelfstandig bedrijf blijven, of is het verstandig om onderdak te zoeken bij een grotere, kapitaalkrachtigere aanbieder om zo verder te kunnen blijven groeien? Impuls wil graag zelfstandig blijven. Deze eigen analyse is bevestigd in het gevraagde advies. Wel zal Impuls in 2008 meer samenwerking met andere middelgrote kinderopvangorganisaties zoeken op bepaalde vlakken. Deze samenwerking zal zich vooral richten op innovatie en het verhogen van de kwaliteit.
Halverwege 2007 is de centrale oudercommissie aangevuld met ouders van de BSO. Deze commissie is samengesteld uit afgevaardigden uit de oudercommissies van de verschillende vestigingen. De twee productgroepen Hele Dagopvang (kinderen tot 4 jaar) en Buitenschoolse Opvang (4 tot 12 jaar) worden beide in deze commissie vertegenwoordigd. De commissie volgt ontwikkelingen en adviseert op een aantal gebieden. Dat Impuls een goede naam heeft, bleek ook uit het klanttevredenheidsonderzoek. Verreweg de meeste ouders waarderen de kinderopvang positief.
Het advies van het bureau was helder: Impuls kan zelfstandig blijven opereren en hoeft zich niet over te laten nemen om een goede toekomst te garanderen. Impuls heeft veel lokale kracht. Zoals een goede naam, goede contacten met de scholen en met ouders en heeft een sterke verbinding met andere, verwante taken als peuterspeelzaalwerk en opvoedingsondersteuning.
10
jaarverslag 2007
11
kinderopvang Hele dagopvang
De bezetting van de negen kinderdagverblijven van Impuls is het afgelopen jaar verbeterd. Dat betekent dat de trend van 2006 is doorbroken. Toen groeide wel het aantal klanten, maar het totaal aantal opvanguren nam af. De bezetting groeide in 2007 van 85,5 naar 90 procent. De groei is te danken aan een combinatie van factoren. Vooral de flexibele opvang, opvang buiten de vaste contracten tussen Impuls en de ouders, is sterk gegroeid.
Kindercentra Panden die naast een kinderdagverblijf ook een BSO of peuterspeelzaal huisvesten, zijn ‘kindercentra’ geworden. Dit om de ontwikkeling richting totaalaanbod voor kinderen duidelijk te laten worden. Kinderen kunnen op vestigingen niet alleen terecht voor opvang, maar ook nadrukkelijk om zich te ontwikkelen en te groeien. Zowel letterlijk als figuurlijk.
Voorschool op het dagverblijf Kinderdagverblijf de Groeivijver heeft afgelopen jaar meegedaan aan het project Kansen voor Kinderen. Dit project moet de jaarverslag 2007
Kaleidoscoopmethode, een methodiek voor voorscholen, geschikt maken voor gebruik op kinderdagverblijven.
dit tevredenheidsonderzoek blijkt verder dat de behoefte aan flexibele opvang en verlengde openstelling blijft toenemen.
De Groeivijver heeft de kinderen die tot de voorschooldoelgroep behoren, samengebracht in één groep. Deze groep wordt nu volgens de methode ‘opgevangen’. Samen met de partners Akros en Kindweb rapporteert Impuls aan de opdrachtgever, het ministerie van Sociale Zaken. Het plan is om in 2008 door te gaan met het werken volgens de methode.
In 2006 heeft Impuls een pedagogisch beleidsplan samengesteld. In dit plan zijn de uitgangspunten van de opvang omschreven. In het afgelopen jaar is dit vertaald in een werkplan, dat de inhoudelijke aanpak toespitst op de specifieke vestiging.
Kwaliteit De GGD, die toeziet op de kwaliteit van de kinderopvang, heeft alle kinderdagverblijven in één keer een voldoende gegeven. Uiteraard voldoen alle vestigingen aan de wettelijke regels, maar bijzonder is wel dat de inspectie afgelopen jaar alle vestigingen direct, zonder aanvullende opmerkingen, vragen of suggesties een voldoende toekende. Ook de ouders is in 2007 gevraagd naar hun oordeel over de opvang. Zij waarderen de diensten gemiddeld met een 7,5. Uit 12
jaarverslag 2007
13
kinderopvang Buitenschoolse opvang
De bezetting van de buitenschoolse opvang is afgelopen jaar fors toegenomen. De capaciteit werd voor 87,1 procent benut. Dat is een toename van 4,5 procent ten opzichte van 2006. De invoering van de dagarrangementen per 1 september (scholen zijn verplicht om van 7.30 tot 18.30 uur opvang te kunnen bieden) is de belangrijkste reden van deze stijging. Ook het op 1 januari van kracht geworden belastingvoordeel voor de hogere inkomens speelde een rol. Om de toenemende vraag te kunnen verwerken heeft Impuls een kwartiermaker aangesteld. Deze kwartiermaker heeft zich bezig gehouden met huisvesting, personeelswerving en het ontwikkelen van nieuwe programma’s. Dit heeft tot de vorming van zes nieuwe groepen geleid. Voor drie daarvan zijn nieuwe locaties gevonden. Voor de andere was voldoende plek binnen de bestaande vestigingen. In 2007 is bso-locatie de Komeet gesloten. De kinderen worden sindsdien opgevangen bij een andere vestiging: het Groeiwoud. Vestiging het Groeinest opende jaarverslag 2007
een extra (halve) groep en het Groeidorp en het Groeiparadijs openden beide een hele nieuwe groep. Deze laatste opende hiervoor een dependance in een ander pand. Door de invoering van de dagarrangementen was het nodig om een nieuw product te ontwikkelen: opvang voor schooltijd (van 7.30 tot 8.30 uur). Dit product is in 2007 op zes scholen in Nieuw West van start gegaan. Voor volgend jaar verwacht Impuls een groei, vooral in de stadsdelen Bos en Lommer en Slotervaart. Het aantal tweeverdieners in Bos en Lommer groeit in rap tempo, onder meer door de grootschalige stedelijke vernieuwing in Nieuw West.
