NZa in beeld jaarverslag 2007
Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 E
[email protected] I www.nza.nl
NZa in beeld jaarverslag 2007
Kopstukken in de zorg De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) staat midden in de samenleving en wil in alle openheid haar werk doen. In dit eerste publieke jaarverslag gaat de NZa dan ook niet alleen in op haar eigen verrichtingen, maar laat zij ook andere partijen in de zorg graag aan het woord over de ontwikkelingen in de zorg in het algemeen en de rol van de NZa hierin in het bijzonder. Door het jaarverslag heen geven de volgende kopstukken uit de zorg hun visie: – Marcelis Boereboom, waarnemend Directeur Generaal Gezondheidszorg van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; – Chiel Bos, directeur Zorg bij Zorgverzekeraars Nederland; – Iris van Bennekom, directeur van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie; – Cynthia Vogeler, manager Gezondheidszorg en Voeding bij de Consumentenbond; – Melanie Schultz Van Haegen, directeur Zorginkoop bij Achmea Zorg; – Wim de Bie, lid van de Raad van Bestuur van de St. Maartenskliniek.
Inhoudsopgave
Terugblik op 2007
1. Missie, kernwaarden en taken
4 8
1.1 Inleiding
8
1.2 Missie
8
1.3 Kernwaarden
9
1.4 Taken
10
2. Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
11
2.1 Efficiëntie op zorgmarkten
14
2.2
Consumenten
26
2.3
Kwaliteit en toegankelijkheid van zorg
38
2.4
Tariefregulering, budgettering, uitvoering verzekeringswetten
48
2.5
Terugdringing lastendruk
66
3.
De NZa onder de loep
68
3.1
Algemeen
68
3.2
Ontwikkelingen onomkeerbaar
68
4. De mensen van de NZa
74
4.1 Raad van Bestuur
74
4.2 Raad van Advies
74
4.3 Organogram
74
4.4 Verhuizing
74
4.5 Medezeggenschap
78
4.6 Medewerkers
78
4.7 Financieel
78
5. Samenwerkingsvormen
79
5.1 VWS
79
5.2 Andere partijen
79
5.3 Internationale samenwerking
80
6. Contacten met de NZa
86
6.1 Circulaires
86
6.2 Bezwaar- en beroepschriften
86
6.3 Symposia c.q. congressen
86
6.4 Informatielijn
86
6.5 Externe optredens
87
6.6 Website
87
6.7 Media
88
7. Verantwoordingscyclus
89
Op alle mappen die de Raad van Bestuur onder
is gegaan. Ook de Ondernemingsraad heeft zich
ogen krijgt, staan twee korte zinnetjes. De eerste
in dit verband kritisch maar opbouwend opgesteld.
vraagt naar de mate waarin het onderhavig voor-
Het werkprogramma 2007 is goed uitgevoerd en
stel bijdraagt aan het consumentenbelang. De
er is bovendien veel werk bijgekomen. Ik ben
tweede vraagt of het betreffende vraagstuk ook is
ervan overtuigd dat de zorgwereld inmiddels
op te lossen zonder een nieuwe regel in het leven
weet dat de NZa bestaat. Dat blijkt ook uit onze
te roepen. Zie daar twee prioriteiten die de NZa
stakeholdersanalyse die gemaakt is door Boer
zich voor het komende jaar stelt. Voorzitter Frank
en Croon en gepresenteerd tijdens het éénjarig
de Grave licht ook de andere prioriteiten toe en
bestaan van de NZa. We hebben er natuurlijk over
blikt terug op het eerste volledige verslagjaar van
nagedacht of we dat zo moesten doen, zegt de
de NZa, 2007.
Grave. Het is nogal ongebruikelijk om de resultaten van zo’n onderzoek openbaar te maken. Je stelt
‘In ogenschouw nemend dat we in één jaar twee
je kwetsbaar op, zeker als je bedenkt dat de voor-
organisaties hebben geïntegreerd en er een nieuwe
gangers van de NZa, het CTG en CTZ, niet altijd
groep mensen, de directie Ontwikkeling, aan
even populair waren. Maar wij pleiten binnen de
hebben toegevoegd, dat zich in de zorg heel veel
zorg voor transparantie, dan moet je zelf ook
nieuwe ontwikkelingen hebben voorgedaan en dat
open zijn.
het gewone werk is doorgegaan, dan mogen wij in
De stakeholders bleken mild-kritisch. Naast
alle bescheidenheid tevreden zijn’, zegt De Grave.
positieve elementen waren er twee belangrijke
‘Daarmee wil ik nadrukkelijk een compliment
punten van kritiek: veel stakeholders vonden de
maken aan de medewerkers die ertoe hebben
NZa nog te volgzaam ten opzichte van VWS en
bijgedragen dat dit vrijwel geruisloos in zijn werk
de bereikbaarheid van de NZa moest beter.
Terugblik op 2007
Terugblik op 2007 NZa-voorzitter mr. Frank de Grave:
‘ Wij zijn onafhankelijk waar het kan en uitvoerder waar het moet’ Over de mate van onafhankelijkheid van het
zin te komen met adviezen waarvan we op voor-
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en
hand weten dat ze niet haalbaar zijn, maar we
Sport is De Grave helder. ‘Het Ministerie stelt de
zijn wel stevig in onze positie naar de Minister.
begroting en het werkplan van de NZa vast, het
Wij gaan naar mijn smaak prudent met onze
benoemt en ontslaat de Raad van Bestuur. Ook kan
onafhankelijkheid om. Overigens vond juist
het aanwijzingen geven. Die hebben wij gewoon
de Minister dat we te onafhankelijk van VWS
uit te voeren, daar zijn wij voor ingehuurd. Dus wij
opereren, dus in werkelijkheid zitten we
houden toezicht, maar stellen daarnaast ook regels
waarschijnlijk ergens in het midden.’
en budgetten vast en soms voeren we uit. Dat is onze opdracht. Daarnaast geven wij adviezen en
Toename van het aantal procedures
daarin zijn we natuurlijk onafhankelijk. Kijk het afgelopen jaar bijvoorbeeld naar ons advies over
Hoezeer de NZa zich ook thuis mag voelen in de
kapitaallasten of de invoering van de maatstaf.
zorgsector, de ontwikkelingen in de sector leiden
De Minister is daar stevig van afgeweken. Ook in
wel tot een aanscherping van de omgangsvormen.
onze rol van marktmeester zijn we onafhankelijk.
‘Waar vroeger het poldermodel heerste, is de NZa nu door de Wet marktordening gezondheidszorg
Wij zijn dus onafhankelijk waar het kan en uit-
in een positie gebracht waardoor partijen zich
voerder waar het moet. In dat verband kun je
assertiever opstellen in hun belangenbehartiging.
het Ministerie zien als een stakeholder met een
Het is op zich dan ook begrijpelijk dat partijen
sterretje. Ik ben tevreden met die positie. Wij
vaker naar de rechter stappen. In het algemeen
krijgen de ruimte en vervolgens is het de vraag
zien we die verscherping. Daar moeten we mee
hoe je daarmee wilt omgaan. Het heeft weinig
leren omgaan.’
5
Terugblik op 2007
Diezelfde ontwikkelingen leiden echter wel tot
grotere assertiviteit van betrokkenen. Het aantal
een explosieve stijging van het aantal bezwaar-
verzoeken om, vaak complexe, informatie is met
en beroepsprocedures. ‘We hebben het in plaats
400% gestegen. De Grave: ‘Als je die stijging in
van tientallen over honderden procedures per jaar.
het aantal verzoeken en procedures op een rij zet
Door de veranderende verhoudingen is dat logisch
en daarbij bedenkt dat vrijwel alle onderdelen
en onvermijdelijk. Het doet de druk op onze
van de zorg in beweging zijn, dan hoop ik dat
uitvoeringsorganisatie echter wel toenemen,
stakeholders er enigszins begrip voor hebben als
waardoor de afhandeling langer duurt. Een goed
zij concluderen dat de serviceverlening van de NZa
voorbeeld vormen de orthodontisten. Toen wij
niet optimaal is. Maar het is natuurlijk niet goed
concludeerden dat hun tarieven omlaag kunnen,
en we werken er hard aan om de serviceverlening
konden we erop rekenen dat zij procedures
te verbeteren.’
zouden starten. Ook al hebben we die tot nu toe allemaal gewonnen, het levert een veel hogere
Geen ‘marktgelovige’, maar pragmaticus
werklast op’, aldus De Grave. Over de positie van de NZa is De Grave duidelijk. Ook bij de AWBZ is een forse stijging zichtbaar van
‘Vergelijk het met het Concertgebouworkest. Wij
het aantal juridische procedures over besluiten van
zijn niet dat orkest dat in de schijnwerpers thuis-
de NZa. Naast de toegenomen assertiviteit ziet De
hoort, maar de organisatie die ervoor zorgt dat het
Grave hier vooral tot uiting komen dat de huidige
orkest kan spelen. We regelen het gebouw, zorgen
AWBZ niet goed functioneert. ‘De NZa heeft in een
voor de betaling van de musici, doen de kaart
advies aan de staatssecretaris van januari 2007
verkoop, noem maar op. En aan het einde van
geconcludeerd dat het systeem “out of control”
het seizoen leggen we verantwoording af aan de
dreigt te raken. De NZa zou het dan ook toe
directeur, in ons geval het Ministerie. In die rol kan
juichen als de Staatssecretaris de AWBZ na uit-
ik mij prima vinden. Het komt er dus op neer dat
komst van het SER advies ingrijpend verandert.
wij in belangrijke mate voor de techniek en infra-
Nu loopt de NZa voortdurend met emmertjes rond
structuur zijn ingehuurd en die goed moeten uit-
om de gevolgen van het steeds meer lekkende
voeren. Maar uiteindelijk gaat het om dat orkest
AWBZ-dak op te vangen.’
en om de luisteraars van de muziek. Dat zijn de zorgverleners en de zorgconsumenten.´
Ook op andere vlakken wordt de NZa geconfron-
Ondanks de positieve ontwikkeling die de NZa
teerd met de veranderingen in de zorg en de
doormaakt, realiseert De Grave zich dat zij nog niet
Terugblik op 2007
is wat zij moet worden.´De komende twee, drie
hoe het is gesteld met de administratieve lasten.
jaar zetten we de ontwikkeling door van minder
Bovendien nemen we in 2008 alle bestaande
overheid en meer vrijheid van onderhandelen voor
regels door. Daarbij is steeds de vraag of we het
betrokken partijen. Iedereen is het er nu wel over
wel zelf – moeten – willen regelen. Als we het aan
eens dat een volledig door de overheid geregu-
de partijen in de zorg zelf kunnen overlaten, dan
leerd systeem niet goed functioneert. Betekent dit
heeft dat in principe onze voorkeur, maar het kan
dat we de markt moeten omhelzen? Zelf heb ik
ook zijn dat de consument beter gebaat is bij over-
mij nooit als ‘marktgelovige’ opgesteld maar als
heidsregulering. In die gevallen reguleren wij als
pragmaticus. Van belang is dat we het rendement
NZa dus wel. Vanzelfsprekend luisteren we goed
van elke zorgeuro omhoog krijgen. We zien dat we
naar de opvatting van stakeholders. Ook hier geldt
toegroeien naar een beter systeem waarin we per
weer: niet de ideologie staat voorop, maar het
sector de juiste stimulansen geven om efficiëntie te
resultaat. Dat is de rode draad in ons werk, dat
verhogen, kwaliteit te verbeteren, de toegankelijk-
zetten we door in 2008.’
heid te bevorderen en de transparantie te versterken. Welke ordening is daarbij in het belang van de burger. Daar gaat het mij om.’
‘Het liefst zien wij marktpartijen aan zet’ In 2008 staat de operatie WALZ hoog op de agenda van de NZa. De Grave: ‘Wegnemen administratieve lasten Zorgautoriteit. Daar staat WALZ voor. De organisatie van de zorg is voort durend in beweging. Dat betekent dat je daar de regels op moet aanpassen. Dat betekent dus ook dat niet elke regel verkeerd is. Immers, met een regel geef je mede vorm aan een nieuwe gewenste situatie. Tevens is het uiteraard heel begrijpelijk dat je af wilt van regels die die situatie in de weg staan. Daarom vragen we ons bij elk nieuw ordeningsvraagstuk in een preventieve toets af
1. Missie, kernwaarden en taken 1.1 Inleiding
Het beeldmerk van de NZa is een moderne
De NZa is toezichthouder op alle zorgmarkten in
beschermengel. Deze engel symboliseert de
Nederland. Zij ziet toe op zowel zorgaanbieders als
beschermende rol van de NZa ten aanzien van
zorgverzekeraars, op zowel curatieve markten als
de belangen van de consument. Tegelijkertijd
op markten voor langdurige zorg.
symboliseert de engel de autoriteit en expertise van de NZa, waarmee verzekeraars en zorgaan
De NZa richt zich onder meer op het bewaken van
bieders de juiste prikkels krijgen om de consument
de goede uitvoering van verzekeringswetten en de
efficiënte en goede zorg te leveren. De Wet
beheersing van de totale kosten via bekostiging
marktordening gezondheidszorg (Wmg), de
van zorgverleners. De NZa heeft deze taken over
Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Algemene Wet
genomen van het voormalige College tarieven
Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) bieden hiervoor
gezondheidszorg (CTG) en het College toezicht
de kaders.
zorgverzekeringen (CTZ). Tegelijkertijd is het accent
in het werk verschoven van uitvoering naar het
De drie rollen van de NZa in de zorgsector
proactief toezicht en het vaststellen van condities
kennen allemaal hun basis in die missie en die
voor marktwerking en de handhaving daarvan.
taken. Als marktmeester zoekt de NZa naar de
Doel van het nieuwe zorgstelsel is immers de con-
juiste ordening voor verschillende zorgmarkten.
sument waar voor zijn geld te bieden. Efficiëntie,
Zodat efficiëntie, innovativiteit en klantgerichtheid
keuze, kwaliteit en toegankelijkheid spelen hierin
optimaal gestimuleerd worden. Het streven daarbij
een sleutelrol. De NZa is officieel opgericht op
is marktwerking waar dat kan, regulering waar
1 oktober 2006. Dit verslag over 2007 is dan ook
dat moet. Als de belangen van de consument
het eerste volledige jaarverslag van de NZa.
in het gedrang komen, grijpt de NZa, als toezichthouder, in op basis van de genoemde wetten.
1.2 Missie
De NZa streeft echter naar zoveel mogelijk
“De NZa maakt en bewaakt goed werkende
individuele vrijheidsgraden bij consumenten en
zorgmarkten. De belangen van de consument
andere marktpartijen. Zo hebben alle spelers op
staan daarbij centraal. Efficiëntie op korte en
de zorgmarkten een eigen verantwoordelijkheid.
lange termijn, markttransparantie, keuzevrijheid,
Op deze manier worden ook onnodige admini
toegang tot zorg en de kwaliteit zijn gewaarborgd.
stratieve lasten voorkomen. Omdat het zorgstelsel
De consument krijgt zo de beste waar en waarde
zich snel ontwikkelt en daarbij geregeld vragen
voor zijn zorgeuro”.
over marktordening opkomen, is de NZa tevens
Missie, kernwaarden en taken
onafhankelijk adviseur. De NZa adviseert aan
sturing. De toezichthouder beschikt over deze
de Minister van VWS en aan andere publieke
kennis en waarborgt dit door hier in haar
instanties die een rol spelen in de zorg. Die rol
personeelsbeleid rekening mee te houden.
vervult zij op basis van haar kennis van zorg markten en ook hier met het doel de belangen van
Transparant
de zorgconsument zo goed mogelijk te dienen.
De NZa wil een transparante toezichthouder zijn op alle terreinen: over hoe zij naar de markt kijkt,
1.3 Kernwaarden
over hoe zij tot oordelen komt, over wat markt
Om de missie uit te voeren, is een aantal kern
partijen en consumenten mogen verwachten,
waarden van belang. Deze kernwaarden vormen
et cetera. De NZa wil de inzichten van de belang
de ziel van de NZa.
hebbenden kennen en heeft feiten nodig voor haar toezichtoordelen. Zij pleegt daarom hoor en
Onafhankelijk
wederhoor, consulteert actief voordat zij nieuwe
De NZa komt in onafhankelijkheid tot oordelen en
instrumenten inzet en raadpleegt marktpartijen,
afwegingen. Onafhankelijk van individuele belang
waaronder consumentenorganisaties. Bovendien
hebbende marktpartijen en de politiek. Dit kan
legt zij – achteraf – verantwoording af.
niet anders omdat de NZa zich anders geen oordeel kan vormen over gedrag van marktpartijen.
Consistent
In laatste instantie oordeelt de rechter over de
Een consistent toezichtbeleid is een noodzakelijke
besluiten van de toezichthouder. Het zijn de
voorwaarde voor het goed functioneren van de
Minister en de medewetgever die de kaders stellen
NZa. Dit is het sluitstuk om te komen tot
voor de regels waarbinnen de toezichthouder
reguleringszekerheid. Voor de toepassing van
opereert. Onafhankelijkheid betekent dus niet dat
instrumenten en bevoegdheden stelt de NZa visie-
de toezichthouder naar eigen goeddunken kan
documenten en beleidsregels op. Dat bevordert
doen en laten wat zij wil.
consistentie in optreden, ook over markten heen, bijvoorbeeld in de cure-markten en care-markten.
Deskundig Deskundigheid is vereist voor een professionele
Slagvaardig
oordeelsvorming. Als geen ander moet de NZa op
De NZa monitort markten actief en onderneemt
de hoogte zijn van de werking van markten, van
actie waar nodig. Dit doet zij daadkrachtig
toezicht houden, van methoden en efficiëntie
waar nodig, licht waar dit volstaat. Bovenal is
Missie, kernwaarden en taken
10
het optreden slagvaardig. Waar efficiëntie in de
Ziektekosten (AWBZ) rechtmatig zijn
knel komt, waar partijen essentiële informatie
uitgevoerd;
voor het toezicht niet verstrekken, zal de NZa
–
uitgevoerd door AWBZ-verzekeraars;
doen wat nodig is. De NZa is proactief, adviseert de Minister actief en neemt zelf initiatieven om
het vaststellen of de AWBZ doelmatig is
–
het vaststellen of marktpartijen aanmerkelijke
concurrentieproblemen op te lossen en op te
marktmacht hebben en daar indien nodig
treden waar eerlijke marktwerking wordt verstoord
tegen optreden;
of waar buiten het wettelijk kader wordt getreden.
–
het monitoren van zorgmarkten;
–
het bevorderen van voldoende transparantie
Betrouwbaar De sector kan op de NZa rekenen. Waar zij
op de markt, zowel over prijs als over kwaliteit; –
bekostigingstaken heeft, moeten instellingen
het bevorderen van de werking van zorgmarkten.
kunnen rekenen op tijdige besluiten over hun budgetten en op tijdige uitspraken omtrent hun
Om toezicht te kunnen uitoefenen, heeft de NZa
verantwoording daarover. De NZa neemt besluiten
bevoegdheid tot:
binnen de aangegeven termijn en biedt snel duidelijkheid als concurrentieposities in het
–
het inwinnen van inlichtingen;
geding zijn.
–
het opleggen van boetes bij overtreding van de wet;
1.4 Taken
–
van wettelijke plichten af te dwingen;
De belangrijkste taken van de NZa zijn: –
het stellen van regels, zoals beleidsregels.
–
het beslechten van geschillen;
–
het opleggen van verplichtingen in de vorm van tarieven en prestatiebeschrijvingen;
Toezicht vindt plaats op basis van toetsing aan deze regels; –
het vaststellen van tarieven, budgetten en
het opleggen van dwangsommen om naleving
–
het opleggen van verplichtingen op het gebied van marktverplichtingen.
prestatiebeschrijvingen in curatieve en
–
langdurige zorgmarkten; voor zover deze
De wettelijke basis voor het optreden van de
nog niet geheel geliberaliseerd zijn;
NZa ligt vast in de Wet marktordening
het vaststellen of de Zorgverzekeringswet
gezondheidszorg, de Wmg.
