Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard
Zorgplan 2008-2009
Heerhugowaard, december 2007
Inhoudsopgave
Blz
Introductie op het zorgplan 2008-2009 Inleiding Passend Onderwijs Communicatiestructuur Realisatie
3 4 6 7
Hoofdstuk 1
De Zorgstructuur niveau 1 en 2 niveau 3, 4 en 5
9 9 10
Hoofdstuk 2
Het Samenwerkingsverband Organisatie van het samenwerkingsverband Gezamenlijke afspraken Aanspreekpunt Speciale School voor Basisonderwijs Samenwerking en contacten met externe relaties
11 11 11 11 12 12
Hoofdstuk 3
Overzicht en uitwerking voorzieningen Interne Begeleiding Externe zorg Zorgteam Permanente Commissie Leerlingenzorg Speciaal Basis Onderwijs Time-out voorziening Op de Rails Herstart
14 14 15 15 16 16 17 19 19
Hoofdstuk 4
Middelen Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard Begroting Inzet formatie en inzet middelen schooljaar 2008-2009 Formatie en inzet middelen schooljaar 2008-2009
21 21 23 25
Bijlagen:
1 2 3 4 5
27 29 33 35 38
Partners in het samenwerkingsverband besturen Partners in het samenwerkingsverband scholen Kengetallen Oriëntaties op zorg Permanente commissie leerlingenzorg
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
2
Introductie op het zorgplan 2008-2009 Inleiding Hierbij wordt u het zorgplan van het Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard aangeboden. Het zorgplan wordt jaarlijks geactualiseerd als gevolg van de voortgaande ontwikkelingen op de deelnemende scholen binnen het samenwerkingsverband. Het is bedoeld als leidraad voor de inhoud en organisatie van de zorgstructuur binnen de scholen. Het geeft inhoudelijk richtlijnen aan en daaraan gekoppeld de beschikbare middelen. Uitgangspunten Beleidsmatig betekent dit voor het Algemeen Bestuur (AB), dat er naar gestreefd wordt om zo systematisch en effectief mogelijk de bovenschoolse zorgmiddelen in te zetten voor de ondersteuning van de zorgstructuur binnen de basisschool. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn de continuïteit en de versterking van de zorgstructuur in de (speciale) basisscholen, én - zeker niet op de laatste plaats - de concrete hulp aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Visie en beleidsuitgangspunt Scholen zijn verantwoordelijk voor de speciale zorg aan kinderen. Vanuit deze verantwoordelijkheid maken scholen een ononderbroken ontwikkelingslijn voor kinderen mogelijk. In de afgelopen jaren zijn de drie oriëntaties op zorg verschillende malen onderwerp van bespreking geweest binnen het samenwerkingsverband: Oriëntatie op hulpverlening, op alarmering, en op afstemming. Het samenwerkingsverband streeft ernaar dat scholen zich zoveel mogelijk zullen richten op de oriëntatie op afstemming. De kenmerken van deze oriëntatie staan vermeld in bijlage 4. Verwacht wordt dat de scholen zich, zowel pedagogisch als didactisch, meer zullen gaan ontwikkelen in de richting van de oriëntatie op “afstemming”. Het samenwerkingsverband zal dit proces stimuleren en, indien wenselijk, organiseren. Een voortgaande deskundigheidsbevordering is noodzakelijk om steeds beter in staat te zijn ‘onderwijs op maat’ te realiseren. Deze deskundigheidsbevordering is een zaak van de scholen zelf. De professionalisering moet passen binnen de huidige schoolontwikkeling. Op dit moment functioneren binnen het samenwerkingsverband de Werkgroep Remedial Teaching Heerhugowaard (WRTH), de Werkgroep Interne Begeleiders (WIBH). Coördinatoren Bovenschools Managementoverleg (CoBom) en het directeurenoverleg, van waaruit de deskundigheidsbevordering geïnitieerd wordt.
Vaststelling Het zorgplan is vastgesteld door het Algemeen Bestuur van het samenwerkingsverband, volgens de in het reglement van het samenwerkingsverband aangegeven procedure Heerhugowaard, ……………….2008
P. Claessen voorzitter Voorzitter Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
3
Inleiding Passend Onderwijs Schoolbesturen krijgen vanaf 2011 de verantwoordelijkheid om voor elke leerling een passend onderwijszorgaanbod te realiseren. In een brief aan de tweede kamer heeft de staatssecretaris haar beleidsvoornemens voor passend onderwijs geschetst. Haar uitgangspunt is: de beste kansen voor elk kind. Steeds meer kinderen hebben extra zorg en ondersteuning nodig. Veel kinderen kunnen dankzij die extra aandacht gewoon naar de basisschool. Andere kinderen krijgen betere ontwikkelingskansen in het speciaal onderwijs. Voor ieder kind moeten kansen op de beste ontwikkeling centraal staan. Het gaat niet om wat een kind niet kan, maar wat een kind wel kan. Dat betekent passend onderwijs voor ieder kind, waarbij zorgvuldig moet worden gekeken waar een kind de beste kansen heeft: op een reguliere school met extra aandacht, of in het speciaal onderwijs, waar de juiste specialisten de ideale omgeving creëren om een kind de beste leerloopbaan te bieden. De staatsecretaris wil dit op de volgende manier bereiken: • Ouders van kinderen met een handicap hoeven voortaan niet meer van school naar school te gaan om een plek voor hun kind te vinden. Schoolbesturen moeten vanaf 2011 voor ieder kind passend onderwijs kunnen leveren. De besturen gaan daarvoor regionaal samenwerken. • De kwaliteit van het onderwijs aan zorgleerlingen moet omhoog door duidelijker te maken wat zij precies gaan leren. • Meer ruimte voor maatwerk in het passend onderwijs door het aantal regels te verminderen en door regionaal meer met vaste budgetten te gaan werken. Maatwerk binnen regionale netwerken Het kabinet streeft naar een landelijk dekkende infrastructuur van regionale netwerken in 2011. Als een bestuur het passende aanbod niet (volledig) zelf kan bieden, dan moet het met andere besturen en scholen afspreken wie dan wel aan zal bieden en hoe. Regionaal moeten er sluitende afspraken zijn, om elke leerling een passend aanbod te bieden. Het kabinet streeft naar een landelijk dekkende infrastructuur van regionale netwerken in 2011. Binnen deze netwerken kunnen schoolbesturen hun verplichting vormgeven om passend onderwijs te bieden voor elke leerling. Dat betekent dat voor alle leerlingen een onderwijszorgaanbod is ontwikkeld, geen leerlingen op wachtlijsten staan en/of thuiszitten. Uitgaande van de huidige samenwerkingsverbanden in het primair onderwijs en in het voortgezet onderwijs worden regionale netwerken gevormd. In die netwerken zitten alle reguliere scholen in de regio. In elk netwerk participeren ook de REC’s van de verschillende clusters. Met de regionale- en agrarische opleidingscentra (roc’s en aoc’s) worden ook afspraken gemaakt voor een sluitend aanbod. Binnen elk netwerk geldt een sluitende indicatiestelling (één loket). De indicatiestelling is erop gericht vast te stellen welk onderwijstraject het beste bij de leerling past. Besturen van samenwerkingsverbanden in gesprek over de mogelijkheden om samen te gaan. In het kader van deze herijking van de zorg en passend onderwijs zijn de besturen van de Stichting Confessioneel Samenwerkingsverband Alkmaar e.o., het Openbaar Samenwerkingsverband “De Basis” en het Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard in gesprek over de mogelijkheid om de drie swv-en samen te voegen. De besturen hebben een werkgroep de opdracht gegeven om een intentieverklaring op te stellen voor het uitvoeren van een onderzoek naar de mogelijkheden van een dergelijke samenvoeging en verder voorbereidend werk te doen. Deze opdracht kent drie fasen. Deze opdracht kent drie fasen. De opstartfase Oktober-december 2007 Beslissingen over het aangepaste Plan van Aanpak. Gunning offerte startfase (opstellen verdeelsleutel kosten). Opstellen activiteitenplanning, planning gesprekken, opstellen lijst voor benodigde gegevens. De onderzoeksfase Januari 2008 Kwantitatief en kwalitatief haalbaarheidsonderzoek. Het gaat hierbij om de volgende onderzoeksonderdelen algemene kengetallen,
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
4
financiële positie, personele situatie, visie, inhoudelijke ontwikkelingen, positie SBO, PCL, cultuuraspecten, organisatie, gewenste situatie in Passend Onderwijs, analyse zorgplannen. In het kader van het haalbaarheidsonderzoek zal ook nagegaan worden wat de verwachtingen zijn van de schoolbesturen van de samenwerkingsverbanden: welke zorgen zijn er en hoe kunnen deze worden weggenomen; welke voetangels en klemmen bestaan er die samenhangen met een eventuele samenvoeging; welke voorstellen kunnen worden geformuleerd om eventuele bedreigingen om te buigen in kansen en uitdagingen. De afrondingsfase Februari 2008 Opstellen conceptrapportage. Bespreken rapportage met de opdrachtgever. Opstellen definitieve rapportage. De rapportage kent twee onderdelen: 1. rapportage van het haalbaarheidsonderzoek; 2. (afhankelijk van de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek) het doen van voorstellen voor een vervolgfase, met als doel te komen tot samenvoeging en één zorgplan.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