Tso De tussenschoolse opvang (TSO), opvang van schoolkinderen tussen de middag, is gegroeid. In 2006 namen zeven scholen dit product af, afgelopen jaar is dit aantal gegroeid naar dertien. Ook de groepen zelf zijn groter geworden. Onder andere omdat ouders de waarde van het product zien. De TSO wordt uitgevoerd door vrijwilligers, inmiddels ongeveer honderd. Zij staan onder begeleiding en aansturing van professionele pedagogisch medewerkers (leidsters).
De Multatulischool in Bos en Lommer Impuls verzorgt voor de kinderen van deze school naschoolse opvang. Op deze school loopt een project dat de overwegend ‘zwarte’ school gemengder moet maken. Om bij te dragen aan een meer gemengd profiel van de school, stemt Impuls op dit moment de opvang beter af op de wensen van de nieuwe groep ouders.
14
jaarverslag 2007
15
in de buurt Cultureel werk
In 2007 is er grote vooruitgang geboekt met het wijkgericht werken. Hierbij ondersteunt Impuls bewoners bij het zelf organiseren van activiteiten. In Slotervaart is in centrum het Anker het MOC van start gegaan, het Multicultureel Ontmoetingscentrum. In Osdorp draait een in essentie vergelijkbaar project met de naam Actief in Osdorp.
Moc slotervaart Het project Multicultureel Ontmoetingscentrum (MOC) is eind 2006 van start gegaan en heeft in 2007 goed gedraaid. Het project is afhankelijk van verschillende geldschieters, waaronder het ministerie van Vrom. Bij het MOC ontmoeten verschillende culturele groepen elkaar en gaan zij op zoek naar zaken die hen binden, zonder de eigen achtergronden uit het oog te verliezen. In wijken als Slotervaart (128 nationaliteiten) bewegen veel mensen zich voornamelijk binnen de eigen etnische groep. Het MOC is bedoeld om de bevolking sterker en mondiger te maken. Zo kunnen mensen uiteindelijk zelfstandiger functioneren, omdat ze problemen kunnen oplossen jaarverslag 2007
en anderen kunnen ondersteunen bij het oplossen van hun problemen. Daarnaast zullen zaken als ‘elkaar aanspreken op ontoelaatbaar gedrag’ vanzelfsprekender worden, omdat de buurt een hechtere groep is. Naast het ontmoeten, organiseren de buurtbewoners zelf activiteiten. Zij weten immers het beste waar behoefte aan is. Activiteiten kunnen uiteenlopen van een voorlichtingsavond over ziektekostenverzekeringen tot een activiteit waar vrouwen met make-up aan de slag gaan. Inmiddels is er een vaste kern van vrijwilligers ontstaan die zich sterk profileren en veel mensen weten te betrekken. Ten slotte is in de laatste weken van het jaar een website voor het MOC gelanceerd. Deze website fungeert als een sociale startpagina van de wijk. Bewoners kunnen oproepjes plaatsen en eigen artikelen publiceren. Daarnaast werkt Impuls samen met de redactie aan een volledige agenda voor de gehele wijk waar alle activiteiten van alle wijkorganisaties op vermeld staan.
18
Actief in osdorp Actief in Osdorp richt zich op de activering van allochtone mannen. Het project loopt sinds augustus 2007 en heeft een goede naam in de buurt. Actief in Osdorp biedt de doelgroep een steun in de rug om mensen weer hun weg te laten vinden in de maatschappij. Projectleider Youssef Yaghdi kreeg op de Nieuwjaarsreceptie 2008 de Osdorpse Onderscheiding uitgereikt. Onder meer voor zijn werk bij Actief in Osdorp. Enkele voorbeelden van activiteiten die in het nog korte bestaan van Actief in Osdorp zijn gehouden: taallessen, voorlichting door de GGD over diabetes, iftarmaaltijden, computerlessen, fitnesslessen. Ook heeft de groep een bezoek gebracht aan de Amsterdamse haven. Hierbij kregen zij een tour waarbij ze werden voorgelicht over de mogelijkheden om een baan te krijgen bij de haven. In september is VoorUit gestart. Hierbij wordt samen met de Vrije Universiteit, W&S, Ymere en Far West huiswerkbegeleiding aangeboden. Door de beperkte eigen jaarverslag 2007
19
in de buurt Cultureel werk
bijdrage is de activiteit erg laagdrempelig. In de beide activiteitencentra in Osdorp nemen nu 75 kinderen deel aan dit project.
in. Een deel van de cursussen en activiteiten in het stadsdeel is overgedragen aan het Wijkweb.
Een populair en jaarlijks terugkerend evenement is de Timmerweide. Zomers kunnen kinderen hier hun eigen hut bouwen en meedingen naar prijzen voor de mooiste hut. Het project doet het erg goed. Afgelopen zomer deden er driehonderd kinderen mee, meer dan vorig jaar. Impuls hoopt de Timmerweide volgend jaar langer te kunnen laten lopen.
Bos en lommer In Bos en Lommer is afgelopen jaar een start gemaakt met participatieprojecten en activiteiten om de sociale cohesie in de wijk te bevorderen. Hierbij heeft Impuls nieuwe doelgroepen aangesproken. Zij hebben samen met andere groepen aan gemengde activiteiten deelgenomen. Deze activiteiten moeten in 2008 meer body krijgen.
