JAARPLAN RUD IJSSELLAND 2016
Versie 0.5, 27 november 2015
JAARPLAN 2016
Voorwoord Het stelsel van Omgevingsdiensten in Nederland neemt steeds vastere vormen aan en verwerft een duidelijk profiel over haar taken en rollen. De evaluatie die in de zomer van 2015 door de Staatssecretaris van Infrastructuur & Milieu aan de Tweede Kamer is aangeboden bevestigt dit beeld. Per regio zijn er nog significante verschillen met betrekking tot de omvang van het takenpakket, de kwaliteit van de uitvoering en de robuustheid van de organisatie. Toch heeft ons Parlement groen licht gegeven voor de verdere ontwikkeling van deze diensten de komende jaren. Hierbij heeft zij wel wettelijke kaders gesteld ten aanzien van het takenpakket, de kwaliteit en de juridische basis. Het punt van de juridische basis betekent voor onze netwerk-RUD dat wij een transitieproces in zullen gaan dat uiterlijk 1 januari 2018 zal resulteren in een Gemeenschappelijke Regeling. Dit heeft grote gevolgen voor de 11 gemeenten en de Provincie die ‘eigenaar’ zijn van de RUD. Niet alleen op het vlak van bestuur, organisatie en financiën, maar ook voor de medewerkers. Daarom zal 2016 ook in belangrijke mate in het teken staan van deze opgave, zonder dat we daarbij onze focus op ons bestaansrecht en onze primaire taken uit het oog verliezen, een échte uitdaging. Dit jaarplan heeft de focus op de uitvoering van de taken waar we voor staan, een goede vergunningverlening en handhaving op het gebied van milieu, bouwen en RO. En ondanks de extra organisatorische opgave die er ligt willen we dat met elkaar beter doen dan in 2015. De basis hiervoor ligt onder meer in de volgende punten: -
-
-
De Producten- en Dienstencatalogus (PDC), waarin enkele tientallen van onze ‘standaardproducten’ zijn opgenomen, is aangescherpt (omschrijvingen en efficiency) en geactualiseerd; Per 1 januari 2016 is er een Milieuwachtdienst die voor alle partners, en in samenwerking met de politie en de Veiligheidsregio, klachten en meldingen van burgers/bedrijven op ons taakveld buiten kantoortijd adequaat afhandelt; De nieuwe website zal begin 2016 ‘live’ gaan. Hiermee willen we op een uitnodigende en laagdrempelige manier burgers en bedrijven bedienen als zij op zoek zijn naar actuele informatie over hun leefomgeving. Natuurlijk zal er ook een Intranet-deel blijven waar medewerkers informatie beveiligd kunnen uitwisselen.
2016 wordt een boeiend en intensief jaar. We gaan zichtbaar resultaat boeken, maar onszelf ook deels opnieuw uitvinden. Op basis van ons vertrouwde uitgangpunt “Lokale binding, regionale bundeling”, wordt het credo per 1-1-2016 RUD IJsselland: “Waarborgt de leefomgeving versterkt bedrijven”.
P.J. (Pieter-Jan) van Zanten MSc Directeur
2
JAARPLAN 2016
INHOUDSOPGAVE Voorwoord ...............................................................................................................................................2 INHOUDSOPGAVE.....................................................................................................................................3 1 Inleiding .......................................................................................................................................4 2 Uitgangspunten ...........................................................................................................................5 3 Bedrijfsvoering.............................................................................................................................6 3.1 Ontwikkeling van de RUD ........................................................................................................ 6 3.2 Informatievoorziening / ICT..................................................................................................... 6 3.3 RUD-Academie ........................................................................................................................ 6 3.3.1 Ketentoezicht .................................................................................................................. 7 3.3.2 Informatiegestuurde handhaving.................................................................................... 7 3.3.3 De Handhavingsweek ...................................................................................................... 8 3.3.4 Energie & Duurzaamheid................................................................................................. 8 3.3.5 Drank- en horecawet ....................................................................................................... 8 3.3.6 Combinatie Whvbz en Wabo bij Zwemlocaties ............................................................... 8 3.3.7 24-uurs bereikbaarheid en beschikbaarheid voor milieuvoorvallen .............................. 9 3.3.8 Signaaltoezicht ‘lichte’ agrarische bedrijven (klasse I en eenvoudige klasse II).............. 9 3.3.9 Asbestverwijdering .......................................................................................................... 9 3.4 De cijfers van het jaarplan ..................................................................................................... 10 4 Context en randvoorwaarden .................................................................................................. 12 4.1 RUD-vorming – eigen intenties ............................................................................................. 12 4.2 Ontwikkelingen...................................................................................................................... 12 4.2.1 Wettelijke / juridische status omgevingsdiensten ....................................................... 12 4.2.2 Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving .......................... 13 4.2.3 Wet verbetering kwaliteitsborging bouw...................................................................... 13 4.2.4 Omgevingswet ............................................................................................................... 14 4.2.5 Wet natuurbescherming ............................................................................................... 14 4.2.6 Inspectieview milieu ...................................................................................................... 15 4.2.7 Overdracht bevoegd gezag ............................................................................................ 15 5 Communicatie........................................................................................................................... 16 Bijlage 1 Traject ontwikkeling door middel van verkeerslichtmethode ……………………………………………17 Bijlage 2 Factsheets van de kennispunten …………………………...…………………………………. ........................19
3
JAARPLAN 2016
1 Inleiding Twee jaar na de start van de Regionale Uitvoeringsdiensten IJsselland en Twente is uit de evaluaties door de Universiteit Twente en KplusV is gebleken dat in betrekkelijk korte tijd een robuust samenwerkingsverband is gevormd dat goed is toegerust voor de taken waarvoor zij gesteld is. Ook de landelijke evaluatie van medio 2015 bevestigt dit beeld. Op 22 september 2015 is het wetsvoorstel tot wijziging van de Wabo in de Tweede Kamer aangenomen. Dit betekent dat de kaders waarbinnen de Omgevingsdiensten moeten opereren bij wet zijn vastgelegd. Het gaat hierbij om het takenpakket, de kwaliteit en de juridische vorm. Voor de eerste twee aspecten opereert de RUD IJsselland al conform de voorschriften. Ten aanzien van de juridische vorm betekent het dat onze organisatie uiterlijk 1 januari 2018 de rechtsvorm van een Openbaar Lichaam moet hebben, een volwaardige en zelfstandige Gemeenschappelijke Regeling waar de 11 IJssellandse gemeenten en de Provincie Overijssel eigenaar van zijn. Het traject daar naar toe is intensief en staat los van dit jaarplan 2016. In 2016 zullen we nog ‘gewoon’ als Wabo-brede netwerk-RUD ons werk doen. Dit werk doen we in het kader van een kwalitatief eindbeeld dat met het wijzigen van de juridische basis niet wezenlijk verandert. Het Jaarplan gaat in de eerste plaats over de programmering van de basistaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Die kunnen we alleen goed ontwikkelen en uitvoeren wanneer de randvoorwoorden daarvoor in orde zijn. We hanteren een duidelijke koers omdat we weten dus waar we naartoe groeien. Er staat ons nog veel te doen. In 2016 werken we daarvoor aan concrete en duidelijk afgebakende doelen:
Kwaliteit en efficiency Kwaliteit en efficiency vereisen dat processen en producten transparant tot stand komen en zo veel mogelijk uniform en eenduidig zijn. In 2016 zal de risicoanalyse, conform de afspraak uit de bestuursovereenkomst, worden herijkt.
ICT Naar verwachting is eind 2015 de aanbesteding van de nieuwe ICT functionaliteit gestart zodat we in de loop van 2016 kunnen starten met de implementatie en in 2017 gereed zijn voor de basistaken. Daarna volgt een traject voor de overige taken.
Personeel We scheppen duidelijkheid voor medewerkers en zorgen dat de goede persoon op de goede plek zit. Doordat we specialistische taken bundelen, krijgen medewerkers meer kans om zich in hun vakgebied te ontwikkelen. We hebben een RUD-academie die zorg draagt voor een breed pakket aan vakmatige opleidingen. Collegiale intervisie zorgt voor onderlinge verrijking en betrouwbare kwaliteit.
Integrale aanpak van de handhaving Ook in 2016 hebben we speciale aandacht voor energie bij de (middel)grote verbruikers, covergisting, asbest en verontreinigde grond. Daarbij werken we intensief samen met onze regionale partners, de veiligheidsregio, de waterschappen, de politie en het Openbaar Ministerie, en ook met de zeven omgevingsdiensten uit Gelderland en landelijke partners zoals de Inspectie Leefomgeving en Transport.
Dit jaarplan wordt vastgesteld door het bestuur nadat achtereenvolgens het managementteam, de secretarissenkring IJsselland, het secretarissenberaad en het bestuur van de RUD IJsselland zijn geconsulteerd en in de gelegenheid zijn gesteld om hun inbreng te leveren. 4
JAARPLAN 2016
2 Uitgangspunten Binnen de RUD IJsselland worden de volgende uitgangspunten gehanteerd. Verantwoordelijkheid en vertrouwen Vertrouwen is een belangrijke basis voor de samenwerking in IJsselland. Het voorkomen van gevaar, schade of hinder voor de leefomgeving is primair de eigen verantwoordelijkheid van de bedrijven.
Plaats- en tijdonafhankelijk werken De taken worden zo efficiënt mogelijk uitgevoerd. Plaats- en tijdonafhankelijk werken is daarbij een voorwaarde. Instrumenten en hulpmiddelen moeten dit ondersteunen.
Risico- en informatiegestuurd toezicht Toezicht vindt risico- en informatiegestuurd plaats. De meeste toezichturen worden besteed op locaties met hoge risico's en minder of geen toezicht vindt plaats bij locaties met een laag risico.
Inzet medewerkers Medewerkers die in de RUD IJsselland werken voldoen aan de kwaliteitscriteria 2.1. Er wordt gezocht naar een goede balans tussen inzet en kwaliteit van medewerkers.
Consequente en voortvarende handhaving Er volgt altijd een passende interventie bij iedere bevinding door strikte toepassing van de vastgestelde sanctiestrategie. De inzet van handhavingsinstrumenten wordt waar nodig afgestemd met de betrokken inspectiediensten. Als basis wordt hiervoor de Landelijke Handhavingsstrategie gehanteerd.
Actuele vergunningen Vergunningen van bedrijven moeten actueel en handhaafbaar zijn. Nieuwe wetgeving en richtlijnen worden tijdig geïmplementeerd.
Doorontwikkeling In 2015 zijn een aantal onderwerpen door het MT opgepakt, de doorontwikkeling van de kennispunten was daarvan een onderdeel. Geconstateerd is dat er in 2016 meer gebruik moet worden gemaakt van de bij de kennispunten aanwezige deskundigheid. Bij de voortgangsrapportages wordt dit inzichtelijk gemaakt.