5
Communicatiestructuur
Schema: →
Stg. Montessori HHWaard
MR
GMR
Stg. Flore (Interconfes. → Onderwijs HHWaard) Federatief Stichtingsbestuur
→
(Algemeen Bestuur (AB)) Stg. Atrium Omstreken
Langedijk
MR
&
→
De Blauwe Loper Stg. voor openbaar primair onderwijs
↑
GMR
↑
Overleg CoBoM (Coördinator en Bovenschools Managers = DB) ↑
↑
Directieberaden (OPO & Flore inclusief St. Jozeph en Montessori)
Externe zorg
WRTH
IB
BaO
SBO
PCL *
Opmerkingen: Het algemeen bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van de aangesloten schoolbesturen. Ieder bestuur vaardigt een bestuurslid af. De bestuursleden hebben stemrecht en een mandaat om vanuit hun schoolbesturen te handelen. De stemverhouding is: Flore 3 stemmen, De Blauwe Loper 2 stemmen, Atrium 1 stem en Montessori 1 stem. In principe gaat het bestuur van het samenwerkingsverband uit, van consensus op alle besluiten *
De Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) is, als onafhankelijk orgaan, rechtstreeks verantwoording verschuldigd aan het Algemeen Bestuur, dan wel aan het CoBoM-overleg van deze Stichting.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
6
Realisatie. Afgestemd onderwijs naar de leerling brengen. Het Interzuilair Samenwerkingsverband Heerhugowaard streeft ernaar het afgestemde onderwijs zoveel mogelijk naar de leerling te brengen. Op die manier kunnen veel leerlingen binnen hun “natuurlijke”omgeving, dichtbij huis en vrienden onderwijs volgen. Deze zorg richt zich naast de leerling ook op ondersteuning van de interne begeleider en de leraar. Dit betekent concreet dat de beschikbare zorgmiddelen zoveel mogelijk worden ingezet binnen het reguliere basisonderwijs. Oriëntatie op Afstemming. Het Samenwerkingsverband richt zich op de oriëntatie op afstemming. Bij deze oriëntatie staat het begrip “afstemming”centraal. Het verwijst naar mogelijkheden voor het onderwijs. Kinderen hebben eigen onderwijsbehoeften. Scholen en schoolbesturen geven hieraan vanuit verschillende schoolconcepten gestalte. De schoolbesturen en de scholen zijn sterk gericht op het vakmanschap van de leerkracht. Bij het omgaan met kinderen met speciale onderwijsbehoeften gaat het vooral om de vraag: Hoe kunnen wij als school aansluiten bij de onderwijsbehoeften van deze leerling? De schoolbesturen en de scholen zijn sterk gericht op de afstemming van onderwijskundig beleid en de inzet van middelen en personeel. Sommige kinderen hebben zeer specifieke onderwijsbehoeften of vragen zeer specifieke maatregelen b.v bij ernstige handicaps, dan zal het niet altijd lukken het onderwijs op de basisschool plaats te laten vinden, ondanks alle inspanningen en goede wil. Afhankelijk van kind en situatie zal het kind verwezen worden naar de school voor speciaal basisonderwijs of naar een school binnen één van de clusters. Procedure De ontwikkeling van het zorgplan is een jaarlijks terugkerende procedure, waarbij alle participanten worden betrokken. Dit betreft niet alleen de ontwikkeling van nieuw beleid, maar ook de bijstelling van het huidige beleid aan de hand van een evaluatie. De besturen brengen hun aandachtspunten in via een vertegenwoordiger in het Algemeen Bestuur De (speciale) basisscholen verkrijgen informatie en hebben afzonderlijk hun inbreng via de schoolbesturen. De medewerkers, die bovenschools worden ingezet op het niveau van het samenwerkingsverband, worden – zowel organisatorisch als inhoudelijk aangestuurd door de coördinator van het samenwerkingsverband. De bovenschoolse directeuren van de participerende besturen Het zorgplan staat in relatie met de onderwijskundige meerjaren beleidsplannen van de deelnemende besturen en de daaruit afgeleide schoolontwikkelingsplannen van de individuele basisscholen. De bovenschoolse directeuren van de in het samenwerkingsverband participerende schoolbesturen worden nauw betrokken bij de beleidsvoorbereiding en bij de evaluatie van het gevoerde beleid. Er wordt gestreefd naar een open en heldere communicatie met alle betrokkenen in het werkveld. De bovenschoolse directeuren hebben regelmatig overleg met de coördinator van het samenwerkingsverband over praktische zaken die zich binnen het samenwerkingsverband afspelen. Deze vorm van overleg wordt het CoBoM-overleg genoemd. Schoolbesturen, die niet middels een bovenschoolse directeur vertegenwoordigd zijn in het CoBoMoverleg, krijgen de stukken aangeleverd en worden zo in de gelegenheid gesteld hun reactie in te brengen. Binnen dit overleg worden, ondermeer ten behoeve van het Algemeen Bestuur, voorstellen in het kader van het zorgplan ontwikkeld.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
7
De functies van het zorgplan In het zorgplan worden een drietal functies onderscheiden: 1. Het is een kwaliteitsdocument, waarin de uitgangspunten zijn geformuleerd voor het beleid om de missie en doelstelling van het samenwerkingsverband te realiseren. 2. Het is een planningsdocument waarin de activiteiten beschreven staan vanuit een meerjarenperspectief. Deze is gericht op verdere ontwikkeling van de kwaliteit bestaande zorgstructuur. 3. Het is een verantwoordingsdocument over de inzet van de middelen naar de rijksoverheid toe en voor de deelnemers in het samenwerkingsverband.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
8
Hoofdstuk 1
De Zorgstructuur
Onderstaand schema dient als een gezamenlijke leidraad voor de realisering van de zorgstructuur in de basisschool.
Niveau 1: Algemene zorg in de klas
Niveau 2: Extra zorg
Niveau 3: speciale zorg (na intern onderzoek)
Niveau 4: speciale zorg (na extern onderzoek) Ouders
Interne Begeleiding
Niveau 5: Speciale zorg in SBO
.
Het kader: continuüm van zorg Er worden vijf niveaus van zorg beschreven waarbij in een schaal steeds meer zorg voor de individuele leerling komt. Niveau 1: algemene zorg In niveau één staat de alledaagse hulpverlening in de groep centraal. De leerkracht voorziet in goed onderwijs aan alle leerlingen en neemt zelf beslissingen over de algemene zorg aan de leerlingen in zijn groep. De algemene zorg heeft een preventieve functie Niveau 2: extra zorg In niveau twee geeft de leerkracht extra, kortdurende zorg aan een kind of een groepje kinderen naar aanleiding van het signaleren vanuit de dagelijkse praktijk gekoppeld aan resultaten uit het leerlingvolgsysteem. De leerkracht en de intern begeleider zoeken samen naar mogelijkheden om de lichte achterstand van een kind te begeleiden. De leerkracht beslist over het plan van aanpak. De leerkracht en de ouders wisselen informatie uit omtrent de ontwikkeling van de leerling. De gemeente Heerhugowaard stelt middelen beschikbaar om op iedere basisschool extra hulp te verlenen middels remedial teaching.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
9