Geuzenveld-slotermeer In Geuzenveld-Slotermeer voert het stadsdeel zelf het cultureel werk uit, door middel van het Wijkweb. In dit verband worden buurtbewoners gestimuleerd om zelf activiteiten te organiseren. De cultureel werker van Impuls voert nu ook activiteiten uit voor het Wijkweb. Ook heeft een medewerker meegewerkt aan de pilot Klantencontacten in brede school ’t Koggeschip. Het cultureel werk van Impuls in Geuzenveld-Slotermeer houdt op dit moment vooral het beheer van de twee activiteitencentra in dit stadsdeel jaarverslag 2007
20
jaarverslag 2007
21
in de buurt Jeugd en jongeren
Het Jeugd en Jongerenwerk in Bos en Lommer omvat twee jongerencentra, drie speeltuinen, een kinderboerderij en sport en spelactiviteiten op verschillende plekken in het stadsdeel. Impuls heeft in 2007 fors vernieuwd bij het jongerenwerk. Stadsdeel Bos en Lommer, de opdrachtgever, wil dat het jongerenwerk zich toelegt op ontwikkelen van kansen, activering, het stimuleren van eigen initiatief en het verbeteren van sociale vaardigheden. Deze ontwikkeling is al enige tijd gaande en ook in 2007 zijn er forse stappen gemaakt om de diensten te moderniseren. Zo hebben de medewerkers samen met de jongeren een jongerenraad opgezet die nieuwe activiteiten en initiatieven bedenkt en realiseert. Impuls zet de nieuwe manier van werken op dit moment samen met het Nationaal Jeugd Instituut (NJI) op papier. Deze nieuwe methodiek wordt in de loop van 2008 ook beschikbaar gemaakt voor organisaties
jaarverslag 2007
in de andere Amsterdamse stadsdelen.
Invoering van de werkwijze Met het oog op de andere kwaliteiten die (door de nieuwe werkwijze) van het personeel gevraagd worden, is het team versterkt met een aantal nieuwe krachten. Zij kunnen door hun achtergrond, scholing en ervaring hun taak om een voorbeeld te zijn voor de jongeren en ze te enthousiasmeren, goed in praktijk brengen. De vernieuwingen konden niet altijd op evenveel medewerking van een deel van de doelgroep rekenen. Dit uitte zich onder andere in intimidatie, agressie en geweld jegens het personeel en vernielingen aan het pand. Dit is bij de medewerkers hard aangekomen. In het derde kwartaal zijn externe krachten ingehuurd om de rust beter te kunnen bewaren.
Nieuwe groepen bereikt Jongerencentrum 10’s heeft afgelopen jaar nieuwe groepen aangesproken. In het nieuwe pand aan de Robert Scottstraat zijn in 2007 meer tieners en meiden over de 22
vloer geweest dan voorheen. Zij zijn inmiddels in kleine groepen bezig met allerlei uiteenlopende activiteiten.
geren de boot missen. Eind 2007 zijn twee extra krachten aangetrokken om de outreachende aanpak meer gestalte te geven.
Ten slotte zullen de aangekondigde bezuinigingen in 2008 een grote invloed hebben op het jongerenwerk. In overleg met het stadsdeel wordt op dit moment bekeken op welke plekken deze bezuinigingen plaats gaan hebben.
Bouwspeelplaats ’t landje
Trajectbegeleiding De Trajectbegeleiding, die jongeren uit Osdorp en Slotervaart helpt met de weg vrijmaken naar school of werk, heeft meer cliënten kunnen helpen dan de in de contracten gestelde aantallen. In Osdorp is extra mankracht ingezet om aan de vraag te kunnen voldoen.
De bouwspeelplaats vierde in 2007 het 35-jarig bestaan. De altijd al populaire plek in het Rembrandtpark werd in 2007 nog beter bezocht dat in de voorgaande jaren. De speelplaats is het afgelopen jaar beter zichtbaar geweest in de buurt, onder andere door actief schoolbezoeken te organiseren en zo meer mensen te trekken. Piet de Bake, 35 jaar geleden oprichter en nu nog altijd beheerder van ’t Landje, werd genomineerd als Amsterdammer van het Jaar.
In de tweede helft van 2007 is er geïnvesteerd in meer outreachend werken. Dat houdt in dat medewerkers de wijk in gaan en vaker en intensiever samenwerken met collegaorganisaties, om zo tot een steeds sluitender aanpak te komen. Op die manier wordt zoveel mogelijk voorkomen dat jonjaarverslag 2007
23
rond school Peuterspeelzalen, voorscholen en opvoedingsondersteuning
Door het gebruiken van een specifieke methode bereidt de voorschool kinderen voor op de basisschool. Door dezelfde pedagogische methode te gebruiken als de school, is de zogenoemde doorgaande leerlijn gewaarborgd en kunnen de kinderen zo soepel mogelijk doorstromen. Het hanteren van dezelfde methode houdt echter niet in dat de aanpak ook hetzelfde is. De voorschool is nadrukkelijk geen onderwijs. Door de leeftijd en de ontwikkelingsfase van de kinderen is een andere aanpak nodig. In de leeftijd vanaf 2,5 jaar zijn kinderen nog niet klaar voor een ‘onderwijsaanpak’.
Groei De uitbreiding van het aantal voorscholen is in 2007 voortgezet. Op 31 december was Impuls verantwoordelijk voor 99 voorschoolen peuterspeelzaalgroepen, tegen 87 in 2006. Den Haag wil dat zeventig procent van de kinderen met een achterstand in (taal)ontwikkeling in 2009 een plek op de voorschool heeft. De stadsdelen in NieuwWest zijn samen met Impuls goed op weg jaarverslag 2007
om deze doelstelling te realiseren. De animo van ouders om hun kind naar de voorschool te brengen, neemt sterk toe. De voorschoolgroepen zijn steeds diverser samengesteld met kinderen van allerlei niveau’s. In dit licht zijn de laatste peuterspeelzalen in stadsdeel Bos en Lommer omgevormd tot voorscholen.