5
JAARPLAN 2016
3 Bedrijfsvoering 3.1
Ontwikkeling van de RUD
In bijlage 1 is door middel van de verkeerslichtmethode inzicht gegeven in de ontwikkeling die we in 2016 en verder op gaan pakken. Deze activiteiten zijn gebaseerd op het Meerjarenvisie 2014 – 2017. We zijn inmiddels in de tweede jaarschijf van de uitvoering aangekomen. Het aantal activiteiten die zijn opgenomen is drastisch ingekrompen ten opzichte van het jaarplan 2015. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat een aantal resultaten al zijn behaald en dat een aantal activiteiten zijn geschrapt en ondergebracht worden in het traject dat moet leiden tot de oprichting en werking van een RUD onder de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. In de loop van 2016 zal regulier worden gerapporteerd over de voortgang van de activiteiten. 3.2
Informatievoorziening / ICT
Sinds de oprichting van de RUD zijn we al bezig onze informatievoorziening op orde te brengen. Met 600.000 inwoners, 50.000 bedrijven, 12 overheden als 'eigenaar' en ruim 100 medewerkers is dat voorwaar geen sinecure. Ieder heeft daar zo zijn eigen verwachtingen bij en stelt daar eisen aan, een bijna onontwarbare puzzel. Eind 2015 is overeenstemming bereikt over het nieuwe ICT-systeem. Gestart wordt in een 1e project met de informatievoorziening die nodig is voor het basistakenpakket-plus (alle taken m.b.t. de milieu-inrichtingen inclusief de milieumeldingen). Dit wordt in 2016 ingericht. Het vervolgproject (vanaf 2017) is facultatief voor de partners die dat willen en gericht op alle VTH-taken (dus ook taken die niet onder de RUD vallen). Naast de formele besluitvorming door het RUD-bestuur en individuele colleges wordt er ook door verschillende werkgroepen veel werk verzet. Denk aan het ontwerpen van de ICT-architectuur, een visiedocument over GEO-informatie in relatie tot VTH , standaardisatie en uniformering van werkprocessen en het uitvoeren van een aanbesteding voor de VTH-applicatie. 3.3
RUD-Academie
Uitgangspunt is dat alle VTH-medewerkers voldoen aan de kwaliteitscriteria. Om het een ieder mogelijk te maken daar naar toe te groeien is de RUD Academie IJsselland in het leven geroepen. De RUD Academie faciliteert in het organiseren van: - opleidingen/cursussen waardoor medewerkers van de RUD voldoen aan de eisen vanuit de kwaliteitscriteria; - opleidingen ten behoeve van vaardigheden/competenties. Jaarlijks wordt geanonimiseerd de opleidingsbehoefte uit de actuele EVP’s/EVC’s (via www.ditkanik.nu) gedestilleerd. Deze informatie wordt uitgewerkt in een lijst met opleidingen en voorgelegd aan het MT van de RUD IJsselland. Het MT bepaalt welke opleidingen de RUD Academie jaarlijks collectief gaat aanbieden aan de medewerkers. Voor 2016 zal dat een deel van de cursussen zijn die in 2015 niet door zijn gegaan. De RUD Academie komt in januari, in samenspraak met het MT, met een opleidingsplan die aan moet sluiten op geconstateerde knelpunten. Daarnaast faciliteert de RUD Academie ook in het organiseren van actualiseringsopleidingen en cursussen n.a.v. ontwikkelingen in een specifiek vakgebied dan wel in wet- en regelgeving. De Academie gaat in 2016 voor het organiseren van cursussen en opleidingen ook samenwerken met de Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek. Reikwijdte jaarplan De reguliere taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving van milieuregels zijn beschreven in het basistakenpakket. 6
JAARPLAN 2016 Deze BTP-taken zijn samen met de taken op gebied van bouwen en RO opgenomen in de productenen dienstencatalogus (PDC). Naast deze reguliere taken zijn er ook werkzaamheden waarvan de wijze van uitvoering jaarlijks kan c.q. zal verschillen. Het is van belang deze taken mee te nemen in de planning. Deze taken zijn in dit jaarplan meegenomen zoals hieronder beschreven. 3.3.1
Ketentoezicht
In 2014 is door RUD IJsselland en RUD Twente, samen met de Gelderse omgevingsdiensten, een dreigingsbeeld voor Oost-Nederland vastgesteld. Dit heeft o.a. geleid tot de keuze van drie projecten voor ketentoezicht voor 2015. Het project ‘Grondstromen’ is afgerond. In onderstaand overzicht zijn de ketenprojecten voor 2016 opgenomen. De flexibele schil wordt gevormd door (kleinschalige) ketenprojecten die op basis van signalen worden opgestart.
3.3.2
Informatiegestuurde handhaving
Naast de noodzakelijke analyses ter voorbereiding, begeleiding en uitvoering van ketenprojecten zal risico- en informatiegestuurde handhaving gebruikt worden om samen met interne en externe partners de informatiehuishouding en datakwaliteit beter op orde te krijgen. Dit doen we vooral door actief te participeren in het netwerk van de negen in Oost Nederland actieve uitvoeringsdiensten, maar ook door intensief samen te werken met andere partners zoals politie en Openbaar Ministerie, maar ook andere uitvoeringsdiensten en landelijke inspectiediensten zoals ILT, NVWA en ISZW. In 2016 zal onderzocht worden of de nieuw vast te stellen RUD-risicoanalyse kan worden geoptimaliseerd naar een meer dynamische informatiegestuurde risicoanalyse waarbij gebruik wordt gemaakt van actuele toezichtsbevindingen en externe informatie(bronnen). Het eerder genoemde dreigingsbeeld Oost-Nederland is een meerjarenprogramma en heeft naast het benoemen van een aantal ketenprojecten ook andere, niet keten gerelateerde samenwerkingsprojecten opgeleverd. In 2016 zal worden ingezet op een aantal projecten die onze informatiepositie verbeteren en de samenwerking met de overige uitvoeringsdiensten en strafrechtelijke partners verbeteren. 7
JAARPLAN 2016 Er zal extra aandacht worden gevraagd voor specifieke afvalstromen en er worden één of meerdere projecten gestart waarbij een oog- en oorfunctie wordt gevraagd van toezichthouders. Met behulp van informatie, door veredeling en analyse, effectiever en efficiënter, inzetten op de daadwerkelijke risico’s. 3.3.3
De Handhavingsweek
Er is voor gekozen om de handhavingsweek 2015 te benutten als opmaat naar de handhavingsweek van 2016. De exacte thema’s zullen tijdens expertsessies in 2015/2016 nader bepaald worden. Er is besloten om de handhavingsweek 2016 een overkoepelend karakter te geven. Dat houdt in dat er samen met de Gelderse omgevingsdiensten zal worden ingezet op een gecombineerde handhavingsweek voor Oost-Nederland. Hiertoe zal er door Gelderland en Overijssel gezamenlijk opgetrokken worden in organisatie hiervan, maar ook het bepalen van relevante thema’s. De handhavingsweek 2016 zal in het najaar plaats vinden. 3.3.4
Energie & Duurzaamheid
Belangrijke ontwikkelingen vanuit het Energieakkoord voor 2016 en daarna zijn de erkende maatregelenlijsten die voor verschillende branches worden ontwikkeld en verankerd in het Activiteitenbesluit, de opleidingsmodules en de Energie Prestatie Keuring (EPK). Om structureel daadwerkelijk uitvoering te geven aan energiebesparing bij bedrijven wordt het energieaspect in de RUD-planning 2016 bij de uitvoering van de reguliere werkzaamheden meegenomen. Om dit te realiseren worden er opleidingstrajecten en hands-on trainingen ontwikkeld voor vergunningverleners en toezichthouders. Ook worden er specifieke controles uitgevoerd bij bedrijven/instellingen waar een groot energiebesparingspotentieel aanwezig is en die in het reguliere controleprogramma (nog) niet opgenomen zijn. Daarnaast worden er communicatieprojecten uitgevoerd die als doel hebben bedrijven bewust te maken over praktische mogelijkheden voor energiebesparing en goede voorbeelden te laten zien. Belangrijke voorwaarde voor het uitvoeren van deze activiteiten is dat er zowel in het RUD-programma alsmede in de gemeentelijke uitvoeringsprogramma’s tijd wordt gerealiseerd om de werkzaamheden uit te voeren. Alleen zo kunnen de duurzaamheidsambities gehaald worden. 3.3.5
Drank- en horecawet
Het toezicht en de handhaving van de leeftijdsgrens in het kader van de Drank- en horecawet wordt door een aantal RUD gemeenten gezamenlijk uitgevoerd. Het gaat hierbij om Kampen, Dalfsen, OlstWijhe, Staphorst, Raalte, Steenwijkerland en Zwolle. Door deze samenwerking wordt er in de regio op een eenduidige manier gecontroleerd en blijft de kwaliteit van de controles op niveau. In 2016 worden er vermoedelijk circa 400 controles van horecagelegenheden uitgevoerd in RUD-verband. Dit is vergelijkbaar met het aantal uitgevoerde controles in 2015. Deze controles worden uitgevoerd door toezichthouders van Steenwijkerland en Zwolle en doormiddel van ingehuurde toezichthouders. Het doel van deze controles is om ondernemers en jongeren bewust te maken van de gezondheidsrisico’s van alcohol en het terugdringen van alcoholgebruik door jongeren. 3.3.6
Combinatie Whvbz en Wabo bij Zwemlocaties
Vanuit de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden worden alle zwemlocaties binnen IJsselland door de provincie gecontroleerd op hygiëne en veiligheid. Gemeentelijke partners controleren deze inrichtingen meestal met een gemiddelde frequentie van eens per 5 jaar op milieu. Door het milieutoezicht mee te laten nemen door de provinciale toezichthouder wordt efficiëntie bereikt en worden de zwembaden met minder onnodige toezichtlast geconfronteerd.