Niveau 3: speciale zorg na intern onderzoek In niveau drie wordt er een onderzoek of observatie uitgevoerd door de groepsleerkracht of de intern begeleider, waarna er speciale zorg aan de leerling wordt gegeven in de vorm van een kort handelingsplan. Het uitgangspunt van handelingsplan is dat de leerling binnen de gestelde tijd weer de leerlijn van de groep kan volgen. Beslissingen over de voortgang van deze speciale zorg worden op schoolniveau genomen. Ouders worden geïnformeerd over de resultaten van het onderzoek of de observatie en geven schriftelijk toestemming voor de inhoud en de uitvoering van het voorgenomen handelingsplan. Hierbij kan ook gespecialiseerde begeleiding in een ambulante setting, bijvoorbeeld vanuit het samenwerkingsverband, een adviserende of ondersteunende rol vervullen. Niveau 4: speciale zorg na extern onderzoek In niveau vier wordt hulp ingeroepen van externe specialisten, zoals orthopedagoog, psycholoog, maatschappelijk werk, logopedie e.d. als er onvoldoende hulp geboden kan worden in niveau drie of het intern onderzoek vragen oproept die niet door de school kunnen worden beantwoord. De beslissing om extern onderzoek in te zetten wordt, in principe genomen door het zorgteam, onder verantwoordelijkheid van de directeur. Naar aanleiding van het externe onderzoek stelt de leerkracht in samenwerking met de specialist en de intern begeleider een meer gespecificeerd handelingsplan of een tweede leerlijn op. Hierin wordt langdurige speciale zorg gegeven als via de reguliere methodiek de kerndoelen niet bereikt kunnen worden. Er is een op het probleem gerichte begeleidingsstrategie noodzakelijk. Beslissingen over de zorg beschreven in een meer gespecificeerd handelingsplan of in de tweede leerlijn worden genomen op schoolniveau. Op dit niveau dienen de ouders schriftelijk toestemming te geven voor extern onderzoek. Zij moeten worden geïnformeerd over het traject en de resultaten moeten met hen worden besproken. De ouders beslissen of de school kan doorgaan met het uitvoeren van de tweede leerlijn, of dat zij vinden dat een andere basisschool beter hulp kan bieden. Niveau 5: zeer speciale zorg in het speciaal basisonderwijs In niveau vijf wordt de zorg geboden in de speciale basisschool. De basisschool kan de leerling niet verder begeleiden in niveau vier waarna aanmelding bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) plaatsvindt. Wanneer de PCL constateert dat onvoldoende hulp geboden kan worden op niveau één tot en met vier kan een kind een beschikking van toelaatbaarheid tot niveau 5 krijgen (het volgen van speciaal basisonderwijs). De ouders dienen de aanvraag voor afgifte van een positieve SBO-beschikking in bij de PCL. Daarnaast kan het ook voorkomen dat er een vorm een adequaat onderwijsaanbod buiten het samenwerkingsverband moet worden gezocht, bij de Regionale Expertise Centra (REC). De vijf niveaus zijn ontleend aan de brochure “Lijn in zorg, samenwerking en beleid”, uitgegeven door het KPC in 1993
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
10
Hoofdstuk 2
Het Samenwerkingsverband
Met de vorming van het Interzuilaire Samenwerkingsverband Heerhugowaard geven de besturen gezamenlijk vorm aan hun verantwoordelijkheid om te voorzien in een organisatie voor de extra hulp, die een leerling nodig kan hebben voor zijn/ haar ontwikkeling; wij noemen dit zorgverbreding. Bij zorgverbreding gaat het om alle kinderen in een basisschool die speciale zorg nodig hebben op zowel didactisch als op pedagogisch gebied. Het zorgplan wil geen centraliserende uitspraken doen, omdat ieder schoolbestuur en (binnen de kaders van het bestuur) iedere basisschool eigen opvattingen en een eigen aanpak heeft. Voor de verbetering van de kwaliteit van onderwijs en de vormgeving van de oriëntatie op afstemming zijn besturen en scholen verantwoordelijk. Het samenwerkingsverband ondersteunt, adviseert en stimuleert de participerende besturen om de zorg op de (speciale) basisscholen vorm te geven. De specifieke kennis met betrekking tot de zorgverbreding, die in het samenwerkingsverband aanwezig is, zal zoveel mogelijk worden ingezet op het niveau van de groep en de school. Organisatie van het samenwerkingsverband Gezamenlijke verantwoording De taak van het samenwerkingsverband is de verdeling van de rechtsreeks toegekende zorgmiddelen. De inzet van personeel ten behoeve van het samenwerkingsverband, geschiedt op basis van een detacherings overeenkomst met het schoolbestuur waar de betrokkene in dienst is. Gezamenlijke afspraken • Personele middelen Scholen krijgen de beschikking over middelen vanuit het samenwerkingsverband om de interne begeleiders hun taak goed te laten vervullen. Het samenwerkingsverband gaat ervan uit dat de scholen ook vanuit de eigen middelen tijd ter beschikking stellen voor deze taak. Daarnaast krijgen de scholen ook de beschikking over de ter zake doende kennis en ervaring bij het personeel van het samenwerkingsverband en de basisscholen. • Professionalisering Schoolbesturen bevorderen de professionalisering van hun eigen personeel en bevorderen tegelijkertijd dat scholen passend onderwijs voor hun leerlingen uitwerken in een eigen schoolconcept. Gestreefd wordt om de ‘oriëntatie op afstemming’ zoveel mogelijk vorm te geven. Het samenwerkingsverband heeft hierbij hier een stimulerende en/ of ondersteunende rol. • Taakstelling en feitelijke verwijzingen De taakstelling binnen het samenwerkingsverband is om de zorgstructuur binnen het basisonderwijs zodanig te versterken dat het deelnamepercentage van beide scholen voor speciaal basisonderwijs (SBO) daalt naar 2%. De bovenschools in te zetten zorgmiddelen die op de scholen en in het samenwerkingsverband worden ingezet, zullen worden gebruikt om uiteindelijk in de richting van die 2% te komen. Aanspreekpunt In principe is de coördinator, die het Algemeen Bestuur heeft aangesteld, het eerste aanspreekpunt voor alle zaken aangaande het samenwerkingsverband. De coördinator bewaakt het proces zoals beschreven is in het zorgplan van het samenwerkingsverband en draagt zorg voor voorstellen voor een adequate verdeling van de bovenschools te verdelen zorgmiddelen.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
11
Speciale School voor Basisonderwijs In het streven naar een ononderbroken ontwikkelingslijn binnen een continuüm van zorg, heeft ook de speciale school voor basisonderwijs (SBO) haar plaats. Het geleidelijk afnemen van het deelnamepercentage van de kinderen van het samenwerkingsverband aan het SBO tot 2% is een doel, dat door het Algemeen Bestuur is gesteld. Wanneer er alleen gekeken wordt naar de verwijzingen vanuit de eigen basisscholen van het samenwerkingsverband naar het SBO is dit doel, 1,12% deelnamepercentage,bereikt. Het deelnamepercentage op de beide SBO-scholen bedraagt echter 2,95%. Dit is te verklaren vanuit de stroom van het zogenaamde ‘grensverkeer’ dat het SBO binnenkomt. Dit grensverkeer wordt deels betaald door de aanleverende aanpalende samenwerkingsverbanden-WSNS, maar er is voor een groot deel instroom vanuit Regionale Expertise Centra (REC’s), voorschoolse aanmeldingen en verhuizingen binnen het SBO, dat niet wordt verrekend.
Deelnamepercentage verwijzingen vanuit eigen basisscholen 2003-2004 2,8% 2004-2005 2% 2005-2006 1,54% 2006-2007 1,12% Totale deelnamepercentage 2003-2004 3,39% 2004-2005 3,37% 2005-2006 3,39% 2006-2007 2,95% Samenwerking en contacten met externe relaties Het beleid van het Samenwerkingsverband raakt dat van andere beleidsterreinen. Daartoe werkt het Samenwerkingsverband samen met, of onderhoudt het contact met de volgende instellingen. • Bureau Jeugdzorg/ MEE. De nieuwe wet op de jeugdzorg en “Operatie Jong” vragen van scholen een actieve rol o.a. bij het signaleren van thuisproblemen en het inschakelen van Jeugdzorg. Ter verbetering van de aansluiting van de zorgstructuur van het onderwijs op de zorgstructuur van de Jeugdzorg is met ingang van februari 2006 een Consultatiepunt Jeugdzorg ingericht, waar interne begeleiders van basisscholen advies en consultatie aan kunnen vragen bij gesignaleerde of vermeende problematiek in de opvoedingssituatie Door de bundeling van krachten van het schoolmaatschappelijkwerk van BJZ en MEE kan adequater gereageerd worden op hulpvragen vanuit het onderwijs. Hierbij levert MEE het schoolmaatschappelijk werk voor kinderen met een beperking. • Onderwijsbegeleidingsdienst (OBD). Het Samenwerkingsverband en de OBD stemmen hun werkzaamheden op elkaar af. Regelmatig vindt er informatie uitwisseling en intervisie plaats tussen de coördinator, medewerkers van de OBD en het Samenwerkingsverband om de uitvoering van handelingsgerichte diagnostiek en de invoering van afgestemd onderwijs te optimaliseren. De OBD begeleidt de basisscholen bij het implementeren van zorgteams. • Medisch Kinderdagverblijf. Indien aan de orde vindt overleg plaats betreffende opvang en plaatsing van jonge risico leerlingen. • Regionale Expertisecentra (REC) Elke leerling met een indicatie voor een school binnen de WEC, heeft het recht om met ondersteuning van het REC regulier basisonderwijs te volgen. Waar nodig zal het Samenwerkingsverband overleg voeren en verdere afspraken maken.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
12
• Jeugd Gezondheids Zorg (JGZ) Met de JGZ wordt contact onderhouden om inhoudelijk op elkaar af te stemmen. Afgesproken is dit contact te intensiveren, aansluiting bij het Consultatiepunt Jeugdzorg wordt overwogen. • De lokale overheid. Met de gemeente Heerhugowaard vindt regelmatig overleg plaats, over onderwerpen die aansluiten bij het beleidsterrein van het samenwerkingsverband, zoals: - Consultatiepunt Jeugdzorg - Sluitende aanpak 0 tot 12 jaar. .
