Zorgplan 2015 – 2016
Christelijke Basisschool Het Hoge Het Hoge 36, 7251 XX Vorden Telefoon: (0575) 55 20 36 E-mail:
[email protected] Internet: www.hethoge.nl
Zorgplan 2015-2016
1
Inhoudsopgave Inleiding ....................................................................................................................................... 4 Algemeen..................................................................................................................................... 5 1.Zorgteam .................................................................................................................................. 6 1.1 Wie zitten er in het zorgteam .................................................................................................. 6 1.2 Wat doet het zorgteam ........................................................................................................... 6 1.3 Passend Onderwijs ................................................................................................................. 6 1.3.1
Cluster 1 (Blind en slechtziend) ...................................................................................... 6
1.3.2.
Cluster 3 (Zeer moeilijk lerend, meervoudig gehandicapt, langdurig ziek) ........................ 7
2.SWV IJSSEL BERKEL .................................................................................................................... 7 3.Remedial Teaching .................................................................................................................... 8 4. Zorgperiodes ............................................................................................................................... 8 4.1. Groepsbesprekingen................................................................................................................... 8 5.Spelbegeleiding op Het Hoge ...................................................................................................... 9 5.1 Speelzaalspelen ...................................................................................................................... 9 5.2 Kringgesprek........................................................................................................................... 9 5.3 Rollenspel............................................................................................................................... 9 5.4 Tekenen en knutselen ............................................................................................................. 9 6.Motorisch Remedial Teaching (MRT) ........................................................................................ 10 7. Kangoeroegroep ..................................................................................................................... 10 7.1 Compacten en verrijken – de pluslijn ..................................................................................... 11 7.2. Kikkergroep ......................................................................................................................... 12 8. Protocol Leesproblemen & Dyslexie ........................................................................................ 12 8.1. Leesprobleem of dyslexie ..................................................................................................... 13 8.2. Dyslexieverklaring ............................................................................................................... 13 8.3 Dyscalculie ........................................................................................................................... 13 9. Meldcode ............................................................................................................................... 13 10. Eindtoets basisschool ............................................................................................................ 14 11. Dossier en archivering ........................................................................................................... 14 12. Grenzen aan de zorg ............................................................................................................. 14 13. Doubleren en versnellen ...................................................................................................... 14 13.1 Doubleren .......................................................................................................................... 14 13.2 Versnellen .......................................................................................................................... 15 14. De 1-zorgroute...................................................................................................................... 15 15. Ontwikkelingsperspectief (OPP) ............................................................................................ 15 16. Ondersteuningsteam (stap 4 in de zorgroute) ........................................................................ 15
Zorgplan 2015-2016
2
Bijlage 1: STAPPEN IN DE 1-ZORGROUTE............................................................................................ 16 Bijlage 2: Zorgcyclus ................................................................................................................... 17 Bijlage 3: Didactisch groepsplan en evaluatie .............................................................................. 18 Bijlage 4: Protocol OPP Het Hoge ................................................................................................ 20 Bijlage 5: OT Document .............................................................................................................. 22
Zorgplan 2015-2016
3
Inleiding Voor u ligt het zorgplan van basisschool Het Hoge te Vorden. In dit document wordt beschreven hoe de zorg bij ons op school georganiseerd is. Beschreven wordt de cyclus die we doorlopen in een jaar als het gaat om begeleiden en volgen van (zorg)leerlingen. Ook wordt beschreven hoe ons zorgsysteem past in de “1-zorgroute” van SWV IJsselBerkel waar wij onder vallen.
Bert Radstake, IB-er basisschool Het Hoge
Zorgplan 2015-2016
4
Algemeen In dit beleidsplan staat hoe we tegen zorg voor kinderen op Het Hoge aankijken en hoe we deze zorg georganiseerd hebben. De zorg voor de kinderen start in de eigen groep. De groepsleerkracht volgt de ontwikkeling van de kinderen door ze te observeren en het gemaakte werk en de methodetoetsen te registreren (wordt bewaard in de rode groepsmap). Ook gebruiken we op school het leerlingvolgsysteem van CITO (resultaten worden bewaard in ParnasSys) . Dit zijn de zogenaamde methode onafhankelijke toetsen. De registratie van deze gegevens heeft als doel te kunnen zien hoe de individuele ontwikkeling per kind verloopt. Als de groepsleerkracht signaleert dat er problemen zijn er zich zorgen maakt, zal deze er alles aan doen om het kind verder te helpen. De groepsleerkracht gaat zelfstandig, of in overleg met collega’s of ouders, op zoek naar oplossingen. Deze oplossingen kunnen bestaan uit:
gesprekken met kinderen gesprekken met ouders gesprekken met de groep extra instructie
Wanneer de groepsleerkracht zich zorgen maakt over de ontwikkeling van het kind en advies wil over de aanpak van de begeleiding, maakt de groepsleerkracht een afspraak met de Intern Begeleider om de leerling te bespreken. De aanpak van (extra) zorg wordt in een groepshandelingsplan omschreven. Bij de volgende criteria wordt er in het groepshandelingsplan gesproken over een specifieke, pedagogische en of didactische behoefte:
E/D (V/IV) scores bij toetsen uit het Cito-leerlingvolgsysteem Achterstand van een half jaar op het veronderstelde onderwijsniveau Bij methodegebonden toetsen blijkt dat het kind duidelijk onder de methodenorm presteert Indicatoren dyslexie Indicatoren hoogbegaafdheid
Voor de hele groep worden groepsplannen (zie bijlage 3) gemaakt voor elk vakgebied waarin de doelen (vastgesteld door het ministerie) omschreven worden en de evaluatiemomenten. De groepsplannen worden besproken tijdens de groepsbesprekingen (zie 4.1). Het Hoge maakt deel uit van SWV IJsselBerkel en volgt dan ook de afgesproken 1-zorgroute (zie bijlage 2), die alle scholen doorlopen binnen het samenwerkingsverband.
Zorgplan 2015-2016
5
1.Zorgteam Leerlingenzorg neemt een belangrijke plaats in binnen ons onderwijs. We bieden een zo goed mogelijke begeleiding aan de leerlingen. Hiervoor hebben we een zorgteam onder leiding van de Intern Begeleider. Deze stuurt het zorgteam aan en is verantwoordelijk voor deze zorg. Dit zorgteam bestaat uit twee onderwijsassistenten, motorisch remedial teacher en een spelbegeleider.