8
JAARPLAN 2016 3.3.7
24-uurs bereikbaarheid en beschikbaarheid voor milieuvoorvallen
Elk bevoegd gezag is verplicht om een 24-uurs bereikbaarheidsdienst te hebben. Per 1 januari 2016 wordt het MeldPunt Milieu RUD IJsselland gestart. Bedrijven die onder het bevoegd gezag van de provincie Overijssel vallen en liggen in het verzorgingsgebied van de RUD Twente vallen ook onder het IJssellandse MeldPunt Milieu. Hiermee wordt voor IJsselland centraal gegarandeerd dat de bereikbaarheid en beschikbaarheid voor elke partner geregeld is. 3.3.8
Signaaltoezicht ‘lichte’ agrarische bedrijven (klasse I en eenvoudige klasse II)
Bedrijven in de landbouw zijn voor zowel de waterschappen als gemeenten vanuit hun eigen toezichtstaak een omvangrijke groep in hun periodieke toezichtstaak. De frequentie is daarbij laag en het aantal bedrijven hoog. De te controleren onderwerpen van waterschappen en gemeenten hebben veelal overlap. Afgesproken is om hierin een efficiencyslag te maken door middel van gezamenlijke inzet. Onder de noemer ‘Signaaltoezicht’ wordt een cluster toezichthouders gevormd bestaande uit medewerkers van waterschappen en gemeenten, die het toezicht uitoefenen bij ”lichte” agrarische bedrijven. Dit op basis van een checklist, die is gebaseerd op de voorschriften uit het Activiteitenbesluit. De signaaltoezichthouder is bevoegd constateringen te doen en waarschuwingen uit te laten gaan gericht op het opheffen van tekortkomingen. Afhankelijk van de impact van de overtreding wordt op enig moment overgeschakeld van toezicht naar handhaving. Op dat moment neemt het bevoegd gezag (gemeente of waterschap) de zaak over. In 2016 wordt hiermee door enkele gemeenten en waterschappen ervaring opgedaan en maken we op basis van de ervaringen de keuze het ‘Signaaltoezicht’ in 2017 breder te implementeren binnen de RUD. De verwachting is dat we hiermee efficiencywinst kunnen behalen met behoud van kwaliteit. 3.3.9
Asbestverwijdering
Ter ondersteuning van het verbod per 2024 op asbestcementdaken is er vanaf 2016 een landelijke subsidieregeling van kracht. Dit om te stimuleren dat eind 2023 alle asbestdaken zijn verwijderd. Voor 2016 is in totaal € 10 miljoen beschikbaar. In de gemeenten Dalfsen en Steenwijkerland loopt een pilot met 2 adviseurs. In deze pilot worden de processtappen voor het provinciebrede traject begin 2016 getest. De eerste fase is inmiddels afgerond. De relevante organisaties rondom pandeigenaren ( o.a. accountants, bedrijfsmakelaars, banken etc.) zijn ingelicht over de ontwikkelingen in asbest en duurzaamheid. Er wordt in de plannen een link gelegd tussen de asbestsanering enerzijds en de mogelijkheid van kostenbesparing en duurzaamheid door middel van zonnepanelen anderzijds. De reacties van de betrokken partijen waren zondermeer positief en de genoemde organisaties zijn behulpzaam om pandeigenaren in te lichten. Gemeenten als Deventer en Ommen willen in 2016 ook aanhaken. De verwachting is dat binnenkort meer gemeenten volgen. In 2016 gaan de deelnemende gemeenten de pandeigenaren per brief informeren. In deze brief wordt de problematiek geschetst en hulp aangeboden. De brief biedt een aanleiding om een informatief gesprek aan te gaan. Het verdient aanbeveling dat een bedrijfsfunctionaris de afstemming regelt rondom selectie van bedrijfspanden. Het is de bedoeling om bewustwording bij de pandeigenaren te creëren rondom asbestsanering en energiebesparing. Bestuurlijk draagvlak is van belang.
9
JAARPLAN 2016
3.4 De cijfers van het jaarplan Omvang van de werkzaamheden RUD De VTH-werkzaamheden bestaan uit het verplichte basistakenpakket (verder BTP) en de vrijwillig ondergebrachte Wabo-brede taken. De omvang van de werkzaamheden is voor 2016 geïnventariseerd bij de partners. In de bijlage is per partner een samenvatting opgenomen van de ingebrachte werkvoorraad en capaciteit. In figuur 1 is de verdeling van het aantal inrichtingen (totaal 16.962) over de partners van de RUD weergegeven. Voor de provincie is het aantal provinciebreed, het aantal inrichtingen in IJsselland is ongeveer de helft hiervan. Kaders voor de planning van 2016: - De verdeling van personeel over de werkvoorraad vindt centraal plaats. De werkvoorraad wordt bepaald door de risicoanalyse, waarin afspraken zijn gemaakt over het ambitieniveau. - Medewerkers die worden ingezet voldoen aan de kwaliteitscriteria 2.1 - Er is sprake van een ondercapaciteit waardoor niet alle controles kunnen worden uitgevoerd door de medewerkers binnen de RUD. Ook ingehuurde expertise moet voldoen aan de kwaliteitscriteria 2.1. - Werkvoorraad van Wabo-brede taken is op hoofdlijnen ingevuld. Opdrachten kunnen door de ICS in het netwerk worden uitgezet. Niet alle partners Figuur 1: verdeling aantal inrichtingen partners RUD hebben inzicht gegeven in de werkvoorraad en capaciteit van de Wabo-brede taken. - Per partner is een bijlage opgenomen waarin de werkvoorraad en de capaciteit is weergegeven. De BRZO-werkzaamheden staan nog bij de gemeenten, maar worden met ingang van 2016 naar de provincie overgeheveld.
Tabel 1: Resultaten inventarisatie milieu Kerngetallen CaseVakinhoudelijke- Toezicht Specialistische Totaal 2016 in uren management toets taken Werkvoorraad 6.046 27.847 51.276 53.905 139.074 Capaciteit 5.530 26.510 47.557 49.660 129.257 Verschil -516 -1.337 -3.719 -4.245 -9.817 Op het basistakenpakket is er een ondercapaciteit van 7%. Dit houdt in dat de verwachting is dat de RUD 9.817 uur moet inhuren op dit takenpakket. 10
JAARPLAN 2016
Tabel 2: Resultaten inventarisatie bouwen/RO Kerngetallen 2016 in uren Werkvoorraad Capaciteit Verschil
CaseVakinhoudelijke- Toezicht Specialistische Totaal management toets taken 11.487 35.601 18.818 20.853 86.759 8.345 32.162 17.865 17.126 75.498 -3.142 -3.439 -953 -3.727 -11.261
Tabel 3: Resultaten inventarisatie milieu/bouwen/RO Kerngetallen 2016 in uren Werkvoorraad Capaciteit Verschil
CaseVakinhoudelijke- Toezicht Specialistische Totaal management toets taken 17.533 63.448 70.094 74.758 225.833 13.875 58.672 65.422 66.786 204.755 -3.658 -4.776 -4.672 -7.972 -21.078
Op basis van de aangeleverde gegevens is er op het Wabo-brede takenpakket een ondercapaciteit van 9%.
Risicoanalyse De werkvoorraad van toezicht wordt mede bepaald door de risicoanalyse. De risicoanalyse bestaat uit 4 categorieën, te weten: 1. Intensief toezicht, elk jaar een controlemoment; 2. Verscherpte controle, om de drie jaar een controlemoment; 3. Reguliere controle, om de vijf jaar een controlemoment; 4. Lage controle, om de tien jaar een controlemoment. Na analyse van de werkvoorraad is besloten om niet af te wijken van de RUD-ambitie voor de intensieve en verscherpte controlemomenten. Op basis van de risicoanalyse zijn voor 2016 3.519 controles gepland. Per kwartaal zal de voortgang c.q. de getallen inzichtelijk worden gemaakt.
Figuur 2: verdeling aantal controles naar R.A. indeling
11
JAARPLAN 2016
4 Context en randvoorwaarden De programmering moet in de juiste context worden geplaatst en van belang zijn de randvoorwaarden in de vorm van wettelijke verplichtingen en afspraken die de partners onderling hebben gemaakt. 4.1
RUD-vorming – eigen intenties
In het bedrijfsplan (hoofdstuk 2) worden de volgende afspraken van juli 2011 aangehaald: “(4) Voor het bovenlokale takenpakket geldt een minimum uitvoeringsniveau dat de partners gezamenlijk vaststellen en dat ten minste op het wettelijk minimumniveau ligt. (5) Alle partners zorgen voor de middelen (capaciteit en geld) voor hun werkvoorraad. (9) De regionale bundeling (en op een aantal punten: bovenregionale bundeling) van de capaciteit van de partners zorgt er voor dat aan de referentieset kwaliteitscriteria kan worden voldaan.” Sinds 1 januari 2015 is er sprake van een Wabo-brede RUD, die dus meer doet dan alleen het wettelijk verplichte basistakenpakket (milieu). De RUD heeft voor de bouw- en RO-taken inzicht in de werkvoorraad en capaciteit verdeeld over de verschillende partners. In de praktijk vindt er vooral uitwisseling plaats bij het ontbreken van bepaalde deskundigheid of bij een capaciteitstekort. De toezichthoudende activiteiten die in dit jaarplan beschreven zijn, hebben een sterke relatie met de HUP’s die iedere partner lokaal vaststelt. Er zijn echter ook taken, die niet behoren tot het RUDprogramma maar wel tot het lokale programma. Deze achterblijvende taken worden ook niet uitgevoerd onder de vlag van de RUD. Met andere woorden het lokale HUP is een verzameling activiteiten die groter kan zijn dan de in dit jaarplan genoemde activiteiten, maar bevat minimaal wel alle in dit jaarplan beschreven activiteiten. De ICS verzorgt ieder kwartaal voortgangrapportages van de taken die worden gecoördineerd door de kennispunten of de ICS zelf. De partners vullen deze rapportage naar eigen behoefte aan met de taken die onder de RUD-vlag vallen maar in eigen huis worden uitgevoerd (lokale taken) en eventueel de gegevens met betrekking tot de achtergebleven taken op het gebied. Op deze wijze ontstaat een per partner een overzicht van de voortgang van de uitvoering van de Wabo-taken. 4.2 4.2.1
Ontwikkelingen Wettelijke / juridische status omgevingsdiensten
De bestuurlijke en politieke afspraken die landelijk, en ook in onze provincie, zijn gemaakt over de vorming van RUD’s liepen vóór op de formele vastlegging daarvan in wet- en regelgeving. Vanuit de formele invalshoek bezien werken we voor de VTH-taken nu met: Wabo, met name hoofdstuk 5, Bestuursrechtelijke handhaving; Besluit omgevingsrecht, met name hoofdstuk 7, Handhaving; Regeling omgevingsrecht, met name hoofdstuk 10, Kwaliteitseisen; De via artikel 5.1 Wabo gekoppelde wetten1.
1
Dit hoofdstuk is van toepassing op de handhaving van het bij of krachtens deze wet bepaalde in de: Flora- en faunawet, Kernenergiewet, Monumentenwet 1988, Natuurbeschermingswet 1998, Ontgrondingenwet, Wet bescherming Antarctica, Wet bodembescherming, Wet geluidhinder, Wet inzake de luchtverontreiniging, Wet milieubeheer, Wet ruimtelijke ordening, Waterwet en Woningwet, voor zover dit bij of krachtens de genoemde wetten is bepaald.