Ouderbetrokkenheid Naast het stimuleren van de kinderen, heeft de voorschool ook een belangrijke meerwaarde voor de ouders. De voorschool stimuleert ouders om meer betrokken te zijn bij de opvoeding van hun kind. Zo zijn er voor ouders speciale activiteiten als spelinloop en taaltrainingen. De leidsters spreken ouders ook erop aan als ouders niet bij deze trainingen aanwezig zijn. De leidsters van de voorschool hebben ook een belangrijke taak in het signaleren van problemen thuis en het doorverwijzen van ouders naar bijvoorbeeld maatschappelijk werk of een pedagogisch adviseur. Ook de samenwerking met de medewerkers ouderbetrokkenheid en de buurtmoeders is van groot belang. Zo sluit de voorschool 26
niet alleen goed aan bij de school, maar is de voorziening ook ingebed in de wijk. De leidsters zijn niet alleen opgeleid in het werken van met kinderen, maar zijn ook gespecialiseerd in het werken met het specifieke voorschoolprogramma. Daarnaast zijn de leidsters ook getraind in zaken als het signaleren van kindermishandeling en het werken met specifieke taaltrainingen.
Samenwerking basisschool De samenwerking tussen de voorschool en de basisschool is intensief. De samenwerking is schriftelijk vastgelegd en beschrijft naast de overlegstructuur bijvoorbeeld ook de verdeling van de verantwoordelijkheden en de borging van de kwaliteit. Regelmatig vindt overleg plaats. Onder meer over de kinderen die specifieke aandacht nodig hebben, de zogenoemde ‘zorgkinderen’. Drie basisscholen in Slotervaart staan op de rol om Community Center te worden. Deze centra gaan een vraaggericht, breed en integraal aanbod bieden voor kind, gezin en buurt. Doel is om onderwijs, welzijn, jaarverslag 2007
zorg te versterken. Impuls onderschrijft de doelstellingen van het project en is dan ook een actieve partner bij de vorming van de Community Centers.
Opvoedingsondersteuning Ouders zijn de eerstverantwoordelijken voor de opvoeding van hun kind. Impuls stimuleert ouders om verantwoordelijkheid voor de opvoeding te kunnen nemen. Daarvoor worden bijvoorbeeld themabijeenkomsten over thuis spelen gehouden, of voorlichting over de gebruikte methode op de school. In Slotervaart is het Serviceteam Allerjongsten omgevormd tot een Ondersteuningsteam Ouderbetrokkenheid. De taak van dit team is om ouders meer betrokken te maken bij de schoolloopbaan van hun kind. Ten slotte is ook de ouders afgelopen jaar gevraagd naar hun oordeel over de voorscholen en peuterspeelzalen. Zij waren zeer tevreden, met name over de kwaliteit van de leidsters en de aandacht voor de kinderen. De ouders ervaren het als een goede voorbereiding op de basisschool.
27
rond school
rond school
Dagarrangementen
Brede school
Sinds 2007 zijn basisscholen landelijk verplicht om kinderopvang aan te bieden van half acht ’s ochtends tot half zeven ’s avonds (de dagarrangementen). De meeste scholen sluiten hiervoor een zogenoemde ‘raamovereenkomst’ af met een kinderopvangaanbieder als Impuls. Dat betekent dat Impuls voor de leerlingen van deze school als preferred supplier van opvang voor en na schooltijd geldt. Impuls is afgelopen jaar met 26 van de 45 basisscholen in Nieuw-West zo een raamovereenkomst aangegaan. Dit contract regelt dat als ouders aan scholen om opvang vragen, dat deze laatste doorverwijst naar de aanbieder in de raamovereenkomst. Ouders zijn overigens volledig vrij om een andere aanbieder in de arm te nemen. Het project dagarrangementen behelst de organisatie en de verkoop aan de scholen. De opvang zelf wordt uitgevoerd en ontwikkeld door de productgroep BSO (buitenschoolse opvang). Door het invoeren van de dagarrangementen steeg de vraag. Meer hierover in het hoofdstuk BSO. jaarverslag 2007
Om de belangen van de scholen beter te behartigen, heeft Impuls in 2006 accounthouders aangesteld. Impuls levert inmiddels een aantal verschillende producten aan scholen (voorschool, bso, tso en verlengde schooldagactiviteiten), waarvoor allerlei verschillende contactpersonen bestonden. De accounthouders hebben bij de invoering van de dagarrangementen in 2007 nog eens extra hun bestaansrecht bewezen. De scholen waarderen de accounthouders.
Samen met scholen Ten slotte werkt Impuls aan de ontwikkeling van dagarrangementen voor het speciaal onderwijs. Impuls doet dit samen met twee scholen (voor speciaal onderwijs). Deze dagarrangementen kenmerken zich door kleinere groepen, gespecialiseerd personeel en aangepaste activiteiten. Naar verwachting zal dit product eind 2008 starten.
In Nieuw-West onstaan steeds meer ‘brede scholen’. Bij brede scholen de Kikker en ’t Koggeschip huizen onder andere basisscholen, Impuls en buurtorganisaties samen in één pand. Het idee is hierachter dat een kind in één pand naar school gaat, opgevangen wordt, enzovoort. Ook de deelnemende organisaties kunnen op zo’n manier beter samenwerken en beter bij elkaar passende diensten leveren.
de pilot Klantenconctacten. ’t Koggeschip heeft het afgelopen jaar uitgangspunten voor een gedragscode opgesteld die de basis van de samenwerking tussen de organisaties formuleert. Ook zijn er samen met de school activiteiten georganiseerd.
In de Kikker in Osdorp verzorgt Impuls voorscholen, hele dagopvang, opvang voor en na schooltijd, tussenschoolse opvang en naschoolse activiteiten. Deze laatste (een welzijnsproduct) is bij wijze van experiment gekoppeld aan naschoolse opvang. Hierbij verzorgt de docent van de naschoolse activiteit samen met een pedagogisch medewerker de activiteit. Daardoor krijgt deze meer pedagogische kwaliteit. In brede school ’t Koggeschip in Geuzenveld-Slotermeer levert Impuls een voorschool, opvang voor en na schooltijd en opvang tussen de middag. Ook heeft een medewerker van Impuls meegewerkt aan
28
jaarverslag 2007
29
ondersteuning Maatschappelijke dienstverlening
Maatschappelijke dienstverlening (madi) steunt mensen op emotioneel, sociaaljuridisch en financieel gebied. Dit wordt uitgevoerd door de werksoorten algemeen maatschappelijk werk, sociaal raadslieden en schuldhulpverlening. Impuls levert Maatschappelijke Dienstverlening in de stadsdelen Geuzenveld-Slotermeer en Slotervaart.