1.1 Wie zitten er in het zorgteam In het schooljaar 2015-2016 bestaat het Zorgteam uit de volgende personen: Manon Peters (onderwijsassistent), Corry Peters (leerkrachtondersteuner), Annemieke Lensink (MRT, zie hoofdstuk 6), Gerda Hoksbergen (Spelbegeleiding, zie hoofdstuk 5) en Bert Radstake (Intern Begeleider)
1.2 Wat doet het zorgteam De leerkracht begeleidt alle kinderen op onze school, dus ook degene die, op welke manier dan ook, meer aandacht, zorg, instructie of hulp nodig hebben. Het zorgteam ondersteunt de leerkracht hierin. De leerkracht is hiervoor naar ouders toe het aanspreekpunt. Zijn er vragen over deze begeleiding, dan kan er altijd een afspraak gemaakt worden met de leerkracht en/of de Intern Begeleider. De hulp die dit zorgteam biedt, wordt zowel binnen als buiten de groep gerealiseerd. De leerkracht begeleidt ook kinderen met een arrangement (voorheen “rugzakje” genoemd). Dit zijn kinderen die in het verleden door werden verwezen naar het speciaal onderwijs (SO). In het kader van ‘Weer samen naar school’ (WSNS) is vanaf augustus 2003 een regeling van kracht, die ervoor zorgt dat een kind met een SO-indicatie naar een reguliere school mag gaan. In dat geval krijgt het kind een budget mee, waaruit extra expertise en begeleiding gefinancierd kan worden. In deze begeleiding wordt de leerkracht ondersteund door het zorgteam en de ambulant begeleiders. De onderwijsassistenten voeren het handelingsplan uit dat is opgesteld door de leerkracht voor de rugzakleerlingen.
1.3 Passend Onderwijs De regeling voor Passend Onderwijs maakt dat leerlingen met een onderwijsbelemmering c.q. ondersteuningsvraag naar een gewone school kunnen. In een zogenaamd arrangement kan de school een aanvraag doen voor extra begeleiding voor de leerkracht en in zeer specifieke situaties eventueel voor de leerling.
1.3.1 Cluster 1 (Blind en slechtziend) Cluster 2 (Doof, slechthorend, spraak- en taalstoornis) Instellingen voeren per 1 augustus 2014 deel van wettelijke taken uit De instellingen in oprichting hebben een commissie van onderzoek ingericht. Dat betekent dat de rec’s, de commissies voor de begeleiding en de commissies voor de indicatiestelling per 1 augustus 2014 opgehouden zijn te bestaan. De instellingen in oprichting voeren vanaf 1 augustus 2014 al wel een deel van hun wettelijke taken uit, namelijk:
Zorgplan 2015-2016
6
indiceren toelaatbaarheid tot het (voortgezet) speciaal onderwijs/begeleiding binnen het regulier onderwijs) het leveren van begeleidingsarrangementen trajectbegeleiding van ouders
Met ingang van 1 augustus 2015 is de samenstelling van de instellingen definitief en zijn de instellingen volledig ingericht. De huidige scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs zijn bestuurlijk ondergebracht bij de instellingen en alle artikelen uit de Wet op de expertisecentra die betrekking hebben op de instellingen zijn van kracht. Bekostiging De instellingen krijgen het totale budget voor de begeleiding van leerlingen in het reguliere onderwijs. Concreet betekent dit dat de instellingen voor cluster 1 ook de middelen ontvangen die nu bestemd zijn voor de regelingen visueel gehandicapten in het regulier onderwijs (po en vo). De instellingen in cluster 2 krijgen de volledige lgf-middelen voor po en vo, zowel het deel dat in de huidige situatie naar het reguliere onderwijs gaat als de middelen voor de ambulante begeleiding. Hiermee krijgen de instellingen de volledige verantwoordelijkheid om leerlingen met een visuele, auditieve of communicatieve beperking in het reguliere onderwijs te ondersteunen.
1.3.2. Cluster 3 (Zeer moeilijk lerend, meervoudig gehandicapt, langdurig ziek) Cluster 4 (Sociale handicaps en psychiatrische stoornissen) Het cluster 3 en 4 onderwijs is na invoering van het passend onderwijs deel uit gaan maken van de regionale samenwerkingsverbanden (SWV IJSSEL BERKEL). Dat betekent dat de gelden die voorheen naar school gingen, nu naar het samenwerkingsverband gaan. Passend onderwijs betreft daarnaast ook leerlingen die nu geen indicatie voor het speciaal onderwijs krijgen, maar wel extra ondersteuning nodig hebben. Bekostiging SWV IJSSEL BERKEL ontvangt alle gelden voor deze leerlingen. De school vraagt een arrangement aan om ondersteuning te kunnen krijgen
2.SWV IJSSEL BERKEL Onze school is aangesloten bij het samenwerkingsverband IJsselBerkel. Het samenwerkingsverband biedt mogelijkheden om leerlingen met problemen te helpen. Er is een Ondersteuningsplan (zie bijlage 1: STAPPEN IN DE 1-ZORGROUTE) ontwikkeld, waarin beschreven staat welke mogelijkheden er zijn voor ondersteuning. Zo kunnen wij advies vragen bij het ZAT (Zorg Advies Team) en de PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg). Dit is een commissie die deel uit maakt van het samenwerkingsverband. De ib-er fungeert als schakel tussen onze school en het samenwerkingsverband. Mocht blijken dat een kind beter op zijn plaats is op een school voor speciaal basisonderwijs, dan wordt een kind aangemeld bij de PCL. Aan de hand van een uitgebreid onderwijskundig rapport bepaalt deze commissie of een leerling toegelaten kan worden op een school voor speciaal basisonderwijs. De ib-er zorgt samen met de onderwijscoach, die verbonden is aan onze school, dat ouders bij het gehele proces betrokken worden. Dit gebeurt door middel van HGPD (Handelings Gerichte Proces Diagnostiek)(ouder)gesprekken. Het advies van het ZAT is bindend en dient dus te worden uitgevoerd door ouders en school.