(Zvw) en de Algemene Wet Bijzondere
2. Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten Bij haar aantreden heeft de NZa een aantal
Dit hoofdstuk beschrijft de vorderingen die zijn
hoofddoelstellingen geformuleerd waarin het
geboekt in het realiseren van deze doelen.
consumentenbelang centraal staat. Dit zijn:
De NZa voelt zich verantwoordelijk voor deze doelstellingen en laat zich daar ook op afrekenen
–
–
de NZa bewaakt de belangen van de
als dit niet wordt gehaald. Ook is er aandacht voor
consument en ziet toe op eerlijke en heldere
de problemen waarop de NZa in 2007 is gestuit.
voorlichting door verzekeraars en aanbieders;
Zo ontstaat een overzicht van de activiteiten van
de NZa ontwikkelt slimme instrumenten om
de NZa in 2007 in vogelvlucht.
efficiëntie in de zorg in goed tempo te verbeteren. De zorgmarkten die door ziekenhuizen worden bediend, zijn hierbij een speerpunt; –
de NZa zet in op het stimuleren van kwaliteit, door die marktcondities te stellen die prikkelen tot kwaliteit en innovatie in de zorg;
–
de NZa wil de vaste jaarlijkse taken goed en servicegericht uitvoeren. De NZa waakt over integriteit van de budgetteringsfunctie;
–
de NZa zet in op een aanmerkelijke vermindering van de bureaucratie van toezicht.
Efficiëntie op zorgmarkten
14
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
2.1 Efficiëntie op zorgmarkten
Hiertoe hanteert zij onder meer maatstaf
Eén van de hoofdtaken van de NZa is het bevor
concurrentie als instrument.
deren van efficiëntie op zorgmarkten. Daarbij hoort ook het monitoren van de ontwikkelingen
De markt voor ziekenhuisbekostiging, in totaal
in de zorg en onderzoek naar mogelijkheden om
circa € 13 miljard, bestond in 2007 uit een
de positie van de consument te verstevigen. Hier
A- (90%) en een B-segment (10%). Het A-segment
toe publiceert de NZa jaarlijks een groot aantal
ligt nog vast in sterk gereguleerde prijzen, in het
visiedocumenten, marktmonitors, research papers,
B-segment gelden vrije prijzen. Het doel is op ter-
prestatiemetingen, rapportages en thematische
mijn alle prijzen vrij te geven. De uitvoeringstoets
onderzoeken. Ook worden betrokken marktpartijen
‘Op weg naar vrije prijzen’, in april 2007
regelmatig geconsulteerd over voorgenomen
verschenen, schetst met maatstafconcurrentie
wijzigingen. De expertise die de NZa hiermee
een overgangsmodel naar volledige vrije prijzen
verzamelt, leidt tot een beter inzicht in de werking
in de ziekenhuiszorg in 2012. Ziekenhuizen
van (deel)markten. Op basis van deze kennis
moeten voor een groot deel van hun zorg
adviseert de NZa de Minister van VWS.
productie onderhandelen met verzekeraars over prijzen en volumes. Maatstafconcurrentie moet
In het algemeen heeft de NZa forse stappen gezet
de overgang naar vrije prijzen in het A-segment
in de analyse van de ordening van de zorgmarkten.
soepel laten verlopen en voorkomen dat markt-
Zijn de prikkels voor de verschillende marktpartijen
macht bij ziekenhuizen leidt tot prijsstijgingen.
optimaal of zijn zij aan te scherpen? Wanneer is het belang van de consument het best geborgd? Als
Maatstafconcurrentie is daarmee een tijdelijk
één ding duidelijk is, dan is het wel dat de ene markt
instrument van prijsbeheersing voor de overgangs
de andere niet is. De NZa streeft er voortdurend naar
periode naar vrije prijzen, zoals de NZa die tussen
om marktpartijen consumentgerichter, effectiever en
2009 en 2012 in de Cure beoogt te introduceren.
efficiënter te laten werken. Mede hierdoor onder-
Zij doet dit naar aanleiding van de brief ‘Waar
gaat de totale zorg een grondige vernieuwing.
dering voor betere zorg’ van de hand van de Minister van VWS, die zij in juni 2007 ontving.
2.1.1 Maatstafconcurrentie
Deze geeft hierin aan prestatiebekostiging met
De NZa staat voor een zeer complexe, en voor
maatstafconcurrentie per 1 januari 2009 te willen
marktpartijen ingrijpende, operatie met de invoe-
invoeren. Dit ter vervanging van de functiegerichte
ring van prestatiebekostiging in de ziekenhuiszorg.
budgettering.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
15
16
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Met maatstafconcurrentie wordt de werking
macht en keuzevrijheid van de consument in de
van een vrije markt nagebootst. Zorgaanbieders
AWBZ-zorg. Een keuzeplatform waar consumenten
worden afgerekend op basis van hun relatieve
uit het aanbod van verschillende zorgaanbieders
prestaties vergeleken met die van andere, soort
kunnen kiezen, kan daar een belangrijke bijdrage
gelijke zorgaanbieders. De NZa werkt met een
aan leveren. Voor de langere termijn verwacht de
benadering van dat model, waarin de maatstaf ex
NZa dat delen van de AWBZ kunnen worden over-
ante voor drie jaar wordt vastgesteld. In 2012 is in
geheveld naar de Zorgverzekeringswet. Waar dat
beginsel de overgangsperiode voorbij en wordt de
niet mogelijk is, moet een ‘Romp AWBZ’ in stand
maatstaf vervangen door geheel vrije prijsvorming.
blijven als publieke volksverzekering. Dit geldt voor patiënten die niet voor zichzelf kunnen zorgen of
Ter markering van de invoering hield de NZa in
bij wie de financiële consequenties van een (aan
oktober een drukbezocht congres, waar zo’n twee-
geboren) aandoening te groot zijn om privaat te
honderd zorgaanbieders, verzekeraars, branche-
verzekeren. Dit staat in het rapport ‘Care voor de
verenigingen en consumenten- en patiënten
toekomst’ dat aan de Staatssecretaris van het
organisaties de officiële start van maatstaf
Ministerie van VWS is aangeboden.
concurrentie meemaakten. Doel was de sector te informeren en van de sector informatie in te winnen
Zorgverzekeraars en zorgaanbieders worden in het
met behulp waarvan de introductie van maatstaf-
huidige systeem onvoldoende gestimuleerd om op
concurrentie goed kan plaatsvinden. In november
basis van prijs en kwaliteit in te kopen en doel
heeft de NZa vervolgens een consultatiedocument
matiger te werken. Bovendien is de rol van de
verzonden en hebben de zorgaanbieders tevens
consument nog beperkt. De consument moet
hun individuele productiviteitsscores ontvangen.
meer inkoopmacht en keuzevrijheid krijgen zodat
De consultatie is vooral van belang om te kunnen
vraagsturing ontstaat. In de extramurale zorg,
bepalen waar volgens markpartijen nog belangrijke
waaronder bijvoorbeeld de thuiszorg valt, kan
knelpunten zitten en wat oplossingen hiervoor zijn.
dit door een marktruimte te creëren, waarin de
Het overleg met de sector is steeds opnieuw van
consument zelf kan kiezen voor de aanbieder die
groot belang om maatstafconcurrentie op de best
het best aan zijn wensen voldoet. Dat betekent dat
mogelijk manier in te voeren.
er een loket moet komen waar zorgaanbieders hun producten presenteren.De marktmodellen op de
2.1.2 Toekomstige inrichting AWBZ
AWBZ-markten zijn wezenlijk anders dan die in de
De NZa werkt aan het vergroten van de inkoop
Cure. In de Care is vrije prijsvorming nog niet aan
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
de orde. Zo is sprake van centrale inkoop door
ordening, om zo de huidige onvolmaaktheden
zorgkantoren, waardoor het lastig is om goede
van de geneesmiddelenmarkt op een structurele
prikkels te organiseren voor efficiëntie. Dit is des
manier aan te pakken.
te lastiger door de grote budgettaire druk en de ontwikkelingen in de zorgbehoefte. De NZa heeft
De focus van dit onderzoek is op de extramurale
in 2007 onderzocht wat hanteerbare markt
farmaceutische zorg: de zorg verleend door
modellen zijn in de gehandicaptenzorg, de geeste-
apotheken en apotheekhoudende artsen. De
lijke gezondheidszorg en in de verpleging en de
aandacht is vooral uitgegaan naar geneesmiddelen
verzorging, inclusief thuiszorg. Daarbij is vooral
die niet langer onder een octrooi vallen. Voor deze
gelet op de vraag welke marktmodellen effectief
geneesmiddelen geldt dat er meer producenten
en uitvoerbaar zijn.
zijn, of dat zij snel kunnen toetreden. Hierdoor zijn de mogelijkheden voor marktwerking groter dan
2.1.3
Marktmodel farmacie
voor geneesmiddelen die nog door een octrooi
De farmaceutische zorg is een belangrijk onderdeel
worden beschermd: de octrooihouder heeft
van de gezondheidszorg. Uitgedrukt in zorgkosten
immers een wettelijk monopolie.
beslaat farmaceutische zorg ongeveer 11,5% van de totale zorguitgaven, ruim € 5 miljard.
Het onderzoek identificeert verschillende knel
Bij farmacie is sprake van een keten van onder
punten in de farmaceutische markt. Een belangrijk
nemingen en van een omvangrijk stelsel van regels
voorbeeld is de margeconcurrentie. Marge
en markttoezichthouders. Al lange tijd bestaat het
concurrentie komt er op neer dat producenten
beeld dat het bestaande ordeningsstelsel dat in
van geneesmiddelen zonder octrooi met elkaar
zijn geheel geldt voor de keten van marktpartijen,
concurreren door apothekers bonussen en
niet optimaal is uit het perspectief van goede,
kortingen te geven. Deze bonussen en kortingen
gereguleerde, marktwerking.
worden niet doorgegeven aan verzekeraars en consumenten in de vorm van lagere prijzen van
De NZa gaat het hele marktmodel van de farmacie
geneesmiddelen. Op dit moment wordt op basis
nader onderzoeken. Daarom heeft zij in 2007 een
van een convenant tussen overheid en apothekers
analyse gemaakt om een research paper te kunnen
een deel van deze bonussen en kortingen afge-
uitbrengen over een optimaal werkend efficiënt
roomd via een zogenaamde “clawback”. Dit
marktmodel. Het doel van het onderzoek is om
convenant loopt eind 2009 af, waarna een nieuwe
alternatieven te bieden voor een nieuwe markt
oplossing nodig is.
17
Wim de Bie is langer dan 25 jaar het gezicht van de St. Maartenskliniek in Nijmegen. In zijn hoedanigheid als voorzitter van de Raad van Bestuur heeft hij het gezicht van de NZa duidelijk zien veranderen. Was het toenmalige CTG ooit regelrecht tegenstander van een experiment met vrije prijsvorming voor alle behandelingen in een ziekenhuis, vandaag de dag is de NZa ronduit positief over de resultaten die de St. Maartenskliniek heeft geboekt. De Bie vertelt.
Waar heeft de markt behoefte aan? ‘De St. Maartenskliniek is in 1936 opgericht en heeft zich volledig toegelegd op de behandeling van aandoeningen aan het houding- en bewegingssysteem. Oorspronkelijk hadden wij drie specialismen: orthopedie, reumatologie en revalidatie. Door de jaren heen hebben wij daar pijnbestrijding, met hulp van anesthesisten, aan toegevoegd, in het bijzonder voor patiënten die wij niet kunnen genezen. Binnen deze specialismen zien wij jaarlijks 55.000 nieuwe patiënten. Tevens hebben wij een groot aantal chronische patiënten in behandeling. Dat doen we met 1800 medewerkers die samen 1230 fte invullen. In totaal realiseren wij een omzet van €135 miljoen. Sinds drie jaar hebben wij een tweede vestiging in Woerden, waar wij ook alle behandelingen aanbieden. In die periode zijn wij erin geslaagd de omzet te verdrievoudigen. Die ligt nu rond €15 miljoen. De grote groei van de Maartenskliniek heeft alles te maken met ons experiment dat wij onder toezicht van de NZa kunnen uitvoeren.’
Wim de Bie, lid van de Raad van Bestuur van de St. Maartenskliniek:
‘ Het gezicht van de NZa is in positieve zin veranderd’ Het succes van de St. Maartenskliniek is volgens De Bie in hoofdzaak te danken aan de omslag die zij een aantal jaren geleden heeft gemaakt. ‘Medici hebben van oorsprong de neiging op basis van hun kennis een behandeling voor te schrijven. Daarbij gaan zij er vanuit dat hun voorgeschreven behandeling leidt tot een genezen patiënt. Wij hebben dat veranderd in de vraag waar patiënten behoefte aan hebben. Onze kernactiviteit bestaat uit wervelkolombehandelingen. Wij zien 8000 patiënten per jaar. Ongeveer tien procent is te genezen met een operatie. Van zo’n tien procent kunnen wij met behulp van anaesthesiologische interventie, waaronder neuromodulatie, de pijn helpen bestrijden. Dit betekent dat wij tachtig procent van de patiënten medisch gezien geen oplossing kunnen bieden. Voor hen zijn we aangewezen op therapieën die patiënten helpen te leren omgaan met hun blijvende beperking. In samenwerking met een kliniek uit Londen hebben wij voor deze groep een behandeling ontwikkeld die zich concentreert op ‘coping’: hoe kunnen patiënten leren omgaan met hun beperkingen. Met een intensief programma van enkele weken kunnen fysiotherapeuten en psychologen bijdragen aan de manier waarop patiënten omgaan met hun blijvende beperkingen. Hun methode is uitgebreid wetenschappelijk onderzocht en patiënten blijken er bijzonder veel baat bij te hebben. Bij verzekerings maat schappijen slagen wij er steeds beter in om hen ervan te overtuigen dat vergoeding van zo’n behandeling kan leiden tot een verminderd beroep van patiënten op andere behandelingen, een lager ziekteverzuim op het werk en een minder afhankelijk bestaan van de zorg.’
20
Wim de Bie, lid van de Raad van Bestuur van de St. Maartenskliniek
Deze vorm van behandeling en deze groep patiënten hebben de St. Maartenskliniek geleerd de overstap naar marktgericht denken eerder te maken dan andere vormen van geneeskunde. De Bie: ‘Onze specialisten weten dat zij voor de lange termijn bezig zijn met hun patiënten. Dan ga je je eerder afvragen waar patiënten behoefte aan hebben. Dat is voor de St. Maartenskliniek dan ook het centrale uitgangspunt geworden: wij spelen zoveel mogelijk in op de vraag van de consument. Of nog breder: waar heeft de markt behoefte aan.’
Eigen apotheek Dit uitgangspunt heeft al geleid tot tal van nieuwe initiatieven en behandelwijzen. De Bie: ‘Er zijn bijvoorbeeld veel patiënten die niet echt reuma hebben maar wel aanverwante aandoeningen, zoals artrose en osteoporose. Voor hen hebben we behandelprogramma’s ontwikkeld. Vervolgens is het zaak aan verzekeringsmaatschappijen uit te leggen dat zij er ook belang bij hebben die programma’s te vergoeden. Een ander voorbeeld is de openbare apotheek die wij in het ziekenhuis hebben opgericht. Iedereen kan er terecht maar het ligt voor de hand dat de apothekers gespecialiseerd zijn in de medicatie voor reuma. De toediening van deze medicatie luistert zeer nauw en zij kunnen dat heel goed begeleiden. Bovendien hebben zij het voordeel dat zij direct kunnen overleggen met de behandelend arts en dat zij inzage hebben in het elektronisch patiëntendossier. De apotheek is inmiddels goed voor een omzet van € 11 miljoen.’
Hoogwaardige patiëntenzorg De marktgerichte aanpak is De Bie veel waard, maar één uitgangspunt heeft bij de St. Maartens kliniek altijd voorrang. ‘Hoogwaardige kwaliteit van zorg is en blijft het belangrijkste. Wij hebben hoogleraren in dienst, hebben een eigen afdeling RD&E waar veel toegepast onderzoek plaatsvindt. Onze ervaring is dat een bedrijfsmatige aanpak waarin competitie en transparantie centraal staan, daar eerder bij helpt dan dat het negatieve invloed op de kwaliteit zou hebben. Wij hebben dan ook aangedrongen op het experiment met vrije prijsvorming. Sterker, wij zijn ervan overtuigd dat we de te verwachten explosie aan zorgvraag alleen op deze manier kunnen opvangen. De komende vijftien tot twintig jaar kunnen wij als gevolg van de dubbele vergrijzing rekenen op verdubbeling van de vraag. Dat zet een enorme druk op de solidariteit van ons systeem. Er moet iets substantieels gebeuren om die ontwikkeling te kunnen beantwoorden. De zorg moet veel efficiënter georgani seerd worden. Bijvoorbeeld in de electieve en de chronische zorg is dat heel goed te doen, omdat deze vormen van zorg goed te plannen zijn. Bij spoedeisende zorg is dit uiteraard niet aan de orde.’ ‘In het experiment hebben wij voor alle behandelingen in de kliniek volledig vrije onderhandelingen met alle individuele zorgverzekeraars gevoerd. Voor het vierde achtereenvolgende jaar hebben wij nu over volume, prijs en kwaliteit afspraken kunnen maken over het hele aanbod’, zegt De Bie met gepaste trots. ‘Onderdeel van het experiment is dat de St. Maartenskliniek de vrijheid heeft het hele zorgproces opnieuw in te richten zonder dat dat wordt beïnvloed door de bekostigingsregels van
Wim de Bie, lid van de Raad van Bestuur van de St. Maartenskliniek
de NZa. Dit heeft ertoe geleid dat wij de kosten per product hebben kunnen verlagen en dat de kwaliteit van behandelingen is verhoogd. Een mooi voorbeeld is de revalidatie van patiënten met een ernstige hersenaandoening. Volgens de regels mochten wij deze patiënten een uur per dag gedurende drie maanden therapie geven. Toen wij ons afvroegen hoe wij dit proces zouden inrichten nu er geen regels golden, kwamen wij uit op zeven uur therapie per dag gedurende zes tot zeven weken. Deze veel intensievere therapie leverde betere resultaten op bij de patiënten. Omdat de hotelkosten veel lager werden, mensen mochten eerder naar huis, is de behandeling ook nog eens goedkoper gebleken.’
Druk op de prijs Door over de hele linie zo te werk te gaan, is de St. Maartenskliniek erin geslaagd in 2007 de integrale tarieven met vier procent te verlagen. In de onderhandelingen met zorgverzekeraars komt dit goed uit. De Bie: ‘Tijdens de onderhandelingen hebben we het op directieniveau over ontwikkelingen in vraag en aanbod en over productvernieuwingen. Het valt op dat verzekeraars ook oog hebben voor kwaliteit. Zij weten immers dat verzekerden bij hen weglopen als zij geen kwaliteit krijgen via de verzekeraar. In een tweede onderhandelingsronde slaat onze verkoop manager spijkers met koppen. Omdat wij volledige volumevrijheid verlangen om geen wachtlijsten te krijgen, leggen de verzekeringsmaatschappijen druk op de prijs.’ Mede dankzij de efficiëntere bedrijfsvoering en de vrijheid in het inrichten van de zorgprocessen, kan de St. Maartenskliniek dat stootje opvangen.
Rol NZa geprofessionaliseerd Tijdens het experiment is de St. Maartenskliniek kritisch gevolgd door de NZa. De Bie: ‘Bij aanvang in 2004 ondervonden we duidelijk weerstand. Dat was begrijpelijk omdat het CTG zelf in een transitie verwikkeld raakte van een publiek bureaucratisch orgaan naar een moderne marktmeester. Het begrip marktwerking alleen al stuitte op weerstand bij de medewerkers. Bij de eerste evaluatie in 2006 was deze houding nog steeds wel zichtbaar. De NZa in oprichting was uitermate kritisch, met name over de winst die we boekten. De afgelopen twee jaar is de relatie ontzettend geprofessionaliseerd. Op enkele details na, zijn wij zeer te spreken over de wijze waarop de NZa de evaluatie in 2007 heeft uitgevoerd. Zij kijkt objectiever en transparanter en is meer geneigd het veld te betrekken. De laatste evaluatie is zelfs in samenspraak met de kliniek en met zorg verzekeraars tot stand gekomen. Wat wij wel betreuren, is dat de St. Maartenskliniek nog steeds het enige DBC-experiment is. Wij zijn grote voorstander van een snelle volledige invoering van de DBC-bekostigingssystematiek. Wij zouden het toejuichen als de NZa in ieder geval andere gespecialiseerde instellingen, zoals het oogziekenhuis in Rotterdam en de brandwondencentra, zou stimuleren in 2009 samen met ons het experiment van volledige vrije prijsvorming op basis van DBC’s voort te zetten.’