Nieuwe wetgeving In 2007 is de WMO in werking getreden. Deze wet formuleert nieuwe uitgangspunten voor zorg en welzijn. Zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de cliënten staan daarbij centraal. De rol van het welzijnswerk richt zich daarom meer op preventie, activering en participatie. Een ingrijpende wijziging in de manier van werken als gevolg van de WMO is de vorming van de Loketten Zorg en Samenleven (ZeS), sinds 2006. Deze loketten in zijn in 2007 een deel van de stadsdeelorganisatie geworden en verwijzen cliënten naar de juiste en meest geschikte instelling. Voor de vorming van deze loketten heeft Impuls -die de loketfuntctie voorheen zelf uitvoerjaarverslag 2007
de- formatieplaatsen moeten inleveren. In beide stadsdelen wordt de samenwerking met het Loket als aangenaam, hecht en effectief ervaren.
Keurmerk kwaliteit De Madi Geuzenveld was het eerste Impulsonderdeel dat zich moest voorbereiden op HKZ-certificering. Een HKZ-certificaat is een keurmerk voor zorg- en welzijnsinstellingen. Hiervoor is een aantal procedures verbeterd en geformaliseerd. Zo stellen de medewerkers voor elke cliënt een hulpverleningsplan op, dat vervolgens samen met de cliënt wordt uitgevoerd. Als gevolg van stadsdeelbeleid zijn de ouderenwerkers van GeuzenveldSlotermeer ondergebracht bij Algemeen Maatschappelijk Werk. Ouderen kunnen nu aankloppen bij het reguliere maatschappelijk werk. Het aantal oudere cliënten is door de verandering teruggelopen. Impuls signaleert tegelijkertijd dat de problematiek bij ouderen steeds complexer wordt. Met het verdwijnen van het ouderenwerk als specifieke werksoort is een belangrijk deel 32
van het zicht op deze problematiek verloren gegaan. In Slotervaart heeft het afgelopen jaar de ‘gezinsaanpak’ vorm gekregen. Dat betekent dat er extra aandacht is als er kinderen in het spel zijn. Daarbij is het deel van de procedure om cliënten niet alleen te helpen bij de specifieke hulpvraag, maar om ook door te vragen naar achterliggende problemen. Zo kan Impuls het totaal aanpakken en meer doen om terugval of herhaling te voorkomen. Vaak hangt een probleem als een huurschuld samen met andere problemen, zoals geen of te weinig inkomen of relatie- en opvoedingsproblemen. Verder is het aantal crisisgevallen in Slotervaart opvallend gestegen. In 2006 kwamen nog achttien acute hulpvragen binnen (ontbreken van primaire levensbehoeften als gas en licht, inkomen of onderdak). In 2007 waren dat er 51. Impuls onderzoekt de achtergronden van deze stijging. Impuls krijgt steeds meer cliënten die door colporteurs in de problemen komen. jaarverslag 2007
In Slotervaart is een aantal bedrijven actief dat op een agressieve, dwingende manier klanten werft. Sommige klanten krijgen te maken met dubbele energierekeningen of blijken jarenlang aan een contract vast te zitten, omdat ze verkeerd zijn voorgelicht. De sociaal raadslieden zijn eind 2007 begonnen om een preventieve aanpak van dit probleem op te zetten. Dit zal meer vorm krijgen in 2008.
Schuldhulpverlening Naast het opstellen en uitvoeren van plannen om de financiën van cliënten met problematische schulden weer gezond te maken, gaat bij de schuldhulpverlening meer en meer aandacht uit naar preventie en zogenoemde ‘vroegsignalering’. Oftewel: steeds vroeger ingrijpen om problemen zo vroeg mogelijk al aan te pakken of zelfs te voorkomen. De instroom van cliënten is gestegen van 938 (2006) naar 1015 (2007). Het aantal mensen dat problematische schulden heeft, stijgt sterk. Ook het aantal crisissituaties is naar verhouding toegenomen. 33
Daarnaast ziet Impuls dat deze crises ook steeds schrijnender worden.
huurachterstanden. Om dit te realiseren is een convenant gesloten met woningbouwcorporaties.