Zorgplan 2015-2016
7
3.Remedial Teaching Remedial Teaching (RT) wil zeggen dat er extra ondersteuning verleend wordt aan leerlingen met een bepaalde leer- of gedragsprobleem/stoornis. Deze hulp is afgestemd op de specifieke ondersteuningsbehoeften van de individuele leerling en is primair gericht op het leerproces, veelal taal of rekenen. De leerkracht heeft hierbij een sturende rol.
4. Zorgperiodes We kennen vier zorgperiodes in een schooljaar. Een zorgperiode duurt 10 weken (zie bijlage 2). Aan het begin van deze periode worden en groepsplannen gemaakt (zie bijlage 3). In deze groepsplannen staat beschreven welke doelen er voor de leerlingen gesteld zijn voor die periode. Aan het eind de zorgperiode wordt dit groepsplan geëvalueerd door de groepsleerkracht en de Intern Begeleider tijdens de groepsbesprekingen (zie 4.1) en wordt het evaluatieformulier ingevuld (zie bijlage 3). Naar aanleiding van die evaluatie worden er nieuwe doelen gesteld. Voor de kinderen die de doelen niet gehaald hebben, wordt er een plan van aanpak gemaakt. Dit wordt onder het kopje “opmerkingen” genoteerd en is in het volgende groepsplan terug te vinden. De doelen die in de groepsplannen staan komen uit de leerlijnen (SLO) die we voor alle vakgebieden hebben gemaakt en zijn gekoppeld aan de referentiekaders. Voor de met een arrangement wordt er door de Intern Begeleider, ab-er en leerkracht een hpbo gemaakt. Dit is een plan waarin de te halen doelen staan die aan het eind van het schooljaar gehaald moeten worden. Tevens worden hierin de Citoscores vermeld , de inzet van de onderwijsassistenten en ambulant begeleiders. Dit plan wordt vervolgens ondertekend door de ouders, ambulant begeleider en de Intern Begeleider. Vanuit dit HPBO worden door de leerkrachten werk handelingsplannen (WHP) gemaakt. Daarin staat vermeld wat er gedaan wordt met de leerling om de gestelde doelen te halen. Elke zorgperiode wordt afgesloten door een stopweek, waarin het zorgteam een vergadering heeft en de onderwijsassistenten de zorgperiode met de Intern Begeleider evalueert. Tevens heeft de Intern Begeleider groepsbesprekingen met alle groepsleerkrachten.
4.1. Groepsbesprekingen Op vaste momenten vinden de groepsbesprekingen plaats. Vier keer per jaar bespreekt de groepsleerkracht alle kinderen uit de groep met de Intern Begeleider. Hierbij worden systematisch de groepsplannen geanalyseerd (d.m.v. methodetoetsen, observaties en Cito-toetsen). De groepsbesprekingen nemen een centrale plaats in de zorgstructuur en worden in de jaarplanning opgenomen. Het centrale thema van deze groepsbespreking is de evaluatie van de ontwikkeling van de kinderen aan de hand van de verzamelde gegevens die in de rode groepsmap staan en verwerkt zijn in het evaluatieformulier dat gekoppeld is aan de groepsplannen. Ook kunnen leerlingen die meerbegaafd zijn bij de Intern Begeleider aangemeld worden voor de Kangoeroegroep (zie hoofdstuk 7). Deze zal dan contact opnemen met de commissie voor hoogbegaafdheid. Als alle groepsbesprekingen zijn afgerond rapporteert de Intern Begeleider de resultaten aan de directeur. Vervolgens wordt gekeken of het zorgbeleid aanpassing nodig heeft. Mocht dat het geval zijn, dan zal dit in de eerstvolgende teamvergadering bekend worden gemaakt. Zie bijlage 2 voor de volledige cyclus.
Zorgplan 2015-2016
8
5.Spelbegeleiding op Het Hoge Op onze school bestaat de mogelijkheid om binnen de school hulp en steun te bieden aan kinderen die extra aandacht nodig hebben op het sociaal/emotionele vlak. De eigen plaats in de groep kan moeilijk zijn, zoals je niet begrepen voelen, gepest voelen, de baas willen zijn of juist geen initiatief durven nemen, druk gedrag vertonen en agressief gedrag. In een kleine groep, met vaste regels, kunnen de kinderen het volgende leren:
samenwerken;
luisteren naar elkaar;
elkaar helpen en ondersteunen;
respect hebben voor elkaar;
weerbaar worden;
verwoorden wat je voelt en/of ervaart.
Dit alles gebeurt op onze school. De kinderen die hiervoor in aanmerking komen, worden door de leerkracht aangemeld voor spelbegeleiding tijdens de groepsbespreking met de Intern Begeleider. Gerda Hoksbergen overlegt met de betreffende leerkracht en stelt een rooster samen. Het spelplezier staat hierbij bovenaan. De volgende spelvormen worden gebruikt:
5.1 Speelzaalspelen Op onze school noemen we de spelbegeleiding ‘hutten bouwen’.De kinderen bouwen samen een huis. Daarbinnen leren ze samenwerken. Ze moeten met elkaar overleggen. Bovendien leren ze de eigen fantasie vorm te geven.
5.2 Kringgesprek Naar aanleiding van een thema of een dagboek, of van wat er die dag gebeurd is, wordt er naar elkaar geluisterd en het gebeurde besproken.
5.3 Rollenspel: Het ervaren van verschillende rollen binnen een spel, bijvoorbeeld:
de koning of de knecht
het boze of het lieve
de leeuw of het muisje
5.4 Tekenen en knutselen Al spelend leren de kinderen om samen oplossingen te zoeken voor problemen. Soms zijn deze problemen al aanwezig en af en toe ontstaan ze tijdens het spel. Zo leren de kinderen zichzelf en de ander beter kennen en begrijpen.
Zorgplan 2015-2016
9
Tijdens de zorgvergaderingen (zie bijlage 2) evalueert de spelbegeleider de doelen met de Intern Begeleider. Tevens worden de nieuwe doelen voor de komende periode bepaald. Deze doelen en evaluaties worden digitaal bewaard..