21
22
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
De NZa treedt op tegen marktpartijen die effectieve staan 2.1.4 Meetlat vrije beroepen
document worden vastgesteld. Het ziet er dan ook
Tussen 2005 en 2007 is in de fysiotherapie
naar uit dat deze deelmarkten als eerste in aan
geëxperimenteerd met vrije prijzen. Dit experiment
merking zullen komen voor vrije prijsvorming. De
heeft laten zien dat marktwerking niet altijd
NZa publiceerde in 2007 drie visiedocumenten op
betekent dat prijzen en contracten op basis van
dit gebied. Het zijn:
bilaterale onderhandelingen tussen verzekeraars
–
vrije beroepen in de zorg, februari 2007;
en individuele fysiotherapeuten tot stand komen. Wel hebben de fysiotherapeuten hun tarieven iets
visiedocument theoretisch kader liberalisering
–
visiedocument eerstelijns psychologische zorg, juli 2007;
zien stijgen. Met ingang van 2008 werkt deze
visiedocument oefentherapie, juli 2007.
beroepsgroep definitief met vrije prijzen.
–
Om het nieuwe zorgstelsel mede vorm te geven, zal
2.1.5 Aanmerkelijke marktmacht
de NZa bekijken of ook voor de andere vrije beroeps-
Voor de analyse van marktmacht op zorgmarkten
beoefenaren vrije prijzen kunnen worden ingevoerd.
is sinds 2007 het instrument van de ‘Aanmerkelijke
Om dit zo goed mogelijk te doen, heeft zij een
marktmacht’ beschikbaar. Daarmee kan de NZa
meetlat voor de vrije beroepen ontwikkeld. Jaarlijks
optreden tegen individuele marktpartijen als de
gaat zij een aantal deelmarkten doorlichten om te
marktstructuur effectieve concurrentie op een
kunnen beoordelen of een specifieke deelmarkt
relevante deelmarkt in de weg staat. Het instrument
klaar is voor vrije prijsvorming. De NZa heeft een
van aanmerkelijke marktmacht heeft in de toepas-
programmatische aanpak ontwikkeld waarin op ter-
sing een brede reikwijdte. Het omvat zowel Cure- als
mijn zo’n dertig beroepsgroepen hetzelfde traject
Caremarkten, gereguleerde als vrije markten, zorg-
richting vrije prijsvorming zullen doorlopen. Jaarlijks
aanbieders en zorginkoop als zorgverzekeringsmark-
zullen drie tot vier deelmarkten worden bekeken.
ten. Vanwege reguleringszekerheid wil de NZa een
Kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid spelen
integrale beleidsvisie en beleidsregels vaststellen
daarin de hoofdrol. Voor de eerstelijns psychologie
voor de toepassing van dit nieuwe sectorspecifieke
en de oefentherapie zijn visiedocumenten versche-
concurrentie-instrument. Dat geeft duidelijkheid
nen. Hierin wordt op basis van de meetlat geadvi-
over toepassingscriteria, de marktafbakenings
seerd dat vrije prijsvorming mogelijk is. De Minister
methodologie, dominantiebepaling en beleid ten
heeft het advies overgenomen. Voor de mondzorg
aanzien van het opleggen van verplichtingen. In
is in 2007 een consultatiedocument verschenen.
2007 heeft dit project geleid tot de beleidsregel
Na consultatie van de sector mondzorg zal het visie
Aanmerkelijke Marktmacht in de Zorg.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
concurrentie in de weg 2.1.6 Monitoring
kunnen maken tussen (producten van) zorg
De NZa volgt nauwlettend de ontwikkelingen
verzekeraars. Constateert de NZa dat er sprake is
op de verschillende zorgmarkten waar meer
van factoren die de marktwerking belemmeren,
vrijheidsgraden worden geïntroduceerd voor
dan wordt nader onderzoek gedaan naar de
partijen. Zij beschrijft deze in monitordocumenten.
gevolgen van die factoren voor de consument.
De monitors geven aan welke instrumenten ter
In de Monitor zorgverzekeringsmarkt doet de
bevordering van marktwerking positief dan wel
NZa uitspraken over het marktgedrag van zorg
negatief of neutraal uitpakken. De NZa wijst ermee
verzekeraars. Komen zorgverzekeraars wettelijke
op ontwikkelingen, deelt kennis over de markt.
verplichtingen in de Zorgverzekeringswet niet na,
De monitors vervullen een nuttige functie als
dan grijpt de NZa in. Constateert de NZa hierbij
signalerings- en voorlichtingsmiddel in de richting
mogelijke mededingingsovertredingen, dan geeft
van publiek en politiek. Tevens zijn zij van belang
zij dit door aan de Nederlandse Mededingings
voor de eigen besluitvorming van de NZa.
autoriteit (NMa).
Een goed voorbeeld is de monitor Zorgverzekerings-
De NZa heeft in 2007 de volgende monitor
markt. Het zorgstelsel is in 2006 gewijzigd, de
documenten uitgebracht:
marktwerking in de zorg krijgt steeds verder vorm. In dat kader heeft het Ministerie van VWS de NZa
–
gevraagd om de zorgverzekeringsmarkt structureel
Thematisch onderzoek Verzekerdeninvloed Zorgverzekeringswet (juni 2007)
te volgen. De NZa hanteert hierbij informatie van
–
Monitor B-segment 2007 (juni 2007)
derden en doet tevens eigen (enquête)onderzoek.
–
Monitor Fysiotherapie 2007 (juni 2007)
De bevindingen en de ontwikkelingen worden
–
Monitor Zorgverzekeringsmarkt
beschreven in de Monitor zorgverzekeringsmarkt.
“De balans 2007” (juni 2007)
–
Monitor Huisartsenzorg (juni 2007)
De monitor onderzoekt hoe zorgverzekeraars
–
Monitor extramurale AWBZ-zorg
reageren op de ontwikkelingen en wat de gevolgen zijn voor de belangen van de consument:
(september 2007) –
kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg. In dit kader ziet de NZa er op toe dat de zorgverzekeringsmarkt voldoende transparant is voor de verzekerden zodat zij afgewogen keuzes
Monitor ‘Experiment vrije prijsvorming Sint Maartenskliniek’ (december 2007)
–
Monitor Vermogens Zorgaanbieders 2005 – 2006 (december 2007)
23
Consumenten
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
26
2.2 Consumenten
Kern van het probleem is veelal de ongelijkwaardig
Voor de consument zijn de vele vernieuwingen
heid van de individuele consument ten opzichte
in de zorg soms verwarrend. Dat heeft vooral te
van zorgaanbieders en -verzekeraars. De NZa
maken met de zelfredzaamheid die van hem
bewaakt en vergroot de consumentenwaarden
wordt verwacht en dat is nieuw. De NZa stelt bij
transparantie, keuzevrijheid en rechtspositie.
de uitoefening van haar taken het consumenten
Hiertoe beschikt zij over instrumenten zoals
belang voorop. Daarom doet zij er alles aan er
het verplicht stellen prestaties en tarieven te
voor te zorgen dat de consument zich zo goed
publiceren, het toezicht houden op misleidende
mogelijk kan informeren. Kennis leidt immers tot
reclame en informatie, het toezicht houden op de
juiste keuze.
acceptatieplicht en het controleren van het verbod op premiedifferentiatie.
2.2.1 Consumentenprogramma Zelfredzaamheid en keuzevrijheid van de consument
In het visiedocument ‘(In) het belang van de
staan voorop bij het analyseren van de zorgmarkten
consument’ uit oktober 2007 omschrijft de NZa
en in de aanbevelingen van de NZa. En de NZa
het algemeen consumentenbelang in de zorg en
neemt zoveel mogelijk de knelpunten weg met haar
signaleert zij de genoemde knelpunten. Het
Consumentenprogramma. Dit programma bestaat
document bevat ook de acties die de NZa onder-
uit acties die de positie van de consument op zorg-
neemt om deze knelpunten weg te nemen. Andere
markten versterken. De belangrijkste knelpunten zijn:
publicaties op het gebied van consumenten zijn
–
gebrek aan keuze-informatie;
geweest: visiedocument ‘Richting geven aan keu-
–
gebrek aan informatie over wachttijden;
zes’, ‘Richtsnoer informatieverstrekking’ en de rap-
–
gebrek aan kwaliteitsinformatie;
portage ‘Vergelijkingssites voor zorgverzekeringen’.
–
toegankelijkheid en kwaliteit van informatiepunten en vergelijkingswebsites
2.2.2 Toetsingskader transparantie
schieten tekort;
Het toetsingskader transparantie is een actie die
–
schaarste en gebrek aan keuzemogelijkheden;
voortvloeit uit het Consumentenprogramma van
–
lange afhandeltermijnen;
de NZa. Met dit toetsingskader wil de NZa bevor
–
toegankelijkheid klachtenprocedures schiet
deren dat consumenten kunnen beschikken over
tekort;
voldoende informatie om te kunnen kiezen binnen
gebrek aan vertrouwen in de rechtspositie van
het zorgaanbod. In het toetsingskader stelt de
de consument.
NZa eisen aan de informatievoorziening voor
–
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Pal voor de consument Duidelijk voorbeeld van de manier waarop de NZa het consumentenbelang in 2007 heeft behartigd, is de kwesties rond de KNMP-zaak. De NZa heeft de vereniging van apothekers (KNMP) in 2007 opgeroepen de consument juist en volledig te informeren. De KNMP is een actie gestart tegen zorgverzekeraars. Zij riep patiënten op om bepaalde zorgverzekeraars te mijden, omdat die op de stoel van de huisarts en de apotheker zouden zitten. Met de actie zaaiden de apothekers onnodig onrust onder consumenten omdat de suggestie werd gewekt dat een aantal verzekeraars wil bepalen welk medicijn een patiënt moet gebruiken. De NZa wilde benadrukken dat dit niet aan de orde was en heeft de KNMP hier per brief op gewezen. De NZa heeft ook Zorgverzekeraars Nederland opgeroepen de juistheid van de informatie van verzekeraars te bewaken. De NZa beoordeelt of de modelovereenkomsten van zorgverzekeraars en bijbehorende reglementen voldoen aan de eisen van de Zorgverzekeringswet. Bij de beoordeling van de modelovereenkomsten van de zorgverzekeraars, waarin het preferentiebeleid is opgenomen, is niet gebleken dat zorgverzekeraars zich bemoeien met de inhoud van de zorg. Het preferentiebeleid heeft alleen invloed op de prijs en niet op de inhoud (kwaliteit) van de zorg. De arts bepaalt, op grond van medische noodzaak, welk medicijn hij voorschrijft aan de patiënt. De NZa acht het wel van belang dat verzekerden goed over dit beleid van de zorgverzekeraars worden geïnformeerd, zodat de consument een weloverwogen keuze kan maken. De NZa blijft de ontwikkelingen rond de actie van de KNMP en het informatiegedrag van zorgverzekeraars volgen.
27
Een strenge toezichthouder, die in de sector onomstreden is. Als de NZa het zegt, dan is het zo. Zo zou Cynthia Vogeler, manager Gezondheidszorg en Voeding bij de Consumentenbond, de NZa graag zien. ‘Het instrumentarium is voorhanden, nu is het aan de NZa haar reputatie te vestigen’, zegt zij. ‘De effi ciëntie en het kwaliteitsniveau van de zorg moeten omhoog. Marktwerking is daarbij geen uitgangspunt, maar sec een instrument om kwalitatief hoogwaardige zorg tegen een goede prijs, nu en in de toekomst, te waarborgen. Deels zal dit met regulering en deels met toezicht gepaard moeten gaan. Dan kan marktwerking werken’, zegt Vogeler. ‘De NZa hebben we hier met heel veel effort aan zien werken het afgelopen jaar. Mij is daarbij opgevallen hoe zorgvuldig zij de consultaties uitvoert. Lovenswaardig is haar positieve grondhouding in de richting van de consument.’
Keuze-informatie Het gaat dus de goede kant op, maar de Consumentenbond zou de Consumentenbond niet zijn als er niet ook ‘verbeterpunten’ aan de orde komen. ‘Consumenten kunnen individueel heel moeilijk de juiste informatie verkrijgen om keuzes ten aanzien van een aanbieder te maken’, zegt Vogeler. ‘Stelt u zich eens voor dat een consument aan een ziekenhuis vraagt hoe het gesteld is met het aantal geslaagde operaties op het gebied van een bepaalde kwaal. Ik verzeker u dat hij vrijwel overal nul op het rekest krijgt. Hij kan die informatie niet afdwingen. Voor de Consumentenbond is dat ook lastig, zowel bij verzekeraars als bij aanbieders.’
Cynthia Vogeler, manager Gezond heidszorg en Voeding van de Consumentenbond:
‘ De NZa is klaar voor een actievere rol’ ‘Niettemin wil de Consumentenbond haar leden keuze-informatie verschaffen op het gebied van de kwaliteit van de zorg, het prijsniveau van de zorg en eventuele misstanden in de zorg. Daarom heeft de Consumentenbond in 2006 in acht ronden een uitvoerig onderzoek gedaan. Eerst hebben we consumenten gevraagd op welke criteria zij ziekenhuizen beoordelen. Vervolgens hebben we de tien belangrijkste criteria die hieruit naar voren kwamen, bij ziekenhuizen uitgevraagd en de resultaten hiervan gepubliceerd. In de eerste ronde deed slechts 46 procent van de ziekenhuizen mee, de rest voelde er niets voor om openheid van zaken te geven. Aan de achtste ronde deed 96 procent mee. De hoogscorende ziekenhuizen hadden we al snel mee, maar de ziekenhuizen die onderaan stonden, wilden laten zien dat zij verbeteringen hadden aangebracht en dat zij niet langer in de onderste regionen van de ranking bivakkeerden.’
Marktmeesterschap als kritische succesfactor Dergelijk onderzoek leidt dus tot de zo gewenste transparantie in de zorg. Vogeler meent dat hierin een rol voor de NZa is weggelegd. ‘De NZa is de enige partij in de sector die boven alle partijen staat. Dankzij die positie kan zij met nog meer gezag dan wij dit soort informatie toegankelijk maken voor het brede publiek. Dan komt het uit onpartijdige hoek en staat het niet ter discussie. In samenwerking met de Inspectie voor de Gezondheidszorg zou de NZa op het terrein van consumentenvoorlichting als marktmeester een actieve rol naar zich toe moeten trekken. Dat marktmeesterschap is een kritische succesfactor voor een goede marktwerking in de zorg.
30
Cynthia Vogeler, manager Gezondheidszorg en Voeding bij de Consumentenbond
Nogmaals, die kan werken als er een vereveningssysteem is, als de acceptatieplicht buiten kijf staat en de zorgconsument over keuze-informatie beschikt. Verder moet er natuurlijk een klachtensysteem bestaan en is diversiteit in het aanbod een belangrijke voorwaarde.’
Op het vinkentouw Een ander punt waar Vogeler de NZa een actievere rol wil zien spelen, is de controle op de zorg verzekeraars en de wijze waarop zij hun premies plus de daarbij behorende voorwaarden presenteren. ‘Wij hebben in 2007 een kort geding aangespannen tegen ONVZ omdat deze verzekeraar de aanvullende verzekering na de overstapperiode plotseling flink versoberde. Dat is tijdens het spel de spelregels wijzigen, kortom misleiding en daarom hebben we om een uitspraak van de rechter gevraagd’, zegt Vogeler. ‘De NZa reageerde naar onze smaak wat traag. Pas later in het proces hebben we prima samengewerkt. Maar ik denk dan dat de NZa hier op het vinkentouw moet zitten. Zodra een zorgverzekeraar met een dergelijke handeling weg komt, is er sprake van precedentwerking en is het hek van de dam. In zo’n voorval zou de NZa nu juist het voortouw moeten nemen. Het punt is dat je bij bepaalde gebeurtenissen moet kijken naar de lange termijn effecten op het marktgedrag van zorgverzekeraars. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor de voorspellingen die Zorgverzekeraars Nederland en ook de overheid steeds doen over de hoogte van de premies. Als je al in een vroeg stadium hoort dat de premie ongeveer € 1.175,-- zal bedragen en je ziet vervolgens dat verzekeraars daar maar marginaal van afwijken, dan is dat opmerkelijk. Ik wil ze echt niet betichten van prijsafspraken, maar de verzekeraars hebben daarmee wel de schijn tegen. Nee, houd het gewoon simpel. Géén voorspellingen, laat de markt zijn werk doen. Wij hebben dat in 2006 al aangekaart bij de NZa. Zij is het met ons eens, maar dat heeft nog niet het gewenste effect gehad want in 2007 gebeurde het gewoon weer. Dan denk ik dat je als NZa wel iets doortastender mag optreden. Ik verwacht dan ook dat de NZa zich daar in de toekomst strenger zal opstellen.’
Cynthia Vogeler, manager Gezondheidszorg en Voeding bij de Consumentenbond
Autoriteit Met betrekking tot de toegankelijkheid van de zorg vindt Vogeler dat de NZa goede stappen zet. ‘Het is een moeilijk te toetsen thema, maar als ik bijvoorbeeld het thuiszorgdossier van de NZa bekijk, dan is dat een heel goed rapport. Zij heeft niet de gemakkelijke weg gekozen om te pleiten voor meer geld, maar juist gekeken naar de balans tussen toegang en doelmatigheid. Het rapport gaf goed aan dat het niet ontstaan van wachtlijsten niet zozeer lag aan gebrek aan geld, maar aan de inzet van middelen. Dankzij deze analyse kwam de NZa tot een gewogen advies.’ Al met al vindt Vogeler dat de NZa zich in het eerste echte jaar vrij goed heeft gepresenteerd, maar dat een aantal punten voor verbetering vatbaar is. Die punten hebben vooral te maken met de autoriteit die een toezichthouder uitstraalt. Zij denkt dat de NZa in haar ontwikkeling daar klaar voor is. ‘Gezag moet je afdwingen, ook een autoriteit moet groeien.’
31
32
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Zelfredzaamheid en keuzevrijheid van de consumenten op zorgmarkten. Deze eisen kunnen
Bij de beoordeling van de risico’s wordt gekeken in
richting geven aan de ontwikkeling van keuze-
hoeverre er rond een risico controle- en beheers
informatie. Aan de hand van de eisen kan de
mechanismen in het zorgsysteem zitten verwerkt,
NZa vaststellen hoe het in de huidige situatie is
waardoor intensieve controle minder van belang
gesteld met de transparantie voor consumenten
wordt. Belangrijke mechanismen bij het toezicht
op de verschillende zorgmarkten en inventariseren
op de zorgverzekeraars zijn dat een verzekerde zelf
welke knelpunten er zijn. Per eis is aangegeven
zijn recht kan halen (verzekerdeninvloed) en kan
welke mogelijkheden de NZa ter beschikking staan
overstappen naar een andere zorgverzekeraar
om acties te ondernemen om te bevorderen dat
(mobiliteit). Voor de AWBZ zijn bijvoorbeeld de
de transparantie voor consumenten wordt
accountantsverklaring en de AO/IC belangrijke
vergroot. Het toetsingskader is in februari 2008
mechanismen. De beoordeling van de werking van
ter consultatie voorgelegd aan belanghebbenden
de controle- en beheersmechanismen resulteert in
en betrokkenen.
een oordeel over de kans dat een risico optreedt. Daarnaast wordt een oordeel gegeven over de
2.2.3 Risico analyse
negatieve effecten van de risico’s op de belangen
Het Risico Analyse Model (RAM) is een uitstekend
van de consument (toegankelijkheid, betaalbaar
instrument gebleken om efficiëntie in de zorg te
heid en kwaliteit).
bevorderen. Het toezicht op de Ziekenfondswet was al risico georiënteerd, maar er vond onderzoek
Als de NZa bij een bepaald risico beide criteria
plaats bij élke zorgverzekeraar. Vanwege de
hoog beoordeelt, dan belandt dat risico in het
enorme hoeveelheid werk die deze controles met
rode deel van het model. Dat betekent dat de
zich brachten, heeft de NZa het Risico Analyse
NZa zeer actief informatie over dat specifieke risico
Model ontwikkeld. In dit model concentreert de
verzamelt en extra goed in de gaten houdt of
NZa zich op de risico’s in de uitvoering van de wet.
verzekeraars naar behoren omgaan met dit risico.