12
JAARPLAN 2016
Inmiddels is er een nieuwe werkelijkheid ontstaan. Op 22 september 2015 is door de Tweede Kamer de wet tot wijziging van de Wabo (verbetering VTH) aangenomen. Deze wet ziet op het wijzigen van een aantal artikelen in de Wabo, de Flora- en faunawet, de Monumentenwet 1988, de Waterwet, de Wet op de economische delicten, de Woningwet en de (wel aangenomen, maar nog niet in werking getreden) Wet natuurbescherming. De belangrijkste wijzigingen: •
•
•
Voor de uitvoering van het basistakenpakket (BTP) sluiten de gemeenten en de provincies aan bij een Omgevingsdienst ingesteld als Openbaar Lichaam. Voor de drie bestaande netwerk-RUD’s. treedt deze verplichting in bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet (1 januari 2018). De overige regels uit artikel 5.3 t/m 5.8 Wabo gelden wel direct bij inwerkingtreding van de Wet voor de netwerk-RUD’s. Provinciale staten en gemeenteraad stellen bij verordening regels vast, met betrekking tot de uitvoering en handhaving van de basistaken als bedoeld in artikel 5.3, vierde lid. Deze regels dienen uniform te zijn binnen de Omgevingsdienst en voor een deel van de taken zelfs voor meerdere omgevingsdiensten. Uitgangspunt voor de verordening zijn de Kwaliteitscriteria 2.1. Provinciale Staten en de gemeenteraad hebben een formele zorgplicht over en stellen regels over de uitvoering en handhaving van de overige omgevingsrechtelijke taken. Hoewel niet strikt verplicht geldt ook hier dat uitgangspunt de Kwaliteitscriteria 2.1 is.
Dit betekent voor de RUD IJsselland dat zij haar juridische basis als netwerk, verankerd in de Bestuursovereenkomst van 2012, zal moeten wijzigen en brengen binnen de kaders van de Wet. De opgave daarbij is om dit zodanig in te vullen dat zij dicht blijft bij de uitgangspunten zoals deze in 2012 zijn geformuleerd in het credo ‘lokale binding, regionale bundeling’. In 2016 zal dit proces op de agenda komen van de colleges en raden in IJsselland die eigenaar zijn van de RUD. Immers, deze transitie vraagt een aantal formele besluiten, maar bovenal echte betrokkenheid. 4.2.2
Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving
De ontwikkelingen rond de Wet VTH, feitelijk de aanpassing van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, zijn afgelopen jaar zorgvuldig gevolgd. De wijze waarop de kwaliteit van uitvoering dient te worden gewaarborgd is nu duidelijker. Procescriteria uit de set Kwaliteitscriteria 2.1 komen voor een deel in het Besluit omgevingsrecht. De Kwaliteitscriteria voor medewerkers en bevoegde gezagen ten aanzien van de uitvoering van taken worden voor het Basistakenpakket (BTP) verplicht in een verordening geregeld. De overige Wabo-taken (waaronder de niet BTP milieutaken) kunnen vanuit in de wet opgenomen zorgplicht eveneens in een verordening worden geregeld. Een andere wijze van vastlegging is voor die taken mogelijk, mits de kwaliteit voldoende wordt gewaarborgd. Uitgangspunt voor de verordening is de set Kwaliteitscriteria 2.1. De verordening wordt door alle gemeenteraden en provinciale staten afzonderlijk vastgesteld. Verplicht is daarbij dat de verordening voor het BTP voor de hele uitvoeringsdienst uniform is. Voor omgevingsdiensten met BRZO-taken geldt deze verplichte uniformiteit zelfs voor alle BRZO-omgevingsdiensten samen. Vanuit de partners van RUD-IJsselland is een werkgroep samengesteld die met de verordening aan de slag gaat. In 2016 zal besluitvorming zijn beslag krijgen. 4.2.3
Wet verbetering kwaliteitsborging bouw
Voortdurende aandacht is er voor de ontwikkelingen ten aanzien van de verbetering van de kwaliteitsborging in de bouw. Minister Blok heeft een ontwerpwet ingediend, welke ter consultatie is uitgezet. Met de opmerkingen uit de consultatie en opmerkingen uit de Kamer is het voorstel aangepast en ter advisering aan de Raad van State voorgelegd. De huidige tekst is daarmee nog onder embargo en wordt pas na bekendmaking van het advies van de Raad van State openbaar gemaakt. 13
JAARPLAN 2016
De wet zal voor alle bij onze RUD aangesloten partners gevolgen hebben. Taken met betrekking tot het toezicht en de vergunningverlening zullen vervallen. In eerste instantie voor de niet-complexe bouwwerken uit gevolgklasse 1, na evaluatie wil minister Blok het stelsel uitbreiden met bouwwerken uit gevolgklasse 2 en gevolgklasse 3. Hoe groot de impact is voor de afzonderlijke partners is afhankelijk van de gevolgklasse waar de werkvoorraad in valt en van eventuele beleidskeuzes, zoals een bijgesteld ambitieniveau. Het Kennispunt Juridisch & Beleid van RUD IJsselland zal de ontwikkelingen volgen en de RUD en betrokken partners informeren. 4.2.4
Omgevingswet
De Omgevingswet is in juni 2015 aangenomen door de Tweede Kamer en het bestuursakkoord implementatie Omgevingswet is ondertekend. En nu? Wachten tot de implementatie? Het kabinet wil de Omgevingswet in 2018 in werking laten treden. Dat klinkt nog ver weg, maar de invoering van deze wet is een enorme operatie die alleen kan slagen als we nu al beginnen. De Omgevingswet betekent niet alleen nieuwe wetgeving, het betekent ook een andere manier van werken en een cultuurverandering. De invoering is een grote opgave. Dit betekent wel dat we ons nu al moeten gaan voorbereiden op de implementatie van de Omgevingswet. De invoering van de Omgevingswet rust op twee pijlers: de invoering van een nieuw digitaal stelsel (de Laan van de Leefomgeving) en een nieuwe werkwijze bij gemeenten, provincies en waterschappen. Om te zorgen voor samenhang tussen de digitalisering en het transitieproces bij die overheden, kiezen de partijen ervoor om de coördinatie van de implementatie in handen te leggen van Rijkswaterstaat. De Omgevingswet integreert een groot aantal wetten en AMvB's in het fysieke domein om zo integraler te kunnen werken, kosten te reduceren en procedures te bekorten of overbodig te maken. Het idee achter de Omgevingswet ondersteunt de werkwijze die wij als RUD voorstaan. In de memorie van toelichting worden RUD's zelfs expliciet genoemd in de zin dat zij een sleutelrol zullen vervullen in het stelsel. De Omgevingswet is een zogenaamde 'Kaderwet' wat betekent dat veel zaken nog uitgewerkt moeten worden in ministeriële besluiten en AMvB's. Ook zal door het vergunningvrij maken van veel activiteiten de toezichts- en handhavingslast toenemen. Kortom, de intentie van de Omgevingswet is prima en wordt ook breed onderschreven, de praktijk zal moeten uitwijzen of de intenties ook daadwerkelijk tot de beoogde resultaten leiden. 4.2.5
Wet natuurbescherming
Na veel vertraging is de Wet natuurbescherming aan de Eerste Kamer voorgelegd. Met de wet worden een aantal taken herschikt. Taken die voorheen onder de Flora- en faunawet vielen komen nu bij de provincie te liggen. Indien tevens sprake is van locatiegebonden activiteiten uit artikelen 2.1 en 2.2 Wabo, haken activiteiten uit de Wet natuurbescherming (de Flora- en fauna ontheffing en Natuurbeschermingswetvergunning zoals wij die nu kennen) verplicht aan bij de omgevingsvergunning, in de vorm van een vvgb (verklaring van geen bedenkingen). De nu nog bestaande mogelijkheid een ontheffing of vergunning rechtstreeks bij de provincie (of ministerie) aan te vragen komt daarmee te vervallen. Indien niet tevens sprake is van een locatiegebonden activiteit uit artikelen 2.1 en 2.2 Wabo wordt een vergunning, c.q. ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming wel gewoon bij de provincie aangevraagd. De Wet natuurbescherming vergt een en ander van vergunningverleners en casemanagers bij gemeenten én de provincie. De nieuwe taken uit (nu nog) de Flora- en faunawet vergen aanvullende kennis bij collega’s van de provincie. Indien een vergunning of ontheffing uit de Wet natuurbescherming verplicht aanhaakt bij een omgevingsvergunning dient de provinciale medewerker bij de ontvankelijkheid van een rechtstreeks ingediende aanvraag te beoordelen of niet tevens sprake is van een aanvullende activiteit uit artikel 2.1 of 2.2 Wabo. Andersom wordt van de casemanagers bij gemeenten ook aanvullende aandacht gevergd bij de ontvankelijkheidstoets. 14
JAARPLAN 2016
Toezicht en handhaving liggen in belangrijke mate bij de provincie, echter het toezicht en de handhaving op de uitvoering van een omgevingsvergunning waarvoor een vvgb op grond van de Wet natuurbescherming is afgegeven, ligt bij het college van B&W (indien het college bevoegd was de omgevingsvergunning te verlenen). Ook het toezicht en handhaving op activiteiten uit de Wet natuurbescherming die samenlopen met andere vergunningplichtige Wabo-activiteiten, maar waarvoor geen omgevingsvergunning is verleend, of waarbij niet conform omgevingsvergunning wordt uitgevoerd, ligt nu bij het college van B&W (voor zover het college bevoegd gezag is voor de omgevingsvergunning). De Wet natuurbescherming ligt momenteel bij de Eerste Kamer. De ‘inwerkingtredingsdatum’ is waarschijnlijk ergens in 2016. Omdat deze wet op termijn opgaat in de Omgevingswet worden deze wetten nu al afgestemd qua procedures en definities. 4.2.6
Inspectieview milieu
De RUD is verantwoordelijk voor samenwerking en informatie-uitwisseling met externe partners (Politie, OM, Veiligheidsregio, Waterschap, Rijksinspecties, overige RUD’s e.d.). Eind 2014 is er een intentieovereenkomst gesloten met het OM en de Politie voor het digitaal uitwisselen van handhavings- en toezichtsinformatie via “Inspectieview Milieu”. Informatie die beschikbaar is in eigen systemen van diverse organisaties is daarbij ontsluitbaar voor een inspecteur die een controle voorbereidt. Zo kan hij zien welke collega-inspecterende-organisatie de afgelopen periode een bezoek heeft gebracht en of er iets geconstateerd is en kan daarop worden ingespeeld. Ongeveer 30 partijen, Rijksinspecties, OM, politie en Omgevingsdiensten hebben aangegeven hieraan mee te willen doen, waaronder de 9 Oost-Nederlandse Omgevingsdiensten. Het in ontwikkeling zijnde centrale ICT-systeem is hiervoor van grote betekenis 4.2.7
Overdracht bevoegd gezag
Met een wijziging van het Besluit omgevingsrecht (Bor) worden gedeputeerde staten per 1 januari 2016 het bevoegd gezag voor alle inrichtingen die onder het toepassingsbereik vallen van het Besluit risico’s zware ongevallen 1999 (BRZO-inrichtingen) en voor alle inrichtingen waarbinnen zich een RIE4-installatie bevindt2. De praktische gevolgen van de wijziging zijn niet zo groot, omdat voor de BRZO-inrichtingen de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving door gemeenten eerder al was opgedragen aan de BRZO-omgevingsdiensten.