6.Motorisch Remedial Teaching (MRT) We geven kinderen met motorische achterstanden en/of problemen, de zorg die nodig is om zich zo volledig mogelijk te kunnen ontplooien. Zij worden daardoor, zowel motorisch als sociaal-emotioneel sterker. Wanneer leerkrachten een probleem signaleren, wordt dit besproken tijdens het groepsoverleg met de Intern Begeleider. Deze schakelt de MRT-er in. Als een leerling uitvalt op grove motoriek, volgt er een grove motorische screening. Aan de hand hiervan wordt besloten of er begeleiding in groepsverband of individueel gestart moet worden. Indien nodig volgt er een aanvullende ‘Onderwijs Gerichte Motorische Test’. Valt een leerling uit op fijne motoriek dan volgt een fijn motorische test. In beide gevallen worden de ouders hiervan vooraf door de leerkracht op de hoogte gesteld. Wekelijks krijgt de leerling gerichte motorische oefeningen om thuis te doen. De ontwikkelingen worden op school door de MRT-er bijgehouden. Het schooljaar bestaat uit drie MRT-periodes. Elke periode bestaat uit ongeveer twaalf weken. Hierna volgt een motorische screening. De MRT-er overlegt met de leerkracht en de ouders over het vervolgtraject. MRT vindt plaats op een vaste dag in de week. Leerlingen moeten op die dag de oefenmap en eventueel gebruikte materialen altijd meebrengen. Tijdens de zorgvergaderingen (zie bijlage 2) evalueert de MRT-er de doelen met de Intern Begeleider. Tevens worden de nieuwe doelen voor de komende periode bepaald. Deze doelen en evaluaties worden digitaal bewaard.
7. Kangoeroegroep Op onze school hebben wij een zogenaamde Kangoeroegroep. Kinderen waarvan bij leerkrachten (of na gesprekken met ouders) het vermoeden bestaat dat ze meerbegaafd zouden kunnen zijn, (bijvoorbeeld door hoge CITO-scores, maar ook door hun gedrag in de klas, hun behoefte aan extra uitdaging) krijgen een screening. We gebruiken hiervoor de lijst uit de map Begaafdheid in Beweging. De screening wordt uitgevoerd door de leerkracht, de ouders en (vanaf groep 5) ook door het kind zelf. De screening wordt daarna beoordeeld door onze hoogbegaafdheidspecialist Joanne Lam en Intern Begeleider Bert Radstake. Zij beoordelen of het kind aangemeld wordt voor de kangoeroegroep. De kangoeroegroep bedoeld voor leerlingen uit groep 5 t/m 8. De kinderen krijgen op woensdagmorgen elk in groepen van ongeveer 10 tot 15 leerlingen een uur tot anderhalf uur (afhankelijk van de grootte van de groepen) les. Joanne Lam en Bert Radstake begeleiden de leerlingen bij deze lessen. Tijdens deze lessen wordt er gewerkt aan interessante en uitdagende projecten. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van de Pittige Plustorens (www.pittigeplustorens.nl). Kinderen werken volgens het TASC-model
Zorgplan 2015-2016
10
Het TASC-model
Naast deze torens wordt op bepaalde momenten ook andere activiteiten die gericht zijn op sociaalemotionele ontwikkeling van deze groep kinderen in het bijzonder. Dat is bijvoorbeeld het leren discussiëren, leren samenwerken, leiding geven en nemen. Er wordt per jaar 2 jaar 2 keer een portfoliogesprek gevoerd met alle kinderen uit de Kangoeroegroep. Tijdens deze gesprekken bespreken we niet alleen hun ontwikkeling in de Kangoeroegroep, maar ook hun programma in de reguliere groep, de extra uitdaging die ze daar nodig hebben.
In september is er een ouderavond voor de ouders van de “Kangoeroekinderen”. De leerkrachten van de Kangoeroegroep brengen dan verslag uit van de afgelopen periode. Ouders worden geïnformeerd over de activiteiten en de gestelde en behaalde doelen. Tevens wordt er in het rapport, dat in februari en juni wordt uitgegeven, verslag gedaan over de gestelde en behaalde doelen.
7.1 Compacten en verrijken – de pluslijn Kinderen die extra uitdaging nodig hebben komen in de pluslijn. Dit kan voor rekenen, taal en spelling. Hieronder een overzicht aan welke criteria de leerlingen moeten voldoen om in de pluslijn te komen. De kinderen komen dus bij de start van een schooljaar in de pluslijn. Dit kan per vakgebied. 7.1.1 Criteria voor Rekenen Groep 5 In groep 4: A+ score bij CITO Rekenen M4 en E4. Bij de automatiseringstoetsen die bij de methode horen een score van boven de 100. Groep 6 In groep 5: A+ score bij CITO Rekenen M5 en E5. Bij de automatiseringstoetsen die bij de methode horen een score van boven de 100. Groep 7 In groep 6: A+ score bij CITO Rekenen M6 en E6 Groep 8
Zorgplan 2015-2016
11
In groep 7: A+ score bij CITO Rekenen M7 en E7 7.1.2 Criteria voor Spelling Groep 5 In groep 4: A+ score bij CITO Spelling M4 en E4 Groep 6 In groep 5: A+ score bij CITO Spelling M5 en E5 Groep 7 In groep 6: A+ score bij CITO Spelling M6 en E6 Groep 8 In groep 7: A+ score bij CITO Spelling M7 en E7 7.1.3 Criteria voor Taal Groep 5 In groep 4: A+ score bij CITO Woordenschat M4 en E4 én bij CITO Begrijpend lezen M4 en E4 (en daarbij ook de resultaten op de methodetoetsen ruim boven het niveau) Groep 6 In groep 5: A+ score bij CITO Woordenschat M5 en E5 én bij CITO Begrijpend lezen M5 (en daarbij ook de resultaten op de methodetoetsen ruim boven het niveau) Groep 7 In groep 6: A+ score bij CITO Woordenschat M7 en E7 én bij CITO Begrijpend lezen M7 (en daarbij ook de resultaten op de methodetoetsen ruim boven het niveau) Groep 8 In groep 7: A+ score bij CITO Woordenschat M7 en E7 én bij CITO Begrijpend lezen M7 (en daarbij ook de resultaten op de methodetoetsen ruim boven het niveau)
Een complete uitwerking van de opdrachten en activiteiten staat op de m-schijf. Ook is hier een overzicht te vinden van de leerlingen die de pluslijn volgen.