Er wordt bekeken waar het voor de consument
Als bij een bepaald risico een van de twee criteria
fout kan gaan. Dat leidt tot een groslijst met risi-
lager wordt beoordeeld, dan wordt dat risico in
co’s. Door zich op deze risico’s te richten, in plaats
het oranje segment van het model ingedeeld. De
van op onderzoek bij alle zorgverzekeraars, kan de
informatieverzameling is dan iets minder intensief.
NZa haar toezicht gedoseerd uitoefenen en wor-
Zijn beide criteria (relatief) laag beoordeeld bij een
den de administratieve lasten voor de zorgverzeke-
risico, dan komt dat risico in het groene deel van
raars en zorgaanbieders zoveel mogelijk beperkt.
het model en is het toezicht van de NZa vooral
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
consument staan voorop gebaseerd op signalen. De NZa besteedt dan
marktgedragingen, transparantie en transitie
vooralsnog minder aandacht aan dat risico.
problemen. De zorgconsument is het uitgangs punt; daarom wordt ook hier aan de belangen
Met nadruk zij gezegd ‘vooralsnog’, want de
van de consument (toegang tot de zorg,
indeling van risico’s op basis van het RAM is
betaalbaarheid en kwaliteit van de zorg) in de
geen statische. Jaarlijks onderzoekt de NZa of zich
analyse een zware betekenis toegekend. Dit temeer
rond de risico’s ontwikkelingen voordoen, mede
omdat de consument onder het zorgkantoor van
op basis van signalen uit de markt. Dit kan leiden
zijn of haar regio valt en niet kan wisselen van
tot een nieuwe rangschikking en waardering van
zorgkantoor als de dienstverlening niet bevalt.
risico’s in het RAM. Een vergelijkbaar model is in de maak voor CureDe directie Zorgmarkten Cure heeft in 2007 een
en Care-zorgaanbieders. Deze risicoanalyse wordt
risicoanalyse uitgevoerd op de zorgverzekeraars.
in 2008 uitgevoerd. Met deze modellen kan de
Belangrijke risico’s zijn hier de risico’s rond de
NZa een deel van haar traditionele taken als
toegang tot de basisverzekering en de naleving
vanouds waarmaken en krijgt zij tegelijkertijd
van de zorgplicht, de risico’s rond de informatie
deels de handen vrij voor haar nieuwe taken.
verstrekking en de marktrisico’s. Door deze risico’s in de gaten te houden, wordt toegezien op de
2.2.4 Signaaltoezicht
solidariteit tussen gezonde en ongezonde
Bij signaaltoezicht signaleert, onderzoekt, stuurt
mensen binnen het zorgverzekeringsstelsel, op
en handhaaft de NZa mogelijke onregelmatig
transparantie van de markt en op meer concurren-
heden in de rechtmatige uitvoering van de Zvw,
tie en een betere marktwerking.
AWBZ of Wmg door een ziektekostenverzekeraar, uitvoeringsorgaan of zorgaanbieder. In 2007
In 2007 heeft de directie Zorgmarkten Care twee
is het aantal signalen flink toegenomen. De NZa
risicoanalyses uitgevoerd: een risicoanalyse op de
ontving er 173 en heeft 52 keer een interventie
AWBZ-zorgverzekeraars, inclusief de taken van
gepleegd naar aanleiding van een signaal. Dit
het Centraal Administratie Kantoor (CAK), en een
komt voornamelijk doordat het signaaltoezicht
risicoanalyse op het proces Nacalculaties. Gezien
zowel intern als extern meer bekendheid heeft
het publiekrechtelijke systeem dat in de AWBZ
gekregen. Ook de invoering van het signaal-
van toepassing is, worden de risico’s in deze
toezicht organisatiebreed heeft geleid tot een
sector getoetst op rechtmatigheid, doelmatigheid,
toename van het aantal signalen.
33
34
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Zittend ziekenvervoer Een voorbeeld van signaaltoezicht is de kwestie rond het zittend ziekenvervoer. De NZa ontvangt geregeld klachten over het zittend ziekenvervoer. Patiënten worden geconfronteerd met lange wachttijden en chauffeurs zijn niet altijd even vriendelijk. Het vervoer valt formeel niet onder gezondheidszorg. Daardoor valt het niet onder het toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). De kwaliteit van het vervoer valt echter wel degelijk onder de zorgplicht van de verzekeraars. Niet in de laatste plaats omdat het een kwetsbare groep consumenten betreft. De zorgplicht verplicht verzekeraars onder meer de kwaliteit van de geleverde zorg te borgen. Zorgverzekeraars erkennen de problematiek en geven aan maatregelen te treffen om de problemen te verhelpen. De NZa gaat dit de komende periode monitoren en de verzekeraars vragen welke kwaliteitseisen zij stellen aan het vervoer. De contracten worden daar ook op getoetst. Als de eisen ontoereikend zijn om te voldoen aan de zorgplicht spreekt de NZa de verzekeraars daarop aan, indien nodig wordt de naleving afgedwongen.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
35
Kwaliteit en toegankelijkheid van zorg
2.3 Kwaliteit en toegankelijkheid van zorg
38
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
2.3 Kwaliteit en toegankelijkheid van zorg
bijvoorbeeld tussen een zorgverzekeraar en een
Via monitorrapporten volgt de NZa de werking
zorgaanbieder. Het tweede (zuster)project behan-
van de vrijgegeven zorgmarkten en van de zorg
delt efficiëntievoordelen van fusies. Veel fuserende
verzekeringsmarkt. De NZa kijkt daarbij vooral naar
partijen claimen dat zij door de fusie efficiënter
betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit. Ook
kunnen werken of een betere kwaliteit kunnen
bij dit hoofddoel staat de consument dus centraal.
leveren. Die mogelijke positieve gevolgen moeten
Door jaarlijks te monitoren, ontstaat er een duide-
worden afgewogen tegen mogelijke schadelijke
lijk beeld of een markt op de goede weg is.
effecten van een fusie op de keuze op de markt.
zich op verticale fusies en afspraken in de zorg,
Om de claims van efficiëntie en kwaliteitswinst 2.3.1 Concentraties in de zorg
beter te kunnen beoordelen, werkt de NZa aan
Het aantal fusies in de zorg is in 2007 onvermin-
een instrument waarmee deze mogelijke winsten
derd hoog geweest in vergelijking met andere
gekwantificeerd kunnen worden.
sectoren. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) beoordeelt fusies boven een bepaalde
De NZa publiceert de resultaten van beide
omzetdrempel. De NZa geeft bij fusiezaken in de
projecten in 2008. De NZa maakt in beide
zorg een zienswijze aan de NMa. Zij toetst daarin
projecten gebruik van de expertise van inter
wat de gevolgen van de fusie zijn voor het alge-
nationale wetenschappers. Daarnaast werkt zij
meen consumentenbelang. Met andere woorden:
in beide projecten nauw samen met het Centraal
blijft er genoeg keuze over voor zorgconsumen-
Planbureau, de IGZ en de NMa.
ten? Als consumenten voldoende keuze hebben, wordt de betaalbaarheid, toegankelijkheid en
2.3.2 Winstexperiment
de kwaliteit van zorg het beste gewaarborgd.
De NZa heeft de Minister van VWS geadviseerd
In 2007 heeft de NZa zestien zienswijzen aan de
een experiment met winstuitkering toe te staan.
NMa verstrekt. Hiervan betroffen elf zienswijzen
Door middel van zo’n experiment wil de NZa de
fusies op de AWBZ-markten, drie zienswijzen
voordelen van winstuitkering aantonen en tegelij-
gingen over fusies tussen ziekenhuizen en twee
kertijd de mogelijke risico’s tot een minimum
over fusies tussen zorgverzekeraars.
beperken. De NZa zal het experiment monitoren voor de drie publieke belangen toegankelijkheid,
Om complexe zorgfusies beter te beoordelen is de
betaalbaarheid en kwaliteit van zorg. Voor de
NZa twee projecten gestart. Het eerste project richt
toetsing van de kwaliteit en het monitoren van de
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
39
40
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Besteed meer aandacht aan structurele van kwaliteit ontwikkeling van het kwaliteitsniveau gedurende
en andere wettelijke bepalingen door de zorg
de looptijd van het experiment zal de NZa nauw
verzekeraars. Bij dit toezicht staat het consumen-
samenwerken met de IGZ.
tenbelang voorop.
2.3.3 Prestatie-indicatoren fysiotherapie
Zorgverzekeraars hebben een redelijke mate van
Verzekerden en verzekeraars hebben behoefte
vrijheid om de zorgplicht in te vullen. Voor het
aan inzicht in de kwaliteit van de zorg die zij
toezicht op de naleving van de zorgplicht door
ontvangen dan wel inkopen. In samenwerking met
zorgverzekeraars heeft de NZa een toezichtkader
de IGZ en het Koninklijk Nederlands Genootschap
geformuleerd. Daarin zijn zowel concrete normen
voor de Fysiotherapie (KNGF) heeft de NZa in 2007
als relatief open normen uit de wet- en regelgeving
in een project gewerkt aan het inzichtelijk maken
opgenomen. De NZa gaat bewust niet de open
van die kwaliteit. Hiertoe hebben de samen
normen van de wetgever ‘dichtregelen’.
werkende partijen prestatie-indicatoren vastgesteld
Bij de invulling van deze normen is het veld als
waaraan de beroepsgroep zou moeten voldoen
eerste aan zet.
om zich kwalitatief goed te kunnen noemen. De NZa heeft in 2007 geïnventariseerd hoe zorg 2.3.4 Thematisch onderzoek zorgplicht
verzekeraars invulling geven aan hun zorgplicht.
In de Zorgverzekeringswet is vastgelegd dat
Zorgplicht is een veelomvattend begrip. In het
zorgverzekeraars een zorgplicht hebben. Dat is
onderzoek is ingegaan op een deel van deze
de plicht om ervoor te zorgen dat verzekerden
verplichting. Daarbij is gekeken naar de voor
voldoende, tijdige, en kwalitatief goede zorg of
naamste risicogebieden die volgens de NZa bij de
de vergoeding van zorgkosten ontvangen waarop
naleving van de zorgplicht zijn te identificeren. Dit
zij aanspraak hebben. De zorgplicht van verzeke-
zijn de toegang tot zorg en de kwaliteit van zorg.
raars is één van de publieke randvoorwaarden die
De toegang tot zorg komt bijvoorbeeld in gevaar
de toegankelijkheid, kwaliteit en betaalbaarheid
als zorgverzekeraars niet-geoorloofde eisen stellen
van het huidige zorgverzekeringsstelsel moeten
aan het verkrijgen van (vergoeding van) zorg. De
waarborgen. De andere randvoorwaarden zijn
NZa is gebleken dat verschillende verzekeraars toe-
de acceptatieplicht, het verbod op premie
stemmingseisen stellen aan grotendeels dezelfde
differentiatie, verzekerdeninvloed en de
vormen van zorg, zoals zittend ziekenvervoer en
vereveningssystematiek. De NZa houdt toezicht op
plastische chirurgie. De procedures die verzekeraars
de uitvoering van deze publieke randvoorwaarden
hanteren voor de beoordeling van toestemmings
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
borging verzoeken verschillen weinig. Wel lopen de
vergelijking met de situatie waarin de verzekerde
afwijzingspercentages tussen zorgverzekeraars
achteraf zijn kosten krijgt vergoed (restitutie).
uiteen. Dit hangt ermee samen dat verzekeraars,
Oftewel: is er meer verschil dan alleen de manier
ondanks het vastgestelde wettelijk pakket en de
van betalen. De meerwaarde zou er onder andere
geldende normen, nog een redelijke ruimte hebben
in liggen dat het PGB uitgaat van vraagsturing,
om coulant of juist streng om te gaan met het
terwijl restitutie aangrijpt bij het zorgaanbod. De
verstrekkingenbeleid. De NZa heeft vooralsnog
budgethouder is op basis van zijn indicatie vrij om
geen aanwijzingen dat zorgverzekeraars onterecht
een hulpmiddel te kiezen en is niet gebonden aan
streng zijn in hun verstrekkingenbeleid.
de hulpmiddelen uit het reglement van zijn zorgverzekeraar. Wel is de verzekerde met een PGB zelf
Uit de analyse van de NZa blijkt dat zorg
verantwoordelijk voor de kwaliteit van de zorg die
verzekeraars bij hun zorginkoop meer aandacht
hij gebruikt.
moeten schenken aan de structurele borging van de kwaliteit van zorg. Afspraken tussen
De meerderheid van de zorgverzekeraars verstrekt
verzekeraars en zorgaanbieders over kwaliteit
het PGB in de vorm van een voorschot dat de
bestaan nu nog voornamelijk uit het transparant
verzekerde in één keer krijgt. De hoogte van het
maken van de kwaliteit van het zorgaanbod.
budget is afhankelijk van de indicatie, de polis en
Wel maken zorgverzekeraars veelal op project-
of het om een hulpmiddel gaat dat normaliter in
basis kwaliteitsafspraken met ziekenhuizen. Op
bruikleen wordt verstrekt. Verzekerden met een
dit moment ontbreekt echter een duidelijke norm
naturapolis krijgen meestal een budget dat gelijk is
voor ‘kwalitatief goede zorg’. Daarvoor is het
aan de vergoeding die zij ook zouden krijgen als zij
nodig om het begrip kwaliteit nader te operationa-
een hulpmiddel zouden aanschaffen bij een niet-
liseren en transparant te maken. De NZa verwacht
gecontracteerde zorgaanbieder. Die vergoeding
dat het veld hierin het voortouw neemt.
bedraagt circa 80 tot 90 procent van de markt conforme prijs. Verzekerden met een restitutiepolis
2.3.5 PGB in de Zorgverzekeringswet
krijgen maximaal de marktconforme prijs. Een aan-
Sinds 1 januari 2007 kunnen verzekerden met
tal verzekeraars werkt met een voorschotregeling
een ernstige visuele beperking voor visuele hulp
in termijnen. Hoewel dit wettelijk is toegestaan,
middelen een persoonsgebonden budget (PGB)
wordt het PGB hierdoor minder aantrekkelijk
aanvragen bij hun zorgverzekeraar. De vraag bij
omdat verzekerden bedragen gedeeltelijk moeten
dit experiment is of het PGB meerwaarde heeft in
voorschieten.
41
42
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Jaarlijkse besparing van 3700 euro per cliënt De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) adviseert minister Klink het experiment met kousen- hulpmiddelen voort te zetten tot 2008. Ruim 90% van de geselecteerde cliënten heeft door gebruik te maken van een apparaat waarmee de kousen kunnen worden uitgetrokken geen thuiszorg meer nodig. Dat betekent op jaarbasis een besparing van gemiddeld 3700,- euro per cliënt, die weer ten goede kan komen aan andere patiënten. De NZa wil dat de hulp middelen vergoed worden. De NZa publiceert vandaag de conclusies van de derde evaluatie van het experiment en de aanbevelingen die daaruit voortkomen. Het experiment kousenhulpmiddelen is voor de derde maal geëvalueerd. Het experiment biedt zorgaanbieders de mogelijkheid om cliënten gedurende een half jaar te begeleiden naar zelfstandigheid. Op basis van de evaluatie doet de NZa aanbevelingen aan het ministerie van VWS. In totaal hebben 280 cliënten deelgenomen aan het experiment. Zorgaanbieders verwachten dat 21% van hun cliënten met een hulpmiddel kan leren omgaan, waardoor ze zelfstandig kunnen worden. In Nederland hebben tussen de 30.000 en 35.000 mensen steunkousen. Dit betekent dat er in Nederland tussen de 6.000 en de 7.500 mensen voor in aanmerking komen. De besparing die dat op kan leveren ligt rond de 25 miljoen euro. Verreweg het grootste deel van de geselecteerde cliënten (90%) heeft dankzij het hulpmiddel geen thuiszorg meer nodig. De cliënten zijn tevreden over het gebruiks gemak en het feit dat ze dankzij het hulpmiddel weer zelfstandig zijn. De vrijgekomen personele capaciteit en het beschikbare geld wordt ingezet om aan meer mensen zorg te verlenen. De NZa constateert dat zorgverzekeraars op dit moment onvoldoende stimulans hebben om deze hulp middelen te verstrekken. Op dit moment is het aantrekkelijker om de koushulp te laten verlenen door een verzorgende, die uit de AWBZ wordt betaald. De zorg valt dan niet onder de Zorg verzekeringswet. Dit kan worden opgelost door de indicatiestelling van het CIZ aan te passen. Indien cliënten die zich met een hulpmiddel kunnen redden geen indicatie meer krijgen, kan de verzekeraar het niet meer kan afwentelen op de AWBZ. De NZa wil dat verzekeraars kousenhulp middelen vergoeden als ze doelmatig zijn, daarom ligt het in de rede dat een cliënt geen aanspraak heeft op AWBZ-zorg als hij met het hulpmiddel zelfstandig kan zijn. [03-08-2007]
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Screen-to-screen zorg noodzakelijk in de toekomst Gezien het experimentele karakter van de PGB
gebruik kunnen maken. Helaas is het tot op heden
regeling en de invoering van een PGB voor de
beperkt gebleven tot enkele honderden gebruikers.
geestelijke gezondheidszorg in de Zvw, gaat de
De praktijk blijkt met andere woorden weerbarstig.
NZa een bredere evaluatie uitvoeren. Bij een tweede experiment van de NZa speelt een 2.3.6
Experimenten AWBZ
vergelijkbare problematiek. Het betreft het ‘screen-
Een van de bekendste experimenten van de NZa
to-screen zorg’ waarbij een oudere via zijn televisie
op het gebied van de AWBZ is het steunkousen
contact kan onderhouden met een call center. In
project. Doel van dit project is ouderen in staat
dat call center zit een professional die met de
te stellen zelf hun steunkousen uit te trekken.
oudere kan bespreken wat er aan de hand is, of
Daartoe is een kousenhulp geïntroduceerd. De NZa
er iemand moet komen of dat de cliënt met een
is vooral voorstander van dit hulpmiddel omdat
geruststellend woord toe kan. De cliënt kan zelf
het bijdraagt aan de zelfstandigheid van ouderen.
contact opnemen en de professional kan ook
Zij hoeven immers niet langer op een hulp te
virtueel aankloppen. In het laatste geval kan de
wachten om de kousen uit te trekken.
cliënt zelf bepalen of hij ‘opendoet’. Daarmee is de privacy van de cliënt gewaarborgd.
De bekostiging van het apparaat verloopt via de verzekeraars, terwijl de thuishulp uit de AWBZ
Ook in dit experiment speelde het probleem dat een
wordt betaald. De NZa heeft in 2007 problemen
zorgaanbieder alleen declaraties mag indienen als
met een aantal financieringsstromen opgelost. De
de thuishulp bij een cliënt binnen is geweest. Omdat
zorgaanbieder maakt omzet als een medewerker
de NZa screen-to-screen zorg een geavanceerde
bij de cliënt thuiskomt en niet als de cliënt zelf het
vorm van hulpverlening vindt die met het oog op
apparaat gebruikt. Voor de zorgaanbieder was er
de dubbele vergrijzing toekomst heeft, is zij de
dan ook weinig prikkel om het apparaat breed
zorgaanbieders tegemoetgekomen. Per aansluiting
te introduceren. Uit het oogpunt van het
kan een aanbieder nu toch een aantal uren hulp
consumentenbelang besloot de NZa daarom
verlening declareren. In drie jaar hebben circa 300
omzetcompensatie te bieden als een oudere toch
cliënten een aansluiting gekregen. Een evaluatie
de beschikking over het apparaat kreeg. In totaal
van de eerste drie jaar verschijnt binnenkort.
zouden zo’n 15.000 mensen van dit apparaat
De declaratieregeling blijft openstaan tot 2010.