2
voor industriële activiteiten als bedoeld in bijlage I, categorie 4, van richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (PbEU L334) (RIE-4 installatie)
15
JAARPLAN 2016
5 Communicatie Een hoofdstuk communicatie kan in een jaarplan natuurlijk niet ontbreken. Immers, zonder communicatie kan een organisatie niet goed functioneren. De communicatie was tot nu toe sterk intern gericht, met name om het netwerk te laten werken. De tijd is gekomen om veel sterker in te steken op de communicatie naar buiten: naar burgers en bedrijven. De Regionale Uitvoeringsdienst raakt steeds meer bekend en herkenbaarheid en vindbaarheid zijn van essentieel belang. De website is daarvoor een erg belangrijk middel en zal begin 2016 worden aangepast. Burgers en bedrijven die bezoek van een RUD-er krijgen en meer willen weten kunnen daar geïnformeerd worden en eventueel doorklikken naar het desbetreffende bevoegde gezag. Ook worden links opgenomen naar onderwerpen als Kennisnet, het Ondernemingsdossier, de Omgevingsdienst NL en andere van belang zijnde instanties. Voor medewerkers van de partners, maar ook voor de ICS-medewerkers, wordt 2016 erg spannend. Immers, de opgave is om uiterlijk op 1 januari 2018 een opererende GR te zijn. In Overijssel is er voor gekozen om aan te koersen op 1 januari 2017. In de bestuursvergadering van februari 2016 worden de kaders van het businessplan afgesproken en gedurende 2016 wordt toegewerkt naar de nieuwe organisatie. Dit veranderingsproces kan alleen slagen met een goed communicatietraject. Zowel het management van de partners als de ICS heeft hierin een belangrijke rol. Communicatie met het bestuur is van belang omdat zij de beslissingen moeten nemen, met de secretarissen omdat het gaat om hun personeel en het bestuur hecht aan het advies van de secretarissen. Maar bovenal is communicatie met medewerkers belangrijk, want uiteindelijk gaat het om hun werk en hun positie. De ondernemingsraden behartigen de belangen van medewerkers, in voorgaande jaren zijn de ondernemingsraden steeds op de hoogte gehouden van ontwikkelingen, in 2016 zal er gewerkt worden met een Bijzondere OndernemingsRaad (BOR). Zoals hiervoor opgemerkt gaat de website veranderen, en gaat zich dus op twee doelgroepen richten: enerzijds een internet voor burgers en bedrijven, anderzijds een meer intranet-achtige site waarop medewerkers de informatie vinden over de organisatieverandering, over allerlei dingen hun werk aangaande en waar ze ook documenten en informatie kunnen uitwisselen. Overigens is de website niet het enige communicatiemiddel. In 2015 is een start gemaakt met het verder uitwerken van de zichtbaarheid en herkenbaarheid, en is de huisstijl onder de loep genomen. Daarbij is een kernboodschap/merkbelofte geformuleerd en voorstellen gedaan om dat ook te visualiseren. De titelpagina is hiervan een voorbeeld. In 2016 is onze belofte:
“Waarborgt de leefomgeving, versterkt bedrijven”
16
JAARPLAN 2016
Bijlage 1 Traject ontwikkeling door middel van verkeerslichtmethode In vervolg op de in 2015 ingezette doorontwikkeling zijn eind 2015 vanuit het MT twee werkgroepen gevormd: de werkgroep organisatieontwikkeling en de werkgroep beheer. Deze werkgroepen adviseren over het oplossen van knelpunten en hebben een visie op de ontwikkelingen binnen de RUD IJsselland. Legenda Verkeerslicht Betekenis Zicht op halen doel Onzeker of doel zonder bijsturing haalbaar is Geen zicht op halen doel
Onderwerp Informatiehuishouding
Gereed 1-1-2017
Opzetten ICTinfrastructuur
1-1-2017
Bedrijfsvoering
1-1-2017
Stoplicht
Toelichting Informatie-uitwisseling is en blijft essentieel voor onze RUD’s. Er komt één informatievoorziening voor alle partners. Deze zal op termijn ook aansluiten op landelijke ontwikkelingen zoals een landelijk gedeelde informatievoorziening (IvM). 2015: Definiëring systeemeisen. 2016: De aanschaf van een gezamenlijke informatievoorziening. 2017: De vulling van dit systeem met data. 2017: Koppeling met landelijke databanken. Het uniformeren van processen zal een bijdrage leveren aan een adequaat procesmanagement. Hiermee is enerzijds een aspect van kwaliteitsborging ingevuld, en anderzijds wordt gelegenheid geboden tot het behalen van een efficiencyslag. Ook de ICT-ondersteuning draagt hieraan bij. Randvoorwaarde is dat de kwaliteit van diensten en producten behouden blijft. Alle Overijsselse gemeenten en de provincie zijn partner in de RUD Twente c.q. IJsselland. Dat betekent dat zij zowel opdrachtgever, opdrachtnemer als eigenaar en bevoegd gezag zijn en verantwoordelijkheid nemen in het faciliteren van het systeem.
Stroomlijnen werkprocessen
1-1-2017
Uitvoering
1-1-2017
Voor een adequate uitwisseling en kwaliteitsborging naar de toekomst dienen de werkprocessen op orde en geharmoniseerd te zijn. Met deze harmonisatie is in 2015 gestart en zal in de jaren hierna verder worden geoptimaliseerd. 2015: Basis werkprocessen vereenvoudigd en gesynchroniseerd. 2016: Werkprocessen in lijn brengen met het nieuwe bedrijfsvoering systeem. In dit jaarplan zijn de speerpunten van de uitvoering, mede op basis van de risicoanalyse, als volgt 17
JAARPLAN 2016
Nieuwe website
1-4-2016
Kwaliteitscriteria
1-1-2018
Procesmatig
1-1-2017
Inhoud
1-1-2018
Investeren in de uitvoering Door ontwikkelen en borgen gezamenlijke 24uurs bereikbaarheid en beschikbaarheid
2016 en 2017 1-1-2016
vastgesteld: Actuele vergunningen en een actueel vergunningenbestand voor de 17000 bedrijven. 3500 toezichtscontroles De Ketenprojecten asbest, co-vergisting, verontreinigde grond, Handhavingsweek en Afvaltransportcontroles worden uitgevoerd conform de planning hoofdstuk 3.4.1 In het voorjaar van 2016 is de nieuwe website operationeel. Kwaliteitsontwikkeling Proces: programmatisch werken, P&C-cyclus, audit/reviewmechanisme. Kwaliteitsontwikkeling Inhoud: informatiegestuurd werken, definiëring adequate niveaus o.b.v. risicoanalyses. 2016: Aansluiten bij landelijke review initiatief van meerdere omgevingsdiensten. Daarbij tevens bijdrage leveren aan de ontwikkeling van deze review samenwerking. 2016: Beschrijving en borging P&C cyclus in het kader van de oprichting van de GR. 2016: Vaststellen gezamenlijke Nalevingstrategie. 2017: Informatiegestuurd werken. Investeren in organisatie in relatie tot kwaliteitscriteria en rollen/taken binnen de RUD. 2016: Gezamenlijke uitvoering 24-uurs bereikbaarheid voor de milieutaak organiseren binnen de kwaliteitscriteria.
18
JAARPLAN 2016
Bijlage 2 Factsheets van de kennispunten
Kennispunt IPPC Industrie Doel Het kennispunt is verantwoordelijk voor de vergunningverlening van en het toezicht op de industriële IPPC-bedrijven en advisering in algemene zin. Daarnaast verzorgt het kennispunt in samenwerking met het kennispunt Externe Veiligheid ook de Wabo-vergunningen van de Overijsselse BRZO-bedrijven. Hierbij adviseert het kennispunt IPPC aan de BRZO RUD te Nijmegen (ODRN). Capaciteit Het kennispunt bestaat momenteel uit 11 vergunningverleners en – samen met het kennispunt afval – 9 toezichthouders. De exacte inzet is per persoon verschillend. Scope/omvang Het kennispunt IPPC Industrie is een zogenaamd provinciebreed kennispunt. Dat betekent dat het werkt voor beide RUD’s in Overijssel. Omvang: ca. 130 IPPC -inrichtingen (dit is inclusief de IPPCplichtige afvalbedrijven) en 15 BRZO-inrichtingen. Producten De volgende PDC-producten vallen onder dit kennispunt. Vergunningverlening: de producten vallend onder 1V en 2V inclusief bijbehorend casemanagement indien daarom verzocht wordt, te weten: - Enkelvoudige aanvraag eenvoudig - Enkelvoudige aanvraag complex - Meervoudige aanvraag eenvoudig - Meervoudige aanvraag complex - Milieuneutrale vergunning - Melding Activiteitenbesluit - Intrekken van vergunning Toezicht: de producten vallend onder 2T, te weten: - de opleveringscontrole; - de periodieke controle; - de administratieve audit; - de administratieve controle (bv e-prtr); - maatwerk: controle n.a.v. bijvoorbeeld een handhavingsverzoek, ongewoon voorval of een klacht. Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Actueel en volledig overzicht van de aanwezige IPPC-bedrijven, BRZO-bedrijven en RIE4-bedrijven. Voldoen aan de eisen die IPPC stelt aan inspectiefrequenties. Ontwikkelingen Wijziging bevoegdheid BRZO-inrichtingen van gemeente naar provincie.