7.2. Kikkergroep Voor de (meer- of hoogbegaafde) kinderen uit groep 3 en 4 is er een uur per week De Kikkergroep. De lessen bestaan oa uit Projectenballade en Out of the Box. Aanmeldingsprocedure is dezelfde als die van de kangoeroegroep.
8. Protocol Leesproblemen & Dyslexie Basisschool Het Hoge volgt het Protocol Leesproblemen & Dyslexie. Wij volgen de taal- en leesontwikkeling van ieder kind nauwgezet vanaf het eerste leerjaar, om zodoende eventuele leesproblemen te signaleren, aan te pakken en verdere leesproblemen te voorkomen. Daarom geven wij bij een (vermoeden van) achterblijvende taalontwikkeling en/of leesproblemen direct extra aandacht en oefening.
Zorgplan 2015-2016
12
8.1. Leesprobleem of dyslexie Dyslexie is een leerstoornis die niet overgaat. Dyslexie is vaak erfelijk, dus is het voor ons van belang te weten of er dyslexie in de familie voorkomt.
8.2. Dyslexieverklaring Voor kinderen waarvan wij op de basisschool het vermoeden hebben dat zij dyslectisch zijn, kunnen wij een onderzoek naar dyslexie aanvragen. De achterstand en hardnekkigheid van het leesprobleem moet duidelijk aantoonbaar zijn. Dat betekent dat wij vanaf het eerste leerjaar alle toetsgegevens moeten kunnen overleggen en dat de school kan aantonen dat de kinderen systematisch en adequate hulp heeft geboden. De Intern Begeleider zal een leesdossier opstellen, na goedkeuring van ouders. Dit dossier wordt opgestuurd naar de IJsselgroep in Apeldoorn. Zij zullen beslissen of zij n.a.v. het leesdossier de leerling verder gaan onderzoeken. Als dit het geval is en er een dyslexieverklaring wordt afgegeven, zal de IJsselgroep deze leerling een behandeling van 10 bijeenkomsten aanbieden om te proberen de lees- en spellingsscores te verhogen. Deze behandeling vindt op school plaats. Kinderen met een dyslexieverklaring kunnen gebruik maken van het programma Sprintplus. Dit is een computerprogramma waarmee teksten voorgelezen of vergoot kunnen worden. Alle (werk) boeken zijn ingescand. De kinderen maken de opdrachten waarbij het programma de kinderen ondersteunt in de juiste schrijfwijze. De Citotoetsen (LVS) staan voorgelezen op de computer. De kinderen met een dyslexieverklaring mogen hier gebruik van maken.
8.3 Dyscalculie Op dit moment is er binnen het samenwerkingsverband geen protocol. Dit schooljaar gaan we een protocol opzetten i.z.m. met de Ijsselgroep.
9. Meldcode We werken op school met het protocol meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. (In te zien via de intern begeleider) Dit protocol bestaat (in het kort) uit 6 stappen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
In kaart brengen van signalen “niet pluis” gevoel. (alle werknemers op school) Collegiale consultatie (Met intern begeleider, raadpleeg evt. “Veilig Thuis”, voorheen AMK) Gesprek met ouders en/of kind (intern begeleider) Wegen van het geweld of de mishandeling (intern begeleider) Beslissen: Hulp organiseren of melding (intern begeleider) Volgen (allen)
Dit protocol wordt jaarlijks met het team besproken. Tevens volgen de intern begeleiders één maal per jaar een cursus om het protocol up-to-date te houden. (Uit de Wet op de jeugdzorg) Kindermishandeling is 'elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen,
Zorgplan 2015-2016
13
waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel'.
10. Eindtoets basisschool Alle kinderen doen mee met de Eindtoets. Voor kinderen die bij aanvang van groep 8 een leerachterstand van 1,5 jaar hebben of het advies krijgen (dat gegeven wordt aan het eind van groep 7) BB/KB wordt de niveautoets aangevraagd. Tevens maken deze kinderen, met uitzondering van de KB leerlingen, de PRO/LWOO toets in januari.
11. Dossier en archivering Alle groepsplannen, handelingsplannen, oudersgespreksformulieren en HGW formulieren worden 5 jaar lang op de computer bewaard. Op de m-schijf onder Zorgteam. Alle onderzoeksresultaten door externen en documenten waar een handtekening van ouders vereist is zitten in de dossierkast. Ook deze documenten moeten 5 jaar worden bewaard.
12. Grenzen aan de zorg We proberen alle leerlingen de zorg te bieden die zij nodig hebben, maar is hier een grens aan verbonden ? Nadat de stappen 1 t/m 5 van de 1-zorgroute zijn doorlopen en dit heeft niet geleid tot het gewenste resultaat kunnen ouders en school besluiten om een rugzak aan te vragen. De rugzak (leerlinggebonden financiering) kan dan op twee manieren worden ingezet: 1. Het budget wordt ingezet op de huidige basisschool. 2. Het budget wordt ingezet op een basisschool voor speciaal onderwijs. Als school en ouders besluiten om voor mogelijkheid 2 te gaan moet de school kunnen aantonen dat het alles heeft gedaan om de leerling de zorg te bieden die het nodig heeft. In werkhandelingsplannen moet vermeld staan welke acties er zijn ondernomen om de leerling op een hoger niveau te krijgen en wat de resultaten van deze acties zijn. Als de school kan aantonen dat de leerling niet meer leerbaar is en op het sociale vlak geen aansluiting vindt met klasgenoten kan er tot keuze 2 overgegaan worden. De school kan hier de ouders echter alleen in adviseren. Het uiteindelijke besluit ligt bij de ouders.