43
44
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
2.3.7
Innovatie in de zorg
Goed voorbeeld is de zorg die rond diabetes
Vernieuwingen in de zorg zijn snel en relatief
patiënten is georganiseerd.
eenvoudig te realiseren dankzij de beleidsregel
Als verschillende zorgaanbieders samenwerken
geïntegreerde eerstelijns innovatie. Op basis van
om de patiënt meer en meer dichtbij huis
deze regel, die de flexi-zorgregeling vervangt,
behandelingen te laten ondergaan, ontstaat er
kunnen zorgaanbieders en –verzekeraars
complexiteit rond de betalingen. De NZa heeft de
voorstellen doen voor innovatieve projecten.
regeling zodanig gestroomlijnd dat alle betrokken
Het gaat daarbij vooral om projecten die de
zorgaanbieders hun deel betaald krijgen, ongeacht
tweedelijnszorg zouden moeten ontlasten door
de vraag of het een AWBZ-voorziening is of een
bepaalde behandelingen in de eerstelijnszorg uit
aanbieder die op grond van de Zorgverzekerings
te voeren. De NZa heeft een beleidsregel opgesteld
wet betaald zou moeten worden. Zonder deze
die moet leiden tot de aanvraag en toekenning van
regeling, die in 2007 in het leven is geroepen,
veel innovatieprojecten. De projecten hebben een
zou een veelheid aan facturen rond een patiënt
looptijd van drie jaar. Inmiddels lopen er ruim
verwarring scheppen. Met de regeling dient de
200 projecten.
NZa dus zowel de consument als de algemene behoefte de lastendruk een halt toe te roepen.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
45
Tariefregulering, budgettering, uitvoering verzekeringswetten
2.4 Tariefregulering, budgettering, uitvoering verzekeringswetten
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
48
2.4 Tariefregulering, budgettering, uitvoering verzekeringswetten
verplichtingen, zoals bijvoorbeeld de
Voor ziekenhuizen gelden grotendeels gereguleerde
zorgplicht door de zorgverzekeraars.
NZa toezicht op de naleving van wettelijke
tarieven, prestatiebeschrijvingen en budgetten
Daarnaast wordt ook op basis van signalen
die jaarlijks moeten worden vastgesteld en verant-
toezicht gehouden op de uitvoering van de
woord. Ook voor de door de AWBZ gefinancierde
andere bepalingen in de modelovereenkomst
langdurige zorg geldt een dergelijk stelsel.
en Zorgverzekeringswet. De NZa verzamelt
De zorgverzekeringen bieden waarborgen voor
deze signalen.
publieke belangen; voor de publieke AWBZ
–
toezicht informatieverstrekking door
wordt ook toegezien op efficiëntie. De NZa wil
zorgverzekeraars: hiertoe heeft de NZa een
de vaste jaarlijkse taken goed en servicegericht
richtsnoer gepubliceerd.
uitvoeren. De NZa waakt daarom over integriteit van de budgetteringsfunctie.
De NZa heeft onderzoek gedaan naar de wijze waarop de concessiehouders (zorgkantoren,
2.4.1 Uitvoering verzekeringswetten
AWBZ-verzekeraars en het CAK) de AWBZ hebben
De NZa voert in het kader van de uitvoering
uitgevoerd in 2006. Daarbij is gebruik gemaakt
van verzekeringswetten de volgende toezichts
van een systeem van prestatiebeoordeling, met de
activiteiten uit:
scores onvoldoende, voldoende en goed. Uit het onderzoek is gebleken dat de uitvoering in 2006
–
beoordeling modelovereenkomsten: een
verder is verbeterd. Alle concessiehouders scoorden
juridische beoordeling of de bepalingen in
in 2006 goed of ruim voldoende.
de modelovereenkomst in overeenstemming –
–
zijn met de Zorgverzekeringswet;
2.4.2 Bekostigingsfunctie op orde
transparantietoezicht: hiervoor worden
De werkzaamheden voor de uitvoering van de
informatiepakketten, polisvoorwaarden van
bekostiging maken nog steeds een groot deel
aanvullende verzekeringen en websites van
van de totale werkzaamheden van de NZa. In de
verzekeraars beoordeeld op beschikbaarheid,
Cure-sector heeft de NZa in 2007 veel tijd besteed
betrouwbaarheid (juist en volledig) en
aan het vaststellen van tarieven en budgetten voor
begrijpelijkheid;
vrije beroepsbeoefenaren en instellingen. Voor
naleving wettelijke verplichtingen in de
de vrije beroepsbeoefenaren waren er veel tarief-
praktijk: op basis van signalen houdt de
aanvragen die steeds vaker eenzijdig werden
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
ZEKUR-polis Univé heeft de ZEKUR-polis op de markt gebracht waarbij sprake is van selectieve contractering. De NZa is positief over deze ontwikkeling, omdat het verzekerden de mogelijkheid biedt uit verschillende polissen te kiezen. In het NZa-rapport ‘Richting geven aan keuzes’ staat dat het voor verzekeraars, om voordelen te kunnen bedingen bij zorgaanbieders, belangrijk is dat zij consumenten kunnen stimuleren naar bepaalde gecontracteerde (voorkeurs)aanbieders te gaan. De NZa noemt dit keuzeondersteuning. Keuzeondersteuning leidt tot meer variatie op de zorgverzekeringsmarkt en daarmee tot meer keuzemogelijkheden voor de consument. Vanzelfsprekend dienen daarbij de publieke belangen (kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg) te zijn geborgd. De ZEKUR-polis heeft bij de beoordeling van de modelovereenkomsten en transparantie onderzoek speciale aandacht gekregen. De NZa concludeerde dat deze polis voldoet aan de bepalingen die in de Zorgverzekeringswet worden gesteld. Een polis met selectief gecontracteerde zorg is niet op voorhand transparant voor de verzekerde. De NZa vindt het belangrijk dat de consument de verschillende voor- en nadelen van zo’n polis goed moet kunnen afwegen, voordat hij deze afsluit. De NZa onderzoekt de wenselijkheid van een bericht of een banner op de website van een verzekeraar bij een polis met selectief gecontracteerde zorg, waarin de verzekerde wordt gewezen op de risico’s van het afsluiten van een dergelijke polis.
ingediend. Voor de afwikkeling van die verzoeken
ongeveer 4.000 tariefbeschikkingen en rekenstaten
is een procedure ontwikkeld. Bij de instellingen is
afgegeven. In 2007 is er een extra budgetronde
een forse inhaalslag gemaakt met het vaststellen
verwerkt voor zeven zorgkantoorregio’s
van budgetten. De achterstand in het afwerken
(240 zorgaanbieders), omdat een concessiehouder
van nacalculaties is in belangrijke mate ingelopen.
€ 42 miljoen bovenop de contracteerruimte had aangevraagd. Deze zorgkantoren en zorgaan
Voor de Care-sector heeft de NZa in 2007 voor
bieders zijn in de gelegenheid gesteld om de
1.600 AWBZ-instellingen en 32 zorgkantoren
bijzondere omstandigheden van deze aanvragen
49
50
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
toe te lichten. De NZa heeft in de Care-sector
2.4.4 Kostenonderzoeken ten behoeve van
honderden capaciteitsmutaties, honderden aan-
tarifering voor farmacie en orthodontie
passingen van toelatingen, driehonderd aanvragen
Het kostenonderzoek van de NZa ten behoeve van
kleinschalig wonen en tweehonderd aanvragen
de tarifering voor de orthodontie kreeg in 2007
extreme zorgbehoefte gehandicaptenzorg ver-
nogal wat aandacht van de media. Orthodontisten
werkt. Verder is het aantal juridische procedures
bleken door de jaren heen een stuk efficiënter te
in de AWBZ zeer aanzienlijk te noemen. Zo heeft
zijn gaan werken. Dankzij technologische voor
de NZa in 2007 over ruim tweehonderd bezwaren
uitgang en de inzet van assistenten kunnen ortho-
hoorzittingen gehouden in het kader van de
dontisten meer patiënten tegelijk behandelen
AWBZ-uitvoering.
waardoor de kosten per behandeling feitelijk omlaag gingen. De tarieven, zo bleek uit onder
2.4.3 DBC’s Cure
zoek, waren daarentegen niet gedaald. Om de
De NZa heeft in het najaar van 2007 besloten tot
consument in een deel van de winst in efficiëntie
een aantal wijzigingen in de DBC-systematiek, die
te laten delen, kondigde de NZa een verlaging
in 2008 zijn doorgevoerd. In lijn met de politieke
van de tarieven aan. Ondanks protesten van de
besluitvorming is het B-segment (het segment
orthodontisten meent de NZa dat de tarief
waarvoor vrije prijzen gelden) uitgebreid van 10%
verlaging in het belang is van de consument.
naar 20%. Daarnaast is de DBC-productstructuur aangepast door per specialisme de 40 DBC’s
Een vergelijkbaar kostenonderzoek naar de
met de hoogste omzet (bij heelkunde en interne
apothekers is in 2007 eveneens gedaan.
geneeskunde de top 60) uit de productgroepen
Aanvullend onderzoek in 2008 is echter nodig
te halen en afzonderlijk declarabel te maken.
om definitief tot vaststelling van nieuwe tarieven
Ook zijn de DBC-tarieven aangepast, mede als
te komen. Belangrijk uitgangspunt in de vast
gevolg van nieuwe normtijden en het onder-
stelling zal zijn om niet langer van een norm
bouwde uurtarief voor medisch specialisten.
uit te gaan, maar van daadwerkelijke kosten. Ter voorbereiding op een vrije markt is dat niet
Tevens heeft de NZa in 2007, in overleg met VWS, DBC Onderhoud, het College voor zorg- verzekeringen (CVZ) en veldpartijen gewerkt aan het Verbeterplan voor de DBC-systematiek, dat de komende jaren geïmplementeerd wordt.
meer dan logisch.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
51
Marcelis Boereboom is waarnemend directeur generaal Gezondheidszorg op het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Per 1 april wordt hij directeur generaal Langdurige Zorg. Nog voor zijn afstuderen trad hij bij het ministerie in dienst. 24 Jaar later mogen we er dus gerust van uitgaan dat hij de sector kent als zijn broekzak. Hij heeft in het algemeen veel waardering voor de NZa, maar vindt ook dat zij ‘best wat meer lef mag tonen.’ ‘Het denken over veranderingen in de organisatie van de zorg in Nederland, bevindt zich nog in een pril stadium. Volgens de huidige politieke lijn is gekozen voor de collectieve transitie. Dat betekent bijvoorbeeld dat alle ziekenhuizen met DBC’s gaan werken, een vergoeding voor spoedeisende hulp verstrekken en met een B-segment van 20 procent van de handelingen gaan werken. Bij individuele transitie zou je een kleine selectie voorlopers op dit terrein krijgen, de ruimte geven. Zij zouden dan gevolgd moeten worden door de grote middengroep van ziekenhuizen die wat minder vlot is. Met collectieve transitie voorkomen we dat een gezondheidszorg in twee snelheden ontstaat. Die zou wel ontstaan als we ziekenhuizen individueel zouden beoordelen op de vraag of ze voldoen aan de voorwaarden, waaronder ze met vrije prijzen, het aantrekken van vreemd vermogen en winst maken kunnen gaan werken. De collectieve transitie brengt met zich mee dat de ontwikkelingen soms langzamer gaan dan je zou willen’, zegt Boereboom. ‘Als we bijvoorbeeld kijken naar de mate waarin de effi ciëntie in ziekenhuizen is verbeterd, dan is dit nog nauwelijks waar te nemen. Wel leiden de logistieke programma’s die meer effi ciëntie moeten opleveren tot de bewustwording dat er iets moet veranderen, maar zij betalen zich nog niet uit.’
Marcelis Boereboom, wnd. DG Gezondheidszorg van VWS:
‘ Bevlogen medewerkers maken prima start’ Met ‘meer lef’ doelt Boereboom op de ruimte die de NZa neemt om met experimenten te onderzoeken welke vormen van marktwerking in de zorg de kwaliteit, de effi ciëntie, de toegankelijkheid en de betaalbaarheid positief kunnen beïnvloeden. ‘Neem het experiment met de St. Maartenskliniek. Dat is een heel goed voorbeeld van hoe een kliniek beter gaat functioneren door prikkels te geven om op een andere manier te gaan werken. Waarom niet meer van dit soort experimenten? Op dat terrein zou de NZa wat meer de grenzen mogen opzoeken van wat zij zich als zelfstandig bestuursorgaan kan permitteren’, zegt Boereboom.
‘Verwarring rond de term marktwerking’ In zijn betoog vermijdt hij de term marktwerking regelmatig. ‘Tegenstanders van marktwerking vraag ik wel eens of zij zelf willen kunnen kiezen in welk ziekenhuis zij een behandeling ondergaan. Verder vraag ik hen of zij duidelijk willen weten wie wat hoort te leveren en of zij het billijk vinden dat iemand die beter presteert dan een ander ook iets beter wordt betaald. Nou, daar zijn ze meestal wel voor. Als we dat dan eens marktwerking zouden noemen, zouden zij dan nog tegen zijn?’, stelt hij retorisch. Rond de term marktwerking bestaat zoveel verwarring dat ik hem liever niet over de hele breedte van de zorg hanteer. In onze normale markteconomie gelden ook strenge regels, wordt opgetreden tegen te grote marktmacht en is valse consumentenvoorlichting ook uit den boze. Zeggen we dan dat we in onze markteconomie geen marktwerking kennen? ‘Laten we daarom liever spreken in termen van differentiatie, transparantie en toetsing achteraf.
54
Marcelis Boereboom, wnd. DG Gezondheidszorg van VWS
Het mooiste zou het natuurlijk zijn als de NZa maatwerk voor elke partij in de zorg kan leveren. Maar die rol kan de NZa pas spelen als de politiek het speelveld hiervoor heeft bepaald.’
‘Hoe kunnen we het oplossen’ Rond de onduidelijkheid over de rol die de NZa speelt, meent Boereboom dan ook dat de NZa geen blaam treft. ‘Op het gebied van consumentenvoorlichting heb ik de indruk dat de NZa haar weg nog niet helemaal heeft gevonden’, zegt hij. ‘Maar op de meeste terreinen functioneert de NZa prima. Als je ziet hoe snel de taken van het voormalige CTG en CTZ zijn geïntegreerd in de nieuwe organisatie, dan zijn complimenten op hun plaats. Ook de medewerkers passen zich goed aan hun nieuwe werkomgeving aan. Op het gebied van tariefregulering bijvoorbeeld stonden we voor de keuze een nieuw systeem op te bouwen naast het bestaande en het oude af te bouwen zodra het nieuwe gereed was, of het huidige van binnenuit te veranderen. Voor het laatste is gekozen en daarbij hadden we de expertise van de NZa hard nodig. De medewerkers in de curatieve zorg hebben in korte tijd een enorme hoeveelheid kennis ontwikkeld over DBC’s, maatstafconcurrentie, vrije prijsvorming, et cetera. Dankzij deze bevlogenheid van zowel Raad van Bestuur als medewerkers kunnen wij voor advisering heel goed terecht bij de NZa. Beide colleges waren voorheen toch een vooruitgeschoven post van het Ministerie en voerden klassieke taken uit. Als je er dan een vraag neerlegde, kreeg je nogal eens als antwoord dat het wettelijk niet kon. Nu is de instelling veel meer gericht op de vraag hoe we het kunnen oplossen. Dankzij deze houding zijn wij veel meer geneigd een beroep te doen op de adviesfunctie van de NZa. En zijn we achteraf heel tevreden over het besluit CTG en CTZ samen te laten gaan.’ Een andere taak waarover Boereboom zich positief uitlaat is de bevordering van de toegankelijkheid van de zorg. Hij zegt: ‘Ik heb het niet zozeer over de fysieke toegankelijkheid. Daar heeft de NZa geen grip op. Maar de financiële toegankelijkheid kan zij goed controleren door nieuwe polissen heel secuur te toetsen. Dat heeft zij bijvoorbeeld bij de ZEKUR polis heel goed gedaan.’
De NZa is al goed bezig De kanteling in het denken over de organisatie van de zorg markeert een in het algemeen succesvolle start van de NZa. Boereboom: ‘Voordat een nieuwe organisatie zich haar plaats in een sector heeft verworven, ben je met gemak vijf jaar verder. Als je daar rekening mee houdt, dan is de NZa al goed bezig. We moeten het verwachtingspatroon van de sector niet uit het oog verliezen. Als sommige partijen denken dat de NZa het politieke speelveld in de zorg bepaalt, dan is het niet zo vreemd dat zij haar optreden niet altijd goed plaatsen. Maar de NZa valt als zelfstandig bestuursorgaan onder de ministeriële verantwoordelijkheid en kan onder die voorwaarden onafhankelijk opereren.’
Marcelis Boereboom, wnd. DG Gezondheidszorg van VWS
Hogere kwaliteit tegen lagere kosten Wanneer zou Boereboom tevreden zijn over de ontwikkeling van de zorg, als die termijn van vijf jaar wordt vastgehouden. ‘Voor de curatieve zorg zou het mooi zijn als zij over vijf jaar zelf prijzen kan bepalen en zelf vreemd kapitaal kan aantrekken. Ik vind ook dat een bescheiden winstuitkering mogelijk moet zijn. Net zoals nu rente op vreemd vermogen wordt toegestaan, zou je een bescheiden winstuitkering op eigen vermogen moeten overwegen. In die situatie kan de NZa veel meer de scheidsrechter zijn die de voordeelregel zoveel mogelijk toepast. Nu is dat nog niet mogelijk omdat we nog te zeer in de collectieve transitie zitten. In het algemeen zou ik gelukkig zijn als de kwaliteit in de zorg over vijf jaar is verbeterd. Het heeft geen zin om lagere uitgaven na te streven omdat de groei in uitgaven in de zorg voor een belangrijk deel autonoom is. Alleen al door de dubbele vergrijzing in Nederland zullen de kosten van de zorg voorlopig nog wel even blijven toenemen. Ik ben er echter van overtuigd dat aan hogere kwaliteit niet eens een hoger prijskaartje hoeft te hangen. Een hogere kwaliteit tegen lagere kosten is mogelijk als artsen minder fouten maken. Wie minder fouten maakt, ziet zijn patiënten minder vaak. Hierdoor nemen wachttijden af en gaat de arbeidsproductiviteit omhoog. We moeten met andere woorden gezamenlijk maximaal inzetten op een hogere kwaliteit van de zorg.’
55
56
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
ZZPtarieven verder uittesten 2.4.5 Overheveling curatieve GGZ naar
2.4.6 Implementatie ZZP’s in intramurale
Zorgverzekeringswet
AWBZ-zorg
Om de inhoudelijke en organisatorische samenhang
De NZa heeft in december 2007 de beleidsregel
tussen de geneeskundige geestelijke gezondheids
invoering zorgzwaartepakketten (ZZP) voor 2008
zorg (GGZ) en de somatische zorg te bevorderen,
vastgesteld. De financiële gevolgen van de invoering
is al in 2003 besloten tot overheveling van de
van de zorgzwaartebekostiging worden in 2008
geneeskundige GGZ van de AWBZ naar de
zichtbaar bij de productieafspraken tussen zorg-
Zorgverzekeringswet. Het gaat om alle ambulante
aanbieder en zorgkantoor. Aan de hand van
zorg en de klinische zorg korter dan één jaar.
de vermelde ZZP-prijzen kunnen de zorginstellingen
Voorwaarde voor overheveling was de ontwikkeling
berekenen wat de te verwachte financiële
en invoering van de DBC-bekostigingssystematiek.
consequenties van de invoering van de ZZP’s zijn.