In november is de pilot Schuldhulp bij het jongerensteunpunt in Geuzenveld-Slotermeer van start gegaan. Hierbij levert Impuls twee dagen in de week een medewerker. Deze medewerker houdt een inloopspreekuur, speciaal gericht op jongeren. Een vergelijkbaar project is School en Schuld, waarbij een schuldhulpverlener afspraken maakt en spreekuur houdt op drie ROCvestigingen in Amsterdam-West. Op 1 januari van het verslagjaar is het project Eropaf! van start gegaan. Hierbij brengt een schuldhulpverlener samen met een maatschappelijk werker huisbezoeken aan mensen met een huurschuld voor wie een ontruiming op handen is. De woningbouwvereniging signaleert de betalingsachterstand en schakelt Impuls in. In verreweg de meeste gevallen kan uithuiszetting voorkomen worden en wordt er een betalingsregeling getroffen. In 2008 wordt Eropaf! (stedelijk) voortgezet in Vroeg Eropaf! Hierbij wordt er nog eerder ingegrepen bij jaarverslag 2007
34
jaarverslag 2007
35
richting werk Jongerenwerkplaatsen
In de jongerenwerkplaatsen (twee vestigingen in Osdorp, één in Zeeburg) worden jongeren begeleid richting werk of school. Daarnaast wordt gewerkt aan het hanteerbaar maken van achterliggende problemen als tienerouderschap, schulden of verslaving. Deze werkplaatsen worden uitgevoerd in opdracht van de gemeentelijke dienst DWI. De werkplaatsen hebben plek voor ongeveer 160 jongeren per jaar. DWI heeft de werkplaatsen halverwege het jaar opnieuw aanbesteed. Daarbij heeft Impuls de werkplaatsen in West verloren. Na uitstroom van de jongeren bij Young 1, de werkplaats voor jongeren zonder werk of school, is deze aan het eind van het jaar gesloten. Young 2, voor jongeren die naast het ontbreken van werk of school ook een verstandelijke beperking hebben (en in de meeste gevallen een strafblad), is wel opengebleven. Een deel van de jongeren die bij Young 2 in traject zitten, wordt uit andere middelen gefinancierd, zoals de AWBZ. Met het wegvallen van de financiering door de gemeente, is de noodzaak van
jaarverslag 2007
het vinden van alternatieven nog eens onderstreept. Impuls onderzoekt op dit moment meerdere mogelijkheden om het werkplaatsconcept uit te breiden. Vooral de begeleiding van verstandelijk beperkte jongeren blijkt nog grotendeels onontgonnen terrein. Hier ziet Impuls kansen om uit te breiden. Door het verliezen van de opdracht, is er gereorganiseerd. Van de vijftig personeelsleden is de helft ontslagen of het tijdelijke contract niet voorgezet. Een deel vond zelf een nieuwe baan en ongeveer vijftien werknemers zijn intern herplaatst.
kans) is in 2007 van start gegaan in opdracht van de gemeente. Daarbij gaat het om voormalig gedetineerden die begeleiding richting werk krijgen, het aanleren van zogenoemde werknemersvaardigheden. Daarnaast worden de cliënten bijgespijkerd op het gebied van sociale vaardigheden, bijhouden van de persoonlijke administratie, enzovoort. De GGD biedt hierbij begeleiding bij een eventuele verslaving. Doel van het project is om recidive te beperken.
In januari 2008 werd bekend gemaakt dat DWI de opdracht voor de werkplaats in Zeeburg opnieuw gunt aan Impuls.
Kick off Dit project in opdracht van het ministerie van Justitie is beëindigd. Kick Off behelsde de begeleiding naar werk van voormalig verslaafde veelplegers. Een nieuw, vergelijkbaar project (Buiten38
jaarverslag 2007
39
algemeen Financiën
2007 stond in het teken van kwaliteit. Belangrijk punt hierbij was beter cashmanagement. Daardoor is de financiële staat van de Impulsgroep sneller duidelijk en kan er doeltreffender en alerter geanticipeerd worden op ontwikkelingen. Het onderbrengen van het welzijnswerk in zes aparte rechtspersonen in 2006 leidde tot meer transparantie. In 2007 zijn zowel medewerkers als externe partners aan de indeling gewend geraakt. De aparte stichtingen zorgen voor helderder geldstromen. Elk stadsdeel heeft zijn eigen stichting. Daardoor is er meer transparantie en is het signaleren en het bijsturen makkelijker en sneller. Ook is Impuls door de nieuwe structuur beter in staat geworden financiële verantwoording af te leggen aan subsidiegevers. Impuls heeft in 2007 steeds binnen de gestelde termijn kunnen rapporteren over financiën. Ook bij tussentijdse accountantsonderzoeken was op tijd de juiste informatie voorhanden.
jaarverslag 2007
Kostprijs
Inkomsten
De kosten van de diensten worden steeds vaker berekend volgens de WILL-systematiek. WILL staat voor Welzijnsinformatievoorziening Lokaal en Landelijk. In kostprijzen volgens de WILL-systematiek zijn alle kosten opgenomen en teruggerekend naar een kostprijs per uur. Daardoor zijn kosten en opbrengsten helderder en eenvoudiger te berekenen. Ook bevat de systematiek stimulansen om kostenefficiënter te werken.
Uitgaven
ubsidie S NV Werk Kinderopvang Overig Inkomsten
Inkomsten
39% 6% 28% 27%
Salariskosten Salariskosten i&d Huisvesting Organisatie Activiteiten Afschrijving uitgaven
67% 7% 14% 7% 3% 2% uitgaven
De omzet van het bedrijfsonderdeel Kinderopvang is toegenomen. In 2006 werd al een omzetstijging geboekt, maar in 2007 is de toename aanzienlijk sterker. Hoofdzakelijk door nieuwe producten als dagarrangementen. De uitbreiding van de voorscholen heeft de omzetdaling bij andere onderdelen, zoals bij het overige welzijnswerk in opdracht van stadsdelen, deels gecompenseerd. Daardoor heeft financieel ingrijpen bij de staf achterwege kunnen blijven. Ook blijven de financiële gevolgen voor Impuls te overzien. 40
Subsidie NV Werk Kinderopvang Overig
39,3846711091925 Subsidie 39,3846711091925 5,58533260740297 NV Werk 5,58533260740297 Kinderopvang 28,4108959747659 28,4108959747659 26,6191003086386 Overig 26,6191003086386
totaal
100totaal
jaarverslag 2007 100
Salariskosten algemeen 67,899609941843 Salariskosten algemeen 67,899609941843 I&d 6,7836671360060 Salariskosten I&d Salariskosten 6,78366713600602 Huisvesting Huisvesting 14,263572650799814,263572650799 Organisatie Organisatie 6,6867674967125 6,6867674967125 Activiteiten Activiteiten 2,802246754071752,8022467540717 41 Afschrijving Afschrijving 1,564136020566971,5641360205669
algemeen Personeel
De afdelingen O&I (staf) en de welzijnsonderdelen in Geuzenveld-Slotermeer hebben in 2007 gewerkt aan HKZ-certificering. Zo zijn ter voorbereiding alle werkprocedures geformaliseerd en geoptimaliseerd. De medewerkers hebben zich hier ten volle voor ingezet. Uiteindelijk is het HKZ -certificaat toch niet gehaald. In 2008 gaan Welzijn Geuzenveld en O&I opnieuw op voor certificering. Ook kinderopvang begint in 2008 met de voorbereiding op de certificeringstoets. De overige onderdelen van de Impulsgroep volgen later. De aanhoudende toename van agressie jegens personeel baart Impuls zorgen. Ook afgelopen jaar zijn de personeelsleden die met potentieel lastige cliënten te maken hebben, getraind op dit gebied. Dit onderwerp speelt al enkele jaren bij de organisatie. Aan het einde van het jaar heeft Impuls een medewerkerstevredenheidsonderzoek gehouden. Impulsers waarderen hun werkge-
jaarverslag 2007
ver gemiddeld met een 6,7. In de branche is dit gemiddeld een 6,9. Het management ziet dat er dingen beter kunnen. In de eerste helft van 2008 zal begonnen worden met het verbeteren van de kritiekpunten.