13.Doubleren en versnellen 13.1 Doubleren Het komt voor dat de leerkracht het beter vindt het kind een groep over te laten doen. We spreken dan in de groepen 3 t/m 8 van doubleren en in de kleutergroepen van verlenging. Doubleren of verlengen wordt bijvoorbeeld geadviseerd als er sprake is van sociaal-emotionele onrijpheid en/of achterstanden op meerdere leer- en ontwikkelingsgebieden. De leerkracht bespreekt dit met de intern begeleider tijdens de groepsbesprekingen. Ouders worden al in een vroeg stadium betrokken bij gesprekken over doubleren of verlengen.
Zorgplan 2015-2016
14
Uiterlijk half juni, wanneer alle toets- en observatiegegevens beschikbaar zijn, neemt de school een definitief besluit over het schoolvervolg. Uiteraard streven we ernaar dat dit besluit door alle betrokkenen gedragen wordt, waarbij het welbevinden van het kind voorop staat. Een goede communicatie met de ouders over dit soort zaken is van groot belang. Uiteindelijk beslist echter de school over zaken als verlenging of doubleren.
13.2 Versnellen Wij vinden het belangrijk dat kinderen voldoende uitgedaagd worden in de groep waarin zij zitten. Dat ze vaardigheden kunnen ontwikkelen die ze nodig hebben om te kunnen groeien en zichzelf uit te kunnen blijven dagen. Vaardigheden die verder gaan dan alleen de cognitieve kant van een kind. Omdat het overslaan van een groep ook nadelen met zich meebrengt en het vaak een kortetermijnoplossing is, hopen we dat op deze manier alleen bij hoge uitzondering een leerling bij ons op school een jaar versnelt. Uiteraard gelden hiervoor dezelfde afspraken als bij doubleren van een groep: Ouders worden in een vroeg stadium betrokken bij deze beslissing en het welzijn van het kind staat voorop. Het is ook in deze gevallen de school (directeur) die de uiteindelijke beslissing neemt.
14. De 1-zorgroute Alle scholen die zijn aangesloten bij SWV IjsselBerkel volgen de stappen in de 1-zorgroute (zie bijlage 1). De stappen 1 t/m 4 vinden plaats op school. Mocht er meer expertise nodig zijn dan wij kunnen bieden na de stappen 1 t/m 4 te zijn doorlopen, wordt de leerling besproken in het ZAT (stap 5). Het ZAT geeft een zorgadvies dat bijvoorbeeld kan leiden tot aanmelding bij het speciaal onderwijs. De stappen 5 en 6 vinden dus buiten de school plaats en vinden alleen plaats als ouders deze beslissing hebben genomen.
15. Ontwikkelingsperspectief (OPP) We zijn verplicht een OPP te maken voor de kinderen die de einddoelen van groep 6 niet halen en zullen uitstromen naar het praktijkonderwijs. Ook voor de kinderen met een arrangement moet een OPP gemaakt worden. In bijlage 4 vindt u het protocol OPP (goedgekeurd door de inspectie).
16. Ondersteuningsteam (stap 4 in de zorgroute) Als de zorg rondom om een leerling te groot wordt voor school en/of ouders kan het ondersteuningsteam ingeschakeld worden. Leden zijn: Petra Keizer (GGD), Brenda Huberts (Sensire) en Maria Wielens (Onderwijscoach Samenwerkingsverband). Ook kan het ondersteuningsteam ingeschakeld worden als er specifieke vragen zijn. Ter voorbereiding wordt door ouders en school het OT Document ingevuld (zie bijlage 5)
Zorgplan 2015-2016
15
Bijlage 1: STAPPEN IN DE 1-ZORGROUTE
Zorgroute op Het Hoge Cyclus: Toegepast wanneer nodig
Stap 1 Leerkracht signaleert stagnatie in de ontwikkeling bij de leerling. Leerkracht informeert ouders in een gesprek (en informeert ib-er) en maakt een kort verslag en pva (opslaan m-schijf:leerlingvolgdocument) Stap 2 Leerkracht overlegt met collega’s (indien nodig kernteamoverleg) Leerkracht informeert ouders en ib-er via de mail. Stap 3 Leerkracht overlegt met IB-er en ouders (ib-er nodigt allen uit) (Eventuele inzet van Onderwijsassistent wordt door ib-er geregeld) Stap 4 Ondersteuningsteam wordt ingeschakeld door IB-er IB-er nodigt ouders en Ondersteuningsteamleden uit IB-er zit voor en notuleert Formulier “OT Document” wordt door ouders en leerkracht ingevuld Stap 5 Aanmelding ZAT door ib-er IB-er en leerkracht vullen formulier 2A in Ouders vullen formulier 2B in Opmerkingen: Tijdens stap 1 en 2 is de leerkracht aanspreekpunt voor de ouders. Vanaf stap 3 kan dat ook de ib-er zijn.
Zorgplan 2015-2016
16
Bijlage 2: Zorgcyclus
Voorbeeld Zorgcyclus Het Hoge jan febr
Mrt apr mei
juni
Juli
Indeling periodes/groepsplannen
13 start 3
22 start 4
Evaluatie Groepsplannen door leerkrachten
5
14
9
12 en 13
7 en 8
19 en 20
14 en 15
Observatie in de groepen door Intern Begeleider
27 en 28
-
Groepsbesprekingen Leerkracht/ Intern Begeleider Rapporten
10 en 11
Groepsbesprekingen Intern Begeleider/ Directeur Groot Overleg (LGF leerlingen)*
10
7 Rapport 1
27 rapport 2
19
14
3 en 4
1 30-
Stopweek
6-12
Zorgoverleg (OA en IB)
12
15-21
3
7
21
10-16
2
16
Enkele opmerkingen Om de 4 weken is er een contactavond HGPD gesprekken zijn gemiddeld om de 6 weken afhankelijk van de stap in de zorgroute Indeling stopweek: don en vrij: AVI toetsochtenden (OA nemen AVI-toetsen af bij diverse kinderen, lrkr. geeft dit aan)ma en din groepsbesprekingen (OA nemen groepen over), , woe: zorgoverleg/plannen updaten, overleg lrk.-OA en OA maken nieuw begeleidingsrooster,
Zorgplan 2015-2016
17
Bijlage 3: Didactisch groepsplan en evaluatie Groep:
Vakgebied:
Materialen:
Datum:
Periode:
Methode:
Leerkracht: Groep / namen
Doelen uit leerlijn
Wanneer is doel behaald
Instructiegevoelige leerlingen
Instructieafhankelijke leerlingen (instructietafel)
Instructieonafhankelij ke leerlingen Leerling met specifieke, pedagogische en of didactische behoeften:
Zorgplan 2015-2016
18
Aanpak / methodiek/ organisatie
Evaluatie .