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
13
Hoofdstuk 3
Overzicht en uitwerking voorzieningen
Elke basisschool krijgt zorgmiddelen toegekend die ingezet moeten worden ten behoeve van de kwantitatieve uren voor Interne Begeleiding (IB). Er is ook sprake van gespecialiseerde begeleiding in een ambulante setting op het niveau van het samenwerkingsverband. (Dit betreft een vorm van wat voorheen preventief ambulante begeleiding is genoemd). Bovenschoolse middelen van het samenwerkingsverband,worden voor het schooljaar 2008-2009, ingezet voor de bekostiging van de gespecialiseerde ambulante begeleider,de orthopedagogen/psychologen vanuit het samenwerkingsverband en de Onderwijsbegeleidingsdienst. Zij participeren in de zorgteams en doen op aanvraag van de basisschool handelingsgericht onderzoek en consultatieve leerlingbegeleiding. De verdeling van deze middelen gaat via een vaste verdeelsleutel, naar rato van het aantal leerlingen van de basisschool. Interne Begeleiding De interne begeleider is de spil in de ontwikkeling van de zorgstructuur in de basisschool. Vanuit haar positie zal zij een grote bijdrage geleverd leveren aan de ontwikkeling van afgestemd onderwijs binnen de school, samen met de directie zal zij zorg dragen voor uitvoering van het beleid. De interne begeleider brengt specifieke kennis en vaardigheden in; zij begeleidt/coacht de collega’s. De intern begeleider speelt een centrale rol in de organisatie van “afstemming”. Zij richt zich vooral op de coördinatie van signalering en afstemming op onderwijsbehoeften. Communicatie met ouders over b.v. de zorgteambespreking, of het onderzoek van hun kind behoort tot de kerntaak van de interne begeleider (in overleg met de leerkracht.) Tegelijkertijd is de interne begeleider de centrale persoon voor de contacten buiten de school voor vragen over speciale onderwijsbehoeften. Beleidsuitgangspunten: • elke basisschool heeft een interne begeleider; • interne begeleiding is een voorziening op schoolniveau; • de activiteiten zijn gericht op op de ontwikkeling naar afgestemd onderwijs op het niveau van de individuele leerling, de groep en de school. Taken van de interne begeleider: • het coachen van de leerkrachten en het treffen van zorgverbredingsmaatregelen in de groeps- en schoolorganisatie; • het organiseren van groeps- en zorgteambesprekingen; • het onderhouden van een adequaat leerlingvolgsysteem; • het begeleiden van de betreffende groepsleerkrachten bij de analyse van toets- en observatiegegevens; • het zorg dragen voor de afname van specialistisch diagnostisch onderzoek, zowel op pedagogisch-didactisch als op sociaal-emotioneel niveau; • het begeleiden van de leerkrachten in het maken en uitvoeren van handelingsplannen, zowel op individueel niveau als op groepsniveau; • het actueel houden van de orthotheek; • het onderhouden van structurele en incidentele externe contacten t.b.v. de organisatie van de zorg in de school; • participatie in het zorgteam en rapportage aan de directie met betrekking tot de zorgleerlingen; • adviseren van de directie ten aanzien van de verbetering van de zorgstructuur in de school; • deelname aan de Werkgroep IB Heerhugowaard.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
14
Bovenschools in te zetten externe zorg. Dit betreft onderzoek, observatie, consultatie en begeleiding vanuit de bovenschools in te zetten zorgmiddelen van het samenwerkingsverband. Het uitgangspunt hierbij is, dat de basisschool onderwijs kan bieden aan al haar leerlingen. Dit impliceert dat de basisschool in staat moet zijn haar zorgleerlingen zelf, binnen de eigen setting te begeleiden. Efficiënte en effectieve ondersteuning binnen de basisschool kan alleen plaatsvinden als deze zo dicht mogelijk bij de basisschool wordt aangeboden. De orthopedagoog, psycholoog, c.q. gespecialiseerde begeleiding in een ambulante setting, worden direct ingezet in het reguliere basisonderwijs. Deze externe onderzoekers kunnen op verzoek van de scholen voor wat betreft de zorg op de volgende taken worden ingezet. Taken van de externe onderzoekers: • Ondersteuning van de interne begeleider door vervolgonderzoeken of door specialistische onderzoeken en observaties; consultatie met betrekking tot het zorgsysteem van de school; ondersteuning bij het opstellen en uitvoeren van concrete handelingsplannen, op zowel individueel- als groepsniveau. • Participatie in het zorgteam inzake advies m.b.t. het interpreteren van signaleringsgegevens; organisatie van de externe expertise ten behoeve van de zorgleerling, naar aanleiding van door het zorgteam genomen besluiten. • Op uitnodiging van de coördinator van het samenwerkingsverband deelnemen aan het netwerk interne begeleiders, of aan andere vormen van uitwisseling van informatie op het niveau van 'de zorg' in de basisschool. • Observatie van trends op de scholen en de informatie hierover onder aandacht brengen van de coördinator. De inzet van de externe onderzoeker moet leiden tot praktische, handelingsgerichte adviezen en tot interventies voor de zorgleerlingen, de leerkracht, de school en de ouders. Het zorgteam Met ingang van het schooljaar 2005-2006 beschikt elke basisschool, participerend in het samenwerkingsverband, over een zorgteam. Onder begeleiding van de Onderwijs Begeleidingsdienst (OBD) wordt gewerkt aan het opzetten en optimaliseren van zorgteams. Er is gekozen voor begeleiding op maat voor alle betrokkenen. Dit traject wordt gefinancierd vanuit de zorgmiddelen. Het zorgteam bestaat uit: de betrokken leerkracht;(op uitnodiging) de interne begeleider; de directeur; de remedial teacher een externe deskundige (op uitnodiging). Beleidsuitgangspunten t.a.v. het functioneren van het zorgteam: • het sluit aan bij de ontwikkeling van de zorgstructuur van de zorg op de basisschool; • het draagt bij aan de deskundigheidsverhoging, met betrekking tot specifieke hulpvragen over zorgleerlingen door de betrokken (groeps-)leerkrachten; • het besluit over wel of geen inzet van externe disciplines; • het draagt zorg voor de inzet van de deskundigheid van externe onderzoekers in de school; deze inzet van deskundigheid moet leiden tot praktische, handelingsgerichte adviezen en tot programma's (interventies) voor de zorgleerling, de leerkracht, de school en de ouders; dit krijgt gestalte door middel van: consultatieve zorgleerlingbegeleiding; sterk handelingsgerichte diagnostiek;
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
15
•
het bewaakt (tussentijdse) evaluaties van de uitvoering van de handelingsplannen voor de zorgleerlingen en stelt die plannen bij.
Permanente Commissie Leerlingenzorg Het samenwerkingsverband heeft een Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL), waarvan de taakstelling voornamelijk gericht is op het afgeven van beschikkingen, die een kind toelaatbaar acht tot het Speciaal Basisonderwijs (SBO). (Zie bijlage 5) De PCL heeft een nauwe onderlinge samenwerking met de aanpalende samenwerkingsverbanden-WSNS uit de regio Alkmaar e.o. De PCL geeft, conform de wetgeving, per samenwerkingsverband gescheiden beschikkingen af. Als ouders aangeven, dat ze voor een SBO-school uit het aanpalende samenwerkingsverband kiezen, kan de PCL de afgegeven positieve beschikking in samenspraak met de twee betrokken samenwerkingsverbanden omzetten, zonder dat het hele ‘PCL-traject’ opnieuw hoeft te worden doorlopen. Speciaal Basis Onderwijs Het samenwerkingsverband heeft de speciale basisscholen als voorziening voor leerlingen waarvoor binnen het reguliere basisonderwijs geen afgestemd onderwijs mogelijk is. Voor het samenwerkingsverband en voor de ontwikkeling van de zorgstructuur in de basisscholen is de positiebepaling van het speciaal basisonderwijs (SBO) van groot belang. Het speciaal basisonderwijs dient een onderdeel te zijn van het continuüm van zorg. Het speciaal basisonderwijs is op dit moment voor wat betreft haar onderwijssetting een eindtraject binnen de zorg. In de toekomst dienen de basisschool en de speciale basisschool, onderling nauw verweven te zijn, alleen dan kan afstemming plaatsvinden over de hulpvraag van het kind. De kinderen die qua onderwijsaanbod aangewezen blijken op plaatsing op een school voor SBO, zullen daar worden geplaatst via de PCL.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
16
Time-out voorziening 7-10 jarigen Heerhugowaard Inleiding: In het kader van het opzetten van time-out voorzieningen in Heerhugowaard wordt een onderscheid gemaakt in drie leeftijdsgroepen. Een opvang voor kinderen van 5 tot 7 jaar, een opvang voor kinderen van 7 tot 10 jaar en een opvang voor kinderen van 10+. Het streven is de opvang voor kinderen van 5 tot 7 jaar in het schooljaar 2008-2009 nader uit te werken. De opvang van kinderen van 7 tot 10 jaar en de opvang van de 10 + kinderen wordt verder uitgewerkt in dit voorstel. Wat kan de school verwachten van de opvang? De time-out voorziening is tijdelijke, snelle opvang voor een kind, dat binnen de reguliere groep niet te handhaven is. De situatie is zo ernstig dat de veiligheid van het kind zelf, van de leerkracht en/of van de kinderen uit de groep in het geding is en het normale onderwijsleerproces ernstig verstoord is. De opvang is tijdelijk en eindigt in principe na 6 weken. Er is een mogelijkheid om de opvang eenmalig te verlengen met 6 weken. Na deze periode neemt de basisschool het kind weer op. In de periode van time-out zal de tijd gebruikt worden om met deskundige ogen naar het kind te kijken en te komen tot een diagnose van de problematiek. Er zal sprake zijn van goede communicatie met de ouders van de leerling en met de school ,waar het kind is ingeschreven. Zowel tijdens als op het einde van de time-out periode wordt gewerkt aan een zorgvuldige terugplaatsing, waarbij de onderwijsbehoefte van de leerling in kaart is gebracht, zodat het kind met een goed handelingsplan terug kan gaan naar de eigen school. Ook kan de school rekenen op professionele nazorg na terugplaatsing. Welk type kind komt in aanmerking voor de opvang? Kinderen met ernstige gedragsproblemen en/of oppositioneel gedrag, die geen REC 4 beschikking hebben. Hoe verloopt de procedure om tot plaatsing te komen? School heeft intern maatregelen genomen en gesprekken gevoerd, maar is op het punt aangekomen dat het niet meer werkt. School heeft een goed dossier opgebouwd over de betreffende leerling. De leerling is besproken in het zorgteam, waar een orthopedagoog deel van uit maakt. Contacten met ouders gehad en vastgelegd. Leerling is in eerder stadium al gemeld bij time-out coördinatiepunt. Coördinatiepunt checkt de aanvraag van de basisschool, waarbij men vertouwt op het oordeel van de i.b-er en de leerkracht van de school. Plaatsing in overleg met de ouders, maar instemming is niet noodzakelijk. De plaatsing wordt snel geregeld na melding. (binnen een week) Wel moet nog bekeken worden of dit wettelijk mogelijk is. Waar is de time-out voorziening? De time- out voorziening kan gerealiseerd worden binnen het speciaal basisonderwijs, indien de keuze gemaakt wordt het speciaal basisonderwijs in te richten als expertisecentrum, gericht op tussentijdse opvang voor leerlingen waar binnen het reguliere basisonderwijs geen adequate onderwijsbehoefte gerealiseerd kan worden. Op bestuursniveau dient besloten te worden waar de voorziening fysiek een plek krijgt. Het speciaal basisonderwijs moet kinderen tijdelijk kunnen opnemen binnen de eigen groepen . In iedere groep met kinderen uit deze leeftijdscategorie moet hiervoor ruimte zijn. Om de time-out goed te kunnen laten verlopen heeft het speciaal basisonderwijs meer middelen nodig om de professionele aandacht te kunnen geven aan de tijdelijk geplaatste leerlingen. Het betreft hier meer uren voor deskundigheid. (psycholoog, orthopedagoog en schoolmaatschappelijk werk) Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de al aanwezige expertise van het consultatiepunt jeugdzorg en de orthopedagogen van het samenwerkingsverband. Ook moet in de groepen waar een time-out plaatsing kan worden aangeboden, een klassenassistent aanwezig zijn. Wat kost de time-outvoorziening? De leerling blijft ingeschreven op de eigen school. Wel moet de school een bijdrage leveren in de kosten van de time-out voorziening. Deze bijdrage is gebaseerd opeen deel van de middelen, die de school ontvang voor de leerling en wordt berekend op de periode van plaatsing. Daarnaast zullen middelen, die bestemd zijn voor zorg en bij het samenwerkingsverband worden beheerd, worden ingezet. In de
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
17
komende periode moet in overleg met het speciaal basisonderwijs worden bepaald hoeveel extra middelen zij nodig denken te hebben om de time-out voorziening te kunnen realiseren en welke deskundigheid zij kan bieden in de opvang ,en het terug begeleiden naar de reguliere basisschool van leerlingen met ernstige gedragsproblematiek. Wanneer start de time-out voorziening? De time out voorziening kan als pilot na de voorjaarsvakantie 2008 gaan draaien. Het streven is de time out na de zomervakantie 2008 ingebed te hebben.