Reorganisatie De jongerenwerkplaatsen zijn in 2007 opnieuw aanbesteed door de gemeente. Daarbij is de opdracht voor de werkplaatsen in West niet voorgezet. Dit zorgde voor onrust binnen de organisatie. Ondanks de inspanningen van Impuls om zoveel mogelijk mensen te herplaatsen, is een helaas aantal mensen ontslagen. De jongerenwerkplaats in Oost, werd na een nieuwe aanbestedingsronde uiteindelijk wel aan Impuls gegund. Dit had plaats in januari 2008. Verder wordt het traditionele welzijnswerk, zoals de activiteitencentra, gereorganiseerd vanwege de krimpende markt. Dit uit zich onder meer in exploitatieverliezen bij de Maatschappelijke Dienstverlening en het Cultureel Werk (activiteitencentra). Om deze verliezen het hoofd te kunnen bieden, zijn 42
afgelopen jaar de afdelingen Cultureel Werk en Beheer Buurtcentra samengevoegd. De reorganisatie bij Welzijn leidt tot een forse belasting van het personeel, omdat vacatures niet ingevuld kunnen worden. Daardoor neemt de werkdruk toe. Bij de nieuwere welzijnsproducten vindt wel nog steeds groei plaats. Vooral op de markt van participatie en activering. En zowel voor het personeel van de werkplaatsen als voor die van Welzijn, doet Impuls haar uiterste best om deze mensen te herplaatsen binnen de organisatie. Kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk is sterk gegroeid. De voorscholen en peuterspeelzalen hadden afgelopen jaar voor het eerst meer mensen in dienst dan de andere welzijnsonderdelen van Impuls bij elkaar. Kinderopvang groeide met twintig werknemers. Op beide gebieden verwacht Impuls verdere groei. Ook op de gebieden participatie en activering ziet Impuls goede toekomstperspectieven.
jaarverslag 2007
Fusie In 2007 heeft Impuls een intentieverklaring voor een fusie getekend met Akros, een organisatie voor welzijn en kinderopvang in stadsdeel de Baarsjes. De twee werken nu al in allerlei producten intensief samen. Zo is het project Taal en Ouderbetrokkenheid samen uitgevoerd en wordt er regelmatig zij aan zij geoffreerd bij aanbestedingen. Het oorspronkelijke doel om per 1 januari te fuseren, is niet gehaald. De fusie wordt naar verwachting later wel gerealiseerd, eventueel met terugwerkende kracht.
Ziekteverzuim Impuls heeft veel geïnvesteerd in het terugdringen van het ziekteverzuim. Zo kent het onderdeel Kinderopvang een bonusregeling. De doelstellingen van 2007 zijn bij dit bedrijfsonderdeel dan ook gehaald. Bij de andere takken van Impuls zijn de doelen niet gehaald. Over de gehele linie is het ziektverzuim wel lager dan in 2006. Ook de komende jaren blijft het terugdringen van het ziekteverzuim aandacht vragen.
43
algemeen
algemeen Ondernemingsraad
Personeel
In 2007 vond er een historische verandering plaats binnen Impuls met betrekking tot de ondernemingsraad: werknemers van de kinderopvang konden zich kandidaat stellen voor een eigen personeelsvertegenwoordiging. De overige werknemers van Impuls konden zich kandideren voor de Gemeenschappelijke Ondernemingsraad (GeOR) Welzijn.
Personeelsformatie
Personen
waarvan i&d’ers
2007 2006
2007 2006
fte 2007 2006
Welzijn
183
268
46
63
158
204
PVO*
199
157
21
22
135
112
Kinderopvang
289
269
16
25
225
208
Staf en overig
87
94
1
1
71
74
Totaal
758
788
84
111
588
598
Omdat er bij beide verkiezingen minder kandidaten waren dan vacatures, hoefde er niet daadwerkelijk een stemming plaats te vinden. Uit hun midden kozen beide OR-en vertegenwoordigers voor de Centrale Ondernemingsraad (COR).
*) Peuterspeelzalen, voorscholen en opvoedingsondersteuning
Slagvaardigheid Voor de GeOR Welzijn was 2007 een zwaar jaar. Het product welzijn staat al enige tijd onder druk en daar kregen enkele leden van GeOR Welzijn in hun werkpraktijk mee te maken. Dat had zo zijn neerslag op de slagvaardigheid van de OR. De voorgenomen reorganisatie van de afdeling Welzijn, die eind 2006 werd stil gelegd, heeft ook in 2007 niet zijn beslag gekregen. Daaraan
Ziekteverzuim 2007 2006 2005 Meldingsfrequentie Gemiddelde verzuimduur (dagen)
1,64
1,76
1,97
24,3
19,10
26,50
Verzuim incl. zwangerschap (%)
9,4
9,82
9,99
Verzuim excl. zwangerschap (%)
7,2
7,66
8,27
jaarverslag 2007
44
jaarverslag 2007
liggen voornamelijk financiële redenen ten grondslag. In de COR worden onderwerpen behandeld die boven de werkingssfeer van de beide OR-en uit gaan, die met het bedrijf als geheel van doen hebben. De nieuwe situatie met drie OR-en was wennen, zowel voor de ondernemingsraadleden, als voor de gesprekspartners. Een belangrijk item dat aan de orde kwam in de COR is de voorgenomen fusie met Akros. Met de OR van Akros is tot tweemaal toe overleg gepleegd met betrekking tot het plan tot samengaan. Afgesproken is met de directie van Impuls om de reorganisatie Welzijn te koppelen aan de (eventuele) fusie met Akros.