Evaluatie Didactisch groepsplan
Groep:
Vakgebied:
Materialen:
Datum:
Periode:
Methode:
Groep / namen
Wanneer is het doel behaald ?.
Doel gehaald? Welke kinderen hebben de doelen gehaald en welke niet.
De nieuwe doelen staan in het nieuwe groepsplan
Instructiegevoelige leerlinge
Instructieafhankeli jke leerlingen (instructietafel)
.
Instructieonafhank elijke leerlingen
Leerling met specifieke, pedagogische en of didactische behoeften:
Zorgplan 2015-2016
19
Opmerkingen
Bijlage 4: Protocol OPP Het Hoge Stap 1: bepalen van specifieke leerbehoeften IQ moet vastgesteld zijn / worden. Uit LVS toetsen blijkt, dat de leerling voor Begrijpend Lezen, Rekenen & Wiskunde of Spelling een leerachterstand heeft van minimaal een jaar of E-scores (na 3 metingen) of lade D-scores (Niveauwaarde gelijk lager dan 1,5) De leerling zal maximaal einddoel groep 6 (dle 40) kunnen halen voor ‘Rekenen & Wiskunde’,Spelling of Begrijpend Lezen De verwachting bestaat dat de leerling in aanmerking komt voor LWOO of PRO De leerling heeft een indicatie voor een REC en zal niet het niveau van groep 8 kunnen halen.* De mogelijkheden en beperkingen van de leerling zijn met een ambulant begeleider, psycholoog of orthopedagoog besproken. *Opmerking: Leerlingen met een indicatie voor een REC hebben een HPBO waarin alle persoonlijke doelen en evaluaties staan.
Stap 2: bepalen van een eindniveau Tabel DLE’s bij verschillende IQ’s (Gerard Melis) Het eindniveau wordt bepaald door het omzetten van een bepaald IQ naar een verwacht DLE aan het einde van de schoolloopbaan van het kind. Hiervoor hanteren wij onderstaande omzettingstabel van Gerard Melis.
IQ
DLE
70 75 80 85 90 95
22 30 35 40 45 47
Leerrendementsverwachting (LRV) 37% 50% 58% 67% 75% 83%
Tabel theoretische leerrendementsverwachting Deze tabel is overgenomen uit ‘eindrapportage Project ontwikkelingsperspectief van de zorgleerling’ (dec.2007); dit onderzoek heeft uiteindelijk niet het gewenste resultaat behaald – ontwikkelen bruikbaar instrument SBO – omdat er te weinig respondenten waren. De getallen zijn dus onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd, maar geven wel een duidelijke indicatie, gebaseerd op ervaring. IQ <81 81-90 91-100
Zorgplan 2015-2016
Citoscore (verwachting) E D C
20
LRV <65% 65%-80% 80%-100%
Tabel Criterium uitstroom VO (Bron: WSNS) Uitstroom VO n.a.v. LR en DLE Criterium PrO
Criterium LWOO
Criterium BB
Criterium KB
LR < 66 % en > 50 %
LR<83 % en > 66 %
LR ≥66 %
LR ≥ 83%
DLE 30
DLE 40 (op 2 vakgebieden)
DLE 40
DLE 50
In ParnasSys is de volgende tabel verwerkt: Niveau E
Niveau eind groep 8 Tot eind groep 5 (DLE 30)
Leerrendement < 50%
VO PRO
D
Tot eind groep 6 (DLE 40)
>50% en <66%
LWOO
C-
Tot eind groep 7 (DLE 50)
> 66% en < 83%
BB/KB
C+
Tot eind groep 8 (DLE 60)
> 83% en < 100%
TL
B
Tot een jaar voorsprong (DLE 70)
> 100% en < 117%
HAVO
A(+)
Meer dan een jaar voorsprong
> 117
VWO
(Bron: tabel 'Indicatie voor relatie uitstroomniveau, intelligentieniveau en ontwikkelingsperspectief' uit het inspectiekader )
Stap 3: Praktische uitwerking en starten met OPP Ter info De school heeft voor het hele traject de leerlijn voor de verschillende vakken in kaart gebracht. We gaan uit van de referentiekaders, kerndoelen en leerlijnen van het SLO. Op Het Hoge wordt gewerkt met groepsplannen, waarin de doelen uit leerlijnen beschreven worden, evenals de aanpak en de aangeboden leerstof.
Opstellen OPP: Stappenplan 1. Na drie metingen is er driemaal een E gescoord op de LVS toetsen RekenenWiskunde, Spelling* of Begrijpend lezen (of een lage D-score, niveauwaarde gelijk of lager dan 1,5) 2. IQ onderzoek wordt door IB-er aangevraagd in overleg met ouders. 3. IQ is vastgesteld en is lager dan 90 4. OPP wordt opgesteld vanaf groep 6 (dus na E4, M5 en E5 meting) en opgeslagen op de m-schijf (Zorgteam-leerlingvolgdocument-Leerlingen met een OPP) 5. Ouders worden op de hoogte gesteld van het OPP 6. OPP wordt elke halfjaar geëvalueerd door leerkrachten, ouders en IB-er Voor leerlingen met een dyslexieverklaring wordt er geen OPP gemaakt voor Spelling
Zorgplan 2015-2016
21
Bijlage 5: OT Document
OT Document Het Hoge
Datum intake:
Door:
Functie:
BETREFFENDE Naam
:
School
:
Geboortedatum :
School
:
Adres
:
Adres
:
Postcode, Plaats :
Postcode, Plaats : Mailadres
:
Telefoonnr
:
BSN
:
Zorgplan 2015-2016
Mailadres
:
Telefoonnr
:
Groepsverloop :
22
EERSTE AFSTEMMING OUDERS EN SCHOOL Welke verwachtingen zijn er?
Denk aan schoolloopbaan, visie op (extra) begeleiding/zorg, afst emming ouders-school.