In samenwerking met Stichting regionaal Expertise centrum cluster 4 Noord Holland is een samenwerkingsovereenkomst gerealiseerd inzake de projecten Op de Rails en Herstart. Doelstelling 1. Doelstelling van samenwerking is om beoogde doelen van de projecten Op de Rails en Herstart zoveel als mogelijk te realiseren. 2. Voor zowel Op de Rails als Herstart geldt dat op zo kort mogelijk termijn een gedetailleerd beeld Ontstaat van het probleemgedrag, de (on)mogelijkheden van interventies en deze te verwerken in Een plan van aanpak ven in principe niet langer dan 1 jaar voor de betreffende leerling. 3. Na het verblijf in één van de projecten gaat de leerling naar het regulier onderwijs, tenzij is komen vast te staan dat dat of onmogelijk is. 4. Leerlingen die zijn opgenomen in het Project Op de Rails zullen tijdig worden aangemeld bij de Commissie voor Indicatiestelling ten einde te laten vaststellen of deze leerlingen voldoet aan de wettelijk geldende criteria voor een zogeheten indicatie cluster 4. Met deze indicatie kan de leerling verder gebruik maken van de daarbij behorende faciliteiten. Toeleiding Alle leerlingen voor het project worden aangemeld bij een daartoe aan te stellen Commissie. Deze bestaat uit: 1. een vertegenwoordiger van het REC 4.5 2. de coördinator WSNS Heerhugowaard 3. een vertegenwoordiger van de Jeugdhulpverlening Deze commissie zal toetsen of de aangemelde leerling voldoet aan de criteria van Herstart of Op de Rails en bepaalt of en wanneer deze leerling kan instromen in de voorziening. Voor een leerling die geplaatst wordt in het project Herstart wordt bezien of er op dat moment voldoende mogelijkheden tot plaatsing aanwezig zijn, waarbij de voortgang van de andere deelnemers niet te veel in het geding mag zijn. Er wordt gewerkt met een nader op en vast te stellen overzicht van criteria, behorend bij het project of de voorziening, die niet strijdig mogen zijn met overige regels of wetten. Voor zowel Op de Rails als Herstart geldt dat nagegaan moet worden waarom bestaande zorgstructuren niet toereikend zijn of bleken. Aantal plaatsen Gelet op de te verwachten behoefte worden in principe 5 plaatsen voor Op de Rails en Herstart gereserveerd. Deze zullen voor een deel als vaste plaatsen worden toegekend, voor een ander deel als flexibele plaats. Locaties De 5 plaatsen zullen worden ingezet op de daartoe aangewezen plekken. Coördinatie en verantwoordelijkheden Verantwoordelijk voor het project Op de Rails en Herstart is het REC 4.5 De coördinatie ervan is in handen van een nader door het REC 4.5 aan te stellen persoon, daartoe voldoende gemandateerd door de directeur van het REC 4.5 De coördinator onderhoudt de contacten met de landelijke stuurgroep van Op de Rails en Herstart. Hij/zij zorgt voor de verdeling en verantwoording voor dat deel van de middelen die horen bij de projecten. Hij/zij draagt mede bij tot voorlichting en verslaggeving.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
18
Bekostiging De bekostiging van de leerlingen die instromen in de projecten Op de Rails en Herstart zal geschieden vanuit REC 4.5. Duur Deze overeenkomst wordt aangegaan voor een periode van één jaar, met ingang van schooljaar 20082009 en telkens stilzwijgend verlengd.
Op de Rails Voor leerlingen die dreigen te ontsporen. Sommige kinderen vertonen gedragsproblemen op school, kunnen conflicten tussen leerlingen, school en/of medeleerlingen. Daarom gaat het niet goed met ze op school. Toch hoeven kinderen in deze situatie niet direct naar het speciaal onderwijs. Wel hebben zij en hun ouders hulp nodig om te voorkomen dat ze niet meer naar school (terug) kunnen. Bij dergelijke problemen is het project “Op de Rails” wellicht de oplossing. Wij helpen de leerling weer op de rail. Streng en duidelijk Op de Rails heeft een helder doel: terugkeer naar school, naar het reguliere onderwijs. De leerling doet mee aan een onderwijsprogramma dat veel persoonlijke aandacht en begeleiding biedt. Er wordt gewerkt met duidelijke regels en afspraken. Anders gezegd: we zijn streng en duidelijk. Zo krijgt de leerling de kans een nieuwe start te maken. Voor wie? Een leerling kan deelnemen aan Op de Rails als; • er structurele gedragsproblemen zijn; • er geen sprake is van een geclassificeerde stoornis; • hij of zij naar het regulier onderwijs gaat (basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, voortgezetonderwijs; • hij of zij meer zorg en aandacht nodig heeft dan de huidige school kan bieden; • hij of zij 10 jaar of ouder is; • er nog geen CvI-indicatie is voor speciaal onderwijs; • hij of zij nog niet in een CvI-indicatietraject zit.
Herstart Herstart heeft twee doelstellingen, namelijk: • Bepalen welke school het beste past bij deze thuiszitters. • Hen weer leren wennen aan het ritme en de regelmaat van naar school gaan. Doelgroep Om deel te nemen aan Herstart moet een leerling: • Meer dan vier weken thuiszitten, zonder uitzicht op plaatsing op een school • Bekend zijn bij een leerplichtambtenaar • Nog geen indicatie hebben van een Commissie voor Indicatiestelling (CvI) • Nog niet in een indicatietraject zitten Aanpak en werkwijze Het project wordt landelijk gecoördineerd door de WEC-raad. Vanuit de Regionale Expertisecentra (REC’s) wordt Herstart uitgevoerd en aangestuurd.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
19
De leerplichtige leerlingen doorlopen een onderwijsprogramma van 13 weken dat helemaal is toegespitst op hun eigen situatie. Deze periode bestaat uit de volgende stappen: • Selecteren/screenen • Leren • Indiceren (via een CvI) • (Her)plaatsen in regulier of speciaal onderwijs, afhankelijk van de indicatie.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
20
Hoofdstuk 4
Middelen Interzuilair SWV Heerhugowaard
INZET PER 1 AUGUSTUS 2008 FORMATIE
Begroting 2007-2008 *
2008-2009
2009-2010
2010-2011
701.243 euro
728.480 euro
762.133 euro
780.636 euro
9.642 euro 104.667 euro 35.271 euro 5.000 euro 855.823 euro
9.642 euro 104.667 euro 37.296 euro 5.350 euro 885.435 euro
9.642 euro 104.667 euro 37.921 euro 5.000 euro 919.363 euro
9.642 euro 104.667 euro 38.842 euro 5.000 euro 938.787 euro
2007-2008 Uitgaven BaO zorgformatie IB 212.136 euro BaO extra zorgformatie 9.000 euro IB Time out Voorziening 13.175 euro Speelpraatgroep 6.500 euro Centrale Dienst 50.415 euro coördinatie SWV Gespecialiseerde 56.791 euro begeleider in een ambulante setting PCL 18.087 euro Expertise 29.085 euro SBO herplaatsing boven 269.349 euro 2% per 01-08 Project uitgaven OBD 59.182 euro Ontwikkelings 20.000 euro Kosten Passend Onderwijs Afdracht SWV Alkmaar 15.539 euro Grensverkeer 3.609 euro Bestuurskosten 1.645 euro Totale middelen te 91.310 euro besteden
2008-2009 238.402 euro 0 euro
2009-2010 244.237 euro 0 euro
2010-2011 250.168 euro 0 euro
31.000 euro 0 euro 56.434 euro
31.000 euro 0 euro 57.563 euro
17.825 euro 0 euro 58.714 euro
61.448 euro
62.677 euro
63.930 euro
18.529 euro 37.495 euro 201.941 euro
18.900 euro 38.245 euro 194.897 euro
19.277 euro 39.010 euro 158.805 euro
59.182 euro 20.000 euro
0 euro 0 euro
0 euro 0 euro
15.360 euro 3.609 euro 3.650 euro 138.385 euro
15.360 euro 3.609 euro 3.650 euro 249.225 euro
15.360 euro 3.609 euro 3.650 euro 308.439 euro
Schooljaar Inkomsten Beschikbare middelen zorgformatie BaO OBD middelen Grensverkeer Inkomsten MI Rente inkomsten Totale formatie euro
•
alle getallen zijn aangepast nav actuele gegevens CFI mei 2007 en de bestuursvergadering d.d. 21-05-2007 en 17-12-2007
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
21
Opmerkingen: 1. Leerlingenaantal SBO: in totaal bezoeken 164 leerlingen het SBO (teldatum 01-10-2007). 2. Grensverkeer: op dit moment hebben we € 104.667,00 inkomend grensverkeer en € 3.609,00 uitgaand grensverkeer (teldatum 01-08-2007). 3. Materiele instandhouding: momenteel bedraagt de MI (materiële instandhouding) per leerling € 201,75 euro voor het kalenderjaar 2008. Op jaarniveau bedraagt de overdracht naar het SBO 53 leerlingen x € 201,75 = € 10.692,75 > afgerond € 10.693,00. 4. De reservemiddelen van het samenwerkingsverband bedragen momenteel € 339.383,00 in totaal ( prognose 31-12-07). 5. Gespecialiseerde begeleider: voor het schooljaar 2007-2008 worden voor de gespecialiseerde begeleider in een ambulante setting € 61.448,00 gereserveerd. 6. PCL: voor de gezamenlijke PCL wordt afgedragen aan confessioneel Alkmaar € 18.529,00. 7. OBD: voor het schooljaar 2008-2009 hebben we als SWV voor de OBD € 59.182,00 gereserveerd. 8. Extra inzet voor de ontwikkeling van Passend Onderwijs voor de komende schooljaren wordt ingezet op € 20.000,00. 9. De inzet van het restant van de middelen, totaal € 138.385 moet nog nader worden bepaald. Een deel dient gereserveerd te worden voor te verwachten ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld time-out voorziening jonge kinderen inkopen speelpraatgroepen