45
algemeen Raad van toezicht
De Raad van Toezicht houdt toezicht op het functioneren van het bestuur van de organisatie en opereert als sparring partner en counterpart van de directie. Daarnaast verleent zij het bestuur toestemming tot vaststelling van de begroting en de jaarrekening, en is er jaarlijks een overleg met de OR. Ook in 2007 heeft de Raad van Toezicht zich samen met het Managementteam intensief bezig gehouden met de strategische doelen van Impuls voor de komende jaren. De veranderende relaties tussen opdrachtgever en uitvoeringsorganisatie en, door de komst van de Wmo, de andere positie van de klant, vergen een andere inzet van mensen en middelen. Dit leidde uiteindelijk tot het accorderen van de strategische verkenningen 2008-2011 aan het eind van het verslagjaar. Deze strategische verkenningen, die van jaar tot jaar geactualiseerd worden, zijn de leidraad voor de vraag welke middelen moeten wanneer en voor welke doelen ingezet worden teneinde de continuïteit van Impuls te waarborgen, de organisatie jaarverslag 2007
te versterken en het serviceaanbod aan cliënten zo mogelijk te vergroten. Het opereren met veel partijen, en het verwerven van een positie bij nieuwe opdrachtgevers, legt een grote werkdruk op de organisatie. De Raad van Toezicht heeft het daarom wenselijk geacht, het bestuur van de stichting (dat tot dusverre éénhoofdig was) uit te breiden. De Raad van Bestuur wordt thans gevormd door mevrouw G.C.M. Blok (voorzitter) en door mevrouw M.H. Heijtel (lid). 2007 is ook het jaar waarin de Raad van Toezicht het principebesluit tot fusie met zusterorganisatie AKROS uit De Baarsjes heeft genomen. Uit deze beoogde fusies verwachten beide organisaties synergievoordelen te behalen. De specifieke kennis die op deelonderwerpen van elk van de organisaties beschikbaar is, komt voor een bredere doelgroep beschikbaar.
Gedurende twee dagdelen werd de strategie van de organisatie in een buitenreguliere vergadering met het MT besproken. Naast de bovengenoemde onderwerpen heeft de Raad van Toezicht zijn jaarlijkse statutaire taken vervuld, en zich door externen laten informeren over de ontwikkelingen in kinderopvang en welzijn. Daarnaast is een speciale vergadering belegd om de werkwijze van de Raad van Toezicht na ruim één jaar in nieuwe samenstelling te beoordelen.
Samenstelling In de samenstelling van de Raad van Toezicht is in de loop van het verslagjaar geen wijziging opgetreden.
Raad van Toezicht 2007 Jaar van benoeming De heer A.H. Voerman (voorzitter) 2005 De heer M.F. Werkman 2001 De heer L.O.J.M. Genet 2002 De heer R.G. Berkhof 2006 Mevrouw H. Lieftink 2006 Mevrouw C. Compas 2006
Vergaderingen/onderwerpen In het verslagjaar kwam de Raad van Toezicht viermaal in reguliere vergadering bijeen. 46
jaarverslag 2007
47
algemeen Klachtencommissie
In een organisatie waar veel mensen voor nog veel meer cliënten werken, gebeurt natuurlijk wel eens iets waar de cliënt niet tevreden mee is. In verreweg de meeste gevallen lossen cliënt en medewerker dat samen op. Een enkele keer komt het voor dat een klacht niet in een gesprek tussen klager en medewerker opgelost wordt. Voor die gevallen heeft Impuls een klachtenreglement waarin precies omschreven staat, hoe te handelen. En soms is het goed om relatieve buitenstaanders naar een klacht te laten kijken. Daarvoor heeft Impuls een externe klachtencommissie. Wanneer ook door mediation een klacht niet tot een voor alle betrokkenen bevredigende wijze op te lossen blijkt, komt deze commissie in actie.
- Mevrouw mr T. ten Have te Bentveld, directeur Ten Have Advies. De klachtencommissie wordt ondersteund door de bestuurssecretaris Drs. F.P. Martin. In het verslagjaar zijn er geen klachten bij de commissie ingediend. Het reglement van de klachtencommissie staat op de website van Impuls. In het verslagjaar is daarnaast een brochure over de werking van de klachtenprocedure uitgegeven.
Deze bestaat sinds najaar 2006 uit: - De heer A. ben Abdellah te Amsterdam, medewerker van KLM - De heer prof. dr G.E. Booij te Heiloo, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Leiden - Mevrouw F. van den Bos te Amsterdam, projectcontroller bij CARE Nederland jaarverslag 2007
48
jaarverslag 2007
49
colofon
Redactie en productie: Impuls, afdeling Communicatie Conceptontwikkeling, vormgeving: De Designpolitie, Amsterdam Fotografie: Isis Torensma, Utrecht Druk: Lenoirschuring, Amstelveen Citeren uit dit verslag is alleen toegestaan met bronvermelding. Naast dit jaarverslag overlegt Impuls gedetailleerde informatie over prestaties en financiën aan haar opdrachtgevers. © Impuls 2008 A0704B01
jaarverslag 2007
50
impuls van de sande bakhuijzenstraat 2 1061 ag amsterdam postbus 9139 1006 ac amsterdam tel 020 515 88 88 fax 020 515 88 89
[email protected] www.impuls.nl