19
JAARPLAN 2016
Kennispunt IPPC Agrarisch Doel Het doel van het kennispunt is tweeledig. Het Kennispunt adviseert de partners bij de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving van agrarische IPPC bedrijven. Daarnaast fungeert het Kennispunt als vraagbaak en kenniscentrum bij agrarisch vraagstukken voor zover deze betrekking hebben op taken op grond van de Wabo. Capaciteit Het kennispunt bestaat uit in totaal 3 vergunningverleners en 4 toezichthouders. De exacte inzet kan per medewerker verschillen. Scope/omvang Het kennispunt adviseert de partners bij vergunningverlening toezicht en handhaving ten aanzien van ongeveer 170 agrarische IPPC bedrijven in het werkgebied van de RUD IJsselland. Daarnaast fungeert het kennispunt als vraagbaak en kenniscentrum voor vragen op het gebied van regelgeving en beleid op agrarisch gebied voor zover deze betrekking heeft op Wabo gerelateerde taken. Producten De volgende PDC-producten vallen onder dit kennispunt. Vergunningverlening: de producten vallend onder 3V indien daarom verzocht wordt, te weten: - Enkelvoudige aanvraag eenvoudig - Enkelvoudige aanvraag complex - Meervoudige aanvraag eenvoudig - Meervoudige aanvraag complex - Milieuneutrale vergunning - Melding Activiteitenbesluit - Intrekken van vergunning Toezicht: de producten vallend onder 3T, te weten: - de opleveringscontrole; - de periodieke controle; - de administratieve audit; - de administratieve controle - maatwerk: controle n.a.v. bijvoorbeeld een handhavingsverzoek, ongewoon voorval of een klacht. Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Er zijn geen specifieke prioriteiten of aandachtspunten
20
JAARPLAN 2016
Kennispunt Afval Doel Het kennispunt is verantwoordelijk voor de vergunningverlening van en het toezicht op de afvalbedrijven in de provincie. Daarnaast adviseert dit kennispunt op verzoek op vragen/problemen van de partners. Bijvoorbeeld over de vraag wel of geenafvalstof, en de beoordeling van acceptatievoorwaarden (A&V-beleid en de AO/IC). Capaciteit Het kennispunt bestaat momenteel uit 6 (provinciale) vergunningverleners en – samen met het kennispunt IPPC Industrie - 9) toezichthouders. De exacte inzet is per persoon verschillend. Scope/omvang Het kennispunt Afval is een zogenaamd provinciebreed kennispunt. Dat betekent dat het werkt voor beide RUD’s in Overijssel . Omvang: ca. 140 inrichtingen. Producten Vergunningverlening: de producten vallend onder 7V inclusief bijbehorend casemanagement indien daarom verzocht wordt, te weten: - Enkelvoudige aanvraag eenvoudig - Enkelvoudige aanvraag complex - Meervoudige aanvraag eenvoudig - Meervoudige aanvraag complex - Milieuneutrale vergunning - Melding Activiteitenbesluit - Intrekken vergunning Toezicht: De producten vallend onder 7T, te weten: - de opleveringscontrole; - de periodieke controle; - de administratieve audit; - de administratieve controle (bv e-prtr); Specialistisch: De producten vallend onder 77S, te weten: - beoordelen ontvankelijke aanvraag; - advies (ontwerp) besluit - advies status afvalstof - advies t.b.v. bezwaar en beroep Maatwerk: Controle n.a.v. bijvoorbeeld een handhavingsverzoek, ongewoon voorval of een klacht (uitwerking uit het voorstel voor extra producten in project ‘verdieping PDC kan gehanteerd worden). Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren. Prioriteiten c.q. aandachtspunten - Advisering in algemene zin o.b.v. de producten - Voorlichting en educatie op het gebied van EV - Uitvoering MEVOIII (o.a. risicoregister, verantwoording groepsrisico) - Aanpassing PDC (meer producten als maatwerk) - Onderzoek vergunningplicht onbemande tankstations
21
JAARPLAN 2016 Ontwikkelingen In 2015 wordt een nieuw Landelijk afvalbeheerplan opgesteld: LAP3. Dit moet eind 2015 leiden tot een vastgesteld LAP3. De ambitie is hierin de omslag te maken naar een circulaire manier van denken en werken (plan-do-check&act).
22
JAARPLAN 2016
Kennispunt Externe Veiligheid Doel Het kennispunt Externe Veiligheid richt zich op specialistische advisering inzake vraagstukken op het gebied van externe veiligheid. Capaciteit Provincie: - Hans Broshuis - Henry Hiltjesdam RUD IJsselland - Peter Oldersma (Steenwijkerland) - Hans Bisseling (Deventer) RUD Twente - Marcel Groeneveld (Almelo) - Roy Kuipers (Enschede) ODRN - Erik Lambrechts - Mark Geurts - Debby Mulder Scope/omvang Het kennispunt Externe Veiligheid is een zogenaamd provinciebreed kennispunt. Dat betekent dat het werkt voor beide RUD’s in Overijssel. Daarnaast voert het kennispunt werkzaamheden uit voor de ODRN in Nijmegen. De werkzaamheden van het kennispunt richten zich op de toetsing en advisering bij ruimtelijke plannen, vergunningverlening en handhaving en alsmede de beleidsmatige ondersteuning. Bovendien zorgt het kennispunt voor de uitvoering van een deel van de taken uit het Meerjarenprogramma Externe Veiligheid 2015-2018 Producten Het kennispunt kan benaderd worden voor de volgende PDC-producten: advies vooroverleg; advies ontvankelijkheid aanvraag; inhoudelijke beoordeling van QRA’s; beoordeling van overige rapportages op het gebied van externe veiligheid; advies over considerans en/of voorschriften; advies over zienswijzen, bezwaar- en/of (hoger)beroepschriften; advies over ruimtelijke plannen; advies over beleidsontwikkeling; het bijhouden van de risicokaart. Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren Prioriteiten c.q. aandachtspunten - Advisering in algemene zin o.b.v. de producten - Voorlichting en educatie op het gebied van EV - Uitvoering MEVOIII (o.a. risicoregister, verantwoording groepsrisico) - Aanpassing PDC (meer producten als maatwerk) - Onderzoek vergunningplicht onbemande tankstations
23
JAARPLAN 2016
Kennispunt Sloop en Asbest Doel Het doel van 2016 wijkt inhoudelijk niet af van dat van 2015. Het blijft belangrijk om adequaat in beeld te krijgen welke asbestsaneerders de meeste aandacht nodig hebben. Welke overtredingen worden er gemaakt en hoe bepalen we de criteria omtrent het toezicht. Deze overtredingen worden vervolgens gemeld bij het KP BOA/ Ketentoezicht. Inhoudelijk gelijk toezicht uitoefenen, zowel in IJsselland als Twente Capaciteit In het kennispunt zijn in totaal 8 toezichthouders sloop / asbest werkzaam, inclusief de coördinator. De toezichthouders beoordelen asbestinventarisatierapporten en voeren het toezicht uit op een asbestsanering. De ureninzet verschilt per gemeente. Scope/omvang Voor het beoordelen van een asbestinventarisatierapport is het de doelstelling dat deze altijd beoordeeld wordt door een SC 570 (asbestdeskundig) persoon. Ook het toezicht op een asbestsanering wordt door dezelfde persoon uitgevoerd. Een 100% controle met deze 8 toezichthouders is niet mogelijk. Er is afgesproken om in ieder geval zoveel mogelijk locatiebezoeken uit te voeren en hierbij de focus te leggen op de aandachtsbedrijven, onbekende bedrijven of complexe saneringen. Voor het beoordelen van een asbestinventarisatierapport is het aan de asbestdeskundige om te beoordelen welk rapport meer aandacht behoeft. Uit de checklisten inventarisatie en locatiebezoeken kan er gefilterd worden op deze informatie om zo effectief te kunnen werken. Producten Beoordelen van sloopaanvragen en meldingen, asbest gerelateerd. Toezicht op asbestverwijdering. Beoordelen van een asbestinventarisatierapport. Maatwerk: controle bij een handhaving verzoek, ongewoon voorval of een klacht. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Actief reageren op illegale sloop en verwijdering asbest. Optreden bij zwerfasbest. Assisteren bij een asbestbrand. Overname van werkzaamheden tijdens zomervakantie of ziekte. Eenduidige werkwijze met alle asbestspecialisten binnen de RUD in IJsselland en Twente. Ontwikkelingen Contacten uitbreiden met kennispunt asbest Twente Verder uitwerken van de checklisten om langs die weg doelgerichter toezicht uit te kunnen oefenen. Aansluiting vinden bij andere RUD's en kennis uitwisselen. Complete informatie aanleveren aan externe partners wanneer handhavend wordt opgetreden
24
JAARPLAN 2016
Kennispunt Bodem Doel Het Kennispunt adviseert de partners bij de uitvoering van haar bodemtaken en fungeert als vraagbaak en kenniscentrum bij bodemvraagstukken voor zover deze relatie hebben met de producten (Besluit bodemkwaliteit, Activiteitenbesluit of Wbb-gerelateerd). Capaciteit Het kennispunt bestaat uit in totaal 11 specialisten en 4 toezichthouders. De exacte inzet verschilt per medewerker. Scope/omvang Het kennispunt adviseert de partners bij beoordeling van bodemonderzoeken en bodemsaneringen, meldingen bodemenergie en toezicht op toepassing van grondstromen en saneringen. Daarnaast fungeert het kennispunt als vraagbaak en kenniscentrum voor vragen op het gebied van regelgeving en beleid op bodemgebied voor zover deze betrekking heeft op het Besluit bodemkwaliteit, normen voor bodemonderzoek of de Wet bodembescherming. Producten De volgende PDC-producten vallen onder dit kennispunt. De producten met een * zijn vrijwillig. Specialisten: de producten vallend onder 80S te weten: - Invoeren onderzoek BIS-systeem* - Beoordelen melding bbk - Beoordelen onderzoeksopzet / historisch onderzoek (buiten Wm*) - Beoordelen verkennend bodemonderzoek, nul- en eindsituatie - Beoordeling melding Besluit Uniforme Saneringen (BUS), zorgplicht, plan van aanpak “niet ernstig” - Beoordeling nader onderzoek - Opstellen concept beschikking “ernst en spoedeisendheid”/”saneringsplan” (incl. nader onderzoek) - Beoordelen melding AMvB Bodemenergie* - Beoordelen vergunning AMvB Bodemenergie* - Beoordelen saneringsverslag van BUS-evaluatie (incl. opstellen concept-beschikking), zorgplicht, niet ernstige gevallen - Opstellen concept beschikking saneringsverslag / nazorgplan Toezicht: de producten vallend onder 55T, te weten: - Toezicht sanering onder Wet bodembescherming (en vervolg) - Toezicht sanering in kader van Besluit Uniforme Saneringen / zorgplicht / niet ernstige verontreiniging (en vervolg) - Toezicht nazorg - Handhaafbaarheidstoets* - Toezicht melding Besluit bodemkwaliteit (en vervolg)* - Toezicht melding/vergunning AMvB bodemenergie* - Toezicht illegale sanering /ongewoon voorval Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Aandachtspunt is de samenwerking met het kennispunt ketentoezicht voor wat betreft de grondstromen.
25
JAARPLAN 2016 Ontwikkelingen Ontwikkelingen zijn afhankelijk van de organisatieontwikkelingen (vorming GR) en toekomstige opdrachtformulering voor het kennispunt en daarmee op dit moment nog niet te benoemen.
26
JAARPLAN 2016
Kennispunt Groen en Ecologie Doel Van gemeenten, waterschappen en provincie wordt verwacht dat ze bij het uitvoeren van activiteiten en het verlenen van vergunningen rekening houden met de gevolgen daarvan op natuur. Het kennispunt adviseert op verzoek op vragen over de implicaties van ruimtelijke ontwikkelingen, beheer en gebruik van de openbare ruimte, vergunningverlening en handhaving (Wabo) voor de ecologie. Capaciteit Het kennispunt bestaat uit één senior specialist, drie vergunningverleners en 3 toezichthouders. Scope/omvang Van gemeenten, waterschappen en provincie wordt verwacht dat ze bij het uitvoeren van activiteiten en het verlenen van vergunningen rekening houden met de gevolgen daarvan op natuur. Het kennispunt adviseert op verzoek op vragen over de implicaties van ruimtelijke ontwikkelingen, beheer en gebruik van de openbare ruimte, vergunningverlening en handhaving (Wabo) voor de ecologie. Het Kennispunt Groen, Ecologie en Natuurwetgeving is een provinciebreed kennispunt. De taken van het kennispunt betreft gemeentelijke en provinciale taken op gebied van: de Flora- en Faunawet en de Natuurbeschermingswet. Deze taken kunnen op dit moment "aanhaken" bij een aanvraag om een omgevingsvergunning. Producten Alle verzoeken om advies zijn maatwerk. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Flora- en Faunawet Voor advisering op gebied van de Flora- en Faunawet is op dit moment beperkt capaciteit beschikbaar. Ontwikkelingen In 2016 zal de nieuwe Wet natuurbescherming worden ingevoerd. Het kennispunt zal vanzelfsprekend zorgdragen voor actuele kennis op dit gebied.