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
22
Inzet formatie en inzet middelen schooljaar 2008-2009 Totale Inkomsten 2008-2009 Onderdeel
€ 885.435 Functie
Interne begeleiding Scholing Reiskosten Porto Kopieerkosten Totaal
IB basisscholen
Coördinatie SWV
Coördinatie 17 uur (incl. ambt.secretaris PCL)
Administratie Administratiekantoor Huur kantoor Porto Kopieerkosten Reiskosten Telefoon Scholing Totaal Gespec.begeleiding in ambulante setting Porto Kopieerkosten Scholing PAB Reiskosten Materialen + ICT Totaal
27 uur
Inzet van financiële middelen (€’s) € 233.202 € 5.000 € 90 € 70 € 40 € 238.402
€ 238.402
€ 40.634
€ 500 € 10.300 € 2.700 € 450 € 350 € 700 € 300 € 500 € 56.434
€ 56.434
€ 58.623 (incl 19% btw) € 175 € 150 € 700 € 450 € 1.350 € 61.448
€ 61.448
SBO-expertise Psychologen Porto Kopieerkosten Scholing Reiskosten Telefoon Administratie + materialen Totaal PCL Overdracht Alkmaar + administratie Porto
Op afroep
€ 35.000 € 50 € 25 € 400 € 350 € 120 € 1550 € 37.495
3 uur
€ 37.495
€ 12.137 € 3.442 € 350
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
23
Telefoon Administratie Reiskosten Kopieerkosten Materialen Scholing Totaal
Inzet SBO-groepen Bommelstein 01LP
Witte Raven 23 KC
€ 300 € 350 € 450 € 400 € 850 € 250 € 18.529
Overdracht SWV 32 leerlingen x zorgformatie Overdracht SWV 21 leerlingen x zorgformatie
€ 116.639
MI totaal kalenderjaar 2008
€ 10.693
Totale formatie SBO Bestuurskosten Bankkosten Accountantkosten Bestuurskosten
€ 18.529
€ 74.609
€ 201.941
€ 201.941
€ € € €
€
150 2.500 1.000 3.650
3.650
Totale inzet materiële middelen kalenderjaren 2008-2009
Inkomsten MI 2008: 5388 leerlingen x 103% (= 5550 ll-en) x 6,72 euro per leerling = Inkomsten rente 2007 Totaal
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
€ 37.296,00 € 5.350,00 € 42.646,00
24
Formatie en inzet middelen schooljaar 2008-2009
Inzet personeel op de basisscholen per school schooljaar 2008-2009 Naam basisschool
Brinnummer / aantal leerlingen 01-10-2007
Omvang in euro indicatie 2007-2008 *
Omvang in euro indicatie 2008-2009 **
3675 leerlingen
€ 140.649,64
€ 159.060
1518 leerlingen
€ 52.253,86
€ 65.702,00
195 leerlingen
€
€
Flore Boomladder Columbus Familie Kameleon Paperclip Pater J.Smit Reflector Tweemaster De Vlindertuin Wingerd Zeppelin Zevensprong Zonnewijzer
De Blauwe Loper Atalanta Fonkelsteen Hasselbraam Jeroen Bosch Kleine en Grote Beer Molengang Montesorri ATRIUM St. Joseph
7.996,00
€ 207.136,38
8.440,00
€ 233.202,00
* per leerling 2007-2008 € 39,98 ** per leerling 2008-2009 € 39,98 x 6,50% = € 42,58
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
25
Bijlage 1 Partners in het samenwerkingsverband Besturen
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
26
Partners in het samenwerkingsverband Besturen Besturen SWV Heerhugowaard Naam: Stichting Flore Adres: Robbekoog 34 Postcode en woonplaats: 1822 BB Alkmaar Telefoonnummer: 072-5660200 Naam: De Blauwe Loper Stg. voor openbaar primair onderwijs Adres: Windmolen 2-4 Postcode en woonplaats: 1703 PS Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5349982 Naam: Stichting Atrium voor Katholiek P.O. Langedijk e.o Adres: Postbus 63 Postcode en woonplaats: 1723 ZH Nrd-Scharwoude Telefoonnummer: 0226-343606
www.stichtingflore.nl
www.deblauweloper.nl
www.atriumscholen.nl
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
27
Bijlage 2 Partners in het samenwerkingsverband Scholen
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
28
Partners in het samenwerkingsverband
Scholen
12BF
07RL
12KK
12SY
11DX
10OU
27LX
10QU
Scholen Flore Naam: De Boomladder Adres: Rozenlaan 6 Postcode en woonplaats: 1702 TG Heerhugowaard Telefoonnummer:072-5715577 Naam: Columbus Adres: Weegbree 2 Postcode en woonplaats: 1705 RA Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5727111 Naam: De Familieschool Adres: Jan Glijnisweg 61 Postcode en woonplaats: 1702 PA Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5714721 Naam: De Kameleon Adres: Middenweg 36a Postcode en woonplaats: 1703 RD Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5713860 Naam: De Kameleon (dislocatie) Adres: Standerdmolen 2 Postcode en woonplaats: 1703NK Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5716498 Naam: De Paperclip Adres: Bickerstraat 31 Postcode en woonplaats: 1701 ED Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5715787 Naam: Pater Jan Smitschool Adres: Dreef 12a Postcode en woonplaats: 1701 GP Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5715730 Naam: De Reflector Post adres: Postbus 1024 Postcode en woonplaats: 1700 BA Heerhugowaard Adres: Keerkring 49 Postcode en woonplaats: 1705 SP Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5346226 Naam: De Tweemaster Adres: Standerdmolen 8 Postcode en woonplaats: 1703 NK Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5716488
schoolsoort: IC BaO
Schoolsoort : Daltononderwijs
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: Jenaplanbs
Schoolsoort: Jenaplanbs
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: PC BaO
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
29
10QU
27NM
27BN
27BN
12ZL
25KE
25KE
40EE
25KD
25KD
25KD
Naam: De Tweemaster (dislocatie) Adres: Onyx 89 Postcode en woonplaats: 1703 CG Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5714766 Naam: De Vlindertuin Adres: Cornelia van Arkeldijk 24 Postcode en woonplaats: 1705 NP Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5720341 Naam: De Zeppelin Adres: Anna Polaktuin 27 Postcode en woonplaats: 1705 JS Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5726782 Naam: De Zeppelin (dislocatie) Adres: Weegbree 2 Postcode en woonplaats: 1705 RA Heerhugowaard Telefoonnummer: 06-173210543 Naam:De Zevensprong Adres: Saenredamlaan 2 Postcode en woonplaats: 1701 MD Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5717081 Naam: De Zonnewijzer Post adres: Postbus 1195 Postcode en woonplaats: 1700 BD Heerhugowaard Adres: Middenweg 30a Postcode en woonplaats: 1703 RC Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5721509 Naam: De Zonnewijzer (dislocatie) Adres: Sara de Bronovoland 7 Postcode en woonplaats: 1705 MD Heerhugowaard Telefoonnummer: 06-24863475 Naam: Oecumenische SBO Bommelstein Post adres: Postbus 23 Postcode en woonplaats: 1700 AA Heerhugowaard Adres: van Teylingenlaan 5 Postcode en woonplaats: 1701 AA Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5710933 De Blauwe Loper Naam: Atalanta Adres: Zonneglore 1 Postcode en woonplaats: 1704 ZE Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5947115 Naam: De Fonkelsteen Adres: Middenweg 30a Postcode en woonplaats: 1703 RC Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5720437 Naam: Fonkelsteen (dislocatie) Adres: Sara de Bronovoland 7 Postcode en woonplaats 1704 ZE Heerhugowaard Telfoonnummer: 072-5722534
Schoolsoort: PC BaO
Schoolsoort: PC BaO
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: RK BaO
Schoolsoort: RK Jenaplan BaO
Schoolsoort: RK Jenaplan BaO
Schoolsoort: IC SBO
Schoolsoort : BaO
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: BaO
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
30
27LU
Naam: De Hasselbraam Adres: Anna Polaktuin 26 Postcode en woonplaats: 1705 JS Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5726786
Schoolsoort: BaO
27LU