In augustus 2006 is besloten om de overheveling niet per 1 januari 2007 maar per 1 januari 2008
Begin 2007 hebben zorgaanbieders de zorg
te effectueren. Met ingang van 1 januari 2008
zwaarte van 255.000 cliënten die AWBZ-zorg
wordt de curatieve GGZ onderdeel van de
met verblijf ontvangen bepaald. Het Centrum
Zorgverzekeringswet.
indicatiestelling zorg (CIZ) heeft deze scores gecontroleerd. Op basis van deze bevindingen
De gevolgen van deze beleidswijzigingen voor
heeft het Ministerie van VWS de pakketten
de inhoud van de werkzaamheden zijn in 2007
aanpast en de gewijzigde set van ZZP’s voor 2008
in kaart gebracht en hebben geleid tot aanpassing
vastgesteld. De NZa heeft de nieuwe ZZP-prijzen
van bestaande Wmg-regels en ontwikkeling van
berekend en de spelregels vastgelegd voor het
nieuwe Wmg-regels per 1 januari 2008. In 2008
maken van afspraken in ZZP’s.
zullen vervolgactiviteiten en -producten worden ontwikkeld, die vooral zijn gericht op het onder-
De NZa heeft er bij de zorgaanbieders op
houd van de DBC-systematiek en de handhaving
aangedrongen de controle van het CIZ en de
van regels (MDS en AO/IC). Het komende jaar
pakketaanpassingen van VWS te verwerken in
volgt de NZa de ontwikkelingen nauwlettend.
hun productieopgave. Het zorgkantoor zal dit controleren. Als dat gebeurt, zal de in de beleids regel opgenomen prijs overeenkomen met de definitieve ZZP-prijs. Op deze manier hebben de zorginstellingen al vroeg goed inzicht in de
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
in schaduwtraject financiële effecten van de zorgzwaartebekostiging
De NZa stelt voor om te komen tot harmonisatie van
en kan een zorgvuldige overstap worden gemaakt
de huidige intramurale en extramurale bekostiging
naar de volledige invoering van de zorgzwaarte
van dagbesteding. Op basis van door KPMG
bekostiging.
berekende functietarieven is een nieuw basistarief bepaald voor alle vormen van dagbesteding.
Nadat het Ministerie van VWS de inhoud van de
Invoering van deze harmonisatie in 2009 zal leiden
pakketten had vastgesteld, is de NZa aan het reke-
tot een verhoging van de intramurale tarieven in de
nen geslagen. Ook hebben de zorgaanbieders hun
ZZP’s en een verlaging van de extramurale tarieven
cliënten al een keer op basis van ZZP’s ingedeeld.
voor dagbesteding. Vooruitlopend hierop heeft
Dit was onder meer nodig voor een eerste bereke-
het Ministerie van VWS voor 2008 een bedrag van
ning van ZZP-tarieven. De NZa kwam op basis van
€ 40 miljoen gelabeld voor deze harmonisatie. In
deze eerste berekening tot de conclusie dat het
het rapport beschrijft de NZa drie scenario’s voor
budgettair kader zou worden overschreden.
het opnemen van dagbesteding in de ZZP’s. Het
Daarom zijn de tarieven zodanig ‘rondgerekend’
eerste scenario is de huidige invulling van een ZZP
tot het totaalbedrag binnen het budgettaire kader
waarbij de woon-zorgcomponent en de dagbeste-
paste. Eind 2007 heeft de NZa, in samenwerking
dingscomponent niet zijn onderscheiden. In een
met de brancheorganisaties, het indelen van
tweede scenario wordt dit onderscheid wel ge-
cliënten in ZZP’s herhaald. Op basis van deze
maakt, zowel in volume als in prijs. In een derde
nieuwe indeling zijn voorlopige ZZP-tarieven
variant wordt de ZZP opgeknipt in een woon-
vastgesteld. In 2008 worden de tarieven verder
zorg- en een dagbestedingsdeel. Het voordeel
verfijnd en in een schaduwtraject uitgetest.
van het laatste scenario is dat de keuzevrijheid van de consument maximaal is gegarandeerd. Reden
2.4.7 Onderzoek dagbesteding in de
waarom de NZa een voorkeur voor deze variant
gehandicaptenzorg
heeft uitgesproken. Wordt echter rekening gehou-
Het mag voor de bekostiging niet uitmaken waar
den met de door zorgaanbieders gewenste substitu-
een cliënt met een handicap verblijft. Dat was het
eerbaarheid tussen woon-zorg- en dagbestedings-
uitgangspunt voor de studie ‘Elke dag goed
component, dan ligt het tweede scenario meer voor
besteed’, die de NZa op verzoek van het Ministerie
de hand. De NZa acht dit scenario gelijkwaardig aan
van VWS in 2007 heeft uitgevoerd naar de dag
het derde, mits een voucher-systeem wordt geïntro-
besteding in de gehandicaptenzorg. Begin 2008
duceerd waarmee de consument zelf kan kiezen
is de studie gepubliceerd.
waar hij de woon-zorg en de dagbesteding afneemt.
57
58
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
2.4.8 Knelpunten contracteerruimte AWBZ
Bij elke budgetronde heeft de NZa onderzoek
In 2007 bleek het moeilijk om met € 17,5 miljard
gedaan naar andere knelpunten in de contracteer-
in de AWBZ uit te komen. Zorgkantoren meldden
ruimte van de AWBZ. In sommige regio’s bleken
grote tekorten en drongen aan op het beschikbaar
zich tekorten voor te doen en in andere regio’s
stellen van extra middelen. De NZa heeft met het
bleek een overschot te bestaan. Dankzij herschik-
oog hierop een knelpuntenprocedure vastgesteld.
king van middelen bleken de knelpunten verder
Naar aanleiding van de uitkomsten van deze
budgetneutraal oplosbaar te zijn. Aan het einde
procedure adviseerde de NZa medio 2007 de
van het jaar heeft Friesland via een spoedprocedure
Staatssecretaris om € 28,6 miljoen incidenteel
een bedrag van € 3,8 miljoen extra ontvangen om
toe te voegen aan het budget van de jeugd-GGZ
een tekort aan te vullen.
om de wachtlijstproblematiek aan te pakken. Daarnaast bleek de verpleeghuiszorg aan ver
Met behulp van de monitor Extramurale AWBZ-
zorgingshuisbewoners een aandachtspunt te zijn.
zorg bekijkt de NZa jaarlijks of de gesignaleerde
De NZa adviseerde landelijk € 6,7 miljoen extra te
knelpunten structureel zijn.
verstrekken voor deze zogenoemde overbruggingszorg. Daarmee kon worden voldaan aan de kwaliteitseisen die de IGZ en het College bouw zorginstellingen aan deze zorg stelt. De NZa heeft vervolgens op verzoek van de Staatssecretaris een nieuwe methode voorgesteld om de groeiruimte voor 2008 te bepalen. Dit groeimodel gaat uit van indicaties en leeftijds gegevens in plaats van historische budgetten, zodat de groeiruimte beter wordt afgestemd op de zorgvraag.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
59
‘De NZa is op de goede weg. Ook al zijn we het niet altijd eens, de NZa heeft de potentie om uit te groeien tot een instituut dat een eigen koers durft te varen en een heldere modus heeft gevonden in de uitvoering van de soms lastig verenigbare rollen waarbij ‘vertrouwen’ en ‘overlaten aan de markt’ kernbegrippen zijn.’ Het stelsel is immers nog volop in transformatie naar gereguleerde marktwerking. De NZa heeft daarin ook een rol in het managen van verwachtingen. Dat verwacht Melanie Schultz, directeur Zorginkoop bij Achmea Zorg.
Bedenkingen bij maatstafconcurrentie ‘Aan het bevorderen van effi ciëntie in de zorg is bijvoorbeeld hard gewerkt. In de geïntegreerde eerstelijns zorg zien we positieve ontwikkelingen die de samenwerking bevorderen. Ook heel positief is de bereidheid van de NZa om experimenten op dit terrein te houden, zoals de geboden ruimte om zelf afspraken te maken over hoe je als consument bepaalde zaken georganiseerd wilt hebben’, zegt Schultz Van Haegen. ‘Bij de ziekenhuizen zouden wij graag meer marktwerking zien, temeer daar de eerste ervaringen met het B-segment goed zijn. Het invoeren van tien procent vrije prijzen is zo goed als probleemloos in zijn werk gegaan. Er zijn nog wel invoeringsproblemen, maar pak die aan, in plaats van met een ander model te komen. Ik besef overigens dat dit meer een politieke keus is dan een keus van de NZa.’ Het is duidelijk dat Schultz bedenkingen heeft bij de maatstafconcurrentie. ‘Het is maar zeer de vraag of maatstafconcurrentie werkt’, zegt zij. ‘Je ziet hierover al snel een technische discussie
Melanie Schultz Van Haegen, directeur Zorginkoop bij Achmea Zorg
‘ Laat meer over aan de markt en controleer achteraf’ ontstaan. Wij zouden het veel liever hebben over wat je nu eigenlijk strategisch beoogt met dat model en hoe betrouwbaar het model is. Het gaat per slot van rekening om een werkwijze in de zorg waarmee we consumenten het beste kunnen helpen tegen niet te hoge kosten. Laten we het hebben over de vraag hoe we dat voor elkaar krijgen.’ Maatstafconcurrentie is volgens Schultz Van Haegen ongeveer even complex als het systeem met diagnosebehandelingcombinaties, de DBC’s. ‘Ook op dat terrein belanden we al snel in technische discussies over hoe een DBC moet worden samengesteld. Waar het ons om gaat, is hoe we de zorg zo kunnen organiseren dat patiënten zo snel en goed mogelijk geholpen kunnen worden. ‘Dat maatschappelijke aspect in mijn nieuwe functie spreekt mij ook bijzonder aan’.
Controle achteraf ‘Ik merk aan de visiedocumenten dat de NZa de ontwikkeling van de markt zeer serieus neemt. In de praktijk is dit niet altijd merkbaar. Je moet niet alleen naar de regeltjes willen kijken, maar het ook aandurven om vertrouwen in de betrokken partijen te hebben en dat vertrouwen achteraf pas – stevig, dat zeker – toetsen. Zo proberen wij ook bij Achmea te werken: wij maken afspraken met zorgaan bieders. Die afspraken kunnen we vooraf dichttimmeren met tal van voorwaarden. Maar wij kunnen ook samen aan het werk gaan en achteraf beoordelen of het goed is gegaan. Dat heeft onze voorkeur.’
62
Melanie Schultz, directeur Zorginkoop bij Achmea Zorg
Zelfmanagement Terugblikkend op haar staatssecretariaatschap maakt Schultz Van Haegen een vergelijking: ‘In de luchtvaart ligt veiligheid even gevoelig als in de zorg, maar daar ligt de verantwoordelijkheid voor veiligheid heel sterk bij de sector zelf. De sector doet de controles zelf en de inspectie toetst achteraf door middel van steekproeven. Als ik zie hoeveel eer de sector erin legt om te laten zien hoe goed zij in staat is die veiligheid te garanderen, dan zouden mensen in de zorg daar een voorbeeld aan kunnen nemen. Ik verwacht dat wanneer de NZa de partijen in de zorg zou uitdagen tot meer zelfmanagement, met controle achteraf, ze heel veel zou kunnen bereiken. Leg de verantwoordelijkheid op de juiste plek.’
‘Je hoeft niet altijd het braafste jongetje van de klas te zijn’ Door de discussie heen loopt steeds ook de vraag in hoeverre een toezichthouder onafhankelijk kan opereren van de overheid. Schultz Van Haegen: ‘Onafhankelijkheid moet je ook zelf nemen. Bijvoorbeeld in de discussie over de AWBZ is de NZa erg druk bezig geweest met het budgettaire kader, terwijl de NZa ook staat voor toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg en het belang van de consument. Ik snap heel goed dat het bepalen van je eigen positie bij de start van een toezichthouder hoort, maar ik zou de NZa willen meegeven dat zij niet altijd het braafste jongetje van de klas hoeft te zijn. Ik hoop dat zij daarin wat meer haar eigen rol voor zichzelf opeist. Overigens ben ik daar optimistisch over. Als de NZa zich in haar eerste jaar al laat evalueren door stakeholders, dan blijkt daaruit dat zij open staat voor opbouwende kritiek en dat zij daar haar voordeel mee wil doen. Bij Achmea organiseren wij onze eigen feedback ook en daar hebben we veel aan. In onze contacten met bijvoorbeeld zorgaanbieders en consumentenorganisaties horen we graag wat we goed doen, maar ook wat we beter kunnen doen.’ Waar de NZa zich nog verder kan profileren, is volgens Schultz Van Haegen op het gebied van de consumentenvoorlichting. ‘Daar zou de NZa consumenten een dienst kunnen bewijzen door de kwaliteit van zorgaanbieders en zorgverzekeraars inzichtelijk te maken voor de consument. Omdat er nu geen marktpartij is die dit voor zijn rekening neemt, nemen zorgverzekeraars dit zelf op zich. Nadeel daarvan is dat zij dit niet eenduidig doen, waardoor het verwarrend wordt voor de consument. Als de NZa dit zou doen, zou zij een bijdrage leveren aan de kwaliteit en zou zij iets doen voor de consument’, aldus Schultz Van Haegen.
Melanie Schultz, directeur Zorginkoop bij Achmea Zorg
Naar de rechter In 2007 stapte Achmea als zorgkantoor naar de rechter toen bleek dat de budgetten voor de AWBZ niet toereikend bleken te zijn en de NZa geen extra bedragen toekende omdat zij meende dat in andere regio’s overschotten bleken te zijn. ‘Waar het ons om ging en nog steeds gaat, is dat mensen op een behandeling moeten wachten als er geen middelen zijn’, zegt Schultz Van Haegen. ‘Daarom hebben we vorig jaar besloten ons meningsverschil met de NZa maar eens aan de rechter voor te leggen. De rechter oordeelde uiteindelijk dat wij nog beter moesten onderbouwen waarom wij hogere budgetten nodig hebben. Dat zullen we in hoger beroep doen. Ook in zo’n geval zou ik liever meer energie steken in het oplossen van die wachttijden voor de patiënten dan in het voeren van een rechtszaak.’
Vertrouwen De toekomst van de zorg ziet er volgens Schultz Van Haegen positief uit. ‘Ik merk duidelijk dat het denken in het leveren van pure topkwaliteit toeneemt. Bijvoorbeeld het Havenziekenhuis uit Rotterdam dat excelleert in liesbreukoperaties en daar ook graag voor uitkomt. Men voert een tweede operatie gratis uit als de eerste onverhoopt niet goed is verlopen. Daarmee geef je als ziekenhuis aan dat je kwaliteit levert. Bij Achmea geloven wij dat instellingen met specialisaties meer in staat zullen zijn om kwaliteit te leveren. Wij selecteren hoe dan ook op kwaliteit, maar als een instelling haar expertise vergroot met innovatieve projecten, zijn wij ook bereid daarin te investeren. Overigens is dat deels eigenbelang, want wij willen ons blijven profileren op kwaliteit.’ Ook over de rol van de NZa in de toekomst stelt Schultz Van Haegen: ‘De NZa is net een jaar gestart en worstelt nog met lastig verenigbare rollen. Als de NZa de moed heeft meer een eigen koers te varen, vertrouwen te hebben in de markt en bureaucratie daadwerkelijk terug te dringen door controles achteraf, zie ik een gewaardeerde marktmeester ontstaan. Haar gereedschapskist is groot en het kennisniveau binnen de NZa is bijzonder hoog. Het streven de bureaucratie terug te dringen is zeer te prijzen. Ik zou het toejuichen als we over enkele jaren een situatie hebben waarin de marktpartijen meer samen oplossen en waarin de NZa achteraf controleert of die marktpartijen het gegeven vertrouwen hebben waargemaakt.’
63
Terugdringing lastendruk
2.5 Terugdringing lastendruk
66
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
2.5
Terugdringing lastendruk
2.5.1 Nulmeting
Het wegnemen van administratieve lasten (project
Eind mei 2007 verschenen de resultaten van een
WALZ) is een cruciaal project voor de NZa. Dat de
nulmeting van SIRA Consulting naar de door de
toezichthouder administratieve verplichtingen
NZa veroorzaakte lastendruk. De nulmeting heeft
veroorzaakt, is onvermijdelijk. Het stellen van
een belangrijke impuls gegeven aan de activiteiten
regels gaat hier nu eenmaal mee gepaard. Maar
in het project in 2007. Die activiteiten zijn langs
zij wil alles in het werk stellen om de lastendruk
drie lijnen vormgegeven.
binnen de normen van wat verantwoord is, te minimaliseren. Dat kan bijdragen tot de efficiëntie
In de eerste plaats is een instrument ontwikkeld en
die de NZa zo graag in de zorg ziet.
geoperationaliseerd om te zorgen dat de NZa in de toekomst duurzaam regels ontwikkelt die rekening houden met de lastendruk in de zorgsector. Dit nieuwe instrument is ontleend aan het model van de zogenoemde Regulatory Impact Assessment. Met dit instrument kunnen beleidsmedewerkers sinds 2007 zelf onderzoeken of hun regel belastend is of niet en hoe te komen tot de minst belastende regel.
Vijf kerndoelen en de bereikte resultaten
Naast het instrument voor nieuwe regels is vanuit
2.5.2 Stand van zaken
het project gestart met het screenen van de
Op de internetsite van de NZa is de stand
bestaande regels. Vanuit de optiek van lastendruk
van zaken in het project WALZ te volgen
worden alle bestaande regels tegen het licht
(http://www.nza.nl/dossier/project_walz/introductie).
gehouden en waar nodig aangepast of geschrapt.
De internetsite heeft ook een meldpunt waarop zorgaanbieders, zorgverzekeraars en consumenten
Tot slot zijn door een themagerichte aanpak de
hun klachten kwijt kunnen over overbodige lasten-
grootste knelpunten uit de nulmeting aangepakt.
druk in de zorg.
Het betreft voornamelijk knelpunten in het bekostigings- en verantwoordingsproces in de zorg. In 2007 is een aantal technische oplossingsrichtingen uitgewerkt. Het implementatietraject van die oplossingen zal in 2008 verder beslag krijgen.
67
3. De NZa onder de loep 3.1 Algemeen
3.2 Ontwikkelingen onomkeerbaar
De rol van de NZa als toezichthouder op de
In het algemeen signaleert de analyse dat markt-
Nederlandse zorgmarkten is een veel besproken
werking in de zorg niet langer ter discussie staat in
onderwerp. Er is nog veel onduidelijkheid bij
de sector. Het denken hierover wordt steeds prakti-
partijen in de zorg over wat nu precies de rol en
scher en realistischer. De zorgsector blijkt duidelijk
functie van de NZa is. De NZa zelf wil niets liever
doordrongen van de onomkeerbaarheid van de
dan duidelijkheid bieden op dit front. De stake
ontwikkelingen en is ervan overtuigd dat de dage-
holders is bij het eenjarig bestaan van de NZa
lijkse praktijk in de sector moet veranderen. Partijen
gevraagd hoe zij rol en functie van de NZa zien.
hebben geleerd zich als marktpartijen op te stellen: zij zijn scherp en kritisch op strategisch gedrag en
Deze stakeholdersanalyse behandelt de ontwikke-
een ongelijk speelveld.
lingen in de zorgsector in het algemeen en de rol van de NZa hierin in het bijzonder. De NZa
De sector meent dat de invoering van markt
beschouwt het als een blijk van haar openheid dat
werking nog duidelijk aan het begin staat. Het
zij ook de kritische kanttekeningen uit de sector in
krachtenveld, zoals de verzameling stakeholders
haar jaarverslag presenteert. Voorts verwacht zij
wordt genoemd, schat in dat hooguit tien tot vijf-
met de Agenda 2008 – zie hoofdstuk 7 – duidelijk-
tien procent van de invoering van marktwerking is
heid te hebben gegeven over de ingeslagen weg.
voltooid. Ook wijst een aantal geïnterviewden erop dat marktwerking nog niet tot de routine van de werkvloer is doorgedrongen. Veel medewerkers, ook bij de NZa, zullen zich nog moeten instellen op het fenomeen marktwerking. Overigens is dit niet opzienbarend als we zien hoe soortgelijke processen in andere sectoren, zoals de telefonie, de energievoorziening en het openbaar vervoer tijd hebben gevergd.