27
JAARPLAN 2016
Kennispunt Luchtemissies Doel Vanuit het kennispunt leveren specialisten op het gebied van Luchtemissies producten aan de partners van respectievelijk de RUD Twente en de RUD IJsselland. Het kennispunt coördineert de uitvoering van taken op het specialistische gebied, zorgt dat deskundigen elkaar versterken en vanuit eenheid werken. Capaciteit In het KP Luchtemissies zitten 5 personen: Bert Meijer (Hengelo), Martin van der Vegt (Enschede), Hugo Sandorp (Deventer), Martin Suselbeek (provincie) en Rients Koster (provincie). Scope/omvang Advisering op de onderdelen geur, luchtkwaliteit en of luchtemissies. Producten In onderstaande tabel staan de deelproducten die conform de afgesproken werkwijze door het kennispunt moeten worden uitgevoerd. Daarna staat beschreven welke deelproducten nog meer kunnen worden uitgevoerd. Daarnaast wordt aangegeven wat de reden is dat de bewuste taak door het kennispunt moet worden uitgevoerd, bijvoorbeeld de kwaliteitscriteria, efficiency, robuustheid of logica (gezond verstand). Taakvelden die via het Kennispunt worden uitgevoerd: - Advies (voor)overleg - Advies ontvankelijkheid aanvraag - Beoordelen rapportage bij aanvraag - Considerans en voorschriften - Advies zienswijze/bezwaar/(hoger) beroep - Advies ruimtelijke plannen (Wabo-gerelateerd) - Onderzoek Taakvelden die via het Kennispunt kunnen worden uitgevoerd: - Advies ruimtelijke plannen (niet Wabo-gerelateerd) - Advies beleidsontwikkeling - Onderzoek en uitvoeren van berekeningen Prioriteiten c.q. aandachtspunten Het probleem dat veel werk niet loskomt, is nog steeds aan de orde. Het KP Luchtemissies doet een aantal zaken die op het grensvlak liggen van wat een vergunningverlener/ handhaver zelf ook zou moeten kunnen/weten. Uitsluitend in probleemgevallen en lastige gevallen worden we ingeschakeld. Dit maakt ook dat een aantal KP leden ook niet aan de vlieguren zullen voldoen. We gaan door op de huidige manier tot de fysieke RUD is gerealiseerd.
28
JAARPLAN 2016
Ontwikkelingen De invoering van de 4e tranche van het Activiteitenbesluit (streefdatum 1-1-2016) kan van invloed zijn op de werkzaamheden van het kennispunt. De 'vierde tranche' breidt het Activiteitenbesluit uit met bedrijfstakken en activiteiten. Hierdoor vallen nog meer bedrijven volledig onder de algemene regels van het Activiteitenbesluit. De verplichting tot een omgevingsvergunning milieu vervalt voor deze bedrijven. Voor sommige activiteiten is nog wel een Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets (OBM) nodig. Het kennispunt Luchtemissies is voornemens om een tool te ontwikkelen om het bevoegd gezag te ondersteunen bij de keuze of het kennispunt Luchtemissies ingeschakeld kan/moet worden bij de uitvoering van een bepaalde taak. Het kennispunt levert producten en diensten op het gebied van: geur, luchtemissies en luchtkwaliteit.
29
JAARPLAN 2016
Kennispunt Brandveiligheid Doel Veiligheidsregio IJsselland voert als externe partner de taken uit van het Kennispunt Brandveiligheid. Het Vakteam Risicobeheersing van Brandweer IJsselland geeft hieraan per 1 januari 2016 de volgende invulling: -
richt zich op de wettelijke taken en de grootste risico’s; hanteert een eenduidige werkwijze met de gemeenten; ontwikkelt zich in het vakgebied als specialist waar brandweerkennis een belangrijke bijdrage levert. heeft een actieve rol bij het organiseren /beoordelen van cursussen op het kennisgebied van brandveiligheid via de RUD academie; onderzoekt om aan te sluiten bij de tweede fase RUD-ICT (werkvoorraad) tool; neemt actief deel bij milieucontroles in overleg met de milieuafdeling van de gemeente bij “bijzondere” BEVI bedrijven.
Capaciteit De activiteiten worden uitgevoerd op basis van maatwerk. Er worden hierbij geen kosten in rekening gebracht. De verwachte werkvoorraad is door de gemeenten nog niet in beeld gebracht. Aan de hand van het aantal geregistreerde inrichtingen op de risicokaart wordt rekening gehouden met een capaciteitsvraag van ongeveer 600 uren per jaar. Scope/omvang Vakteam Risicobeheersing waaronder het externe kennispunt Brandveiligheid valt maakt onderscheid tussen de wettelijke taken en de niet-wettelijke (beleidsmatige) taken. De taken op het gebied van risicobeheersing zijn opgenomen in de tabel op de volgende pagina. Alle taken die worden genoemd worden door ons uitgevoerd. Omdat het wettelijk is, of onderdeel is van de afspraken die zijn gemaakt in de vorming van de RUD. De afspraken die vastliggen onder de noemer beleid worden vastgelegd in het beleidsplan van de Veiligheidsregio IJsselland en in overeenkomsten met de gemeenten en RUD. Producten De volgende (PDC-)producten vallen onder dit kennispunt: Veiligheidsketen: Proactie & Preventie Adviestaken
wettelijk
Beleidsplan (inclusief niet wettelijke adviestaken VR)
ja
Regionaal Risicoprofiel
ja
Brandrisicoprofiel
ja
Bluswatervoorziening en bereikbaarheid
ja
Prioriteitswegen
ja
Aanwijzing bedrijfsbrandweren: risicovolle inrichting
ja
Rampbestrijdingsplannen
ja
Risicokaart/ ISOR, RRGS, infrastructuur
beleid
Brandbeveiligingsverordening/ AMvB
beleid
Verantwoordingsplicht groepsrisico
ja
Ruimtelijke omgeving Ruimtelijke ordening: bestemmings- en inpassingsplan Ruimtelijke inrichting: inrichtingsplannnen
beleid beleid beleid
30
JAARPLAN 2016
ja
Vervoer GS: vaststellen routering gevaarlijke stoffen Vervoer GS: ontheffing routering gevaarlijke stoffen
beleid
Omgevingsrecht WABO: milieuactiviteit (wettelijk) WABO: milieuactiviteit
ja ja/beleid
Vuurwapens en ontplofbare stoffen
ja
Beoordelen Veiligheidsrapporten
ja
Opslag consumentenvuurwerk
ja
Opslag consumentenvuurwerk < 10.000 kg
beleid
Opslag professioneel vuurwerk
ja
Ontbrandingstoestemming professioneel vuurwerk
ja
Ontbranden vuurwerk
Ja
WABO: bouwactiviteit
ja/beleid
Brandbeveiligingsinstallaties/ doormelding meldkamer
ja/beleid
Mobiele radiocommunicatie hulpverlenende diensten (SCL)
beleid ja/beleid
WABO: gebruiksactiviteit
beleid
Veiligheidsketen: Proactie & Preventie Toezicht Toezicht veiligheidbeheerssysteem
ja
Toezicht bedrijfsbrandweer
ja
Toezicht omgevingsrecht
beleid
Brandveilig gebruik, gebruiksmeldingen
beleid
Evenementen Evenementen categorie C: Risico
beleid
Evenementen categorie B: Aandacht
beleid
Evenementen categorie A: Regulier
beleid
Evenementen categorie 0: Melding
beleid
Algemeen Brandveilig leven
beleid
Brandonderzoek
beleid
Kenniscentrum
beleid
Planvorming Object preparatie: aanvalsplannen
beleid
Object preparatie: bereikbaarheidskaarten
beleid
Prioriteiten c.q. aandachtspunten Er zijn geen specifieke prioriteiten of aandachtspunten
31
JAARPLAN 2016
Kennispunt Energie & Duurzaamheid Doel Het kennispunt heeft tot doel dat energiebesparing als integraal onderdeel wordt meegenomen bij vergunningverlening en toezicht. Het kennispunt ontplooit hiertoe samen met de RUD-gemeenten diverse initiatieven. Om betrokkenheid, draagvlak en kennis vanuit de gemeente te krijgen is heeft elke gemeente een energieambassadeur die de verbindende schakel is tussen gemeente en Kennispunt. Capaciteit Het kennispunt Energie & Duurzaamheid is een kennispunt in opbouw. Op dit moment bestaat het kennispunt uit de gemeentelijke energieambassadeurs en de coördinator. Daarnaast is er een stuurgroep ingesteld waarin ook de Provincie Overijssel zitting heeft. De capaciteit voor de uitvoering van specifieke energiecontroles en uitvoering van projecten verschilt per gemeente. Scope/omvang Het realiseren van energiebesparing bij bedrijven is een belangrijke voorwaarde om onze duurzaamheidsambities te halen. Hoewel de provincie en de gemeenten al een actief energiebeleid voeren blijft er bij veel bedrijven energiebesparingspotentieel onbenut. Terwijl energiebesparing juist winst voor bedrijven en regio's oplevert in de vorm van extra werkgelegenheid en een betere concurrentiepositie door lagere exploitatielasten. Daarnaast zorgt het toepassen van de energiebesparingsbepalingen bij bedrijven voor meer dan de helft van de totale energiebesparing die het Energieakkoord moet opleveren. Producten De geplande activiteiten voor 2016 zijn: - bij alle reguliere controles vanuit het basistakenpakket van de RUD worden de energiebesparingaspecten integraal meegenomen; - jaarlijks door de gemeenten 100 specifieke controles uitvoeren bij bedrijven/instellingen waar een groot energiebesparingspotentieel aanwezig is en die in het reguliere controleprogramma (nog) niet zijn opgenomen; - drie communicatieprojecten uitvoeren. Deze communicatieprojecten hebben als doel bedrijven bewust te laten worden over praktische mogelijkheden voor energiebesparing en goede voorbeelden te laten zien. Tevens heeft het als doel de medewerkers te informeren over de praktische mogelijkheden van energiebesparing. Achterliggend doel is te laten zien dat ook met relatief kleine maatregelen veel te besparen is. - Het organiseren van opleidingen en hands-on trainingen voor de medewerkers Prioriteiten c.q. aandachtspunten Belangrijk voorwaarde voor het uitvoeren van deze activiteiten is dat er zowel in het RUDprogramma alsmede in de gemeentelijke uitvoeringsprogramma’s tijd wordt gerealiseerd om de werkzaamheden uit te voeren. Ontwikkelingen Belangrijke ontwikkelingen vanuit o.a. het Energieakkoord voor 2016 en daarna zijn de erkende maatregelenlijsten die voor verschillende branches worden ontwikkeld en verankerd in het Activiteitenbesluit, de opleidingsmodules en de Energie Prestatie Keuring (EPK).