Naam: De Hasselbraam dep. Adres: S. de Bronovoland 8 P{ostcode en woonplaats 1705 MD Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5726345 Naam: Jeroen Bosch Adres: Berckheidelaan 4 Postcode en woonplaats: 1701 VG Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5714458 Naam: De Kleine en Grote Beer Adres: Plutolaan A2 Postcode en woonplaats: 1702 CB Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5714872 Naam: De Kleine en Grote Beer Adres: Taxuslaan 32 Postcode en woonplaats: 1702 SC Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5714304 Naam: Montessorischool Adres: Smaragd 32 Postcode en woonplaats: 1703 GB Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5712888 Naam: De Molengang Adres: Windmolen 2-4 Postcode en woonplaats: 1703 PS Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5719023 Naam: Aventurijn Adres: Smaragd 27 Postcode en woonplaats: 1704 GA Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5715774 Naam: De Witte Raven Adres: van Foreeststraat 6 Postcode en woonplaats: 1701 BA Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5710549 Scholen StichtingAtrium voor katholiek P.O. Langedijk e.o. Naam: St. Joseph Adres: Rozenhoutstraat 3 Postcode en woonplaats: 1704 CD Heerhugowaard Telefoonnummer: 072-5715314
Schoolsoort : BaO
13UE
13QD
13QD
15LN
14GU
40AA
05BM
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: BaO
Schoolsoort: SBO
Schoolsoort: BaO
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
31
Bijlage 3 Kengetallen
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
32
Kengetallen De kengetallen van het samenwerkingsverband (teldatum 1 oktober 2007)
Naam van het bestuur St. Montessori-Onderwijs Heerhugowaard, Postbus 1010, 1700 BA, Heerhugowaard St. Atrium voor Katholiek Primair Onderwijs Langedijk e.o., Postbus 63, 1723 ZH, Noord-Scharwoude Naam: De Blauwe Loper Stg. voor openbaar primair onderwijs Adres: Windmolen 2-4 1703 PS Heerhugowaard Stichting Flore (Interconfessioneel Onderwijs Heerhugowaard) Robbekoog 34 1822 BB Alkmaar TOTAAL
Aantal llen 1-10-2005
Aantal llen 1-10-2006 171
Aantal lln. 1-10-2007 Montessori ondergebracht 156 bij Blauwe Loper
204
200
196
1.282
1.307
1518
3.388
3.518
3675
5.045
5.181
5389
De kengetallen van het swv (teldatum 1 oktober 2007) Aan de hand van enkele basale gegevens wordt jaarlijks vastgesteld over welke middelen het swv maximaal kan beschikken en welke overdrachtsverplichtingen het swv heeft. Hiervoor is het aantal leerlingen een noodzakelijk kengetal. Kengetal: Aantal Leerlingen Basisscholen Speciale school voor basisonderwijs Totaal Deelname swv Aantal leerlingen volgens 2%-norm Aantal leerlingen boven de 2%-norm Bommelstein Witte Raven
llen (scholen) llen (scholen) llen (scholen) Lln.(scholen) 1-10-2004 1-10-2005 1-10-2006 1-10-2007 4.810 (20) 5.045 (20) 5.181 (20) 5389 185 (02) 176 (02) 182 (02) 164 4.995 (22) 5.221 (22) 5.363 (22) 5553 3,70 % 3,37 % 3,39 % 2,95% 103 (02) 104 (02) 107 (02) 111 82 (02) 72 (02) 75 (02) 53 103 (01) 105 (01) 109 (01) 100 82 (02) 71 (02) 73 (02) 64
Naast het aantal leerlingen is ook het grensverkeer een bepalend kengetal. De SWV’en waarmee we hierbij voornamelijk te maken hebben zijn de SWV’en Hoorn1, Hoorn2, Alkmaar (openbaar en confessioneel), gereformeerd SWV en Schagen.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
33
Bijlage 4 Oriëntatie op zorg
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
34
Oriëntaties op zorg in de basisscholen Er worden door K. Doornbos (1993) drie oriëntaties op zorg benoemd met de begrippen hulpverlening, alarmering en afstemming. De oriëntaties hulpverlening en alarmering zijn oriëntaties die gericht zijn op corrigeren en compenseren: er wordt curatief gewerkt. Alarmering onderscheidt zich door snelheid, dat wil zeggen dat er direct hulp wordt ingezet in de vorm van extra instructie, als er zich een achterstand dreigt voor te doen. In de oriëntatie op afstemming staan de behoeften van de leerlingen centraal. Er wordt afstemming gezocht tussen de mogelijkheden van de school en de behoeften en mogelijkheden van de kinderen: preventie staat voorop. Om een goed beeld te kunnen vormen van de oriëntatie afstemming, worden in het kort ook de karakteristieken van de oriëntaties hulpverlening en alarmering beschreven. Daarna volgt meer uitgebreide informatie over de oriëntatie afstemming. Hulpverlening Bij hulpverlening gaat het erom achterstanden weg te werken. Het gaat om compenseren, corrigeren wat er fout gegaan is, herstel van vertrouwen. Een populaire karakterisering van hulpverlening is ‘bijspijkeren’. Hulpverlening heeft per definitie een curatief karakter en is vooral didactisch van aard. Een op herstel gerichte voor sociaal-emotionele problemen is denkbaar, maar blijkt in de praktijk vaak moeilijk te realiseren. De veronderstelling bij hulpverlening is dat er zeker op didactisch gebied een buiten het kind gelegen norm is, waaraan kinderen op enig tijdstip aan moeten voldoen. Het bestaan van een dergelijke norm betekent dat er een achterstand kan ontstaan. Kinderen die niet aan deze norm voldoen, moeten geholpen worden om er alsnog aan te kunnen voldoen. Hulpverlening brengt een extra activiteit in de school, die er op gericht is negatieve gevolgen voor een aantal kinderen van een bestaande werkwijze te corrigeren. Alarmering Bij de oriëntatie op alarmering gaar het om het corrigeren van de afwijkende norm, waarbij wordt uitgegaan van een curatieve benadering. Kenmerkend voor deze oriëntatie is de snelheid en intensiteit van reageren. Het snel bieden van hulp aan kinderen, die dreigen niet mee te kunnen komen met de groep is als het ware ingebed in het onderwijssysteem dat wordt gehanteerd. Kernbegrippen hierbij zijn: • snelheid: snel signaleren en hulp bieden • intensiteit: hulp is intensieve en didactische aandacht • flexibiliteit: een organisatievorm die snel extra hulp mogelijk maakt Afstemming Scholen die zich oriënteren op afstemming nemen de verschillen tussen kinderen als uitgangspunt. Deze scholen willen schoolproblemen bij kinderen voorkomen door het onderwijsaanbod af te stemmen op de mogelijkheden en behoeften van kinderen. Zo wordt er een evenwicht nagestreefd tussen uitdaging en competentie. Hierbij staan de volgende basisbehoeften van kinderen centraal: Het ervaren van competentie en het ervaren van autonomie. Het gaat er om een veilige ontwikkelings- en leerklimaat te creëren voor de kinderen. De mogelijkheden van school en leerkracht worden afgestemd op die van het kind. De norm voor succes in het onderwijs wordt daardoor in het kind gelegd: ‘Alles er uit halen wat er in zit’. Schooluitval vindt alleen plaats als de afstemming om een veilig ontwikkelings- en leerklimaat te creëren niet tot stand komt.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
35
Scholen die zich oriënteren op afstemming worden niet gekenmerkt door een nadrukkelijk aanwezige hulpstructuur Realisatie van afstemming vraagt een grote ingreep in de cultuur van scholen: Afzien van een vaststaande norm waarmee de prestaties van een van een kind beoordeeld kunnen worden. Daarmee kan dus ook niet gesproken worden in termen van ‘achterstand’. Maar ook afzien van het leerstofjaarklassensysteem betekent afzien van zekerheid. Oriëntatie op afstemming betekent een heroriëntatie op belangrijke waarden van het leraarschap. De werkdruk die veel leerkrachten ervaren staat de realisatie van de oriëntatie op afstemming in de weg. Een beroepsmatige ontwikkeling in deze richting vraagt een ontspannen houding en een overzichtelijke werksituatie om de aandacht werkelijk op individuele kinderen te kunnen richten. Scholen die zich oriënteren op afstemming zullen weinig verwijzen naar een voorziening voor speciaal (basis-)onderwijs. Doordat de druk van de norm afwezig is en binnen de basisschool per definitie gedifferentieerd wordt gewerkt, zullen veel kinderen binnen de school kunnen worden opgevangen. Er zal alleen verwijzing plaatsvinden als ondanks de daarop gerichte werkwijze geen goede afstemming tot stand gebracht kan worden tussen de behoeften van het kind en de mogelijkheid van de basisschool. Het zal dan vooral complexe problemen betreffen, vaak sociaal-emotioneel van aard.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
36
Bijlage 5 Permanente Commissie Leerlingenzorg
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
37
Werkwijze van de commissie De Permanente Commissie Leerlingenzorg laat in haar afweging betreffende de aanvraag tot plaatsing de volgende zaken de revue passeren: 1. 2. 3. 4.
De problematiek van het kind; de kindkenmerken en het ontwikkelingsproces; De problematiek van de leerkracht; de leerkracht-/ groeps-/ schoolkenmerken; De omgeving van het kind. (de thuissituatie in samenhang met de situatie op school); Het doorlopen begeleidingstraject van het kind.