De NZa onder de loep
Grote barrières die marktpartijen zien, zijn vooral een cultuur van wantrouwen in het hele veld, concrete knelpunten in de praktijk en een overheid die eerder remt dan gas geeft. Naarmate marktwerking dichterbij komt voor grote delen van de sector, groeit de behoefte aan een gedeelde visie over wat ‘we’ daar nu eigenlijk onder verstaan. Die visie moet meer inhoudelijk zijn dan ‘het vrijgeven van markten’. De NZa zou volgens het krachtenveld hierin een proactieve rol moeten nemen. De NZa moet als collectief geheugen, als integrerend instituut, de instelling zijn die de scherpere formulering van marktwerking in de zorg op zich neemt. Overigens is dit een uitdaging die de NZa maar al te graag op zich neemt.
69
‘Stel je voor. Voor een en dezelfde patiënt heb je een aangepast bed met lift nodig. Bestel je die bij dezelfde leverancier, dan heb je nog kans dat je een bed en een lift geleverd krijgt die niet op elkaar zijn afgestemd. Dit zijn typisch details die een goedwerkend zorgsysteem hopeloos in de weg staan. Daarom zeg ik altijd tegen beleidsmedewerkers: prima dat je in abstracte termen aan verbeteringen in de zorg werkt, maar ga ook eens kijken in een ziekenhuis of een verzorgingstehuis. Als je oog krijgt voor de dagelijkse knelpunten waar mensen die afhankelijk van de zorg zijn tegenaan lopen, dan word je beter in het doorvertalen van die knelpunten naar abstracte terminologie.’ Aldus Iris van Bennekom, nu nog directeur van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF), per 1 april 2008 plaatsvervangend directeur generaal Langdurige Zorg op het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
‘In zekere zin zijn we bondgenoten’ Dit advies geldt ook voor medewerkers van de NZa, als het aan Van Bennekom ligt. Zij heeft de NPCF in acht jaar tijd defi nitief op de kaart gezet en onderhoudt zelf ook zeer geregeld contacten met individuele patiënten om zichzelf scherp te houden. Waar nodig, zet zij die scherpte in om in de bres te springen voor de belangen van patiënten. De NPCF is een overkoepelende organisatie voor patiëntenorganisaties. Ultieme doel is het realiseren van vraaggestuurde zorg voor patiënten en consumenten vanuit het patiëntenperspectief. Uitgangspunten zijn daarbij solidariteit, keuzevrijheid en behoud van persoonlijke autonomie. ‘Patiënten zijn ervaringsdeskundigen. Laat hun oordeel dan ook maatgevend zijn voor de vraag wat goede zorg is’, zegt Van Bennekom.
Iris van Bennekom, directeur NPCF
‘ Ga eens bij die patiënt op bezoek’ Gelet op een van de hoofddoelstellingen van de NZa ziet Van Bennekom in de toezichthouder een partij waarmee de NPCF nauw moet samenwerken. ‘Ja, in zekere zin kun je ons best bondgenoten noemen’, zegt zij. ‘We komen allebei op voor de belangen van de patiënt. Als je bijvoorbeeld kijkt naar een verbeterde effi ciëntie in de zorg, dan is het best lastig om bepaalde vernieuwingen uit te leggen. Maar patiënten zijn uiteraard ook voor meer effi ciëntie. Als we het ‘waarom’ van die vernieuwingen echter goed kunnen uitleggen, dan ligt daar een gemeenschappelijke uitdaging. Hoe we die gemeenschappelijke uitdaging aangrijpen, vraagt hier en daar wellicht nog wat afstemming, maar in het algemeen is de NZa goed aan het werk.’
‘Zorgmarkt niet vergelijkbaar met markt van pakken suiker’ ‘Bij het doorvoeren van vernieuwende maatregelen willen wij op organisatieniveau meedenken om daarna die maatregelen aan het publiek uit te leggen. Het effi ciëntiestreven kan voor partijen in de zorg volstrekt helder zijn, maar vaak is het nog maar de vraag of de consument dit ook als zodanig ervaart. Als wij op tijd betrokken raken bij bepaalde maatregelen, kunnen wij hierin een rol spelen richting consument. Dat geldt ook als het gaat om de introductie van marktwerking. Het is in dit verband overigens maar net wat je onder marktwerking verstaat. Als ze leidt tot meer transparantie, een betere balans tussen vraag en aanbod en er gebeurt ook nog iets met de prijs, waarom zou je daar dan tegen zijn? Laten we wel zijn, niemand denkt dat de zorgmarkt vergelijkbaar is met de markt van pakken suiker. Kijken we echter naar het verleden van
72
Iris van Bennekom, directeur NPCF
bijvoorbeeld het CTG, dan zag je een tarief nooit omlaag gaan. Dat is het andere uiterste: als technologische ontwikkelingen een behandeling eenvoudiger maken, dan moet zich dat toch vertalen in een lagere prijs voor de patiënt. Nu zien we de NZa als marktmeester wel optreden tegen te hoge tarieven. Dat is positief.’
‘De zorg is nog steeds een beetje een black box’ Hoewel Van Bennekom dus positief is over de start van de NZa, vindt zij de eerste prestaties nog niet ‘groots en meeslepend’. ‘De zorg is nog steeds een beetje een black box. We weten er niet zoveel van. Zorgaanbieders bijvoorbeeld zijn helemaal niet zo behulpzaam als het gaat om transparantie. De experimenten van de NZa, zoals die op het gebied van vrije prijsvorming onder fysiotherapeuten, de zaak rond de tandartsen en de KNMP-zaak, zijn dan nog niet hemelbestormend. Het zijn kleinschalige projecten, terwijl je eigenlijk graag al meer zou willen bereiken. Tegelijkertijd besef ik dat het verschrikkelijk lastig is rigoureuzer te werk te gaan.’ Haar positie in de zorg en de mate waarin de NZa zich onafhankelijk kan opstellen van de overheid, zijn volgens Van Bennekom in diezelfde lijn te zien. ‘Tja, in hoeverre kan de NZa een voor het ministerie onwelgevallig advies uitbrengen. Dat ligt lastig. Ook de NPCF ondervindt de zilveren koorden richting overheid. Daarin herkennen wij de soms lastige positie van de NZa’, zegt zij.
‘Op basis van vertrouwen komen we er wel uit’ De samenwerking tussen NPCF en de NZa verloopt in grote lijnen goed, vindt Van Bennekom. ‘De verhoudingen zijn nog niet gezet, ook al willen we elkaar niet voor de voeten lopen. De komende jaren zullen wij gezamenlijk moeten uitvinden hoe we tot een goede balans kunnen komen tussen wat wij doen en wat de NZa doet. Wij hebben de indruk dat de NZa voor gegevens over de praktijk in een vroeger stadium bij ons terecht zou kunnen. Onze leden onderhouden nauw contact met patiënten en die kennis over de praktijk zou de NZa goed kunnen gebruiken. Hoe gaan patiënten bijvoorbeeld om met een persoonsgebonden budget. Daar hangt al snel een sfeer omheen dat zij als een dief in de nacht te werk gaan. Alsof ze iets zouden verdienen aan dat budget. Dat is grote flauwekul; patiënten gaan daar vaak juist heel slim en zeer zorgvuldig mee om. Kennis over hoe zij dat doen, kan behulpzaam zijn bij de inrichting van het zorgsysteem. Het zou heilzaam zijn als we op dit soort terreinen vooraf beter kunnen afspreken hoe we samen optrekken. Dat we samen optrekken, staat niet ter discussie. Maar het ‘hoe’ kan soms beter. Dat hoeven we niet vast te leggen in ingewikkelde protocollen. Al werkend komen we daar op basis van vertrouwen wel uit.’
Iris van Bennekom, directeur NPCF
73
4. De mensen van de NZa
Het voert te ver alle 240 medewerkers van de NZa
–
ir. B.F. Dessing
in het jaarverslag bij naam te vermelden. Wel ver-
–
drs. T.B. Halbertsma
dienen zij lof voor de manier waarop zij hun plaats
–
prof. dr. F.T. Schut
hebben gevonden in het eerste jaar van de NZa.
–
prof. dr. J.W. Velthuijsen
–
F.J.M. Werner
–
prof. dr. S.J.G van Wijnbergen.
4.1
Raad van Bestuur
In 2007 telde de Raad van Bestuur vier leden: –
mr. F.H.G. de Grave, voorzitter
4.3
Organogram
–
drs. C.C. van Beek MCM, plaatsvervangend
Bij de inrichting van de NZa is gezocht naar een
voorzitter
organisatiemodel dat slagvaardig en efficiënt kan
–
dr. M.E. Homan
optreden. Korte lijnen, zo min mogelijk staf, zoveel
–
drs. A.L.M. Barendregt
mogelijk slagkracht. Tegelijkertijd was het van belang alle taken die de twee rechtsvoorgangers
4.2
Raad van Advies
uitvoerden plus de nieuwe taken van de NZa in één
De Raad van Advies (RvA) fungeert als denktank
organisatie te verenigen. Het resultaat is verwerkt
en adviseur van onafhankelijke deskundigen en
in het model op pagina 76.
vervult een belangrijke rol bij het bepalen van standpunten door de Raad van Bestuur (RvB) van
4.4
Verhuizing
de NZa. De leden van de RvA zijn op persoonlijke
Op 1 juli 2007 is de NZa verhuisd naar een nieuw
titel benoemd, om die reden kent de RvA geen
kantoorpand in Utrecht, een mijlpaal in de
plaatsvervangende leden. De RvA komt vier keer
ontwikkeling van de NZa. Belangrijkste doelstelling
per jaar bijeen.
bij ontwerp en inrichting van het pand was een inspirerende omgeving te bieden voor zowel
Samenstelling RvA 2007
medewerkers als relaties. Een modern en
–
prof. dr. F.J.H. Don, voorzitter
transparant kantoor met huiskamers, open
–
dr. E. Borst-Eilers
ruimtes, concentratiewerkplekken en overleg
–
mr. M.T.H. de Gaay Fortman
ruimtes is het resultaat.
–
A. M. Vliegenthart
–
mr. C.A. Fonteijn
De mensen van de NZa
Behalve de Raad van Advies voor de hele NZa heeft de NZa ook drie afzonderlijke adviescommissies voor de sectoren Cure en Care. Hieronder een overzicht van de vertegenwoordigde organisaties in de vaste adviescommissies.
Adviescommissie Care:
Adviescommissie Cure Vrije Beroepen:
– ActiZ
– Vereniging van Oefentherapeuten Cesar
– Vereniging Branchebelang Thuiszorg Nederland – Vereniging Geestelijke Gezondheidszorg Nederland – Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland – Landelijke Vereniging van Entadministraties – Federatie opvang / MOgroep – Zorgverzekeraars Nederland
en Mensendieck – Nederlandse Vereniging van Vrijgevestigde Psychotherapeuten – Nederlandse Vereniging van Diëtisten – Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen – Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie – Koninklijk Nederlands Genootschap voor
Adviescommissie Cure Instellingen:
Fysiotherapie – Landelijke Huisartsen Vereniging
– Federatie van Nederlandse Audiologische Centra – Federatie van Nederlandse Trombosediensten – NVZ vereniging van ziekenhuizen – Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra – Revalidatiezorg Nederland – Vereniging Samenwerkende Artsenlaboratoria in Nederland – AmbulanceZorg Nederland – Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Orde van Medisch Specialisten – Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie – Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Tandheelkunde – Associatie Nederlandse Tandartsen – Landelijke Vereniging Georganiseerde eerste lijn – Associatie van Ketenapotheken – Organisatie van Nederlandse Tandprothetici – Nederlandse Vereniging van
– Orde van Medisch Specialisten
MondhygiënisteZorgverzekeraars
– Zelfstandige Klinieken Nederland
Nederland
– PM: Vertegenwoordiging abortusklinieken – Zorgverzekeraars Nederland
75
76
De mensen van de NZa
Raad van Bestuur
bestuurs secretariaat
Bezwaar, Beroep en Boetes
Raadsadviseur
Inhoudelijke adviseurs
directie Zorgmarkten Cure
directie Ontwikkeling
secretariaat
Visie & Advies
Corporate communicatie
Juridische beleidsmedewerker(s)
secretariaat
Economische Analyse en Zorginhoudelijke Advisering
Reguleringskaders en Instrumenten
Zorginkoop Instellingen
Zorginkoop Vrije Beroepen
Zorgverzekering en Consumenten
De mensen van de NZa
stafbureau Organisatieontwikkeling en Bedrijfsvoering
secretariaat
Informatie management
Facilitaire zaken
Voorlichting en Communicatiemiddelen
Financiën en Control
directie Zorgmarkten Care
Juridische beleidsmedewerker(s)
secretariaat
Verpleging en Verzorging
Gehandicaptenzorg
Geestelijke gezondheidszorg
Verzekeraars en Consumenten
P&O
77
De mensen van de NZa
78
4.5
Medezeggenschap
4.6
Medewerkers
De Ondernemingsraad (OR) en de Raad van
Eind 2007 werkten er 240 medewerkers bij de
Bestuur (RvB) hadden in 2007 één keer per maand
NZa. Behalve de medewerkers die van CTG en CVZ
een formeel overleg. In november is er één keer
zijn geïntegreerd in de nieuwe organisatie, heeft
een overleg geweest tussen de OR en de voltallige
de NZa in 2007 ook 43 nieuwe medewerkers in
RvB. In dit overleg zijn het werkplan en de
dienst genomen. Tevens was er sprake van uit-
begroting NZa 2008 besproken alsmede het
stroom: 29 medewerkers hebben de NZa verlaten.
werkplan 2008 van de OR. Tevens is bij die
Vijf medewerkers zijn intern doorgestroomd
gelegenheid de ondernemingsovereenkomst
naar een andere functie. In 2007 had de NZa
OR - RvB getekend. Dit is een overeenkomst
42 vacatures, waarvan er 22 zijn ingevuld.
waarin de OR en de RvB nadere afspraken maken
Het ziekteverzuim bij de NZa is in 2007 licht
over informatie uitwisseling en betrokkenheid bij
gedaald ten opzichte van 2006: van 3,7 procent
benoemingen en praktische afspraken over
naar 3,3 procent.
voorbereiding en uitwerking van vergaderingen en timing van adviezen en instemming.
4.7
Financieel
Aanvankelijk was de begroting 2007 door VWS
De OR heeft in 2007 advies uitgebracht over:
vastgesteld op € 27 miljoen. Gedurende 2007 is
–
uitbesteden ICT;
hier een aantal individuele posten aan toegevoegd,
–
uitbesteden repro;
waardoor de begroting uiteindelijk uitkwam op
–
mandaatbesluit;
€ 27.910.000. Daarvan heeft de NZa in 2007
–
wijziging organisatiestructuur.
€ 27.764.000 uitgegeven, waardoor er per
31 december 2007 een voordelig resultaat
Verder heeft de werkgever in 2007 instemming
ontstond van € 145.000. Dat is toegevoegd
van de OR gevraagd voor:
aan de egalisatiereserve.
–
regeling beoordelen en belonen;
–
klachtenregeling;
–
integriteitcode;
–
wijziging regeling werktijden;
–
besluit behandeling bezwaren NZa;
–
collectieve vrije dagen 2008;
–
keuze Arbo-dienst 2008.
5. Samenwerkingsvormen
De NZa heeft belang bij een goede samenwerking met verschillende partijen, binnen en buiten de
de NMa fusies en overnames in alle sectoren. –
zorg. Samenwerking varieert van ervaringen uitwis-
toezicht op de integriteit en de solvabiliteit
selen ten behoeve van de professionaliteit tot en met intensief samen activiteiten uitvoeren.
de Nederlandsche Bank (DNB) houdt van ziektekostenverzekeraars.
–
de Autoriteit Financiële Markten (AFM) is belast met het toezicht op het gedrag van
5.1
VWS
De Minister van VWS is politiek verantwoordelijk
financiële instellingen. –
het College bescherming persoons
voor de NZa. De Minister stelt de begroting vast en
gegevens (CBP) houdt toezicht op de
kan algemene aanwijzingen geven. Tussen Minister
naleving van de Wet bescherming
en NZa wordt regelmatig informatie uitgewisseld
persoonsgegevens.
opdat beiden hun werk kunnen doen met toepas-
–
het College bouw zorginstellingen (CBZ)
sing van een goede functiescheiding tussen beleid
houdt zich bezig met de huisvesting van de
en toezicht. Afspraken over deze uitwisseling staan
intramurale gezondheidszorg. Daarbij gaat het
in het Informatiestatuut VWS - NZa.
om ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen, instellingen voor geestelijke
5.2
Andere partijen
De NZa werkt samen met andere partijen.
gezondheidszorg en gehandicaptenzorg. –
het Rijksinstituut voor Volksgezondheid
Daarmee zijn in veel gevallen samenwerkings
en Milieu (RIVM) is het onderzoeksinstituut
afspraken gemaakt. Streven daarbij is de ‘één
van de overheid op het gebied van
loket’-gedachte: efficiënte inzet van middelen en
volksgezondheid en milieu.
beperking van administratieve lasten. De instellin-
–
(CSZ) voert taken uit in het kader van de
gen waar zij het nauwst mee samenwerkt, zijn: – –
het College sanering zorginstellingen
de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ)
Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) en de
bewaakt de kwaliteit van de zorgaanbieders.
Wet Ambulance vervoer (WAV):
de Nederlandse Mededingingsautoriteit
– de saneringsregeling voor de intramurale
(NMa) ziet toe op eerlijke concurrentie
gezondheidszorg en het ambulancevervoer
en bestrijdt partijen die kartels vormen en
– de meldings- en goedkeuringsregeling voor
daarbij bijvoorbeeld prijsafspraken maken
de vervreemding van onroerende zaken
én partijen die misbruik maken van een economische machtspositie. Daarnaast toetst
–
het College voor zorgverzekeringen (CVZ) voert vier kerntaken uit op het terrein van de
Samenwerkingsvormen
80
–
– –
–
sociale ziektekostenverzekeringen: de
5.3
Internationale samenwerking
Zorgverzekeringswet en de Algemene
De NZa onderhoudt internationale relaties en
Wet Bijzondere Ziektekosten. Die taken zijn
contacten met toezichthouders en de wetenschap
pakketbeheer, fondsbeheer, verzekeraars
om ervaringen en kennis te delen en mogelijkheden
financiering en de centrale uitvoering.
te benutten van buitenlandse ‘best practices’.
het Centraal Bureau voor de Statistiek
De NZa heeft op 31 januari 2007 een bijdrage
(CBS) heeft tot taak het verzamelen, bewerken
geleverd aan de EU consultatie over gezondheids-
en publiceren van statistieken ten behoeve
zorg ‘Community action on health services’.
van praktijk, beleid en wetenschap.
Hierin schetst de NZa haar rol als onafhankelijke
ACTAL is belast met overheidsbrede
toezichthouder binnen (de hervorming van) het
terugdringing van administratieve lasten.
Nederlandse zorgstelsel en gaat zij in op een aantal
het Centrum indicatiestelling Zorg (CIZ).
vragen van de Europese Commissie ten aanzien van
Bij het CIZ kunnen mensen terecht voor
grensoverschrijdende zorg. De NZa bijdrage aan de
verpleging of hulp bij (langdurige) ziekte,
EU consultatie maakt onderdeel uit van de officiële
handicap of ouderdom.