32
JAARPLAN 2016
Kennispunt Geluid Doel Het kennispunt geluid coördineert de dagelijkse planning en uitvoering van akoestisch specialistische werkzaamheden t.b.v. Wabo-taken op basis van door de partners aangeleverde capaciteit en werkvoorraad. Binnen het kennispunt geluid leveren specialisten vanuit hun eigen organisaties, producten en diensten aan de partners van de RUD IJsselland. Het kennispunt coördineert de uitvoering van de verzoekopdrachten en zorgt dat deskundigen elkaar versterken en vanuit eensgezindheid werken. Om dit te kunnen bereiken zorgt het kennispunt voor een uniforme werkwijze van geluidsadvisering binnen de regio IJsselland en bewaakt zij de kwaliteit van de producten. Daarnaast fungeert het kennispunt als platform voor de deelnemers om kennis te delen en informatie te vergaren. Capaciteit Het kennispunt bestaat uit in totaal 9 Experts. De specialisten zijn inzetbaar voor alle geluidstaken uit het Wabo basis pakket plus. Scope/omvang Het kennispunt adviseert de partners op een uniforme werkwijze van geluidadvisering bij vergunningverlening toezicht en handhaving. Daarnaast bewaakt zij de kwaliteit van de producten. Producten De volgende PDC-producten vallen onder dit kennispunt. Vergunningverlening: de producten vallend onder 3V indien daarom verzocht wordt, te weten: - Beoordeling akoestische rapportage - Advies over geluidsaspecten incl. te hanteren voorschriften - Uitvoeren akoestisch onderzoek - Advies zonebeheer - Advies vooroverleg - Advies ontvankelijkheid aanvraag - Advies (ontwerp)besluit - Advies zienswijzen - Advies t.b.v. bezwaar en beroep - Beoordeling geluidsklachten - Uitvoeren van geluidsmetingen Daarnaast kan het kennispunt op verzoek maatwerk leveren. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Voor 2016 ligt de prioriteit bij het veder ontwikkelen van een robuust kennispunt op geluidsgebied om de gewenste kwaliteit te kunnen waarborgen van de geluidsadviezen die onder het Wabopakket vallen. Ontwikkelingen De komende jaren zullen in het teken staan van de introductie en implementatie van de SWUNG II en de Omgevingswet. Deze ontwikkelingen kunnen van invloed zijn op de uitvoeringstaken van het kennispunt.
33
JAARPLAN 2016
Kennispunt Water Doel Specialistische kennis bieden op het gebied van (afval)water. Capaciteit Advisering vergunningen: 1,6 fte; handhaving: 1,3 fte Scope/omvang Vergunningverlening, toezicht en handhaving ten aanzien van (hoofdzakelijk) indirecte lozingen op de riolering. Daarnaast lozing op oppervlaktewater (zelf bevoegd gezag) en bodem. Producten adviezen in het kader van de Wabo verstrekken op onderdeel (afval)water: voor zowel vergunningplichtige bedrijven (type C, incl. RIE-bedrijven) als meldingsplichtige bedrijven (type B). Inzet bij: vooroverleg, vergunningaanvraag, opstellen overwegingen & voorschriften, melding Activiteitenbesluit, bezwaar/beroepsprocedure. toezichtscontroles op lozingen op riolering, oppervlaktewater of bodem. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Lozingen die relevante invloed hebben op de goede werking van de rwzi’s. Vooral de industriële lozingen op de rwzi Raalte en rwzi Kampen behoeven de aandacht. Naast bedrijfscontroles besteed het waterschap met name m.b.t. de rwzi Kampen ook veel aandacht aan metingen in de riolering zelf. Meer betrokkenheid van kennispunt Water bij vooroverleggen van industriële bedrijven. Dit komt de snelheid van het vervolgproces bij advisering vergunningaanvragen ten goede. Uitwisseling (kennis en evt. werkzaamheden) met kennispunt Water RUD Twente. Ontwikkelingen Met ingang van 1 januari 2016 gaan de waterschappen Groot Salland en Reest en Wieden fuseren en verder onder de naam Waterschap Drents Overijsselse Delta. De gehele regio IJsselland komt dan onder één waterschap te vallen. Daarnaast bestaat het beheergebied van het Waterschap Drents Overijsselse Delta ook uit een deel van de provincie Drenthe. Verwachte inzet in 2016 wordt geschat op ca. 50 adviezen en ca. 100 controles
34
JAARPLAN 2016
Kennispunt BOA – Ketentoezicht Doel Het doel van het kennispunt is het vormgeven van ketentoezicht met behulp van risico- en informatiegestuurde handhaving met daarbij de werkwijze van programmatisch handhaven. Dit gebeurt o.a. op de zogenaamde NIA thema’s en op basis van het dreigingsbeeld Oost-Nederland 2015-2017. Te denken valt hierbij aan toezicht en opsporing van lekstromen, frauduleuze handelingen met afvalstoffen enz. Capaciteit Het kennispunt bestaat uit in totaal 9 Boa’s van provincie en gemeenten. Deze Boa’s verzorgen de strafrechtelijke afhandeling van de RUD taken. Daarnaast is nog met 4 gemeenten een samenwerkingsovereenkomst gesloten voor het kunnen opmaken van een bestuurlijke strafbeschikking. Dat gaat om 7 Boa’s. Voor wat betreft het onderdeel keten zijn er binnen het kennispunt 2 ketenspecialisten en een coördinator van de provincie die voldoen aan de kwaliteitscriteria. Daarnaast is er een informatieanalist/-makelaar van de ICS en een projectleider voor de specifieke projecten. Met de partners is afgesproken om vanuit de zogenaamde 10%-regeling toezichthouders in te zetten bij controles op gebied van ketentoezicht. Scope/omvang Het onderdeel ketentoezicht van dit kennispunt coördineert en ondersteunt de uitvoering van ketentoezichtprojecten binnen de beide RUD’s. Zij stelt jaarlijks een programma ketentoezicht op ter vaststelling door de bestuurders van de RUD’s. Er wordt gewerkt op basis van de principes programmatisch handhaven en informatiegestuurd handhaven. Op basis van dreigingsbeeldanalyses worden doelgroepenanalyses en interventiestrategieën opgesteld. Producten 1. Voorbereidend onderzoek externe en schriftelijke bronnen 2. Uitvoeren van tactische/risico analyses keten/branche/bedrijf o.b.v. prioriteiten, beleid of op verzoek 3. Opstellen van ketenbeschrijvingen. 4. Opstellen van analyseprofielen en interventiestrategie. 5. Draaiboeken opstellen voor diepgaand onderzoek. 6. Opstellen van ketenbeschrijvingen. 7. Audits ter plaatse uitvoeren (combineren financiële en stofstromen). 8. Identificeren onregelmatigheden en oorzaken. 9. Identificeren fraude. De medewerkers van het kennispunt BOA/Ketentoezicht, onderdeel ketentoezicht, kunnen naast hun rol van begeleider en ondersteuner tevens worden ingezet als projectleider voor een uitvoeringsproject of projectgroeplid. Prioriteiten c.q. aandachtspunten co-vergisting; asbest; verontreinigde grond; afvaltransportcontroles Ontwikkelingen
35
JAARPLAN 2016
Kennispunt Drank en Horeca Doel Het toezicht en de handhaving van de leeftijdsgrenzen in het kader van de Drank- en horecawet wordt sinds 2014 door een aantal partners binnen de RUD gezamenlijk uitgevoerd: Kampen, Dalfsen, Olst-Wijhe, Staphorst, Raalte, Steenwijkerland en Zwolle. Door deze samenwerking wordt er in de regio op een eenduidige manier gecontroleerd en blijft de kwaliteit van de controles op niveau. Het kennispunt ‘Drank en Horeca’ draagt zorg voor de dagelijkse planning, bemensing, kwaliteit van de geleverde producten en de financiële afwikkeling van de uitvoering van controles op het gebied van de Drank en Horecawet. Op dit moment worden deze controles beperkt tot het toezicht op het verbod om alcoholhoudende drank te verstrekken aan personen onder de 18 jaar en het bezit van alcoholhoudende drank door personen onder de 18 jaar. Het doel van deze controles is om ondernemers en jongeren bewust te maken van de gezondheidsrisico’s van alcoholgebruik en het terugdringen van alcoholgebruik door jongeren. Capaciteit Het kennispunt bestaat in totaal uit 1 fulltime toezichthouder, 3 deeltijd toezichthouders, een flexibele schil van gedetacheerde toezichthouders en een coördinator. Scope/omvang Het kennispunt draagt zorg voor het toezicht op artikel 20 van de Drank- en horecawet. Dit is het verbod om alcoholhoudende drank te verstrekken aan jongeren onder de 18. Verder zijn de toezichthouders ook Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA). Hierdoor zijn ze ook bevoegd om een proces-verbaal op te maken voor personen onder de 18 die in het bezit zijn van alcoholhoudende drank. Op jaarbasis worden er circa 400 locaties bezocht. Producten De volgende producten uit de PDC vallen onder dit kennispunt: 1. Controle leeftijdsgrenzen bij gebruik ter plaatse en elders dan ter plaatse. (cafés, discotheken, sportkantines, supermarkten, slijterijen etc.) 2. Controle leeftijdsgrenzen bij evenementen. 3. Opstellen boeterapport. Prioriteiten c.q. aandachtspunten Extra aandacht en prioriteit gaat uit naar locaties waar de doelgroep ten behoeve van deze controles (personen onder de 18 jaar) wordt verwacht. De zogenoemde ‘hot spots’. Deze ‘hot spots’ worden elk jaar aangewezen door de betrokken gemeenten. Ontwikkelingen Het komende jaar wordt gebruikt voor een evaluatie van de afgelopen twee controlejaren: wat ging goed en wat kan beter. Ook de ontwikkelingen omtrent een gemeenschappelijke regeling (GR) t.b.v. de RUD kan mogelijkheden bieden. Vooruitlopend hierop hebben alle betrokken gemeenten de wens geuit om het takenpakket van dit kennispunt aan te vullen met het toezicht op alle andere artikelen van de Drank- en horecawet. Dit jaar wordt gebruikt om deze uitbreiding mogelijk te maken.
.
36
JAARPLAN 2016
37
JAARPLAN 2016
38
JAARPLAN 2016
39
JAARPLAN 2016
40
JAARPLAN 2016
41
JAARPLAN 2016
42
JAARPLAN 2016
43
JAARPLAN 2016
44
JAARPLAN 2016
45
JAARPLAN 2016
46
JAARPLAN 2016
47
JAARPLAN 2016
48