De werkzaamheden van de Permanente Commissie Leerlingenzorg richten zich niet op het diagnosticeren van problemen van kinderen (dit dient al gebeurd te zijn), maar op het toetsen van de kwaliteit van de doorlopen onderzoeken en van het doorlopen zorgtraject. 1. Zijn alle realiseerbare mogelijkheden op een adequate wijze uitgeprobeerd? 2. Wat is een passend onderwijs- of hulpverleningsaanbod binnen het Samenwerkingsverband voor dit kind? 3. Welke externe hulpverlening is ingeschakeld? Besluitvorming De Permanente Commissie Leerlingenzorg streeft naar consensus doch besluit uiteindelijk op basis van meerderheid (de helft plus één). Bij stakende stemmen geeft de voorzitter de doorslag. Het besluitvormingsproces ziet er als volgt uit: 1. Verzamelen intake-gegevens ⇒ ⇓ 2.Bestuderen van het onderwijskundig rapport indicatiestelling en het préadvies ⇓ 3. Strategie bespreken ⇓ Is aanvullende informatie/ ⇒ ⇑ onderzoek nodig? 4. Discussiëren over préadvies ⇓ 5. Formuleren besluit ⇓ 6. Informeren ouders / school De leden van de Permanente Commissie Leerlingenzorg moeten onafhankelijk kunnen functioneren. In de werkwijze van de Permanente Commissie Leerlingenzorg dient naar voren te komen hoe zij onafhankelijkheid realiseert: 1. door de personele samenstelling van de Permanente Commissie Leerlingenzorg 2. door alle belanghebbenden te horen bij geschillen 3. door te werken volgens vaste procedures voor besluitvorming 4. door te beschikken over inhoudelijke deskundigheid 5. door aan te geven hoe besluiten genomen worden 6. door besluiten te onderbouwen met expliciete argumenten
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
38
Samenstelling van de commissie De Permanente Commissie Leerlingenzorg bestaat uit vijf leden én een onafhankelijke voorzitter die zijn functie als onafhankelijk procesbewaker moet kunnen uitvoeren. (Onafhankelijk in de zin van: geen functie bekleden in dienst van één van de besturen van het Samenwerkingsverband). In de Permanente Commissie Leerlingenzorg hebben zitting: een onafhankelijk voorzitter twee directeuren basisonderwijs een psycholoog/ orthopedagoog een deskundige op het gebied van jonge risico leerlingen maatschappelijk werker De voorzitter van de commissie kan voor specifieke informatie deskundigen uitnodigen. (bijvoorbeeld een jeugdarts voor toelichting van het medisch dossier)
Taken secretaris Permanente Commissie Leerlingenzorg: De commissie wordt ondersteund door de secretariaat van het Samenwerkingsverband. De bovengenoemde secretaris is geen lid van de Permanente Commissie Leerlingenzorg en heeft daarom geen beslissingsbevoegdheid over toelaatbaarheid. De secretaris is het aanspreekpunt voor de PCL en zijn de schakels tussen de Permanente Commissie Leerlingenzorg en het betrokken onderwijsveld van elk Samenwerkingsverband. De secretaris voert voor het Samenwerkingsverband uit: • Registratie van aanmeldingen. • Zorgen voor voldoende informatie over aangemelde leerlingen. • Jaarverslagen voorbereiden. • Vergadering beleggen, procedures bewaken, archivering en alle overige werkzaamheden ten behoeve van de instandhouding en het functioneren van de PCL. Uren inzet Permanente Commissie Leerlingenzorg Onafhankelijk voorzitter 2 uur per week PCL leden 1.5 uur per week Secretariaat 4 uur per week Profielschets leden Permanente Commissie Leerlingenzorg. De leden van de Permanente Commissie Leerlingenzorg dienen met elkaar zoveel mogelijk te beschikken over: • Deskundigheid wat betreft de mogelijkheden van integrale leerlingenzorg in het basisonderwijs in Heerhugowaard, waaronder: • Ruime kennis van het WSNS-proces in het algemeen en van de WSNS-organisatie in Heerhugowaard in het bijzonder. • Vaardigheden in de beoordeling van de kwaliteiten van integrale leerlingenzorg in de beide zorgtrajecten. • Kennis van procedures en voorschriften bij het nemen van beslissingen over plaatsingen van leerlingen in het basisonderwijs. • Kennis van procedures en het omgaan met voorschriften bij het nemen van beslissingen over de toelaatbaarheid van leerlingen in de speciale school voor basisonderwijs. • Vaardigheid in het adviseren aan ouders en scholen. • Vaardigheid in het overtuigen in onderhandelingen met schoolbesturen en directies over plaatsing van de leerlingen. • Beheersmatige deskundigheid voor een goed verloop van de werkzaamheden van de PCL.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
39
Vereiste voor de onafhankelijk voorzitter: • Over eigenschappen beschikken om decentraal te kunnen werken, om onafhankelijk en objectief te kunnen zijn. Door de voorzitter worden de volgende activiteiten uitgevoerd: • Kenbaar maken van beslissingen aan ouders, scholen, samenwerkingsverbanden en andere betrokkenen; • Behandelen van reacties op de beslissingen (eventueel in beroepszaken); • Voorbereiden en voorzitten van vergaderingen met de PCL-leden. De administratieve procedure Voor een snelle afwerking van de aanvragen zijn de volgende afspraken gemaakt: a. b. c.
d.
De ouders melden het kind aan. (wettelijk verplicht) De interne begeleider van de basisschool stuurt het onderwijskundig rapport op aan het secretariaat. (de directeur is eindverantwoordelijk) De ouders en de basisschool krijgen bericht van ontvangst. Tevens wordt de datum vermeld waarop de aanvraag wordt behandeld en wanneer de beschikking wordt verstuurd. (In elk geval binnen dertig dagen) De Permanente Commissie Leerlingenzorg stelt een verslag op waarin vermeld wordt hoe het besluit tot stand gekomen is. Bij een verwijzing naar het sbo wordt tevens een beschikking meegestuurd.
Bezwaarprocedure Indien één van de belanghebbenden het niet eens is met de indicatie stelling van de Permanente Commissie Leerlingenzorg kunnen zij binnen zes weken bezwaar aantekenen. Er wordt dan een hoorzitting georganiseerd ten behoeve van de belanghebbende(n) Binnen zes weken na ontvangst van het bezwaarschrift volgt een beslissing Binnen zes weken na de beslissing kan een beroepsschrift worden ingediend bij de rechtbank. Het klachtenreglement van de PCL ligt ter inzage op het kantoor van het samenwerkingsverband. Het onderwijskundig rapport De Permanente Commissie Leerlingenzorg moet haar oordeel kunnen baseren op een door het basisonderwijs aangeleverd onderwijskundige rapport. Aan de scholen is door de PCL een model-onderwijskundig rapport ter invulling ter beschikking gesteld. Het onderwijskundig rapport bevat in elk geval Rapportages met betrekking tot: ¾ Onderzoeken die er zijn gedaan om de oorzaak van de leerachterstanden en eventueel sociaalemotionele problemen op te sporen en welke oplossingen er zijn gezocht en uitgevoerd binnen de school. En met welk resultaat. ¾ Het didactisch niveau waarop de leerling zich bevindt, op het gebied van lezen, taal en rekenen of ten aanzien van de leervoorwaarden. ¾ Interne en externe deskundigen die zijn ingeschakeld, welke adviezen hieruit zijn voortgekomen en tot welk resultaat deze leiden. Als het rapport onvoldoende gegevens bevat, dan kan de Permanente Commissie Leerlingenzorg aanvullende gegevens opvragen. Als algemene richtlijn voor het onderwijskundig rapport geldt dat alleen die informatie relevant is die bijdraagt aan de beeldvorming van de problematiek of bijdraagt aan het vaststellen van het uiteindelijk advies. De secretaris van de commissie van het betreffende samenwerkingsverband kan een selectie maken uit de aangeleverde informatie. Aan het onderwijskundig rapport wordt in elk geval een recent psychologisch onderzoek toegevoegd. ( niet ouder dan 12 maanden). Indien er tests of onderzoeken gedaan zijn door bijvoorbeeld een orthopedagoog, schoolmaatschappelijk werker, een jeugdarts of een andere externe deskundige, worden ook deze verslagen toegevoegd.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
40
De door de commissie gehanteerde criteria Om tot een oordeel te komen over het afgeven van een positieve of negatieve beschikking hanteert de commissie de volgende inhoudelijke criteria: • Biedt het onderwijskundig rapport inclusief de bijlagen voldoende informatie om een oordeel te vormen omtrent het kind? • Bij de bestudering van de dossiers staan bij de PCL twee zaken centraal: - Het belang van het kind; waar kan het kind adequate hulp geboden worden? - De handelingsverlegenheid van de school; is er nog perspectief voor aanpak binnen de school? Hierbij wordt gekeken naar de volgende aandachtspunten: 1. Aard en ernst van de problematiek; 2. Positieve of beschermende factoren; 3. Factoren die van invloed zijn op de onderwijs-leerproblemen en het toekomstperspectief; 4. Reeds genomen maatregelen en effecten daarvan; 5. Aantonen van de mogelijkheden en onmogelijkheden van de school en het aangeven van de gewenste handelingscondities; 6. De gezinssituatie; 7. Relevante medische gegevens. • De commissie vat de kern van het probleem samen en maakt een afweging welke adequate hulp er nodig is een waar deze hulp voldoende geboden kan worden. Verstrekte informatie door de ouders Binnen het onderwijskundig rapport is ruimte geboden voor de ouders om aan te geven hoe hun mening is ten aanzien van de problematiek en wat zij vinden van de gezochte oplossingen. Daarnaast staat het de ouders vrij om zelf eigen informatie en/ of oplossingen aan te dragen. Tevens kunnen de ouders gebruik maken van de mogelijkheid om een second-opinion in te winnen. Dit kan ook nadat blijkt, dat de afgegeven beschikking niet overeenkomt met hetgeen de ouders als wenselijk zien. De ouders krijgen in elk geval altijd de gelegenheid om zich tijdens een hoorzitting door de commissie te laten informeren en om hun eigen informatie toe te lichten. Wie dient de aanvraag in Officieel dienen de ouders een verzoek tot toelaatbaarheid tot de SBO in bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg. Bij voorkeur melden ouders en basisschool samen aan. Aanmelden bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg is alleen mogelijk voor plaatsing van de leerlingen binnen het samenwerkingsverband van de Permanente Commissie Leerlingenzorg. Omdat de beschikkingen van een SBO-school slechts geldig zijn in het samenwerkingsverband waarin ze zijn afgegeven, zullen beschikkingen uit een ander samenwerkingsverband getoetst moeten worden. ( Zie schema aanmelding jonge kinderen) Een leerling die het SBO bezoekt en verhuist naar een ander samenwerkingsverband wordt dus niet automatisch toegelaten tot de SBO school van dat samenwerkingsverband. Daarvoor is in elk geval een PCL - beschikking van het betreffende samenwerkingsverband noodzakelijk.
ZORGPLAN INTERZUILAIR SAMENWERKINGSVERBAND HEERHUGOWAARD 2008-2009
41