Nederlandse bijdrage die het Ministerie van VWS
Zorgverzekeraars Nederland (ZN) is de
aan de Europese Commissie heeft verstuurd.
branchevereniging voor alle zorgverzekeraars. –
–
diverse patiënten- en consumenten
In de bijdrage aan de consultatie deed de NZa het
organisaties, waaronder de Consumentenbond
voorstel om in 2007 een informeel internationaal
en de NPCF.
overleg op expertniveau over efficiencysturing in
de Consumentenautoriteit (CA) is de
de zorg te organiseren. In de NZa bijdrage is het
toezichthouder op consumentenrecht en
belang geschetst van een discussie op Europees
eerlijke handel. Het aanpakken van collectieve
niveau tussen toezichthoudende instanties in de
inbreuken en het vergroten van kennis over
lidstaten.
rechten en plichten zijn daarbij de belangrijkste taken.
Samenwerkingsvormen
“The NZa does not take a view on whether addressing such issues in more formal groups would be appropriate or feasible. However, there can be no doubt that interested healthcare regulators would benefit from sharing ideas and practical experience as a form of “peer review” that would allow the identification and diffusion of best practice in this field (e.g. identifying means of engendering quality based competition)”. Op donderdag 29 en vrijdag 30 november 2007 heeft de internationale workshop plaatsgevonden in Amsterdam. Deelnemers en sprekers uit dertien EU lidstaten en internationale organisaties spraken over ontwikkelingen op het vlak van efficiency sturing in de zorg. Naast deelnemende Europese toezichthouders namen ook vertegenwoordigers van de Europese Commissie, de WHO en de OECD aan de debatten deel. Met de start van dit informele platform voor gedachtewisseling wil de NZa ondermeer invulling geven aan de bovenstaande passage uit de bijdrage van de NZa aan de Europese consultatie.
81
Hoe het geld in de zorg wordt besteed, gaat Chiel Bos, directeur Zorg bij Zorgverzekeraars Nederland, zeer aan het hart. Hij slaat nog net niet met de vuist op tafel als hij zegt: ‘We betalen met zestien miljoen Nederlanders de premies om de zorg te kunnen betalen. Er gaat in totaal een bedrag van circa € 50 miljard in om. Als je een bedrijf zou hebben met zoveel investeringen, dan is een goede controle op het rendement van die investeringen toch de gewoonste zaak van de wereld? Daarom kan ik niet begrijpen dat wij als maatschappij zo weinig verantwoording van aanbieders over die fi nanciën krijgen. De NZa zou daar een actievere rol in moeten spelen.’ ‘Aanbieders berichten gewoon onvoldoende waar ze het geld aan uitgeven. Als je er naar vraagt, krijg je onvoldoende antwoorden en wordt gezegd dat het allemaal te complex is om te berekenen. Dat vind ik lui leiderschap. In het bedrijfsleven zou je er keihard voor worden afgestraft. In de volgorde is het toch eerst dat getoond wordt dat de gelden op normale kostberekeningen zijn gebaseerd. Daarna kan pas marktwerking geïntroduceerd worden voor meer doelmatigheid. Pas als dat goed gaat, kun je over vrijere prijzen praten. Het is vreemd om bijvoorbeeld eerst te melden dat een kop koffi e 20 euro kost en daarna vragen om vrije prijzen, terwijl iedereen weet, dat het met 2 euro goed betaald is. Ik zeg dat in het belang van de burger die jaarlijks zijn premies moet afdragen om het allemaal betaalbaar te houden. Dat rechtvaardigt ons verzoek om inzicht in die kostenopbouw. Het is immers onze sociale plicht om die zorgeuro optimaal te willen besteden.’
Chiel Bos, directeur Zorg van Zorgverzekeraars Nederland
‘ Het is onze sociale plicht om de zorgeuro optimaal te besteden’ In principe is de maatstafconcurrentie een goed instrument en kun je er in elk geval mee in de buurt van de gewone prijs van een medische behandeling komen. Wat dan weer jammer is, is de onduidelijke uitleg van het instrument waardoor veel weerstand is ontstaan. Mensen in de zorg leven bij beelden en het beeld rond maatstafconcurrentie is nu al dat die de weg naar winst maken blootlegt. En dat terwijl je het nu juist kunt gebruiken om meer inzicht in kostenopbouw te krijgen. De NZa had bij wijze van spreken een roadshow langs ziekenhuizen moeten houden om het begrip beter uit te leggen.’
‘Laat maar zitten met die controle’ ‘De NZa heeft wel middelen om te beoordelen of de zorgverzekeraars verantwoord met de premie-uitgaven omgaan. Dat op zich is prima en de NZa voert die controle ook goed uit. Maar wie houdt er bijvoorbeeld toezicht op de zorginstellingen in de AWBZ, waar € 20 miljard in omgaat? Niemand. Eigenlijk waren de zorgkantoren daarvoor. Maar zodra de instellingen zich beklagen bij de politiek, dat die controle van zorgkantoren maar lastig is, en of ze niet opge heven kunnen worden, vindt de politiek dat een goed idee. Wonderlijk. Dus nu is er geen controle meer. En iedereen zich maar verbazen, dat het zo uit de hand loopt. Stel je dat scenario eens voor bij de belastingsinspecteur. Die komt mijn opgave controleren en als ik dat lastig vind, dan zegt minister Bos: ‘Oh, laat dan maar zitten die controle.’ Veel zotter kan het toch niet worden?’
84
Chiel Bos, directeur Zorg bij Zorgverzekeraars Nederland
Neem het voortouw ‘De NZa zoekt haar rol nog in dat proces van controle en toezicht houden. Naar mijn smaak is zij de aangewezen partij om het voortouw te nemen. Als zij het initiatief neemt om bij zorgaanbieders betere controles uit te oefenen, dan zou dit de transparantie in de zorg enorm ten goede komen. Zij moet helpen eerst de boel op orde te brengen. Daarna kunnen we pas kijken naar meer eigen verantwoordelijkheid, marktwerking, vrije prijsvorming, enzovoort.’ Een tweede thema waar de NZa volgens Bos een belangrijke rol zou moeten spelen, is het op orde krijgen van het proces waarin de hoogte van de premies voor het basispakket wordt vastgesteld. ‘Zorgverzekeraars moeten op tijd de hoogte van de premie voor het volgende jaar bekendmaken. Daarvoor moet je kunnen inschatten wat de kosten van het volgend jaar worden. Dat kunnen we alleen op basis van de juiste gegevens van ziekenhuizen en instellingen. En die krijgen we onvoldoende en ook vaak te laat. Ook de politiek houdt geen rekening met ons tijdpad. In de Tweede Kamer wordt doodleuk besloten allerlei voorzieningen weer in het basispakket op te nemen op een moment dat wij de daaraan verbonden kosten niet meer in de premie kunnen opnemen. De pil, preventie, dure geneesmiddelen. De cyclus in de bedrijfsvoering klopt niet en de NZa zou ook hierin moeten optreden. Als zij zegt: namens de burger verplicht ik u de cijfers voor datum x aan te leveren ten behoeve van de berekening van premiehoogte, dan zouden wij een reële berekening kunnen maken. Eerst moet je alle informatie op een rij hebben, dan moet je een besluit nemen, de middelen vaststellen, bekendmaken en uitvoeren. Als die cyclus klopt, dan weten betrokken partijen veel beter waar ze aan toe zijn.
Consequenties beter doorvoeren Bos heeft ook een uitgesproken mening over de kwaliteit van de zorg. ‘De NZa vraagt ons te contracteren op kwaliteit en prijs. Helemaal terecht. Wij willen dan echter ook de ruimte hebben om daar consequenties aan te geven. Een voorbeeld. Als wij bij een ziekenhuis de kwaliteit willen beoordelen, dan willen wij naast professionele kwaliteit ook weten hoe patiënten zijn bejegend. Als wij negatieve informatie krijgen, dan hebben wij als verzekeraars weinig middelen om er iets tegen te ondernemen. Een zorgverzekeraar kan natuurlijk de volgende keer zijn contract aanpassen maar de rekening die de aanleiding is voor deze beslissing, moet gewoon worden betaald. Ook als wij menen dat de kwaliteit van een behandeling ernstig tekort heeft geschoten. Wij zouden graag de mogelijkheid hebben om een rekening niet te betalen als we zien dat de vereiste kwaliteit niet is gehaald. Die financiële prikkel zal ook het leiderschap bij een instelling positief beïnvloeden. Daarvoor moeten de bestaande budgetten ook gericht kunnen worden gecorrigeerd.’
Chiel Bos, directeur Zorg bij Zorgverzekeraars Nederland
Positieve richtingen Gelukkig zijn er ook vele positieve initiatieven. Bos noemt de St. Maartenskliniek in Nijmegen en het Oogziekenhuis Rotterdam. ‘Daar heerst openheid. Deze ziekenhuizen stellen dat de betalingen voor complexe ingrepen te laag zijn en voor relatief eenvoudige ingrepen te hoog. Zij bepleiten reële vergoedingen per handeling, mede omdat zij zich per handeling willen laten betalen. Wij zeggen dan: NZa, help ons dit in orde te maken. Deze instellingen zijn goed bezig en mogen niet gehinderd worden door regelgeving.’ Hoewel Bos kritisch is over hoe het in de zorg toegaat, wil hij wel kwijt dat hij ook zeer enthousiast is over de mensen, werkzaam in de zorg. ‘De overgrote meerderheid van de mensen die in de zorg werken, is zeer gemotiveerd optimaal te presteren. Dat is precies de reden waarom ik zo hamer op de punten die ik heb aangeroerd. Als je de mensen in de zorg niet ondersteunt met de juiste beleidsmaatregelen, dan demotiveer je juist die groep die zich volop wil inzetten. Daarom maak ik mij er ook zo druk om.’
Specialiseren Een andere positieve ontwikkeling die Bos signaleert, is de toenemende differentiatie in specialismen en de manier waarop ziekenhuizen daarmee omgaan. ‘Als we zien dat bijvoorbeeld het AMC zeer gespecialiseerd is in slokdarmkankeroperaties, dan is het zaak patiënten daarheen te verwijzen, ook als de aandoening eerst in een ander ziekenhuis is vastgesteld. Het gaat dan typisch om complexe operaties die je een aantal keren per jaar moet uitvoeren om je expertise op niveau te houden. Daar moet dan tegenover staan dat het gespecialiseerde ziekenhuis andere aandoeningen waarin het minder is gespecialiseerd juist doorverwijst naar ziekenhuizen die op hun beurt in die aandoeningen expertise hebben. Deze afspraken zijn ook zeer goed opgepakt tussen een aantal Haagse en Leidse ziekenhuizen. Als de ziekte ernstig genoeg is, is het niet meer van belang of het ziekenhuis waar je geholpen kunt worden, dichtbij is. Het is veel belangrijker, dat je snel en goed behandeld wordt. De toegankelijkheid van de zorg is gewaarborgd als de ziekenhuizen bereid zijn onderling door te verwijzen naar het betreffende center of excellence. Die beweging is in toenemende mate realiteit en dat juichen wij toe.’
85
6. Contacten met de NZa
Een publieke organisatie die midden in de samen-
6.3
Symposia c.q. congressen
leving staat, onderhoudt veel contacten met bur-
De NZa organiseerde in 2007 een symposium en
gers, met partijen in de zorg, met het Ministerie
een congres. Op 1 oktober 2007 was er een sym-
van VWS, met andere toezichthouders, noem maar
posium in verband met het éénjarig bestaan van
op. In het ene geval zoeken al die belanghebben-
de NZa. Er waren twee onderwerpen: WALZ (weg-
den de NZa op, in het andere komt de NZa naar
nemen administratieve lasten zorg) en de uitkom-
hen toe. De NZa zet zelf de volgende middelen in.
sten van de stakeholdersanalyse. Zie hiervoor de hoofdstukken 2.5 en 3.
6.1
Circulaires
De NZa heeft in 2007 in totaal 121 circulaires
Op 10 oktober 2007 was er het congres over
verzonden.
maatstafconcurrentie waarin partijen geconsul-
teerd werden over de invoering van de maatstaf-
6.2
Bezwaar- en beroepschriften
concurrentie. Zie hiervoor paragraaf 2.1.1.
Begin 2007 waren er bij de NZa 238 bezwaar-
schriften aanhangig. De NZa heeft 98 beslissingen
6.4
op bezwaar genomen en er zijn 65 bezwaren inge-
De Informatielijn staat open voor iedereen die een
trokken. Er is in 2007 echter een zeer groot aantal
vraag heeft over de zorg of er een opmerking over
nieuwe bezwaren binnengekomen, waardoor het
kwijt wil. De Informatielijn bestaat uit telefoon
aantal te behandelen bezwaren ultimo 2007 is
(nummer opzoeken), e-mail en schriftelijke
gestegen naar 684. De ingediende bezwaren
correspondentie. Het overzicht van het aantal
betreffen vrijwel allemaal bezwaren in het kader
vragen dat de Informatielijn in 2007 ontving (zie
van de tariefregulering.
pagina 87), is het overtuigend bewijs dat de con-
Informatielijn
sument de weg naar de NZa prima weet te vinden. Begin 2007 waren er 51 beroepsprocedures aanhangig tegen besluiten van de rechtsvoorgangers
De onderwerpen waarover de consumenten in
van de NZa. Het betrof vooral besluiten op het
2007 de meeste vragen hebben gesteld, zijn de
gebied van de tariefregulering. 8 Beroepen zijn
tarieven van tandartsen en orthodontisten (zie
gegrond verklaard en 14 ongegrond. Eén beroep is
paragraaf 2.4.4). Ook kwamen er diverse vragen
ingetrokken en met de nieuw ingestelde beroepen
over de zorgverzekering. Deze vragen varieerden
kwam het totaal ultimo 2007 op 32.
van de vergoeding voor operaties in het buitenland
tot de manier waarop zorgverzekeraars klachten
Contacten met de NZa
Informatielijn 2007 Consument
Zorgverzekeraar
Zorgaanbieder
Totaal
januari
509
76
428
1013
februari
449
65
402
916
maart
534
69
365
968
april
414
36
254
704
mei
461
51
255
767
juni
340
25
191
556
juli
369
50
259
678
augustus
387
38
234
659
september
299
36
244
579
oktober
329
20
255
604
november
380
30
234
644
december
312
22
280
614
afhandelen. Een derde categorie vragen betrof
kunnen doen. Bewust heeft de NZa haar website
ontvangen ziekenhuisnota’s.
zo omvangrijk gemaakt. Een website is immers een
eigentijds middel om het grote publiek te bereiken.
6.5 Externe optredens
En dat is de primaire doelgroep van de NZa.
De leden van de Raad van Bestuur en medewerkers
Omdat de NZa een compleet nieuwe website
van de NZa zijn 65 keer ingegaan op de uitnodi-
lanceerde bij haar start, heeft zij in 2007 uitvoerig
ging te spreken op congressen, symposia en
onderzoek laten doen naar de mening van
andere externe activiteiten.
consumenten, zorgaanbieders en zorgverzekeraars naar de site. Zij hebben de site beoordeeld op
6.6 Website
gebruiksvriendelijkheid en inhoud. Naar aanleiding
De website van de NZa bevat een enorme hoeveel-
van de opmerkingen van de consumenten brengt
heid aan gegevens, waarmee consumenten,
de NZa aanpassingen aan om de informatie
zorgaanbieders en zorgverzekeraars hun voordeel
toegankelijker te presenteren.
87
88
Contacten met de NZa
Zorgverzekeraars en zorgaanbieders waren
6.7
Media
positief over de site en de grote hoeveelheid
Het mediabeleid van de NZa is in 2007 verder
informatie. Dit heeft echter een keerzijde, want
geprofessionaliseerd. Er zijn twee vaste woord
door de enorme hoeveelheid informatie is de
voerders aangetrokken. Daardoor is de NZa in
vindbaarheid soms lastig. Daarom wordt gewerkt
staat haar besluiten en beleid proactief en helder
aan een verbetering van de zoekfunctie.
naar buiten te brengen. In 2007 verschenen
De informatie wordt soms ook versnipperd op
regelmatig berichten in de media naar aanleiding
de site aangeboden. Dit wordt verbeterd door de
van adviezen en standpunten van de NZa.
informatie eenduidiger via dossiers te clusteren.
Journalisten weten in steeds toenemende mate hun weg te vinden naar de NZa, met name in de rol als waakhond van het consumentenbelang op het terrein van zorg.
7. Verantwoordingscyclus Het jaarverslag van de NZa is een momentopname
Thema 1:
die een beeld schetst van de ontwikkeling van
Sterkere positie voor de zorgconsument
de organisatie. In het kader van verantwoording
Met het Consumentenprogramma richt de NZa
afleggen is dit uiteraard van groot belang.
zich vooral op het vergroten van de transparantie
Minstens zo belangrijk echter is de wijze waarop
in de zorg. Meer transparantie over de kwaliteit
de NZa haar beleid het komende jaar richting wil
van zorg heeft de hoogste prioriteit. Maar ook stelt
geven. Om ook hierin inzicht te geven, publiceert
zij strengere eisen aan verzekeraars over de manier
de NZa aan het begin van het jaar haar Agenda
waarop zij hun verzekerden informeren. De positie
voor het komende jaar.
van de consument moet sterker worden als het gaat om wachttijden en andere keuze-informatie.
De NZa-Agenda is een belangrijk onderdeel in de
De toegankelijkheid en de kwaliteit van de vergelij-
verantwoordingscyclus van de NZa en bevat de
kingswebsites moet hiervoor worden verbeterd. De
speerpunten uit het werkprogramma. In het werk-
NZa onderneemt hiertoe verschillende acties.
programma zijn alle voorgenomen activiteiten uitgewerkt en voorzien van het beslag op het budget
Thema II:
(begroting) en de benodigde inzet van mensen. In
Efficiëntie door goed werkende zorgmarkten
het jaarverslag wordt vervolgens verantwoording
Om de zorg ook in de toekomst betaalbaar te
afgelegd over het gevoerde beleid. De drie docu-
houden is het noodzakelijk dat er veranderingen
menten volgen elkaar op in de tijd, waardoor een
worden doorgevoerd in de AWBZ en de curatieve
duidelijk beeld ontstaat van wat de NZa zich ten
zorg. Voor de verdeling van geld aan zorgaan
doel stelt, wat de NZa heeft bereikt en de proble-
bieders zijn prestatiebeschrijvingen nodig waarbij
men die zij daarbij is tegengekomen.
rekening wordt gehouden met de zorgzwaarte van de cliënt. Verschillende projecten dragen daar aan
De NZa-Agenda zal voortaan jaarlijks verschijnen.
bij, zoals de invoering van Zorgzwaartepakketten
Als start van de cyclus zoals hierboven beschreven,
(ZZP’s) in de AWBZ, de invoering van een nieuwe
richt de NZa-Agenda 2008 zich vooral op de
bekostiging van ziekenhuizen en de overheveling
volgende vier thema’s:
van de curatieve GGZ naar de Zorgverzekeringswet. In 2008 gaat de NZa verder bepalen of vrije prijsvorming mogelijk is bij verloskunde, kraamzorg, mondzorg en diëtisten.
90
Verantwoordingscyclus
Thema III:
Thema IV:
Minder regels, meer ruimte
Effectief en slagvaardig toezicht
De NZa wil in 2008 de regels in de zorg en
De NZa grijpt als toezichthouder in bij over
specifiek ook de eigen regels onder de loep nemen.
tredingen. In 2008 zal dit toezichtbeleid zichtbaar
Voor partijen betekent dit meer ruimte maar ook
zijn in concrete zaken zoals onrechtmatigheden
meer eigen verantwoordelijkheid. In de extra
op het gebied van marktgedrag, transparantie
murale zorg kan bijvoorbeeld de introductie
of bij het onjuist informeren van consumenten.
van weektarieven voor minder administratieve
Zorgverzekeraars en zorgaanbieders zijn verant-
lastendruk zorgen.
woordelijk voor naleving van de regels, de NZa ziet daar op toe.
Utrecht, maart 2008.
91
Colofon Vormgeving Optima Forma bv, Voorburg Druk Drukkerij Opmeer BV, Den Haag Fotografie (pagina 1, 13, 18, 24, 28, 36, 47, 52, 60, 65, 70, 82) Frank Muller Fotografie (pagina 4) Mireille Coebergh