Welke talenten en compenserende factoren kunnen ondersteuning bieden?
Aandachtspunten en mogelijke risico’s? En wie heeft het ingebracht?
Korte situatiebeschrijving - Beschrijf de bovengenoemde risico’s/belemmeringen zo concreet mogelijk. (Denk aan: Ik zie… ik hoor) - Geef aan wanneer, waar en hoe vaak er momenten van zorg zijn. - Als er meerdere risico’s zijn, breng dan een volgorde van belangrijkheid aan.
Welke (externe) zorg loopt of is gewenst?
Wat is er al ondernomen en met welk resultaat?
Zorgplan 2015-2016
23
Handelingsgerichte inventarisatie van informatie
LEERLING
Punten van zorg, puzzel, risico, kan anders/beter
Talent, tevreden over, parel, beschermende factoren
Mogelijke acties
Lichamelijke ontwikkeling
Denk aan: gezondheid (ziekteverzuim, ziektes), zintuiglijke vaardigheden/- problemen
datum
Motorische ontwikkeling
Denk aan: motorische beperkingen, vitaliteit, sportieve vaardigheden , vloeiendheid, snelheid, volgehouden inzet, oog - handcoördinatie
datum
Soc. emotionele ontwikkeling
Denk aan: welbevinden op school, sociale vaardigheden in de omgang met anderen, communicatieve vaardigheid, zelfvertrouwen, aanpassingsvermogen, emotionele stabiliteit, omgaan met frustraties, emoties, aanwezigheid van bepaalde stoornissen [bv. ASS, ADHD]
datum
Gedrag datum
Denk aan: werkhouding, taakgerichtheid, aandacht, concentratie, spanningsboog, zelfstandigheid, samenwerken, overleggen, doorzettingsvermogen, zelfvertrouwen, ordenen en plannen, impulscontrole, nauwkeurighei d
Algemene ontwikkeling
Denk aan: sociale interesse, sociale kennis, scholing/verworven kennis, intellectuele interesse en kennis, feitenkennis, informatieverwerking, sequentiëren (werken in volgorde), redeneren/logisch denken, flexibiliteit, snelheid en matching, hoofd- en bijzaken
datum
Taal-actief datum
Taal-passief
Denk aan: taalgebruik (gesprek, echolalie), inhoud (woordenschat, betekenis/pragmatiek, abstract begrip), vorm (lidwoord, woordvormen, zinsbouw), expressief (articulatie, woordvinding, zins constructie-lengte), uitdrukkingsvaardigheid, rijmen Vermeld resultaten CITO LVS indien van toepassing.
datum
Denk aan: begrijpt de taal/vraag (gesprek en handelt adequaat, volgt aanwijzingen op), inhoud (woordenschat, betekenis/pragmat iek, abstract begrip), receptief (gehoor, discriminatie, analyse), interesse voor vertellen en/of voorlezen van verhaal Vermeld resultaten CITO LVS indien van toepassing.
Lezen en spellen
Lezen - Denk aan: strategie (spellend, radend, vertraag d), tempo (vloeiendheid, associatie, perceptie), onnauwkeurigheid (lettertype, woordtype, concentratie), ordenen (letter, woord, regel), melodie (staccato, interpunctie, spreken), tekst (begrip, relaties, vragen)
datum
Spellen - Denk aan: fonologie (analyse, synthese, geheugen), regel (kennis, taal, geheugen), inprenting (richting, associatie, woord -deel) motoriek (vorm, beweging, ruimte) Vermeld resultaten CITO LVS indien van toepassing.
Zorgplan 2015-2016
24
Rekenvaardigh. en inzicht
Denk aan: automatiseren (associatie, auditief, visueel), redactie (lezen, redeneren, voorstellen), inzicht (getalbegrip, positie/waarde, notatie), tellen (terug, reeks), handelingen (handeling, voorstellen, mentaal), bewerken (ruimte, geheugen, aanpakstrategie) Vermeld resultaten CITO LVS indien van toepassing.
datum
Creatieve vaardigheden
Denk aan: spelen, fantasie, tekenen, knutselen
datum
Zorgplan 2015-2016
25
Handelingsgerichte inventarisatie van informatie
BINNEN SCHOOL Leraar
Punten van zorg, puzzel, risico, kan anders/beter
Talent, tevreden over, parel, beschermende factoren
Mogelijke acties
Denk aan: doceerstijl, pedagogische stijl, waarden en normen, kind -/leerstofgericht, klassenmanagement, instructie
datum
Groep
Denk aan: groepsgrootte, combinatiegroep, niveau[verschillen], groeps sfeer
datum
School
Denk aan: schoolorganisatie, duidelijkheid rooster, accommodatie, invloed schoolregels, mogelijkheden extra hulp op school,
datum
Zorgsysteem, onderwijsvisie
Handelingsgerichte inventarisatie van informatie
BUITEN SCHOOL
Punten van zorg, puzzel, risico, kan anders/beter
Talent, tevreden over, parel, beschermende factoren
Mogelijke acties
Denk aan: gezinssamenstelling, stabiliteit, ouders stimule ren? houding t.o.v. school, pedagogisch klimaat thuis, speciale gebeurtenissen,
Gezin
voorlezen, gezelschapspellen, culturele uitstapjes, huiswerk… Tonen ouders interesse voor school(werk), vorderingen… Verwachtingen hoog én realistisch?
datum
Hoe zien ouders hun rol bij supervisie op het gedrag van hun kind tijdens buitenspelen, tv -kijken, computergebruik. Verzorging. Denk aan (gezond) eten, ontbijt/lunch, bedtijden dan wel uitgerust op school…
Vrije tijd
Denk aan: invloed vanuit buurt, clubs, hobby’s, spelen met leeftijdsgenoten
datum
Zorgverlening
Denk aan: hulp vanuit BJZ, andere prof. voorzieningen zoals [S]MW, GGZ, mantelzorg , Verwijsindex
datum
Handelingsgerichte inventarisatie en dossiervorming
O V E R Z I C H T V e r v o l g a f s p r a k e n V O O R T G A NG
Datum:
Zorgplan 2015-2016
Wie
Resultaat - evaluatie
26